Ga direct naar de content

Problemen bij winstdeling

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: februari 25 1987

Problemen bij winstdeling
In de ESB van 21 januari 1987 gaat ling van de arbeidsproduktiviteit en het
Wemelsfelder in op het idee van winst- internationale concurrentievermogen
of opbrengstdeling. Terecht consta- vormt dit een probleem, maar als het
teert hij dat dit geen wondermiddel is: gaat om het bevorderen van de werkhet brengt een aantal problemen met gelegenheid – het doel van Weitzzich mee, maar het kan in sommige ge- mans voorstel – dan is dat veel minder
vallen voordelen opleveren. Ten on- het geval. Het probleem kan voorkorechte wordt echter de suggestie men worden door het te verdelen inkogewekt dat tot nog toe geen aandacht men te definieren als het inkomen dat
is besteed aan de nadelen van Weitz- resteert na aftrek van de investerinmans systeem. Over dit onderwerp gen. Natuurlijk zal de bereidheid van
bestaat inmiddels een uitgebreide lite- werknemers om van hun inkomen inratuur 1). Het mogelijk nadelige effect vesteringen te betalen, terwijl het
op de investeringen en de onverenig- eigendom en beheer in handen blijft
baarheid met medezeggenschap zijn van de ondernemers, onzeker zijn.
In het algemeen zijn de effecten van
voor de deskundigen niet onbekend en
het zijn zeker geen nieuwe inzichten het Weitzman-systeem op de investedie aan Wemelsfelder moeten worden ringen afhankelijk van het niveau van
het vaste-loon-element in de totale betoegeschreven.
Wemelsfelder beperkt zich in zijn loning ten opzichte van het normale
bespreking over de investeringen tot loonniveau, de omvang van de aandede investeringen bij een arbeidsbespa- len waarover de opbrengst is verdeeld,
rende technologische ontwikkeling. In het gemak waarmee de twee bovengedit speciale geval zullen als het niveau
van het vaste-loon-element in de totale
beloning en het werkgevers- en werk- 1) Zie bij voorbeeld J.E. Meade, Different
forms of share economy, London, 1986; J.E.
nemersaandeel van de opbrengst Meade, Alternative systems of business orgaconstant blijven, investeringen minder nisation and of workers’ remuneration, Lonaantrekkelijk zijn voor winstmaximali- den, 1986; D.M. Nuti, The share economy:
serende ondernemers dan bij looncon- plausibility and viability of Weitzman’s model,
tracten. Met het oog op de ontwikke- European University Institute, Florence, 1985.

noemde variabelen kunnen veranderen, en of de investeringen uit winst
worden gefinancierd (of extern) of beschouwd moeten worden als vaste
kosten die gefinancierd moeten worden voordat de te verdelen inkomensaandelen worden berekend. Afhankelijk van de waarden van deze variabelen is het mogelijk gevallen te
construeren waarbij er zowel positieve
als negatieve effecten op de investeringen zijn.
Er zijn talloze andere problemen met
het winst- of opbrengstdelingsysteem.
Zo kan het bij voorbeeld een negatief
effect hebben op de arbeidsproduktiviteit (die niet onafhankelijk is van het niveau en het systeem van betaling) of
een negatief effect op structuurwijzigingen (doordat de spreiding van
winstvoeten vermindert) of een negatief effect op de sociale rust (ondernemingen die meer moeite hebben om
loonstijging af te wentelen via prijsstijging zouden wel eens feller weerstand
kunnen bieden tegen de eisen van de
werknemers). Het zou ook onaanvaardbaar voor de werknemers kunnen zijn vanwege het onzekere
karakter van het inkomen dat het biedt.
Verder is het winst- of opbrengstdelingsysteem een asymmetrisch en tamelijk vreemd systeem: werknemers
en werkgevers delen in de opbrengsten en risico’s van economische activiteiten terwijl de besluitvorming gemonopoliseerd is door de
werkgevers. In een systeem met looncontracten hebben de aandeelhouders de zaak in handen maar zij dragen
ook het risico.

Niettemin kan winst- of opbrengstdeling in sommige gevallen voordelen
hebben:
– het vormt een alternatief voor loonconcessies voor bedrijven of sectoren die in moeilijkheden verkeren,
dat automatisch hetzelfde resultaat
oplevert;
– het vermindert het negatieve effect
op werkgelegenheid bij schokken
op de wereldmarkt, zowel op de
vraag als de aanbodzijde;
– het is een alternatieve vorm van arbeidsmarktflexibiliteit; een alternatief voor de deling van de arbeidsmarkt in een kern van goedbetaalde en zekere banen en een randgroep (getrouwde vrouwen, buitenlanders, jongeren) met tijdelijke of
deeltijdbanen, dat mogelijk om sociaal politieke redenen aantrekkelijk kan zijn voor vakbonden en
politieke parti Jen;
– gecombineerd met een af name van
de wig zou het er toe kunnen leiden
dat een gedeelte van het huidige
zwarte circuit zich verplaatst naar
de legale sector 2).

Michael Ellman

2) Zie voor een uitgebreide discussie van
voordelen en nadelen van Weitzmans shareeconomy, met speciale aandacht voor de mo-

gelijke relevantie daarvan voor Nederland, M.
Ellman, Loondifferentatie op basis van hetbedrijfsresultaat: winst- en opbrengstdeling, bin-

nenkort te verschijnen in een OSA-publikatie.

Auteur