In het derde kwartaal van 2022 hadden 2,1 miljoen mensen in Nederland van 55 jaar en ouder betaald werk. Dat zijn er bijna 700.000 meer dan in het derde kwartaal van 2013, bij de start van de cijferreeks. Dat komt zowel door de vergrijzing als door de toenemende arbeidsparticipatie van de 55-plussers op de arbeidsmarkt.
Bij de hogere participatie speelt mee dat prepensioenregelingen als de VUT zijn afgeschaft en dat in de afgelopen jaren de AOW-leeftijd verder naar boven is verschoven, nadat deze werd gekoppeld aan de levensverwachting. Het aandeel werkenden onder de 55- tot 65-jarigen (nettoarbeidsparticipatie) nam toe van 58,6 in 2013 naar 73,2 procent in 2022. Bij 65- tot 75-jarigen groeide dit aandeel van 10,0 naar 16,4 procent. Onder 75-plussers is de nettoarbeidsparticipatie ook wat toegenomen, maar hun arbeidsdeelname is met 2,6 procent relatief gering. De toegenomen arbeidsdeelname onder 55-plussers was wat sterker bij vrouwen dan bij mannen.
Van de 55-plussers met werk deed bijna de helft dit in 2022 in voltijd. Dit aandeel neemt met de leeftijd af. Van de 55- tot 65-jarigen werkte 53 procent voltijd, bij 65 tot 75 jaar was dit nog 28 procent, terwijl dat onder 75-plussers slechts 16,2 procent is.
Sinds 2013 werken er veel meer 55-plussers als zelfstandige, ook verhoudingsgewijs. Van de 55-plussers waren er in 2022 556.000 werkzaam als zelfstandige. Dat zijn er 231.000 meer dan in 2013. Deze toename is naar verhouding veel sterker dan onder de jongere leeftijdsgroepen.
Het aandeel zelfstandigen stijgt met name sterk na de pensioengerechtigde leeftijd. Onder 55- tot 65-jarigen met werk was het aandeel zelfstandigen 22 procent in 2022; onder de 65- tot 75-jarigen is dit 44 procent en bij de 75-plussers 76 procent. Sowieso heeft men na de AOW-leeftijd vaker een flexibele arbeidsrelatie dan ervoor. Waar het merendeel van de 55- tot 65-jarige werknemers een vaste arbeidsrelatie heeft, verschuift dit bij oudere leeftijdsgroepen meer naar flexibel werk. 75-plussers hebben zelfs vaker een flexibele dan een vaste arbeidsrelatie. Zij werken met name als oproep-, inval- en uitzendkracht.
Auteur
Categorieën