Ga direct naar de content

Het EMS en de wisselkoerstabiliteit

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: januari 11 1984

P. de Grauwe

Het EMS en de
wisselkoersstabiliteit
De stichters van het Europees Munlslelsel (EMS) streefden naar de realisatie van
grotere wisselkoersstabiliteit in Europa,
zonder terug te keren tot een sysleem van
vaste wisselkoersen. Na bijna vijf jaar
EMS kan de vraag worden gesteld of dit
doel werd bereikt. De vraag is niet gemakkelijk te beantwoorden omdat het effect
van het EMS op de wisselkoersbewegingen
moeilijk kan worden afgezonderd van het
effect van andere belangrijke veranderingen die tegelijkertijd optraden. Tijdens dezelfde periode trad de tweede olieschok op,
die zeker ook invloed had op de wisselkoersvariabiliteit in Europa. Toch kunnen
we enkele voorlopige conclusies trekken.
Het EMS kan een succes worden genoemd indien we alleen oog hebben voor
de korte-termijn-wisselkoersbewegingen
in Europa. De dagelijkse, wekelijkse en
maandelijkse bewegingen van de EMSwisselkoersen zijn beduidend kleiner geweest dan bewegingen in de zelfde periode
van niet-EMS-wisselkoersen. Zo bedroeg
bij voorbeeld de gemiddelde maandelijkse
verandering van de EMS-koersen amper
0,5% (uitgezonderd de lire) gedurende
1979-1981. Weliswaar zijn de gemiddelde
maandelijkse veranderingen sinds 1981
sterk toegenomen (tot 1% per maand),
maar toch blijven deze belangrijk onder de
gemiddelde maandelijkse veranderingen
van de dollarkoersen (3% per maand). Het
EMS heeft dus ongetwijfeld de onzekerheid over wat de koers van de EMS-munten volgende week of volgende maand zal
zijn, verminderd.
Deze conclusie vormt slechts een deel
van het verhaal. In produktie-, export- en
investeringsbeslissingen is de wisselkoers
van de volgende maand niet zo belangrijk.
Van groter belang is de wisselkoersverwachting over een langere periode. Daarenboven is het de verwachting omtrent het
verloop van de reele wisselkoersontwikkeling die deze beslissingen bei’nvloeden. De
middellange en lange-termijnveranderingen van de wisselkoersen t.o.v. de inflatieverschillen spelen met andere woorden hier
een grote rol. Deze veranderingen in de reele wisselkoersen hebben belangrijke effeeten op de competitieve positie van een

land, en dus op de produktie en de werkgelegenheid.
Hoe groot zijn de reele wisselkoersbewegingen in het EMS? De volgende label
geeft hierop een antwoord. Deze geeft de
gemiddelde jaarlijkse veranderingen weer
van de reele (effectieve) wisselkoersen van
de EMS-valuta, vier jaar voor en vier jaar
na 1979. Tegelijkertijd geeft ze dezelfde informatie weer over een aantal niel-EMSvaluta.
Tabel. Gem iddelde jaarlijkse procen tuele
veranderingen van de reele effectieve wisselkoersen
Pre-EMS
Post-EMS
(1975-1978) (1979-1982)
EMS-landen:

Italic . . . . . . . . . . . . . . . .

1,7
4,1
2,0
2,2
2,1
3,7

3,5
4,0
2,7

EMS-gemiddelde . . . . . .

2,6

3,5

3,3
5,3
8,1
8,3
3,5

5,8
8,8
6,7
4,9
2,4

Frankrijk . . . . . . . . . . . .
Belgie . . . . . . . . . . . . . . .

Niet-EMS-landen:
Verenigde Staten . . . . . .
Verenigd Koninkrijk . . .

3,1
1,9
6,0

Bron: Morgan Guaranty Trust, World Financial Markets, augustus 1983.

1974 (de eersle olieschok), loen de reele
wisselkoersen van dezelfde landen jaarlijks met 3,3% veranderden. Deze vergelijking doet alvast de vraag rijzen of hel EMS
enig effect heeft gehad op de intensiteit van
reele wisselkoersveranderingen. Immers,
in een vergelijkbare periode van grote wereldwijde schokken, en toen het EMS nog
niet bestond, observeren we dezelfde reele
wisselkoersvariabiliteit als lijdens de EMSperiode van 1979-1982.
Als maalslaf voor hel succes van hel
EMS vergelijkl men dikwijls de wisselkoersvariabilileil van de EMS-valula sinds
1979 mel die van niet-EMS-valuta. De label werpt hier enig licht op. De reele wisselkoersen van de niet-EMS-valuta zijn, sinds
1979, duidelijk onderhevig aan grotere
jaarlijkse veranderingen dan de reele wisselkoersen van de EMS-valuta. Dit schijnl
crop le wijzen dat het EMS toch succesrijk
was. De koersbewegingen in de periode
voor 1979 doen echter twijfels rijzen aan
deze interprelatie. Immers, voor de oprichling van hel EMS observeren we een gelijk
verschil tussen EMS- en niel-EMS-valula.
Over hel algemeen zijn de reele wisselkoersen van de niel-EMS-valula (opgenomen in
onze sleekproef) variabeler dan die van de
EMS, zowel voor als na de oprichling van
het EMS. Het is merkwaardig dat de twee
landen, Italic en Frankrijk, die voor 1979
afzonderlijk zwevende valuta hadden en
onderhevig waren aan grole reele wisselkoersveranderingen, er na 1979 in slaagden deze variabiliteit sterk te verminderen.
Dil succes ging echter gepaard met een belangrijke verhoging van de reele wisselkoersvariabiliteit van alle EMS-landen die
voor 1979 reeds een wisselkoers-akkoord
hadden (het zogenaamde slang-akkoord).
Een belangrijke oorzaak van dit onvermogen om binnen het EMS de reele wisselkoersonzekerheid le verminderen moel
worden gezochl in hel feit dat de inflatieverschillen lussen de EMS-landen grool
zijn, en sinds 1979 zelfs zijn loegenomen.
Gedurende de periode 1979-1982 was de
standaardafwijking van de nationale inflatiepercenlages binnen het EMS gemiddeld
5% per jaar, tegen slechls 4% gedurende
1974-1978. Deze silualie leidl lot voortdurende scheeftrekkingen in de reele wisselkoersen, en dus in de concurrentieposilie
van de deelnemende landen, en dwingt tot
periodieke (en meestal lale) wisselkoersaanpassingen. Daar deze laatste meeslal
gebeuren in een crisisalmosfeer, leiden ze
lelkens lol ler discussie slellen van het
sysleem.

Uit deze label leren we, ten eersle, dal de
jaarlijkse veranderingen van de reele wisselkoersen van de EMS-valula zijn toegenomen sinds het onlslaan van hel EMS (de
uilzonderingen zijn Frankrijk en Italic).
Als verzachtende omsiandigheid kan worden aangevoerd dal de periode na 1979
werd gekenmerkl door wereldwijde schokken zoals de olieschok, die zeker een invloed hebben gehad op de reele wisselkoersbewegingen. In feile was de variabiliteil van de reele wisselkoersen na 1978 vergelijkbaar mel deze van de periode 1973-

27

Auteur