Ga direct naar de content

Boeken zijn echt anders

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: april 23 1980

Boeken zijn echt anders
Enkele kenmerken van de boekenmarkt
A. A. HERPERS*
Ter gelegenheid van de boekenweek – die dit jaar overigens twee weken duurt – is ES6
deze week geheel gewijd aan het boek. Verschillende aspecten van het boek
zullen worden behandeld: de ontwikkelingen op de boekenkoopmarkt,
de toekomst van het boek, de problematiek van het bibliotheekwerk en ten slotte de verticale
prijsbinding voor het boek. Bovendien zullen enkele economisten
aangeven welk boek de meeste indruk op hen heeft gemaakt.
In dit artikel zullen eerst de organisatie en de structuur van het boekenvak worden belicht.
Inleiding

Produktie

Het boekenvak is een uitzonderlijke bedrijfstak. Jaarlijks
verschijnen er rond 8.000nieuwe titels, waarbij elke titelalseen
nieuw produkt moet worden gezien. Bovendien zijn boeken,
naast ,,gewoon te koop inde winkel”, ookgeheel gratis of tegen
geringe kosten te verkrijgen in de bibliotheek. Uit dit laatste
volgt dat consumptie van boeken in de zin van lezen, niet per
definitie tot omzet leidt. Hoewel het (door de overheid)
voordelig ter beschikking stellen van boeken enerzijds een
opvoedend effect heeft in de zin dat liefde voor het boek (en
het eigen boekenbezit) wordt aangeleerd, kan anderzijds niet
worden ontkend dat dit ook nadelige gevolgen kan hebben. In
1978 realiseerden de openbare bibliotheken bijna 140 mln.
uitleningen, bijna het vijfvoudige van het aantal boeken dat
door de particuliere consument in 1978 voor eigen (of andermans) bezit wordt aangeschaft. Het lenen van boeken gaat
duidelijk ten koste van het kopen van boeken.
De totale boekenkoopmarkt, d.w.z. de markt van algemene, educatieve en wetenschappelijke boeken te zamen, heeft
zich in de periode van vlak na de tweede wereldoorlog tot
halverwege de jaren zeventig verachtvoudigd. Dit betekent
gemiddeld een jaarlijks groeipercentage (gecorrigeerd voor
inflatie) van 6 a 7. Dat percentage is zeer hoog als men
bedenkt dat de gemiddelde jaarlijkse groei van het bruto
nationaal produkt gedurende deze periode minder dan 5%
bedroeg. Nog sterker was gedurende deze periode de groei van
twee andere uitgeverssectoren: de tijdschriften en de dagbladen; de (voor inflatie gecorrigeerde) omzet groeide hier met
een factor 10 tot 12.
De boekenmarkt, en met name die van het algemene boek,
stagneert evenwel sinds het midden van de jaren zeventig.
Recente onderzoekgegevens over het aankooppatroon van de
particuliere consument ten aanzien van algemene boeken,
duiden erop dat de markt in aantallen èn in geld nagenoeg
stabiel is, hetgeen betekent dat het jaarlijkse inflatiecijfer niet
wordt bijgehouden.
Er is dus sprake van een reële achteruitgang. De oorzaken
hiervan (en hun consequenties) zijn velerlei. Met name in de
bijdrage van Wijnberger in dit nummer zal hierop worden ingegaan. In dit artikel zullen de organisatie en de structuur van
het boekenvak (beknopt) worden belicht.
Volledigheidshalve zij nog vermeld dat het traditionele uitgeversbedrijf zowel tijdschriften, dagbladen als boeken omvat. welke gescheiden alsook -en dan vooral vanaf een
bepaalde bedrijfsgrootte – gezamenlijk voorkomen. Binnen
de sector van de boekuitgeverij zal in deze bijdrage het accent
worden gelegd op de (particuliere) markt voor het algemene
boek 1).

De uitgeverij

u

Er zijn in Nederland bijna 500 door de Vereeniging ter
Bevordering van de Belangen des Boekhandels (VBBB; hierna
aan te duiden als de Vereeniging) erkende uitgeverijen. Het
vak van uitgever is evenwel niet beschermd. In totaal zijn er
zo’n 1.000 bedrijfseenheden die zich in meerdere, en vooral
ook mindere mate, bezighouden met het uitgeven van boeken.
In 1977 bedroeg, volgens registraties van het CBS, de totale
boekenafzet door uitgeverijen f. 865 mln., waarvan algemene
boeken: f. 589 mln., schoolboeken: f. 186 mln., en wetenschappelijke boeken: f. 90 mln. Zowel het totaal vande omzet
als die van de drie segmenten afzonderlijk vertoonden in de
jaren daarvóór een stijgende lijn.
Het onlangs afgeronde Struktuuronderzoek boeken heeft
overigens, uitgaande van de bestaande hoofdindeling algemeen-educatief-wetenschappelijk, een verfijndere typologie
van de boekenuitgeverij opgeleverd. De drie hoofdcriteria die
daarbij worden gehanteerd zijn a. de mate van specialisatie;
b. de omvang van de onderneming in de zin van uitgeversomzet en c. de hoogte van de nieuwe-titelfractie, d.w.z. de
verhouding tussen het aantal nieuwe titels en het totaal aantal
in een jaar uitgebrachte titels (nieuwe en herdrukken). Op
basis van deze indeling wordt de algemene-boekenuitgeverij
onderscheiden in fiction-uitgevers. nonfiction-uitgevers en
niet-gespecialiseerde uitgevers. ~ e z e
laatste groep wordt
vooral gevormd door de grotere uitgeverijen.
De gemiddelde cijfers van de Nederlandse uitgeverij
anno 1976 die uit het structuuronderzoek naar voren komen,
zijn als volgt:
een netto boekenomzet van ca. f. 7,5 mln.;
een bruto resultaat van ruim f. 4 mln.;
een bedrag aan arbeidskosten van f. 1,8 mln.;
een netto resultaat van f. 690.000;
53 nieuwe titels en 76 herdrukken;

Directeur van de Stichting Speurwerk betreffende het Boek te
Amsterdam.
1) Ter verduidelijking: er kunnen drie categorieën boeken worden
onderscheiden: educatieve boeken: leermiddelen bestemd voor het
geinstitutionaliseerde onderwijs tot tertiair niveau; wetenschappelijke boeken: bestemd voor HBO-niveau en wetenschappelijk onderwijs
(overlappingen tussen beide categorieën doen zich nog al eens voor);
de categorie die in feite overblijft wordt gevormd door het algemene
boek, waar weer onderscheid wordt gemaakt naar fiction en nonfiction.

l

een afzetverhouding van 39% educatief, 7% wetenschappelijk, 16% fiction en 38% nonfiction;
een eigen vermogen van f. 1,4 mln.;
een vreemd vermogen van f. 2,s mln.;
39 werknemers;
een omlooptijd van de voorraad van een half jaar.
Overigens kan de omvang van de omzet verschillen van
enige tienduizenden guldens tot vele tientallen miljoenen. De
onderlinge concurrentie wordt daardoor ook niet afgebakend. Het uitgeven heeft immers betrekking o p telkens een
enkele titel, waarbij groot en klein niet alleen ,,ineigen kring”
maar ook met elkaar kunnen concurreren.

Concentratie
Van de erkende boekuitgeverijen zijn er bijna 100aangesloten bij één van de grote uitgeverscombinaties, waaronder De
Boer, Combo, Elsevier, ICU, Kluwer en VNU. Het marktaandeel van deze concerns in de particuliere markt voor het
algemene boek ligt rond 50%. De andere helft is voor de
overige zelfstandige boekuitgeverijen.
Schaalvergroting in de Nederlandse boekenwereld heeft
zich pas in de laatste decennia voltrokken; het accent ligt
daarbij vooral o p de periode na 1965. De schaalvergroting was
onder meer een antwoord op het steeds ingewikkelder worden
van de maatschappij, de toename van de concurrentie, de specialisatie en internationalisering. Deze factoren maakten samenwerking noodzakeliik. o.a. ten behoeve van de financiering, de risicospreiding, de ,,economies of scale”, marketing
en diversificatie enz. Hoewel de concentratietendens naar ver-wachting de komende jaren zal doorzetten, is daarmee niet
gezegd dat kleine zelfstandige bedrijven geen bestaanszekerheid zouden hebben. Integendeel, kleine specifieke marktsegmenten kunnen moeilijk, of niet-lonend, door grote bedrijven worden benaderd en veelbelovende projecten kunnen
in de ingewikkelde besluitvormingsprocedures bij grote
concerns ten onder gaan. Dat er voor kleine uitgeverijen
wel degelijk kansen liggen op de boekenmarkt blijkt ook
uit het feit dat het aantal bij de Vereeniging geregistreerde
– erkende uitgeversbedrijven ieder jaar toeneemt ( 1975: 409,
1978: 491). Het zijn vooral de veelal kleine nieuwkomers die
zich op bepaalde segmenten van de markt richten en het
bewijs zijn van het feit dat concernvorming niet tot monopolisering van het boekenaanbod behoeft te leiden.
De hiervóór besproken schaalvergroting ging vaak samen
met diversificatie. Daarnaast zijn er ook integratietendensen,
waarbij de grote concerns onder meer om hun afzet veilig te
stellen – belangen hebben verworven in boekenclubs en
zelfstandige boekhandels hebben overgenomen.
e

Distributie

Algemeen
Levering van boeken kan op verschillende manieren plaatsvinden: rechtstreeks van uitgeverij naar detailhandel, van
uitgeverij via tussenhandel naar detailhandel of van uitgeverij
rechtstreeks aan consument. De levering via de tussenhandel
geschiedt via een vijftal grossiers, waarvan het Centraal
Boekhuis – een gezamenlijke (non-profit) organisatie van
uitgevers en boekverkopers – de grootste is.
De belangrijkse verkoopkanalen voor het algemene boek
zijn in volgorde van grootte (assortiments)boekhandel, de
boekenclub, het warenhuis en de groep kantoorboekhandel/ verzendboekhandel/ kiosken. Daarna komen mailingorganisaties en overige veelal niet-branchewinkels. Tabel I
geeft een verdeling van de aankopen door particuliere consumenten, zowel in aantallen als in geld, naar verkoopkanalen in 1979.

.

Op lage
Eerder werd reeds gesteld dat boekenuitgevers jaarlijks zo’n
8.000 nieuwe titels op de markt brengen, naast ongeveer 5.000
herdrukken. Elk van deze titels heeft een o p basis van ervaring
en marktinschatting tot stand gekomen oplage. Er bestaan
grote verschillen tussen deze oplagecijfers. De oplage bijvoorbeeld van een eerste druk van een fictiontitel bedraagt vaak
2.000 exemplaren (of meer), terwijl daarnaast ook eerste oplagen voorkomen van rond 100.000. In dat geval gaat het
om bestsellers, sommige titels van boekenclubs of titels
uit het project Boek van de Maand van de CPNB (Commissie
voor de Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek).
De gemiddelde oplage per fictiontitel, inclusief herdrukken,
ligt rond 4.000 stuks.
De tendens van de laatste jaren is overigens dat men een
steeds lagere oplage per fictiontitel laat drukken, teneinde het
aantal onverkochte exemplaren zo laag mogelijk te houden.
Uit onderzoek blij kt dat daardoor een toenemend aantal titels
niet kan voldoen aan de eis voor een rendabele exploitatie, nl.
dat de bijdrage in de overhead (incl. winst) ca. 30% van de
bruto omzet bedraagt.
ESB 16-4-1980

Bij nonfictiontitels ligt de gemiddelde oplage, inclusief
herdmkken, tussen 5.000 a 6.000exemplaren. Ook hier komen
echter oplagen voor die ruimschoots boven de 100.000 exemplaren uitkomen. De gemiddelde oplage bij nonfiction ontwikkelt zich overigens gunstiger dan bij fiction; vooralsnog
is hier geen sprake van een oplagedaling.

Tabel l . Procentuele aandelen van de boekenomzet naar
verkoopkanaal, in 1979, (aantallen en guldens)
Aantallen

…………………..

Kantoor-/verzendboekhandel/kiosk. .

Warenhuis ……………………
Boekenclubs . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Overige winkels . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Overige verkoopkanalen. . . . . . . . . . . . . .

Totaal particuliereaankopen . . . . . . . . . .

Guldens

42
8
8
24
8
10

43
6
6
27
5
13

100

Boekhandel

100

33 mln

f. 607 mln

Bron: Stichting Speurwerk betreffende het Boek, Speurwerk Boeken Omnibm 1979.
uitgevoerd door NIPO.

Veranderingen in het kooppatroon van de consument
hebben ertoe geleid dat zich naast de (assortiments)boekhandel andere nieuwe verkoopkanalen ontwikkelden. Het beleid
van zowel uitgevers als boekverkopers is er echter op gericht
de continuïteit van dit branchegebonden verkoopkanaal,
in gezonde concurrentie met de andere vormen van distributie, veilig te stellen.

De boekhandel
Er zijn in Nederland bijna 1.900 bij de Vereeniging geregistreerde erkende boekverkopers. Het door het CRK geregistreerde aantal verkooppunten van boekhandel en kantoorboekhandel ligt nog aanmerkelijk hoger: rond 2.900. Niet
meegerekend zijn dan al die verkooppunten die onder een
andere noemer bij de Kamer van Koophandel zijn geregistreerd, (bijvoorbeeld sigarenzaken, slijters, dieren-, speelgoed- en sportzaken), maar die met het oog o p assortimentsverbreding reeds lang ook boeken verkopen, overigens wel
met een vaak zeer bescheiden en gericht assortiment.
De bedrijfseconomische gemiddelde cijfers van de Nederlandse boekhandel, zoals die uit het Struktuuronderzoek
Boeken naar voren komen, zijn als volgt:
een omzet van ruim f. 1 mln.;
ruim zeven werknemers;
een verkoopmimte van ca. 150 m2;
een bruto marge van 30%;

0

een arbeidsquote van 72%;
een netto resultaat van -8% van het bruto resultaat;
een omzetverdeling van ca. 30% niet-boeken, 40% algemene boeken, 16% schoolboeken en 14% wetenschappelijke boeken.

Gemiddeld moet een boekverkoper l 0 exemplaren van een
bepaalde titel hebben verkocht wil hij tenminste quitte spelen.
Dat komt erop neer dat hij m.b.v. een gemiddelde marge van
30% zijn kosten weet te dekken. Dat dit vaak niet het geval is,
heeft tot gevolg dat bij veel boekhandelaren het netto resultaat gering of zelfs negatief is.
Vooral de laatste jaren is dit een zaak van voortdurende
zorg voor een toenemend aantal boekhandels. Enerzijds
neemt nl., parallel aan de nationale titelproduktie, de gemiddelde titelvoorraad bij de boekhandel toe, hetgeen een voortdurend keuzeprobleem met zich brengt en – bij een omloopsnelheid van circa 3 – een forse investering vergt; anderzijds
zijn de serviceverlenende activiteiten (voorraad houden, bestelservice, bibliografische informatie, adviezen) evenzovele
arbeidsintensieve, en dus kostbare, inspanningen.

Boekenclubs
Nederland kent ongeveer 10 boekenclubs. De vijf grootste
zijn ECI, NBC (beide ook met leden in Vlaanderen), NLK
Boek en Plaat, VCL en Silhouette. De gezamenlijke omzet van boekenclubs in algemene boeken bedroeg in 1979
ca. f. 160 mln. (excl. encyclopedieën). Hoewel geen exacte
gegevens beschikbaar zijn, wordt het totale ledenbestand
geschat o p 1,5 mln. (Elk lid heeft een afnameverplichting van
ten minste vier boeken per jaar.) Het aantal leden vertoont
reeds jaren een gestage groei. Desondanks wordt er wisselend
gedacht over de groeimogelijkheden in de naaste toekomst.
De boekenclubs beschikken over zo’n 25 tot 30 winkels,
waar uitsluitend leden (naast rechtstreekse aankopen per
post) kunnen kopen. De kortingen die aan de leden worden
gegeven, kunnen oplopen (voor ,,trouwe leden” en speciaal
geselecteerde titels) tot 50%. Door de grote aantallen die
boekenclubs inkopen bij uitgeverijen, kunnen zij forse kortingen bedingen (tot 75%). Bovendien zijn bepaalde uitgaven
voor een uitgever slechts mogelijk en verantwoord door de
grote oplage die de boekenclubs ineens afnemen.

In- en uitvoer
Als onderdeel van het Struktuuronderzoek Boeken is een
afzonderlijke studie gemaakt van de stromen die het boek
volgt vanaf de uitgever en importeur naar de diverse distributiepunten, waar de consumenten resp. institutionele gebruikers kopen of lenen. Uit deze studie blijkt dat in 1976 voor
f. 100 mln. (netto uitgeversprijzen incl. BTW) werd gdmporteerd en voor f. 180 mln. werd geëxporteerd. De import had
voor de helft betrekking op wetenschappelijke boeken, waarvan ongeveer 50% rechtstreeks naar de afnemers ging (particulieren zowel als instellingen), en voor de andere helft op
algemene boeken, die via de importeurs hoofdzakelijk bij de
boekhandels terechtkomen. De export betrof f. 95 mln. aan
algemene boeken (voor een zeer groot deel naar België), f. 80
mln. aan wetenschappelijke boeken en f. 5 mln. aan educatieve boeken.
Uit consumentenonderzoek blijkt overigens dat van de
gekochte algemene boeken 10% vreemdtalig is (bijna 40% is
vertaald en ruim 50% is oorspronkelijk Nederlands). De
belangrijkste vreemde taal is Engels (ruim 5%), gevolgd door
Duits en Frans.
Consumptie

Marktniveau
De particuliere markt voor het algemene boek ligt rond de

32 mln. boeken. In 1979 werd een omzet gerealiseerd
van ruim f. 600 mln. 2). Zoals hierboven reeds gemeld vertoont de particuliere markt voor het algemene boek de laatste
jaren een stagnatie, hetgeen nog eens wordt duidelij k gemaakt
aan de hand van tabel 2.

Tabel 2. Omzet en consumptie (lopendeprijzen) van algemene boeken a)

Omzet
-aantal(x1.000) . . . . . . . . . . . . . . . .
– mln. guldens.. . . . . . . . . . . . . . . .
-gemiddeldeprijs . . . . . . . . . . . . . . .

Consumptie per hoofd
– aantal
– guldens …………………

…………….

Consumptie per gezin
-aantai
-guldens
…………………

……………….

1 1

I

2,41
34.70

2.48
37.77

7.671
7.731
109.13
117.77

43.14

1

7.551
131.77

2,34
42.79

13
43.43

7,111
698
129.82
128.78

a) Zie Stichting Speurwerk betreffende het Boek. Speurwerk Boeken Omnibus 1979.
uitaevwrd door N I P O . Ov~emerktmoet worden dat de boekenmarkt o.a. door het erote
.aantal verschillende genres en dediversiteit in verkwpkanalen een moeilijk te onderzoeken
markt is. Mede daardoor bestaat er verschil van menine omtrent de werkeliike omvane van
de boekenkoopmarkt. Het is in dit verband verheugend te kunnen melden dat dit jaar de
vakgroep Marktanalyse en Bedrijfstatistiek van de E U R de verschillende bronnen met
elkaar gaat vergelijken en de verschillen gaat analyseren. om op basis daarvan een uitspraak
te kunnen doen omtrent de meest waarschijnlijke omvang en structuur. Vooralsnog worden
hier de NIPO-cijfers als uitgangspunt genomen.

Marktstructuur
Ongeveer een derde van de gekochte boeken bevindt zich in
de prijsklasse tot f. 10. Het betreft hier overigens wel een
afnemend segment van de markt. Dit wordt niet alleen
veroorzaakt door inflatie, maar ook door het feit dat men in
het algemeen duurdere boeken gaat kopen. In 1979 nam het
bovenste prijssegment van de markt, boeken vanaf f. 20, dan
ook een derde van het totaal voor zijn rekening.
Het algemene boek wordt, zoals gezegd, onderverdeeld in
twee hoofdcategorieën, t.w.: fiction en nonfiction. Het stijgende marktaandeel voor nonfiction lijkt aan het eind van de
jaren zeventig tot staan te zijn gekomen; zowel in aantallen als
in geld heeft fiction in 1979 iets terrein teruggewonnen. De
verhouding fiction-nonfiction is thans 60 : 40 in aantallen en
bijna 50 : 50 in geld. Belangrijke genres bij algemene boeken
zijn: literaire werken (15%), romans (19%), kinderboeken
(12%), geschiedenis (4%), planten en dieren (2%) en kookboeken (2%).
Voor de verdeling naar aankoopplaatsen van het algemene
boek wordt verwezen naar de paragraaf over distributie.
De prijs

Prijsopbouw
De procentuele verdeling van de belangrijkste kostencomponenten die zich bij devervaardigingvanen handel in boeken
voordoen kan per bedrijf en per titel sterk verschillen. Niet
alleen verschijnen er meer dan 13.000 titels per jaar, zij zijn
bovendien vaak qua papier, aantal pagina’s, gebruik van
illustraties en kleur, bindvorm en omslag zeer verschillend
van elkaar. Als globale aanduiding kan echter het volgende
overzicht dienst doen, waarbij de waarschuwing moet worden

2) Deze gegevens zijn afkomstig uit een continu consumentenonderzoek dat door het NIPO in opdracht van Stichting Speurwerk
betreffende het Boek sinds 1975 wordt uitgevoerd. Aankopen van
encyclopedieën, romantijdschriften, school- en wetenschappelijke
boeken worden buiten het onderzoek gehouden, evenals alle aankopen door bibliotheken en andere institutionele afnemers.

gemaakt dat hiermee geenszins een algemeen geldende situatie wordt geschetst.

Gemiddelde prijsopbouw van het boek, in procenten
Bruto verkoopprijs consument
Gemiddelde marge verkoopkanalen
Aandeel uitgeverij, bruto
Aandeel uitgeverij, netto (56= 100)
Royalties
Produktiekosten (papier, zetten, drukken, binden)
Overige hulpmateriaal en externe diensten
Interne loonkosten
Overige kosten, afschrijvingen, bedrijfsresultaat

1O0

4456
9
37
8
22
24

In al deze kostencomponenten van de boekprijs is de factor
loon overheersend. Dit heeft, als gevolg van de loonstijgingen
gedurende de jaren zeventig, mede veroorzaakt dat de prijs
van het boek sneller is gestegendan andere, minder arbeidsintensieve, consumptiegoederen.
Een benadering voor de kostencomponenten aan boekhandelszijde is de volgende:
arbeidskosten
huisvesting
rente en afschrijving
voorzieningen en overige kosten
rendement

De vaste prijs
Sinds 1923 bestaat voor het boekenvak het Reglement
Handelsverkeer. Hierin zijn regels vastgelegd voor een geordend handelsverkeer tussen uitgevers, boekverkopers en
eindafnemers, bedoeld om de vaste prijs, die door de uitgever
wordt vastgesteld, te handhaven. De Commissie Handelsverkeer van de Vereeniging waakt ervoor dat een ieder die het
Reglement Handelsverkeer onderschrijft, zich houdt aan de
regels met betrekking tot de vaste prijs. Het op de vaste prijs
gebaseerde handelsverkeer is evenwel geen exclusieve aangelegenheid. Immers, boeken zijn behalve bij de erkende boekhandel ook bij een groot aantal andere verkooppunten verkrijgbaar. Ook is concurrentie tussen uitgevers en tussen titels
(met name nonfiction) mogelijk. Bovendien tijn afwijkingen
van de door de uitgever vastgestelde publieksprijs binnen
bepaalde afgebakende kaders, zoals bijvoorbeeld boekenclubs, toegestaan. Andere voorbeelden van bijzondere prijzen
zijn: intekenprijzen, ledenprijzen, serieprijzen, combinatieprijzen e.d.
In 1977 werd door prijsstuntinginde nier-branchegebonden
detailhandel gepoogd het stelsel van de collectieve verticale
prijsbinding onderuit te halen. Sindsdien is er veelvuldig overleg met de EG-commissie, omdat de vaste boekenprijs een
zaak is die het hele Nederlandse taalgebied aangaat. De
gezamenlijke inspanningen van zowel het Nederlandse en
Vlaamse boekenvak als van de overheid, zijn talrijk. Zij
streven ernaar om zowel ten behoeve van het grensoverschrijdend verkeer als op nationaal niveau een uitzondering te
verkrijgen op artikel 85 van het Verdrag van Rome, dat
collectieve verticale prijsbinding verbiedt.
Loslaten van de vaste prijs voor het boek zal nl. rampzalige
gevolgen hebben. Niet alleen zijn er voorbeelden te over in het
buitenland (de een wat meer, de ander wat minder toepasbaar
op de Nederlandse situatie), maar ook zijn er inmiddels vanuit
het Struktuuronderzoek vele aanwijzingen gekomen die inderdaad duiden op een rampzalige Öntwikkeling. Tijdens dit
onderzoek is nl. een uitvoerige deelstudie gewiid aan de
distributie van het boek.
zijn (o.m.) de consequenties
van een aantal belangrijke en reëel te verwachten ontwikkelingen in het boekenvak voor het huidige distributiemodel
onderzocht en gekwantificeerd. Eén van de mogelijk geachte
trends die daarbij in beschouwing werd genomen is het

aarb bi

ESB 16-4-1980

loslaten van de collectieve verticale prijsbinding 3). Voortbouwend op de uitkomsten van deze studie zijn m.n. voor de
middellange termijn de gevolgen van het loslaten van de vaste
prijs voor het boekenvak doorgerekend. In grote lijnen komt
dit op het volgende neer. Een beperkt aantal titels, ca. S%, zal
goedkoper worden, 15% verandert niet in prijs, 40% wordt
zelfs duurder en nog eens 40% zal verdwijnen. Daarnaast zal
het aantal voorraadhoudende en dienstverlenende verkooppunten (assortimentsboekhandel) afnemen, waardoor de
beschikbaarheid van boeken in bepaalde regio’s zal teruglopen. Dit betekent verschraling, zowel aan de aanbodzijde, als
aan de distributiezijde. Daarmee is het consumentenbelang op
geen enkele wijze gediend, te meer niet omdat een en ander
ook zal leiden tot verlies van arbeidsplaatsen, zowel bij de
boekhandel als de uitgeverij als in de grafische sector. Redenen te over voor het boekenvak om zich met hand en tand
tegen de aanvallen op de verticale prijsbinding te verdedigen.

Het buitenlandse boek
De beschikbaarheid van het buitenlandse boek in Nederland is bijzonder groot. Dit wordt onder meer mogelijk
gemaakt door het recht van retour dat de boekverkoper heeft
t.a.v. een groot deel van de geimporteerde titels. Voor de
importeur en de boekhandel zijn evenwel doorgaans hoge
kosten verbonden aan het verhandelen van buitenlandse
uitgaven. Bestelkosten, vrachtkosten, voorraadkosten, bankkosten en BTW zijn alle evenzovele factoren die prijsverhogend werken. Vandaar dat door de Vereeniging voor uit het
buitenland geimporteerde boeken een hogere prijsberekening
wordt voorgeschreven dan volgens de valutadagkoers zou
gelden. Deze ,,omrekeningsfactoren”, die door valutaschommelingen aan veranderingen onderhevig zijn, worden regelmatig bijgesteld en gepubliceerd. De opslag verschilt per land
en per prijsklasse. Via de Prijzenbeschikking ge’importeerde
boeken 1978 wordt o p deze wijze de maximumprijs en tevens
de vaste prijs voor de uit het buitenland ge’importeerde
boeken vastgesteld.
Organisaties in het boekenvak
Het boekenvak kent een groot aantal organisaties met veel
onderlinge relaties. De uitgevers zijn veelal aangesloten bij de
Koninklijke Nederlandse Uitgevers Bond (KNUB), de boekverkopers bij de Nederlandse Boekverkopers Bond (NBB).
Beide bonden komen voort uit de Vereeniging ter BevorB
dering van de Belangen des Boekhandels, ~ ~ V B Bdie ,het
gemeenschappelijke gespreksplatform is.
De uitgevers en boekverkopers, leden van de VBBB, hebben gezamenlijk het Centraal Boekhuis opgericht (een nonprofit grossiersorganisatie) en de Stichting Speurwerk betreffende het Boek (onderzoek, documentatie en informatie).
Daarnaast is er de Commissie Collectieve Propaganda van
het Nederlandse Boek (CPNB) die de collectieve promotie in
al zijn verscheidenheid voor het boek verzorgt.

Slot
In het voorgaande zijn enige kenmerkende. maar lang niet
alle eigenaardigheden van het boekenvakde revue gepasseerd.
,,Books are different” is waar ook ter wereld een veel gebezigde uitspraak. Via deze bijdrage over het boek – informatiedrager en cultuurprod.ukt – is getracht duideliik te
maken dat daarmee niets te veel is gezegd. Boeken zijn echt
anders. Het ging daarbij o m het (recente) verleden en de
situatie nu. Het boek heeft ook een toekomst. Elders in dit
nummer kunt u daarover lezen.

A. A. Herpers
3) Zie voor uitvoeriger beschouwingen over de verticale prijsbinding
de rubrieken Toets op taak en Europa-bladwijzer in dit nummer.

Auteur