Ga direct naar de content

Ozb-plan is echt onzin

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: maart 5 2004

Ozb-plan is echt onzin
Aute ur(s ):
Allers, M. (auteur)
Ve rs che ne n in:
ESB, 89e jaargang, nr. 4428, pagina 120, 5 maart 2004 (datum)
Rubrie k :
Reactie
Tre fw oord(e n):

In esb van 20 februari 2004 verdedigt Olaf Merk het kabinetsplan om de ozb gedeeltelijk af te schaffen en om de resterende ozb-tarieven
aan een maximum te binden. De manier waarop hij dit doet, is veelzeggend. Hij noemt namelijk geen voordelen, maar probeert slechts de
nadelen van het plan te bagatelliseren door diverse ‘misverstanden’ te signaleren. Misverstanden zijn er inderdaad te over, maar dan wel
in zijn eigen artikel.
Het ozb-plan is door voorstanders (maar dus niet door Merk) aangeprezen met argumenten die even divers als onhoudbaar waren. Even
gemakkelijk als de argumenten vóór van tafel werden geveegd, werden zij vervangen door nieuwe. Hieruit blijkt dat het ozb-plan helemaal
niet is bedacht om een bepaald doel te bereiken, maar een doel op zich vormt. In de recente brief aan de Kamer waarin het kabinet de
hoofdlijnen van het plan uiteenzet, wordt zelfs helemaal geen doel meer genoemd1.
Er zijn dus geen voordelen, maar wel volop nadelen. Merk gaat de omvangrijke kritiek op het kabinetsplan te lijf door deze op een
handige manier te herformuleren, door selectief te winkelen in de literatuur en door halve waarheden te verkondigen. Van dit laatste geef
ik een voorbeeld. Merk stelt dat het financiële nadeel van de gedeeltelijke afschaffing van de ozb beperkt blijft tot dertig euro per inwoner
in de meest getroffen gemeente, na het kostendekkend maken van rioolrecht en reinigingsheffing. Dat is correct, maar gedeeltelijke
afschaffing is slechts de helft van het plan. Inclusief het andere deel (tariefmaximering) kan het nadeel oplopen tot meer dan honderd
euro per inwoner per jaar (bij kostendekkende heffingen). Voor een gemeente is dat veel geld. De nadeelgemeenten zijn ook niet speciaal
gemeenten met hoge woonlasten, zoals wordt gesuggereerd. Wel zijn het gemeenten met een zwakke sociale structuur en een zwakke
financiële positie, oftewel de gemeenten die toch al de verkeerde lijstjes aanvoeren (Rotterdam bovenaan). Welk doel wordt er mee
gediend deze gemeenten verder in de problemen te brengen? Die vraag zou beantwoord moeten worden.
Maarten Allers (rug/coelo)
Een uitgebreide versie van deze reactie is te vinden op www.economie.nl

1 Tweede Kamer, vergaderjaar 2003-2004, 29 200 B, nr. 11, 19 december 2003.

Copyright © 2004 Economisch Statistische Berichten (www.economie.nl)

Auteur