31 DECEMBER 1024
AUTEURSRECHT VOO RBEHOUDEL’.
Eco
‘
nom.isch~!Statistische
Benchten
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL,NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER
UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
9E
JAARGANG
WOENSDAG 31
DCEMBER 1924
No: 470
INHOUD
BIz.
DE ZOMEIVFIJD
door
Dr. Jij. van WclderenBaron Rengers
1140
De Buitenlandsche, Credietgeving der Vereenigde Sta- ten tijdens en na den Oorlog II (Slot) door
Mr.
A. M.
deJong …………………………………..
1140
De Scheepvaartwegen in Zuid-Limburg en de Spoor-
wegtarieven door
A.
J.
M.
Fluisman
met Naschrift –
door
Jhr. Mr. P. .Efias ……………………..
1142
Mosoel door
Ii.
Dunlop ……………………….
1143 Nieuwe aanwendingsmogelijkheden voor
.
Rubber door
J. S. C. Kasteleyn. …………………………
1146
AANTEEKENINGEN:
De Duitsche kleurstoffenproductie …………..
1148
De ontwikkeling der Fransche kleurstoffen-indListrie
1148
Stand der cultures en uitvoer edurende het derde
kwartaal
1924
ja Suriname ………………..
1149
BOEKAANEONDIGING:
Mr. H. F. A. Völhnar: Les Finances de l Socitë
des Nations, bespr. door
.
Dr. J.
A.
Nedcb?dgt;
1149
MAANDOIJFERS:
–
–
–
0•
Emissies in November
1924
.
………………….
1150
STATISTIEKEN EN OVERZIOHTEN
……………1151-1158
Geldkoersen.
Effectenbeurzen. Wi8selkoer8en. .
Goederenhandel.
Bankstaf.en.
Verkeerswezen.
iNSTiTUUT
VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
Wd. Algemeen Secretaris: Mr. Q. J. Terpstra.
WEEKBLAD
EG’ ONOMISCH-STATIST1SCHE BERiCHTEN
COMMISSIE VAN ADVIES.
J. van Hasselt; Jhr. Mr. L. H. van Lennep;
Prof.
Dr.
E. Moresco; Mr. Dr. L. F. H. Regout; Dr.
E.
van
Welderen Baron 1?engers; Mr. Q. J. Terpstra;
Prof. Mr. F.de Vries.
0
Gedelegeerde leden:
Prof.
Mr. D. van Blom;
Prof. Mr. E. R. Bibbius.
Redacteur-Secretaris: D. J. Wansink.
Secretariaat: Pieter cle Hoochweg 12e, Rotterdam.
Aa9geteekende stukken: Bijkantoor Ruige Plaatweg 37.
Telefoon Nr. 3000. Postrekersing 3408.
Abonne9nentsprijs voor het weekblad franco p. p.
en Nederland f EO,—. Buitenla,n,d en Kolonin f 25,-
per jaar. Losse nummers 50 cents.
Leden en donateurs van het Instituut ontvangen
het weekblad gratis.
De verdere publicaties van het Instituut uitgaande
ontvan gen de abonné’s, leden en do’n,ateurs kosteloos,
voor zoover daaromtrent niet anders wordt beslist.
Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonne-
ïaent volgens tarief. Administratie van abonnementen
en advertenties: Nijgh & van Ditmair’s Uitgevers-
Maatschappij, Rotterdaln, Am.sterdam, ‘s- Grav enhage.
30
DECEMBER
1924
In den toestand van de geidmarkt kwam gedurende
deze zeer korte herichtsweek geen verandering. Bij
het naderen van de feestdagen was er iets meer vraag
iiaar geld en met het oog op het snel naderen van de
jaarswisseling waren geidgevers eertigszins terughou-
deod; de. geidkoersen bleven ehter op hetieifde peil.
Particulier disconto noteerde meestal 3% pOt.; de
rolongati erente schomijielde tusschen 3% en 3% pOt.
* *
*
‘ De weekstaat van De Nederiandsche Bank vertoont
tlitrnaai geeli gewichtige veranderingen in de positie
van onze centrale credietinsteiling. De post binnen.
0
iandsche wissels bedraagt
ccii
kleine
f.4
millioen m.i
i;i-
er clan op de Yorige-,Nveekbalalis.
,
Dé l)èleehjngén zijn
llaareretegen met eenklei’n
f 9
miiiier peloopen,
ni. iit hoofde vai effectcnbe1eeningei.i bij de ELoofcl-
lânk. Zoowel cle post papier.o
•
p het huiteiiiand.ais de
iierse
het actief vertoonen eeai-
q
teruga’ug, le eerste van bijna’-f O, mii1ien. dc’
hatste dÇi :ujm
f 4
millioen.
.
0
liet hoofd miinten niuntmateiiaal, op den vorigen
wekstaat vermeld met
f 517,6
millioen, bedraagt
t):iaiis
f 517,2
milliôen; een kleine vcrniinderihg, ge-
legen viii. in een teruggang van den post zilveren
munt.
S
J
P
passiefzijcle dec- balans vertoont een vermeerde-
ring der biljettencirculatie van ruim
f10
millioën
naast een afname van de reiceningcourant-saidi van
anderen van bijna
f’li
millioen. Ook thans blijkt geen
.schaticistpapier rechtstreeks hij deBank te zijn ge-
plaatst. Het beschikbaar metaalsalo hedi-aagt ruim
T’
0,2 minder dan bij d
e
publicatie der vorige week-
la1anis. lIet clekkingsperentae is hijnc
52.
* *
*
Ook op de wisselmarkt was cle stemming rustig.
:le omzetten w’aren, zooals te verwachten was, -zeer
gering
cii
in cle koersen kwamen geen veranderingen
van heteekenis.
LONDEN, 27 DECEMBER
1924.
– Door dé twee feestdagen, die in deze herichtsweek
vallen, was er geen uitgesproken tendens waar te ne-
men in L
om
b
ar
d
s
t
ree
t. Echter valt op te merken, dat
geld ii het begin der week schaarsch was. Do Bank of
E
ng
l
an
d disconteerde eenige Januari-wissels, doch
er is weinig kans, dat noemenswaardige leenin gen nog
na Kerstmis gesloten worden.
Disconto’s ongeanimeerd; banken met gjoote por
–
tnfeuilles noteerden 37/s pOt vast, terwijl zaken op
3′
3
1i6 pOt. gddaan )
erden
2-mnds prima bankaccept
31
116-33′ pOt.
3- ,,
,,
,,
3
116
–
3% pOt.
40
3
%
-315
116 pOt.
6-
,, .
.,
,,
0
315116-4p0t.
1140
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
31 December 1924
DE ZOMERTIJD.
Als men de beschouwingen van de Tijdeommissie
in uittreksel heft gelezen, clan benijdt men in de
eerste plaats cle bewoners van cle landen aan den
cvenaar, die geen pogingen behoeven te doen om dé
zoo ingewikkelde levenswijze door kunstmatige voor-
schriften weer wat nader bij (ie natuur te brengen.
De stedelingeti in dit deel van Europa staan te laat
op en gaan te laat naar bed. Nu had het, gezien het
ingrijpen i]i soortgelijke gevallen, in de reden, gele-
gen als te onzent Minister Aalherse ware gekomen met
w’etten, besluiten en hmbtenaren om di.t kwaad te be-‘
strijden. Dit is niet geschied, waarschijnlijk omdat
geen goede regeling van deur usttijd voor arnbtena-
ren,, clie ‘s morgens vroeg en ‘s avonds laat moeten
optreden, is samen to stellen.
– De materie is nu bij Binnenlandsche Zaken en
Landbouw ondergebracht en op de bekende kunstma-
tige, doch eenvoudige wijze, door een wettelijke af-
wijk:ing van onze tijdwet, verspringt zomers de tijdL
een uur. De stecielingen vinden dat prettig, cle land -‘
bewoners, ja, vat vinden die?
De Regeeri.ng heeft vab de nieenillgen in clie laat-
ste kringen een onvolledig beeld gewenscht, getdige
de samenstelling der commissie, terri.tori,aal. De land:,
bouw binnen de vateri:i nic mocht meepraten, de ia.ncl
bevolking daarbuiten moest het met schrijven afdoen.’
in zoo’n geval is ‘dit niet goed; ,,aus den Aktenr
zei Bismarek, komt men n,it achter de geheele waar-
heid in. de geschiedenis en zon is het ook hier gegaan.
.Tj1
wat in het min,derheidsrapport der Commissie
is gezegd, is weer niet op andere landsdoeien van
toepassing. Kan men echter, en. clie vraag kan daar
tegenover worden gesteld, gezien de zoo uiteenioo-
pcn,cle toestanden
’01)
landbouwgebied, wel iets over
den zomertijd in het midden brengen, waarmee het
geheele
platteland het een.s is? We gelooven, dat men’
een vrij algemeen gevoelen der landbewoners weer-
geeft door te zeggen, .dat ‘deze afwijking van den zon-
netijd hen ,,kriebelig” maakt. Vraagt men echter
‘daarnaast: heeft de zaak ook echte, diepe belangstel-,
ling op het platteland, dan zal he’t antwoord moeten
1 ni,clen : wèl waar stad- en laoclle’veiÇ i,n elkaar grijpen,
cl,de’rs niet.
Er zijn in onze samenleving verschillende punten,
zonder twijfel van belang, die zoogenaamd de pn.
bi icke belangstelling hebben en clie toch verreweg hel
grootste deel der individuen onverschillig zijn; bij.
(ie’ financieelc verhouding tussche,n Rijic en Ge
:
meente. Zoo gaat het ook met het zomertijdvraag
–
stuk; op vergaderingen van landbouwvereeuigirtgen,
op andere plaatsen trouwens ook, kan men daarover
veel schampe:rs zeggen (ik heb daar ook naar ge-
tracht), maar diepgaande belangstelling bij de indi
viduen vindt men, zooals gezegd, alleen daar waal:
Stad en, Land elkaar raken en overigens heerscht on-
verschilligheid, omdat men zich aan den maatregel
niet stoort.
Dat vindt de minderheid .van de comci
missie niet mooi en het betoog van die minderheid
gaat uit van de gedachte dal; men zich
wel
richt naar
den veranderden tijd; maar zonnetijd volgend wordt
geen voorschrift overschreden, zou ik denken. Als
alle daarvoor aangewezen uurwerken maar het Am’
–
sterdaansche zomeruur aangeven, is aan de wet vol-
daan. Verdere bevoegdheid tot i.ngiijpen kan ‘het uit-
voerend gezag aan deze wet niet ontieenen. Ik ge’-
loof dan ook, dat men de mentaliteit van den niel;-
stedeling het dichtst ‘benadert door de woorden:
,,’t Is onzin en ik stoor er mij niet aan”. De groote
bezwaren, daar, waar men met den maatregel mee
moet
gaan, zijn voor een aanmerkelijk deel te ‘onder-
vangen door het later invoeren en eerder doen eindi-
gen van den zornertijd. ik’ geloof, dat, als de Regee-
ring was blijven vasthouden aan een begin ongeveer
1. Mei en een einde omstreeks midden September, de ontevredenheid nooit zoo groot zou zijn geworden.
Wij voelen in ‘clezeu tijd,’ cle een meer, de ander
mjn.der, dat wettelijk ingrijpen
daarop neerkomt,’ dat
een hate voor een bevolkingsgroep wordt verkregen
door een last op een ander deel te leggen. Nu staal;,
naar wel cl uidelijk blijkt, het voordeel voor de stede-
l.ijke bevolking vast, op het land kunnen wij dat
‘s avonds bij inôoi weer ook constateeren, en als cle
last voor verschillende deden van het platteland miii,
eens aanmerkelijk werd verklei ncl ‘door korteren d uur
van den maatregel en 20 minuten inkorting van het
tijdsverschil, dan geloof ik, dat de bezwaren zoo ge-
ring worden, dat men aan de stedelingemi
dli
t voor-
deel wel. kan gunnen. E.
VAN WELDEREN RE
,
Nou1s.
DE BUITENLANDSCHE CREDIETGE VING DEll
V’EREENIGDE STATEN TIJDENS EN NA .ÔEN
OORLOG.
II
(Slot).
Ii, het eerste gedeelte van dit opstel hebben wij
gezien hoe de buite.i’ilandsche credietgeving der Ver-
eenigde Staten ‘tijdens en na den oorlog haar beslag
heeft gekregen, en welken omvang zij in die periode
heeft aangenomen. Wij willen thans in het kort na-
gaan welken invloed’ de bedoelde credie’bgeving ge-
had heeft op de irite:rnationale financieele positie van
de Unie. Uit dcii aard der zaak moeten wij ons daar-
toe eerst even het beeld voor oogen brengen, hetwelk
clie positie vertoonde in de jaren, die onmiddellijic
aan het uitbreken van den oorlog voorafgingen.
ETet is algemeen bekend ‘dat de Vereenigde Staten
véér 1014 tot de
deblor nations
behoorden. Dit was
het gevolg van de betrekkelijke kapitaalschaarschto,
welke vroeger jaren lang in de Unie geheerscht had,
en die liet voor liet land bij voortduring noodzakelijk had gemaakt, belangrijke sommen in den vreemde te
leenen. Het ‘bedrag, waarvoor de Unie’uit dezen hoofde
bij het buitenland in het
krijt
stond, werd in 1900
door dci hoofdredacteur van liet Lon’densche week-
blad
The Statist,
Si’r George Paish, in diens bekende
studie oe:r de betaiingbala;ns der Vereenigde Staten,
op ongeveer $ 6,5 milhard getaxeerd.
0
Hiertegenover
stond nu wel, dat de Veree.nigde Staten, voornamelijk
sedert den aanvang der twintigste eeuw, begonnen
waren huiinerzijds ook aanzienlijke bedragen in andere
landen (in het bi.,zonder iii Zuid-Amerika. Mexico
en Canada) te beleggen, doch het totaal van de kapi-
talen, die de Unie op deze wijze aan het buitenland
had geleend, bleef véér 1914 toch nog altijd belangrijk
ten achter bij de som, die zij aan het buitenland schul-
dig waren. Sir G’eo’rge Paish schatte in zijn evenge-
noemde verhandeling liet totaal van de buitenland-
sche beleggingen der Vereeriigde Staten op $ 1,5 mil-
hard.
2)
Naar alle waarschijnlijkheid is dit cijfer ju
de jaren 1,009-1913 wei wat gestegen, maar ook. de
huitenlandsehe beleggingen
in
de Vereenigde Staten
zijn, na 1009 stellig nog eenigszins toegenomen; en men zal’ dan ook wel niet ver van de waarheid zijn,
wanneer men, liet bedrag waarvoor de Unie omstreeks
]iet einde van. 1013 uit hoofde van de door haar in
dcii vreemde opgenomen. kapitalen
per saldo
debiteur
was van het buitenland, op ongeveer $ 5 milliard be-
-groot. De rente, die van dit bedrag verschuldigd was,
kan op $ 225 ii $250 millioen ‘s jaars gesteld worden.
Daarnevens had de Unie jaarlijks ook nog aanzienlijke
sommen aan het buitenland over te maken ter ver-
effening van liet bedrag w’aarmede de uitgaven van
in den vreemde reizende Amerikanen de uitgaven van
in, deVereenigde Staten reizen de vreemdelingen over-
troffen; terwijl ten slotte de remises van immigran-
ten, de vergoeding voor, aan de Unie bewezen dien-
sten op scheepvaartgebied, en enkele andere posten
van ondergeschikte beteekenis, het totale bedrag dat
1)
G. Paish,
The Trede J3alauce of the United States
(Nationa] Monetary Commission, Washington 1910),
hldz. 175.
i) Tap., bictr. 176.
31 December 1924
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1141
de Treenide Statén’ uit’ aiideren hoofde din. weens
goedereninvoer, jaarlijks aan het buitenland te beta-
len hadden, – naar schatting gemiddeld tot een goede
$ 600 millioen opvoerden. Deze som placht in de laat-
ste jaren v6r 1914 nagenoeg geheel in goederen te
worden voldaan. De handelsbalans der Vereenigde
Staten vertoonde in de periode 1.911-1913 jaarlijks
een uitvoeroverschot van ôigeveer $ 586 millioen. Het
kleine resteereude saldo vertegenwoordigde het be-
drag, waarmede de jaarlijksche buitenlandsche beleg-
gingen
in
de Unie, de jaarlijksche. buiitenlandsche be-
leggingen
van
de Unie gedurende dit tijdvak gemid-
deM moeten hebben. overtroffri.
1)
Al.duá was, in groote trekken, de toestakd in den
tijd, •die onmiddellijk aan het uitbreken van den oor
–
log voorafging. In hoever heeft nu die toestand als
gevolg van de buitenlandsche credietgeving der Ver-
cenigde Staten, waarvki wij in het eerste gedeelte
van dit opstal een overiieht hebben gegeven, wijzi-
ging oudërgaan? Om deze vraag te beantwoorden wil-
len wij zeer in het kort de rekening opmaken van de
bediagen, die de Vereenigde Staten uit hoofde van
diTe credietgevin omstrèeks het einde van 1923 in
den’ vreemde hadden uitstaan. Wij kiezen laatstge-
noemd ,tijdstip omdat met betrekking tot de in het
ioopende jaar plaats gehad hebbende kapitaalverschui-vingen nog geen ‘volledige gegevens beschikbaar zijn.
Men herinnert zich dat de door de regdering der
Vereenigde Staten ‘tijdens en na den oorlog aan het
buitenland verleende credieten in totaal $ 10,2 mil-
hard hebben beloopen. Van dit bedrag was omstreeks
het einde van 1923 slechts een zeer gering deel terug-betaald. Alleen Cuba had zijn schuld volledig gekwe-
ten, terwijl Engeland en Finland met de Vereenigde
Staten regelingen hadden getroffen nopens’ de gelei-
delijke aflossing der aan hen geleende bedragen.
2)
Wat Engeland betreft’ was met die aflossing ook
reeds een aanvang gemaakt. Daar stond
voorgeschoten bedragen door bijschrjving van achter
staflige rente niet onbelangrijk waren gestegen. Per
saldo moet het totaal der vorderingen, die de Ver-
eenigde Staten uit hoofde van de tijdens en na den
oorlog door hen verleende regeeringscredieten op het
buitenland bezitten, omstreeks het einde van 1923
ongeveer $ 11,8 milhiard hebben beloopen.
3)
1-let bedrag dat’ de’ Unie op het einde van 1923 van het buitenland te vorderen had als gevolg van
den aankoop van buitenla’ndsche fondsen. voor reke-
ning .van ingezetenen der Vereenigde Staten, is min-
der .gemakkélijk te bepalen. Uit het voorafgaande ‘is
gebleken dat het totaal van de sedert het uitbreken
van den oorlog in- de Unie uitgegeven, op het einde
van 1.918 nog uitstaande, buitenlandsche leeningen
nagenoeg $ 1,8 .milliard beliep; dat de vreemde emis-
sies inde Vereenigde Staten gedurende de periode
1.019-1923 in totaal $ 3.60 millioen hebben bedragen;
en dat de totale invoer in de Vereenigde Staten van
6orsprokeljk elders geëmitteerde, niet-Amerikaan-
sche fondsen in dit tijdvak op ongeveer $ 980 millioen
kan worden gesteld. Wanneer men deze- drie cijfers bij
elkaar optelt, komt men tot een bedrag van ruim
$ 5,9 milliard. Nu hebben echter verscheidene van de
vooral gedurende de oorlogsjaren, in de Unie geëmit-
teerde leeningen slechts een betrekkelijk korten hoop-
tijd gehad en het zooeven genoemde cijfer moet dan
ook met een belangrijke som worden verminderd’ we-
gens de inmiddels plaats gehad hebbende amortisa-ties. Het totaal van deze amoi-tisaties heeft volgens
de berekeningen
van het
Harvard Committee on Eco-
Zie
mede Th. H. Boggs,’
The Interïetionel Trede Ba-
lance in Theory and Practrice
(New York
1922),
bldz. 55
e.v.
In
1924 zijn
soortgelijke betalingsovereenkomsten ook
nog tot stand gekomen met Hong2irije, Polen en Litauen
Evenals bij Finland betreft het hier echter slechts betrek-
kelijk kleine bedragen. .
— –
– –
Fisk,
t.o.p.
…
.. “,
……..
. .
nmic Rèseârch,
in’,’ de jarén’ 1919-1921 $ 1340 mii-
lioen beloopen.
1)
Daarna namen de aflossingen sterk
af, en in de jaren 1922 en 1923 tezamen hebben zij
naar alle waarschijnlijkheid niet veel meer dan $ 325
millioen’bedrage. Bovendien dient ook nog’een zekere
soin in mindering te wbrden gebracht voor den weder-
uitvoei van aanvankelijk in de Unie geëmitteerde bui-
tenlnTdsche fondsen. Alles bijeengenomen zal derhalve
het Amerikâansche bezit aan vreemde, effecten, voor-
zoover dat voortgevioeid ‘was uit. aankoopen tijdens
en.na
den ooi-log, omstreeks het einde-van 1923 wel
op niet veel meer dan $ 4 milliard kunnen worden
gesteld. Wanneer wij tenslotte mogen aannemen dat
dé op ultimo 1923 uitstaande particuliere’ bank-‘ en
handelscredieten van de Unie – aan het buitenland
$ 500 millioen beliepen,- dan moeten
wij
dus tot de
conclusie komen, dat, het totaal van •de bedragen, die
de Vereenigde Staten, als gevolg van hun buitenland-
sche credietgeving tijdens en na den oorlog, omstreeks
het einde van 1923 in den vreemde hadden uitstaan,
op ongeveer $ 16,3 milliard kan worden begroot.
“De
–
zooeven gestelde vraag in hoever de. interna-
tionale financieele .positie van ‘de Vereenigde Staten
als gevolg van de buitenlandsche credietgeving wijzi-
ging heeft ondergaan, is hiermede’ feitelijk beant-
woord. De bedoelde credietgeving heeft cle Unie van
een
debtor nation
tot een
creditor natio’n.
gemaakt.
Indien geen andere factoren in •het spel waren ge-
weèst, zou de Unie, die, gelijk ‘wij zooeven gezien heb-
ben, op het einde van’ 1913 per saldo voor een bedrag
van ongeveer $ 5 milliard dbiteur
was -van het ‘bui-
tenland, omstréeks het einde van 1.923 per saldo
cr’edi-
teur
van, het buitenland geweest zijn voor een bedrag
vn ‘ongeveer $ 11,3- milliard. In werkelijkheid is de
som, waarvoor de Vereenigde Staten op ultimo 1923
per saldo crediteur waren. van het buitenland, nog
belangrijk hooger ‘dan $ 11,3 mi4hiard. Dit is-in hoof d-
zaak het’ gevolg van-twee omstandigheden,’die met de
credietgeving der Vereenigde Staten geen recht-
streeksch verband houden, maar ‘waa:rvan wij, ter
wille ‘van een juist inzicht in de tegenwoordige in.-
ternationale financieele positie van het land, hier
toch met een enkel woord melding moetenT maken.
De Unie heeft, tijdens en na den oorlog, niet alleen
belangrijke credieten aan het buitenland verieènd,
maar zij heeft ook vrij aanzienlijke bedragen buitens-
lands belegd door aankoop van’ vaste goederen, met
name in Oanadaen in verschillende deelen van Zuid-
en Midden-Anie
,
rika, en daarenboven ten slotte nog
een goed deel van haar oude schuld aan het buiten-
land bfgelost.
De bedragen, die sedert 1914 door ingezetenen van
de Vereenigde Staten buitenslands belegd zijn in
vaste goederen, laten zich uit den aard der zaak
uiterst moeilijk hegrooten. Naar alle waaischijnljk-
heid mag echter wei worden aangenomen, dat het
totaal van deze beleggingen omstreeks ‘het einde,van
1023 de $ 2 milliard overtrof. Volgens een tamelijk
conservatieve raming zouden zij per ultimo Juni van
dat jaar in Canada alleen ‘al $ 1,2 milliard hebben
heloopen, – terwijl voor Midden- en Zuid-Amerika te
zarnen een bedrag van rond $ 1′ milliard genoemd
wordt,
2) -.,.’
–
De aflossing van de oude schuld heeft voorname
lijk haa’r’besiag gekregen. door wederinvoer in de
Véi’éenigde State’n ‘van Amerikaansche fondsen, die
in de jaren v66r den oorlog naar Europa waren uit-
gev6éi’d. Het is ‘bekend dat deze wederinvoer vooral
ii) do oorlogsjaren belangrijke afmetingen heeft’ aan-
genomen. Het bedrag aan Amerikaansche effecten dat’ in .de periode 1914-1918 door Europa naar de
Unie werd’ teruggezonden, wordt algemeen op $ 2 mii-
hard -getaxeerd. – Na den wapenstilstand zette dit
flroçes zich aanvankelijk verder voort; het
Harva’d
– 1)
Willianis,,
t.a,,; bldz,
619.
2
)Fisk, tap. bldz. 308 en, ‘309.
1142
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
31 December 1924
Commit,,ee
on Econ.onsic
Research
heeft becijferd ‘dat
er in de jaren 1919 en 1920 gezamenlijk nog voor
omstreeks $ 450 millioen aan Amerikaansche fondsen
uit Europa in de Unie ingevoerd moet zijn.
1)
In 1921
kwam de invoer echter tot staan en in de beide daar-
op volgende jaren viel, in verband niet de Kapilal-
fluchi, die
destijds
in verschillende Europeesche lan-
den optrad,
duidelijk
het tegengestelde verschijnsel
waar te nemen. Volgens de opgaven van ‘het
Deparl
–
ment of Com.mercé’zijn er in 1922 en 1923 te zamen
weder Amerikaan’sche fond.sen naar Europa uitge-
voerd tot een totaal ‘bedrag’ van ongeveer $ 400 mil-
lioen. Per saldo heeft de invoer van Amerikaansche
effecten in de Unie, gedurende ‘de jaren 1914-1923
dus ongeveer $2050 millioen bedragen. Daarnevens
moet ook nog een bedrag in rekening worden ge-
bracht voor amortisatie en voor ‘het
mogelijk
verlies
van Aiierikad,nsche fondsen in Europeesch bezit, als-
mede voor de aflossing van de door Europa aaît
Anerika verleende, per ultimo 1913 uitstaande, bank-
en handelscredieten. Alles bijeengenomen zal men
waarschijnlijk wel niet ver van de waarheid zijn
w
rannee
r
men aanneemt dat de totale buitenlandsclie
beleggingen
in
de Vereenigde Staten die, gelijk ge-
zegd, omstreeks het einde van 1913 vermoedelijk iets
meer dan $ 6,5 milliard beliepen, tien jaar later tot
$ 4 milliard waren teruggegaan. – Daar staat .tegen
over, dat de van v66r den oorlog dateerende Ameri
kaansche beleggingen in het buitenland, welker be:
drag men, ‘zooals wij gezien hebben, per ultimo 1913
op ruim $ 1,5 milliard kon stellen, in de periode 1914
—1923 ‘door amortisatie en mogelijke verliezen ook
wel eenigermate moeten zijn verminderd. Veiligheids-
halve willen wij aannemen, ‘dat zij in deze tien jaren
tot $ 1,2 milliard zijn geslonken:
Resumeerende kunnen wij dus zeggen dat de bui-
tenlandsche vorderingen van de Vereenigde Staten
omstreeks het einde van 1923 hebben bedragen:
uit
boof
de
van
de van vddr
dn
oorlog
clateerende buiten] andsche beleggingen der
Unie
…………. ……………… . …. $
1,2
milliacl;
uit hoofde van de totale buitenland-
–
sche
credietverleening in dd
periode
1914-
1923
……………………………..
..16,3
uit
hoofde van buitenlandsche beleg-
gingen in vaste goederen gedurende de jaren
1914-1923 ‘ ………………………….2,2
of in
totaal ……
$ 19,7
milliard
Hiertegenover stond een
schuld
uit hoofde
van buitenlandsche beleggingen
in
de Ver-eenigde Staten
van ……………………
, 4
zoodat
de
Unie omstreeks het einde
van
1923 per
saldo crediteur was van
het bui-
tenland tot een bedrag van …… … …… ..
15,7
Gezien den: ongekenden omvang, dien de luiten-
landsche emissies
in
de Vereenigde Staten gedurende
1924 hebben bereikt, en mede met het oog op de recen-
te hitbreiding van de bank- en ‘handolecredieten, mag
worden aangenomen dat dit cijfer op het oogenblik
re
] niet ver meer van de $ 17 milliard verwijderd zal
zijn.’
Zon heeft zich dus ‘de internationale financieele
poste der Vereenigde Staten sedert het uitbreken
van den wereldoorlog wel radicaal gewijzigd; en het
behoeft dan ook aliërminst te verwQnderen dat reeds
herhaaldelijk ‘de vraag is gesteld of ‘deze wijziging er
niet toe leiden zal, dat ‘de handelsbalans van de Unie,
die in de laatste halve eeuw nagenoeg onafgebroken
aanzienlijke uitvoeroversc’hotten placht aan te wijzen,
een jnvoersal’do zal gaan vertoonen. Deze gang van
aken ligt stellig in de
lijn
der historische ontwik-
keling, zooals men die hij
vrijwel
alle oudere ‘kapitaal-
exporteerende landen kan waarnemen; en het is dan
ook wel nauwelijks aan
twijfel
onderhevig dat, zoo de
Vereenigde Staten v’oortgaan
belangrijke
bedragen in
het buiten]and te beleggen, de bedoelde ommekeer
iii
1)
Williams,
t.a.p., bldz. 621.
de handelsbalans der Unie
op den dwur
niet zal kun-
een uitblijven. Ziooals de zaken zich op het oogenblik
laten aanzien, is er echter alle reden om aan te nemen,
dat wij voorloopig aan ‘dien ommekeer nog niet toe
zijn. Immers onder het bedrag van, iiaar schatting,
$ 11 milliard, waarvoor de Unie op het oogenhlik per
saldo schul’deischer is van het buitenland, bevindt
zich nagenoeg $ 12 milliard aan regeeringsvoorschot-
ten en over het grootste gedeelte daarvan wordt tot-
dusver nog altijd geen rente betaald. Alleen van En-
geland ontvangen de Vereenigde Staten uit dezen
hoofde krachtens het reeds eerder terloops vermelde,
agreemen,
hetweik in het begin van 1923 op dit stuk
tnsschén het Britsehe gouvernement en de Unie-regee-
ring gesloten werd, jaarlijks een bedrag van beteeke-
nis: voorloopig . ongeveer $ 160 millioen (waaronder
begrepen pl.m. $25 millioen aan aflossing). Wan-
neer men de rente en het dividend, die de Unie we-
gens de res’teeren’de $ 5 milliard jaarlijks van het hui
tenland te vorderen heeft, op gemiddeld 6 procent
stelt, dan komt men voor het totaal van de inkom-
sten die de Vereenigde Staten
jaarlijks
uit hun bui-
tenlandsche beleggingen genieten, nog niet ten volle
tot $500 ‘millioen. Het is natuurlijk mogelijk dat’ dit
bedrag in de eerstvolgende jaren belangrijk stijgt als
gevolg van regelingen, die de regeeringen van andere
voormalige ‘bondgenooten eventueel met de Unie-
regeering zo’uden kunnen treffen nopens ‘de rentebe-
taling en de aflossing van de aan hen geleende bedra-
gen. Maar zelfs al zon het genoemde bedrag daar-
‘door met $ 200 millioen klimmen, ‘dan zou het naar
alle waarschijnlijkheid toch nog slechts ternauwer-
nood toereikend zijn voor de vei’effening van de na
den oorlog sterk gestegen sommen, die de Unie jaar-
lijks aan het buitenland te’ betalen heeft wegens dè
uitgaven van haar in den vreemde reizende burgers
en de remises van haar immigranten – om van de
verschillende’ kleinere posten onUer de ,,onzichtbare”
invoeren ‘der Vereenigde Staten nu maar te zwijgen.
1)
Dat er in de naaste toekomst voor de Unie een
credit-saldo van beteekenis zou ontstaan, hetwelk in
goederen zou moeten worden voldaan, is derhalve niet
zeer aannemelijk. ‘Tr het overige zal, zoo niet alle
voorteekenen bedriegen, de gestel&heid van de han-
deisbala,es der Vereenigde Staten in de eerstvolgende
jaren grootendeels bepaald worden door den omvang
dien de nieuwe Amerikaansche beleggingen in het
buitenland in deze jaren ‘zullen aannemen. Indien
– wat op het oogenblik, niet ‘zeer waarschijnlijk lijkt
– de Vereenigde Staten in de naaste toekomst hun
nieuwe beleggingen in het buitenland staken of tot
een minimum reduceeren, dan laat, zich verwachten
dat hun goedereninvoeren en ‘goederenuitvoeren min of meer met elkaar in evenwicht zullen komen. Wor-
den daarentegen de nieuwe beleggingen in het.buiten-
land gedurende de eerstvolgende jaien voortgezet in
den omvang dien zij in 1924 hebben aangenomen, dan
valt voorloopig nog op belangrijke uitvoeroverschot-
ten te rekenen; maar dan wordt
op den duur
een
radicale ommekeer in de gesteldheid van de handels-
balans der Unie ook hoe langer hoe waarschijnljker.
A. M.
Da
JONG.
DE SCHEEF VAARTWEGEN IN ZUID-LIMBURG
EN DE SPOOR WEGTARIE VEN. –
Hetgeen de heer El’ias naar aanleiding van mijn
artikel in het nummer van 26 November schrijft,
bevestigt mijn mededeeling, dat de spoorvrachten voor de Limburgsche kolen naar den waterweg in
Limburg
naar verhouding
hoog
zijn.
De heer Elias
verklaart dit door er op te
wijzen,
dat het speciaal
tarief voor de steenkolen op kleine afstanden naar
verhouding hoogere vrachten heft dan op groote af-
1)
Het
Depart.m.ent of Conuaerce
becijferde
voor 1923 de
tourists’ expenditures
per
saldo
op $ 400 niillioen;
de
immi-grants’ re/nVittance8
op $ 290 millioen.
31 December 1924
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1143
standen, een basis, waarop alle NedrlanUsche goe-
derentarieven zijn opgebouwd. Dit alles is bekend,
en dit was voor mij juist de aanleiding hierop de
aandacht te vestigen in het verband der waterwegen.
Wil men deze laatste tot hun recht.Iateii komen, dan
zullen de spoorwegtarieven naar de overlaadplaatsen
naar een anderen maatstaf berekend dienen te wor-
den; de tarieven naar de overlaadplaatsen zullen
naar verhouding niet hooger, doch lager moeten zijn
dan die op groote afstanden. Bij een regelmatige
overlading zullen de spoorwagens vlug heen en weer
rijden en zullen deze derhalve beter dan bij vervoer
op langen afstand worden uitgenut. De Limburgsche
mijnen liggen in Zuid-Limburg dicht bij elkaar; het
vervoer vanaf die mijnen naai den waterweg is dan
ook eenvoudig en goedkoop te regelen. Wanneer de
vaststelling der spoorwegtarieven niet uit dezen ge-
zichtshoek bekeken wordt, zullen zij voor het vervoer
naar den waterweg steeds te hoog
blijven.
De Spoor-
wegen weten wat het vervoer over het aantal kilo-
meters, waarover
zij
de Limburgsche kolen eventueel
naar het water transporteeren, kost en dit moet be-
langrijk minder
zijn
dan
zij
in rekening brengen
voor dit transport van ca. 20 â 25 KM. Zou hdt
anders zoo bevreemdend zijn te vernemen, dat de
Limburgsche
mijnen
zelf de exploitatie van een spoor-
weg naar den waterweg in overweging nemen? De
spoorwegen zouden çlan echter een belangrijk ge-
deelte van het vervoer der Limburgsche kolen mis-
sen, hetgeen toch ook geen voordeel kan
zijn,
terwijl
dan bovendien naast bestaande spoorlijnen een nieuwe
spoorlijn zou worden gelegd. Dit alles wijst m.i. op
de gebiedende noodzakelijkheid, dat deze geheele aan-
gelegenheid grondig bekeken wordt.
HuLsMAN.
Kerkrade.
* *
*
De heer Huisman blijf t er dus bij, dat dc spoor-
vrachten naa den (nabij gelegen) waterweg naar ver-
houding
lager
moeten worden gesteld dan op lange
afstunden.
Gesteld, dat, lijnrecht in strijd met hetgeen te
doen gebruikelijk is, op dit denkbeeld werd ingegaan
en Qen extra laag tarief naar den waterweg werd in-
gevoerd, dan zou hieruit voor de Nederlandsche
Spoorwegen een aanzienlijke minderopbrengst voort-
vloeien. Ik verwijs.te dezen aanzie naar mijn eerste
0itwoord aan don heer Hulsman in No. 465 en wil er
slechts, ter verduidelijking, aan toevoegen, dat het
hier niet alleen zou gelden lagere ontvangsten voor
zoodanige hoeveelheden ‘als
thans reeds
naar dcii
waterweg’ worden verzonden, maar bovendien lagere
ontvangsten als gevolg van het feit, dat groote hoe-
veelheden kolen, die thans
•
qeheel
per spoorweg wo.r-
den vervoerd, door het nieuwe tarief naar den
w
ate
r
:
weg zouden worden gelokt.
Aangezien (zie mijn vorig, antivoord) de Neder-
landsche Spoorwegen v66r alles naar een sluitende
rekening moeten streven, zouden zij voor de voren-
bedoelde minderopbrengst compensatie moeten zoe-
ken in een tariefsrerhooging, hetzij voor koleii op an-
dere trajecten, hetzij voor andere goederen, hetzij
voor reizigers.
Van, de aan de belanghebbëriden bij den kolenafvoer
te water verleende concessie
zouden dus anderen de
dupe worden,
anderen, die,
terwijl
ook zij op tarief-
verlaging hopen, er in plaats van vooruit- op achter-
uit zouden gaan.
Gesteld echter, er t:rcedt een zoodanige verbetering
van de financieele positie der Nederiandiche Spoor-
wegen in, dat do invoering van meergemeld tarief
zonder
gelijktijdige
vcrhooging van andere tarieven
zou kunnen plaats hebben, ook dltn zoudéh anderen
worden gedupeerd. Immers, het verleenen der ge-
vraagde concessie aan degenen, wier belangen door
den heer Hulsman worden bepleit, zou, in verband
met de daaruit voor de Nederlandsche Spoorwegen
voortvl&eiende
aanzienlijke
vermindering van ont-
vangsten, belemmerend werken op de mogelijkheid
tot invoering eener tariefverlaging,
die een alge-
meen 1cara1ter draagt.
Ondanks de roede, waarmede hij aan het slot van
zijn betoog dreigt, heeft de heer Hulsman
mij
voor-
alsnog niet tot zijn stelsel kunnen bekeeren.
P. Ei.is.
MOSOEL.
Het vroegere Turksche Vilayet van dezeit naam,
om we]ks bezit Turkije
en Engeland sedert geruimen
tijd gestreden hebben, en thans, dank zij den Volken-
bond, gelukkig weder met diplomatieke wapenen strij
–
den, behoort ethnografisch tot het groote gebied van
Koerdistan, een berglnd dat zich uitstrekt over het
Zuid-Oostelijk gebied van Klein-Azië en het Noord-
Westen van Perzië, en dat bewoond wordt door de
veelal nomadische Koerden, bergstammen, die met
de verandering der seizoenen heen- en weertrekken,
des zomers naar hunne alpenstreken, des winters
naar de lager gelegen weideplaatsen. Zij leiden dus
veelal een. min of meer zwervend bestaan en hoewel
het hun niet aan een zekere beschaving ontbreekt,
hebben zij zi.ch
1toch steeds zooveel mogelijk binnen.
hunne bergachtige streken afgezonderd gehouden. Zij
belijden het Islë.mitische geloof, doch hunne vrouwen
zijn niet gesiui erd en zij zijn meestal niet fanatiek,
inteSd’ndeel tot aan de jaren zeventig der vorige eeuw,
toen Rusland zich ging opwerpen tot ,,beschermer”
der Christenen in Turkije, leefden zij in tamelijk
goede verstandhoitding tot de Christelijke minderhe-
den in hun land, de Assyrische Nestorianen, waar-
van wij later nog zil]en moeten spreken.
Het Vilayet Mosoel heeft een oppervlakte van on-
geveer 18.000 KM
2
. (
Nederland 34.000) en is uiterst
schraal bevolkt met slechts ongevéer 295.000 inwo-
iiers, van welke 245.000 Koerden en Turken Moha-
medarien ziji. De overigen zijn Nestorianen (onge-
veer 30.000) en ongeveer 20.000 Yezidis, ook wel Ah-
Alahis , genaamd, die een zonderhing geloof beljden,
waarbij in, de eerste plaats de Duivel wordt vereerd
onder den. naam van,, Zijne Heiligheid de Pauw”. De
Yezidis gaan uit van het denkbeeld dat men de goede
Goden, die vanzelf geen kwaad doen, te vriend moet
houden, doc.h dat men met den Duivel moet oppassen.
i)e Koerden, die verreweg in de meerderheid zijn,
hebben, onder het oude. Turksche bewind steeds cpn
groote mate van onafhankelijkheid bezeten, ook uit
hoofde van de ontoegankeljkheid van hun bergland,
hoewel zij met Sultan Abdoel Ha.mid goede betrek-
kingen. onderhielden en een Koerde het zelfs tot
Groot-Vizier heeft gebracht. De opperhoofden der
verschillende stammen werden veelal tot O’ouvcrneu
van hunne streek benoemd en betaalden een zekere
belasting, die eens per jaar geheven werd van hunnc
ku.dden, we]ke geteld werden
bij
het doorwaden van
den. Tigris l;ijdons de verandering der seizoenen. Werd
hun het leven onaangenaam gemaakt, dan emigreer-
den. zij in grooten getal.e naar Perzië over de niet
.veraf gelegen, grenzen, die door woeste, zoo goed als
niet bewoonde streken loopen. Trouwens de Perzi-
sche Koerden hebben zelven de gewoonte, den zome,r
voor een deel in de hoogianden van Turksch Koer-
distan door te brengen. Het is dus niet
altijd
gemak-
kelijk vast te stelien onder welke regeering zij res-
sorteeren. Ook is het sedert eeuwen hunne gewoonte,
cle Perzische en. Turksche regeeringen, althans in de
grensgebieden, tegen elkander uit te spelen, door
naar de respectievelijke gebieden, waar toch geen con-
trôl.e kan worden uitgeoefend wegens hunne afgele-
genheid, uit te wijken ten einde aan, te hooge belas-
1
ingen te ontsnappen. Op die wijze is een soort even-
•
‘jchtstoetad ontstaan, waardoor de Koerden een.
‘dragelijk bestaan hadden.
De Koerden, wier aantal, verspreid over Turkije en
Perzië, een paar millioen beloopt, houden zich be-
1144
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
31 December 1924
halve met veeteelt, en landbouw, evenals de andere
nomaden in deze landen, voornamelijk bezig met het
weven der beroemde Perzische en Anatolische tapij-
ten en zadelzakken, die in Euröpa op grooten prijs
worden gesteld. Wegens hunne nomadische levens-
wijze leggen zij zich bijzonder toe op de kleinere
maten (de zoogenaamde ,,rugs”) en aan hun fabri-
kaat bad OonstantinopeF zijne groote beteekenis als
de voornaamste markt van: Oostersche
tapijten
te dan-
ken, die thans echter naar Athene en Saloniki schijnt
te worden verlegd.
Volgens de Turken beschouwen de Koerden hen
als hunne vrienden, die. geenszins het Vilayet Mosoel
bij Mesopotamië – willen zien ‘ingelijfd, omdat,’ die
stjeek grootendeels door Arabieren wordt ‘bewoond, die
hun antipathiek zijn. Daarentegen verklaren de Brit-
ten .dat de Koerden tijdéns den oorlog geenszins heb-
ben voldaan aan het verzoek hunner Turksche vrien-
den, om den Heiligen Oorlog (Djehad) uit te roepen,
doch zich integendeel zoo lang mogelijk afzijdig heb-ben gehouden, hetgeen
wijst
op hunne feitelijke on-
afhankelijkheid van Turkije. Bovendien waren de
Jong-Turksche beginselen aan. de Koerdische leiders
antipathiek en deze laatsten waren na 1908 ‘in een
nii.n of meer permanenten toestand van rebeilie tegen
Turkije, zoo zelfs dat de Hamawand Koerden in 1912
en masse
naar Perzië ‘uitweken. Het is trouwens be-
grijpelijk ‘dat deze eenvoudige bergbewoners, die een
patriarchaal herdersleven leidden, van de ,,moderne”
denkbeelden der Jong-Turken afkeerig zijn en het
zou niet verwonderlijk zijn zoo zij van een- redelijke
behandeling der Britten mer verwachtten dan van
het niei,iwbakken parlement ‘te Angora en van de cor-
repte ambtenaren van het nieuwe ,régime, hetwelk
in dit opzicht geen haar beter is ‘dan het oude, ter-
wijl verder de Turken. zich niet meer o’p een gemeen-schappelijk geloof kunnen beroepen nu zij zelven den
Islam zoo goed als afgezworen hebben. Van weer-
kanten wordt echter onder dé Koerden druk’ propa-
garida gemaakt, daar vooral de Turken altijd nog aan-
dringen op een plebisciet ter oplossing van de vraag
of Mosoel Turksch zal blijven of niet. –
Een van de voornaamste belangen, die met .de Mo-
soel-qnaestie zijn verbonden, is zooals men weet de
mogelijke aanwezigheid in hét Vi]ayet van petroleum.
Het is weliswaar niet geheel zeker of er petrolum
in voldoende mate voorhanden, zal blijken te zijn om
de exploitatiekosten te dekken. Wel zijn er op ette-lijke plaatsen in het Viiayet aanduidingen, die door
velen des te belangrijker
,
worden geacht omdat het
naburige Perzië zoo – rijk aan petroleum is. Ook kan
h.et Vilayet in de gebergten nog andere delfstoffen bevatten: Vermoedelijk heeft Engeland met Frank-
rijk en misschien ook met de V. S. afspraken ge
maakt, waarbij ieders participatie ih de exploitatie’,
van eventueele olievelden wordt vastgesteld. Daaraan
zou men dan wellicht Frankrjks welwillende hou-,:
ding hebben toe te schrijven,, terwijl de dezer dagen
uit Amerika gesein’de berichten omtrent de noodza-
kelijkheid voor» de V. S. om steeds het oog gericht te
blijven houden op productiegebieden buiten de V. S.,
misschien eenigszins als een waarschuwing mogen
worden opgevat. Zeker is het, ‘dat Engeland in Perzië reeds enorme petroleum-belangen bezit, want het ge-
bied waarover de concessie der Anglo-Persian Co. loopt, welke voor 60 jaren werd verleend waarvan
nog nauwelijks tien jaren zijn verstreken, is onge-
veer even groot als Frankrijk en Duitschland, en zoo
zou ‘deze ‘concessie wel de grootste zijn, die bestaat.
Wanneer nu Engeland ook in Mosoel zijne petroleum-
belangen kan gaan uitbreiden, dan wordt het op den
duur- zee,’ wel mogelijk, zooais sommige specialiteiteii.
wei eens voorspellen;dat het zwaartepunt der petro-
leum-productie zich van Amerika zal verleggen naar het Oosten. Echter is vooralsnog de Amerikaan sche
productie zoo groot, dat ook in het gtnstigste geval
hiermede geruime tijd-gemoeid zal wezen. Ook dient
men in aanmerking te nèmen dat,
terwijl
Amerika
hoe langer hoe dichter bevolkt wordt, de olievelden
in Perzië en Mosoel meestal in woeste en schraal be-
volkte streken liggen.
* *
*
Men had
bij
het opstellen van het tractaat van
Sèvres aan de’ overwonnen Turken zoo scherp het ,,vae
victis” doen gevoelen, dat de Turken zich nog een-
maal aangordden en het met een plotselinge opleving
van het nationale gevoel door een goed geslaagden
veldtocht (waarbij zij van de Russen en ook ,misschien
van de Franschen steun ontvingen in den vorm vâi
oorlogsmateriaal) tegen de Grieken verscheurden,
waarna zij te Lausanne gebruik maakten van de on-
eenigheid en van de oorlogmoeheid der mogendheden
om onverhoopt . gunstige vredesvoorwaarden te ver-
krijgen.
Volgens artikel 3 van het trac’taat van Lausanne,
vaar men het over ‘de grensafscheiding tusschen Me-
sopotamië en Turkije niet eens was geworden, «werd
deze laatste quaestie.opgeschort:
,,De grens tusschen Turkije en Irak zal worden vast-
gesteld bij vriendschappelijke overeenkomst tussehen
Turkije en Groot-Brittannië binnen.negen maanden. In-
geval geene overeenkomst tusschen de beide regeeringen
binnen dat tijdsverloop mocht wérden bereikt, zal het
geschil aan den Raad, van den Volkenbond worden onder-
worpen. De Turksche en Britsche regeeringen verbinden
zich wedereijds om zoolâng aangaande het grensvraag-
stuk geen beslissing bereikt is, geene militaire of andere
beweging te doen plaatshebben, die op eenigerlei wijze
den tegenwoordigen toestand zal veranderen van de ge-
bieden velker lot van die beslissing zal afhangen”.
Binnen den ‘gestelden termijn van negen maanden
werd echter geene overeenstemming bereikt, zooalè
in Juni I.I. te Oonstantinopel kon worden vastge-
steld, toen de onderhandelingen werden afgebroken.
Derhalve voldoen nu beide landen an de verplich-
ting, te Lausanne aangegaan, door het geschil aan
den Raad van den Vo’ikenbond te onderwerpen. –
Zoo werd dus op 20 September
.
1.1. het vraagstuk
ouder het hoofd ,,Polit.ieke .vraagstukken” op eene openbare vergadering van ‘den Raad te Genève be-
handeld.
Bij
die gelegenheid zette Lord Parmoor na-
mens Engeland uiteen dat naar Zijne meeninghet
(vroegere) Vilayet Mosoel .deel van het tegenwoor-
dige koninkrijk link uitmaakte, en dat’de vraag, die
aan den Raad werd vôorgelegd, inhield, of de Noor-
del,ijke grens van dat koninkrijk bij benadering de
idministratieve grenzen van genoemd Vilayet zou
volgen, met enkele wijzigingen, gemotiveerd door
et’hnische, economische en strategische ove’rwegingen,,
welke volgens de Britsche opvatting die grens eenigs-
zins naar het Noorden.’ zouden. verleggen.
Hij legde zi,ch
bij
voorbaat neer
bij
de arbitrale
beslissing van den Raad, en verzocht, eene commissie
van neutrale deskundigen te willen benoemen, die na
voorafgaande bestudeering en na het inwinnen van
alle inlichtingen, het geschil zou ‘dienen op te lossen.
Fethy Bey, de Turksehe gedelegeerde, verklaarde
namens Zijne regeering ‘dat de vraag, die den Raad
werd voorgelegd, deze was: Moet het Vilayet Mosoel
aan
Turkije
of wel aan Irak worden ‘toegewezenl In
het eerste geval behoort de grens gevormd te worden
door de Zuidelijke grens van d.at Vilayet, in het
tweede door de Noordelijke grens ervan. Hij ver-
klaarde verder namens de Turksehe regeering dat het
Vilayet Mosoel een integraal deel van Turkije uit-‘
maakte en dat dit bleek uit geografische, economische,
‘ethnische en militaire overwegingen. Ten’ slotte drong
hij er naens zijné regeenin ‘op aan, ‘het geschil te
doen uitmaken door een plebisciët onder de bevol-
king van het Vilayet zelve. – –
Den 25e September verklaarde Fethy Bey, bij ge-
legeuheid van eèn verdere publiëke zitting van den
Raad, dat zijne regeering de volle bevoegdheid van
den Raad ‘aanvaardde, waarbij hij nochtans meende
te moeten verklaren dat zijne regeering ,,ervn over-
31 December 1924
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1145
-tiiigd was dat d.e Raad in (1e eerste plaats hij zijnè
beslissing rekening zou houden (s’inspirera.it) met de
wènschen der bevolking”.
Deze laatste, ietwat dubbelzinnige verklaring werd
door. den Raad, tezamen met die van Lord Parmoor,
die zonder eenigerlei reserve
wn
afgelegd, aanvaard.
liet verschil tussehen de beide verklaringen ligt hier-
in, dat de Turken later, als het eens te pas mocht
komen, kunnen zeggen (indien de Raad geen plebis-
ciet toestaat), dat hunne overtuiging, dat de Raad
in de eerste plaats rekening zou hQuden met de wen-schen der bevolking, blijkbaar niet op goede gronden
berustte. Dat de Raad een plehisciet zou toestaan
lijkt niet zeer waarschijnlijk, want de bevolking is
voor verreweg de meerderheid anaiphabetisch, leidt
eene nornadische levenswijze, en is daardoor, ook door
‘het gebrek aan wegen, zeer
moeilijk
te benaderen.
Nadat• nog van beide zi.jden klachten betreffende
recente grens-incidenten waren ingekomen, beloofden
beide partijen, den 30en September, maatregelen te
zullen nemen om van weerskanten de orde te bewa-
ren, en den status quo, volgens art. 3 van het tractaat
van Lausanne, te zullen handhaven, en geenerlei
militaire of andere beweging teh uitvoer te zullen
leggen die daarin wijziging zou kufinen brengen.
Te G’enève was dus alles betrekkelijk goed gegâan.
Men had opuieüw verklaard, den status quo te zullen
handhaven. Maar zooals de lezer iich misschien zal
herinneren, is de taal dr diplomaten niet steeds die
van gewone sterveliugen. Een dame vroeg eens aan
een diplomaat:, ,,Qu’est-ce que c’est que la non-inter-
vention?”, waarop de diplomaat antwooirdde: ,,La
non-i,ntervention, Madame, c’est quelque chose qui;
parfois, vent dire: intervention”. En zoo kon men
ei’ op rekenen, dat wat de partijen ook deden, of van plan varen te doen, zij aldoor zouden verklaren niets
anders op het oog te hebben dan de handhaving van
den status quo. Over ‘die handhaving zou heel wat te
zeggen zijn. Men kan, bijvoorbeeld, den status quo
handhaven, of beweren te handhaven, door iets te
doeu, om de tegenpartij te beletten iets te verrich-
ten, waardoor de status quo in gevaar zou kunnen
worden. gebracht. Zoo hebben de Turken, clie zeer
goede diplomaten zijn, vaarin”echter de Britten nau-
welijks voor hen onderdoen, de zaak wellicht opgevat. 1
Een andere vraag is: waarin bestaat de status qao?
Artikel 3 van het tractaat van Lausanne, waaraan
zich de Raad had gerefereerd, brengt ons niet veel
verder. Daarin wordt alleen gesproken van ,,den
tegenwoordigen toestand”: Dat daarmede werd be
doeid de toestand op den datum van het tractaat, n.l.
24 Juli 1923 staat wel vast, anders zou in den tekst;
een andere datum
zijn
genoemd. Niettemin heeft
generaal Ismet Pasba den lOen October 11, dus tien ‘digen na Genève, tot den Volkénbond een telegram
gericht, waarin hij vericlaarde, den status quo te wil-
lén handhaven zooals die was op 30 September 1924.
Maar wat de status quo, Qp welke’n datum dan oolc,
eigenlijk was, dat wist niemand, zooals hierönder zal
blijken.
Er was in dien tusschentijd iets veranderd. De taal
van Fethy Bey was door Ismet ,,gemnterpreteerd”.
Zoo gaat het dikwijls genoeg. Eerst stelt men, na
langdurig naar ,,formules” te hebben gezocht, en na
lang overleg, een tekst vast. Maar dan komt dg inter-
pretatie en die is dikwijls anders dan de andere partij
had bedoeld.
De zeer goed ingelichte Balkan-correspondent van
de ,,N. R. Ot.” heeft in het nummer van 22 October
I.I. van dat blad van de ontstane vrwikkelingeu een
uitvoerig overzicht gegeven, waarin het Turksche
standpunt uiteengezet wordt. Kort samengevat zou
dit als volgt zijn: .
1. Het betwiste .gebied (het Vilayet Mosoel) zou
door beide partijen niet mogen worden bezet: Echtér begonnen de Engelschen reeds verleden jaâr verken-
..•
‘/sSN-Oft4R•
.
erswi
Cha/a//a
ha
0PeshK/,ur
.K
Bama,O
,j
o
A,
°
s
,4frIADIA
0″i•”
…. ..
Sh,grsna
–
VERKLARING
Grens tus,chen Turkije en Irak, als
T
–
door Engeland inden Volkenbonds.
.h.S•
”
tlgtt.örd
road geeischt.
Gebied.
uiarheen de Britten
Assy.
1 1.
risrhe
Ch,isten.,tannnen
hebben
W,3nnâ
teruggebracht en dat udôr den Oorlog
niet onder efl’ectieee Torknche heer
M ijtert
ackappij stond.
o
5
to
15
Adaiinistratieeegrensiianhetuilayet
F105 OELO
t4osoel ton het oude Tarksche
Rijk.
ringen mei; vliegtuigen te houden over het geheel
onbestreden Turksche ge’bied (waarin het op het
kaartje gearceerde terrein ligt).
De Britten in Irak hebben de
tijdens
den
oorlog uit het laatstgenoemde terrein (Noordelijk van
het Vilayet Mosoel dus) gevluchte Nestorianen (As-syrische Christenen) onder begeleiding van militaire vliegtuigen daarheen teruggebracht, na hen van last-
dieren, wrapene
n
en munitie te hebben voorzien.
De Turken hadden, vertrouwende op het trac-
taat van Lausanne, in dat gebied geene troepen, doch
,,voor de veiligheid slechts eenige compagnieën gen-
darmerie’. De Nestorianen echter namen bij hun bin-
nendringen in het begin van September 11, den gou-
verneur die te Ashuta zetelt, gevangen, doodden
eenige gendarmes en verklaarden het landschap Haic-
kiari’ tot een Nestoriaansche republiek onder Britsch
protectoraat. Daarop zond Angora troepen, die de
.Nestorianen op Ïraksch gebied terugdreven, en zoo
doende de neutrale zône betraden. Die troepen houden
thans den Djebel kl:akboel bezet. Dajt gebergte ligt
juist ten Noorden van de grens van het Vilayet, het
gebied dat Lord Parmoor om militaire redenen recla-
ineerde. Engeland p±otesteerde den 23en September
tegen deze schending van den status quo. Angora
protesteerde tegen den trek der Nestoiianen onder
Britsche medewerking. Londen, den 2Oen Septembér,
wees niet alleen dit protest af, maar verlangde out-
ruirnuig van den, Djebel Makboel en dreigde met mi-
litaire tegenmaatregelen wanneer deontruiming niet
op 11 October had plaatsgevonden. Daarop telegra-
feeide Ismet naar Genève als boven vermeld.
Intusschen hadden in Engeland de
y
erkiezingen
plaats en gaf Engeland geen verder gevolg aan deze
bedréiging.
Het Britsche standpunt vinden wij weergegeven in
de ,,Times” van 13 October I.I. Het Foreign Office
interpreteert de woorden ,,Etat actuel” van art. 3
van het tractaat van Lausanne als te beteekenen den
status quo. op den. datum van het tractaat van Lau-
sanne. Die status quo sloot in: de effectieve militaire
occupatie
ran gebied op dien datum doov de beide
:iegeeringen. Op .dien datum bestond inderdaad een
zoodanige occupatie van het geheele Vilayet Mosoel
door Engeland. Hetgeen bij den wapenstilstand van
Moedros in, 1918. was bepaald, was door het tractaat
‘van Lausanne buiten werking gesteld. Dit in ant-
woord op een beroep der Turken op dien wapenstil-
stand, die volgens de Britten niet dan een tijdelijk
]carakter droeg. Bovendien verklaart men van Engel-
sche zijde dat ook ,,het gebied der Assyrische stam-
men” (het op de kaart gearcherde gedeelte) onder die
mi]i.l;aire océupati.e begrepen’ was. ,,Dit gebied”; zegt
de ,,Tirnes”, ,,dat voor den oorlog nooit daadwerke-
lijic onder Turlcsch bewind had gestaan was door de
in 1917 daaruit ontvluchte Assyrische Christenen.
1146
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
31
December 1924
opnieuw in bezit genomen, en Britsche administra-
tieve ambtenaren en politie begaven zich daarheen
ten einde de orde te handhaven.” Deze lezing wijkt
af van die van den correspondent der ,,N. R. Ct.”
onder 1 en 2. De ,,Times” meldt verder dait tot 1
October 1923 de Turken niets tegen deen staat van
zaken hadden ingebracht. Maar toen vernamen de
Britsche autoriteiten te Mosoel dat de Turksche Vali
(stadhouder) van Julamerk over de bergketen (Dje-
bel Makboel) zuidwaarts wensôhte te’ trekken naar
het Assyrische gebied om van een Koerdisch opper-
hoofd te Chal cijns te heffen, waartegen zij dadelijk’
protesteerden, omdat die streek in effectieve En-
gelsche militaire occupatie was, en zij derhalve, vol-
gens het tractaat van Lausanne, geene schending daar-
van konden gedoogen. Gedurende eenigen tijd hoor-
den de Engelschen niets meer, doch in Augustus I.I.
gaven de Turken aan het hun toegeschreven voor-
nemen gevolg. De Vali overschreed met een klein ge-
volg (wegens de moeilijk begaanbare bergpassen) den
bergrug, doch werd te Hani ‘door de Assyriërs gevan-
gen genomen en teruggezonden. Van dit incident wer-
den de Turksche gedelegeerden te Genève in kennis
gesteld en de waarschuwing werd herhaald, doch de
Turksche regeering zond een strafexpeditie, waarvan
de hoofdmacht (wegens de onbegaan.baarhei.d van de
passen van Julamerk ziiidwaarts) van uit Jeziret ebn
Omar via Rabanki opmarcheerde, terwijl slechts een
klein detachement van uit 3ulamerk zuidwaarts trok.
Het binnendringen der Turken via Rabanki in het Mosoel-gebied beteekent inderdaad eene schending
van den status.quo door de Turken, dat moet men db
,,Times” toegeven.
* *
*
De verkiezingen in Engeland brachten intushen
eenig respijt, waardoor het Britsche ultimatum dat
den hen October als uitersten termijn der ontrui-
ming had gesteld, buiten werking bleef.
Gelukkigerwijze zou bovendien tegen einde October
te Brussel opnieuw een vergadering van den Raad
van den Voikenbond plaats hebbe, en deze vergade-
ring heeft inderdaad een voorloopige oplossing ge-r
bracht. De heer Branting, die als rap’porteur over de
Mosoel-aangelgenheid optrad, kon vaststellen:
Dat de beide regeeringen overeengekomen waren
dat met den status quo werd bedoeld: de status quo
op den datum van het verdrag van Lausanne.
Dat die status quo gedefineerd werd doör een tijdelijke grenslijn aan weerskanten waarvan beide
partijen gezag kônden uitoefenen. Voor zoovë’r par-
tijen zich op het oogenblik op elkanders terrein be-
vonden, zouden zij zich van weerskanten voor 15 No-
vember terugtrekken. (Dit is intussc’hen inderdaad
geschied).
De grensljn wordt aangeduid door tal van namen
van rivieren, bergen en dorpen van welke men de
meeste op geen enkele kaart aantreft, vermoedelijk
omdat dit woeste en afgelegen gebied, dat bovendien
door eenigszins roof.zieke nomaden wordt bewoond,
en waar langdurige winters heerschen, tot nog ‘toe
alleen door generale staven in kaart is gebracht. De
weetgierige lezer ..vindt de. lijn uitvoerig beschreven
in de ,,Tims” van 30 October 1.1.
Op het oogen.blik (begin December 1924) is der-
halve de , toestand, door de beslissing van Brussel,
voorloopig gestabiliseerd en zal nu de ‘toekomstige
status van Mosoel afhangen van het, rapport der in-
tusschen benoemde commissie van drie deskundigen,
en van de interpretatie van dat rapport door den
Raad van den Volkenbond.
De commissie .door den Raad te Brussel benoemd
bestaat uit .de volgende ‘heeren: Colonel Paulis (Bel-
gië), Graaf Paul Teleki (Hongarije) en Graaf Wirren
(Zweden). Vermoedelijk zullen de heeren nog .dezen
winter naar Mosoel vertrekken, ten einde het vraag-
stuk niet alleen uit de documenten maar ook ter
plaatse te kunnen bestirdeeren. Zij zullen denkeijk
via Angora gaan, ten einde daar nader omtrent het
Turksche standpunt ‘te worden ingelicht.
De oplossing van het geschil is, zooals boven werd
aangeduid van groote politieke en economische be-
teekenis. Indien inderdaad het Vilayet Mosoel veel
petroleum bevat, dai is het bezit van den Djebel
Makboel voor de mogendheid, die Mesopotamië be-
‘heerscht, van dubbele be.teekenis, omdat die bergketen
het zuidelijk daarvan gelegen deel
bestrijkt.
Daarom
1
heeft dan ook Engeland o5 het inlijven daarvan bij
,Irak aangedrongen en willen de Turken hem be-
honden.
Brengt het rapport der Commissie, voor welke men
moet hopen dat
zij
niet gemolesteerd zal worden, een
blijvende oplossing, dan kunnen de voorstanders van
den Volkenbond daaruit een argument te meer putten
voor het groote internationale nut dier instelling.
Den Haag, 4 December 1924.
H. DUNLOP.
NIEUWE AANWENDINGSMOGELIJKHEDEN
VOOR RUBBER.
Ter algemeene vergadering van de Ikternationale
;Vereeniging voor dè Rubber- en andere Cultiires in
Nederlandsch mdie, gehouden op 2 December 1.1.,
,heeft de heer J. S. 0. Kasteleyn een voordracht ge-
houden, ten einde het nut van de Propaganda-afdee-
ling dier Vereeniging te betoogen.
Spr. ving zijn beschouwingen aan met te wijzen
op het
belangrijke
bedrag (f 0.000), waarover het
Engelsche Propaganda Ciommittee voor een campagne
van een jaar de beschikking heeft. Daarvan zal
– £ 30.000 worden aangewend voor propaganda .voor
crêpe-rubberzolen in Amerika, Europa en de koloniën.
Daarna vervolgd& hij’:
• Menigeen zal zeggen: het is ‘alles’ heel mooi, maar be-
.taalt het zich? Zijn de bereikte resultaten in evenredigheid
.met de groote opofferingen, die de Engelschen zich ge.
‘troost hebben?
Deze vragen meen ik bevestigend te kunnen beantwoor-
den, alleen reeds omdat de crêpe-rubberzool zonder de be-moeiingen van de Propaganda-Comité’s nooit in zoo’n kor-
ten tijd een dergelijk debiet verkregen zou hebben als waar-
op wij thans kunnen wijzen, ja er misschien nooit ingeko-
men zôu zijn. Alleen de consument en de i-ubberproducent
hebben voordeel van het gebniik van ci-êpe-rubberzolen; de
eerste. omdat crape-rubberzolen veel duurzamer zijn dan
leeren zolen en de reparatie tot een minimum teruggebracht
“wordt, en de tweede, omdat de zolen uit
100
pCt. rubber
bestaan en er een nieuw afzetgebied door geschapen wordt.
De leerfabrikauten, de van hen afhankelijke schoenen-
leveranciers en niet te vergèteu de schoenenreparateurs
hebben er niets dan nadeel van, ja de laatsten voelen zich
in hun bestaan bedreigd. Ook rubberfabrikanten, die ge-
vulcaniseerde zolen vervaardigen, zien zich benadeeld in
hun bedrijf. Het is dus niet te verwonderen, dat van ‘de
zijde der ‘industrie een krachtige propaganda tegen het ge-
van crepe-rubberzolen gevoerd wordt; naar men zegt,
hebben de Amerikaansche zoollederfabrikanten gedureude drie opeenvolgende jaren jaarlijks
$ 300.000
voor dat doel beschikbaar gesteld. ])ie tegenwerking moet. overwonnen worden dooi-‘ een dringende navraag van de zijde van het
publiek, waardoor de schoenwinkelier gedwongen wordt
schoeisel met crape-zolen iii voorraad te hebben. Die na-
vraag kan echter alleen worden opgewekt door de voor-
deelen der crêpe-zool steeds onder de aandacht van het
publiek te brengen.
Wanneer wij de kwestie op haar eigen beloop hadden
gelaten, s’as er waarschijnlijk niemand geweest, die de zaak
voldoende winstgevend had geacht om zich intensief voor
‘de verbreiding van zoolrubber in te spannen en zich de
groote uitgaven, die daarmede gemoeid zijn, te getroosten.
Dank zij de propaganda is er thans een aantal personen
en instellingen, die er hun belaiig in zien ons, in ons streven de behulpzame hand te bieden.
In
1923
is alleen reeds in Engeland
2500
ton rubber
als zoolrubber uit de markt genomen en in
1924.
denkt men
niet minder dan
7000
ton zoolrubber noodig te hebben.
Bedenkt men nu, dat voor zoolcrêpe in doorsnede een pre-
mie van
20
a
25
et. per Engelsch pond betaald wordt, dan
heeft dcze
9500
ton een bedrag van
4 k 5
millioen gulden
extra in de zakken der rubberproducenten doea vloeien.
31 December 1924
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1147
waarmede de aan de propaganda bestede gelden 1uim be-
taald
zijn.
Mair er zijn nog andere vooideelen. De groote voorraad
riihber, waar wij zoo angstig tegen aankeken, is door deze
nieuwe toepassing in 2 jaren met 9500 ton verminderd.
gen nieuw dbouch is geschapen op een gebied, waar
geen concurrentie vai de Inlandsche .rtibberproducenten te
verwachten is.
Gelukt het de zoolcrêpe door propaganda en wetenschap-
pelijk onderzoek omtrent bevestigings- en kleuringsmethoden
in Europa en Amerika algemeen ingang te doen vinden,
dan is daardoor een afzetgebied geschapen, dat in belang-
rijkheid dat der autobanden nadert.
Op het oogenblik is er meer vraag naar dn aanbod van
zoo1crpe omda.t vele ondernemingen huiverig zijn tot de
hereiding ervan over te gaan vanwege de door den handel
gestelde eischen, clie met de kwaliteit van het product niets
uitstaande hebben, bijv. de vlekkeloos witte kleur; die aan
de ondernemers veel hoofdbreken kost. De kleur moge een
gemakkelijk oncierkenningsteeken voor de echtheid van de
zooicrepe zijn, wij moeten het publiek bijbrengen, dat ook
donker gekleurde zoolcrêpe van uitstekende kwaliteit kan
zijn, omdat de laatste ooveel te gemakkelijker te berei-
den is.
Misschien wordt daardoor de premie, clie men voor de
zoolrubber betaalt, wat minder, dat doet er zooveel niet
toe, de premie is niet de hoofdzaak, het is ons te doen om
een grooter afzetgebied voor rubber, dat is het voornaamste.
Niettegenstaande de groote bedragen, die aan de propa-
ganda besteed zijn, meen ik dus te mogen zeggen, dat het
geen overbodige uitgaven geweest zijn. Ook zij, die zelf geen
zoolcrêpe vervaardigd hebben, hebben toch de voordeelen
ondervonden, omdat cle meerdere vraag naar jubber een
gunstigen invloed op de prijzen gehad heeft.
Hoewel van oordeel, dat de .door het Engelsche
Committee bestede gelden hun volle 100 pOt. hebben
opgebracht, heeft het Propaganda Oomité der Inter-
nationale- Vereeniging gemeend zich in hoofdzaak te
moeten toeleggen op de bevordering van het gebruik
van, rubber in de industrie en vooral aan nieuwe
toepassingen, die groote hoevee]heden rubber absor-
beeren, aandacht te moeten besteden.
Hierover zeide spr.:
Op dit gebied ligt nog een ruini, ja schier onbegrensd
irbeidsveld voor ons. Een paar voorbeelden zullen u dat
duidelijk maken.
Een van de beletselen bijv. voor een ruime toepassing
van zoolcrêpe in de schoenindustrie was de bevestiging van
de zool aan den schoen en wij vonden het op onzen eg
liggen naar een goede oplossing van dat vraagstuk te zoe-
ken. Wij hebben ons daartoe in verbinding gesteld met de
vakschool voor schoenmakers en meenen ook werkelijk tot een goed resultaat gekomen te zijn.
Een ander voorbeeld is de rubberbestratiug. Ook hier
stanu wij voor een vraagstpk, waarvan een goede oplossing
èn voor rubberproducenten èn voor rubberfabrikanten van
het grootste belang is. De talrijke proeven, daarmede ge-
nomen, zijn nog geen succes geweest.
Wij meenen, dat het geen doel heeft, met proeven nemen door te gaan, zoo lang niet wetenschappelijk is vastgesteld,
waaraan de zich steeds weer voordoènde fout, nl. het krui-
pen der,rubberblokken, is toe te schrijven. Gezien het groote
belang, dat rubberproducenten bij een goede oplossing van
dit vraagstuk hebben, hebben wij niet geaarzeld de nooclige
fondsen voor dit wetenschappelijk onderzoek beschikbaar
te stellen.
Onze secretaris is dezer dagen met twee professoren van
de Technische Hoogeschool naar Londen geweest om de toe-
passingen van rubberbestrating in oogenschouw te nemen,
waarna door beide professören een rapport zal worden uit-
gebracht over hunne bevindingen te dier zake. Meenen zij
een goede oplossing gevonden te hebben, dan ligt het op
den weg der Propaganda-afdeeling om zoo noodig in com-
binatie met de Rubber Roaclways Ltd. proeven in deze rich-
ting te nemen, waartoe wij over een hoeveelheid voor dat
doel geschikte rubber zullen moeten kunnen beschikken.
Een derde voorbeeld is het artikel rubbervloerbedekking.
Ofschoon deze toepassing van rubber reeds door de indus-
trie is opgenomen, hoort men nog vaak van teleurstellin-
gen, vooral wat de bevestiging van een rubbervloer op den
ondervloer betreft. l)it is een beletsel voor de toename van
het gebruik dier rubbervloeren; het artikel wordt er door
in cliscrediet gebracht.; door krachtig mede te zoeken naar
een in alle opzichten fool-proof plakmiddel kunden wij dit
voorkomen.
-Als vierde voorbeeld noem ik cle afzetmogelijkheden, die
ons door. het gebruik van rubber in den vorm van latex
worden geopend.
Latex was in Europa en Amerika tot voor kort min
of meer een museummerkwaardigheid en ook thans nog is
latex voor tal van industrieelen een weinig bekende stof.
Gewoonlijk, hebben zij latex nog nooit gezien.du nog, veel
minder hebben zij zich afgevraagd of latex misschien in
hun bedrijf met voordeel zou zijn te gebruiken. Van het
groote gebied der mogelijke toepassingen van latex zijn nog
slechts cle uiterste randen betreden. Er bestaat echter geen
twijfel, dat door doelmatige voorlichting vele industrieën,
die thans nog geen rubber, in welken vorm ook, vèrwerken,
tot geregelde verbruikers van latex gemaakt kunnen wor-
den. Naast die voorlichting moeten kleine hoeveelheden
latex voor proefnemingen ter beschikking van belangheb-
benden gesteld kunnen worden. Met de w’elwillende en dooi
ons zeer gewaardeerde medewerking der A. V. R. 0. S. hod-
den wij dan ook steeds een kleinen voorraad latex voor
dit doel beschikbaar. Dat dit werk reeds vruchten begint
af te werpen, moge blijken uit de volgende procédé’s, die
met door ons beschikbaar gestelde latex zijn uitgewerkt.
Het impregneeren van vischnetten met latex in plaats van
de tot nu toe hier te lande gebruikelijke ljnolie-impregnatie.
Voor het impregneeren van 1 net is 24 Liter latex noo-
dig. Gezien het groote aantal netten, dat voor de haring.
visscherij op de Noordzee alleen gebruikt wordt, nl. 54.000,
zal, zoo men er in slaagt dit procédé in een practisch bruik-baren vorm te gieten, een belangrijk nieuw afzetgebied van
]atex zijn verkregen.
Een andere belangrijke t’epassing van latex is het im-
pregneeren van garens en weefsels, waarvoor hier te lande
en in het buitenland speciale procédé’s zijn uitgewerkt of in een min of meer vergevorderd stadium van voorberei-
ding verkeeren.
Als de voorteekenen niet bedriegen, belooft vooral het
ilnpregneeren van jute-weefsels een belangrijk afzetgebied
te worden. ‘Dergelijke weefsels worden toch op grooje schaal
als
–
emballége-materiaal gebruikt. Door het impregneeren
verkrijgt men verschillende voordeelen, bijv. dat zij water-
dicht, althans beter bestand zijn tegen vocht; hiervan
wordt partij getrokken bij het verpakken van cement. Ook
is dergelijk weefsel waarschijnlijk zeer geschikt voor het
emballeeren .van wol, omdat door het niet-loslaten der jute-vezels als gevolg van de impregneering,’verontreiniging der
wol, wat vooral bij de fijnere volsoorten tot kwaliteits-
vermindering aanleiding geeft, is uitgesloten.
Toen onze secretaris in September de jaarmessen te
Leipzig, Weenen en Praag bezocht, bleek hem; dat verschei-
dene textielfabrikanten nooit of te nimmer van latex ge-
hoord hadden. Velen kwamen tot de conclusie, dat het vodr
hun bedrijf van heel veel nut zou kunnen zijn en na afloop
der messen ontvingen wij een schrijven, waarin gevraagd
werd of het ons mogelijk was gedûrende een jaar een hoe-vdelheid latex te leveren, neerkomende op 300 gallons per
dag. Aan dergelijke verzoeken kunnen wij natuurlijk niet
voldoen, omdat bij de verzending van latex in het groot
nog zoovele moeilijkheden worden ondervonden.
Een interessante toepassing is het gebruik van latex als
conserveeringsmiddel. Hiervan wordt reeds partij getrok
ken voor het beschermen van cliché’s tegen atmosferische
invloeden. Verder zijn proeven in gang voor het conser-
veeren van sommige vruchtensoorten, kaas, worst en eieren.
Dergelijke toepassingen en vooral de in Amerika ge-
bruikte latex-impregneering van het koord van de koord-
banden zullen in de toekomst belangrijke hoeveelheden latex vereischen en het zal u dan ook niet verwonderen,
dat onze Propaganda-afdeeling de kwestie van het latex-transport in studie wil’nemen, opdat, wanneer op een ge-
geven oogenbhik een groote vraag naar latex ontstaat, wij
onzen leden zooveel mogelijk inlichtingen op dat gebied
kunnen verschaffen.
Daarom bijv. heeft het onze volle aandacht, dat er proe-
ven genomen worden, om latex tot een soort pasta met
betrekkelijk gering vatergehalte te concentreeren, vaar-
door zij een boterachtige consistentie krijgt. Door aanmen-
gen van deze pasta met water wordt weder een latex verkre-
gen. Het
;
is voor rubberproducenten van groot belang na
te gaan, of de aldus verkregen latex zich bij verwerking
op dezelfde wijze gedraagt en hetzelfde product oplevert,
als de met ammonia geconserveerde latex, omdat, wanneer
dit het geval zou blijken te zijn het transportvraagstuk
veel eenvoudiger zou worden, daar wij dan de latex als
pasta zouden kunnen verschepen. Naarmate w’ij ‘de bezwa-
ren, verbonden aan het transport, weten op te heffen, zal
ongetwijfeld het gebruik van latex in verschillende indus-
trieën enorm kunnen toenemen, en daardoor weer een nieuw
1148
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
31 December 1924
débouché gevonden zijn voor het prodtct van ettelijke oncler
nemingen, waarvoor tot nu toe geen plaats ‘was.
R e c t i f i c a t i e. – In het artikel van den heei
Elias in het vorig numme staat (p. 1120, le
–
kolou1
7e regel v.o.): ,,O püt. van 4,32 millioen gplden”. Dit
moet zijn: ,,6 pOt. van 12 millioen gulden”. ¶
AANTEEKENINGEN.
De Duitsche kleurstoffenprodttctie.
In verband met de belangrijke rol, welke de kleur-
stoffen onder de Duitsche leveranties in natura aan
de Entente spelen, volgen hier eenige door het De
partment of Oommerce te Washington gepubliceer
;
de gegevens inzake de Duitsche kleurstoffen-indus-
trie, die volgens de Frkf. Zt
g
. tot op het
tijdstip
van
publicatie in Duifschland niet bekend waren.
worden: Synthetische ‘indigo wordt slechts in Höchst’
en Ludwigshafen geproduceerd. Kuipkleurstoffen wor-
den vervaardigd in Biebrich, Frankfurt, Griesheim,
Höchst, Leverkusen en Ludwigshafen.. Indanthreen
(blauw) wodt volgens de gegevens over 1923 nog
slechts in Ludwigshafen geproduceerd, terwijl het in
vroeger jaren ook in Leve.rkusen vervaardigd werd.
Alizarinekleuren (behalve rood) worden in Frankfurt,
Höchst, .Leverkusen en Ludwigshafen geproduceerd.
De -meeste andere groepen worden in alle fabrieken
vervaardigd; alleen de kleine fabriek te Düsseldorf
fabriceert slechts directe kleurstoffen; zuré en lak-
kleurstoffen. De bijzonder sterke productieafneming
moet waarschijnlijk toegeschreven worden aan het
feit, dat Höchster kleurstoffenfabrieken, die het
meesté van de Roerbezetting te
lijden
hadden, de
productie hiervan in het jaar 1923 buitengewoon
verminderd hebben. –
–
Totaal-productie van kleurstoffeii in de fabrieken’der I.G. in de chemische grootindustrie.
Doorsnede van
1920
1921
1922
het aandeel in
in ponden.
de totaal pro-
__________________
ductie in pCt.
Barmen (Wiilfing Dahi en Co ……….
..772.834
622.045
582.164 597.198
0,50 13.730.737
10.968.029
.
19.733.314
.19.095.032
11,20
Berlin (A. G. Anilinf.)………………
4.798.509
.
5.234.451
9.012.863
4.616.855
4,45
Biebrich (Kalte
&
C.)t ……………..
Düsseldorf (Karl Jiiger) ………….
166.056
110.757.
177.734
234.513
0,15
12.310.303 19.208.429
–
27.667.515 23.991.409
14,80
F’rankfurt (Cassella)………………..
Griesheim (Griesheim-Elektron) ………
..2.552.835
3.453.859
6.328.370
7.095.298
3,25
llöchst (Farbwerke) ………………
‘14.987.358
22.996.354 42.297.764
16.270.938
17,90
–
23.926.858
19.594.528 37.420.030
33.332.804
20,50
26.015.756
29.207.051
41.459.7-57
33.806.141
23,10
Leverkusen (Bayer)
.
………………..
Milhiheim (Leonhardt) …………….
..
.
863.746
1.657.092
969.862
.
0,75
Ludwigshafen (Badische Anilin) ……….
Uferdingen.(Weiler ter Meer) ………
.543.989
3.347.819
e
3.939.847
6.617.992
‘
4.830.928
3,40
totaal.. ……..
.
103.153.114
..
116.199.096
.
192.954.595
1
144.840.958
100
Deze tabel is in de eerste plaats interessant vor
,
de prodwitieontwikkeling, waarbij men moet beden-
ken; dat volgens Amerikaansche schatting de Duitsclie
kleurstofproductie in het jaar 1913 op 280 tot 290
rnillioen pond geschat werd. In het beste jaar na den’
oorlog, 1922, werd’ duá 213 van de.productie van 1913
bereikt, terwijl in 1923 onder de invloeden van de
productie-belemmeringen tengevolge van den strijd
om het Roergebied, welke, zooals het staatje aantoont,
in Höchst het meest tastbaar waren, slechts ongeveer
de helft werd bereikt. Daarbij moet in aanmerking
genomen worden, dat de productie-capaciteit van de
fabrieken der Interessen- Gemeinschaft door uitbrei-dingen ongeveer 20 tot25 pOt. hooger geschat wordt
dan in 1913. Yerder toont h.et staatje de beteekenis
der afzonderlijke ondernemingen der I.-G. aan, voor
zoover het de kleurstoffenprôductie betreft. Hier-
onder volt. een twèede tabel, welke de oiitwikkeling. van de productie der verschillende soérten kleurstof-
fen aangeeft.
Totale productie der verschillende kleurstoffen mde gezamen-
lijke fabrieken der Interessen-Gemeinschaft.
In Ponden
–
1
1920
1
1921
1
1922
1
1923 –
7.307.608
6.902.160
8.96ö.107
8.588.122
17.936.556 24.537.893 41.290.392 23.655.033
2.326.888
a962.833
4.506.357
4.337.875
354.200
244297
27.878
158.849
2.43ag7I
1.197.531
1.967.637
2.269.29
23.064.438
22.058.995 38.359.041
32.272.581
3.930.915
3.843.391
5.686.120
3.656.983
17.393.851
2o.23a987 30.954.141
20.867.680
Over de groote veranderingen in de positie van de Duitsche kleurstofindustrie in de wereidhuishouding
wordt in het Amerikaansche verslag o.a. het volgende
opgemerkt: In 1913 schatte men het directe aandeel
van Duitschland in den wereldhandel in kleurstoffen
op 75 pOt., waarbij nog. ongever 13 pOt. kwam-
van fabrieken, die indirect met de Duitsche produ-
centen verbonden waren; d.w.z. van het wereldver-
bruik werd 88 pOt. door Duitschland bevredigd. Bij
het uitbreken van den oorlog streef den de Vereenigde
Staten, Engeland,
Frankrijk,
Japan en Italië er naar,.
zich van dit monopolie onafhankelijk te maken. Dit
streven had tot gevolg, dat tegenwoordig Engeland
naar schatting 80 pOt.ivan zijn eigen verbruik aan
kleurstoffen produceert,
Frankrijk,
Italië en Japan
ieder 40 tot 50 pOt., en de Véreenigde Staten 93’4
pOt. Bovendien heeft Zwitserland, vroeger de. eenige
concurrent van Duitschland,
zijn
productievermogen
en afzetpogingen verméerdèrd. De nieuwe concurrenten
verzorgen niet slechts een groot deel van hun eigen
verbruik aan kleurstoffen, maar streven er ôok naar,
een deel van, de behoefte der niet-preduceerende
landen tot zich te trekken. Wanneer men bedenkt, dat
in 1922 de totale Duitsche kleurstoffenexport onge-
veer de helft van -den export van 1913 bedroeg,
dan blijkt duidelijk, wanneer men het vergroote pro-
duètieveimogen in aanmerking neemt, dat Duitschl and
slechts
1!3
van
zijn
beschikbare exportkracht op dit
gebied benutten kon. -Uit den veranderden positie der
Duitsche kleurstofindustrie vergeleken
bij
den tijd
van voor den oorlog volgt het streven der ,,Interessen-
gemeinschaft”, tot zekere overeenkomsten met de
buitenlandsche concurrenten te komen of om deel te
nemen in hiiitenlandsehe onderneminaen om een even-
Alizarine (rood)
……
Synthetsche i,digo….
Kuip kleurstoffen
……
lndanthreen (blauw)
Alizarine-kleurstoffen
(behalve rood)
……
Directe kleurstoffen.
Directe kleurstoffen
voor diazoteeren
(ontwikkelingskleur-
stoffen)
…………..
Luxe kleurstoffen voor
wol
……………..
Beitskleurstoffen voor
wol
70662861 6678892
1
125928261 8255021
– –
Basische kleurstoffen
5.018.711
6.089.713
9.139.328
6.841.116
redig aandeel in de w,ereldvoorziening te behouden.
Zwavelkleurstoffen
11.200.218
16.377.688 32.1251394 28.982.409
Lakken
……………..
5.120.472
4.073.516
6.799.374
4.955.758
– .
–
..
De ontwikkeling der Fransche kleur-
Tot’aal
……..
1
103
.
153
.
114
1
116
.
199
.
096 192.408.595
1
144
.8
40
.
958
st o
f f
en in d s t r ie; . -.
In bovenstaande aan-
Uirbij moet opgemerkt worden, dat de kleuren van teekening wordt er op gewezen, hoe Duitschiands de eerste groep, Alizarine(rood), volgens de tabel vijanden ‘zich gedurende den oorlog van ;zijn. kleur-
slechts in Leverkusen en Ludwigshafen vervaardigd stoffeumonopolie onafhankelijk trachtten te maken.Wat
31 December 1924
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
11
–
49
Frankrijk aangaat volgen hier nkele bijzonaerheden.
Op 31 Januari 1917 werd opgericht de Compagnie
Nationale des Matières Oolorantes et des Produits Ohimiques, met een aandeelenkapitaal van frs. 40
millioen. Uit de onlangs in de Frkf. Zt
g
. meer uit-
voerig beschreven lotgevallen dezer maatschappij zij
aangeteekend, dat zij dngeveer 3 jaren geleden met
de Duitsche ,,Interessen-Gemeinschaft” een overeen-
komst• sloot tot uitlevering van fabricage-geheimen
en verdeeling der afzetgebieden, welke onlangs door
de ,,Etablissements Kuhlmann”, welke de ,,Compagnie
Nationale” overnamen, is geannuleerd. Het kapitaal
dezer laatste was inmiddels tot 100 millioen francs
verhoogd en op het oogenblik der amalgamatie met
Kuhlmann, d.i. einde 1923, produceerde zij 600 ver-
schillende .(thans meer dan 1000) kleurstoffen, waar-mede zij in velerlei opzicht de geheele binnenlandsche
behoefte kan bevredigen.
De cijfers voor 1923 wijzen uit, dat de binnen-
landsche productie aan zwaveikleurstoffen 1710.5 ton
bedroeg,
bij
een invoer van 78,4 ton. – Voor Azo-
kleurstoffen zijn
de
cijfers
nog veel gunstiger: 3574,8
resp. 905.7. ton, voor indigo en zijn derivaten 1394,6
en- 12.3 ton. Daarentêger. moet Frankrijk zijn geheele
behoefte aan vetkleurstoffen (kuipkieurstoffen) in-
voeren. In het algemeen- duurt de afhankelijkheid op
het gebied der gemakkelijk oplosbare kleurstoffen
voort. De -Amerikaansche handelsattaché te Parijs
heeft de volgende cijfers omtrent eigen productie en
invoer gepubliceerd (van alle kleurstoffen):
–
Productie
/ Invoer
in K.G.
1919………..2.316.388
2.574.000
1920 ………..
6.517.401
5.588.300
1921……….5.288.016,
1.448.200
1922
……..7.481.347
1.797.000
1923……….9.708.364
515.200
De bordjes
zijn
dus geheel verhangen. Voor den
oorlog werd 90 % der behoefte ingevoerd, thans brengt
het land zelf 90 % voort, waartoe behalve evenge-
noemde onderneming, medewerken de Sociéte Alsa-
cienne de Produits Ohimiques te Thann-Mühlhausen
‘en een aantal andere fabrieken, welke zich tot de
Union Syndicale des Fabricants des Matidres Oolo-.
rantes hebben vereenigd.
Stand der cultures en uitvoer gedu-
rende het derde kwartaal 1924 in Suri-,
n a
rn
e.
– De weersomstandigheden waren bij uit-
stek gunstig voor den landbouw. In de- anders zeer
droge maand September vielen er bij tusschenpoozen.
flinke buien; de regenval bedroeg in Juli 330,7 mM.,
in Augustus 294,2 mM. en in September 104,1 rnM.;
samen gedurende het 3de. kwartaal 1924 729 mM.;
het normaal gemiddelde over het 3de kwartaal be-
draagt 443 mM.
Cacao.
De stand van de cacaocultuur is nog zeer
zoreljk en geeft weinig hoop voor de toekomst.
Hoewel op verschillende plantages de verschijnse-
len der instervingsziekte verdwijnen, zijn -de resulta-l;en ‘van het onderzoek van die ziekte weinig bemoe-
digend. –
De cacaoprjzen liepen in het laatste kwartaal wei
op, maar er is zoo goed als geen product.
Koffie.
Hoewel door de felle en aanhoudende
droogte gedurende het iste kwartaal de bloei van de
koffie zeer laat is geveest en de aanrijping uitërst
langzaam gaat, waardoor de oogst in het 2de halfjaar
erg tegenvalt, mogen de planters zich verheugen in.
de steeds
stijgende
prijzen, waardoor de financieele
uitkomsten naar omstandigheden bevredigend zijn.
Suiker.
Het buitengewoon gunstige weder was van
grooten invloed op den groei van het suikerriet en – heeft een sterk gewas ontwikkeld, dat voor maling
veel belooft. De prijzen blijven goed en moedigen de
suikerplanters aan tot uitbreiding hunner cultures
en fabrieken.
.ijst.
Voor den rjstoogst was -het gunstige seizoen
eveneens va’n groten invloed en overtreft verre de
in het, 2de kwartaal geuite verwachtingen.
De overige gewassen van den kleinen landbouw, zoo-
als bananen, bacoven, bataten en cocosnoten hebben.
allen den goeden invloed van het gunstige weder
ondervonden en waren ruim voldoende voor de locale
behoeften.
Ook de maïsoogst is bevredigend, hoewel de aan-
plant last ondervond van du rupsen.
Katoen.
De proeven met de katoencultuur worden
voortgezet en hoewel nog enkele bezwaren moeten
overwonnen worden, geven – de resultatén reden tot
tevredenheid. –
J3oschbedrijven.
In de boschbedrijven, vooral in het
hout- en balatabedrijf kwam er weer nieuw leven en
ziet do toekomst er thans minder donker uit, dan in
het begin des jaars verwacht werd.
De uitvoer van de voornaamste producten bedroeg gedurende het 3de kwartaal 1924 in vergelijking met
het overeenkomstig tijdvak van 1923:
1924
1923
Bacoven (versche)
KG.
150
9.096
Balata…………..,,
146.865
276.382
Bauxite, ton van 1000
,,
18.017.
5.763.
Cacao .. . ………
,,
147.857
355.150
Goud (ruw) . …….. Gram
73.906
114.155,9
Groenten (versch) …. KG.
3.705
56
Hout …………….
M.
424,16
735
Letterhout ……….KG.
‘21,818
17.740
Huiden ………….,,
18.894
17.640
Katoen…………..,
–
–
Koffie …………..,,
341.013
283.208
Maïs ……………,,
28.231
5.200
Bataten en andere
aardvruchten……,,
4.345
9.357
Rijst (gepeld)……..,,
2.000
1.110
(ongepeld)……,,
–
–
Rum
(50
O/)
………L.
28.747
80.517
Suiker le product
KG.
673.400
1.448.080
– Ze
,,
400
150.350
Sinaasappelen …….,,
62.088
29.427
Vruchten (versche). .
,,
573
663
Zemelen ……….,,
7.400
1.760
BOEKAANKONDIGING.
Mr. H. F. A. Völlmar, Les J3’inanees
de la Société des Nations. A. P.
‘s-Gra-
-venhage 1924.
Men moet bewondering hebben voor het geduld,
waarmede Mr. Völlmar -de op de financiën van den
Volkenbond -betrekking hebbende -documenten heeft
na- en uitgeplozen, en voor de ordelijkheid, waarmede
hij het gevonden materiaal heeft gerangschikt. De
schrijver heeft er een zeer goed stuk van gemaakt,
dat echtei! mijns inziens meer nog administratieve
n-ota dan wetenschappelijk werk is.
Historisch is dit proefschrift uit den aard der zaak
in -den gewoûen zin des woords niet. Wat Mr. Völlmar
beschrijft behoort zeker tot het verleden, maar tot liet
z66
jonge verleden, dat geen moeilijke broitnenstudie
noodig was, doch de schrijver zich alle door hem ge-wenschte documenten zon-der meer in een bijna wil-lekeurig aantal exemplaren kon laten v-oorleggen. Ik
spreek opzettelijk van alle door hem gewenschte docu-
menten, omdat, als ik goed zie, -er verschillende, o.a.
eenige preparatoire documenten zijn, die voor dit
proefschrift belang konden -hebben -gehad, maar waar-
van de schrijver het bestaan wellicht niet heeft ver-
moed. Trouwens is -ook hierom van een historisch proefschrift geen sprake, wijl alleen officieele ge-
schreven stukken zijn geanalyseerd, maar hetgeen het
meest geest en leven aan deze dorrè materie had kun-
nen geven is
eii
moest worden verwaarloosd. Wat ik
hier zeg is geen grief tegen het proefschrift: geschie-
denis -schrijft men niet als men feiten op den voet
volgt. – –
Is het proefschrift wel juridisch van aard? Het is moeilijk die vraag te -beantwoorden. In zoover het
juist ontieedt kan het .zeker geacht ‘worden een juri-
1150
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
31 December 1924
dische tendens te hebben. Het wil mij echter be-
scheidenlijk voorkomen, dat het raadzaam ware ge-
eest, wat meer te wijzen op moeilijkheden, die zich
kunnen voordoen in het beschreven systeem, en op
de richting, waarin zich het systeem bij zijn verdere
ontwikkeling heeft te bewegen. Dan zou het geschrift
zijn descriptief karakter eenigszins hebben verloren
relatief althans, maai
mijns
inzierfs in opbouwende
beteekenis hebben gewonnen. Het wil mij persoonlijk
tn minste voorkomen, dat successievelijk correcties
dienen te worden aangebracht en dat uitbouw moe plaats vinden. Ik mag overigens niet aannemen, dat
Mr. V., als hij lof toezwaait voor wat ter zake reeds
tot stand werd gebracht, daarmede zeggen wil, dat
het menschelijker
wijze
volmaakte is bereikt en rus-
ten op verkregen lauweren is veroorloofd. Ik heb
intusschen dien lof met genoegen gelezen. Zooals
b.v. op pag. 23, waar Mr. V. zegt dat wat de Staten
nog slechts onvolledig of eerst na heel langen tijd
verkregen hebben, de Volken-bond nu reeds na een
paar jaren van bestaan heeft: een algeheele reglemen-
tatie zijner financieele administratie in één wet.
Trouwens, nog sterker is het op pag. 16, waar het
heet, dat de Volkenbond heeft ,,un règlement qui
équivaut un système financier d’ane institution d’Etat
moderne -développée.”
Bij wijze van blijk van belangstelling in het werk
van Mr. V. moge ik voorts een paar critische opmer-
kingen ten beste geven:
Op bi. 24 zegt Mr. V., dat de Comiixirsion de Con-
trôle en
,,son
Commissaire aux Cornpfes” bela4 zija
met de externe contrôle. Dat woordje ,,son” wordt
echter te niet gedaan ‘door deze passage -op bi. 66:
ils ont des compétences et des devoirs indépen-
dants” en door een passage op bi. 84: ,,On ne peut
pourtant pas considérer le Commissaire aux Comptes
comme l’Agent de la Oommission de Contrôle.” Al moge ik ook accoord kunnen gaan met een passage
op bi. 66, die van ,,une certaine dépendauce” van den
Commissaire tegenover de Commission gewaagt, ik
vereenig
mij
met name met die passages, welke het
woordje ,,son” logenstraffen: dat woordje doet een
-verhouding veronderstellen, die nèch theoretisch nôch
praktisch bestaat. • Het vraagstuk der autonomie van sommige organi-
saties, b.v. van het Permanente ‘Hof van Internatio-
nale Justitie, lijkt mij niet geheel juist te zijn behan-deld. Zoo lees ik b.v. op bl. 37: ,,l’autonomie .. . . ne
se manif’este que dans leur fonctionnement financier.” Vermoedelijk is hier .niet bedoeld wat gezegd is, want
het is toch moeilijk vol te houden, ‘dat de autonomie
van het Hof zich in niets anders zou manifesteeren
dan inde financiën. Dan zou ik
mij
althans nog iets
eerder kunnen vereenigen met een passage op bi. 38,
luidende: ,,…. on se -demaude pourquoi ii fallait
accorder á un organe judiciaire une autoiomie finan-‘ cière aussi étendue.” Maaj- ik denk dat -het Hof zelf
zich sterk tegen deze gedachte zou verzetten, en, naar
ik meen, terecht. I’ntusschen worde hier niet uit het
oog verloren, dat de koorden van de beurs toch in
elk geval gehouden worden door de Assemblée. Dit
kan geen autonomie ongedaan maken.
• Op bl. 21 en 22 spreekt Mr. V. over de plannen
tot schepping van de Commission de Contrôle. Twee
rapporten (Oommission d’Experts en Quatrième Corn-
mission). worden daar niet zuiver uiteengehouden,
oodat men niet precies weet, welk rapport geciteerd
wordt. Erger is m.i. dat niet gewezen wordt op een
verschil, op een belangrijk punt, tusschen deze rap- –
porten en de recommandation van de Assemblée,
welke op de rapporten gebaseerd is. Volgens de rap-porten zouden de leden der Commission de Contrôle
gekozen worden: ,,parmi les Membres de la Société
non représentés au Conseil”, volgens de recomman-
dation ,,parmi les Membres de In S. d. N., de telle
façon que cette Commission compren-dra des M-embres
de la Société qui ne sont pas représentés au Conseil”.
Een cardinale fout maakt Mr. V. echter m.i. als hij
op bi. 66 doet alsof beide teksten hetzelfde beteeke-
nen. Hij zegt: , …..les Membres de la Commission
seront des ressortissants de pays Membres de la
Société, qui no sont pas répresentés au Conseil (ar-ticle 1).” Maar sla ik art. 1 van het betrokken regle-
ment op, n.b. als bijlage opgenomen, dan lees ik:
,,Elle devra comp-rendre -des-ressortissants ‘de pays,
– ktembres de la Société, qui no sont pas répresentés
au Conseil.” Ziet men het verschil niet? Volgens de • lezing van Mr. V. moeten
alle
commissie-leden be-
hooren tot Staten, die niet in den Conseil zitten. Vol-
gens •den officieelen tekst moet dat met minstens 2
hunner (comprendra
des
Membres: dat is meervoud)
het geval Zijifl; Al-s Mr. V. het verschil in theoi-ie niet
– zag, had de practijk ‘hem toch moeten bewaren voor
onjuiste interpretaties; de Commissie bevat n.l.: een
Franse hrnan,
een
Engeisc hman,
een Tsjecho-Slowak,
een Chileen en een Hollander.
Mr. V. betoont zich op bl. 27 – dit ten slotte –
– voorstander van een systeem, dat men mij veroorlove beschei-denljk maar rigoureus te verwerpen. Hij zegt:
; ,,La S. d. N. acquerrait ainsi financièrenient une
indépendance complète, ce qui est de la plus haute
importanco pour la tâche éminente qui lui a été as-signée.” Ik zal niet discussieeren maar als mijn be-
scheiden opvatting hiertegenover stellen, dat, naar
m.i. de
praktijk
van het publieke leven leert, publieke
lichamen niet missen kunnen den breidei, ‘die ligt
in het budgetrecht der vertegenwoordigende lichamen.
Ik geloof,
bij
deze opvatting ou4ere en nieuwere ge-
schiedenis geheel op mijn hand te hebben, ook de zeer
nieuwe geschiedenis van den Volkenbond, die ik op
:
Jet stuk der financiën geacht moet worden eenigs-
– zins te kennen. Alle – vaak gerechtvaardigde –
— critiek op parlementen kn mij mijn opvatting niet
ontnemen. Dr. J.
A. NEDERBRAGT.
ONTVANGEN:
Restauraton financère de la -Hongrie,
sixième rap-
– port du Commissaire Général de la Société des
Nations pour la Hongrie ler-31 octobre 1924.
Genève. Société des Nations.
–
MAANDCIJFERS.
EMISSIES IN NOVEMER 1924.
Prov. en Gemeentelijke Leeningen.
f
2.683.875,-
zijnde:
–
Alkmaar
f-700.000,- 6
0
/0
obi. 599 i oj,. Haarlem
f
2.000.000,— 5
0/,
3.-jar.
obi.
5.
99,W
o
o
.
Industrieele ondernemingen ……,,
600.000,-
–
zijnde:
N.V.
HollandscheKunstzijdelndustrie –
–
f
500.000,_
aand.
5.
120
0
/0.
Thee-ondernemingen …………
Cultuur-Maatschappij ,,Sindang San”
f
300.000,— aand.
Ii 125
/0.
Totaal….
f
3.658.875,-
Totaal der emissies in Januari …..
f
11.862.250,-
Februari ..
16.454.500,-
Maart . . . . ,, 22.987.400,-
April . . . . ,, 63.244.000,-
Mei ……,,
4.803.000,-
Juni ……,, 97.545.000,-
Juli ……,, 17.940.000,
Augustus. . ,, 63.001.528,75
September..
16.283.000,-
October . . •,, 29.696.000,-
–
November..,, 3.658.875,-
Algemeen Totaal.
. f
347.475.553,75
Terwijl voorts ook hier te lande gelegenheid bestond tot
inschrijying op de uitgifte van
5
0/ tienjarige Fransche
schatkistbons tot den koers van
100
0/0.
31 December 1924
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1151
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
N.B.
***
beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.
GELDKOERSEN.
BANEDISCONTO’S.
N
d rDisc. Wissels.
4*13
Dec.’24IZWits. Nat. Bk. 4
16Juli ’23
Bk.Be1.B1nn.Eff. 5
13 Dec.’24
N.Bk.v.Denem.
7 17Jsn. ’24
1vrsch.
inR.C.
6 13Dec.’24
ZweedscheRbk 5
8Nov.’23
Javasche Bank
.
420 Oct. ’24
Bank v.Noorw. 6
26Nov.
1
23
Bank van Engeland 4 5
Juli’23
Bk. v. Tsjecho.
Duitsche Rijksbk. 10
29Dec.’23
slowakijë.
..
6
27 Mei ’24
Bank v. Frankrijk 7
11Dec. ’24
N.Bk.v.O’rijk. 13
6Nov. ’24
Belgische Nat.Bnk.6
14Feb. ’24
N.Bk.v.Hong. 1218S’ept.’24
Fed. Res. Bank N.Y. 3
8Aug.’24
Bank v. Ita1i.
5*11
Juli ’22
Bank van Spanje.. 5 33Mrt.’23Z.-Afr.Res.bnk6
OPEN MARKT.
New York
Data
1
i
1
Part.
‘Amsterdam
Londen BerlijnPart
Part.
1
Prolon- disconto Part.
d1Sc moneyl)
dlsconfô
gat ie
disc.
~
O
mn~)
27 Dec.
’24
334
3%
3i814
3
4%_4
22-27
D. ’24
3%_%
3%-%
”-*
–
3
4_5
1520
’24
3l/_8/
a
3% -3%
–
3
23. _33(
8-13
’24
3%:4%
333..
3119_8/4
–
3
33%
24-29
D. ’23
4%_%
4% _6
3
/16
–
i
‘
v
–
–
56%
25-30
D. ‘2
3718-
3a4
_4
2%
51
e
–
–
5% -6%
20_24Jli’14
3
‘1-‘1
2%_33(
234_%
–
1a. _2%
1)
Koers v. 26 Dec. en daaraan voorafgaande weken
tjm.
Vrijdag.
WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.
D
.
a a
New
York”)
Londen
*)
Berlijn
S)
Parijs
6)
Brussel
6)
Batavial)
23 Dec. 1924
2.4791
9
11.65
58.95
13.33
12.33
98%
24
1924 2.479/
11.62*
5
8.9
7
*
13.33*
12.3
2
*
98%
25
,,
1924
–
–
–
26
,,
.1924
–
–
–
–
–
–
27
»
1924
–
– –
–
29
1924
2.46151,,
11.67*
58.7
7
*
13.35
12.32*
98%
Laagste
d.w’)
2.46%
11.65*
58.70
13.29
98%
Hoogste
d.w’)
2.477/
9
11.67*
59.05
13.37 12.37
99
22 Dec.
1924 2.47%
11.65*
58.90
13.33
1
12,25
12.35
9871
s
15
,,
1924
2.47181,
11.63*
59._
13.31*
12.35
985/_7/,
Muntpariteit
2.48 12.10 59.26
48.-
48.-
1
100
‘) Noteering te Amsterdam.
‘*)
Noteering te Rotterdam.
1)
Particuliere opgave.
Data
Zwi
serland
Weenen
Praag
Boeka-
rest
1)
Milaan Madrid
23 Dec.
1924
48.-.
0.0034*
7.50
1.20
10.60
34.42*
24
1924
48.05
0.0034*
7.50
1.20
10.57
25
1924
26
1924
–
–
–
–
–
–
27
1924
–
–
7.50
1.20
–
29
,,
1924
47.97% 0.0034*
7.48
1.25
1
10.49
34.55
Laagste
d.w1)
47.87%
0.0034*
7.47 1.20
10.45
34.30
Hoogste
d.w,’)
48.05
0.0035*
7.53
1.30 10.67*
34.65
22 Dec. 1924
47.95
0.0034*
7.50
1.25
10.64*
34.55
15
,,
1924
48.02%
0.0035
7.48
1:15
10.68
35.10
Muntpariteit
48.-
50.41
1
50.41
48.-
48.- 48.-
*) Noteering te Amsteraam.
S’)
Noteering te Rotterdam
1)
Particuliere opgave.
D a a
.Stock-
holm’)
Kopen-
hagenj
Chrls-
t/anja’.)
He.1
frf)
Buenos.
Aires
1)
Mon-
treal
1)
23 Dec.
1924
66.80 43.75 37.25 6.22
97
1
/
2.4651,
24
1924
66.75 43.65 37.20
6.22*
9711,
2.47.
25
,,
1924
–
–
–
–
–
–
26
1924
–
– –
–
—
–
27
,,
1924
–
–
. -.
6.23 97%
2.4671
8
29
1924
66.50 43.70 37.30
6.22
98%
2.459/
4
Laagste d.w’)
66.45 43.30
37.10 6.20
96%
2.45%
Hoogste d.w’)
66.90
43.80 37.50
.
6.26
98%
2.47%
22
Dec.
1924
66.80
43.40 37.30
6.22
9734
2.46%
15
,,
1924
66.80
43.40
37.50
6.24
95%
Muntpariteitl
66.67
.66.67
66.67
48.-
105
2.48
‘) Noteering te Amsterdam.
*’)
Noteering te Rotterdam.
1)
Particuliere opgave.
KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).
D
a a
Londen
($per)
1
Parijs
($p.lOOfr.)
Berlijn
($p.lOOMk.)
Amsterdam
($p.iOOgld.)
23 Dec.
1924
4,6975 5,38
23,81
40,38
24
,,
1924
4,7037
5,41
23,81 40,40
25
,,
1924
–
–
–
–
26
1924
4,7087
5,39
23,81
40,40
27
,,
1924
4,7200
5,40
23,81
40,48
29
1924
4,7337
5,40
23,81
40,52
22 Dc.
19241
4,7087
5,39
1
23,81
40,42
1{untpariteit
.-.
1
4,8667
19,30
23,81%,
4081
16
KOERSEN VAN DE VOLGENDE PLAATSEN OP LONDEN
Plaatsen en
Landen
Noteerings-
eenheden
13
Dec.
1924
20
Dec.1
1924
]
Laagste
l
Hoogstel
22127
Dec.
’24
127
Dec.
1924
Alexandrië
.
Piast. p. £
97
1
5
132
1
1
82
9731
9791,
‘/32
‘Bangkok
._ .
Sh. p. tical
119
1
s/,
6
1110’1
8
111011
8
111011,
111011
s
B. Aires’)
._
d. p.-$
44291
453.4
45’j,
.
45715
45251
Calcutta
._ ..
Sh. p. rup.
1161132
116115
116
1
18
.
1
1
67
182
1
1
67
1
82
Constantin.
.
Piast.
p. £
855
870
865 888 883
Hongkong
8h. p.
$
214
17
1
82
2
1
49
1
82
214* 214
7
1,
2/4
9
1
32
Lissabon’)
.
d. per Mii. 2
13
1
32
291,
2
11
1
32
2
13
1
82
2uI
Mexico
…….
d. per
$
26 26 25
27
26
Montevideo’)
d. per
$
49181
4991
8
49%
50
8
%
504
Montreal
..
$ per
£
4.71+
4.72
T
1 5
4.7034
4.73s1
8
4.721
8
R.d.Janeiro’)
d. per Mil.
571
8
571
9
5
12
116
5718
Shanghai
….
Sh. p. tael
913y,
3/2s
8
312 31251,
312;,
Singapore….
id. p.
$
2/
45
/
52
2/4i,
2
1
4
1
i,
2
1
4
7
1
99
2/48
1
1
ValparaisoS). peso p. £
41.60
40.30
40.20
40.30 40.20
Yokohama
Sh. p. yen 1/7i’,’,,
11781,
6
117
17
1
32
117
8
%
11791
8
-Koersen aer vooratgaanae aagen. )
1
elegratlscn transsert.
‘) 90 ag.
ZILVERPRIJS
1)
GOUDPRIJS
8)
Londen
N.York
2
)
Londen
22 Dec.
1924.. 32%
67%
22Dec.
1924…
8815
23
,,
1924..
3281
1
6734
23
,,
1924.
8819
24
,,
1924..
321,
661,
24
»
1924..
8816
25
1924..
–
–
25
1924..
–
26
1924..
–
6671
9
?8
1924..
27
,,
1924..
–
6681
4
27
1924..
–
29Dec.
1923..
3391
1
,
64
8
16
29Dec.
1923..
94110
20Juli
1914..
2415,
54’/
20Juli
1914..
7719
1)
p. oz.
stand.
2)
Foreign silver.
3)
p.
oz. fine.
STAND VAN
‘s
RIJKS KAS.
DeMinister
van Financiën maakt bekend:
Saldo bij Nederi. Bank..
f
–
Saldo bij betaalmeesters..
,,
5.032.145,56
Voorschotop uit. Nov. 1924
t
aan de gemeenten op
voor haar door Rijk te
heffen gem. ink.bei. en
opcenten op Rijksink.bel.
,,
79.537.424,-
Voorsch. aan de koloniën
,,
11.987.861,04
Voorsch. a. h. buitenland ,,212.201.375,87
Daggeidieeningen tegen
onderp. v. schatk.papier
Voorsch. door de Ned.Bank
f
13.330.278,54
Schatkistbilj. in omloop’) ,,19 1.609.000,-
Schatkistprom. in omloop
,,
88.270.000,-
Waarv. direct bij Ned. Bk.
,,
–
Zilverbons(met inbegripv.
de bedragen bij de betaal-
meesters in kas) …….
….. 23.207.996,-
Door den Posteh.- en Giro.
dienst in ‘s Rijks Schat-
kist gestort ………..,, 25.729.195,58
1)
Waarvan
f
37.056.000
verval en
op of na
1
Apr)
NEDERLANDSCH
–
INDISCHE VLOTTENDE SCHULD.
De Minister van Koloniën maakt bekend:
1 20
December
1924 1
27
December
1924
Voorschot uit ‘s Rijks
kas aan N-I.
. ..
…
f
1.796.000,-.
f
3.032.000,-
md. Sçhatk.prom. in omi. ,, 80.000.000,
–
80.000.000,-
Muntbiljetten in omloop. ,, 39.919.000,- ,, 39.117.000,-
Ten voordeele v. N.-I. ge.
boekt beleggingsgeld v.
h. N..I. muntfonds. . …
1
»
6.140.000,- ,, 6.140.000,-
Totaal ……….
1
f
127
.
855
.
000
1
f
128
.
289
.
000
Tegoed v.N..I.bij Jav.Bnk.
1»
7.552.000,-
9.808.000,-
29
December
1924
6.073.599,37
79.537.424,-
13.429.190,90
,,217.21 1.755,77
f
11.494.753,03
,,191.601.000,-
89.740.000,-
23.075.019,-
27.93.055,93
1927.
1Ï52
ECONOMISÔH-STATISTISCHE BERICHTEN
31
December 1924
NÉDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 29 December
1924.
Activa.
Binnenl.Wis
–
IBfdbk.
f
50.122.764,91
sel,Prom., Bijbnk.
,,
25.687.554,26
eni.indiscAg.sch.
,,
43.873.078,30
f
119.683.397,47
Papier o. h. Buitenl. in disconto
…
–
Ide,m eigen portef.
.
f
112.035.550,-
Af :Verkochtmaar voor
debk.nognietafgel.
»
–
.
112.035.550,-.
Beleeningen
1
Bfdbk. f
76.673.248,80
mcl. vsch.!
inrek.-crt:i
Bijbnk.
.
16.523.083,84
op onderp.
i
Ag.sch.
78.578.604 53
f
171.774.937,17
Op Effecten…._….
f
169.360.159,53
Op Goederenen Spec.
2.414.777,64
171.774.937,17
Voqrschotten a:h.Rijk… ………
……. …
11.816.503,47
Muist en Muntmateriaal
Munt, Goud
f..
56.273.845,- Muntmat., Goud
…
,,
448.338.675,29
f
504.612.520,29
Munt, Zilver, ens..
12.619.174,98
Muntmat., Zilver
•
.
E
ffecten
517.231.695,27
Belegging Res.fonds.
f
5.654.261,91
id.
Van
r
v. h. kapit.,,
3.990.901,18
9.645.163,09
Gebouwen en Meub. der Bank
…….
,,
5.212.500,–
Diverse rekeningen
.._…..
,,
97.067.688,30
f
1.044.467.434,77
Pasnva.’
Kapitaal
f
20.000.000,-1
Reservefonds
,,
5.655.237,53
Bijzondere reserve
,,
8.235.000,__
Bankbiljetten in omloop…
… ..
…
…
…
,,
935.446.370,-
Bankassignatiën in omloop……
……. ..
,,
1.510.846,019
Rek.-Cour.
j
Het Rijk
f
–
saldo’s:
k
Anderen.
,,
59.234.602,75
59.234.602,75,
Diverse rekeningen
………………
,,
14.385.378,48′
f
1.044.467.434,771
Beschikbaar metaalsaldo
.
f
317.517.559,37
Op de ba8is van
21
s
.
metaaldeicking
.
,,
118.279.235,62
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-,
loop dan waartoe de Bank gerechtigdis.
.,
1.587.587.995,-7.
Voornaamste posten in duizenden
guldens.
Data
.
1
Goud
1
Zilver
1
Circulatle
kings
29 Dec. ‘24504.613 12.619
935.446 60.745 315.518 52
22
,,
’24 504.621 12.991
925.171 71.804 317.734
52.
15
’24 504.632 12.736
935.256 74.635 314.899
51
8
1
24 505.250 12.056
,
945.782 67.086 314.238
51
1
’24 5Ô5.222 12.042
‘
964.007 58.109 31.2.339
50
24 iN.v.’24 480.933 12.240
932.717 21.087 301.218 52
31 Dec. ’23 581.781 8.084 1.066.136 41.538 367.686
53
25 Juli ’14
1
1621
.
1141 8.228
310.437 1 6.198 43.521
1
) 54
Hiervan
1
—
Tapier
Totaal Schatkist-
1
Belee-
ophef
Diverse
Data
bedrag
Iscot
promessen
t
ningen
buiten-
reke-
rechtstreeks
1
land
ningen
2)
29 Dec. 1924 119.683
–
171.775 112.036 97.068
22
1924 123.377
–
162.971 112.626 101.153
15
1924 134.386
7.006 163.335 90.046 126.115
8
1924 141.610
10.000
159.833
63.271 150.349
1
1924 143.089
6.000
194.178
55.377 144.506
24 Nov. 1924 143.112
6.000
167.817 48.158 129.187
31Dec. 1923 252.060
34.000 180.192 26.797 84.740
25 Juli 1914 67.947
14.300
6L686 20
>
.188
509
1)
Op de basis van
21
metaaldekking.
2
)
Sluitpost activa.
CURAÇAOSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.
Diverse
Data
Metaal
Circu-
Dis-
~
s
&
‘o%
n
~D
r
oite
eke-
reke-
latie
conto’s
aan de
ningen’
ningen’
kolonie
1 November 1924
812
1.424
83
186
832,4
86
1 October
1924
791
1.430
77 176
844
55
1 Septemb. 1924
794
1.364
79
268
734
76
1 Augustus 1924
609 1.272
81
250 840
104
1 Juli
1924
611.
1.248
86
305
734
89
1 No’vember’1923
.695
1.259
84 257
813
195
JAVASCHE BANK
Voornaamste posten in duizenden guldens. De samengetrok-
ken cijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.
Data
Goud
Zilver
Circulatïe
opeischb.
schulden
metaal-
1
saldo
27Dec.1924
i87.Ouu
276.500
100.000
111.700
20
1924
187.000
278.000
102.000
111.000
13
1924
.
186.750
281.000
101.500 110.250
29Nov.1924
‘134.037
54671
276.701
113.471
111.357
22
1924
159.079
54.816
277.971
109.708 137.048
15
1924
158.954
55.429 280.592
113.202
136.205
8
1924
153.265
56.939
281.186
110.677 132.491
29 Dec. 1923
156.391
62.028
260.293
107.913
145.556 30 Dec. 1922 152.502
56.607
261.843
103.940
136.735
25Juli1914
22.057
31.907 110.172 12.634
4.842
2
Data
_____________
Dis-
conto’s
‘
betaalb.
Belee-
ningen
Diverse
ningen’)
k
‘i,
gs
percen-
tage
27Dec 1924
iaïö
50
20
1924
141.160
49
13
1924
145.480
48
29 Nov.1924
34.859
17.056
95.768
63.085
48
22
1924
34.749
17.454
94.065
36.818
55
15
1924
34.584
17.820
100.274 36.240
54
8
1924
34.537
17.377
103.567
35.584
53
29Dec. 1923
35.373
25.073
83.987
26.606
59
30 Dec. 1922
36.464
27.151
96.125 22.736
56
25 Juli 1914
.7.259
6.395
47.934 2.228
44
1)
Sluitpost activa.
2)
Basis
2k
metaaldekking.
BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste
posten, onder bijvoeging der Currency Notes,
in duizenden ponden sterling.
Data
Metaal
Circulatle
II
CurrencyNotes
Bedrag _Goudd. 1 00v. Sec.
27 Dec.
1924
128.524
129.752
5*5
17
1924
128.512
125.504
296.642
27.000
251.432
10
1924
128.504 124.445
290.879
27.000 245.588
3
,,
1924 128.495
J23.796
288.098 27.000
243.776
26 Nov. 1924
128.491
123.066
285.378
27.000
.
240.922
19
,,
1924
128.497
122.235
285.880
27.000 241.551
26 Dec.
1923
128.019
128.143
299.070
27.OQO
255.032
22 Juli
1914
40.164
1
29.317
D t
a a
00v.
Other
Public
Other
Reserve Dek-
kin gs
Sec.
–
Sec.
Depos. Depos.
24 Dec. ’24
41.920
83.590
14.852
111.280
18.522
14,61
17
1
24
42.040
72.398
10.557
108.751
22.758
19 10
’24
57.042 72.740
10.039 125.697
23.809
17,5
3
’24
64.152
72.852 10.400
133.270 24.449
17,07
26 Nov.’24
41.198
82.391 18.743 112.275
25.175
19,21
19
,,
’24
41.768 75.995
18.978 107.063
26.012
20,64
26 Dec. ’23
49.605
81.073
15.682 116.480
19.627
14,82
22 Juli ’14
11.005
33.633
13.735
42.185
29.297
522/
8
‘,
vrnuuuing tUssçn,u ncscive cii
.Jcpuvna.
BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in millioenen francs.
Waarv.
Te goed
Buit.
gew.I
Schat-
Wis.
Data
Goud
in het
Zilver
in het
voorsch.
kistoil
–
sels
buitenl
buitenl.
ajd. Staatjetten
1)
25Dec.’24
5.545
1.864
306
570
22.600
4.872
5.241
18
’24
5.545
1.864
305
570
22.400
4.867
4.900
11
,,
’24
5.545
1.864
305
569
22.700 4.864
4.612
4
’24
5.545
1.864 305 569
23.000
4.857
5.595
27Nov. 24
5.545
1.864
304
573
22.600
4.842
4.809
27Dec.’23 5540
1.864
297
575
23.300
4.583
3.657
23 Juli’14
4.104
–
639
–
–
–
1.541
Waarvan
t
Uitge-
Belee-
Rekg.Courant
______________
Data
.
op het
1
stelde
1
Wissels’
ningen
Circulati e
Parti-
1
Staat
buiteni.
i
culierenl
25Dec.’24
21
9
2.930 40.604
1.959
14
18
1
24 26
9
2.922
40.518
1.970
17
ii
’24
31
9
2.933
40.568
1.847
27
4
,,
’24
31
9
2.783
40.701
2.018
15
–
27Nov.’24
27
9
2.715
40.447
1.977
18
27 Dec. ’23
20
14
2.390
37.905
2.363
20
23 Juli’14
24
–
718 5.911 943
400
*
‘)
SluitpoBt
der acuva. ) b
luitpost der passiva.
1) In disc,
genomen wegens voorsch. v.
d. Staat a.buitenl. regeeringen.
banken
1)
geldende
cheques
15 Dec.
3924
696,2 230,6
232,1
2.079,0
17,2
6
,,
1924
696,1
235,3 232,0 2.169,6
8,1
29 Nov. 1924
695,5
240,0
‘231,8
2.290,2
18,6
22
,,
1924
694,8
240,0
231,6
2.171,2
18,5
15
,,
1924
694,6
240,0 231,5
2.154,8
17,1
7
,,
1924
694,3
240,0
231,4
2.327,4
15,5
23 Juli
1914 1.356,9
–
750,9 50,2
Schuld
D a a
Effec-
Diverse
Circu.
Rekg.-
Diverse
aan
ten
Activa
3
)
latie
Crt.
Passiva
Renten-
bank
15 Dec.
1924
78,7
1.838,0 1.723,2
1.131,7
1.555,2
513,8
6
,,
1924
77,9
1.757,0 1.804,0
970,7
1.524,3 684,7
29 Nov. 1924
77,8 1.655,4 1.863,2 703,9 1.682,9 787,8
22
,,
1924
77,5
1.781,3
1.550,1
904,4 1.702,8
800
15
,,
1924
77,3 1.748,0
1.633,2
749,5
1.705,7
800
7
,,
1924
77,4 1.053,5 1.721,8 828,6
‘1.013,7
800
23 Juli
1914
330,82
200,4
1.890,9
944,_ 40,0
–
‘)
unoejast.
) w.o. sdnatK.pap’er. ‘) wo. tçentenoanKscneine:
w, u
Dec., 29, 22, 15,7 Nov. resp. 342, 322,5; 302,8; 532.6; 495,3; 430,2. miii.
BANQUE NATIONALE DE BELGIQUE.
Voornaamste posten in millioenen francs.
.5
.,
Data
‘
L
24Dec.’24
359
85
480
1.479
349
5.250 7.590
435
18
,,
’24
358
85
480 1.434
281
5.250
7.530
376
ii
’24
357
85
480 1.395
359
5.250 7.613
338
4
’24
357
85
480
1.283
465
5.250 7.619
238
27 Nov.’24
358
85
480
1.312 395
5.250
7.603 293
20
,,
’24
358
85
480
1.262
437
5.250 7.599
256
27Dec.’23
364
85
480
1.210
310
5.300
7.345
284
VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA..
FEDERAL RESERVE BANKS.
Voornaamste posten in millioenen dollars.
Goudvoorraad
Wettig
Wissels
Data
‘
betaal-
middel,
Totaal
Dekking
In
her-
•
disc. v. d.
In
de
open
bedrag
F. R. Notes
Zilver
etc. memb er
markt
banks
gekocht
3Dec.’24
3.027,9
1.951,5
90,0
248,9
354,6
26Nov.’24
3.046,3
1.968,4
87,7
221,4_
281,0
19
’24
3.050,8
1.972,6 92,4
233,8
275,2
12
»
’24
3.047,9
1.997,1
90,1
224,2
248,2
5
’24
3.038,5
2.027,3
85,1
229,3 234,8
29 Oct. ’24
3.043,8
2.040,5
87,8 222,6
215,4
5 Dee.’231
3.181,1
1
2.111,6
1
79,5
1
746,3
1
298,4
Belegd
L
7,7
Gestort
Goud-
Dek-
–
Algem.
Dek-
Data
in U. S.
Gov.Sec.
in circa-
.,°
Kapitaal
kings-
1
kings-
lotie
perc.’)
perc.l)
3Dec.
1
24
574,9 1.849,0
2.305,4
112,2
72,8
75,1
26Nov.’24
582,2 1.845,3
2.202,7
112,2
75,2 77,4
19
,,
’24
587,1
1.823,5
2.270,4
112,2
74,5
76,8
12
’24
588,4
1.829,2
2.235,4
112,2
74,9
77,2
5
•
’24
584,9 1.816,8
2.179,0
112,0
76,0
78,2
29 Oct. ’24
584,2 1.766,6
2.218,0
112,0
76,6
78,6
5Dec.’23
91,3
2.252,6
1.935,5
110,1
74,5
76,4
Data
1
Aantal
Dis-
conto’s
Beleg- Reserve
bij de
7r
o
t
na
l
depo
Waarvan
time
banken
én
beleen.
gingen
sito’s
deposits
26Nov.’24
741
12.870,0
5.616,9
1.624,8
18.061,4
4.856,6
19
’24
743
12.824,0
5.618,3
1.696,5
18.044,9
4.861,7
12
’24
743
12.872,4
5.559,8 1.645,0
18.177,2
4.823,0
5
,,
’24
743
12.769,0 5.575.3
1.598,1
17.952,3
4.805,1
29 Oct. ’24
743
12.763,7
5.551,2
1.646,4
17.903,1
4.782,3
28Nov.’23
767
11.904,0
4.463,6
1.385,3 15.199,1
4.048,1
an net einci van jeaer wartaai worat een overzicut
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen ba.nkstaten.
1
7
] l
L.,ata
L,oua ijver
Staat,- jona-
sen
t)
Dia-
conto,
Bc.’c’n.
Ctrcu.
lotto
Relg. C,t.
–
Pa,tic’Stoat
20 Dec.
’24
2.535
655
‘
591
2.384
4:495
927
447
13
’24
2.535
653
591
2.386
4:511
937
483
6
’24
2.535
653
591
2.407
4.517
927
500
29 Nov.
’24
2.535
656
591
2.275
4474
930
47
22
’24
2.535
652
591
2.391
4:501
934
493
15
’24
2.535
648
591
2.440
4:553
935
446
8
’24
2.535
647
591
4.535 4.562
873
493
31 Oct.
’24
2.535
651
591
2.154
4.529
919
204
25
,,
’24
2.535
650
591
2.075
4;508
925
242
18
’24
2.535
647
591
2.145 4.528
927
211
11
’24
2.535
647
591
2.183
4.547
930
236
4
,,
’24
2.535
651
.
591
2.115
4.535
894
245
27 Sept.
’24
2.535
655
591
2.108
4.458
902
324
20
’24
2.535
654
591
2.106
4.445
889
317
13
’24
2.535 654
591
2.109
4.450
892
315
22 Dec.
’23
2.528
652
592
2.200
4.289,
989
465
23 Dec.
’22
2.524
647 594
1.871
4.095
1046
395
24 Juli
’14
543,5 726,8
1
494,4
1
783,8
1919,0
497,9
1)
ten bearage van 344nlitlioen, plus voorschot In rek.-crt.aan cle scl,atk.
II. ZWITSERSCHE NATIONALE BANK.
(In millioenen Francs.)
D0t0
Goud
Zilver
Tegoed
in hei
buiten-
land
Di,-
conto’,
en
Bcicen.
1
)
‘
Circu-
lotto
Rek
Cl.
15 Dec.
1924..
505,5
93,2
45,2
343
821,3
‘
161,0
6
,,
1924..
505,5
93,2
48,4
346
837,9
139,6
29 Nov.
.
1924..
505,4
93,5
8,0
351
859,1
122,9
22
1924..
505,4
93,9
42,6 350
818,8
‘
155,3
15
1924..
505,4
93,6 31,1
360
835,0
153,4
7
,,
.
1924..
505,4
93,1 35,1
371
857,9
133;1
31 Oct.
1924..
505,2 93,2
41,7
361
882,2
116,7
23
,,
1924..
505,1
94,1 57,2
340 826,1 158,0
15
,,
1924..
505,1
92,9 39,0
356
833,8
.157,7
7
,,
1924..
504,9 92,6
36,1
350
86.1,7,
.110,9
30 Sept.
1924..
504,8 93,0 25,5
361
‘
891,3
90,9
23
,,
1924..
504,9
93,8 35,6
324 832,5
114,8
15 Dec.
1923..
537,2
86,8
.
17,4
295,0
884,2 69,3
15 Dec.
1922..
534,0
108,7
14,3
410,3 916,6
153,0
23 Juli
1914..
180,1 18,9
–
107,
267,9
105,2
‘1
LUL UUOVCIIC 1ILCL
IIIUCgItp VOO LVI tcucu in ict ULi,tCii,flhiU tiicIl,O
afzonderlijk opgevoerd.
111. NATIONALE BANK VAN DENEMARKEN.
(In millioenen Kronen.)
Data
Goud
Zilver
Teg.ed]
in het
huilen-
land
Di,.
conto’,
en
Beleen.
Circu-
lotto
‘
–
Rek.
.
Cr1.’
29 Nov. 1924..
,209,5
23,0 25,5 495,2
479,1
71,5.
31 Oct. 1924..
209,5 22,4
25,7 514,2
495,1
‘75,6
30 Sept.1924..
209,5
21,7
35,1
476,3 472,7
.70,4
30 Nov. 1923..
209,6
.
3,3
37,0
394,7 472,9
52,
30 Nov. 1922..
228,3,
4,5
,
10,9
462,0
459,3
168,9
30 Juni 1914..
75,6
6,6
19,8 95,6
159,8 ,
4,8
IV.
ZWEEDSCHE RIJKSBANK.
(In millioenen Kronen.)
Data
–
ou
Buit en!.
tegoed
en
wissels
Di,.
Zweed.
die en
vreemde
Stoot,!.
conto’,
en
Beleen.
Circu-
lotto Rek. Crt
–
13 Dec.’24
237,3
61,2 54,3
495,9
483,5
298,6
6
,,
’24
238,6
54,4 54,3
474,2…
496,5
266,4
29Nov.’24
239,0
54,8 54,3
376,9
537,1
132,7
22
’24
239,0
60,4 54,5
351,0 494,4
130,2
15
,,
’24
239,5
60,0
54,9
358,2
507,3
127,9
8
,,
’24
239,8
60,3
54,9
370,0
519,6
‘125,0
1
’24
240,1
59,5
55,1
380,5 543,3
118,2′
25 Oct. ’24
242,6
62,4 55,3 353,2 489,8
139,1
18
,,
’24
24,7
61,8 55,5 363,6
498,4
150,8
11
’24
245,2′
60,9 55,6 369,8
.
515,0
145,9
.4
,,
’24
245,9 54,4 55,6
‘405,1,
547,0
118,6
27 Spt. ’24
“246,8
48,9 56,0 373,8 512,2
‘132,9
20
,,
’24
246,6
46,9
56,1
373,7
502,
145,9′
15Dec.’23
271,9
50,0
103,6
481,6
524,8 321,1
16Dec.’22
274,0
119,4
95,4
503,2
529,6 401,7
25 Juli’14
105,8
115,6
28,0 92,4 206,2
68,2
31 December 1924
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
•0
DUITSCHE RJKSBANK.
BANKSTATEN,
Voornaamste posten in millioenen Reichamark.
KWARTAALSGEWIJZE OPGENOMEN.
1. BANK VAN SPANJE.
(In millioenen Pesetas.)
Daarvan
Deviezen
Andere
Data
Goud
ij
b bui-
als goud-
w issels
Belee-
ten!. circ.
dekking
en
ningen
4
1154
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
31
December
1924
ei
V. BANK VAN NOORWEGEN.
(In millioenen Kronen.)
Data
Goud
Tegoed
in liet
Effecten
Di,.,
conto
Circu-
Rek.
oulten,.
en
oe een.
latte
Cr1.
15 Dec.
1924..
147,2
41,1
9,0
389,3
383,6
100,9
8
,,
1924..
147,2
40,2
9,0
386,0
375,9
104,7.
30 Nov.
1924..
147,2
38,8.
9,0
394,9 376,3
111,8
22
,,
1924..
147,2
39,6
9,0 392,1
367,8
118
1
2
15
,,
1924..
147,2
38,9
9,0
392,8 373,6
112,3
7
,,
1924..
147,2
37,0
9,0
401,2 380,8 109,3,
30 Oct.
1924..
147,2
36,7
9,0
410,5
386,4
112,8′
22
,,
1924..
147,2
36,7
9,0
418,8
380,6
126,8
15
,,
1924..
147,2
36,8
9,0
428,2 381,5
136,4′
7
,,
1924..
147,2
36,2
9,0
419,5 387,4
120,9
36 Sept.
1924..
147,2
35,0
9,0
428,7
389,1
125,8;
22
,,
1924..
147,2
31,0
9,0
430,4
381,0
128,5
15 Dec.
1923..
147,3
18,3 9,1
444,7 390,6
86,0.
15 Dec.’
1922..
147,3
40,0
9,4 450,1 377,3
139,7
22 Juli
1914..
52,4
65,7
8,9
79,3
.120,8
10,7
VI. TSJECHOSLOWAKIJE
Bankafdeeling
van
het
Ministerie
van Financién.
(In millioenen
Tsjechoslow.
Kronen).
Vorder.
op
de
Goud
Tegoed
Dl,con-
to, en
Circu-
Rek.
ota
0.-Hong.
•
en
.
Luver
In net
.
OU,teni.
belee-
latle
Cr1.
Bonk
)
nin gen
7
Dec.
1924
10.100
1.051
720
2.322
8.290
4.013′
30 Nov.
1924 10.100
1.051
714
2.419
8.501 3.993
23
,,
1924
10.100
1.051
705
2.295 8.005 3.983
15
,,
1924
10.100
1.051
675
2.258 8.203
3.966
7
,,
1924
10.100
1.051
670
2.454
8.399
3.946
31 Oct.
1924
10.100
1.051
659
2.359 8.586
3.928
23
,,
1924 10.100
1.051
.973
2.033
7.823
3.915
15
,,
1924
10.100
1-.051
657
2.029
7.899
3.904
7
1924
10.100
1.051
‘661
2.052 8.103
3.890
30 Sept.
1924
10.100
1.051
657
1.927
8.223
3.871′
23
,,
1924
10.100
1.051
649
î.813
7.731 3.860
15
,,
1924
10.100
1.051 657
1.775
7.853
3.848
7 Dec.
1923
10.0971
1.046 1.400
1.637
9.025 3.314
7 Dec.
1922
10.097
817 1.347
2.061
9.786 2.080
)
In liq.: Bankbiljetten,
rekening-crt.-saldi
en
schatkistbons.
VII. OOSTENRIJKSCHE
NATIONALE BANK.
(Voornaamste posten
in
milliarden Kronen).
zenen
tegd.I
en
1
ojd. Staat
1
Data
Goud’ lseld’ deWe-I conto’s 1 Voorschot
1
Circulatie IRek.- Cr1.
iii,. huil.l.’)I
Beleen.
1
1
7Dec.’24
111
4.418
1.931
2.195
.7.796
851
30Nov.’24
111
4.312
1.946
2.196
8.072
485
23′
’24
111
4.267
1.975
2.200 7.320
1.226
15
1
24
111
4.306
2.041
2.200
7.603
1.046
7
’24
110
4.295
2.204
2.201 7.833
970
31 Oct. ’24
109
4.032
2.380
2.202 8.213
503
23
’24
109
3.801
2.556
2.210
7.342
1.326
15
’24
109
3.832
2.654
2.210
7.667
1.130
7
’24
109
3.872 2.711
2.210
7.862
1.032
30Sept.’24
109
3.725
2.853
2.211
7.999
891
23
,,
”24
109
3.558
2.906
2.219
7.293
1.491
15
’24
108
3.531
3.055
2.219
7.604
1:302
7
1
24
108
3.552
3.132
2.219
7.799 1.204
7Dec.’23
62
3.546
1
1.073
2.534
6.502
711
2
)14.400 papierkronen
=
1
goudkroon.
2)
Als dekking
der circulate
geldende, volgens
art. 85 der Statuten.
VIII.
NATIONALE
BANK
VAN HONGARIJE.
(Voornaamste_posten
in milliarden Kronen).
Vreemd
Binnenl.
ge a.
wissel,,
VO,0fr
Rekg..
Courant
Data
Goud
‘:;::’ ccelen
laan
‘°°ien
L.i..1I
eff:cten
Stoot
Stoot
1
Portic.
15 Dec. ’24 515 1.885 1.916 1.975 4.155 2.057 187
7
,,
’24 512 1.882 1.963 1.975 4.263 1.954 189
30 Nov. ’24 508 1.816 1.985 1.976 4.443 1.665 264
23
’24 506 1.848 1.908 1.976 4.089 1.871 367
15
’24 506 1.854 1.921 1.976 4.393 1.659 287
7
’24 503 1.766 1.895 1.976 4.489 1.432 298
31 Oct. ’24 503 1.659 1.872 .1.976 4.635 1.180 286
23
’24 513 1.587 1.845 1.976 4.074 1.354. 453
15
”24 504 1.548 1.800 1.976 4.131 1.270 388
7
,,
1
24 504 1.453 1.818 1.976 4.097 1.190 408
30 Sept. ’24 540 1.386 1.757 1.977 4.116 1.054 362
23
,,
1
24 540 1.319 1.693
1
1.977 3.621 1.353 420
‘) Als dekking van biljetten en saldi in rekg.-courant geldende, vol-
gens art. 85 der statuten.
IX. ZUIDAFRIKAANSE RESERVEBANK.
(Voornaamste posten in duizenden Poiiden.)
–
ota
……
Goud
en
eer!
Dis.
conto s
heleen.
waar-
von
popier
latie
C,rc
ek.
n
.
Cr1.
kings
perc.’)
29 Nov.
1924..
10.776
6.420
1.000
11.132
4.957
65,8
22
1924..
10.776
5.753
1.000
10.405
5.010
68,6
15
1924..
10.776
5.465
1.000
10.391
4.714
69,9
8
1924..
10.775
5.824
1.000
10.607
4.851
68,4
1
1924..
10.775
6.126
1.000
10.865
4.896
67,1
-25 Oct.
1924..
10.775
5.375
1.000
10.209
4.813
70,3
18
,,
1924..
10.775 5.192
1.000
10.209
4.631
71,1
ii
,,
1924..
10.775
5.272
1.000
10,335
4.585
70,7
4
,,
1924..
10.775
5.445
1.000
10.521
4.571 69,9
27 Sept.
1924..
10.775
5.347
1.100
10.418
4.570
70,4
20
,,
1924..
10.775
5.152 1.100
10.013′
4.778
71,3
13
,,
1924..
10.775
5.025
1.100
10.083
4.581
71,9
30 Aug.
1924..
10.773
5.488
1.400 10.587
5.036
67,5
1 Dec.
1923..
10.637
5.976
750
10.741
4.912
68,7
2 Dec.
1922..
10.436
4.786 1
1.300
9.151
5.3091
73,8
0)
Verhouding goud,
goudcert.
en
pasrnunf
tegenover
opeischbare
schulden: bankbiljetten
en deposito’s.
EFFECTENEURZEN.
Amsterdam, 29 December 1924.
Waar gewoonlijk, zoowel aan de Nederlandsche, a]s aan
cle internationale beurzen, tegen het einde van het jaar
een opmerkelijke ,verslapping in den omvang van cle affiti-
res valt op te merken, is dit ditmaal over het algeeeu
niet het geval geweest. Een gevoel van vertrouwen in cle
naaste toekomst bleef overheerschend, hoewel de moeilijk-
heden, welke no overwonnen dienen te worden, niet wor-
den onderschat.
Zelfs aan de beurs van P a r
ij
s is dit tot uiting geko-
men. Gedurende de laatste weken had hier een pessimis-
tische stemming de overhand gehad, welke ook thans welis-
waar nog niet geheel is verdwenen, doch toch plaats heeft
gemaakt voor een kalmei- dpvatting. Eensdeels moet dit
worden toegeschreven aan de natuurlijke oorzaak van een
reactie na een heftige spanning. Desondanks is de beurs
nog geenszins levendig geworden. Hiertoe heeft de stroeve
geldmarkt niet medegewerkt, terwijl voorts de financieel e problemen, waarvoor de regeering zich geplaatst ziet, hun
uitwerking op financieele kringen doen gevoelen.
Ook te “L o n d e n heeft men de dagen vdSr de Kerst-
vacantie in een opgewekte stemming doorgebracht. De beleggingsmarkt is feitelijk de eenige geweest, waar de
vaste tendens plaats heeft moeten maken v6or een aar-
zelende
–
houding, welke eensdeels in verband stond met de
activiteit op de aandeele,amarkt, . anderdeels voortvloeide
uit cle omstandigheid, dat het publiek in den laatsten tijd
–
reeds zeer groote bedragen in eerste-klasse fondsen heeft
belegd. Dit laatste bleek ten overvloede uit het geringe
succes, dat enkele van de ‘allerlaatste emissies hebben ge-
noten, in tegenstelling. bijv. met de uitgifte der Griekscl,e
‘luchtelingenleening. Overigens echter was de fondsen-
markt voor alle andere afdeelingen zeer vast.
Te B er 1 ij n heeft zich hetzelfde feit voorgedaan als
op de overige beurzen. Ook hier was er geen spiake van een
verflauwing der belangstelling tegen het einde van het jaar.
Tegen het slot der berichtsperiode echter heeft een geringe
inzinking haar intrede gedaan, in verband met de moei-
lijkheclen tusschen Duitschland en de geallieerden ten aan-
zien van het ontruimen der Keulsche zône. – De beurs te – N e w Y o r k heeft haar houding van de
vorige weken tea volle gehandhaafd. De stemming is voort-
durend zeer vast gebleven en de omzetten hebben nog geen
neiging tot vermindering aangetoond. In dit verband mag
het belangwekkend worden genoemd, dat -gedurende de
maand Nvember aan de beurs van New York 41.389.925
aaudeelei zijn verhandeld. Dit is op twee na het hoogste
cijfer, dat in de geschiedenis van de New Yorksche fond-
senmarkt ooit is bereikt. Tegenover de maand October valt
een vooruitgang te constateeren van 23.543.806 stuks. In
vergelijking met de maand Noveber van het vorig jaar
beteekenen de omzetten een vooruitgang van 18.796.843
stuks. Ook op ander gebied hebben zeer hooge cijfers
–
op-
clrnchten aan de industrie, spoorwegverladingen en -ont-
vangsten, -winsten
–
benevens hervattingen van dividend-
betalingen den ondernemingslust van het publiek geprik-
keld, zoodat de hoogere geldkoersen geen invloed hebben
uitgeoefend op de activiteit ter beurze.
T
ei
n o n z e n t viel gedurende de enkele dagen, waaruit
cle jongste beursweek heeft bestaan, eveneens een zeer
-.
1.-
3 1
–
December 1924
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1155
vaste stemming op te merken. Vrijwel alle afdeelingen
hebben hiervan de vruchten kunnen plukken. Op de beleg-
gingsmaikt heeft een en ander geen invloed gehad. Tegen
het slot der berichtsperiode viel hier zelfs een geringe
reactie op te merken, welke echter geheel kan worden ver-klaard uit de iets hooger geidkoersen, zooais het einde van
het jaar als regel – en niet alleen aan onze beurs – te
zien geeft. 6 pCt. Nederlands W. Schuld 1922: 101
13
/1,
102, 101/io; 4% pCt. Ned. W. Schuld 1917: 87%, 87
0
1,
87%, 87
1
/i
a
; 7 pCt. Indië: 102%, 103,
102%;
5 pUt.
Mexico £ 100-E 1000 D. IL: 9,
8%,
9; San Paulo 8 pCt.
1921: 9415/, 95%. –
Opvallend is de koersbeweging voor cle
petroleumaf dce-
ling
keweest. Gecl.urende de vacantieperiode aan onze beurs
is een veihooging van den prijs voor ruwe petroleum in
de Vereenigde Staten tot stand gekomen, waardoor de koers
der aandeelen.Koninklijke te. New York aanmerkelijk kon monteeren. Ten onzent heeft men deze verbetering onmid-
dellijk overgenomen; men heeft hier zelfs boven pariteit
besteed, toen bleek, dat ook Londen en Parijs, in navol-
ging van New York, als koopers optraden. In ainsluiting
aan deze tendens w’aren ook aandeelen Geconsolideerde ge-
vraagd. Dordtsche Petroleu.rn 340%, 34534, 157
1
,; Ge-
consolideerde Hoil. Petroleum: 168%, 170%, 175; Konink-lijke Petroleum: 3577/
s
, 363%, 366%, 379314.
Vervolgens heeft de
rubberefdeeling zich
in opwaartsche
iichting kunnen bewegen. In cle eerste plaats stond dit in
verband met den prijs voor het ruwe product te Londen; in de tweede plaats heeft de sterke prijsverbetering voor
koffie hiertoe bijgedragen. Vele onzer Indische onderne-
mingen hebben naast hun rubberproductie een niet onaan-
zienlijken koffie-aanplant, waarvan de opbrengst bij de
thans geldeitde prijzen aanzienlijk tot de winsten bijdraagt.
Amsterdam Rubber: 163, 164%,
166%;
Indische Rubber
Comp.: 224, 232%, 235%, 242; Oost-Java Rubber: 2489
4
,
253%, 251%, 255; Hessa Rubber: 157, 160%, 165%;
Serhadjadi: 200
3
/8,
205%;
207,
212%. –
Tabalcsaandeelen
waren veel kalmer van toon, doch ook
hier was de ondergrond vast. Deli Batavia: 363, 369%,
373; Deli Mij.: 383%, 39134, 390%
;
Senembah: 387, 397%,
395%, 396%; Soekowono: 282, 291, 294%.
,S’uikeraandeeler&
werden op sommige dagen beïnvloed
door de lagere Cubanoteeringen, hoewel cle uitwerking niet
zoo sterk was, als gewoonlijk aan onze beurs het geval is.
Zelfs kon voor aandeelen Handelsvereeniging ,,Amsterdam”
een, niet- onaanzienlijke verbetering intreden, welke echter
niet zoo ‘zeer verband hield met de winsten, door deze
maatschappij met den suikerverbouw verkregen, dan wel
met de opbrengst van de overige producten der onder-
neming. Handels Verg. Amsterdam: 436, 443%, 446%,
453
1
/2; Java Cultuur: 358, 360; Moorman: 359, 355,, 350.
&lieepvaarteandeelen
hebben, na een geringe opleving,
weder een inzinking getoond. Toch is deze beweging niet’
over de geheele linie gelijk geweest. Integendeel verliet de
af deeliug de berichtsweek in een verdeelde stemming. Over
het algemeen werden de vaste lijnen ditmaal iets meer ge-
favoriseerd, dan de ondernemingen, die de ,,wilde vaart”
beoefenen. Holland-Amerika Lijn: 6634, 68, 70′, 69%;
Koninklijke Ned. Stoomboot Mij.: 7,6%, 77%, 78%; Maas
Stoomvaart Mij.: 106%, 107%, 105, 107.
Op del
industrieefe af dceling
hebben aandeelen Philips
Gloeilampenfabrieken sterk de aandacht getrokken door
een scherpe rijzing. Ingezet onmiddellijk nadat de inschrij-
vingen op de jongste emissie waren gesloten, heeft de op-waartsehe beweging bijna zonder onderbreking voortgang
gehad. Voor de overige aandeelen der desbetreffende af dee-
ling was de tendens veel kalmer, hoewel ook hier de grond-
toon goed is gebleven. Centrale Suiker: 108%, 11034,
111%; Hollandsche Kunstzijde:
145%,
146, 147; H6lland-
sche Mij. t. li
. maken van Wk. in Gen’. Beton: 115, 117%,
120, 119: Jurgens: 70
3
/s, 71%; Du Croo & Braun’s: 1734,
19, 16; Ned. Gist en Spiritus: 341, $42, 340; Ned. Kunst-
zijde: 329%, 325%, 326; Ned. Scheepsbouw: 48,- 50, 52;
Philips Gloeilampen: 29234, 300, 305%, 312.
Van
diversen
hebben aaadeelen Peruvian Corporation
eveneens een opmerkelijke verbetering ondergaan in aan-sluiting aan de aanwijzingen van Londen. De oorzaak der
opgewekte stemming werd gevonden in het vooruitzicht
op de mogelijkheid van een regeling van het achterstallig
dividend op de preferente aandeelen. Peruvian Corpora-
tion: Cert. v. Pr. A.
40%,
42, 42%.
Mijnaandelen
bleven eenigszins
1
op den achtergrond,
hoewel voor aandeelen Redj eng Lebong toch op sommige
dagen tegen hoogere koersen flinke belangstelling bestond.
Billiton Mij. lste Rubriekv444, 450, 460, 470; Redjang
Lebong: 329%, 335%, 338%;’Singkep Tin Mij.: 200, 197%,
200,
205%;
Silvengkan: 75, 80, 71, 7534.
Bankaandeelen
bewogen zich doorgaans in opwaartsche richting. Amsterdamsche Bank: 125%, 126%, 127, 128%;
Incasso Bank: 97, 973/2; Koloniale Bank: 176, 1777/
s
; Ned.
Handel Mij.: 120, 121; Ned.-Ind. Hand. Bank: 134%,
133%, 13534; Robaver:
67%,
68
3
1,
67
3
/
4
.
De
.,4inerikaansche nsarkt
was vast, doch de omzetten
zijn aan onze beurs wel iets kleiner geworden. Stude-
beker: 1105, 1125,- 1080, 1125; United States Steel:
118
31
132, 119%; Union Pacific:
150%,
149
3
/, 149% ; Wa-
bash Railway 22’/, 21
3
1.
– De
geidmarkt
werd, tegen het slot iets stroever, zoodat
de noteering voor prolongatie opliep van 334 tot 434 pCt.
GOEDERENHANDEL
GRANEN.
30 December 1924.
T er iv e. De laatste week van het jaar kenmerkt zich
gewoonlijk door zakenloosheid en als gevolg daarvan een
min of meer flauwe stemming. De Kerstdagen, die een erii-
stige onderbreking van het zakenleven beteekenen, zijn ,00r-
zaak, dat gewoonlijk al zeer weinigen lust gevoelen nog
belangrijke engagementen aan te gaan. Dit jaar heeft men
van een dergelijke stemming al heel weinig kunnen bemer-
ken, en vooral in Aierika heeft men zich niet door de
feestdagen laten verhinderen om de haussebeweging met
– kracht voort te zetten. Inderdaad zijn de prijzen de laatste
weken op een bedenkelijke wijze omhoog gegaan. Van $ 1,60
op 4 December tot $ 1,81y8 op 26 December, beide voor den
Meitermijn te Chicago, is een zeer groote verhooging, die
een aanzienlijk hoogere uitgave voor de importeerende lan-
den beteekent voor hetgeen zij verder nog hebben te betrek-
ken, tot eigen oogsten in Juli of Augustus mogelijk ver-lichting der situatie brengen. Waar de toestand reeds dit
geheele seizoen onder invloed was van een waarschijnlijk
itekort, is liet te begrijpen dat, nu in Amerika de abnor-
– maal groote aanvoeren tot liet verleden beliooren, de prijzen
• uit ook een ernstige stijging ondergaan. De afladingen we-
ren wederom iets kleiner dan de vorige week, niettegen-
staande Argentinië meer bijdroeg, maar de tarweversche-
pingen van dit land zijn nog steeds een zeer klein .onder-
deel van hetgeen Europa noodig heeft, zoodat een over-
schot of een tekort nog steeds van Noord-Amerika af-
hangt. Toch zullen Argentinië, Australië en Indië wel
spoedig meer belangrijke hoeveelheden verschepen, wat vel
noodzakelijk is, aangezien in de afgeloopen week het totaal
‘der verschepiugendier landen nog slechts circa 25 .pCt.
bedraagt van hetgeen Europa noodig heeft. Waar nu, naar’
liet zich laat aanzien, de afladingen van Noord-Amerika
van week tot week zullen afnemen, zou de toestand er al
heel critiek uitzien, indien niet juist binnen een maand
het volle verschepingsseizoen zoowél in Argentinië als in
&Australië aanving. Bovendien werden vroeger zeer groote
contracten afgesloten door Italië voor Noord-Amerikaan-
sche tarwe af te laden in Januari en latere maanden, zoo-,dat de verschepingen van Noord.Amerika waarschijnlijk
ivel sterk zullen verminderen, maar toch nog van beteeke-
nis zullen-blijven. Trouwens voor spoedige levering bestaat
voorloopig in de meeste importiandea geen behoefte, aan-gezien de voorraden, al verminderen ze ongetwijfeld, toch
nog algemeen zeer ruim genoemd kunnen wôrden. Een be-
wijs hiervan7 is wel, dat de bloemprijzen o.a. ‘in ons land
nog steeds laag zijn iii verhouding tot de tarweprijzen van
Noord-Amerika. Het is dus nog steeds de mogelijkheid van
een later tekort, die reeds nu de prijzen zoo scherp doet
stijgen. Waar vöÔr den oorlog $ 1,- voor tarwe te Chicago
een abnormaal hooge prijs was, die slechts een enkele maal
bereikt werd, begint men nu over $2,- tarwe te spreken,
een prijs die alleen gedurende en vlak na dea oorlog be-
staan heeft. Wij wezen er reeds vroeger op, dat deze zeer
‘hooge prijzen wel meer tarwe op de markt zullen brengen
dan anders het geval is, en ware het niet dat, zooals wij
in ons vorig overzicht schreven, verschillende -Europeesche
landen meer dan gewoonlijk zullen moeten importeeren,
dan zouden wij meer dan nu geneigd zijn om aan te
nemen, dat men wel wat erg hard van stapel geloopen is.
De oogstberichten waren schaarsch, maar over het al-
gemeen gunstig. De hoeveelheid zaken werd in Europa nu-
tuurlijk wel beïnvloed door de vele dagen dat bijv. Londen
gesloten was, maar de vraag bleef toch goed, vöoral voor
Argentijnsehe en Australische tarwe.
R o g ge volgde in Chicago de beweging van tarwe, maar
nog steeds blijft de omzet zeer gering, aangezien het eenig
exportland Amerika, voortdurend honger prijzen vordert
ulau Europa wil betalen. De stoomende en loco voorraden
T
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
31 Decémber 1924
Noteeringen.
.
Locoprijzen te Rotterdam!Amsterdam.
Buenos Aires
– .
29Dec.
22Dec.
31Dec.
Soorten
1924
1924
1923
Haver Tarwe
Mais
1
Lijnzaad
– _-
–
Dec.
Febr.
Febr.
1
Febr.
Tarwe’ . ………….
1
18,50
17,75
Rogge (No. 2 Western)
1
16,10
15,75
27Dec.’241 1774
126
7
18
61
15,75
11,15
2)
23,75
Mais- (La Plata)
•.
253,-
243,-
20
‘241 172
12311
5851
8
15,55
11,25
2
) 23,55
Gerst(48 Ib. malting)
.
261,-
248,-
27Dec.’231
1
1
44(
1)
11,052)
9,602) 19,252)
Haver (381b. white clipp.)l
13,75
4
)
13,50
4
)
‘
OV’) 11,1V
Lijnkoeken (Noord.Aaneri-
7,70
17,40 2)
kavan La Plata-zaad)
1
14.80
14,50
5
1
38 113,70
Lijnzaad (La Plata) .. . .
501,.-
494,_
1)
per 100KG.
2)
per2000KG.
8)
per 1960KG.
‘No. 2 Hard/Red Winter Wheat.
4)
Canada No. 3.
AANVOEREN in tons van 1000 KG.
Artikelen
Rotterdam
Amsterdam
Totaal
21127 Dec.
Sedert
Overeenk.
21127. Dec.
Sedert
1
Overeenk.
19 24
1923 1924
1 Jan. 1924
tijdvak 1923
1924
1Jan. 1924
tijdvak 1923
Tarwe
21.383
1.322.156
826.817
–
46.407 31.086
1.368.563
857.903
Rogge ..
…. … …. ..
4.691
561.014
650.699
–
3.775
485
564.789
651.184
Boekweit
.
.
-.
._.
–
26.528 26.959
–
528
–
27.056
26.959
Mais
.
..
.
…
25.429
775.488
648.840
5.475
118.562
73.715
894.050
722.555
G-erst.
…
._ .. .. ..
.
–
2.617
323.679
292.703
–
33.104
14.018
356.783
306.721
Haver … … ..
… … …
.345
244.900
80.523
–
1.645 533
246.545
81.056
Lijnzaad .’. .. ..
.
… ._
8.762
263.458
139.484 4.358
72.622 53.544 336.080
193.028
Lijnkoek
. . 3.820
203.697
180.844
–
700
–
204.397
180.844
Tarwemeèl
..-..-…
3.431
267.609
142.120 2.397
33.683
4.754
301.292
146.874
Andere meelsoorten … ..
–
8.554
1.897
–
–
–
8.554
1.897
1156
Data
i
iec.
ii
1’/2
“‘/8
27Dec.’21 112
485
11,70
20Juli’14 82
56/
36k’
9,40
1)
Per Mei.
2)
per Januari.
Chicago
Tarwe Maïs
Dec.
Dec.
12,-
9,30
205,-
199,-
9,80
13,60
458,-
in Europa zijn nog steeds beneden de Amerikaansche prij-
zen te koop, al vermindert het aanbod wel eenigszins. De
verschepingen bedragen bijna niets meer, zoodat er nu toch
svel spoedig een betere prijserhouding tussehen de Ame-
i-ikaanscjie en Europeesche markten zal komen. De prij-
ien der bianenlandsche rogge zijn zoowel hier als in
i)uitschland regelmatig gestegen.
Voor voergraan was de stemming niet minder willig da.n
voor broodgraan. M a ïs in het bijzonder was zeer vast
gestemd en vooral de laatste dagen vond een groote prijs-
verhooging plaats. De verschepingen van La Plata waren
klein en dientengevolge werd ook het aanbod van stoomen-
de ladingen zeer, gering. Dit héeft ten gevolge gehad, dat
in de verschillende Europeesche importmarkten de. ver
–
koopers zeer gereserveerd werden, aangezien zij nergens kon-
den inkoopen tot de prijzen, die zij in hun eigen markten
konden bedingen. Ofschoon voor onmiddellijke levering in
-de meeste havens voldoende mais aanwezig was, liep de
loco-prijs toch in bijna alle markten op en voor latere af-
lading verdween het aanbod bijna geheel. Roemeensche en
Bulgaarsche mais weic1en regelmatig aangeboden en de
verscheping van deze soorten nam toe. In Holland, Duitsch-,
land en Scandinavië was er voor deze maIs goede vraag.
Een kleine’ lading Roemeensche maIs werd naar Denemar-
ken verkocht. Ook Rusland verscheepte een kleine hoeveel-
heicl mais, maar nieuw aanbod is er niet. Een afgeladen
lading Odesamaïs werd grootendeels naar Hamburg ver-
kocht.
G e r s t was eveneens zeer vast gestemd. Ook van dit
artikel is het aanbod zeer gering. Het grootste gedeelte
van het aanbod komt váii Noord-Amerika, maar terwijl
eenigen tijd geleden de voorraden aan de havens nogal groot
waren, is dit surplus sedert dien bijna geheel verscheept.
De afladingen zijn dan ook sterk verminderd, en tenzij
Rusland en’ Roemenië wat meer aanbieden, zullen z nog
wel verder afnemen.
H a v e r was vast, maar het aantal zaken, dat tot stand
kwam, is gering. De voorraden zijn in cle meeste import-
markten niet onbelangrijk afgenomen.
–
SUIKER
Gedurende de afgeloopen week, welke door de Kerstda-
gen werd onderbroken, verslapte de stemming op de ver-
schillende suikermarkten nogal gevoelig.
In A me r ik a waren de noteeringen als volgt (voor de
termijnmarkt dient in aanxaerkiug genomen te worden, dat de termijnmaa.nden tegen het einde van de verslag-
week veisprongen):
Dec.; Jan./ Mrt./ Mei/
Sp. C. Jan. Mrt. Mei Juli
Slot voorafgaande week …….4.77 3.65 2.97 2.88 2.98
Opening verslagweek ……..4.77 3.35 2.91 2.85 2.96
Slot verslagweek …………4.59 2.78 2.82 2.92 3.03
.
,PrQmpte Cubasu,ik,er kon zich., handhaven op de. prijzen
van de vorige week,
d.i.
314
c.
voor
l$eceniber
en
3
c.
voor eerste helft Januari-verscheping e.
&
f.
New
York
wegens terughoudendheid van verkoopers.
–
De laatste C u b a-statistiek luidt als volgt:
1924
1923 1922
–
Tons
–
Tans
Tons
Weekontvangsten
…………15.006
7.347
29.676 Oude
Oogst ……………….’
677
1.781 •,
1.217
Tot. sedert 1Dec. ’23_20 Dec.’24.
18.795
7.347
47.878
Aantal werkende fabrieken…..64
47
46
Weekexport
…………….6.500
.–
14.388
Oude
oogst ………………5.314
6.295 2.602
Totaal
………………….6.500
–
18.959
Totale voorraad op 20Dec.’24.
16.181
8.767
,
39.154
Op J a v a vonden eenige herverkoopen plaats van Su-
pei’ieure Januari-levering tot prijzen,
dalend
van
f
13
–
tot
f
13.
NOTEERINGEN
Londen
New York
1
1
WhlteJavas.
Cubas
Amster-
96pCt.
Data
dam per Tates
f.o.b. per
96 pCt. c.Lf.
Centri-
Maart
Cubesl
fugals –
No.
‘1
Mei/Juni
Iebr.jMaart
Sh.
Sla.
$cts.
29Dec. ’24
f19/ia
371-
1719
.’
1316
4,52
19
,,
’24
,,19
7
/
371_
181_
1319
4,77
29 Dec. ’23
6319
2516
2419
7,22
29 Dec. ’22
„23g
56/6
19j6.
–
17119
5,65
4Juli ’14
,,11
18
1
82
181_
–
, –
3,26
KATOEN.
llarkthericht van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons,
Manchester, d.d. 23 December 1924.
Prijzen van A.merikaansche katoen blijven vast en toon-
den gedurende de afgeloopen week weinig verandering. Het
laatste Ginners’ RappQrt van dit seizoen, Zaterdag in New
York gepubliceerd, noemt een totaal van 12.796.000 balen.
Dit cijfer, dat alle verwachtingen te boven ging, veroor-
zaakte een kleine prijsdaling, doch later ‘herstelde de markt
zilah. De totale hôeveelheid voor dit jaar is’ ruim 3
,
mil-
lièèu lJalen meer dan de beide voorgaande jaren en goed
5 mi]lioen meer dan in 1921. Dé handel kan dus op vol-
donde ‘katoen rekenen; latere opbrengsten en linters
meegerekend, zullen er waarschijnlijk meer dan 13 mil-lioen balen beschikbaar zijn. Liverpool-futures openden
gisteren 3-6 punten lager en sloten 3-5 punten hooger.
Prijzen van Egyptische katoen fluctueerden aanmerkelijk en futûres sloten gisterenavoncl ongeveer 50 punten 1aer
dan op jI. Woensdag.
‘De vraag, naar Amerikaarische garens was gedurende
het laatste gedeelte van de vo1ige week *at beter. Zoowel
ring- als mule-twist vonden gereedere afname, terwijl prij-
zen, iets vaster waren. – In ongetwijnd. garen ging weinig
–
31
December 1924
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1 157
om, terwijl daarentegen in getwijnd gareii, zoowel voor
het bi mciii and al s ook voor Indië, heel wat gedaan werd.
Over het algemeen was er echter weinig vr.ag. Egyptisehe
garens worden nog. weinig verkocht; cle hooge grondstof-
prijzen werken remmend
01)
de markt. De mpeste spinners
zijil voor de eerste iiiaaiid.en goed bezet, speçiea.1 in 60cr
twist en fijnere nudimers. Gareus, gesponnen van Sakel-
laricleskatoen, voor doiiblecrdoeleiieclen in de nummers 80/2
en hooger zijn voor directe levering bijna niet te krijgen.
Egyptisch getwijnd garen, speciaal in de nummers boven
60/2, wordt weinig verkocht, hoewel hier en daar voor
liet Continent nogal wat gedaan wordt, terwijl Indië niet
iii de markt is.
In clQ doeknuarkt is zeer veel vraag, doch hoeveel bier-
vaL op rekening van de inventarisatie geschreven moet
worden, kaui moeilijk gezegd worden. Het blijkt echter, dat
de werkelijke handel elke week gelijken tred houdt met
de vraag van fabrikanten en er zijn ons gevallen bekend,
dat dezen voor maanden in ‘t voren met orders bezet zijn.
Dit zijn echter uitzonderingen. De Indische mail Van deze
week is £eleurstelleuud; handelaren verwachten lagere prij-
zen en verkoopen in vele gevallen met verlies, tea einde
later hunne voorraden op goedkoopere basis te kunnen
aanvullen. Er is geen aanw’ijzung, dat de binnenland-
sche prijzen zullen dalen; inderdaad kan mcii deze week
van de markt zeggen, dat zij vast geweest is En verband
niet Kerstmis en Nieuwjaar pnbliceeren wij ons rapport
deze week een dag vroeger, terwijl de volgende week er
geen verschijnen zal, tenzij natuurlijk een dergelijke ont-
wikkeling van zaken plaatsgrijpt, dat eenig commen-
taar onruuisbaar is. –
17Dec. 23Dec. Oost. koersen. 16Dec. 22Dec.
Liverpoolnoteeringen. T.T.op Indië 116 116
F.G.F. Sakellaridis 29,60 29,25 T.T.
op Hongkong
2l4
1
/ 214
1
/8
G.F. No.
1 Oomra 10,50 10,50
T.T.op Shanghai
312 312
Noteeiing voor Loco-Katoen.
(Middling Uplands.)
26 Dec.
19 Dec.
12 Dec.
26 Dec.26 Dec.
1924
1924
1924
1923
1922
New York voor
Middling … 24,30e 24,_ c 23,70e 37,25e
26,80 c
New Orleans
voor Middling 23,90 c 23,90 c 23,60e 35,75e
26,25 c
Liverpoo1 voor
Middling . … – d 13,28 d 13,11 d
-. d*
d)
•) Voor fully middling ouden Standaard.
–
Ontvangsten in- en uitvoeren van Anierikaansche havens.
(In duizendtallen balen).
1 Aug.
1
24
Overeenkomstige
periode
tot
–
–
19Dec.’24
1923-24
1922-23
Ontvangsten Gulf-Havens.
}574o.
–
4597 3916
–
Atlant.ffavens
Uitvoer naar Gr. Brittannië
1351
1080
852
,,’tVastelandetc.
2188
1663
1549
Japan
… ..
416
333
268
Voorraden.
(In duizendtallen balen).
Overeenkomstig tijdstip
19Dec.’24
–
1923 1922
1538 1012
1050
Amerik. havens
………….
Binnenland ……………
1555
1123 1347
09
139
72
New York
…………….
417 271
254
New Orleans
……………
Liverpool .
.. .
…. ……
.
—
308
497
KOFFIE.
Zooals iii bijna alle andere artikelen kenmerkt zich ook in den koffiehanciel de laatste week van het jar gewoon-
lijk door een zekere apathie, die haar oorzaak heeft iu
den invloed der feestdagen en in het feit, dat velen moei-
lijk te bewegen zijn om zoo kort vÔdr het einde van ‘het
jaar nog iets te ondernemen. Ditmaal was het echter, al-
thans in dit artikel, anders. Na de onzekerheid, die vanaf
midden November had geheerscht, toen de terinijnmarkten in Europa en in Amerika zich met groote schokken af/vis-
seleud in op- en nederwaartsche richting bewogen, was reeds in de vorige week een rustiger stemming aan den
dag gekomen, waarbij cle prijzen langzaam waren opgeloo-
pen, en deze verbeterde stemming hiek,l ook in de laatste
acht dageironafgebroken aan, waardoor de prijzen aan onze
termijnmarkt nog 2%
a
33 ct. stegen. Ook ditmaal ging
de vaste stemming lioofdzakelijk uit van Brazilië, dat het
lief t w’ederom in ‘handen schijnt gekregen te hebben en de prijzen voorschrijft. De termijnnoteeringen aan dc ochtend-
ccli waren te:
Rotterdam (Santos-contract)
Amsterd.(Gemengd con- basis Good
tract) basis Santos Good
Mrt.
1
Mei Sept. Dec. Mrt. Mei Sept. Dec.
30 Dec. 60% 60
5771 55% 5934 57% 55% 53%
23
57
7
1, 567/
8 5418
53
,
1
8
563/
55%
52% ‘ 50
.16 ,,. 56}.
55y,
531/4 51%
501
8
5271
8
503′ 488%
5
is
5181
8
4871
8
53.
5111
8
49’/8
4611
8
De slot-noteeringen te New-York van het aldaar geldende
,gemengd contract (basis Rio No. 7) waren:
t
,
Dec. 1924 Mrt. 19251 Mei 1925 Sept. 1925
29 i)ee ………
$ -,
$ 21,75
$ 20,55
$ 19,22
22
, ………..’ 21,93
19,97
19,15
,, 17,95
15 , .
20,_
19,05
,, 18,28
,, 17,05
– 8
,, ………
18,97
,, 17,98
,, 17,10
,, 15,90
Oolc in dcii loco-ivaildei Was een bepaald betere toon nu-
tuvijfelbaar te bemiuerkei. Weliswaar vareu de zaken nog
niet van veel beteekenis, doch de consumptie trad iveder-
oni hier en daar als kooper op en ook de vraag voor uit-
voer was in verschillende gevallen iets grooter. Dat na de
langdurige onthouding de koopers eindelijk weder te voor-
schijn zouden moeten komen, sprak vanzelf en het laat
zich aanzien, dat cle afzet in. dc eerstvolgende weken wel
beter zal worden, althans wanneer wij gespaard blijven
i’oor cciie al te snelle prijsstijging. Mocht cle rijzing echter
fin het tempo van de laatste acht dagen voortgaan, clan zou dit een spoedige reactie weder waarschijnlijk maken en de
iii langzaam opkomende kooplust zon opnieuw worden af-
geschrikt.. ‘De of ficieele loconoteeruugen werden alhier ver-
:’hoogd voor Superior Santos van 72 op 74 cl. en voor
Robusta van 62 op 63 et. –
t
])e berichten uit Brazilië aangaande den volgenden
(1925/26r)-oogst blijven, ‘hoewel niet in alle opzichten
eensluidend, toch over hot algemeen niet gunstig. Een be-
richt van eeh der exportbtuzen te-Santos, dat
iii
den loop
dezer week per post uit Brazilië is ontvangen, meldt, dat
de Novemberbloei in sommige districten geheel is verloren
gegaan, terwijl in andere districten, waar van aauzetten
der vrncht gesproken kan w’ordeiu, deze thans geel wordt
cii begint af te ‘vallen. Weder andere districten, zoöals
Sorocabaita, waar na de lange droogte (Ie regen iets vroe-
ger ingnvallcii is dan elders, hadden’ volgens datzelfde be-
richt een Novenibeibloei, clie goed of vrij goed aanzet. 01)
grond vul.m een en ander en naar aanleiding van het verloop
vnn den Sept./Oct-bloei wordt, naar deze berichtgever
nieldt, cle volgende Santos-oogit door de planters algemeen
geraamd op 9 9. 10 millioen balen (een cijfer dat reeds
vroeger ook van andere zijdn is geuoenicl), terwijl hij den
loopendcn Snntos-oogst, met inbegrip van het restant van
den vorigeui, dat in ‘het biuunenland van Sao Paimlo was ach-
tergebleven, schat op ongeveer 9 millioen balen.
Rotterdam, 30 December 1924.
THEE.
–
:De theemarkt had in de afgeloopen week met haar feest-
dagen niets te beduiden, te moer waar Londen geheel ge-
sloten was – –
De uitvoercijfers van J’avathee in October I.I. wijzen een
kleine toename van 231.000 KG. aan ten opzichte van de
overeenkomnstige inaahcl van 1923 (3.467.000 KG. tegen-
over 3.236.000 KG.), terwijl cle uitvoercijfers van Sumatra-
thee een achteruitgang aantooneu van 157.000 KG.
(631.000 KG. tegenover 789.000 KG.) In de gespecificeerde
exportcijfers van Java valt het op, dat cle uitvoer van thee
naar Holland van 893.000 KG. in October
,
1923 terugge-
loopen is tot 616.000 in October van dit jaar. Daarentegen
hem de uitvoer naar Groot-Brittannië en Ierland in ster-
ke mate toe en wel van 819.000 KG-. in October 1923 tot
1.501.000 KO. in October 1924. Vermeldenswaard is ver-
der de vrij sterke teruggang van den uitvoer naar de Ver-
eenigde Staten, nI. van 410.000 KG. tot 222.000 KG. De
uitvoer van Java naar Australië neemt thans de tweede
plaats in niet een hoeveelheid van 953.000 KG., een cijfer,
dat iets — 64.000 KG. — lager is dan verleden jaar. De
uitvoer van Sumatrthee is in October zoowel naar Hol-
land, Groot-Brittannië en de V.-S. tei-nggeloopeis (clie naar
Holland vrij sterk).
Merkwaardig is iutussclien, dat bij een dalend totaal
uitvoercijf er, de uitvoer naar Australië nog is toegeno-
1158
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
31 December 1924
men (103.000 KG. in October 1921 tegenover
84.000
KG.
NIEUWE WATERWEU.
in October
1923).
.
.
October 1924
October 1923
De totale uitvoercijfers van
Java-thee wijzen voor
de
Landen v a n
Aantal
N. R. T.
Aantal
N. R. T.
eerste tien maanden van
dit
jaar, met een hoeveelheid van
h e r
k o m s
t
33.645.000 KG. een toename aan van ruim 5.300.000 K.
schepen
schepen
tegenover hetzelfde tijdvak van 1923. Ook Sumatra toont over hetzelfde tijdvak een ongeveer gelijke toename
van
Binneni. havens
71
75.164
48
33.455
(ten
uitvoer
vati
thee, al. 38.300.000 KG. in Jan./Oct. 1924
Groot
–
Brittannië
349
230.363
430
379.25
legeiiover 33.300.000
liG, in
1923.
Duitschland..
150
177.927
85
125.142
msterdam, 29 December.
Noorwegen
Zweden
51
73
88.242
85.820
.19
33
10.760 17.262
CÔPRA.
‘j
Denemarken
…
9
3.729
–
–
De
markt was deze week zeer vast gestemd. Het aanbod
Rusl._Oostz.hav.
Finland
……..
20
24.052
7
4.575
van Indië was niet
groot,
terwijl fabrikanten meer attentie’
18
18.659
12
11.287
toonden.
1
België
53
71.720
24
44.999
De noteeringen zijn:
Frankrijk
76
83.319
23
14.288
Nederh-Ind. f.m.s. stooinend ……..fi 35,50
Spanje
30
48.015
9
8.359
December/Januari
Portugal
iaijë..
5
Ii
4.339
2
837
Januari/Februari
,,
35,25
……….
.
23.073
1
810
29′ Dece
‘
iber
“
1924.
”
____________
Oostenrjoi.
Griekenland.
4
4.267′
2
METALEN.
.
Levant
1
765
3.957
–
Loco-Noteeringen te Londen:
Rusland_Zw. Zee
Roemenië, Buig
•
3
4
5.964
7.499
11
S
28.317
17.357
1
Koper
‘
Data
Stan-
1
Electro-
Tin Lood
‘
Zink
And. Midd. Zeeb
26
52.407
8
13.121
daard
1
lytisch
Over. Wk. Af rika
Oostkust Afrika
,
6
1
12.482
4.845
3
–
4.598
29 Dec. 1924.
.
67.101_
72.216
271.1216
43.151_
39._/_
Zuid-Afrika…
6
24.223
9
33.345
22
,,
1924..
66.1216
70.10/_
265.1216
42.1216 37.1716
Voor.Indië
30.940
9
.
35.392
15
,,
1924…
65.151_
70.51_
258.1716
42.15!-.
37.101_
Ned. Oost-Indië
5
24.844
7
30.283
8
,,
1924…
63.1716
68.716
255.151_
39.51_ 35.51.
And. Aziat. hav.
21
96.753
11
45.338
31
Dec’. 1923…
61._/_
67…/_
233.1716
30.716
32.1716
Australië
4
18.927
–
–
20 Juli 1914..
6’l._/_
145.151_
19._/_
21.101_
Vereen. Staten
70 27
271.235
75.265
30
7
145.343
21.788
VERKEERSWEZEN.
2
Midden-Amerika
.4
13.128
6
17.662…
,
GRAAN.
Ned. West.Indië_
Ned.
Antiflen
Brazilië..
2
3
2.208
9.155
.-
2
–
6.369
Ati. Kust
Pet ro-
Odessa
Ver. Staten
San Lorenzo
Argent.,
:::
24
69.502
19
73.577
Dahi
,
grad
Rofter-
5
13.630
2
7.055
–
dam
Rott
~
karn’sataol’
Rotter-
Enge-
Spitsbergen
– –
‘1
2.156
da
dam
land
Chili …………
Totaal
….
1.140
1.672.461
821
1.136.685
22-27 Dec.
1924
–
1315
15
2
31_
24110
24110
Canada ……….
15-20
,,
1924
–
1316
‘
15
2
31-
251_
25’_
Periode 1 Jan.-
24-29 Dec.
1923
–
13/6
144
2
3/.
24/4k
24/44
31 Oct.
1)
.
9.579
13.888.065
7.563
10.484.759
25-30 Dec. 1922
–
–
164
2
313
2713
2713
Nationaliteit
Juli
1914
11 d.
713
11113
1/11k
121_
121.
Nederlandsche
246
406.923
234 346.990
KOLEN.
Britsche
.. . .’
300
413.426
297
397.805
Noorsche
284
77
303.744
111.441
138
47
179.589
37.785
Cardlff
Oostk.Engeland
Data
Duitsche ………
Belgische
Fransche
Zweedsche
–
59 53
–
81.458 60.313
6
18
33
12.309
22.719
18.516
Bordeauxj
Oenua
Por
t
Sald
fia
Rivier
d
am
burg
22-27 Dec. ’24
4174
91
9/6
11/_
4/2′
–
Deensche
9
11.822
3
2.712
15-20
,,
’24
4174
9!…
101-.
111-.
.
412
–
Vereen. Staten
24
84.37e
12
40.379
24
–
29 Dec. ’23
5174
9/-
919
12110
419
–
Andere
88
198.953
33
77.681
25-30 Dec.
’22
611
1014
1116
1116
419
71-
Totaal.
…
1.140
1.672461
821
1.136.685
Juli
1914 Ir. 7,-
71-.
713
1416
312
41-.
1)
1913, 9.618 schepen
met
11.721.729
N. R. P.
1)
Per ton d.w.
2)
Am. cents per 100 lbs.
(Dirkzwager’s
Sclieepsagentuur
Maassluis.)
INKLARINGEN.
____________
VLISSINGEN.
Landen van
herkomst
-__
November 1924
Aantal
_schepen
November 1923
Aantal
schepen
DORDRECHT/ZWIJNDRECHT.
Landen v a n ‘
November 1924
Aantal
IJ
November 1923
.
–
Binnen!. havens.
Groot-Brittannië
1
33
7296
250.022
2
32
24.006
270.82
h e r komst.
N. R. T.
schepen
fi
Aantal
N. R. T.
II
schepen
Binnenl. havens,
2
787
7
‘
3.092
Duitschland
1
2.332
1
2.642
Groot-Brittannië
‘2
1.600
6
1.168
‘
Finland
–
–
1
6.113
Duitschland….
1
1.498
–
–
‘
1
11.265
–
–
Denemarken
..
.
.
–
–
1
480
België
……….
Frankrijk …. …
– –
.
1
356
Rusl.-Oostz.hav.
1
–
800
3
3.717
Portugal’)
… .
–
.
–
.
3
6.823
3
883
–
–
4.914
–
–
Portugal ……..
1
1.566
–
–
Levant
2
) …….
.
0
4.886
19
10.752
5
2.416
–
–
50
280.715
59
321.544
Italië’) ………4
Totaal….
15
‘
9.550
17
8.457
‘
;
Totaal
..
Danzig………..
Nation aliteit.
België
……….
Nationaliteit
Nederlandsche
42
263.259
36
264.664
Nederlandsche
2
,
1.096
–
– –
Britsche
4
5.849
5
40.704
Britsche
1
154
6
1.168
Duitsche
1
7.296
5
4.826
Duitsche
9
5.134
8
4.835
Belgische
2
940
11
5.409
Noorsche
–
–
2.454
‘
1
3.371
1
5.586
Fransche
2 1.600
–
–
Zweedsche …….
Deensche
–
–
1
355
Portugeesche
1
1.566
–
50
280.715
59
321.544
‘
Totaal
15
9.550
1
17
8.457
Totaal.
.-
1)
Bijleggers.
2)
Sleepbooten.
(Bar
–
end
Stofkoper
Co.)
e