■ Eric Klaaijsen (DNB)
Over banken, verzekeraars en pensioenfondsen zijn al tientallen jaren gedetailleerde statistieken beschikbaar. Voor de overige financiële intermediairs (OFI’s) die voor eigen rekening opereren, waren deze data tot voor kort niet beschikbaar, terwijl de uitstaande activa van deze instellingen in 2020 bijna 550 miljard euro bedroegen, circa negen procent van de totale Nederlandse financiële intermediairs. Sinds begin 2020 stelt De Nederlandsche Bank deze statistieken wel op.
Deze OFI’s zijn deels onderdeel van bank- en verzekeringsconcerns, of zijn gelieerd aan andere grote financiële partijen zoals pensioenbeheerders. Zij hebben dan bepaalde investeringen of activiteiten, zoals treasury management, ondergebracht in aparte ondernemingen.
Sinds begin 2020 is de omvang van de OFI’s, in anderhalf jaar tijd, met twintig procent gedaald tot 442 miljard euro (figuur). De sterkste daling trad op bij de ‘andere gespecialiseerde instellingen’, met name doordat de activa van treasury-instellingen, hoofdzakelijk vanwege herstructureringen in 2020, met veertig procent afnamen tot 83 miljard euro.
Verder daalden de activa in securitisatievehikels, de grootste categorie, met twintig procent tot 207 miljard euro. Er is al jaren sprake van een dalende trend, onder invloed van de naweeën van de kredietcrisis en de gunstige andere financieringsmogelijkheden. De krimp versnelde eind 2020 omdat sommige instellingen, met meer risicovolle leningen op de Europese markt, om fiscale redenen uit Nederland vertrokken.
De kredieten aan huishoudens en bedrijven van financieringsmaatschappijen, namen met tien procent af tot 128 miljard euro vooral doordat investeringen werden verschoven naar de moederbank of verzekeraar.
De effecten en derivaten van handelaren die voor eigen rekening handelen, stegen daarentegen met zeventig procent tot 24 miljard euro. Dit hing samen met de grotere volatiliteit op de financiële markten door de coronacrisis in vooral het eerste kwartaal van 2020, en met Brexit waardoor handelaren vanuit het Verenigd Koninkrijk zich in Nederland vestigden.
De totale omvang van al deze overige financiële intermediairs is dus per saldo afgenomen. Dit betekent niet direct dat ook de risico’s in het financiële stelsel zijn verminderd, maar wel dat de onderlinge verbanden en de complexiteit zijn afgenomen.