Ga direct naar de content

Ramingsfouten met een staartje

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: augustus 5 1987

Ramingsfouten met een
De laatste week voor het zomerreces
debatteerde de Tweede Kamer met de
minister van Financier) over de uitvoering
van de rijksbegroting voor 1987. Halverwege het jaar is er blijkens de Voorjaarsnota 7987sprake van een overschrijding
van de geraamde rijksuitgaven met f. 3,1
mrd. In het bijzonder de tegenvaller van
ongeveer f. 1 mrd. bij Onderwijs en Wetenschappen heeft de aandacht van de
media en de volksvertegenwoordiging
getrokken. Minister Ruding verzekerde
de Tweede Kamer dat deze begrotingsoverschrijding niet het gevolg is van
beleidsintensiveringen of het niet uitvoeren van afgesproken ombuigingen. Het
gaat om ‘ramingsfouten’. Die blijven
overigens niet tot de uitgavensfeer beperkt. Ook bij de raming van de rijksontvangsten hebben de rekenaars van Financien de plank flink mis geslagen: de
schatkist wordt dit jaar volgens huidige
inzichten met f. 3,5 mrd. meer gespekt
dan in de Miljoenennota 1987 werd
voorzien.
De financiele woordvoerders eisten
met enig misbaar opheldering over de
onjuiste ramingen. Ik begrijp die deining
niet goed. De afgelopen jaren weken de
realisatiecijfers (volgens de Voorlopige
rekening) steevast miljarden guldens af
van de oorspronkelijke ramingen uit achtereenvolgende miljoenennota’s. Voor
de aardigheid heb ik de cijfers sinds 1982
(het jaar waarin minister Ruding het roer
overnam) eens naast elkaar gezet. Het
gaat om de uitgaven exclusief aflossingen op de staatsschuld. Bij de ontvangsten gaat het zowel om de belastingen als de niet-belastingmiddelen.
Opvallend is, dat de gerealiseerde uitgaven de oorspronkelijke ramingen in
toenemende mate te boven lijken te
gaan. Vermoedelijk is dit verklaarbaar
doordat onder druk van bezuinigingsvoornemens steeds minder ‘onderuitputting’ van begrotingsposten voorkomt. De
overschrijdingen werpen een wat merkwaardig licht op de bezweringsformules
in diverse miljoenennota’s en in het regeerakkoord (uit 1986) over de noodzaak
van een betere uitgavenbeheersing en

C.A. de Kam

het voeren van een ‘stringent’ begrotingsbeleid. Voorts springt in het oog dat
de raming van de ontvangsten praktisch
voortdurend aanzienlijk te laag is geweest. In 1984 en 1985 zou dit verband
kunnen houden met een onvoorzien
krachtig herstel van de conjunctuur.
Daarvan is echter geen sprake geweest.
Andere verklaringen laten zich raden. De
verantwoordelijke bewindsman kwam sprekend over de nu aan het licht gekomen ramingsfouten – niet veel verder
dan de opmerking dat ramen mensenwerk blijft (niemand schrijft Financien bovenmenselijke eigenschappen toe) en
dat geen Haagse bureaucraat de cijfers
npet opzet heeft gemanipuleerd. Waarvan akte.
Verbazingwekkend blijft, datde Kamer
er alle jaren in heeft berust dat de suppletoire begrotingen (die de regering formeel machtigen de hogere uitgaven te
doen) pas na afloop van het desbetreffende begrotingsjaar worden ingediend.
Zo moeten over de periode 1984 -1986
nog 38 suppletoire ontwerpen worden ingediend. Na afloop van het begrotingsjaar kan het parlement echter weinig anders doen dan ja te knikken. Hierin komt

label. Ramingsfouten rijksbegroting, 1983- 1987 (miljarden guldens) a)
Jaar

1983

1984

1985

1986

1987

Uitgaven lager( – ) of hoger( + ) dan geraamd
Ontvangsten lager( – ) of hoger( -f ) dan
geraamd

-1,4

-0,2

+ 2,2

+ 1,9

+ 3,1

-0,7

+ 5,0

+ 6,2

+ 6,8

+ 3,5

a) Exclusief aflossingen staatsschuld; cijfers voor 1986 en 1987 gecorrigeerd voor vervroegde aflossing woningwetleningen.
Bron: Ministerie van Financien, Voorlopige rekening 1983-1986, Voorjaarsnota 1987.

overigens verbetering: dit najaar zullen
de suppletoire ontwerpen voor 1987 tegelijkertijd met de Miljoenennota 1988
worden ingediend.
HetkamerlidEngwirda(D’66)steldetijdens het debat vast dat de gegevenspresentatie in de Voorjaarsnota – ondanks
enkele verbeteringen – nog steeds belangrijke tekortkomingen vertoont. Zo
wordt geen verband gelegd met de specifieke begrotingsartikelen waarop mutaties betrekking hebben. Omvangrijke begrotingsoverschrijdingen en ramingsaanpassingen worden slechts summier
toegelicht. Engwirda had gelijk, maar
een tijdig en beter inzicht in de oorzaken
van uitgavenexplosies betekentgeen garantie dat de Kamer daadwerkelijk op
corrigerende maatregelen aandringt. Integendeel. Het parlement demonstreerde begin juli – zoals ook andere jaren een verregaande machteloosheid, door
geen concrete alternatieven aan te dragen om de uitgavenoverschrijding van
f. 3,1 mrd. intedammen. Een ingediende
motie vroeg zelfs om hogere uitgaven
(voor de bestrijding van Aids).
De leden Van Amelsfoort (CDA) en
Woltgens (PvdA) vroegen zich met reden
af of de grote uitgavenoverschrijdingen
geen uitholling betekenen van het budgetrecht van het parlement. De minister
deelde hen mee, ,dat enigszins anders te
zien”. De Voorjaarsnota schept halverwege het begrotingsjaar helderheid en
de Kamer mag, als zij dat wil, alsnog additionele maatregelen eisen. Minister Ruding moest echter constateren dat hij niet
veel concrete suggesties had gehoord.
De afgevaardigde Van Amelsfoort deelde daarop mee: ,,Wij komen als fractie
niet met alternatieve bezuinigingsvoorstellen. Dat is niet onze taak”.
De vaderlandse belastingbetalers
draaien op voor de falende beheersing
van de rijksuitgaven. Geheel in strijd met
het regeerakkoord stijgt de belastingdruk
zowel in 1986 als in 1987. De woordvoerders van beide regeringsfracties legden
zich er zonder morren bij neer. Zo raken
burgers nun fiducie in ‘de politiek’ kwijt.
Vorig jaar meenden zes van de zeven
Nederlanders dat politici tegen beter weten in meer beloven dan ze kunnen waarmaken. Het debat over de Voorjaarsnota
1987 heeft die armee van cynici ongetwijfeld verder doen wassen. Dat is het
staartje van de ramingsfouten.

Auteur