Ga direct naar de content

Structureel aanpassingsbeleid in Afrika

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: maart 13 1991

Structureel aanpassingsbeleid in Afrika
Structurele-aanpassingsprogramma’s (SAP’s) zijn al
sinds jaren een permanent aanwezige inkleuring
van de Afrikaanse horizon. Die horizon staat in
brand vanwege de reeks door mens en natuur veroorzaakte rampen.
De economische resultaten in Afrika zijn desastreus.
Gemiddeld genomen bleef het inkomen per hoofd
gedurende de jaren zeventig constant en daalde het
in de jaren tachtig met bijna een procent per jaar.
De ‘terms of trade’ gingen de afgelopen tien jaar
met een derde achteruit, een daling die volgde op
de teruggang met 10% in de jaren zeventig. De
scherpe stijging van het renteniveau in het begin
van de jaren tachtig was eveneens een grote klap.
Het rendement op investeringen viel terug tot 2,5%
tussen 1980 en 1987! Dit ongelofelijk slechte resultaat veroorzaakte natuurlijk een scherpe daling van
de investeringsgraad die zakte tot 20 procent van
het bnp, veel lager dan elders in de ontwikkelingslanden. Dit ging gepaard met een even scherpe daling van de spaarquote tot een gemiddelde van
slechts 18 procent, eveneens ver beneden het niveau elders in de derde wereld.
Afrika’s exportvolume daalde gemiddeld met 1,5
procent per jaar vergeleken met een jaarlijkse groei
van 4 procent voor de andere ontwikkelingslanden.
Zeer negatief is de terugval van landbouwprodukten en grondstoffen, cruciale exportprodukten voor
Afrika, in procenten van de totale werelduitvoer.
Bovendien kan men groeiende zwakteverschijnselen constateren in basisinstituties, infrastructuur en
sociale diensten, zoals banken, legale stelsels, grote
delen van de publieke sector, enzovoort. De situatie
in Afrika was en is zodoende veel zwakker dan in
andere regie’s. Wat is in het licht van deze rampzalige situatie het beleidsantwoord geweest?
Dat antwoord zijn de SAP’s die door het IMF en de
Wereldbank zijn opgelegd en die de volgende eigenschappen hebben:
– ze bevorderen de markt en de particuliere sector;
in dit kader worden eveneens de ruilvoet en de
belangrijkste prijzen aangepast;
– ze trachten macro-economische stabiliteit te bewerkstelligen door het invoeren van financiele beperkingen en het corrigeren van prijsdistorsies;
– ze proberen de band met de wereldeconomie te
versterken door het bevorderen van een open
economic met meer nadruk op exportpromotie;
– de beleidsveranderingen moeten duurzaam zijn
en in een bepaalde volgorde worden ingevoerd;
– institutionele hervormingen zijn een integraal
deel van het SAP-pakket;
– sinds kort wordt ook gekeken naar de sociale
kant van de aanpassingsprogramma’s.
Een recente studie die de resultaten bekijkt van 17
Afrikaanse landen met SAP’s toont echter aan dat in
minder dan 50 procent van de gevallen min of meer
aan de verwachtingen is voldaan, namelijk 8 van de
17 bestudeerde landen . Van die acht zijn er slechts
vier waarvan men kan zeggen, dat ze het werkelijk

ESB 13-3-1991

en in het algemeen beter doen na
de SAP-medicijn ingenomen te hebben. Die vier landen zijn Ghana, Nigeria, Boeroendi en Madagascar.
Maar waarom bepaalde SAP-landen
het beter doen is niet helemaal duidelijk. Het kan net zo goed aan het
weer (regen) liggen als aan de
SAP’s. Maar wat wel duidelijk is geworden, is het feit, dat de invloed
van het IMF en de Wereldbank in
Afrika te groot is.
Het begint zo langzamerhand te dagen dat de terminologie van SAP’s
een boemerangeffect begint te krijgen, want we praten uiteindelijk
over een ontwikkelingfaeleid. Er begint zich een consensus af te tekenen dat aanpassingsprogramma’s moeten overgaan
in sociaal-economische ontwikkelingsprogramma’s
met de volgende eigenschappen:
– ze moeten een langere tijdhorizon hebben dan de
kortebaan SAP’s;
– de financieel-economische en sociale programma’s moeten het produkt zijn van nationaal leiderschap en niet van buitenlandse instellingen;
– ze moeten meer nadruk leggen op de menselijke
factor, dus onder meer op voedsel, gezondheidszorg, onderwijs en werkgelegenheicir
– de nadruk op de menselijke factor moet natuurlijk hand in hand gaan met expansie van de produktie van goederen zonder welke economische
ontwikkeling niet mogelijk is; /
– ze moeten de onontkoombaajheid van regionale
samenwerking en integratie aantonen;
– economische ontwikkeling is gebaat bij deelname
van de economische actoren aan het besluitvormingsproces; en
– verhoging van externe financiering en nationale
besparingen zijn noodzakelijk2.
Gebrek aan fondsen kan er de oorzaak van zijn, dat
uitstekende programma’s mislukken. In dit verband is
het oplossen van het schuldenvraagstuk de meest kosteneffectieve maatregel, gevolgd door positieve financiele bijdragen van het IMF en de Wereldbank. Want
geloof het of niet, deze twee instellingen hebben de
afgelopen jaren een negatieve netto bijdrage aan het
Afrikaanse continent geleverd, dat wil zeggen dat Afrika meer heeft terugbetaald dan ontvangen…!
Wat opvalt in het debat over SAP’s is de wanverhouding tussen de tragische situatie in Afrika enerzijds en
de beleidsmaatregelen inherent aan de SAP’s anderzijds. De tijd is rijp voor het opzetten van een waar
‘development contract’ tussen Europa en Afrika .
1. A.K. Muller, Structural adjustment, external debt and
growth in Africa, studie gepresenteerd in Gaborone op
een symposium over SAP’s, februari 1991.
2. Dit kwam onder meer uit de conference over Afrika georganiseerd door minister Pronk in Maastricht in juni 1990.

L.J. Emmerij

Auteur