Ga direct naar de content

Telematica

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: oktober 7 1987

Telematica
Telematica behelst de koppeling van
twee technologieen: telecommunicatie
en informatica. Ze komt tot stand in netwerken. Dit zijn stelsels van verbindingen tussen meer dan twee eenheden, zoals bij voorbeeld een spoorwegnet. In de
telematics gaat het om de uitwisseling
van gegevens tussen computers onderling of tussen computers en gebruikers.
Voor gebruikers kan een drietal functies
worden onderscheiden:
1. retrieval: het on-line opzoeken van informatie;
2. het overzenden van transacties: orders, facturen, betalingen;
3. het overzenden van gegevensbestanden en computerprogramma’s.
Elk van deze functies stelt eigen eisen
aan de netwerken. Dat zijn dan telefoonnetten, datacommunicatienetten (bij
voorbeeld DM1 van de Nederlandse
PIT), TV-kabelnetten, glasvezelnetten,
satellieten. Oe drie laatstgenoemde zijn
breedbandige toepassingen geschikt
voor TV, beeldtelefonie, videovergaderen en dergelijke. Gepoogd wordt om via
ISDN over de bestaande telefoonnetten
tegelijkertijd spraak, tekst, data en grafieken overte brengen, maar een Internationale standaard is nog niet vastgesteld.
Integendeel, er ontstaan veel deelmarkten, wat leidt tot duidelijk kostenverhogende effecten voor de gebruikers en extra drempels voor de internationale telecommunicatie.
Standaardisatie is dan ook het sleutelwoord voor de ontwikkeling van
netwerken. Internationale verschillen
moeten worden voorkomen en standaards zijn nodig voor technische protocollen, communicatiesnelheid, tussentijdse opslag en zelfs ook voor de inhoud
van berichten. Uniforme coderingen, zoals bij voorbeeld artikelcodering zijn op
ditterrein reeds werkelijkheid. Algemene
Standaardisatie is uiteraard efficiencybevorderend en werkt ook onafhankelijkheid in de hand: netwerken die alleen
bestellingen bij bepaalde leveranciers
mogelijk maken, leiden tot onaanvaardbare afhankelijkheid. Een gebrek aan
Standaardisatie doet zich bij voorbeeld
voor bij het on-line raadplegen van ‘gegevensbanken’; het gebrek aan een gestandaardiseerde zoektaal is hier het
grootste
struikelblok.
Gestandaardiseerde menugestuurde zoekprogramma’s moeten deze barriere wegnemen.
Een dergelijke barriere speelt bij voorbeeld bij het invoeren van elektronisch
betalen in Nederlande; de vertraging
wordt deels veroorzaakt door het ontbreken van standaardisatieafspraken tussen Postbank en Raad voor het Betalingsverkeer.
Een vergelijking met de functie van het
Rationale en internationale wegennet
voor het verkeer en de functie van nationale en internationale netwerken van de
telecommunicatie ligt voor de hand.

A.C.R. Dreesmann

‘andaardisatie is in het verkeer nodig
ten aanzien van verkeersregels, hoogte
van viaducten e.d. Vraagstukken van
grensoverschrijdend verkeer, wegenbelasting, tol, maximaal toelaatbare asdruk, kwaliteit en capaciteit van wegen,
filevorming en dergelijke zijn aan de orde. Vergelijkbare problematieken komen
ook voor ten aanzien van netwerken. Een
goede infrastructuurten behoeve van het
verkeer is voor de economie van groot
belang; vanaf de jaren negentig zal een
goede infrastructuur ten behoeve van de
telecommunicatie zeker zo belangrijk
worden.
Daarom moet er ook een Europese
aanpak van het telecommunicatiebeleid
komen. PTT’s zullen minder als monopolist moeten optreden. Zeker op het gebied van telecommunicatie zullen de
lidstaten van de EG tot provincies van
Europa worden. Samenwerking is een
noodzaak en vanuit Brussel zal het voortouw genomen moeten worden. Een programma als Esprit voor informatica is
voor de telecommunicatie dringend nodig. Als in Europa niet iets dergelijks van
de grond komt, zal dit werelddeel de
communicatie-infrastructuur missen die
noodzakelijk is om in de toekomst te concurreren met Japan en de VS. In Nederland zou een coordinerend minister voor
het informatiebeleid moeten worden benoemd; thans zijn vele ministers met
stukken van informatiebeleid belast en zij
brouwen er gezamenlijk niets van.
Het grote voordeel van telematica is
dat het een meer efficiente bedrijfsvoering mogelijk maakt. Daarbij moet bij
voorbeeld gedacht worden aan een betere benutting van de mogelijkheden van
het ‘just-in-time’-beginsel in de bevoorrading. Voor de Nederlandse economie liggen hier goede kansen om onze concurrentiepositie te verbeteren die samenhangt met onze unieke ligging in de

wereld, als natuurlijke aan- en afvoerplaats van Europa. Indien de mogelijkheden goed worden benut kunnen de daaruit voortvloeiende handels-, opslag-,
distributie- en transport- en andere functies op hoog professioneel niveau worden vervuld. Voor de in Nederland zo belangrijke vervoerssector vormt de datacommunicatie de kransslagader voor het
logistieke proces. Het gaat om berichten
over vrachtuitwisseling en verdere
datacommunicatie tussen vervoerders,
verladers, financiers, verzekeraars,
vrachtagenten en expediteurs.
Naast bovenstaande invloeden op de
interne bedrijfsvoering zullen er ook veranderingen in de externe organisatie
zijn, zoals verschuivingen tussen
de verschillende distributiekolommen,
tussen de verschillende schakels in deze
kolommen, concentratie- en -uitschakelingstendensen en nieuwe samenwerkingsvormen. Tussenschakels in de distributie en in de zakelijke dienstverlening
zullen zeker op de tocht komen te staan.
Ook zullen er effecten van betekenis zijn
voor de internationaliseringsprocessen
van handel en diensten. Voor zover de
consument hierbij betrokken is, zoals bij
voorbeeld bij teleshopping of elektronisch betalen, zijn het consumentengedrag ten opzichte van deze veranderingen en de consumentenacceptatie van
groot belang. Het voorspellen van gedrag en acceptatie van de consument
blijkt met de meer en meer individueel
opererende consument steeds moeilijker
te worden.
Voor de managers van morgen ligt hier
een belangrijke opg’ave. Zij zullen zich
een beeld moeten vormen van de voordelen die telematica voor nun onderneming kan opleveren. Deze voordelen
kunnen slaan op de verbetering van de
dienstverlening, het ontwikkelen van
nieuwe produkten en op efficiencyverbetering. Van groot belang is dat de
managers bij deze ontwikkeling in de ‘drivers seat’ zitten. Door de ontzagwekkende verscheidenheid aan mogelijkheden,
door het overstelpende aanbod van harden software is het moeilijk vast te stellen
welke mogelijke toepassingen de meeste
vruchten zouden kunnen afwerpen. Van
de goede manager mag worden verwacht dat hij met een gezond verstand en
een zekere intuTtie de weg voor zijn onderneming zal weten te vinden.

Auteur