■ Marion van den Brakel en Ferdy Otten (CBS)
Het aantal mensen met een topinkomen is vanaf 2011 sterk toegenomen. Van de 13,4 miljoen mensen in Nederland met een persoonlijk inkomen in 2017 hadden er bijna 360.000 een inkomen van meer dan 100.000 euro. Dat zijn er 125.000 meer dan in 2011 (figuur). De toename was na 2014 sterker dan tijdens de crisisjaren ervoor.
Er zijn bijna vijf keer zoveel mannen als vrouwen met een topinkomen. In 2011 was dat nog zeven keer zoveel. Het aantal vrouwen met een topinkomen groeide in de periode 2011–2017 dan ook iets sterker dan bij mannen, omdat er steeds meer vrouwen in topfuncties bij komen. Het topinkomen van vrouwen is gemiddeld 153.000 euro. Maar mannen met een topinkomen hebben in 2017 meer, namelijk 175.000 euro – vooral omdat ze ouder zijn en vaker voltijds werken.
Van de mensen met een topinkomen was in 2017 58 procent werknemer. Ruim een kwart betrok zijn inkomen vooral uit de eigen onderneming en de resterende vijftien procent bestond grotendeels uit gepensioneerden. De verhoudingen zijn anders wanneer we kijken naar álle Nederlanders met een persoonlijk inkomen. In 2017 ontving bijna de helft van hen voornamelijk loon, krap tien procent was zelfstandige, en de rest had een uitkering. Het drie keer zo hoge aandeel zelfstandigen onder de topinkomens heeft vooral te maken met de grote winsten die zij in tegenstelling tot werknemers kunnen maken, zeker tijdens een hoogconjunctuur.
Het persoonlijke inkomen omvat het inkomen als werknemer, als zelfstandige, uit een uitkering, ontvangen overdrachten (partneralimentatie) en het inkomen uit pensioen. Op de (som van) deze inkomsten worden alleen de betaalde premies inkomensverzekeringen in mindering gebracht. Inkomensbestanddelen waarvan niet duidelijk is aan welke persoon in het huishouden ze moeten worden toegerekend (zoals bijvoorbeeld huurtoeslag en inkomstenbelasting) zijn buiten beschouwing gelaten.
Auteurs
Categorieën