■ Menno van Benthem (SEO Economisch Onderzoek)
Een gangbare methode om de kostprijs van verschillende vormen van elektriciteitsopwekking te vergelijken is het bepalen van de levelized cost of electricity (LCoE). De LCoE geeft aan bij welke prijs van elektriciteit, die constant wordt verondersteld over de levensduur, een bepaalde opwekinstallatie rendabel is. Hierbij wordt rekening gehouden met investeringskosten, operationele kosten (waaronder inkoop van CO2-uitstootrechten), de discontovoet, en de jaarlijks geproduceerde hoeveelheid elektriciteit.
Kolenstroom wordt momenteel gezien als een van de goedkoopste vormen van elektriciteitsopwekking. In 2015 bedroeg de LCoE van kolenstroom 5,3 cent/kWh. Over het algemeen wordt aangenomen dat de technologie voor het opwekken van kolenstroom aan het eind van zijn leercurve zit. De kostenontwikkeling wordt daarom hoofdzakelijk bepaald door de verwachte stijging van de grondstof- en CO2-prijs, de verwachte daling van de capaciteitsfactor (het aantal uren per jaar dat de centrale produceert) en de inflatie. Alleen een hoger conversierendement beperkt de prijsstijging enigszins. De verwachting is dat de nominale LCoE voor kolenstroom stijgt naar tien tot veertien cent/kWh in 2030.
De laatste tijd is de prijs van windparken op zee – bekend als een dure technologie – sterk aan het dalen. De LCoE voor windstroom was in 2015 met 13,5 cent/kWh tweeëneenhalf maal zo hoog als voor kolenstroom. Tussen februari 2015 en april 2017 vonden licentieveilingen plaats voor tien verschillende windparklocaties, verdeeld over Nederland, Duitsland en Denemarken. Wanneer de winnende biedingen – goede benaderingen van de LCoE – worden gerangschikt naar het jaar waarin het betreffende windpark operationeel moet worden, is een sterk dalende trend zichtbaar. Hierbij passen wel twee kanttekeningen. De biedingen van bedrijven op windparklocaties kunnen strategisch van aard zijn, bijvoorbeeld als een bedrijf bereid is een verlies te accepteren om een marktpositie te veroveren. Daarnaast kan een bedrijf speculeren op een toekomstige kostendaling en zich terugtrekken wanneer deze kostendaling zich niet voordoet.
De figuur laat zien wat dit betekent voor de relatieve kosten van de beide technologieën. Ergens tussen 2019 en 2024 wordt stroom van wind op zee goedkoper dan kolenstroom.
Auteur
Categorieën