Welk belang prevaleert?
Aute ur(s ):
Klamer, A. (auteur)
De auteur is hoogleraar in de economie van kunst en cultuur aan de Erasmus Universiteit.
Ve rs che ne n in:
ESB, 86e jaargang, nr. 4325, pagina D17, 27 september 2001 (datum)
Rubrie k :
Dossier: Effecten en toekomst van mdw
Tre fw oord(e n):
publiek, belang
Door vanuit het gezichtspunt van het publieke belang te redeneren biedt Derksen een verfrissend perspectief op de discussie rond
mdw. De neiging is groot vanuit de consument te redeneren. Zoals Sweder van Wijnbergen, toen hij nog secretaris-generaal van EZ
was, betoogde: “[..] de baten van meer marktwerking zijn uiteindelijk het beste te beoordelen door degene [sic] om wie het allemaal te
doen is: de consumenten zelf.” 1. Derksen stelt daartegenover dat we de marktwerking dienen te beoordelen “in het licht van de
publieke belangen die in het geding zijn.” Dat maakt nogal wat uit.
Gaan we uit van de consument, dan willen we weten of meer marktwerking leidt tot lagere prijzen en betere dienstverlening. De vraag is
dan bijvoorbeeld of consumenten goedkoper uit zijn in de rijwielhandel (ja dus), voor minder kunnen bellen (ja dus), profiteren van de
concurrentie onder notarissen en makelaars (nee dus), en gemakkelijker en beter met openbaar vervoer kunnen reizen (nee dus). Door
vanuit het gezichtspunt van het publieke belang te redeneren, dwingt Derksen een andere bewijsvoering van de verdiensten van mdw af
en verzwaart hij de bewijslast. De vraag is nu niet of mdw het individuele belang van ons als consumenten dient, maar of het ten goede
komt aan het gemeenschappelijke belang dat wij als burgers hebben in deze samenleving. De vraag is daarom eerder of het samen-leven
in Nederland er beter op geworden is door mdw.
Volgen we de redenering van Derksen, dan krijgen we te maken met de vraag wat het gemeenschappelijke belang is. De meningen
daarover zullen uiteen lopen. Dat is maar goed ook, want daar moet de politiek over gaan. De ene groep wil een land waarin consumenten
soeverein zijn en ondernemende types alle ruimte hebben. Een andere groep wil eerder een samenleving waarin onderlinge verschillen
beperkt blijven en zorgzaamheid een zwaarwegende waarde is. Het gaat hierbij over de gedeelde waarden. Die waarden zijn het
gemeenschappelijke belang. We zouden ook kunnen spreken van onze beschaving.
Het manifest Stop de uitverkoop van de beschaving, dat ik mede ondertekend heb, heeft als resultaat gehad dat de beschaving op de
agenda is geplaatst. Het is nu legitiem je publiekelijk af te vragen of iets als mdw bijdraagt aan onze beschaving. Natuurlijk komen we dan
onmiddellijk terecht in discussies over wat die beschaving is, maar het grote voordeel is dat het niet meer vanzelfsprekend is dat het
belang van individuele consumenten voorop staat. Het monopolie van economen is gebroken. (Over concurrentie gesproken.)
De evaluatie van de mdw zal dus over waarden moeten gaan. Het gaat dan niet alleen om de economische effecten maar ook over de
effecten op het gemeenschappelijke goed. Als waarden als vrijheid, zorgzaamheid en gelijkheid onderdeel uitmaken van de Nederlandse
beschaving, wat mijns inziens een redelijke aanname lijkt, dan is de vraag of die waarden verbeterd zijn met meer marktwerking. Ik
betwijfel dat (vandaar het “stop de uitverkoop”). Gaat het om meer vrijheid dan zal de balans waarschijnlijk positief uitslaan, maar de
waarden van zorgzaamheid en gelijkheid staan zwaar onder druk. Zorgzame beroepen verliezen rap hun maatschappelijke status van
weleer (wie met ambitie wil nog verpleger, huisarts, verloskundige, leraar of docent worden?). En grootverdieners zijn inmiddels onze
nieuwe helden die ongemoeid hun gang gaan, zonder lastig gevallen te worden met vragen wat ze terug doen voor de samenleving (zoals
dat in de VS het geval zou zijn-zie Bill Gates.). Ook al is mdw geen directe oorzaak van deze afkalving, ze kan wel bijdragen aan een
klimaat dat deze afkalving bewerkstelligt omdat het de indruk geeft dat de calculerende burger centraal staat en niet meer de zorgzame
maatschappelijk betrokkern burger.
Daarmee is niet gezegd dat marktwerking uitgebannen moet worden. Van gezonde en eerlijke concurrentie kan deze samenleving niet
slechter worden. Derksen heeft volgens mij dan ook gelijk wanneer hij voor meer concurrentie onder universiteiten pleit. Maar dat
voorbeeld geeft aan waar het om moet gaan. Meer concurrentie onder universteiten moet niet gaan om het geld, zoals lagere prijzen voor
studenten en betere beloning van docenten. Bij universiteiten gaat het om het academisch klimaat. Dat bepaalt dan ook de inzet. Dat een
dergelijke concurrentie kan werken, laat de Amerikaanse ervaring zien. Daar concurreren universiteiten om de beste wetenschappers en
studenten. Natuurlijk speelt geld daarbij een rol maar de presidenten van Princeton en Harvard begrijpen maar al te goed dat ze
concurreren om een hechte academische gemeenschap met inspirerende colleges, en intensieve seminarreeksen, en vooraanstaande
sprekers van buiten. Kortom het gaat om de gemeenschappelijke waarden. Het betoog van Derksen impliceert dat het in de Nederlandse
discussie over mdw ook daarover zou moeten gaan.
Dossier Effecten en toekomst van mdw
A. Jorritsma-Lebbink en A.H. Korthals: Mdw: een operatie met effect
M. Stefanski: Mdw in vogelvlucht
J.B.G.M. Holtus en G.W.J.M. Linssen: In het kraaiennest van mdw
J. Boone, reactie: De vragen die mdw niet stelt
D.P. van den Bosch: Meer vrijheid in de vrije beroepen
W. Koole en H. Sandriman, reactie: Notarissen: kernproblemen onopgelost
J. Vianen: Werkt mdw voor het mkb?
B.I. van der Burg, reactie: Haal meer uit de mdw-operatie
W. Derksen: Marktwerking en publieke belangen
A. Klamer, reactie: Welk belang prevaleert?
D.J. Janssen: Verder met mdw
H.A. Keuzenkamp, reactie: Doelen of dolen
W. Etty en M.D.L. Veraart: Ontvoogding van de burger
F.J. De Vijlder, reactie: Verandering technische uitgangspunten nodig
E. Bauw, F. van Dijk en P. van Wijck: Impulsen voor een effectievere overheid
H.M.C.M. van Oorschot, reactie: Nog een lange weg te gaan
J.J.M. Theeuwes: Nooit meer zonder mdw
C.N. Teulings, reactie: Niet ontpolderen maar depolitiseren
A.M. Reitsma, epiloog: De markt meester
1 S.J.G van Wijnbergen, Toekomst van het marktwerkingsbeleid, ESB 16 juli 1999, blz. 529-531
Copyright © 2001 – 2003 Economisch Statistische Berichten (www.economie.nl)