Ga direct naar de content

Jrg. 18, editie 931

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: november 1 1933

1 NO VEMBER 1933

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.

EConomisc

h~Stati*sti*sche

Berichten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART

UITGAVE VAN HET NEDERLANDSCH ECONOMISCH INSTITUUT

18E JAARGANG

WOENSDAG 1 NÔVEMBER 1933

No. 931

MEDERLANDSCR ECONOMISCH iNSTITUUT.
(vratoren: Mr. 0. Vissering, Voorzitter; Ir. A. Plato, Onder-
Voorzitter; C. D. van der Leeuw, Penningmeester; Mr. W
M. van Lanschot; E. D. Van Walree.
Directeuren. Prof. Mi-. F. de Vries; Prof. Dr. N. J. Polak;
Prof. Mr. Dr. G. M. I’errjn Stuart, Directeur-Secretarts.

ECO.VOMISCH-5’/’ATÏSTISCjiE BER/CBTEN.
COMMISSIE VAN ADViES:
Prof. Mr. D. Van Blom; J. van ilasselt; Jhr. Mi.. L. 11. van
hennep; Mr. K. P. van der Mandela; Prof. 1)r. N. J
Polak; Mr. Dr. L. F. II. Regout; Dr. E. Van Welderen
Baron Rcngers; Prof. Mr. H. R. Ribbius; Jan Schilthuis;
Prof. Mr. P. de Vries.
Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Dr. G. ii!. Verrijn Staart.
Redacteur-Secretaris: Dr. 1,1. M. ii. A. van der Valk. Secretariaat: Pieter de 1Ioochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.

Advdi-tenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement
volgens tarief. .’idininistratie van abonnementen, en adver-
tenties: Nijgh d van Ditmar N.V., Uitgevers, Rotterdam,
Amsterdam, ‘s-Ora.’venhage. Postchèque- en, giro-rekening No.
145192.

Abonnementspi-ijs voor het weekblad franco p. ‘p. in
Nederland f 20,—. Boitenland en Koloniën f 23,— per
jaar. Losse nummers 50. cents. Economisch-Statistisch
hwart aal bericht f 1.–. Leden en donateurs ontvangen
het weekblad en het Kwartaalbericht gratis en een reductie
op de verdere publicaties.
Aangeteekendc stokken: Bijkantoor Ruigeplaatweg.

1 IVEMBER 1933.

De geidmarkt bleef deze week weder volkomen
onveranderd. Voor het zeer groote aanbod van geld
is niet de geringste belegging te vinden, die nog
eenigszins de moeite van het nemen waard is. De
noteeringen bleven dan ook nominaal: voor prolon-
gatie 1 pOt., voor cailgeld
V4
pct. en voor particulier
disconto
0/
s
pOt.

Op den weekstaat van De Nederlandsche Bank
blijkt de post hinneniandsche wissels te zijn toege-
nomen met
f 55.000.
De beleeningen vertoonen een
toeneming van bijna
f
1,9 millioen. De posten papier
op het buitenland en diverserekeningen onder de
activa bleven op nagenoeg gelijke hoogte.
De goudvoorraad vertoont deze week een stijging
van
f
16,3 millioen; de voorraad zilver nam met f
282.000 toe, zoodat in totaal de post munt en.
inuntmateriaal met
f
16,6 millioen steeg.
Ouder de passiya der Bank breidde, blijkbaar in
verband met den ultimo, de hiljettencirculatie zich
met
f
29,1 millioen uit. De saldi in rekening-courant
daalden daarentegen met
f
10,6 millioen, namelijk
het verschil tusschen een vermindering van het te-goed van ‘s
Rijks
schatkist groot
.f
14,2 millioen en
een toeneming der saldi van anderen groot
f
3,6 mil-
lioen. Het beschikbaar metaalsaldo vermeerderde ten-
gevolge dezer mutaties met
.f
9,1 millioen. Het dek-
kingspercentage staat op nagenoeg 83 pOt., evenals
de vorige week.

De onzekerheid op de wisselmarkt, voor wat -be-
treft de papiervaluta’s, neemt nog geregeld toe en
heeft tengevolge, dat de omzetten verder inkrimpen. Door de kleine omzetten is de markt weder extra ge-

voelig, zoodra er, om welke reden ook, iets grooter
‘raag of aanbod ontstaat, zoodat men in een cirkel
ronddraait en de koersschommelingen steeds grooter
worden.

Vooral in het begin der week was de onzekerheid
zeer groot. De val van het Fransche Ministerie en
de nieuwe stappen van de Amerikaansche regeering
veroorzaakten een zeer onrustige stemming. Welis-
waar werd de invloed van de eene gebeurtenis eenigs-
zins geneutraliseerd door den invloed van de andere;
maar de onrust, die er door ontstond, had tengevolge,
dat niemand iets durfde ondernemen en de zaken
‘zeer sterk inkrompen. Zoo schommelden Ponden op Dinsdag 24 Oct., den meest bewogen dag, 7.96-8.07
—8.02-7.96-7.99 om den volgenden dag plotseling – tot 7.83 terug te loopen. Dollars waren nog gevoe-
liger 1.73-1.74–1.72–1.70 i-1.72 en den volgen-
• den dag 1.66-1.64. Per saldo daalden Ponden tus-
schen Dinsdag en gisteren van 8.07 op 7.80 en Dol-
lars van 1.74 op 1.62l of circa 321 en circa 64
percent. –
Ook de overige papiervaluta’s waren zeer onregel-
matig. De buiten Europeesche volgden vrijwel het
– Pond of den Dollar. Daarentegen liepen de Scandi-
navische koersen per saldo slechts weinig terug.
De goudvaluta’s schommelden onderling slechts
weinig. Het aanvankelijk vrij groote aanbod van
Fransche Francs hield weder spoedig op, toen er
eenig goud van Parijs naar Amsterdam. verhuisd was. Marken waren gezocht; vrije Marken weliswaar zon-
der veel koersverandering, maar register en crediet
,,Rückzahtungs” Marken met sterk oploopende koer-
‘san. Beide soorten stegen van ca. 43 tot 464 h 47.

Op de termijnmaikt verdween het agio voor Dol-
lars en maakte eindelijk plaats voor een niet onbe-
langrijk disagio. Daarentegen veranderde het disagio
voor Ponden in een klein agio. Fransche Francs op termijn waren sterk aangeboden uit Londen en no-
teerden een. disagio, dat echter zeer sterk schommel-
de en in den loop der week ook wel weer tijdelijk
verdween.

De goudmarkt was actiever. Er was weer wat meer vraag naar goud, vooral naar gouden munt. De sterke
schommelingen in den Pondenkoers maakten echter
het doen van zaken in baren zeer riskant, zoodat
slechts weinig kon tot stand komen.

LONDEN, 31 OCTOBER 1933.
1
1

Gedurende de vorige week is disconto langzaam
maar zeker hooger geworden. De groote banken wei-gerden onder
u116
pOt, te koopen en drie-maands
wissels noteeren
fs
pOt,-
15
/ie
pOt. met drie-maands
schatkistvissels
‘3
/ie
pOt,-
7
/8
pOt. Op Zaterdag be-
stond meer vraag voor geld als gewoonlijk met dag-
geld b.
Y.S
.
pOt.

Op de effectenbeurs is de stemming niet geani-
meerd en nog eenigszins onder den invloed van de
Fransche Gouvernements-gebeurtenissen en ook van
de voortdurende onzekerheid van den Dollar, War
Loan is
100’/1e
pOt. ex, dividend en Staatsfondsen
blijven vast, maar Engeisch-Amerikaansche fondsen
waren gemakkelijker, Op -de buitelandsche wissel-
markt was de stemming afwisselend en in de laatste
twee dagen kalmer.
Guilders 7.80. Dollars 4.79.

S42

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 November 1933

VOORZIENING OP HET GEBIED VAN HET

EXECIJTIERECHT.

Hegel meende, dat het eenige vat de geschiedenis
ons leert is, dat de geschiedenis ons niets leert. De
geschiedenis van het executierecht bevestigt dit. Bij
elke economische crisis zijn er wel economische en
vooiial politieke doktoren opgestaan om te verzekeren,

dat een probaat middel tot verzachting der crisis zou zijn de beknotting van de rechten der schuldeischers

tegenover hun schuldenaren. Laat ons eens nagaan
wat zooclanige maatregelen tot oplossing van crises
hebben bijgedragen in gevallen, waarin men daartoe
hetzij uit verkeerd inzicht, hetzij uit politieke over-
wegingen is overgegaan.

Na den zevenjarigen oorlog kondigde Frederik de
Groote in verband met den zeer erustigen toestand
in den landbouw, waardoor menig grondbezitter met den ondergang bedreigd werd, een driejarig morato-
rium af voor laudbouwschulden. De gevolgen waren, dat het landhouwcrediet met één slag vernietigd was,
(lat de rente steeg tot 10 pCt. en dat het platteland
verviel voor een reeks van jaren in een volslagen
pauperisme, waarin eerst de oprichting van de eerste
hypotheekban ken (de bekende Schlesische Landschaf-
ten) geleidelijk eenige verlichting kon brengen.
1)

Leerzaam voor den Bond van Landpachters en Hy-
potheekboeren, die een algemeen verbod van execu-
ties wegens rente-, huur- of belastingschuld propa-
geert is de heclenclaagsche geschiedenis in Zuid-

Slavië.

In December 1932 werd aldaar door den Minister-raad een soortgelijk nioratoriurn afgekondigd. Reeds
in April 1933 kwam men echter tot het inzicht, dat

alle vroegere maatregelen tot uitstel van betaling verkeerd waren geweest en in Augustus ji. wordt uit Zuid-Slavië bericht, dat men aldaar thans wel
algemeen tot inzicht is gekomen, dat men met het

moratorium van landbouwschulden van den regen in
den drup is geraakt. De regeling, waarbij de boeren
een onbeperkt uitstel van betaling werd verleend
voor alle schulden, welke véér 15 April 1932 waren
ontstaan, is aanvankelijk hun positie ten goede ge-
komen. Doch weldra plantte het euvel zich voort; de
moeilijkheden sloegen over op de banken, en – toen
ook deze een gedeeltelijk moratorium hadden verkre-
gen – op den kleinen koopmansstand. Binnen enkele
maanden was het geheele bedrijfsleven tot stilstand
gekomen en behalve alle crediet was ook elk vertrou-

wen verdwenen.
2)

In Duitschiand, waar de gedurende jaren blijvend
hooge rentestand van 8 â 10 pOt. een ingrijpen wel-
haast dnvermijdelijk scheen te maken, meende mcli
anvanke1ijk met een gedwongen renteverlaging te
kunnen volstaan, welke werd afgekondigd hij de

vierde ,,Notverordnung des Reichspriisidenten zur
Sicherung von Wirtschaft und Funanzen und zum
Schutze des inneren Friedens” door de regeering Brü-
ning op 8 December 1931. Wel werd daaraan toege-
voegd een termijn binnen welke hypotheken, die van
een opzeggungstermijn afhankelijk zijn, niet opgezegd

mochten worden, doch deze toevoeging had alleen
ten doel om te voorkomen, dat de gedwonn rente-
verlaging door opzegging van hypotheked padtisch
ongedaan zou worden gemaakt. Een verheibr.i)Ïg bleef
echter uit. Integendeel werd de toestand op de kapi-
taalmarkt steeds slechter, zoodat het bijna onmogelijk
werd om hypotheken op de vervaldagen af te lossen.

Vooral van hypotheekboeren ging drang uit tot ver-der ingrijpende bescherming, waartoe de Rijkspresi-
dent bij verordening van 27 September 1932 over-
ging. De rente werd nog wat meer verlaagd cii tevens

1)
Dr. D. Bos. Uit de geschiedeuis van het Grondcrediet,
toegevoegd aan het jaarverslag der Nederlandsche 1-lypo-theekbank te Veendam over
1915.
‘) N.R.Crt.
28
:Decembei
1932
Avondbiad
A., 19
April

1933
Ochtendblad
A
en
22
Augustus
1933
Avondbiad B.

INHOUD.
BIz.

VOORzIENING OP HET GEBIED VAN HET EXECUTIERECHT

door
Mr. J. Wilkens …………………………
842

Arbeidsbesparing en werkloosheid door
Prof. Mr. Dr.

G.

M.

Verrijn Stuart

……………………….
84
4

De

vooruitzichten

van

dc ru dier-cultuur

door

J.

F.

flaccoû
……………..

……………………
847

Paradoxen door
Jan Suhilthu;s ………………….
849

Feiten over devaluatiepolitiek cii werkloosheid met Na-
schrift door

Dr. J.

G. ,Stridiro’is.

………………
850

BUEKAANKONDIGINGEN:

Karl

von

Schuniacher

A
nieiikas

Nöte lieute

und
morgen………………………………..
352

MAANDCIJFERS:
Productie

der

Steenkolen-, .Bruinkolen-

en

Zout-
mijnen………………………………..
353

Overzicht

der

opbrengsten

van

liet

Staatsbedrijf
der

I.T.T ……………………………….
853

i?M
OVERZI,
,,’pt’,j

853-858

Oelikoerse,,. – Wisselkoersen. – Bankstaten. – Goederenhamittel

een vergaand hypotheekmoratorium voor landbouw-
schulden afgekondigd.
Thans echter voelden zich de huiseigenaren zoo-
dianig te kort gedaan in vergelijking met de boeren,
dat de regeerung meende ook aan hen niet te kunnen
ontzeggen den ,,steun”, welken zij anderen schuldenaren
had verschaft, zoodat bij de noodverordening van 11 November 1932 ook voor hypotheekschulden buiten den landbouw een moratorium werd verleend.
1)

Al deze maatregelen, waarvan de een de ander uit-
lokt, en die tegen de uitdrukkelijke waarschuwingen
van ieder deskundige in Duitschiandl zijn genomen,
hebben ook in Duitschland geleid tot dezelfde gevol-
gen als waartoe altijd en overal onvermijdelijk een dergelijk ingrijpen in particuliere rechtsverhoudin-gen heeft gevoerd, ni.: tot verontrusting van spaar-
ders en beleggers en daardoor tot ineenstorting van
de kapitaalmarkt en de algeheele economische ont-
wrichting.

Die Entwickling gab also denen Recht”, – aldus het
jaarverslag over
1932
van de Rheunisch-WestfhJische
Boden Credit Bank te Keulen – ,,die von vornehereun
clarauf hingewiesen hatten, dasz man die Zinsen der be-stehenden Anlagen zwar zwangsweisc herabsetzen, nicht
ober neue Kapitaliën zo diesen Sittzen werde erhalten
..könneri, und dasz ciiie wirkliche und dauerhafte Zinssen-
kong uur in organiseher Entwickluug denkbar sei.”

En in het jaarverslag van de Gemeinschaftsgruppe
Deutscher Hypothekenbanken treft men deze zeer
zeer juiste overwegingen aan:
,,Langfristiger Kredit erfordert Vertruucn auf lange
Sicht, und gem’ade deshalb ist fOr ihn Rechtssicherheit in
,,besonderen Masse Vorauszctzung. 1)1e nachteilige Wir-
,kung gesetzlicher Eingriffe in laugfristige Vcrtrftge be-
,,steht für die Volkswirtschaft in eister Linie in deni
,,unvermeidlich aufkommenden Gefühl der Unsicherheit
,und der Zerstörpng des ‘fOr dcii Geschitftsverkehr not-
wendigen Vertra,uens.”

Ofschoon in Nederland geen hypotheekrente tot

een hoogte van 8 tot 10 pOt. bestaat, doch niet onge-

veer 5 pCt.
2)
volkomen normaal gebleven is; of-
schoon het aantal executies volstrekt niet onrustba-

rend is
3);
en ofschoon ten behoeve van den land-
bouw de eene regeeringsmaatregel voor cmi de andere
na genomen wordt, gaan hier toch allerwege stem-
men op – meer luide dan beschaafde en zelden ge-schoolde – die als een axioma verkondigen, dat in-

Dr. J. Siefert, ‘Die Hypothekeimstundung, Karlsruhe
1933. Zie
de overzichten in dit tijdschrift van
11
October jl.
,blz.
804.
Zie
de verslagen van verzekeringsmaatschappijen en
hypothcekbanken. die tezamen voor ongeveer’
11/
2
milliard
gulden aan hypotheken hebben uitstaan.

1 November 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

843

grijpen van den wetgever tot verlaging der hypo-
theekrente cii beperking van executierecht noodig
zijn, zonder in te zien tot welke gevolgen dit zou
leiden.

Van regeeringszijde is hiertegen anders kortgeleden
met klem gewaarschuwd. Bij de rijksbegrooting voor
1933 merkte de toenmalige Minister van Justitie
Mr. Donner ten aanzien van voorkoming van execu-
ties om. op:

Door hypotheek gedekte vorclerimigemi, waarbij zeker-
..Imeid een rechtseisch is
:
komen wel in cle laatste plaats
in
aanmerking om door n:ettelijk ingrijpen te worden
.,verzwakt. De hypotheek dient tot nieercicren waarborg
niet voor het geval alles normaal loopt, doch met de
voorziene mogelijkheid, dat de schuldenaar tot voldoe-Hing uit andere middelen

niet in staat is. Dit houdt
:
natuurlijk niet
in,
dat deze schuldeischer nimmer reke-
,,Uing behoort te houden met de moeilijkheden van zijn
.,debiteur. Doch zooveel mogelijk worcle aan de betrokke-
..nen zelf overgelaten elkaar in beider belang te vinden.
,,Ingrjpen van den wetgever, als door eenige leden ge.
,,’,enscht, zoude, behalve dat het des schuldeisehers positie
::
te zeer zou verzwakken, het vertrouwen ondermijnen.
Hoezeer het algemeen belang daardoor zou worden ge-
,,schaad juist ook in een tijd van Crisis
:
behoeft geen
,nader betoog.”
,,Wanneer van andere zijde wordt opgemerkt, dat er
geen aanleiding is eventueel wettelijk ingrijpen te beper.
:
ken tot een verbod van ececutie door hypotheekhouders
en tot boerderijen en schepen, is dit cciie waarschuwing
te meer om dezen weg niet in te slaan. Het juiste stand-
punt is om, indien aan eene bepaalde bron van welvaart
onherstelbare schade dreigt te worden toegebracht, in het
,algemeen belang te trachten die schade te voorkomen,
,althais te beperken, door steunmaatregelen en soortge-
,,lijke middelen. 1)ie steun in liet algemeen belang ver-
..leend, drukt clan
01)
dc genieenschiip en niet enkel op
..e:n toevalligeu crediteur.”

Desondanks zijn de zooeven genoemde stemmen tot
een koor aangegroeid – op de vermoedelijke oorzaak
van dit verschijnsel kom ik hieronder terug – zoo-
dat de regeering het blijkbaar wenschelijk heeft ge-
Vondel) in de troonrede de overweging van voorzie-
ningen op gebied van het executierecht aan te kondi-
gen, daarmede aan den heer Van den Bergh ns. hun gevaarlijk initiatief uit handen nemende.
Ernstig moet daarbij worden gewaarschuwd tegen
cle meening van hen, die alleszins te goeder trouw
gelooven, dat het crediet in dezn tijd wel eens tijde-
lijk hij den arbeid kan worden achtergesteld. Een zoo-
clanige onjuiste interpretatie van het onverbreekbare
verband tusschen kapitaal en arbeid getuigt van ge-
brek aan inzicht in de werkelijkheid. Om een voor-
beeld te noenien: men verkrijgt geen behoorlijke
saneering in de bloembollencultuur door te verhin-
deren, dat de bij besluit van 15 September ji. ge-
regelde teeltvergun ninge n tot zekerheid van crediet
verbotiden worden en executie aldus wel niet juri-
disch, maar dan toch practisch onmogelijk te maken.
Deze oplossing lijkt allerminst ,,vernuftig gevon-
den”, – zooals cle ,,Maasbode” ) meent – maar lijkt
bedenkelijk veel op het misdrijf van art. 346 van het
Wetboek van Strafrecht, dat onttrekking van goede-
ren aami den boedel door clan debiteur strafbaar stelt.
Zij zal immers leiden tot toestanden als deze, dat
bv. een directeu.r van een groote
N.’T.,
die wegens
onmatige uitbreiding eerst zijn zaken in het honderd
heeft laten loopen, nu zijn teeltbewijs kan gaan ver-
huren en van cle opbrengst rentenieren, inmiddels
zijn crediteuren afschepende met een practisch on-
verkoopbaar bedrijf.

Zullen onder deze omstandigheden credietgevers
bereid gevonden worden om bv aan de kleine kwee-
kers, clie bij de inderdaad noodzakelijke teeltheper-
king bollen ter vernietiging moeten inleveren, doch
geen voorraad genoeg meer hebben, liet voor aankoop
verdachte voorschot te verstrekken? Kunnen deze.

‘) ])e Troon rede, Avondblacl
van
lDinscliig
19
Septeni’
ber
1933.

kleine kweekers, die men bovenal heeft willen be-
schei-uien, er baat bij hebben wanneer de export, waar-
van ook zij afhankelijk zijn, credietmoeilijkheden
zou ondervinden tengevolge van het feit, dat de
credietgever zich niet meer kan dekken tegen risico’s, velke ook met zoodanige dekking reeds groot genoeg
zijn? Te verwonderen is het daarom niet, dat de
klachten over dit merkwaardige saneeringsplan legio
zijn
‘),
dat de verwachte opleving in cle bollenprijzen tot dusverre is uitgebleven en dat liet zooveel gevoe-
liger crecliet op langen termijn: de hypotheek in de
bollenstreek vrijwel onverkrijgbaar is geworden, w’ant
economische
moeilijkheden
kunnen nu eenmaal niet
opgelost worden door een. wettelijk ingrijpen in de rechten van crediteuren tegenover hun clebiteuren.
Theoretisch zou men nog kunnen denken, dat zulks
alleen een verplaatsing van moeilijkheden zal veroor-
zaken, maar practisch blijkt liet verstoorde vertrou-
wen als een kanker geleidelijk het geheele econonii

sche .leven verder te ondermijnen.
Het is begonnen met de crisispachtwet. Hoe gaarne
men meejuicht over haar goede zijde, dat enkele
Shylocks onder de verpachters gedwongen konden
worden in de veranderde omstandigheden van het
volle pond af te zien, zwaarder weegt de slag aan de
publielce moraliteit toegebracht, doordat deze vet het
riemensnijden van, andermans leer tot een officiëel
getolereerd bedrijf heeft gemaakt
2)
En de wetswij-
ziging, die reeds kort na haar ontstaan noodig was
om althans de ergste misbruiken te beteugelen, moet wel eenige illusies ontnomen hebben aan hen, die bij
de doopplechtigheid van dit wetskindje met een te mmm geweten de verwachting uitspralcen, dat de.
pachters het niet zouden misbruiken.

Thans wordt dit ,,beginsel” handig dooi- allerlei
propagandisten verder geëxploiteerd ten bate van elk
ander doel dan het behartigen van het algemeen be-
lang. De pachters zijn geholpen, maar hehooren straks
verder geholpen te worden; de hypotheekboeren zijn
nu aan de beurt en reeds worden de huurders be-
werkt; morgen. volgen de huiseigenaren. vier huizen
met hypotheek bezwaard zijn, en overmorgen zullen
de banken, verzekeringsmaatschappijen, spaar- en
hypotheekbanken en particulieren zich nolens volens
hierbij aansluiten en op hun beurt de crisis moeten
gaan verzachten door de rechten van hun schuld-
eischers: de deposanten, de verzekerden, de spaar.
ders, de pandhriefhouders, de ontvangers van belas-tingen tekort te doen.
Nu lcan geen enkele verantwoordelijke rege&ring
deze richting willen opgaan, maar stelselmatige pro-
paganda van zoo’n ondeugdelijk middel als door den
Bond van Landpachters en 1-lypotheekhoeren ge
maakt, werkt de outvankelijkheid voor betere maata
regelen tot crisishestrijding, zooals bv. liet zetten vian’
de tering naar de nering, tegen. Voortdurend w’orden op deze wijze telkens andere groepen van debiteuren
– die .uiet verder Icunnen kijken clan hun moreele
en economische neuzen lang zijn – in de overtuiging
gebracht, dat ei andere en populairdere middelen
bestaan om het crisisleed te verzachten; een en ander
tot schade van het thans meet- dan ooit noodige
prestige
1
der regeering.

Zbo&ls,, Minister Marchant onder
kennelijke
in-
stemming-der Nederlandsche burgerij te Jubbega zijn onderwijshervormingen persoonlijk verdedigde en de
noodzakelijkheid van bezuiniging v66r alles bepleitte,
zoo zou het mi. aanbeveling verdienen een goed ge-
organiseerd regeeringspersbureau te stichten om stel-

selmatig propaganda voor regeeringsmaatregelen te
maken. Door
wettelijke
verplichting aan de pers om
zoodanige regeeringspublicaties op te nemen, zoo dik-

1)
Weekblad “oor Bloembollencultuur
29
Sept. en 6 Oct.
1933.
De Ned. Bloembollenkweekem’s-Centrale heeft dan ook
ml
concessies moeten doen.
) Vgl. Mr. J. Tïjsma in het
W. v.
h. Recht
No. 12519
en het crisispaehtwetnunii’iier
12540
idem.

844

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 November 1933

wijis zij tendentieuze berichten van den Bond van
Landpachters of dergelijke organisaties en personen
vermelden, of maatregelen bepleiten, welke tegen het
algemeen belang ingaan, zou wellicht aan de publieke
opinie een geuoegzaam tegeng.if toegediend kunnen
worden om haar voor al te eenzijdige conclusies te
behoeden.
Zou het bv. niet zeer nuttig zijn, indien naast ieder
daarover gelanceerd berichtje de regeering positief
verklaarde, dat toteen executieverbod nooit mag wor-
den overgegaan, omdat dit de geheele hypotheekver-
leening zou verlammen? En dat de hypotheekverlee-
uing ten plattenlande in hoofdzaak geschiedt door
de boeren zelve, die nu eenmaal niets liever doen dan
hun spaarpenningen aan hun huurlui op hypotheek
geven, maar door het voortdurend geschrjf hierover
van den Bond van Landpachters verontrust zijn ge-
worden en derhalve minder vlot hun spaargelden op
hypotheek uitzetten,
wat de natuurlijke claiircfj van
cie rente tegenhoudt,
zoodat
deze Bond de positie van
de hypotheekboeren verslechtert inplaats van zooge-naamd voor hun belangen op te komen?
Zou het – om een ander voorbeeld te noemen
niet alleszins gewenscht zijn, dat de economische
kakografie over het huurprobleem, waarop de oud-
wethouder van Amsterdam, de heer De Miranda de
lezers van Het Volk’) vergast – een blad waaruit.
dan toch 20 of 25 pOt. der Nederlandsche kiezers
zijn kennis van de vraagstukken van den dag put -;
in hetzelfde blad van regeeringswege aan den kaak
werd gesteld?
Wil men kostbare goederen onzer beschaving als,
de persvrijheid bewaren, dan zorge de regeering, dat
iedere kiezer ook in de praktijk zooveel mogelijk in
de gelegenheid wordt gesteld zich over levenskwesties,
onzer volksgemeenschap ee.n objectief oordeel te vor-
men, met beroep op het neuwenoude adagium: audi.
et
alteram partem.

Den weg van executieheperking en gedwongen ren-,
teverlaging zal men o.i. derhalve niet kunnen inslaan.
Meent men, dat de verhouding tusschen debiteuren
en crediteuren correctie behoeft, dan staat een ander,

middel ten dienste, hetwelk tenminste niet van
iederen clehiteur in principe een contractvervalscher
maakt tegenover een ige willekeurige groepen van
crediteuren, doch dit middel is niet in het geding. Dan blijft het feit, dat sommige hypotheekboeren
zich verongelijkt gevoelen ten opzichte van de pacht-.
boeren.
Bij de daarvoo.r te nemen maatregelen moge be-dacht worden, dat aan den landbouw op alle moge-
lijke manieren steun is verleend, zoodat niet zonder grond zou kunnen worden beweerd, dat degene, die
het thans nog niet kan bolwerken, geen zelfstandig
‘ondernemer behoort te
blijven
en zijn plaats behoort
af te staan aan hem, die als producent beter is toe-
gerust.
2)

Men zal clan ook geen voedsel moeten geven aan
een verwarring en verstarring verwekkend streven
om liquidaties te verhinderen, doch de oprichting
kunnen overwegen van een semi-officiëel overheids-
lichaam, dat voorschotten verstrekt aan hypotheek-
hoeren. Deze voorschotbank zou o.i. niet zoover behoe-
ven te gaan als Minister Donner destijds
3
)”ôpperde,

Avondbiad van
19
September
1933. Wij
hopen ge-
legenheid te vinden bij een bespreking van het huurpro-
bleem hierop nader terug te komen.
Naar onze ervaring is cle steun aan den landbouw
thans ver genoeg gegaan
0111
den boeren in het algemeen
een in vergelijking met in de industrie, scheepvaart en
elders heerschende moeilijke omstandigheden redelijk te
noemen bestaansmogelijkheid te scheppen. Voor verschil-
lende takken van tuinbouw is dit niet het geval, doch
indien hiervoor remedies bestaan dan moeten deze niet
op het gebied van het credietwezen, doch op dat van de
h andelspolitiek worden gevonden.
) Memorie van antwooid op de rijksbegrooting van
Justitie van
1933.

en zeker niet den vorm moeten aannemen, welke de
heer Mr. Dubois, directeur van de Centrale Coöp.
Boerenleenbank te Eindhoven, aangaf
1
), daar zij niet

0
1) ee.n hemoeilijking van het executierecht gebaseerd
mag zijn. Zij zou echter aan daarvoor in aanmerking
komende hypotheekboeren voorschotten moeten geven
ter betaling van hypotheekrente en c.q. aflossing
tege.0 suborgatie in de rechten van de hypotheek-
houders. Risico’s zou een dergelijke voorschotbank
zeker loopen; zij zou ze echter kunnen beperken door
bv. het geven van het voorschot afhankelijk te stel-
len van renteverlaging door den bestaanden hypo-
theekhouder, die dit allicht zal verkiezen boven het
realiseeren van zijn vordering met verlies. De gelden voor een zoodanige voorschothank zouden gevonden
kunnen worden uit het Landbouwcrisisfonds, dat
volgens een zeer globale berekening thans een inko-
men moet hebben van veel meer dan
f
500.000 per
week, of misschien door een verfijning in de toepas-
sing van diverse steunmaatregelen, waarbij steun aan
boeren, die niet direct contanten noodig hebben, uit-
betaald zou kunnen worden in aandeelen in de ge-
noemde voorschothank. Dit zou tenminste het voor-
deel hebben, dat de hoeren zelve belang kregen hij
een verstandig commercieel beheer van deze bankin-
stelling, welke uiteraard een tijdelijk karakter zou
moeten hebben.
Tenslotte zou men kunnen o.nclerzoelcen of het mo-
gelijk is maatregelen tegen. misbruik van recht te
nemen, waarbij men zich o.i. zal kunnen aansluiten
hij wat in de practijk is gegroeid.
Door verschillende vereenigingen van debiteuren
en crediteuren op hypothecair gebied en wel de Ver-eeniging van Directeuren van E[ypotheekbanken, de
Nederlandsche Vereeniging ter bevordering van het
Levensverzekeringswezen, de Broederschap der Nota-
rissen in Nederland, de Nederlandsche Bond van
F[uis- en Grondeigenaren en Bouwondernemers en
de Nederlandsche Spaarbankbond is ni. samengesteld
een contactcommissie onder voorzitterschap van Prof.
Mr. J. Ph. Suyling, welk o.m. ten doel heeft maat-
regelen te beramen om onnoodige executies te voor-
komen.

Mr. J. W
IlafENS.

1)
E’raeadvies voor het 85e Nederi. Landhuishoudkundig
congres te Barneveld.

ARBEIDSBESPARING EN WERKLOOSHEID.

In de jaarvergadering van de Vereeniging voor de
Staathuishoudkunde en de Statistiek is jl. Zaterdag
opgewekt gedehatteerd over de vraag, of het streven
naar arheidsbesparing in het procluctieproces leidt tot
duurzame of
tijdelijke
vermeerdering van werkloos-
heicl. Van de over deze vraag uitgebrachte praeadvie-
zen hebben wij reeds een kort overzicht gegeven in
onze nummers van 11 en 18 October ji.
Over gebrek aan animo voor de discussie had de
Vereeniging ook dit jaar weder niet te klagen. Acht-
tien sprekers hebben hun oordeel over de praeadvie-
zen en over veel, dat daarin niet was behandeld, doen kennen. Zij werden door de praeadviseurs in een keu-rig opgebouwd en dikwijls zeer geestig betoog beant-
,
,roo
r
d
Het is niet onze bedoeling om van de gevoerde
debatten een volledig overzicht te geven. De dag-
bladen hebben dat reeds gedaan en een uitgewerkt verslag wordt t.z.t. nog door de Vereeniging zelve
gepubliceerd. Wij volstaan daarom met enkele grepen uit de discussie.
Daarbij laten wij terzijde de beschouwingen van
diegenen, die eenigszins buiten het aan de orde ge-
stelde onderwerp zijn gegaan. Verschillende sprekers
zagen in liet streven tot rationalisatie in snel tempo
en in de zeer groote werkloosheid, waarmee wij te
kampen hebben, niet anders dan een gevolg van de
hevige deflatie. Corrigeer deze laatste, zorg er voor,

1 November 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

S45

dat wij èf een waardevast ruilmiddel hebben, bf een waarde-onvast ruilmiddel met behulp van een hrlei-
dingsstelsel corrigeeren, en de bestaande moeilijkhe-den zullen opgelost worden, aldus de aanhangers van
dit standpunt. Voor waardevast geld werd het pleit ge-

voerd door de heren 0.
Nobel, Dr. G. C. A. van

Dorp en
H. Talens,
welke laatste inzonderheid pleitte

voor een tijdige en drastische verhooging van den
rentestand in hausseperioden en een drastische verla-
ging in de baisse, een en ander gepaard gaande met
internationalisatie van de geld- en credietpolitiek
onder leiding van de B.I.B..
Prof. Mees
verdedigde

wederom het ook aan onze lezers bekende herleidings-

stelsel, dat hij – o.i. ten okrechte – als een niet-
monetaire geneeswijze van de crisis aanbeveelt.
• Veel van deze beschouwingen was bijzonder belag-
wekkend, doch het lag wel eeuigszins buiten het kader
der gestelde vraag, om welke reden de praeadviseurs
er bijna niet op ingingen. Ten aanzien van het her-

leidingsstelsel maakte slechts
Dr. van der Waerden

de opmerking, dat hiermede het vraagstuk der ,,Fehl-
rationalisierung” niet zou worden opgelost.
Over de vraag, in hoeverre rationalisatie in de
productie leidt tot vermindering van werkgelegen-
heid, werden belangwekkende opmerkingen gemaakt

door den heer S.
Posthuma.
Deze achtte de vraag-

stelling bedenkelijk suggestief, aangeziefl deze uiting van de gedachte, dat slechts arbeidsvermindering een
gevolg vak rationalisatie zou zijn, en dat men dus op
zijn best tot de conclusie zou kunnen komen, dat deze
werkvermindering hiet zou intreden. Principiëel be-
staat echter de mogelijkheid, dat door rationalisatie
in een bepaald bedrijf .koopkracht Vrij komt, die
wordt aangewend in een richting, welke juist buiten-
gewoon veel arbeid vraagt. -Met deze mogelijkheid
was bij de vraagstelling geen rekening gehouden, het-

geen de heer
Posthuma
een fout achtte; aangezien in
feite blijkt, dat de vraag naar arbeid in den ibop der
tijden juist door de rationalisatie7 eer vermeerderd

dan verminderd is.

Voor- dit betoog kunnen wij gevoelen. Minder ge-
voelen wij voor de kritiek op de vraagstelling. Wan-
neer de geheele wereld vervuld is van de gedachte,

dat rationalisatie de werkloosheid doet stijgen, waar-
om mag men dan niet vragen, of dat inderdaad het geval is? Men kan immers de gestelde vraag altijd
ontkennend beantwoorden, hetgeen dan ook in menige
passage der praeadviezen is geschied. – –

– De vraag is nu echter, onder welke voorwaarden
zich de aanpassing bij arbeidsbesparende productie-
methoden kan voltrekken zonder schade voor de ar-
beiders en dus met zoo min mogelijk tijdelijke werk-
loosheid. Dat rationalisatie niet duurzaam leidt tot
werkloosheid, behoeft weinig betoog en werd ter ver-
gadering nauwelijks betwist. De laatste anderhalve
eeuw hebben een zoo phenomenale arbeidsbesparing
vertoond, dat de werkloosheid, indien deze door ratio-
nalisatie zou worden veroorzaakt, bij voortduring
sterk gestegen zou moeten zijn. Dat is niet het geval.
Wij hebben crisiswerkloosheid, maar van een duur-

zaine en
bij
toenemende verbetering der techniek zelfs
stijgende werkloosheid in de 19e en 20e eeuw is geen
sprake geweest. Dat vraagstuk behoeft ons dus niet
te verontrusten.

Anders is het gesteld met de tijdelijke werkloos-
heid, die ontstaan kam uit invoering van machines en dienovereenkomstig ontslag van een aantal handwer-
kers. Geheel automatisch worden uiteraard dergelijke
arbeiders niet in het productieproces geabsorbeerd.
Er moeten zeker dynamische krachten in het ‘verk
worden gesteld om- hen weder aan een plaats in het
bedrijfsleven te helpen Ook de. aanhangers -van de
z.g. compensatietheo-nik poneeren niet, dat allë door arbeidsbesparing uitgeschakelde arbeiders- -automa-
tisch weder, elders plaats zullen vinden; zij meenen
slechts, dat in onze maatschappij onder bepaalde- voor-
waarden krachten worden ontketend, die de uitge

stootenen weder werk doen vinden. De vraag is nu,
welke krachten in dit verband bedoeld kunnen wor-
den:

Een belangwekkend betoog daaromtrent werd in de
eerste plaats geleverd door
Dr. van Oenechlen,
die er
op wees, dat bij het te werk stellen van uitgestooten
arbeiders nieuw kapitaal noodig is en dat •het dus
van den omvang der kapitaalvorming – mede in
verband met de, als wij ons goed herinneren, door Dr. v. G. niet uitdrukkelijk genoemde, doch onge-
twijfeld bedoelde hoogte der geldloonen – afhangt, of, en zoo ja, hoe snel de uitgestootenen weder een
plaats in het bedrijfsleven zullen vinden. Deze op-
-merking komt oms zeer juist voor, evenals -de aan-
merking op de praeadviezen, dat daarin te weinig
aandacht was besteed aan de questie der kapitaalvor-
ming, een aanmerking, die men niet kan weerleggen
met de repliek van
Dr. van der Waerden,
dat er in
de laatste jaren meer dan genoeg kapitaal is aanige-
boden. Wil men een waarlijk vlot verloop van het af-
stootings- en absportieproces van arbeidskrachten be-
vorderen, zoo is eenerzijds noodig voldoende kapitaal-
aanbod voor het tewerkstellen van de uitgestootenen
– een kapitaalaanbod, dat in vele gevallen juist zal
komen uit de winst der gerationaliseerde bedrijven
zelve – en anderzijds een zekere soepelheid van de
geldloonen. Dit wil niet zeggen, .dat het geldloon
steeds als gevolg van rationalisatie zou moeten dalen
om werkloosheid van uitgestooten arbeiders te voor-
komen. In gevallen, waarin- – de heer
Posthuma
heeft terecht op de mogelijkheid en zelfs op de waar-
schijnlijkheid daarvan gewezen – rationalisatie ge-
• paard gaat met -vergroote vraag naar arbeidskrachten,
zal het peil der geldloonen geen daling behoeven te
ondergaan. Daar, waar echter niet aanstonds een ver-
groote vraag naar arbeidskracht bestaat, zal een zekere
daling van het peil der geldloonen het absorptieproces
bevorderen, hetgeen, waar rationalisatie, behalve
im
sterk vertruste en gekartelleerde bedrijven, ongetwij-
feld leidt tot een ruimere goederenvoorziening,
meestal niet zal beteekenen een daling van het reëele
loon.
Dr. van Genechlen
moge gelijk hebben met de
opmerking, dat niet in alle gevallen de rationalisatie
geleid heeft tot prijsverlaging – zijn methode tot
correctie van prijzen qp basis van het indexcijfer van
groothandeisprijzen is d.o. niet zoo verwerpelijk, als
de heeren
Baars, 1Jan der Waerden, Evelein
en
Dres-
den
meenden – te loochenen is het toch niet; dat de
rationalisatie, over een eeuigszins langeren termijn
– beschouwd, zeker de goederenvoorziening aanmerke-
lijk verruimd en mitsdien het reöele loon verhoogd
heeft.

Dit alles brengt ons tot het verband tusschen rati-
onalisatie en loonvorming; Dit verband kwam inle
vraagstelling onvoldoende tot uiting.
– Mr. J. G. Koop)’
mans
maakte in een kritiek op de vraagstellimg,
waarvoor wij meer kunnen gevoelen dan voor die
van den heer
Posthuma,
de opmerking, dat de vraag-
stellers er blijkbaar van uitgingen, dat het reëele loon
der arbeiders als een vast gegeven moest worden be-schouwd. Z.i. had de vraag anders moeten luiden, en
wel ongeveer aldus: heeft rationalisatie tot gevolg,
.bf-.eeiçlruk op de bonen, bf, -als deze niet intreedt, werklQosheid? Zoo ja, is het dan
mogelijk
en wen-
schelijk om het •eene of het andere, gevolg tegen te
gaan of te voorkomen? Dat zou het geheele terrein
hebben bestreken, waarom het in deze materie gaat,
en.- duidelijk hebben doen uitkomen het verband – tus-
schen het vraagstuk der rationalisatie, de prijsleer,
de loontheorie en- de toerekeningsleer. Bij beantwoor-
ding van de- aldus geformuleerde vragen zou duide-
lijker dan thans tot uiting
zijn-
-gekomen, of mecha-
nisatie der productie al dan niet gaat
ten koste
der
arbeiders.

Dat er bij voldoende boondaling, aldus
Mr. Koop-
mans,
steeds ,,compensatie” zal zijn, behoeft geen be-
toog. Van een eigenlijke compensatie kan men hier,

846

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 November 1933
aldus deze debater, niet eens spreken. De vraag is ech-
ter een andere, ni. of ondanks handhaving van een
zeker loonpeil niettemin de afgestooten arbeiders
weder te werk gesteld kunnen worden.
Mr. Koopman.s
was geneigd deze vraag bevestigend te beantwoorden,
doch meende, dat men den bewijslast niet te licht
moest tellen.
Mr. Koopmans
gelooft dus niet
Dr. van
der Waerden
en met den heer
Posihuma,
welke laat-
ste het verst gaat in zijn gunstige appreciatie van de
rationalisatie, in de compenseerende factoren, welke
het aanpassingsproces ook bij gelijk reëel loon bevor-
deren, doch acht in vele gevallen het bewijs daarvan
niet geleverd.
De erkenning van de mogelijkheid en zelfs van de
groote waarschijnlijkheid van reëele loonstijging, dank
zij voortdurende rationalisatie, beteekent natuurlijk
allerminst, dat nu ook het geldloon stabiel gehouden
moet worden. In een dynamische maatschappij met
een waarde-onvast ruilmiddel is zulk een stabiliteit
van het geldloon volkomen ongemotiveerd. Het is
begrijpelijk, dat kortzichtige arbeiders en arbeiders-
leiders aan een stabiel geldloon in tijden van depres-
sie een zekere heteekenis hechten, maar dat recht-
vaardigt hun eisch volstrekt niet.

Over deze loonstarheid zijn hartige woorden ge-
sproken door den heer
J. van Dusseldorp.
die een
vurig betoog hield ten behoeve van het natuurlijk
zeifherstel in het economisch leven, een betoog, dat
o.i. alle instemming verdient. De heer
Evelein
wees
op het gevaar van geforieerde mechanisatie uit
angst voor de machtige vakvereenigingen. De prae-
adviseur
Zaalberg
maakte, onder vervijing naar het
zeer groote aandeel, dat het loon vormt in het maat-
schappelijk inkomen, de juiste opmerking, dat het
in onze maatschappij aankomt op de
hoeveeheid
werk, die de arbeiders verrichten, en. zeker niet op
de vraag, of zij een paar procent meer of minder
geldloon krijgen.

Dr. van der Waerden
erkende, dat in tijden van
depressie een verstard geldloon het herstelproces kan
vertragen, maar achtte deze starheid niettemin in
zooverre voordeelig, dat zij een ineenstorting van den
welstand der arbeiders voorkomt. Deze opmerking
lijkt ons weinig overtuigend. Het moge waar zijn, dat
men door een star loon, gepaard aan een uitgebreide steunregeling, een zeker materieel welvaartspeil een
tijdlang. kan handhaven, op den duur leidt een der-
gelijk streven tot ondragelijke spanningen in het
economisch leven, die zich slechts kunnen ontladen,
hetzij langs den weg van monetaire geneesmiddelen
– welker invloed
Dr. van der Waerden
zeer belang-
rijk acht, ook al verdedigde hij ze niet – hetzij langs
den weg van…. vertraagd ingevoerde loonsverla-
gii, dus met behulp van het middel, dat men aan-
vakeljk niet wilde aanvaarden, en dat, later toege-
past, extra pijnlijk is. En reeds aanstonds heeft het
systeem van loonstarheid tot gevolg, dat er groote
moreele schade ontstaat door den lediggang der werk-
loozen, voor wie in vele gevallen de ledigheid het
oorkussen des duivels beteekent.

Angst voor aantasting van het peil der geldloonen
spreekt ook uit het praeadvies van
Prof. Cobbenha-
gen
en het is opmerkelijk, dat deze in zijn
1
iWerapie
zooveel overeenstemming vertoont met
Dr. i’ der
Waerden.
Had de laatste de consequenties getrokken
uit de door hem feitelijk aanvaarde compensatie-
theorie, een leer, die
Prof. Cobbenhagen op o.i.
uiterst zwakke gronden verwerpt, en had hij den,
moed gehad om rondweg aan zijn vertrouwen in de
compensatie de stelling toe te voegen, dat men het
nu met het peil der geldloonen
waarlijk
niet al te
nauw behoeft te nemen, omdat soepelheid van het
geldloon aan het reëel loon slechts ten goede kan
komen, zoo zou zijn betoog meer eenheid hebben ver-
toond dan thans het geval was. Op de incongruentie tusschen het eerste deel van het betoog van
Dr. van
der Waerden,
de analyse, die hem volkomen terecht

voert tot de stelling, dat de onjuistheid der compen-
satietheorie allerminst is bewezen, en zijne aan het
slot gedane voorstellen om het tempo der rationali-
satie te regelen, d.i. in de meeste gevallen te vertra-
gen, werd van meer dan één zijde gewezen, o.a. door
Dr. van Oenechten.

Tot slot een enkel woord over de praktische zijde
van het vraagstuk. T-let spreekt daarbij vanzelf, dat
degenen, die het vertrouwen hebben in de compen-
seerende krachten in onze maatschappij bij voldoende
vrije prijs- en loonvorming, een geheel andere therapie
hebben, dan degenen, die, geporteerd voor stabiel
geldloon en tegen deze vrije prijsvorming, in belang-
rijke mate regelend willen ingrijpen. Tot de eerste
richting hehooren de heeren
Zaalberg., Posthuma
en
Van Genech,ten.
Vooral de heer
Posthuma
liet zich
scherp uit tegen maatregelen tot regeling van het
tempo van rationalisatie van de productie en pleitte
voor middelen als heropleiding van vakarbeiders, ver-
plaatsing van arbeiders van de eene streek naar de
andere, verzorging voor ouden van dagen, die geen
nieuw beroep meer kunnen aanieeren. Van zijn stand-
punt uit bezien, verdient dit betoog groote instem-
ming, en hoewel wij nog niet voor 100 pOt. over-
tuigd zijn, dat rationalisatie in zoo geringe mate
tot vermindering van werkgelegenheid aanleiding
geeft, als de heer
Posthunsa
meent, zoo zijn wij het
toch voldoende met hem eens om zijn practische con-
clusies, die zich aansluiten hij het praeadvies van
den heer
Zaalberg,
van harte te kunnen onder-
schrijven.

Dit brengt met zich, dat men afwijzend moet staan
tegenover al die maatregelen, die mogelijkerwijze tot verdere verstarring van het economisch leven kunnen
leiden, zooals invoering van bedrjfsraden, die o.m.
liet tempo van rationalisatie moeten bepalen, de
wachtgeldregeling en het crisisfonds, voorgesteld door
Dr. van der Waerden
en, wat het crisisfonds betreft,
door den heer A. J. W. Renaud
met instemming be-
groet. Ook past een afwijzende houding tegenover de
door
Prof. T
7
eraart
verdedigde bedrjfsgewijze vor-
ming van arbeidsreserves, welke laatste o.i. de over-
plaatsing van arbeiders van het eene bedrijf naar
het andere – een vraagstuk, dat de heer
Zaalberg
met beroep op een aantal frappante feiten in zeer
belangrijke mate oplosbaar acht slechts zal kunnen
bemoeilijken en de verstarringsverschijnselen in onze maatschappij, waarover indertijd
Dr. van Genechten
zulke voortreffelijke beschouwingen leverde in ,,De
Economist”, slechts kan doen toenemen, met alle ge-
varen van dien. Dat bedrjfsraden voorts het gevaar
met zich brengen, dat slechts op het belang van een be-
paalde groep van producenten, en niet op dat der
consumenten zal worden gelet, werd volkomen terecht
opgemerkt door den Nestor der vergadering,
Dr. F.
M. Wibaut.

Wie vertrouwen heeft in den heilzamen invloed
der rationalisatie en in de compenseerende krachten,
die zich in onze maatschappij, mits bij voldoende Vrij-
heid van
prijsvorming,
voordoen bij vervanging van
arbeiders door machines, zal voor al deze temperende
maatregelen, van hooger hand ingevoerd, weinig heil
verwachten; zij Vertragen het tempo der economische
en daarmede dat der cultureele ontwikkeling, terwijl zij in een wereld, waarin internationale concurrentie
nog altijd een zekere rol speelt,’ tot een voortduren-
den achteruitgang zullen leiden van die landen, die
het tempo van anderen niet willen volgen.

Wij laten het bij deze enkele grepen uit de debat-
ten. Veel moesten wij onbesproken laten. Vruchtbaar
is het debat in zooverre zeker geweest, dat men alge-
meen onder den indruk verkeerde, dat het niet de
rationalisatie was, die deze crisis heeft veroorzaakt.
Om echter het probleem afdoende op te lossen, zal er
nog heel wat wetenschappelijk werk te verrichten zijn.
Debaters als ‘Van Genech.ten, Post huma, Koopmans
en
Baars
(wiens uitgewerkte evenwichtsvergelijkingen

1 November 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

847

ter. verduidelijking van de compensatietheorie wij met
belangstelling tegemoet zien) hebben tichtlijnen aan-
gegeven, langs welke op vruchtbare wijze wetenschap-
pelijk werk kan worden vêrricht; vruchtbaar, dat wil
zeggen, de mogelijkheid hiedend voor een praktische
economische politiek, die terdege rekening houdt met
de grondslagen van de theoretische economie, aan
welker heteekenis de laatste praeadviseur
Zaalberg
aan het slot van zijn keurige beantwoording der
sprekers onder aanhaling van een uitlating van Prof.
Triehels terecht herinnerde. CM. V. S.

DE VOORUITZICHTEN VAN DE RUBBER.CULTUUR.

De heer J. C Haccoü schrijft o.ns:

Nu het prijsniveau voor de rubber in de laatste
maanden ten opzichte van vorige jaren hooger is,
begint de meening over de nabije vooruitzichten voor
het artikel ook optimistischer te worden. Daarvan
getuigen tijdschriftartikelen, zooals ook dat van deh
heer A. G. H. van Woerden in het nummer van 4 Oc-
tober van dit weekblad. –

Terecht stelt deze, dat de rubber een cyclische cul-
tuur is. Dat wijzen de
cijfers
onomstootelijk uit en
nu is het dus de vraag of in de periode van hooge
prijzen er geen zoodanige uitbreidingen hebben plaats
gehad, dat het verbruik van ruwe rubber zich in
afzienbaren tijd niet aan de voortbrengingsmogelijk-
heid zal kunnen aanpassen.
De
werelciconsunsptie
van ruwe rubber, benevens
het Amerikaansche verbruik van reclaimed, is sedert
het haussejaar 1929, toen deze tezamen bedroegen:

997.018
ton, teruggeloopen tot
858.768 ,, in 1930

789.533

,,.,, 1931

735.534

.,

.. 1932.

Het optimisme voor de rubber is voornamelijk
gebaseerd op de toekomstige mogelijkheden der auto-
industrie, welke zoowel voor de Vereenigde’ Staten als voor andere landen zeer rooskleurig worden ge-
acht.

Ten aanzien van den looptijd der auto dient erop
te worden gewezen, dat deze, volgens aanname van
de National Automobile Chamber of Commerce vôôr
1921 reeds 5 á 6 jaar was en geleidelijk tot 714 jaar
is gestegen. Dat deze perioden met de werkelijkheid
overeenstemmen blijkt ook uit de practische overeen-
stemming tusschen de werkelijke en de op grond van
dezen levensduur gecalculeerde. vervangingen van
oude door nieuwe wagens.
Indien men de auto-cijfers analyseert, komt men
tot conclusies, die, in tegenstelling tot wat vaak
wordt gemeend, toonen, dat men in de nieuwe
wereld niet eenigermate het verzadigingspunt begint
te bereiken, doch integendeel, dat
sedert 1923 de
auto-industrie daar in een meer gestabiliseerd sta-
dium is gekomen.
Tot dat tijdstip zien wij een snelle
ontwikkeling (met grooten invloed o.a. op het rub-herverbruik), gepaard gaande met ingrijpende ver-
beteringen, van welke voor-de rubber speciaal de toe-
passing – van den ballonband vermelding verdient;
Daarna echter wordt de ontwikkeling, ondanks de
toepassing op groote schaal van het afbetalingsstelsel,
veel geregelder. Deze tendens geldt speciaal voor
toerauto’s, de belangrijkste groep:

Het afhetalingsstelsel heteekent evenwel niet’ an-
ders dan een vastleggen van toekomstige koopkracht
en eischt dus ook, dat uit den achter ons liggenden
ontwikkelingsgang niet dan ‘met groote voorzichtig-
heid conclusies over de toekomst getrokken worden.
De zooeven genoemde tendens van stabilisatie moge
met een cijfer, evenals de andere hierna geciteerde
ontleend aan ,,Facts and Figures of the Automobile

Industry” publicaties van de National Automohile
Ohamher of Commerce, worden geïllustreerd:

In duizendtallen wagens.

Productie Ver. Staten Voor bi nncul. markt
en Canada
daarvan
Voor
Jaar
(tusschen haakjes de
nieuwe
buiten].
productie v.
Amerika)
Totaal
koopeii
markt
1920
2.321

(2.227)
2.050
1.696
27
1921
1.682

(1.616)
1.555
1.073


127
922
2.646

(2.544) 2.417
1.622
229
1923
4.180

(4.034)
3.799
2.922
382
1924

3.738

(3.603)
3.309
2.158
428
1925
.
4.428

(4.266)
3.837
2.167
591
1926
4.506

(4.301)
3.908
2.084
598
1927
.
3.580

(3.401)
2.935
,

825
645
1928
4.601

(4.359)
3.776
1.259
825
929
5.622

(5.359)
4.625
1.852
997
1930
3.510

(3.356)
2.950
50
560
1931
2.472

(2.390)
2.148
0
324

Uit deze cijfers blijkt duidelijk, dat sedert 1923 de
nieuwe aankoopen een dalende, de replacements – de vervangingen der reeds loopende wagens, welke met
behulp van de registratie van het aantal cars eu
(
trucks kunnen worden geraamd – een stijgende ten-
dens (de natuurlijke loop der dingen
bij
een stijgend
aantal ci rculeerende wagens) vertoonen.
E
n
dat, het moge nogmaals herhaald worden, on-
clanks de omvangrijke toepassing van het afhetalings-
stelsel. Hoe de verkoopen door de afbetaling zijn ge-
stimuleerd, moge blijken uit het feit, dat van de
totale aankoopen, op afbetaling werden gekocht:

Toe rautomobielen

Bed rij fsautomobielen
Jaar

(gebruikte en nieuwe) (gebruikte en nieuwe)

1928

59,5
pCt.

50,4
pCt.
1929

64,-

49,5
1930

63,8 ,,

55,8

Behalve het cijfer der replacements vertoont, afge-
zien van crisisinvloeden, ook de productie voor
export, zooals uit bovenstaande cijfers blijkt, een
stijgende tendens.
in het voorbijgaan zij erop gewezen, dat de Ver-
eenigde Staten en Canada een zeer prominente plaats
in de auto-industrie innemen; in 1930 en 1931 had-
den deze een aandeel van resp. 87 en 81 pOt. in de
wereldproductie van automobielen.

Wil men omtrent de toekomstige auto-positie in de
‘Tereenigde Staten een hypothese maken, dan dient
ihdn voor oogen te houden, dat in Amerika groote
verliezen zijn geleden en ook daar, evenzeer als el-
clers, een verlaging van het welvaartsniveau is inge-
treden, een verlaging, die vermoedelijk duurzaam is
cii zeker grooten invloed zal hebben op een zoo coj-j
junctuurgevoelige industrie als de auto-industrie ji
Juist in de productie der middenklasse-auto’s, die
gekocht worden door middenstanders en personen
met wisselende inkomens, treffen wij den grootsten
invloed van de conjunctuur. aan, een invloed, die ech-
ter ook in de goedkoope en dure prijsklassen zich
ernstig doet gevoelen, gelijk onderstaande cijfers
(waarin de invloed van de prijsdaling, die de verge-
lijking tuurljk wel bezwaarlijker maakt, niet uit-
gesiii’d kôn worden) aantoonen:

j’aai

ÏÇerclan
$ 1000 $ 1-2000 $ 2-3000
Boven
$3000
1927

1.997.200

913.600

141.000

31.600
1928

2.920.900

918.600

137.400

35.300
1929

3.904.500

735.200

130.900

. 26.300
1930

2.465.400 ‘

383.900 ‘ .66.500

24.900
1931 ……

1.905.200

11.4.500

12.700 .

5.800

Door de inkrimping der inkomens tengevolge van
de crisis, door de verlaging van het welvaartsniveau
zullen allereerst de groepen worden getroffen van de
goedkoope en middenklassen auto’s;, zij clie vroeger
nog juist een auto konden houden, zullen deze moe-
ten opgeven; degenen, met lage en gemiddelde inko-

848

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 November 1933

mens moeten cle verbetering der conjunctuur af-

wachten.

Daarnaast staat, dat het afbetalingsstelsel, dat
vooronderstelt een optimistischen kijk op de toe-

komst (of zorgeloosheid) reeds op de toekomstige vraag heeft doen anticipeeren en daarmee een ge-flatteerd beeld van de werkelijke positie heeft ge-
geven. (Dat de zorgeloosheid hier niet in groote mate
aanwezig is geweest, blijkt uit de betrekkelijk kleine
percentages van gedwongen terugnamen wegens niet
nakomen van verplichtingen; voor nieuwe wagens
kwamen deze in de jaren 1928 tfm. 1930 niet boven
de 5,1, voor gebruikte wagens niet boven de 11 pCt.

van het aantal).

Ook voor den aankoop op afbetaling zal de nood-
zakelijke bezuiniging door de verlaging van het wel-
vaartsniveau een rem vormen. Alleen ten opzichte
van de vervangingen, die in de laatste jaren zijn
achtergebleven bij wat had mogen worden verwacht
mogen wij tijdelijk, doch ook alleen tijdelijk, ni. tot-
dat de achterstand ten deele is ingehaald, optimis-

ticher zijn.
Voor de Amerikaansche auto-situatie is dan ook

de aanname van een geleidelijke langzame ontwik-
keling op den duur, veel gemotiveerder, naar het mij
voorkomt, clan optimistische veronderstellingen zoo-
als die van den heer Van Woerden in dit weekblad.

Ten aanzien van de auto-positie buiten Amerika
past, voor zoover ik Ican zien, al even weinig opti-
misme betreffende een plotseling sterke opleving. In
Europa brengt de crisis naast groote welvaartsver-
schuivingen steeds grooter moeilijkheden. Overheid,
bedrjfsleen en individu zien zich gedwongen tot
bezuinigingen; de overheden grijpen bovendien steeds
verder in en drukken met haar maatregelen (ver-
hooging belastingen en invoerrechten, contingentee-
ring, steunverleening etc.) juist het welvaartsniveau
van hen, die in de termen vallen een auto aan te
schaffen. Het moge dan al waar zijn, dat de auto
het transportmiddel van de toekomst wordt, indien
die toekomst nog weinig of geen lichtpunten met
betrekking tot een verhooging van het levensniveau
toont, doch integendeel de teekenen steeds meer wij-
zen in de richting van een lager niveau, dan zullen
mi. hieraan zeker geen bijzonder optimistische ver-

wachtingeri mogen worden geknoopt.

Geldt dit voor den toerwagen in de eerste plaats,
ook het bedrijfsleven en de overheid zullen naar
een zuiniger bedrjfsbeheer moeten zoeken. Of hier-
bij de truck uitbreiding zal vinden, kan moeilijk
voorspeld worden, doch zal de toekomst moeten lee-ren. Voorloopig echter toont de conjunctuurlijn voor
bhdrijfsauto’s dezelfde beweging als die der passenger
cars; ook de truck is zeer conjunctuurgevoelig gelijk
iit onderstaande gegevens voor Amerika en Canada
blijkt (productiecijfers in 1000 wagens):

1927

…………………
497
1928

…………………
589 1929

…………………
827
1930

…………………
600
1931

…………………
434

Het feit, dat het aantal buiten Amerika, geregis-

treerde wagens in de periode van 1929 tot1,932, blij-
kens de cijfers van den heer v. Woerden in hei num-mer van 4 October van dit weekblad, een sterke stij

ging, ni. van 5.546.000 tot 7.295.000, vertoont, waarop
dan in 1933 een kleine reactie tot 7.125.000 volgt,
doet hieraan niets af; mi. heeft het goedkoopere
auto-transport tot de benutting op groote schaal ge-
leid, doch deze vervanging eenmaal gegeven zijnde,
zal ook hier eerder een normale ontwikkeling moeten

worden verwacht.
Ten aanzien van de automobiel-industrie past dus,

naar ik geloof, voorloopig op den duur veeleer de
verwachting van een geleidelijken ontwikkelingsgang

dan een hoera-stemming.

Een ander feit, dat aandacht vraagt, is evenwel
een toenemende belangstelling voor andere toepassin-
gen dan de bandeniudustrie. Weg- en vloerbedekkin-
gen trekken steeds grooter belangstelling, doch ook
hier doet de hiervoor geschetste toekomstverwachting
het beeld niet buitengewoon rooskleurig zien, waar-
bij nog bovendien als remmende factor komt, dat de toepassing met betrekking tot de wegbedekking nog
in het stadium der proefnemingen is; voor beide
toepassingsmogelijkheden – die niet zonder concur-
rentie zijn, zooals de band, doch integendeel zich ccci
plaats te midden van talrijke beproefde oplossingen moeten veroveren – geldt voorts als een zeer groote
handicap, dat de kosten van vervaardiging in Ameri-
ka en Europa zoo hoog zijn, speciaal ook door de
hooge bonen.
lic meen dan ook, dat over het algemeen voor de
ontwikkeling – onvoorziene vindingen daargelaten
eerder een geleidelijkheid, en geen plotselinge
schokken, met betrekking tot de toeneming der con-
sumptie mag worden verwacht.

Ten aanzien van het cijfervoorbeeld, dat de heer
A. G. H. van Woerden in zijn artikel in het
nummer van 4 October geeft, moge ik het vol-
gende aanteekenen. De raming van een productie
van 6 millioen wagens lijkt mij, zooals uit het
voorgaande volgt, voorloopig rijkelijk hoog als ge-
middelde, de cijfers voor vervanging van ver-
bruikte banden zijn echter zeker, bij de aannamen
van den heer v.
V,T.,
te optimistisch; vooi’ een pro-
ductie van ruim 51 millioen buiten- en bijna 52,5
millioen binnenbanden verbruikten de Vereenigde
Staten in 1930, indien wordt afgezien van andere
toepassingen der ruwe rubber in de auto-industrie,
blijkens
mijn
reeds genoemden bron, bijna 309.000 ton
ruwe rubber.
Bij
een in gebruik zijn van 35.000.000
wagens slijten deze, op basis van de veronderstellin-gen van den heer heer v. W., 35.000.000 X 5 banden in drie jaar of per jaar rond 59.000.000 handen, voor
welker fabricage dan rond 360.000 ton ruwe rubber
zou worden gebruikt. Zouden wij daarnaast een pro-ductie van 4 millioen wagens aannemen, dan zou het
eindcijfer van den heer v. W. met nog 90.000 ton
wrorden verminderd en resteert er van zijn 1.080.000
ton nog 750.000. Ik zie dan geheel af van een toe-
nemend verbruik van regeneraat, dat echter op zich-
zelf waarschijnlijk is, omdat de consumptie hiervan
door de Vereenigde Staten in 1930 nog ruim 159.000
ton (tegen rond 373.000 ton ruwe rubber) en in
1931 rond 124.000 ton (tegen 347.000 ton ruwe rub-
her) bedroeg; waar het regeneraat vooral in de ban-
denfabricage toepassing vindt, mag verwacht worden,
dat een grootere levendigheid daar ook tot een toe-
neming van het verbruik van reclaimed rubber, dat
in 1932 ruim 72.500 ton bedroeg, zal leiden.
Echter, toekomstbecijferingen hebben voor de rub-
her reeds zoo vaak gefaald, dat ik voor mij dit niet
gaarne als een raming voor 1934 zou geven; ik out-
houd er mij van mij aan cijferbespiegelingen te

wagen.
Hoe staat het nu met de
voort brenging?

Laat mij allereerst even mogen vastleggen, dat de
wereldvoorraad per ult. September op 633.000 ton
wordt geraamd, terwijl de productie gedurende de
laatste maanden wederom een
stijgende
tendens. ver-
toont, die niet door de consumptie schijnt te zullen
worden gevolgd; de voorraad zal dus eerder toe- dan

afnemen.
In de jaren van 1922 tot 1928 werd het rubber-
areaal in Oost-Azië, volgens een taxatie van
Whit-
ford,
uitgebreid van 4,7 tot 7 millioen acres, en dat
ten dccle met aanplantingen, waarvan groote ver-
wachtingen worden gekoesterd. Hoe groot de poten-
tiëele productie is, valt niet te zeggen; het is niet
alleen een kwestie van prijs (speciaal de bevolkings-
rubber), doch ook van de mogelijkheden, welke de
met superieur plantmateriaal aangelegde tuinen bie-

1 ‘Novétnber 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

849

den. Omtrent deze laatste staat nog geen langjarige
ervaring ten dienste; zijn cle eerste resultaten in
sommige gevallen teleurstellend geweest, in andere werd aan de verwachtingen beantwoord. Het cijfer,
indertijd genoemd door het door den Minister van
Koi’niën ingestelde Werk-comité, is dan ook slechts
een ranling. Bij de tegenwoordige producties moet wel
in het oog worden gehouden, dat deze slechts van een
gedeelte, van het met rubber beplante areaal worden

verkregen. Van de ondernemingstuinen in Nederi.
Indië b.v. was per ult. Juli 1933, volgens opgave
van het Centraal Kantoor voor de Statistiek te
Batavia, 70.581 HA. of 17,8 pCt. van -het op ult.
December 1932 tapbare areaal buiten tap, de hevol-
kingsproductie over 1932 (rond 66.500 ton) werd
verkregen van naar schatting 1110 van het areaal
(natuurlijk de economisch gunstigste tuinen, zoodat
dit cijfer ter verkrijging der poteutiëele productie
niet met 10 kan worden vermenigvuldigd, temeer
niet omdat ook zwaartap werd toegepast). Ook op
Malakka en Ceylon draagt een deel niet bij tot de
productie, hoewel anderzijds in een klein deel der
tuinen vermoedelijk ook verzwaarde tap wordt toe-
gepast.

Er mag evenwel niet vergeten worden, dat de
productievernieerdering, welke in veel gevallen voor
de onderiiemingstuinen verkregen is, veelal dank zij
wijziging in het tapsysteem is ontstaan, zonder dat
cle hoomen er in het algemeen ongunstig op reagee-
ren, zoodat hier de productie-vermeerdering en een verhooging der potentiëele productie een duurzaam
karakter zullen dragen.

Daarnaast staat nog een productiefactor, welken
men vaak zeer schijnt te onderschatten, nl. de
reclaimed rubber. Hoe grooter het rubberverbruik,
des te grooter ook de consumptie van regeneraat,
niet alleen omdat een toeneming van de consumptie
van ruwe rubber een prijsstijgende werking zal heb-
ben, doch ook omdat de grondstof voor het regene-
raat, de oude rubber, te overvloediger. – zal worden
aangeboden. 1-let verbruik van reclaimed .rubber mag
zeker niet verwaarloosd worden; in het -recordjaar
1929 – bedroeg het Amerikaansche verbruik ruim
217.000 ton.

Voor de synthetische rubber is tot nu toe nog geen oplossing bekend, die productie op groote
schaal tegen lage kosten mogelijk maakt, doch de mo-
gelijkheid blijft, hoewel zij — zeker bij een laag prijs-
niveau – niet groot is en zeker niet zoolang de
jotentiëele productie van ruwe rubber de vraag nog
meer dan bevredigen kan.

Geheel afgezien dus van het autarkie-streven, dat
zoowel bij Rusland als bij de Amërikaansche coi

cerns, te sterker naarmate het prijsniveau, stijgt,
wederom aan den dag zal treden, kan m.i. toch een
optimistische kijk op de nabije toekomst van de rub-
hercultuur niet als gerechtvaardigd beschouwd
worden.

Wil dit nu ook zeggen, dat men in het geheel geen
vertrouwen meer in de rubber mag hebben? Mi.
niet voor die groepen van ondernemingen, die hun
kostenpeil zoodanig omlaag gebracht hebben, dat ook
een laag
prijspeil
hen in staat stelt te werken.
Zij,
clie dan nog met winst of met een gering verlies de
crisis kunnen doorkomen, kunnen de toekomst rnt
vertrouwen tegemoet zien en kunnen profiteeren van de voor de toekomst zeker bestaande tendens tot toe-
neiing der consumptie, een tendens, welke zich in
1933 reeds heeft geuit. Geleidelijk aan zal met toe-nemende consumptie het prijsniveau mede een stij-
ging vertoonen, welke, na afname der voorraden, de
productie door hertoetreding van uitgeschakelde pro-ducenten (ondernemingstuinen, bevolking en regene-
raat) in staat zal stellen aan de vraag te.voldoen en
dan zal het resultaat voor de reeds getapte tuinen
steeds gunstigér worden. Doch het zal een zeer gelei-
delijke tendens zijn – tenzij nieuwe toepassingen een

versnelling teweeg zouden brengen, waarop men ech-
ter zijn verwachtingen niet mag haseeren eu ik
meen dat met de stabilisatie in de auto-industrie
ook voor de rubbercultuur, ceteris paribus, een pe-
riocic- is aangebroken van een grootere stabiliteit,

waarbij voorloopig een reserve-areaal de cultuur voor
cle excessen zal behoeden, die zich in het verleden
hebben voorgedaan, alsmede voor de verwezenlijking
van het autarkie-streven.

Wat het vraagstuk der
restrict.-ie
betreft: de pro-
ductie had zich door den dwang der omstandigheden
in 1932 vrijwel aan de vraag aangepast (productie, resp. uitvoer van ruwe rubber 701.000, consumptie
663000 ton) en dit is, naast de bekende argumenten
tegen overheidsingrijpen, toch wel één der klens-
mendste tegen dat ingrijpen
op dit .n’tomertt.
Een
ontstaan evenwicht met een bepaalde groep produ-
centen, waarbij deze, de economisch het meest gun-
stig gesitueerde, zich hebben gehandhaafd totdat een
herstel hun weer rendabiliteit zou brengen, wordt
verstoord teneinde ook de zwakkere producenten aan
de productie te laten meedoen; afgezien daarvan,
dat de door de aan het werk gebleven producenten
gebrachte offers vergeefs zijn gebracht, althans teit
deele, wordt deze groep voorts nog gedwongen in de
toekomst tegen hoogere kosten te werken. En ten
hate waarvan? Wil men liet op een kunstmatig duur-
zaam hooger prijsniveau aansturen, dan moet toch
wel bedacht worden, dat hiervoor een zeer aanzien-
lijke beperking gedurende de eerste jaren noodig zal
zijn en dan is het de vraag of thans uitgeschakelde
producenten, in verband met de kosten van hervat-

ting van den tap en de productiekosten, den tap wel zullen kunnen hervatten, terwijl voor de andere een
stijging van den kostprijs zal intreden, voor welke
een- compensatie door de prijsstijging nog moet wor-
den afgewacht. Of wordt ook hier een stelsel van
overdraagbare licenties voorbereid? Doch ook •dan
worden, indien de prijsstijging grooteren omvang zou
aannemen, de gevaren weer veroorzaakt, welke niet alleen bij een grooter verbruik van regeneraat, doch
ook hij uitbreiding van het areaal elders (autarkie-
streven) liggen.

Onder deze omstandigheden is, naar ik meen, dan
ook wel cle vraag gewettigd of de mislukking der
kina- en koffie-restricties nog steeds niet voldoende
leergeld heeft gekost.

PARADOXEN.

De heer Jan Schilthuis schrijft ons:
Het nummer der E.-S. B. van 11 October bevatte
onder bovenstaanden titel een artikeltje van Prof. Dr.
N. J. Polak, waarin op inderdaad geestige wijze.ge-
wezen wordt op een aantal tegenstellingen, die de
schrijver ontdekt heeft in verschijnselen op het ge-
bied onzer binnenlandsche politiek en vooral in de
wijze, waarop de regeering in Nederland de crisis
en haar gevolgen tracht te bestrijden. Een eenigszins
volledige behandeling van elk der onderwerpen,
waarop de in enkele volzinnen geformuleerde para-
•doxen betrekking hebben, zou een aantal lange arti-
kelen eischen en het ligt allerminst ‘in mijn bedoe-
ling, daartoe het initiatief te nemen. Slechts wil ik
mij veroorlooven op te nierken, dat de uitingen van
critiek volgens de methode, welke Prof. Polak hier
toepast, alleen dan geen gevaren in zich bergen, wan-
neer duidelijk blijkt, dat zij als grap, als geestigheid
bedoeld zijn. Het is echter duidelijk (onder meer

wegens het feit, dat de E.-S. B. voor de publicatie
werden uitgekozen), dat het Prof. Polak er niet
zonder meer om te doen was, den lezer een oogenblik
te laten glimlachen, doch dat zijn artikeltje

een ern-
stiger ondergrond bezit; dat hij met zijn paradoxen wil wijzen op naar zijn meening wonde plekken in
onze tegenwoordige crisis-samenleving, op ernstige

850

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 November 1933

fouten in de gedragingen der Nederlandsche bevol-
king en het beleid der overheid. Wie dit doet door
telkens enkele geestige woorden te wijden aan vraag-
stukken, die elk een belangrijk deel onzer samen-

leving beheerschen, loopt ernstig gevaar om te ver-
vallen tot het in dezen tijd zoo sterk verbreide kwaad
van holle leuzen, onhewezen stellingen, stuurmans-
kunst aan den wal, afbrekende critiek zonder den
vereischten opbouw, en meer van dien aard. Al dezo zaken zijn juist in onzen tijd voortdurend bezig, veel kwaad te stichten, en allen, die in staat zijn om, zoo-
als Prof. Polak, te oordeelen over de in zijn para-
doxen aangevoerde onderwerpen, hebben. dunkt mij tot plicht hun medeburgers wegwijs te maken in den
doolhof van moeilijkheden, waarin wij zijn geraakt
en de methoden om ons daaruit althans eenigermate
te redden. Zij dienen zich ervan te weerhouden, de
gedachten nog verder te verwarren.
Prof. Polak begint met te zeggen, dat
wij
democra-

ten noemen hen, die zoozeer met materieele voorspie-
;

gelingen beginselloos dingen naar volksgunst, dat zij
een reactie tegen de volksgunst ontketenen. Het

woord
wij
lijkt mij hier misplaatst. Ik heb wel eens
gemerkt, dat de hier aangeduiden zich als democra-

ten trachten aan te dienen, doch
wij
laten ons door

hen niet misleiden en laken hun beschreven handels-wijze. ten zeerste. Waarom hier in een paar woorden
de democratie afgemaakt, door het voor te stellen
alsof zij gedragen wordt door hen, die ,,met maten-
eele voorspiegelingen heginselloos dingen naar volks-

gunst”?
In een groot deel van zijn opsomming stelt Prof.

Polak de onlangs opgetreden nieuwe regeering in ge-
breke. Het komt mij voor, dat hij beter had gedaan, althans met zijn paradoxen, welker beteekenis ken-
nelijk veel dieper ligt, dan de lichte toon zou doen
vermoeden, even te wachten, tot die regeering de ge-
legenheid heeft gehad om te toonen, wat zij in staat
is te bereiken in de richting, die blijkbaar Prof.
Polak wenscht, en waarin toch veel gaat van dat-
gene, wat de regeering reeds heeft aangekondigd.
Voor zijn paradoxen op het gebied van den land-

bouw-crisissteun had Prof. Polak meer ruimte noodig
dan voor zijn andere opmerkingen, doch hun karak-
ter bleef hetzelfde. De schrijver wijst erop, dat de
landbouwsteun ook ten goede komt aan velen, wier
financiëele positie hun geen recht geeft op onder-
steuning door de gemeenschap. Dit is een verschijn-
sel, dat slechts bij zeer weinigen, waartoe ook ik niet
behoor, instemming ontmoet, maar het zeer eenvou-
dige middel ertegeiï, dat Prof. Polak aangeeft, kan niet worden verdedigd met zijn bloote opmerking,
dat voor het braak laten liggen van den grond geen

gevaar bestaat. Er zijn nog andere garanties noodig
om dat gevaar af te wenden.
Over de vraag, of, ondanks de opdrijving van de

kosten van levensonderhoud de steunmaatregelen aan
den landbouw gerechtvaardigd zijn, kan men van
meening verschillen. Men kan daarin ook zien het
streven om een voor Nederland zeer belangnijken be-
drijfstak voor den vissen ondergang te behoeden en
daartoe de prijzen zijner producten te houden op een

peil, dat althans de kans op een. catastrophe ver-

mindert.

FEITEN OVER DEVALUATIEPOLITIEK EN WERK-
LOOSHEID.

De Financiëele Redactie van ,,De Telegraaf”

schrijft ons:
Naar aanleiding van een in uw blad van 11.10.33
voorkomend artikel ,,Feiten over devaluatiepolitiek
en werkloosheid”, onderteekend Dr. J. G. Stnidiron,
in welk artikel is opgenomen een ,,polemiek”, betrek-
king hebbende op ons artikel ,,Verloop der werkloos-
heid” in het Zondagochtendblad van 24 September
ji., willen wij enkele opmerkingen maken. Wij doen
dit niet uit zucht tot polemiseeren maar uitsluitend

op grond van de in dit artikel voorkomende zinsnede:
,,Wij meenen reeds bij de uiteenzetting onzer statis-
tische methodiek aangetoond te hebben, dat de metho-
de der ,,Telegraaf” tot foutieve conclusies leidt, aan-
gezien zij het initiale niveau der werkloosheid geheel
buiten beschouwing laat.”
Beginnen wij met een kleine inconsequentie, in
deze ,,Polemiek”. Er wordt gezegd: , …..Dat de ont-
wikkeling (in de laatste zes maanden, Jan.—Juli)
tevens een vermindering der werkloosheid was, wordt
in dit (,,Telegraaf”) artikel vanzelfsprekend g-
noemd en terecht. De cijfers der werkloosheid ver-
toonen immers een sterken seizoeninvioed, d.w.z.
nemen ieder jaar in den loop van de eerste zes maan-
den af.” Enkele alinea’s verder heet het: ,,De arti-
kelschrijver van de ,,Telegraaf” kan te allen tijde
voor alle Europeesche landen met de door hem: ge-
bruikte statistische methodiek komen tot een afname
der werkloosheid. Hij vergelijke dan maar steeds den
st.nd per einde Januari met dien per.eind Juli!”
Vermoedelijk heeft de heer Stridiron wat vluchtig
gelezen, want wij schreven woordelijk:
,,De bijeengebrachte gegevens houden geen.. reke-
ning met den toestand van een jaar geleden, hoe nut-
tig dat ook op zichzelf zou zijn….en willen alleen
het jongste verloop illustreeren. Dat deze ontwikke-ling tevens een vermindering was, spreekt :vanzelf;
immers pleegt de werkloosheid steeds in het eerste
halfjaar af te nemen, en bovendien was een lichte
verbetering in den economischen toestand onmis-
kenbaar.” –
Waarover het dus ging, was het gradueel verschil
in de afneming der werkloosheid, die volgens onze
eigen woorden in alle landen als absoluut verschijn-sel te verwachten en vast te stellen was.
De heer. S. verwijt ons, den seizoensinvloed, waar-
op wij
expressis verbis
de aandacht vestigden, te
negeeren, en hij bestrijdt onze uiteenzetting betref-fende de afneming gedurende de maanden Januari-Juli 1933, door dit tijdperk met hetzelfde van 1932
te vergelijken, iets wat wij uitdrukkelijk zeiden,.
niet

te willen doen. –
Dat wij
juist
deze data kozen stond in ons artikel
eveneens vermeld: de eerste datum – het ,,initiale
niveau” van onze beschouwing – is het diepste punt
der werkloosheid, en de tweede datum gaf de toen
meest recente gegevens.
Hiermede zouden wij kuninen volstaan. Maar waar
de heer S. meent bovendien een betere methodiek
aan de hand te kunnen doen, willen: wij thans de
Zijne even onder de loupe nemen. Dr. S. gebruikt
een bedrijvigheidscoëfficiënt, berekend volgens de
formule

100 (in een beroep werkzamen

werkloozen) ‘)

werkzamen

Deze formule zou heel goed zijn, indien althans
de heer S. de goede onderdeelen had gebruikt.
De eerste onjuistheid is, dat het ,,aantal jn een
beroep werkzamen” verminderd :met het aantal werk-
loozen
niet
het aantal te werk gestelden geeft; want
het aantal in de statistiek opgenomen werkloozen
komt niet overeen met hun totaal.
De tweede onjuistheid is, dat Dr. S. het aantal
in een beroep werkzamen berekent door de in het
,,Statistische Jahrbuch” •daarvoor gegeven percen-
tages met het bevolkingscijfer van einde
1931
te

vermenigvuldigen. Deze percentages zijn echter ge-
cleeltelijk gebaseerd op cijfers van 1920 of 1921, zoo-
dat, gezien de economische structuurverandeniugen,
de toepassing daarvan op de bevolking van 1931 tot
resultaten van twijfelachtige waarde leidt. Men had
wel mogen verwachten, dat Dr. S. tenminste voor

) Was roin niet de eenvoudigere, en Dr. S. wel eveneens
werkloozen
X 100
l)ekeiide formule:

werd gebruikt, is
werkza.inen
niet duidelijk. .

.

1 November
1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

851

Nederland de percentages der in een beroep werk-
Wij hebben er in ons vorig artikel (E.S.B. pag.
zamen volgens de telling van .1930 had gebruikt.
792, 793) op gewezen, dat combinatie van deze beide
wij verwaarloozen nu de onjuistheid, die ook nog
punten tot misleidende conclusies
moet
voeren. Wan-
wordt begaan door bij de berekening van den coëffi-
neer men de vergelijking stelt tusschen twee maanden
ciënt steeds, 66k voor 1933 van hetzelfde bevolkings
van het jaar, waarin krachtens de algemeene, zij het
cijfer nl. 1931 uit te gaan. De heer S. berekent dus de
ook ongelijke, seizoensbeweging der werkloosheid, het
te werk gestelden op

deze wijze,

dat

hij

van een
aantal werkloozen vermindert, zal men, zelfs indien cijfer, dat het aantal der bevolking van 1931 verme-
de seizoensbeweging in twee landen het aantal werk-
nigvuldigd met het percentage van bijv. 1920 voor-
2
1oozen met eenzelfde percentage deed dalen, toch niet
stelt, de werkloozen van 1938 aftrekt!
mogen concludeeren, dat beide landen

in

dezelfde
De derde en grootste

onjuistheid

wordt

begaan
conditie verkeeren: het land met de initiaal hoogere
door den heer S. als hij er geen been in ziet de re-
werkloosheid zal na dezelfde daling van zijn index-
kundig

gemiddelden

der

bedrijfscoëfficiënten

der
cijfer slechter gebleven zijn dan het land met de
mi-
goud- en der niet-goudlanden te gebruiken en dus
tiaal lagere werkloosheid. ‘)
aan een land als Nieuw-Zeeland, met zegge
625.542
Of om het nog eens met een eenvoudig getallen-
in een beroep werkzamen, evenveel gewicht

toe

te
voorbeeld toe te lichten: Indien in twee landen de
kennen als aan Engeland enz. Had Dr. S. één coëffi-
!initiale werkloosheid 40

resp.

20

per

honderd

be-
ciënt van alle goudianden

met 211 millioen in-
draagt en in beide landen de werkloosheidsindex (op
woners

en één voor alle niet-goudlanden

met
dezen initialen toestand als 100 berekend) daalt tot 75,
70 millioen inwoners — samen berekend, dan had hij
1zal de werkloosheid in het eerste land zakken van 40
gevonden,
.]Si
deze in de eerste helft van 1933

in
Op
30, in het tweede van 20 op 15. de niet-goudlanden 91,3 pCt. tegen 91,4 pCt. in 1932
Afgaande op de gelijke indices der werkloosheid
was; in de goudlanden daarentegen van 92,0 tot 92,7
lzou men geneigd zijn te concludeeren, dat beide lan- pCt. is gestegen.
1)

den ongeveer in denzelfden toestand verkeeren;

in
Tenslotte nog

dit.

Dr.

S.

laat het voornaamste
werkelijkheid is het eerste land, bij het begin zoowel
land, dat in 1933 den gouden standaard heeft losge-
als bij het einde der periode, er het slechtste aan toe.
laten, buiten beschouwing:

de

Vereenigde

Staten.
Wat nu de critiek op onze methode betreft: ,,De
Hij zal misschien van meeniug zijn, dat -een betrouw-
Telegraaf” heeft natuurlijk volkomen gelijk, wanneer
bare statistiek er niet bestaat

(iets waarop wij

in
thi.j constateert, dat de te werkgestelden in 1933 be-
ons artikel de aandacht hebben gevestigd). Maar. uit
rekend zijn door de bevolking in 1931 te vermenig-
alle ramingen blijkt, dat de werkloosheid aldaar min-
vuldigen met het percentage van 1920 en dit getal
der snel is afgenomen dan in de goudlanden, terwijl
dan te verminderen met het aantal werkloozen van
de in het ,,Monthly Bulletin

of

Statistics

of

the
1933.

League of Nations” opgenomen

overigens slechts
Maar wanneer hij achter deze, door mijzelf reeds
op een klein aantal arbeiders betrekking hebbende

aan het licht gebrachte onthulling een uitroepteeken
cijfers hetzelfde verschijnsel aantoonen.
lplaatst en daarmede wil suggereeren, dat dus de door
Resumeerende komt het ons voor, dat Dr. S. bij
mij geproduceerde gegevens geen waarde zouden heb-
ijn polemiek blijkbaar niet begrepen heeft, wat de
iben, blijft op.
hem
de bewijslast rusten aan te toonen,
strekking onzer beschouwingen was. Bovendien blijkt
dat meer exacte (maar niet beschikbare) gegevens tot
het betoog van den heer S.

dat den indruk moet
merkbaar ander resultaat zouden hebben geleid. Ik
maken tegen onze beschouwing en onze condlusies in
iblijf van meening, dat ieder, die de continuïteit der
te gaan, op den keper beschouwd een staving van
sociale

verschijnselen

als

werkhypothese

aanvaardt
hetgeen wij hebben betoogd. Zij het dan dat dit door
voor ernstige divergenties op dit punt niet bevreesd
hem geschiedde met gebrekkige cijfers. Waardoor de
kan zijn.
zaak niet beter wordt.
Van meer principiëel belang is zijn opmerking, dat
ik ,,ér geèn been inzie” bij de vergelijking tusschen
N a s c h r if t.

De opmerkingen van ,,De Tele-
de bedrijvigheid in de groep der goudlanden en die
graaf” zijn van tweeërlei aard; zij betreffen
in de groep der niet-goudlanden de
re7nkundig
ge-
le een verdediging van
zijn
methode;
middelden der bedrijvigheidscoöfficiënten te gebrui-
2e een aanval op
onze
methode.
ken in plaats van hun
gewogen
gemiddelde.
ad 1. Wij hebben tegen zijn methode twee bezwaren Inderdaad:

Ik zie er niet alleen ,,geen been in”;
aangevoerd:
;
ik ben er

sterk van overtuigd, dat de door mij ge-
dat zij de vergelijking

der

werkloosheid

stelt
i
volgde methode wetenschappelijk de meest juiste is.
tusschen twee ongelijke tijdstippen in het jaar (nl.
Wat toch is het geval?
Januari en Juli) en dus de ongelijkheid der seizoens-
Bij de tegenwoordige totale ontwrichting der
beweging in de verschillende landen als storende en
li reldhuishouding volgt elk land zijn eigen economischi
niet elimineerbare factor in de vergelijking invoert;
politiek: een aantal landen experimenteert met los-
dat zij de
vergelijking
der werkloosheid beperkt
lating van

den

gouden standaard;

andere

landen
tot het vergelijken van het procentueele verschil in
experimenteeren met handhaving van

den gouden
cle afneming van het aantal werkloozen en zoodoende
standaard. Elk land is een eigen individualiteit.
het

initiale

niveau

der

werkloosheid

als

tweede
Wanneer men dan zoo goed mogelijk,

vaii
geïsoleerd
storende en niet analyseerhare factor in de verge-
de ontelbare verschillende factoren, die de economi-
hjking opneemt.
– –

,..

1)

Deze

stijging is aan de veinieerdering der

werkge-
1)1
Htcijfer-voorbeeld op pag.

i93
was ietwat ingewik-
keld eff bnietigeheel
geslaagd; daarom geven wij hier nog
legenheid in Duitschiand toe te schrijven, dat Dr. S. ,,be-
eens’ eeh
1
iffeer

eenvoudige

samenvatting

van

onze

be-
zwaarlijk” tot de goudlanden rekent.
doeling.

Eerste vergijking
Tweede vergelijking

L
A
N D E N
Cijfers De Telegraaf

Cijfers Stridiron
CijfersDe Telegraaf
11
Cijfers Stridiron

’27…’29j
1932
A
h’
271

29

1932
A
J’h2
A
JN3
A
Ji32

2..

Goudianden ………………..

98,1

92,3

5,8

98,8

93,4

5,4

92,_

92,7

-0,7

93,3

92,7

0,6
1..

Niet-Goudianden

……………
96,5

91,3

5,2

98,1

94,4

3,7

91,4

91,3

0,1

94,5

94,1

0,4

3:
Goudianden zonder Duitschland,

—.

96,3

95,8

0,5

95,1

93,9-

1,2
.

4.
Goudiand Nederland …………
.99,2

91,5

7,7

99,2

91,5

7,7

92,1

89,4

2,7

92,1

89,4

2,7

A
=
-Aceres der werkloosheid.

852

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 Novéniber 1933

sche lotgevallen van een land bepalen, de vraag wil
onderzoeken: Biedt handhaving of biedt loslating van
den gouden standaard de beste kansen op verminde-
ring van werkloosheid, dan is elk land, hetzij groot
of klein, een experiment op zichzelf, en dus in de
kansrekening recht hebbende op hetzelfde gewicht
i.c. één.
Wat baat het een klein land of – hetgeen vol-
strekt niet onwaarschijnlijk is – een groot land als
Frankrijk, dat van nature en krachtens zijn geheele
cconomische structuur voor autarkie een zekere
praedispositie vertoont, er bij handhaving van den gouden standaard nog vrij bevredigend afkomt? Is
de werkloosheid in Nederland minder, omdat de
werkloosheid (voorloopig althans) in Frankrijk nog
zooveel lager is?
Een gewogen gemiddelde van deze onafhankelijke
grootheden mist elken redelijken zin. Wij wraken dus principiëel de door ,,De Telegraaf”
voorgestelde methode als onwetenschappelijk – maar
anderzijds houden wij er niet van onze tegenstanders
karig te behandelen.
Laten wij zijn methode eens toepassen en zien of
inderdaad de conclusies, waartoe zij voert, geheel an-ders zijn dan de onze.
In vorenstaande tabel vindt men het resultaat.
Wat blijkt nu?
Eerste vergelijicing:

bedrijvigheid
1927—’29
versus 1932.

Uit de cijfers van ,,De Telegraaf”, precies als uit
onze cijfers
blijkt,
dat de werkloosheid in de goud-
landen sterker is toegenomen dan in de niet-goud-
landen en in Nederland nog zeer aanzienlijk sterker
dan in de goudianden.
Alleen schijnt volgens de cijfers van ,,De Tele-
graaf” het verschil tusschen goudlande en niet-
goudlanden (5,2 en 5,8 toeneming) minder frappant,
clan hij cle door mij gevolgde rekenwijze (3,7 en 5,4
toeneming).
Maar hoe is dit verschil te verklaren?
1-let antwoord is eenvoudig: Wanneer men met een
gewogen gemiddelde per groep rekent, wordt het
c••fer der niet-goudlanden practisch beheerscht door
Engeland,. dat alleen reeds twee derden van de ge-
heele groep uitmaakt: ieder die de structuur van het
Engelsche bedrijfsleven kent, weet dat dit minder
dan eeuig ander tegen de scherpe internationale con-
currentie bestand was: dat in dit land dus een, voor een niet-goudland . exceptioneel hooge stijging der
werkloosheid heeft plâats gevonden, is niet te ver-
wonderen, maar mag geen reden zijn om de verzach-
tende werking van muntdevaluatie in het algemeen
te miskennen.

Tweede vergelijking:
bedrijvigheid Januari tfm. Juni
1932 versus zelfde maanden 1933.

Oogenschijnlijk is hier een tegenspraak: De cijfers
van ,,De Telegraaf” wijzen op het afnemen der werk-
loosheid in de goudlanden, die van mij op een ster-
kere toeneming dan in de niet-goudlanden.
Hoe is dit verschil te verklaren?
– Uitsluitend – ,,De Telegraaf” wijst er reedsop. -‘
uitsluitend uit de aanwezigheid van Duitsqhland in
de groep der goudlanden.
Wij waren zoo royaal het – zij het onder eenig
voorbehoud – die plaats te laten, omdat bij onze
methode elk land maar een bescheiden aandeel in het
gemiddelde heeft.
Bij de methode van ,,De Telegraaf” moet men de
structuur der groote landen, die practisch de lig-
ging van het gewogen gemiddelde bepalen, terdege
onder de loupe nemen en dan lijdt het geen twijfel,
dat Duitschiand anno 1933, welks valuta-regelingen
een veld van studie op zichzelf vormen, niet als nor-maal goudiand kan worden beschouwd. Trekt men dus de vergelijking zonder Duitschiand,

dan vertoonen de cijfers van beide methoden weer
hetzelfde resultaat:
de toestand in de goudlanden is slechter dan in de niet-goudlanden; de toestand van
Nederland is slechter dan het gemiddelde der goud-
land en.

WTij hebben de cijfers opnieuw laten spreken; maar
kan iemand, in gemoede, nog twijfelen aan de juist-
hei d van bovenstaande conclusie?
Nederland als oud vrijhandeisland met geringe na-
tuurlijke hulphronnen is, minder dan eenig ander land, bestand tegen afsnoering uit het wereidver-
keer; handhaving van den gouden standaard maakt
deze afsnoering in sterkere mate onvermijdelijk, dan
loslating van dezen standaard.

Dr. J. G.
STR11)mRoN.

BOEKAANKONDIGINGEN.

Amen kas Nöte heute und morgen
door Karl von Schumacher. (Zürich/
Leipzig 1933; Oreil Füssli Verlag. Prijs
Zw.
Frs.. 3,50, R.M. 2,80).

In deze brochure van 84 hlz. wijdt Karlvon Schu-
macher, die in den afgeloopen winter in de Vereenig-
de Staten heeft gereisd, in heknopten vorm heldere beschouwingen aan den huidigen toestand in Ame-
rika. De eerste vier hoofdstukken over New-York, Detroit, Madison (agrarisch centrum) en Washing-
ton behandelen enkele belangrijke problemen uit het
economische en sociale leven van de Ver. Staten. Wat
New-York betreft, wijst de schrijver op de kracht en
op de z’ivakte van deze stad. Indien de Ver. Staten
voor de overige deelen van de wereld open blijven, is de toekomst van deze stad verzekerd. In een land
echter, dat niet alleen in het economische en het
politieke leven, maar ook in het geestelijke leven
steeds meer er naar streeft, zich af te zonderen, zal
spoedig voor een New-York in zijn huidigen omvang
geen plaats meer zijn. Het voorbeeld van Constanti-
nopel en St. Petersburg, die beide door een ver-
engend nationalisme van hun functiën en hun betee-
kenis zijn beroofd, toont helaas duidelijk, dat een der-
gelijke ontwikkeling mogelijk is, ja zelfs, dat zij in
de tendens van den tijdgeest ligt.
Het belangrijkste deel van zijn brochure achten
wij
het hoofdstuk over het verschijnsel, dat er, on-
danks de crisis, in de Ver. Staten geen klassenhaat
bestaat. Dit wordt in de eerste plaats toegeschreven aan het bestaan van het rassenvraagstuk en aan den
invloed van religieuze gemeenschappen en verder aan
de natuur van het volk. De sociale structuur, het
onderwijs en de opvoeding hebben van de Amerikanen
individualisten van het standpunt van de klassen-
samenhoorigheid gemaakt. Men heeft hem geleerd de
oorzaak van mislukking bij zichzelf te zoeken. Zoo
komt de Amerikaan nauwelijks op het idee, ook niet dan, wanneer hij daartoe volkomen gerechtigd is, de
oorzaak van de werkloosheid bij de bovenste klasse
van de maatschappij te zoeken en deze, zooals de
Europeesche proletariër doet, daarvoor te haten, dat hij niet omhoog gekomen is. De schrijver wijst er in
dit verband op, dat de wortels van het klassengevoel
en van den klassenhaat in Europa niet alleen bij de
socialisten te zoeken zijn, maar ook min of meer bij
alle andere partijen.
,,Uberall ist dieses typisch europa.ische Streben.
persönliche Misserfolge sozial abzureagieren, die
Wurzel der Klassenbildung; eine Klassenbildung, die
typischerweise fast immer gegen jemanden, sei es das
Kapital, die Juden, ja selbst gegen den Marxismus
entsteht.”
Uit het ontbreken van dezen geest van klassen
strijd is, volgens den schrijver, ook de Amerikaansche
gelijkheid te verklaren. Deze gelijkheid heeft, vol-
gens den schrijver, voordeelen, maar aan den anderen
kant ook zeer zeker groote ndèlen.
Belangrijk is hetgeen de schrijver mededeelt over

1 November 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

het sociale plichtsgevoel van den Amerikaan. Ondanks het ontbreken van wettelijke werkloosheidsverzekerin-
gen, is
er,
volgens hem, in dezen laatsten winter in
Amerika geen gebrek geleden. Wij kunnen, om dit
gezegde te verduidelijken, niet beter doen dan hiec
de volgende passage uit zijn boek aan te halen:
,,Ich, hatte selber Gelegenheit, hesonders in
New-
York, die Obdachlosenasyle mit ihren Riesensiilen zu
hesuchen,
wo
trotz der Tausende, die darin schlafen,
die Luft besser ist als bei uns irn Winter
in.
mancher
Bauernstube, und das Essen zu kosten, das wenig-
stens ausreicht, um jeden bei Kriiften zu erhalten.”
,,Aerzte und andere Menschen,
die etwas von so-
zialer Fürsorge verstehen, bestltigten
mir
nicht nur
in New-York, sondern auch in Detroit und Chikago,
wo die Bedingungen noch schiechtere sind, dase
itberail dem schlimrnsten Elend mit Erfolg gesteuert worden ist. Seriöse Ae,zte versichern sogar, in New-
York und Chikago sei, trotz einzelnen Fhllen von
Ijntererniihrung, doch der Gesundheitszustand der
Bevölkerung noch nie so gut gewezen
wie
in diesern
Hungerwinter.”

De schrijver wijst er tenslotte
01),
dat het sociale
gevoel in verbinding met het ontbreken
van
iederen
vorm van klassenhaat wellicht het grootste actief is,
waarover het kapitalisme in de Vereonigde Staten
nog beschikt.
.
v. u. V.

MAANDCIJFERS.

PRODUCTIE DER STEENKOLEN-, BRUIN-

KOLEN- EN ZOUTMIJNEN.

(Gegevens verstrekt door den Hoofdingenieur der mijnen.)

1. Gezamenlijke Steenkolenmijnen.

Juli

Jan.jJuli Jan./Juli

1933

1933

1932

Prod. Steenkolen in tonnen
.
1045.299

7.338.691 7.266.745
Aantal normale werkdagen
.

261)
1

178

169

Bruinkolenmijn ,,Carisborg”.

Netto-productie in tonnen..

8.062
2
)

73.744

89.381
Aantal normale werkdagen

14

154

175

Zoutmijnen. (Kon. Ned. Zoutindustrie te Boekelo.)

Afgeleverd:
Geraif. zout ……..
(ton))

1

Industriezout ……
(
,,
)
}
4.720

34.005
Afvalzout ……….
(
,,
))

~
31.5_
13

J
Aantal normale werkdagen

20

179

178
Gezameni..

Bruin-
Aantal
arbeiders.

Steenkolen kolenmijn Zoutmijnen

mijnen

,Carisborg”


1 Aug. 1933 …………..
(10.8773)4)

.23.3925)

14

182


1 Aug. 1932 …………..
(11.2093)6)

.24.7926)

8o

214

1)
Staatsmijnen Einn,a, Hendrik, Maurits, 25 de Domaniale
mijil;
23
Staatsmijn Wilhelmina; 22WilIeni-Sophia; 19 Oranje-Nassaumijnen en
Mijn Julia; 17 Mijn Laura
2
)5.525
ton ruwe kool.
2.537
ton bruinkool-
briketten.
3)
Bovengronds.
4)
mci. 2.054 arbeiders in de nevenbedrijven.
1)
Ondergronds.
6)
mci. 2.078 arbeiders in de nevenbedrijven.

OVÉRZICHT DER OPBRENGSTEN VAN HET

STAATSBEDRIJF DER P.T.T.

JULI 1933.

Meer of minder clan

Juli 1932
1
Begrooting

f
3.126.925

f
20.815

f
98.875
398.825
+

19.130
+
45.265
Posterijen……..
Telegrafie

…………
,,

2.098.827
+

114.633
+
99.327
Telefonie ………..
Postchèque- en
Girodienst

480.934

60.386
+
,,
71.834

Totalesi …… .
f
6.105.511

f 52.562
1+
f1i7.55i

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
BANKDISCONTO’S.

Ted

isc. Wissels.
2
1
9Sept.’33
Lissabon

….
6 13 Mrt. ’33
Bk ‘el.Binn.Eff.
Prsch.
3
19Sept.’33
Londen ……
2
3OJi.ni’32
in R.C.
3
198ept.
1
33
Madrid ……
6
26 Oct.’32 Athene

……….
7

14Oct.’33
N.-YorkF.R.]3.
2
19 Oct.’33
Batavia ……….

4

16A.seg.’33
Oslo

……..

*
22Mei’33
Belgrado

……..
4
20Jsili ’31
Parijs

……
.
21

90ct.
1
31
Berlijn

……….
4
22Sept.’32
Praag

……
3*25
Jan.’33
Boekarest ……..

7

3 Mrt. ’32
Pretoria

….
3

15Mei’33
Brussel ……….

*
13Jan.’32
Rome ……..

3

48ept.’31
Budapest ……..

*
17Oct.’32
Stockholm
..
3

1 Jnni ’33
Calcutta

……..

*
16Feb.’33
Tokio

….
3.65

2 Juli’33
Dantzig

……..
3

6Mei’33
Weenen……
5
23Mrt.’33
Helsingfors ……
5

4
Sept.’33
Warschau…. 5
26
Oct.
’33
Kopenhagen
3

1 Juni ’33
Zwits.Nat. Bk.
2
22 Jan.’31

OPEN MARKT.

1
1933
II

1932
II

1931

1
1
1914

Daggeld.
. .
1
191

12-1

1
12-
1

12-1

11
4
-1
II

4-5

1
3
14-2
Partic.dlsc.
71_111,

12!16_15/16

14

18

11115_314

314_7/5

5/i

(s

4
/4_3/4
Berl/1,
Daggeid…
4I2-518

411
4
_531
5

4114_5314

4
1
Ie5
112

41
18512
8-9


Maandgeld
4
1
1
2-6

412-6

411
2
6

4
1
1
2-6

4
1
Iz5
1
1
2
8-10


Part,
disc.
371
8

37(
4

371
8

371
s

37/
8

8.

2
1
1-
1
/,
Warenw.
.
4_11

4_11

4_11
3

4_11
9

4_114
8112
Neo,
York
Daggeid
)
1
4

1-1
1

2
/_3
1
4

i
3
(4-2l/
Partic.disc.
1
12

1

1/
3

112

1

112

1(8
11

4
1
2


1)
Koers van 27 Oct. en daaraan voorafgaande weken t/m. Vrijdag.

WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.

Da a
New
Londen
Berlijn Parijs
Brussel
Batavla
York)
‘)
)
) )
1)

24
Oct. 1933 1.70%

7.98

59.11

9.70*
34.57 1 00%
25
,,

1933 1.64

7.84% 59.11

9.701 34.54 100v
26
,,

1933 1.61

7.84

59.
12
* 9.70* 34.571 100%
27

1933
1.6511
8

7.80%
59.14

9.70*
34.58 1 00%
28

1933 1.68%

7.90% 59.20

9.70*
34.59
1
00% 30

1933 1.63

7.80% 59.16

9
.70*
3
4
.58* 1 00%
Laagste d.w’) 1.61

7.79

59.04 9.69 34.
5
2*
Hoogste
d.wl)
1.75

8.06

59.20

9.70* 34.60 1 00%
Muntpariteit 2.4878 12.1070 59.263 9.747 34.592 100

Data

Zwit-
s
erlan
d Weenen Praa5
Boeka-
Milaan
1
Madid

24
Oct.
1933
48.04%

7.36

1.49 13.05 20.76
25
,,

1933 48.05

7.36

1.49 13.07* 20.76
26
,,

1933 48.03

7.36

1.49 13.03 20.75
27
,,

1933 48.02

7.36

1.49 13.07 20.75
28
,,

1933 47.92%

.

7.36

1.49


30
,,

1933 48.02

7.36

1.50 13.06 20.75
Jaagste (1.w’) 47.92%

7.32* 1.45 13.- 20.65
Hoogste d.wl) 48.10

28.-

7.40

1
.52*
1
3.
1
2* 20.85i
iIuntpariteit 48.1214 35.007

7.371 1.488 13.094 48.52

Data

Stock- Kopen- Oslo
)
liet-
Buenos-

Mon-

4,)
hagen*)

for

Aires
1)

treal
1)

.
‘4 Oct. 1933 41.20 35.70 40.15

3.52*
64

L69
25
,,

1933 40.55 35.20 39.50

3.44 64%

1.62
36
,,

1933
40.60 35.20 39.50

3.45

641,

11.62
,,

1933
40.45
35.- 39.30

3.45

64%

1.62
28
,,

1933
40.87*
35.35 39.75

3.50

64%

1.62%
3,0
,,

1933 40.30
34.90
39.25

3.45

64

1.61
Laagste d.’)
40.-
34.60 39.- 3.40

1.59
Hoogstè’d. vi)
41.50 35.95 40.40

64%

1.71
Muntpkfi4i.t266

.671 66.671 66.671
6.266 95%

2.4878
4)
Noteering te Amsterdam.
*4)
Not, te Rotterdam.
1)
Part. opgave.
In ‘t iste of 2de No. van iedere maand komt een overzicht
oor van
een
aantal
niet wekelijks
opgenomen
wisselkoersen.

1OERSEN TE
NEW YORK. (Cable).

1

854

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 November 1933

KOERSEN TE LONDEN.

Plaatsen en

]Noteerings-1
14
Oct.
1
21
Oct.
23123
Oct.
1933
28Oct.
Landen
eenheden
1933 1933
LaagsteI1oogs!e
1933

Alexartdrië..
Piast.
p.0

974
97
1
4
97’i
971
8

97%

Athene

•…
Dr.
p.0

562ç
565 540 590 560

Bangkok….
Sh. p. tical
1110
1110T
1/10
1110
1110T
Budapest

• .
Pen. p. g.
18/4
18;
17 19
18

Buenos Aires
d. p.$
44y
4

43y
4

43 44l.,
43%

Calcutta

.
Sh.
p
rup.
1163164
11611
33

115
31
1
32

116
1
1
32

116

Constantin..
Piast. p.
£
648 660
650
670 660

Hongkong

.
Sh. p.
$
11511
1

115
1
18
1/4%
11531
8

115’1
Sh.. p. yen
11211
13

11271
16
11281
8

112
9
116
1121s/,
Kobe

.
…….
Lissabon.,..
Escu. p.
£
104
106%
104
108 105
Mexico

….
$per
16
16
15
17
16%
Montevideo
.
d.per
37
36
35%
37
36
Montreal

..
$
per
£
4.70%
4.67%
4.68 4.87
4.79i
8

Riod. Janeiro
d. per Mii.
4s18
4%
434
4
8
16
Shanghai

. .
Sh. p. tael
1/3öj,
ø

1/351,
113
11351,
1
1
311
8

Singapore ..
id. p.
$
214
3
/
33

2/4
3
/
33

214
21431
1

2/4
3
/
33

Valparaiso
1)
$
per
£




Warschau ..
23. p.
£
1

28
1
/
8

1

2951
8

2771
8

29
,1
8

28%
1
)90 dg.
ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS
8)

Londen’)
N.York
2
)
Londen
24 Oct,.

1933..

181119
3711
9

24 Oct.

1933….
12811

25

,,

1933..

1811
16

38′,,
25

,,

1933….
130 1
26

,,

1933..

18
1
116
3851
8

26

1933,…
13094
27

1933..

18
1
116
38
1,
2

27

,,

1933,…
1317.

28

1933..

188/,,
3871
8

28

1933….
12918

30

,,

1933..

1831
16

39’/8
30

,,

1933….
131/24

31

Oct.

1932..

181
8

2671
8

31

Oct.

1932….
12515

27 Juli

1914..

24″1,
5

59
27

Juli

1914….
84110%
1)
in pence p.oz.stand.
8)
Foreign
silver
in
8e.
p.oz. line.
3)
in sh. p.oz.fine

STAND
VAN ‘s
RIJKS KAS

Vorderingen.

1
15Oct. 1933
1

23Oct.1933

Saldo van’s Rijks Schatkist bij De Ne-
/
25.119.566,98
/
31.325.303,08
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
,,

312.133,29
,,

317.128,32
Voorschotten op ulti,no Sept.1933 aan
de gem. verst, op v. haard. de Rijks-
adm. te heffen gem. i,,k. bel, en opc.
op de Rijksink. bel ………………
1.555.539,18
1.555.539,18
Voorschotten op ulti,no Sept. 1933 aan

derlandsche

Bank……………….

de gem. verstrekt op aan’ haar uit te keeren hoolds.derpers.bel., aand. in
de hooids. der grondbel. endergem.

fondsbel., alsmede ope. op die belas-
tingen en op de vermogensbelasting
,,

2.372.691,25
,,

2.372.691,25
Voorschotten aan Ned.-lndië.. …….
209.770.215,20
,,21 2.505.679,61
Id.

an

Suriname …………………
12.699.227,-
,,

12.673.959.84
Id.

aan

Curaçao ………………….
5.494.966,27
,,

5.407.445,56
Kasvord. weg. credietverst. a/h. buitenl.
,, 102.715.901,96

..

,, 102.989.591,43
Saldo der postrek. v. Rijkscomptabelen

….

37.225.501,04
,,

39.267.467,34

….

9.141.320,17
,,

11.231.320,17
Vord. op andere Staatsbedrijven’)…….
Vcrstr. t. laste der Rijksbegr. kasgeld- leeningen aan gemeenten (saldo)


.4.999.547,34
,. 44.997.570,34
V er
p
Ii
Ch t
i
n ge n.

/
333.556.000,-
/333.556.000,-
Schatkistpromessen in omloop …….
191.220.000,-
,
191.220.000,-
Zilverbons

in

omloop …………….
1.436.212,50
,,

1.433.070,50
Schuld op ultimo Sept. 1933 aan de gem.

Schatkistbiljetten in omloop ……
….

weg. a. h. uit te keerenhoofds.d. pers.
bel., aand. i. d. hoofds. d. grondb. e. d.

..

gem. fondsb. alsni. opc. op die bel, en

….

op de verm. bel …………………


Schuld aan het Alg. Burg. Pensioen!.’)
,,

12.931.883,93
,,

12.931.481,72
‘Id.
aan het Staatsbedrijf d.P., T.enT.’)

….

103.990.696,45
,, 104.193.244,78
20.300,70
,,

20.300,70
Id. aan andere Staatsbedrijven
1)
…………
Id. aan diverse instellingen
1)
…..
…..
1
14.649.144,69 ,, 117.139.010,33
1)
In rekg.-crt. met
‘s
Rijks Schatkist.

NEDERLANDSCH-INDISCHE VLOTTENDE SCHULD.
9′

(5,.f

1053

In (9,-8

101’S

Vorderingen:

Verplichtingen:
Voorschot ‘s Rijks kas e. a. Rijksinstell

,, 212.506.000,-

,,212.827.000,-

Saldo Javasche BanK………………/

1.716.000,-

/

2.129.000,-

Betaalnjiddelen in ‘s Lands kas………74.663.000,-

waaronder Muntbiljetten ………..
……309.000,-

Schatkistpromessen .. …………….
..,,

1.000.000,-

,;i’i 1.000.000,-
Schatkistbiljetten ………………..
…20.365.000,-

,,,

20.365.000,-
Muntbiljetten in omloop ……… ….
…1.399.000,-

‘,’l14I.099,
Schuld aan het Ned.-lnd Muntfonds.,,

9.238.000,-

,, ‘ 9.238.000,-
Idem aan de Ned.-Ind. Postspaarbank

,,

1.392.000,-

,,

1.362.000,-
Voorschot van de Javasche Bank….

SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden, guldens

Circu

Andere
1
– opeischb.
1
Discont. IDiv. reke-
Data

Metaal

latie

schulden
1

ningen’)

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 30 October 1933.

Acfiva.
Biuneni.
Wis-t
Hfdbk.
f
24.780.209,-
sels, Prom., Bijbnk. ,,

562.817,95
enz. in disc. Ag.sch. ,,

4.154.453,60
f

29.497.480,55
Papier o. h. Buiten!, in disconto ……,,


Idem eigen portef.
f

1.572.500,-


Af:Verkochtmaar voor
de bk.nog niet afgel.

1.572.500,-

Beleeningen Hfdbk. f 98.756.900,211)
mcl. vrsch. Bijbnk. ;

3.286.674,25
in rek.-crt.
i
i Ag.sch.

41.298.678 40
op onderp.
f
143.34.252,86

Op Effecten …….
f
142.078.153,81
1
)
Op Goederen en Spec. ,, 1.264.099,05 ,,• 143.342.252,861)

Voorschotten a. b. Rijk …………….,,


Munt, Goud ……
f
111.859.785,-


Muntmat., Goud .. ,, 781.483.699,58

f
893.343.484,58
Munt, Zilver, enz.

26.595.623,55
Muntmat., Zilver..

919.939.108,132)
Belegging
11,
kapitaal, reserves en pen.
sioenfonds …………………….,,

21.472.967,89
Gebouwen en Meub. der Bank ……..,,

5.000.000,-
Diverse rekeningen ………………,,

10.412.481,63..
Staat d. Nederi. (Wetv. 27j5’32, S. No. 221),,

18.331.195,17

f
1.149.567.986,23

Passiva.
Kapitaal … …………………….
f

20.000.000,-
Reserve! onds ……………………,,

3.749.272,82
Bijzondere reserve

. . ‘.’ ………….,,

5.000.000,-
Pensioenfonds ..’. ……………’..

8.767.471,23
Bankbiljetten iii omloop ……………. ,,

929.258.505,-
Bankassignatiën in omloop ……….,,

107.580,70
Rek.-Cour.
5
Het Rijk
f
17.101.388,87
saldo’s: ‘1,, Anderen ,,163.695.248,87

180.796637,74
Diverse rekeningen ……………….,

1.888.518,74

f
1.149.567.986,23

Beschikbaar metaalsaldo …………
f
476.393.371,88
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigd is ,, 1.190.983.425,-
Waarvan aan Nederlandsch-Indit
(Wet van 15 Maart 1933, Staatsblad No. 99) ……..
f
76.424.425,-
Waarvan in het buitenland …………………….
..3.123.745,47

Vooinaamste posten in duizenden guldens.

Goud

Andere Beschikb. Dek-
Data

Circulatte opeischb. Metaal- kings
Munt
1
Muntmat.
,

schulden

saldo

perc.

30 Oct. ’33 111860 781.484 929.259 180.904 476.393 83
23

,,

’33 111860 765.170

900.092 191.438 467.249

83

25 Juli ’14 65.703 96.410 310.437

6.198 43.521

54

Data

1
be

drag

;;

;;;n
1

Belee-

1

‘””””‘”
op het

reke-
t disconto’slrechtstreeksl

ningen

buiten!.

ningen’

30 Oct.

19331

29.497 1

1143.342

1.572 1 10.412
23

,,

19331

29.442

1141.473

1.572 1 10.224

25 Juli

1914

67.947

j

61.686

20.188

509
‘)Onder de activa.

JAVASCHE BANK.

Data

Goud

Zilver
1
Circulatie opeischb.
1
metaal-
schulden 1 saldo

28Oct. ‘332)

139.190

187.490

26.540 53.578
21 ,, 1332)

136.740

188.660

23.790

51.760

30 Spt. 1933 ‘929

39.136

191.204

22.606 51.540
23 ,, 1933

99.927

38.565 . 190.295

25.664

50.108

25 Juli1914 22.057

31.907

110.172

12.634

4.842

1 Diverse


Data

1
buiten
1
Dis-
1
Belee-

reke-
1 N.-Ind.
1
conto’s
ningen
1
ningen’)
i
oercen-
1
betaalb.
1

l

1

tage

30 Sept.

1933..

706

1

1.332

407

1

718

2.362

1

28Oct. ‘332)

1

350

1

75*0

1

11.730

1

65
23

,,

1933..

708

1

1.025

427

1

716

2.311

. 1

21

1332)

180

74.950

13.430

64
16

,,

1933..

709

1.057

423

715

2.297

9

1933..

707

1

1.186

569

1

713

2.298

30 Spt. 1933

1

280

9.239 1

56
.
612
l

12.503

.63.

2

1933..

707

1.269

567

1

716

2.300

23

,,

1933

.

569

9.279

56.611 1

1
3.
0
781

63

5 Juli

1914..

645

1.100

560

735

396

25 Juli 1914

6.395

7.259

75.541

. 2.228

44

t) Sluitp. der activa.

‘) Slultpost activa.

2)
Cijfers telegrafisch ontvangen.

1 November 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

855

BANK VAN ENGELAND.

1
Bankbilf.
1

Other Securities

Disc.and ISecurities
Data
Metaal
1

in

.
l
i
Bankbili.
n Bankingl
circulatie
Departm.
1
Advances

25 Oct.

1933
191.787
1
369.25881.189
8.501

14501
18

,,

1933
191.732
370.596

79.782
8.501

15.556

22 Juli

1914
40.164
29.317 33.633

Gov.
Public
1Other Deposits
1
Dek-
Data
Sec.
Depos.
Bankers

Other
Reservekings-
[pe
____________

Accountsl
rc.
‘,)

25 Oct.’33
77.986
15.905 104.146

1
182.5291

49,7
18

,,

33
81.468
14.458
108.959

45.569

42

.1

85

1
81.ï36
48,-

12 Juli ’14
11.005 14.736
2
9.
2
9
7
1
52
Verhouding tusschen Reserve
en Deposits.
BANK VAN FRANKRIJK.

Data
Goud
Zilver’
Te goed
1
Wis-
5j
Renteloos
ffi
h

sets
.
voorschot
buiteni.
.
v. d. Staat

20Oct. ’33
81.786
808 1.286
1

4.261
1.331
2.802
1
3.200
13

,,

’33 82.000
827
1.286
1

4.264
1.346
2.812
1
3.200

23 Juli
1
14
4.104
640

1

1.541
8
769
1

Sons v. d.I
Diver-
1

Rekg. Courant
Data
zelfst.
amort. k.
1

sen’)
Circulatie

j

Staat
1
Zetfst. 1 Parti-
amort k.I culieren

10 Oct. ’33
6.375
1

2.351
1

80.939
1.741
1

2.253
117.715
13

,,

’33 6.375
2.266
1

81.668
1

1.602
2.167 17.524

13Juli’14

t

1
5.912

1

401

1

943
) Siuitpost activa.
DUITSCHE RIJKSBANK.
Daarvan
Deviezen
Andere
Data
Ooud
bij bui-
als goud-
wissels
Belee-
tent. circ. dekking
en
ningen
banken
1)
geldende.
cheques

23 Oct.

1933
1
389,7 48,9 23,3
1
2.970,4
53,7
15

,,

11i33
1
383,8
68,5
1

28,2
1 3.117,7
55,0

30 Juli

1914
1.356,9


1

750,9
50,2

Data
1

Effec-
1

Diverse
1

Circu-
1

Rekg.-
Diverse
ten_
1
Activa2)
1

latie

1

Crt.
Passiva

13 Oct.

1933
1

319,5
1

550,6 3.326,5 410,6
237,6
15

,,

1933
1

320,7
538,5
3.426,0
391,4
232,5

30 Juli

1914
1

330,8
200,4
1.890,9
944,-
40,0
1)
Onbelast.
2) Wo. Rentenbankscheine 23, 15Oct. 1933,
resp. 32,26 miii.

NATIONALE BANK VAN BELGIË.

Data

Goud

.

c

.

,

.

….

Rekg. Crt.

1933

26 Oct. 2.710 61 751

63 355

40 3.438 138 1401

19 ,, 12.710 67 747

68 355

40 3.446 160 373

FEDERAL RESERVE BANKS.

Goudvoorraad
1

Wissels

Data
Other
1
Dekkin
t

In her-
1
disc.
v.
d.
1
In de
Totaal
1

11g
cash”
2
)
open
bedrag
iNotes
__
member
1
markt
i

banks
_
1
gekocht

4

Oct.’33’
3.591,8
1

2.715,4
219,2
123,0

1
7,2
2
7Sept.’331
3.591,8
12.748,7
1

231,8
_133,21
6,7

Belegd
1
F.
R.
Notes
1 1
Gestort
Goud-
1

Dek-
1
Algem.
1

Dek-
Data
in
U.

.
Gov.Sec.
1
incirca-1
_
. __.__
Kapitaali
kings-
1
kings-
latie
1
_ 1
perc.1)

1

perc. 2)
___________
4

Oct.’331
2.309,2 1
2.999,41
2.780,2 1
145,6

1
62,1
1

65,9
l7S
ept.’33j
2.274,4 j 2.972,8 2.807,8
1
145,9

1
62,1 66,1
‘) Veruouding totalen goudvoorraad tegenover opeiscebare
schulden: F. R. Notes en netto depoalto. 2) Verhouding totalen
voorraad muntmaterlaal en wettig betaalmiddel tegenover Idem.
2) ,.Other Cash”
does
not include
Federal Reserve
Notes
or a Bank’s
ownFederal
Reserve
bank notes.
PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET
FED. RES.
STELSEL.
Dis-

1
t
Reserve’
Totaal
1
Waarvan
Data
1
Aantal
1
banken
conto’s

1

Beleg-
en

1
gingen
bit d e
R.
1

depo-
1

time
beleen.
banks

sito’s
1 1
deposits

17Sept.’33
22
1

8.540
1

7.989
1.936
15.869
1

4.501
20

,,

’33j
ZO
8.5601

8.032
1.883
1

15.886 4.502
De posten van De Pied. Bank, de Javasche Bank en do Bank of Eng.
land zijn in duizenden, alle overige posten in millioenen van de be-
treffende valuta.

GOEDERENHANDEL.

GRANEN.
31 October 1933.

SUIKER.
Dc flauwe stemming der laatste weken maakte deze
week plotseling plaats voor prijshoudende markten in
Europa, tengevolge van een plotselingen draai in A m e-

1),: t a. r w e-markten in Noord-Amerika hebben in de
afgeloopen week ‘rij sterk geschonsmeld. In de Ver. Staten
heeft dc herhaalde belofte van den president, dat de prij-
‘/.ell zouden worden opgezet, opnieuw een speculatieven koop-
lust doen ontstaan. Ook deed het besluit goud aan te doen
koepels boven de internationale marktwaarde den dollar-
koers dalen en aankoopen van tarwe voor rekening der
regeeriug steunden de markt. Naar het heet, zijn deze in-
koopen bestemd voor steun aan de werkloozen, doch dit
wordt betwijfeld en velen meenen, dat de aankoopen ge-
. schied zijn olil de markt te steunen en dat er. geen plan-
jen bestaan omtrent liet gebruik van de gekocifte tarwe.
Verder ondervond de markt de gevolgen van de mededee-
ling, dat de boeren zich verplicht zouden hebben tot een
beperking van 9 millioen acres in de niet tarwe bebouwde
oppervlakte overeenkomstig den wensch van den presi-
dcnt. Nadat in het begin der afgeloopen week aan de ter-
mijnmarkt te Chicago eene verlaging was ingetreden,
heeft een snel herstel plaats gevonden. Tegen het einde
der week daalden de prijzen weder iets, het slot was 2 dol-
larceuts per 60 lbs. hooger dan een week geleden. De
stemming te Winnipeg volgde in hoofdzaak die te Chica-
go, alleen i’aren de verlagingen er grooter. Het slot te
Winnipeg was 2% dollarcents lager dan een week ge-
leden.
In Argentinië, waar evenals in Noord-Amerika iii dc
voorafgaande w’eek de koersen flink gestegen waren, zijn
zij in de afgeloopen week geleidelijk weder gedaald. Gedu-
rende de laatste dagen was er weder eenige tijdelijke ver-
betering. Vergeleken met een week geleden was het slot
– te Buenos Aires 26 centavos lager, te Rosario 35 ceutavos
lager. Koopers van tarwe in Europa vertrouwden de
prijsverbeteri ng voor Manitoba-tarwe niet recht, terwijl
ook niet een mogelijke verdere verlaging van den dollar-
koers rekening gehouden werd. De vooruitzichten voor
tarwe in -Argentinië blijven gunstig en goede opbrengsteo
worden verwacht. In Australië is het weder niet onveI

deeld gunstig voor de tarwe, welke in sommige streken
dringend behoefte heeft aan meer regen. Schattingen van
de opbrengst blijven tusschen 165 en 175 millioen bushels.
Een recente Tarticuliere schatting raamt de opbrengst van
tarwe in de Canadeësche Prairie provincies op 247 mil-
lioen hushels tegen de laatste of ficiëele schatting op 1 Sep-
-teniber van 264 millioen bushels.
Aan de r o g g e-niarkt trad in de afgeloopen week geen
verbeteriug in; het blijft voor de exporteerende landen
onveranderd moeilijk om koopers voor rogge te vinden.
Hoewel de prijzen zeer laag waren, zijn zij in de afgeloo-
pen week eerder nog iets gedaald. Hongarije heeft vÔSr
den oorlog rogge geëxporteerd naar Noord-Amerika voor
de fabricage van alcohol. Nu het zoo goed als zeker is,
dat liet drankverbod in de Ver. Staten wordt afgeschaft.
schijnt men de zaken in Hongaarsche rogge weder op te
nemen.
De stemming voor ni af s was gedurende de afgeloopen
week vast. Wel trad eenigc verlaging in liet begin der
week in, nadat de koopers weigerden de sterk verhoogde
prijzen te betalen, doch spoedig daarna verbeterde ge
vraag en werd de verlaging van liet begin der wk
weder geheel ingehaald. De hoeveelheden onderweg zijnde
Platamaïs werden als niet te groot voor de behoefte e-
scliouwd en liet aanbod van spoedige Douaumaïs is zeer
klein. Ook de koersen in Argentinië waren teleurstellend.
Het slot te Buenos Aires w’as 26 centavos lager, te Rosario
20 centavos lager dan een week geleden. Op latere af la-
ding komen slechts zaken van beperkten omvang tot
stand nu ook daarvoor de prijzen verhoogd zijn. Zoowel
-_Russischp als Donaumaïs worden aangeboden, de eerste
per Noember en December aflading, de laatste per Decem-
berfling. De laatste berichten over Roemeensche maIs
luidén niet gunstig door nat iveer in de afgeloopen week.
Men meent, dat ongeveer 25 pCt. niet tot rijpheid zal
komen.
Ge r s t was -in tegenstelling met maIs gedurende de
geheele week flauw, hoewel de prijzen aannierkelijk lager
zijn dan die voor maïs. Groote verschepingen van Rus-
– sische gerst hebben dringend aanbod doen ontstaan, welke
eene prijsverbetering tegenhield.

GRANEN EN ZADEN
TT.JINBOUWARTIKELEN
VLEESCH
TARWE
Manitoba
ROGGE
i’t K.G. Bahia
MAIS
La Plata
GERST
K.G.
LIJNZAAD
La Plata
DRUI VEN
TOMATEN
BLOEM-
KOOL
RUND-
VLEESCII
VARKENS-
VLEESCI-t
No. 2 loco
Rotterdaml
Blanca loco
R’damlA’dam
loco
R’danilA’dam

La Plata
loco Rotter-
loco R’damiA’dam
Black All-
cante

.
KG.
A

.
loo
KO
Ie soort
P.100 at.
(versch)
Ge,n.v.3kw.
(versch)
Amsterdam
per 100 K.G.
per lOO K.G. per 2000 K.G.
damjA’dam
per 2000 K.G.
per 1960 K.G.
Westiand
Westland
Groote-
broek
per 100KG.
per lOO KO.
Rotterdam
3)
___
4)

Rotterdam


S’
S

fi.
01,
fi,
fi.
0
10
0
10
f
0
/0
r
°i


Y
t
l0
1925
17,20
100,0 13,07
5

100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0
– –
1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4
360,50
77,9


1927
14,75
85,8
12,475
95,4
176,00
76,0 237.00
100,4
362,50
78,4
– –
1928
13,475
78,3
13,15 100,6
226,00
97,7
228,50
96,8
363,00
78,5
0,80
100,0
20,-
100,0 14,80
100,0
93,-
100,-
77,50
100,-
1929
12,25
71,2
10,875
83,2
204,00
88,1
179,75
76,2
419,25
90,6
0,64
80,0
16,
80,0
17,23
116,4
96,40
103,7
93,125
120,2
1930
9,67
5

56,3
6,22
5

47,6
136,75
59,1
111,75
47,4
356,00
77,0 0,62
77,5
20,-
100,0 14,22
96,1
108,-
116,1
72,90
94,1
1931
5,55 32,3
4,55
34,8
84,50
36,5
107,25
45,4
187,00
40,4
0,49
61,3
14,50
72,5
7,54
50,9
88,-
94,6
48,-
61,9
1932
5,225
30,4
4,62
5

35,4
77,25 33,4
100,75 .42,7 137,00
29,6
0,41
51,3
11,50
57,5
9,92
67,0
61,-
65,6
37,50
48,4
Jan.

1931
6,52
5

37,9
4-
30,6
84,50
36,5
86,25 36,5 207,50
44,9
96,-
103,2
56,-
72,3
Febr.
5,775
33,6
390
29,8
87,50
37,8
85,75
36,3
206,25
44,6
91,-
97,8

64,5
Maart


5,625
32,7 4,20
32,1
103,00
44,5
104,75
44,4
214,00
46,3
90,-
96,8

65,8
April
5,90 34,3 4,42
5

33,8
112,00
48,4
117,00
49,6
197,75
42,8
97,-
104,3
47,-
60,6
Mei
6,15
35,8
4,975
38,0
95,75
41,4
124,00
52,5
189,00
40,9
98,-
105,4
45,-
58,1
5.75 33,4 5,05
38,6
86,75
37,5
116,50
49,4
191,50
41,4
l01,-
108,6
41,-
52,9
Juli
5,425
31,5 4,70
35,9
84,25

.
36,4
115,75
49,0
211,00
45.6
23,
115,0
95,-
102,2
49,-
63,2
Aug.
4,975
28,9 4,02
5

30,8
74,50
32,2
119,50
50,6
185,50
40,1
0,65
81,3 8,50
42,5
94,-
101,1
54,-
69,7
Sept.
4,775 27,8
4,27
5

32,7
68,00
29,4
97,00
411
164,25
35,5
0,48
60,0
9,

——

—–

45,0
12,21
82,5
84,-
90,3
50,-
64,5
Oct.
5,-
29,1
4,475 34,2
68,50
29,6 94,75
401
60,25 34,6
0,34 42,5
17,50
87,5
4,38 29,6
75,-
80,6
49,-
63,2
Nov.
5,825
33,9
5,475

419
81,00
35,0
114,50
48,5
169,75
36,7

——————-

6,04
40,8
72,-
77,4
48,-
61,9
Dec.


4,925
28,6 4,95
379
69,25
29,9
111,25
47,1
145,75
31,5

——-

—–

——————–
——————-

70,-
75,3
43,

55,5
Jan.

1932
5,05
29,4
5,07
5

38,8
71,25
30$
114,00
48,3
142,50
30,8

——-

—–

70,-
75,3
40,-
51,6
Febr.
5,30
30,8
5,07
5

38,8
74,00 32,0
108,50
46,0
142,25
30,8
68,-
73,1
34,-
43,9
Maart
5,525
32,1
5,80 44,4 86,75 37,5
118,00
50,0
143,25
31,0
67,-
72,0
32,-
41,3
April
5,65
32,7
6,225 47,6
88,75 38,3
124,50
52,8
135,25
29,2

——-







——-




63,-
67,7
28,-
36,1
Mei
5,60 32,6 5,30 40,5 78,00
33,7
116,00
49,2
130,25
28,2

67,7
26,-
33,5
Juni

,,
5,22
5

30,4
4,15
31,7
80,75
34,9
105,75
44,8
128,75
27,8



—–



67,-
72,0
34,-
43,9 4,90
28,5
4,-
30,6 78,75 34,0
100,25
42,5
129,75
28,1
15,50
77,5

68,8
35,50
45,8
Aug.
5,20
30,2
4,075 31,2 77,50
33,5
98,25
41,6
133,00
28,8 0,56
70,0
8,
40,0
62,-
66,7
40,50
52,2
Sept.,,
5,475 31,8 4,20
32,1
78,50
33,9
88,50
37,5
150,75
32,6
0,37
46,3
5.50





—-




27,5 9,78
66,1
55,-
59,1
42,50
54,8
Oct.,,
5,25 30,5 3,92
5

30,0 74,50
32,2 79,50
33,7
138,25
29,9 0.30
37,5
17,





—-


85,0
9,81
66,3
51,-
54,8
44,-
56,8
Nov.,,
4,90
28,5 3,90 29,8 71,25
30,8 79,00
33,5
135,25
29,2

.
10,18
68,8
53,-
57,0
46,-
59,3
Dec.,,
4,725
27,5 3,80
29,1
66,25 28,6 75,25 31,9
135,00
29,2

—-





—-

—-




53,–
57,0
46,-
59,3
Jan.

5933
4,95
28,8
3,75
28,7
73,00 31,5 75,25
31,9
136,50
29,5

—-








50,50
54,3 44,75 57,7
Febr.
4,775 27,8 3,70
28,3
71,00
30,7
74,75
31,7
13025
28,2 49,25 53,0
45,-
58,1
Maart
5,05
29,4
3,825
29,3
73,50
31,7
76,25
32,3
130′,SO
28,2
-.
46,50
50,0
46,
59,3
April

,,
5,15
29,9
3,75
28,7
72,75
31,4
71,25 30,2
129,50
28,0 49,50 53,2 48,25
62,3
Mei

,,
5,40
31,4
3,775
28,9
70,50
30,5
73,25
31,0
146,75
31,7













52,25
56,2
49,-
63,2
Juni
5,25
30,5 3,55
27,2
66,00
28,5
75,75132,1
163,25
35,3





—–



51,25
55,1
48.-
61,9
juli
5,82
5

33,9 3,85
29,4
64,25
27,8
78,00
33,1
176,25 13,55







—-


67,8

49,25 53,0 48,50
62,6
Aug.
5.30
30,8 3,55 27,2
61,25
26,5
67,75
28,7
161,50
34,0
0,41
51,3
8,
40,0
49,-
52,7 49,25
63,5
Sept.
4,95
28,8
3,475

26,6
61,00
26,3
65,25
27,6
159,00
34,4
0,25 31,3

38,1



—-



—-

2,70
13,5
9,28
62,7
50,25 54,0
54,-
69,7
2 Oct.,,
4,45 25,9 3,10
23,7
61,50
26,6
71,00
30,1
145,00
31,4
0,24
30.0 3,44








—-


17,2
3,63
24.5
52-6
55,9
54,50)
70,3
9
4,40
25,6
3,-
22,9 60,00
25,9
66,00
28,0
139;00
30,1
0.26 32,5 6.50
32.5
2,68
181
53,_7

57,0
54,-
)
69,7
6

,,
430
25,0
3,

22,9
58,00
25,1
61,00
25,9
535,00
29,2
0.29 36,3
9.
45,0 4.75
32,1
60,S
64,5
54,_8)
69,7
13
4,50 26,2
3.-
229
59,50
25,7
60,001
25.4
142,50
30,8
0,30 37.5
15,45
77,3
6,12
41,4
60,-
9

64,5
54,50
0
)
70,3 4,40 25,6
1
2,95
.22,6
,
62,50 27,0
59,001
25.0
1
144,50
31,2
1) Men zie voor de toelichting op dezen staat de nos.van 8, 15 Aug. 1928, 25 Febr. 1931 en 15 Febr. 1933. ) l’o! Jan. 1931 Hard Winter No.2. vai, Jan. 1931 tot
vanaf 26Mei 1030 tot 23Mei1932 74 K.G. Zuld-Russische; van 23 Mei 1932 tot 2 Oct. 1933 No. 2 Canada.
4)
Tot Jan. 1928 MaIling: van Inn. 5928 tot 9 Febr. 1931
K.G. Zuid-Russische. 5) De jaren 1928 en 1929 Broek op Langendijk.
6)7
Oct.
71
13Oct.
S)
20 Oct.
9
)27 Oct.
00)
5Oct.
It)
12Oct.
52)
IqOct.
Ei)
265 Oct 14165 Oct

MINERALEN
TEXTIELUOEDEREN
DTVERSEIJ

STEENKOLEN
Weatfaalachet
.
PETROLEUM
BENZINE
1

KATOEN
WOL
WOL
gekanide KOE-
KALK-
Flollandsche
bunkerkolen,
Mid. Contin.
C’sde Gulf exp.
ge arn e
Australische,
IIUIDEN
SALPETER
-_________

onezeefd
f.o.b.
t,m 33.9°
64566
0

$cts. per
Middling.
Iocoprijzet
F. G. F.
Sakella-
F.

o. 1
Av
CroasbredColo-
nial Carded,
Gaat, open
kop
Old. per
00 KG.
R dam(A’datn
1000 K.G.
per
5.
g.
ier barrel
gallon
New-Vork
rides
Jomra
Liverpool
°radford
loc
er Ib
P

.
Av.
loco
57-61

prid.
netto
per Ib.
Liverpool
Bradford per Ib.

1925
f1.
10,80
51
100,0
$
1.68
0(
100,0
$cts.
54,86
0/o
500,-
8
ets.
23,25
Ui
100,0
pence
29,27
0/o

100,-
pence

9,35
0/
100,-
pence
55,00
OJo
100,0
pence
29,50
0
,0
100,0
l.
34,70
lio
100,0
12,-
to
100,0 1926
17,90
165,7
1.89
112,5 53,65
91,9
17,55
75,5
16,24
55,5
6,30
67,4
‘47,25
85,9 24,75 83,9 28,46 82,0
11,61
96,8
5927
11,25
104,2
1.30
77,4
14,86
100,- 17,50
75,3
16,78
57,3
7,27
77,8 48,50 88,2 26,50 89,8
40,43
116,5
11,48
95,7
1928
10,10
93,5
1.20
71,4 9,98 67,2 20,00 86,0
19,21
65,6
7,51
80,4 51,50
93,6
30,50
103,4
47,58
137,1
11,48
95,7
5929
11,40 105,6
1.23
73,2
10,-
67,3
19,15
82,4
17,05
58,2 6,59 70,5
39,-
70,9
25,25 85,6
32,25
92,9
10,60
88,3
1930
11,35
105,1
1.12
66,7 8,77
59,0
13,55
58,3
12,-
41,0 3,92
41,9
26,75 48,6
16,25
55,1
25,36
73,1
9.84
82,0
1931
10,05
93,1
0.58
34,5
5,04
33,9
8,60
37,0 7,33
25,0 3,08 33,0 21,50
39,1
12.00
40,7
18,65
53,7
8.61
75,8
1932
8,00
74,1 0.81

.
48,2 4.50 30,3 6,45
27,7
5,21 17,8 3,11
33,3
16,00
29,1
.

8,50 28,8
11,15
32,1
6,15
51,3
Jan.

1931
10,30
95,4 0.85
50,6 6,08 40,9
10,30
44,3
8,31
28,4
3,09
33,1
21,25
38,6
2,00
40,7
24,63 71,0
10.11
84,3
Febr.
10,30
95,4 0.85 50,6 6,14 41,3
10,95
47,1
9,58 32,7
3,55
38,0
21,75 39,5
12,00
40,7
22,50
64,8
10,21
85,1
Maart,,
10,30
95,4 0.66 39,3
6,07
40,9
10,90
46,9
9,70
33,1
3,56
38,1
25,25 45,9
14,50
49,2
fl.25
64,1
10,21
85,1
April
10,15
94.0
0.53
31,5 5,66
38,1
50,25
44,1
8,68
29,7
3,31
35,4 24,50 44,5
14,50
49,2 22,25
64,1
10,21
85,1
Mei
10,00
92,6
0.535
31,5
5,370

36,2 9,40
40,4
8,18 27,9
3,01
32,2 23,50
42,7
13,00
44,1
21,75
62,1
10,21
85,1
1sjuni
10,00
92,6
0.34 20,5 4,24 28,5 9,10
39,1
7,54
25,8
3,01
32,2 22,00 40,0
2,50
42,4
19,13
55,1
10,21
85,1
r)uli

,,
10,00
92,6
0.245
14,3
3,40
5

22,9
9,25 39,8 7,73 26,4
3,35 35,8
22,25 40,5
12,50
42,4
20,25
58,4
8,26 68,8
Aug.,,
10,00
92,6 0.43 25,9 3,94 26,5 7,20
31,0
5,94 20,3 2,59
27,7
22,25 40,5
52,00
40.7
18,75
54,0
7,-
58,3
Sept.,,
10,00
92,6
0.56 33,2 5,50 37,0 6,55
28,2
5,77
19,7
2,59
27,7
20,00
36,4
11,00
37,3
58,-
55,9
6,50
54,2
Oct.,,
9,90
91,7
0.56
33,2
4,19
28,2
6,30
27,1
5,82
19,9
2,85
30,5
19,50
35,5
10,75
36,4
17,50
50,3 6,65 55,4
Nov.
9,90
91,7
0.68
40,4 4,62
31,1
6,40
27,5
5,72
19,5
3,11
33,3
19,00
34,5
10,75
36,4
16,75
48,3
6,80
56,7
Dec.,,
9,90
91,7
0.71
42,3
5,31
35,7
6,30
21,1
4,98
17,0
2,99
32,0
16,25
29,5 9,00 30,5


6,95
57,9

M
n.

1932
8,25 76,3
0.71
42,3 5,25 35,3
6,65
28,6
5,09
17,4
3,38
36,2
16,50
30,0 9,00 30,5
11,63
33,5 7,10
59,2
br.
8,25
76,3
0.71
42,3
4,92
5

33,1
6,90
29,7
5,31
18,1
3,51
37,6
16,25
29,5 9,00
30,5
11,75
33,9 7,25
60,4
Maart
8,35
77,3
0.71
42,3 4,62
5

31,1
6,90
29,7
5,37
18,3
3,30 35,3
16,50
30,0
8,75
29,7
50,25
29,5 7,40
61,7
April
8,65
80,5
0.86
51,2 4,34 29,2 6,25
26,9
5,08
17,4
3,08 33,0
16,50
30,0
9,00 30,5 9,25
26.7
7,40 65,7
Mei
8,30
76,9 0.86 51,2 4,25 28,6 5,80 24,9
4,57
15,6
2,76 29,5
15,75
28,6 8,25 28,0
8,88
25,6
7,40
61,7
Juni

,,
8,25 76,3
0.86
51,2 4,25 28,6 5,25 22,6 4,44
15,2
2,55 27,3
15,25
27,7
7,75 26,3
9,-
259
7
40
61,7
Juli

8,10
75,0
0.86
51,2 4,25 28,6
5
,
80 24,9
4,97
17,0
2,77
29,6
16,00
29,1
8,50
28,8
9,75
28.1

Aug.
7,80
72,2
0.86
1

51,2
4,30
28,9

7,35
31,6
5,71
19,5
3,33
35,6
15,75
28,6
8,25 28,0
12,-
34,6
5,70 41,5
Sept.,,
7,75 71,8 0.86 51,2 4,375 29,4
j’7,75
33,3 6,37 21,8 3,64
38,9
16,75
30,5 8,75 29,7
13,75
39,6
5,90
49,2
Oct.
7,65 70,8 0.86 55,2 4,45 29,9
6V’6,50
28,0
5,68
19,4
3,16
33,8
15,75
28,6 8,50
28,8
14,-
40,3
6,-
50,0
Nov.,,
7,40
68,5
0.86 51,2 4,60 31,0 6,55
26,5
5,16
17,6 3,
32,1
15,25
27,7 8,25 28,0
12,-
34,6 6,10
50,8
Dec.,,
7,25.
67,5
0.74
0

44,3
4,435

29,8 5,95 25,6 4,73
16.2
2,80
30,0
55,25
27,7
8,00
27,1
11,50
33,1
6.20
51.7
Jan.

1933
7,05
65,3
0.53
31,5
4.16 28,0
6,15
26,5
5,13
17,5
2,95
31,6
15,75
28,6 8,25 28,0
11,50
33,5
6,30
526
Febr.,,
7,20 66,7 0.38 22,6 3,97 26,7
6,10
26,2 4,98
17,0
2,78
29,7
15,50
28,2
8,25
28,0
10,38
29,9
6,40
53,3
Maart

,,
7,25
67,1
038
22,6
3,875

26,1
6,40 27,5
4,97
17,0
2,77
29,6
55,25
27,7
7,75 26,3
10,75
31,0
6,40
53,3
April

,,
7,25
67,1
0.37 22,0 3,67
24,7
6,65
28,6
5,18
17,7
2,68
28,7
15,75
28,6 7,75 26,3
11,25
32,4 6,40
53,3
Mei

,.
7,15 66,2 0.235
14,0
2,95
19,9
7,30
31,4
5,60
19,1
3,07 32,8
57,00
30,9 8,25
28,0
12,25
_35,3
6,40
53.3
Juni
7,15
66,2
0.25
5

15,2
3,02
20,3
7,85
33,8
5,85 20,0
3,25
34,8
18,50
33,6
9,00 30,5
15,75
45,4
6,40 53,3
Juli

,,
7,05 65,3
0.41
24,4
3,33
22,4
7,60
32,7
5,76
19,7
3,20
34,2
20,75
37,7
9,75
33,1
16,-
46.!
6,40 53,3
Aug.

,,
6,95

1
64,4
1
0.37
22,0
3,37
22,7
6,90
29,7
5,39
18,4
2,91
31,1
20,75
37,7
9,75
33.
1

14,75
42,5
1
5,80 48,3
Sept.

6,85
63,4
0.52
31,0
3,50
23,6
6,60
28,4
4,70
16,1
2,54 27,2
25,50
39,!
10,50
35,6
55,13
44,1
5,85
48,8
2 Oct.
6,60
6!,!
0.60
35,7
3,9O)
26,2 6,35
27,3
4,576)

15,6
2,46
6
)
26,3
20,2500)
36,8
50,50
00
)
35,6
14,50
4

41,8 5,90
49,2
6,60
6,1
0.62

1
369 4,02)
27,1
6,35
27,3
4,577)

15.6
244
7
)
26,1
20.25
11
)
36,8
10,50
11
)
35,6
5,90
49.2
6

,,

,,
6,60
61,1
0.67
39,9
4.26
4
)
28,7
6,35
27.3
4,50
8
!
15,4
2,48
8
)
26.5
21,00
12
)
38,2
51,00
12
)
37,3 5,90 49,2.
3

,,

•,
6,70 62.0 0.73
5

43.8
3,96′)
26,7
6,65
28.6
4,549)
15,5
2,53
0
)
27,1
21,50
1
3)
39,1 11,0011)
37,3
5,90 49,2
:0

,,

,,
6,70
62,0
0.62
36,9 6.40
27,5
5.90
49.2
t) Jaar- en niaandgem. afger. op
‘je pence.
2)6
Oct.
3
)13 Oct.
4
)20 Oct.
5)
27
Oct.
6)4
Oct. 7)11 Oct. 8)58 Oct.
9)
25 Oct.
0)
5 Oct.
II)
12 Oct.
2)
19Oct.
13)26
Oct.
14)
17 Oct.

ZUIVEL EN EIEREN


METALEN

BOTER
K.G.

BOTER
p.K.G.
KAAS Edammer EIEREN
em. no
.
KOPER
LOOD
.
TIN
IJZER
Cleveland
GIETERIJ-
I’ZE
ZINK
GOUD
ZILVER
per

.

.
Leeuwar-
Heffin
Alkmaar
Fabrieks-
Elermijn
tan aar
Locoprijzen
Loco ri

en
Lod
Iocö ri

en
Lonerer
Foundr
No 3 f.Jb.

(Lux III) p.
Locoprijzen
Londen
cash
Londen
cash
Londen per
derCornm.
No eering
Zuivel-
Centr.
kaas
ki.
mjmerk
Roermond
I

100 St.
Londen
per Eng. ton
per Eng. ton Eng. tôn
MÏddlesli.
Eng. t. f.o.b.
Antwerpen
per
Eng.ton
per ounce
line
Standard
Ounce
Eng.ton
per

f1.
Ojo
f1.
II.
Oj
f1.
01
0/
o

£
Ol
o

0
10
Sh.
0
/s
sh.
0/
£
°Io
ah.
O
fo
pence
°Io
1925
2,31
100,0

56,-
100,0
9,18
100,0
62.116
100,0
36.816 100,0
261.171-
100,0
731-
100,0
671-
100,-
36.316 100,-
8516
100,-
32
1
i
100,0
1926 1,98
85,7

43,15
77,1
8,15
88,8
58.11- 93,5
31.116
85,3
290.1716
111,1
8616
118,5
6818
102,5 34.216
94,3 851-
99,5
2811116
89,3
1927
2,03
87,9

43,30
77,3
7,96
86,7 55.141- 89,7
24.4-
66,4
290.41-
110,8
731- 100,0
6416
96,3
28.101- 78,8
851-
99,5
26
3
14
83,3
1928
2,11
91,3

48,05
85,8
7,99
87,0
63.161-
102,8
21.1!-
57,8
227.51- 86,8
66/-
90,4
6218
93,5
25.516
69,9
851-
99,5
2611
16

81,1
1929
2,05
88,7

45,40
81,1 8,11
88,3
75.141-
121,9
23.5/-
63,8
203.1516
77,8
7016
96,6
6819
102,6
24.1716
68,8
851-
99,5
247/
76,2
1930
1,66
71,9

38,45
68,7
6,72
73,2
54.131- 88,0
18.116
49,6
142.51-
54,3
671-
91,8
5916
88,8
16.17/-
46,6
851-
99,5
17
11
/15
55,4
1931
1,34
58,0

31,30
56,9
5,35 58,3
36.51-
58,4
12.1/-
33,1
110.1/-
42,0
551-
75,3
4716
70,9
11.1016
31,9
9216
108,2
l33/e
41,6
1932
0,94
40,7

22,70
40,5
4.14
45,1
22.171-
36,8
8.121-
23,6
97.21-
37,1
421-
57,5
371-
55,2
9.161-
27,1
1181-
138,0
12
7
/
40,1
Jan.

’31
1,61
69,7

32,25
57,6
6,63
72,2
45.716
73,1
14-16
38,5
116.81-
44,4
6016
82,9
5116
76,9
12.1816
35,7
851-
99,5
13
7
/8 43,2
Febr. ,,
1,66
71,9

33,80
60,4
6,21
67,6
45.116
72,6
13.56
36,4
1 l7-(6
44,7
5816
80,3
5017
75,5
12.10/-
34,6
851-
99,5
1211
2

38,9
Mrt.,,
1,47
63,6

35,00
62,5
4,94
53,8
45.116
72,6
13.36
36,2
122.11-
46,6
5816
80,3
48110
72,9
12.816
34,3
851.
99,5
13
7
(5
41,8
Apr.

,,
1,35
58,4

31,60
56,4
4,20
45,8
42.1516
68,9
12.10

34,3
113.41-
43,2
586
80,3
4916
73,9
11.121-
32,1
851-
99,5
131/
40,9
Mei

,,
1,26
54,5

30,85
55,1
4,07
5

44,4
39.616
63,4
11.1016
31,6
104.171-
40,0
58/6
80,3
481-
71,6
10.1316
29,5
851-
99,5
12
16
‘1
403
Juni

,,
1,29
55,8

33,50
59,8
4,30
46,8
36.6/6
58,5
11.1116
31,8
106.216
40,5
5816
80,3
4711
70,3
11.101-
31,8
851-
99,5
12
7

40,1
Juli

,,
1,32 57,1

37,75
67,4
4,40
47,9 34.141- 55,9
12.1516
35,1 112.516


42,9
5816
80,3
48(9
72,8
12.111-
34,7
851-
99,5
131/,
41,2
Aug.

,,
1,30
56,3

36,00
64,3
4,98
54,2 32.151- 52,8 11.19,6 32,9
114.196
43,9
5816
80,3
4719
71,3
11.1416
32,4
851-
99,5
I2
1
3/,
39,9
Sept. ,,
1,27
55,0

32,25
57,6
5,775

62,9
30.3/6
48,6
11.41-
31,1
111.16/-
42,7
5516
76,0
4617
69,5
10.19j-
30,3
9113
106,8
I35/
16
41,4
Oct.
1,24
53,7

26,25
46,9
6,2’7
5

68,4
28.216
45,3
10.96
28,8
101.1/6
38,6
461-
63,0
4418
66,7
10.716
28,7
10613
124,3
1313(
16

43,0
Nov.

,
1,17
50,6

24,75
44,2
7,07 77,0
27.1916
45,1 11.51-
30,9
102.-(-
39,0
4416
61,0
4316
64,9
10.1516
29,6
11019
129,5
141/,
45,1
Dec.

,,
1,18 51,1

21,40
38,2
5,32
5

58,0
27.616
44,2
10.161-
29,6
98.1716
37,8
41/6
56,8
4313
64,6
10.216
28,0
12216
143,3
14
5
116
44,6
Jan.

’32
1,16
50,2

25,75
46,0
4,71
51,3
27.1416
44,7
10.141-
29,4
98.181-‘
37,8
4116
56,8
421-
62,7
10.616
28,5
12013
140,7
137(
43,2
Febr. ,,
1,34
58,0

27,75
49,6
3,79
41,3
26.4/-
42,2
10.51-
28,1
99.216


37,9
416
56,8
401-
59,7
10.-!-
27,6
119/6
I39,9
14
43,6
Mrt.

,,
0.98
42,4

23,65
42,2 3,425 37,3
24.181-
40,1
9.9/-
25,9
96.61-

1

36,8
441-
60,3
401-
59,7
9.111-
26,4
1141-
133,5
13
3
14
42,8
Apr.

,,
0,99
42,9

19,60
35,0
2,77
5

30,2 23.81-
37,7
8.1616
24,2
84.1516
32,4
451-
61,6
3716
56,0 9.21-
25,2
11013
129.0
13
1
1s
40,9
Mei

,,
0,82
35,5

19,65
35,1
2,88 31,4
21.61-
34,3
8.-(-
22,0
89.1316
34,2
44(
60,3
3716
56,0
9.91
26,1
11219
132,0
125/8

39,3
Juni

,,
1,11
48,1

24,25
43,3
3,08
33,5
20.1216
33,2
7.51-
19,9
84.91-
32,3
44!-
60,3
3716
56,0
8.131-
23,9
11316
132,7
125/
39,3
Juli

,,
0,96
41,6
0,45
19,55
34,9
3,125
34,0
19.216
30,8
7.316
19,7
90.1716
34,7
42(6
58,2
371- 55,2
8.616
23,0
1161-
135,7
123/8
38,5
Aug.

,,
0,76
32,9
0,58
17,90
32,0
3,72 40,6
22.416
35,8
7.1716
21,6
101.-(-

.
38,6
421-
57,5
3616
54,5
9.1316
26,7
11816
138,6
12
12
/
39,9
Sept. ,,
0,84 36,4
0,65
19,70
35,2 4,64
50,5 25.81-
40,9
9.1016 26,1
109.916

,
41,8
421-
57,5
351-
52,2
11.21-
30,7
11819
138,8
13
40,5
Oct.


0,82
35,5
0,73
25,50
45,5
5,73
62,4
22.516
35,9
8.71-
22,9
105.1316
40,4
0-
56,2
3416
51,5
10.816
28,8
12116
142,1 12
1
11
38,9
Nov.

,,
0,81
35,1
0,78
26,50
47,3
6,65
72,4
21.19/-
35,4
8.416
22,6
104.716
39,9
40/-
54,8
3416
51,5
10.81-
28,7
12519
147,2
125/16
38,3
Dec.
0,73 31,6 0,85
22,55
40,3
5,125
55,7
19.1216
31,6
7.916
20,5
1100.10,
1
6 38,4
391-
53,4
3416
51,5
10.71-
28,6
12519
147,2
11
1
11
35,8
Jan.

’33
0,73 31,6
0,89
21,75
38,8
4,27
46,7
19.171-
32,0
7.8/-
20,3
1100.116
38,1 4016
55,5
3416
51,5
9.191-
27,5
12218
143,5
1115/16
36,4
Febr.
0,65
28,1 0,91
20,60
36,8 4,35 47,4
20.31-
32,5
7.7!-
20,2
104.716
39,9
431-
58,9
341-
50,7
9.151-
27,0
12015
140,8
11′
5
(
37,2
Mrt.
0,53 22,9
099
19,40
34,6
2,80
30,5
20.-/6
32,3
7.10!-
20.6
l04.l8J3
40,1
431-
58,9
34
1
7
51,6
10.71-
28,6
12015
140,8
12
7
116
38,7
Apr.

,,
0,54
23,4
1,-
18,55
33,1
2,07
22,6
20.1116
33,1
7.1216
20,9
109.17!-
42,0
431-
58,9
35:6
53,0
10.816
28,8
12011
140,4
1213116
39,9
Mei

,
0,52 22.5
1,-
21,80
38,9
2,49
27,1
23.616
37,6
8.6

22,9
1128.1716
,

49,2
4116
56,8
3616
54,5
10.131-
29,4
12316
144,4
13114
41,2
,,
0,52 22,5
1,-
23,50
42,0
2,50
272
25.71-
40,8
9.41-
25,3
151.101-‘
57,9
421-
57,5
371-
55.2
11.1216
32,1
122134
143,0
13
1
14
41,2
J
uni
uli
0,55
23,8
1,-
18,50
33,0
2,60
28,3
25.161-
41,6
9.21-
25,0
148.1 6
56,5/
4116
56,8
351-
52,2
12.11-
33,3
123(104 144,9
12
7
116
38,7
Aug.

,,
0,63
27,3
1,-
18,90
33,8
3,574
38,9
24.51-
39,1
8.416
22,6
145.31-
55,4
411-
56,2
351-
52,2
11.71-
31,4
125110
147,2
12
37,4
Sept.

,,
0,66
28,6 0,95
18,40
32,9
3,91
42,6
22.1616
36,8
7.161-
21,4
140.1716! 53,8′
396
54,1
3416
51,5
10.1816
30,2
130111
153,1
11
1
5/1
37,2
2 Oct.
0,635
1
0
28,1
0,90
18,50
14

33,0
3,95
43,6
22.14(6
36,6
7.14(6
21,2
142.9(6 54,4
38/6
52,7
35/-
52,2
10.161-
29,9
133/5
156,0
1I/
36,8
9

,,
0,6611
28,6
0,90
18,507)
33,0
4,40
47,9
22.216
35,6
7.121- 20,9
143.121-,
54,8
3816
52,7
351-
52,2
10.1416
29,6
13311
155.7
1113116
36,8
16

.
0.7112
30,7 0,90
19,50
8
)1
34,8
4,90
53,4
22.616
36,0
7.171-
21,6
147.-16
56,11
401-
54,8
341-
50,7
10.1816
30,2
12816
150,3
1115116
37,2
23
0,70
12

30,3
0,90
5,10
55,6
21.91-
34,6
7.816
20,4
146.13/6
56,0
401-
54,8
341-
50,7
10.516
28,4
12912
151,1 12
37,4
30

,,
0,90
5,05
55,0
21.11(6
34,7
7.1416
21,2
146.86

55,9
3916 54,1
341-
50,7
10.916
29,0
131124
153,5
11
1
3116
36,8
16 Sept. 1932 79 K.G. La Plata.
1)
Tot Jan. 1928 Western; vanaf Jan. 1928 tot 16 Dec. 1929 American No. 2. van 16 Dec. 1929 tot 26 Mei 1930 74(5 K.G. Ilongaarsche
5.merican No. 2, van 9 Febr. 1931 tot 23 Mei 1932 6415 K.G. Zuid.Russische. Van 23 Mei-19 Sept. 1932 No. 3 Canada. Van 19 Sept. 1932 tot 24 Juli 1933 62163
BOUWMATERIALEN
KOLONIALE PRODUCTEN

.
VURENHOUT
S T E E N E N
CACAO
COPRA
KOFFIE
RUBBER’)

1
SUIKER

1

THEE
INDEXCIJFER

KoIo
basis 7″ f.o.b.
Zweden!
binnennluur

buitenmuur
G.F. Accra
Ned.-Ind.
Robusta
Standaard
Rlbbed Smoked
Witte kristal-
1
All. N.-I. theev.
FInland
per

per
per
50 K.G. c.i.f.
f.m.s.
per 100 K.G.
Locoprijzen
Rotterdam
Sheets
suiker loco

1
A’dam gem. pr.
R’dam/A’dam
i
Java- en Suma- Grond-
nlale
perstandaard
van 4.672 M.
per 1000 stuks per 1000 stuks
Nederland Amsterdam per
1
a 1(0.
loco Londen
per Ib.
per 100 K.G.

tratheep.1/,KG.
stoif en
pro-
ducten

-:-

t


t
0
/0
f
O/
ii:


t
°
!o
etS.
/o
5h.
0,
0

1i
0
10
cts.
1
10

1925
.
159,75
100
15,50
100,-
19,-
100,-
4216
100,-
35,875

100,0
61,375
100,0
2111,625
100,0
18,75
100,0 84,5
1000
100.0
100.0
1926
153,50
96,1
15,75
101,6 19,50
102,6
491-
115,3
34,-
94,8 55,375
90,2
2/-
67,4
17,50
93.3
94,25
1115
96.0
102.6
927
160,50
100,5′
14,50
93,5
18,50
97,4
681- 160,0
32,626
90,9 46,875
76,4
1/6,375
51,6
19,12b
102,0
82,75
97,9
87.5
109.1
1928
151,50
94,8
12,-
77,4
18,50
97,4
5713
134,9
31,87
5

88,9
49,625
80,9 -110,75 30,2
15,85
84,5 75,25
89,1
64.6 97.4
1929
146,00
91,4
14,-
90,3 21,25
111,8
45110
107,9
27,37
5

76,3
50,75
82,7
-110,25 28,8
13,-
69,3
69,25 82,0
91.9 85.5
1930 141,50
88,6
12,50
80,6 20,75
109,2
34111
82,2
22,62
5

63,1
32
52,1
-15.875
16,5
9,60
51,2
60,75 71,8 66.0 64.3
1931
110,75
69,3
10,25
66,1
20,25
106,6
2215
52,8
15,37
5

42,9
25
40,7 -13
8,4
8,-
42,7
42,50 50,3
46.8 46.6
1932
69,00
43,2
9,25
59,7
15,-
78,9
1916
45,9
13,-
36,2
24
39,1
-/1,75
4,9
6,32
5

33,7
28,25
33,4
36.1
38.0
Jan.

’31
125.00
78,2
10,-
645
21,-
110,5
26
1
4
62,0
18,25
50,9
28
:45,6

1
4,25
11,9
8,20
437
66,25 78,4 53.9 57.4
Febr.
,,
125,00
78,2
10,-
645
21,-
110,5
2212
52,2
18,125
50,7
26,25 42,8 -13,875
10,9
8,20
43,7
53
62,7
53.3
50.4
Mrt.
125,00
78,2
10,-
64,5
21,-
110,5 22
1
6
52,9
18,625
51,9
25,50 41,5

1
3,75
10,5
8,30
44,3
45
53,3
52.9 48.0
Apr.!
125,00
78,2
10,50
67,7
21,-
110,5
22
1
7
53,1
17,50
48,8 24,75 40,3

1
3,125
8,8
8,57
5
45,7
43
50,9
50.7 47.5
Mei8

125,00
78,2
10,50
67,7
21,-
110,5
2110
49,4
15,37
5

42,9
25
40,7
-13,125
8,8
8,50
45,3 40,25
47,6
48.3
45.5
lunil,
.
110,00
68,9
10,50
67,7
21,-
110,5
22
1
4
52,6
14,125
39,4 25,75
f42,0

1
3,125
8,8
8,57
6

45,7
39,50
46,7
45.6
468
juli
i

,

.
.110,00
68,9
10,50
67,7
21,-
110,5
26
1
5
62,2
15,-
41,8
27
44,0
-/3
8,4
8,77
5

48,6
38,25 45,3
46.6
50O
Aug.
100,00
62,6
10,50
67,7
21-
110,5
2418
58,0
14,12
6

39,4
25,50
41,5
-12,5
7,0
7,90
42,1
38,50 45,6
44.1
46.8
Sept.
,,
100,00
62,6
10,50
67,7
19,-
100,-
2217 53,1
13,375
37,3
23,75 38,7
-12,375
6,7
7,52
5

40,1
37,50
44,4
43.3
44.1
Oct.,,
100,00
62,6
10,50
67,7
19,-
100,-
2110
49,4
13,25
36,9
23
37,5
-12,375 6,7 7,55 40,3
37,75
44,7
41.9 43.0
Nov.

,,
100,00
62,6
10,50 67,7
19,-
100,-
2112
49,8
13,75
38,3
23
37,5
12,25
6,3
7,15
38,1
37
43,8
42.6
42,3
Dec.

,,
82,50
51,6
10,-
64,5
18,50
97,4
1813
42,9
12,75
35,5
23
‘37,5
-12,25
6,3
6,75
36,0
35
41,4
40.0
39.5
Jan.

’32
82,50
51,6
10,-
64,5
18,75
98,7
1719
41,8
13,12
5

36,6
23
37,5
-12,125
6,0
7,35
39,2
32
37,9
38.5
39.1
Febr.
82,50
51,6
10,-
64,5
18,75
98,7
1811
42,6
14,50
40,4
23
37,5
-12
5,6
7,05
37,6
30
35,5
38.3
38.3
Mrt.
70,00
43,8
9,75
62,6
18,-
94,7
2119
51,2
14,75
41,1
23
37,5
-11,625
4,6
6,25
33,3
31
36,7
37.0
39.1
Apr.
70,00
43,8
9,75
62,6
18,-
94,7
2016
48,2
14,-
39,0
23
37,5
-11,5 4,2 5,90 31,5
29,25
34,6
36.2
38.0
Mei

,,
70,00
43,8
8,50
54,8
15,-
78,9
2016
48,2
1325
36,9 23,50
38,3

1
1,5
4,2
5,62
5

30,0 30,25
35,7
352
38.1
Juni
70,00
43,8 8,50
54,8

15
,-
78.9 20
1
6 48,2
1237
1

34,5
24
39,1
-11,375
3,9
6,30
33,6 28,50
33,7
34.2
38.7
Juli
67,50
42,3
8,50
54,8
15,-
78,9
2011
47,3
12,375
34,5
24
39,1
-/I,375”
3,9 6,70
35,7
23,75
28,1
34.3
31.6
Aug.
63,00
39,4
8,50
54,8
15,-
78,9
20
1
7
48,4
12,37
5

34,5
24
39,1
-‘-/1,75

.”
4,9
6,57
5

35,1
22,75
26,9
35.9
31.4
Sept.
,,
60,00
37,6
8,75
56,5
15,-
78,9
21
1
2. 49,8
12,75
35,5
25,25
41,1
.-/2,125

,:.
6,0 6,52
34,8
23,75
28,1
37.8
38.5
Oct.

,
63,50
39,7

58,1
14,50
76,3
1818
43,9
12,375
34,5
26,50
43,2
-11,75
4,9
6,32
5

33,7
28,50
33,7
36.2
36.7
Nov.
63,50
39,7
9,50
61,3
14,25
75,0
1716
41,2
12,125
33,8
24,50
39,9
-11,75 4,9
5,87
5

31,3
30,75
36,4
35.3
37.2
Dec.,,
65,00 40,7

64,5
13,75
72,4
1714
40,8
11,75
32,8 24
39,1
-/1,75
4,9
5,50
29,3
28,25
33,4
34.0 35.7
Jan.

’33 70,00 43,8
9,25 59,7
13,50
711
16/6
38,8
11,50 32,1
24
39,1
-/1,625
4,6
5,375

28,7
25
29,6
33.2
34.1
Febr.

70,00
43,8
9,25
59,7
13,-
68:4
1519
37,1
10,62
5
29,6
23,75
38,7
-11,5
4,2
5,60 29,9
26,75
31,7
32.1
34.4
Mrt.

,,
70,00
43,8
9,50
61,3
12,25
64,5
16
1
3
38,2
10,37
5

28,9
23,50
38,3 –
1
1,5
4,2
6.-
32,0
26,25
31,1
32.4 34.8
Apr.
70,00
43,8
9,75 62,6
12,75
67,1
1515
36,3
9,50
26,5 23,50 38,3
-11,625
4,6
6,07
5

32,4
27,50
32,5
32.8 34.9
Mei
70,00
43,8
9,50
61,3
12.50
65,8
1616
38,8
9,50
26,5
23
37,5
-/2
5,6
6,02
5

32,1
26,50
31,4
34.2
35.0
Juni
72,50
45,4
10,-
64,5
13,-‘
68,4
1811
42,6
10,-
27,9
22,50
36,6
-12,375
6,7
6,35 33,9
31
36,7
31.2
31.5
Juli
75,00
46,9
10,25
66,1
13,-
68,4
1718
41,6
9,475

26,4
22,50
‘36,6
-/2,625
7,4
5,92
5

31,6
33,50
39,6.
38.2
37.4
Aug.


75,00
46,9
10,50
67,7
13,-
68,4
1615
38,6
8,75
1

24,4
20,75
33,8
-12,625
7,4
5,275
28,1
/

35,25
41,7
36.5 35.6
Sept.
80,00
50,1 10,50
67,7
12,50
65,8
14(5
33,9
8,25
23,0
19,75
32,2
-/2,5
7.0
5,375

28,7
/

36,75
43.5
36.7 34.6
2 Oct.
80,00
50,1

1315
31,6
7,375

20,6
18,50 30,1
-12,6875
7,5
4,75
25,3
/

40,75°)
48,2
36.4 32.9
9


80,00
50,1
12/2
28,6
7,375

20,6
18,50 30,1
-/2.5625
7,2 4,87
5

26,0
/

43,7512)
51,8
36.2 33.2
16

,,
80,00
50,1
12(6
29,4
7,50 20,9
18
293
-/2,625
7,4
5,-
26,7
1
36.5 33.4
23
80,00
50,1
12
1
5
29.3
7,87
5

22,0
17.
27.7

1
2,5625
7.2

5
,-
26,7
/
36.8 33.9 30
80,00
50,1
1216
29;4
8.-
22,3
17
27,7
-12,5625
7,2
4,87
5

26,0
1
36.4
33.7
N.B. Alle Pondennoteering vanaf 21 Sept. ’31 zijn op goudbaals omgerekend da Doilarnoteeringen vanaf 20April’33 zijn in verhouding van de depreciatle en den Dollar t.o.v. den Gulden verlaagd.

858

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1November 1933

r i k a welke de noteeriugen op de N e w-Y o
t
k sc h e
termijnmarkt zeer sterk deed stijgen. Deze stijging heeft
de daling der twee voorafgaande weken geheel te niet ge-
daan, waardoor de slotnoteeringen het volgende beeld te zien gaven: Dec.. 1.33, Jan. 1.32, Mrt. 1.37 en Mei 1.42,
dus ruim 20 punten hooger dan, het vorige slot, terwijl
Spot Centr. 10 punten hooger va.reu met 3.30 d.c. De oorzaak van dezen ommekeer is de aankondiging van
nieuwe maatregelen om de goederenprijzen te doen stijgen
o.a.. door verdere niuntdepreciatie. De tendens voor den
Dollar was dan ook flauw. Intusschen bleven raffinadeurs
in hun afwachtende houding berusten, waardoor slechts
weinig omging in ruwe suiker. 1.30 d.c. basis c. & Ir.
werd voor Cubasuiker betaald.
De ontvangsten in de Atlantische havens der Ver.
Staten bed roegen deze week 37.000 tons, de versmeltingen
50.000 tons tegen 45.800 tons verleden jaar en de voor-
raden 222.000 tons tegen 169.000 tous.
De laatste C u b a statistiek is als volgt:

1933

1932

1931
tons

tons

tons
Productie (Raining) ……1.994.528 2.602.864 3.122.186
Ontvangsten …………25.555 15.194 7.910
Totaal sedert 111 ……..1.040.805 1.514.016 1.920.304
Verschepingen ……….61.104 19.299 20.881
Voorraad

…………..563.659

776.723

1.049.111

In E n ge 1 a ii d herleefde de kooplust en konden flinke
partijen tot iets aantrekkende prijzen geplaatst worden.
De L o n d e n s c h e termijmarkt was prijshoudend zon-
der groote ömzetten. Het slot, luidde als volgt: Dec:
Sh. 5/1
1
/, Mrt. Sh. 5741%, Mei Sh.
5(61%
en Aug. Sh. 519%
Volgens berichten uit Java zoude het met riet te be-
planten areaal voor oogst 1935 voorloopig op ci.. 20.000
H.A. gesteld worden. i)e opbrengst hiervan zoude ci..
300.000 tons bedragen tegen een geraamden ditjarigen
oogst van 1.388.000 tons en 500.000 tons voor 1934.
• De verkoopen van dc N.I.V.A.S. bedroegen deze week
ca. 8000 tons.
Hier te 1 a ii de verkeerde de markt iii een doen.
Nadat de noteeringen op de A
in
s te r d a
in
sc h e ter-
mijnmarkt op de vaste berichten uit New-York met
f
gestegen waren, bleef de geheele week practisch onver-
anderd. –

KOFFIE.

Ook ditmaal valt over de stemming van het artikel niet
anders te vermelden dan dat zij lusteloos bleef. De zaken,
welke op aflading tot stand kwamen, waren van geringe
beteekenis, niettegenstaande de kost- en vrachtaanbiedin-
gen van Santos wederom 10 it 15 dollareeuts lager waren,
hetgeen wegens de daling van den dollarkoers, in Neder-
landsch geld omgerekend, belangrijk lager uitkomt dan
een week geleden. Van Rio waren de afladingsoffertes vrij-
wel onveranderd.
Een telegram uit Rio meldt, dat de Braziliaansche Mi-
nister van Financiën officieel heeft verklaard, dat geen
verandering zal worden gebracht in den w’isselkoers of
in de 15 shilling-tax en dat de bereikte resultaten aan-
leiding zijn om de tot nu toe gevolgde koffiepolitiek streng
te handhaven.
Verder werd in den loop der vorige week telegrafisch
uit Rio berieht, dat het Braziliaansche Gouvçrnement be-
sloten heeft om dubbel tarief te heffen op alle invoeren van Franschen oorsprong, terwijl deze invoeren slechts

met bijzondere machtiging worden toegestaan. Brazilië is
tot dit besluit gekomen door de uitwerking van de maat-
regelen der Fransche Regeering op den invoer van Bra-
ziliaansche goederen, door welke maatregelen ook de in-
voer van koffie in Frankrijk wordt bemoeilijkt. Het be-sluit van Brazilië wordt niet toegepast op goederen, die
reeds verscheept waren of w’aarvoor reeds gecontracteerd
was vôör bekendmaking van dit decreet, tem-wijl Brazilië
tevens mededeelt, dat zij het besluit onmiddellijk buiten
werking zal stellen, zoodra de Fransche Regeering boven-
bedoelde maatregelen herroept.
Uit de heden bekend gemaakte weekstatistick van ]3ra-
zilië is gebleken, dat in de vorige week van Santos naar
Europa verscheept zijn 124.000 balen tegen 62.000 balen
in de week daarvôôr en naar de Vereenigde Staten 50.000
balen tegen 159.000 balen. Verscheept werden van Rio
naar Europa 31.000 balen tegen 31.000 balen en naar de
Vereenigde Staten 9000 balen tegen 36.000 balen. Als ver-kocht door Santos werden opgegeven naar Europa 111.000
balen tegen 75.000 balen en naar de Vereenigde Staten
85.000 balen tegen 137.000 balen.
Sedert 15 October werden geen opgaveti omtrent je
vernietigde hoeveelheid ontvangen.
De kost- en vrachtaanbiedingen van Brazilië zijn
01)
het
oogenblik, onder aftrek van het op ca. 15 dollarcents ge-
schatte voordeel ‘att cle bijleveriug der bekende bonus van
10 %, voor gcwoou goed beschreven Superior Santos
01)
prom pte verschepitig ongeveer
$
9.25 it 9.45 per cwt. en
voor dito Prinie ongeveer $ 9.30 ml 9.65, terwijl zij voor
Rio type New-York 7 met beschrijving, pronipte versche-
ping, bedi-agemi $ 7.95 á E’.OS. Bij den dollarkoers van
heden staan deze aanhiedingen gelijk met onderstaande
prijzen in gouddollars

Sautos Superior – $ 6.05 ë 6.20
12

Prime

– ,. 6.10 á 6.35
Rio 7

– ,. 5.20 h 5.30

wat, in vergelijking niet een week geleden, voor Santos
0.40 it 0.45 en voor Rio 0.30 gouddollar per cwt. lager is:
De prijzen iii de eerste hand in Nederlandsch-Tndië zijn
voor de ongewasschen Robusta-soorten
1%
á % et. hooger.
Voor de gewasschen soort, waarvoor in den laatsten tijd
veel vraag vati Amerilca was, wordt zelfs 1 ct. hooger
gevorderd dan een week geleden. Op liet oogcnblik zijn de
prijzen aan te nemen op:
Paleinbang Robusta, Novemnher-verscheping, 101% ct.;
Benkoelen Robusta, Novenibet–verscheping, 11 ct.; Mand-
heling Robusta, November-verscheping, 12% ct.; W.I.B.
f.a.q. Robusta, November-verscheping, 14% ct., alles per
%, K…..cif, uitgeleverd gewicht, netto contant.
De notecringen aan de Rotterdamsche tei-mijnmarkt
trokken voor enkele maandeim ct. aan. Zij, zijn thans
voor Noveniber 10%, December
10%,
Maart 10%, Mei
10%, September 10% et.
].n loco was de afzet gering. ])e officieele noteeringen
bleven ongewijzigd 18 ct. voor Superior Samitos en 17 ct.
voor Robusta.
De slotuoteeringen te New-York wal-en:

Cieinengd contract

Santos contract
(basis Rio No. 7)

(basis Santos No. 4)
Dec. Mrt. Mei Sept. Dec. Mrt. Mei Sept.
30 October – $ 5.82 5.90 5.96 6.08 8.20 8.24 8.26 8.48
23 October.,, 5.43 5.53 5.59 5.70

7.84 7.93 7.96 8.17
16 October .,, 5.30 5.42 5.52 5.68

7.65 7.77 7.81 8.OS
9 October .,, 5.85 5.95 6.- 6.13

8.17• 8.29 8.35 8.64
Rotterdam, 30 October 1933.

AANVOEREN
in ton8
van 1000 KG.

Artikelen

Rotterdaip


Amsterdam
Totaal

22128 Oct.
Sedert
Overeenk.
22128 Oct.
Sedert
OveA
1933
1jan. 1933
tijdvak 1932
1933
1Jan. 1933 tijdv
1932

74.440
1.336.922
1.211.019
994
23.685
7.800 1.360.607
1.218.819
Tarwe

………………
9.317
.343.951
416.157

6.669
2.403
350.620
418.560
Rogge

………………
Boekweit ………………
363
18.728
20.397

25
244
18.753
20.641
Maïs ……………….
28. 941
873.932 1.113.318
1.373
172.543
277.234
1.046.475
1.390.552 36.078
402.899 419.692
5.036
40.104
25.631
443.003
445.323
1.596
114.822
161.426

3.808
3.341
118630
164.767
Lijnzaad

…………..
4 .164
169.983
245.982
– •
198502
329.896
368.485
575.878

Geist

………………
haver

……………….

4.150
107.650 77.868

200
.

50
107850
77.918
Lijukoek

…………….
455

..

15.524
20.818
18


5.443


10.957
20.967
31.775
Tarvemeel

…………..
Andere meelsonrten
593
43.730
37.489
1


7.812
10.921
51.542 48.410

Auteur