Ga direct naar de content

Jrg. 13, editie 632

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: februari 8 1928

i /i1)]7ffJjI 1?.! 79ii

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN

Economisch
~
Stati*sti*sche

Be’nchten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL,NÎJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART

UÎTGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

I3EJAARGANG

WOENSDAG 8 FÉBRUARI 1928

No. 632

”J
INHOUD.

Bis.

DE IiESOHI1FtMINU VAN DII KERAMISCI-IE INDuSTRIE
door
Prof. Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuurt …………….120
Het Werkloosheidsprobleem II (Slot) door
C.
Vermey . 122
i3eschouwingen over Kolen……………………..
124
1)e Wetenschappelijke Balans der V. 0. V. op 31 Decen-
ber
1924
door
H. Th. II oven ………………….127
De Poenale. Sanctie en het algemeen belang door
J. D. L.

Le Febvre
met Naschrift door Prof. Mr. F. J. 11. Cowun 129
Belasting van Nederlanders in liet buitenland door
Prof. Mr. Dr. A. van Gijn
…………………….
131
Belasting van Nederlanders in den Vreemde door
Mr.
W.
R. Ruimen Ilimlel ………………………..131
AANTEÉKENINOEN:
De vakorganisatie in Rusland ………………
133
Indexeijfers van• groothandelsprijzeu…………..
133
Kosten van het levensonderhoud bij arbeidersgezinnen
en gezinnen van meergegoeden te Amsterdam….
134
Schatting van de Europeesche productie van suiker-
bieten voor het oogstjaar
1927/28 …………… 135
IIAANDOIJFERS:
Emissies in Januari
1928 ……………………135
Postchèque en Girodienst

………………….136
Productie der Steenkolen-, Bruinkolen. en Zoutmijnen
136
STATISTIEKEN EN OVERZIOMTEN
…………….
136-142
G eidkoersen.

Ba nkstaten.

Goederen handel.
Wissel
koersen.

Effectenbeu rzen.

Verkeerswezen.

INSTITUUT VOOR ECONOMISChE GESCHRIFTEN.
Algemeen Secretaris: Mr. Q. J. Terpstra.

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN.
COMMISSIE VAN ADVIES:
Prof. Mr. D. van Blom; J. van klasselt; Jhr. Mr. L. H. van
Lennep; Mr. K. P. van der Mandela; Prof. Dr. E. Moresco;
Mr. Dr. L. F. H. Regout; Dr. E. van Weicleren Baron
Rengers;
Prof.
Mr. H. R. Ribbius; Jan Schilthisis; Mr.
Q. J. Terpstra; Prof. Mr. F. de Vries.
Gedelegeerd lid. Prof. Mr. Dr.
G.
M. Verrijn Stuart.
Redacteur-Secretaris: S. Posth&uma.
Secretariaat: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 3000. Postrekening 8408.

Abowniementsprijs voor het weekblad franco p. p. in
Nederland f20,—. Buitenland en Koloniën f23,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het
fnstituut ontvangen het weekblad gratis.

Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement
volgens tarief. Administratie van abonnementen en edver.
tenties: Nijgh cG vom Ditmar’s Uitgevers-Maatschappij, lot-
tordarn, Amsterdans, ‘s-G-ravenhage. Postchèque- en giro.
rekeiving No. 6729.

7
FEBRUARI
1928.

De .maancl.swisseling bad cleze.n keer, hoofdzakelijk
wel door het, groote bedrag, dat, vrij kwam door de aflossing vai de staatsieening, een zeer gemakkelijk
ven
001).
OaH gel cl warci iets vasten en lep verlecleil
Toevisdag
op tot. 5 pOt., maar Donderdag was ei weer
aanbod op 4 pOt.cn -cle ete voor particuir dis-
oii to liep ook weder tot
4ti
pOt. terug. Door de ver-
hooging van. de federal reserve rate, eerst in Chicago
en Rieqimond, cii daarna Donderdagavond ook van die
te New York, trad weder een lichte verstijving in,
maar de geldmarkb1eef ruim van middelen voorzien,
zoodat de koérs sibehts weinig hooger werd, tei’viji;

ook de prolongatierente geen wijziging van beten-
frenis onderging.

*

De binnenlandsche uitzett,.i.ngen van :De Nederland-
schee Bank bi ijken gedurende cle afgeloopen weék per
saidd vrij-belangrijk te zijn te.ruggegaan. De post hin-

nenlaricische wissels is weii:swaar nog niet,
f
2,3 mii-
lioen gestegen, maar de beieeningen ve.rtoonen een
vermindering van
f
25,5 mil-lioen.

De goadvoorraad der Baii-k geeft een vermeerdering
yen
f
2 millioen te zien. De zilvervoorraad daalde met

T
500.000. De post papIer op het buitenland blijkt met

f
2.1. millioen te zij;n toegendmen, terwijl de diverse
rekeningen
OP
de actiefzijcle der balans een stijgin-
van

f4,5
millioen te aanschouwen geven. –
De bil jettencirculatje klom met
f
7,1. mill.ioan. 1-let
tegoed van den Staat vertoont, zooals in verband met
de aflossing der leening 1.923 A te verwaëhten was
een belangi-ijken teruggang. Het verminderde van
f49,7 millioen to-t
f
17,5 millioen. De rekeuing-cou-
rantsaidi van anderen blijlcen met
f
9,8 niillioen te
zijn toegenomen. Het beschikbaar motaalsal do- klom
mat
f
4,6 millioen. Het clekkingspercen.tage bedraagt
ruim 53.

– . De wisselmarkt was deze week meer bewogen dan de vonigo weken. Door de Vrij belangrijke schomuic-
.iihgen in de bui tenlandsche geidkoersen, tegenover de
vrij ruime gel-dmanirt hier te lande, liepen bijna alle
wisselkoersen op. Dollars stegen van
2,477/s
tot 2,48%
en iPonden liepen op van 12,08% tot 12,09. Ook dc
venige koersen liepen, -hoewel niet steeds evenredig,
nitar boven. Bijzonder sterk stegen Marken, vooral in
ht laatst der week. Van 59,08 klom do isoers tot 59,25,
naar men meent voor een groot gedeelte als anticipa-
tie op terugbetaling van de in Amerika in beslag genio-
nn gel’den, waarvan men een bespoedigi lig verwacht.

o

L0:NDEN, 6 FEII3RUA14II. 1928.

Gedurende de geheele afgeloopen weelc bleef geld
ged bruikbaar zonder schaarsch genoemd te kunnen
wonden. De laatste 2 dagen van januari venliepeii,
ea’nigszins tot veni)azilig van de markt, zonder dat de
hulp van de Bank van Engeland ingeroepen behoefde
te worden. Ondanks de divi-denden per 1. Februari
bleef goede vraag naar geld gdhandhaafd, tacwiji uit
den Bankstaat bleek, dat de markt slechts karig van
vlottend geld voorzien kon zijn. –
In de discontomarkt overheerschte de invloed van
de verhooging van het officieel disconto in New York
tpt 4 pOt., dat wel niet on:varwacht kwam maar eerder
dn wérd voorzien. Disconto werd dan ook nog iets
ster op 43fia_l% voor 3-maancls prima hanldaccept-emi.

1
iDeze ver.hooging van het disconto in New York en
de mededeeling van den Minister van Financiën, dat hij geen vdriaging van de inkonistenbelasting in zijn
budget voor het nieuwe financieele jaar in uitzicht
:kdr itellen, misten -hun uitwerking op de effectenbeurs
nit, daar het optimisme van de eerste- weken van
– ,Janu-ari over goecikooper geld en belastingverlaging nu
gëp basis bleek te hebben. – – – –

120

ECONOMISCH-STA1ISTISCHE BERICHTEN

8
Februari
1928

DE BESCHERMING

VAN DE KERAMISCHE INDUSTRIE.

01) 6 December ii. reeds was liet Toorioopig Tee-

slag inzake het on twe.ip-aardewerk.wet verschenen, en
na lang wachten heeft cle Regeeririg ei.n•delij’k
üJ?
23
Tanuari jI. have Memorie van Antwoord het licht doek

zien. To1 – verwachting heeft het hart geklop t van
allen, die belang stellen in onze handeispolitiek. 1)e
Memorie van Toelichting had een ontstellend gebrek

aan deugdelijke argumenten getoond. Zou het (le Re-

geering in tweede instantie geluicken om de iiotivce-
ring
van
haar voorstel te geven, ‘die men in de M. v. T.
wo pijnlijk had gemist? Wie dat verwacht mocht heb-

ben., kan zich na lezing van de M. v. A. slechts teieur
gesteld gevoelen. Er staat in dit stuk na, het uitvoe-

rige V. V. natuurlijk heel wat meer, dan in cle soher’o

M. v. T., maar helaas is cle q’ualiteit niet in even-
redigheid met de quantit
eit.
Het bestek van di.t artikel noopt ons tot beperking

tot, enkele belangrijke punten.
1)
De n-.dere beschod-
Wi
ng daarvan zal echter genoegzaam duidelijk maken,
dat ook deze tweede proeve van actieve handelspolitiek
verre van geslaagd is.

De Regeering verbaast zich over de kritidk, welkè
liet wetsontwerp in en buiten de Kamer ‘heeft ont-

• moet. il:en heeft bij cle bestrijding een beroep gedaan

op cle beginselen van cle Economische Conferentie van

Genève en in het voorstel een -bedenkeiij’ken stap in
de richting der protectie gezien. Deze argumenten

‘acht -de Regeering niet ter zake dienende. Een beroep
op Genève gaat niet op, want daar richtte men zich
slechts tegen de excessen op het gebied der handels-

poltek. Excessief . acht de Regeeririg de door haar

voorgestelde vorhooging van het invoerrecht niet,
wanneer men het vergelijkt’ met wat andere ‘landen
zich in dit opzicht veroo:rioven. De Regeering betreurt
het, dat andere landen niet, voorgaan in de verlaging

der invoeirechten, doch wonscht zich niet te binden
aan eene gedragslijn, die niet wederkeerig wordt aan-
i’aard. .

Pal op d.it betoog, dat uiting geeft aan de weder-
keenigheicisidee, volgt eene verklaring, die weder
in
geheei andere richting gaat. ‘De Regeering toch maakt
dal) de opmerking, dat zij er niet aan denkt om van

onze vrijhanciel-spolitiek, welke zij in verband niet. de

economische structuur van ons land de juiste acht.,
af te wijficen. Uit ztt.iver nationaal belang acht zij op-
richting van hooge tariefmuren uit den booze,
zelfs
wawneer c eren dat doen.
Maa. ….. liet gaat hier,
waar bepaalde tarieven d’oor drie jaar verhoogd zul-

leri wo.rden ‘niet -om afwijking van een begnse-I,
maar om cle uitzondering die den regel bevestigt. Zij,
die de zooeven genoemde algemeene beginselen tegen
dit ontwerp aanvoeien, zon-digen uit een oogpunt van
elegantie. Men richt, zonals de M. v. A. schrijft, geen
kanoninades tegen. een ééndagsvlin.cler. .
Dit betoog is voos. De wenschea vin hen, die hier
te lande de handelspolitiole gewijv.igd wiiln zien, zijn
tweeledig. Zij beoogen ,,safeguarding”, hetgesu in
rond Hollandsch letterlijk bescherming beteekent, en
,,onrle:rhan•cleingstar.ieven”, die men nu wei angstvai-
lig niet als ,,vechttar.ieven” kan aanduiden, maar die

dat. in het wezen der zaak steeds zullen moeten zijn.;
Deze beide •desiderata gaan in tegen de vota van
Genève, welke om. blijken ui.t de volgende concl usies,
te vi nclen
01)
bl’z. 33 “al) het Rapport Défin itif
,La Conférence reconiauiancle:

0
in-. Qua les nations prennent immédi.atemcnt des mesures
pour -supprinier on abaisser ‘les barrières douanières qui
opposent cle graves dbstacles aux échanges internationnux,
cii coninuençant par ceiles qui ètaieuit destinées ii faire f:i.ce
ii. des perturlations. tempo-raire.s rd’sultant cle la guerre.
3o.
Que, a l’avenir, ‘soit albanclonnée ]a -pratique cle met-
tre en vigueur, préalla’b]ement aux négociations, les clroits
excessiîs ét;ifllis, en viie cle marehanciages, soit paÎ voie
de tarifs de conuhat, soit par voie cle taris généraux.”

L)
Men
‘zie
ok onze artilkelen in
E.–S.
B. van
23
en
November 1927.

.

.

. Val, doet in
UflZd
Regcerug? l)e vechttarieven zijiu
1 ii
studie gei)o]nen en zonder eenige l.eiiooriijke moti-

veering wo.iclt aal) een dier ‘iirigste weusc’heu van hen, cli e cene andere han cjelspolitielc wensc-hen, tegemoet-

gekomen door het o-ntw’erp-aardewerkwet. Het argu-
l)).Cli
t, -dat verlinogi ig’ van rechten in het licht. cle.r
Geniee:fsche beraacisl agi l)gel) -geoorloofd is, zoolang wij

maar Zorgen een eind lager 1i)et onze rechten te blij-
Vel). dan sommige andere staten, waaruit men, al •na.r

gelang van -cle te besche:rmen artikelen, een keuze kan
ilomi, kan niet
au sé’rieux genomen worden, want- op
clie wij-ze zou Genève een vrij-brief hebben gegeven
‘oor ongeh:l’eidlelde bescherming, en zou ons land me-

dleWel’kefl aal) bederf, in plaats van aan verbetering

der internationale economische betrekicingel), wat toch bezwaarlijk in onze
lijn
kan liggen.

En zou het waarlijk zoo bijzonder onelegapt zijn,
wanneer men een maatregel, die in beginsel funest

moet w’orden geacht, aan hartige kritiek onderwerpt,
omdat -de ui tzondrljlce omstancl igheden, die ‘het voor-

stel als noodmaatregel zouden -moeten ‘rechtvaardigen,

op geenerlei wijze aannemelijk worden gemaa.kt? Wij
zIen in -deze ‘zaak maar één inelegantie, en .dat is het

gebrek aan argumenten in de toelichting, welke tot
cl t
01)
twel’-j) is gegeven.

Over de wijze, waarop de Regeeriug zich de ‘keni.iis
heeft verschaft, die haar tot inchenng van het ont-

werp heeft gebracht, vernemen wijl ‘in M. v. A. het

een en ander, wat een zeer weinig ‘be-vredige.nden in-druk maakt.

Het bekende ambtelijke rap-port, waarva.n wij reeds
schreven in mis artikel van 23 November jI. en waarin

Mini-ster de G’eer ten vorigen jare- ,,zeer zakelijke bo-
schouwingen’ had meenen te vinden, is thans ver-
loochend. De Regeering is het met den inhoud niet eens —’hetgeen haar goed recht is – doch op welke wijze dit standpunt is ontstaan, blijft in het duister.
Tel
zegt de Regeering, -dat voor een nader onderzoek
van cle zaak aanleiding bldek te bestaan, -doch dp welke

wijze hét is geschied, blijkt niet en de conclïtsies, clie
de ‘Regeering erop baseert, zijn op -dusdanige wijze
geformuleerd, dat zijt kwalijk den in dit opzicht gele-

zeui twijfel kunnen wegnemen. Of deso twijfel ge-
rcchtva’ardigcl was, valt ui teraar:d buiten onze beor-
cleeli ng. Doch w’aar deze eenmaal was gerezen, was
het, ook in het belang van de te beschermen industrie
zelf, volstrekt, no-odzakelj’lc geweest om over deze zaak
vollod ge ‘klaaiheici te verschaffen.

Ter toelichting van het bovenstaande citeel’en wij
het ‘ol.gencle uit cle i'[. v .A..
is uiteraard mogelijk, en ook verklaarbaar, dat hij
de sterk dalen-de conj
dl
uctuur, en onder clan indruk van
de elkaar snel opvolgende o-nguns±ige verschijnselen, meer
(mli
één fa’brik:lllf
in
de latere jaren heeft besloten een kostbare vernieuwillg ‘air een -f ander hulpmiddel nog
uit te stellen. Maar over het algemeen is niet de indruk
ver-kregen, dat technische achterlij’kheicl liet eononrrentie-
vermogen heeft geschaad

Daarna wordt, dan een -citact gegeven uit een schrij-
‘en van -den tec’hn i sciien leider van cle Kristalanie to
Maasti’icht, eei der te beschermen fabrieken, waarin
deze medecleeling doet van den bevredigenden indruic,

die een dOl’ ‘bekendste gla-steohnikei’s (wiens naam
overigens niet genoemd -wordt) van de fabrielc had ge-
kregen, waarna cie Regeering als. volgt verder gaat:

Of door ,,con-sulting engineers” wel eens een onderaoek
naar cle geheele fbedrijfsleiding is ingesteld geworden, is
cliii, -on-:lergeteekenclen niet ‘bekend. Wel staat cle glasfabriek
voor moderne ‘bedrijfsorganisatie en administratie iii voort-
dlilefld contact met het Laboratoriuni voor glas-techniek van
cle Technische Hoogesoluool te Karlsruhe ei, raad-pleegt
zij
ook
andere -diskundigen op teChnisch en ‘administratief ge-
i)ied. .
Ten s!otte moge -worden opgemerkt, dat,
zoover vernieu-
wilig noodig is, de vel’ademin-g,
die
dit -ontiwerp zal geven,
daartoe cle -gele,genieicl en den prikkel -zal ‘bieden.”

‘[‘en aanzien van -het- co-mmerceele beleid van cle te beschermen ondernemingen is- de houding der Re-
geering nog ontstellender. Dit belangrijke punt toch

8 Februari 1928

ECONOMISCh-STATISTISCHE BERICHTEN

121

is niet eens onderzocht. Men is blijkbaar tevreden ge-
v,reest met de mededeeling cle:r beianghdbbenden, dat
in sommige afcle1ingeu van het bedrijf, dus niet over
de gelieele liii ie, abnormale verliezen zijn geleden. Een

behoorlijk accountantsonderzoek, zooais dat bij de be-oorcieeling van elk industrieel bedrijf volstrekt oriont-

boerlijk is, heeft niet plaats gevonden .Dat cle Regee-
ing, clie zulke opvattingen huldigt, huiverig is voor

n
reehtstreekshesten ii aan het bedrijfsleven door sub-

sidies of credieten, en steunverleening op den ru-
Jer consumenten prefereert, is begrijpelijik, doch da t

deze houding verdeclig’haar is, zal men. niet kunnen

volhouden.
Ook hier ter toelichting een enkel citaat uit de

M. v.
,,Eën onderzoek naar de financieele uitkomsten der be-
drijven, dat bemvaarlijk afdoende zou kunnen zijn zonder
bonkeninzage en acccuntautsdienst, is ni6t ingesteld, even-
min als ibij vorige soortgelijke ontwerpen. Aannemelijk is
gemaakt, dat in de betrokken afdeelingen der induaLrie
gedurende iie laatste jaren niet onbelangrijke verliezen zijn
geladen ; dat dit ccii gevol
g
is van cle in het biutenlaiici
nog steeds jheerschende abnormale toestanden; en dat door
een tijdelijke voorziening als de voorgestelde de industrie
op. adem zal ku allen komen, de opheffing ‘valt bepaalde
onclerdeelen, met daaraan gepaard ontslag van een belang-
i-ijk aantal arbeiders ook luuiueii worden vermeden, cii een
nieuwe opwaartsohe gang zid kun nen worden verzekerd.”

.Tat
nu betreft de hut.engewone omstandigheden,
welke j iii st ten aan z:i cii van cle aai’dewe:rk- en gla’si a-
dustrie protectie zouden moeten rechtvaardigen, aoo
lcan ook in dit opzicht niet worden gezegd, dat cle
M.
V.
A. in dit opzicht overtuigend is. Zonder te wil-
len loocheneri, dat de groote concuni-entie op dit ge-
bied voor cle bin:oenlandsche proclucen ten bezwaarlijk
za] zijn, komt het ons toch ‘voor, dat wei ailei-mi ist
bewezen is, cle t do moeilijkheden, clie zich in cii t geval
vdorcloe.n,
van
cl ien aard zijn, dat zij. tot een.
uiizoamcis-
i

ingsmaati’egel aanleiding zouden moeten geven.
De M. v. A. beroept zich op de moeilijkheden uit
den inflatirtijcl. Deze heeft, afgezien van de tijdelijke
valutaconcurrentie, aanleiding gegeven tot groote mii t-
bi-ei ding van de buitenlandselie fabrieken, irizoo ddr-

heid in Duitschland. De valuta is gestabiliseerd, maar
de in den i nfla ti etijcl uitgebreide of gestichte fabri e-
ken zijn er nog en doen hun invloed op cle markt
gelden.
Dat blijkt niet slechts uit het feit, dat er somtijds
zeer goedioope partijen aa:rclewerlc op de Nderiancl-
sehe markt belanden, die eiclera niet geplaatst icunnen.
worden door de hooge specifidlce rechten :in andere
Jan clan, doch ook hieruit, dat de voorooriogspnijs
van koramisch wer]c veelal hooger was dan de huidige,
terwijl ‘de Icosten, ‘inzonderheid door de hoogte dci-
bonen, zijn gestegen.
Naast de overproductie, die va.n cle valutadep reciati e
het gevolg was, wijst cie M. v. A. dan nog op coucu r-
rentie uit andere landen,

waam- cle bonen lager zijn dan hiej.- te lande.
Beziet men deze arg.unienten nader, zoo moet erop
worden gewezen, dat weliswaar de Dnitsehe productie
is toegenomen, doch dat blijkens onze in- en uitvoer-
statistiek juist, in het laatste jaar een niet onbeiai:ig-
rijke teruggang in den invoer van verschillende goe-
deren. uit Duitschland valt waar te nemen, waat

van
onderstaande cijfers een beeld geven.
Invoer uit Duitsebland.

Gekleurd
Porselein
(No 768).

Gekleurd
aardewerk
(No. 770)

(.rlaswerk
(,88)

Ton
f1000

Ton
f1000
Ton
f1000

1920
3.884
5.207 1.700
1.488
3.018
3.211
1921
4.106 4.242
2.682
1.512
3.900
2.224
1922
5.011
4.165
4.620
2.254
4.156
2.115
1923
5.797 3.445
4.386
1.877
3.869
1.762
1924
4.102 2.849
4.079
1.756
‘1.066
1.966
1925
4.341
3.026
4.917
2.102
3.180
1.747
1926
4.368 2.909 4.494
1.821
4.212
2.202
1927
3.955
2.687:
3.943
1.647

4,085
2.124

Of dit in verband moeir worden gebracht met het
feit, da.t de te groote omvang van de Duitsohe prodite-
tie geleidelijk weder tot kleinere ])rOpOJ’t.ies w’ontlt
teruggebracht, een proces, dat reeds thans aan dcii

gang is, en .dat nog wel eenigen tijd zal voortduren,
kunnen wij
,
niet nagaan. Doch wei krijgt men dien in-
cl ruk, cle t aitha,:is in cle omstandigheden van het heden

geemi aanleiding gevon clan kan worden om inzon der-

hedl mii t hoofde van de verhoudingen i ii :Du 1 tschland
tot bescherming over te gaan.

Nu. zou men echter kunnen zeggen : het is weusche-

lijk om eerst het zooeven bedoelde proces van afbouw
nog vat. te laten doorgaan en inmiddels te bescher-
men. oni dan, is de productie eenmaal tot kleinere liro-

portios teruggebracht, de grenzen weer open ,te stellen.
Het wordt in de M. v. A. niet aannemelijk gemaakt,
dat het buitenland ons met een systematische clum-

1) in gpol i ti&d zou bestoken door verkoop beneden den

gemiddelden lcostprijs – trouwens, de prijzen van de
Duitsche artikelen liggen over het geheel voor den
uitvoer op een hooger niveau dan voor clan binnen-

landschen afzet – en liet ontwerp is dus als antidium-
pingwet blijkbaar niet houdbaar. Doch men zou ‘het
kun nen’mntiveeren in vei-hand met tijdelijke overpro-
ductie.
1
Zulk eene motiveeri ng- ‘zou echter niet houdbaar
zijn, omdat men niet te maken heeft niet een enkel
land, waa:i- men aan een te groot opgezet productie-
apparaat i,aboreert, doch met betrekking tot den in-

voer van keramische artikelen en glaswerk zeer wisse-
lende verhoudingen lan constateem-en. Mcii kan er dus
volstrekt niet op rekenen, dat door afbouw in Duitsch-
land een leemte za] ontstaan, ciie tot duurzame ver-
boter:ing der mai-ktver’houdingeu zou voeren. Ui,t onze
invoet-statistiek t;och hiij’lct, zooals wij reeds in ons
artikel, van 2.3 November hebben getoond, dat b1ij”.
ten ‘aanzien van porselein Japan en Tschecho-Sbow’akij’e
sterk aan het, opkomen zijn, terwijl dit laatste land
met België ook op den voorgrond treedt in het artikel
gl
mi
swerk.

De 1001) van de invoeicij’fer.s in cle laatste jaren,
waarin bovengenoemde factoren tot uitdrukking ko-
nten, geeft, 2ooa]s wij reeds vroeger hebben uiteenge-
zet, geenerlei grond om aan te nemen, dat hier tijde-
lijke bescherming een deugdelijk middel nou
zijn
om
cle industrie te helpen. Ook nu weer spredkt de Re-
geering het niet nader
,
gemotiveerde vertrouwen uit.
dat d:rie jaar voldoende zullen zijn om den toestand
geheel te veranderen. De cijfers geven echter aan dit
vertrouwen geen steun.
Dat, ten slotte niet sbecbt,s de glas- en aai-clewerkin-
diisti’ie te lijden heeft gehad van concurrentiemoel-
bij’kheden, doch dat ‘dit niet vele andere bediijfstakken
het geval is geayeest, welke men, zelf de moeilijkheden
heeft laten opknappen, behoeft weinig ‘betoog. De
billj’kheid ‘is hij dit ontwerp dan ook ver te zoeken.
Voorts betoogt de Regeoning in de M. v. A., dat de
prijzen van keramische artikelen in vergelijking tot
vroege]’ op een abnormaal laag peil staan.
‘Do M. v. A. maakt eene vergelijking t;nsschen. den
vonrooriogschen ‘prijs van ‘wit aardewe:rk in 1.012 en
c1i5 prijzen in 1.92.0-1.926 en komt dan tot de ‘volgende
cijfers pel

KO’. invoer-. 30, 62, 42, 35
2
26, 21, 27, en
24
2
4 cent en over de eerste 4 maanden van 1921 23,1.
cent. Voor andere artikelen ‘vergelijkt de Regeering
alleen 1 923, een jaar van ei-ge valutaconcuri-entie. en 1926. Over het ‘geheel komt zij’
daar
tot eenige prijs-
stijging, behalve hij’ gekleurd aardewemdc, waar cciie
ringe daling van 49 tot 46. cent valt waar de
nemen.

Ook deze opgave ,is ‘verre ‘van doeltreffend. T
..n de
eerste plaat’s toch is het duidelijk, dat men aan de pi-ijzen op zichzelf niet genoeg heeft; ook met de
qualiteif. moet rekening worden gehouden. Juist hij
wit, niardewe,i-k is deze minder goed gewordet. ‘zoodlat
iie prijsve-schillen voor een belangrijk deel ook, aan
dei’i vermee:rrle.rden afzet m’ai’i cle mi ncbn-e soot-te’n i’allen
‘o_p te sehi-ijven en dus all ei-in i i’ist ccii gevolg behoeft

r

122

ECONOMISCH-STKIISTJSCHEERICHTEN

8 Februari 1928
1

te zijn vaiTi abnormale concurrentievoorwaarden.

.I)e Regeiing basee:it hare meeiing ten dezon
zon

derft tig genoeg in hoofdzaak
OP
den prijs van TWitl
aardewerk, tervij1 dit toch een der minst behi ugrijke
piodiicteri. van invoer is (1921 ‘711 ton tegen bijV.t
5639
toi:i geideuicl aardewerk, 1036 ton gekeurcI por-

se1oii). I-Ie aitike1 waarbij dus de grootste priisda
liiig valt vaar te i:ion:eri, is in feite liet mi ust be-

iatigiijke. De andere goederen, die veel b&augrijIei

zijn, worden slechts terloops vermeld en blijken dan
ook .i
ci
het betoog de:r Regeerirg weinig te passen

Waarom vermeldt de Regeering alleen de cijfers

over cle eerste vier maanden van 1927 op een ooge-I

blik, dat de jaarcijfers reeds bekend waren? Neemt men

deze laatste, tot basis, zoo komt men tot ëeu prijs per

1(0. van ruim 23,9 ceiit hetgeen weer een aanmer-
kelijl ander beeld geeft dan de prijs van 23,1 cent, die
cl
001
.
de Regeerung wordt opgegeven. Overigens gaat

liet hieT om een totaal invoer van
f
186.000, zodddt
men er niet te veel drukte over moet maicen. Maar de

vijIze van bëhandeling is alweer symptomatisch

En ten slotte kan ook ten aanzien van dit argt-
ment cle vraag worden gesteld, of de Regeering er de

consequenties wel voldoende van doordaht heeft. Im-
mers, een aantal bedrijven zijn in clezelf cle situatie ds

Maastricht, doordat zij te kampen hebben met dispré-
portionaliteit tusschen eindprijzen en productiekos-

ten. Ook hier weder kan men leggen, dat, wannee’r

Maastnicht op deren grond bescherming erlangt, eeh
heele. reeks andere ledrijven dit met hetzelfde recht

kan. vragen.
t

Ton slotte het argumen t van de lage bonen in hdt
buitenland. :De
M.
v. A. wijst in dit verband op Bel-
gië, Frankrijk, Polen en Tschecho-Slowalije, waar de
bonen ,,tijrlelijk” lager zijn dan ten onzen.t. Waarom

cli t slechts
tijdelijk zoo zou zijn. word t. niet nader aan-

getoond. Rekent men – orn slechts dezen factor ie
noemen – met cle sociale lasten ‘hier te lande in ‘es-
gelijking met elders en niet den clru.lc, die clien.ten.ge-
voige hier te lande op •de industrie is gelegd hij hot

tciwerkstelien van arbeiders, zoo is het albormint
evident, dat zich in dit opzicht de toestand in drie
jaa.r zal wijvigen. Ook in andere opzichten zuilen er
steeds markante verschillen blijven bestaan en wij
moeten nog zieii, dat deze factor geen in vloed meer
heeft hij onze concurrentie met buy. Japan, vooi.dat
wij aan de t.ijdeiijlcheid, door de Regeering even grif
als ongcar gumen teerci aangenomen, Icunnen geloovet.

Bovendien, deze facto.r werkt al weer niet alleen
int deaardeweriinclustrie, maar in heele relcsen van
bedrijven. Protect.ie
is we] het slechtste middel cm iïit
do door ]oonverschiilen ontstane moeilijkheden te gt-
raken. Verbetering van product.omethode en het zoe-
ken van nieuwe, speciale artikelen, een en. ander mt
het, doel om de voorwaa rden te scheppen,. ivaa min eén
hooger loon dan het bu.i ten 1 ancische werkelijlc ican wot-
den verdiend en dus het bedrijf niet onrendabel maakt,
is het middi oiii de moeilijkheden te bestrijden. PrO-
tectie leidt hier slechts tot het kweelcen van eene iii-
èfficiënte productie. .
De opmerking is gemaakt, dat het evident is, dkt
de Regeeiung voorstelt de productie van.huishoucleiijk
aardewerk te beschermen, lioen’el zich daarnaast eede
blijkbaar hboi ende produet.i e van, sanitair aa.rdewe±k
heeft ontwikkeld. 1-Toe het daarniecle lirecies staat.
vorclt men weliswaar uit de M. v. A. niet geu.cr,
want deze
‘p
rod mceert daarover geen cijfers. Maar juit
daarom mag men. aanneuien, .dat dere tak van bedrijf
goed gaat. Wehnu, zoo is gezegd, dit product is
min der loon:intensief dan het huishoudelijk aardewe.rk

en de uitbreiding daarvan hij a.fnemiiig van de ‘ei’-
vaardi.gi ng van huishoudelijk aardewerk heteeken t,, ii tis
niet cciie evenredige ve.irui ming van workgelegenliiïd.

Dit argument, snijdt geen hout. Het getuigt vn
conto avercehtsche opvatting om een pioces’ van h-
gi.oepee.ri lig der procluctiefactoren te willen tegi-
gaan, wanneer loonveischillen. tussohen bun nen2 n

buitenland verandering gebieden. Toespitsing op de

meest l)ioductieve an tiivenclung dpi beschikbare ar-

beidskracht is dan aangewezen en niet het lcuiist-
matig iii het leven houcleni van booninte.nsiev’e bje-
clrijfstakken, vaa:i’i
ci
onder bepaalde omstatccb i ghe.deii
een bepaald looti tiiet kant worden uitgelceerd zonder
voo,r liet bed rïjf verlies te laten.

Nu wij het toch over cle bonen hebben, moge er

tevens op worden geweren, dat de Regeerung heeft na-
gelaten om in de Memorie van Antwoord eenige ge-
gevens te verschaffen over de werkloosheid te Maas
tricht. Hierom is intussc’hen gevraagd in het over’

dit wetsontwerp uitgebrachte Eindverslag. Do Regec-

ring heeft er in de M. y. A. op gewezen, dat het aan-

tal werl loozen .i.n cle Maastrichtsche industrie niet on-der bepaalde cijfers te brenge,n is, omdat de afgovloei-
den voor een deel tijdelijk werk viriden in België en

dus dit aantal vo’ôrtclu.rencl wisselt. Het is onbegrij-

pelijk, dat de Regeering niet althans eenige fe:itelijko

eg’e’vens heeft kunnen verstrekken. Moe ter we:reld is
dit ‘alles te rijmen met hare pertunehto howori lig, da t
cle malaise in cle keramische i ndlustrie haai stempel
drukt op de geheebe streek van Maastricht en dat cle

tijdelijke protectie in het bijzonder tot behoud :rosp.
uitbreiding vai:i werkgelegenheid gewensch t is?

E:r is nog meer zonderlings i.n de M. v. A. In de
M. v. T. had de Regeel’iTlg opgave gedaan van het

aantal werklieden in drie Maastrichtsehe fabrieken, do
Sphinx, de SociëtS 0é.rarnique cci de Mosa, doch met

weglating hij’ de heide eerste fabrieken van de a rhe.i –

ders in de sanitaire afdeelitigen en hij de laatste fa-

briek met weglatung vin doarheide.i.-s in de afdeeliog
muurtegeis. ‘Phans wordt het aantal te werkgesteir.len

volgens de laatst bekende gegevens medegedeeld, dus
inclusief de werlcl joden in cle destijds opzettelijk bui –
ten beschouwing gelaten afdee].ingen.

T

Jet overzicht is – ook dit punt is terecht in het
Eindverslag aangeroerd – weder van de 1)eden
1
kelijke
slorcligheid, welke wij, in deze behandeling van de Re-
g-eeii ng gewoon zijn. Naast cle diie genoenïde fabrieken

wordt thans in eens cle Kritaiun.ie genoenicl, waat,–
over in cle
M.
v. T. gezwegen was.

Bij’. cle drie ‘bovengenoemde fabrieken is ‘liet thans,
aarunemendo, dat er tmissche:n Noveii’hei’ en ii
ci
in et al
to groote f1 uctuaties hebben plaatsgevonden, wei mo-
gelijk oni eene vei’gelijlcing te malden t.i.i.sscheu de aan-
tallen anlieiders in de onderscheiden afdeci.ingen, doch
hoe zich deze ver’houcling in dcii loop der jaren heeft
ontwikkeld, wordt aiwe’dei- door de Regee’ring ver-
zwegen.

Maakt men do verge]ijld.ing per ‘heden, dan blijkt,
dat het aantal arbeiders in de Sphinx volgens de
M. v. A. 166 g.rootc…i.s dan volgens de
M.
v. T., waai–
in. liet getal 1500 werd opgegeven. Bij de S. 0. is het
verschil 249 (950 tegen 11.99) en hij de Mosa :180 (414
tegen
594).
Men ziet dus, dat dit heel wat, onderscheid
maakt, vooral bij de Sphin, en het, zal heian.g-wekicencl
rijn oni te’ zien, hoe zich dit verschil int cle loop der
ja ren heeft o ii tw i kkel cl.

Wij zullen het hierbij’ laten. De M. v. A. geeft ‘blijk
vai:i groote opporvlakligheid en berust op een reeks
van argumeu tent, clie econonni sch van zeer bedenkelijk
gehalte zijn. Aanvaarding van. het aanuiangige voor-
stel zal .la n ook niet
ld
unne.0 geschieden dan met .ui is-
ken ding van gezonde ecoiiiomn’ische beginselen en hot is
Ie hopen, dat ons land daarvoo:r bespaard rai blijven
G.M.V.S.

HET WERKLOOSHEIDSPROBLEEM.

II. (Slot.)
Tegen de algemneene’strekkung der voorstellen, zoo-
als deze door de A msterda’rnsdhe Werkloosheidscom-
mlii ssi.e werden geformuuieei.d, kan moeilijk bezwaar’
worden gemaakt, al zijn de ad 2 en. 3 sub B voorge

stelde maatregelen
mi
economisch opzioht niet onhe-
denkeiijk. Met liet vorieeneii
in, bepaalde gevallen ven faciliteiten en het verlichten van lasten aan het plan
1-
so]ij’k bechijfsleveiu begeeft men ieh, evenals brou-

8 Februari 1928

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

123

wens, ja in meerdere mate nog, met het financieel
steunen van tijdelijk noodlijdende doch economisch
niet ongezonde bedrijven, op den met voeitangels en kiemmeu bezaaiden weg, die leidt naar kunstmatigen

ovej.’heidssteun en protectionisme, waarmede het na-
tionale bedrijfsleven allerminst is gebaat.. Het wekt
trouwens bevreemding, dat de Commissie in haar ore-

:rigens weidoorwrocht rapport wèl bij ‘herhaling ge-

waagt van de onvoldoende ontwikkeling van het in-
dustr.i.eele bedrijfsleven, doch nergens met één enkel
woord rept, van de schier ondragelijke lasten, die door

de ongekend hooge ‘belastingen op het bedrijfsleven
hier te lande worden gelegd. Hoe
kan
men verwach-

ten, dat de in’heemsche nijverheid zich zoodanig zal

uitbreiden, dat zij’ een ,,outlet” zal bieden aan de
staag wassende bevolking, zoolang het huidig régime
onveranderd gehandhaafd blijft, zoolang de fiscus een

zoo onevenredig deel
blijft
opeisdhen van de bedrijf s-

resultaten, die moeizaam worden verkregen.

Het is o.i. een leemte in het verslag, dat het aan
dit aspect van ihet probleem, dat nochtans den toe-
stand .i n het bedrijfsleven goeddeels ‘beheer’scht, stil-
zwijgend voorbijgaat en voltaat met een korte, doch
geenszins on bedenkelijke, aanbeveling om
in bepaalde
gevallen
.de lasten, die op het
plaatselijk
bedrijfsleven
drukken, te verlichten. Indien het rapport der Com-
missie
iets
heeft aangetoond, is ‘het wel den on’bevre-
digenden toestand, waarin onze nationale industrie
verkeert. Slechts indien de Regeering ter elfder ure
tot inzicht kemt en zich er rekenschap van geeft, dat
een hestendiging van de huidige onciragelijke hoogte
der belastingen eIken op’bloei der industrie verhin-
dert, mag men hopen, dat de industrie inderdaad in
staat zal zijn op den duur emplooi te verschaffen aan
ecn deel der steeds toenemende bevolking en zoo-
doende de taak ‘zal kannen vervullen, die het jongste
verslag der Arbeidsinspectie haar toedenkt. Welis-
waar stélt. d.e Commissie in haar rapport, dat zij’ moest
voorbij.gaa.n aan de veelvuldig naar voren gebrachte
bezwaren tegen de uit economisch beheer voortvloei-
ende bezuinigingsmaatregelen, tegen do voortschrij-
dencie normalisatie en nationaliseeriug of de plei-
dooien voor beperii.ng van den arbeidsduur ed.,

maar het wil ons niettemin voorkomen, dat de con-
ciuTsies en voorstellen, der Commissie aan kracht had-
den gewonnen, indien op enkele in het oog springen-
(le tekortkomingen in het hui.dig Re’geeringsbeleid,
met klem cle aandacht ware gevestigd. Wil de tans
geïnstalleerde Commissie tot nadere bestudeering van
het workloosheidsprohieem inderdaad vruc,htbaren
arbeid leveren, dan zal zij’ er niet aan kunnen ontko-
men
ook
de politiek der Landsregeering ten aanzien
van dit en enkele andere nog nader door ons te ho-
haidelen punten aan een critisc’h onderzoek te on-
derwerpen.

Een tweede lacane in het rapport, waarop trou-
wens ook de Voorzitter va,n de Kamer van Koophan-
del te Amsterdam in zijn belangwekkende nieuwjaars-
rede de aandacht heeft gevestigd, is ‘het onvermeld
laten van het a’bnormaal hooge peil der gemeenteloo-
nen, waarnaar die in particuliere bedrij:ven betaald
zich noodzakelijlcerwijze richten en die ‘beide het elders
betaalde loonpeil aanzienlijk overschrijden. In het
avondblad dor Nieuwe Rotterdamsche Courant vati 4 J’anuari ji. wijdt de redactie aan dit punt eveneens
een ‘met sprekende cijfers gestaafd betoogd. Wij’ wezen
er reeds op, dat de moeilijkhedon, waac-voor de hoofd-
stad zich geplaatst ziet, mutatis mutandis gelden voor
de overige groote steden en met name voor Rotter

dam. Bedraagt – zooals in de door ons geciteerde
beschouwing wordt aangetoond – het totaal der kos-
ten voor één uui arbeid in Amsterdamschen gemeen-
tedienst niet minder dan 95,05 cents, zijnde bij een
gemiddelden arbeidsduur van 48 uren per week
om
uitgaaf van
f
45,60 per arbeider, Rotterdam volgt de
hoofdstad op den voet met een betaling van ruim

f
44,— per week aan arbeidsloon per volwassen ,,ge-
meentelijken” werkman.

Is het wonder, zon vragen wij’ alweder, indien de
particuliere bedijven, die tegen .de gemeenteloonm
moeten ‘opbieden en wekelijks bedragen moeten ver-
bonen, die aanzienlijk hooger zijfl dan wat concur-
roerende bedrijven in het ‘buitenland uit dozen hoof-
de betalen, instede van vooruitgang te boeken in toe-

nemende ‘mate aan ,,Ko’nkurrenzfiihigkeit” inboeten?
Beseft de overheid niet, dat het euvel der abnormaal
hooge gemeenteloonen, die in geen verhouding staan

‘tot de arbeidsprestatie, een tweesnijdend zwaard is?
Slechts door onmatige opschroeving der directe en

indirecte heffingen is het mogelijk de gemeen

teloonen
op het tegenwoordig niveau te handhaven. Is dus
eenerzijds •de gevolgde gemeentelijke loonpolitiek oor-
zaak, dat ook de particuliere bedrijven noodgedwongen
don loon’standaard dier bedrijven moeten handhavun
op een peil, tdat, zoo’wel in absoluten als reiatievcn
‘zin, in tal van gevallen te hoog is, anderzijds is zij
oorzaak, dat van een verlichting der op het bedrijfs-
leven drukkende lasten moeilijk sprake kan ‘zijn, zoo-
lang de Overheid niet geleerd heeft de tering naar cle
nering te zetten.

Ook de terloops door de Commissie in hoofdstuk VI
van haar rapport gereleveerde beperking van dan
arbeidsduur is voor de ontwikkeling onzer nationale
industrie van zéér groote beteekenis. Wij mogen vol-
staan ‘met te verwijzen naar de ernstige moeilij’kheden,
die onze scheopsbonw- en reparatiebedrij von ten ge-
volge van dozen maatregel ondervinden. Het vooibeeld
is trouwens met tal van andere aan te vullen. Zonder
in ‘bijzonderhedeu te treden, waartoe de ons ten dien-
ste staande plaatsruimte overigens ook geen gelegen-
heid ‘biedt, mogen wij erop wijen, dat deze zéér be-langrijke tak van industrie ernstig aan concurrentie-
vermogen heeft ingeboet ten gevolge der verkorting
van den arbeidsduur. Waren weleer de Rotterdamsche
bedrijven in vele gevallen in staat ‘belangrijke op-
drachten in concurrentie met het buitenland te secu-
roeren, dank ‘zij een min of meer belangrijke tijdsbe-
sparing, die vaak een evt. nadeelig prijsverschij in
uiteindelijk voordeel omzette, het ,,heleid” van het De-
partement van Arbeid is oorzaak, dat
dit
voordeel
grootendeels is teniet gedaan.

Wil men waarlijk het werklooshe’id’spro’bleem nader
tot een oplossing brengen, dan moet de scheidsmnu,r
tuss’hen gemeentelijke en land shelan gen worden neer-
gehaald. Slechts indien do Regeering inziet, dat dit
brandend vraagstuk er niet een is, dat aan de mdlvi-
dueele gemeentebelangen kan worden overgelaten
maar doel’bewuste en krachtige leiding harerzijds
eisc’ht, is er ‘hoop, dat dit probleem, dat, als een kanker
aan onze ‘volksweivaart vreet, inderdaad zal worden
opgelost.
Het ‘huidig stelsel van ‘steunverlee’nkng – billij’k
in de abnormale tijden die achter ons liggen
– kan
en mag niet worden, bestendigd.
Het is economisch onverdedig.haar, dat tal van bruikbare krachten blij-
ven leunen op een bedrijf, .dat dozen krachten noch in
het heden noch in de toekomst emplooi kan verschaf-
fen en zoolang wordt voortgegaan met uitbetaling
van wekelij’ksche ‘steunbedragen, voldoende om dozen
arbeidskrachten een,
zij
het ook karig, bestaan te ver-
zekeren, ontbreekt
elke
prikkel om elders werk te zoc-ken. De gemeenten
kiznnen
en
mogen
niet voortgaan
met de millioenen verslindende, volmaakt onproduc-
tieve steunuitkeeringen, die integraal op de gemeen-
schap afgewenteld, elke gezonde ontwikkeling der
volkswelvaart tegenhouden. Gemeentelijke Overheid
noch Landsregeering ‘zijn verantwoord, wanneer zij een régime bestendigen, dat de volksphysiek onder-
mijnt
en
het land gekluisterd ‘houdt in de boeien eener
latente economische crisis! Reeds te lang is de hou-
ding der Regeering tegenover het vraagstuk der
werkloosheid er een geweest van ,,laissez aller, laissez
faire”. Duidelijk is gebleken, hoezeer zij’ elk contact
met den toestand heeft verloren uit het antwoord
van den Minister van Binnenlandsche Zaken aan het
lid der Tweede Kamer, den ‘heer Knottenbelt, naar

124

ECONOMISCR-STATISTISCHE BERICHTEN

8 Februari 1928

aanleiding van diens verzoek om overlegging van ge-
geveus het werkloosheidsp robleem het.reffend. Duide-

lijk blijkt dit ook uit het verslag der Commissie, die
er bij herhaling op wist, dat betrouwbaar statistisch

materiaal ten eenen male ontbreekt! De wijze, waarop

de Minister van Arbeid meent ,,uitvoering” te moeten
geven aan de door de Tweede Kamer aangenomen
motie-van den Tempel, waarbij de Regeering uitge-
noodigd werd om een wettelijke regeling der werkloos-

‘heidsverzkering voor te bereiden, bewijet mede hoe-
zeer het der Landsregeering ontbreekt aan den vasten

wil om door het voeren eener doelhewuste politiek op-

houwend werk te verrichten!

Wat deed Rotterdam’s Gemeentebestuur om het ook voor deze Ge.rneente brandend vraagstuk der
werkloosheid een stap nader tot een oplossing te

brengen? De hoofdstad ging voor met het samenstel-

len van een rapport, dat als grondslag voor toekom,-stige actie uitnemende diensten zal kunnen bewijen.
Ligt het niet op den weg van B. i W. van Rotterdam
ook hunnerzijds in het voetspoor der Amsterdamsehe

Commissie een uitgebreid ondervoek naar den omvang
en de feitelijke ‘beteekenis der werkloosheid in Ne-
derland’s eerste havenstad in te stellen? Zonder deug-
delijke feitenkennis zal het moeilijk, ja onmogelijk

zijn afdoende maatregelen te treffen en aan elk breed
opgezet streven om te komen tot een behoorlijke rege-

ling •zal noodzakelijkorwijs een diepgaand plaatselijk
onderzoek, dat feitenmateriaal zal leveren, dat thans
ontbreekt, dienen vooraf te gaan. Zooals de Amster-
damsche werkloosheids-commissie in haar eerste voor-
stel terecht stelt, moeten als resultaat van haar onder-
zoek zoo spoedig mogelijk nadere onderzoekingen

worden gedaan naar de bijzondere bedrijfsomstandig-
heden, de werkloosheidsoorzaken en dus ook naar de
daarmede ve band houdende middelen tot• bestrijding
dier werkloosheid in de verschillende branches van

het bedrijfsleven. Deze verdere Commissie werd in-
middels reeds geïnstalleerd!
Indien ook Rotterdam de zaak energiek aanvat,

zullen in samenwerking met de hoofdstad concrete
voorstellen aan de Regeering kunnen worden gedaan
en in ove’rlèg met haar uitvoering worden gegeven
aan de maatregelen, die met steun en onder actieve
leiding der Landsregeering tot leniging en uiteinle-
lijke opheffing van den huidigen noodtoestand kun-

nen leider.
Alen wachte niet langer!
Te
lang reeds werd door
La ndsregeering en Gemeentelijke Overheid een onaf-
wijsbare plicht verwaarloosd. Zoo ooit dan is hier
periculum in mora. De Overheid beseffe ‘haar groote
verantwoordelijkheid tegenover de gemeensdhap en
geve blijk, dat 66k een intermemo-kahinet, dat 66k een
zuiver politiek getint Gemeentebestuur nochtans tot
constructieve weivaartspo’iitiek in staat zijn.

C. VER MEY.

Rotterdam, Januari 1928.

BESCHOUWINGEN OVER KOLEN.

Onze medewerker voor kolen schrijft ons

Het jaar’ 1921 is voor de kolenindustrie een kalm
jaar geweest, in zoover, dat er geen stoornissn van
economischen aard zijn op te teekenen, zooals 1926 clie
te zien heeft gegeven. Een jaar dus van rustige ont-
vikkeling voor de winning van de kolen en voor den
handel erin. Do eenige uitzondering hierop is de
staking in de ,,’vette” kolenmijnen van de Vereenigde

Staten van Noord-Amerika, die 1 April over een loon-
rivaestie was uitgebroken en die, zooals uit ‘hoofde van
de neergaande conjunctuur was te voorzien geweest,
uien stakers niets dan ellende heeft gebracht. Door
groote voorraden overal in :het land eenerzijds en de
,oustante weigering der nun-unionisten om mee te
doen anderzijds, werd de staking door de mijnwerkers
na maanderi lang geduurd te hebben, veloren. We
voorspelden in een vorig jaarbericht, dat Europa wei-
nig van de staking zou bemerken en dat is ten voile

uitgekomen. De zegeningen, die ‘den Amerika’anschen
kolenexpor.teurs door de Bnitsclie ‘kolenstaking in zoo
overvloedige mate ten deel vielen, zijn ‘den Engel-
schen exporteurs omgekeerd in 1921 door de Ameii-

kaansche staking niet in den schoot gevallen. Amerika
heeft zichzelf weten te helpen.

Nu wij toch over A m e r ik a, d.i. de Vereenigde

Staten, spreken, kunnen we meteen aanteekenen, dat

zijn export van 12 millioen tons naar Europa in
1926 is geslonken tot 800.000′ tons in 1927-
In E n g e 1 a n d maakt ‘de ‘kolenwinning een crisis
van zoo groote scherpte •door als ze ged’tû’ende haar
bestaan niet gekend heeft. De ééne mijn na de andere

wordt stilgeaegd en nog weet de handel de beperkte
productie niet aan den man te brengen. En onder de

nog voortwerkende mijnen zijn er, die tot voor enkele
jaren met een flink saldo tegoed
bij’
hare bank werk-
ten en die sinds geruirnen tijd de hulp van de bank

hebben moeten inroepen. Dit wordt het’ best geïllus-
treerd door opsomming van de verliezen, •die in de

centra ‘van het land op de gewonnen ton geleden
worden. Zoo b.v. voor Sehotland 1 sh. 5 d., vooi Nort’h-

um’berland 1 sh. 2 d., voor Durham 1 ‘ah. 3 d., voor
Zuid-Wales 1 sh. 5 d., voor Yorkshire 7Y2 d., voor
Derbyshire en Nottinghamshire 1 sh. 3 d. per ton,

alles gerelcen’d over het derde kwartaal van het kalen-
clerjaar. Wanneer men verder weet., dat er ca. 400 put-
ten buiten werk
zijn
gezet en er 220.000 kolenwerkers
werkloos zijn, dan is van de malaise daar te lande

genoeg gezegd. Nu de cijfers van de winning en den
uitvoer. De eenige basis van vergelijking vormt feite-

lijk ‘het jaar 195, aangezien èn 1926 èn 1924 voor
den kolenexport abnorm’aal waren, het laatstgenoemde

jaar wegens den invloed van de Roerbezetting en
moeilijkheden in Amerika. En dan valt het op, dat de
vergelijking volgens de voorloopige
cijfers,
zeer
mee-

valt.

-Productie ‘

Uitvoer

Gemiddelde prijs
van exportkolen

1925

243
millioen t. ‘ 51 millioen t.

19110 f.o.b.
1927

255

,,

,,

54

,,

1719
1926

126

,,

20

,,

,,

De gemiddeld ‘behaalde prijzen vooi de uitgevoerde
kolen toonen ten duideljkste aan, hoe groet de terug-

gang in de opbrengst geweest is; ruim 2 shillings op
een ton spreekt boekdeelen.
Eigenlijk
zijn Engelsche

kolen sinds 1914 voor het eerst weer in 1927 in vollen
omvang aan de
vrije
werking der werel’dmededinging
blootgesteld geweest. Zweden, Finland en de Rand-
staten zijn voor Old England nagenoeg verloren ge-

gaan. Tegen prijzen van 1216 voor prima large Sile’zi-
sche kolen f.o.b. Danzig ‘met een goedkoopere zee-

vracht dan van de Engelsche. Oostkust valt niet te
vechten. Daarbij zijn de verbruikers ‘der Silezische
kolen uitstekend te spreken over de kwaliteit dier
kolen. De ‘uitvoer over ‘Danzig en de nieuwe export-
haven Gdynia toont ‘de vraag er naar aan. Op grond
van de reeds bekend gemaakte gegevens ‘zal de 1921-
uitvoer ca. 33 p’Ct. meer bedragen dan de 1926-uit-
voer, in welken de hooge
cij’fers
der Britsche aankoo-

pen verdisconteerd zijn. De Engelsohen zel’ven zijn
de eersten geweest om te erkennen, dat de Silezische kolen van goede kwaliteit waren.
Wij staan wat langer stil bij de moeilijkheden van
onze Engelsche vrienden, omdat die in veelheid en
intensiteit eenigszins afwijken van die van de moei-
lijkheden van de andere vrienden. De Engelschmani
‘is een man van de traditie. ,,It has never been done”

geldt nog heden ten dage. Het ‘kost eIken prod’ucant
eenige ‘moeite tot z’n collega-producent te gaan om
den eersten ‘stap te doen tot samenwerken. Toch gaat
ook daar de nieuwe dag gloren. In York’shire, Derby-
shire en Nottinghamshire is de aaneensluiting van de
niijneigenaars voor een gecentraliseerden, althans ou-
derling geregelden verkoop der producten een feit ge-
worden en in Zuid-Wales is een Marketing Sciheme
in cle maak, wel’ks verwezenlijking alleen nog maar
wo:rclt opgehouden door dan blijkbaar onoverwinljkeu

8 Februari 1928

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1.25

afkeer van enkele zeer grooten van gebondenheid in

zaken. E:
1
,
is ver:k genoeg te doen, •dat een eensgezind

optreden vereischt. De ‘spoorwegtarieven zijn ca. 81

pCt. hooger dan i•n 1913. In Wales bijv. betalen de
kolen thans 119 in plaats van 11 d. v66r ‘den oorlog.

Wagonhuur, wharfage, ti.ploon, alles is van 50-100

pOt. ‘duurder dan in 1913. Men heeft. becijferd, dat
een reductie, die het mogelijk maakt dè tarieven van
een en ander terug te ‘brengen tot slechts 30 pOt.

boven de vôôroorlogsche, 1/- verlaging zou uitmaken

van de f.o.’b. waarde van exportkolen. Voorwaar een
doel om na te streven. .Er is op de bovengesignaleerde
behoudziucht van de mijneigenaars een overwinning

bchaald, d’ie te aardig is om niet even te vermelden,
nI. een radicale wijziging in de nomenclature , der
kolen. Voortaan zullen de nootkolen, de z.g. sized coal,
voor zoover van ‘bitumineuze samenstelling, met lan-
ger met do oerou’de namen van cobbies, nuts, beans,

peas en .grains• worden aangediend, doch met nummer
en wel: noten 1, noten II, etc. Een aansluiting dus

bij het con ti nental e -systeem.

De dagelijksche productie van den gem-iddelden
Engelschen mij’nwerker bedraagt iets meer ‘dan 1 ton

per dag op een ‘gemiddeld loon van 919 per dag.
We stappen van Engeland af om naar het land te
gaan, dat Engeland in ‘beteekenis voor den wereidko-

lenhaiidel ‘het naast staat – D u i t s e h 1 a
ii
d, waar,

zooals bekend, 1dekolenvinning voor de grootste helft
machinaal geschiedt. Ook daar heeft men geruimen
tijd onder Absatzmangel geleden. Men heeft den
export uitgezet zoover als maar even bereikbaar was.
Duitsche kolen – Westfaalsche – zijn dveral heen.
gekomen, waar zé v66r den oorlog reeds gezien wer-
den en zijn zelfs gebracht diâr, waar ze nog nooit
geweest waren. We gelooven althans niet, dat Duit-
sc’ho kolen (we spreken niet van cokes of ‘briketten)
v66r den oorlog naar Java en Ceylon gebracht werden.
Engeland heeft door deze expansiezucht van Duitsch-
land geduchte offers op het stuk van prijzen moeten
bregen, Engeland, dat het evenzeer noodig had om
te exporte-eren als Duitschiand. Tegen het eind van
1921 kwam de Umsch.wung in Duitsc’hiand. Het begon
met de cokes. Door de grootere ijzerproductie nam de
vraag naar cdkes toe en er kwam gebrek aan gewas-
schen vetfij’nioien, waaruit ze gemaakt wordt, omdat
er eenvoudig niet cokes genoeg gemaakt ‘kon worden. Men ging de kolen weer op grooter schaal afzeven om zoodoende méer fijnkool over te houden, wat weer tot
gevolg heeft gehad, dat er gebrek aan vetförderkolen

is ontstaai.

Of dit alles de inhiidin-g van een beteren tijd -zal

zijn – een hochkonjunkturtje in den dop – dan wel
of door invoer uit andere landen vraag en aanbod
zullen genivelleerd worden, zal de tijd moeten loeren.,
De N-ederlandsche Staats-mijnen importeeren weer op
groote schaal haar voortreffelijke ckes in Duitsch-
land en het- behoeft niet te verwondere’n, indien al spoedig de Engelsche stoom- en gas’kolen weèr op
den Rijn verschijnen, vanwaar ze eigenlijk nooit ge-heel te verdringen zijn geweest. Deze opleving geeft
aan de Duit-sche kolenin-dustri.e een-stimulans, die de
Engeische en d’e andere Europeesche .kolenindustrieën
tot dusve.i missen. Ook de gunstige overeenkomst, die
het Kolensyndicaat met de’ Italiaansche Regeerung
door bemiddeling van de Banca -Oomerciale heeft ge-
maakt vooi den invoer overree van ca. 6 millioen ton
ind’utriekolen is van ‘beteekenis voor den Bergbau. In
1913 voerde Duitschiarid nog niet 1 million ton naar

Italië uit.
De totale productie aan kolen ‘bedroeg in Duitsch-
land ca. 153 millioen ton, waarvan 24 millioen ton
werden geëxporteerrd. Voor 1926 waren deze cijfers, u’i
aanmerking nemeude de verloren producti egehieden, 145 en 29 millioen ton. Dat was het jaar van den door
de Engeische staking veroorzaakten, buitengewoon
hoogen export. Er zijn derhalve 13 millioen ton eigen
kolen rnér in het land gebleven, om maar te zwi.j’
gen van den import, di’e in 1927 ook grooter is ge

woest dan’
hij’
in 1926 heeft. kunnen zijn. Al dat meer-

dere is in hoofdzaak door de industrie verbruikt. De
rrijs voor de ‘basis-kool – förderko’hle – is over het
geheele afgeloopen jaar viiwel onveranderlijk -ca.

M. 14,80 geweest. Wat een eenvormigheid vergeleken
met Engeland, waar de unscree’ned van een prijs van
1116 in Januari is afgekomen op 1316 iii December!

-Gedeeltelijk evenwel is nog de staking van 1926 voor
-den -beginprijs van 1716 verantwoordelijk te stellen.

De bruinkoolproductie heeft over 1927 in Duitsch-

land 136 millioen ton of 3 millioen ton minder be-

dragen dan in 1926.
De gang opwaarts in Duitschlan-d dreigt evenwel
verstoord te worden. De vertegenwoordiger-s van de

vier mijnwerker-svereeni-gingen hebben eenparig be-
s-loten de overeenkomsten ten aanzien van -de bonen
en overwerktijd tegen 30 April a.s. op te zeggen. De

eisc’h is -dus èn hooger loon èn korteren arbeidstijd,
het laatste met betrekking tot overwerk cii meer be-
paaldelij-k. de beloo-ning daarvoor. Nu plegen stakiri-

gen in Westfalen, althans in den mijnbouw, nooit lang

te duren, doch hoe dit ook
zij,
de groote meerderheid

:van de mij-nbesturen schijnt van zins het. er
op te laten

aan-komen, overtuigd als- -ze zij’n, dat hun iiidustrie,
aan wie bij herhaling van regeeringswege hoogere

l
jirijzen ontzegd zijn, geen grootere lasten verdraagt.
Zij me-enen, dat ‘het voor het algemeen belang min-
der nadeelig is, de gevolgen van een’ kolensta’kung te
doorstaan, dan deze basis-industrie te zien belast met
bonen en arbeidsvoorwaarden, die haar nog slechts
een kwijnend voortbestaan schijnen te verzekeren.
– Van ‘moeilijkheden, die ook -de N e d e r 1 a n d s c h e kolenmijnhouw heeft door te maken, merkt -de outsider

.
we-ini-g. Er wordt bitter -weinig -over gepubliceerd. Of
het ligt aan -de omstandigheid, -dat 518 van alle in

,Limburg gedolven kolen fiskaalsdh
zij’n,
of aan de

omstandigheid, dat de industrie nog zoo jong is-, of

aan de, -omstandigheid, dat haar omvang nog niet z66
is, -dat ze een bepaald integieerend ‘deel van ons econo-
misôh samenstel uitmaakt – wij weten het niet, maar
,een feit is, dat er weinig naar buiten doordringt van

L
hot wel en wee vtn onze nationale kolenindixstrie. On-

0
tegen7oggelijk moet het haar ook steeds moeilijker val-

5
1en gereeden afzet te vinden voor haar toenemende

..productie. Wij zeggen
toenemundie
productie, want
.van eenige beperking wil -zij niet weten, zelfs niet van
een stationnair-blijven. De cijfer-s ‘zijn er om het aan

.
1
,te toonen:

TotaleLimburgsche productie:

1914

1.928.000
t.
1920

3.940.000
t.
1923

5.282.000 t.
£1

1926

8.850.000
t.

– –
1927
……….

± 9.040.000
t.

Tegenover deze eenerzijds -zeer toe, te juichen ver-
grootmg vaii de voôrtbrenginig ‘staat evenwel geen
noemenswaardige uitzetting van verbruik in ‘het land
zelf; Volgens de gegevens van het. Centraal Bnreau
voor de Statistiek moet het verbruik in Nederland, na
aftrek van bunkerkolen aan vreemde stoomschepen

(2.246.1.35 t. mcl. briketten) en vn hunkerkolen aan

Nederlandsche stoom

schepen (1.202.403 -t. mci. bri-
‘ket-ten) doch met bijrekening van cokes, bruin-kolen en
hruun-koolbriketten bedragen hebben ca. 11.476.000
ton; niet meer derhalve dan ongeveer het verbruik
‘in 1926. In Dui-tschlanid daarentegen een meerde.r
-verbruik, zooals we aanstipten, van vele mi.11ioenen
‘tonnen in vergelijking niet het- voorafgaande jaar!
‘ Zooals gezegd, merkt -de buitenwereld niet veel
van de worsteling altijd maar klanten te vinden en
‘toch gaat de productie weg. Hopen we, dat het niet
ei te -zeer ten koste van de opbrengst moge zijn. In de
‘Hoilandsche groote zeéhavens, waar de Hollandscho kolen. de laatste twee jaren zich onder den naam van
Mauritsido1en geducht weren en -den strijd tegen Wes t-
• faalsche en Engelsche kolen aangehouden hebben, zul-
‘Jeu de spaanders er wel afvliegen, anders gezegd
‘zij de -opbrengst wel nauwelijks e’enige winst, laten,

126

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

8 Februari 1928

daar niet aangenomen kan worden, dat de concurren-
tie, vooral niet de Westfaalsche,
bij
de pakken. zal
gaan neerzitten! Gelukkig de verbruikers. .

Na de uitvoerige statistische en andere wetens-
waardigheden, die de Staatsmijnen otrent zichzelf
en de andere Limburgsche mijobouwondernemingen

ter gelegenheid van haar 25-jarig jubileum op 1 Mei
ji. door de pers hdbben bkend gemaakt, kan over de
Nederla.ndscie kolenwinning weinig meer gezegd

worden zender in herhalingen te treden. Technisch

is ze stellig volkomen op de hoogte van haar tijd. Over
de geldelijke resultaten van 1927 is nog niets gepu-
blicee.rd, voor zoover we weten.

Om tot B e 1 g i ë te komen. Ook daar geen couleui
cle rose. Ofschoon de totale productie ongeveer 7 mil-

lioen tonminder bedraagt dan het totale verbruik,

liggen er aan de mijnen ongeveer 1.800.000 ton qnver-

kocht opgeslagen en dat niettegenstaande de förde-
rung per hoofd per dag soo weinig bevredigend is als

526 KG. Allerhande voorstellen zijn gedaan om tot

betering van den door overproductie topzwaren toe
;

stand te geraken, in de oprichting van een Syndicaat
of Algemeen Verkoopskantoor ziet men niete, omdat
de verscheidenheid der kolen qualitatief te groot zon
zijn! Hoogstes ware misschien te denken aan eep

groepsgewijze indeeling van de mijTien naar den aard
der kolen. Anderen verwachten slechts verlichting
voor dé kolenindustrie van een verstandhouding met

mijlngroepen in Holland en Duitsdhland. Weer ande-
ren pleiten voor krassere maatregelen tegen wat ge-

noemd wordt den bandeloozen invoer van buitenland-
sche kolen, waarbij dan vermoedelijk over het hoofd

gezien wordt, .dat er verscheidene industrieën zijn, die

bezwaarlijik buiten de uitheemsche vetkolen kunnen,
oii de eenvoudige reden, dat het eigen land ze niet
in voldoende iiiate produceert. De tegenhanger ervan

is, dat B]gië ongeveer 5 millioen ton uitvoert, in
hoofdaa.k magere- en half-magere kolen.

De jaar]ijksche productie bedraagt ca. 26 millioen

ton, waartegenover staat een verbruik van 33 millioen
ton. Er moet dus geïmporteerd worden eerstens de

7 miljoen tekort, plus de 5 millioen, die uitgevoerd
worden, of totaal 12 millioenton.

In T r a n kr ijk ook al hetzelfde beeld. Overpro
ductie deor gébrek aan afzet. Het land importeert ca.
25 millioen ton kolen en cdkes per jaar •en de regee-
ring is er op uit om den verbruikers het verbruik van
inheemscJhe kolen makkelijker, althans aangenamel- te
maken door den producenten de mogelijkheid to geven
ze goedkooper aan te bieden. Een van de middelen is

geweest preferent.iee]e spoorwegtarieven in te stellen, waardoor het den Engeischen kolen onmogelijk moest
worden met •de Fj’ansche te concurreeren. Zoo werd
bijv. de spoorvracht van het gebied van Lens naar
Bordeaux, een afstand van 800 KM., gebracht• op
fr. 5.28 of zegge es. één •halven gulden •per ton van.
1000 KG. Zelfs deze dracoiiische maatregel heeft het
beoogde succes van de uitdrij’ving van de Engelsche kolen niet gebracht. Toen werd het bekende Decreet
van 10 Juni 1921 afgekondigd, waarbij werd bepaald, dat vreemde kolen slechts nog onder licence
moc
hten

worden ingevoerd. De regeering verklaarde openlijk;
dat het de bedoeling was de invoeren van uitheem-
sche kolen met ca. 8 millioen tons per jaar te doen.
verminderen.

De maatregel trof voornamelijk Engeland en meer,
bepaaldelijk het gebied van ‘het Kanaal van Bristol.
Luide protesten gingen daar op en ten slotte heeft
men in Frankrijk toch wel begrepen, dat men geen,
hardheid kon toepassen, die grootendeel.s Is natic>n’
amie moest treffen. Men is ten slotte zeer vrijgevig,
met de licentiesgeweest en de geheele maatregel is
eigenlijk een slag in het water geweest, want de export.
van Engeland naar Frankrijk heeft bija de hoogte(
bereikt van 1925, nl. 9.262.000 ton. in 1925 bedroeg hij 10.234.000 ton. Over 1926, het jaar van de Engel’
1

•sche kolenstaking, bedroeg de invoer over 4 maandeh’
3.791.000 ton.

Allerwege derhalve overproductie en de grootste

zorgen om wat aan den dag komt kwijt te raken, des-
noods met. verlies.

Op den duur is dat een toestand,
die niet kan duren. Wanneer er geen bondgenooten

komen opdagen, die den kolenmijubouw komen helpen
in zijn strijd om het bestaan, strijd, die •door lager

gaande prijzen van olie steeds scherper wordt, dan
kan de eenige redding slechts bestaan in een rationeele
productie in elk kolenproduceerend land, teweeg te
brengen door
,
internationale gedachtenwisseling en
afspraak. Want duurzaam kan een basis-industrie als de kolenwinning, waarvan •de grootere meerderheid

der andere industrieën afhangt, niet een kwijnend
bestaan leiden, ten adee1e niet in de laatste plaats

van de honderdduizenden mijuwei’kers en andere werk-
nemers. Nog in geen enkel jaar na den oorlog heeft

de weroldproductie de hoeveelheid van 1913 bereikt.

De laatstverzamelde cijfers zijn die over 1926. Die
waren:

1926

1925
1913
(in millioenen
tonnen)
Europa ……….
459

538
606
Amerika ……..
615

542
532
Azië

…………
76

72
55
Afrika ……….
13

17
10
Australië……..
21

19
14

1184

1188

1217

Het is de vraag of de voortbrenging van 1913 ooit
weer bereikt kan worden, juister gezegd: verkocht

kan worden. Technisch staat er natuurlijk aan een
veel grootero productie niets in den weg. Wij spraken
hierboven van bondgenooten. Twee zijn er inderdaad

komen opdagen, al is het gebaar nog eenigszins

schuchter, vooral van den laatsten. Deze vertoont zich
in het kleed van uit kolen geëxtraheerde olie. Wij
meeuen de volgens het proc6d6 van Bergius en ande-
ren uit kolen te destilleeren vloeibare brandstof. Ge-

durende het afgeloopen jaar moeten op dat gebied
vorderingen zijn gemaakt, die het beste voor de toe-
komst van de kolen, de grondstof, doen hopen.
Do tweede bondgenoot heeft, hoewel hij wat ouder
in jaren is, eerst zeer onlangs weer van zich doen
spreken. Het is de poederkool. Ieder, diö eenigszius
belang stelt in het kolenbedrjf op zichzelf of in de
wereldoeconomie heeft gehoord van de resultaten, die

in December ji. zijn behaald bij: het stoken van gepul-
veriseerde kolen aan boord van het Amerikaansche
s.s. ,,Mercer”, groot 9500tonsdeadweight, dat 23 No-
vember 1927 Now York verliet op reis naar Rotter-
dam, alwaar het S December arriveerde. De ,,Mercer”

bezit drie ketels van het Schotsehe type en kan 2500
PK. ontwikkelen, waarbij ze 1O zeexnijlen kan beha-
len. Voor den benoodigden stoom zijn op die reis
slechts twee ketels gebruikt, terwijl de reisduur, zoo-
als boven aangetoond, slechts ruim veertien dagen is
geweest, op een gemiddelde snelheid van 9,83 zeemij-
len, terwijl het verbruik aan stofkolen 1,3 pond per

PK.-uur heeft bedragen, of 34 ton per 24 uur. Verge-
lijkirigeu op schepen van gelijke grôottë en PK.-ont-
wikkeling hebben aangetoond, dat het verbruik van ko-len 43 ton en van stookolie 31 ton bedraagt. Met groote

belangstelling volgt de reederswereld en volgen de
technici het vraagstuk van het overbrengen op zee
van een stookmethode, die hare waarde bij landinstal-
laties al getoond heeft. Een van de eerste vragen is
.

of in de toekomst poederkolen op de bunkorstations
moeten worden verkrijgbaar gesteld, resp. aan boord
genomen, dan wel of de omzetting van grove kolen

in poeder aan boord moet geschieden, zooals hij de
,,Mercer” het geval is. Het zelfontibrandingsgevaar
moet speciaal onder het oog worden gezien, omdat
men, door 1 kubieken centimeter kolen tot den uiter-
sten graad van fijnheid te malen, zijn blootgesteld
oppervlak van 6 cM
2
. uitzet tot 1800 cM
2
., zoodat bij
een dusdanige vermaling de ver.brandingssnelheid on-
geveer 300-voudig wordt!

De ,,Mercer” had als bunkerkolen gewone enge-
zêefde kolen aan boord van, naar, gezegd werd, es.

8 Februari 1928

ECONOMISCH-STATISTiSCHE BERICHTEN

127

20 1yOt. vluchtige bestaid.deelen en 5 pCt. aschgchalto.

De kolen worden allereerst naar een kleine breekma-
cliine gebracht, die cle groote brokken breekt tot op
20/50 min. De aandrijving van cie breekmachine ge-

schiedt door een stoommachine. De gebroken kolen
worden door een band naar een bijzonderen 40 ton
bevatteuden huipbunker gevoerd voor ;het dagelijksche
gbruik, wat eiken dag 1i-2 uur Uit dezen

bunker komt de gebroken kool in een kogelmolen,
systeem Kennedy, die 1600 KG. per uur aanmaakt.

De verkregen stof geeft op een zeef van 6400 mazen
per cM
2
. een residu van ca. 15 pCt. De molen wordt

eveneens door stoom aangedreven en het schip wordt

niet in het minst er door in trilling gebracht. Zoowel
aan stuur- als aan bakboordszijde is een volledige
breek- en maalinrichting gemonteerd. De ko]enpoeder
wordt uit den molen weggezogen met verwarmde lucht

en onmiddellijk in de vuren geblazen. Men heeft ver-
der iorgvuldig vermeden de kolenstof zich ergens te

laten opeenihoopen. In de buisleidingen zitten de ver-
deeiers voor de elijkmatige verrieeling van de brand-

stof over de vuren. Ongetwijfeld brengt de stofstokerij
een gevoelige besparing aan personeel vergeleken met
scheepsketels met roostervuren en handbediening.
Daarbij komt de mogelijkheid van het kunnen ge-
bruiken van inferieure en goedioope kolensoorten.
Ten slotte wordt met •de stofstokerij een hoogere
stoomproductie van de .scheepsieteis verkregen dan
met stoken op roostervuren het geva] is, waardoor bij
gelijke ketelgrootte grootere snelheid bereikt kan wor-

den. De zindelijleheid en gemakkelijkheid van bedie-
ning zijn hij oliegebruik grooter dan bij het gebruik
van poedericolen, daar hij het stoken van olie geen
breek- en niaalinrichtingen, die uiteraard stof en vuil
afgeven, aanwezig zijn. Het stoken van poederkolen
op zichzelf evenwel is even zindelijk en gemakkelijk
als het stoken van olie. Beide worden in •de vuren
gespoten. Aange’iieu nu kolen heel wat goedkooper
zijn dan olie, zal in de toekomst het stofstoken een
e.rnstige mededinger worden •in het soheepvaartbed.rijf
van de o]iestokerij. Of het stoken van poederkolen in
lengte van tijd ook zal kunnen concurreeren met door
Dieselmotoren opgewekte voortbrenging, is een vraag,
die
11
iemaii d vermag te beantwoorden.

DE WETENSCHAPPELIJKE BALANS DER V. 0. V.

OP 31 DECEMBER 1924.

In zijn artikel in het nummer van dit Tijdschrift
van 25 Januari jl. geeft de Heer Dr. E.
B. F.
E.
Baron Wittert van Hoogland, een beknopt en zeer
duidelijk dverzicht van de ontwikkeling van de V. 0. V.
en brengt hij opnieuw onder de aandacht,dat, in No-
vember 1922, dus tijdig v66r de invoering der z.g.
seif-supporting verzekering, door hem den Mini ster
Aalberse in overweging werd gegeven om het Ouder-
domsfonds in tweeën te splitsen, waardoor het moge-
lijk zou worden het beheer der verzekeringen op so-
cialea grondslag te scheiden van dat der self-suppor-
ting verzekeringen.

Het is ongetwijfeld te betreuren, dat de Minister
geen gevolg heeft gegeven aan dit gezonde denkbeeld.
:lvensvel bevat de onlangs gepubliceerde Wetenschap-
pelijke Balans van de V. 0. V., per 31 December 1924,
in de uitvoerige toelichting toch tal van gegevens, die het môgelijk maken zich een beeld te vormen
van
de
financiering der beide soorten van verzekeringen en
van de verkrëgen resultaten.

De Heer W. van H. komt tot de slotsom, dat de
lasten van de self-supporting verzekeringen voldoende
gedekt worden door de baten.

De cijfers geput uit de balans en de toelichting
daarop brengen mij tot een tegengestelde conclusie.

Bij de oprihtingin. December 1919 was de V. 0. V.
een sociale verzekering, met drie soorten van verze-
kerden: t.w.

a. personen van 65 jaar en ouder, die een koste-
boze rente genieten;

1

personen oi:ider de 35 jaar, die een verzekering
hadden gesloten tegen de netto premie
i)
en
personen, tusschen de 35 en 65 jaar, die onver-

schillig hun leeftijd cle netto-preniiè hadden te be-
talen van een 34-jarige, (gesubsidieerde verzëkerin-
gen).

Alleen personen beneden een zekere welstandsgrens
konden een dergelijke verzekering sluiten. De Staat
n de administratiekosten op zich.

Met ingang van 1 Februari 1923 werd de werkkring
der V. 0. V. uitgebreid met:

verzekeringen tegen bruto-premie,
2)
d.w.z. te-
gen betaling van een premie waardoor alle onkosten

zouden worden vergood. Deze verzekering stond open

voor alle Nederlanders. De Regeering verklaarde in
de Memorie van Tôelichting op hbt dartoe strekkond
wetsontwerp, dat de voorgestelde uitbreiding der ver-
ze1cering geen geldelijke offers
voor den Staat zou
mede brengen.

Uit de Balans blijkt nu, dat de nettopremiën sub .b,
en d op onvoldoende grondslagen berekend zijn ge-
worden en honger hadden moeten zijn, waardoor, voor

de personen bedoeld sub b, en voor cle netto-premie
voor een 34-jarige sub c, de Staat m’eer heeft bij te
tiragen dan de administratie-kosten en dus meer dan
in de bedoeling van de Wet ligt, en dat de verzekerin-
gen tegen bruto-premie niet self-supporting zijn,
m.a.w. dat ook hiervoor wel degelijk offers van inn
Staat gevergd worden.

Te verwonderen is zullcs niet, noch komt deze con-
cl usi e onvervacht.

De ervaring van de part:iculiere verzekeringsmaat-
schappijen is, dat pensioenverzekeringen, die niet ver-
bonden. zijn aan kapitaaisverzelceringen van ongeveer

gelijk bedrag, hooge premiën vereisc’hen, wil het be-
drijf loonend zijn. Bovendien behoort de premie voor het pensioen voor een vrouw hooger te zijn, dan voor
een man, onder overigens gelijke omstandigheden.
Het oorspronkelijke tarief voor de V. 0. V. vastge-
t’teid
bij
Kon. Besl. van 16 Januari 1920 was voor
mannen en vrouwen hetzelfde. In een bijlage van de
Mmorie van Toelichting op de Ouderdom.svet 1919
wordt de verwachting uitgesproken, dat het betrek-
kelijk aantal vrouwelijke verzekerden niet groot zal
zijn.

Uit de toelichting op de balans (blz. 12) blijkt, dat
op 1 Januari 1925 verzekerd waren

Mannen.

. Vrouwen.
sub a.

97.812.

118.163.
sub b.

30.169.

39.687.
sub
c.

40.460.

111.651.

Totaal
168.441.

269.501,
of 70.629 Mannen en 151.338 Vrouwen, de koste-
1 ooze- rentetrekkers buiten beschouwing gelaten.
Het aantal vrouwen onder de veje1cerden tegen
netto-premie (sub b) en gesubsidieerde verzekeringen
(sub c) bedraagt dus meer dan het dubbele van dat
dër mannen.

Bij het samenstellen van het Verslag der Commissie van Vuuren bleek reeds in October 1924 aan den wis-
kundigen adviseur der R.. V. B., dat de sterfte bij de
V. 0. V. beneden de verwachting bleef.
Bij,
de toen ge-
mtakte berekening van het bedrag, dat de Staat ver-
schuldigd is voor de kostelooze en voor de gesubsidi-
eerde reuten, werden dientengevolge andere stei-fte-
tafels gebruikt, meer overeenkomstig de opgedane er-
varing.

l) Onder netto-reserve wordt verstaan het bedrag, dat
nSodig is om uitsluitend het risico der ven kering te dek-
ken. De berekening ervan berust op slechts twee elementen,
tin’. de sterttetafel en den reutevoet.
2)
De bruto-premie is de netto-premie, verhoogd met een
zeker bedrag,
bv. 10 ol 12
lCt. tot dekking der onkosten,
het vormen
van
een extra reserve, voor een. kwatlen dag
enz. hoe veiliger cle elementen gekozen zijn, waarmede de
netto-premie is berekend, hoe lager de opslag genomen kan
worden Is bv. voor den reutcvoet
34
genomen, dan kan
niet ccii kleiner opslag worden volstaan; dan bij het ge-
bruik van een rentevoet van
4
pCt.

128

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN•

8 Februari 1928

De verzekeringen tegen bruto-premie, de
z.g.
self-

supporting verekeTingen, werden ingevoerd met in-

gang van 1 Februari 1023. De premie voor de vroul

won was hierbij hooger dan voor de mannen. Maar
reeds dadelij’k na de bekendmaking van het tarief heb
ik in de Nieuwe Courant van 27 Februari d.a.v. aan-

getoond, dat ht te laag was, door het te vergelijken
met het ongeveer ter zeifder tijd vastgestelde tarief,

waarvoor de Rijksambtenaren hun pensioen ‘koudeii

verhoogen, eveneefis tegen den kostenden prijs. Het
tarief der V. 0. V. was 10 tot 15 pOt. lager, niettegen-

staande de betrekkeWk hooge bedrijfa- en reklame-1:os-

ten dier instelling, uitkeerin’gen aan agenten, enz.
Met 1 Januari 1927 werden dan ook hoogere tarieven

bij de V. 0. V. ingvoerd, wel een bewijs, dat de oor-•

spronkelijke tarieven niet voldoende waren om risico

en kosten te dekken. Er komen op de credit zijide der balans twee posteJ

voor n.l. een extra-reserve van nagenoeg 13,5 millioen

gulden en een zdkerheidsreserve van nagenoeg
5,1

millioein, of iu totaal 19,2 millioen, welke hoofdzake-
lijk noodig worden geacht om het Ouderdomsfonds in

staat te stellen
‘blijvend
aan zijn verplichtingen te
voldoen. De extra-reserve is berekend in de onderstel-

li’ng, dat de sterfte zal bliSven, zooals die opgemaakt

is uit de ondervinding, opgedaan tijdens vijf jaren
vau het bestaan der V. 0. V., terwijl bij de zeker’heids-
reserve rekening is ‘gehouden met de vrij groote waar-

schijnlijkheid, dat de verbetering in de sterftekansen

val aanhouden.

Welk gedeelte van de eitra-reserve betrekking heeft

op de verzekeringen togen bruto-premie is uit de toe-

lichting niet op te maken, doch. vel
.bWkt
daaruit, dat

van de zekerheids-reserve een bedrag van ruim 7
Y2
ton

bestemd is voor de verzekeringen tegen bruto-premie.
Daardoor staat onomstootelijk vast, dat in twee jaar

het verlies op de
z.g.
self-supporting verzekeringen

minsten.s
7
i4
ton heeft .bedragen. Het bedrijf had toen

nog een zeer geringen omvang. Op 1 Januari 1924
waren verzekerd tegen bruto-premie 1.867 mannen en.
3.012 vrouwen, op 1 Januari 1925: 3.905 mannen in

5.741 vrouwen (volgens opgave op blz. 12 der balans).

Het bovenvermelde verlies van 7
1
/e
ton heeft uit-

sluitend ‘betrekking op de netto-premie.
Het zou mij’ te ver voeren, aan de hand van

de balans, te ‘bespreken hoe het bovengenoemd bedrag
van ruim 19.2 millioen gulden ‘gedekt wordt. Het
komt er op neer, dat de belastingbetalenden het tenL

slotte .hebben op te brengen.
Het boven aangehaalde artikel in de Nieuwe Cou-
rant. van 27 Februari 1923 eindigde met de woorden:
,,Uit het bovenstaande blijkt m.i., dat het tarief der
,,V. 0. V. te laag is en dus teleurstellingen zal opleve-‘
,,ren voor de schatkist. Dit tdkort zal mogelijk erst
,,na jaren in cijfers onder de oogen der Regeering e
,,belastingbe’talers komen; doch reeds nu is het te

,,voorzien.”

De Heer W. v. H. spreekt aan het slot van zijn ai-
ti.kol de hoop uit, ‘dat de Minister uitbreiding zal ge-
ven aan de V. 0. V., en wel door invoering van pen-‘
sioenen met premie-restitutie, .a. reeds aanhangig
gemaakt bij den Hoogen Raad van Aibeid, en van’

weduwerenten.
Alvorens daartoe wordt overgegaan zal het toch wel”
dien.stig zijn, de adminstratie en het beheer der’

V. 0. V. in orde te mdken. Want daaraan ontbreekt

nog veel. ‘ -‘
Het particulier bedrijf is bij’ de Wet verplicht, bin-
neu zes maanden, een volledige balans openbaar’ te ma-‘
ken. Alle ‘maatschappijen, waaronder vele, wier bedrijf
veel grooter en veel ingewikkelder is dan ‘dat der
V. 0. V., voldoen aan dien eis,ch. De balans der V. 0. Vf’-
kwam uit, eerst drie jaren na dato.
Uit de toelichting blijkt, dat het verzamelen van
gegevens, afko’nEistig van de Raden van Arbeid, en
vooral de contrôle daarop, een der voornaa:mste z6o’

niet cle voornaamste’ oorzaak is’ gewreest’van de late

publicatie. Reeds in het verslag der Commissie van
Tuu
r
en wordt vermeld, dat er geen voldoende waar-
borg is, dat de R. V. B. door de Raden van Arbeid vol-

doende juist en volledig op de hoogte wordt gehouden,
zoowel wat betreft cle gesloten verzekeringen als de

wij’zigingen, die de verzekeringen na de afsluiting heb-
ben ondergaan.

Niettegenstaande de uiterste zorg, bleek na afloop

der berekeningen tea behoeve der balans, ‘dat in 1926

en 1927 tot dusver nog ongeveer 1100 correcties moes-
ten worden aangebracht van wijzigingen, welke v66r
.31 December 1924 reeds hdd.den plaats gevonden. En

zelfs’ nu staat het aantal verzekerden op dien datum

niet, vast.

Het aantal kosteloo’ze renten wordt in de balans
‘opgegeven:
op blz.
12 M. 97.812 op den Staat, tegenov.
blz.
38 M. 98.104
Vr. 118.163
‘Tr.
118.414

Verzekeringen tegen netto-premie:
blz.
12 M. 30.169 Staat., tegenov. M. 30.185 TabeI2 M. 30.391
Vr. 39.687
blz.
38 Vr. 39.695 Vr. 40.080

Gesubsidieerde verzekeringen:
blz.
12

blz. 13

blz.
77
M. 40.460 M. 39.840 Staat, tegenov. M. 40.467 M. 40.576
Vr. 111.621 Vr. 110.563

blz.
38 Vr. 111.632 Vr. 111.907

Verzekeringen tegen bruto-premie:
blz. 12
M. 3.905 Staat, tegenover blz. 38 M. 3.908
Vr. 5.741

Vr. 5.760

In den loop van 1924 werd het bedrag ‘der Staats-

bijdrage per 31 December 1923 berkend voor de kos-
telooze en voor de gesubsidieerde renten, in admi-
nistratie bij de V. 0. V. Later is, bij’ het opmaken der

balans, door contrôle gebleken, dat het
indertijd
op-
gegeven aantal renten 940′, resp. 5230 te hoog was ge-
wees’t. Dientengevolge was de Staatsbijdrage ruim 3,5 miilioe.n gulden te hoog berekend.

Sedert eenige jaren komt in het Jaaivorsiag der
R.V.B. een voorloopige balans voor van het Ouder-
domsfonds. Deze Verslagen komen ongeveer 18 maan-
den na dato uit. Zoo verscheen het Verslag over
,
1924

medio Augustus 1926.’ Op die balans komt aan de
Creditzijde o.m. voor: de schuld van het Ouderdoms-
fônds aan:

Hoofdbestuur der Posterijen en Telograf ie
f
4O.767.523,78
I[u’validiteitsfonds ………….. …….. ..104.902257,95

Op de thans gepubliceerde definitieve balans is ver-
meld:

Hoofdbestuur der Posterijen en
rre1gra.f
ie
f
.31.760.972.65
Tuvaliditeitsfon:cls ………………….,, 113.976.476,05

De vier bedragen gelden voor denzelfden datum,
31 December 1924.
Een bedrag, opgegeven in halve centen, ongeveer
18 maanden na dat.o, al komt het dan voor op een
voorloopige
balans, kan
biS
een
‘behoorlijke
administra-

tie geen negen millioen gulden verschillen van hot
daarvoor later op de definitieve balans vermdide.
Den wiskundigen adviseur van de R.V.B., den
heer K. Lin’dner, komt ongetwijfeld een woord van
hulde toe, dat hij uit dien chaos, waaruit in het voor-
gaande enkele ‘stialtjes zijn aangehaald, nog een balans

heeft kunnen samenstellen.
In, de zitting van de Tweede Kamer op 29 Novem-
ber 11. zeide de Minister van Arbeid, Handel en Ni,j;-
verheid, in antwoord op de viaag der ‘hoeren Van

Gijn en Smeenk: Waar blijft
de balans van het Ouder

‘domsfonds?
,,I’k ben blij met deze opmerking van de beide Af.gev.aar

,,digden, want als, de ‘balans er is, zal de ‘propaganda, die
,,bha.ns gevoerd wordt tegen het O.uderdowsfonds, veel moee-
,,lijker worden en de propagan’da daarvoor zal veel ge-
,,makkelijker worden.”

Op grond van het bovenstaande vermeen ik, dat de-
genen, die deze woorden den Minister suggereerden, Zijne Excellentie daarmede een slechten dienst heb-

ben bewezen. –
H. TH..
HovEN.

den Haag, 2 Februari 1928.

8 Februari 1928

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

129

DE POENALE SANCTIE EN HET ALGEMEEN BELANG.

In de ,,Econ.-Statistisohe Berichten” is van de hand
van Prof. Mr. F. J. H. Cowan een studie over de
poenale sanctie verschenen, die niet zonder
tegen-

spraak mag blijven.
Prof. Cowan brengt in herinnering, hoe in 1018
een afschaffing van de poena]e sanctie op korten ter-
mijn werd afgekondigd, maar in 1023 (toen Mr.

Cowan ‘self Directeur van Justitie in N.-I. en dus
hoogste chef der arbeidsinspectie was) een wijziging
der koelie-ordonnantie met voovloopig beh&ud van de
poenale .sanctie werd voorgesteld en aanvaard.
Dat Mr. Cowan, aan wien dus voor een groot deel
het nagenoeg ongewijaigd behoud van die, van Indo
nosi’sc’he en andere zijde wo fel bestreden, strafrech-

te.rlij’ke sanctie,
ook voor do herco’,vtracten
te da.nken
is, zich geroepen gevoelt zich te verdedigen, is geen
wond er.

Of Z.H.G. toen in het algemeen belang. gehandeld
heeft?

In zijn opstel beroept Mr. Cowan ‘sich herhaaldelijk
op de ,,tegen groote onkosten geworven en aange-
voerde werk’krachten zelfs uit China”. ,,Een ding is
duidelijk en zeker en moet voorop gesteld worden”,
zoo heet het, ,,dat de groote kosten, gemoeid met de
aanwerving op Java, roep. China en de overtocht naar
hot werkterrein niet. langer kunnen (en dus ook niet zuilen) gedragen worden, wanneer er niet meer met
voldoende
zekerheid
staat op kan gemaakt. worden,
dat de geëngageerde werklieden hun arbeid ook daad-
werkelijk presteeren zullen”. We moeten deze bewe-
ring geheel voor rekening van Mr. Cowan laten en willen er alleen op wijzen, dat men het in naburige
tropische landen wel zonder poenale sanctie stelt
onder nagenoeg gelijke economische omstandigheden
en dat er zelfs in Nederlandsch-Indië tal van groote,
welvarende
mijn
en landbouwonderne.mingen zijn, die
het eveneens ‘zonder dè poenale sanctie weten te
stellen.

Maar er is
één
factor, die Mr. Cowan voor den on-
deskundigen lezer wijsek verzwijgt. ,,De groote kos-
ten, gemoeid met. de aanwerving op Java, roep. China
en de overtocht naar het werkterrein” gelden vöor-
eerst
niet
voor de in het gewest aangeworven werk-
krachten en
zeker niet
voor de contracten bij reënga-
gement voor ten hoogste, en dus in den regel,
13
maanden
gesloten. Waarop desalniettemin de poenale
sanctie in volle kracht van toepassing is. De ‘koelie
toch sluit bij’ den aanvang een contract voor drie jaar
en moet de werkgever hem op zijn verlangen na af-
loop van dit driejarig contract naar de plaats van
aanwerving terugzenden. Zoo heeft men deze materie, n.m:m. ten onrechte, geregeld. We zulln het er hier nu
niet over hebben op welke manieren men de koelios
tot reëngagementen verleidt of dwingt, maar alleen
constateeren, dat dus aangenomen mag en moet wor-
den, dat de werkgever
na drie
jaar
zi.jn onkosten voor
aanwerving en overtocht en nog ‘daarbij
.
.de kosten van
terugzending ruimschoots uit den arbeid van den
contractant terug heeft. Na drie jaar staan dus werk-gever en koelie vrij tegenover elkaar. De werkgever
in zoover in veel gunstiger conditie, dat hij’ in plaats
van een meestal niet al te sterke workkracht., een flink
getraind en met het werk bekend persoon tegenover
zich heeft. Die hij door en door ‘kent. Waarvoor ‘hij,
om deze aan zich te verbinden,
geen enkele uitgave
behoeft te doen.
Bij
loslat.ing der reëngagementseon-
tracten dus, zou er een premie bestaan op ‘behoorlijke
behandeling en betalen van een menschwaardig loon
aan de koelie en
zijn
gezin. Want de werklieden zou-
den alleen d.âr werk zoeken, waar zij’ het ,,senang”
gehad hadden. Waar zij’, in ‘t kort, behoorlijk behan-
deld waren. Dat de Javaan en vooral de Chinees dan
niet l’ui is, is een betoog, dat nu eindelijk toch niet
meer behoeft gehouden te worden. Wanneer men nu
daarbij
ij, de bepaling van het terugzenden naar de plaats
van aanwerving voor de voor de cultuur geschikt ge-
achte werklieden laat vervallen en hun de gelden daar-

voor bij het einde van ‘het o’nt.ract doet uitbetalen,
zoodat zij’ zeker zijn, oenig geld in handen te krijgen om

tijd te hebben een nieuwen werkgever te kunnen zoe-
ken, dan zou nieti een grooten stap in de goede rich-
ting doen. De werkgevers zouden voorloopig blijven
beschikken over een staf van vaste werkkraohten. De
nieuw aangeworven koelies, een, twee of drie jaar in

dienst. Men zou krijgen een steeds toenemende ar-
beidsreserve, die de, poenale sanctie overbodig zou
maken. Reeds van do eerste arbeidsinspectie af is
hierop gewezen en ondergeteekende heeft hiervoor

reeds jarenlang geij’verd. ‘De planterswerel’d, meestal
conservatief in merg en been, heeft zich steeds tegen
nieuw in te voeren maatregelen verzet met. het motief,

dat de ondernemingen daardoor zouden te niet gaan. Het estate-geld (gedwongen winkelnering) was noo-
dig. Afschaffing zou desertie bevorderen. Opstand

zou er komen, als men de betaling in dollars verving
door die in N.-I. wettige munt. Zondagsrust zou de

cultuur doen mislukken. Zoo zou men tal van onder-
werpen kunnen noemen, die met klem van woorden
afgewezen, later doorgevoerd, onschuldig of nuttig

bleken te zijn. Wij zijn van meening, dat de cultures
zich aan de afschaffing der poenale sanctie ‘ook zou-

den aanpassen. Men zal .trouwens wel moeten en de-
‘zelfde argumenten heeft men stellig ook tegen de
afsohaffing der siavernij’ te berde gebracht. Ook die
heeft de wereld overleefd. Elk jaar wachten brengt
het tijdstip nader, dat men ons
tot de afschaffing
dwingt.
Te betreuren is ‘het daarom, dat. Mr. Cowan,
toen hij Dir. v. Justitie was, de eerste stappen, die
gezet zouden worden op den weg naar ‘de afschaffing
van dat, in on’zen tijd niet meer te verdedigen insti-
tuut, dat in de laatste jaren weder zooveel schandalen
op ‘zijn rekening kreeg, heeft tegen gehouden. Hij’ deed
geen stap, als hiervoren aangegeven vooruit, ‘maar
een .stap terug.
Hij
heeft het algemeen ‘belang daar-
mee niet gediend en het vertrouwen in de beloften
‘der regeering geschokt. Dat die ‘stap vooruit alsnog
zoo spoedig mogelijk kan gedaan worden, is aan geen
twijfel onderhevig. Dat die zoo spoedig ‘mogelijk zal
moeten gedaan worden, is een eisch des tijds.

LE FEB VRE,
Oud-adj. Inspecteur van den Arbeid te Medan
* *
*

N a s c h r i f t. Van de gelegenheid, die de Redac-
tie rnij’ vriendelijk verschafte, om naar aanleiding van
bovenstaand stuk nog enkele opmerkingen te maken, maak ik gaarne gebruik.

De heer Le Febvre heeft de strekking van mijn
artikel over de poenale sanctie bijzonder slecht be-

grepen.
Hij’
zegt, het geen wonder te vinden, dat ik,
die in 1923 Directeur van Justitie was,
mij
geroe-
pen voel, mij te verdedigen.
Dit was er waarlijk niet
de strekking van! Integendeel, het is mijÇ dit kan i’k
den heer L. F. verzekeren, tot d&n huidigen dag een be-
paal’de genoegdoening gebleven, destijds in staat te zijn gesteld geweest, voor mijn – als Indisch depa.r-
tements’hoofd tot mijn spijt nog Vrij’ bescheiden –
aandeel, met de p.s. een onmisbaren groeten factor
voor Indië’s welvaart te hebben helpen behouden,
overtuigd als ik was (en ben), dat daarmede het In-
disch algemeen belang ten beste gediend was. Ik zou
mij heden veeleer aan verzuim ‘van een plicht’ jegens
Indië schuldig gevoelen als ik toen, gemakshalve mee-
huilende met de wolven in het bosch, anders had ge-
adviseerd.

De’heer Le Febvre ‘denkt daar klaarblijkelijk anders-
om over. Waarschijnlijk omdat ik het ,,algemeen be-
lang” van land en bevolking in Indie
.
.en weinig
anders zie dan de geachte schrijver dat blijkens het
slot van zijn stuk doet.
Ik zie het algemeen be]ang dâr gelegen, waar vol-gens de beschikbare cijfer- en verdere ervaringsge-
gevens, de grootst
mogelijke
welvaart voor het Land,
de “best
bereikbare
levensomstandigheden voor zijne
ingezetenen te vinden zijn; wanneer anderen meencn
beter te doen door, met voorbijgang van die gegevens

130

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

8 Februari 1928

en hun imverking op het koele verstand, aanstonds naar het
absoluv.t
maatschappelijk-schoone te grijpen,
en daartoe een door sentiment (i.c. clan nog voor een
goed dedl m.i. onzuïver sen:timent) .gedicteerde stel-

ling te volgen, dan gun ik hun ‘dezen beau rôle, maar

blijf toch liever van hen verschillen als ik onbwaar,
dat verwezenlijking dier stelling iedereen, van den fis-

cus af tot den icoeiie toe, bedenkelijk zou benadeelen.

En dit is met de argumehten in mijn opstel – niet’
eerst aangetoond, want het was
hij
ieder deskundige
allang bekend, maar – nog eens in de herinnering

gebracht, en de heer Le Fehvre voert daar ook niets
nieuws tegen aan.
cl

Zijn betuiging, vooreerst, dat de Javaan ,,niet lui

is”, dient hier niet ter zake, want ik heb niet, ook niet
implicite, het tegendeel kunnen zeggen omdat ik dit

gehèel met hem eens ben. Maar wol staat het vast en dit
,,verzwijgt wijselijk” (om zijn eigen stijl te volgen)

de heer L.
1′.,
dat dezelfde Javaan – en cle Ohinees,
– een vaak belangrijk
wisselende an.inso
vertoont om
voor vreemden een hem van huis uit niet aan het hart
liggenden arbeid te verrichten, ook al heeft hij zich daartoe contractueel verplicht. Mij dunkt, dit is een
zeer algemeen mensciudijke en begrijpelijke eigen-
schap, die men den Javaan inderdaad niet extra be,-,

hoeft te veiwijten. Maar dit doet aan de waarheid
niet af, dat de groote cultures, – en daarmede de

machine zelve van Indië’s oeconomischen en fiscalen

bloei, waaivan
zij
een der spillen zi,fn, deze stemmings-

wisselvalligheden niet lijden kunnen en zoo moet de-
geen, die zich tot dien arbeid verbonden heeft, daar-
aan ook gehouden worden: in het
algen-been
belang,
niet in het speciale piantersbelang. Dit ziet men im-
mers zelfs in Europa, waar toch de ruwe natuur zelf zooveel strenger tot voortarbeiden dwingt, wanneer
maar het algemeen belang sterk genoeg spreekt: in
mijn opstel noemde ik al de seheepsbemanningen, ik

had er ook het spoorwegpersoneel bij ‘kunnen noemen,

(iie art. 358bis Ned. Strafwetboek, – een
m
id
r
ijf)..

Er is daarom, vervolgens, ook niets van aan, dat
het instituut eener st.rafsanctie ,,niet meer van dezen

,

tijd” zon zijn en dat men er dus het algemeen belang

niet meer mede zou ‘m6gen bevorderen, gelij’k men dat,
ook bijv. met slavernij niet meer doen mag. Dit is
pure fraseologie; in waarheid hangt alles van de
1

omstandigheden en de belangen ‘zelf af.

Evenmin is de verwijzing naar andere tropische lan-,
den in hare vaag.heid juist. In: landen als Oochin-,
China, den Congo, Kameroen, NieuwGuinea bestaat
de strafsanctie op het arbeidscontract evengoed en
wel is zij in Malakka afgesckuft, maar uitsluitend
1

door den druk uit Engelsch-Indië waar de ,,nationa-
listisc’h” gezinde wetgvers de geheele werving wilden
stopzetten; overigens is de organisatie voor de ver-
krijging van arbeiders daar totaal verschillend van die
in Indië en is het op lan’dskosten opgerichte ,,Immi-
gration Fund” thans zoo goed bij kas, •dat de onder-
nemingen voor dlked nieuwen koelie nog een premie
toe krijgen, wat bijv. in den oorlogsmalaisetijd er
enkelen toe leidde om geldelijke reden heel hun koelie-,
personeel te vernieuwen. Toestan:clen waarvan de In-
dische mij’len wijd verschillen.

Schrijver’s hoofdopmerking ‘tenslotte: dat het
argument van de groote kosten voor het aanwerven
en overvoeren der koelies niets beteekent voor de
regagementscontra.cten,
‘heeft mij uit de pen van
een oud-ambtenaar der Arbeidsinspectie verwou,dercl.’,
Men z&u met evenveel recht kunnen beweren, dat het
tweede en derde jaar van het ,,irnmigratie” (d.i. het
eerste) contract er ook niet op aankomen, daaL die

kosten kiaaiblij’kelijk aan het begin vallen, – en zoo
zou men met afdirtgen kunnen doorgaan. Maar do
vraag of die kosten een goed rendabele calculatie toe-
laten, hangt natuurlijk nièt enkel samen met den duur

van het
eerste
contract, doch vooral met den ‘tijd

dien de koelies
gemiddeld
daadwerkelijk in dienst
ple-

gen
te blijven, want hièruit alleen volgt, welk pes,
centage jaarlijks werkelijk te vernieuwen zal zijn. Het

moet
IIU
ook den heer Le Febvre bekend zijn, dat
déze tijd roor Dcli niet is drie, maar ongeveer 7
it
8
Jaar: ik herinner mij dan ook van vroeger een betoog,
– en juist van cle zijde der Arbeidsinspectie, – dat
als afschaffing der ps. op de reëngagementscontrac-

ton per se mèè5t plaats hebben, dan in ieder geval de
duur der eerste contracten moest worden
verlengd,
tot minstens vier jaar! En de reeds ruime ervaring
1
met zgnd. ,,vrje” koel’ies opgedaan leert (ook dit moet

de heer L. F. weten) dat, – al komt het bepaalde weg-
lopen inderdaad vooral in het ‘begin van don cliei’ist-
tijd voor, – ook de oude, te voren ijverige en stipte

koelies, al spoedig meer en meer ongeregeld gaan ,,op-

komen”, wanneer ze zich niet langer door een poenaal
contract genoopt gevoelen, hun overeenkomst na te

leven, – niet omdat zij dan plotseling zon lui zouden

zijn geworden, maar omdat hun den eenen dag het

vroege opstaan of de te ver richten soort of plaats van

arbeid minder aanstaan dan den anderen, of om andere
dergelijke, uit de
Vrij’
kinderlijke psychologie der
koelies voortvloeiende motieven. De p.s. werkt ook
hier voornamelijk
preventief
en is daartoe voor het
reëngagementscontract even onmisbaar als voor het-
eerste.

TegenoVer het ongunstig oordeel van den ond-

adjunct Inspecteur van den Arbeid, •den heer Le
FolSvre, moge ik ten slotte een wel heel anders lui.dencl
oordeel stellen van den Inspecteur-Génôral de l’Agri-
culture, de I’Elevage et des Forêts de l’Iiidochiue, dan
leer
Yves Henry,
die kort geleden, na een be,zoch aan
ons Indië, in het Bulletin Economique de l’In’dochine
(30e jaargang, 1927, No. 185) een uitgebreid en be-
wonderend artikel .publiceerde over ,,La Main •d’oeuvre
Ag.ricole en Indo-Malaisie”, waaruit ook voor menig
Nederlander nog zeer eel nieuws over onze eigen
:[ndische arbeidstoestanden in de cultures te loeren
‘zou zijn. Deze, wegens zijn hooge positie en persoon-

lijk onderzoek tot een
vergelijkend
oordeel in staat
zijnde autoriteit, eindigt zijn opstel met deze opmer-
kingen (blz. 201-208; ik cursiveer enkele passages):

,,Ce sy.stème de corttrat et particulièrement le
clause pénale fjiappant la récidi’ve de la rébellion ou
de désertion, maigré que l’applcation en soit ‘très me-

surée, a soulevé en Hollande, dans les milieux poli-

tiq’ues avancés, de vives critiques qui ont érnu les planteurs. On a voulu y voir une sorte d’esclavage
mitigé.

Le côté doctrinairo mis á part, urie observation
impartiale des faits conduit aux conclusions suivan-
tes. L’engagement contractuel, tel ‘qu’il existe, est
la

seule gae-antie effective
qui p’ossède le planteur en-
vers le coolie insaississable au civil; il a été le fac-
teur décisif de la création des plantations á Sumatra,
1
ii est leur clazuse de sécur’it.é.
Cet engagement réci-
proque, qui a pour. corollaire un contrôle officiel ri-
goureux, est
á
l’origine d’une aniélioration fon’dan-ben-
ta.le du sort des travailleurs,
tant Javanais que Chi-
nois. L’esprit largemen’t humanitaire qui préside
l’application de règlements que les planteurs trou-
vent souvent excessifs, a eu pour effet d’instituei’ un
régime ‘de recrutement et de travail qui assure, aux
populations que le faim ehasse de chez elies, de bon-

nos conditions de vie matérielle et un pécule appré-
ciable en fin de contrat.

,,Ce double résultat mérite hien quelque considéra-
t.ion. 11 mérite surtout d’être signalé par ceux qui
out visité l’Ext.rême-Orient, comme la situation la-

menta’ble du prolétariat agr’icole et ouvrier,
ei n’ont

trouvé nv,lle part rien qui approchât de l’érgawisation
né&,’landaise.”

Ziedaar het judicium van een onpartijdig buiten-lander, iemand, die stellig in geen opzicht ,,geïnte-

resseerd” is ‘bij’ de Indische cultures en waaraan ik
dan ook niets heb toe te voegen. Het Nederlandsche

parlement, dat, gelijk ik in mijn o’pstei in heri.nn ering
bracht,. dit onderwerp (dat dan ook onmogelijk zon-

der meer een ,,inwendige” aangelegenheid van :[ndië

8
Februari 1928

ECONOMISCH-STATISTÏSCHE BERICHTEN

131

kan boeten) in 1919 aan zich heeft getrokken, zal t.z.t.

ongetwijfeld opnieuw de juiste keuze
weten
te doen.

Mr. F. J. 1:1.
COWAN

BELASTING VAN NEDERLANDERS IN HET

BUITENLAND.

1-Ioewel ik er niet diep meer op zal ingaan, aange-

zien cle lezers van dit blad zouden zeggen ,,toujours perdrix”, wil ik toch nog een paar opmerkingen ma-

ken naar aanleiding van het jongste artikel van Mr.

Roosegaarde Bisschop.
Mr. Bisschop vergist zich, waar hij zegt, dat ik

vroeger vond, dat met het ivetje De Geer Nederland
zich aan de spits der natiën stelde in zake een
nieuwen grondslag voor belasting-heffen. Ik heb al-tijd betoogd, dat voor andere staten met achterlijker

belastingstelsel, het belang, dat wiji bij’ het wetje hb-
ben, maar ‘zeiden hetat; misschien voor Engeland,
indien ‘het zich uit de zelfde moeilijicheicl al niet ge-
cleeltelijk op andere wijze redde.

Ik kan mij begrijpeo, dathij,’zijn land iran inwoning
liefhebbende, bijzonder gestoken werd door het woor :1-
je waanzinnig, dat ik op .de Engelsche successiheffing

toepaste. Lokte hij het niet zelf uit door het uitvoerig
verhaal, hoe een iii Nederland vonende persoon reeds
nu driemaal het volle successierecht heeft te betalen
over zijn Zuicl-Afri’kaansche fon’dsenbeit, indien
daarvoor in Engeland alleen maar transport- en over-
clrachtskantoren bestaan. Dat Zuid-Afrika en Neder-
land strijden over de vraag, wie dan de successiebe
lasting moet hebben, laat zich hooren, maar ‘dat Enge-
land, waar noch het beiast.ingobject, noch het belas-
tingsu’bject gedomicilieerd is, er ook het zijne van
weuscht, is toch te mal. Zie ik de zaak wel, dan kan
men bij een ‘zoo uitgebreide toepassing van het domi-

ciliesysteem als Engeland heeft,
til,
nu eens het dom’i-
c.ilie van den belastingschuldige, dan weer het domi-
cilie van het belast.ingobject, en eindelijk soms het
domicilie van kantoren van overdracht van het helas-
tingobject op den voorgrond istellend, het national i-
teitsheginsel vel missen. Ook zonder dat is verzekerd,
dat de Staat zijn deel krijgt. In ons land is men ge-
lukkig spaarzamer met zakelijke belastingen, waarbij
het domicilie van het belast.ingobject. geldt (op zich
zelf een voordeel), maar waarbij’ het draagkracht be-

ginsel in het gedrang komt.

Op Mr. Bisschop’s bewering, dat de experts van
den Volkenbond gee nationaliteit als basis voor be-]astingheffen kenden, ga ik niet weer in, waar ik de
vorige maal de passage van een hunner rapporten be-
sprak, waarin zij de nationaliteit wel als basis vöor
belastingheffing erkeuden. (zie blz. 21 en 33 van Rap-port et resolutions des experts techniques Febr. 1925).

Dat men van twee landen min of meer genietende,
aan heide te zamen in totaal cle belasting betaalt, die
in het land wordt geheven, dat het meest, heft –
waarbij dan het land van domicilie natuurlijk voor-
gaat – kan ik nog steeds niet anders dan billijk vin-
den. Men vergete niet, dat het streven
om
onhillijze
dubbelbelasting te voorkomen tot dusverre ten onzent
niet anders ‘bedoeld hoeft dan te voorkomen, dat twee landen, zonder met elkaars belasting Tekening te hou-

den, beide ten volle
hieven, doch niet, dat ze een van
beiden in het geheel niets zouden krijgen. De divi-
dend- en tantièmebelastirig b.v. ‘stelt in het buitenland
of Indië gemaakte winsten der vennoo’tsohappen,
waarover aldaar betaald werd, niet geheel maar voor
twee derden vrij. En de resolutie van den Minister
van Financiën van 7 Juli 1920, ingevolge de wet. van
:16 April 1920 tot voorkoming van dubbel’belasfing in
gevallen, waarin wij heffen ‘van inkomen, waarvan
ook het buitehland reeds inkomstenbelasting h.ief,
geeft een regeling, waardoor cle belastingschuldige
toch altijd nog meer in totaal betaalt, dan het geval
zou’d’e zijn, wanneer het in het ‘buitenland verkregen,
en aldaar ‘belaste, inkomen in het geheel niet bui den
aanslag alhier medetelde. En landen, met wie wij ter

zure e’e.n wederkee:righeidsverdrag sloten doen het
zelfde. Trouwens :Dr. Bisschop ‘zegt zelf, dat tussehen

Engelahd en zijn dlominions maatregelen tegen dubbel-

‘belasting zijn’ getroffen, zonder dat aan het principe
van den dubbelen aanslag werd getornd.
1-let denkbeeld om, ‘als twee landen tegelijk
belasten,
het bedrag, dat het eene heft, af lie trekken vn het

`bedrag, dat het andere heft ter ‘zake van de zelfde in-
kornens- of vermogensbestanddeelen, wordt door de

Expert’s oolc aanvaard in de ontwerp-conventie over
de Successierechten. In liet voorbijgaan zij opgemerkt,

dat de Experts bij ‘die ontwerp-conventie n.iet to’t cen
afgerond geheel kwamen wegens het groote verschil
van meening. Het oogenbliik, dat speciaal Engeland
die ontwerp-conventie aanvaardt, vrees ik clan ook
niet te zullen beleven.

Wat ten slotte de meitaliteit aangaat van hen, die

ons land verlieten o.a. (het is nagenoeg altijd ,,o.a.”)
om de hooge belastingen, ik geloof niet, dat ze zich
allen tot het uiterste ‘zullen verzetten tegen de toe-
ilassing van de thans aanhangige regeling. Geheel iets

anders is het een welkome vrijdom van zware lasten te
aanvaarden, zoolang de Staat der Nederlanden die
aanbiedt aan wie toch wel neiging hebben het eens

1 ergens anders te zoeken, ‘dan zoocira die vrjdona ver-
valt in het buitenland te blijven en zich met alle micl-
delen (wettige en onwettige) het praktisch voortbe-
staan van dien vrjdom te verzekeren. Het i.s alleszins
menschelij.k, dat menigeen een langdurig buiten-
land’sch verblijf dubbel verleidelijk acht, yiu do Staat
dat, in den vorm van meer dan redelijke belasting-
vrij’clorn, subsidieert. Wie profiteert niet van een, aan
iedereen aangdboden, royaliteit ‘van den Staat, al acht
hij ‘die zelf niet gemotiveerd?

Zij, hij wie de ‘belasting’:besparing het hoofdmotief
was van hun verhuizing, zuilen, als die vervalt, gaan-
deweg terugkomen – en vooral niet meer gaan –
zij’, bijl wie die ‘besparing een aangename bijkomstig-

heid w’as, ‘zullen – het vervallen buitenkansje ho-
treurend – betalen. Natuurlijk zullen er •eenige club-
belgebeide ,,pr’ofiteers” zijn, ‘die ‘zich op alle manieren
zuilen verzetten. Die ,,excepties” – ik ben minder
zwartgallig omtrent mijn medemensohen dan Mr.
]3is-
schop – moeten dan maar moeite hebben met laat
paspo’ort (den introduct.iebrief, dien het inhalige landje
n’i’oet afgeven) en moeten zich maar zoo gauw mogelijk
een ander staatshoofd uitkezen dan Koningin Wilhel-
mina.
VAN GJJN.

BELASTING VAN NEDERLANDERS IN DEN VREEMDE.

Nu Prof. van Gij’n, in No. 629 van 18 Januari 1928,
mij’ in het debat heeft betrokken en ‘het oogenblik,
waarop de Tweede Kamer in dozen zal ‘beslissen, met
rtssclie schreden nadert, mag ik niet nalaten op rio on-
juistheid van enkele in diens artikel voorkomende
op’merki ogen te wijzen.

– ‘Eerst ‘zou ik den argeloozen lezer willen waarschu-
wen, dat het er hier niet om gaat cle nationaliteit
,,weer wat meer, naast het domicilie, op don voorgrond
te brengen” (woorden van Prof. van Gij’n, in navol-
ging van dergelijke evenzeer onjuiste woorden in de
Memorie van Toelichting!) maar om iets, dat in onze
fiscale wetgeving van a—z nieuw is. Dit betief t oolc
de successie- en scdaenkingsrechten. Deze zullen gelie-
ven worden van eiken verkr’iyger’ uit de schenking of
cie nalatensc hap van een Nederlander, tenzij deze na
30 April 1018 hier niet moer heeft gewoond.
De na-
tionaliteit of woonplaats ‘van dien verkrijger doet,
aldus ‘het wetsontwerp, niets ter zake. Prof. van Gijn
toont oene al te groote neiging om de zaak onschuldig
voor te stellen, als hij’ op bie. 53 zegt, dat Minister de
Geer vooiloopig alleen ,,een aantal hier wonende erf-
genamen” in de ‘belasting ‘betrekt, die tot nu toe vrij
ioucleni zijn geweest. fiji ziet daarbij alle ‘buiten’slands
wnencle ve.rkrj’gers over het hoofd. Deze kunnen
zelfs niet-Nederlanders zijh en voor hen hebben de in
ht ontwerp opgenomen bijzondere •clwangmid’delen

132

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

8 Februari 1928

geen beteekenis, maar mogelijkheid van executie is er

in vele gevallen wel, daar de Successiewet een hoef-

delijke aansprakelijkheid legt op alle erfgename
wellicht één hier te lande wonende) voor de door
buitenlands wonende erfgenamen verschuldigde rech-

ten. Erger is het met het voorstel omtrent de suc-

cessierechten geworden, nu in het gewij:zigd ontwerp
de vrijstelling van de nalatenschappen van erfiaters,

clie door de uitoefening van eenig bedrijf of beroep

genoodzaakt waren buiten het. Rijk te wonen, is ver-

vallen. Nog niemand heeft daaraan tot dusverre aan-

dacht geschonken. Het fortuin, dat de buitenslands
wôn.encle Nederlander in en door het buitenland heeft

gemaakt en nalaat aan zij:ne eveneens in het buiten-
land wonende en werkende kinderen, zal vanwege den

N.ederlandschen fiscus aan successierechten onderwor-

pen zijn! De redelijkheid daarvan ontgaat mij geheel.

Verder moet ik er tegen opkomen, dat .de heer Van
Gijn eene ,,material.i.stische gemoedsstemming” veren-

der,stelt bij de in het buitenland wonende Nederlan-
ders, die tot naturalisatie zouden besluiten, ëene ge-

moedsstemming, die
hij
‘blijkbaar ook – doch ten oh-
rechte – aanwezig acht biji al wie hem bestrijdt. (Het

Alg. Ned. Verbond incluis!).
Hij mist zeker ten eenenmale het recht om zoo-

danige gemoedstemming te veronderstellen bij die
duizenden Nederlanders in het buitenland, die daar

onze cultuur op vaak voo schitterende en belang

boze
wijze dienen. Ook onder hen bevinden zich zeer
velen, die meer inkomen uit vermogen dan uit beroep

of bedrijf hebben, ergo in het laatste geen hoofdmid-

del van bestaan hebben en, zoo
zij
•ongelulckigerwijze

na 30 April 1918 nog eens hier domicilie hebben ge-
had, tot. – en zelfs na – hun stervensuur cijnsplich-
tig aan Nederland zullen zijn. Is Prof. van Gun voor

de onredelijlehei.d èn de gevolgen daarvan dan nog
steeds blind? Even ‘blind als ,,de oude dame”, op wier!

oordeel hij: vieh beroept? Ware niet beter naar het’
oordeel van bijkans de geheele Nederlandsche econo-‘
mische wetenschap en -zakenwereld geluisterd? Tot die
1

veronderstelling mist hij trouwens nog temeer hot

recht, omdat het juist ,
j
materie” is, welke van di
e

Nederlanders wordt geëischt en niet anders. Wie zich

in verband met dit ontwerp dan nog eens het oude
Engelsche adagium ,,the taxpayer should be the tax
layer” herinnert, dien behoort het wel niet te ver-
wonderen noch te ergeren, dat naturalisatie wordt
aangekondigd als
verweer
van dengene, die wèl tax-
1

payer, maar geen taxlayer zou worden.
Nog op een ander punt komt
mij
eene opmerking

van Prof. van
Gijn
minder juist voor, ni. waar hij op
blz. 53 bovenaan betoogt, dat. Engeland in hoofdzaak
feitelijk reeds doet wat Minister de Geer wil.
Engeland heft in beginsel in geen en/cel opzicht

vo.n tien onderdacwz als zooda’n-ig.
Het beginsel van b
lastingplicht wordt in ,,Neiwports’ Income Taa Law
and Practice” (Sweet. & Maxwell, 1927) pag. 6, aan-‘

gegeven met cle woorden:
,,As
a general ruk tax is chargesJble in respect of:
(.1)
The inoome of persons resjdent in the United King.
dom (i.e Great Britain and Northern Ireland), whether
arising within or outside the United Kingdom; anti
(2)
The income of
persons not resident in the United
Kingdom from property, proifits or gains arising within
the United Kingdom.”
In ,,Tolley’s Complete Income Tax Ohart & Ma:
nual”
19211’28
(Waterlow and Sons 1927) is hetzelfde
principe te vinden (p. 24) in de woorden:
,,The inoome Tax laws do not in general diacriminate.
beliween foreigners and British .sabjects, but only between
Residents anti non-resideuts.
Bui persons cfonvioilecl abroa4
witether residing here o’r not, are assessed for foreign
in-.
C0flC
en
renitta,n.ces ortly (ik
cursiveer, R.).. Non..Residents
are taxable on all inoome deriveci from property in U.K.
and from trades, professions, employmeuts eto. exercisèd
here…….(p. i) ,,Per.sons resicling abroad may elaini
reayment
of
British Income Tax en dividends of any
seourities of a Foreign iState er British possession .payahle’
in the U. K. This also applies to tax deducted hy paying
agents, etc. from dividends, o’wned by non-residents, of

foreiga and colonial cwnpanies oontrolled aibroad. All per-
sons not ordinarily resident in the U. K. may claim repay-
ment of tax cleclucted on mest of the War Lonns.”

Dus, voor zoover op een niet-Engelsche inkomens-
bron, door het betalen. in Engeland, belasting is ge-

heven, kan de uitwonende deze terug vorderen.

– In een zeer recent memorandum van een Engelsche
persoonlijkheid vind ik geschreven:

,,Subjects of Great Britaia (which excludes subjects of
the Free State of Ireland, or of any of the Dominions, or
the Channel Islands) who are definitely considered not to iie legally domiciled in the United Kiagdom, are not
subject to British taxation exoept in respect of income
de,-ivcdl from the U. K. The general princiiple of E.nglish
l5w
in this connectioa is,
that uniess t/te inckviduai is per-
sonally wit/tin the juriscfiotion of the country, or urtless
ite hus property or a source of revenve wit/tin its jurisdic-
tion, no a-ttempt is made to oh la-in taxation from hint” (ik
cursijveer, R.) en ,,With regard to foreigners domiciled out-
side England, but derivinig revenue from the U. K. they
are taxed upon such latter revenue according to the same
scdle as they would iie, if they had been resident here.
The assessment is made ngainst such foreigners, but the
tax is levied at the source and a British concern .paying
any reveuue to persons abi’oad, is bound by
mw
to deduel
income ten at the standard rate leaivingthe individual con-
ceitied to claim such rebate as he may be entitled to. Su-
pertax is not normally so cleducted.”

Om op dit punt geheel zeker te zijn, stelde ik te

allen overvloede een in Engeland practiseerenden I’ie-
dorlandschen advokaat de vraag, of er in Engeland be-
lastingplicht bestaat voor Engelsehe onderdanen, die
daar niet wonen en ontving ten antwoord: ,,De hoofd-
regel is: zoodanige onderdanen betalen inkomsteiibe-

lasting uitsluitend over inkomen, betaalbaar in het
Vereenigd Koninkrjk. De heffing geschiedt bij de
bron of bij de vertegenwoordigers in het V. K.” En
in No. 631 van 1 Februari 1928 bevestigt Mr. Roose-
gaarde Bisschop dit. Ik acht de onjuistheid van Prof.
van
Gijn’s
mededeeling daarmede voldoende aange-
toond.

Ten slotte nog een en’kele, maar, naar ik meen,
onweerlegbare opmerking over de practische beteeke-
nis van het plan-Van Gijn—De Geer. Reeds van den
aanvang af was er alle reden om den minister te
vragen, of hij: niet beter had gedaan zich eerst eens
terdege te doen voorlichten omtrent de in het buiten-
land
thans
(1927128) geldende tarieven.

Het ligt niet in mijn bedoeling om te vinspelen op
min of meer sensationeele onthullingen, maar ik mag
in dit stadium toch niet verzwijgen, hoe een ernstig
onderzoek in die richting bereids heeft plaats gevon-
den, met dit resultaat: de b
om
zal precies barsten
voor hen, voor wie hij niet is gelegd. Het zullen o.a.
de in Engeland wonende Nederlanders met kleinere
inkomens van f 5000,— tot f 7000,— en de in cle
Vereenigde iS!taien wonende lot genoot en, ongeacht
hun in/con-ten, zijn, die het loodje rn.o eten leggen.
Overal elders, met name in België, Duitschland, Zwit-
serland – en met een zeer bijzonderen toestand in
Frankrijk – zijn geen ,,asyl.s voor rj’ke rneuschcu”
moer te vinden en ‘zijn de tarieven soms zooveel hou-
ger, dat er een groote ,,marge” is tusschen dat hoogere
en het Nederlaudsche lagere tarief!

Indien Minister de Gëer zich ook omtrent de in den
vreemde geheven successierechten had doen voorlich-
ten, zou hij hebben ontdekt, dat er landen zijh, waar
da ……..gemeente successierecht heft! Met name
geschiedt dit in enkele Zwiisersche Kantons. Wat zal
er van de nalatenschap van een in zoodanige gemeente
overleden landgenoot overblijven, als er drie corpo-raties op den buit azen: gemeente, kanton en Necler-
ltind, en Nederland geen aftrek van gemeentebelasting
toestaat?

Zeker is er een a/tntal, nu hier dan’ daar wonende
Nederlanders, dat geen andere belastingek betaalt
dan de op zichzelf
soms
zeer hooge, ,,taxes de séjour, Kurta.xen”, en wat dies meer zij. Deze waren er altijd,
elk land heeft van die trekvogels en men kan het den
Volkenbond-experts grif toegeven, det op deve woon-

8 Februari 1928

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

133

plaatslooze men schen het oude i ationaliteitsbeginse]
kan

worden toegepast.

Ik laat daar of dat uitvoerbaar zou zijn. Maar dat
van degenen, die een vaste woonplaats in het buiten-
land hebben, nog veel te halen zou zijn, is, met uit-

zondering van Amerika, bij den tegenwoordigen stand

van zaken uitgesloten.

Er zijn ten naastebij 350.000 Nederlanders in het
butenlan.d, daaronder
zijn
missc&hien 500 van die trek-

vogels. Deze laatste hebben het gcheel zelf in de hand
om, al’s zij toch ‘belasting moeten betalen, ten slotte
vèl domicilie te kiezen in een zeker land met den

aankleve van dien. Economisch gesproken, is dat zelfs
een te verwachten gevolg. Nederland zou nu die
350.000 landgenooten in een kostbaar fiscaal onder-
zoek willen betrekken ter wille van, stel, 500 ,,vluoh-
telingen”, om ten slotte deze laatste -‘ en waarsehijn-
lijk voor goed – in de armen van den vreemden fis-

cus te drijven? De visch wordt duur betaald, zei
Heijermans, maar stokpaardjes ook, zou ik er aan wil-

len toevoegen.
W. R. ErssieN
RIEDEL.

2 Februari 1928.

AANTEEKENINGEN.

De vakorganisatie in Rusland.

fgaande op .Russische ambtelijke verslagen, heeft
de betrokken afdeelirig van het Internationaal Ar-
beidsbureau te’Genève vastgesteld, dat ev op 1 Juli
1921 in Rusland in het geheel 10.250.000 georgani-
seerde arbeiders waren, hetgeen in alle vak’verbondeu,
behalve dat der houtbewerkers, een ‘vooii.iitgang be-teekent op de cijfers van het vorige jaar.

liet percentage der aangeslotenen onder de arbei-
ders (met uitsluiting van werkers op het land, in de
suikerindustre, de bouwvakken en het watertrans-
port, waar veel soizoenwerk heerscht) is gestegen van
91,7 pOt. op 15 April 1926 tot 94 pOt. op 15 April
1927.

liet, proportiecijfer voor vrouwen is bijzonder hoog
in cle ‘akverbonclen voor hotel- en huishoudelijk werk
(80,7 pOt..), voor openbare gezondheidsdiensten (64,7),
voor textielarbeid (55,1) en in het onderwijs (54,3

pOt.).

In een recent rondsohrjven heeft de ‘centrale raad
van vakverbonden gewezen op cle noodzaak om atten-
tie te wijden aan intensievere propaganda onder de
nieuwere lagen van arbeiders, die grootendeels gere-
cruteerd worden van het land, waar de geest sterk
verschilt van dien onder het proletariaat der steden.
Deze nieuwe werklieden leggen een groote onver-
schilligheid aan .den dag tegenover de vakorganisaties,
die hen ook dikwijls met onversc’hilligheid, zoo niet
met een zekere geringschatting, behandelen.

De financieele positie der vakverbonden is over
het algemeen bevredigend te noemen. In 1926 waren
de inkomsten 97.387.000 roebels en de uitgaven
96.216.000 roebel’s, waarvan 26.591.000 voor sala-rieering van het vakbestuur en personeel, 6.290.000
voor administratiekosten, 8.015.000 voor organisatie-
kosten (congressen, tournées, enz.), 24.869.000 voor
speciale fondsen (werkloosheid, cultureele propagan-
da), en 24.863.000 overgedragen aan de h’oogere orga-
nisaties van en tusschen vakverbonden. De centrale
raad verklaart in zijn rondschrijven, dat de adminis-tratiekosten buitensporig hoog zijn en drukt de vak-
organisaties op het hart om ‘hun personeel te beper-
ken en hun actie te vereenvoudigen.

Tot zoover het bericht. Gelei op den toestand in
Rusland, zooals die ons in den laatsten tijd geschil-
derd wordt, mag men zich wel afvragen, waartoe vak-
organisaties in dat land eigenlijk dienen, en of in
een proletarisch geregeerd land een vermeerdering
van het percentage van aangeslotenen niet eer als een
achteruitgang dan als een vooruitgang moest be-
schouwd worden. T. F.

Indexeijfers van groothandeisprijzen.

Dank zij een sterke prijsdaling van enkele artikelen,

schrijft ,,The Economist”, vertoont ons indexcijfer
eind Januari, vergeleken met eind December, een
achteruitgang van 58 punten, zoodat het totaal nu
3887 bedraagt. Dit is lager dan eenig cijfer in 1027,
daar het laagste totaal van eind April van het vorige

jaar 3921 bedroeg. De volgende tabel, die den toe-
stand van de verschillende groepen, vergeleken met
vorige jaren weergeeft, toont een voortdurende da-
ling sedert September:

Data
-2

Basis (gemidd.
1901-5) …
500
300
500
400
500
2200
100,0
EindeJuli1914
579 352
616
1
4
6
4
1
553
2565
116,6
,,

Nov.1918
1289
7821

1848
903
13891

6212
282,6
Dec.1923
853
8151
1
3821
774
755
4580
208,2
Dec.1924
992
7891

1452
8
15
1
806
4855
220,7
Dec.1925
9361
679
1120
733
7821

4251
193,2
Dec.1926
.875
7361

859
7731
731
3975
180,7
Jan.1927
8671

734
8731 7341
7181
3928
178,6
Feb.

,,
8971

7401 904
742
728
4012
182,4
Mrt.

,,
8
801
704

9091

725
725
3944
179,3
Apr.

,,
886 697
9171

01
716
3921
178,2
Mei

,,
911
724
9611
6731
716
3986
181,2
Juni

,,
9131
716
1007 66
2
1
705
4004
182,0
Juli

,,
872
707
1068
65
01
70
4
1
4002
181,9
Aug.

,,
883
731
1111
840
706
4071
185,0
Sept.

,,
8601
74
81
10981
617

7131

4038
183,5
Oct.

,,
837
731k
1088
6201

719
3996
181,6
Nov.

,,
820
732
1050 6
301
7241 3957
179,9
Dec.,,
8451
7161
10291
6201
733
3945
179,3
Jan.1928
839
6851
1031
609
7221

3887
1
176,7

De achteruitgang van het totaa1 van de laatste
maand was ‘hoofdzakelijk een gevolg van sterke daling
in varkensvleesch; thee, suiker, boter, Egyptische ka-
toen, tin en petroleum. Er was geen bepaalde tendens
bij cle belangrijke voedingsmiddelen waar te nemen en
behalve een soherpe daling in varkensvleesch en stij-gingen in haver en rundvieesch waren de bewegingen
gering. Thee daalde 2 d. per lb., en de prijzen voor
suiker en ‘boter daalden eveneens, zoodat de totale ach-
teruitgang van cle minder belangrijke voedingsmidde-
len 31 punten bedroeg. De daling in de katoenprjzen
werd gecompenseerd door een sterke stijging van vlas.
IJzer- en staalnoteerin gen bleven onveranderd, maar
kolen voor huishoudelijk gebruik, lood en tin daalden,
terwijl koper een verderen vooruitgang aanwees. In cle
ruhrek diversen was de eenigé verandering van be-
teekenis een teruggang van 1
Yi
d. voor petroleum, de
eerste verandering sedert nagenoeg twaalf maanden.
De onderstaande tabel vertoont ‘de wijzigingen in het
indexcijfer van elk handelsartikel, vergeleken niet
eind December, waarbij het cijfer 50 telkens het ge-
middelde van de periode 19Q1—’05 voorstelt:

o:
.E’

Ti
.0

0
+

Tarwe (btl.)
96
6


IS
Katoen(Am.)
906

5
Koper
526
4-2
(Eng.)
Meel
Gerst
Haver

,
Aardapp.
Rijst
Rundvl.
Schapenvi.
Varkensvi.
Oran. en
vi.
Thee

765
81
87
5

79 75
lii
&
625
83
865

+
1

1

1
+
5
..
+
2
+
4

1
—135

,,

(Egypt.)
Garen
Laken
Wol (Eng.)
(Austr.)
Zijde
Vlas
Hennep ute
Weefstoffen
Ruw-Ijzer

115
925
106 146 109
68
145
5

595
gg
ïó31
70

– –
15
— 2
..
•.
+ 2
+156

– s

±!!
..

Delfstoff.
Hout
(Baltisch)
Hout
(Amerik.)
Leder
Petroleum
Olifn
Oliezaden
Talk
Indigo

6
09

93

776
83
876 715
68°
635
76
5

+
IS
—12

+
2
83
9
ii
35

Ws
Koffie
132
..
Stalen rails
71
..
Soda
85
6

Rietsuiker Bietsuiker
Boter
Tabak

110
1106
78
116
6


36

56

55
..

Ijz. staven
K (st.)
,, (huisbr.)
Lood

79
91
56
93

..
.



46
—2

Rubber
Diversen
Totaal

16
7
2 iriJ
38875ï

– 15

And. voed.
Tin
96°

7

engenotns.
6

85
6

-31


.Ue stijging van net totale ln’dlexc]jter is, verge1ken
met einde Juli 1914, teruggebracht tot 51,5 pOt., zoo-
als de volgende tabel aantoont, waarin ook de ondei-lin-
ge verhouding van elk van de 5 groepen is aangegeven:

34

ECONOMISCH-STATÏSTISCHE ERICHTEN

8 Februari 1928

Data

0′.
‘.
.

Juli

1914
100
100
100
100
100
100
December

1918
226
222′
293
186
241
237,5
December
1923
148
231
225
167 136
178,6
December

1924
171
224
235
175
146
189,3
December
1925
162 193
182 158
141
165,8
December

1926
151
209
139
167
132
155,0
Januari

1927
150
209
142
158
130 153,1
Februari

,…..
155
210
146
160
132
156,4
152
200
147
156
131
153,8
April

,…..
153

..

198
149
152
130
152,9
Maart

,…….
..
157
206
156
145
130
155,4
158
204
163
143 127 156,1
151
201
173
140
127
156,7

Mei

,…….

Augustus

,…..
152
208
180
138
128
158,1

Juni

,…….
Juli

, ……

149
213
178
133
129
157,4
september

,…….
October

,…..

.

144
208
176
134
130
155,8
November

,…..
.
142
208
170
136
131
154,3
.
146
204
167
133 132
1538
December

,……..
Januari

1928
145
195 167
131
131
151,5

t

De groep mineralen is lager dan eenige jaren ge-

leden. Het Januaricijfer van het ‘vorige jaar bedroeg
nog
158.

Voorts geven wij nog een overzicht van het prijs-

vI oap in een aantal belangrijke landen:

•0
•0

N
——-


0
,
co

____

1913
.

.
1005
lOO
100 100
5
) 100
100
100
Novemb. 1918
..
358
438


367
392
214
Hoogste

1920 591
679

325 366
297 322
Mei)
(Apr.) (Apr.)
(Jan.)
(Juni)
(Juli)
(Mrt.)
Decemb. 1923
1012
458
577

183
160 154
211
Decemb. 1924
98
2

507
640
137
3

171
168 160
214
Decemb. 1925
1032
632 715
1423
155
156
155
194
Decemb. 1926
..
627 619
137
148
150
147
170′
Januari

1927
..
623 603
136
146
146
145
170
Februari

,,
..
632
601
136
145
146
146
171
Maart

,,
..
642
593
135
147
145
144
171
April

,
..
637
565
135
146
143
143
170
Mei

,,
94
629
536
137
147
145
145
171′
Juni

,,
94
623
509
138
147
146
149
173
Juli 94
621
491
138
147
146
151
170
Augustus
95
619 485
138
147
146
149
167
September,

96
601
484
140
148
148
150
169
October

,,
97 588
484
140 148
147
150
Niovember,,
97 595
484
140 149
148
151
. December,,
..
605
483
140
150
148
151
1)
Bureau of Labour.
2)
Stat. Reichsatnt, nieuwe methode.
)
Jaar-
gemiddelde.
4)
Sedert 1922 gebaseerd op 48 artikelen in plaats van op
53.
5)
Sedert October 1923: Juli 1914=100.
C)
Midden 1914.

De onderstaande, aan het bericht van het Centraal
Bureau voor de Statistiek ontieende opmerkingen heb-
ben betrekking o’p de Nederlaridsch’e indexcij’fers over
de maand December 1927 met basis 1913.
Bij beschouwing der cijfers over December 1921
blijkt, dat alleen het indexcijfer der voedingsmiddelen
in vergelijking met de maanden November jl. een klei-
ne wijziging in dalende richting heeft ondergaan; het
algemeen indexeijfer bleef voor beide maanden gelijk.
Tegenover een
prijsstijging
vkn 17 artikelen met
i13.
totaal 119 punten, staat een prijsdaling van 15 artike-
len met in totaal 109 punten. Met 10 punten of meer
stegen de artikelen: .aardapplen (17), mais (12),
paardhuiden (20), runderhuiden (14) en .hars (19);
met 10 punten of meer daalden: erwten (11), scha-
penvleesch (16), eieren (22) en thee (16).

Bij vergelijking der cijfers van 1927 met die van
1926 blijkt het algemeen
indexcijfer
met 3, dat der
voedingsmiddelen e.d. met 9 punten gestegen te zijn.
Tegenover een prijsstijging van 21 artikelen mpt,
in totaal 527 punten, staat een prijsdaling van 23 arti-
kelen met 362 punten.

Met 10 of meer punten stegen de artikelen: rogge
(33), gerst (24), haver (13), macaroni (12), erwten
(46), sago (15), aardappelen (61), peper (75), alcohol
(62), zemelen (33), vlas (52), paardehuiden (54) en
runderhuicleri (16); met 10 punten o’f meer daalden:
rijst (20), koffie (27),, thee (27), varkensvieesch (25),
melk (11), warelzure ammoniak (10), terjentijn (74),

henoep (13), zilver (11), bars (62), steenen (18) en
pap
lOL
(1.3).

Kosten van het levensonderhoud ‘bij arbeiders-
gezinnen en gezinnen van meergegoéden te
Amsterdam.

in aansluiting op ‘cle vroeger
1.)
door ons aan het
maandibericht van het Bureau van Statistiek der ge-
meente Amsterdam ontleeude cijfers over de kosten

van levensonderhoud voor arheidersgezinnen en voor
gezinnen van meergegoeden, volgen ‘hieronder de des-

betreffende cijfers over het vierde kwartaal 1927:

Arbeidersgezinnen.

Gezinnen v. meergeg.
Gemiddelde inkomsten Gemiddelde inkomsten

f
1902 per gezin.

f8527 per gezin.

Rest
2
)
1
Totaal

,lY.?.fl
1
Rest
2)
Totaal

Gemiddelde weke-
lijksche uitgave per
gezinseenheid
3)
in
centen gedurende
hetjaar 1 Oct. 1923-
30 September 1924.
493

Bedragen in ce nten,
welke .per gezins-
eenheid zouden zijn
uitgegeven, indien
besteed aan het-
zelfdealsin het jaar
1 Oct.’23-30 Sept.’24
in:
Juni

1926

472

594

1066 911 2811 3722
Sept.
1926

431

5931

1025 827+
2
807+ 3635
Dec.

1926

450+ 596

1
0
46
+ 875+
2805
3680+
Maart
1927.

4441 5921

1037 842 2800 3642
Juni

1927……457

587
+

1044+ 867+ 2792 36591
Sept

1927. . .

457

586

1043

859+
2788 3647,
Dec.

1927

469

588

1057 876 27921 36681
Brood, beschuit, koek, grutterswaren, melk, kaas, eieren,
vleesch, visch, vetten, suiker, andere kruidenierswaren,
aardappelen, groenten, fruit, dranken, maaltijden buitens-
huis bereid, berek. voed. vacantie buiten A’dam.
Kleeding, schoeisel, huishuur, brandstof, gas, electri-
citeit, toilet., wasch-, schoonmaakartikelen, woninginrichting
huisraad, fondsgelden, contributie, periodieken, rooken, ont-
spanning, spoor, tram, diversen
(mcl.
hulp in de huishouding).
8) De herleiding tot gezinseenheden geschiedt aldus, dat
de man geldt voor 1, de vrouw voor
0,9,
een kind in het
eerste levensjaar voor
0,15,
in het tweede voor
0,2,
in het
derde voor
0,3
volwassene en zoo geleidelijk opklimmende
met 0,05
voor elk leeftijdsjaar.

Maanden

lndexcijfers voor
arbeidersgezinnen
op
de
basis van

.
.211

t’-

.9SS

wo

lndexcijfers voor
ge-
zinnen v.
meergegoeden
op de basis van

.211

t’
5)0.

5).-.

05

5?Q

1911113
100
100
Mrt.
1920
213,7
1ÖO
198,3
100
Dec.

1920
221,6
103,7
Juni
1921
207,9
97,3
Dec.

1921
190,4
89,1
Juni
1922
186,8
87,4
Dec.

1922
176,3 82,5
Juni
1923
173,5 81,2
Dec.

1923
177,6)
83,1)

”176,6
100
176,5
89,0
100
:’82,6

Sept.
1924
176,3J
82,5)
Dec.

1924
180,8
84,6
Juni
1925
179,1
83,8
Dec.

1925
177,2
82,9
Juni
1926 170,9
80,0
96,8
171,7
86,6
97,3
Dec.

1926
167,8
78,5
95,0
169,5
85,5
96,1
Mrt.
1927
166,4
77,8 94,2
168,0
84,7 95,2
Juni
1927
167,4
78,3
94,8
168,9
85,2 95,7
Sept.
1927
167,2
.
78,2
94,7
168,4 84,9
95,4
Dec.
1927 169,5
79,3
96,0′
169,3
85,4
95,9

Reeds seder:t geruimen tijd staat het indexcijfer der
kosten van het levensonderhoud in hoofdzaak onder
den inv]oed van schommelingen van seizoonprijzen.
Dit is ook het geval met het
cijfer
over het afgeloo-
pen kwartaal, zoowel voor arbeidersgezinnen als voor

1)
Zie ons nummer van 2
November jI.

6081

110
lIl’
925
+
12900
1
38
2
5+

8
Februari 1928

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

135

gezinnen van meergegoeden. Het respitaat van de beweging is d:itmaal een stijging sedert de vorige

clriemoancleiijksho berekening en wel:
voor cle
arbeidersgezinrien
van
94,7
in September

1927 op
96,0
in December
1927 (op
de ‘bjsis van de

periode
1923-24);
‘van
78,2 op
79,3
(‘basis Maart

:1920)
en van
167,2 op
169,5
(‘basis van de periode

vSSr den oorlog); stijging
1,4
pOt. en

‘voor
de gezinnen van ‘
meergegoeden
van
95,4 op

95,9
(basis
1923-24);
van
84,9 op
85,4
(‘basis Maart

1920)
en van
168,4 op
169,3
(basis
19’11-13);
(stij-

ging
0,5
pOt.).
De posten, welke •die beweging veroorzaken, zijn

vobrn amelijk melk, ei eren, vetten (n atuurboter),
i.randstof, waarva.n cle winterprijcsen geregeld ‘hooger
zijn dan de zomerrij’zen. Behalve deze rubrieken zijn ditmaal nog gestegen: kaas, groenten, kleeidiug, (en’.
derkiending voor ‘vrouwen en kinderen) en bij de
arbeidensgeziunen bovendien visch, kruidenierswaren
(enkele goedkoopere koffie- en chocoladesoorten),

aardappelen en ‘schôeisel.
:De groepen vleesch (varkensvleesc’h, bij de arbei-
dersgezmnnen daarenboven schapen- en kalfsvleesc:h),

suiker, fruit vertoonen een daling, doch deze is niet
belangrijk genoeg om tegen de stijging van genoem-
(le posten op to wegen. Bij de gezinnen van meerge-

goeden is de daling van den post fruit grooter dan
bij
ilO
arbeiders, omdat voor eerstgenoemde gezinnen
cle duurdere najaarssoorten meer invloed heb’ben op
cle berekening. :Dit laatste, evenals het bovenve’rmetde
omtre.n t de ri’bri eken vi soh, kruidenierswaren, enz.
verklaart het feit, dat de algemeene stijging sedert
liet vorige kwartaal bijl deze categorie ten slotte klei-
ner is clan bijl •de arbeiders.
Eindelijk kan wat den post huiishuur betreft nog
worden vermeld, dat de noodige maatregelen thans
door den Woningdienat genomen zijn om aangaande
cle stijging der huren nieuwere gegevens te verzame-
len. Indien deze tijdig beschikbaar sijn, :kan er reke-ning mede gehouden worden bij de bepaling van het

i udexcijfe.r over Maart
1928.

Schatting van de Europeesche productie van suikèrbieten voor het oogstjaar 1927128.

Dr.
G.
Mikusch te Weenen zendt ons zijn derde
schatting van de Europeesche productie van suiker-
bieten voor het oogstjaar
1927128,
die 69.000 ton
lager is dan zijn Decemberschatting, opgenomen in
No. 626
van
28
December
1927
van dit blad.
Suikerprod. in 1.000 t. ruwsuikerwaarde
Januari- December-

schatting’ schatting

Oogst

1927128

1927128

1926;27

Duitschiand ……….1.670

1.670

1.663

Danzig …………….23

23

16
Tsjechoslowakije

1.260

1.270

1.042

Oostenrijk …………112

112

80

Hongarije …………185

180

175

Frankrijk ………….860

860

713

België …………….280

270

233

Nederland …………255

250

2
77

Polen …………….560

610

556

Denemarken ……….143

150

155
Zweden

…………..145

147

21
Italie. …………….

276

280

306

Spanje …………….210

210

242

Joegoslavië …………85

85

78

Roemenië…………..148

143

147

Bulgarije …………..42

40

35
Zwitserland

7

, 7

8

Groot-Britannië……..225

260

174
Ierland

…………..21

20

14

Finland …………..7

7

4
Letland

……………2

1

1

Turkije…………….6

6

1

Azoren…………….2

2

•2

Europa zonder Rusland

6.524

6.603

5.943

Rusland ……………1.510

1.500

970

Totaal Europa ……..8.034

8.103

6.913
In vergelijking met
1926127 een toename
v
+ 16,2
o/

MAANDCIJFERS.

EMISSIES IN JANUARI1928.

Staatsleeningen
……………….f
2.898.437,50
zijnde: Znid-Amerika
Repubi. Chi!i$ 1.250.000,-
6
0
/0
Spoorw. Refunding Buit.

Sinking

Fund
Goud-obi. Is 92(
0/

A.u. f
2.898.437,50

Prov. en
Gemeentelijke
Leeningen.. ,,
15.100.730,-
zijnde:
Nederland
Provincie Gelderland
f2.260.000′) 4X
01
0
obi.

99Y4
0
10

…………f
2.254.350
Gemeente Amsterdam 112.606.000
1
)
4X
0/
obi.
Is

98°t

………….. .fl2.353.880
Gemeente Goudaf 500.000
43.

o/

oh!.
Is
983<
O/.
.
..
f

492.500

Industrieele Ondernemingen ……,,
15.955.280,-
zijnde:
Nederland
Aandeelen
N.V. ,,Maekubee” Mij tot
Exploitatie van Kunst-
zijdefabrieken

in

het

Buitenland
f
5.000,000
gew. aand.
Is
1100/0….
f
5.500.000
Vereenigde Nederlandsche
Chamottefabr.
/
250.000


6
0/

cum. pref. winstd.
aand.
Is

100o1 ……..
f

250.000

België

;
Obligatiën
Usines Metallurgiques
du Hainaut
f
4.000.000
6 ijl
olo

ob!.

Is
93
0/

.
.’.
f
3.720.000

.Duitschland
Aaoodeelen
J. P. Bemberg, A.G.
R.M.

1.000.000 aand.
Is
430
0/0 2)

………….f
2.580.000
:
Verein.

Glanzstoff-Fabr.,
A.G.R.M. 1.152.000gew.
i

aand.
Is
565
0/

2
……./ 3.905.280

Electr.-, Gas-, Tel.-, Telegr.- en Wa-
terl.

Maatschappijen’ ……….,,
750.000,-
zijnde:
Vereenigde Staten
Aandeelen
‘Empire G’as
&
Fue!

Co.
$100 000 7
01
cum. preI.
aand.

Is

100o1,3)
……
f

250.000
Obligatiën
T CitiesserviceG’asPipeline
r’

Co.
$
200.000 15 j. 6
0/

lebyp.goud.ôbl.Is1000/0
f

500.000

Scheepvaart-Maatschappijen ……,,
17.000.000,-
zijnde,:
Nederland
Aandeelen
N.V. Nederi. Scheepvaart
Unie f10.000.000 gew.

aand.
Is
1700/. …….. fF7.000.000_________________

Totaal ….

f
51.704.447,50

1)
Conversie.
.2)
Introductie ter beurze, eerste’ koers van afgifte.
3)
Introductie ter beurze.
Voorts werd in de afgeloopen maand h. t. 1. de inschrij-
ving opengesteld
op
een beperkt bedrag.6o/
0
obi. Cie des
Chemins de fer du Midi
Is
16o/; een beperkt bedrag aan-deelen Ciments de Thieu
Is
168o/; een beperkt bedrag
aandeelen Soc. Hydro Electrique de la Cère
Is
34 0/ en op
de .yolgende obligatieleeningen:
t ,

Rente-

Emissie

Guldens voet

koers-
Par. v. d. H. Bartholomeus te Ahlen

300.000 7 0/

9901
E ‘E. Zusters Carme!itessen van het
1

Isoddeljk Hart ……………..170.000 71
s,’,

990

Bisdom Hildesheim ……………450.000 7 oj

99o/

136

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

8
Februari
1928

E. E. Zusters Ejrsulinen te Budapest 240.000 71
0
/0
Bisdom Ermland………………400.000
8 oj
Par. der H. Kleine Teresia van Lisieux 200.000
5 l/
Par. v. d. H. Martha te ‘s-Gravenhage 200.000
5
0/,,
E. E. Zusters v. h. H. Kruis te Aspèl..

150.000
7
0
/0
Christus Koning Kerk te Oer-Erken.
schwieck …………………..180.000
7

o/
E. E. Zusters der Ohristelijke Liefde
te Paderborn ……………….250.000
7
0/
St. Jacobus Stichting te Dordrecht.. 220.000
5
o/
Katholisches Gesellen Elospitium te
Keulen ……………………..

650.000
7 o/
Congregatie v. d. Allerheiligsten Ver-
losser teAmsterdam …………

150.000
5 o/

POSTOHEQUE EN GIRODIENST.

(In duizenden guldens).

December 1927
December. 1926

Aantal
Bedrag
Aantal
Bedrag

Aantal rekeningen
129.258
..
1.567.261
120.037
Bijschrijvingen
….
442.048
1.303.494
422.571
wegens:
a. Stortingen …….
656.829
115.292 555.591 109.820
b.
Overschrijvingen.
van andere rek.
910.284 298.371
747.756
299.138
van Ned. Bank.
148
28.349
147
13.5831

c.
And. onderwerpen
36
30.
Afschrijvingen ….
988.017
429.405 866.312 403.798

op uit
0
………..

wégens:
58.506
172.369
53.010
b.
Overschrijvingen.
van andere rek.
801.947
298.371
659.809
299.138
van Ned. Bank.
855
72.489
685
51.614′

a.Chèques

………176.923

c.
And, onderwerpen
8.292
39
33.449
36
Gezamenlijk tegoed
op ult
98.803
103.858
Bedrag der beleg-
ging’)
0:339 60.996
• 1)
Het bedrag, dat vroeger tegen vergoeding van rente
aan de schatkist werd verstrekt, wordt tegenwoordig, voor
zoover •het nog niet voor vaste belegging is aangewend, te
zamen met andere bedragen in rekening-courant met het
Staatsbedrijf der posterijen en telegraf ie begrepen en is
daarom niet meer in het bedrag der belegging begrepen.

PRODUOTIE DER STEENKOLEN-, BRUIN.

KOLEN- EN ZOTJTMIJNEN.
(Gegevens verstrekt door den Hoofdingenieur der mijnen.)
1. Geza.menlijke Steenkolenmijnen.

Dec.
Jn./Dec.
Jan./De.
1927
1927
1926′

Prod. Steenkolen in tonnen
886.897 9.323.013
8.849.762
17.586 165.400
197.600
Kolenslik

………………
Aantal normalewerkdagen
26
3
)
303
305

II. Bruinkolenmijn ,,Carisborg”.

Dec.
Jan.)Dec. Jan./Dec.
1927
1927
1926

Netto’pröductie in tonnen.
.
17.179
201.412,8
211.19
Aantal normale werkdagen
26
257
303

III. Zoutxiiijnen.
(Kon. Ned. Zoutindustrie te Boekelo.)

Dec.
1927
Jan./Dec.
1927
Jan./Dc.
1926

Afgeleverd:
Geraff.

zout ………..(ton)
2.823 35.672,5 33.933,7
Industriezout

……..(
,,
)
71
693,5 403,2
Afvalzout

………..(

,,
)
172
1.674 1.117,6
Aantal normale werkdagen
26
308
306

Arbeiders.

Oezamen- Bruin-
Aantal.

hjke
Steenkolen-
kolenmijn
Zoutmijnen
m
,,carisborg”

1 Januari 1928

..
1

9.3741)
157
134
25.090
2
)
.. ……..

1 januari 1927

………..
J

8.8701)

k
24

792
)
153
116.

1)
bovengronds. 2) ondergronds.
8)
Mijn Laura 25 dagen.

1928

11

1927

11

1926 1914

4 Febr.

30Jan.!
4 Febr.
23128 16/21
31Jan.1
1/6
2
01
24

Jan.
Jan.
5 Febr.
Febr.
Juli
AmSerdam
Partic.disc.
43116
411_31
4
1
14
3
18
4116-/8
3-I10
2
1
1-31
311
8
.3J
Prolong.
4
331
4
.411
3

4.J1
4

331
4
_411
4

35(
5
1(
3

2314.3114
211
4
31
4

Londen
Daggeld ..
3_
1
1
34j2
3113.4314
3.4
3
1
/2.5
1
12
3
1
12-5
131
4
-2
Partic. disc.
4
3
116.
1
14
4
0
18.
1
14
301
1
.41/
315/
15
_411
4

4111110
4I16-I16
211
4314

Beil(jn
Daggeld
..
7
1
1.8
1
1
6
1
12-9
3811
2

3-6
57
5
1
127
1
12

Partic.disc.
30-55 d..
.
6818
6818
614-
3
/5
518-6
1
1
4I8
5
1
18-6

56-90 d..
.
6
818
68
18
61143/5

5I8-6’14
4
1
18
511
3
.6
211
5
.11
2

Waren-
wechsel.
614-
7
18
6
3
14.7
.61-7
6112314
41
14

’12
7..
1
12

New York’)
Cali money
41/
4
.11
3

4.5114
31124314
311..431
4

4_11
4

4_5314
1814_2112
Partic. disc.
3314

J

35/5_314

1

3
1
11.
5
18
3
111
ij

3314

11
331
4

1
1


1) Cail money-koers van 3 Febr, en daaraan voorafgaande weken t(m
Vrijdag.

WISSELKOERSEN.

KOERSEN IN NEDERLAIW.

Data
New
Londen
Berlijn
Parijs
BrussellBatavia
York**)
S
)
S)
S) S)
1)

31 Jan. 1928
2.4811,,,
12.08s/
5
9.
1
01
9.741 34.56
10011
s

1
Febr. 1928
2.4811
16

12.08h
59.12
9.74k 34.541
100I/
2

,,

1928
2.4811,
12.08oj
59
.17*
9.74
3

,,

1928
2.4871,,,
12’°9Tv
59.23
9.751 34.57
100
4

,,

1928

12.0934
5
9.
2
3*
34
.
5
6*
10011
8

6

,,

1928
2.481/
12.09o1
59.211
9.751 34.56
100
Laagsted.w.’)
2.47i51
1

12.08
1
1
8

59.08 9.73

34
.
52*
Hoogste d.wl)
2.4834
1
.2.0901
4

59.25
9.76* 34.60
100k
30 Jan. 1928
2.47i2/
1

12.081/
8

59.08*
9.74k 34.55
1001/
23

,,

1928
2.47′
1
/0
12.0734
5
9.05*
9.74

34
.5
2
*
1001/
8

Muntpariteit
2.48%
12.10k,
59.26
48.-.

34.59
100

D ata
Zwit-
seran
Weenen
Praag
Boeka-
Milaan
Madrid
*)
rest’)

31 Jan. 1928
47.73
á 4.9 7,4
7.35
1.521 13.13
42.15
1
Febr. 1928
47.7334
34.95
7.35 1.521 13.13
42.22l,
2

,,

1928
47.7134
34.97k
7.35
1.52*

13.13
42.40
3

,,

1928
47.7834
35..-
7.36

1.52*
13.14*
42.40
4

,,

1928
47.7734
35.-
7.36
1.52*


6

,,

1928
47.76
35.-
7.35 1.52
13.13
42.23
Laagsted.w.
1
)
47.67l.j
34.90 7.32*
150
13.10
42.05
Hoogste d.wl)
47.80
35.10
7.39
.1.55
13
.17*
42.55
30 Jan. 1928
47.7334
34.95
7.341
1.52*

13.12
42.30
23

,,

1928
4.7.7234
34.9234
7.34
1
.
52
*
13
.1
0* 42.28
Muntpariteit
48.-
35.-
‘) 48.-
48.-
48.-

Data
Stock-
holm
KO
s
l
o
hagen
S)
fors2′)
Buenos-
Aires’)
Mon-
treal’)

31 Jan, 1928
66.57*

66.40
65.95 6.25
106
2.4734
1
Febr. 1928
66.65
86.40
65.95 6.24
106
2.475
2

,,

1928
66.60
6
6.
4
2*
6
5.97*
6.24
106
2.4734
3

,,

1928
66.70 6
6.
4
7*
66.05
6.24*

106
2.4734
4

,,

1928
66
.6
7
*
66.
4
7*
66.05
6.25
106
2.48


6

,,

1928
66.65 66.45
66
.0
2
* 6.25
106
2.47s/
Laagste d.w.’)
66.50 66.30
65.90 8.22
105%
2.4734
Hoogste d.w’)
66.75
66.55
66.15
6
.
2
7*
106
1
1,
2.4834
30 Jan. 1928
66.52
66.40
65.95
6.24
106
2.4734
23

,,,

1928
66.52*
66.37jij

6.24
106
2.473/
8

Muntpariteit
66.67 66.67
66.67
6.26*
10581,
2.4834
)
Noteering te Amsterdam.

) Noteering te Rotterdam.
• 1) Particuliere opgave.
2) Wettelijk geatabiliseerd tusschen 7.534j
5
en 7.21112.
In het eerste nummer van iedere maand komt een overzicht voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.

STATISTIEKEN ÉN OVERZICHTEN.

°

990

N.B. *** beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.

99
*
0
10

GELDKOERSEN.

99010

BANKDISCØNTO’S.

1000

N d Orsch.

isc. Wissels.
4*13 Oct.’27
Zwits, Nat.Bk.
3*22 Oct.’25

/0

el.Binn.Eff. 5
18 Oct.’27
N.Bk.v.Denem. 5
23Juni’27

990

in R.C. 6
13 Oct.’27
ZweedscheRbk 3131
Dec.’27

9′

9o,°

Javasche Bank…. 4
14 Juli’26
Bank v.Noorw. 6
1 1’eb. ’28
0
BankvanEngeland421Apr.’27Bk. v.Tsjecho.

990

DuitscheRijksbank7
5 Oct.’27
slowakije . .5 8Mrt.’27

/0

Bank v. Frankrijk.
3*19 Jan.’28
N.Bk.v.O’rijk. 6
27Jan.’28

993o’

Belgiséhe Nat.Bnk.
4*16
Nov.’27
N. Bk. v. Hong. 6
25Aug.’26
° Fed. Res. Bank N.Y. 4
2
Feb.’28
Bank v. Italië. 7 17
Juni’25
Bank van Spanje … 5
23 Mrt. ’28
Z.-Afr.Res.bnk 51
9Jan.’28

OPEN MARKT.

8 Februari 1928

ECONOMJI..Si:’ATISTISCHE BERICHTEN

137

KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).

D a a
Londen
($
per £)
Parijs
($
P. lOOfr.)
Berlijn
($ p. 100 Mk.)
Amsterdam
($
p100 gld.)

31 Jan.

1928
4,87tj,
3,927/
23,823%
40,31

1 Febr.

1928
4,878/
3,92
7
18
23,837/
8

40,31

2

,,

1928
4,87s/
8

3,93
23,86
40,31

3

,,

1928
4,87’1,
3,92%
23,85
40,27

4

,,

1928 4,87
3
116
3,92
7
18
23,851/
4

40,25

6

,,

1928
4,8781
3,92
7
18
23,85
8

40,28%

7
Febr.

19271
4,84
1
11
6
6
3,93
23,70 39,98

?efuntpariteit
.
4,8667
19,30
23,81%
4081

KOERSEN TE LONDEN.

Plaatsen en
Landen
Noteerings-
eenheden
21
Jan.
1928
28Jan.

1928
30Jan.14
Feb.1928
LaagsteHoogste
4
Febr.
1928

A1exandri.
.
iast.
p.
7j
97
/18
97116
873%

Athene

.. ..
Dr.
p.
£
367%
368
367
369
368

Bangkok …
Sh.p.tical
1110%
11103%
1110
T
d
v
111011
8

1j10

Budapest
.
..
Pen. p.
£
27.881
27.87 27.85 27.89 27.87

B. Aires’). ..
6. p.
$
47271
477/,
17
13
1,
6

47i5118

4771
8

5h. p. rup.
1j6
7
/
54

j6
5
1
64

16
1
1
82
1/63/,2

116
8
1
54

Constantin..
Piast.p.
.
940 952% 950 970
9571,

Hongkong ..
Sh. p.
$
2/0%
2/0
15
1
82

2
1
‘0l1,
2/07/8

21011,

Calcutta ……

Kobe

.. ….
Sh.p.yen
1111k
1/11e,
1
1
1
11
Tlw
1111
T8
111111,

Lissabon
1)
. .
d. per Esc.
2
71
2
13
1
32

2
5
1ie
2
7
11
0

2s1
8

Mexico . ….
d. per
$
24
24 23
25
24

Montevideo’)
6. per
$
50’1
8

50i11
6

50%
5071
8

503%
Montreal’)
..
$
per
£

..
.

.
per Mii.
88H
4.88
4.873%
4.88k
4.87

R.d.Janeiro
1)

559/
54

5591
54

588/
33

561/

Shanghai …
8h. p. tael
217
1
1,
2,7
51
18

2/6
3
%
2/7%
217
1/16

Singapore. ..
id. p.
$
214
1
1
82

214
7
16
4

21481
2;T
2145132
Valparaiso
1).
$
p.
39.39
39.39
39.39 39.44 39.43
Warschau …
Zi. p.
£
433%
433%
43%
43%
433%

‘)
lelegranscil transtert. ‘1 gu ag.

ZILVERPRIJS

GOUDPRIJS 8)
londen’) N.York’)

Londen
30 Jan. 1928.. 263%

57′,

30 Jan. 1928….

84/11%
31

,,

1928..

263%

563%

31

,,

1928…

84/10%
1
Febr. 1928..

26i1

5651
8

1
Febr. 1928…
.

84111%
2

,,

1928..

26a,

56%

2

1928….

84111%
3

,,

1928..

2661,

56′,,

3

•,,

1928….

84111%
4

,,

1928..

266/
8

563%

4

1928….

84111%

5 Febr. 1927.. 2721

59

.5 Febr. 1927….

84111%

20 Juli

1914.. 24″1
6

59

20
Juli

1914…

84111
1)
in pence
p. oz.
stand.
2)
Forelgn silver in
Sc.
p.
oz.fine.
5)
in sh.
p.
oz.fine

•STAND VAN ‘s RIJKS KAS.

Vorderingen.
23 Jan. 1928 31 Jan. 1928

Saldo bij de Nederlandsche Bank
/
48.749.054,61
/
32409.055,09
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
1.464.664,73
,,

116.133.60
Voorschotten
op
ultimo Dec. 1927 aan
de gem.
op
voôr haar door de Rijks-
administratie te heffen gemeentelijke
inkomstenbelasting en opcenten
op
.
de
Rijksinkomsten
belasting ……..
36.826.174,96
,,

36.826.174,96
..
,,

10.472.666,53
,,

10.351.960,08
Voorschotten aan Suriname………..
Voorschotten aan Curaçao

.

.


Kasvord. wee. credletverst.a/h. buiteni.
,,
132.584.349,75
,,134.034.143,83
Daggeldleeningen tegen onderpand
,,
46.874.360,-
,,

51.524.360,-
Saldo der postrekeningen van Rijks-
van Staatsschuldbrieven

………..

comptabelen

………………….
24.055.143,87
,,

14.112.728,66
Vordering
op
het Staatsbedrijf der
P.,
..


T.’)
T.

en

…… ……………………..
Id.
op
andere Staatsbedrijven
2)
,,

2.895.348,03

»

2.895.348,03

Verplicht In gen.

Voorschot door de Nederi. Bank


/103.526.000,-

/103.526.000,
Schatkistbiljetten in omloop’)……..


28.890.000,-
.
Schatkistpromessen in omloop

28.890.000,-

,,
Waarvan direct
bij
de Ned. Bank

Schuld a. d. Bank
v.
Ned.Gemeenten
2)

Zilverbons in omloop
……………..,,

11.624.061,50

,,

11.561.742,50

Id. aan Ned..lndit

……………….,,

21.416.894,76

,,

21.683.096,21
Id. aan Curaçao…………………..,,

247.194,65

,,

238.910,47
Alg.
Burg. Pensioenfonds’)

20.665.602,12

17.810.403,02
Id

a. h.

,,
Id. a. h. Staatsbedrijf d.
P., T.
en
T 2)..

63.387.402,44

,,
57.902.902,42
Id. aan andere Staatsbedrijven’)………..1.315.000,-

,,

1.315.000,-
Id. aan diverse Instellingen
2)

……….5.044.864,59

,,

4.901.322,56
Waarvan
f
12.056.000 vervallende
op 1
Juli 1929.
In rekg.-crt. met
‘s
Rijks Schatkist.

NEDERLANDSCH-INDISCHE VLOTTENDE SCHULD.

28Jan.1928
1

4 Febr.1928

Vorderingen:
/25.494.000,-
f24.277.000,-
,,
10.582.000,-
,,
8.005.000,-

Verplichtingen:
Saldo bij
‘s
Rijks kas
.. ………… …

Voorschot uit
‘8
Rijks kas aan N..lndië

Saldo bij de Javasche Bank
………
..

Voorschot Javasche Bank aan N.-lndië


Schatkistpromessen in omloop …….
300.000,-
,,

150.000,-
Muntbiljetten in omloop

……………
Schuld aan het Ned.-Ind. Muntfonds..

….
31.433.000,-
,,

1.111.000,–
,,
31.626.000,-
,,

962.000,-
Idem aan de Ned..lnd. Postspaarbank.
1.127.000,-
,,

820.000,-

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 6 Februari 928.

Aètiva.
Binnenl.Wis.j’Hfdbk.
r
73.978.668,89
sels, Prom., Bijbnk. ,,

2.506.935,60
enz.indisc.Ag.scJ1.
,,

12.98.450,6

f
89.468.055,14
Papier
è.
h.Buitenl. in disconto.
……..

Idem eigen portef..
f
185.474,447,-
Af :Verkochtmaar voor
de bk. nog niet afgel.


185.474.447,-
Beleeningen
ncl. vrsch.
llfdbk.
f

38.930.437,66

in rek..crt.
Bijbnk.
,,

6.199.214,75

op
onderp.
Ag.sch.

63.464.781,61
.

f
108.594.434,02

Op
Effecten..
. … …
f
104.950.434,02
OpGoederenenSpec.
,,

3.644.000,-
108.594.434,02
Voorschotten a. h. Rijk
._……… ……,,

Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud
…. ….
f

67.742.505,-
Muntmat., Goud
… ,,
367.477.635,94

f
435.220.140.94
Munt, Zilver, enE.
• ,,

28.243.711,61
Muntmat., Zilver..
,,


,,
Belegging
11

kapitaal, reserves en pen.
463.463.852,55

sioenfonds

…………………….,,
23.766.147,02
Gebouwen en Meub. der Bank
.. .-….. ,,
5.000.000,-
Diverse rekeningen
.. …………..
..

,,
44.149.318,63

Passiva.

f
919.916.254,36

Kapitaal
…………………..(
20.000.000,-
Reservefonds
………. ….. .•….. . ……

,,
7.027.840,39
Bijzondere reserve
………. … ……..

,,
8.000.000,-
Pensioenfonds

………………….,,
4.828.439,69
Bankbiljetten in omloop……………,
795.361.150,-
Bankassignatiën in omloop…………..
401.l7 1,42
Rek.-Cour.
Ç
Het Rijk
f
17.469.539,49
saldo’s:

k
Anderen

51.482.297,55

,,
68.951.837,04
Diverse rekeningen
. ….. . … .. . .._. .. .

,,
15.345.815,82

f
919.916.254,36

Beschikbaar metaalsaldo
…….. …….
f
290.061.947,95
p de basis van
2/

metaaldekking..

,,
117.119:116,26
Minder bedrag aan bankbiljetten in om
loop
dan waartoe de Bank gerechtigd
is. ,,
1.450.309.735,-
Voornaamste Dosten in duizenden
guldens.


Goud
Andere
Beschikb.
k-
Data
.
M

1
Muntmat1

Circa
latie
opeischb.
schulden Metaal-
saldo
k
perc.

6 Febr. ’28
67.743
367.478
795.361 69.353
290.062
53
30 Jan. ’28
67.757
365.449
788.244
92.093
285.451
52 23

,,

’28
67.757
363.388
768.282
88.229
288.020
54
16

,,

’28
67.754
353.472
788.186 77.510
275.586
52
.9.

’28
67.756
342.235 807.365
84.296
258.718
49
.2

’28
67.784
332.326 840.032
102.154
238.862
45

(7 Febr.
1
27
60.344
353.961 802.099
33 330
274.901
53

25 Juli

’14
65.7031
96.410
310.437
6198
43.521
1)
64

Totaal SchatKist-
ee
B
1


e
Papier
Diverse

Data
bedrag
promessen
ningen

op het
reke-

.
disconto’s
rechtstreeks
buitenl.
ningen
2)

8 Febr.
1928
89.468

108.594
185.474
44.141
30 Jan. 1928
87.168

134.110
183.361
39.609
23

,,

1928
85.915

113.171
183.806
39.383
16

1928
98.963

116.936
183.858
42.146
9

1928
122.838

120.862
183.308
51.668
1928
138.866

137.681
180.748
81.140

7 Febr. 1927
80.691

150.906
137.773
57.970

25 Juli

1914
67.947
14.300
61.686
20.188..
509
1) up ae basis van ‘J, metaaiaeKicing. ‘; biuiipost acuva.

SLJRINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Data
Metaal
Andere
opeischb.
schulden
Discont.

Div.
reke
ningen’)

31 Dec.

1927..
1.111
1.879
514
860
517
24

1927-
1.121
1.482
605
884
511
17

,,

1927-
1.121 1.464
621
877 491
10

,

1927..
1.121 1.509 746
.

871
466
3

1927..
.1.120 1.596
694
868
460

31 Dec.

1926-
1.001
1.698 1.024
986 449

S
Juli

1914-
645
1.100
560
735 396
» niuirposi oer

138

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

8 Februari 1928

JAVASCHE BANK.

Voornaamste posten in duizenden guldens. De aamengetrok-
ken

cijfers

der

laatste weken zijn telegra.Lisch ontvangen.

Andere
Beschikb.
Data
Goud
Zilver
Circulatie
opeischb. met aal-
schulden
saldo

28Jan.1928
i9.7OO
314.900 45.100
122.700
21

,,

1928
196.500
318.200
46.600
123.540
14

,,

1928
19000
323.000
49.200
121.660

7Jan.1928
178.212

18:11
323.012
49.283
122.364
31Dec. 1927
178.209

17.733
319.844
55.411 121.269
24

,,

1927
178.306

17.371
319.214
56.112
120.938
17

,,

1927
178.766

16.913
323.589 51.347
120.978
29Jan.1927
196.146

29.704 311.539
70.689 150.215
30Jan.1926
201.725

39.769
345.048
57.877
161.653
25 Juli1914
22.057

31.907
110.172 12.634
4.8429.

Wissels.

t
….
Dek-
Data
______________

Dis- conto’s
bulten

1
N.-Ind.

1
betaalb.

1

Belee-
ningen
uiverse
reke-
ningen’)

Kings-
percen-
tage

28Jan.1928
156.300


54
21

,,

1928
162.000
54
14

,,

1928
168.400
52

7Jan.1928

12.979

25.922

114.055

28.323
53
31Dec.1927
13.037

24.026

114.541

32.364
52
24

,,

1927
13.015

26.133

113.783

31.379
52
17

,,

1927
12.740

24.804

117.708

28.683
52

29Jan.1927
12.643

20.815

82.619

46.362
59
30Jan.1926
8.029

21.423

56.904

78.517
60
25 Juli1914
7.259

6.395

47.934

2.228
44
‘)
Slultpost activa.

)
Ba1s
2
1,
metaa1dek1ng.

BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste
posten, onder bijvoeging der Currency Notes,
in duizenden nonden sterling.

Data
Metaal
Circulatie
Currency Notes

Bedrag
i
Bankbll/.
1
Gov. Sec.

1 Febr. 1928
155.878 135.836
288.423
56.250
239.140
25 Jan. 1928
156.203
134.640
288.049
56.250
238.160
18

,,

1928
155.540
134.749
290.665
56.250
240.955
11

,,

1928
155.002 135.934
296.554
56.250
247.048
4

,,

1928
152.303
137.728
297.621 56.250
248.284
28 Dec.

1927
152.409
138.711
299.791 56.250
250.662
2 Febr. 1927
151.032
137.937
282.759
56.250
232.225
22 Juli

1914
40.164 1
29.317


Data
00v.
Other
Public
Other
R eserve
[perc.
kn
Si
Sec. Sec.
Depös. Depos.

1Febr.’28
35.258
55.027
14.341
97.583 39.792
35

.
25 Jan.
1
28
35.305
56.717
16.526
98.707 41.313
35’1d
18

,,

’28
36.484 60.366
19.201
100.132
40.541
33ts
11

,,

’28
39.629
64.504
14.854
110.061
38.818
31
4

,,

’28
48.294 91.716
13.618 142.730
34.325
21151
28 Dec.’27
48.579
74.449
14.562
123.975
33.447
24
1
1
5

2Febr.’27
28.876
74.163
9.537
108.190
32.845
277/
9

22 Juli
1
14
11.005
33.633
13.736
42.185
29.297
52
-..
vcnouuing tuaaçnen ‘eserve en vepostns.

BANK VAN FRANKRIJK.
.
Voornaamste posten in millioenen franca.

Data
Goud
Waarvan
in het
1
IZilverI
Te goed
in het
buitenlj

Wis

Ibuiten’l.

Waan’.
op het
Belee-
________
buifenl.1)
1
sels
ningen

2 Fbr.’28
5.544
1.864
343
57
2.081
10
1.686
26 Jan.’28
5.544
1.864
343
56
1.620

8
1.696′
19

,,

’28
5.544
1.864 343
53
1.406
9
1.710;
12

,,

’28
5.545
1.864
343
52 1.271
.
10
1.747
5

,,

’28
5.545
1.864
343
53
2.341
9
1.700
3 Fbr.’27
5.548
1.864
342
85
4.373
14
2.0011

23 Juli’14
4.104

640

1.541
8
769

Buit.gew.
1
Schat-
Diver-
1
Rekg. Courant
Data
voorsch.
ajd._Staatljettena)I kistbil-
sen
Circulatie
culieren
Staat

2 Fbr.’281
23.100
1

5.894
27.092
57.765
8.491
155
26 Jan.’28
1

23.500
1
5.894
27.302
57.128
10.900
32
19

,,

‘281
23.5001
5.893
27.140
57.591 9.979
138
12

,,

’28
23.800
5.892
27.790
58.160
10.234
135
5

,,

’28j
23.900
J
5.884
27.739 58.639 9.929
43
f
>

3 Fbr.’27
31.900
1

5.5951 7.192
,

52.626
4.549
11
23 Juli’141

1

. –

1

5.912
943
401
1)
Waarvan beschikbaar 463 millioen.’
1)
In disconto
genomen
wegens

1
voorsch.
v.
d. Staat aan buitenl.
regeeringen.
8)
Sluitpost activa.

DUITSCHE RIJKSBANK.
Voornaamste nosten in millioenen ‘Reiehsmstrk.

Daarvan
Deviezen
Andere
D a a
u
Go d

bij bui-
als goud-
wissels
Belee-

1.
ten!. circ. banken
1)
dekking
geldende
en
cheques
ningen

31 Jan

1928
1.865,3
83,5
296,0
2.372,9
91,2
21

,,

1928
1.863,4 81,4 306,4 2.078,1 23,5
14

,,

1928
1.864,0
81,4
286,1
2.330,9
33,2
7

,,

1928
1.864,5
81,4
285,6 2.635,5
23,1
31 Dec.

1927
1.864,6
81,4
282,0 3.128,7
78,3
31 Jan. 1927
1.834,7 128,4 421,1
1.415,0
81,6
30 Juli

1914
1.356,9
– –
750,9 50,2

a a
D
,
Effec-
Diverse
Circu-
Rekg.- Diverse
ten
Activaz)
lafie

-L-

Crt.
1
Passiva
.
31 Jan. 1928
93,3
599,1
4.251,2
497,8
281,4
21

,,

1928
93,3
565,0
3.682,6..
‘708,0
279,8
14

,,

1928
93,3
536,6 3.927,9
855,1
280,5
7

,,

1928
93,4
519,3
4.170,9 675,0
275,1
31 Dec.

1927
93,4 499,2
4.564,0
779,1
284,9
31 Jan. 1927
88,9 570,2
3.409,6
574,6
200,8
30 Juli

1914
330,8
200,4
1.890,9
944,-
40,0
-,

-,
V.t,.
.scIIteIIUduKSCneIne
.81,
ZI,
14,
Jan.
Z,
it uec.
i,
31Jan. ’27, resp. 25; 45; 80; 50; 24; 43 miii.
NATIONALE BANK VAN BELGIË.
Voornaamste posten in millioenen Belgas.

Data

Goud

,

q

.5

Rekg.
Crt.

.
1928


L L
0

2 Febr.
743
474
44
542
49
390
2.084
31
96
26 Jan.
741
475
44
559
28
394
2.056
17
139
19

,,
.
741
477
43
556
32
394 2.057
15
143
12

,,
734 503
43
569
34
394 2.081
6
161
5

,,
733
514

585
40

2.076
19
170
3Febr.
2

623
431
39

J
483
29
400
1.833
40
104
-,

ucmuntLLIilbL, geeeueera. ) 1Z(.

VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS. Voornaamste nosten in millioenen dollar..

Goudvoorraad
Wettig
Wissels

Data
betaal-
middel,
Zilver
Totaal

Dekking
F. R.
In her-
disc
v.
d.
In de
open
ma
.

r kt
bedrag
Notes
et
c.
member
banks
gekocht
18Jan.’28
2.807,6
1.584,4
167,9
412,1
‘369,0
11

,,

1
28
2.807,9
1.575,7
159,3
439,1 392,6′
4

,,

1
28
2.742,5
1.529,1 146,7
520,9
387,1
28Dec.’27
2.739,1
1.523,9
123,1
609,2 385,5
2
1
,’

’27
2.742,3
1.559,0
115,2
578,2
365,8
14

,,

’27 2.792,2
1.633,0
125,8
495,0
381,1
19Jan.’27
2.935,9
1

1.628,1 159,6

1
416,1
337,4

Data
Bele
g
d

in
U. S.
Notes
Gestort
Goud- Dek-
Algem.
Dek-
Gov.Sec.
1
in circu- latie
..°
Kapitaal
j


kin
es-
perc.l)
kings-
perc.
2
)
18Jan.
1
28
499,4
1.623,8
2.471,6
133,8
68,6
72,7
11
,,

’28
545,3
1.679,6
2.517,4
132,6 66,9
70,7
4
,,

’28
627,4
1.760,7
2.536,3
132,5
63,8 67,2
28Dec.’27
603,1
1.813,2
2.473,3
132,5
63,9
66,8
21

,,

’27
588,0
1.821,3
2.434,0
132,4
64,4
67,2
14

,,

’27
597,9
1.766,7
2.44890
132,3
86,2
69,2
19Jan.’27
312,7
1.709,9
2.317,8
1
125,5 72,9
76,9
uuuvuurraau tegenover opelscnoare scnutaen:
F. R. Notes en netto deposito. 2) Verhouding totalen voorraad munt-
materiaal en wettig betaalmiddel tegenover idem.

PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET
FED. RES. STELSEL.
Voornaamste nosten in milijinenen rinhlç,rR

Data Aantal
bnken
con

Dis’
en
beleen.

Beleg-
gingen

Reserve
bij de
F.
R.
banks

1
t

Totaal

t

dep?_
sito
s
1

Waarvan
time
deposits

11Jan.’28
655 15.443 6.529 11.832
20.863
6.628
4

,,

’28
657
15.631
6.426
11.852
20.984
6.611
28Dec.’27
657
15.433 6.386
1.813
20.494
6.516
21

,,

1
27
658
15.357
6.431
1.780
20.535
6.504
14

,,

’27
658
15.293
6.365
1.786
20.509
6.471
12Jan.’27
683
14.419
5.543
1.683
19.188 5.878
e’uu vnu ieuer awartaai Wordit een overzicut
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen b’ankstaten.

8 Februari 1928

ECONOMISCH-STATITISCHE BERICHTEN

139

EFFECTENBEURZEN.

Amsterdam, 6 Februari 1928.

I)e grootste veirassiug voor de internatioua1 fofldsen-
iu;ijkten ‘werd iii de achter ons liggende berichtsperiode ge-
liracht door (Ie verhooging
vaii
den discontoivoet door cle
Ferleral Bcserve Batuk te New York. Hoewel reeds enkele
Fe[eIa1 :leseive Banks itt deze i’.ichtiug waren voorgegaan,
heeft men algemeen de hoop gekoesterd, dat N en’ Yo rk
nog u
j
et
z.oIt
‘ogei, indien eeci dergelijke maatregel al aI

s
ituodakelijk zou worden iesehouwd. Hoewel omtrent de
iïiotieveii van (Ie cliseontoverhooging geen officieele mciie-
(leelingeiL zijn gedta ii, wordt algemeen verondersteld, dat
de uitbreiding van het haiicleIcrecliet en de. veimindetirig
van dei.i gotidvoorraact cenerzijds, (le groote hoogte van, cle
vooischotteti anti de maikelaaas ter 1)eurze aan dcii anderen
kant ertoe hebben bijgedragen de rem van een hoogere
ictite
.i
an de oncleriteruiiigslust
Op
velerlei gebied
inn
te
leggen. De fonclseninarkt heeft acuivaikeljk 4eu gewijaigden
toestcuul op de ge]chnarkt rustig opgenomen, hoewe] toch
hiej
tii
daar vrij gevoelige verliezen ‘zijn voorgekomeli
De •hianrs te L o ii de n het evenmin gunstig gereageerd
op cle veratidercie omstandigheden in cle Vereenigcle Staten.
Over het al.gneen had de ïonclseumarkt in Eugeland reke-
ning gehouden met een verlaging van den discocitovoet
door de Bank van Engeland, doch men gelooft, dat het
hiertoe
01)
het oogen’blik niet gemakkelijk zal kunnen ko-
nJ:en’. Op liet toevloeien van Anierikaansdhe siddi kan thans
niet worden gerekeinl, terwijl i ntegendeal (le kans bestaat, dat te Londen gep]aatste gelden iveggtrolen zullen worden:
Te B e r 1 ij n hebben verschillende factoren de markt
belierscht en
deze
hebben vrijwel tegen elkaar opgen’ogen,
zoodat de koersschommelingcn niet van al te heftigen
aard zijn gowo’rden. De beurs werd gesteund door het Vrij
vlotte ierloop van de onderhanalelin’gcn omtrent cle regeling
van de :Dnitsohe eigendommen in Amerika. Daarentegen
ontston’:l verköoiclran.g als gevolg viii de ‘berichten uit, in-
tustrieelc kringen, welke gewag holiben gennimukt van een
mnijicler guustigen gang van ‘ziken. Ook de arleiclsmarkt
heeft te wemiscimen overgelaten; liet totaal aantal werkloo-
zeil toont geen daling, integeircleei ziet het er naar uit,
aLsof men voorloopig rekening ‘zal moeten lionden niet een
toeneming. Hierbij kwam het bericht van de diseontover-
•liuoging te New York, waardoor eetierzijcls cle ‘kans op dis-
contoverlaging door cle Duitsche Ri,jkbank niet grooter. is
geworden, anderzijds cle mogelijkheid van eniissies in A Inc
rika is ingekrompen. Het feit, dat vooral cle puhliekreehte-
lijke lidhamen onder zware fiuuunc-ieele lasten gebukt gaan
– voornamelijk in dan vorm van
01)
lorten termijn opge-
nonien leeningen, welke r’onsolidatie wei.isc-helijk maken –
en dat op het oogen’blik niet aan een oplossing van deze
moeilijkheid kan tworden gedacht, heeft het optimisme, (lat
i’oor eukele weken in dit opzicht wel heeft bestaan, sterk
doen bakoelen.
Ook de markt te P a r i,j s is veel kalmer geworden, waar-hij ook koersverliezen i’an cenigebeteekenis zijn ‘voorgeko-uien. Hier echter ‘heeft (le internationale geldmarkt geen rol
gespe
i
ctd. integeucleel kan het voor cle politiek van de Fren.
soberegeering en van cle Bank van Frankrijk als .wensche-
lijk worden beschouwd, dat buiten cle grenzen van Frank-
rijk minder gemakkelijke voorvaarclen op cle geidmarkten
heersohen. De beurs is echter aangetast door het vooruit-
zicht op de mogelijkheid, dat binnenkort een belangrijke
financieele transactie in den vorm van een consolidatielee-
ning zal worden ondernomen, in welk geval cle in omloop
zijnde geldmiddelen zouden in’krimipen en kans op hoogere
rente aon ontstaan. ‘ –
Te n o ii z en t is de markt bijzonder kalm geweest. Op
de
beleggingsefdeelin.q
bestond ruime vraag voor oude en
nieuw geïntroduceercie obligaties, in verband met cle be-
langrijke bedragen, ‘welke door aflossingen van staa,tslee-
ningen voor •her’belegging beschikbaar zijn gekomen. Dien-
tengevolge heersehte hier een vaste stemming, waarvan ook
sommige ‘buitenlandsehe ‘soorten de vruchten hebben kun-
nen plukken.
6
pCt. Ned. Werk. Schuld 1922: 106%, 106,

i063fui;
4
1
/.„ pCt. Ned. Werk. Schuld 1917: 101, 101%,
4/ pCt. Ned.-Todië 1926: 9815/i8, 9911, 98%, 98
25
132;
5
pCt. Brazilië 1913 £ 20-100:
76%,
75; 8 pCt. Sao Panlo
1.921: 107
1
/8,
107%, 107/.
Een.ige verbetering is op te merken geweest voor
petro-
iewineciiudcelen,
in verband met geruchten, volgens welke
onderh andelingen tu’sschen de Koninklijke Petroleum Maat-
schappij en d Standard OiI groep zonclen zijn aangangen,
ten einde tot liet sluiten van een overeenkost tegeraken.
l3eiialve aandeelen Koninklijke Pef,roleum Mij. waren aan-
deden Dordtschie, Perlmik Petroleum en voorbijgaand ook
Peiidajwn. gezocht. Dordtsche Petroleum md. Mij.: 314, 32,
37, 326%; Kon. Wed’. Petroleum Mij.: 341/,
348%,
351%,

351% ; Perlak Petroleum: 7534, 77, 80% ; Peudawa: 24%,
24%, 26%,
26% ; Marlan’cl Oil: 35/, 36%, 35%, 355/s.
–.
De
rmcbbermncvi

kt
was lusteloos. Uet prijsverloop van het
tuwe product heeft teleurstelling’ geivekt, in het bijzonder
omdat dle clilimig van ‘New York is uitgegaan en men aan de
‘ ru’bbei’beurs daar ter plaatse in de]a laatsten tijd meer ‘be-
teeken.is is gaan toekennen. Ook ‘het vooruitzicht op een
sleohts geringe vermindering van de voorraden te Londen
gedurende de achter ons liggende beric-htsweek – een voor-
uilizidht, dat imemicldeis is ibevestigc1 – heeft tot, de luste-
locize stemming Amsterdam ‘Enbber : 309
36,
.31134, 305
1
/
8
, 306% ; Deli Bataivia
i'{ubher:
245%,’ 247%,
245, 244% ; Hessa R,uftiiher : 443, 437
36,
440, 435
36,
437 ; In-
clisc-he Biib’her Comp :
385,
390, 375,
370%,
370; Java
Caoutc-houc: 209, 214%, 206
1
/4,
214% ; Kak
r
relepek: 339,
342,
335%,
337
;
Keucleng Lem’boe : 41,7, 429
1
/
2
, 418, 415;
Necl..IInd. Rubber & Koffie: 331, 335, 330, 328; Oost Java
Ru’bbei : 392, 403% , 395, 398 ; :
a
dani Tapa.noeli : 163 14,
166%, 162%, 163
1
/2; Serbadjadi: 320, 324, 319, 311
1
/
2
, 310;
Sumatra Caoutchouc: 256, 2.63, 26234 ; Sumatm-a Rubber:
‘298%, 296; Vereenigcle indische Cultuur Ondernemingen:
195%, 196%, 191, 192; Intere. Ru’b,ber: 171
32
, 16
15
1
1
e,
Tcuba.ksaaaudeeicau
zijn vrijwel verivaarloosci gebleven,
doch cle grondtoon was niet ongunstig, behoudens een enkele
uitzondering, zooals Dcli Maatschappij, Arend’siburg: 690,
692%, 693, 692; BesoekiTaba,k Mij.: 5S%, 525
1
/2,
529;
Dcli Batavia ‘Mij.: 583
36,
586%, 588%, 590%; Deli Mij.:
469%, 465%, 468%, 464; Oostkust: 271%, 272%, 268,
270’%; Senenmbah Mij.: 511, 512%, 514.
De
sui/cem

nua.rkt
heeft den invloed ondervonden van de
lagere noteeringen voor Cubasuiker. De ‘berichten omtrent
overeenstemming tusschen verschillende Europeesche lan-
den’, ‘welke suiker exporteeren, heelt geen steun veroor-zaakt. Cultunr Mij. der Vorstenlanden: 178, 179, 17
36
Handelsverg. Amsterdam: 796, 791
34,
795; Javasche Cul-
tuur Mij.: 399, 396, 395 %.395%
;
Wed-Indische Suiker
Unie: 97, 296, 294, 93; Poerworecljo: 124, 121%, 1231/8; Sindanglaoet: .446;, Suiker Cultuur Mij.: 292%, 287, 292,
299
1
%; Tjeipper: 804
3-4,
800, 80’5, 798.
Schecpi.xuwrteendeeleiu
hebben een lichtelijk dalende rich-
ing ingeslagen, doch dc verschillen ‘zijn nergens van groo-
‘ten omvang geworden. Holland-Amerika Lijn: 86, 87%,
86% ; Java-China-Japan Lijn: 131%, 132%, 1.32%; Kon.
ed’. Stoomboot Mij.: 959/
4
, 96,
94%;
Wed. Scheepvaart
-Unie: 197%. 199%,
201%,
199%
;
Nievelt Goudriaan: 135,
36%, 13436; Stoomna. Mij. Nederland: 199, 198%, 197%.
Ook de af’cleelipg voor
‘imudastricele cucumudeelen
is niet zeer
opgewekt geweest. Voor knnstzijde bestond vrijwel door]oo-
penci eenig aanbod, terwijl ook niargarinesoorten iets van
hun niveau

prijs moesten geven. Philipsaandeelen hebben
eeu ‘belangstelling ontmoet en zijn ‘vrijwel ongewijzigd
gebleven. Aandeelen Centrale ‘Suiker Mij’. werden tijdelijk
uit de mnrkt genomen
01)
geruchten van een Jioogere uit-
keer ing ‘dan werd verwacht, doch het hoogere peil kon niet
ivorcIen gehand’h aafd. Daarentegen ‘bestond bel augstelli rig
voor adndeelen van ]3erkel’s Patent, welke tomelijk sterk
konden ‘stijgen. Van ]3erkels Patent: 207%, 204
1
/8,
202%,
200%, 209%; Centrale Suiker Mij.: 1027%, 107%, 104%,
105; Hoilandsche Kunstzijde md.: 161, 162, 158, 158%;
Jurgens:
275%,
280, 275, 278%; Maekuhee:
125%,
124
1
/
4
,
125%; ‘NecI. Gist- & Spiritusfabr.: 439, 436, 440,
437; Ned., Kunstzijclefebriek: 416, 412
1
/
2
, 414%, 406%,
411%
;
Philips Gloeilampenfabriek: 569, 565, 567, 565;
Zweedsdhe Lstcifer Mij.: 387
1
/
2
, 386%, 379, 385.
,Van
miuijmuecundcelen
w’aren voornamelijk aandeelen Bo&on
gevraagd. Algem. Exploratie Mij.: 86
3
/s, 8534, 86%; Boe-
ton Mijn’bouav Mij.: 1o6
1
/8,
153, 161%,
165%;
MUller & Co.’s
Mijn’boncw Mij.: 88
1
/2,
86%, 87; Ned. Snrinaamsche Goud
Mij.: 17%, 16%, 16%; Redjang Lebong: 153,
147%,
143
1
/2,
147, 150; Singkep Tin Mij.: 434, 429, 426, 428.
‘De afdeehing voor
bwnkandeelemt
was stil, met zeer ge-
ringe fluctuaties. Amsterdamsche Bank: 186%, 186%,
1.86%, 186%; HoIl. Bank v. Zuid-Amerika:
6934,
70,
71%,
7134; Incasso Bank: 128%, 129%; Javasche Bank:
317,
350; Koloniale Bank:
271%,
266
1
/
2
, 267%; Ned.-Ind. Han-
delsbank: 177%, 178,
176%,
176; Ned. Handel Mij.: 173
5
,g,
173
1
/2,
174, 173%
;
R’damsche Bankvereeniging: 98, 9S34
1

98; Twentsehe Bank: 146%, 14536,145%.
Dci
Arnerikaansclue werkt
heeft over het algemeen een
dalende richting ingeslagen, in overeenstemming m4t den
gang van zakeii in Amerika. Anaconda Copper: 112%,
114%, 113
1
/
4
; Stndebaker:
577/81
60%, 617%, 61%; Unmted
”States Steel Corp.: 143, 1457%, 143%; Atehison Topeea:
190%, 189%; Baitimore & Ohio:
115%,
1163/8,
114%;
Ene:
60%, 58%, 56%, 5436; Missouri’ Kansas & Texas: 36, 3734,
36%; New York Ontario & Western: 27%, 28, 26%, 2736;
1
Uniôn Pacifi: 188, 186,
1847/8,
184%; Wabash Railway:
63. 61%,
597/,
59%. –

140

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

8 Februari 1928

GOEDERENHANDEL.

GRANEN.

7 Februari 1928.
T a. rw e. De itiarkt heeft ziek gedurende de afgeloopen week niet hersteld, integendeel cle vrag van Europa is zon
onbeteekenend, dat de prijzen vederom niet hebben kuniuen
standhouden en ofsuhoon de daling langzaam plaats vindt,
is er bijna geen dag geweest, dat de prijzen niet wat lager
eindigden dan den vorigen dag. In Chicago daalde Mei van
1303. cle. tot 128% dc., in Winnipag van 135% d.c. tot
133h d.c. en in Buenos Ayres van 11,02 centavos tot 10,95
eentavos. Zooa.ls men ziet, zij ii deze dalingen betrekkelijk
gering. Er zijn tijden geweest, dat dergelijke prijsverschil-
len in eenige minuten tot stand kwamen, maar het out-
nnoedigende is de voortdurend dalende lijn, zonder een reac-
tie. Bovendien zijn (le prijsverschillen in Europa anilmer-
kelijk grooter, omdat ook de vi-achten in de malaise cleelen,
terwijl bovendien de Canadeesche wheat ‘Pool gaarne onder
de pai-iteit van cle termijnmarkt te Winnipeg zaken zou
asluiten.
Van de Europeesche landen was het bijna uitsluitend
Portugal dat belangstelling toone. Niet minder dan vijf
ladingen Platatanwe werden door dat land opgenomen. Waar
vaji andere zijde cle belangstelling evenwel aoo gering was,
heeft dit practisch geen invloed op de stemming gehad. De
versc’hepingen van Argentinië waren we:lerom zeer ruim,
nog grooter clan een week geleden. De totaalverschepingen
waren iets kleiner, vooral ook in verhouding met de over-
eenkomstige week verleden jaar. Sinds 1 Augustus zijn ze
evenwel veel grooter clan in de overeenkomstige periode
een jaar geleden en het is hoogstwaarschijnlijk dit surplus,
dat zoo nwnar op de markt drukt. Verleden jaar is de con-
snmiptie van Europa zeei- nne:legevailen, dooh terwijl men
vrij algemeen spreekt over teleurstellende consumptie dit jaâr, neemt men misschien niet voldoende in aanmerfing,
dat er sedert Augustus ca. 800.000 tons meer tarwe ver
seheept werden dan verleden jaar en dat ook toen de ver-
sc-hepiugea ruim geacht werden. Toch kuIlen. ontegeniegge-
lijk de importbehoeften van Europa geringer blijken dan een
jaar geleden en onder die omstandigheden is het begrij
pelijk, dat de kooplust niet aanwakkert, want zelfs al toont
Europa bijna geen neiging tot koopen, toch wordt er ge-
regeld
op
ruime schaal naar de reeds overvolle Europeesche
markten verscheept. De beridhten omtrent den nieuwen oogst in de Vereenig-.
de Staten b1ijven tamelijk ongunstig. Nog steeds wordt ge
klaagd over gebrek aan sneeuwbedekking in een belangrijk
gedeelte vpn de tarwedistricten en er bestaat vooral vrees
vodr de late aanplant. Bovendien heeft een gedeelte in het
Zuid-Westen geleden door droogte.
Belangrijk nieuws komt er voorts van Rusland, waar de
met wintertarwe bëbouwde oppervlakte zooveel geringer is
dan in andere jaren, dat daar een zeer kleine oogst ver-
wacht moet worden, indien niet nog op buitengewoon ruime
schaal zomergraan wordt uitgezaaid. De vorige oogst is in
Rusland ook niet meegevallen, getuige wel de zeer keringe

Noteeringen.

Chicago

Buenos
Aires
Data
Tarwe
Mais
Haver
.

Tarive
Mais
Lijazaad
Mei
Mei Mei
Febr.
Febr..
Febr.

4Feb.’28
129

1)

89

1)
545/e1)
10,80
1
)
9,10
15,05
1
)
28Jan.’28
13011
8
1
)
871181)
541
18)
10,00
1
)
8,90
14,95
1
)
4Feb.’27
142w
81
47
K
11,40
1
)
6,15
1
)
14,85
1
)
4Feb.’26
1756/
9

833
43
13,75
7,25 15,80
4Feb.’25
19911
1

l37,(
62(
17,70
11,25
25,20
20Juli’14
82
5681
8

36
9,40 5,38 13,70
1)
per Mrt.
.

versehe’pingen van dat land. Er wordt zelfs gevree8d, dat
men nog dit seizoen tai

we zal moeten importeeren.
Ook
de conditie van het wintergraan in het overige
Europa is niet overal even gunstig, doch de berichten zijn
nog niet vandien aard, dat men er voorloopig ernstig reke-
ning mee zou behoeven te houden.
R o gg e. Over dit artikel valt al heel weinig te vei-mel-een, aangezien de handel zeer weinig te beteekenen heeft.
De verschepingen, clie bijna uit]uiteud van Noord-Amerika
komen, zijn niet bij;zonder groot, maat toch ruim voldoende
voor de vraag. In Noord-Aanerika zijn ook voor dit artikel
cle prijaen langzaam dalende. De laatste week daalde de
Meitermijn van 1
1
08 dc. tot 107% cle.
It!. af s. De toestand, zooals die dooi

ons cle laatste week
-beschreven werd, namelijk het opdrogen van de grootste
bron van voorziening van cle Europeesche markten, name-
lijk Ai-gentinië, heeft zich -verder ontwikkeld. Wederom
hebben wij een week van verminderende Argentijnsche ver-
schepingen achter ons, saniengaande met kleinere voorraden
in cle haiveuplaatseu aldaar, terwijl bovendien het aanbod
van den ouden oogst zoo oinbeteekeuen:l is, dat ook daaruit
reeds volgt, dat geen belangrijke verschepingen meer gedu-
rende dit seizoen te ver;wach

ten zijn. De prijzen voor La-
plataniaïs zijn dan ook in alle Europeesche markten scherp
gestegen. De Noorcl-Diuitshe inaiikten, die de laagste waren,
zijn nu niet meel- zoovecl beneden pariteit. De Engelsche
markten sticain over liet algemeen het hoogst, doch op het continent is het cle Belgische markt, die de leiding neemt.
Dit is het gevolg va.n het feit,. dat ffnen in België vrijwel
iiitsitutencl op P]atamaïs is aangewezen, terwijl men bij
voorbeeld ten onzent gaarne andere soorten koopt, indien
die in verhouding goedkooper zijn. Van deze andere soorten
is het in hoofdzaak Noord-Amerikaansohe maïs, waarin veel
zaken tot sta.ndl kwamen, vooral naar ons land. Dit beïn-
“loedde de prijzen in de Staten in zooverre het betrof de
nials aan (Ie -zeehavens. Te Chicago bleef de prijs per saldo
vrij:wel onveranderd. Dit is voornamelijk het gevolg van het
feit, dat de aanvoeren op het oogenblik buitengewoon groot
zijn zoodat ook de zichtbare voorraad in de Staten niet
onaaniieniijk vej

nieerdercle. Ten on-zent werd de kooplust
gepri]..-lkeld door het feit, dat er nog bijna geen Noord-Ame-
rikaanscihe mais is afgeladen en dat dientengevolge cle be-
dinigbare prijzen voor de eei

ste partijen zeer goed
waren.
De andere landen droegen al heel weinig bij tot de voor-
ziening van Europa. Nu en dan werden er wel partijen
Znnicl- en Oost-Af i

ikaauscke maïs verhandeld. Zoo werd ook
een lading No. 6 Z.- Af rikaansohe mais door Rotterdam ver-
kodht naar lej-laind, maar de meeste van deze zaken zijn
tweedeh andseli.
G e r s t is nog steeds onder den invloed van groote voor-.
raden, vooral te Brenien, en van betrekkelijk geringe ‘vraag.
De hooge pl-ijs, waarop hot artikel gekomen is en waardoor
het niet rendeert voor (le varkensmesterij maakt, dat de
vraag gering blijft. Ook de andere markten toonen al zeer
weinig belangstelling. Waarschijnlijk onder invloed van de
betei-e stemming voor maîs, was er evenwel de laatste dagen
Locoprijzen te Rotterdam/Amsterdam.

Soorten
6 Febr:
1928
30
Jan.
1928
7 Febr.
1927

Tarwe (Uardwinter II)

1
13,25
13,50
5,30
Rogge (No. 2 Western)
.
•1
2,70
12,80
13,20
Maïs (La Plar.a)

………
2

220,-
214,-
172,-
Gerst (No. 2 barley)

..

.’
?37,-
246,- 231,-
Haver (Canada 3)…………
1

12,95
11,-
Lijnkoeken (Noord-Ameri-
ka
van
La Plata-zaad)
_
1

13,80
12,20
Lijuzaad (La Plata) …..
2

369,-
375,_

1
383,-
1)
per 100 KG.

1)
per 2000
KG.
3)
per 1960 KG.

AANVOEREN in tOfl8
van
1000 KG.

Rotterdam
Amsterdam
Totaal
Artikelen
2
9Jan.14
Febr.’

Sedert

Overeenk.
29Jan.14
Febr.

Sedert

Overeenk.
1928

1
Jan.
1928

tijdvak
1927
.1928

1Jan.
1928

tijdvak
1927
1928

1927

Tarwe ……………..
43.700

162.746
159.780

3.800
6.494
166.546 166.274
Rogge

……………..
2.256
.
5.983
22.202

– –
5.983
22.202
1.781
4.622 2.345


67
4.622
2.412
Boekweit …………….
27.874
92.303 134.624
5.670
17.391
27.944 109.694
.162.568
7.709
.27.984
33.042

2.120
890
30.104
33.932
3393
9.788
7.690

.
9.788
7.690

Mais ……………….
Gerst

……………….

Lijnzaad

…………
2.615
13.470
13.402
100
23.259
15.108
36.729 28.510
Haver
………………

24.617
11.5071
.


100

24.717
11.507
Lijnkoek.. …………..6.938
4.222 18.986
11.340 1.045
4.925
2.818
23.911
14.158
Tarwemeel

…………..
Andere meelsoorten
630
1.657
1.715

. –

1.657
1.715

8
Februari
1928

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

141

e.enige veilhetering. van de vraag en doordat Nord-Amerik
de prijzen potse1ing wèderom verhoogde, zijn ook de prijzen
in de •Eiiropeesdhe markten vat beter gdvordcn.
II
a
v
er. De haverprjzen zijn vrij:wel onveranderd ge-
bleven. De vraag was in de meeste Europeesche markten gering. -Af en toe is in de Engelsche markt ‘de omzet wel
iets grooter geweest, maar vooral indien vooi

stooinencle of
aangekomen haver de houders toegaven. Odk in Antwerpen
werd op deze wijize nogal wat P]ata.baver verhandeld.

SUIKER.
NOTEERINGEN.

Londen
__________________

New York
Amsterdam

White Java’s

Cuba’s

960
Data

per

Tates

f.o.t,. per

96° c.i.f.

Centri-
Maart

Cubes

al
No,. 1

Mei/Juni

Maart

j
.ug
S

kristalsuiker Sh.

Sh.

hIj.

$
ets.
basis 990
.6 Feb. ’28 (
17′

31/9

13109

12/-

4,24
30 Jan.,’28 ,, 1731
8

3213

1313

12/11/
2

4,40
6Feb. ’27 ,, 22y,373

171-

15/7

4.99
6 Feb. ’26 ,, 17oj,

3119

149

1119

4,27

ruwsuiker


basis 88°
4 Juli ’14
f
11
18
1
32
181-

3,26
basis 990

1)
Het verschil tusschen ruwsuiker 88
0
en
f
14181331 krist.suik.990 is aan te nemen opf3p. 100KG.

Ook de afgeloopen week bleven de verschillende suiker

IIL.arkten nog •h4t lustelooze karakter Jbehoudeu, dat reeds
langen tijd getoond werd.
De verkoop dhor de Export Vereeniging valT meer clan de
lielft van dat gedeelte van den Cuibaansehen oogst, letovelk
hesteand is voor landen buiten de V. S., veroorzaakte slechts
ddn dag een iets vastere stemming.
Op de termijnmarkt te N e w Y o r k biok’kelden prijrten geregeld af, zoodat de slotnoteeringen ongeveer 12 punten beneden het slot der algeloopén week lagen.
De ontvangsten in de Atlantische havens der V. S. be-
droegen deze week 4,6.000 tons,- de versmeltingen 48.000.
tons tegen 41000 tons in 1927 en de voorraden 170.000 toiis
tegen 153.000 tons.
Voor pro.m.pte Cu’basinker daalden pijizen langzaam tot
d,e. c. & fr. New York.
De laatste C u ii •a-statistiek is als volgt:

1928

1927

1926

Tons

Tons

Tong
(Jubaansche prod. tot 3111 .

815.376 1.067.758
Weekontv. afscheephavens

113.462 173.157 194.324
Totaal sedert 111 tot 281 ….

140.269 . 451.595

732.378
Werkende fabrieken

162

171

172
Weekexport …………….28.380

82.453

97.081
Totale export 111 tot 2811

29.992 152.913 376.794
Voorraad afscheephavens ..

177.801

318.279 364.q30
Voorraad Binnenland – 356.781 320 380
De Ouhaansohe Ex.portvereeniging verkocht uit den dit-
jarigen oogst tot 2 Fobruari in totaal 371.000 toris naar
landen buiten de V. S., waarvan ongeveer 332.000 tons naar
Europa. Thans zijn dus nog 229.000 tons (uit de 600.000
ton-s) voor dit doel beschikbaar.
F. 0. L i oh t geeft in zijn rapport d.d. 31 Januari geen
nieuwe gezichtspunten omtrent den Europeesehen bietsui-
keroogst. Zijne nieuwe raming vooi oogst 1927/28 is met
een totaal van 8.068.000 ton-s
(mcl.
Rusland met 1.500.000
tons) 60.000 tons lager gegrepen dan zijne vorige raming,
welk verschil het gevolg is. van de lagere ramingen voor
België, Polen en Groot-B-rittannië met reap. 20.000 tons,
m
25.000 tons en 15.000 tons in-der. i)e Zichtbare voorraden zijn volgens Czarniko’w:
192728 19z6/27 1925126
Tons Tons Tons
Duitschland 1 Jan . …….. 1.220.000 1.177.000 1.207.000
Tsjechoslowakije 1 Jan . …. 846.000 611.000 934.000
Frankrijk 1 Jan…. …….

587.000 547.000

487.000
Nederland 1 Jan . ……….

193.000

238.000

170.000
België 1 Jan . …………..

183.000

137.000

223.000
Polen 1 Jan . …………..

293.000

291.000

289.000
Engeland 1 Jan. geïmpt. suiker 224.000 353.000 432.000
Engel. .1 Jan. Binnenl. suiker

54.000

27.000

Totaal Europa

3.600.000 3.381.000 3.742.000
V.S. Atlant. havens 1 Febr

170.000 153.000

52.000
Cuba 28 Jan . …………..

178.000

318.000

364.000

Totaa. ………………… 3.918.000 3.852.000 Ll58.000
De termijnmarkt in L o n de n sloot deze week op prij-zen welke tusscihen 1Y d. en 4
1
/2
d. beneden het slot der
voorafgaande week lagen..:
Op Java verkocht de V.I.S.P. uit oogst 128
de aige-

loopen week 10.000 tous No 16 &[hooger tot
f
14,-
per 100
KG. en het restant (max.!3.000 tons) melassesuiker No. tO
&/hooger tot

f
12. De markt voor tweedehands suiker was
over het algemeen lusteloos en prijzen -brokkel-den in den
loop der .eek pligeveer
f 1
af.
.E[ i e r t e 1 a ii cl e liepen prijzen gedurende cle afgeloopen
week tusschen
f
en
f
% tei-ug. De markt sloot op de
volgende noteeringen:
Mrt. f17,-; Mei
j
171/t
;
Aug.
f 17%;
Dec.
f
17%.
De omzet bedroeg deze week ongeveer 3800 tons.

KATOEN.

Marktberjcht van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons.

Manchester, d.d. 1 Februari 1928.

De Aniei-ikaansche k-atoenmarkt is rustig en prijzen blij-
ven dalen. Over de vooruitzichten van den nieuwen oo4t
wordt niet ongunstig gerapporteerd, hetgeen, mede in ver-
band net een verwachte aanzienlijke uitbreiding van de
beplante oppervlakte, een dalen

den invloed op prijzen heeft. N.oteeringen voor Egyptische katoen zijn eveneens ge:laald,
doch verbruikers rapiorteel

en, dat indien werkelijk katoen
verlangd wordt, de .hasi•s slechts weinig verlaagd wordt.
Loeo-verkoopeu in Liverpool bedroegen iiii de -afgeloopen
week slechts 42.000 balen.

De stemming in de .cmer.ikaansche gareitinarkt -is verre
van rooskleurig. Lagere katoenprijzen ihouden zaken .tegen
en de meeste epinners rapporteer-en, dat erin alle num-
mers, zoowel twist als wef t, slechts weinig verkocht is;
daar staat tegenover, dat het wel merkwaardig is, dat meer

dere ,,salesnien” gistei-en zeer tevreden ivaren met de tot
stand gekomen transacties. De grootste omzet was in
cl-hooty gnrens, doch de geaecepteerde prijzen warén zeer
onvol-dloe
/1
-de voor den spinner. E-enige posten werden voor Indië afgesloten en ook enkele flinke hoeveelheden in buii-
delgarens voor den Levant, doch de omzet was over het
algemeen gering. Ook in Egyptische garens worden slechts
• weinig zaken gedaan, hetgeen men voornamelijk aan de
flauwe stemming van het ruwe materiaal toeschrijft. Naar
getwijnde garens bestaat weinig belangstelling en de om-
zet van alle soorten gar-ens gedurende de maand Januari
is onvoldoende geweest.
Ten gevolge van de dalende kato-enmarkt, is er ook in manufacturen deze week weinig omgegaan. Wel kunnen
anteeringein zich over het algemeen vrij goed handhaven,
zoo-dat de algemeene positie niet noernenswaa.rd veranderd
is bij een week geleden. Ovenzeesohe koopers houden zich
momenteel liever nog wat afzijdig, ten einde den loop der
kato-enmarkt af te wachten. De vooruitzichten in China
schijnen ivat gunstiger te zijn, tew’ijl er ook een goede
Plaag van Indië bestaat, hoewel Calcutta zeer -kalm is en
ih aan haar besluit houdt om uit de markt te blijven
voor -na-seizoen verschepingen. Ook voor de Straits en Ran-
goon gaat weinig om.
-:
Liverpocinoteeringen

Oost. koersen 24Jan.31 Jan.
25Jan. 1Feb. T.T.opBr..Indië 1/6.’ 116
F.G.F.Sakellaridis 17,10 16,80 T.T.opflongkong vac. 210)
G.F. No. 1 Oomra 7,50 7,20 T.T. op Shanghai vac. 27

KOFFIE.

De markt bleef in de argeloopen iveek onveranderd vast
gesteni:l, doch de afzet was over het algemeen genomen wei-
nig bevredigend. Reeds sedert Vrij geruimen tijd heerseht
een merk-bare looniheid, die aanleiding is, dat zaken van
beteekenis slechts -sporadisoh voorkomen. Even-als in de vo-
rige weken bepaalde de afzet zich ook nu bijna uitsluitend
tot za-ken, welke noodig waren ter voorziening in directe
behoefte, hetgeen feitelijk niet anders dan natuurlijk

is,
daar de toestitnel van de koffiemarkt door liet ingrijpen van
Brazilië in alle opzichten kunstmatig is en al mogen cle
resultaten van de Braziliaansche prijspolitiek zeker voor

deehig zijn voor de producenten (-het allervooi-deeligst na-
tuurlijk voor de producenten in de andere landen, daar dezen
mede ruimschoots van de lusten der valori-satie genieten en
niets van de lasten hebben te dragen), op den handel werken
-zij ten slotte hevig belemnierend.
De kost- en vracht.aanbiedingen van $antos bleven, be-
houdens kleine schommelingen, v-rjivel geheel onveranderd,
(lie van Rio liepen ongeveer 1/- op. Ook Nederlandsoh-Indië
bracht in de Palemang-o.ffertes feitelijk geen verandering.
Aan de termijn-markt liepen de noteel-ingen in navolging
vail New York langzaam doch regelmatig op, waardoor hij
Ifet afsluiten van dit bericht de noteeringeii
5.
7/
ct.
Itooger zijli dan een week geleden.


])e dezei- dagen verschenen Statistiek van de Firma G.
Duuring & Zoon te Rotterdam geeft aan, -dat in Januari de
aanvoer geweest is s-Is volgt:

142

ECONOMISCH.STATISTISCHE BERICHTEN

8 Februari 1928

Totaal,,..

2.107,0u0

1.759.000 2.026.000

Vanaf 1 Juli tot 1 Fchruari waren de Aanvoeren in
Europa en in Amerika tezamen dit seizoen 12.961.000 balen
-tegen 12.618.000 balen in 1926/27 en 11.809.000 balen in
125/’26, terwijl cle Afleveringen bedroegen 1.3.1 08.000 halen
tegen 11.768.000 balen in 1926/27 en 1.2.123.600 halen in
1925126.
De zichtbare ivoorraad was op 1 Fchruari in ‘E&iropa
1.621.000 balen tegen 1.648.000 balen op 1 Januari. In Ame-‘
rika bedroeg hij 782.000 balen tegen 768.006 balen op 1
Januari. In Europa en in Amerika tezamen was de zicht-
bare voorraad dus op 1 dezer 2.403.000 ‘balen tegen 2.416.000
balen op 1 Januari. Hij bedroeg op 1 Februari 1927 2.471.000
balen en op 1 Februari 1926′ 2.087.000 balen.
De zichtbare vereldvoorraic1 was op 1 Febivari 5.010.000..
halen tegen 5.268.000 balen op 1 Januari en 4.834.000 balen
verleden jaar (in deze rijders zijn niet begrepen de voorra-
den in het binnenland van Sao Paolo, waarvan het cijiei-it

van 1 Februari nog niet bekend is, doch die op 1 Jamnari
he:lroegen 13.120.000 balen en op 1 Februari 192
2
7 5,344.0001
balen).
De prijzen van gewoon goed beschreven Superior Sautos
op prompte verscheping zijn thans ongeveer 98/. t 9916 per
,

ewt. en van dito Prime ongeveer 1021- t 103/., terwijl zij
van Rio type New York 7 met besohrijving, proznpte ver-
seheping, bedragen 68/9 t 6916.
Van Robusta op afladin.g van Nederlanclseh-Indië zijn de. prijzen in de eerste hand op het oogenb’lik:
Palem’bang Robusta, Januari-versoheping, 33
3
/8
ct.; Pa-‘I
lembang Robusta, Februari-vers’cheping, 3314 ct.; Benkoe-,
len Robusta, Febr.fMaart-verschepin.g, 354 ct.; Mandheling
Rol usta, Febr./Maart-verseheping, 3SY
4
cl,., alles per 4 KG.
cli, uitgeleverd gewicht, netto contant.
De officieele loco-noteering bleven onveranderd 60 et. per
1
/2
KG. voçr Superior Santos en 46 et. voor Robusta.
t
De noteeringen aan cle Rotteedanische termijnmarkt wa-
ren a/rn de ochtend-call als volgt:

ding gaf, was de vrij sterk verminderde rvoorraad in het
‘Pliee-Etablissemeut te Amsterdam.
Tegenover aanvoeren in Januari ten bedrage van 24.65:6
kn. stonden afleveringen van 9.661. k., zoodat de voorraad
terug is gegaan van 64.667 kIL Neci. Indische thee tot 59.662
kii. Deze voorraad is thnns bijna 1.4.000 ki,. lager dan een
jaar geleden.
Amsterdam, 6 Februari 1928.

VRACHTENMARKT.

Vaii de Nooi

d-A.meri.kaansche graanivrschtennla.r’kt kan
nog geen verbetering worden vermeld, ofschoon tle vrachten
iets vaster zijn dan de vorige week. Dit is echter alleen
aan de flinke vraag naar ‘ tonnage voor suiker vati Citba
toe te schrijven. Van de Northern ilaago werd een kleine
boot gedaan naar Griekenland
i)ei’
Februari op basis
VaII
319 per qtr. naar édn haven en eed spotprompte boot naar
West-Italië qp.basis vmi 16 cents per 100 1bs. Van St. John
N.B. is nog eenige vraag naar de Middellandsche Zee en
er werd een boot van.mid’delmatige grootte hevraht voor
begin Maartbelading tegen 16 cents.
Voor suiker van West-:tnclië was een vaste vraag naar
tonnage naar de gebruikelijke UK/Continent havens per
Februari en Maart, en er iver’clen deze week 18120′ booten
‘hevracht. Van Cuiba naar UK/Continent twerd 17/- betaald
voor booten van 4500/9500 tois. Tegen het einde der week
was de maakt iets kahner en een boot van 6400 tons naar
Rotterdam direct werd bev.raeht tegen 1613.
De North Pacific was practisch geheel zonder vraag naar
tonnage voor graan en de eeiiige ‘bevradhtirig was voor
een geannuleerde charter voor ca..7000 to..Ii:s, :1/1.5 Februari..
van Vancouve.r
naar’
UK/Continent tegeii 301- niet de
usantieele reductie van 6 cl. voor Anisverpen/.ltotterdzeu, op
Ide Portlaad belad’ing.tegeu 113 d. rietra.
De markt viur de La Plata was gedrukt. Een aantal ge-
reed liggende ladingen zijn nog onverkocht en de vraag
naar graan blijft gering. Reedcrs van .ballastto.nnage wilden
hevrachten, waardoor de vra0hten nog verder gezakt zijn.
18/6 is ‘geaccepteerd van 13aJua Blanca naar Antwerpen/
Hamburg range met 0 d. reductie voor Antwerpen of Rot-
terdam, ‘per Februari, en 201- van boven La Platahavens
naar UK/Continent voor dezelfde positie.
De ohilisalpeterv.raohtenniarkt WaS zeer flauw gestemd en
cle vrachten zijn op een nog Ingci’ peil gekomeil onder den
invlec1 van de thnismar.kt van La Piata. Een 8000 tonner
is gedaan per begin Maart op basis van 2613 naar Boi’-
cleaux/ITa.mburg range, 2713 Noord-Spanje, 2819 Miciclelland-
sehe Zee en 2919 Alexan’drië. Op dezelfde basis is een 7000
tonner bavr acht, doch o]idank’s’ ‘het feit, dat meer tonnage
tegen deze vrachten kan worden opgenomen blijken he-
vrah.ters niet in staat ‘van de gelegenheid gebruik te
maken..
De oostelijke alcleelingen werden nog kalmer. V’an Wla-
diavostoek is de eenige bea’rachting, welke vorige week tot
stand kwam, een 7.500 tonner per 5/20 Maart naar Havre/
Hamburg range tegen 3.2/9, optie Liverpooi, Avonmout’h
Huli of Scandinavië tegen. 34/-. Van de Philippijnen werd
een Februariboot bevraciht naar de Middellandsche Zee/
Continent op basis van 321- per 60 kubieke voet. Van West-A,ustralië naar de Micl’dell aticisehe Zee/U.K.fContinent werd
een 9000 tonnër gedaan tegen 311- basis 1 loshaven.
De Donau is nog steeds gesloten, terwijl van de Zwarte Zee weidig vraag was. Van ‘de Middellancisehe Zee werd
flink erts bevracht. E’r werd om. ‘betaald: Melilla/Mid’clles-
.br:ough 71-, Port Larratfh[Rotte.rdam 616, Marbella/Rotter-
dam 519, ‘Seriphos/Rotterdam 61., Morphou Bay/Stettin 1016.
Voor fosfaat werd van Bougie naar Vlaardingen 617 be-
taald, S’faxlNantes 5/3 en Bon a/Daneig en Memel 8/-. De
vrachten van de. Golf van Biscaye ‘zijn vaster.
De uitgaande kolenvraehten van Engeland naar de Mici-‘dellandsche Zee zijn iets zwakker geworden, daarentegen
‘zijn de vrachten naar ‘Zuici-Amerikaansche havens iets ge-
stegen. Van Wales werd om. ‘betaald: Rouaan 3/-, Gibraltar
71-, Pirae.us 1111V2, Las Palmas 81-, Rio 11/- en Buenos
Aires 1213 en van de Oostkust: Hamiburg 4/8, Antwerpen.
219, Genua 816, Port.Sai.ci 10]-, Las Pa’I’mas 8/-.

RIJN VAART.

Week van
29 Januari t/in. 4 Februari 1928.
De aanvoeren van zeezijde ‘bleven onveranderd. Scheeps-
ruimte zoowel naar den Boven- als naar den Benedenrjn
bleef voldoende beschikbaar. De vraag bleef, met uitzonde-
ring voor erts naar Dortmund, gering. De vrachten bedroe-
gen: voor erts naar de Ru.hrhajven,s
f
0,35 met
V2
en
f
0,45
met
V2
lostijd; naar Dortn’iund/Hardenbcrg: f1,30 met >
en
f
1,40 met
4
lostijd; naar den Bo’venrijn: ca.
f 1,-
per last ‘met verkorten lostijd. Het sleeploon werd genoteerd
volgens het,
f
0,30
t
ƒ
0,32y
2
tarief.

1928
1927
1926
balen
balen
balen
in Europa

.
…………
1.011.000
722.000′
621.000
Ver.tatenv.Amerika
1.083.000
1.033.000
968.000

Totaal….
2.094.1100
1.755.000
1.589.000
De Afleveringen in Januari waren:’
1928
1927
1926
balen
balen
balen
in Europa

…………
1.038.000
763.000 855.000
Ver. Staten v. Amerika
1.069.000 996.000
1.17 l.000.

Santo-contract

Gemengd contract
basis Good

basis Santos Good

M rt.
1
Mvi
1
Sept.1 Dec.
11
Mrt.
1
Mei
1
Sept.I Dec.

7′ Febr.

4871,47

46

42

4151 40

918
31 Jan.

4871
8
47

46

417/
8
40%
3918
3871
8

24

4871
8
47

46

– 42% 41%
40
M
39
18
17 ,,

48
1
1
8
47

46

4271
8
42

4071
8
4011
8

De slot-noteeringen te New-York van het aldaar geldende
gemengd contract (basis Rio No. 7) waren:

Maart i

Mei

1
Sept.
1

Dec.

6 Febr. …… .$ 13,80

$ 13,63

$ 1,30

$ 13,17
30 Jan.

……
.,, 13,61

,, 13,44

13,17

13,06
23

13.62

13,42

13,18

13,10
16

13,85

,, 13,68

,, 13,35

,, 13,27

Rotterdam, 7 Februari 1928.

THEE.
Op den 2en dezer vond alhier een theeveiling plaats, die
een aanbod te’ zien gaf van ruim 17.000 kn. Ned.-Indisohe
thee. Het was een geluk, dat Londen, na 2 weken lang een
flauwere markt te zien te hebben gegeven, in de vorige
week weder vast aflovani met goede ‘belangstelling van koo-
perszijde, zooclat de prijzen zich over het algemeen niet
alleen ten volle konden handhaven, doch in doorsnede ruim
Y
d. per l’b. konden verbeteren.
Dit gaf vertrouven aan de gegadigden op de Amsterdam-
sche veiling en er viel dan ook goede ‘kooplust waar te
nemen – vooral van binnenlandsdhe zij:de – op het ietwat
verlaagd prijsniveau.
Gemiddeld bewogen de prijzen zich 2 t 5 ets. beneden
clie der vorige veiling, terwijl stof en kleingruisige theesoor-
ten meestal nog een grooteren teruggang te boeken hadden.
De gemiddelde veilingsprjs stelt zich op 81 ets, per h.KG.,
een prijs die ongeveer 36 ets, lager ligt dan die der vorige
veiling.
Een omstandigheid, die mede tot goeden kooplust. aanlei-

Auteur