Vertrouwen in simpelpaars
Aute ur(s ):
Lecq, S.G., van der (auteur)
Hoofdredacteur ESB
Ve rs che ne n in:
ESB, 87e jaargang, nr. 4362, pagina 401, 24 mei 2002 (datum)
Rubrie k :
Van de redactie
Tre fw oord(e n):
Het zijn zware tijden in Den Haag. Na de ellende rond de eerste politieke moord sinds eeuwen, werden de politici geconfronteerd met
aantijgingen door advocaten en andere Pim-gezinde lieden. Vervolgens moesten de meeste partijen een verpletterende
verkiezingsnederlaag incasseren. Even viel het stil.
Wat nu te doen? Voor de hand lag een coalitie van cda, lpf en vvd, maar al snel bleek de vvd de oppositie boven het pluche te verkiezen
en kwam de sp in beeld. Dat wordt puzzelen voor de informateur en daarna de formateur. Cda-lijsttrekker Balkenende, die in brede kringen
als aanstaand premier wordt gezien, stelde voor een regeerakkoord van slechts enkele A4-tjes af te sluiten, hierover in de Tweede Kamer
te debatteren en pas daarna over te gaan tot de vorming van een kabinet. Dat is een gewaagde constructie.
Het kabinet Paars-II regeerde op basis van een regeerakkoord dat meer dan honderd pagina’s telde. Meer dan eens bleek dit akkoord
nodig te zijn om de partijen bij elkaar te houden. Wanneer een partij plannen ontwikkelde die ermee in strijd waren, werd deze door een
coalitiepartner tot de orde geroepen en verdween het plan uit beeld. Aldus werd het akkoord tot een contract dat de drie paarse partijen
in staat stelde bijna de hele regeertermijn vol te maken – tegen veler verwachting in.
Wie wel eens met een aannemer een verbouwing heeft geregeld, of een nieuw huis heeft gekocht, weet dat contracten nooit compleet zijn
1. Slechts een deel van de overeenkomst kan formeel worden vastgelegd en worden geborgd door gespecificeerde beloningen en
sancties. Naast het formele contract is er het impliciete contract, waarmee de samenwerking tussen de contractpartijen op basis van de
wederzijdse intentie wordt verstevigd. Deze ‘onzichtbare handdruk’ zorgt ervoor dat de partijen in de situaties die niet in het contract zijn
gespecificeerd, zullen handelen naar de geest van de overeenkomst.
Steeds vaker wordt in de economische literatuur gewezen op de rol van vertrouwen als derde onderbouwing van een
samenwerkingsrelatie. Ook al kennen mensen elkaar niet, als zij uit een cultuur komen waarin men een hoge mate van onderling
vertrouwen heeft, kunnen zij gemakkelijk samenwerken 2. Hun onderlinge vertrouwen zorgt ervoor dat het gezamenlijke doel wordt
behaald, zelfs al moet een partij daar iets extra’s voor doen of laten. Dit vertrouwen tussen mensen die elkaar niet kennen, waardoor ze
zich niet kunnen baseren op onderlinge reputaties, ontstaat makkelijker tussen mensen die een zelfde culturele achtergrond hebben. Te
denken valt aan etnische of religieuze groepen. In de tijd dat Nederland sterk verzuild was, deden katholieken zaken met katholieken en
kochten protestanten bij protestanten.
Ook de aanstaande premier heeft als hoogleraar christelijk-sociaal denken over de rol van vertrouwen in de economie gepubliceerd 3.
Mogelijk is zijn keuze voor een kort regeerakkoord hierdoor ingegeven. Slechts de hoofdlijnen laten zich in een contract vastleggen; de
rest is een kwestie van vertrouwen. In deze gedachtegang is het niet nodig om de informatieperiode lang op te rekken door over de
nadere uitwerking van de overeenkomst te gaan onderhandelen. Dat komt mooi uit, want de Koningin schijnt ook van tempo te houden.
Er zit echter een adder onder het gras. Het vertrouwen bestaat bij de gratie van een gedeelde culturele achtergrond en die ontbreekt nu
juist. Tussen cda en lpf zijn al weinig culturele overeenkomsten te bespeuren en als de sp de derde partij wordt, is de overeenkomst met
zekerheid minimaal. Ditmaal kan D66 niet lijmen, zodat er een kabinet gaat komen dat vanuit verdeeldheid tot eenheid moet komen.
Zonder al te veel vanzelfsprekend vertrouwen, resten het impliciete en het expliciete contract. Het impliciete contract is lastig: samen
regeren met een partij die dit nog nooit heeft gedaan, biedt bepaald geen zekerheden. Voorzover de lpf de Haagse mores kent of gaat
ontdekken, is onzeker of zij zich er iets aan gelegen zal laten liggen. Niet alleen is dit de afgelopen weken bij ‘oplopende emoties’
gebleken, ook heeft de partij van de lpf-stemmers de opdracht meegekregen het spel niet al te Haags te spelen. Juist hier deed zich
immers de vervreemding van de kiezer voor, waar de lpf een einde aan gaat maken. De kiezer wil simpele maatregelen en heldere taal, want
dat is herkenbaar.
Dan rest nog het expliciete contract, oftewel het regeerakkoord. Een lang regeerakkoord geeft duidelijkheid naar de Tweede Kamer en de
kiezers over wat er van het kabinet mag worden verwacht en het houdt de partijen op contractbasis bijeen. Echter, de duivel schuilt in het
detail en het cda heeft weinig op met duivels. Een kort regeerakkoord maakt snel een einde aan de impasse van het demissionaire en
weggestemde kabinet. Bovendien is een kort regeerakkoord op hoofdlijnen begrijpelijk voor de kiezer. Simpelpaars, met de
begrijpelijkheid van de lpf, de gezonde overheidsfinanciën van Paars en een christelijk-sociale invalshoek van de winnende partij. Daar
kun je op vertrouwen, maar voor hoe lang? Met weinig zwart-op-wit om op terug te vallen, heeft Balkenende een flink karwei voor de
boeg
1 Voor een op eigen ervaring gebaseerde, levendige beschrijving, zie O. Hart, Firms, contracts and financial structure, Oxford University
Press, Oxford, 1995.
2 F. Fukuyama, Trust: the social virtues and the creation of prosperity, Hamish Hamilton, Londen, 1995.
3 J.P. Balkenende, E.J.J.M. Kimman en J.P. van den Toren, Vertrouwen in de economie: het debat, Van Gorcum, Assen, 1997; J.P.
Balkenende, Poldermodel is geen uitvinding van paars, NRC Handelsblad, 3 juni 1997.
Copyright © 2002 – 2003 Economisch Statistische Berichten (www.economie.nl)