Ga direct naar de content

2008 wordt het jaar van rechtvaardigheid en overvloed

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: december 21 2007

Wat zal 2008 ons brengen? Het getal acht was voor de oude
Grieken het getal van rechtvaardigheid en overvloed. Recht­
vaardigheid vanwege 1 + 1 = 2, 2 + 2 = 4 en 4 + 4 = 8 en
overvloed vanwege de derdemacht: 23. Wordt 2008 dus het
jaar van rechtvaardigheid en overvloed? Een beschouwing
met een rat race als conclusie.

H

et totaal aantal banen in Nederland steeg
afgelopen jaar in versneld tempo. Het
CBS rapporteerde dat de banengroei
over de eerste zes maanden van 2007
vergelijkbaar was met die ten tijde van de internet­
hype; nu echter binnen een context van een hogere
arbeidsparticipatie en een vergrijzende groep baby­
boomers. Het gebrek aan hoogopgeleid personeel
wordt steeds groter waardoor de lonen van hogerop­
geleiden stijgen en polarisatie dreigt.

Prikkels

Luc Soete en
Bas ter Weel
Directeur van UNU-MERIT,
Universiteit Maastricht,
en hoofd internationale
economie bij het CPB tevens senior researcher bij
UNU-MERIT, Universiteit
Maastricht

Als gevolg van de hoge vraag naar hogeropgeleiden
op de Nederlandse arbeidsmarkt zal het arbeids­
aanbod aantrekken. Dit kan op twee manieren:
Nederlandse bedrijven verplaatsen hun productie
naar het buitenland of besteden het uit aan buiten­
landse bedrijven, of hoogopgeleide buitenlandse
werknemers komen naar Nederland.
Het eerste proces is in volle gang door concur­
rentie met China en India die niet meer slechts
laaggeschoold werk uitvoeren. Overigens profiteert
Nederland behoorlijk van deze opkomende eco­
nomieën. Zo levert de Nederlandse handel met
China en India vele honderden euro’s per persoon
op. Goede relaties met opkomende economieën
en ook de nieuwe EU-lidstaten zijn cruciaal om de
Nederlandse economie draaiende te houden.
Het onvoldoende openstellen van de arbeidsmarkt
voor hoogopgeleiden zal, zeker met de uittredende
babyboomers, in de toekomst een steeds groter
probleem worden. Er is een groot tekort aan tech­
nici, innovatieve geesten en entrepreneurs dat niet is
op te lossen met hogere lonen, omdat in Nederland
de voorkeur wordt gegeven aan rent seeking en de
beloning voor risicovolle investeringen laag is. De
creatieve klasse wordt als het ware gestimuleerd
te kiezen voor juridische en economische beroe­
pen. Het gebrek aan massa en prikkels kan worden
opgevangen door werknemers uit minder ontwikkelde
landen aan te trekken die deze leemte opvullen. Het
invoeren van een Europese blue card en de éénloket-optie voor hoogopgeleide buitenlanders die
in Amsterdam willen werken, zal de toegang tot de

Nederlandse arbeidsmarkt verbeteren. Structureel
beleid ontbreekt echter om de arbeidsmarkt open te
breken, zodat de polarisatie op korte termijn eerder
sterker wordt.

Eerder beginnen
Het positieve van toenemende loonongelijkheid is
dat het arbeidsaanbod vanzelf omhoog zal gaan.
Wanneer de prijs hoog genoeg is, zullen meer men­
sen gaan investeren in scholing. In een economisch
perspectief is het aftoppen of extra belasten van
hoge inkomens slecht voor de reactie van het aanbod
op de toenemende vraag, omdat het probleem van
een te klein aanbod niet wordt opgelost. Gelukkig
lijkt het kabinet deze marktwerking dan ook niet
meer te willen frustreren; het zou zich bezig moeten
houden met de fundamentele oorzaken in plaats van
politieke lapmiddelen bedenken voor de gevolgen.
Met een vergrijzende bevolking is de enige reme­
die het arbeidspotentieel beter te benutten. Dit
begint al op zeer jonge leeftijd en eigenlijk al voor
de geboorte. Een groeiend aandeel van de jongste
Nederlandse jeugd (veelal uit gezinnen met een rela­
tief zwakke inkomenspositie) wordt opgevoed onder
ongunstige sociale omstandigheden die leiden tot
verminderde cognitieve, emotionele en sociale vaar­
digheden. Investeringsopbrengsten zijn het hoogst
wanneer ze in de eerste levensjaren zijn gedaan.
Daarnaast zullen vroege investeringen latere inves­
teringen stimuleren, zodat de totale accumulatie
van menselijk kapitaal hoger zal zijn. Het is daarom
effectief om achterstanden te voorkomen in plaats
van ze te repareren. Hierop moet het beleid zich
richten door ouders prikkels te geven te investeren
in hun kinderen of door het afdwingen van betere
omstandigheden. Het wijkenproject van minister
Vogelaar en het testen van zeer jonge kinderen op
mogelijke achterstanden kan een eerste stap in de
goede richting zijn.

Keuze voor rendement
De kapitaalmarkt is als gevolg van de wereldwijde
kredietcrisis in mineur. Vooral in het westen hebben
veel financiële instellingen verlies moeten nemen en
wordt het een onstuimig boekhoudseizoen omdat de
waarde van veel portefeuilles moeilijk te bepalen is.
Nederlandse instellingen lijken (op een enkeling na)
de dans te ontspringen. Niettemin zijn de wetten van
de internationale kapitaalmarkt erg van toepassing
op een kleine economie als Nederland.
De toenemende wereldwijde transparantie van kapi­
taalmarkten leidt tot steeds omvangrijkere financiële

ESB

21 december 2007

781

internationaal

2008 wordt het jaar van
rechtvaardigheid en overvloed

bewegingen op zoek naar rendement. Dit gaat gepaard met een
nooit nagedacht of op financi­
Innovatiebeleid
aantal paradoxale vaststellingen. Aan de ene kant een steeds
ële markten wel voordelen te
grotere erkenning bij traditionele beleggingsfondsen van de
behalen zijn voor Nederland.
in een relatief
kapitaalbehoefte in opkomende economieën; aan de andere
In dit perspectief blijft het in­
klein land dient
kant toenemende kapitaaloverschotten in ontwikkelingslanden
novatiebeleid nog steeds te veel
die belegd worden in bedrijven in rijke OESO-landen.
gefocust op Nederland als een
in toenemende
Het positieve van deze ontwikkelingen is dat kapitaalschaarste
gesloten economie en houdt het
mate een uiting
steeds minder de kern van het ontwikkelingsprobleem vormt.
onvoldoende rekening met de
Zo komt de rol van IMF en Wereldbank verder onder druk te
internationale en vooral Europese
te zijn van slim
staan. Het negatieve van deze ontwikkelingen is dat de interna­
context waarbinnen de keuzes voor
specialisatiebeleid
tionale onevenwichtigheden steeds grotere vormen aannemen
sleutelgebieden gemaakt worden.
en de beheersbaarheid van een financiële crisis een mondiale
Innovatiebeleid in een relatief
aanpak vergt.
klein land dient in toenemende
Financiële transparantie betekent dat managers onder invloed staan van acti­
mate een uiting te zijn van slim specialisatiebeleid.
vistische aandeelhouders, die snel resultaat willen zien en ongeduldig zijn. Dit
Zo niet, dan vervalt men al snel in een regionale
roept niet zozeer vragen op rond entry en financiering, waarvoor veelal voldoende
concurrentie tussen Europese landen en regio’s
kapitaal beschikbaar is, maar rond exit waarbij bedrijven of activiteiten snel
door technologiesubsidies, waarbij uiteindelijk geen
worden ontmanteld en met ogenschijnlijk gemak (opnieuw) naar de beurs worden enkele regio de minimumschaal realiseert om te
gebracht.
profiteren van agglomeratie-effecten.
Met de beperkte Nederlandse middelen dienen hel­
Internationale focus
dere beleidskeuzes te worden gemaakt, die moeten
De schaalvergroting op de internationale kapitaalmarkt gaat onverminderd voort.
zijn gericht op potentiële voordelen en vervolgens
Op de Amsterdamse beurs zijn sinds 2000 meer bedrijven verdwenen dan bijge­
barrières op arbeids- en kapitaalmarkten aanpak­
komen. Dit is het gevolg van consolidatie en schaalvergroting van beurzen, waar­
ken. Het helpt daarom ook niet dat grote bedrijven,
door Nederland als vestigingsplaats minder aantrekkelijk is geworden. Daarnaast
werkgevers- en werknemersorganisaties en kabinet
spelen regelgeving (Tabaksblat), de verminderde waarde van een beursnotering
elkaar de vliegen afvangen, terwijl in landen om ons
om kapitaal aan te trekken en de relatief lage waardering van Amsterdamse fond­ heen duidelijke keuzes worden gemaakt (tegenwoor­
sen een rol bij de beslissing een notering in Amsterdam te ambiëren.
dig zelfs in Frankrijk).
De cijfers voor Amsterdam wijzen erop dat ruim twee derde van de bedrijven
Globalisering van de wetenschap
van de beurs is verdwenen als gevolg van een fusie of overname. ABN AMRO
Na jaren van wetenschappelijke dominantie van de
en Stork zijn de meest recente en prominente voorbeelden. Als vestigingsplaats
Verenigde Staten, gebaseerd op een veel sterkere
staat Amsterdam mondiaal dan ook slechts op plaats 23, ver achter Londen,
private financiering van onderzoek en een efficiënter
Parijs en Frankfurt. Deze trend zal onverminderd doorzetten met de ontwikkeling
Amerikaans onderzoekstelsel, lijkt de globalisering
van onder meer Brazilië, Rusland, India en China (BRIC-landen) tot volwaar­
van de wetenschap te zijn ingezet. Vooral de EUdige financiële markten. Daarnaast zijn binnen de EU verschillende landen zeer
landen hebben een inhaalrace ingezet. Internationale
actief om financiële diensten binnen te halen (Ierland en Luxemburg) en moet
best practices rond onderzoeksperformance en -eva­
de aantrekkingskracht van Dubai en andere landen in het Midden-Oosten als
luatie verspreiden zich. De wetenschappelijke supre­
nieuwe financiële centra voor beleggingsfondsen, maar ook pensioenfondsen,
matie van de Verenigde Staten is dan ook niet blij­
niet worden onderschat.
vend, evenmin als dat in een wat verder verleden in
Niches en sleutelgebieden
Engeland en andere Europese landen het geval was.
Het is natuurlijk wonderlijk dat ten tijde van de Lissabon-bijeenkomst weinig
Integendeel, juist de hogere huidige Amerikaanse
aandacht is besteed aan het verspreiden van wetenschappelijke kennis, de keuze
onderzoeksperformance zet andere landen aan hun
voor bepaalde sleutelgebieden en de opkomst van bijvoorbeeld de BRIC-landen.
eigen onderzoeksperformance op te krikken.
Sinds het akkoord in maart 2000 is economische groei voor een groot deel te
In de EU is met de oprichting en start van de
danken aan de versnelling van internationale technologische diffusie en ontwik­
European Research Council (ERC) in 2007 (waarbij
kelingen, en niet zozeer aan binnenlandse initiatieven om de groei te versnellen.
voor het eerst op Europese schaal onderzoeksmidde­
Internationale handel en de globalisering van de wetenschap dragen voor een
len uitgedeeld worden) een belangrijke nieuwe trend
groot deel bij aan de welvaartsgroei sinds 2000.
in werking getreden. De eerste ronde die zich richtte
Een kleine open economie is sterk afhankelijk van kennis die in het buitenland
op jonge onderzoekers leidde tot bijna tienduizend
wordt ontwikkeld. Technologische koplopers zullen geneigd zijn hun innovatieac­
aanvragen voor een totaal bedrag aan tien miljard
tiviteiten naar grote markten te verplaatsen, omdat zij op kleine markten niet de
euro, een overschrijving van meer dan dertig keer de
schaal zullen realiseren om voldoende in kennis te investeren. De vraag is hoe de
beschikbare middelen van driehonderd miljoen euro.
Nederlandse inspanningen verankerd kunnen worden in een mondiale context.
Het illustreert dat er in de EU een enorm onder­
Het belangrijkste is dat er keuzes worden gemaakt op basis van comparatieve
zoekspotentieel aanwezig is, omvangrijker wellicht
voordelen.
dan in de Verenigde Staten. Hoe kwalitatief sterk die
Wat bedrijven bindt, zijn specifieke competenties van mensen. Zo bezien is de
niet benutte onderzoekscapaciteit is, is niet bekend,
huidige stagnatie van de Nederlandse kenniseconomie een gevolg van het ont­
maar de ERC zal dat binnenkort uitwijzen. De ERC
breken van integraal beleid dat specifiek gericht is op sleutelgebieden waarop
huldigt voor het eerst het principe dat de uitgekozen
wel voordelen aanwezig zijn, maar die nog niet zijn benut. Het oprichten van
onderzoeker binnen Europa zijn geld onbelemmerd
bijvoorbeeld het Holland Financial Centre lijkt een mooi initiatief, maar er is
mag meenemen. Hierdoor komt een bottom-upeffect

782

ESB

21 december 2007

naar boven, zodat het Europees we­
tenschapsbeleid niet langer gevangen
zit in het principe van juste retour,
waarbij het nationale belastingsgeld
dat in onderzoek gestopt wordt terug
moet vloeien naar het land waar
het vandaan komt. Voor Europees
onderzoek belemmerde juist dit
principe dat Europa op het gebied
van onderzoek voordeel kon halen
uit zijn omvang en concentratie van
onderzoeksexcellentie.

Tot besluit
2008 is ook een Olympisch jaar, wat ons terug­
brengt bij de oude Grieken. De eerste letters van
de zes tussenkopjes vormen echter niet toevallig de
locatie van de 29e Olympische Zomerspelen: Peking.
2008 wordt het jaar van China. Wanneer we naar ar­
beid, kapitaal en technologie kijken, zoals hierboven
in een Nederlands perspectief, dan staan alle seinen
voor China op groen.
De arbeidsmarkt wordt op dit moment gekenmerkt
door relatief veel laaggekwalificeerd werk, maar de
trends wijzen op grote veranderingen. De instroom
op universiteiten bedraagt nu reeds twintig miljoen
studenten per jaar, van wie ongeveer de helft een
technische studie kiest. Het aantal werknemers met
een hogere opleiding is gegroeid van ongeveer 25
miljoen in 1990 naar ruim zeventig miljoen in 2006.
Hiervan heeft ruim een kwart een universitaire
opleiding. Ook gaan steeds meer Chinese studenten
in het buitenland studeren (vierhonderdduizend
afgelopen jaar) en keert ruim de helft terug om in
China werk te zoeken. Uiteraard moet er nog veel
verbeteren en zijn de kansen die mensen krijgen
niet gelijk verdeeld, maar deze trend laat zien dat de
Chinese arbeidsmarkt evolueert en op dit moment
zowel veel laaggeschoold als hooggeschoold werk
biedt. De kansen die de hoogopgeleide werknemers
hebben gepakt, vormen een prikkel voor de arme
bevolking in rurale gebieden om ook steeds meer te
investeren in hun kinderen en zo in de toename van
de voorraad hoogopgeleid menselijk kapitaal. Ten
slotte is de Chinese jeugd erg optimistisch over de
toekomst. Het zicht op een beter leven, in materiele
zin, dan hun ouders tezamen met het behoud van
spirituele en religieuze waarden inspireert velen. Zo
blijkt uit enquêtes onder jongeren dat ruim de helft
van de jonge Chinese vrouwen in de nabije toekomst
een eigen bedrijf wil starten, en dat geldt voor zelfs
driekwart van de jonge mannen. In Europa is dit
cijfer nauwelijks een derde van de Chinese cijfers.
De aandelenmarkten van Shanghai en Shenzhen
hebben in beurswaarde ’s werelds grootste bedrij­
ven: Petro-China, China Mobile en Industrial and
Commercial Bank of China zijn respectievelijk het
grootste bedrijf, de grootste telecomaanbieder en de
grootste financiële instelling. De afgelopen tijd zijn
per week miljoenen beleggingsrekeningen geopend.
Er is zo veel liquiditeit en de rentestand is relatief

zo laag dat de beurzen blijven floreren. Daarnaast is de beurs
van Hong Kong na Londen de beurs met de meeste introduc­
ties in de afgelopen drie jaren. Verder heeft het staatsfonds
China Investment Corporation ruim tweehonderd miljard in
portefeuille om wereldwijd te gaan beleggen. Hiervan is reeds
zo’n zeventig miljard geïnvesteerd in twee Chinese banken en
wacht de rest op een goede bestemming. Ten slotte zijn alle
grote Nederlandse bedrijven actief in China. Met name de grote
banken hebben sterk ingezet op expansie, zowel door acquisi­
ties/samenwerking als door autonome groei. Maar ook bedrijven
als bijvoorbeeld Randstad zien veel mogelijkheden om in China
rendement te behalen.
Ten slotte vinden grote investeringen plaats in innovatie en technologie. Na de
Verenigde Staten is China de grootste investeerder in O&O: 35 miljard dollar
per jaar. Deze investeringen worden slim gecombineerd met het aantrekken van
buitenlandse investeringen. Eind 2006 stonden er al ruim achthonderd buiten­
landse laboratoria in China. Verder wordt geprobeerd om buitenlandse kennis te
kopen door te participeren in O&O in het buitenland. Zo heeft de Glanz Group
een laboratorium in Silicon Valley en hebben verschillende bedrijven zich inge­
kocht bij grote multinationals (onder andere Philips Semiconductors, Hyundai en
IBM). De handel in technisch hoogwaardige goederen met een Chinees stempel
is hierdoor sterk toegenomen tot een verwachte waarde van ruim negenhon­
derd miljard dollar dit jaar. Dit proces laat goed de globalisering van kennis en
technologische ontwikkelingen zien. Door de schaal van de binnenlandse markt
(zowel arbeid als kapitaal) slim te laten aansluiten op de buitenlandse vraag naar
productiefactoren is een loop in China gecreëerd die door continue feedback­
mechanismen van arbeid en kapitaal naar kennis en handel de economie haast
onbelemmerd laat groeien en investeringen in menselijk kapitaal en kennis zeer
rendabel maakt.
In China is 2008 het jaar van de rat. Dit laat zich kenmerken door creativiteit
en intellectuele levendigheid. Het gevaar schuilt erin dat luiheid, opportunisme
en zelfgenoegzaamheid ontstaat wanneer het goed gaat. Daarnaast waarschuwt
de legende ons voor het volgende: Boeddha nodigde dertien dieren uit voor een
feest. Tijdens het feest werd een race gehouden tussen de dieren. Naar ieder
van de dieren zou een jaar genoemd worden. De rat vertelde de kat dat het
feest een dag later zou zijn. Zelf klom de rat voor de race op de rug van de os
en kwam als eerste aan. De kat eindigde op de dertiende plaats en was te laat
om een jaar naar zich genoemd te krijgen. De Chinese dierenriem bestaat dan
ook uit slechts twaalf dieren. Als gevolg daarvan achtervolgt de kat tot op de dag
van vandaag de rat om wraak te nemen. Er zijn dus geen beren op de weg die
de Chinese economie weerhouden te floreren, maar potentiële katten zijn toe­
nemende inflatie, een beursbubble die uiteen zou kunnen spatten en krapte of
onrust op de arbeidsmarkt.
Kortom een interessant jaar waarin de rechtvaardigheid van de rat moet blijken,
maar waarin de invloed van China op de wereldeconomie wel eens tot overvloed
op de internationale markten kan leiden.

Er zijn dus
geen beren op
de weg die de
Chinese economie
weerhouden te
floreren

ESB

21 december 2007

783

Auteurs

Categorieën