Ga direct naar de content

Jrg. 18, editie 930

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: oktober 25 1933

25 OCTOBER 1933

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.

Economisch~Stati*sti*sche

•0•
Berichten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJN VAART

UITGAVE VAN HET NEDERLANDSCH ECONOMISCH INSTITUUT

18E
JAARGANG

WOENSDAG 25 OCTOBER
1933

No. 930
NEDERLAJqDSCH ECONOMISCH INSTITUUT.
Curatoren: Mr.
G.
Vissering, Voorzitter; Ir. A. Plate, Onder-

Voorzitter; C. E. van der Leeuw, Penningmeester; jhr. 11
7
.

M. van Lanschot; E. D. van TValree.

Directeuren: Prof. Mr. F. de Vries;. Prof. Dr. N. J. Polak:

Prof. Mr. Dr. 0. Al. Verrijn Stuart, Directeur-Secretaris.

ECONOMiSCI’-8TAq’J5TJ5CjiE BERICHTEN.

COMMISSIE VAN ADVIES:

Prof. Mr. D. van Blom; J. van Hasselt; Jhr. j11r. L. 11. van

ï.ennep; Mr. K. P. van der Mandela; Prof. Dr: N. J

Polak; Mr. Dr. L. F. H. Regout; Dr. E. van Welderan

Baron Rangers; Prof. Mr. 17. R. ilibbius; Jan Schilthuis;

Prof. Mr. F. de Vries.
Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Dr.
G.
.41. Verrijn Stuart.

Redacteur.Secretar’js: Dr. 17. 3!. ii. A. van der Valk.

Secretariaat: Pieter de Flooehweg .122, Rotterdam.

Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.

Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement

volgens tarief. Administratie van abènne.rnenten en advr-

tenties: Nijgh
d
van Ditmar N.V., Uitgevers, Rotterda?n,

Amsterdam, ‘s- Gravenhage. ‘Postchèque. en giro-rekening No.
145192.

Abonnementsprjs voor het weekblad franco p. p. in

Nederland f 20,—. Buitenland en Koloniën f 23,— per

jaar. Losse nummers 50 cents. Economisch-Statistisch

Kwartaalbericht f 1.—. Leden en donateurs ontvangen

het weekblad en het Kwartaalbericht gratis en een reductie

op de verdere publicaties.

Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruige plaat weg.

25 OCTOBER
1933

In den toestand van de gelclmarkt kwam geen ver-

andering. Maandag waren geldgevers iets terughou-
denci in verband met het traag binnenkomen van in-

schrijvingen op de staatsleening en nieuw geschrijf

in Engelsche bladen over de positie van de goudian-

deti, maar toen bleek, dat de leening voiteekend, was

en het aanbod van geld verder bleef toenemen, liep

de rente voor particulier disconto, die, als eenig

symptoom van de terughouding, M pOt. gestegen was,

weder naar het oude peil terug. In de rente voor

cail en voor prolongatie kwam geen wijziging.

* *
*

Op den weekstaat van De Nederlandsche Bank

blijkt de post binnenlandsche wissels met
f
871.000

te zijn toegenomen; de beleeningen daarentegen daal-

den met
.f
2,3 millioen. In den post papier op het

buitenland en de diverse rekeningen onder de activa

der Bank kwam nagenoeg geen verandering.

De goudvoorraad blijkt met
f
3 millioen te zijn

vermeerderd,.terwijl de voorraad zilver met ‘f854.000
toenam.

Onder de passiva der Bank blijkt de bankbiljetten-
circulatie met
f
7,9 millioen te zijn ingekrorn.peii. De

saldi in rekening-courant namen daarentegen met

.f
10,6 millioen toe; het tegoed van het Rijk klom
niet
.f
5,8 millioen, terwijl de saldi van anderen ste-

gen met
f
4,8 millioen. Het beschikbaar metaa.isaido

bedraagt
T
2,9 millioen meer dan de vorige veek.

I-Iët dekkingspercentage staat øp nagenoeg ’83 pOt.

tegenover 82 pOt. een week geleden.

* *

Ook de afgeloopen week is de wisselmarkt Weder

heel onzeker geweest. De groote schommeli’ngën ‘be-

moeilijkten het zakendoen in hooge mate. ‘Vdnsdag

tegen het – slot ontstond er een groot aanbod van

Fransche Francs, in verband niet de slechte bèrichten

over het Fransche budget. Waar hier de Fransehe

Franc. niet verder kan inzakken – de koers vau-9.70

is ongeveer het onderste goudpunt – komen de ±luc-

tuaties in den £/Frs. koers hier hoofdzakelijk’. in den

Pondenkoers tot uitdrukking. De £fFr. koers ïs .van

80 tot 82.25′ teruggeloopen. Ponden waren ‘dus’ ‘heel

gezocht tegen Frausche Francs. De Franc hièr dal-

de van 9.71’% tot 9.70. Ponden waren hier dus heel

gezocht;, op 7.82% geopeul,
liep
de koers eerst op

7.73 terug, om vervolgens tot 8.03 te verbeteren.

Daarna trad een kleine rpactie in tot 7.89, ,doch het

slot was weder vaster: 7.98. Dollars openden op 1.70,

liepen iets terug -. 1.67% – doch herstelden zich

tot 1.77%; slot weder lager op 1.73, na eerst nog tot

1.70%’ te zijn gedaald. Dollars tegen Ponderi noteer-

den 4.56–4:51-4.61. Marken openden’ op 58.85, doch

konden zich spoedig herstellen’ tot 59.20; gisterei

lagen ze weder eerder aangeboden: 59.10. Belga’i

zonder. veel schommelingen rond de 34.57. Zwitser,

sche F’rancs liepen terug: 48.06-48.02. Lires ca

13.06; Peseta’s 20.72W De Noordelijke koersen vas-

ter: Kopenhagen ‘ 35.60, Oslo 40.10 en Stockholm

41.10. ..0,anadeesche Dollars 1.65-1.71–1.68%.

De marge voor Ponden op één- cii drie-maanden is

teruggeloopen; zij noteeren nu rond pari
en
71
. C.

report. Dollars op deze termijnen zijn meer aangebo-

den; het disagio is thans 78 resp. 118 p. Fransche

Francs op termijn rond pan.

De goudprijzen zijn iets teruggeloopen: Eagles

2.49% en Sovereigns 12.15. Baren onveranderd

f
1647.50. Marken han’kpapier meen gezocht ‘op 58.55.

832

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 October 1933

DE PRODUCTIVITEIT VAN DEN ARBEID

IN DE NIJVERHËID.

Terwijl sinds het einde van den wereldoorlog het
statistisch materiaal, benoodigd voor de berekening
van de productiviteit van den arbeid, betrekkelijk
omvangrijk is en nog steeds in hoeveelheid en quali-
teit toeneemt, is men voor vroegere tijden aangewe-
zen op een klein aantal reeksen van gegevens, welke
bovendien grootendeels weinig bruikbaar zijn voor
dit doel. Daar de meeste goede reeksen dus, 6f kort
zijn, 6f voor een groot deel op zeer bewogen tijden
betrekking hebben, is er slechts weinig materiaal
beschikbaar voor toetsing van bepaalde opvattingen
omtrent de oorzaken van de ontwikkeling der pro-

ductiviteit.
Als een bijdrage op dit gebied volgt hier een be-

spreking van de uitkomsten van een bewerking van

de
Zweedsche
productiestatistieken, waarvan waar-
schijnlijk later elders uitvoeriger verslag gedaan zal worden. Met het oog op de aanstaande jaarvergade-
ring van de Vereeniging voor de Staathuishoud-
kunde en de Statistiek is de voorkeur gegeven aan
voorloopige mededeeling dezer uitkomsten.
De Zweedsche productiestatistiek wordt reeds
sedert 1836 jaarlijks bewerkt. Na eenige uitbreidin-
gen – voornamelijk in 1896 en 1913 – omvat zij
practisch de geheele nijverheid, inclusief den mijn-
bouw. Zij bevat naast cijfers van het gemiddelde aan-
tal arbeiders sedert 1906 ook gegevens van het aan-
tal man-dagen of man-uren (de laatste sedert

1920)
1).

Met gebruikmaking van de gedetailleerde uitkom-
sten der statistieken heeft het Kommerskollegium in-
dexcijfers van de sedert 1913 geproduceerde hoeveel-
heden vastgesteld. Op grond van deze gegevens is
dezerzijds voor de geheele nijverheid de productie per
arbeider en per man-uur berekend. Nevenstaande
grafiek geeft een beeld van de uitkomsten daarvan,
uitgedrukt in procenten van 1913.

Bij eenige overeenkomst in algemeene beweging
loopt het karakter van beide lijnen in bijzonderheden
sterk uiteen. De productie per arbeider blijkt in
ieder depresiejaar (1914, 1918, 1921, 1930/’31
2))

in hare ontwikkeling te zijn geremd, meermalen zelfs
achteruitgegaan te zijn. De ontwikkeling van de pro-
ductie per man-uur is gelijkmatiger; invloed van de
conjunctuur is hierbij niet of nauwelijks te onder-
kennen ‘). Ziet men even af van de jaren tusschen
1915 en 1921, dan laat zich het verloop met groote
benadering (maximale afwijking 3 pOt.) voorstellen
door een rechte lijn, d.w.z. – daar de grafiek in ver-
ticale richting een logarithmische schaal heeft –
dat de stijging is geschied volgens een meetkundige
reeks. De lijn komt overeen met een jaarlijksche toe-
neming van 2,3 pOt., wat als dit tempo lang genoeg
werd volgehouden zou beteekenen verdubbeling in 30 jaar. Ook het gedeelte tusschen 1915 en 1921 is
hier gelijkmatiger; in verband met de rechte lijn,
welke door de overige punten getrokken kon worden,
wekt dit gedeelte den indruk van een tijdelijke af-

Het aantal man-uren van 1913 tot en met 1919 is
dezerzijds bij benadering berekend uit het aantal arbei-
ders en het aantal man-dagen met behulp van Zweedsche
indexcijfers van rCSp. jaar-, dag- en uurloon, nadat ge-
bleken was, dat er voor 1920 t.m. 1931 uitstekende cor-

relatie bestaat tusschen de verhouding jaarloon index

nu rloonindex
aantal man-uren en de verhouding

envoor 1914t.m. 1919
aantal arbeiders

tusschen
jaarloonindex en aantal man-dagen.

dagloonindex

arbeiders.
De inzinking van 1928 staat in verband met groote
arbeidsconflicten.
i) Mag ook aan kleine afwijkingen beteekenis toege-kend worden, dan zouden de toppen van 1922 en 1931
in verband gebracht kunnen worden met de voorafgaande
depressiejaren, dus stijging van de productiviteit een jaar
na de depressie.

INHOUD.

Blz.

DE PRODIJOTIVITEIT VAN DEN ARBEID IN DE NIJVERHEID

door
Dr. P.
W.
de Lange……………………..832

Nederlandsche boter in N. 0.-Indië door
Jhr. Dr. J. C.

Moflerus

…………………………………833

Feiten over devaluatiepolitiek cii i nternationalen

handel door
Dr. J.
G.
S’trid’iron ……………… 834

AANTEEKENINGEN:

Stijging van dc kosten van levensonderhoud in

Nederland

……………………………..
836

De druk van de vaste lasten uit hoofde van rente

en aflossing op de begrooting van Ned.-Indië . .
837

Resultaat van de rondvraag van de Internationale

Vereeniging voor de Suikerstatistiek ……….
837

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
…………….
838-840

Geldkoerseii.

Wisselkoersen.

Bankstaten.

Goederenhandel.

wijking van de normale ontwikkeling onder den in-
vloed van een geleidelijk aangroeiende kracht (of
een complex van krachten), die in 1918 haar maxi-
mum bereikte en daarna ook weer gelèidelijk afnam.
Samenhang met de abnormale omstandigheden
tijdens en onmiddellijk na den oorlog ligt voor de
hand (o.a. schaarschte aan vele goederen, snel op-
loopende prijzen, oorlogswinst, arbeidsmoeheid).

Op ruimer gebied zijn een aantal – zij het minder
exact vastgestelde – verschijnselen aangetroffen,
welke zich bij het geschetste beeld aansluiten en het
aanvullen.
Voor Zweden in het tijdvak 1860 tot 1912 is ge-
vonden, dat de ruw benaderde
4)
productie per arbei-


191s

J920

195

19301

120

100

90

70

130

20

90—

/

o

8
0—

7L0

v

1

Zweden’s nijverheid. 1913 = 100.
T. Productie per arbeider.

[T. Productie per man-uur.

4)
Afgeleid door voor ieder jaar de totale waarde van
de vervaardigde producten te deden door het product van
het aantal arbeiders en het iridexcijfer dci groothandels-
prijzen van Karl Amark.

1′

25 October 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

833

der in de industrie, waarop destijds de productie-
statistiek betrekking had, op den duur volgens een
meetkundige reeks is toegenomen; van 1860 tot 1895
gemiddeld met 1,4 püt. per jaar, van 1896 tot 1912
met 1,6 pOt. (verdubbelingsperiode resp. 50 en 43
jaar). Daar over het algemeen in deze tijdvakken de
wekelijksche arbeidsduur geleidelijk is afgenomen, is
cle stijging van de productie per man-uür sneller
geweest. Aanemelijk kan gemaakt wordeh, dat ze
van 1896 tot 1912 gemiddeld lag tusschen 2,0 en

2,4
pOt. (verdubbeling in 35 resp. 29 jaar), dus be-
tiekkelijk weinig lager dan voor 1913 tot 1931 is

gevonden.
Voor de Vereenigde Staten van Amerika heeft
L. Wolman
5)
het verloop van de productie per per-

soon in de fabrieksnijverheid afgeleid voor de periode
1899 tot en met 1927, daarbij voor de census-jaren
gebruik makende van de uitkomsten der tellingen en
voor de andere jaren interpoleerende aan de hand
van minder omvattende indexcijfers van productie
en werkgelegenheid in de industrie. Deze lijn –
clezerzijds aangevuld met meer recente gegevens –
vertoont inzinkingen in alle depressiejaren en boven-dien een langdurige inzinking tijdens de tweede helft
van den oorlog en enkele daaropvolgende jaren. Ge-
gevens voor nauwkeurige berekening van de produc-
tiviteit per man-uur ontbreken. Hetgeen dienaan-
gaande beschikbaar is, wijst in de richting van:
algemeene ontwikkeling volgens een meetkundige reeks in een tempo, dat weinig afwijkt van dat van
de Zweedsche nijverheid tusscheu 1913 tot 1931,
geringe of geen invloed van de conjunctuur en een
oorlogs- en na-oorlogsinzinking van 1916 tot om-
streeks 1922 á 1925 met minimum in 1918 á 1919.
1.
Voor Duitschiand heeft het Institut für Konjunk-turforschung de ontwikkeling van de productie per
man-uur in de industrie voor 1925 tot 1932 berekend
op grond van zijn maandelijksche indexcijfers van de
productie en den totalen arbeidsduur
0).
Het wijst bij

de beschouwing van het verloop der uitkomsten op
het ontbreken van aanwijsbaar verband met de con-
junctuur. Het tempo der stijging is van 1925 tot 1930
gemiddeld belangrijk hooger dan in Zweden, van
1930 tot 1932 zou het ongeveer gelijk kunnen zijn.
Waarschijnlijk moet de stijging van 1925 tot 1930 in
hoofdzaak beschouwd worden als herstel na inzin-
king tijdens de inflatie.
Als samenvatting kan het volgende beeld gegeven
w’orden, dat uiteraard nog op vele punten bevesti-
ging zou behoeven, v66r men er algemeene beteekenis
aan mag toekennen:

a. Toeneming van de productie per man-uur vol-gens een ueetkundige ieeks in een tempo, dat voor
sommige landen weinig uiteenloopt en dat op den
langen duur eenigszins schijnt toe te nemen.

5. Onafhankelijkheid van de toeneming van de pro-
ductie per man-uur van de conjunctuur.
7)

C.
Tijdens en onmiddellijk na volkomen abnormale
tijden – zooals die van den wereldoorlog en voor Duitschland waarschijnlijk de inflatie – tijdelijke
groote vermindering van de productiviteit.

d.
Afhankelijkheid van de productie per arbeider
van de conjunctuur, uitsluitend als gevolg van wij-
ziging van den arbeidsduur (short-time, overwerk).
De sterke
stijging
van de productie per arbeider
in de eerste jaren na den oorlog is in hoofdzaak niet
te beschouwen als werkelijke ontwikkeling, doch als
herstel na inzinking tijdens den oorlog en de depres-
sie van omstreeks 1921.
P. W. DE LANGE.

5)
In het hoofdstuk: Labor s’an Recent Economie Chan-
ges, 1929; Vol II, blz.
454.
0)
Wocheiiblatt van 5 Juli 1933.
7)
Dit behoeft niet in strijd te zijn met het bestaan van
invloed van de conjunctuur op de productiviteit per man-
uur in onderdeelen vals de nijverheid. Voor de als één ge-
heel beschouwde nijverheid van de behandelde landen hef-
fen de verschillende invloeden van dezen aard elkander
echter blijkbaar grootendeels op.

NEDERLANDSCHE BOTER IN N.-O. INDIË.

In 1928 bedroeg het aandeel van ons land in de
voor consumptie henoodigde boter-leveringen in N. 0.-
Indië circa 7,7 procent. Na een opleving in 1929,
toen dit aandeel steeg tot 9,5 procent, trad in 1930 de daling in. Het percentage voor dat jaar bedroeg
6,1 procent, terwijl wij voor 1931 reeds op 4,1 pro-cent aangeland waren. Australië heeft ?ns verdron-
gen. Vanwaar deze achteruitgang?
* *

Verschi1lende factoren hebben daarbij samenge-
werkt. Proféssor Donath en Dr. Koolhaas van het
Analytisch Laboratorium van ht Departement van
Nijverheid hebheh daarover hun licht doen schijnen
en een aantal mededeelingen verstrekt, welke mi. van
groote waarde zijn. In de tabel op pag. 834 heb ik deze
samengevat en gecombineerd met gegevens, welke ik
gedurende mijn reis in Indië verzamelde.

* *
*

Bij de heoordeeling van deze gegevens dient men
wel rekening te houden met de zuiniger levenswijze,
waardoor de Hollandsche boter door mindere houd-
baarheid in het nadeel is tegenover de Australische
boter. De vastere consistentie der Australische maakt
het mogelijk de boter meer uit te smeren, hetgeen door de zuinige huisvrouw wordt op prijs gesteld.
Daarnaast wordt het mindere gebruik van Holland-
sche boter wel toegeschreven aan het veevoeder, het-
welk in ons land wordt gebruikt. Onze boter zou
daardoor van nature een mindere vastheid hebben.

Maar langs wetenschappelijken weg is hieromtrent
nog niets vastgesteld. Wel stond natuurlijk vast, dat
de vrachtkosten van Australië naar N. 0.-Indië lager zijn dan die van ons land naar onze overzeesche ge-
westen, waardoor ons product in een ongunstiger
positie verkeerde, maar ook ten aanzien daarvan is

een kentering merkbaar.
* *
*

1-let ontbreken van een Warenwet in N. 0.-Indië
is ook een feit van beteekenis. De import is daardoor
niet aan eng beperkende bepalingen gebonden. Zoo
bestaat dan ook geen verbod ten aanzien van het ge-
bruik van bepaalde conserveeringsmiddelen, zooals
wij die in ons land wel kennen. Wel is het mogelijk
op grond van het Wetboek van Strafrecht en met
medewerking van den Procureur-Generaal bedorven
waren in beslag te laten nemen, maar in de praktijk
komt dit zelden voor. Diverse Ordonnanties zijn in
voorbereiding, doch daaromtrent is nog niets te ver-
melden. Van groot belang is liet, dat de Nederland-sche fabrikant tot voor kort uitsluitend leverde vol-
gens het metrieke stelsel, dus in kilo’s, Australië in
Engelsche lbs., welke door de huisvrouw maar al te
dikwijls voor volwaardige ponden worden genomen.
liet Australische blik moet thans
duidelijk
aangeven,
dat het 2,25 KG. boter bevat, het Nederlandsche blik
van 5 pond 2,50 KG. Daardoor is aan een onjuiste
concurrentie een einde gemaakt.

* *
*

Van officiëelh zijde ter beschikking gestelde ge-
gevens wijzen voorts aan, dat de commerciëele code
d’honneur van Australische zijde wel eens niet zoo
nauw wordt genomen. Bij genomen proeven bleek,
dat onderstaande gevallen voorkomen. Op het etiket
staat vermeld 5 lbs., op grond waarvan de partij
moest wegen 2268 lbs., of minus verpakking ad 247,6
lbs.: 2020,4 lbs. In werkelijkheid werd een gewicht
vastgesteld van 1692,6 lhs. In het andere geval bij
2 lhs. verpakking en een totaal gewicht van 762.5
lbs. bleek dit slechts 681,4 lbs. te bedragen.
In dit verband moeten ook nog een tweetal op-
iiierkingen volgen over de invoerwaarde en de vracht.
Tot einde 1932 was er een groot verschil tusschen de
invoerwaarde van Australische en Nederlandsche
.boter. Iedere drie maanden werd deze opgemaakt,

b.
Vergelijking van den k’,vantitatieven export van
de eerste zes maanden van 1932 met de eerste zes
maanden van 1933.

Aan deze twee vergelijkingen doen wij een bron-
vermelding voorafgaan, terwijl wij bij de discussie
eenige speciale punten naar voren zullen brengen.

Bronvermeicling.

Onderzocht werden negen kenmerkende ,,Niet-
goudlanden” en een gelijk aantal ,,Goudlanden”.
De bronnen, waaruit wij ons cijfermateriaal putten,
bestonden weer in hoofdzaak uit de reeds meermalen
aangehaalde publicaties van den Volkenhond. Voor enkele landen (aangeduid me,t een kruisje) moesten
wij andere publicaties benutten, t.w.:

The .Foreign Trade and Commerce Accounts.

Accounts relating to Trade and Navigation of
the United Kingdom, beiden uitgegeven door ,,His
Majesty’s Stationery Office”.

De Statistiek van In-, Uit- en Doorvoer van
Nederland:

ci.
De Statistiek van In-,’ Uitvoer van Java en
Madoera.

De totaalexport in hoeveelheden wordt door meer-dere landen niet opgegeven. Wij hebben daarom van
enkele dezer landen de typische exportartikelen in
hoeveelheden vergeleken. Tabel 1 geeft precies aan,
welke artikelen wij namen.

Tabel
1

Keuze der typische export-artikelen.

Engeland

G’roups

Class 1

Class II

Class III

A.

Gram n and Flour Coat

Coke
.13.

Clay

Pottery etc.
C.

Meat

Iron ore and
serap iron and Steel
Non Ferrous
met, ore


Sausages,

lish,

{spirits,
F
‘Raw’
cotton
Elec. bulbs
sugar
G.
Tobacco
Wool
Machinery
Silk

Cotton
1)
J.


Wool

L.
.Paper making mat.
Art. silk
i’l.

Rubber
Boots iT.


Chem.ancldrugs
0.
– –
Oil and soap
Q.
– .

Paper
J)
Yarns grey, piece goods, grey, white, printed.

:13 ritsch-Ïndië

1

Tsjechoslowakije

Chemicals

Shell & l3utton
Coat

Stick and Seed
Coffee

Wolfram ore
Cotton

Zinc
Grain&Flour Mica
Ï{emp.

Oil Cakes

}Licles
&
Skins
Parafi ne ware
[ron
Rubber
Jute
Seeds
Tobacco
Tea
Vood
&
Tool

Beer

Iron and Steel
China Clay

i atches
Coat and Coke Paper
Lignite

Seeds
Cotton

Wood
Fire bricks and
porcelamn

Sugar
Grain & Flour
Glass
flats and caps
Hops
834

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 October 1933

Boter Kleur Vastheid
Zoutgehalte
Couservee-
Zuurgraaci
Vetgehalte Vochtgehalte
ringsmiddel

1-lollandscite
diep geel tot
slap
±

1
0
10
gèen
bij atmkomst
4
meestal 82.
13
0
,0
oranje
en daarboven
83
o/

Australiselie
licht geel tot
vaster

con-
±

2
0
/0
tL
sistentie
0.2
0
10

boo-
r
flX.
2.5
gemid. 79
°Io

14
0/
wit
Zuur

vereenkornstig de kwartaal-prijscourânt, samenge-
steld in Australië in samenwerking met het Depar-
tement van Handel aldaar. In
overeel!Lstemrniug.
daar-
mede werd de invoerwaarde door de Indische douane als volgt vastgesteld:

1932 le kwartaal
f
1.25 per KG. bruto, mcl. verpakking.
2e

0.90

,.

,,
3e

.. 0.90

,,,,,,
4e

,.

.. 0.85

.,

,,

Invoerrecht 12 procent plus 50 opcenten.
Blijkens een officiëel douanerapport van December
1932 wordt voor de Australische boter in het alge-
meen een gemiddelde maximumprijs genoemd van 94
cent per KG-. bruto
(mcl.
verpakking) en van 107
cent per KG. netto (excl. verpakking), waartegen-
over de Nederlandsche boter figureerde met een ge-middelden minimumprijs van resp. 108 en 122 cent.

Sedert dien heeft men alle boter onder hetzelfde hoofd
opgenomen. Terwijl dus tot einde December 1932 de
Nederlandsche boter op grond van den hoogeren cif-
prijs ook een hooger invoerredht betaalde, is van
1 januari 1933 af de gemiddelde invoerwaarde van
Nederlandsche en Australische boter gelijk. Dit
schijnt mede een gevolg te
zijn
van de prijsdaling
der Hollandsche boter in de laatste maanden van
1932. De prijzen dezer beide botersoorten ontloopen
elkander niet veel meer.

*. *
*

De vracht Nederland—Ned.-Indië bedraagt op dit
oogenblik.
f
30 per W. minus 10 proceiit, of voor
een kist van 20 blikken ad 1.7 KG.
f
2.24 per kist
(inclusief losloon). Daartegenover bedraagt de vracht
voor .eén kist van Australië naar Ned.-Indië
f
2:33.
Wat dat betreft staat ons product dus niet meer
achter bij het Australische.
* *
*

Van
deskuudige zijde adviseert men om aan de in
Indië te importeeren boter een onschadelijk conser-
veeringsmiddel toe te voegen. Daarvoor zou in aan-merking komen 1110 pCt. benzoëzuur, eventueel in
en vorm van natriumbenzoaat. Voorts een grooere
zout-toevoeging dan tot nu toe gebruikelijk was.
Tevens zal een deugdelijke verwijdering van het melk-
serum van belang zijn, hoewel dit laatste slechts op
een vermoeden berust en nader onderzocht moet
worden.

Het staat ongetwijfeld vast, dat de 1-lollander in
Indië vooral den laatsten tijd meer prijs stelt op Hol-landche producten dan op buitenlandsche, zoodat hij ook nog bij geringe afwijkingen het Hollandsche f a-
brikaat zal prefereeren. Jhr. Dr.
1
J. C. MOLLERUS.

FEITEN OVER DEVALUATIEPOL1TIEK EN

INTERNATIONALEN HANDEL.

In de E.-S. B. van 20 September werd door ons
aan de hand van exportcijfers in geldswaarde betoogd,
at de ,,niet-goudlanden” in deze crisis hun export
beter hadden weten te handhaven dan de ,,goudlan-
den”. Thans willen wij de kwantitatieve exportcijfers
analyseeren en nagaan of er eveneens opvallende ver-
schillen in den kwantitatieven export tussehen de
,,niet-goudlanden” en ,,goudlanden” te constateeren
zijn. Wij maken daartoe weer twee vergelijkingen:
a. Vergelijking van den gemiddelden kwantitatie-
ven export in 1927, 1928 en 1929 met dien van 1932..

Denemarken

Noorwegen

Zweden

Cattle
Alluminium

Bacon
13utter
Cement

Cement
Cheese
Caic. Carhide

Fisli
Milk
11?ats

Itides
.l?ish
l?ish

[ron ore Graiii
Rids

Iron and Steel
[ron
Iron ore

Matches
Lard
Paper

Paper
Meat
Pyrites

Superpliospliates
Coconut
’11 mber

Ti niber
Soya beans
Woud. pulp

Wood pimip
Cabbages
Cement

Van elk artikel
is het decrespercentage berekend.
Tenslotte is van
deze percentages het rekenkundig
gemiddelde bepaald.
Als voorbeeld laten wij Zweden
volgen.

Tabel 2.
Z w e cl e ei.
Kwantitatieve
export van eenige typische artikelen.

Situatie
Artikel

]je-
hts.
1927
+
1928
+
1929
Situatie

eenheid
»

Bacon etc……….Ton

22.987

100

21.402 93.1
Cement ……..
……,

137.403

100

79.179 57.6
Fisli ……….
…..,

17.291

100

12.670

73.3
lEides and Skin

12.375

100

10.962 88.6
Iron ore ………….

8.910.343

100 2.224.351 25.
Iron and tee1

‘,,

241.679

100

136.676 56.6
Matelies …………,

45.971

100

22.483 48.9
Paier ………..

394.772

100

436.007 110.4
Sûperpliospliates

,..

57.558.

100

31.468 54.7
Timber ……….M.

5.527.222

100 3.512.531 63.5
Wood pulp..

Ton

1.783.995

100 1.495.070 83.8

Rekenkundig

gemiddelde:

100

68.7

Tabel 1 en
2
stellen een ieder in staat met behulp
van de door ons genoemde statistische publicaties de
in dit artikel opgenomen berekeningen na te gaan.

Eerste Vergelijking. ( 1927 + .
1928 + 1929

versus
1932).

Om deze te kunnen maken, hebben wij tabel
3 op-
gesteld. Wat leert deze tabel?
Wederom dat de export ,,kwantitatief” in de ,,niet-
goudianden” belangrijk minder, daalt (tot
84
pCt.)
dare in de ,,goudlanden” (tot 71 pOt.).

Tabel 3.
Kwantitatieve Export (in duizenden ton).

Situatie

Landen

. . 1927+1928+1929

Situatie

3


100

78 100

67

100

69

100

99

100

104
50E
100 371
74

1.458
100
1.319
90
174
100
136
78
513 100
496
97

100
84

2.134
100
1.630
76
4.076
100
3.438
84
3.306
100
1.958
.
59
376
100
305
81
1.288
100
1.166
91
4.255
100
3.150
74
1.717
100
1.125
66
1.127
100
723
64
85 100
38
45

,,Niet-Goudlanclen”
E
nge
l
an
d*) ……

Britsch Indië
)
Zweden *) ……..

Noorwegen *)
Denemarken
)…
Finland ……….

Argentinië ……
Brazilië ………..
Japan

Rekenk. gemiddelde:

,,Ooudlanden”
België

………..
Duitschland ……
Frankrijk ……..
Italië …………
Nederland……..
Java enMadoera..
Polen …………
Tsjechoslowakije
Zwitserland…….

Rekenk. gemiddelde:

100!

171

25 October 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

835

Tweede Vergelijking.
(Jan. tfm. Juni
1932
versus
Jan. tfm. Juni
1933).
• Tabel
4
maakt de tweede vergelijking mogelijk. Men
ziet, dat de export in hoeveelheden in de ,,niet-goud-
landen” stijgt (tot
108
pOt.) en in de ,,goudlanden”
ongeveer constant blijft
(102
pOt.).

Tabel 4

Kwantitatieve Export
(in duizenden ton)

Landen

Situatie 1932

Situatie 1933

(Jan. t/en. Juni)

(Jan. tm. Juni)

A.
,,Niet-Ooudlammden”
Engeland) ……..
13 ritsch Indië) .
Zweden)
Noorwegen’) ……
Deneniarken’) .
Finlan(………..

Argentinië ……..
Brazilië ……….
Japan…………

Rekenk. gemiddelde:


100

106

100

99

100

119

100

108

00

96
242
100
298
123

1.611
100
1.226
76
145.5 100
151
104
405.5
100
583
144

108

113.
,,Govdlanden”
i3elgië …………

1.578

100

1.668

106
Dicitsehland …….

3.183

100

3.272

103
Frankrijk ……..

1.957

100

2.047

105
Italië …………

295

1.00

346.5

117
Nederland ……..

1.143

100

1.041

91
Java en Madoera)
Polen …………

1.057

100

941

89
Tsjecl
i
oslowakij
e
*)

loo

104
Zwitserland ……

36

100

35.5

99

Ilekenk.gemiddelde:
1

1

1

1
1Ö2

N.B.
Voor de landen niet een • gemerkt kunnen slechts verge-
leken worden de eerste drie maanden van 1933 met de eerste drie maanden van 1932. Voor Engeland hadden
wij echter de beschikking over de cijfers van zes maan-
den. Voor Java en Madoera ontbrak voldoende infor-
matie geheel.

Uit beide vergelijkingen den kwantitatieven export
betreff end blijkt, dat de situatie der ,,niet-goudlan-
den” belangrijk gunstiger is dan die der ,,goudlan-
den”.
Deze conclusie stemt geheel overeen met die
getrokken uit een analyse der exporten in geldwaar-
de (ons artikel in de
E.-S. B.
van
20
September). De
argumenten, die vôôr devaluatie pleiten, verkrijgen
dus wederom meer bewijskracht.

Tabel 5.
Export in Hoeveelheden.
indexcij iers.

Perioden
NietGoudj
Nederland
ea

Ie Vergelijking
1927+1928+1929 ….
.100
100
100
100

1932
84
71
91
74

11e Vergelijking
Jan. t/m. Juni 1932.
100 100
100

Jan. t(m. Juni 1933.
108
102

91

id. op de basis van
1927+1928+1929100
90.7 72.4
82.8

Tabel 6.
Export in Geldswaarde.
Indexcijfers.

Perioden
,, Niet-Goud-
Landen’
,,Goud-
landen”
ederland
Nederl.
Oost-Indie
Ie Vergelijking
1927+1928+1929
100
100
100
100

1932……………..
64.7
41.7
.
43.2

35.2

lie Vergelijking
Jan. tfm. Juni 1932.
100 100 100
100
Jan. tjm. Juni1933.
103
853
85.1
77.3
id. op de basis van
1927+1928+1929100
66.6
35.6
36.8
27.2

836

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 October 1933

Opmerking.

1. Tabellen 5 en 6 doen zien, dat de situatie van
het ,,goudland” NederL 0.-Indië nôg ernstiger is dan
die van het ,,goudland” Nederland. Bovendien geven
deze tabellen aanleiding tot de volgende waarschuwing.

Alvorens de conclusie getrokken kan worden, dat
het Nederlandsch uitvoercijfer in 1932 in kwanti-
tatieven zin geen ongunstig figuur maakt t.o.v. de
andere landen, moet het uitvoercijfer nader worden
geanalyseerd. Het is daartoe noodzakelijk de uitvoer-
producten in hoeveelheid en waarde in 1932, te ver-
gelijken met de overeenkomstige grootheden in de als
basis genomen Jaren 1927,
1928
en 1929, waarvan de
som door drie gedeeld op 100 wordt gesteld. Tabel 7
geeft in dit probleem inzicht.
De groepen, die haar gunstige percentage van Ne-
derland (daling tot 91 pOt.) in de groep der ,,goud-landen” (daling tot 71 pOt.) veroorzaken, omvatten de landbouw- en mijubouwartikelen (de vier eerste
groepen van tabel 7). In deze bedrijfstakken is een
onmiddellijk inkrimpen der productie niet mogelijk;
de landbouwer blijft vooreerst zijn grond exploiteeren
en de steenkolenmijnen in Limburg zijn niet dan met
zeer groot verlies plotseling stil te leggen. De nood-
zakelijke inkrimping vordert tijd, waardoor de export
een zekere aanpassingsperiode moet doormaken. Deze
factorn krijgen nog meer beteekenis, waneer men zich realiseert, dat de groep mineralen in 1932 70
pOt. van de totale hoeveelheid geëxporteerde goede-ren oriivatte, terwijl, op basis. der geldswaarde bere-

kend, dit slechts 15 pOt. bedroeg. Voor de vier eerste
groepn (van tâbel 7) tezamen zijn deze percentages
resp. 90 pOt. ei 58 pOt

Wij zien hier dus traagheidsfactoren werken. Dit
wordt !des te aannemelijker, wanneer wij de situatie
in 1933 bezien. De ,,goudlanden” blijven, wat kwan-
titatieve export betreft, vrijwel constant ten opzichte

van 1932; Nederland daarentegen daalt met pim.
9 pOt. Deze daling wordt mede veroorzaakt door
factoren, die aanvingen te werken tusschen 1929 en
1932, die zich eerst ni geleidelijk aan manifesteeren,
en waarvan in de komende jaren onze export een
zwaren druk te verwachten heeft. De toekomst van
den Nederlandschen industriëelen export in hoeveel-
heden gemeten laat zich zeer somber aanzien.

II. Na de analyse van den export in hoeveelheden
een enkele opmerking aangaande den import in hoeveel-
heden. Analyseeren wij daartoe het verloop van de
groep eindfabrikaten + voedingsmiddelen en dat van

Tabel
7
Uitvoer Nederland in llootclgroepen

/

Basis =
lndexcijfers
1932 11927
+
1928 + 1929)

Artikelgroepen

Hoeveel-

Hoeveel- 1
heid

Waarde 1 heid
1
Waarde

T. ilineralen
101.0

56.6
II.
Meel en ï’leelïabr 96.1

48.6
[II.
bieren

en

dierl.
prod
84.8

40.0
PlantwLrd.voortbr
79.7

50.3
Overige artikelen.
1. Chem.:proclueten.
81.1 54.7
2.
Rij- en voertuigen
79.5 29.7
3.

Papier

…………
76.0 56.8
71.8
27.4
Olie en olieprod
67.5
33.7
Andere goederen
58.4
58.2

55.2

38.6

4.

Huiden, en
.
…….

Garens,
0fl7
…….
49.1
28.8
Voedingsmiddelen
41.4
31.1
Hout en houtfabr.

..

31.7
33.4
26.2
29.5
Aardewerk

…….
1.1.

Glas

………….
24.-
41.3

Bron: Jarcijfers voor Nederland.

de groep grondstoffen
+
haiffabrikaten. Wordt het
gemiddelde der jaren 1927 + 1928 + 1929 vergeleken
met 1932, dan leert tabel 8 het volgende:

De invoer van eindfabrikaten + voedingsmid-
delen daalt in de ,,Niet-Goudlanden” (tot 85 pOt.)
en in de ,,Goudlauden” tot ongeveer
gelijk
niveau
(tot 83 pOt:)

De invoer van ‘grondstoffen + haiffabrikaten
daalt in de ,,Niet-G’oudlanden” slechts tot 94 pOt.,
in cle .,,Ooiidlanden” daarentegen tot 77 pOt.

Tabel
8.

•.

Kwantitatieve Import. – Inilexcijters.

Eindproducten
+.

Halffabrikaten’+
voedingsmiddelen

grondstoffen
Landen

1932 l””ll932

A.
,,Niet-goudlanden

Engeland
100
82′
100 85
Br. Indië
.100
93
100 76
‘100
78
100
104 100
75
. .

100
93
Zweden
………..

Noorwegen

. . .’.

.
100
96
100
112 Denemarken
…………

Rekenk. gemiddelde:
100.
85
100
9
4

B.
,,Goudlanden” België&Luxemburg
100
105
100
84
Italië
100
69
100
79
Zwitserland
00
109
100
103
Polen
100
49
100
50
100
81
100 81
Tsjechosl
………..
100
82
100
66
DuitsciLiftud
………
Nederland
100
74
100
78

Rekenk. eniiddeIde:

100

1
81

100

1
77

Zooals te ierwachten’ was, -vertoonen de importen
der verschillnde landen dezelfde beweging als de
exporten. Het feit, dat de export der ,,Niet-Goud-
landen” zich betr handhaaft ‘dan die der ,,Goudlan-
den”, vindt men weerspiegeld in de
invoercijfers.
De
invoer van, grondstoffen en halffabrikaten daalt be-
grijpelijkerwijze in de ,,Niet-Goudlanden” slechts
weinig.
Hiermede vervalt elke dreiging, die men wel
uit de
importcijfers
der ,,Niet-Goudlanden” heeft
willen afleiden en bovendien wordt duidelijk,-dat de
,,Goudlanden” (waaronder. Nederland en Koloniën)
bezig zijn, zich in sterkere mate uit het int ernatio-
nale ruilverkeer te isoleeren dan de, overige landen.
Dr. J. G.
STRSDIR0N.

AANTEEKENINGEN.

Stijging ‘van de’ kosten van levensonderhoud in

Nederland.

Volgens het jongste overzicht van het Bureau van
Statistiek der gemeente Amsterdam zijn de kosten
van levensonderhoud van arbeidersgezinnen in Sep-
tember t.o.v. Jtcli gestegen met 1,5 pOt., terwijl die
van gezinnen van meergegoeden zijn gédaald met
0,6 pOt.

Het feit van de stijging van de ‘kosten van levens-
onderhoud van arbeidersgezinnen is zoo belangrijk,
dat wij het niet onopgemerkt voorbijkunnen laten
gaan. Deze stijging is vrijwel uitsluitend een gevolg
van de werking van de steunmaatregelen op agra-
risch gebied. Volledigheidshalve
wijzen
wij erop, dat de daling van ‘de kosten van levensonderhoud tot
Juni 1932 voor het grootste deel door de catastro-
phale daling van voedingsmiddelen was veroor-
zaakt
1).
Sedert het in werking treden van de belang-
rijkste agrarische steunwetten, die ten laste komen
van de consumenten, (Juli1932), is de daling dan ook
veel minder sterk. geweest, hetgeen .uit .het volgende
staatje moge blijken.

1)
Van Juni
1929
tot Juni
1933
daalden de totale kosten
van voeding voor arbeidersgezinnen met’
29 pCt.;
alle
overige uitgaven met. 10’pCt.

25 October 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

837

Ontwikkeling van de kosten van levensonderhoud van
arbeide rsgezinnen te Amsterdam.

Van Juni
1929
tot Juni
1930
gedaald met
4.1 PCL.
1930 ,,,,,

1931

,,,,,

5.3
1931,.,,

1932

8.2
1932 .,

1933

,,

,,

2.5
.1933

Sept.
1933
qestegeii.

1.5

Hoe men ook over de agrarische steunmaatregelen
moge denken, vast staat in elk geval, dat zij de aan-
passing naar een lager levensniveau belemmeren. De
agrarische politiek zou misschien op economische
gronden te verdedigen zijn, indien ons land een min
of meer gesloten huishouding vormde. Het doel ervan
zou dan kunnen zijn, bevordering van een beter even-
wicht tusschen de verschillende groepen van onze
maatschappij door middel van prijsstijging. In de
huidige omstandigheden echter, waarin de welvaart
van ons land, ‘ondanks het bestaan van een zekere
mate van autarkie, nog voor, een belangrijk deel van
onze exportindustrie afhankelijk is, moet de regeering
elken prijsstijgenden invloed vermijden, die deze in-
dustrie nieuwe moeilijkheden in den weg legt.
In het Economisch- Statistisch Kwartaalbericht van
deze week is er nog eens nadrukkelijk op gewezen,
welken voorsprong de drie grootste industrielanden ter wereld op dit gebied op Nederland hebben
1
). In
plaats van dezen grooten voorsprong zoo spoedig mo-
gelijk tot kleinere proporties terug te brengen door
middel van een drastische verlaging van het prijs- en
kostenpeil hier te lande, belemmert de regeering de
absoluut noodzakelijke aanpassing.
Indien de regeei-ing tot de overtuiging is gekomen,
dat de landbouw verder gesteund moet worden, zal
zij als consequentie moeten aanvaarden de lasten van
den landbouw te verminderen. Wij zullen thans niet
aangeven, op welke wijze zulks kan geschieden. Ons
doel is slechts erop te wijzen, dat de economische
politiek van de regeering tegenstrijdigheden vertoont. Handhaving van den gouden standaard beteekent, dat
het prijs- en. kostenniveau hier te lande nog verder
naar beneden moet. De agrarische steunpolitiek werkt
echter in tegéngesteide richting.

) Zie cle paragraaf over ,,Prijzcu” op blz. CXXXÏ’

De druk van de vaste lasten uit hoofde van rente
en aflossing op de begrooting vaii Ned.-Indië.

De koersdaling van Nederlandsch-Indische obliga-
ties, die de vorige week heeft plaats gevonden, heeft
weer eens de aandacht gevestigd op den moeilijken
toestand van de Indische staatsfinanciën. Deze moei-

lijkheden zijn hieraan toe te schrijven, dat ondanks
de drastische bezuinigingen, welke zijn doorgevoerd,

het evenwicht tusschen inkomsten en uitgaven nog
steeds niet is hersteld. De, oorzaak hiervan ligt ‘o.a. in het feit, dat de bedragen, noodig voor de betaling
van rente en aflossing van de door de Overheid op-
genomen leeningen, ongeveer stabiel blijven en ten-
gevolge van de sterk gedaalde inkomsten in de laat-
ste jaren een steeds drukkender last zijn’gaan vormen.
Om hiervan een beeld te verkrijgen hebben wij
een berekening gemaakt van de bedragen, die sedert
1928 elk jaar voor rente en, aflossing zijn bestemd en
deze in verband gebracht met de gewone uitgaven.
Het percentage, dat de vaste lasten uit dien hoofde
van de uitgaven betreffen, is gestegen van 7.4 pOt.
in 1928 tot 28.4 pOt. (raming) over 1934.

Nederlandsch-Indische staatsleeniugen.

Jaar

Rente

Aflossing

Extra aflossing

in millioeneu gulcleiis
1928

…….
55,2
3,2 9,0
1929

…….
54,8
19
2
5
11,4 1930

…….
54,9
20.2
14,0
1931

…….
60,4
23,2
-0,3
1932

…….
59,1
35,4

1933

…….
65,0
45,4 0,2
1934

.

….
61,8
49,2
0,3
Gewone uitgaveu
t)
Procenten van alle gewone uitgaven

miii. gid.
rente aflossing extra-af!.
1928
784,8
7,0
0,4
1,15
1929
832,5
6,6 2,3 1,4
1930
822,9
6,7
2,45.
1,7
1931
735,6
8,2
3,15

1932
604,8
9,8
5,85

1933
401,9
(verwachting)
16,2
11,3
0,5
1934
390,4
(raming)
15,8 12,6
0,8

Indien de Nederlandsch-Indische regeering er in
slaagt, om zooals in de bedoeling schijnt te liggen,
de gewone uitgaven tot ongeveer
f
300 millioen térug
te brengen, zullen voor rente en aflossing – afge-
zien van de mogelijkheid van conversie, waarvoor de
vooruitzichten thans bijzonder ongunstig zijn –
meer dan één derde
van de gewone uitgaven noodig
zijn.

) De verwachting voor
1933 is 29
millioen lager dan
de oorspronkelijke raming. Bij alle cijfers der gewone uit-
gaven zijn, eventueel, de uitkeeringen aan monopolies en
bedrijven opgeteld. Voor vroegere jaren zijn die niet af te
scheiden,. zonder dit in de stukken van ieder jaar na te
gaan.

Resultaat van de rondvraag van de In

ternationale Vereeniging voor de Suikerstatistiek.

Dr. Gustav Mikusch te Weenen zendt ons onderstaand overzicht van de Internationale Vereeniging voor de Suikerstatistiek:

Aantal fabrieken

.Eloeveelheid ver-
Suikerprocluctie in
±
in procenten t.o.v.
in bedrijf
Aantal
werkte bieten in
metr. tonnen ruw-
van het vorig jaar
ant-
metr. tonnen
suikerwaarde
woorden
1933134
1932133 1933134 1932133
1933134
1932133
Verwerk-
Suiker-

__________________________

te bieten productie

Duitschland ………..
209
200
209
7.877.200
6.768.896
1.302.822 1.088.444 +
16.37

+
19.70
Tsjecho-Slowakije

.
..
.
116
121
116
3.111.279
3.579.133

561.090
632.959

13.07

11.35 Oostenrijk
7
7
7
1.074.750 1.016.264
178.600 164.899
+

5.76

+

8.31
12
12
12
781.000
701.537 109.340 103.410
-f-.

11.33
+

5.73
Hongarije …………..
Joego-Slavië
8
8 8
464.000
645.349
63.000 84.779

28.10

25.69
Irsche

Vrijstaat

..
. .
1 1
1
160.000
151.500
26.000 26.000
+

561

36
36
36
1.600.000
1.910.000
231.665
264.385

16.23

12.38
Italië …………….
51
51
51
2.050.000 2.300.938 294.000
319.000

10.91

7.84
Polen …………….
62 64 62
2.055.000
2.356.913 357.000
417.759

12.81

14.54

België

……………

Denemarken
9

.

9
9
1.412.000 1.274.400
226.000
191.770
+

1.0.80
+
17.85 20

.

19
21
1.745.000
1.518.679
289.500 235.349
+
14.90
+
23.01
Zweden ……………
Finland …………..
1
1

.
1
50.000
53.219
6.000
6.347

6.05

5.47
Turkije (Europ.)
.1
1
1
250.000
108.578
35.600
18.121
+130.25
+
96.46
Totaal
533
1

530

1
534
1
22.630
.
229
1
22
.
385
.
406
1
3
.
680
.
617
1
3.553.222
1+

1.09

1+

3.59

838

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 October 1933

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
BANKDISCONTO’S. Wissels.
Ned
24195ept.’33
Lissabon

….
613 Mrt.’33
I
B,’
,s
l.c
D.
Bki0E3
19Sept.’33
Londen ……
2SOJl4ni’32
Vrsch. in R.C.
3
19Sept.’33
Madrid ……

.
26 Oct.’32
Athene ……….
7

14Oct.’33
N.-YorkF.R.B.
2
19Oct.’33
Batavia ……….

4416A2tg.’23
Oslo

……..
3422Mei’33
Belgrado

……..
74
20Juli’31
Parijs

……
24
90ct.’31
Berlijn

……….
4
22Sept.’32
Praag

……

3425 Jan.’33
Boekarest……..
7

3 Mrt. ’32
Pretoria
34
15Mei’33
Brussel ……….
34
13Jan.’32
Rome ….
.

34
4Sept.’33
Budapest ……..
44
17Oct.’32
Stockholm

..
3

1 Juni’33
Calcutta

……..
3416
Feb.’33
Tokio

. ..

3.65

2Juli’33
Dantzig

……..
3

6 Mei ’33
Weenen……
5
23Mrt.’33
Helsingfors ……
5

4
Sept.’33
Warschau….
6
20 Oct. ’32
Kopenhagen

….
3
1Juni ’33
Zwits. Nat. Bk.
2
22 Jan.’31

OPEN
MARKT.

1933
1932
1931
914

21 Oct
16
1
21
9
1
14
217 Oct
17
1
22
19/24
~
2
0124

Oct.
Oct.
Oct.
Oct.
Juli’

Amsterdam
Partic.disc.
711_112
116’I8
118_112
/s’/,
114.113
2314-1611
311_31
Prolong.
1
1 1
1
1
3
2
1
14-j4
Londen
DageId.
. .
1
12
1

1
12-1
1
I2_1
1
12-1
4.5114
1314-2
Part,c.disc.
11
16
1
8

3:4-715
11
115_2
14
‘1814
31
4
.13/
35

52/
3
.71
5

411
4
.31
4

Berlj/n
Daggeld

41
1
4
.53
1
5

41
1
4.53
1
5
4
1
14

5
1
12

4
3
18
-6
1
1
2

4
1
1

5
1
1

8

10

Maandgeld
4’/,.5
4/i-6
4’/,-6
4’/,-6
4’j,

53/,
8-12

Part,
disc.
37/
8

37/
8

371s
37/
s

3718
8
21/s_11,
Varenw.
– .
4
.1
12
4..’!,
4112
4_1 (2
41/4
8’12

Nes,
York
Daggeid
1)
31
4

31
4

314

3/4

II
1
-1
/
2
1
12

3
/4
13/
4
21
1
2

Partic.disc.
1
12

1
1

1
1
2
‘/2

II
L/
4l/

1)
Koers van 20 Oct. en daaraan voorafgaande weken t/m. Vrijdag.

WISSELKOERSEN.
1OERSEN IN NEDERLAND.

Data
New
Londen
Berlijn
Parijs
Brussel
Batnvia
York1
0)

)

17
Oct.

1933
1.71
7.78
58.874
9.704
34.534
1O0
18

,,

1933
1.6771
8

7.73w
58.95
9.71
34.534 1OO
19

,,

1933
1.76k
7.92w
59.224 9.704
34.56
100k
20

,,

1933 1.76
7.96y
4

59.16
9.704
34.57
100
21

,,

193
1.761/,
7.96
59.174 9.704
34.574
100k
23

,,

1933
1.72
7.93
59.13
9.704
34.564
100k
Laagste
d.w’)
1.67
7.73
58.75
9.694
34.50
99
Hoogste d.wi)
1.77w
8.03
59.25
9.714
34.60
100/g
Muntpariteit
2.4878
12.1070
59.263
9.747
34.592
100

D a a
Zwit-
ser an
Weenen
Praag
Boeka-
Milaan
Madrid
0,)

9
restl)

17
Oct.

1933
48.06

7.364
1.49
13.04
20.76
18

,,

1933
48.07

7.37
1.49
13.05
20.75
19

,,

1933
48.05w

7.364
1.49
13.064
20.76
20

1933
48.05

7.36
1.49
13.06
20.75
21

1933
48.05
7.36
1.49


23

1933
48.04k

7.36
1.49
13.054
20.75
Laagste d.w
1
)
48.-

7.324
1.45
13.-
20.624
Hoogste
d.w’)
48.12
28.-
7.40
1.524
13.124 20.90
Muntpariteit
48.12k
35.007
7.3711.488
13.094 48.52

Data
Stock-
Kopen-
Oslo
Buenos-
Mon
holm
0)

hagen0)
for!’)
Aires’)
treal’)

7
Oct.

1933
40.25
34.80
39.20
3.46
65 1.65
18

1933
39.85 34.50
38.80
3.43
65
1.65
19,,

1933
41.-
35.45
40.-
3.50
65
1.68
20

1933
41.15
35.60′
40.10
3.50
65
1.70
21

,,

1933
41.15
35.65
40.15
3.50
65
1.70
23

.,

1933
40.90
35.45
39.90
3.50
65
1.6734
Laagste
d.w1)

39.69
34.30
38.65
3.374

1.62w
Hoogste
d.w’)
41.50
36.-
40.50
3.55
65
1.72
Muntpariteit
66.671 66.671
66.671 6.266
958%’
2.4878
0)
Noteering te Amsterdam.
*0)
Not, te Rotterdam.
1)
Part. opgave.
In ‘t late of 2de No. van iedere maand komt een overizicht
voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.

KOERSEN TE
NIIW
YORK. (ab1e).

D a a
Londen
($ per £)
Parijs
($ p. IOOfr.)
Berlijn
(S p. 100 Mk.)
Amsterdam
(5 p. 100 gld.)

17
Oct.

1933
4,58
8
%
5,75
34,85
59,20
18

,,

1933
4,50k 5,52k
33,85 57,10
19

,,

1933
4,53 5,573/
4

34,02
57,45
20

,,

1933
4,51k
5,47
33,30
56,35
21

,,

1933
4,52’j,
5,52
33,67 56,80
23

,,

1933
4,62
5,58X
34,20 57,80

24
Oct.

1932
3,32
,
1
8

3
,
931
12
23,78
40,27
Muntpariteit..
4,86
3,9051
8


23.81k
401,
4

KOERSEN TE LONDEN.

Plaatsen en

1Noteerings-1
Landen

1
eenheden

1
7
Oct.
1933

1
14
Oct. 1
1

1933

1
Laagste
l
Hoogstel

16121
Oct.
1933

1
21
Oct.
1933

Alexandrië..
Piast. p.
97,4
9731
975,
97
2
18
97
Athene

…’.
Dr. p.
555
562
540 590 565
Bangkok….
Sh. p.ticai
1110
1
1
10
T

5
‘/’°T’S
1110k
1110
Budapest

..
Pen. p.
j
e,
18
18X
1734
19
18;
Buenos Aires
d. p.$
45
44y
4
43
45
43/,
Calcutta
. . . .
Sh. p. rup.
116
5
1
64

116
3
1
64

116
116
1
1
16

116
1
1
3

Constantin..
Piast. p. £
642
648
650
660 660
Hongkong
..
Sh.
p.
$
115′
1/581,
0

1/4k
1/5k
11511
8

Sh. p. yen
1/281,
6

1
1
23
1
,
6

112’18
1/2k
1
1
27
1
1
,
Kobe

…….
Lissabon….
Escu. p.
£
103 104
103
1073.
106X
Mexico

….
$per
17
16
15
16; 16
Montevideo
.
d. per £
37 37
35
K
37
36
Montreal

..
$
per £
4.80 4.70
4.52 4.74
4.673.
Rio d. Janeiro
d. per Mil.
431
8

4
,
18
4y
4

434
‘t’,,
Shanghai

. .
Sh. p. tael
1/3i1
8

1/31,
6

113
1131,
113
5
11,
Singapore
..
id. p.
$
21431
33

2/4
3
/
s
,
214
2/40j,,
214
3
1
3
.
Valparaiso
1).
$
per £
– – –
– –
Warschau
..
ZI. p. £ 2751,
2811
27
287/, 288/,
‘)iiu
og.
ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS ).
Londen’)
N.Yorkl)
,
Londen
17 Oct.
1933..
1784
36y
4

17
Oct.
1933….
1301114
18

,,
1933.. 1811
1
,
36a
18

,,
1933….
132104
19

,,
1933..
18
36y
4

19

,,
1933….
129111
20

,,
1933..
18
3651
8

20

,,
1933….
12910k’
21

,,
1933..
18′!,,
3671,
21

,,
1933….
12816
23

,,
1933.. 18′,
3751,
23

,,
1933….
12912
24 Oct.
1932..
18
27
,
1
9

24
Oct.
1932….
1221114
27, Juli
1914..
24t5,
59
27

Juli

1914….
8411084
1)
in
pence
p.
oz.stand.
2)
Forelgn
silver
in $e. p.oz.
line.
3)
in
sh.
p. oz. line
STAND VAN
‘s
RIJKS
KAS
Vorderingen.

Saldo van ‘s Rijks Schatkist bij De
Ne-
f

19.860.787,54
f
25.119.566,98
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
,,

464.568,54
,,

312.133,29
Voorschotten op ultimo Sept.
1933
aan

derlandsche

Bank……………….

de gem. verst, op v. haard. de Rijks-
adm. te heffen gem.
ink.
bel,
en opc.
op de Rijksink. bel
…………….
..
I.571.699,19
,,

1.555.539,18
Voorschotten
op
ultimo Sept.
1933 aan
de gem. verstrekt op aan haar uit te
keeren hoofds.
derpers. bel.,
aand. in
de hoofds. der grondbel. endergem.

….

fondsbel., alsmede
opc.
op die belas-
tingen en op de vermogensbelasting

,,

2.372.691,25
206.5l3.Il5,68
,,209.770.215,20
Id. aan

Suriname …………………

12.641.193,-
12.699.227,-
Id. aan

Curaçao
………………….
5.473.670,27
,,

5.494.966,27
Kasvord.
weg.
credietverst.
a/h.
buiteni.
,
102.780.706,12
,,
102.715.901,96

Voorschotten
aan
Ned.-lndië
………
….

Saldoderpostrek.v. Rijkscomptabelen

…..

,,

36.423.408,25
,,

37.225.501,04

…..

,,

9.141.320,17
Vord. op andere Staatsbedrijven’)…….9.330.708,06
Verstr. t. laste der Rijksbegr. kasgeld-
leeningen
aan
gemeenten (saldo)


45.001.547,34
,,

44.999.547,34
Verplichtingen.

Schatkistbiljetten in omloop ………

f333.556.000,-
f331556.000,-
Schatkistpromessen in Omloop …….

l91.220.000,-
,,
191.220.000,-
Zilverbons in Omloop …………….


1.441.383,50
,,

1.436.212,50
Schuld op ultin,o Sept. 1933 aan de gem. weg. a. h. uit te keeren hoofds. d. pers.
bel.,
aand.
i. d.
hoofds. d. grondb. e. d.

….

gem.
fondsb. alsm. opc. op
die bel, en
,,

3.920.781,53

Schuld aan het Alg. Burg: Pensioenf.’)
12.948.38
1
,77
, –
l2.93l.883,93
op de
verm. bel…………………..

Id. aan het Staatsbedrijf d.P., T.enT.’)
.105373.460,75
,,
l03.990.696,45
Id. aan andere Staatsbedrijven’)
…..

10.300,70
…….
,,

20.300,70
Id. aan diverse instellingen’)
……
…..
l08.910.265,26
114.649.144,69
1)
In rekg.-crt. met ‘s Rijks Schatkist.
NEDERLANDSCH-INDISCHE
VLOTTENDE SCHULD.


Betaalmiddelen in ‘s Lands kas

waaronder Muntbiljetten
………..

Verplichtingen:
Voorschot ‘s Rijks kas e. a. Rijkslnsteil
/209.770.000,-

Saldo Javasche BanKJ…………………

Schatkistpromessen
………
………
1.000.000,-
Schatkistbiijetten

………………..

…..

20.365.000,-
Muntbiljetten in Omloop
………….
1.399.000,-
Schuld aan het Ned.-lnd. Muntfonds.

….

,,

….

9.238.000,-
Idem aan de Ned.-lnd. Postspaarbank.,,

…..

1.309.000,-
Voorschot van de Javasche Bank…….

257.000,-

SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste
posten
in duizenden guldens.

Data Metaal
Circi,
latie

Andere
opeischb.
schulden

1
Discont.
1

Div. reke-
ningen’)

30
Sept.

1933..
706
1.332
407 718
2.362
23

,,

1933..
708
1.025
427
716
2.311.
16

1933..
709
1.057
423 715
2.297
9

1933.. 707
1.186
569
713
,
2.298
2

1933.,
707
1.269
567
716
2.300

5 Juli

1914.. 645
1.100
560
735.
396
1)
Sluitp. der actfva.

1
.
71
6.000,

74.663.000,-
309.000,-
,212.506.000,-
1.000.000,-
20.365.000,-
1.399.000,-
9.238.000,-
1.392.000,-

25 October
1933

ECONOMISCH-STAIISTISCHE BERICHTEN

839

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 23 October 1933.

Activa.
Binneni. Wis-(Hfdbk.
f
24.690.198,55
sels, Prom., Bijbnk.

575.210,71
enz.in
disc.Ag.sch.

4.176.680,18

29.442.089,44
Papier o. h. Buiteul. in disconto ……

Idem eigen portef.
f

1.572.500,-
Af: Verkochtmaar voor
debk.nognietafgel.

1.572.500,-
BeleeningenHfdbk.
f
98.998.328 16′)
mci. vrsch…
Bijbuk.

3.242.731 18
inrek.-crt. Ag.sch.

39.232.417 38
op onderp.

f
141.473.476,72

Op Effecten ……
f
140.229.414,26
1
)
Op Goederen en Spec.
,,
1.244.062,46 141.473.476,721)
Voorschotten a. h. Rijk …………….,,


Munt, Goud ……
f
111.859.635,-
Muntmat., Goud ..

765.169.690,48

f
877.029.325,48
Munt, Zilver, enz. ,, 26.312.831,11
Muntmat. Zilver..
– 11
903.342.156,59
2
)
Belegging
115
kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds ……………………. ..21.512.205,65
Gebouwen en Meub. der Bank …….. ..

5.000.000,-
Diverse rekeningen ………………,,

10.223.962,69
Staat d. Nederi. (Wetv. 27f5,’32, S. No. 221),,

18.331.195,17

f
1.130.897.586,26

Passiva.
Kapitaal … …………………….
f

20.000.000,-
Reservefonds ……………………,,

3.749.272,82
Bijzondere reserve ………………,,

5.000.000,-
Pensioenfonds ………………….,,

8.767.471,23
Bankbiljetten in omloop ………….. ..900.092.435,_
Bankassignatiën in omloop . . ,, 50.560,84
Rek.-Cour.Ç Het Rijk
f
31.325.303,08
saldo’s:

Anderen ,, 160.061.661,90

191.386.964,98
Diverse rekeningen ……………….,

1.850.881,39

f
1.130.897.586,26

Beschikbaar metaalsaldo …………
f
467.249.467,90
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigd is ,, 1.168.123.665,-
Waarvan aan Nederlandsch-Indjë
(Wet van 15 Maart 1933, Staatsbiad No. 99) ……..
f
76.424.425,-
Waarvan in het buitenland …………………….
..3.123.745,47
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Goud

Andere Beschikb. Dek-
Data

Circulalie opeischb. Metaal- kings
Munt
1
Muntmat.

schulden saldo
1
perc.

23 Oct. ’33 111860 765.170 900.092 191.438 467.249 83
16

,, ’33 113859 760.143

907.988 181.039 464.369

82

25 Juli ’14 65.703 96.410 310.437 6.198 43.521

54
Totaal Schatkist-

.,ee-

Papier

Diverse
Data

bedrag promessen ,

op het

reke

disconto’s rechtstreeks

g ‘

buitenl.
1
ningen
1)

23 Oct. 1933 29.442

141.473

1.572 10.224
16 ,,

1933 28.571

143.706

1.573

10.219
25 Juli 1914 67.947

61.686 20.188

509
‘)Onder de activa.

JAVASCHE BANK.

Data
__________________________________

Goud
Zilver
Circulatie
1

Andere
1
opeischb.
schulden

Beschiki
metaal-
1
saldo

21 Oct. 1332)
136.740 188.660
23.790 51.760
14

,,

‘332) 136.330 192.590
20.650
51.034

23 Spt. 1933
97.927

1

38.565
190.295
25.664 50.108
16

,,

1933
99.927
1

38.678
195.027
26.148 50.135
25 Juli
19141

22.057
J

31.907
110.172
12.634 4.842

Data

.1

Wissels.
I

bulten
1
1

Dis-
1 1

Belee-

i
Diverse

1
reke-
Dek-
kings-
1

N.-Ind.
1

conto’s
1
ningen
1
ningen’)
percen-
1

betaalb.
1
1
taee

21 Oct. 1332)
180
74950
13.430
64
14

‘332)
280
75.160
14.300
64

23 Spt. 1933
569
9.279
511′
13.078
63
16

1933
570
9.339
61.423
13.518

63
25 Juli 1914
6.395 7.259 75.541
2.228
44
1)
Sluitpost activa.
1)
Cijfers
telegrafisch ontvangen.

S

GOEDERENHANDEL.

GRANEN.

24 October 1933.

De stemming aan de t a r w e-markt is in den ioop der
afgeloopen week verbeterd en algemeen hoogere prijzen
werden voor de voornaamste overzeesche soorten betaald.
J)e groote prijsdaling heeft in de voorafgaande week den
kooplust opgewekt, welke ook heeft voortgeduurd, toen de
koersen verbeterden en prijsverhooging daarvan het gevolg
was. De Duitsche tarwe is het minst in prijs gestegen en
is op het oogcnblik de laagst in prijs aangeboden tarwe. Rusland is voortgegaan niet het charteren van scheeps-
ruimte naar het Verre Oosten en blijft ook in West-Europa
met tarwe aan de markt. Manitoba-tarwe steeg in prijs
in verband met de hoogere koersen aan de termijnmarkt
te Winnipeg, welke 10 dollarcents per 60 lbs. hooger sloot
dan een week geleden. Gedeeltelijk was die verbeterde stemming te Winnipeg een gevolg van een aanzienlijke
prijsverhooging te Chicago. ])eze laatste sloot 16 dollar-
cents hooger dan een week geleden. De fluctuatiesaan de
termijnmarkt te Chicago waren grootendeels een gevolg
van geruchten over maatregelen door de Amerikaansche
regeering te nemen. Algemeen heerscht in de Ver. Staten
ontevredenheid over de rnachteloosheid der regeering om
de prijzen voor granen op te zetten tot het door de boeren.
gewenschte peil. De staking, welke de boeren organiseeren,
is daarvan een uiting. ])e plannen om de veel besproken
35 millioen bushels tarwe van de Westkust naar het
Verre Oosten te verkoopen met staatssubsidie nemen vas-tere vormen aan. Australië vreest daarvan de concurrentie
en heeft zijn prijzen voor den nieuwen oogst niet ver-
hoogd, terwijl die voor ouden oogst niet onbelangrijk ver-
beterd zijn. Tot het onveranderd laten der prijzen voor
den nieuwen oogst zullen ook de betere oogstvooruitzich-
ten meegewerkt hebben. Vroegere schattingen van 150 mil-
lioen bushels zijn verhoogd tot 165 millioen, ook wordt
185 millioen bushels genoemd. Men vreest, dat het uitvoer-
surplus grooter zal zijn dan de voor uitvoer aan Australië
door de tarweconferentie toegestane 105 millioen bushels. Een wet is ingediend om den uitvoer van tarwe vail regee-
ringswege te regelen met uitvoerpermissies. ])e termijn-
markten in Argentinië waren hooger, die te Buenos Aires
sloot 35 centavos per 100 KG. hooger, te Rosario 50 een-
tavos hooger dan een week geleden. De vooruitzichten van den tarwe-oogst in Argentinië blijven gunstig. De bebouw-
de oppervlakte wordt er geschat op 18.895.000 acres tegen
een vorige schatting van 18.278.000 acres. In het vorige
jaar werd van 17.782.000 acres geoogst. In Frankrijk is
een plan gevormd om den uitzaai van tarwe te beperken
door een belasting te heffen van elke hectare, welke meer
met tarwe wordt bebouwd dan in de laatste drie jaren.
De r o g g e-markt bleef lusteloos met weinig vraag naar
Europeesche soorten, en de prijzen bleven ongeveer onver-
anderd. De verordening in België, dat voor den invoer
permissies noodig zijn, heeft de tijdelijk voor dat land ver-
beterde vraag weder doen verstoniinen.
De aanvoeren van m a fs waren in de afgeloopen week klein. Toch konden de prijzen zich in het begin der week
niet handhaven en trad nog eene kleine verlaging in,
welke daarna echter spoedig weder werd ingehaald, toen
de stemming door stijgende koersen aan de Argentijnsehe
ternmijnmarkteu verbeterde en de prijzen door afladers w’er-
den verhoogd. De vooruitzichten van den maïsoogst in
Roemenië spelen daarbij een groote rol. De laat gezaaide
maïs dreigt bij koud w’eder niet tot rjpheid te komen in
de hooger gelegen gebieden. In het begin der week was
men daaromtrent in Roemenië optimistisch gestemd, later
kwamen weder berichten over dalende temperatuur en
nachtvorst. Particuliere schattingen van het uitvoersur-plus van maïs in Argentinië zijn verhoogd van 274 mii-
lioen quarters tot
293.1
niillioen, w’aarvaii nu nog 16 mii-
lioen over zou zijn. i)e Argentijusche regeering raamt de
nog voor uitvoer beschikbare hoeveelheid op slechts 114
millioen quarters. Het slot voor niaYs aan de termijnmarkt
te Buenos Aires was 44 centavos hooger, te Rosario 40
centavos honger dan een week geleden.

SUIKER.
Gdurende de afgeloopen week waren de verschillende
suikermarkten flauw gestemd.


Vooral in A m e i i k a was de markt weer zeer flauw.
Raffinadeurs bleven terughoudend en voor ruwsuiker kon
tenslotte niet meer dan 1.20 d.c. c. & fr. bedongen worden.
J)e scherpe daling
op
de N e w-Y
o
r k s c he termijn-
markt kon ook deze week niet gestuit worden De slot-
noteeringen waren 10 1. 12 punten lager dan het vorige
slot met de volgende cijfers Oct. 1.07, Dec. 1.11, Jan. 1.11,

840

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 October 1933

Mrt. 1.17 en Mei 1.21, terwijl de noteering voor Spot
Centr. 17 punten lager afkwam met 3.20 dc.
De ontvangsten in de Atlantische havens der Ver. Sta-
teii bedroegen deze week 48.000 tons, cle versiiieltingeu
50.000 tons tegen 40.600 tons verleden jaar en de voor-
raden 234.000 tons tegen 184.400 tons.
De laatste C u b a-statistiek is als volgt:

1933

1932

1931
tons

tons

toas
1.994.528 2.602.864 3.122.186
20.973

7.648

24.878
1.015.250 1.498.822 1.912.394
44.056

17.678

40.735
588.498

781.894 1.073.052

In E ii ge 1 a n d bestond evenmin eenig intèresse van
belang voor het artikel. Een enkele partij ruwsuiker werd tot Sli. 51134 c.i.f. afgedaan, waarna koopers zich terug-
trokken. Tenslotte lagen offertes tot Sh. 4/11% in de
markt.
i)eoteeringen op de L o n d en s e h e termijnmarkt
brokkel en langzaam af. Het einde der week gaf het
volgende beeld te zien Dec. Sh. 4110, Mrt. Sh.
Sfl%,
Mei

Sh. 5/334 en Aug. Sh. 51634.
De N.I.V.A S. verkocht deze week op Ja v a ruim
14.000 tons.
H i e r te 1 a n d e had de markt een lusteloos aanzien.
De noteeringen te A m s te r d a m konden zich echter, dank zij het geringe aanbod, nogal handhaven. Het slot
was
f %
lager dan de voorafgaande week als volgt: Dec.

f
4%, Mrt.
fS.-,
Mei
f
5 en Juni
f
5.

KOFFIE.
Nog altijd blijft de markt in lustelooze stemming ver-
keeren. De kost- en vrachtaanbiedingen van Brazilië zijn
ongeveer 10 a 15 dollarcents lager, hetgeen, door het
achteruitloopen van den dollarkoers, voor den Nederland-
schen importeur een verlaging beteekent van ca.
34
et.,

vergeleken tegen de vorige week.
Uit de heden bekend gemaakte weekstatistiek van Bra-
zilië is gebleken, dat in de vorige week van Santos naar
Europa verscheept zijn 62.000 balen tegen 95.000 balen in
de week daarvöôr en naar de Vereenigde Staten 159.000
balen tegen 122.000 balen. Verscheept werden van Rio
naar Europa 31.000 balen tegen 11.000 balen en naar de Vereenigde Staten 36.000 balen tegen 10.000 balen. Als
verkocht dooi- Santos worden opgegeven naar Europa,
75.000 balen tegen 86.000 balen en naar de Vereenigde
Staten 137.000 balen tegen 131.000 balen.
Van 30 Sepember tot 15 October werden vernietigd
192.000 balen te Santos 290.000 balen in Sao Paulo en
4000 balen op verschillende andere plaatsen, tezamen
486.000 balen. De geheele hoeveelheid, welke vanaf het
begin in 1931 tot 15 October 1933 vernietigd is, bedraagt
volgens officieele opgave van den Nationalen Koffie-Raad
7.140.000 balen te Santos, 1.530.000 balen te Rio de Janei-
, 633.000 balen te Victoi-ia, 13.790.000 balen in Sao
Paulo en 500.000 balen op verschillende andere plaatsen,
tezamen 23.593.000 balen.
Het Nationale Koffie-Departement van Brazilië seinde
gisteren uit Rio, dat volgens de laatste telling de oogst-
raming 1933134 voor Sao Paulo wordt verhoogd van
20.500.000 balen op 22.000.000 balen. Sommige insiders in
Brazilië achten deze raming feitelijk iets te hoog, doch
daartegenover staat, dat andere beweren, dat eer
01)
25.000.000 balen moet worden gerekend. omdat ditmaal
het aantal nieuwe boomen, dat in productie komt, zoo
groot is.

Volgens pat-ticuliere berichten, in den laatsten tijd van
verschillende zijden ontvangen, zouden de groote omvang
van
den tegenwoordigen oogst en de langdurige droogte
ooi-zaak zijn, dat de koffieboomea in Brazilië er verarmd
en uitgeput uitzien, waardoor de vooruitzichten voor den
volgenden oogst slecht worden genoemd. Hierbij mag even-
wel niet over het hoofd worden gezien, dat het voor een
beoordecling van de vooruitzichten nog veel te vroeg is,
aangezien voldoende iiecrslag in de volgende maanden uit den aard der zaak aan de boomen nog veel goed kan doèn.
Overigens is het bekend, dat op een zeer grooten oogst
gewoonlijk een veel kleinere volgt, al kan dit ook niet als
een axioma worden aangenomen.
De vooruitzichten voor den nieuwen Colombia-oogst zijn
gunstig en wederom wordt een toeneming van ddn tot
tweehonde rdduizend halen verwacht.
Berichten uit Guatemala melden, dat de bereiding van
den oogst aldaar door hevige regens een maand ver-
traagd is.
De raming van den volgenden Salvador-oogst is thans
ca. 700.000 balen of één vijfde lager dan dc opbrengst van
den vorigen oogst.
Van Nicaragua luideis de berichten zeer gunstig, doch
de oogst van Itaiti, die enkele weken geleden is begonnen,
wordt ongeveer 20 % kleiner geschat dan veileden keer.
De kost- en v,rachtaaiibiedingen van Biazilië zijn op
het oogenblik, onder aftrek van het op ca. 15 dollarcents
geschatte voordeel van de bijlevering der bekende bonus
van 10 %, voor gewoon goed beschreven Superior Santos
op prornpte verscheping ongeveer $ 9.30 ik 9.60 per cwt.
en voor dito Prime ongeveer
$
9.45 it 9.80, terwijl zij voor
Rio type New-York 7 met beschrijving, prornpte versche-
pg, bedragen $ 7.90 & 8.05. Bij den dollarkoers van heden
staan deze aanbiedingen gelijk met onderstaande prijzen
in gouddollars:

Santos Superior – $ 6.45 it 6.65
:prime

– ,, 6.55 it 6.80
Rio 7

– ,, 5.50 it 5.60

wat, in vergelijking niet een week geleden, 0.25 it 0.35
gouddollar Per cwt. lager is.
De prijzen in de eerste hand in Nederlandsch-Indië zijn
onveranderd. Alleen van de betere ongewasschen Robusta
is de prijs
Y.
et. hooger. Op het oogenblik zijn de prijzen
aan te nemen
01):
Palembang Robusta, October/November verscheping,

1034
ct.; Benkoelen Robusta, October/November versche-
ping, 10% ct.; ‘Mandheling Robusta, October/November
vet-scheping, 12% ct.; W.I.B. f.a.q. Robusta, October/No-
vernhe! verscheping, 1.3% ct., alles per
34
E.G. cif, uitge-
leverd gewicht, netto contant.
Aan cle Rotterdamsche termijnmarkt waren de noteerin-
gen 5,4 &
34
ct. hooger en zij zijn thans voor October,
December. en Maart 1034, Mei 10
5
/s en September 10% ct
De officicele loco-noteering van Superior Santos bleef
onveranderd 18 ct. pci 34 K.G., terwijl die van Robusta
van 18 op 17 ct. verlaagd w’erd.
:0e slotnotee ringen te New-York waren:

Gemengd contract

Santos contract
(basis Rio No. 7)

(basis Santos No. 4)
Dec. Mrt. Mei Sept. Dec. Mrt. Mei Sept.
23 October . $ 5.43 5.53 5.59 5.70

7.84 7.93 7.96 8.17
16 October .,,.5.30 5.42 5.52 5.68

7.65 7.77 7.81 8.08
9 October .,,5.85 5.95 6.- 6.13

8.17 8.29 8.35 8.64
2 October . ,,5.96 6.05 6.13 6.25

8.37 8.47 8.56 8.72

Rotterdam, 23 October 1933.

N.B. De prijsstatistiek is in het ,,Economi8ch-Statistisch
Kwartaalbericht” opgenomen.

Productie
Ontvangsten ………….
Totaal sedert 111 ………
Verscliepingen ………..

AANVOEREN in tong van 1000 KG.

Rotterdam
Amsierdam
Totaal

Art/kelen
15121 Oct.
Sedert
Overeenk. 1521 Oct.
Sedert
Overeenk.
1933 1932 1933
1Jan. 1933
tijdvak 1932
1933
1Jan. 1933
tijdvak 1932

55.459
1.262.482
1.177.545 440
22.691 7.800 1.285.173 1.185.345
1.1.9
2
7
334.634 413.016
– –
2.198
334.634 415.214
Tarwe

……………..
Rogge

……………..

18.365
20.258

25
244 18.390
20.502
Boekweit ………………

Maï

……………….

2.2
s

7
1

844.991
1.090.437
8.695
171.170
277.234
1.016.161 1.367.671
2
8.
2
0
2

366.821.
403.683
560
35.068 25.381 401.889
429.064
4.312
113.226
157.931

3.808
3.241
117.034 161.172
2.650
165.819
237.592
1.100
198.502 318.801
364.321
556.393

Gerst

……………..
Haver

……………..

5.321
103.500 77.168

200
50
103.700
77.218
Lijnzaad

……………
Lijnkoek

……………
15.069
20.693
154
5.425
10.882
20.494
31.575
Tarwemeel

………….553
Andere meelsoorten
. . .
..
1.027
43.137 36.838
15
7.812
10.896
1

50.949
47.734

Economïsch~Statistisch

Kwartaalberi*cht

(Bijvoegsel van het Weekblad ,,Economisch-Statistische Berichten”)

Bijvoegsel No. 11

25 October 1933
UITGAVE VAN HET

NEDERLANDSCH ECONOMISCH INSTITUUT

NEDERLANDSCH ECONOMISCH INSTITUUT.

Gevestigd in de Nederlandsche Handels-Hoogeschool

11

Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam

Curatoren:

Mr. G. VISSERING, Voorzitter

Ir. A. PLATE, Onder-Voorzitter

C. H. VAN DER LEEUW, Penningmeester

Mr. W. M. VAN LANSCHOT
E. D. VAN WALREE

Directeuren:

Prof. Mr. F. DE VRIES

Prof. Dr. N. J. POLAK

Prof. Dr. G. M. VERRIJN STUART,

Directeur-Secretaris

Dr. H. M. H. A. VAN DER VALK,

Adjunct-Secretaris

Art. 2 der Statuten:

,,DoeI der Stichting is in het algemeen de bevordering van de

bestudeering van economische vraagstukken en in het bijzonder het

verzamelen van en uitwerken van economische gegevens door aan het

Instituut daartoe te verbinden krachten; voorts alles wat met dit doel

in middellijk of onmiddellijk verband kan worden geacht te staan.”

NEDERLANDSCH ECONOMISCH INSTITUUT

Publicatie No. 1

Groot- en kleinhandeisprijzen in Neder1and en België

door A. J. W. RENAUD

(2 deelen
f
5,—)

Publicatie No. 2

De betrekkingen tusschen banken en industrie in België

door Dr. H. M. H. A. VAN DER VALK

(f
4,—)

(Vervolg op blz. 3 van den omslag)

E

Kwartaa: lbericht

Uitgave van het Nederlandsch Economisch Instituut

(Bijvoegsel van het Weekblad ,,Economisch-Statisilsche Berichten”)

No. XI

WOENSDAG, 25 OCTOBER 1933

INLEIDING.

Het afgeloopen kwartaal heeft gestaan in het tee-
ken van internationale verwarring eenerzijds, en van
een aantal niet ongunstige verschijnselen, die zich
meer tot de nationale volkshuishoudingen beperkten,
anderzijds.
Wat vooreerst de internationale betrekkingen be-
treft, zoo heeft de mislukking van de Londensche
Conferentie wel zeer duidelijk getoond, dat het in de
huidige omstandigheden een vrij hopeloos streven is
om langs den weg van internationaal overleg tot ver-
betering van de conjunctuur te geraken. De mone-
taire instabiliteit belemmert het internationale ere-
clietverkeer, dat belangrijk is ingekrompen, en maakt
anderzijds een oplossing van de handelspolitieke
vraagstukken en eene opheffing of vermindering van
handelsbelemmeringen, althans op eenigs’zins ruime
schaal, ondoenlijk.
• Deze verwarring op internationaal gebied heeft
•intusschen niet belet, dat in een aantal landen de
conjunctuur zich in de afgeloopen maanden niet on-
belangrijk heeft verbeterd. Zooals wij hierna nog in
dit Kwartaalbericht zullen uiteenzetten, zijn niet
slechts in de landen, die den gouden standaard heb-
ben verlaten of daaraan zooals in Duitschland –
nog slechts op papier trouw zijn gebleven, teekenen
vhn verbetering aan te wijzen, doch ook in enkele
,,goudlanden”. Het sterkst is de opleving geweest in
de landen, die tot de meest krachtdadige maatregelen van monetairen aard zijn overgegaan, maar dit neemt
niet weg, dat zij zich ook elders manifesteeien. Ons
land maakt daarbij voorloopig geen bijzonder fraai
figuur. Van een eigenlijke opleving kan ten onzent
ng slechts in enkele gevallen worden gesproken en
het geheel is nog zoo uitermate onzeker, dat men het
afgeloopen kwartaal veeleer een periode van ,,her-
ademing’? dan van opleving kan noemen. Dit valt niet-
te verwonderen, wanneer men bedenkt, dat ons land zich afkeerig heeft betoond van monetaire impulsen
voor het economisch leven, dat het in hooge mate
afhankelijk is van het internationaal verkeer eener-
zijds en van den gang van zaken in Indië anderzijds,
1wee gebieden; die nog steeds ten zeerste onder de
depressie’ lijden en tenslotte dat ons kostenpeil een
zeer groote mate van verstarring vertoont, waardoor
de aanpassing van ons economisch leven bij de gewij-
zigde omstandigheden wordt bemoeilijkt. De alge-
meene depressie heeft zich in ons land bétrekkelijk
laat doen gevoelen; in het licht van de zooeven ge-
noemde factoren is het wel waarschijnlijk te achten,
dat ook eene opleving zich hier eerst laat zal mani-
festeeren.
De opleving, die in verschillende landen kan wor-
den waargenomen en waarvan uiteraard moet worden
afgewacht, of zij duurzaam zal zijn, is niet gepaard
gegaan met een evenredige
stijging
van handel en
verkeer. ‘Integendéel, meer en’ ‘meer kan men waar-
nemen; dat het streven naar een zekere autarkie er
toe leidt, dat eenerzijds het verkeer afneemt, ander-
zijds zekere structuurveranderingen in het economisch
leven, inzonderheid in de verhouding van landbouw
en industrie, worden voltrokken. Wij vestigen vooral
de aandacht op het laatste pimt, waarop wij later in

dit Kwartaalbericht nog terugkomen. In onze door
protectie in onnatuurlijke banen geleide wereld kan
men waarnemen, hoe laatstelijk eenerzijds de land-
bouw zich verplaatst van landen met lagen naar lan-
den met hoogen kostprijs, en hoe noodwendig daar-
mede een proces van verschuiving in de industrie
gepaard gaat, die buiten het agrarisch-protectionisti-sche Europa sneller toeneemt, dan in ons werelddeel.
Ook hier moet worden afgewacht, in hoeverre deze
verschuiving blijvend zal zijn. De ervaring leert
echter, dat protectie zeer vaak een duurzaam karak-
ter aanneemt, vooral wanneer groote en sociaal mach-tige groepen er op steunen. Dit overwegende, meenen
wij,
dat er veel ,kans is op een blijvende structuur-
verandering.
Dat eenige prognose in de huidige, vooral door het
optreden der Vereenigde Staten zeer onbestendige
omstandigheden niet wel mogelijk is, ligt voor de
hand. Wat echter de beooi-deeling van het heden be-
treft, zoo meenen wij te moeten waarschuwen tegen
een ernstige fout, die dikwijls gemaakt wordt. Bij
de critici van bepaalde conjunctuurpolitieke maat-
regelen is al te vaak de wensch de vader der gedach-
te. Dit komt vooral tot uiting bij de beoordeeling
van de Amerikaansche experimenten. Dat de daar-
van door velen gekoesterde verwachtingen voorshands
niet in vervulling zijn gegaan, kan worden erkend. Het
is echter voorbarig om, zooals vooral hier te lande vaak
geschiedt, te ,spreken van eene volkomen mislukking
van het Amerikaansche experiment. Een nuchtere
beoordeeling van den huidigen toestand leert, dat on-danks belangrijke terugslagen’ de toestand in de Ver-
eenigde Staten beter is dan tevoren. Dat wil vol-
strekt niet zeggen, dat het experiment feilloos was
en dat daaraan naast mogelijke voordeelen niet ook
groote nadeelen verbonden zouden zijn. Wij waar-
.schuwen echter tegen de begrijpelijke, doch verkeerde
neiging om al te spoedig het woord mislukking in
den mond te nemen. Meer dan ooit is thans een nuch-
ter onderzoek van de beschikbare gegevens noodig,
waarvan wij er met betrekking tot den huidigen
conjunctuurtoestand thans een aantal doen volgen.

INHOUD:
BIz.
Inleiding

……………………………
.

CXXI
De

ioop

der

P’i»

…………………..
.
CXXII
Wereldproductie

……………………..
CXXIII
Productie van voedings- en genotmiddelen
CXXIII
Productie van metalen en andere grondstoffen
CXXIV
Voorraadstatistiek van

groothandelsartikelen
CXXV
Structuu rveranderingen

op

agrarisch en

in-
dustriëel

gebied

…………………….
CXXVII
Industriëcle

productie

…………………
CXXVIII
Geld-

en

kapitaalmarkt

……………….
CXXIX
Deviezenmarkt

………………………
CXXX
Lijnen betreffende de conjunctuur in Nederland
CXXXI
Crisiswetgeving

in

Nederland

………….
CXXXV
Het

prijsverloop

van

grootha ndelsartikelen
gedurende het derde kwartaal van 1933

..
CXXXVII
Statistisch

overzicht van. groothandelsprijzen
CXXXVIII
De economische toestand

van

Nederlandsch-
Indië. Duitschland,

Groot-Brittannië en de
Vereenigde

Staten

……….. ………….
CXXXVIII
Conju nctuu rgegevens

beti:effende

Nederland,
Ned.-Indië,

Duitschland,

Groot-Brittannië

CLII
en

de

Vereenigde

Staten

…………..’.’.

CXXII

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

25 October 1933

DE LOOP DER PRIJZEN.

De prijsbeweging van grondstoffen en voedings-

middelen was in het afgeloopen kwartaal in het
algemeen tegengesteld aan die van het tweede kwar-
taal. Toen was bijna over de geheele linie een prijs-
stijging te constateeren, die ongeveer tot half Juli

heeft aangehouden. Daarna zijn de prijzen, met een
geringe onderbreking in het begin van September,
weder gaan dalen. De ontwikkeling is echter niet
uniform geweest. De prijzen van enkele artikelen
(pertroleum, wol, hout, rubber en thee) zijn sedert

begin
,Tuli
per saldo nog gestegen, terwijl die van
vele andere daarentegen zijn gedaald, ja, hier en

daar werden in goudprijzen gerekend, nieuwe laagte-
punten bereikt (tarwe, rogge, maïs, gerst, suiker,

copra, steenkolen, koffie, cacao).
Het indexcijfer van groothandeisprijzen heeft

slechts in Italië een nieuw laagtepunt bereikt; in

enkele andere goudianden is het daarentegen geste-
gen. Wegens de nog steeds in omvang en grootte toe-
nemende beschermingsmaatregelen in de verschillen-
de landen, zit ook in de prijsbeweging op de binnen-

landsche markten veel meer dan vroeger een kunst-
matig element. Wij zullen dit verschijnsel, dat in
enkele landen groote afmetingen heeft aangenomen,

even illustreeren aan de hand van de volgende tabel ‘).

Daling in procenten van cle cletailprijzen van voedingsmid-
delen (1929-1932) in de iinportlanden en de exportianden.

Exportlanden van i)aling in Importianden van Daling

voedingsmiddelen procenten voedingsmiddelen
1
in proc.

Necl..Indië ……….52

Italië ………….
.22

Bulgarije

39

Zwitserland …….
1
9

.. ..

.

Canada ……

.37

Zweden ………..17
Vereenigde Staten

$5

Frankrijk ………1
4

Zooals hieruit blijkt is de daling van de detail-
prijzen van voedingsmiddelen in de uitvoerlanden
veel grooter dan in de invoerlanden. Daarom kan

een stijging van• de indices van groothandelsprijzen
niet altijd als een natuurlijke verbetering van den
tôestand op de wereldmarkten worden beschouwd.
In tegenstelling tot het feit, dat de indexcijfers
van voedings- en genotmiddelen begin October een
nieuw laagtepunt hebben bereikt, bevindt het index-
cijfer van grondstoffen zich nog steeds boven het

) Ontleend aan de belangwekkende publicatie van den
Volkenbond ,,La production mondiale et les prix” (Ge-
nève 1933, blz. 118).


_____ _____
___________
L
_____
MOODYS
INDEX

/
INDEX GROOTH.PRIJZEN
V.S
(IRVING
FISHER

-.
INDEX GROOTHANDE1SIJZEN
ENGELAND

APRlL

MCI

r
‘•I

Jj1I

laagste niveau. Hiervoor kunnen de volgende oor

zaken worden genoemd:
lo. de bedrijvigheid is in een aantal industriëele
landen sterk gestegen, hetgeen tot een grooter ver-

bruik van grondstoffen heeft geleid;
2o. voorzoover de productie niet sterk of in het
geheel niet is uitgebreid, leidde dit mede tot een ver-
mindering van de voorraden;
3o. bij de voorraden is waarschijnlijk een verschui-
ving ingetreden van de zichtbare naar, de onzicht-

bare, hetgeen gestimuleerd is door monetaire facto-
ren. Dit verschijnsel, dat in de Ver. Staten door de
steeds verdergaande depreciatie van den Dollar
groote afmetingen heeft aangenomen, zal zich zonder
twijfel ook in de goudianden hebben voorgedaan. Die
producenten, welke over liquide middelen beschikten
en kleine voorraden van grondstoffen aanhielden,
zullen waarschijnlijk met het oog op het dreigende
gevaar van het loslaten van den gouden standaard

hun voorraden hebben aangevuld.
De twee laatstgenoemde factoren hebben vanzelf-
sprekend een krachtige impuls aan de prijsstijging
gegeven. Zij zijn echter slechts van tijdelijken aard
geweest en toen hun invloed was uitgewerkt, moest
dit vanzelfsprekend tot een terugslag voeren, omdat
daarna-. de reëele vraag weer de prijsvorming ging

155

15′)

142

13

12

11C

mc

18
September 1931
=
100
1913= 100
1914
=
100
1913
=
100

lndexc. ,,The Economist”

Data
Totaal

Grond-
1i
Zweden’)
Z
c
index

stoffen

.
in

in
.:
,

n
n
N
,
0
papier$

30Dec. ’31
108.9 117.1
94.4
96.1
93.4 96.9 94.6
85
109.9 (76.5)
119
83.1
103
131.0
105
110.0
114.1

27 Jan. ’32
108.3
115.7
93.8
93.5
93.6
95.8
91.6
84
108.5 (77.6)
118
80.8
101
130.0
104
108.4 120.5

29 Juni
1
32
97.4 99.3 80.5
86.4 91.5
89.5
88.1
78
107.5 (75.0)
113
74.7
95
127.8
94
104.0
110.6

21 Sept.’32
106.0 117.4
89.6
90.5 89.7 91.2 87.1
76
109.4 (72.6)
119
77.0
95
132.4
92
104.5 126.5

14Dec. ’32
102.2
112.1
78.2
85.1
87.9 91.4
85.0
77
106.7 (71.2)
119
75.4
92
125.6
88
100.0
139.5

11 Jan. ’33
1018
109.7
80.3
83.1
87.1 90.7
83.8
75
104.1

(70.9)
117
75.3
91
123.5
87
99.8
139.8

25 Jan. ’33
101.3
107.7
78.0 80.5
88.1
90.2 83.8
– –
8Febr.’33
100.0
105.2
77.2
80.2
88.1
89.8 83.2
74
103.6 (70.4)
124
74.6
90
122.2
86
99.3
135.7

8 Mrt. ’33
99.2
105.1


87.2
88.0
84.1
72
103.6 (70.2)
123
73.5
90
122.5
85
100.6
134.0

5 Apr. ’33
98.2
102.9
82.0 81.5 87.0
86.2
83.2

103.9

(69.2) 122
72.2
91
124.8
83
102.1 133.1

19Apr.’33
98.7
104.6
88.7
82.8 87.5
86.2
83.4
71

17 Mei ’33
103.1
112.5
104.5 87.9
86.1
86.0
84.8
72
104.6

(67.2)
123
72.3
92
129.2
82 104.5 133.6

14Juni’33
105.5
115.0
110.6
92.1
87.0 86.9 85.4
73
104.6 (67.5)
123
73.1
91
132.3
83
.105.6
135.7

12 Juli ’33
109.1
119.9
129.2
99.8 90.2 86.5
86.1
73
105.9

(67.7)
125
72.9
92
133.7

110.1 137.6

26Juli ’33
108.1
120.6
124.7 100.9
99.7
86.2
86.6

– –



83
– –

9 Aug.’33
107.6
118.6 122.1
101.9
88.6 86.4
86.7
73
106.6

(67.1)
126
72.2
91
133.5

108.4
136.0

23 Aug.’33
107.9
116.9
119.0
102.1
89.5 86.2 86.6
– –
– –

6Sept.’33
168.6 118.4
118.2 102.8
88.8
86.3
86.6

108.0

(65.0) 128
71.5
20Sept.’33
108.1
116.9
120.7 103.7
87.5 85.8
87.5
75
– –

4Oct. ’33
107.2
114.8 119.4
103.1
87.2 84.9 87.8
18Oct. ’33
106.4
112.8
109.1 104.7
1
)
87.5])
83.2
1
)
87.8
1
)

1)
Deze cijfers hebben betrekking op 11 Oct.
2)
Maandgemiddelden. Cijfers tusschen haakjes goudpariteit.

.25:’Octohei. 1933

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

CXXIII

beïnvloeden. In den laatsten tijd is dan ook gebleken,
dat de prijsstijging van clie artikelen, wier
ncarlci-
‘positie was verbeterd, over het geheel kou blijven ge-
handhaafd, terwijl de prijzen van die producten,
welke zuiver uit infltieanst sterk waren gestegen,
weder terugvielen, toen natuurlijke factoren weer
cle prijsbeweging gingen bepalen. Wij zullen van dit
verschijn sel aanstonds enkele voorbeel den geven.
Uit cle rievenstaancie grafiek, waarin de depre-
ciatie van het Pond en den Dollar ten opzichte Van
den Gulden cii daarmede tevens van elkaar goed tot uiting komt, blijkt, dat de groothandelsprijzen in cle Ver. Staten (Irving Fisher) zijn blijven stijgen. Daar
sedert het midden van Juli de Dollar per saldo wei-
nig is gedaald, is dus tevens de spanning tusschen
de binnen- en buitenlandsche waarde van den Dollar
ierminderd.
Terloops merken wij hier nog op, dat de depre-
ciatie van den Dollar nog niet grooter is dan die
van het Pond. De beide k-eeren, nadat de Dollar het
Pond ,,raakte”, dus de vroegere goudpariteit werd
hersteld (midden Juli en midden September) her-
stelde de Dollar zich niet onaanzienlijk.

Wereldproductie.

• In de laatste maanden heeft zich in cle wereldpro-
cluctie op bepaalde gebieden een verandering vol-
trokken, die een gunstigen invloed op de interna-
tionale conjunctuur kan gaan uitoefenen, indien deze
beweging van permanenten aard blijkt te zijn. De
loop van de conjunctuur, die zich in de wereldpro-
ductie weerspiegelde, gaf tot dusver het volgende
beeld te zien: sterke daling van de industriëele be-
drijvigheid in
bijna
alle landen ter wereld (uitgezon-
clerd Rusland en Japan), afnemencle productie van
grondstoffen
als
gevolg van de verminderde vraag
naar industriëele producten, daarentegen een vrij-
wel gelijkblijvende productie van voedingsmiddelen.
Dit laatste was voor een belangrijk deel toe te schrij-
ven aan. de ‘protectionistische maatregelen in ver-
schillende (vroegere) invberlauden van voedingsinid-
delen. Dientengevolge had dus de stabiele productie
niet een stabiel vervoer van deze producten tenge-
volge. Om deze redenen is de wereldhandel in de
laatste jaren eveneens sterk afgenomen. Een en an-
der wordt nog eens duidelijk geïllustreerd door de
volgende tabel, ontleend aan cle zoo juist genoemde
publicatie van het Economisch Secretariaat van den
Volkenbond, clie zooals steeds be]hngwekkend mate-
riaal over den eccinoniischen toestand in de wereld
bevat.

Limdices van de Wereld pro(,luctie enz
(Basis: Gem.
1925129 – 100)

1925119261
1927
1928

1929
19301
19311932
1)

A. Productie van
onbew.

voecli ngs
middelen,

grond.
.96
96 99
103
106
102
98
94
Waarvan:
Onbw. voedingsni
OS
97 09
103
103
103 102
103
Grondstoffen
.
92 94
99
104
iii
102
91
7,9
Agrarische procl:
OS
97
99
103
104
1103
103
102
Niet agrarische

stoffen
…………

.proclucten
90
92
100
105
1.14
101
,
86
73

B.
Volumen van cle
interimat. handels-


92
94
101.
105
iii
102
93

80

C.
Industrieele be-

beweging

………

clrjvigheid.
Wereld z..Iltislaiicl
93
94
lOO
1.03
110
96 84 69
Wereldm.Ruslancl
92 94 100 104
‘111
100
90
77
1)
Voorloopig

Bij de beschouwing van. deze’ tahél moet men et
rekening mede houden, dat de voorraden van de
belangrijkste voedigmiddelen nog steeds zeer ‘groot

zijn, vooral vami tare: Een. • vermindering van de
tarweproductie zou daarom met het oog op het dalen-
de verbruik een betere aanpassing teweeg brengen en

dientengevolge een opwaartscheu druk op de prijzen
kunnen uitoefenen. De mogelijkheid daartoe is ge-
schapen door het slage,n van de Londcnsche Tarwe-conferentie, waarbij overeenstemming is bereikt tus-
schen de vier groote ta rwe-exporteerendc landen
(Ver. Staten, Argentinië, Canada e.n Australië), de
groote Europeesche exportianden en de invoerlanden.
Deze overeenkomst zal eerst in 1934 zijn uitwerking
op de productie kunnen doen gevoelen.
Indien deze overeenkomst door de aangesloten lan-
den wordt nagekomen, de beperking van den uitvoer veneens leidt tot een beperking van de productie en de oogstresultaten niet te gunstig zijn, is het volgend jaar met een vermindering van cle tarw’eproductie te rekenen. Op dit gebied zijn cle perspectieven dus in-
derdaad gunstiger dan zij de laatste jaren zijn ge-
weest.
Hetzelfde geldt voor de indu.striëele productie, die
bijna overal, zeer sterk was gedaald. Dc jongste op-leving in de Ver. Staten, de verbetering van de con-junctuur in Duitschland, Engeland en enkele andere
landen zullen, indien zij van blijvendeti aard zouden
zijn, haar gunstige uitwerking op de grondstoffen-
markt, die thans reeds is waar te nemen, blijven be-
houden
Tegenover deze betrekkelijk gunstige factoren staan
nog altijd een grodt aantal onzekere factoren, die
op de in de laatste maanden waar te nemen opleving
een ongunstigen invloed kunnen uitoefenen. Dit zal
uit het onderstaande nader blijken.

Productie van voediags- en genotmiddelen.

Zooals reeds gezegd, kan het slagen van de Lon-
densche Tarweconferentie waarschijnlijk een gunsti-
gen factor vormen voor de vermindering van de
productie van tarve.’ Men dient niet uit het oog te
verliezen., dat te Londen overeenstemming is bereikt
over den
uitvoer,
niet over de productie, daar’ dit
dbor imllerlei moeilijkheden niet was te bereiken. De
vier groote uitvoerlanden zullen intusschen de groot-ste offers moeten brengen. Dit behoeft geen verwon-dering te wekken, daar immers tegenwoordig de lan-
den niet cle gunstigste productievoorwaardeu als ge-
volg van protectie in andere landen een deel van
hun productie moeten overlaten aan die landen,
welke duurder produceeren.
Hèt is in dit verband met zonder belang om hier
cijfers te vermeldeh omtrent de
stijging
van de pro-
ductie in de vier grootbte exportlanden sedert de
periode van vôér den oorlog. De volgende gegevens
vaji het Food Research Institutc van de Stanford
IJniversity, die wij ontleenen • aan de Septemberaf-
levering van cle Westminster Bank zijn in dit opzicht zeer illustratief.

J aargeniidclelden voor verschillende perioden.

La.
t
1

19051 1919
k
.
19251
1937
1)

Gemiddelde oppervlakte iii niillioenen acres.

Canada

………………..’
8.4
21.2
24.2 27.2
48.1
61.9
57.8
55.2
Vereenigde Stateim
………..
15.3
16.3
20.0
.19.8
Argentinië

……………..
Australië

……………….
7.0 9.2
14.0
15.6

Gemiddelde opbrengst
in
busltels per
•acre.

18.9 14.9
17.1
15.8
14.9 13.6 14.3 13.2
Canada

………………….
Vereenigde Staten

…………
10.1
12.3 11.9 11.9
Argentinië

………………
Australië

………………..
10.3
13.0
11.5 12.8

Gemniciclelde productie in
amilliocnen busliels.

315.6 415.5
4255
715.7
843.4
825.0
726.8
Canada
………………….158.4
Vereenigde Staten
………..
Argentinië

……………..
154.4 199.8
237.8
235.4
Australië

………………..
72.0
120.0
160.5
200.0
1)
Schatting.

CXXIV

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

25 October 1933

De stijging van de productie in Canada en de

Ver. Staten na den oorlog is uitsluitend een gevolg
van de uitbreiding van de bebouwde oppervlakte; in
Argentinië en Australië is, vergeleken met de periode
1905/’14 ook het rendement per eenheid van opper-

vlakte gestegen.
Ondanks de betrekkelijk gunstige resultaten van

de Tarweconferentie, zijn de prijzen eind September, begin October opnieuw gaan dalen, voor een deel als gevolg van de gunstige oogstresultaten. Naast de uit-

breiding van de bebouwde oppervlakte in de invoer-
landen in de laatste jaren zijn de moeilijkheden thans
nog vergroot door de gunstige opbrengsten in de
Europeesche landen. De Europeesche tarwe-oogst
(zonder Rusland) wordt door het Internationaal

Landbouw Instituut geschat op 450 millioen quinta-
len, hetgeen 45 millioen meer is dan verleden jaar

en 72 millioen quintalen meer dan het gemiddelde
van de periode 1927-1931. Tegenover deze vermeer-
dering van 45 millioen quintalen in Europa staat een

daling van de Noord-Amerikaan sche productie van
99 millioen quintalen tengevolge van een verminde-ring van de bebouwde oppervlakte en slechte oogst-
resultaten. Het Int. Landbouw Instituut wijst erop,
dat de beteekenis van de daling van de voorraden in

de Ver. Staten en Canada, als gevolg van de ver-
minderde productie, zal afhangen van de hoeveelhe-
den, die Rusland op de wereldmarkt zal aanhiéden,
van de oogsten van Argentinië en Australië en van
de hoeveelheden, die de Oostersche landen zullen op-

nemen.

In de positie van
suiker is
over het algemeen wei-

nig verbetering gekomen. Weliswaar zijn de wereld-
voorraden niet onbelangrijk gedaald, maar het stre-
ven naar zelfgenoegzaamheid van de invoerlanden is blijkens de jongste productiestatistieken eer toe- dan
afgenomen. De eerste raming van Licht van begin

October
1)
hetr. de Europeesche bietsuikerproductie,
die wegens het droge weer bijna 200.000 ton lager

is dan de Augustusraming van Dr. Mikusch
2)
wijst

duidelijk op de tendens naar autarkie. De productie
van de Europeesche invoerlanden, zooals Engeland,
Nederland, Denemarken en Zweden, is weer verder

gestegen.
Wat beteekent onder deze omstandigheden een ver-
mindering van de wereldvoorraden
3),
indien tegelijker

tijd de wereldmarkt steeds kleiner wordt en de strijd
om het bestaan van de landen met den laagsten kost-
prijs steeds heviger? Wil men nog eens een duidelijk beeld zien van de ernstige moeilijkheden, waaronder
de exportlanden hebben te lijden; dan bestudeere men
de onderstaande gegevens betr. de resultaten van het
Chadhourneplan in het eerste en tweede quota-jaar

(de cijfers luiden in tons).

1930131

v ur5un. ‘
1931132

I
Ie Quota-jaar ttiSSCh.
1
2e Quota-jaar tuSSCh.

quota
1

quota
1
_Ouota 1 Export.I en exp. 1 Quota I Export. en exp.

Duitschland
1)

…..
500.000 414.375 85.625 350.000 99.253 250.747
Tsjecho.Slowakije
2
) 570.817 556.012

14.805 581.777 493.013 88.764
Polen’)
…………..
308.812 301.408

7.404 315.205 238.857

76.348
Hongarije ‘)
……..
..84.100

83.310

790

86.041

56.916

29.125
België’)
………….
30.275

36.511 + 6.236

24.724 – 7.627

32.351
Joego-Slavië
1)
….

15.000- 1.284

16.284
Totaal Europa… 1.494.004 1.391.616 102.388 1.372.747 879.128 493.619
1931132

1932133
Java
3)
…………..
2.300.000I 1.542.042 757.958 2.400.000I 1.331.472 1068.528
1931

1932
Cuba(buit.Ver.St.)
4
) 655.0001 640.194

14.806 5)905.574 912.028 + 6.454
Peru
4)
…………
360.0001 336.168

23.832 373.750 320.001

53.749
1)
Sept.Aug.
2)
Oct.ISept.
3)
AprillMrt.
4)
Jan/Dec. 5) 985.000 tons
minus 79.426 tons, her-exporten Ver. Staten.

De uitvoer van. de Europeesche
exportlanden
is in

het tweede quotajaar sterk gedaald; geen enkel land
heeft zijn toegestaan quotum kunnen exporteeren.
Hetzelfde, maar in veel heviger mate, geldt voor

Zie E.-S. IB. van 11 October
1933:
Zie E.-S. B. van
30
Aug. ji.
Deze daling is waarschijnlijk bovendien nog voor een
belangrijk deel aan seizoensinvloeden toe te schrijven.

Java. Alleen Cuha heeft zijn uitvoer niet alleen tot,
maar zelfs boven zijn quotum kunnen opvoeren.

De prijs van
thee
is in de laatste maanden aanmer-

kelijk gestegen als gevolg van de restrictie. Het is
echter nog te vroeg om de resultaten van dit schema,
dat Ned. -Indië, Br.-Indië en Ceylon omvat, te kun-
nen beoordeelen. De moeilijkheden hebben zich in de
laatste jaren vooral verscherpt door de groote pro-

ductie van Br.-Indië, zooals
blijkt
uit de onderstaande

tabel.

Uitvoer van Thee (in metrieke tonnen).
1)

Mei, J

I
uni en Juli

Twaalf maanden

L a ii d e
is

1 juli-30
Juni

1933

1

1932

1
1932133
1
1931132

Ceylon ………
28.138

33.690

109.674

111.575
Britseh-Indië •

22.122

28.401166.619

155.559
Ned.-Indië

15.867

19.621

71.163

73.324
Japan

3.339

2.594

13.488

11.154

1)
Ontleend aan het Internationaal Landbouw Instituut,
met uitzondering van die van Ned.- Indië. (Ver. voor de Thee-
cultuur in Ned.-Indië).

Uit deze tabel
blijkt,
dat de uitvoer van thee in de

drie tot de restrictie-overeenkoinst toegetreden lan-
den in de maanden Mei, Juni en Juli reeds is afge-
nome.n. Daarentegen heeft een van de belangrijkste
outsiders (Japan) zijn uitvoer in dezelfde periode
opgevoerd. Ook hier werkt dus reeds weer het ver-
schijnsel van een toenemende productie .van de out-
siders. Daar de drie tot de restrictie toegetreden lan-den ongeveer 85 pCt. van de wereldproductie voort-
brengen, is dit verschijnsel nog niet gevaarlijk voor
de restrictie-overeenkomst.
Men doet echter in elk ge-

val goed het gevaar niet te onderschatten.
De invloed

van de outsiders
bij
de tinrestrictie heeft in dit op-
zicht voldoende geleerd.

Koffie
behoort tot die artikelen, waarvan de goud-

prijzen
zijn
blijven dalen en een nieuw laagtepunt
hebben bereikt, ondanks de verwachtingen van een geringeren oogst in 1934. De voorraden zijn echter
nog steeds zoo groot, dat de nieuwe oogst al heel ge-
ring moet zijn, indien hij een belangrijke verlichting
zal willen brengen. De vernietigingscampagne wordt
nog steeds met kracht voortgezet. Van begin 1931 tot

30 Sept. 1933 zijn volgens den Nationalen Koffie-

Raad vernietigd:

6.948.000
balen te Santos

1.530.000

,,

,, Rio
de Janeiro

633.000

.,,, Victoria

13.500.000

.,

in Sao Paulo

496.000

.,

op
verschillende andere plaatsen

tezamen
23.107.000
balen

Deze hoeveelheid komt ongeveer overeen met het
wereldverbruik van koffie in een jaar.

Productie van metalen en andere grondstoffen.

De prijs van
tin,
die na den val van den Dollar

sterk is gestegen, heeft zich in de laatste maanden
op een hoog peil kunnen handhaven. Men heeft hier
het voorbeeld van een product, welks prijzen welis-
waar door speculatieve aankoopen omhoog zijn ge-dreven, doch welks stijging voor een belangrijk deel
gerechtvaardigd was door de verhouding van vraag
en aanbod. De voorraden zijn voortdurend afgeno-
men als gevolg van het feit, dat de wereldproductie
sedert den zomer van 1932 beneden het verbruik was
gedaald. Dit gunstige resultaat is bijna uitsluitend
aan de kartelleden toe te schrijven, daar de belang-
rijkste outsiders hun productie in 1932 en de eerste
helft van dit jaar weer hebben verhoogd.
1)

Zooals bekend, zijn, voor het geval het Kartel in
Augustus 1934 wordt voortgezet, maatregelen geno-men om de vergrooting van de productie van de out-
siders ten koste van de restrictie van het Kartel

1)
Zie het artikel ,.Het Internationale Tinkartel en zijn
Outsiders” in E.-S. B…an
20
September ji.

25 October 1933

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

CXXV

tegen

te houden.

De tinproducenten

in

Cornwall
gezien zich daar de grootste voortaden bevinden. De

hebben

vrijwillig

een

restrictie

van

de

productie
jongste opleving heeft het verbruik sterk doen toe-

aanvaard. Het door henzelf vastgestelde quotum van nemen, terwijl in de code voor de koperindustrie een
2200 ton per jaar zegt niet veel, indien men bedenkt,
vermindering

van

de

productie

is

voorgeschreven.

(lat de produètie in 1932 bijna 1200 ton en over de
Beidc factort•n ‘verkn dus een vermindering van de
eerste helft van 1933 bijna 700 ton bedroeg.
voorraden in de haDd. Het verbruik zal echter op

De toestand op

de markt van

koper
blijft nog
een betrekkelijk hoog peil

moeten blijven gehand-

steeds hoogst onzeker. Dit geldt zoowel voor de posi-
haafd, indien de voorraden blijvend zullen vermin-

tie in als buiten de Ver. Staten. Zooals bekend, zijn
deren; de koperpositie is dus zeer nauw afhankelijk

de moeilijkheden in de Ver. Staten het grootst, aan-
van de toekomstige ontwikkeling van de conjunctuur.

VOORRAADSTATISTIEK VAN GROOTHANDELSARTIKELEN.
1)

TIN3)
!i2)
ZINK
1
RUBBER
5
)
SUIKER
6
)
KOFFIE7)
THEE
TARWEIO
KATOEN”)

Wereld
:
Kartel
Wereld Vereen.
Staten Europa
Wereld
Wereld8
L
on
d
en
jste
am
Wereld
Wereld
,
a E
.0
i

1000
,,

E
.
,

t
,’

E
.
.-.-

.
In lOCO
long;
.
In 1000 tons
in mill.
in miii.
in mill.

in rnill.
in mili.
.
1000
in mili.
in 1000
tons
> >
tons

> >
> .
barrels
tons.
tons
> >
balen
>
lbs.

qtrS.
balen
>

1925
17.1
ii


3.3

13

9.6
9

50
187.3
31.5
5.635
26
1926
15.8
ii


3.2

12

10.9
9

53
191.3
57.4 40.5 8.225
35
1927
15.6
11
543
5.7
3.8

15

18.4
9

89
213.0
64.7
47.3
7.037
28
1928
24.9
15
624
6.0 4.4

16

18.8

83
220.5
88.2
50.0 7.024 28
1929
32.4
18
334.5

42
630
5.0
6.7

25

25.1

118
260.4
69.6 72.9
7.234 28
1930 46.6 30

90.5
479.9

69
603
17.4
8.5

31

29.3

131
261.6
68.5 72.9
9.731
32
1031
59.2 42

148.3
623.6

90
568
20.7
8.8

33

34.3

154
244.7
89.4
76.1
10.709
48
1932
55.9
47

177.0 148.5
611.8

92
525
19.5 8.9

33

28.4

121
285.8
64.2
74.1
10.807
49

Jan. ’30
33.3
21
362.2

52
6.6

24

26.2

117 266.6
91.1
72.1
7.421 29
Febr.
37.0
24
392.1

57
7.1

26

26.7

120
267.0
108.4
68.)
6.969 28
Maart
35.3
22
409.3

59
7.7

29

27.5

123
248.9
108.4
64.8
6.436
25
April
41.7
26

45.1
.
408.4

59
7.8

29

29.3

131
234.8
119.6
58.8
5.698
23
Mei
44.4 28

51.7
400.4

58
7.4

28

29.8

134
215.0
126.5
51.5
5.102
20
Juni
46.4
29

57.0 407.2

59
6.8

25

28.4

127
209.1
117.6
47.4 4.756
19
Juli
46.6
30

63.1
414.8

60
6.2

22

27.5

123
201.2
123.3
51.5
4.317
17
Aug.
47.4 30

70.7
431.8

62
5.9

21

29.2

131
214.9
119.6
58.7
4.525
20
Sept.
44.1
28

72.0
449.2

65 5.5

19

27.5

123
223.0
96.8
68.0
5.661
25
Oct.
44.8
28

81.5 448.5

65
613 6.4

22

29.3

131
234.6
89.0
66.1
8.050
36
Nov.
45.4
29

87.9
457.1

66
611 7.7

29

29.5

132
243.5
75.5
67.6
9.068
40
Dec.
46.6
30

90.5
479.9

69
609
8.4

31

29.3

131
261.6
68.5 72.9
9.731
32

Jan.

’31
48.7
34

111.5
498.7

72
603
8.4

31

28.8

129
273.5
84.0
75.2
9.421 42
Febr.
51.8 37

123.2
513.4

74
597 8.7

32:

28.5

128 270.4
91.4
78.8
9.327
41
Maart
51.6 36

130.0

519.0

75 593 9.0

33

28.3

128
242.2
86.5 75.0
9.039
40
April
54.6 38

133.2
524.0

76
591
9.3

34

27.5

123
212.0
94.2
67.1
8.356 37
Mei
58.0
41

140.7
536.9

78
592
8.7

32

26.4

118
205.3
96.9
60.0 7.784
35
Juni
58.8 41

138.1
539.4

78
591
8.1

29

25.5

114
203.0
99.1
55.4
7.222
32
Juli
58.1 41

132.2
551.0

80
587
7.8

27

27.8

125
198.1
102.0
57.8 6.592 29
Aug.
56.7 40

133.5
550.3

80
583
7.8

27

30.0

135
205.9
101.6
62.5
6.177 28
Sept.
56.8
40

131.8
556.9

80
570
6.8

25

31.6

142
195.1
88.3 62.5
7.040
32
Oct.
57.8
41

137.4
583.7

84 557
7.5

28

32.2

144
206.9
85.3
66.1
9.157
41
Nov.
58.7
47

141.1
204.0
607.0

88
553 8.9

30

33.3

149
219.5
81.0
67.7
10.545
47
Dec.
59.2
42

148.3
197.0
616.9

90
557
8.7

33

34.3

154
244.7
89.4
76.1
10.709
48

Jan. ’32
60.4
52

156.4
189.3
646.6

98
568

.
20.7
8.3

31

34.4

146
248.3 83.4 79.0
10.742
48
Febr.
59.6
51

161.9
191.2
634.9

96
568
21.0
8.4

33

34.2

146
240.4 80.2
76.5
10.613
48
Maart
60.2
57

165.7
182.4
614.9

93
570
21.0
8.7

33

34.3

146
213.3
75.9
74.5 10.243
46
April
60.5
52

165.3 177.5
614.7

93
570
21.0
8.9

33

33.4

142
171.2
71.7
66.2 9.462 42
Mei
59.4
51

169.1
174.4
621.8

94
571
21.6
8.4

33

30.7

131 182.1 73.6
61.0 8.849
40
Juni
58.2 50

176.8 173.8
585.2

89
571
21.6
8.1

30

29.1

126
182.2
72.0
55.6
8.281
37
Juli
59.8
51

176.8 167.8
572.4

87
559
21.5
7.8

29


183.9
75.4
51.0 7.682
34
Aug.
56.7
48

173.4 163.2
589.0

89
560
21.1
7.9

29


202.7
92.5
53.0 7.546
34
Sept.
.
56.3
48

169.9 160.5
594.8

90
556
20.4
7.0

26


219.1
79.0 62.2 8.239
34
Oct.
56.1
48

167.1
154.6
598.7

91
549
20.9
7.8

29


239.0
61.1
66.1
9.552
39
Nov.
56.2
48

175.1
153.8
603.2

92
545
19.7
8.9

33

28.8

123
263.8
61.7
65.7 10.778
44
Dec.
55.9 48

177.0
148.6
611.7

92
536
19.5
8.9

33

28.4

121
285.8
64.2
74.1
10.807
44
Jan.

’33
54.3 46

188.6
148.9
608.9

92
525
19.5
8.6

32

27.1

115
.295.5
83.9 80.4 10.832 45
Febr.
52.7 45

194.7 152.2
604.7

91
523
19.5
8.5

32

25.4

108 292.1
98.6 77.6
10.365
43
Maart
51.7
44

198.7
150.0
598.5

90
523
19.7
8.8

33

24.7

105
275.6
95.9 72.2
9.866
41
April
49.9 43

201.9
147.6
592.0

89
530
20.52)
8.9

33

23.7

101
262.4
96.8 65.3
9.362
39
Mei
48.9
42

202.2
143.7
594.3

90
524
8.4

31

20.9

89
257.4
114.2
59.4
8.661
56
Juni

.
46.6
40

198.3
596.3

90
532
7.9

29

20.9

89
244.8
115.3
57.3
8.038
33
Juli
44.9
38
585.5

88
534
7.5

28

20.3

86
234.4
119.1
57.5
7.510
31
Aug.
40.0
34
576.1

87
541
7.3
. I1’27

20.2

86
235.1
106.0
60.3
7.088
29
Sept.
35.9
31
.
235.3
96.1
7.871 32
1)
De
cijfers hebben
betrekking
op
het einde
van de maand
Sedert
Juni

niet inbegrepen
de gouvernermmentsvoorraden
(jaar) of
het begin van de daarop
volgende
maand.
van
Sao Paulo.
2) Voorloopig.
9)
Zonder Rio.
3)
De visible
supply
volgens
W. H.
Gartsen (vroeger Ricard
10)
Statistiek van George
Broomhail.
Zichtbare
voorraden

en

Freiwald).
Het

vereldverbruik
bedroeg
in

1932
ruim

in
de tweede hand in de
Ver. Staten
en Canada,
en in
de

117.000 ton,
voornaamste
havens van
Groot-Brittannië,
in
Europa,
Ar-

4)
Voorraden
in de Ver.
Staten
en Engeland.
gentinië
en Australië en
stoomende
partijen.
11)
Liverpool Cotton Association.
De
cijfers hebben
betrek- 5) Wijnand
&
Keppier s
Rubberbericht.
king
op de voorraden in
Engeland
op
het Continent,
in
de
8)
Zichtbare
voorraden volgens
Czarnikow.
Ver.
Staten, te Alexandrië,
te
Bombay
en in
den Oriënt. Statistiek
der firma G.
Duuring
&. Zoon.
Het
Wereldverbruik

van
katoen
bedroeg
in
het
jaar,
Niet
irjbegrepen
de
binnenl.
voorraden
in

Brazilië eindigende
op 31 Juli j.1.
24.3 millioen
balen.

CXXVI

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

25 October 1933

De
volgende productieci,jfers over 1932, die aan cle
publicaties
van
de Metaligeseilschaft zijn ontleend,
laten duidelijk zien
in welke
landen
de moeilijkheden
hc.t grootst zijn geweest.

(In
1000
ntetr. tuns,)

Landen
.1922

1

1926
1

1920

1

1,930

1

1931.
1.932

27.0
49.5
63.7 58.4
54.0
2
)35.0
:Duitschland
. . .
7.5
27.2
291
27.2
30.1
31.8
Rusland (Eur.)
1)
2.0
12.0
25.0
30.0
2
)20.0
2)350

Spanje

……….

Joego-Slavië

.
5.2
9.7
20.7
24.5
24.4
:10.2
Overig Europa
13.6
22.4
35.1
33.4 30.9
2
)26.7

66.2
120.8
173.6
173.5
168.4
158.7

Japan

……..

54.! 67.4 75.5 79.0 75.8
70.6
Overig
Azië
1)
.
:1.0
8.2
1
,8.4
20.6
16.9
16.1

E u r o p a ……..

55.1
75.6 03.9
99.6
92.7 86.7

Belgische Congo
43.3 80.6
137.0
138.0
1.20.0
54.0

A z
i
6

……….

Eliodesia
5.0 2.0
6.5 7.9
23.7 75.0
Overig
Afrika.
7.4
1
,
6.5
20.9
21
.I1S.7
14.0

99.
1

104.4
168.1
162.4
143.0

Ver . Staten
. 37.5

..

782.6
005.0 639.6
479.8
219.2
27.1
53.8
86.6
73.4
54.2 35.3
19.5
60.4
.12.5
137.7
132.6
1.12.3
10.7
11.8
14.3
6.3
3.4
5.4

A 1 r i .k n …….55.7

120.6
203.1 320.6
220.3223.5
103.2 35.6
42.9.
55.6
47.6
44.3
21.4
10.8
8.1 7.2
4.0
2.0

Mexico ……….
Canada ……….
Cuba …………
Chili

…………
Peru

…………

Overig
Amerika
2.0
1.0

0.2
0.7
J

Bolivia ……….

Ame
ii
ka
672.8
1.163.7
1.501.8
1.139.1
950.5
499.3

Au stral ië

. .
13.4
8.8
.13.0
13.2
13.7
15.0

Pi

,,li
,

t. i
80:12
1.468.0
1946.7
1.593.5
1.387.7
902.7
1)
De
productie
in
Aziatiseli Rusland werd bij ,,Overig
Azië”
geteld.
2)
Raming.

In die gebieden,
waar
de kostprijs het laagst .is,
zooals in Canada, is de productie lang niet zoo sterk
gedaald als h.v. in de Ver. Staten
en
Chili. Bijzonder

opmerkelijk is de. geweldige stijging van de produc-
tin
in Rhodesia, waar de kostprijs zoo laag is, dat er

ook hij de huidige
koperprijzen
nog met winst kan

worden gewerkt.
Een van cle producten, die het meest van de op-

leving in cle. Ver. Staten heeft geprofiteerd, is de
rubber.
De sterke stijging van de productie van
automobielen heeft het verbruik zeer
doen toenemen.

Volgens recente schattingen bedroeg het wereldver-
bruik in de eerste negen maanden van 1933 590.000
ton tegen 527.000 ton in 1932.
De sterke stijging van het verbruik heeft -echter
niet tot een evenredige daling van de voorraden ge-
leid. Integendeel, deze zijn slechts betrekkelijk wei-
nig afgenomen, hetgeen is toe te schrijven aan het
feit, dat de productie, vooral in iuli
en
Augustus
sterk is gestegen.
Wij hebben in ons vorig bericht er reeds met en-
kele
cijfers
op gewezen, hoe snel de productie op een
prijsstijging reageert.
Om de beteekenis van dit ver-
schijnsel nader te onderzoeken, hebben wij een gra-

fiek gemaakt
van
cle prijsbeweging en van den uit-

voer van ruhhcr uit Malakka en de Straits en uit
Ned.-Indië (gesplitst naar
onciernemings

en bevol-

kingsruhher).
1-lieruit blijkt, dat cle uitvoer van b&volkingsrub-
her in Ned.-Tndië het snelst op

een prijsstijging
reageert. In verband met den gestegen uitvoer is het
te betreuren, dat de rubberprijs in de laatste maan-
den op een eenigszins te hoog niveau is gehouden
met het oog op de verwachtingen omtrent een defi-
nitief restrictieschema. Immers, het is te verwachten,

dat de automohielproductie in de Yer. Staten, op
grond van de seizoensverschijnselen,
in
de eerstvol-

gende maanden zal afnemen, waardoor het gevaar
ontstaat, dat de productie weer groot.er
wordt dan

het verbruik.
. .

1
.

RAlT5LN
MALAKK4
i
/
i
r’J

,
ç-

VV

35

3D
PRY5)NDLX

119
5…I00

25

20

N.LPLNTACERUÖbLR
‘.,

.aE.’Dt1~ilG5RUB&R_J______
•/

v
.,
1
/
5

.
.
LXPORTINMIW.KC

1931
1933

• De moeilijkheden om de productie hij het afnemen-
cle verbruik aan te passen
zijn bij producten
van

agrarischen oorsprong in het algemeen grooter dan
hij andere producten, zulks met het oog
op
cie tal-

rijke producenten met wier belangen rekening moet
worden gehouden.
Indien men er nochtans in slaagt om de te bebou-
ven oppervlakte te beperken, bestaat nog geenszins
cle zekerheid, dat ook de productie zal verminderen. Dit is zeer duidelijk gebleken hij de ontwikkeling
op

de /catoen.markt. Zooals men weet,
had
de Amerikaan-

sche regeering een beperking van de met katoen te
bebouwen
oppervlakte weten door te voeren, waar-
voor aan de hoeren als tegenprestatie credieten ver-
den verleend. 1-loewel de bebouwde oppervlakte in-
derdaad is afgenomen, nl. van 40 millioen acres in
1932 tot ongeveer 30 millioen acres in 1933, is de
katoenoogst
in de
Ver. Staten bijna even groot als
het vorige jaar. Dit schijnt een gevolg
te zijn
van

het feit, dat de hoeren, die een deel van hun land
lieten braak liggen, credieten verkregen,
en daar-

mccle het overige gedeelte intensief hewerkten. Hier-
in ligt waarschijnlijk de oorzaak, dat de opbrengst per acre thans niet mindpr bediaagt dan 205.3 lhs.

(op
twee
na cle hoogste sthnd, die ooit werd bereikt),
tegenove.r 173.3 lbs. per acre in het vorige jaar
‘)

De afgeloop.n
niaanden hebben bewezen, dat ook
zonder kunstmatig ingrijpen van Overheid of van
particulieren een prijsstijging van goederen kan wor-
den teweeggebracht, dus geheel langs natuurlijken
weg. De prijzen van
wol
zijn
namelijk
onlangs ge-

stegen tot een peil, dmt 50 pOt.
.
hooger ligt dan in

het begin van dit jaar. Dat wij op dit overigens nor-
male verschijnsel speciaaL cle aandacht vestigen, vindt
zijn verklaring hierin, dat wol een van de weinige

grondstoffen is,
waarvan
vraag en aanbod geheel aan
1)1[Ç
bovenstaande is
ontleend
aan
de
N.R.C.
van
12
11
Oct.
jI.

=

.

.

.

1

25October 133

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

CXXVII

het vrije spel van cle maatschappelijke krachten zijn
overgelaten. De productie was echter tot 1932 slechts
weinig gedaald, zooals uit de volgende tabel, opge-
steld door de Empire Marketing Board en ontleend
aan The Economist van 23 Sept. ji., moge blijken.

Werd cl productie van ivol.

(in
In
ilI. his., ..ongezuiverde” basis.)

Periode Austra- 1 Argen- 1 Nieuw- 1 Zuid- 1 Ver.1 Groot- 1 Wereld
iië

tinië

Zeeland Afrika Staten
1
Britt.

190913
728
332
171
158
31.4
136
3.086
1924
777
322
247
176
295
98
3.199
.1925
.
834
326
235
234
315
104
3.391.
1926
924
371
256
246
335
10
3.624
927
SSS
349 262
276
357
1 12
3.659
1928
068
353
272
285
384
112
3.832
1929
938
3
273
309
400
110
3.826
1930
912 354
271
200
433
109
3.703
.1931
997
341
283 302
460
112
3.701
1932
1)

1.030
340
260 300
434
1 18
3.554
1)
Voorloopig

De oogst van dit jaar zal waarschijnlijk aanzienlijk
lager zijn dan in 1932, oa. als gevolg van de groote droogte iii Zuid-Afrika. Waar de vraag naar wol in
verband met de verbetering van cle conjunctuur ge-
stegen is, zijn de prijzen sterk aangetrokken, hoe-
wel zij zich nog altijd beneden het niveau van ,66r
de crisis .bewegen.

Structuurveranderingen op agrarisch en

industriëel gebied.

In het bovenstaande is nog weer eens cle aandacht
gevestigd op de wijzigingen, die zich op landbouw-
gebied in cle wereld voltrekken. Dit verschijnsel is
van grooter beteekenis dan men wellicht zou ver-
moeden. De verplaatsing van de lanclhouwproductie
van de landen. met den laagsten kostprijs naar gebie-
den, waar de natuurlijke omstandigheden niet zon gunstig zijn, voor een belangrijk deel naar Europa
(tarwe en suiker), gaat gepaard met een verdere
verplaatsing van de industrie naar landen, die over-
wegend grondstoffen en voediigsmiddelen. producee-
ren. Deze structuurwijzigingen hebben zich in de
laatste jaren bijzonder sterk geaccentueerd. Zon wijst
het Institut fOr Kon;junkturforschung er op,
dat de
agrarische productie buiten Europa van 1930 tot
1932 onafgebrolcen is gedaald, terwijl
Zp
in Europa
is gestegen. Daarentegen
heeft
de industriele pro-
ductie zich tot in 1932- buiten Europa op een betreic-
keli
.
jlc hooger niveau gehandhaafd dan in Europa; cle
stijging van cle productie, die sedertdien is ingetre-
den, is grooter geweest in de landen buiten Europa
dan in ons werelddeel. –

Dit zeer belangrijke feit wordt door het genoemde
Instituut slech.ts geconstateerd e.n niet verklaard.
Doch het is van belang de oorzalcer, van deze struc-
tuurwijzigjng, die reeds vanuit den oorlog dateert,
maar zich in deze crisis heeft verscherpt, in liet kort
teanalvseeren.

Het is voldoende bekend, dat de overproductie in den landbouw (o.a. als gevolg van de mechanisatie,
versterkt door de valorisatieplannen enz.) tot een
catastrophale prijsdaling van landbouwproducteu
heeft geleid, die verscherpt werd door de betrekkelijk
onelastische vraag naar deze producten. Ondanks de
sterke prijsdaling van agrarische producten, bleven
de prijzen van fabrikaten en vooral die van gekar-
telleerde producten op een zeer hoog niveau ge-
handhaafd. Dit veroorzaakte het bekende verschijnsel
van de ,,schaar”heweging tusschen de prijzen van
agrarische en i.ndustriëele producten. Hoewel dit ver-
schijnsel voldoende bekend is, is het niettemin van
belang er in dit verband nog eens den nadruk op te
leggen. Wij hebben daarvoor een indexcijfei van
agrarische . producten (voedingsmiddelen en grond-

stoffen ) berekend en dit vrgeleken met de indices
van kartelprijzen in Duitschiand en Oostenrijk.

inclexcij Iers van de prijzen van producten
VflIL
agrarischien
oorsprong en van gekartelheerde producten.

Gemicid. van
131
Gekartelleerde prijzen
J a
t
r

producten v.. agr.
oorsprong

Duitseliland

Oosten rijk

1929
00
100
100
72,0
98,1
97,0 49,2 89,5 91,9
1930
………
1931
……….
11.932
41,1
80,0
03,9
1033
1
)
39,2
80,0 97,0
1)
Midden
1933.

Deze tabel laat de bekende dispropoitionaliteit nog
eens zeer duidelijk zien. De
prijzen
van agrarische
producten zijn catastrophaal gedaald, terwijl de kar-
telprijzen zich op een hoog niveau hebben kunnen
handhaven, vooral in Oostenrijk.
De industrielanden hadden de disproportionaliteit
in de prijsverhouding voor een belangrijk deal kun-
nen heistellen door een aanzienlijke verlaging van
cle prijzen van industriele producten. Hoofdzakelijk
als gevolg van de politiek van de Icartellen werden
de prijzen echter
01)
een hoog niveau gehandhaafd.
De sterk verminderde vraag leidde niet tot een ver-
mindering van de prijzen, maar tot een vermindering
van de productie. Tegelijkertijd werd de landbouw
tegen de overzeesche concurrentie beschermd, waar-
door de overzeesche producenten van voedingsmiddelen
verhinderd werden een lcoopkrachtige vraag naar
producten uit de industrielanden te ontwikkelen. De
toenemende bescherming veroorzaakte een nieuwe
prijsdaling van landbouwproducten en verminderde
weer verder den afzet van fabrikaten in de over-
zeesche landen. Zoo draaide de wereld in den vici-
euzen cirkel, die tot steeds grootere protectie en
werkloosheid in de industrielanden, en tot verminde-ring v5n de bebouwde oppervlakte in de overzeesche landen leidde. Door allerlei beschermende maatrege-
len begunstigd, breidde de agrarische productie zich in de industrielanden uit en mede tengevolge van de hooge prijzen van fabrikaten in deze landen werd de
industriëele productie in de overwegend grondstof-
produceerende landen gestimuleerd.
Bij de beschouw’ing van dit vraagstuk dient men
er natuurlijk rekening mede te houden, dat door den
steun aan den landbouw in de industrielanden de
koopkracht van deze groep is gestegen. Deze gestegen
koopkracht kan echter geen compensatie vormen voor
de sterk gedaalde vriu g naar industriëele producten
van de overzeesche landen, omdat zij voor een belang-
rijk deel ten laste. komt van de overige groepen van
de bevolking in cle industrielanden.
Deze ontwikkeling heeft er daarom toe geleid, dat
liet aandeel van Europa in de industriëele wereld-
productie geleidelijk is afgenomen, zooais uit het
volgende staatje, ontleend aan liet Institut für
Konjunkturforschung, duidelijk blijkt.

Agrarische en iiidustrie6le productie iii en buiten Europa.
1928 = 100.

.Agraiisclie-proclt.ictie

Industrieële productie
Jaar
Europa

J.Buiten Eur.
1
Europa.’) Buit. Eur.
2)

11029..

08

104

1105

100

1930..

1101

104

OS

95

11031..

102

98

87

87

1932..

106

95

73

77

1933
3)

77

85
1)
Zonder Rusland.
2)
Met IRusland.
3)
Jan. tot juli.

De gevolgen van de protectionistische maatregelen

) Dit indexcijfer omvat de volgende
13
producten: tar-
we, rogge, maIs, gerst, Iijnzaad, katoen, wol, cacao, copra,
koffie, rubber, suiker en thee. Het is berekend uit onze
statistiek van groothandelsprjzen.

CXXVIII

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

25 October 1933

in Europa op agrarisch gebied komen hier duidelijk
naar voren. Terwijl de agrarische productie van
Europa sedert 1930 weer is gestegen, ondanks het
bestaan van een zeer ernstige landbouwcrisis, is de
productie buiten Europa afgenomen. Belangrijker is
echter in verband met onze bovenstaande beschou-
wingen het volgende. Terwijl in 1930 de agrarische
productie in Europa, vergeleken met 1929, met ruim
0 pCt. daalde en buiten Europa op hetzelfde niveau
bleef, daalde de industriëele productie in Europa
minder sterk dan buiten Europa. De vergroote in-voer van voedingsmiddelen in Europa t.o.v. 1929
stelde de overzeesche landen dus in staat ook meer
uit Europa te betrekken dan anders
mogelijk
was ge-
weest.

Deze gegevens brengen duidelijk naar voren,
dat
cle toenemende agrarische protectie in de industrie-
landen van Europa voor een deel de oorzaak is ge-
weest van de afnemende bedrijvigheid in de indu-
strielanden. Het is van groQt belang, dat men zich
ook in Nederland van dit feit ernstig rekenschap
geeft.

Industriëele productie.

De jongste ontwikkeling van de bedrijvigheid in de
zes grootste industrielanden in en buiten Europa
blijkt uit de volgende tabel.

Indexcijfersvan de industriëele bedrijvigheid
1928 = 100.

Duitsch-
land
Enge-
land
Frank-
rijk Ver.
Staten
Canada
Japan

1929

….
101.4 107.9 109.4 106.3 111.6 113.7
1930

….
90.1 96.1
110.8
86.9
91.6
102.5
1931

….
73.6
82.2
98.0 72.9
76.7 102.1
1932

….
61.2
82.8
75.8
57.9
62.8 117.1

J
an.
1933
62.7
79.0
58.6
52.8 127.4
Februari
64.2
85.9

}

81.4
57.7 51.7
124.7
li
aart
64.7
82.9
54.1 53.1
135.9
April
66.1
84.5 58.5
55.3 135.0
68.9
86.0

}

86.1
69.4
61.7
136.3
Juni

.
70.2
88.5 80.2
67.7
juli

. . .
71.0v
90.1v
Aug.

….
.7 1.6v
82.9v

v = voorloopig.

Om zich een vollediger beeld te vormen van de
recente
stijging
van de industriëele productie in ver-
schillende landen, nemen wij hier nog een tabel over
van het Institut für Konjunkturforschung.

Stijging van de industriëele productie in de voornaamste
landen. Van midden 1932
tot heden.

IL a ii d

1

Stijging in
o

7.5 7.9 9.9

Rusland

…………………..
..
Oostenrijk

………………..
..

1
3.
5

Groot-Brittannië

……………
..

18.8
1
9.
4

Italië

……………………..

21
.
7

Zweden

…………………….

22
.
4

België

………………………

22
.
6

Frankrijk

………………….

35.
6

Duitschland

………………..
Polen

……………………..

Chili

……………………
39

4

Canada

……………………

Japan…………………….
..
47.4
Vereenigde Staten

………….
53.3
1)
1)
Tot Juli
1933
bedroeg de stijging bijna
68.8
0
10.

Beschouwt men deze en de bovenstaande tabel, dan
kan men het volgende opmerken.
Terwijl in deze ernstige crisis tot verleden jaar de

industriëele bedrijvigheid in de geheele wereld af-
nam, vond in Rusland een ,,boôm”periode plaats als
gevolg van de uitvoering van het Vijfjarenplan, die
de voortbrenging van pro ductiemiddelen stimuleerde
ten koste van die van consumptiegoederen. In den

laatsten tijd is echter de vooruitgang aanzienlijk ver-

traagd en het zou ons niets verwonderen, indien ook in deze planmatig georganiseerde volkshuishouding
een terugslag zou plaatsvinden.
Met de afnemende bedrijvigheid in Rusland gaat
een opleving in bijna alle overige deelen van de in-
dustriëelê wereld gepaard. Hierbij zijn echter enkele
markante verschillen op te merken.
Een geheel
afzonderlijke
plaats nemen de Ver.
Staten in. De opleving heeft hier in een dermate
snel tempo plaats gevonden, dat een terugslag niet
kon uitblijven. Wij hebben er in ons vorig bericht op
gewezen, dat deze terugsiag verwacht kon worden,

zoodra de Dollar een meer stabiele houding ging aan-
nemen. Inderdaad is dan ook, nadat het scheen, dat de
Dollar niet verder zou dalen, een inzinking gevolgd,
die intusschen wellicht eenigszins is geremd door
de ,,koop-nu” beweging, die de vraag naar consump-
tiegoederen heeft gestimuleerd. Dat deze beweging
volgens Amerikaansche berichten niet de gewenschte
uitwerking heeft gehad, behoeft geen verwondering
wekken. Immers, de voortdurende depreciatie. van
den Dollar tot half Juli had reeds tot een vergrooten
inkoop van consumptiemiddelen geleid, daar de stij-
gende kleinhandelsprijzen zonder twijfel vervroegden
aankoop van huishoudelijke artikelen gestimuleerd moet hebben. Dat de stijging van de productie veel
grooter was dan die van de omzetten in den klein-handel – vat feitelijk de oorzaak was van deze van
Overheidswege gepropageerde koopbeweging – had
een geheel andere reden.

De .A.merikaansche autoriteiten hebben er schijn-
baar geen rekening mede gehouden, dat bij een be-
ginnende opleving de productie steeds grooter is dan
het verbruik. Een opgaande conjunctuur uit zich
namelijk het eerst in een versterkte vraag naar kapi-taalgoederen en als gevolg van de daardoor ontstane
opleving in de prbductie, neemt ook het inkomen van
de consumenten langzamerhand toe, hetgeen dan een
grootere vraag naar goederen veroorzaakt, waardoor
weer de productie van consumptiegoederen wordt ge-
stimuleerd. Dat deze ontwikkeling in de Vereenigde
Staten niet geheel heeft plaats gevonden, is toe te
schrijven, eenerzijds aan de lusteloosheid op de kapi-
taalmarkten, die aan het opnemen van nieuw kapitaal
in den weg staat en dus ook de uitbreiding van de
voortbrenging van kapitaalgoederen remt, anderzijds
aan de in de codes vastgestelde bonen, die de winst-
marge van de ondernemers verkleint en daardoor een
beginnende opleving door gemis aan voldoende ren-
tabiliteitsvooruitzichten kan remmen. De ,,koop-nu”-
beweging vormt, naast het stieven naar hoogere loo-
nen, een nieuwe uiting van het aanhangen van de
onderconsumptietheorie door President Roosevelt.

De nieuwe ,conjunctuurpolitieke maatregelen die
President Roosevelt in den laatsten tijd heeft geno-
men, kunnen aan bedoelde bezwaren tegemoet komen.
De in de codes vastgestelde minimumboonen kunnen
in hun reëele beteekenis verminderen door een stij-ging van de groothandelsprijzen. Een dergelijke stij-
ging doet immers de verkoopsprjzen van de produ-
centen eveneens toenemen en heeft de tendens tot
verhooging van de kosten van levensonderhoud, dus
tot daling van de reëele minimumloonen. De bedoelde
prijsstijging kan langs verschillende wegen worden
bereikt. Het eerste middel, dat van depreciatie, is
reeds toegepast. De vermindering van de productie
van voedingsmiddelen gaat evéneens in dezelfde rich-

ting, omdat
zij
het aanbod bij een betrekkelijk sta-
biele vraag doet afnemen. Bovendien kan een prijs-
stijging worden teweeggebracht door een openmarkt-
politiek. Deze heeft bovendien het voordeel, dat de
kapitaalmarkt hiervan de gunstige resultaten onder-
vindt door een daling van de kapitaalrente, een van
de belangrijkste voorwaarden voor een duurzaam her-
stel, dat tenslotte door het particuliere bedrijfsleven

tot stand moet worden gebracht.
Om echter het economisch leven verder te stimu-

25 October 1933

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

OXXIX

leeren, kan de Overheid door openbare werkverschaf-
fing tot een spoecliger herstel bijdragen. Van de in
cle bekende Thomas Bill voorziene $ 3.3 milliard
is

op het oogenblik nog slechts weinig uitgegeven. Wel zijn er reeds plannen ten bedrage van ongeveer $ 1.5
milliard opgesteld, maar met de uitvoering is nog
slechts op kleine schaal begonnen.
Wij hebben in ons vorig Kwartaalbericht erop ge-
wezen, dat zich in de Vereenigde Staten allerlei
tegengestelde krachten openbaren, waaruit het niet
mogelijk is de resultante te berekenen. Dezelfde mee-
ning moeten wij na drie maanden nog handhaven. Hiermede geven wij dus tevens te kennen, dat wij
geenszins meenen, dat het Amerikaansche experiment
mislukt is. Het is zeer wel mogelijk, dat er nog
meer terugsiagen volgen, niaar alvorens van een mis-
lukking gesproken kan worden, moeten deze veel
grooter zijn dan thans. De toestand in de Ver. Sta-
ten is op het oogenblik nog heel wat gunstiger dan in het begin van dit jaar. Of het bedrijfsleven in de
Ver. Staten zich duurzaam kan herstellen, hangt,
zools wij reeds meermalen hebben betoogd, voor een
belangrijk deel af van een herstel van de toestanden
op de kapitaalmarkt, waarover aanstonds nader.
In tegenstelling met de opleving in de Vereenigde
Staten als gevolg van monetaire maatregelen heeft
het herstel in Engeland veel geleidelijker plaats ge-
vonden, waardoor het bovendien op een steviger basis
staat. Wij bedoelen hiermede, dat de omslag van de depressie naar een herstel een meer normaal beloop
heeft gehad. Een bedenkelijk punt in het economisch
leven van Engeland was steeds, dat de bonen, on-
danks de sterk dalende productie, op een stabiel
niveau bleven gehandhaafd. Door de depreciatie van
het Pond is dit in de uitvoerbedrjven met één slag
omlaag gebracht. Het opmerkelijke is echter, dat na
de depreciatie de loondaling zich verder heeft voort-
gezet. Terwijl van 1924 tot Sept. 1931, dus in ruim
zeven jaar, de index van de geiddelde weekloonen
slechts gedaald was met 3Y4 pOt., is deze index
sedertdien – dus na de daling van de bonen op
goudbasis met ongeveer 35 pOt. – nog met bijna
3 püt. verminderd. Hoewel de werkloosheid in Enge-
land laatsteli.jk aanzienlijk is afgenomen, is deze toch
nog steeds abnormaal groot; de zooeven genoemde
loondaling is dus nog lang niet voldoende geweest
voor een voldoende evenwichtsherstel op de arbeids-
markt.

Op de geld- en kapitaalmarkt is, nadat zij zich
van de eerste schokken van de depreciatie had her-
steld, langzamerhand een nieuw evenwicht bij een
sterk gedaald reuteniveau tot stand gekomen. De be-
trekkelijk lage kapitaalrente in Engeland vormt een
belangrijke stimulans voor een verdere opleving.

Een ander beeld toont weder de opleving in Japan
na ht loslaten van den gouden standaard in Decem-ber 1931. Ook hier heeft, evenals in de Ver. Staten, het herstel van de industriëele bedrijvigheid zich in
een snel tempo voltrokken. In tegenstelling tot de
Ver. Staten werd de opleving hier voor een groot
deel gestimuleerd door den grooten uitvoer en ging
dus niet uit van de hinnenlandsche markt. De ver-
der voortschrijdende depreciatie van de Yen – zie
de grafiek in het hoofdstuk over de deviezenmarkt
– heeft de verovering van nieuwe afzetgebieden
sterk in de hand gewerkt.

Naast de landen met gedeprecieerde valuta toonen
echter ook enkele goudlanden een opleving in het be-
drijfsleven. Deze is vergeleken met het midden van
1932 bijzonder groot in Duitschland, Polen, Frank-
rijk en België. Daarentegen is in Zwitserland en Ne-
derland van een werkelijke opleving nog weinig te
bespeuren. Deze landen nemen dus te midden van
de andere goudlanden een eenigszins uitzonderlijke
positie in. Hierbij dient echter te worden opgemerkt,
dat ons land ook een van de laatste was, dat in de
algemeene vere1dcrisis werd betrokken. Wat de voor-

uitzichten voor ons land betreft, verwijzen wij naar
de
afzonderlijke
beschouwing, elders in deze af-
1 everili g.

Geld- en kapitaalmarkt.

De internationale geidmarkten geven in de laatste
maanden allen een beeld van groote ruimte aan geld-
middelen te zien. In Zwitserland en Nederland, waar
de geldrente in Juni en begin Juli sterk gestegen
was, is weder spoedig een ontspanning ingetreden,
toen het acute gevaar voor het verlaten van den gou-
den standaard voorbij was. In New-York bereikte de
rente van prima handelspapier in Septembr een
laagterecord (1X pOt.). De Londensche geldmarkt bleef bij voortduring ruim van middelen voorzien;
het particulier disconto noteert reeds eenige maanden beneden een half procent.
Ondanks de sterke daling van de geldrente, is de
kapitaalrente nog niet overal aanzienlijk gedaald.
Vooral in Duitschland is de toestand op de kapitaal-
markt nog zeer ongunstig. Om hierin verandering
te
brengen, zal de Duitsche Rijksbank tot een open-
markt-politiek overgaan. Hiermede zal de Rijksbank een weg betreden, die reeds jaren lang door de Bank of England en de Federal Reserve Banken wordt be-
wandeld. Het doel van de open-markt-politiek is ni.
om naast de discontorente, die niet
altijd
even effec-
tief werkt, een aûder middel te hebben om invloed
uit te oefenen op de geld- en kapitaalmarkt. Deze in-
vloed kan zich beperken tot een aanvulling van de
discontopolitiek, maar kan bovendien van beteekenis
voor de conjunctuurpolitiek zijn. Het eerste doel
heeft steeds de Bank of England nagestreefd, die
door middel van aan- en verkoop van ,,consols” aan
de geldmarkt middelen toevoerde of daaraan onttrok
en zoodoende het disconto meer effectief maakte. Be-
langrijker voor het economisch leven is echter het
tweede doel, dat vooral in de Ver. Staten is nage-
streefd. Zooals bekend, staan de Federal Reserve Ban-
ken
bij
de herdisconteering in hoofdzaak met de mem-ber banks in contact. Door aan- en verkoop van regee-
ringsobligaties bestrjken zij echter een veel grooter
deel van de geld- en kapitaalmarkt en kunnen zij
door credietexpansie en credietcontractie een niet on-
belangrijke rol op het gebied van de actieve conjuuc-
tuurpolitiek spelen.

In dit opzicht kan ook de open-markt-politiek van de Rijksbank van groote beteekenis worden. Terwijl
in vroegere conjunctuurperioclen een daling van de
kapitaalrente een voorwaarde voor een opgaande con
junctuur vormde, vindt thans in Duitschiand het
omgekeerde plaats. De opleving in het bedrijfsleven
is tot stand gekomen bij een kapitaalmarkt, waarop
van een ontspanning weinig te merken was. In
tegenstelling tot den tamelijk gunstigen toestand op de
geldmarkt, verkeert de Duitsche kapitaalmarkt door
den hoogen rentestand en den druk van de groote
gemeenteschulden in een buitengewoon ongunstige
positie.

Onder deze omstandigheden verwacht men van de
open-markt-politiek van de
Rijksbank
gunstige resul-taten. De aankoop van vaste rentedragende fondsen
kan tot een verdere koersstijging aanleiding geven,
waardoor het vertrouwen kan wederkeeren en de

kapitaalrente langs natuurljkeu weg kan dalen.
Een daling van de kapitaalrente opent de mo-
gelijkheid tot conversie van leeningen, maar, wat
nog belangrijker is, tot een herleving van het parti-
culier initiatief. Immers door een verlaging van de
kapitaalrente kunnen de rentabiliteitsvooruitzichten
stijgen en daarmede tot nieuwe investeeringen aan-
leiding geven. De basis, waarop deze geheele politiek
in laatste instantie steunt, is het vertrouwen. In-
dien de verkoopers van obligaties, die de Rijksbank koopt, de opbrengsten aan de circulatie zouden ont-
trekken, zou hiërmede niet bereikt worden, dat de
gelden van de geldmarkt naar de kapitaalmarkt over-

Cxxx

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

25
October
1933

vloeien. 1-let is juist het doel van de open-markt-poli-
tiek in Duitschianci om de zwevende kapitalen tot

belegging op langen termijn te brengen.
De open-markt-politiek in de Ver. Staten is in den

laatsten tijd nog meer dan tot dusverre
0
1) conjunc-

tuurpolitieke doeleinden gericht. Sedert het eind, van
Augustus hebben de Federal Reserve banken haar
wekelijksche aankoopen van regeeringsobligaties van

$10 tot $
35
millioen verhoogd. Ook hier heeft de
open-markt-politiek ten doel de kapitaalrente te doen
dalen, die nog altijd op een vrij hoog niveau ligt,
vooral voor de industriëele obligaties. De onderstaan-
de grafiek laat een en ander duidelijk zien.
i)

12O

i

1932

Ondanks de grootere aankoopen van de Federal Reserve Banken, zijn de koersen van obligaties in

September, vooral voor de laagste soort (Baa) sterk gedaald, waaruit dus blijkt, dat de open-markt-poli-tiek tot eind September niet veel resultaat heeft op-geleverd. Bovendien moet men niet uit het oog ver-
liezen, dat de Federal Reserve banken reeds ove,r

ruim $
2
milliard aan regeeringsobligaties beschik-ken, als gevolg van het feit, dat de open-markt-poli-
tiek tot dusverre Vrij eenzijdig is doorgevoerd in dien
zin, dat alleen aan- en geen verkoopen van obligaties
plaats vonden. 1-let gevaar hiervan is, dat deze poli-

tiek tenslotte geen groot effect meer kan sorteeren,
indien de kapitaalmarkt in een toestand blijft, dat de
Fed. Res. Banken eenzijdig moeten blijven opereeren.
De gegevens omtrent de geldcirculatie in de af-
geloopen maanden bevestigen het conjunctuurbeeld,
dat op grond van de industriëele indices is samen-
gesteld. Vergelijking van alle deposito’s, zoowel die
op zicht als op termijn, met alle debiteeringen van
de member banks van het Fed. Res. Systein over de
afgeloopen maanden geeft, in vergelijking met vori-
ge jaren het volgende beeld.
‘1h Ilioen dollars
Deposito’s Debiteeri ngen Verh.
1930 maandgemidd. ……

20.808

55.163

2,65
1931

,,

……20.116

40.113

1,99
1932

……16.846

26.866

1,59

19321e helft ………….16.717

28.863

1
2
73

1933 ……………..16.783

24.465

1,46

Juli 1.932 ……………16.363

25.239

1,54

1933 ……………16.857

31.232

1,85

Augustus 1932 ……….16.615

25.215

1,52
1933

……….16.777

25.451

1,52

De verhouding tusschen debitee ii ngen en deposito’s
is in de crisis sterk gedaald, bereikte in de eérste helft
van dit jaar haar laagtepunt, om daarna zeer snel te
stijgen. In Juli was cle verhouding reeds nagenoeg

dezelfde als gemiddeld in
1931.
Hierop volgde in
Augustus een duidelijke inzinking, die het cijfer’ tot

het Augustusgemiddelde van
1932
terugbracht.
Het lage bedrag aan deposito’s wijst op de moei-
lijkheden, die nog steeds in het bankwezen bestaan.

1.)
Deze grafiek is overgenomen uit het Octoberbericht
van de Federal Reserve Bank te New’-York. De koersen van de verschillende soorten Ame ri kaansche obligaties (Aas, Aa enz.) zijn ontleend aan Moody’s investors Ser-
vice.

Naar het schijnt, wil President Roosevelt de groote
bedragen aan bevroren deposito’s ontdooien door mid-
del van een groote liquidatiemaatschappij. In elk ge-

val zal er de eerstvolgende maanden een aanzienlijke
verbetering moeten plaatsvinden in de banksituatie,
indien cle maatregelen betreffende de garantie van
bankdeposjto’s in werking kunnen treden.
Intusscheu is de toestand op de kapitaalmarkt in
de eerste weken van October weer iets verbeterd. In
verband hiermede heeft de Amerikaansche regeering
een conversie doorgevoerd van een deel ($
1875
mil-

lioen) van de
4%
pOt. Liberty-leening van ruim $ 6

milliarci.
Het verschijnsel van conversie van leeningen mer
het oog op de gunstige verhoudingen op de inter-

nationale kapitaalmarkten doet zich ook elders voor
en vormt een weerspiegeling van het toenemefld ver-
trouwen. Dit komt vooral tot uiting op de Londen-
sche kapitaalmarkt. De nieuwe Engelsche emissie van

£ 150
millioen is uitgegeven tegen een voor deze

tijden abnormaal lage rente van
2%
pOt. (koers van

uitgifte is
94).
Het iste verwachten, dat binnenkort

grootere bedragen zullen worden geëmitteerd.
Bij

zonder gunstig voor een herstel van de internationale
kapitaalbetrekkingen is het feit, dat Canada, dat
sedert den oorlog geen staatsleeningen meer in En-geland had opgenomen, begin Augustus een 4 pCt.

leening van £
15
millioen heeft geëmitteerd tegen

pan. De omstandigheden op de Londensche kapitaal-
markt zijn voor de Dominions thans zoo gunstig, dat

Australië een
3%
pOt. leening van £
21
millioen heeft

opgenomen tegen
98,
Nieuw-Zeeland een
3%
pCt.

leening van £
5
millioen (koers van uitgifte
97)
en

Zuid-Afrika een
3%
pCt. staatsleening tegen
98%.

Een en ander’weerspiegelt zich in de groote be-
dragen aan buitenlandsche emissies. Deze zijn in het
afgeloopen kwartaal in Engeland grooter geweest

dan sedert het loslaten van den gouden standaard is
voorgekomen. Daaredtegen is in de andere belang-
rijke kapitaalexporteerende landen van kapitaal-
export nog geen sprake.

Jlui tenlandsche Emissies in millioenen Guldens.

Ver.
Groot
Neder- Zwitser-
T
0
taa
Staten
Brittannië
land
)
land

ie kwart. 1933

33
-‘

19
52
2e

66


66
3e

172


172
1)
Buitenland en koloniën.

Van heteekenis voor een verder herstel van de
internationale kapitaalbewegingen is, dat in Frank-
rijk op
23
Sept. jl. een decreet werd uitgevaardigd,
dat het, in afwijking van de wet van
1916,
mogelijk

maakt buitenlandsche fondsen op de Parjsche beurs
te introduceereni.

Deviezenmarkt.

De toestand op de deviezenmarkt heeft zich in de
laatste maanden gekenmerkt door een stabiliteit van
de goudvaluta’s – in tegenstelling met de periode
van half Juni tot begin Juli, toen vooral de Gulden
en de Zwitsersche Franc zwak gestemd waren – en
een verdere daling van het Pond en den Dollar.
De beweging van den Dollar is in de laatste maan-
den zeer onzeker geweest. Het schijnt, dat President
Roosevelt zelf niet wist, welke politiek te volgen.
Aan den eenen kant stonden de voorstanders van ver-
dere depreciatie, die voor een belangrijk deel de
landbouwbelangen vertegenwoordigden, aan den an-
deren kant de voorstanders van stabilisatie, die voor-al met het oog op de begrootingsmoeilijkheden en de
conversie-plaunen het vertrouwen op monetair gebied
wilden doen terugkeeren. Deze imatstgenoemde groep
heeft, voorloopig althans, het pleit gewonnen, daar de regeering de conversie van een deel van de Li-
herty honds heeft doorgevoerd; voor het slagen van

25 Octôber 1933

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

CXXXI

deze transactie was een stabiele valuta een van de
belangrijkste voorwaarden.
Het Pond Sterling heeft, ondanks het bestaan van
het wi sselkoersnivelleeringsfonds, geen voldoenden
weerstand kunnen bieden aan het wegstroomen van
internationale gelden, die in het begin van dit jaar
op groote schaal naar Londen waren gevloeid. Naast
deze beweging deed zich bovendien in September de
zwakke tendens van het Pond als gevolg van sei-
oensinvIoeden gelden. Het koersverloop van het Pond
in dec eerstvolgenden tijd zal voor een deel onder
invloed staan van het resultaat van de besprekingen
over de oorlogsschulden, waarover thans onderhan-
delirigen gaande zijn.
De positie van het ,,goudblok”, dat op 8 Juli ji.
tot stand is gekomen, is in de laatste maanden ver-
sterkt, niet alleen door de vermeerdering van de
goudvoorradeia van de onderscheiden circulatieban-
ken, maar tevens doordat de vooruitzichten van den
toestand van de staatsfinanciën, in Frankrijk, het
land, waarop het goudhlok voornamelijk steunt, min-
der ongunstig zijn dan enkele maanden geleden.
op-
merkelijk is, dat men thans ook van Engelsche zijde
van opvatting is, dat de handhaving van het goud-
blok in het belang van Engeland is. Het loslaten
van den gouden standaard door enkele goudlanderi
zou niet alleen nieuw wantrouwen op internationaal
monetair gebied veroorzaken, maar wat belangrijker
is, het zou de exportmogelijkheden van die landen
onmiddellijk verbeteren ten koste van Engeland.
• Een van de
belangrijkste
voorwaarden om dit te
bereiken is zonder twijfel een stijging of op zijn
uinst een stabiliteit van het Pond Sterling. De her-
nieuwcle daling van het Pond, gevolgd door zijn
,,aanhang”, heeft de exportmogelijkheden van de
goudianden opnieuw verzwaaid. Het is in dit ver-
band goed hier de aandacht te vestigen op de koers-
fluctuaties van de belangrijkste deviezen in de we-
reld, die den gouden standaard hebben verlaten. De
onderstaande grafiek, waarin wij door verschillende
schaalverdeelingen de koersbewegingen van de onder-
scheiden valuta’s t.o.v. den Gulden zoo juist mogelijk hebben weergegeven, laat dit nog eens duidelijk zien.

MRT.


.

.
áG

_
5EPT

1931
1933

LIJNEN BETREFFENDE DE CONJUNCTUUR IN

NEDERLAND.

(Samengesteld in overleg met het Centraal Bureau
voor de Statistiek te ‘s-Oravenhage.)

Inleiding.

De economische toestand vn Nederland in de af-
geloopen maanden kan men wellicht het best typee-
ren met de woorden ,,periode van herademing”. Ver-
geleken met den zomer van 1932, was er inderdaad’
een zekere verbetering te constateeren. De werkloos-
heid was minder, de bedrijvigheid nam hier en daar
niet onbelangrijk toe, vooral in de bouwvakken, de crisis in den landbouw was niet meer zoo acuut als
het vorige jaar, dank zij de steunmaatregelen van de regeering in allerlei vorm, terwijl ook het goederen-
verkeer in de zeehavens grooter was dan in den
zomer v’an 1932. Zelfs de uitvoer van verschillende
fabricaten, die tot het vorige kwartaal nog steeds
dalende was, gaf een kleine verbetering te zien.
Al deze feiten wijzen dus in een goede richting en
hij velen zal de vraag gerezen zijn, of de conjunctuur
in Nederland ook het diepste punt bereikt heeft en
er evenals in vele andere landen (Vereenigde Staten,
Engpland, Duitschiand euz.) in Nederland het begin
van een opleving te constateeren valt en of deze zich
verder zal voortzetten.
Een definitief antwoord op deze vraag, kan mei
thans moeilijk geven. Daartoe zijn eenerzijds de be-
schikbare gegevens, wat ons land betreft, te onvolledig,
anderzijds de factoren, die hierop invloed kunnen uit-
oefenen, op het oogenblik te veranderlijk en van te gecompliceerden aard. In perioden van rustige ont-
wikkeling kan men op grond van bepaalde tendenzen
zelfs niet eens altijd een even betrouwbare prognose
geven, in tijden, zooals wij die thans beleven, is zulks
wel geheel onmogelijk. De wijzigingen, die zich ook
in onze volkshuishouding voltrekken, vormen wellicht
nog slechts een begin van de veranderingen, die te
verwachten zij:n. Onder deze omstandigheden is het niet mogelijk een prognose te doen over de toekom-
stige richting van de conjunctuur.

Dit neemt niet weg, dat het zonder twijfel van be-lang is, de. factoren te bespreken, die op de conjunc-tuurheweging in de laatste maanden van invloed zijn
geweest en die, welke in de allernaaste toekomst voor den economischen toestand van ons land van beteeke.
nis kunnen worden.

In de allereerste plaats heeft de conjunctuur in het
voorjaar en den zomer sterk onder invloed gestaah
van de seizoensopleving, die steeds in deze maandeh
plaats vindt. Doch ook al houdt men hiermede reke-
ning, dan blijkt, dat de opleving grooter is geweest
dan de seizoensopleving zou doen verwachten. Dit is
echter voor een belangrijk deel toe te schrijven aan
de groote
bedrijvigheid
in de bouw- en aanverwante
vakken. Daarnaast hebben nog andere factoren, in
dezelfde richting gewerkt, zooals o.a. de angst voor
inflatie, welke ongetwijfeld heeft geleid tot grooteren
aankoop van goederen. Vooral grondstoffen zullen
waarschijnlijk op groote schaal zijn aangekocht, te-
meer waar het scheen, dat verschillende grondstoffen-
prijzen hun diepste punt hadden bereikt.
Verder werkte de indiening van een ontwerp tot

heffing ‘van een omzetbelasting in gelijke richting.
Deze heeft ook de tendens, dat men, evenals zulks bij angst voor inflatie het geval is, tot vervroegden
aankoop van goederen overgaat.

Voor een deel zijn dit dus factoren van voorbij-
gaanden aard, die de opleving eenigszins hebben ge-
forceerd, maar geenszins elementen van bljvenden
aard vormen. Dit is ul. ook voor een deel het geval
met de verlevendiging in het bouwbedrijf, waar wegens
den geringen aanbouw in het vorige jaar een zekere
achterstand was in te halen. Daarom lijkt het ons zeer
twijfelachtig, of de omvang van den woningbouw, die
dit jaar is bereikt, zal kunnen blijven gehandhaafd,

CXXXII

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

25 October 1933

tenzij van overheidswege cle, bedrijvigheid op dit ge-
bied op de een of andere wijze zou worden gestimu-
leerd.
Bovendien zijn de vooruitzichten voor onze indus-
tnie, zoowel wat den buiten- als de binnenlandschen
afzet betreft, niet bepaald gunstig. De depreciatie van den Dollar, die in de laatste maanden vorderen voort-
gang heeft gehad, heeft onzen uitvoer vooral op
Noord- en Zuid-Amerika nieuwe moeilijkheden in den
weg gelegd. Ook het Pond is in den laatsten tijd na de betrekkelijke stabiliteit in de eerste helft van dit
jaar opnieuw gaan dalen, terwijl de bevordering van den Duitschen uitvoer van Rijkswege onze industrie
niet alleen in het binnenland, maar ook op de bui-
tenlandsche markten sterke concurrentie aandoet.
Men denke voorts aan de nog steeds toenemende con-
currentie van Japan en de invoerbelemmeringen, die
in verschillende landen werden getroffen.
Het is mogelijk, dat na aanneming van het hetr.
wetsontwerp, door de toepassing van de gewijzigde
Crisisinvoerwet evenals door de Retorsiewet onz
uitvoer op bepaalde gebieden eenigszins zal verbete-
ren; afgewacht dient intusschen te worden, of langs
dezen weg een algemeene verbetering van onzea uit-
voer zal worden verkregen.
Ook de afzet op de binnenlandsche markt zal,
ondanks de verscherpte contingenteering, voor onze
industrie nieuwe moeilijkheden gaan opleveren, eener-
zijds door de Omzetbelasting, die de tendens tot prijs-
stijging inhoudt, anderzijds door de gevolgen van de
deflatie, die de inkomens van groote groepen van
onze bevolking verder zal verminderen, hetgeen
bovendien nog gepaard gaat met belastingverhooging.
Om al deze redenen zal de koopkracht van onze be-
volking afnemen.
Ons land bevindt zich op het oogeublik in een
overgangstijd naar een lager kosten- en prijzenpeil.

Indien inderdaad op
alle
gebieden van onze volks-
huishouding het kostenpeil daalt, zal ook de export-
industrie hiervan de voordeelen ondervinden. Zoo-
lang dit echter nog niet het geval is – en de toe-
kenen wijzen er voorshands nog niet op – zullen
de moeilijkheden in den eersten tijd zeker niet ver-
minderen. Een verbetering van de internationale con-
junctuur moge, gesteld dat de huidige beweging van
blijvenden aard is, al eenige verlichting brengen,
daartegenover staat, dat cle prijsstijging van grond-

stoffen, die hiermede gepaard zal gaan, de tendens
heeft den kostprijs van onze producten te verhoogen.
De politiek om de werkgelegenheid te vergrooten
door het ondernemen van openbare werken, waarvan
de Millioenennota spreekt, zal zonder twijfel de ge-
volgen van de ernstige depressie kunnen verzach-
ten, maar niet in staat zijn om het economisch leven
blijvend te stimuleeren. Bovendien wenscht de Re-
geeringmnet de uitvoering dezer werken te wachten,
totdat de financiëele toestand gesaneerd zal zijn.
Op grond van bovengenoemde factoren zijn wij
geneigd de geringe verbetering, waardoor de toestand
zich in de afgeloopen maanden heeft gekenmerkt, als
van voorbijgaanden aard te beschouwen. Men zal dan
ook rekening moeten houden met de mogelijkheid,
dat de bedrijvigheid in den komenden winter meer
zal afnemen, dan met een normale seizoensfluctuatie

zou overeenkomen.

Industriëele bedrijvigheid.

Ten aanzien van de industriëele bedrijvigheid kon
men in het tweede kwartaal van een geringe verbe-
tering spreken. In Juli is daarin veer een kleine

terugsiag waar te nemen.
Het indexcijfer der werkloosheid in de bouwbedrij-
ven fluctueerde in de zomermaanden op een wijze,
die ongeveer met de seizoensfluctuatie overeen-

komt, hetgeen beteekent, dat de conjunctureele werk-
loosheid van Mei tot en met Juli Vrij constant bleef.
Wij laten hier de correcties volgen.
1)

Werkloosheid in de bouwvakken
Seizoens-
.1933

imidexeijfer afwijkingen Conj. werk.
April ……………
28,1

5,6

33,7

Mei ……………..
25,8

6,9

32,7

juni …………….
25,0

7,1

32,1

Juli ……………..27,0

6,0

33,-

In de textielindustrie. droeg de verbetering een
uitgesproken karakter. Van Mei op Juni daalde het
indexeijfer der werkloosheid aanzienlijk van 28,6 op
21,4, doch steeg in Juli weer tot 26,7. Volgens de
voorloopige cijfers was de toestand in Augustus weer
iets beter, maar het peil van Juni is niet weer be-
reikt. Ook in, verschillende andere landen heeft de
textielindustrie een aanzienlijk herstel getoond, het-

geen verband hield eenerzijds met de gestegen prijzen
van wol en in mindere mate van katoen, anderzijds
rr,f
aanzienliike
,ninkûonen tot aanvullina

PR

19X’

19311


Fta


/

/.

JULI

‘S.

/

/
‘MRDE
VAN 0W
NciV
NEDRL.UTVOLR
IN
MILL. C-LD.

T

van de voorrden bij dn handel.
Een zeer geleidelijke, doch aanhoudende verbetering, volgens de voorloopige cijfers
ook in Augustus, ken men in de metaal-
industrie constateeren.

Ongunstig zijn daartegenover de cijfers

voor het ‘.erkeerswezen, waarin de werk-
loosheid in het tweede kwartaal die van
verleden jaar overtrof. (Juni 27 pOt.
tegenover 16,5 pOt. in Juni 1932). De ab-normaal groote werkloosheid staat hier in
verband met de uiterst ongunstige toe-
standen in de zeescheepvaart. De geringe verbeterin.g in dezen laatsten tak van be-
drijf heeft dan ook in Juli het werkloo-
zencijfer tot 24,2 doen verminderen (v.:j.
22,7). Volgens de voorloopige gegevens is
de bedrijvigheid ook in Augustus iets toe-

genomen.
In vergelijking met vorige jaren is de
situatie in de steenkolennijverheid ongun-
sti g, blijkens een werkloosheidspercentage,

dat om de 14
blijft
schommelen tegenover

6 pOt. in dezelfde periode van 1932.

1)
Binnenkort zal door ons Instituut een
studie worden gepubliceerd over de seizoens-
fluctuaties
iti
het economisch leven van Ne-
der] and. De hier vermelde seizocnsafwijkingen
(iii procenten) zijn aan deze studie ontleend.

25
October
1933

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

CXXXIII

In de drukkersbedrijven en de kleedingindustrie is
de toestand eveneens onbevredigend en neemt de
werkloosheid geleidelijk, maar regelmatig toe.

Daar het aantal arbeiders, werkzaam in de bedrijfs-
takken met een iets verbeterende conjunctuur, in ons
land zeer belangrijk is in vergelijking met alle in-
dustriëele arbeiders, vertoont de voor seizoens’fluc-
tuaties gecorrigeerde curve der industriëele bedrijvig-
heid in het tweede kwartaal van dit jaar een flauwe
stijging, die zich in Juli heeft voortgezet.
Wij hebben thans onze grafische voorstelling ge-
baseerd op de door ‘ons berekende normale seizoens-
fluctuaties der werkloosheid, die – ook in de crisis-jaren – vrij constant zijn gebleven. Voor uitschake-
ling der seizoensinvloeden moet men een zeker per-
centage van het indexcijfer der werkloosheid optellen,
indien de betrokken maand steeds seizoensbedrijvig-
heid vertoont, of daarvan aftrekken, wanneer er van
seizoenswerkloosheid sprake is.
Op
deze wijze hebben
wij de gegevens omtrent de werkloosheid tot de laatst gepubliceerde toe op seizoensinvloeden gecorrigeerd,
waardoor een overzicht van de conjunctureele bewe-
ging wordt verkregen. Het blijkt, dat de gecorrigeer-de industriëele bedrijvigheidscurve (zijnde de omge-
keerde werkloosheidscurve) in het tweede kwartaal
tot
71,5
is gestegen tegen ruim
69
in het eerste kwar-
taal. De stijging is in Juli tot
72,6
doorgegaan.
Handelsbew eging.

Ofschoon er, wat betreft den exp6rt van fabrikaten,
in het derde kwartaal van dit jaar misschien eenige
lichtpunten zijn te ontdekken, is het totale beeld van
onzen buitenlandschen handel gedurende die periode
nog steeds somber. De kleine vermeerdering van
de waarde van onzen export komt ‘nog niet overeen
met de normale seizoenstoeneming, -die regelmatig in
dit kwartaal optreedt. Het percentage van den in-
voer, dat door den uitvoer is gedekt, is sterk gedaald,
doordat de waarde van den invoer, waarin geen sei-
zoenschommeling valt waar te nemen, procentueel
meer is gestegen dan de waarde van den uitvoer. Een
en ander blijkt uit de volgende cijfers.

In millioenen guldens.
1933

1932
lekw. 2ekw. 3ekw. 9rnnd. lekw. Zekw. 3ekw. 9111nd.
Invoer…. 279.2 883.3 320.8 883.9 365.5 320.0 293.2 978.7
Uitvoer .. 177.4 178.1 191.9 547.4 218.3 199.5 206.8 624.6

Invoersaldo 102.4. 105.2 128.9 336.5 147.2 120.5 86.4 354.1
Pere. van den
invoer, door
cl.uitv.gedekt63.4 62.9 59.5 61.9 61.2 62.3 70.5 63.8

Waarde van den uitvoer in miii. gid.
1933

. Werkelijke waarde Na eliminatie seizoensinvioed
le kwart..

177,4

‘192 2e

178,1

,

186
3e

,,

191,9

177

Neemt men de seizoenschommeling in aanmerking,

dan heeft onze export in het laatste kwartaal, wat de
waarde betreft, een nieuw laagtepunt bereikt.
Een nadere beschouwing van de exportcijfers
brengt aan het licht, dat de achteruitgang bij den

export van agrarische producten moet worden ge-
zocht. Wij laten hier de gegevens omtrent een aantal
belangrijke landbouw- en veeteeltproducten volgen.

‘Uitvoer in 1 9 3 3 1 9 3 2
1000 KG

le kw. 2e kw. 3e kw. 9 mud. 3e kw. 9 mnd.
Boter ……..6.454 10.829 6.287 23.570 4.151

12.551
Kaas ……..15.953 15.036 17.856 48.884 22.161 58.764
Eieren……..15.880 15.445 14.770 46.095 19.389 67.763
Baconenspek., 18.853 15.344 15.481 49.678 20.618 52.955
Margariné

3.201 2.616 2.862 8.679 3.127 11.726
Sla ……….1.176 27.109 3.179 31.464 2.231

31.648
Tomaten

98.17.464 39.716 57.278 52.500 69.420
‘Uien ………. 40.897 7.401 20.260 68.558 18.384 66.920

Alleen de export van boter, sla en uien toont ver-
betering in vergelijking met verleden jaar. Bij kaas,
eieren, bacon, margarine en tomaten is de verminde-
ring, in vergelijking met het derde kwartaal van
1932,
overduidelijk.

De vermeerdering van onzen boterexport in ver-
gelijking met
1932 is
voor een belangrijk deel aan
het succes van onzen export naar Engeland te dan-ken, dat in
1933,
tot 1 Oct.,
7.742
ton afnam in ver-
gelijking met
1929
ton in dezelfde periode van het vorige jaar. Wij hebben uit de officiëeie gegevens van de handelsstatistiek de volgende exportprjzen
van boter herkend:

1933

Prijs van uitgevoerde boter in gid. per KG.
Totale export Naar Gr.-Brittannië
le kwartaal ………0.63

0.55
2e

, ……….0.55

0.48
3e

,

……….0.73

0.50

Zooals bekend, dient de hooge binnenlandsche
boterprjs voor een deel om de verliezen, die op den uitvoer worden geleden, te dekken. Het ligt voor de
hand om te veronderstellen, dat vooral de export naar Engeland verliesgevend is, daar de grootste
overzeesche concurrent, Australië, bij den invoer van
boter een preferentiëel invoerrecht geniet.

De export van eenige – belangrijke industriëele
fabrikaten is in onderstaande tabel weergegeven..

Uitvoer van fabrikaten in 1000 Kilogram.
1933

1932
1ekv. 2ekw. 3ekw. 9mncl. 3ekw. Dmnd.
Radioartikelen …… 1.489 1.140 1.620 4.249 1.783 4.129
Gloeilarnpeninmill.st. 4,8 4,3 4,4 13,5 5,1 13,6
Katoenen weefsels .. 2.050 1.818 1.946 5.814 2.792 9.484
Kunstzijde ……..2.054 2.036 2.090 6.180-2.061 6.005
Krantenpapier……4.068 3.068 3.992 11.128 6.617 19.136
Arbeidswerktuigen . . 906 960 1.705 3.571 1.342 4.31.3
Fijnaardewerk …. 1.519 1.680 1.597 4.796 1.302 3.526

Terwijl deze, behalve voor arbeidswerktuigen en fijn
aardewerk, lager is dan in het derde kwartaal van
1932,
hebben wij voor sommige groepen, zooals radio-
1OC

OOSRKJ.YKEINbEXCYFRa

INDUTRULL
EDRVK,I-I
ID
IN
NLDLAD

ii

i

ii
Ii
i

Ii
ii

1

1
,
41

lir
iii

Ii
‘Ia
.L

i

t t

1
ritri
– ..

,.,

..,..

9′.”.

1′.).’,

I9.’.

Cxxxiv

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

25 October 1933

artikelen; katoenen weefsels en krantenpapier, groo-
tere hoeveelheden bereikt dan in het tweede kwar-

taal van dit jaar.
Dat obk katoenen weefsels tot de categorie behoo-
ren, waarvan de export iets is toegeuomeu in ver-
gelijking met het voorafgaande kwartaal, mag zeker
niet onvermeld blijven, gezien het feit, dat tot nu toe
de uitvoer van deze groep een ononderbroken daling
heeft vertoond.

Scheepvaart.
De toestand in de Nederlandsche zeescheepvaart
heeft zich dezen zomer eenigszins verbeterd, hetgeen
moge blijken uit een stijging van het aantal schepen,
dat weder in de vaart is. De gegevens
,
in deze tabel
hebben betrekking op de schepen van de bij de Neder-
landsche Reedersvereeniging aangesloten reed’erijen,
die ca. 95 pOt. van de Nederlandsche zeeschepen

vormen.

Totaal koop-

Opgelegd

Per-

Iii de vaart
Begin v.

vaardijvloot

______________

een-
de maand

Aan- lin 1000 Aan- li n 1000

tage

Aan

in 1000
tal

13.11.T.

tal

13.R.T.

tal

B.R.T.

Jan.

’32

510

2.315

167

782

33,7

343

1.534
April

502

2.272

174

776

34,1

328

1.496
Juli

493

2.225

180

809

36,3

313

1.416
Oct.

,,

491

2.212

181

845

38,2

310

1.367
Jan.

’33

478

2.163

165

782

36,3

313

1.381
Febr.

478

2.145

161

753

35,1

317

1,392
Maart

473

2.118

157

725 .

342

316

1.394
April

470

2.106

159

736

34,9

311

1.370
Mei

468

2.096

169

722

34,4

299

1.375
Juni

465

2.078

145

603” 29,_

320

1.476
Juli

,,

463

2.071

131

560

27,1

332

1.511
Aug.

457

2.026

104

427

21;6

349

1.5611:
Sept.

,

448

2.002

103

423

20,1

341

1.541 1′
Oct.

445

1.998

101

407

20,4

344

1.5911′
1)
Vier schepen met een inhoud van
38.442
B.R.T.
worden verbouwd en zijn derhalve noch bij de opgelegde
noch bij de varende schepen gerekend.

De gunstige cijfers van de varende tonnage in de
afgeloopen maanden zijn geheel te danken aan de

tram pvaart op
‘de Russisehe havens voor houtversche-

ping. In het voorjaar van 1933, toen deze contracten
met de Russisehe organisaties voor het geheele zo-
merseizoen werden afgesloten, bestond het conflict
tusschen Engeland en de Sow:jet-Unie naar aanlei-ding van het Moskousch’e proces tegen de Britsche
ingenieurs, waarvan onze scheepvaart héeft geprofi-
teerd. Het is in het geheel niet zeker, dat deze gun-
stige factor zich ook het volgendjaar’ zal doen gelden.

Prijzen.


Op het feit, dat de ‘deflatie nog’ niet op alle ge-bieden van onze volkshuishouding in even sterke
mate heeft doorgewerkt, hebben wij in vroegere be-
richten reeds verschillende nialen gewezen in ver-
band met de spanning tusscheu de prijzen van groot-
handelsartikelen en de kosten van levensonderhoud.
Deze spanning is nog steeds buitengewoon groot,
hoewel het indexcj’fer van groothandelsprijzen in den

laatsten tijd is gestegen. De oorzaak van deze groote
spanning ligt in de traagheid van aanpassing van
de kosten vati levensonderhoud, die sedert Maart 1932
slechts weinig zijn gedaald. Dit is een gevolg van de.
prjsverhoogende werking van de agrarische steun-
wetten. Tegenover de voordeelen van de agrarische

steunpolitiek staat, dat deze steunmaatregelen de
starheid in ons economisch leven vergrooten en daar-
door de aanpassing naar een lager levensniveau be-
moeilijken. Vergelijkt men de daling van de kosten
van levensonderhoud in Nederland met die in landen

met een gedepreciëerde valuta, dan is het duidelijk,
welken voorsprong deze landen in dit opzicht op

ons land hebben.

Bali
ng van de kosten van levensonderhoud op goud-‘
basis sedert het midden van
1931.
.
Groot-]3rittaunië …..
34
pCt.
)i)

Japan ……………
55

Nederlaiid …..i0i

pCt.
Vereenigde Staten ………

J
) Deze drie gegevens zijn outleeuci aan ,,Wirtschaft
oud Statistik” No.
17.
van
1933,
blz.
541.

Monetaire factoren.
In de monetaire factoren weerspiegelt zich even-

eens het geringe herstel van de bedrijvigheid hier te
lande. Het particulier disconto is na de sterke stij-
ging op het einde van Juni en het begin van Juli
weder aanzienlijk gedaald, waaruit de groote ruimte van middelen op de geldmarkt blijkt. De emissiebe-
drijvigheid, die in Juli, geheel en in Augustus nage-
noeg tot stilstand was gekomen, is in September
weder toegenomen; de toestand op de kapitaalmarkt
bleek van dien aard, dat de Overheid nieuwé lee-
Dingen kon opnemen. De ornloopssnelheid is eveneens
in het afgelooperu kwartaal gestegen en beweegt zich
weliswaar, vooral wat de gelden bij De Nederlandsche
‘Bank betreft, op een hooger niveau dan in de over-
eenkomstige maanden van 1932, maar is nog steeds
geringer dan in alle daaraan voorafgaande jaren.
1)
Wegens plaatsgebrek
zijn
de betreffende staten hier
niet opge9oliIeuu. De omloopssnclheid bij den Postchèque-
en Girodienst bedroeg in Juli, Aug. en Sept. resp.
3.20,

3.05
en
2.91,
bij De Ned. Bank resp.
32.4, 14.7
en
13.4.

1n.

IE

I
L

to

50-

1923

1924

1925

1926

1927

1925

19Z9

1930

1931 ‘

032.

&933

25
October
1933

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

CXXXV

CRISISWETGEVING IN NEDERLAND.

Wij vervolgen hiermede de lijst der steun- en crisis-
maatregelen, door onze Regeering ten behoeve van
het Nederlancische bedrijfsleven getroffen.

HANDELSPOLITIEKE MAATREGELEN IN ENGEREN ZIN.

Crisisinvoerwet. (Wet
van
23
Dec.
1931,
Stbl.
No. 535).

Bij K. 13. van 25 Aug. 1933 is de invoer gecontingen-
teerd van ongebleekte en gebleekte katoenen stoffen. Het
contingent is voor ongebleekte katoenen stoffen vastge-
steld op 85 pCt., dat van gebleekte op 75 pCt. van de
waarde van den invoer in de overeenkomstige periode der
jaren 1931 cii 1932. De contiugenteering geldt voor de
periode van 1 Aug.-30 Nov. 1933.
Bij K. B. van 1 Sept. 1933 is de invoer van draad-
nagels en draadkraminen, getrokken ijzerdraad en prikkel-
draad gecontingenteerd voor de periode van 1 Sept.-
30 Nov. 1933. De contingenten zijn vastgesteld voor nagels
en krammeit 01) 50 pCt. van de hoeveelheid, in de overeen-
komstige maanden van 1931 en 1932 gemiddeld inge-
voerd, voor getrokken draad op 80 pCt., voor prikkel-
draad op 100 pCt.
Bij K. B. van 19 Sept. 1933 is de invoer van niet
houtvormende siergewassen, alsmede valt azalea i ndica en
hortensia gecontingenteerd valt 1 Sept. 1933 tot 31 Aug. 1934. Het contingent is vastgesteld
01)
100 pCt. van de
gemiddelde hoeveelheid
UL
de jaren 1930 en 1931.
Bij de verlenging der bestaande contingenteeringen
werd slechts in €ién geval, dat van tafel- en servetgoed,
liet contingent voor de maanden Sept—Nov. 1933 van 70
op 60 pCt. van de waarde teruggebracht. (K. 13. van 25 Aug. 1933). In de andere gevallen werden de bestaande
contingenteeringsbesluiten ongewijzigd verlengd.

Wijziging Crisisinvoerwet.
(Kamerzitting
1933,
gedrukte stukken
No. 253).

‘olgens dit wetsontwerp wordt de regceriug gemach-
tigd tot liet vaststellen van algemeene invoercontingen-. ten, die als minimum-contingenten zijn te beschouwen.
Daarboven zullen extra-contingenten toegestaan kunnen
worden voor die landen, die voor den uitvoer valt Neder-
la.ndsche producten van bijzonder belang zijn en te dezen
aanzien een tegemoetkomende houding aannemen.

Retorsiewet.
(Wet vaji
5
Aug.
1933,
Stbl. 417).
De inhoud i’ati deze wet is reeds in liet vorige over-
zicht aangegeven, daar liet ontwerp toen reeds was in-
gediend. Daar de retorsiebevoeglheid slechts geldt ten
aanzien van landen, ivaarniede wij geen haudelsverdrag
niet ineestbegunstigingsclausule hebben, geven wij hier èen overzicht van de landen, waarmede wij door derge-lijke handelsverdragen verbonden zijn. ]ii verschillende
gevallen kunnen deze verdragen echter 01) korten ter-
mijn, soms een maand worden opgezegd. Er bestaan han
delsverdrageu met
t)
: Australië, België, Bolivia, Canada,
China, Colunibia, Denemarken, Estland, Griekenland,
Groot-Brittannië, Guatemala, Haïti, Hongarije, Italië,
Japan, Zuid-Slavië, Letland, Libe ria, Litauen, Marokko, Noorwege ii, Oosten rijk, Panama, Polen, Portugal, Roe-
menië, Siam, Spanje, Tsjecho-Sloivakije, Turkije (nog
niet door Staten-Gen. goedgeken rd); Zweden, Zwitserland
(nog niet door Staten-Gen. goedgekeurd). Voorloopige
overeenkomsten met Abessinië, Brazilië, Bulgarije, Chili,
Duitschland, Egypte, Finland, Frankrijk, Perzië, Vene
zuela.
Alle definitieve en voorloopige overeenkomsten zijn ge-
baseerd 01) het beginsel der meestbegunstiging.
Een volkomen verdraglooze toestand bestaat o.a. niet
de Sowjet-Unie, Argentinië, Albanië, Cuba, lersche Vrij-
staat, Mexico, Nieuw-Zeeland, Paraguay, Uruguay, Ijs-
land, Zuid-Afrika en feitelijk ook met de Vereenigde Sta-
ten, die in 1918 het handelsverdrag van 1839 hebben
opgezegd, waarna slechts een partiëele overeenkomst be-
treffende gelijkstelling van vlaggen hij in- en uitvoer is
blijven bestaan.

LANDBOUW.

1. Landbouw-Crisiswet
1933.
(Wet van
5
Mei
1933,
Stbl.
261).

De in ons vorig overzicht behandelde wijzigingen van deze wet zijn inmiddels vet geworden en afgekondigd in
Stbl. 418 (w’et van 5 Aug. 1933). Ter uitvoering van deze

i) Het volgende is ontleend aan het jongste jaarverslag
der Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Amsterdam.

wet zijn een tweetal Kon. Besluiten afgekondigd, die in
Principe de methode van uitvoering aangeven. Het ziju
de K. B. van 28 Juli 1933, Stbl. 410, en van 18 Aug.
1 933, Stbl. 453. In het eerste besluit worden de regelen
aangegeven voor de statuten en reglementen van land-
bouwcrisisorganisaties, die opgericht zullen worden en waarbij aansluiting der betrokken groepen verplicht is,
willen zij van de steunmaatregelen profiteeren. Deze or-
ganisaties eischen van haar leden stipte nakoming der voor-
schriften en het verstrekken van alle verlangde gegevens.
T-let tweede K. B. inachtigt den Minister voor diverse
producten crisisheffiugen in te stellen op grond van art.
12 der wet en de opbrengst van deze heffingen in het
landbouwcrjsisfonds te storten.
De volgende maatregelen zijn op grond van deze alge-
mcciie getroffen.

Crisis-Graaitbeslujt
1933.
(K. B. van 11 Aug.
1933,
Stbl. No. 441, aangevuld bij K. B. van 27
Sept.
1933,
Stbl.
495).
De invoer i’aii granen, meel en daaruit bereide artike-
len is slechts toegestaan aan een Crisis-organisatie, de
vermaling va.n tarwe tot meel slechts aan de leden der
vereeniging van Nederl. Meelfabrikanten. Bij K. B. van
denzelfden datum, Stbl. No. 443. is bepaald, dat een crisis-
organisatie het monopolie van invoer kan krijgen en den
prijs bij verkoop zoodanig vast moet stellen, dat de pro-
ducent van inheemsche crisis-producten in het binnen-
land den richtprijs daarvoor ontvangt, al dan niet met behulp vau een toeslag uit de monopoliewinst. De St.
Crt. van 21 Aug. bevat de ministerieele beschikking van
19 Aug. 1933, waarbij als crisis-organisatie, waaraan uit-
sluitend de invoer van de in het crisis-graanbesluit 1933
genoemde goederen is toegestaan, de Tijdelijke Graancen-
trale wordt genoemd. Tevens is het prijsverschil bij koop
en verkoop der pi

oducten vastgesteld. (Zie E.-S. B. van
6 Sept.). De genoemde St. Crt. bevat voorts de statuten
en liet reglement der Tijdelijke Graancentrale te ‘s-Gra-
venhage. Het Handelsreglement dier Centrale geeft een
overzicht der werkwijze. Bij invoer uit liet buitenland koopt de Graancentra.le de producten, (art. 3). Zij be-
taalt die echter niet, maar de oorspronkelijke verkooper
is verplicht tot wederinkoop, nadat de goederen inge-
voerd zijn, en wel tegen den oorspronkelijken verkoopprijs
plus monopoliewinst (art. 7). Al deze transacties moeten
schriftelijk worden vastgelegd.
Bij ministerieele beschikking van 2 Oct. 1933, No. 15679,
opgenomen in de St. Crt. van dien datum, zijn de oor-
spronkelijk vastgestelde mnonopolietarieven gewijzigd. Het
voornaamste verschil met de in bovenvermeld E.-S. B.-
artikel gegeven oorspronkelijke rechten bestaat hierin, dat
niet-gedenatureerde tarwe, die dus voor menscheljke con-
sumptie bestemd is, vrijgesteld is van monopolierechten,
terwijl de rechten op gedenatureerde rogge van
f 1.—
tot
f
1.50, en clie op ongedenatureerde rogge van
f
4.— op
f
5.— worden verhoogd. Voorts zijn bij deze beschikking de monopolierechten vastgesteld op graansoorten en pro-
ducten, die bij
K.
B. van 27 Sept. onder het graanmono-
polie zijn gebracht. (Spelt, kafferkoren, koek en banket,
verpakte uit graan vervaardigde producten, enz.).

Crisis-Aardappelbesluit
1933 1.
(K. B. van 1
Sept.
1933,
Stbl.
No. 466).
Tot 1 Juli 1934 is het vervoer van aardappelen slechts
met vergunning toegestaan, wanneer de heffing daarvoor
is betaald, met uitzondering van hoeveelheden tot 10 KG.
De vergunning wordt kosteloos gegeven, dus zonder hef-
fingsbetaling, wanneer wordt bewezen, dat voor dezelfde
aardappelen reeds heffing is betaald.
De Ned. St. Crt. van 4 Sept. bevat de ministerieele
beschikking, waarbij als crisis-organisatie de Nederland-
sche Aardappelcentrale wordt aangew’ezen, terwijl de hef-
fing tot begin Oct.
p f 1.—
per 100 KG. is gesteld.
Vrijgeste1d an hef fing zijn aardappelen, bestemd voor
veevoer en oor export, benevens pootaardappelen.

Crisissuikerbesluit
1933.
(Sthld.
No. 519
van
9
October
1933).
Bij Kon. Besluit is suiker tot een crisisproduct ver-
klaard volgens art. 9 van de Landbouwcrisiswet, waarop
daii heffingen mogelijk worden. Deze heffing wordt in
het bovenvermelde besluit geregeld. Zij is verschuldigd van
alle suiker, die in voorraad is, en bovendien van alle
suiker, die na afkondiging van het besluit wordt inge-
voerd of geproduceerd. De heffing, waarvan de opbrengst
in het landbouwcrisisfonds wordt gestort, wordt tegelijk
met den suikeraccijns en als opcenten op die accijns ge-
hevemi
Bij ministerieele beschiklçing, opgenomen in ‘de Stcrt.

CXXXVI

ECONOMISCH-STATISTÏSCH KWÂRTAALBERICHT

25 October 1933

van
13114
October is de heffing tot- uit. Dec.
1933
bepaald
01) 40
pCt. van de hoofdsom van den accijns op suiker, die
f22,50
per 100 KG. bedraagt.

TUINBOUW.

I.
Crisisuinbouwbesluit 1933 1.
(K. B.
van 23
Aug.
1933,
No.
454).
Op soortgelijke wijze als bij den invoer van granen
wordt de invoer van groenten en fruit een monopolie
van de crisisorganisatie, de Nederi. Groenten- en Fruit-
centrale. De St. Crt. van
27
Aug.
1933
bevat de statuten
en het reglement dier centrale, terwijl die van
29
Aug.
1933
de bedragen der monopolierechten voorschrijft. Sta-
tuair is de Centrale tot 1 Januari
1935
opgericht.
De St. Crt. van
2
Oct.
1933
bevat de ministerieele
beschikking No.
15672
van dien datum, waarbij de mo-
nopolierechten op diverse tuinbouwproducten en vruchten
worden gewijzigd en opnieuw vastgesteld. Wij laten de
voornaamste daarvan hier volgen. Sinaasappelen in kis-
ten of kratten, mandarijnen, citroenen, onverpakte appe-
len en peren
f
0.02
per KG.; anders verpakte sinaasappe.
len
f 0.03
per KG.; verpakte appelen en peren
f 0.04
per
KG. bruto; bananen
f 0.03
per KG. netto; pruimen, per-ziken, druiven, abrikozen, frambozen, aardbeien, kersen
en bessen
f
0.075
per KG. bruto; gedroogde vruchten

f
0.06
per KG. bruto; ananas versch in blik
f
0.075
per
KG. netto; vijgen, dadels, grape fruit, meloenen, zoowel
versch als gedroogd
f 0.02
per KG. bruto; alle toebereid
fruit
f 0.10—f 0.04
per KG. netto, afhankelijk van de
verpakking. Die met het geringste gewicht worden het
zwaarst belast, die met het hoogste gewicht per ver-
pakkingseenheid het minst. Versche groenten
f
1.—
per
100 KG. bruto, behalve bloemkool, sla, spruitkool, dop-
erwten e.a. peulvruchten
f 2.—,
gepelde peulvruchten,
tomaten, witlof
f 4.—,
asperges
f5.-.
Gedroogde groen-
ten, andere dan erwten en boonen
f 10—.
Ingemaakte
groenten, al dan niet gemengd met andere producten: dop-
erwten e.a. peulvruchten, in verpakking t/m.
1,2
KG.
10 cents,
1,2
.t/m.
5
KG.
5
ct., boven de
5
KG.
3
ct.;
asperges t/m.
1,2
KG.
15
ct., boven de
1,2
KG. 10 ct.;
tomatenpuré
15
ct.; zuurkool
2
ct.; augurken, komkom-
mers, paddestoelen, prei en alle andere groenten
5
ct.,
(per NO. netto). Aardappelen
f
1.25
per 100 KG. netto.

BLOEMBOLLENTEELT.

I. Bloembollensaneeringsplan 1933.
Bij K. B. van
28
Juli, Stbl.
409,
wordt art.
9
van de
Crisis-Landbouwwet
1933
op de bloembollenteelt van toe-
passing verklaard, voor zoover het hyacinthen, tulpen en narcissen betreft. De teelt is slechts toegestaan, wanneer men daartoe vergunning heeft, die alleen wordt verstrekt
aan tot de crisisorganisatie der bloembollenkweekers toe-
getreden personen, die een zeker percentage van den
oogst van verleden jaar inleveren of reserveeren voor die
organisatie. De vergunning wordt verleend voor een zeker
pircentage van den aanplant van verleden jaar.
Bij K. B. van
9
Aug.
1933,
Stbl.
440,
worden de art.
10 en
12
van deze crisiswet op den export van bloembol-
len van toepassing verklaard. De uitvoer is slechts tegen
vergunning toegestaan, waarbij de exporteur moet aan-
toonen, dat

de bloembollen niet beneden een zekeren mi-
ilimum-prijs van een teeler, die vergunning heeft, zijn
betrokken. Voor de uitvoervergunning moet een zeker be-
drag worden betaald.
Bij K. B. van 11 Aug.
1933,
Stbl.
444,
wordt art.
9
der Crisis-Landbouwwet van toepassing verklaard op den
handel in bloembollen. Deze mag slechts worden gedreven
door erkende handelaren, die lid zijn van een crisis-orga-
nisatie, waarvan zij clan een vergunning tot handeldrij-
ven ontvangen. Deze wordt verstrekt voor den omzet van
een bepaalde hoeveelheid bollen. Zij moeten een zoodanige
administratie voeren, dat contrôle hierop mogelijk is, en
vooral nauwkeurig aanteekening houden van ,
)
de voor
export geleverde bloembollen.
Al deze voorschriften zijn van kracht tot
31
Juli
1934.
De Ned. St. Crt. van
15
en
16
Sept.
1933
bevat voorts
nog bepalingen omtrent overdracht der teeltvergunni ng.

VEETEELT.

1.
Crisis Bundveebesluit.
(K. B.
van 23 September

1933, Stbl.
No.
483).
Op grond van art.
12
van de Landbouwcrisiswet
1933
en
het daarop gebaseerde K. B. van
18
Aug., Stbl.
453,
het
crisisheffingbesluit, is voor de periode van
15
Oct.
1933
tot
15
Oct.
1934,
een extra heffing ingesteld op het slach-
ten van ruudvee, die boven den accijns op het geslacht
zal worden geheven. De opbrengst van deze heffing wordt
in het Landbouwcrisisfonds gestort. Het bedrag der hef-

fing moet tegelijk met den accijns worden betaald. Bij
ministerieele beschikking is het bedrag der heffing op
het dubbele van den accijns vastgesteld, die thans 10 pCt.
bedraagt.
De opbrengst zal dienen om het verlies te dekken op
den aankoop van runderen door de regee ring tegen mini-
mum-prijzen, waarvan het vleesch tot corned beef zal
worden verwerkt en tegen gereduceerde prijzen aan be-
hoeftigen zal worden geleverd. Op deze wijze vil men
trachten den Nederlandschen rundveestapel in een betrek-
kelijk korten tijd met
200.000
stuks te verminderen.

VERRUIMING VAN WERKGELEGENHEID.
Regeling van het verrichten van arbeid in loon-
dienst door vreemdelingen.
(Zitting 1933, ge-
drukte stukken
No.
268).

In dit wetsontwerp wordt voorgesteld het vergunning-
stelsel in te voeren voor het tewerkstellen van buitenland-
sche arbeiders in diverse bedrijven. Wanneer deze vergun-
ning voor een bepaalde tak van bedrijf vereischt wordt, kan de Minister bij het verleenen daarvan nagaan, of er
Nederlandsche werkkrachten beschikbaar zijn, die den be-
doelden arbeid kunnen verrichten, en daarvan zijn ver-
gunaing afhankelijk stellen. De vergunning zal slechts
voor een zekeren tijd worden gegeven.

STEUN AAN GEMEENTEN.
Steun aan noodlijdende gemeenten.
(Zitting 1933-
1934, gedrukte stukken
No.
166).
In dit ontwerp wordt voorgesteld de crisisuitkeeringen
uit de staatskas aan noodlijdende gemeenten op ivetteljken
grondslag te brengen. Deze uitkeeringen kunnen als bij-
drage of als renteloos voorschot worden verleend, waarbij
de regeering eischen kan stellen omtrent het in evenwicht
brengen der gemeentebegrooting en de hoogte der ge-
meenteschulclen. Kasvoorschotten aan gemeenten uit de
schatkist worden rentedragend verstrekt.
Voordat een gemeente noodlijdend wordt, zal de regee-
ring, volgens art.
5
van het ingediende wetsontwerp, in
het gemeentebeleid kunnen ingrijpen, wanneer de gemeen-
tebegrooting aanleiding geeft tot de verwachting, dat de
gemeente, indien zij op de tevoren gevolgde wijze verder
word.t bestuurd, tot de noodlijdende zal gaan behooren. In
zulke gevallen kan uitkeering uit het gemeentefonds, vol-gens de wet van
15
Juli
1929,
afhankelijk worden gesteld
van de vervulling van voorwaarden ten aanzien van het
evenwicht der begrooting.

FINANCIEELE MAATREGELEN TEN BEHOEVE
VAN DE SCHATKIST.
1. Opcenten op de gemeentefondsbelasting en de
vermogensbelasting over het belastingjaar 19341
1935.
(Zitting 1933f’34, gedr. stukken
No.
168).
Dit wetsontwerp behelst een voorstel tot verlenging
voor den tijd van één jaar van de opcenten, die bij de
wet van
17
Mrt.
1933,
Stbl.
68,
voor het belastingjaar
1933/’34
zijn afgekondigd.
Tijdelijke voorziening tot versterking van de mid-
delen tot dekking van de uitgaven des Rijks.
(Zitting 1933-1934, gedrukte stukken
No.
174).
Volgens dit ontwerp ivorden de opcenten op de vermo-
gensbelastiug, gi-ondbelasting, inkomstenbelasting, divi-
dend- en tantièniebelasting, zegelrechten op buitenlandsche çffecten, gedistilleerdaccijns en clie op den accijns van sui-
ker, kier en wijn, die geheven werden ten behoeve van
het Leeningfonds
1914,
na opheffing van dit fonds tot
938
gecontinueerd.

II.
Voorloopige voortzetting der heffing
van enkele
tijdelijke invoerrechten en verhoogde invoer-
rechten en van de opcenten op sommige invoer-
rechten.
(Zitting 1933/’34, gedr. stukken
No.
175).
Invoerrechten en opcenten daarop voor zuidvruchten,
de verhoogde invoerrechten op paarden, vleeschsoorten en
aardappelen en eenige opcenten op invoerrechten zullen, volgens dit wetsvoorstel, voor een jaar worden verlengd.
In dien tusschentijd hoopt de regeering door een tech-
nische herziening van het tarief van invoerrechten deze
tijdelijke maatregelen voor de toekomst overbodig te
maken..

IV.
Verhooging van den
accijns
op tabak.
(Zitting
• 1933-1934, gedrukte stukken
No.
173).
Voorgesteld wordt een accijns op sigaren en tabak van
22y
2
pCt. en voor sigaretten van
37’/
pCt. van de klein-
handelsprijzen. Voor sigaren en tabak beteekent dit een
verbooging in vergelijking met den tegenwoordigen accijns,
die resp. 10 en
15
pCt. bedraagt; voor sigaretten zou de

25 October 1933′

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

CXXX’ÏI

verhooging slechts overeenkomen met het bedrag van de omzetbelasting, daar de accijns met opcenten thans reeds
33/ pCt. beloopt. Het ligt in de bedoeling, na aanneming
van deze accijnsverhooging, tabaksproducteu van de om-
zetbelasting vrij te stellen.

Couponbelasting.
(Zitting 1933-1934, gedrukte
stukken
No.
170).
Een belasting van
2
.pCt. wordt voorgesteld op de cou-
Pons van binnenlandsche obligaties en van buitenland5che
effecten. Uitgezonderd zijn die obligaties, waarvoor bij uit-
gifte vrijdoni van alle toekomstige belastingen was toege-
zegd. De belasting zal worden geheven bij dengene, die
rente op obligaties is verschuldigd, onafhankelijk van de inning dier rente dooi

obligatiehouders.

Omzetbelasting 1933.
(Zitting 1933, gedrukte
stukken
No.
68).
in dit wetsontwerp, dat door de Tweede Kamer reeds
is aan vaard, werd het wetsontwerp weeldeverteringsbe-
lasting verwerkt, dat als afzonderlijk wetsontwerp werd
ingetrokken.
De omzetbelasting, die volgens de raming
85
millioen
per jaar zal opleveren, bedraagt
4
püt. van den verkoops-
prijs. Voor luxe-artikelen, in tabel A bij het wetsontwerp
vermeld, bedraagt de omzetbelasting 10 pCt. Ditzelfde
percentage wordt geheven bij invoer van goederen, en
bovendien wordt op alle goederen een extra invoerrecht
van 1 pCt., voor die van lijst A van
2
pCt. geheven,
voor zoover die goederen ook hier te lande worden ver-
vaardigd. Dit is bedoeld als compensatie voor de adm,-
nistratiekosten ed., die de binnenlandsche industrie door
de omzetbelasting zal hebben te dragen.
])e wet is zoodanig opgezet, dat van ieder product
slechts éénmaal omzetbelasting wordt betaald. Indien een
artikel ôngew’ijzigd van hand ‘tot hand wordt omgezet,
zijn de latere verkoopen van omzetbelasting vrijgesteld.
Fabrikanten kunnen vrijstelling van de omzetbelasting
krijgen voor goederen, die zij als grondstoffen of hulp-
materialen in hun bedrijf gebruiken.
Met het oog op de vrijstellingen is het stelsel van resti-
tutie der reeds betaalde belasting in de vet opgenomen,
waardoor handelaars, die omzetbelasting hebben betaald,
deze kunnen terugkrijgen, iadien zij de goederen verder
verkoopen aan fabrikanten, die’ van omzetbelasting op
grond- en hulpstoffen zijn vrijgesteld.
De aan het ontwerp toegevoegde lijst B bevat de arti-
kelen, waarvoor geen omzetbelasting bij verkoop ver-
schuldigd is. Het zijn tea eerste allerlei noodzakelijke
levensmiddelen (om. brood en aardappelen,’ die reeds door
andere heffingen in prijs zijn gestegen), en voorts goe-
deren, die hoofdzakelijk als grondstof of hulpmaterialen
in de industrie en landbouw worden gebruikt.

Technische herziening van hef tarief der in-
komstenbelasting.
(Zitting 1933-1934, gedr.
stukken 169).
Dit wetsontwerp bevat ‘een wijzigilig van art.
37
der
wet op de inkomstenbelasting
1914,
waarbij het tarief
dier belasting was vastgesteld. Het nieuwe tarief, geeft een gelijkmatiger opklimming der belasting voor inko-
mens tussehen
f 1100
en
f 1250,
terwijl het tarief voor
inkomens van boven de
f 70.000
iets wordt verhoogd.

Vermindering der uitkeering, bedoeld in art.
3, onder b, der wet van 15 Juli 199 (Stbl.
388) en wijziging der wet van 18 Maart 1932
(Stbl.
104). (Uitkeeringen aan de gemeenten
uit het gemeentefonds). Zitting 1933-1934,
gedr. stukken 176.
Hierbij wordt een vel-mindering voorgesteld van de uit-
keering aan de gemeenten uit liet gemeentefonds te doen,
gedurende het belastingjaar
1934/’35.
Het tekoi-t
01)
dit
fonds zou, (wanneer de uitkeeringen zouden plaats vinden
in overeenstemming met de wet van
15 Juli 1929)
het
tekort tea laste van de schatkist in
1934/’35
ca.
f 9.5
inil-‘
lioen grooter doen zijn dan in
1933/’34,
en wl in ver-‘
band met de te verwachten vermindering van inkômsten.
van het gemeentefonds. ])e korting op de uitkeeringen
wordt afhankelijk gesteld van de draagkracht der ge-
meente, welke afgemeten wordt o.a. naar de belasting-
capaciteit der gemeente in haar yerhouding tot ‘de. ge-
middelde belastingcapaciteit in alle gemeenten. Deze be-
lastingcapaciteit w’ordt berekend. clo6r aan te nemen, dat
overal het maximale aantal opcenten wordt geheven. Ech-tet- wot-den ook winsten of verliezen der gemeentebedrij-
ven in rekening gebracht en dus toch weer niet met
capaciteit, maar

met feitelijke inkomsten rekening ge-
houden.

HET PRIJSVERLOOP VAN GROOT-
HANDELSARTIKELEN GEDURENDE HET

DERDE KWARTAAL VAN 1933.

TARWE.

In de eerste weken van’ Juli bleef, de markt nog
vast als gevolg van de lage ramingen voor de op-
brengst van den nieuwen oogst in de Ver. Staten en
klachten over droogte en hitte in Canada. Ook de
voortgang te Londen van de besprekingen der groo-
te productielanden, waarbij telkens sprake was van
beperking van de tarwe-productie, steunden de markt
eenigszins. De Europeesche markt volgde echter niet de hevige speculatieve prijsverhoogingen van Chica-
go, die vooral het gevolg waren van de kans op in-flatie en. het streven der Amerikaansche regeering naar verhooging van het prijspeil van grondstoffen
en stapelartikelen. Canada deed in slechts weinig
mindere mate aan deze wilde beiveging mede, doch
Argentinië en Australië verhoogden hun prijzen
slechts matig, hetgeen flinke zaken in tarwe uit het
Zuidelijk halfrond naar Europa met zich bracht.
Omstreeks 20 Juli vond plotseling in Noord-Amerika een hevige prijsinzi’nking plaats, gedeeltelijk wegens betere weersomstandigheden. De oogstramingen ble-
ven laag, doch de moed was geheel verloren gegaan
en deze omstandigheid deed zich ook in Europa ge-
voelen. Daarop volgde spoedig de invloed van goede
Europeesche oogsten met steeds dringender aanbod
voor export uit Duitschland en van voornamelijk
oude tarwe uit Frankrijk. Ook Rusland rapporteerde een goeden oogst. Vooral de uitermate lage prijzen,
waarvoor Fransche en Duitsche tarwe te koop was,
hebben in het begin van Augustus de markt verder
gedrukt, ook voor Argentijnsche en Australische tar-
we, waarvoor de vraag sterk was verminderd. Toen
op 10 Augustus voor de opbrengst in de Ver. Staten
een raming werd gepubliceerd van 340 millioen
bushels wintertarwe (1932 462 millioen) en 160 mii-
lioen bushels zomertarwe (1932 265 millioen) en in
Canada sprake was van slechts 260 millioen bushels

Lee.

(1932 428 millioen) waren dat lage cijfers, doch rnei
had ‘nog ongunstiger ramingen verwacht en het troj-vens Vrij beperkte herstel, dat juist tot stand was ge-
komen, ging weder verloren. De Londensche tarwebe-
sprekingen hadden wel tot een voorloopige overeen-
stemming geleid, doch het was
duidelijk
geworden, dat
voorloopig geen vermindering van aanbod daarvan het
gevolg zou zijn. Bovendien verschenen er uitermate
hooge ramingen van de in de Ver. Staten en Canada
beschikbare voorraden, en de groote Europeesche oog-
sten (het-1nternationale Landbouw-Instituut te Rome
achat de ‘Europeesche opbrengst buiten Rusland 21
millioen quarters of ruim 11 pCt. hooger dan ver-
leden jaar) deden verwachten, dat de Europeesche inverlanden nog aamerkelijk minder zullen invoe-
ren dan in het vorige seizoen, toen hun importen
slechts 12 millioen ton bedroegen tegen 17 millioen
•in vorige jaren. Het dringende goedkoope aanbod
uit Frankrijk heeft niet lang geduurd, daar de regee-
ring maatregelen nam om den export geleidelijker
te doen geschieden, doch er is toch heel wat zachte
Fransche en Duitsche
t?.rwe
tot de zeer lage prijzen
naar naburige landen, vooral Engeland en Nederland
verkocht, hetgeen nu en dan weer leidde tot betere
vraag naar harde Canadeesche tarwe. In September

CXXXVIII

STATISTISCH OVERZICH1

GRANEN EN ZADEN
TUINBOUWARTIKELEN VLEESCH

TARWE
Manitoba
R000E
MAIS
GERST
64165 K.G.
LIJNZAAD
DRUIVEN
TOMATEN BLOEM-
KOOL
RUND-
VLEESCI!
VARKEN-
VLEESCH
No. 2
lOCO
74 K.G. Bahia
‘Blanca loco
La Plata
loco
La Plata
L. Plata
loco
Black Ah-
A

100 KO
Ie soort
(versch) (versch)
Rotterdam!
Amsterdam
R’dam!A’dam
R’dam!A’dam
loco Rotter-
damlA’dam
R’damlA’dam
cante

KG.
Westiand
.
Westland
P. 100 St.
Groote-
Gem.v.3kw.
per lOO KG.
per 100 KG.

per 100 K.G.
per 100 K.G.
.
per 2000 K.G.
per 20001(0.
per 19601(0. broeks)
Rotterdam Rotterdam

fi.
1
10
fi.
0
10
fL
8.
nio
/
°
t
/
0
10
1925
17,20
100,0
13,075
0

231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0


1926 15,90
92,4
11,75
:8090:9
174,25
75,3
196,75
83,4 360,50
77,9
1927
14,75
85,8
12,47
5
95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,50
78,4
– –
1928
13,475
78,3
13,15
00.6
226,00
97,7
228,50
96,8
363,00
78,5
0,80
I0O,Ô
20,
100,0
14,80 100,0
93,
100,- 77,50
lOO,-
1929
12,25
71,2
10,875
83,2
204,00
88,1
179,75
76,2
419,25
90,6
0,64
80,0
16,
80,0
17,23
116,4
96,40
103,7
93,125
120,2 1930
9,67
5

56,3
6,225
47,6
136,75
59,1
111,75
47,4
356,00
77,0
0,62
77,5
20,
100,0
14,22
96,1
108,
116,1
72,90
94,1
1931
5,55
32,3
4,55
34,8
84,50
36,5
107,25
45,4
187,00
40,4
0,49
61,3
14,50
72,5
7,54 50,9
88,-
94,6
48,-
61,9
1932
5,225 30,4
4,625
35,4
77,25
33,4
100,75
42,7
137,00
29,6
0,41
51,3
11,50
57,5
9,92 67,0
61,-
65,6 37,50
4;4
jan.1931
6,52
5
37,9
4,-
306
84,50
36,5
86,25 36,5
207,50 44,9
96,-103,2
56,-
72,3
1ebr.
5,775 33,6
3,90
2
9
8

87,50
37,8
85,75 36,3 206,25
44,6
9l,-
97,8

64,5
Maart
5,625
32,7 4,20
32,1
103,00
44,5
104,75
44,4
214,00
46,3
90,-
96,8

65$
April
5,90 34,3 4,42
5

33,8
112,00
48,4
117,00
49,6
197,75
42,8
97,-
104,3
47,-
60,6
Mei

.
6,15
35,8 4,975
38,0 95,75
41,4
124,00
52,5
189,00
40,9



98,-
105,4
45,
58,1
luni
5,75 33,4 5,05
38,6 86,75
37,5
116,50
49,4
191,50
41,4

———————

101,–
108,6
41,-
52,9
juli
,
5,425
31,5
4,70
35,9 84,25
36,4
115,75
49,0 211,00
45,6

23, 115,0

—————

95,-
102,2
49,-
63,2
Aug.
4,975
28,9 4,025 30,8
74,50
32,2
119,50
50,6
185,50
40,1
0,65
81,3 8,50
42,5
94,-
101,1
54,-
69,7
Sept.
4,775 27,8
4,275
32,7
68,00
29,4
97,00
411
164,25
35,5
0,48
60,0
9,
45,0
12,21
82,5
84,-
90,3
50,-
64,5
Oct.
5,-
29,1
4,475 34,2
68,50
29,6
94,75
401
160,25
34,6
0,34 42,5
17,50
87,5
4,38
29,6
75,-
80,6
49,-
63,2
Nov.
5,825
33,9
5,476 41,9 81,00
35,0
14,50
48,5
169,75
36,7

——-






6,04
40,8
72,-
77,4
48,-
61,9
Dec.

,,
4,925
28,6 4,95 37,9
69,25
29,9
11,25
47,1
145,75
31,5
70,-
75,3
43,-
55,5
Jan.

1932
5,05
29,4
5,07
5

38,8
71,25 30,8
114,00
48,3
142,50
30,8
70,-
75,3
40,-
51,6
Febr.
5,30
30,8 5,075
38,8 74,00 32,0
108,50
46,0
142,25
30,8
68,-
73,1
34,-
43,9
Maart
5,525
32,1
5,80
44,4 86,75 37,5
118,00
50,0
143,25
31,0

——-






67,-
72,0
32,-
41,3
April

,,
5,65
32,7
6,226
47,6
88,75 38,3
124,50
52,8
135,25
29,2

——-






63,-
67,7
28,-
36,1
Mei
5,60
32,6 5,30 40,5
78,00
33,7
116,00
49,2
130,25
28,2

——-






67,7
26,-
33,5
Juni
5,225 30,4 4,15 31,7
80,75 34,9
105,75
44,8
128,75
27,8
67,-
72,0
34,-
43,9
,,
JuL

»
4,90
28,5
4,-
30,6
78,75 34,0
100,25
42,5
129,75
28,1
15,50
77,5

68,8 35,50
45,8
Aug.
5,20
30,2
4,075
31,2
77,50
33,5
98,25
41,6
133,00
28,8
0,56
70,0
8,
40,0
62,-
66,7
40,50
52,2
Sept.
5,475
31,8
4,20
32,1
78,50
33,9
88,50
37,5
150,75
32,6
0,37 46,3
5,50








27,5
9,78
66,1
55,-
59,1
42,50 54,8
Oct.,.
5,25
30,5
3,925
30,0
74,50
32,2 79,50
33,7
138,25
29,9 0,30
37,5
17,
85,0
9,81
66,3
51,-
54,8

56,8
Nov.
4,90 28,5
3,90
29,8
71,25 30,8
79,00 33,5
135,25
29,2
10,18
68,8
53,-
57,0
46,-
59,3
Dec.
4,725
27,5 3,80
29,1
66,25
28,6
75,25
31,9
135,00
29,2

—-








53,–
57,0
46,-
59,3
Jan.

1933
4,95 28,8
3,75
287
73,00
31,5
75,25
31,9 31,7
136,50
29,5

—-



—-







—-



















50,50
49,25 54,3 53,0
44,75

57,7
Febr.,,
Maart
4,775
5,05
27,8
29,4
3,70 3,825
283
29,3
71,00 73,50
30,7 31,7
74,75
76,25 32,3
130,25 130,50
28,2
28,2
-.







—-








—-




















46,50
50,0

58,1
59,3
April
5,15
29,9
3,75
28,7
72,75
31,4 71,25 30,2
129,50
28,0 49,50 53,2
48,25
62,3
Mei
5,40
31,4
3,775
28,9
70,50
30,5
73,25
31.0
146,75
31,7
52,25 56,2
49,-
63,2
,,
Juni
5,25
30,5
3,55
27,2
66,00
28,5
75,75
32,1
163,25
35,3

—-








51,25
55,1
48,-
61,9
Juli
5,825
33,9 3,85
29,4
64,25
27,8
78,00
33,1
176,25 13,55













—–








67,8

49,25
53,0
48,50
62,6
Aug.
5,30 30,8 3.55
27,2
61,25
26,5
67,75
28,7
161,50
34,9
0,41
51,3
38,1










40,0
49,-
52,7
49,25
63,5
Sept.
4,95 28,8
3,475 26,6 61,00
26,3
65,25
27,6
159,00
34,4 0,25
31,3
2,70







—–


13,5
9,28
62,7
50,25 54,0
54,-
69,7
2 Oct.

,,
4,45 25,9
3,10
23,7
61,50
26,6
71,00
30,1
145,00
31,4
0,24
30,0
3,44
17,2
3,63
24,5
52,-
6

55,9
54,50
6
)
70,3
9
. »
4,40 25,6
3,-
22,9
.

60,00
25,9
66,00
28,0
139,00
30,1
0,26′
32,5 6,50
32,5
2,68
18,1
53,_7

57,0
54,- 7)
69,7
6

,,

,,
4,30 25,0
3,-
22,9
58,00
25,1
61,00
25,9
135,00
29,2
0,29
36,3

45,0
4,75
32,1
60,-S
64,5
54,_8)
69,7
13
4,50 26,2
3,-
22,9
59,50
25,7
60,00 25,4
142,50
30,8
1) Men zie voor de toelichting op dezen staat de nos. van 8, 15 Aug. 1928, 25 Febr. 1931 en 15 Febr. 1933.
2)
Tot Jan. 1931 Hard Winter No.2. van Jan. 1931 tot
vanaf 26Mei 1930 tot 23Mei1932 74 K.G. Zuid-Russische; van 23 Mei 1932 tot 2 Oct. 1933 No. 2 Canada.
4)
Tot Jan. 1928 Malting; van Jan. 1928 tot 9 Febr. 1931
K.G. Zuid-Russische.
6)
De haren 1928 en 1929 Broek op Langendijk.
6)
7 Oct.
7
)13 Oct.
6
)20 Oct.
9)5
Oct.
10)
6Oct.
11)
12 Oct.
15)
19Oct.

MINERALEN TEXTIELGOEDEREN DIVERSEN

21Ir
PETROLEUM
BENZINE
KATOEN
WOL
gekatnde
ge

ie
KOE-
KALK-
1-lollandsche
bunkerkolen,
Mid. Contln.
C’ide
Gulf exp.
,4J65O

ustr
Australische,
Crossbred
Colo-
HUIDEN
Gaaf, open
SALPETER
Old. per
Middling
F.
0.
F.
onezeefd f.o.b.
t:m

.
°


g.
$cts. per
locopriizen
Sakella-

O

1
omra
Merinos A
oc o
dr
dl rd
nial Carded,
50’s
Av.
loco
kop
57-61
pnd.
100 1(0.
netto
R dam!A’dam
per
1000
K.G.
per barrel
gallon
New-‘Iork
per Ib.
rides
Liverpool

iverpool
er ib
P

.
Bradford per Ib.

8.
OJ
$
Of
Sets.
°!o
8
ets.
Olo

pence
O/
pence
°!o
pence
°!o
pence
Ole
f1.
!o
8.
0
10
1925
10,80
100,0
1.68
100,0
14,86
100,-
23,25
100,0
29,27
100,-
9,35
100,-
55,00
100,0
29,50
100,0
34,70
100,0
12,-
lOO,O
1926
17,90
165,7
1.89
112,5
13,65
91,9
17,55
75,5
16,24
55,5
6,30
67,4
47,25
85,9
24,75
83,9
28,46
82,0
11,61
968
1927
11,25
104,2
I.30
77,4
14,86
100,-
17,50
75,3
16,78
57,3
7,27
77,8 48,50
88,2
‘26,50
89,8
40,43
116,5
II,48
95,7
1928
10,10
93,5
1.20
71,4
9,98 67,2
20,00 86,0
19,21
65,6
7,51
80,4 51,50
93,6 30,50
103,4
47,58
137,1
11,48′
95,7.
1929
11,40
105,6
1.23
73,2
10,-
67,3
19,15
82,4
17,05
58,2
6,59 70,5

39,-
70,9 25,25
85,6 32,25
92,9
10,60
88,4
1930
11,35
105,1
1.12
66,7
8,77 59,0
l3,55
58,3
12,-
41,0
3,92
41,9
26,75 48,6
16,25
55,1
25,36
73,1
9,84
82,0
1931
10,05
93,1
0.58 34,5
5,04
33,9
8,60
37,0
7,33 25,0 3,08
33,0 21,50
39,1
12,00
‘40,7
18,65
53,7
8,61
71,8
1932
8,00
74,1
0.81
48,2
4,50 30,3
6,45
27,7
5,21 17,8 3,11
33,3
16,00
29,1
8,50
28,8
11,15
32,1
6,15 51,3
Jan.

1931
10,30
95,4
0.85
50,6 6,08 40,9
10,30
44,3
8,31
28,4
3,09
33,1
21,25
38,6
12,00
40,7
24,63
71,0
10,11
84,3
Febr.,,
10,30
95,4
085
50,6 6,14
41,3
10,95′
47,1
9,58
32,7
3.55
38,0
21,75
39,5
12,00
40,7
22,50
64,8
10,21
85,1
Maart
10,30
95,4,
066
39,3 6,07 40,9
10,90
46,9
9,70
33,1
3,56
38,1
25,25 45,9
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
.85,1
,,
il
V
i
.

10,15
94,0 0,53
31,5
5,66
38,1
10,25
44,1
8,68
29,7
3,31
35,4 24,50
‘44,5
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
85,1
10,00
92,6 0.536 31,5
5,375

36,2 9,40 40,4
8,18 27,9
3,01
32,2 23,50 42,7
13,00
44,1
21,75
62,7
10,21
85
1
1
Juni
10,00
92,6
0.34 20,5 4,24 28,5 9,10
39,1
7,54
25,8
3,01
32,2 22,00 40,0
12,50
42,4
19,13
55,1
10,21
85,1
Juli
10,00
92,6 0.246
14,3
3,40
5

22,9
9,25 39,8 7,73 26,4
3,35
35,8
22,25 40,5
12,50
42,4
20,25
58,4
8,26 68,8
Aug.,,
10,00
92,6
043
25,9
3,94 26,5
7,20 31,0 5,94
20,3
2,59 27,7 22,25 40,5
12,00
40,7
18,75
54,0
7,
58,3
Sept.,,
10,00
92,6
056
33,2
5,50 37,0
6,55
28,2 5,77
19,7
2,59
27,7
20,00
36,4
.11,00
37,3
18,-
.51,9 6,50
54,2
Oct.,,
9,90
9l,7
0.56
33,2
4,19
28,2
6,30
27,1
5,82
19,9
2,85
30,5
19,50
35,5
10,75
36,4
17,50
50,3 6,65 55,4
Nov.,,
9,90 91,7 0.68
40,4
4,62
31,1
6,40 27,5
5,72
19,5
3,11
33,3
19,00
34,5
10,75
36,4
16,75
48,3 6,80
56,7
Dec.,,
9,90 91,7
0.71
42,3
5,31
35,7
6,30
27,1
4,98′
17,0
2,99 32,0
16,25
29,5
9,00
30,5


6,95
57,9
Jan.

1932
8,25 76,3
0.71
42,3 5,25 35,3
6,65
28,6
5,09
17,4
3,38
36,2
16,50
30,0
,
9,00
30,5
11,63
33,5 7,10
592
Febr.,,
8,25
76,3
0.71
42,3
4,92
5

33,1
6,90
29,7
5,31
18,1
3,51
37,6
16,25
29,5
9,00
30,5
11,75
33,9
7,25
604
Maart
8,35
77,3
0.71
42,3
4,62
5

31,1
6,90
29,7 5,37
18,3
3,30 35,3
16,50
30,0 8,75
29,7
10,25
29,5
7,40
617
April
8,65
80,1
0.86
51,2 4,34
29,2 6,25
26,9
5,08
17,4
3,08
33,0
16,50
30,0
9,00 30,5 9,25
26,7
7,40
61
,
7
Mei
8,30
76,9
0.86
51,2 4,25
28,6
5,80
24,9
4,57
15,6
2,76
29,5
15,75
28,6 8,25 28,0
8,88
25,6
7,40
61
,
7
Juni
8,25
76,3
0.86 51,2
4,25
28,6
5,25 22,6 4,44
15,2
2,55 27,3

1
5,25
27,7
7,75 26,3
9,-
25,9 7,40

61,7
)uli
»
8,10
75,0
0.86 51,2
4,25
28,6
..
5,80 24,9
4,97
17,0
2,77
29,6
16,00
29,1
8,50 28,8
9,75
28,1


Aug.,,
7,80 72,2
0.86
51,2 4,30
28,9
‘.»
7,35 31,6
5,71 19,5
3,33
35,6
15,75
28,6
8,25
28,0
12,-
34,6
5,70
475
Sept.,,
7,75 71,8
0.86 51.2
4,375

29,4
7,75
33,3
6,37 21,8 3,64 38,9
16,75
30,5 8,75
29,7
13,75
39,6
5,90
492
Oct.,,
7,65
70,8
0.86
51,2 4,45 29,9

6,50
28,0
5,68
19,4
3,16 33,8
15,75
28,6 8,50 28,8
14,-
40,3
6,-
500
Nov.
7,40
68,5
0.86
51,2 4,60
31,0
6,15
26,5
5,16
17,6
3,-
32,1
15,25
27,7
8,25
28,0
12,-
34,6 6,10
508
Dec.
7,25
67,1
0.746 44,3
4,436

29,8 5,95 25,6
4,73
16.2
2,80
30,0
15,25
27,7
8,00
27,1
11,50
33,1
6,20
5
1
:7
Jan.

1933
7,05
65,3
0.53
31,5 4,16
28,0
6,15
26,5
5,13
17,5
2,95
31,6
15,75
28,6
8,25
28,0
11,50
33,1
6,30 52,6
Febr.
7,20 66,7
0.38
22,6
3,97 26,7
6,10
26,2
4,98
17,0
2,78 29,7

1
5,50 28,2 8,25 28,0
10,38
29,9
6,40 53,3
Maart
7,25
67,1
0.38 22,6 3,87e
26,1
6,40
27,5 4,97
17,0
2,77
29,6
15,25
27,7
7,75 26,3
lO,75
31,0
6,40
533
,,
April

,,
7,25
67,1
0.37 22,0 3,67
24,7
6,65
28,6
5,18
17,7
2,68
28,7
15,75
28,6 7,75 26,3
11,25
32,4
6,40 53,3
Mei
7,15
66,2
0.23
5
14,0
2,95
19,9
7,30
‘31,4
5,60
19,1
3,07
32,8
17,00
30,9 8,25
28,0
12,25
35,3
6,40 53,3
Juni

»
7,15 66,2
0.25
6

15,2
3,02
20,3
7,85 33,8
5,85
20,0
3,25
34,8
18,50
33,6 9,00
30,5
15,75
45,4
6,40 53,3
Juli
,,
7,05
653
0,41
24,4
3,33 22,4
7,60
32,7
5,76
19,7
3,20
34,2
20,75
37,7
9,75
33,1
16,-
46,1
6,40
533
Aug.,,
6,95
64,4
0.37
22,0
3,37
22,7
6,90
29,7
5,39
18,4
2,91 31,1
20,75 37,7 9,75
33,1
14,75
42,5
5,80 48,3
Sept.

,,
6.85 63,4
0.52
31,0
3,50 23,6

6,60
28,4
4,70
16,1
2,54
27,2 21,50
39,1
10,50
35,6
15,13
44,1
5,85
488
2 Oèt.


6,60
61,1
0.60
35,7
3,90
2
)
26,2
6,35
27,3
4,575) 15,6
2,46
9
)
26,3
20,25
8
)
36,8
10,50
8
)
35,6

1
4,50
1

41,8
5,90
49,2
9

»

,,
6,60
61,1
0.62
36,9 4,02
3
)
27,1
6,35
27,3
4,576)

15,6 2.446)
26,1
20,25
9
)
36,8
10,50
5
)
35,6
5,90
49,2
6

»

,,
‘6,60
61,1
0.67 39,9
4,26
4
)
28,7

6,35
27,3
4,50
7
)
15,4
2,48
7
)
26,5
21,00
19
) 38,2
11,00
10
)
37,3
5,90
49,2
3

,,

,,
6,70
62,0
0.73
0

43,8
6,65
28,6
5,90
49,2
1)
Jaar- en maandgem. afger. op
1
18
pence.
2)6
Oct.
3)
13 Oct.
4
)20
Oct.
5)
4 Oct.
»)
11 Oct.
7
)18 Oct.
8)5
Oct. 9)12 Oct.
10)
19 Oct.
11)
17 Oct.

‘AN
GROOTHANDELSPRIJZEN’)

CXXXIX

ZUIVEL EN EIEREN
METALEN

BOTER.
BOTER
KAAS
Edammer
EIEREN
KOPER
1
LOOD

1
TIN

1
1

IJZER

1
Cleveland

1
GIETERIJ-
1
ZINK
GOUD
ZILVER

L’i-
derComm.I

Heffing
Crisis
Alkmaar
Fabrieks-
0cm. not.
Elermijn
Standaard

1
Locoprijzen

J
Locoprijzen
Londen
locoprijzen
Londen per
1

Foundry No. 3 Lo.b.J
(Lux III)
p. 1
IJZER

‘Locoprijzen
Londen
cash
Londen
cash
Londen per

Noteering
uive
kaas
ki. mjmerk
Roermond
100
St.
Londen
per Eng. ton
per Eng. ton
Eng. ton Middlesb.
Eng. t. t o.b.
Antwerpen
per
Eng. ton
per ounce
fine
Standard
Ounce


tCentr.
Eng. ton
per

ii:

-i

-ii:——ii:–

-ij;-•
.
oj

r


ik

ï
O
j
£

ii;

i;:

-;-
ii;:

°Io
£
O/
sh.
O/
pence
Ol
o

1925
2,31
100,0

56,-
100,0
9,18
100,0
§2.116
100,0
36.816
100,0
261.171-
100,0
731-

100,0
671-
100,-
36.3/6
lOO,-
8516
100,-
321lp

100,0
1926
1,98
85,7

43,15
77,1
8,15
88,8
58.11-
93,5
31.116
85,3
290.1716
111,1
8616
118,5
6818
102,5
34.216
94,3
851-
99,5
28″
is

89,3
1927
2,03
87,9

43,30
77,3 7,96
86,7
55.141- 89,7
24.4,-
66,4
29041-
110,8
731- 100,0
6416
96,3 28.101- 78,8
851-
99,5
26
1
,,
83,3
1928
2,11
91,3

48,05 85,8
7,99
87,0 63.161-
102,8
21.11-
57,8
227.5/-
86,8
661-
90,4
6218
93,5
25.516
69,9
851-
99,5
26
1
1
81.1
1929
2,05 88,7

45,40
811
8,11
88,3 75.141-
121,9
23.51-
63,8
203.1516
77,8
7016
96,6
6819
102,6
24.17/
,

68,8
851-
99,5
24
7
1,6
76,2
1930
1,66
71,9

38,45
687
6,72
73,2 54.131-
88,0
18.116
49,6
142.51-
54,3
671-
91,8
5916
88,8
16.171-
46,6
851-
99,5
171:
,
ll
fl

55,4
1931
1,34
58,0

31,30 56,9
5,35
58,3
36.51-
58,4
12.11-
33,1
110.11-
42,0
551-
75,3
4716
70,9 11.10.6 31,9
9216
108,2
13
1
/
41,6
1932
0,94
40,7

22,70
40,5 4,14
45,1
22.17/-
36,8
8.121-
23,6
9721-
37,1
421-
57,5
371-
55,2
9.161-
27,1
1181- 138,0
12
7
/
40,1

P
n

’31
1,61
69,7

32,25 57,6
6,63
72,2
45.716
73,1
14.-16
38,5 116.81-
44,4
6016
82,9
5116
76,9
12.1816
35;7
851-
99,5
137/
43,2

Mrt.
1,66
1,47
71,9 63,6

33,80 35,00 60,4
6,21
4,94
67,6
45.1/6
45.116
72,6
13.56
13.316
36,4
117.46
44,7
5816
586
80,3
5017
75,5
12.101-
34,6
85/-
99,5
121
2

38,9

62,5 53,8
72,6 36,2
122.11-
46,6
80,3 48/10
72,9 12.8/6
34,3
851-
99,5
13
7
116
41,8
Apr.
1,35
58,4

31,60
56,4
4,20
45,8
42.1516
68,9
12.10!-
34,3
113.41-
43,2
586
80,3
49/6
73,9
11.12/-
32,1
851-
99,5
13
1
/
40,9
Mei
1,26
54,5

30,85
55,1
4,975
44,4
39.616
63,4
11.1016
31,6 104.171- 40,0
5816
80,3
48/-
71,6
10.1316
29,5
851-
99,5
12
11
1,
.40,3
Juni
1,29
55,8

33,50 59,8
4,30
46,8
36.616
58,5
11.1116
31,8
106.216
40,5
5816
80,3
4711
70,3
11.101-
31,8
85/-
99,5
127
40,1
Juli
1,32
571

37,75
67,4
4,40
479
34.141- 55,9
12.1516
35,1
112.5/6
42,9
5816
80,3
4819
72,8
12.111
34,7
851-
99,5
13
1
1
41,2
Aug.
1,30
56:3
‘ –
36,00
64,3
4,98
54:2
32.15!-
52,8 11.19,6 32,9
114.196
4.3,9
5816
80,3
4719
71,3
11.1416
32,4
851-
99,5
12
1
31
16

39,9
Sept.
1.27
55,0

32,25
57,6
.5,775

62,9
30.3/6
48,6
11.4,-
31,1
111.16/-
42,7
55/6
76,0
46/7 69,5
10.19,-
30,3
91/3
106,8
13
5
116
41,4
Oct.

»
1,24
53,7

26,25
46,9
6,27
5

68,4
2%216
45,3
10.96
28,8
101.116
38,6
46-
63,0
4418
66,7
10.716
28,7
10613
124.3
1311/,
43,0
Nov.

,,
1
1
17
50,6

24,75 44,2
7,07 77,0
27.1916
45,1
11.51-
30,9
102.-/-
39,0
4416
61,0
4316
64,9
10.1516
29,6
11019
129,5
1411
1

45,1
Dec.
1,18
51,1

21,40 38,2
5,32
5

58,0
27.616
44,2
10.161-
29,6
98.1716
37,8
41/6
56,8
4313
64,6
10.216
28,0
12216
143,3
14
5
118
44,6
Jan.

’32
1,16
50,2

25,75 46,0
4,71
51,3
27.1416
44,7
10.141-
29,4
98.181-
37,8
41.6
56,8
421-
62,7
10.616
28,5
12013
140,7
13/9
43,2
Febr. ,,
1,34
58,0

27,75
49,6
3,79
41.3
26.41-
42,2
10.51-
28,1
992/6
37,9
41 6
56,8
401-
59,7
I0.-/-
27,6
1.19/6
139.9
14
43,6
Mrt.
0,98
42,4

23,65 42,2 3,426 37,3
24.181-
40,1
9.91-
25,9
96.61-
36,8
441-
60,3
401-
59,7
9.111-
26,4
1141- 133,5
13/
4

42,8
Apr.
0,99
42,9

19,60
35,0
2,775
30,2 23.81-
37,7
8.1616
24,2
84.1516
32,4
451-
61,6
3716
56,0
9.2

25,2
11013
129.0
13’/8
40,9
Mei

,,
0,82 35,5

19,65
35,1
2,88
31,4
21.0-
34,3
8.-!-

22,0
89.1316
34,2
441-
60,3
3716
56,0
9.91-
26,1
11219
132,0
1251
39,3
Juni

»
III
48,1

24,25 43,3 3,08
33,5
20.1216
33,2
7.51-
19,9
84.91- 32,3 441-
60,3
3716
56,0 8.131-
23,9
11316
132,7
12
5
8
39,3
juli
0:96 41,6
0.45
19,55
34,9 3,125
34,0
19.216
30,8
7.316
19,7
90.1716
34,7
42/6
58,2
371-
552
8.616
23,0
1161
135,7
12
3
1
38,5
Aug.
0,76
32,9 0,58
17,90
32,0
3,72
40,6
22.416
35,8
7.1716
21,6
101.-!-
38,6
421-
57,5
3616
54,5
9.1316
26,7 118/6
138.6
121
1
1
16

39.9
Sept.
,,
0,84
36,4
0,65
19,70
35,2
4,64
50,5
25.81-
40,9
9.1016
26,1
109.916
41,8
421-
57,5
351-
52,2
11.21-
30,7 118(9
138.8
13
40,5
Oct.
0,82 35,5
0,73
25,50 45,5 5,73 62,4
22.516
35,9
8.71-.
22,9
105.1316
40,4
411-
56,2
3416
51,5
10.816
28,8
121(6
142,1
12
1
1,
38,9
Nov.

,,
0,81
35,1
0,78 26,50
47,3 6,65 72,4 21.191-
35,4
8.416
22,6
104.716
39,9
401-
54,8
3416
51,5
10.81-
28,7
125(9
147,2
12
5
116
38,3
Dec.

.,
0,73
31,6
0,85
22,55 40,3
5,125
55,7
19.1216
31,6
7.916
20,5
100.1016
38,4
39/-
53,4
3416
51,5
0.71-
28,6
12519
147,2
11
1
12
35,8
Jan.

’33
0,73 31,6
0,89 21,75
38,8
4,27 46,7
19.171-
32,0
7.81-
20,3
100.116 38,1 4016
55,5
3416
51,5
9.191-
27,5
1228
143.5
11
1
1/16
36,4
Febr.
0,65
28,1
0,91
20,60
36,8
4,35
47,4
20.31-
32,5
7.71-
20,2
104.716
39,9
431-
58,9
341-
50,7
9.151-
27,0
12015
140,8
11
5
/16
37,2
Mrt.

,,
0,53 22,9
0.99
19,40
34,6
2,80
30,5
20.-/6
32,3 7.101-
20,6
104.1813
40,1
43/-
58,9
34/7
51,6
10.71-
28,6
120/5
140,8
12
7
/16
38,7
Apr.

,,
0,54 23,4
1,-
18,55
33,1
2,075
22,6
20.1116
33,1
7.1216
20,9
109.171-
42,0
431-
58,9
.3516
53,0
10.816
28,8
120/1
140,4
12
1
176
39,9
Mei
0,52
22.5
1,-
21,80 38,9
2,49
27,1
23.616
37,6
8.6
1

22,9
128.17/6
49,2
4116
56,8
3616
545
10.131-
29,4
12316
144,4
13
11
4
41,2
Juni
0,52 22,5
1,-
23,50 42,0
2,50
272
25.71-
40,8
9.41-
25,3 151.101-
57,9′
421-
57,5 371-
55.2
11.1216
32,1
12231
143,0
13514
41,2
juli
0,55
23.8
1,-
18,50
33,0
2.60 28,3
25.161-
41,6
9.21-
25,0
148.1 6
56,51
4116
56,8
351-
52,2
12.11-
33,3
123/101
144,9
12
7
116
38,7
Aug.
0,63
27,3
1 –
18,90
.
33,8
3,574
38,9
24.51-
39,1
8.4(6
22,6
145.3/-
55,5
411-
56,2
351-
52,2
11.71-
31,4
125110
147,2
12
37,4
Sept.
0,66
28,6
095
18,40
32,9
3,91
42,6
22.1616
36,8
7.16/-
21,4
140.1716
53,8
3916
54,1
3416
51,5
10.1816
30,2
130111
153,1
1l5(16
37,2
2 Oct”.
0,65
9
)
28,1
0,90
18,50
10

33,0
3,95
43,6
22.1416
366
7.1416
21,2
142.915
54,4
3816
52,7
351-
52.2
10.16

29.9
13315
156,0
11
1
:
1
116
36,8
9

,,
0,66
11

28,6
0,90
18.50
7
) 33.0
4,40
47,9
22.216
35,6
7.12/-
20,9
143.121-
54,8
3816
52,7
351-
52,2
10.1416
29,6
13311
1557
1113(
36,8
16


0,7112
30,7
0,90
19,50
8
)
34,8
4,90 53,4
22.616
36,0
7.17/-
21,6
147.-16
56,1′
401-
54,8
341-
50,7
10.1816
30,2
12816
150,3
1115155

37,2
23

,,
0,90
5,10
55,6
21.91-
34,6
7.816
20,4
146.1316
56,0
401-
54,8 341-
50,7
10.516
28,4
12912 151,1
12
374
26 Sept. 1932 79 K.G. La Plata.
5)
Tot Jan. 1928 Western; vanaf Jan. 1928 tot 16 Dec. 1929 American No. 2, van 16 Dec. 1929 tot 26 Mei 1930 7415 K.G. Honciaarsche
American No. 2, van 9 Febr. 1931 tot 23 Mei 1932 6415 K.G. Zuid-Russische. Van 23 Mei-19 Sept. 1932 No. 3 Canada. Van 19 Sept. 1932 tot 24 Juli 1933 62163

BOUWMATERIALEN
.
KOLONIALE PRODUCTEN

VURENI-IOUT
S T E E N E
N
CACAO
COPRA
KOFFIE
SUIKER

THEE
INDEXCIJFER

Zweden!
binnenmuur

buitenmuur G.F.Accra
Ned.-Ind.
Standaard
Ribbd
Smoked
Rob-
per

per
so
K.G. c.i.f. per
100
K.G.
Lcoprjzen
Rotterdam
s1e
R’damlA’dam

Java- en
Suma.
Grond-
nabe
e standaa d
van 4.672 M
3
.
per
1000
stuks per
1000
stuks
Nederland
Amsterdam
per
‘/

K.G.
loco
per°lb. per
100
K.G.

trathee
p.’/a
KG.
S 0
en
dcten

1
!o
f
%
f
O/
o

sh.
51

f
0
10
cts.
%
5h.
Sio
fi.
Sss

ds.
Uj
1925 159,75
lOO
15,50
100,-
19,-
100,-
4216
100,-
35,875
100,0
61,375
100.0
2111,625
100,0
18,75
100,0

84,5
100,0
100.0 100.0
1926
153,50
96,1
15,75
101,6
19,50 102,6
491-
115,3
34,-
94,8 55,375 90,2
21-
67,4
17,50
93.3

94,25
111,5
96.0 102.6
1927
160,50
100,5
14,50
93,5
18,50
97,4
681-
160,0
32,625
90,9
46,875 76,4
116,375
51,6
19,12′
102,0

82,75 97.9 87.5
109.1
1928
151,50
94,8
12,-
77,4
18,50
97,4
5713
134,9
31,875
88,9 49,625 80,9
-/10,75
30,2
15,85
84,5

75,25
89,1
64.6
97.4
1929
146,00
91,4
14,-
90,3 21,25
111,8
45110
107,9
27,375
76,3
50,75
82,7
-110,25 28,8
13,-
69,3

69.25
82,0 81.9
85.5
1930
141,50
88,6
12,50
80,6 20,75
109,2
34111
82,2
22,625
63,1
32
52,1
-15.875
16,5
9,60 51,2

60,75 71,8
66.0 64.3
1931
110,75
69,3
10,25
66,1
20,25
106,6
2215
52,8
15,375
42,9
25
40,7
-‘3
8,4
8.-
42,7

42.50
50,3
46.8 46.6
1932
69,00
43,2 9,25 59,7
15,-
78,9
1916
45,9
13,-
36,2
24
39,1
-/1,75
4,9 6,325 33,7

28,25
33,4
36.1
38.0
Jan.

’31
125.00
78,2
10,-
64,5
21,-
110,5
2614
62,0
18,25
50,9
28
45,6
-/4,25
11,9
8,20
437

66,25
78,4
53.9 57.4
Febr.
»
125,00
78,2
10,-
64,5
21,-
110,5
2212
52,2
18,125
50,7
26,25
42,8
-13,875
109
8,20
43,7

53 62.7
53.3
50.4
Mrt.

»
125,00
78,2
10,-
64,5
21,-
110,5
2216
52,9
18,625
51,9 25,50 41,5
-13,75
10,5
8,30
44,3

45
53,3
52.9 48.0
Apr.

125,00
78,2
10,50
67,7
21,-
110,5
2217 53,1
17,50
48,8 24,75 40,3 -13,125 8,8
8,57
5

45,7

43
50,9
50.7 47.5
Mei4
»
1
125,00
78,2
10,50
67,7
21,-
110,5
2110
49,4
15,37
8

42,9
25
40,7

13,125
8,8 8,50
45,3

40,25 47,6
48.3 45.5
»
J
uni
110,00
68,9
10,50
67,7
21,-
110,5
22
1
4 52,6
14,125
39,4 25,75
42,0

13,125
8,8
8,57′
45,7

39,50
46.7
45.6
46.8
uli

»
110,00
68,9
10,50
67,7
21,-
110,5
2615
62,2
15,-
41,8
27
44,0
-13
8,4
8,77
5

48,6

38,25 45,3
46.6
50.0
Aug.
»
100,00
62,6
10,50
67,7
21,-
110,5
2418
58,0
14,12′
39,4
25,50 41,5
-12,5
7,0 7,90
42,1

38,50
45,6
44.7
46.8
Sept.

100,00
62,6
10,50
67,7
19,-
100,-
2217
,

53,1
13,375
37,3
23,75
38,7 -12,375 6,7
7,52
5

40,1

37,50
44,4
43.3
44.1
Oct.

»
100,00
62,6
10,50
67,7
19,-
100,-
2110
49,4
13,25
36,9
23
37,5
-(2,375
6,7
7,55 40,3

37,75
44,7
41.9 43.0
Nov.
»
100,00
62,6
10,50
67,7
19,-
100,-
2112
49,8
13,75
38,3
23
37,5.

12,25
6,3 7,15
38,1

37
43,8
42.6
42.3
Dec.

»
82,50
51,6
ID,

64,5
18,50
97,4
18
1
3
42,9
12,75
35,5
23
37,5

/2,25
6,3
6,75
36,0

35
41,4
40.0
39.5
Jan.

’32 82,50
51,6
10,-
64,5
18,75
98,7
1719
41,8
13,125
36,6 23
37,5

/2,125
6,0 7,35 39,2

32
37.9
38.5
39.1
Febr.
82,50
51,6
10,-
64,5
18,75
98,7
1811
42,6
14,50
40,4
23
37,5

12
5,6 7,05 37,6

30
35,5
30.3 38.3
Mrt.

»
70,00
43,8
9,75
62,6
18,-
94,7
2119
51,2
14,75
41,1
23
37,5

11,625
4,6
6,25 33,3

31
36,7
37.0
39.7
Apr.

»
70,00
43,8
9,75
62,6
18,-
94,7
2016
48,2
14,-
39,0
23
37,5
-11,5
4,2
5,90 31,5

29,25
34,6
36.2
38.0
Mei

»
70,00
43,8
8,50 54,8
15,-
78,9
20/6
48,2
13,25
36,9 23,50
38,3
-/1,5

-,

4,2 5,62
5
30,0

30,25
35,7
35 2
38.1
Juni
70,00
43,8
8,50
54,8
15,-
‘78,9 20
1
6 48,2
12,375
34,5
24
39,1
-/1,375d’:
3,9 6,30 33,6

28,50
33.7
34.2 38.7
Juli

»
67,50
42,3
8,50 54,8
15,-
78,9
2011
47,3
12,375
34,5
24
39,!
4l,3755!
3,9
6,70
35,7

23,75
28,1
34.3
37.6
Aug.
»
Sept.
63,00 60,00
39,4 8,50 54,8
15,-
78,9
2017
48,4
12,375
34,5
24
39,1
:/l,75/9,(
4,9
6,57
5
35,1

22,75
26,9
35.9
37.4
» Oct.
,,
63,50

37,6
39,7
8,75

56,5
58,1
15,-
14,50
78,9 76,3
21
1
2
1818
49,8 43,9
12,75
12,375
35,5 34,5
25,25 26,50
41,1
43,2

12,125 b
(
-11,75


6,0 4,9 6,525 6,32
5

34,8

23,75

33,7

28,50
28,1
33,7
37.8
36.2 38.5 38.7
Nov.,,
63,50
39,7
9,50
61,3
14,25
75,0
1716
41,2
12,125
33,8
24,50
39,9
-/1,75
4,9
5,87′
31,3

30,75
36,4
35.3 37.2
Dec.

,,
65,00
40,7

64,5
13,75
72,4
1714
40,8
11,75
32,8
24
39,1
-11,75
4,9

5,50
293

28,25
33,4
34.0 35.7
Jan.

’33
70,00
43,8
9,25
59,7
13,50
71,1
1616
38,8
11,50
32,1
24
39,1

11,625
4,6
5,375
28,7

25
29,6
33.2
34.1
Febr.

70,00
43,8
9,25
59,7
13,-
68,4
1519
37,1
10,625
29,6
23,75 38,7
-11,5
4,2
5,60
29,9

26,75
31,7
32.1
34.4
Mrt.

»
70,00
43,8
9,50 61,3
12,25
64,5
1613
38,2
10,375
28,9 23,50
38,3
-/1,5
4,2
6,-
32,0

26,25
31,1
32.4 34.9
Apr.,,
70,00 43,8
9,75 62,6
12,75
67,1
1515
36,3
9,50
26,5
23,50
38,3
-11,625
4,6 6,07e 32,4
.
27,50
32,5
32.8 34.9
Mei

,,
70,00
43,8
9,50 61,3
12,50
65,8
16
1
6
38,8 9,50
26,5
23
37,5

1
2
5,6 6,02
5

32,1

26,50
31,4
34.2 35.0
Juni

»
72,50
45,4
10,-
64,5
13,-
68,4
1811
42,6
10,-
27.9
22,50
36,6

12,375
6,7
6.35
33,9

31
36,7
37.2 37.5
Juli

75,00
.46,9
10,25
66,1
13,-
68,4
17
1
8 41,6
9,475

26,4
22,50
36,6

1
2,625
7,4
5,92
5

31,6

33,50
39,6
38.2
37.4
Aug.
»
75,00
46,9

10,50
67,7
13.-
68.4
16/5
38,6 8,75
24,4
20,75 33,8

1
2,625
7,4 5,275
28,1

35,25
41,7
36.5 35.6
Sept.
»
80,00
50,1
10,50
67,7
12,50
65,8
14/5
33,9 8,25
23,0
19,75
32,2
-12,5 7.0
5,375

28,7

36,75
43,5
36.7 34.6
2 Oct.
80,00
50,1
1315
31,6
7,375

20,6
18,50
30,1
-126875
7,5
4,75
25,3

40,758)
48,2
36.4 32.9
9

»
80,00
50,1
12(2
28,6
7,376
20,6
18,50
30,1
-/2.5625
7,2
4,87
5
26,0

43
,
7510)
51,8 36.2
33.2
16

»
80,00
50,1
1216
29,4
7,50 20,9
18
293
-12,625 7,4
5,-
26,7
36.5 33.4
23

»
80,00
50,1
1215
29,3
7,87
5
22,0
17
277

125625
72
5,-
26,7
36.8 33.9
N.B. Alle Pondennoteering vanaf 21 Sept. ’31 zijn op goudbasla omgerekend; de Dollarnoteoringen vanaf 20April’33 zijn in verhouding van de depreciatle
‘an den Dollar
t.o.v.
den Gulden verlaagd.

CXL

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

25 October 1933

heeft de markt echter vrijwel voortdurend in gedrukte
stemming verkeerd met dalende prijzen als gevolg
van de nog steeds duidelijk aan het licht tredende
wanverhoudiug tusschen aanbod en verbruik. De
zeer groote voorraden in Noord-Amerika, flinke ver-
schepingen uit Rusland en de groote oogsten van
Europa (overal zijn de oogsten grooter geweest dan
in 1932 behalve in Spanje en Scandinavië) met on-
verzachte handhaving der hevige invoerbelemmerin-
gen houden iedere verbetering tegen. Tenslotte viel ook in Canada de oogst nog mee, waar die officiëel geraamd wordt op 282 millioen hushels. Hoe flauw
de markt in September is geweest, blijkt uit het prijs-
verloop aan de termijnmarkt te Rotterdam, waar
bijvoorbeeld September-tarwe van 1 tot 20 Juli nog
steeg van
f
4.57% tot
f
5.07% (waartoe echter ook
de spoedig ongegrond gebleken vrees voor waardever-
mindering van den Gulden bijdroeg) om daarna
voortdurend te dalen tot hij aan het eind van Augus-

tus op
f
3.57% en op 30 September op
f
3.27%

stond. De prjsbewegingen te Chicago staan zoozeer
onder den invloed van de Amerikaansche monetaire
en economische experimenten, dat zij voor de wereld-
markt geen beteekenis hebben.

ROGGE.

In de eerste weken van Juli was ook rogge zeer
vast. Niet slechts droeg de vaste stemming van
tarwe daartoe bij, doch vooral het vermeerderde ge-
bruik van roggebloem en de hooge roggeprijzen in
de Ver. Staten, waardoor daarheen Argentijnsche en
Canadeesche rogge werd verkocht en zelfs Noord-
Amerikaansche Togge, die reeds geruimen tijd in
Europa lag, naar Amerika werd terugverscheept. Ook
in Europa stegen door dit alles de roggeprijzen aan-
merkelijk, doch omstreeks 20 Juli volgde de Amen-
kaansche prijsval en in den aanvang van Augustus
kwam er een steeds dringender aanbod van nieuwe
rogge, eerst uit Hongarije, later ook uit Duitschland en vooral uit Polen. Voortdurend daalden de prijzen waartoe de op 14 Augustus in Nederland van kracht
geworden heffing bij invoer nog meewerkte, daar
immers Nederland een der grootste invoerlanden is
van rogge. Tot ongekend lage prijzen werden vooral
Poolsche en Duitsche rogge aangeboden, doch spoe-
dig was ook Hongaarsche rogge even laag te koop.

1
•___


J4..

L.L•

I!Li

Omstreeks 15 September werd, om den afzet van Ne-
derlandsche rogge niet te zeer in gevaar te doen
komen, de invoer in Nederland verder bemoeilijkt.
De prijzen, waartoe in September uit de laatstge-
noemde drie landen rogge te koop was, zouden kort
geleden nog als ondenkbaar zijn beschouwd. Zij wor-
den, althans in Polen en Duitschland mogelijk ge-
maakt door uitvoerpremies en zijn eeni duidelijk
symptoom van den chaotischen toestand, die er op het gebied van den graanverhouw en den graanuit-
voer van veel landen is ontstaan en waartegen geen
kruid gewassen schijnt.

MAIS.

In tegenstelling met tarwe en rogge was maïs in
de eerste weken van Juli niet bepaald vast. Voldoen-
de verschepingen uit Argentinië, uitstekende Roe-
meensche oogstvooruitzichten en in verband daar-
mede ruim aanbod uit Roemenië hielden de prijzen
op een een weinig veranderd peil. De in dien tijd
veelal onbevredigende conditie, waarin de Platamaïs

in Europa arriveerde, leidde tot geregelde zaken in
Donaumaïs, in het bijzonder ook naar Nederland.
Voor Platamaïs op aflading werd gewoonlijk een aan-
merkelijke premie boven vroegere posities gevraagd,
hetgeen transacties op aflading verhinderde. Uit
Roemenië werd echter zulk een premie nauwelijks
verlangd en deze omstandigheid leidde tot Vrij wat
zaken op latere verscheping in Donaumaïs. Aan het.
einde der maand is de maïsprijs gedaald, al was de
verlaging van geringeren omvang dan voor tarwe en
gerst, omdat ook in de voorafgegane weken mais
weinig in prijs gestegen was. De prijsdaling was het
gevolg van verminderde Europeesche vraag, groote
aanvoeren van Platamaïs en dringend aanbod. De
uitstekende oogstverwachtingen in de Balkanlanden
hadden eenige weken van steeds lagere prijzen van Donaumaïs tengevolge, waarvan ook de Argentijn-
sche prijzen den invloed ondervonden. De op 14
Augustus van kracht gworden Nederlandsche hef-
fing op den invoer had op het internationale prijs-
peil geen invloed, omdat hier onmiddellijk de maïs-
prijs met het bedrag der heffing steeg en een ver-
mindering der vraag niet intrad. De iooeven ge-
noemde oorzaken voor verlaging van den maïsprijs
bleven echter voortbestaan en in de tweede helft van
Augustus was ook mais goedkooper dan gedurende dezen crisis-tijd nog ooit was voorgekomen. Tot de

zeer lage
prijzen
kocht Nederland vrij wat Donau-
maïs in spoedige posities evenals van den nieuwen
oogst op winter-verscheping, doch. over het algemeen
Ileef de Europeesche vraag matig en kleiner dan in
‘orige jaren. De in vergelijking met vorige jaren
1 eperkte Argentijnsche verschepingen vormden dan

hek £LJUU Kb

1929

ly.5u

91

1Y35

cok geen steun voor de markt en de prijsdaling ging
cok in Argentinië geleidelijk voort, zonder echter
groote afmetingen aan te nemen. Begin September
trad een kleine .verbetering in, toen in Europa de
aanvoeren klein waren en ipoedige maïs zelfs een
premie bedong hoven latere posities. De verbetering
duurde echter slechts enkele dagen en gedurende de
laatste drie weken van het kwartaal bewogen de prij-
zen zich binnen enge grenzen op het reeds eenigen tijd geldende zeer lage niveau. Aan de Rotterdam-
sche termijnmarkt varieerden die in September voor
den September-termijn tusschen
f
56 en
f
58% per
2000 KG., om op den 30sten op
f
56% te sluiten. In
Juli (toen overigens de vrees voor den Gulden nu
en dan een hausse-factor vormde) had deze prijs zich
nog bewogen tusschen
f
64 en
f
66, doch in Augus-
tus was de verlaging tot ongeveer
f
56 tot stand
gekomen.

GERST.

In gerst waren in de eerste weken van Juli het
aanbod en de aanvoeren in Europa niet groot. De
markt was vast met goede vraag en stijgende prij-
zen. Tegèn het einde dier maand begon echter de
goede Roemeensche oogst, gecombineerd met het nog
vrij aanzienlijke Roemeensche overschot van het
vorige seizoen, zijn invloed te doen gevoelen. Spoe-
dig was het aanbod van Donaugerst ruim en drin-
gend met als gevolg een aanmerkelijke prijsdaling,
ook voor Platagerst. Laatstgenoemde soort vervulde
spoedig een veel minder
belangrijke
rol dan tevoren,
terwijl de markt werd beheerscht door Donaugerst,
die ook op aflading in de herfstmaanden tot onge-

kend lage
prijzen
werd aangeboden. Ook Russische

25
October
1933

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

CXLI.

tg

_’.4

gerst kwam in Augustus aan de markt en beide Oost-
Europeesche soorteii werden op het lage prijspeil in
vrij groote hoeveelheden verhandeld, zoowel naar
Engeland als naar Nederland. De oogst in Roe-
menië wordt vrij aanmerkelijk hooger geraamd dan
in het vorige jaar en ook Rusland heeft blijkbaar
vrij wat gerst aan te bieden, zoodat in September van
een prijsherstel geen sprake was. Integendeel ging
de prijsdaling voort, zoodat aan het einde dier maand

G€Q5T.F.
PCQ
2000KG

1929

1930

1931

1932

1933 –
voor Roemeensche voergerst een laagte-record werd
bereikt van
f 48
per
2000
KG.,
terwijl
voor. derge-
lijke gerst in Juli nog ongeveer
f 70
werd betaald.
Ook dit prijsverloop is een duidelijke aanwijzing van
de wanverhouding tussehen de productie der uitvoer-
landen en de vraag in Europa. Deze is in Nederland,
Engèland en België eigenlijk niet onbevredigend,
doch nu Duitschland zoo goed als geen gerst meer
importeert is het onder de bestaande crisis-omstan-
digheden vrijwel onmogelijk om voor een eenigszins belangrijk gedeelte van de aanzienlijke uitvoer-over-
schotten van Roemenië en Rusland afzet te vinden
anders. dan op het reeds genoemde uitermate lage
prijspeil.

LIJNZAAD.

De verhooging in prijzen, die het artikel einde
Juli op
f 190
per last heeft gebracht, is hoofdza-
kelijk teweeggebracht door berichten omtrent droogte
in Aigentinië. Op het critieke oogenblik hebben
evenwel zware regens niet alleen het lijuzaad, maar
ook andere oogsten in dat land zeer verbeterd. Het
gevolg is geweest een scherpe reactie en een groote
teruggang in de
prijzen,
die nu eind October weder
zijn aangeland op circa
f 150.
Itusschen heeft deze
verlaging van prijzen geen verbetering van de om-
zetten ten gevolge gehad. De prijzen voor de eind-
producten, lijnolie en lijnkoeken, zijn slecht gebleven
en, voor wat ons land betreft, is dientengevolge de
productie daarvan zeer sterk ingekrompen. Bij de
verwarde economische toestanden om ons heen is het
aanbod voornamelijk van koeken van alle mogelijke
herkomst z66 groot,. dat de prijzen daarvan de na-
deelige gevolgen ondervinden.

CIM•

Behalve de verbeterde uitzichten voor den nieuwen
oogst – in Argentinië, heeft ook de zeer vergroote
export uit Britsch-Indië tot de. lagere
prijzen
mede-

gewerkt. De door Engeland ingestelde preferentiëele
rechten hebben tot gevolg gehad, dat de voorheen
zeer •groote Engë1she markt voor Argentinië lang-
zamerhand dreigt verloi’en te gaan en dt Britsch-Indië klaarblijkelijk in stat ii, de voorziening van
de. behoeften aan rondstoff en van het V.K. te dëk-
ken. .
Exporten iit Argentinië zijn in den loop der
niiiandeh zeer iterk gevallén en uit pârticuliere be-
richten
blijkt,
dat de voor eenige maanden verstrekte

officiëele gegevens omtrent het nog aanwezige ex-
port-surplus weder veel te optimistisch geweest zijn.
Instede van een overschot van ca.
85.000
tons voor het einde van het seizoen, maken particuliere berich-
ten melding van een nog beschikbaar overschot van
230
tot
300.000
tons.
Bij de zeer teruggegane consumptie in Europa
moet dus rekening gehouden worden met de moge-
lijkheid, dat de prijzen na het binnenkomen van çlen
nieuwen oogst nog verder zullen kunnen vallen. In-tusschen zullen de weersomstandigheden tijdens de
maand November doorslaggevend zijn voor de grootte
van de binnenkomende Argentijnsehe oogsten.

BOTER.

De prijzen op onze botermarkt vertoonden in het
afgeloopen kwartaal na het record laagtepunt gedu-
rende de laatste maanden van het eerste semester
van dit jaar een vrijwel aanhoudende opwaartsche
beweging, iets wat om dezen tijd van het jaar te ver-
wachten is, daar de omzetten op de wereldbotermarkt
gewoonlijk een geringen omvang hebben, en ook ons
eigen invloed tengevblge van seizoensiuvloed naar in-
krimping neigt.
Drie factoren bepaalden in het berichtskwartaal
het marktbeeld,
t.w.
de pri.jsbeweging op de Engel-
sche markt, de daling in elk geval de weinige stabi-
liteit van het Pond Sterling en het beleid met be-
trekking tot den binnenlandschen boterafzet. Bij dit
alles speelde de vraag uit de gecontingeerde afzet-
gebieden zooals België en Duitschland, slechts een
ondergeschikte rol.

Boter in tons.

Invoer

1

Uitvoer
193011931193219331 1930
1
1931
1
1932
1
1933

le halfj.

742 1.233 3.792 310 21.678 18.007 8.400 17.283
2e ,, 1.252 2.798 437 – 20.231 14.951 11.977 –
le kwart. 413 813 3.165 114 8.723 6.936 3.824 6.454
Ze kwart. 330 419 627 196 12.956 11.073 4.577 10.829
3e kwart. 290 812 196 125 11.584 8.656 4.151 6.287
Jan…….189 423 1.252 15 3.137 2.278 1.060 1.905
Febr. •. 129 260 1.606

58 2.419 1.819

853 1.916
Maart .

95 130 307

41 3.167 2.839 1.911 2.633
April .. 133

94 266 128 4.014 3.473 1.600 2.407
Mei •…

76 152 110

21 4.60 4.132 1.881 4.047
Juni …. 121 173 251

47 4.322 3.468 1.096 4.375
Juli …. 108 368

74

24 4.001 2.914 1.128 2.952
Aüg …..
.70 360

90

36 4.230 2.977 1.436 1.695
Sept
…..1
1121

841

32
1

64
1

2.7651
1.5871
1.641

De voorwaarden, waardoor er in het voorgaande
kwartaal sprake kon zijn van een belangrijken uitvoer
naar Engeland kwamen in de tweede helft van Juli
en in Augustus te vervallen. De export benaderde
daardoor weer de geringe afmetingen van het crisis-
jaar
1932.
Dit heeft ongetwijfeld de moeiljkhedën
met betrekking tot den hinnenlandschen afzet ver-
groot. Door de tengevolge van de weinig of geèn soe-
pelheid vertoonende heffingen vormden dè nood-
zakelijkheid in het binnenland bedongen prijzen een
sta in deweg voor eeh
vlotten
verkoop. Iets beter
ging)het hiermede in den loop van September, dôch
toen waieu de productievoorwaarden – mede ten-
gevolge van het veel voorkomen van het mond- en
klauwzeer dusdanig, dat er geen overschot
op:
de
hinnenlandsche markt bleef hangen. Het overschot boven den export was dit kwartaal zeer groot: Bel
gië en Duitschiand konden slechts in beperkte mate
koopen. In Engeland, dat zelfs toen het door de
koloniale aanvoeren in den steek gelaten werd, meer
open geraakte voor versche boters kon onze handel
niet optornen tegen de valuta-hoters uit de Scandi-
navisehe landen en bleef voor hem het debiet be-
perkt tot de geregide maai heperkté afnemers. –
Gedurende dé éutaiiddd Juli er Augustus kon het

CXLII

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

25 October 1933

door een en ander te groote aanbod op de binnen-
landsche markt profiteeren van de koelhuisregeling en bestond er weinig aandrang op de markt voor de
directe consumptie. Nadien liep de productie hier
te lande een Vrij stuk terug, wat. begin September
ertoe aanleiding gaf de koelhuisregeling weer te be-
perken. In dien tijd vertoonde de Engelsche markt bij de onverwacht uiterst geringe aanvoeren uit de Dominions een opgewekt beeld, wat het algemeen
prijsniveau steunde.

R. t

deze, vôlgens liet heriéht van de Metallgeseilschaft,
gemiddeld 108.000 ton per maand in 1931 en 87.000
ton in 1932. De verbruikscijfers van 1932 wijzen op
een langzame aanpassing. Nu moet natuurlijk wor-
den afgewacht, in hoeverre nieuwe vindplaatsen van
koper; zooals bijv. in. Rhodesia, met lage productie-
cijfers, de algemeene situatie van koper kunnen he-
invloeden en verder, of het op den duur mogelijk
zal zijn, de verschillende tegengestelde belangen op
cle kopermarkt tot een compromis te brengen.
J. k
tnu. lun.

PRUS

KAAS.

De prijzen bewogen zich na den scherpen val in liet
begin van dit kwartaal tengevolge vooral van de.

exorbitant scherpe beperking van den kaasinvoer in Frankrijk, op een laag niveau. De uit.voer van kaas steeg in het derde kwari :aai
t.o.v. het tweede, hetgeen echter een normaal i er-

schijnsel is.

i
—-
i•____________

1

L
LM.

1933

Kaas in tons.

Invoer

1

Uitvoer

1930
11931
1932
1933
1930
j

1931
1

1932
1

1933

ie
halfj
308
274
239
162
44.031
41.364
36.603 30.989
2e

,,
377
336 249

49.744
45.027
40.535

le
kwart
171
148 128 90
20.176
18.934
16.30215.953
2e
kwart
138
127
111
72
23.854 22.430
20.301
15.036
3e
kwart
182
158
109
95
27.067
24.170
22.161
17.855
71
50
37
27
7.468
6.741 5.883
4.910
Jan……
t11ebr.


44
41
44
26
6.109
5.845
5.457
5.232
Maart
56
57
47 37
6.599
6.348 4.962
5.811
April
48
46
37
25
7.027
6.988
6.397
4.438
Mei


49 36
38
25
8.172
6.815
6.299
5.064

Juni
.
41
45 36
22
8.655
8.627
7.605
5.534

juli
60
48
33 31
10.218 8.916 6.733
5.700
58
54
39
22
8.729
7.716 7.325
6.402
Aug …

Sept……
64
56
37
42
8.120
7.538
8.183
5.753

KOPER.

De kopernoteering heeft ten opzichte van ons laat-
ste overzicht, een sterke daling onderga

Deotee-

ring van 13 October jl. bedraagt £ 37.-.- ‘bij

n’Pon-

denkoers van
f
7,71 voor electrolytisch koper. In-
dien men dezen prijs vergelijkt met de noteering van
ultimo December van het vorige jaar, dan
zijn
wij

nu reeds beneden deze noteeriiig gekomen.

Het is
01)
het oogenblik zeer moeilijk, de koper-situatie te overzien; de laatste cijfers, welke ons om-
trent de productie bereiken, ioope.n tot ultirno Jun.i
1933 en geven een cijfer te zien van rond 80.000 ton
per maud gemiddeld (ton van 1000 KG.). Dit is
ongeveer hetzelfde cijfer, als iii 1932 bereikt tegen-

over 118.000 ton in 1931.
Wat nu de cousumptiecijfers betreft, zoo waren

n
Wto

1930

1931

1932

lOSS
Het is wel interessant om aan de hand van de ge-geve.ns van het statistisch overzicht van de Metali-
geselischaft, eenige cijfers te vermelden over koper.
In het bijzonder wordt er op gewezen, dat de pro ductiecijfers in Amerika bezig zijn constant terug te
loopen. Van een ;jaarproductie in Amerika in 1929
van 1.501.000 ton is dit cijfer teruggeloopen tot
500.000 ton in 1932. Indien men nu hier tegenover
stelt de productie ih de andere wereiddeelen, dan
ziet men, dat de teruggang hier veel kleiner is, want
van een totaal
overblijvende
productie van 450.000
ton is deze teruggeloopen tot 400.000 ton. Een en
ander wijst dus op een veel sterkere afname van de productie in Amerika clan in andere werelddeelen.
Het
schijnt,
dat President Roosevelt er niet in ge-
slaagd is, de code voor de koperproductie in Amerika
deze industrie met gunstig resultaat op te leggen.
De kopersmelterijen schijnen zich niet te willen on-
clerwerpen cii vermoedelijk zal men dus tot dwang
moeten overgaan. In hoeverre een en ander de ver-
clere positie van koper zal beïnvloeden, moet nog
worden afgewacht. Op het oogenblik ziet de markt-
positie van dit materiaal er iveer verre van gunstig
uit.
LOOD.

De loodmarkt schijnt betrekkelijk gunstig te lig-
gen. Weliswaar zijn de
prijzen
iets afgeflauwd ten
opzichte van ons laatste overzicht, doch niettegen-
staande dit, houden zij zich betrekkelijk goed. De
productiecijfers over het eerste halfjaar wijzen op
een maandgemiddelde van 90.000 ton tegen 96.000
ton in 1932 en 115.000 ton in 1931. De verbruiks-
cijfers in 1932 bedroegen gemiddeld 91.000 ton, ter-
wijl in 1933 een stijging van, dit verbruik te ver-
SJVV. Z.rLK LI
It.J.
IV,,.

029

1930

1931

1932

1933
wachten is, zoodat een betrekkelijke aanpassing van
dit materiaal heeft plaats gevonden. Een van de
grootste verbruikers, die niet constant maar met tus-
schenpoozen in de mark komt, is Rusland. De notee-
ring van lood bedroeg op 11 October jl. £ 12.3.9 bij
een Pondenkoers van 7.69Y21 tegenover £ 11.2.6 op 30
December van het vorige jaar hij een Pondenkoers

van 8.24.

25 October 1933

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

OXLHI

TIN.

In het afgeloopen kwartaal gaf de statistische po-
sitie van tin wederom een aanmerkelijke verbetering
te zien.

De groote prjschomeliugen, die bij dit metaal
in het verleden zoo dikwijls optraden, bleven achter-
wege. De cashprijs te Londen bewoog zich ni. tus-
schen £ 225i en £ 211i4, beide noteeringen in de
eerste helft van Juli, en schommelde verder om de
£ 216.

Door de intusschen inget reden verdere devaluatie
van het Pond Sterling was de goudprijs minder he-
vredigend. Bedroeg deze in Juni nog gemiddeld
£ 153, in Juli daalde deze tot £ 148, in Augustus tot
£ 145 en in September tot £ 140.
Zooals hierboven reeds werd opgemerkt, was het verloop van de wereldvoorraderi zeer bevredigend,
vooral in de laatste twee maanden. Einde Juni was
de totale hoeveelheid 46.632 tons en eind September
35.859 totis, een afneming dus met 10.773 tons in
drie maanden.
Of de daling der voorraden zich in deze mate zal

1929

blijven voortzetten, hangt voor een groot deel af van
den gang van zaken in Amerika, en valt voor het
moment moeilijk te heoordeeleii.
De Internationale tinpool begon den lsten Juli
met het likwideeren van de uit de markt gehouden
voorraden overeenkomstig cle daarvoor overeengeko-men regeling.
Een overzicht van de exporten der vijf hij het
restrictie-schema aangesloten landen volgt hieronder.

1932
Jan/Juni
’33
Juli
Augustus

1. tons
1. tons
1. tons
1. tom
Nederl.-:tudië

……
15.427
7.919
1.208
954
Malakka

……….
28.408
12.051 2.531
1.879
Bolivia

………..
20.583
7.257
1.233
1.277 Nigeria

………..
4.099
1.958
220
407
Siani

………….
9.261
4.821
863
1.030

77.778
34.006
6.055 5.547

IJZER.

Na de overigens zeer weinig heteekenende kente-
ring op de exportmarkt van ruw ijzer in het tweede
kwartaal, is er in het derde kwartaal geen sprake
van een verdere verbetering in den toestand geweest.
De noteering van Lux 3 fob Antwerpen bewoog zich
gedurende het geheele afgeloopen kwartaal om de
351- goud. Evenals voorheen mag ook nu aan deze
iloteering geen of slechts weinig waarde gehecht wor-
den. Overzeesche handel is er nagenoeg niet.

75
IJZEP.SH PEO EIIG.TOrI

70

65

60-

55-

50

45-

33

1929

1930

1931

1932

1933

Zooals uit het hieronder vermelde staatje blijkt is
de voortbrenging van ruwijzer in West-Europa in de
eerste 8 maanden. van 1933, vergeleken met hetzelfde
tijdperk van 1932, met 12,5 pCt gestegen. Deze uit-

hreiding is voornamelijk te danken aan de vergroo-ting van de productie van ruwijzer voor de staalbe-
reiding, ten gevolge van een uitzetting der vraag
naar staal op verschillende eigen markten der indus-

trieele centra. Zoo heeft Duitschiand met zijn actie voor de werkverschaffing de binnenlandsche staal-

productie tot 60 pOt. van de capaciteit op weten te jagen. In Frankrijk was Mei de levendigste maand
wat betreft de plaatsing van orders. Ongetwijfeld
werd de handel geprikkeld door de verwachting van

hoogere prizen door het op te richten ruwstaalkartel.
Ook in Juni bleef de toestand vrij gunstig, maar
sinds Juli

werd cle markt geleidelijk kalmer met nu
en dan een opleving. Op het oogeublik wordt er over
een order van de spoorwegen ter waarde van onge-
veer 93 millioen frs. onderhandelt!. Deze order is
een onderdeel van een uitgebreid herstelprogramma
opgesteld door de staat.

Ten slotte heeft de Engelsche staalnijverheid winst

hij de hinnenlandsche bestellingen van halffabrika-
ton, ten gevolge van. het tarief VaI1 33 pOt., dat

ten behoeve van de ijzer- en staalindustrie wordt ge-
heven. Ook de vraag naar biunenlandsche afgewerkte
producten na. klein, staal- en gietwerk, is zeer toege-
nomen. De staaluijverheid heeft echter nog altijd te
lijden onder de zware depressie, waaronder de
scheepswerveu en de bouwnijverheid gebukt gaan.
– De vraag naar Engelscli halffabrikaat gaat voor
het grootste deel ten koste van cle Belgische indus-
trie. België verkeert in de voor haar ongunstige om-standigheid, dat zij geen eigen markt van heteekenis heeft. Hoewel het totaal der ruwijzerproductie in de –
eerste 8 maanden van 1933 nog een kleine vooruit-
gang vertoont, vergeleken met 1932, gaat zij de laat-
ste maanden achteruit.
De Westeuropeesche ruvijzerproductie in genoemd
tijdperk was als volgt (in 1000 metr. tonnen)

S
mud.

8 mud.

1933

1932
Frankrijk

…………….
4.221

3.702
Saargebied

……………
1.033

882
:Duitschlaud

…………..
3.294

2.593

Engeland ……………..
2.648

2.524

België ………………..
1.880

1.858

Luxemburg ……………
1.307

1.259

Totaal West-Europa

14.383

12.818

Terwijl de productie toenam, daalde de export van
ruwijzer der voornaamste exportianden, zooals uit de
volgende
cijfers
te zen is:

‘Uitvoer

1933 –

1932
Frankrijk
(8
mud.;
in
uietr.
t.) ……115.628

127.024
Engeland
(9
tand.; iii gr.
t.) ……..75.671

89.641

Hieruit blijkt dus ciudelijk, dat de uitbreiding
van den afzet alleen het binnenland betreft.
Terwijl de produciecijfers voor het grootste del
ruwijzer voor de staaihereidiug betreffen, heeft dé
expoithandel voornamelijk betrekking op de soorten
ruwijzer, die hoofdzakelijk in de gieterjen gebruikt
worden, nl. gieterj-ijzer en hematietijzer. De produc-
tie van laatstgenoemde soorten is nauwelijks of niet
toegenomen en de positie van de markten, vooral van
gieterij-ijzer, is iets zwakker dan zij geweest is. Wel-
iswaar is de positie der gieterjen niet zoo ongun-
stig als
11
ob,rheen, maar vele groote verbruikers heb-
ben hun éhoefte in Juli-Augustus op langen ter-
mijn gedekt. Dit is vooral in Frankrijk het geval

ge-
weest, waar de prijs voor P.L. No. 3 einde Juli tot
230 frs., in een enkel geval zelfs tot 235 frs., basis
Longwy opliep. Dit was o.a. het gevolg van de- mede-
deeling, dat de besprekingen omtrent de stichting
van een Frausch verkoopkantoor voor gieterij-ijzer,
zoo goed als haar beslag gekregen hadden. Tot dusver
is het verkoopkantoor echter niet opgericht en de
prijs van P.L. No. 3 is intusschen gezakt tot om en nabij de 20 frs. In ‘België is de markt voor dit pro-
duct vrij vast op 305-310 B. Frs.
De Engelsche gieterijen hebben lang geaarzeld met

CXLIV

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

25 October 1933

koopen. In aanmerking moet genomen worden de
verlofmaand Augustus, waarin de vacanties natuur-
lijk zoolang mogelijk gerekt worden. In September
begon men echter te koopen en de beperkte productie
in het Cleveland-district is thans niet meer voldoende
om in de behoefte te voorzien. Het gevolg is, dat
men zelfs, wanneer zulks mogelijk was, het goedkoo-
pere hematiet van de Oostkust kocht ter vervanging
van het gieterij-ijzer. Het zijn vooral de fabrikanten
van licht gietwerk, die Cleveland-ijzer op langen
termijn inkoopen. Zoowel in Schotland (Palkirk) als

in de Midiands werken deze
01)
volle kracht. De ma-

chinefabrikanten staan er op enkele uitzonderingen
na veel slechter voor.
De door• accountants ten behoeve van de bereke-
ning der loonschalen vastgestelde gemiddelde netto-
verkoopsprjs voor Cleveland No. 3 voor het derde
kwartaal was 51/7, d.i. een sh. meer dan voor het
tweede kwartaal. Vergelijkt men dezen prijs met dien,
welke in het binnenland voor hetzelfde product ge-
vorderd – en betaald – worden, dan krijgt men een
idee van de prijzen, waartegen op de exportmarkt
zaken gedaan worden. Voor het binnenland zijn de
prijzen 6216-64/6 franco N.O. kust, 62/3 franco
Palkirk en 6513 franco Glasgow. Het feit, dat de

gemiddelde
prijs
van Oleveland No. 3 gestegen is
wijst er ook al op, dat de verhouding binnenlandsche:
buitenlandsche afzet grooter wordt. Het mag met dat
al wel merkwaardig heeten, dat de productie van

Cleveland-ijzer nog steeds niet uitgebreid wordt. Ver-
melding verdient het feit, dat de hematietproducen-
ten van de N.O. kust het op eenige punten met
elkaar eens geworden zijn. Zij onderbieden elkaar
alvast niet meer. ,,Open” kwesties zijn nog de ver-
deeling van het binnenlandsche afzetgebied in prijs-
zônes en de houding ten opzichte van den handel.
De vraag is goed en de prijs is met 3i sh. gestegen.
Een invloed in de richting van een prijsstijging
voor ruwijzer wordt in Engeland in het algemeen
uitgeoefend door de stijging van den cokesprijs.
Terwijl de activiteit in de Duitsche staalindustrie
aanmerkelijk gestegen is, is de ruwijzerhandel onbe-
vredigend. Het Roheisenverband biedt intusschen
tegen ongewijzigde prijzen en voorwaarden aan.
Tenslotte zij nog opgemerkt, dat een gunstig ver-
schijnsel met betrekking tot de positie van ruwijzer
in het algemeen is de stijging van de markt ijoor
oud ijzer en staal, dat de laatste jaren in steeds groo-
tere hoeveelheden in plaats van ruwijzer in staal-
fabriek en gieterj gebruikt wordt.

STEENKOLEN.

Het derde kwartaal van 1933 vertoonde weinig be-
drijvigheid, gedeeltelijk ook een gevolg der zomer-
maanden. De marktberichten in het afgeloopen kwar-
taal waren clan ook eentonig, bijna alle meldden wei-
nig vraag, groote voorraden en lage prijzen.
Omtrent het Internationale Productieprogramma,
waarvoor ter Conferentie in Londen eene commissie
werd samengesteld, werd niets meer vernomen, het-
geen schijnt te wijzen op de onmogelijkheid iets tot
stand te brengen, vooral nu het contact tusschen de verschillende produceerende landen, na ontbinding
der conferentie, zooveel tijdroovender is. De ,,Coal Mines Act” bleef nog steeds gehandhaafd,
niettegenstaande veel protest. In sommigetdistricten
werden de productie-quota naar behoefte verhoogd.
De scherpe concurrentie-strijd op alle markten
duürt voort, vooral Polen tracht zich overal in te
dringen en behaalt dikwijls succes, dank zij den lagen
f.o.b.-prjs, welke ddor lage productiekosten en zeer
lage spoorvrachten naar Danzig/Gdynia, de laatste
verkregen in, ruil voor goedkoope kolen ten behoeve
dier spoorwegen, mogelijk is. In Engeland maakt men
zich zeer ongerust over de gevolgen van het ,,dum-
pen” van Poolsche kolen op de meeste markten, waar-
onder de export vooral van Cardiff steeds meer te

lijden heeft.

Van Engeland’s Oostkust kwamen van tijd tot tijd
wat opgewekter berichten. Dftr vooral werden de
productie-quota verhoogd. Contracten met buiten-
landsche spoorwegen en andere overheidsbedrijven
brachten werk en bedrijvigheid in de havens van
verscheping.
Wales exporteerde groote hoeveelheden anthraciet
naar Canada, waardoor Swansea nogal wat te doen
had, een schril contrast met. Cardiff, Barry en Pe-
narth, waar vele zeer slappe dagen genoteerd werden.
Zoo lang de omliggende landen hun kolenimport blij-ven beperken, zal de toestand in de genoemde havens
niet gauw verbeteren.

– :>I E9NKOLEN. F. 999 1000KG.

12

11

1929

1330

1931

1932

– 1933

Veel aandacht schenkt men in Engeland aan de
plannen om olie uit steenkolen te produceeren, waar-
voor ontwerpen in studie genomen werden, waarvan
de kosten op £ 7.000.000 geraamd worden. De uitvoe-
ring der plannen zou groote bedrijvigheid teweeg
kunnen brengen, volgens bevoegde beoordeelaars.
Voor Continentale kolen wordt het op de werel4-
markt steeds moeilijker door de daling van het Pond-
Sterling. Op reeds geboekte contracten, welke nu
eenmaal in Shilling afgesloten worden, zal menig
groot verlies geleden worden, wanneer bij het binnen-
komen der factuurbedragen de mindere goudwaarde
als opbrengst geboekt moet worden.
Zou Amerika verder gaan met de inflatie-politiek
en zou het Pond-Sterlifig volgen, dan komt Engeland
daardoor tijdelijk weer in een gunstiger positie om
orders te boeken, daar de Continentale kolen gedu-
rende de periode van overgang niet anders dan met
groot verlies omgezet zouden kunnen worden. Indien de algemeene waardeverhoudingen zich weer eenigs-
zins zullen herstellen, kunnen de Continentale kolen
wel weer gaan meedoen in den concurrentiestrijd,
maar winstgevend zal het bedrijf voorloopig toch wel
niet zijn.
In Westfalen waren de voorraden groot, de omzet-
ten oiivoldoende, waardoor nog altijd ,,Feierschich-
ten” moesten worden ingelegd.
Voor Nederland geldt precies hetzelfde, met dit
verschil alleen, dat slechts op enkele ondernemingen op schuchtere wijze ,,heperking” wordt betracht. Al-
gemeen wordt in ons land door de producenten nog
niet ingezien, dat alleen van productieheperking heil
is te wachten, voor het oogenblik althans.

PETROLEUM.

De door de Amerikaansche petroleumindustrie uit-
gewerkte Code werd niet tot wet verheven. Te velen
hadden haar slechts onder voorbehoud aanvaard, en
toen te Washington het ,,hearing” begon, bleken de
verschillen van meening en de wensch van tal van
ondernemingen en ondernemers, slechts hun eigen be-
langen op den voorgrond te schuiven, zoo duidelijk,
dat Generaal Johnson, leider van de NRA. met een
eigen Code voor den dag kwam. Na eenige strub-
belingen werd deze Code, nadat zij bovendien was
geamendeerd, door President Roosevelt geteekend,
met Lahor Day van kracht. De strijd liep vooral
over het vraagstuk der prijsbepaling door den Staat.
De door de industrie zelve uitgewerkte Code be-
vatte een dergelijke bepaling, iets wat heelemaal
niet naar den zin der meeste groote concerns was;
ook Generaal Johnson was een tegenstander van elk
ingrijpen van den Staat op dit gebied. De oppositie

25 October 1933

EÇONOMISCH-STA’f’ISTISCH KWARTAALBERICHT

CXLV

der voorstanders
,
van zulk een maatregel was echter
zoo groot, en hun argumenten werden zoo nadrukke-
lijk naar voren gebracht, dat.tenslotte tot ‘een com-
promis werd besloten. De regeering kân den prijs
van benzine en ruwe olie bepalen. Tusschen de als
standaard gekozen soorten benzine en ruwe olie moet
dan echter de volgende verhouding bestaan: ruwolie-
prijs per barrel = 18.5 keer benzineprijs per gallon. Staatssecretaris van Binnenlandsche ‘Zaken. Ickes,

wiens ministerie met de in de Code ingestelde
,,Federal Agency” is belast, heeft echter van de
bevoegdheid, prijzen vast te stellen, nog geen ge-
bruik gemaakt. Het was voor hem blijkbaar voldoen-
de, dat de prijzen van ruwe olie en van benzine zoo-
wel v66r de afkondiging der Code als ook daarná niet
onbelangrijk zijn gestegen. De eerste door hem ge-
nomen maatregel betrof de vaststelling der winning
van ruwe olie; terwijl deze in de week voor het in
werking treden der Code 2.756.400 barrels dagelijks
had beloopen, beperkte hij haar tot 2.409.700 vaten,
en verminderde haar daarna met 72.500 voor October.
Ook deze cijfers moeten nog steeds als vrij hoog wor-
den beschouwd. De verdeeling van dit maximum on-
der de produceerende Staten geschiedt eveneens door
Mr. Ickes; maar binnen hun grenzen hebben de Sta-
ten zelven voor de verdere verdeeling volgens gehie.
den en terreinen te zorgen. Voor zoover tot nu toe een oordeel over de Code mogelijk is, kan gezegd
worden, dat de petroleumindustrie door de invoering
daarvan zeker méér heeft geprofiteerd dan zonder
clezen stap het geval ware geweest,
terwijl
zij onge-
twijfeld een van die takken van nijverheid is, waar het nuttig effect der Codes het grootst is gebleken.
Niet slechts de binnenlandsche, maar ook de uitvoer-
prijzen -van petroleumproducten zijn aangetrokken,
en dit heeft tot de verwachting aanleiding gegeven,
dat men spoedig met prijsverhooging op belangrijke
Europeesche verbruikscentra zal moeten rekenen. Dit
is echter tot nu toe niet het geval geweest, zeker ook
omdat de prijsstijging in Amerika door de daling van
den Dollar voor Europa werd gecompenseerd. Intus-
schen was een iets hoopvollere stemming ook op de
Europeesche markten duidelijk waar te nemen.
De
Russische
productie van ruwe olie beliep in Juli 1.691.000 ton en in Augustus 1.914.600 ton;
daardoor wordt het totaal voor de eerste acht maan-
den op 13.459.600 ton gebracht tegen 14.913.300 een
jaar geleden. De verwerking beliep in hetzelfde tijd-
vak 12.259.700 ton tegen 14.061.500 ton. De resultaten
zijn dus niet bepaald schitterend, en de kleinere ver-
werking kan ook tot iets grooter rust op de Europee-
sche markten bijdragen.
De
Roemeensche
petroleumprijzen zijn stijgende
zoowel wat betreft de hinnenlandsche als ook de
exportprjzen. De productie van ruwe olie is nog
steeds zeer hoog, pl.rn. 21.000 ton
dagelijks;
de pre-
cieuze
cijfers
waren 679.358 ton in Juli en 673.464
ton in Augustus, en 4.818.743 ton gedurende de eer-
s-te acht maanden van 1933.

KATOEN.

De prijs van ruwe katoen heeft gedurende de
maand Juli niet sterk gefluctueerd; de prijs, die in
Rotterdam begin Juli 25 c. per 36 KG. bedroeg,
heeft zich gedurende die maand vrijwel kunnen hand-
haven. Begin Augustus werd de oogstschatting ge-
publiceerd voor den nieuwen oogst, waaruit bleek,
dat niette’genstaande de groote inkrimping van de

bplante oppervlakte in de Ver. ‘Staten, de vermoe-
delijke opbrengst toch nog Vrij groot zou zijn.
Deze opbrengst werd door het Landbouwbureau te
Washington getaxeerd op 12.413.000 balen, tegen
11.360.000 balen in 1932, terwijl de beplante opper-
vlakte, die in 1932 ruim 37 millioen acres bedroeg,
thans tot niindr dan 30 millioen acres was gedaald.
Men had over het algemeen een kleinere opbrengst
verwacht en prijzen zijn dan ook sedert begin Augus-
tus geregeld gedaald, ook al, omdat de opleving in
Amerika niet meegevallen is en de hoogere prijzen,

die men daar aan de industrie thans berekent, een
minder gunstigen invloed op den verkoop van ma-
nufacturen schijnen te hebben. Nu dan ook, gebleken
is, dat voor het a.s. seizoen ruim voldoende katoen aanwezig is, zijn de hausse-argumenten eenigszins verdwenen en heeft de consumptie geen haast zich
te dekken. Na de daling in -Augustus hebben prijzen
dan ook zeer weinig gefluctueerd en begin Septem-
ber bedroeg de prijs in Rotterdam ca. 20 c. per
36 KO., welke prijs zich gedurende die maand vrij-
wel heeft kunnen handhaven.

KATOEN CT5E

PENCE

U.”~~

L

929

1930

1931

1932

1933

WOL.

De stemming van de markt gedurende het boven-
aangegeven tijdvak had een levendig karakter. Vanaf het moment, dat op de respectieveljke overzee-mark-
ten de veilingen hadden ingezet, vonden de aange-
boden hoeveelheden gereeden afzet, evenals dit bij de
veilingen te Londen het geval was.

1930

De reeds gedurende het tweede kwartaal waarge-
nomen prijsverhooging, zette ook gedurende deze pe-
riode krachtig door, zoodat de huidige wolprijzen
soms 50 pCt. hooger waren dan den laagsten stand van
dit jaar noteeren. Eerst gedurende de laatste veer-
tien dagen van het kwartaal was weer een min of
meer flauwe tendens te bespeuren.
De omvang van den omzet was – eenige kleine
schommelingen buiten beschouwing gelaten – in het

algemeen boven het normale.

HOUT.

De prijzen van hout zijn in Juli, Augustus ‘en Sep-

tember nog iets opgeloopen, nl.
f
90.— voor Rus-

sisch hoit van Archangel en Leningrad ,,A” kwali-
teit ha6is 7″ c.i.f. Hollandsche havens met de ge-
bruikelijke reducties voor ,,B” en IVde soort. Van

Zweden en Finland werd gemiddeld
f
80.— basis 7″

f.o.b. genoteerd, al naar gelang der aangeboden spe-
cificaties. In Finland was evenwel niet veel vuren-
hout meer disponibel; over het algemeen hadden
slechts enkele groote zagerjen nog een behoorlijke partij o.s. vuren af te geven.
De overboord prijzen zijn iets lager, omdat het
goedkooper is een niet te hooge reductie te accep-
teeren dan het hout op te slaan, waarvan de kosten
nog steeds abnormaal hoog zijn.

CXLVI

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

25 October 1933

Op het oogenblik gaat er betrekkelijk weinig om.
Voor het volgend jaar is er nog niet veel animo,
ofschoon er enkele onderhandelingen zijn gevoerd,
die evenwel slechts gering succes hebben gehad. Zwe-
den geeft er de voorkeur aan nog wat te wachten,
tot men den toestand beter kan overzien, terwijl ook
de Russen nog niet aan de markt zijn.

RUBBER.

De rubberproducenten verkeerden in de verslag-
periode tusschen hoop, teleurstelling, twijfel en nieu-
we hoop. Immers werd, nadat men met de tot stand-
koming der restrictie als een heugelijk feit had ge
rekend, bekend, dat het door de Britsche en Neder-
landsche producenten uitgewerkte restrictieschema niet de goedkeuring der betrokken regeeringen kon
wegdragen, dat nogal ingrijpende veranderingen
noodzakelijk bleken te zijn, om het voor haar aan-
vaardbaar te. maken. Dus moesten de producenten
veer een nieuw of althans geamendeerd plan uit-
werken, en het scheen nog de vraag, of dat nu inder-
daad zou gelukken. Werkelijk bleek vooral onder de Britsche producenten nogal vdrschil van meening te
heerschen, hetwelk echter later overwonnen kon wor-
den, en een commissie, die ook vroegere tegenstanders
der restrictie omvatte, werd gekozen, om met de
Nederlandsche producenten te onderhandelen. Maar
ook de opvattingen tussehen de Britsche en Neder-
landsche producenten liepen uit elkaar, en terwijl het
moeilijk is, de waarheid omtrent deze meeningsver-
schillen te weten te komen, kan toch worden gezegd,
dat het hier voornamelijk ging om de offers, die elk
der partijen moest brengen, terwijl ook betreffende
de modaliteiten der restrictie – vermindering van
de productie of vermindering van den export – niet
aanstonds volle overeenstemming kon worden ver-
kregen. De moeilijkheden, die, als van ouds, het
vraagstuk der inlandsche rubber oplevert, hoopt men
met hulp der regeering door een speciaal uitvoer-
recht op dit product op te heffen. Een verdere moei-
lijkheid schuilt in de houding der Fransche produ-
centen in Indo-China, die door een uitvoerpremie der Fransche regeering worden gesteund, en ven-schen, dat rekening worde gehouden met het feit,
dat deze productie nog absoluut onvoldoende is, om
Frankrijk van andere leveranciers onafhankelijk te.
maken. Houdt men verder daarmede rekening, dat
weliswaar het verbruik gedurende het loopende jaar
sterk is gestegen, maar ook gedurende de laatste
maanden de productie zeer sterk is toegenomen, dan
is het zeker opmerkelijk, dat de rubberprijs zich na
een niet al te groote daling na het mislukken van het
restrictieplan betrekkelijk goed kon handhaven, ter-
wijl ook de koersen der rubberaandeelen geenszins
flauw waren. Men schijnt dus èn in den kring der
producenten, èn in dien der verbruikers, maai ook bij
de speculanten nogal optimistisch gestemd te zijn,
wat het resultaat der nieuwe onderhandelingen be-

treft.

Hetgeen zoo juist betreffende den toenemenden ex-
port werd gezegd, kan ook met enkele cijfers worden
gestaafd. De uitvoer van
Malakka
beliep gedurende de

eerste acht maanden 350.109 ton tegen 318.242 een
jaar geleden; de cijfers voor Juli en Augustus zijn
50.351 en 52.291 ton (1932: 40.723 en 39.337 ton).

Ned.-Indië
exporteerde gedurende de eerste zeven
maanden 141.102 tegen 121.100 ton; de cijfers voor

Juni en Juli luidden 24.983 en 28.526 ton (1932:
17.352 en 16.471 ton); en de uitvoer van
Ceylon

bereikte 33.350 (26.815) ton. De export van
inlanci-

sche ri.bber
beliep in de maanden Januari, April en
Juli 4.623, 5.511 en pl.m. 12.500 ton (1932: 6.657,
3.132 en 3.692 ton), de productie van Nederlandsch-

Indische
onciernemingsrubber
was in deze drie maan-
den 10.950, 11.584 en 16.026 ton in 1933, en 13.916,
13.427 en 13.049 ton in 1932.

V011L VCW . 0.

Het
wereldverbruik
wordt voor de eerste helft van
1933 op 394.000 ton geschat tegen 344.000 ton een
jaar geleden. In de Ver. Staten beliep het van
Januari tot en met Augustus 278.000 ton tegen
230.000 ton. De toeneming loopt parallel met die van
de productie van automohielen, die gedurende de
eerste acht maanden van 1933 1.492.000 stuks bedroeg
tegen 1.073.000 een jaar geleden.
De
wereidvoorraclen
worden einde Augustus op
576.106 ton geraamd tegen 588.976 ton een jaar ge-

leden.
SUIKER.

Terwijl in het vorige overzicht van eene opleving
gewag gemaakt werd, kan over de afgeloopen drie
maanden niet veel goeds gemeld worden. In de eerste
plaats dient het uiteengaan, men kan gerust zeggen
mislukken, der economische wereldconferentie te Londen vermeld te worden met de onvermijdelijk
nadeelige gevolgen voor een wereldartikel als suiker.
Meer nog dan tot dusver werden de oogen naar
Amerika gericht, waar de door Roosevelt getroffen
maatregelen van dusdanige afmetingen zijn, dat de
gevolgen, goede of kwade, niet te voorzien zijn. Het
is niet te verwonderen, dat men, vooral na de mis-
lukking van Londen, veer wantrouwend werd en in
een ,,de kat uit den boom kijken” politiek verviel.
Ook Cuba had hierin zijn aandeel. Na eenige om-
wentelingen is de toestand op dat eiland chaotisch
geworden. Telkens gaan er stemmen op, die de in-
ternationale overeenkomst volgens het Chadbourne-
plan willen opzeggen. Dat het zoover zal komen, is
te betwijfelen. Op de markt maakt het echter een

onaangenamen indruk.
Zooals in het vekelijksche overzicht d.d. 4 October
medegedeeld, zijn de contingenten voor productie
resp. importen in de Ver. Staten thans vastgesteld,
hoewel nog niet wettelijk. Voor cijfers zie genoemde
aflevering. 1-let .is
overigens nog zeer de vraag, wat
de uiteindelijke invloed daarvan op de markt zal zijn.
Loco suiker noteerde begin Juli in New-York
3.50 d.c. hij een Dollarkoers van ca.
f
1.96. Tenge-
volge van de daling van den Dollar tot ca.
f
1.70 op

den 19den Juli steeg de suikerprijs tot 3.65 d.c. Tot

de oploopende
prijzen
werd flink gekocht. Daarna

kwam de Dollar op
f
1.80 te staan, om welkea koers
hij geruimen tijd bleef zweven. De stemming voor
suiker werd hoe langer hoe lusteloozer. De fluctuaties
bleven, behalve een plotselinge val van ca. 12 punten
op één dag tegen het midden van Augustus, binnen
beperkte grenzen. Op 18 en 19 September kwam de
noteering voor lbco nog even op 3.65 d.c. te staan,
voornamelijk tengevolge van de zeer flauwe tendens voor den Dollar. Deze bleef daarna op
f
1.60 dobbe-
ren en door de zwakke stemming voor suiker ein-

digde het kwartaal op 3.55 d.c.
De andere markten hebben scherp gereageerd op
het ontijdige einde der Londensche conferentie en
gaven verder een droevig beeld van lusteloosheid te

25 October 1933

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

CXLVII

zieh. De Léndeilsche terinijnnoteeringen zijn in totaal
met ce. Sh. 1/- gedaald en die te Amsterdam met
bijna
f 1.–..

De gedurende nagenoeg de geheele verslagperiocle
aanhoudende warme droogte heeft nogal schade aan
cle bieten berokkend. Dit feit heeft aan de markten
nog wel eenigen steun verleend, alhoewel speculatieve
aankoopen er niet op plaats vonden. Verkoopers ech-ter hebben een uiterst voorzichtige en terughoudende
politiek gevolgd. Toen in midden September de
eerste flinke regens intraden, konden deze het ge-
wicht der bieten niet meer doen vermeerderen, wei
ht suikergehalte ietwat verhoogen. In eenige landen
werd met het rooien van het gewas begonnen. Ultimo
Augustus verscheen de eerste rarning van Mikusch
met een totaal van 0.106.000 tons voor Europa zon-
chr Rusland tegen 5.599.000 tons verleden jaar, ter-
wijl eene raming voor Rusland uiterst
moeilijk
is.
Een maand later volgde de eerste raming van F. 0.
Licht, die 5.937.000 tons voor Europa zonder Rus-
land luidde, hetgeen bij een 10 pCt. grooteren uit-
zaai een 6.3 pCt. meerdere opbrengst aanwijst.

SUIKEP.F.PEP 100 K.G.

1929

19O

Voor de, Javamarkt waren de omstandigheden even-
eens buitengewoon ongunstig. De kooplust uit
Britsch-Indië bleef uiterst beperkt en de prijzen
moesten, voor deze en andere destinaties gaandeweg
verlaagd worden, teneinde aan de concurrentie van
Engcische raffinacle voor de witte Javasuiker en aan Cuba voor de bruine Javasuiker het hoofd te kunnen
bieden.
Brachten in cle voorafgaande drie maanden ver-
koopen van witte Javasuiker voor levering op de
Amsterdam ij
sche termnmarkt nog wat opleving, zoo
zijn deze zaken geheel tot stilstand gekomen nu het
zeker is, dat voorloopig geen wijzigin.g in de tot dus-
ver gevolgde muntpolitiek in Nederland te verwach-
ten is. 1-let is dan ook geen wonder, dat de van Java
aangekomen en nog te verwachten aanvoeren de markt alhier drukken, vooral waar deze suiker in
verband met het daarop vallende invoerrecht van

,f
2.40 niet voor de consumptie in Nederland inge-
voerci kan worden en dus op hoop van wederexport
in entrepot moet blijven liggen.

De verkoopen van de N.I.V.A.S. gedûrende de
verslagperiode bedragen ce. 300.000 tons, waardoor
het totaal sedert 1 Januari op ruim 1.200.000 tdns
gebracht wordt.

THEE.

be verbetering van de stemming op de theemarkt,
waarvan in het vorige kwartaalov’erzicht melding
werd gemaakt, hield ook aan in het derde kwartaal.
De middenprijzen der in dat kwartaal gehouden
vijf veilingen geven daarvan een goed beeld. Sloot
het tweede kwartaal met een middenprijs van 32%
cts. per h.KG. in entrepôt (22 Juni), voor de vei-
lingen in het derde kwartaal vindt men achtereen-
volgens middenprijzên van 33l, 34%, 353″, 36. en

37%’ cts. per h.KG. (21 September). .De totale rij-
zing bedroeg dus ruim 5 cts., hetgeen een verbetering
is van ongeveer 15 pCt. (zie nevenstaande grafiek).
Het totaal-aanbod in. de vijf veilingen van het
derde kwartaal beliep 76.679 kn. Ned.-Indische thee,
tegenover 88.764 kn. in de zes veilingen van het
overeenkomstige kwartaal van verleden jaar.
De statistische positie van het artikel op de we-
ieldffiarkt is ook in het derde kwartaal voortdurend

verbeterd. TeneinJe dit te kunnen aantoonen vol-
gen hieronder de voorraden in de Londensche pak-
huizen op ulto. Juni, Juli, Augustus en September
in vergelijk

ing met die van verleden. jaar:
Londen
Amsterdam
1933

1932
.
1933
1932
in uFli. Ibs.
kisten
ulto.

juni

……..
244.8

1.82.2
115.309
71.980
..,Juii

………
234.4

183.9
119.105
75.426
Augustus
235.1.

202.7
105.999
92.482
9Q
In
Q

0I0
1
(10111
7fl (1.0

Weliswaar zijn cle Lonciensche voorraden op ulto.
September nog 16 millioen lhs. hooger dan een jaar
geleden, doch waar 1932 in den loop van het derde
kwartaal een vermeerdering der voorraden te zien

gaf van ruim 37 millioen lbs., zulks als normaal ver-
schijnsel door het binnenkomen van den Noordel.
Britsch-Indischen oogst, clie dan in. het volle seizoen.
is, geeft het derde kwartaal van dit jaar een afne-
ming te zien van 9.5 millioen lhs.
Een dergelijk beeld geven. cle statistieken te zien. van het Thee Etablissement te Amsterdam.

Stonden de voorraden Ned.-Indische thee op het
einde van het tweede kwartaal van dit jaar op 43.300
kn. boven die van een jaar geleden, op ulto. Septem-
ber 1933 was dat accres t.o.’, verleden jaar terugge-
loopen tot 17.000 ku.

Het spreek-t vanzelf, dat deze sterice afueming der
voorraden in Londen en Amsterdam regelrecht het
gevolg is geweest der verminderde uitvoeren uit de
thee-produceerende landen der wereld, welke ver-
mindering in de maanden Juni, Juli en Augustus
(latere gegevens zijn er nog niet) van dit jaar sterk
tot uiting kwam.
Ned.-ludiii

.I3ritsch-Indië .

Ceylon
in 1000KG.

in 1000 Ihs.

in
1000 lbs.
1933

1932 . 1933

1932

1933

1932
Juni

4.978

6.588 21.759

23.694 21.000 26.940
Juli …..
3.900

6.377 30.180

39.340 16.910 20.098
Augustus

4.206

6.160 45.960

50.317 12.750 20.692

13.084 19.125 97.908113.351. 50.660 67.730
Het binne.nlandsch verbruik in Nederland blijft in
het derde kwartaal . 1933 vergeleken met dat van
verleden Jaar zoo ongeveer op één hoogte.
Waar kort geleden de pakkers als gevolg van cle
voortdurend oploopende marktprijzeu ook zijn over-
gegaan tot verhooging van hun detailprjzen en in
het bijzonder van die der goedkoopste melange –
waar het verbruik zich hoe langer hoe meer op con-
centreert – zal het de vraag zijn of het verbruik
van thee onder de tegenwoordige slechte economische
omstandigheden, daar niet onder te lijden zal heb-
ben. Dit zal echter eerst in het volgende kwartaal
tot uiting komen.
Als slot van dit overzicht kan vermeld worden, dat het Australische Gouvernement ertoe over is gegaan
om de invoerrechten op thee te verlagen. Voorwaar
een belangrijk feit in deze omstandigheden, te meen
waar Australië, zooals bekend, een sterk theeverbrui-
kend land is.
De invoerrechten werden met 1 d. verlaagd, ter-
wijl de.,,prirnage-duty” (het invoerrecht van 10 pCt. cd valorem) geheel werd afgeschaft. Waar Australië
een goede klant is van ons koloniaal product, zal
dë uitvoer van Necl.-Indische thee naar Australië
daar zeker wel van profiteeren.

1). VC( 2F…U.

1933

CXLVIII

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

25 October 1933

DE ECONOMISCHE TOESTAND VAN NEDERLANDSCH-
INDIË, DUITSCHIAND, GROOT-BRITTANNIË EN DE
VER. STATEN.

(Samengesteld in overleg met het Centraal Bureau
voor de Statistiek te ‘s-Gravenhage.)

Nederlandsch-Indië.
Volgens een grafische voorstelling bij het overzicht
van den Volkenbond van de economische situatie in
verschillende landen is de
verscherping
der depressie
gedurende het tweede kwartaal van 1933 in Neder-
landsch-Indië minder geweest dan vroeger. De
depressie schreed er dus nog steeds voort, was ook
heviger dan in vroegere kwartalen, alleen de snel-
heid van toeneming was minder geworden.
Dit is geheel te danken aan de prijsstijging, die
onder den invloed der gebeurtenissen in Amerika
voor diverse exportproducten belangrijke afmetingerL
aannam. De rubberprijs steeg h.v. in Juli tot 18 cent
per h.KG. tegenover een prijs van 8 cent in het begin
van het jaar. Na ,Tulï is hierop een prijsdaling ge-volgd. De rubberprjs kon zich tot nu toe op ca. 14
cent handhaven, de theeprijzen bleven stijgen, dank
zij de ingevoerde restrictie, maar de. koffie- en copra-
prijzen daalden tot beneden het peil van verleden
jaar, evenals de suikerprijs. Dientengevolge vertoonde
de waarde van den uitvoer van die producten een

kleine stijging in het tweede kwartaal, vooral omdat
de hoeveelheid uitgevoerde rubber en petroleum toe-
nam. Aan de hand van de prijsontwikkeling in het
derde kwartaal mag men aannemen, dat de uitvoer
de dalende richting heeft hervat.
De invoer bleef zich ook in het tweede kwartaal,
zoowel wat hoeveelheid als wat prijs betreft, in dalen-
de richting bewegen.

Tweede kwartaal Eerste helft
Uitvoer 1933 1932 1933 1932
Gewicht in 1000 toii …….
2147.7 2076.9 4117.4 4246.0
Waarde in miii. gid. …….
119.8 141.6 244.6 317.4
Invoer.
Gewicht in 1000 ton …….
414.2

411.3

893.5

914.0
Waarde in miii. gld . …….

73.9

102.5

156.1

210.5

Bijzonder ongunstig bleef zich de suikerexport ont-
wikkelen. Deze bedroeg in de eerste zeven maanden
van dit jaar 653.000 ton tegen 834.000 ton in de over-
eenkomstige periode van het vorige jaar. De door de
regeering bij de indiening der Nivas-plannen ge-
raamde jaarlijksche export van 1.5 millioen ton zal
op deze wijze dus lang niet worden bereikt.
Vergelijkt men de prijsdaling van de uitgevoerde
producten met die van de ingevoerde• goederen, dan
krijgt men een overzicht van de gevolgen voor de
Indische volkshuishouding van de handhaving van
den gouden standaard voor den buitenlandschen han-
del. Uit de in- en uitvoerstatistiek kan de waarde
pe,r ton van in- en uitvoer worden berekend, hetgeen

de volgende
cijfers
geeft.
Waarde per ton

1929

1930

1.931

1932

1933 in
N.-J. guldens
.•

(le helft) (ie helft)
invoer ………
316.3

302.9

260.2

230.3

174.7
Uitvoer ……..
142.0

1.16.2

92.5

74.8

59.4
Tndexcijfers,
we
n neer uien de waarde in
1929 op 100
stelt.
r
.
Tnvoe………
100

95.8

82.3

72.8

55.2
Uitvoer ……..
100

81.8

65.1

52.7

41.8 Verhouding tusschen cle waarde van in- en uitvoer
,
per ton.
1

0.85

0.79

0.721.)() 0.76
De waarde vn de uitgevoerde productn is dus
voortdurend belangrijk sneller gedaald dan die van
den invoer, met uitzondering van de eerste helft van
dit jaar tengevolge van de krachtige prijsstijging van

eenige exportproducten. Nu deze
prijsstijging
tot stil-
stand is gekomen, evenals de prijsdaling van inge-voerde goederen, zal de prijsverhouding zich, ver-
moedelijk, in het derde en vierde kwartaal van 1933, opnieuw ongunstig gaan ontwikkelen.

Duitschland. De economische situatie in Duitschland is in het
tweede kwartaal over het algemeen verbeterd, echter
met een kleinen terugsiag in Juli.

T:Iet aantal in de industrie werkzame personen is
gedurende het afgeloopen kwartaal in Duitschiand
geleidelijk blijven
stijgen,
en bedroeg in Augustus
rond 1 millioen meer dan in de overeenkomstige
periode van 1932 (13,7 tegen 12,7 millioen). Men
moet hierbij in het oog houden, dat het aantal werk-

loozen sterker vermindert dan het aantal werk-
zame personen toeneemt. Voor de. laatste maanden
werden de volgende gegevens gepubliceerd:

Werkzaam Werkloos Totaal

in
iniilioeueu

Juni ………………

13,3

4,86

18,16
Aug. ……………..

13,7

4,12

17
2
82
Sept..

…………….

13,7

3,85

17,55

In andere landen, b.v. Engeland, ziet men juist
het omgekeerde, omdat pêrsonen, die wegens den lan-
gen duur der werkloosheid niet meer geregistreerd
waren, weer werk vinden. Daar stijgt dan ook het
aantal werkzame personen sneller dan het aantal
werkloozen afneemt.

In tegenstelling met de ontwikkeling in de Ver.
Staten is de verbetering in Duitschiand het grootst
in de bouwbedrijven, waardoor ook de productie van
valswerkproducten werd gestimuleerd. De steunmaat-
regelen der regeering ter bevordering van de bouw-
bedrijvigheid zullen onverzwakt worden voortgezet.
Er is een nieuw crediet van 500 millioen Mark be-
schikbaar gesteld voor bijdragen in de kosten van
vernièuwing en verbetering van gebouwen, zoowel
woonhuizen als bedrijfsgebouwen, voor werkzaamhe-
den, die vtôr 1 Maart 1934 worden begonnen. De
bijdrage zal een derde van de totale kosten bedra-
gen. Bovendien wordt voor het bedrag, dat de eige-
naars zelf hieraan besteden, een toeslag op te vergoe-
den rente van rijkswege gegeven, voor zoover die
rente meer dan 4 pOt. bedraagt (thans meestal 7
pOt.). Men hoopt op deze wijze de seizoenswerkloos-
heid in de bouwbedrijven gedurende de komende win-
termaanden krachtig tegen te gaan.
Nu de uitingen van Duitsche economen sterk onder
den invloed der regeeringsinzichten staan, wordt van
Duitsche zijde de theorie verkondigd, dat de Staat,
door verschaffing van credieten, het bedrijfsleven op
gang kan brengen en daartoe de hulp van de parti-
culiere kapitaalmarkt en de banken kan ontberen. Er
wordt op gewezen, dat bij de opleving in 1927 de
banken daarop anticipeerden en reeds in de periode
van depressie ertoe overgingen haar credieten aan de
industrie uit te breiden. De rekening-courant-saldi
waren in 1927 maandelijks 1 á 2 milliard grooter dan
in 1926. Thans zijn deze saldi, bij toegenomen be-
drijvigheid, gemiddeld 500 millioen Mark lager dan
verleden jaar. Men kan dit echter ook verklaren uit
het feit, dat de banken geen voldoende vertrouwen
in de solvabiliteit der aanvragers hebben, hetgeen
zeker niet behoeft te verwonderen, wanneer men na-
gaat, v’elke maatregelen de Duitsche regeering de
laatste maanden heeft genomen in het belang van die
debiteuren, die niet in staat waren aan hun verplich-
tingen te voldoen.
Bij de wet van 1 Juni 1933 is de schuldverlichting
voor den landbouw geregeld; schulden, die boven de
60 pCt. van de tegenwoordige waarde van het grond-
bezit uitgingen, de ,,Mündelsicherheits”grens, werden
gehalveerd, terwijl de rente tot 4 pOt. werd terug-
gebracht. Nam de schuldeischer daarmee geen genoe-
gen, dan kon de schuld worden afgelost in een soort
staatsobligaties, die 4 pCt. rente geven. Er werden
echter geen bepalingen gemaakt omtrent de belee-
ningsmogelijkheid van deze papieren, zoodat de
eigenaar daarvan zich bij verkoop of beleening ver-
moedelijk nog flinke verliezen zal moeten getroosten
op de helft van hetgeen
hij
oorspronkelijk te vorde-
ren had.
Thans is een soortgelijke wet afgekondigd voor

25 October 1933

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

CXLIX

schuidverlichting der gemeenten, waarbij de rente
van gemiddeld 7 tot 4 pCt. wordt teruggebracht.
7T
anneer
de schuldeischer daarmede geen genoegen
neemt, behoudt hij het recht op de vroegere rente,
maar dan wordt een vijfjarig moratorium voor rente
en aflossing van kracht, zoodat in dien tusschentijd
de rente bij de hoofdschuld wordt bijgeboekt. Bij der-
gelijke maatregelen in het nadeel der schuldeischers
is het verklaaibaar, dat banken de grootste terug-
houdendheid bij de verstrekking van nieuwe credie-
ten betrachten. Na dergelijke precedenten zal het
voor iederen bedrijfstak
niet moeilijk zijn om, in ge-
val van bezwaren bij de vervulling zijner verplich-
tingen, zilke schuldverlichting te krijgen.
Hiertegenover staat, dat de op deze wijze verkregen
verlichting van den rentelast der gemeenten de uit-
gaven der openbare lichamen doet afnemen, terwijl
vermindering der werkloozenuitkeeringen bij het tot ruim 4 millioen gedaalde aantal ondersteunden, (v.j.
5 millioen) ook een zeer groote verlichting brengt.
Nu sommige belastingen iets ruimer vloeien (b.v. de
omzetbelasting en de verhoogde vetbelasting), is de
situatie van de schatkist verbeterd, vooral ook waar
de toestand van de gemeanten zich veel gunstiger
‘aat aanzien. Tot 31 Maart 1934 is het den gemeen-
ten verboden nieuwe leeningen aan te gaan.
Intusschen is er nog geen grond voor de hoop, dat
men in staat zal zijn van de bedragen voor steun
aan particulieren bouw en openbare werken ca.
1 milliard Mark uit de gewone rjksinkomsten te be-
talen. Indien de toestand zich blijft ontwikkelen als
in het tweede kwartaal, zullen de inkomsten en uit-
gaven elkaar in 19331’34 op ca. 3.9 milliard Mark in
evenwicht houden zonder deze extra bedragen voor
openbare werken, enz.

De buitenlandsche handel van Duitschiand ver-
toont nog geen teekenen van opleving. Zoowel in-
als uitvoer bleven de laatste maanden op het lage ni-
veau van begin 1933 staan. De waarde van den uit-
voer bedroeg in Juni en Juli respectievelijk 384 en 385 millioen tegenover 390 millioen in Januari; in
Augustus werd, voor het eerst na Maart, een uitvoer
van meer dan 400 millioen bereikt (413 mill. Mark).
Eind Augustus was het uitvoersaido van de Duit-
sche handelsbalans, over de acht afgeloopen maanden,
383 millioerL Mark, tegenover 765 millioen in de over-
eenkomstige periode van 1932.

Na de vermidering van deu invoer van levens-
middelen door verhoogde contingenteeringen en in-
voerrechten in April is geen verdere achteruitgang
opgetreden. Men heeft van Duitsche zijde dien invoer
vrijwel tot het bereikbare minimum teruggebracht.
De invoer van voedingsmiddelen, die ook in Duitsch-
land worden voortgebracht, had in 1927 een waarde
van 3,6 milliard Mark, in 1932 een waarde van nog
slechts 1,1 milliard. Die van voedingsmiddelen, welke
Duitschland niet kan voortbrengen, zooals zuidvruch-
ten, koffie, e.d,, was van 1,3 milliard in 1927 tot
0,7 milliard in 1932 gedaald. Deze laatste vermin-
dering komt ongeveer met de prijsdaling in die
periode overeen, zoodat de invoer der andere voe-
dingsmiddelen, ook wat hoeveelheid betreft, sterk is
verminderd. Van de voornaamste producten, zooals
graan, bedraagt de invoer nog slechts 1 pCt. van de
in het binnenland geproduceerde hoeveelheid, terwijl
de invoer van groenten en fruit verleden jaar slechts
10 pCt. van de in Duitschland geproduceerde hoeveel-
heid bedroeg en thans nog minder is. Slechts voor
eieren is de speling iets grooter, maar men doet ook zijn best de binnenlandsche eierproductie te forcee-
ren, en op deze wijze de laatste ingevoerde producten
tot een onbeteekenend minimum terug te brengen.
Wil men de economische situatie van Duitschiand
in het algemeen karakteriseeren, dan moet men tot
de conclusie komen, dat de werkloosheidsuitkeeringen
door de huidige regeering gedeeltelijk zijn vervangen door bijdragen aan ondernemers, vooral in het bouw-

bedrijf, en door uitgaven voor openbare werken. Het
weekbericht van het Institut für Konjunkturfor-
schung schrijft hierover (Nr. 28, blz. 120): ,,In den Konjunkturzyklen der Vorkriegszeit setz-
ten die Investitionen bei der privaten Bautiltigkeit
ein. Ganz anders ist es gegenwiirtig. Die Investitio-
nen der öffentiichen Hand nameutlich im Tiefbau,
stehen dank der staatlichen Arbeitsbeschaffung mit-
aus an erster Steile.”
Sinds begin 1932 werden voor dit doel ongeveer
800 millioen Mark uitgegeven, terwijl thans nog 3
milliard Mark daarvoor beschikbaar zijn gesteld bij
besluiten der tegenwoordige regeering van Maart en
Juni 1933. Dit moge van sociaal standpunt bezien
een prijzenswaardige maatregel zijn, de invloed op
de geheele conjunctuurbeweging teekent zich nog gepaard zijn gegaan met regeeringsingrijpen in de
verhouding tussehen schuldeischer en schuldenaar,
dat zeker niet bevorderlijk is geweest voor het aan-
trekken van nieuw kapitaal.

Groot-Brittannië.

De geleidelijke verbetering van de conjunctuur in
Engeland, die wij in het vorige kwartaaloverzicht
reeds konden constateeren, en die ook uit de gegevens
van onzen conjunctuurstaat blijkt, heeft zich in de
laatste maanden voortgezet zonder de meer of minder
hevige terugsiagen, welke men in de Ver. Staten en
Duitschland kon waarnemen. De verbetering heeft
tot eind Augustus, den datum der laatst gepubliceer-
de conjunctuurgegevens, voortgeduurd.
Het zijn vooral de kolenmijnen, de ijzer- en staal-industrie en de scheepsbouw, die de nog steeds zeer
groote werkloosheid veroorzaken. Terwijl het alge-
meene percentage der industriëele werkloosheid eind
Aug. tot 19.2 was gedaald, (v.j. 23.1), en einde Sep-
tember ongeveer tot 19, waren de werkloosheidsper-
centages in den kolenmijnbouw gedurende die maand
22,6, even groot als verleden jaar, benevens nog 14,6
pCt. tijdelijk werkloozen (v.j. 19.0), in de ijzer- en
staalindustrie 36.0 (v.j. 49.4), in den scheepsbouw
52.0 pCt. (v.j. 62.2). In de algemeene machine-indus-
trie, die van den bouw van electrische machines en
in de textielindustrie is de toestaiid veel minder
slecht, en schommelen de werkloosheidsperceutages tusschen 12 en 24. Gezien de
werkloosheidscijfers
in
andere landen, kan men de situatie in Engeland dan
ook niet ongunstig noemen. Echter zal een flinke
afneming der werkloosheid er, behoudens drastische
loonsverlaging of verdere depreciatie van de valuta
mogelijk zijn bij herstel der bedrijvigheid in de ijzer-
en staalindustrie en den scheepsbouw, iets wat van de
expansie van het bedrijfsleven in andere landen af-
hangt, daar deze industrieën in Engeland voor e’
zeer belangrijk deel op export zijn aangewezen.
De emissiemarkt wordt tot nu toe geheel door
staatsleeningen beheerscht. Van de £ 116.3 millioen,
die in het derde kwartaal werden geëmitteerd inclu-
sief conversieleeningen kwamen niet minder dan £ 112.4 voor rekening van Overheidspapieren en
slechts £ 3.9 millioen voor rekening van alle indus-
trieën tezamen. Voor de negen maanden van dit jaar,
tot 1 Oct., waren de cijfers respectievelijk £ 227.1
millioen, waarvan voor alle industrieën £ 30.4 mil-
lioen.
Het is van belang te vermelden, dat de kleinhan-
delsoinzetten in Augustus voor het eerst sinds jaren
hooger waren dan in de overeenkomstige maand van
verleden jaar, al is het verschil slechts 0.2 pCt. Voor-dien was er gedurende de geheele crisis een ononder-
broken daling geweest. Het indexcijfer van de kosten
van levensonderhoud is de laatste maanden gestegen
nl. van 78 in Mei tot 81 in Augustus.

CL

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

25
October 1933

Vereenigde Staten.

,,The country neecis and, unless T misake its tem-
per, the country dernands hold persistent experimen-
tation. Tt is common sense to take a methocl and try
it; if it fails, admit it frankly and try another.

But above all, try something.”
Deze merkwaardige uit-

lating, clie President Roosevelt in een ve.rkiezings-
rede over de noodzakelijkheid van economische ,,plan-
ning” heeft gedaan, heeft hij ook in daden omge-
zet. En al mag men van meen.ingverschillen over de

al of niet wenschelijkheicl van de methode, die de
Amerikaansche President heeft gevolgd, erkend zal
toch moeten worden, dat in het economisch leven van
de Ver. Staten over het algemeen een aanzienlijk

herstel is ingetreclen.

De prijzen van lanclbouwproducten zijn door de
depreciatie van den. Dollar sterk gestegen en hoewel
de stijging voor vele landbouwers nog niet ver ge-

noeg gaat, heeft zij toch reeds een aanzienlijk herstel
teweeggebracht en. de toestand op het platteland
eenigszins verbeterd. En wat de industrie betreft,

verwijzen wij naar de onderstaande grafiek.
1)

Het blijkt, dat de omslag in de conjunctuur, wat de
belangrijkste takken van productie betreft (ijzer en
staal, steenkolen, automobielen, textieigoederen, wa-
gonverladingen), va.n midden 1932 dateert. In die

1)
De inciexeijfers iii deze grafiek zijn gebaseerd
O)
het
mnaandgemicldelde van de periode
1.923-1925 = 100.
Gec.
md. heteekent indexeijfers gecorrigeerd op seizoensi
II-

vloed en.

periode htd de bedrijvigheid haar dieptepunt bereikt,
en begon daarna toe te nemen. De verbetering was
evenwel niet constant, maar werd door een nieuwen
terugsiag onderbroken, die eind 1932 begon, welke
laatste door cle economische maatregelen der regee-

ring Roosevelt is bestreden.
De hier beschouwde periode is die, waarin de dol-
lardepreciatie haar uitwerking deed gelden. De in-

dustriëele codes
zijn
eerst in den loop van Augustus
en September in werking getreden, zoodat het resul-

taat daarvan nog niet aan. het licht komt.
De stimulans van den gedepreciëerden Dollar was

het grootst in die bedrijfstakken., die het meest op de
geleidelijke conjunctuurverhetering aan het einde van
1932 hadden geieageerd, nl. de staalindustrie, de
automobieiin.dustrie, de textielindustrie, de steenkool-
procl uctie en de wagonverlacl i nge:n.
In de cijfers van de waarde van in- en uit-

voer komt de doilardepreciatie natuurlijk geheel tot
haar recht. De waarde van den invoer is duidelijk
meer gestegen dan die van den uitvoer, hetgeen een
gevolg is van cle grootere bedrijvigheid. 1-let bedrag

der aanhestedingen is slechts zeer weinig vooruitge-
gaan, zoodat men, cle prijsstijging in het bouwbedrijf
in aanmerking genomen, niet van een verbetering

kan spreken.

Voor cle beoordeeling van de eerste periode van het
rogramma der Amerikaansche regeering is het van
belang na te gaan, in hoeverre de consumptie is ge-
stege.n tengevolge van de verminderde werkloosheid.
Oorspronkelijk was het principe immers, dat grootere
iii,nr,f.i,, iii fimnt,i soli stiioin

der nrn-
2
1930
1931
932
933

INOU$TRIEE
E PRODUC
(CCC INDI
IE

(
/

4cd’ILADINCE

CAPACITEII

EENKOOLFD,yC

LAN8E5TEI3N

TI1

(eEc,
INDJ

EN IC.EC. IND]

‘- AIJ1
/

.
PROOUCTI€

.

,


-.J

….aaroE

t,

..VEReRIlK
——.I——-
PRODUCTIE

RU’E VATOEN..

EE

1110.1

1000 6
…….
LEN

19,51

192_I

i92D

LJV

VAaDE%
JJ
UR

928
19
2
9
l9O

ductie tot gevolg zou hebb. Deze kop-
krachttheorie wordt slechts in zeer
geringe mate bevestigd Terwijl het be-
drag der uithetaalde bonen van Maart
tot Juli met 35 pCt. steeg, namen de om-
zetten der warenhuizen in dien tijd slechts
met 25 pCt. toe. Dit laatste
cijfer
is nog

geflatteerd, omdat de omzetten in Maart,
wegens den geldnood in verband met de
y» bankcrisis, buitengewoon laag waren. Ver-

j 1
gelijking met. April geeft de volgende
.p cijfers: Vermeerdering der uitbetaalde

12
bonen met 30 pOt. tegenover vermeerde-
ring der verkoopen in de warenhuizeu
met 11 pCt. Het laatste cijfer is gecorni-
geerd op seizoensinvloeden, de werkelijke
omzetten waren, in Juli lager dan in
April. Het is dan ook niet te verwonde-
ren, dat deze disproportie de Amerikaan-
sche regeering in den loop van Juli en
Augustus met zorg vervulde, en tot de actie van ,,Buy now” heeft doen over-
gaan. Wanneer men in het oog houdt, dat
tegenover het toegenomen loonbedrag vele
uitgaven staan, die constant zijn gebleven,

zooals die voor huur, licht en verwar-

4

ming, contributies, ed., dan volgt hieruit
j nog duidelijker, dat loonsvermeerdering

fl
in de Ver. Staten, op de schaal, zooals
die heeft plaats gevonden, tot een veel
grootere uitbreiding der consumptie had
moeten voeren, indien de koopkracht-
theorie door de praktijk bevestigd zou zijn.
De sterk toegenomen productie der tex-
tielindustrie, die in Juni een recordhook-

6
. bereikte, grooter dan in eenig vooraf-
gaand jaar, en die van Maart met niet
minder dan 70 pCt. overtrof, kan dan ook niet op rekening van het toegenomen ver-
bruik worden gesteld, maar moet grooten-
deels worden verklaard door aankoopen
van den •tusschenhandel, die prijsverhoo-
ging vreesde. Hierop volgde in Augustus
een soortgelijke terugslag als in de overi-
ge industrieën, waarvan de productie na

25 October 19B3

ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT

CLI

Maart sterk was toegenomen. De voorraden textiel-

goeclereh aêiï “1h Juni reeds 30 pOt. grooter dan
in Maart.

Een overeenkomstig verloop, anti cipatie van han-
del en speculatie op prijsverhooging en vermeerde-
ring van verbruik, met daarop volgende inzinking, vertoont,. de staalindustrie. Opvallend is hierbij de

flauwe daling van de onuitgevoercie orders der staal-
trust. Zelfs de i ndustriëele leiders vrwachtten blijk-
baar een meer constante opleving en hebben de capa-
citeit der in bedrijf gestelde ovens clienovereenkom-
stig uitgebreid, zoodat alle binnenkomende orders
vrijwel terstond konden worden uitgevoerd. Toen
deze in aantal verminderden, waren er onvoldoende
orders als reserve aanwezig, en moest cle werkzame

capaciteit der bedrijven snel worden ingekrompen,
an 59 pOt. in Juli tot 42 pOt. in de eerste weken
van September, hetgeen echter nog ftrieniaI zoo groot
is als het percentage, dat in Maart in bedrijf was.

Nadat de opwaartsche beweging onderbroken was,
zijn er twee soorten maatregelen overwogen, en ge-
deeltelijk toegepast, die als nieuwe stimulans moe-
ten dienst doen. Allereerst de invoering van de in-
dustriëele codes op grond van de National Industrial
Recovery Act. (NRA). Deze zetten eeuerzijds de
politiek voort van hoogere bonen, clie via grootere
koopkracht meer bedrijvigheid tot stand moeten bren-
gen, maar voeren daarbij ook het element van hoo-
gere prijzen der producten in, zoodat de ondernemers
in staat worden gesteld die hoogere bonen te beta-
len. De economische uitwerking van dit stelsel kan
eerst worden nagegaan, wanneer de gegevens omtrent
productie en i)rjzen onder het systeem der codes ge-
durende een aantal maanden beschikbaar zijn. Het is,
â priori, duidelijk, dat het slagen van deze proef af-hangt van de juisthèid der verhouding, die tusschen
loon en prijs der producten wordt vastgesteld. Ten
dccle echter wordt deze prjsbepaling aan. cle
vrije
markt
overgelaten, zooals hij – cle petroleumcode, blijkbaar
omdat cle autoriteiten niet wenschen in dergelijke ge-
compliceerde vraagstukken, clie direct in het markt-
mechanisme ingrijpen, een beslissing te •nemen.

Op ander gebied hebben de codes aanleiding tot
verwarring gegeven. De groote propaganda, die met de
invoering der codes gepaard ging, heeft bij de arbei-
ders vaak verwachtingen opgewekt, die niet werden
vervuld. In het algemeen zijn de bonen slechts zoo-
veel verhoogd, dat het loon hij den verkorten arbeids-
tijd onder de code, 40 uur per week in plaats van
43, even hoog bleef als voordien. Als gevolg hiervan
zijn verschillende stakingen uitgebroken, daar de
arbeiders meenden, dat hun inkomen bij verkorten
arbeidstijd hooger behoorde te zijn dan vroeger, en
zij hun, teleurstelling in dit opzicht op rekening van
outdu iki:ng der codebepalingen door de werkgevers
schoven.

1-let feit, dat de bedrijvigheid in de Amerikaansche ijzer- en staalindustrie zich niet op het verhoogde peil
heeft kunnen handhaven, heeft aanleiding gegeven
tot de tweede groep voorstellen, die gemeenlijk als credietinflatie worden aangeduid. Het denkbeeld is
in het geheel niet nieuw, werd integendeel reeds door
president I-Ioover gepropageerd en ondervond toen
ook veel sympathie in Europeesche kringen. Crediet-
verruiming was noodig voor nieuwe wrerkerm, teneinde
op deze wijze de industrieën van kapitaalgoederen
van opdrachten te voorzien. 1-let eigenaardige is nu
in de Ver. Staten, dat Roosevelt deze credietverrui-
ming zelf ernstig heeft belemmerd door de Bank-
Act 1933, ingedien.d door de heeren Glass en Steagall.
Deze wet bevat nl. zulke strenge voorschriften voor
nieuwe emissies, dat de toch reeds sterk ingekrom-
pen emissiehedrijvigheid ten behoeve van de indus-trie thans nagenoeg geheel tot stilstand is gekomen.
De emissies van industriëele maatschappijen bedroe-
gen in Augustus bv. slechts 14 millioen dollars tegen
763 millioen in Augustus 1929, en waren gemiddeld

in 1933 half zoo groot als verleden jaar. Men leeft
wel zeer snel in de Ver. Staten, zoodat de lessen vaii

cle jongste hankcrisis, die juist tot grootere garanties tegen onsoliecle credieten hebben geleid, thans weer
vergeten zijn en de tegen misbruilcen gemaakte wet
nu als een lastige hinderpaal wordt ondervonden.
In bankkringen is men echter mi;nder vergeetach-
tig, en gevoelt men er weinig voor credieten uit te

breiden met de beperkte mogelijkheid om deze ere-
clieten later door een emissie te consolideeren. Zelfs
al wordt thans door cle regeering de verzelcering ge-
geven, dat de Refico voor de nooclige gelden zal zor-gen, dan blijft men toch huiverig voor de consedtuen-
ties, vooral met het oog op de verwijten, die de ban-
ken te hooren hebben gekregen naar aanleiding van
haar onjuiste financieri ngspolitiek, die de huidige
crisis in de hand zou hebben gewerkt. Het is dus nog
niet duidelijk op welke manier de Amerikaansche

regeering de verlangde credietverruiming aan het
bedrijfsleven zal trachten te bereiken.
De ingetreden prijsstijging heeft voor de voor-
naamste producten de toepassing van de Farm Relief
Bill overbodig gemaalct. De tarweprjs bedroeg in dol-
lars in Juli meer clan het dubbele van, den
‘prijs
in
Maart, terwijl de katoenprijs m’net 60 pOt. was gestegen.
Daar de heffingen volgens de Farm Relief Bill een
prijsstijging van ongeveer 40 pCt heoogden, konden
deze dus achterwege blijven. De uitvoering van de
Farm Relief Bill heeft zich dan ook vrijwel tot bespre-
kingen omtrent oogstinkrimping beperkt, terwijl de
Agricultural Adj ustment Admini stration (A.A.A.)
voornamelijk nagaat, of de prijsstijging den boeren
ten goede komt dan wel den tusschenhandel. Volgens
de rapporten dier administratie is dit laatste niet het
geval. De winstmarge van den tusschenhandel is in
de onderzochte gevallen even groot gebleven als vroe-
ger, zoodat de producenten van de hoogere prijzen
profiteeren.

Het optreden van den President was oorspronke-
lijk tege,n speculatie gericht en had tot doel ,,souud
business” mogelijk te maken. 1-Jet heeft echter de
speculatie tot een groote hoogte opgezweept, naar
verhouding niet minder dan in de haussejaren, welke
speculatie zich zoowel in de groote koersschommelin-
gen op de effectenbeurs als in de prjsschommelin-
gen op de goederenmarkten manifesteert. En voor-
loopig schijnt het, alsof die speculatie nog eerder aangewakkerd zal worden dan dat zij zal worden
tegengegaan. De grafiek van prijzen en koersen geeft
hiervan een zeer duidelijk beeld.

Finamtciëele ,I,ndices der ‘ereenigcte Staten.

I

!
—-
_

_
.-

•.

L.

Lz;
Wek,.e1i

CLII

CONJUNCTUURGEGEVENS BETREFFENDE NEDERLAND.

25 October 1933

Productie en Handel.

1925
1926
1927
1928
1929 1930 1931 1932

J.’32
Feb.
Mrt.
Apr.
Mei
Juni
Juli
Aug.
Sept.
Oct. Nov.
Dec.

J.’3:i
Feb.
Ti rt.
Apr.
Mei
Juni
Juli
Aug.
Sept.

Productie.
Invoer
S)
Uitvoer
5
)

Aanbe-

stedingen)
.

IIU
17
11
1
1


•Ii
miii.
in miii. K.G.
miii.
in
1000
miii.
1000
miii.
10.000

°’

OflS

1000
1000 1000
miii.
OflS
R.T.
id mi

.
g

.
gid.
gid.
tons
gid.
tons
gid.
stuks
tns
tons tons
gid.

593 101
9.55
0.36

205
121
30.7
49.4 7.5
151
164
52
631
24
3954

31
237
1.280
7.7
6.6
36.5
54

737 148
11.33 0.39

203
125
36.5
56.3 8.1
146
193
52
899
28
325
4

100
444
1.744
7.9
7.0
35.9
58

791 17211.07
0.48
7,5
212
139
39.4
63.9 7.1
158
210
58
751
29
318e
173
579
2.158
7.7
8.1
38.8 54

910 173
13.35
0.57
5,6
224
157
48.3 76.6

7.1
166 225
67
849
27
573
336
633 2.431
7.4
7.7
43.8
58

965 172
14.84
0.68
5,9
229
161
51.2 82.4
7.4
166 228
72
895
27
503
875
717
2.271
6.0 8.0
45.9
63

1.018 187
15.42 0.29
7,8
202
146
40.3
78.2 8.1
143
222
62
929
23
412
908
743 1.992
5.7
7.8
45.0
59

1.05 108
12.66
0.16
14,7
158 128
23.4
56.0 6.5
109
230
45
941
17
243
706
791 1.588
4.5 7.2
39.4
49

1.0631

49
7.44
0.10 25,0
108
101
18.9
37.8
4.4
71
204
28
764
12
163
530
686
1.380
1.3
6.4
30.0
38

1.025 7.88
0.05
27,1
131
115
4.49
3.68 0.26
70
193
29
691
13
156
588
597
1.329
1.9
5.9
34.9
61

1.001

51
7.65
0.06
25,9
110
114
1.16
3.82 0.31
76
250
34
697
13
153
448
730
1.651
1.9
5.5
38.6 34

1.072
7.64 0.05 23,9
116
111
1.42
3181
0.47
73
266
31
722
13
162 348 608 1.347
1.3
5.0
43.7
43
1.069
8.40
0.01 22,1
113
103
1.36
3.96 0.68
69
202
27
715
12
126
312 660
1.377
1.4
6.4
40.9
44

997

49
6.47
0.16
22,6
101
95
1.59
2.82 0.44
64
182
25
753
11
102
292 566
1.194
1.1
6.3 34.1
37

1.067
8.12 0.08 23,0
107 93
1.62
2.93 0.49
66
188
25
838
12
147
408
732
1.475
1.0
7.6
41.8
41

1.035
7.58
0.11 25,3
96
87
1.12
3.07 0.48
63
171
25
799
.11
158
486
696 1.345
1.1
6.7
46.4
33

1.043

40
5.88
0.20
25,7
95
89
1.02
2.62 0.37
67
191
27
723
11
139
587
615
1.199
1.0
7.3
47.3
28

1.069
9.31
0.18 25,6
102
89
1.41
2.59 0.30
77 191
26
747
12
214
659 709 1.347
1.1
8.1
29.6
25

1.108
5.59
0.10
25,4
117
98
1.16
3.34 0.24
82
233
33
825
14
188 707
898 1.662
1.4
7.8
22.4
35

1.114

39
6.02 0.09
26,9
106
102
1.34
2.67 0.17
70
184
28
769
13
210
684
738
1.369
1.2
5.5
19.9 36

1.154J
8.78
0.12 29,5
107
121
1.23
3.11 0.16
70
201
30
883
14
206 839
681
1.359
1.4 5.1
20.6
37

1.088
5.84
0.12
35,3
95
12.1
2.29
2.43 0.15
58
180
25
646
12
176
694
588
1.189
1.0
4.9
24.8
37

957

3210.04
0.03
31,7
86
120
0.78
2.43 0.23
55
190
23
540
11
139
478
639
1.245
0.1
5.2
27.1
31

1.137J
10.56
0.18
2.7,2
99
108
1.21
3.27 0.31
65
241
28
795
13
165
316 803
1.572
1.2 5.8
28.9
34
994 9.19
0.19 24,2
90
106
1.14
3.13 0.31
54
185
23
723
11
145
276 662
1.345
0.8
4.4
26.3
36

1.089

3213.34
0.18
25,-
97
111
1.26
3.36 0.71
61
192
25
751
13
147 361
699 1.387
0.91
5.1
35.6
36

1.028
11.58
0.15
23,7
97
109
1.47
3.36 0.66
63
170
24
763
14
135
504
656
1.305
0.91
5.5
39.0
34

1.045
8.55
0.11123,8
104
117
1.48
3.49 0.62
56
173
22
778
12
127
497
616 1.246
1.01
5.7
39.5 48

1.071
8.07
0.02
106 113
1.02
3.50 0.65
62
217
24
804
13
140
534
752 1.541
1.0
6.4
41.3
44

111
1
74
208
28
1

771
13
175 590 689
1.334
0.9
5.8
36.6
37

8

1)
Vanaf Jan. 1931 voorloopig.
2)
De cijfers von 1925-1927 hebben betrekking op Juni.
3)
De Aannemer”.
4)
Bruto-gewicht X 1010 K.G.

Kapitaalmarkt

.-
Geidmarkt
Prijzen
Verkeer

Effectenbeurs
Spaar-
Indexcijfersvan
Scheepv.
Emissies
banken
-.
verkeer
S)
*
j,

1 1
.
Koersen
i

•2

I=l
:,
u=
==i.5
0
=.n
“g
S-
0)
1
O

a
o..

iE
0
,c
a.
.N
=
0
n
a
00
=
1 1 1
=
1

0

o
=0.

‘0

0
Z
<



0
0

.0

In
millioenen guldens
In pCt.

1913- 1924-
192Y=
iOct.’231
-30 Spt.I
In
10.000.000
in
miiiioenen
100
’24=
lOOj
M.
guldens

1925




297
219
175
122
64
233
304
191
2,88 3,08
155

5.00
4.24
13.6
6.31
342

1926
– –
– –
470
429
196

274
73
397
299 209
2,92
2,88
145

95,1 5.22
6.10
13.6
6.23
312

1927




494
46
158
336
93
401
321 225
3,83 3,76
148

94,9
5.95
4.80
13.5
6.23
29€

1928




667
48
364

303
338
329 332 242
4,16 4,18
149

95,8
6.14
5.03 14.5 6.42
26€

1929 158 168
433
125
460
84
327

133
287 173
343 257
4,89
4,82
142

95,1
6.02
4.12
15.0 6.79
23€

1.930
149
126 265
83
598
64
349

249
29
569
367
292
2,17 2,06
117
79
91,1 5.95
4.00
14.6
6.62
252

1931
11.8
94
167
50
333
474
292

41 11
322
429 302
1,56
1,42
97
54
85,5
5.17
3.85
13.7
6.19
28

1932
76
67
116
25439
252
415 24
1
438
490 294
1,18 0,85
79
51
79,8
4.42
3.16
11.6
6.09
382

J.’32
81
64
124
27
8.9
8.9

0.3
8.6
443
304
2,37
2,09 84
54

4.57 3.28
11.3
5.80
312

Feb.
83
66
123
28
15.5 15.5


15.5
464
306
1,69 1,89
83 55

3.92
3.13
10.5
5.82
361

Mrt.
81 69
123
27
78.8
120.9
77.8


77.8 468
306
1,06
1,21
82 52
79,9 4.39
3.04
12.0
5.90
421

Apr.
70
59
102
20
4.4
3.7
0.7

4.4
472
292
1,03
1,00
80
51

4.01
3.07
11.8
6.33
38

Mei
65
53
94
19
1.1 1.1


1.1
478
292
1,03
0,74
79
49

4.67
3.19
12.1
5.61
35(

Juni
59
51
89
17
122.7 129.8 122.7


122,7
480 290
1,00
0,52
78
52
79,8
4.40
3.25
11.3
6.20
401

Juli
68
64
106
21
4.5
1.0
4.5

0.4
4.5
485 290
1,00
0,48
76
52

4.41
3.27 13.0
6.04
321

Aug.
80
72
126
26
12.1 12.1


12.1
490
292
1,00
0,37
75
49

4.47
3.37 13.3
5.77
312

Sept.
86 78
133 31
20.9
18.0
2.9

20.9 493 289
1,00
0,37
76 50
79,9 4.11
2.87
11.7
5.98
47

Oct.
84
78
127
29122.2
116.9
5.3

122.2
494
288
1,00
0,37
77
52

4.60
3.06 11.2 6.38
381

Nov.
81 77
124
27
29.1 14.5
14.6

29.2
488
291
1,00
0,37
77 51

4.51
3.18
10.8
5.84
39

Dec.
79
76
116
26
19.7
19.7


19.7
490
294
1,00
0,37
76
48
79,4 4.94
3.19
10.5 7.27
421

J.’33
85 80
124
26111.2
111.2
– –
111.2
503
300
1,00
0,37
75
48

4.30
2.98
11.1
5.57
38

Feb.
83 76
119
24
12.3 12.3


12.3
522
304
1,00
0,37 74
47

4.10
2.75
8.6
5.55
35E

Mrt.
82 75 118 22
1.4 1.4


1.4
522
305
1,11
0,69
72
46
78,1
4.65
3.00
10.0
5.97
471

Air.
81
73121
22
11.8
1.1
11.8

0.5
11.3 519
304
1,00
0,62
71
47

3.97
2.87 10.3
5.94
321

Mei
89
78 138 25
0.3
.
0.3

0.2
0.1
519 303
1,69
2,07
72
48

4.95 3.16
9.6
5.80
401

Juni
90
84 149 29
0.8 0.8

0.8

519 303
2,06
‘2,19
73
47
77,8
4.88 3.14
9.8
6.27
38
(

Juli
92 88
151
28
518
304
2,64
3,53
73
49

4.93
3.35
vlO.9
6.11
331

Aug.
89
85
150
26
0.2
0.2
————-


0.2
521
1,08 1,21
73
51

4.72
3.61
v11.2
5.94
331

Sept.
86 82
147
22
7.0
4.9
7.0
– –
7.0
75
79,0
v
9.6

v = voorioopig 5) Centraal Bureau voor de Statistiek.
1)
Bank voor Flandei en Scheepvaart te Rotterdam
(Nadruk verboden).
2) Directie van den Landbouw. Nieuwe reeks, begonnen Juli 1929.
3)
Bureau van Statistiek der Gemeente Amsterdam.

25 October 1933
CONJUNCTUURGEGEVENS BETREFFENDE NEDERLANDSCH.INDIË.

CLIII

Productie van
*
_________________________________

Buitenlandsche Handel
*
_______________________________
______________________________________________________________
Invoer
Uitvoer

bo

.
l

E-
0

In
1000
K.G.
in
miii.
In millioen K
.
G.
in
miii.
[
gld.
In millioen K
.
G.
in
mijl.
gid. gld.

1925
—–70.0
150.1-

-190.04.25.8-29.3-
80.1
1926 74.5
123.41

– – –
132.1
2344′


166.8
5.1
6.2

31.4

57.6
1927 75.2
117.41




137.0 630.3
10.5
8.1
193.9
5.5
7.2

25.4

61.8 1928
83.6
234.8




131.7
801.4
12.1
7.6
255.0
5.8
9.7

36.7
231.3
48.1.
1929 88.1
279.7

– –
60.3
120.3
842.7
26.0
12.4
248.0
6.9
7.0

37.8
299.4
32.2
1930
12.794 5.341
3.136
849
3.581
69.5
235.0

————–

7.0
12.4
52.3100.3
830.3
13.3 9.9
185.0 6.0
5.2
10.9
31.3
356.0
30.8
1931
13.901
6.059 3.817
776
4.387
45.7
183.2

3.1
10.2
50.7
67.6
675.5
15.0 9.8
129.5 6.6
5.8
16.0
30.0
286.8
21.9
1932
12.728
5.979
4.884
718
6.091
32.9
143.4
13.0
.1.9
10.2
35.3 48.2
714.0
13.3
6.8
125.2
6.5 9.6

39.9
328.2
15.3
J.’31
14.091
6.439
513
770
3.800 53.6 227.2

3.2
10.8
58.5 89.3
735.4
14.5
10.6
198.4
7.5
:3.8
15.4
36.6
276.0
35.7 Feb.
12.016
6.048











393 697
3.172 45.6
196.0
17.7
3.6
11.5
58.3 79.9
733.2
.13.2
8.8 132.8 5.9
3.2
13.3
37.8
324.3
34.3
lirt.
14.180 6.569
















530
868
4.326 56.0 258.6 21.4
4.5
14.5
68.6 85.7
760.8
13.6 11.5
111.7
7.1
3.3
16.0
31.8
379.3
29.7
Apr.

13.059
5.814







928
821
3.683 46.5
197.1
19.0
3.8
8.9
63.8
68.7
555.8
13.5 8.9
68.6
6.6
2.9
13.4
32.8
224.1
22.2
1{ei
14.287
6.858 2.979
916
3.619 43.6
161.0
15.0
3.2 10.8
39.5
60.8
586.1
16.5 10.9
57469
5.3
12.1
24.1
265.6
17.2
J.’32
14.370 6.469
725 779
4.216
37.2
146.9
9.8 2.3 9.2
38.0
53.6
628.6
16.2
9.1
110.2
8.3 5.4
21.7 42.3
268.1
16.4
Feb. 12.964 5.229
665
659
4.277
34.9
164.5
11.5
2.4
9.1
54.6
54.0
673.1
11.7
6.5
133.1
6.0
4.3
17.6
37.2
305.2
19.1
lIrt.
14.313
6.118
1.026 876
5.416
35.9
191.3
.12.9
2.4
14.7
51.4
68.2
867.4
13.6 5.8
190.0
6.6
5.6
23.5
40.7 345.6
32.3
Apr.
12.758
5.995
1.897 793
5.236
37.3
143.0
12.4
2.5
10.6
27.4
54.2
727.0
14.7
4.1.
98.4
7.2 6.6
26.1
34.8
321.8
16.9
Iei
12.941
6.765
4.429
791
5.349
33.3 131.8
1.3.8
2.0
9.4
26.2
45.2
700.3
14.7
5.0
75.0
6.7 8.7
13.6 37.7
379.5
11.9
juni
12.636
6.012
10.069
748
5.571
3.1.9
136.5
11.8
1.7
9.1
21.4
42.2
649.6
14.8
4.7
119.6
6.6
10.7
9.9
32.4 313.4
10.3
Juli
11.930
5.351
16.205
742
6.229
28.5
111.0
12.3
1.4
9.0
24.4 42.5
734.8
13.7
5.1
107.2 6.4
14.6
10.9 43.1
389.8
14.0
aug.
10.951
5.270
14.252
797
7.585
31.8
135.7
13.8
1.5
9.7
31.2
42.9
705.5
11.6
6.7
105.8 6.0
17.8
37.5
333.6
11.1.
Sept.
11.411
4.962 5.606
717
7.653
26.7
123.6
11.7
1.8
9.7
32.0 46.2
799.1
11.9 7.6
129.8
5.1
19.0
45.9 342.2
19.5
)ct.
12.236
6.144
11.850
574
7.919
27.6
133.9
12.7
.1.8
9.5
35.3
42.6
665.2
12.1
9.4
143.7
6.1
9.9
44.1
263.9
15.0
N
T
ov.
13.055
6.912
958404
7.545 29.2
144.4
17.1
1.6
11.1
41.6
43.0
717.1
11.9
9.3
147.5 7.0
6.7
38.8
345.5
13.8
Dec.
13.176
6.515
924
371
6.094
30.3
158.4
16.1
1.7
11.8
39.6 43.3
699.5
13.5
8.9 142.8
7.8 6.4
44.2 329.6 13.0
L’33
12.619
5.999
477
486
5.598
28.9
162.5
21.5
1.8
13.0
35.9 37.8
595.1
12.1
6.5
47.5
6.1
3.4
41.3
350.2
8.9
jeb.
13.249
6.593
465
572
5.922 26.4
.148.9
13.6
1.7
10.7
40.3 37.8
620.5
11.8
5.6
85.3
7.0 3.0
35.3
328.7
11.4
trt.
13.573
6.000
595 638
6.248 26.9
167.9
11.7
1.8
10.8
53.7
49.2
754.1
.13.7
6.1
129.0
12.7
3.9
38.2
384.0
22.3
pr.
13.066 5.769
1.208 616
5.944 25.8
174.3 12.0
1.7 9.1
60.8
38.7
670.0
13.2
7.5
86.6
5.8
4.3
35.1
393.6
12.9
Iei
14.172
6.476 2.972
561
5.795 24.9
125.6
12.7
1.7
10.5
23.8
40.9 729.0
1,6.2
12.7
107.7
7.0
5.3
40.2
400.3
16.0
[uni
14.288
4.875
5.895
497 6.632
23.2
114.3
1.1.3
2.1
8.8 19.7
40.2
748.7
15.4
15.3
97.5
5.0
7.4
39.2
413.7
17.0
[liii
15.029
4.555
13.245 526 7.546
99.0

Effectenbeurs

Gelcimarkt •

Kapitaal.

IPrijzen *

Verkeer
*

Indexcijfers van

markt
,

lndexcijiers van

Ontv. van
-,

Aandeelen

}

II

wC5

emissies

Orootb.-

Kleinh.-

Scheeps-

0
Buileni.

prijzen

prijzen

t ,.

vrachten

t,

o
0.2
0o)I

.11

o

j

2Cn

24=0

InmillioenenguWens

iil-

1926

334

.81

333

– 22.4

12.1 165

137 170 148

163 103.8 109.6 –

1928

– 100,0 314

100

318

0.4

– 11.1

30.5 155

125

160

148

161 102.9 103.6

6.4

1.4
1929

234

398

487

443

99,4

305

111

306

1.0

1.8

4.1

61.9 155

123

162

145

161

97.7 100.3

6.5

1.4
1930

111

293

361

357

99,7

270

59

231

5.6

2.9

0.9 115.2 146

88

156

143

163

90.1 100.5

5.5

2.6
1931

52

182

242

251

96

243

48

198

9.6

6.6

1.6 102.1

11.5

66

134

133

146

85.9

97.9

4.4

2.4

1927 —————317

106

349

.1.2

– 20.9

9.4 160

130

166

147

161 103.0 106.7

6.1

1.6

1932

27

107

138

176

92

221

49

155

104.4

95

52

107

116

123

80.4

86.1

3.4

2.1
1. ’32

28

108

174

181

83

230

50

174

6.4

10.7

96

104

56

11.19

124

132

85.5

86.7

3.3

2.4
Feb.

28

109

180

178

84

229

50

152

6.5

11.5

96

102

58

117

122

131

85.1

84.9

3.2

2.2

1925 ——————1 –

– 34.7

.11.5 172 14& 169 152 166 104.0108.0 –

lIrt.

24

113

176

182

90

227

48

180

7.1

11.8

97

101

57

U4

119

128

85.1

84.9

3.1

2.2
apr.

14

97

111

154

88

226

48

155

6.5

12.1

93

98

53

111

117

128

85.0

84.9

3.2

2.2
ltei

14

85

102

157

89

225

49

153

6.8

12.4

90

96

52

1.07

116

123

81.5

84.9

3.4

2.1
Juni

14

88

95

154

86

223

50

153

6.0

12.8

86

94

50

105

116

122

80.0

84.9

4.1

2.1
Juli

23

106

120

176

92

221

50

158

5.7

13.7

85

0.8

92

50

104

1.15

119

78.3

84.9

4.2

2.1
!.ug.

35

118

138

201

96

219

48

142

6.1

14.3

82

92

51

103

115

118

78.3

87.4

3.9

2.1
Sept.

42

129

151

202

98

219

49

151

5.6

14.8

80

-‘

92

51

102

114

118

78.3

87.4

3.6

2.1
)ct.

34

119

136

188

98

217

49

151

5.2

15.0

77

103.6

91

48

102

114

119

78.3

87.4

3.4

2.1
ov.

35

112

137

180

98

211

48

142

5.3

15.2

75

88

47

103

113

118

77.5

87.4

2.9

2.0
)ec.

33

105

135

157

98

207

45

146

5.4

15.4

73

87

46

101

111

114 . 72.3

87.3

2.8

2.1
[’33

34

108

147

196

99

205

44

135

5.3

16.2

69

87

45

98

110

113

71.4

87.3

2.5

2.2
feb.

30

103

142

200

96

206

43

136

5.6

16.3

72

86

45

97

109

111

66.4

87.3

2.3

1.9
1rt.

28

110

139

187

95

208

42

138

5.3

16.4

71

85

44

95

107

108

64.8

87.3

2.3

2.0
pi

32

112

128

185

97

208

42

123

5.5

16.3

68

83

44

96

106

108

64.7

87.3

2.4

1.8
Iei

39

125

138

201

93

203

43

143

5.5

16.2

65

82

45

95

106

106

68.1

87.3

2.6

1.9
[uni

48

141

155

230

93

201

45

140

16.2

83

48

93

106

106

68.1

87.3

3.3

1.9
[uh

53

137

155

241

201

57

83

48

93

105

105

68.1

87.3

3.1
ug.

55

128

145

234


ept.

50

109

132 1 213

,,, I-

-)
…CIILI00I
ran(oor
voor oe ntatisliek.
‘)
ank voor Handel en Scheepvaart.
1)
Jaargcm. resp. 1925j’26,
1
9
2
612
7
,
enz. ) Hierin is niet be
grepen de achterstand van de desabanken in de Buitengewesten.

CLIV

CONJUNCTUURGEGEVENS BETREFFENDE DUITSCHLAND.

25 Octoler 1933

Productie
1),
Handel en Verkeer

Datum

1926
1927 1928
11129
1930
1931 1932

Jan.’31 Febr.
Maart
April
Mei
Juni

Jan.’32
Febr.
Maart
April
Mei
Juni
Juli
Aug.
Sept.
Octob.
Nov.
Dec.

Jan.’33
Febr.
Maar t
April
Mei
Juni
Juli
Aug.

Productie-index van
Buitenlandsche handel (maandgemidd.)
,.-.
Scheepvaart-
verk.
v.
d. be-
langr.havensz
.’
,.’
tj
j..
Invoer Uitvoer
._

0

0
…E”

.


N

(1)
,.,o
,,o
“-o
oS”
a-
-.-.a-o
o
0
..o
.

,
Grond-
.
Fabri-
1
0
aa Grond-
Fabri-
1-‘
.
E
,
.
.E
1-0
0
aa stoffen
katen
stoffen
katen
.5
-o
0

Gemiddelde van 1928
=
100
in millioenen R.M.
i
n
.
M.

80,8
78,7
81,5 96,5
82,7
76,7
60,7
82,8
833
412 114
868
228
596
+

34
3190
3.183

101,1
100,4
101,4
102,0
111,3 112,6
79,7
108,5 1.186
599 212
900 217
644
286 3.389
3.374
417,6

100,0
100,0
100,0 100,0
100,0
100,0
100,0
100,0
1.167 602
204
1.023
229
740
144
3.678
3.653
428,3

100,4
104,0
94,8
108,3
113,8
112,5
100,9
92,4
1.121
600
189
1.124
244
819
+

4
3.637
3.598
445,5

90,1
88,7
92,3
94,7
82,5
80,5
83,1
90,0
866
459
150
1.003
204
753
+
137
3.671
3.644
380,3
73,6
65,4
85,7
78,7
51,6 57,5 59,5
87,7
561
290
102
800
151
615
+
239 3.366
3.331
319,8
61,2 50,2 77,7
69,0
33,4
40,0
38,4
80,0
389
201
61
478
86
374
+

89
2.943
2.909
240,S

77,6
72,7
84,9 90,2 60,5
02,9 54,8 78,4
715
375
116
775
170
575
+

60
3.353 3.313
302,7

74,8
70,2
81,7
82,6 57,7 67,2
59,4
78,4
620
331
113
778
160
591
+ 158
2.732
2.746
281,3

76,5 70,8
85,0 82,0
56,1
66,1
64,6 83,8
584
297
111
867
172
662
+
283
3.223
2.250
329,4

78,2
71,7
87,9
79,3
54,6 65,3
60,4
85,6
679
368 115
818
160
620
+
139
3.236 3.225
326,4

77,6
69,6
89,7
78,1
55,5
65,7
61,5
87,5
600
311
113
783 154
593
+
183
3.546
3.572
343,1

78,9
71,0
90,7 76,7 59,6
63,4 68,4
86,9
607
323
114
747 150
566
-f-

140
3.694
3.551
342,8

61,9
50,5
79,1
70,8
36,0
34,2
33,5
84,7
440 221
75
542
102
417
+
102
2.964
2.824
216,
62,6
51,7
79,0 67,3
35,4
37,8
37,6
81,7
441
230
76
538
97
423
+
97
2.535 2.589
219,7

61,4
49,4
79,3
67,8 31,3
36,5
39,6
81,8
364
188
60
527
93
417
+
163
2.810
2.653 244,
61,0
‘50,0 77,6
65,6
34,7 42,2
35,6
76,6
427
220
62 481 92
372
+

542.724
2.731
230,4

62,2 52,0 77,4 68,2 38,2
57,4
37,7
73,0
351
176 57
447
78
356
+

962.885
2.885
243,4

60,7
50,3
76,3
64,6 31,9 41,2 43,9 71,0
364
176
58
454
80
362
+

903.125
3.030
245,4

60,0
49,4
76,0
63,7
29,5
34,8
37,4
72,3
366
179 56
431
79
339
+

65
3.067
3.014
253,1

58,5 47,5 74,9
62,9
27,0
32,7
38,6
74,7
331
174
50
428
79
334
+

97
3.076 3.058
253,C

60,3
49,3
76,7
66,5 28,2
31,9
41,9 80,7 360
194 55
444
81
340
+

842.882
2.918
249,4

61,0 49,4
78,5
73,3 33,2
42,4
38,9 86,7
398
207
58
482
87
371
+

843.200
3.163
258,3

62,4
51,4
78,9
80,0
38,5 47,9
36,2
89,7
393
215
59
475
82
371
+

822.924
3.014
230,C

62,1
51,4
78,2
76,9 36,3 41,2
39,4
86,6
423
232
60
491
84
387
+

683.128
3.025
246,4

62,7
53,1
77,1
72,7
40,3
44,1
31,0
83,0
368
214
51
391
75 299
+

232.712
2.708
208,4

64,2
55,0
78,0
73,5
37,5
40,8 34,2
81,1 347
200
52
374
74
284
+

27
2.483
2.468
201,1

64,7
55,0
79,2
68,3
42,5
45,8
35,4 82,5
362
200
56
426
76
337
+

642.931
2.843
229,

66,1
54,0 82,8
68,6
38,8
48,8
39,4
84,1
321 178 55
382
69
302
+

612.741
2.693
221,1

68,9 57,4
86,1
70,0 41,6
54,3
38,9
86,6
333
190
54
422
76
333
+

89
3.106 3.127
231,7

70,2
57,9
88,6
71,4 43,7
58,7
42,9
89,1
357
212
58
385
72
299
+

28 3.201
3.240
246,1

71,0
59,2 88,8
70,3
44,0 52,0 45,8v 91,0
360
218
58
385
76
298
+

253.344
3.288
260,(
71,6v
59,4v
89,9v
69,5
47,5
55,5v
94,3v
347
210
54
413
78
320
+
66

Kapitaalmarkt
2)


Geidmarkt
2)
Prijzen
0
Effectenbeurs Emissies
2
)
(maandgemiddelden)

lndexcijfer van

0
ME

GJ
0
a,,,
o
==,j0
S

0
00
0.0
0)
‘”
00

0
o
0
.
b5

‘-0
0
jO

,,o:zst
0
,..,
0.0
=
0
‘0
0
t-

.0 ._
0.Q._
o._
U
=0
o

1924-1926
=
100
in millioenenR.M.

l
I
– –

1
1
= 100,
1000

1926
..
109
118
121
97
121
113
510
381 129
82
428 310
200
3.185
5,31
4,91
6,57
134

1.003

1927
..
158
162
163
130
174 155
479a
361’a
118
120 359
358
121a
4.693
6,05 5,49
7,82
138
148
472

1928
..
148
159
128
101
174
142
477b 355b
122
112
365
321
156b
6.990
6,74 6,54 8,22
140
152
665

1929,,
134
153
120 85 168 123
242e 213e
29 82
160
174
68e
9.016
7,68
6,87
8,97
137
154
821
1.917
1930..
109
130
111
73
139
94
367 269
98
46 321
224
143
10.400
5,06
4,43 6,14
125
147
945
3.076
1931..’
206d
177d
29
53
140 149
57
9.722 8,37
6,78
8,71
111
136
1.133
4.520
1932
..
59 59

13
46
37
22
9.917
6,23
4,95
6,73
96
121
717
5.603

Jan.’32





96
96

19
77
57
39
9.888
7,91
6,94
8,53
100
125
1.128
6.042
Febr.
73
73

5
68
26
47
9.988
7,89
6,67
8,21
100
122
1.091
6.128
Mrt.
33 33

9
24 24
9
9.951
7,50 6,09
7,48
100
122
975
6.034
Apr.
4
49.6
454.7
4497
433.3
4
52.2
4
52.9
123
121

62
58 84
37
9.956
6,33 5,13 6,89
98
122
929
5.739
Mei
50.6
53.9
53.4
31.1 53.1 53.7 80 80

6
74
25
55
9.905 6,10
4,87
6,48
97 121
739
5.583
Juni
49.7
53.3
54.5



—-




29.6











—-

50.3 51.8
25 25

3
22
21
4
9.800
5,87 4,75 6,48
96
‘121
704
5.476
Juli
49.9
53.5
52.8
30.1
51.8 51.6
35
35

4
30
32
3
9.717
6,07 4,58
6,51
96
122
629
5.392

Aug.
52.2
52.9
52.7











31.2 55.7 53.3
89
89

9
80
26 83
9.734
6,01
4,50
6,52
95
120
499
5.224

Sept.
59.0
53.7
59.7
35.7
63.3
60.5
42
42

5
37
40
2
9.730
5,99
4,25
6,27
95
120
480
5.103
Oct.
57.2
53.1
58.0
35.2
59.4
58.8
35 35

6
28
33
2
9.759
5,09
3,88
5,79
94
119
459
5.109
Nov.
58.2
52.9
58.9 35.6
59.6
59.5
34
34

S
25
32
2
9.783
5,01
3,88 5,79
94
119
449
5.355
Dec.
61.8 53.6
67.1









38.9
62.9
62.1
46 46

9
36
40
6
9.917
5,04
3,88
5,79
92
118
521
5.773

Jan.’33
64.6
57.1 70.5
39.8 66.3
66.9
71
71

19
52
51
20
10.228
5,06
3,88
5,79
91
117
539
6.014
Febr.
64.8
57.3
72.2
40.2
65.5
67.9
40
40

12
28
38
2
10.365
5,09 3,88
5,79
91
117
475
6.001
Maart
70.3 58.3
77.7
44.5
72.5
76.3
61
61

6
55
55
6
10.396
5,12
3,88′
5,79
91
117
467
5.599
April

72.8 60.3
80.3 48.7
75.8
81.1
35 35

4
31
31
4
10.459
5,21
3,88
5,79
91
117
373
5.331
Mei
73.3
59.0
81.8
51.2
75.1
81.7
29
29

S
21
21
8
10.478
5,12 3,88
5,79
92
118 394
5.039

Juni
71.6 57.0
81.8
52.0
70.7
80.0
33
33

6
27
30
3
10.407 5,11 3,88
5,79
93 119
264 4.857

Juli
68.5 55.9
78.4
50.9 67.0
77.0
38 38

3
35 36
2
10.490
5,04 3,88
5,79
94
1.
119
262
4.464

Aug.
66.2
55.2
74.1
49.6
65.9
75,3
41 41

12
29
38
3
10.545
3,88
94
118
255
4.124
Sept.
9
951
119
218
3.850i

‘) Ontleend aan het .Institut fiir Konjunkturforschung”. ) Ontleend aan ,,Wirtschaft und Statistik”.
3)
De cijfers hebben betrekking op het
einde van de maand, resp. van het jaar. a) waarvan 5, b) 1, c) 2, d) 1, e) 7 buitenl. em. in Duitschland.
4)
12-30 April. v) voorloopig.

25 October 1933
CONJUNCTUURGEGEVENS BETREFFENDE GROOT-BRITTANNIË.

OLV

Productie, Handel en Verkeer.

Productieindex
1
)
van
Buitenlandsche handel
2)
Scheepvaartverkeer

–8
ji


2
Invoer Uitvoer
Wd
.

lndexcijf.v.

IIh
0)
•’



,
E
°

Gemiddelde van 1924
=
100
1000
Mi11.
£
0000 tons
1924

100
MiIl.

1925

97,591,7
85,4
902
69,7
1060
930
1236

1.338
110,
3

35,5 26,7
644
51,4
45,9
463
519
95
.-
8
865
1926..

75,3
46,1
33,4
43,4
52,0
113,8
81,6
106,7

1.506
103,6

32,7
26,3
54,3 44,9
49,3 535
391 108
98 7,12
1927.. 108,1
94,6
99,8
111,0 103,6 122,0
97,6
120,5
159
1.179
101,7

29,3 26,9
59,1
47,0
42,3
505
529
107

95
9,15
1928.. 102,5
89,6 90,5
104,0
90,6
114,9
101,2
107,8 214
1.290
99,8

27,9
26,5
60,3
48,2
39,5
-503
537
97
87
8,63
1929.. 110,6
96,8
103,7
118,4
105,9
116,1
102,8
108,4
225
1.263
101,9

28,3
27,9

60,8
47,8
41,1
522 573
107

84 8,91
1930..

98,5
91,8
84,8 90,5
91,7
115,7
81,6
84,1
193 1.991
87,2

20,9 25,6
47,5
36,6
39,6
531
549
77

65
8,29
1931..

84,1
83,0 51,4 63,8
37,7 106,5
81,7 81,5
216
2.717
71,9

14,5
21,8
32,4 24,2
39,5 503
486
61
67
7,54
1932..

84,9
79,4 48,9
64,8 20,4
98,2
88,0
89,0
287
2.828
58,6

13,7
13,1
30,4
23,0 28,2
470
447
48
64
6,24

Jan.’31
.
183
2.663
75,6

17,9
20,4
37,6
28,7
38,0 450 469
64 70
7,99
Febr.

85,1
88,3 55,4
67,7 50,6
92,4 83,9
71,7 170
2.697
63,6

13,3
19,5
31,8
24,0
31,8
401
423
– –
65
7,37
Mrt.
191
2.666
70,7

15,1
22,3 34,0 25,6
36,7 478 466
59
66
8,01
April

181
2.593
70,0

15,5
20,9 32,5 24,3
37,5
459
465
54
67
7,49
Mei

80,6
81,4
54,4
62,9
40,5
121,9
82,5
78,1 186
2.578
69,6

14,6
21,0
33,9
26,0
35,7 511
504
56 70
7,05
Juni
.
220
2.707
68,6

14,1
20,2 29,4
21,7 39,2
558
507
56
84
7,38

Jan.’32 (
305
2.855
62,3

16,9 13,3
31,1
23,4
31,2
423 454
51
62
6,67e
Febr.

91,3 85,4
54,2
67,0
27,2
105,9
89,2
100,9
309
2.809
70,2

15,4 20,1
30,0
22,6
40,2
465 410
51
65
6,90
Mrt.

300
2.660
61,1

16,5
13,0
31,2
24,2 29,9
413
428
51
69
6,64
Apr.
306
2.727
53,5 ‘13,4
11,8
34,8 26,8
18,7
435
446
71
69
6,44
Mei

83,2
78,8
51,7
63,9 20,5
95,5
96,1
94,0
289
2.822
55,7

13,7 11,6
30,2
23,2
25,5
477 426
71
66
6Q4
Juni
1

296
2.843
57,5

13,5
11,8
29,7 22,9
27,8
513 465
– –
58
6,08
Juli
271 2.921
51,9

10,8
11,4
29,3
22,4
22,6
502
480

58
‘5,47
Aug.

77,869,3
44,5 61,4
17,3
92,0
81,8
73,3
.219
2.947
53.3

11,7 13,1
28,6 21,7 24,7
513 450
.
45
59
5,71
Sept.
270
2.925
54,3

11,2
12,1
26,2
19,8
28,1
491
477
55
64
6,14
Oct.)
(
300
2.810
60,8

11,9
13,5
30,4
22,7 30,4
483
435
61
63
6,38
Nov.

,
87,283,9
45,3 67,0
16,5
99,3
90,1
87,9,
313
2.849
61,6

13,7
13,2
-31,1
22,5
30,5
435
441
58
65
6,51
Dec.

J
262
2.778 60,6

15,6 12,7
32,4
23,6
28,2
455
429
62
67
6,12
2

Jan. ’33
(
281
2.955
54,1

15,1
11,5
29,2
22,1
24,9
440
440
60 64
6,02
Febr.

88,0
85,5
48,7
75,1
18,4
87,3 88,0
95,7′ 257
2.915
49,1

13,2
10,5
‘27,9
21,4 21,2
403
409
61 83 6,31
Mrt.
1,
315
2.821
56,3

14,1
12,8
32,6
25,4 23,7
476 443

60

6,41
April
( 245
2.738
51.2

13,0
11,4
26,4 20,5
24,8
464 420

58
5,71
Mei

88,1
73,0
55,3 83,7
21,0
115,9
88,0v
89,7
340
2.626
57,3

14,5
12,6
30,8 23,5
26,5
524 478
64
59
6,3€
Juni
317
2.498
53,8

14,0
12,2
28,5
21,7
25,3
531
485
64
61

5,6(
Juli
362
2.508
53
1
7

14,9
12,0
29,8 22,8
23,9
549–
-482
64
61
5,81
Aug.
340
2.459
56,8

16,4
13,0
31,0
23,9
-25,8 565 512
61
60
1)
ProductIe-index van de London en Cambridge Economic Service, met uitzondering-van dien van kunstzijde, welke aan de Board of Trade
is ontleend.
2)
De cijfers over de jaren 1925-1929 zijn maandgemiddelden.
3)
4 wekelijksch gemiddelde na 1931, dus 13 cijfers per jaar.

Kapitaalmarkt
.

Prijzen


0

Geidmarkt

2
!

0
Effectenbeursl)
Emissies2)

_____


Indexcijfers v.
Koersen van

__________
grooth.prijzen°
E
E

Datum
0.)
°’
‘oo)
Vaste rente-
dra.

.
gfonds
0

.-.
.1.

t
,

,

,0
,
0.) 0
0

5C+.0)
00)0
0′ 0′
0
,0.
O..
0
0)
‘0.0).0
0.0

l0.5
v
1
0.
0.)
’00
0”.)
0′
•-


.
01J
H
40′.0
0
.x
‘5

0)

o
(-)
,”°
0
LondenscheBanken4
-,a
0′

____
1924
=
100

Mi1L
_____
MilI.
£
0
10
o/o
———–
1924
=
100
01
010
.

109
98,3 101,8
18,3
11,0
4,8
2,5
2.983
1.662
856
226
3,47
4,15 95,9 100,4 93,5
100
100,6
413 115
96,4
103,8
21,1
11,7
4,4
5,0
2.948
1.665
892
216
4,01
4,49
89,1
93,1
87,0
98
100,4
370
1927 ……..
‘124
96,9
103,2
26,2
14,7
7,3
4,2
3.068
1.713 928 218
3,71
4,24
85,1
91,4
81,8
95 100,7
381

1925……….

142
99,2
100,8
30,2
18,3
7,1
4,8
3.276
1.766 948
237
3,56
4,16 84,4
91,6
80,7
95
99,8
365
139
96,3
104,0 21,1 13,3
4,5 3,3
3.328
1.800
991
229
4,58
5,31
82,2 87,4
79,4
94
100,2
345

.

112
99,4
100,7
19,6 10,6
5,8
3,2
3.232
1.801
963
264
2,36
2,62 72,0 75,4
89,7
90
981

369

1926……….

98,7
101,8
7,4
3,5
3,1
0,8
2.651 1.760
957
270
2,92
3,57
62,7
67,0 60,3
84
97,1
389

1928
………
1929………

112,4
90,3

9,4
7,0
2,4

2.319
1.791
843
308
1,64
1,94
61,1 66,5
58,4
82
951
415

1930………
1931 ………87

Januari 1932
82
93,4
107,5
2,9
0,3
2,6

2.046
1.714
905 239 4,46
5,65
63,7
89,0 61,0
84
961

435

193 2

…….84

Februari
80,5 93,
1
7
107,2
12,0
9,1
2,9

1.875
1.659 902
208
4,27
5,11
63,4
68,7 60,7
84 951
431
Maart
’88
103,4
97,0
12,1
11,1
1,0

2.572
1.676
-902
217
2,48
2,64
63,0 69,5 59,7
83
951
470
April
83
104,5
96,0
18,0
9,6 8,4

2.210
1.681 881
240
1,98
2,36′
61,6
69,2 57,8
82
951
488
Mei
77
309,4
91,7
12,3
8,9
3,4

2.317
1.699
871
246
1,38
1,57
60,6
68,8
56,5
81
951
390
Juni
73
108,8
92,5
17,5
15,4
2,1

2.443
1.764
852
278
0,94
1,06
58,9
66,8 55,0
82
951
375
Juli
83
121,7
82,7
3,3 3,2
0,1

2.992
1.804
836
317
0,67
0,98
58,8
64,9
55,7
81
951
413
Augustus
86 120,2
83,9




2.192
1.851
816
374
0,71
0,72
59,9
64,5
57,5
81
95t
383
September
90 121,5
82,7

– –

2.072
1.865

803
392
0,85 0,69 61,4 64,6
59,7
82
October
90
126,8
79,0
19,7 11,8
7,9

2.398
1.893
795
390
0,71
0,84
60,8 63,6
59,3
82 95
‘383
November
92
122,9
81,8
10,8
10,3
0,3
0,2
2.281
1.898
785
391
0,69 0,77
60,8 64,0
‘59,1
82
941
‘439
December
91
122,7
81,9

4,3
4,0 0,3

2.435
1.983
773 408
0,75
0,93
60,8 64,8 58,7
81

Januari

1933
95
122,3
82,2 8,3
7,9
0,3
0,1
2.250
1.983 764
431
0,75 0,92 80,3
64,1
58,4
81
941
395
Februari
96
123,6
81,3
7,9
4,9 1,8
0,5
2.268
1.957 766 386
0,75 0,88
59,5
62,8
57,8
80
94′
41.1
Maart
92
122,4
82,1
13,5 12,3
1,2

2.574
Î.925
766
348
0,58 0,68
58,7
61,4 57,4
79
94 486
April
93
125,3
80,2 8,3
7,3

1,-
2.039
1.930

764
338
0,63
0,66
58,5
60,6
57,3
78
94 336
Mei
96
123,1
81,5
14,6
9,3 5,0
0,3
2.253
1.944
775
346
0,58
0,53
59,7
61,4
58,8
78
94
398
Juni
101
123,3
81,5
17,5
16,0
1,1
0,4
2M70 1.978 775
362
0,58
0
1
48
81,2 62,3
60,6
79-
94
Juli
108
121,6
82,5 6,0

5,2
.0,3
0,5
2.485
1.973 768 362
0,58
0,51
61,5
61,0
61,8
80 94
Augustus’
106
124,3
80,7
21,2
1,3
15,6
4,39)

2.142
1.966
758 359
0,62
0,40
61,7
82,3 61,3
81
94
-.
September


109
126,2
79,3
7,2
6,7
0,2
0,31
1
1

0,63
0.42
1

9


1) London and Cambridge Economic Service.
2)
Volgens Mfdland Bank Ltd.
3)
London Banker’s Clearing-House Returne.
4)
Wekelijksche
gemiddelden.
5)
Board of Trade.
0)
Ministry of Labour.
7)
London and Cambrldge Economic Service. 8) Société des Nations.
9)
Leening
Australische regeering. – –

CLVI

CONJUNCTUURGEGEVENS BETREFFENDE DE VEREENIGDE STATEN.
25 October. 1933

Productie
1),
Handel en Verkeer

Productie
Buitenlandsche handeiJ)

z
S

.
.

n
.
Datum
ij

.
.
Invoer
Uitvoer

0.
.
)
.E
n

.
cID
n
o
.

e
.-
:’
G
4)
be
o2
0
Grond Fabri-
Li.
1-
b Totaal
stoif.

Totaal
katen

Gemiddelde van 1923-1925
=
100
19231925
MIII: 8
100

1925 :…
104
105

99
99
104
106 106
104
107
122
103

99.tI
100.9
352
146
409
154
50
1926 .
. : .
108 108

108
110 105
110
113
104
108 129 106 109
2

101.4
104:3
369 149
01 183 •
32
1927
. . : :
106
106

107
99
122 105
104 113
86
120
103
122
98.8
102:0 349
133
405
165
56
1928 :::.
111
112

106
96
122
115
119
107
110
13
103
107
97.2
101:8
341 122
427
188
86
1929 ….
119
119

115 102
137
127
130
115 135
117
106
115
101:1
107.7
367 130 437
211
70
1930
: . : :
96 95

99
88
122 87
95
91
85
92
92
87
87:8 87:4
255 84
315

158
60
1931

•.:.
81
80

84
73
116

60 94
60
63
75
88
74:4
66:0
174
54
198
93
24
1932
: : : .
64
63

71
58 106
_
31
83
35
28
56
81
62.4
45:3
110
30
131
52 21

Jan: ’32
72
71

77
58
111
_
43
89
45
31
64 83 68.1 52:4
136 38
150
55
15
Februari
69
88

78
63
109
_
41
86 35
27
62
85
67.8
53:6
131
37
154
57
23
Maart
67
64

84
70 109

34 82
28
26
61
85
66:4
52.3
131 36
155
61
24
April
63
61

79
55
112

32 65 35 27 59 68
64:0 48.7
127
36 135 59
9
Mei
60
59

67 49 109

29
59 45
26 54
63 62:1
46:2
112
28
132
61

20
Juni
59
58

63
45
105

25
63
47
27
52 64
60:0
42:6
110
30
114
53
4
Juli
58
57

64
46 104

25
69 33
27
51
63 57:2
39.6
79
20
107 47
27
Aug:
60
59

65
50
104
_
23 90 23 30
51
82
58.8
40:1
91
22
109
46
18
Sept:
66
66

70
58
104
28
104
24
30
54
99
60:3 42.1
98
27
132
46
34
Oct.
67
66

74 67
103

31
99
17
29 57 96
61.1
43.5
105
27
153
49
48
Nov.
65
63

75
66
106

31
92
31
27
57
93
61.2
41.8
104
28
139
47
34
Dec.
66
64

76
66 96

27
91
60 28
58 93
60.6 40.9
97
29
132
45
35

Jan. ’33
65
64

73 57 107

29
87
48
22
56
80
59.4
39.2
96
27
121
44 25
Februari
63
61

79
63
110

31
84
33
19
54
88
59.4 40.0
84
21
102
42
18
Maart
60
56

81 51
122

22 76 27
14
50
86
56.6 36.9
95
24
108
47
13
April
66
66

72
55
108

35 85 44
14 53 91
57.7 38.6
88
21
105
48
17
Mei
78
78

78 57
134

49
108
51 16
56
113
60.6
42.0
107
25
114
46
7
Juni
92
93

84
64
134

72
133
66
18
80
139
64.8
46.2
122
34
120
46

2
Juli
100v
101

90
78 132

100 130
70 21
65
135 70.1
49.9 143v
46
142
53
-lv
Aug.
92
92

92
75
137

80
114
61
23
61
133 73.3
55.7
155
51
129 50
-26
De indexcijters
ontleend aan
het Federal
betreffende
Reserve
de productie,
I3ulletin.
Wat
de
de index
wagonverladingen,
van
de industrieele
het katoenverbruik,
productie
het aantal
betreft,
deze
tewerkgestelden
is samengesteld
en de uit betaalde
de gegevens
bonen
zijn
van 58
industrie6n
n.l. 50
van fabrikaten
en 8 van mineralen.
Gemiddelde
van
Maart-Dec.
De
cijfers
der jaren
1925-1929
zijn maandgemiddelden.
v)
=
voorloopig.

Kapitaalmarkt

Effectenbeurs Emissies
3)


Geidmarkt
Prijzen
lndexcijfer van
1)
Binnen- en buitenl.
Binnenbanclsche

8
2
)
j,
‘0

9
II
1
1
II
II!
II
fi
a
0
u
0
<
o

1926
=
100
mIlI.
$
in millioenen dollars
1926= 100
1923
11)0

1925
90 88
90 95
95.3
2.336
518
76

101
417
391
300
91
127
4.20
5

31
4
1
1
104
110
103.8
1926
100
100
100
100
97.0
3.293
528
91

98
430 433
313
120
95

4.50
5

31
q
100
100
103.8
1927
118
118
119
116
98.9
4.433
649
179

126
523 519
388
131
130
4.05
34
44
95 99
101.6
1928
150
154
129 149
98.7
6.440
876
156

256 420
566 446
120 110
6.05
461
35

44
97
106
100.4
1929
190
189
1

147
235
95.7
3.990
849
117

508
341
786 668
118 63
7.74
5
,
1
18

54
95
105
100.0
1930
150
141
1

125
215
98.3
1.894
585
54

129 456 501
374
127 84
2.87
24
3151
86
88
96.2
1931
94
87
72
148
95.9
587
259
76

26 233 238
129 109
21
1.74
19/1
551
5

73
65
86.7
1932
48
46
26
79
80.1
371
9911
4411

2
97 97
27 70
2
2.05
1
3
1
16

284
65 48
77.6

Jan.’32
58
54
37
94
81.0
512
185
14

4
181
185
47
138

2.65
24.3
34-4
67 53
81.4
Febr.
57
53
34
93
80.4
525
74
21

4
70 74
39 35

2.50
244
34_4
66
51
80.1
Mrt.
57
54
32 93
83.7
533
161
29

1
160
161
48
113

2.50
244
3_4
66
50
79.6
April
44
42
22
73
80.2
379
71
72


71
71
15
56

2.50
4-24
34.4
66
49
78.8
Mei
40
38
17
88
76.0
300
91
32


91
91
7
84

2.50
4-14
2t-3i
64
47
77.9
‘Juni
34
34
14
55
72.8
244
78
64


78
78
4
74

2.50
1
24_3
64
46
77.2
Juli
36
36
16
55
75.1
242
104
50

1
103
104
63
41

2.08
4
244
65 48
77.0
Aug.
53 52 29 84
84.3
332
62
111

2
60 60 26
34
2
2.00
1
2-24
65
49
76.8
Sept.
58
56
35
91
87.0
380
937
47


93
73
7
66
7

20
2.00
1
2_4
65 49
76.6
Oct.
50
48
28
81
85.2
325
988 248

2
96 94
49
458
4
1.35
44
14_24
64
47
76.1
Nov.
48
45
26
78
83.1
338
449
31
9

2
42 44
11
339

1.00
4
14_t
64 47 75.6
Dec.
47
45 26
80
82.2
347
12310
3510

4
119
123
11
112

1.00
.4
14-4
63 44
75.1

Jan.’33
49
46
28
82
84.1
359
6512
4512

3
62
65
22
43

1.00
4-4
14_4
61
43
73.7
Febr.
45
43 27
73
82.5
360
2018
3718


20
20
1
19

1.00
4-4
14-4
60
41
72.1
Mrt.
43
42
26
67
76.8
311
1614
314

•3
13
16
3
13

3.27
14_34 14_44
60
43
71.8
Apr.
48
49
26
64
75.4
322
2515
i
20
15

1
24
25
17
8

1.29
4..14234
60 45
71.5
Mei
63
85
38 79
82.0
529
4416
16
16

3
41
44
4
40

1.00
4
2.24
63
50
72.1
•Juni
75
77
44
.

97
86.8
780
110
17

112
17

9
101
110
12
98

LOO
.4
14.2
65
53
72.8
Juli
80
84
53
98
89.6
916
11716
4518

53
64
117
53
64

100
4_4
144
69
60
75.2
Aug.
75
79
49 87
89.9
917
4619
710

14
32 46
14
32

0.98
4-4
14 70
58
76.9
Sèpt.
64
20

3020

9
55
64
9
55

1)
lndexcijfers
van
Standard
.Statistics
Co.
2)
Einde
v.
h. jaar
(resp.
maand).
3)
Ontleend
aan The
Commercial
and
Financial Chronicle
De cijfers
der jaren
1925-1929
zijn maandgenilddelden. Stock exchange call loans.

Renewal
rate.
Bureau
of
Labor
Statistics.

Excl.
$
18.523.502
voor leeningen
van
de Reconstruction
Finance Corn,
aan
gemeenten.
0)
Id.

$ 94.192.845.
0)

Id. 25.950.135.
10)

Id.
$
41.676.247.
11)
Id.
$
197.274.398.
12)

Id.
$
53.273.816.
22)

Id.
$
71.402.351.
24)
Id.
$
40.640.940.
15)

Id.
$52.503.621.
16)

Id.
$
12.141.098.
17
)
Id.
5.433.300
resp.
$18.931.712
voor armenzorg
door
den
Federal Emergency
Relief
Admlnistrator
aan
de Federale
Staten
verleend.
18)

Excl.
$
31.045.76
voor
armenzorg.
19)
ExcI.
Id.
$
49.89a034,
resp.
$
37.500.000
gem. obllg.
welke de
Reconstruction
Finance Corporation gedurende
Aug.
1933 wilde
koopen.
.20)
.Excb.
$
31.389.721
.Federab
fondsen
door
Publieke
werken
aan de
gem.
gedurende Sept.
1933
verstrekt.

0

Publicatie No. 3 a

Beschouwingen over een tolunie tusschen Nederland en

België – Luxemburg 1

door Drs. D. C. RENOOIJ

Publicatie No. 3 b en 3 c

Beschouwingen over een tolunie tusschen Nederland en

België-Luxemburg II

door Drs. D. C. RENOOIJ (Twee deden
f 4,—)

Publicatie No. 4

Het verbruik van algemeen benoodigde consumptie-

artikelen

door Ir. A. BAARS

(f 2,25)

Publicatie No. 5

De verzamelende ‘graanhandel in de Véreenigde Staten

van Amerika, Canada en Argentinië

door Dr. F. L. VAN MUISWINKEL

(f 3,50)

Publicatie No. 6
co

Ontwikkeling en Organisatie der Nederlandsche

brouwindustrie

door Dr. G. Z. JOL

PUBLICATIES VAN HET INSTITUUT VOOR

ECONOMISCHE GESCHRIFTEN:

Mr. G. VISSERING: Het vraagstuk van de Geldruimte in Nederland en
de Goudpolitiek van De Nederlandsche Bank (uitverkocht);

Mr. G. J. FABIUS: Het Bankwezen in Nederlandsch West-Indië;

Prof. J. G. DE JONG: De Resultaten van het Nederlandsche Levens-

verzekering-Bedrijf over de jaren 1912, 1913, 1914 en 1915;

Dr. Ch. A. VAN MANEN: Bedrijfsleven en de strijd tegen de armoede

in Nederland.

Auteur