Ga direct naar de content

Jrg. 8, editie 406

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: oktober 10 1923

10 OCTOBER 1928

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.

Economisch~
i
S
,tatistische

Berichten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL. NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJN VAART

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMiSCHE GESCHRIFTEN

8E JAARGANG

WOENSDAG 10 OCTOBER 1923

No. 406

INHOUD

BIz.

KENTERING door
T.
P1jtt eraan …………………
874
Overbevolking en Overzeesche Emigratie in Zwitserland
II door Mr. R. A. Fockema……………………
876

De houding der Arbeidsbeurzen tegenover Loonstrijd en
Arbeidsconflicten door
W. F.
Detiger,
met Naschrif t
door
Ir.
W. Maas Geesteranus ………………..
878
Muntbiljetten en Girodienst door
Dr. J. van Hoorn….
879

BmTENLANDSOHE MEDE WERKING:
De vierde winter van werkloosheid door
Dr. T. E.

G
‘regorj

……………………………….
8
80

AANmEKENINGEN:
Gemiddeld uurinkoinen van meerderjarige metaa.lbe-
werkers te Amsterdam en te Rotterdam ……..
882
De havenkwestie te Maastricht ……………….
882

BOEKAANKONDIGING:
Trade Terms. Digest No.
43
van de International
Chamber of Commerce, bespr. door
Mr. G. van

Slooten
Aan. …………………………..
883

MAAwDOIJFERS:
Productie der Kolenmijnen ………………… …
884

Emissies in S
e
pt
em
b
er
1923………………….884
Résumé uit het ,,Monthly Bulletin of Statistics”….
884

E[andelsbeweging over de maand Augustus
1923 … 885
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN……………..
886-892
Geidkoersen.

Effectenbeurzen.
Wisselkoersen.

Goederenhaudel.
Bankstaten.

Verkeerswezen.

INSTITUUT

VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN .

Algemeen Secretaris: Mr. G. W. J. Bruins.
Redacteur-Secretaris van het weekblad:
D. J.
Wgnsink.

Secretariaat: Pieter de Hooghweg 122, Rotterdam.
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruige Plaatweg 37.
Telefoon Nr. 3000. Postchèque- en girorekening
RotterdainNo. 8408.

Abonnem’entsprijs voor hei weejr.blad franco p. p. in Hederland f 20,—. Buitenland en Koloniën
f
£5,-

per
jaar.
Losse nummers 50 cents.

Leden en donateurs van het Instituut ontvangen

hei weekblad gratis.

De vërdere publicaties van het Instituut uitgaande
ontvangen de abo,vné’s, leden en donateurs kosteloos,
voor zoover daaromtrent niet anders wordt beslist.

Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonne-
ment volgens tarief. Administratie van abonnementen
•en advertenties: Njjgh & van Ditmar’s Uitgevers-
Maatschappij, Rotterdam, Amsterdam, ‘s- Gravenhage.

9
OCTOBER
1923.

– In den toestand van de geldmarkt kwam geen ver-
andering. Voor particulier disconto werd aanvanke-

lijk nog 3% pOt. gevraagd, maar reeds direct werd

ook weder voor 3 pOt. afgedaaii, tot welke rente

verder de geheele week het kleine aanbod van wissels
werd opgenomen. De prolongatierente steeg op Dins-

dag tot 3% pOt., maar verder werd weder 3% en

3% pOt. genoteerd.
* *
*

De post binnenlandsche wissels op den weekstaat

van De Nederlandsche Bank geeft een stijging van

f 12
millioen te zien. Deze laat zich verklaren uit de

toeneming van •de credieteischen van de Regeering;

het tojaal der rechtstreeks bij de Bank geplaatste

schaticistpromessen liep in de afgeloopen week van

f 7
millioen tot
f 19
millioen op. De effectenbelee-

ningen vertoonen een daling van
f 25.4
millioen; de

goederenbeleeningen noteeren
f
4.7 millioen lager dan

verleden week. In totaal liep het hoofd beleeningen

van
f
163.7 millioen tot
f
133.6 millioen terug. 1)e

daling betreft vnl. de Hoofdbank.

Het renteloos voorschot aan het Rijk vermeerderde

met
f
1.7 millioen. De zilvervoorraad der Bank stelde

ich
f 500.000
lager dan op den vorigen weekstaat.

De post papier op het buitenland blijict met
f 1.7

millïoen te zijn gedaald. De diverse rekeningen onder

het actief stegen met een kleine
f
14 millioen.

De biljettencirculatie daalde van
f 1.012.5
millioen

tot
f 1.005.2
millioen. De rekening-courant saldi no-

teeren
f 2.2
millioen hooger dan verleden week. Het

beschikbaar metaal-saldo steeg met
f 500.000.
* *
*

Ondanks het prijshoudende slot van de vorige be-

richtsweek, opende deze week direct in een zeer flau-

we stemming, zoowel voor Francs als voor Marken.

De daling voor Marken bleef i-egelmatig aanhouden,

isteren werd voor % cent per millioen verhandeld, voor

Francs trad echter op
Vrijdag
een niet onbelangrijk

herstel in en hoewel Zaterdag de stemming weder

flauwer was, kon de koers zich gisteren weder niet on-

belangrijk verheffen. Voor de overige wissels was de
markt vrij stabiel.

LONDEN,
6
OCTOBER
1923.

Tegen de verwachting in, dat er deze week door de

groote dividendbetalingen op den isten October een

flink aanbod van kort crediet zou zijn, bleek de geld-

markt geheel niet overvloedig. De reden was, dat de

betalingen veelal direct verdisconteerd werden.

Dientengevolge konden de koersen zich goed hand-

haven, •en hoewel velen daggeld tegen 2 i4 pOt. kon-

den opnemen, moesten anderen vrij vaak tot
2% pOt.

betalen: Zevendaags-geld bleef tegen 2% pOt. be-

schikbaar.

Op de discontomarkt ging niet veel om, en waren

de koersen iets lager.

2-mnds. prima bankaccept 2
5
/16-3 pOt.

,,

,,

,,

3__
3
/in.
pOt.

,,

,,

,,

3% —- /io
pOt.

6- ,,

,,

,,

3Ys—/s pOt.

874

ECONOMISCH-STATISTISCHE
BERICHTEN

10 October 1923

KENTERJNG

Slaat men een blik buiten ons koloniaal gebied in
het Oosten, dan ziet men, dat in het subtropisch zoo-
wel als in het tropisch deel van Amerika, in Afrika

en ook hier. en daar in Azië, verschillende uitge-
strekte landstreken worden aangetroffen met dus-
danige voor cultuurbedrijven gunstige natuurlijke en

dientengevolge blijvende voordeelen, als zelden in onze
koloniën voorkomen.

Daardoor is de basis, waarop de cultuurbedrijvèn

aldaar rusten en kunnen rusten, zeer hecht, een

hechtheid, welke in het algemeen den grondslag onzer
koloniale cultuurondernemingen ontbreekt.
Dat deze desondanks in ons. gebied een hooge

vlucht hebben genomen, dient in hoofdzaak te wor-

den toegeschrevèn aan de beschikking over voldoende
niet, kostbare voor het werk geschikte arbeidskracht,
aan goedkoopen grond,. aan een zakelijk en zuinig be-

heer der bedrijven, aan een juiste toepassing van we-
tenschappelijke hulpmiddelen door een goede weten-
schappelijke voorliahting verstrekt. Hierbij dient ver-
der te worden opgemerkt, dat •de ondernemers der

buitengewesten door rechtsgeldige arbeidscontracten
en poenale sanctie arbeidszekerheid hebben, zij het
dan, dat de arbeidskosten hooger zijn dan op Java.

De zich sedert de laatste jaren krachtig ontwikke-
lende Indische beweging heeft een ongunstigen

invloed op den kostprijs der producten der Indisch’e
bedrijven.

De loonstandaard is op een hooger niveau gebracht,
cle grondhuurprijzen zijn belangrijk gestegen, arbei-d-
moeilijkheden zijn ontstaan, getracht wordt de po-

nale sanctie af te schaffen. Dit alles leidt niet slechts

tot een verhooging van productiekosten, maar even

eens tot vermindering der arbeidszekerheid, terwijl
de levensvatbaarheid der
bedrijven
wordt aangetast, nieuw kapitaal wordt afgestooten. En waar we pas
aan het begin dier Indische beweging staan, waar
nog slechts enkele punten van het program ten dee]e

zijn afgewerkt, mag worden aangenomen, dat indien

zij niet zeer voorzichtig geleid wordt, de levensvat
baarheid der bedrijven te veel wordt aangetast.
De niet hechte basis
;
,waarop het Indische eultuur,

gebouw staat, kan door te heftige beweging allicht
zoodanig beschadigd worden, dat het afvallend puin

niet slechts de eigenaren treft, maar nog veel meer
de sloopers en buitenstaanders.
Tegenover deze pessimistische beschouwing staat
die der optimisten, die meenen, dat de over de’ ge-
heele wereld plaats hebbende maatschappelijke ver-
anderingen stijging van productiekosten ten gevolge
hebben, waardoor ook de marktprijzen op een hooger niveau dan v66r den- oorlog zullen blijven. Die mee-
ning wordt niet §lechts gedeeld in de kringen der
Indische beweging, maar eveneens in die van de bij

de bedrijven belanghebbenden, al is moeilijk te zeg-
gen of zij daar de overhand heeft. Indien zij juist is,
zal de ingetreden kentering de Inlandsche bevolking
ten goede komen, den ondernemers niet sëhaden.
Vast staat, echter, dat die kentering een ongunsti-
gen invloed heeft en verder zal hebben op de pro-
ductiekosten in het algemeen.

In verschillende landen en wil. v.n.l. in Noord-
Amerika, waar uitgestrekte schaarsch bevolkte stre-
ken worden aangetroffen, welke voor een reeks cul- –
tuurgewassen gunstige factoren bezitten, is de groote

vlucht, welke de landbouw aldaar heeft genomen, –

voor een groot deel toe te schrijven aan gebruik-
making van middelen, welke de nog jonge landbouw-
techniek ter beschikking stelt. Het succes dezer

techniek heeft tot uitbreiding van bestaande – tot
oprichting van een groot aantal nieuwe landbouw-
technische fabrieken geleid, waardoor het afzetgebied

moest worden verruimd. Werd deze verruiming aan
vankeljk in streken met een gematigd klimaat ge-
zocht, reeds spoedig werden de subtropen en tropen
in het arbeidsveld opgenomen. Hierdoor bleek alras,

dat de tropische grond hoogere eischen aan de
machines stelde dan die in gematigde luchtstreken.
Door ombouw van bestaande machines en toestellen,

door constructie van nieuwe werd het mogelijk aan
deze hoogp, eischen tegemoet te komen, zoodat thans
verschillende machines met succes,voor de bewerking
van tropischen grond worden aangewend.

Van mechanische hodembewerking is men gekomen

op mechanisch onderhoud en oogsten van verschil-

lende cultuurgewassen, welk aantal zich steds
uitbreidt.

Tot heden, tengevolge van gebrek aan arbeids-

kracht, niet tot volle ontwikkeling gebrachte pro ductie-

gebieden kunnen daardoor worden uitgebreid, maag-
delijke streken in cultuur worden gebracht.

De1andbouwtechniek opent grootsche perspectieven.
Meer •dan tot heden wordt de belangstelling van
het kapitaal voor
die
landstreken opgewekt, welke

groote natuurlijke dus blijvende voordeelen voor
cultures bezitten en zich leenen voor, toepassing van

mechanische bedrijven, een belangstelling, welke tevens
tot gevolg heeft, dat wetenschappelijke hulpmiddelen
ingang vinden, dat gestreefd wordt langs nieuwe

wegen verlaging van productiekosten te bereiken.
Dat men daar op loonende wijze kon produceeren,

is grootendeels toe te schrijven aan de groote natuur-
lijke vobrdeelen, welke die landén bezitten. De be-

drijven, die voor ‘den dergelijke werkwijze in aan-
merking komen, zijn die van suikerriet, graangewassen

w.o. rijst, mais, katoen, vezel, zetmeelhoudende ge-

wassen, olie leverende planten enz., terwijl op weinig

hellend, niet te zwaar en vochtig terrein langjarige

cultures daarvan door toepassing van mechanische

bodembewerkiiag, -wegenaanleg en -transport pdrtij
kunnen trekken.

Het is hier niet de’ plaats dieper op deze zaak in
te gaan.

In verschillende tropische cultuurstreken is een
kentening ingetreden, een kentering die leidt tot
goedkooper produceeren.

Voor goede orde meen ik er hier verder op te

moeten wijzen, dat uit planterskringen gemeld wordt,
dat in. sommige’ strekenvan Afrika en Azië onder

.nemers arbeidszekerheid gegarandeerd wordt door een
poenale sanctie in scherperen vorm dan
bij
ons op
de werkcontracten der buitengewesten bestaat.

Het is thans gewenscht een oogenblik bij onze In-
dische maatschappij stil te staan.

We, zien; dat de bevolking op Java en Madoera, welke in 1917 uit ruim 34 millioen zielen bestond,

jaarlijks met ongeveer 400.000 vermeerdert, terwijl
-het terrein, dat voor uitbreiding van bevolkingscul-
tures in aanmerking komt, aldaar van betrekkelijk
weinig beteekenis meer is. In verband hiermede zij
opgemerkt dat de plantaardige voeding der Javaan-
sche bevolking in 1919 voor ongeveer 30 pOt. uit
rijst en voor 70 pOt. uit andere gewassen ‘bestond,

terwijl een verhooging der levenseischen vrijwel in
het geheele Oosten tot gevolg heeft, dat het rijst-
verbruik toeneemt. Hieraan kan slechts door hoogere
inkomsten worden voldaan. ‘

Voortszij opgemerkt, dat de veestapel op Java en
Madoera’quantitatief maar vooral quaiitatief zeer
afneemt,hetgeen van ougunstigen invloed is op de
bewerking der bouwvelden, waardoor de opbrèngsten
niet toenemen. Verder neemt het jaarlijks te bewerken

grondoppervlak per landbouwer af, het aantal niet-
grondbezitters toe. ‘Er bestaat geen reden te ver-
wachten, dat massa’s arbeidskracht bindende indu-
striën zich aldaar in een snel tempo zullen ontwik-
kelen.

Hoewel ik volkômen besef, dat emigratie op groote

schaal ‘van Javaansche landbouwers naar de buiten-
gewesten de dreigende moeilijkheden, welke in den
komenden tijd tengevolge eener bevolkingsaanwas
zullen ontstaan, slechts ten deele -kan opheffen, mag niet worden ontkend, dat dit middel met kracht dient

10 October 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

875

te worden aangegrepen. Als tegenover de handhaving

der poenale sanctie op de arbeidscontracten van onder-

nemerszijde den arbeiders, die na beëindiging van hun
contract dit niet verder wenschen te verlengen, de

zekerheid gegeven wordt, dat zij zich als vrije land-bouwers kunnen vestigen op een daarvoor geschikte

plaats, waar zij voldoenden grond ontvangen om een
behoorlijk bestaan te leiden, dan komt het mij voor,

dat de partijen uit voor- en tegenstanders van

handhaving der poenale saucte bestaande tot elkaar

worden gebracht. Temeer zal zulks het geval zijn
als de ondernemers hun kennis en ervaring willen

beschikbaar stellen voor de totstandbrenging en het

eventueel beheer, onder voldoende contrôle van de

zijde van hët Gouvernement, van kolonisatiecentra,

waar ook anderen dan oud-contractanten tegen een
zekere vergoeding zich kunnen vestigen, daarbij in

aanmerking nemende, dat dergelijk. werk bij een
zuiniger beheer betere resultaten zal opleveren onder
leiding van particulieren dan van Gouvernements-

ambtenaren. De vroeger betaalde aanvoerkosten van

contractanten •zouden hillijkbeidshalve geheel of ten

deele aan ondernemers moeten worden terugbetaald
voor contractanten die zich als kolonist vestigen.
De Indische beweging leidt als boven reeds gezegd

tot opvoering van dc levenseischen en den levens-
standaard der bevolking, tot een stijgenden loon-

standaard; tot een zeer belangrijke verhooging der
grondhuren, tot een verminderde levensvatbaarheid
der groote bedrijven, dief het is na de zakelijke be-
schouwingcn,welke in den laatsten tijd zijn verschenen
overbodig zulks verder aan. te toonen, door de Indische
maatschappij iLiet kunnen worden ontbeerd. Voorts

leidt zij tot dusdanige winsthelastingan, dat het in
Indië geplaatste kapitaal niet langer genegen is een
belangrijk deel der winsten in nieuwe voor die maat-
schappij noodige ondernemingen te beleggen, evenmin
als nieuw kapitaal daartoe genegen is, waarop tevens
van invloed is de actie tegen het voortduren der
poenale sanctie.

Er zijn geen wegen aan te wijzen langs welke de
bevolking door eigen kracht haar inkomsten belangrijk
kri vermeerderen. Kapita.l, nieuwe ondernemingen
zijn in het belang der geheele Indische maatschappij
noodig en de beschikbaarstelling hiervan, de oprichting
van deze zijn afhankelijk van de voordeelen, welke
uit die maatschappij zelve worden aangeboden, het-
geen noodig is, waar het
vrijwel
vaststaat dat Ned.
0.-Indid over het algemeen niet. die belangrijke voor
cultures gunstige factoren bezit als in vele andere

tropische landen vorden aangetroffen. Hoe verder
men zijn stu diën over tropische productiegQbicden
uitstrekt., des te meer komt men tot het inzicht, dat
dcv
cel
bezongen rijke Indische bodem veelal belang-
rijk in Waarde achterstaat
bij
die van andere tro-
pische landen;

Oudër de voordeelen, welke de Indische maatschappij
den ondernemers dient aan te bieden, moge in de
eerste plaats genoemd werden de erkenning, dat het
tempo der Indisdhe beweging zeer gematigd dient
te zijn, hetgeen dus practisch hierop neerkomt, dat
een einde wordt gemaakt aan het opdrjven van loo-
nën en grôndhuurprijzen, dat een stijging vanaf de
1914 basis zeer voorzichtig dient te geschieden, dat
een draaglijk stabiel belastingstelsel wordt ingevoerd,
dat de poenale sanctie met recht van hercontrac-
teering blijft voortduren.

De
vraag of in ons groot_koloniaal gebied dan
geen uitgestrekte terreinen met voor cultures zeer
gunstigc factoren voorkomen, welke terreinèn zich
voor gemengde cultuurbedi’ijven en een economische
toepassing van landbouw-technische hulpmiddelen in
uitgebreiden zin leenen, verdient thans in het kort
beantwoording.

Hierbij dient te worden opgemerkt, (lat de waarde
van tropisch cultuurgebied niet in de eerste plaats
afhankelijk is van het voorkomen van drommen wei-

nig kostbare werkkrachten of de ligging van derge-

lijk terrein ten opzichte van werkvolkrijke streken.
Het bezitten van natuurlijke dus
blijvende
voordee-
len, zoowl wat bodem, klimaat, afvoerwegen als

ligging ten opzichte der wereldmarkten betreft, zijn

de hoofdfactoren, welke de waarde van die landen
in deze bepalen.

Java komt in het algemeen voor (le groote cul-

tuurbedrijven van den komenden tijd niet in aan-
merking; de suikercultuur niet, omdat zij aldaar

doorgaans gedreven wordt op ingehuurden grond,
waardoor
zij
niet de beschikking heeft over uitge-

strekte grondcomplexen, welke permanent kunnen
worden ingedeeld, de
huurprijs
en de gevoeligheid
van het riet aldaar voor ziekten een zeer intensieve
cultuur noodzakelijk – maken.

Wat de buitengewesten betreft dient te worden,
opgemerkt, dat daaromtrent over het algemeen te
weinig uitvoerige gegevens beschikbaar zijn voor het
vellen van een juist oordeel. De gegevens, welke be-

schikbaar zijn, wijzen er op dat die waarde niet bij-
zonder groot
schijnt
te
zijn.
Een belangrijk deel van
Suriname bezit dusdanige natuurlijke
dus
blijvende
voorcieelen als elders zelden worden aangetroffen. In

hoeverre echter levende kracht sparende middelen

aldaar op economische wijze kunnen worden aange-
wend, dient nader te worden onderzocht. Leveit een

dergelijk onderzoek. bevredigende . resultaten op dan
kunnen zich daar in de toekomst groote bedrijven
ontwikkelen, temeer waar voldoende werkkracht, zij het
dan tegen hoogere kosten, van Java is aan te voeren.
Het invoeren van gemengde cultuurbedi’ijven zal de
benutting dier werkkrachten ten,goede komen, het
risico der ondernemers verminderen. Het cultiveeren
van een groote reeks stapelproducten leverende ge-
wassen schijnt daar mogelijk.

In het algemeen ligt het op den weg onzer Re-
geering de waardebepaling van ons koloniaal gebied

voor verschillende cultures met kracht te bevorderen.

• 7In
tropische landen buiten ons koloniaal gebied,
waar groote terreinen voor lange jaren tegen lagen prijs door ondernemers kunnen worden verkregen,

wordeu dikwijls zoo.’e1 uitgestrekte laag’- als hoog-
vi akten aangetroffen, bestaande uit verschillende grond-
soorten, waardoor werkkraclit s pai-ende middelen in
uitgebreiden zin ook voor die cultures kunnen worden
aangewend, welke in onze koloniën veelal op geacci-
denteerd terrein worden gedreven.
De belangstelling van het kapitaal wordt, als ik
reeds zeide, .meer en mcer voor dergelijke landstreken

opgewekt, waardoor de cultures door toepassing van
betere cultuurwijzen op een hooger peil komen’ te
staan, de productiekosten dalen. De wèrkkrachtea
zijn aldaar gewoonlijk kostbaarder dan Jn Indië,
uaartegenover een grootere arbeidsprestatie en een

rn’eerdere zelfstandigheid staan. 1)ie zelfstandigheid
wçrdt door ondernemers hier en daar benut teneinde
het risico van de cultuur op den arbeider over te
dragen.

‘Ten slotte vereischt nog de vraag beantwoording
of in d,en komenden tijd verwacht mag worden, dat
onze Indische ‘landbouwers zelven een belangrijk aan-

deel in de cultuur van de thans door vestersche
ondernemers op de markt gebrachte stapelproducten
kunnen nemen.
Er zijn voldoende voorbeelden aaii te
wijzen
dat
zulks niet alleen buiten ons koloniaal gebied maar
ook hier en daar daaibinnen met succes plaats vindt.
Bij debestudeering der wijzen,waai’op die beolkings-
cultures gedreven worden, komt men tot de conclusie
dat van een eigenlijke cultuur geen sprake is, datO
de eenige arbeid welke wordt aangewend zich vrijwel

geheel bepaalt tot den oogst en het transport der
producten. De belangrijke natuurlijke voordeelen dier
landen ontbreken voo’ zoover bekend nagenoeg in
Ned. Oost-Indië geheel.

Hoewel het aanlokkelijk is dieper op deze zaak in

876

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

10 October 1923

te gaan noopt plaatsruimte mij daarvan af te ziens

Ik kan echter niet nalaten hier even te
wijzen
op
een typische bevolkings-cacaocultuur van de Goud

kust. In 1900 bedroeg de nitvoer van cacao aldaar
1.000
pond,
in 1922 178.000
ton.
Reeds worden ziekte-

verschijnselen in de aanplantingen aldaar gemeld.
Wanneer deze van ernstigen aard worden en geregeld

onderhoud en scherp toezicht noodig
zijn,
zullen zij,
zooals het steeds met
dergelijke
bevolkingscultures
gaat, even spoedig
verdwijnen
als zij zijn ontstaan,

Ik onderschat geenszins de waarde van onderwijs voor

de tropische landbouwers in het algemeen en die van
onze koloniëri in het bijzonder, ik neem gaarne aan

dat daardoor beter dan thans door die menschen zal

worden ingezien wat noodig is ter verkrijging van

betere rusnitaten met hun aanplantingen. Tusschen

,,hegrjpen” en ,,doen” ligt nog een kloof die over-

brugd moet worden . . . . en dat kost vooral in de
troperi zeer veel tijd.

Al dreigt onze Indische cultures in het algemeen
van de
zijde
harer concurrenten geen onmiddeljk,

gevaar, toch staat m.i. onomstootelijk vast, dat de

positie dier bedrijven in uitgebreiden zin tengevo]ge eener ontwikkeling der Indische maatschappij wordt

verzwakt, dat die van ondernemingen in vele deV

concurreerende landen wordt versterkt, een versterking

die zal toenemen naar mate de techniek zich ont
1

wikkelt en mede doordat tengevolge eener grootere
belangstelling van het kapitaal betere cultuurwijzen
aldaar ingang vinden.

Het is daarom, dat ik meen met klem te moete,;i
aandringen, niet slechts in het belang der onder-

nemers, maar in dat van ons land, daarbij het belang
in deze onzer werknemers niet vergetende, en vooral.

ook der geheele Indische maatschappij, dat geei

stappen worden gedaan welke leiden tot een ver,
zwakking van de positie der Indische ondernemingen.

• Den Haag.
Ti.
PYTvulisuN.

OVÈJfBEVOLKING EN OVERZEESCHE

EMIGRATIE IN ZWiTSERLAND.

II.

Wij zagen, dat dr. Wyler en dr. Bernhard zeer be
sust aannemen, (lat in Zwitserland overbevolking b.

staat, Tevens dat
zij
het noodig achten naast deb
steun aan hen, die in Europeesche landen werk zoe-
ken, ook met raad en geld tegemoet te komen aan cIiç3
onvermogenden, welke zich tot overzeesche landvaç
huizing voelen gedrongen.
1′
Laat ons thans nagaan uit welke gegvens bljkt
dat er werkelijk overbevolking in Zwitserland bestaat.
In dc eerste plaats
wijzen
we op het groote aant1
wcrkloozen. Dit aantal is zonder twijfel verminderen4,
doëh dc offieieele cijfers kunnen geen maatstaf ziji’
voor den wcrkcljken toestand. Men berekent, dat reeds

een half milliard francs aan dewerkloozen is bestee
en het is vooral de dreigende financieele nood, wlk
don Bondsraad er toe bracht. tal van rubrieken van
verkloozensteun uit te sluitên. Hieruit volgt nie,t,
dat in deze rubrieken werkloozen ontbreken. Zij ver-
schijnen echter niet meer op de wekloozenstatistiek.
Zij worden – als vroeger – in geval vn nood gehol-
pen met verminderde bedragen als armiastigen, niet
als werkloozen. .
Doch er zijn andere gegevens. Slaan we een blik iïi
de uitvoerstatistiek. Hierbij geldt het ,,Menge Eiii’-
heiten”. Dus de hoeveelheid goederen, niet de waardb.
Nemen we de
vergelijking
tusc1ien Maart 1013 en
Maart 1023, daarbij in het oog vattende, dat Maai’t
1923 een betrekkelijk gunstige maand is geweest. Het

getal 100 nemende voor Maart 1913 vinden we voör
Maart 1923 (le volgende cijfers: zijdefabrikaten 81,
machines en vaartuigen 83, horloges en uurwerken 80,
50, chemicaliën 26, borduurwerk
48. Slechts in enkele takken van industrie steeg de
export: portlandcement 361, kunstzijde 140, katoen-
ilindustrie 130.

Een derde maatstaf vin.den we in een vergelijking

tussehen het aantal arbëiders, weuke in 1911 en thans
iii fabrieken werkzaam zijn. Op grond van de beschik-
bare gegevens neemt men aan, dat dit aantal met
37.627 personen is verminderd.

Al deze gegevens te zamen vestige de overtuiging,

dat het oordeel van dr. Wyler en van dr. Bernhard, moet worden onderschreven. De exportindustrie is
sedert 1913 zeer vermi,nderd. Men kan dus in ‘ruil het

tekort aan Zwitsersche bodemproducten niet meer
voldoende aanvullen. Te minder omdat de bevolking
sedert 1913 jaarlijks met ongeveer 30.000 zielen is
toegenomen.

Daarom moeten we instemmen met dr. Bernhard,

wanneer deze zegt: Met Innenkolonisa.tion alleen is
‘Zwitserland niet te redden. Ook emigratie is noodig.

Men vergete ook niet, dat de verminderde uitvoer

niet aangeeft het peil van de verminderde verdien-

sten. Vele industrieën werken immers thans met
tegenover 1913 zeer vérminderde verdiensten of met
verlies.

Dan is voor dc economische kracht te rekenen met

de groote kapitaalverliezen ook in Zwitserland ge-
ledeti en met de verhoogde belastingen.

Dr. Bernhard werd voor de landvrhuizing gewon-

nen, ofschoon hij en
zijne
vereeniging juist het tegen-

deel: het behoud van ,Zwitsers in het vaderland, had-
dqn op den voorgrond gesteld.

Zijne vereeniging werd door den Bond belast met
iie gewichtige functie van het bemiddelen der over-

zeesche landverhuizing. Juist deze vereeniging werd
voor deze functie geschikt geoordeeld, omdat zij be-

sehikte over ruime kennis ten aanzien van de he-

.staansmiddelen in het eigen vaderland en omdat zij
dus ieder, die in Zwitserland nuttig werkzaam kan

zijn, zoude aanraden dën geboortegrond niet te ver-
laten.

Men heeft bij ons wel betoogd, dat niet op landver-

huizing moest worden aangedrongen, omdat verbe-

terde techniek wel in ruimen kring uitkomst zoude
kunnen brengen. Over dit punt had ik een gesprek
met een Stickereifabrikant uit Appenzeil. Daaruit

bleek, dat in zijn vak de verbeterde techniek
wei de wereldproductie ten goede kwam, maar dat
zi,j
aan Zwitserland tot nadeel strekte. Men had name-

lijk voor het maken van het massa-artikel van bor-
duursels een machine uitgevonden (,,Automat” ge-noemd), die met zeer weinig technische leiding kon
worden bestuurd. Daarmee was dit onderdeel der in-
dustrie vrijwel naar Aperika verhuisd, voor zoover
het leverancies daarheen betrof. En Amerika was het
voornaamste afzetgebied.

Het is de vraag of de verbetering van techniek
wel den ouden industrielanden ten goede zal komen.
Overigens is reeds door een econoom in 1010 voor-
speld, dat de oude industrielanden hun vooriecht zou-
den verliezen, een voorspelling na den oorlog door
iteynes onderschreven.
Men staat voor onzekerheden. In Appenzeil ver-
vacht men een opleving van de borduurinduitrie, zoo
slechts de mode (vooral in Amerika) de vraag naar
het artikel doet toenemen. Dan immers zal men fijn
werk verlangen. zooals alleen de .technjcj’in Zwit-
serland het kunnen leveren en zal er een vraag ont-staan, waarbij de prijs weinig beteekenis heeft (ook
niet het inkomende recht van 90 pOt. in Amerika).

Zoowel dr. Wyler als dr. Bernhard stellen zich op
het standpunt van de realiteit van het oogenblik. De
toekomst is verborgen. Mocht deze vermeerderde bezig-
licid voor de Zwitsersche industrie brengen, dan
zal het aan werkkracht niet ontbreken. De vraag is
echtpr nu wat te doen met die jonge mannen, die

1.hicns vergeefs om werk vragen en de begeerte uiten
om in overzeesche gewesten hun heil te zoeken?
Hier
geldt het de vraag ten aanzien van hen, die zonder
overheidsteun de reis niet kunnen ondernemen.

10 October 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

877

Men zegt ter bestrijding van emigratie, dat deze
niet moet worden gesteund of bevorderd, omdat juist
(le beste elementen als ernigrantee over zee trekken:,
(lat dus -de. emigratie een volk verarmt. In Zwitser-

land vernam ik daarvan het volgende. Bekwame tech-
itici van de verschillende industrieën trekken soms
naar andere landen en andere wereiddeelen. Mannen,

die door de bedrijfsleiders in het eigen land noode
worden gcmit. i)eze emigranten bevorderen of stich

ten coricurreerentle nijverheid in den vreemde.

flezo uitblinkende krachten vertrekken echter met
cigeii middelen, vragen geen steun van de overheid.
7ij voelen in zich het vermogen om zich inden vreem
de tot hooger peil op te werken, ook dikwijls als lei-

der, terwijl zij zich overtuigd honden, dat zij in het
eigen Vaderland wel een nuttige rol zullen vervuilen,

doch zich bezwaarlijk zuilen er]ieffen boven de hun

toegedeelcie bescheiden plaats.

Op een’ onlangs in het Kanton Schwytz gehouden
tentoonstelling klaagde een Nation alrat (lid Tweede
:Kdmer) uit dit Kanton, dt de emigratie het Kanton
van vele (ier beste jonge landbouwers had beroofd.
Hier gold het weder mannen, die geen overheidssteun
vragen, die eigen middelen bezaten en op grond van
(le berichten van familieleden in Amerika oordeelden,

(lat voor hen, voor hun arbeidracht en hun kapitaal
zich een breeder perspectief zou openen in een ander
werelddeei.

liet zijn niet deze rubrieken, waarover men spreekt,
wanneer men de vraag aan de orde stelt van steun aan
-de emigratie. Deze mannen vertrekken zonder steun en
zoo dit soort mannen mocht zijn terug te houden, is het alleen door het scheppen van de voor hen meest
bevredigende toestanden in het eigen Vaderland.

De met steun cmigreerende is in den regel een
onbemiddelde lan darbei der (soms fabrieksarbeider).
Naar meii verneemt van de zijde der deskundigen is
hij meestal niet een uitblinker, omdat deze gewooiilijk
een bevoorrechte positie in het eigen land heeft gevon.
den, waardoor hij, van landverhuizing wordt terug

gehouden, terwijl,
hij
niet door denzeifden jrikkel
wordt gedreven als de bovenomschreven technicus of
bemiddelde landbouwer. De gemiddelde emigrant, die
om steun vraagt, is noch een uitblinker, noch een fut-
loos indiyidu. Hij is iemand, wien het tegen de borst
stuit om als werklooze om te hangen, iemand, die
vurig begeert zich daarheen te begeren, waar werk-
kracht wordt, gevraagd.

Dr. Wyler wil niet weten van een kunstmatige
landverhuizing, maar meent, dat men de hand moet
jeiken, aan hen, die uit eigen aandrang willen verS
trekken. Hij acht dien drang een gezonde oatuur-
lijke kracht, die niet moet worden tegengewerkt. Zoe
ook dr. Bernhard.

Het zijn deze inzichten, welke de Zwitsersche rè
geering heeft overtuigd, dat handelen noodzakelijk
w’a. Een.bedrag van 500.000 francs is ter beschikking
gesteld van d0 V. fi’tr Innenkolonisation. Dit voor-
jaar zijn 700 landarbeiders naar Canada vertrokken
met geldelijken steun, voor zoover zij zelf buiten staat
waren de kosten te betalen.

De Yereenigin für Innenkolonisation ziet hare
landgenooten noode vertrekken, en wil den band mez
de vertrokken landgenooten zoovecl mogelijk levendig
houden. De grootste helft van het geopende crediet ‘is
nog besphikbaar. Men denkt over den aankoop vitn
een groote uitgestrektheid land ter vestiging van een
aaneengesloten koloisatie van Zwitsers. En wel oni
ilôt Zwitsersch volksk arakter der emigranten zooveel
mogelijk te hajidhaven en den’ band met het Vader-
land, wakker te houden. Daardoor wordt ook bevor-
derd’ de eventueele terugkeer van sommige landver-
huizers, – wann eer – de omstandigheden in Zwitserland
daartoe gunstig mochtén worden.

En’ wat doet op dit gebied de Nederi. regeering?
Nadat de directeur -van onze Ver. ,,Landverhuiziug”,

Jhr. San dberg de zaak had voorbereid, is na ongeveer
een half jaar aarzelen, een-gering bedrag ter beschik.
king rai: de
Tereeniging
gesteld. Ongeveer zeventig
landarbeiders zijn met steun der ‘Vereeniging naar
Canada ertrokken.

Daarna heeft de rcgeering verklaard, dat op gec-
neriei steun eau de landverhuizers meer kon worden
gerekend’

– Nu overzie ineii den toestand duidelijk. Vij hebben

cën – ‘overbevôlking als in Zwitserland. Wij hebben

talrijke werklooze landarbeiders. Een zeker percen-

tâge van hen vraagt stewi om te kunnen emigreeren

iaar overzeesche gewesten.

Antwoord: wij overhei1 verstrekken alleen steun
om
heii, clie in liet land wi1ln blijven of tijdelijk in

ii ahuri ge handen willen werken.

100 it 200 pOt. steun aan de wc,rkioozeuverzekering,
kunstmatige werkverschaffirig (waarvan het einde te
voorzien is), bedeehiug onder dcii naam van steun.

her wordt gesproken van de overheid, niet van

de; regcering, omdat hij de verschillende maatregelen

hèhalve de handsregeering ook de ‘gemeenten een be-
langrijke rol spelen.

En nu heeft men hier eigenlijk niet eenvoudig ont-
liôucling van steun ‘ aan de lan’dverhuizing, maar

tbg’enwerking van de landv’erhuizing. Men houdt de
menschen terug door bij hen de ralsche voorstelling
tè wekken alsof zij van overheidswege ‘althans op een

rber bestaan voortdurend kunnen rekenen. En dat,
terwijl men met zijn tekort van 120 millioen per jaar
dn,’zijn systematisch van Den Haag uit ruïneeren van
thi vangemeenten, door dit alles te zamen voor de
zkerheid is gesteld, flat men
zijn stilzwijgende- be-
lofte geen gestand zal, doen,
dat men dus door het
Qekken van valsche voorstellingen de menschen- op
den duur in het ongeluk zal storteti.

Het is niet waar, dat het kostbaarder is aan emi-
granten den overtocht te betalen
(f 400
per persoon),
dan steun te verleenen aan de hier bhijvenden (steun
in twee vormen: rechtstreeks of door subsidie aan de
verzekering). –

Voor die
f 400
kan men – als in Zwitserland – een
schuldbekentenis laten teekenen en de ondervinding
der andere landen leert, dat van dit geleende geld een

niet gering percentage wordt terugbetaald.

Bovendien wordt de overbevolk.ing door de land-
vèrhuizing beperkt. De jonge emigrant is immers
ii – den regel -de toekomstige stichter van een gezin
en zijne toekomstigd vrouw dikwijls een Nederland-

sehe, die hij bij welshâgen in den vrëemde voor zijn
köten laat overkomen. En wat te denken van hen,
de
bij
aanvrage om steun voor emigratie’ zijn gedu-
pèerd?
Overzee
zouden

velen zich allicht ontwikkeld
hbben tot personen, die ons vaderland tot er strek-
kën.
Hier
met werkverschaffing en bedeehing vast-
ghouden, teleurgesteld in hunne plannen voor een
btre toekomst, groeien velen hunner zeker tot die
sleëhte elementen onder de bevolking, die het volks-
le’fen vergiftigcn. Aan wien de schuld? Aan de
ko’itzichtige overheid, die het voorbeeld van Zwit-
s4and niet volt.

Js het geen tijd om vage verwarrende discussies te
staken? Om de reahiteifr onder de oogen te zien? Om
op.grond van de realiteit op dit en ander gebied die
maatregelen te-nemen, welke ons Vaderland van on-
dergang kunnen redden?

‘Dit alles was geschreven, toen ik vaii ons gezant-
schap te Bern zeer waardevolle inlichtingen verkreeg.
Bovendien ook van een van, de Zwitsersche hoofdamh-
tenareri. Deze kostbare gegevens maken een ‘terugne-
m’ing van het bestaande niet noodig. Wel echter be-
vatten ze stof om ter zijner tijd een en ander aan te
u]1en en nieuw licht te verschaffen.

(Slot volgt.)

,

H. A. FOOICIdMA.

878

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

10October 1923

DE HOUDING DER ARBEID$BEURZEN

TEGENOVER LOONSTRIJD EN ARBEIDS-

CONFLICTEN.

Mijn artikelen in dit weekblad over de’ houdin

der openbare arbeidsbeuren tegenover de loon- en
arbeidsconflicten hebben een paal’ opmerkingen uit-
gelokt, die mij nopen op een enkel punt nog even

nader in te gaai, omdat ik vrees door minder groote

• duidelijkheid aanleiding gegeven te hebben tot mis-

verstand. Ik ga de verschillende artikelen,. aan de

onderhavige – kwestie gewijd in de werkgevers- en

werknemersvakbladen voorbij en bepaal
mij
tot d
kantteekening van prof. Bruins op
mijn
ebrste artikel
en tot het stuk van Ir. W? Maas Geesteranus tpgen

mijn tweede opstel.

Prof. Bruins zegt in het kort dit. ,,De taak van een

beurs, op welk gebied ook, kan slechts zijn het tot

elkander brengen van vraag en aanbod, zonder meér.

Gaat men verder en draagt men aan de organen der
beurs ook de beoordeeling van kwaliteit of prijs der

ter beurze verhandelde goederen of ‘diensten op.
dan begeeft men zich onvermijdelijk buiten het eigeu
lijke terrein ‘der beurs.” Met andere woörden, een
arbeidsbeurs kan feitelijk niet anders zijn dan een

volkomen passieve instelling, die geen andere taak
heeft dan de gelegenheid te scheppen en te vergemak-ke]ijken, dat. vraag en aanbod elkaar -ontmoeten. Een

zoo geheel passieve instelling komt geen beoordeelin

van de kwaliteit van vraag en aanbod toe en heeft

dus niets met het vraagstuk der arbeidsvoorwaarden

te maken. Zoo de zaak gesteld, heeft prof. Bruins

het gelijk volkomen aan zijn zijde. Maar ik roet on-

duidelijk
zijn
geweest, anders zou de gelerde schrijver

begrepen hebben, dat mijn ‘betoog omtrent de nood-

zakelijkheid van het door de arheidsbeurzen in te ne-
men standptint tegenover den arbeidsvoorwaarden-
strijd juist uitgaat van het practische feit, dus niet
van een theorie, een beginsel of een leer, maar van
deheusche werkelijkheid, dat de arbeidsbeurzen wel

,,keuringsdiensten”, ,,comissies van beoordee1ing’

zijn geworden, dat ze wel de kwaliteit van de verhan-
delde ,,waar” moeten beoordeelen, .dat dit tot haar
eigenlijke; natuur] ijke terrein van werkzaamheden be-
hoort en dat zc daarom niet buiten ‘de arheidsvoor-
waardenkennis en -beoordeeling kunnen blijven. Dit

vooropstellende, was mijn betoog. er
op gericht aan te

toonen, welke houding der arbeidsbeurzen als de meest neutrale,. cle meest .onpaftijdige- is aan te
merken..
.Dat de arbeidsbeurzen geworden zijn van volkomep
passieve bureaux, dio automatisch vraag en aanboil
j’egistreeren en naar elkaar verwijzen, tot actieve be-
drijfsinstellingen, die trachten den rechten man op
de
rechte plaats te brengen, is niet het gevolg van
een veor.af opgesteld beginsel, van een principe of.hoe
men het noemen wil, maar een logisch gevolg van ar-
beidsbçmiddelen zelf. Arbeidsbemiddeling op de wijze
als prbf. Bruins ze ziet, bestaat niet. De particuliere
piaceur, de besteedster, de leider van een plaatsings-
bureau van een • patroons- • of arbeidersorganisatie,
zelfs de patroon of de werkman, die iemand ergens aanbeveelt, ieder die beschikbare werknemers naar
open plaatsen verwijst, vestigt zich vooraf een oo.ç-
deel over de mate, warin zijn§ inziens de bewuste
arbeider aan de eischen der open plaats zal voidoèn.
.Dat kan een oppervlakkig oordeel zijn, of een geper-
fc:tionneerde selectie, een heoord.eeling is en blijft
het. Degeen, die voor tussehenschakel tussehen vraag
cii aanbod fungeert, kan daarbij nooit geheel passief
blijven.

Prof. Bruins is, net als de eerste leiders van ar-
beidsbeurzen, te veel afgegaan op ‘den naam der in-
stellingen. Een beurs is een instelling of plaats, waar
vraag en aanbod samen koien. Dat was eigenlijk de
eerste arbcidsheurs, de Bourse du Travail te I?arijs ook. De gezamenlijke vakorganisaties bezaten een
vereenigingsgebouw, waar men samen kwam, waar de

ar’bid’ zijn zaken deed en waar ‘ook de werkgever kon
komen om op een vastgesteld uur arbeiders der be-
geerde soort té vinden.. In navolging van de plaats,
waar de handel zijn zaken deed, noemde men dat ver-

eenigingsgebouw een beurs, maar dan la Bourse du
iravail. Die Bourses du Travail hebben als bemid-
•dehngsinstellingen nooit wat te beteekenen gehad:

de vakvereenigingsoppermacht had er bezit van ge-

nomen, de patroons bleven weg. Later zijn er in

Frankrijk openbare bemiddelingsinstellingen ge-
komen, niet eigendom van en beheerd door de vak-

v’eieenigingen. Dat noemde men echter niet meer

Bourses du Travail, maar Bureaux de Placement. In
Duitschlan’d heettetc het dadelijk .Arbeitsnachweise.

In Engeland heeft men jarenlang gesproken van La-
bour Exchanges, doch de naam is
gewijzigd
in Em-
ployment Exchanges, In Amerika is de term Em

ployment Offiee in gebruik. Alleen in Nederland is

men aan den naam Arbeidsbeurs blijven hangen. Maal’
op het passieve standpunt van een beurs konden de
instellingen niet blijven staan. Men heeft dat i#el

in den beginne gedaan, maar vervreemdde daarmede
de werkgevers van zich. Die waren .niet tevreden met toezendingen van een arbeidskracht zonder meer. Die
vroegen zooveel
mogelijk
den juisten man op de juiste
plaats. De heer Maas Geesteranus in het nummer van
29 Augustus 1923
schrijft
als man van de praktijk,

als, vertegenwoordiger der industrie, dat de taak der
Arbeidsbeurs in den ruimsteu zin des woords is ,,het
tot elkaar brengen van werk- en personeelzoekenden,

die beiden den juisten man op dè juiste plaats ven-.

sehen. Voor do uitvoering van die taak is noodig,
dat de Arheidsbeurs in staat is te beoordeelen, aan

welke geschiktheidseisehen de werkzoekende voldoet

en aan welke eischen voor de vervulling van een

open plaats voldaan moet worden.”
De arbeidsbeurs als instelling van en voor het be-
drijf heeft zich in den loop van haar bestaan hoe
langer zoo meer moeten schikken naar dezen eisch
van het bedrijf, zooals die door den heer Maas Gees-

teranus zoo duidelijk is geformuleerd. Maar daar-

door is de Ar.beidsbeurs wel
degelijk
een keurings-
dienst geworden, en kon ze ook niet blijven buiten de
arbeidsvoorwaardenkwestie.
Het heeft
mij’
daarom verbaasd, dat de heer Maas
Geesteranus eerst beweert, dat de Arbeidsburs den
tiisten man op de goede plaats moet helpen brengen

en dan zegt, dat de Arheidsbeurs buiten een beoor-
deeling der arbeidsvoorwaarden moet blijven. In de
metaalnijverheid, waar de vakbekwaamheid der arbei-
ders geheel tot uitdrukking komt in de individueel
sterk uiteenloopende uurlooneri, zou elke bemiddeling,

ook van niet-openbare beurzep, onmogelijk zijn, in-
dien de beurs geen rekening met die bonen hield. Wij
bedoelen niet om te beoordeeien of die bonen billijk zijn of niet, niet om die bonen te beïnvloeden, ‘maar
oni mede door de kennis der gevraagde, aangeboden.
en. vroeger verdiende bonen de vakbekwaamheid der
aangevraa
g
de of aângeboden werkkrachten te beoor-
deelen. Overigens zijn wij het met den schrijver eens,
‘dat vertrouwen in den arbeid der beurs haar hechtste
grondslag is. Of dat vertrouwen nog in die mate ont-
breekt als de heer Maas Geesteranus doet onderstel-
len, wagen wij op grond van ervaring te betwijfelen.
Wij zouden
schrijver
dienaangaande gerustelijk dur!
ven aanraden, hieromtrent eens een onderzoek -in te.
stellen in het vak, waar hij in bekend is. Doch afge-
ocheiden hiervan, de eiseh van vertrouwen in haar.
werk geldt niet zoozeer de openbare, doch
alle
arbeids-
bemiddeling, ook die van patroons- en vakvereeni-
gingsbureaux. Wat echter daarvan niet kan gelden
en wat wij den’hechtsten pijler der
openbare
bemidde-
ling noemden, is de onpartijdigheid der instelling. De
onpartijdigheid kan echter nooit zoover gaan, dat de
beurs zou te kort schieten in haai’ plicht den juisteil man op de juiste plaats te brengen. En die onpartij-
digheid brengt niet mede keuring of beoordeelig der
arbeidsvoorwaarden, dat heb ik nergens bewerd.

10 October 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

879

Maar ze brengt mede de verplichting, om niet te

ondermijnen wat op het stuk van arbeidsvoorwaar-
t
den in wederzijdsche samenwerking of eenzijdig als algemeene maatstaf is opgebouwd. Als de arb,ei’ds-
beurs met of zonder een formeel voorschrift daarom-
trent zich daarvan niet zou onthouden, zou ze tegen

het
bedrijf
ingaan. De heer Maas Geesteranus kan
zich zulk een standpunt indenken tegenover gebon-denen aan collectieve arbeidscontracten. Principieel
is schrijver het dus niet oneens met ons. Maar hij
vreest toepassing van dit beginsel in andere vakken.

Wij kunnen niet ‘ontkennen, dat daar de toepassing
heel subtiel dient te geschieden. Maar per slot van

rekening blijft het beginsel er even juist om. En men

moet van werkgeverszijde ook eens uitgaan van de
vooronderstelling, dat er ambtelijke organen kunnen
zijn, die een overigens goed en zuiver beginsel vér-

standig weten toe te passen. Vooral indien dat orgaan
in zijn wezen feitelijk een bedrijfsorgaan is, dat toe-
vallig of om een bijkomstige reden van oveiheidswege

beheerd wordt. W. F.
DTIGEa.
* *
*

N a s c h r i f t. Gaarne de mij geboden gelegenheid
tot het schrijven van een kort naschrift op het boven-

staande artikel van den heer Detiger aangrijpende
meen ik er allereerst op -te moeten wijzen, dat het
brengen van den juisten man op de goede plaats, mijns

inziens een zaak is, gaande buiten het vraagstuk der arbeidsvoorwaarden om. Bij het brengen van werk-krachten op plaatsen, die zij kunnen vervullen, gaat
liet om de geschiktheid, om de kwaliteit van de
werkkracht, die gevraagd of aangeboden wordt. Dit
is, wat door de arbeidsbeurs beoordeeld moet worden.
De arbeidsvoorwaarden daarentegen zijn zaak van
patroons en werkman, eventueel van beider organisa-
ties. De arbeidsbeurs als zoodanig staat daarbuiten.
Weliswaar zegt de heer D. in ‘t bovenstaande artikel:
ik moet cle uurloonen beoordeelen, om mij een oordeel
over kwaliteit en bekwaamheid te kunnen vormen.
liet zou dus meer een kennisnemen zijn, dan een be-
oordeeling der arbeidsvoorwaarden. Afgezien van het
feit, dat de uurloonen wegens de belangrijke verschil-
len met de uurinkomens en wegens het voorkomen
van groote verschillen bij verschillende patroons nu
niet steeds een even betrouwbare basis zullen vormen,
blijkt toch, dat de heer D. wel degelijk een beoordee-
1 ing wenscht. Dè beurs immers gaat reageeren op dat-
gene, waarvan zij heeft kennis genomen. Zij gaat haar
bemiddeling al of niet weigeren naar gelang de aan-
geboden arbeidsvoorwaarden haar daar aanleiding toe
geven. Van een
houding
tegenover den loonstrjd en
bij arbeidsconflietn kon anders geen sprake zijn.
Het was vooral op deze, mijns inziens niet onpartij-
dige afwijking van den normalen gang van zaken, dat
ik meende te moeten wijzen.

Ook al geschiedt de toepassing van deze beoordee-
ing nog zoo subtiel, het blijft de toepassing van een beginsel, dat de arbeidsbeurs zich zelf
vrijwillig
tot
plicht heeft gesteld. Het is niet het voldoen aan een
haar gedaan verzoek, noch het volgen van een, door
de betrokkenen aan de beurs voorgeschreven, gedrags-
lijn – neen het i; een voldoen aan een zich zelf ge-
stelde taak, waartoe betrokkenen
niet
‘den wensch te
kennen gaven. is hetdan te veel, om te veronderstel-
len, dat partijen zullen zeggen op de ongevraagde in-
Invrcging der beurs niet gesteld te zijn?

• Ir.
W.
MAAS GEuSTERANUS.

MUNTBILJETTEN EN GIRODJENST.

Dr. J. van ‘Hoorn te Weltevreden schrijft ons:

In de nummers 385 en 386 van dit’ weekblad, die
mij uit den aard, der zaak eerst kort geleden in han-den kwamen, behandelt prof. Bruins op diepgaande
wijze de verhouding van den Postcheque- en Giro-
dienst tot de andere organen van het betalings- en
het bankverkeer. Op het ongezonde van ‘de concurren-

tie, die eerstgenoemde den anderen instellingen allengs
aandoet, wordt de volle nadruk gelegd. Er is echter
éônquaestie, die de
schrijver
meer terloops aanroert,
doch die mij niettemin het nader bekijken ruim-
schoots waard dunkt.
Het is waar schr. er
in een noot aan herinnert hoe
in 1903 de Regeering afzag van het uitgeven der
maximaal
f
15 millioen (ongedekte) munthiljetten
met ter compensatie de faciliteit om
bij
De Neder-
lendsche
,

Bank tot hetzelfde bedrag renteloos debet
te mogen staan, onder bepaling evenwel, dat deze

bevoegdheid en daarnevens het aandeel van het Rijk
in de winsten der Bank zouden vervallen o.a. wanneer
de Staat zonder goQdkeuring van de Bank opnieuw

overging tot het’uitgeven van muutpapier. Schr. geeft
allereerst te kennen, dat de bedoeling van deze voor-

waarde niet meer tot haar recht komt, sinds het Rijk
zijn algemeene giro-instelling geopend heeft en deze een aanmerkelijk deel van het betalingsverkeer heeft
overgenomen.

Voorts echter ontkent hij principieel verschil tus-
schen ‘deze beide
wijzen,
waarop het
Rijk
zich in het
betalingsverkeer kan mengen, en acht het onderscheid

tussehen uitgifte van (ongedekt) muntpapier van
Staatswege en het instellen van een Rijksgirodienst
van louter technischen aard. Dit is de belangrijke uit-
spraak, waarop ik boven doelde.

Ongetwijfeld is de redeneering van den schrijver
deze: het publiek stort zijn kasgeld
bij
het Rijk; het
publiek houdt er de beschikking over, want liet kan
per girobiljet betalingen verrichten; het Rijk echter
houdt de gestorte gelden niet in den vorm van banic-
biljetten onder ziëh, maar gebruikt ze krachtens de
verleende bevoegdheid tot dekking vau zijn behoefte

aan vlottende middelen, geheel hetzelfde als het door
uitgifte van muntpapier zou kunnen doen; langs
anderen weg zal het Rijk dua minder groote bedragen
aan vlottende schuld hebben te plaatsen en zoo zal dus
vermoedelijk in de eerste plaats het rechtstreeks bij
De Neder]andsche Bank geplaatste schatkistpapier
vermindering ondergaan, hetgeen voor de Bank winst-
derving beteekeht.

Zoodoende zou het eenige verschil zijn, dat in (le,
plaats van het bankbiljet ‘trad het giroformulier en
i plaats van het muntbiljet het bankbiljet.

Het komt mij voor, dat er tegen dezen gedachten-
g’ang; althans tegen de hoofdtrekken ervan, niets is
in te brengen. En toch zal’ menigeen zich hij intuïtie
.rerzetten tegen een
gelijkstelling
van deze beide ge-
vallen, nI. lo. dat de Staat v.oôr zich betaalkracht
schept en uit niets tastbare betalingsmiddelen creëert,
ciie onafgebroken
bij
het publiek in omloop blijven,
ef 2o. dat de Staat zich tot centrum van het girover-
keer maakt en langs dien weg tegen rentevergoeding van het publiek gelden leent, die te allen
tijde
en tot
iéder bedrag voor.aflossing vatbaar zijn. Men is ge-n’eigd het eerste als in wezen ongezond te beschou-
sen, hetgeen men trouwens kan staven met tal van
voorbeelden, hoewel niet aan ons land ontleend, en
hht tweede integendeel te houden voor een gewènsch-
te verdere ontwikkeling van het betalingsverkeer. Ook
dringt zich op, dat het maximum van een muntpa-
pieromloop slechts op een
wettelijke
bepaling berust
en dus op ieder oogenblik voor verhooging vatbaar is,
trwijl de vlotten’de schuld, die de Staat via een
Rijksgirodienst opneemt, een natuurlijk maximum
heeft. Dit zou wel degelijk een zeer groot principieel
vérsehil beteelcenen,
terwijl
toch tegen de redeneering
van zooeven, die dit verschil ontkende, niets inge-
bracht kon worden
Hoe deze paradox op te heffen? Men zou kunnen
ontkennen, dat er ‘in het geval van den girodienst een
natuurlijk maximum voor de vlottende schuld bestaat.
Immers, gestorte gelden lcomen weer onder het pu-
bliek,. het publiek stort ze weer
bij
den girodienst en
dit kan eindeloos zoo doorgaan. Maar ‘daargelaten, dat
dit alleen voor een zeker percentage der storting zou
geschieden (er worden immers ook groote bedragen

880

ECONOMISCH-STATISTISCHE BËRICHTEN

‘1.0
October ‘1
23

aan kasgeld bij de banken gestort) en jederen volgenden

keer voor een percentage van dt percentage, waar-,

door wel degelijk een grens bereikt werd, zou nen
dan bewezen hebben, .dat volstrekt niet alleen Rijks-
giroverkeer, maar giroverkeer ihet algemeen tot

steeds doorgaande en niet te stuiten inflatie zou moe-ten voeren, hetgeen wel niemand zal willen bewerem

Maar hier ben ik tevens gekomen. tot een verkla-

ring, hoe naast elkaar bestaau kunneii de onaanvecht’-

bare gedachtengang van.prof. Bruins, die voor beidei-‘
lei soort Rijksbetalingsverkeer tot een gelijk gevolg

voert, en de intuïtievè verzekerdheid, dat dit overi

gens niet het geval is. Want de gevolgen, die de

schrijver als afkomstig van den postcheque- en giro-
dienst beschouwt, zijn naar het mij voorkomt gevolgen

van
ieder
giroverkeer. . . .
– Het is hier niet de plaats om in alle bijzonderheden

na te gaan, welke veranderingen de algemeene toepas

sing van een giroverkeer op de geldmarkt en op de

uitzettingen der’ dircülatiebank veroorzaakt; dit toch

zou het onderwerp kunnen zijn van een afzonderlijke

en uitgebreide studie. Zooveel is echter zeker, dat een

gironet met medewerking der groote banken en hun
provinciale agentschappen en correspondentschappen,

onverschillig of de centrale bank er al of niet aa

medewerkt, tot resultaat zou hebben, dat er middelen,
vroeger als kasgeld benoodigd, beschikbaar zouden
komen, die alleen voor belegging op korten termijn
gebruikt zouden mogen worden, voor zoover ze al-

thans niet vereischt wareii tot aflossing van een debet-
saldo bij de circulatiebank. Dit zou dus werken in de
richting van een laag particulier disconto, lage prd-

longatierente ter beurze en laag rendement voor
schatkistpapier. O.a. zal dus het Rijk gemakkejijk (en

goedkoop) schatkistpapier kunnen plaatsen, hetgeen

dus op hetzelfde neerkomt als wat thans
bij
den post-

dienst mogelijk is.
Zooals de toestand nu is helpt het Rijk in de eerste
plaats zichzelf en hiênin schuilt natuurlijk een ge-

vaar.- Evenwel moet men niet uit het oog verliezen,
dat we weliswaar gewend geraakt zijn aan een dooL-
loopend hooge vlottende Staatsschuld, maar dat dit

daarom toch niet het karakter is van vlottende schuld.
Op den duur moet deze dan ook weer zijn permanente

kern verliezen en slechts dienen om het ongelijkmu-
tige vloeien der ‘Rijksmiddelen te effênen. Geschiedt

dit niet, dan ligt de fout niet bij den girodienst.
‘De

gevolgen zouden dezelfde zijn, wanneer •de vlottende

schuld lngs anderen weg gecreëerd en gehandhaafd
werd. Dat overigens -de monetaire en daai’mee ver-
wante verhoudingen in ons land een oldoenden wit-
wikkelingsgrond bereikt hebben om een gevaar als ht

gesignaleerde niet te zeer te behoeven te duchten, b-
wijst wel de tegenwoordige omloop der zilv.erbans. in
Nederland en der muntbiljetten in Indië.
• Bestood er een ander gironet en kon het Rijk dus
niet in de eerste plaats zichzelf helpen, dan zou ht
Rijk, voor het geval de beleggingen in schatkistpapir
niet voldoende waren, bij -de circulatiebank terecht
moete’n komen. Maar omgekeerd zou deze ontlast

worden van, handelsvoorschotten en ,disconto’s, die de’
particuliere banken dan tot grooter bedragen uitslui-
tend met eigen middelen konden financieren. Dit be-
teekent dns een verschuiving tusschen de verschilleu-
de rubrieken der uitzettingen van de circulatiebank,
maar in tijd van crisis – en die tijd is de eenig,
waarop men zijn maatregelen moet instellen – zullen
de totalen van iedere rubriek, waarvoor beroep op de

centrale credietinstelling wordt gedaan, gelijk zijn,
onverschillig hoe het giroverkeer is ingericht, al zijn

de kanalen waarlangs het papler komt in de ondpr-
scheidene gevallen verschillend. Iedereen wil dan nu
eenmaal tastbaar geld zien, zooals in 1914 zelfs bij
de inl’eggers van de Postspaarbank in Nederland ge-

bleken is.
Wat de centrale bank betreft, ongetwijfeld brengt
sterke ontwikkeling van giroverkeer vermindeiing der
uitzettingen mee, maar ook dit geldt van
elk
girover-

keei’. De contante middelen van het publiek gkau via

de banken of rechtstreeks naar de circu-latiebank.
Doordat de banken weinig kasmiddelen noodig heb-

ben, -zullen zij slechts in tijde van onrust di’sponeeren
en voor zoover het publiek rechtstreeks bij de circu-

latiebank -voorschotten heeft opgenomen,

zal het deze
kunnen aflossen met gelden, die het wegens de ver

ruimde markt voor geld op ‘korten termijn goedkoo-
per bij de gewone, banken kan opnemen.
‘Derhalve zijn’ de gevolgen van de ontwikkeling van
het giroverkeer dezelfde, onafhankelijk waar di-t zijn
centrum heeft. ”

Meen ik ‘dus in het bovenstaande ‘te hebben’ aange-

toond, ‘dat giroverkeer en muntpapier-circulatie twee
principieel geheel verschillende zaken zijn, toch ligt

er tevens in opgesloten, dat de practische ionclusie ten opzichte van de circulatiebank dezelfde is. Im-

mers waar zoowel in -Nederland als in -Nederlandsch-

indië de circulatiebank steeds alle moeite gedaan

heeft om- het• giroverkeer te bevorderen, daar zouden
deze intellingen, wanneer het giroverkeer langza-

merhan-d merkbaren invloed op de uitzettingen, dus
op de winsten
blijkt
te
krijgen,
er zeker aanspraak op
kunnen maken, dat het
Rijk
het bedongen voorrecht
van het renteloos voorschot prijs geeft. Eenig gevaar,

dat men dan ook de rem tegen het uitgeven van
muntpapier zou verliezen, ‘behoeft men niet te duch-
ten, daar in het vervallen van het aandeel van de Schatkist in de winsten dei Banken een nog veel

grootere rem overblijft.

D. J.
V.
HooaN.
Weltevreden.

BUJTENLANDSCHE MEDEWERKING.

DE
VIE1DE
WINTER VAN WERKLOOSHEID. –

Dr. T. E. G-re’gory te Londen schrijft ons d.d. 6 Oc-

tober 1923:

Nu de pers hedenochtend het bericht brengt, dat op Vrijdag 12 October de arbeidersbeweging van plan is
een vertegenwoordigend college bijeen te roepen, teii
inde het onvoldoende karakter, van de reeer’ings
werkloosheidspolitiek te bespreken, wordt opnieuw

duidelijk, dat
wij
ons gesteld ziën voor een winter;

clie buitengewoon moeilijk zal worden. Hoë is de’toe-
stand? Indien men ‘de huidige situatie in handel, en

-industrie beschouwt biedt ‘deze al buitengewoon wei-
ilig om den optimisten troost te verschaffen. In het
algemeen kan men zeggen, dat •de vej-betering, die de
eerste maanden van het jaar schenen aan te toonen,
weder is verdwenen en dat, ofschoon het mogelijk is
te betoogen, dat de toestanden in absoluten zin waar-
schijnlijk niet erger zullen
zijn
dan in -den’ winter van
1922/’23, niettegenstaande een uitstel -van terugkeer
tot normale toestanden beteekent, ‘dat er veel geleden
zal worden en de ellende steeds grooter vormen za]
aannemen, een feit, ‘dat men slechts zeer ongaarne

aanvaardt. –
Bij die arbeiders, ‘die bij normaal verloop’ vao’zaken
in 1920, 1921 of 1922′ hun intrede in het bedrijf zou-
den hebben gedaan, valt een progressieve ‘daling van
arbeidscapaciteit en moreel waar te nemen en het
is één der meest ernstige kanten- van den huidigen

toestand’ in het
bedrijfsleven,
.dat de geoefenden het
land verlaten.en niet de ongeoefenden. Het resultaat
is, dat de gemiddelde kwaliteit van de industrieele
bevolking voortdurend minder wordt. Onderstaande
tabel zal den lezer in staat stellen ,zich een’ denkbeetcl
Handelsbeweging, werkloosheid ên productie in
1923.

Trade Union Kolen-

Staal
Invoer enUitvôer

index

productie productie

• in millioenen

van werk- in milli- – ‘in dujz,
ponden

loosheid oenen ton

‘ton
Januari
99.7

66.9

, 13,7
0
/0

21.2

558
Februari
83.9 •

57.5

13,1
0/0

– 22.2

707
Maart , ‘
90.0

60.9

12,3 o/

22.7

751
April

86.4

62.9

11,3
0/

– 22.6 .

749
Mei

89.5

71.6

11,3
0
/0

22.5 .

753
Juni

89.3 –

62.9

11,1
0
10

22.3

719
J
U
li*

76.8

59.5

11,1
0
10

20.1

‘572
Augustus
88.7

60.1

11,4 o/

20.8

534


* Staking van de havenarbeiders.

10: October 1923

ECONOMISCH-STATISîISCHE BERICHTEN

te vormen over het geenerlei verbetering vertoonende

beloop der laatste maanden.
Er is geen reden om over de verontwaardiging van
de arbeidersbeweging verrast te zijn. Afgezien nog

van menschelijke overwegingen is voortduring van de
enorme werkloosheid noodlottig voor haar stabili-

teit. Of al dan niet de ontevreden en communisti-
sche elementen onder de werkloozen gesteund wor-

den door de Sowjetregeering, ten einde moeilijk-
lieden in het leven te roepen, in ieder geval is het
duidelijk, dat ieder mislukken van pogingen om

het vraagstuk langs vreedzamen weg op te lossen de heethoofden onder de werkloozen aanmoedigt

tot demonstraties vanden een of anderen aard, waar-
van de aanval op den Board of. Guardians te Poplar
in de afgeloopen week het eerste voorbeeld van dit

jaar is. De arbeidersbeweging moet daarom wel in
haar eigen belang aandringen op een wel omschreven
politiek. Zij, die haar geregeld gadeslaan, hebben
in de laatste maanden op een aanzienlijk verval van

krachten gewezen. De zeer aanzienlijke franje van
leden, die in geen enkel opzicht door idealen he-zield is, doch die zich slechts vastklampt

aan de

beweging wegens de daarvan verwachte voordee-
leo, heeft de gelederen verlaten en het resultaat is

een aanzienlijke daling in het ledental op hetzelfde
oogenblik, dat de financiën der vakvereenigingen den
grootsten druk te doorstaan hebben wegens het uit-
blijven van verbetering in den economischen toestand.
Nog een teeken, hoe moeilijk de vakvereenigingen
den huidigen toestand achten, is te vinden in de hef-
tigheid, waarmede tusschen hen getwist wordt en wel
in het bijzonder over het aannemen van nieuwe leden.
Practisch de geheele tijd van het jongste vakvereeni-
gingscongres werd in beslag genomen door geschillen
over dit punt.
Donderdag jl. verscheen in de pers een samenvat-
ting van de correspondentie tusschen Olynes en Sir M. Barlow met betrekking tot de politiek, welke de
regeering van plan is te voeren in zake de werkloos-
heidsbestrijding. Gedurende de laatste drie maanden,
feitelijk sinds de Parlementszitting werd opgeheven, is er voortdurend eritiek geoefend zdowel van arbei-
dorszjjde als door de machtige groep parlementsleden,
die men thans kent onder den naam van industrieele
groep. Zoowel de arbeiders- als de industrieele groep

gelooft, dat de tijd thans gekomen is, waarop een poli-
tiek, de werkloosheid te bestrijden, nadat zij is opge-..
treden-, onvoldoende is en daarom hebben beide groe-
pen aangedrongen op een regeeringspolitiek, die haar
zou remmen door viaag naar arbeid door de gewone
kanalen van het bedrijfsleven in het leven te
roepen.

Tegen deze politiek ierzette en verzet zich de re-
geering. Zij stelt in plaats daarvan voor, een ige uit-
breiding te geven aan het stelsel, dt in de vooraf-
gaande winters de openbare meening haar gedwoiigen
heeft te aanvaarden. In de Ministry of Labour Ga-
zette van’ September ji. treft men een artikel aan, dat
de regeeringspolitick in den achter ons ligenden tijd
bespreekt en de plannen voor den -komenden winter
schetst. i)eze laatste kunnen als volgt worden ge-
resumeer-d.

In de eerste plaats verdere uitbreiding van (le bij-
zondere werkl oosheidsverzekering.
in de tee plaats verlenging van de Trade Facili-
ties Act van 1922 en het Export Credit Seheme.
Krachtens de eerste werd in totaal E 29 millioen toegestaan in dan vorm van garanties en krachtens
het tweede een bedrag van 11V4 millioen erediet ver-
leend, waardoor dus nog beschikbaar blijven voor
exportcredieten £ 15 millioen en voor verdere garan-
tie krachtens de Trade Facilities Act £ 21 millioen.
In de derde plaats komt de werkversehaffing door
het Transport Ministerie. Tot dusverre heeft de re-
geering bijstand verleend bij het aanleggen van nieu-
we wegen, die in totaal £ 27 millioen kostten. Gedu-
rende het loopende begrootingsjaar zal hiervoor £ 7

millioen veiweikt worden, waaraan de regeering na-

tuurlijk bijdraagt.
Wat – in de vierde plaats – de
plaatselijke
over-
heden betreft, die worden geholpen bij de uitvoering
van nieuwe werken, stelt de regeering eenvoudig voor
voort te gaan met het verleenen van hulp op de wijze
zooals dit het vorig jaar geschie-dde door het verlee-
nen van subsidies tot een bedrag van 50 pOt. van den
intrest op leeningen voor dit doel opgenomen. Ver-

der stelt de regeering voor een even groot subsidie te
verleenen aan particuliere maatschappijen, die wer-

ken van openbaar nut ter hand nemen.
In de vijfde plaats komen landQntginning en der-

gelijke. Wat de regeering hiervoor in totaal heeft uit-gegeven staat nog niet geheel vast, doch de bevorde-

ring van bebossching enz., zooals ook in voorafgaande
winters plaats vond, zal worden voortgezet. Ten slotte
zullen dan diverse departementen hun kapitaalsuitga-
ven versnellen: en op deze wijze meer handen werk
geven.

Het artikel zegt, dat het totale bovengeschetste

programma, naar gehoopt wordt, gedurende den ko-

menden winter werk zal verschaffen aan ten minste
200.000 man en aan minstens nog 100.000 langs in-

directen weg. Indien wij aannemen, dat eind Decem-
ber a.s. het totaal aantal werkloozen tot 1
1/
millioen
zal zijn gestegen, hetgeen geenszins onwaarschijnlijk
i; dan blijkt, dat slechts een betrekkelijk klein ge-
deelte van het totaal geholpen zal zijn. De grief van
de arbeiderspartij is, dat de regeeringsmethode . het
initiatief practisch geheel aan de plaatselijke overhe-
den laat. Deze zijn al even afkeerig de plaatselijke be-
lastingen te verhoogen als de regeering er afkeerig

van is zulks met de rijksbelastingen te doen en het
valt dan ook moeilijk in te zien, wat de regeering op
•deze klacht zal antwoorden. Een feit is, dat tot voor
betrekkelijk korten tijd aan alle kanten een vage hoop
gekoesterd werd, dat de toestand in het bedrijfsleven
zou verbeteren en dat bij een verminderd aantal werk-
loozen de gewone maatregelen ruim voldoende zouden
zijn.

– De arbeiderspartij is des te meer geneigd het vraag-
stuk der regeeringspolitiek op te werpen, aangezien
zij hierdoor in staat wordt

gesteld op zeer veilige wij-
ze – de buitenlandsche politiek aan te vallen. Los van
de politieke moeilijkheden, die zijn ontstaan als ge-
völg van de recente bespreking van Baldwin met
Poinearé, moet

men zich te binnen roepen, dat er ge-
dürende de laatste paar maanden een duidelijke nei-
ging lieeft bestaan als oorzaken van den huidigen
toestand in het Britsche bedrijfsleven die, welke ver-
band houden met de reparatie-politiek van de regee-
ruig, door andere te vervangen. Erkend moet worden
dat er op het huidig oogenblik verschillende argu-
menten zijn, waarvan de regeering gebruik kan ma-kcii en die het voordeel hebben, dat zij haar in staat
stellen de geheele kwestie van den invloed der 1-epara-
tie-politiek op het Britsche bedrijfsleven te omzeilen.
Het eerste is de opvatting van Keynes en zijn ge-heele anti-deflatie school, dat wat er hapert uitslni-

tnd de domme, .tot dusverregevoerde geldpolitiek is.
Overigens is er de opvatting van hen, die meenen, dat
de Britsche handel aanzienlijk bevorderd kan wor-
den door het invoeren van imperial preference op uit-
gbbreide schaal. Dit ligt natuurlijk geheel in de lijn
van de opvatting van personen als Mr. Cheeseman
vn de National Union of Manufacturers, (he de
atiti-Duitsche handelspolitiek van zekere Britsche ko-
loniën beschouwen als van direct voordeel voor de
Engelsche fabrikanten. Tusschen de geldpolitiek
ecnerzijds en de hoop op uitbreiding van den handel
titssehen de deden van het Rijk aan den anderen
kant, kan een verdeeld kabinet vrij gemakkelijk door-sturen en een politiek voeren, waarbij het directe ver-
band tusschen den Europeeschen toestand en het be-
loop van den Britschen handel over het hoofd wordt
gekien.
– –
Men behoeft nog niet aan te nemen, dat de Eerste

CD.
1Juli

1Jan.

1 Juli

1 Jan.

1Juli

1Jan.

1 Juli

Voor nadere bijzonderheden omtrent de loonstatis-
tiek van dn Metaalbond zij verwezen naar het artikel
van Ir. B. Bölger in het nummer van 30 Mei jl.
Slechts
zij
hier nog vermeld, dat het totaal aantal
werklieden (meerder- en minderjarigen)
bij
116
leden,

die opgaven verstrekten, op 1 Juli
j.l. 25638
bedroeg
tegen
26445
op 1 Januari
ji.
Voor Amsterdam en
Rotterdam bedroegen deze cijfers resp.
6605
tegen
7146
en
4400
tegen
4620.

9NDESCHOCLCEN
Q

GECHOOtDEN
75

GEOCEENOEM
70

Kim
____ ____

882

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

tO October 1923

Minister en Lord Ourzon. den deprirneerenden
in-
vloed van cle recente gebeuktenissen in Europa
op
de
psyche van den zakenman niet bespeuren. De werke-

lijke moeilijkheid is, dat zij zich gesteld zien tegen-

over een verdeeld kabinet en zeker tegenover een ver-
deelde conservatieve partij. Een directe aanval op de politiek van
Frankrijk
zou waarschijnlijk een scheu-
ring in de conservatieve meerderheid in het Lager-
huis beteekenen. Hieraan moeten wij de zwijgzaam-

heid van den Britschen premier toeschrijven. Voor-

zoover de Britsche Regeering er een oordeel
op
na

houdt omtrent de economische uitwerking van de
Fransche politiek. is dit onveranderd gebleven, doch

zoolang politieke invloeden blijven wat zij zijn, schijnt
het den leiders van de conservatieve partij, dat een

doorzettende politiek onmogelijk is. Het is mogelijk,
dat in dit opzicht de openbare rnening reeds verder

gevorderd
is
en dat de
partijleiders
meer bevreesd
zijn dan noodig is, want het is wel zeker, dat de werke-
loosheid van de regeering gedurende de laatste we-

ken de positie van het ministerie zeer verzwakt heeft
bij die
talrijke
gematigde liberalen en arbeidersafge-vaardigden’, die geneigd waren geschillen over bi,n-
nenlandsche kwesties te laten rusten, ten einde de po-

sitie van het kabinet in buitenlandsche te verser-

ken; dat wil dus zeggen, dtt Baidwin meer verloren
heeft dooi het niet voeren van een directe, recht door
zee gaande reparatiepolitiek, dan hij
zou
hebben ver-
loren, indien hij
zijn
koers duidelijk had aangegeven.

Wat echter ook de waarheid mag zijn, zeker is, dat
thans niets gedaan kan worden voor de winter
vooi’
de deur staat en gegeven de onmiddellijke vooruit-
zichten moeten wij ons voorbereiden, op den vierden

winter, waarin veel ontevredenheid zal heerschen.

T. E. Gruscoav.

AANTEEKENINGEN.

Gemiddeld uurinkomen van m,eerderjarige

meiaalbewellcers ie Amsterdam en te

R o t t er dam. –
Aan Mededeelingen. No. 16 van het

Norm alisatje-Bureau voor Arbeidsaaken in de Metaal-

nijverheid
(N.
A. M.) is het volgend overzicht van
het gemiddeld uurinkomen van meerderjarige metaal-

bewerkers te Amsterdam en te Rotterdam ontleend.
4J4S1ERDAM ______________

CENTS

NOTTERrMM

.__ ……….

De havenkwestie te Maastricht. –
Hierover is dezer dagen door de Kamer van Koop-handel voor Maastricht en Omstreken een adres tot
den Minister van Waterstaat gericht. Alvorens tot
het eigenlijke onderwerp te komen wijst de Kamer

. nog eens op het groote . bêlang, dat het geheele land
heeft
bij
de spoedige uitvoering van het gelieele wa-
terwegeiiplan in Zuid-Limburg. . . . .

,,Wanneer het – schrijft zij o.m. – immers als vast-
staande kan worden aangenomen, dat het kolentransport
te w’ater de tegenwoordige vrachtkosten der Limburgsche
kolen naar het Noorden en Midden des lands, met onge-
veer
7′
2,— per ton zal kunnen dalen, terwijl de kolenpro-
(liletie onzer mijnen meërclere millioenen tonnen hedraa;t,
hoeft de beteekenis van den grootscheepvaartweg door
Limburg oor ons geheele land niet verder aangetoond te
worden, (mal hij een bezuiniging op het kolenvei’bruik
beteekent van millioenen guldens, veel meer dan de rente
vaii het kapitaal, dat in deze werken gestoken moet wor-
den.
Oiize Limburgsche industrie heeft zich in dan
1001)
der
tijden tot bevredigende hoogte ontwikkeld, doch wordt in
hare meerdere ontwikkeling gestuit, doordat zij ioor af-.
aan- en doorvoer van producten niet de beschikking heeft
over een goedkoope waterverbinding met het Noorden des
lands ‘en met haar achterland.”

En verder:

Tijdens de oorlogsjaren is ten duidelijkste gebleken,
van hoe groot belang het-was, dat ons Zuiden zijne voort-brengselen ten bate van ons geheele land opleverde. Door
de groote behoefte werden in die tijden de gebrekki.e
verkeersmiddelen minder gevoeld; al wat Limburg toen
voortbracht, werd in het Noorden vlot verbruikt. Tijdens
dien opbloei werd zelfs wettelijk vastgelegd, dat bene re-
serve van meer dan 30 millioen gulden door de Staats-
mijnen gevormd ZOU worden ter bekostiging van het
groote werk. Waar de wet op liet Mijnfonds echter in
Januari van dit jaar is ingetrokken, vloeit hieruit voort
de noodzakelijkheid, dat een gelijk bedrag tot hetzcli,le
doel van iandswege spoedig worde beschikbaar gesteld,
ten einde industrieel en handels-Limburg uit zijn isole.
meet te redden.”

De Kamêr
is
ten aanzien van de spoedige uitvoe-
ring van’ het groote plan echter zeer sceptisch gestemd
en dringt daarom subsidiair aan op onmiddellijke uit-
‘voering van dat deel van het werk, dat in de voor-
naamste -en meest urete behoeften kan voorzien.
Zij schi’ijft:
Het zal Uwe Excellentie bekend zijn, dat de lfaas-
tric-htsche grootindustrie, Industrie en Handel voor water-
verladiug aangewezen is op eene zeer gebrekkige haven,
clie 25 jaar geleden reeds uit dën tijd was, terwijl het Ne-
derl andsche Mïjnwezen vQor overlad lig vair zijn omvang.
rijk kolentransport in Zuidwaartsche richting zelfs niet
eens de beschikking over cciie haven heeft, doch zich tot
dit doel bedienen moet van primitieve nvertippiug zijner
steenkolen in CCII gedeelte der ZIlid-Willenisvaart, gelegen
tussclien de Sanctersluis
eii
Smeermaes. Dit heeft daareii-
boven ten gevolge, dat de vaart over (lezen reeds siflds
jaren verouderden waterweg ten zeerste bplemmcrd wordt.
Hetgeen Limbdrgs Industrie, Handel en Welvaart voor
liet oogenblik dringend noodig heeft is eeue Maasbavcn, zoomede eene gekanaliseerde Maas vanaf Borghnren tpt
ten Zuiden van Maastricht, in verbinding met de
Zuld-
Willeinsvaart, doch beter nog tot aan de Belgische grens
bij. Eysden.

Aan den recliteroever van de Maas aan den kant van
Wijek liggen beduiclende industrieën; om. de aardewerk-
fabriek Sphiux aan de Bek, de Porselein- cii Muurtegel-
fabriek Mosa, de glasfabriek Stella, de fabrieken der
Maastric-htsche Zinkwit Maatschappij,- de vloertegelf
ii-
briek Alfred Beout & Co., de So-iiété Craxnique, zo-
mede verschillende kleinere industrieën, alle te zamen
werk verschaffende aan duizenden arbeiders. Deze alie
zijn genoodzaakt ter verladirlg per water hare voort-
brengselen per as te vervoeren naar de primitieve kanaal. haven op den linker Maasoever te Maastricht. Bovendien
zijn de voornaamste industrieën alhier ten gevolge der
gebrekkige waterverbinding erop aangewezen, haar be.
langrijk transport . aan buitenlandscie grondstoffen te
leiden per spoor over Antwerpen, inplaats van per water
over Amsterdam of Rotterdam.
Volgens het inzicht onzer Kamer is de plaats voor
eene Maashaven te Maastricht, gelegen op den rechter
Maasoever, ten Noorden der spoorbrug, in de richting
Borghareti. Daar toch loopen. de groote kunst- en spoor-
wegen naar het Noorden, daar zal eene gemakkelijke
spoorwegaansluiting te verkrijgen zijn
1
zoowel met het
station Maastricht, als met het Limburgsche kolenbekken.
Daar ook liggen de bij uitstek geschikte terreinen voor
het vestigen van nieuwe industrieën.

10 October 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

883

De beteekenis van het verkeersvraagstuk, dat hier
om oplossing vraagt, blijkt uit enkele cijfers, welke
het verslag der Kamer over 1922 bevat. Het scheep-
vaartverkeer door de hierboven genoemde Sandersluis
toch bedroeg in de jaren 1910-4921:

in
tonnen
Opvaart
Afvaart
1910
……………1.822.483
1.550.382
1911
.
……………L798.908
1.945.171
.1912
…………..2.061.508
1.919.392
1913

.
……………
2.449.135 2.170.309
1914
…………..

1.352.918 1.083.520
1915
…………..1.998.925
1.666.839
1916
……………1.502.470
1.317.694
1917
…………..1.077.627
965.564
1918
…………..932.817
776.065
1919
…………..

1.630.547 1.675.061 1920
……………1.714575
1.660.093
1921
…………..1.802.747
1.700.852
1922
…………..2.285.447
2.380.443

Wat de overlading van spoor in schip betreft, in
de jaren 1921 en 1922 (tot ongeveer half November)

werden overgeladen:

1921

1922 14.037
wagons (per kolentip)

14.577
wagons
1.807

,,

(met de hand)

10.512

11

22.854
wagons (totaal)

25.089
wagons

Rekent men
e
en wagon op gemiddeld 15 ton, dan
bedraagt de overlading, aangenomen dat cle cijfers

constant blijven, over het geheele jaar 1922 ongeveer
425.000 ton, hetgeen beteekent, dat 1060 schepen van
400 ton in dit jaar geladen en gelost . zijn, hetgeen
neerkomt op 3 á 4 derglijle schepen per dag.

BOEKAANKONDIGING.

Trade Terms.
Digest No. 43 van de
International Ohamber of Commerce.
Parijs, 1923.

Ik meen de aandacht van de lezers der Economisch-
Statistische Berichten te mogen vragen veor de bo-
vengenoemde, zeer belangrijke publicatie. Zij betreft do beteekenis van de veelgebezigde maar weinig be-
grepen handelstermen als f.o.b., f.a.s., f.o.r., c.i.f.,
c. & f., etc. in 13 verschillende .landen, waaronder Ne-
derland, Engeland, de Vereenigde Staten, Japan en
Frankrijk. Het is een boek, dat men niet in de kast
zet, doch op de schrijftafel laat liggen, omdat men het
ieder oogenblik noodig kan hebben.
Er bestond, en bestaat, over de juiste beteekenis
en strekking van deze handelstermen veel onzeker-

heid. De kooplieden zelf nemen ze veelal gedachteloos
van elkander over, zonder zich veel te bekommeren
over hun inhoud bn zijn meestal tevreden wanneer
hun de financiele gevolgen tamelijk duidelijk zijn
geworden. De juristen voelen zich hier op glibberig
terrein; in de wet en in de boeken is er weinig over
te vinden. Ten gevolge van de opvatting van den
iloogea Raad, dat.de cassatie-rechter zich niet kan be-
moeien met de uitlegging van contraets-clausules, be-
staat er geen eenheid van rechtspraak. Nu en dan zijn
er pogingen gewaagd om bf een gezaghebbende ver-
klaring van oen of meer termen te leveren, ôf een ge-meenschappelijke grondgedachte te vinden in de ver-
schillende opvattingen. Er zijn verdiensteljke studies
van den heer II. R. du Mosch en van Prof. Ribbius,
resp. in Rechtsgeleerd magazijn 1919 en 1921; een
boekje van Mr. van Houten over de c.i.f. clausule
(1919) mag niet onvermeld blijven; in de Arbitrale
Rechtspraak, No. 6, komt een belangrijke arbitrage
over dezelfde clausule voor, en in de laatste aflevering
van het R. M. raakt Mr. A. J. Verstegen, in een ver-
handeling over ondeugdelijke levering bij soortkoop,
vele met de clausules verband houdende quaesties aan.
Een volledig, door erkende deskundigen opgesteld en
gemakkelijk te raadplegén overzicht ontbrak evenwel
nog.
Toen de Internationale Kamer van Koophandel op-
gericht was, werd reeds dadeljk het samenstellen

van zulk een overzicht, dat ,,International Dictionary of Shipping and Quotation Terms” zou heeten, op de
agenda gezet. In den loop van de jaren is het plan
eenigszins gewijzigd en besnoeid, hetgeen tot bespoe-

diging van resultaten heeft geleid. Het nu versche-
nen werk geeft in het eerste gedeelte een verklaring

van de verschillende termen, geformuleerd door na-tionale commissies bestaande uit erkende deskundi-

gen uit handels- en rechtsgeleerde kringen, en in het
tweede gedeelte een
vergelijkend
overzicht. Voor Ne-
derland is de arbeid verricht door de heeren Prof.

Molengraaff, Mr. Th. A. Fruin, Mr. H. Oraandijk,

Dr. A. G. Kröller, H. R. du Mosch en Ph. von
Hemert.

In het Nederlandsch gedeelte staan nu de beteeke-
nissen van de verschillende clausules scherp en kantig

aangegeven. Het moet voor iederen ingewijde duide-
lijk zijn, dat dit niet zonder discussie en wrjviiig is
tot stand gekorjien. Doch de uitspraak is er nu en
hare autoriteit rust op het gezag van mannen van
erkende bekwaamheid, geleerdheid en practische erva-

ring. Men mag verwachten, dat haar invloed zeer vér
zal gaan. Juist te gevolge van het ontbreken eener
gezaghebbende jurisprudentie van den Hoogen Raad
zal dit werk herhaaldelijk in de pleitzaal worden ge-
citeerd en zal het niet nalaten ook de rechtspraak te
influenceeren. Wie op dit boek vertrouwt, zal dit ver-
trouwen zeer waarschijnlijk niet zien beschaamd.
Wanneer de werkzaamheid van de Internationale
Kamer van Koophandel, die reeds zooveel heeft om-
vat, zich beperkt had tot de uitgave van dit werk,
dan reeds zou zij aanspraak hebben op de grootste
erkentelijkheid van den handel en van de reehtsgé-
leerden. Ik hoop, dat zij het begonnen werk zal voort-
zetten en dat in den loop der tijden de Internationale
Dictionnaire zal gereedkomen. In dat geval zal de
Kamer er voor moeten zorgen, dat landen als Duitsch-
land en Rusland niet langer in het overzicht ont-
breken. Mr. G.
vAN SLOOTEN
Az.

ONTVANGEN:

Der Wiederaufbau der ,S’taatswirtschaf t Oesterreichs
von Regierungsrat Prof. Dr. Karl Rausch. Band
1 der Oesterreich Bücherei. Wien, 1923. 47 blz.
In kort bestek geeft de schrijver een overzicht van de
lotgevallen der Oostenrijksche volks- en staatsbuishouding
sinds den oorlog, daarbij uitgaande van de economische
structuur van de republiek. Voor wie zich, zonder te zeer
in details te willen treden, van een en ander een beeld
wil vormen een handig i’lugschrift.

Çatalogus van Boeken en Tijdschriften betrekking
hebbend op Rubber, Gutta-Percha, Balata; enz.,
aanveig in de Centrale. Boekerij van het Kolo-
niaal Instituut te Amsterdam. Uitgave van het
Instituut. Amsterdam 1923. Druk de Bussy.

Eenige gegevens over Zoolrubber-Crêpe
door Ir. J.
G. Fol. Aangeboden door de Propaganda-Afdee-
ling der Internationale Vereeniging voor de
Rubber- Cultuur in N ederlandsch-In did, Noord-
einde 39, den Haag. 1)ruk de Bussy.

Beplante uit gestrektheden en produkties in het Groot:.
landbouwbedrijf in Nederlandsch-Indië in 192.
Mededeelingen No. 10 van het Statistisch Kan-
toor van liet Departement van Landbouw, Nij-verheid en Handel. Batavia, 1923. Drukkerijen
Ruygrok:

De Maatschappelijke beteelcenis van het bindend ver-
klaren van collectieve Arbeidsovereenkomsten
door Dr. Ir. J. Goudriaan Jr.. Roermond, Druk-
kerij H. van der Marck en Zonen.

De ontwikkeling der denkbeelden op sociaal gebied

(1898-193)
door Dr. A. 0. Josephus Jitta.
Overdruk uit het tijdschrift ,,De Opbouw”.
Utrecht, A. W. Bruna & Zoon’s Uitgevers-Mij.

884

ECONOMISCH-STATISTISCHE ERICHTEN

10
October
.1923

Mededeelingen No. 16,
gemiddeld uurloon en gemid-.

deld uurinkornen der meerder- en minderjarigen,’
Juli
1923.
(Met
20
losse grafieken: Nos.
161-

180).
Normalisatie-bureau voor arbeidszaken in

de metaalnijverheid, p. a. Werkspoor. Amstei’-
dam, September
1923.

MAANDCIJFERS.

PRODUOTIE DER STEENKOLENMIJNEN.

(Gegevens verstrekt door deo Hoofdingenieur der mijnen.)
J Aug.
1 Sept.
1 Sept.
1923
1923
1922

Aant. arbeiders bovengronds.
7.818
7.791

23

ondergronds.
20.698 20.873
28,516 28.664 26.546

Juli
Aug.
Aug.
1923 1923
1922
Netto productie in tonnen

Tota1

……………

.van 1000 KG. over de
452,863
487.149
418.669
25,206
27.497 25.448
maand’

……………..
waarvan kolenslik ………
Aantal normale werkdagen
gedurende de maand
26
.

26 27

EMISSIES IN SEPTEMBER
1923.

Industrieele ondernemingen ……
f

460.000,-
zijnde:

Bierbrouwer.ij en Azijnmakerij ,,De
– Gekroonde Valk”,
vlb.
Van. Vollen-
°” hoven & Co.
f
200.000,- 6
0
/0
cum.
pref. viustd. aand. 9. 100
0
/0.

f
200.000,- aand.
9.
130
0
/0.

Totaal….

f
460.000,-

Totaal der emissies in Januari ….
f
86.663,725,-

Februari

..

,,,
5.757.500,-

Maart

. . . .
4.765.840,-

April

..
. .

,,
6.979.250,-
Mei

……,,
8.503.000,-
Juni

.
…..,,
93.667.500,-
Juli …….

,,
8.607.875,-

Augustus.
.

,,
935.000,-

September..,,
460.000,-

Algemeen Totaal.
.
f

216.339.690,-

Bovendien:

f
46.340.000,- 3m. Schatkistpromessen
9.
f

991,93
12.730.000,- 6/m.

,,
5.928.000,- 4
ol
o

Schatkistbiljetten
,, ,,

983,39
,, ,,

1002,50

RESUMÉ
UIT
HET MONTHLY BULLETIN OF STATISTIOS (VOLKENBOND).

Maandelijksgemiddeld
12)
1922
1

1923

1913
1

1921
1

1922
.Dec.
Jan.

Febr.

1
Maart
1
April

1

Mei

1
Juni

Productievan
5,617
3,200
.5,005
5,150
5,366
5,652
5,605
.
5,402

5,199
‘5695
steenkool
9,946
8,863
7,964 11,747 12,195 11,318
11,513 10,960

10,845 11,592
(1000 tons)
Frankrijk
2)
786
774
831
896
.

919
620
7
689
731

782

1)
Duitschland
3)
2,607
2,530
2,285
37915
389′

, –

Productievan
869
222
415
542 577
552
644
663

726
704
ruw ijzer
2,601
.
1,401
2,276
3,136 3,218
3,042 3,580
3,604

3,930
.
3,727
(1000 tos)

Eogeland …………

…3,887

434
207
280
73
427 134 513
160
486
165
306
.

151
316
170
350

393
172

166
445
172

Schepen

op

Engeland 8. ……….
Ver.

Staten …… ….

1,957
2,640
1,469
1,469
1,492 1,338
stapel eind
Frankrijk
4)
………..

België ……………

148
216,
106
106
Kwartaals-
100
Kwartaals.
78
der maand
229

353
189
189
opgave
210
opgave
171
(1000 tons)
6

Frankrijk …………
Italië
6)
…125
394
212
211
185
142

Impos’t(voor Engeland 1000
£
•54,931
81,548
75,012
86,433 89,902
74032
80,937 73,989
14

77,706 78,353
binneni.

Ver. Staten ……….

Engeland …………

Ver. Stat. 1000

$
147,932
213,072
253,817
288,390
329,903 303,413 398,178
364,230

373,253 320507
16

verbruik)

Ver. Staten ……….

Frankrijk1000li’rs.
10

701,778.
1838,992
1991,717
2923,296 2144,294 2343,014 2486,736
2560,198 2596,881
558,336
Italië

1000

Lire
303,802 1438,885 1,310,5638

1
915,936
8

1,059,750
8

1,571,841
8

1,495,748
8

1,400,552e
1586,615

E
x
p
ol
:t (bin- Engeland 1000
£
43,771
58,617
60,041
58,833 69,938 57,510
60,921 62,871
14

71,555
62,884
nenlandsche
Ver. Stat. 1000
$
204,024
364,911
313,766
339,352 330,777 302,106 333,332
318,357

309,669
320054
16

producten)
Frankrijk1000Frs.”
573,351
1647,709
1720,166
2778,947
1695,898
2328,858
2474,378
2507,895 2675,045
2479,391
Italië

1000

Lire
209,303 689,584
774,760
8

1,009.965
8

788,8418
750,427 8
886,6908
732,491
8

781,977

Scheepsbew.:
Engeland

(geladen) .4,089
3,094
3,611
3,719
3,900
3,099 3,682
4,07414

4,333 4,975
l3innenkom.
Ver. Staten
schepen
(gel. en

ballast)..
4,440 5,190
5,43
5,128
4,821
3,878
4,674 4,676

5,999

(1000 tons)
Frankrijk

(geladen)
2,876
2,275
2,955 3.162
2,886
2,571
3,488
3,476

3,728

Endex-cijfers:
Engeland
Groothand..
(Board

of Trade)
100
197.2
158.8

1
155.7
1571
153.3
160.3 162.0

159.8


159.4
prijzen
Ves’. Staten (Bureau
of Labour Statist.)
100
147
149 156
156
157
159
159

156
153
Frankrijk (0ff. cijfer)
100
345.0′


326.6
361.9 380.9
421.8 424.0 414.7

400.5
408.4
Italië (Prof.

Bachi)
100
577.5 562,3
4
)1
579.6
575.3
582.1
586.9
588.4

580.1
568.3

Wisselkoer-
NewYork op Londen
100
79.10 90,96 94.50
95.68
96.23
96.51 95.68

95.07
94.86
sen: (j aarl. of
New York op Parijs.
100
38.65 42.47
37.29 35.13
31.76
32.67 34.53

34.45
32.85
naand.gem.)
9

NewYorkopRome..
100
22.26
24,61.
25.92
25.44
24.91
25.14
25.73

25.14
23.83

1).
Wekelijksche productie, berekend op grond der maandelijksclie productie.
2)
Inclusief bri.iinkool (68.000 ton in October 1922). Vanaf 1919
mci.
Elzas-Lotharingem Vanaf 1920 inclusief Eizas-
Lotharingen en het Saargebied.

M.

2)
Vanaf 1919 zonder Elzas-Lotharingen. Vanaf .1920 zonder Eizas.Lotharinn, het Saargebied en de Pfalz. Vanaf
Juli 1922 zonder Poolsch Opper.Silezië.


4)
Vanaf 1919 inclusief Eizas.Lotharingen.
5)
K’wartaa!scijfers volgens Lloyd’s Register of Shipping.
Vanaf 1919 inclusief Triëst.
7) Vermindering tengevolge van de .mijnwerkersstaking.” 8) Nieuwe schatting op grond der gedeclareerde waarden.
Waarde der genoteerde geldsoorten in percentn deipariteit. Jaarlijksch of maandelijksch gemiddelde.
Sedert Januari 1921 geschiedt de waardeering ‘van den invoer volgens de opgaven van importeurs. Daarvoor w’.is
zij gebuse&i’d op of ficieele waardecijfers,.
Vanaf Juli”1922 ‘waardëert’ men den uitvoer volgens-de officieele waardecijfers van 1921.
Uitgezonderd voor de steenkoolproductie (zie noot 1)..
14) Vanaf 1 April 1923 met inbegrip van den handel van Groot-Brittannië en Noord-Ierland met den Ierscbeii Vrij.
staat en uitgezonderd den buitënlandschen handel

van den lerschen vrijstaat.

18)
Voorloopig cijfer.
11) Uitgezonderd
de,Ruhrproductie.
Het, overeenkomstig cijfer voor December 1922 is 2.158.000 ton.

1<0’òctóbèr 1923

RiC1PfÉN

885

HANDELSBEWEGING OVERDE MAAND AJGUSTUS 1923

(volgens de groepen der naamlijst van goederen, opeste1d door het

CQntraál Bureau voor de Statistiek.)

Invoer

IL
Uitvoer

Saldo invoer
Saldo Uitvoer
Groepen
Gewicht
Waarde
Gewicht
Waarde
Gewicht
Waarde
Gewicht
Waarde

K.G.
Gulden
K.G.
Gulden K.G..
Gulden
K.G.
Gulden
1 Dieren en dierlijke
11.925.780
6.855.080
44.942.191
25.427.594

-.
33.016.411 18.572.514
II Plantaard.

voort-
198.577.907
30.328.917
105.966.378
20.110.712 92.611.529
10218.205


ITIa Mineralen;metalen
en niet in andere

groepen

opgeno-
men fabrik. daarv,

1.064.426.723
30M33.107
40699L897′
10J51.613
1

657.434.826
19.88L494


Ilib Gouden en zilveren
munt en muntmat
1.315
593.057 52.759
2.750.055


51.444
2J56.998
IV Meel en meelfabri-
19.097.284
3.124.606
22.340.502
3.030.390

94.216
3.243.218

V Chemische produc- ten,

geneesmidde-


len, ‘verfwaren en
.

kleurstoffen
25.590.596
4.155.110
7.316.884 3.197.880 18.273.712
957.230


VI Olie, hars, was, pek,

teer en distillatie-
productenvan teer;
fabrikatenvandeze
50.272.973
(L420.941
30.256.7942
8.841.461
2


20.01
1
6.179


2.420.520

producten ………

VII Houten fabrikaten

brengselen———

van hout en derge-
lijke stoffen; meu-

214.444.836
14.953.865
3.730.642
584.166
210.714.194
14.369.699

katen ………….

VIII Iluiden, vellen, le-
der, lederwerk en

schoenwerk
2616L895
4.467721
2.200212
3.526.161
415.983
941.560


IX Garen,

touw en
touwwerk,weefsels
en stoffen, kleede- ren en modewaren
6.988.563
19.773.088 4.517.989 11.604.212
2.470.574
8.168.876
– –
X Aardewek, porse-
lein,

pottenbak-
kerswerk,

gebak-

stoffen, n.a.g…….

ken steen en andere
56.666.121
1.560.260 20.075.151 864.478
6590970
695.782

belen v.a.s………

3.597.213 922.367
2.340.725
74If
1.256.488
187.836


7.054.409
2.295.452
16.858.166
2728.840


9.803.757
433.388

kunststeen………

XIII Voedings-

en

ge-
notmiddelen,

niet
genoemd in de groe-
pen 1,11,1V en VI
28.292.535
10.748.878
27.037.067
10.772.985
1.255.468

24.107
XIV Rijtuigen, voertui-

XI Glas …………..
XII Papier …………

gen, vaartuigen en
5418.011
luchtvaar.tuigen

3.544.781
261.680
.

689.185
5.156.331
2.855.596
– –
XV Andere

goederen
dan gebracht on der

de groepen

1 tot
en met XIV
13J92.756
11.790.893 7.697.775
5.668.874 5.494.980
6.122.019
– –

.

Totaal ……..
1.708.163.916
151.568.123
702.587.512
110.683.137

1
.
005
.57
6
.4041
4.8849

Handelsbew. zond. goud.

en zilv. munten munt-
mat.(opgen.ingr.IIIb)
1.708.162.601 150.975.066
702.534.753
107.933.082
1.005.627.848
43.041
2
98

OVERZICHT
van de
waarde van
den In-
en Uitvoer
voor elke
maand van
het loopende
jaar
en de drie

daaraan voorafgaande
jaren, met
uitzondering van gouden
en zilveren
munt
en muntmateriaal,
in guldens.

M

aanden
Invoer
Uitoer

1920
1921
1922 1923
1920
11921,.
1922
1923

1)
2)
1) 2)
1)

2)
1)

2)
Januari

……
256.207.615 214.136.278
152.495.668
l73.0i5.849′
135.932.785
1,15.835.310
86.106.447
91.487.819
Februari
……
170.369.270
152353.594
16210.535
113.309.645 120.956.498
84.204.248 94.601.855
Maart ………..
187.916.138
213.830.220
180.328.763
105440.620
68.210.466 107.204.662
112.879.875
106.977.347
April
…… …



233.591.043
203.592.812 298.514.162
195.772:b1l
168.114.951 167.451.702
1.94.080.257
169.63’9M64′
1,60.129.7011
99.448.337
170.393.137
108819697
93.818.710
92.729.841
108.423.679
97.005.415
104:128.702
Juni

………
345.402373
188.559.719 150.899.735
159.533.444 179.478.445 120.815.908 100.680.880
97.860.255

Mei

…………

Juli

……….
314.861.366

..

170.674.007
163.863.700
157.464.022
177.114.162
105.420.129
104.572.575
95.693.919
Augustus …..
267956d22

..

186.040.179
178.807.927
150.9T.066
130.018.883
142.544.083
99.442.892
107.933.082
Tot. Jan—Aug
2J08.041.631

..

1.508.097.226
1340.281.346
1.298.417.01
P.073905.860
915.414.997 789.040.437
795.688.394
September
317.368.670 197.271.439 164.616.506

165965.569 135.749765
11612J1

337.338.332
179M43J71
186643.442

148.140.438
114.694.641
112.003008

October
………
November …….
270.811.334
302.154d25
175.806.364 180.000.903
172.295.111
163.762.355

156.557.011
156.922.833
106.623.879
197.115.3,8
104.350.396
100.225.239


December
——

Totaal
. – . .
3.335.714.092
2.240.219.103
2.027.5970

11.701.491.711
1.369.598.600
1.221.23111

1)
Hieronder zijn
niet begrepen
de
bunkerkolen
voor Ned.
schepen.
2)
Hieronder
is niet begrepen
de
bunkerolie’voor
Ned
schepen.

886

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

10 October 1923

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.

N.B. *** beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.

GELDKOERSEN.

BANKDISCONTO’S.

Ned 1Vrsch.

Disc. Wissels. 4
18Juli ’22
Zwits. Nat. Bk. ‘
16Juli ’23
Bk Bel.Binn.Eff. 4
18Juli ’22
N.Bk.v.Denem. 6
1Mei ’23
inR.C. 5
28Juli ’22
ZweedscheRbk
4 1Juli ’22
Javasche Bank… 3
1Aug.’09 Bankv.Noorw.
6
1Mei ’23
Bankvan Engeland 4
5Juli ’23
Bk. v. Tsjecho.
Duitsche Rijksbk. 90 l5Spt.
’23
slowakijë…
428Mei ’23
Bank v. Frankrijk 5
llMrt. ’22
N. ]3k. v. O’rijk 9
22ept.
1
22
Belgische Nat. Bnk.
522 Jan. ’23
Hong. Bank… 18
5Juli ’23
Fed. Res. Bank N.Y.
421Feb. ’23
Bank v. Italië.
511Juli ’22
Bank van Spanje.. 5
23Mrt.’23
Z.-Afr.Res.bnk 6

OPEN MARKT.

Amsterdam
Dak,

“.art.

Prolon-
disconto

Patie

ond
1

(3
mnd.)

1

Berlijn
1
Part.
1
disconto

Parijs
Part. disc.

N.
York
CqIl.
money

6 Oct.

’23
3t1
3%
3
,
18

1-6 0.

1
23
311_%
3% –
311%


4% _6%,
24-29 S. ’23
3i1_31

39-
3-%


5_%
17-22 ,, ’23
31I8-%

3-%
3l1.%

39_5%

2-7 0.

’22
51-71
3
2s_1


4-5%
3-80.

’21
4% _
3
/
3%-4h/2
4 %…%

4%_5%

20_24Jh’14
3f1
8
181
16

2%_3%
2%_%
211_%
2%
1
8
/
4
.29

WISSELKOERSEN.

WISSELMARKT.

De koers voor Londen onderging deze week niet veel ver-
andering. De stemming was meestal vrij vast, zoodat het
slot ongeveér 2 per mille lag boven den openingskoers. Nog
aanzienlijk geiinger was de verandering ciie de dollarkoers
onderging. Meestal werd &54y
2
genoteerd. Zooals gewoonlijk fluctueerden cle Francs weder het rheest. Zeer flauw geopend,
daalde de koers voor Parijs tot 14,75 en voor België tot
12,50. Een daarop intre.dend herstel bracht de koersen ou2
der sterke schomipelingen op 15,20 en 12,97% op heden.
Marken met bijna geen handel, steeds dalend. Heden
f
2,50
per milliard. Skandinavië bijna onveranderd, iets vaster voor Kopenhagen en iets flauwer voor Christiania. Ook
Zwitserland zeer stationnair. Madrid onzeker maar teii

slotte zonder verandeting. Buenos-Aires onverttndercl. Java
iets vaster, 96%-97.

9 October 1923.

KOERSEN IN NEDERLAND.

o
ata
Londen Berlijn
4
)
Weenen
•)
Parijs
C)

Brussel
)
New
York”)

1 Oct.

1923
11.57
0.0071
0.0035%
15.5
13.20
2.54%
2

,,

1923
11.55e 0.00675
0.0035%
15.20
12.94
2.54%
3

,,

1923
11.56
0.00565
0.0035%
15.-
12.67k 2.54
71,
4

,,

1923
11.58
0.00475
0.0035%
14.85
12.52
2.549/,
5

,,

1923
11.59
0.00425
0.0035%
15.15 12.77
2.54i
6

,,

1923
11.58
0.00365
0.0035%
15.05
– –
Laagsted.w.’
11.551
0.0030 –
0.0035
14.75
12.50
2.54’I
Hoogste,,,,
1

11.60
0.0130
0.0037
15.60
13.27,
2.54%
29 Sept. 1923
11.571
0.0125
0.0035% 15.60
13.192
254i-r2
22

,,

1923
11.56
0.016
0.0035%

15.20
12.71
2

2.54% P
Muntpariteit
12.10
59.266)

50.41
48.-
48.-
2.48k

) Noteering te Amsterdam.

) Noteering te Rotterdam.
Particuliere opgave.


Noteering van 28 September. ) lddhi van 21 September.
) Gulden per millioen Mark.
5)
Gulden per
100
Mark.

D
0
a
t
Stock-
kalm

)
Kopen.
hagen)
Chris.
tianla)
Zwitser-
land)
Spanje
1)
Balavia
1)
telcgrali3c4

1 Oct..

1923
67.45
45.30 40.40
45.45 34.50
965,_9
2

1923
67.45 45.20 40.10
45.371
34.05
‘9611
8
_97
3

,,

1923
67.45
44.90
40.25
45.40
34.30
9611
5
.
97′
4

1923
67.50
44.95
40.-
45.45 34.40
9611
8
_97
:

5

1923
67.50
45.-
40.-
45.521
34.70
965,
8
M:
6′

1923
67.45 45.20 40.10 45.50
34.25
96_97
L’ste d. w.
1)

6.7.30
44.60
39.90 45.30
34.-
965
fl’ste

,,

1)
67.60
45.60
40.50
45.60 34.90
97
29 Sept. 1923
67.50
45.45
40.50
45.521
34.75
96%_71
22

,,

1923
67.50 45.90 40.80
45.15
1
34.35
963_5
Muntpariteit.
66.67 66.67 66.67
48.- 48.-
100

) Noteering te Amsterdam.
1
3 ParticulIere opgave.

KOERSEN TE NEW YORK.

D
CableLond.
(In
$per)
Zicht Parijs
(in cts.p.frs.)

Zicb
Berlijn
(In ci.
p.
Mrk.)
Zicht Amsterd
(in
ets. p. gld.)

6 Oct.

1923
4.55.12
5.89
0.0000012
39.32
Laagste d. ‘week
4.54.12
5.87
0.0000012
39.30
Hoogste
,,

,,
4.5587
5.98
0.0000030
39.32
29 Sept.

1923
4.54.75
6.14
0.0000047
39.33
22

,,

1923
4.55.37
6.01
0.0000070
39.36
Muntpariteit. .
4.86.67
19.30
23.81%
40if

KOERSEN VAN DE VOLGENDE PLAATSEN OP LONDEN

Plaatsen en

1

Landen
Noteerings. 1
22
eenheden
Sept.
1923
1
29
Sept.
1923
1

116
Oct.
’23
Laagste
1
Hoogste
6
Oct.
1923

Alexandrië..
Piast. p. £
97151
33

97151
33

97151
33

97161 97351
53

*Ba
ngk
o
k…
Sh.p.tical
1110
1110
1110
1110 1110
B. ‘Aires’)

..
d»p.
$

40
40
40
391
Calcutta . . . .
Sh.
p.
rup.
114
0
1
82

1/4%
114
7
1
11451
1141/
Constantin. .
Piast. P. £
775
770 750
785
770
Hongkong ..
Sh. p. $
213
23
1
33

213
9
1
53

213t1
21351
2/3
18
/
32

Lissabon 1) ..
d. per Mii.
2 q
8

2
5
1
2
ij
g

2
3
1
2
5
1
53

Madrid …..
Peset.p.£
33.20
33.20 33.25
33.90
33.751
Mexico …..
d. per $
25
25
24 26 25
Montevideo’)
id.
40 3)
40
39% 40%
3971
Montreal …
$ per £
4.65
j
7
w

4.65%
4.60%
4.64
4.60%
Praag …….Kr.
p. £
151
151%
151
1
4
15434
%
154
R.d.Janeirol)
d. per Mil.
571,
561
33

531
33

57/
5i11
Lires p. £

..

100%
99% 99%
102% 101%
Shanghai …
8h. p. tael
3/.1
311s1,
6

3/0y
4

31111
311i1
Rome ………

Singapore…
id. p. $
214
5
1
33

214
5
1
33

21481

214
7
1
33

21431,
Valparaiso
2
).
peso p. £
35.90 36.70 36.70
37.60
37.60
Yokohama ..
Sh. p. yen
21151
2/1
1
l/,
2/111/
211131,
2/1%
aoersen Oer voorafgaande dagen. t)
1’elegratisch transtert. 2) 90 dg.
0) Noteering van 20 September 1923.

NOTEERING VAN ZILVER.
te Londen N. York

te Londen N.York
6 Oct. 1923.. 31%


63B1,

7 Oct. 1922.. 35k-

69%
29Sept. 1923.. 31151

601

80ct. 1921.. 42o1

7131
8

22. .,

1923.. 32s1

65s1
9
20Juli 1914.. 24t5,

54t1

NEDERLANDSCHE BANK..

Verkorte Balans op 8 Oct. 1923.
Activa. Binnenl.Wis-‘H.-bk.
f
61.713.367,79
se1s,Prom., B.-bk. ,, 34.455.736,17
enz.in disc.t Ag.sch. ,, 62.597.694,13

‘ 158.766.798,09
Papier o. h. Buiteul. in disconto ……..

Idem eigen portef. .
f
49.988.660,-
Af :Verkochtrnaar voor
de bk. nog niet afgel.

49.988.660,-
BeleeningenU.-bk.
f
24.065.593,84
mcl. vrsch.J B..bk. 12.203.017,79
in rek..crt.1
op onderp. Ag.sch.

97.372.206,75

f
133.640.818,38

On Effecten …….
f
129.048.716.62
ÔjGoederenenSpec. ,

4.592.161,76 133.640.818,38
Voorschotten a. h. Rijk.. …………..
12.668.345,71
Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud ……
f

56.240.100,- Muntmat., Goud .. ,, 525.534.701,74

f
581.774.801,74
Munt, Zilver,
enz..

9.090.864,74
Muntmat., Zilver

Lff
-‘ecten
,,

590.865.666,48

Bel.v.h.Res.fonds .
f

5.953.480,24
id.van
ij
v.h. kapit. ,,

3.936.006,62 9.889.486,86
Geb. en Meub. der Bank …………….
,

5.000.000,-
Diverse

rekeningen ………………
,,

122.066.440,33

f
1.082.886.215,93

Passiva.
Kapitaal ……………………….
f

20.000.000,-
Reservefonds …. .. ………………..
,,

.999.469,43
Bijzondere

reserv4 ………………..
,,

9.000.000,-
Bankbiljetten in omloop… ….. . …..
,, 1.005.212.845,-
Bankassignatiën in omlcop …………
,,

1.164.813,16
Rek.-Cour.
j
Het Rijk
f


saldo’s:

Anderen,,

33.523.986,59
33.523.986,59
Diverse rekeningen ………………,,

7.985.101,75


f
1.082.886.215,93

Beschikbaar metaalsaldo ………….
f

382.21450.0,74
Op de basis van zl
.
metaaldekking..
. – ,,
174.234.171,79
Minder bedrag aan bankbiljetten jn om-
ioop dan waartoe de Bank gerechtigd i. ,, 1.91 1.072.500,_

Diverse
reke-

1
kings-
nin gen
1)
1
Pe,cfl

56 56
0**

57

29.820

54

27.784

59

24.131

59

30.065

54

10.845

45

2.228

44
S)
Creditsaldo.

10 October 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

887

NED. BANK 8 October 1923
(vervolg).
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Data
Goud Zilver
.6

k
?”
Andere
opei.,chb
schulden

Besdiikb.
Metaal.
saldo

Dek.
kings-
perc.

8 Oct.

’23
581.775
9.091
1.005.213
34.689
382.215
57
1

,,

’23
581.767
9.605
1.012.454
32.520 381.706
56
24 Sept.
1
23
581.775
1:0.305
966.541
43.550 389.383
59
17

’23
581.789
10.333
965.570
36.365
391.048
59
10

’23
581.789
10.387
903.718
32.813
392.183
60
3

,,

’23
581.791
10.505
966.693
42.423 389.783
59

9 Oct.

’22
581.789
8.581
990.847
27.003
386.104
58
10 Oct.

’21
605.969 9.252
1.030.513 40.692
400.239
57

25 Juli

’14
162.114
8.228
1

310.437 6.198 43.521
1
)
54

1
titervan

Papier

Diverse
Data

1
bedrag
Totaal

Schatkist-
1
Belee-

op het

rekeningen

disconto’s promessen
1
ningen

buitenland

2)
1
rechtstreeks
1

8 Oct. 1923 158.767

19.000 13.641

49.989 122.066
1 ,,

1923 146.772

7.000 163.682 51.737 108.159
24Sept. 1923 163.743

22.000 134.433 51.776 81.922
17 ,,

1923 166.243

22.000 136.789 53.290 66.532
10

1923 166.509

22.000 135.683 52.720 67.153
3 ,,

1923 165.330

22.000 145.921

52.577

64.579

9 Oct. 1922 215.093

62.400 111.905 71.560 37.084
10 Oct. 19211 273.516 118.500 138.238

41.410
1
16.027

25 Juli 19141 67.947

14.300

61.686 20.188

509
1)
Op de basis van
2
1
5
metaaldekking.
2)
Sluitpost activa.

‘s RIJKS SCHATKIST.
Uit de bekeudmakingvanden M i n i s t e r van Fin an-.
c i ë n blijkt, dat uitstonden op:

1
Oct. 1923 –

8 Oct. 1923

Aan schatkistpromessen
f24?.640.000,_
f63.490.000,-
waarv.directbij Ned. Bk ,, 7.000.000,- ,, 19.000.000,-
Aan schatkistbiljetten ,,21 9.815.000,-‘ ,,207.6 18.000,-‘
Aan zilverbons …….
.,, 28.461.036,50 ,, 28.351.103,__
Tegoed v.d.Postch. en Gdst.
hij ‘s Rijks Schatkist. . . ,,106.558.196,53 ,,106.558.196,53
Onder de vlottende schuld is begrepen:
Voorsch. aan de Koloniën
1
3
,153.034.000,-,,153.186.000,-
VoorschotaanGemeenten’

II
Juli
1923

31 Augustus 1923
voor door Rijkvoor hen . ,, 40.452.561,61 ,, 79.670.697,23
te heffen Ink. belasting)
Waarvan f 37.056.000 vervallen op of na 1 April 1927.

NEDERLANDSCH-INDISCHE VLOTTENDE SCHULD.
De Minister v an Koloniën maakt bekend:

9 Sept. 1923

6 Oct. 1923

Voorschot uit ‘s Rijks
kas aan N.-I ……… .fl
2
G.
93
O.
2
O
2,3
l fl
37
.’llS.
39l,76

md. Schatk.prom. in omi.,. 79.100.000,-

79.100.000,-
Voorsch.J’av.Bk.aanN.-I.

1.700.000,-‘

2.000.000,-‘
Muntbiljetten in omloop. ,, 41.500.000,-

41.400:000,-
1)
Tegoed van Ned
-Indië bij
de Javaeche
Bank,

JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens. De samengetrok-.
ken cijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.

Bank

Indere
1
esClizkb,
Data

Goud

Zilver

t biljetten

opeischb.
1
metaal’
1
schulden
1
saldo

6 Oct. 1923

22000

261.500 136.000 143.500
29 Spt. 1923

223.000

259.000 139.000 143.400
22 ,, 1923

222.750

260.000 133.000 146.559

1 Spt. 1923 ‘160.855

61.017′ 258.609 153.892 145.195
25Aug.1923 160.841

60.819 259.051 119.462 146.559
18 ,, 1923 160.867

60.668 262.680 110.973 147.380

7 Oct. 1922 151.68154.980 269.454 115.197 130.404
8 Oct. 19211 172.157

22.294 303.389 122.519 109.749

25 Juli 19141 22.057

31.907

110.172

12.634

4.842′

Da
0
t
Dis’
buiten
Belee’
schötten
conto’s
N.’lnd.
ningen
1

aan het
betaalbaar
Gouv.nem.
6 Oct. 1923
175.270 2.000
3

29 Spt. 1923
178.090
1.700′
22

,,

1923
177.490
.

200′

1 Spt. 1923
38.125
38.123 81.113

25Aug.1923
38.326 39.829
73.052
139
18

,,

1923
38.288 40.377
68.605
3.577

7 Oct. 1922
34.450 28.229
109.865

8 Oct. 1921
38.125
19.890 134.965
36.665

25 Juli1914
7.259
6.395
47.934
6.446
‘) Slultpost
activa.
‘)
Basis
2
15
metaaldekklng.

DE SURINAAMSCHE BANK.
Voornaaite posten in duizenden guldens.

Data Metaal
Circulatie
Andere
ope,schls.
schulden Disconto s Div. reke-
ningen
1)

1 Sept.

1923..
1.195
1

1.791
1.001
1.179
594
25 Aug.

1023..
1.190
1.590
920 1.190 515
18

1923..
1.180 1.619
906
1.186 493
11

,,

1923..
1.180 1.732 800
1.181
427

2 Sept.

1922..
1.277
1.882
739
1.159
469

25 Juli

1914.
.j

645 1.100
1

560
1

735
1

396
1)
Sluitpost der
activa.

BUITENLANDSCHE BANKSTATEN.

BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten, onder bijvoeging der Currency Notes
in duizenden ponden sterling.

Data
Metaal
Circulatie

Currencg, Notes.

Bedrag
1

GoudcL
Gov. Sec.

3 Oct.

1923
127.760
124.783 11283.943
27.00
239.695
2
13
Sept. 1923
127.648
124.002
282.784 27.000 238.595
19

1923
127.649
123.384
283.133
27.000 238.701
12

1923
127.648
124.091
285.312 27.000
240.834

4 Oct.

1922
127.422
123.200
291.143
27.000 249.108

22 Juli

1914
40.164
29.317

– –

Data
Goo. Sec.
Sec.
1

Public
Depos.
Other
Depos.
Reserve
Dek-
kings-

3 Oct. ’23
44.659 71.260 11.504
108.762
22.626
18,81
26Sept.’23
41.780
71.164
13.517
104.563
23.406
19,82
W

19

,,

’23 45.064
71.780
18.086
104.510 24.015
19,58
12

,,

’23
47.040
70.166
15.752
106.509
23.308
19,06

4 Oct. ’22
80.267 73.590
16.696 122.167
22.672
16,33

22Juli ’14
11.005
33.633 13.735
42.185 29.297
523,
, T ViLiVU,UiU uaocueu avaervu til
iJepVaiLo.

DUITSCHE RIJKSBANK.
Voornaamste posten, onder bijvoeging der Darlehens-
kassenscheine, in milliarden Mark.

Data
Metaal
Daarvan
Goud
ib,j Buitl.1
Kassen-
scheine
Circulatte
1
Icirc.bkn1i
.
perc
2)

23 Sept. 23
20,8
0,470
0,011
292.338 8.627.730
3
15

,,

’23
20,8 0,490
0,011
299.147
3.183.681
9
7

’23
20,2 0,490
0,011
107.038
3.183.039
11
31 Aug. ’23
21,4
0,610
0,011
14.176
663.200
2

23 Sept. ’22
1,0
1,005
0,050
27
291
10

23 Juli

’14
1,7
1

1,357

0,065
1,9
93

Wissels
Darlehen7
kassenscheine
Rek Crt.
.
Totaal
Handels-
t Schatkist.
Totaal

tin kas bij de
1

wissels
papier
u
1
Rijks bank

144300542.200.636 12229.418 6.152.754
11
292:200 292.200
4.51 1.462 703.029 3.808.433 1.954.397 299.157 299.147
‘ 1.849.903 278.440 1.571.463 880.639 107.000 107.000
1.151.863 164.644 987.219 591.080 14.180 14.180

332

43

289

72

41

27

0,751N 0,751

– 1 0,944


Onbelast.
Dekking
der circulatie door metaal en
Kassenscheine.

BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in duizenden franes.

1
Waarvan
T.
goed
1

Buit.gew.
Data
Goud
in het
Zilver
In het voorsd.
Buitenland Buitenland
a/d. Staat

4 Oct. ’23
5.538.4471
1.864.345
294.977 578.963
23.900.000
278ept.’23
5.538.337 1.864.345
294.823 577.824 23.700.000
20

,,

’23
5.538.250
1.864.345 294.751
579.600
23.700.000

5 Oct. ’22
5.532.672
1.948.367
287.470
574.232
24.000.000

3 Juli’14
4.104.390

639.620
– –

Wissels
stelde
e ee-
,, ,
an

1

Rek. Cr1.
Parti.
Rek.
Cr1.
al-
Wissels
i
nn gen
jetlen
culteren
1
Staat

3.846.352
17.954
2.125.328
38.529.636
2.147.110
26.184
2.510.634
18.299
2.103.497
37.625.549 1.974.325
17.884

S
r

2.371.513
18.323
2.103.893
37.607.071 1.877.467
18.182

2.832.365
32.260
2.832.465 37.514.493
2.341.345
17.124

1.541.980

769.400
5.11.9101

942.570
400.590

888

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

10 October 1923

BANQUE NATIONALE DE BELGIQUE.

Voornaamste posten in cluizeudén francs.

iVICIaUi DCICCfl.
1
OCiCtfl.
1

Oiflfl•

1

t

Rek.
Dato

mcl.

van

van 1 Wl$sels 1 Circu.
1
bulten!. t buiten!. 1 prom.
d.
1

en

1

latie

1

C,t.

1
saldi
1
poeder.
1
provinc.
1
beleen.
1

portic.

4
Oct.’23 348.’72 84.6531480.00Ö 1340.135 7.177.376
1
173.257.
27 Spt.’23 347.671 84.653,480.000 129 1.850 7.150.206 299.310.
20 ,, ’23 347.136 84.653 480.000 1291:211 7.097.703 218.773

5 Oct.’22336.206
84.653
1
480.000
87.04116.539.502

40.138.

VEREENIGDE STATEN -VAN NOORD-AMERIKA.

FEDERAL RESERVE BANKS.

Voornaamste posten in duizenden dollars.

Goua’voorraad
FR.

Data
____
Zilver
dc.
Notes in
circu-
Totaal
Dekking
In hel
_____________
bedrog

.
F. R Notes
buiten!,
laSte

19 Sept. ’23
3.121.970
1
2.125.733

1

77.832 2.254.764
12

’23
3.110.661
2.127.610

77.004 2.262.525
5

‘2j
3.102.010
2.111.388

76.324 2.257.278

20 Sept. ‘2
3.061.868
2.250.385

128.002 2.218.764

Goud-
Atgem

L)ata
VVIS3C
Tqlgal
Gestort
Dek-
Dek-
Deposilo’s
Kapitaal
kings
kings-,
perc.
1)
2)

19 Sept. 23
945.284
1.887.840
109.644
75,4
77,2,
12

,,

’23
1.020.672
1.936.456
109.082
74,1 75,9
5

,,

’23
a020.672
1.936.456
109.682
74,1
75,9?

20 Sept.
‘221

644.174
1.853.789
106.177
75,2
78,3

1)
Verhouding totalen goudvoorraad tegenover opeischbar
schulden:
F. R.
Notes en netto deposito.
2)
Verhouding totaleh
voorrâad muntmateriaal en wettig betaalmiddel tegenover idem

1ARTiCULIEilE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HEt’

FED. RES. STELSEL.

Voornaamste posten in duizenden dollars.

1
Aantal
1
u;t;;:;Ie
1
Reserve

Totaal

Waarvan1
t

time
Data

1
banken

gelden en
1

bij de

deposilo’s
1
deposii.,
ï
F. R banks

12 Sept.’23

770 11.840.235 1.379.717 15.1 83.823! 4.002.968
5 ,, ’23

769 11.770.550 1.367.827 15.082.025 4.009.23e
29Aug.’23 769 11.707.551 1.365.588 15.007.820 4.005.773

14 Sept.’221 810
11.562.7761
1.228.693 13.178.200 2.916.82

Aan het eind vai ieder kwartaal wordt een overzicht.
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten.

EFFECTENBEURZEN.

Amsterdam, 8 Odober. 1923.’

Nu het einde van het lijdelijk verzet in het Ruhrgebied
eenige weken achter ons ligt, kunneV de resultaten, die van
deze gebeurtenis het gevolg zijn geweest, beter worden over-
zien. En dan kan reeds bij oppervlakkige beschouwing van
den algemeenen economischen toestand cle conclusie worden
getrokken, dat de moeilijkheden zoo mogelijk nog grooter.
en de chaos nog ingewikkelder geworden is dan vdOr dien
tijd het geval reeds is geweest. In alle landen, met uitzon-
clering van de Vereenigcle Staten en Frankrijk, doet zich
thans hetzelfde verschijnsel voor: groote malaise in de
.handel, geringe levendigheid in de industrie, gebrek ansi.
‘ertronwenin verbetering voor de naaste toekomst. Voor
i)uitschland voegen zich hierbij nog de binnenlandsche o-n,
lusten. Het zakenleven heeft zich geheel en al ingesteld op de
berekening in goud-waarde en waar het officieele beta.l.-
middel nog steeds de waarcielooze. mark der Rijksbank is, Leeft de ongecontro]eerde priberekening tot verhoudingen
aanleiding gegeven, die het. steeds moeilijker maken in
Duitschland een normaal economisch verkeer te voorschijji
te roepen. Met uitzondering van voedings- en genotmid.-
delen bewegen alle groothandels-artikelen zich thans aai-merkelijk boven het niveau van de wereldmarkt. Blijkens
een berekening van de Frkf. Ztg. is het indexcijfer voor
den dollar per 4 October. 136.095.200, terwijl dit cijfer voôr
98 artikelen uit tien groothandel tot 182.953.500 is geklom-
men. Het directe gevolg is, dat voor diverse goederen de
afzet bijna niet meer mogelijk is geworden. Interessant Is
het in dit verband in Engelsche handelsberichten te lezen,
dat er bijzonderrgroote vraag uit Duitschiand bestaat nasir
wol,., huiden, suiker, oliën, enz., van tweede en mindete.
kwaliteit. Reeds wordt dus uit het buitenland ingevoerd
wat in het eigenland door
de
hooge prijzen niet meer ver-
krijgbaar it;. het spreekt vanzelf, dat in dit geval, bil

de verminderde industrieele activiteit cii, derhalve, de ge-
ringes,Jcoopkracht, alleen de mindere soorten in aannser-
lcingunnen komen. En inmiddels is het bestuur van hel
land onmachtig tot scherp ingrijpen door de politieke ver-
,Ieeld.heid en de feitelijke macht van sommige kringen, die
uit dmn tegenw1ordigen toestand voordeel weten te trekket.
T6r.beurze vaa B e r 1 ij n is deze situatie op volkomen
natuurlijke wijze tot uitdrukking gekomeis door nieuwe
koersverheffingen. Zoolaug cle waarde van de verhandelde
fondsen nog in papiermarkeii luidt en zoolang’ de circula-
tie van deze merken in één week tijds nog met meel’ dan
5000 bihjoeii kan toenemen (zooals in (le derde w’eelc van
Septemhec het geval was) behoeft het geeti verwondering te
weicken, dat de noteeringesi van cle effecten-soorten met itiillioenen percenten per dag stijgen.

Tegen de ,,eatastrophen-hause” te Berlijn, uitiîig van
een koortsachtigil’loor en door zieken toestand, heeft cle uitermate kalme houding van de beurs te L o n d e n wel
zeet scherp afgestoken. De thans aangevangen Rijks-coif.
ferentie heeft itog eens duidelijk naar voren gebracht, waar-
aan het in Eiigeiancl hapert. De economische besprekingen
zijn weliswaar nog niet ‘ begonnen, doch discussies in de
pers en in vakbladen hebben reeds voor geuoegzame voor-
bereiding gezorgd. En in al deze discussies komt het ver-
langen naar voren een niicldel te vinden, om Groot-]3rittan-
sîië’s handel en industrie een stimulans te geven en het
minder afhankelijk te maken van het herstel van normale
verhoticlingeic in Europa. Men wil thans trachten dit doel te bereiken door een enge samenwerking tussehen meder-
land en dominions, doch te oordeelest naar de Inatte hou-
ding, die de beurs nog dteeds kenmerkt, heeft men in de
kringen der betrokkenen slechts weinig vertrotiwen in het
welslagen der pogingen. Het is dan ook vrij zeker, dat
Groot-Brittannië op geen andere wijze den handel met cle overzeesche geweslen zou kunnen uitbreiden en winstge-
vend maken, dan door zelf over te gaan tot een st&sel van
protectie met zeer sterk geciifferentieercle tarieven en liet
is de vraag, of de hieruit te behalen voordeelen niet meer
dan geneutraliseerd zouden worden door den hanclehsstrijd,
ciie hierdoor met andere landen, ook afnemes

s van Engel.
sche producten, zou ontstaan. Het probleem schijnt voos-
loopig onoplosbaar Groot-Brittannië, vÔdr den oorlog een-
truni van den werchdhandel, is te sterk gekoppeld inn de
rest vast Europa, dan dat het tot hernieuwden bldei zo,;
kunnen komen, terwijl de,overige landen nogonder zware»
economischen druk te lijden’ hebben. Min ziet dit in de
City zeer goed in en zoo is het verloop der beurs dait ook
buitengewoon stil geweest en zonder eenige opmerkeng-
waardigè gebeurtenis. Men wacht lijdelijk dèn loop der din-gen af.
Te P a r ijs was de stemming weliswaar iets levendiger
dan te Londen, doch ook daar is men nu wel tot de ont’
dekking gekomen, dat het einde van het lijdelijk verzet het
begin van nieuwen strijd beteekent. De toestand in het
Ruhrgebiecl kan zich niet plotseling wijzigen, alleen door-
dat de Duitsche Regeering officieel verklaard heeft, zich
niet meer tegen de occupatie te zullen verzetten. En zoo is
cle koers van den Fi-sinc weer iets gedaald en is het aanval,-

kelijk enthousiasme sterk ingekrompen. Ter beurze is dit
ciadelijk verdiseonteerd in iets hooger koersen voor arbi-
trage waarden en dit heeft de fondsenniarkt als geheel over het doode punt geholpen. Toch is de grondstemming niet al te vast gebleken. Een uitzondering hebben Russische waar-den gevormd, waarvoor nog steeds belangstelling is blijven bestaan. De ratificatie van het contract tusschen de Sowjets
en di. Compagnie (le Tdldgra.phie sans Fil, het tot-stii.iid-
komu van een directe scheepvaartverbincling tusschen
Fransche havens en Petrograd, enz., hebben cle aandacht
op Russisc.he staatsfondsen gevestigd, hoewel al -deze feiten
natuurlijk geen esikele aanleiding geven te verwachten, dat
deze papieren ook slechts de geringste innerlijke waarde-
vermeerdering hebben verkregen.
De markt te W all s t r e e t heeft eveneens en Vrij on-
bewogen verloop gehad. Alle berichten uit de kringen van
handel en industrie stemmen wel hierin overeen, dat zij
een zeer optimistiscben toon doen hooren, ook al blijven de
feiten, die dezen todn moeten rechtvaardigen, nog uit. De
hoopvolle verwachtingen, die ten aanzien vân een krachtige
herleving in de staalindustrie voor de maand September
varen gekoesterd, zijn thans op October gericht. Af te
wachten blijft, in hoeverre deze verwachtingen iii vervul-

ling zullen gaan. Het valt inmiddels niet te ontkennen, dat
voor de nijverheid een zekere stabiliteit is ingetreden, die
op zich zelve niet anders dan gunstig kan werken, ook al
blijft een sterke opleving uit. Aan den ahderen kant echter neemt de invloed van het landbouwend deel der bevolking steeds toe en hier zijn de toestanden, niet zoo bijster bvre-
digend. Noch in absoluten, noch in relatieven zin. Zeer vele

10 October 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 armers hebben slechts een zoodanig inkomen, dat dekosteif
van levesonderhoud nauwelijks bestreden kunnen worden.
Een studie, ingesteld door het Ministerie Van Arbeid á den
Staat New York, heeft aan het licht gebracht, dat da prijs
van voedsel i,n den kleinhandel thans op 142 mag worden
gesteld, de algemeene kosten van levensonderhoud op 178
en de gemiddelde bonen van fabrieks-arbeiders op 210,ialles tegenover 100 in 1914. De positie van cle boeren-bevolking,
die haar producten tegen lagen prijs moet verkoopen en
alle benoodigdheden tegen steel hoogeren prijs moet aan-
schaffen, heeft dan ook reeds aanleiding gegeven tot het
verzoek om een extra-zitting van het Congres. Ook indien
hieraan niet zal worden voldaan, valt het te voorzien, dat
maatregelen genomen zullen worden, om de algemeene onte-
vredenheid op het platteland te verminderen. Naast deze
vraagstukken van binnenlandsche politiek bestaat ook in
sommige kringen, vooral in clie van bankn en bankiers, de
ovçrtuiging, dat de Unie ten slotte niet zal kunnen ontko-
men aan inmenging in de Europeesche gebeurtenissen. On
danks het overheerschend optimisme is dan ook in Wall-
street langzamerhand een veel voorzichtiger stemming ont-staan, clie zich uit in kalmen handel en geringe koers-fluc-
tuaties.
T e n o n z c nt is de beu rsweek zeer kalm voorbijgegaan.
De
beleggingsmarkt
was over het, algemeen iets lager, doch
dit was minder het gevolg van aanbod, dan wel van een
kleine vermindering van de vraag. Deze wijzigt zich nog;il
vaak in verband met de buiteulandsche belangstelling van
den laatsten tijd, die scherper op allerlei factoren reageert,
dan de heleggingskringen toit het eigen land.

1 Oct. 5 Oct. 8 Oct.
Rijzing of
daling.
6 0/
Nederland 1922

99o1

.99

99

5

oj,

,,

1918 . . . .

88I01,

88
1
1,

88118 –
434.
O/

,,

1916 …. 8634

8611

86

4

°/o

,,

1916 . . .

8051

7951

79i
8

134
334
o/.

. ,,

73%

733f

73
3

0/

,,

63
81
8

6334

6334

11,
234
0
/0
Cert. N.W. S. …… 53i

53

53
‘1

—34
7

ol
o
Oost-Indië 1921 .

10181
00
1013,( j0118
+
91

6

0
10

,,

1919 . . .

96
0
1i6

96
8
1
16

9681,
6

34
5 o,-

,,.1915

9134

91

—34
5 o/ Rusland 1906 ……. 434

4I1R

+
1I0

4
0
/0
RusI. bij Hope & Co

50.(

4,18-1,18
4
8/
Japan 1899 …….. . 6334


5

el. Brazilië 1895 ……45
1
/,

4734 . 45io11 +
34
8
0
/0
San Paulo 1921.. .

971,

9634

– 1
1
/88
6
o,5
Amsterdam 1920

101

10051
8

– 8/
s
.

7
o
Rotterdam 1920.. . 102

10181
1
10181
8

8
/8

De
aandeeleninarkt
was over het algemeen geheel in han-
den van den beroepshandel. Hieruit is het ook te verklaren,
dat de berichten van suikerverkoopen door de V.J.S.P. uit
oogst 1924 geen invloed van beteekenis op de
.suiker-afdee-
ling
hebben uitgeoefend, hoewel de bedongen prijzen toch
als gunstig werden beschouwd. Voor den beroepshandel bood

1 Oct. 5 Oct. 8 Oct.
Riizing of
daling.
Amsterdamsche Bank …. 11534 115

114_ —134
Incasso Bank …………
8734
– –
Koloniale Bank ……….
154o/
158o1
15834
+
3518
Ned.Handel-Mlj.cert.v.aand.
126
12734
12534
—94
Rotterd. Bankvereeniging..
9034
90
90’10

‘Is
Van Berkel’s Patent ……
38
3734
3734
—34
Gouda Kaarsen

………•
7434
75
75
+
34
lIolI. Draad- en Kabelfabriek
59
60
61
+
2
A. Jurgens’Ver.Fabr.g.aand.
51’1
5134
,,434
+
3118

33

pr. aand.
5934
60
6234
+!
Leerdam Glasiabrieken ….
31


Philips’ (Iloeilampenfabriek
248
24834
25034
+
234
Vereenigde Blikfabrieken..
102

Vereen.Chemische Fabrieken
34


Compania Mercantil Argent.
10
12
1134
+
134
Cultuur-Mij. d. Vorstenland.
16411
169
16934
+
5
Elandelsver. Amsterdam….
447
45134 451

+
4
Handelsverg. Reiss
&
Co….
287
26
2534

3o1
Int. Crediet- en Handeisverg.
Rotterdam

…………
17934
180,
17934
Linde Teves &Stokvis ….
6134
62
62
+
Redjang Lebong Mijnb.-Mij.
9834
10034
10034
+
2
Gecons. Roll. Petroleum-Mij.
12534 12934
12811
+
2’j
Kon. Petroleum-Mij. ……
33834
341
33834
+
34
Phoenix

Oil ……………
8634
8334 8334
—234
Amsterdam-Rubber-Mij ….
148518

147
146

2’/ Kendéng Lemboe

……..
18634
190 186
-.- Oost-Java-Rubber-Mij.

….
21634
22234
21334

234
Deli-Batavia Tabak Mij.

..
29834 28934
293
+
434
Deli-Maatschappij

………
282
285
28534
+
334
Senembah-Maatschappij

..
250
25034
246
—4

deze markt-afdeeling echter geen aantrekking,. omdat de
kapitalen van ce betrokken maatschappijen veelal te groot
zijn, om met succes, zonder stena van orders uit het pu-
bliek, hier te kunnen opereereu. Voor
theeaandeelen is
juist liet omgekeerde liet geval; hier.zijn de kapitalen over
het algemeen kleiner en het aanbod van aandeclen ter
markt dus geringer. Dc vaste theeprijzén hebben den beurs-
handel dan ook aanleiding gegeven zich op de markt voor
theewaarden te concentreeren, waardoor vrij belangrijke
koers-avances behaald konden worden.
Tabak- en rubber-
fondsen
waren daarentegen verwaarloosd, wijl hier geen
factoren van beteekenis invloed konden uitoefenen. Het ver-
loop op cie
petroleuin-afdeeling was
mede uitermate onbe-
langrijk; koersverschillen, noch handel waren hier’ van
eenige beteeke,ii s. Van
industrieele waarden
monteerden
aandeelen Jiorgens in verband met de aflossing van de pre-
ferente aandeelen der Deutsche Jurgenswerke tegenvoor de 1j.
voordeelige voorwaarden.
De
scheepvaartinarkt.
‘.vas verlaten; de vooruitzichten
voor de vrachtenmarkt worden niet gunstig beoordeeld, voor-
a,l na het sluiten van de belangengemeenschap tuaschen de Holland-Amerika Lijn en de Bed Star, Line, welke wijst op
geringe vraag naar vervoer-accomodatie.

1 Oct. 5 Oet 8 Oct.
Rijzig of
daling.
Holland-Amerika-Lijn

8034

80

-7934 – 1
,,gem.eig (1934

6734

68

__ 134
Hollandsche Stoomboot-Mij 1734

1881

+ 7/
Java-China-Japan-Lijn ..

80

t
—.


Kon. Hollandsche Lloyd

8i

83


Kon. Ned. Stoomb.-Mij ….. 53.

55

5234 –
34
Konink.Paketvaart-Mij.

111

10834 1u13

— 2
Maatschappij Zeevaart

5434 –


Nederl. Scheepvaart-Unie

10451
8
10434 104i

—34
Nievelt Goudriaan ……..85

8234 —234
Rotterdamsche Lloyd ……11734 117

11634 _84
Stoomv-Mij. ,,Nederland”

137

13734 13734 +
34
,,Noordzee”

23

2134

._.L


134

De
Asnerikaansehe afdeeling
was eveneens stil, doch vast.

1 Oct. 5 Oct. 8 Oct.
Rijzing of
daling.
Aineric. Smelting & Refinirig 59 ‘

60

59718
±
11,
Anaconda Copper ……..82
0
/86 –

8234 +
‘ho
Studebaker Corp. ……..
99
‘,

10001
0
10034

+ 1’/,
Un. States Steel
Corp…..92’/b

9194

9034 –
151
e
1)
Atchisou Topeka ………. 101


Ene ………………..148/
4

141

1534

+ 1
Southern Pacific ……….9134

9234

91%
+ u/
Union Pacific …………135

13534

135

1)
hit. Merc. Marine orig. gew.

71o1
1

734

7
7
18

‘180
,,

•,,

,, pref. ‘2271

2434

25

+ 28/8

1)
ex div.

De
geldinarkt is
iets ri1iner geworden; prolongatie
3 It 334pCt.

GOEDEREN HANDEL

GRANEN.

9 October 1923.

jWeder ligt een week met vaste graanmarkten achter ons.
en ofschoon de periode van bijna onafgebroken geleidelijke
prijsverhoogidg nu reeds bijna drie weken duurt, toont de
markt nog steeds:geen teekenen van verslapping. Een om-
mekeer pleegt echter gewoonlijk vrij plotseling op te treden
en diiar de marktbeweging voor booôdgraan eigenlijk in
strijd is met de statistische positie Van het artikel, nemen. iu: de meeste invoerlanden de koopers zich voor een ver-
rasslng in acht. Nu echter de vaste stemming reeds zoo lang
duurt en de markt dus veel weerstandsvermogen blijkt te
bezitten, is het vertrouwen wel verbeterd en vermeer-
derde ik verschillende landen de omzet. Dit was deze
week het geval in Nedérlanof,n waar in alle voornaamste
tarwesoorten flinke zaken werden gedaan, vooral in spoe-
dige posities, en vooral ook in Engeland. Canadeesche tarwe
tmk daar weder den meeten kooplust en met een premio
voor spoedige posities was de handel op sommige dagen be-
paald levendig De molenaars deden weder meer inkoopen,
daar de voorraden nog steeds niet groot zijn en van hun
inkoopen bestond een grooter gedeelte dan eenigen tijd het
geval is geweest, uit tarwe op aflading van November tot
Jdnuari. Reeds zoo lang heeft men namelijk premies moeten
betalen voor spoedige tarwe, dat ter vermijcling daarvan
meer op latere verscheping werd gekocht. Behalve Mani-
toba ontmoette ook spoèdige La •Plata.tarwe meer vraag,
hetgeen bij beperkt aanbod een vaste markt ten gevolge had.
Speciaal Liverpool kocht ook weder goedkoopere Noord-
Amenikaansche soorten. In overeenstemming met de mark-
ten in de uitvoerlanden werden al deze zaken. gedaan tot

8

890

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

10 October 1923

Locoprijzen te RotterdamjAmsterclam.

8
October

1 October

9 October
Soorten

.

1923

1923

1922

6Oct.’23

109
7
18
76X
435/
8

11,90 9,30 24,65
29Spt.’23 10501
717
42%
11,50
1
)
,
8,90
1
)
23,751)

6 Oct.’22

10651
8

6071,
38,,
11,901)
,-
20,501)
6Oct.
1
21
108
K
491-
355
/8 13,50
6,85
15,60
6Oct.’20 202
87
3
18
55%
19,90
2
)
8,90
23,15
1
)
20Juli’14

82
567/
s

36X
9,40 5,38
13,70

1)
Per Oct.

2)
Per’ Febr.
,

Tarwe

•’ …………..
1)
12,50
Rogge (No. 2 Western)
1)
9,25
Maïs (La Plate) ……..)
187,-
Gerst (48 ib. malting) …
2)
180,-
Haver (38 ib. White cl.).
.1)
10,-
Lijnkoeken (Noord-Amen-
kavan La Plata-zaad) ‘)
12,15
Lijnzaad (La Plata)
. . .
.8)
456,-
1)
p. 100 KG.

2)
p. 2000 KG.

8)
*)
Nr. 2 Hard/Bed Winter Wheat.

12,50
13,_
9,20
10,25
189,-
220,–
177,-
208,-
10,-
10,90

12,-
14,-
443,-
410,-

per 1960 KG.

Noteeringen.

Chicago

Buenos Agres

Dala

Tarwe

MaYs

Have,

Tarwe

MaYs Lijnzoad
Dec.

Dec.

Dec.

Nov.

Nov.

Nov.

AANVOEREN in bas van 1000 KG.

Rotterdam


Amsterdam
.

Totaal
Artikelen.
30Sept.16 Oct.
Sedert
Overeenk.
30Sept.16 Oct.
Sedc,I
Overeenk.


1923
1
Jan. 1923
tijdvak 1922
1923
1 Jan. 1923
tijdvak 1922
.
1923
1922

15.920
597.110
906.632

31,086 30.124
628.196
036.756
10.174
322.036
228.328

485

322.521
228.328

16.497 9.663
– –
– ‘
16.497
9.663
14.025
471.738
752.555
.

500 55.581
73.790
527.319 826.345
7.556
189.095
110.950 960
11.056
3.597
200.151 114.553

‘arwe ………………
Rogge ……………..

455
57.900
85.974

533
50
.

58.433
86.024

Boekweit

……………….
Maïs

………………

1.350
108.944
150.070

49.856 66.793
158.800
216.863

Gerst ….
…………..
Haver

……………….

1.430
157.849
93.811

1.547
157.849

95.358′

Lijnzaad …………….
Lijnkoek …………….
2.873
81.108
44.201

L

4.509 5.338 85.617 49.539
Tanwemeel………….
Andere nieélsooten ..

1.444
8.166

-__=
2.615
1.444
10.781

stijgende prijzen. Zoowel in Noord. als in Zuid-Amerika
kwamen in den loop der week aanmerkelijke prijsverhoogin.
gen tot stand. Gedeeltelijk waren zij het gevolg van de ons-
standigheid, dat alom door en ten behoeve van de prodt
centen bewegingen worden op touw gezet om tot prijsver
,

hooging te geraken. In sommige landen wordt aangedron.
gen op regeeringshulp, in andere vereenigen de boeren zicl
tot pools en weer elders bestaat een algemeene neiging tot
achterhouden der voorraden, voor zoover dit financieel mo-
gelijk is. Zoo trof men deze week onder cle redenen tot prij-
verhooging te Chicago herhaaldelijk de kans aan, dat d,e
regeening zou tegemoet komen aan de wenschen der hoeiefi,
die aandriagea op financieele hulp of zelfs op tarwe-valô-
nisatie. Wel is de houding van Washington tot nog toe at
wijzend, doch men schijnt toch eenige hulp te verwachten
Ook worden in de Vereenigde Staten herhaaldelijk bereke-
1.iingen en betoogiugen gepubliceerd, die de waarschijnlijk-
heid van prijsverhooging moeten aantoonen, gedéelteljk gê-
baseetd op toenemend binnenlandsch verbruik
3
wat de w’e-
gens groote oogsten geringer Europeesche behoeften zeS
neutraliseeren. lIet Canadeesche tarweaanbocl is niet drin
gend, ofschoon de aanvoeren te Winnipeg, die ten spoedi-
ste naar de kust w’orden doorgezonden, zeer ruim zijn. Op
de Rijksconfereatie te Londen van de Ministers der ver-
schillende deden van liet Britsche Rijk zal cle vraag worden
besproken, of niet in meerdere mate in de tarwebehefte
kan worden vooizien uit de productie van het Rijk zelf,
eventueel met invoerrechten op niet-Britsche tarwe. Beper-
king van liet aanbod vindt plaats in verschillende Europe-
selie landen. Men hoort daarvan vooral in Frbnkrijk, doch
ook iii Oost-Europa, ofschoon de oorzaak van dit verschijn-
sel daar ook ligt in gebrekkige verkeerstoestauden en on-
volcloend kapitaal voörspoedige financiering van den oogst.
lIet is zeer de vraag, of dit alles diïinitief hoogere prijzen
ten gevolge zal hebben, doch voor het oogenblik.werkt h9t
mede tot de vaste houding der markt. Te Chicago bedrog
de prijsverhooging in den loop der week van 1 tot 8 October
voor December-tarve 3, voor Mei 3 dollarcent per 60
lbs., te Winnipeg voor October en December 2% en r

Ys
cent,
aan de Argentijnsehe termijnmarkten te Buenos-Aires en
Rosario 45 centavos per 100 KG. voor November en 5 0. 10
entavos voor den Februari-termij. Slechts uit Argentinië hoort nien niet van maa.tregeleii tot pnijsverhooging. De
vooruitzichten vOor den nieuwen oogst blijven er, evenals In
Australië, uitstekend, zooals ook bijkt uit de geringe prijs-
verhooging voor Februani-tarwe, doch de spoediger ternhij-
nen profiteerden er van het Noord-Amerikaansche voor.
beeld en de betere Europeesche vraag n0.ar spoedige tarw_e.
Behalve in Engeland en Nederland was deze ook bevredi-
gend in België, doch Duitschiand trad nauwelijks als koo-
per op. De laatste dagen is in Duitschland de handel eerder
geneigd zich van vroegere inkoopén te ontdoen, blijkbaar
ook ten gevolge van ruim aanbod van inlandsche tarwe dn
rogge In dit laatste artikel was dan ook de internationale
handel deze week niet omvangrijk. Nederland deed eenie
inkoopen van Noord-Amerika en Argentinië en Chicago was

ook voor
1

ogge vast niet prijsverhdoging van 2%
0.
3 cent
per 56 lbs., doch zaken naar Europa ivaren niet groot. Ook
het Russische aanbod wekt nog steeds slechts weinig ‘be-
ldngstelliiig.
Veischepingeti
vank
tarwe naar Europa ivaren dezé’ week
weder ruim voldoende, ondanks de kleine Argentijnsehe hoe-
veelheid. Van Noord-Amerika werd namelijk zee,

, veel af-
geladen. Bijna 85 pCt. van het totaal bestond uit Noord. Amenikaansehe tarwe, waaivau eea kwart voor het

er

eenigd Koninkrijk en een kwart voor Italië en Griekenland
gezamenlijk. Rusland gaat voort met verschepirgen van
tarwe en geleidelijk iemen cle hoeveelheden toe.
Slaïs was in het begin der week nog eeaigszins gedrukt
door groote Argentijnsche verschepiugen en het v.rij ruime
aanbod van Zuid.-Afrikaansche en Europeesche soorten. De-ze week echter werd door Argentinië veel minder afgeladen. Wel ivaren cle aanvoeren aan de Argentijnsche havens ruim,
zooclat de voorraden daar töen-amen en vermeerdering der
verschepiugen in de volgende weken dus zeer goed mogelijk
is, doch de vraag naar mais verbeterde weder en daar de
voorraden inn Europa klein zijn, werd aatibod van spoedige
maïs gemakkelijk opgenomen. Alle San de markt zijnde
stooinencle ladingen La Plata-maïs werden in Engeland ge-
plaatst, dat ook iii pnircels tot stijgende prijzen een betere
omzet had. I-Ietzelfde geldt voor Afrikaansche soorten, voor-
al ge’.e ronde, die meer en meen naast La l’lata-maïs wordt
gebruikt, ook in Nederland, waar voor deze maïssoort even.
eens goede vraag bestaat. Witte Platte Zuid-Afrikaansch mais, tegenwoordig. nu Noord-Amenikaansche maïs vrij-
wel overal van de markt is verdwenen, de duurste maIs-
soort, was zoowel in Engeland als in Nederland moeilijker
te plaatsen. De muinvoeremi daarvan zijn dan ook in den
laatsten tijd in beide landen wel ivat groot. Aanmerkelijke uitbreiding ondergingen in den loop der w’eek de zaken in Roemiensche mais. Nu de nieuwe oogst zich zoo goed laat
aanzien en de kwaliteit vroegere verschepingen dan ge-
woonlijk zal veroorloven, was het aanbod ruim. Er bestond.
echter goede vraag voor Roenieensche maïs in West-Europa
zoowel als aau de Middellandsche Zee en tot iets stijgedde
prijzen kwamen omvangrijke zaken tot stand naar Frank-
rijk, België en Nederland, terwijl ook Engeland eenige la-
dingen kocht. De zaken betroffen zoowél spoedige afladin-
gen als verscheping in October en November. De veriassing
van het Roemeensche aanbod dreigde aanvankelijk cle vaste
stemming der maïsinarkt te bedenven, doch ook nu weder
liet zich de sterke statistische positie van het artikel ‘ge
voelen, evenals het ontbreken vanNoord-Amerika als maïs’
leverancier. Slechts hield liet sterkere prijsstijging vkn La
Plata-maïs tegen, waarvan in Europa de loop der Argew
tijnsche mrkt slechts gedeeltelijk werd gevolgd. In den
loop der week steeg mais te Rosanio en Buenos-Aires nipt
minder dan 50
0.
60 centavôs per 100 KO., waartoe maIs-
verkoopen van Argentinië naar Noord-Amerika hebben
meegewerkt, terwijl aan de nieeste Europeesche markten de
prijsverhoogingen veel kleiner zijn. In Nederland is da
vooral het geval voor spoedige partijen, die moeilijk te

10 October 1923

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

plaatsen zijn wegens de reeds’ eenigen tijd zeer ruime aan-
voeren en de concurrentie van Roemeensche en Zuid-Afri-kaansche soorten. Ook voor latere La Plata-maïs is de. om-
zet in Nederland kleiner dan in de vorige week nog het
geval was. In Noord-Amerika was ook deze week maïs
weder vast met prijsverhooging te Chicago van 2 cent per
56 Ihs. De laatste berichten over den oogst zijn iets beter,
doch de vorst zal toch volgens verschillende particuliere
ramingen een achteruitgang in de opbrengst ten gevolge
hebben van 2
fi
3 pCt. Volgens die ramingen worden echter toch nog ongeveer 3 milliard bushels verwacht, hetgeen een
bevredigend resultaat mag heeten. Aan zaken naar Europa is echter op het tegenwoordige prijsniveau niet te denken.
De hooge maïsprijzen hadden in Noord.Amerika ook een
vaste markt voor haver ten gevolge, ofschoon de aanvoeren
uit den nieuwen oogst groot zijn. Zaken naar Europa war-
den echter niet gedaan en ook de versehepigen van Noord-Amerikaansehe haver waren uiterst klein. In Engeland was (le havermarkt vast, doch de omzet in buitenlandsche soor-
ten was slechts nu en dan van beteekenis, daar inlandsche
haver ruim werd aangeboden. Hetzelfde geldt voor de
meeste landen op het Continent.
Gerst is in Noord-Amerika zeer vast met hooge prijzen, (lie de zaken naar Europa bemoeilijken. Slechts Engeland kocht geregeld Noord-Amerikaansche gerst, bijna uitslui-
tend uit Canada en deed tevens zakeft in ladingen Perzische
en Roemeensche gerst. Het Russische aanbod was deze week
beperkt, waardoor in Nederland de vraag voor gerst, die na
(le groote Roissische inkoopen van eenigen tijd geleden was
vermipderd, weder toenam en voor Donaugerst tot iets ge-
daalde prijzen meer kooplust bestond. Duitschland was geeii
kooper voor gerst en is eerder als verkooper aan de markt.
Zaken in gerst van Noord-Afrika zijn nog steeds klein,
doch in Tunis nemen na de groote uitvoeren van Augustus
en September de voorraden voder toe, zoodat spoedig weder
verschepingen worden verwacht.

SUIKER.

Gedurende de afgeloopen week waren de verschillende
suikermarkten over het algemeen prjshoudend gestemd.
In A m e r i k a bleven Raffinadeurs aan de markt en be-
taalden voor Cubasuiker d.c. 5,874/6,-.. c.&f. New York,
terwijl Porto-Rico, Peru en Brazilië suiker tot lagere prijzen
opgekocht werden. Spot Centrifugals stegen van dc. 7,78 tot
d.c. 7,85 om op dc. 7,66 te sluiten, terwijl op de termijn-
markt de noteeringen het volgende te zien gaven: December
4,83/5,0814,92; Maart 3,88/4,11/3,93; Mei 3,95/4,19/4,-.
De bietsuikeroogst in de Vereenigde Staten wordt on
752.000 tons geraamd, tegen 603.000 in 1922 en 911.000
tons in 1921. De vooruitzichten voor den Cubaoogst worden volgens de
laatste berichten minder gunstig afgeschilderd, doch moet
elke raming voorloopig nog met de grootste reserve worden
beschouwd, vooral indien die lager gesteld is, dan de op-
brengst van den laatsten oogst.
De laatste 0 u b a-statistiek luidt als volgt:

1923

1922

1921

Tons

Tons

Tons
Weekontvangsten 29 Sept. ’23.

21.400

23.310

15.000
Tcit. sedert 1Dec. ’22-29 Sept.’23 3.400.308 3.781.447 3.222.000
Aantal werkende fabrieken

1

2

Weekexport 29 Sept. ’23 ……54.202

45.891

23.000
TotaleexportlJan.-29 Sept.’23 3.114.765 3.456.633 2.035.000
Totale voorraad 29 Sept. ’23.. 285.549 333.411 1190.000
Nadat in E ii ge 1 a n d de termijnmarkt lager opende,
trokken de prijzen gedurende de volgende dagen aan, om
aan het einde der week weder gemakkelijker te sluiten.
Op J a v a werd suiker uit den oogst van dit jaar verhan-
deld tot ƒ16,12Y2/37Y
2
voor Superieur en
f
15X/34 voor No. 16 en hooger. Nadat gedurende geruimen tijd geen ver-
koopen uit oogst 1924 hadden plaats gevonden, kwamen in de afgeloopen week nieuwe belangrijke transacties op eene
verlaagde prjsbasis tot stand en werden succèssieveljk
ruitn 100.000 tons door de Trust verkocht op basis van
f
14,- voor Superieur en
f
13,- voor No. 16 en hooger.
Hierdoor worden de totale verkoopen uit den volgenden
oogst van de tot de Trust aangesloten fabrieken gebracht
op ca. 104 millioen picols.
Hier te 1 a xi de opende de markt nog steeds onder
druk ‘van ruim realisatie.aanbod in een flauwe stemming,
welke in de volgende dagen nog sterker tot •uiting kwani
door het lager afkomen van New York en waren prijzen
vanaf de opening c.a. ƒ0,87y
2
tot f0,75 teruggeloopen.
Daarna openbaarde zich een omkeer en kreeg eene vastere
stemming de overhand; de markt ‘sloot met prijzen als
volgt: October f29,8734, December f27,- en Mei
f
26,87 34. De omzet op de termijnmarkt gedurende de afge. loopen week beliep ca. 3500 tons.

NOTEERINGEN.

Data
Am,ter-
dam

,

Londen
New York
96pCi.
Cent, t.
Tatc,
Whtie Java
J

f.o.6. per
1 Amer. Gra-
J
nulated
c.i.f.
Cube,,
No.
‘1
Oci./Dec.
J

Oct./Dec.
fuga.!,

ets.

Sh.
Sh
4 Oct. ’23
f
28
Ii&
6019
251_
321_nom.
7,85
17Sept.’23
,,29
7
I
6019
251_
321_ nom.
7,78
4 Oct. ’22
,,211i/,
5513
1913
2116
5,28
4 Oct. ’21
,,224
5716
1913
2416
4,23
4 Juli ’14
1113/
82


181_


3,26


KAToEN.’

Marktber,ioht van de Heeren Sir Jacob Belirens & Sons,
Manchester, d.d. 3 October 1923.
Prijzen van Amerika.ansche katoen hebben de vorige week met de weerberichten gefluctueerd en de prijzen van gisteren
waren 50 punten hooger dan ons laatste bericht. Door het Spinners-bericht’ is de markt eerst gestegen, doch daarna
werd het Bureau-bericht gepubliceerd, dat de stand aangaf
van
49K
o/, hetwelk beter was dan men verwachtte, zoodat
prijzen weer daalden en nu ongeveer gelijk zijn aan een
week geleden. De berichten omtrent dan Egyptischen oogst
zijn iets minder gunstig en prijzen zijn thans 1 d. honger
dan een week geleden.
In Amerikaansche garens is weinig omgegaan en de
verkoopen zijn zoowel voor cops als voor boonen zeer gering
geweest. Speciaal voor de grovere nummers is de toestand
het slechtst, terwijl voor het binnenland ook slechts kleine
partijen geboekt worden. Voor 40er en 44er mule voor
Indië en voor 4212 voor China zijn aanvragen aan de markt,
maar biedingen zijn nog te laag. Egyptische garens zijn
vast in prijs en er zijn in medionummers enkele Zaken tot
stand gekonien, terwijl ook in 60er bundels voor de verve-
rijen orders geplaatst zijn. De biedingen van Calcutta voor
70er-100er medio zijn in den regel te laag, terwijl ook in
getwijnde garens weinig omgaat.
Doekprijzen blijven vast, doch er gaat weinig om. Men
zou wel zeggen, dat er belangstelling voor manufacturen
bestaat, doch de limites zijn over ‘t algemeen te laag, zoo-
dat de toestand in Lancashire nog niet beter wordt. De
overzeesche markten volgen dagelijks den loop der katoen-
prijzen en men hoopt, dat na het Bureau-rapport de toe-
stand wat gunstiger zal worden. De onzekerheid omtrent
den toekomstigen loop van katoenprijzen drukt nog eénigs-
zins op de markt en de koopers hebben nog niet het
ware vertrouwen in de tegenwoordige noteeringen. Er zijn
wel verschillende orders geplaatst, doch hoofdzakelijk voor
kleine partijen en er zijn weinig menschen, die thans voor
latere levering durven koopen.
26 Sept. 3 Oct. Oot.koersen. 25 Sept. 2Oct.
Liverpoolnoteeringen. T.T.op Indië 11 4 1147
F.G.F.Sakellarides 18,05 18,50 T.T. op Hongkong 2i3
8
/ 213
e
G.F. No. 1 Oomra 10,20 9,80 T.T.op Shanghai 312 3/13(
Noteering voor Loco-Katoen. (Middling (Jplands.)


4Oct.’23
27 Sept. ‘23120
Sept._’231
4 0c1.22
4 Oct.’21

New York voor
Middling…
29,20e 29,45e
30,50 c
20,80 c
20,75e
New Orleans
‘voor Middling
28,50 c 28,25 c 29,25 c
20,25e
20,25 c
Liverpool voor
Fy Middling
16,99 d 16,95 d 18,58 d 12,51 d 15,56 d
Ontvangsten in- en uitvoeren van Amerikaansehe havens.
(In dulzendtallen balen)

1 Aug.’23
Overeenkomstige perioden
tot
SOct. 23
‘1922
1921

Ontvangsten Gulf-Havens.
1.515

1.218

1.313
11

Atlant.Havens
UitvoernaarGr,Brjttannjë

347

265

148
‘tVasteland:

600

453

617
Japan

….

66,

71

225

Voorraden.
(In dulzendtaljen balen)___________________
1
Overeenkomstig ifidstip
5Oct.’23
1922

1921

492
726
1.512 666 888 1.206
Amerik. havens ………..

– – –
Binnenland …………….
NewYork

……………
– –

New Orleans ………….
Liverpool …………….
62
267
491

892

ECONO1ISCH-:STATISTISCHE
BERICHTEN

10
October
1923

KOFFIE.

(Mededeeling van de Makelaars G. Duuring & Zoon, Kolf t
& Witkamp, Leonard Jacobson & Zonen en G. Bijdeudijk.)

Noteeringen en voorraden.

Rio

Santos
Data

Wisselkoers

Prijs

Prijs Voorraad

No. 7

Voorraad

No. 4

6 Oct. 1923

598.000 21.100890.000 24.000

531

29 Sept. 1923

693.000 20.225 937.000 23.000

5
15
84
22 ,,

1923

737.000 20.825 1.101.000 23000

5
6 Oct. 1922 1.696.000 16.67Q 2.431.000 22.600

6
11
1
32

Ontvangsten.

Rio-

Santos
Data
Afgdos pen

Sedert

Afgeloopen

Sedert
week

1 Juli

week

1 Juli

6 Oct. 1923….

84.000 11.16,7.000
1
213000
1
2.681.000
6 Oct. 1922….

75.000

966.000

169.1000 1.930&00

Statistiek der firma G. Duuring & Zoon.

Zichtbare voorraad op 1 October 1923 in duizenden balen.

1923 1922 1921 1920 1919

Voorraad in Europa.. 1.532 . 2.329 1.748 2.143 2.550
Stoomend ÇBrazilië .. ‘928 665 785 812 216
n. Europa ‘lOost-Indië.

21

13

31

55

2.481

3.007 . 2.564 2.955 ‘2.821

926

‘801

1.341 2.010 1.350

757

321

497

630 .
707
S

4.164
4.189
4.402
5.595

4.878
693
1.774
1.611
400

595
937
2.511
2.944
1.963
.
4.922
26
7
34
’24

23

5.820
8.481
8Q91 7:982 10.418
5.852
8:801
9:063
7526
10.248
5.340 8.639 8.700
6.750
10.336

RUBBER.

De stemming bleef over.het aljemeen vrij.ka.lm gedurenle
de afgeloopen week. Weliswaar was er een kleine ver-
betering van prijzen, doch deze maakte spoedig ‘weer plaats
voor dezelfde lustelooze stemming. Aan het slot toonden
de prijzen weder een neiging tot dalen. . .
De slotnoteefingen zijn:

einde voorafgaande week:
Prima Crêpe

October .. 80

ct

.
…………..81

t.

Nov./Dec. 81

,,

..;…………
83

pp

Jan./Maart82

,.

……….

Smoked Sheets October.. 81

,………81

Nov./Dec. 80

……………82s/,

Jan./Maart83

……….

83

8 October

COPRA


De markt was deze week wat flauwer gestemd, en ;de
ornzêtten veel geringer. Fabrikanten knchten slechts kleinere partijen. ‘,De .noteeringen zijn:

. . .

. ..
Ned. md. f.ni.s. dichtbij stoomend
f
3_
September afiacling,, 32,12

Se,p.t./Oct.

,,

,,
1,75

Oct_(Nov.

,

,, 31,50

Oct./Dee.

,,

,,
31,375
8 Oct. 1923.

METALEN.

Loco-Noteeringn te Londen:

Data. SiOVardl

Tin

Lood

Zink

8 Oct. 1923..
61.12/6
135.101_

205.1216
26.101_
32.151_

1

,,

1923..
62.51_
67._/..

202.17.6
26.716
32.1716

24Sept. 1923..
63.5/_
.68_1_

202.1216 25.1216
33.1716

17

,,

1923..
62.716
68.51-

193.1210
25.1216
32.1/6

9 Oct. 1922..
.63.51-
73.51_

164._/_
25.216
33.._./..
20 Juli 1914.
.
61._/_
145.151_
19_f_
21.101_

VERKEERSWEZEN.

VRACHTENMARKT.

Sinds ons laatste overzicht is er meer vraag
ontstaan
naar scheepsruimte en wel hoofdzakelijk van Montreal,
le

Northern Range, Pacific Coâst, . de Donau en Zwarte Zee-
havens. Veel verbetering in de vrachten is ér echter niet ge-
kompn en de vraag naar ruimte van de La Platarivier is
tot een minimum beperkt.
De bevrachtingen van Montreal en de Northern Range
zijn hoofdzakelijk naar de Middellandsche Zee. Van Mon-
treal naar de Middellandsche Zee, niet beoosten West-Italië,
is de geldende vracht 18Y
2
h 19 cent per 100 lbs. en van de
Northern Range 17′ ct. naar dezelfde bestemming. Van de North Pacific zijn groote booten bevacht tegen 36/3 naar U. K./Continent met optie Middellandsche Zee
tegen
216
extra.. Ook is er vraag naar ruimte voor graan
van de Northern Pacif ie naar Shanghai, waarvoor $ 6,-
per 2000 lbs. in uitzicht wordt gesteld. Er is een boot be-
vracht met hout van de North Pacif ie naar Australië voor
R 14,75 per mille en van (le Gulf 2 booten met hout naar
Engeland tegen 701- per Std., beide voor prompte verlading.
Zooals gezegd, was de vraag naar ruimte van de Donau
en de Zwarte Zeehavens goed. De vracht van de Donau
naar U. K./Continent vrieert al naar grootte van 171- tot
19/-. Van de Zwarte Zeehavens naar U. K./Continent wordt
1416 betaald. Al deze bevrachtingen zijn met October/No-
vember-aflading. Op het oogenblik, dat wij dit schrijven is de vraag weer minder groot.
Als gevolg van de talrijke bevrachtingen van de Zwarte
Zee zijn handige booten voor fosf nat en

erts veel minder
gemakkelijk te krijgen.
Van de La Plata Rivier zijn slechts een paar booten be-
vracht op basis van 17/6
k
18/-. Vele booten, welke ledig
in La Plata liggen, gaan in ballast naar de nitraat havens
of naar Zuid-Afrika- Van Zuid-Afrika is een boot bevracht
naar Antwerpen- of Rotterdam tegen, 26/- ddn, 27/- twee ‘ha-
vens voor Octoher-aflading. Er is vraag naar ruimte van Mauritius voor suiker naar U. K. Eenige booten zijn be-
vracht tegen ’30/-, terwijl de laatste bevrachting plaats
had tegen 3216. – –
In Voor-Indië zijn weinig booten beschikbaar en bevrach-
tingen kwamen niet tot stand.
De uitgaande vrachten van Wales bleven op dezelfde

hoogte.
.9 October 1923.
GRAAN.

Au. Kust
Petro- Odessa

Ver. Staten ‘ San .Lo,enzo

Dato

grad Rotte,-

– —
on en, dam

Roiter- Bristol Rotte,- Enge-
ls am

dam Kanaal dam

land

1-6 Oct. 1923 – 141101 2,15′ –

2218

2218

24-29 Sept. 1923 – – 141_
2
2,15
1 –

2218

2218

2-7 Oct. 1922 –

11 c
8
31_

241_

241_

34 Oct 1-921 –

41-

41- 201_ 201_
Juli 1.914 11 d.

713 – 1IllY, .1111.

121_

121_

KOLEN.

Cardiff

Oostk. Engdand

Data
Port

La

Rotte,- Goihen.

Bordeaux – Genua ‘Said

.Plata , dam

burg
zçio Ier

1-6 Oct.

1
23 ‘ 615 ‘

9/3

913

1316
.
51_

616

’24-29 Sept. ’23

616

91-

913 ‘ 131,6
1
519

616

2-7 Oct. “22

7/3

1213k 13110

1518 ‘516

71434

3-8 Oct. ’21

813

131-

131_

151_ 613

9/_
Juli1914 fr. 7,- 71-

713

1416 312

41_

1)
$per ton -kolen.
2)
Per ton d.w.
3)
Am..cents per 100 lbs.

Graan Petrograd per quarter’ van 496 Ibs. zwaar, Odessa per
unit, ‘Ver. ‘Staten per guarter van 480 Ibs. zwaar.
Overige noteeringen per ton van 1015 KG.

RIJN VAART.

. –
– Week van 30 September-6 October 1923.

In de aanvoeren van zeezijde kwam geen verandering. Rijnschepen waren in alle afmetingen voldoende voorra-
dig. Aanbieding daarentegen matig.
De d.aghuur voor groote Duitsche en Hollandsche sche-
pen. bedroeg gemiddeld 2 ets.; voor kleinere vlotgaande Duitsche schepen 2-2Y
&
ets. en’ voor dito Hollandsche
2-2l4
.éts.
De waterstand was tot in het laatst der week langzaam
vallend, daarna t-rad weder een kleine was in. Naar den
Bovenrjn werd op en. 1.70 M. algeladen.
Het sleeploon werd gemiddeld genoteerd volgens het 70165
ets. tarief.

yoorraad Ver. Staten
Stoomend
naar

Brazi1ië
Ver.Statenj

Voorraad in Rio
Santos.
Bahia

Totaal …..
Op 1 September …..
Op 1 Juli ……….

Auteur