In de afgelopen jaren zijn rentes wereldwijd sterk gedaald. Sinds december 2011 ontvangt de Nederlandse Staat over een deel van de staatsschuld zelfs negatieve rente, wat betekent dat beleggers geld toeleggen op verstrekte leningen. Het weerspiegelt de extreem ruime liquiditeit in het eurogebied, gevoed door het beleid van de ECB. De Nederlandse rentes zijn in de loop van de tijd steeds verder gedaald. Zo ontvingen beleggers in december 2011 een rendement op driemaands schatkistpapier van –0,004 procent, tegenover een rendement van –0,75 procent halverwege november 2016. Overigens wordt het grootste deel van de staatsschuld nog steeds gefinancierd tegen positieve rentes. In totaal betaalde de Staat in 2016 ruim 7 miljard euro aan rente over de staatsschuld.
In een negatief renteklimaat wordt niet gewerkt met negatieve rentecoupons omdat deze praktisch lastig te hanteren zijn. Nieuwe leningen met een negatief rendement worden uitgegeven met een couponrente van 0 procent, waarbij het effect van een negatieve rente wordt doorberekend in de aankoopprijs die beleggers betalen. De Staat ontvangt de negatieve rentebaten dus in één keer bij de uitgifte. Er geldt een negatief verband tussen rendement en prijs. Zo is er in juni 2016 voor het eerst in de Nederlandse geschiedenis een vijfjaarslening met een coupon van 0 procent geveild tegen een effectief rendement van –0,23 procent en een uitgifteprijs die boven de nominale waarde van 100 lag.
Tussen januari 2015 en november 2016 heeft de Nederlandse Staat circa 131 miljoen euro verdiend aan de negatieve rente op schatkistpapier, leningen met een looptijd tot maximaal één jaar (figuur). Leningen met een looptijd langer dan één jaar, beter bekend als staatsobligaties, hebben in diezelfde periode circa 195 miljoen euro aan rentebaten opgeleverd. Totaal heeft de Nederlandse staat zo’n 335 miljoen euro verdiend. Dit heeft gunstig uitgepakt voor de staatschuld.