Ga direct naar de content

Indicator zwakt minder af

Geplaatst als type:
Gepubliceerd om: mei 6 1992

njunctuurindicator

Tabel 1. Bijdragen van de componenten aan de mutatte in de DNB-conjunctuurindicator

aug. 91- nov. 91- feb. 92- mei 92-

Component

De DNB-conjunctuurindicator
toont voor juli aanstaande een verdere neergang van de conjunctuur
(zie figuur 1). De aarzeling van de
indicator in mei en juni die wellicht enige hoop op een omslagpunt deed rijzen, blijkt nog niet te
duiden op herstel. Wel neemt het
voorspelde tempo van de verdere
conjunctuurachteruitgang fors af.
Ook de realisatie van de conjunctuur, afgeleid van de produktie in
de verwerkende industrie, gaat verder omlaag. Hierbij is van afzwakking van het tempo van achteruitgang nog geen sprake.
Tabel 1 laat zien hoe de vijf samenstellende delen van de indicator bijdragen aan de mutaties in de DNBindicator. De IFO-indicator van de
Duitse industrie neemt reeds lange
tijd circa de helft van de door de
DNB-indicator voorspelde conjunctuurvertraging voor zijn rekening.
De voor Nederland voorspelde daling in het tempo van de conjunctuurachteruitgang wordt ook bij de
IFO-indicator teruggevonden. Ook
de toegenomen verwachte omzet
van nieuwe polishouders bij de NCM
draagt voor de vier onderscheiden
driemaandsperioden bij aan de mutatie in de indicator. Hetzelfde geldt

Jan. 92

IFO-conjunctuurindlcator Duitsland
Verwachte bedrijvigheid, industrie
Feitelijke orderontvangst, industrie
Verw. omzet nieuwe NCM-poIish.
Reele geldhoeveelheid

-112
-32
-23
-49
7

-125
14
-54
-18
-21

-34
-75
-23

-58

Indicator

Indicator
zwakt
minder af

okt. 91

-209

-204

-210

-62

-79
1

juli 92

-35
0
51
-21

Toelichting: De bijdragen zijn genomen ten opzichte van de direct voorafgaande driemaandsperiode en luiden in eenduizendste eenheden van de grootheden uit figuur 1,
dat wil zeggen genormaliseerde waarden.
gedurende de laatste drie kwartalen
voor de reele geldhoeveelheid. De
op een CBS conjunctuur-enquete gebaseerde verwachte bedrijvigheid in
de industrie levert voor de driemaandsperiode mei-juli aanstaande
geen bijdrage aan de verandering in
de indicator. Daarentegen levert de
tweede reeks uit de CBS conjunctuur-enquete, de orderontvangst in
de industrie, voor dit kwartaal een
positieve bijdrage aan de mutatie.
Omdat de ontwikkeling in de industrie nu nog zo sterk negatief is, is het
opvallend dat juist de op de Nederlandse industrie gerichte basisreeksen als enige twee een (verhoudingsgewijs) positief signaal geven.
In figuur 1 is de conjunctuur weergegeven als afwijking van de trend. De
trend van de produktie in de verwerkende industrie laat momenteel een
groei zien van 3,3°/°- De conjuncturele component van de produktie is inmiddels afgenomen tot exact -3,3%
(in figuur 1, in standaarddeviaties uitgedrukt, is dit -1,7), zodat de groei
van de industriele produktie precies

Figuur 1. DNB-conjunctuurindicator
2r

apr. 92

Realisatie
Indicator

tot stilstand is gekomen. Verdere
(conjuncturele) achteruitgang zou
dus negatieve groei impliceren. De
huidige conjuncturele situatie is daarmee minder gunstig dan het zich lange tijd heeft laten aanzien. Dit blijkt
ook uit de ramingen van nationale
en internationale instellingen die, de
een na de ander, neerwaarts worden
bijgesteld. Het IMF heeft recent in
haar halfjaarlijkse rapport de groei
van de wereldeconomie voor dit jaar

fors bijgesteld van 2,7% (raming oktober 1991) naar 1,4% (raming april
1992) en het CPB heeft in het Centraal Economisch Plan 1992 een
bbp-groei voor Nederland voorspeld
van 1,25% tegen 1,4% in September
vorig jaar (MEV). Het herstel van de
conjunctuur vindt naar het zich laat
aanzien-later plaats dan aanvankelijk
werd verwacht, en zal volgens ramingen van het IMF en CPB pas in de
groeicijfers van 1993 tot uiting komen (IMF: 3,6%, CPB: 2%).

Conclusie

92-

ESB 6-5-1992

De DNB-conjunctuurindicator laat
tot en met juli aanstaande een neerwaartse beweging zien. Het voorspelde tempo van conjunctuurafzwakking neemt echter af, wat
mogelijk duidt op een omslag van
de conjunctuur ten goede. Het CPB
voorziet voor Nederland een conjunctureel dieptepunt in 1992 en conjunctuurherstel voor 1993, wat
spoort met een conjunctuuromslag
in de tweede helft van dit jaar.