ip APRIL 19gk
AUJ’EUR8RECHT VOOPEoUb?N.
Econ
–
omisch~Statistische
Beri*chten
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER
UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
7E JAARGANG
WOENSDAG 19 APRIL 1922
No.
329
INHOUD
Biz,
INVOERVERBODEN door Prof.
Mr. G. W. J.
Bruin8 ……..
351
De Staat Verzekeraar door
Prof. Dr. A. 0. Holwerda….
354
De omvang der werkloosheid hier te lande door
Prof.
Mr.
pG
. W.J. Drums …………………………..
356
De nieuwe koers der Economische Politiek van Sowjet Rus-
land LE
door
Dr. J.
,Strunz ……………………
360
Index-cijfers ………………………………..
362
AANTBEIENINGEN:
Keynes’ plan voor de stabilisatie der wisselkoersen..
363
De ontwikkeling der crisis ……………………
364
Duitsche kolenleveranties aan de Entente…………
365
OvERzIcHT VAN TUDSCURIFrEN ………………….
365 MAANDCIJFERS:
Productie der Kolenmijnen ……………………
366
Giro-kantoor der Gemeente Amsterdam …………
366
Postchèque en Girodienst ……………………
366
Rijkspostspaarbank ………………………….
366
STAT1STIECEN EN
OvEizIcHTEN
………………
366-374
Geidkoersen.
Effectenbeurzen.
Wisselkoersen.
Goederenhandel.
Bankstatcn.
Verkeerswezen.
INSTITUUT
VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
Algemeen Secretaris: Mr. G. W. J. Bruins.
4888ten#-Red,acteur voor het weekblad: D.
J.
Wan8ink.
Secretariaat: Pieter de
Hooghweg 1,
Rotterdam.
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruige Plaatweg 37.
Telefoon Nr.
3000. Postchôque- en
girorekening
Rotterdam
No. 8408.
Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p.
in Nederland / 20,—.
Buitenland en Koloniën / 25,-
per paar, Losse nummers 60 cents.
Leden en donateurs van het Instituut ontvangen
het weekblad gratis.
De verdere publicaties van het Instituut uitgaande
ontvangen de abonné’s, leden en donateurs kosteloos,
voor zoover daaromtrent niet anders wordt beslist.
Advertenties f 0,50
per regel. Plaatsing
bij abonne-
ment volgens tarief.
Administratie van abonnementen
en advertenties:
Nijgh &
van Ditmar’s Uit gevers-
Maatschappij, Rotterdam, Amsterdam, ‘s-Gravenhage.
18 APRIL 1922.
Over -de afgeloopen zeer korte berichtsiweek valt
ten opzichte ‘van de geld- en rwisselmarkt slechts wei-
nig te berichten. In •awachtiing van de feestd;agen
waren de anken reeds zeer ‘beperkt;
in
de stemming
zoowel van ‘de geld- als van de wisselmarkt kwam
dan ook geen verandering. Particulier disconto noteer-
de meestal 4% pOt., enkele posten konden Dinsdag
ook nog iets lager ondergebracht worden. De prolon-
gatienoteerting kon Maandag en Dinsdag niet tot
stand kogten, d volgende dagen werd’ 3%-4% en
4%
pOt. genoteerd. De wisselkoersen bleven met uit-
zondering van marken ‘vrij sta’tionnnir. Marken waren
aanvankelijk ‘beduidend vaster, maar Donderdag was
de stemming weder flauw, soodat de koers weder sloot
op dezelfde hoogte.
De Minister van Financiën heeft de inschrijving
opengesteld op 150 aniilioen gulden schatJaisitpapier
op Donderdag 20 April a.s. Zocals gewoonlijk worden
weder aangeboden 3- en 6-maande proniessen, terwijl
vor het eerst sedert langen tijd ook weder biljetten
worden aaugboden met een looptijd van een jaar.
LONDEN, 15 APRIL 1922.
In. het ‘begin van de week vertoonde de gelclmurkt
een eenigszins vaster stemming ‘in verband met cait-
trekicingen door eenige banken ‘voor baLans.40eleiuden,
doch geldnemers ondervonden over het algemeen wei-
niig moeilijkheid in. het dekken hunner behoeften.
Daggeld noteerde 2% tot 2 pOt.,
terwijl
7-daags
geld varieerde tussalien 2% en 3 pot.
De verwachting, Uat de bankrate sou worden ver-
laagd kwam heden in vervulling en deze ,bedraagt
thans 4 pOt.
Aan de discontoin rkt ging weinig om; voor prima
batnkaccepten bedroeg het disconto 2% tot
‘Ixs
pOt..
voor alle looptijdèn.
IN VOER VERBODEN.
Door een zevental Kamerleden, ‘belioo’rende ‘tot de
Katholieke fractie, is het initiatief genomen tot een
wetsontwerp, waarbij aan de Regeering bevoegdheid
wordt gegeven inivoerverboden in het leven
1
te a’:oepefl.
In de Commissie voor de Economische Politiek
hadden, als men weet, de stemmen over deze qu’aestie
gestaakt, terwijl de regeering in haar antwoord aan
den heer Bomans op 17 Maart j.l. verklaarde, dat rzij
in ‘verband met de conferentie van Genna, waar het
vraagstuk van den in- en ni’tvoer op de agenda was
gesteld, het raadzaam achtte af ‘te wachten, ‘welke hou-
ding de conferentie in verband met het algemeen
economisch herstel tegenover tin- en iiitvoerverboden
zou aannemen.
De onderteekenaars van het wdtsvoorstel achten
dergelijk uitstel minder gewenseht, tten eerste omdat
de resultaten -van de Conferentie van Geuua eerst be-kend ‘zullen zijn, wanneer de Tweede Kamer op reces
is, en voorts ‘omdat naar hun ioardeel het hebben van
een dergelijke bevoegdheid ‘voor de Regeeriing nooit een bezwaar kanijn, aangezien, indien de Oonfeentiie tot resultaat mocht hebben, dat geen enkel land bneer invoerverboden zou toepassen, de Regeering haar be-voegdheid eenvoudig ongebruikt kan laten. Ten slotte
meenen zij, dat, waar het ‘hier geldt de toekenning van
een groote macht aan de Regeering, zulks beter op
voorstel van de Staten-Generaal kan geschieden dan dat de Regeering -zelf Idaartoe (het initiatief neemt.
Hot çvoorstel komt ‘hierop neer:
352
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
19 April 1922
Volgens art. t ‘zal op voordracht van den Minister
van Landbouw, Nijverheid en Handel de invoer van
bepaalde goederen, geheel of gedeeltelijk, al of niet
voorwaardelijk, kunnen worden ‘verboden.
Art. 2 geeft den Minister ‘bevoegdheid van een
dergelijk ‘verbod dispensatie ‘te gevei, letzij bij alge-
meen ‘voorschrift,
hetzij
in bijzondere gevallen op daar-
toe strekkend verzoek. Aan een dergelijke dispensatie
kunnen voorwaarden worden verbonden van finan-
cieelen en anderen aard, terwijl voor het verleenen
dezer dispensatie gebruik kan worden gemaakt van de
tussohenkomst van de N.U.M. of van een speciaal voor
dit doel op te richten naamlooze vennootschap.
Het wetsontwerp bevat voorts enkele strafbepa-
lingen, terwijl tea slotte de geldigheidsduur ‘van de
regelmg voorloopig beperkt wordt tot één jaar.
inderdaad is het niet teveel gezegd, dat aldus aan
de Regeering, juister aan één Minister, een exorbi-
tante macht wordt gegeven. Terwijl de subcommissie
uit de Commissie voor de Economische Politiek in
haar advies nadrukkelijk den eisch had gesteld, 4at de wet zelve behalve den beperkten geldigheidsduur dui-
delijk de gevallen zou moeten omschrijven, waarin het
uitvaardigen van een invoerverbod mogelijk zou zijn,
stellen de onderteekenaars van het ‘wetsvoorstel •dezen
eisch ‘bewust ter zijde, als motief aanvoerende, dat de
beweegredenen voor het uitvaardigen van een invoer-
verbod niet met nauwkeurigheid izijn te omschrijven.
Bij de rol, die in hun oog het invoerverbod iii de
toekomstige handelspolitiek van ons land zal hebben
te vervullen, is dit ‘begrijpelijk. De genoemde subcom-
missie zag harerzijda in het instituut ‘van het uitvoer-
verbod hoofdzakelijk een wapen voor de Regeering om
aan haar vertoogen tegenover landere landen, die
onzen uitvoer belemmeren of door hun uitvoerpolitiek
ten aanzien van grondstoffen en haIffabrikaten het
Nederlandsche bedrijfsleven bemoeilijken, ‘kracht bij
te zetten. Een niachtamiddel alzoo, weiks ‘waarde zou
schuilen in de dreiging ermede, niet in de toepassing.
Als beschermingsmaatregel ‘wenschte zij het slechts
aangewend te zien in zeer exceptioneele gevallen, b.v.
wanneer door een nog verdere daling van buitenland-
sohe valuta’s belangrijke Nederlandsche industrieën inderdaad in haar bestaan bedreigd zouden ‘werden.
Voor eene commissie, die zioh in haar grootst moge-
lijke meerderheid in een scherp betoog verklaart
tegen Nerhooging van invoerrechten, kan een derge-
lijke toepassing van het zooveel dieper ingrijpend
invoerverbod inderdaad bezwaarlijk anders dan een
uiterste maatregel zijn.
De voorstellers van het wetsontwerp zien echter
blijkens het ‘vervolg hunner toelichting in het invoer-
verbod met dispensatiemogelijkheid gansch iets anders.
Van retorsie wordt ‘niet gesproken. Daarentegen zal
het ‘middel toepassing kunnen (vinden niet alleen
tegen de valutaconcurrentie, maar ook in andere ge
vallen. De voorstellers noemen als voorbeeld de moge-
lijkheid van veranderingen inden buitenlandsc.hefl
kostprijs ten gevolge van sterke wijzigingen in de
bonen en ‘in de prijzen der grondstoffen en andere
materialen voor de productie benoodigd. Wat genoem-
de subcommissie dus alleen ‘in zeer exeeptioneele ge-
vallen ‘wenschte te zien gebeuren, krijgt in den ge-
dachtengang van dit voorstel ‘het karakter ‘van een
normaal middel van protectie, rwaartoe een loonsver-
laging in Engeland eno goed aanleiding ‘kan geven
als een verdere daling van de mark.
Niet in arren moede is het voorstel ‘dus zoo ruim
mogelijk geredigeerd, doch met het voo’ropgczet doel
den Minister een volstrekten ‘vrijbrief te geven om
hetzij een absoluut invoerverbod in te ‘voeren, hetzij
langs den weg van dispensatie met consentrecht in-
voerrechten te gaan heffen ‘van een hoogte, idie de Mi-
nister geheel naar eigen inzicht en desgeweuscht voor
ieder geval verschillend zal mogen bepalen. Een blanco
volmacht dus aan één Minister, om langs een omweg
in het bij de wet vastgestelde tarief van invoerrechten
de wijzigingen te brengen, die hem goed dunken.
Het zal ‘weinig betoog ‘behoeven, dat dit voorstel
ook ‘voor hen, die meenen, dat onder de tegenwoordige
omstandigheden maatregelen op het gebied der han-
delspolitiek niet achterwege mogen
blijven,
onaanine-
meljk moet
zijn.
Onaannemelijk omdat het in ‘het
internationaal verkeer een nieuw element van onze-
kerheid ‘van de ergste soort zou invoegen en tevens
de deur zou openen voor ibevoor’deelingen en eenzijdige
beslissingen, die de Minister met den besten ‘wil niet
zal kunnen
vermijden,
aangezien ook ditmaal zij, die
de zaak het best kunnen beoordeelen, in den regel
tevens de belanghebbenden zullen zijn. Onaannemelijk
voor het parlement, dat aldus aan een orgaan van het
uitvoerend gezag een taak zou overdragen, die het
niet dan
‘bij
volstrekte noodzaak uit handen mag
geven.
Gedurende den oorlog, toen
bij
voortduring onze
volksv’oeding op het spel stond, ‘toen de omstandig-
heden ieder moment wisselden en de te nemen maat-
regelen geen oogenblik uitstel konden gedoogen, was
zoodnige hoodzaak in ‘verschillend opzicht aanwezig
en konden ‘soortgelijke, volmacht ‘ar:bitraire ‘bvoég’d-
heden van het uitvoerend gezag niet worden gemist.
Uit ‘deze periode van on’tredderi’ng is de N.U.M. een
der weinige, geleidelijk afstervende, overlevenden.
Deze tijden zijn ‘tihans
voorbij.
De ‘vraagstukken,
waarvoor men staat,
zijn
weder voldoende ‘te overzien,
plotselinge gebeurtenissen van zoodanig acuut ikarak-
ter en zoe ver strekkende gevolgen, dat het landsbe-
lang oogenblikkelij’k ingrijpen, met uitsluiting van
iedere procedure, eischt, zijn niet meër te rverwachten. Zij, die tot het nemen ‘van maatregelen ‘wenschen over
te gaan, hebben 4us ‘geenerlei excuus meer om zich
te onttrekken aan het stellen van welomschreven nor-
men, ‘noch aan het in de -wet opnemen ‘van de noodige
voorwaarden voor het ±otsta’ndkomen van ‘den maat-
regel.
Met het toog hierop is het noodig (het voorstel te
‘toetsen aan de doeleinden, die men ermede iwenseht
te bereiken.
In ‘de eerste plaats in dit ‘verband een enkel woord
over het invoerverbod als retorsiemid’del, het denk-
beeld, dat, als gezegd, bij de subcommissie ‘uit de
Commissie voor de Economische Politiek op den voor-
grond stond en dat, al wordt ‘het door de voorstanders
van het wetsontwerp niet met rzoovele woorden ge-
–
noemd, door hen wel niet zal iworden verworpen.
De subcommissie stelt voorop, dat het zeer weusche-
lijk zoude zijn, indien onze Regeering over meer
inachtsmiddelen kon beschikken tegenover de regee-
ringen ‘van landen, die onzen export belemmeren of
een voor onze industrie nadeelige exportpolitiek ‘drij-
ven. Deze wenschelijkheid op zichzelf is in de laatste
jaren reeds herhaaldelijk naar voren gebracht en zal
door weinigen worden ontkend. De vraag is echter,
of een ‘bevoegdheid tot het uitvaardigen ‘van invoer-
verboden dit tekort zal kunnen aanvullen. De betee-
kenis toch, die aan een wapen als steun hij onderhan-
delingen kan toekomen, wordt geheel ‘bepaald door
de slagen, die men ‘er, komt het tot strijd, ‘mede ‘kan
toebrengen. In den regel zullen deze gering zijn.
Ons Nederlandsoh afzetgebied is voor een vreemd
land slechts in zeldzame ‘gevallen ‘van zood,anige be-
teekenis, ‘dat het afsluiten van dit gebied voor ‘de
producten ‘of een deel ‘van de producten ‘van dat land
veel gewicht tin de schaal ‘zou kunnen leggen. Boven-
dien is het wapen steeds rtweesnijdend. Om redenen
van binnenlandsch belang zou men het verbod niet
hebben ingevoerd. De mogelijke rwinst ‘van een spe-
cialen bedrijfstak weegt dus niet op tegen het ver-
lies, dat de verbruiker erdoor zal lijden. Wie ‘kaatst,
moet ‘d’en bal verwachten. Licht kan hierbij blijken,
dat ons sterk op het internationaal.verkeer georiën-
teerd land kwetsbaar’der is dan de tegenstander.
Het retorsievraagstuk heeft dus meer kanten dan
oppervlakkig misschien schijnt, en men vraagt zich
af, waarom de genoemde subcommissie ‘voorstelt ‘voor
19 Apiil 1922
ECONOMISCHSTATITIS1E. BERICHTEN
353
dit •doel na.ar liet meest scherpe wapei het invoer-
verbod, en uitsluitend naar dit te grijpen.
Art. 9 van het tariefontwerp-Koikman van 1911 was
vermoedelijk wel rLoo voorzichtig door, onder nauw-
keurige omschrijving van de gevallen, ,waarin retorsie
mogelijk zou zijn, deze te beperken tot een verhooging
van het bestaande recht tot een in de ‘wet vastgelegd
maximum. Over de vraag, hoe hoog dit maximum
‘zou moeten zijn, kan men -van meening verschillen. Het ontwerp stelde het voor de niet 12 pOt. te belas-
ten goederen op 18 pOt., voor :de vrije goederen op
15 pOt. De contrôle van het parlement was verzekerd,
doordat tegelijk met het nemen ‘van den maatregel een
wetsontwerp van dezelfde strekking bij de Staten-
Generaal zou moeten worden ingediend. Een bepaling,
die, tusschen haakjes, in het hier besproken rwetsont-
worp met zijn zooveel rver
,
dor ga.ankle bevoegdheid stel-
lig niet had mogen ontbrekon.
Voor de voorstellers van het wetsontwerp staat ‘de
toepassing van het invoerverbod’ al’s middel van retor-
xie echter op ‘den achtergrond. Hun wezenlijk doel is
bescherming, ‘bescherming niet alleen tegen de eigen-
lijk gezegde valuta-concurrentie, maar evenzeer, els gezegd, tegen concurrentie uit landen, waarbij ‘deze
abnormale factor zich niet laat gelden.
Dusdoende blijven de voorsteflers in de ifijn van de
groote meerderheid dergenen, die in deze dagen hun
stem voor afweermaatregelen ‘verheffen. In de gehou-
den be’toogen pleegt het rvalutavraags’tuk sterk ‘naar
voren te worden gebracht. In do conclusies’daaren-
tegen wordt van een beperking ‘tot ‘dit speciale ‘ver-schijnsel in den regel niet gerept, doch eene formu-leering gekozen, die in haar vaagheid de deur open-
laat voor bescherming in het algemeen.
Te verwonderen is dit ‘niet. De discussies der laats’te
maanden en de beschouwingen aan onze n- en uit-
voercijfers gewijd – laatstelijk door mr. Treuib in
het Aprilnummer van de Vragen des Tijds – hebben
omtrent omvang en uitgebreid’heid der ‘valutaco’ncu’r-
rentie meer licht gebracht. Ongetwijfeld ‘zijn er be-
drijfstakken, waar deze abnormale concurrentie 1zich
ernstig gevoelen doet, waar d’e invoer ‘uit Duitschla’ud
vergeleken met vôôr den oorlog, ‘belangrijk gestegen
is en waar in dit verschijnsel ôén van de oorzaken
moet worden gezocht van de huidige moeilijkheden.
Het aantal dezer ‘bedrijfstakken is echter betrekkelijk
beperkt, terwijl omgekeerd voor verschillende andere
artikelen de invoer uit Duitschiand nog steeds belang-
rijk lager is dan die van v66r den oorlog. Ook in deze
bedrijfstakken ,heerscht malaise en wordt op liet oogen-
blik om bescherming geroepen. Wil deze evenwel
resultaat hebben, dan zal ‘zij zich moeten richten
niet alleen tegen den invoer uit Duiitsc’hiand maar
evenzeer tegen dien uit andere landen, rwaar van va-
lutaconcurrentie geen sprake is.
Het i’s volstrekt ‘noodzakelijk deze beide kanten van
het vraagstuk scherp uit elka.nder te ‘houden, niet
alleen teneinde verdere vertroebel’iing der discussie
te ‘voorkomen, doch ook omdat het gaat om ‘twee ge-
heel verschillende ‘zaken.
De valutaconcurrentie, d.w.z. de concurrentie uit
de enkele ‘landen, wier ruilmiddel nog steeds in de
‘pihase van verdere ‘daling verkeert, ijs een abnormaal
verschijnsel. Over de oorzaken ervan ‘behoeft ‘thans
niet opnieuw te worden uitgeweid. Het ‘karakteri-
seert zich door een dikwijls belangrijk verschil in
pioduetiekosten tusschen het v,alutazwakke en het
andere land. ‘Het verschijnsel is echter ‘tijdelijk in
dien zin, dat het een ‘steeds voortgaande daling der
valuta tot voorwaarde heeft. Komt ‘deze daling tot
staan, dan neemt het verschil in productiekosten
snel af.
Bij ‘de concurrentie uit de overige ‘landen ont-
breekt daarentegen dit abnormale element ten ee’nen-
male. Dit geldt niet alleen van aanden, die als Enge-
land en de meeste ex-neutrale Ianden ‘hun ruilmid’del ongeveer op gelijk niveau als liet onze heb’ben weten
te ‘houden, doch ook voor landen als Frankrijk en Bel-
ië, wáar’
,
de waarde vn het ruilmiddel welisvaar to
ongeveer de helft is gedaald, doch waar die daling
thans reeds meer ‘dan twee jaren geleden geëindigd is.
Het nivelleeringsproces in prijzen en ‘bonen heeft in
die landen op het oogenblik ‘reeds ‘zoover doorgewerkt,
dat van eenigen wezenljken voorsprong uit dozen
hoofde niet of ‘nauwelijks meer gesproken kan worden.
Vooral -voor de beide genoemde landen geldt dit, aan-
gezien :de aanvankelijke daling van liet ‘ruilmiddel niet
alleen is tot staan gekomen, doch ‘zelfs weder door
zekere stijging is gevolgd. Terwijl de valuta van beide
landen twee jaar geleden een laagste ‘punt bereikte
van resp. 17 en 16 cents, beweegt het niveau zich
in do laatste maanden met toenemende standvastig-
heid om en
hij
de 24 resp. 22 cents. In deze landen
doet ‘de algemeene wereidmalaise zich dan ook op ge-
lijksoortige wijze gevoelen als elders.
Het spreekt vanzelf, dat’ in dit algemeene malaise-
tijdperk, op welks oorzâken thans niet opnieuw be-
hoeft te worden ingegaan, ‘ook ‘de inv’oer uit deze beide
groepen van landen sterker gevoeld ‘wordt dan in
tijden van stijgende prijzen. Het cardinale verschil
is echter, dat bij ‘al deze landen een abnormaal ver-
sohil in productiekosten, als bij ‘de landen met ‘dalende
valuta, niet valt aan te wijzen. Maatregelen tegen den
in
–
voer uit deze landen komen dus, in welk geleend
kleed zij gestoken mogen zijn, in werkelijkheid neer
op eene prineipieele ‘wijziging in ‘het tot ‘dusver hier
te lande gevolgde handelspolit’ieke stelsel. Verhooging
van het bestaande tarief van invoerrechten is hier-
voor de ‘aangewezen vorm. Voor ‘liet instituut ‘der in-
voerverboden al of niet met dispensatie is daarbij
geen plaats. Dat dit ‘bovendien in deze gevallen uit
intern ationaal-politiek oogpunt een ‘buitengewoon ge-
vaarlijk experiment zou zijn, behoeft geen nader
betoog.
De stemmen hier te ‘lande, ‘die een dergelijke wijzi-
ging van handelspolitiek stelsel rwenschen, zijn in de
laatste 25 jare.n ‘nooit geheel vers’tomd. De malaise
doet ze ook ditmaal weder luider klinken. Wenscht
men den strijd, dan zal, als in 1904 en 1912, deze
strijd dienen te worden gestreden. Echter met de
juiste wapens en op ‘het juiste gebied.
Als gezegd, is de valutaeonenrrentie een vraagstuk
van anderen aard. Ook hier geldt evenwel, ‘dat het
absolute invoerverbod over het doel ‘zal heenschieten.
Niet een volstrekt weren van liet vreemde product
wenscht men, ‘doch een ‘nivelleerin,g van het abnor-
male verschil in, productiekos’ten. De vorm ‘zal dus ook
hier deze zijn, dat van het invoerverbod dispensatie
gegeven wordt tegen ‘betaling ‘van een zeker consent-
recht. De rantsoeneering zal gevonden moeten worden,
niet in het afgeven van een beperkt aantal consenten,
wat onvermijdelijk tot een nieuwe consentenhandel en
‘andere ergerlijke ‘gevolgen zou leiden, doch in het vol-doend hoog stellen van het conseutrecht. In, haar minst
slechten vorm zal de zaak dus, naar men mag hopen,
neerkomen op een verhoogd invoerrecht, dezelfde op-
zet dus, die voor de Engelsche regeling is gekozen.
Hoezeer -verschilt •deze E’ngelsche regeling echter
van het onbehouwen Nederla’ndsche ‘voorstel met ‘zijn ongelimiteerde ‘bevoegdheden! Haar hoofdpunten mo-
gen ‘hier nogmaals korte’lings in herinnering ‘worden
gebracht:
Onder de regeling vallen niet eerste levensbehoeften
en eet- en ‘drinkwaren. Het .v,alutarech’t is in do wet
gefixeerde op 331% pOt. voor ten hoogste 3 jaar. Voor
iedere bedrijfstak, die een aanvrage in’zend’t, wordt
de zaak afzonderlijk ondsrzocht. Eene speciale commis-
sie is ingesteld, die moet vaststellen of inderdaad de
in de bedrijfstak bestaande werkloosheid geheel of ten
deele aan de valutaconeurrentie te wijten is en mits-
‘dien door de instelling van het recht zal verdwijnen
of althans verminderen, zonder dat tegelijk in andere
bedrijfstakken de werkgelegenheid wordt bemoeilijkt
De Commissie dient ‘haar advies in
bij
den Board of
Trade. Deze legt hare beslissing gemotiveerd voor aan
354
ECONOMISCHSTATISTISCHE BERICHTEN
19 April 1922
(het parlement, weiks sainctie in ieder speciaal geval
noodzakelijk is.
Naast ‘deze uitgewerkte regeling legge men ide arme-
lijke blanco volmacht van het Nederlanclsche voorstel!
Krachtiger illus’tr.atlie van het in de eerste plaats in
dit ‘artikel naar voren gebrachte (bezwaar tegen dit
laatste voorstel is moeilijk te geven. Wie bovendien
nagaat, welke houding door het Engelsche parlement
in dit klassieke land va’n het parlementaire stelsel
hij de behandeling van het ontwerp is ingenomen,
moet het tot groote beziorgdheid stemneri, dat d’e vrij-
wel volledige wbdica’tie van het parlement, die in het
Nederlandsohe ‘voorstel ligt opgesloten, door leden ‘van
de Tweede Kamer zelf wordt voorgesteld.
Gelijk men weet leeft de Engelsche wet reeds tot
een betrekkelijk groot aantal aanvragen geleid, waar-
van de groote meerderheid intusschen reeds dadlijk
door den Board of Trade is afgewezen. Een aantal
aanvragen is idoor de Commissie onderzocht, zonder
‘dat evenwel tot dusver eenig voorstel aan het parle-
ment is voorgelegd. De betrokken. Minister heeft ‘ech-ter dezer dagen, in een hernieuwd ‘debat orrer de wet
1)
medegedeeld, dat hij thans vier gevallen onder handen
‘had, rwaarvan wellicht enkele het ‘parlement zuilen ‘be-
reiken. Onder de gevallen, die door de ‘Commissie ‘zijn
onderzocht, zijn er, die buitengewoon ‘leerrijk moeten
zijn. Een enkel, reeds voor dezen elders aangehaaid’,
vinde ‘aan den voet der pagina een plaats.
2)
Een hernieuwde bespreking van de vraag, in hoe-
verre er hier te lande voor een dergelijke regeling
plaats is, kan thans achterwege blijven. Bij een vorige
gelegenheid
3) meende ik hiervoor de werkloosheids-
cijfers, die eveneens voor de rtoepassing der Engelsche
wet ‘het criterium vormen, tot grondslag te moeten
nemen. Op het beeld, dat deze thans van dan toestand
hier te lande geven, wordt elders in dit nummer uit-
voerig ingegaan.
De voors’tellevs van ‘het wetsontwerp ‘kunnen er zich
op beroepen, dat met name Zwitserland het aldaar
uit ‘den oorlog stammende instituut der ‘invoerver,bo-
Gelijk bekend bevat de ,,Safegu!ardin’g of Iizdustries Act
1921″
‘behalve het valutarecht nog een regeling voor de
r,gn. sleutelindustriea, waarmede bedoeld zijn industrieën
voor speciaal glaswerk, verrekijkers, chemische producten
en speciale instrumenten, welke mee ‘voer oorlogsdoeleinden
in het eigen land rwenscht te kunnen vervaardigen. Het
recht ‘bedraaig eveneens 334 pOt. Thans zijn enkele made-
deelin,gen ‘verschenen over de werking gedurende het eerste halfjaar, diie het mogelijk maken zich een oordeel te vormen
omtrent de ‘beteekenis der regeling. De opbrengst van het
‘recht
is in
deze periode geweest
£ 134.000, wat
wijst p een
invoer van
ruim £400.000
of gerekend oiver een wol jaar op basis van de cijfers ‘van
1921 0,08
pOt. ‘van Engeland’s
totalen invoer!
.Door Engelso.he handschoenfabrikanten was een San-
vraag ingediend tot het heffen van een vlutarecht op
den invoer van katoenen handschoenen
uit
‘Duit,sehland.
De fabrikanten betoogden – zie Handelsberidhteu van
12
Januari j.l. – dat bij de tegeawooridige salutaverhoudiiigen
handschoenen in Duitsohland veel gocdkoop’er gemaakt kun-
nen worden dan in Engeland, ,soddat deze industrie volgens
het betrokken wetsartikeI ‘aanspraak had ep bescherming
tegen de Duitsehe concurrentie. Tegen dezen eisdh opponeer-
den de Enigelsehe’h’andschoenenihandelaren, volgens wie
Duitsche katoenen handschoenen altijd ‘van ‘betere kwali-
teit en lageren prijs zouden ‘zijn geweest dan de Engelsdhe.
Bij ‘hen sloten
zich
verscheidene Mannhester-faibrikanten
aan, die eer, groot gedeelte ‘van de garens leveren naar
Saksen, waaruit de ‘handschoenen gamaiakt worden en die
recente discussie in het Lagerfhuis, waar Asquith dit geval
wederom ter sprake bracht, valt op te maken, dat deze
aansvrage door de bedoelde commissie
is
afgewezen. De
Times van
18
dezer bevat echter ieen bericht, dat de presi-
dent van den Board of Trade, Sir ‘Stanley ‘Baldwin, niet-temin overweegt ook dit geval aan het parlement ‘voor te
‘leggen.
Zie het ‘verslag der vergadering van de Ned. Maat-
schappij van Nijverheid en ‘Handel, gehouden te Utrecht op
31 Januari j.’l., opgenomen in de Februari-aflevering van
het tijdschrift der Maatschappij..
den sedert ‘behouden heeft en gebezigd als middel
tegen de valutaconcurrentje – maar ook alleen tegen
deze. Tot excuus mag misschien strekken, dat ‘de toe-
standen in Zwitserland nog veel moeilijker zijn da’n
hier en met name de werkloosheid veel ernstiger af-
metÂingen heeft aangenomen. De teekenen wijzen er
hier te lande gelukkig tot dusver ‘niet op, ‘dat ‘ook ons
land ‘dien weg ‘zal opgaan. De werkloosheidscijfers zijn
op het oogeublik, hoewel ‘ernsti
g
, in ‘totaal niet on-
gunstiger dan een jaar geleden. Mocht echter te
eeniger tijd de valutac’oncurrentje ‘zoodanige afme-
tingen ‘aannemen, dat, naar ‘de reeds ‘aangehaalde
woorden van de genoemde ‘subcommissie, belangrijke
Nederiandsche industrieën, hierdoor inderdaad in
‘hun bestaan zouden worden ‘bedreigd, dan ‘zal het,
na
het bovenstaande geen betoog behoeven, dat een rege-
ling in den geest der Engelsche wet ‘verre de voorkeur
zou verdienen.
Den roep, ,d:ien Zwitserland, weiks kwade geweten
intusschen reeds te Genna gesproken ‘heeft, zich èn
door dit systeem van invoerverboden èn door het
nieuwe tarief yan 1921 in ‘de laatste jaren op handels-
politiek gebied in de ‘wereld heeft bezorgd, kan Neder-
land zich niet veroorloven. , B.
DE STAAT VERZEKERAAR.
De Staat der Nederlanden wenscht het levensver-
zekeringsbedrijf te ga’an ‘uitoefenen, blijkens een twee-
tal wetsontwerpen, die thans in behandeling zijn.
Volgens de desbetreffende bepalingen in de Pensioen-
wet kunnen de ambtenaren zich door het betalen ‘van
vrijwillige bijdragen (volgens een ‘nog nader vast te
stellen tarief) bij
het
Rijk verhoc>gin.gen van hun wet-
telijke pensioenen ‘verzekeren. Tegelijkertijd gaat men de Vrijwillige Ouderdcsmsver’ze,kering uitbouwen ‘tot een ‘oudernemiing, diie met het particuliere bedrijf zal
concurreeren.
Wel zelden zal een poging van den Staat, om zich
meester te maken van een gedeelte van het terrein,
‘dat tot nu toe door ‘het particulier initiatief werd
beheersch,t, met zoo absolute stilzwijgendheid’ van de
zijde van het betrokken jbedrijf ontvangen zijn als
deze. Een enkele ‘korte opmerking in een vakblad
moge verschenen zijn,
1)
van een in groeten stijl opge-
zette actie is geen spoor te ‘bekennen.
Toch was daartoe reden te over geweest, ook al
zou men Vrij algemeen van oordeel zijn, dat de nu
voorgestelde uitbreiding van de Staatsbemoeiing zoo-
zeer in ‘de ‘natuurlijke ontwikkeling der ‘dingen ligt,
dat een protest bij voorbaa’t tot onv.rucht’baarheid ge-
doemd was. Dan ‘nog had het bedrijf in elk geval een
vlamimenci protest moeten richten tegen het oppor-tunisme, waarvan de Regeeri’ng in ‘haar motiveerin-
gen telkens weer blijk ‘gaf.
Het levensverzekeringsljedrjjf heeft op het oogen-
blik een zwaren strijd om het door ‘d’e g&beurtenissen
van de laatst’e jaren geschokte vertrouwen ‘te her-
winnen. In plaats nu ‘dat de ‘Staat ‘helpt, ‘stookt men
van Regeerin’gswege het vuurtje nog wat aan, door
‘bij herhaling te wijzen op de zooveel grootere solidi-
teiit, die de Staat ‘bieden kan, ‘boven het ‘particuliere
bedrijf. Een woord van protest hiertegen had de
reputatie van dit bedrijf meer goed gedaan da’n het
stilzwijgen, dat nu wellicht nog verkeerd wordt uit-
–
gelegd ook!
Daarbij komt nog, dat in ‘de Meimorie van Ant-
woord ‘bij de gewijzigde Ouderdomswet een feitelijke
onjuistheid voorkomt. De Regeering doet het hier
voorkomen, alsof ‘het levensverzekeringsbedrjf de
pensioenve’rzekerin,g links heeft laten liggen. Inder-
daad komt
pensioenverzekering tegen
weekpremie
welhaast ni’et voor, maar het ‘aantal contracten door
werkgevers gesloten ten behoeve van de pensioenen
1)
Na het schrijven van
de Nieuwe Rotterdamsche Courant van
6
dezer een arM-
kel van de hand van den hoofdredacteur van de Verzeke-
ringsbede, den heer Van Uoogstraten.
19 April 1922
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
355
.
voor hun werknemers heeft reeds zulk een omvang
genomen, dat een eigen onderlinge •pensioenvereeni-
ging dooi Centraal Bdheer in het leven kon worden
geroepen. Men heeft hier dus geenszins met een
terrein te doen, dat niet door het particulier initiatief
ontgonnen wordt en het Rijk treedt hier wel degelijk
in regelrechten otneurrentiestriid’ met het bestaande
bedrijf.
Dat het bedrijf onder deze omstandigheden toch
niet protesteerde, moet men opvatten aas een bewijs
van de groo’te mate vla.n gemoedsrust, waarmede de
particuliere verzekeraars de concurrentie van de
overheid aanvaarden. Laat ons, om dat te begrijpen,
eens nagaan hoe het Rijk er toe ‘komt verzekeraar te
willen spelen.
Eerstens is er dan de gelegenheid voor Rijksamb-
tenaren tot vrijwillige verhooging van hun pensioen-
rechten. Eerst op het allerlaatste moment is deze
bepaling in de Peusioenwet ingevoegd ‘om daarmede
aan de vraag naar honger pensioenen tegemoet te
komen. Inderdaad kan mi ieder zijn rechten zoo hoog
opvoeren als hij wenseht….mits hij het zelf maar
betaalt! Er zal hier ongetwijfeld wei eens gebruik
van worden gemaakt, maar men doet goed hier niet
al te hooge verwachtingen ‘van te koesteren.
Want de practijk der levensverzekering leert, dat
iemand, die vrij is in zijn keuze, iei ‘vereweg lcle meeste
gevallen een kapiaalverzekering ‘verkiest ‘boven een
pensioen. Wie zijn weduwe eenig kapitaal nala’at
geeft haar de middelen om den strijd om het bestaan
opnieuw aan te vangen, of wellicht ‘om de opvoeding
van haar kinderen te beëindigen ‘zooals die is aan-
gevangen. Wie echter een rente verzekerde, zal in
heel ‘veel gevallen een gezin nalaten, dat
met moeite
en zorgen van een ‘veel te klein inkomen moet leven, zonder perspectief voor de toekomst. Hetzelfde geldt
voor den eigen ouden dag. Juist omdat de Staat den
ambtenaar reeds een rente geeft, doet hij verstandig
zelf voor wat gereede contanten te zorgen.
Waar nu de Staat blijkens ‘de door hem geschapen
gelegenheid voor vrijwillige bij-verzekering te kennen
geeft, dat de ambtenaar naast de rechten die hem
reeds zijn ingeruimd’, goed doet ‘ook zelf nog ‘te zor-
gen, zou men dit eveneens kunnen opvatten als een
algemeene
propaganda voor de verze,keringsidee. De
organen van het particulier bedrijf zullen zeker niet
nalaten deze opvatting te propageeren.
Er is dus ‘voor het bedrijf ten slotte weinig reden
om zich tegen deze wettelijke •bepalingen te verzet-
ten, wat niet wegneemt evenwel, dat een woord van
protest past tegen het feit, dat de ‘Staat bij voorbaat
haar eigen verzekering in de hoogte steekt ‘door zich
als zoo-veel solider voor te stellen dan het particuliere
”bedrijf; dat is tegenover de goede ondernemingen,
waaraan ons land nog altijd zeer voldoende rijk is,
in hooge mate onjbillij’k.
De voorgestelde uitbreiding van de Ouderdomswet
is echter van ‘veel ingrijpender beteskenis. Oorspron-
keljk is ook
deze
wet een invoeging op het laatste
oogenblik geweest in ons systeem ‘van sociale verze-
kering, waaraan op zichzelf zeer gezonde principes
ten grondslag lagen.
Volgens deze wet zouden zich personen, jonger
dan 35 jaar en met een inkomen beneden
f
2000,—,
een pensioen van 3 tot 6 gulden per week kunnen ver-
zekeren tegen een premie, waarbij het Rijk
d:e
ad’mi-
nistratiekosten zou betalen. Daarnaast zojden als
overgangsbepaling zij, die ouderdan 35 jar waren,
zich op dezelfde wijze een rente van
f
3,— ‘kunnen
verzekeren tegen de premie van een 34-jari’ge. Zij,
die ‘den pensioenleeftijd’ echter al bereikt hadden,
konden trachten de gratis o’u’der.domsrente van
f
3,-
te bekomen.
Nu is reeds
bij
de toenmailijge behandeling in de
Kamer door den heer Niemeyer de mislukking van
deze wet voorspeld., Een volk, dat men gelukkig heeft
gemanht door in grooten getale
gratis
renten toe te
kennen, ‘is geen geschikt object moer om op te ‘voeden
tot ‘regelmatig premidbetalen. Het is moeilijk om
de menschen duidelijk te m’aken, dat de een moet
betalen
voor precies hetzelfde, wat een ander
ten
geschenke kreeg!
Desalniettemin is het ‘begrijpelijk,
dat men een poging waagde om tot een systeem van
sociale verzekering te komen, waaraan de belangheb-
benden zelf bjdroegen.
Een goede von’dst is daarbij indertijd geweest om
aan de pensioenverzekering een uitkeering bij over-
lijden te verbinden van
f
100,—. Hierdoor ‘betaad
men het terrein van de Vo1ksverzekering, de begrafe-
nisverzekering, die in ons land zeer populair is.
Maar tegelijkertijd illustreert deze toevoeging
duidelijker dan wat anders ook •de moeilijkheid voor
een instelling van de overheid om te concurreeren
met het particuliere bedrijf. Wie een begrafenisver-
zekering sluit bij een volksverzekeraar is onmiddel-
lijk gedekt; de agent of bode zorgt voor de selectie
der aangeboden risicos, zoodat de allerslech’tste van-
zelf worden afgestooten. De overheid ‘kan niet selectee-
ren, maar moet alles aannemen, doch heeft daartegen-
over drie caoensj aren moeten bediingen, eer ‘de uit-
keering bij overlijden zou worden uitgekeerd.
Bedenkt men nu daarbij, dat de premie ‘door de
mede ingesloten pensioenverzekering heel wat duur-
der is dan de premie, die de eenvoudige man ‘gewend
is te ‘betalen aan zijn begrafenisfonds, dan spreekt
het ‘vanzelf, dat de overheid als concurrent tegenover
den volksverzekeraar niet sterk staat.
Een uitzondering daarop maakt echter de verzeke-
ring voor deelberjongste kinderen. Voor hen is de netto-
premie, die 65 jaar lang betaaldwordt, z66 gering,
dat het niet in rekening brengen van de juist op een
geringe premie relatief zoo zwaar ‘drukkende admini-
stratiekosten een zeer belangrijke reductie vertegen-
woordigt.
Bij
de jongste wetswijziging versterkt de
overheid h’aar positie nu bovendien nog door voor
kinderen de carenstjd’-bepalingen zeer aanmerkelijk
te verzachten.
Kinderen en de ouderen dan 35 jaar, waarop de
Staat aanzienlijk toeiegt, vormen ‘de natuuTijke ‘klan-
ten van de vrijwillige .ouderd’oms’verezekering.
Wil men over ‘de levensvatbaarheid van de Ouder-
domswet oordeelen, dan zou de Regeering allereerst
eens een lijst moeten overleggen v.an de leeftijden
der 250.000 thans verzekerden. Haar tmededeeling
dat ,,de groote meerderheid tot de 35-jarigen en oude-
ren” behoort is
hij
lange na niet voldoende. Bestaat
die meerderheid wellicht ook nog weer grootendeels
uit personen, die Idoor hun leeftijd zoo Ifficht
bij
het
pensioen zijn, ‘dat zij door het betalen van enkele lut-
tele jaren premie hun
f
3,— binnen hebben?
Thans, zegt de Regeering, worden er 3000 verzeke-
ringen per maand ‘afgesloten met personen beneden
35 jaar. Ook dat is wederom een ‘uiterst onvolledig
gegeven om over de levensvatbaarheid van de Ouder-
d’omswet te oordeelen. Het is niet alleen de vraag
wat er
gesloten
wordt, ‘maar wat er van
blijft bestaan..
Bovendien mag men nog vragen: uit welke klasse
en standen der samenleving komen deze 3000 nieiiwe
verzekeringen?
De Regeering heeft een wet ingediend omtrent het
toezicht op het particulier levensverzekeringsbedrjf,
waarbij ‘zij het piabliceeren van tallooze gegevens ver-
plicht stelt. Maar
bij
haar eigen bedrijf onthoudt de
Regee’ring ‘het ‘land de meest noodige cijfers, waar-
door men zich een oordeel over de levensvatbaarheid
van dit bedrijf .zou kunnen vormen. Dat kan en mag
mijns inziens de volksvertegenwoordiging niet duiden.
Spreekt dan deze levensvaba’arhoid niet zeer duide-
lijk, dan ware het ‘voor de financiën van ons land beter
de wat ‘geheel te doen verdwijnen dan haar nog uit
te ‘breiden, zooals men nu wil doen. Nu wil men renten
tot
f
20,— per week laten sluiten ‘door een kring
van personen, die feitelijk de geheele bevolking ‘omvat.
De voorgestelde uitbreiding brengt geen geldelijke
offers voor den Staat mede, zegt de Memorie van
Toelichting, want de verzekeringen vrij van adi’nis-
356
ECONOIICH-STATISTISCHE BERICHTEN
19 April 1922
bratiekosten blijven beperkt tot dezelfde categorieën
als voorheen; alle andere verzekeringen worden uit-
sluitend gesloten tegen een premie, die ook de admi-
nistratiekosten moet dekken.
Deze conclusie is sieohts gedeeltelijk juist. Ten
eerste kunnen personen boven 35 jaar thans renten
van
f 6,-
in plaats ‘van
f
3,- ‘vrij van administratie-
kosten sluiten, als zij althans beneden de
f
2000,-
inkomen blijven. is het zeker, dat renten van
f 6,-
hetzelfde bedrag aan administratiekosten (buy. ‘op-
haalloon voor de agenten) nooclig hebben als renten
van
f
3,-?
Maar het belangrijkste is echter dit. Onder admi-
nistratiekosten ‘versta ik niet alleen de directe kosten,
die op één indi
–
vidueele verzekering ‘drukken, maar
ook de indirecte kosten van de geheele organisatie,
de Raden van Arbeid, enz, Deze laatste kosten worden
alléén gedekt als er een behoorlijk aantal verzekerden
komt, die premiën met inbegrip van ad’ministratiekos
ten ‘betalen.
Of er inderdaad een behorlijk aantal ‘verzekerden zal toetreden, maar vooral ook of die zullen
blijven,
hangt af van de mate, waarin het Rijk op den ‘duur
kan concurreeren met het particulier bedrijf.
Ook al waren er nu geen andere redenen, waardoor
de overheid altijd gehandicapt is in concurrentie met
het particulier bedrijf, dan was er nog deze: ‘door de
steeds verbeterende sterfteverhoudi’ngen zijn rente-
verzekeringen zeker niet de meest winstgevende voor
een levens’verzekeringsbedrijf. Een bedrijf dat, zooals
het overheidsbedrijf, alléén op dergelijke verzekerin-
gen is aangewezen, moet dus in zijn premies een
relatief grooter vei’ligheidsmarge leggen voor onver-
wach,te tegenslagen, dan een ‘bedrijf dat ‘n’aast de
rente’ver’zekeringen een goede winstgevende steek van ‘andere verzekeringen heeft.
Het komt mij daarom voor, dat de Regeerinig ons
meer positieve gegevens moet verschaffen omtrent de
redenen, ‘die haar er toe brengen ‘de Vrijwillige Ouder-
domaverzekering levensvatbaar te noemen. is zij dat
niet, iof is er redelijke kans, dat zij het
op den duui’
niet is, dan ‘draagt ‘de gemeenschap de lasten. De
onaantastbare soliditeit van het Rijk is immers altijd
de aantastbaarheid van den inhoud van ‘de beurs van
den belasting-betaler!
Daar komt nog bij, dat het propagee’ren ‘van pen-
sioenverzekeringen op de wijze van voiksverzekerin-
gen, dus tegen wee/cpremiën, precies het tegenover-
gestelde is van wat uoodi,g is. Incaisseeren van
week-
premiën verslindt ‘schatten aan incasseerd’ersloon en
aan administratiekosten. Hoe meer ‘van dergelijke
kosten, hoe meer ambtenaren en hoe meer ambtenaren
hoe gewichtiger deze tak van Staatsd,ienst.
Het particuliere bedrijf doet precies het tegenover-
gestelde. Elke cent onnoodig aan administratidkosten
uitgegeven is voor ‘haar dood-gewicht in het bedrijf,
elke bediende op haar ‘kantoor meer dan strikt nood.ig
is een last. Is het gezien dit verschil in tendenz wou-
derljk, dat het particuliere bedrijf de overhejdecon-
du’rrentie ‘betrekkelijk rustig tegemoet ziet?
Maar is het dan ook niet gewenscht, dat de belas-
tingbetaler zich nog eens goed ‘bedenkt wat d’e gevol-
gen van deze uitbreiding van de Staatsbemoeiing voor
hem kunnen ‘zijn?
Dr.
A. 0. HOLWERDA.
DE OMVANG DER WERKLOOSHEID
HIER TE LANDE.
Op de vergadering 31 J”a.nuari jl. ‘door de Nederland-
sche ‘Maatschappij voor Nijverheid en Handel te
Utrecht gehouden ter bespreking van ‘het hauclelspo’-
litieke vraagstuk nam ik de ontwikkeling der werk-
loosheidscijfers hier ‘te lande to’t grondslag voor een
globaal oordeel over dan toestand in het bedrijfsleven
hier te lande en tevens voor een even globale verge-
lijking met het ‘buitenland. Dat het werkloahci’ds-
cijfer voor dit doel slechts onder meer dan één voor-
behoud bruikbaar is, behoef ik thans niet te herhalen.
Het is echter op het oogeublik het eenige ebjectieve
gegeven, dat ter beschikking staat, ‘terwijl het ‘boven-
dien hierom ‘bijzondere beteekenis heeft, omdat ‘het
zich moeilijk anders laat denken, of de Regeering zal
zich
bij
haar beslissingen steeds voor een belangrijk
doel door ‘den omvang der werkloosheid ‘laten leiden.
Elders in dit nummer is reed’s in ‘herinnering ge-
‘bracht, hoe de uitgewerkte Engelsohe regeling tot het
heffen ‘van speciale rechten tegen de valu.taconcurren-
tie hierin zelfs het uitsluitende criterium zoekt.
Op ‘de genoemde ‘vergadering heb ik mij intusschen
beperkt tot het weergeven ‘van enkele ‘totaalcijfers,
welke ook in dit ‘blad – 8 Februari j.l. bi’s. 127
– werden afgedrukt. Mijn voornemen was met het
oog op het belang ‘der zaak te zijner tijd in deze kolom-
men nader hierop in ‘te gaan. In de wintermaanden
wor’dt echter, gelijk n.og nader zal blijken, het ‘werk-
loosheidscijfer in verschillende bedrijven sterk door het
seizoen beïnvloed, waarom ik aanvankelijk had willen
wachten tot deze factor weder uit de
cijfers
verdwenen
zou zijn. Intusschen heeft op liet op 22 Maart j.l. te
Amsterdam gehouden ,,Oon’gres ‘voor
tijdelijke
invoer-
belemmering” de eerste inleider, Mr. L. G. Korten-
horst, blijkens het in de ‘dagbladen verschenen o’verzicht
zijner rede, gemeend naast de door ‘mij genoemde cijfers
enkele andere te moeten stellen, die, aangezien ‘het
daarbij onmisbare commentaar achterrege bleef, ‘tot
ernstig misverstand aanleiding moesten geven. Dat
‘dit misverstand zelfs tot in de Tweede Kamer is door-
gedrongen blijkt uit de rede op 4 April jl. ‘door den
heer H. G. M. Hermans gehouden. Mitsdien heb ik
gemeend de bedoelde nadere beschouwingen niet lan-
ger te moeten aanhouden, ‘te meer waar het gemakke-
lijk ‘zal
zijn
‘deze later aan te vullen. Herhaald zij
evenwel, dat uit ‘de cijfers, ‘die thans gegeven kunnen
werden, de bedoelde sei’zoenfacto’r nog niet geheel
verdwenen ‘is.
Alvorens op ‘de gedetailleerde ‘Nederlandsche cijfers in te gaan, verdient het ‘aanbeveling de ver’zamelcijfers
d’er verschillende landen alsmede hunne onderlinge
ver’ge,ljkbaa,rheid nader onder het oog te zien.
Hieronder volgt in de eerste plaats de evengenoemde
staat, aangevuld met ‘de ‘sedert gepubliceerde cijfers.
Percentage werklooze arbeiders in verschillende landen.
Maandelijkscli
Nederland
.
i
.-
‘-
.
gemiddelde
EV
be
ii
5
E
N
C
i.
1912
5.1
–
3.6
2.7
4.4
75
6.3
2.9
1919
8.9
–
–
–
5.5
10.7
5.3
3.7
1920
7.2
6.1
3.8
–
5.4
5,8
16.1
3.8
1921
–
–
13.0
–
26.0
19.9
–
2.8
Maanden
1920 Jan.
10.6
5.7
6.1
–
7.6
13.2
–
3.4
Febr.
8.5 6.5
4.4
–
7.5
9.6
–
2.9
Maart
7.7
7.5
3,6
–
4.5
6.7
4.0
1.9
April
8.0
6.2
2.8
–
3.5
3.5
–
2.0
Mei
7.3
4.4
2,7
–
2.9
2.8
–
2.7
Juni
59
3.4
2.6
–
3.4
2.1
14.6
4.0
Juli
4.9
3.5
2.7
–
2.8
2.1
–
6.0
Aug.
5.0
3.0
2.9
–
3.0 2.4
–
5.9
Sept.
4.1
3.2
3.8 5,8
2.0 2,7
16.4
4.5
Oct.
4.2
4.7 4.1
6,4 4.3
3.6
–
4.2
Nov.
7.2 8.5
3.7
7.2
7.0
6.1
–
3.9
Dec.
13.4
128
5.8
17.4
15.8
15.1
29.2
4.1
1921 Jan.
16,5 14,5
8.2
19.3
20.2
19.7
–
4.5
Febr.
16.4
12.9
9.5
22.7
20.8 23.2
–
4.7
Maart
13.9 10.9
11.3
31,5
24.6 23.6
22.1
3.7
April
11,9
8.3
15.0
31.2
24.2
21.7
–
3.9 Mei
9,4
7.0
17.3
32.3
25,3
18.6
–
3.7
Juni
8.1
6.0
17.8
22,9
27.9
16.8 20.1
3.0
Juli
7.6
5.4
14.8
21.4
27.8
16.7
–
2.6
Aug.
7.3
6.4
13.2
21.7
26.8
17.7
–
2.2
Sept.
7.1
5.5
12.2 17.7
26.2
16.6
19.1
1.4
Oct.
6.9 7.8
12.8 13.6
26.8
18.3
–
1.2
Nov.
9.9
7.9
15.7 13.9
28.7 20.8
–
1.4 Dec.
–
–
16.2
11.4
33.2
25.2
–
1.6
1922 Jan.,
–
–
16.2 11.2
35.6
‘-
–
3.3
Febr.
–
–
15.7
–
–
–
–
–
19 April 1922
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
357.
Ln deren staat is, wat Nederland ‘betreft, een wijzi
ging gbr.ach’t. Als tweede cijfer werd de ‘vorige maal
gegeven het reed’s door het Centraal Bureau berekende
percentage zonder de diamantbewerkers, wier vak,
als bekend, door zeer speciale cenjunc’tuurveiihoudin-
gen wordt beheerscht en alleen in ons land een plaats
van heteekenis in de werkloonhei.dsstatistiek inneemt.
Thans zijn evenwel in het in de tweede plaats gegeven
cijfer, behalve de groep der diamantbewerkers, ook die
‘der bouwvakarheiders en der landarbeiders buiten reke-
ning gelaten. De redenen hiervoor zijn ‘de volgende:
Terwijl het landbouwbedrijf elders ‘vrijwel nergens in
du statistiek is ‘opgenomen, is dit met het ‘bouwbedrijf
vermoedelijk ook slechts in een deel van de vergeleken
landen het geval. Beide groepen ‘zijn zeer sterk seizoen-
bedrijven, terwijl bovendien de conjunctuur in het
bouwbedrijf hier te lande in ‘do laatste jaren ‘volstrekt
be,heerscht werd door de ‘woningpol’itiek der Regee-
ring. In de goede miaanden was de werkloosheid in
beide vakken zeer gering; in het bouwbedrijf in de
laatste jaren in den regel niet meer ‘dan 2
t
3 pQ, ‘)
in het landbouwbedrijf kwamen zelfs cijfers voor van
0,5 en 0,7 pOt. In de wintermaanden, speciaal bij vorst,
is het cijfer daarentegen dikwijls meer da’n 25 en 30
pOt. Beide bedrijven omvatten te zamen meer dan
100.000 (resp. 70.000 en 30.000) van ‘de 380.000 onder
de statistiek ‘begrepen arbeiders en hebben dus op hot
Ndcler’landsohe tot.a’alcijfer een ahnormalen, sterk sto-
renden invloed.
Het aldus berekende tweede cijfer komt dus waar-
schijnlijk beter voor vergelijking met de vreemde cij-
fers in aanmerking ‘dan ‘het Nederla.ndsche totaalcijfer.
Ook nog in ander opzicht ‘heeft dit tiweede
cijfer
be-
teokenis. Door de eliminatie toch van de drie genoem-
de bedrijven, die ieder om eigen redenen geheel of,
wat het landbouwbedrijf betreft, grootendeels staan
buiten de vraagstukken van handelspolitieken aard,
die thans aan de orde zijn, is het als algemeen cijfer
in d’it verband bruikbaarder dan het cijfer ‘der eerste
kolom. Dat met dat al de sei’zoenfactor nog .allermin.s.t
geheel ‘geëlimineerd is, blijkt reeds uit de cijfers Izelf.
Gelijk blijkt, reiken de hierboven gegeven Neder-
landsohe cijfers thans nog niet verder dan verleden
jaar November, iets ‘waardoor Nederland onder de an-
dere landen wel een zeer’drovig figuur maakt. Zelfs
was verleden jaar de achterstand nog ‘g.roo’ter.
.De reden
hiervan is niet te zoeken bij het Centraal Bureau voor
d’e Statistiek, hetwelk de cijfers bewerkt, doch bij de
va.kvereenigingen, die met de uitvoering der werk-
loosheidsverzekering ‘zijn ‘belast en de ‘noodige gegevens
aan het 0. B. moeten inzenden. in het vorige maand-
schrift deelde het 0. B. mede, ‘dat op 28 Februari 1922
van een 4-tal vakbonden over het tijdvak 31 October-
26 November 1921 nog geen gegevens ‘weiden ontvn.n-
gen. Di’t verschijnsel is te ernstiger, omdat practisch
in de meeste gevallen de vakvereeni,ging i’n hooddzaa’k
rjksgeld uitkeert. Meer licht is in dezen wel ge-
wensch’t.
Intusschen publiceert sedert ruim een jaar de
:Dienst der Werkloosheidsverzekering en Arbeidsbe-
middeling ‘wekelijks een voorloopig cijfer. Het aantal
arbeiders, onder deze cijfers beg
r
epen, is geringer dan
dat van het Centraal Bureau, terwijl de verdeeling in
groepen ‘niet dezelfde
is.
Ernstiger nog is het feit,
dat practisch slechts met de cijfers ‘des- volledig werk-
löozen rekening kan worden gehouden, soodat de ge-
deeltelijke werkloosheid, die in de cijfers van het C. B.
tot uitdrukking komt, hier verwaarloosd moet worden.
Dit ‘heeft ten gevolge, dat de gevonden, cijfers ietwat
beneden de werkelijkheid blijven. Voor de ‘totaalcijfers
is di’t ‘ten slotte van geringe beteekenis; voor enkele afzonderlijke bedrijfstakken, waar speciaal veel ge-
deeltelj’ke werkloosheid voorkomt, is dit van eenigs-
zins meer belang. Di’t alles maakt het eenigszins be-
• 1)
De cijfers van dan laatsten tijd ‘geven evenwel aan-
leiding tot het vermoeden, dat de conjunctuur in het bouw-bedrijf bezig is eenige fverandering ‘te ondergaan.
14
swarljk, deze cijfers te heugen tot aanvulling van
die van ‘het C. B. Het geschiedt hier dan ook slechts
on’der de inoodá,
oe ‘reserves.
In het hierachter afgedrukte diagram 1 zijn aldus
bovendien nog de navolgende
weekeijfers
verwerkt:
Zonder
Totaal
diamantbew.,
percentage
bouwvak- en
landarbeiders
28 Nov.-3 Dec. 1921
12.6
7.7
5-10 December
15.1
8.8.
12-17
12.3
8.6
19-24
‘,
11.3
8.4
26-31
12.1
8.9
2- 7 Januari 1922
13.3
9.5
9-14
,
14.1
9.7
16-21
15.4
10.-
23-28
,,
17.4
10.6
30 ,Jan.-4 Febr.
16.8
10.8
6-11 Februari
18.1
11.5
13-18
18.5
12.2
20-25
14.7
11.5
27 Febr.-4 Mrt
12.6
11.1
6-11 Maart
11.4
10.5
13-18
10.4
10._
Het ligt voor de hand, dat tu’sschen de statistieken
der verschillende ‘landen, izoowel wat betreft ‘het be-
streken gebied als ‘de wijze van samenstelling, ‘belang-
rijke verschillen bestaan, die de onderlinge vergelij-
king der cijfers zeer bemoeilijken. Een overzicht dien-aangaande is ‘te vin’den in het Annu’aire Lnternational
de S’tatistique, deel VI, 1920, waarheen ‘verder verwe-
zen moet worden. Intusschen stemmen de meeste rege-
lingen hierin overeen, dat zij slechts op georganiseerde
arbeiders betrekking hebben. Voor Engeland zijn ge-
nemen de cijfers der verzekeringswet, waaronder niet
nilmuder dan 11,9 millioen personen vallen, wat zou
orereenkomen met een getal van 1,7 millioen voor ons
land. Gelijk reeds gezegd bestrijkt de statistiek in ons
‘land thans ruim 380.000 arbeiders. Het Belgische
cijfer is ruim 750.000, ‘waarin zic’h de sterkere indus-
trialisatie van het land, alsmede het ietwat hoogere
bevolkingscijfer weerspiegelen. In Zweden vallen
daarentegen slechts 144.000 arbeiders onder de sta-
tis’t.iek. Vermoedelijk beperkt de regeling zich daar. dus
tot enkele groote industirietakken, wat misschien
tevens het wel zeer hooge cijfer van dit land ten
deele verklaart.
In de eerste der beide ‘bij dit artikel ‘gevoegde
diagrammen zijn ‘de boven weergegeven cijfers der
verschillende landen, met uitzondering van het drie-
maandscijfer ‘van Massachussets en het ‘Duitsche cijfer,
‘in beeld gebracht.
Op verrassende wijze komt in ‘dit diagram de in-
vloed ‘van den eonjunctuur’omslag in het eind van
1920 naar voren. Voordien een ‘tijdperk ‘van sterke
‘bedrijfsspann.ing, daarna de zeer ernstige malaise. Uit
de cijfers treedt ook duidelijk aan den dag, hoe in
Engeland en Belg
1
ië, beide landen ‘met groote, massale
groadstofiridustrieön, de
lijn
na ‘de eerste acute stij-
ging al vrij spoedig ‘weder een gunstiger verloop aan-
wijst. Op de ontwikkeling ‘hier ‘te lande wordt straks
teruggekomen.
Zeer te ‘betreuren is, dat ‘voor Zwitserland verge-
iijkbare cijfers ontbreken, zoodat dit land’ in het
diagram niet voorkomt. Intu,sscheii publiceert Zwit-
serland sedert eenii,gen
tijd
een tweetal totaalcijfers,
die vanaf 1 Januari 1921 hieronder volgen. De cijfers
dank ik aan ‘de ‘bereidwilligheid van het Centraal Bu-
reau voor de Statistiek.
Geheel
Gedeeltelijk
,werkloozen.
‘werkloozen.
Januari
1921 ……
34.652
71.922
Fdbruari
42.705
82.930
Maart
43.282
88.689
April
49.309 95.374
Mei
,…,,
52.635
87.741
Juni
,,,
54.039
76.116
Juli
55.605 79.888
.LO
39 38
37
36
35
34
33
32
31
3
0)
0)
z
0)
z
-)
04
0)
04
355
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
19 April 1922
Geheel Ged.elte1jk
werkloozen. werkloozen.
Augustus
1921
……
63.182
74.309
September
,……’.
66.646
69.421
October
,
…….
74.238
59.835
November
,…….80.692
56.869
December
……..
88.967
53.970
Januari
1922
……
97.091
49.181
OQA1
UU.trZI
SW JI
Deze cijfers omvatten niet alleen georganiseerde
arbeiders, doch ‘zijn aangevuld met gegevens verstrekt
door arbeidsbeurzen en werkgevers. Zij bestrjken dus
een ruimer terrein dan de Nederlan’dsche cijfers, diie
in hoofdzaak georganiseerde arbeiders omvatten. Met
dat al wijzen deze cijfers stellig op een beilangrjk ern-
stiger werkloosheid in Zwitserland’, dan hier ‘te lande.
De hoogste in 1921 bereikte
cijfers
‘hier te lande,
Februari 1921, bedragen ‘toch voor geheel en gedeelte-
lijk werkloo’zen te zamen 64.740. In .de ‘maanden Juni
tot October bewoog dit totaalcijfer riich .tusschen de 30
en 26 duizend, terwijl de ‘laatste weekstaat van den
werklooshei’dsdienst (13-18 Maart 1922) 38.518 ge-
heel en 11.104 gedeeltelijk werkloozen aanwijst.
Neemt men daarbij in aanmerking, dat het Zwit-
sersche bevolldngscijfer 3.8 ‘inillioen ‘bedraagt tegen
het Nederlandsche 6.8 millioen, dan is het begrijpe-
lijk, dat wanneer ‘van particuliere ‘zijde gepoogd’ ‘wordt
het Zwtitsersche cijfer in een proenta’gè uit te druk-
ken, dit het Zweedsohe ‘zelfs nogte boven ‘gaat.
Wat in het ibijzonder den toestand hier te lande ‘be-
treft, &eut in de eerste ‘plaats nog enkele oogenblik-
ken ‘te worden stilgestaan.
bij
de verzamelcijfers, opge-
nomen in de eerste hierboven afgedirukte cijferreeks en
verwerkt in ‘diagram 1.
Ook voor Nederland treedt de coinjunctuuromsiag
in het vierde kwartaal van 1920 duidelijk naar ‘voren.
Aanvankelijk stijgt
‘het
cijfer
in één bundel met ‘dat
van de andere landen, in. Februari 1921 blijkt echter reeds duidelijk, .dat deze stijging niet alleen een ge-
volg is van de gewijzigde conjunctuur, doch tevens
haar oor’zaak vindt in. ‘de seizoeninrvloeden, die, gelijk
reeds werd opemerkt, in. de Nedèrlandshe cijfers
zeer sterk tot uitdrukking, komen. In de latere maan-
den volgt dan ook in de •Nederlaindsche cijfers een
ontspanning, die hij de andere landen uitermate gun-
srtig afs’teekt. In November beginnen de cijfers dan
weder opnieuw te stijgen. JY[et deze maand eindigen
de ‘maandgemiddelden van, het Oentraal Bureau en
worden de lijnen vervolgd met de weekcijfers van den
Werkloosheidsdienst, waaromtrent reeds het een en
ander werd medegedeeld. Merkwaardig is nu hoe het
grillig verloop van de ‘bovenste Nederlandsche lijn in
de daarop volgende maanden geheel beheeTscht wordt
door, de weersgesteldheid hier te lande. De stijging
half December en eind Januari tot half Februari is
toch uitsluitend gevolg van de plotselinge aanzwel.
lin.g van het werkloosheidscijfer in het boirwbedTijf
gedurende de vorstperioden van denen winter.
Deze abnormale bewegingen zijn dan ook niet terug
te vinden in de tweede lijn, waarbij, gelijk medege-
deeld, de bouwvakarbei’ders met de diamantbewerkers
en de landarbeiders geëlimineerd zijn.
1)
Legt men nu de ‘o’n±iwikkeling sinds 1 Janu,a’ri 1922
naast die van een jaar geleden, dan zo’u het alge-
meen verloop van beide lijnen – van de bovenste lijn na afloop ‘der tweede vorstperiode en van ‘de tweede
lijn over de geheele periode – ‘moeten leiden tot de
slotsom, dat het ‘algemeen verloop in 1922 gunstiger is
geweest dan in 1921. Intussehen moet in aanmerking
genomen ‘worden, dat, gelijk reeds werd medegedeeld,
beide
lijnen
van af 1 December 1921 eeniigeiranate bene-
den het werkelijk verloop blijven. De genoemde conclu-‘sie mag dan ook niet worden get,roldcen. Het verschil is
echter gering, zoodat voorloopig aangenomen mag
worden, .dat tot dusver de ontwikkeling in 1922 al-
thans niet ongunstiger is geweest dan een jaar ge-
leden. Een zuivere vergelijkin’g zal echter pas moge-
lijk zijn, wanneer over de jongst verloopen maanden
1)
Seizoeninvloeden doen, gelijk reeds uit iat rverloop
blijkt,
ook op
leze tweede lijn hun invloed gelden. Dat dIt
in. .den winter van
1919-20
schijnbaar niet het geval was,
ligt uitsluitend aan den storenden i.nivloed, lclie in ‘de maan-
den Maart—Mei
1920
‘van het zoo grillig .verloopeiide werk-
lcoeheidecijfc’r
in
de
.tabaks-
en sigarenindustrle is .iiitge-
gaan. ‘ ..
19 April 1922
ECONOMISCHSTATISTISÇHE BERICHTEN
359
de cijfers van het Centraal Bureau verschenen ‘zullen
zijn.
Veel reden tot juichen geeft de conclusie, waa.r’toe
zooeven gekomen werd, nog allerminst. De cijfers blij-
ven ernstig en ‘de mogelijkheid is niet uitgesloten,
dat de voortdurende moeilijkheden in een aantai .be-
.drijfstakken, die ‘tot dusver een redelijk werkloosheids-
cijfer te nien gaven, op den duur ook in dit cijfer
sterker tot uitdrukking zullen komen. Niettemin is
tot op heden het beeld, dat de Nederlandsche
werkloosheidscijfers te zien geven, in de afgeloopen
twaalf maanden niet duisterder geworden en steekt
Nederland in &t opzicht zeer gunstig af bij 1anden als
Denemarken, Zweden en Zwiitserland.
Dit alles betreft dë beide .totaalcijfers, welke voor
Nederland in diagram T zijn opgenomen. Hierbij aan-
sluitend volgens thans nog enkele korte besehouwin-
gen over de afzonderlijke bedrijfstakken, *elke in dc
Nederlandsche statistiek begrepen ‘zijn.
Uit dnderstaaude cijfers, ontleend’ aan de laatste
maandsta’tistiek van het Centraal Burea’u, blijkt om
welke bedrijfstakken het gaat en hoeveel arbeiders
telkens onder de regeling begrepen zijn.
Aantal
Aantal
in de werkloozen
Bedrijfsgroepen
statistiek
(geheel
Per-
begrepen
en ge-
een-
arbeiders deeltelijk) tage
Aardewerk, glas, steenen, enz. .
9.127
1.069
11.7
Bewerkiur tvan diaanant. enz.
. 8.647
5.507
63.7
Boek- eu steendrukkerje,
pbo.
togr.
enz.
.
. . …………….
14.845
887
6
Bouwbedrijven, eer..
……….
72.219 8.359
11.6
Houtbewerking cnz., meibeliui-
dustrie.
……
……………
14.989
1.785
11.9
Kleediinig en reiniging
…….
11.981
488
4.1
Leder, wasdoek,
eaz.
……
..
6.645
627
9.4
Oer,
steenkolen, turf
……..
8.162
2
0.02
Metaaibewerkin.g enjz.,
scheeps-
bouw
………………….
44.387
4.442
10.0
Teztielnijver1ieid
…………
24.549
897
3.7
Voedings- en genotmiddelen
32.042
5.243 16.4
(w.o.
tabaks- en sigareniad.)
(17.586) (4.813)
(27.4)
Lan,cibou’wbedriiven
……….
30.420
2.572
8.5
Vissc.herij
en
jacht
……….
4.778
335
7.0
Warenhandel
…………….
1.159
5
0.4
Verkeerswezen
…………..
45.491 3.902
8.6
Vrije
beroepen
……………
25.288
363
1.4
Overige
groepen
………….
33.857
1.830 5.4
Totaal……
388.559
38.314
9.9 Totaal percentage mxider igroepen
2, 4,
en
12
…..
7.9
Van een 8-tal dezer groepen ,is het bedrjfsgewijze
werkloosheidveiloop weergegeven in diagram II.
Hierbij moest, ten einde aan het diagram niet alle
overnichtelijkheid te ontnemen een keus ‘worden ge-
daan. Om reeds vermelde redenen bleven het diamant-
bedrijf, het ho’u.wbedrjf en het landbouwbedrijf buiten
beschouwing. Van de overige bedrijven
zijn
diie geko-
zen, wier werkloosheidscijfer de meeste gevoeligheid
getoond heeft! Het zijn de groepen 1, 3, 5, 7, 9, 10, 15
en van groep 11 de tabaks- en sigarenindustrie. Alle
zijn sterk aan conjunctuur oniderthetvig en
v
o
or
de
meeste is de buitenlandsche concurrentie een factor
van betteekenis.
Van de overgroote meerderheid der niet in, het
diagram opgenomen bedrijfstakken heeft het werkloos-
heidscijfer, ook na den coujiinctuu.romslag van eind
1920, een rustig en gunstig, voor een ‘deel eelfs uitetr-
mate gunstig verloop gehad. Diagram II geeft dus
niet een gemiddeld beeld van ‘het werkloosheidsver-loop in het Nederlandsahe bedrijfsleven, doch omvat
alleen die bedrjfsgroepetn, die een bewogen en dik-
wijls zeeT ongunstiig verloop aanwijzen.
Een enkel woord nog over de afzonderlijke bedrijfs-
groepen. De enkele mededeelingen omtrent den toe-
stand in ‘de speciale bedrijfstakken izijn on’tleend aan
de, geregelde overzichten, te vinden in het maand-
schrift van het Oentraa.l Bureau. Op de ‘oorzaken van
een en ander wordt hier niet nader ingegaan.
De groep
aardewerk, glas
en
steen,
ovérigens sterk
aan seizoeninvloetdbe onderhevig, vertoont’ sedert het
‘vierde ‘kwartaal van 1921 een minder gunstig beeld,
waarvoor ‘de oorzaak in hoofdzaak in de aaa-dewerk-
fabricage en voorts in de glasfabricage moet ‘worden
gezocht.
In de boek-, steertdrukkers-
en
photogra.phiiebedrj
ven
is in den loop van 1921 het te voren zeer gun-
stige werkloosheidscijfer geleidelijk gestegen. Uitge-nemen een kleine onderbreking in September ‘is deze
stijging echter zeer geleidelijk gegaan. Het percen-
tage bedraagt thans 6 á 7 ipOt., waarbij in ‘aanmer-
king moet worden genomen, ‘dat in ‘dit bedrijf eene
niet oxibeiteekenende gedeeltelijke werkloosheid voor-
komt, waardoor het cijfer der laatste maanden in wer-
kelijkheid eenigszins hooger is.
In de
greep der
hout-, kurk-
en
stroobewerking,
tevens het
meubelmakersbedrijf
‘onsvattend. welke
groep eveneens aan ;setizoeniin’vloede.n onderhevig is, is
de toestand’ sedert den conjunctuuroinslag ‘belangrijk achteruitgegaan. Het werkloosiheid’spercentage steeg
begin 1921 tot 16 pOt. en bedroeg in Februari ji.
bijna 18 ‘pOt. Het laagste cijfer in. ‘den zomer bedroeg
8 pOt. De groep omvat een ‘groot ‘aantal bedrijven.
De
groep der
ieder-
en
wa.sd’oekbewerkirl4g
omvat in
de
eerste plaats de
leerlooierijen
en de
sch.oenindus-
trie.
Beide hebben vooral in ‘het ‘begin van 1921 voor
groote moeilijkheden gestaan, wat in het zeer gestegen
werkloosheidspercentage, in Januari zelfs boven 24
pOt., tot uitdrukking kwam. Daarna volgde echter een
sterke ontspanning. Zelfs daalde ‘het percentage in
Augustus-September ‘beneden 1 pOt. Voornamelijk
‘door den toestand in de schoenin’tiuistrie is het ,claia’mua
weder gestegen. Van November 1921 tot ‘begin Maart
j.l. schommelde het percentage ‘tusscihen 6 en 9 pOt.,
om in de laatst opgenomen weken weder beneden 5
pOt. te dalen. Ook in deze bed’rjfsgroep komt intus-
schen een gedeeltelijke werkloosheid van zekeren om-
vang voor.
In ‘de belangrijke groep der
n’eetaal’niijverheid
ver-
toont ‘de lijn een soortgelijk geleidelijk verloop als in
het boektirukkersbedrjf, zij het dat de stijging steeds
eenpaar percent rv66r
was.
In de -troo,rlaatste week,
in de statistiek verwerkt, werd 10 pOt. even over-
schreden.
Het verloop in de
textielwijverheid is
zeer merk-
waardig. In den eersten tijid ‘der malaise steeg het
cijfer op alarmeerende wijze. Februari 1921 werd ‘zelfs
de 29 pOt. overschreden. Sedert verbeterde de werk-. gelegenheid in de meeste tot deze groep behoorende
bedrijfstakken geleidelijk weder in sterke mate, zoo-
dat het werkloosheidspercentage thans weder gedaald
is tot zelfs beneden 2 pOt.
Verreweg de ernstigste cijfers en tevens het merk-
waardigste verloop vertoont
de
ta.ba.ks-
en
s’igarenin-
dustrie.
Reeds voor den coinjunctuuromsiag van eind
1920 zijn de toestanden in dit bedrijf zeer ongunstig,
hetgeen sedertdien zoo gebleven is. Met tusschenpoo-
zen werden vele bedrijven arbopgezet, waardoor het per-
centage enkele malen zelfs de 50 pOt. overtrof.
Ook in de iet-wiait betere perioden blijft het percentage
steeds boven de 12. De bovendien in dit bedrijf be-
ataanide gedeeltelijke werkloosheid heeft tot gevolg,
dat de werkelijke lijn sedert November 1921 vermoe-
delijk nog enkele percenten hooger is dan de statistiek
aangeef t. Oorzaak van den toestand in het bedrijf is
in de eerste plaats de zeer sterke daling in den evport.
In het laatste jaar is daarnaast allengs een toenemende
ikmiport uit Duitsediland komen ‘te staan, die eci’hter in
beteekenis belangrijk achterstaat bij tien eerstigenoean-
den factor.
De groep
verkeerswezert
omvat met name ook de
havenarbe’iiders. Seizoeninvioeden ‘doen zich hier in
ivrij sterke mate gelden, terwijl uiteraard de inge’tre-
den malaise ‘zidh i’n de werkgelegenheid weerspiegelt.-
Ook in deze betirjfsgroep is de ‘gedeeltelijke werkloos-
heid’ ‘niet zonidier beteekenis.
*
*
Na deze uitvoerige uiteen’zerbti’ngen behoeft ten
360
. ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
19 April 1922
——————————–
mmmmmmmmmmmmmm
na
m
MMM
E
m
mm
M[MM
E
M
mm
mmmmm
mmmm
w
E
EMME
MM
–
—-
–
4
fI
–
;iji
tiJ
1[
I
liT.fIr
mm
mmmm
mmmm
1M1MMM1MM
E
mm
mmmm
m1
_[
—————
…………….
_d
____
mmm
mmm
mmmmmmmmmmmmmmmm
omgokm
gom
M1M1MMMI
w
M
E
MMMEMMIMMM
mmmmwj
mmm
WWAIMMMIM
w
mwáwlm
ma
WIJIMM
m
LIN
MMWAMMamm
mmmmmm
MMIMM
0Fci
uj <
D
J
uj 00
uj
g
Z
>0
CG
JDDujOO,,j
ILI
(
0Z0
—) ‘<
) 0
z o
-,
04
9?
slotte het antwoord op de opmerkingen van Mr. Kor-
tenhoTst niet lang te rijn.
Volgens het verslag in de dagbladen verwijt Mr.
Kortenhors’t mij, dat ik op de Utrechtsehe vergade-
ring slechts de .toeumaais tot October lopende cijfers
van het Oentraad Bureau mededeelde, waardoor mijne
vergelijking met het buitenland voor ons geflatteerd
werd. ,,Tegeniover ons werkloosheidspercentage van
,,7,2 pOt. in Oct. 1921 – aldus vervolgt Mr. Kor-
,,teuhorst – had E,ngelanjd in dien tijd er een van
,,12,8 pOt., België 13,6 pOt., Zwden 27,2 pOt., Dene-
,,ma.rken 18,3 pOt., DuitsdMand 1,2 pOt. Maar
ons
,;psrcentage is sinjd,s October 1921 gestegen als volgt:
16-21
Januari
15,4 pOt.
23-28
,,
17,4
30
Jan.-4 Febr.
16,8
6-11
,,
18,1
13-18
,,
18,5 ,,
,,Deze
cijfers
moeten den meest veristokten dog-
,,mat.icus tot nadenken brengen.”
Het zal, na hetgeen in dit artikel is medegedeeld,
niet meer .noocU.g tzijn uiteen te zetten waarom liet
z.ondere nadere toelichting plaatsen van deze week-
cijfers naast het Octobercijfer ongerpe•rim!itteerd is en
hoorders en lezers op een dwaalspoor moest brengen.
De door Mr. Kortenhorst vermelde weekeijfers toch
worden geheel beheerscht door sei:zoeninvloeden en in
het bijzonder door de werkloosheid in het bouwbedrijf
gedurende de vorstperiode.
Proef op de som zijn de cijfers in de daarna vol-
gende weken, die hier nog eens gegeven worden:
20-25
Februari
14,4
pCt.
27
Febr.-4 Maart
12,6
6-11
11,4
13-18
10,4
terwijl juist voor liet afdrukken van dit nunummer
nog een verder cijfer verschijnt:
20-25
Maart
9,9
pOt.
Misschien, vindt Mr. Korten?horst nog wel eens
gelegenheid de kringen, clie 23 Maart jl. te Amster-
dam onder zijn gchoor waren, tot juister inzicht te
brengen omtrent de ontwikkehng der werkloosheid
hier te lande en de conclusies, die uit de gepubliceerde
cijfers mogen worden getrokken. B.
DE NiEUWE KOERS DER ECONOMISCHE
POLITIEK VAN SOWJET RUSLAND.
1)
H.
De uitbrekende hongersnood deed dadelijk de po-
gingen van de economische raden tot verpachting van
allerlei soorten ondernemingen in kracht toenemen, daar een dergelijke verpachting ôf aan particulieren
èf aan coöperatieve vereenigingen; de verplichting
van den staat om voor onderhoud, woning en ideeding
van zijn arbeiders te wrgen, ophief (Ekon’omitsches-kaja Shisnj. R. 156). Buitenlanders genoten dezelfde
1)
[Zie
pgn.
306
van dezen jaargang. – Red.]
19 April 1922
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
361
rechten en hadden dezelfde verplichtingen als de
eigen onderdanen. Men moet echter in het oog hou-
den, dat voor verpachting tot dusverre in de eerste
plaats stilstaande of vervallen ondernemingen in aan-
merking kwamen en dat het heele pachtcontract vol-
•staat met bepalingen, die den pachter het leven zwaar
moeten maken en hem voortdurend in gevaar laten
leven, dat hij na den meestal zeer korten paohttermijn
(ongeveer twee jaar) het bedrijf moet verlaten en dat
‘de door hem aangebrachte reparaties, nieuwe gebou-wen, enz. aan den staat vervallen. De zeer groote, nog
half in orde zijnde of ten minste werkende onderne-
mingen echter trachtte de staat in staatstrusts te ver-
eeni,gen, om ze bizondere welvaart te doen genieten
en er
zijn
macht op te vestigen. Hier moge nog aan
een in’teressantien vorm van samenwerking met het buitenland herinnerd worden, die misschien van be-
l’eekenis voor de toekomst kan zijn.
Wolff.s telegraafbureau bracht de rneded’eeling, dat
in Berlijn een ,,Deutsch-Russische Meta’llverwer-
tungsgesellschaf’t m. b. H. (Deru-Metafl)” was opge-
richt. De opTichters zijn’ de beeren Stomeryakow, de
handeisvertegenwoerdiger van de Russische regeering
in Berlijn en de handelsraad Norber,t Levy (Firma N.
Levy en Co.). Deze maatschappij moet imetaalafval
.(Schrott), dat aan de Russische regeering behoort
en ‘in Rusland opgeslagen is, exporteeren en te gelde
maken. Kapitaal 2 miljoen mark. Bedrijfsleiders zijn telkens een lid van de Russische handelsdelegatie en
een vertegenwoordiger van ‘de Duitsche firma. Dat is
een •pendan.t van de stichting van de Duitsch-Rus-
sishe Transportmaatschappij. De Sowjetregee’ring
tracht dus
bij
haar exporrtzaken aan enkele firma’s een monopolie te verschaffen, terwijl zij bij haar eigen in-
koopen in het buitenland alle trusta en verbonden
probeert te ontwijken, ja, den groothandel geheel
tracht uit te schakelen, om zich direct tot den produ-
cent te wenden.
Deze pr.actijk van de officieele Centrales voor den
buitenlandsehen handel der Sowjetregeering betee-
kent natuurlijk een rem voor het op gang brengen
van den Ru’ssischen buitenlandschen handel, ‘gelijk
over het algemeen deze delegaties den nieuwen koers
veel tegenstand bieden; o.a. hebben ze zich zeer ener-
giek verzet tegen de uitbreiding van de bevoegdheden
der coöperaties ten aanzien van den. buitenlandsehen handel, evenwel ‘zonder merkbaar succes. In de prac-
tijk ziet men zich, zoowel in den buitenlandschen
handel met Rusland als in het concessie- en pacht-
vraagstuk, over het algemeen dikwijls genoodzaakt om
met behulp van omkoopgeld en andere middelen wegen
in te slaan, die niet in orvereenstemming zijn met den
weg der decreten van Moskou, want op grond van de
bepalingen is een werkelijk winstgevend werken op
concessie- ‘of pachtgebied niet denkbaar. Op vele
dwaasheden is de Centrale vanzelf teruggekomen. Zoo
zijn, volgens een mededeeling der Iswestija, vier van
de belangrijkste chemische fabrieken te Peters’burg
aan een scheikundige, W. Algoschtschin, verpacht,
‘terwijl ‘de theorie slechts voorziet in d’e verpachting
van é&n
bedrijf
tegelijk, en dan zee mogelijk aan
coöperaties.
De practijk heeft concessies afgedwongen, waainan
men drie maanden eerder in Sowjet-Rusland nog niet
had gedacht.
De aanvankelijk zeer geringe concessies op het ge-
bied van het bank- en fin,anciewezen werden (einde
October – Rosta-,berich,t) door ‘d’e oprichting van een
Russische staatsbank gevolgd, voor de leiding waar-van twee monarchisten, ‘de vroegere minister Kutler
en de heer Qhruschtschow uit de gevangenis werden
gehaald.
Op het oogenblik is de oprichting van bijkantoren
dezer bank gedeeltelijk reeds begonnen, gedeeltelijk
spoedig te verwachten en wel in Petersburg, Ohar-
kow, No’wo-Nikolojewsk (Siberië), Rosbow aan de
Don, Kasan, Taschkent, Jekaterinenburg, SsaTato,w,
Zarachin, Nishny-Nowgorod, Astrachan, A’rchangelsk
en Odessa.
De staatsbank is gevestigd in het gebouw van de
Unionban.k a.d. Kusneski-Most in Moskou.
De verdere ‘stappen op den terugmarsch naar de
burgerlijke economische organisatie vormden de we-
derinvoering van toltarieven voor den doorvoer naar
het verre Oosten, waarbij Duitscliland bizonder werd
ontzien (interview van Leshawa, den plaatsvervangen-
‘den volkscomm’issaris voor buitenlandschen ‘handel
met een vertegenwoordiger van dec Ostexpres te
Ber’ljn), de gedeeltelijke erkenning van de Russischa
schulden van véér den oorlog, h’et streven naar her-
vorming op financieel gebied, uitgifte van een men-
wen roebel: een nieuwe roebel ijs
gelijk
aan 10.000
sowjetroebel’s (rede van Sinowjew voor de functio-
narissen van Moskou). Een besehrijv’ing, die de heer
Q3rllenbögel, de vertegenwoordiger van Finland in
Moskou in de ,,Goloss Rossii” gaf, toont aan, d’at van
dat
tijdstip
af ook critische buitenlanders den toe-
stand en de ontwikkeling van Rusland op geldpoli.
tiek gebied optimistischer begonnen in te zien.
Voor menig belangstellende beteekeude toen zeker
de wederinvoering van het verzekeringswezen, in den vorm van een staatsmonopolie een zekeren ,terugslag,
maar er kan steeds weer op gewezen worden, dat alle
heryormi’ngen direct of indirect slechts het doel be’.
oogen burgerlijk-kapitalistische principes slechts i’n
zooverre toe ‘te laten, ‘als zij ‘bevorderlijk
zijn
voor de almacht’van dan staat. Overigens werd niet de nieu-
ve noodizakeljkheden d’oor vrijheid van het adverten-
tiewezen o.a. in Moskou en Petersburg rekening ge-
hou’den.
O
ver
het algemeen houdt de ‘buitenlander op het
oogenblik nog ‘veel te weinig Tekening ‘met ‘de schom-
melingen, waaraan de nieuwe koers natuurlijkerwij’ze
is ‘blootgesteld. Zoo werd op ‘het eind van het vorige
jaar plotseling de
vrije
handel in levensmiddelen op-
geheven en werden de coöperaties in ‘de ,,Pro’wd’a”
heftig bestreden, zelfs dc ,,Ekonomitscheskaja” en d’e
heer Bogdanow zwaar beleedigd, daar men hen ervan
beschuldigde te ‘streven naar een burgerlijke rechts-
ord:e. Nieuwe experimenten op het gebied van de hef-
fing van belasting in n’stura en de collectieve verzor-
ging der arbeiders premiesysteem, enz.) hadden den
rustigen voortgang van den nieuwen koers gestoord.
Daarentegen had de gelijktijdig ingetreden denationa-
lisotring van de goud- en platinawin’nin.g niet veel te
beteekenen, daar het hier gaat om bijna volledig stil-
liggende arheidsgebieden.
Terloops worde’ opgemerkt, det het Russische goud-
fonds voortdurend vermindert. Zoo werden ten ge-
volge van ‘de Vrij groote bestellingen in het buitenland
in het laatste halfjaar 79 tonnen goud naar Stock-
holm gezonden om versmolten te worden tegen 17
tonnen iii het eerste halfjaar 1921. Over de nieuwe
staatsbank worde hier nog opgemerkt; dat zij als
emissie- en financieringsinstituut dienst moet doen
en tegelijkertijd de functie van ‘staatskassier op zich
te nemen heeft. Het reglement van de nieuwe staats-
bank is door het Alrussisohe Oentra’le Uitvoerende
Comité uitgegeven.
Na de hierboven besproken tegenspoeden ging het
weer ‘een eind vooruit, of als men ïwä ‘niet het boisje-
visme achteruit, door een bepaling over de wederin-
voering van het wisselrecht, een andere over voor-
waardelijke toelating van de particuliere pers, een
derde over beperking van den steun voor werkloozen
tot geschoolde arbeiders. Daarbij kwam een beperking
van het boiinetjessysteem en beperking van, de levens-
nridd’elenvoorzieniing tot enkele bevoorrechte bedrij –
ven. Vele hervormingen leden •dadelijk schipbreuk,
omdat het geld ontbrak. Kenmerkend is het, dat het
Moskousohe gemeentebestuur maandelijks 200 mii-
hard roehel noo’dig heeft, waarvan het er ongeveer
100 ontvangt,, terwijl het totale ondersteiiningsfonds
van d’e regeering voor de industrie over het geheele
362
ECÖtÖMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
19 April 1922
!Grige jaar slechts 350 miljard roebel bedroeg. Onder
deze omstandigheden viel aan een verievenidiging van
de industrie niet te denken, in weerwil van de po-
gingen tot hervorming.
Het belangrijkste beletsel voor een gezonde verdere
ontwikkeling in den geest van den nieuw’en koers lag
echter ,in de algemeene omzek-erheid van den toestand.
Niemand kon weten, of de bo’veuvermelde speciale
verordeningen, decreten en bepalingen niet weer door
nieuwe stroomingen in het boisjewistische hoofdikw.ar-
tier te niet gedaan zouden worden. Iedereen drong aan op fundamenteele maatregelen van de hoogste
instantie, om daardoor de nieuwe ontwikkeling voor
goed verzekerd en gewe’titigd te zien. Dit belangrijke
werk nam het negende Groortrussische Sowjetcongres
te Moskou op zich, dat van 24 tot 29 December ver-
gaderde. Het begon met een inleidende rede van
Lenin, die het programma vaststelde en met zijn be-
kentenis: ,,Wij moeten bij de kapitalisten leeren wer-
ken”. Hij verdedigde den n,ieuwen koers en liet toen
de juistheid van zijn leerstellingen bevestigen door
aparte betoogen van Kalinin, den voorzitter van het
Centrale Uitvoerende Comité, Kamenew, den voorziit-
ter van den Moskouschen arbeidersraad, Bogdanow,
den voorzitter van den oppersten eeoaiomishen raad,
Chintschuk, den voorzitter, van het Centraal Coöpe-
ratief verbond, Krestinski, den volkscommissaris yoor
financiën (nu zaakgelastigde te Berlijn), Ossiiski
(Vorst Obolenski), den volkscommissaris voor land-
bouw, Professor Tulaikow (belast met ‘het herstel
van den landbouw) en K’ryshanowski (‘belast met het electrificatievraagstuk). Daarp afgaande billijk’te ‘het
Sowjetcongres eenstemmig de nieuwe economische po-
litiek, hetgeen beteeken
–
t, dat voortaan geen bolsje-
wistisch ambtenaar het mag wagen, zonder gevaar van
gevangen genomen, gekerkerd cd doodgeschoten te
worden, den nieuwen koers tegen te gaan. Het is on-
mogelijk hier een beeld te geven van den staat van
vreeselijke verwoesting, waarin Rusland rzidh volgens
de redevoeringen ‘der bolsjewistische leiders bevindt.
Vermeld zij slechts, dat de volkomen ineenstorting
van het systeem van belastingen in natura moest
worden toegegeven. Hetzelfde geldt voor de ontwer-
pen tot vorming van groote ruilwarenfondsen. Daarbij
kwam de indruk van een buitenlandsche deemoed:iging
door Italië, waar men voor het eerst getracht had
met de politiek der handeisverdragein, politieke vruch-
ten te oogsten. De ‘Italiaansche regeering (della To-
retta) heeft den eisch tot politike erkenning der Sow-
jetregeering bij het afsluiten van een haudelsver-
d’rag, zonder meer afgewezen. Het verdrag •is, zooals
bekend
is,
toch tot stand gekomen, naidat de Soiwjet-
regeering van haar politieke eisohen, in het bizonder
de erkenning de
jure,
afgezien had. Onder den in-
‘druk van deze gebeurtenissen, de brutaal opeuhartige referaten, den hongersnood en het volkomen veruval,
heeft het Congres toen besloten in een ,,Nakas” alle
beslissende richtlijnen der nieuwe economische poli-
tiek vast te leggen en in lange verordeningen de
nieuwe denkwijze te bepalen.
Er bestaat nu een g.00tere waarselijnljkheid dan
ooit, dat de omstandigheden
werkelijk
zullen veran-
deren, tea minste zoodanig, dat een vrucihtbaar in-
grijpen van het buitenland mogelijk is. Vooral daar
de laatste maatregelen van Moskou — betreffende be-
lastixrgwetten, ontwikkeling van het bankwezen, vrij-
heid van uitge’vers’zaken, groadleiggiing van een nieuw
civiel en ‘handelsreoht, oprichting van een beurs in Moskou enz. – niet meer op denzelfden weerstand,
of gebrek aan inzicht der onderste i’nstantiën zullen
stuiten als -vroeger, ofschoon ook heden nog ten
zeerste gewaarschuwd moet worden, Rusland al te
rooskleurig gestemd te beschouwen. Van ‘beteekenis is
ook, dat de groote Duitsche bankondernemingen zich
bereid hebben verklaard, met de Russieche staatahank
in verbinding te treden. )
1)
[Zie’pgn. 97vEwi dezen jaargang. – Eed.i
Op andere gebieden (kolencoucessies) is het gelukt een samenwerking van Duitsohe en Engelsohe onder-
nemingen te verkrijgen.
Er blijft nog veel te veranderen over, maar het
is te hopen, dat van den nieuwon economisc-hen koers,
die tot den wederopbouw van Rusland zal leiden, niet
meer ernstig zal worden afgeweken.
Dr. J.
STRUNZ.
INDEXCIJFE1?S.
Voor het eerst sedert September 1921 bebben de groothandelsprijzen zich weer in stijgende richting
bewogen. Het cijfer voor Maart toont een vermeer-
dering van 38 punten, zoodat het nu gekomen is op
4297. Het is nog te vroeg om dit als een clefinitievea
ommekeer in de beweging te kenmerken, want ook al
eerder is de daling tijdelijk onderbroken geweest. Maar
er zijn redenen, welke •de verwachting van een ver-
dere stijging rechtvaardigen, ni. de langzame, maar
voortdurende stijging der prijzen in. Amerika. Het
cijfer van deze maand staat tegenover 4357 aan het
eind van 1921; 5924 aan het eind’ ‘van 1920 en 8352 aan het eind van Maart 1920, hetgeen het hoogst be-
reikte cijfer is.
De stand der verschillende groepen blijkt uit onder-
staande – aan The Eoonomist ontieende – tabel.
Data
Granen
en
vlee,ch
Andere
vee-
ding-
e
nolm.
vr
erf-
,
foffen
L,elf-
,
!ofen
Dlver-
jen:
o,ICn,
hout,
rubber.
ene.
Totaal
Alg.-
meen
index-
cijfer
Basis (gemidd.
1901-5) .
.
500 300
500 400
500
2200
1,00,0
1 Januari 1914
563
355
642
491
572
2623
119,2
1April
560
3501
6261
493 567
2597
118,0
1 Juli
.,
5651
345 616
4711
551
2549
115,9
EindeDec.1914
714
4141
509 476 686
4
2800
127,3
‘1915
897 446
731
711+
8484
3634
165,1
1916
1294
553
11244
8244
1112
4908
223,0
1917
12864
686
16844
839+
13484
5845
263,2
1918 1303
782+
18051
816
1337
6094 277,0
1919
14414
8814 24424
1145
14534
7364
334,7
1920 1344
805
1284
1216 1275
5924
269,3
Jan.1921
12954
797
1187
112811209
5617
255,3
Febr.,,
1176+ 771
1038
1053
11374
5176
235,3
Mrt. ,,
1212
727
1030
1003 1125
5097
231,7
April,,
1196
723
1031
936
1043
4929 224,0
Mei
,,
1195
691
996 963
1065
4910 223,2
Juni ,,
11741
6654 973k 973
10234
4810 218,6
Juli
,,
1165
7074
9584
937
1030
4798
218,1
Aug. ,,
1184
7164
998
9204 1000
4819
219,0
Sept.,,
11194
688
1258
871
9874
4924
223,8
Oct.
,,
956 685
1171
816 960 4588
208,5 Nov.
951
672
11174
774
9434
4458
202,6
Dec.,,
9214
636
1106
762
9314
4357
198,0
Jan.1922
9074
6544
10664
730
925k
4284
194,7
Febr.
948
6404
10374
6964
936k
4259
193,6
Mrt.
980
687
1038
700 892 4297
195,3
Ongeluickigerwijs wijst de huidige beweging niet
op verbetering in de industrie. Een stijging der kolen-
‘en ijzerprij’zen met een daling der voedingsmiddelen zou een zeer welkom ‘teoken zijn geweest van toene-
niende industrieele vraag, gepaard gaande met een
vermindering der kosten voor levensonderhoud. Maar
de
stijging
van deze maand vindt zijn oorzaak in het
stijgen der voedingsmiddelenprjzen. De diversengr oep
is eenigsains gedaald. Van de voedingsmiddelen isinl.
vleesc’h gestegen. De prijzen van binneniandsche tarwe
stegen in de eerste helft der maand sterk en hoewel
zij in de tweede helft iets konden daden, sloten zij
toch hooger dan een maand tevoren. Door gunstiger
oogstberichten daalden de prijzen voor buiten!landsohe tarwe eenigs’zins. Ook meel daalde weer iets.
In de tweede groep der voedingsmiddelen hebben
aanzienlijke verhoogingen plaats gevonden. De vraag
naar koffie nam toe en voor boter trad na de laatste
groots daling een reactie i’n. In de textielgroep was
weinig ‘beweging. Vlasprijzen iets gestegen, jute iets
gedaald. Wolprijzen onveranderd aan het slot; in
katoenprijzen slechts weinig beweging. Er is wel meer
1
19 April 1922
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
363
vraag in deze afdeeling en hernieuwde aankoopen van
Indië hebben bijgedragen tot een beter toon.
In de ‘deifstoffenafdeeling is een stijging der lood-prijzen de eenige belangrijke verandering. De handel
in ijzer en staal wordt epgehouden door de moeilijk-
heden in de machine-industrie. Hoewel er nog vol-doende werk was op oude contracten tot de laatste
week van de maand, worden er nu fabrieken gesloten
en koopt men geen grendsitoflein meer aan. In de
cFiversengroep zijn de voorna&mste bewegingen da-
lin.gen in oliozaden
cii
indgo, waar de voorraden
meer dan voldoende zijn om aan de geslonken vraag
te voldoen.
De groothandelsprijzien staan nu in Engeland 67
pOt. boven den stand van Juli 1914, zooals blijkt uit
onderstaande tabel. iuli 1914 = 100.
Dato
Granen
vl°e°ch
Andere
voe-
notm.
Weef.
stoffen
Delf-
stoffen
Dioer-
sen:
ollcn,
hout.
rubber,
enz.
Totaal
Juli
1914….
100
100
100 100
100 100
December
1918….
226 222 293
186
241
236
December
1919
.
249
250
396
247
263 287
Maart
1920
261
260
484
269
309
325
Juni
1920….
261
263
415 278
281
305
December
1920….
233 229 209
261
230
231
Maart
1921 ….
209 206
167
216 203
198
Juni
1921
.
203
188 158
210
185 188
September 1921
.
193
195
204
189
178
192
October
1921….
166
194 190
176 173
178
November
1921….
165
190
181
167
170
174
December
1921….
159
180 180 164
168
170
Januari
1922….
157
.
186
173 158
167 167
Februari
1922….
164
182
168
150 169 166
Maart
1922….
169
195
168
151
161
167
De tweede groep is aanzienlijk boven het gemiddel-
de, terwijl delfstoffen
abnormaal
laag zijn.
Algem. Gem. pon-
Rerleid
index-cijf.
denkoers
algemeen
van ,,the
over de
index-
Datum
Economist”
afg. mnd.
cijfer.
1
Januari
1914……..
119,2
12,111
4
119,6
1
Januari
1915……..
127,3
11,78
124,1
1
Januari
1916 ……..
151;6
11,02 138,3
1
Januari
1917……..
223,0
11,68
215,6
1
Januari
1918……..
263,2
11,06
240,9
1
Januari
1919 ……..
277,0
11,19
256,6
1
Januari
1920……..
334,7
10,14
281,0
Einde Januari 1921
255,3
•
11,37
1
1
240,4
Februari
……
235,3
11,34
220,9
Maart
231,7
11,36
217,9
April
224,0
11,30
209,5
Mei
223,2
11,17
194,8
Juni
218,6
11,34
1
1
4
205,3
Juli
218,1
11,42
206,2
Augustus
……
219,0
11,77
212,5
September ……
223,8
11,77
218,1
October
208,5
11,59
200,0
November ……
202,6
11,35
190,3
December ……
198,0
11,42 187,2
Januari 1922
194,7 11,47 184,8
februari
193,6
11,61
186,1
Maart
195,3 11,54
186,5
Door ongesteidheid was onze Loudensche corres-
pondent tot ons leedwezen verhinderd zijn gewonen
brief te zenden.
AANTEEKENINGEN.
Key ne s’ plan voor de stabilisatie der
w i s s
e 1 k o e r s e n..
– Met een enkel woord maakte
onze Londensche correspondent ‘hiervan in ons vorig
nummer reeds melding. Een uitvoeriger overzicht van
het artikel in den ,,Maïnclhester Guardiari Oommercial”
volgt thans hieronder.
De schrijver ziet geen andere oplossing van het
vraagstuk dan de tradittioneele: herstel van den gou-
den sta.n’daard in zooveel mogelijk laaiden Deze
kwestie wordt echter doorkruist door een tweede, diie
het vraagstuk veel ingewikkelder maakt, ni. de vraag
van de waardevermeerderiug van het landsgeld. Ei is
tegenwoordig geen enkel Europeescli land, waar de
autoriteiten . duidelijk hebben uitgesproken, of hun
politiek gericht is op waarde’vermeerdeniing of op sta-
bilisatie der ‘valuta. Keynes staat op het standpunt, dat
het van meer belang is de wisselkoersen te stabilisee-
ren ‘dan hen te verbeteren, indien men den in.ternatio-
nalen han:del wil doen herleven.
Intusschen, de. argumenten voor deflatie wor(den
door hein onder het oog gezien. Zij ‘zijn in het kort:
Vermeerdering van het financieele prestige van’
een land.
Herstel van sdhade, aantrekkers van vaste in-
komens door de inflatie berokkend.
Vermijdi.ug van verdere hinnenlandsche depre-
ciat.ie in diie landen, welker nrnntwaa.rde in binnen-
en buitenlaald zeer uiteenloopt.
Daling van de kosten van levensonderhoud en
gemakkelijker aflossing van in goud aangegane bui-
tenlandsche schulden.
Wat het eerste argument betreft, de waarde hier-
van is moeilijk ‘te schatten, ‘doch van ‘belang is ‘het,
waar ‘heristel van den gouden standaard spoedig kan
worden tegemoet gezien.
Voor het tweede argument hein men gemakkelijker
sympathie voelen, dan erdoor overtuigd worden. De
druk der staa.tsschuiden zou oin!draaglijk worden. Depre-
ciaLie van de munt is om zoo ite zeggen het natuur-
lijk geneesmiddel voor het financieren ‘van den oorlog
door leenuuagen en helt moet geslikt worden..
Het derde argument is van belang ten opzichte van
een land als Duitscihiand.
Het -vieiide argument is een dwaLing. Stijgt de
franc in waarde, dan zeil men er zoowel meer arbeid,
als meer goederen voor kunnen koo’pen; dat ‘wil dus
zeggen: de loonen zullen dalen en de Fransche uit-
voer, ‘waaruit de invoer betaald twordt, zal, uitge-
drukt un francs, evenveel in waar4e dalen als deze laatste. Op de hoeveelheid goederen, die ten slotte
rcaaT de Vereenigde Staten ter aflossing van dollar-
schulden geëxporteerd zal moeten wor’den, heeft het
niveau, waarop de wisselkoersen der Europeesche
laaiden zich stabiliseeren, geenerleii invloed.
Tegenover deze argumenten staat, dat herstel ‘van
den gouden standaard een vein de grootste bronnen
van onzekerheid, waarmede de internationale handel
thans te kampen heeft, zou Idoen verdwijnen, terwijl
het handhaiven ervan zorgeloos financieren ‘door de
overheid zou bemoeilijken.
Het spreken over en het hopen op verbetering der
Europeesche wisselkoersen is des te aaadeeliger, om-
dat het
bij
den ilzuidiLgen stand ‘der staatsfinanciën
moeilijk genoeg zal zijn, verdere .dalingen ‘te ‘vermijden
en te stabiliseeren, ook zonder verbetering. De hui-
dige situatie, aldus Keynes, flatteer.t vele der Euro-
peesche wisselkoersen en het is mogelijk, dat dc
depressie in het bedrijfsleven hen zich op het oogen
blik op een niveau doët bevinden, dat niet gehand-
haafd zal kunnen worder. Want de landen ‘van West-
Europa, die in [hoofdzaak industriestaten zijn, moetén
importeeren, ‘voor zij exporteeren; in een haussel
periode leggen zij groote voorraden aan in ‘de. er-
wachting van een grooten afzet; tijdens de depressie
leven hun industrieën hiervan, zicih van ,aanvuilling
onithou’deud. Het herleven van den handel en ‘de daar
mede gerpaarid gaande stijging van, den invoer kan
mogelijkerwijs hun wisselkoersen opnieuw omlaag doen
gaan. Bovendien heeft de depressie den verkoop van
sdh.atkistpapier vergemakkelijkt, waardoor met nane
in Frankrijk en Italië niet clie uitzetting der cir-
culatie heeft plaats gevonden, die anders, zeker zôu
zijn opgetreden. Wanneer echter de handel zijn liquide inid!delen weer noodig heeft, zouden de wisselkoersen
nog wel eens ‘te lijden kunnen krijgen van wat men
uitgestelde inflatie zou kunnen noemen.
De terugkeer tot een stabielen ftoestand zou moe-.
ten gesczhiedei.op grond van
,
de volgealde beginselen:
364
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
19 April 1922
7
Geen herstel van de oude pariteit, daar, iwaar
,
de koersdaling meer dan 20 pOt. fbedraagt.
Vaststelling, zoo spoedig mogelijk, der nlie’uwe goudpariteiten.
Reserveering van ‘het beschikbare goud voor het
internationale betalingsverkeer.
De sohrij ver erkent, dat dit iplan
op
Duitschiand
nog niet toegepast kan worden, izoolang het schade-
vergoedingsvraa,gstuk niet geregeld
is, zich
enike
enorme ‘bedragen marken in buitenlandsche handen
bevinden, als het geval
is
en het verschil tuaschen
buiten- en binnienian’dsche waarde zoo groot is.
Het ou aanbeveling verdienen wanneer een poging
tot herstel van ide iuwisselbaarlieid van papiergeld in
goud beperkt werd tot Engeland, Frankrijk, Italië,
België, de Scandinavische landen, Spanje, Nederlard,
Zwitserland en Tsjecho-Slowakye.
De nieuwe goudpariteiten zouden zeer co:nserva-
tief vastgesteld moeten worden., ten einde ide kans
op een fiasco zoo gering mogelijk ‘te maken. De schrij-
ver ‘wil dan tot up zekere .hoog’te wel toegeven aan
den volkswaan, die iwaaTdevermeer.dering wensoht,
door de mogelijkheid te openen ivoor de circulatieban-
ken, dat ze den prijs, waartegen se
goud
accepteerein,
met 6 pOt. per jaar ‘doen dalen.
Op
deze wijze wordt
het nationaal zelfgevoel Ibevredigd, izonider speculatie
uit te lokken of den o’ndernemingsgeert ‘te depri-
meeren.
Hoe nu de nieuwe par.iteiten te hand.ha,
,
ven? Hiertoe
stelt Keynes voor, in de eerste plaats, den verkoop-
prijs van goud 5 pOt. boven den. koopprijs ‘te stellen.
De marge, vroeger ‘tusschen ‘de goudpun’ten bestaande,
wordt hierdoor vergroot, hetgeen hij, zoo’la’ng het ver-trouwen
nog niet
volledig îs hersteld, noodig acht,
om bankiers ertoe te ‘brengen saldi in (het land: met den
ongunstigen koers uit ‘te zetten.
In, de tweede ‘plaats moeten Ide centrale banken
van Europa eraan wennen, dat hun goudoorraiden
bedoeld
zijn
als appeltjes voor ‘den dorst en niet uit-
sluitend als ornament dienst ‘doen, d.w.z. ‘dat de
leiders ‘dezer instellingen bankiers zijn en geen unaha-radja’s en zij moeten ‘zelfs garanties geven, dart zij een
politiek in eeratgenoemden zin zullen volgen. Want v66r den oorlog was een belachelijke conventie aan
het ontstaan, dat een circulatieb’ank onder geen voor-
waarde afstand kan doen van meer dan een on’betee-
kenend deel van haar goudvoorraad.
Verder
wijst
de schrijver erop, dat de meeste lan-
den van Europa op het eind van 1921 go’urdreser.ves
bezaten, groet genoeg, om hun moed te geven, indien
men de waarde van de bi’ljettencircula’tie berekende
op grond van den wisselkoers. In DuitschIand b.v. was de ,gou.ddekking dan 40 pOt., d.i. ongeveer even hoog
als in Engeland!
Ten einde nu die landen ‘te steunet, waar de goud-
voorraad betrekkelijk ‘gering is, wordt ten slotte voor-
gesteld, dat voor een periode van vijf jaar de Federal
Reserve Board tegen een rente van 10 pOt. ‘tijdelijke
goudleenirngen zal verstrekken aan elk der deelnemen-
de centrale banken ‘tot een maximum van
15
pOt. van
de circulatie van het desbetreffende land hij fixatie
‘van ide nieuwe pariteit, doch $
150.000.000
per land’
en $
500.000.000
in totaal niet overschrjdend. De deel-
nemende banken zijn gezamenlijk ‘garant voor de ver-
strekte voorschotten,
terwijl
de te betalen rente in
een garantiefonds wordt gestort.
De or wi1ckeliig der crisis.
– Aan het
jaarverslag der Rotterdamsche Bankv’e’reeniging is
het volgende ontleend:
Toen wij aan het einde van de algemeene heschouwingen
in ens vorig jaarverslag wezen op de mogelijkheid, dat de
toen reeds aangevangen werelderisis nog slechts in haar
aan’vaogsstadium zou verkeeren en daarom voorstelden ten
opzichte van dividenduitkeering en reserveering een con-
servatieve politiek te ‘volgen, werd die uiting van ver-
schillende zijden als overdreven pessimistisch gekenschetst.
De uitkomst heeft helaas geleerd, dat ‘inderdaad ide crisis
in het afgeloopein jaar zich allengs scherper Eheeft afge-teekend, door allerlei omstandigheden een steeds heviger
karakter heeft verkregen en daarmede 1921 op economisch
gebied heeft gemaakt tot een der ‘moeilijkste en zwaarste
jaren sedert menseheaheugenis.
Als een ‘wervelwind is de hevige beroering over de ge-
bede wereld gegaan, aanwangende in het verre Oosten, voornamelijk wel in Japan, en zich steeds in Oostelijke
richting voortbewegend over Noord- en ZuidAmerika,
Europa bereikend, daarbij allereerst overhoop werpende
de door dec oorlog minst beschadigde landen.
Het kan niet op ouzen weg liggen dit wereldgebeuren
in oorzaak en gevolgen hier nader ‘te beschouwen; boven-
dien is het daacvoor ook nog te vroeg. Wel echter mogen
wij ‘zeggen, ‘dat hoe onzeker de toestand ook nog is en
hoejvele ongun,stige factoren nog hunnen invloed doen gel-den, naar onze meenin.g zich, zij het ook nog zwakke, licht-
punten beginnen te ‘vertoonen. Men kan leer zeker niet
zeggen, dat de crisis ‘voorbij is, maar de golven beginnen zich te leggen. Er moge nog geen spoedige verbetering te wachten zijn, het hoogtepunt van den storm is achter dec
‘rug. Zelfs een ‘verdere afbrokkelin,g of een langzaam weg-
kwijnen op ‘enkele gebieden, kunnen niet meer de hevi
g
e
schade teweegbrengen, welke het gevolg ‘is geweest van de
plotselinge iineenstorting.
Het bdhoeft wel geen betoog, idat eene instelling als de
onze, met wo wijdvertakte belangen en
zon
uitgebreide
relaties, aan den invloed van een gebeuren als ‘het zoo-
even besprokene al evenmin heeft kunnen ontsnappen als
eenige andere daarmede te ‘vergelijken organisatie. Zoo-
als u straks zal blijken weerspiegelt ‘zich dit ‘zoowel in onze
balanspositie als in ‘de rentabiliteit ‘van ons ‘bedrijf, welke
‘trouwens direct ‘verband houden met de meerdere of min-
dere prosperiteit onzer relatiërn.
Het lijdt geen twijfel, dat de uitbreiding, welke ge-
durende en in de eerste jaren na den oorlog aan vele
zaken hier te lande is gegeven en welke in vele gevallen
een inatuurlijke ontwikkeling scheen, zich. thans in een
‘ander licht vertoont. Men hoort thans scherp ‘veroor’dee-
len, wat vroeger luid werd toegejuicht en ‘men ‘vergeet,
dat niemand van te voren heeft kunnen weten, dat aan
al de schoone verwachtingen, welke men nog tot in 1920
koesterde, ree plotseling de bodem zou worden ingeslagen.
Daarmede is niet gezegd, dat er geen fouten zijn begaan
en dat niet te ‘veel als ‘blijvend is beschouwd, wat ten
slotte bleek slechts tijdelijk te zijn, maar een gedeeltelijke verklaring van de algemeene misrekentng ligt daarin toch
wel.
Onze scheepvaart, door ‘de groote winsten in den oorlog
gemaakt in staat gesteld belangrijke reserven te vormen en gedurende lange jaren niet ibij ‘machte geweest ‘hare
vloot te vernieuwen, zag zich gedwongen tot hoogen prijs
‘voor nieuwbouw te contracteeren Op dat oogeublik werden
nog hooge vraohten ‘nkregen en ‘verwachtte ieder een
toeneming van het ‘vervoer in verband met cle ‘behoeften
van landen, welker grondstoffen waren uitgeput, ‘waar-
heen levensmiddelen zouden moeten worden gezonden
en die wederkeerig voor hun opgehoopte export-artikelen
afzet ‘zouden vinden overzee.
Onze reëele handel, rzoolang tot stilstand gedoemd, ‘vulde
de voorraden aan en bereidde zich ivoor op een groot ver-
keer en stijgende omzetten.
Onze industrie, reeds in de oorlogsjaren belangrijk ver-
groot, breidde ‘de productie uit, voorzag zioh van ‘d’e daar-
voor benoodigde grootere hoeveelheden grondstoffen en toog
met moed aan het werk.
En nu is het heel gemakkelijk te vragen: waarom ‘breidde
men cle koop’vaardijvloot tot of hernieuwde die tot hooge
prijzen, terwijl men nu ‘goedilcooper terecht ‘zou kunnen en
de vaart dikwijls niet loonend is; waarom ‘vulden ‘de koop-
lieden hun voorraden aan en hechten ‘de industrieelen
hunne gron,d.stoffen, zij hadden idat later tot veel lagere
prijzen kunnen doen; dergelijke vragen en d.usdanige
critiek hebben geen waarde.
Vergeten moet ook niet worden, dat twee factoren van niet te otversohatten beteekenis de zuiverheid van iedere
vergelijking vertroebelen, ni. ide op de inflatie gevolgde
deflatie en het breken van de ‘valuta in tal van groots
landen. Niemand kan thans zeggen, of niet door eenige
nu nog niet bekende of verwachte omstandigheid dit jaar ons een onrkeer zal brengen; voor het oogenbiik laat zich
dat niet voorspellen en zou ‘dit even onverwacht komen
als de in dezen vorm ‘zeker door niemand voorziene ineen-
storting in 192011921.
Een feit echter is, dat scheepvaart, handel en industrie
thans moeilijke tijden doormaken en dat de periode van
groote winsten tot het verledene behoort.
19 April 1922
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
365
Bet spreekt vanzelf, dat in een tijd ‘van malaise de min-
der sterke of de zwakke ondernemingen liet hard te ver-
antwoorden hebben en dat de ,,00rlogskinideren” en de
slecht geleide zaken daaraan liet eerst te gronde gaan.
I)at er in een tijd als deze ouder de relatiën eenergroote
bankinstelling ook zwakke debiteuren sich bevinden, zal
niemand verwonder.en. Op de Directie eener Bank rust
evenwel de plicht de crisis niet nog te verergeren door
liet onthouden van steun aan zaken, idie ten slotte leve;is-
vatbaarheid bezitten. Aan den anderen kant ‘mag zij niet
kunstmatig in het loven houden, ‘wat uiteindelijk ten doode
is opgeschreven.
Waar de nanmlooze vennootschap op aandeelen de aan-
gewezen rvorm voor groote ondernemingen is en die aan-deelen gewoonlijk ‘ter beurze worden verhandeld, spreekt liet vanzelf, dat de wereidcrisis een seherpen reflex op de
beurs moest vinden.
‘flhans bleek, hoe gegrond de door ons herhaaldelijk in
onze jaarverslagen geuite vrees is geweest, dat onze ge-
isoleerde en gelocaliseerde effectenimarkt niet• bij madhte
zou zijn de talrijke binnenlandsche fondsen op te nemen,
zonder een geweldige koersdaling.
De ,,beurswet 1914″ heeft de beslissing over de opname
van buitenlan,dsche fondsen in handen van den Minister
van Financiën, voorgelicht door de Commissie van Bij-
stand, gelegd en sedert hebben die fondsen geen noteering
in de officieele prjscourant meer ‘kunnen verkrijgen. De
hooge stand van den dollarkoers heeft het groote belang,
dat ons publiek bij Amerikaansche fondsen had, voor een
groot deel doen rverdwijnen; de Russische fondsen spelen
geen rol meer en de handel in andere buitenlandsohe waar-
den is tot een minjinium gereduceerd. Een internationale
markt voor effecten is de A’msterdatmsdhe beurs niet meer
en daardoor is ‘de ‘volle aandacht van beleggers en specu-
lenten op de binnenlandsche fondsen geconcentreerd. Dit
eenzijdig karakter is oorzaak geworden, dat.als gevolg van wat op het gebied van handel, industrie en scheepvaart ge-
beurde, een beuracrisis ontsto.nd, clie ontaardde in een soort ,,sauve qui peut”, waarvoor in vele gevallen geen
reden bestond. Ook ‘in de mentaliteit van het beleggencl
en speculeer.end publiek toch ‘weerspiegelde zieh op beden-
kelijke wijze de oorlogspsychose, doordien het ztiohzelve
in den waan had gebracht, dat hooge koersen en groote
dividenden permanent zouden blijven, en geen rekening
had gehouden met het speculatiove element, hetwelk aan
vele aandeelen uit den aard der zaken onafsoheidelijk ver-
bonden is.
Door deze omstandigheid en door de zooeven gememo. reerde locailiseering van den effectenhandel ea,geerde de
beurs veel scherper op de crisisverschijnselen dan anders
het geval zou zijn geweest. Men begon te generaliseeren
en enkele saillante gevallen, die ieder ‘voor zich hunne eigen speciale oorzaken hadden, werden als typeereud beschouwd.
,Nu behoeft het geen betoog, ‘dat de hedergaaude conjunc-
tuur in bijna iederen tak van bedrijf zich zal uitspreken
in ‘een veel lager of in ‘geen dividend op de aandeelen in
die bedrijven, en ook is het niet onmogelijk, dat het herstel
nog geruimen tijd zal uitblijven. Maar aan ‘den anderen
kant zijn er ‘nog vele kerngezoncle zaken, ‘die, al hebben
zij groote verliezen op voorraden of producten geleden,
en al behoeven zij tijd om zich te herstellen, daarom nog
geenszins ten doocle opgeschreven zijn.
Een gelukkige factor, ook voor cle effectenmarkt, was,
dat de geldimarkt nagenoeg het geheele jaar ruim ‘voorzien
bleef. Het ‘lijdt geen twijfel, dat’ onder het beschikbare geld ‘zich veel buitenlandsch kapitaal bevindt, ‘dat hier
tijdelijk plaatsing zoekt. De regeering ‘heeft huieriran ge-
bruik gemaakt om de vlottende schuld tvan •den Staat door
uitgifte van schatkistbiljetten te financieren, welke 5 pOt.
r’ente dragen en bij den Agent ‘van het Ministerie van
Financiën steeds verkrijgbaar waren. Dit kn niet nalaten
een ongunstigen invloed uit te oefenen op den stand der
deposito’s en der crediteuren-saldi bij de banken. Deze toch
konden uit den aard van ‘hun bedrijf een dergelijke hooge
rente niet ‘vergoeden en ondervonden dus een zeer hinder-
lijke concurrentie. In liet nieuwe jaar is deze uitgifte ge-
staakt. De prolongatiekoers ‘varieerde van 234 pOt. tot
5 pCt. Het wisseldiscoeto ‘bij de Nederlancische Bank bleef
onveranderd 434 pCt. Prirvaatdisoonto varieerde van 3%
pOt. tot 4% pCt.
Duitsche 1colenleveranties aais de
E n t e n t e. –
Van de hoeveelheden ‘kolen, tot en
met 31 Dec.
1921
door Duitschiand aan de Entente
geleverd, geven onderstaande cijfers een “beeld.
Uitgeleverde kolen uit het Ruh,rgebied:
Cokes
Steenkolen Brt,inkolen
Totaal
tons
tOns
tOns
tOns
Mei
1921426.982.000
899.448 576
28.491.500 1.354.924.076
Juni
19 1 332 830
300
942,805.839
29183.000 1,304.720.139
Juli
1921 229.406,300
876.273.958
25,469 500 1,131.149 758
Augustus
1921 316,960,900
979289.107
34,251.510
1
3’0.01.507
September
1921 371,372.500 1.214 155.5A5
52.9865110 1.638.514.545
October
1921 364.299.460 1,074. 75.720
71.203.500
1
509,588 650
November
1921 409 430,000
750 688 51)0
78.748,500 1.238.867,000
December
1921 439.17h 200
6.8.164.000
91.412.500 1.168.752.700
Sedert
I Mei
1921 2.590.367.690 7.375.002.245 401.648.500 10.077.018.405
Leveranties
tot April 1921 6,780.048 361 13 155.525.678 1.464.334.38 21.400.808.437
Totaal
……….
9.671,316.021 20.530.527.923
1.875.982.98 32.077.8.6.842
Aan Italië uitgeleverde Oppe-Siletzische ‘kolen:
tons
Mei
1921 ……………..1.593.000
Juni
,……………….
–
Juli
,
………………
69.146.065
Augustus
.
……………….
99.986.800
September
……………….
102.379.800
October
……………….
101.800.600
November
……………….
95.742.600
December
,………………
53.600.500
Sedert
1
Mei
1921
…………..
524.249.365
Van Maart 1920 tot April 1921
..
1.003.485.895
‘i’otaai ……
1.527.735.260
Ten einde .de beteekenis dezer cijfers te dilustreeren,
zij hieraan ‘nog toegevoegd, da’t, indien het transport te land ware geschied, van Septeanber
1919,
‘toen ‘de
leveranties een aanvang namen, tot. December
1921
iedere
29
‘minuten een trein van
80
tien-tonswagens
,,Repa’ratious-Kohlen” de grens uou ‘zijn gepasseerd,
een ‘tuaschenruimte, ovelke, indien ‘men alleen de hoe-
veelheden krachtens de overeenkomst van Spa uitge-
leverdin het oog vat, ‘tot
24
minuten inkrimpt.
OVERZICHT VAN TJJDSCHRIFTEN.
Journal
of
Political Economy. – Chi-
cago, Februari
1922.
Social studies in secondary education;
D. A. Ma.c
Gibben.,
The revolutionary cycle in syndicalism;
H.
0. Brown,
The incidence of comipulsory insurance of
workmen;
W. Mc Avoy,
The economic imiportance
of the Oommercial Paper House;
Z. Cl. Dickin.son,
The psychology course in liusiness ed’ucatiorn;
F.
Richa.rdson—Robinson., F. A. Kin gsbury
and
E. S.
Robinson.,
A program for psychology in a college of
commerce and administration;
L. H. Seltzer
and
S. L. Horner,
Bank reserves and the call money ban rate.
Revue d’Economie Politique. – Parijs,
Nov.—Dec.
1921.
Y,
La questioin des réparatioiis depuis la paix;
P. Pic,
Une orien’tation nouvelle de notre légisbaticsn
économique. La participation aux bénéfices et á la
gestion dans quelques bis récentes;
Ch. Eist,
Quel-
ques définitions de l’épargne; essai de crritique;
E.
Vilicy,
Le problème monétaire. Déflation
en
sta-
hil’isation.
[ d e m. – Parijs, Jan—Febr.
1922.
Cl,. Gide,
La coopération. La place’ qu’elle réclame
dans :l’ensei,gnement économique;
W. Wittich,
L’in-
troduction du franc en Alsace et en Lorraine;
G.
Paillcz,rd,
La Convention du
9
déceusbre
1921
et le
prdblème de l’Union lattine vu de Suirsse;
L. Ba.udin,
L’or du Transvaal.
B a in k-A r c h iv. – Berlijn,
18
Januari
1922.
M. von. ,S’chinc/cel,
Der Parvussehe wirtschaftliche
Rettungsweg;
D. Lochte,
Die gegeuwrtige Lage der
Reichsbalin;
Polster,
Ueber finan’zielle Bestionmun-
gen der Friedensvertrdge von Trianon und St. Ger-
main;
Dr. Fr. Wallau,
Die Besteuerung des Körper-
schaftsei.nkommens durch das amerikanische Steuer-
gesetz von
1918; Dr. Koe ppel,
Zur Frage der Be-
rechnung des Schluissnotenstempels nicht voilgezahi-
ter Aktien;
Ram
und
Dürirog,
Noch.mals zur Eintra-
gung mehrerer Sichernngshypotheken für densel’ben
Forderungskreis. Eine Entgegnu.ng.
1 d em. – Berlijn, 1 Februari
1922.
Dr. Lohe,
Kan.n die deutsche Kommunalbank clie
366
ECONOMISCH
–
STATISTISCHE BERICHTEN
19 April 1922
(‘arantie
der
westlichen Landeba,nkeii bekornmen?
GIRO-KANTOOR DER GEMEENTE AMSTERDAM.
J)r.
Koeppel,
Der Vorentwurf •des Liquidationsscha-
dengesebzes;
Dr. .Ra;u,
Der Erstattu.ngsantrag nach
November 1921
1
11
December 1921
.
3 Ziffer
10
des
Kapitalor’tragssteuergesetzes
bei
1
Posten
Bedrag
Posten
Bedrag
Konsortialbeteiligungen.
Ontvangen en
1 d
e m.
–
Berlijn, 20 Februari 1922.
betaald:
in contanten.
25584
f
11.444.415
29603
f
13 862.372
Eine neue preussische Ministerialverordnung über
door over- den Geseh.ft/sumfanig
von
Spa.rkassen und öffentlichen
achrijving
‘).
75250
..
82.535.426
79112
,,
83.570.476
Banken;
Dr.
Masberg,
Girozentralen
und.
Landesban-
Particuliere
rekeningoud.
13351
2
)
,,
27.958.464
13852′),,
28.979.025
ken II;
Polster,
Die Eintragung mehrerer Höchstbe-
Saldo te goed
part. rek. u°.
–
10.343.308
–
,,
10.037.072 tragshypotheken auf demselben Grundibuchblatte üud
Deposito’s voor
723
1
8152)),,
1.629.100
auf mehreren GrundJbuebjbl.ttern;
Dr. Koeppel,
Jxi_
een jaar vast.,
.
1.225.600
wieweit können bei Berechnung des geweabesteuer-
1)
Inciusieve
verrekeningen
tusschen
gemeentediensten.
zijnde
pIm.
f
9.705.089,70 per maand Nov. en f1895277019 per maand Dec.
pflichtigeu Rohei.nkommens die Kapitalertragsteuern
‘)
Aantal.
abgezogen werden?
POSTOHEQUE EN GIRODIENST.
Teehnik
u n d
Wirtschaft.
–
Berlijn,
Maart 1922.
,
December
1921
December 1920
H. Schurr&ac her,
Die W.hrungsfrage
als
Weltiwirt-
Aantal
1Bedrag
1
Aantal
Bedrag
schaftliches Problein;
Bom,
Die Eisenbahngüterta-
rife;
J. Meri4el,
Die
berecMesisc’he Berg- und 11üt
Aantal rekening
teniudustrie.
houders op u°.
54.265
–
31.734
–
Schmollers Jahribuch.
–
München, Leip-
Aantal rekenin-
–
32.582
–
zig, Jaarg. 45, IV.
H.
Die Wiihrungsfrage als weitwirt-
,Sch’uonacher,
gen op u0……55.410
Stortingen ……
305.012 96.893.056
181.292
77.146.225
Overschrijvingen:
schaftliehes
Prdblena;
L.
vond
Bortkiewicz,
Neue
1
a. bijgeschreven
193.889
257958.983
91.322
187
.
086.170
Schriften über
die
Natur
und
die Zukunft des
b.
afgeschreven
214.317 262.063.219
102.525
188.567.142
Geldes
II;
E.
Troeltsch,
Die Revolution
in
der
Afschrijvingen
Wissenschaft;
E. Baasch,
Lorenz v.
Stein
und die
wegens chèques.
127.876
78.022.079 89.793 100.727.304
Frage
der
deutschen
wirtsciaaftlichen
Einigung;
Totaaltegoedreke-
ninghouders op u
0
.
–
138375.0441
–
95355.962 W. Euciceri,
Zur Würdignng St. Simons; E.
ther,
Die Tarife in der deutschen Sozia’lversiaherung;
R, s9tucken,
Theorie der
Lohnsteigerung,
II;
W.
RIJKSPOSTSPAARBANIL
Stieda,
Zur
Erinneru.ng an Gustav Schmoller und
FEBRUARI
1
1920
1
1921
1922
seine Straszburger Zeit.
Journa.l of the Royal Statistical So-
c
i e t y.
–
Londen, Januari 1922.
R. H. .Rew,
The progress of British agriculture;
E. A. Rvs her,
The statistics of industrial mor)bidity
in Great Britain.
The American J’ourinal of Internati-
o na
1 L a w.
–
New York, Januari 1922.
T. Denett,
Amerrican ,,Goo’d •offices” in Asia;
G.
A.
Firt.ch,
American diplomacy and the financing of
China;
B. H. Williams,
The protection of American
citizen.s
in China: extraterritorial’ity.
MAANDCIJFERS.
PRODUCTIE DER KOLENMIJNEN.
1)
(In tonnen van
1000 K.G.)
(Gegevens verstrekt door het ,,Centr. Bur. voor de Statistiek”).
Naam van de
Januari
Februari
1922
1
1921
1922
1921
Mijn
.
,Staatsnaijnen.
Wilhelmina ……
50.752
45875
44.894 39.847
..
77.934 72.969
67.517 60.839
41.662
42.928
38105 34344
Hendrik ……….
Totaal
….
170.348
161.772
150.516
135.030
–
Particui. mijnen.
Emma …………
Domaniale mijn.
–
44.473 47.412 38.470
40378
Mijn
Laura en Ver
40.523 40.368
37.287
34098
OÈan je-Nassau
–
mijnen
……..
89642
74.435
80.065 52.036
Mijn Willem So
eeniging ……..
25.785
..
21.185
23720
17.890
phie …………
–
Totaal
….
200.423
183.400
179.542
144.402
Totaal generaal
370.771
345.172 330058 279.432
j) Kolensllk
niet
ibbegrepen (in 1921
voor alle mijnen te zamen 240.960
t&n.enlnde manx1en Januari tot en met Februari
1922:
39.823 ton.
Inlagen ………..
f
11.071.106f 12.803.400f 10.789.073
Terugbetalingen
.. ,,
9.971.359,, 10017.338,, 8.744.002
Tegoed der inleggers
op ultimo ……….
,
264627.402
,,
278006.717
,,
280.788.173
Nom. bedr. der uitst.
staatsschuldboekjes
op
ultimo …………
38,592.300,, 42.904900,, 44.908650
Spaarbankboekjes:
Aantal nieuw uit-
gegeven
12298
12.506
10.625
Aantal geheel af-
betaald
8.263
9.957
7.884
Aantal in omloop
op ultinio
1.904.2571
1.915.2731
1,928520
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
N.B.
beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.
GELDKOERSEN.
BANKDISCONTO’S.
N d f
Bel.~~n.Eff.
Discissels.44
1Juli ’15
Zweeds.Rksbk5
lOMrt.’22
Ek
54l9Oct.
’20
BkvNoorw.. 6
25Jan. ’22
Vrsch. in R.C. 64
19Oct.
’20
Zwits.
Nat. Bk.
34
2 Mmi. ’22
Bk. van Engeland 4
13Apm. ’22
Beig.Nat.Bk.5-54
19Mei ’21
Duitsche Rijksbk. 5
23Dec.
’14
Bankv. Spanje 6
4Nov!20
Bk. van Frankrijk 5
ii
Mrt.
’22 Bank v. Italië
.
6
20Mei ’20
Oostenr. Hong. Bk. 7
30Nov.’21
F’.Res.Bk.N.Y.
44
2Nov.’21
Nat. Bk. v. Denem.
54
5Nov.’21
Javasche Bank 34
1Aug.’09
OPEN MARKT.
1
.4m,terdam
Londen
1
Berlijn
IP
arjj,I
N. York
Data
1
Part.
1
Prolon-
Part.
1
Part.
Part.
CaIl.
i disconto
gatïe
1
disconto disconto disc.
monet,
13
April
‘22141,
31
1
4
1.
t
14
1251
4-..518
–
3
1
1_4
10
–
13 A.
22
I
41
l
8
.
8(
8
38
1
_41
1
j2
6
I
8
_/
4
1
4
“l8
1
–
13
1
1
2
_4
1
1
2
38 A.
22)41/ç.8/
j4_’/
21
4
“3
I4-19
1
–
I-
27M.-1A.’221431
.
8
4_
2
1
j
3
–
1
/
1
1
31
1r
5
1116
A.
’21
141f
_5/
3
1
1
S
61
1
1/
i
4
I
84
1
_
16-7
12
–
17
A.
’20I3′
1
8
IS
4-f
I5
5
i8-
6
!II
4
–
5
I
1
–
19-12
20.24Juil4l31l
3:
8
11$
I2
1
1
s
-‘f
J2
1
/_
3
1,
8
12
1
1
e
_h/,
1
2
1
g
l5’/-7’/,
19 April 1922
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
37
WISSELKOERSEN.
WISSELMARKT.
Lii alwadhting van de feestdagen waren de omzetten op
de wisselmarkt zeer gering. De politieke cverlioudingen
geven ook nog geen klaarheid zoitrent den te nemen weg, soodat er van een bepaalde etemming geen sprake was en
de koersen vrijwel op dezelfde hoogte bleven. Door aanbod
van dollars uit de in Amerika geplaatste obligaties .liiep
deze ‘koers en diie van de ponden iets terug; het verschil
bleef echter gering. Ook Parjs en Brussel bleven vrij
statioruiair. Marken waren aanvankelijk ,aster, maar lispen
later toch weder terug.
in de overige Europeesche wissels ging bijzonder weinig
om. Buenos Aires was iets vester en Bataivia was’ sterk
gez.00ht en kon niet onbel’angrjk opkomen. Slot ca. 98%.
KOERSEN IN NEDERLAND.
D ata
Londen
s
Parijs
S)
Berlijn
S)
Weenen
S)
Brussel
5$)
New
Yrk55′
10 Apr. 1922..
11.654
24.30
0.884
0.03+
22.48 2.64
1
/
11
1922..
,,
11.65+
24371
0.94+
0.03+22.55 2.631
12
,,
1922..
11.63+
24.324
0.89
0.03+ 22.51
2.63
5
1,
13
,,
1922..
11.63
24.40 0.88
0.03422.544
2.621
4
14
1922..
–
–
–
–
–
–
15
,.
1922..
–
–
–
–
–
–
Laagste d. w.
‘)
11.624
24.20
0.844
0.034 22.40
2.621,
Hoogste., ,, ‘)
11.66+
24.474 0.964
0.03+22.65
2,641
8 Apr. 1922
11.634
24.20
0.86
0.03+
22.38
2.641
1
1922
,,
11.584
23.924
0.904
0.03+
22.25
8
2.64
51
Muntpariteit..
12.10
48.-
59.26
50.41
48.-
2.4811,
5)
Noteering te Arneterdam.
*
5)
Noteering te Rotterdam.
t)
Particuliere
opgave.
1)
Noteering van 7 April 1922.
‘) Idem van 31 Maart.
00
Stock.
holm)
Kopen.
hagen
5
)
Chria.
tiania)
Zwitser-
land)
Spanje
ti
Balavia
1
1
telegrafisch
10 Apr. 1922
69.-
56.05 48.45 51.35 41.05
971-984
11
1922
,
69.-
56.10 48.75
51.321
41.-
98-981
3
12
1922
69.-
5.10
48.824
51.30
4095
981-98
13
,,
1922
68.65 55.95 48.83 51.25 40.95
98
1
/-99
14
,,
1922
–
–
–
–
–
–
15
1922
–
–
–
–
– –
L’ste d. w.’)
68.50
55.80
48.024
51.20
40.90
97
8
14
H’ste
,,
,,
)
6920
56.15
49.-
51.45
41.15
99
8 Apr. 1922
68.90
55.90
48.-
51.45 40.90
98
1
,,
1922
68.80
55.85
46.90
51.324
41.-
97
1
/
s
.
Muntpariteit
66.67 66.67
66.67
48.-
48.-
100
5)
Noteering te Ameterdam.
1)
Particuliere opgave.
Termijnnoteeringen der Valuta-Kas.
Ecarts tusschen termijnnoteering en contanten koers
(week van 10-13 April 19221.
– —
Londen.
Medio April
Medio Mei
Medio Juni
Hoogste B Koerb
agio
1
ct.
agio
3
et. agin
.
5
ct
Laagste B
,,
,,
8/
4
,,
,,
21
,,
,,
411
Hoogste L
,,
,,
1
8
1
3814
,, ,,
6
1
1
2
Laagste L
,, ,,
.1
1
/
2
,,
,,
3
1
1
,,
,,
5114
New-York.
Hoogste B Koers
agio
1
/
4
ct.
agio
‘/,ct.
agio
1
ct
Laagste B
,, ,,
/,
,, ,,
1/
3
11
Hoogste L
,, ,,
1/
,, ,,
11
Laagste L
,, ,,
11
,, ,,
11
Parijs.
Hoogste B Koers
agio
2
1
1
2
ct.
agio
7
1
1,ct.
agio
12
1
1
2
ct.
Laagste B
,,
Pan
,,
5
,,
,.
2
1
1
9
Hoogste L
,,
agio
5
,,
,,
10
,,
12
1
1
2
Laagste L
,.
disagio2
1
1
2
,,
2’/
,,
,,
5
Brussel
Hoogste B Koers
agio
5
ct.
agio
10
et.
agio
15
ct.
Laagste B
,, ,,
2
1
1
2
,,.
5
,,
,,
10
Hoogste L
,,
,,
7112
,,
12
1
1
2
,,
,,
17112
Laagste L
,,
Pan
5
,,
,,
10
B er
1 ij t’.
Hoogste B Koers
Pari
Pari
Pan
Laagste B
,,
Pari
Pari
Pan
Hoogste L
,,
Pari Pari
Per)
Laagste
L
.,
Pan
,
Pan
Pan
KOERSEN TE NEW YORK.
D
ata
CableLond.
ZichiParijs
Zicht Berlijn
Zicht Amsterd.
(in
.
pers)
(In
cia.
p.frs.)
(In
ei. p.
Mik.)
(In
ci,. P.
gIJ.)
13 April
1922
4.41.62
9.28
0.34
37.93
Laagste d.week
4.41.25
9.21
0.34
37.80
Hoogste
,,
,,
4.42.25
9.29
0.35
37.93
8
April
1922
4.41.37
9.16
0.33
37.83
1
1922
4.37.87
9.03
0.33.
37.80
1untpariteit
.
4.86.675.18V
95%
40
,
lie
KOERSEN VAN DE VOLGENDE PLAATSEN
OP
LONDEN
Plaatsen
en
Noteeringa.
1April
8April
10-15
April’22
1
15Apr.
Landen
eenheden
1
1922
1922
Loo gale
1
97/,
9771,
9771,
Hoogste
1922
Alexandrië.. Piast. p. £
97
7
1
1
97
7
1
1
B. Aires
1
)..
d.
p. $
44
8
11
43718
43314
441
!
441
/s
Calcutta
. . . .
Sh.
p.
rup.
1131,
1J3
0
1
1
113
1
1
1
113
1
1
113
1
1
Hongkong
..
id.
p.
$
216
1
/
ie
216
2151
3
216
1
1
2151
Lissabon
.. ..
d.
per Mil.
41813e
471,64114
4314
41,116
Madrid
….
Peset.
p. £
28.254 28.32
28.35 28.60
28.42
Montevideo
1
d. per
$
43
1
12
43
42
1
1
2
43
1
/
4
421
2
Montreal….
$
per
£
4.50
1
1
8
4.51
1
1
2
4.50
1
1,
4.54
4.52
1
1
•R.d.Janeiro. d.
per Mil.
751
s
781,
7112
7391
3
,
711
3
2
p. £
84
1
1
1
, 83
1
1,
80112
82’/3
81
16
Rome
…….Lires
Shanghai….
Sh.
p. tael
314
1
31371,
3!3
314
1
1
2
2/38/
4
313
1
1
3
2/3u,
16
Singapore
..
p.
$.
id.
2/3
23
/,,2/3″I,,
2/3
21
/
32
•Valparaiso..
peso
p. £
40.20
39.402111
9.40
39.60 39.60
Yokohama
..
Sh.
p.
yen
2.2
1
1
82
211
7
1
8
/,
211
18
1
2/1
23
1
82
‘Koersen
der
voorafgaande
dagen,
t)
Telegrafisch tranefert.
2)
Noteenng van
13
April.
NOTEERING VAN
ZILVER
Noteering te Londen
te
New
York
13 April 1922
…..
33819
6511,
8
1922
. -. –
33814
6571,
1
1922
-.
.
33’/,
65
8
1
8
25 Mrt.
1922
.
,.
33
1
/2
64
8
1,
16 April 1921
3112
59118
17 April1920
..
681′
117314
20
Juli
1914
.
..
24
15
1
1
,
54
1
1,
NEDERLANDSÇHE BANK.
Verkorte Balans op 18 April 1922.
Activa.
Binnenl.
Wis-(
H.-bk.
f
75.395.337,65112
sels, Prom.,B.-bk.,, 41.697.285,66
in disc.!, Ag.sch.
,,
59.448.775,8511
f
176.541.399,17
Papier
o.
h. Buitenl. in disconto
–
Idem eigen portef..
f
92.022.789,-
Af :Verkochtmaar voor
–
de bk. nog niet afgel.,,-
92.022 .789,-
Beleenin
gen
(H.-bk.
f
56.833.717,16
mcl.
vrsch.
B.-bk.
,,
11.174.772,32
1
1,
in
rek.crt.
t
Ag.sch.
,,
72.029.328,99
1
1
3
op
onderp.
f140.037.SIS,48
Op Effecten
……flll.935.949,48
Op
Goederen en Spec.,, 28.101.869,-
,,
140.037.818,48
Voorschotten a. h. Rijk
…………,
10.153.092,27
Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud
……
f
56.238.205,-
Muntmat., Goud
.
,,549.714 842,74
f605.953.047,74
Munt, Zilver, enz..
,,
5.271.302,4611,
Muntmat., Zilver
.
611.224.350,20
1
1,
Effecten
Bel.v.
h.
Res.ionds..
f
5323.447,-
id. van
tI,v.
h.
kapit.
,,
3.938.602,621/,
9.262.049,6211,
Geb. enMeub. dei Bank
………..,,
3.747.500,-
Diverse rekeningen
……………..
35.753.481,59
1
1,
f1
.078.742.480,34
1
1
Passiva.
Kapitaal
………..
………
.
f
20.000.000,-
Reservefonds
…………………
5.386.728,62
1
1,
Bankbiljetten in
omloop …
…….
..
998.014.130,-
Bankassignatiën in omloop
2.566.154,78
1
1,
Rek.-Cour.
Het Rijk
f
–
,
saldo’s:
J
Anderen
,,
26.869,398,91 26 869 398.91
Diverse rekeningen
………………,,
25.906068,02
1
1
(1
.078.742.480.341/2
368
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
19 April 1922
NED. BANK 18 April 1922
(vervolg).
Beschikbaar metaalsaldo…………..
f
404.994.900,72
1
1
2
Op de ba8i8 van lis metaaldekking…. ,,
199.404.963,99
1
1
Minder bedragaan bankbiljetten in omloop
dan waartoe de Bank gerechtigd is..
,,
2.024.974.500,-
Verschillen
m.
d. vorig. weekst.:
Mee7
Minder
Disconto’s
4.973.605,04h/
Buitenlandsche wissels
235.617,.-
Beleeningen
.. ……..
6.788.255.9lh/
Goud
…………….
–
Zilver
148.823,15
Bankbiljetten ..
…….
881.755,-
Part. Rek.-Crt. saldo’s..
2.1 65.568,20’/,
Voornaamste posten in duizenden guldens.
Data
Goud
Ziloe,
B ank
–
fl
opetschbare
ichulden
18 Apr. 1922 ……
605.953
5.271
998.014 29.486
10
1922 ……
605.953 5.420 997.132 30.802
3
1922 ……
605.953
5.567
1.002.479
41.888
27 Mrt.
1922 ……
605.953 5.885
959.631
28.419 20
,,
1922 ……
605.953 7.156
961.770
38.892
18 Apr.
1921 ……
610.976
14857
1.047.210
56.115
17 Apr.
1920 ……
634.835
11.079
1.048.470
110.607
25 Juli
1914
162.114
8.228
310.437
6.198
ata
otaal
e rag
titeroan
Schatkist.
Belee.
Beschtg-
baar
Dek.-
kinga-
Isconto,
p,omessen
rechtstreeks
ningen
Metaal-
saldo
percen-
tage
18 Apr. 1922 176.541
**
140.038
404.995
59
10
1922 181.515
35.000
133.250
405.047
60
3
1922 203.201
58.500
134.295
401.908
60
27 Mrt. 1922 199079
36.000
131.960
413.488
62 20
,,
1922 190.985
17.000 163.065
412.237
61
18Apr. 1921 234179
97.000
203.112
404.422
57
17 Apr. 1920 248.483
174.000 186.668
413.583
56
25 Juli
1914
67.947
14.300
61.686
43.521
75
t)
Op de basis van
21
metaaldekking.
Uit de bekendmaking van den Mini ster van F i na xi-ci ë n blijkt, dat uitstonden op:
__________
1
10April1922
18April1922
Aan schatkistpromessen../ 425 370.000,-
f
*
waarv. direct bij Ned. Bk.
,,
35.000.000,-
Aan schatkistbiljetten .. ,.287.250.000,-
Aan zilverbons …….. …30.718.509,50
Onder de vlottende schuld is hearepen:
Voorsch. aan de Koloniön ,,268.878.000,-
Voorschot aan Gemeenteij)
31
lonuari
. 28 Fel,rua,i
voor door Rijk voor hen ‘ ,, 80.707.933,50
84.776.664,48
te heffen Ink. belastingj
lO
April
18 April
Tegoed v.d. Postch. & G.dst
1..
53.512.846,40
I.
JAV’ASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.De samengetrokken
cijfers der laatste weken zijn telegraphisch ontvangen.
B k-
Ana’e,e Beschikt,.
Data
Goud
Z1ler
°”
opeischb.
metaal-
je en
schulden
saldo
8Apr.1922
189.750
266.000
102.000
116.150
1
,,
1922
192.000
261 000
82.000
123.400
25 Mrt. 1922
187.750
262.000 84.000
118.550
4Mrt.1922
143.151
36.592
268.361
67.486
113.247
25Feb. 1922
143.633
35.641
266.467 70.332
112.558
18
,,
1922
146.763
34.783 271.723
76.065
112.670
9Apr.1921
224.970
12.400
326.869
145630
142.349
10Apr.1920
183.627
4411
320.915
96.328
104.805
25 Juli 1914
22.057
31.907
110.172
12.634
4.8422
0
a
Dis-
Wissels,
buiten Belee.
Voor-
schotten
iverse
C
Dek-
kings.
conto’s
N.-Ind.
betaalbaar
ningen
aan het
Gouv.nem.
.’
nfngen
)
percen-
lage
8Apr.1922
153.680
24.800
8
52
1
,,
1922
156.590
2.900
***
56
25 Mrt. 1922
159.490
7.400
***
54
4Mrt.1922
37.692
17.75787.788
1.651
27.890
1
53
25Feb.1922
37967
17.223
89.277 906 28.814
52
18
,,
1922 36.591
15.144 102.362
–
28.031
50
9Apr.1921
37.163
23.102 102.621
59.138
34094
50
10Apr.1920
16860
24.020 143.553
33672
28083
43
251uli1914
7.259
6.395
47.934
6.446
2.228
44
1)
Sluitpost
activa.
‘)
Basis
8,
metaaldekking.
8)
Creditsaldo.
DE SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.
Data
___________________
Metaal
Circulalie Andere
opetschb.
schulden
Disconto’,
D
Ie.
reke-
n ngen
25Febr.1922….
1.474
2.123
763
1.092 1.112
18
,,
1922….
1.474
2.063
908
1.091
1.104
11
,,
1922….
1.474
2.157 888
1.097
1.097
4
,,
1922
…
1.474
2.206
612
1.095
1.097
28Jan. 1922….
1.476
2.016
800
1.097
1.043
21
,,
1922….
1.476
2.069
848
1.099
1.053
26 Febr. 1921, …
1.133 2.221
804
2.025 320
28Febr.1920….
1.050 1.639
968
1.749
278
25Juli 1914….
645
1.100
560 735
396
t)
Sluitpost der activa.
BUITENLANDSCHE BANKSTATEN.
BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten, onder bijvoeging der Currency Notes,
—
in duizenden pond sterling.
Data
Metaal
Ctrculatte
Currenci, Notes.
Bedrag
1
Goudd.
Gort. Sec.
12 April1922
128.863
122.439
***
*•*
5
.,
1922
128.879 122.897
302.977
28.450
265.692
29 Mrt. 1922
128.771
122.719
300.351
28.500
261.479
22
,,
1922
128.780 121.704
299.798 28.500
260.254
15
,,
1922
128.775 121.758
300.339 28.500
260.804 8
,,
1922
128.764 122.234
300.413 28.500 260.579
13 April1921
128.348
128.537
341.862 28.500 309.433
14 April 1920
112.450 106.018
340.029
28.500 330.789
22 Juli
1914
40.164 29.317
–
–
–
Data
Gort.
Sec. Other Sec.
PublIc
Depo,.
Other
1
Depos.
Re.
1
erve
Dek-
flg5;)
12 Apr. ’22
57.139 77.674
17.431
124.572
24.874
17,51
5
,,
’22
29
’22
59.399
80.378
24.163
122.365
24.432
16,67
Mrt.
46.319
97.931
30.037
120.504
24.502
16,27
22
,,
’22
48.465
86.397 21.860
120.330
25.525
17,95
15
,,
’22
47.134 80.133
18936
115.613
25.487
18,98
8
,,
’22
50.549
80.919
15.169 123.097
24.980
18,06
13Apr.’21
32.210
99693
18.316 114.124
18261
13,80
14Apr.’20
55.119
79.891
19315
112.889
24.881
17,50
22Juli’14
11.005
33.633
13.735
42.185 29.297
521
1)
Verhouding tusechen Reserve en Deposits.
DUITSCHE RIJKSBANK.
Voornaamste posten, onder bijvoeging der Darlehens-
kassenscheine, in duizenden Mark.
Data
________________
Metaal Daarvan
Kasac:-
Clycu-
parc.
7 April’22
1.019.017
999.876
4.979.747131.837.249
5
31 Mrt. ’22
1.016.163
996.877
6.272.763
130.671.352
6
23
’22
1.015.869
996.877
4.741.935
122.903.538
4
15
’22
1.014.085
996.378
4.878.666
122.120.371
5
7
’22
1.013.508
996.379
5.156.001121.930.166
5
23 Febr. ’22
1.011.978
996.388
4.633.744
120.026.387
5
7April’21
1.100.163
1.091.602
22941.114
69.235.201
35
7 April’20
1.137.125
1.091.458 14.051.507
45.617.063
34
23 Juli
’14
1.691.398 1.356.857
65.479
1.890.895
93
1)
Dekking der circulatie door metaal en
Kaseenecheine.
Data
Wissels
Rek. Cr1.
11
Dorlehenskassenscheine
Totaal
In kas bij de
uitgegeven
Rat dtsbank
7 April 1922
144.857.004
25842.705
13.815.700
4.958.600
31 Mrt. 1922
148.682.924
33.358.332
15063.700
6.242.900
23
1922
133.551.718
24.145.398
12.712.900
4.620.600
15
1922
140.866.650
30.665.855
12.866.100
4.758.800
7
1922
132.883.392
22.333.824
13.227.100
5.039.400
28 Febr. 1922
136.108.744
26.526.072
12.616.600
4.519.200
7 April1921
57.159.128
17.449.975
33.003.800
22.882.100
7 April1920
45.111.362
17.117796
28.336.100
14.264.400
23 Juli
1914
750.892
943.964
–
–
19 April 1922
ECONOMISCH-STATISTISCHE
BERICHTEN
369
BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in duizenden 1 ranca.
Dato
Goud
Waarvan
in het
Buitenland
Zilver
Te goe
t d
in he Buitenland
Buit.gew.
000rsch.
a/d. Staal
13Âpr.’22
5.526.225
1.948.367
282.154 629.984
22.200.000
6
’22
,,
5.526.225
1.948.367
282154
680.367
22.200.000
29Mrt.’22
5.526.055
1.948.367
281.921
631.561
21.500.000
23
,,
’22
5.525.850
1.948.367
281.749 632.619
21.500.000
14Apr.’21
5.505.145
1.948.367
270.301
644.404
26.250.000
15Apr.’20
5.585.730
1.978.270
242.190
643.131
25.300.000
23Juli
’14
4.104.390
–
639.620
–
–
FVtssda
Uitge.
stelde
Wissels
Belee.
ning
1
Bankbil.
Jetten
Rek.
Cr1.
Parti.
1
c ulieren
1
Rek.
Cr1.
Staat
2.655.125
45.631
2.402.913
36.153385
1
2.091.372
19.742
2.655.125
45631
2.402.913
36.153.38512.091.372
19.742
‘
2.914.198
47.571
2.298.605 35.528.005 2.209.747
26.298
2.815.403
48082
2.334.120
35.281.790 2.310.514
56.168
2.795.672
192.034
2.196.082
38528.892
2.940.631
38.610
1
2.222.500
569.650
1.808.080
37.432.290 3.424.970
2
71.530
1.541.980,
–
769.400
5.911.910
942.570
400.590
BANQUE NATIONALE DE BELGIQUE.
Voornaamste posten in duizenden franes.
1
Data
1
1
1
Metaal
mcl.
buitenl.
saldi
Beleen.
1
von
1
buitenl.
1
vorder.
1
van
prom. a’.
provtnc.
1
Binn.
1
wissel,
en
1
bdeen.
Circu.
Zatte
Rek.
Cr1,
partic.
13 Apr.’221326327
84.6531480.000
616244
6.320.677
209.976
6
,,
’22
326.642
84.653
480.000 631.312
6.320.968
267.265
30 Mrt. ’22
326.224 84.653 480.000 667.350
6.312 943
309.742
23
,,
’22
326.026 84.653
480.000 656.089 6.243.764
337.692
14Apr.’21
331.148
84.653
480.000 823 295
6.094.001
469.802
15Apr.’20
359.09584.915
480.000
776.56715.028.505
1.275.680
VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS.
Voornaamste posten in duizenden dollars.
Goudvoorraad
1
1
rj.
1
Zilver
1
Notes in
Data
Totaal
1 Dekking 1 In het
1
tc.
circu.
bedrag
t F. R. Notes 1 buiten!.
1
i
Zatte
29 Mrt. ’22
2.975.355
2.155.604
–
‘128.0242.181.843
22
’22 2.976.703 2.140.942
–
127.907
2.183.374
125.37512.188.590
’22
15
2.976.022
2.170.559
–
8
’22
2.965.873 2.093.756
–
128.087
2.197.434
25 Mrt. ’21
2.210.765
1.408.892
–
211.2122.930.729
26 Mrt. ‘201
1.934.755
1.304.605
112.781
122.4003.048.039
Data
Wissels
Totaal
Deposito’,
Gestort
Kapitaal
iZI
Dek’
klngs.
pe,c.’)i
Percent.
Goud.
dekking
circul.
5)
29 Mrt. ’22
738.643
1.805.136
103.993
77,8
22
’22
702.952
1.774.583
103.961
78,4
***
15
’22
,,
679.041
1.913.463 103.948
75.6
***
.8
’22
732.972
1.780.055
103.802
77,8′
112,4
25 Mrt. ’21
2.409.704
1.840.887.
101.113
50,8
60,7
26 Mrt.
1
20
2.901.109 2,541.692
1
91.059
42,7
47,1
i) Verhouding tusachen, den totalen goudvoorraad. zilver etc.. en de
opeiachbare schulden: F. R. Notes en netto deposito’s.
5)
Na aftrek
van 35 pCt. der totale dekkingsmiddelen als dekking voor de netto
depositoe.
PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET
FED. RES. STELSEL. Voornaamste posten in duizenden do11ar.
Data
Aantal
1
Totaal
1
1
uitgezette
Reserve
bij
de
Totaal
Waarvan
time
banken
1
gelden en
t
F. R. bank,
deposito’s
deposits
beleggingen
22Mrt. ’22
805 10.892.672 1.256.746 13.694 699
3.132.921
15
’22
,,
805
10.909.042 1.423.369 13.953.224 3.113.981
8
’22
,,
806
10.896.225 1,303.763
13.717.410
3.104.900
1
,,
’22
807
10.917.535 1.314.440 13.712.394
‘3.084.152
18 Mrt.
1
21
824
12.654.481
1.252.032 13.649.792
2.926.448
19 Mrt.
1
20
809
15.363.777
1.387.080 14.311.500
2.574.140
Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overzicht
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten.
EFFECTENBEURZEN.
‘ Amsterdam, 13 April 1922.
Al moge dan de eerste week van de conferentie van
Genua nog geen duidelijk aanwijsbare resulLaten hebben
opgelevend, ;toch is er zonder eenigen twijfel een sfeer
merkbaar geworden, die bij eenigen ‘goeden wil tot prac’
tisohe overeenkomsten tussohen de in ItaIië ‘vertegenwoor-
cflgde volkeren kan leiden. Het was te rverwachten, dat
een samenkomst van zoo heterogene elementen in den aan-
vang .tot botsingen zou leiden en men had zich zelfs in
sommige kringen reeds vertrouwd gemaakt met de ge-
d’achte, dat die botsingen zoodanige proporties zouden aan-
nemen, .dat reeds dadelijk van een mislukking gesproken
zou kunnen worden. Hiervan nu is tot op dit oogenblik
niets gebleken; integendeel valt bij alle deelnemers op te
merken de ernstige wil om de lijnen uit te stippelen, waar-
langs de politiek van Europa ‘kan worden geleid en waar-
door dit wereicideel uit de impasse van ‘het oogeablik kan
worden geholpen. Of deze wil tot het beogde succes zal
‘voeren, valt natuurlijk af te rwacliten; een feit is het ech-
ter, dat het bestaan ‘van het streven reeds een zeer gun-
stige werking heeft uitgeoefend op de tendens van de
in’ternntionale eïfectenbeu•ren.
Ook op die van N e w Yo r k, al nemen de Vereenigde
Staten dan ook officieel geen deel aan de conferentie. Meer
en meer wordt het den Amerikaanschen zakenlieden en
ook den Regeer.ingspersouen duidelijk, dat ‘het lot van de
Unie
toch
meer saamgeweven is met dat van Europa, ‘dan
men oorspronkelijk ‘heeft gedacht en al keurt men thans de houding ‘van President Harding met betrekking tot de
conferentie van Genua nog goed, men is er toch van over-
tuigd, dat men ten slotte met het oude werelddeel tot
samenwerking, tot overleg zal moeten komen. Door de al.ge-
meene crisis .is de buitenlandsche handel van de Ver.
eenigde Staten zoodanig teruggeloopen, dat de handijls-
balans op de basis van de laatste tijden met een bedra,g van
2 mjilliard dollar per jaar is’ verminderd. Zelfs een finan-
cieel soo krachtig land als Amerika moet een dergelijke
reactie betrekkelijk spoedig gaan gevoelen en ware het niet,
dat de Unie nog groote uitstaande vorderingen op het
buitenland had, dan zou dit ook reeds thans het geval zijn
geweest. Het is dan ook teekenen.d, dat de Regeerin.gspoli-
tiek in economisch opzicht reeds aansluiting aan andere landen zoekt, al is dit nog niet het geval voor cle landen van Europa. Zoo is ‘de gouduitivoer naar Japan, Mexico
en eenige andere landen, die tot dusverre, sooal niet wet-
telijk, dan toch semi-officieel verhinderd was, voor het ver-volg weer toegestaan. Naast betere buitenlancische verhou-
dingen geeft deze handelwijze tevens het voordeel, dat de inflatie-zucht van sommige banken een rem wordt aange-
.lqgd. Doch ook in andere opzichten gelooft men, dat de
Regeering binnen afzienbaren tijd van haar exclusivisme
terug zal komen, speciaal wat de Europeesche politiek be-
treft. En hiermede is de verklaring gegeven, waarom men
in ‘de Unie met buitengewone belangsteUing het verloop
der Genueesdhe conferentie volgt.
Ook uit andere bronnen heeft de markt te Wallstreet
edhter optimisme kunnen putten. Voor het eerst sinds een
reeks rvan maanden heeft de staat ‘van onuit,gevoerde orders
der Steeltrust een flinke verbetering kunnen aantoonen.
Tegelijkertijd ‘heeft de heer Gary, Voorzitter van den Raad
van Commissarissen dier Trust, verklaard, .dat hij ook in andere bedrijven een opleving meende te kunnen consta-
teeren. Het publiek heeft dén en ander aangegrepen, om de
reeds eenigen tijd bestaande hausse aan ‘de beurs nog ver-
der voort te zetten en heeft zijn aandacht speciaal geves-
tigd op staal- en op petroleumwaarden. In het bijzonder
waren laatstgenoemde soorten sterk gevraagd, ondanks de
verlaging van den prijs van het ruwe product. Doch hier-
aan kunnen andere oorzaken dan alleen vraag van het
publiek ten grondslag liggen, h.v. het ingrijpen van be-
langiliebbende insiders.
Ook te L o n d e n heeft de zeer vaste stemming ‘ioh kunnen handhaven. J.l. Donderdag is het ‘disconto der
Bank of England verlaagd tot
4
pOt., d.wz. tot het peil
‘van 30 Juli 1914, v&r het uitbreken van den oorlog. Wel
was deze verlaging reeds langen tijd verwacht, zelfs had het
verwondering gewekt, dat niet eerder hiertoe was overge-gaan, doch het feit zelf heeft toch ide markt gunstig kun-
aan beïnvloeden. Overigens deden zich ter beurze van
Londen de naderende feestdagen sterk gevoelen. In het
‘vooruitzicht op de vacantiedagen beperkte men zijn enga-
gementen en dientengevolge heeft de markt eerder een stil
aanzien gehad. De stemming is echter zeer vast gebleven.
Te P a r ijs is een opmerkelijke wijziging in de alge-
meene tendens op te merken geweest. In de eerste dagen
370
ECÖNOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
19
April
1922
van de benieht,speriode, toen de heer, Bartlhou ter confe-
rentie van Genua scherp omljnid zijn politiek naar voren
bracht en hetden sdhijn d,-alsof deze politiek het richt-
sober voor de bspiekingen zou worden, was de beurs vast
gestemd. Later,
echter, toèn bleek, dat de ojverlige gedele-
geerden hun invloed aanwendden, om een meer oonciliante
houding in de ondeilhanidelingen te brengen, Iceerde cle ten-
dens eenigazins. Flauw werd de markt wel niet, doch de
algemeene belangstelling daalde, hetgeen gepaard ging
niet een geringe reactie in de toonaangevende soorten. De
veertiendaagache liquidatie ‘heeft met ide hieruitvoort-
vloeiende verkoopen natuurlijk ook wel’ eenigen invloed in
een dalende richting uitgeoefend, doch hoofdizaahk was toch
de gedachte’ omtrent het verder verloop der conferentie,
waarop men niet volkomen gerust is, aildhans wat de spe-ciaal Fransche belangen betreft.
De beurs te B e r 1 ij n is weder opgewekt geweest. De
iets betere. vooruitzichten van de conferentie,, de hoogere
koers van den dollar, cle zeer optimistische mededeelingen
omtrent de vooruitzichten van de verfstoffenindiustrie, enz.
hebben opnieuw een haussestemming ‘te voorschijn geroepen,
die zich o.a. manifesteert in een veilhicogiag van het index-
cijfer van 266 ‘tot 269. Speciaal’ de publicatie, dat de verf-
stof-fabrieken tot aanmerkelijke veiihooging van hun divii-denden zullen overgaan, heeft heel’ wat n’ieuwe koopers in de markt gebracht.
Te o n z e n t was het koersverloop oiver het algemnin zeer
opgewekt te ‘noemen. Uoewel de emissie van de Tschedho-
Slowakyscihe Republiek als mislukt kan worden beschouwd,
had de beleggingsmarkt als zocdanig hiervan geen enkelen
invloed te ondergaan. Deze emissie moet dan ook meer
worden beschouwd als een proef, om te constateeren, hoe
ons publiek tegenover buriten
,
lanjdsdhe uigiften van een der-
gelijk gehalte staat, dan als een reëele poging om ten be-
hoeve dr betrokken landen aan nieuw geld te komen. Nu
‘de proef niet is geslaagd, zal onze beloggingsmarkt voor-
loqpig wel tot andere objecten ‘bepeekt bliven. En voor die
‘andere objecten bestaat nog steeds roote belangstelling.
Onze inheemsche staatsfondsen toonen bijna ononderbroken
koersverbeteringen aan, terwijl ook ‘buitenlandsdhe soorten,
als Mexico, zich in goede belangstelling mogen verheugen.
Speciaal viel de grocte vraag voor Russen op, welke uit
de markt werden genomen in verband met de goede opvat-
tingen ositrent den afloop der Genueesche conferentie.
10Apr. 12 Apr. 13 Apr.
R
ij
zin
g
5
0
1 Ned. W. Sch.
1918 89
88
1
1
4
881
-1
1
8
4
1
1
2
0/o
,,,,,,
1916 87
861
87
1
1
+
114
4
0
/0 ,,
,,
,,
1916 781/
788/s
78
1
1
–
1
1
8
311t
°Io
,,,,,,
,
10
1
/
2
70
1
1
8
70814 – 21
3
0/
,,,,,,
……
611
6I1
611
8
211,
0/
Cert. N. W. S. …… 5l’/
511
511
+ ‘/
5
0
/o Oost-Indië 1915 …. 921
93
92214
–
1
18
6
oi
,,
1919 . . .
96
1
1
96
1
1
961
–
1
1
6
4
01
Oostenr. Kronenrente –
–
–
5
0
1 Rusland 1906 ……9’/
s
91
11
+
114
4
0
10
Rusl. bij Hope & Co
9
18
1
1
6 10112 +
11
116
411,
0/
China Goud 1898
7411
741116 7411
4′
0/
Japan 1899 ……..64’/,
–
–
4 o/o Argentinië Buiteni
–
–
–
5
°/o Brazilië 1895 …… 61
1
1,
&
61
1
1
621
8
+ l/
7
°’/o
Staatsspoor ……..104/
104/
1041
4
+
81
7
0!
Amsterdam …. … ..103’/
103
1
1
104
+ 12
Op de
aandeelenmarkt was
van de nadering der Paasdh-
vacantie niet veel te bemerken. Vele uideelingen gaven
blijk van groote levendigheid, waarbij de
Petroleumonarkt
weder in de eerste’ linie stond. Op enkele çlageoi scheen
het, alsof cle activiteit begon te verminderen, doch dan
gaf den volgenden dag ‘de slotkoers van New York ,weder
een nieuwen stimulans. Men tast vooralsnog in het duister
omtrent de metieven van deze voortgezette hausse; velen
‘Willen haar in verband ‘gchracht izien met de aadering
van een nieuwe aandeelen-emissie. Teekeneud is het wel,
dat aan onze markt voor
petroleurnwaarder& in het alge-
meen
geen al te grodte koplust bestaat. Ojidér den invloed
van het hoofdfonds gingen de overige soorten wél mede,
doch zoo,dra deze stimulans ook sleekts evn ophield, waren
de ïbijsoorten verlaten. Russische petreleuinsivward’eh moeten
hiervan uitgezonderd’ worden; deze waren gezocht in ver-
band met de stemming op de markt ‘voor Russisdhe staaite-
fondsen.
De overige markten hebben sterk onder den ‘indruk ge-
staan van de publicatie van het jaarverslag der Rotter-
damsche Bankvereenigi’ng. Niet alleen vielen de cijfers van
balans en winst- en verliesrekening sterk mede, vooral na
de geruchten, die hieromtrent eenigen tijd geleden hebben geoirculeerd, doch de optimistische stemming, lclie uit het
economisch overzicht (dat steeds als geleide
van
de jaar-
cijfers in het licht wordt gezonden) spreekt, heeft een nog
krachtiger invloed gehad, te meer, omdat d’e prognoses van
deze zijde, in vorige jaren gepubliceerd, meestal volkomen
door de werkelijkheid zijn bewaarheid. IlIn al hebben de
aandeelen der Rebaver van ideze gunistdge stemming niet
zoo sterk kunnen profiteeren, omdat reeds te voren de
goede momenten in den koers waren verdiseonteei,d, op
de geheele markt in ‘liet algemeen en
op
de /bank-aandeelen-
markt in liet bijzonder, was ide gewijzigde tendens goed op
te merken. Meer en meer beschouwt men ide moeilijkheden,
waarin thans verschillende firma’s komen, als de liquidatie
van een achter ons liggend tijdperk en niet als syp’tomen
van een nieuwen crisistijd. Het jaaiiversliag der Twentscke
Bank, te laat verschenen om nog inîvioed te oefenen op de
achter ons liggende beriohtsperiode,
stek
bovendien nog-
maals de kracht van ons bankwezen in ‘het licht. Gp de
industrieele afdeeling hebben aanideelen Jurgena
kunnen profiteeren van geruchten omtrent een beteren
gang van zaken in het bedrijf en op het vooruitzicht van
het thans verschenen jaarverslag. Dit laatste is gepublii-
ceerd naJdatt de beursweek was geëindigd; af te wachten
valt derhalve welleen invloed de aanideelen verder hier-
van ‘zullen ondergaan. Aandeelen van Berkel’s Patent
waren even opgefleurd ria het acoountantsrapp,ort, doch
reageerden ‘weder spoedig.
lOApr. 12Apr. 13 Apr.
Rijzing of
Amsterdamsche Bank
137
142
1
1
2
143
1
1
2
+ 6’/2.
Koloniale Bank ……….122/
4
122
1
1
2
124112 +
1/
4
Ned.Handel-Mij.cert.v.aand 127/
4
I291
4
132
+ 41/4
Rotterd. Bankvereeniging
103
103
104’/
2
+
1
1
1
2
Amst. Superfosfaatfabriek
38
35
34
– 4
Van Berkel’s Patent ……47’/,
46
45
– 2’/2
Insulinde Oliefabriek……..
‘ 4
411
+
151
Jurgens’ Ver. Fabr. pr. aand R77112
77814
78
1
1
+
61
Hollandia Melkproducten – 145
1
1
150
150
+ 4814
Philips’ Gloeilampenfabriek 239
1
12 248
1
1
4
249114 + 981t
R. S. Stokvi, & Zonen
–
–
–
Vereenigde Blikfabrieken
64
65
67
1
1,
+
3’/2
Compania Mercantil Argent r56
56
1
1
56
1
1
3
+
1
1
2
Cultuur-Mij. d. Vorstenland 1501
155
1
1
2
156
1
1
2
+ 5
5
1
8
Handelsver. Amsterdam. .. 359
3651
12
3661 +7
7
1,
Roll. Transatl. Handelsver. –
–
–
Linde Teves & Stokvis .. -. 76
76
77
+ 1
VanNierop&Co’sllandel-Mij.
C-
–
–
Tels & Co.’s Handel-Mij..
..
–
.
21
1
1
2
21
1
1
21 –
112
Gecons. Roll. Petroleum-Mij. 146
1
12
1511
4
1501
2
+ 4
Kon. Petroleum-Mij . ……
479
496
8
1, 499 + 20
Orion Petroleum-Mij.
Afgest. Aand. 311
4
32
1
1
32
+
11
Steaua Romans. Petroleum
Mij.’.. Afgest. Aand. 40
1
1
4
411
44814 +
4
‘/8 Amsterdam-Rubber-Mij.
..
88
871
86
1
1
9
–
1112
Nederl.-Rubber-Mij.. ……
46’/
9
45814
4581
4
8/
Oost-Java-Rubber-Mij. .. .. 141
14311
4
141
1
1
8
+ 118
Deli-Batavia…………..284
300
306
+ 22
Deli-Maatschappij ……..240
252
261
+ 21
Senembab-Maatschappij…. 364
1
1
2
366
384
+
191/2
De
suikermarkt
heeft een krachtige opleving te aan-
schouwen gegeven, hoewel de omzetten toch nog vrij be-perkt bleven. Hetzelfde is het geval geweest voor
tabaks-
waarden;
de voordeelige ‘differenties waren hier, zooals
steeds, groot, omdat vrijwel geen materiaal laan de markt is.
Rubberwaarden
bleven verlaten en eerder aan den fla’u-
ven kant.
Scheepvaart fondsen
eveneens zonder belangstelling en
met geringe fluetuaties.
10 Apr. 12Apr. 13
daling
Holland-Amerika-Lijn
151’1″
151112
153112
+
2
11
,,
,,gem.eig 134
1
1
4
135
1
1
136
‘
–
f
–
l’/
ffolland-Gulf-Stoomv.-Mij
–
–
–
Hollandsche Stoomboot-Mij
42
1
1
42
1
1
41
– 111
4
Java-China-Japan-Lijn
98’/, 98
98
– 11
,
Kon. Hollandsche Lloyd. – – 211
8
21
2114 _’/
Kon. Ned. Stoomb.-Mij……72!
7211
6711
2 —5
1
1
Koninkl.-Paketvaart Mij
93
93
93
Maatschappij Zeevaart .. . – –
68
1
1
4
681 + 114
Nederl. Scheepvaart-Unie.., 104
1
1
102
1
1
105
+
8/
Nievelt Goudriaan ……..126
133
136
+ 10
Rotterdamsche Lloyd …… 1348/
4
13111
4
1321 –
1718
Stoomv.-Mij.,,Hillegersberg” 61
1
1
2
61
1
1
2
61
1
1
2
,,Nederland”
158
156
8
1
4
158111
+ 114
,,Noordzee” –
2711
4
2711
4
2711
4
,,Oostzee
..
…..63
66
67
+ 4
De
Amerikaansche markt was
stil, doch met een goeden
119 April 1922
ECÖNÖMISCII-STATIS’hSCHE BERICHTEN
371
II
onidertaon in aansluiting aaii
Nev
York.
10Apr. 12Apr. 13 Apr.
Rij
g.
American Car
&
Foundry
166
1
1
1671
1
1671
+
15
1,
6
Anacotda Copper
……..
lO91/il
I1I/
110
1
1
+ 171,6
Un. States Steel Corp…..
105 102
1
1,
–
2
Atehison Topeka …..
…..
105
1
1
105
1
1
Southern Pacific……….
95
95 96
4
±
11/4
Union Pacif ie …………
145/
8
1461
1461
4
+
1/
5
Int. Merc. Marine orig. Corn
19
20
1
1
20
1
1
+
1
1
1
8
prefs
80
1
1
83
83
+
21
8
De
gcldmarkt
heeft geen
aanleiding
tot
bijzondere
op-
merkingen gegeven;
prolongatie
ongeveer 4 pCt.
GOEDERENHANDEL.
GRANEN.
19 Apnil 1922.
De graanimarkt was gedurende de Paaschweek levendiger
dan in andere jaren veelal het geval is. Tarwe vertoonde in het begin der week dezelfde onzekerheid, waarvan in
ons ‘vlorig bericht sprake was, doch geleidelijk rverbeterde
de stemming wegens het soortduren der vraag op ‘het
Europeesche vasteland, vooral naar Australische en Argen-
tijnsdhe tarwe, waarvan een aantal stoomende ladingen
plaatsing vonden. Enkele daarvan werden naar Frankrijk
‘verkocht, doch het schijnt, dat hierin niet het begin mag
worden gesien van een oimwangrijken Franschen tairwe-
import gedurende de rest van het idopende seizoen. De
eigen vioorraden worden daar ng steeds als voldoende
besahonw1d tot den nieuwen oogst, mits nu en dan eenige
invoer plaats heeft vnu speciale soorten ter verkri$ging
van de ‘verlangde bloemk’waliteit. De oinivang van dien invoer zal overigens wel worden beïnvloed door de ont-
wilckeling van den nieuwen oogst, diie den laatsten tijd
nadeel ouderwiin’dt van het voortdurend konde weder. Dit
betreft zooiwel de te ‘velde staande wintertarwe en -rogge als den voorjaarsuitsaiaii. Evenals in Frankrijk klaagt men
in alle West-Europeesche landen otver den invloed ‘van
het gure weder op den stand van het wintergraan. In
Duitsahiand dulden de officieele maandcijfers voor April
op een Vrij belaagrjken adhiteruitgang tegenover December.
Eeniige weken beter weder kunnen echter overal nog veel
verbetering brengen en de enkele ‘warme dagen aan het
einde der vorige week hebben ten minste bewezen, dat de
lente niet voorgoed uit de reeks onzer jaargetijden is ver-
dwenen.
In Engeland was de vraag naar tarwe ook deze week
weder matig en de afzet van bloem blijft hij voortduring
sledht.. Eenige opleving in den tariveoanzet naar Engelsche
ha’venis viel nu en dan waar te nemen, waarbij de belang-
stelling zich weder bij ‘voorkeur richtte op Manitoba’s, doch
van groeten cmidernemingslust is geen sprake. Slechts
Duitschiand kocht nu en dan flinke hoeveelheden tarwe,
zoowel als rogge van den nieuwen Noord-Amerikaanschen
oogst op Augustus-nflaiding. Als koopster treedt daarbij
uitsluitend de regeering op, diie ook spoedige Noord-Ame-
rikaansohe zegge kocht. In deze laatste zaken ontwikkelde
zich naar Duitsche havens borvendien een beveniclige parti-
culiere handel, die echter vooral gebaseerd is op o’verlaiding
naar verschillende Oostzee-havens, speciaal naar Rusland.
Qok voor directe verinding naar Russisdhe haivens werd
Noord-Amerikaansehe rogge gekocht.
De tarwemarkt in Noord-Amerika was in het begin der week stil met eenige prijsdaling, tea gevolge van de gun-
stige oogstberichten en teleurstellende exportivraag, doch
op Donderdag en Zaterdag vond eene sterke prijsstijging
te Chicago plaats, die voor den Mei-termijn niet minder
dan 12¼ doUarcent per 60 lbs., voor den Juli-termijn 4%
cent bedroeg. Het vermoeden van pogingen tot een Mei-
conner ligt voor de hand, ‘doch op Maandag en gisteren
ging van de genoemde prijsstijgingen ‘voor den Mei-termijn
weder 3% cent, voor den Juli-termijn 2% cent verloren.
Deze heftige schommelingen gedurende de feestdagen waren
voor de impertlanden eene verrassing, waarop gisteren niet
met het betalen ‘der hoogere vraagprjzen is gereageerd.
Ook de Argentijiische markten volgden Ohiicago slechts ten
deele en tegenover eene week ‘tevoren zijn de prijzen daar
slechts 10
1
20 centavos per 100 Kgr. hooger.
De Vrije handel in ‘buitenlanidsch ‘tarwemeel is in Duiitseh-
land onlangs hersteld.
Mais ‘volgde te Chicago op het einde der week eenigszins
de beweging van tarwe, nadat aanvankelijk de prijs zeer
weinig fluctuaties had vertoond. Door prijsdaling op 17
en 18 April kwam de prijs echter weder op het niveau van
eene week te voren. Ongunstig weder voor den uitzaai en
eene vaste markt voor varkens hadden de ‘vaste stemming
in de hand gewerkt, doch de zichtbare voorraad, hoewel
deze de laatste weken eeni,ge vermindering ondervindt, is
nog steeds zeer groot en de kooplust in importlauden is
slechts bevredigend in Duitscjhland en nu en dan in Ne-
derland. De Engelsche vraag blijft teleurstellend Ôndanks
het koude weder. Ook voor oude La Platamafs was de
vraag daar klein, evenals voor ladingen van den nieuwen
oogst, waarin geen enkele transactie plaats vond na den
‘verkoop naar Nederland, die in ons vorige bericht vermel-
ding vond. In parcels La Plata-mals ‘van den nieuwen oogst
was de omzet in Engeland nu en daai vrij omvangrijk. In
België, waarheen flinke hoeveelheden La Plata.maïs ônder-
weg zijn, stagneerde de vraag éeni1gszins, doch nog steeds
worden daar voor epoedi:ge partijen biooge premies betaald.
Nederland deed geene Verdere inkoopeu en Duitnohland ont
houdt zich nog steeds van het koopen van La Platamais.
Het weder in Argentinië is de laatste dagen gunstig voor
den maïsoogst, doch de onlangs gevallen regen schijnt ten
gevolge te zullen hebben, dat algezneenê aanvoeren van voldoende droge mais eenigszins worden vertraagd. Het
uitvoer.overschot wordt op 234 á 3 millioen ton geschat. De
Noteeringen.
Locoprjzen te
Rotterdam/Amsterdam.
Chicago
Buenos
Agre,
Soorien
3 April
10 April
1
18 April
Data
Lijnzaad
1922 1922
t
1921
1
Tarwe
MaT3
Haver
Tarwa
t
MaTe
1
Tarwe
…………..
1
)
Rogge (No. 2 Western)
1)
Maïs (La Plata)
……
1
)
15,75
13,75
239,-
15,25
13,50
240,-
19,-
21,25
270,-
Mei.
Mei Mei
Mei
J
Mei
Mei
15Apr.’22’ 143
61
1
I
113,80
8,45
121,30
8
,,
2
2
1
132
1
1
59
1
18
37
113.65
8,30
1
20,70
Gerst
(48
ib.
malting)
$)
222,- 224,-
270,-
15 Apr.’211 1221
4
56 37
115,75
8,25
113.60
Haver (38lb. white
cl.). .1)
10,80
IOSO
16,-
15 Apr:20I 280
169’/
961/
4
1
20.90
10,30
1
27,55
Lijnkoeken (Noord-Amen-
l5Apr.’lOI 250
1581
8
68/
4
1
10,80
5,40
119,60
ka van La Plata-zaad)
1
)
16,85 16,85
16,50
20
Juli’141
82
56I
36118
1
9,40
5,38
113,70
Lijnzaad (La Plata)..
)
455,-
455,-
285,-
‘Yp. 100
K.G.
‘) p.
2000
K.G.
8)
per
1960
K.G.
*)
Nr. 2
Hard/Red Winter Wheat.
AANVOEREN in tons
van
1000
K.G.
Rotterdam
Am,ierdam
Toiaal
Artikelen.
10115
April
,
1
Sedert
Overeenk.
1
10115
April
Sedert
Ooereenk.
1922
1921
1922
lJan. 1922
iiJdvak 1921
1922
1Jan. 1922
iiJdvak 1921
Tarwe
……………
31.982
209.073
267.344
–
12.445
7.111
221.518
274.455
Rogge …………….
9.203
32.109
–
–
.
–
9.203 32.109
–
7.949
1.254
–
–
500
7.949
1.754
23.842 324.993 272.184
–
53253 28233
378.246
300.417
2.665
33.143 79.975
446 2.505 2.818 35.648 82.793
…
..2.691
..
24.002
1.938
–
50 430
24.052 2.368
Boekweit
………….
Mais
……………….
Lijnzaad…………..
4.022
41.914
49.387 520 36.923
37.374 18.837
86.761
Gerst
………………
Haver ……………..865
Lijnkoek …………..
2.061
53.365
51.223
290
1.047
8.875 54.412
140.098
. .
2.144
15.693
6.472
–
2.897
1.070
18.590
7.542
Tarwerneel
………….
Andere meelsoorten
424
3.987
10.814
250
1.710
1.089
5.697
11.903
372
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
19 April 1922
den’ oogst van dit jaar.
‘hetzelfde tijdLip, .trwijl
maïsmarkt in Argentinië was vast mat prijsstijging
.
en van
5
10 eentavos per 100 Kgr.
In gerst en haver is de handel nog steeds van weinig
beteekenis. Gerst wordt den laatsten tijd weder van Noord-
Afrika aangeboden, doch tot zaken van eenige beteekenis is het nog niet gekomen.
Ook lijnsaad bleef aan de Argentijnsehe markten op de
verhoogde prijzen standhonden, waartoe inkoopen voor
Noord-Amerikaansche rekening bijdroegen. In Engeland
leidde hernieuwde Noord-Amerikaansehe vraag naar olie
tot boogere lijnzaadprijzen, hoewel de omzet klein bleef.
Nederland trad geregeld als kooper op van stoomende
partijen.
N e de r 1 ‘and. Tarwezaken blijven van matigen om-
vang en de kooplust bepaalt zich tot stoomende Argentijn-
sche soorten en Noord-Amerikaansche in spoedige posities.
Voor mais blijft door het koude weder de vraag zeer be-
vredigend, wat Noord-Amerikaansehe mais betreft. Aan-
komende partijen worden geregeld opgenomen. In La Plata-
en Donau-soorten is de handel echter stil, voornamelijk
wegens den zooveel hoogeren prijs.
Ook in gerst en haver gaat weinig om, ofschoon voor het
laatste artikel eene iets betere vraag bestaat en de uiterst
lage prijzen der vorige week zich eenigszins konden her-
stellen.
Lijnaad in’ spoedige posities wordt nog geregeld ge. kocht in verband met het koude weder, dat een bevre-
d.igenden afzet der koeken mogelijk maakt. Op aflading
komen echter geene zaken tot stand.
SUIKER.
NOTEE1UNGEN.
1
Londen
New York
1
White Jaca
Amer. Cia-
Amster-
96pCi.
Data
1
dam per
1
Tates
Job. per
nu!aiedc 1J
Ceniri
–
Mei
ICube, No.
/1
–
April. Mei fugala
1
Juni
Juli
Sh. Sh. Sh.
$
cts.
12Apr. ’22f
2391lil
531-
1813
’20/6
3,86 nom
5
,,
’22
23/
1
52/6
1913
20:3
4,11
12 Apr. ‘211,,
–
72/-
421-
39′-
6,02
12 Apr. ‘201
–
1
841-
80,6
90/-
11,54
4Juli
’14I,,11
1
1s2
l
181
– –
3,26
Door de ongunstige weersgesteldheid werden in Centraal-
en West-Europa de werkzaamheden voor den voorjaars-
u,itzaai verder tegengehouden en zullen de landbouwers door
deze vertraging in sommige districten tot een gedwongen aanplant van suikerbieten moeten besluiten.
Ouder deze omstandigheden zal volgene F. 0. Licht in
T s j e c ho-S lo
W
a k y e de met 1ieten te beplanten opper
–
vlakte niet zooveel kleiner zijn als oorspronkelijk aange-nomen en wordt dit verschil thans op 5 pCt. geraamd. In-
tusschen neemt in de Europeesche productielanden de vraag
naar suiker voor consumptiedoeleinden gestadig toe en
rekent men in Tsjecho-Slowakye, welk land in het vorig
jaar een groot gedeelte zijner productie uitgevoerd heeft,
slechts met een klein voor export beschikbaar kwantum.
De zichtbare voorraden bedroegen volgens F. 0. Licht op
1 Maart:
192
1921
1920
,tons
tons
tons
Duitsohiand 1 Maart
615.000
685.069
404.000
Tsjecho-Slowakye 1 Febr. . . 379.898
553.687
428.705
Frankrijk 1 Jan . ………. 176.815
261.727
142.593
Holland 1 Maart ……….136.149
148.094
72.467
België 1 Maart ………..97.289
151.016
72.097
Engeland 1 Maart ……..151.457
370.190
314.288
2.170.683 1.495.050
113.060
111.440
833.709
616.046
3.117.542 2.222.536
Over de suikermarkten valt over de afgeloopen week
geen nieuws te berichten.
De N e w Y
0
r k s c h e markt opende in een kalme stem-
ening met iets lagere prijzen, waartoe spoedig koopers in
de markt kwamen. Er hadden dan eenige transacties plaats
in Cttba.suiker tot d.c. 2% e. & 1. New York, terwijl Amen-
can Granulated tot d.c. 2016 c.i.f. Engelsche havens ver-
kocht werd.
De noteerin.g van Spot Centnifugals bleef nominaal, ter-
wijl op (Ie termijnmarkt het laatst genoteerd werd de. 2,55
voor 1lei, d.c. 2,75 voor Juli, d.c. 2,02 voor September en
d.c. 2,98 voor December.
Op C u b a komen bij eene gunstige weersgesteldheid de
aanvoeren in de havenplaatsen in ruime mate binnen
•
en
overtreffen de ontvangsten uit reeds die van het vorig jaar op
minder fabrieken werkzaam zijn.
De laatste statistiek luidt:
1922
1921
1920
tons
bas
tons
WedkonAvangst t. 8 April . 180.068
170.480
143.490
Tot. ontv. 1 Dec.-8 April – 1.804.226 1.725.891 2.168.700
Werkende fabrieken
185
196
182
Weekexport tot 8 April . . 137.412
95.206
112.623
Tot. exp. 1 Jan.-8 April – 952.505
873.774 1.524.953
Totale voorraad 8 April . . 979.842
898.456
646.913
Weekexport Oude oogst ..
36.098
Tot. voorraad Oude oogst – 128.574
Op J a v a hadden geen omzetten van beteekenis plaats
en deed zich geen kooplust van de zijde der consumptielan-
den voor. Overigens verkeerde de markt in eene prijahon-
dende stemming, evenals in Holland, alwaar aan het
einde der week
f
23% per Augustus genoteerd werd.
KATOEN.
Noteering voor Loco-Katoen.
(Middling Uplands).
115
Apr. ‘221
6Apr._’2211_Apr._22115_Apr.
‘21116
Apr.’20
New York voor
Middling
,.
‘)
c
18,05e
18,10e
12,30e
43,25e
New Orleans
voorMiddling
1)
c
16,63c
16,63c 11,25c
41,75e
Liverpool voor
Fy
Middling
1)
d
1
10,60d
1
10,84d
8,24d
28,66d
1)
Gesloten.
Ontvangsten in- en uitvoeren van Amerikaansche havens.
(In duizendtallen balen)
1
Aug. ’21
Ooereenkomstige perioden lot
”
15Apr. ’22
1920-21
1
1919-20
Ontvangsten Gulf-Havens..
1391 1171
2668
Atlant. Havens
pp
3605
3965 3795
Uitvoer naar Gr. Brittannië
1192 1294
2707
Vasteland,
}
3265
2585
2645
Voorraden
in duizendtallen
1
8Apr.
1
22
15Apr. ’21
16Apr.’20
Amerik. havens ……….
1039
1418
1192
Binnenland …………..
1125
1540
1121
.
125
41
New York
……………82
262
.
395
348
New Orleans ………….
Liverpool
……………
911
963
1134
KOFFIE.
(Mededeeling van de Makelaars G. Duuring & Zoon, Kolff
& Witkamp en Leonard Jacobson & Zonen).
Noteeringen en voorraden.
Data
Rio
Sanios
Wisselkoers
Voorraad
1
Prijs
No.7
Voorraad
Prijs
i
No.4
15 April 1922
2
)
1
1) 1)
1
8
1922
,,
1.803.000115.325
2.730.000119.000
7
17
121
1
*
1922
1.793.000
114.775
2.718.000
118.500
7191
32
15 Aril 1921
528.000
1
8.495
2.769.000
110.200
8
1
/
Ontvangsten.
Rio
Santos
Data
Afgeloopen
Sedert
Afge!oo
pen
Sedert
weej
1
1
Juli
I_Weej
1
1
Juli
15 April 1922….
21.000 3.314.000
92.000 6.918.000
15 April1921….
61.000 2.415.0001 175.000 1 8.766.000
‘) Feestdag.
COPRA.
De markt was, gedeeltelijk onder den invloed der feest-
dagen, deze week zeer kalm, ofschoon er dagelijks een en ander omging; de stemming was eer iets flauwer. De noteering op heden is voor:
Java f.m.s……..
f
29,-
N.-I
……..
28,75
Totaal in Europa 1.556.608
V. S. v. N.-Amer. 23 Mrt. .. 180.772
Caba, alle hav. 1 April …. 967.579
Totaal…. 2.713.959
19 Âpril 1922
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
373
Statistiek der firma G. Diiuring
&
Zoon.
Zichtbare voorraad op 1 April
1022,
in duizenden balen.
1922
1921 1020
1919
1918
Voorraad in Europa..
2.004
1.966
550
2.042
531
684
1.984
2.461 163
{
Brazilië
Stoomend
Oost-Indii
945
28
17
–
107
1
n. Europa
Ver. Staten
–
– –
–
–
2.977
2.533
2.573
2.775
2.624
Voorraad Ver. Staten
1.181
2.048
1.528 1.363
2.100
Stoomend lBrazhuië
402
717
681
601
414
naar
1 1
1
T
Joost-Indi.
Ver.Staten
4.560 5.298
4.782
4.739 5.138
Voorraad in Rio ….
1.794
2.749
513
2.832
310 3.059
713
6.314 735 6.178
Santos..
Bahia ..
37
44 23
33
80
Totaal
……
9.140 8.687
8.174
11.799
12.131
Op 1 Maart
……..
9.328 8.807 8.737
11.641
12.557
1921
1920
1919
1918
1917
Op
1
Juli
……….
8.700 6.750
10336
11.702
7.778
RUBER.
In de afgeloopefl week is een kleine reactie gevolgd op
de vastere stemming, welke er gedurende de daaraan voor-
afgaande week heeischte en de prijzen liepen iets terug.
Er kwamen langzamerhand meer verkoopers tegen makt-
waarde, doch over het algemeen blijft de omzet zeer beperkt.
De slotnoteeringen zijn:
einde voorafgaande week:
Prima Crepe April
……….
45’Is
C
………..
45113
C.
AprilIJuni
..
46
,…..
46
Juli/Sept.
….
47113
,
.
47
1
/2
Smoked Sheets April
……..
47
,
.
………. 45
ApriliJufli
•.
48
…………48
Juli/Sept
…..48
..
……….
48
18
April .1922.
VERKEERS WEZEN.
SCHEEPVAART.
GRAAN.
INKLARINGEN.
NIEUWE WATERWEG.
Masrt 1922
Maart 1921
herkomst
Aantal N
R. T.
aINRT
Landen van
schepen
schepen
.Binnenl. havens
45
369
34.013
315.481
33
276 13.883
168.872
Groot-Brittannië
63
95.369
77
72.137
Duitschland
41
87.959
37
61.523
Noorwegen
14
9.286
11
6.s84
Zweden
Denemarken..,
2 1.908
6
3.322
Finland
1
20
397
39.900
–
15
–
–
29.319
België
Frankrijk
73
74.249
103
86.294
Spanje
22
34.760
40
47.522
Portugal
1
12
250
25.308
2
15
835
36.385
Oosten r.-Uong.,
2 1.629
–
–
Griekenland
lusland-Zw. Zee
1
2
1.492 1.034
–
6
–
12.023
Italië …………
Roemenië, Buig
And. Midd. Zeeh
12
18.737
6
10.336
Senegal,Dikar
–
5
–
5.936
3
5
3.037
9.070
Over. Wk.Afrika
2
8.880
Oostku’t
Afrika
– –
Zuid-Afrika
6
24.153
–
–
Voor-Iiidië
8
32.480
–
4
–
14.705
Achter-Indië
Ned.
Oost-Indië
–
2
–
–
7.312
2
-,
6.322
And. Aziat.haV
9
41.675
9
36.837
Australië
Staten
Vereen.
2
37
7.986 140.165
–
46
–
196.927
3
6.484
Midden-Amerika
–
–
Ned West-Indië-
Ned. Antillen
1
2
3447
3.475
–
.
2
–
6.928
Brazilië
Argent.,Uruguay
7 19.648
17
53.120
Chili
……….1
2.778
5
17.121
South Georgië
1
2.040
–
Totaal ….
761
L032.867 725 908.766
Periode 1 Jan.-
31 Maart ….
2.007 2.735.316
2.101
2.746.676
t
Petra-
i
Odessa
Ati. Kust
Ver. Staten
San Lo,enzo
Data
grod
Londen
Rotte,-
dom
Rotte,-
Brt,ioI
Rotte’-
i
Enge-
Rdom
dam
Kanaal 1
dam
land
10-15 April1922′
– –
12e.I
413
1
2631
263
3-8
1922
1
– –
14 cl
i
411121
25:-
251-
,,
11-16 April19211
– –
6,6
66
11j6
41/_I
411-
1126′
12-17 Aprill92OI
–
1
Juli
1914
11
d.
–
1
713
1
1
1
/
111/al
1
/
111
/al
140/_l
121-1
121-
KOLEN.
Card&
1
Oastk. Engdand
Data
ll___._.
Bor-
1
Genua
1
Satd
La
Plato
1 Rotter-
dam
Gothen-
6urg
deaux
Rtvte,
10 15Apr.19221
616
1
131-
1
1413 1716 513
813
3.8
,,
1922
66
131-
1413
1816
514’/
3
813
1,
=.1.Apr-1.921
I
—
–
t
–
1
–
1
–
–
1
12_l7Apr.l9201
Juli
.19141
43j9
fr.
‘
–
7
1
–
‘iI-
713
–
1416
–
–
41-
DIVERSEN.
Bombau
West
Birma
West
Vladtoo-
stock
ChilI
West t
D a
0
Europa
(d. w.)
Europa
(rijst)
West
Europa Europa (salpeter)
10-15 April
1922..
206
27/6
–
–
3-8
,,
1922..
11-16 April
1921..
2019
22/6
27/6 351-
–
–
–
37,6
12-17 April
1920..
Juli
1914..
–
1416
140-
1613
–
25/-
–
2213
1)
Voor Britsche schepen ‘) Amer. cents P. 100 lbs.
Graan Petra grad per quartet oan 496 lbs. zwaar. Ode,aa per untt. Ver. Staten
per quartet ecn 480 16,. zwaar.
Overtge noteertn gen per ton van 1015 K.G.
Nationaliteit.
Nederlandsche
219
292.335
178
214.235
Britsche
245 328.680
226
267.173
Duitsche
102
105:570
102
46.373
Noorsche 53
55574
37 40.451
Belgische
12
57
11.701
61.693
6
72
11.457
61.920
Fransche
Zweedsche
10
5.281
20
27.901
Deensche
3
16
3.082
62.083
14
37
19.817
136.281
Vereen. Staten
44 106818
33
83.158
761
1.032.867
1
725
008.766
Andere ……….
Totaal
1)
1913, 2.653 8chepefl
met
3.103.700
N.R.T.
(Dirkzwager’s
Scheepsagentuur
Maassluis.)
INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN,
Verschenen:
Bedrijfsleven en de strijd tegen
de Armoede in Nederland
–
– door Dr.
CH.
A. VAN MANEN.
Prijs ingenaaid
f
3,-.
Gebonden f
4.75.
– Voor leden der Vereeniging en geabon-
neerden op het Weekblad wordt dit werk
beschikbaar gesteld tegen den prijs van
–
f
2,50 ingenaaid
en
f
4,- gebonden.
Beatellingen richte men tot het Secretariaat van het
Instituut, Pieter de iooghweg 122, onder gelijk-
tijdige remise per postwissel of op postchèque- en
– girorekening No.
8408,
Rotterdam.
374
ECONOMISCH.sTATISTISCHE
BERICHTEN
19
April 1922
Naamlooze Vennootschap
NederIalldseh-Amerjkaallsche StoomvaartMaaîsohappij
R
Lijn
Gevestigd te Rotterdam.
Vl0
Obligatieleening
groot f 30.000.0003
w
waarvan f20.000.000.- wordt uitgegeven door de fa. White Weld & Comp., New-York.
Trustee voor Obligatiehouders:
Nederlandsch Administratk- en Trustkantoor, Amsterdam
De ondergeteekenden berichten dat op
DINSDAG
25 APRIL 1922
van des voormiddags 9 tot des namiddags 4 uur
te Rotterdan bij de Heeren R. MEES & ZOONEN en de ROTTERDAMSCHE
BANKVEREENIGING, te Amsterdam bij de AMSTERDAMSCHE BANK en
t.ç ‘s-Gravenhage ten kantore der drie ondergeteekenden,
de INSCHRIJVING is opengesteld op
f ij
ØoyJ..
6
0
1s Obligatien,
deel utthiakende van bovengenoemde leening, tot den koers van
96 pCt.
• Exemplaren, van het prospectus met biljetten van insçhrijving en van de
statuten zijn bij de inschrijvingskantoren verkrijgbaar. Het ontwerp der trust-
acte ligt aldaar ter inzage.
R. MEES 4 ZOONEN.
ROTTERDÂM,
ROTTERDAMSCHE BANKVEREENIGING.
iq
AMSTERDAM,
April
1922.
AMSTERDAMSCHE BANK.
iNSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
Het vraagstuk van de geidruimte in Nederland en de
goudpolitiek van de Nederlandsche Bank
met bijlage:
Neder1andsch-Oos-Indjê en de Gold-Exchange-Standaard
door Mr. G. VISSERING
Prijs
f
1,50