Ga direct naar de content

Economen kunnen verbreden zolang schaarste maar uitgangspunt blijft

Geplaatst als type:
Gepubliceerd om: december 1 2023

De faculteiten Economie en Bedrijfskunde zijn op zoek naar hun maatschappelijke rol en vragen zich af of er voor hen geen bredere taakopvatting is weggelegd. Dat kan, mits men wel de focus houdt.

In het kort

  • Economen hebben bewezen succes met verbreding naar niet-financiële aspecten van de samenleving. Daar is veel behoefte aan.
  • Kiezen bij schaarste centraal stellen voorkomt verdringing van andere menswetenschappen.

Economie, zo leerde Heertje (Heertje en Van Sandwijk, 2015) ons, gaat over het optimaliseren van de keuze tussen schaarse en alternatief aanwendbare middelen. De mate waarin die keuze slaagt, heet welvaart, een begrip dat volgens hem niet verward moest worden met welzijn, een domein dat een stuk breder is en alwaar hij economen onbevoegd achtte. Economie ging daarbij altijd al over meer dan geld: ook schone lucht, vrije tijd en grond zijn immers ‘schaars en alternatief aanwendbaar’.

Volstaat deze definitie – en vergelijkbare omschrijvingen uit leerboekjes – van de economische discipline om de uitdagingen van onze tijd aan te gaan? Nee, volgens velen, waaronder het Impactforum Economie en Bedrijfskunde, dat voor economen een veel bredere taakopvatting ziet weggelegd (Decanen E&B, 2023; Verhoef et al., 2022).

Economische en bedrijfskundige onderzoekers moeten, volgens de decanen van de economiefaculteiten die het Impactforum georganiseerd hebben, hun vizier verbreden in lijn met de verbreding van hun studie-object ‘welvaart’, en ze menen dat daar ook dimensies als geluk en gezondheid bij horen. Volgens het Impactforum richt het traditionele economische denken zich vooral op maatstaven als bruto binnenlands product en koopkracht. Welvaart omvat volgens hen – in lijn met het gedachtegoed van Keynes – ook andere factoren, zoals welzijn, gezondheid en een gezonde leefomgeving.

Kijk breder dan het monetaire

Uiteraard onderschrijven we deze stelling, want de focus op het monetaire die we inderdaad de afgelopen decennia te veel hebben gezien in economenland, doet onrecht aan de vele facetten van het menselijk leven. Wie zijn geluk slechts in rijkdom zoekt, zoekt voorwaar verkeerd, zo zou de Prediker in het Oude Testament gezegd kunnen hebben. Dit geldt ook voor bedrijven, waaraan terecht meer en meer gevraagd wordt om oog te hebben voor de bredere maatschappelijke omgeving waarin ze opereren.

We juichen het dan ook zeer toe dat juist de decanen van de faculteiten Economie en Bedrijfskunde een bredere taakopvatting voor hun instellingen zien weggelegd. Ook VNO-NCW is al langer bezig zijn vizier te verbreden. ‘The only business of business’ is al lang niet meer louter ‘business’ binnen onze Malietoren. Zo heeft VNO-NCW steun gegeven aan de ontwikkeling van een lokaal netwerk van de UN Global Compact in Nederland. Inmiddels zijn er meer dan 300 bedrijven in Nederland die voorop willen lopen met deze universele principes over milieu, mensenrechten, arbeid en anti-corruptie. Daarbij heeft VNO-NCW een visie gelanceerd die breder is, en die naast groei ook ingaat op inclusiviteit en duurzaamheid (VNO-NCW en MKB-Nederland, 2021).

Maar is voor verbreding wel een herdefinitie van de economische professie nodig? Die vraag vinden we moeilijker. Want waar lopen de leerboek-formules vast in het realiseren van een samenleving die niet alleen productief is, maar ook duurzaam en inclusief? We beantwoorden die vraag aan de hand van het drieluik waarmee wij zelf brede welvaart hebben ingevuld, te weten productiviteit, duurzaamheid en inclusiviteit. Dit zijn concepten die operationeel verder worden uitgewerkt door CBS (2022) en Rabobank (2023).

Focus op schaarste

Voor onze eerste pijler, productiviteit, hoeven de leerboekjes niet herschreven te worden. Ook de oudere boekjes niet, zoals die van Smith en Ricardo. Sterker nog: mede door de focus op optimalisatie bij schaarste hebben economen geholpen om de materiële welvaart te vergroten. De economische wetenschap heeft zo – samen met een ongekende technologische vooruitgang – bijgedragen aan de spectaculaire lotsverbetering van de mensheid, die het grootste deel van haar bestaan leefde met honger en armoede. Het aantal allerarmste wereldbewoners is sinds de jaren negentig van de vorige eeuw gedaald met 130.000 per dag (data: Wereldbank).

Dit grote goed is helaas geen onomstreden bezit. Onze zorg is dat de welvaartsgroei stokt. Het definitief uitroeien van extreme armoede vergt aanhoudende voorspoed. De vraag aan economische onderzoekers is dan ook: hoe voorkomen we deze stagnatie?

Ook wat betreft duurzaamheid hebben economen met hun klassieke invalshoek constructief meegedacht. In weerwil van het cliché gaat de economie namelijk over alle schaarse factoren, niet alleen maar over geld. Dus juist ook over een leefbare atmosfeer of schone lucht; en dat zelfs helaas in toenemende mate. Met hun standaard-arsenaal droegen economen met analyses over beprijzen, subsidiëren en normeren bij aan duurzaamheid. Heertje bijvoorbeeld was zelfs een van de economische klimaat-pioniers.

Nu de schaarsteproblematiek terug is bij duurzaamheid, ziet Bouman (2022) hier bij uitstek een rol voor economen. Economen en bedrijfskundigen waren er wel wat laat bij, zou je kunnen stellen; het Impactforum lijkt dat ook ruiterlijk te erkennen, vandaar hun pleidooi voor een verbreding buiten  het puur financiële kader. De analyses van economen over het beprijzen, normeren en subsidiëren van schone lucht, schaarse natuur en zuiver drinkwater blijken echter nu zeer bruikbaar.

Bij onze wens voor een inclusieve samenleving – de derde pijler van onze visie – past het leerboekje wat minder. De zorg om ‘niemand achter te laten’ gaat namelijk over veel meer dan louter schaarste. Het is ook het domein van de sociologie of de filosofie. Toch hebben ook economen rechtvaardigheidsprincipes geformuleerd en kunnen ze aangeven hoe welvaart het beste te verdelen en te herverdelen valt, uitgaande van politieke postulaten (Sen, 2013). We zouden graag van economen willen horen hoe dit soort principes ons kunnen helpen bij het realiseren van gelijke kansen voor iedereen – een speerpunt van ons bij dit vraagstuk.

Ervaringsobject en kenobject

Wetenschapsfilosofen onderscheiden het ervaringsobject (het te bestuderen fenomeen) van het kenobject (het type vragen bij dit fenomeen). Economen boeken waarschijnlijk de beste resultaten door zich te houden aan hun eigen ‘kenobject’ van de optimalisatie van keuzes ten aanzien van het ‘ervaringsobject’ van een mooiere maatschappij.

Door via hun ‘schaarste-bril’ bij te dragen aan een mooiere wereld, bereiken economen veel. Dat mogen de faculteiten achter het Impactforum dan in hun zak steken. Dus moet het vakgebied dan wel verbreed worden? “It is vain to do with more what can be done with fewer”, zo wist Willem van Ockham (1288–1349) al. Ook economen uit onze tijd hebben zo hun twijfels. Kalshoven (2022) en Jacobs (2021) vragen zich zelfs af of het begrip ‘welvaart’ – het onderzoeksobject van economen – zelf wel moet en kan worden verbreed.

Zelf denken we wel degelijk dat het goed is als de economische wetenschap zich ontdoet van financiële oogkleppen en zijn vizier verbreedt. Omdat we net als het Impactforum menen dat dit helpt bij het realiseren van een welvarender, duurzamer en eerlijker wereld. Voorwaarde daarbij is wel dat de discipline dat gericht doet. Deze opvatting uit de leerboekjes is daarbij behulpzaam: economen kunnen helpen om de juiste keuzes te maken, niet alleen bij materiële, maar juist ook bij immateriële vraagstukken. Met deze blik houden ze scherpte en bakenen ze hun domein af van andere gedragswetenschappers.

Economen hoeven daarbij niet, als een soort Atlas, de last van een mooiere wereld op zich te nemen; dat zou ook een miskenning zijn van de resultaten die bij deze andere disciplines zijn gerealiseerd. Neem bijvoorbeeld ‘geluk’, een domein waarbij andere wetenschappers de afgelopen decennia indrukwekkende resultaten hebben behaald; helpt het als economen ook dit meenemen in hun onderzoeksfocus? Ongetwijfeld, maar dan wel vanuit hun eigen perspectief. Anders ontstaat er een verdringing van andere domeinen hetgeen niet bijdraagt aan beter begrip. Een mooiere wereld vergt verschillende perspectieven.

Getty Images

Literatuur

Bouman, M. (2022) Het klimaat is nog te redden, mits we gaan luisteren naar economen. Het Financieele Dagblad, 20 mei.

CBS (2022) Monitor brede welvaart. CBS, 18 mei.

Heertje, A. en M. van Sandwijk (2015) De kern van de economie. Twello: Walvaboek.

Decanen sector economie en bedrijfskunde (2023) De uitdagingen van transitie. Publicatie 22 september. Te vinden op zenodo.org.

Jacobs, B. (2021) Het beleidsdebat over welvaart mist theoretische fundering. ESB, 106(4800S), 35–39.

Kalshoven, F. (2022) De ‘brede welvaart’ blijft een lastig te begrijpen ding. De Volkskrant, 20 mei.

Rabobank (2023) Brede welvaart afgelopen drie jaar nagenoeg stabiel. Rabobank, 16 juni.

Sen, A. (2013) Het idee van rechtvaardigheid. Rotterdam: Lemniscaat.

Verhoef, P., P. Groenen, M. Heijltjes et al. (2022) Transformatie-agenda voor economie en bedrijfskunde. ESB, 107(4816), 566–569.

VNO-NCW en MKB-Nederland (2021) Ondernemen voor brede welvaart: Naar nieuw Rijnlands samenspel, februari.

Auteurs

Categorieën

Plaats een reactie