Ga direct naar de content

Jrg. 13, editie 674

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: november 28 1928
28 NOVEMBER 1928 Economisch-Statistische Berichten ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER 13E Jaargang WOENSDAG 28 NOVEMBER 1928 No. 674 STOOM VA ART-MA ATSCHAPPIJ1 —NEDERLANDfl – Amsterdam ‘!”‘ ‘ -2 ^ J ….. ROTTERDAMSCHE LLOYD Rotterdam MAIL-, PASSAGIERS- EN VRACHTBOOTENDIENST HOLLANDŠJAVA vice versa via SUEZ KANAAL JAVA ŠNEW YORK LIJN Geregelde vrachtbootendienst tus- schen Nederlandsch-Indië en de Oostkust van Noord-Amerika in samenwerking met andere Maat¬ schappijen. J AVA ŠBENGALEN LIJN Geregelde dienst tusschen Neder- landsch-Indië, Rangoon en Calcutta. JAVAŠPACIFIC LIJN Geregelde vrachtbootendienst tus¬ schen Nederlandsch-Indië, Singa¬ pore en de Westkust van Noord- Amerika. NIJGH & VAN DITMAR™S U1TGEVERS-MIJ ROTTERDAM Wijnhaven 111-113 Tel.7841 -™42-™43-™61 Belast zich met het verzorgen van uit¬ gaven en tijdschrif¬ ten op elk gebied Het Handelsblad 10 0 JAAR het familieblad der beschaafde kringen. Elke advertee rder weet wat dat zeggen wil! Algemeen Handelsblad Afd. Advertenties – Amsterdam vROSSEM™S HAVANA Nederlandsche Hypotheekbank opgericht te Veendam in 189°- Directie: Mr. M. J. BOS Mr. J. WILKENS. Kapitaal . f 4.000.000,Š Reserves . ruim f 2.200.000,Š Hypotheken. f 55.000.000,Š Pandbrieven. f 52.000.000,Š 4’/2% Pandbrieven b 99’/,% Bij omwisseling tegen ingetrokken B’/jO/o Pandbrieven is de koers tot 15 DECEMBER a.s. ifa °/0 lager. ROTTERDAMSCHE BANKVEREENIGING ROTTERDAM AMSTERDAM Ł DEN HAAG KAPITAAL … 50.000.000 RESERVE / 20.000.000 DEPOSITO’S CHEQUE REKENINGEN MET RENTEVERGOEDING ALLE BANKZAKEN B. MEESaZOONEN Ao 1720 Bankiers en Assurantie-Makelaars ROTTERDAM Safe-Deposit Bezorging van alle Verzekeringen AANTEEKENBOEK VAN RIJKSBELASTINGEN V ermogens-, V erdedigings- Rijksinkomsten- en Perso- neele Belasting 9e, geheel verbeterde en bijgewerkte druk Prijs …1.Š Alom verkrijgbaar bij den Boekh. en bij Nijgh & v. Ditmar™s Uitg.-Mij,Rotterdam STEENKOLEN-HANDELSVEREEMGING (COAL-TRADING ASSOCIATION) Hoofdkantoor te Utrecht %€Filialen te Amsterdam en Rotterdam ONTVANG- EN BETAALKAS NIEUWE DOELENSTRAAT 20Š22, AMSTERDAM Kapitaal … 5.000.000,Š Reservefonds f 1.000.000,Š Rentevergoeding voor gelden h deposito: direct opvorderbaar . 2 % met 10 dagen opzegging. % Voor andere termijnen op nader overeen te komen voorwaarden OPEN EN GESLOTEN BEWAARGEVING VOLGENS REGLEMENT SAFE-DEPOSIT. RAADGEVEND BUREAU VOOR ORGANISATIE Ir. V. W. VAN GOGH Ir. ERNST HYMANS HEERENGRACHT 125 AMSTERDAM neigen stempel Goed aitgevoerd drukwerk, smaak¬ vol gezet uit onze moderne letter¬ soorten, verhoogt het cachet van uw firma. Wij hebben een speciale afdeeling voorArtistiek Drukwerk NIJGH & v. DITMAR™S DRUKKERIJ WIJNHAVEN Nos. 111-113 Ł ROTTERDAM Telefoon 7841 (vier lijnen) Waarom adverteeren in, en ‘n exempt, koopen van KELLY™S DIRECTORY? Omdat deze uitgave jaarlijks wordt gekocht en geraadpleegd door tien. duizende groote firma™s over de geheele wereld, en U, wanneer Uw naam daarin opvallend is gedrukt, voortdurend exportaanvragen zult ontvangen. Op Uw beurt vindt U er de adressen in van alle handelslichamen, welke in Uw artikel belang stellen, zoodat de gelegenheid om het aantal Uwer relaties uit te breiden, voor het grij. pen ligt. Wanneer U Exporteur, Importeur, Fabrikant of Groothandelaar is, moogt U niet nalaten zich ten minste van de uitstekend bekend staande Kelly™s Directory op de hoogte te stellen. Vraagt kosteloos prospectus of bezoek van een vertegenwoordi¬ ger aan NIJGH & VAN DITMAR™S UITGEVERS-MAATSCHAPPIJ WIJNHAVEN 113 Š ROTTERDAM TELEFOONNUMMER 7343 Leerboek der Organisatie en Techniek van den Handel voor Handelsscholen DE GOEDEREN HANDEL DOOR J. GROOTEN Leeraar M.0. Wiskunde en Boekhouden Dir. der Levensverz. Mij N.O.G., A™dam en P. BEISHUIZEN Gzn. Leeraar aan de Handelsscholen van de Alg. Winkeliersvereeniging, Amsterdam Deel I f 1.50 Deel II f 1.75 Nijgh & v. Ditmar™s Uitg.-Mij, Rotterdam 28 NOVEMBER 1928 AtJTEÜRSRECBT VOORBEHOUDEN Economisch-Statistische Berichten ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN 13E Jaargang WOENSDAG 28 NOVEMBER 1928 No. 674 INHOUD. Blz. Het vraagstuk der Havenschappen in het licht DER CRITIEK I door Mr. Dr. II. J. D. van Lier . . 1044 De Surinaamsche begrooting voor 1929 door Mr. Dr. H. H. A. van Gybland Oosterhoff . 1046 Het nieuwe Ontwerp van wet ter zake van de Electrici- teitsvoorziening door Prof. G. Feldmann. 1048 De Indische middelen over Augustus 1928. 1050 BUITBNLANDSOHE MEDEWERKING: Duitschland en de crisis in de suikerindustrie door Dr.lng. G. Gothein. 1051 De ontwikkeling van den Zuid-Afrikaanschen Mijn¬ bouw door Eric Rosenthal. 1052 Aanteekeningen: Indexcijfers van groot- en kleinhandelsprijzen in Nederl.-Indië .. 1054 Het suikerverbruik van Europa in de laatste drie jaren door Dr. G.-Mikusch. 1055 Resultaat van de rondvraag van de Internationale Vereeniging voor de Suikerstatistiek door Dr. G. Mikusch. 1055 Boekaankondigingen : Irving Fisher: Muntillusie. Eene beschouwing over de geringe waardevastheid van ons geld, bespr. door Prof. Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart. 1055 Maandcijfers: Productie der Steenkolen-, Bruinkolen-en Zoutmijnen 1056 Giro-omzet bij De Nederlandsche Bank. 1057 Giro-kantoor der Gemeente Amsterdam .. 1057 Postchèque en Girodienst . 1057 Rijkspostspaarbank. 1057 Overzicht van de Indische middelen. 1057 Statistisch O verzicht van den economischen toestand van Nederlandsch-Indië. 1058 Statistieken en Overzichten. 1059Š1066 Geldkoersen. I Bankstaten. I Goederenhandel. Wisselkoersen. | Effectenbeurzen. | Verkeerswezen. INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN Algemeen Secretaris: Mr. Q. J. Terpstra. ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN. COMMISSIE VAN ADVIES: Prof. Mr. D. van Blom; J. van Hasselt; Jhr. Mr. L. H. van Lennep; Mr. K. P. van der Mandele; Prof. Dr. E. Moresco; Prof. Dr. N. J. Polak; Mr. Dr. L. F. H. Regout; Dr. E. van Welderen Baron Rengers; Prof. Mr. H. R. Ribbius; Jan Schilthuis; Mr. Q. J. Terpstra; Prof. Mr. F. de Vries. Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart. Assistent-Redaeteur: H. M. II. A. van der Valk. Secretariaat: Pieter de Iloochweg 122, Rotterdam. Telefoon Nr. 3000. Postrekening 8408. Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in Nederland … 20,Š. Buitenland en Koloniën … 23,Š per jaar. Losse nummers 50 cents. Léden en donateurs van hel Instituut ontvangen het weekblad gratis. Advertenties … 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver¬ tenties: Nijgh & van Ditmar™s Uitgevers-Maatscliappij, Rot¬ terdam, Amsterdam, ™s-Gravenhage. Postchèque- én giro¬ rekening No. 6129. 27 NOVEMBER 1928. De verruiming van de geldmarkt bleef in het begin der week nog aanhouden, maar al spoedig begon de nadering van de maandswisseling invloed uit te oefenen. Particulier disconto was van 47/i8 tot 4B/ie pCt. teruggeloopen, maar daarna moest weder vrij regelmatig 47/18 pCt. worden toegestaan; de prolongatierente daalde van 5 tot 41/4 pCt.; gis¬ teren werd echter weder 43/4 pCt. genoteerd. Alleen call-geld bleef ruim. In het begin der week liep het van 43/4 tot 4 pCt. terug, toch ook later bleef voor 4 pOt. vrij ruim aanbod bestaan. * * * De binnenlandscbe uitzettingen van De Neder – landsche Bank zijn gedurende de afgeloopen week nog iets verder teruggegaan. De post binnenlandsche wissels daalde van f 82,6 millioen tot f 73,7 millioen. De beleeningen blijken van f 103,1 millioen tot f 98,4 millioen te zijn teruggeloopen. De metaalvoorraad der Bank bleef vrijwel op de¬ zelfde hoogte. De post papier op het buitenland klom met f 12,1 millioen, terwijl de diverse rekeningen op de actiefzijde der balans een vermindering van f 2,7 millioen te zien geven. De biljetten-circulatie daalde met f 6,2 millioen. Het tegoed van het rijk klom met f 2,3 millioen. De rekening-courant-saldi van anderen geven een ver¬ mindering van f 400.000,Š te zien. Het beschikbaar metaalsaldo steeg met f 900.000,Š Het dekkingsper¬ centage bedraagt ruim 53. * * * In de wisselkoersen kwam deze week weinig ver¬ andering. Aanvankelijk was de stemming vrij vast en konden alle koersen iets stijgen, maar later trad voor de meeste weder een daling in en wel hoofd¬ zakelijk voor Ponden, die tot 12,O83/i0 opgeloopen, gisteren voor 12.076/g werden afgedaan. Dollars 2.491/i6, 2.491/8, 2.49. Alleen Marken bleven vast. Geopend op 59.33, werd Zaterdag 59.361/2 betaald, terwijl ook gisteren de stemming prijshoudend bleef. LONDEN, 26 NOVEMBER 1928. Geld bleek zeer gezocht te zijn gedurende de vorige week. De markt had dan ook moeite om het zonder de hulp van de Bank van Engeland te stellen en slaagde daarin alleen doordat vrij groote posten wissels uit de markt werden genomen door de —bidden handfl tot prijzen van 411ls2- Aan het einde van deze week betaalt het gouverne¬ ment £ 50 millioen aan War Loan dividenden, welk bedrag in ieder geval voor eenigen tijd de markt zal verruimen. Disconto vertoont neiging tot eenige verzwakking, ofschoon dit nog niet tot uitdrukking komt in de dagelijksche noteering, die op 4% wordt gehandhaafd. De schatkistpromessen werden een fractie goed- kooper geplaatst op Vrijdag. De Dollarkoers is iets gemakkelijker op 4,851hg, zoodat verleden week geen goud naar New York is ver¬ scheept. Daarentegen zijn Marken duurder 20.343/2 Š% %€Dientenvolge nam Duitschland nog wat goud af, terwijl ook Canada als importeur van goud optreedt. De positie is dus nog niet geheel in ™t reine, maar iedere week brengt ons dichter bij het tijdstip, waarop men met zekerheid zeggen kan: —Vooreerst geen ver- hooging van het bankdisconto.fl ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 28 November 1928 1044 HET VRAAGSTUK DER HAVENSCHAPPEN IN HET LICHT DER CRITIEK. i. Het is thans ruim een jaar geleden, dat een studie over het vraagstuk der havenschappen1) de belangstelling inriep voor de vraag, of en in hoe¬ verre verandering behoort te worden gebracht in het beheer over en het bestuur van onze groote zeehavens, met name van Rotterdam. Als besluit van de in die studie vervatte beschouwingen werd toen de aandacht gevestigd op de wenschelijkheid van instelling van havenschappen als zelfstandige publiekrechtelijke lichamen in den zin van artikel 194 der Grondwet. Wat deze beschouwingen wilden en beoogden, zoo werd in een voorwoord uiteengezet, was het wakker roepen van meerdere belangstelling voor dit onder¬ werp, omdat een verandering van richting noodig scheen. Het was de bedoeling daartoe critiek en verdere, betere voorstellen uit te lokken, opdat er beweging zou komen in deze zaak. Bespreking en daarmede critiek zijn sedertdien aan het denkbeeld van de instelling van een —haven¬ schap aan de monden van Rijn en Maasfl ten deel gevallen. Ook aan instemming heeft het niet ont¬ broken, het kort geleden verschenen boek van Mr. B. Kolft’, Autonoom Havenbestuur, 2) moet in dit op¬ zicht vóór alles worden genoemd. Door de verschijning daarvan is, naar het mij wil voorkomen, de ge- heele behandeling van het vraagstuk in een nieuwe fase gekomen: de denkbeelden schijnen zich thans te hebben geconsolideerd, het tijdvak van tasten en zoeken schijnt afgesloten te kunnen worden. Het oogenblik is daarom thans aangebroken, om na te gaan, in hoeverre inhoud en strekking der geleverde critiek het gestelde vraagstuk nader tot zijn oplossing hebben gebracht en tot consolidatie der denkbeelden daaromtrent hebben bijgedragen. Evenals in de genoemde studie houd ik mij daarbij ter vereenvoudiging van de voorstelling, aan één bepaald voorbeeld: den toestand van Rotterdam en omgeving. Radicale bestrijders van het denkbeeld van in¬ schakeling van havenschappen als nieuwe bestuurs¬ lichamen hebben daartegenover eenvoudig een conse¬ quent voortgaan op de tot dusver gevolgde wegen aanbevolen als het beste middel om te ontkomen aan de thans ondervonden moeilijkheden.3) Indien het havengebied in den economischen zin des woords ver buiten de grenzen van de gemeente Rotterdam is uitgegroeid, dan achten de woordvoerders van deze groep het correctief tegen dien onnatuurlijken toe¬ stand gelegen in hernieuwde uitzetting de gemeente¬ lijke grenzen. Zij, die zoo redeneeren, zien echter naar mijn oordeel in de eerste plaats over het hoofd, dat zij den wetgever een Sisyphus-arbeid opdragen, omdat, wanneer een ontworpen annexatieplan eenmaal het staatsblad heeft bereikt Š en de wég daarheen is lang Š het zal blijken, dat de ontwikkeling van het havengebied niet heeft stilgestaan, maar de nieuwe gemeentelijke grenzen reeds weder heeft overschreden of haar althans bedenkelijk nader is gekomen. Waar ligt dan de grens en moet met verandering van koers worden gewacht, totdat verdere uitbreiding eener monstergemeente werkelijk ten eenenmale zal zijn uitgesloten? Het is duidelijk, dat, wanneer de span- !) Mr. van Lier en Mr. Lichtenauer, het vraagstuk der havenschappen, een bestuursprobleem, ™s-Gravenhage 1927 (verschenen bij Martinus Nijkoff). 2) Leiden, 1928 (verschenen bij S. C. van Doesburgh’. 3) Vgl. het voorstel van Burgemeester en Wethouders van Rotterdam tot wijziging van de grenzen der gemeente: Verz. gedr. stukken Gemeenteraad 1927, no. 235; 1928, no. 63; 1928, no. 225. Min of meer in gelijken zin —De Maasbodefl van 6 Augustus 1927; Prof. Dr. J. A. Veraart in ..Handelsberichtenfl van 6 October 1927, C. Vermeij in —De Telegraaffl van 3 Januari 1928. kracht dezer publieke lichamen zoodoende tot de uiterste mogelijkheid op de proef zal zijn gesteld, de grenzen van het wenschelijke en doelmatige reeds lang zullen zijn overschreden. -1) Het is zelfs niet overdreven te beweren, dat de economische grenzen van het havengebied om Rotter¬ dam reeds thans veel ruimer zijn getrokken dan eenige annexatie zou vermogen te bereiken. Van Hoek van Holland tot Dordrecht strekt zich een reeks havens en haventjes uit, die alle zijn gelegen aan de monden van den Rijn en de Maas en alle haar bestemming en doel vinden in de verwerking van goederen van en naar de gebieden, welke tot het achterland dier rivieren behooren. Het mag wel als een axioma voorop worden ge¬ steld, dat dit geheele gebied nimmer in één gemeente zal kunnen worden samengevoegd, zoodat bij hand¬ having in beginsel van den tegenwoordigen toestand het verschijnsel zal blijven bestaan, dat verschillende plaatselijke besturen, elk op hun eigen terrein, het geld van verschillende openbare kassen blijven be¬ steden, teneinde te trachten elk voor zich een zoo groot mogelijk gedeelte van den verkeersstroom op te vangen. Op het oogenblik wordt een sprekend voorbeeld van dit streven opgeleverd door de gemeente Dordrecht, belangrijk centrum van industrie en sleepvaart, die sedert ongeveer 1910 meer dan f 4.000.000,Š heeft besteed, om bovendien —zeehavenfl van eenig belang te worden, dat wil zeggen een gedeelte van het massale overladingsverkeer van en naar het Duitsche Rijn¬ land en andere industrieele centra te vermeesteren. Het valt te. vreezen, dat de verwezenlijking van dit streven zal beteekenen, dat de bestaande overlaad- havens plus Dordrecht zullen moeten deelen wat zij anders zonder Dordrecht zouden hebben verwerkt. Of deze gang van zaken voor de bestaande over- laadhavens verlies of derving van winst zal beteekenen, doet niet terzake. Dit onderscheid moge van betee- kenis zijn voor de beoordeeling van den vermogens¬ toestand van particulieren, het algemeen belang zal door een dergelijke verplaatsing van welvaart of ver¬ hoopte welvaart niet worden gediend. 2) De volgende vraag, die zich . in dit verband voordoet, is deze, of Dordrecht dan niet volkomen het —rechtfl heeft, om te trachten een deel van het bedoelde verkeer te verkrijgen. Formeel beschouwd natuurlijk wel. Zij, die zich in dit verband beroepen op de gemeentelijke zelfstandigheid in ons land, steunen op de letter der lex constituta. Zij vergeten slechts, dat het bij de beoordeeling van het onder¬ havige vraagstuk om de lex constituenda gaat. Zoo heeft ook formeel iedere staat, die zich niet uit¬ drukkelijk tot het tegendeel heeft verbonden, het —rechtfl, om hooge invoerrechten te heffen, het verkeer kunstmatig af te leiden, hinderlijke —sanitairefl maat¬ regelen te nemen of op andere wijze met de eco¬ nomische wetten te spotten. Maar daarom is zoodanig optreden tóch tegen het algemeen belang, daaronder dus begrepen het belang van het lichaam, dat op zijn onafhankelijkheid prat .gaat. Niemand zal eraan denken, om de Dordtenaren en andere Nederlanders tegen te werken, wanneer zij pogen hun bestaansmogelijkheden te verbeteren, maar daarom behoeft elk oneconomisch optreden op punten van vitaal belang nog niet door den staat te worden geduld. Thans nu Dordrecht nog niet zeehaven is Š het gezamenlijk goederenverkeer over zee omvatte in 1927 iets meer dan 3/io pOt. van het gezamenlijke !) In denzelfden zin Mr. B. Kolff, blz. 248; evenzoo het rapport der —Sub-commissie inzake Beneden-Maas-Gewestfl aan het bestuur van het Departement Rotterdam der Nederlandsche Maatschappij voor Nijverheid en Handel, blz. 14 e.v. 2) Dit onderscheid is gemaakt door Dr. P. C. Harthoorn in de lezing, welke hij op 18 April 1928 te Dordrecht voor de vrijzinnig-democratische vereeniging heeft gehouden en waarin het locaal-patriotisme wel een zeer groote rol speelde. 28 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 1045 Nederlandsche haven verkeer Š vervult de stad reeds een eigen, gewaardeerde rol in de groote taak van het gezamenlijke havengebied en het bestuur van een havenschap zou, juist in het belang van dat geheel, ernaar moeten streven, om de stad zich in die richting verder en beter te doen ontwikkelen. Zou dat voor Dordrecht niet aanlokkelijker zijn dan het aanbinden en doorvoeren van een concurrentiestrijd a tort et a travers?1). Het is merkwaardig, dat het Dortsche chauvinisme en locaal-patriotisme tegen dit denkbeeld te wapen worden geroepen, om overheersching door Rotterdam te voorkomen, terwijl gelijksoortige overwegingen in deze laatste gemeente worden aangevoerd, om te wijzen op het gevaar, dat haar eigen beteekenis zal verminderen als gevolg van de instelling van haven¬ schappen2). Beide redeneeringen verwarren de staats¬ rechtelijke eenheid, waaronder een bepaald gebied ressorteert, met de belangen van dat gebied zelf: zij zien het middel als het doel en doen daardoor zoo¬ wel aan het middel als aan het doel onrecht. Ook het —historisch-gewordenefl is door tegen¬ standers van het denkbeeld van de instelling van havenschappen in het geweer geroepen.3) Terecht wordt van die zijde opgémerkt, dat de geschiedkundige ontwikkeling in ons land ertoe heeft geleid, dat de groote zeehavens Š in tegenstelling met wat in het buitenland vaak het geval is Š thans worden beheerd en bestuurd door de gemeentebesturen, binnen welker gebied zij zijn gelegen. Dit is volkomen juist, maar het causale verband is zoek, wanneer die bewering wordt gevolgd door de —conclusiefl, dat deze toestand dan ook zoo moet blijven. Wie zoo redeneert vergeet, dat alle menschenwerk, hetwelk historisch —wordtfl, éénmaal historisch —geweestfl zal zijn. Met hetzelfde recht zouden de feodale ambachtsheeren of de patri¬ cische regentenfamilies als de aangewezen bestuur¬ ders der tegenwoordige havengebieden moeten zijn gehandhaafd. De groote eerbied, welken ieder aan het historisch gewordene is verschuldigd, kan niet beter tot uitdrukking worden gebracht dan door de oude lijn logisch door te trekken in de richting van nieuwe ontwikkeling. Zoo verkrijgt men een ge¬ lukkige evolutie; in het tegengestelde geval verstijft men eerwaardige en in haar tijd nuttige instellingen, totdat zij vermolmen en ineenstorten of met geweld omver worden geworpen. De eenige vragen, welke het thans levende geslacht zich in dit verband heeft te stellen, zijn of het —historisch gewordenefl in het heden onveranderd moet worden gehandhaafd en, zoo neen, welke dan de doelmatigste veranderingen zouden zijn. Een zoo¬ danig onderzoek moet dan naar mijn overtuiging noodzakelijk leiden tot het inzicht, dat de econo¬ mische ontwikkeling van het havengebied die van het bestuursapparaat vooruit is gesneld. Het haven¬ schap in economischen zin bestaat, het ligt voor ieders oogen uitgestrekt tusschen Dordrecht en Hoek van Holland, maar onze staatsinrichting kent het niet, zoodat het verbrokkeld, in zichzelf verdeeld, niet in staat is alle krachten, waarover het beschikt, harmonisch en ten volle te ontwikkelen. 1) Vermeij noemt in —De Telegraaf™ van 28 December 1927 den Dortschen opzet te kunstmatig voor ernstige concurrentie. Onderschatting van een concurrent is echter altijd verkeerd; geen sterveling kan bij voorbaat nawijzen, welke de uitslag van een onderneming zal zijn. Geheel anders is bijvoorbeeld blijkens zijn bovenaangehaalde rede het oordeel van Dr. Harthoorn en de opofferingen, welke Dordrecht zich blijft getroosten, wijzen zeker op hooge ver¬ wachtingen. 2) Vgl.over één en ander Prof. Veraart t.a.p. en de lezing van Dr. P. C. Harthoorn. Voorts biz. 58 van —Het vraagstuk der Havenschappenfl en de vorenvermelde stukken met be¬ trekking tot het Rotterdamsche annexatieplan. Mr. Kolff stelt t.a.p. blz. 194 e.v. concessies voor aan Dordrecht en andere kleidere zeehavens om Rotterdam, teneinde haar met de havenschapsidee te verzoenen. 3) Prof. Veraart t.a.p. Dit is te meer te betreuren, omdat de ontwikke¬ ling der maatschappij zich niet heeft beperkt tot de verruiming der economische kernen, maar ook tus¬ schen deze onderling een gemeenschap van belangen heeft gevlochten, zoo hecht als een vroeger geslacht zich niet heeft kunnen droomen. Minister Slotemaker de Bruine heeft bij de opening der Nenijto zoo duidelijk naar voren gebracht, dat wij leven in een tijd van behoefte aan toenadering. Dit verschijnsel vertoont zich onder meer ten aanzien van de havens en haar achterland. Oudtijds zouden het graven van het Twente-Rijnkanaal en de Maaskanalisatie voor Rotterdam belangrijk zijn geweest, maar in onzen tijd zijn het Rotterdamsche belangen geworden. In Midden-Europa —verdeelenfl de Duitsche Noordzee- havens en de havens van Italië de tusschen haar achterland gelegen streken in belangensferen, in Frankrijk is het bestuur van den Chemin de Fer de 1™Est vertegenwoordigd in het bestuur van de haven van Le Havre. —Es hat in den letzten Jahrzehnten, so kann man vielleicht sagen, eine Verkniipfung des Hafens mit seinem Hinterlande stattgefundenfl-1). Ook deze waarheid kan haar erkenning vinden door de leidende krachten uit dat achterland bij het haven¬ beheer te betrekken.2) Dat het bestaan van onze landsgrens dwars door het achterland van Rotter¬ dam een belemmering is, om dit beginsel in zijn conse¬ quenties door te voeren, kan aan de tegenstanders3) worden toegegeven, zonder dat daarom moet worden aangenomen, dat dan ook het mindere maar achter¬ wege moet blijven. Waarom moet het betere toch altijd de vijand van het goede zijn? In onze bovenaangehaalde studie is er voorts op gewe¬ zen, dat de leden der gemeentebesturen tot hun taak worden geroepen om geheel andere redenen en wegens geheel andere eigenschappen dan de eigenlijke havenbe- langen medebrengen en vereischen. Een bijzonder haven¬ bestuur zou daarentegen kunnen worden samengesteld uit leden, die uit iederen kring en stand uitsluitend zouden worden benoemd op grond van hun deskundig¬ heid op het gebied van de havenbelangen 4). Natuur¬ lijk ligt hierin niet een dwingende reden voor een ingrijpende hervorming, maar wel een grond om deze, indien zij mocht worden doorgevoerd, nog aan¬ trekkelijker te maken. Het moet der critiek 5) worden toegegeven, dat op velerlei gebied niet-deskundigen moeten oordeelen en beslissen. Dit is echter noch een grond om dezen toestand daarom ook aanbevelens¬ waardig te achten noch om hem onder alle omstandig¬ heden te handhaven en zeker niet om dit te doen ten aanzien van een zoo hoog en uitstekend belang als het beheer van een wereldhaven, van wier wel en wee honderdduizenden afhankelijk zijn. Van bepaalde zijde is achter dezen wensch, om het havenbestuur in handen van meer deskundigen te leggen, een politieke bedoeling gezocht. De in onze genoemde studie gedane voorloopige voorstellen zouden geraffineerd in elkander zijn gezet, om het proletariaat te knotten ten bate van het kapitaal. Ik acht het onnoodig, om mijn persoonlijke bedoe¬ lingen tegen dergelijke aantijgingen te verdedigen en volsta dus met erop te wijzen, dat in de voor¬ schriften omtrent de wijze van samenstelling van het havenbestuur aan elke politieke strooming onder de bevolking recht kan worden gedaan, indien dit ook voor een dergelijk zakelijk lichaam noodig wordt geoordeeld. °) 1) Regierungsrat Dr. Salanderin de —Deutsche Sehiffahrf™ van 1 Mei 1928 (Ilafenschaften). 2) Aarzelend is hieromtrent Mr. Kolff t.a.p. blz. 203. 3) Dr. P. C. Harthoorn t.a.p. 4) De lezing der interessante beschouwingen hieromtrent in het boek van Mr. Kolff, passim, moge worden aanbevolen. 5) Vgl. Prof. Veraart t.a.p. 6) Zie —Het vraagstuk der havenschappenfl blz. 59 en 65. Deze overwegingen en de ontvangst, welke zij, ondanks haar gematigdheid, nog in zekere kringen hebben gevonden (—Voorwaartsfl van 15 October 1927) doen mij het ergste 1046 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 28 November 1928 De gronden, welke de critiek heeft aangevoerd, om het denkbeeld van de instelling van een haven¬ schap aan de monden van Rijn en Maas principiëel ten eenenmale af te wijzen, hebben mij dus niet vermogen te overtuigen. Ondanks de gemaakte tegen¬ werpingen blijf ik de tekortkomingen van den tegen- woordigen toestand zoo ernstig achten, dat de moge¬ lijkheid eener hervorming een ernstige en diepgaand onderzoek van de betrokken autoriteiten vereischt. Het kan niet genoeg worden herhaald, dat het een vitaal belang is van het havengebied en daarmede van ons geheele land, dat in het havenbeheer de meest mogelijke efficiency worde bereikt. De scherpe concurrentie van de omringende groote havens *) dwingt immers tot de inspanning van de uiterste krachten en daarbij kan de nu nog sluimerende energie van de havenstreek als zoodanig, de kracht¬ bron, welke thans nog niet is aangeboord, niet worden gemist. Daarom kan naar mijn oordeel ook niet het¬ zelfde nut worden verwacht van halve maatregelen als een gemeentelijk havenbedrijf, een oppertoezicht over de havens ter matiging van overdreven concur¬ rentie of een soort —Ausgleichfl tusschen haar ter verkrijging van financieele gelijkheid. 2) Al dergelijke maatregelen zijn gericht tegen verschijnselen, niet tegen hun oorzaak. v. L. (Slot volgt). DE SURINAAMSCHE BEGROOTING VOOR 1929. Bij de bespreking van de Surinaamsche begrooting van het vorige jaar 3), kon ik er op duiden, dat de nieuwe politiek t. o.v. Suriname, ten doel hebbende dit gewest weder tot economischen opbloei te brengen, zich uitte in den maatregel om de plantages te ont¬ heffen van de 15-cents bijdrage per dag en per arbeider aan het immigratie-fonds voor de kosten van aanvoer van contractarbeiders. Tevens werd het hoofdgeld voor onder contract verbondenen afge¬ schaft. Deze maatregelen werden eerst gebonden aan een termijn van twee jaren, binnen welke het vreemde kapitaal zijne geneigdheid, om in Suriname belegging te zoeken, zou moeten hebben getoond. Nadat sterk op het vervallen van deze beperking was aangedrongen, omdat door dezen termijn onzekerheid in de toekomst bleef bestaan en plannen, tot oprichting van nieuwe ondernemingen en tot uitbreiding van bestaande, werden belemmerd, is deze tijdsbeperking door Regee- ring en Parlement opgeheven. De hier aangeduide politiek was een uitvloeisel van het bekende advies van den Ondernemersraad voor Suriname, hetwelk in den zomer van 1926 aan den Minister van Koloniën werd aangeboden. De geldelijke gevolgen, welke uit de getroffen maat¬ regelen zouden voortvloeien, werden voor 1927 ge¬ schat op een bedrag van f 345.233,Š. Niettemin kon de afgetreden Gouverneur van Heemstra in zijn vreezen voor de verwezenlijking van de denkbeelden van hen, die den particulieren invloed sterker en directer op het havenbestuur schijnen te willen doen inwerken (vgl. C. Vermeij in —De Telegraaffl van 28 December 1927 en Prof. Mr. C. W. de Vries in de vergadering van 23 Juni 1928 van de Ned. Mij. voor Nijverheid en Handel, volgens —Maat- schappij-belangenfl van Juli 1928, benevens het rapport van de meergenoemde —Sub.commissie inzake Beneden-Maas- Gewestfl, waaruit niet slechts door de onderteekening blijkt, dat Prof. C. W. de Vries haar voorzitter is geweest). *) Daaronder behoort ook Amsterdam, dat een geheel eigen karakter en bestemming heeft, al vallen deze ten deele met die van Rotterdam samen. Daarom zou Amsterdam niet tot het havenschap aan de monden van Rijn en Maas moeten behooren en vervalt het betreffende argument, dat Dr. Harthoorn t.a.p. tegen onze studie, als een bewijs van inconsequentie, heeft gebruikt. 2) Vg. over dergelijke mogelijkheden Prof. Veraart t.a.p., C. Vermeij in —De Telegraaffl van 3 Januari 1928 en Dr. Harthoorn in zijn meergenoemde lezing. In denzelfden zin Mr. Kol ff t.a.p. passim. 3) Zie E.-S. B. van 16 Nov. 1927. Mem. van Toel. op de begrooting voor 1929 met vol¬ doening wijzen op het verblijdende feit, dat, reeds in het eerste jaar van invoering dezer maatregelen tot economische verheffing van het land, de verwachte vermeerdering van lasten voor het Rijk geheel ge¬ dekt kon worden; terwijl de subsidie voor 1927 werd geschat op f 2,885.189,Š, bedroeg zij in werkelijkheid volgens de voorloopige uitkomsten f 2,527.897,Š. Ook voor 1929 werd in de, in Suriname opgemaakte, begrooting een subsidiebedrag verkregen, dat be¬ langrijk minder is dan het voor 1928 geraamde van 2.9 millioen en wel een van 2.378.000 gulden. Tot dit resultaat kon gekomen worden, aan den eenen kant door een steeds doorgevoerde bezuiniging en aan den anderen kant door een geraamd ruimer vloeien der middelen, waarbij voornamelijk in aanmerking kwam de verhoogde bauxietbelasting tot een geraamd be¬ drag van f 475.000 in 1929 in plaats van f 25.000 in 1928. De verhooging van deze bauxietbelasting was een gevolg van het voorstel van Gouverneur van Heemstra om deze heffing van 12J4 ct. per ton te vermeer¬ deren tot f 2,50 per ton en tevens de verplichte minimumtonnage per H.A. te brengen van 2 op 5J4 ton. De motieven, die tot het voorstel hebben geleid, liggen in het”standpunt, dat de, in Noord-Amerika tot aluminium verwerkte, bauxiet zeer hooge prijzen opbrengt, die in geenerlei verhouding staan met de lasten, die op het bedrijf in Suriname rusten. Deze ontvangstpost is evenwel door den Minister voorloopig van de begrooting geschrapt. Wij lezen daarvan in de Mem. v. Toel.: —Tegen eene zoodanige verzwaring van hunne lasten zijn namens de twee in Suriname werkende bauxietbedrijven zeer ernstige bezwaren ingebracht, welke den ondergetee- kende nopen om, alvorens zijn standpunt ter zake te be¬ palen, nadere gegevens te verzamelen ter verkrijging van een goed inzicht nopens de plaats, welke het Surinaamsche bauxiet op de wereldmarkt inneemt en van de geldelijke inkomsten, die, bij een verwerking van dat erts, in verge¬ lijking met grondstof uit andere productiegebieden kunnen worden verkregen. Daar het te verwachten is, dat bedoelde gegevens niet zoo spoedig ter beschikking zullen komen, acht de ondergeteekende, rekening houdende met het sta¬ dium, waarin de aangelegenheid zich thans bevindt, het voorzichtiger, om de opbrengst der heffingsverzwaring nog niet in de middelenraming op te nemen, weshalve hij in den bij het wetsontwerp overgelegden ramingsstaat den bij de voorloopige begrooting behoorenden overeenkomstigen staat op dit punt niet heeft gevolgd.fl Door de schrapping van dit bedrag vertoont de begrooting natuurlijk een geheel ander aspect, zonder dat dit daarom ongunstiger mag worden genoemd dan dat van vorige jaren. De opbouw-politiek komt in de voorgelegde be¬ grooting in eenige constructieve maatregelen naar voren. Allereerst mag hierbij genoemd worden de aanvoer van 2000 immigranten in stede van 1200 immigranten, waarvan de kosten voor 1929 zijn ge¬ raamd op f 656.000, tegen de aanvoerkosten voor 1200 immigranten van f 384.000. Deze uitgaven wor¬ den nog steeds beschouwd als z.g. kapitaalsuitgaven. Nu evenwel de contraprestatie nl. de storting van bovengenoemde 15 ets. bijdrage is vervallen, rijst de vraag, of het niet zuiverder is om deze uitgaven niet meer door leening te dekken, doch ze als gewone uitgaven in de begrooting op te nemen, waardoor dan ook de subsidie met een dienovereenkomstig be¬ drag zal moeten worden verhoogd. De verhoogde aanvoer van Javaansche immigranten is een gevolg van de afschaffing van de 15 ets. bijdrage en het hoofdgeld, hetwelk samenviel met een zeer gun¬ stig oogstjaar voor de Liberia-koffie. Deze opleving heeft zich hierin geuit, dat de Surinaamsche uitvoer¬ waarde voor 1927 ruim 11.8 millioen gulden bedroeg en daarmede 4.1 millioen gulden boven die van 1926 stond, zoodat een cijfer werd vertoond, hooger dan sedert lange jaren kon worden geboekt. Dit is een verheugend verschijnsel, doch tegelijkertijd heeft deze 28 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 1047 vermeerdering van den Liberia-oogst de aandacht ge¬ vestigd op de vraag, in hoeverre de grootere productie een behoorlijk afzetgebied zal kunnen vinden. De betreffende koffiesoort heeft weleens een zekere wrange smaak, zoodat het afzetgebied voornamelijk werd gevonden in de Scandinavische landen, waar het water, waarmede de koffie gezet wordt, blijkbaar dit bezwaar minder doet voelen. Opgemerkt dient hierbij echter, dat de wrangheid door andere bereidings¬ methoden, welke in de laatste jaren plaats vonden in het algemeen allengs zeer verminderd is. Is het dus aangenaam hier te kunnen wijzen op de betere tijden voor de Liberia-koffie, aan den anderen kant moge hier de aandacht gevestigd worden op den zeer moeilijken crisistijd, welken de balata-industrie doormaakt. Het balata-product wordt voornamelijk gebezigd voor den aanleg van onderzeesche betere telegraafkabels en op het oogenblik is naar dat product geen vraag, terwijl bovendien in Brazilië een balata- soort wordt gewonnen, weliswaar van minder hoeda¬ nigheid, doch goedkooper dan de Surinaamsche. Het eind van de crisis is nog niet te zien en er zijn dan ook door het koloniaal bestuur maatregelen genomen om de bedreigde industrie zooveel mogelijk te ont¬ lasten. Daarvoor zijn de concessie- en uitvoerrechten resp. van VH ct. tot 3 ct. per H.A. en van 15 ct. tot TH ct. per Kilogram verlaagd. Daar deze steun wellicht nog onvoldoende mag blijken, is het niet onmogelijk, dat deze industrie nog meer tegemoet gekomen zal worden. Naast den invoer dus van een groot aantal immi¬ granten, waarin de constructieve opbouwpolitiek tot uiting komt, kan in de tweede plaats gewezen worden op de uitbreiding van den dienst van het landbouw¬ proefstation. De eenzijdigheid van de Surinaamsche cultures, die op dit oogenblik bijna uitsluitend haar ontwikkelingsmogelijkheid ziet in de richting van de Liberia-koffie, brengt de noodzakelijkheid naar voren, om een tweede cultuur te vinden, die in aan¬ sluiting met de Liberia kan worden uitgeoefend. Naast het bedrag, hetwelk reeds ingevolge de aan- vullingsbegrooting voor 1928 ter beschikking is ge¬ steld, worden thans f 20.000 voorgesteld voor proeven met cacao, cassave, oliepalm, tabak en koffie in hoofd¬ zaak op de lichtere leem- en zandgronden, behalve het¬ geen voor de gewone proefnemingen is uitgetrokken. Voor de uitgebreide proeven dient het landbouwproef¬ station ten volle te kunnen beschikken over den gouver- nementsscheikundige, die thans nevens zijn eigenlijke taak van het Landbouwproefstation vele andere werk¬ zaamheden heeft te verrichten. Met het oog hierop zal voor den keuringsdienst een tweede scheikundige worden aangesteld, terwijl tevens zal worden overge¬ gaan tot de uitzending van een Nederlandsch-Indi- schen landbouwconsulent, teneinde vooral den kleinen landbouw van voorlichting te dienen. Gouverneur van Heemstra was t.o.v. dezen laatsten deskundige in de van hem uitgegane begrooting van meening, dat de staf van het landbouwproefstation kon worden uitgebreid met een plantkundige, waarbij afgezien zou kunnen worden van de uitvoering van het voornemen om hiervoor een Indisch landbouw¬ consulent tijdelijk aan den Surinaamschen dienst te verbinden. De Minister evenwel, in overeenstemming met den nieuwen Gouverneur, Dr. Rutgers, achtte het noodzakelijk om den post voor een dergelijken landbouwconsulent, die in de begrootingen voor 1927 en ™28 is opgenomen, te handhaven, op grond van de overweging, dat de den consulent wachtende taak den kleinlandbouw en het landbouwonderwijs te dienen met zijn Indische ervaring, een andere is dan die van den door Gouverneur van Heemstra voorgestelden tweeden plantkundige, die meer in het bijzonder in voorlichting voor de groote cultures zijn werkkring zou vinden. Vermeld dient nog te worden, dat de Koloniale Staten de begrooting van Gouverneur van Heemstra hadden geamendeerd met een post —Kosten van veld¬ proeven in het polderland met cacaofl (raming f 20.000). De Minister heeft dit amendement niet overgenomen, omdat de terhandneming van deze proeven in het, polderland voor het tegenwoordige niet gerecht¬ vaardigd worden, geacht. Waar het perspectief van den teelt van cacao in het polderland onder de huidige omstandigheden geheel beheerscht wordt door de mogelijkheid om aldaar irrigatie toe te passen. In dit verband kan nog de aandacht er op worden gevestigd, dat het in de bedoeling ligt een irrigatie- ingenieur aan te stellen, die irrigatiewerken zal moeten aanleggen, waarvoor nog op de huidige be¬ grooting gelden worden uitgetrokken voor den topo- grafischen dienst, omdat het dezen ingenieur onmoge¬ lijk zal zijn om aan zijn arbeid met succes te werken, indien hij niet zou kunnen beschikken over kaarten met juiste gegevens omtrent de topografische gesteld¬ heid van den bodem. Anderzijds geldt voor dezen dienst Š hetwelk natuurlijk ten deze het hoofdmotief voor het uittrekken dezer gelden is Š dat er thans veel meer belangstelling bestaat tot het in cultuur of ontginning brengen van gronden, waardoor reeds meerdere malen practische moeilijkheden zijn onder¬ vonden bij de juiste aanduiding der in concessie te geven perceelen. Hoe intensiever de bodem in cul¬ tuur wordt gebracht, des te meer zal de noodzakelijk¬ heid spreken van het bezit eener goede kaart des lands, als grondslag voor later volgenden kadastralen arbeid. Als derde hoofdaspect in de begrooting voor 1929 valt te vermelden het treffen van een reeks maat¬ regelen op hygiënisch gebied ter bevordering van de openbare gezondheid. Het Suriname-vraagstuk wordt wel eens een hygiënisch vraagstuk genoemd en al is deze beschouwing zeker eenzijdig, vast staat, dat op hygiënisch gebied er veel ontbreekt en dat terecht de Heeren Dr. Lampe en Prof. Flu den laatsten tijd daarop nog eens den aandacht hebben gevestigd. Allereerst staat dan nu een krachtige bestrijding van de lepra op het program, die reeds ter hand is genomen, en tegelijkertijd wordt daarnevens de cam¬ pagne tegen de mijnwormziekte en de malaria voort¬ gezet. De uitgetrokken gelden zijn hoofdzakelijk be¬ stemd voor uitbreiding van personeel en materiaal. Tegenover de hoogere kosten van dezen tak van dienst staat de bezuiniging, die onder den tegenwoordigen energieken inspecteur van den geneeskundigen dienst zijn uitgevoerd en welke bij het Militaire Hospitaal neerkomen op een geraamd bedrag van f 55.000,Š, bij welke vermindering tevens in het oog dient te worden genomen, dat de maatregelen tot verbetering van de volksgezondheid moeten leiden tot afneming van de kosten van verpleging van de burgerlijke patiënten in het militaire hospitaal. Last not least kan als vierde hoofdtrek van de constructieve maatregelen tot het economisch herstel van Suriname worden genoemd het plan om de districten van de beneden-Suriname en de beneden- Commewijne door verbeterde of nieuw aan te leggen wegen meer geschikte verbindingsmiddelen te geven. Gelijk bekend gaat thans het verkeer voornamelijk over de rivieren, doch de daarvoor beschikbare Gouverne- mentsvaartuigen zijn deels verouderd en niet snel¬ varend, zoodat ook met het oog op het wisselend getij in de breede riviermondingen, welke het vaarwater dikwijls onstuimig maakt, verbeterde landwegen in de districten rondom Paramaribo zeer gewenscht zijn. Het ligt in de bedoeling dezen aanleg te doen ge¬ schieden door gestraften met het oog op de goede resultaten bereikt bij den Luit. Weyne-weg, die Albina aan de Marowijne met Moengo Tapoe, op weg naar het bauxiet-district Moengo, verbindt. De kosten van aanleg zullen dus door het gebruik dezer werkkrachten beperkt blijven. De uitgetrokken gelden zijn dan ook voornamelijk bedoeld voor het wegenonderhoud te Paramaribo en daarbuiten, hetgeen thans door be¬ taalde krachten zou geschieden. ,048 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 28 November 1928 De extra-bedragen, op de begrooting voor de wegen- politiek uitgetrokken, vinden dekking door een bij¬ zondere heffing van 5 opcenten op de inkomsten¬ belasting en 25 opcenten op de huurwaardebelasting, welke opbrengst op f 57.000 wordt geschat. Tegen deze wijze van belastingheffing is in Suriname nogal verzet gerezen, o.a. op grond van de overweging, dat daardoor ernstige strijd ontstaat met een belasting- beginsel van de eerste orde, dat. nl. geen deel der algemeene middelen dient te worden afgescheiden voor een speciaal doel; voor zulk een doel dient een bijzondere belasting te worden geheven van hen, die ten deze een speciaal belang hebben. Er is voor dit standpunt veel te zeggen en het verdient dan ook alle aanbeveling om het in Suriname geldend be¬ lastingstelsel eens principieel nauwkeurig onder het oog te zien. Aansluitend bij het wegenplan worden op de be¬ grooting gelden uitgetrokken voor een veerdienst, waarop ook automobielen kunnen worden vervoerd, tusschen Paramaribo en het vlak daartegenover, aan de Surinamerivier gelegen, Meerzorg. Hiermede beoogt men het district gevormd door den rechterbeneden- Surinameoever en de linkerbeneden-Commewijneoever, waar het eigenlijke centrum der Surinaamsche land¬ bouwbedrijven is gelegen, dichter bij de —stadfl te brengen, zooals Paramaribo in den volksmond heet. De, in dit gebied bestaande wegen, zullen in de eerste plaats worden verbeterd. In deze beschouwingen mag niet onvermeld blijven de onevenredige druk, die op de begrooting wordt uitgeoefend door de steeds stijgende pensioenlasten, die voor het jaar 1929 op niet minder dan f 835.000 beraamd worden of meer dan 10 pCt. van het budget. De stijging van dezen post is nog steeds niet tot stilstand gekomen; doch onlangs is zij opnieuw gevoed door de verleening van pensioenen aan de bijzondere onder¬ wijzers en hunne weduwen. Er is hier alle reden om op dit punt niet meer van de hand in den tand te leven, doch deze aangelegenheid eens nauwkeurig en wetenschappelijk te beschouwen, teneinde op deze wijze te geraken tot de oprichting van een afzon¬ derlijk pensioenfonds. Zien wij thans tenslotte de economische vooruitzich¬ ten van Suriname aan, dan valt een zeer lichte ritseling van opleving en een zekere, zij het nog geringe, daad¬ werkelijke belangstelling van in Nederlandsch-Indië geïnteresseerden te constateeren. Deze kwam reeds tot uiting bij de oprichting van N.V. Gemeenschap¬ pelijk Bezit van West-Indische Cultuurondernemingen, die de vroegere Gouvernementsplantage Slootwijk exploiteert. Ook bij het Duitsche Pflanzungs Syndikat für Suriname, dat op de plantage —Waterlandfl gaat werken, zijn Nederlandsch-Indische en Nederlandsche belangen betrokken. Ten deze mag verder gewezen worden op de reis van den leider van het Suriname-Studie-Syndicaat, den heer Kasteleyn, die, na in Noord-Amerika te zijn geweest, thans in Suriname vertoeft. Zijn reis heeft voornamelijk betrekking op de cassave-cultuur in verband met de chemische producten, die uit de cassave gewonnen kunnen worden en welke in Noord-Amerika in groote hoeveelheden verwerkt worden voor de be¬ reiding van lak voor automobielen. Verder kan hier nog genoemd worden de oprichting van een tweetal houtmaatschappijen, de West-Indische Compagnie en de Surinaamsche Houthandel en Zagerij. Bij de eerste is Solleveldt, van.der Meer en van Hattum™s Stoomvaart Mij. te Rotterdam betrokken, zoodat het wellicht mogelijk kan zijn, dat naast de schepen van de Kon. Nederlandsche Stoomboot Mij. (de vroegere Koninklijke West-Indische Mail) in de toekomst nog andere Nederlandsche schepen min of meer regel¬ matig Suriname zullen aandoen. Aan den anderen kant blijven de wolken, waardoor nu eenig licht begint te breken, toch nog altijd zwaar boven Suriname drijven. Hierboven werd reeds op de ernstige crisis van de balata-industrie gewezen, terwijl ten deze ook vermeld dient te worden, dat de katoencultuur, welke voor¬ namelijk in het Nickerie-district eenige opkomst ver¬ toonde, door plagen van insecten en door ongunstigen regenval zoodanig is getroffen, dat zij voor het oogenblik als geliquideerd kan worden beschouwd. Doch al moge dat zoo zijn, wat in jaren niet is voorgekomen, er heerscht thans een zeker, zij het nog zeer getemperd, optimisme t.o.v. Suriname, en het zal den afgetreden Gouverneur een reden tot dankbaar¬ heid zijn geweest, dat hij dit in het laatste jaar van zijn bewind, hetwelk tot die wederopleving den eersten stoot heeft gegeven, nog heeft mogen mede- maken. Mr. Dr. H. H. A. van Gybland Oosterhoff. HET NIEUWE ONTWERP VAN WET TER ZAKE VAN DE ELECTRICITEITSVOORZIENING. De eerste Staatscommissie inzake electriciteits- voorziening werd ingesteld bij Kon. Besluit van 15 April 1904 No. 23 met opdracht om te onderzoeken °f er Š en zoo ja, welke Š wettelijke voorschriften gegeven of maatregelen genomen moeten worden met betrekking tot den aanleg en het gebruik van electrische geleidingen, zoowel in het belang der openbare veiligheid, als ter regeling van de rechts¬ verhoudingen uit den aanleg en dat gebruik voort¬ spruitende. In Juni 1911 bracht deze Commissie verslag uit. Daarbij werd o.a. aangeboden een ontwerp voor een Electriciteitswet, waarbij waren voorzien regelingen betreffende: le de electrische eenheden en meet¬ werktuigen; 2e het recht op eigendomsbeperking ten behoeve van den aanleg van electrische inrichtingen of lijnen; 3e de maatregelen ter beveiliging van per¬ sonen en goederen tegen de gevaren van electrische inrichtingen en geleidingen te nemen; 4e de straffen, te stellen op diefstal van electriciteit, beschadiging van electrische inrichtingen en geleidingen. Intusschen had de practijk, niet afwachtende, wat vanwege de Regeering zou worden gedaan ten op¬ zichte van wettelijke regeling, zich verder ontwikkeld in de richting van districts-centrales. Daarbij was het noodig gebruik te maken van ™s Rijks wegen en wateren en daardoor werd de aandacht van de provin¬ ciale besturen op de regeling van de electriciteits- voorziening in hun gewest gericht. Omstreeks 1911 werden dan de eerste verordeningen door Noord-Brabant en Groningen uitgevaardigd, waarbij de stroomlévering aan derden afhankelijk werd gesteld van een vergunning van het provin¬ ciaal bestuur. Dit voorbeeld hebben alle provincies, ook Zuid- Holland, gevolgd, ofschoon daar, door de aanwezig¬ heid van 6 centraalstations de verordening eenigs- zins anders gesteld is dan in de overige provincies. Het gevolg van deze verordeningen en de daarop plaats gevonden overneming van aandeelen of samen¬ werking met reeds bestaande bedrijven heeft ertoe geleid, dat in vrijwel alle provincies, met uitzonde¬ ring dan van Zuid-Holland, de eleetriciteitsvoor- zieniDg geheel of voor een groot deel in handen van de provincies is gekomen. Bij Kon. Besluit van 14 Juli 1911 No. 60 werd een tweede Staatscommissie onder voorzitterschap van den Heer Ir. A. H. van IJsselsteyn, benoemd met de opdracht van advies te dienen omtrent de vraag, welke maatregelen genomen kunnen worden om te bevorderen, dat in de behoefte aan electrische kracht, welke in verschillende streken des lands met name ten plattelande bestaat, op zoo doeltreffend en economisch mogelijke wijze worde voorzien. Zij bracht reeds op 28 Mei 1914 verslag uit, waarin het verleenen van Rijksconcessies werd aanbevolen. Deze zouden bij voorkeur worden verleend aan publiek¬ rechtelijke lichamen en zouden een ongewenschte uit- 28 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 1049 breiding van het aantal centrales beletten en de onder¬ linge koppeling van de reeds bestaande bevorderen. Eindelijk stelde de Commissie naast de wettelijke regeling, welke door de Ministers Regout en Talma in de zitting 1912ŠT3 als ontwerp was ingediend, nog voor het totstandbrengen van wijzigingen van het Wetboek van Strafrecht om diefstal van elec- triciteit en beschadiging van electrische geleidingen en inrichtingen strafbaar te stellen alsmede een wijziging van de wet, ten einde te komen tot wette¬ lijke bepaling omtrent electrische eenheden en meet¬ werktuigen. Het wetsontwerp Regout-Talma ging uit van het standpunt, dat voor den aanleg en de exploitatie van inrichtingen en werken tot het vóórt¬ brengen, geleiden, transformeeren, verdeelen of leveren van electriciteit een Rijksconcessie vereischt zou zijn. Tevens bevatte het voorschriften tot opheffing van privaatrechtelijke belemmeringen voor het aanleggen en in stand houden van dergelijke werken. Na een Yoorloopig Verslag der Tweede Kamer van Maart 1914 werd het wetsontwerp in Februari 1915 in¬ getrokken. De redenen, die er toe geleid hebben om van een regeling als vervat in evenbedoeld wetsontwerp voor- loopig af te zien, zijn genoemd in de Memorie van Toelichting tot het ontwerp van wet, hetwelk gewor¬ den is de wet van 26 April 1918 (Staatsblad No. 276) Š hierna is deze wet genoemd Electriciteits- belemmeringenwet. Š In die Memorie van Toelichting toch zette Minister Lely uiteen, dat het niet op den weg van het Rijk kon liggen den hoogst belangrijken arbeid, welke de provincies door hare wetgeving (de hierboven reeds ter sprake gebrachte provinciale ver¬ ordeningen) in deze aangelegenheid hebben verricht, opzij te zetten of ook maar voorbij te gaan, doch dat veeleer het streven van het Rijk er op zal moeten zijn gericht, het bestaande zooveel mogelijk intact te laten, om te zijner tijd daaraan aan te sluiten of ook daarop voort te bouwen voor zoover alsdan zou blijken, dat aan eenige voorziening vanwege het Rijk nog behoefte zou bestaan. Mitsdien beperkte het door Minister Lely ingediende wetsontwerp zich tot het eene punt: opheffing van privaatrechtelijke belemme¬ ringen voor den aanleg en de instandhouding van elec- triciteitswerken. Van een wettelijke regeling van het Rijksconcessiestelsel werd dus afgezien, al onderstelt de Electriciteitsbelemmeringenwet, zich ten deze aan¬ sluitende aan wat de indiening van het ontwerp reeds bestond, het van kracht zijn van Rijksconcessies. Immers, op het voetspoor van wat de Staatscom¬ missie-Van IJsselsteyn eveneens reeds voor het uit¬ brengen van haar eindverslag aan de Regeering had geadviseerd, waren intusschen eenige Rijksconcessies verleend, t.w. een in 1913 aan de Kennemer Elec- triciteits-Maatschappij te Bloemendaal, voor een groot gedeelte van Noord-Holland en een in hetzelfde jaar, aan de provincie Groningen voor haar gebied en een gedeelte van Friesland en Drenthe. Intusschen bleef nog onbeslist, hoe men kon ge¬ raken tot de meest economische productie. Een derde in April 1919 bij beschikking van Minister König ingestelde Commissie, heeft deze vraag bestudeerd. Zij kwam tot het besluit, dat het vermogen hetwelk voor centrales in Nederland in het algemeen het meest gewenscht zou zijn op ongeveer 75000 kW kon worden gesteld. Zij ging dus niet zoo ver als in een in 1917 verschenen brochure van de hand van Ir. H. Doyer was betoogd, waarin slechts drie centrales voor ge¬ heel Nederland met voedingslijnen van 100.000 Volt werden bepleit. De Commissie Lely stelde verder voor om zoo spoedig mogelijk tot een geconcentreerde electriciteitsvoorziening te komen, dat de electriciteits- productie en het transport over de hoogspannings- leidingen door den Staat zou worden ter hand ge¬ nomen; aan de provincie zou onder bepaalde con- cessie-voorwaarden moeten worden opgedragen de voortgeleiding van den stroom van de hoofdvoedings- plaatsen naar de hoofdverbruiksplaatsen langs hoog¬ spanningslijnen van iets lager spanning en aan de gemeenten het distribueeren van den stroom van den verbruiker aan huis. Grootverbruikers zouden zoo noodig den stroom van de provincies of rechtstreeks van het Rijk kunnen betrekken. Naar aanleiding van dit rapport heeft Minister König de indiening van een wetsontwerp bevorderd, hetwelk middellijk tot staatsexploitatie zou . leiden. In dit wetsontwerp was voorzien de oprichting van een Naamlooze Vennoot¬ schap met den Staat als grootste aandeelhouder voor de productie en voortgeleiding onder zeer hooge span¬ ning. Dit wetsontwerp is eveneens ingetrokken. Bij Kon. Besluit van 30 Mei 1921 No. 96 werd op voordracht van Minister König een vierde Staats¬ commissie onder voorzitterschap van Mr. Dr. Graaf van Lynden van Sandenburg ingesteld, die op 23 April 1925 haar verslag uitbracht, waarover in dit blad reeds vroeger het een en ander werd mede¬ gedeeld1). Het verslag was geenszins eenstemmig. De meerder¬ heid wenschte, dat het centrale gezag zich zou terug¬ houden, ten einde de verschillende technische en econo¬ mische vraagstukken in de eerste plaats aan de be¬ drijven zelf over te laten en eerst zou ingrijpen na advies te hebben ingewonnen bij een Centrale Com¬ missie voor electriciteitsvoorziening, waarin in de eerste plaats de stem der belanghebbenden zelf tot uiting zou komen. De minderheid wenschte een meer ingrijpende be¬ moeiing van de overheid, het in standhouden der Rijks¬ concessies voor aanleg en exploitatie van electriciteits- werken en de mogelijkheid om belanghebbenden tot onderlinge koppeling hunner bedrijven te brengen. Waar nu zeven van de provincies reeds een con¬ cessie aanvaard hebben, terwijl Drenthe gedeeltelijk door Groningen en voor de rest door Overijssel bediend wordt en deze concessies sedert 15 jaren, afgezien van enkele bezwaren in gunstigen zin hebben ge¬ werkt, meent Minister Van der Vegte, dat de historisch geworden omstandigheden er toe nopen het conces- siestelsel te handhaven, maar tevens de bestaande provinciale vergunningen tot het uitoefenen van een electriciteitsbedrijf op te ruimen. Volgens zijnmeening is deze provinciale vergunning niets anders dan een concessie en naast een Rijksconcessie is er voor een provinciale concessie geen plaats. Ook heeft het in sommige gevallen ontstemming gewekt, dat de provin¬ ciale besturen tegelijkertijd optreden, hetzij recht¬ streeks, hetzij door tusschenkomst van een Naamlooze Vennootschap als bedrijfsvoerders van electriciteits- bedrijven en als overheid met zeggenschap over con- curreerende instellingen. Zonder de rechtvaardigheid van dit bezwaar te onderzoeken, moet hier worden vastgesteld, dat het provinciaal toezicht leidend en regelend heeft gewerkt. Dit geldt vooral voor Zuid-Holland, welke provincie geen eigen bedrijf heeft. Het centraal gezag behoudt zich in de art. 13 en 14 van het nieuwe ontwerp van wet voor het toezicht op te dragen aan Gedeputeerde Staten. Men wil echter volgens de Memorie van Toe¬ lichting ook aan de bezwaren der meerderheid der laatste Staatscommissie tegemoetkomen, door het ini¬ tiatief zooveel mogelijk te laten aan de bedrijven zelf. De vroeger reeds verleende concessies worden geacht te zijn verleend krachtens deze nieuwe wet en verkrijgen dus, als het ontwerp aangenomen wordt, wettelijke sanctie. Geen nieuwe concessie wordt ver¬ leend dan nadat de electriciteitsraad gehoord is. Een fabriek, die in nevenbedrijf electriciteit op¬ wekt, kan volgens art. 9 ontheffing van de verplich¬ ting om concessie te aanvaarden krijgen door den Minister, den Electriciteitsraad gehoord, maar volgens art. 2 en 3 ook gedwongen worden wel concessie te *) Zie E.-S. B. van 14 en 21 Oct. 1925, ,,Het Verslag van de Staatscommissie inzake de Electriciteitsvoorziening van ons landfl door Ir. 6. J. Th. Bakker. _ – *1 1050 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 28 November 1928 nemen en(of) samen te werken met andere onderne¬ mingen, waarbij art. 8 voorschrijft hoe de daardoor ev. veroorzaakte schade, indien partijen daaromtrent niet tot overeenstemming zijn gekomen, door den Minister kan worden geregeld. Het tweede lid van art. 4 voorziet in het geval van werken zonder concessie, die reeds op 1 Juli 1929 in bedrijf waren en waarop de provinciale verorde¬ ningen tot nu toe golden. De nieuwe Rijksbepalin¬ gen mogen niet meer bezwarend zijn dan de reeds bestaande, alsdan ev. vervallen provinciale verorde¬ ningen. Dit geldt dus voor de gemeentelijke centrales, vooral van die in Zuid-Holland en wel ten aanzien van het gedeelte, hetwelk van onmiddellijk belang is ook voor de electriciteitsvoorziening buiten die ge¬ meente. Dit kan dus van belang zijn voor een ge¬ meente als Rotterdam, die thans voor de groote uit¬ breiding van haar fabrieken staat en volgens art. 4, 5 lid een concessie zou kunnen aanvragen of volgens art. 7 door den Minister ook opgelegd zou kunnen krijgen, nadat de Electriciteitsraad is gehoord. De Minister meent te mogen vertrouwen, dat de electriciteitsbedrijven ook in de toekomst, zooals tot nu toe, de algemeene electriciteitsvoorziening naar behooren zullen behartigen, maar behoudt zich door art. 8 de bevoegdheid voor om in het belang der al¬ gemeene electriciteitsvoorziening in te grijpen en tot samenwerking te dwingen, waarbij eventueel vooreen bedrijf ontstaande schade zal worden geregeld, zoo¬ als reeds vermeld. De bezwaren van het concessiestelsel zijn zooveel mogelijk uit den weg geruimd. Ook is aan de wen- schen van de Staatscommissie Van Lynden van San- denburg voldaan ten aanzien van het buiten werking stellen van het verordeningsrecht der provincies en van de gemakkelijke toepassing der belemmeringswet van 13 Mei 1927, de instelling van een Electriciteits¬ raad en een verder gaande veiligheidsregeling. Bij algemeenen maatregel van bestuur kunnen voorschrif¬ ten worden gesteld ter verzekering van de veiligheid voor zooveel betreft punten, tot nu toe niet geregeld bij een wet op het gebied der arbeidsbescherming. De Electriciteitsraad, die volgens art. 12 den Mi¬ nister op diens verzoek of uit eigen beweging van raad dient, bestaat uit tenminste 9, telkens voor ten hoogste drie jaren door de Kroon benoemde leden, die geen bezoldiging genieten, maar recht hebben op vacatiegeld, reis- en verblijfkosten. De secretaris en de adjunct-secretarissen genieten als Rijksamb¬ tenaren een door de Kroon vast te stellen bezoldiging. Men heeft dus hier, mijns inziens terecht, een an¬ dere oplossing gekozen dan in Engeland, waar de Electriciteitsraad uit eenige hoog bezoldigde mannen van gezag bestaat, die ook veel verder gaande be¬ voegdheden hebben dan hier wordt voorgesteld. Dit is hier niet noodig, noch wenschelijk. De elec¬ triciteitsvoorziening heeft zich vrij gunstig ontwik¬ keld, is voor het grootste deel in handen van publiek¬ rechtelijke lichamen en heeft de productie van 110 millioen kWh in 1913 op 750 millioen ongeveer 10 jaar later verhoogd. Practisch alle bedrijven werken met dezelfde frequentie van 50 Hertz, met dezelfde distributiespanning van 10000 Volt voor hooge span¬ ning, 220/380 of 125/220 Volt voor de distributie aan huis, terwijl ook de voedingslijnen voor 50000 Volt zijn ingericht. Er zijn geringe uitzonderingen. Maar over het algemeen is door de Vereeniging van Direc¬ teuren van Electriciteitsbedrijven in Nederland en dank zij het feit, dat de electriciteitsvoorziening hier te lande iets later begon, dan in de naburige landen, grootere uniformiteit bereikt dan overal elders, vooral in Engeland. Het is wenschelijk, dat dit wetsontwerp al dan niet in ondergeschikte details gewijzigd, door de Kamer zal worden aanvaard, opdat de door vier Staatcom- missies in 17 jaren voorbereide wettelijke regeling der electriciteitsvoorziening eindelijk vasten vorm verkrijge. C. Feldmann. DE INDISCHE MIDDELEN OVER AUGUSTUS 1928. In tegenstelling met de vorige maanden van dit jaar, waarin de maandopbrengst der Landsmiddelen die over de overeenkomstige maanden van 1927 steeds overtrof, vertoont de maand Augustus 1928 eene in vergelijking met dezelfde maand van het vorige jaar lagere opbrengst van bijna f 1 m/m. De gemiddelde maandraming werd door deze opbrengst echter nog met ruim f 3.300.000 overschreden. De ontvangsten sedert den aanvang van dit jaar bedragen f 452.274.000 tegen f 416.824.000 in het¬ zelfde tijdvak van 1927 en overtreffen deze laatste dus met f 35.450.000. Hierin is echter begrepen een bedrag van rond f 20.000.000 voor een achterstallige uitkeering uit de Nederlandsche oorlogswinstbelasting van een aandeel daarin van Ned.-Indië. De mindere opbrengst in de maand Augustus wordt veroorzaakt door de groep producten, waarop f 2.102.000 minder ontvangen werd dan in Augustus van het vorige jaar. Deze mindere opbrengst wordt ten deele gecompenseerd door de hoogere ontvang¬ sten der andere groepen, namelijk de belastingen, monopolies, bedrijven en allerlei middelen, die respec¬ tievelijk f 87.000, f 179.000, f 599.000 en f 287.000 meer opbrachten. Van de belasting groep zijn de volgende gunstige en ongunstige verschillen met de maand Augustus 1927 van belang: Gunstig: Invoerrecht. f 0.141 m/m. Accijnzen. — 0.115 — Inkomstenbelasting . . . . — 0.272 — Vennootschapsbelasting … — 0.992 — Slachtbelasting.— 0.037 — Landelijke inkomsten. — 0.095 — Ongunstig: Uitvoerrecht.f 0.147 m/m. Statistiekrecht. — 0.033 — Verponding. — 0.716 — Zegelrecht. — 0.265 — Overschrijvingsrecht …. — 0.054 — Bij de kohierbelastingen, inzonderheid de vennoot¬ schapsbelasting valt eenige vervroeging te consta- teeren van de periode, waarin de ontvangsten ruimer beginnen te vloeien. Door de bekende omstandigheden echter niet bij de verponding. De nieuwe verpondings- ordonnantie (Staatsblad 1928 No. 342) is afgekondigd in den loop van verslagmaand, waarna eerst met de vaststelling van den nieuwen aanslag kan worden begonnen. De opbrengst van de monopolies geeft, vergeleken met de Augustus-ontvangsten 1927, het volgende beeld: Opium. f 0.078 m/m. meer Zout . — 0.455 — — Pandhuizen . — 0.355 — minder De oorzaken van de stijging van de opiumopbrengst zijn reeds in vorige verslagen aangegeven (opheffing van het licentiestelsel voor enkele plaatsen, scher¬ pere bestrijding van den smokkelhandel en verminde¬ ring van dien handel in verband met het verruimde licentiestelsel voor andere plaatsen). De ontvangsten op het zoutdebiet blijven zich gunstig afteekenen zoowel in vergelijking met het vorige jaar als met de evenredige raming. De mindere opbrengst van de pandhuizen is in hoofdzaak toe te schrijven aan de verlaging van het tarief. Producten: .Caoutchouc. f 0.239 m/m. minder Boschwezen. — 0.185 — — Goud. — 0.027 — — Tin. — 1.747 — Steenkolen. — 0.080 — meer Bij het Caoutchouc valt te memoreeren, dat de totaal ontvangsten sedert den aanvang van dit jaar f 30.000 bij die over dezelfde periode van 1927 ten achter bleven. 28 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 1051 Boschwezen bracht tot en met Augustus f 74.000 meer op dan in 1927. Goud en tin brachten beide minder op dan het vorige jaar. De opbrengst van het goud beweegt zich voortdurend dicht om de gemiddelde raming; deze werd eind Augustus met f 50.000 overschreden, ter¬ wijl de opbrengst van het tin tot nu toe bijna 9 ton beneden de raming bleef. Hierbij moet in aanmerking worden genomen, dat dit bedrag alleen betrekking heeft op de contante stortingen, niet op hetgeen bovendien verkocht en nog niet voldaan is. Laatst¬ bedoeld totaal is aanzienlijk hooger en bevestigt de verwachting, dat de raming 1928 wordt gehaald. Bedrijven: Havenwezen. f 0.361 m/m. meer Baggerdienst. — 0.408 — — P.T. en T. ,. 0.151 — W. en E. — 0.021 — — Landsdrukkerij …. — 0.044 — minder S.S. — 0.297 — De vooruitgang in de scheepvaartbeweging teekent zich af in de, ook afgescheiden van de ontvangsten aan goederengeld, welke in verslagmaand f 285.000 beliepen, hoogere opbrengst van het havenwezen. De inkomsten van den baggerdienst zijn belangrijk hooger dan in 1927 (tot en met Augustus bijna 1 m/m. meer dan in 1927 en 7 ton meer dan de raming voor 8 maanden). De dienst heeft in dit jaar veel baggerwerk voor particulieren verricht, waarop niet was gerekend. Tot de hoogere ontvangsten van den P.T. en T. dienst hebben bijgedragen de brieven- en pakketpost met f 35.000, de telegrafie met f 70.000 en de telefonie met f 46.000. De lagere maandopbrengst der Staatsspoor- en tramwegen houdt verband met de verschuiving van het suikertransport naar latere tijdstippen van het jaar dan als normaal gelden. BUITENLANDSCHE MEDEWERKING. DU1TSCHLAND EN DE CRISIS IN DE SUIKER¬ INDUSTRIE. Reichsminister a. D. Dr. Ing. G. Gothein te Berlijn schrijft ons: Van oudsher bestonden er in Duitsehland twee handelspolitieke richtingen. De eene richting stelt zich op het standpunt van den verbruiker en streeft van uit dat standpunt naar een verlaging van de invoerrechten en zoo doende naar een daling van het prijsniveau. Hierbij sluiten zich aan die produ¬ centen, die, doordat de productie van hun tak van industrie de binnenlandsche behoefte overtreft en hun bedrijf geen gelegenheid biedt tot kartelvorming, in den prijs hunner voortbrengselen geen bescher¬ mend recht tot uitdrukking kunnen brengen, terwijl aan den anderen kant de invoerrechten op de door hen verwerkte grondstoffen en halffabrikaten den kostprijs evenredig verhoogen. Hoe meer het kartd- wezen zich ontwikkelt, des te meer dringen deze producenten op verlaging der invoerrechten aan, waarin zij gesteund worden door de verbruikers. Te.enover deze richting staan echter degenen, die de invoerrechten volledig in de prijzen hunner pro¬ ducten kunnen verrekenen, hetzij doordat de binnen¬ landsche behoefte niet door de binnenlandsche pro¬ ductie wordt gedekt, hetzij doordat de prijzen door kartels worden gecontroleerd en het overschot der productie met uitvoerpremies van het kartel wordt uitgevoerd. De eerste groep wordt door de bedenkelijke uit¬ breiding van het kartelwezen en de ongezonde stijging van het prijsniveau, door den Rijks-Minister van Handel gesteund, die blijkbaar hoopt, dat het goede voorbeeld van Duitsehland, om zijn invoerrechten te verlagen, elders navolging zal vinden. Derhalve kunnen verschillende Duitsche rechten bij de onder- handelingen over handelsverdragen niet als ruilobject dienen. Daarentegen verlangt de andere richting weer hooge prijzen, om voor haar productie een —passendefl rentabiliteit te verkrijgen; zij wenscht deze rentabi¬ liteit door invoerrechten te beschermen en haar, indien de productie de binnenlandsche behoefte overtreft, door kartels of z.g. invoervergunningen te handhaven. De verhooging van het invoerrecht in Duitsehland voor suiker van R.M. 15 tot 25, welke door de bietenverbouwers en de suikerindustrie wordt verlangd, beoogt inderdaad minder een prijs- verhooging dan wel bescherming tegen dumping van andere landen. Het donkerste en aan tegenspoeden meest rijke hoofdstuk in de geschiedenis van het protectionisme is wel dat over de suikerbelastingen, suikerinvoer- rechten en suikerpremies. De in de Europeescbe suikerindustrie bestaande misstanden werden door de Brusselsche suikerconventie tijdelijk uit den weg geruimd. Ook na de opzegging door Engeland had de herinnering aan deze tijden nog zoo™n invloed, dat zelfs de belangrijkste suikerexportlanden zich in acht namen om niet tot het mislukte systeem terug te keeren. De door den wereldoorlog ontwikkelde nieuwe protectionistische strooming leidde tot den terugkeer tot de oude tarieven- en premiepolitiek. Duitsehland heeft in deze bew’eging slechts een klein aandeel gehad. Zijn bietenteelt en suikerfabrikatie zijn zoo enorm achteruitgegaan, dat de suikeruitvoer nauwelijks meer iets beteekent. In het bedrijfsjaar 1913/™14 produceerde Duitsehland uit 16.94 millioen ton bieten 2.71 millioen ton suiker, waarvan 40 pCt. werd uitgevoerd; in het bedrijfsjaar 1927/™28 uit 10.665 ton bieten slechts 1.67 millioen ton suiker, waarvan nog geen 9 pCt. werd uitgevoerd. Hoewel eenige honderdduizenden tonnen van den verminder¬ den uitvoer voor rekening van de afgestane gebieden Š speciaal Posen en West-Pruisen Š komen, zijn toch de bietenteelt en suikerfabrikatie in het tegen¬ woordige Duitsehland zeer sterk verminderd. De suikerprijzen zijn nog ongeveer gelijk aan die van vóór den oorlog, terwijl de productiekosten aan¬ zienlijk zijn gestegen. Wel is waar zijn de prijzen voor kunstmest ongeveer 1/5 goedkooper geworden, doch daartegenover staat, dat de prijzen van steen¬ kolen, kalk en machines met ongeveer 40 pCt., de loonen met ongeveer 100 pCt. en de belastingen en sociale lasten met ongeveer 200 pCt. zijn gestegen. De suikerbietenteelt vereischt een intensieve cultuur. Vroeger werden de bieten meestal door rondtrekkende Poolsche arbeidsters gehakt en geoogst. Behalve dat deze heden hetzelfde loon als de Duitsche krijgen, wordt nog slechts ee:i klein gedeelte van het vroegere aantal toegelaten. En daar geen of niet voldoende inheemsche arbeidsters beschikbaar zijn, moet de bietenteelt beperkt worden. Landen, zooals Tsjecho- Slowakije en Polen met loonen, die de helft van de Duitsche bedragen, nog gezwegen over de rietsuiker- landen Cuba en Nederlandsch Indië, waar met heel goedkoope werkkrachten en een uitstekende rietsoort op een zelfde oppervlakte driemaal zooveel suiker wirdt verkregen als in Midden- en West-Europa, kunnen natuurlijk veel goedkooper dan Duitsehland produceeren. De suikerproductie in Tsjecho-Slowakije steeg derhalve ook van 663.000 ton in 1921/™22 tot 1.510.000 ton in 1925/™26 en bedroeg zelfs in 1927/™28, toen de bietenteelt zeer ingekrompen was, 1.240.000 ton. De productie van Polen steeg van 181.238 tot 558.500 ton en van de rietsuiker produ-eerende landen van 9.990.000 ton in 1913/T4 tot 16.165.000 ton. De overproductie werd nog grooter, doordat de voor¬ naamste landen, die vroeger suiker invoerden: de Vereenigde Staten en Groot-Brittannië, door hooge beschermende rechten en productiepremies een eigen beetwortelsuikerindustrie in het leven hebben ge¬ roepen. Eerstgenoemd land verhoogde zijn productie 1052 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 28 November 1928 van 628.000 ton in 1912/T3 tot 966.600 ton in 1927/™28, terwijl laatstgenoemd land, dat vroeger geen suiker¬ industrie bezat, in 1927/™28 246.000 ton produceerde. De pogingen, om omtrent een beperking van de wereldproductie van de riet- en beetwortelsuikerlanden tot overeenstemming te komen, waarvoor speciaal Cuba zich veel moeite heeft getroost, mislukten, eenerzijds omdat Nederlandsch-Indië zich afzijdig hield en zijn productie zelfs nog verder uitbreidde en anderzijds omdat de Yereenigde Staten het invoer¬ contingent voor suiker uit Cuba begin 1928 van 3,6 tot 3,3 en in Juli tot 3 millioen ton verminderden, zoodat Cuba zich genoodzaakt zag ongeveer 600.000 ton meer aan de Europeesche markten te brengen. Engeland verlaagde echter het invoerrecht op ruw- suiker met d. per 1b., terwijl dat voor witte suiker gelijk bleef. Zoodoende werden de in opkomst zijnde Engelsche raffinaderijen dermate bevoordeeld, dat invoer van witte suiker niet meer loonde 1). De suiker¬ industrie in Tsjecho-Slowakije wordt hierdoor het zwaarst getroffen, daar zij Š evenals Polen Š voor meer dan de helft van haar productie op uitvoer is aangewezen. De vroeger niet onaanzienlijke uitvoer van witte suiker uit Duitschland naar Groot-Brit- tannië (in 1913 376.000 ton, in 1927 nog slechts ca. 14.000 ton) heeft thans geheel opgehouden. In Tsjecho-Slowakije hebben de suikerproducenten thans een aanzienlijke verhooging van den binnen- landschen suikerprijs doorgedreven en gebruiken de hierdoor ontstane meerdere ontvangsten voor de verhooging van de uitvoerpremies van het kartel. In 1927 hebben zij ongeveer 42.000 ton suiker naar Duitschland uitgevoerd en in de eerste negen maan¬ den van dit jaar reeds 43.000 ton, terwijl deze uit¬ voer met ingang van de nieuwe campagne nog sterk is gestegen. De wenschen van de Duitsche bieten¬ verbouwers en suikerindustrieelen tot verhooging van het invoerrecht op suiker van R.M. 16 tot 26 per 100 KG., zijn tegen deze uitgesproken dumping ge¬ richt. Zij meenen hiermede te kunnen bereiken, dat het verschil van de binnenlandsche prijzen ten op¬ zichte van de prijzen op de wereldmarkt niet grooter wordt. Zij zijn tevreden met een veranderlijk recht, dat automatisch bij stijging van den binnenlandschen prijs kleiner wordt. Veranderlijke rechten hebben evenwel in werkelijkheid nergens stand kunnen houden. Aan de zijde der verbruikers is een tegenvoorstel ingediend, om in plaats hiervan de suikerbelasting (verbruiksbelasting) op te heffen en hierdoor het verbruik, dat nog ver beneden dat van de Vereenigde Staten staat, op te voeren. Na verlaging van de suikerbelasting tot de helft is het verbruik per hoofd der bevolking van 20,61 KG. in 1925/™26 tot 21,70 KG. in 1926/™27, dus met 6,3 pCt. en in hetjcampagne- jaar 1927/™28 met ongeveer 10 pCt. gestegen. Bij een algeheele opheffing van deze belasting is geen grootere stijging dan 16 pCt. te verwachten. Ook ware het deficit van R.M. 226 millioen suikerbelasting bij den buitengewoon ongunstigen toestand der rijks¬ financiën niet te verantwoorden. In de eerste plaats zou de Duitsche suikerindustrie tegenover de dum¬ ping van andere landen met deze vermeerdering van verbruik niet gebaat zijn, en bovendien zou de Tsjechi¬ sche concurrentie hiervan voordeel hebben. De suikerbietenteelt is voor den Duitschen land¬ bouw van groote beteekenis, daar deze door het diepe ploegen, de sterke bemesting en het voortdurend hakken verbeteringen van den bodem medebrengt, welke aan de gewassen van de volgende jaren ten goede komen. Bovendien levert zij door de bietenkoppen en -bladeren, alsook door het versche en gedroogde afsnijsel en ten slotte door de melasse buitengewoon waardevolle voederartikelen, zoodat zij dan ook in *) Zie over de protectie van de suikerindustrie in Groot- Brittannië het artikel van den heer F. W. Forge —De toestand van de Britsche suikerindustriefl in het nummer van 9 Mei 1928 in dit tijdschrift. (Red.) het algemeen de grootste opbrengst aan voedings¬ middelen per H.A. heeft.1) Om deze voordeelen voor den landbouw te behouden, heeft men voorgesteld de suikerbieten als veevoeder te verbouwen, deze tot afsnijsel en suikersap te ver¬ werken en in den vorm van melasse-mengvoer houd¬ baar en geschikt voor verzending te vervaardigen. Bij de wanverhouding van de bovenmatig gestegen prijzen voor alle krachtvoederartikelen tot de graan- en suikerprijzen, is veel voor een dergelijk voorstel te voelen. Men zal echter nauwkeurig dienen na te gaan, in hoeverre dit rendabel is. Dit hangt toch in groote mate van het prijsverloop der voederartikelen af, terwijl bovendien het veebezit niet zoo snel toe¬ neemt, om het op deze wijze verkregen veevoeder te benutten. Veel Duitsche landbouwers gaan wegens de niet loonende suikerbietenteelt en de hooge prijzen voor voederartikelen er hoe langer hoe meer toe over om in plaats van suikerbieten onrijpe maïs, gedeeltelijk ook zonnebloemen, te kweeken, deze, wanneer de planten beginnen te drogen, tot haksel te snijden en daarna tot krachtvoeder te verwerken. De teelt van deze gewassen eischt minder kunstmest en bodembewerking dan suikerbieten, doch daartegenover staat, dat de op¬ brengst van maïs veel onzekerder is. Indien met het oog op de enorme ontwikkeling van de rietsuiker- cultuur zou blijken, dat de tijden, dat de bietsuiker tegen de rietsuiker kon concurreeren, voorbij zijn, dan zou de landbouw van de gematigde zone zich grondig moeten wijzigen. De tegenwoordige wereldsuikercrisis is in wezen het gevolg van het kortzichtige protectionisme, van de tarief- en premiepolitiek, die men bijna overal gedurende en na den oorlog heeft gevolgd. Een nieuwe suikerconventie, zooals die van Brussel, zou haar aanmerkelijk verzachten. Helaas zijn de voor¬ uitzichten in dit opzicht niet bemoedigend. De Ver¬ eenigde Staten en Engeland verhinderen haar en Tsjecho-Slowakije tracht den duivel door Beëlzebub uit te drijven, wat de andere landen tot tegenmaat¬ regelen noopt. DE ONTWIKKELING VAN DEN ZUID AFRIKAANSCHEN MIJNBOUW. De heer Eric Rosenthal te Johannesburg schrijft ons: De zoo juist door het Mijndepartement van de Unie van Zuid-Afrika gepubliceerde statistieken wijzen op een aanhoudenden vooruitgang van de mijnindustrie in 1921. Deze statistieken geven totaalcijfers, die in de meeste gevallen zelden zijn overtroffen. Het op Witwatersrand gedolven goud behaalde met een productie voor 1927 van bijna £43.000.000 een record, hetgeen te merkwaardiger is, daar de opbreng¬ sten nu niet meer geflatteerd zijn door de na den we¬ reldoorlog ingestelde goudpremie, die thans weer af- geschaft is. Bijna alle groote firma™s in Johannesburg laten zeer optimistische geluiden hooren, wat ook blijkt uit de uitbreidingsplannen der meeste firma’s, waaronder zelfs de jongere handelshuizen de kroon spannen. De Union Corporation besteedt groote be¬ dragen aan de exploitatie van een nieuwe mijn, de East-Geduld Š in werkelijkheid een voortzetting van een bestaande onderneming, de Geduld Proprietary. Op grond van de Transvaalsche Mijnbouwwet pachtte de Union Corporation een groote strook grond van de regeering, op voorgaarden, die reeds groote voordee¬ len aan andere mijnen bleken te hebben opgeleverd. Gedurende de laatste twee jaren werden betrekke¬ lijk veel van dergelijke contracten afgesloten. De staat bezit het recht tot exploitatie van edele metalen; bij h Zie in dit verband ook het artikel van den heer N. G. Addens —Beschouwingen over de rentabiliteit der suiker¬ bietenteeltfl in E.-S.B. van 21 Nov. jI., die uitvoeriger ge¬ gevens over de nevenvoordeelen van de suikerbietenteelt verstrekt. (Red.) 28 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 1053 liet sluiten van contracten met particulieren eisclit zij een aanzienlijk deel der te behalen winst voor zich op. De bijdrage aan den staat, die volgens een glij¬ dende schaal wordt bepaald, stijgt naarmate de rentabi¬ liteit der onderneming toeneemt. In deze contracten zijn nauwkeurige bijzonderheden omtrent uitgifte van aandeelen, emissievoorwaarden, leiding, maatregelen ter bevordering van de ontwikkeling, minimumbedra¬ gen aan de schachten te besteden, enz. vastgelegd. Niet alleen werd voor de oprichting van geheel nieuwe mij¬ nen grond gepacht, doch ook, waar uitbreiding van be¬ staande ondernemingen voor de winning van erts eco¬ nomisch mogelijk was, aarzelden de bezitters niet pachtcontracten voor nieuw te exploiteeren gronden af te sluiten. Op deze wijze verkregen the Meyer & Charlton en the Modder East toegang tot ertsriffen, die voor ontginning door onafhankelijke ondernemin¬ gen waarschijnlijk niet geschikt waren. Eenige maan¬ den geleden heeft the General Mining & Finance Cor¬ poration weder een overeenkomst met den Staat geslo¬ ten, volgens welke deze groep de Rand-kolenmijnen Š ondanks den naam een goudmijn Š als Witpoort Gold Areas Limited zal heropenen. Tengevolge van moei¬ lijkheden en hooge exploitatiekosten heeft genoemde onderneming lange jaren haar werkzaamheden ge¬ staakt, terwijl men thans hoopt, dat de bezitting met de van de regeering gepachte nieuwe gronden weder rendabel zal worden en dat ook andere stilliggende bedrijven weder zullen qpleven. Een andere belangrijke gebeurtenis op het gebied van goud-exploitatie was de fusie van de Cinderella (een goudmijn, wier exploitatie niet meer winstge¬ vend was) met de bekende er naast gelegen East Rand Proprietary. De aanleg van een dringend noodzake¬ lijke kostbare nieuwe schacht op de niet rendeerende mijn werd zoodoende door gemeenschappelijke exploi¬ tatie der beide mijnen vermeden. Het spreekt vanzelf, dat tegenover dezen vooruit¬ gang ook achteruitgang bij eenige andere mijnen te constateeren valt. The Robinson Š een der bekendste, goudproducenten Š, the New Unified, the Aurora West en verschillende kleinere ondernemingen heb¬ ben hun exploitatie stop gezet, terwijl eenige andere, zooals the Ferreira Deep en the Village Deep het vermoedelijk nog slechts een paar jaar zullen uithou¬ den. Het is niettemin merkwaardig, dat de duur van zulke mijnen op den Rand vaak onverwachts verlengd werd. The Ferreira Deep bijv. zou, indien niet een nieuw rif gevonden ware, reeds voor eenige jaren gesloten zijn. Een der belangrijkste ondernemingen, the West Rand Consolidated Mine, deed jaren lang pogingen door een groote waardelooze rots, die de goudbeddin- gen doorkruiste, heen te breken. Na enorme inspan¬ ning gelukte het den ingenieurs eindelijk dezen hin¬ derpaal op te heffen, waardoor de vooruitzichten verbeterden. De mijnindustrie zette intusschen ook haar techni¬ sche onderzoekingen voort. De Transvaalsche Kamér voor den Mijnbouw, waarvan practisch alle goud-, dia¬ mant-, platina-, kolen-, koper- en andere mijnonder¬ nemingen lid zjjn, vereenigt het werk van scheikun¬ digen en metaalkenners. De meeste resultaten worden onder toezicht van een speciale Commissie voor Uit¬ vindingen in een pool ondergebracht. Wat de metal¬ lurgie betreft, heeft het —corduroy-procédéfl van goudextractie voor een groot deel het vroegere amal- gameeringssysteem vervangen. De fijne metaaldeeltjes worden niet langer met kwikzilver verbonden, doch zij worden op een speciale manier opgevangen, waar¬ door het productie-tempo wordt versneld en de kan¬ sen van diefstal worden verminderd. Practisch bestaat op elke goudmijn gelegenheid tot diefstal van kleine hoeveelheden. Tengevolge van een scherper toezicht door een zeer uitgebreiden staf de¬ tectives, strenge wetten en voorzichtige keuze bij de technische inrichting, is de gelegenheid tot oneerlijk¬ heid veel kleiner geworden. Niettemin verdwijnt, vol¬ gens mededeeling van een mijnmagnaat, nog jaarlijks voor een waarde van ongeveer een millioen pond sterling aan goud. Een algemeene verlaging van de productiekosten heeft men verkregen door de toepassing van betere methoden. Vooral de invoering van een bepaald soort hamer, waardoor het erts met een geringe krachtsinspanning kan gebroken worden, heeft in dit opzicht gunstig gewerkt. Zooals bij alle groote industrieën, is de toepassing van nieuwe uitvindingen zeer kostbaar. Niettemin kan men er van overtuigd zijn, dat op den duur in alle mijnen de talrijke nieuwe uitvindingen, zooals het —all-sliming procesfl, de verbeterde sl ij pinrichtingen voor boren, en de moderne ventilatie-inrichtingen zullen worden aangewend. Verreweg het grootste raadsel is de toestand van de diamantindustrie. Het zoo voorzichtig opgebouwde ‘in¬ ternationale syndicaat, dat zooals bekend, tot op ze¬ kere hoogte het toezicht op en de controle over de prijzen der.juweelen heeft, werd in de laatste drie jaren door de enorme toeneming van de individueele delving op Lichtenburg en andere alluviale gronden in gevaar gebracht. De ontdekking van talrijke dia¬ manten van min of meer geringe kwaliteit lokte on¬ geveer honderdduizend menschen, negers en blanken, naar de kale vlakten van West-Transvaal. Iedere inwoner van Europeesche afkomst, in het bezit van de vereischte overheidsvergunning, kon zijn land inpalen en naar kostbare steenen zoeken, voor wel¬ ker afzet echter geen beperkingen bestonden. Deze jong¬ ste stormloop veroorzaakte zoo™n enorme toeneming der productie (de waarde van verleden jaar bedroeg £ 12.393.308), dat er groot gevaar voor een scherpe daling van diamantprijzen ontstond, wat een sluiting van de groote mijnen zou kunnen veroorzaken. Tel¬ kens werden nieuwe alluviale terreinen geopend; syn¬ dicaten en maatschappijen exploiteerden op groote schaal rijke mijnen en de diamantkoopers waren niet in staat, de aangeboden hoeveelheden geheel op te nemen. Dr. Merensky, naar wien de bekende Š in 1925 ont¬ dekte Š platina bedding is genoemd, spande de kroon met zijn vondst van een diamantlaag op de kust van Namaqualand, waarbij vergeleken alle andere tot dusverre bekende vondsten klein waren. Onze regeering moest in deze situatie optreden. Een uitgebreide, zeer ingewikkelde, nieuwe diamant- wet, waaraan dringend behoefte bestond, werd voor¬ bereid en door het Parlement aangenomen. Deze wet tracht de zeer verschillende wetten der provincies te unificeeren en een grootere macht aan de regeering toe te kennen, wat het toezicht betreft. T)e Minister van het Mijnwezen kan, indien het algemeen belang zulks noodzakelijk maakt, het zoeken naar edele me¬ talen geheel verbieden. Van dit recht werd onmiddel¬ lijk gebruik gemaakt en een jaar lang kreeg niemand in Zuid-Afrika vergunning om nieuwe velden te on¬ derzoeken. Voorts kan de regeering iederen produ¬ cent, met uitzondering van een officieel bepaalde hoe¬ veelheid, den verkoop verbieden. Dientengevolge moeten de delvers op Namaqualand hun steenen aan de overheid in bewaring geven en kunnen zij slechts over een beperkt kwantum vrij be¬ schikken. De oprichting van syndicaten werd verbo¬ den. De Staat heeft het recht -Š waarvan hij ook ge¬ bruik maakt Š voor eigen rekening mijnen te ex¬ ploiteeren, terwijl particuliere bezitters niet meer dan 10 arbeiders in dienst mogen hebben. Het resultaat was bevredigend. Het aanbod van een al te grooten voorraad diamanten werd voorkomen, het werk van speculanten beperkt en het Internationale Syndicaat kon de prijzen handhaven. De crisis is thans voorbij, doch een geleidelijke verkoop van den grooten voorraad onverkochte Namaquadiamanten, be¬ kend om hun bijzonder goede kwaliteit, zal de des¬ kundigen wel tot denken nopen. 1054 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 28 November 1928 Na de ontdekking der platinavelden in 1925 werd dit kostbare metaal voor den handel van groote betee- kenis. Overdreven voorspellingen omtrent overvoering van de wereldmarkten werden niet bewaarheid, in hoofdzaak tengevolge van moeilijkheden, die zich bij de exploitatie voordeden. Eenige weken geleden kon¬ digden de betrokken groote firma™s aan, dat als re¬ sultaat van de onderzoekingen ‘harer scheikundigen op een rendabel procédé patent was genomen. De pro¬ ductiekosten zullen hierbij naar schatting slechts 36 shillings per ton bedragen, hetgeen bij de tegenwoor¬ dige prijzen voldoende winst waarborgt. De politiek der Sowjets kan op de toekomst dezer industrie nog invloed uitoefenen. Een overeenkomst tot handhaving van de prijzen zou ter bescherming van de markten beslist noodzakelijk zijn. De productie der Unie gedurende het laatste jaar vertegenwoordigde een waarde van ongeveer £ 144.000 en zal waarschijnlijk nog zeer aanzienlijk toenemen. Onze kolenindustrie heeft te lijden onder de hooge spoorwegtarieven, die een stijgenden uitvoer in den weg staan. De productie, die op het oogenblik ruim 13 millioen ton bedraagt, Š wat grooter is dan die van Australië, doch kleiner dan die van Canada en Indië Š zou bij de bestaande installaties nog kun¬ nen toenemen. Ook bij de kleinere mijnbedrijven der Unie valt vooruitgang te bespeuren. De productie van asbest steeg met £ 126.000 in het afgeloopen jaar tot £ 343.000. Over het algemeen verwacht men in Zuid-Afrika met zijn mijnopbrengst voor 1927 van £ 61.158.470, zijn 40.000 blanke en 312.000 zwarte mijnwerkers, een periode van welvaart. AANTEEKENINGEN. Indexcijfers van groot- en kleinhandelsprijzen in Nederlandsch-Indië. De maandstatistiek 1928 No. 8 van het Centraal Kantoor voor de Statistiek te Weltevreden bevat o.m. het volgende: Invoer. De serie van de invoerartikelen omvat 72 artikelen welke in vijf groepen zijn verdeeld. Het algemeene niveau dezer goederen schommelde in het loopende jaar tusschen 154 en 156. Het prijsverloop van de le groep, de textiele goederen, blijft vrij constant. Van deze artikelen vertoonden de prijzen van gebleekte shirtings na een plotselinge inzinking in Maart j.1. een stijging in de maanden April en Mei. Thans zijn de prijzen weer op het niveau van Februari gedaald. De index¬ cijfers bedroegen in Februari, Maart, Mei en Augustus resp. 210, 190, 232 en 210. De prijzen van prints (Batavia) dalen dit jaar constant; van 129 in Januari kwam het indexcijfer in Augustus op 114. Het indexcijfer van de levensmiddelen liep op tot 148. De rijstnoteeringen ontbraken in Augustus. Sedert Januari staat het groepsindexcijfer van de metalen nu reeds op 140. De lichte schommelingen in de prijzen van de diverse soorten metaal kwamen hierin niet tot uitdrukking. Gietijzer onderging in Augustus een prijsverlaging, zoodat het indexcijfer thans op 91 staat. Het gemiddelde prijsniveau van de diverse artikelen daalde de afgeloopen maand 5 punten, tengevolge van de lagere prijzen voor goeniezakken en vensterglas. De petroleumno- teeringen komen weer ongeveer op hetzelfde niveau van September 1927, vóórdat de sterke daling begon. In Augustus zijn de prijzen nog slechts 13 en 17 % lager. Uitvoer. Steeds sterker komt in het indexcijfer der export¬ producten de daling van nagenoeg alle belangrijke goederen tot uitdrukking nu ook de peperprijzen weer op een meer normaal niveau komen. In Augustus daalde het indexcijfer 5 punten, waardoor het op 121 kwam te staan. Het prijsniveau van een drietal arti¬ kelen, is thans beneden dat van 1913 gezakt, 3 artikelen staan nog slechts van 4 tot 8 pCt. hierboven, terwijl een viertal van 15 tot 25 pCt. gestegen is. Tot deze laatste behoort kapok. In overeenstemming met het prijsverloop van dit pro¬ duct te Amsterdam, dat sedert het eind van 1927 geleide¬ lijk dalende is, in Juni en Juli reeds met een grooten sprong naar beneden gaat, geven de kapokprijzen hier te lande in Juli een daling van 13 pCt. en in Augustus van 16 pCt. te zien. Vijf producten zijn van 25/50 pCt. boven de basisprijzen van 1913 gestegen; hiertoe behooren o.a. koffie en maïs. De koffienoteeringen handhaven zich de laatste paar maan¬ den wederom op het niveau van Januari 1927 na de inzinking in het le halfjaar van 1927, welke het gevolg was van de ruime wereldoogsten. De maïsprijzen waren in Augustus j.1. lager dan in 1926. Een drietal artikelen en wel djarakpitten, peper en thee zijn nog meer dan 50 pCt. gestegen boven de prijzen van 1913; thee echter slechts 56 pCt. Sedert 1922 zijn dergelijke lage noteeringen van dit product nog niet voorgekomen. Peper daalde in Augustus ruim 18 pCt., waardoor het niveau van vóór de enorme prijsstijging weer werd bereikt. Geen prijsstijgingen van eenige beteekenis vonden in Augus¬ tus plaats. Het lage uitvoerindexcijfer drukte het cijfer van den ge- heelen groothandel 2 punten omlaag. Indexcijfers van 72 invoer- en 20 uitvoerartikelen in den groothandel te Batavia, Soerabaja en Semarang. 1913. 1923. 1924. 1925. 1926. Augustus 1927. September — . October — . November — . December — . Januari 1928. Februari — . Maart — . April — . Mei — . Juni — . Juli — . Augustus — , !) 20 art. Invoerartikelen. 100 207 213 208 185 175 175 175 173 173 172 172 172 173 174 174 173 172 C/5 C c« 73 *1 100 163 164 161 157 147 145 148 148 147 150 149 147 149 146 146 147 148 ) 12 art. Ej= 100 174 107 160 151 149 146 145 144 142 140 140 140 140 140 140 140 140 *) 12 100 170 160 150 153 149 147 146 146 145 145 145 145 144 144 144 143 143 art. Q 100 169 168 165 169 176 175 172 169 163 158 158 157 157 164 163 165 160 *) 15 100 180 178 172 165 161 159 159 158 156 155 155 154 155 156 155 156 155 art. >.-ï 5 « 100 150 155 146 j 137 130 129 128 j 128 127 130 129 132 133 132 129 126 121 *0 RJ g C3 J2 M 100 173 173 166 159 154 153 152 151 150 150 149 149 150 151 150 150 148 *) 13 art. Kleinhandelsprijzen. De serie indexcijfers van artikelen van in- en uitheemsehen oorsprong is zoo samengesteld, dat de inheemsche en de uitheemsche groep geheel parallel zijn. Het niveau van de inheemsche artikelen blijft sinds Juli op 160 staan. De daling van de aardappelen en suikerprijzen in September werd opgeheven door de stijging van petroleum. De prijzen van aardappelen waren in 1927 en het eerste kwartaal van ™28 aanzienlijk lager dan in de vorige jaren. In 1926 bedroeg het indexcijfer gemiddeld 225 in 1927 188 en in het le kwartaal van dit jaar 167. In Juli en Augustus liepen de prijzen echter weer omhoog en het indexcijfer kwam op 217. September geeft een daling tot 200. In verband hiermede kan opgemerkt worden dat in de eerste 7 maanden van dit jaar ruim 2.500 bouw aardappelen minder geoogst werden dan in dezelfde maanden van 1927. De aan- Indexcijfers van kleinhandelsprijzen van verbruiksartikelen van in- en uitheemsehen oorsprong te Batavia. 1913/14 1923 1924 1925 1926 September 1927 October — November — December — Januari 1928 Februari — Maart — April Mei — Juni — Juli — Augustus — September — 4) 20 artikelen In- heemsch i] 100 194 182 169 169 165 163 162 160 160 159 162 160 160 155 160 160 160 ) 35 Uit- heemsch 1 100 173 158 152 148 149 148 148 149 149 149 148 150 150 148 147 146 147 artikelen. Totaal 100 183 170 160 159 157 155 155 155 154 154 154 155 155 152 154 153 153 Voeding *) 100 182 170 159 156 154 153 152 153 154 154 154 154 154 150 152 152 151 28 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 1055 plant bedroeg ultimo Juli j.1. 1.426 bouw minder dan op ultimo Juli 1927. De uitheemsche artikelen geven slechts lichte veranderingen te zien. Het indexcijfer van de 40 artikelen te zamen bedroeg 153 in de afgeloopen maand. Passerprijzen. De gemiddelde passerprijzen van 119 passers op Java en Madoera van de Inlandsche landbouwgewassen waren in 1927 aanzienlijk gedaald. In de eerste helft van dit jaar bleef deze toestand voortduren. Wel valt thans een stijging in eenige prijzen van landbouwgewassen op te merken in verband met het seizoen, doch het niveau blijft in het alge¬ meen gelijk aan dat van 1927. De cassaveprijzen echter zijn nog aanzienlijk lager dan in 1927. Bedroeg de gemiddelde prijs per pikol in Juli 1927 nog / 1.56, voor de le kwaliteit dit jaar was de prijs … 1.16. Het suikerverbruik van Europa in de laatste drie jaren. Dr. Gustav Mikusch, te Weenen schrijft ons: In nevenstaande tabel wordt een overzicht gegeven van het suikerverbruik der Europeesche landen in het bedrijfsjaar 1927/™28 in vergelijking met de jaren 1926/™27 en 1925/™26. Tengevolge van het ontbreken van periodieke berichten werd het verbruik van een aantal landen op grond van min of meer betrouw¬ bare inlichtingen geschat. In het cijfer van Sowjet- Rusland en Turkije is het verbruik van het Aziatische gebied meegerekend, daar een splitsing niet goed mogelijk was. Uit de totaalcijfers blijkt, dat het verbruik in het bedrijfsjaar 1927/™28 in vergelijking met 1926/™27 met 19,77 pOt. en in vergelijking met 1925/™26 met 10,52 pCt. is toegenomen. Raming van het suikerverbruik in Europa. 1927/28 1926/27 1925/26 in 1000 metr.ton ruwsuikerwaarde Duitschland …. 1.626 1.521 1.432 Danzig. 9 8 7 Tsjecko-Slowakije. 393 370 408 Oostenrijk. 201 176 198 Hongarije. 113 103 91 Frankrijk. 971 816 979 België. 210 192 192 Nederland. 233 219 213 Groot-Brittannië. 2.072 1.888 1.877 Iersche Vrijstaat. 110 104 103 Polen….. 386 343 297 Denemarken. 183 170 186 Ijsland. 41) 41) 41) Zweden. 230 218 224 Noorwegen. 82 73 83 Finland. 88 74 80 Italië. 379 367 361 Spanje. 268 258 234 Portugal en Azoren. 821) 2) 802) Ł 832) Joego-Slavië. 90 94 92 Roemenië. 120 119 118 Bulgarije. 30 30 29 Letland. 42 V)a) 422) 39 2) Estland. 261) 2) 252) 23 2) Litauen. 261)2) 262) 242) Turkije. 77 1) 2) 66 2) 642) Griekenland. 671) 65 63 Albanië. 4*) 3!) 31) Zwitserland. 167 135 156 Europa z. Sowjet-Unie …. 8.289 7.589 7.663 Sowjet-Unie. 1.3001) 1.068 1.013 Totaal Europa. 9.589 8.657 8.676 !) Geraamd. 2) Kalenderjaar 1928, 1927 en 1926. Resultaat van de rondvraag van de Internationale Vereeniging voor de Suikerstatistiek. Dr. Gustav Mikusch te Weenen zendt ons onderstaand overzicht van de Internationale Vereeniging voor de Suikerstatistiek. Aantal fabrieken in bedrijf 1928/^9 1927/28 Duitschland .. .. Tsjechoslowakije . Oostenrijk . Hongarije . Joegoslavië. Roemenië. Bulgarije. Iersche Vrijstaat. België .. Italië . Polen . Denemarken .. .. Zweden . Finland . 248 151 6 13 8 11 3 1 49 51 71 9 21 1 250 152 6 13 8 13 4 1 51 50 72 9 21 1 Aantal ant¬ woor¬ den Suikerstatistiek. Met bieten bebouwde oppervlakte in H.A. 1928/29 248 150 6 13 8 11 3 1 49 51 71 9 21 1 430.521 250.475 27.830 65.503 61.500 50.000 17.000 6.070 57.207 120.000 220.512 41.200 42.623 2.800 1927/28 406.739 281.321 23.529 62.353 55.400 72.500 19.400 7.080 62.677 93.240 198.032 39.700 40.555 2.750 Hoeveelheid verwerkte bieten in tonnen 1928/29 1927/28 11.060.350 5.968.516 650.410 1.414.000 876.000 850.000 200.000 135.000 1.635.700 2.800.000 4.404.000 1.100.000 1.065.560 35.000 10.857.055 7.476.323 658.139 1.405.079 692.000 1.121.254 273.000 136.000 1.834.985 2.090.578 3.532.800 982.700 957.213 52.443 Suikerproductie in tonnen ruwsuikerwaarde 1928/29 1.771.760 1.020.577 100.834 207.995 127.000 105.000 29.000 20.000 250.315 375.000 700.230 165.000 162.406 3.500 1927/28 1.675.278 1.254.138 110.004 186.705 83.600 139.522 42.368 20.500 273.338 276.240 560.727 142.800 145.392 5.959 Totaal. 643 651 642 1.393.247 1.365.276 32.194.536 31.869.569 5.038.617 4.916.571 BOEKAANKONDIGING. Muntillusie. Eene beschouwing over de geringe waardevastheid van ons geld door Irving Fisher. Uit het Engelsch vertaald door H. van Hardenbroek onder toezicht en met een inleiding van Mr. P. J. C. Tetrode, Directeur der Ned. Bank. Uitgevers-Maatschappij —Else¬ vierfl. Amsterdam 1928. Het is met het grootste genoegen, dat wij de aan¬ dacht vestigen op het hierboven vermelde werkje van den bekenden Amerikaanschen economist Irving Fisher. Deze uitnemende kenner van het geldvraagstuk heeft niet slechts de wetenschap verrijkt met een aantal belangrijke geschriften over de waardevastheid van het ruilmiddel, doch hij verstaat tevens de kunst om de quintessens van zijn betoog op geestige wijze te gieten in een populairen en voor ieder ontwikkeld mensch begrijpelijken vorm, waardoor hij eene groote massa bereikt met denkbeelden, die anders in de binnenkameren der economie zouden zijn bewaard gebleven. Van dezen aard is ook het werkje over de Muntillusie, de bij de meeste menschen levende en niettemin volkomen foutieve gedachte, dat het geld een vaststaande waarde zou bebben en dus als ruil¬ middel en waardemeter zonder gebreken zou zijn, indien het slechts op den grondslag van het goud berust. Dat de bestrijding van deze illusie zoo prompt en zoo goed in het Nederlandsch werd vertaald, daar¬ voor past een woord van hulde aan Mr. Tetrode, die bij deze vertaling een korte inleiding schreef. Reeds vóór den oorlog heeft Fisher bij herhaling gewezen op het gebrek aan waardevastheid van het geld. Hij behoort dus niet tot degenen, wien hier¬ omtrent eerst in en door de beroeringen van den wereldkrijg de oogen zijn opengegaan. Letterlijk iedereen heeft eenig belang bij eene sta- 1056 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 28 November 1928 biele geldwaarde. Dit is vanzelfsprekend voor hen, die gelden te beleggen hebben of contracten op langen termijn aangaan. Maar ook de ondernemers, die oogenschijnlijk voordeel hebben bij perioden van op- loopend prijspeil en inflatie, merken gevoelig den terugslag in de onvermijdelijke depressie. En ten¬ slotte is de sociale vrede bij een stabiel ruilmiddel ten zeerste gebaat. Hoe gelijkmatiger de waarde van het geld, hoe stabieler het peil der prijzen, des te minder loonconflicten en des te minder werkloosheid in depressieperioden. Met het goud als basis van het ruilmiddel is het ideaal van een waardevast geld niet bereikt. Op blz. 61 merkt de schr. kernachtig op: —Een van de voornaamste kenmerken van een hooge bescha¬ ving is de vermindering van de gevaren, waaraan zoowel leven als bezittingen van den mensch zijn bloot gesteld. Daarom voeren wij tot in finessen uitge¬ werkte verzekeringsmogelijkheden in. Wij voeren —vei¬ ligheid vóór allesfl campagnes. Wij fixeeren en ijken alle maten en gewichten Š behalve de voornaamste. Beoordeeld naar dit criterium van veiligheid is onze onstandvastige gulden een overblijfsel uit den bar¬ barentijdfl. Al is sinds de terugkeer tot het goud van een aan¬ tal landen, die juist een meer of minder erge papier¬ geld-inflatie achter den rug hadden, een periode van betrekkelijke rust ingetreden, zoo mag ons dat niet de oogen doen sluiten voor de toekomst. Menschelijker- wijze gesproken, behooren inflatie en deflatie nog allerminst tot het verleden. Drieërlei soort van maat¬ regelen tegen een waardeonvast ruilmiddel worden door Fisher besproken. In de eerste plaats behandelt hij al datgene, wat particulieren kunnen doen om de gevaren van eene onstabiele geldwaarde te ontgaan (verdeeling van te beleggen gelden over aandeelen en obligaties, raad¬ plegen van conjunctuur voorspellingen, gebruik van indexcijfers bij contracten op langen termijn, enz.). Dat alles verandert echter den toestand niet wezenlijk. Wèl gebeurt dat, wanneer de bankpolitiek doelbewust op stabiliteit der geldwaarde wordt gericht, een streven, dat reeds thans merkbaar is en waartoe onder het stelsel van den gouden standaard internationaal overleg noodig is, zooals dat in de Resoluties van de Conferentie van Genua werd aanbevolen en op be¬ scheiden schaal in praetijk wordt gebracht. Maar daarbij zal het niet kunnen blijven, want werkelijk groote veranderingen in de goudproductie kunnen ook het beste bankbeleid belemmeren. En niets zegt ons, dat zulke veranderingen, waarvan de geschiedenis genoeg voorbeelden oplevert, nooit meer eens zullen voordoen. Daarom is het zaak een weldoordacht plan voor stabilisatie van de geldwaarde klaar te hebben. Fisher vermeldt enkele van zulke plannen, waaronder dat van hemzelf (Compensated Dollar) en dat van Keynes (afschaffing van den gouden stand¬ aard), maar hij dringt geen keuze op. Dat is ook niet noodig. Wat momenteel wèl noodig is, dat is, dat in breede kringen beseft worde, dat de waarde¬ vastheid van het geld een probleem is en dat het slechts de Muntillusie is, die dat alles beheerschende vraagstuk aan het oog van velen onttrekt. Mr. Tetrode meent in zijne Inleiding, dat de uit- éindelijke les uit het boekje Š misschien ongewild door den schrijver Š moet zijn de noodzakelijkheid van onderling overleg tusschen de centrale banken voor het handhaven van eene stabiele geldwaarde. Wij zijn geneigd een stap verder te gaan. Dit overleg wordt door Fisher zelf dankbaar vermeld, maar wij betwijfelen met hem, of het op den duur voldoende zal zijn, indien zich eens werkelijk groote schommelingen in de goudvoorziening mochten voor¬ doen. Voor de naaste toekomst is bedoeld overleg uiterst nuttig en kan het nog verder worden uitge¬ breid. Het zal echter een belangrijk tekort of teveel aan goud niet af doend kunnen verhelpen. Mocht zulk een geval zich eens voordoen Š en daarop is blijkens de historie alle kans, zoo al niet terstond, dan toch na verloop van tijd Š zoo zal men tot de conclusie komen, dat op den duur het goud niet een waarborg voor waardevast geld is, doch stoornis brengt, en dat het geldwezen alleen door principiëele hervorming in den vorm van correctie der gebreken van het goud of door algeheele afschaffing van dit metaal als basis van het ruilmiddel in waarheid waardevast kan worden gemaakt. Zoover zijn wij echter nog lang niet. Eerst moet het eene communis opinio worden, dat ons huidig geldstelsel den kiem van veel gebreken in zich draagt. Slechts tegen den achtergrond van zulk een communis opinio hebben hervormingsplannen kans van slagen, anders niet. Het doel van Fisher was tot het post¬ vatten van deze meening het een en ander bij te dragen. Niemand, die zijn boekje ter hand neemt, zal kunnen ontkennen, dat hij daarin geslaagd is. Met hen, die voor de vertaling zorgden, wenschen wij aan het boekje van Fisher een grooten kring van lezers. g. M. V. S. ONTVANGEN: De IF et der verminderde Meeropbrengsten, openbare les op 15 October 1928, ter gelegenheid van de toelating als privaatdocent in het algemeene deel der staathuishoudkunde aan de Rijksuniver¬ siteit te Utrecht door Dr. R. van Genechten. Haarlem 1928, De erven F. Bohn. De Grondbelasting. Rapport van de Commissie voor de Grondbelasting. Geschriften van de Vereeni- ging voor Belast’ingwetenschap No. 6. Purmerend 1928; J. Muusses. Notarieele Administratie door H. J. Zweers, Candi- d™aat-notaris te Amsterdam. Alphon aan den Rijn 1928; N. Samsom. MAANDCIJFERS. PRODUCTIE DER STEENKOLEN-, BRUIN¬ KOLEN- EN ZOUTMIJNEN. (Gegevens verstrekt door den Hoofdingenieur der mijnen.) I. Gezamenlijke Steenkolenmijnen. Augustus 1928 Jan./Aug. 1928 Jan./Aug. 1927 Prod. Steenkolen in tonnen. 927.151 20.093 26 3) 7.118.862 149.232,4 203 6.025.719 91.593 201 Aantal normale werkdagen . II. Bruinkolenmijn —Carisborgfl. Augustus 1928 Jan./Aug. 1928 Jan./Aug. 1927 Netto-productie in tonnen. . Aantal normale werkdagen 17.566 26 142.387 204 134.227,8 154 III. Zoutmijnen. (Kon. Ned. Zoutindustrie te Boekelo.) Augustus 1928 Jan./Aug. 1928 Jan./Aug. 1927 Afgeleverd: Geraff. zout.(ton) Industriezout .( — ) Afvalzout.( — ) Aantal normale werkdagen 4.436 33 179 27 24.326 432 1.370 206 22.486,5 379,5 1.000 204 Arbeiders. Aantal. Gezamen¬ lijke Steenkolen¬ mijnen Bruin¬ kolenmijn —Carisborgfl Zoutmijnen / 9.6841) 24.1602) ( 9.3041) 24.6142) 166 160 141 137 i) bovengronds. a) ondergronds. 3) Mijnen Laura en Julia 25 dagen. 28 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 1057 GIRO-OMZET BIJ DE NEDERLANDSCHE BANK. September 1928 September 1927 Posten Bedrag Posten Bedrag Voor reke¬ ninghouders waarvan door de H.-bank plaatselijk Ter voldoe¬ ning van Rijksbelast. 52.099 40.041 1.532 …2.956.827.000 —2.635.216.000 10.516.000 55.342 42.574 1.408 …3.265.386.000 —2.893.270.000 10.257.000 GIRO KANTOOR DER GEMEENTE AMSTERDAM. Giro™s (eenzijdige ver¬ melding) Girobetalingen aan gemeenteinstellingen Girobetalingen aan particulieren. Geldomzet. Ontvangsten _____ Betalingen …_ Part. rekeninghouders Waarvan rekeningh. welke gelden voor 1 jaar vast hebben gedeponeerd September 1928 j| September 1927 In millioenen … 7.9 — 16.2 — 4.8 — 6.4 —20.41 9.9 Aantal 21.494 74.045 6.361 30.776 33.661» 3.852: In millioenen … 9.7 — 15.4 — 5.- — 7.3 19.8i 9.1 1) Gemiddeld saldo te goed. ») Einde der maand. Aantal 18.726 64.820 6.675 33.615 31.140» 3.378» POSTCHEQUE EN GIRODIENST. (In duizenden guldens). Aantal rekeningen op uit®.. Bijschrijvingen …. wegens: o. Stortingen. b. Overschrijvingen 1. van andere rek 2. van Ned. Bank. c. And. onderwerpen Afschrijvingen …. wegens: a. Chèques. b. Overschrijvingen. 1. op andere rek. 2. naar Ned. Bank c. And. onderwerpen Gezamenlijk tegoed op uit®. Bedrag der beleg¬ ging *) 136.414 1.508.748 622.945 885.678 125 951.028 170.158 771.968 988 7.914 395.215 99.843 273.302 22.036 34 393.230 59.272 273.302 60.623 33 91.877 70.600 126.820 1.348.599 563.491 784.962 146 877.502 163.190 691.616 870 21.826 370.327 91.810 253.698 24.787 32 374.901 60.639 253.698 60.519 45 88.571 69.178 i) Het bedrag, dat vroeger tegen vergoeding van rente aan de schatkist werd verstrekt, wordt tegenwoordig, voor zoover het nog niet voor vaste belegging is aangewend, te zamen met andere bedragen in rekening-courant met het Staatsbedrijf der posterijen en telegrafie begrepen en is daarom niet meer in het bedrag der belegging begrepen. RIJKSPOSTSPAARBANK. SEPTEMBER 1926 Inlagen. __…… Terugbetalingen . .. Tegoed der inleggers op ultimo. Nom. bedr. der uitst. staatsschuldboekj es op ultimo. Spaarbankboekj es: Aantal nieuw uit¬ gegeven . Aantal geheel af¬ betaald . Aantal in omloop op ultimo …… … 10.648.447 — 9.494.226 — 313.613.021 41.878.900 10.922 6.444 2.005.254 1927 … 10.627.008 10.184.327 — 322.244.666 42.146.200 10.540 6.854 2.037.469 1928 … 11.091.115 10.094.693 — 330.915.248 42.263.450 10.948 6.538 2.067.135 OVERZICHT VAN DE INDISCHE MIDDELEN.*) (In Guldens). Augustus 1928 Sedert 1 Januari 1928 September 1928 September 1927 Aantal Bedrag Aantal Bedrag Belastingen. Pachten excl. pandhuizen. Invoerr. inch Landsgoed. Uitvoerr. inch Landsgoed. Accijnzen . Andere ontv. I. U. en A… Statistiekrecht .. Personeele belasting …. Inkomstenbelasting ….. Vennootschapsbelasting.. Oorlogswinstbelasting . . Opgeheven producten bel. . Verponding. Recht van openb. verkoop. Zegelrecht. Overschr. van vaste goed. Recht v. succ. en overgang Vergunning speeltafels Slachtbelastingen. Bijzondere bel. buitengew. Hoofdgeld. Landelijke inkomsten.. Belasting op loterijen. … Totaal. Monopolies. Opium. Zout. Pandhuizen . Totaal. Producten. Kina. Landscaoutchöucbedrijf .. Boschwezen . Goud . Tin. Steenkolen.. Aand. i/d. winst N.V. —Gem Mijnb. Mij. Billiton™ Totaal. Bedrijven. Havenwezen. Baggerdienst. Landsdrukkerij. Post-,Telegr.-en Tel.dienst Spoor- en Tramwegen. Waterkracht en Electricit. Totaal Allerlei middelen. Aandeel i/d. winst van de Javasche Bank. Afstand van grond. Mijnconcessies. Boeten en verbeurdverkl. Leges en salarissen, ont¬ vangen d. de griffiers v/d. versch. rechtscoll… Heffing terzake van gesl. werkovereenkomsten . . Opbr. Wees- en Boedelkam. Kadaster . Afkoop heerendienst. B.G. Schoolgelden . Ontv. groote ziekenin¬ richtingen en krank¬ zinnigengestichten …. Ijk van maten en gew.. . Verk. en verh. van huizen Ontv. waterleidingen Bakengelden . Loodsgelden. Diversen . Totaal 6.425 6.853.433 1.215.703 3.315.224 26.694 518.039 483.761 4.745.733 3.173.738 86.106 ) 403.778 401.135 189.978 936.925 194.544 39 018 10.956 647.749 7.260 8.360 5.459.635 3.034 51 59.631 8.801 26.014. 205. 4.159. 2.944. 29.8 49. 14.266. 19.117. ») 415. 3.990. 1.558. 9.871. 1.766. 273. 99. 4.881, 134. 53. 23.617. 413. .335 .233 .493 676 ,884 071 402 415 763 171 678 236 658 514 510 954 955 863 974 442 271 511 Overeen¬ komstige periode 1927 27.919.672 211.287.653 3.681.182 1.912.997 1.577.696 7.171.875 77.936 761.139 1.821.373 152.031 3.193.628 1.505.678 7.511.785 980.567 505.560 116.868 2.503.903 8.241.283 146.307 12.494.488 219.891 46.199 132.596 36.179 41.760 31.535 24.642 631.820 477.306 64.423 41.563 186.853 74.820 239.402 203.115 1.215.026 28.572.633 12.838.526 15.096.729 56.507.888 384.610 5.515-938 12.903.807 1.058.501 34.585.891 8.514.800 4.500.000 75.033 :.397.108 1.523.885 1.528.478 170.105 L003.619 675.419 .766,908 1.231.340 441.714 ,627.335 .057.912 641.027 768.888 .825-356 202.920 142.170 279.966 125.085 73.846 .338.679 207.769 174.966.464 52.: 9.1 22.; 4.( 2.1 28.’ 12.! !) ‘ !) 3.1 7.1 Ij 9.’ IJ 21.; 26.350.623 12.245.620 15.885.628 67.463.547 10.282.677 2.622.198 384.157 19.930.639 54.972.950 1.068.290 89.260.911 2.985.439 2.668.785 751.892 932.922 262.949 376.860 546.562 216.907 3.962.004 3.268.921 490.652 334.252 1.467.019 632.906 1.953.432 1.798.943 5.104.041 27.754.486 452.274.485 54.481.871 356.201 5.546.437 12.829.526 1.176.300 47.122.921 8.595.676 4,500.000 ~80.126.961 7.064.803 1.664.795 643.129 18.597.190 52.888.374 850.958 81.709.249 3.864.325 2.525.907 607.111 783.182 371.255 399.841 432.787 189.425 4.057.526 3.199.019 454.542 274.299 1.414.696 558.467 1.560.749 1.552.132 3.294.449 25.539.712 416.824.257 3.667.130 Totaal generaal… ,|ö8.764.950 *) *n, de. uitkomsten 1928 en 1927 zijn begrepen de ontvangsten in Nederland over de eerste zeven maanden en die in Indië over de eerste acht maanden. %€) Teruggegeven belastinggelden. 1058 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 28 November 1928 STATISTISCH OVERZICHT VAN DEN ECONOMISCHEN TOESTAND VAN NEDERLANDSCH-INDIË (Ontleend aan de Maandstatistieken van het Centraal Kantoor voor de Statistiek te Weltevreden). 1928 Maart April i Mei Juni Juli Aug. Januari/Aug. 1927 1928 Ai® CU O) fi ISS — o II Ł Ł S2 ^ > 2 aj .Q T3 Ł cn ŁS~rS a>/Šs o. ŁaX oj0 e Š o o es S fi’Ti’ «+-‘ :s cm ™ O. co ^ y O) bJD x Or aj ^3 Prijsbeweging. f Groothandelsprijzen van invoerartikelen .. — — uitvoerartikelen | Kleinhandelsprijzen Cö ŁQ tv ŁO O n -o CCS o3 Jg tv > tv O 03 c o >ŁŠ>tVX3 C c 05 — — Kina2). — — ,, — Palmolie2). — — — — Palmpitten2)., — — — Steenkolen. Handel en verkeer. Eetwaren en genotmiddelen. waarde X … 1000 Mineralen, hoofdzakelijk aard- olieprod., cement en steenkolen — — — Chemicaliën, geneesmiddelen, meststoffen, reukw. en verfw. . — — — Garens, manufacturen v.a.s. touw en touwwerk, kleed, en modew. — — — Metalen, edele en onedele en werken daarvan. — — — Machinerieën, werktuigen, toe¬ stellen, instrumenten enz. — — — Geheele invoer. — — — — — Buitengewesten . — — — — Java en Madoera.br.gew.X 1000 K.G. — — Buitengewesten. — — — — Rubber, gecult. en ficusrubber., waarde X … 1000 Suiker, v. a. s. Tabak, v. a. s. Thee. Koffie, v. a. s. Cement, ertsen enz. Geheele uitvoer. — — Buitengewesten.. f Rubb.,gecult. en ficusr.1) bruto gewicht X 100Ö K.G. Suiker, v. a. s. Tabak, v. a. s. J Thee1). Koffie, v. a. s. Cement, ertsen enz Geheele uitvoer … » * Buiteng ( Kat.stoff.,gebl.enongbl I Grof en fijn aardewerk < Kedelee. I Rijst, gepelde. I Gedroogde visch. ( Bevolk.rubb.uitN.-Indië < Copra1) — — V Peper1) — — Reizigersvervoer ^Ontvangsten S. S. Java en Madoera X/1000 S. S. Java en Madoera N.I.S. S. S. Buitengewesten Deli Spoorweg Mij.. Goederenvervoer | Reizigersvervoer | Goederenvervoer{ Posterijen Telegrafie , S. S. Buitengewesten Deli Spoorweg Mij.. Java en Madoera … Buitengewesten …. Java en Madoera … Buitengewesten (102) 154 132 149 162 148 155 168 161 150 148 177 145 161 171 142 126 166 162 149 155 113 330 191 41 18 37 37 654 146 92 42 14 40 39 373 6.345 7 4.881 (76) 788 (18) 1.099 (14) 254 107.704 10.253 1.735 5.656 16.502 7.620 5.906 55.446 29 260 147.495 104.532 6.834 21.978 4513 8.482 2.082 3.887 66.279 73.095 4.384 175.052 10.848 6.376 3.425 3.628 341.970 426.654 2.240 1.144 10.958 9.575 2.554 10.246 39.332 1.087 1.827 334 2.922 980 203 229 417 579 766 262 411 181 (154) (6) (78) (18) (13) 155 133 150 160 150 155 167 161 K6 146 153 145 160 173 140 129 164 162 150 153 113 618 45 48 20 32 38 801 78 137 50 14 65 49 393 7.143 17 5.172 7.645 752 1.148 254 112.703 9.442 1.157 5.778 18.428 5.373 5.190 53.734 24.101 145.184 77.845 7.415 8.513 3.804 7.236 2.124 4.293 47.320 44.667 4.351 72.632 9.009 5.387 2.951 6.475 199.810 351.222 1.744 1.477 10.229 4.785 3.200 5.548 30.940 911 1.705 282 2.728 938 191 203 439 544 666 214 446 179 156 132 151 160 150 155 167 161 145 145 150 143 166 169 140 132 165 161 151 153 113 1.169 38 51 27 31 39 1.355 101 113 35 16 88 57 410 8.068 (20 ) 48 5.133 (109) 250.765 (78) 879 (18) 1.154 (14) 282 121.766 10.881 1.135 4.184 19.472 4.997 4.843 54.235 27.990 137.291 104.084 9.182 14.174 3.908 8.456 1.823 5.147 58.252 52.330 5.408 139.923 8.492 6.300 2.526 5.626 259.911 403.537 1.770 1.648 12.601 6.626 3.916 10.944 41.385 810 1.745 279 3.565 1.069 188 209 491 569 705 232 372 145 155 129 150 155 148 152 164 159 145 144 143 128 160 163 132 125 163 160 147 147 112 692 75 55 23 51 39 935 89 123 38 24 90 85 449 8.175 (232) 113 5.076 075) 570229 (74) 887 (18) 1.172 (14) 271 119.708 11.849 991 4.066 18.732 5.235 4.476 54.190 27.564 125.662 90.265 10.075 43.902 1.185 7.783 2.231 1.977 80.657 57.890 5.942 368.587 2.800 5.824 2.999 2.947 472.131 395.428 2.205 2.112 11.631 9.655 3.084 14.410 37.921 1.573 1.987 295 5.095 1.810 212 194 576 507 685 229 432 181 156 126 150 160 147 154 168 161 146 145 136 123 159 165 125 121 159 158 146 144 113 228 104 71 21 70 39 533 85 155 30 26 92 103 491 7.988 (231) 212 4.081 (179) 693.765 (75) 883 (18) 1.536 (14) 327 136.546 11.095 965 3.817 16.423 5.767 4.306 51.314 27.274 121.203 89.099 7.386 38.429 866 6.521 3.884 3508 77.008 60.215 6.121 294.249 2.969 5.552 5.455 4.608 422.275 437.678 1.918 1.800 6.677 11.229 3.790 12.546 40.357 3.278 1.829 290 5.512 2.276 226 191 664 544 778 243 470 193 (240) 155 121 148 160 146 153 168 161 147 147 141 128 156 169 129 122 157 157 146 145 113 123 130 94 19 80 50 496 69 162 29 27 69 72 428 7.198 221 3.556 (178) 670.457 (78) 935 (18) 1.869 (15) 353 133.635 10.969 762 3.526 15.466 5.002 3.861 47.210 26.192 109.806 90.698 7.478 38.816 496 5.334 6.601 3.007 79.701 59.871 6.192 335.993 2.271 4.589 8.388 5.498 471.806 448.878 1.929 1.219 8.195 17.199 2.341 12.976 35.390 3.897 1.714 5.129 219 198 620 553 693 230 466 173 3.214 1.444 506 205 351 357 6.077 2.670 869 434 267 495 450 5.185 58.231 715 37.664 1.817.223 5.851 6.323 1314 903.051 76.044 8.654 35.194 124.701 35.140 32.078 363.314 934.870 78.706 207.095 20.950 53.855 13.650 30.963 492.498 41.405 1.337.214 48 453 42.943 15.325 31.391 1.899.863 15.372 5.984 64.163 49.238 28.694 194.197 12.033 14.642 2.376 3) 28.426 8.035 3) 1.422 1.655 3.680 4.419 4.940 1.441 3.089 1.292 3.312 1.288 448 167 369 323 5.907 2.412 854 346 155 499 475 4.741 60.001 631 38.303 2.190.861 6.506 10.484 2.270 950.641 85.166 9.183 39.295 140.462 45.628 38.411 423.394 216.522 1.077.327 744.497 63.554 208.879 26.714 58.590 22.811 28.108 524.267 494.554 42.152 1.713.294 47.928 45.216 31.973 35.380 2.734.995 3.213.283 15.688 11.325 71.520 82.927 27.930 88.731 274.806 12.690 14.018 2.3764) 30.580 8.9534) 1.664 1.614 4 046 4.482 5.730 1.896 3.497 1.446 i) Uitv. in 1927 in netto gew. 2) De getallen tusschen haakjes betreffen het aantal ondernem. dat opg. verstrekte. 3) Jan./Juli™27.4) Jan./Juli™28. 28 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 1059 STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN. N.B, *** beteekent: Cijfers nog niet ontvangen. GELDKOERSEN. BANKDISCONTO’S. Zwits. Nat.Bk. 3*22 Oct.™25 N.Bk.v.Denem. 5 23Juni™27 Zweedsebeltbk 4*2.} Aug.™2S Bank v.Noorw. 5| 26 Mrt. ™28 Bk. v. Tsjecho- slowakije ..5 8 Mrt. ™27 N.Bk.v. O™rijk. 6J 16 Juli ™28 N.Bk.v.Hong. 7fi 1 Oct. ™28 Bank v. Italië. 51-25 Juni™28 .. , fDise. Wissels. 4*13 Oct. ™27 jT’l Belllim.M. 513 Oct. ™27 (Vrscli. inll.C. 0 13 Oct.™27 Javasche Bank.. . . 4 llfjvli™26 Bank van Engeland 4*21 Apr. ’27 Duitsche Rijksbank 7 5 Oct.™27 Bank v. Frankrijk. 3^19 Jan.™28 Belgische Nat.Bnk. 4 30 Juni™28 Fed. Bes. Bank N.Y. 5 12 Juli™28 Bank van Spanje.. 5 23Mrt.™23 OPEN MARKT. 1928 1927 1926 1914 24 Nov. 19/24 Nov. 12/17 Nov. 5/10 Nov. 21/26 Nov. 22/27 Nov. 20/24 Juli Amsterdam Partic.disc. Prolong. .. Londen Daggeld .. Partic.disc. Berlijn Daggeld .. Partic.disc. 30-55 d.. . 56-90 d.. . Waren- wechsel. New York Daggeld i) Partic.disc. 47/l6 41/2 23/4-31/2 43/8 5-7 61/4 6*4 61/2-3/4 45/s 41/4-3/4 45/l6-7/l6 23/4-5 43/g 5-71/2 6V4 61/4 63/4 61/2-3/4 43/ft 43/s-V/ie 43/4-5 21/2-43/4 43/s 41.2-8 6’/4 61/4 63/4 6-3/4 43/8 43/8-1/2 43/4-51/4 21/2-43/4 43/8 41/2-81/2 61/4-3/g 61/4-3/8 6>/4-7/8 6-71/4 45/, 43/8-9/16 41/2-5 3-43/4 45/16 41/2-71/2 81/4-9 63/4 71/4Š3/8 31/2-3/4 33/8 31/aŠ3/16 23/4-31/2 31/2-5 45/8-U/16 21/4-6 45/s 41/2 57/8-51/4 41/2-51/4 37/8 31/8Š3/16 21/4-3/4 13/4-2 21/4-S/4 21/s-i/ï 13/4Š21/2 1) Koers van 16 Nov. en daaraan voorafgaande weken t/m. Vrijdag. WISSELKOERSEN. KOERSEN IN NEDERLAND. Data Ne iv York*) Londen V Berlijn *) Parijs V Brussel V Batavia l) 20 Nov. 1928 21 — 1928 22 — 1928 23 — 1928 24 — 1928 20 — 1928 Laags Led.w.i) Hoogste d.w1) 19 Nov. 1928 12 — 1928 Muntpariteit 2.49 >/8 2.49s/1# 2.49i/, 2.49i/16 2.49i/— 2.49 2.49 2.49% 2.491/s 2.49″/,, 2.48% 12.08 !/g 12.08% 12.081/8 12.08’/, 12 08 12.075/e 12.077/8 12.08% 12.08 .12.077/8 12.10% 59.351 59.36* 59.361- 59.37 59.361 69.36* 59.33 59.38 59.34 59.32 59.26 9.731 9.73| 9.731 9.73* 9.731 9.731 9.72 9.741 9.73* 9.731 9.75 34.62 34.62-1 34.62-1 34.621 34.621 34.62″ 34.61 34.63 34.62 34.62 34.59 100′ 100 100 100 100 100 99% 100% 100 100 100a Data Zwit¬ serland V Weenen V Praa… Boeka¬ rest !) Milaan **) Madrid **/ 20 Nov. 1928 21 — 1928 22 — 1928 23 — 1928 24 — 1928 26 — 1928 Laagste d.w.1) Hoogste d. w1) 19 Nov. 1928 12 — 1928 Muntpariteit 47.95% 47.96 H 47.96% 47.96% 47.96% 47.97 47.93 47.98 47.05% 47.96 48Š 35.02% 35.02% 35.02% 35.02% 35.02% 35.02% 34.95 35.07% 35.02% 35.05 35Š 7.37 7.374 7.37 7.37* 7.374 7.36-1 7.35′ 7.39 7.374 7.38 a) 1.50 1.50 1.50 1.50 1.50 1.50 1.47* 1.524 1.50 1.50 48_ 13.054 13.054 13.05* 13.05fi 13.05 13.03 13.08 13.051 13.05″ 13.09 40.15 40.154 40.16 40.144 40.131 40.10″ 40.174 40.15 40.14-4 48Š Data Stock¬ holm *) Kopen¬ hagen*) Oslo V Hel¬ sing¬ fors i) Buenos- Aires 1) Mon¬ treal !) 20 Nov. 1928 21 — 1928 22 — 1928 23 — 1928 24 — 1928 26 — 1928 Laagste d.w.1) Hoogste d.w1) 19 Nov. 1928 12 — 1928 Muntpariteit 66.60 66.60 66.60 66.60 66.60 66.57J- 66.55 66.621 66.60 66.62i 66.67 66.40 66.40 66.40 66.40 66.40 66.40 66.35 66.42* 66.40 66.424 66.67 66.40 66.40 66.40 60.40 66.40 66.40 60.35 06.424 66.40″ 66.424 66.67 6.261 6.271- 6.274 6.27-1 6.274 0 274 6.25 6.29 6.274 6.27* 6.261 1051/8 105 105’/, 105 1051/, 105 104% 105’/, 105 105 105»/, 2.49»/,, 2.49»/,, 2.49% 2.49% 2.49% 2-497/,, 2.49 2 49% 2.491/, 2.481»/,, 2.48% *) Noteering te Amsterdam. **) Noteering te Rotterdam. *) Particuliere opgave. 2) Wettelijk gestabiliseerd tusschen 7.53% en 7.21 Vj. In het eerste nummer van iedere maand komt een overzicht voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen. KOERSEN TE NEW YORK. (Cable). Data Londen ($ per £) Parijs ($ p.lOOfr.) Berlijn ($ p. WO Mk.) Amsterdam ($p.W0gld.) 20 Nov. 1928 21 — 1928 22 — 1928 23 — 1928 24 — 1928 26 — 1928 28 Nov. 1927 Muntpariteit. 4,85 4,85 4,85i/,, 4,85 i/M 4,85! 82 4,845/32 4,87i»/— 4,8667 3,90% 3,90% 3,90% 3,90% 3,90% 3,91 3,93»/8 13,92 23,82% 23,82v/8 23,83 23,83 23,83% 23,84i/8 23,88% 23,81% 40,14% 40,14% 40,15 40,15 40,15% 40,17 40,41 40»/,, KOERSEN TE LONDEN. Plaatsen en Landen Noteerings- eenheden 10 Nov. 1928 17 Nov. 1928 19/24 N Laagste ov. 1928 Hoogste 24 Nov. 1928 Alexandrië. . Athene …. Bangkok … Budapest . .. B. Aires . .. Calcutta …. Constantin . . Hongkong .. Piast. p. £ Dr. p. £ Sh. p. tical Pen. p. £ d. p.$ Sh. p. rup. Piast. p. £ Sh. p. $ Sh.p.yen Escu p. £ d. per $ d. per $ $ per £ d. per Mil. Sh. p. tael id. p.$ $p.£ Zl. p. £ 97% 375 1 10»/8 27.82 4731/61 ‘.O5/,, 965 2/0*1 l/H* 107s/8 23% 5 0s/a 4-85/j Łr>6,/« 4 2/725/32 2/*3/64 39.67 43»/,6 97% 375 1.10* 27.81* 4715/32 166/«4 967% 2/011 1/H* 1077/, 23% 507/ê 4-84|1 559/«» 2/7i»/ic 2/4i/16 39.58 43s/— 977/,, 374% 1/Ï0if 27.79 477/,, l/61/32 960 2’0% 1/lOf» 107% 23% 50s/8 4.84i/a 529/32 2/7% 2/4 39.56 43»/,, 079/l6 375% 1/10*/* 27.84 47% 1/63 32 975 2,0- 1/11* 108% 24 51 4.847/a 56%4 2,81/a 2/4i/e 39.65 43™/— 97% 375 l/10»/8 27.81 1116/*2 1,81/18 965 2/019/32 1,197/, 108% 23% 50% 4.84% 569 ° G4 2/7i»/— 2/4i/,— 39.65 43»/— Lissabon Mexico. Montevideo Montreal .. R.d. Janeiro Shanghai .. . Singapore. .. Valparaiso J). Warschau .. >) 90 dg. ZILVERPRIJS 19 Nov. 20 — 21 — 22 — 23 — 24 — 26 Nov. 20 Juli 1928.. 1928.. 1928.. 1928.. 1928. . 1928.. 1927.. 1914. . Londen1) 26% 20 u/— 26fi/i« 26% 2611/16 26’)/,, 2611/ie 24 ‘»/,, N.York ») 58 58 57»/s 58 58 5 7 v8 5 7 Vs 59 GOUDPRIJS *) Londen 19 Nov. 1928…. 84/llJ* 20 — 1928…. 84/Hi* 21 — 1928…. 84/Hi* 22 — 1928…. 84/lli* 23 — 1928…. 84/lli* 24 — 1928…. 84/1 Ij* 26 Nov. 1927… . 84/11)* 20 Juli. 1914…. 84/11 0 in pence p.oz.stand. 2) Foreign silver in $c. p.oz. fine. 3) insh. p.oz.fine STAND VAN ‘s RIJKS KAS. De Minister van Financiën maakt bekend: Vorderingen. 15 Nov. 1928 Saldo bij de Nederlandsche Bank…. Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten Voorschot op ultimo Sept. 1928 aan de gem. op voor haar door de Rijks¬ administratie te heffen gemeentelijke inkomstenbelasting en opcenten op de Rijksinkomsten belasting… Voorschotten aan Suriname. Kasvord. weg. credietverst.a/h.buitenl. Daggeldleeningen tegen onderpand van Staatsschuldbrieven . Saldo der postrekeningen van Rijks¬ comptabelen . Vordering op het Staatsbedrijf der P., T. en T.2). ld. op andere Staatsbedrijven *). Verplichtingen. Voorschot door de Nederl. Bank …. Schatkistbiljetten in omloop1). … Schatkistpromessen in omloop. — Waarvan direct bij de Ned. Bank .. Zilverbons in omloop. — Schuld a. d. Bank v. Ned. Gemeenten2).. ld. aan Ned.-Indië . — ld. aan Curacao. — ld. a. h. Alg. Burg. Pensioenfonds 2) .. — ld. a. h. Staatsbedrijf d. P., T. en T. 2).. — ld. aan andere Staatsbedrijven2). — ld. aan diverse instellingen 2). — 2.750.717,89 336.754- 43.551.159,04 10.381.220,65 133.680.955,61 12.400.000,Š 18.682.456,39 3.165.348,03 75.523.000 Š 64.460.000,Š 11.601.915,50 21.626.701,84 20.082,90 842.441,18 34.043.527,14 1.640.000,- 7.636.412,24 23 Nov. 1928 … 8.961.395,72 — 936.626,06 — 43.551.159,04 — 10.382.836,49 — 133.588.137,47 — 16.900.000,- — 21.581.301,20 — 3,345.348,03 … 75.517.000,- — 64.460.000,- — 11.599.921,50 — 29.849.953,19 — 22.234,15 — 634.293.87 — 26.726.360,41 — 1.640 000 Š — 7.648.128,36 1) Waarvan … 12.056.000 vervallende op 1 Juli 1929. 2) In rekg.-crt. met ‘s Rijks Schatkist NEDERLANDSCH-INDISCHE VLOTTENDE SCHULD. Vorderingen: 17 Nov. 1928 24 Nov. 1928 Saldo bij ™s Rijks kas. Saldo bij de Javasche Bank . Verplichtingen: Betaalmiddelen in ™s Lands Kas. Waarvan Muntbiljetten. Muntbiljetten in omloop . Schuld aan het Ned.-Ind. Muntfonds.. Idem aan de Ned.-Ind. Postspaarbank. …26632.000,- — 14.941.000,Š — 43.917.000,- — 813.000- * 675.000,- f 29.732.000,Š — 11.240.000,Š — 43.813.000,Š — 813.000,- — 657.000,Š 1060 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 28 November 1928 NEDERLANDSCHE BANK. Verkorte Balans op 26 November 1928. Activa. Binnenl. Wis-f Hfdbk. f 54.810.463,47 seis, Prom.,| Bijbnk. — 4.800.784,75 enz. in disc.^ Ag.sch. — 14.099.380,94 Papier o. h. Buitenl. in disconto. ____ Idem eigen portef. . f 206.757.197,Š AfVerkocht maar voor debk. nog niet afgel. — Š Beleeningen f 73.710.629,16 206.757.197,- , ec , Hfdbk. f xncl. vrsch.l , ‘ in rek.-crt.l B^bnk’ op onderp. Ag.sch. 35.487.173,07 7.443.470,78 55.423.664,72 f , 98.354.308,57 Op Effecten.. . — — f Op Goederen en Spec. — Voorschotten a. h. Rijk M un t en Muntmateriaal Munt, Goud__ — f Muntmat., Goud — — 95.670.108,57 2.678.200,Š 67.256.260,Š 367.511.654,26 98.354.308,57 … 434.767.914,26 Munt, Zilver, enz.. — 21.981.784,49 Muntmat., Zilver .. — Š Belegging */5 kapitaal, reserves en pen¬ sioenfonds … Gebouwen en Meub. der Bank… Diverse rekeningen .. .. Passiva. Kapitaal… Reservefonds.. . …. Bijzondere reserve.. .. Pensioenfonds ….. Bankbiljetten in omloop. Bankassignatiën in omloop. Rek.-Cour. … Het Rijk f 6.499.476,59 saldo™s: ^Anderen — 32.122.980,11 Diverse rekeningen . . — __……… — +56.749.698,75 — 24.701.021,63 — 5.000.000,Š — 43.313.751,61 … 908.586.606,72fi f 20.000 7.157. 8.000. 5.545. 818.295, 235. 38.622. 10.730. .000,Š 903,12 000,Š 433,32 395,Š 153,38 456,70 ,265,20 f 908.586.606,72 Beschikbaar metaalsaldo…… f 284.822.426,65 Op de basis van «/, metaaldekking.. .. — 113.391.825,64 Minder bedrag aan bankbiljetten in om¬ loop dan waartoe de Bank gerechtigd is. — 1.424.112.130,Š Voornaamste posten in duizenden guldens. Data 26 Nov. 19 — 12 — 5 — 29 Oct. 22 — 28 Nov. Goud Munt Muntmat. 67.256 67.260 67.265 67.472 67.483 67.484 67.829 65.703 367.512 367.511 367.511 367.504 367.504 367.504 322.286 96.410 Circulatie 818.295 824.521 835.339 856.169 828.703 811.753 811.211 310.437 Andere opeischb. schulden 38.858 37.118 29.422 29.794 34.207 37.688 67.846 6.198 Beschikb. Metaal¬ saldo 284.822 283.962 283.018 278.908 284.109 286.663 241.454 43.5211) Dek- kings perc. 53 53 53 5 H 53 54 47 54 Data 26 Nov. 1928 19 — 1928 12 — 1928 5 — 1928 29 Oct. 1928 22 — 1928 28 Nov. 1927 25 Juli 1914 x) Op de basis Totaal bedrag disconto™s 73.711 82.560 91.062 89.953 82.408 71.840 151.729 67.947 van ‚Is m Schatkist- promessen rechtstreeks 2.000 21.000 19.000 14.300 etaaldekking. Belee¬ ningen 98.354 103.066 111.327 136.357 117.041 107.366 131.388 61.686 Papier op het buitenl. 206.757 194.669 188.256 188.194 186.795 185 313 145.136 20.188 Diverse reke¬ ningen 2) 43.314 46 047 35 958 29.698 26.813 34.347 55.646 509 >) Sluitpost activa. SURINAAMSCHE BANK. Voornaamste posten in duizenden guldens. Data 13 Oct. 6 — 29 Sept. 22 — 15 — 15 Oct. 5 Juli 1928.. 1928 — 1928.. 1928— 1928 — 1927.. 1914.. . Metaal Circu¬ latie Andere opeischb. schalden Disco nt. 936 935 960 961 961 1.156 645 1.523 1.591 1.626 1.460 1.496 1.556 1.100 691 654 566 590 629 649 560 1.068 1.066 1.067 1.062 1.061 917 735 x) Sluitpost der activa. Div. reke¬ ningen i) 463 464 456 434 470 625 396 JAVASCHE BANK. Voornaamste posten in duizenden guldens. De samengetrok¬ ken cijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen. Data 24Nov.l928 17 — 1928 10 — 1928 27 Oct. 1928 20 — 1928 13 — 1928 6 — 1928 26Nov.l927 27 Nov.1926 25 Juli 1914 Goud Zilver 187.600 187.600 187.700 171.121 171.329 171.560 171.762 178.687 198.135 22.057 Data 24Nov. 1928 17 — 1928 10 — 1928 27 Oct. 1928 20 — 1928 13 — 1928 6 — 1928 26 Nov.1927 27 Nov.1926 25 Juli 1914 Dis¬ conto™s 16.229 15.915 15.642 15.940 17.376 28.590 31.907 Wissels, buiten N.-Ind. betaalb. Circulatie 314.600 319.700 323.500 320.662 322.112 327.506 323.727 316.660 327.479 110.172 Andere opeischb. schulden 67.100 69.300 65.400 62.750 01.928 50.277 51.792 66.288 69.633 12.634 Beschikb. metaal¬ saldo 34.920 32.000 32.140 33.985 33.628 36.089 37.494 119.769 147.863 4.842*) Belee¬ ningen 166.400 172.800 169.500 8.861 10.029 9.850 13.047 12.597 12.146 7.259 32.677 34.474 33.174 33.281 24.291 22.358 6.395 99.936 95.128 93.298 94.070 118.796 95.533 47.934 Diverse reke¬ ningen1) **Ł *** «** 58.538 61.090 58.172 51.342 35.395 46.570 2.228 x) Sluitpost activa. *) Basis ‚Is metaaldekking. Dek- kings- percen- tage 49 48 48 49 49 50 50 51 57 44 BANK VAN ENGELAND. Voornaamste posten, onder bijvoeging der Currency Notes, in duizenden ponden sterling. Data 21 Nov. 1928 14 — 1928 7 — 1928 31 Oct. 1928 24 — 1928 17 — 1928 23 Nov. 1927 22 Juli 1914 Metaal Circulatie 162.085 162.467 164.989 164.921 166.737 167.147 151.490 40.164 132.802 133.344 133.936 134.502 133.179 133.501 135.214 29.317 Currency Notes Bedrag Bankbilj. Gov. Sec. 286.750 291.090 292.919 291.567 291.058 293.288 293.328 56.250 56.250 56.250 56.250 56.250 56.250 56.250 237.402 241.631 243.501 241.915 241.533 243 901 213.646 Data 21 Nov.™28 ™28 ™28 Oct. ™28 ™28 ™28 23 Nov.™27 22 Juli ™14 14* 7 31 24 17 Gov. Sec. 48.340 44.358 44.553 42.623 37.300 34.015 40.895 11.005 Other Sec. 34.757 39.460 39.690 42.562 39.396 41.490 55.407 33.633 Public Depos. 14.898 15.543 17.739 14.133 10.123 11.217 16.761 13.736 Other Depos. 99.472 99.417 99.589 103.523 102.170 100.012 97.772 42.185 Reserve i) Verhouding tusschen Reserve en Deposits. 49.032 48.873 50.804 50.168 53.308 53.397 36.026 29.297 Dek- kings- perc. i) 42i3/, 42« 43)4 42»/, 47»/8 48 31™/,6 52 BANK VAN FRANKRIJK. Voornaamste posten in millioenen franoe. Data Data Goud1) Zilver Te goed in het buitenl. Wis¬ sels Waarv. op het buitenl. Belee¬ ningen Renteloos voorschot a.d. Staat* 16 Nov.’28 9 — ™28 2 — ™28 26 Oct. ™28 17 Nov.™27 23 Juli™14 30.852 30.830 30.772 30.786 5.545 4.104 732 732 732 732 343 640 13.890 13.904 13.900 13.983 56 22.613 23.121 22.134 22.678 1.438 1.541 18.819 18.692 18.679 18.525 7 8 2.203 2.225 2.274 2.099 1.733 769 3.200 3.200 3.200 3.200 16 Nov.™28 9 — ™28 2 — ™28 26 Oct. ™28 17 Nov.™27 23 Juli™14 Bons v. d. zelfst. amort, k. 5.930 5.930 5.930 5.930 Diver¬ sen 3) 1.324 1.253 1.974 1.270 24.489 Circulatie 61.410 61 955 62.759 61.327 55.443 5.912 Rekg. Courant Staat Ze,fst- Parti- ölaa‚ amort.k. calieren 8.134 8.161 7.724 7.727 29 401 5.026 4.832 4.340 4.201 5.629 5.786 5.435 6.880 10.459 943 i) Bij de stabilisatie van den franc op 25 Juni is de goudvoorraad gewaardeerd volgens de nieuwe waarde van den franc.2) De schuld van den Staat aan de Banque de France is op 25 Juni afgelost. 3) Sluitpost activa. 28 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 1061 DUITSCHE RIJKSBANK. Voornaamste posten in millioenen Reichsmark. Data Goud Daarvan bij bui¬ tent. circ. banken *) Deviezen als goud- dekking geldende Andere wissels en cheques Belee- ningen 15 Nov. 1928 7 — 1928 31 Oct. 1928 23 — 1928 15 — 1928 15 Nov. 1927 30 Juli 1914 2.477.9 2.539.9 2.532.8 2.510.7 2.508.7 1.854,5 1.356.9 85,6 85,6 85,6 85,6 85,6 70,1 185.6 168,1 163,3 163,2 149.6 287,1 1.879,1 2.182,9 2.348,3 1.963,7 2.062,3 2.167,6 750,9 69,9 33,8 95.2 31,0 114,9 42,4 50.2 Data Effec¬ ten Diverse Activa2) Circu¬ latie Rekg.- Crt. Diverse Passiva 15 Nov. 1928 7 — 1928 31 Oct. 1928 23 — 1928 15 — 1928 15 Nov. 1927 30 Juli 1914 92,3 92,3 93,5 93,5 93,5 92,1 330,8 527.5 547,7 513.3 542,2 538.6 628,9 200.4 4.172.7 4.410.3 4.672,0 4.034,7 4.293.8 3.787.4 1.890.9 569,5 585.2 493,9 729.3 606,1 643,7 944,- 293.2 266.7 268.7 265.2 269,4 356.7 40,0 l) Onbelast. !) W.o. Rentenbankscheine 15, 7 Nov., 31, 23, 15 Oct. ™28, 15 Nov. ’21, resp. 44; 45; 15; 59; 40; 188 mill. NATIONALE BANK VAN BELGIË. Voornaamste posten in millioenen Belgas. Data 1G28 Goud Goud en zilver b. d. schatkist Binnen- en buitenlandsche wissels Beleeningen op Belgische Staatsfondsen Voorsch. aid. Staat voor inge¬ trokken marken Circulatie Rekg. Crt. Ł*- -2 Is %€s ë-5 %€§|| ^ -Ki £ cg .«O a Łe % 2 £ 22 Nov. 15 — 7 — 31 Oct. 25 — 24 Nov.1 828 828 820 813 811 699 515 535 540 544 518 438 44 44 44 44 44 42 608 609 606 617 604 509 33 50 44 53 47 29 366 366 367 371 372 400 2.264 2.284 2.285 2.325 2 249 1.975 8 8 10 29 13 21 84 102 89 52 98 82 1 iNOV. ‚j 1 i) 1927. VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA. FEDERAL RESERVE BANKS. Voornaamste posten in millioenen dollars. Data Goudvoorraad Wettig betaal¬ middel, Zilver etc. Wissels Totaal bedrag Dekking F. R. Notes In her- disc. v. d. member banks In de open markt gekocht 7 Nov.™28 31 Oct. ™28 24 — ™28 17 — ™28 iO — ™28 3 — ™28 9 Nov.*27 2.642.8 2.641.1 2.646.2 2.636,1 2.624,7 2.616,6 2.909.9 1.204,1 1.253.9 1.248.9 1.279,7 1.268,0 1.248,3 1.550,6 125.6 131,9 132.1 133,3 128.2 134,8 131.6 957,4 932.3 911,9 935,8 993.4 1.025,9 460,6 448,6 440.4 401.5 379.4 331,8 310,0 336.4 Data Belegd in U. S. Qov. Sec. F.R. Notes in circu¬ latie Totaal Depo¬ sito™s Gestort Kapitaal Goud- Dek- kings- perc.t) Algem. Dek- kings- perc.2) 7 Nov.™28 31 Oct. ™28 24 17 10 3 ™28 ™28 ™28 ™28 9 Nov.™27 222.7 227.1 231,0 231,4 226.7 230,6 530.2 1.742.4 1.709,8 1.710.4 1.717.1 1.725.2 1.703,6 2.384.7 2.419,0 2.374,5 2.395,1 2.345.8 2.414,0 146.3 145,9 145,9 145,7 145.6 145.7 131.4 63,6 64,0 64.8 64,1 64.5 63.6 69.9 67.1 67.2 68,0 67.3 67,6 66,8 73,1 1.734,7 | 2.423,3 ‘) Verhouding totalen goudvoorraad tegenover opeischbare schulden; F. R. Notes en netto deposito. J) Verhouding totalen voorraad munt- materiaal en wettig betaalmiddel tegenover idem. PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET FED. RES. STELSEL. Voornaamste posten in millioenen dollars. Data Aantal banken Dis¬ conto™s en beleen. Beleg¬ gingen Reserve bij de F. R. banks Totaal depo¬ sito’s Waarvan time deposits 31 Oct. ™28 24 — ™28 17 — ™28 10 — ™28 3 — ™28 2 Nov.™27 632 632 632 632 634 660 16.067 15.949 15 946 15.908 15.952 15.029 6.430 6.434 6.464 6.352 6.401 6.065 1.745 1.696 1.725 1.689 1.716 1.733 20.443 20.264 20.403 20.168 20.230 19.997 6.940 6.918 6.921 6.906 6.905 6.355 Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overzicht gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten. EFFECTENBEURZEN. Amsterdam, 26 November 1928. De geweldige om vang van de speculatieve bedrijvigheid ter beurze van N e w-Y o r k is in de achter ons liggende be- richtsperiode nog niet afgenomen. De achterstand, welke hierdoor in de administratie van de effectenkantoren is ont¬ staan, heeft er toe geleid, dat de markt Zaterdag jl. gesloten is gebleven, met de waarschijnlijkheid, dat deze maatregel zal worden toegepast, zoolang de tegenwoordige activiteit aanhoudt. Woensdag jl. heeft echter een vrij scherpe reactie plaats gevonden, welke hier en daar de vrees heeft doen ont¬ staan, dat de daling verderen voortgang zou hebben. Een herstel is echter spoedig ingetreden en de opgaande beweging is hervat, zij het niet meer zoo algemeen, doch voor enkele speciale papieren. Het feit, dat de makelaarsleeningen een groote toeneming te zien hebben gegeven, in tegenstelling met de vorige berichtsweek, heeft geen invloed op de tendenz uitgeoefend. Inmiddels zijn de waarschuwingen ernstiger geworden; men heeft gewezen op het hooge koerspeil van vele fondsen, zonder dat dit evenwel het gewenschte gevolg heeft gehad. Te Londen is het opmerkelijk geweest, dat de toestand van de geldmarkt geenerlei invloed op de noteeringen van de ter beurze verhandelde fondsen heeft uitgeoefend. Blijkbaar is het optimisme van Amerika aan de beurs van Londen niet spoorloos voorbijgegaan. Vooral —gilt-edgedfl papieren hebben zich in de gunst van het publiek mogen verheugen. Britsche staatsfondsen waren goed gevraagd in verband met geruchten omtrent een aanstaande conversieleening, De laatste —settle¬ mentfl heeft aan het licht gebracht, dat belangrijke hausse posities in tal van industrieele aandeelen bestonden en heeft tijdelijk eenige reactie voor deze soorten doen ontstaan, waarop echter vrij spoedig een verbetering kon intreden. Te P a r ij s is de markt min of meer onregelmatig ge¬ worden. De opgewekte stemming van enkele weken geleden heeft plaats moeten maken voor een gedrukte houding in tal van fondsen. Een uitzondering werd gevormd door aan¬ deelen Suez, terwijl tal van aandeelen in steenkoolmijnen uit de markt werden genomen in verband met de goede vooruit¬ zichten ‘omtrent de aanwending van verschillende bijpro¬ ducten, waarvan men een gröotere rentabiliteit van de be¬ drijven tegemoet ziet. De markt te B e r 1 ij n is aanvankelijk tamelijk vast ge¬ weest, doch de beursvacantiedag, welke de berichtsperiode in twee deelen heeft gesplitst, heeft een weifelende houding in het leven geroepen. Ook het feit, dat de oplossing van het geschil in de staalnij verheid van het noordwestelijk deel van Duitschland nog op zich heeft doen wachten, heeft een de¬ pressie veroorzaakt. Er bestond echter bijna voortdurend goede vraag voor aandeelen I. G. Farbenindustrie in verband met geruchten, dat deze aandeelen ter beurze van New York genoteerd zouden worden. Voorts waren aandeelen Deutsche Reichsbank ruim gevraagd. Ten onzent heeft de fondsenmarkt een onregelmatig aspect getoond. Beleggingsfondsen waren doorgaans vast, ook voor inheemsche obligaties, in verband met de ruimere hou¬ ding van de geldmarkt. 6 % Ned. Werk Schuld; 1033/4, 104; 4V,% Ned. Werk Schuld 1917: 1001/» 1007/16; 41/, %’Ned.. Indië 1926: 993/8; 5 % Brazilië 1903 £ 100; 873/4, 88V4; 8 % Sao Paulo 1921: 107, 1061/,. Sterke aandacht hebben aandeelen in industrieele onder¬ nemingen getrokken. Vooral aandeelen Philips Gloeilampen zijn bij levendigen handel op den voorgrond getreden, in scherpe tegenstelling tot de vorige berichtsweek, toen bijna niets in het fonds is omgegaan. De kooporders schijnen zich in een kort tijdsverloop te hebben geaccumuleerd,- met het gevolg, dat het aanbod onvoldoende bleek te zijn en dat slechts op aanmerkelijk hooger peil eenig materiaal uit de markt kpn worden genomen. Blijkbaar echter heeft de stijging in iets te snel tempo plaats gevonden; later toch is ‘eenige reactie inge¬ treden. Voorts heeft zich goede vraag kunnen ontwikkelen voor aandeelen Nederlandsche Kabelfabriek, Hollandsche Draad- en Kabelfabriék, Hollandsche Mij. tot het maken van werken in Gewapend Beton, Internationale Gewapend Beton¬ bouw, enz. Vervolgens zijn certificaten Margarine Unie op den voorgrond getreden, in verband met emissiegeruehten, waarbij zich aandeelen Calvé-Delft hebben aangesloten. De. hoogste noteeringen konden hier echter niet behouden blijven. Kunstzijde was verdeeld en niet steeds even opgewekt. Het sterkst waren aandeelen Maekubee gevraagd; de overige soorten hebben hun koerspeil slechts in onbeteekenende maté gewijzigd. Centrale Suiker Mij.: 77, 771/2; Hollandsche Draad- en Kabelfabriek: 139, 150; Hollandsche Kunstzijde Industrie: 2071/a, 212; Hollandsche Mij. t/h. maken van werken in Gew. Beton: 2651/a, 293; Internationale Gew. Beton Bouw: 19972, 2203/4; Internationale Viscose; 1061/.,, 1087a; Maekubee; 173, 1062 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 28 November 1928 180x/2; Margarine Unie: 250x/4, 265x/2; Nederlandsche Kabel- fabriek: 460, 530: Ned. Kunstzijdefabriek: 427, 432; Philips Gloeilampenfabriek (Gem. B. v. A.): 695, 727x/2; Ougrée Marihaye: 366, 369; Separator: 1743/.,, 175l/4; Zweedsche Lucifer Mij,: 437, 436. Yrij kalm is de houding voor mijnbouwaandeelen geweest, hoewel hier toch wel eenige verschillen vielen op te merken. Aandeelen Billiton werden in een voor dit fonds ruime mate verhandeld, in verband met de aanstaande uitgifte van nieuwe aandeelen. Tegen het einde der week werden aandeelen Alge- meene Exploratie Maatschappij en Singkep Tin hooger ge¬ waardeerd, Daarentegen waren aandeelen Redjang Lebong en Boeton eerder iets lager. Alg. Exploratie Mij. 135x/4, 1383/,; Billiton le Rubriek: 1020, 1074; Boeton Mijnbouw Mij.: 2161/2, 216; Muller & Go™s Mijnbouw Mij.: 105; Oost Borneo: 823/4, 843/4; Redjang Lebong: 1691/» 163*/«; Singkep Tin Mij.: 357. 371. De petroleumafdeeling is vast geweest met koersverbete- ringen niet alleen voor aandeelen Koninklijke, doch ook voor Perlak Petroleum, Peudawa, Marland Oil, enz. Af en toe is de handel ook zeer levendig geworden. Dordtsche Petr. Ind. Mij.: 378, 384; Gec. Holl. Petr.: 21372, 219; Kon. Ned. Petr. Mij.: 40574, 413; Perlak Petroleum: 146, 15474; Peudawa: 26, 31x/2; Marland Oil: 453/s, 47xx/16, Tabaksaandeelen hebben een verdeeld verloop gehad. Aan¬ vankelijk was de stemming hier nogal vast, inzonderheid voor aandeelen Senembah en de meeste Javasoorten. Later echter is een ommekeer ingetreden, waardoor vooral de Sumatra- soorten nogal sterke verliezen hebben aangetoond. Een uit¬ zondering vormden aandeelen Deli Maatschappij, welke te¬ voren overigens niet zoo krachtig gestegen waren. Arendsburg: 679,67572; Besoeki Tabak Mij.: 540, 53872; Heli Batavia Mij.: 5217a, 51678; Deli Mij.: 4243/4, 429; Ngoepit: 374, 384; Oostkust: 1801/2, 1813/s; Senembah: 5 103/4, 507. De rvbbermarkt heeft zich eenigszins op den achtergrond bewogen. Naarmate van toevallige vraag of toevallig aanbod waren sommige fondsen nu eens hooger, dan weer lager. Van een bepaalde richting kon niet worden gesproken. Amsterdam Rubber: 2355/s, 236x/2; Deli Batavia Rubber: 1643/4, 162; Hessa Rubber: 315, 3Ö93/4; Indische Rubber: 260, 262; Java Caoutchouc: 1497a, 1497/s; Kali Telepak: 248, 245;-Majang- landen: 2943/4, 298x/2; Ned. Ind. Rubber & Koffie: 2681/,, 274; R™dam Tapanoeli: 104, 1033/4; Serbadjadi: 189, 186x/2; Sumatra Caoutchouc: 17472, I77; Sumatra Rubber: 180, 187; Ver. Ind. Cultuur Ond.: 130, 131; Intercontinental Rubber: 10x/32, 127ie- Suikeraandeelen zijn vrijwel volkomen verlaten geweest. In aandeelen H.V.A. zijn slechts enkele stuks per dag ver¬ handeld en, in de overige soorten is het meermalen voorge¬ komen, dat geen noteering tot stand kon worden gebracht, bij gebrek aan.belangstelling. Cultuur Mij. der Vorstenlanden: 1557s, 155; H.V.A.: 66772, 666; Javasche Cultuur Mij.: 377, 373; Maron: 235x/2, 236; Moormann: 313, 315; Ned. Ind. Suiker Unie: 247, 243; Poerworedjo: 963/4, 96; Sindanglaoet: 415; Tjepper: 673, 675,; Watoetoelis Poppoh: 760, 765. De scheepvaartmarkt is stil geweest en bleef voor de meeste soorten vrijwel onveranderd, hoewel met een vasten onder¬ toon. Sterker gevraagd dan de andere aandeelen waren o.a aandeelen Nederlandsche Scheepvaart Unie en van Nievelt Goudriaan & Co. Tegen het slot is de tendenz iets matter geworden. Holland Amerika Lijn: 85x/2, 833/4; Java China Japan Lijn: 13974, 139; Kon. Ned. Stoomboot Mij.: 94*/4, 93; Ned. Scheepvaart Unie: 205, 2083/4; Nievelt Goudriaan: 12274, 123; Stoomvaart Mij. Nederland: 1993/4.’ Thee aandeelen hebben weder een periodieke opleving mede¬ gemaakt. Hoewel bijna zonder handel, zijn de meeste koersen lichtelijk gestegen. Amsterdam Thee: 108; Melangbong: 207, 209; Goalpara: 582 (ex. div.); Pasis Kananga 220’/2, 224; Rongga Landbouw: 317, 324; Sedep: 524, 527. Bankaandeelen hadden een rustig verloop, doch waren niet bijzonder gevraagd. Amsterdamsche Bank: 187; Holl. Bank voor Zuid-Amerika: 66x/4, 65; Incasso Bank: 124; Javasche Bank: 322; Koloniale Bank: 2383/4, 239x/2; Ned. Ind. Handelsbank: 165x/4; Ned. Handel Mij.: (C. v. A.): ]70x/«, 1723/j; R™damsche Bankverg.: 1057s, 1053/4; Twentsche Bank: 140. De Amerikaansche markt was zeer kalm; het publiek bleek geneigd tot eenige verkoopen over te gaan. Vast bleven o.a. aandeelen Anaconda Copper. Anaconda Copper: 2183/4, 220 (ex. div.); Studebaker: 773/4, 77; U. S. St el Corp.: 1703/8, 168x/2; U. S. Leather: 34x/4i 34x/8; Atchison Topeca: 201, 200; Baltimore & Ohio: 119x/s, 119; Erie: 62, 67x/2; St. Louis & San Fransisco: 119x/4, 117x/2; Union Pacific: 217x/2, 215x/2; Wabash Railway: 78, 78x/a. GOEDERENHANDEL. GRANEN. 27 November 1928. De verschepingen van tarwe waren de vorige week weder iets grooter dan in de daaraan voorafgaande en de stoomende voorraad is op het oogenblik weder grooter dan in de vorige week, toen hij reeds de grootste was, welke sedert 30 Juni onder¬ weg was naar Europa. Volgens een berekening van Broomhall™s Corn Trade News is de zichtbare voorraad van tarwe zeer groot. Voor de berekening daarvan werd de zichtbare voorraad van tarwe en meel in de Vereenigde Staten en Canada genomen, alsook in Argentinië en Australië en bovendien de stoomende voorraad, welke onderweg is uit exportlanden, benevens de voorraad in de voornaamste havens van Engeland. Het totaal dezer gezamenlijke zichtbare voorraden bedroeg volgens Broomhall op 1 November 53.030.000 quarters tegen 39.730.000 quarters in het vorige jaar. Dezelfde voorraad op 1 November van daaraan voorafgaande jaren, van 1923 ai, geven aan¬ merkelijk lagere cijfers. Binnen eenigen tijd zullen ook de oogsten van tarwe in Argentinië en Australië zijn binnenge¬ haald en zal uit die landen in ruime mate tarwe worden aan¬ geboden. Van den ouden oogst heeft Argentinië in den laatsten tijd nog vrij belangrijke hoeveelheden tarwe verscheept, doch vermeerdering van den uitvoer zal moeten wachten tot de aanvoeren van den nieuwen oogst de uitvoerhavens hebben bereikt. De berichten over den tarwe-oogst blijven gunstig luiden. Volgens de laatste hier ontvangen rapporten is eenige regen gevallen en zijn de vooruitzichten van den tarwe-oogst gunstig. In het Noorden is men met oogsten begonnen en deze werkzaamheden zijn vertraagd door regen, terwijl ook hagel eenige schade schijnt te hebben teweeg gebracht. In de vorige week werden eenige klachten gehoord over het voor¬ komen van smet, doch sedert zijn ze deze week verstomd. Terwijl in het Noorden eenige nadeelige gevolgen werden ondervonden door regen, welke locale schade aan den oogst toebracht, deed verder zuidelijk de regen veel goed. Over het algemeen verwacht men goede opbrengsten en de weersom¬ standigheden werden volgens de laatste berichten weder beter. In Australië, waar ook een aanvang met het binnen¬ halen van den oogst is gemaakt, wijzen de eerste dorschresul- taten op betere opbrengsten, dan men in den beginne ver¬ wachtte. In verband daarmede wordt de vermoedelijke op¬ brengst nu weder iets hooger geschat dan in de vorige week toen deze schatting 154 milh’oen bushels bedroeg, terwijl van Industrieels Disconto Maatschappij AMSTERDAM LONDEN MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL / 25.000.000.- BERJLI.1N PARIJS KOPENHAGEN VOLGESTORT GEPLAATST EN RESERVES /12 900.000- Financiering van den afzet van industneele producten. 28 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 1063 AANVOEREN in tons van 1000 KG. Artikelen Rotterdam Amsterdam Totaal 18/24 Nov. 1928 Sedert Overeenk. 1 Jan. 1928 j tijdvak 1927 18/24 Nov. 1928 Sedert 1 Jan. 1928 Overeenk. tijdvak 1927 1928 1927 Tarwe . Rogge . Boekweit. Maïs. Gerst . Haver . Lijnzaad. Lijnkoek. Tarwemeel . Andere meelsoorten …. 56.841 . 1.079 366 27.440 33.984 2.632 9.713 4.543 2.483 640 1.997.564 190.838 14.806 928.216 490.177 18.076 182.540 178.378 99.610 11.244 1.998.786 369.373 20.521 1.240.889 449.540 191.949 238.179 171.573 111.335 11.357 1.055 106 3.409 981 58.983 194.567 13.906 617 343.410 1.184 34.239 43.124 743 67 213.113 13.974 2.829 220.645 39.983 2.056.547 190.838 14.806 1.122.783 504.083 18.692 525.950 179.562 133.849 11.244 2.041.910 370 116 20.588 1.454 002 463.514 194.778 458.824 171.573 151.318 11.357 particuliere zijde een cijfer van 150 millioen bushels hoog genoeg werd geacht. Nu schat men de opbrengst op 160 millioen bushels. Tengevolge van gedurende den laatsten tijd matig gevallen regen zijn de vooruitzichten nog gunstiger geworden, waardoor het niet onmogelijk zal zijn, dat de op¬ brengst nog grooter zal worden. In Canada gaat men voort met het ter markt brengen van de in het najaar geoogste tarwe en verschepingen van Canadeesche tarwe naar Europa blijven zeer groot. Canada levert op het oogenblik het grootste ge¬ deelte van de tarweyerschepingen naar Europa, doch spoedig zullen Argentijnsche en Australische tarwe in ruime mate aan de markt worden gebracht, waarvan Canadeesche tarwe in sterke mate de concurrentie zal ondervinden. Men is daarom op het oogenblik in Canada zeer gevoelig voor oogstberichten uit Argentinië en al naarmate die meer of minder gunstig zijn, reageeren daarop de prijzen aan de termijnmarkt te Winnipeg. Gedurende de eerste dagen der afgeloopen week ondergingen zij een kleine verhooging, doch spoedig trad weder eenige reactie in en daalden de prijzen tot onder die, waarop zij een week geleden sloten. Zij zijn nu voor December ‚/a d.c. per 60 lbs. lager dan een week geleden. In de Ver- cenigde Staten zijn de factoren, welke hun invloed doen gelden op den prijzenloop niet dezelfde als in Canada, dat in sterkere mate aangewezen is op uitvoer. Houders van tarwe in de Ver- eenigde Staten zijn daarmede niet dringend aan de markt voor uitvoer en er gebeuren daar weinig exportzaken. Wel wordt geregeld tarwe naar Europa uitgevoerd in den vorm van meel. De prijzen voor tarwe in de Vereenigde Staten staan onder den invloed van berichten over den nieuwen oogst van wintertarwe. Deze berichten waren in de afgeloopen week gunstiger dan nog voor korten tijd het geval was, daar ten¬ gevolge van overvloedigen regen en matige temperatuur over het algemeen de conditie van den bodem gunstiger was. In sommige gedeelten van het dal van den Mississippi hebben weder overstroomingen plaats gevonden, doch voor tarwe is dit van weinig belang. De prijzen aan de termijnmarkt te Chicago ondergingen weinig verandering en de dagelijksche schommelingen bleven binnen enge grenzen. Vergeleken met een week geleden, sloot December 3/4 d.c. per 60 lbs. hooger. Ook in Argentinië waren de veranderingen aan de termijn- markten niet groot. Nadat eerst een kleine verhooging te Buenos Aires intrad ging deze weder verloren en sloten de prijzen voor Februari 10 cents lager dan de vorige week. Ook te Rosario ondergingen de prijzen eenige verlaging en sloten zij 15 cents lager. ‘ Aan de markten der invoerende landen van het vasteland van Europa waren koopers terughoudend en er werd een afwachtende houding aangenomen. In Engeland bestond goede vraag voor stoomende partijen en zeer spoedige aflading, ter¬ wijl voor verschepingen in latere maanden lust tot het af¬ sluiten van contracten nog ontbrak. Indië treedt nog als kooper op en kocht weder eenige ladingen Australische tarwe. De verschepingen van rogge uit Noord-Amerika waren grooter dan in de vorige week, doch bleven weder verre bij die van het vorige jaar ten achter! De belangstelling voor Ameri- kaansche rogge is niet groot en van geregelde zaken kan niet worden gesproken. Ook in Donau-rogge komen zaken van kleinen omvang tot stand, evenals in Argentijnsche rogge van den nieuwen oogst ter verlading in de eerste maanden van het volgende jaar. De vraag naar Platamaïs was over het algemeen in de vorige week niet levendig en in de eerste dagen der afge¬ loopen week bleven de prijzen voor stoomende partijen nage¬ noeg onveranderd. Een vrij belangrijke verhooging der prijzen trad in Argentinië in, welke wel een verbetering in Europa tengevolge had, doch de prijzen stegen daar niet in die mate. Daarna daalden in Argentinië weder de prijzen en werden ook die in Europa verlaagd. Echter ook weder niet in dezelfde mate als in Argentinië het geval was. Langzamerhand begint Amerika Mixed maïs te verladen en in de vorige week hebben eenige verschepingen naar Holland plaats gevonden. Nog zijn deze verschepingen van geringen omvang, doch zij zullen spoedig toenemen. Voor de eerste Mixed maïs worden hooge prijzen gevraagd, voor latere aflading zijn zij niet onaanzien¬ lijk lager dan voor Platamaïs, waarvoor men op latere levering hoogere prijzen moet betalen dan voor stoomende. Koopers zijn daarom terughoudend, wat Platamaïs op verdere aflading betreft en bepalen zich meer tot het koopen van de goed- koopere Mixed maïs. Daarin zijn in de afgeloopen week ge¬ regeld zaken tot stand gekomen, tot prijzen, welke vrij sterke veranderingen ondergingen, al naar de termijnmarkt te Chicago hooger of lager was. Gedurende de eerste dagen der afgeloopen week zijn prijzen voor den Decembertermijn te Chicago .SVs ets. per 56 lbs. gestegen en waren de aanbiedingen van maïs uit Amerika beperkt. Zelfs traden Amerikaansche exporteurs eenige dagen als kooper op en werden vroeger afgesloten contracten naar Amerika terugverkocht. Daarna is echter te Chicago weder een verlaging ingetreden en werd het aanbod uit Amerika weder ruimer. Vooral in de laatste helft van de vorige week kwamen belangrijke exportzaken naar Europa tot stand. Vergeleken met een week geleden zijn de prijzen voor December aan de termijnmarkt te Chicago 7/8 d.c. per 56 lbs. hooger. In Argentinië zijn de vooruitzichten van den nieuwen oogst, voor zoover hij gezaaid is, gunstig ^n in die streken waar men bezig is met het uitzaaien, geschiedt zulks onder gunstige omstandigheden. In verband met de hooge prijzen, welke verbouwers van maïs in Argentinië gedurende de laatste jaren hebben gekregen, wordt verwacht, dat de uitzaai van maïs dit jaar in Argentinië zeer groot zal zijn. De berichten uit Roemenië over maïs van den laatsten oogst luiden op het oogenblik iets gunstiger en men verwacht, dat bescheiden hoeveelheden voor export zullen blijken be¬ schikbaar te zijn. Tengevolge van de groote verschepingen van gerst uit de Vereenigde Staten was de stemming voor dit artikel in de afgeloopen week gedrukt. Vooral voor aangekomen en spoe¬ dig verwachte partijen was het moeilijk koopers te vinden en deze moesten tot aanmerkelijk lagere prijzen worden opge¬ ruimd dan waarvoor op latere levering kon worden gerem¬ placeerd. Ook ter verscheping in November en December bestaat een groot tweedehandsch aanbod van gerst, waarin de omzetten klein zijn. De daarvoor betaalde prijzen staan onder den invloed van die, welke voor de spoedige positie worden betaald. Voor verlading in de eerste maanden van het volgend jaar zijn de prijzen aanmerkelijk hooger en zijn het Amerikaansche afladers, die aan de markt zijn. Veel belang¬ stelling ontmoetten deze aanbiedingen tegen de hooge prijzen niet. Van Donau gerst is het aanbod vrij ruim, doch koopers zijn voor deze gerstsoort zeer terughoudend en hoewel af¬ laders in den loop der afgeloopen week hunne prijzen aan¬ merkelijk verlaagden, kwamen slechts sporadisch zaken tot stand. Ook Argentijnsche gerst van den nieuwen oogst ter verlading in de eerste maanden van het volgende jaar wordt geregeld aangeboden, doch ook daarin waren de omzetten gering. De vraag voor buitenlandsche haver, vooral voor Cana¬ deesche en Amerikaansche soorten, was in de afgeloopen week zeer gering en zaken van eenige beteekenis kwamen niet tot stand. Alleen werden verschillende contracten afgesloten in Plata haver van den nieuwen oogst ter verlading in Januari en Februari. SUIKER. De afgeloopen week was de stemming op de verschillende suikermarkten iets kalmer, terwijl ook de omvang van zaken in ruwsuiker kleiner was dan verleden jaar. In Amerika werden voor ruwsuiker prijzen betaald, welke om 21/8 dc. c. & fr. New York (basis Cubasuiker) zweefden. Nadat bij opening der termijnmarkt de prijzen iets hooger lagen dan bij het slot der voorafgaande week, bleven de fluctuaties verder gering en sloot de markt als volgt: Dec. 1064 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 28 November 1928 2.02; Jan. 2.06; Mrt. 2.11; Mei 2.19; Juli 2.27 en Sp. Centr. 3.89. De ontvangsten in de Atl. havens der Y. S. bedroegen deze week 55.000 tons, de versmeltingen 60.000 tons tegen 44.000 tons in 1927 en de voorraden 210.000 tons tegen 207.500 tons. De versmeltingen blijven den laatsten tijd zeer bevredigend. De laatste Cuba statistiek is als volgt: Cubaansche prod, tot 20 Nov Consumptie. Weekontv. afscheephavens. . Totaal sedert 1 Jan. Weekexport. Totale export sedert 1 Jan. . Voorraad afscheephavens…. Voorraad Binnenland . 1928 1927 1926 Ton Ton Ton 4.037.833 4.508.521 4.884.658 89.064 135.521 142.500 15.348 7.218 34.933 3.734.623 4.145.Z64 4.618.330 58.686 43.083 95.850 3.337.472 3.715.254 4.349.755 358.999 430.010 268.575 252.298 227.736 123.828 Willett & Gray publiceerden hunne eerste raming voor de a.s. wereldsuikeroogsten, waarvan hier nog niet alle details bekend zijn. De totale Riet suikeroogsten worden geraamd op 17.578.000 tons (laatste oogst 16.255.000 tons) en het totaal aan Riet- en Bietsuiker op 26.536.000 tons tegen 25.218.000 tons, hetgeen op eene toename van ongeveer 5’/4 % zou duiden. Voor Cuba (zonder restrictie) grijpen zij een cijfer van 4.900.000 tons tegen ongeveer 4 miljoen. Zoodra de volledige gegevens ter hand zijn, zullen deze als gewoonlijk ook hier worden gepubliceerd. In Engeland was de termijnmarkt deze week levendig, terwijl de noteeringen opliepen met 3 d. tot 33/4 d. De Ruwsuikermarkt sloot als volgt: Dec. .-. Sh. 9/6 Maart — 9/8i£ Mei Sh. 9,934- Aug. — 10/3./ Sept. — 10/ Dj Op Java verkochten de V.I.S.P. verdere 1200 tons Superieur uit oogst 1928 tot … 13,50. De tweedehands-markt was stil zonder noemenswaardige prijs verandering. Hier te lande opende de markt prijshoudend, terwijl prijzen geleidelijk aantrokken. Hierna trad eene lichte reactie in wegens ruimer aanbod. Het slot was echter weder prijs¬ houdend op de volgende noteeringen: Dec. / 137/s; Mrt. … 14*/s; Mei … 14s/s en Aug. … 145/s, alles koopers met verkoo- pers tot … 1/4 hooger. De omzet bedroeg 3750 tons. NOTEERINGEN. Data Amsterdam per Maart 26 Nov. ’28 kristalsuiker basis 99° f 14>/8 19 Nov. ’28 26 Nov. ’27 26 Nov.™26 .. 14i/8 — 177/8 2D/16 4 Juli ’14 ruwsuiker basis 88° f nis/S2 basis 99o f Londen Tates Cubes No. 1 White Java™s f.o.b. per Cuba™s 960 c.i.f. Nov. 1 Dec. November Sh. 27/9 27/9 32/- 37/6 18/- Sh. 11/6 11/6 13/3 18- Sh. 10/3 10/3 15/9 New York 960 Centri¬ fugals loco $ ets. 3,96 3.89 4,58 4.90 3,26 ™) Het verschil tusschen ruwsuiker 88» en krist.suik. 99» is aan te nemen op/3p. 100KG. KATOEN. Marktbericht van de Heeren Sir Jacob Behrens St Sons. Manchester, d.d. 21 November 1928. De Amerikaansche katoenmarkt heeft wederom een kalme week doorgemaakt. Prijzen zijn vaster geweest en minder onderhevig aan weer- en andere invloeden en toonden tot de vorige week slechts weinig verandering met een week geleden. Gisteren was New-York echter vaster en ook Liverpool opende 6 tot 7 punten hooger. Er wordt geregeld katoen aangevoerd en aanvoeren zijn iets grooter dan verleden jaar. Ook de export bedraagt bijna 200.000 balen meer dan verleden jaar. Egyp¬ tische katoen is eveneens vast geweest met meer vraag, terwijl er gisteren meer aankoopen plaats vonden. De Amerikaansche garenmarkt is vaster, doch de vastheid van het ruwe materiaal brengt geen overvloed van orders. Producenten van grove nummers werken voornamelijk op oude contracten, daar de tegenwoordige vraag slechts gering is. Ervaringen van spinners, zoowel van mediotwist als weft- garens, schijnen nog al te varieeren. Er blijft een goede vraag bestaan, doch terwijl enkele gebruikers in staat zijn geweest goede hoeveelheden af te sluiten, waren andere fabrikanten verplicht orders voor betere prijzen af te wijzen, speciaal voor dhootiegoederen. Er zijn enkele flinke posten voor Indië in getwijnde garens geplaatst, hoewel de vraag naar enkele twistkwaliteiten en de betaalde prijzen beter zijn. De omzet is echter uitsluitend voldoende om de wekelijksche behoefte te dekken. Indië heeft fijne getwijnde bundelgarens gekocht op beperkte schaal, doch over het algemeen zijn verkoopen echter gering. STATISTISCH OVERZICHT TARWE HardWinter No. 2 loco Rotterdam/ Amsterdam per 100 K.Q. ROGGE American No.22) loco Rotterdam per 100 K.G. MAÏS La Plata loco R™dam/A™dam per 2000 K.G. GERST Amer. No.23) loco Rotterdam per 2000 K.G. LIJNZAAD La Plata loco R™dam/A™dam per 1960 K.G. STEENKOLEN Westfaalsche bunkerkolen, ongezeefd f.o.b. R™dam/A™dam per 1000 K.G. PETROLEUM Mid. Contin. Crude 33 t/m 33.9» Bé s. g. per barrel IJZER Cleveland Foundry No. 3 f.o.b. Middlesbrough per Eng. ton KOPER Standaard Locoprijzen Londen per Eng. ton Jaargemidd. 1925 Januari 1926 Februari — Maart — April — Mei — Juni Juli Augustus — September — October — November — December — Januari 1927 Februari — Maart — April — Mei — Juni ,, Juli Augustus — September — October — November — December — Januari 1928 Februari — Maart — April — Mei — Juni — Juli Augustus — September — October — 5 November 12 19 26 fl. 17,20 *16,90 *16,30 *15,375 *16,10 *16,325 *16,125 *16,20 15,35 14,80 15,75 16,025 15,4i> 15,225 15,225 15,05 14.80 15,75 15.60 15,10 14,875 14,70 13,725 13,45 13.40 13,50 13.80 14.60 15,30 15.30 14 375 14.25 12,00 11,65 12,28 12.30 12.25 12.40 12,40 °/o 100,0 98.3 94.8 89.4 93.6 94.9 93.7 94.2 89.2 86,0 91,6 93.2 89.5 88.5 88.5 87.5 86,0 91.6 90.7 87.8 86.5 85.5 79.8 78.2 77.9 78.5 80 2 84.9 88.9 88,9 83.6 82,8 69,8 67.7 71.4 71.5 71.2 72,1 72,1 1 fl. 13,075 11.475 f 11,525 -1- 11,475 t 11,45 f 11,00 11.125 12,175 11.825 11,95 12,325 12,60 12,20 12,50 13,05 12,70 12.825 13.575 13,20 12,05 11,45 12,15 11,45 12.125 12.575 12,70 12.875 14,00 14,975 15.475 14,275 13,075 12,625 11.575 12,27 12,00 12,25 12,00 12,05 °/o 100,0 87,8 88,1 87.8 87.6 84.1 85.1 93.1 90.4 91.4 94.3 96.4 93,3 95.6 99.8 97.1 98.1 103.8 101,0 92.2 87.6 92,9 87.6 92.7 96.2 97,1 98.5 107.1 114.5 118,4 109.2 100,0 96.6 88.5 93.8 91.8 93.7 91.8 92.2 A. 231.50 190.25 174,00 167.75 177.50 168.50 171,00 175.25 170.50 170,00 175.50 177.75 173.50 165,00 167,00 164.50 173,00 172.75 175,25 171.50 178.50 179.50 178.75 184.75 201,00 207.50 226.50 240.75 239.50 238.50 234,00 246.75 214.75 198.75 218.50 230,00 227,00 226,00 226,00 °/o 100,0 82,0 75.2 72.5 76.7 72.8 73.9 75.7 73.7 73.5 75.8 76.8 74.9 71.3 72.1 71.1 74.8 74.6 75.8 74.1 77.1 77.5 77.2 79.8 86.8 89.6 97.8 104,0 103.5 103,0 101,0 106.6 92.8 85.9 94.4 99.4 98,1 97.6 97,6 1 fl. 236,00 184.25 175,00 174.50 194.75 192.50 198.75 200.50 190.50 204.75 218.75 215,00 210.75 222.25 230,00 219.25 237.50 258.25 246,00 235.75 252.50 233.25 230.50 233.25 246.25 247.75 243.75 255.75 261,00 260.75 252.50 241,00 226.75 198 25 189.50 180,00 189,00 188,00 185,00 | °/o 100,0 78.1 74.2 73.9 82.5 81.6 84.2 85,0 80.7 86.8 92.7 91.1 89.3 94.2 97,5 92.9 100,6 109,4 104.2 99.9 107,0 98.8 97.7 98.8 104.3 105,0 103.3 108.4 110,6 110.5 107,0 102,1 96.1 84,0 80.3 76.3 80.1 79,7 78.4 | A. 462.50 370.75 353,00 330,00 335.75 334.50 360,25 382.50 376.50 360.25 367.75 382.50 373.75 362.50 373.75 354.75 351.50 373.75 372.75 367.75 368 25 369.50 359,00 349.75 348.25 361,00 361,00 350.75 358.25 372,00 365.25 359.75 350.75 350,75 366,00 377,00 381,00 397,00 390,00 oio 100,0 80,2 76.3 71.4 72.6 72.3 77,9 82.7 81.4 77.9 79.5 82.7 80.8 78.4 80,8 76.7 76,0 80.8 80.6 79.5 79.6 79.9 77.6 75.6 75.3 78,0 78,0 75.8 77,5 80.4 79,0 77.8 75.8 75.8 79,1 81.5 82,4 85.8 84,3 fl. 10,80 10,05 10,20 9,85 10,00 13.10 13,85 16.35 17.25 25,50 31.10 38.25 19,00 13.35 12.10 11.25 11,00 10.95 11,00 11,10 11,05 10,90 10,90 10,65 10,60 10,30 10,00 9.95 10,05 10,60 10,10 10,10 10,05 10,00 9,95 10.25 10,15 °/o 160,0 93.1 94,4 91.2 92.6 121.3 128,2 151.4 159.7 236.1 288,0 353.7 175.9 123.7 112,0 104.2 101.9 101.4 101.9 102.8 102.3 100.9 100.9 98.6 98.1 95.4 92.6 92.1 93.1 98.1 93.5 93.5 93.1 92.6 92.1 94.9 94,0 1$ 1.68 1.51 1.80 1.80 1.80 1.93 2.05 2.05 2.05 2.05 2.05 1.81 1.75 1.75 1.70 1.26 1.22 1.22 1.22 1.22 1.22 1.22 1 22 1.22 1.22 1.22 1.21 1.19 1.19 1.19 1.19 1.19 1.21 1.21 1.19 1.18 Š 5) 1.18 1.18 % 100,0 89,9 107,1 107,1 107.1 114,9 122,0 122,0 122,0 122,0 122,0 107,7 104.2 104.2 101.2 75,0 72,6 72,6 72,6 72,6 72,6 72,6 72,6 72,6 72,6 72,6 72,0 70,8 70,8 70,8 70,8 70,8 72,0 72,0 70,8 70,2 -5) 70,2 70,2 Sh. 73/- 70/- 70/6 70/6 70/6 73/- 76/6 87/- 90/6 94/6 118/- 120/6 99/6 85/6 83/6 81/- 80/- 74/- 70/- 70/- 69/- 65/- 65/- 65/- 65/- 65/- 65/- 65/6 66/- 66/-‘ 66/- 66/- 66/- 66/- 66/- 66/- 66/- 66/- 66/- °/o 100,0 95,9 96,6 96,6 96.6 100,0 104,8 119.2 124,0 129.5 161.6 165,1 136.3 117.3 114.4 111,0 109,6 101.4 95,9 95,9 94,5 89,0 89,0 89,0 89,0 89,0 89,0 89.7 90,4 90,4 90,4 90,4 90,4 90.4 90,4 90,4 90,4 90,4 90,4 £ 62.1/6 59.3/- 59.12/- 58.15)6 57.7/6 56.9/6 56.17/6 58.2/- 58.19/6 58.15/- 58.7/6 57.6/6 56.19/6 55.7/6 54.16/- 55.17/- 55.2/6 54.14/- 54.2/6 53.19/- 55.5/6 54.13/- 55.5/- 59.1/- 60.2/- 62.-/- 61.12/- 61.3/6 61.14/6 62.15/- 63.17/- 62.18/- 62.10/6 63.8/- 65.121- 67.10/- 67.17/6 68.5/- 68.-/- °/o 100,0 95.3 96,0 1 94.7 92.4 91,0 91.6 93.6 95,0 94.6 94,0 92,3 91.8 89.2 88.3 89.9 88,8 t8,l 87,2 86.9 89.0 88,0 89,0 95.1 96.8 99.9 99.2 98.6 99.4 101,1 102.9 101.3 100.7 102,1 105.7 108.7 109.3 109.9 109,5 1) Men zie voor de toelichting op dezen staat de nummers van 8 en 15 Augustus 1928 (No. 658 en 659) pag. 689/90 en 709. 2) = Western vóór de invoering van * Manitoba No. 3. f Zuid-Russische. 28 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 1065 In den stand van de doekmarkt is weinig verandering ge¬ komen en wij kunnen bijna woordelijk herhalen, wat wij de vorige week schreven. Indië toont misschien wat meer belang¬ stelling en de mail van deze week rapporteert, dat nu de Meuwjaarsfestiviteiten in de verschillende markten voorbij zijn, koopers vrijer zijn om de kwestie van vervangingsorders te bespreken. Er zijn echter nog steeds niet veel nieuwe zaken gedaan, hoewel wij wel gelooven, dat in dhooties en lichtere soorten geregeld gekocht is. Zuid-Amerika en de kleinere markten leveren nog steeds hun aandeel in de zaken, doch over het algemeen kan de markt slechts als kalm beschreven worden, met neiging tot prijsstijging. Het is een merkwaardig verschijnsel, dat deze weken van vastere prijzen toch niet meer zaken gebracht hebben. Beteekent dit hoogere prijzen in¬ geval van eenige verbetering in den handel, of dat Lancashire het aantal reeds tot stand gekomen zaken onderschat? Liverpoolnoteeringen Oost. koersen 13Nov. 20Nov”. 14Nov. 21Nov. T.T. opBr.-Indië 1/6T’5 1/6^ F. G.F. Sakellaridis 18,15 18,30 T.T.op Hongkong 2/0j^ 2/0j^ G. F. No. 1 Oomra 6,85 7,10 T.T. op Shanghai 2/7>$ 2/7j) 23 °/o 100,0 93,7 94.5 93.3 88.4 89.6 91.2 92.9 94.1 93.3 87.2 84.1 81.5 81.5 79.4 78.2 78.2 76.6 76,6 76.6 73.9 72,1 73.7 74.9 74,9 74,9 74,9 76,6 76.6 78.6 79.8 81.3 84.5 86,0 86.4 86,4 86,4 86,4 86,4 (Jan. Nov. thff Indexcijfer Afl.N!”iELev. v/h.Cesntr.B. A™dam gem. pr. Java- en Suma- tratheep.’/sKG. cts. 84,5 103,5 103.5 100.25 97.5 102.25 100 89.25 87.75 89.5 85.25 79.25 71 71.25 70 72.25 86.5 81.25 84 94.5 93 96 89.25 84.5 79.5 79 74.25 78.25 73.25 71.25 67.75 70.25 73 75.75 °/o 100,0 122,5 122.5 118.6 115,4 121,0 118.3 105.6 103.8 105.9 100.9 93.8 84,0 84.3 82.8 85.5 102,4 96.2 99.4 111,8 110,1 113.6 105.6 100,0 94.1 93.5 87,9 92.6 86.7 84.3 80.1 83,1 86.4 89.6 herleid van 1913= 100 tot 1925=100 100,0 98.7 96.1 93,5 92,3 92.3 92,9 91,0 89.7 90.3 92.3 94.8 94.8 93,5 94.2 92.9 92.3 93,5 96,1 97.4 96.1 96,8 96,8 97.4 97.4 98.7 96.8 98.1 98,7 98.1 98,7 95.5 92.9 93.5 94.2 Indexcijfer van The Economist, herleid v. 1901-5= 100 tot 1925=100 100,0 93,4 92.3 91.1 90.4 89.4 90,0 90.2 92.2 94.7 94.5 93.3 88.7 87.6 89,5 87.9 87.4 88.9 89,3 89.2 90.8 90,0 89.1 88.3 88,0 86.7 87.4 88.4 90.1 90,0 88,3 86.8 85,0 85.1 85,1 1928).4) jaar- en inaandgemiddelden afgerond 1») 1 Nov. U) 8 Nov. 12) 15 Nov. w) 22 Nov. 1066 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 28 November 1928 Er werden per saldo slechts weinig partijen opgehouden. Voor de laatste veiling van dit jaar wordt een aanbod ver¬ meld van ongeveer 22.000 kisten Nederlandsch-Indische thee directe aan voer. De verschepingen van thee van Noordelijk Britseh-Indië gedurende October beliepen 49.7 milboen lbs. of bijna 2.5 millioen lbs. minder dan voor dezelfde maand van verleden jaar. Ook de verschepingen naar het V. K. gedurende de eerste helft van November blijven ruim 1 millioen lbs. ten achter bij verleden jaar. COPRA. In den aan vang der afgeloopen week was de markt goed prijshoudend. Het ruime aanbod van. Indië, vooral van Java Copra, werd door consumenten grif opgenomen. Aan het slot was de markt iets kalmer gestemd. De slotnoteeringen zijn: Nederl. Indische fms. Copra, aflad. Nov./Dec. … 301/4. — Dec./Jan. — 303/8. — — — — — Jan./Febr. — 30x/2. VRACHTENMARKT. De Noord- Amerikaanse!» graanvrachtenmarkt is aan den vasten kant gebleven met onveranderde vrachtprijzen; er werd echter niet veel gecharterd. Van de Northern Range werd bevracht naar Antwerpen of Rotterdam, tegen 15 cents zwaar graan voor December en Januari, terwijl verscheidene volle ladingen gerst werden bevracht tegen de overeenkomende vracht van 16 cents; naar Fransche Atlantische havens a 161/., cents .zwaar graan, November; Marseille/Genua/Napels, 177s cents zwaar graan per December, en naar Venetië of Triest 1872 cents zwaar graan, Januari. De vrachtenmarkt van de Golf van Mexico was in de afge¬ loopen week zeer kalm, de eenigste afsluitingen, welke gemeld werden, waren 4 ladingen naar Griekenland, tegen 4/1072 d. per qtr. zwaar graan, December, 237a cents per 100 lbs. zwaar graan, Januari en 5/- per qtr. zwaar graan, Januari/Februari. Er is een kleine vraag van dezen kant naar het Continent voor de laatste helft van December tegen 17/17 7a cents zwaar graan, basis Antwerpen of Rotterdam. Van St. John valt een matige vraag naar tonnage naar de Middellandsehe Zee te berichten, en er werden booten be¬ vracht voor December tegen 20x/2 cents zwaar graan en voor December/Januari tegen 191/2 cents. Het schijnt, dat van Montreal de laatste afsluiting van dit seizoen heeft plaats¬ gevonden, nl. een bootje van matige grootte, ladend 22 November/1 December naar Antwerpen of Rotterdam, tegen 17 cents zwaar graan naar één, 18 cents naar beide dezer havens. De suikerbevrachters van West-Indië schijnen nog niet veel lust te hebben de nu geldende vrachtcijfers te betalen; een 6000 tonner is echter bevracht voor December van Cuba naar de gewone U.K. Continental Range tegen 19/9 d. Ook werd een boot van gelijke grootte bevracht voor December laden naar San Francisco tegen $ 3.25. Voor stukgoed van New York naar 3 havens Zwarte Zee werd voor een handige December boot de zeer goede prijs van 14 cents per bale foot betaald en groote booten kunnen worden geplaatst voor Februari tegen 12 cents. Van Boston en New York werd een boot bevracht voor de laatste helftvan December naar Murmansk tegen 11 cents. Naar tonnage voor Pitchpine is weinig vraag en van de orders, die aan de markt komen; worden de meesten door de lijnbooten genomen. Er werden 2 booten voor Lumber afge¬ sloten naar Buenos Aires van 900 & 1350 Stds, 10 % per December ad $ 17.Š resp. 150/-. In de Noord Pacific, was de beschikbare graantonnage bepaald schaarsch en terwijl de vraag naar scheepsruimte niet zeer groot was, was de stemming toch vaster, tengevolge van de moeilijkheid om booten te krijgen voor December en Januari laden. Voor December werd van Vancouver betaald 35/- a basis U. K. Continent. Voor Januari werden groote booten afgesloten tegen 32/6 d., maar sedert kan 33/6 d. worden gemaakt. Voor Januari/Februari werd 31/6 d. besteed, maar ook hier viel een stijging van minstens 1/- d. te constateeren. Verder werd bevracht voor Januari naar Antwerpen of Rotterdam tegen 32/3 d., optie Hamburg 32/9 d., optie Londen/ Hull/Avonmouth 33/- en voor Januari/Fébruari naar Ant¬ werpen of Rotterdam tegen 32/6 d., optie London/Hull/ Bordeaux-Hamburg Range of Avonmouth 33/6 d. Met de drie, hoogstens vier zeer prompte booten, die er nog te krijgen zijn, hebben de reeders de La Plata vrachten¬ markt vrijwel in hun hand. De hoogste vracht, die tot nu toe werd betaald was 257- van Upriver naar U. K. Continent. Groote booten werden gesloten voor de volgende maand van Bahia Blanca direct naar Antwerpen of Rotterdam tegen 22/6 d. en 22/9 d. en van Buenos Aires tegen 22/-d. voor de¬ zelfde bestemmingen. De vraag voor het nieuwe seizoen is beter en de vrachten vertoonen een verhooging, er werd 23/6 d. betaald voor booten van middelmatige grootte. Voor Salpeter heeft de constante vraag naar tonnage van Chili voortgeduurd en de bevrachters waren genoodzaakt den concurrentiestrijd op te nemen tegen de betere markten van La Plata en Noord Pacific; de vrachten zijn dientengevolge gestegen. Een December/Januariboot werd bevracht naar Duinkerken direct, tegen 29/6 d. en hetzelfde vrachtcijfer werd betaald voor een Januariboot naar Bordeaux-Rotter- dam Range zonder verdere opties. Er is zeer weinig lijnboot- tonnage te krijgen, maar gezien de in verhouding hooge vrachtcijfers, welke de reeders vragen, willen de bevrachters tot nu toe niets doen. Naar de Vereenigde Staten werd een groote boot bevracht tegen $ 5.25, Galveston-Boston Range, sedertdien is het echter mogelijk om $5.50 voor Januari en Februari te bedingen. De meeste Oostersche markten zijn kalm gebleven, maar er was een duidelijke schaarschte aan beschikbare tonnage in alle posities, waardoor de vrachten een vastere tendenz hadden. Voor soyaboonen werd het hoogste vrachtcijfer be¬ taald sedert bijna twee jaar; er werden nl. twee kleine partijen afgesloten van Wladiwostok naar Rotterdam &/of Hamburg tegen 38/9 d. Dit cijfer zal waarschijnlijk ook te krijgen zijn voor December laden. Australië ging voort haar vroege tarwe naar Engelsch Indië te verkoopen en heeft dan ook veel bevracht naar deze richting. Er werd bevracht van’- West Australië naar Bombay tegen 27/9 d., optie Karachi 28/3 d. voor December/Januari laden; en van Zuid-Australië/Victoria voor December naar Calcutta tot 29/- d. toe. Van West-Australië werd gesloten naar den Levant voor Februari/Maart tegen 40/9 d. De bevrachters van de Donau zijn nog steeds niet in staat te concurreeren met de andere gerstmarkten en aangezien het seizoen al tamelijk gevorderd is, is het niet waarschijnlijk, dat er hiervandaan nog veel zaken zullen gedaan worden. De. Zwarte Zee vrachtenmarkt blijft kalm op basis van 13/- d. naar het Continent, maar wederom kwamen geen afsluitingen tot stand. Van de Middellandsehe Zee is er een betere vraag naar schepen van alle grootten en de bevrachters zijn hooger ge¬ stemd. Er werd bevracht o.a.: Benisaf/Ardrossan 7/-, Almeria Pier/Barrow 7/3 d., Melilla/Rotterdam 5/4x/2 d., Hornillo Baai/Nieuwpoort 6/9 d. De Phosfaatvrachtenmarkt was levendig en verschillende afsluitingen kwamen tot stand naar het Continent. Er werd voor fruitbooten van Zuid-Spanje van 120.000 kubieke voeten 25/- per 100 k. v. geboden, voor kleinere booten 27/-. De vrachtenmarkt van de Golf van Biskaye blijft kalm. De volgende afsluitingen kwamen tot stand; van Bilbao naar Cardiff 6/3 d.. Nieuwpoort 6/9 d., Duinkerken 6/6 d. en Middles- boro 7/3 d. In de afgeloopen week was er wederom een zeer levendige vraag naar kolentonnage van Engeland. Aangezien de vraag naar tonnage tamelijk gelijkmatig verdeeld is over de ver¬ schillende kolenconsumeerende centra™s, zijn de reeders in staat geweest de kolenvrachten op een hooger peil te brengen, speciaal naar Zuid-Amerikaansche bestemmingen. De volgende afsluitingen van Zuid-Wales kwamen tot stand; Rouaan 4/9 d., Gibraltar 9/3 d., Genua 10/3 d., Piraeus 12/6d., Alexan- drië 12/6 d., Port Said 12/-, Colombo 14/3 d.. Las Palmas 9/9 d., Pernambuco 14/-, Rio de Janeiro 14/-, Buenos Aires 14/- en Jamaica 7/9 d. Bevrachtingen, welke van de Oost¬ kust tot stand kwamen, waren: Trondhjem 7/-3 d., Abo:7/3d., Kopenhagen 5/9 d., Hamburg 4/107a d., Rotterdam 4/47a d., Antwerpen 3/4x/2 d., Bordeaux 7/-, Algiers 10/-, Genua 10/6 d., Alexandrië ll/107a d., en Rio de Janeiro 13/3 d. RIJNVAART. Week van 18 t/m. 24 November 1928 De aan voeren van zeezijde waren minder dan de vooraf¬ gaande week, eveneens de aanvoeren van erts. Er was weinig vraag naar scheepsruimte, die over het algemeen niet in groote mate beschikbaar was. Men betaalde voor erts naar de Ruhr- havens … 0.45 a … 0.50 met x/4 en’/ 0.55 a … 0.60 met 7s lostijd, benevens liggeld na afloop van den lostijd op bestemming 27« ct. per ton en per dag, ook bij oponthoud door staking of uitsluiting. Naar den Bovenrijn was matige vraag. De vrachten van ruwe producten bedroegen …1.10 met 1/l en … 1.20 met 72 lostijd. De stemming was lusteloos. Het sleep¬ loon bedroeg 40 ets. tarief. De waterstand was afwisselend vallend en wassend. In het laatst der week trad een sterke was in. Zoowel naar den Boven- als naar den Benedenrijn werd op vollen diepgang afgeladen. In de Ruhrhavens ondergingen de vrachten geen wijziging. Scheepsruimte bleef voldoende beschikbaar bij minder vraag. De vracht voor exportkolen bedroeg M. 1.20 per ton inclusief sleeploon. Nederlandsche Handel-Maatschappij Amsterdam Gestort kapitaal f 80.000.000. Š Statutaire Reserve f 40.000.000_ AGENTSCHAPPEN TE ROTTERDAM EN ™S-GRAVENHAGE Vestigingen in Nederlandsch-Indië, Straits-Settlements, Britsch-Indië, China en Japan 2 In- en Verkoop van Wissels en Telegrafische Transferten. – Incasseeringen en Financieeringen. – Schrifte¬ lijke en Telegrafische Credieten. – Reiscredietbrieven. – Deposito™s. -Rekeningen-Courant.- Aan- en Verkoop van Effecten. – Administratie van Vermogens. – Open en Gesloten Bewaarneming SAFE-DEPOSIT KOFFERKLUIS A. E. C. VAN SAARLOOS, Balanslezen Handleiding voor fondsenbezitters, directeuren en commissarissen van Naamlooze Vennootschap¬ pen en studeerenden in de Handelswetenschappen. Tweede druk . f 2.90 Productiekostenverrekening- en Wetenschappelijke Bedrijfsleiding Leidraad voor Fabrikanten, Ingenieurs en Ac¬ countants .f 3_5o HANDELSECONOM|ISCHE BOEKERIJ Deel I. Dr. PAUL FELDKELLER, Het denken in dekoopmanspractijk Leidraad voor het logisch denken in het dage- lijksch leven . f 1.75 Deel II. J. F. HALKEMA KOHL, Het Betalingsverkeer f 1.90 NIJGH & VAN DITMAR™S UITG.-MIJ Š ROTTERDAM Practisch Administratieboek voor Huiseigenaren Prijs gecartonneerd f 2.25 Alom verkrijgbaar bij den Boekhandel en bij Nijgh & van Ditmar™s Uitgevers-Maatschappij, Rotterdam. Lessen over den Handel door J. GROOTEN Prijs f 8.Š Geb. f 8.90 Alom verkrijgbaar bij den Boekhandel en bij Nijgh & van Ditmar™s Uïtg.-Mij Rotterdam ADVERTEERT IN DIT BLAD! Werkloon- berekening Onmisbaar boekje voor allen die werklieden in hun dienst hebben. – Met berekeningen in*uurloon van 5Š100 cent Prijs f 1.50 Geb. f 1.90 Verkrijgb. bij den boekhandel en bij NIJGH & VAN DITMAR’S U1TG.- MAATSCHAPPIJ, ROTTERDAM 28 NOVEMBER 1928 1SE JAARGANG No. 674 Nederlandsch Indische Handelsbank AMSTERDAM ™S-GRAVENHAGE ROTTERDAM BATAVIA AMO Y, AMPENAN, BANDOENG,BOMBAY, CALCUTTA, CHERIBON, GORONTALO, HONGKONG, KOBE, MAKASSAR, MEDAN, MENADO, PALEMBANG, PASSOE- ROEAN, PEKALONGAN, PROBOLINGGO, SEMARANG, SHANGHAI, SINGA¬ PORE, SOERABAYA, TEGAL, TJILAT JAP, TOKIO, WELTEVREDEN, YOKOHAMA Kleine Advertentiën in de Nieuwe Rott. Courant f 1.50 per 10 woorden – Iedere 2 woorden meer 25 cents Worden aangenomen voor de rubrieken: Vraag en aanbod, Huur en Verhuur, Betrekkingen gezocht en aangeboden, Gevonden en verloren goederen, Voorschotten gevraagd en aangeboden, Lessen gevraagd en aangeboden, Diversen, bij: de Bureaux en Agenten van de N.R.C. te Rotterdam, Amster¬ dam, ™s-Gravenhage en alom in den lande waar Agenten zijn gevestigd, Erkende Advertentiebureaux, Boekhandelaren, Kantoorboekhandelaren, Kantoorhouders der Posterijen en bij alle Kiosken. De Vestigingsfactoren der Katoenindustrie in de Vereenigde Staten van Noord-Amerika door Dr. J. WISSELINK Prijs ingenaaid f 6.Š Moge dit gave en rijpe werk de belangstelling vinden die bet verdient. Wetenschap, industrie en arbeid zijn door de verschijning ervan gelijkelijk gediend. Prof. VOLMER in —De Naamlooze Vennootschapfl. Nijgh & Van Ditmar™s Uitgevers Mij. – Rotterdam. Koersberekening Door JOH. HAGE Een handleiding bf] het be¬ rekenen van},koersen. Prijs f2,90 Alom verkrijgbaar bij den Boekhandel en bij Nijgh & v. Ditmar™s Uitgevers- Maatschappij, Rotterdam. Abonneert U op De Spiegel van Handel en Wandel Tweede, omgewerkte druk van Inleiding tot de Studie der Bedrijlshuishoudkunde door J. GROOTEN Dir. der Leven sverzekering- Mij. N. O. G., Leeraar M.O. Wiskunde en Boekhouden, Amsterdam Ingenaaid f 7.50 Gebonden f8.50 NIJGH & VAN DITMAR™S UITGEVERS -MAATSCHAPPIJ ROTTERDAM Naamlooze Vennootschap Wilton™s Machinefabriek en Scheepswerf Rotterdam Scheepsbouw en Machinefabricage. Speciale inrichting voor reparatiën van eiken omvang. Vijf droogdokken met lichtvermogen tot 46000 ton. §& Dwarshelling. Drijvende kranen met een lichtvermogen tot 120 ton. Telefoon: 7304™ 7305™ 732S Telegramadres: —WILTONfl Rotterdam NIJGH & VAN DITMAR™S BOEK- EN HANDELSDRUKKERIJ, ROTTERDAM

Auteur