Ga direct naar de content

Vijf aandachtspunten voor verbindend verduurzamen

Geplaatst als type:
Gepubliceerd om: mei 18 2020

Steeds meer mensen zien in dat verduurzaming geen ‘simpele’ technische operatie is die ergens op de achtergrond ‘wel voor elkaar zal komen’. Het is een transitie die diep ingrijpt in hoe onze samenleving is georganiseerd, en in datgene wat we als ‘normaal’ beschouwen.

Annemieke Nijhof: Lid van de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli)

Grote veranderingen roepen meestal weerstanden op, en dat zie je terug bij het maatschappelijk debat rond verduurzaming. Waar het voor de een niet snel genoeg kan, vraagt de ander zich af waarom er veranderingen nodig zijn, en of hij of zij ook mag meepraten over het tempo en de manier waarop.

Verduurzaming heeft alleen kans van slagen als iedereen in de samenleving meedoet. Na de P van Planet, waarbij vooral experts en beleidsmakers zich over oplossingen hebben gebogen, en de P van Profit, waarbij het bedrijfsleven werd betrokken en de energietransitie economisch rendabel werd gemaakt, staat sinds het Klimaatakkoord de P van People centraal. Zonder brede politieke steun komen er onvoldoende publieke middelen vrij, en zonder brede maatschappelijke steun vinden er onvoldoende private initiatieven plaats.

Luc Boot: Projectleider bij de Rli

Maar hoe bereiken we die inclusieve transitie? Hoe voorkomen we dat verduurzaming de toch al aanwezige scheidslijnen in de samenleving verder verdiept en verscherpt? Hierover sprak de Rli het afgelopen jaar met uiteenlopende partijen. Die gesprekken hebben, voor wie verbindend wil verduurzamen, tot nog toe vijf clusters van aandachtspunten opgeleverd:

1. Individuele belangen versus collectieve oplossingen: Duurzaamheidsoplossingen vereisen vaak collectieve keuzes, waarbij individuele belangen en afwegingen mogelijk in het gedrang kunnen komen. Geven we bij verkiezingen dus toestemming voor ingrijpende beslissingen? Hoeveel maatwerk moet er komen op lokaal niveau? En accepteren we dat de uitkomsten zullen verschillen voor groepen in de samenleving en voor delen van het land?

2. Omgaan met uiteenlopende waarde-oriëntaties: Verbindend verduurzamen vereist dat men helder is over en openstaat voor uiteenlopende waardeoriëntaties. Doen we het samen of ieder voor zich, en voelen we ons verantwoordelijk voor de buurt of de wereld? Bestaat er in de samenleving een min of meer gedeelde opvatting over wat ‘duurzaamheid’ inhoudt en wat daarvoor nodig is?

3. Zeggenschap en leiderschap: Verbindend verduurzamen vergt ook het verder doordenken van de rolverdeling tussen individu, bewonersinitiatief, ambtenaar en politiek. Leiderschap is niet voorbehouden aan politiek en bestuur – juist informeel leiderschap kan voor verbinding zorgen. Hoe kunnen de wethouder en de ‘buurtburgemeester’ elkaar versterken?

4. Kennis en kunde: Verbindend verduurzamen vereist het geven van ruimte aan kennis uit de samenleving. De kennis van een professional met weinig tijd is niet per se beter of betrouwbaarder dan die van een ‘google-­specialist’ met veel tijd. Zijn we dus wel transparant over de kennis die we gebruiken, en staan we open voor inzichten uit de samenleving?

5. Beelden en oordelen: Ten slotte is het voor verbindend verduurzamen ook nodig dat men zich bewust is van de kracht van beeldvorming, en van waar die beelden vandaan komen. Zijn we onbevooroordeeld genoeg, en wat is de rol van de media hierbij?

Deze vijf aandachtspunten helpen burgers en duurzaamheidsprofessionals om verbinding te maken bij het werken aan verduurzaming. Er zullen altijd belangentegenstellingen zijn tussen groepen in de samenleving. Maar wanneer we die tegenstellingen beter weten te kanaliseren, is dat ook al een flinke winst voor zowel verbinding als verduurzaming.

In het kort

Van 25 tot 29 mei organiseert de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) de week van verbindend verduurzamen, zie www.rli.nl.

Auteurs

Categorieën