Ga direct naar de content

Ceteris paribus

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: januari 27 2015

.

ESB Ceteris paribus

Ceteris paribus
het woord aan…
Sascha Füllbrunn
Sascha Füllbrunn is universitair docent aan de Radboud Universiteit Nijmegen. In februari verschijnt er
een artikel van hem in de American Economic Review.
ESB stelde hem een aantal vragen.
Waar werkt u momenteel aan?
Het nemen van buitenproportioneel grote risico’s wordt gezien als een
van de belangrijkste oorzaken van de financiële crisis van 2008. Dit
heeft geleid tot een aanhoudende neiging van beleidsmakers om compensatie van managers en bankiers te reguleren. Maar om tot een efficiënt reguleringsbeleid te komen is begrip nodig van de gevolgen voor
beleid. In het lab kunnen we deze op een kostenefficiënte wijze onderzoeken. Ik doe dat in twee onderzoeken.
In het eerste kijk ik naar de invloed van speculatief handelen op asset
pricing. Afhankelijk van bepaalde veronderstellingen, zoals het bestaan
van asymmetrische informatie of arbitragemogelijkheden, voorspellen

Uit de oude ESB-doos
niverling omstreeks de oorlog

Tussen 1938 en 1950 nam de ongelijkheid van de
personele inkomensverdeling in Nederland zeer
sterk af. Van de totale afname van de ongelijkheid
(vóór belastingen) tussen 1914 en 1972 met ruim 50
procent, vond bijna driekwart plaats in deze twaalf
jaar. Daarbij vergeleken valt de nivellering vanaf 1950 vrijwel in het
niet: de ongelijkheid daalde tussen 1938 en 1950 met 38 procent en
tussen 1950 en 1972 met slechts 4 procent. Deze radicale herverdeling van het inkomen was het gevolg van een samenspel van overheidsmaatregelen en spontane economische ontwikkelingen, met in
de eerste plaats de loonpolitiek die na 1945 gevoerd werd.

theoretische modellen dat speculanten overpricing aanmoedigen op de
asset-markt. Het is lastig om deze beweringen te staven met empirisch
bewijs, omdat relevante data niet voorhanden zijn of omdat bestaande
datasets niet goed aansluiten op dit soort vragen. Maar we hebben een
maatstaf bedacht om speculatief gedrag in een experimentele setting te
onderzoeken. Daarmee bekijken we of er verschillen zijn in de prijsformatie in markten waarin de maatstaf laag is (geen speculanten) of hoog.
In een tweede onderzoek kijk ik hoe verantwoordelijk gedrag het nemen van financiële beslissingen beïnvloedt. In de literatuur wordt verondersteld dat het gedrag van een individu met beslissingsmacht enkel
getriggerd wordt door zijn beloning. Zowel theoretische als experimentele studies richten zich enkel op de impact van financiële prikkels op
het maken van (risicovolle) keuzes. Ons onderzoek poogt dit te omzeilen door te focussen op het maken van financiële keuzes namens een
ander.
Wat volgt er uit uw onderzoek?
Er ontstaan grote zeepbellen op markten met enkel speculanten. Het
resultaat is belangrijk voor de recente controverse over de invoer van
een belasting op financiële transacties en geeft aan dat de impact van
(excessieve) speculatie op de markt voor financiële middelen van groot
belang is voor de toezichthouders. Uit de tweede studie blijkt dat sociale risicovoorkeuren vaak sterker zijn dan persoonlijke. Gemiddeld
investeren proefpersonen minder geld in een risicovol project namens
anderen dan zij voor zichzelf zouden doen. Maar als het neerwaartse
risico wordt weggenomen investeren ze zelfs de hoogst mogelijke hoeveelheid namens anderen. De uitdaging is dus het vinden van een tussenweg waarin verantwoordelijke, maar tegelijk winstgevende investeringen mogelijk zijn.
Wat is het belang van uw onderzoek voor de beleidsmaker?
In het algemeen geloof ik dat experimental finance beleidsmakers ondersteunt in het komen tot verantwoord beleid. Enkel in het lab kunnen we
testen of bepaalde beleidsmaatregelen tot het gewenste beleid leiden.

Van Zanden, J.L. (1986) Inkomensverdeling en overheidspolitiek, 1938-1950.
ESB, 71(3567), 768-771.

64

Jaargang 100 (4702) 29 januari 2015

Auteur