Gerhard Thatcher?
Aute ur(s ):
Jonkhoff, W.
Ve rs che ne n in:
ESB, 87e jaargang, nr. 4376, pagina 677, 27 september 2002 (datum)
Rubrie k :
Van de redactie
Tre fw oord(e n):
Met een flinterdunne meerderheid kan de Duitse rood-groene regering blijven regeren. Met Irak was Duitsland oorzaak van de
inzakkende koersen op de beurs aan het begin van de week. Beleggers, ook de Nederlandse, zien in bondskanselier Schröder niet de
nieuwe Thatcher die de grote economische problemen van Duitsland op gaat lossen. Terecht. Als de afgelopen vier jaar het voorland
zijn, gaan we van het Duitse achterland de komende tijd weinig plezier beleven.
Schröder heeft de Duitse kiezer flink beet gehad. Dat de kiezers het goed hebben gevonden dat hij hen vrijheid van meningsuiting
heeft ontnomen door discussies over zijn haardracht, is daarvan nog wel het kleinste voorbeeld. De kanselier verkondigde vier jaar
geleden dat hij het niet waard zou zijn herkozen te worden indien hij de werkloosheid niet flink omlaag zou hebben gekregen tot
drieënhalf miljoen personen. Dit georakel heeft hem niet de kop gekost. Ook het ontsporen der overheidsfinanciën en de bijna-afgang
in het licht van de Maastricht-criteria, dit voorjaar, worden blijkbaar getolereerd. Dit laatste is volgens empirisch economisch
onderzoek niet zo vreemd. Vreemd is wel dat het gebrek aan economische groei niet wordt afgestraft 1. Generaliserend krijg je de
indruk dat ‘de’ Duitse kiezer een risicomijdende figuur is, voor wie economisch herverdelen belangrijker is dan groeien als geheel.
Een substantiële verlaging van de werkloosheid is verder weg dan ooit. De macht van de bonden is van oudsher een groot probleem. Zij
zullen een afruil van loon voor werk niet accepteren omdat de effectieve vraag te klein en, in het oosten van het land, het gat tussen loon
en productiviteit te groot is om additionele banen te garanderen. De vakbonden in de metaalsector, toonaangevend in het sectoraal
georganiseerde loonoverleg in Duitsland, kwamen vorig jaar bijvoorbeeld met een looneis van 6,5 procent. De macht van de bonden
breken betekent voor Schröder een beet in eigen staart omdat veel werknemers spd hebben gestemd. Hij zal derhalve terdege moeten
oppassen met een eventueel vervolg op zijn mislukte Bündnis für Arbeit. Met de kleine meerderheid die zijn coalitie zal hebben, kan hij
zich geen enkele misstap veroorloven. De bonden zullen de regering zien als zwak en dit uitbuiten als er wordt gepraat over het uitvoeren
van de voorstellen voor hervorming op de arbeidsmarkt van de commissie-Hartz. Ook voor belastingverlagingen is geen ruimte omdat de
Duitse overheidsfinanciën al danig in de problemen zitten. De winstgevendheid van bedrijven kan dus maar moeilijk omhoog. Bovendien
maakt de dure werknemer kapitaal aantrekkelijker als productiefactor 2. Afgaand op de Kaldor-paradox – de exportpositie van landen
vertoont geen samenhang met de omvang van de factorkosten dus blijkbaar concurreren landen op innovativiteit en kennis in plaats van
op kosten 3 – zou het vooral gaan om meer kennis en kwaliteit. Echter ook voor kennis- en kwaliteitsoffensieven zal bij overheid noch
bedrijven geld zijn.
Waar Margaret Thatcher begin jaren tachtig de macht van de bonden brak en Groot-Brittannië uiteindelijk nieuwe economische groei
binnenloodste, is daar in Duitsland dus geen enkel zicht op. Dat is ook voor Nederland vervelend. Met een (overigens groeiende) export
van 46,3 miljard euro zou het ook voor ons land heel prettig zijn als in Duitsland meer mensen werk en dus meer koopkracht zouden
krijgen.
En dan Europa. Diezelfde Thatcher was en is fanatiek euroscepticus, uit vrees voor een zwakke munt. Nu Schröder op het nippertje
herkozen is, kan hij zich nog minder een blamage in Europees perspectief permitteren. Aangezien de kans op het ontsporen van de Duitse
overheidsfinanciën met het voortkwakkelen van de conjunctuur en Duitse economie groter wordt, zal de bondskanselier er eerder toe
geneigd zijn via lobbyen en politieke druk de publieke dolkstoot uit Brussel te vermijden. Slecht voor het vertrouwen in de euro en de
Europese economie. En dat in een tijd waarin de lidmaatschapsbom op ontploffen staat. Staat de blauwe vlag met vijftien gele sterren al
niet echt symbool voor Einigkeit, met 25 sterren biedt de eu de aanblik van gesplinterd glas. Een onbestuurbare moloch die wordt
verteerd door bestuurlijke en economische herverdeling. Zijn de nieuwe lidstaten eenmaal geïntegreerd dan zullen ze hun verworven
posities binnen eu-kaders niet zo snel meer opgeven. Hervorming zou dus nu moeten plaatsvinden. Niets duidt echter op serieuze
initiatieven van voorname lidstaten als Duitsland (of Frankrijk).
Alleen een brede coalitie, of die nu uit christen-democraten en sociaal-democraten of uit een andere combinatie bestaat, zou voldoende
maatschappelijke breedte hebben om Duitsland de broodnodige werkgelegenheid te bieden. Nu lijkt het land vier jaar stilstand tegemoet
te gaan. Wat dat betreft wordt aan traditie vastgehouden – daarin lijkt Schröder wel op Thatcher. Rood-groen is echter de kleur voor
kerstmis, niet die voor de start van een nieuwe regerings-periode. Gelukkig zijn tulpen er in alle kleuren en die blijven onze oosterburen
toch wel importeren
1 Zie O.H. Swank, Wat weten economen van verkiezingen?, ESB, 10 mei 2002, blz. 364-366.
2 D. Soskice, De uitdaging: Duitse technologie, Nederlandse lonen , ESB,30 januari 1998, blz. 81, en A.L. Bovenberg, Loonmatiging en
institutionele vernieuwing loont ook voor Duitsland, idem, blz. 83.
3 Zie A.H. Kleinknecht en C.W.M. Naastepad, Is loonmatiging goed voor de export? , ESB, 6 september 2002, blz. 624-626
Copyright © 2002 – 2003 Economisch Statistische Berichten ( www.economie.nl)