Ga direct naar de content

Jrg. 15, editie 751

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: mei 21 1930

21 MEI 1930

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.

Economi*sch~Statistische

Berichten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

I5EJAARGANG

WOENSDAG 21 MEI 1930

No.
751

ga

INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN.
Algemeen Secretaris. Prof. Mr. Dr. G. M. Verrijn Staart.
ECONOMISC 11-STATISTISCHE BERICHTEN.
COMMISSIE VAN ADVIES:
Prof. Mr. D. van Blom; J. van ilasselt; Jhr. Mr. L. H. van
Lennep; Mr. K. P. van der Mandele; Prof. Dr. Y. J.
Polak; Mr. Dr. L. F. H. Regout; Dr. E. van Welderen
Baron Rangers; Prof. Mr. R. R. Ribbius; Jan Schilthuis; Mr. Q. J. Terpstra; Prof. Mr. F. de Vics.
Gedelegeerd lid:
Prof.
Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart.
Redacteur-Secretaris: II. M. H. A. van der Valk.
Secretariaat: Pieter de lloochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.

Abondementsprijs voor het weekblad franco p. p. in
Arederland f 20,—. Buitenland en Koloniën f 23,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het Instituut ontvangen het weekblad gratis.
Dc verdere publicaties van het Instituut uitgaande ont-
vangen de abonné’s, leden en donateurs kosteloos, voor zoo-
ver daaromtrent niet anders wordt beslist.
Aangeteekande stukken: Bijkanto6r Rui geplaat weg.

Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement
volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver-
tenties: Nijgh t iian Ditmar’s Uitgevers-Maatschappij, Rot-terdam, Amsterdam, ‘s- Gravenhage. Postchè qua- en giro-
rekening No. 6729.

20 MEI
1930.

Ook deze week was de geidmarkt weder ruim; het
aanbod van geld werd echter niet grooter en
01)
den
medio ontstond een vrij hclaogrijke vraag naar cail-
geld, zoodat de cailrente, die aanvankelijk van 2 pOt.
op 1% pOt. was teruggeloopen, weder tot 1% pOt.
steeg. Later kon men weder voor 1% pOt. slagen,
maar over het algemeen bleef er eenige terughouding
heerschen, zoodat particulier disconto, dat tot 2Ys

pOt. was ingezakt, Zaterdag slechts moeilijk voor
2716 pOt. te plaatsen was. De prolongatierente no-
teerde v66r den medio 2i h. 2% pOt., daarna 2Ys
ii
2% pOt.

Op de balans van De Nederlandsche Bank geeft de
post binnenlandsche wissels een daling van
f
1,3 mii-
lioen te zien. De heleeningen blijken met
f
5,1 mii-
lioen te zijn teruggeloopen.
De goudvoorraad der Bank bleef weder zoo goed als
onveranderd. De zilvervoorraad steeg met ruim
.f 000.000.
De post papier op het buitenland geeft
een vermeerdering van /’ 100.000 te zien, terwijl de
diverse rekeningen onder het actief met
f
4,1 mii-
lioen zijn teruggeloopen.
De biljettencirculatie daalde met
f 10,4
miljoen.
lIet tegoed van het Rijk vertoont een vermindering
van
f
2,8 millioen. De rekening-courant-saldi van
anderen blijken met
f
12 millioen te zijn gestegen.
Het beschikbaar metaalsaldo klom met
f
5 millioen.
lIet dekkingspercentage bedraagt ruim 53.
* *
*

Hoewi er deze week voor de meeste deviezen een
betere steming heerschte, was het toch moeilijk tot
zaken te komen. Het Pond steeg van 12.07Y tot

12.08s, terwijl de Dollar van 2.4851% op 2.4875
kwam. De Dollarkoers in Londen daalde van 4.8585
tot 4.8591. Ondanks de verlaging van het disconto
van de Deutsche Reichsbank stegen de Marken van
59.31% tot 59.34. (Ponden tegen Marken 20.37).
Fransche Francs waren zeer gezocht en verbeterden
van
9.747/g
tot 9.75
5
/s (Ponden tegen Francs 123.91).
Zwitsersche Francs waren heel onzeker; na 48.12 en
48.07% kwam het slot op 48.12 (Ponden tegen Zwit-
sersche Francs 25.15). De overige wissels waren alle
hooger in sympathie met de hoofddeviezen. Voor
Spaansche Peseta’s bestond een kleine doch geregelde
vraag; zij sloten op 40.40. Argentijnsche Pesos 95%.
Canada 2.48
1
/8.

De termijn-marges voor één- en driemaands Ponden
zijn nog iets verkleind; de slotnoteering was resp.
en
°Iimm_
1
I
16
c. agio. Dollars noteerden voor
beide termijnen ongeveer pan, terwijl Marken resp.
3-2 en 6%-5% c. disagio deden.

LONDEN,
19
MEI 1930.

De geldmarkt toonde een eenigszins vastere stem-
ming in den aanvang van de vorige week, welke later echter weder verzwakte door het toevloeien van dlvi-
dendgelden per 15 Mei, terwijl de groote verschuivin-
gen door afbetaling van Treasury Bonds en betaling
op Oonversion Loan tenslotte blijkbaar een overschot
ten gunste van de ontvangers liet
De groote goudonttrekkingeu voor Franschc reke-
ning blijven aanhouden. Verleden week werd behalve
liet goud in de open markt bijna voor £ 6 millioen baar
goud door de Bank van Engeland verkocht. In de
laatste weken is er op die wijze ruim £ 10 millioen
verscheept en dit zoude onder gewone omstandigheden

een belangrijken invloed hebben moeten uitoefenen
op het beschikbare marktsaldo, maar tot dusverre is
die invloed nauwelijks merkbaar geweest.
Zelfs het disconto heeft hierop eigenlijk in het
geheel niet gereageerd, was zelfs op Donderdag en
Vrijdag iets zwakker, zoodat de schatkistwissels op
2/32 pOt. werden toegewezen. 1

leden is de disconto-
koers iets vaster op
23f16J/
pOt., doch de handel
was zeer stil.

Tegenover de gomidonttrekkingen voor i)uitsche,
maar vooral Fransche rekening, hebben ongetwijfeld
de zendingen naar Londen voor rekening van Austra-
lië gestaan. Deze zijn nu alle aangekomen en liet zal
er dus van afhangen of Parijs voortgaat met goud te
neiiien. De koers noteert
nu
123.92 en is dus nog
steeds dicht bij het gouduitvoerpunt. Groote leeningen zijn hier op het oogenblik aan de
orde van den dag. Verleden week vond de uitgifte van
eene 5% pOt. Japansche Conversielecning
it
00 pOt.
van £ 12% millioen plaats, die uitstekend slaagde en
hden bij de opening van den hndel 1 h 1% pOt.
hooger noteerde.
Vandaag werd de inschrijving voor een 0 pOt.
Indische leening voor spoorwegdoeleinden van
£ 7.000.000 á 99 pOt. geopend, welke leening, niet-
tegenstaande de troebelen in Bnitsch-Indië, ongetwij

feld goed opgenomen zal worden.

462

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

21 Mei 1930

UNILEVER EN GRONDSTOFFEN.

Onder cle door cUt wereldcoucern benoodigde vele
en velerlei grondstoffen, zijn de oliehoudende zaden
in cle laatste jaren een steeds grootere plaats gaan in-
nemen. Met oliehoudende zaden worden hier bedoeld:
Ka toenzaad, Grondnoten, Soyaboonen, Copra, Palm-
pitten, Sesamzaad, Koolzaad, Lijnzaad en enkele min-
der algemeen bekende producten. De scherpe en phe-

nomenale fluctuaties, die gedurende de laatste twaalf maanden plaats hadden in de prijzen van deze zaden,

hebben de aandacht gevestigd op een van de ,,hoek-
peilers”, waarop het productieproces van deze mach-
tige industrie, die klaarblijkelijk nog in den aanvang
van haar ontwikkeling staat, gevestigd is. Als bekend mag verondersteld worden, dat hij haar
ontstaan de Margarinefabriek als grondstof, naast de
dierlijke, hoofdzakelijk uit Noord-Amerika geïmpor-

teerde oliën en vetten, de producten van de Olie-
fabriek, plantaardige oliën gebruikte, en er een scher-
pe afscheiding bestond tusschen de veel oudere olie-
fabriek, d:ie tevens in de meeste gevallen als hoofd-zaak veevoederfabrikant was geworden, en de jonge
Margarine-industr ie.
Maar met de uitbreiding van deze laatste en met
het voortschrijden van haar technische vervolmaking,
werd de Margarinefabrikant weldra de grootste af

nemer van sommige, door den oliefabrikant voortge-
brachte producten en het was dus alleszins verklaar-
baar, dat de Margarinefabrikant, instede van zijn half-
fabrikaten te betrekken van den oliefabrikant, tracht-
te, om de door dezen gemaakte wipst ten eigen bate
te verkrijgen en weldra overging tot het exploiteeren
van een eigen oliefabriek en op deze wijze behalve
Margarinefabrikant ook Oliefabrikant werd.
Dit gaf hem eeuerzijds het voordeel de benoodigde
grondstoffen i.c. landhouwproducteu op de hem meest
passende wijze in zijn eigen fabrieken te doen ver-
werken en de daaruit gewonnen oliën op de voor de
vervaardiging van zijn eindprodu.ct Margarine meest
voordeelige wijze en tijd ter beschikking te hebben.
Anderzijds bracht hem dit in onmiddellijke aanraking
met den voortbrenger van die .landbouwproducten die
de allereerste grondstof voor zijn bedrijf vormden.
Met den verderen groei van de Margarin.e- en daar
,

mede samenhangende bedrijven (Bak- en braadvet,
tafeloliën en niet het minste zeep), nam ook de be-
hoefte aan plantaardige oliën toe. De vraag, die het
laatste 15 tal jaren dientengevolge ontstond voor olie-
houdende zaden, bevorderde ten zeerste den aanplant,
met als gevolg een dusdanige verlaging van de prij-
zen, dat weldra de plantaardige oliën een scherpe
concurrent werden van de eertijds op groote schaal
gebruikte dierlijke vetten.
Het logisch gevolg was een verdere uitbreiding van
belangen-gemeenschap met de plantaardige olie-in-
dustrie en de tijd was weldra niet ver meer af, dat
de Margarine-industrie tevens ook de grootste olie-
fabrikant werd en als zoodanig nu genoodzaakt was
0])
groote schaal oliehoudende zaden te koopen als
grondstof voor hare fabrieken. Merkwaardigerwijze
is deze gang van zaken beperkt gebleven tot Engeland
en het Noordelijk deel van Europa, terwijl de om de
Middellandsche Zee gelegen Staten in dit opzicht een
geheel ander beeld vertoonen.
Door de recente aaneensluiti.ng van de Margarine-
industrie met de Zeepindustrie, die nog meer dan de
eerste is aangewezen op het gebruik van plaritaardige
oliën envetten, kwam de nadruk in nog grooter mate
dan voorheen te vallen op die allereerst benoodigde
grondstoffen, en het is duidelijk, dat meer nog dan
vroeger het prijsniveau van die grondstoffen een be-
langrijke rol speelt in de winstmogelijkheden van het
geheele concern.
Ik beschik niet over betrouwbare inlichtingen om-
trent de totale, door de Trust gebruikte hoeveelheid,
maar meen die, wat het vasteland van Europa betreft,
op ruwweg ca. 1.000.000 ton te mogen stellen. Dit

INHOUD

Blz.

UNILEVER EN GRONDSTOFFEN
door
N.
,Schrok …….. 462
De Sovjet-Republieken in den wereidhandel door
W.
G. H. van der Zweep ……………………….463
De fluctuaties van de koperprijzen door
1. Monas…. 465
De Rijksmiddelen ……- …. .. .-. . . … .-. .-. …
466

BUITENLANDSOHE MEDEWERKING:
De verdragen van Parijs en de vooroorlogsche
schulden van Hongarije door
K. von Buday ….
468

AANTERKENINOEN:
Kosten van het levensonderhoud bij arbeidersgezinnen
en gezinnen van meergegoeden te Amsterdam….
469

INGEZONDEN STUKKEN:
Geldproblemen in Suriname door
Mr. A. van Traa
met Naschrift door
Prof. Mr. Dr. G. M. Verrijn Sts,art 470
Internationale loonsvergeljking door Mr. P. Loosjes 472

BOEKAANKONDIQINOEN:
A.
W.
Quint: Internationaal Rivierenrecht betref-
fende gebruik tot andere doeleinden dan de scheep-
vaart, bespr. door
Mr. J. Zaaijer …………..
472

MAANDCIJFERS:
Overzicht
der Rijksmiddelen

-._-.._.-..-.
473

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
…………….
473-480

Oeldkoersen.

Bankstaten.

Verkeerswezen.
Wisselkoersen.

Goederenhandel.

cijfer zal uit den aard der zaak, in aanmerking ge-
nomen de uitmuntende technische vaardigheid, die
het bedrijf langzamerhand heeft verkregen, aan fluc-
tuaties onderhevig zijn. Om zich als leek eenig begrip
te vormen van die hoeveelheid, zoude men moeten be-
denken dat, voor het vervoer daarvan een vloot be-
noodigd is van 100 schepen van 10.000 ton elk. Waar

nu deze zaden prijsverschillen kunnen vertoonen in
één maand tijd van
f 10.—
tot
f 20.—
per ton, moet

dus de winst- en verliesrekening door den hoogeren
of lageren kostprijs sterk beïnvloed worden.

Dit springt te meer in het oog, wijl de margarine
en zeep winkelprijs, die het uiteindelijk resultaat be-
palen, stabiel is en dus hij het omlaag gaan der prij-
zen van de zaden de winsten grooter zouden worden,
indien ook voor de bijproducten een min o

f meer
stabiele verkoopsprijs ware te verkrijgen.

Doordat de vorming van de Margarine Trust in
1021/28
samenviel met groote zaadoogsten in vrijwel
de geheele wereld, werd, zelfs in ingewijde kringen
de meening gehoord en op, schijnbaar goede gronden
verdedigd, dat de Trust die alle bereikbare winst voor
zich opeischte, de prijzen omlaag manipuleerde en zonder rekening te houden met het wel en wee van
duizenden hij de productie, importhandel of distri-
butie betrokkenen, er slechts en uitsluitend naar
streefde om lage en steeds lagere grondstofprijzen te
verkrijgen.

Toen bovendien door een samenloop van bijzon-
deze omstandigheden de samensmelting van de Mar-
garine Unie met Lever Bros. de zeepfabrikanten in
het najaar van
1020
gevolgd werd door een abnormale
daling van de prijzen van juist die ruwe grondstof-
fen, diie de nieuwe Trust hoofdzakelijk gebruikte, ter-
wijl het eenige artikel, waarvoor de Trust minder
belangstelling had, ni. ljnzaad, op hoogen prijs bleef,
meende men, dat het bewijs van de almacht van de
nieuwe Trust om de prijzen van dit gedeelte harer
grondstoffen te regelen gebleken was en dat nu niets
haar meer in den weg stond om eenvoudig de prij-
zen vast te stellen zooals haar dat goed dacht.

Maar de werkelijkheid was anders. Wat inderdaad
gebeurde was, dat tot tweemaal toe het geluk met den
stoutmoedige was en de nieuwe constellaties de lage
grondstofprijzen als eene belooning voor haren onder-
nemingsgeest toegewezen kregen. Voor den belang-
stellende zijn er aanwijzingen te over te vinden in de
uitlatingen van de directie en commissarissen der
Trust, die er op wijzen dat wel terdege rekening ge-
houden wordt met de abnormale omstandigheden en
di.e duidelijk aantoonen, dat juist deze prijsfluctuaties
de volle aandacht van de leiders hebben.

21 Mei ‘1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

463

Men behoeft slechts kénnis te nemen van de door
de Trust bij -monde van haren vooizitter Z.B. Mr. R.
J. H. Patijn op de vergadering van 30 April I.I. ge-
dane medecleelingen, dat hoe aangenaam haar overi-
gens lage prijzen voor haar grondstoffen ook zijn,
nu toch de prijzen van oliezaden tot haér leedwezen
op zulk een laag niveau zijn aangeland, dat daaraan voor den producent geen voldoende belooning voor
zijne arbeidsprestatie moer overblijft, dientengevolge
eene reactie niet kan uitblijven en eene inkrimping
van de productie gevreesd moet wordefl. Z.B. zou
daarom gaarne een stabilisatie van de prijzen zien. In
dezelfde rede beklaagt hij zich dan over de slechte
rijzen, die de Trust dit ‘jaar voor zijne veekoeken,
evenwel slechts een hijprodu.ct, heeft verkregen. Er
is geen enlcele reden, de eerlijke en goede bedoeling
van deze woorden in twijfel te trekken. Integendeel,
zij wijzen er op, dat de Trust, aan wie uit oogpunt
van winstmogelijkheid lage prijzen voor haar grond-
stoffen niet onwelgevallig kunnen zijn, er zich reken-schap van’ geeft, dat zij voorloopig de prijzen van die
grondstoffen, die landbouwproducten zijn, veelal af-
komstig uit in het geheel niet of slechts ten dccle
geciviliseerdé landen, nog niet kan controleeren.

Die uitlating in verband met de cijférs der balans wijst er ook op, dat de Trust zich volkomen bewust
is van het gevaar van een terugsiag op die grondstof-
prijzen, dat men daartegen door groote reserves en kasmiddelen gewapend wenscht te zijn en dat men
in dit opzicht diligent is. Dat de Trust er alles aan
gelegen is,
niet
om zoo laag mogelijk in te koopen,
maar wel om zoo stabiel mogelijke grondstofprijzen te
hebben, vermits iedere gulden per ton verschil reeds
een belangrijke meerdere of mindere winst mëd6-
brengt is overduidelijk.

Immers er zijn wel geen artikelen, die zoo onder-
hevig zijn aan scherpe en onverwachte ‘prijsfluc-
tuaties als juist landbouwproducten en van die land-
bonwproducten spannen wat dit ‘betreft oliehoudende
zaden de kroon.

Maar het willen dwingen op grooto schaal van prij-
zen van landbouwproducten in een zekere richting
gedureflde langen tijd, het op zijde zetten van de wet-
ten van vraag en aanbod en het omverstoöten van
een’ onzer oudste economische leerstellingen, zonder
een langdurige, weloverdachte voorbereiding, zou een gevaarlijke, onderneming zijn, watrop men gerust van
toepassing kan verklaren ,,Qui mange’ du pape en
meurt”, en mén behoeft slechts op de toestanden op
agrarisch gebied bij onze oostelijke buren te letten,
om, zij het slechts eenigermate, de moeilijkheden te
kunnen beseffen. –

En verder, noch in Canada de Tarwepool, noch in
Noord-Amerika de Farm-hoard of in Brazilië de
,,Defesa”, zijn met behulp van hdderden millioenen
dollrs in stait gebleken de prijzen van de betreffende landbouwp’roducten te regelen naar hun goedvinden,
en die te- behoeden voor ongekende dalingen. Wan-
neer bovendien de eerste zich volkomen vastgewerkt
heeft en maandenlang rekening heeft moeten houden
met de mogelijkheid vn een catastrophe dan is het te
begrijpen, dat de stabilisstie van de prijzen der olie-
houdende zaden, waarvan de wereldproductie op ruim
20.000.000 ton te schatten is, een uiterst moeilijk pro-
bleem moet zijn, hetwelk slechts met veel beleid, ge-
duld en met behulp eener wereldörganisatie aange-
vat zou kunnen worden om succes waarschijnlijk te
maken.

Na is hij de hiervoor genoemde drie voorbeelden,
waaraan nog wel eenige andere toégevoegd zouden
kunéen worden, het initiatief tot prijsvorming en-sta-
hilisatie van den producent uitgegaan. Dië producent
evenwel, zal in het algemeen daartob slèchts ‘bij mach-
te zijn, van neer hij producten machinaal, en onafhan-
kelijk van weers-invloed voortbrengt en
hij
dus vol-
doende contrôle op cle voort te brengen hoeveelheid
en hoedanigheid heeft. Ïn het andere geval (bij- land-

bouwprodu.cten) stuit ‘hij op moeilijkheden, waarover
i]ij geen zeggenschap heeft.

Anders wordt de zaak, wanneer de consument, de-geen dus die tenslottè zorgt voor de absorptie van de
geproduceerde voorraden zulks ter hand neemt. Die
consument immers kan (en dit is in het geval der
Margarine Trust klemmend) zooals de toestand zich

ontwikkeld heeft, zijne behoeften en dientengevolge
zijn verbiuik van een speciaal arti.kel tot op groote
hoogte regelen in overeenstemming met zijne eigen
wenschen en de eischen van de omstandighedén.

Met de organisatorische mogelijkheden, die de h ieu-
we Trust geschapen heeft, de middelen, di.e ter be-
schikking staan en bovenal de beperkte kring van
afnemers, die door haar geleidelijke samensmeltings-
politiek is overgebleven als gebruikers van de ge-
wenschte grondstoffen, lijkt een stabilisatie van de
prijzen in dit bijzondere geval niet utopisch en veel-
eer.mogeljk dan bij eenig ander landbouwproduet. –
In ieder geval dwingt reeds nu een, inkooporgani-
satie, die in staat is gebleken, een hoeveelheid, als ik
daareven noemde, regelmatig van een centrâl punt
uit in te koopen, zonder dat dientengevolge- de prij-
zen ook maar eenigermate reageeren, integendeel zich
eerder ten voordeele van den kooper blijven bewegen,
eerbied af, en bewijst, dat de concentratie, zooals die
uitgevoerd is op dit belangrijk punt, een groote ver-
betering heeft te veeg gebracht en als de eerste stap
kan worden beschouwd op den weg, die tot stabilisa-
tie van de prijzen van tenminste een gedeelte van de
grondstoffen zou kunnen leiden.
N. SOHROR.

DE SOVJET-REPUBLIEKEN IN DEN WERELDHANDEL.

Blijkens de onlangs verschenen voorloopige statis-
tiek van den in- en uitvoer der Sovjet-Republieken

gedurende
‘1928-’29
(helastingjaar October- Septem-
ber), nam het gewicht van de goederenbeweging
tussohen dat gebied en het buiteiland,’.vergeleken
met het vorige belastingjaar, van
10,9
tot
14,3
mii-
lioen ton toe, doch daalde haar waardé van
1.734
tot
1.726
millioen .roebel. Herleidt men, ten einde
het aandeel van de Sovjet-Republieken in den goede-
renruil der wereld vast te stellen, de belasting- tot kalenderjaren en de waarde tot dollar, dan komen
zij in
1928
met
890 millioen dollar, overeenstemmend
met
1,33
pCt. van den gebeden wereld-goederenruil
ter waarde van 66.708
millioen dollar, op de
20e
plaats,
waar
zij
onmiddellijk door Zwitserland en Brazilië
worden voorafgegaan en door Zweden en Denemarken
worden gevolgd, terwijl
Nederland met
1.878
millioen
dollar en
2,81
pOt. op de
8e
plaats staat. Zoo be-
langrijk als deze omzet op het eerste gezicht lijkt,
is hij desniettemin een sprekend
bewijs
van de eco-
nomische afzondering van dit wereidrijk, hetgeen
door een berekening van den goederenruil naar het
hoofd van de bevolking nader kan worden verdui-
delijkt. Deze beliep
namelijk
in
1928
slechts
5,19
dollar, bij een grootsten omzet in Nieuw Zeeland
(327,73 dollar) en een kleinsten in China
(2,91
dollar), waartegenover
hij
in Nederland
246,31
dollar bedroeg.

Buitenlandsehe Itandel van de Sovjet.Republieken
1909-’29


Invoer-
Waarde

overschot
Gewicht
1000
ton inillioen
roebel
+
Uitvoer
Belastingjaar
Invoer Uitvoer
Invoer
Uitvoer
overschot
gem.
1909-’13


1.140
1.501
+
361
1924-’25
….
1.864 6.169
723
578

145

1925-’26
….
1.547
7.856
.

756
703

53
1926-’27
….
1.847
9.573
714
807
+
9
1927-’28
….
2.014
8.867
946 788

158
1928-’29
….
1.718

12.618

836

890

+ 54

De invoer verminderde van
2
millioen ton ter
waarde van
946
millioen roehel in
1927-’28,
tot
1,7
millioen ton ter waarde van
836
millioen roebel in
het laatst verstreken’belastingjaar, hoofdzakelijk door
minder invoer van tarwe, rijst, huiden, rubber, hooi-
stoffen, metalen (andere dan ijzer), machines
c,i

464

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

21 Mei 1930

werktuigen, electrotechnische goederen, papier en wol-
len ‘garens; het gewicht van den invoer van thee
steeg van 28.134 tot 29.564 ton, bij een daling van zijn prijs van 37 tot 29,6 millioen roebel. Een uit-
zondering op den achteruitgang van den invoer
maakte die van benoodigdheden voor den landbouw,
ruwe wol, ijzer en staal, automobielen en suiker;
doch overigens was deze vrij algemeen, hetgeen in

het eerste jaar van het Pjatiletka (vijfjarenplan)
van Stalin te meer bevreemding wekt, daar
hij
bovenal

de gewichtige – nog nader te bespreken — groep
der grondstoffen en fabrikaten voor de nijverheid betreft, van welke de machines en de huipstoffen aanmerkelijk en de grondstoffen in mindere mate

achteruit gingen.
De uitvoer steeg te zelfder tijd van 8,9 tot 12,6
millioen ton en van 788 tot 890 millioen roebel, zoo-dat hij in 1928-’29, hoewel de graanuitvoer sindsdien
sterk daalde, toch nog 83 millioen roebel meer .dan
in 1926-’27 besomde. Gedurende het laatste belasting-
jaar onder verslag bestond de goederenafzet naar
het buitenland voor 43 pOt. uit hout, petroleum en pelswaren, op welke de weefstoffen, suiker, boter,
vlas, eieren, darmen, mineralen en granen in belang-
rijkheid volgden. Ten opzichte van 1927-’28 was er een stijging voor het hout, petroleum, vlas, minera-
len, steenkool, darmen en lucifers, doch onder andere
een vermindering van den uitvoer van eieren, boter,
peiswaren en granen. De hier beschreven vermeerde-
ring van den uitvoer komt voor een groot deel op
rekening van den, zoowel voistrekten als betrekke-
lijken, groei van dien der nijverheidsvoortbrengselen,

welke vooral in het oogspringt, wanneer men het
beloop van den uitvoer, verdeeld in landbouw- en

nijverheidsvoortbrengselen, sedert 1909 volgt (mii-
lioen roebel):
Landbouw- Nijverheids-
Belastingjaar
voortbrengselen
voortbrengselen

gem.
1909-‘1,3
1.050
451
1924-’25
312
266 1925-.’26
405
298
1926 ’27

..
446
361
1927-’28
360
428
1928-’29
346
544

Vôdr den oorlog bestond de uitvoer voor meer dan
twee derden uit voortbrengselen van den bodem, welk
overwicht na 1926-’27, toen de graanuitvoer stokte
en slechts ten deele door dien van andere landbouw-
voortbrèngselen werd vervangen, voor dat der nijver-
heidsvoortbrengselen plaats maakte. Vooral de uit-
voer over de Europeesche grenzen heeft zich in dit

opzicht krachtig ontwikkeld, hetgeen met de behoefte
aan hulpmiddelen voor de uitrusting van de Russi-
sche nijverheid uit Westersche landen in verband

staat:
Uitvoer van nijverheidsvoortbrengselen
(met uitzondering van platina)

Over de

Over de
Europeesche grenzen Aziatische grenzen

Tijdperk

1000
ton 1000 roebel
1000
ton
1000
roebel

1927-’28

6.967

299

1.107

129

1928-’29

10.821

389

1.248

143

Ongeveer de helft van dezen uitvoer over de Azia-
tische grenzen ging naar Perzië, dat met 14,4 pOt.
van den geheelen buitenl andschen afzet van n ijw erhei ds-
voortbrengselen daarbij de tweede plaats inneemt;
op de eerste plaats staat Engeland met 22,6 pOt., op
de derde Duitschiand met 12,4 pOt. en vervolgens
komen Frankrijk met 5,4 pOt., Nederland met 4,4
pOt., Italië met 4,3 pOt., Letland met 4,2 pOt. en de
Vereenigde Staten van Amerika met 3,1 pOt. Het
verrassend groote aandeel van Nederland vindt hierin
zijn verklaring, dat in de Sovjet-statistiek het hout,

dat het belangrijkste invoergoed van Rusland in Ne-
derland is, tot de nijverheidsvoortbrengselen wordt
gerekend, terwijl het naar onze begrippen tot de
onbewerkte en haifbewerkte stoffen van plantaardige

herkomst behoort.

Hoe de Russische volkshuishouding met buiten-
landsehe hulpmiddelen, betaald met – ten deele
daarmede gewonnen – binnenlandsche voortbreng-
selen, op gang wordt gebracht, volgt uit een over-
zicht van den in- en uitvoer aan de hand van de

zoogenaamde internationale indeeling, van welke de
in dezen belangrijkste groepen zijn (1928-’29):

Invoer

Goederengroepeu Uitvoer
1000 roeb.
0
/0
geh. mv.

1000 roeb.
o,
geh. uitv.

Levensmidd.
215.689

25
455.867

55

Grondstoffen
559.267

64
en halifabrik.
297.333

36

Fabrikaten

753.200

91

Tezamen

774.956

89

Sprekend voor deze ruilverhouding is eveneens de eigenaardige Russische opstelling van de handelsbe-
weging, zooals die in den neveustaanden staat is

weergegeven (zonder het platina).

i)rie vierden van den invoer betreft de grondstof-
fen en fabrikaten ten behoeve van de nijverheid en
voor technische doeleinden en wel 43 pOt. grondstof-
fen, 21 pOt. machines en andere voorthreugingsmid

delen en 10 pOt. hulpstoffen. De belangrijkste landen
van herkomst dezer goederen zijn, evenals ten aan-
zien van den geheelen invoer, Duitschland, Engeland,
de Vereenigde Staten van Amerika en Frankrijk,
waarbij cle machines voornamelijic door Duitschiand
en Engeland, de grondstoffen voornamelijk door
de Vereenigde Staten en de hulpstoffen voorna-
melijk door Frankrijk en Engeland worden ge-
leverd. Belaugwekkend is het, dat de Sovjet-Re-
publieken, welke kapitalistisch gesproken een tijd-
per.k van buitenlandsche belegging, waarbij van
jaar op jaar meer waarde het land binnen komt
dan er uit gaat, zou den moeten doormaken, ondanks
deze groote invoeren van kapitaalgoederen, toch nage-

noeg Vrij van schatplichtigheid aan hot buitenland
zijn gebleven (vergelijk de overschotten in den eersten
staat van deze beschouwing). Hierbij wordt veronder-
steld, dat de waarde van de goederenbeweging volgens
de Russische haridelsstatistiek met haar waarde vol-
gens cle prijzen op de internationale markt overeen-
komt. In hoeverre dit evenwicht van de handelsbalans
uit de in de Sovjet-Repubiieken heerschende st4iat-
kun di g-econoiiiische beginselen, dan wel uit noodzaak,
door het zich onthouden van belegging door het bui-
tenland, voort vloeit en tot wolken prijs ‘dit is ge-
kocht, dat zijn vragen, welker beantwoording hier
niet ter “plaatse is. Wel zij in dit verband op de ho-
teekenis van het niet-erkennen der schulden van het
oude Rusland gewezen. V66r den .00rlog was de Rus-
sische handelsbalans sterk actief, van 1884 tot 1913
gemiddeld. 222 .millioen roehel per jaar: betaling in
goederen der renten van de keizerlijke leeningen;
daarentegen was zij van 191.4 tot 1917 in hooge mate
passief, gemiddeld 1,123 millioen roebel per jaar:

nieuwe verplichtingen, tot weiker voldoening op den
duur waarschijnlijk eveneens uitvoer van goederen
noodzakelijk zou zijn, geweest. Doch in plaats. van ter
verovening van deze oude vorderingen te moeten die-
nen, kan do uitvoer der Sovjets thans tot betaling
van de op het oogenhlik dringend noodige voortbren-

girigsmiddeleo strekken.

Ter aanvulling van hetgeen reeds omtrent de aard-
rijkskundige versprei di:ng van den buitenlandschen
lui adel der Sovjet-Republieken werd medegedeeld,
diene, dat de zoogenaamde Westersche handel – op
wolken de algemeene d ou anevoorschriften van toepas-
sing zijn – in liet laatst verstreken helastingjaar 1.471.
millioen roebel besomde, waarvan 720 millioen invoer

en 751 millioen uitvoer, (1927—’28 invoer 836 en uitvoer 664 millioen roebel), hetgeen een zoo aan-
zienlijke vermindering van den invoer, gepaard gaan-
de met toeneming van den uitvoer beteekende, dat
het i,nvoeroverschot van de ,,Westersche” handels-balans – deze uitdrukking ter wille van de beknopt-
heid – in het vorige belastiugjaar, ter waarde van

21 Mei 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

465

Invoer
1928-
1
29

:

Uitvoer
1928-.’9

Goederensoorten

.

0/0

n
t

I0; geh. uitvoer
1000 roebel

1000 roebel

-‘8ij

.928-291
t92-‘2S

Grondstoffen en fabrikaten’voor de nijverh. en techn. doeleinden
622.332
74,3
70,3

1
1

522.149
59,5
51,3 waarvan:

20,8
22,8



360.691
43,1 42,3



87.310
10,4 11,4

machines en andere voortbrengiugsmiddelen

………….174.325
grondstoffen

……………………………………..

Grondstoffen en hulpmiddelen voor den landbouw
.

…………
67.755
8,1
4,7
8040
0,9
1,0
huipstoffen

en

hal’ffabrikaten

………………………

38.263
.
4,8
4,1
2.029
0,2 0,2
verkeersdoeleinden

………
Brandstoffen

…………………………………………….
4t8
0,1
0,1
29.726
3,4 2,8
Goederen

voor

massa-verbruik ……………………………
86.094
10,3
11,7
290.112
33,1
38,9 waarvan:
74.89(1
9,0
1] ,2
207.673
23,7
29,5
voedings-

en

genotmiddelen

………………………..
andere goederen 11.198
1,3
0,5
82.439
9,4
9,4

Tezamen

met n.a.g.

goederensoorten

…. …………………..
830.31)3
1100
1

100

11
877.596
1

100
1

100

172 millioen roebel, in een uitvoeroverschot ter waar-

de van 31 millioen roebel veranderde. De zoogenaamde
()ostcrsche handel betreft clie met Afghanistan,
Wes-
(dijk China, Mongolië, Perzië, Tannu-Tuwa en Tur-
kije en staat onder een afzonderlijke regeling.. Zijn
waarde beliep itt 1928-’29 243 millioen roebe], waar-
van 116 millioen invoer en 127 millioen uitvoer, (in
1 027-’28 onclerscheidenlijk invoer 1.10 en uitvoer
114 milli.oen roebel). Perzid is met een invoer van
64 en ecu uitvoer van 74 millioen roebel (1928-29)
van deze landen het belangrijkste.
z w.

DE FLUCTUATIES VAN DE KOPERPRIJZEN.

liet is een algemeen verschijnsel, dat de gro:nd-
stoffenver’.verkende industrie er het best hij gebaat
is, indien de grondstoffenprijzen zooveel mogelijk sta-
biel blijven of de fluctuaties zich binnen redelijke gren-
zen bewegen. Toen dan ook na cle October-inzinking
van het vorige jaar de prijzen der verschillende
grondstoffen aan sterke prijsdalingen onderhevig
waren, was het voor vele industrieën, welke koper
verwerken, een betrekkelijke troost, dat de prijs van
dit metaal zich vrij stabiel hield.

De statistische positie van het materiaal wees er
echter op, dat de voorraden koper gestadig toenamen,
terwijl de afleveringen steeds geringer werden. Ge-
zien de algemeene inzinking, was het niet te verwon-
deren, dat de koperverwerkende industrie de politiek
toepaste van ,,hand to niouth” koopen.

Bij cle cigenaardige positie, veroorzaakt door de
prijspoli tiek van het Kartel, kwam een nivelleering
door koop en verkoop op termijn zeer moeilijk tot
stand, aangezien een groot gedeelte van het vdrwerlcte
materiaal uit electrolytiseh ]coper bestaat, terwijl de
termijnhandel uitsluitnd plaats heeft in standard
koper. Voor het laatste materiaal wordt in normale
tijden altijd een marge van ca. £ 6 á £ 7 met dec-
trolytisch koper genoteerd; in de laatste maanden
varieerde deze marge echter tussehen de £ 16 en
£ 17. liet gebeurde echter wel, dat de Amerilcaansche
sinelterijen af en toe groote posten standard koper
uit de markt namen en deze ornwerkten tot electro-
lytisch koper.

In de dagbladen circuleerden herhaaldelijk berich-
ten over prijsverlagingen, doch tot een maand geleden
handhaafde het Kartel den koperprijs op 18.30 dollar-
cent per ib. voor het continent. Toen kwam plotse-
ling het bericht, dat het Kartel de noteering met 4
dollarcent verlaagd had; een prijsverlaging van ca.
22 pOt. i)eze verlaging beteekende voor een aantal
industrieën, welke nu eenmaal met een ijzeren voor-
raad moeten werken, een beduidend verlies. Wel werd
in het algemeen met een prijsdaling rekening gehou-
den, waarvoor natuurlijk wei zal zijn gereserveerd,
maar dit neemt niet weg, dat het nu eenmaal een
menschelijke eigenschap is om zeer ongaarne van iets
afstand te doen, ook al heeft men erop gerekend iets
te zullen moeten missen. Het vertrouwen van de koo-

pers in de markt zou o.i. veel grooter zijn geweest, in-
dien het Kartel tot een geleidelijke prijsverlaging ware
overgegaan. Deze prijsverlaging had reeds het vorige
jaar moeten beginnen, maar ook daarvoor zullen wel
naast economische, psychologische factoren gegolden
hebben, nl. het niet gaarne afstand doen van een be-
trekkelijk gemakkelijk realiseerbare winst. Indien men
bijv. in aanmerking neemt, dat de kostprijzen hij de
hieronder genoemde Amer.ikaansche producentën dé
volgende zijn,

Kennecott & Braden (jaarprod. 100.000 ah. tons)
7,18
doll.ct.
Nevada Consolid.Copper

163.000

8,67
IJtah-Copper

190.000

6,20

terwijl verder een onderzoek door den heer A. B. Per-
sons, vice-pres. der Min. Research Oorporation, uitge-
wezen heeft, dat voor ongeveer de helft der Noord-
en Zuid-Amerikaansche koperproducenten dc kost-
prijs onder 9 doll.cent per 1h. ligt, dan begrijpt men, dat de kartelleden bij een prijs van 18 dollarcent een
enorme winst maakten.

De prijsdaling op 14 dollarcent bleek echter niet in staat de koopers voldoende te animeeren om tot
dekking van hun behoeften over te gaan, zoodat een
verdere daling volgde. Evenwel deed zich nu een eigen-
aardig psychologisch moment voor. Ofschoon ieder-
een wist, dat de voorrâden ruw koper enorm zijn en
er geen enkele vrees behoefde te bestaan, dat er niet
voldoende koper aanwezig is (de voorraden eind Maart
waren de grootsten in 8 jaar), zette op eens een enor-
me koopvraag in. In een der driemaandelijksche over-
zichten is er reeds op gewezen, dat, indien ieder
wacht met koopen, er een moment moet komen, waarop ook ieders voorraad aanvulling behoeft. Het gevolg van
deze plotselinge groote vraag was, dat het Kartel di-
rect den prijs verhoogde met 0.50 doll. ct. per 11)., ter-
wijl aan den anderen kant de Europeesche kartelleden
gedeeltelijk al meer hadden verkocht dan de hun toe-
gewezen quote, zoodat sommigen niet eens de iiige-
schreven kwantiteiten konden leveren. Nti woid t
naar aanleiding van deze ontwikkeling van de markt
en de politiek van het Koperkartel in verschillende
bladen de venschelijkheid uitgesproken, dat het Kar-
tel uit elkaar moge vallen cii de vrije handel weer
de oude plaats moge innemen. Deze wenschelijinheid
houdt echter met de volgende practische feiten niet
voldoende rekening:

le. Van de wereldprodu.etie gebruikt Amerika zelf
ca. de helft en van de A.merikaansche productie over
1929 was het verbruikscijfer ca. 66 pOt.

2e. Wat de productie zelf betreft, zijn de cijfers over
1929 de volgende:

Noord- en Zuid-Amerika mcl. Canada 1.115.661
short tons; wereldproductie 2.136.021 short tons.

Het aandeel in de wereldproduetie van Amérika
bedraagt ca. 88 pOt.

Bij een dergelijke positie van Amerika als produ-
cent en consument kan er o.i. geen sprake van zijn,
dat het koperkartel den eersticomenden tijd uit elkaar
zal vallen. Toen in 1926 het Koperkartel opgericht

466

ECONOMISCHSTATISTISCHE BERICHTEN

21 Mei 1930

werd, heeft de Belgische groep der Union Mi,nière du
haat Katanga de voorwaarde gesteld., dat zij geen
productieheperking behoefde toe te passen. Nu is de
productie van Katanga steeds stijgende. Over
1929 bedroeg deze 146.000 short tons, welk cijfer
tegenover Amerika op het oogeublik nog niet veel
gewicht in de schaal legt. Hierbij komt, dat, naar men
zegt, er ook reeds Amerikaansehe belangen hij Ka-

tanga bestaan.
Men behoeft zich hij een uiteeuvallen van het
Koperkartel niet de illusie te maken, dat hierdoor

de toestand zou verbeteren. Wij hebben er reeds eer-
der op gewezen, dat het juist de groote ondernemin-
gen zijn, die de laagste productiekosten hebben. 1-let
gevolg van de vrije markt zou zijn, dat binnen zeer
korten tijd do minder gunstig werkende mijnen stil-gelegd zouden moeten worden met als resultaat een

nog sterkere aanoenslu.iting der producenten.
Alleen, indien de productie der andere landen van ruw koper dusdanig zou kunnen worden opgevoerd,
dat Amerika niet meer een overwegende positie in-
neemt, da.n zou er mogelijkheid van tijdelijke wijziging
der positie bestaan, ofschoon men hiervan niet al te
hooge verwachtingen mag koesteren, omdat de Ame-
:ikaansche kapitalen zich daarheen bewegen, waar de
meeste concurrentie wordt gevreesd.
Tenslotte zij er nog op gewezen, dat de positie der
Amerikaansche producenten versterkt wordt door het
feit, dat de koperverwerkende industrie in Amerika
voor een groot gedeelte tevens in handen is van de
producenten van ruw koper. Zoo behooren bijv. tot
de Anaconda Oopper Min ing Co. de volgende koper-

verwerkende industrieën:

American Brass Co.
National Conduit & Cable Co.
Detroit Copper & Brass Rolling Co.

Bovendien is de Anaconda-groep bij ettelijke andere
iuetalenvcrwerkende Amen kaansche en• Europeesche

industrieën geïnteresseerd.

Een ander groot Concern, de Guggenhe.im groep,
staat door middel van de American Smelti.ng
& Refining Co. in verbinding met de General Cabie
Corporation en heeft verschillende Amenikaansche en
Europeesche belangen. Op een afzet in Amerika kan
men steeds rekenen, terwijl voorts de koperverwer-
kende industrie in Amerika door de hierboven ge-
schetste verbindingen met de koperproducenten in
staat is, halffabnikaten naar Europa te leveren, waar-

tegen dikwijls niet te concurreeren valt.

Men verwacht in het algemeen een verdere inzin-
king van den koperprijs; of daarmede echter een uit-
elkaar vallen van het Koperkartel gepaard zal jaan,
meenen wij te moeten betwijfelen. Rooskleurig ziet de
koperpositic er niet uit; een verbetering van den toe-
stand op dc metaalmarkt hangt echtn nauw samen
niet een algemeene conj unctuu rverbetening. Daar-
naast is men aangewezen op een.. zeker percentage
(:Oiflmon sense hij de leiders van het Kartel, waaraan,
wij moeten het grif toegeven, het tot nu toe wel ont-

broken heeft.
I. MoNs.

DE RIJKSMIDDELEN.

In dit nummer treft men aan het gebruikelijke
overzicht van de opbrengst der Rijksmiddelen over de
maand April 1930, afzonderlijk en vereenigd met
die der vorige maanden, in vergelijking gebracht met
de raming van dat jaar en de opbrengst over dezelfde
tijdvakken van 1929. –
De gewon.e middelen brachten i.n de afgeloopen maand f44.145.900 op tegen
f
40.121.700 in April
1929 en vertoonen naitsdien een vooruitgang van

f
4.018.200. De totale opbrengst der vor.ige maand
overtrof voorts de raming met een bedrag van

f
3.763.000.
Dc totaal-opbrengst over cle eerste vier maanden
van dit jaar bedroeg
f
169.237.000, d.i.
f
7.961.500

meer dan in hetzelfde tijdvak van het vorige jaar.
Ook de raming werd in bedoelde periode overschre- den en wel met een iets kleiner bedrag (f1.105.400).

In vergelijking met cle overeenkomstige maand van
het vorig jaar vertoonen de grondbelasting, de per-
soneele belasting, de inkonlstenhelasting, de vermo-
gensbelasting, de dividend.- en tantièmebelasting, de
rechten op den invoer, de zout-, de gedistilleerd-, de
suiker- en de tabalcaecijns, de belasting op gouden en
zilveren werken, de rechten en boeten van zegel, de
rechten en. boeten van successie, van overgang bij
overlijden en van schenking en de domeinen een hoo-
ger ophrengstcijfer. Daarentegen brachten minder op
het statistiekrecht, de geslacht-, de wijn- en de h:ier-
accijns, cle rechten en boeten van registrati.c en de
ioodsgeiden. De loop der middelen in de afgeloopen
maand was dus over het algemeen zeer bevredigend.
Verreweg de meeste m:iddelen gingen niet onaan-
zienlijk in opbrengst vooruit. En wel liepen de regis-

tratierechten met bijna
ƒ
1V2 millioen terug, maar
bier is te rekenen met de omstandigheid, dat de op-
brengst van April 1920 abnormaal hoog was.

De directe belastingen gaven alle een stijging in
opbrengst te zien. De grondbelasti.ng
leverde een

accres van
f
530.700 door het tijdiger gereed komen
van dé kohieren van den loopenden dienst en waar dit
middel ook in de vorige maanden bijzonder ruim heeft
gevloeid, wegens snellere invordering van het restant van den vorigen dienst, kwamen de ontvangsten over
de eerste vier maanden
f
1.483.900 boven die van het-

zelfde tijdperk van 1929. Ook de raming werd tot
dusver belangrijk overschreden (niet
f
562.800), doch

hieraan is niet zooveel waarde te hechten, daar de
eerste maand van het jaar zeer gunstig pleegt te zijn.

De personeele belasting gaf een surplus van

f
31.5.500 boven de ontvangst van April 1929. Dank
zij de ruimere baten, die ook in het eerste kwartaal
van dit jaar konden worden geboekt, wijst de mid-

delenstaat, gerekend over vier maanden, een hoogere
inkomst van
f
767.400 boven dezelfde periode van
1929. Op zichzelf genomen was de opbrengst der af-
geloopen maand niet zoo hoog (f
1.708.800 beneden
de gemiddelde maandraming), doch dit is toe te
schrijven aan de omstandigheid, dat in de maand
April de uitkeening van de provinciale en gemeente-
opcenten betreffende den vorigen dienst plaats heeft.
De ram.ing werd in het tijdvak Januari t/m. April
niet bereikt
(.f
3.746.000 nadeelig verschil), doch dit
is een normaal verschijnsel, daar de personeele be-
lasting voor liet grootste deel in het midden des jaars
bmnenkomt.

De inkomstenbelasting gaf, door de hoogere kohier-
bedragen van den loopenden dienst, een stijging in
opbrengst te zien van
f
686.900. Ook de rami.ng

werd overschreden; het voordeelig verschil beliep

f
4.260.200, waarbij intussehen moet bedacht, dat de
maand April voor dit middel doorgaans ruime in-
komsten geeft. Bij vergelijking van de ontvangsten
ui.t de inkomstenbelasting over de eerste vier maan-
den van 1.929 en 1930 blijkt, dat de bedragen als volgt
over de verschillende dienstjaren kunnen worden ver-

deeld:

Jan.
t/m.
Apr. 1929

Jan. t/nl. Apr. 1930

1926127….

f

1
97.700

1927/28….

,, 1.213.900

f

147.200

1928 29..
..

,,
30.991.800

,,

785.300.

1929130….

33.597.000

Totaal ..

f
32.423.400

f
34.529.500

Blijkens deze cijfers werd tot dusver in het lopen-
de jaar
f
2.106.200 meer ontvangen dan gedurende
de eerste vier maanden. van 1,929. Tevens blijkt, dat de
oude dienstjaren minder hebben opgebracht en dat
de vooruitgang dus uitsluitend aan, liet belastingjaar
192911930 is toe te schrijven. in bedoeld tijdvak werd

f
1.862.900 boven 4112 der raming ontvangen, een
Voor het begin van het jaar gewoon verschijnsel.
De vermogensbelasting bleef zich in
stijgende
lijn

21 Mei 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

467

bewegen en leverde ditmaal een meerdere bate van
f103.300 voer de schatkist op, terwijl de gemiddelde
maaridraming met
f
652.400 werd overtroffen. Gere-
kend over vier maanden bedroeg de vooruitgang

f
457.500, waarvan
f
360.300 op rekening komt van
het dienstjaar 192911930. Wat de raming aangaat
werd
f
1.005.300 geboekt hoven 4112 van het voor
1.930 geraamde opbrengstcijfer. Ook voor deze belas-
ting geldt evenwel, dat. de eerste maanden van het
jaar vrij gunstig zijn. In tegenstelling met de drie voorafgaande i.naan-
den vertoonde de dividend- en tantièmehelasting dit-maal cciie vermeerdering in opbrengst en wel tot het
niet onbelangrijke bedrag van
f
914200, waardoor
de teruggang, die in het le kwartaal van het jaar
viel waar te nemen, weer voor een belangrijk deel
werd gecompenseerd. liet deeres over de eerste vier
maanden bedraagt thans nog
f
720.100, waarbij moet
worden bedacht, dat de •inkomsten in de eerste helft
van het vorige jaar bijzonder hoog waren. Het zal
daarom noodig zijn nog eenige maandopbrengsten af
te wachten, vooral, waar de dividend- en tantième-
belasting voor een groot gedeelte in slechts enkele
maanden binnenkomt en deze maanden doorgaans in
het midden van het jaar vallen. Om deze reden is
het ook begrijpelijk, dat de ramung in de eerste vier
maanden niet werd bereikt (nadeelig verschil

f
2.551.200).

De invoerrechten gaven opnieuw een stijging in
opbrengst te zien (van
f
34.600), zijnde
f
374.800
boven de gemiddelde maandraming, waardoor de ont-
vangst over de eerste vier maanden
f
1.875.100 klom
hoven die van hetzelfde tijdvak van 1929 en

f
1.868.500 boven 113 der raming. Bij dit laatste
moge in herinnering worden gebracht, dat het op-
brengstc•fer voor 1930
f
3.500.000 hooger is gesteld
dan voor 1929. Evenals de vorige maand bleef het
statistiekrecht iets bij dezelfde maand van het vorige
jaar ten achter (met
f
62.800). Ook de maandraming
werd niet gehaald (opbrengst
f
32.700 minder). Ge-
rekend over vier maanden viel een achteruitgang te
constateeren van
f
66.100 voor wat de opbrengst van
het vorige jaar en van
f
87.400 voor wat de raming
betreft. Vermoedelijk mag hierin de invloed van ver-
minderden in- en uitvoer van grondstoffen en land-
bouwproducten worden gezien.

De accijnzen vertoonden onderling een geheel ver-
schillend beeld. De zoutaccijns leverde een surplus
van
f
66.200, voor een deel voortspruitend uit een
toenemend verbruik van het artikel in de zouterijen
van varkensvieesch. Bovendien was de opbrengst van
April 1029 bijzonder laag. De gemiddelde maand-raming werd in de afgeloopen maand met
f
34.000
overschreden. Over de eerste vier maanden kwam

.f
227.400 meer dan het evenredig deel der raming
binnen, een voor dit middel niet onbelangrijk bedrag.
De geslachtaccijus liep ditmaal in opbrengst terug
(met
f
35.400), voor het eerst sedert ruim een jaar. Een bepaalde oorzaak is voor deze daling niet aan-
wijsbaar, evenmin als voor het decres (van
f
2.100),
dat de wijnaccijns te zien gaf. Dit laatste middel
stelde tot dusver teleur; in de eerste vier maanden
werd nl.
f
104.100 minder ontvangen dan waarop
blijkens de raming was gerekend. Aan gedistilleerd-
accijns werd ditmaal
f
354.800 méér geboekt, hetgeen
zijn verklaring vindt in de omstandigheid, dat de ont-
vangst van April 1929 nadeelig werd beïnvloed door teruggaven, van accijns, betaald over den op 1 Maart
1929, datum van inwerkingtreding der tariefsverla-ging, aanwezigen voorraad gedistilleerd. Gerekend
over vier maanden kwam in het loopende jaar

f
501.000 meer binnen dan in het vorige jaar, doch

f
569.500 minder dan het viervoud der gemiddelde maandraming. Het bier leverde ditmaal iets minder
op
(f
2.500), een in vergelijking van de opbrengst
cd ruim f1.300.000 te onbelangrijk bedrag om daar-aan veel gewicht te hechten. Bovendien was de ont-
vangst op zich beschouwd niet zoo laag, daar
f
57.100

bovea de maandraming kon worden geboekt. Bijzon-
der trekt de suikeraccijns de aandacht, die in tegen-
stelling met de vorige maand, toen ruim
f
374.000
minder werd ontvangen,, thans een acres van

.f
1.141.900 v6rtoonde en zulks, niettegenstaande de
maand April
in
dit jaar slechts vier vervaldagen van
den crediettermijn telde tegen vijf in 1020. De op-
brengst van April 1929 was echter abnormaal laag in
verband met de stremming van het verkeer in Febr. (de crediettermijn bedraagt 2 maanden). Overigens heeft de suikeraccijns tot dusver ruim gevloeid; het
loopende jaar bracht in de eerste vier maanden

f
1.398.100 meer op dan het vorige, terwijl de raming
niet
f
446.300 werd overtroffen. Tenslotte de tabak-
accijns, die
f
1.08.300 in opbrengst vooruitging, waar-
door de ontvangsten over de eerste vier maanden

f
707.200 stegen boven die van dezelfde periode van
1929. In deze
stijging
komt de regelmatige toeneming
vap het verbruik van rookartikelen, in het bijzonder
van sigaretten, tot uitdrukking.
Een vergelijking van de opbrengsten der accijnzen
over de eerste vier maanden van 1930 met die van
1929 en met de raming leidt tot het volgende resul-
taat:

Opbrengst

. Opbrengst

Raming

4 m. 1929

4 m. 1930

4 m. 1930
Zout ……
f

616.700

f

827.400

f

600.000

Geslacht…..,
3.699.400

3.998.300

4.000 000

Wijn
……..
717.800

705.900

,,

900.000

Gedistilleerd ,,
11.262.800

,, 11.763.800

12.333.300

Bier ……,,
4.241.600

,, 4.534.900

5.000 000

Suiker . … ,,
14.981.500

,, 16.379.600

,, 15.933.300

Tabak ……,
8.546.400

,, 9.343.600

,, 8.666.700

De ‘belasting op gouden en zilveren werken gaf
een hoogere ontvangst van
f
2.700; gerekend over
vier maanden werd
f
20.200 meer geïnd.

Van de middelen, die in direct verband staan met het zakenleven, wezen de zegelrechten een stijging
aan van
f
463.400, hetgeen niet aan een ruimer
vloeien van de beursbelasting is te danken, daar deze
laatste belasting juist
f
80.200 mindér opleverde. De
opbrengst der zegelrechten van April 1920 was even-
wel aan den lagen kant; hetgeen aan de stijging der
afgeloopen maand wel eenigszins haar in het oog
vallend karakter ontneemt; doch werd nog
f
140.300
boven de gemiddelde maandraming ontvangen
.. Ge-
rekend over vier maanden viel een teruggang te be-speuren van f432.300; daarentegen werd de raming
met
f
126.400 overschreden. De registratierechten
daalden van f 3.625.800 tot
f
2.159.700 hetgeen op
een mindere bedrijvigheid in den hndel wijst, al mag
hierbij niet worden over het hoofd geziën, dat de ont-
vangsten van April 1920 extra hoog waren wegens
de destijds plaats gehad hebbende aandeelenuitgiften.
Over het tijdvak Januari t/m April vertoont dit mid-
del eenzelfde beeld als .Ie zegelrechten; er werd
minder ontvangen dan het vorig jaar (3.168.200),
doch meer dan 113 der raming
(f
101.100)..
De successierechten, die de vorige maand met
f1.407.200 omhoog gingen, leverden ditmaal een de-
cres (van
f
874.700). Gerekend over vier maanden
maakt dit grillige middel geen kwaad figuur, daar
een stijging valt waar te nemen van
f
1.321.800 hoven
dezelfde maanden van het vorige jaar en van

f
1.853.600 boven het evenredig deel der raming.
De domeinen verschaften
f
32.400 meer door toe-
vallige omstandigheden; daarentegen gaven de loods-
gelden een mindere bate van f 42.500. In de eerste
vier maanden vertoonde laatstgenoemd middel een
accres van
f
98.300, doch werd de raming niet be-
reikt (ontvangst f12.300 minder).
De inkomsten van het ,,Leeningfonds 1914″ kwa-
men van f 8.327.200 op f 8.511.100. Van laatstge-
noemd bedrag was ruim f 5.750.000 aan de Verdedi-
gingsbelastingen te danken. Over ‘de eerste vier maan-
den was een vooruitgang te constateeren van

f
507.500. In dien tijd brachten de zegelrechten van
buitenlandsche effecten
f
49.300 meer op.

468

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

21 Mei 1930

Voor het ,,Wegnfonds” kwam in de afgeloopen
maand
f 3.606.100
binnen tegen
f 3.466.600
in April

1.929. Van eerstgenoemd bedrag komt
f 3.641.400 op

rekening van de wegenbelasting (de maand April is
voor deze heffing zeer gunstig), terwijl de rest of
f 54.100
wordt bijgedragen door de rijwielbelasting.
In de eerste vier maanden kwam aan het Wegenfonds
ten goede
f 5.119.400,
waarvan
f 5.058.1.00
wegenbe-
lasting en
f 121.300
rijwielbelasting. In het vorige
jaar bedroegen de beide laatstgenoemde opbrengst-
cijfers respectievelijk
f 4.466.600
en
f 55.900.

BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.

DE VERDRAGEN VAN PARIJS EN DE VOOR.

0 ORLOGSCHE SCHULDEN VAN HONGARIJE.

1)c Heer K. von Buday te Boedapest schrijft ons:

lIet heeft meer dan tweemaal zoo lang geduurd dan
de oorlog, alvorens het reparatievraagstuk tot een
oplossing werd gebracht en meer dan vijf jaren waren
er noodig, voordat de bekende optauten-kwestie tus-
schen Hongarije en de Kleine Entente door de Pa-
rijsche verdragen geregeld was. Met deze verdragen
is zoowel cle aangelegenheid der Hongaarsche her-
stelbetalingen als die der optantenvorderingen def i-
nitief opgelost. Hoewel in het Hongaarsche Parle-
ment een tamelijk heftige oppositie tegen deze ver-
dragen bestaat, is het toch waarschijnlijk, dat het
betreffende. wetsontwerp binnenkort zal worden aan-

genomen.

Men zal zich herinneren, dat de optantenstrjd is
ontstaan tengevolge van de weigering van Roemenië
om zich te onderwerpen aan de uitspraak van het
Roemeensch-Hongaarsche schei dsgerecht, ingesteld
bij het vredesverdrag van Trianon met het doel over de vergoeding te beslissen, die aan cle Hongaarsche
grondbezitters, wier eigendommen in de van Honga-
rije. afgenomen gebieden zijn gelegen en die zich heb-
ieu uitgesproken voor het Jilongaarsche staatsburger-
schap, moest worden betaald. De Volkenbond heeft
zieh jarenlang met dit probleem bemoeid, daar de
Bond cle bevoegdheid heeft in plaats van een af-
getreden rechter (Roemenië heeft zijn rechter van
het gemengde scheidsgerecht teruggeroepen) een
nieuwen te benoemen. Hoewel Chamherlain en hen-
derson sterk geijverd hadden voor een regeling in den
zin van een comprois tussehen de Roemeensehe en
IIo.ngaarsche regeeringen, was het vraagstuk nog niet
opgelost, daar Roemenië hardnekkig weigerde een
aannemelijke vergoeding aan de optanten toe te ken-
nen. Daarentegen hield de Hongaarsche Regeer.ing,
natuurlijk vast aan het goed recht der optanten,
temeer daar het heele principe van het systeem der scheidsgereehten op het spel stond. Tenslotte werd
het vraagstuk met de regeling der reparaties ver-
bonden en op de eerste Haagsche conferenti.e behan-
deld. De tegenstellingen tusscheu Hongarije en de
Kleine Entente waren echter zoo groot, dat noch in
September te Parijs, noch op de tweede Haagsehe
conferentie een definitieve oplossing kon worden be-
reikt. Men zal zich nog de dramatische ,,reparatie
assauts” tusscheu Bethlen, Benes en Titulescu her-
.inneren. In den laatsten nacht van de tweede Haagsehe
Conferentie werd tenslotte in principe een overeen-
stemming bereikt, die later in Parijs zou worden
uitgewerkt. Men had gedacht, dat men te Parijs in het begin van Februari in één week alle verdragen
kon opmaken, maar het heeft
80
dagen geduurd, voor-
dat de overeenkomsten geteekend waren en aan de
Parlemeuten der betreffende landen konden worden

voorgelegd.
Deze verdragen bevatten een korte beslissing over
(le Hongaarsche reparaties. Hongarije betaalt aan

herstelschulden tot en met
1943
jaarlijks gemiddeld
1.0.000.000 goudkronen en van
1944
tot
1966
jaarlijks

1.3.500.000
goudkroneu aan de z.g. administratieve
vorderingen, die uit het vredesverdrag voortvloeien.

Deze vorderingen betreffen bezettingskosten, kosten
van transport van krijgsgevangen, vorderingen van
Duitschiand op hongarije, die aan de Entente
werden geëndosseerd en vele andere vorderingen op
de vroegere Oostenrijksch-Hongaarsche momi rchie.
Met deze betalingen zijn zoowel de reparatie- als de
administratieve vorderingen voldaan. Hongarije werd
van het algemeen herstelpandrecht bevrijdt, waar-
mede het zijn volledige financieele zelfstandigheid
weer teruggoicregen heeft. Alle andere vorderingen
werden niet elkaar verrekend; hierbij waren vooral
de ,,biens céclés” als vorderingen van Hongarije en
(le eischen der Kleine Entente betrokken.
1)

In het tweede, derde en vierde verdrag van Parijs
werd een regeling van de optan.tenlcwestie getroffen.
Zooals belcend, worden er twee Fondsen geirormd;
Fonds A en. Fonds B. Het eerste Fonds, het agrari-
sche Fonds, heeft een kapitaal van
219.500.000
goud-
kronen, ontstaan uit de volgende tegen
4
pOt. geka-
pitali.seerde bedragen: Engeland, Italië en. Frankrijk
betalen van
1933
tot
1944 4.131.000
goudkroncn, van
1944
tot
1966 3.119.000
goudkrouen ), uit de I.[on-
gaarsche ,,adminis tratieve” betalingen komen
6.1.00.000
goudkronen, door Roemenië en Joegoslavië worden
resp.
1.500.000
en
2.508.000
goudkronen betaald en
de rest werd voor een deel door cle Bulgaarsche repa-
ratiebetal.ingen en door betalingen van Tajecho-Slo-
wakije gedekt. De betalingen, geschieden aan dc Bank
for International Settlements.
Het Fonds is ge.rechtigd
4
pOt. obligaties tot het
boven aangegeven bedrag to eniitteeren, uit weilcer op-
brengst de optanten zullen worden betaald. Indien
wij de contante waarde dezer obligaties per H.A. be-
rekenen, dan zullen de optanten nauwelijks meer dan
f80 per H.A. ontvangen. Het scheidsgerecht zal,
met de door den president van het Permanente Hof
van Internationale Justitie te benoemen twee leden,
in het geheel
5
leden tellen; men zal een beroep kun-
nen doen op het Hof, hetgeen een zeer belangrijke
verbetering van het scheidsgerechtsvstecrn is en mis-
schien ook voor andere internationale geschillen baan-
brekend kan worden. Overigens is de agrarische her-
vorming, tengevolge waarvan de optanten geëxpro-
prieerd zijn, slechts in Roemenië beëindigd; in Tsje-cho-Slowakije is zij nog niet afgesloten en in Joego-
Slavië ontbreekt nog zelfs cle wettelijke regeling .Men
heeft tot nu toe slechts op grond van regeeringsver-
ordeningen de bezittingen der hongaren afgenomen.
[let Fonds zal pas dan de vergoeding uitbetalen, wan-neer alle gegevensover de afgenomen landerijen defi-
nitief vaststaari. Een andere regeling ware moeilijk
te treffen, daar volgens cle verdragen aan vergoeding geen. grootere bedragen kunnen. worden betaald dan
het kapitaal van het Fonds.

Daarentegen is het Fonds B niet zoo beperkt. Het
vertegenwoordigt op grond van een
4
pOt. kapitali-
satie der betalingen van de groote mogeudheden en
der Kleine Enten te een bedrag van 100 millioen goud-
kronen. Dit Fonds heeft ten doel betalingen te ver-
richten, voortvloeiende uit de niet-agrarische vorde-
ringen, zooals de vorderingen van eigenaren van fa-
brieken, banken, spoorwegen, kerken en de vorderin-
gen van de leden der Habsbu.rgsche familie. Deze vor-
deringen worden op 800 millioen kronen geschat. De
processen, clie hierop betrekking hebben, worden niet
tegen het Fonds, maar tegen den betreffenden Staat
gevoerd. In hoeverre deze de hoogte der vorderingen
zullen erkennen, is nog niet zeker. Er is in ieder ge-
val een groot verschil tusschen het kap:itaal van het
Fonds en het totaal. bedrag der vorderingen. De ver-
dragen bevatten geen regeling voor het eve.ntueele
overschot aan vorderingen. Het Fonds zelve is min of

Zie het artikel van Dr. R. Kerschagi ,,De herstelrege.
liug voor Oostenrijk en Hongarije op cle Haagsehe Conf e-
rentie’ in E..S. B. van 29 Jan. ji.
De groote mogendheden gebruiken voor dit doel hoofd-
zakelijk bedragen, clie zij onder het hoofd van ,,bevrijdings.
kosten” van de landen der Kleine Eetente ontvangen.

21 Mei 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

469

meer als een’ steun aan de Kleine Entente gedacht, maar deze zal zelf de bedragen moeten opbrengen,
wanneer volgens het oordeel van het scheidsgerecht
en het Permanente Hof van Internationale Justitie
de vorderingen het kapitaal van het Fonds zullen
overtreffen.
Tegelijk met de Panische verdragen werd door den
Minister van Financiën eenwetsontwerp ingediend
over de opneming van een Staatsleening, ten bedrage
van 500.000.000 pengös. Deze leening is bestemd voor
cie vernieuwing van de Staatsspoorwegen, voor wegen-
bouw, reorganisatie en versterking van het
4
hinnen-

landsche credietsysteem, vooral met het oog op de
agrarische en industrieele productie en export etc.
De uitgifte dezer leening zal waarschijnlijk na de
emissie van de Duitsche hersfelleening volgen; de
Regeering heeft machtiging gevraagd om tot dien tijd
met korte credieten in de behoefte aan geldmiddelen
te voorzien. Voor de ‘spoorwegen werd reeds voor
een bedrag van 30 millioen pen gös hij binnenlandsche
banken en voor den wegenbouw reeds een bedrag van
20 millioen pengös bij een Zwitsersch baolcconsortiu.m
op korten termijn opgenomen.
* *
*

In verband met de ,,algemeene liquidatie van het
verleden”, zooals de oplossing van het herstel- en het
optantenvraagstuk genoemd wordt, is weer de aan-
gelegenheid van de vôöroorlogsche schulden van Hon-
garije ter sprake gebracht. Gelijktijdig met de Pa-
rijsche conferentie zijn er onderhandelingen ge-
voerd met de vertegenwoordigers ‘der buiten landsche
crediteuren, onder welke zich de Vereeniging voor
den Effectenhandel bevindt. De vertegenwoordigers
hebben het aanbôd der Hongaarsche regeering van een
valorisatie van 2.6 pOt. niet aangenomen. Men heeft
weer een nieuwe conferentie bijeengeroepen, die deze
maand te Parijs zal worden gehouden. Zooals men
weet, zijn de z.g. valutaire vôöroorlogscho schulden
in de verdragen van Inns’bruck en Praag zoo geregeld,
dat ‘de couponbetaling geschiedt op een basis van 27
resp. 32 pOt. Deze verdragen bepalen echter, dat
deze percentages in de toekomst kunnen worden her-
zien, indien de betalingscapaciteit van het land beter
wordt. Maar er is niet zoo zeer hiervan sprake als
wel van de z.g. papierschulden, dus de Kronenrenten
van 1892-1910 en andere kleinere leeningen. Het
totaal nominaal bedrag van deze leningen beloopt
rond 1.872 millioen kronen. Hiervan zijn ongeveer
074 millioen kronen in het buitenland geplaatst, o.a.
in Nder]and voor een bedrag van ongeveer 150 mil-
lioen kronen. Over deze leeningen bevat het Vredes-verdrag slechts deze bepaling, dat de successiestaten
deze waardepapieren in dezelfde verhouding zullen
omwisselen als het geval was met de omwisseling van
de oude valuta in de nieuwe, hetgeen voor Hongarije
1 : 12.500 zou heteekenen. Het is zeer begrijpelijk,
dat de buitenlandsche crediteuren steeds op de valo-risatie aandringen, hoewel volgens het vredesverdrag
Hongarije op zijn rechten kan staan, maar het is ook
zeker, dat deze bepaling onder de tallooze voor Hon-
garije buitengewoon nadeelige bepalingen eene der
weinigen is, die geen lasten op het land legt. Daar-
entegen worden die buitenlanders benadeeld, die
als neutralen het minst met den oorlog te maken
hadden. Hongarije is zich dan ook bewust van deze
omstandigheden en van de principes van ,,equity”.
.Dat heeft de stad Budapest met haar 100 pOt. valo-risatie ten volle beWezen, maar de moeilijkheid ligt
hierin, dat, indien de vôôroorlogsche schulden zullen
worden gevaloriseerd, ditzelfde ook het geval moet
zijn met de oorlogschulden en dit kan Hongarije
zeker niet dragen, want de oorlogsehuiden bedragen
rond 7 milliard kronen. Indien men dus slechts een
‘alorisatie van 5 pOt. zou doorvoeren, zou dit niet
minder dan een bedrag van 440 millioen goudkronen
eischen. Het hangt ongetwijfeld met den politieken en
economischen toestand samen, hoe men toch een schei-
ding tusschen de v6ôroorlogsche- en de oorlogschulden
en tusscheu de binnen- en buitenlandsche schulden
zal lcunnen doôrvoeren. De conferentie te Parijs zal
in deze richting dan een ‘verderen stap doen, indien
cle basis voor de valorisatie als aanneembaar kan wor-
den vastgesteld. De verwachtingen zijn in zooverre
gerechtvaardigd, dat zoowel de Elongaarsche regeering
als het grootste deel van de crediteuren, van een con-
cili.anten geest bezield, zich weer naar
Parijs
begeven.

AANTEEKENINGEN.

Kosten van het levensonderhoud bij arbeiders-
gezinnen en gezinnen van meergegoeden te.
Amsterdam.

Voor het eerit sedert verschillende jaren vertoont
het indexcijfer der Icosten van het levensonderhoud
thans een beweging, welke niet uitsluitend als een
gewone, met het seizoen samenhangende, prijsschom-
meling beschouwd kan worden. In het afgeloopen
kwartaal heeft zich ni. in het peil der prijzen een
daling van eenige beteekenis vertoond, die een meer
algemeen lcarakter draagt, al zijn ook verschillende
posten van het ‘budget er niet in betrokken. 1-let
sterkst kwam die daling tot uiting bij de voeding: zij
1:edroeg sedert December 1929 bij de arbeidersgezin-
nen 6.0 pOt. en bij de gezinnen van meergegoeden
7.4 pOt: Voor de totale uitgaven bedroeg zij 2.7 pOt. bij de arbeidersgezinnen en 2.2
pOt.
bij de beter ge-
situeerden. De
indexcijfers
zelf, berekend op de basis
van dé prijzen gedurende cle periode 1923-1924
100, waren in Maart 1930
voor
arbeide’rsgezirbnen 92.2
(tegen 94.8 in Decem-
ber ji. en 95.4 in Maart’ 1929′ en
voor gezinnen vctn meergegoeden 93.5
(tegen resp.
05.6 en 95.5).
Bij de artikelen, die aan seizoensinvloeden onder-
hevig zijn en die hij do vorige kwarlalen hun stempel
op het inciexcijfer drukten, doet zich, met name bij
melk, kaas, eieren, aardappelen en groenten, thans
het verschijnsel voor, dat de loop der prijzen van De-
cember tot Maart een andere is dan het de laatste
jaren het geval is geweest. Zon waren de prijzen van
melk en eieren Vrij veel meer beneden die vaii De-
cember dan die van Maart 1929 beneden December
1928 (de uitgave per gezinseenheid per week was resp.
10 en 5 ct. minder tegen 6 en l ct. toen), doch zijn
die van aardappelen en groenten veel minder toege-
nomen dan verleden jaar (resp. 1. en 13′ ct. tegen 11
en 12% ct. per gezinseenheid per week). Voor groen-
ten is dat het gevolg van de lage prijzen in Decem-
ber ji.
Onder de overige artikelen, die niet onbelangrijk
tot de daling hebben bijgedragen, zijn te noemen:
visch (als gevolg der hooge prijzen in December jl.),
suiker (tengevolge van de verlaging van de» accijns,
welke op 1 Februari jl. is ingegaan) ; voorts brood, beschuit_ en koek, grutterswaren, kleeding (alleen
voor de arheidersgezinnen) en schoeisel, en in min-
dere mate cle rubrieken kaas, vleesch (ondanlcs de
prjsverhooging van bevroren rundvleesch sedert
1 Januari ji.), kruidenierswaren (alleen echter voor
cle arbeidersgezinnen tengevolge van prjsverminde-
ring uitsluitend van de goedkoopere soorten koffie
en thee), woninginrichting en huisraad, toilet-, wasch-
en schoonmaalcartikelen (alleen voor meergegoeden).
De huishuur vertoont een stijging bij de arbeiders-
gezinnen en een daling bij de beter gesitueerden. Met
het oog op de bewerking van dit
indexcijfer
is weder-
om, evenals bij den aanvang vkn voorgaande jaren,
door den Woningdienst een onderzoek ingesteld naar
den stand der huren. Het betrof ditmaal 2424 arbei-
derswoningen en 306 woningen van meergegoeden (in
totnal dus 2730), zoowel oud- als nieuwbouw, in ver-
schillende stadsgedeelten, behoorende tot verschillen-
de huurgroepen, zoodat het evenals de vroegere een
waarborg geeft, dat de uitkomsten representatief zijn
voor het huurpeil in de geheele stad. Volgens deze

470

ECONO1VIISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

21 Mei 1930

uitkonsten is er voor arbeidersk’oningen een huur-
stijging van
8.9
püt. sedert
1923-24
(tegen
7.4
pOt.
in Januari
1929
en
3.9
pOt. hij de Woni.ngtelli.ng
van

November
1925)
en voor woninge.n van meergegôe-
den een van 4.6 pOt. (tegen
5.5
pOt. resp.
3.4
pOt.).
Sedert verleden jaar is dus de algemeene stand der,
woninghuren bij de beter gesitueerden verbeterd, bij
de arbeiderswoningen wederom hooger geworden. Dit
is het gevolg van het feit, dat de huren van nieuw-

Arbeidersgezinnen.

Gezinnen
v.
Ineergeg.
Gemiddelde inkomsten Gemiddelde inkomsten

f
1902 per gezin.

1
1
f8527 per gezin.

Gemidd. uitgave p.
gezinseenheid
3)
in
centen gedurende
het jaar
1
Oct. 1923-
30 September 1924.
4
493

Bedragen in centen,
welke pergezins-
eenheid zouden zijn
uitgegeven, indien
besteed aan het-
zelfde alsin het jaar
1
Oct.’23-30 Sept.’24
in:
Maart 1928

467

5881 1057 876

2792k 3668
Juni

1928… 47% 588

1055

3803 12851 16654
Sept. 1928

465

5891 10641 3797 12850 16647
Dec.

1928

4601 5861 10471 3823 12847 16670
2laart 1929

4561 5921 1049

3756 12833 16589
Juni

1929

4

590

1053 3936 12832 16768
Sept.

1929…..4
63
48

594 1039

3750 12819 1656
2
Dec.

1929

455

590k 1045k 3797 2806 16603
Maart 1930

427k 589

1016k 3513 12134 16247
Brood, beschuit, koek, grutterswaren, melk, kans, eieren,
vleesch, visch, vetten, suiker, andere kruidenierswaren,
aardappelen, groenten, fruit, dranken, maaltijden buitens-
his bereid, berek. voed. vacantie buiten A’darn.
Kleeding, schoeisel, huishuur, brandstof, gas, electri.
citeit, toilet-, vasch-, schoonmaakartikelen, woninginrichting
huisraad, fondsgelden, contributie, periodieken, rooken, ont-
spanning, spoor, tram, diversen
(mcl.
hulp in de huishouding).
De herleiding tot gezinseenheden geschiedt aldus, dat
de man geldt voor 1, de vrouw voor 0,9, een kind in het
eerste levensjaar voor 0,15, in het tweede voor 0,2, in het
derde voor 0,3 volwassene en zoo geleidelijk opklimmende
met 0,05 voor elk leeftijdsjaar.
Voor de arbeidersgezinnen hebben de cijfers betrekking
op wekelijksche uitgaven; voor de gezinnen van meerge-
goeden op maandelijksche uitgaven.
Alleen van de gegevens over 1927 zijn de cijfers voor
de laatstgenoemde gezinnen berekend op basis van de we-
kelijksche uitgaven.

lndexcijfers voor

Indexcijfers voor ge-
arbeidersgezinnen
op de

zinnen
v. meergegoeden
basis van

op de basis van
Maanden

de periode

1
1
Oct.1923- de periode
1
Oct.1923-
1
9111
1
3=
10
0

30Sept.1924 19llIl3l0030Sept.1924

=100

1
=100

1911113
.
100
100
Mrt. 1920
213,7
198,3 Dec.

1920
221,6
Juni 1921
207,9
Dec.

1921
190,4
Juni 1922
186,8
Dec.

1922
176,3
Juni 1923
173,5
Dec.

1923
177,6
176,6
100
176,5 100

Sept. 1924
178,3 Dec.

1924
180,8
Juni 1925
179,1
Dec.

1925
177,2
Juni 1926
170,9
96,8
171,7
97,3
Dec.

1926
167,8
95,0
169,5
96,1
Juni 1927
167,4 94,8
168,9
95,7
Dec. 1927
169,5
96,0
169,3
95,9
Juni 1928
170,4 96,5
170,5
96,6 Dec.

1928
167,9
95,1
169,4
96,0
Juni 1929
169,0 95,7
170,7
96,7
Sept. 1929
168.7
94,4
168,2
95,3 Dec.

1929
167,4
94,8
167,7
95,6
Mrt. 1930
162,8
92,2

.
165,0 93,5

gebouwde woningen in het afgeloopon jaar algemeen
iets zijn teruggcloopen, doch bij de beter gesitueerdon
meer dan hij de arbeiders, terwijl bovendien het aan-
tal dezer nieuwe woningen hij de meergegoeden rela-
tief grooter is clan bij de arbeiderswoningen.
Op
de basis van dc prijzen voor den oorlog = 100
bedroegen dc :indexcijfers in Maart
1930:
voor arbcidersgezinnen
16.8,
voor gezinnen van meergegoeden
165.0.

INGEZONDEN STUKKEN.

CELDPROBLEMEN IN SURINAME..

Mr. A. van Traa, Directeur-Voorzitter van de
Su-
riiaainsche Bank te Paramaribo schrijft ons:
In het nummer van
2
April
1930
van Ec.-Stat. Be-
richten geeft Prof. G. M. Verrjn Stuart eenige op-
merkingen naar aanleiding van een door mij in ,,de
Test

van
1.4
Januari gegeven meening over het arti-
kel ,,G’eldproblernen in Suriname” van denzelfden
schrijver in Ec.-Stat. Berichten van
4
December
1929.
in mijn artikel in ,,De West” betoogde ik, dat de,
uitzonderlijke aard van den werkkring der Surin.
Banic (een werkkring overigens, die reeds vanaf de
oprichting aldus geregeld is en door de Surin. Bank-
wet
1928
opnieuw als voor Suriname noodig en nut-
tig gesanctionneerd is) en de economische structuur
van Suriname een vertragenden invloed moesten
oefenen op de werkzaamheid van de door Prof.
V. S.
in zijn artikel van
4
December aangegeven middelen
van redres bij verstoring van de wisselkoersen en dat

in verband daarmede moeilijkheden die, bij toepas-
sing van die middelen, elders zouden kunnen worden
vermeden, in Suriname niet
altijd
zouden kunnen
worden voorkomen.
De wijze, waarop op dit betoog door den Hoogge-
leerden schrijver wordt gereageerd, doet eigenaardig
aan.

:l.nplaats toch aan te toonen, dat de door mij in het
geding gebrachte factoren n:immer tot vertraging van de werkzaamheid der door hem aanbevolen middelen
zullen behoeven te leiden en dus evenmin aanleiding
tot moeilijkheden zullen kunnen geven, wordt thans,
naast de in zijn artikel van
4
December reeds ge-
poneerde en thans weer herhaalde stelling, dat de
politielc der Surin. Bank uit een oogpunt van liqui-
cliteit te wenschen overlaat, de nog scherper stelling
geponeerd, dat deze instelling haar taak van circu-
latiebanlc
achterstelt
(cursiveering van den schrijver)
bij die van hypotheekbank, voorschotbank en wat dies
meer zij.
liet komt mij hoogst wenschelijk voor, dat Prof.
V. S.
deze stellingen eens nader zou willen motivee-
ren, waar de door cle Surin. Bank gepubliceerde
cijfers, die ik als aan Z.H.Gel. bekend mag veron-
derstellen, daarvoor m.i. geen grond geven.
Immers uit die cijfers blijkt, dat de Bank van de
haar door de Surin. Bankwet
1928,
verleende be-
voegdheid tot het uitzetten van gelden op hypotheek
voor minder dan
50
pOt. heeft gebruilc gemaakt, een
omstandigheid die n.h.v. toch weinig aanleiding kan
geven voor de bewering dat zij haar primaire taak bij
die van hypotheekbank ten achter stelt. En overigens
moge ik verwijzen naar de grafiek van de bankbil-
jettencirculatie, als Bijlage III gepubliceerd in het
verslag der Bank over
1928
en naar den weekstaat,

afgedrukt in het nummer van
2
April van Ec.-Stat.
Berichten, het nummer dus waarin de geleerde schrij-
ver zijn critiek op het hankbeleid oefent.
Uit een en ander
blijkt,
dat de circulatie, die van
191.4
tot
1920
van
,f 1.100.000
tot
f
2.500.000
gestegen
was, op
2
Maart
1.929
tot
f
1.675.000
gedaald was en
op 1 Maart
1930
f
1.543.000
bedroeg, nadat een week
tevoren zelfs het cijfer van
f
1.287.000
was bereikt.

Wijzen deze
cijfers
soms op onvoldoende liquidi-
teitspolitiek of een achterstellen van de taak van cir-
culatiebank bij . die van ,,hypotheekbank, voorschot-
bank en wat dies meer zij”?

Totaal
ding

Rest
2
) Totaal

1101

925l 2900

38251

21 Mei 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

471

En misschien wil de ilooggeleerde schrijver dan
tevens eens aantoonen welke ,,opvattingen
01)
het stak

van bankpolitiek, die elders verworpen worden” in
de West nog gehandhaafd worden?

Wiesbaden, 10 Mei 1930.
* *

N a s c h r i f t. Wanneer Mr. Van Traa bij het
schrijven van zijn niet zeer prornpte reactie op dezer-
zijdsche beschouwingen de moeite had genomen om
nog eens nauwkeurig te herlezen, wat wij schreven
in het nummer van 4 December van dit weekblad en
wat hij zelf daaitegen heeft aangevoerd in het num-
mer van ,,De West” van 17 Januari, zoo zou de ge-
achte inzender bemerkt hebben, dat hij ons stellingen
toeschrijft, die niet dezerzijds, doch door hem zelf
werden geponeerd.
Den 4den Decembe» schreven wij naar aanleiding
van de destijds in de pers ter sprake gebrachte moei-
lijkheden in het
bedrijf
der Surinaamsclie Bank, dat
deze moeilijkheden bij een goed hankbeleid, gericht
op voldoende liquiditeit, slechts van tijdeljken aard
konden zijn, en dat hij verstoring van de betalings-
balans inkrimping van verleende credieten het aan-
gewezen middel was om de situatie. tot oplossing te
brengen. De toepassing van dit middel veronder-
stelt natuurlijk, dat de betrokken circulatiebank er
niet tegen opziet, om zoo noodig een belangrijk deel
van hare uitzettingen te laten afloopen. De vraag,
hoe het destijds met de positie van de
S.
B. gesteld
was, hebben wij in het midden gelaten.
Ons
betoog
kwam dus slechts hierop neer, dat, indien de
S. B.
voldoende liquide was en zich bereid zou toonen tot
credietrestrictie over te gaan, aan de in de pers be-
sproken moeilijkheden zonder bezwaar het hoofd ge-
boden zou kunnen worden.
Wat maakt nu Mr. Van Traa hiervan in zijn hier-
boven afgedrukt stukje? Niet meer of minder, dan
dat wij reeds den 4den December geponeerd en op
2 April slechts herhaald zouden hebben, dat de liqui-diteitspolitiek der
S. B.
te wenschen zou hebben ge-
laten. Wanneer de geachte inzender intusschen onze
beide stukjes eens legt naast zijn eigen artikel in
,,De West”, zoo zal hij zien, dat hij het zelf is ge-
s’eest, die met prjzenswaardige openhartigheid het
een en ander heeft medegedeeld over de liquiditeits-
beginselen van de
S. B.,
en dat het juist tegen Zijne
eigen uitlatingen is geweest, dat dezerzijds bezwaren
werden naar voren gebracht, bezwaren, welke wij ten
volle moeten handhaven.
Mr. Van Traa toont zich verontwaardigd over de
opvatting, dat de
S. B.
de vervulling van haar taak
als circulatiebank zou hebben achtergesteld bij die
van de andere functies, welke hij in zijn artikel in
,,De Vest” heeft vermeld.

Ook hier moet ik den geachten inzender den raad
geven om zijn eigen beschouwingen in ,,De West”
eens zorgvuldig na te lezen. In bedoeld artikel toch
gaf Mr. Van Traa toe, dat het theoretisch juist is om
aan eene circulatiebank eischen van groote liquiditeit
te stellen, doch dat het geen zin heeft om zulke elders
gemotiveerde eischen ook voor het
bedrijf
van de
S.
B. te doen gelden. Deze laatste toch is in Suriname
de eenige bankinstelling en het laat zich niet ver-
mijden, dat er zich onder de uitzettingen van de
S. B.
een aantal zullen bevinden, die in de portefeuille van
eene circulatiebank niet thuis behooren, doch in die
van een handelsbank, hypotheek- of voorschotbank. Het blijkt dus, dat de uitzett.ingen van de
S. B.
niet
geheel voldoen aan de eischen van liquiditeit, die
aan eene circulatiebank gesteld mogen worden.
Nu is
geen enkele bank gedwongen, ook de
S. B.
niet, tot
credietverleening, wanneer deze om redenen van liqui-
diteit minder gewenscht is. Gaat zij er niettemin toe
over dergelijke credieten te verleenen, zulks met de
bedoeling ,,het land tot nut te zijn”, zoo blijkt daar-
uit, dat zij dit nut van grooter beteekenis acht dan
de zorg voor die mate van liquiditeit, die voor eene

circulatiebank als zoodanig vereischt is. Hetgeen be-
teekent, dat zij de vervulling van haar taak als cir-
culatiebank achterstelt bij die van de andere door
Mr. Van Traa genoemde functies.
Wat Mr. Van Traa schrijft over den ook ons be-
kenden omvang van de hypothecaire uitzettingen der
S. B.,
gaat geheel ‘langs ons betoog heen. Wij hebben
niet geschreven, dat het gebrek aan liquiditeit bij de
S. B.,
waarvan Mr. Van Traa melding maakt, alleen
te wijten zou zijn aan hare hypotheken, al zal deze uitzetting in de gegeven omstandigheden niet zeer
wenscheljk zijn. Toen Mr. Van Traa in ,,De West”
over de gestie der
S. B.
schreef, vermeldde hij om.
hare functie als hypotheekbank; zijn gedachtengang
volgende, hebben wij dat eveneens gedaan.
Ook
al is
de Bank lang niet tot de wettelijke limite gegaan,
zoo volgt daaruit toch nog allerminst, dat zelfs een
meer beperkt bedrag aan hypotheken onder alle om-
standigheden gewenscht zou zijn.
De hankbiljettencirculatie geeft van de positie der
S.B. in den West slechts een onvolledig beeld. Ook
met de andere schulden dient rekening te worden ge-
houden. In de laatste 1Y4 jaar zijn de uitzettingen
van de Bank in Suriname niet verminderd, doch ge-
stegen, en, hoewel de biljettencirculatie laatsteljk
eenigszins is afgenomen, stegen de andere verplich-
tingen van de Bank, eerst de Diverse Rekeningen, en
later vooral ook de schuld aan het Gouvernement. De
volgende cijfers geven daarvan een beeld. Het jaarver-
Acti ve (in duizenden guldens).

co

n

5Jan.’29
1.058 1.438
6
234
786 349
302
1Juni,,
973 1.665
100
237 840
315 358
31Dec.,,
1.077
1.699

192 7411
602

8
4Jan.’30
1.068 1.714
74
192
710′
515
-35
11
1.069
1.707
53
190
6802
523
-40
18
1.069
1.697
10
190
6722
548
-28
25 1.065 1.703
27
190
860′
541
143
1Feb.
1.069 1.738
4 190
9152
459
191
8

,,
1.065
1.738
3
189
891
2

458
196
15
1.063
1.741
76
189
8912
372
205
22 1.065 1.752
12
189
845′
376
19
1Mrt.,,
1.078 1.755
31
189
806′
391 117
8

,,
1.042
1.738
ii
189 9802 397
145
15
1.050
1.728
67 188
946
2

407 114
22
1.046
1.730
15
188
921′
392
129
29 1.035 1.725
42
187
9102
381
107
5Apr.,,
1.053
1.766
1
176
843′
397
73 12

,,
1.051
1.761 85
176
8282
393
58
19

,,
1.014
1.753
48 176
1.024′
479
192

Pass i v a.

Bankbilj.
in omloop

Rek.-Crt.
Saldi en
andere ild.
Kolonie
opeischb. vord.

Gouver-
nement
lV
Rek.

5 Jau.

1929 1.649
721
50
451
1 Juni

,,
1.685
660
65
720
31 Dec.
1.726
644
124
953
4 Jan.

1930 1.702
656
124 757
11
1.508
655 239
747
18
1.468
626
2.19
787 25

1.449 617
325
953
1 Febr.

,,
1.647
591 175 937
8
1.501
600 215
1.008
15
1.310
639
285 1.050 22
1.287 643 325
1.001
1 Maart
1.543
653
100
979
8

,,

,,
1.515
628 640
612
15
1.450
682
640
632
22
1.303
596 740
620
29
1.478
700 500
655
5 April
1.493
527
550
617
12
1.386
630
550
630
19
1.340
1

584
850 636
1)
f
100.000,- in Nederland;
f
9.500,- door de S. B.
gekocht goud.
2)
f
100.000,- in Nederland.

472

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

21 Mei 1930

slag der S.B. zal hieromtrent vermoedelijk nog wel

nadere inlichtingen verstrekken. Tenslotte cle vraag, welke verkeerde beginselen in
den West nog gehandhaafd zouden worden. Hierop
kan ons antwoord kortzijn. Nimmer hoorden wij, dat
het eene verstandige politiek voor eene circulatiebank

is om liquiditeitseischen, welker theoretische juist-
lieid wordt erkend, in de praktijk terzijde te stellen.

G. MV. S.

INTERNATIONALE LOONSVERGELIJKING.

Mr. P. Loosjes te ‘s-G-ravenhage schrijft ons:

a
Eerst kort geleden nm ik kennis van het inge-

zonden stuk van den heer J. W. Nixon in het num-
mer van 16 April naar aanleiding van mijn artkel

over bovenstaand onderwerp in het nummer van

5
Maart.
Het wed6rwoord van den heer Nixon geeft mij aan-

leiding het volgende op te merken.
De waarde van het geldloon – het werkelijke loon
– van den arbeider in een land wordt bepaald door
de kosten van het levensonderhoud in dat land. Ten
behoeve van de vergelijking van de werkelijke bonen
in eenzelfde land op verschillende tijdstippen her-
leidt men clan ook de geldloonen op die tijdstippen
met de indexcijfers der kosten van het levensonder-

houd.
De vergelijking van de waarde der bonen in twee

landen kan dus geschieden door vergelijking van het
aantal malen, dat het loon in het eene en het loon
i ri het andere land de kosten van het levensonderhoud
dekt. Als het loon van den Amerikaanschen arbeider
en dat van den Indischen koelie elk tweemaal zoo
groot is als de kosten van het levensonderhoud in het

betrokken land,
blijkt
daaruit, dat cie waarde van het
geldloon, het werkelijkg loon, voor beide arbeiders
dezelfde Îs en dat elk van beiden
in
zijn
land
even

goed betaald wordt.
Een berekening van de verhouding der werkelijke
bonen in twee landen, waarbij uitgegaan wordt van
‘dezelfde verbruikshoeveeIheden, :is in verband met het
voorafgaande in beginsel onjuist: de verbrui lcsh oe-
veelheden van het eene land kunnen niet dienen voor de vaststelling van het werkelijke loon in het andere.
lIet heeft bovendien geen zin, als steuniende op iets
onclenkbaars, om na te gaan wat de waarde zou zijn
van het loon, dat de arbeider in een zeker land ver-
dient, indien hij in een ander land leefde. In dat geval
toch zou hij het loon van dit andere land ontvangen
en niet dat van het land, waar hij thans werkt.
Uit het feit, dat voor vergelijking van de werke-

lijke bonen
in
hetzelfde
land op
twee tijdstippen her-

leiding plaats vindt met de cijfers van dezelfde icos-
ten van het levensonderhoud, volgt geenszins, dat
men voor een dergelijke vergelijking tussehen twee
landen van dezelfde verbruikshoeveelhedeu kan uit-
gaan.
De fout, die bij de dezerzijds gevolgde wijze van be-
rekening ontstaat, doordat niet alle kosten van het
levensonderhoud in de berekening zijn betrokken, is
stellig minder groot dan die, welke gemaakt wordt
door voor twee landen van dezelfde verhru.ikshoeveel-
lieden uit te gaan. Zij kan bovendien worden gecorri-
geerd door liet voor elk in de vergelijking betrokken
land verkregen bedrag der gedeeltelijke icosten vn
het levensonderhoud te wegen in verband met liet in
de berekening betrokken deel der totale kosten van
liet levensonderhoud.
Wat
de berekening van het gemiddeld loon aan-
gaat, is het mijn bedoeling, dat een gemiddelde van
de bonen voor alle beroepen en alle steden in een
land te zamen worde vastgesteld. hierdoor toch voor-komt men het minder gewenschte berekenen van een
gemiddelde uit gemiddeldeni.
De mededeehng van den heer Nixon, dat het aan-
tal in de berekening betrokken beroepen in alle vier
steden nagenoeg hetzelfde zou zijn, lijkt mij minder

juist: hij de berekening van October 1929 bedroeg het
voor (Ie vier steden ondeischeiclenlijic 17, 16, 24 en 30
en bij die van April 1930 onderscheidenlijk 17, 25,

29 en 30.
‘)

‘s-Gravenhage, 15 Mei 1930.

discussie wordt hiermede gesloten. (Red.).

BOEKAANKONDIGING.

A. W. Quint: Internationaal Rivieren-
recht betreffende gebruili tot andere

doeleinden dan de sch.eepvaart.
Acad.

Proefschrift, Leiden 1930.

Neemt men in aanmerking, dat wellicht voor geen
ander land ter wereld liet internationaal rivierenrcht
van zooveel belang is als voor Nederland, dan is onze
litteratuur daaromtrent opvallid weinig omvtngrijk. Des te meer is het verheugend, dat, voor de tweede
maal in betrekkelijk korten tijd, een proefschrift aan

deze materie gewijd is.
Te eerder mag men zeggen, dat de schrijver van
deze dissertatie met haar publicatie een nuttig werk
heef t verricht, omdat hij zich op een nog onontgonneil
terrein heeft bewogen. Al te lang is het gewoonte ge-
weest, het riviereurecht uitsluitend te bezien van uit liet oogpunt van het scheepvaartbelang, ,,gaande de
belangen van de scheepvaart uiteraard boven alle an-
dere”. De strooming om het scheepvaartbelang, in ver-
houding tot andere, tot nolmaler proporties terug te
breugen is nog van jongen datum. In het proefschrift

van den heer Quint wordt terecht de aandacht ge-
vraagd voor dit nIeuwe, maar zeer belangrijke, ver-

schijnsel.
Om van de oplossingen bij conflicten tussehen het
seheepvaartbelarmg en andere bij ecu rivier betrokken
belangen, en van zulke andere belangen onderling, een
overzicht te kunnen geven, was een uitgebreide bron-
nenstudie noodig. Op verdienstelijke wijze heeft de
schrijver zich van die taak gekweten en aan wie zich
op de hoogte wil stellen van de ontwikkeling van het
nivierenrecht op dit nieuwe terrein zij lezing van het
werk van den heer Quint ten zeerste aanbevolen.
Door op het nieuwe van de door hem behandelde
stof sterk den nadruk te leggen is de schrijver er wel-
licht toe gekomen, den samenhang met het reeds be-
staande rivierenreeht eenigszins uit het oog te ver-
liezen, die toch in sterke mate aanwezig is. Ook al be-
schouwt men een internationale rivier niet meer uit-
sluitend uit het oogpunt van het scheepvaartbelang,
de denkbeelden van een belangengemeenschap tus-
scheu de oeverstaten en van een beperking van het be-
schikkingsrecht van ieder dier oeverstaten voor zich,
voor het rivierenrecht van zoo veel gewicht, behouden
ten volle hun waarde, gelijk de heer Quint trouwens aantoont. Oud en nieuw is hier moeilijk te scheiden.
Zoo vertoont bijv. de thans actueele Maasquaestie,
naast verschilpunten, ook overeenkomst met de sedert
lang niet meer aetueele quaestie van de afsluiting van
de Schelde. Het internationaal rivierenrecht is reeds
tamelijk ontwikkeld en door aansluiting te zoeken bij
i het bestaande recht wordt het gêmakkeljker om
op het nieuwe terrein den weg te vinden. Door de
quaesties van wateronttrekking ed., waarorntrent het
recht nog zeer wei rug ontwiklceld is, geheel op zich-zelf te beoordeelen, tast men noodeboos eenigszins in
het duister rond.
Men vergeef t dit den schrijver evenwel gaarne: zijn
werk is, zooals het daar ligt, reeds omvangrijk en be-
langwekkend genoeg.
Voor Nederlandsehe lezers speciaal van belang is
• liet uitvoerige hoofdstuk, waarin quaesties wdrden be-
sproken, hij welke Nederlandsche rivieren betrokken
zijn.
J. ZAAIJER.

21
Mei 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

473

MAANDCIJFERS.

OVERZICHT DER RIJKSMIDDELEN.

(In Guldens)

Ap ril
1930

“Sedert
1Januari
1930

Overeen-
komstige
periode
1929

Directe belastingen.
7.691.091
6.207.] 48
Personeele belasting
582.827
.

0.926.867 5.420.678
4.653.228
Inkomstenbelasting
34.529.533
32.423.382
Vermogensbelasting
1.819.041
5.761.959
5.304.463

1.820.704
4.115.495 4.835.608

Invoerrechten.
.
……
.
5.833.129
23.701.709
21.826.698

Statistiekrecht.
.._

..
.
342.326
1.412.552
1.478.666

Grondbelasting

………2.221.764

Accijnzen.
Zout …………. ..
.
184.030
827.395
616.741

Dividend- en tantième-

Geslacht

………… .,
1.007.117
3.998.330 3.699.366

belasting ………….

50.329
705.93(-
717.769
Gedistilleerd ……..
2.802.154
11.763.799
I1.262.8?6
Bier

..
.
…………
. –
1.307.112
4.534.934
4.241.556

Wijn ………….-……….

Suiker

………………..
3.802.008
16.379.620 14.981.549 9.343.604 8.546.433
Belasting op gouden en
91.899
353.661
333.511

Tabak…………………2.184.997

Indirecte belastingen.

zilveren werken ……..

Zegelrechten … … -.
1
2.348 597
2

8.959.734
8

9.392 002
Registratierechten..
2.159.666
10.101.143 13.269.360
Successierechten
4.060.728
15.853.570
14.531.751

Domeinen, wegen en
vaarten

.

..
.
182.565 1.910.074
1.173.596
24.338 217.737
217.723
Staatsloterij ………….
Loodsgelden
.
.. ._. …
333.696
1.654.411
1.556.161

44.145.894
169.237.049 101.269.546
Totaal-Generaal..
1)
Hieronder begrepen
f
476.903 wegens zegelrecht van
nota’s van makelaars en commissionnairs in effecten, enz.
(Beursbel.).
9
Id.
f
1.731.810.
8)
Id.
f
2.901.885.

HEFFINGEN VOOR HET LEENINOFONDS 1914.

A


1
93

_
__________________

Sedert
Januari
1930

Overeen-
komstige
periode
1929

Verdedigingsbelast. T
2.070.970
6.788.939
6.204.667
Verdedigingsbelast. II
3.682.036
11.718.338
11.051.611

Opcenten:
Grondbelasting

……-.
446.081 1.547.547
1.246.793
Personeele belasting..
108.986
1.061.583
988.747
Inkomstenbelasting
.

3.329
278.838
Vermogensbelasting ..
1.021.365
3.239.682
2.952.257
Dividend- en tantièmc-
belasting
.. …. …

..
.
600.872
1.358.113
1.595.750

Accijns op Suiker
.. ..
87.298
2.007.970
2.996.310
Wijn
. .
.. ..
10.066
141.186
143.554
Gedistilleerd

..
. .
…_ ..
286.216
1.176.379
1.126.284

Zegelrecht van buitl. eif.
191.250
476.980 427.696

Totaal..

..
8,511.100
29.520.052
29.012.507

HEFFINGEN VOOR HET WEGENFONDS.

Wegenbelasting ……

3.641.388

5.058.111

4.466.614

Rijwielbelasting ……….54.717

12L293
1

55945

Totaal ………..3.696.105

5.179.404

4.522.559
1)
90
OJ
der werkelijke opbrengst; art. 39 der Wegenbel.wet.

SPLITSING VAN DE OPBRENGST DER GROND-, PERSO.
NEELE, INKOMSTEN- EN VERMOGENSBELASTING
SEDERT 1 JANUARI 1930.

DienstJaren
Orond-

1
Personeele
1
Inkomsten-
1
Vermogens-
belasting belasting
belasting
belasting

1927128

1

1

147.202
1

501
1928129

1
4.297

1
74.615
1

785.3161
130.213
1929130

1
4.126.781

1
4.220.002 33.597.015
1

5.631.245
103031
3.560.013
1.126.061

1

Totalen

1 7.691.091 1 5.420.678 1 34.529.5331

5.761.959

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.

N.B. ” heteekent: Cijfers nog niet ontvangen.

GELDKOERSEN.

BANKDISCONTO’S.

NedOrsch.inR.C.4

isc. Wissels. 3 25
Mrt.’30
Zwits. Nat.Bk. 3
3Apr.’30
Bk ‘el.Binn.Eff. 4
7Mrt.’SO
N.Bk.v.Denem. 4
3Mei ’30
7 Mrt. ’30
ZweedscheRbk 34
2 Apr.’30
Javasche Bank…. 4410
Mrt. ’30
Bank v.Noorw.
4420 Mrt. ’30
Bank van Engeland 3
1 Mei ’30 Bk. v. Tejecho-
Duitsche Rijksbank 4420
Mei ’30
slowakije .. 5
8Mrt. ’27
Bank v. Frankrijk. 24
1 Mei ’30
N. Bk. v. O’rijk. 6
21 Mrt.’30
Belgische Nat.Bnk. 3
30Apr.’30
N. Bk. v. Hong. 6 28 Mrt.’30
Fed. Res.BankN.Y. 3
1 Mei ’30
Bank v. Italië.
5,J19 Mei ’30
Bank van Spanje. 5419
Dec.’28
Z.-Afr.Res.bnk 6
17Aug.
1
29

OPEN MARKT.

1930

11
1929
1928
1914

17 Mei
12’17
5110
28AprilJl
13jl8
14119
20/24
Mei Mei
3Mei
Mei
Mei
Juli

Amsterdam
Partic.disc.
2
3
116
21/9_114

2
5
116-
9
116
2
5
18-
7
/8
51I4-18
43159_114

318-118
Prolong.
2314
2-
3
14
214-3115
3114.314

5
1
1-6
4-
1
1t
21/43/
4

Londen
Dageld
. . .
I
1
1-2
1
/3-2
1
/4
1
i/
4
_2
1-2’12 3
1
12_5
1
12
2
1
/-4
1
1
1
3
1
4
-2
Partic.disc.
23J161

2115_3116
2
3
132-
5
132
211-71j
5313531j5

3
15
Iir-
2
1
14-1
4

Berlijn
4
1
116
Daggeld.
.
2
1
12-3
1
12
1
1
12-3
1
1s
2-6
1
12
4-8
8
1
1-1 1/a 4
1
12-8

Partic.disc.
30-55 d…
318
37/
8

4.
1
1
4
1
18

19
7I2
611
5
314

56-90 d…
371
s

371
8

4-
1
18
4
1
1_
3
1
7
1
12
611
5
_31
4

21/_1/,
Ware n-
wechsei.
411
4

411
4

4114_117
41
15_
3
14
811
2314
631
4
_7

Nea, York
Daggeld
1)
311
4

3-11
4

3_114
3_4
1
14
615
1
/4
51126
1
14
18142
1
15
Part,c.disc.
,

25/8
25/8
2515-
3
14
2314_311
531
4

4
1
14

) Koers van 10 Mei en caaraan vooratgaanue weKen ijm vrijaag.

WISSELKOERSEN.

KOERSEN IN NEDERLAND.

Data
New
Londen
Berlijn
Parijs
Brussel
Batavia
York*)
•)
•)
*)
•)
1.)

13 Mei

1930
2.48ii,
12.08,
5
,
59.34
9.75

34.72
10011
19

14

,,

1930
2.48k
12.0871,
59.364
9.76

34.724
10011,
15

,,

1930
2.48i11
12.08+*

59.344
9.76

34.72
10011
16

,,

1930
2.48111
16

12.08h
59.33
9.76

34.71*

1001/
17

,,

1930
2.488%
12.08(
59.34
9.76

34.71*
10011
19

19

,,

1930
2.481s/
12.09
59.344 9.751
34.72*

100i/
1

Laagsted.w.1)
28
h
1207
h
59.30
9.7441 34.68
1
99
,
51,
6

Hoogste d.w
1
)
2.48i31
12.09
59.37
9.76
4
34.74
10011
1

12 Mei

1930
2.485/
12.077/
t

59.324
9.75.
34.69*

100i1
5

;,

1930
2.488/
8

12.07k
59.30
9.75

34.66
10011
19

Muntpariteit
2.48% 12.10
59.26
9.75

1
34.59
100

a a
D
f
Zwit-
ser
0fl
Weenen
Praag
Boeka-
Milaan
Madrid
•)
)
rest
t)
)
)

13 Mei

1930
48.11
35.07k
7.36*

1.49
13.03
30.35
14

,,

1930
48.10
35.07k
7.364

1.49
13.054
30.35
15

,,

1930
48.11
35.07,%
7.374

1.49
13.04*
30.34
16

,,

1930
48.09
35.07,4
7.37

1.49
13.04*

30.39
17

,,

1930
48.11
35.07,%
7.37

1.49
– –
19

,,

1930
48.11
35.10
7.36*

1.49

13.04*

30.39
Laagsted.w.i)
48.07
35.02
7.361.48
13.02
30.20
fEoogsted.w
1
)
48.13
35.10
1.50
13.06
30.55
12 Mei

1930
48.12
35.0734
7.361

1.49
13.03 30.31
5

,,

1930
48.14
35.05
7.354

1.49
13.02
30.69
Muntpariteit
48.-
35.-
91L488
13.09
1
4
8.52*

Data
Stock-
Fwl,ii’)
Kopen-
hagen•)
o
° )
Hel-
Buenos-
Aires’)
Mon-
treal
t)

13 Mei

1930
66.72*

66.52*I
66.50
6.26*

953f
248
h
14

,,

1930
66.72*

66.57i

66.57*
6.26*
95
2.4771
s

15

,,

1930
66.70 66.55
66.57*
6.26*
9571
j9

2.4851
5

16

,,

1930
66.70 68.55 66.55
6.25*
95s1
2.485/
17

,,

1930
66.72*

66.55 66.55
6.26*

95j
2.48
7
1
16

19

,,

1930
66.75
66.55
66.57*
6.25*
95
2.48
Laagsted.w.’)
66.65
66.47* 66.47*
6.
2
4*
94
2.47h
Hoogste d.wl)
66.75 66.57*
66.
5
8* 6.27
96
2.4851
8

12 Mei

1930
66.70
66.50 66.50
6.25*

95
2.48
5

,,

1930
66.724
66.50 66.524
6.254
96X
2.47k
Muutpariteit
66.67 66.67 66.67
8.264
105%
2.48%
J sNoteeriug Le Amsteraam.

i’oteertng ie itotteraaw.
Particuliere opgave.
Wettelijk gestabiliseerd tusBchen 7.53′ en 7.21112.
In het eerste nummer van iedere maand komt een overzicht voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.

474

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

21 Mei 1930

KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).

Data
Londen
($
per

)
Parijs
($
P.
IOOfr.)
Berlijn
($ p. 100 Mk.)
Amsterdam
($ p. 100 gld.)

13 Mei

1930
4,8571
8

3,9211
8

23,8634
40,22
14

,,

1930
4,85
31
/
3,92
3
18
23,86%
40,20%
15

,,

1930
4,86’11
3,9281
8

2 3,8 6
40,21%
16

,,

1930
4,86 3,92
3
18
23,86 40,21%
17

,,

1930
4,86
3,92
3
/
8

23,85%
40,20%
19

,,

1930
4,85
31
1
82

3,9211
8

23,85% 40,20

20 Mei

19291
4,85
3,903i
23,783i
40,20%
Mluntpariteit ..
4,8667
3,90
5
1
8

23,81%
4031,,

KOERSEN TE LONDEN.

Plaatsen en_
Landen
Noteerings-
eenheden
3Mei
1930
10Mei
1930
12117
Mei ’30
Laagstelttoogstij

17Mei
1930

Alexandrië..
Piast. p.0
97%
9734
97sI1

9791,
97
Athene ……Dr.
p.
375
375
374 %
375% 375
Bangkok….
Sh. p.tical
1110i1
i/10%
IjlO%
1/1081,
0

1
1
1
10%
Budapest …
Pen.
p £
27.80k
27.80
27.78
27.83
27.8%

Buenos Aires
d. p.$
43k
43
9
1
s
,
4213/,,
43% 43
Calcutta
. . . .
Sh. p. rup.
115
56
1
84

115
27
1
32

1/5181
10

1,5
7
18
1/5631
44

Constantin..
Piast.
p.g

1.025
1.025
1.025
1.025 1.025
Hongkong ..
Sh. p.
$
1/681,,
118
11571
16

11634
11513/,,
Sh. p. yen
210
3
1
6

210251
4

2/011
2107,,

210251
32

Lissabon….
Escu. p.
£
108% 108%
108
,
18

108
3
18
108%
Mexico’)….
$
per
£
10.25 10.25
10.10
10.35
10.20
Montevideo
.
d.perC
4
5%
5
%l
45’1
45i,
45%

Kobe

…….

Montreal …
$
per
£
4.86e
4.87. 4.86%
4.87
Riod. Janeiro
Shanghai
d. per Miii.
Sh.

tael
5718
5551
4

1110

5551
0

110

5671
0

571
s

1/10,

p.
1111
3

1/11
Singapore ..
id. p.
$
2/3′
7
/,
2/3
87
/
64

2j321/
2
/3
37
/32
2(3%
Valparaiso
2).
$
per
£
39.93
39.92
39.86
39.91 39.91
Warschau ..
Z1. p.
£
43.351 43.341
43.31
4371,
0

43.321
9
in net vervolg worae,, (ie Mex. 5 niet ‘neer in penc.
Ooch
In
£
genoteerd.

2)
00 dg.

ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS’)
Londen’)
N.Vork’)
Londen
12 Mei
1930..

19%
415/,
12 Mei

1930….
8411131
8

13

,,
1930..

19%,
411/
5

13

,,

1930….
8411
17/,
14

,,
1930..

191,,
4111
8

14

,,

1930….
8411181
8

15

,,
1930..

19
40%
15

,,

1930….
84111%
16

,,
1930..

19%
41
1
/
5

16

,,

1930….
84/11%
17

,,
1930..

19
40%
17

,,

1930….
84111%
18 Mei
1929.. 25
5351,
18 Mei

1929….
84111%
27 Juli
1914..

24is,,,
59
27 Juli

1914….
84111
‘)ln pence
p.oz.stand.
2)
Forelgnsllverin $c. p.oz.fine.
8
)lnsh.p.oz.hne

STAND_VAN_’_RIJKS_KAS.

Vorderingen.

1
7
Mei 1930 1 15Mei 1930
Saldo bij de Ned Bank
/
1356298239
/
21 4l28364
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
,,

151.697,57
,,

627.338,66
Voorschot
op
uIt. April(resp. Mrt.)’30a.
de gein,
op
voor haar door de Rijks-
administratie te heffen gemeentelijke
inkomstenbelasting en
opc. op
de
,,

34.273.786,11
,,

30.406.961,25
Rijksinkomstenbelasting………….
Voorschotten aan Ned.-lndit ………
,,

45.52.191,08
.
,,

48.224.441,86
Id.

aan

Suriname. ………..
. ……..
..11.241797,27
11.157.000,27
Id.

aan

Curaçao …………………
..
,,

1.947.240,96
2.318.278,03
Kasvord.weg.credietverst.a(h.buitenl
,,113179.339.lI
111.690.012,66
13.000.000,-
17.250.000,-
Saldo der postrekeingen van Rijks-
Daggeldleeningen tegen onderp.

… ….

comptahelen

………… . ……….
25.028.023.11
,,

I9.011.309,I6
Vordering
op
het Algenseen Burgerlijk
..

Pensioenfonds
1)

………
– –
Vordering
op
andere Staatsbedrijven’)
,,

13.731.318,75
,,

13.554.581,81

V
e r
Pl
1 c
h t t n ge
ii.

Voorschot door de Nederl. Bank ingee.
art. 16 van haar octrooi verstrekt


Voorschot door de Ned. Bank inrek.
– –
Schatkistbiljetten in omloop
………
t
132.541.000,-
courant verstrekt
…………………….
132.69
./

8.000,-.
,,
55.430.000,-
51.330.000,-
Schatkistpron,essen in omloop .
Ba
……
Waarvan direct hij de Ned.

nk


Daggeldleeningen

………………..
,,



Zilverbons

in

Omloop
…………

…..
6.633.355,50
6.434.466,-
Schuld aan het Alg. Burg. Pensioenf.
1)
Id. a. h. Staatsbedrijf d.
P., T.

T.’).
en
,

232.916.67
5.111.380,30

Id. aan andere Staatsbedrijven
1) ….. 46.78j358,29
,,

,,

39.526.096,87

Id. aan diverse instellingen
1)
……..
…….
8.45
…2.568,74
,,

8.471.195,50
1)
In rekg.-crt. met
‘s
Rijks Schatkist.

NEDERLANDSCH.INDISCHE
VLOTTENDE
SCHULD.

10 Mei 1930
1

17 Mei 1930

Vorderingen:

Saldo bij de Javasche Bank ……….

Saldo

bij
‘s
Rijks kas
………………-

Verplichtingen:
..-
.

Voorschot ‘s

Rijks kas ……………
/ 47.975.000,-
f
48.211.000,-


Betaalmiddelen in ‘s Lands Kas

39.056.000,-
Waarvan Muntbiljetten …………..

.

3.007.000,

Schatkistpromessen

………………

,,
30 512.000,-
,,

30.361.000,-
Muntbiljetten

in

Omloop …………..
Schuld aan het Ned.-lnd. Muntfonds.

3.261.00o,-
3.344
000,-
Idem aan de Ned.-Ind. Postspaarbank.,,
1.021.000,-

1.257.000,-
Voorschot van de Javasche Bank……
32.968.000,-
31.333.000,-

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 19 Mei 1930
Activa.
Binneni. Wis.( Rfdbk.
f
38.785.628,18
se1s,Prom.,lBijbnk. ,,

615.524,69
enz.in
disc.Ag.sch. ,, 12.776.071,68
f
‘ 52.177.4,55
Papier o. h. Bui teni. ïiisconto……..
Idem eigen portef. .
f
236.721.764,-
Af :Verkochtmaar voor
debk.nognietafgei. «

236.721.764,_
neleeningen

Rfdbk.
f
mci.
vrsch.
29.256.254,25

in rek.-crt.

Bijbnk.
,,
9.969.962.95

op

onderp.

Ag.sch.
,,
52.716.565,73

f
91.942.782,93

Op
Effecten

……
f
90.021.921,55
Op
Goederen en Spec.
1.920.861,38

91.942.782,93
Voorschotten
a.
h. Rijk
…………….
Munten Muntmateriaal
Munt, Goud
……
f
64.894.670,-
Muntmat., Goud
..
367.021.070,30

f

431.915.740,30
Munt, Zilver, enz.. 26.457.824,-
Muntmat., Zilver..

458.373.564,30
1
)
Belegging 31
3
kapitaal, reserves en pen.

sioenfonds ……………………,,

25.705.212,99

Gebouwen en Meub. der Bank ……..,,

5.200.000,_

Diverse rekeningen ………………,,

39.442.684,22

Passiva.

f

909.563.232,99

Kapitaal ……………………….
f

20.000.000,-

Reservefonds …………….
……..,,

7.106.550,55

Bijzondere reserve ……… …. ….. ,,

8.000.000,-

Pensioenfonds ………….. ……..,,

6.620.139,76

Bankbiljetten in omloop ………….. ,,

815.756.160,-

Bankassignatiën in omloop ……….,,

306.384,-
Rek.-Cour.
j
Eet Rijk ” 16.002.090,90 saldo’s: ‘1,, Anderen,, 26.221.884,29

42.223.975,19

Diverse rekeningen ………………,,

9.550.023,49

f
909.563.232,99

Beschikbaar metaalsaldo ………….
f

114.648.547,06
Minder bedrag aan bankbiljetten in ons-
loop dan waartoe de Bank gerechtigd is. ,, 280.62 1.135,-
1) Waarvan In het buitenland / 23.890.447,18.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Goud
Andere
Beschikb.
Dek-
Data
Clrculatle
1

opelschb.
Metaal-
ktng,
Munt
1
Muntmat.
schulden
saldo
1)

perc.

19 Mei
’30
64 895
367.021
815.7.56
42.530
114.649
53
12
1
30
(54.896
367.023
835.180
33.296
109.629.
53
5
’30
64.900
367.023
865.574
13.598
118.157
52
28April
’30
64.910
367.023 829.429
18.873
124.864
54
22
’30 64.916
367.023
812.804
16 676
123.953
55
14 30
84.921
367.023
815.200
18.040
125.308
55

21 Mei
’29
66.220
370.805 808.411
20.311 125.999
55
25
Juli
’14
65.7031
96.410
310.437
8.198 43.521
54
Totaal
SchatKist-
ee
B
1


Papier
Diverse
Data
bedrag
promessen
nien
op
het
reke-
disconto’s
rechtstreeks

buitenl.
ntngen
3)

19 Mei
1930
52.177

91.943
236.722
39.443
12
1930
53.429

97.026
236.622
45.128
5
1930
53.238

129.954
224.308
47.368
28April
1930
52.105

93.169
213.210
43.320
22
1930
51.647

94.744
210.071
35.054
34

,,
1930
51.163

99.044
209.348
39.443

21 Mej
1929
110.535

103.850
152.517 35.882

25 Juli
1914
67.947

61.686
20.188

509
oeuert aen DanKSiaai van jq Jan. -29 weaer op ae oas,s van ‘/
metaaldekking.
2)
Sluitpost activa.

SURINAAMSCHE BANK.

Voornaamste posten in duizenden guldens.

Data
Metaal

Andere opeischb.l
schulden)

1
Discont. Div. reke-
mningenh)

19
April

1930..
924
2

1.340
584
1.014
479
12

1930..
728
1

1.386
630
1.051
393
5

1930-
7432 1.493 527
1.053
397
29 Maart1930…
810
2

1.478
700
1.035
381

20 April 1929-
810
1.495 746
1.006
282

5 Juli

1914—
645
V1.100
560

).
735
396

‘)Sluitp. der activa.
3)
1100.000 bij de Ned. Bank gedep.

21 Mei 1930

ECONOMÏSCH-STATISTISCHE BÈRICHTEN

475

JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens. be samengetrok-
ken cijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.

Data
Goud
Zilver
Circulatie
opeischb.
metaal-
schulden
1

saldô

17 Mei 1930
1400
275.700
45.000
38.120
10

1930
168.100
278.400
48.200
37.460
3

1930
168.700
272.500
49.100
40.060

19Apr.1930
143.882 30.813
271784
42.758
43.879
12

1930
138.888 31.519
276.077
43.22
42.662
5

,,

1930
138.815
31.136
269.985
44.078 44.326
29Mrt.1930
139.153
29.976
270.248
38.913
45.464

18 Mei 1929
162.203 22.117
305.01
28.689
50.820
19 Mei 1928
174.401 17.885
304.589 43.780
122.9102

25Juli1914
22.057
31.907
110.172
12.634
4.842

D ata
Dis-
Wissels,
bulten
Belee-
verse
reke_
Dek-
kings-
conto’s
N.-Ind.
ningen

,
ng

,,
percen-
____________
betaalb.
tage

17 Mei 1930
146.100
*** 52
10

1930
150.700
•S
51
3

1930
148.300
•*
52

19Apr.1930
Ïösi
34.81
52.540
30.697
56
12

1930
9.041
35.357
55.409
32.216
53
5

,,

1930
8.699
30.870
52.948
40.155
54
29Mrt.1930
8.780 31.004
53.621
31.844
55

18 Mei 1929
7.968
25.970
76.105 42.346
55
19 Mei 1928
14.188
17.913
64.941 65.903
55

25 juli1914
7.259
6.395 47.934 2.228
44
1)
Sluitpost
activa.

2)

Basis
1
1
5

metaaldekking.

BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten in duizenden ponden sterling.

Ban kbilj.
Bankbilf.
Other Secu ritjes
Data
Metaal
In
in Banking
Disc, and
s

tu
circulatie Departm.
Advances
ecur

es

14 Mei

1930
163.348
356.455
65.929
6.404
10.989
7

,,

1930
164 502
358.491
65.082 6.555
9.609
30April1930
164.284
358.822
64.520
6.755 9.999
23

,,

1930
163.843
362.184
60.703
6.804
10.274
16

,,

1930
160.788
361.322
58.501
6.386
10.443
9

1930
160.781
359.250
60.579 6.288
11.063

15 Mei

1929
161.861
362.811
58.329
9.586
17.747

22 Juli

1914
40.164
29.317
33.633

Data
00v.
Sec.
Public
Depos.

Other Deposits
Other
Bankers Accountsl
I

t
Reserve’
1

Dek-
kings-
1
perc.’)

14 Mei ’30
52.793
24.548
58.311
36.457
66.893
56
7

,,

’30
56.363
16.211
68.534
36.034
1 66.012
54291

30 Apr. ’30
59.238 21.002 66.162
36.561
1
65.462
52I
33

23

,,

’30
58.053
17.314
66.011
35.779 61.659
51
23
1
82

16

,,

30
58.283
14.799
65.816
36.303 59.467
5018/
9

,,

’30
55.862
15.168
65.251
36.657
61.531
5211
3

15 Mei ’29
37.817
9.291
61.071 36.079
59.050
5513133

22 Juli ’14
11.005 13.736
42.185
29.297
52
1)
Verhouding tusschen Reserve en Lleposits.

BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in millioenen francs.

Te goed’
1
Wis-

1
1
Waarv.
Belee-
Renteloos
Data

Goud’)
ZilverI

in het
sets

op het
.

1
ningen
voorschot
bultenl.1
buifenl.1
Ia.d.
Staat

9 Mei ’30
42.950
294
6.889
123870118.720

2.652
3.200
2

,,

’30
42.350
287
6.886
23.732
18.743
2.750
3.200
25 Apr.’30
42.351 .282
6.902
24.440
18.736
2.592
3.200
18

,,

’30
4.334
279
6.938
23.520
18.756
2.623 3.200

10 Mei ’29
36.525
732
7.988
24.225
18.387
2.415
3.200

23 Juli’14
4.104
640

1.541
8
769

BOfl5V.d.IDlver_
Rekg. Courant
Data zelfst
.
.
sen2)
1 2elfst.
Staat
Parti-
amort k
.
Iamort.kJcu
ll
eren

9Mei ’30
5,395
1.698
71.612 4.023
1.948
7.873
2

.,

’30
5.395
1.887
72.373
3.553 2.041
6.776
25Apr.’30
5.395
1.701
70.770
3.723
2.831
8.007
18

,,

’30
5.395 1.627
70.900
3.378 2.923
7.050

10 Mei ’29
5.798
1.825
1

63.420
5.362 6.168
6.816

23 Juli’14
– –
5.912
401

943
1)
Bij de stabilisatie is de goudvoorraad gewaardeerd volgens de
nieuwe waarde van den franc.
2)
Sluitpost activa.

DUITSCHE RLJKSBANK.
Voornaamste posten in millioenen Reichsmark.
Daarvan
Devizen
Andere
Data
oud
bij bui-
als goud-
wissels Belee-

tent. circ. dekking
en
ningen banken
1)

geldende
cheques

15 Mei

1930
2.577,7
149,8
297,8
1.584,8
69,1
7

,,

1930
2.565,4
149,8
.
330,2 1.853,5
53,6
30 April 1930
2.565,5
149,8
327,4
1.939,1 135,5
23

,,

1930
2.557,1
149,8
354,9
1.630,5 55,4
15

,,

1930
2.550,1
149,8
357,4
1.785,7
67,4
15 Mei

1929
1.764,8 59,3
56,1
2.568,5
216,5
30, Juli

1914
1.356,9
– –
750,9 50,2

D a a
Effec-
Diverse
Circu-
Rekg.-
Diverse
ten Activa
2
)
latie
Crt.
Passiva

15 Mei

1930
93,0
615,5
4.196,3
558,0

165,8
7

,,

1930
93,1
606,0
4.403,7
601,4
163,1
30 April 1930
93,1
580,7
4.664,2
536,5
162,0
23

,,

1930 93,1
627,7
4.109,9
732,5
158,8
15

,,

1930
93,1
606,6
4.308,7
638,3
160,3
15 Mei

1929
82,9
588,8
4.167,3
648,5
297,7
30 Juli

1914
330,8
200,4
1.890,9
944,-
40,0
‘Junnelast. ‘) w.o. Kentenbankschetne
15, 7
Mei,
30, 23,
IS
April
’30,
15Mei’29, resp.62; 50; 18; 71;56; 49 mijl.

NATIONALE BANK VAN BELGIË.
Voornaamste posten in millioenen Belgas.

Goud
.

.
n

Rekg. Crt.

Data

1930
n

0

b
.
0


1.’)

15 Mei
1196
665
45
820
35
315
2.903
24
112
8
1195
646
45
802
31
315
2.907
4
88
1

,,
1195
654
45
827
46
314
2.932
27
87
24 Apr.
1183
615
45
829
29
314
2.877
23.
82
16

,,
1183
635
45
841
41
314 2.896
40
88
15 Mei
1
962
460
44
731
45
342.
2.477
6
61

VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS. Voornaamste posten in millioenen dollars.

Goudvoorraad
Wettig
.

Wissels

Data
betaal-
middel,
Totaal
Dekking
in her-
disc. v. d.
in de
open
bedrag
F. R.
Note s
Zilver
etc.

member
markt
banks
gekocht

30Apr.’30
3.072,7
1.683,3
178,9
233,5
209.6
23

,,

’30
3.046,4
1.695,3 178,4
211,5
256,9
16

,,

’30
3.031,5
1.729,3 177,4
213,8
302,4
9

,,

’30
3.037,3
1.745,8
184,1
226,2
27,0
2

,,

’30
3.021,7
1.745,1 187,2
241,1
301,3
26 Mrt.’30
3.051,0
1.768,7
191,1
206,8
256,5

1 Mei’29
2.812,0
1.378,6
173,7
985,8 170,4
Data
Belegd
in
u. s.

F. R. Notes

Totaal

Gestort
Goud-
Dek-
Algem..
.

Dek-
Oov.Sec.
in circu-
latie
Kapitaal
kings-
gerc.’)
kings-
perc.
2)
___________

30Apr.’30
529,5
1.507,3
2.433,9
174,2
77,9
82,5
23

,,

’30
527,4
1.518,3
2.422,2
174,2
77,6
81,8
16

,,

’30
535,4
1.547,9
2.443,1
174,2 75,9
80,4
9

,,

’30
527,3
1.558,3 2.395,5
174,2 78,8
81,5
2

.,

’30
530,4
1.576,1
2.443,0
174,2
75,1 79,8
26 Mrt.’30
1

529,0
1.572,9
2.388,5
174,3 77,0
81,8

1 Mei’29j
15,7
1.663,6
2.410,4
156,0
96,0
73,3
)
vernouaing totalen gouavoorraaa tegenover opeiscnoaro
schulden:
F. R.
Noten en netto deposito.
2)
Verhouding totalen
voorraad muntmateriaal en wettig betaalmiddel tegenover idem.

PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ
HET
FED. RES. STELSEL.
Voornaamste posten in millioenen dollars.

Data Aantal
banken
Dis- conto’s
en
beleen.

1

Beleg-
1
gingen
1

ïrvei
de
R.
banks

1.727

Totaal
depo-
1
sito’s
1

Waarvan
time
deposits

23Apr.’30
58
16.955
5.791
20.597
7.034
16

,,

’30




– –
9

’30
75
16.829
5.731
1.714
20.483
7.102
2

.,

’30
82
16.918
.

5.721 1.739
20.638
7.088
26 Mrt.’30
47
16.885
5.678
1.719
20.528
7.085

24Apr.’29
698
16.388
5.871
1.658
19.900
6.775
Aan net einci van leaer Iwartaai wordt een ovezicDt
gegeven van enkele niet
wekelijks
opgenomen banl:staten.

476

ECONOMISCH-STATISTISCHE
BERICHTËN

21
Mei 1930

GOEDERENHANDEL
.
GNEN

20 Mei
1930.

De factoren, welke in hoofdzaak in Noord-Aiierika vnu
invloed zijn op den ioop der prijzen van t a r w c aaji de
termijnmarkten, zijn de omvang van de nog aanwezige voorraden en de vooruitzichten van den nieuwen oogst
van winter- en zomertarwe. As gevolg van liet in de
vorige week gepubliceerde oogstbericht van het Departe-
ment van Landbouw te Washington, welk bericht een klei-
nere schatting aangaf van de opbrengst van wintertarwe
clan een maand geleden,, zijn cle prijzen aan cle termijnmarkt –
te Chicago gestegen. Deze stijging is slechts matig geweest,
omdat de gegevens verzameld waren, vOOr er een einde ge-
komen was aan de periode van droogte, terwijl sedert het
samenstellen van het oogstrapport veel regen was gevallen
en de vooruitzichten gnnstiger waren geworden. De be-
richten, welke in de nu afgeloopen week over w’intertarwe
uit de Vereenigcle Staten werden verspreid, waren niet zoo
onverdeeld optimistisch en terwijl in sommige streken nog werd geklaagd over droogte, werd te veel regen uit andere
streken gerapporteerd. Uit liet zomertarwegebiecl van de
Vereenigde Staten blijven de beriehteu gnnstig. hoewel er
geen groote reserve van vocht in den grond aanwezig schijnt
te zijn, heeft het voldoende geregenci om het gezaaide zich
goed te doen ontwikkelen. Ook in Canada geven de weers-
omstandigheden over het algemeen reden tot tevreden-
heid. Een onlangs gepubliceerd rapport over den stand van
wintertarwe in Canada was niet gunstig. Het door winter-
schade geabancionueerde percentage wordt op 2.1 geschat,
waardoor een bezaaide oppervlakte van 636.000 acres over-
blijft tegen een geschatte oppervlakte van 898.000 acres
up hetzelfde tijdstip van het vorige jaar en een .oppervlakte
van 834.284 acres, waarvan werd geoogst. Je conditie
werd op 87 pCt. geschat tegen 103 pCt. in het vorige jaar.
Van veel invloed is dit oogstrapport over wintcrtarwe in
Canada niet, omdat Canada hoofdzakelijk zoniertarwe ver-
bouwt en de wintertarwe slechts van weinig belang is.
De uitzaai van zomertarwe in Canada maakt goccien voort-
gang en men is daarmede over het algemeen een week
vroeger dan in het vorige jaar, terwijl in alle provineie
cle toestand van den grond beter is dan een jaar geleden
tengevolge van regen, welke ook in de vorige week over-
vloedig is gevallen. Volgens somnuge berichten wordt de met
tarwe bezaaide oppervlakte ongeveer even groot geschat
als in het vorige jaar. De Bank van Montreal meent, dat
cle met tarwe bebouwde oppervlakte iets kleiner zal zijn
en die met voergi

anen grooter. Behalve dat de markt ver-
beterde, in verbai:,cl met het in de vorige week openbaar ge-
maakte of ficieele Ameriaansche oogstbericht en de daarna
binneukomencle onofficieele berichten, ondervond ze ook
steun door een flinke vermindering van den zichtbaren
voorraad. Geregeld vond dan ook eenige verbetering der
prijzen plaats, doch gisteren trad weder cciie verlaging in.
De koersen sloten te Chicago voor Mei % dollarcents en
voor Juli
1%
clollarcents per 60 lbs. hooger. Wiunipeg was
12 Mei gesloten. Het slot was gisteren voor Mei 2!4 dol-
larcents en voor October 2 dollarcents hooger dan op 10
Mei. :lir bestond in de afgeloopen week in Europa goede
vraag nitar buitenlancisehe tarive en geregeld kwamen
flinke zaken tot stand, zoowel naar Engeland als naar het
Continent, ook in Amerikaansche Hardwinter en Manitoba
tarwe. Voor cle laatste soort bestaat ivecler vrag in
Duitschiand, waar men bij preferentie cle hoogere gradee-
ringen koopt, in verband met het feit, dat liet invoerrecht
op tarive hetzelfde is voor goede als voor minder goede
soorten. ]lovenclien importeert Duitschlancl geregeld Fran-
sche taiwe, ivelke geregeld ivorcit gekocht om te kunnen
voldoen aan de wettelijke regeling, dat 50 pCt. inlaudsehe tarwe moet worden vermalen en cle Franselie tarwe onge-
veer gelijk is aan de inlaudsehe Duitselie tarwe. Frankrijk
gaat voort geregeld uit te voeren naar omringende landen.
Ook voor deze tarwe is de prijs in de afgeloopen week
gestegen, doch niet in die mate als voor buitenlandsche
tarwe. i)e vraag bepaalt zieh hoofdzakelijk tot stoomende
en spoedig te verlaclen partijen om in de directe behoeften
te voorzien. Op latere aflading wordt niet gekocht. Koopers
geven er de voorkeur aan daarmede te wachten tot de te
velde staande oogsten in Noord-Amerika zich verder heb-
ben ontwikkeld en met eenige meerdere zekerheid een opi-
nie kan worden gevormd over de uitkomsten daarvan. Eet
aanhod van Argentijusche tarwe is beperkt. De versche-
pingen waren in dc afgeloopen week kleiner dan zij gedu.
rende geruimen tijd geweest waren. Een belangrijk gedeelte
van den Argeutijnsehen tariveoogst heeft een laag natuur-
gewicht en is daardoor niet voor uitvoer geschikt, terwijl
de oogst toch al iiiet groot was. De prijzen aan de termijn-

markten in Argentinië zijn in dieu loop dezer week eerst
Vrij geregeld gestegen om daarna weder te dalen. Te Buenos
Aires sloot de Mei-terniijn 11 cents per 100 KG., te
Rosario 5 cents per 100 KO. hooger. De prijzen van Argen-
tijnsche tarwe waren, niettegeust a aiidle de verhoogiug ]n de
teiiiiijumarkten, op sommige dagen iets lager, als gevolg
van den koers van den
l)C50,
ivanneei

die lager genoteerd
werd. Het weer in Argentinië was ook in de afgeloopen week over het algemeen regenaehtig. Daardoor en door reeds eerder gevallen overvloedigen regen, verkeert dle
bodeni iii gunstigen toestand vooi den uitzaai van tarwe,
waarmee men druk bezig is. Ook in Austialië is nieR bezig
met dcie uitzaai van tarwe onder gunstige omstandigheden,
tengevolge van overvlocdigeii regen. Men is van meening,
dlat daar een record-oppervlakte met tarwe zal worden ge-
zaaid. In Europa blijven cle vooruitzichten gunstig. Alleen
in Frankrijk wordt naar beter weder en naar warmte ver-
laugd en de vooruitzichten zijn diaar
.
. niet zon gunstig als
in het vorige jaar. Ook in Duitschhand wordt naar warm weer verlangd, doch de vooruitzichten zijn dlaai zoowcl
voor winter- als zomergraan gunstig.. In Oostenrijk, waar
over droogte werd geklaagd, is sedert regen gevallen, welke
aan de gewassen ten goede is gekomen. De Condhitie van
wintertarwe werd op het einde van April aangegeven niet
het cijfer 2,4 tegen 2,5 in het vorige jaar en van winter-
rogge met 2,2 tegen 2,4 in het vorige jaar. In Oostenrijk
bedhuidt 3 een geruiddeldcn toestand en 2 beter dlaii geinid-
deld. Ook van den :Balkau luiden de vooruitzichten gunstig.
In r o g ge bleven de omzetten van kleinen omvang niet beperkte zaken in Duitsch/l’oolsclie rogge en kleine prijs-
schommelingen. De met winterrogge bezaaide oppervlakte
wordt in Canada geschat op 818.000 acrcs tegen 664.193
acres, waarvan in het vorige jaar werd geoogst. De condi-
tie wordt geschat op 95 pCt. tegen OS pCt. een jaar gele-
den. De oogstvooruitziehten voor rogge in Europa bhijven
gunstig en naar den toestand van dit oogenblik mogen
weder goede resultaten in N idden-Europa worden ver-
wacht.
Voor
in
a ï s ‘werd in de eerste helft der afgeloopen week
de stemming vaster en onclergingen dc prijzen belangrijke
verhoogingen bij beperkt aanbod. De kwaliteit van de in
West.Europa aankomende partijen Donau-maïs is aanmer-
kelijk verbeterd en gaf over het algemeen reden tot tevre-
denheid. Koopers zijn er daardoor meer toe overgegaan hun
maïsbehoefte in Donau-mais te dekken en er bestond goede
vraag voor deze maïssoort. Het aanbod van dien Doiia,i
was beperkt, daar aanvoeren in cle aflaadhavens van dcii
Donau klein blijven en verkoopers konden dientengevolge hun prijzen belangrijk verhoogen. Ook van Plata-maïs was
het aanbod beperkt. De verschepingen van ma.ïs worden
in Argentinië vertraagd door regen, welke verhindert, dat
de mais in een goede couditie kan komen om naar Europa
te worden verzonden. Tengevolge van het beperkte aanbod
van Donau-inaïs en ook van Plata-niaïs op spoedige af la-
ding en de kleine verschepingeci in de vorige week, stegen
ook de prijzen voor Plata-maïs id spoeclige posities aan-
nierkelijk. Tegen het einde der week trad echter weder eene
verlaging in en waren koopers weder meer terughoudend.
In verbandi niet het weer in Argentinië, hebben de prijzen aan cle termijnmarkten voor meÏS hevige schommelingen
ondergaan. Een verhooging van 40 en 45 centavos werd
gevolgd door een bijna even groote verlaging op den vol-
genden dag. Deze groote prijsverscliillen hebben in Europa
niet plaats gevonden en de flnctuaties zijn er kleiner ge-
weest dan die aan de termijnmarkteu. D)e kodrs van den
peso is daarbij ook niet zonder invloed geweest. Vergeleken
hij een week geleden sloot de Mei-termijn te Buenos Aires
1.4 cents en te Rosario 25 cents per 100 KG. h.00.ger.. Ook
latere termijnen zijn tengevolge van dle prijssehonimeliugen
voor Mei meegetrokken, doch niet in die mate als voor dei
eersten termijn. Tot de verhoogde prijzen zijn voor latere
verscheping slechts kleine omzetten tot stand gekomen.
Koopers meenden dat er, al wordt de vèrscheping iiii ver-
traagd, geen reden bestond voor latere levering hoogere
prijzen te betalen.
Het aanbod van ge r st blijft i’uini. zoowel van den
Donau als uit Rusland. De prijzen voor deze beide gerst-
soorten zijn niet of slechts weinig gestegen, als gevolg
van de betere stemming voor mais. Er zijn tin in de afge.
loopdn week belangrijke zaken tot stand gekomen, vooral
in Russisebe gerst, welke soort liet laagst wordt aange-
boden.. Tot de lage prijzen, waarvoor dle Russen groote hoe-
veelheden van de hand hadden gedaan, waren afladers aan
dien Donau niet geneigd te verkoopen, zoodat de omzetten
in Donau-gerst kleiner bleven dan in de voorafgaande wëek.
Nu gerst zoove’el goedkooper is dcii mais en de prijzen niet
in navolging van maIs zijn gestegen, is de consumptievraag
voor gerst grooter geworden, zoodat flinke partijen dis.

21 Mei 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

477

A&NVOEREN in tona van 1000
KG.

Rotterdam

1
Amsterdam
Totaal

Artikelen
11117
Mei
Sedert
Overeenk.
11117
Met
Sede,f

Overeenk.
1930 1929 1930
1
Jan.
1930
tijdvak
1 929:
1930
1Jan. 1930

tijdvak
1929

17.997
493.058
629.898 250
12.180
50.373 505.238 680.271
Tarwe

……………..
Rogge

……………..
4.008
157.468 71.356

18.827 176.293
71.356

Boekweit
……………-
5.463
9.908

1.149

6.612 9.908

Male ………………
.
36.404
411.861
275.628
130
66.330
86.583
478.191 362.211

8.068
195.396
158.280

16.494
1.521
211.890
159.801

1.797
81.805
86.590

2.602
2.029
84.407
88.619
1.946

..

26.256 60.407

108.116 133.666
134.3.72
194.073

Gerst

………………
Haver

………………

2.903 67.452
89.837


150
67.452
89.987
Lijnzaad …………….
Lijnkoek …………….
1.329
36.735
35.324
1.537
12.272
12.570 49.007
47.894
Tarwemeel …………..
Andere meelsoorten
402
8.396
7.738



8.396 7.738

poi ibele an spoedig verwachte gerst uit de markt werden
genomen.
Ook voor h a v e r zijn de prijzen in cle afgeloppen week
slechts matig gestegen en op verschillende dagen werden
flinke hoeveelheden Duitsche haver verkocht, vooral sedert
cle waarde der ,,Ausfuhrselieine” voor haver in Duitsehlaiicl
werd verhoogd. Ook Plata-haver en Donau-haver worden
geregeld aangeboden, doch deze soorten zijn minder gewild
en vinden niet altijd gemakkelijk koopers:

SUIKER.
Nadat de prijzen iii het begin der week nog verder wa-
reil gedaald, trad er eene reactie in tengevolge van geruch-ten over samenwerking tusselien de suikerproduceuten van
Java en Cuba om tot eene restrictie van de oogsten te
komen en een bericht, dat er weder onderhandelingen gaan-
de zouden zijn omtrent dcii aankoop van eene belangrijke
hoeveelheid Cubasu.iker voor Russis$he rekening. liet eerste
gerucht zal echter met -groote reserve beschouw’d moeten
wordan, vooral waar in Cuba de verkoop thans niet meer
iii eene hand berust.
Nadat iu A me ri k a 1
15
/32
dc. betaald werd voor ruwe
suiker, trokken koopers zich uit de markt terug. In New-
York sloot de termijnmarkt ruirli 10 punten Isooger dai.i
liet laagste punt niet de volgende iroteeringen : Mei
1.42;
Juli 1.51; Sept. 1.60; Dec. 1.67 en Mrt. 1.76; terwijl de
laatste noteering voor Spot Centr. 3.27 was.
De ontvangsten in de Atlantische havens der V. S. be-
droegen deae week :110.000 tous, de versnieltiugen 65.000
tons tegeti 51.600 tons verleden jaar cii de voorraden
487.000 tous tegen 654.300 toiis.
De laatste C ii b a-statistiek luidt a Is volgt:

1930

1929

1928
Tons

Tons

Tous
Cubaproductie …………..4.300.000 5.025.000 3.985.000
Consumptie …………….25.442

54.000

54.000
Weekontv. afscheephavens …105.224 109.653

45.978
Totaal sedert 111 ……….2.618.812 3.655.061 2.776.797
Weekexport…………….113.866

103.331

52.747
Totale export sedert 111 3.032.726 2.253.451 1.448.037
Voorraad afscheephavens.. . . . 1.745.895 1.544.754 1.334.139
Voorraad binnenland ……..1.495.937 1.315.939 1.154.203
Aantal werkende fabrieken 70 22 13

ilii E age 1 a n d was de stemnung in cle tweede helft dr
week eveneens wat geanimeercler. De slotnoteeringen op de
.Loudeiisclie ternnnniarkt luidden als volgt:

Mei ……..basis 88
0
Biet f.o.b. Sh. 6138%
Augustus ….

,,

,,

,,

,, 616
December ….

,,

,,

,,

,, 6110
Januari . . .

96
0
Riet c.i.f.,, 7173
Maart

,,

,,

,,

,,

,, 7110
Mei ……..

,,

,,

,,

,, 8,’0

Dc Board of Traile statistiek over de maaiid April wordt riet de volgende cijfers bekend gemaakt:

April

Jan./April

1930

1929

1930

1929

Tons

Tons

Tous

Tons
Import Ruwsuiker ..

89.601 173.426 459.607 704.820
(.eraffineerd –

5.198

4.664

14.570

16.485

Totaal…

94.999 178.090 474.177 721.305
Voorr. Binnl. bietsuik

41.150

28.900


Voorraad in entrepöt 186.050 210.250


ToL,,DutyPaid”suiker 162.749 169.410 572.153 633.146
Totale export ……24.664

55.018

69.894

77.402

Op Ja v a verliep de markt in lustelooze stemming zon-
der afdoeningen.
De afschepingen in April bedroegen volgens officieele ge-
gevens 108.000 tons tegen 31.000 tons in 1929.

lii e r t e 1 a n S e volgde men de buitenlandsche markten,
zonder dat veel kooplust bestond tot de later ietwat op-
loopeiicle prijzen. De noteeringeit op de Amsterdamsche ter-
mijnmarkt luidden aan het einde der week als volgt: Mei

f
9%; Aug.
f
97/
s
; Dec. j 1.0y
4
en Mrt.
f 10%
alles ge-
boden;
f % á f
hoogere ‘raagprijzen. De omzet bedroeg deze week 3800 tons.

KATOEN.
Ontvangsten in- en uitvoeren van Amerikaansche havens.
(In dulzendtallen balen).

1
Aug.’29 Overeenkomstige periode
tot
9Mei’30

1928129

1
1927128

Ontvaligsten Gulf-Havens.
}
8241
9123
8028
,,

Atlant.Havens Uitvoer naar Gr.Brittannië
1236
1773
1281
‘t Vasteland etc
3921
4240 4482
Japan …….
1162
1336 887

Voorraden.
(In

dulzendtallen

balen).

Overeen komstig tijdstip
9Mei’30

1929
1928

Amerik. havens ……….
1640 1259
1422
893 513
649
.
.

177
114
Binnenland

………….
New York

…………….161
413
243
337
New Orleans ………….
Liverpool

……………
350
645 579

liarktbericht van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons.
Manchester, d.d. 14 Mei 1930.

De Ainerikaansche Farin :Iioard blijft trachten katoen up
een hoog ]ieil te houden cii de verhouding tusscl.ien New-
York cii Liverpoolprijzea, waaraan wij le vorige week
refereerden, heeft zich tot nu toe, wat Mei-futures betreft,
kunnen handhaven. Terwijl liet Farm Board zijn uiterste
best doet prijzen
oii
te. schroeven, taeht dc inclividueele
C;-roiver zooveel mogelijk katoen tot dc verhoogde prijzen
te verkoopen en het schijnt wel, alsof wij in het komend
seizoen ccii even grooten oogst zullen krijgen als in ht
voi-ige. liet is nog te vroeg om te constatecren, of dit van
iiivloed zal zijn op het prijsniveau, dat cle Farm Boarci
tracht te bereiken. Gedurende de ufgeloopen week is Eg.yp-
tische katoen ie prijs gestegen, speciaal Sakellaridis, doch
deze stijging beteekent alleen het herstel van cle prijs-
dali lig, die vroeger in cle maand plaats vond cii prijzen
zijn thai.is ongeveer op hetzelfde niveau als gedurende den
nicesten tijd in April. Verkoopen in Liverpool hebben on-
geyeer 3000 halen per dag bedragen, een cijfer, dat iets
lager is dan in de voorafgaande week.
En de garanmarkt is de positie van de Amerikaaneclie
spiniters vrijwel onveranderd en prijzen zijn vast. Er zijn
over het algemeen nog weinig zaken gedaan, hoewel anti –
vragen en zelfs verkoopen in Mule en Ringbundelga reus
voor Indië gemeld worden. Egyptiscbe spin iers doen 1uur
uiterste best prijzen te verbeteren en het blijft te bezien,
of zij al dan niet succes zullen hebben. De vraag is gering,
hoewel Ch i na teekenen va ii vernieuwde belangstelling toont.
Zoowel daar, als in Indië is cie politieke toestand ongun-
stig, waardoor, mede in verband met iie ongunstige wis-
selkoersen, zoowel in Shanghai als in Hongkong, liet zaken
doen zeer nfoeilijk is, dinar dc daling, vooral de laatste
dagen, zeer groot is geweest.
Doekprijzen blijven vrijwel onveranderd en in den handel
gaat over liet algemeen weinig om. Tengevolge van het
stopzetten der looms, heeft men thans niet de leverings-
kwestie rekening te honden en de betrekkelijk lange

478

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

21 Mei 1930

levertijd, die thans gevraagd wordt, zou voor overzeesche
koopers,
zoocira deze
in cle markt komen om hun voor.
raden weer aan te vullen, wel eens een verrassing kunneu
worden. Dit is den punt, dat niet tuit het oog verloren moet
worden. Kortere werktijd en stilstand der. fabrieken werken
er dikwijls toe mede, om prijzen vaster te maken, want de
fabrikant, die zijn fabrieken aan het loopen tracht te hou-
den is eerder tot pr.ijsconcessies bereid dan degene, die
zijn fabriek moet sluiten. Hoewel er nog geen aanzienlijke
verbetering te bespeuren valt, zijn er teekenen, die op meer
belangstelling wijzen. De mail van Indië van deze week
meldt, dat . hoewel cle politieke agitatoren er in geslaagd
jn hunne beslteiten bij cle verschillende handelsorgantsa-
ties door te voeren, de boycot der winkels buitengewoon
onaangenaam is voor het meerendeel der betreffende han-
delaren. Het staat buiten twijfel, dat het vermengen van
politiek met zaken bij langer voortduren den goeclen naam
van Indië in de handelswereld zal schaden. China is nog
kalm, doch, zooals het geval is, met de meeste kleinere
Oos-
tersche markten, blijven aanvragen binnenkomen, hoewel
er geen belangrijke zaken tot stand zijn gekomen.

Liverpoolnoteeringen

Oost. koersen 6 Mei 13Mei
7Mei 14Mei T.T.opBr.-Indië 115 115
F.G.F. Sakellaridis 14,00 14,05 T.T.op Hongkong 1/6.’ 115
G.F. No. 1 Oomra 4,25 4,40
T.T.
op Shanghai
l/lOh
l/l03

KÖFFIE.

De stemming was in de afgeloopen week kalm met zeer
beperkten kooplust, zoowel voor aflading van de proçiuctie.
landen als voor loco. De kost- en vracht-aanbiedingen van
Brazilië liepen in de meeste gevallen -16 i 1k’. per cwt. terug
en Nederlandsch-Indië zakte voor gewassehen Robusta op
cif-conditiën nog ongeveer et, en voor Palembang Ro-
busta op dezelfde conditiën
i/4
et. per
36
KG. ‘in. J)e overige
ongewasschen Sumatra Robusta-soorteu bleven meereuideels
onveranderd.
De oorzaak van de kalmere stemming is hoofdzakelijk te
zoeken in de omstandigheid, dat het in het begin der week
bekend gemaakte cijfer van den in het binnenland van
Sao Paulo teruggehouden voorraad op 30 April, weder een
enorme toeneming aanweea tegenover een maand tevoren.
De voorraad, in de binnenlandsche, pakhuizen en in de

spoorwegstatis van Sao Paulo en Minas Geraes terug-
gehouden, bedroeg namelijk op 30 April 22.367.000 balen
tegen 20.503.000 balen op 31 Maart, hetgeen een vermeer-
e.ering heteekent van 1.864.000 balen. De voorraad, in het
binnenland van Rio de Janeiro teruggehouden, bedroeg 01)
0 April 1.643.000 balen tegen 1.700.000 balen op 31 Maart,
hetgeen een vermindering beteekent yan 57.000 balen. In
de Staten Sao Paulo, Minas Geraes en Rio de Janeiro be-
troeg dus de teruggehouden voorraad op het einde van ae
vorige maand het ongekend hooge cijfer van 24.010.000 balen en de toeneming sedert 31 Maart 1.807.000 balen.
J)aar in de maand April uit cle binnenlandsche pakhuizen naar Santos zijn doorgezonden 731.000 balen en naar Rio
222.000 balen, ,dus tezamen 953.000 balen, bedraagt de hoe-
veelheid, welke in April uit de plantages naar het binnen-land is verzonden niet minder dan 1.807.000 + 953.000 =
2.760.000 balen. Sedert 1 Juli 1929 (het begin van het
loopende oogstjaar) zijn tot 30 April 1930 van de plan. tages naar het binnenland van Sa,ntos en Minas Geraes
verzonden 21.716.000 balen en naar het binnenland van
Rio de Janeiro 4.082.000 ‘balen, dus tezamen 25.798.000
laden. De loopende Santos.00gst, die in Januari nog op 19
millioen balen werd geschat, is dus in de eerste tien maaul-
tien van het oogstjaar reeds ongeveer 2% millioen balen
hoven die raming gestegen, terwijl de Rio-oogst, die op
4.250.000 balen werd geschat, in diezelfde tien maanden dit
cijfer reeds bijna heeft bereikt.

Algemeen vraagt men zich af wâaraan het is toe te
schrijven, dat op een zoo ver gevorderd tijdstip in het
oogstjaar verzenclingen vanuit de plantages hebben plaate
gehad in een omvang, als nog nooit gezien. Sommigen zoe-
ken de oplossing van het raadsel in de officieele kennis-
geving van het Verdecligings-Instituut van Sao Paulo, dat
verzendingen naar de binnenlandsche pakhuizen van Sao
Paulo in Mei en Juni verboden zullen zijn. en nemen ‘aan,
dat cle planters daarom in de afgeloopen maand naar het
binnenland hebben doorgezonden, wat zonder bedoeld ver-
bod in de maanden April, Mei en Juni zou zijn verzonden,
doch anderen leggen de kennisgeving – die overigens door
duidelijkheid niet uitmuut – anders’ uit en opperen dc
veronderstelling, dat dc vroeger gepubliceerde cijfers van
dc binnenlandsche voorraden te laag zijn geweest en dat
het Instituut thans, na het afsluiten van de bekende lee.

STATISTISCH OVERZICH1

TAP WE
Hard nter
No. 2 loco
Rotterdam! Amsterdam

R000E
AmericanNO.2
2
)
loco
Rotterdam
per 100 K.O.

MAIS
La Plata
loco
R’dam!A’dam
per 2000 K.O.

GERST
mer.

0.
loco
Rotterdam

296e0

LIJNZAAD
La Plata
loco’
R’damlA’dam
per 1960 K.G.

STEENKOLEN
Wcstfaalsche! Hollandsche
bunkerkolen,
ongezeefdf.o.b.
R’damlA’darn

PETROLEUM
Mud. Contin.
Crude
33 tlm 33.9°

per4brel

IJZER
leveland
Foundry No.
f.o.b.
Middlsbrugh

KOPER
Standaard
Locôprijzen Londen
per Eng. ton

f1.
01
f1.
0
1
0

f1.
%
0.
0
10
f1.
0
10
f1.
0(
8
01
Sh.
01
0

£
°Io
Jaargemidd. 1925
17.20
100.0
13,075
100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0 10,80
100,0
1.68
100,0
731-
100,0
62.116
100,0
1926
15.9e
92.4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4
360,50 77,9
17,90
165,7
1.89
112,5
8616
118,5
58.11-
93,5
1927 14,75
85,8
12.475
95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,59
78,4
11,25
104,2
1.30
77,4
731- 100,0
55.141-
89,7
April

1927
14,80
86,0
12,825
98,1
173,00 74,8
237,50
.100,6
351,50 76,0
11,00
101,9
1.22
72,6
80!-
109,6 55.216
88,8
Mei

,,

.
15,75
91,6
13,57
5

103,8
172.75
74,6 258,25
109,4
373,75 80,8
10,95
101,4
1.22
72,6
741-
101,4
54.141-
88,1
luni


15,60
90,7
13,20
101,0
175,25
75,8
246,00
104,2
372,75 80,6
11,00
101,9
1.22
72,6
701-
95,9
54.2/6
87,2
juli

,,
15,10
87,8
12,05
92,2
171,50
14,1
235.75
99,9
367,75 79,5
11,10
102,8
1.22
72,6
7
0!-
95,9
53.19j-
86,9
Augustus

,,
14,87
5

86,5
11,45
87,6
178,50
77,1
252,50
107,0
368.25
79,6
11,05 102,3
1.22
72,6
691-
94,5
55.516
89.0
September ,,
14,70
85,5
12,15.
92,9
179,50
77,5
233,25
98,8
369,50
1

79,9
10,90
100,9
1.22
72,6
651-
89,0
54.131-
88,0
October
13,72
5

79,8
11,45
87,6
178,75
77,2
230,50
97,7 359,00
1

77,6
10,90
100,9
1.22
72,6
651-
89,0
55.51-
.89,0
November

,,
13,45
78,2
12,125
92,7
184,75
79,8
233,25 98,8
349,75 75,6
10,65
98,6
1.22
72,6
651-
89,0
59.11-
95,1
December

,,
13,40
77,9
12,57
5

96,2
201,00 86,8
246,25
104,3
348,25 75.3
10,60
98,1 1.22
72,6
651-
89,0
60.21-
96,8
lanuari

1928
13,50
78,5
12,70
97,1
207,50
89,6
247,75
105,0
361,00
78,0 10,30
95,4
1.22
72,6
65/-
89,0
62.-(-
99,9
‘Februari
,,
13,80
802
12.87
5

98,5 226,50
97,8
243,75
103,3
361,00
78,0
10,00
92,6
1.21
72,0
651-
89,0
61.121-
99,2
Maart

,,
14,60
84,9
14,00
107,1
240,75
104,0
255,75
108,4
350,75
75,8
9,95
92,1
1.19
70,8
656
89,7
61.316
98,6
April

,,
15,30
88,9
14,975
114,5
239,50
103,5
26100
110,6
358,25
77,5
10,05

,
93,1
1.19
70,8
661-
90,4
61.1416
99,4
Mei

,,
15,30
88,9
15,47
5

118,4
238,50
103,0
260.75
110,5
372,00 80,4
10,60

98,1
1.19
70,8
66!-
904 62.15-
101,1

j
uni
14,37
5

83.6
14,27 109,2
234,00
101,0
252,50
107,0
365,25
79,0
10,10
93,5
1.19
70,8
661-
90,4
63.17
1

102,9
uli

,,
14,25
82,8
13,07
5

100.0
246,75
106,6
241,00
102,1
359,75 77,8
10,10
93,5
1.19
70,8
661-
90,4
62.181-
101,3
Augustus

,,
12,00
69,8
12,62
0

96,6
214,75 92,8
226,75
96,1
350,75 75,8
10,05
93,1
1.21
72,0
661-
90,4
62.1016
100,7
September ,,
11,65
67,7
11,57
5

88,5
198,75
85,9
198,25
84,0
350,75
75,8
10,00
92,6
1.21
72,0
661-
90,4
63.81-
102,1
October

,,
12,27
5

71,4
12,27
93,8
218,50
94,4
189,50
80,3
366,00
79,1
9,95
92,
1

1.19
70,8 661-
90,4
65.121-
105,7
November ,,
12,325
71,7
12,07
5

92,4
227,25
98,2
185,50
78,6
386,25
83,5
10,20
94,4
1.18
70,2

661-
90,4
67.181-
109,4
December

,,
12,30
71,5
11,90
91,0
220,25
95,1
180,50
76,5
373,75 80,8
10,10
93,5
1.18
70,2
661-
90,4
70.31-
113,0
lanuari

1929
12,35
71,8
12,20
93,3
231,50
100,0 194,25
82,3
365,00
78,9
10,10
93,5
1.16
69,0
661-
90,4
75.1016
121,7
‘Februari
,,
12,72
5

74,0
12,65
96,7
235,00
101,9
194,75
82,5
357,25 77,2
12,90 119,4
1.11
66,1
66(6
91,1
78-16
125,7.
Maart

,,
12,65
73,5
12,62
5

96,6
233,00
100,6
191,75
81,3
359,00
77,6
12,00
111,1
1.11
66,1
671-
91,8
89.81-
144,0
April

,
12,12
5

70,5
11,62
88,9
218,00
94,1
185,25
78,5
373,25
80,7
11,05
102.3
1.11
66,1
681-

.
93,2
82.1716
133,5
Mei

,,
.11,12
5

64,1
10.575
80,9
198,25
85,6
177,50
75,2
363,50
78,6
11,15
103,3
1.16
69,0
69/6
95,2
75.416
121,2
luni
10,875
63,2
10,20
78,0
193,50
83,6
171,25
72,6
355,25
76,8
11,25
104,2
1.30
77,4
711-
97,3
74.111-
120,1
juli
12,80
74,3
11,20


85,6 218,50
94,4
191.25
81,0
415,50
89,8
11,25
104,2
1.30
77,4
7216
99,3
72.1216 117,0
Augustus
13,125
76,3
10,75
82,2 202,50
87,5
182,75
77,4 452,50
97,8
11,25
104,2
1.30
77,4
7216
99,3
73.171-
119,0
September ,,
12,62
5

73,4
10,20
78,0
191,00
82,5
172,00
72,9
506,75
109,6
11,40
105,6
1.30
77,4′
7216
99,3
74.191-
120,7
October
12,10
70,4
9,875
75,6
185,00 79,9
168,00
71,2
516,50
111,7
11,25 104,2
1.30
77,4
7216
99,3
72.161-
117,3
November ,,
1,775
68,5
9,20
70,4
174,00
75,2
164,75
69,8
483,25
104,5
11,35
105,1
1.30
77,4
7216
99,3
70.51-
113,2
December

,,
12,625
73,4
9.35
71,5
166,00 71,7 163,75 69,4
482,00
104,4
11,75 108,8
1.30
77,4
7216
99,3
68.616
110,1

P
uari

1930
12,67
5

73,7
9,35
71,5
,

149,25
64,5
151.25
64,1
433,75
93,8
11,75
108,8
1.21
72,0
72/6
99,3
71.916
115,1
bruari

,,
11,725
68,2
8,175
62,5
139,00
60,0
135,75
57,5 398,50 86,2
11,75
108,8
1.11
66,1
7216
99,3
71.1216
115,4
Maart

,,
10,90
63,4
7,15
54,7
143,50
62,0
125,00
53,0
390,00
84,3
11,55
106,9,
1.11
66,1
701-
95,9
68.1916
111,1
April

,,
11,17
5

65,0
7,625
510,3
180,25
77,8
129,75
55,0 431,00 93,2
11,35
505,1 1.165
69,3
67/6
92,5
61.31-
98,5
5 Mei

,,
10.
0
0
59,9
7,20
55,1
160,00
69,1
120,00
50.8
417,00
90.2
11,35
105,1
1.185
70,5
6716
92,5
49.1216
79,9

2
10,40
60,5
6,60
50,5
14800
63.9
114,00
48,3
400,00
86,5
11,35
105,1
1.185
70,5
67/6
92,5
.55.15
1

89,8
,,
10,75
62,5
6,75

1
51,7
146,00
63,1
114,00
48,3
404,07
87,4
11,35
105,1
1,185
70,5
6716
92,5
54.-!-
87,0
*
Men zie voor de toelichting op dezen staat de nummers van 8 en 15 Augustus
1928
(No. 658 en
659)
pag. 689190 en
709.
2
)’Western voôr de invoerung van

21 Mei 1930

ECONOMISCH.STATISTISCHE BERICHTEN

uing, gedwongen is geworden het juiste cijfer te publicee-
ren. Hoe dit ook zij, duidelijk is’ in elk geval, dat, nu de
in liet binnenland van Sao Paulo teruggehouden voorraad
reeds op. 30 April bijna 22%: millioen balen heeft bedragen,
er over 10 jaar nog een overschot van verscheidene mii-
hoenen balan zal blijven, zelfs indien het Brazilië gelukken
mocht volgens het leeniugpian êlke maand 137.500 balen
(dus in 10 jaar 16y
2
i millioen balen) van dien ouden voor-
raad af te stooten, tenzij de productie van Santos-koffie
in zoodanige mate mocht terugloopen, dat dooreen maan
delijks meer dan 137.500 balen ouden voorraad kunnen
worden van de hand gedaan. Dit laatste lijkt echter –
voor het oogenblik althans – wel zeer onwaarschijnlijk.
Aan de loco-markt bleven de officieele noteeringen on-
veranderd 41 ct. per
Y
2
1
KG. voor Superior Santos en 35 ct.
voor Robusta. –
Aaii de Rotterdamsche termijnmarkt zijn de noteerin-
gen sedert verleden week
%
ft
A
et. per KG. gedaald.
Dinsdag 20 deer des voormiddags waren zij als volgt:
Mei 26i,, September 24
3
/8,
December
2334,
Maart 1931 –
23%, Mei 1931 23 ct.
De prijzen van gewoon goed beschreven Superior San-
tos op prompte vers
.
cheping zijn thans ongeveer 591- á 62/-
per cwt. en van dito Prime ongeveer 621- 1 65/-, terwijl zij
van Rio type New-York 7 met beschrijving, prompte ver-
scheping, bedragen 4016 1. 42/-. –
Van Robusta op aflading van Nederlandsch-J.ndië zijn de
prijzen in cle eerste hand op liet oogenblik:
Palembang Robusta, Mei-verscheping, 21 ct.; Benkoelen
Robusta, Mei-verscheping, 21% ct.; Mandheling Robusta,
Mei-verscbeping, 24 et.; W.I.B. faq. Robusta, Mei-ver-
scheping, 3134 et., alles per
34
KG. cif, uitgeleverd gewicht,
netto contant.
De slot.notecringen te New-York van het aldaar geldende
gemengd contract (basis Rio No. 7) waren:

Mei
1

Sept.
1

Dec.
1

Maart

19

Mei
……..
$

8,54
$

8,05
$

7,85
$

7,67
12


8,65
,,

8,25
,,

8,01
7,90
5

,
..
8,58

..

,,

8,21
8,01
7,88
28

April

……..
,,

8,63
8,33
,,

8,23
8,10

Rotterdam, 20 Mei
1930.

‘HANDELSPRIJZEN
1)

THEE.
In cie Amsterdamsche veiling op Donderdag I.I. werden
bijna 20.000 kisten Nederlandsch-Itidische thee geveild. De
stemming was eeuigszins wisselend maar over het alge-
meen vast. Er werd iiet veel opgehouden, en volgens P. v. d. T. bedroegen de middenprjzen 5934 cts. (57) voor Javathee en 58% (56%) voor Sumatrasoorte, terwijl het
totale gemiddelde 59% ets. (56%) bedroeg. De volgende
veiling met een aanbod van 27.000 kisten N.-I. thee zal op
5 Juni a.s. plaats hebben.
De Engelsche Board- of Tracle-cijfers betreffende de]1 aan- en uitvoer iii Groot-Brittannië en Noord-Ierland ma-
ken een gunstiger indruk dan aanvankelijk liet geval was
met de officieuse Londensche cijfers.
Gedurende April bedroeg de aanvoer 25millioen lbs.
i
tege 28 millioen lbs. in 1929. De uitvoer was daarentegen
belangrijk grooter ul. 6.9 millioen lbs. tegen 5.3 millioen
een jaar geleden.
Gedurende Januari-April worden de totaal cijfers daar-
door: 149 millioen aanvoer (v. J. 156 millioen) en 29.4 mii-
lioen lbs. uitvoer (v. j. 27 millioen).
De Nederlandsche cijfers, afkomstig van het Centraal
Bureau voor de Statistiek, over April zijn als volgt: aan-
voer 1.8 millioen KG. (v. j. 1.3 millioen). De invoer tot
verbruik 860.000 IÇG.
(v.
j. 873.000) en de uitvoer 622.000
KG. (v. j. 783.000). Over de periode van 1 Januari tot
30 April bedroeg de aan-, in- en uitvoer resp. in millioenen
1KG. rcsp. 7.1
(v.
j. 6.5), 3.7 (v. j. 3.5) en 2.3 (v. j. 2.8).
De voorraad Ned.-Indische thee in entrepôt te Amster-dam bedroeg op ulto. April 119.596 kii. tegen 93.379 kn.
op ulto. April 1.929.
Volgens telegrafische gegevens aan het Secretariaat der Vereeniging voor de Thee-Cultuur in Nederl.-Indië beliep de uitvoer van Sumatra (Oost- en Westkust) in totaal over
Jan.-April 3.8 millioen 1KG. (v. j. 3 millioen).
Ceylon voerde in Maart eveneens meer uit dan verleden
jaar, iil. 23.2 millioen lbs. tegen 19.5 millioen, waardoor
de cijfers voor Jan.-Maart worden 61.8 millioen lbs. te’gan
58.4 m.illioen.
Tenslotte de uitvoer van Formosa volgens telegrafisch
bericht uit Kobe aan het Secretariaat van bovengenoemde
vereeniging. Gedurende Jan-Maart werd uitgevoerd
894.000 1KG. tegen 673.000 1KG. in 1929.

TIN
locoprijzen
Londen per
Eng. ton

KATOEN
for Middling
locoprijzen
New York
per Ib.
WOL
gekamde
Australische,
Merino, 64’s Av.
loco Bradford
per Ib.

WOL
gekamde
Australische,
CrossbredColo-

nial Carded,
50’s Av. loco
Bradford per Ib.

RUBBER
4
)
Standaard
Ribbed Smoked
Sheets

loci1en

per ib.

SUIKER
Witte kristal-
suiker loco
R’dam/A’dam.
per 100 K.G.

KOFFIE
Robuata
Locoprijzen
Rotterdam
per
‘(
5
K.G.

THEE
Afl. N.-l. theev.
A’dam gem. pr.
Java- en Suma- trathee p. ‘hKG.

Indexciifer
v/h. Centr. B.
v. cl. Stat.,
herleid
van 1913= 100
tot 1925
=
100

Indexcijfer
van The
Economist,
herleid
1927= 100
tot 1925=100

0
10
$
ets.
01
pence
O
/s
pence
Olo
Sh.
0/
tI.
.01
ets.
01
ets.
°Io
261.171-
100,0
23,25
100,0
55,00
100,0
29,50
100,0 2111,625
100,0 18,75
100,0
61,375
100,0
84,5
100,0
100,0
100,0
290.1716
111,1
17.55
75,5
47,25
85,9
24,75 83,9
21-
67,4
17,50
93,3
55.375 90,2
94,25
111,5
93,2
92,9
290.4/-
110,8
17,50
75,3
48,50
88,2
26,50
89,8
116,375
51,6
19,12
5
102,0
46,875
76,4
82.75 97,9 95,4
89,5
304.11-
116,1

.
14,75
63,4 47,50
86,4
26,25
89,0
1(75
,87
55,8
20,25.
108,0
48
78,2 72,25 85,5
92,3
88,7
295.121-
112,9
16,15
69,5
47,00
85,5
26,00
88,1
117,75
55,4
20,25
108,0
47
76,6
86,5
102,4
93,5
90,4
296.916
113,2
16,85
72,7
47,25 85,9
26,00
88,1
1(6
50,5
.18,37
5
98,0
47
76,6 81,25
96,2
96,1
89,6
289.1516
110,7
17,90
77,0
48,50
88,2
26,50
89,8
114,75
47,0
18,62
5

99,3
47
76,6
84
99,4 97,4
92,2
292-16
111,5
19,70
84,7
48,50
88,2 26,50
89,8
115,25
40,8
18,50 98,7
45,375
73,9


96,1
90,2
287.1216
109,8
22,05
94,4 50,00 90,9 26,50
89$
114,25
45,6
17,87
5

95,3
44,25
72,1
94,5
111,8
96,8
89,1
264.216
100,9
20,65 88,8 50,25
91,4
26,75 90,7
114,375
46,0
16,87
90,0 45,25
73,7
93,
110,1
96,8


88,6
264.416
100,9
20,25
87,1
52,25 95,0
28,50
96,6
116,5
51,9
17,25
92,0
46
74,9
96
113,6
97,4
88,9
266.1316
101,8
19.70
84,7 51,50 93,6
28,75
97,3
117,75
55,4
17,87
5
95,3
46
74,9
89,25
105,6
97,4
88,2
255.11-
97,4
19,25
82,8 53,00
96,4
29,75
100,8
1/7,25
54,0

17,37
6

92.7
46
74,9 84,5
100,0
98,7
87,9
233.1016
89,2
18,35
78,9
54,75 99,5
31,75
107,6
113,75
44,2
16,75
89,3
46
74,9
79,5
94,1
96,8
87,9
233.17(6
89,3
19,35
83,2
55,00
100,0
33,25
112,5
110,75
35,8
16,87
5

90,0
41

76,6
79
93,5
98,1


89,2
234.6
1

89,5
20,65 88,8 54,50
99,1
33,00
111,9
-19,375 26,3
16,87
5

90,0
47
76,6 74,25 87,9
98,7
90,5 230,131-
88,1
21,55 92,7
54,25
98,6
32,25
109,3
-19
25,3
16,62
88,7 48,25 78,6
78,25
92,6
98,1
91,2
218.8/6
83,4
21,35
91,8 55,50
100,9
31,75
107,6
-(9,25
26
15,75
84,0
49
79,8
73,25
86,7
98,7
89,8
211.191-
80,9
21,75 93,5
53,00
96,4
31,25
105,9
-19,25
26,,0

0
15,50
82,7
49,875
81,3 71,25 84,3
95,5 88,2
211.181- 80,9
19,30
83,0
51,75
94,1
30,00
101,7
-19,25
26,0
16,00
85,3 51,875
84,5
67,75
80,1
92,9 86,6
214.716
81,9
18,55
79,8 47,00
85,5
29,00
98,3
-18,5 23,9
15,87
5

84,7
52,75
86,0
70,25
83,1
93,5
85,4
221.191-
84,8
19,45
83,7
46,25
84,1
27,25
92,4
-/8,8

24,7
14,62
5

78,0
53
86,4
73
86,4 94,2
85,1
232.1016
88,8
19,90
85,6
47,25
85,9
27,50
93,2
/8,625
24,2
.

14,00
74,7
53
86,4
75,75
89,6
95.5
.

85,1
228.8/-
87,2
20,45 88,0
46,25
84,1
28,00
94,9
-i8,5
23,9
13,92
5

74,3
51,75 84,3 76,5
90,5
95,5
84,8
222.716
84,9
20,20 86,9 46,75
85,0
28,75
97,3
-/9,875
27,9
13,77
5

73,5
53,125 86,6 77,25
91,4
94,’
84,6
222.111-
85,0 20,10
86,5
44,25
80,5
27,75
94,1
1/-
33,7
13,37
5

71,3
54
88,0
74,25
87,9
94,2 85,4
221.016
84,4
2125
91,4
44,00
80,0
27,50 93,2
110,125
34,0
13,50
72,0
54
88,0
72,75
86.1
94,8

85,8
207.516
79,2 20,45
88,0
43,25
78,6 27,25 92,4
-110,5 29,5
13,375
71,3
54
88,0
74,25
87,9
92,9
83,9
197.516
75,3
19,40
83,4
41,50
75,5
26,25 89,0
-110,875 30,5
12,25
65,3
54
88,0
73,50
87,0 91,6 81,7
200.51-
76,5
18,75
80,6
40,00
72,7
25,75
87,3
-110,625
29,8
12,00
64,0
54
88,0
69.50
82,2
91,0 81,9
209.516
79,9
18,65
80,2
38,75
70,5 24,75
83,9
-(II
30,9
13,42
5

71,6
54
88,0
68,50
81,1
91,0
83,7
210.111-
80,4
18,60
80,0
37,00
67,3
24,00 81,4
-110,5
29,5
13,00
69,3
53,50
87,2
64
75,6
91,6
83,6
205.516 78,4
18,90
81,3
34,25
62,3
23,75 80,5 -110.125 28,4
13,475
71,9
51,75 84,3
64
75,6 91,0 82,0
188.916
72,0
18,45
79,4
32,50
59,1
22,50
76,3
-19,625
27,0
13,30
70,9
48,50
79,0
66
78,1
90,3
80,5
182.-/6
69,5
17,50
75,3
34,25 62,3
23,00 78,0
-/8,125
22,8
12,50
66,7
41,75
68,0
66,50
78,7
88,4
78,8
178.1816
68,3
17,25
74,2
3l,25
56,8
2l,25
72,0
-18
22,5
12,07
5
.
64,4
36,75
59,9
60,75
71,8
87,1
78,8
174.13/-
66,7
17,15
73,8
29,50
53,6
19,25
65,3
-17,375
20,7
11,67
5

62,3
35 57,0
60,50
71,6 84,5
76,9
174.41-
66,5
15,45
66,4
28,50
51,8
17,75
60,2
-18
22,5
11,40
60,8
35
57,0
58,25
68,9
81,3
75,2
165.181- 63,4
15,20
65.4
26,25
47,7 16,50
55,9
-/7,625
21,4
10,70
57,1
35
57,0
62,25
73,7 78,7
74,2
161.1716
61,8
16,45
70,8
27,25 49,5
17,25
58,5
-/7,375
20,7
10,55
56,3 35 57,0
59.50
70,4
78,7 72,8
148.1716
56,9
16,605
71,45
28,008
50,9
0

17,75
8

60,28
-/6,875
19,3

10.00
53,3
35
57,0 56,75
8

67,2
8

145.101-
55,6
16,55
6

71,2
6

28.758
52,3
9

18,008
61,00
-17
19,6
9,75
r

52,0
35
57,0
59,25
10

70,1
10

143.1216
53,7
16,507
71,071
29,00
10

52,7
10
1
18,00
10

61,0’°
-16,8125
19,1
9,75
1

52,0
35
57,0
Ie huidige officieele noteeringswijze (jan. 1928); vanaf 16Dec.1929 7415 K.G. Hongaarsche.
5)
= MaIling vöôr de invoeringvan de huidige of lie. noteeringswijze
(Jan.
1928)
(Jaar- en maandgemiddelden afgerond

op
ijs
pence.
5)
2 Mei
6)
9 Mei
7)
16 Mei 8)1 Mei
0)
8 Mei
10)
15 Mei.

480

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

21 Mei 1930

STEENKOLEN.

Onder cle gebeurtenissen op de kolenmarkt treedt naar
voren de verlaging van 1 shilling van de exportpremie, die
de Yorkshire collieries ontvingen. Het gevolg hiervan is,
dat de prijzen 6 a 9 d. per ton verhoogd zijn. Daarentegen
heeft Northumberland cle prijzen allround met 1 shilling
verlaagd, behalve voor Smalis, clie op de oude minimum-
prijzen zijn blijven staan. Men hoopt op deze wijze er aan
te ontkomen genoodzaakt te zijn sommige mijnen stil te
leggen bij gebrek aan afname. Met cle oprichting van een Conventie tusschen Eiigelsche
en Duitsche cokesexporteurs schijnt het niet te vlotten.
Sommige groote belanghebbenden in Engeland moeten er
de voorkeur aan geven een eigen politiek te volgen.
De prijzen zijn:
Northumberlaud Ongezeefde …………
f
9.60
Durham Ongezeefcle …………………10.50
Cardiff 213 large 113 smalls …………..12.60
Schotsche Gezeef de (Prime Lothians) ……10.20
Yorkshire gewassehen Singles ………. ..10.-
Westfaalsche Votförder ……………. .,, 1235
Vianistukken 1 ………….13.50
Smeenootjes

………….. ..13.-
,

Gasvlamförder

…………..12.25
Gieteokes

……………….16.50
Hollandsche Eierbriketten …………… ..15.-
alles per toii van 1.000 KG., franco station Rotterdain/Am.
sterdam.
Ongezeefde bunkerkolen f.o.b. Rotterdam/Amsterdam

f
11.35. Markt prijshoudend.

IJZER.
In de positie van de Continentale .exportniarkt voor
ruwijzer is de afgeloopen veertien dagen geen wijziging ge-
komen. De markt is nog steeds zwak gestemd. Ook de
Pransche markt vertoont nagenoeg geen verandering. De
afzet blijft Vrij bevredigend. De vraag naar Clevelancl ijzer
is zoo mogelijk nog slechter gevordlon. Liever dan den prijs
nog verder te verlagen, beperken de producenten de voort-
brenging.
Na de kleine opleving op de staalmarkt, waarvan in het
vorige overzicht melding word gemaakt, is de stemming
zoo mogelijk itog gedrukter geworden. Op de laatstelijk
gehouden beurs te Brussel werd vrijwel geen handel ge-
dreven.

VRACHTENMARKT.

Graan van Noord-A.merilca..
Deze markt bleef ontmoedi-
gend voor reeders. Het aanbod van schepen, bestemd voor
Canacieesche en Amerikaansche havens, is veel grooter dan
de vraag, waardoor cle vrachten een verdere inzinking
toonen.
Montreal.
Nadat voor de Middellandsche Zee (niet ten
Oosten van West-Italië en excl. Spanje en Noord-Afrika) per midden Mei $0.11X en per begin Juni $0.11y
2
betaald
was, slaagden bevrachters er in zich een boot per einde
Mei te verzekeren tegen $ 0.10%. Een pronipte boot werd
afgesloten naar Antwerpen, Rotterdam of Amsterdam teged
$ 0.08 naar dn haven, doch zijn er sedertdien geen orders
voor het Continent aan cle markt. Een zeer prompte boot
werd afgesloten naar Avonmouth enfof Manchester tegen
de zeer lage vracht van 11734
cl.
naar één, 119
cl.
per qtr.
naar twee losha’vens.
Van de
Northern Range
wordt slechts $00734 in uit-
zicht gesteld naar Rotterdam voor Mei/Juni, terwijl de
hoogste noteering van de Gulf-havens $01134 is per tweede
helft Juli naar Antwerpen of Rotterdam, met cle optie
U.K. tegen 2/434 per qtr.
Van de
Noord Pacific
werd een boot van 7300 ton, per begin Juni bevracht en wel vCn Portiand of Puget Sound
naar U.K. Continent op basis van 2116. Er bestaat moge-
lijkheid nog een boot te plaatsen voor Juni van Prince
Rupert op basis van 1916 h 20/- naar U.K./Continent met
volle opties.
De
La Plata
rivier was buitengewoon kalm en cle vracht-
cijfers toonden een verdere daling. Slechts enkele prompte
booten werden afgesloten, voor latere posities bestaat gee-
nerlei belangstelling, naar Canada werd van de Bovenri-
vier 131. betaald, basis dén loshaven, terwijl voor een boot
naar Marseille, Genua, Napels of Livorno, eveneens van
de Bovenrivier, 12/3 werd betaald naar édn en 1219 naar
twee loshavens met de optie Antwerpen of Rotterdam
tegen 11/. naar édn en 11/6 naar twee havens. Van Bahia
Blanca is 9/- betaald naar Antwerpen of Rotterdam met
de optie Antwerpen of Hamburg range tegen 9/6 en de
optie van Londen of
.
Ruil tegen 101., terwijl naar Genua
direct 11/6 werd geaccepteerd van Bahia Blanca. Verschei-

den booten werden iii ballast naar cle thuishaven terug-gestuurd, terwijl heel vat prompte booten wachten in di
hoop, dat een spoedige verbetriug zal intreden.
Salpeter.
Zooals onder de tegeuwoordige omstandigheden
slechts verwacht kan worden, bleef de markt van Chili lus-
teloos. ])e meeste lijnbooten moeten vertrekken met wan-
ruimte, en voor trunsportbooten is in het geheel geen vraag.
Suiker van West-Indië.
Het aanbod van prompte ton-
nage heeft tot een verdere inzinking der vrachten geleid.
Na de afsluiting van een prompte boot van 8200 ton van
Cuba naar Marseille tegen 13/’, werd een prompte boot van
7500 ton naar U.K./Continent afgesloten tegen 1216, optie
Marseille 131- en deze afsluiting werd gevolgd door de
bevrachting van een 7600 tonner per Mei/Juni naar tJ.K./
Continent tegen slechts 121-, welke vracht op het oogenblik
het hoogste cijfer is dat voor Juni/begin Juli wordt ge-
noemcl. De hoogste noteering voor handige booten van
en. 4500 ton van Cuba naar U.K.fContinent is voor Juni
laden 131. it 13/6. Offertes voor scheepsruimte worden ge-
vraagd voor ongeveer 7000 ton lading, Juni/Juli laden,
Cuba/Japan tegen $5.—, outie Shanghai
$
5.75.
Van
Burma
is geenerlei vraag, doch een 4000 tonner
werd afgesloten naar 6 havens Cuba voor Mei/Juni tegen
27/134.
Donau. Dc
Donau was weer kalm en de vracliten schij-
hen iets makkelijker te w’orclen. Voor handige booten is
16/- betaald naar UK., met de optie Antwerpen[ITamburg
Range 151. en Antwerpen of Rotterdam 14/6. Naar het
Continent direct is 1.319 gedaan naar Antwerpen of Rot-
terdam, optie Antwerpen/Hamburg Range 14/3 en de optie
3 Deensche havens 1719.
Van de
Zwarte Zee
zijn de vrachten onveranderd 10/6
basis Continent, 111- UK., tegen welke cijfers verscheiden
booten werden bevracht. Een kleine boot is have

acht met
kolen van Mariupol naar Bridgepoi-t (V. S.) tegen 14/3,
Mei/Juni laden.
Middellandsche Zee.
Deze markt toont geonerlei verbe-
tering en de vooruitzichten zijn op het oogenblik vrijwel
hopeloos. Voor Mei zijn weinig orders aan de markt en
alhoewel er voor Juni meer vraag is, is clie toch onvoldoen-
de voor de vele beschikbare booten. Om, werden cle vol-
gende ertsladingen afgesloten: Setubal/Anisterdam 51.;
Hornillo Baai/Rotterdam of Vlaardingen 51-; Cardïff 5/6;
Almeria Pier/Glasgow 5(9; Algiers/Ilotterdam of Vlaar-
dingen 411
34
;
Micidlesbrough 6(3; La Goulette/Glasgow 5/9;
Bona/Middlesbrough 6(3; Glasgow 6/-; Garston of Birken-head 6/3; Workington 6/9; Melilla/Carcliff 51-, en Huelva/
Rouaan 519. Voor een lading zout van Torrevieja naar
Yarmouth werd 9/6 betaald. Fosfaat afsluitingen worden
niet gerapporteerd, doch worden de volgende ladingen aan-
geboden: Sfax(Stockton 1019, Newport 91-, Tunis/Ipswieh
919 en Bona/Kings Lynn 9/6, alles voor Mei laden.
Van
Noord-Spanje
werden in de afgeloopen week weder-om geen ladingen afgesloten. Genoteerd wordt: Bilbao/Rot-
terciam 416 voor begin Juni, Biibao/TyneDock 5/-, Glasgow
of Grangemouth 513 en Port Talbot 513.
Kolen van U.K.
De vrachten zijn opnieuw iets vaster in
nagenoeg alle richtingen, in het bijzondernaar de Oostelijke
Middellandsche Zee en Zuid-Amerika voor prompte boo-
ten. Buenos Aires vermeldt de hoogste vrachtverbetering
door de afsluiting van een prompté boot tegen 17/-. Afge-
sloten werd om, van Wales: Bordeaux 41-, Lissabon 71-,
Algiers 719, Genua 7(6, Piraeus 8/3, Alexandrië 8/734,
l’oi-t-Said 8/-, Rio 1419, Buenos Aires 171-, en van de Oost-kust: Helsingfors 416, Hamburg 3(4 34, Rotterdam 3/6, Ant-
werpen 2/3, Rouaan 313, Genua 716, Alexanclrië 8/-.

RIJNVAART.
Week van 11
tjm.
17 Mei 1930.

De aanvoeren van zeezijde, hoofdzakelijk erts en hout,
namen toe. Er was over het algemeen meer vraag naar
scheepsruimte. 1)eze bleef echter ruimschoots beschikbaar,
waardoor in de algemeene situatie geen wijziging kw’am.
De ertsvracht naar de Ruhrhavens bleef onveranderd ge-
noteerd op
f
0.17 34—f 0.27
34
per last met resp. 4 en 8
losdagen. Voor den Bovenrijn was er eveneens weinig
vraag. Voor ruwe producten en hout bedroeg de vracht ca.
40 ii 50 cts. per last, met verkorten lostijd. In daghuur
werd niets bevracht. Het sleeploon werd genoteerd volgens
het
2734
tot 35 ets. tarief. De waterstand bleef wassend.

M. E. VREEDE

ROTTERDAM

ACCOUNTANT – LID V.N.A.
‘S-GRAVENDIJKWAL 165. TELEP.. 30810

Accountancy, Boekhouding, Belastingzaken

Auteur