Ga direct naar de content

Jrg. 2, editie 87

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: augustus 29 1917

29 AUGUSTUS 1917

4

Ec
‘onomisch-Statistische

Berichten-

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL NIJVERHEID. FINANCIËN EN VERKEER

UITGAVE VAN HËT INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

1
2E
JAARGANfI

WOENSDAG 29 AUGUSTUS 1917

No. 87
1

INHOUD

11z.
DE DONAU ALS CONCURRENT VAN DE VASTELANDSCHE
NOORDZEEHAVENS

…………………………..637
Vijftig Millioen voor de Vleeschvoorziening…………
639
De Duitsche Spoorwegen in de jaren
1913-1915 ……..641
De Positie der kleine boeren op de Zandgronden ……..
642
AANTEEKENINGEN:
Engelands invoer ……………………………
642
Negerarbeid in de Vereenigde Staten …………..
643
Normaliseering van de spoorwegen in Japan……..
643
Toepassing van maïs ……………………….
643
REGEERINGSMAATREGELEN OP HANDELSGEBIED …………643
MAANDCIJFERS:
Spaarbankcijfers …………………………..
644
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN ………………645-652
Geldkoersn.

Effectenbeurzen.
Wisselkoersen.

Goederenhandel.
Bankstaten.

Verkeerswezen.

INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE

GESCHRIFTEN

WEEKBLAD ECONOMISCII-STATISTI2OHE BERIORTEN

Het secretariaat van het weekblad is gevestigd te
Rotterdam, Pieter de Hooghweg 13e, telefoon no. 3000.
Tele gran.adres: Economisch Instituut.
Bijdragen en mededeelingen,, den inhoud betref-
fende, geliève men te zenden aan het secretariaat.

Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p.
in Nederland, f 10,—, buitenland en koloniën f 12,-per jaar. Losse nummers 25 cents.
Leden en donateurs van het Instituut ontvangen het
weekblad gratis.
De verdere publicaties van het Instituut uitgaande
ontvangen de abonné’s, leden en donateurs kosteloos, voor zoover daaromtrent niet anders wordt beslist.
Mededeelingen betreffende abonnementen en adver-
tentiën richte men tot Nigh & van Dit mar’s Uitgevers-
Maatschappij, Rotterdam, Amsterdam, Den Haag.

Advertentiën f 0,35 per regel. Plaatsing bij abon,n.e-
ment volgens tarief.

BERICHT.

Binnen enkele dagen wordt aan de leden en donateurs
van het Instituut en aan de geabonneerden op het
weekblad de tweede afzonderlijke publicatie van het
Instituut verzonden, van de hand van, Mr. G. J. Fabius,
getiteld: Het Bankwezen in, Nederlandsch West-Indië.

s

28
AUGUSTUS
1917.

Over de afgeloopen week valt geen vermindering van

de geldruimte te constateeren; privaat-discouto bleef

onveranderd genoteerd op 2 pOt.; prima driemaands

papier werd wei eens een fractie lager afgesloten. De

‘noteering voor gelden op prolongatie handhaafde zich

op2pOt.
e

Voor den wisselhandel is de week onbelangrijk

geweest. Het bleef stil en slechts weinig zaken

werden afgedaan, mede onder den invloed van de

vacantie-periode, die wij doormaken.

‘5
*

De aandacht mag ook op deze plaats wel eens ge-

vestigd worden op de steeds voortgaande stijging
van den Londenschen zilverprijs, die thans de
44

jeuce overschreden heeft, tegen 22 tot 28 pence in

de laatste jaren voor den oorlog. Een van de voor-

aamste redenen van deze
stijging
is stellig de aller-

vege toenemende vraag naar zilver voor. muntdoel-

einden. Intusschen is het, naar door kenners van de

Londensche markt in den laatsten tijd meermalen is
opgemerkt, de vraag of men in de huidige Londen-

he prijzen, die thans
bij
normale transporttoestan-

den tot versmeltini op groote schaal, in de eerste plaats

van Indische rupees aanleiding zou mo,ten geven,

wel zonder meer de uitdrukking van de wereld-

waarde van het witte metaal mag zien. De omzetten

ôp de Londensche markt toch zijn door de aanvoer-

moeilijkheden sterk ingekrompen, terwijl deze zelfde

• omstandigheid tegelijk het prjsverband tusschen de

rschillende centra voortdurend losser heeft ge-

niaakt.

DE DONAU ALS CONCURRENT VAN DE

VASTELANDSCHE NOORDZEEHAVENS.

In het laatste nummer gaven wij eene algemeene
inleiding inzake de beteekenis, welke de herschepping
van den Donau tot een modernen verkeersweg zal

hebben. Wij willen thans nader enkele der factoren,
die daarbij een rol spelen, onder de oogen zien. De
eerste vraag, die wij ons stellen is:
Welke zijn nu de condities, aan welke dient te wor-
den voldaan, vSSr werkelijk de bedreiging van den
nieuwen Donau voor de Noordzeehavens ernst kan
worden, en hoe groot is het verschil tusschen den te-
genwoordigen toestand en de toekomst, zooals de
door Prof. Kende in het Weltwirtschaftliche Archiv
aangehaalde schrijvers die verwachten. Die schrij-
vers weten zeer goed, dat aan legio voorwaarden moet
worden voldaan, voor hun ideaal kan worden bereikt.
De Donau heeft vele gebreken, die hem tot heden
toe hebben verhinderd zich te ontwikkelen tot een
verkeersweg als de Rijn of de verschillende Duitsche
rivieren. Daartoe behoort de ongeregelde en dikwijls keer lage waterstand. Op Duitsch gebied, alsmede in
Oostenrijk, bevinden zich in zijne bedding op meer
dan eene plaats rotsbanken, die slechts met zeer
groote moeite kunnen worden opgeruimd en welker
opruiming toch noodzakelijk is, zal eene scheepvaart,

zooals wij die op den Rijn-kennen, mogelijk zijn. Ver-
der stroomafwaarts heeft de scheepvaart te kampen
met stroomverleggingen en vorming vân banken. De
grootste moeilijkheid vormen echter de vernauwin-

S

638

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

29 Augustus 1917

gen der bedding en stroomversnellingen en de zich

in de rivier bevindende rotsbanken nabij de Roe-
meensche grens, waar 1e Donau de grensrivier is
van Hongarije en Servië en waarvan de IJzeren Poort
de meest bekende is. Ondanks kostbare verbeterin-
gen, hier door Hongarije in het vaarwater aange-

bracht, bedroeg het verkeer door de IJzeren Poort

in 1909 nog slechts 850.000 ton. Wel zijn sedert dien

tijd nieuwe werken uitgevoerd, die een verkeer van

3 millioen ton per jaar
mogelijk
maken, doch voor
eene ongehinderde scheepvaart op dit riviergedeelte

mogelijk is, moeten nog groote veranderingen worden

aangebracht. Van eene vaardiepte van 2 Meter,welke
algemeen als noodzakelijk wordt beschouwd om den

Donau tot een modernen verkeersweg te maken, is

daar namelijk nog geen sprake, evenmin als op zeer
vele andere gedeelten der rivier.

Verder is de Donau aan vrijwel zijn geheelen mid-

denloop en veelal ook aan den benedenloop ieder jaar
geruimen
tijd,
gemiddeld te stellen op twee maanden,
door ijs onbevaarbaar. Ook ontbreken voldoende voor

eene sterke verkeersuitbreiding noodige havens, op-

slagplaatsen, overlaadinstallaties voor af- en aanvoer
per spoor en verdere, inrichtingen, die eene eerste

vereischte zijn voor een modernen waterverkeersweg.

Het valt natuurlijk niet te ontkennen, dat aan al deze
gebreken kan worden tegemoet gekomen, mits de zeer

groote bedragen, welke daarvoor noodig zijn, door de

belanghebbende staten worden beschikbaar gesteld.
Hiermede staat echter eene der misschien meest be-

zrarende. conditiën in verband, welke dienen te wor-
den vervuld, zal de Donau werkelijk kunnen worden

wat van hem wordt verwacht. De vaart dient namelijk
geheel of bijna geheel vrij te
zijn,
zonder eenige tege-

moetkoming van beteekenis door de scheepvaart in
de groote kosten der kunstwerken, welke haar moge-lijk moeten maken. De door Prof. Kende aangehaalde
schrijvers -erkennen, dat slechts vrije vaart op den

Donau en eveneens
vrije
vaart op zeer lâge kanaal-

kosten – op de aansluitende kanalen, waarvan althans
de Donau-Main-Rijn-verbinding ten spoedigste dient te worden tot stand gebracht om den Donau zijne ge-
wenschte rol in het wereldverkeer te doen vervullen,

concurrentie van den Donau met den zeeweg moge-
lijk kunnen maken. Zullen de belanghebbende staten
spoedig in staat
zijn
om aan deze conditie te voldoen?
Het valt moeilijk te zeggen, in hoeverre dit dadelijk
na den oorlog het geval zal zijn. Vast staat echter wel,
dat gedeeltelijke verbetering van het vaarwater niet
een evenredig gedeelte van het gewenschte resultaat

zal hebben. Verkieseljk boven den zeeweg zal çle ge-
heel of vrijwel -geheel Vrije Donau slechts zijn, als alle
beletselen tegen een geregeld verkeer met schepen
van 2 Meter diepgang van Roemenië tot voorbij
Regensburg zullen zijn opgeruimd en als zoowel in

Roemenië en Bulgarije als in Oostenrijk-Hongarije
en op het Duitsche riviergedeelte haveninrichtingen
en de tallooze kunstwerken ten dienste van het ver-
keer zullen zijn aangebracht, die- een verkeersweg als
Rijn en Elbe bezitten. Een waterweg ter lengte van
1440 K.M. (van Regensburg tot Roemenië) met zeer
vele gebreken zal dus moeten worden gebracht in den
toestand en voorzien van kunstwerken als v-an het
bevaarbare gedeelte v-an den Rijn, dat van Straats-
burg-Kehl tot de Nederlandsche grens slechts 570
K.M. lang is. De reusachtige omvang van zulk een
onderneming springt in het oog, en daarbij is -nog
niet gedacht aan den aanleg, de uitbreiding en de
outilleering van de riyierhavens in Roemenië en Bulga-
rije, die boven Braila slechts primitief zijn ingericht
voor het vervoer naar de groote havens Braila, Galatz (dat echter meer speciaal de haven is voor Moldavië)
en Sulina. Zoolang deze groote werken niet althans ten naastenbij zijn voltooid en de rechten, welke nu van de scheepvaart worden geheven, niet zijn afge-
schaft, zal de scheepvaart in hare vrachten vergoe-
ding moeten vinden voor die rechten, die vooral bij
Orsova zeer hoog zijn en voor het ongemak en de. on

kosten, die de lage waterstanden, met als gevolg het

varen met slechts ten deele beladen schepeii, over-
ladingen en dikwijls langdurig oponthoud meebren-

.gen. Eerst wanneer -deze beletselen tot een minimum
zijn teruggebracht of geheel uit den weg geruimd,.
verwachten de schrijvers over het Donauvraagstuk

aan de concurrentie van den zeeweg het hoofd te

-kunnen.. bieden. Hunne berekeningen zijn namelijk
alle gebaseerd op een
vrijen
Donau en een vrij Donau-

Main-Rijnkanaal met schepen van 2 Meter – diepgang,

ook
bij
lagen waterstand, en slechts op deze basis
komen
zij
tot een lagere vracht dan langs den zee-

weg, waarbij zij de zeevrachtaannemen op F1. 6 per
ton lading. Eene vergelijking met de tegenwoordige

vervoerkosten Donauopwaarts toont, welk-eene gewel-

dige verandering deze vrachtberekening langs den
herboren vrijen Donau beteekent. Bij die vergelijking

zullen wij ons bepalen tot het graanvervoer, omdat
graan waarschijnlijk het grootste en in ieder geval

een der belangrijkste artikelen is, welke voor het

vervoer langs den Donau in aanmerking komen. Soort-
gelijke berekeningen voor andeÉe massa-artikelen
zouden tot dezelfde -gdvolgtrekkingen leiden.

Tegenover eene vracht van v66r den oorlog voor

graan van de Roemeensche Donau-haven Turnu Magu-
rele overzee met overlading in Braila en Rotterdam tot

wagonvrj Manuheim ten bedrage van Mk. 19 per ton,
staat voor den Donau van Turnu Magurele naar Re

gensburg een bedrag van Mk. 33,80 en bij groote par-

tijen door de daarvoor gewoonlijk gegeven reductie van

Mk. 7 een bedrag van Mk. 26,80.
Bij
vervoer langs

den Donau valt dan te rekenen met zeer dikwijls

voorkomend oponthoud wegens ijs of lagen water-stand, waardoor de aankomst der goederen dikwijls vertraging ondervindt. Onder deze omstandigheden
behoeft het niet te verwonderen, dat de hoeveelheid
Donauopwaarts aangebrachte massa-artikelen te Re-gensburg niet van drooten omvang ,is. Deze bedroeg

aan graan in 1910 9.400 ton, in 1912 20.000 ton en

in 1913 7.700 ton. Van veel meer beteekenis echter is

de haven van Passau en daar ook deze als concur-
rent van Rotterdam optreedt, verdienen hare cijfers
onze aandacht. In Passau werden Donauopwaarts
aangebracht: –

in 1907 ……….170.000 ton graan.
1908 ……….54.900 1909 ……….90.700
1912 ……….115.000

Uit deze tabel valt niet op te maken, of zich onder
deze hoeveelheden ook Hongaarsch graan bevond, dat
voor onze appreciatie van Passau als concurrent van
onze havens bij den aanvoer van graan uitde Balkan-
landen eigenlijk niet in aanmerking komt.
De
cijfers
voor Rotterdam, die alleen reeds hebben
bedragen voor graan van Roemenië, enz.

in 1909 …………….361.750 ton.
1910 …………….561.575
1911 ……………..729.170
1912 …………….554.997

toonen wel aan, hoe weinig de .graanaauvoer van den
Balkan te Regeusbur-g en Passau (van welke laatste
haven niet aan te nemen valt, dat alles bestemd was
voor het Duitsche gebied, waar het den invloed der
Noordzeehavens bedreigt) beteekent tegenover de
hoeveelheden, die de gezamenlijke Noordzeehavens
ontvangen en die voor een zeer groot gedeelte tot ver in het Duitsche achterland worden verbruikt. Dat ook
Zwitserland zijn graan voordeeliger kan betrekken
via Antwerpen of Rotterdam in plaats van langs
Genua en Marseille is lang geen zeldzaamheid. Ver-
gelijking ‘der boven aangehaalde kostenberekening
Turnu Magurele-Maunheim via Rotterdam en
Turnu Magurele-Regensburg langs den Donau toont
aan, ‘hoezeer de Donau-vracht moet worden verlaagd,
zal deze rivier met vrucht tegen den zeeweg kunnen
concurreeren. De hooge op den Donau geheven rech-
ten vormen een groot gedeelte van. die hooge .-vracht.

29 Augustus 1917

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN•

639

Welke geldelijke opofferingen zullen zich de belang-

hebbende staten niet moeten getroosten om tot eene
voldoende verlaging der Donau-vracht te kunnen

komen. Niet slechts moeten de tegonwoordige rechten
verdwijnen, doch tegenover de geweldige werken, die
nog moeten worden ondernonien, mag geen geldelijke

druk op de scheepvaart staan of althans niet meer dan een zeer matig recht. Een minimaal recht van
Mk. 1,25 per ton op den geheelen weg van den Rijn
naar den Balkan zoude
bij
een verkeer van 10 millioen

ton per jaar volgens een der schrijvers de kosten der
nieuwe werken (en dus niet van de reeds vroeger aan-

gebrachte verbeteringen) dekken. Anderen achten deze

berekening echter veel te optimistisch, hetgeen geen

verwondering wekt, wanneer men iii aanmerking

neemt, dat de doorgang door de IJzeren Poort nu een
verkeer
mogelijk
maakt van hoogstens 3 naillioen ton per jaar en slechts met enorme kosten deze capaciteit
kan worden opgevoerd tet 10 millioen ton.
Men dient echter niet uit het oog te verliezen, dat
bij alle berekeningen de zeevract van Roemenië naar

de Noordzeehavens is aangenomen op Mk. 10 per ton,
een voor het tijdperk van v66r den oorlog zeker niet

te laag cijfer. Zal echter, nadat de oorlog achter den
rug is, de vracht zich spoedig weder op dat niveau
bevinden, of zal zij nog gedurende een reeks van jaren
door gebrek aan scheepsruimte, dure grondstoffen en
andere gevolgen van den wereldoorlog veel hooger

blijven. Het succes vari den Donau als verkeersweg
zal daarvan natuurlijk in hooge mate afhankelijk zijn.
Wanneer men zich eene meening wenscht te vor-
men omtrent de waarschijnlijkheid van het tot stand

komen van den iaieuwen Donau-waterweg met aan-

sluitingaan den Rijn en dus het de Noordzee}iavens
misschien bedreigende gevaar wenscht te beoordeelen,
dienen daarom de volgende vragen onder de oogen te
worden gezien:
1
0
. Zullen de Centraal-Europeesche Rijken kort na
den oorlog besluiten om enorme bedragen af te zon-
deren om den Donau te maken tot een volmaakten

verkeersweg met de vooropgezette bedoeling om die
bedragen niet door scheepvaartrechten rentegevend te maken en wel voornamelijk met het oogmerk om zich
bij den aanvoer van voedingsartikelen van den Bal-
kan en de verbinding met Klein-Azië, onafhankelijk
te maken van den zeeweg.
2
0
. Zullen, indien niet kort na den oorlog het reus-

achtige werk kan worden ondernomen, in latere jaren
de militairpolitieke en agressief-economische over-
wegingen nog voldoende kracht bezitten om de con-
currentie met den zeeweg aan te binden.
3
1
. Zal de zeeweg spoedig weder even goedkoop zijn
als hij v66r den oorlog was, of zullen de zeevrachten
nôg zoo lang hoog blijven, dat besloten kan worden
om den Donau-verkeersweg in te richten zonder de
noodzakelijkheid dezen geheel vrij of voor een mini-
maal tarief te laten bevaren.
– Indien de laatste vraag bevestigend kan worden
beantwoord, dan wordt zeker de kans op een verbe-
terden Donau grooter, omdat dan de kosten althans
ten deele kunnen worden gedekt, zonder dat concur-
rentie met den zeeweg vruchteloos zoude zijn. Een
antwoord op de drie gestelde vragen is echter even-
min met eenige zekerheid te geven als op de vele
andere vragen, die men zich dagelijks stelt over de
economische verhoudingen, zooals die zich na den
oorlog zullen ontwikkelen.

Eigenlijk zoude aan de drie genoemde vragen nog een vierde dienen te worden toegevoegd. Zal na den
oorlog het verbond ook op economisch gebied tus-
schen Duitschiand en Oostenrijk-Hongarije nog zoo
hecht blijven, dat geen naijver tusschen verschillende
deelen der beide Rijken de uitvoering der Donau-
verbetering zal verhinderen? Het valt niet te ont-
kennen, dat bij eene zoo radicale verandering in het
verkeer als de Donauverbetering beoogt, de belangen
van sommige landstreken of, havens of van speciale
industrieën of ondernemingen, zullen worden gebaat

ten koste van andere gedeelten van de twee monar-chieën. Er zal een sterk gevoèl van saamhoorigheid

noodig zijn om ondanks die vooruitzichten allen na-
ijver te onderdrukken. Bij vroegere verbeteringsplan-

nen van den Donau is herhaaldelijk gebleken, welk
eene moeite het kost uit dien naijver geboren tegen-
stand te overwinnen.

Mocht echter de Donau-waterweg geperfectionneerd

worden op de wijze, die de schrijvers, welke Prof.

Kende in zijn artikel behandelt, aangeven, met de

voldoende verbinding met den Rijn, dan valt niet te
ontkennen, dat de Noordzeehavens allicht een gedeelte
van hun achterland zouden kunnen verliezen voor de

artikelen, die nu uit de Balkanlanden rond Gibraltar
met overlading in de Noordzeehavens langs den Rijn

worden verscheept. Daartegeiover staat echter, dat
diezelfde Noordzeehavens voor vele -andere artikelen
hun achterland door eene goede Rijn-Main-Donau-

verbinding belangrijk zouden zien uitgebreid ten
koste van Marseille, Genua en Fiume, zoowel wat de
aanvoer uit dat achterland als het vervoer daarheen

betreft. Algemeen wordt aangenomen, dat eene gron-
dige veibetering van dan Donau eerst dan aan zijn
eigenlijk doel zonde beantwoorden als eene voldoende
verbinding met den Rijn zal zijn tot stand gebracht.
Uitvoering van zulk een plan zoude dus waarschijnlijk

op sommig gebied aan onze Noordzeehavens afbreuk

doen, doch het is zeer goed mogelijk, dat tegelijker-tijd eene betere verbinding met Zuid-Duitschiand en
de aangrenzende gebieden hun voordeelen zoude aan-
brengen, die meer dan opwegen tegen de te lijden ver-
liezen. –

Wij dienen echter weliswaar bij dit laatste punt
niet de mogelijkheid uit het oog te verliezen, dat het
door de betere kanaalverbinding geboden voordeel aan

het van de Noordzeehavens uitgaand vervoer onthou-

den blijft door heffing van kanaalrechten ten laste
van het verkeer in zuidelijke richting. J. S.

VIJFTIG MILLIOEÎtT VOOR DE VLEESCH-

VOORZIÈNING.

•1
Een – medewerker schrijft:

De in Maart en April j.l. gehouden veetelling heeft uitgemaakt, dat, terwijl de veestapel in het algemeen
sinds 1910 belangrijk is toegenomen, het tegendeel is
te constateeren van het voor vleeschproductie die-
nende vee. De rundveestapel in zijn geheel was in die
7 jaren 13,5 pOt. vooruitgegaan; het aantal mest-
koeien en -ossen was desniettegenstaande gedaald van
97.688 tot 50.114 en het aantal mestkalveren zelfs
van 47.086 tot 15.587. Evenzoo bleek de varkens-
stapel ‘afgenomen van 1.259.844 stuks tot 1.185.438
stuks, wat te meer opviel, omdat de varkensmesterij

en -fokkerij sinds een reeks van jaren op steeds groo-
ter schaal werd uitgeoefend, zoodat men onder nor-
male verhoudingen een minstens even groote toename
van varkens zou hebben geconstateerd als over 1904/
1910, toen de vermeerdering ca. 25 pOt. bedroeg.

De oorzaken van de vermindering van de vleesch-
productie liggen voor de hand: gebrek aan kracht-
voeder is een der voôrnaamste daarvan, zoo niet de
voornaamste. Sedert de telling is de schaarschte aan krachtvoeder nbg nijpender geworden, en onder dén invloed daarvan moet vooral het aantal varkens bui-
tengewoon zijn gedaald. Hoewel de voederprijzen en
daarmee de productiékosten steeds stegen, liepen de laatste maanden de varkensprijzen regelmatig terug,
terwijl het aanbod voortdurend overvloedig was. Het
resultaat van een en ander is, dat men thans vrijwel
door den voorraad zware varkens heen is en het hui-
dige aanbod nagenoeg uitsluitend uit dieren van licht
siachtgewicht bestaat. Naar het zich laat aânzien is,
mede wijl de fokkeri.j zeer is ingekrompen, de tijd niet
ver meer, dat het aanbod onvoldoende zijn zal om de
vraag te dekken en zal bijgevoig de vleeschdistributje
gestaakt moeten worden, tenzij ander dan varkens-
vleesch wordt verstrekt. .

640

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

– 29 Augustus 1917

‘S
Dat andere vleesch is uiteraard rundvieesch, waar-
over in de eerste maanden al in bijzonder ruime mate

beschikt zal kunnen worden. Eene steeds toenemende
aanvoer van krachtvoeder voor den oorlog had tot een

voortdurend intensievere rundveeteelt geleid en de

hooge prijzen der zuivelproducten in 1915 en 1916

hebben het hunne er toe bijgedragen ook tijdens den
oorlog den rundveestapel op peil te houden. De stag-

natie in den aanvoer van voedergraan, de inbeitne-
ming van den binnenlandschen oogst van graan en

peulvruchten voor menschelijk gebruik, en daar-

naast de mislukking van den hooioogst in dezen zo-

mer plaatsen thans de veehouders voor de calamiteit,

dat er dezen winter niet genoeg voedsel zal zijn om
den rundveestapel in het leven te houden. Er zal der
halve een zeer groote opruiming onder het rundvee

moeten, plaats vinden, hetzij door aanzienlijke slach-

tingen voor het binnenland, hetzij door uitvoer op

ruime schaal, hetzij door beide.
Die opruiming nu zal van overheidswege in de
hand worden gewerkt door, zooals tot dusver voor het

varkensvleesch geschiedde, voortaan het rundvleesch

beneden kostprijs verkrijgbaar te stellen. Het zou
daarbij de bedoeling zijn; vleesch van tweede en derde

soort koeien te distribueeren en het
deugdelijke
fok-

vee te sparen, opdat men na den oorlog voortreffelijk
,,werkmateriaal” ter beschikking zou houden. Hoewel

de zaak nog niet hee1emaal voor mekaar is, schijnt dit

toch wel vast te staan, dat een toeslag van 30 ct. per

K.G. zal gegeven worden, en de slagers per K.G.
slachtgewicht ca. 60 ct. zullen hebben te betalen, ter-
wijl de gewone soorten vleesch voor 35 40 ct. per

pond voor het publiek verkrijgbaar zullen zijn.

De vraag is gesteld, of de Regeering wel verant
woord is door zoodanigen toeslag te geven. Er is

immers vee te veel; de prijzen zullen bijgevoig wel van
zelf dalen. Men moet dit natuurlijke dalingsproces
zijn loop laten, dan
krijgt
de consument zijn goed-

koop vleesch .00k zonder uitkeering van een• toeslag.

Alleen het producentenbelang zou door den toeslag
gebaat worden en er is geen aanleiding dezen te steu-
nen: de oorlogsjarèn zijn goede tijden voor heme-

weest.
Als de zaak zoo eenvoudig was als hier is voorge-
steld, behoefde men over den te volgen weg niet lang

te redetwisten. Het systeem de producenten de ver-
liezen te laten lijden, zou echter de finantieel zwak-

sten treffen (van de 150.000 boeren te onzent zijn er
bijna 100:000 met minder dan 10 bunder land) en
daaronder een talrijke groep: de zandboeren, die geen
oorlogswinst hebben gemaakt en relatief het meest
hebben bijgedragen in de kosten der goedkoope levens-
middelenvoorziening (boter, varkensvieesch, rogge).
Terwijl de weideboer en die met gemengd bedrijf zijn
vee nog wel door den winter kan brengen, kan de

zandboer, wiens graanoogst in beslag is genomen, dit
niet; hij môet zijn vee kwijt, en insgeljks moet dit

het heir van landarbeiders, die zich door noesten vlijt
in den loop der jaren hebben opgewerkt tot keuter-
boertje met een minimum aan grasland en een maxi-
mum aan bijkoôp van voederartikelen. Ook al laat
men de dingen niet op hun beloop, is de toekomst
voor deze stakkerds al erg genoeg: velen hunner wor-
den van klein baasje weer teruggebracht tot landar-
beider, omdat bij gemis aanvoeder en vee geen mest

wordt gewonnen, om dan zoo èchralen bodem het vol-
gend jaar een oogst af te dwingen.
Maar is het zoo zeker, dat de bevolking rgelmatig
haar goedkoop vleesch zal hebben, indien de Regee-
ring geen toeslag geeft? Het geven van een toeslag
zal een ruim aanbod van vee in de hand werken, om-
dat de verliezen dan althans dragelijk zijn.
Bij
uit-

blijven van toeslag echter zal de landbouwer eerst den
kat uit den’boom willen kijken; zal hij afwachten, ho-

pen tegen beter in, prôbeeren met den schamelen
voorraad rond te komen en eerst, wanneer die voor-
raad is uitgeput, zijn vee op de markt brengen. Een
aanvankelijk te gering aanbod zal dan plotseling door

een zoo ruim aanbod gevolgd worden, dat de consu-

menten ,,het niet aan kunnen eten,” en ei’ geen sprake

is van een gelijkmatige distributie gedurende den ge-

heelen winter. Daarnaast zullen de veehouders pogen
hun vee zooveel mogelijk in het leven te houden, al

moet dit gepaard gaan met vervoederen van voor den

mensch bruikbaar voedsel. Reeds den afgeloopen win-

ter hebben hier en daar consunitiemlkers één maal
melk aan de koeien teruggegeven, en in Friesland

moet men voornemens zijn .dezen winter de melk alleen

te ontroomen, doch alle ondermelk an de koeien te

vervoederen. Tenzij de aardappèloogst wordt opge-

vorderd en tevens ook van de boerderij wordt wegge-

haald, is het uitgemaakt, dat de aardappelen aan het

vee zullen worden vervoederd.
Bij
een tijdige inkrim-

ping van den veestapel bestaat er mogelijkheid, dat
de productie dezen winter niet stop staat en het ko-

mende voorjaar het vee in zoodanigen toestand de

wei ingaat, dat ook den .volgenden zomer op een niet
al te onbevredigende productie kan gerekend worden.

Laat men de dingen op hun natuurlijk beloop, dan
vergaat er een geruimen tijd, eer de vleeschprjs op

zoodanig peil is gekomen, dathet vleesch onder aller

bereik is gebracht. Hoe eer dit laatste geschiedt, des
te beter. Het ongunstige weer der laatste weken doet

de vooruitzichten der voedselvoorziening onzer bevol-
king minder dan ooit bevredigend zijn. Het zal mooi
wezen, als er 60 pOt. vanden aanvankelijk verwach-

ten peulvruchtenoogst terecht komt. In tal van par-

tijen tarwe is zoodanig schot, dat
zij
voor mencheljke
consumtie niet meer deugen. De berichten omtrent

,,kwaad” in de aardappelen worden onrustbarend tal-

rijk. De aanvoer van graan van overzee is niet ver-

zekerd; onze rjstvoo’raad is nagenoeg uitgeput. Ver-
laging van broodrantsoen staat voor de deur. Onder
deze omstandigheden moet het vleesch gebracht wor-
den onder het bereik van die kringen ‘der bevolking,
welke ook in gewone tijden geen vleesch konden be-
kostigen;, m.a.w. het vleesch zal verkrijgbaar gesteld
moeten woi’den tegen lager prijzen zelfs dan in vredes-

tijd. Moet men daarmee wachten, tot de prijzen uit
natuurlijke oorzaken zoo laag
zijn
gedaald, dat dit

mogelijk is, dan zal men ling kunnen wachten – en
intusschen gaat de ondervoeding der mindere bevol-
king voort terwijl er een groote kans is, dat men

vergeefs wacht.

Onder den invloed van den ongunstigen zomer zijn
de prijzen van tweede en derde soort vee teruggeloo-
pen van f1,05
t
f
1,10 tot ca.
f
0,90 per’K.G. – over

een verdere daling tot de noodzakelijke
f
0,60 moet.

men niet zoo licht denken; men bereikt die niet zon-
der meer en in geen geval niet, zoo lang de veehouder
nog eenige hoop heeft, dat aan dien prijs te ontko-

men is.

Kan men dus de regelmatige aflevering van vee
bespoedigen dor het geven van een toeslag, tot zoo-
danig bedrag, dat het vleeschverbruik ter aanvulling
van het overig rantsoen daardoor bevorderd wordt,
dan is dit stellig niet alleen een producentenbelang,
maar wel degelijk ook een volksbelaug.

Wat men tegen den maatregel kan aanvoeren, is,
w.at men tegen al de maatregelen ter verkrjging eener

goedkoope voedselvoorziening kan aanvoeren: dat de
kosten haast niet meer te overzien zijn.

Ons normale jaarlijksch vleeschverbruik is inder-
tijd becijferd op 33,03 K.G. per hoofd der bevolking,
waarvan aan rund- en kalfsvleesch 18,38 K.G., aan

varkensvieesch 11,51 K.G., aan schapen- en geiten-
vleesch 0,6 K.G., aan p.aarde’nvleesch 2,54 K.G. Bij
een bevolking van 6.500.000 zielen zou dit een totaal
vleeschverbruik geven van ca. 215.000.000 K.G.
Rekent men nu, dat het gemiddelde verbruik thans
hooger is dan voor de crisis – o.a. in verband met
het onder de wapenen staan van een .groote troepen-
macht – en dat door het verkrijgbaar stellen van
goedkoop rundvieesch ter aanvulling der overige voe-
ding, het gemiddeld gebruik nog aanzienlijk zal toe-

S..

29 Augustus 1917

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

641

nemen, dan kan veilig de totale consumtie in 1918

op 250.000.000
K.G. geraamd worden.

Verreweg het grootste gedeelte hiervan zal in den

vprm van rundvleesch verorberd worden. Slachtpaar-

den komen er uit Engeland niet meer; het meikge-
brek zal leiden tot een zeer verminderde mesterij van

kalveren; de voedselschaarschte maakt, dat veel var-
kensvieesch door rundvleesch vervangen zal moeten

worden. Van inlandsche paarden verkregen we nor-
maal 10.000.000 K.G. vleesch per jaar; onze productie

aan schapenvieesch beloopt ca.
14.000.000
K.G., die

van varkensvleesch 100.000.000 ‘a
125.000.000
K.G.,

van kalfsvleesch (vette en nuchtere) ca.
14.000.000

K.G. Dat we in 1918 in totaal van deze vleeschsoorten
meer dan 100.000.000 K.G. produceeren, is wel buiten-
gesloten, zoodat in genoemd jaar aan rundvieesch

minstens
150.000.000
K.G. henoodigd zal zijn.
Berekend naar een toeslag van 30 ct. per K.G. zal

deze voorziening
f 45.000.000
kosten en eene weke-
lijksche slachting van ruim
14000
runderen van
200

K.G. slachtgewicht vereischen. Met die
f 45.000.000

is evenwel het bedrag niet uitgeput, dat aan de
vleeschvoorziening het volgend jaar ten koste zal moe-
ten gelegd worden. Al neemt men aan, dat ook bij de
vleeschvoorziening het beginsel gehuldigd wordt om
naast een goedkoop artikel met toeslag een soortgelijk

artikel zonder toeslag
verkrijgbaar
te stellen, zoodat

bijgevoig het varkensvleesch het volgend jaar tegen

kostprijs betaald wordt, ook d’an nog zal men er mede
te rekenen hebben, dat de varkensvleeschvoorziening
zekere kosten met zich zal brengen.
De gegoede bevolking immers zal wel het varkens-
vleesch nuttigen, maar dan blijft nog het spek over.

Dit tegen kostprijs betalen, is voor de arbeidende
klasse niet wel doenlijk, en van hare zijde zal juist
groote vraag naar spek bestaan, omdat het distributie-

rundvieesch aan den mageren kant is en het spek
voor den arbeider noodig zal
zijn
ter aanvulling van

zijn vetrantsoen. Bij een toeslag van
40
ct. per K.G.
op het spek, is slechts een hoeveelheid van
12.500.000

K.G. noodig, om de kosten der vleeschvoorziening tot
volle
f 50.000.000
te doen stijgen. En die
12.500.000

K.G. spek zullen nog wel verkregen kunnen worden.
Bij de hier gegeven berekening werd van de ver-
onderstelling uitgegaan, dat op alle rundvleesch toe-
slag gegeven wordt. Een andere methode schijnt trau-
wens niet mogelijk te zijn met liet oog op de cdntrôie,
die het
indertijd
ook noodig heeft gemaakt te bepalen,
dat de maximumprijzen van varkensvieesch zoowel
voor vleesch van regeeringsvarkens als voor dat van
Vrije varkens golden. Noodgedrongen zal men bij het
rundvieesch wel eenzelfde bepaling maken met het

logische gevolg, dat er geen vrij rundvleesch is en er
dus alleen regeeringsrunderen geslacht worden. Voor
dit systeem zou trouwens ook nog aan te voeren zijn, dat men op deze wijze het slachten voorkomt van het
beste soort vee, waaraan men na den oorlog groote
behoefte zal hebben.
Van bijdragen uit den export ter tegemoetkoming
in de kosten van de voorziening zal heel weinig sprake
zijn. Men weet in het buitenland te goed, dat wij vee
op môeteri ruimen en de finan.tieele verhoudingen
aldaar zijn niet van dien aard, dat men maar raak
kan blijven betalen. Men zal er dus naar streven te-
gen, of weinig hooger dan, regeeringsprijs in te koo-
pen, en aangezi.en de voorgenomen regeeringsprijs –
naar verluidt
f
0,90 per K.G. – voor de veehouders
ook nog verliesbrengend is, zal de meerdere buiten-
landsche opbrengst allereerst den producenten ten
goede komen. De
f 50.000.000
voor de vleeschvoorzie-
ning benoodigd zullen dus wel ten volle uit de open-
bare kas geput moeten worden.

DE DUITSCHE SPOORWEGEN IN DE JAREN
1913-1915.

Het ,,Archiv für Eisenbahnwesen” heeft een over-
zicht samengesteld uit de officieele ,,Statistik des

Reichseisenbahnamts”, Band XXXIV tot XXXVI;

de onderstaande cijfers zijn daaruit overgenomen:

1913

1914

1915
Hoofdlijnen ……….K.M. 34.659 34.798 34.864
Zijlijnen …………,,

26.500

26.952

27.226
te zamen 61.159 61.750 62.090
Locomotieven ……..aantal 29.520 30.633 32.300
4, Rijtuigen …………,,

85.961 68.293 70.696 Aant. plaatsen le ki.. . in duiz.

54

55

55
,,

2e

..

,,

405

410

426
,,

3e ,, . .

,,

1.794

1.870

1.940
4e ,,’. .

1.049

1.090

1.136

totaal

3.302

3.425

3.556
0. Bagagewageus …….. .iantal 18.108 18.753 19.371
Wagens (zonder bagage-
en post-) …………,,

671.096 700.807 729.640
Laadvermogen der wagens
onder 10 …………duiz.t.

9.883 10.231

10.699
Treinkilometers door:
Schnelizüge …… ….mmiii

79,2

51,7

51,0
Eilzüge …………

..38,5

23,8

18,0
Personentreiuen ……

371,4

339,3

315,9
Goederentreinen ……

284,0

225,1

262,1
Werktreinen, enz…..

11,4

7,4

6,9
Te zamen …………

784,5

647,1

853,9
Van alle bedrjfsk.m. zijn
afgelegd door:
eigen locomotieven . .

802,2

663,9

672,9
vreemde

..

12,0

9,1

8,4
Aantal treinen ……..

18,4

14,9

14,5
Aantal treinen per K.M.
becirjfsuet
.
……….

12.835 10.463 10.503
waarvan voor passa-
giersverkeer ………

0
10

62,35

84,07

58,85
Inkomsten uit personen-

vervoer …………. inmill.M. 975,8

806,9

770,3
Goederenvervoer ….in miii. t.

676,7

528,9
Inkomsten uit goede-
renvervoer ……..in miii. M.-2.213,2 1.979,2 2.231,6
Totale bedrijfsinkomst.

3.563,2 3.140,2 3.440,9
Totale bedrjfsuitgaven

2.497,4 2.519,8 2.485,2
in % der inkomsten

70,09

80,24

72,22
Aantal beambten en
arbeiders ……….

786.466 764.028 735.254
Bezoldiging van het
personeel ………. inmill.M. 1.351,4 1.394,6 1.395,2

Beschouwing der bovenstaande cijfers voert tot
vele gevolgtrekkingen, waarvan wij enkele onder
woorden willen brengen. Allereerst moet volledig-
heidshalve opgemerkt worden, dat gelijk men begre-
pen zal hebben bij de statistiek in quaestie het mili-
tair-vervoer, voor zoover met speciale treinen ver-
richt, wat natuurlijk overwegend het geval is, geheel

buiten beschouwing gelaten werd. Gaan wij de ver-
schillende posten langs, dan merkt men bij
5-8 op,
dat de eerste klasse tijdens den oorlog aan heteekenis
heeft verloren. Het volledig
cijfer
voor het laatste
jaar der statistiek vertoont zelfs eene vermindering.
Men ziet hij
12-14,
dat voor het personenverkeer
minder reisgelegenlieid is geboden (uitvallen van
treinen), in zonderheid werd het snelle personenver-
voer verminderd. Hiernaast is opmerkelijk, dat het
aantal treinkilometers, dat de goederentreinen afleg-
den in mindere mate daalde dan ten aanzien der vo-renbedoelde treinen voor reizigersvervoer het geval
is. Bij het goederenvervoer zal het militair belang eer-
der meespreken voor zoover het betreft transport ten
behoeve der particuliere industrie van oorlogsmate-
riaal, terwijl voor het volproppen der voertuigen, ge-
lijk bij het personenverkeer wordt toegepast, uit den
aard van de zaak geen gelegenheid bestaat. Dat de
treinkilometers der werktreinen in aantal verminder-
den brengt men in verband met de omstandigheid –
welke door de regeering in den Rijksdag moest wor-
den erkend – dat het niet mogelijk is geweest aan
weg en werken die zorgen te wijden, welke men voor den oorlog noodzakelijk achtte. De vermindering van
11,4
tot 6,9 millioen, bij een zich nog iets uitbreidend
net, is niet zonder beteekenis.
Een opmerkelijke ervaring doet men ook bij de
posten 17 en 18 op. De kilometers der vreemde loco-
motieven vertoonen relatief een sterker daling dan die

II
6’42

.

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

29 Augusius 1917
11

van het eigen materieel; de internationale verbindin-

gen zijn immers ook grootendeels komén te vervallen.

Vervolgens zien wij, dat het aantal treinen is afge-
nômen, dit stemt overeen met de vermindering van

het totaal aan treinkilometer.s.
Bij
post 5-8 vonden

wij echter, dat het aantal plaatsen in de personen-

treinen voor, alle klassen tezamen met 254.000 ver-

meerderd is. Dit wijst dus op het rijden met langer’

treinen.

Niet begrijpelijk is hoe het aantal treinen per

K.M.-bedrjfsnet in 1915 wederom kon toenemen, of-
schoon het totaal aantal treinen in dat jaar bleef af-

nemen en het net in exploitatie, nog een kleine ver-
grooting verkreeg. In post 21 weerspiegelt zich wat

wij naar aanleiding van het aantal treinkilometers der

diverse treinsoorten (12-15) opmerkten. De inkom-

sten uit het personenverkeer blijken verminderd te

zijn. De statistiek in het Archiv für Eisenbahnwesen

bevat de mededeeling, dat wegens den oorlog de cijfers

van het aantal vei’voerde personen vanaf 1914′ niet

meer bekend gemaakt worden. Men mist die post dan
ook in het bovenstaande overzicht. De zooeven ge-
noemde vermindering van inkomsten geeft echter

eene vingerwijziging in deze richting. Ook vermelding

van den omvang van het goederenvervoer in 1915 is°

om.den oorlog nagelaten. Toch zijn hier wel weer dooi

combinatie veronderstellingen te maken. De inkom
2

sten uit dezen tak van bedrijf vertoonen, na vermin-‘
dering in het eerite oorlogsjaar, wederom vermeerde-

ring, zelfs tot een eindbedrag dat hooger is dan het

resultaat van 1913. Ver.grooting van het goederenver-

voer in het tweede oorlogsjaar was reeds uit post 15

af te leiden, hier komt ‘echter evenzeer tariefverhoo-.,

ging aan het licht.
De totale bedrjfsuitgaven die aanvankelijk stegen, –

heef t men blijkbaar
getracht, wederom terug te bren-

gen. De bezuiniging is hoofdzakelijk gevonden in, ove-”
rigens noodgedwongen, onthouding van herstellin.g
en vernieuwing van weg ‘en materieel. Maar al zijn de

bedrijfsuitkomsten, dank zij de gereleveerde vermeer’
dering der ontvangsten in het goederenvervoer, toege-
nomen, zoo vertoont post 27 niettemin, dat het bedrijf.
in 1915 toch nog – schoon niet aanmerkelijk – min-.

der voordeel opleverde dan v66r den oorlog het geval

was. Ten slotte ziet men, dat het aantal beambten en,
arbeiders eene vermindering onderging, de post bezol-.
diging dezer groep evenwel vermeerderde, hetgeen

zonder twijfel in duurtetoeslag verklaring vindt.
Bij de cijfers over
.
1916, die zooals
begrijpelijk
is,
nog niet ter beschikking staan, zullen de boven be- –

sproken verschuivingen zich ongetwijfeld nog belang-‘

‘rijk verder hebben voortbewogen. –

DE POSITIE DER KLEINE BOEREN OP DE

ZANDGRONDEN.

Nu de aanvoeren van veevoeder en kunstmest van’
uit het .buitenland’ geheel zijn opgehouden, terwijl de hooioogst in Nederland ver beneden het middelmatige. ‘bleef, wordt een uitgebreide klasse van menschen met
totalen ondergang bedreigd. Ik bedoel de i.g. keuter-
boertjes in onze zandstreken.
Om zich een juist beeld te vormen van de moei-
lijkheden waarin deze mnschen verkeeren is het
noodig, dat men een inzicht heeft in de inrichting van’ hun bedrijf in normale tijden. Het bedrijf dan is aan-”
gewezen
‘Op
den verkoop van dierljke producten, melk,
varkensvieesch en eieren. De kleine keuter houdt een
twee of drietal koeien, waarvan hij de melk in den
regel aflevert aan een coöperatieve zuivelfabriek ter-,

wijl hij de on’dermelk terug ontvangt. Aangevuld met voldoende graan levert deze ondermelk een zeer goed
mestvoedsel voor varkens. De mest der varkens en
koeien naast meststoffen uit den handel dient voor
aanvulling der voorraden plantenvoedsel.
Thans evenwel is deze bedrijfsinrichting totaal on-
mogelijk geworden. De Regeering neemt de rogge,
vroeger, ontving men z.g. ruilmaïs terug, doch dit is

opgehouden. Varkensvoedsel ontbrekt
vrijwel
totaal,
zoodat de mesterj zeer sterk moet worden ingekrom-

pen. Maar waar dit het geval is, is het duidelijk dat ook

de fokkerj niet meer loonend is. De vraag naar jonge
varkens voor de mesterj is absoluut verdwenen, zoo-
dat biggen vroeger voor
f
18 verkocht, thans hoog-
stens.
f
2 opbrengen.

Dit niet meer rendabel zijn van de varkenshouderj
heeft tengevolge, dat de rentabiliteit der rundvee-

houderj sterk wordt gedrukt. De ondermelk toch kan
niet meer worden gebruikt. Wel verwerken enkele

fabrieken dit product tot magere kaas of caseïne, doch

de meeste fabrieken in de zandatreken zijn ‘hierop

niet’ ingericht.

Van verschillende
zijden
berekende men, dat
bij
de
tegenwoordige roggeprijzen de verbouw van dit p
r
o:

duet rendabel was. Men stelde tegenover elkander de

kosten per H.A. en de opbrengsten en het bleek dan,
dat er een winst-marge overbleef. Men ,verge’et dan

evenwel:
10.
dat de mest, die de boer heeft gebruikt, afkom-

stig is van een bedrijfsonderdeel, dat met groote ver-
heien werkt, en hem dus feitelijk veel duurder komt
dan de door vergelijking met kunstmeststoffen bere-

kende waarde; .2
1
‘. dat het stroo noodzakelijk weer gebruikt moet,
worden in de minder rendabele bedrjfsonderdeelen

en daarom den boer bij verre na niet de marktwaarde
oplevert.
Het middel, om verbetering in den toestand te bren-

gen zou in normale tijden voor de hand liggen: krimp

het minder rendabele deel in, breid het meer rendabele
uit, m.a.w. houd minder vee, teel meer graan. Thans

evenwel is een zoodanige verandering
vrijwel
onmo-

gelijk.
Door de inkrimping der veehouderj zou de mest-
productie sterk afnemen, door de uitbreiding van de
graanteelt wordt de mestbehoefte grooter. In uormale

tijden kan een tekort tot op zekere hoogte met kunst-
meststoffen worden aangevuld, doch dit is thans on-

mogelijk. Wel is de mestbehoefte op gescheurde gras-
landen niet groot, aangezien zich in de bovenlaag van
oude weilanden een groote reserve van plantenvoed-

sel heeft gevormd, doch de behoefte op het oude bouw-

land
blijft
even groot als voorheen. –
Ten slotte
verdwijnt
door voedselgebrek ook voor
een groot deel de kippenhouderj, welke in vele stre-

ken een mooie neven-verdienste leverde, in de omstre-
ken van Barneveld zelfs een hoofdbron van bestaan
vormde.
Waar het ‘uit algemeen oogpunt beschouwd, een uitgemaakte zaak is, dat in den landbouw het klein
bedrijf zeker recht van bestaan heeft; waar de zand-
streken zich uitstekend leenen voor dezen vorm

klein
bedrijf,
moet men zeker betreuren, dat een zoo

uitgebreide klassg menschen waarschijnlijk voor lan-
gen tijd economisch wordt lamgeslagen, en vraagt
men zich af: zullen deze menschen nog eens zoo als
een 25 jaar geleden, vallen in handen van allerlei

geldschieters, die door hun verkeerde praktijken, de
ontwikkeling van den landbouw in vele streken sterk’
hebben tegengehouden. Gelukkig dat op vele plaatsen
boerenleenbanken dit kunnen helpen verhii?ideren.

J.P.H.

AANTEEKENINGEN.

E n g e 1 a n cl s i z v o e r. –
In een reôent num-
mer van Fairplay, levert de Look-out man de volgen-
de opmerkelijke beschouwing. V66r den oorlog voerde

Engeland jaarlijks omtrent 58.000.000 ton in. Voor
1916 verminderde de’ import tot omtrent 43.000.000
ton en in het jaar. dat wij nu schrijven zal hij zonder eenigen twijfel nog tot éen aanmerkelijk lager cijfer
beperkt blijven. Deze getallen drukken evenwel nog
niet eens ten volle het gewichtige der omstandighe-
den uit, want het verlies dat Engeland daarmede ge-
leden heeft ten aanzien van eigen consumtie en van

29 Augustus 1917

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

643

weder-export in bewerkten vorm aan de overzeesche

afnemers, vertoont zich eerst in de volgende beschou-

wing. Van de 58 millioen ton die voor den oorlog

ingevoerd werden namen de voedingsmiddelen iets
minder dan X in; de rest kwam nagenoeg geheel ten

goede aan vreedzame industrie en handel. In 1916

bestond evenwel % van den totalen import uit voe-
dingsmiddelen, oorlogsmunitie en grondstoffen daar-

voor, zoodat dus thans slechts %, in tegenstelling met

voor den oorlog, – van den bovendien aanmerkelijk
verminderden invoer – ten voordeel heeft gestrekt
aan productieve voortbrenging. In getallen uitgedrukt

staan dus tegenover bijna 45.000.000 ton goederen

ingevoerd ten bate van dé verrijking der maatschappij

voor den oorlog, slechts 14.000.000 ton in het afge-loopen jaar. In 1917 zal de toestand niet rooskleuri-
ger worden, het element dat hierin voor de weerbare
positie van Engeland zit, mist zijne beteekenis niet.

Staten.

– Reeds eerder heeft eene merkwaardige, door den
oorlog veroorzaakte, overbrenging van arbeidskrach-
ten ons aanleiding gegeven tot een bericht. Wij be

doelen het toevoereia van Ohineesche arbeiders naar
Frankrijk, ter voorziening in het heerschend tekort

aan werkkrachten in landbouw en industrie, hetgeen
reeds tot uitvoering kwam lang voordat het hemel-

sche rijk zich mengdein de aardsche verdeeldheid en
waarvan de lezer de nadere bijzonderheden kan terug-
vinden in ons nummer van 24 Januari j.l. Thans
wordt onze aandacht getrokken door een berichtje,
voorkomende in ,,The iron and coal trades review”,

waaraan wij het volgende ontleenen. De belangrijke
behoefte aan werkkrachten, die begrjpeljkerwijs op-
trad bij de door den europeeschen oorlog verhoogde

industrichle nijverheid in de Unie, zag zich gesteld
tegenover enkele bezwarende omstandigheden, welke
evenzeer kind van den oorlog zijn. Allereerst vertoonde
zich in den toevloed uit Europa van ambachtsloos

landverhuizersmaterjaal eene aanmerkelijke vermin-dering. In No. 80 gaven wij enkele getallen, die zulks
weerspiegelen. In den allerlaatsten tijd heeft zich
hierbij nog gevoegd het feit, dat de beschikking over
bepaalde personen verloren gaat doordat de betrok-
kenen in militairen dienst treden. Onder deze om-
standigheden was het niet te vermijden, dat het oog
gericht werd op de eenige goedkoope werkkracht die

nog in het land te vinden was, belichaamd in den zui-
delijken neger. And so in de woorden van het blad
– the negro goes north, and while he earns more
money there than he could at home, lie is creating
new problems and making new difficulties. De
Pennsylvania Railroad was een van de eersten die
het middel toepasten. Zij liet in de zuidelijke plaatsen
op straat negers verzamelen, die bij treinvrachten
noordwaarts werden gezonden. De ervaring hierbij

was evenwel niet zeer blijmoedi.g, de negers bleken
over het algemeen volkomen onbruikbaar. De Lukens
Iron and Steel Oompany te Coatesville-Pa. deed daar-
op zorgvuldig in de
zuidelijke
staten goede elementen uitzoeken, die in afdeelingen van 50 tot 100 man naar
hare fabrieken werden overgebracht om ze groeps-
gewijze in te werken. Toen men later van deze arbei-ders een groot aantal met vacantie naar hunne woon-
plaatsen liet gaan kwamen zij op den gezetten tijd aan

de fabriek terug. De Pennsylvania Railroad betaalt
nu aan deze werkkrachten weekloonen van 30 k 36
gulden. Men veronderstelt, dat reeds omtrent 400.000

negers onder de hier besproken omstandigheden
noordwaarts getrokken zijn. In Pennsylvania zullen
zich daarvan vermoedelijk 75.000
a
100.000 ophouden.

Normaliseering van de Spoorwegen
i n J a p a n.
– Na een merkwaardige voorgeschie-

denis vond het japansche spoorwegsysteem regelmaat
in de wet van 1900, waarbij een spoorwijdte van 1,067
M. werd aangenomen, die zich thans met weinig uit-

zonderingen over het rijk verbreid heeft. Sedert jaren
is echter eene beweging gaande het spoorwegnet op
europeesche norm te brengen (1.435 M.). Tot een
beslissing is het hiervoor nog niet gekomen.

Twee belangrijke momenten, die in andere landen

hun invloed hebben doen gelden ontbraken, prirno
is de normaliseeriug niet een vraagstuk van inter-

nationale beteekenis, daar aansluiting van het japan-sche net bij het vastiandsche (Korea-straat) niet goed

denkbaar is, secundo kan niet het ordenen van veel-
soortige netten in een uniform systeem als beweeg-

reden van de verbouwing gelden. Zoo is de invoering

van de normaalwjdte in Japan dan ook nog steeds

om de aanzienlijke kosten nagelaten, evenwel kan de-zelve in afzienbaren tijd worden verwacht, waar voor-
al het militaire belang daarbij zich sterk doet gevoe-

len en wel in dezen zin, – dat het van veel -gewicht zou
zijn indien men de japansche locomotieven, indien gewenscht, op de lijnen van Korea en Mantsjoerije

kon laten loopen. Het is een weinig bekend feit, dat

op het oogenblik een niet onbelangrijk aantal engel-
sche locomotieven in Frankrijk in gebruik zijn! In
verband met het vorenstaande trof ons de mededeeling

in het Board of Trade Journal, dat in Japan proeven

gedaan zijn met oude locomotieven, die op normaal-
spoorwijdte waren omgebouwd en naar het heette ver-

liepen de proefnemingen zeer bevredigend. Vergissen
wij ons niet, dan geldt het hier eene aanpassing die
in de techniek van den bouw van spoorwegmaterieel
een zelden toegepast middel is.

Toepassing van mais. –
In de Ohronicle
vinden wij de volgende gegevens opgenomen, vastge-
steld door het ,,United States Department of Agri-
culture”. Van een gemiddelden maisoogst van onge-
veer 2.700.000.000 bushels werd gevonden, dat 86,3

pct. gebruikt wordt voor dierljke voeding, tegenover
3,6 pOt. voor menscheljke consumtie. Wat overblijft
vindt de volgende bestemming: geëxporteerd wordt

1,7 pOt., voor stijfsel en glucose-berei.ding 1,5 pOt.,
zaaizaad 0,8 pOt., naar de branderj 1,3 pOt., diverse be-
stemming 4,8 pOt. In jaren van grooteren oogst wordt
het surplus meestentijds aan het vee vervoerd, hoofd-

zakelijk aan de varkens. Thans schijnt het verbruik
als veevoer sterk toegenomen te zijn. Gebaseerd op de
vermelde verhoudingen wordt de wekelijksche consum-
tie als volgt geschat: voeding van mensch en dier
46.300.000 bushels, industrie 1.442.000 bushels, export
865.000 bushels.

REGEERINGSMAATREGELEN OP

HANDELSGEBIED.

B r o o d k a a r t e n. De Minister van Landbouw,
Nijverheid en Bandel heeft bepaald, dat met ingang
van 2 September de hoeveelheid brood op een brood-
kaart te verkrijgen, zal moeten strekken voor een
tijdsduur van elf dagen, niettegenstaande op de kaart
staat vermeld, dat zij geldig is voor één week.

Uitvoer van ijzer en staal. Met het oog
op den beperkten invoer van ijzer en staal hier te
lande, kunnen geen öntheffingen meer worden ver-leend van het uitvoerverbod voor die materialen en
hunne legeeringen in elken vorm, ook niet voor uit-
voer naar Nederlandsch Oost- en West-Indië.

Uitvoer van cichorei. Met het oog op de
onzekere aanvoeren van koffie en in verband met den
geringeren verbouw in 1917 kan -de uitvoer van cicho-

rei in bewerkten of onbewerkten vorm niet in uit-
zicht worden gesteld.

Groenten. Met ingang van 27 dezer is het den
drogerjen, inzouterijen en andere verduurzamings-
ondernemingen verboden bladeren of afval van alle
soorten kool en peen-, nero- en andere soorten lof
te drogen, in te zouten of op andere wijze te verduur-

644

.

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

29 Augustus 1917

zamen. Alleen ten opzichte van bloemkoolbiaderen kan

door de Groenten-Centrale ontheffing van dit verbod
worden verleend, mits de verduiirzaming uitsluitend
plaats hebbe om het verduurzaamde product te doen

dienen als veevoeder.

Garantieprijzen landbouwproduc-

t en. Door den ïinister van Landbouw zijn vast-

gesteld de volgende garantieprijzen voor landbouw-

producten van den oogst 1918: wintertarwe
f
18, win-

terrogge
f 20,
wintergerst
f 16,60
en winterkoolzaad

f 40,
alles per 100 K.G. en geldende voor de produc-

ten van goede qualiteit, goed droog en marktschoon.

Indien de omstandigheden dit noodzakelijk maken

zullen deze garantieprijzen worden verhoogd.
Z a a, i z a a d. Teneinde landbouwers en handelaren
in staat te stellen zaaizaad te koopen of te verkoopen

is door den Minister bepaald, dat het graan en de

pelvruchten, voor den zaai geschikt, en als zoodanig
aan bepaaldé eischen voldoende, niet zullen wordew

gevorderd: a. voor zooveel betreft de herfstzaaizaden
v66i 1 3aiivari 1918;
b.
voor zooveel betreft de voor-
jaarszaaizaden v66r 1 Juni 1918. Na genoemde data
moeten de nog aanwezige hoeveelheden zaaizaad on-

middellijk worden ingeleverd bij den betrokken re-

geeringscommissar-is. De handel in zaaizaad en peul-

vruchten is slechts toegestaan aan erkende landb6ii-

wers-telers, voor zoover de door hen zelf geteelde pro-

ducten aangaat, en aan erkende handelaren en land-

bouwvereenigingen.

R’o g g e. Ingetrokken is de beschikking van
14

Mei j.l. houdende verbod van alle handelingen die er

toe leiden, dat de te velde staande rogge voor een

ander doel wordt gebruikt dan voor menschelijk voed-

sel, met name het maaien van onrijpe rogge en het
gebruiken daarvan als veevoeder.

Maximumprijzen. Boter. Voor boter,

verpakt in an.dere verpakking dan genoemd in de be-

schikking van
4
dezer of geleverd
bij
kleinere hoeveel-

heden dan 10 K.G. is alsnog vastgesteld een maxi-

mumtusschenhandelsprjs van
f 2,46
per K.G.

Slavonisch eiken-extract. Tot nadere
aankondiging zal dit artikel onder de daarvoor gel-

dende voorwaarden h contant geleverd worden door

het R. D. H. L. tegen een prijs van
f
1,90 per uniteit,
daaronder niet begrepen een bedrag van 50 ct. per
100 K.G. looimateriaal ter bestrijding van distributie-
kosten.

Paardenbrood. De verkoopprijs vaa paarden-
brood, te leveren door de bakkers, die daartoe door
de Toewijzingscommissie voor Veevoeder in staat zijn
gesteld, is voor de loopende maand vastgesteld op

f
21,50 per 100 K.G. exclusief zak af fabriek.

Runderkoppe.nvleesch en runder-
h a r t en. Onder intrekking eener vorige beschikking
is door den Minister van Landbouw enz. verboden het
gebruiken van runderkoppenvleeseh en runderharten

als grondstoffen voor de bereiding van andere levens-
middelen en het inzouten of op eenige andere wijze
verduurzamen der genoemde artikelen. Voorts zijn
vastgesteld maximumkleinhandelsprijzen ? 20 cts. per
K.G. voor runderkoppenvleesch en á 15 cts. per K.G,
voor runderharten.

R e p ar a.ti e-led er. In een rondschrijven is
door den Minister aan de gemeentebesturen medege-
deeld, dat, onvoorziene omstandigheden voorbehouden,

omstreeks half September a.s. een voldoende hoeveel-
heid reparatieleder ter beschikking van het R.D.H.L.
zal zijn gesteld om met de distributie te kunnen aan-
vangen. Tevoren zullen echter in de thans geldende distributie-regeling nog eenige wijzigingen worden
aangebracht. De prinicipieele wijzigingêh beoogen in
de eerste plaats de inschakeling van den lederhandel
en voorts het scheppen van de mogelijkheid, dat ook
in de toekomst hij, die aan zelfreparatie de voorkeur

geeft boven het doen repareeren door een schoenlap-

per, de gelegenheid zal hebben het daartoe benoodigde leder te koopen.

R a a p- e ii p a te n t o 1 i e. Verboden is de afleve-
ring en het daarmede verband houdende vervoer van

raap- en patentolie.

Voedselvoorziening. De bedoeling, waar-

mede het Bureau voor mededeelingen omtrent de

voedselvoorziening is opgericht (zie ons bericht in het

nummer van 15 dezer), is niet alleen door berichten,

enz. in de pers, maar ook langs andere wegen zooveel
mogelijk het publiek in te lichten omtrent de maat-

regelen, die de regeering erplicht is inzake de voed-

selvoorziening te nemen, opdat beter de moeilijkheden

begrepen worden, die daaibij te overwinnen zijn. Dit

zal slechts mogelijk zijn, indien ieder zich belangrijke

opofferingen getroost; men zal zich, nog meer dan,
reeds het geval is, moeten behelpen met hetgeen be-

schikbaar zal zijn. Dit zal te minder zwaar vallen,

naarmate men beter doordrongen is van de redenen,
die tot het opleggen van beperkingen leiden. Het is

de taak van hetBureau daartoe bij te dragen.

B u n k er v e r b o d. Het sinds eenigen tijd be-

staande verbod om bunkerkolen te leveren ten be-
hoeve van stoomschepen van vreemde nationaliteit

is thans uitgebreid tot de levering van brandhout.

Distributie van boter. De bij beschikking

van 19 Juli j.l. vastgestelde distributieregeling voor boter (zie het oyerzicht in ons nummer van 25 Juli)

zal o5 1 September a.s. in werking treden.

MAANDCIJFERS.

SPAARBANKOIJFERS..

Overzicht van inleg en terugbetaling bij
46
particu-

liere spaarbanken (aangesloten bij den Nederlandschen

Spaarbankbond) gedurende Juli 1917.

Spaarbanken met een

Bedrag in Guldens

Posten

aan inleggers verschuldigd
bedrad van:

Inleg

Terug-

In leg Terug-

betaling

betaling

beneden

f

100.000
8.478
3.797
117
18

f

100.000-,,

500.000
208.172
92.791
2.245
787
500.000-,, 1.000.000
261.949
185.777
2.313
1.170
,, 1.000.000-,, 2.000.000
556.876 403.146
5.947
2.366
2.000.000-,, 4.000.000
451.951
255.705
3.070 2.009

4.000.000-,, 7.000.000
981.453 650.309
8.721
5.157
boven
,,7.000.000 1.722.013 11.259.538 128.455113.661

Totaal
. . 4.190.892
1
2.851.063
1
50.868 25.168

Totaal
Juli 1916 .. . . 3.666.027 2.338.234 150.808 22.762
1915

2.818.398 1.848.324 151.7131 20.691

Juli ……1917

1916

1915

Uitgegeven nieuwe boekjes
3637

3716

2565
Geheel afbetaalde boekjes..

2032

1604

2282

Overzicht van inleg en terugbetaling bij de Rijks-

postspaarbank.

JULI
1917
1916


1915

f

8.565.541
f

8.057.672

f

6.954.730
Terugbetalingen

..
,,

5.966.882
,,

5.458.246
,,

4.528.765
Tegoed der inleggers
,212.892.954
,, 194.747 .523
,, 178.587 .274
Nom. bedr. der uitst.
op ultimo ……….

staatsschuldboekjes
op ultimo
. …….
27.623.250
,,

26.072.150
,,

24.263.400

Inlagen

………..

Spaarbankboekjes:
Aantal nieuw uit-
gegeven
10.300
10.404
8.915
Aantal

geheel

af-
t

6.288
6.198 6.898
be4aaid …………..
Aantal

uitstaande
op
ultimo
1.748.816 1.713.641
1.677.790

29
Augustus
1917

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTÊN

645

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.

N.B. *** beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.

GELDKOERSEN.

1.. BANKDISCONTO’S.

25Aug. 1917
20
Juli
1914

(Disc. Wissels.
Ned.
4
1
1t sedert 1Juli
1
15
3
2
1,sedert23 Mrt. ’14
Be1.Binn.Eff.

4
1
1

1

,,

’15
4

,,

23

,,

’14
an7rschinRC
S’Iu

,,

10Aug.’14
5

23

’14
Bank van Engeland
5

,

6 Apr.’17
3

,,

29 Jan.
1
14
Duitsche Rijksbank
5

23 Dec. ’14
4

5 Febr.’14
Bank van Frankrijk
5

,,

20Aug.’14
3
112

,,

20Jan.
’14
Oostenr. Hong. Bk.
5

,,

10Apr.’13
4

,,

12 Mrt. ’14
Russische Staatsbk.
6

,,

27 Juli ’14
5

,,

1 Apr. ’14
Nat.Banky.Denem.
5

10

,,

’15
5

,,

6 Febr.’ld
Zweedsehe Rijksbk.
5
1
12

9Nov.116
4
1
1,

,,

6

,,

14
ZwitserscheNat.Bk.
4’/,

,,

2Jan.’13
3
1
1t

,,

19

,,

’14
Bank van Italië ..
5

,,

1Juni’16
5

,,

9Mei

1
14
Feder. Res. Bk. N.Y.1

3
.-
4
8
12

– –


Javasehe Bank….
3’/s

,,

1 Aug.’09
3
1
12

,,

1Aug.’09

II. OPEN MARKT.

Data
Ani.stcrdo,n
Londen
Part.
Berlijn
Part.
Parijs
Part.
N. York
calt-
Part.
1

Prolon-
goeie
disconto
d
disc.
rnoney

25 Aug. ’17
2

8)
2’1′)
426133
4.
8
16

2
1
12.814
20-25

’17
2
2’1
418/33

1112-3
13-18 .,

’17
2
2-2
’14
4
25
122
4-
1
1a

2
3
14-3
1
12
611 ,,

’17
2-2
8/
2-2’12
413133
4.61

23114

21-25 A. ’18
1
1
14
1
8
14.2
5
5
18
4-
5
1,

2-
1
14
23-28 A.’15

214
4WH
– –
1/8

20-24Ju1.’14
3 ‘/e-°/,
2
1/4.3/4

2
‘/’/
2
/s’/
2
1
`le
1
‘/4-2
‘Is

1)
Noteering van 24 Aug. 1917.

WISSELKOERSEN.

I. KOERSEN IN NEDERLAND

Voor Londen, Berlijn en Parijs worden voorloopig ook de
dageljksche noteeringen te Amsterdam opgenomen. De dage-
lijksche koersen op New York, alsmede de laagste en
hoogste der week zijn aan particuliere opgaven ontleend.

Data
Londen
Berlijn

Parijs
Ne,o York

20 Aug. 1917

..
11.37 1/4
33.87
1
12
41.37
1
12
2.38
1
!,
21

1017

..
11.38
8
1
33.82
1
12
41.35
2.38
8
/a
22

1917

.-.
11.36
1
12
33.72′!,
41.37’12
2.38’/
23

1917

..
11.35
3
1,
33.55


41.40
2.38’/4
24

1917

..
11.34
33.50 41.40 2.38
25

1917

..



2.38’18

Laagste der week
11.33 33.35
41.25
2.8714
Hoogste

,,

,,
11.38
1
1
34.10


41.43 2.39
18 Aug.
1017

..
11.38

1)
33.65

1)
41.40
‘)
2.3818
11

,,

1917

..
11.39
8
14
2
)
33.62’12 8)
41.40
‘)
2.39
Muutpariteit

. .
12.1018
59.26


48.-
2;48
8
1

‘) Noteering van 17 Aug.
2) Noteering van 10 Aug.

Dotn
Zwitser. land
Weenen

Kopen-
hagen
Stock.
holm
Batavia
telegra,Ssch

25 Aug. 1917
53.10
21.35
72.40
79.50
99-100+
Laagste d.
w.
53.-
21.35
72.35
70.40

Hoogste
,, ,,
54.17’12
21.70 72.75 79.70

18 Aug. 1917
54.15
21.45
72.40 79.65
99-100
11

,,

1917
54.10 21.35 72.70
70.25
99-100
Muntpariteit
48.-
50.41
66.67
6667
100

OVERZICWr.

Londen was deze week eerder aangeboden. Van 11.38 liep
de koers tot 11.33 terug; daarna volgde weder een klein
herstel tot 11.34. Parijs veranderde slechts weinig 41.37
‘/
41.47’1,-41.35. New York evenals Londen, flauwer 23814-
238. Zwit’serland was vooral de laatste dagen der week
sterk aangeboden; van 54.10 liep de koers tot 53.10 terug.
De Skandinavische koersen toonden weinig variatie. Kopen-
hagen 72.45-72.65-72.45. Stockholm 79.65-79.55. Kris-
tiania 72,95-72.70. Marken bleven aangeboden; slechts den
eersten beursdag liep de koers van 33.80 tot 34.05 op.
Spoedig had echter het aanbod weder de overhand en op
den laatsten dag dezer week werd er voor 33.40 afgedaan.
t
De Duitsche officieele noteering voor Holland werd weder van 295 op 297
‘/
(± 33.61
1
/2) gebracht. Oostenrijk 21,65-
21.40. Italie iets flauwe’r ± 32; evenzoo Spanje ±’ 53.75.
Roebels sterk latend voor 491/4

II. KOERSEN TE NEW YORK.


Cable
Zicht Zicht
Zicht
D
o
0
Londen
Parijs
Berlijn
Amsterd. (in
,
(in
f,’i.
(in
cents
(in cents
per £)
P.
,t)
P. Rm. 4)
per gid.)

25 Augestus 1917
4.76.45
5.77’/&
nom.
41
51
Laagste d. week..
4.78.43
5.76’12

41
5
14
Hoogste,,

,,

..
4.76.45
5.78

4114
18 Augustus1917
4.76.45
5.78
nom.
41
3
/d
11

1917
4.76.45
5.78
nom.
42
Muntpariteit….
4.86.67
5.1821
4

95114
4011,.

III. KOERSEN VAN DE VOLGENDE PLAATSEN OP

LONDEN.

Plaatsen en
Landen
Noteerings- eenheden
24Juli
1917
4 Aug.
1917

Tijdperk
6-21
Aug.

Loo getelH099ste

21
Aug.
1917

Alexandrië..
Piast.
p. £
977/,
97
3
18
97
5
18
97
5
18
97
8
19
B. Aires
….
d.p.gd.pes.
49
7
18
49
5
1a
49118
49814
4918
Calcutta
. . . .
sh/d.p.rup.
114
0
1e2
114
9
/,
114
1
/g
114
5
!,,
114
1
42
Hongkong
..
id.
p. $
217
217
5
14
2I7/4
2111
211011,
Lissabon….
d.p.escudo
31
1
1&
31/,
31
1
12
32
1
12
31
1
1s
Madrid

….
Peset.
p. £
20.75 20.81
20.75 21.15 21.07
Monjevideo..
d.p.peso
54.
531
52 ’12
54118
538/4
Montreal….
$
per
£
4.77’12
4.7814
4.76112
4.77
I
1
4,77
Petrograd
..
R.
p. £ 10
228
220
218 228
225
1
1
R.d.Janeiro’)
d.p.rnilr.
13
13′!,,
13
1
1,
13’12
13
1
12
Lires
p. £
34.32
34.51
34.70
35.50
35.34
Shanghai

..
sh/dp.tael
311011
3111
1
14
3111
1
1
413
1
12
413

Rome

…….

Singapore
. .
id.
p. $
214
1
1,,
214′!,,
214
2141
214
1
1,.
Valpai’aiso
1)
d.p.pap.p.
12
1
1i
1225182

12
2
18
13
7
1,0
13/,.
Yokohama
..
sh/d.p. yen
211
11
211/,
211′!,,
211″!,,
211
51

‘) Noteeringen op 90 dagen.

GOUD EN ZILVER.

-GOUDBEWEGING BIJ DE BANK VAN ENGELAND.

Sedert 29 Juli 1916 worden de dagelijksche ontvangsten
en onttrekkingen van goud door de Bank van Engeland
tijdelijk niet bekend gemaakt.

ZILVER.

Noteering te Londen.
te New York.

25 Aug.
1917
……..44’/8
88
1
1
18
1917
……..44
86
8
1d
11′

,,
1917
……..

42′!,,’)
82
7
19
4

,,
1917
……..41
80
8
14
2
)
28
Juli
1917
…….39′!,
78
1
18

26 Aug.
1016
……..31’/2
28 Aug.
1915
……..

22″!,,
4618
20
Juli
1914
……..24″!,.
54
1
1e

2) Noteering
van
10
Augustus 1917.
t
)
Noteering
van
3 Augustus 1917.

646

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

29Augustus 1917

NEDERLANDStHE BANK.

VERKORTE BALANS OP 25 AUG. 1917.

Activa.

Binnenl. Wis- ( H.-bk.
f
24.197.152,92
‘Is
sels,
Prom..!
B.-bk.
,,

44.019,56


enz. in disc.
t
Ag.sch. ,, 7.709.346,11
‘I

f
31.950.518,60.
Papier o. h. Buiteni. in
disconto ……………………..

Idem eigen portef..
f
8.227.680,-
Af: Verkocht maar voor
de bk. nog niet afgel.

Beleeningen

39.624.1O1,3OI,
mcl.
vrsch.

8.227.680,-

in rek.-crt. B.-bk. ,, 12.742.802,80
op onderp A.g.sch.

32.253,713,91
1
1

/ 74.620.618,02

OpEffecten
……
/ 69.772.418,02
Op Goederen en Spec. ,, 4.848.200 –
74.620.618,02

Voorschotten a. h. Rijk ……………. 13.340.706,84

Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud ……
‘f
49.446.425,-
Muntmat. Goud…. ,,607.464.256,30
1
12

f656.910.681,30 11
Munt, Zilver, enz. •

7.374.677,91
1
12
Muntmat. Zilver

664.285.359,22
Effecten
Bel. v.h.Res.fonds..
f
5.178.315,-
id. van
‘I
s
v. h. kapil. ,, 3.935.939,62′!,


9.114.254,62’/,
Geb.enMeub.der Bank …………….,,

1.465.000,-

Diverse rekeningen ……… . ……..

62.233.861,67

f
865.237.998,97
‘/

Passiva.

Kapitaal
………………………..
f

20.000.000,-
Reservefonds
…………………….
,,

5.234.534,18
1
1; Bankbiljetten in omloop …………..
,, 766.666.590,-
Bankassignatiën in omloop…………
,,

1.710.631,52% Reken ing-Coura
L
nt saldo’s:
Van het Rijk ……
f
Van anderen
……,,
68.370.516,85

pp

68.370.516,85
Diverse rekeningen

………………
,,

3.255.726,41
1
I

/ 65.237.998,9711,

Beschikbaar metaalsaldo …………..
f
495.883.905,81
Op de basis
van
1
1 metaaldekking …… ,,
328.534.358,13’1
Minder bedrag aan bankbiljetten inoinloop
dan waartoe de Bank gerechtigd is .. ,, 2.479.419.525,-

Bij vergelijking met den vorigen weekstaat blijken de volgende verschillen:
Meer

Minder –

Disconto’s …………..548.099,’74’I
Buitenlandsche wissels..

169 .29b,-
Beleeningen …………924.105,41
Goud ………………59.548,80
Zilver ………………146.107,68′!,
Bankbiljetten…………
1.864.595,- –
Part. Rek.-Crt. saldo’s ..

5.283.180,32’12

N.B. Uit de bekendmaking van den Minister van Financiën blijkt, dat uitstonden op:

25
Aug. 1917
18 Aug. 1917

Aan schatkistpromessen
/
100.830.000,-
f

99.880.000,.L
waarvan rechtstreeks hij
de Ned. Bank geplaatst
,, 21.000.000,- ,, 20.000.000,-
Aan schatkist6iljetten
,,133.868.000,-
,,133.868.000;- Aan zilverbons

………
,, 22.484.212,-
,, 22.502.390,-.

OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.

(In duizenden guldens.)

Data’.
Goud
Zilver
biljetten
Andere
opeisc/ibare

5 Aug.
1917
….
656.911
7.375
766.667 70.081
18

,,
1017
….
656.851
7.229
768.531
86.385
11

,,
1917
….
656.748
7.097
770.707
66.264
4
1917
….
647.041 7.060 778.989
57.932
28 Juli
1917
….
633.304
7.247
767.152 58.470
21
1917
….
621.209
7.322
760.027
55.682
14
1917
….
624.158
7.288
767.296 52.738
7
1917
….
625.672
7.287
771.151
48.507
30 Juni
1917
..

..
626.729
7.454
764.224
63.675
23
1917
….
603.159
7.569 738.635
68.497
16

,,
1017
….
602.616
7.573
741.257
68.016
9

,,
1917
….
594.428
7.420
749.594 50.828
2

,,
1917
….
596.314
7.497
757.088
51.967

26 Aug.
1916
….
585.813
8.231
657.109 140.467
28 Aug.
1915
….
378.437
2.322
513.706
23.266

25

Juli
1934
..

..
162.114
8.228
310.437
6.198

D
£1 0

Discor.to’s
____
Belee.
Bescl,tk.
baar Dek.
kings-
Hwrvan

0
T taal
Scl,atkist_
om
gen
Metaal-
percon- prornessen
saldo
tage
rechtstreeks
25 Aug.1917
31.951 21.000 74.621
495.884
79
18

,,

1917
31.402
20.000 73.697
496.045
80
11

,,

1917
37.913
26.000 74.832
495.414
79
4

,,

1917
45.467 34.000
75.101
485.707
78
28 Juli 1917
44.781 33.000 75.195 474.413
78
21

1917
49.692
38.000
77.060
464.375
77
14

,,

1917
51.755 40.000
76.823
466.424
77
7

,,

1917
52.211
40.000 75.683 468.033
77
30 Juni 1917
52.644
4,0.000
79.146 447.376
79
23

,,

1917
52.879 49.000 79.469
448.344
76
16

,,

1917
53.142 40.000 83.238
447.376
75
9

,,

1917
53.245 40.000
85.298 440.806
75
2

,,

1917
57.813
44.000 91.120 441.043
75

26Aug. 1918
75.887
59.500
64.757
433.626

74
28Aug.1915
61.365 32.500 90.010 272.871
71

25 Juli 1914
67.947
14.300
61.686
43.521′)
54

1)
Op de basis vau
‘Is
metaaldekking.

JAVASCHE BANK.

OVERZICHT DER VOOR4AAMSTE POSTEN.

(In duizenden Guldens.)

Data
Goud

Zilver
Bank
biljeet;n
Andere
opeischb.
schulden

2

Juni 1917
.’.
….
72.995
22.160 160.565 35.127
26 Mei

1017 …..
..
72.098
22.325
157.493
35.211 72.297
22.244
156.573
34.428 72.825
22.463
157.741
34.906
19

1917 …….
12

1917 …….

56.765

31.595
146.657 37.254
3

Juni 1916 …….
29.558 30.990
113.016
17.248
12

Juni 1915 …….

25

Juli

1914 …….
22.057 31.907 110.172
12.634

Data
Dis-
conto’s

.sseis,
buiten N. -md.
b

Belee-
ningen
Diverse reke

,ingen’)

Beschik.
baar metaal-
saldo
Dek-
1
kin ge.
1
f’ercen.
1
togo

2 Juni1917
6.550
36.226 50.976
12.565
56.465
49
26Mei 1917
6.532
35.747
50.060
11.326
56.318
49
19

,,

1917
6.508 36.852
50.149
8.553
56.783
49
12

1917
,
6.534 36.225 49.605 9.504 57.211
49

3 Juni1916
6.644 39.576
41.301
11.126
51.577
48
12Juni1915
5.913
5.627
55.321 6.208
34.493
47

25 Juli1914
7.259 6.395
47.934
2.228 4.842
2
)
44

1)
Sluitpost (er aetiva.
‘) 0l5 de basis van ‘/, metaaldekking.

SURINAAMSCHE BANK.

OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN

(In duizenden guldens.)

‘Andere1
IDiv. reke-
Data

Melaal Circulot&e opeischb. IDçconto’s1 ningen )
schulden 1

2 Juni 1917

..
775
1.233
954
903
516
26 Mei

1917

..
776
1.157
996 902
477
19

,,

1917

. .
759 1.182
1.027
900
458
12

1917

..
‘768
1.219
1

1.029

t

920
473

3 Juni 1916 ..

731
1
1.034
1

817
1

944
1

862
5 Juni 1915 .. 1.086

1.172

1.393

848

882

25Juli
1914..
1

6451 1.100
1

560
1

7,15
1
t)
Sluitpost der activa

29 Augustus 1917

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

647

BUITENLANDSCHE BANKSTATEN.

Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overzicht gegeven
van enkele niet wekelijks opgenomen bankst.aten.

1. BANK VAN ENGELAND.

WEEKSTAAT VAN 15 AUGUSTUS 1917.

ISSUE DEP4RTMENT.

Notes issued.. £ 69.538.770

Governm.Debt £ 11.015100
Otherseeurities,,

7.434.900
Gold coin and
bullion…..

51.086.770

£ 69.536.770

£ 69.536.770

BANKING DEPARTMENT.

Capital……£ 14.553.000

Government
Rest ………,

3.519.886

securities .. £ 56.541.328.
Public deposits,, 45.509.651

Other securities ,, 101.975.407
Other deposits,, 126.958.632

Notes ……..,, 29.492.075
Seven-day and

Gold and silver
other buis..
,,

16.792

coin ……..2.549d51

£ 190.557.961

£ 190.557.961

Door het uitblijven der Engelsche bladen konden de cijfers van,
den laatsten weekstaat hierboven niet worden opgenomen.

OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.

Onderstaand overzicht bevat tevens de cijfers der door de
Regeering uitgegeven currency notes van 1 £ en 10 sh. met
het bedrag der ‘gouddekking en der tot dekking aangewezen Government securities. De publicatie dezer cijfers geschiedt
sedert 26 Augustus 1914.

(In duizenden p. st.)

Currency Notes.
Data

Metaal Circttlatie

1
Gudd.
1
Gov. Sec.

22 Aug. 1917 54.153

39,934

***

***

**a
15

,, 1917

53.636

40.045

173.141 28.500

146.220
8

,, 1917

53.394

40.366

171.496 28.500

144.640
1

,,

1917

52.456

40.476

168.542 28.500

141.591

23 Aug. 1918 57.147

35.536 129.444 28.500

97.586
25 Aug. 1915 67.301

31.803
1
54.201 28.500

14.759

22 Juli 1914 40.184

29.317

II. DUITSCHE RIJKSBANK

STAAT VAN 23 AUG. 1917.

De biljetten zijn sedert den oorlog niet inwisselbaar.

Metallbcsttnd ……………………Mk. 2.494.576.000
davon Goldbestand ………………,, 2.402.850.000
Reichs- und Darlehenskassenschejne ……

567.538.000
Noten anderer Banken …………….

6.275.000
Wechsel …………..
…………….

11.066.859.000
Lombardforderungen ……….
……..

7.803.000
Effekten …………..
…………….,,

172.136.000
1
SonstigeAktiva ……

…………….

1.345.794.000
Grundkapital ……….
…………….,,

180.000.000
Reservefonds ……………………..,,

90.137.000
Notenunilauf ……….
…………….,, 8.977.977.000
Sonstige t’hglich flillige Verbindlichkeiteu

5.874.854.000
Sonstige Passiva …………………..,

538.063.000

OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN..

Onderstaand overzicht bevat tevens het cijfer (Ier uitgegeven
Darlehenskassenscheine. De Scheine, welke niet in kas zijn
.buj de Reichsbank, circuleeren grootendeels onder het publiek.
De Darlehenskassen zijn ingesteld op 11 Augustus 1914.

(In duizenden Mark)

Data

Metaal

Daarvan
1
Kas sea.

Circu.

k;,;;;.
Goud

scheu,e

l,,t.

,,……
1
rage’)
23 ‘Aug. 1917
2.494.576
2.402.850
567.538
8.977.977
34
15

,,

1917
2.489.536 2.402.462 547.240
8.934.378
34

7

,,

1917
2.482.818 2.402.461
545.926
8.905.653
34
31 Juli

1917
2.458.001
2.402.191 525.244 8.852.737
34

23 Aug. 1916
2.495.963 2.468.562 340.978
6.863.154
41
23 Aug. 1915
2.452.890 2.406.330 236.005 5.317.218
51
23 Juli

1914
1.691.669 1.356.857 65.479 1.890.895
93
t)
Dekking der
circulatie
door metaal
en Kassenscheine.

DarlehenSka.çse
flsc
l,
0
,
Ø

Data
Wi.sscls
Rch. Crt.
Totaal
In kas b;j
uitge. de Rcichs-
____________
ge-ven
bonk

23 Aug. 1917 111066.859

5.874.854

5.547.700 551.100
15 ,,

1917 11.368.620

6.080.388

5.473.900 530.500
‘7 ,,

1917 11.032.281

5.739.791

5.424.700 530.400
31Juli 1917 11.127.020

5.847.971

5.351.000

508.400

23 Aug. 1916 6.658.583

2,691.145

1.879.700 301.900
23 Aug. 1915 4.744.553

F.817.041

1.019.000 1881000

23 Juli 1914

750.892

943.984

III. BANK VAN FRANKRIJK.

OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.,
Van 6 Aug. 1914 tot 28 Jan. 1915 werden geen staten
gepubliceerd. De met * geteekende posten komen eerst sedert
28 Jan. 1915 in den weekstaat voor. De biljetten zijn sedert
den oorlog niet inwisselbaar. .

(In duizenden francs.)

Waarvan

• Te goed

Buit.gew.
Data

Goud

in het

Zilver

in het

voorsch.
t

Buitenland

Buitenland old. Staat

23 Aug.’17 5.309.717 2.037.108 260.331

717.050 11.025.000
16 ,, ’17 5.307.252 2.037.108 260.37.0

714.436 10.900.000
9 ,, ’17 5.305.202 2.037.108 260.731

679.528 10.900.000
2 ,, ’17 5.302.600 2.037.108 261.323

785.040 10.800.000

24Aug.’16 4.808.058

339.326 667.020 8.400.000
26Aug.’15 4.266.319

366.754 1.008.730 6.300.000

23 Juli’14 4.104.390

639.820

•-

Rek. Crt,
1
Rek
* Uitge.
1
Belee.
1
Bankbil-

Parti. t Crt..
Wissels

stelde
Wis.rels

ning

feiten

culieren.
1
Staat

567.412 1.173.013 1.113.577 20.468.568 2.715.700 17.901

617.770 1.174.569 1.116.187 20.458.825 2.601.354 80.459 622.201 1.176.391 1.113.527 20.434.624 2.580.014 39.950

er

655.007 1.181.163 1.114.055 20.312.498 2.619.336 60.531
0

424.838 1.418.650 1.180.577 16.376.066 2.240.313 158.515
275.220 2.060.438 587.284 12.950.279 2.473.477 69.068

1.541.080

769.400 5.911.910 942.570400.560

Gov.
1
Other t Public

Other

Data

Sec.
1
Sec.
J
Depos.
1
Depos.

serve percet2.
________________

tagel)

22 Aug.’17 56.483 100.889 44.701 100.889 32.669 19,-
15 ,, ’17 56.541 101.975 45.510 101.975 32.041 .18,58
8 ,, ’17 56.559 107.948 47.465 130.424 31.478 17,69 1 ,, ’17 50.440 110.655 44.812 128.744 30.430 17,53

23 Aug.’16 42.188 89.047 51.428 101.752 40.061
26’18
25 Aug.’15 45.655 142.137 89.465 134.054 53.948 2418

22 Juli ’14 11.005

33.633 13.735 42.185 29.297 528/
8

t)
Verhouding tusschen Reserve en Deposits.

Metaal
Deleen.
t Beleen.
Buun.
Rek.
Dato
mcl.
1
buit ent.
van
buiteul. van
1
prom.
d.
wissels en Circ’t-
jatie.
Cet,
saldi.
saldi
vorder.
provinc,
beleen.

23 Aug. 1917
425.415 89.928
480.000 95.330
991.459
89.275

1

16

,,

1917
425.757
89.894
480.000
96.617 991.480
90.847

1

9

..

1917
425.719 89.863 480.000
92.750
981.203
97.363

’26 Juli
1917
423.130
89,847
480.000 85.324
961.017 106.920

24 Aug.
1916
308.545 71.279 480.000 53.208 751.825
153.639

20 Aug.
1915
114.925 22.977
360.000
38.595
408.509
127.969

648

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

29 Augustus 1917

IV.
RUSSISCIJE STAATSBANK.

OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN.

De post ,,Schatkistbiljetten” komt eerst sedert 14November
1914 n. st. in den weekstaat voor. De biljetten zijn niet in-
wisselbaar.
(In millioenen Roebel).

Tegoed

Dita n. st.
1
Goud
1
uh bui.
Zij-

1

1
Circu-
1
Rek.

tenland
ver

jelt

en belee.I latie

Cou-
en

runt

21 Aug. ’17
1.297
2.308
124
11.928
1.737
14.435 2.634

14

,,

’17
1.294 2.308
124
11.767 1.835 14.125
2.672

5

,,

’17 1.293
2.308
124
11.394
2.087 13.916
2.484

1

,,

’17 1.292
2.308
125
11.163 1.462 13.640
2.644

21 Aug.’16
1.549
2.057
84
3.931
959
6.927
1.675.

21 Aug.’15
1.583
71 41
2.287
1.090
4.021
1.423

21 Juli ’14
1.601
144
74
.

.

.

.
757
1.634
1.099

V. BELGIË.

Van de Nationale Bank van België, die haar goudvoorraad
naar Londen heeft overgebracht, zijn sedert 6 Augustus 1914
geen weekstaten openbaar gemaakt.
De Sociét6 G4nérale de Belgique is einde 1914 met de functie
van circulatiebank belast. Het Notendepartement dezer ban1
publiceert wekelijks verkorte balansen. De biljetten zijn niet.

inwisselbaar.
OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.

(In duizenden francs.)

VI. VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERÏKA

FEDERAL RESERVE BANKS.

In werking getreden op 16 November 1914.

OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN.

(In duizenden dollars.)


Dekhings
Data

Goud

Zilver Wi,nets Deposito’s J’

P:rccn-

13 Juli’17 925.033 47.545 335.100 1.327.391 –


6 ,, ’17 903.988 38.314 331.517 1.260.973


29 Juni’17 891.873 39.840 399.512 1.333.826 –


22 ,, ’17 821.253 35.680 435.287 1.302.016 –

14 Jul 16 390.203 10.279 105.098 572.418 1.1.818

69
16 Juli’15 261.188 26.492 37.640 297.616 14.242

85

1)
Gouddekking van deposito’s en circulatie na aftrek van
de posten tussehen de banken onderling.

VEREENIGDE NEW YORKSCHE BANKEN EN TRFJST
MAATSCHAPPIJEN.

OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN.

(Gemiddelden in duizenden dollars.)

Beleenin gen
s
urplus
Data

Reserve Deposito’s Circulatie digcon
to’s

25Aug.’17
527.110
3.729.290
18

,,

’17
515.630
3.725.010
11

,,

’17
584.520 3.804.850
4

,,

’17
618.890
3.793.410

26 Aug.’16 674.620 3.377.390 31.130
28Aug.’15 652.500 2.788.690 37.040

25 Juli’14 467.880 1.958.320 41.730

1)
Op basis van 25
O/
van alle dep

EFFECTENBEURZEN.

Amsterdam, 27 Augustus 1917.

De afgeloopen week heeft geen nieuwe gezichtspunten
met betrekking tot den vrede geopend; zoowel de conse-
quenties van Stockholm als van Rome liggen nog in een
zeer gesluierde toekomst verborgen. Het is dan ook niet te
verwonderen, dat over het algemeen de beurzen veel minder
aandacht aan de vredes-mogelijkheid hebben besteed en dat
de handel heeft plaats gevonden zoowel in waarden, die
van de voortzetting van den oorlog, als in dezulke, die van
het sluiten van den vrede moeten profiteéren.

De beurs te Weenen heeft dit omgezet in een zeer geani-meerde houding, vrijwel over de gansche linie, doch voor-
namelijk voor de zoogenaamde ,,vredes-fondsen”. Speciaal
waren aandeelen der Orientbahn, der Tabak-regie, Staats-
spoorwegen, ed. zeer sterk gezocht. Teekenend echter voor
de psychologie van dn beurshandel is wel, dat bij het voort-
schrijden van deze beweging de aanleiding hiertoe vrijwel
uit het oog werd verloren en geen on’derscheid meeT werd gemaakt tusschen ,,00rlogs”- en ,,vredes-waarden”, ja, aan
cle eerste menigmaal de voorkeur boven de laatste werd
gegeven. Want, behalve de reeds genoemde bevonden zich
aandeelen in
.
munitie-fabrieken in het centrum der belang-
stelling en konden ook deze soorten een zeer aanmerkelijk
ko’ers-avance behalen. Wel zijn de omzetten over het alge-meen iets ingekrompen na de eerste enthousiaste opleving,
doch de stemming blijft zeer vast.
In verband hiermede kon ook aan de beurs te B e r 1 ii n
in de achter ons liggende ,berichtsperiode eenige opleving
worden geconstateerd. Tusscheu Weenen en Berlijn is een
tamelijk onbelemmerd effectenverkeer mogelijk, hetgeen nog
in de hand gewerkt wordt door de omstandigheid, dat di-
verse fondsen aan beide beurzen officieel worden genoteerd.
Weliswaar is thans van een dergelijke noteering bij onze
oostelijke naburen nog geen sprake (de vorige week wezen wij juist op de mogelijkheid van herstel van een meer nor-
maal Verkeer) doch een opgaande beweging te Weenen heeft
natuurlijkerwijze haar invloed op de te Berlijn zoo goed be-
kende papieren. Afgescheiden hiervan echter, waren ook aan de Duitsche beurzen factoren aanwezig, die het koerspeil van
– cle meeste fondsen gunstig influenceerden. Behalve de uiterst
ruime geldmarkt, clie het’ nog steeds gemakkelijk maakt
speculatieve aankoopen te effectueeren, loopt men vooruit
op besluiten, vermoedelijk door de Regeering te nemen in
verband met de plann’en tot het vormen van een gedwongen
syndicaat voor de margarine-industrie. Nu Duitschland,
zoowel voor de verkrijging van de grondstoffen voor dit in
den oorlogstijd onontbeerlijk geworden voedingsmiddel als
voor de fabricatie er van zoo goed als uitsluitend op eigen
krachten is aangewezen, behoeft het geen verwondering te
baren, dat men in Regeeringskringen aan systefliatische
voorziening en wellicht ook aan nieuwe bronnen van in-
komsten gaat denken. In verband hiermede waren de aan-
deden van sommige betrokken fabrieken zeer sterk ge-
vraagd, voornamelijk die der Oelfabrik Gross-Gerau. De
gunstige vooruitzichten voor de banken riep voor.
– de waar-
den van deze instellingen mede een gunstige tendenz te
voorschijn, waarbij behalve aandeelen Bank 1 tir, Handel &
Industrie en Rheinisch-Westphalische Disconto-Geselischaft
ook Wiener Bankverein zich aansloten.
De omzetten bleven echter voor de overige soorten bin-
nen enge grenzen. Men denkt er in Duitschland over de
beurzen des Zaterdags vroeger te gaan houden, wijl op dezen
dag de lust tot het entameeren van nieuwe affaires en
speciaal in dezen tijd niet al te groot mag worden genoemd.
Een voorstel tot algeheele sluiting kon geen voldoende in-stemming yiaclen; heden echter vergadert het bestuur van
de beurs te Frankfurt a/Main om te beslissen over een ver-
.vroeging van de Zaterdagsche markt, zoodat dan de beurs
gehouden zou kunnen worden van 11 tot 124 uur des mor-
gens, inplaats van, zooals tot nu toe, van 12 tot 2 uur des
namiddags. Het Berlijnsche beursbestuur heeft zich met een
eventueele wijziging in clezen zin reeds accoord verklaard,
zoodat nog slechte de toestemming van Hamburg noodig
is, om deze maatregelen door te voeren.
Te L o n d e n worden de gedachten voor het grootste ge-
deelte bezig gehouded door de komende nieuwe leening.
Wel is hieromtrent nog niets officieel bekend gemaakt, doch
het aangroeien van de vlottende schuld (met inbegrip van
de ,,Ways and Means” bedraagt zij thans circa een millard
Pond Sterling) doet vermoeden, dat de Regeering binnen zeer korten tijd met een nieuwe emissie te voorschijn zal
treden. Heftige discussies vinden plaats in verband met
de modaliteit dezer aanstaande oorlogsleening, en bizondere belangstelling verdienen de geruchten, als zou men in of f i-
cieele kringen ernstig denken aan het doorvoeren van een

30.660. 3.816.350

76.150

30.370 3.850.920

65.190,

30.300 3.795.990

128.080

30.260 3.752.750

158.890

3.244.040

125.910

2.648.100

194.150

2.057.570

26.170
1
)

29 Augustus 1917

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

649

premie-leening. Hieromtrent is men vrijwel in twee kampen
verdeeld: eenerzijds gelooft men, dat men zeer kleine be-dragen, die anders niet in obligaties der oorlogsleeningen
worden belegd, op deze wijze kan bereiken, anderzijds komt
men op tegen het aanwakkeren van de speelzucht. In ieder geval neemt men aan, dat binnen korten tijd, vermoedelijk
zelfs v&r het einde van het Parlemeuts-reces, de beslissing
zal vallen.

De beurs blijft inmiddels in vaste houding, ‘welke gesti-
muleerd wordt door de voortdurend plaatsliebbende fusies
van verschillende ondernemingen. Voor deze week zijn als
de meest opvallende te releveeren de samensmelting van de
Northern Assurance Company met de Provident Accident
& Guarantee Comjany; de eerste heeft een kapitaal van
£ 204.740, waarvan £ 81.890 gestort, terwijl het maatschap-
pelijk kapitaal der tweede Mij. £ 400.000 met een storting
van £ 85.000 bedraagt. Voorts trok de aandacht de fusie
van de Shell Transport & Trading Company met de Mexi-
eau Eagle en de Burmah Oil Company. Zeer waarschijnlijk
ligt aan deze laatste samensmelting de betere beoordeëling
van de Mexicaansche verhoudingen tea grondslag. De Mei-
eau Eagle Company toch is de grootste, uitsluitend met Euro-
peesch kapitaal in Mexico werkende petroleum-onderneming
en de belangstelling, die thans door de Shell aan deze Maat-
schappij wordt besteed, staat vermoedelijk in nauw verband
met de gedachten omtrent den weder-opbloei van de nog steeds
veelbelovende Mexicaansche Republiek.. Ook de overige Mexi-
caansche fondsen trouwens waren aan de Londensche beurs
in betere stemming; scheepvaart-waarden konden hunne
koersen mede goed handhaven. , –

Te N e w Y o r k heeft de markt grootendeels onder den
invloed gestaan van de tarief-bepalingen voor Regeerings-
leveranties. Deze week zijn de ma.ximumprjzen voor anthra-
ciet en steenkolen vastgesteld, hetgeen aanvankelijk een uiterst lustelooze stemming aan de beurs te Wallstreet te
voorschijn heeft geroepen. Langzamerhand echter heeft de
markt zich eenigszins aangepast aan de veranderde ver-
houdingen en beschouwt men de nu eenmaal noodzakelijk
geworden maatregelen met grooter ‘berusting en vooral met grooter optimisme. Het schijnt, dat de commissie inderdaad_
met liberaliteit te werk gaat, zoodat de groot-industrie
zich niet een zoo aanmerkelijk gedeelte der winsten ziet
ontgaan, als zij oorspronkelijk, had gedacht. Zelfs past men
thans de redeneering toe, dat de maximum-prijzen voor
brandstof aan de staal- en ijzer-industrié ten goede zal
komen, wijl deze nu ook minder voor deze behoeften heeft
te betalen. Dit is het gewone verschijnsel, als een keer in
de markt kan worden aangetoond’ Wij wezen hierboven
reeds in dit verband op de houding aan de Weensche beurs
en zien thans weder hetzelfde aan de overzijde van den
Oceaan. Men verliest hier uit het oog, dat de ontegenzegge-
lijke waarheid van vermindering der kosten door de vast-
stelling van steenkool-maximumprijzen in hare consequen-
ties met zich voert het voorschrijven van maxima ook voor
de producten der staal- en ijzer-industrie. Hoever de Regee-
rings-commissie hiermede wil gaan, is nog niet bekend, doch
men verwacht, dat ook in dit opzicht tekening zal worden
gehouden met de tot nu toe behaalde winsten en dat der-
halve de druk op de prijzen’niet al te drastisch zal worden.
Ook de eenigszins ruimere geldmarkt heeft tot een betere
stemming op de fondseninarkt medegewerkt; de surplus-
reserve der New-Yorksche banken, die de vorige week
slechts $ 65.190.000 bedroeg is inmiddels aangegroeid tot
$ 76.150.000. Toch veroorzaken de kapitaals-behoeften van
de Regeering wel eenige onrust; men is bevreesd, dat de te
verwachten nieuwe emissies, wellicht aantrekkelijk gemaakt
door milde bepalingen omtrent de hierop te betalen inkom-
sten-belasting, verkoopen van andere beleggingswaarden
zullen uitlokken. Ook de particuliere ondernemingen begin-
nen langzamerhand weder beroep op de geldmarkt te doen;
o.a. zal de Bethiehem Steel-Company vermoedelijk overgaan
tot de uitgifte van $ 30.000.000 jireferente aandeelen, met
een voorkeursrecht voor acht percent dividend. Deze vrijge-
vigheid bewijst wel, hoe moeilijk het thans reeds wordt
kapitaal voor uitbreidingen beschikbaar te krijgen; ook
de reeds door ons in ons vorig overzicht geioemde moei-
lijkheden bij de Delaware & Hudson gunnen een blik even
onder de oppervlakte van de zoo onbewogen en kalm schij-
nende geldmarkt. –

Inmiddels hebben, zooals gezegd, de meeste waarden zich hersteld van den schok, door de aanvankelijke voorschriften
voor de steenkool-prijzen hen toegebracht. Alleen de aan-
deelen der Anaconda Copper namen aan deze beweging
geen deel, in verband met de voortdurend zich uitbreidende
stakingen bij deze onderneming. Ook spoorwegwaarden ble-
ven iets achter bij het industrieele tempo, hetgeen een ge-
volg is van de vrees voor geringere ontvangsten, nu de

directies gedwongen zijn een groot aantal inijlen uit het
verkeer te doen vervallen.

T o n z e u t had de Staatsfondsenmarkt een vast ver-
loop, waartoe het succes der. Indische leening meewerkte.
Op het oogenblik, dat wij dit schrijven, is de uitslg nog
wel niet volledig bekend, doch uit de reeds voorhanden
zijnde gegevens mag reeds worden geconcluderd, dat de
emissie een zeer goed onthaal heeft gevonden. Geleidelijk
heeft dan ook de koers der nieuwe leening zich kunnen
verbeteren; ter beurze ontstond reeds handel vOÔr de toe-
wijzing, aanvankelijk
á
99
5
/8
pCt., welke koers echter lang-
zamerhand tot nabij 101 pOt. is gemonteerd. Zeer vast
gestemd blijven de 4Y2 pCt. obligaties Ned. Werk. Schuld,
waarvan de hooge koersstand (in vergelijking met dien der
5 pCt. obligaties) sterk de aandacht trekt. Verschil van eenige
beteekenis bestaat tusschen beide noteeringen niet, hetgeen
men ter beurze in verband brengt met reeds eenigen tijd
loopende geruchten omtrent een conversie der 5 pCt. in
nieuwe 44 pCt. schuldbrieven.-Buitenlandsche staatsfondsen
bleven met geringen handel vast gestemd; de grootste om-zetten vinden nog steeds plaats in Oostenrijksche Kronen-
rente, die echter een geringe reactie aantoonen. Mexicaan-
sche soorten varen verlaten; daarentegen konden Brazi-
lianen zich in grootere belangstelling verheugen.

21Aug.24 Aug.27 Aug.
Rzpgof

5

°/o
Ned. W. Schuld . . . . 101

101
1
110 101
,
14 +
114

4
I/
0
10

,,

,,

,,

1916 100

100
10/,
100 ‘°/,,
..f.
1
18
4
L,

,,

,,

,,

1916

94
1
18

94
8
116

94
0
110

‘loo
3l1′
01

,,

,,

,,

. .

83
81

83110

83
3
18
3
0/

731/4

73

– 73

2
1
12
0
10
Cert. N. W. S…….61 /jo

61
1
119

61 ‘/

+ ‘It,
5

0/
Oost-Indië 1915 ….100

100’116 10118 + 1’18
4
0/
Hongarije Goud . . . – 39
1
1

38

39’1 –
4

0/
Oost. Kr.r. Jan./Juli 39
0
12

’38

38118 –
bhi
o

5

0
/o Rusland 1906
11

.

68

68
1
116 681/,, +
‘loo
4
1
12
-0
/, Iwangor. Dombr. ‘/o 66

67

6718 + l/o
4

0/
RuslaodCons.1880
1/

5218

52
1
I16
54
1
!, +
l’/a

:
0
/o Rusl. bij Hope & Co.
11

5315/, 54314

531/4

11
/10
4

0/
Servië 1895 ……..48

48
1
12

48’1

+ 112
4

0/
Japan 1899 ……..67
‘/2

67
1
/
4

671/4

11
4

5

0
/0
Brazilië 1895 ……OB°/s

67
1
/s

6714 + 018

Op de locale afdeelingen trok de zeer ‘geanimeerde stem-
ming voor
cultuurwaarden
sterk de aandacht. Hiertoe werk-
ten verschillende factoren mede: gedeeltelijk oefenden de
berichten omtrent het gunstige verloop van de suiker-crisis hun stimuleerenden invloed uit, doch in het middelpunt der
overwegingen stond wel het bericht, dat een aanta.l schepen
onderweg gaat van Amerika naar Nederlandsch-Indië om verschillende producten, in hoofdzaak suiker, van daar te gaan halen. Men weet, hoe de Indische ondernemingen te
kampen hebben met het gebrek aan scheepsruimte en het is
dan ook zeer verklaarbaar, dat een dergelijke mededeeling de
meest optimistische perspectieven voor de betrokkenen bij
diverse cultuurwaarden ontsloot. Het sterkst op den voor-
grond traden wel aandeelen en actions der Cultuur-Maat-
schappij der Vorstenlanden, aandeelen Handelsvereeniging
,,Amsterdam”, Nederl.-Indische Handelsbank en Nederland-
sche Handel-Maatschappij. Doch ook de mindèr ruim ver-
handelde soorten, als Ja.vasche Cultuur Mij. e. a. gaven van
een buitengewoon sterke progressie in de koersen blijk.

Nauw zich aansluitende aan deze zeer geanimeerde ten-
dens voor cultuurwaarden ontstond levendige belangstelling
voor
scheepvaartfondsen
in het algemeen, doch in het bi-
zonder voor de aandeelen der op Indië varende ondernemin-
gen, als Stoomvaart-Mij. ,,Nederland”, Rotterdamsche Lloyd,
Koninklijke Paketvaart, Java-China-Japanlijn, enz. Ook
aandeelen Scheepvaart-Unie waren zeer gezocht; voorname-
lijk heden kon de koers van dit fonds in vrij sterke mate
stijgen. De grondslag voor deze opgaande richting wordt
gevonden in de overweging, dat bij een herstel van een meer
normaal scheepvaartverkeer op Nederlandsch-Indië de bo-
vengenoemde lijnen (waarvan de ,,Nederland” en de Rot-
terdamsche Lloyd thans ook andere routes bevaren) aller-
eerst geroepen zullen worden dit verkeer in de juiste banen
te leiden. De betere tendens voor de overige scheepvaart-
soorten werd eenerzijds veroorzaakt door het mneesleepend
élan van de zusterwaarden uit dezelfde afdeeliog, anderzijds
door een tot nu toe niet-bevestigd bericht, dat een gedeelte van onze in Amerikaansche havens liggende graanschepen verlof hebben bekomen de thuisreis te aanvaarden.

Ook voor andere locale waarden is de afgeloopen week
van vrij groote bewogenheid geweest. O.a. geldt dit voor
petroleum-soorten,
waarbij men ter beurze de redeneering
laat gelden, dat de vrede niet ver meer verwijderd kan zijn.
Dit is dan ook vrijwel de eenige af deeling, waar de vredes-

650

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

29 Augustus 1917

geruchten van den laatsten tijd nog eenigszins stand heb-
ben kunnen houden. Vooral voor aandeelen Geconsolideerde
Petroleum ontstond op sommige dagen der achter ons lig-
gende week groot interesse, gepaard gaande met een stij:
ging van den koers; aandeelen Orion Petroleum sloten zich
.hierbij aan, terwijl de beweging zich ten slotte ook uit-
strekte tot aandeelen Koninklijke Petroleum en Perlak.
De
rubbermarict
daarentegen bevond zich in zeer verlaten
houding. Over het algemeen echter handhaven de koersen
zich hier wel goed met een enkele uitzondering, b.v. voor
aandeelen Kali Telepak, die op locaal aanbod een twaalftal
procenten reageerden. –

Ook de
tabaksmarlct
behoort tot de meer verwaarloosde
afdeelingen aan de Amsterdamsche Beurs. Men is bevreesd,
dat, zelfs voor het geval een meer geregeld scheepvaart-verkeer met Indië tot stand zal worden gebracht, aan het
vervoer van voedingsmiddelen (als b.v. suiker) de voorkeur
zal worden gegeven, afgezien nog van het feit, dat van
een tabakstransport naar
..4m8terdam
(vrijwel de eenige
plaats, waar de thans nog voorradige tabak kan worden
verkocht) voorloopig wel geen sprake zal kunnen zijn.
Van
industrie cle onderneinin gen
traden aandeelen Olie.
fabrieken ,,Insulinde” met een rijzing van 16 pCt. in het
voorste gelid. De inheemsche soorten echter bleven alle ver
laten met een cer tot daling neigende tendens. Ook de
handels-onderneinin gen,
als Tels, Van Nierop en vooral
Compania Mercantil Argentina bleven in reactie.

21 Aug. 24 Aug.27 Aug.
Rijzingof

Ned. md. Handelsbank…. 210
1
12 214

216
1
1 + 6
11,

Nederl. Handel Mij . …… 183

186
2
1s 189e1s + 618
Amst. Superfosfaatfabriek. . 166
1
1

169
1
14
169’14 + 3
Insulinde Oliefabriek……199

211

215

+ 16
Ant. Jurgeus’ Ver. Fabrieken 270

268
1
12 268 /2 – 1
‘I
CultuurMij.d.Vorstenlanden 217

222
7
18
226

+ 9
Handelsver. Amsterdam…. 429
1
1 43811 443314 + 14’1d
Javasche Cultuur Mij…..340

346

363

+ 23 :
Kon. Petroleum Mij ……. 546/, 546 . 548112 + 2
1
I
Amsterdam Rubber Mij. .. 216

216’12 216’12
+ 112
Holland Amerika Lijn …. 352

349

355114 + 3
1
14
Kon. Hollandsche Lloyd . . 178
8
1 179 179 + ‘/
Kon. Ned. Stoomboot Mij. .. 233
5
/s
232112
23314
+

Is
Dcli Maatschappij ……..
485I4
488 488 – +
2’14

De
Amerikaansche afdeeling,
die in de laatste tijden toch
al veel van haar vroegere belangrijkheid verloren heeft,
kon met de levendige omzetten op de locale markten geen gelijken tred houden. De aanwijzingen van Wallstreet ver

den slechts opgevolgd, als de tendens te New York zich in
dalende richting bewoog, zooals bij Steels, Car & Foundry

Noteeringen.

en Anaconda Copper; de koersverbeteringen werden gene-
geerd of slechts fractioneel opgevolgd, terwijl de handel
binnen uiterst enge grenzen beperkt bleef. Het interesse
van het publiek voor Amerikaansche speculatieve waarden
is, practisch gesproken, verdwenen; alleen de beroepshandel
ter beurze en de afwikkeling van premie-affaires brengt af
en toe nog eenige levendigheid.

21 Aug. 24 Aug.27 Aug.
Ringof

American Car & Foundry .. 75
1
14

74
1
12

73318 – 1718
Anaconda Copper ……..163’/, 161

159

-4
1
/6
Un. States Steel Corp…..111
‘ho 1O9″Iis
110

– 1
7
1,0
Atehison Topeka ………. 995/ 100
7
116
100’110 + 314
Union Pacifie …………13V), 136
1
12 136’12 -1
Int. Merc. Marine afgest. .. – 32
8
1 311, 32
1
116 +
71

prefs 91
113

91

90718
– 118

De geldmarkt blijft nog zeer ruim; geld op prolongatié
is gemakkelijk á 2Y
4
pCt. verkrijgbaar. Vermoedelijk echter
zal men in de eerste week van September voobijgaand een
geringe aantrekkiug van den geldkoers kunnen aanschou-
ven, als de voorbereidingen voor de storting op de nieuwe
Indische leening (welke van 10 tot 14 September plaats
vindt) worden getroffen.

GOEDERENHANDEL
GRANEN.
27 Augustus 1917.

T a r w e. Nadat de laatste dagen de noteering van tarwe
te Chicago nog cenigszins was afgeloopen, -is de termijn-
markt op 27 Augustus plotseling geschorst. Waarschijnlijk zullen wij nu verder geen termijnnoteeringen meer kunnen
verwachten, doch alleen een noteering voor loco. De berich-
ten, die ons bereiken betreffende wettelijke maatregelen in
de Vereenigde Staten blijven nog zoo onvolledig, dat wij ons
geen duidelijk beeld kunnen vormen, wat feitelijk de toe-
stand aldaar is, maar in ieder geval schijnt de tarwehandel
sterk beteugeld te zijn. Nog steeds blijft de zichtbare voor-
raad afnemen en het lijdt dan ook geen twijfel, dat voor-
loopig de Vereenigde Staten hun uitvoer aanmerkelijk zul-
len moeten beperken. Dit zal ook wel de voornaamste reden
zijn waarom de neutralen betreffende tarwe niet tot een
bevredigende oplossing kunnen komen. Noorwegen schijnt
een regeling gemaakt te hebben, waarbij evenwel van de
circa 47.000 tons graan, 36.000 tons tarwe en rogge afge-
staan moeten worden aan België, terwijl circa 12.000 tons gerst worden vrijgegeven. Deze 36.000 tons moeten afge- –
staan worden tot inkoopprijs, welke zeer veel lager is dan
de marktwaarde. Waarschijnlijk zal na 15 October Noor-

Loco-prijzen te Rotterdam/Amsterdam.

s

27
Aug.

20
Aug.

28
Aug.
oor n.

1917

1917

1916

Tarwe

……………….
588,-‘)
588,

‘)
368,-‘)
Rogge (No. 2 Western)
nom. nom.
nom.
500,-‘)
500,-t)
265,-‘)
Gerst

(46

ib.

feediiig)..
nom.
no.
m
370,-‘)
Haver (38 1h. whiteclipped)
25,_t)
25,-‘)
,

17,25
1
)

MaIs

(La Plata)

………

Lijnkoeken (Noord-Ame-
240,-‘)
240,-‘)
1.3,
1
)
rika van La Plata-zaad)
.

Lijnzaad (La Plata) ……’
no.
Dom.
540,-

1
)
Regeeringsprijs.
1

Chicago
Buenos A-,’res

Data
Tarwe
Mais
Haver
Torwe Mais
Lijnzaad
Sept.
Dec.
Sept.
Sept.
Sept.
Sept.

27 Aug.’17

2)
109’18
5312
16,30
9,90
22,40
2.0

,,

’17 205

108
7
18′)
52e/s
17,75
11,85
23,-
28Aug.’16 140’12

8414
446/s
10,75
5,15
13,85
27Aug.’15

97’12

63
1
/4
36’12
12,50
4,75
11,05
27Aug.’14
104
1
1j

71318
471/
4

2)
3)
2)

20 Juli ’14

82

‘)

5618
1)

36’12
0
9,40
2)

5,38
2)

13,70
1)
1)
per Dec.
‘)
per Sept..
2)
Geen noteeriug.
*)
De noteeringen van Buenos
.Ayres
zijn van
18 en 25
Aug.

AANVOEREN in tons van 1000 K.G. voor verbruik in Nederland.


.

Rotterdam
.


Amsterdam Totaal
Art,kelen.
19-25
Aug.
Sedert
Ove,Çenk.
19-25
Aug.
Sedert
Overeenk.
1917 1916

1917
1 Jan.
1917
tijdvak
1916 1917
1 Ja,,.
1917
tijdvak
1916

Tarwe ……………..

253.376
452.942


38.227
15.893
291.603
468.835
Rogge

…………….

8.465
16.641.




8.465
16.641

2.314 8.690



500
2.314 9.190
Mais

…………….
4:190

111.868
204.6i7


67.438

94.118
179.306
298.785
Gerst

…………….

…..

30.600

….

58.364


11.886
4.549
42.486
62.913

Boekweit

…………….

Haver

…………….

10.025
23.110 –


-27.269
4.218
37.294 27.328

8.322

.. ..

.58.862


7.560
34.020 15.882
92.882
Lijuzaad …………….
Lijnkoek ……………

34.078

..

94.109


27.985
5.733
62.063 99.844
Tarwemeel …………..
..-

19.988
12.184


3.051

23.039
12.184

AANVOEREN in- tons van 1000 K.G.
voor België.
Tarwe …………….

268.993 581.109




268.993
581.109
MaIs

…………….
..-

12.335
..
.56.495




12.335 56.495

29 Augustus 1917

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

651

wegen in de gelegenheid gesteld worden, opnieuw graan van
Noord-Amerika te importeeren. Ook Nederland schijnt eèn
voorloopig resultaat bereikt te hebben, doch het Reuter-
bericht, behelzende dat 70 booten zouden mogen vertrekken,
schijnt toch niet juist te zijn. Voorloopig mag slechts een
klein gedeelte van de Nederlandsche schepen, geladen met
veevoeder naar hier vertrekken, onder voorwaarde, dat ook
voor België een deel van het Regeeringsgraan wordt be-
schikbaar gesteld. Ook hierin zien wij bevestiging van de
moeilijkheden, die blijkbaar gemaakt wordt voor het afge-
ven van tarwe en wij moeten verwachten, dat deze toestand
niet veel verbeteren zal totdat de algemeene toestand van
de tarwevoorziening er beter vOor staat. Deze verbetering
kan intreden door een goeden oogst in Argentinië, en indien
de weersgesteldheid in Zuid-Amerika gunstig blijft, mag in
Argentinië een grooten tarwèoogst verwacht worden, die
ons na Januari uit den nood zou kunnen redden. Het
spreekt evenwel vanzelf, dat hierop niet gerekend mag
worden, daar het nog zeer lang duurt voordat de Argen.
tijusche tarwe geoogst wordt.
Mais, ge r st, h a v er. De toestand voor de voer-
granen blijft zeer gunstig afsteken bij die voor tarwe. De
prijzen voor maïs blijven ongeveer op dezelfde hoogte, ter-
wijl de prijs voor haver in het algemeen niet stijgt. Van
beide artikelen wordt een zeer groote oogst verwacht. In
Argentinië zijn de prijzen van mais scherp gedaald, waarop
in de laatste dagen een kleine reactie gevolgd is. Waar-
schijnlijk is een onvoldoende exportvraag, in verband met
de kwaliteit hiervan de oorzaak. ‘ –
L ij n z a a d. Ook voor dit artikel zijn de prijzen nog
eenigsains gedaald, ofschoon de berichten uit Noord-Ame-
rika niet bijzonder gunstig luiden.

Buitenlandsche granen in Nederland.

Onze Rcgeering heeft zich genoodzaakt gezien, het brood-
rautsoen wederom te verminderen; in plaats van 9 dagen
zal men 11 dagen met de broodkaart moeten toekomen. On-
getwijfeld staat dit in verband met de boven aangeduide
geringe kans om binnen afzienbaren tijd over voldoende
broodgraan te beschikken. Het is te hopen, dat de regeling
betreffende de in Amerika liggende schepen spoedig tot
stand komt en dat althans een aanmerkelijke hoeveelheid
voergraan onze havens mag bereiken. Ongetwijfeld zal een
gedeelte van dit zoogenaamde voergraan ook als broodgraan
dienst kunnen doen.

METALEN:

Loco-Noteeringen te Londen:

Data
Ifser
Ckv.
Koper
Standard
Tin
Lood
Zink
No.3

24 Aug. 1917..
nom.
120.-!- 241.-!-
30.101-

17

,,

1917..
nom.
120.-!-
244.-!-
30.101-

25 Aug. 1916..
nom.
110.-t- 171.-t-
30.716
58.-!-
27 Aug. 1915..
6511
71.101-
152.151-
22.1716
70.-!-
20 Juli

1914..
5114
61.-!-
145.151-
19.-t-
.21.101-

KATOEN.

Noteeringen voor Loco-Katoen.
(Middling Uplauds.)

24.4ug.’17174ug. ‘1710Aug.’1724 Aug.’1624 Aug.’15

New York …. 23,40 c 26,15e
1
26,90 c
1
15,20e

9,30 c
Liverpool …. 18,90d-1 19,80 d
1
20,15 d
1
9,26 d
1
5,42 d

Ontvangsten in, en uitvoeren van Amerikaansche havens
(Ir, duizendtallen balen.)

1
Aug.
’17
Overeen konstire peiioden
tot


9
Aug.
’17
1916’17

1

1915-’16

Ontvangsten Gulf-Havens..
18
44
23
Atlant. Havens
31
21
10
Uitvoer naar Gr. Brittannië
46 21
14
‘t Vasteland.
32 38 36
Japan ete…

14
5

Voorraden in duizendtallen
6
Juli’17
6Juli’16
6
Juli’15

Amerik. havens …………
738
725
.

812
Binnenland …………..
506
415 407
.

157
244
New York

……………61
205

.

196
169
New Orleans ………….
Liverpool

……………
353
639
1693

WOL

De berichten die van de Zuid-Amerikaansche markt bin-
nenkomen zegged, dat na een oogenblik van kalmto de zaken
in het binnenland op groote schaal hervat zijn. Koopers uit
Noord-Amerika, Frankrijk en Engeland hebben belangrijke
contracten afgesloten voor November/December-levering op
de volgende basis:
Merinos supra ……….f1. 9,-/10,50
Crossbreds line ………. ,, 7,5018,50
Crossbreds middelsoort .. ,, 7,-7,50
Crossbreds gewoon soort.. ,, 6,50

SUIKER.

Aan

onze

B iets u ik er m ark t is de
toestand onge-
vijzigd. Zaken worden niet afgesloten.
Over

den

stand
der

beetwortels

in
de

verschillende
Europeesche landen wordt gunstig gerapporteerd.
F. 0. Licht geeft de zichtbare voorraden als volgt op:

1916117

1915116

1914115
Duitschland 1 Sept.
250.000

545.000
536.607 tons
Oostenrijk

1
305000

478.000
244.741
Fritnkrjk

1,,
39.012

58.525
141.454

,,
Nederland 15 Juli
98.875

15.056 41.767
België

1 Juni
75.810

38.374
115.605
Engeland

1 Juli
130.085

170.406 259.333

.

Totaal Europa
898.782

1.305.361
1.339.507 tons
Ver.St.v.N.A.26 Juli
222.000

287.043 362.523
Cubahavens

18

,,
611.000

597.390 581.000

Totaal ……1.731.782

2.189.794

2.283.030 tons

Op Java heeft de Suikervereeniging hare verkooplimites
vastgesteld op 111
1
/
2
voor Superieur en
f 10,-
voor No. 16
en hooger, waartoe een bepaald kwantum verkrijgbaar is.
beze prijzen zijn niet hoog, vergeleken met de waarde van
het artikel in de consumptie-landen en verwacht mag worden
dat op deze basis zaken mogelijk zullen zijn naar gelang
exporteurs beschikking zullen krijgen over schecpsruimte. In A m e r i k a blijven de prijzen hoog. Na afdoeningen
van Spot Centrifugals tot 7,46
d,
wordt 7,40 c. genoteerd.

NOTEERINGEN.

Londen

‘.

Dato


Aiasterdani
per
Tates
1
White
A,neric.
New York
96%
Augustus
Cubes
Jaras
Granu_
1

lated
Cent rifug.
No.
1
fob.

24Aug.1917….
f

5319
– –
7,46
17

,,

1917….
,,


5319
181-
331- 7,5211
2
*
24 Aug. 1916.. . .
,,

31’1
4711″2


5,56
24Aug.1915….
,, 22.-
311-
2013
– –
21 Juli 1914….
,,

11182
181-
– –
3,26
*
laten.

RUBBER.

De markt., die in de afgeloopen week aanvankelijk onver-
anderd is gebleven, was in de laatste helft der week bijzon-
der vast gestemd en de prijzen liepen ca. 2 d. op. –
Ook Parasoorten vaster.
De week sluit op de volgende noteeringen:

Prima HeveaCrpe loco .. 21711
4
einde vorige week 21511
4

Sept…..2/7
1
11

,,

2161/4
Oct./Dec… 219

217
1
1
4

Jan./Juni.. 219

,,

217
81
Hard cure line Para …. 313

,,

3121/
t

Volgens ,,Priinrose” heeft de wereldproductie van Plan-
tagerubber van Januari-Mei 1917 ca. 57
O/
meer dan in
dezelfde maanden van 1916 bedragen.
Voor alle soorten is dit cijfer ca. 40
liv,

– HUIDEN EN LEDER.

Bericht van de firma Grisar & Co.:
De laatste veertien dagen bleef de markt zeer rustig,
zelfs z&i, dat in exotische huiden geen zaken tot stand
gekomen zijn, en het ziet er niet naar uit, dat hierin
spoedig verandering komt. Men is zeer afkeerig van zaken
op levering, gezien de treurige ervaring van meer dan een
half jaar. Er zijû geen nieuwe zendingen huiden te ver-wachten en het ziet er voor de verladingen van Noord-
Amerika zeer ongunstig uit, tenzij onze regeering, hetzij
direct’ hetzij door de commissie, die thans afgereisd is,
meer faciliteiten weet te bekomen voor het verkrijgen van
de ,,letters of assurtnce”. Het is bijna onmogelijk, langs

Data
Rio
Santos
Wisselkoers
Voorraad
..
Voorraad
.
PrIJS

24 Aug. 1917
268.000
5050
2.154.000
4900
12’71
;
;
17

,,

1917
245.000
4900
1.877.000
1
4900
13
5
/,i
9

,,

1917
209.000
5300
1.644.000
4900
13/,2
24 Aug. 1916
1
323.000
1
6400 11.790.000
1
6700
1
12
1
12

652

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

29 Augustus 1917

den gewonen weg, van de Britsche Legatie in Washington
gemelde ,,letters of assurance” machtig te worden.
Aan de markt zijn nog steeds:
ex. S.S. ,,Poeldijk”: 285 gezouten Rio Grande, 900 gezouten,
Minas en 638 Santo Esperito huiden. Ex. S.S. ,,Rijniand”:’
nog ruim 3000 huiden.
De slachtingen in La Piata van de maand April bleven
beneden de slachtingen van 1914 en 1916, en boven de
slachtingen van 1915.
Ook voor inlandsche luiden bleef de markt rustig. Men
is reeds bezig om groote partijen ieder, bestemd om te
worden gedistribueerd, aan de centrale magazijnen af te
leveren, en zal het spoedig blijken of daardoor meer lust
tot nieuwe aankoopen zal komen. Inmiddels trachten hande-
laren de markt meer in verhouding te brengen met den
verkoop tot maximum-prijzen. Alle artikelen, zoowel huiden
als pinken en kalfsvellen zijn geheel verlaten, doordien export
onmogelijk is en de toestand in Noord-Amerika onzeker.

Slachtingen gedurende de maand April 1917 aan de
Rio de la Plata.

1917

1916

1915

1914

132.600 135.800 185.60e

Montevideo …………..25.200 17.300 26.800 46.500
Rio Grande ……………177.000 247.000 161.000 186.000
Grens (Rio Grande) ……91.500 99.900 56,400 114.500

461.400 496.800 380.000 512.600

April Jan./April

Cia Sansinena de Games Congeladas

27.742

94.575
Las Palmas Produce Co. Lcl ……….. 33.815

135.200
La Blanca S.A …………………….

25.985

98.579
Cia Swift de la Plata S.A………..

32.377

132.187
Thé Smithfield & Arg. Meat Co. Ld.

16.041

62.426
Frigorifico Armour de la Plata S. A..

29.790

•101.129
La Frigorifica tJruguaya …………15.530

50.579
Cia Swift de Montevideo S.A………33.930

131.346
The Anglo South American Meat Go.. –

5.595

14.884

M. L. Rosenberg, Amjerda.m, schrijft:
De Nederlandsche Overzee Trust – heeft de aangevoerde
partijen overleder enz. nog steeds niet vrijgegeven. De po
sitie van de betreffende importeurs is daardoor verre van
benijdenswaarclig en brengt het vasthouden der goederen
voor de, schoenfabrikanten een groot ongerief met zich.
De prijzen van het inlandsche product en de kleine voor-
raden daarvan vertoonen tengevolge van de totaal stillig-
gende import, alsmede tengevolge van de abnormale prijzen
der looistoffen nog steeds een stijgende tendenz.
De voorraden zoolleder in den vrijen handel zijn zeer
jering, daar de lederfabrieken thans hunne verplichtingen
tegenover de R.D.H.L. hebben na te komen. Men stelt zich
voor in de eerste helft van September met de distributie
van zoolleder een begin.tekunnen maken.
Naar ieder voor militaire zolen bestaat sterke navraag.

KOFFIE,

(Uit het Mailbericht van de Makelaars G. Duuring
&
Zoon,
KolfI & Witkamp en Leonard Jacobson & Zonen).

In de markt is geen verandering, zaken staan stil. Ook
in deze week stelden enkele importeurs van Java-koffie zich
met prijzen tevreden die meer in verhouding zijn tot dè
binnenlandsche marktwaarde, hetgeen enkele afdoeningen
van Java Robusta tengevolge had.

Noteeringen en voorraden.

Ontvangsten.

Rio
Santos

t
Data
Afgeloopen
Sedert

Afgeloo pen
Sedert
week
1 Juli
week
1

1
Jul

24 Aug. 1917….
82.000
402.000
449.000
2.1184.000

1

24 Aug. 1916..
. .
61.000
347.000
306.000
2.267.000

VERKEERS WEZEN.

SCHEEPVAART.

25 Aug. 1917. Over het verloop van de vrachtenmarkt in de
afgeloopen week vallen geen bijzonderheden te vermelden.

GRAAN.

ti. Kust

1
San Lorenzo
Patio- Odessa

Ver. Staten
grad

Data

Londen! Rotter.
1 dom Rotte- Bristol Rotte,. Enge.
R’dam

dan, Kanaal 1 dan,

land

20125 Aug. 1917 – –


13118 ,, 1917 –


21126 Aug. 1916

– f15,- 11110
1
t
f110,. 15616
23128 Aug. 1015 –

913

91-

701-

641-
Juli 1914 11 d.

713

1/111/
4
111.1
1
14

121-

121

HOUT.

Cronstodt
Golf van Mezico

Data Holland
Oostk.
Engeland
Holland
1
Engeland

(gezaagd)
(pitch.
pine)
1

(Pitclt.
1

P&fle)

20125 Aug.
1917
.-

– –
13118

,,
1917
-.


21126 Aug.
1916

-.

5101-
23128 Aug.
1915


f110,-
2401-
Juli
1914 ……
.f12,-
2416
751-
7716

ERTS.

Bilbao
Cartha.
Grieken-
Poti
Data
Middles.
kIils.
Middles.
bio bro’
bro’
1

bro
20125 Aug.

1917…-.
.




13118

1917




18/6
191-
211-
21126 Aug.

1916 …….
10/9
131-
151-

23128 Aug.

1915 …….

Juli

1914 …….
4/3
514
‘/
519
86

KOLEN.


Cardifi
Oostk. Engeland

Data
Bar.

C,eL.a

Part
L
Rotte,.
Cron.
deau..
Sid
Rivier
dani
stadt

20125 Aug. 1917

– –


13118

,,

1917





21126 Aug.1916

34/-
6316 6216

381-

f0,50


23128 Aug. 1915 fr 25,-
261- 291-

211-

,, 6,-


Juli 1914 ,,

7,-
71-
713

1416

3!2
51-

DIVERSEN.
Boinbay
Birma
Vladivo-
Chili
D
0
0
West
West
1
stock
1
West
Europa
Europa
West
Euro,,

20125 Aug.

1917

-.


13118

,,

1917


– –
21126Aug.

1916 ……
130/-
1501-

1401-
51/0
.
751-

601-
1
)

23128 Aug.

1915 …….

Juli

1914 …….
14/6
1613
251-
2213
t)
Per zeilschip.

RIJN VAART.

Week van 19 t6t 26 Augustus.

Vrachten. In den algenieenen toestand kwam geen
verandering. De bevrachtingen aan de Ruhrorter Beurs naar
Holland/Belgie blijven nog steeds beperkt, en betreffen voor-
namelijk zout naar Rolland/Belgie en basalt naar Holland, alsmede af en toe een kleine partij ijzer of eenige ladingen
exportkolen. Aan vrachten werd o.a. betaald:
voor zout naar Rotterdain/Vlaardingen F1. 1,- per ton, Antwerpen Mk.
5,-
per ton, basalt van Deutz naar Vreeswijk F1. 3,- per last,
exportkolen naar Rotterdam Mk. 3,- per ton,
kleine schepen ijzer naar Dordt/R’dam F1. 1,25 per ton.
Kolenvracht Ruhrort/Mannheim Mk. 2,50 per ton.
Sleep loo n en. Het sleeploon Rotterdam-Ruhrhaveus
werd begin der week met 45 Cents Tarief genoteerd, kon
in de tweede helft tot 15120 Cts. boven 50 Cts Tarief ver-
beteren.
Sleeploon fluhr-MannhTeim Mk. 2,4012,60 per ton.
De waterstand was gunstig, Cauber Pegel gemiddeld
circa M. 2,70.

Auteur