19 ])ECEMBER 1923
AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.
Economisch~StátistiSche
Berichte’n
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL. NIJVERHEID, FINANCtËN EN VERKEER
ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART
UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
8E JAARGANG
WOENSDAG 19 L
INHOUD
. Blz.
VEREENIOINC:
VOOR
DE STAATHUISII0001UJNDE EN DE
STATISTIEK. DE STUDIE VAN DE EKONOMJE AAN ONZE
UNiVERSiTEITEN II (Slot) door
Mr.
R.
Mees ……
1074
In en om de Indische Begrooting fl1 door
J.
Sibinga
• Mvlcier ………………………………….
1076
De Wâarde van dcii Niederlândscheu. Guldeii dooi
Prof.
Dr. W. C. MeesR.Asn.
met niisehrift door
Prof. Mr.
•
W J.
Brui as ……………………………
1079
Terniijnhandel op Java door
A. Vol.z ………………
1081
BUITENLANDSOHE MEDIIWERKISG:
Enkele opmerkingen over den Politieken toestand
door Dr.
T. E.
Gregory
…………………..
1081
AANTEKENINO:
Indexcijfers van groothandeisprijzen ………….
1083
BOEKAANKONDICING:
International Yearbciok ol Agrièultural Statisties
1922,
bespr. door
Jan ,Schilticuis …………….
1084
STATISTIEKEN EN OVEItZICI-ITEN …. . ……….
1085-1091
Geidkoersen.
Effectenbeurzen.
Wisselkoersen. . .
Goedérenhandel.
Bankstaten.
Verkeerswezen.
INSTITUUT
VOOR ECONOMISCHE GESCHRiFTEN
Algemeen Secretaris: Mr. G. W. J. Bruins.
Redacieur-Secretaris van het weekblad: D. J. Wansink.
Secretariaat: Pieter de Hooghweg 122, Rotterdam.
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruige Plaatweg 37.
Telefoon Nr. 3000 Postchôque- en girorekening
Rotterdam No. 8408.
Abonnementsprijs voor h&t weekblad franco p. P.
in Nederland
f
20,—. Buitenland en Koloniën f 25,-
per paar. Losse nunimeis 50 cents.
Leden en donateurs van het Instituut ontvangen
het weekblad gratis.
De verdere publicaties van het Instituut uitgaande
ontvangen de abonné’s, leden en donateurs kosteloos, voor zoover daaromtrent niet anders wordt beslist.
Advertenties f0,50 per regel. Plaatsing-bij abonne-
ment volgens tarief. Administratie van aborviernenten
en advertenties: Nijgh dl van Ditmar’s Uitgevers-
Maatschappij, Rotterdam, Amsterdam,, ‘s-Gravenhage.
–
BERICHT.
Met het oog op de a.s feestdagen zal het volgend
uinmer Vrijdag 28 :Iezer verschijnen.
18
DECEMBER
1923.
De verhoog.ing der tarieven van De Neclerlancisehe
Bank in liet midden der wiiek werd geheel gemoti-
veerd door cle vaste stemming op de geidmarkt, die dan
oolc cle verhooging direct geheel overnam. Het aanbod
van geld bleef buitengewoon klein en cle markt moest
ook verder herhaaldelijk op de Bank steunen.’ Parti-
cuUer. disconto was de geheele week gelijk aan het. of-
ficieele tarief of er iets boven; cle prolongatierente
steeg tot
51%
pOt. * * *
hoewel-de diseontovoet van De Nederlandsche Bank
ECEMBER 1923
No. 416
‘inhet begin van dc afgeloopen weeIc met een ;half
iercent verhoogd werd geft le
pos:t
biunenlandsche
wiiels op de halana van de central. crediet:instelliig
toch nog een aanmerkelijke stijgin te zien. In totaal
liep zij van
f
190 millioen tot IT 212,2 millioen
Op.
te vermeerdering, die vrijwel uitsluitend do Hoofd
bank betreft, is nagenoeg geheel toe te schrijven aan
cle toegenomen credieteischen van het bednijfslevcii.
lIet bedrag der rechtstreeks hij de Bank geplaatste
schatkistpromesseu nairi in deafgelooiien iveek sleehfs
met
f
1 millioen toe. Het hoofd beleeniingen vertoont
blijkbaar in verband met de vcrhooging van ccii vol
–
percent, welke de beleeningsrente der Bank op 12 de-
zer onderging, een daling van
f
10,8 milliden. Deze
daling geldt uitsluitend de- efectenbeleeniiigen en
komt voor het grootste gedeelte voor rekening
v411.
de
lloofdbanlc en de Bijbank.
Het renteloos voorschot aan liet Rijk steeg met een
kleine
f
300.000,—. De z1vervoorraad dun • Ba ik blijkt
niet
.f
1,2 millioen te zijn toegenomen. De post paiier
op het buitenland daalde met
f
500.000,—. De diverse
ieken ingen op dc actiefzijde der bala is stelden zich
f
4,7miilioen lager dan venledcn weiik.
De biljettencirculatie klom met
f
1,8 milioen. De
rekening-couiant saldi liepen met
.f
1,3 millioen te-
rug. 1-let beschikbaar- metaalsaldo vertoont een stijging
van T 900.000,—. * * *
De wisselmarkt was cle afa-eloopen week wederom
zeer rustig hij belang-rijlc i ngekroinpen omzetten. Voor
geen enkelen wissel valt iets bijzonders te vermelden.
De verhoogng van het bank(fisconto had voori oopig
geen overvegedon invloed op liet- koeisvoil
001)
van
den Dollar; de flauwe stemming, die reeds te voren
herschte, wei-cl niet door een verdere daling gevolgd.
–
–
•
LONDEN, 15 1)ECEMBER
1923.
Tot veler verwondering hield liet groote aanbod
0])
de geiclmarkt deze week aan, alhoewi niet mOer in cle-
zelfde mate. Terwijl aan liet einde van de vorige week
voor daggeld zoo goed als geen emplooi to vinden was,
kwam tegen het midden van deze week meer vraag en
hoorde men dat tot 21% pOt. toe i’oor kort crediet ho
taald werd. De meeste zaken wrderi echter tusseheit
1 en- -2 püt. afgesloten. Zevendaagsgeld bleef oui’er-
anderd. –
De cl:icoiitoniirktw’as lusteloos en de koeisen bleven
op hetzelfde peil. –
2-mnds. prima bankaecept ……….3/16 pOt.
–
3
–
pOt.
4.
pOt.
0- ,,
,,
,,
37/_34 pOt.
II
1074
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
19 December 1923
VEREENIGING VOOR DE STAATHUIS-
HOUDKUNDE EN DE STATISTIEK.
De Studie van de Ekonornie aan onze Universiteiten.
1
II. (Slot).
Toen het bleek, dat vrijwel algemeen de wens he-
stond om voor hen, die buiten de handel en indust.ri.c
niaatschappelike funkties zouden bekleden, een be-
tere opleiding in de ekonoinie in het leven te roepen,
kwam cle tweede vraag naar voren: Hoe zal dit onder-
wijs ir de bestaande Organisatie van het onderwijs
worden ingevoegd?
Do kommissie had voorgesteld cle juridiese fakul-
teit uit te bouwen tot een juridies-ekonomiese, en
door een differentiatie in het leerprog.ram aan de stu-
clenten gelegenheid te laten zich meer in het hiezon-
dr te ontwikkelen in privaatrechtelike-, publiekrecli
telike- of ekonorniese richting. Dit denkbeeld vond bij
velen steun. Prof. Dr. 0. A. Verrijn Stuart (Utrecht)
behoorde tot de krachtige verdedigers van een betere
ekonomiese opleiding aan de universiteit, niet alleen
als algemene propaedeuse, maar ook als onderdeel van
de studie aan de rechtsgeleerde fakuiteit, hoewel hi.j
tegen het voorgestelde programma enige bedenkingen
had. Hij vond de uitbouw van de juridiese fakulteit
in ekonomiese richting gewenst en noodzakelik, en
bepleitte de toevoeging aan de universiteit van een
ekonomies instituut. Ook Prof. Bordew’i.jk (Gronin-
gen) steunde het voorstel van de kommissie; desge-
lijks Prof. Van Embclen, lid van de juridiese fakul-
teit in Amsterdam.
Het verbonden blijven van het universitair onder-
wijs in de ekonohuie met de juridiese fakulteit, out-
moet,te intussen ook bezwaren. In haar praeadvies had
Mej. Van. Dorp zich van de juri.dieso fakulteit eigen-
lik al. geheel losgemaakt. Prof. Dr. N. J. PoI.ak (Rot-
terdam) wees op de moeilikheid en uitgebreidheid vitn
dc ekonomiese studie, cii voorzag van een verbinding
met de juridiese studie een noodzakelike oppervlak-
kigheid naar heide kanten. Prof. Dr. J. A. Veraart.
wenste cle oprichting van een bi.ezo:nde.ro ekoiiomiese
faklilteit, in zich zelf gecliffc…cntieercl; alleen
01)
deze
wijze, meende hij, zou een. zuiver wefenschappelike be-
oefening van de ekonomie voldoende gewaarborgd
zijn.
Naast deze laatste beschouwingen weerki on ken ook
andere klanken.
,,Ligt het tekort in de ekonomiese studie”, zo vroeg
Spanjer, ,,niet veeleer hij dc p..ofessoren, clan hij
het .i nstituut?” Volgens deze spreker ware het w’el wen-
selik om terug te gaan tot Adam Smith en het eigen.-
belang ook als prikkel bij het onderwijs in ere te her-
stellen, door voor cle hoogleraar een matig honora-
:rium to bepalen en diens inkomen vbrder afhankehk
te stellen van cle toeloop van studenten.
Heel and.rs van karakter was de bedenkiug van de
heer Kuyper. is het wel redelik, vroeg deze, om cle be-
tere ckouomicse studie, die wij wnsen, in te lassen
in een van onze juridiese fakulteiten, en is het niet
veel weiiseliker voor de hier verlangde opleiding ge-bruik te m:iken van de twee Nederlandse instellingen
van hoger onderwijs clie ook op dit ogenblik al sterk
ekonom:ies zijn georienteerd, ni. do Neclelandsche T-Ton-
clels Hoögeschool te Rotterdam, en de handelsfakul-
teit te Amsterdam? Daar was reeds liet onderwijs tot
belangrijke hoogte ingericht zoals liet nu in de ver-
gacloring werd bepleit-, en het zou heel wat gernaicke-
liker en ekonomieser zijn om het onderwijs aan deze
instellingen, dat nu hoofdzakelik voor a.s. kooplieden
bestemd w’as, ook geschikt te malcen voor hen, die bui-
ton het bedrijfsleven een z.g. niaatsehappolike positie
wensen. te bekleden,’ dan een juridiese fakulteit, w’aar-in op het ogenblik de ekonomie een onhetelceiiende rol
vervulde, en voor welke het ekononiies accent een ge-
hele karaktorverandering zou betekenen. in het rap
port van de kommissie was van de twee instituten van
:1)
Vereenvoudigde spel
i tig]
hoger handeisonderwijs weliswaar melding gemaakt,
maar de kommissie meende dat nog een belangrijke
kategorie van funkties niet door het handelsonderwijs
en evenmin door cle juridiese falculteit vetd gedekt,
en dat daarom uitbouw van de juridiese fakulteit tot
een juridies-ekonomiese, noodzakelik was. Ook deze
feitelike praemissen vonden in de vergadering ho-
stri.jding, met name van de kant van de hee:r W.
Willems, drs. in de handelswctenschap (Rottet
dam), d:ie wees op verschillende funkties, welke in
het rapport van do kommissie als onverzorgd waren
aangegeven, en waarvoor toch ongetwijfeld aan de
Handels Hoogesehool gelegenheid tot opleiding h-
stond. Een even warme verdedgiiig vond het bestaan-
cle hoger handelsonderwijs bij de heer G. J. Otten, drs.
handelswetenschap (Rotterdam) en deze beide heren
stemden van harte in met de uitvoerige adres
seii. hij de vergadering ingelromen namens de Elcono-
m:iese Kring te ‘s-Gravenhage, en de Kommissie voor
Studievertegenwoordiging aan de Nederl. I-Iaiîdels
.1 loogeschool.
T-Tot pleidooi van aansluiting bij het hoger han
1
deis-
onderwijs bleef niet zonder bestrijding. Prof. Berde-wijk, dit handelsonderwijs ten volle waarderend, gaf
toch de voorkeur aan een ruimere ekonomiese oplei-
ding aan een universiteit. Prof. Ve.aart zag in de
hogeschool tegenover do un:ivorsiteit te veel liet in-
stituut van valcopleiding en meende dat men alleen
aan de universiteit do wetenschap van de ekononiie
zou leren beoefenen om dej’ wetenschap wille (be-
schouwing waarmee de heer Willems zich allerminst
irerenigde. Ook Prof. Van Embden (van de gemeen-
teliko Universiteit te Amsterdam), die toch in zijn
universitair verband de handelsfakuiteit vlak hij de
ha.nd had, gaf, ioor een belangrijk deel om praktiesc
redenen, do voorkeur aan een uitbouw van cle inn-
clieso fakulteit tot een junidies-elconomiese, bovei i. het
geschikt maken van de meer. ekonomies georienteerde
handelsfakujteit voor onderwijs aan anderen dan aan-
staandle kooplieden.. Hij wees er op dat men nu een-
maal in de loop der jaren voor tal van funkties jans-
1
en had genomen, en dat claa.rom voorlopig zal. blijven
doen. Daarom i.s liet nodig dat deze juristen zich iii
ekonomiese richting specialiseron kunnen, en daarom raadt hij aan, voorshands het heil te blijven zoelcen in cle juridiese fakulteit.
Het jonge hoger handelsonderwijs is in deze die-
1ussies even op de drempel verschenen van het ocuic
en heilige interieur van de jur:idiese wetenschap. Mis-
schien met de overmoed die aan cle jeugd eigen is;
maar ook niet de Icracht en cle f.risheid, clie van die
zelfde leeftijd het symptoon vormen. En. de verschil-
lende argumenTen afwegende, waarmee men aan een
aansluiting hij de junidiesc falculteit boven die aan
het handeisonderwijs de voorkeur gaf, leek toch eigen- –
lk het argument van Prof. Van Embden wel het
sterkste, het argument hetw’olk men, naar gelang van
zijn inzicht in de zedeli.ke waaide daarvan, dat van.
de historie of dat van des.leui zou kunnen noemen.
Men is gewoon geweest juristen aan te stellen in he
stuursfunkties, in maatsehappelike posities. Bij die
funkties is veelal liet ekonomies inzicht vanmeer be-
lang clan het junidies inzicht, en dat men daarvoor juristen heeft uitgekozen is zeker hierom geweest,
omdat geen andere voorbereid ilug iii Nederland de-
zelfde waarborg gaf van oefening in zelfstandig den-
ken, gepaard aan enige ekonomiese en,jur.idiese kennis.
l)at men voor al deze niet-urtdieso betrekkingen ge-
woon is geweest juristen aan te stellen is dan ook
voor de junidiese fakulteit een pluim op de. hoed. Bij
dc verschil] encie takken van hoger onderwijs vindt
men overal een vakopleiding; alleen uit cle jurist
groeit behalve cle vakman (rechter of advocaat) ook de
losse werkman, de man, die een algemene geschiktheid
bez:it, daar waar liet niet om specifieke vakkennis is
te cJ,oen. De jurist wordt bij uitstek de bruikbare man.
.1-let is inderdaad opvallend in hoe ver uiteenlopende
betrekkingen. de juristen – zonder noemenswaarde
19 December 1923
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1075
differentiati instudie – goed op hun plaats blijken
te zijn. Het is zeker *aar, dat om deze redenen de ju-
ridies tudie een histories prestige verkregen heeft,
zoals Prof. Van Embden dat uitdrukte. En bij de grote belangstelling vooi de ekonornie, die juist in onze tijd
zö sterk naar vdren komt,en’ die de aanleiding vormde
voor dë in dit overzicht besproken diskussie, ‘mag
men toëh wel ter dege’in het ôog houden dat ook een
zekèr begrip ei kennis va n» het recht bij ‘al de funkties,
die men in deze bijeenkomst op het oog had, en ook
bij de zuivere handelsbetiekkingen, eeii noodzakelik
elemeht vormt. Maar :de ‘vraag blijft met dat al of de
opleiding tot de maatschappelike funkties biiifen de
handel, waarbij de kènis ‘van ekonofaie op de ‘voor-
grond staan zal, niet beter aan ‘te passen is bij dat nu
besta’ande handelsonderwijs dan bij het juridies onder-
wijs. Het is aan deze instituten, ‘dat voor het èerst
aan de staathuishoudkunde een belangi,jke plaats is
toegekend. ‘Te Rotterdam bestaan nu reeds ‘ voor’ de
ekonomie 3 hoogle’varen (twee gewoon en een buiten-‘ gewoon), voor ekonomiese geschiedenis één, voor eko-
nomiese aardrijkskunde één; voor bedrijfsieer twee,
voor statistiek (vérbonden met de levensverzékering)
één (buitengewoön). De Amsterdzmsë handels fakul
teit, die jonger is, is minder toegerust, maar zal’ zich
o’nget’ijfeld’ in gelijke richting ohtwikkelen. ‘De hoog-
leraar in sta’athuishoiidkunde en s’tatistie-k aan de
juridiese fakulteiten staat daar gehëel alleen tegen-
over. Ook iii onze vereniging is de i’nvloed van liet
hoger handelsondorwi.js al merkbaar, en het was ‘wel
tekenend dat in de laatste ‘vergaderingen een aantal
studèrenderi of pas afgestudeerden van het hoger han-
delsondetwijs aannezig waren, en, zover ik neet, geen
enkel jurist in dezelfde positie. Is het nu niet rëdelik
de’ aanvulling in de studie, die nog nodig moëht zijn,
te zoeken bij het hoger handelsonderwijs, lievér dan
bij’ de juiidiese fakulteiten? In verband met de hier
i’eedz aanwezige juridiese leerkrachten zou de uit-
bouw niet eens belangrijk behoeven te zijn, stellig heel
wat minder belangrijk dan bij de juridiese fakulteiten.
Ook het buitenland geeft, dunkt mij, aanwijzing in deze richting. Als men in het rapport van de Kom-
missie naleest wat de strekking is van dè London
School of Economics, en de Ecole Libre der Sciences
politiques te Parijs, dan leiden deze voorbeelden mi.
niet tot aansluiting van de verlangde opleiding aan
de,, juridiese fakulteit.
Blijft de vraag, of ‘men, ook bij een betereopleiding
buiten de juridiese fakulteit, voorshands toch juristen
zöu blijven ben’oemen. Ik kan
mij
niet voorstellen dat
men niet het betere’voor het minder goede zou kiezen,
De juridiese fakulteit heeft inderdaad een histories
prestige, maar zulk een prestige vervalt toch snel
wanneer het alleen maar historiese waarde houdt. Het
prestige van de juridiese fakulteit in de opleiding van
juristen
(zijn
eigenlike bestemming), zal doo-r het af-
vallen van de losse werklieden er zeker niet minder
op
worden.
De studenten van de Nederlandsche Handels Hoo-geschool voelden zich door het rapport van de Kom-
missie wat te leur gesteld, omdat hun hogeschool daar-
in niet anders dan min of meer terloops genoemd was,
en dat nog wel terwijl Prof. Bruiris en Prof. ‘Van
Blom (de laatste in Rotterdam buitengewoon hoog-
leraar) van de kommissie deel uitmaakten, en ook de
sekretaris, de heer Wansink, aan de Pieter de Hoogh-
weg zetelt. Prof. Bruins heeft hun aan het eind yau
de ‘vergadering een hart onder de riem gestoken do’or
Kdn te zeggen dathun enthousiasme hem goed deed,
en dat zij bedenken moesten dat ten slotte–de stuw-
kracht van piofessoren en studenten zelf de richting
cii ontwikkeling van elk instituut van hoger onder-
wijs bepaalt. En bovendien, zo voegde hij er aan toe,
konkurrentie is altijd n’mtig, en een monopolie moet
men niet -wensen. De Kommissie laat de Handels
Hogeschool alle mogelikheid van uitgroei tot’ ,,maat-
schappij fakulteit” en verheugend’ is dat ook in de
kringen der studenten beseft wordt, dat de Hoge-
school
ttrdaad’ al een flink eind in deze richting
is gekomen. Naar de meening van deze spreker is ver-
betering van, het ekonomies onderwijs aan de univer-
siteiten nlettemi n gewenst. –
Het is, een feit, dat de korikurrentie in ons ekono-
mie-oderwijs ook thans zijn waarde heeft doen ge-
voelen. Op het ‘tot stand komen van de handeisfakul-
teit in Amsterdam is zeker het aanvankelijk succes
van de handelshogeschool te Rotterdam niet zonder
invloed geweest. Anderzijds
zal deze laatste instelling
door het ontstaan van de Amsterdamse konkurren’t
zich wellicht nog meer dan anders inspannen. Zo zal
‘het handelso-nderwijs, tezamen genomen, het hoofd
omhoog geheven houden als op het gebied van de eko-
nomie nu ook de universiteiten het goede voorbeeld
zouden gaan volgen. Voor de zaak, waar het om gaat,
al te gader voordelen.
En toch dringt tegen deze beschouwing wel heel
sterk het argument naar voren van de heer Kuyper,
en niet minder van do heer Wibaut, dat men toch ook
zorgen moet goedkoop te zijn, in geld en in geest-
kracht; dat efficiency een eis is van alle
tijden,
en
niet alleen van een malaise-periode. Geld voor goed
ekonomies onderwijs is een bij uitstek ekonomiese uit-
gaaf, werd in de vergadering betoogd: Terecht. Maar,
dan mag voor dat onderwijs ook wel de meest ekono-
mise vorm gekozen worden. Het is zeker waar dat we
pooit alleen ekonomiese motieven moeten laten gel-
den. En er kunnen zeer wel motieven bestaan, die ons
ook in dit geval van de meest ekonomiese oplossing
zullen weerhouden. Maar het wil mij voorkomen dat
het profiteren van het bestaande in dit geval toch wel
zeer voor de hand ligt. Niet alleen om het geld, maar
ok om de professoren. Al dit ekonomies onderwijs
eist onderwijzers. En al zullen ook dezen natuurlik in
groter getale worden gekweekt dan vroeger, het be-
zwaar van al te veel leerstoelen in het hoger onder-
wijs is in Nederland al zo sterk gevoeld, dat er waar-lik reden is om zich tweemaal te bedenken v66r men
op dit’ gebied tot een weer verdere decentralisatie
overgaat.
Een enigszins vreemd gevolg van een aansluiting
bij het hoger handelsonderwijs zou gelegen zijn in het
feit, dat een uitgebreide ekonornise studie dan niet
verkrijgbaar zou zijn aan enige rijksinstelling. Maar
ook dat bezwaar is niet wezenlik. Het geldt op het
ogenblik al öp gelijke wijze voor het hoger handels-
onderwijs.
Het is goed aan het eind van dit overzicht te her-
halen dat de vraag. witt onderwezen wordt, belangijker
is dan het hoe en waar. Mej. Dr. van Manen heeft met
instemming van de vergadering het beeld gebruikt
.
afl
de draad die men volgen moest van het begin
tot het eind, wilde men ten slotte ekonoinies begrij-
pen. Daar is het inderdaad om te doen. En als deze
bijeenkomst er het zijne toe heeft bijgedragen om de
noodzakelikheid van het zoeken en volgen van deze
draad in ruimer kring te doen gevoelen, dan is ook
daar’meê al goed werk verricht. Want zeker zijn deze
houvasten tegenwoordig meer dan ooit nodig. Niet
alleen de oorlog en de malaise, onze hele hedendaagse
– samen]eving is rap, een samengesteldheid geworden,
die dikwijls moeilik te beheersen valt. Intussen, des
te opwekkeuider is de poging om de draad te ontwar-
ren, des te hoger de roeping voor de ekonomiese we-
tenschap. Deze stemming verried ook de vergadering
door de gulle en vreugd-evolle wijze waarmee het ge-
hoor instemming betuigde met de woorden van onze
hioloog-ekonoom Mörzer-Bruyns:
,,De last der, beschaving wordt dageliks groter.”
Dit is zo. En laten Wij zorgen die last te kunnen
dragen met, het hoofd omhoog.
Nbg zij vêrmeld dat Prof. Van Blom namens de
opstellers van het rapport afzag van repliek, en deze in uitzicht §telde in het gedrukte verslag van de ve-
gadering.
1
–
Eén van de bèlangrijkste i’oorden, die in de ver-
1076
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
19 December 1923
gadering gesproken werden, was de mededeling van
de voorzitter, de heer G. H. Hintzen, dat in de vol
gendo bijeenkomst de vraag behandeld zal worden of
de grondslagen van het belastingstelsel hier te lande
moeten worden – herzien met het oog op de eis der
kapitaalvorming, met praeadviezen van de i heren
Treub en Wibaut. Zowel onderwerp als praeadviseurs
van de eerste grootte.
R. MEES.
IN EN OM DE INDISCHE BEGROOTING.
III.
Een ander voorbeeld van uitbriding der bestuurs-
taak buiten de grenzen der werkelijke behoeften, dat
bovendien nog een anderen kant vertoont, levert de
zoutregie.
Aan het hoofd daarvan staat een gewezen zeeofficier
en die meneer rust niet voordat hij ook de bevelen heeft
over eene vloot. Dat de Madoera-tram zout voor het
gouvernement vervoert naar de afvoerhavens is hem
een gruwel, maar dat de Koninklijke Paketvaartmaat-
schappij zout voor de Regeering naar diverse deelen
van den. Archipel brengt en daarvoor eene behoorlijke
vergoeding ontvangt is volgens hem een geldverspil-
ling, die ten hemel schreit. Dat de Madoera-tram, die
een kommervol bestaan lijdt, voor de bevolking van het
eiland van groot belang is, en zelfs als het vervoer met
eigen prauwen langs de kust iets goedkooper mocht zijn
(wat bij eene gouvernements-exploitatio
altijd
zeer
rekbaar is), de meerdere kosten welbesteed zijn in
het algemeen belang, ja, dat het gouvernement mo-
reel verplicht is op die wijze dit voor de bevolking.
zoo
belangrijke
vervoermiddel in stand te houden,
valt den zoutchef niet in; zoover denkt hij niet. Trou-
wens
bij
zooveel ambtenaren ontbreekt dat gevoel
voor de belangen der gemeenschap.
Maar het ideaal is: het zoutvervoer door eene spe-
ciale gouvernementsvloot onder zijn leiding door den
geheelen Archipel tot stand te brengen en er was reeds
een plan voor gereed. Een vloot, die zeer vele mii-
lioenen. zou kosten aan aanbouw alleen. Welke re-
tourvrachten die vloot zou hebben als ze het zout ter bestemder plaatse had gebracht? Misschien van alles
•
en nog wat voor eene minimum vracht als eene doo-
dende concurrentie voor de door den zoutchef gehate
K. P. M.? Eens stond de regeering
f
200.000,— toe
voor voorbereidende maatregelen. Gelukkig is men nog niet verder gegaan, maar het plan is niet begra-
ven. Immers het contract met de K,P. M. loopt in
1925 af. Dat de K. P. M. in de door haar bevaren
routes dat zout goedkooper mee kan nemen met
allerlei lading en zonder extra kapitaal voor aanbouw
en onderhoud enz. van schepen, spreekt. van zelve.
Maar ook de K. P. M. is eene zaak die voor de gemeen-
schap, ja voor de ontwikkeling van Indië van het
grootste belang is. Wanneer ooit een zaak van handel
het landsbelang met het eigenbelang op onbekrompen
wijze heeft verbonden en gediend, dan is het zeker
deze maatschappij. Men noamt ze wel eens de ontdek-ster van de Molukken. Ze heeft gezocht, gespeurd, be-
proefd waar vervoer te krijgen of te maken was. Ze
heef t vaak tonnen uitgegeven en s’orns tevergeefs, om
den handel door
vervoersmogelijkheden
tot ontwikke-
ling te brengen. Zeker, ton slotte ten eigen bate,
maar het algemeen belang, het belang van de bevol-
king in die streken werd er nog meer bij gebaat. Wan-
neer we in de vaarplannen zien welke plaatsen thans
worden aangedaan door de K. P. M. schepen en dat ver-
gelijken met eeuige jaren geleden en eens door de Mo-
lukken reizen, met de kustbooteu rond Oelebes enz.,
dan beseft men pas het groote werk van dë K. P. M.
Maar welke diensten heeft ze ons ni.et bewezen in
dien benarden tijd, toen er voedselschaarschte was en
voedseigebrek vaak dreigde? Toen stond ze te allen tijde gereed om, ook waar hot haar belang niet was,
voor de regeering, in casu het departement van L., N.
en II. de rijst en wat dies,rneer zij zelfs op ongelegen
tijden te brengen, daar waar het noodig was. Wan-
neer het plotseling noodig was een boot, die op ver-
trok lag aan te houden om nog
rijst
in te nemen,
a wanneer daartoe een deel der ingenomen lading
moest worden gelost, de dirëctie van de K. P. ‘vI.. ‘was
er toe bereid, hoeveel ongerief, hoeveel gemopper,
hoeveel schade het haar ook gaf.
Nergens in den Archipel is in dien bangen tijd
voedseigebrek geweest. Maar dat danken wij in de
eerste plaats aan de K. P. M. Zonder haar ruime op-
vatting van haar taak, ook afgescheiden van haar
financieel bolang, was dat resultaat ‘totaal onbereik-
baar geweest!
Zij
vervoerde voor de contractprijzen
van v66r den oorlog, hoewel door de veranderde om-
standigheden voor haar de exploitatiekosten boven-
matig stegen. Maar op haar billijk verzoek om een
toeslag öp dat vervoer, kreeg ze nul op het rekest.
Neen, dat zou ondei den Gouverneur-Generaal van
Limburg Stirum niet zijn gebeurd. Bij al zijn minder
gewenschte eigenschappen had
hij
toch een klaar
inzicht in het groote belang, dat Indië heeft bij
scheepsverbindingen in den Archipel en met de we-
reid, door onze scheepvaartmaatschappijen en boven-
al waardeerde
hij
de organisatie van de K. P. M. en
haar ruime opvatting, die het land ‘ten goede kwam.
Een sprekend bewijs daarvoor is zeker wel het feit, dat in 1920, toen voor het eerst na den oorlog wéer
Koninklijke onderscheidingen werden uitgereikt, de
afgetreden en nieuw opgetreden president-directeur
(Koning en v. d. Linden) ridder werden in de orde
van den Nederlandschen Leeuw. Zelden is eene deco-
ratie zoo wel verdiend en ik herinner mjj geen geval
dat dezelfde maatschappij tegelijkertijd in twee vail hare directeuren met eene hooge decoratie werd on-
derscheiden! En niemand heeft zich daarin meet ve:r-
heugd dan ondergeteekende, die beter dan iemand
anders in staat was het werk van de K. P. M. te be-
oordeelen!
En tot dank vooi.’ dien onverpoosden arbeid zien
we thans, getrokken door een sleepboot, geregeld een
drietal prauwen met zout geladen, straat Banka op-
varen en dat i.s het begin van de gouvernements-zout-
vloot, orii het z&ut naar den zeer belangrijken consu-
ment Bagan–si-api-api te brengen. En ze komen te
rug, niet leeg, maar geladen. Geladen met zoutevisch,
want anders zou het vervoer te kostbaar wezen.
Een trotsch gezicht dat gonvernemeuts-zoutevisch-vervoer, nog wel in concurrentie met haar contractant
de K. P.M. Meermalen ben ik het in Straat Banka
gepasseerd en telken male heb ik mij voor dat gou-
vernement .. .. geschaamd!
‘
Aan de waarheid van onderstaand bericht, dat in
het Algemeen Handelsblad van 27 Sept. ’23 avond-
blad, 2e blad, stond, twijfel ik geen oogenblik.
,,Tegenvoordig wordt er te Bagan een zeer zware con-currentie gevoerd tusschen het Gouvernement eenerzijds
en de K. P. M. anderzijds. Zijn alle verhalen waar, wel-
ke er te Bagan gaan – en ze moeten voor een groot
deel waar zijn – dan wordt er in den gevoerden con-currentie-strijd misbruik gemaakt van het feit, dat er
voor het viscbbedrijf nu eenmaal zout noodig is en het
Gouvernement het zoutvervoer en den zoutverkoop
in
handen heeft.
Gedurende besprekingen met Chineezen werd mij rond-
uit verklaard, dat ze aan de zoutsleep geen volle lading
dorsten te weigeren, omdat anders het Java Overzee-transport met verlies zou werken en hun gezegd was,
dat dan de zoutprijs, welke toch al zwaar
op
het bedrijf
drukt, noodzakelijk verhoogd moet worden. En daar
zijn
de menschen bang voor. Ook werkt het Gouvernement
met voorschotten op lading, kortom handelt precies als
de K. P. lvi., doch maakt gebruik van zijn monopolie. Dit
is mi. geen zuivere- concuirentïe. Het is droevig de
K. P. M.”sfoomers soms tien dagen op lading te zien
liggen wachten, terwijl de goedangs vol zijn. Maar dan
is de zoutsieep in aantocht en moet dadelijk retourlading
hebben.
Gevolg zal zijn, dat de K.
P.
M. het aflegt. Het zou
goed wezen, wanneer een ambtenaar van Chineesche za-
ken te Bagan kwam, om in overleg met beide partijen
tot een oplossing van deze onverkwikkelijke kwestie te
geraken. Anders zie ik de momenteel mooie K. P.
M.-ver-
binding niet lang meer bestaan. Als het zoo doorgaat,
19 December 1923
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1077
zal het niet lang duren of Chineesche booten Jeggen be-
slag op het geheele vischvervoer, zoodat dus als liet
ware het Gouvernement de K. P. M. er te Bagan zal heb-
ben uitgewerk. –
Wie maakt er een eind aan? Niemand, want op de
Algeriieene Secretarie juicht men het toe. ,,Die
K. P. M. moet maar eens voelen dat ze de regeering
met haar hooge vrachten vut. Ze zal een toontje lager
moeten zingen, als ze kans wil hebben op een nieuw
contract. Halsafsnijders zijn het, anders niet.”
Dit zijn geen uit mijn duim gezogen uitdrukkingen.
lik heb ze vernomen uit den mond van de regeerders
van Indië achter de schermen, ambtenaren van de
Algemeene Secretarie, en ze vertellen niet andersdan
de meening van hun chefs. Hoe zou het daar ook an-
clers kunnen.
Toen ik eens er op wees, dat die meening onjuist
was en men vergat niet alleen de diensten door de
K. P. M. in den distributietijd verleend, haar hulp
in de ontwikkeling van vele streken, het feit dat ze
in vrij vervoer in den wereldoorlog haar vrachten in
het belang van de gemeenschap hield verre beneden
die op de wereldmarkt, kreeg ik ten antwoord: ,,Laat
er maar concurrentie komen, bijv. een Japansche
maatschappij zou een voor de regeering veel voor-
deeliger contract willen sluiten!!
Welk een diep inzicht in zaken had deze ambtenaar.
De nationale vlag die onzen Archipel bedient ook in
tijden vah nood en internationale verwikkelingen, ver-
kocht, vernederd voor een handvol zilverlin gen! En dat
nadat we het onschatbare voordeel in den oorlogstijd
hebben ondervonden van de Nederlandsche, dus neu-
trale vloot, die onzen Archipel bevoer? Het liep mij
koud over den rug. En toch zoo is de stemming in dat
bureau van den G.-G-. Is het wonder, dat die zoutchef
in
zijn
functie blijft, het gouvernements-zoute-
vischvervoer gehandhaafd wordt en we het schouw-
spel kunnen blijven genieten, die vloot tegen te ko-
men, wanneer we aan boord van een K. P. M.-stoo-
nier door Straat Banka varen, een stoomer die wel-
licht, of thans maar al te vaak, met wanruimte varen
moet en vaart, gebonden door het contract!
En tellen de vele duizenden aan belastingen in al-
lerlei vormen door deze nationale onderneming op-
gebracht dan niet en de duizenden Nederlanders en
3avanen en Madoereezen aan wie ze werk werk ver-
schaft? En onze werven, waar de schepen worden ge
bouwd en oiizo machinefabrieken, die ze van ketels
enz. voorzien en zooveel meer?
1-let verwondert mij vaak dat eene directie als van
de K. P. M. nog steeds den moed en den lust heeft om
rustig door te gaan op haar weg en van haar kant op de meest beleefde wijze te onderhandelen mt de re-
geering van Nederlandsch-Indië.
Ze heeft een eigen kolenmijn op Borneo. (Berou)
aangelegd en op de meest moderne manier geëqai-
peerd. Ze draagt dus ook op deze wijze bij tot de ont-
urikkeling van den mijnbouw in Ned.-1ndië Een lof-
waardig.streveu zult ge denken? Dan kent ge de ve-
geering van Ned.-Indië niet. Want deze exploiteert
zelve kolenmijnen, o.a. Sawah Loento (Ombilin-
kolenveld) en Boekit Asam in Zuid-Sumatra. Het is
het departement der Gouvernements Bedrijven een
gruwe, dat de K. P. M. zelve exploiteert en dus min-
der afneemt van de,,gouvernementsmijnen, hoewel ze
wel een belangrijk deel van die productie vervoert. Maar meer en meer wordt de K. P. M. gedwongen,
wil zij het vervoer der gouvernementskolen behouden
en op redelijke voorwaarden straks een nieuw con-
ti-act krijgen, om haar eigen mijn niet te brengen op
een capaciteit, voldoende om zichzelve te voorzien of
bovendien aan derden te ver]coopen. Dat heet in 1-Tol-
land :.gedwongen winkelnering en wordt daar te-
recht sterk veroordeeld. In Indië maakt zelfs de re-
geering zich daaraan schuldig niet alleen, maar
fnuikt het particulier initiatief wanneer ‘het met
haar in concurrentie komt. Wanneer ze dan nog door
een gedelegeerd lid van de Nijverheidscommissie pro-
paganda laat maken voor de vestiging van mijnbouw
en andere industrieën, dan zeg ik met Mr. Gerritzen
(lezing in de Vereeniging van Werkgevers gehouden)
,,take care”, want wanneer het u gelukt door eigen
energie en na het loopen zelfs van groote risico, uw bedrijf loonend te maken, dan komt dezelfde regee-
ring, die u aarimoedigde maar al te vaak om u, hetzij
door doodende belastingen, hetzij door allerlei tegen-
werking in beperkende bepalingen belichaamd (adres
aan de Java-uikerundustrie, de petroleum-industrie,
de kolenmijn-industrie) het leven moeilijk maken en
u beroven van de vruchten van uw eigen energie, de
rente van het gewaagde kapitaal! –
Ik wil in dit verband nog eens even wijzen op ccvie
merkwaardige episode, waarin wijlen J. T. Cremer,
toen Nederiandsch gezant ‘te Washington, een groote
rol vervulde.
De G.-G. van Limburg Stirum verzocht de mede-
werking van onzen gezant om het Amerikaansche ka-
pitaal te wijzen op Nederlandsch-Indië, waar het goede
kansen had om flink .rentegevend te worden. Het ant-
woord van den heer Oremer was raak. Het kwam in
‘t kort hierop neer: Zeer zeker is het ‘Amerikaan sche
kapitaal bereid zich voor Nederlandsch Oost-Indië
te interesseeren, maar het zal waarborgen vragen,
opdat het hem niet gaat als het Nederlandsche en ook
het vreemde kapitaal, dat reeds in Indië gevestigd is.
Wanneer door dat kapitaal ganehe landstreken tot
ontwikkeling zijn gebracht, het vaak na geweldigen
tegenspoed rendabel is geworden dan heeft het e-
derlandsch-Indische Gouvernement maar ‘al te gretig
dat kapitaal aangepakt om het de v:ruchten van eigen
energie te benemen. Ge dreigt met opheffing van de
poenale sanctie, het instituut waardoor het alleen
mogelijk is om uw buitenbezittingen tot ontwikkeling
te brengen en het kapitaal rentegevend te maken. En
hoe heeft de Ned.-Indische regeering de suiker-in-
dustrie behandeld, die met geweldige inspaniing zich
trots allerlei tegerispoeden eene positie heeft veroverd,
die tot onberekenbaar voordeel is voor het land. Ei)
waar ge’ zoo uw eigen kinderen behandelt, is het dan
te verwachten; dat ge voor die van vreemden huize
beter zult zijn?
Ik schaarde mij aan de zijde, van deren grooten
va,1erlander, dikte zijn antwoord aan met meerdere
voorbeelden en wees er op, dat de regeering van Ned.-
Indië een ajideren weg had te gaan.
[‘let antwoord dat de heer Oremer kreeg was er een
waarvan de volksmond zegt: ,,dat de honden er geen brood van eten” en ik schaamde mij vor de regeering
van Ned.-Indjë die zoo den man behandelde, die meer
van onze economische belangen wist dan 10 van Lim-
bwrg Stirums niet zijn heden staf en in het waaraeh-
tig landsbelang, steunende op zijn rijke kennis en
ervaring, den G.-G. wees op het gevaarlijke in deze
regee:ringspolitiek, die in deren G.-G. het toppunt
vond.
Dat stuk is de eerste oorzaak geweest van dc on-
genade, waarin ik kort daarna viel, toen ik nog eens
naar aanleiding van een stuk van een der departe-
mentshoofden cle regeering er op wees, dat een der-
gelijk stuk vol onjuistheden en aantijgingen tegen
onze landbouwers en industrieelen, tendentieus van
A-Z, maar veilig achter het woordje ,,geheim”, de
regeer:ing op een geheel vcrkehrden weg bracht, clie inging tegen ‘s lands belang.
De ongenade was volkomen en werd ook van mijn
kant behoorlijk opgevangen en toegespitst. Maar welk
edu’moeite en verdriet ik ook-had gedurende het jaar
dat volgde, de G.-G. miste den moed om dan man, die
hem weerstond op zij te zetten en ik had ten slotte
het genoegen hem te zien heengaan en…. zelf te
blijven op mijn post, juist omdat ik meende in dien,
gevaarlijken tijd niet te
mogen
heengaaii.
Ik heb boven al een en ander gezegd van de rol
die de Algemeene Secretarie in de Indische staats-
huishouding speelt en dit punt is zoo belangrijk dat
1078
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
19 December,
.1923
het eene nadere beschouwing verdient. Die Alge-
meene Secretarie bedoelt oorspronkelijk te zijn het
kabinet van den 0-.-G. en haar taak kan en mag geen
andere zijn dan die van den secretaris van den G.-G.
en na te gaan of de voorstellen der departements-
hoofden of initiatief-voorstellen van den 0-0. zelve,
passen in het stelsel van wetgeving, al of niet strij-
dig zijn met bestaande ordonnantiën en al of niet pas
sen in het kader der begrooting en der regeeringslijn.
Maar de Algemeene Secretarie is langzamerhand heel
wat anders geworden behalve de bovengenoemde
functie; ze heeft eene machts- en invioedspositie in-
genomen boven de departementen, en naast den 0-0.
Voorstellen der departementshoofden worden er na-
gegaan en onderzocht er becritiseerd alsof daar enkel
d.e menschen zijn, die tot beoordeelen in staat zijn.
De commies-redacteur, om beneden aan to beginnen,
geeft zijn oordeel over een of ander stuk en houdt
natuurlijk reeds rekening met de opinie van zijn chef
die hij behoorlijk heeft verkend. Zoo gaat het stuk
hcoger op tot het komt bij een der gouvernements-
secretarissen, eindelijk bij den isten gouvernernents-
secretaris en dan
bij
den algemeenen secretaris. En
met dat sopje overgoten komt het ten slotte ter afdoe-
ning bij den G.-G. We zien dus dat meerdere perso-nen, maar allen zonder uitzondering, behalve in bo-
vengenoemde punten, tot oordeelen niet competent, hun oordeel st1len boven dat van den departements-
chef en met dat onbevoegde, als regel onrijpe oordeel,
invloed uitoefenen- op de door den 0-0-. ‘te nemen
beslissing. Dat is zoo algemeen, bekend in Indië, dat
tal van personen, lichamen, enz. zich rechtstreeks
wenden tot den Algemeen Secrtaris en in afdaleude of opklimmende reeks tot de heele reeks van secre-
tarie-a.mbtenaien door.wier handen, bepaalde stukken
gaan.
De assistent-resident, die hoog in de ranglijst staat,
gaat naar den Alg. Secretaris om
zijn
belangen te be-
pleiten öm resident te worden. Degeen die een rekest
indiende bij den G.-G. ‘doet evenzoo of gaat tot aan den cornmies-iedacteur, die zijn verzoek behandelt.
Men komt vaak bij don betrokken departementschef
met de mededeeling dat men al ter Algemeene Secre-
tarie is gewéest of gaat heen met het plan er alsnog
naar toe te gaan of om spced achter de afdoening te
zetten of om.’ te trachten eene niet-gewenschte mee-
ning van den departemen’tschef te neutraliseeren.
En allen vinden daar een aandachtig gehoor.
Men is zich daar niet alleen ten volle bewust van
de macht en invloed, maar zorgt er ook angstvallig
voor die onverzwakt te behouden, zoo mogelijk te vel-
sterken. Onder den, G.-G. van Limburg Stirum ‘vel-
den de voorstellen en. der departementshoofden eerst
door hem gelezen en gingen dan naar do Algemeene
Secretarie, ,trouvens deze G.-G. was
vrij
onafhanke-
lijk van de Alg. Secretarie. Thans is het omgekeerd,
ze gaan eerst naar de A1gemeeie Secretarie, worden
daar voorzien van de opmerkingen en meeningen van liet technisch niet deskundig personeel en komen met
clie saus gekruid ten slotte bij den 0-.-G. Was de
0.-0-. van Limburg Stirum althans op de hoogte van
de stukken zooals ze inkwamen en kon hij ze bespre-
ken met de departcmentschefs voordat ze verder gin-
gen, dat is nu anders dn het duurt soms weken voor-
dat ze den 0-0. bereiken, tot groot nadeel van een
vlotten gang van zaken en tot gevaar voor een onbe-
vangen eigen oordeel van den G.-0. Maar nu heeft
de Algemeene Secretarie vrij spel om er haar eigen,
dat is van enkele ambtenaren die’ geheel buiten de
technische zalcen van elk departement staan, opinie
en doel ook vaak i te,leggen. Ik zeg doel, omdat me-
nige departernentichef de ongenade van dat lichaam
moet ondervinden. Men staat versteld ‘als men de hee-
ren van de Algemeene Secretarie een oordeel hoort
vellen over departernentshoofden en zoovelo anderen,
die èn in positie èn – in ervariug, ook levenserva-
ring, zoo hoog boven hen staan. Daar breekt men af
in overbluffende ‘jsheid of kamt men op in dito,
al naar gelang do stemming pro of contra den per-
soon is, en het is zoolang aan deze gansche werkwijze
geen
–
einde wordt gemaakt voor een 0-.-G. uiterst
moeilijk zich aan dien invloed te onttrekken. Die Al-gemeene Secretarie maakt het hem zoo gemakkelijk.
Alles zooveel mogelijk als gesneden brood vôor te zet-
ten, met boter en kaas er op en
bij
den drukken en
verantwoordelijken werkk:ring van den G.-G. is het
inenschelijk, dat hij de groote fout die er in schuilt
aL spoedig niet meer ziet of wil zien. Maar dan is het
onvermijdelijk dat
hij
niet alleen onder den invloed
komt van de Algemeene Secretarie, maar dat deze hem
al spoedig leidt in de richting, die zij wil, dat is,
diehare ambtenaren, in de eerste plaats het hoofd,
de Alg. Secretaris, wil en de zelfstandige G.-G., die
naar eigen oordeel onbevangen oordeelt, gaat ten on-
der
-lEn daarmede verdwijnt ook het prestige van dcii
departementschef, die ook in de technisclie zaken
van zijn departement niet meer is de deskundige bij
uitnemendenheid, de adviseur in hoogste instantie van
den G.-G.
Zijn
werkkracht verlamt wanneer hij er-
varen moet dat jongelui zijn arbeid be- en veroor-
deden niet alleen, maar de macht hebben om invloed
uit te oefenen op de beslissingen, die in hoogste in-
stantie genomen moeten worden.
Hoevelen, en ik ben daaronder, hebben dat niet aan
den
lijve
ondervonden. Zelfs in zuiver landbouwkun-
dige en landbouwwetenschappelijke zaken werd een
oordeel geveld contra dat van den verantwoordelijketi
departementschef en maar al
–
te vaak dat een ambte-
naar van het departement die in de contramine was,
zelve op de Algemeene Secretarie invloed had uit-
geoefend om dus achter den rug van zijn chef om
dezen te bestrijden. En de Algemeene Secretarie is
daar
steeds toe ganicelijk voor,
temeer wanneer dat
departemen’tshoofd iemand is, die die Algemeene Se-
cretarie slechts iii haar juiste taak en bedoeling wil
erkennen.
Wat daaruit vaak voor schrjverj voortkomt is on-
gelooflijk en nog meer wanneer die departementschef
zich schrap zet en tracht door te zetten wat hij als
deskundige noodig acht.
Wanneer de Algemeene Secretarie tot haar juiste
taak en positie werd teruggebrach:t, dan zou zij zeker
met meer dan 50 püt. van haar tegenwoordige sterkte
kunnen worden ingekrompen, zou ook aan de depar-
tementen minder personeel (commiezen-redacteur, ad-‘
junctreferendarisen, enz. enz.) noodig zijn, maar
zoudo alles vlotter worden afgedaan en met heel wat
meer ambitie door de departementshoofden worden
gewerkt niet alleed, maar meer arbeid dan thans wor-
den verricht, nu clie remmende, intrigeerende invloed
aanwezig is.
Het is haast ierb1uffend waarin die invloed van
de Algemeene Secretarie al niet tot uiting komt. Als er één zaak van intimiteit is, dan is het zelcer wel de
jaarlijksche voordracht door de departementshoofden
voor Koninklijke onderscheidingen bij gelegenheid
van den verjaardag van H. M. de Koningin, opge-
maakt. Het zou rationeel, ja eigenlijk de eenig denk-
bare weg zijn, dat de 0.-EL die voordradhten even met
zijn departementschefs besprak om zoo tot
zijn
defini-
tieve voordracht to komen. Dat gebeurt echter niet,
elk ovei-leg wordt zorgvuldig vermeden. Maar aan een
of ander ambtenaar ter Algemeene Secretarie worden die voordrachten ter behandeling gegeven om daaruit
eene, natuurlijk gemotiveerde, voordracht ten dienste van den G.-G-. te maken. En deze ambtenaar wikt en
weegt: A is een prul dus wordt geschrapt, B is een
kraan, blijft staan, 0 ken best met wat minder af
want ik vind zijn stukken nu niet zoo bijzonder, D
tracht veel te veel onafhankelijk te zijn van de Alge-meene Secretarie, dus moet niets hebben, e:nz. Maar
E en F et t. q. hebben wellicht zelf of door anderen
den weg tot hem gevonden en er wordt door den amb-
tenaar op hun verdiensten gewezen, ook als ze niet
op die voordrachten stonden. Het is nog maar enkele jaren geleden dat een departementschef eens, op oti-
19 December 1923
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1079
derzoek uitging naar eene z.i. te lage decoratie aan
een zijner ambtenaren verleend en moest ervaren,
dat de ambtenaar ter Algemeene Secretarie met die
zaak belast ,,zich had vergist in den rang van dien
persoon.”
Maar zoo gaat het toch in vele zaken, terwijl de
juiste wijze van behandelen voor de hand ligt. De
0 .-G. heeft eens in de week met elk zijner departe-
mentshoofden de loopende zaken, voorstellen, enz.
persoonlijk te bespreken en naar aanlëiding daarvan zijné beslissing te nemen, nadat enkel de A1gernede
Secretarie, het kabint’ van den G.-G., die voorstellen
heeft getoetst niet op hun intrinsieke waarde en be-
teekenis, maar of ze al of niet passen in het stelsel
van wetgeving en niet met ordonnanties, richtlijn,
begrooting in strijd zijn. Die wijze van doen is niet
alleen wenschelijk, ja noodzakelijk, maar zeer goed
mogelijk daarbij en het is slechts de Algemeene Secre-
tarie, die er zich tegen verzet uit vrees de machtsposi-
tie te verliezen.
En wanneer dan de G.-G. eiken ambtenaar ter
Algemeene Sôcrétarie zonder pardon van die inrich-
t:ing verwijderde, die anders dan in speciale opdracht van hem, wien ook, te woord stond over zaken of met
hem daarover correspondeerde, dan was het uit met
die onwettige macht en invloed niet alleen, maar was
hij vlotter werk van de departementen aan heel wat
intrige en betweterij een eind gemaakt. Maar dan kan
zeer zeker het personeel tot op veel minder dan de
helft worden teruggebracht.
Reeds in den onjuisten rang die den Alg. Secretaris
wordt gegeven, ni. staande hooger dan de hoofden
der departementen, ligt een aanwijzing van de on-
juiste positie en dus een gevaar.
De geheele sfeer van Indië, niet enkel op de de-
partementen maar ook onder het publiek dat op een
of andere
wijze
met de regeeringsmachine in aanra-
king komt, en daaronder versta ik niet enkel den par-ticulier sadja, maar ook den ambtenaar, zal zuiverder
worden wanneer dat kankergezwel, steeds groeiende
in kracht, zal zijn uitgesneden!
Wij wachten al vele jaren tevergeefs op dien chi-
i-urg. De kwaal is erger dan ooit tevoren en is een
rem voor een gezonden gang
van
en een beletsel voor
een eenvoudig raderwork
in
onze staatsmachine.
Kamerleden hebben er op gewezen, gouverneurs-
generaal zijn wellicht met het voornemen in Indië ge-
komen er het mes in to zetten, maar het bleef dan bij
dat voornemen. In no time was, en ik gebruik den
geijkten term: de
G.-G. er onder. In
die tactiek vindt
(Ie Algemeene Secretarie haar wedergade niet!
(Slot volgt.)
J. SIBINGA MULDER.
DE WAARDE VAN DEN NEDERLAND,SCHEN
GULDEN.
Prof. Mr. W. 0. Mees R.Azn. te Wageningen
schrijft ons: –
,,Er loert op Indië een economische vijand, die veel
vreeselijker in zijn verwoestende kracht is, en intaai-
heid van vernietigend uithoudingsvermogen iedere
militaire macht overtreft. Die vreeselijke vijand is
inflatie”. Aldus sprak onlangs de Presideflt van De
Nederlan’dsche Bank tot de Indische Prinsen. ‘)
Is het wonder, dat, wanneer men, al of niet terecht,
ook hier te lande hernieuwde actie van dezen vijand
meent te bespeuren, onrust wordt waargenomen?
Stijging van het aantal bankbiljetten, stijging van
den dollar zijn waarschuwingsseinen, welke het pu-
bliek zoo langzamerhand meent te begrijpen.
Dat
bij
het waarnemen dier seinen dengenen, die
voor hun levensonderhoud op de rente van in geld
luidende vorderingen zijn aangewezen, de schrik om
het hart slaat, behoeft niet te worden aangezien voor
een kleinburgerlijke angst voor ‘het verlies van eenige
hehaaglijkheden des levens. Inflatie of niet-inflatie is voor bepaalde categoriéën personen een
levensvraag.
1)
“Algem. Handelsblad 17 0t. 1923, Ochtendblad.
Welk lot hen wacht wanneer inflatie eenmaal mocht
zegevieren, weten zij maar al te goed na hetgeen zij
van over de grenzen hebben vernemen.
Vrees voor inflatie beteekent dus voor de energiek-
sten uit die kringen’ een grijpen naar alle middelen,
welke nog gegeven zijn om te redden wat er te redden
valt. Hypotheken met goudclausule hadden zonder on-
billijkheid tegenover iemand’ eenige redding kunnen
brengen. Onze in deze gebrekkige wetgeving maakt
het middel echter zeer onzeker, terwijl van hooger-
hand toepassing werd tegengewerkt. Grondbezit heeft
niet rechtstreeks van eventueele inflatie te lijden
(mits niet op langen termijn wordt verpacht), maar
komt voor den bezitter van een klein kapitaaltje veel-
al met in aanmerking wegens te laag rendement en
moeilijkheid van een goede keuze en beheer. Voor
velen blijft dus niet veel anders over dan belegging
in fondsen, luidende in een munt van meerdere waar-
devastheid dan de gulden heeft. Uit den aard der zaak
richten aller oogen zich naar het land van den gouden
standaard: Amerika. De fondsen zelf behoeven nog
niet bepaald Amerikaansch te
zijn;’als ze maar in dol-
lars luiden is menigeen tevreden. Het wantrouwen
geldt menigmaal niet zoozeer den debiteur als wel de
munteenheid. Zoo doet het vreemde geval zich voor,
dat onze leeningen in Amerika moeten worden ge-
plaatst en dan met graagte door Nederlanders aldaar
worden gekocht. Alleen omdat ze in dollars luiden,
geeft men de voorkeur boven de hier te lande uitge-
geven stukken. Heel wat rationeeler en goedkoopei
ware het. dus voor ons land, indien de uitgiften dade-
lijk in Nederland werden geplaatst. Een dollarleening
zou hier te lande thans zeker op succes kunnen bogen.
Niet het Nederl. crediet is geschokt, maar het ‘ver-
trouwen in het betaalmiddel. De emissie van een Ne-
derlandsche dollarleening hier te lande zou echter een
openlijke erkentenis zijn van de minderwaardigheid
van ons betaalmiddel tegenover het Amerikaansche en
die openlijke erkenning houdt gevaren in.
Die latente, maar telkens weer oplaaiende onrust toont duidelijk, dat wij op den verkeerden weg zijn
met ons geldwezen. Zoolang zij blijft bestaan zal ons
geidwezen zich in een uiterst precairen toestand blij
–
ven bevinden, want wantrouwen in het betaalmiddel
kweekt inflatie. Dat wantrouwen moet dus worden
veggennmen. Alleen terugkeer tot den gouden stan-
daard kan dat doen.
Mr. Tetrode, directeur van De Ned. Bank heeft
onlangs de aandacht gevestigd op de massa’s Neder-
landsche bankbiljetten (wellicht ter waarde van
f
300
millioen of meer), thans in Duitschland circuleerend.
Wanneer te eeniger tijd deze naar ons land terug-
vloeien, zullen ze een sterk infieerenden invloed heb-
ben. Terecht is De ‘Nederlandsche Bank op dit gevaar
bedacht. Zij heeft zich met een geweldigen wal van
goud en goudvorderingen omgeven.
Jammer dat, hoe goed de bedoeling ook moge zijn,
de middelen weinig baten. De waarde van het geld
hangt’ in laatste instantie af van de verhouding tus-
schen ‘de hoeveelheid en de behoefte. Die waarde is
zelfs met goudwallen niet op een vast, peil te hand-
haven, wanneer eenerzijds de hoeveelheid geld binnen
de grenzen toeneemt of anderzijds de behoefte eraan
afneemt, hetzij door verminderden omvang der trans-
acties, hetzij doordat andere betalingsmethoden wor-
den gekozen (overboekingen enz.). Tegenover het bui-
tenland kan men door goed uitgevoerde manipulaties
de waarde van het betaalmiddel soms geruimen tijd op
peil houden, maar indien de innerlijke waarde van
het betaalmiddel daarmede niet in overeenstemming
is, stort eenmaal de kunstig opgeworpen wal ineen en slaan de golven der inflatie hoog op. Ten aanzien van
de thans in Duitschland circuleerende bankbiljetten
is de kans al heel groot, dat zij ongemerkt terugkee-
rende zich voor het oog van de directie van De Ne-
derlandsche Bank zullen verborgen houden totdat ze
hun heilloozen invloed op het prijspeil reeds zullen
hebben verricht en door verdere veimindering van de
1080
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
19 December 1923
waarde van het geld binnenslands den druk op den
goudwal aanzienlijk zullen doen toenemen. Voor het
economische leven is de waarde van het geld in het
binnenland trouwens van nog veel meer’beteekenis dan,
die, welke in dc wisselkoersen tot uitdrukking komt.
Op handhaving van• de waarde van den gulden bin-
nen onze grenzen moeten alle maatregelen in de eerste
plaats zijn gericht. De wisselkoersen komen dan ge-
lijktijdig in orde. Geen ander middel staat voor h,et
gestelde doel beschikbar dan terugkeer tot den gou-
den standaard. Zeker kan men ook zonder metalen
standaard wel een waardevast betaalmiddel hebben,
maar het publiek mist dan elken waarborg voor de
waardevastheid in de toekomst, welken waarborg de.
gouden standaard tot op zekere hoogte wel kan ver-
schaff en.
Mr. Tetrode meent, dat terugkeer tot •den gouden
standaard thans, nu alleen Amerika dien heeft, zou
doen denken aan den ongelukkigen jongen, die zich
vastkiampt aan een voorbijvliegende auto en nu zich
niet meer los kan laten, maar op gevaar af van zijn
hals te breken of minstens arm of been, in alleron-
pleizierigste vaart wordt meegesleept, of door een on
verwacht geweldig remmen er atgeslingerd wordt.
Dit beeld zou slechts dengen, indien wij ons betaal-
middel wilden vaatkoppelen aan dat van een land zon-
der muntstandaard. Bij terugkeer tot den gouden
standaard wordt onze gulden echter vastgesnoerd aan
de waarde van het
goud.
Dat ook de dollar daaraan
vast zit is slechts een gelukkige coïncidentie. Waren
de munteenheden van maar moer landen daaraan vast-
gekoppeld, zoo zou dat zeker aan de waardevastheid
van het goud nog ten goede komen. Geeft in Europa
Nederland het voorbeeld, dan zal echter wellicht menig
ander land volgen. Het wachten is in deze steeds op
elkaar. Wij moeten echter onze internationale beleef d-
heid niet zoo ver doorvoeren, dat wij anderen steeds
willen ]aten voorgaan. De Nederlandsche Maagd mag
best voorop!
Wordt slechts vastgehouden aan den stelregel, dat
geen goud voor uitvoer wordt beschikbaar gesteld dan
tegen gelijktijdige vermindering van de hoeveelheic
uitstaande bankbiljetten enz., dan dreigt ons geenerlei
gevaar. In achtneming van dien regel is echter conditio
sine qua non. Wordt de regel in acht genomen, dan
kan zelfs geen buitenlandsche wisselarbitrage ons al
ons goud ontnemen.
Mr. Tetrode verzet zich ook tegen het denkbeeld,
omdat
hij
voor deflatie vreest. Tot voor enkele weken
stond onze gulden echter bijna op goudwaarde, ter-
wijl alom thans wordt verzekerd, dat slechts voorbij-
gaande oorzaken de buitenlandsche waarde ervan tij
–
delijk hebben gedrukt. Innerlijk zou dus de gulden
nog steeds niet ver van zijn goudwaarde af zijn. Is dat
werkelijk waar, dan is ook slechts weinig deflatie te
vreezen. En is het niet waar, en was de vrij stand-
vastige dollarkoers van niet veel boven pan, waarin
wij ons tot voor kort verheugden, slechts te danken
aan kunstmatigen steun, dan is hetdubbel noodzake-
lijk, dat het mes der deflatie hoe eer hoe beter in de
wonde wordt gezet. Een sleepende malaise is veel
erger dan acute moeilijkheden met een gezonde toe-
komst in het verschiet. Zachte heelmeesters maken
stinkende wonden.
Of wil men devalvatie, muntverzwakking? Dan wil
men dus niet alleen staatsbankroet, maar bovendien
verkorting van de rechten van alle oude schuldeischers
ten behoeve hunner schuldenaren. Staatsbankroet is soms onafwendbaar; hier te ]ande thans echter niet.
Voor een willekeurige wijziging in de financieele ver-
houding tusschen schuldeischers en schuldenaren is
nimmer eenig excuus aanwezig. Dat is rechtsverkrach-
ting zonder eenige reden en zonder eenig maatschap-
pelijk voordeel. Men vergete niet, dat de schuld-
eischers van v66r 1914
recht
hebben op betaling in
goudguldens, welk recht uitdrukkelijk is gewaarborgd
door onze muntwet, die gehalte en gewicht onzer mun-
ten vaststelde. Voor het verleden kan zelfs de
wet-
gever
deze verkregen rechten niet zonder rechtsver-
krachting aantasten.
Indien men de heilzame werking van den gouden
standaard nagaat, is het onbegrijpelijk, iat men met den tergkeer daarheen nog langer taimt, tenzij men
inflatie
wenschi,
maar wij weten, dat de directie onzer
crculatiebank ‘dat voor zich steeds ontkent en voor
inflatie zelfs ernstig waarschuwt.
7
aârom dan teruggeschrikt voor het eenige red-
mididel, dat de inflatie voor goedden kop indrukt?
.Meermalen is er op gewezen, dat inflatie zeer wordt
beïnvloed door de psyche der menschen. Terecht, daar-
vrees voor inflatie leidt tot versnelling van de om-
loopsuelheid van het geld (ibder zet het zoo spoedig
mogelijk om in Sachwerte), waardoor tegenover een
gelijke hoeveelheid geld in het verkeer een geringer
behoefte daaraan komt te staan; het verkeer kan met
een kleinerd hoeveelheid geld toe. Tuist ,uit dit ge
ziehtspunt zal een terugkeer tot den gouden standaard
zoo heilzaam zijn. De onrust wordt weggenomen. Geen
verdere drang naar belegging in Amerikaansche fond-
sen, maar belegging van Nederlandsch en buiten-
lsndsch kapitaal in Nederland. Ook voor vlucht
van het hier te lande zich reeds bevirdende buiten-
landsche kapitaal naar elders is dan dus niet meer
te vreezen. De wisselkoersen zullen een heel ander
aanzien krijgen, hetgeen het bedrag aan goud, dat zal
moeten worden losgelaten, zeer zal beperken. Ook de
kapitaalmarkt zal de gunstige gevolgen ondervinden.
De consolideering van vlottende schuld zal niet meer
in Amerika behoeven te geschieden. Het zal niet lan-ger moeilijk vallen hier te lande koopers voor Neder-
landsche staatsfondsen te vinden, ook als ze in gul-
dens luiden. Bij behoorlijk beheer onzer staatsfinan-
ciën zal weldra tot conversie onzer staatsleeningen
kunnen worden overgegaan. Het sluitend maken onzer
begrooting zal daardoor minder moeilijk vallen.
Dit zijn geen fantasieën. Dat Sanierung van het
betaalmiddel wonderen verricht, hebben wij in Oosten-
rijk gezien, hoewel daar een chaos heerschte als waar-
voor Nederland bespaard moge blijven.
Men zegge niet:
eerst
moet de begrooting sluiten.
Wanneer de circultiebank maar weerstand biedt aan
elken aandrang van de zijde der overheid tot uitbrei-
ding (rechtstreeks of indirect) van liet haar door de
bank verleende crediet, kan het
geidwezen
reeds thans
op gezonde basis worden teruggebracht. Aan het zoo
dringend noodige herstel onzer staatsfinanciën zal dat
ton goede komen.
W. C. MEES R.AZN.
Wageningen, November 1923.
* *
*
[N a s c h r i f t. De plaatsing van bovenstaand ar-
tikel is tot ons leedwezen door verschillendè omstan-
digheden eenigszins vertraagd geworden. Middelerwijl
zijn door de renteverhooging der Nederlandsche Bank
de omstandigheden niet meer geheel dezelfde, hetgeen
evenwel, naar de schrijver mededeelt, in zijn beschou-
wingen geen verandering brengt.
Tegenover deze beschouwingen dient te worden ge-
steld, dat wat in werkelijkheid het prijspeil en daar-
niede de wisselkoersen beheerscht, is het quantum
koopkracht, dat zich op ieder gegeven oogenblik op de
goèderenhoeveelheid richt, niet de quantiteit ruilmid-
del, waarvan deze koopkracht zich
bij
de afwikkeling
der aangegane transacties als technisch hulpmiddel
bedient. Werkelijke verbetering van den toestand kan
dus bléchts verkregen worden door maatregelen, welke
op deze koopkracht zelve gericht zijn. Staat men voor een geval van overmatige koopkrachtcreatie door ex-
pansie van credietverleening door de centrale bank en
het overig bankwezen, dan gaat 2ij gepaard met een
evenredige uitzetting van het ruilmiddel. Maatregelen,
die deze overmatige koopkrachtcreatie inperken, tref-
fen dus
tegelijk
het ruilmiddel, wat den schijn wekt,
of inperking van dit laatste het eigenlijk doel is. Ge-
forceerde inperking van het ruilmiddel, waardoor niet
tevens de koopkracht verhoudingen veranderen – en
19 December 1923
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1081
hierop zou vrije goudafgifte door cle Nederlai.idsche
Bank op de door schrijver gewenschte wijze thans stel-
lig. neerkomen – kan slechts leiden tot een erustige
en geheel noodelooze ontwrichting van het betalmgs-
verkeer. Het eenig gevolg zou zijn, dat voor het weg-
getrokken bakpapier een ,,Ersatz” zou worden ge-
zocht en gevonden, zooals mcii zich in Frankrijk, toen
het zilvergeld, verdween, met postzegels ging helpen,
of – wil men een ander beeld – zooals een industrie-
gebied, dat men plotseling een deel van zijn spoorweg-
wagons ontneemt, zich met vrachtauto’s of andee
,,Ersatz”-verkeersmiddelen gaat behelpen.
Het zwakke punt, waarvoor wij op het oogenblilc
hier te lande staan, is toch stellig niet een overmatige
koopkrachtcreatie door overmatie uitzetting vail het bankcrediet. In werkelijkheid gaat het om een tekort
aan vertrouwen in het financieele staatsbeleid, ge-
paard aan een wankelbare internationale rekening-
courant positie. Het behoeft wel geen nader betoog
dat, met name door het sterk anticipeerend karakter der wisselmarkt, de positie der centrale bank tegen-
over dit alles een zeer moeilijke is en meer beleid vor-
dert dan
bij
het ruwe door dén schrijver aanbevolen
middel vereischt zou zijn. Welk een fatale werking
het nog steeds voortduren der kabinetscrisis hierbij
heeft ligt voor de hand. Men moet aannemen dat dit
in de kringen dergenen, die in dezen in de eerste
plaats te beslissen hebben, lang niet voldoende wordt
beseft.
Ten slotte beroept de schrijver zich op het Oosten-
rijksche voorbeeld. Ook .hierover nog een enkel woord.
Gaat. men na, wat in Oostenrijk in werkelijkheid is
geschied, dan past dit geheel op de in dit naschrift ge-
geven uiteenzetting.
1-let primaire punt, waarop aldaar alle krachten
zijn samengetrokken, is en blijft het herstel van het
evenwicht op de staatsbegrooting. Daaraan ging ge-
paard ccii internationale leening, ten einde in de over-
gangsperiode de nog blijvende tekorten op te vangen
en tevens aan de wisselkoersen, voor zooveel noodig,
steun te geven.
De reorganisatie der centrale bank was daarnaat
van secundaire beteekenis. Hoofdzaak daarbij was de nieuwe bankleiding zooveel mogelijk dnafhankeljk te
maken van de Regeering, terwijl men verder van een
officieel breken met het oude stelsel een psychologi-
sche werking in de goede richting verwachtte, ge-
steund door het nieuw bijeengebrachte kapitaal. Van
principieele beteekenis is dit alles echter niet. Men
had, om zoo te zeggen, de ,,Sanierung” ook kunnen
doorvoeren zonder in de Organisatie der centrale cve
dietinstelling verandering te brengen.
Overigens mag worden opgemerkt, dat hoe belang-
rijk de in Oostenrijk verkregen resultaten in verschil-lend opzicht buiten quaestie zijn, het uiteraard nog te vroeg is, voor het trekken van definitieve conclusies.
B.}
TERMJJNHANDEL OP JAVA.
Iil het naschrift van den heer Stibbe op
mijne
be-
schouwing in het laatste nummer van dit tijdschrift
wordt gewezen op twee factoren, die door mij over het
hoofd gezien zouden zijn, nl.:
ib. de belangen, welke liggen tusschen de V.J.S.B.
en exporteurs, i. e. de locale handel,
2o. producten als koffie, rubber, peper,
rijst,
etc.
Wat het laatste punt betreft, zoo werd in het begin
van mijn artikel uitdrukkelijk vermeld, dat het de be-doeling was eene beschouwing te geven over de door
den heer S. geopperde denkbeelden, ,,speciaal met.be-
trekking tot den Suikerhandel op Java.” Mijne be-
schouwingen waren dus uitsluitend te lezen als heb-
bendebetrekking
01)
het artikel suiker. Voor eenige
der overige producten moge veel goeds in de door den
heer S. ontwikkelde denkbeelden liggen. Voor het ar-
tikel peper bijv., werd reeds toen ik nog deel uitmaak-
te van het bestuur der Handelsvereeniging te Batavia
getracht met behulp van dit bestuur tot eene con-
trôle van den localen handel te geraken, doch deze pogigen stuitten af, o.a. op den afkeer van geïnter-
resseerde partijen om hunne contracten te laten re-
gistreeren. Doch de handel in deze prodücten wordt
onder geheel andere oMstandigheden gedreven als de
handel in suiker en hier mag dus vooral niet gegene-
raliseerd worden.
De heer S. meent, .dat in mijn artikel ,,de Suiker-
exporteur” aan het woord is, die de belangen van den
,,localen handel” verwaarloost. Het vraagstuk is echter
ni.i. te belangrijk om zich daarbij op een ander dan een
zuiver objectief standpunt te plaatsen. De belangen
van producenten en bona fide handelaren moeten hier’
bij op den. voorgrond staan en men moet er voor wa-
ken, dat men niet onwillekeurig geraakt ‘tot bescher-
ming van speculanten ten nadeele van den reëelen
handel.
Waarin bestaat de z.g. locale handel in suiker? Voor
het grootste gedeelte is die ,,zuivere speculatie”, zon-
der de bedoeling het gekochte af te schepen of in de
consumptie op Java te brengen. Wie aan deze specu-
lanten – hoofdzakelijk Chineesche beroepsspeculan-
ten – verkoo’t of van hen koopt dient te weten, dat
daaraan hetrisico van ,,delcredere”
y
erbonden is. De
vraag, waarop het hier aankomt is: Is de bona fide
handelaar er op
aangewezen
om van deze speculanten
te koopen? Daarop kan slechts een ontkennend ant-
woord gegeven worden. Hij kan in de eerste plaats te-
recht
bij
do Vereenigde Java Suiker Producenten en
– wanneer deze den oogst reeds verkocht hebben –
.bij de groote Europeesche, Chineesche of Japansche
suikerhandelaren. I’ iemand is afhankelijk van de be-
roepsspeculanten. Wil men
toch
van hen icoopen, om-
dat men daar lager terecht kan dan elders, of ‘aan hen
verkoopen, omdat zij hooger prijzen betalen dan solie-
dcve koopers, dan loopt men het risico, dat men in het
ongeluk wordt meegetrokken wanneer de verkooper,
resp. koopor, niet aan zijne verplichtingen kan vol-
doen.
De heer S. is het niet met
mij
eens, dat de oprich-
ting eener termijnbeiirs voor suiker op Java de spe-
culatie zoude kunnen aanmoedigen en tot andere krin-
gen uitbreiden, aangezien in Europa en Amerika toch
ook niet Jan-en-alleman dobbelt en niet iedereen tot
het doen van termijnzaken wordt toegelaten. Hierop
kan geantwoord worden dat aan de groote Europee.
sclie en Amerikaan sche beurzen wel degelijk alle moge-
gelijke personen dobbelen, die overigens niets met het artikel suiker te maken hebben, en wel gebeurt dat dan
door bemiddeling van speciale op de termijnbeurzen
geïntroduceerde firma’s of makelaars. Daaromtrent
zouden rekere Londen sche en Parijsche makelaarsfir-
ma’s veel kunnen vertellen! Nu heeft de ervaring ge-
leerd, dat de speculatiegeest in tropische gewesten nog
veel lichter ontviambaar is dan in Europa, mits eene
passende gelegenheid daarvoor geboden wordt.
Maar als nog ernstiger dan een eventueele uitbrei-
ding der suikerspeculalie op Java zelf beschouw ik de
gelegenheid, die door eene termijnmarkt op Java ge-
boden zoude worden aan groote buitenlandsche opera-
teurs om deze beurs als arbitrage ‘te gebruiken voor
operaties op andere markten, met de daaraan verbonden
nadeelige gevolgen voor den reëelen suikerhandel en
den econornischen toestand op Java. Ik kan dan ook
niet ernstig genoeg waarschuwen tegen ‘het experi-
ment om op Java eeno termijnbeurs voor suiker te
scheppen.
A. Voj,z.
BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.
ENKELE OPMERKINGEN OVER DEN POLITJETÇEN
–
TOESTAND.
–
Dr. T. E. Gregory te Londen schrijft ons d.d. 14
Dec- 1923:
Het resultaat der verkiezingen is een volslagen ver-
rassing voor iedereen geweest. Geen der partijen heeft
een duidelijke meerderheid, terwijl tezeifder tijd de
beide voornaamste onderwerpen van strijd, bescher-
1082
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
19 December 1923
ming en kapitaaisheffing, een beslissenden nederlaag
hebben geleden. Het resultaat van cle verkiezing is het
volgende:
1923
1922
251
Conservatieven
341
157
Liberalen
117
192
Arbeiderspartij
143
1
Onafhankelijken
8
Een serie constitutioneele en politieke vraagstukken
van den eersten rang vloei.t uit dezen toestand voort.
In de eerste plaats is daar de toekomst van de be-
scherming als verkiezingsleus in het Vereenigd Ko-
ninkrijk. Door aan regeeringszijde staande sprekers is
gedurende de laatste verkiezingscampagne meer dan
eens opgemerkt, dat indien de protectie ditmaal niet.
werd ingevoerd, deze generatie haar nooit zou aan-
schouwen. Voor het oogenblik kon men op grond vali
deze overweging een krachtig beroep op de kiezers
doen. Doch hoewel de conservatieve partij spijt zal
hebben van haar overhaastingstactiek bij het voor-
leggen van haar voorstellen aan het publiek is het
toch buitengewobn twijfelachtig, of nu over protectie
het laatste woord gesproken is, zelfs .wanneer men
rekent met een kortere periode dan die van een gene-
ratie.
Om te beginnen zit de regeering met zekere, dui-
delijk omschreven beloften aan de Koloniën. Zij kan
naar het- schijnt deze maai niet zonder meer onge-
daan maken, zelfs wanneer zij geneigd zou zijn zich-
zelf op deze wijze uit de
moeilijkheden
te redden,
want de Koloniën zouden een dergelijke handelwijze
niet zonder protest laten voorbijgaan. Bovendien
brengt de Regeering door aan haar voorstellen ter
Rijksconferentie Vast te houden de oppositie in een
zeer delicate positie. Gesteld, dat de heer Baidwin, dië
gelijk bekend besloten heeft niet af te treden, doch 8
Januari a.s. voor het Lagerhuis te verschijnen, een
resolutie indient ten gunste van de uitvoering der
aan’ de Rijksconferentie voorgelegde voorstellen, dan
zal,het een zeer kwaad ding, om er niet meer van te
zeggen, voor de oppositie zijn, over de beloften ter
Rijksconferçntie gedaan heen te stappen en indien zij
in een zwak oogeublik de resolutie aanvaardt, zal de
Regeering in de tactische positie gekomen zijn, van
waaruit
zij
hët recht heeft den tegenstanders van be-
scherming voor te houden, dat deze gedwongen zijn
geworden en zekere protectie in het belang van het
Rijk te aanvaarden. Doch nog geheel afgezien van de
Rijksconferentie-voorstellen moet de conservatieve par-
tij wel izan de bescherming vasthouden, omdat zij aan
liet publiek niet anders heeft te bieden en aangezien
een zeker deel van hen, die haar steun verleenen, ver-
deren financieelen bijstand zouden weigeren, indien
zij de protectie uit haar programma schrapte. Daarbij komen dan nog al de kansen, die voortvloeien uit het
kiesstelsel, dat wij hier te lande hebben. Indien de con-servatieven op het oogeublik een kleine honderd zetels
minder hebben in liet Lagerhuis dan een maand gele-
den, is dit slechts ten deele het gevolg van eenzwen-
king in de uitgebrachte stemmen. Tot op zekere hoog-
te, tot op aanzienlijke hoogte zelfs is het een gevolg
van de werking van het
drie-partijen-stelsel
onder de
Engelsche kieswet, waardoor het voor een minderheid
mogelijk wordt een groot ianta1 zetels te winnen en
iderdaad is de arbeiderspartij op deze wijze enorffi
veel meer vooruitgegaan dan de liberalen en conserva-
tieven. Het wordt dus voor de partijleiders mogelijk
om te betoogen, dat wat nu gebeurd is weer kan voor-
vallen, nl. dat een betrekkelijk kleine keer in de pu-
blieke opinie voor de conservatieve partij de kans kan
doen keeren en onder deze omstandigheden wordt pro-
tectie dadelijk denkbaar. Verder moet men niet verge-
ten, dat er thans een raadgevende commissie beraad-
slaagt, die werd ingesteld om een nieuw tarief te ont-
werpen op het oogenblik, dat de Regeering nog meen-
de van de overwinning zeker te zijn. Reeds vindt men
betoogd, dat hierdoor zeer waardevol-propaganda-ma-
teri9.al beschikbaar komt. De Regeering kan de resul-
taten, waartoe de ecmmissie komt, versreiden en hn
dus voor de oogen van verkgeveis en vakvereenigings-
leden ophangen als een vrucht, die zij zouden hebben
kunnen plukken, indien slechts de uitslag van de laat-
ste verkiezingen anders geweest ware. Men begrijpt,
dat
de Regeering haar hoop erop had gestèld, indién zij
met een meerderheid zou zijn teruggekeerd, een vol-
doendë minderheid vakvereenigingsleden over
–
te halen
(loer middel van een speéiaal beroep op bedrjfsbeian-
gen. Eh het isrduidelijk, dat een
dergelijk
beroep als-
nog in de toekomst, zoo niet onmiddellijk na de ver-
kiezingen kan worden gedaan. Indien men met al deze
factoren rekent, dah is er, naar mijn meeuing geen
sprake van, dat het besehermingsvraagstuk voorgoed is
opgeborgen.
l)e arbeiderspartij bevindt zich in een zeer mh’oeilijke
positie, omdat zij slechts minderheidspartij is, die,
indien zij de regeering aanvaardt, afhangt van libe-
ralo stemmen om een meerderheid te vérkrjgen. On-
der deze omstandigheden is het voor haar uitgesloten met eenige kans op succes een ontwerp tot kapitaals-
heffing of nationaliséering van de spoorwegen en do
mijnen in te dienen, omdat de liberale paftij zich hier
uitdrukkelijk tegen heeft verklaard. Het is bovendien in het minst niet duidelijk, waarom de arbeiderspartij
erop gesteldzou
zijn,
thans de Regeering te aanvaar-
den. Waar is, dat overwegingen van prestigè haar in
deze richting drijven, maar ook is waar, dat het den
leiders toch wel zeer
duidelijk
moet zijn, hoe opper-
vlakkig het eenheidsgevoel in haar rangen en hoe en-
geoefend in parlementaire gewoonten en etiquette de
mrieerderheid harer ledeh op het oogenblik nog is en hoe
moeilijk het daarom zal
zijn
de partij bijeen te houden.
Hierbij komt nog, dat de arbeiderspartij geen pers
heeft, die haar steunt.
Zij
is reeds blootgesteld aan het
vuur van practisch ieder blad hier to lande en zou
– natuurlijk door critici zeer ongenadig beoordeeld wor-
1
den vanaf den eersten dag, dat zij het bewind aan-
vaardde.
– Er is
ongetwijfeld
een groot aantal onderwerpen van
algemeen sociaal belang, waarvoor de arbeiderspartij
een regeling zou kunnefl treffen met behulp van libe-
rale stemmen en verondersteld mag worden, dat in-
dien zij de Regeering aanvaardde, zij binnen twee df – drie maanden reeds zal trachten haar prestige
bij
het
electoraat te vergrooten door matiging van haar pro-
gramma, ten einde vasten grond onder de voeten te
krijgen voor een nieuw beroep op de kiezers, dat waar-
schijnlijk in den zomer of herfst van het volgend jaar
zou worden gedaan. In zooverre het de buitenlandsche
politiek betref; is er geen wezenlijk verschil tusscheri
het liberale en het arbeiders-programma en in dit op-
zicht mag men aannemen, dat de arbeiderspartij den al-
geheelen steun van de liberalen zal verkrijgen en zelfs
tot op zelcere hoogté dinn van dat deel der conserva-
tieven, dat niet beheerseht wordt door de vijandige –
houding ten opzichte van alles wat ook maa.r eenigs-
zins zweemt naar verzoening met Duitschland, welke
door de Beaverbrook-Rothermere-pers wordt aange-
nomen. –
De situatie is dus als volgt. .De conservatieven kun-
nen de Regeering niet blijven voeren zonder steun
van de liberalen en hetzelfde is het geval met de ar– beiderspartij. Noch conservatieven, noch arbeiders-
partij vertoonen neiging te ver1aren, dat zij met de
liberalen willen samenwerken en met de liberalen is
hetevenzoo gesteld ten opzichte van de andere twee.
D&lns van een liberaal ministerie is op twee gron-
den zeër klein. In de eerste plaats is deze partij de
– kleinste en in dé tweede plaats moèt rekening worden
gehouden niet het feit, dat de partij-organisaties van oordeel zijn, dat op het oogenblik dit land niet gere-
geerd kan worden zonder de een of andere zoethouder voor het electoraat. Het prestige der liberale Partij za]
niet lang duren, daar zij de leuze van ,,t
ranqu
ih1it
y
?
aannam. Naar de meening van den schrijver dezer rege-
len, is dit echter juist wat op het oogenblik noodig is en
zou, indien wij met een ideaal kiezerscorps te maken had-
19 December 1923
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1083
den, de liberale partij hét bewind moeten aanvaarden.
Zij is te vinden noch voor maatregelen, die den ban-del belemmeren, noch voor aantasting van liet parti-
culiere eigendom en zij houdt er ten opzichte van de
Europeesche aangelegenheden gezonde opvattingen op
na, in een woord, zij zou een niet avontuurlijke en niet
eerzuchtige, burgerlijke politiek voeren. Dit is juist,
wat de wereld op het oogenbiik het meest noodig heeft
en daarom zal de liberale partij waarschijnlijk den heer
Baidwin ook wel niet opvolgen.. T. E.
GREooRy.
AANTEEKENING.
Indexcijfers van groothandeisprijzen. –
Voornamelijk tengevolge van eer zeer abnormale
stijging van de katoenprjzen is het atgemeen index-
cijfer in November met
221
punten omhoog gegaan,
zoodat het nu met
4541
punten den hoogsten stand
sedert October
1921
heeft bereikt. Zooals uit onder-
staande – aan ,,The Economist” ontleende – tabel
blijkt,
zijn
alle groepen gestegen, maar in de totale
stijging van
221
punten hebben de weefstoffen met
173
punten bijgedragen.
Data
Granen
en
vleech
Andere
.
00e.
ding,-
en ge-
notm.
Weef-
stoffen
Delf-
stoffen
—
D lve,-
sen:
oliën,
hout,
rubber,
enz.
–
r
.
otoal
Alge.
meen
Index.
cijfer
Basis (gemidd.
1901-5) …
500
300 500 400 500
2200
100,0
EindeJuli1914
579
352
6164
4644
553 2565
116,6
Nov.1918
1289
7824
1848
903
13894
6212
282,6 Dec. 1920
1344
805 1284
1216 1275
5924
269,3
Dec.1921
9214
636
1106
762
9314
4357 198,0
Nov.1922
864
703
12004
7044
811
4283
194,7
Dec.
,,
861
706
11844
705
8074 4264
193,8
Jan.1923
860
7114
12054
739 808
4324
196,5
Febr.
,,
8474
746
1201
7974 810 4402 200,1
Mrt.
,,
824 752 11784 840 7974 4392
199,6
Apr.
,,
858
752
1199
834
797
4440 201,8
Mei
,,
8694
7724
11664 8184
785
4412 200,5
Juni
,,
8154
7734
11774
7734
761
4301
195,5
Juli
,,
8194
756
11154
7444 7464
4182
190,1
Aug.
,,
8284 7624
1119
734 744 4188
190,4
Sept.
,,
823 782
12144 7324
745
4297
195,3
Oct.
,,
823
777
12204 756
7434
4320
196,4
Nov.
,,
831
7974
13934
770 749
4541 206,4
De veranderingen in de eerste groep der voedings-middelen waren betrekkelijk gering. De voornaamste
waren een stijgin van
6112
punt voor
rijst
en van
4
punten voor binnenlandsche tarwe. In de twéede
groep heeft vooral suiker de
stijging
veroorzaakt.
Ook boter noteerde hooger na de daling van de
vorige maand, maar voor het eerst sedert drie maan-
den zijn de theeprijzen eenigszins gedaald.
Zooals reeds. opgemerkt springt bij de weefstoffen-
groep de aanzienlijke stijging der katoenprijzen in
het oog. De wolprijzen tonnen niet veel verandering.
Australische wol iets lager. Men zegt dat een tijdelijke
schaarschte in Amerika verantwoordelijk is voor de
stijgende beweging der hennepprijzen. Vlas is met
3
punten omhoog gegaan. Er was voortdurende vraag
Ii±
.”
+11
Tarwe (btl.)
78
— 1
Katoen(Am.)
1995
+39
1
Koper
52
-f-25
(Eng.)
74
+
4
,,
(Egypt.)
1855
+5
7
Delfstoff.
775
±14
Meel
Gerst
74
81
+
1
–
1
Garen
Laken
I74
165
+32
+245
Hout
– –
Haver
70
+
5
Wol (Eng.)
138
(Baltisch)
1035
Aardapp.
78
,
(Austr.)
ivias
126
–
2
Hout
(Amerik.) 89
Rijst
115
+
65
Zijde
1555
Leder 59
Rundvl.
Schapenvl.
79 93
–
2
5
–
15
IHennep
113
465
+
3
+
Is
Petroleum
92
Varkensvi.
89
+
2
1 ute
90
+175
Olifn
.
75
+
1
5
Gran. en vi.
Weefstoffen
13935
Ei2
Oliezaden
Talk
80
64
5
+
25
+
1
8
31
:j: 8
Thee T45
Ruw-Ijzer
1075
Indigo
87
Koffie
90
Stalen rails
75
–
4
Soda
85
5
Rietsuiker
220
+
75
hz.
staven
92
Rubber
135
+
Bietsuiker
125
.
+12
Kolen (st.)
134
+
2
Diversen
49
_f55
Boter
Tabak
100
5
1165
+
75
,,
(huisbr.)
Lood
88
129
+
2
Totaal
7T
And. voed.
Tin
925
+119
en genotin.
797A
+20
5
zoowel voor ouden als nieuwen oogst. Ook jüte is
duurder geworden.
In de deifstoflengroep bleef ijzer onveranderd,
maar stalen rails hebben een kleine prijsvermindering
te zien gegeven. Verder is tin weder aanzienlijk
gestegen, zelfs tot meer dan £
236
per ton. De
diversengroep toont slechts kleine en onbelangrijke
wijzigingen. Hieronder geven
wij
een overzicht van
de veranderingen in ieder artikel, vergeleken met de
vorige maand, waarbij de gemiddelde prijs gedurende
1901-05
gelijk
50
is gesteld.
Het algemeen indexcijfer is thans
77
püt. boven den
stand van
Juli 1914
gestegen, tegenover
68,4
pOt.
een maand geleden en
63,1
püt. aan het eind van
Juli 1923,
hetgeen ook tot uitdrukking komt in de
hier volgende tabel.
Data
Granen
en
vleesch
Andere
00e-
dings-
en ge-
nolm.
fVeef-
sloffen
Delf-
stoffen
er-
sen:
oliën.
hout.
rubber,
enz.
Totaal
Juli
1914
100 100 100 100
]00
100
December
1918..
226 222 293
180
241
236
December 1920
233 229
209
261
230
231
December
1921
159 180 180
164
168 170
November 1922
150
200
195 152
148 167,0
December
,.
….
149
200
193 152
146
166,2
Januari
1923
149
201
196
159
146
168,8
Februari
146
211
195 172 146 171,8 143
..
150
214
191
181
744
171,2
Maart
,……
April
,…..
148
214
105 180 144
173,1
.
220
189
176 142
172,1
141
220
191
167 137
1.67,7
141
215
181
160
135
163,1
Mei
,……
Augustus
,…..
143
216
182 158
134
163,1
Juni
, ……
Juli
, ……
September
,…..
142
222
197
158 134
167,1
October
,…..
142
.
220
198 163
134
168,4
November
144
. .
226
226
166
135
177,1
Wij laten thans nog volgen een overzicht van de
indexcijfers van groothandelsprijzen in verschillende
landen. Hierbij is
1913 = 100
gesteld.
U)
.
5.0
0
.
Z
a
‘5
Novemb.
1918
206
358 438
… …
367
392 214
oogs e
f
272
591
679
…
325 366
297
322
Mei)
(Apr.) (Apr.)
(jan.)
(juni)
(Juli)
(Mrt.)
Decemb.
1921
147
326
594 3.585
176
172 165
209
October
1922 154
338
601
94.492
171
169 155
191
Noveniber »
156
352
596
167.412
172
163 158
188
December
156
362
580
205.417
175
163
155
183
Januari
1923
156
387
575
715.881
175 163
157
184
Februari
157
422
582
677.000
181
165
155 192
Maart
159
424 587 642.700
186 168
156 196
April
159
415 589
.
823.700
187
168
156 196
Mei
,,
156
407 580
1.498.000
181
166
149 199
juni
»
153
408
568
3.989.800
180
164 149 198
juli
,,
151
408
566
28.359.900
175
162
145
192
Augustus
,,
150
412 567
306.335.800
173
162 142
September,,
154
423
569
18.295
4
)
181
162
145
October
420
563
14.907.150
4)
182
161
148
1
Bureau of Labour.
2)
Frankiurter Zeitung.
3
Sedert
1922
gebaseerd op
48
artikelen in plaats van op
53.
4
In millioenen.
Wat het
cijfer
voor Nederland betreft valt op te
merken dat ook de stijging gedurende October voor-
namelijk voor rekening komt van een groot aantal
voedingsmiddelen, zoo als b.v. rijst, aardappelen, eieren
en melk.
Algemeen Gem. pon-
Herleid
um
index-cijfer
denkoers
algemeen
van
»
the
over de
index-
Econornist’
atg. maand
cijfer
Januari
1914……
119,2
12,11.(
119,6
December
1918 ……
277
5
0
11,19
256,6
December
1920 ……
269,3
11,31
252,1
December
1921 ……
198,0
11,42 187,2
November
1922……
194,7
11,40w .
183,8
December
,.
……
193,8
11,55k
185,3
Januari
1923 ……
196,5
11,75(
191,2
Februari
,.
……
200,1
11,85
196,3
Maart
,.
……
199,6
11,89
196,5
April
,…….
.201,8
11,88
198,4
Mei
,…….
200,5
11,83 196,3
Juni
,…….
195,5 11,79
190,8
1084
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHEN
19 December 1923
Juli
1923……190,1
11,68
183,8
Augustus
,.
……
190,4
11,59 182,7
September
,.
…….
195,3 11,56
186,9
October
,.
……
196,4
11,56
187,9
November
,.
……
206,4
11,53 197,0
.l
BOEKAANKONDIGING.
International Yearbook of Agricul-
tural Statistics 19272.
Rome, 1923.
.’
In een lijvig boekdeel onder bovenstaanden titel publi-
ceert de statistische dienst van het Internationaal Land-
bouwinstituut te Rome een hoogst interessante verzame-
ling statistische gegevens over landbouw, veeteelt en
den handel in do producten dier takken van
bedrijf
uit,
de meeste landen der aarde. Tot nog toe verschenen
dergelijke verzamelingen met tusschenpoozen van on-
geveer 10 jaren, doch onlangs werd besloten tot jaar-
lijksche publicaties, waarvan het nu verschenen boek-
werk de eerste is. Het bevat statistieken over de’ pro-
ductie der belangrijkste voortbrengselen van den lnd-
bouw en behandelt daarbij naast de voornaamste graan
1
soorten ook rijst, aardappelen, suiker, wijn, olijven,
cacao, thee, koffie, tabak, hop,
‘
vezelstoffeii
f
.
lstofferi
(katoen, vlas, hennep, jute, zijde); verder over de in-
ternationale handelsbeweging dier producten, bene-
vens rubber en wol, alsmede hun marktprijzen. Ook be-
vat de verzameling cijfers over den veestapel, pro-
ductid en prijzen van kunstmestsoffen en chemische
producten, die van belang zijn voor den landbouw, over zeevrachten en wisselkoersen.
In al deze statistieken worden de cijfers gegeven
over 1919, 1020, 1921 en 1922 (de marktprijzen loopen
zelfs tot eind Juni 1923) met ter vergelijking de ge-
middelden van 1909 tot 1913. De prijzen, die van
week tot week worden vermeld, worden vergele-
ken met die van 1913. Uit deze opsomming
blijkt,
uit
welk een zeer groot aantal cijfers de inhoud der 357
bladzijden van het Yearbook bestaat. Deze zijn echter
op zoo overzichtelijke wijze gerangschikt en in een be-
perkt aantal staten zoo practisch geconcentreerd, dat
zij reeds bij een eersten oogopslag hun dorre karakter
verliezen en vooral ook door de vergelijkingen met
vorige jaren den lezer de veelbewogen geschiedenis -van landbouw en handel uit de jaren na den wereld-
oorlog voor den geest brengen. De omstandigheid, dat
clie geschiedenis hier met
cijfers
geschreven staat,
heeft het voordeel, dat de gebeurtenissen zich in haar
ware proporties vertoonen. Do cijfers teteekenen een leerzame illustratie van de tijden van voor- en tegen
spoed, die landbouw en handel in de laatste jaren heb-
ben doorgemaakt en van de moeilijkheden, die zij te
cloorworstelen hadden. Hun waarde wordt verhoogd
door hun actualiteit en door het groote gedeelte de]’
aarde, dat door het Internationaal Landbouwinstituut.
wordt bestreken. De landen en koloniën, die direct bij
het Instituut
zijn
aangesloten., beslaan 19,5 pOt. van
de oppervlakte der aarde en 91,4 pOt. van haar bevol-
king en indien de koloniën worden meegeteld, die niet
op directe wijze haar gegevens verschaffen, doch tot –
aangesloten staten behooren, stijgen deze percentages
tot 96,1 en 97,8. Practisch gesproken mogen dus de
cijfers der statistieken als volledig worden beschouwd
en zij vormen daardoor een geheel van groote waarde.
Dank zij deze medewerking van bijna alle landen der
wereld tot het welslagen van den arbeid van het Insti-
tuut was het bijvoorbeeld mogelijk een compleet over-
zicht te geven van de opbrengst er hectare an ver-
schillende graansoorten in alle voornaamste productie-
landen, waarvan anders vergelijkende
cijfers
steeds
slechts moeilijk te verkrijgen zijn en die toch zoo groo-
te waarde hebben voor de beoordeeling van de moge-lijkheden voor do toekomst op het belangrijke gebied
der graanvoorzienrng van de wereld. Hoewel het na-
tuurlijk algemeen bekend is, dat de graanopbrengst
per hectare in West-Europa veel grooter is dan in de
groote uitvoerlanden, zal toch menigeen gaarne in het
Yearbook de juiste verhouding dier opbrengsten na-
gaan. Hij zal dan vinden, dat in de jaren 1909 tot
1013 het gemiddelde voor tarwe het hoogst was in
België met 2370 1(0. Daarop volgde Zwitserland met
2130 1(0., Nederland met 2010 1(0′., Duitschiand met
1970 1(0. en Groot-Brittannië en Ierland met 1820
1(0. Hoe ver de overzeesche uitvoerlanden beneden
die cijfers blijven, ziet men eerst goed uit deze statis-
tieken, die voor de Vereenigde Staten van Amerika
090 KG. opgeven, voor Argentinië 620 1(0′., voor
Australië 810 1(0. Ook in Rusland was de opbrengst
slechts 730 1(0. Het Canadeesche cijfer van 1330 1(0.
was veel gimstiger, doch in de 4 jaren na den oorlog
daalde het tot 930 KG.
Interessant is ook de vermindering in Duitschland,
waar de opbrengst sedert de 1970 1(0′. van v66r den
oorlog in 1919 tot 1921 nauwelijks de 1500 1(0. over-
trof en in het ongunstige jaar 1.922 daalde tot 1250
1(0. Hetzelfde
verschijnsel
valt in Duitschland voor
de andere graansoorten te constateeren, terwijl in de
overige West-Europeesche landen en ook in de uit-
voerlandén geen verandering van beteekenis heeft
plaats gehad. Slechts
Frankrijk
had in verband met
het toen nog onvolledige herstel der slagvelden een
sterke daling in 1919. Dit is, slechts een enkel voor-
beeld van de waarde van het Yearbook voor de econo-
mische geschiedenis der laatste jaren. Vele zouden
nog
zijn
aan te halen, zoowel uit de lijsten van den
veestapel als uit die van marktprjzen, zeevrachten en
wisselkoersen!
Een
duidelijke
inleiding tot het Yearbook verge-
makkelijkt de raadpleging der statistieken, terwijl een
afzonderlijk hoofdstuk is
gewijd
aan de moeilijkheden,
welke veroorzaakt werden door het ontstaan van nieu-
we staten aan het einde van den oorlog, alsook door de
veranderingen, die verschillende landsgrenzen hebben
ondergaan. .1-let Instituut is er in geslaagd voor deze
moeilijkheden oplossingen te vinden, welke de waarde
der statistieken en het overzichtelijke karakter der
cijfers handhaa.fden, evenals in de meeste’gevallen de
mogelijkheid van vergelijking met vroegere cijfers.
Uit den geheelen inhoud van het Yearbook blijkt
een grondige kennis van de bedrijven, op welke de sta-
tistieken betrekking hebben. Het wint daardoor aan
bruikhaarheid en is voor het verkrijgen van een juist
begrip van het gebruik van den bodem onzer aarde en
van haar handelsbeweging zeker van groote waarde.
Het besluit van de Algemeene Vergadering van het,
,
internationale Landbouwinstituut om deze publicatie
)aaniijks te doen plaats vinden, verdient dan ook allen
lof. .
JAN SOHTLTTTUTS.
ONTVANGEN:
&crinanie
door Dr. M. van. Blankensteyn. Rotterdam, 1923. Nijgh & van Ditmar’s Uitg. Maatschappij.
De Zegelwet 1917
door P. van der Brugge. No.. 6 van
het Nederlandsch Belastingrecht onder hoofdlei-
ding van Prof. Dr. J. Pli. Suyling. Zwolle, 1923.
W. E. Tjeenk Willink.
Béconstitution Financ7;ère de l’Autriche.
Septième,
huitième, neuvième et dixième rapport du Corn-
missaire général de la Société des Nations pour
l’Autniche. Péniode du 15 juin au 15 octobre 1923.
Genève, 1923.
Wenken ten aanzien eener meer doelmatige Ongevals-
verzor ging.
Voordracht gehouden op het XIXe
Natuur- en Geneeskundige Congres te Maastricht
door A. H. Vossenaar, Hoofdmijnarts te Heerlen. Heerlen, Boek- en Handelsdrukkerj Jos. Penners.
De S’uikerhandel van Java
door Dr. Tio Poo Tjiang.
Amsterdam, 1923. Druickerj en Uitgeverij J. H.
de Bussy.
Warenwet, Bezuiniging en ircdustrieele Vrijheid
door
Dr. A. Verwey, Directeur van den Warenkeu-
ringsdienst voor het gebied Breda en Mr. M.
Oppenheimer, Advocaat en Procureür te ‘s-Gra-
venhage. ‘s-Gravenhage 1923. N.V. Boekhandel
v.h. P. W. van Stockum & Zoon.
19 December 1923
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1085
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
N.B. *** beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.
GELDKOERSEN.
BANKDISCONTO’S.
1
Disc. Wissels.
4412Dec. ’23
Zwits. Nat. Bk. 4
16Juli ’23
BeLBinn.Eff. 5
12Dec. ’23
N.Bk.v.Denem.
6 1Mei
1
23
Vrsch.inR.C.6
12Dec. ’23
ZweedscheRbk 54
3Nov.
’23
Javasche Bank… 34
1Aug.’09
Bank v.Noorw. 7
9Nov.
’23
Baakvan Engeland 4 5Juli ’23
Bk. v. Tsjecho-
Duitsche Rijksbk. 90 15Bpt. ’23
slowakijë…
4428Mei ’23
Bank v. Frankrijk 5
llMrt. ’22 N. Bk.v.O’rijk 9
2Sept.’22
Belgische Nat.Bnk.
5422 Jan.’23
Hong. Bauk..18
5Juli ’23
Fed. Res. Bank N.Y.
4421 Feb. ’23
Bank v. Italië.
5411Juli ’22
Bank van Spanje.. 5
23Mrt.’23
Z..Afr.Res.bnk 6
OPEN MARKT.
Data
Amsterdam
Londen
Part.
disconto
Berlijn
Part.
1 Part.
N. York
CaIl-
Part.
1 Prolon-
disconto
gatie
(3 mnd.)
disconto
disc.
money
15Dec.
’23
4Ç1
8
1
)53
33/
1
–
–
44
1)
10-15 D. ’23
–
18
14’145X
–
–
–
3-8
,,
’23
14-X
3
–
4_534
26N.-1 D.’23
3i,…4
4
3
/1Q/8
–
–
11-16 D. ’22
3
5
/,
9
4′
3
_4
2
5
18
–
–
3′
4
_t1
1217 D. ’21
4-3
–
4-6
20_24Jli’14
3’18’/16
2j_.3(
2
y
4
.-k
2
1
19_
18.
_2
1)
Noteering van
14
December.
WISSELKOERSEN.
WISSELMARKT.
De stemming op cle wisselmarkt was rustig en eerdei’
flauw. Londen liep langzamerhand ongeveer 1 cent terug.
Dollars daalden Dinsdag van 2,63 tot 2,61
2,
maar waren
later weder eerder iets hooger. Francs waren dooiloopencl
aangeboden. Vooral Parijs was lager, 14,12
5
-13,86, ter-
wijl België van 12,21 op 12,02 daalde en in het laatst der week eerder iets aantrok. Marken zeer stationnair, en. 60
cent per billioen. Skandinavië, Zwitserland en Spanje iets
flauwer, zonder groote fluctuaties en meestal zonder om-
zetten. Buenos Aires gezocht en iets hooger op goud uitvoer
naar New York. Java verder flauwer, 96-96.
18 December 1923.
KOERSEN IN NEDERLAND.
D a a
Londen
8)
Berlijn4)
8)
Weenen
*)
Parijs
8)
Brussel
8*)
New
York8)
10Dec.
1923
11.464 0.00061
0.0037l1l14.074
12.174
2.6224V
11
,
1923
11.464 0.00063
0.0037
,
1
8
13.99 12.15
2.62
12
1923
11.45410.00062
0.0036
7
1
8
13.94
12.09
2.61w
13
1923
11.444 0.000604
0.00371
1392
11.964
2.61+
14
,,
1923
11.454 0.00060
0.00367
13.92
12.064
2.6171
t
15
1923
11.454 0.000594
0.0037
13.90
–
–
Laagste d.v.’
11.434 0.00057
0.0036k
13.80 11.90
2.6051
Hoogste,,;,
1
11.47h 0.00068
0.00373
14.12
12.21
2.63j
8Dec.
1923
11.463 0.000594
0.00371/
8
14.05
12.104
2
2.633
2
1
,,
1923
11.46
0.00042
0.0037k
14.25
12.154
2
2.635i 2
Muntpariteit
12.10
59.26
5)
50.41
48.-
48.-
2.48%
*)
Noteering te Amsterdam.
8*)
Noteering te Rotterdam.
1
Particuliere opgave.
2
Noteering van
7
December.
8)
Idem van 30November.
4
Gulden per milliard Mark.
5)
Gulden per 100 Mark.
D a
0
Stocic-
11011fl
8
)
Kopen-
hagen)
Chris-
tiania)
7ut
se
•
Spanje
1)
Batavia’)
telegrafisch
10Dec.
1923
69.-
46.70
39.25
9671
8
-31
8
11
1923
69.-
46.724
39.30
45.824 34.174 45.824 34.15
9671
9
-8/
5
12
1923
68.90
46.70
39.30
45.65
34.15
9671
9
-3/
5
13
1923
68.90 46.65
1
39.25
45.65
34.10
9671
9
-8/
5
14
,,
1923
68.90 46.65 39.25 45.65
34.10
96/
8
-31
8
15
1923
69.-
46.75
39.30
45.70
34.20
9679..
8
19
L’ste d. w. ‘)
68.75 46.50
39.10
45.55
34.05
9671
9
H’ste
,,
,,
‘)
69.20 46.90
39.40
45.90
34.35
9681
8 Dec.
1923
69.10
46.80
39.25
45.85
34.25
96
–
1
,,
1923
69.25
47.55
39.50
46.-
34.30
9651
8
Muntpariteit.
66.67
66.67
66.67
48.-
48.-
100
8)
Noteering te Amsterdam.
1)
Farticuliere opgave.
KOERSEN TE NEW YORK.
Data
CoMe Lond.
(in
$
per.t)
1
Zicht Parij,
(in
CI,.
p.fr3.)1
Zicht Berlijn
1
(rn5per
lId Mark)l’
‘Zicht Amjterd.
1,.
,n
ds. p.
gid.)
15 Dec.
1923
4.38.12
5.29
0.00027
3.20
Laagste d. week
4.36.50
5.39
0.00025
1
38.05
Hoogste
,,
4.39.25
5.29
0.00027
1
38.29
8 Dec.
1923
4.36.12
5.33
0.00024
38.05
1
,,
1923
4.34.62
5.41
0.000
16
37.95
lluntpariteit..
4.86.67
19.30
23.81y
‘)
4031
) In cL. per marK.
KOERSEN VAN DE VOLGENDE PLAATSEN OP LONDEN
Plaatsen en
Landen
Noteerings-
eenheden
1
Dec.
–
1923
8Dec.
1923
10-15 Dec.’23
1
Laagste
l
Hoogstel
1
15Dec.
1923
Alexandrië..
Piast.
p. £
97151
97161,
97151
*B
ang
k
o
k…
Sh.p.tical
1110
1110
1110 1110 1110
B.
Aires’)
..
d.
p. $
39’1
3914
3971 4021
9
40
1
1
8
Calcutta
. . . .
Sh.
p.
rup.
1
1
59
132
1
14
31
1
15
11581
35
115
1
1
32
Constantin.
.
Piast.p.0
800
805
795
825 815
Hongkong
. .
Sh.
p. $
213i5
j
213i31
21351
9
214
1
1
214
1
1
s
,
Lissabon
1) . .
d. per Mil.
2
1
1
.2
1
1
17/
s
211,
6
129 32
Peset.
p. £
33.274 33.494
33.41
33.55
33.44
Mexico
…..
d. per
$
261
12
26
253
2714
26
Madrid
……
Montevideo
1)
id.
411/,
4281
8
42
433
43
Montreal
…
$
per
4.429,
4.45
4.45k
4.50h
4.48(
p. £
14914
149
149
150
149h
R.d.Janeirol)
d. per Mii.
4811
5
1
1
51179
5116
58 32
Praag …….Kr.
Lires
p. £
100)
100,14
10071
9
100
7
1
8
100h
Shanghai
…
8h.
p.
tael
al,
3133.
31331
4
315
3/4
Rome
……..
Singapore…
id.
p. $
214
6
1
32
2
1
45
13
214
8
/
2147182
2146
32
Valparaiso
2
).
pesop.£
40.40
40.20 40.50
41.00
40.70
Yokohama
..
5h.
p.
yen
21214
212
1I
2J1
212
1
1
2jl
25
/
ruersen uer voorargaanue aagen.
‘) 1
elegratiscn
transtert.
‘) IJ4J
cig.
NOTEERING VAN ZILVER.
te Londen
N. York
te Londen
N.
York
15Dec.
1923.. 3351
65g
16 Dec.
1922..
3071,6
021
8
,,
1923..
3331,
6414
17Dec.
1921..
3631
9
67
1
,,
1923..
33y
4
641
1
20Juli
1914..
24i5
0
54l1
NEDERLANDSCHE
BANK.
Verkorte Balans
op 17
December 1923.
Activa.
Binnen1.Wis- H.-bk.
f
114.491.994,44
sels, Prom.,’ B.-bk.
,,
37.192.308,78
enz.in disc.
Ag.sch.
,,
60.468.229,33
f
212.152.532,55
Papier
o.
h. Buitenl. in disconto
–
Idem eigen portef.
.
f
34.560.572,-
Af :Verkocht maar voor
debk.nognietafgel.
–
34.560.572,-
Beleenangen
H.-bk.
f
39.009.407,34
mcl.
vrsch.
B.-bk.
,,
19.361.680,56
in rek.-crt.
–
Ag.sch.
99.164.u61 95
op
onderp.
f
157.535.649,85
Op
Effecten…….
f
148.021.612,18
OpGoederenenSpec.
,,
9.514.037,67
157.535.649,85
Voorschotten a. h. Rijk …………….
,,
13.938.911,37
Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud
……
f
56.240.100,-
–
Muntmat., Goud
.. ,,
525.546.410,51
f
581.786.510,51
Muit, Zilver, enz..
,,
8.674.413,04
Muntmat., Zilver
..
–
–
,,
Effecten
590.460.923,55
Bel.v.h.Res.fonds
.
f
5.941.753,81
id.van 11
5
v.h. kapit.
,,
3.992.248,89
9.934.002,70
Geb.enMeub.derBank …………….,,
5.000.000,-
Diverse rekeningen ………………..,,
78.668.199,65
f
1.102.250.791,67
Passiva.
Kapitaal
……………. .-………………
f
20.000.000,-
Reservefonds
…………………….
,,
5.999.469,43
Bijzondere
reserve
……………….
,,
9.000.000,-
Bankbiljetten in omloop
…………..
,,
1.029.150.645,-
Bankassignatiën in öinloop
…………
;
2.128.838,25
Rek.-Cour.
j
Het Rijk
f
–
saldo’s:
Anderen,,
24.554.404,51
24.554.404,51
Diverse rekeningen
……………….
11.417.434,48
f
1.102.250.791,67
Beschikbaar metaalsaldo
………….
f
378.644.284,65
Op cle basis
van
21
metaceldekking.
. ..
,,
167.457.507,10
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop
dan waartoe de Bank gerechtigd
iti.
,,.
1.893.248.420,-
/
.
1086
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
19 December 1923
NED. ‘BANK 17 December 1923
(vervolg).
Voornaamste posten in duizenden guldens.
Bank
l
o
p
hulden
l
Andere 1 Beschikb.I Dek-
Data
Goud Zilverbiljetten
eischb. Metaal- Ikings
saldo
1
perc.
17 Dec. ’23 581.787 3.674 1.029.151 26.683 378.644
56
10 ,,
’23 581.786 7.475 1.027.360 26.941 377.748
56
3
’23 581.786 7.701 1.041.869 33.117 373.837
55
213 Nov. ’23 581.783 8.181 1.004.308 42.634 379.918
56
19 ,,
’23 581.782 8.031 1.010.384 35.441 379.987
56
18 Dec. ’22 581.790 9.074
968.081 32.284 390.095
59
19Dec. ’21 605.969 8.366 1.014.343 31.799 404.366
59
25 Juli ’14 162.114 8.228
310.437
6.198 43.521
1
) 54
Totaal
Hiervan
Papier Diverse
T)
, ,
Schatkist-
Belee-
op het
reke-
a a
de
rag
promessen ningen
buiten-
iscon
05
rechtstreeks
land
ningen
17 Dec. 1923 212.153
22.000 157.536 34.561
78.668
10
1923 190.026
21.000 174.333 35.108 82.956
3
1923 175.737
21.000 190.488 38.909 96.236
26 Nov. 1923 188.238
42.000 142.237 57.040 99.$35
19 ,,
1923 181.416
43.000 148.280 55.857 87.924
18 Dec. 1922 196.781
36.000 121.257 75.324 29.329
19 Dec. 1921 269.682
88.700 126.622 36.146 17.235
25 Juli 1914 67.947
14.300
(11.686 20.188
509
1)
Op de basis van
215
metaaldekking.
1)
Sluitpost activa.
‘s RIJKS SCHATKIST.
De Minister van Financiën maakt o.m. bekend:
1
10
Dec.
1923
–
17
Dec.
1923
dat uitstouden
aan schatkistpromessen f
3
O
6.84
O
.000,-.
f
310.840.000,-
waarv.directbij Ned.Bk.,, 21.000.000,- ,, 22.000.000,-
aan schatkistbiljetten. ,,187.153.000,-
1
,,186.229.000,-
1
aan zilverbons ……….30.735.419,50 ,, 39.455.613,-
Tegoed v.d.Postch. en Gdst.
bij ‘s Rijks Schatkist …
J
,,106.558.196,53I ,,,106.558.196,53
Onder de vlottende schuld is begrepen:
Voorsch. aan de Koloniën
100.049.304,17 ,,102.255.887,60
Voorschot aanGemeenten
31
0ctober1923
30 November 1923
voor door Rijk voor hen
84.153.578,07 ,, 83.577.412,99 te heffen Ink. belasting)
Voorschôtaanrek.houders
10Dec. 1923
17
Dec.
1923
v. d. Postch.enGirodst.j,, 60.677.164,23 ,, .63.097.785,081
In daggeldieening tegen
onderp. V. schatk.papier ,,
–
,,
–
1)
Waarvan /
37.056.000
vervallen
op of na 1 April 1927.
NEDERLANDSCH.INDISCHE VLOTTENDE SCHULD.
De Minister van Koloniën maakt bekend:
8
Dec.
1923
15
Dec.
1923
Voorschot uit ‘s Rijks
kas aan N.-I. …….
…
f
95.914.000,85
f
99.772.569,34
md. Schatk.prom. in omi. ,, 79.100.000,- ,, 79.100.000,-
Voorsch.Jav.Bk.aanN.-I. ,, 1.100.000,-‘ ,, 2.800.000,_’
Muntbiljetten in omloop. ,, 41.800.000,- ,, 42.500.000,-
1)
.Tegoed van Ned.-lndië bij de Javasche Bank.
–
JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens. De sameugetrok-
ken cijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.
B k
Andere Beschikb. Data
Goud
Zilver
biltn opeischb. metaal-
schulden saldo
8Dec. 1923
222.500
– 265.000 120.500 145.400
1 ,, 1923
222.250
259.500 129.000 144.550
24Nov.1923
222.250
259.500 129.500 144.450
10Nov.1923 ‘160.677
61.480 265.202 131.743 143.507
3 ,, 1923 160.600
61.371 262.511 130.842 144.020
9 Dec.1922 155.240
56.442′ 267.796 112.120 136.467
10 Dec.1921 152.978
27.551 289.558
93.595 104.412
25 Juli 1914 22.057
31.907 ,110.172
12.634
4.842
2
Wissels,
Voor-
.
Dek-
Dis-
buiten
Belee- schotten
iverse
kings-
a
0
conto’s N.-Ind. ningen ajh. Gou-
•
re e-1 percen-
___________-
betaalb.
vernem. ningen
tage
8Dec. 1923
162.700..,
1.1008
58
1- ,, 1923
162.420
3.2003
°**
57
24Nov. 1923
166.610
1.4008
***
57
f0Ndv. 1923 37.865 24.171 9251 6.5848) 44.254
56
3 ,, 1923 37.824 26.251 91,100
4.6328)
39.741
56
9Dec.1922 37.501 26.312 105.339 109.836
8
24.661
55
10 Dec.1921 35.236 14.631 120.141 32.919
13.446
47
25 Juli 1914 7.259 6.395 47.934 6.446
2.228
44
1)
Sluitpost activa.
2)
Basis
2/5
metaaldekking.
8)
Creditsaldo.
DE SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden gul
Data
Metaal
lafle
opeischb.
Discont.
ID
k
neens
schulden
10 Nov. 1923.. 1.154
1.556
1.013
1.182
647
3 ,, ‘
1923.. 1.154
1.636
1.042
1.172
614
27 Oct.
1923.. 1.162
3.451
928
1.174
616
20 ,,
1923.. 1.162
1.479
956
1.174
642
11 Nov. 1922.. 1.220
1.796
692
1.231
555
25 Juli
1914..
645
1.100
560
735
396
1)
Sluitpost der activa.
BUITENLANDSCHE BANKSTATEN.
BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten, onder bijvoeging der Currency Notes,
in duizenden ponden sterling.
Data
Metaal
Circulatic
Currency Notes
Bedrag_Goudd.
1
Gov. Sec.
12 Dec.
1923
128.019
126.270
288.679
27.000
1
244.181
5
,,
1923
127.873
126.112
284.393
27.000 239.946
28 Nov. 1923
127.769
125.016
281.581
27.000
236.882
21
,,
1923
127.766
128.869
281.202 27.000 236.599
13 Dec.
1922
124.446
123.161
292.468
27.000
249.602
22 Juli
1914
40.164
29.317
1
–
– –
00v.
Other
1
Public
1
Other Reserve kings
Data
Sec.
Sec.
Depos.
Depos.
perc.’)
12 Dec. ’23
50.599
1
74.194
11.598
116.865
21.499
1
16,73
5
,,
’23 69.724
74.362
11.210
136.601
21.511
14,55
28
1,Tov.
’23
43.374
72.797
21.132
99.767
22.503
18,60
21
,,
’23
43.439
74.143
17.236
106.232
23.647
19,15
13Dec. ’22
53.927 66.123
10.113
114.773
22.735
18,20
22 Juli ’14
11.005 33.633
13.735
42.185
29.297
5231
1)
Verhouding
tusschen
Reserve en Deposits.
DUITSCHE RIJKSUANK.
Voornaamste posten, onder bijvoeging der Darlehens-
kassenscheine, in biUiaxdei Mark.
Daarv. Waarv.
1
Dek-
Data
Metaal Goud
I
b. Buit!. Kassen-
1
Circulatie Ikings-
circ.bknhl scheine
1
perc.zj
15 T1ov. ’23j
5,6
l0,467
10,011
1.996
t 92.845
1
2
7
’23’
,,
6,5
.l0,467
.Io,oii’.I
‘2.205
1
19.153
12
31
Oct.
‘231
10,8 I0,467
,
0,011
115
,I
j
2.497
1
4
23
,,
‘231
14,3 I0,467
I0,011
80
1
524
15
15 Nov. ’22
1,1
l,005
IO,050
l
0,051
4
0,582
4
9
23 Juli
‘141
1,7
1,357
–
0,065e
I
1,9,
8
-93
Wissels
Darlehens-
kassenscheine
Rek.Crt.
Totaal
Handels-
-I
Schatkist.
1
Tot, uit-
In kas bij
wissels
1
papier
,
gegeven
ide Rijksb.
229.331 39.530
189.801
129.553
2000
2000
34.156 8.057
26.099
16.831
2200
2200
7.637 1.058
,
6.579 3.868
115
115 831
153
678
390
80
80
0,754′
0,175′
0,579′
0,212
4
0,065
4
0,051′
0,751e
0,751e
–
0,9448
–
–
Onbelast.
2)
Dekking
der circulatie
door metaal en Kassenscheine. In milliarden.
4)
In billioenen.
BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in duizenden 1 rancs.
Waarvan
Te goed
1
Buit. gew.
Data
Goud
in het
Zilver
in hef
voorsch.
Buiten!.
Buitenland ajd. Staat
13Dec.’23 5.540.047 1.864.321 296.352 573.594 23.100.000
6 ,,
1
23 5.539.876 1.864.321 296.194 573.859 23.200.000 29Nov.’23 5.539.802 1.864.321 296.113 561.514 22.800.000
14Dec.’22 5.534.531 1.864.367 288.837 573.072 22.900.000
23 Juli’14 4.104.390 – 639.620 – – –
Uitge-
–
Rek. Crt.
Rek.
Wissels
stelde
e ee-
ankbil-
Parti-
Crt.
Wissels
ningen
je en
culieren
Staat
3.183.863
16.928 2.435.242 37.547.494 2.005.611 24.592
C2
3.273.588
17.064 2.413.706 37.939.333 2.097.671 15.417
‘ 3.725.376
17.488 2.270.563 37.329.312 2.183.366 20.247
2.267.599 28.998 2.165.191 36.070.029 2.124.288 17.355
1.541.980
–
769.400 5.911.910 942.570 400.590
zi
19 December 1923 – ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1087
BANQUE NATIONALE DE BELGIQUE.
Voornaamste posten in duizenden france.
Metaal
in.i
Binn;
Rek.
Data
mci.
van van
Crf.
1
wissels
Circu-
buiten!.
1
buit.l.
pcom.d.I
en
(atje
partic.
saldi
1
vorder.
provinc.l
beleen.
13Dec.’23
358.245 84.653
480.000
1417.587
7.274.300 315.680
6
,,
’23
354.799 84.653 480.000
1373.095
7.275.571
187.537
29Nov.’23
353.566 84.653
480.000
1397.763
7.277.557
275.777
ii Dec.’22340.691
84.653
480.000 713.474
6.660.245 230.380
VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS.
Voornaamste posten in duizenden dollars.
Goudvoorraad
–
F. R.
Zilver
1
Notes in
Data
etc.
1
circu-
Totaal Dekking
1
In het
____________
bedrag
1
F. R. Notes
1
buitenl.
1
latie
28 Nov. ’23
3.112.436
2.165.789
–
84.84612:246.300
21
’23
3.135.456
2.158.499
–
77.42512.223.074
14
’23
3.134.009
2.161.916
–
1 29.952 2.329.814
75.370j2.263.048
29 Nov. ’22
3.072.858
2.124.680
–
Goud-
Algem.
Data
Wissels
Totaal
Gestort Dek-
Dek-
Depos(to’s
Kapilaal
kings- kings-
______________
perc.
1)
perc.Z)
28 Nov. ’23
1.083.385 1.938.593
110.095
74,4 76,4
21
,,
’23
1.030.742 1.941.479 110.103
75,3
77,1
14
,,
’23
1.059.562 1.982.431
110.023
73,8 75,6
29 Nov. ’22
909.322
1.860.223
107.207
73,3
76,4
1)
Verhouding totalen goudvoorraad tegenover opeischbare
schulden: F. R. Notes en netto deposito.
2)
Verhouding totalen
voorraad muntmateriaal en wettig betaalmiddel tegenover Idem.
PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET
FED. RES. STELSEL.
Voornaamste posten in duizenden dollars.
Totaal
Reserve
Waarvan
Data
Aantal
banken
uitgezette
gelden en
bij de
Totaal
deposito’s
time F;R. banks
beleggingen
deposits
21 Nov.’23
767
11.898.587 1.390.092
15.235.034
4.022.110
14
’23
767
11.929.769 1.404.820 15.377.749
4.028.523
7
’23
767
11.920.983
1.358.178
15.259.656
4.033.525
22Nov.
‘221
784
11.179.994
1.375.572
14.881.977 3.671.559
Aan het eiud van ieder kwartaal wordt een overzicht
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten.
EFFECTENBEURZEN.
Amsterdam, 17 December 1923.
Er zijn in de achter ons liggende week eenige voorvallen
te registreeren geweest, welke zonder eenigea twijfel eeo
gunstigen invloed op de internationale beurzen hadden kun-
nen nitoefenen waren er niet nog andere. factoren naar vo-
ren getreden, clie als tegentcndens hebben gefungeerd. Als
voornaamste der gunstige omstandigheden kunnen hier ge.
noeind worden primo de bereidwilligheid van cle Vereenigcle
Staten nm deel te nemen aan het onderzoek naar Duitseh-
lands betalings-capaciteit en naar de kapitaalviucht, welke
uit dit land heeft plaats gehad, secundo de betrekkelijke
rust, welke in Duitschland, zoovel in politiek als in geld.
technisch opzicht, is ingetreden.
Anti den anderen kant is het echter begrijpelijk, dat men
niet al te veel waarde heeft gehecht aan de stabiliteit der
buitenlandsche wisselkoersen in Duitschland, hoewel deze
wel één. der ,voorv/karden mag Worden geacht, waardoor
een herstel van meer normale verhoudingen mogelijk is. De
thans heerschencie stabiliteit echter moet niet in de eerste
plaats worden aangezien als een weerspiegeling van rustiger
toestancleii, al werken deze uit den aard der zaak ook wel eenigsains hiertoe mede. Hoofdzaak is, dat de leiding vap
de •Rijksba.nk de situatie voor het oogenblik zooda.nig schijnt
te beheerschen, dat de noteering der buitenlasdsche wissel-
koersen, zonder aan cle waarheid afbrèuk te doen, min of
meer op 6éii peil gehouden kan worden. De beurs is dan
ook reeds begonnen weer iets vaster te worden, eensdeels
in verband met de ruimere geidmarkt, doch anderdeels in
do verwachting, dat de stabiliteit iii de buitenlandsche wis:
selkoersen toch niet gehandhaafd zal kunnen worden.
De markt te L o n de n heeft weinig aanleiding tot diep-
gaande beschouwingen gegeven. De uitslag van de verkie:
zingen heeft den ondernemingsiust nog steeds een rem aan-
gelegd. Vooral na de vergadering van de arbeiderspartij,
waarin verklaard werd, dat men den strijdtegen de regee-
ring vil aanbinden, heeft men zich ter beurze eenige reserve
opgelegd. Nu worden deze uitingen van de Labour-party wei
niet al te ernstig opgenomen en beschouwt men ze meer als
een leuze, waaronder zij in de naaste toekomst voor haar
kiezers venscht te verschijnen, doch het Britsche parlemen-
taire stelsel_verschaft nog al eens verrassingen en zoo is
men niet al te gerust op de naaste toekomst. Anderzijds is
er ook geen spoor van nervositeit te ontdekken geweest.
integendeel-konden enkele aandeelen, die anders waarschijn-
lijk te lijden zouden hebben gehad onder de gevolgen van
protectionistische maatregelen, zich herstellen en was ook
de afdeeling voor eerste-klasse beleggingswaa.rden, voorname-
lijk staatsfondsen, vast gestemd, in verband met het feit,
dat de ,,capital-levy” in ieder geval voorloopig niet op het
regeeringsprogram zal komen.
. . J)e beurs te P a r ij
5
was vrij opgewekt, doch dit was in
. hc.ofdzaak het geval voor arbitrage-waaiden, als gevolg van
de daling van den koers van den Franc. Die reactie kan ten
deele als een seizoens-verschijnsél worden beschoiivd, doch
heeft thans wel wat al te groote proporties aangenomen. 1.1e
onrust, die hierdoor in het land is gewekt, heeft haar terug-
slag op de fondsenmarkt doen gevoelen cci het is ,vermoede-
lijk hieraan toe te schrijven, dat, behalve de hierboven ge-noemde arbitragewaarden – welke automatisch stijgen met
de koersen van buitenlandsche betaalmiddelen – de ôverige
fondsen ietwat aarzelend van stemming zijn geweest, on-
danks de zeer gunstige berichten, die uit het Ruhrgebied
komen en de vriendelijke cominentifren, welke men alom in
liet buitenland op het komende gezamenlijk onderzoek naar de economische positie van Dnitschland heeft doen hooren.
Vooral de resultaten uit de Ruhr zouden andrs vermoede-
Ujk wel in staat zijn geweest, enthousiasme te wekken. Het
Ruhrgebied heeft gedurende de jongste week 91.000 ton
cokes geleverd – ongeveer 15.000 ton per dag – en 211.000
toti steenkool – circa 35.000 ton per dag – hetgeen circa
drie vierde gedeelte is vnu cle normale leveranties op reke-ning van de schadeloosstelling. Gedurende November is uit
het Ruhrgebiecl meer cokes verkregen dan bi eenige maand
sedert de bezetting in Januari j.l. het geval is geweest. Het
totaal voor die maand bedroeg 205.000 ton, of gemiddeld 6.800 ton per dag. De R’geering rekent er op in de naaste
toekomst uit de overeenkomst met de Duitsclie industrieelen
per dag 3.000 toir cokes en 6.000 ton steenkool te ontvang4n,
afgezien van 15.000 ton steeiikool uit voorraden en 11.000
ton uit cle mijnen, welke rechtstreeks door de Fransche
bezettingsautoriteiten worden geëxploiteerd. Dit op zich
zelve kan natuurlijk in Frankrijk slechts voldoening ivek-
ken; bovendien wijzen cle cijfers op een steeds normaler wor-
dencl verkeer op de rdgie-bpoorwegen, een feit, dat korte-
lings ook door den heer Bréaud, den directeur van de
Fransch-ilelgische rdgie-spoorwegen, met cijfers nader is aan-
geduid. Het gevolg
vak
den’ reageerenden Franc-koers is
clan ook vrij sterk geweest, zooclat dergelijke gunstige om-
standigheden niet voldoende in het koerspeil tot uitdrukking
zijn gekomen. Mocht de dalende beweging der Fransche va-
luta verder döorzetten; dan zal zij zich vermoedelijk nog
sterker uitspreken in een verhoogiug der noteeringen. Voor
het oogenblik echter is het geloof aan een. beweging Van
voorbijgaanden aard nog te sterk. De markt te N e w Y o r k is kalm gebleven. Eigenaardig
genoeg zijn de cijfers. welke regelmatig bekend worden ge-
maakt aangaande den stand der industrie, nog steeds niet
iii overeenstemming met de gunstige verwachtingen, die,
voornamelijk door bankiers, ten aanzieu van de naaste toe-
komst worden gekoesterd. Zoo hebben bijv. de onuitgevoercle
orders der Steeltrust per einde November slechts 4.369.000
ton bedragen, een cijfer, dat schril af steekt bij het hoogst-
bereikte, per einde Maart, van dit jaar (7.403.000) en dat
meer nabij de opgaven van de depressie maanden van einde
1921 en.begin 1922 komt. Ook is de jongste verhooging van
het dividend op de gewone aandeelen in dit licht niet goed
verklaarbaar. Tenzij dan ook de bankiers en de leiders valt
de groote nijverheids-ondernemiugen andere gegevens heb-
ben, waarnaar zij zich richten en in verband waarmede
hun optimisme gerechtvaardigd mag worden geacht, moet
de objectieve beoordeelaar aannemen, dat de gang van zaken
in de Unie, hoewel lang niet onbevredigend, toch ook geen
aaaleiding geeft tot al te buitensporige verwachtingen.
Blijkbaar is men in Walistreet dezelfde meening toegedaan
althans men heeft hier de voorkeur gegeven aan een af-
wachte ti de houding.
T en o ii z en t is het evenement van de week dedisconti-
verhooging van cie Neclerlandsche Bank geweest. Het on.
nuiddellijk gevolg was een hooger geldkoers in de open markt
en
een druk op de noteeringen van
beleggings’waarden. Deze
is echter van zeer voorbijgaanden aard geweest, zoodat per
saldo de nadeelige verschillen niet groot zijn geworden, ter-
1088
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
19 Decembér 1923
vijl in enkele gevallen zelfs van een zoodanig verschil in het
geheel geen sprake is geweest.
10 Dec. 14 Dec. 17 Dec. Rij
6
o/
Nederland 1922 ….
100
100
— 116
5
ol
o
,,
1918 ….
893%
89′,
893%
4% o/
1916 …. 85%
853%
85% –
4
0
/0
1916 . . .
79%
791ii
1
79’i11 –
116
3%
0
/0
.
….
7 ly,
71
–
–
3%
3
O/
61
1
1,
60%
61
– 118
2%
0/
Cert. N.W. S…….50%
51′
8
51
+
3%
7
o,,
Oost-Indië 1921 . . .. 100%
100’o
100718
4
I
/o
6
0/
,,
1919 . . . .
98o1
98
7
1,
98I1
– 18
5
°/o
,,
1915 . . . . 90%
9068
–
5
o,’
o
Rusland 1906
68
43%
4
,
1
10
–
11,
6
4
oo
Rusi. bij ilope & Co
–
18 –
3%
4
O/
Japan 1899 …….. .65%
–
–
5
ol, Brazilië 1895 ……
43
,
1
8
4’i,
4311
–
116,
8
o/
San Paulo 1921.. . – 95319
9518
65% –
t
/b
6
0
/0
Amsterdam 1920.. . 100
–
–
7
ol
o
Rotterdam 1920.. . – 101%
1013% 101718 + 3/
Op de aandeeleninarkt is de tendens echter meer verdeeld
geworden. Speciaal met betrekking tot
petroleumaaivdeelet
was dit het geval. De uitslag der Britsche verkiezingen had
reeds twijfel doen ontstaan ten aanzien van het welslagen
der onderhandelingen omtrent de overneming, door de
Koninklijke, van de zich in het bezit der Engelsche Regee-
ring bevindende aandeelen Anglo-Persian OiL Toen nu tegen
het einde der berichtsperiode de heer Deterding in een
interview zeide, dat tusschen de Koninklijke-Shell en de
Anglt-Persian nooit besprekingeu omtrent een dergelijke
overneming plaats hadden gevonden, was het algemeen ge-v’elen ter beurze, dat de overneming op dit moment niet zal plaats vinden. Want wel had de beer Deterding, vernioecle-
lijk om redenen vais tactiek, iets tegengesproken, dat nooit
was beweerd, doch uit zijn woorden meende men te kunnen
lezen dat het de bedoeling was de aandacht geheel vals de
transactie af te leiden. De toekomst zal moeten leeren, in
hoeverre de beurs hier juist heeft gezien, doch voor het
oogenblik heeft de koers der aandeelen ongunstig gereageerd.
Daarentegen bleven aandeelen Geconsolideerde bij voort-
during gevraagd, hoewel ook hier enkele zig-zag-bewegingen
zijn voorgekomen.
Rub beraandaclen
waren ineerei,deel s gedrukt in verband
met de debatten omtrent restrictie, welke in de dagbladen
zijn gehouden en waaruit bleek, dat velen uit rnbberkringen
de naaste toekomst niet zoo hoopvol inzien. Bovendien werk-
te de nieuwe emissie van de Serbadjadi ongunstig; deze aan-
deelen moesten zich een zeer gevoeligen teruggang ge-
troosten.
Tabaks-aandeeleis
bleven vrijwel verlaten, evenals
cul
tuurwaarden,
hoewel de laatste in iets grooter mate aan-
geboden waren.
Croote omzetten vielen te constateeren in aandeelen
Corn-
10 Dec. 14Dec. 17 Dec. Rijzing
of
dal, lig
Amsterdamsche Bank …. 112
112
112% +3%
Incasso Bank …………89
91
1
12
9234
+ 3%
Koloniale Bank ……….182
18151
8
1797/, – 2
51
8
?Jed. Handel-Mij. cert.v.aand 125
125
5
1
8
123
– 2
Rotterd. Bankvereeniging
9251
8
–
–
Van Berkel’s Patent …….373%
37
36
– 134
Gouda Kaarsen ……….76%
80
78
.4.
1%
Holl.Draad-enKabelfabriek 69%
–
-.
A. Jurgens’Ver.Fabr.g.aand 6831
8
653%
67
– 1218
11
pr. aand 70%
68
70
– 3%
Leerdam Glasfabrieken
27% 29
29% + 1%
Philips’ Gloeilampenfabriek 260%
—
262
+
13%
Vereenigde Blikfabrieken
105
–
107
+ 2
Vereen.Chemische Fabrieken 49%
48
49
–
3%
–
Compania Ilercantil Argent 21
8
18 2151
8
24% + 3s18
Cultuur-Mij. d. Vorstenland. 184% 183
3
18 1803% —4%
Elandelsver. Amsterdam…. 493% 494% 492%
– 3%
Handeisverg. Reiss & Go…. 31; 2834 29 – 23%
Int. Crediet-
en Handeisverg.
Rotterdam …………189%
Linde Teves & Stokvis … 71
Redj eng Lebong Mijnb.-Mij. 124%
Uccons. Bull. Petroleum-Mij. 169%
Kon. Petrrleum-Mij. …… 390%
Plioenix OiI ………….. 833%
Amsterdom-Rubber-Mij …. 147%
Kendeng Lemboe ……..1903/
4
Oi’st-Java-Rubber-Mij…..228
Deli-Batavia Tabak Mij. .. 295
Deli-Maatschappij ……… 291
i
i,
Senembab-Maatschappij .. 240%
1891/
3
189%
75
75%
+4%
122%
1l7i
_7%
1723%
17234
+
3j
390%
390
–
3%
–
813%
—1%
1467/
8
144
7
18
—27/
8
189
184
—6%
226.
223
—5
297 298
+
291%
288
—3%
244
242%
+
2
pania Mercantil Argentina,
welke gelijktijdig een voor dit
fonds vrij aanzienlijke verbetering konden behalen.
Binnenlanclsche industrieele aandeeicn
bleken over het al-
gemeen vast gestemd; alleen Jurgens-waarden hadden een
lichten teruggang aan te wijzeu ,welke echter als een natuur-
lijke reactie werd beschouwd op de koersverheffing van den
laatsten tijd.
De
scheepvaartmarkt
was zeer vast, speciaal voor aan-
deden en obligaties Koninklijke Hollandsche Lloyd. De be-
tere situatie op de vrachtenmarkt in het algemeen en de
geruchten omtrent een gunstig verloop bij cle Koninklijke
ilollandsche Lloyd in het bijzonder hebben deze beweging in de hand gewerkt.
101)ec. 14Dec.
17Dec. Rijzing of
daling
Holland-Amerika-Lijn
90 89
913%
+
13%
,,gem.eig
76%
743%
773%
+
1
Hollandsche Stoomboot-Il1ij
263%
25%
273%
— 1
Java-China-Japan-Lijn
– . –
9 3y
4
93
94
+
Kon. Hollandsche Lloyd
113%
13%
15
+
3%
Kon.
Ned.
Stoomb.-Mij …..
713%
70%
34
+
2%
Konink.Paketvaart-Mij.
..
–
124%
123%
125
+
3%
Maatschappij Zeevaart
66
66
–
Nederl. Scheepvaart-Unie
– –
12034
119%
1203%
–
1%
Nievelt Goudriaan ……..
99%
100%
102%
+
23%
Rotterdamsche Lloyd ……
128
127
126a/
–
151
8
Stoomv.-Mij. ,,Nederland”
– –
150
149%
148
–
2
,,Noordzee”
– –
273%
27
273%
+
3%
De
Amerikaanohe markt
was stil.
doch vast.
10 Dec. 14 Dec.
17 Dec. RgOf
dalin
Americ. Smelting
&
Refining
6251,
63
637,
+
1%
Anaconda Copper
………
827/,
8215/,
82’o6
4.
1
h
Studebaker Corp.
……..
ll0ij,
1137
9
113
+
2318
Un. States Steel Corp
…..
101sj,
102%
102
+
81
8
Atchison Topeka ……….
1053%
105%
104%
–
Ene
………………..
22%
21i,,
21113
–
1
Southern Pacific ……….
967/
8
94 95
–
1 71
Union Pacific
…………
141
140
14031,
–
31
Int. Merc. Marine orig. gew.
8 “/,
85
8
8%
–
i
lo
pref.
331,
32
32
–
1,18
De
geidmarkt
is iets stroever geworden; prolongatie
steeg tot 53% pOt.
GOEDERENHANDEL
GRANEN.
18 December 1923.
T a r w e. Watiucer men een marktoverzicht over tarwe
leest geschreven in de Vereenigde Staten, dan treft het dat
dit een zooveel vastere stemming ademt dan de berichten,
dlie men in Europeesche vakbladen aantreft. Begrijpelijker-
wijze wijst men in de Vereenigde Staten op den zooveel klei-
neren oogst, in de Staten ruw weg 10 pCt. of 80 millioell
bushels minder. En terwijl men in Europa voorspelde, dat
men in Amerika aan het einde van den oogst meer tarwe zou
over hebben dan een jaar geleden – ten gevolge van cle
grootere oogsten in andere exportlandeu, in het bijzonder
in Canada en ook ten gevolge van de geringe vraag van
Europa, deels wegens de betere opbrengst in de Europee-
sche landen zelf en deels wegens gebrek aan koopkracht -. is het er zoo mee gesteld, dat indien de export van de Sta-ten blijft voortgaan zooals die de laatste maand gegaan is,
er zoo weinig tarwe zou overblijven dat er van een tekort
gesproken zou kunnen worden. Het is evenwel niet waar-
sehijnljk dat het zoover zal komen, want een eenigszins
sterke afname der nu nog zeer ruime voorraden in de Sta-
ten, zou ongetwijfeld onmiddellijk een prijsverhooging ver-
ooiz’keu, die wel niet door Argentinië, Australië, Indië en
Rt,sland gevolgd zou worden, omdat clie tezamen zeer groote
hoeveelheden te exporteeren hebben. Allereerst Argentinië
Ook in cle afgeloopen week wekten de uveerberichten af en
toe vrees op, dat het niet alles vlot zou loopen met den
nieuwen oogst. Zware regens, die tot tweemaal toe gemeld
werden in ciezen voor den oogst zoo kritieken tijd, niaakten
den toestand minder zeker voor Europa, ofschoon de over-
vloed die zich dit jaar voordoet, wel duidelijk gedemon-
streerd werd door het feit, dat de niet-Argentijnsche mark.
ten ziéh al heel weinig van den Argentïjnschen regen aan-
trokken. Het weer is daarna weer gunstig geworden en ten-
zij het wederom mocht veranderen, mag men wel over circa
een maand ruimere La Plata-verschepingen verwachten.
Canada blijft exporteeren op groote schaal, ook al is de
scheepvaart op de groote meeren gesloten. Australië meldt
wel ivat meer regen dan men daar op dit oogenblik kan ge-
bruiken, maan .de vooruitzichten blijven toch zeer gunstig
en de raming van de opbrengst is nog eenigszins verhoogd.
Indië heeft gunstig veer gehad, zoodat ook van dat land de.
9 December 1923
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
S;.
Noteeringen.
Chicago
Buenos Ayres
Data
Tarive
Maïs
Haver Tarwe
Maïs Lijnzaad
Dec.
1
Dec.
1
Dec.
Dec.
Dec.
1
Dec..
15Dec.’23
103
70 45s1,
11,90 9,85
24,10
8
,,
’23
103a1
739
45%
12,40 10,40
23,10
15Dec.’22 123/
7
‘/8
8
/8
11,85
7,80
20,25
15Dec.’21
108
463/
8
32%
11,85
7,55
17,40
15 Dec.’20 173
6851
4
45%
17,651)
9,101)
17,301)
20Juli’14
82
5631
8
36% 9,40 5,38
13,70
1)
Per Februari.
Locoprijzen te RotterdamjAmsterdam.
s
oorten
17 Dec.
1923
10 Dec.
1923
18 Dec.
1922
Tarwe*
1)
12,25
12,25 13,40
Rogge (No. 2 Western)
1)
9,40
9,40
11,80
205,-
205,-
193,-
Maïs (La Plate) ………….
Gerst(48 ib. mal ti ng) …
2)
200,-
198,-.
190,-
Haver (38 Ib. white clipp.)l)
9,85
4
)
10,50
4
)
10,60
Lijnkoeken (Noord-Amen.
kavan La Plata-zaad)
1)
13,50 13,65
13,75
Lijnzaad (La Plata) ..
.
.8)
470,-
465,-
440,-
1)
p. 100 KG.
2)
p. 2000 KG.
8)
per 1960 KG. *) Nr. 2 Hard/Bed Winter Wbeat.
4)
No. 3 Canada Haver.
AANVOEREN in tons van 1000 KG.
Rotterdam
Ii
Amsterdam
Totaal
Artikelen
11
ii
9115Dec.
t
Sedert
t
Overeenk.
9115Dec.
Sedert
1 Overeenk.
1923
1 Jan. 1923
tijdvak 1922
1923
1Jan. 1923
tijdvak 1922
1922
789.324
1.076.346
–
31.086 34.509
820.410
1.110.855
Tarwe ……………..8.467
Rogge
……………..
71.244
555.800
339.709
485
–
556.285 339.799
Boekweit
…………….
419
25.734
13.177
– – –
25.734
13.177
MaIs
………………
6.113
615.680 931.652
–
73.715
95.818 689.395 1.027.470
Gerst ……………..
8.478
280.652
146.612
,
–
14.018 8.871
294.670
155.483
Haver
……………..
6.338 74.376 110.175
–
533
292 74.909 110.467
137.278
170.958
–
53.544
76.838 190.822
247.796
Lijnkoek …………..
.
177.988 124.260
– –
–
1.547
177.988
125.807
Lijuzaad ……………1.545
2
..455
2.610
129.137
68.345
.
–
4.754
7.540
133.891
75.885
Tarwemeel ………….
Andere meelsoorten
. . . .
–
1.592
9.710
–
–
2.665
1.59
12.375
berichten goed zijn. Over Rusland ontbreken nog steeds
regelmatige berichten. De verschepingee van dat land waren
deze week veer zeer rium en vormden weer een belang
–
rijk percentage van de totaal naar Europa verscheepte hoe-veelheid. Dit totaal was aanmerkelijk kleiner dan in de hei-
de voorafgaaude weken, maar toch nog ruim voldoende
voor cle geschatte behoefte der importlancleu. Wat evenwel
opvalt zijn cle zeer groote verschepingen van tarwe, maar
vooral van tafvemeel naar niet-Europeesche bestemmingen.
Het totaal uitgedrukt in equivaleut aan tarwe bedroeg ruim
200.000 tons tegen 310.000 tons naar Europa. Deze zeer
groote export naar niet.Europeesche landen (voornamelijk
Japan) wordt in de oude Europeesche markten wel eens wat
over het hoofd gezien. Op het oogenblik geeft het de verkla-
ring van een zekere stabiliteit, die zich reeds geruimen tiji
in de verschillende exportmarkten doet gelden. Het is on-
waarschijnlijk dat deze groote niet-Europeesche vraag even
sterk zal voortduren. Ware dit wel het geval, van het over-
groote overschot zou niet veel overblijven.
De naderende feestdagen waren waarschijnlijk oorzaak
van geringe vraag in (le meeste Europeesche markten. In
Engeland was het nog steeds voornamelijk Manitoba tarwe
die gekocht werd. Ook het Continent bleef voor clie soort be-
langstelling toonen, doch ook La Plata soorten werden ge-
kocht.
Voor r o g ge is de toestand weinig veranderd. Rusland
blijft ruim – te ruim – aanbieden. Vooral stoomende par-
tijen op Holland en Duitschland werden tot geleidelijk la-
gere prijzen verhandeld. Op latere aflacling vraagt men meer,
maar de koopers toonden slechts geringe belangstelling.
Anienikaa.nsche rogge blijft in verhouding te duur.
Ofschoon de verschepingen van mais klein waren, was de vraag al heel gering emi liet gevolg was dat cle prijzen in de
meeste markten nogal terug liepen. Ook cle exportmarkten
waren flauw gestemd. In Argentinië daalden de export-
markten niet onaanzienlijk. De betrekkelijk geringe 110e-
veelheden, die nog worden aangeboden, waren lager te koop zonder evenwel veel belangstelling te trekken. Men blijft het oog gevestigd houden op Noord-Amerika, maar ofschoon de
laatste dagen de prijzen aldaar niet onbelangrijk gedaald
zijn, blijven ze toch nog te hoog in verhouding tot andere
maïssoorten om spoedig een groote exportbeweging te kna-llen verwachten. Intusschen blijven de aanvoeren in de Sta-
ten buiten verwachting groot en de zichtbare voorraad
neemt gestadig toe, zoodat er zich een suiplus vormt, dat
geëxporteerd moet worden, tenzij de aanvoeren spoedig mochten verminderen, wanneer de binnenlandsche con-
sumtie dat surplus gemakkelijk zou kunnen opnemen.
Voor ons land blijft Roemeensche maIs de goedkoopste
soort, vooral waar ten gevolge van te groot aanbod van
stooiende partijen de prijzen gedrukt waren. Roemenië zelf
vraagt evenwel beduidend meer. Ten gevolge van goede
oogstberichten uit Argentinië was er veel drang nieuwe
oogstposities te verkoopen; verschillende zaken kwamen tot
stand.
Ci e r s t blijft hoog in prijs en de vraag is dientengevolge
verminderd. Hamburg blijft nog de beste markt.
II a v e r was nu en dan gevraagd, vooral ook door Scan-
dinavië. in de prijzen kwam al heel weinig verandering.
L ij n z a a cl was sterk onderhevig aan de weerberichten
uit Argentinië. Over het algemeen was de markt vast, al-
thans de vraagprijzcn werden aanmerkelijk verhoogd. Dc
vraag was evenwel niet voldoende, daar olie niet in even-
redigheid vast was. Meerdere vraag van den kant van Noord-
Amerika hield evenwel op, ook toen de weerberichten weder-
m gunstig werden.
SUIKER.
De noteeringen op de termijnmarkt te N e w Y o r k fitte-
tueerden cle afgeloopen week eeaigszins, doch sloten op Vrij-
wel hetzelfde niveau als bij opening, al. met 5,30 voor
Januari; 4,70 voor Maart; 4.75 voor Mei en 4,80 voor Juli,
terwijl Spot Centrifugals op 7,28 geopend, opliepen tot 7,47
om op 7,41 te sluiten. De stemming voor prompte suiker
bleef nogal prijshondend en wat Cubasuiker werd tot d.c.
5,50 f.o.b. verhandeld, hoewel de ra.ming der Suikervereeni-
ging te Havanna van den Cubaoogst met 3.775.000 tons niet geheel zonder invloed op speculanten gebleven is.
De laatste Cci b a-statistiek luidt als volgt:
1923
1922
1921
Tons
Tons
Tons
Weekontvangsten 10Dec. ’23
1.373
4.276
21.762
Tot, sedert 10Dec. ‘22.2 Dec. ’23 3.602.910 3.996.387 3.936.040
Aantal werkende fabrieken
4
15
8
Weekexport 10 Dec. ’23 ……20.223
24.505
37.067
Totale export 1 Jan.-10 Dec. ’23 3.465.568 3.878.608 2.430.740
Totale voorraad 10Dec. ’23 .
12.396
27.266 951.610
– 1•Viilett & Gray hebben in verband met de reeds gemelde
verlaging van den Europeescheri bietsuikeroogst hunne vo-
rige raming van tien werelclsuikeroogst (19.146.000 tons) te-
ruggebracht 01) 18.600.000 tons. (Productie vorig jaar
18.000.000 tons).
In Engel a n d bleef de stemming de geheele week zeer
vast wegens de aanhoudende schaarschte aan prompte
suiker.
De Board of Tradestatistiek voor November luidt:
November.
Nov.f Jan.
1923
1922
1923
1922
Tons
Tons
Tons
Tons
Import Riet ……..74.929 124.677 1.078.593 1.318.932
Biet ……..-
–
–
–
Geraffineerd
40.991
53.688 341.182 477.437
Totaal …………..115.020 178:365 1.419.775 1.796.369
Voorraad in Enti-epot 112.200 273.950
–
–
11
in Raffinader.
46.350
53.000
–
–
Opbrengst
,,
84.243
70.368 875.371 876.009
Tot. binn. Consumtie 128.872 131.902 1.358.298 1.487.806
Totale Export
7.740
2.204
82.043
42.099
Voorr.op 31Oct…..
1923
f183.800
1922
f
266.300
30Nov
158.550
– . 326.950
1090
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
19 December 1923
Op J a v a bleef de markt prijshoudend, doch er werden
geen belangrijke af doeningen gemeld. Disponibele witte suiker
werd herverkocht tot
f
22,— ic
f
22,37y
2
en Juli levering
tot
f
16,25. De afschepingen van Java bedroegen gedurende
November 170.000 tons (en niet 140.000 tons, zooals abu-
sievelijk in het vorig bericht gemeld). De totale versehepin-
gen van Mei t/m. Novemher bedragen thans 1.313.861 tons
tegen 1.114.578 tons in 1922. De totale verkoopen uit oogst
1624 bedroegen op S December ongeveer 1.178.000 tons.
II
i e r te 1 a n de was de markt vrijwel de geheele week prijshoudend. Hoewel de prijzen op de termijnmarkt lang
–
zaam wat konden oploopen bleef de handel toch zeer be-
perkt en sloot de markt in verflauvcle stemming op
f
33,50/32,37
V
2
voor December,
f
32,25/31,50 voor Mei en
f
29,87
34/29,50
vodr Augustus. De weekomzet bedroeg on-
geveer 4000 tons.
NOTEERINGEN.
Amster-
Londen
N ew
York
96pCt
White Java
Amer. Gr&
Data
dam per Tates
Job. per
nulafed c.i.f.
Centri-
Maart
Cubes
fugals
No.
1
Mei/Juni
November
h.
bh.
‘
ets.
13 Dec.
1
23
[323%
6319
2519
251_
7,47
6
,,
1
23
,,313(
6319
25j9
241_
7,28
13 Dec. ’22
,,24
3
1,
55/6
231_
1716
5,75
13Dec. ’21
,,20’11
54/_
18113 121_
3
2
86
4Juli ’14
“/
1118′
82
18′
– –
3,26
KATOEN.
‘Marktber.icht van de fieeren Sir Jacob Behrens & Sons,
Manchester, d.d. 5 December 1923.
Er was gisteren een groote opwinding in de markt voor
Anierikaansche katien en prijzen fluctueerden zeer sterk,
zoodat de termijnnoteering voor Januari zelfs 120 punten
daal’de. Deze daling wordt toegeschreven aan liquidaties
door speculanten en later
01)
den dag hebben prijzen zich
weer eenigszins hersteld, zoodat de daling tenslotte niet
ZOU
heel groot is geweest. De verkoopen deze week zijn
vrij gering geweest en het meeste is nog gedaan in Amen
–
kaansche en Perukatoen. De fluctuaties in Egyptische katoen
zijn bijna even groot als in Adierikaansche en prijzen voor
Januari waren bijna 94 punten lager dan den dag daarvoor.
Verkoopen van Egyptische katoen zijn deze week van wei-
nig beteekenis geweest en den oogst schat men thans op
6 millioen cantars, terwijl de aanvoeren vrij belangrijk zijn. Waarschijnlijk verkoopen de planters graag tegen de tegen-
w’oordige prijzen, daar deze reeds over 7 d. per lb. hooger
zijn clan een maand geleden. De noteering voor F. G. F.
Sakellaridus op Donderdag was zelfs 26,95 d., de hoogste prijs clie tot nu toe is gezien.
Prijzen van Amerikaansche garens zijn thans weer lager
in verband met de daling van ruwe katoen, maar verkoopen
beveu moeilijk en er komen slechts weinig zaken tot stanil.
Voor Indië meldt men nog enkele afsluitingen voor 40er
mitle en OOer bundles, maar over het algemeen nemen koo»
pers weer een afwachtende houding aan. Prijzen van Egyp-:
tische garens zijn ook lager, hoewel hij deze groote fluc-
–
tuaties koopers huiverig zijn om orders te plaatsen. Giste-
ren ging op de markt over het algemeen slechts heel wei-
nig om.
Prijzen van manufacturen bleven in het begin van cle’
week stijgen tot de buitengewone fluctuaties in katoen:
prijzen op Dinsdag een einde hieraan maakten en zelfs vrij-.
wel alle zaken tot stilstand kwamen. Bij de laatste stij-
ging werd het steeds moeilijker orders te plaatsen en kost-
prijzen hier werden zon hoog, dat koopers in vele gevallen.
8
werden afgeschrikt, zoodat alleen die fabrikanten die nog
tot lagere prijzen weuschten af te geven, orders konden
boeken. De biedingen van China zijn nog veel te laag, doch
van Indië konen veel aanvragen binnen, hoewel deze ook
slechts in enkele gevallen tot zaken leiden.- Prijzen blij-
ven echter vast eti hoewél door cle daling der laatste dagen
cle stemming wat minder zeker is, gelooft men dat deze
daling slechts van voorbijgaanclen aard is en dat meq op
den duur weer een vaste markt zal zien.
-Manchester, d.d. 12 December 1923.
De markt van Anienikaansche katoen heeft deze week
zepr si clrk gefluctueerd ;’Ma andag waren prijzen van ,,futures”,
41 punten lager en gisteren na een opening van 77 punten
lager sloot de markt voor Januari weer 12 punten hooger.
Dit wordt toegeschreven aan het Ginner’s.. rapport van 1
December, dat verleden Zaterdag in Amerika is gepubliceerd
en waaruit blijkt, dat op 14 Noyember totaal 875.000 balen
zijn gegind tegen 448.000 balen in dezelfde periode van
verleden jaar.’ Bovendien hebben vele speculanten hun
termijnposities geliquicleerd, waardoor de markt ook nog
al gedaald is. Fluctuaties in prijzen van Egyptische katoen
zijn zelfs nog grooter geweest dan die in Amerikaansche
en Maandag waren prijzen voor deze katoen 1751215 punten
lager. Het totaalresultaat over de geheele week was, dat Amerikaansche katoen 360 punten en F.G.F. Sakel 495
punten gedaald waren van het hoogste punt op 29 Nov. j.l.
De garenmarkt was zoowel voor Amerikaansche als Egyp-
tische garens geheel gedesorganiseerd door de daling van
ruwe katoen. Prijzen van Amerikaansche garens zijn onge
veer l d. á 2 d. per lb. lager dan einde November en voor
Egyptische garens is het verschil 3 á 4 d. Over het alge-
meen waren de noteeringen zeer onregelmatig en zijn, er
in de afgeloopen week slechts weinig zaken tot stand’ ge-
komen, daar de meeste koopers liever een afwachtende
houding aannemen. Enkelen wachten eerst het eindrapport
van het Landbouw Bureau af over de vermoedelijke grootte
van den oogst, terwijl anderen meenen, dat wij na de pu-blicatie van dit rapport weer hoogere prijzen zullen zien.
Koopers van manufacturen zijn wel eenigszins teleurge-
steld door de groote speculaties in ruwe katoen en de ge-weldige niarktifuctuaties, die daarvan het gevolg zijn ge-
weest, zoodat zaken op het oogenblik zeer verminderd.
Prijzen blijven over het algemeen vast, hoewel tegen de
hooge prijzen die men einde November noteerde slechts weinig gedaan is en er op het oogenblik weinig serieuze orders aan de markt zijn. De meeste orders die geplaatst
zijn, zijn geboekt tegen lagere prijzen dan die men heden
noteert en zouden op dezelfde basis ook niet herhaald kun-
nen worden. Over het algemeen verwacht men geen verdere
daling en gelooven velen dat prijzen opnieuw zullen stijgen’.
Van China komen geen aanvragen binnen, terwijl van
Engelsch-Indië nog steeds belangstelling betaat hoewel er
thans slechts weinig omgaat. Men hoopt algemeen dat de
markt wat stabieler zal worden, daar het bij deze groote
fluctuaties zeer moeilijk wordt tot zaken te komen.
5Dec. 12Dec. Oost.koersen. 4Dec. 11Dec.
Liverpoolnoteeringen.
T.Lopindië
115
3
7
2
115
F.G.F.bakellarides 24,90 23,25 T.T.opllongkong2/351
8
2351
8
G.F. No. 1 Oomra 14,10 13,35 T.T.op Shanghai 3,33% 3143%
Noteering voor Loco-Katoen.
(Middling Uplands.)
14
Dec.
7
Dec.
1
1923
1
30
Nov.
13
Dec.
14
Dec.
1923 1923
1922
1921
New York voor
Middling
..
35,— c
35,75c
37,35e 25,75e
18,— c
New Orleans voor Middling
34,75 c
34,50 c
35,75 c
25,50e
16,75 c
Liverpool voor
Fy Middling
20,03 d
19,92 d
21,72 d
14,60 d 11,16 d
Ontvangsten in- en uitvoeren van A.merikaansche thavens.
(In duizendtallen balen).
1
Aug.
’23
Overeenkomstige periode
tot
14Dec.’23
1922
1921
Ontvangsten Gulf-UaSrens.
1
Atlant.Havens
4.355 3.774
3.233
Uitvoer naar Gr. Brittannië
936
828
677
‘tVasteland
1.539 1.469 1.433
Japan
324
250
527
Voorraden.
(In duizendtallen balen).
Overeenkomstig tijdstip
14Dec.’23
1
-‘
–
–
1922
1921
1.110
1.084
1.365
1.171
1.416 1.570
Amerik. havens ……….
– –
–
Binnenland …………..
New York
…
…………
–
,
–
New Orleans ………….
Liverpool …………….
277
431
562
COPRA.
De markt was deze week flauw gestemd, hoewel Indië niet veel verkocht. Het aanbod van handelaren was .zeer
dringend. Het slot is echter weder boven het laagste punt.
De noteeringen zijn:
Ned. md. f.m.s. stoomend ………..
f
333%
December afi. …… ,,
Januari
,.
…… ,, 33
,
18
Februari ,…….,, 32718
Maart
,……. ., 323%
17 December 1923. ,
,
.
273
1396 1669
–
–
659
659
–
72
210
282
–
—
1248
1248
–
–
842
842
–
16
143
159
–
—
247
247
–
314
5854
6168
–
–
155
155
–
–
290
290
–
444 3498
3772
170
–
529 529
–
82
7447
7529
1201 29783
30814
170
19 December 1923
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
KAPOK.
(Opgave van cle Makelaars Gebrs. van der Vies, Amsterdam.)
Kapokstatistiek op 30 November 1923.
Voorr.
Aanv.
Verk.
Voorr.
Importeurs
1. Jan.
tot
tot
op
1923 30 Nov. 30 Nov. 30 Nov.
.11. Cl. Th. Crone………
–
3270
3270
–
Edgar & Co…………..
–
979
979
–
Van Eeghen & Co ……..-
3016
3016
–
N.V. Haiidel en Cultuur Mij.
v/h. Smidt & Amesz q.q.
Edgar & Co’s Handel
Mij. Soerabaja ……..
‘an }Teekeren & Co……
1
–
loving & Beer………..
Int. Hand. & Crediet ii ii.
Koning, Teves & Co…….
Landb. Mij. ,,Geboegan”.
Maintz Producten Handel.
Mirandol1e, Voûte & Co.
Wm. H. Muller & Co…..
W. Tengbergen & Co……
Weise &Co…………..
Zweedsclic Oost-I[nd. Cie..
Order……………….
KOFFIE.
(Mededeeling van cle Makelaars G. Duuring & Zoon, Koilf
& Witkamp, Leonard Jacobson & Zonen en G. Bijdendijk.)
Noteeringen en voorraden.
Rio
Santos
Data
..
Voorraad
..
Voorraad
Wisselkoers
15 Dec.
1923
385.000
21.375 610.000 26.500
55/
ie
8
1923
1)
1)
1) 1)
1)
1
,,
1923
383.000
22.800 640.000 28.000
51/33
15 Dec.
1922
1.513.000
17.625
2.294.000 22.500
611/
32
Ontvangsten.
Rio
Santos
Data
A fgeloopen
Sedert
Afgeloopen
Sedert
week
1 Juli
week
t Juli
15
Dec.
1923….
98.000
12.009.000
220.000 4.638.000
15
Dec.
1922.:..
79.000
1.667.000 158.000
3.544.000
1)
Feestdag.
METALEN.
Loco-Noteeringen te Londen:
Data
Koper
Stan-
daard
Koper
Electro-
lytisch
Tin
Lood
Zink
7 Dec. 1923..
62.101_
68.111
233.716
31.101…
32.101_
10
,,
1923..
62.17/6
68.101-
230.12/6
31.216
32.51_
3
,,
1923..
62.101_
68._f_
238.716 38.101_
33._/_
26 Nov. 1923..
61.51_
66.101_ 231.216
30.101
33.216
18 Dec. 1922..
64.216 70.51_
180.51_
20._/_
37.101_
20 Juli 1914..
61.._/_
145.151_
19._/_
21.101_
VERKEERS WEZEN.
GRAAN.
.
Petro-
Odessa
1
.4tl. Kust
1
Ver. Staten
San Lorenzo
Data Lofl
a
dd
en
Rotter-)
—
IR dam
dam
1
Rotter-
1
Bris tol
Rotter-
Enge-
J
dam
kanaal
dam
land
10-15 Dec.
1923
–
1316
2
14y4 2
–
2319
2319
3-8
,,
1923
–
1316,
2
143,(
3,
–
2218
2218
11-16 Dec.
1922
–
–
14X
S
314
2718 2718
12-17 Dec.
1921
–
–
41_ 41_
301_ 301_
Juli
1914 11 d.
713
l/llM
1111).
121…
121_
KOLEN.
Cardiff
Oostk. Engeland
Data
1
Bordeaux
Genua
1
Port
1
r
La
Plata
Rotter-
Gothen-
Said
1
Piuipr
dam
burg
.10-15 Dec.
23 5/10
9/3
919
12110
5/7
81-
3-8
,,
1
23
613
9/9
10/3
1318
5110
81_
11-16 Dec.
’22
7/_
10/1
1116
1116
4110
7110
12-17 Dec.
’21
7/_
1213
14/..
1314k
519
9/
juli 1914
Ir. 7,—
71..
713
1416
312
41_
DIVERSEN.
D
0
a
Bombay
West
Europa
(d.w.)
Prima
West
Europa
(rijst)
Vladivo-
stock
West
Europa
Chili
West
Europa
(salpeter)
10-15 December 1923..
3-8 ,, 1923..
11-16 December 1922..
12 17 December 1921..
Juli
1914..
261
2613
26110
2016
1416
3113
28
33;
–
1613
3313
2718
35/
351
251.
2716
2716
33/-
391
2213
pe wu ltuIeu.
rer
LOil U.W.
0)
A.
cents Per
100
los.
•
•
.
:
INSTITUUT VOOR MONDELINGE EN
SCHRIFTELIJKE LEERGANGEN IN
1
SOCIALE WETENSCHAPPEN
1
•
ONDER LEIDING VAN R. KUYPER,
HARMONIEHOF 56
–
AMSTERDAM,
.
1
met medewerking, voor het Rechtskundige Gedeelte, van Mr. J. VALK-
1
•
HOEF en, voor Sociale Economie, van L. VAN HUSSEN, Doctorandus
• •
in de Handeiswetenschap en Leeraar M. 0. Staathuishoudkunde en
Boekhouden, en van F.
J.
Sandbergen, Leeraar M. 0. Staathuishoud-
1
•
kunde en Boekhouden.
•
De cursussen worden thans reeds door meer dan 250 personen, waaronder
•
vele
bedrijfsleiders,
vakvereenigingsbeambten,
overheidsambtenaren,
1
•
leeraren, onderwijzers enz. gevolgd.
• •
Opleiding o.a. voor de Acten M.
0.
STAATSIN RICHTING en STAAT.
• •
1
HUISHOUDKUNDE,voor het ACCOUNTANTSEXAMEN in Economie
1
•
en voor ONTWIKKELINGSDOELEINDEN. Flinke werkers kunnen de
• •
acte M.
0.
STAATSINB ICHTING in één jaar en de acte M.
0.
STAAT.
•
HUISHOUDKUNDE in twee jaren behalen. Mondeling onderwijs in •
groote en kleine cursussen. Ook PRIVAATLESSEN en AFZON DER-
•
•
LIJKE REPETITIE-CURSUSSEN. Ook in den Haag, Arnhem, Zwolle
•
en Leeuwarden worden mondelinge cursussen georganiseerd. De examens
•
worden alle stenografisch
opgenomen.
Eigen uitgave
van
voor
de
•
studie belangrijke geschriften. Periodieke publicatie van ,,Mededeelingen”
•
betreffende
studie.
Door
verzendbjbliotheek
en
circuleerende
lees-
•
portefeuille
is
aanschafling van dure studiewerken overbodig. Na
1
Jan.
•
1
as. studiegelegenheid in EIGEN INSTITUUTGEBOUW. Nieuwe deel-
•
nemers aan de cursussen worden bijgewerkt. Prospectus MET AAN- •
BEVELING- VAN DESKUNDIGEN en schriftelijke proefles worden
•
op
aanvraag grstis toegezonden.
•
.
INSTITUUT VOOR
ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
VtTEEKBLAD
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
Het vraagstuk van de geidruimte
in Nederland en de Goudpolitiek
van de Nederlandsche Bank
door Mr. G.
VISSERING.
Prijs per nummer f1,50
Verkriigbaarbii den Boekhandel en bij NIJGH &
VAN DITMAR’S UITG..MlJ. Rotterdam.
Ythat
Commercial Correspondellts
ought to know
A Collection of Business Terms
and Idioms
compiled and arranged by
J. E. BERRINGTON,
Teacher of English M. 0.
Prijs
J
1,50
NIJGH & v. DITMAR’S UITG.-MlJ.
ROTTERDAM
1092
19 December 1923
DE TWENTSCHE BANK
AMSTERDAM- ROTTERDAM – ‘s-GRAVENHAGE- DORDRECHT UTRECHT – ZAANDAM
Maandstaat op 30 November 1923
DEBET
Aandeelhouders nog te storten 90 pOt.
01)
aandeelen B,
waarvoor waarborg gedeponeerd ………………….
Deelneming in de firma’s:
B. W. BLIJDENSTEIN & Co., te Londen;
B. W. BLIJDENSTEIN Jr. te Enschede;
LEDEBOER & Co., te Almelo,
f 7.985.000,—,
waarvoor in
geldgestort
………………………………….
waarvoor effecten gedeponeerd ……………………
Deelneming in bevriende Bankinstellingen
. . . . f 10.091.016,71
waarvoor in geld gestort ……………………….
waarvoor effeëten gedeponeerd ……………………
Effecten van Aandeelhouders
gedeponeerd bij bevriende instellingen …………….
ten eigen gebruike
Kassa, Wissels en Coupons …………………………
Nederlandschê Schatkistbiljetten en Schatkistpromessen
Saldo’s bij Bankiers:
beschikbaar voor eigen gebruik ………………….
voor rekening van derden ………………………..
Prolongatiën gegeven ………………………………
Eigen Effecten en. Syndicaten ……………………….
Oredietvereeniging ……………………………….
Af: loopende Promessen
Voorschotten tegen Onderpand of Borgtocht en Saldi Rek. Ort.
Af: loopende Promessdi
Voorschotten op Consignatiën ……………………….
Gebouwen……………………………………….
f
1.682.000,-
,,
6.435.000,-
f
1.550.000,–
7.383.816,71
2.707.200,-
3.000.000,-
28.585.250,–
35.842.450,-
,
24.852.139,35 47.709.718,54
f
2.977.049,52
15.775.377,19
18.752.426,71
12.759.635,-
9.064.471,65
f
63.365.439,95
11.971.000,-
,,
51.394.439,95
f
56.003.891,40
2.190.000,-
,,
53.813.891,40 2.647.138,96 4.614.173,69
Totaal ……
f
277.041.401,96
CREDIT
Kapitaal …………………………………………..
f
35.500.000,-
Reservefonds …………………………… . … . …….
8.388.581,85
Buitengewone Reserve
……………………………..,,
1.700.000,-
Waarborgfonds Oredietvereen iging ……………………,,
5.526.082,50
Reserve Credietvereeniging …………………………,,
2.593.606,20
f 53.708.270,55
Aandeelhouders voor gedeponeerd als waarborg voor
90
pOt.
storting op aandeelen B:
Effecten …………………………
Contanten ………………………..
in Leen-Depot Effecten …………………………
Contanten ……………………….
–
Totaal Effecten …………………………
Totaal Contanten ……………………….
Zieken- en Pensioenfonds …………………………..
Deposito’s ………………………………………..
Prolongatie-Deposito’s
…………………………..
Saldo te ontvangen en te leveren Fondsen . . …….
Saldi Rekeningen Courant
………………………….
voor gelden in het Buitenland
Oredietvereeniging …………..
Beleeningen en Daggeld genomen …………………….
:De Nederlandsche Bank…………………………….
Te betalen Wissels ………………………………..
Diverse Rekeningen…………………………………
f
1.675.200,-
6.900,-
34.167.250,–
1.839.000,—
35.842.450,r
1.845.900,-
1.883.304,86
41.010.649,52
3.957.700,-
762.282,22
f
81.569.288,59
15.775.377,19 4.096.282,60
101.440.948,38 –
7.804.000,-
3.781.704,77
22.121.183,27
2.883.008,39
Totaal……
f 277.041.401,96