Ga direct naar de content

Minder intensief landbouwgrondgebruik kan grondprijs drukken

Geplaatst als type:
Gepubliceerd om: juni 23 2023

Landbouwgrondprijzen in Nederland en België liggen hoger dan in veel andere Europese landen. En in beide landen is de intensiteit van het grondgebruik door veehouders ook groter, zoals afgemeten aan het aantal grootvee-eenheden per hectare – de optelsom van het vee gewogen naar leeftijd en diergroep. Ook als we andere landen in de vergelijking betrekken, lijkt er sprake te zijn van een positieve correlatie tussen intensief grondgebruik door de landbouw en hogere landbouwgrondprijzen (figuur).

Grondprijzen worden beïnvloed door factoren zoals bevolkingsdichtheid of de rentestand, maar ook de netto-productieopbrengst die met grond gegenereerd kan de prijs ervan bepalen. Zoals David ­Ricardo ruim tweehonderd jaar geleden al stelde: “The price of corn is not high because a rent is paid, but a rent is paid because the price of corn is high.”

De samenhang tussen landbouwgrondprijzen en intensief grondgebruik heeft mogelijk implicaties voor de verduurzaming van de landbouw. Een manier om zich richting een duurzamere landbouw te bewegen is bijvoorbeeld extensivering. Als de theorie van Ricardo opgeld doet, dan leidt minder intensief grondgebruik ertoe dat de waarde van grond daalt (of minder stijgt) omdat er minder mee kan worden verdiend – al kunnen bijvoorbeeld substitutie van grondgebruik naar productievere activiteiten, of dubbelgebruik van de grond door multifunctionele landbouw de grondprijsdaling dempen.

Het voordeel van lagere grondprijzen is dat de (financierings)kosten van extensieve landbouw zullen dalen. De grondprijs is dan – op de lange termijn – niet per se een obstakel voor een extensiever verdien­model.

Op de korte termijn zal de overgang naar een extensiever verdienmodel echter niet zonder pijn geschieden. Veel huidige boeren hebben geïnvesteerd of zijn leningen aangegaan op basis van de oude productieverwachtingen. Dalende grondprijzen nemen een hap uit hun vermogenspositie, terwijl er minder opbrengsten zijn voor het afbetalen van de leningen. De overgang van de korte naar de lange termijn is primair een transitieprobleem; en de middelen uit het Transitiefonds kunnen die transitie verzachten.

Auteurs

Categorieën

Plaats een reactie