Ga direct naar de content

Jrg. 11, editie 557

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: september 1 1926

1 SEPTEMBER 196

AUTEURSRECHT VOOR.EHOUDEN

Economi*sch~Statistische

Beri*chten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, N!JVERHEID, FINANCIÈN EN VEFKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJN VAART

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

11E JAARGANG

WOENSDAG 1 SEPTEMBER 1926

No. 557

INHOUD.

BIz.
ZWITSER SCH EN NEDERUANDSCH SPOOR WEGVERSL AG 1925
II (Slot) door
Jhr. Ir. J. A. van Kretschmar van Veen
766
De Belasting-Ontwerpen Colijn-De Geer IV (Slot). De
Weeldeverteringsbelasting door
Prof. Mr. M. W. F.
T
reub ……………………………………
767
De Landbouw in Groningen door
Dr. G. Minderhoijd
770
Het vreemde Element in Nederlandsch-Indjë door
Prof.
Mr. E. }reStra …………………………….
771
Belastingriucht door
Mr. Dr. C. Sleeswijk ……….
77].
BUITENLANDSCHE MEDEWERKING
De nieuwe Deviezenpolitiek van de I{ijsbank door
Dr. F. H. Repeline ……………………….
772
De plannen van Poincaré; de Schatkist; de Handels-
balans door
Prof. Bertrand Nogaro …………
773
iets over Scheepsbouw en çver (le Assurantiemarkt
door
L. J. Reid …………………………
775
AANTEEX EN IN GEN
Bevolkingsrubber en arbeiderstekort in Djambi; de
N. 1. A. M.; de emigratiepolitiek der md. Regeering
775
Kosten van het levensonderhoud bij arbeidersgezinnen
te Amsterdam …………………………..
776
Drie jaren Oostenrijksche Nationale Bank ……..
778
INGEZONDEN STUKKEN: De Pandbrieven onzer Hypotheekbanken door
Mr.
A.
J. S. van Lior

……………………….
779
BOEKAANKONDIGING:
L. J. Vleming: De Tabakicultuur in Nederlandsch-
Indië, bespr. door
Mr. R. J. Boot …………..
779
MAANDCIJFERS:
Emissies in Juli
1926

………………………780
Rijkspostspaarbank ……………………………
780 Giro-omzet bij De Nederlandsche Bank …………780
Postchèque en Gij-oclienst ……………………
781
SrATIs’CIEKEN EN OVERZICHTEN..

.. …
781-788
Geldkoersen.

Bankstaten.

Goederenhandel.
Wisselkoersen.

Effectenbeurzen.

Verkeerswezen.

EGONOMISCrt-STATJS’rJScjjE BERICHTEN.

COMMISSIE VAN ADVIES.
Prof. Mr. D. van Blom; J. van Hasselt
;
Jhr. Mr. L. ii. van
Lennep; Mr. K. P. van der Mandele; Prof. Dr. E. Moresco;
Mr. Dr. L. F. .11. Regout; Dr. E. van Welderen Baron
Rengers; Prof. Mr. II. R. Ribbius; Jan Schilthuis; Mr.
Q. J. Terpstra; Prof. Mr. F. de Vries.
Gedelegeerd lid: Prof. Mr. G. M. Verrijn Stuart.
Redacteur-Elecreta’ris: D. J. Wansink.
Secretariaat: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 3000. Postrekening 8408.

Abonnenientsprjs voor het weekblad franco p. p. in
Nederland
j
20,—. Buitenland en Koloniën
f
23,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het
Instituut ontvangen liet weekblad gratis.

.é.tdvertent jas
f
0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement
volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver-
tenties: Nijgh d van Ditm er’s Uitgevers-Maatschappij, Rot-
terdam, Amsterdam, ‘s- Gravenhage. Postchéque- en giro-
rekening No. 6729.

31 AUGUSTUS 1926.

Bij het naderen van ‘cle maandwisseling werd het
aanbod van geld op langen termijn nog iets meer
terughoudend. De rente voor particulier disconto steeg
daat-cloor reeds in het begin des- week tot 2
7
/ pOt. Geld
bleef echter op dien
prijs
verder vrij ruim aangeboden,
zoodat daarmede, ondanks een verdere stijging van

het particulier disconto in New York en Vrij stijve

geidkoersen in Londen, waarschijnlijk voorloopig het

hoogste punt wel zal zijn bereikt. Ook de prolongatie-
rente werd nog iets vaster, meestal werd 2% pOt. of

2% â 3 pOt. genoteerd. Daarentegen bleef ook deze
week callgeld nog zeer sterk aangeboden.
* *
*

Op den weekstaat van De Nederlandsche Bank
blijkt de post binnenlan.dsche wissels met
f 0,’?
mii-
lioen te zijn toegenomen. De beleeningen geen een
vermindering van
f
5,3 millioen te zien. Het rente-
loos voorschot aan het Rijk steeg met
f 10,6
millioen.
De voorraad gouden munt en de zilvervoorraad
daalden resp. met
f
200.000 en
f
300.000. De post
papier op het buitenland vertoont een teruggang van
f 1
millioen, terwijl •de ‘diverse rekeningen onder het
actief zich
f
8 millioen hooger stelden. De oiljetten-
circulatie noteei-t
f
838 millioen tegen
f
810,6 mil-
lioen op den vorigen ‘weekstaat. De rekening-courant-
aldi daalden met
f
15,6 millioen. Het beschikbaar
metaalsaldo noteert
f
3 millioen lager dan verleden
week. Het ‘dekkingspercentage bedraagt 51.
* *
*

De wisselmarkt was zeer stil. Het hoofdpunt was de
onafhankelijke ‘beweging van de Mark, die nu, daar
de Rijksbank niet langer de aangeboden dollars tot
den vastgestelden koers opnam, maar denhandel erin
geheel vrijgaf, voor het eerst haar eigen loopbaan ging

inslaan. De koers steeg ‘dientengevolge vrij snel tot
59,52, maar kon later, toen aan de ergste geldbehoefte
hn den ultimo was voldaan, weder tot 59,45 terugloo-
pen. Dollars waren vast in verband met ‘de vermin-
.dering van ‘de•geidruimte in New York. De koers
‘teeg van 2,49
7
/io
tot 2,49
5
/s. Pon’den waren aanvanke-
lijk eveneens vast, maar de voorbereiding voor den
ltimo en ‘het aan’bocl uit New York ‘deed ‘den koers
later weder iets tei-ugloopen. In franken ging bijzon-
der weinig om, ‘de koersen waren echter zeer prjshou-
lend; flauw geopen’d op ca. 1,06 en 6,77 *erd aan het einde das week weder 1,20 en 6,90 betaald. Hetzelfde
gold ook voor Lires. Van de overige koersen valt alleen
nog te vermelden een flauwe stemming aan het eind
‘der week voor Madrid, waardoor de koers gisteren
weder op 38,05 kwam, zoodat de geheele stijging van
de vorige iberichtsweek weder verloren ging.

LONDEN,
30
AUGUSTUS
1926.

Zooals verleden week was er gedurende de eerste
paar dagen groote vraag naar geld, zoodat een klein
bedrag van de Bank van Engeland geleend moest wor-
den.’ In de laa-tst6 dagen der week werd de testand
veel gemakkelijker.

Treasury Bills noteerden 4hh/16_23132 en 3-maands
“wissels 4
5
/s, terwijl de vraag van buitenlan’dsche zijde
– steeds blijft voortduren.

De buit’enlandsche wisselmarkt is erg stil. In ver-
band met ‘den vasteren Dollarkoers is de prijs van
gilt edgedfon.dsen iets gemakkelijker geworden.
Dollars en Guidens sluiten op resp. 4,85% en
12,11%.

766

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 September 1926

ZWITSERSCH EN NEDERLANDSCH

SPOORWEGVERSLAG 1925.

II
(Slot.)

Na de behandeling der opbrengsten thans nog en-

kele beschouwingen over de uitgaven.

De
Exploitatiekosten.

Het verloop hiervan was:

Zwitserland.

Nederland.

per

Expi.

per Expi.

KM. coëfficiënt

KM. coëfiic.

f

f

010

f

f

°Io
1921 170.959.000 59.320 96,59

194.126.000 53.104 99,95
1922 156.856.000 53.315 91,14

172.656.000 47.031 98,46
1923 130.123.000 44.230 70,78

150.790.000 41.024 93 1924 136.016.000 46.232 67,25

130.381.000 35.779 78,1
1925 138.036.000 46.919 71,53

121.155.000 33.324 74,48

Terwijl in Zwitserland in 1923 het laagste punt

bereikt was en daarna weder een langzame stijging

intrad, ziet men in Nederland nog een voortdurende
vermindering. De laatste twee jaren zijn de kosten

– ook het absolute cijfer – geringer dan in Zwit-

serland. Zooals reeds meer opgemerkt, zijn ‘de cijfers
onderling niet geheel vergelijkbaar, omdat de wijze
van boeking ten laste van de exploitatierekening of

ten laste •der Winst- en Verliesrekening in beide

administraties niet altijd dezelfde is.

Sedert 1921 bedroeg de daling in Zwitserland bijna

f
33.000.000 of 19.3 pOt. en in Nederland bijna

f
73.000.000 of
31.6
pOt. De opbrengst vermeerderde
in •die periode in Zwitserland met bijna
f
16.000.000

of 9 pOt., terwijl zij in Nederland
verminderde
met

f
32.000.000 of 16 pOt. Het betere bedrijfsresultaat in
Nederland is dus uitsluitend te danken aan de bê-
sparingen op de exploitatiekosten.
Tegenover 1924 zijn de voornaamste verschillen

in •de on’derdeeleu der exploitatierekening:

Zwitserland

1924

1925

Minder

Meer

f

f

f

f
Personeel ….
105.063.000 106.142.000

1.079.000
Brandstoffen . 12.213.000

9.530.000 2.683.000


Electr. stroom

5.518.000

6.232.000

714.000

Onderh. bovenb.
6.593.000

7.306.000

713.000 Onderh.roll.mat.
17.486.000 21.198.000

3.712.000
In totaal
f
2.020.000
meer
of
1,49
0
/0.

Het groote verschil bij onderhoud rollond materieel wordt verklaard door de aanzienlijke afschrijving we-
gens buitendienststelling, die in Zwitserland, anders
dan in Nederland, ton laste der exploitatierekening
wordt gebracht.

Nederland

1924

1925

Minder

Meer

f

f

f

f
Personeel ….
96.141.000 93.561.000 2.580.000


Brandstoffen
. 11.013.000

7.884.000 3.129.000


Mater. bovenb.

4.125.000

3.189.000

936.000


Onderh.roll.mat.
6.813.000

5.562.000 1.251.000


In totaal
f
9.226.000
minder
of ruim
7
0
/0.

Opmerkelijk is, dat in Zwitserland de uitgaven

voor personeel blijven stijgen. Dit wordt toege-
schreven aan de vermeerdering in verband met uit-
breiding van den dienst en ‘de periodieke loonsver

hoogingen. De getalsterkte vermeerclerde met 249 man.

In Nederland daarentegen
blijven
de personeelkos-

ten voortdurend dalen. De getalsterkte verminderde
met 1810 man, niettegenstaande toch ook hier een
uitbreiding van den dienst plaats vond. Onder de
kosten is nog begrepen een groot bedrag aan wacht-
gelden aan ontslagen personeel. Sedert 1921 vermin-
derde het personeel in Nederland met niet minder dan 10.562 man, in Zwitserland met 4030. De sterkte was
in 1925 in Zwitserland 34.396 man, in Nederland

40.516.
Wanneer men aanneemt, dat de personeelsterkto,

eenig verband ‘dient te houden met den omvang van
den treindienst, dan ziet men in Zwitserland 1.07 man
per 1000 treinkilometer tegen 0.89 in Nederland. Om uit een ‘dergelijke vergelijking een juiste conclusie te
trekken, zouden velerlei factoren in aanmerking be-

hooren te worden genomen, maar men kan er toch

wel een ‘aanwijzing in zien, dat in’ Nederland op dit
grootste onderdeel der exploitatie scherp wordt ge-

let. In beide landen
zijn
de personeeluitgaven onge-

veer 77 pOt. ‘der exploitatiekosten.

Bij’ de vermindering der uitgaven voor brandstof-
fen namen in Zwitserland de uitgaven voor electrici-
teit toe. De ‘gemiddelde prijs ‘der steenkolen daal’de

van
f
26,30 tot
f
22,40 per ton. In Nederland was de

prijs voor tractiedoeleinden
f
11,33 tegen
f
15,66 in

1924.

Met ‘de electrificatie was men in Zwitserland zoo-

ver gevorderd, dat ongeveer
Y3
van den ‘dienst elec-

trisch werd uitgevoerd. Nog steeds wordt van een

beter gebruik der electrische centrales een verlaging

der kosten verwach’t. In het verslag komt het vol-

gende staatje voor, dat ik ook het vorige jaar met
eenige opmerkingen overnam.

Kosten per treinkilometer in centimes.
stoombedrijf electrisch bedrijt
centimes

centimes
Brandstof v. locomotieven

88.33
Electrische stroom

107.12

Ouderh. locomotieven en tenders

105.41

11

electr. motormaterieel

42.60

193.74

149.72
tegen in
1924

166.58

182.04

Hieruit zou een zeer gunstige wending blijken voor

het electrisch bedrijf, dat nu voor ‘t eerst goedkooper
is ‘dan stoomtractie. Men moet echter in aanmerking

nemen, dat onder het bedrag voor onderhoud locomo-
tieven, ‘de afschrjving wegens buiten’diens’tstelling is
begrepen, welke uiteraard
bij
het nieuwe electrische

materieel nog niet voorkwam. Laat men die af-
schrijving, die juist in 1925 bijzonder hoog was, er
buiten, dan wordt het totaal voor het stoom’bedrijf
teruggebracht tot 136.45 centimes. Het vorige jaar
1)

gaf ik de redenen op waarom slechts op den duur een
juist oordeel zal kunnen worden gevormd, doch wel blijkt reeds nu, ‘dat de stroomkosten zich in dalende
richting ibewegen:
Stroomverbruik

Kosten ‘ per K.W.U.

voor tractie

francs

centimes
K.W.U.

1924 ……….132.448.981

11.035.314

8.33

1925 ……….177.284.134

12.463.895

7.03

De kosten, ‘die voor electriciteit worden opgegeven,
omvatten de levering van den stroom
bij
het verlaten
der centrale, benevens rente en afschrijving, exploi-
tatie en onderhoud van de leidingen en de onder-
stations.

De kapitaaluitgaven in Zwitserland bedroegen per
saldo bijna
f
52.000.000,
waarvan pl.m.
f 20.000.000
voor electrificatie en pl.m.
f
18.000.000 voor rollend
materieel.
Bij
de Nederlandsche Spoorwegen waren de
kapitaaluitgaven ruim
f
21.000.000,
w’aarvau echter
ruim
f 11.000.000
diende voor den aankoop van eigen-

‘dommen en materieel van spoorwegen, die bij de Maat-
schappijen in exploitatie waren, zoodat de ‘kosten daar-
van reeds op andere wijze werden gedragen. Door
deze transacties, alsmede door ‘de conversie en aflos-
sing van leeningen, was het gezamenlijk rbedrag aan
huren en uitkeeringen voor gebrui’k van spoorwegen
en materieel en i’nterest per saldo ruim
f 2.000.000
lager dan het jaar tevoren.
* *
*

Hierboven werd melding gemaakt van ‘de wijzigin-
gen, die de bedrijfsrekening der Nederlandsche Spoor-
wegen in 1925 onderging ten gevolge van een nieuwe
overeenkomst met den St’aat. Het is hier de plaats
daarvan iets meer te zeggen.
Nu sedert 1921 de spoorwegen feitelijk – door •de


divi

dendgarantie – voor rekening van den Steat wor-
‘den geëxploiteerd, was het mogelijk sommige ‘gevol-
gen van de spoorwegovereenkomsten van 1890, die
de spoorwegrekening onzuiver maakten, te •doen op-

1) Op .p. 801
in het No. van
16
Sept.
1925.

1 September 1926

ECONOMISCH-STATITISCHE BËRICHTEN

767

houden. Daartoe behoorde in de eerste plaats het

gratis diensten bevijzen aan den Staat en wel als
voornaamste het kosteloos vervoer van de brieven-
post. Sedert 1 Ja.nuari 1925 wordt daârvoor een ver-
goeding gegeven, •die geaciht wordt, ‘de kosten te dek-

ken. Van de op deze wijze verkregen vermeerdering

van opbrengst werd gebruik gemaakt, om de afschrij-
vingen op een juister basis te regelen. Bij de

overeenkomsten van 1890 werd aangenomen, dat de
Spoorwegen eigendom van dan Staat waren en in

huur aan de Maatschappijen waren gegeven. Bij goed
onderhoud kon gezorgd worden, dat zij bleven in een
toestand, waarin bij voortduring aan hunne bestem-

ming kan worden vldaan; slechts op het rollend
materieel was een jaarlijksche afsc’hrijving voorge-
schreven van 14 pOt. op cle aanschaffingswaarde,

benevens de restant boekwaarde van het buiten ‘dienst

gestelde. Expioitatieinrichtin gen werden afgeschreven

bij buitendienststelling, terwijl overigens van den
spoorweg (aardenbaan, kunstwerken en gebouwen) ‘bij

huitendienststelling zonder vervanging slechts de af-
braakwaarcie werd afgevoerd. De Maatschappijen had-
den er voor zich zelven geen belang bij meer af te
schrijven dan waartoe zij bij overeenkomst verplicht

waren, omdat, bij voldoend onderhoud en de voorge-
schreven afschrijvingen, de naastingsprijs haar voor

kapitaalverlies vrijwaarde en zij bij onvoldoende be-
drijfsresultaten zelven de naasting konden verlangen.
Was afschrijving op den Spoorweg noodig, dan bleef

die voor rekening van den Staat als eigenaar; in de
amortisatie van Staatsleeningen uit gewone middelen,
mag inderdaad voor een deel afschrijving ook op het
spoorwegkapitaal worden gezien, zij het ook dat ‘dit

niet was doelbewust en zonder systeem.
Door de overeenkomsten van 1920 hebben die naas-
tingsbepalingen haar kracht verloren; de belangen

van eigenaar en exploitant zouden niet langer ge-scheiden zijn en de gelegenheid ontstond om ‘het
spoorweghedrijf op een zuiver commercieele basis te

vestigen. Daartoe werden bij overeenkomst nieuwe
bepalingen gemaakt voor het aanleggen van afsc’hrij-
vingsrekeningen voor rollend materieel en exploita-
tieinrichtingen en van vernieuwingsrekeningen voor

gebouwen en kunstwerken.
Rekening houdende met den vermoedeljken ge-
middelden levensduur der verschillende onderdeelen

van den spoorweg, werden ‘de volgende afsohrjvin’gs-
percentages vastgesteld en in çle rekening van 1925

.toegepast:
2 pOt. van de locomotieven en motoren van elec-

trische en an’dere rijtuigen;
2 pOt. van de rijtuigen en wagens;
2X55 pOt. van ‘de exploitatieinrichtingen, en
0.66 pOt, van den spoorweg, voor een vernieuwings-
rekening van gebouwen en kunstwerken.

Het zal wel geen betoog behoeven, dat hiermede niet het laatste woord is gesproken op het stuk van
zuivering ‘der kapitaalrekening en dat gunstige resul-
taten van het bedrijf zullen moeten worden aange-
wend om zich door reserveeringen tegen toekomstige
waardeverminderingen en verliezen sterker te wape-

nen. Daarbij zal ook aandacht zijn te schenken aan de
vermindering der draagkracht van het bedrijf als ge-
volg van het optreden van concurrente vervoermidde-len te land, te water en. in ‘de lucht, waartoe de snelle
technische ontwikkeling van den ‘benzinemotor de mo-

gelijkheid heeft geschapen.
VAN KCETSOFIMAR.

Hilversum, Augustus 1926.

DE BELASTINGONTWERPEN COLIJN-DE GEER.
IV (Slot).

De 4Teeldeverteringsbelasting.

Na deklacht over de officieele taalverknoeiing,
volke ik aan het slot van mijn vorig artikel uitte,
kom ik tot de ,,weeldeverteri’ngsbelasting” zelve. De
heer Oolijn stelde voor, ‘de uitgaven, ‘die onder de hiet
of min’der noodzakelijke zijn te rangsc’hikken, te tref-

fen met een zegelrecht op den on’izet der artikelen,
wier aankoop hij als •een weelideuitgaaf opvatte, en

waaronder hij de verteringen in hotels en koffiehui-
zen begreep. De heer De Geer maakt daarin, afgezien
van ondergeschikte punten, twee wijzigingen.
Hij stelt voor de belasting op ‘den aankoop van

weeldeartikelen niet in de zegelwet op te nemen,

maar er een afzonderlijke heffing van te maken en

deze te doen
bij
de bron, namelijk ,,bij levering hier te

lande aan een kooper, door hen die de goederen ‘hier
te lande vervaardigen, bereiden of bewerken”. De

goederen, die onder de wet zullen vallen, zijn aange-
wezen in een daarbij behoorende tabel. Als comple-

mont van de heffing worden die goederen bij’ invoer

iiaet een bijzonder invoerrecht getroffen.
Het al of niet brengen van de voorgestelde heffing
onder de zegelwet is een bijzaak, ‘die wij kunnen laten
rusten. Overigens is de verandering in tweeërlei op-
zicht een verbetering. De lijst der onder de ‘belasting

vallende goederen ii in het nieuwe ontwerp verkleind, wat de toepassing vergemakkelijkt, of: wil men, min-

der moeilijk maakt. Voorts zal heffing bij de bron
den tusschen- en den kleinhandel van tal van lastige

formaliteiten ontslaan.
De bezwaren tegen de tabel der te belasten goederen
zijn intusschen door de verkleining van het aantal

artikelen wel verminderd, maar allerminst vervallen.
Zelfs afgezien ervan, dat verschillende der goederen,
die de tabel bevat, ook of voornamelijk in bedrijven worden gebruikt, komt hier het algemeene bezwaar,
waarop ik in mijn vorig artikel wees, sterk naar

.roren. De lijst ‘der te belasten artikelen is nu wel

korter, maar als gevolg daarvan ook onlogischer
geworden. Een eenvoudige damesmantel met een
goedkoopen bontkraa’g zal nu met 10 of
bij
invoer extra

met 12 pOt. worden belast. Een zijden luxe japon, die
misschien vier- of vjfmaal zooveel kost, gaat vrijuit.
En zou een met goedkoop bont gevoerde jas in ons
klimaat voor een aantal personen, als koetsiers en
chauffeurs, weelde zijn? Wel niemand, die het zal

villen beweren, Aardewerk voor huishoudelijk gebruik
is volgens het ontwerp weel’de, zoodra het is openge-
werkt of onder het glazuur is gekleurd. Deskundigen
hebben er reeds op gewezen, dat er goedkoop opengo-
werkt en duur glad en ongekleurd aardewerk voor
huiselijk gebruik wordt gemaakt. Welke borden en
serviezen worden verkozen, is grootendeels een kwestie
van smaak. Op het platteland en in ‘de huizen der
kleine luiden zal men bij voorkeur gebloenid aardewerk

vinden. Onder do ,,betere standen” veel meer glad
en ongelcleurd tafelservies voor dageljksch gebruik.
Alle lederen schoenen, die niet zwart van, kleur zijn,
worden luxe artikelen; maar ter zake kundigen we-
ten ons alweer te vertellen, dat er goedkoope ‘bruine
en dure zwarte lederen schoenen worden vervaardigd.
Het dragen van een bruinen schoen is op zichzelf nog
geen veelde. Met evenveel recht als hier onderscheid
,wordt gemaakt tusschen de zwarte en de bruine schoe-

‘non zou men
bij’
de wet kunnen decreteeren, dat een

bruine koe meer melk geeft dan een zwarte.
Het is niet noodig de lijst nog ver’der onder de
loupe te nemen. In verschillende adressen werd dit
reeds gedaan. Vrijwel geen enkel van de onderdeelen,
waaruit zij bestaat, is tegen critiek bestand. Gaat men
een vergeljki’ng maken tusschen de wèl en ‘de niet be-
laste goederen, dan wordt het nog erger. Welke wijzi-
gingen men ook in de tabel zou willen brengen; het
zou niet anders worden: Deze bezwaren gaan dan ook
niet tegen ‘dit speciale ontwerp, zij zouden, mutatis mutandis, gelden voor elke poging, om langs dezen

weg de weeldeuitgaven te treffen.
Bovendien is het in het stelsel van het ontwerp
‘noodzakelijk complement, dat de in ‘de
lijst
opgeno-

men goederen bij invoer met een bijzonder recht wor-
clan getroffen, lang niet zonder bedenking. Ik heb
hierbij niet alleen en niet in de eerste plaats op het
oog de protectie, die aan de binnenlandsc’he nijver-
heid zou worden vèrlend door het voorstel tegenover

ECbNOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 September 1926

de 10 procents heffing van binnenslands vervaardigde
goederen een extra-invoerrecht voor de in de tabel

voorkomende goederen te heffen van 12 pOt. Dit zou
het invoerrecht op die artikelen brengen op 20 pOt.
Het is niet twijfelachtig, dat zulk een hoog invoer-

recht belemmerend zou werken op den invoer zelf.

Ik stip dit hier voorloopig slechts aan. Zoo aanstods
ga ik, na ook de belasting op het hotel- en ‘koffie-

huisbedrijf te hebben besproken, nader op den invloed

in; dien de nieuwe belastingen op het zakenleven heb:
ben zullen.

Hiermede ben ik aangeland bij het ontwerp tot

‘aanvulling van de zegelwet met een hoofdstuk ,,Van

het zgelrecht van stukken, waarbij kwij’ting wordt

gegeven voor de kosten van verblijf en van vorterin-

gen in hotels, eethuizen en dergelijke inrichtingen”.

Dit recht zal 10 pOt. beloopen over het betaalde of
verrekende bedrag.

De heer De Geer heeft na kenisneming van de be-

zwaien tegen het voorstel van zijn ambtsvoorganger

geopperd, erkend, dat het verblijf in een hotel o
pension voor velen niet een kenmerk van weelde is. Hij stelt daarom voor, dat de goedkoopere hotels en
pensions en de ‘verteringen in de goedkoope±e koffie-

huizenrrij’ zullen blijven van de belasting. Het denk-

beeld verdient alweer toejuiching. Maar de uit-
voering?

Hotels, die
gemiddeld
niet ‘meer berekenen dan
f
2,50 per nacht zonder of
f
3,25 met ontbijt, en
pensions, die in totaal niet meer vragen dan
gemid-
deld f
35 per week zullen niet.ondei de belasting val-
len. Eveneens zal dit het geval zijn met restaurants,
die niet meer rekenen dan
f
1,50 per maaltijd, en met
koffiehuizen, ,,waar het bedrijf hoofdzakelijk is be-
perkt tot het schenken van dranken” tegen niet meer’
dan 25 cent per kop of glas.
Technisch is de regeling van deze vrijstellingen al
,

heel weiïiig gelukkig. Alleen die voor ‘de restaurants

is duidelijk. Waar de vrijstMling, zooals bij hotels en
pensions, afhankelijk is van
gemiddelde
prijzen, of,
zooals bi de koffiehuizen, van het
hoef dzaJelij1
schenken van goedkoopere dranken, zal zij aanleiding
geven tot allerlei verschillen tusschen de belasting-‘

ad.mini’tratie en de betrokkenen, en tot tal van on-

vermijdelijk willekeurige beslissingen. En hoe zal het
gaan met de koffiehuizen, waar in •den regel slechts
koffie, bier en jenever worden geschonken? Als er ‘in
zulk een’ koffiehuis nu en dan ook eêns een glas port
1

of sherry wordt gedronken, zal dit aan de ‘vrijstelling

geen ‘afbreuk doen. Waarschijnlijk zal ‘het ‘de bedoe-
ling zijn, .dat men er ook een broodje met vleesc’h,
ham •of kaas mag verstrekken. Ook eén croquetje of
een pasteitje? Zoo neen, dan is het plagerj’, en zoo
ja:’ waar is dan de grens? Zal het geoorloofd zijn

heele maaltijden te geven, teits deze maar niet meer.
‘kosten ‘dan
f
1,50? En wat zal het gevolg zijn, als er
zoo nu en dan een flesnh’ wijn of zelfs een flesch
champagne bij wordt verstrekt?

Dit brengt mij van zelf tot het hoofdbezwaar tegen
de voorgestelde vrijstelling. ‘Stelt men har te laag,

gelijk de he’er Ooljn deed, dan belast men verschil-
lende verteringen, ‘die allerminst uit weelde geschie-
‘den als luxe-uitgaven. Stelt men haar hooger, dan
maakt men een ‘onderscheid tusschen de verschillende
klassen van hotels enz., dat in •de practijk tot allerli

onbillijkheden, zoo niet tot geknoei aanleiding zal’
geven. Om
bij
de hotels te blijven; çleze •hebben alle
goedkoopere en duurdere kamers. De’ gasten, die een
duurdere kamer in éen goedkop hotel betrekken,
zullen, ook als zij’ er groote verteringen maken, bui-
ten de belasting vallen. De gasten, diè een kamer van
minder dan’
f
2,50 in een betei hotel bewonen, zul- –
len 10 pOt. belastiiig moeten betalen, ook al leven zij
er. zeer sober.

Men meené niet, dat .dit uitzonderingsgevallen zijn.
Allen, ‘die in de gelegenheid ‘zijn geweest van derge-
lijke dingen wat. te iien, zullen het er wel over eens
zijn, dat bezoekers van kleine hotels, ‘die niet gewend

zijn te reizen, als zij eenige dagen uit
zijn,
geneigd
zijn het ,,ervan te nemen” en groote, soms relatief

exorbitante, verteringen te maken. Dat is vaak be-
‘denkelij’ker danS weelde alleen, maar toch zullen ‘slemp-

partijen vrij blijven, als zij maar in een klein hotel
plaats hebben.

En is het ‘voorts niet onbillijk, ‘da.t de hotels, die

boven de grens van ‘de belastbaarheid vallen, hun gas-
ten 10 pOt. zullen moeten laten betalen voor kamers
van minder dan
f
2,50, en de hotels, die er onder zijn,
voor de kamers van moer dan dat bedrag niets zullen

behoeven te berekenen voor de ‘belasting? Waar blijft

bij zulk een regeling het uitgangspunt van d6 belas-
ting der ,,weeldevertering”?

* *
*

Doch n’u ‘de belasting zelve. Is zij een geschikt mid-

del tot belasting en indirect tot beperking der wee!-
deuitgav’en? Zal zij meér voor- dan nadeel toebren-

gen niet alleen aan de algemeene ‘volkswelvaart maar
ook aan de schatkist zelve? En indien deze vragen in
het algeteeen bevestigend moesten worden beant-

woord, is het dan thans ‘het geschikte oogen’blik om haai in te voeren?

Ik wil beginnen met de eerste vraag. Als onderdeel
van een eenigszins algemeene helasting op dergelijke
uitgaven kan zij’, afgezien een oogenblik van het be-

drag, waartoe zij in de voorstellen ‘der beide ministers wordt opgevoerd, in aanmerking komen. Als zoodanig

is zij dan bok door haar ontwer$rs ‘bedoeld. Na het

‘ongunstig onthaal, dat ‘de ,,weel’deverteringsbelasting”
blijkbaar bij de ‘Oommissie van voorbereiding uit de
Kamer heeft gevonden, is het intussc’hen zeer waar-
schijnlijk, dat .het ontwerp tot h’effing ervan het

Staatsblad niet halen zal. Men zal derhalve de hotel-
en koffiehuisbelasting als op zichzelf staande ‘hebben
te beoordeelen.

Tot liet nevendoel, de beperking ‘der weeldeuitga-
yen, zal
zij’
zeker niet bijdragen. Haar indirecte ‘wer-
‘ki’n’g in de richting ‘der bevordering van sparen en

kapitaliseeren is nihil. Maar nu haar hoofddoel, de
schatkist schadeloos te stellen voor ‘het verlies, dat

deze lijden zal door de vermindering van sommige
directe belastingen. Hiermede is het niet te best ge-

stel’d. Mocht ‘de heffing tot haar voorgestelde hoogte
inderdaad ingevoerd worden, ‘dan zal zij’, voor zoever
zij op de hotelbezoekers drukt, niet veel anders tot
gevolg hebben, dan dat de gasten, die niet in Neder-
lan’dsche hotels hun intrek nemen
nvoete’n,,
de ‘dure
legeergelegenheden hier te lande zooveel •m’ogeljk
zullen vermijden. Voor zoover’ zij: ‘deze uitwerking’
‘heeft, zal h’et op de opbrengst uiteraard een nadeelig
effect hebben. Men vergete
hierbij’
niet, ‘dat reeds nu
niet ‘alleen het vreem’delingenbezoek lijdt ‘on’der de
duurte van een verblijf in ons land, maar dat een
groot deel onzer landgenooten om ‘dezelfde reden voor
de zomervacant,ie aan buitenlandsôhe hotels en pen-
sions de voorkeur geeft.

De belasting zal dus niet de weeldeverterin’g tref-
fen, maar juist op hen drukken, die zich niet ‘de weel-
de veroorloven kunnen naar het buitenland te gaan. V’oor slechts een heel klein ‘deel zal zij neerkomen op de hoofden der pleizierr’eizigers. Voor het over-
groote deel zal zij worden betaald door reizigers, die

voor hun raken korteren of langeren tijd in onze
hotels verblijven moeten. Dat is toch wel niet de
categorie der ,,weel’deverteerders”, ‘die de Minister in
‘hun beurs wil tasten.

Voorts is er nog een an’dere categorie van langdu-
rie hotel- of p’ensionbezoekers, die er evenmin uit
weelde verblijven. In de meeste ‘hotels vindt men
onder ‘de blijvers veel oude menschen, vooral dames,
‘die waarschijnlijk in den regel wegens h’et ‘dienstbo-
denvraagstu’k aan het leven in een hotel de voorkeur
geven boven het bewohen van een eigen ‘huis. Vol-
strekt niet alleen ‘de kleinere hotels kennen ‘deze cate-
gorie van gasten. Er zou aanleiding zijn ‘deze groep
an hotelbewoners ongeveet evenveel te laten ‘beta-

1 September 1926

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

769

len, als zij, cén eigen huis bewonerud, in ‘cle pe:rsoneelo
belasting zou hebben’ bij te dragen. Makr zeker niet,
om, zooals voorgesteld wordt, haar twee- of driemaal

zoo zwaar te treffen.
Mocht men, om aan deze bezwaren cenigs’zins tege-

moet te komen, de belasting tot hijv. 3 pOt. vermin-

deren, dan vervalt men in een ander euvel. De con-
trôle op do’ heffing zal zoowel aan den fiscus als aan
cle hotel- en koffiehuishou’ders heel wat admirtistra-

tiof werk geven. Er moeten speciale registers worden
bijgehouden en voor elke vertering zal een kwitantie

op naam of een bon” moeten worden uitgegeven.

Die administratieve rompslomp is voor koffiehuizen

en buffet,ten in sehouwburgen en dergelijke op druk-
ke uren niet uit to voeren, wat de vet ook moge be-
palen. Do practijk zal spoedig genoeg uitwijzen, dat
de oisch van het afgeven van een ,,bon” voor elke ver-
tering in ‘een nantal gevallen niet is vol to houden.

De fiscus ‘zal ‘dan, tenzij hij’ er zich bij neerlogt, dat
do belasting schr&melijk zal worden ontdoken, andere
contrôlemaatregelen moeten bedenken en aan de kof-

fiehuishouders opleggen.
Dit is bij elke hoogte der heffing een groot be-
zwaar, doch naarmate ‘de belast:ing lager wordt go-
steld, wordt de verhouding tusschen opbrengst en
cont,rMelcosten ongunstiger. Zelfs hij een heffing van

10 pOt. zullec ‘die kosten in vergelijiing tot de op-
brengst hoog zijn; wordt de belasting tot ‘hijv. 3 pOt.
teruggebracht, clan is te voorzien, dat de contrôlekos-
tea 50 pOt. of moer van cle opbrengst zullen beloopc-ri.
T-Ïot gaat hierbij niet alleen om ‘de kosten voor de
schatkist zelve, maar ook om die voor hen, bij wie de
belasti lig wordt, geïnd. Ecn belasting, die deze’ti ‘dwingt
hoven hetgeen zij hebben af te dragen, nog aanmerke-
lijke kosten te maken, is daardoor alleen reeds ver-
oorcieelcl, ook al zouden ‘deze tusschenpersonen tus-
scheit hot to ‘treffen publiek en den fiscus die kosten
grootencieels
01)
do bezoekers hunner instellingen kun-
nen vet-halen. Alles bijeeugenomen, is de hotel- en
koffiohuisbolasti.ng al’s middel om weeidouitgaven te
treffen zoo al niet totaal ongeschikt toch weinig
geschikt.
De Minister vati Financiën zou goed hebben ge-
daan ‘zich to spingelen aan ‘het voorbeeld van Duitseh-
land, dat in hot tijdperk van grooten fiancieelen
nood, hij het vogzkken van cle valuta, tot een ove:r-
eonkomstigo heffing kwam, als ‘hier thans wordt voor-
gesteld, doch haar nu reeds tot 1 pOt. h’eeft terug-
gebracht en er ernstig over dankt, haar geheel op te
hef f en’.
En nu dc tweede der zooevon gestelde vragen: zal
ile belasting nieer voordeel cla:n nadeel toebrengen
niet alleen aan cle algemeene vollcsweivaart maar ook
aan de schatkist zelve?
Zooev’en sprak ik alleen over het ‘directe gevolg van de heffing voor ‘dc, schatkist. 1-Toe groot de opbrengst
zijn zal, is in cle verste verte niet te ramen. Maar dat er een opbrengst
zijn
zal, is niet to misicennen. Wat
zal echter hot indirecte gevolg ook vooi- den fiscus
zijn?

Ons land heeft ook onder normale omstandigheden
dcii roep van een duur land te zijn. Niet geheel ton’
onrechte. Dit is voor het trekken van vreemdelingen
hierheen een ,,drawhack”. Alles wat die duurte voor
(le vreemdelingen ‘verhoogt, ‘vergroot ook deze hin-
deritis. Nu meene men niet, dat dit alleen voor de
hotelhouders en exploitanten van verkee.rsrn’id’delon
van belang is. Een opgewekt vreenidelingenverkoer
geeft aati ccii aantal neringdoenden i’oorclecl. Bijna
iedere vreemdeling- doet in het land, waar hij tijdelijk
verblijft, eenige inkoopen. T-Toe groot hot ‘bedrag daar-
van gemiddeld is, onttrekt zich aai-i eilco schatting,
maar dat het in totaal een niet onbe’teelcenen’de som
beloopt, is wel ‘zeker.
De geheelo handel’clrijvondo middenstand hoeft be-
lang hij een ‘flink vreemdelingenverkeer. Maar die
groep der bevoilcing niet alleen. Vooral in den tegen-
woordi’gen tijd, nu zooveel oude relaties zijn verbro-

ken, zoekt man overal nieuwe connecties, zoowel voor
het afzetten als voor het inslaan van goederen. Dat
vestigen van ‘nieuwe relaties gaat wel voor een goed
deel schriftelijk, maar heel
dikwijls
zien de zakenlie-

den zich gedrongen of gedwongen, er persoonlijk op

uit to gaan. Nu speelt de duurte van het bereizen
van een bepaald land hierbij wel geen hoofdrol, maar
als do kansen overigens
gelijk
zijn, zal de ‘buitenlan-
der, die niot uit voeldo of voor zijn pleizier op reis

gaat, liever in een goedkoop dan in een duur land

‘zijn geluk beproeven. Vandaar, dat het niet in het

belang van handel en verkeer zijn kan, wanneer de

Regeering het voor den vreemdon zakenman hier te lande nog ‘duurder maakt dan ‘hot er reeds is.

– Voorts gebeurt het aan iederen man van zaken, dat
hij, voor zijn pleizier op reis zijnde, getroffen wordt
door hetgeen hij in het land, waar hij gekomen is om

uit te rusten, toevallig belangrijks opmerkt voor zijn
bedrijf. En hoe dikwijls worden niet op reis zoo-

wel vriendschaps- als zakenbanden aangeknoopt,
aaraan nieti bij het instappen in den trein niet
dacht. Ook het zakenleven is niet zoo simplistisch als velen het zich voorstellen.

Het zou overdreven ‘zijn te beweren, dat de voor-gestelde hotelbelasting, indien zij mocht worden in-
ge’oerd, aan dit een en ander een onherstelbare af-

breuk zal doen. Maar ongetwijfeld zal zij aan het
vreomdelingenverkeer schade doen, en op het herstel
van verschillende thans kwijnende bedrijven belem
merend inwerkon. Ook op dit gebied is er, zooals ik
als voorzitter van cle Algemeene Nedorlandsche Ver-
eeniging voor Vreemdelingenverkeer in ‘de gelegen-
heid was van nabij te zien, hooi wat concurrentie tus-

schen de verschillende landen van Europa. Men kan
ervan op aan, dat op dit terrein concurreerende in-stellingen elders niet zullen nalaten, het verdurend
effect van de hoteihelasting hier to lande nog groo-
ter voor te stellen dan het in werkelijkheid is.
Dit brengt mij tot de ‘derde der boven gestelde vra-
gen. Aangenomen, dat tegen de hotel- en koffiehuis.
belasting in het algemeen geen overwegende bczwa,cen
golden, zou het dan het geschikte oogenblik zijn om
haar in te voeren? Het antwoord hiorop kan kort

zijn. Er is moeilijk een ongesc’hikter oogenblik denk-
baar

hierbij dènk ik niet allooi) aan de hooge valuta hier
en den lagen stand van het ruilmiddel in België en
Frankrijk. ])it verschil jaagt dit jaar een groet
deel onzer eigen landgenooten, die anders in ‘den
zomer in cle een of andere plaats in Gelderland of in een onzer hadplaatsen ‘hun vacantie door-

brengen, naar Frankrijk en vooral naar België. Voor
het hotelbedrijf, dat het voornamelijk van ‘den zomer
hebben moet, is liet dientengevolge dit jaar toch al bijzonder slecht. Op zulk een moment worden alic

I
nieuwe lasten dubbel zwaar gevoeld. Maar er is een
veel verder strekidende overweging, die de voorge-
stelde verplaatsing van belastingdruk thans al bui-
tengenieen ongeraden maakt.

Uitgingspunt van het deel der ibeiastingherziening.
dat ‘den gowonen dienst van ‘s Rijks financiën raakt,
is: door vermindering ‘van de belemmering, welke de
hooge directe belastingen voor de kapitaalvorming op-
leveren, dort kapitaalaanwas te bevorderen. Dit is-
uiteraard geen einddoel. Niet om de kapitaaivormeei
dering zelve is het den Minister te doen; de bever-
dering van het zakenleven, ‘de verbetering van den

I

algemeenen economi’sohen toesta.nd is het einddoel
der beoogde verplaatsing van belastingdruk. Dit doel
is, zooals ik in de eerste artikelen uitvoerig uiteen-
zette, niet slechts sy.mpathiek; de tegenwoorcligo toe-
stand is inderdaad van dien aard, dat er ter vorhef-
fiiig van het economisch leven uit de malaise, waarin
h’et zich ook hier te lande sedert den ‘oorlbg bevindt, met kracht naar een vergroot,ing van het Nederland-
sche ‘ lcapitaal moét worden gestreefd, die althans ge-
lijken tredl houdt met de toeneming der bevolking.
t Wat evenwel te zeggen van
ech
geneesmiddel, dat

770

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 September -1926

tot de bevordering van de kapitaalvorming slechts

weinig zal bijdragen, en rechtstreeks en onmiddellijk

op een groot deel van het zakenleven hier te lande
storend zal inwerken? Dit
kan
geen verbetering bren-
gen, doch zal onvermijdelijk den toestand nog ver-

ergeren. Ook •de schatkist zal daarvan den teru.gslag
ondervinden.
Daarom is deze
poging, om door ver-
plaatsmg van belastingdruk verlichting te brengen
.

hoe goed zij ook moge zijn bedoeld, onder de tegen-

woor•clige omstandigheden al zoo ongeschikt mogelijk.
Mocht
zij
door de Staten-Generaal worden gesanc-

tionneerci, clan zal het geneesmiddel erger dan de
kwaal blijken te ‘wezen.

De Kamer neme de vermindering van belasting,

clie het. leeningsfonds dragen kan, aan. Zij trachte
clan Minister ertoe te brengen, zijn overige herzie-

ningsvoorstellen terug te nemen; en, mocht Z.E.
daartoe niet bereid
zijn,
dan onthoude zij er haai’

goedkeuring, aan. En daarnevens dringe zij er met
klem
01)
aan, dat, ernstiger clan tot nog toe, op ‘s Rijks
diensten worde bezuinigd.
TREUB.

DE LANDBOUW IN GRONINGEN.

De groote landbouwcrisis, die van omstreeks 1880

tot het einde dr vorige eeuw heeft geduurd, is’ in
Groningen in menig opzicht op andere wijze oViir-

wonnen dan in de andere provinciën.
De invoering van den
kunstmest
heeft hier zeer
spoedig een groote vlucht g’enomen en het mogelijk

gemaakt, dat de rol van den stalmést in het bedrijf

tot een uiterst bescheidene werd teruggebracht.

Het uitvloeisel hiervan was weer, dat, naarmate het

gebruik van kunstmest toenam, het stroo voor andere

doeleinden dan de stalmestbereiding beschikbaar kwam.
De kunstmest stelde de boeren bovendien in staat
om zwaardere gewassen te telen, die meer stroo per

H.A. opleverden.

Door het steeds grooter wordende cjuantum stroo,’
dat voor verkoop van de boerderij beschikbaar kwam,

kon regelmatig uitbreiding worden gegeven aan een

industrie, die sedert 1867 in ons land was ingevoerd,
ni. de stroocartonindustrie.

Het stroocarton wordt voor pim. 90 püt. geëx-

porteerd en van den export gaat 80 â 90 pOt. naar
Engeland.
Doordat de Engelsche industrieën, die het stroo-
carton als verpakkingsmateriaal gebruiken, zich even-

eens in den loop dezer eeuw krachtig. hebben ont-
wikkeld, is er voldoende vraag naar carton gebleven
om het stroo- overschot regelmatig tot carton te kunnen
verwerken.
Onze export van camton bedroeg in

1890 33977 ton van 1000 KG.

1900 70789
1910 159845 1925 203480

Men mag aannemen, dat de productie ruim zoo
sterk is gestegen als de export.
. t
Tegenover 7 fabrieken in 1890 treffen wij ei’ thans

18 aan. Daaruit volgt, dat niet alleen het aantal
fabrieken, doch meer nog de capaciteit per fabriek
is toegenomen.
De
gezamenlijke
cartonfabrieken, alle gevestigdin
de provincie Groningen, kunnen thans circa
300
1

millioen KG. stroo per jaar verwerken. De laatste,
jaren bedroeg de strooprijs ruim f 25.— per 1000
v

EG., zoodat de cartonindustrie
jaarlijks
meer dan
7
1
12 mili. gulden voor stroo uitbetaalt. .
Tot 1898 waren de cartonfabrieken uitsluitend in
handen van industrieelen.

In idat jaar werd door een 75-tal landbouwers een
coöperatieve cartonfabriek ges’ticht, die door haar
gunstige iesultaten spoedig door andere coöperatieve
werd gevolgd.
Thans bedraagt de gezamenlijke jaar-capaciteit der
18 fabrieken
bijna
250.000 ton carton, waarvan
315

deel door coöperatieve fabrieken wordt gefabriceerd.’

De geregelde loonende afzet, die de Groninger
boer voor zijn stroo had, is een
belangrijke
factor
geweest voor de handhaving van de graanteelt in de
provincie Groningen.

Uit een landbouw-technisch oogpunt is een zoo

steeke graanteelt, als men in ‘t begiû dezer eeuw in
Groningen vond, niet zonder bedenking.

Voor een maximale opbrengst eischt de bodem toch

voortdurende afwisseling van gewassen,
terwijl
het
hier zeer gewoon was tweemaal en soms driemaal na

elkaar op hetzelfde perceel granen te verbouwen,

Dit bracht tevens als bezwaar een slechte werk-

verdeeling in de verschillende deelen van het jaar

mede, met een heel korte periode van zeer groote

drukte. ‘Voor goede arbeidsverhoudingen is dit niet
gewenscht.

Een eenzijdig graantelend bedrijf heeft bovendien
risico’s zoowel
bij
de productie als
bij
den afzet der producten, die een meer
veelzijdig
bedrijf in veel
mindere mate heeft.

Het is dan ook geen wonder, dat de Groninger
landbouwers zich meermalen hebben afgevraagd, of
het niet gewenscht was het voorbeeld te volgen van

hun collega’s in het Zuid-Westen van ons land

en een gedeelte van de graangewassen te vervangen
door hakvruchten, speciaal door suikerbieten.

In Zeeland en Brabant heeft de teelt van suiker-

bieten na 1870 spoedig een vrij groote vlucht geno-

men. Doch daar kwam de biet in de plaats van de

meekrap, waarvan de daar reeds sedert eeuwen veelbe
teekenende cultuur dooi’ de mogelijk’heid om de kleur-
stof, waarvoor
zij
als grondstof diende, langs aideren

weg te bereiden, moest verdwijnen.

Meekrap en suikerbiet vertoonen in . de cultuur
meerdere punten van overeenkomst. Zonder bezwaar
kon daarom in het Zuiden de suikerbiet de plaats

van de meekrap in de vruchtopvolging innemen.

In Groningen moest de suikerbiet,echter een graan-
gewas verdringen. De noodzakelijke verandering in

het bedrijf was hier bij invoering der bietenteelt veel
grooter. Daarenboven vond de graanteelt krachtigen

steun in de cartonindustrie, terwijl, zoolang in het
Noorden geen suikerfabriek was, de kosten van het

vervoer der bieten naar de fabriek in Brabant veel
te hoog waren.

De aan de invoering der teelt op eenigszins betee-
kenende schaal verbonden bezwaren waren.dan ook zoo
groot, dat het tot 1896 heeft geduurd eer in ‘t Noor-
den een beetwortelsuikerfabriek kon verrijzen.

Deze te Vierverlaten gebouwde fabriek kocht de
bieten op een contract, waarbij den verbouwers een
aandeel in de winst was gewaarborgd.

Zij heeft het mogelijk gemaakt, dat de bietencul-tuur in Groningen en Friesland zich langzamerhand
uitbreidde.

Het heeft tot 1.914 geduurd voor er voldoend grond-

stof voor een tweede suikerfabriek werd verbouwd.
Onder leiding van eenige zeer optimistische land-
bouwers is in dat jaar te Groningen een coöperatieve
suikerfabriek gesticht, waarvan de verm alingscapaci-
teit in weinige jaren is opgevoerd tot 3 millioen EG.
bieten per etmaal. ‘

Bovendien is door deze coöperatie, in samenwer-
king met de Centrale Suikermaatschappij, in 1921
te Franeker een’ derde fabriek gesticht.
Te zamen kunnen deze fabrieken thans ruimschoots
400 mii]. EG. bieten per campagne verwerken. Dit
vermogen is grooter dan
bij
den tegenwoordigen om-
vang van ‘de teelt noodzâkelijk is.
‘Voor de komende campagne
zijn
toch voor de drie

fabrieken slechts 11.000 H.A. uitgez’aaid,’waarvan de
opbrengst op weinig hooger dan 300 miii. EG. mag
worden geraamd. ‘
De in de laatste jaren sterk gedaalde suikerprjzen
werken den verbouw van suikerbieten uiteraard niet in de hand. De achteruitgang van de verbouwde op-
pervlakte zou ongetwijfeld nog sterker
zijn
geweest,

1 September 1926

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

771

indien aan een wortelgewas in de vruchtopvolging

niet zulk een sterke behoefte had bestaan.
Daarnaast hebben vele landbouwers, vooral in het

Westen en Noorden der provincie Groningen, den

verbouw van bieten leeren waardeeren, omdat zij in

de afgesneden koppen en in het loof een zeer waarde-
vol veevoeder hebben leeren kennen. Loof en koppen

worden in den herfst geënsileerd en vormen gedurende

den geheelen winter een uitnemend voeder voor het

rundvee en zelfs voor de paarden.

Wij wezen er boven op, dat het algemeen gebruik

van kunstmest het houden van vee om den mest over-
bodig maakte. De goede zuive]prijzen en de vooral

in navolging van Friesland sedert 1900 zich ontwik-

kelende zuivelindustrie hebben echter de melkerij goed
loonend gemaakt. Vandaar dat vele landbouwers, die
vroeger vee hielden, terwille van den mest, langza-

merhand meer aandacht aan het fokken en houden

van
rneikvee
zijn
gaan schenken.
Bij
de voeding wordt
nu van het geënsileerde bietenloof een dankbaar ge-
bruik gemaakt. En zoo vormt de zuivelindustrie in-

direct een niet onbelangrijken steun voor de beet-

wortelsuikerindustrie.

In het Oosten der prov. Groningen is het zeer
bezwaarlijk om aan de teelt van suikerbieten een ruime

toepassing te geven. Daar toch zijn slechts weinig
kanalen en verharde wegen aanwezig, zoodat het ver-voer van de suikerbieten er veelal op groote bezwaren
stuit.

In dit gebied heeft men dan ook ter meerdere af-
wisseling in de vruchtopvolging in vrij sterke mate
zijn toevlucht genomen tot den verbouw van handels-gewassen als: kanariezaad, geel mosterdzaad, karwjj-
zaad, enz.Weliswaar worden deze gewassen ook in
‘t Noorden en ‘t Westen verbouwd, doch in mindere
hoeveelheden. Het staatje, dat hierboven is opgenomen,
toont duidelijk aan, dat de
geldelijke
opbrengst van
,,Zaden”
in ‘t Oldambt voor het
bedrijf
aanmerkelijk
meer beteekent, dan in de
Noordelijke
bouwstreek.

Een bezwaar van een sterke uitbreiding van de
teelti van handelsgewassen is, dat de markt ervan
beperkt is, zoodat deze meermalen wordt overvoerd,
waardoor de
prijzen
sterk schommelen en de teelt, indien deze op ruime schaal wordt toegepast, Vrij
riskant is.

Naast deze handelsgewassen, die, al hebben zij een
beperkte markt, toch regelmatig aan de graanbeurzen
verhandeld kunnen worden, heeft ook de teelt van
z.g. fijne zaden, als: spinaziezaad, radijszaad, voeder-
bietenzaad, graszaad, enz. ingang gevonden. Deze
producten vormen evenwel geen gewoon beursartikel, zoodat de teelt overwegend plaats heeft op contracten
met handelaren, waarvan de te Enkhuizen gevestigde firma’s de voornaamsten zijn.
Ongetwijfeld zou de cultuur van deze gewassen een
grootere vlucht hebben genomen, indien de voor-
waarden, waaronder de teelt plaats moet vinden,
van den beginne af beter omschreven waren dan tot
voor kort het geval geweest is. De landbouwers hebben
vrijwel steeds het gevoel gehad, dat zij als het ware
met handen en voeten aan de firma, waarmede zij
contracteerden, waren overgeleverd.
Gelukkig is het laatste jaar op dit stuk verbetering
merkbaar en streven beide
partijen
er naar door op-
making van uniforme voorwaarden den verhouwers
grootere rechtszekerheid te verschaffen.

Resumeerende kan gezegd worden, dat de basis van het landbouwbedrijf in de Groninger kleistreken thans
aanmerkelijk breeder is dan een 30-tal jaren geleden.
Dit beteekent niet alleen landbouw-technisch een
groote vooruitgang, doch ook economisch is deze min-
dere
eenzijdigheid
vooral in tijden van sterke prijs-
schommelingen van groot belang te achten.

Dr. G. MINDERI-iOUn.

HET VREEMDE ELEMENT IN NEDERLANDSCH.INDIË.

Prof.
Mr.
Dr. II. Westra schrijft ons:

De bestrijding van de artikelen van den heer ilelf-

forich door den heer Oroeneveid noopt mij tot ccii

woord van tegenweer, waar dit den heer II.. door zijn
bestrijder mooilijk gemaakt is door hem als buitenlan-der een niet-Noderlandschen kijk op dit vraagstuk aan

te wrjven. De kritiek van den heer II. op het minder

ruime standpun in onze koloniale politiek van den laatsten tijd betreft de groep der Chineezen en der

andere buitenlanders. Ten aanzien van de eerste
spreekt de heer II. terecht van een (Jhineesc’he kwes-

tie. ,Tuist waar door cle opleving van het Verre Oosten

de belangrijkste groep rond de Pacific, cle Ohineezen,

zich haar positie meer en meer is hewust geworde:n,
is er herhaaldelijk geklaagd over een minde.r behoor-
lijke ibehan
,
deling van clie groep, wat cle wijze van op-

treden inzake de poiitiorteeie behandeling, cle belas-
tinghoffi ng
cii
het beperken van do irnmigratie aaii-
gaat.. Zoowol van Chineesche zijde, cle heeren Kan en

Khouw Kim A n als door mij, werd in ‘de najaarszit-
ting van den Voiksraad van 1923 reeds gewaarschuwd

het nuttige Ohineesche element niet voor het hoofd
to stooten, waarbij ik er nog ‘do aandacht op vestigde,
dat anders dan
itt
de Brit,sche koloni.ën, waar het anbt
van adviseur voor Ohineesche zake:ii zoo treffende
wordt aangeduid met den naam van protectoi’ of
Chinese”, ‘het ‘icantoor voor (Jhineesche zaken in Indië
tezeer ‘het oog gericht houdt op de roorige elementen

in China en ‘dien maatstaf ook aanlegt aan ‘de politiek ou’hewogen groei) Chineezen in Indië. liet betreft hier
(lus geenszins een eenzijdig standpunt van een mede-
bui tenlancier.

Ook ten aanzien ‘van de andere buitenlanders ge-
biedt het feit, dat het buit’enlan’dsche kapitaal in
‘hooge mate i ri Indië betrokken is (voor het gewest
Oostkust van Sumatra noemt mr. Gerritsen in ,,i)e
W’elvaarb van Indië”, afgescheiden van de tahakscu]-
taur, 38,1 pCt. in Nederlandsche tegenover 61,9 pt.
in ‘buitenian.dsche handen) con zoo welwillende behan-
deling als maar mogelijk is, al kan iiierëancl hot stand-
punt ontzeggen, ‘dat hij de keuze voor ambtenaren het
Noderiandsch element, in. ruimen zin genomen, de voorlccui heeft. Wat militair
cii
economisch sterke
grootmachton zich tegenover anderen dan eigen onder-
clanen Icunnen veroorloven, kan Nederland niet doen
en zijn internationaal standpunt – het is mij nog
ten rluidelijkste gohioken door een tweejarige werk-
kring aan het g&zantschap der Nederianden to Tokio
nog meer zijn roeping is er mede gediend, zijn

poorten zoo ruim mogelijk open te stellen voor alle
naties zonder onderscheid.

Er zijn zeer ‘zeker détails in het betoog van den heer
1-T., waar tegenop gekomen kan worden, maar de alge-
mcciie strekking, zijn waarschuwing voor exclusivi-
telt, behoudt zijn waarde.

Den Haag, 21 Augustus 1926.

BELASTING VLUCHT.

Mr.i)r. 0. Sleeswijk schrijft ons:
De zaak, voorgestaan door ‘den heer Van Gij’n in
zijne beide doorwrochte artikelen, zal wel cle alge-
meene sympathie genieten. Het vaderland verlaten
met ‘het uitsluitend ‘doel zich aan don belastingplieht
to onttrelcken, kan moeilijk een nohele daad ‘heeten.
[let is ‘dan ook niet mijne bedoeling ‘de vrdecli-
ging van deze ,,vaterlan’dslose Gesellen” op mij te
nemen. Constateerende, dat cle heer Van. Gijn het
wegnemen van •de eenvoudige oorzaak ‘van die
vlucht, ‘de ook •door ‘hem ‘toegegeven vervaarlijke
belastinghoogte in Nederlaed, in het geheel niet te
berde brengt, (zoodat men mag aannemen, dat die
oplssing tot de onmogelijkheden bhoo’rt, daar een zoo
emineut deskundige ‘die anders zeker zou hebben aan-geroerd) wen’sch ik er toch de aandacht op te vestigen,
dat naast ‘de
zwaa.rte
der belasting er nog een andere
reden is, die in niet mindere matede contribuabelen

772

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 September 1926

ht land uitdrijft. Die reden is: de wijze van heffing,

de voortdurendo kwesties met den fiscus: de
racas-

serie.

Belasting betalen zal wel nimmer een genoegen
worden. Maar er zijn toch genoeg helastingschuldigen,

die de belastingschul’d znder eenige klacht voldoen,

al laten zij zich soms wel eens ironisch uit over het
gebruik der beiastingpenningen (de heer Van Gijn

geeft in het eerste artikel een zwakke kritiek op dit

gebruik, waar hij spreekt van ,,ondragelijke uitbrei-

ding der kosten van het onderwijs”) wanneer zij de

overtuiging hebben rechtvaardig te zijn aangeslagen.

Maar de stemming slaat om wanne6r men, de over-
tuiging hebbende volkomen te goeder trouw en zoo
eerlijk mogelijk zijn beschrijvingsbiljet te hebben in-

gevuld, het verzoek ontvangt om (,,met medebrengen

van alle boeken en bescheiden! “) toelichtingen te ko-

men geven; zij verslechtert aanmerkelijk als er een
aanslag met afwijking verschijnt en bederft grondig

bij de verdere procedure, verzet
bij
den Inspecteur en

diens beslissing. Gaat men in hooger beroep bijde
n

Raad van Beroep, ‘dan ‘duurt ‘het soms jaren voordat de

uitspraak loskomt. Een toestand van stille berusting
treedt in, maar de overtuiging onrechtvaardig be-handeld te zijn blijft, en zoo zal iemand, ‘die over

vertrek naar het buitenland -denkt, door eene onhil-

lijke, hoewel misschien wettige, behandeling den de-
finitieven stoot ontvangen.

De practijk van onze belastingen geeft veel

ergernis.

Een aanslag met
afwijking
wordt niet toegelicht.

Men moet de reden raden of inlichtingen bij
,
den

Inspecteur inwinnen. Wat ware eenvoudiger, dan dat
die reden bij ‘den aanslag wierd vermeld?
Men komt iii verzet, maar moet beginnen met be-
talen. Wordt men in het gelijk gesteld, dan wordt het

teveel betaalde gerestitueerd, maar zonder interest,

ook al heeft de restitutie (wanneer de kwestie alle
instantiën heeft ‘doorloopen) jaren lang op zich laten
wachten. Dit wordt als een o’nbilljkheid gevoeld. Het
antwoord van den fiscus op een bezwaarschrift is niet

aan een termijn gebonden,
terwijl
de behandeling van.

Raad van Beroep en Hoogen Raad,
bij
den enorrnen

achterstand,
dikwijls
zeer lang op zich laat wachten.

En dan het instituut van navordering. 1-let iige-
vorderde helastingbedrag wordt met het viervoud ver-
-hoogd, welke vorhooging •de Raad van Beroep niet
anders kan doen vervallen dan in . geval van te lage

taxatie. Maar in de vele andere gevallen,
nwet
‘de vet-

hooging worden opgelegd, dus ook
bij
de vele kwesties
of een zeker object, volgens onze lang niet duidelijke
wet, belastbaar is.
Allerlei onhillijkheden zijn het gevolg van eene oct-
duidelijke redactie van cle wetten. Stel, dat men elk geschil voor den wetgever zou kunnen brengen, dan
zou zijne bedoeling steeds het finale moment zijn.
Dit uitgesloten zijnde, :rttakt cle bedoeling soms geheel

’01)
den achtergrond. Ik behoef maar naar het bekende
geval ‘van schenkingsrecht over een toegeken’d pen-sioen te wijzen en ieder zal het met mij eens zijn.

Es erbon sich Gesetz’ und Rechte
Wie cme ew’ge Kraukheit fort.

Het kan niet de bedoeling van den wetgever zijn,

waar geen schuld is, te straffen. En •dit gebeurt van-
neer biji’. t’en gevolge van eene wijziging in de recht-spraak van den Hoogen Raad, ‘de fiscus op grond van
die uitspraak gelijke gevallen, die tot nog toe vrj
bleven, ‘gaat navorderen met viermaal boete. Hier is
geen bedrog of verzuim en toch wordt gestraft.
Maar wanneer ten gevolge van cene vergissing, On-
bekendheid met ‘cle toepassing der wet of de recht:
spraak een te hooge aangifte is gedaan (en misschien
vele jaren achtereen) dan vindt er nimmer terugaaf
plaats. De litteratuur in fiscale z’aken is zoo uitge-
breid, dat het voor ‘den gewonen Nederlander, die
toch in de eerste plaats zijn tijd en werkkracht moet gebruiken om het inkomen te verdienen, waaruit de

belasting betaald moet worden, niet mogelijk is op de
hoogte te blijven. Wordt eene voor den contribuabele
voordeelige uitspraak van d’en Hoogen Raad door ded
fiscus ter algemeene kennisse gebracht, opdat ieder

ervan profiteere? Het mocht wat!

En zoo is er zooveel. De toepassing van vermogens-

en inkomstenbelasting op bosch’bezit maakt dat de

landgoederen verdwij’nen en met deze -de eigenaars;
de taxatie van landgoederen als bouwterrein heeft

hetzelfde resultaat; de consequenties van de forensen-

belasting hebben tot de gekste en nadeeligste gevol-
gen ‘geleid; de bronnentheorie waarop de inkomsten-

belasting steunt, is voor ‘de:n leek een onbegrijpbaar

iets; de tegenwenrdig veel gestelde eisch: specificatie

van effec’tenbezit voelt ieder als een groot misbruik
van macht.

In een mij bekend Zwitserseh kanton betaalt men

inkomstenbelasting naar een inkomen van zevenmaal

do getaxeerde huurwaarde der woning en vermogens-
belasting naar
vijftien
maal het zoo ‘gevonden inko-men. Geen beschrjvingsbiljetten. Kan het eenvoudi-
ger? Ik zal het ‘kanton niet noemen uit vrees, dat de

verleiding te ‘sterk zou kunnen zijn. –

Waarlijk, kon men hier nog eens tot een dergelijk systeem komen of zelfs maar tot een gemoedelijker
of soepeler toepassing der fiscale wetten …. het zou

mij niet verbazen als de uittocht voor een groot deel
zou op-houden.

Amsterdam, Augustus 1926.

BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.

DF, NIEUWE DEVIEZENPOLITIEK VAN DE RIJKSBANK.

Dr. F. 1-T. Repelius te Berlijn schrijft ons:

Op 1 Mei 1926 v’ervielen in het ‘deviezenverkeer het
verbod van termijiihandel en dat van verhandeling

vau valuta tot hoogeren
prijs
dan cle onder medewer-

king van de Rijksbank tot stand gekomen officieele
noteering (Einheitskurs). T-I.ierdoor werd do deviezen-
handel – afgezien van -het voorschrift, dat voor het
drijven ervan toestemming van -de overheid noodig

is – weder geheel vrijgelaten.

De Rijksbank liet echter officieus v•o:rklaren, dat
zij voorloopig voort zou gaan met haar tot dusver ge-

volgde politiek en ‘den Dollar op een vaste paritei.t
(1 $ is gelijk aan R.M. 4,195 hij aankoop en R.M. 4,205
hij verkoop) zou handhaven. Hierdoor werd beverk-
steili:gd, dat eventueele nadeelige ‘gevolgen van de be-

vrijding der •deviezenrnarkt getemperd werden. En-
mers van een eenigszins belangrijke opleving van het

deviezenverkeer -kon
bij
deze politielc geen sprake zijn,

daar de handel in Dollars practisch weinig reden
van bestaan had en ook voor -de andere valuta de
noteeringen te New York beslissend bleven. De ter-
rnijnhandel kort het uit den aard der zaak evenmin
Lot

eeni ge ontw’ikkel ing ‘brengen.

Sedert 23 Augustus j]. heeft cle Rijkshank den hand met den Dollar in zoover losgemaakt, dat de noteering
thans van ‘dag tot dag wisselt. Een gevolg van de vaste Doilai-noteering was, dat cle Rijks-bank deviezen qui-
ver automatisch opnam en afgaf en ‘dus van een be-
langrijk onderdeel harer credietverleening de contrôle

uit handen had gegeven; door de invoering der
variabele noteering betrekt zij ook -dezen vorm van
accomodatie in haar credietpolitiek, wat ongetwijfeld

de effectiviteit daarvan ten goede zal komen. Voorts
zullen eenerzijds de korsai’bitragewinsten, welke uit
dc. vaste :Doilarnoteeri.ng ‘voortvloei’den, verdwijnen,

anderzijds wordt de mogelijkheid geschapen voor het
ontstaan van een vri.jë deviezenmarkt. Verder wordt
een normaal, doch tot dusver ‘kunstmatig uitgescha-
keld, risicoelement in het kapitaaiverkee:r terugge-
bracht; niet name de ‘band met de Amerikaansche
geidmarkt zal hierdoor losser worden, daar koersstij-
ging van •de Mark spoediger een overvloeiirig van rio
Amerikaan sche naar de Duitsche gel’dmarkt zal rem-

men. Op de •binnenlandsche geidmarkt zal ten slotte

1 September 1926

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

773

de gewoonte der banken om haar ultimobehoeften bij

de Rij’ksbank te dekken door verkoop van deviezen
minder toegepast kunnen worden nu het niet meer
vaststaat, dat zij haar ‘deviezen tot ‘den zeifden prijs

zullen kunnen terugkoopen. De banken zuilen chis wel-

licht meer dan tot dusver ‘binneniandsche wissels gaan
verd iscon toeren.

Onthield de Rijkobank zich ‘van elke interventie,

dan zoïi de koers van de Mark in ‘het buitenland nim-
nier boven ‘het gou’dexportpunt kunnen
stijgen,
omdat
10 Rijkabank tot omzetting ‘van goud in ‘biljetten ver-

plicht is; omgekeerd is een daling van den Marken-
koers theoretisch ongelimiteerd mogelijk, ‘daar het

voorschrift, dat ‘do Rijksbank verpi:ioht haar biljetten
in goud of deviezei:L om te wisselen, nog niet in ver-
king is getreden. Het is echter niet aan te nemen,
dai; de Rijks’bank haar tot dusver gevolgde politiek,
iliü
door een. indirecten band met, het go

ncl te leggen
practisch reeds de ‘bedoelde wetsbepaling vervult, zou

opgeven. Mocht deze onclerstoll:ing juist zijn, dan
moet de beteekenis van de nieuwe ‘deviezenpolitiek
niet hierin gezocht worden, dat de hand •van de Mark

met het goud geheel zal worden verbroken, doch dat

aan ‘dien hand feitelijk ‘hetzelfde karakter wordt ge-
geven als hij bezit in landen niet den gouden stan-

daard. Tot het voeren van ccii dergelijke politielc zou
de Rijkebank in staat zijn door ‘haar groeten goud-

voorraad cii door haar devi•ozenportefeuilie, die voort-
durend wordt aangevuld als gevolg van het verschil
in renten.iveau ‘binnen en buiten Duitsohland, waar-
door ‘veelal de naar :Duitschland .stroomen’da deviezen

bij (te Rijksbank terechtkomen. Wi.l men dus in de
wisselkoersen thans een aanwijzing zien van de al
of niet aanwezigheid van een surplus op ‘cle betalings-
balans, ‘clan dient men roken ing te houden met de
mogelijkheid, dat cle wisselnoteering slechts binnen
bepaalde g:renzeu uitvloeisel is van ‘vrije prijsvori:ing.

DE PLANNEN VAN POINCARÉ; DE SCHATKIST;

DE HANDELSBALANS.

Prof. Be:rtrand Nogaro te Parijs sohrijft ons:

De, plannen
valYb
Poincaré.

1)e lezers van ‘dit tijdschrift zijn, n’aar ik vero.nde-
stel, uit ‘de mededeelingen in de dagbladpers voldoen-
(Ie op de hoogte van ‘de feiten der Fransche fina.n-
cicule politiek, zoodat ,’het overbodig mag heeten, lang
hij haar details stil te staan.

l)e nieuwe Regeering heeft, gelijk ijc reeds in mijn

vorigen brief •’) aangaf, een be]astingprogram,m’a in-
gediend, ‘dat veel zwaarder is dan hetgeen door wel-Ice van haar voorgangsters dan ook ontworpen werd
en zij heeft meer ‘dan 10 milliard nieuwe belastingen
doen aannemen. Voorts heeft zij verkregen, dat Kamer
en Senaat op 11 Augustus ji. als Nationale Vergade-
ring te Versailles ibijeen kwamen, ten einde ‘den vorm
oener constitutioneele wet – ‘die bijgevolg slechts
door een andere con.stitutioneeie wet kan worden ge-

wijzigd – te geven aan de ‘bepalingen, welke organi-
satie en wericing van de aniortisatiekas betreffen.
Het is van belang, hier de beteekenis dezer nieuwe
evolutie van ‘do Fransche politiek te onderstrepen.
Mcii mag er zeker ‘de laatste phase in zien van een
strijd, ‘die reeds vanaf het begin der huidige rwetge-
vende peri.ode gevoerd wordt tusschen twee richtin-
gen: de eene, welke gemeen is aan de socialisten en
aan de redhterzijde, de andere, welke wordt vertegen-
woordigd door een zekere groep specialisten, die mee-
ren deels tot ‘de radicale partij behooren.
Deze laatsten zijn overtuigd, dat het vraagstuk,
waarvan ‘de oplossing den geheelen finaricieelen toe-
stand ‘beheerscht, de stabilisatie van ‘den franc is.
Zij meenen voorts, dat deze sedert lang, wat het
technische geziehtspunt ‘betreft, te verwezenljicen is.
Hun propaganda heeft ten slotte groote vorderingen
gemaakt en het ministerie Briand—Caillaux kwam
‘cl ui’delijk ‘niet een stabilisatieprogramm’a.
1)
In het nummer van
4
Augustus ji.

De gecombineerde oppositie van de socialisten en

de uiterste rechterzijde heeft ‘het echter cle meerder-
heid ontnomen. Aan deze beide
zijden
wilde men
het herstel van den franc ,,afwac’hten” om te stabili-
seeren, en de socialisten, die beweerden een stabili-
satiepolitiek ondergeschikt te malcen aan de vooraf-

gaande doorvoering va:n een ,,’déflation massive” door
een kapitaalheffing, maakten zich in werlcelijkheid tot

kampioenen van do politiek, die streeft naar revalo-

risatie van den franc, langs den weg van deflatie en
snelle aflossing.

De nieuwe Regeering gedraagt zich dus overeen-
komstig de parlementaii’e situatie, doordat zij vast-
houdt aan hetgeen gemeen is aan ‘cie programma’s der

heide uiterste partijen, ‘die het ministerie :I3riaiall-
C)aillaix hbhen omvergevorpen, ‘te weten een politiek
van versnelde aflossing.

De heer ‘Poincaré heeft voorts zijn denlcbeeiclen ge-
pi’eciseord, door de volgende verklaring af te leggen.

,,Gekozen moest worden t,nsschen inflatie, geclwomi-
g’en consolidatie der bons en belastirigem; ilc heb (ie
belastingen gekozen!”

i)eze verlc1aring bewijst, dat voor ‘den nieuwen Pre-
s:ident van ‘dien Ministerraad, evenzeer als voor den

heer lterriot – en men kan wel zeggen voor een goed

aantal ‘dci’ op het gebied ‘der financiën niet-deskun-

d;gen – het groote vraagstuk dat dier vlott,endo
sc;huici cii der schuld op Icorten te:rmijn is; ‘cle verbe-
tering van ‘den wisselkoers zal ‘dan vanzelf plaats viii-‘den, wanneer een energieke financieele politiek wordt

gevoerd. En om ‘dit vraagstuk op te lossen heeft (le

heer Poincaré slechts de drie empirische middelen
overwogen, die zich onmicldellijlc aan ieman’ds geest
opdringen: aflossing dec vervallende obligaties en
bons doo:r uitgifte ‘van banlcbiljetten; gedwongen con-
so’li’clatie; en ‘ten slotte hun aflossing uit belastingen.

Hij heeft ‘derhalve aan de laatste dezer drie oplos-
singen ‘de voorkeur gegeven met ‘de bedoel ing, aldus
in een krachtige politielc van wettelijk vastgelegde

aflossing de gedwongen aflossing om te zetten, die
uit de aanvragen om uitbetaling der geldschieters-op-
koi’ton-termijn zou hebben ‘kunnen voortvloeien.

Dit is een moedige, en duidelijke politiek. Men moet
zich echter afvragen of zij voldoende rolceni ng houdt
met ‘de ivisselwerking, ‘die bestaat tasschen cle ver-schillende elementen van het finaiicieelo vraagstulc.
De vermeerdering der belastingen vermindert nl. de

beschikbare middelen der geldschieters en al zal de
schuld op korten termijn betrekkelijk snel verminde-
ren, het overblijvende gedeelte zal waarschijnlijk niet
gemakkelijker worden vernieuwd ‘dan ‘het ‘geval is met
‘deze schulden in hun huidigen omvang.

Men kan zeggen, dat ‘de financieel’e politielc der
nieuwe Fransche regeering, ‘hoewel zij onwetenschap-
pelj’k en zuiver traditioneel is, scherp een belangrijk
theoretisch vraagstu]c ‘op het gebied der openbare fi-
nanciën zal stellen. Men wil ni. ieder risico van niet-
hernieuwing der vlotten’de schuld, zonder zijn toe-
vlucht te nemen tot de ‘gedwongen consolidatie, als-
mede ieder infiatiegevaar vermijden. Daarom neemt

men zijn toevlucht tot ‘de belastingen, ten einde maat-
regelen te treffen tegen cv. aanvraag om uitbetaling
van bon’s. Maar naast de ‘directe belastingen, die int
zeker opzicht de ,,directe concurrenten” van voor-
schotten aan ‘den Staat zijn, beperken de indirecte be-
lastingen het uitleeuvermogen van het volk. Doordat zijde prijzen ‘doen stijgen, verminderen zij »1., wan-
neer de fiduciaire circulatie constant ‘blijft, de voov
investeering beschikbare middelen.

Men ‘Ican zich ‘dus afvragen, of als gevolg van de
vermindering van het uitleenvermogen het vraagstuic
van de vernieuwing der viottende schuld zich niet
zal blijven stellen, dan wel of men ten einde te ver-
mijden, dat ‘het zich stelt, niet in min of meer direc-
ten vorm zijn toevlucht zal moeten nemen tot een ver-

meerdering der fi’duciaire circulatie. Misschien, dat
het vraagstuk zich niet stelt, indien er geen nieuwe

774

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 September 1926

prijs’stij’gi.ngs±actoren optreden. Het zou zich op bijna

noodiottigo wijze stellen, wanneer de wisselkoers voort-
ging op dezelfde wijze als prijsstijgingsfactor te wer-
ken. Alles hijeengenomen is het, niet voldoende, in-

flatie te willen verhinderen, door zich ervoor te hoe-

den, haar •op directe wijze te doen plaats vinden: als

een der gegevens van het vraagstuk moet men de

circulatie nemen, welke niet een bepaalden finan-

cieelen toestand als geheel gezien overeenkomt en ‘dan
zoo handelen, dat deze financieele toestand geen groo-

tere circulatie vereischt.

in ieder geval vormt het financieele programma

een leg getimmerte, dat gevaar loopt hij een nieuwe
depreciatie van den franc ineen te .störten, terwijl

het stelsel der regeering Briand—Caillaux streefde
naar een oplossing van het vraagstuk der vlottende
schuld, •door een einde te maken aan de voornaamste

oorzaak van het risico van niet-her.nieuwing, welke

gelegen is in de instabiliteit der wisselkoersen. Ik voor mij meen intusschen, dat de methodePoin:

caré de voorkeur verdient boven ‘de gedwongen con-
1

solidatie, welke de Belgische Regeer.ing heeft aan-
vaard en hieraan dient te werden toegevoegd, dat de

huidige Fransc’he Regeering boven al haar voorgang-

sters het onvergeljkelijke voordeel bezit, den steun
te hebben van de ,,haute finance”. Het is ‘dus mogb-

lijk, dat zij zonder te veel moeilijkheden – door de

politiek te volgen, welke ik in
mijn
vo:rigen brief aan-

gaf – iedere ernstige koersdaling zal voorkomen en

de voornaamste vraag, ‘die zich stelt, is te weten, of
het haar zal zijn vergunci, haar probeerpolitiek te

boven te komen, om het herstel van het geidwezen

door te voeren.

De
behoeften
van, dc Fra’rtsch,e S’chcit1ist.

Het schijnt mij niet overbodig, ten einde een bui-
teula’ndsch publiek in staat te stellen, de ontwikkeling
van ‘de politiek der Franshe sc’hatkist te volgen, daar-
van, met enkele ‘details, het mechanisme en de wer-‘

ldng aan te geven.

De Fransche sc’hatkist ‘heeft altijd de gewoonte ge-

had, in de ‘behoeften van het oogenblik te voorzien

‘door leeningen op korten
termijn
in den vorm van

Bons du Trésor. In den loop van den ‘grooten oorlog

werden analoge stukken in groote hoe’veeliheden uit-‘

gegeven onder den naam van ,,Bons de la Défense’
Nationale” en hoewel de vijandelijkheden sinds lang
zijn geëindigd, worden deze korte boos nog ‘steeds
uitgegeven ter vernieuwing van die, welke vervallen.’
Deze bons met een jaar, zes maanden, drie •m’aanden

en een maand
looptijd
moet men niet verwarren met
‘cle ,,obligations”, ‘die verscheiden jaren loopen en die
thans algemeen worden aangeduid als ,,schuld op
korter termij’ii” in tegenstelling tot ‘de hovengenoein-
cle, wel;ke niet de Bons du Trésor ‘de vlotten’de schuld

vormen.

l)aarnaast ontvangt de Fransche schatkist tegen-
woordig ook saldi in rekening-courant en ‘het bestaan
cleer rekening-courant heeft het verder mogelijk ge-
:

maakt, in 1924 gedurende zekeren tijd bepaalde
recte voorschotten van ‘de Banque de France te ver-
huilen. Inplats vande ‘bedragen, waaraan ‘de Staat

behoefte had ter aflossing van ‘de opgevraagde obli-
gaties en bons, ‘direct aan den Staat voor te schieten,
werden stukken door de Bank gedisconteerd en onder,
handelswissels opgevoerd, welke haar werden aange-,
boden door de credietinstellirigen, •die op ‘hun beurt

voorschotten in rekening-couraflt aan •de schatkist’
verstrekten, of ‘door nieuwe inschrijving tot vernieu-
wing’der boris bijdroegen. Men heeft het bedrag ‘dezer
indirecte voorschotten, ongeveer 3 milliard, kunnen
ramen door ‘de wijziging in •de wisselportefeuiile va:n

de Banque cle France.
1-let bedrag van de Bons ‘de la Dfense Nationale
is gedurende het vorige ‘dienstjaar aanmerkelijk ver-
minderd, nI. van 54,5 millioen op 1 Januari tot on-
gevee.r 45,5 millioen op 31 December, terwijl het be-
drag van de eigenlijk ‘gezegde Bons du Trésor mâar

weinig steg (van 1.8IÔ tot 2.394 millioen). Hoew1
het bestaan eener groote vlottende schuld ‘op zich-

zelf als een kw’aad en een gevaar wordt beschouwd is
de vrees voor inflatie zoo g:root, -dat •men in •het bui-
tenland, en in het bijzonder in Frankrijk, zeer getrof-

fen is geweest, toen men deze vermindering der vlot-
tende schuld gecompenseerd zag ‘door een
bijna
even
groote ermeercleri.ng van ‘de fiduciaire cirulatie.

Het schijnt evenwel, ‘dat •deze vermeerdering, w’elke

duidelijk is uitgelokt ‘door de aanvragen om uitbeta-

lirig van Boris de Is Défense of Bons du Trésor,

als meer verwijderde oorzaak de
prijsstijging
had,
welke, belangrijk meer viettend kapitaal vereischen cl

teneinde het economisch leven op gang te houden,

met een gelijk ‘bedrag ‘de middelen verminderde, noo-
dig voor het financieren van ‘de vlottende staatsschuld.
Alles ‘bijeen.genomen schijnt dit verschijnsel, waar-

over de publieke opinie zich zoozeer heeft verontrust,
sléchts een
spontane aanpassing van de circulatie aan

de stijging der behoeften aan ruilnrididel, in het leven
geroepen door de prijsstijging.
Want, ‘hoe zij zich ook
vermeerderd moge hebben, ‘de circulatie heeft nim-
mei opgehouden ten naasten bij een bedrag van 11 mil-

hard gondfranc te vertegenwoordigen, ‘di. juist ‘het

totale ‘bedrag van de voorooriogscircuiatie. Wat de
prijsstijging betreft, deze moet sedert den oorlog cmi-

delijk aan ‘de ‘daling van den franckoers worden toe-

geschreven en
zij
heeft zich vertoond na iedere nieuwe waardedaling, zelfs wall neer rle ci rcui ati e constan t
was gebleven.

Ongetwijfeld kan men ten slotte de ‘daling van ‘clan
wisselkoers aan cle
wijzigingen
in ‘de circulati’ toe-
schrijven, doch deze theoretische interpretatie schijnt niet te passen i n de huidige feiten, in liet ‘bijzon’cl er
zooal s die zich in Frankrijk vertoonen.
Een nog meer te betreuren verschijnsel dan de ver-
mindering van de vlottende schuld is de vermincle-

ring van •den ‘gemi’cIdel’den looptijd der stukken. Die
met een maand looptijd hëbben zich ten ‘koste van de
andere ontwikkeld en ‘daarmede het vlottend kar’akter
dezer schuld nog toegespitst. Er zijn zelfs perioden

geweest, waarin de banken zooveel mogelijk tègoed
in rekening-courant hij’ ‘de schatkist verkozen boven
inschrijving op bons met zeer ‘korten looptijd.

Dit laatste verschijnsel vin’dt zijn eenvoudige ver-
klai’ing in de pan ieken, veroorzaakt door de opeen-
volgende ‘bedreigingen met gedwongen consolidatie
v’an schatkistpapier. Het ging om een voorzorgsmaat-
regel èn ‘niet om twijfel aan het crediet van den
Staat. E’venwel zal, althans hij ‘de banken, ‘de gewoon-
te, ‘die men heeft aangenomen om slechts op bons met
zeer korten
looptijd
in te schrijven, zic’h ongetwijfeld
slechts langzaam wijzigen – ten minste wanneer ‘de
stijging van de ‘door ‘den Staat vergoede rente ‘de ‘out-wikkeling in dezen zin ‘n.iet versnelt.

De Hand’elsba.lans.

De statistiek van den Fransc’hen handel met het
buitenland over de eerste zes maanden van 1926 is on-
langs verschenen. 29,4 milliard invoer – 10,4 milliard
meer dan in het overeenkomsti’ge tijdvak ‘van 1925 –
staat tegenover 26,7 milli’ar’d uitvoer, waardoor liet
cijfer van 1925 met 5,1 milliard is overtroffen. Aldus
heeft zich een tekort
0.1)
de handelsbalans in ‘de plaats
gesteld va’n ‘het ten vorigen jare te constateeren over-schot. Het is ‘ongetwijfeld ‘meer sdhijnbaar dan reëel:
in ‘de eerste plaats wegens een wijziging in de waar-
deering van den invoer, vervolgens omdat do aankoo-

pen ‘der buitenlan’dsehe toeristen .in
Frankrijk
een

onzichtbaren uitvoer vormen, ‘die zeer aanzienlijk uit-
gaat boven het bedrag ‘der inkoopeu van Franschen

in het buitenland.
Evenwel schijnt deze wijziging op duidelijke wijze
aan te toonen, dat de prijzen ‘der ingevoerde artikelen
meer dan die ‘der uitgevoerde stijgen en ‘dat aldus ‘de
ru.ilvoet met het buitenland zic’h ten ‘ongunste van
Frankrijk heeft gewijzigd, zooals ‘dit gewoonlijk voor-
komt in landen, waarvan de munt daalt. Productie en

1 September 1926

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

775

uitvoer worden geprikkeld, maar de
waarde
der ver-
koopen aan het buitenland houdt geen gelijken tred

met de toeneming van den uitvoer. Dit is een reden
temeer om een einde te maken aan die oorzaak, van
internationale economische storingen, welke gevormd
wordt door een instabielen wisselkoers.

IETS OVER SCHEEPSBOUW EN OVER DE

ASSURANTIEMARKT.

De heer L. J. Reid te Londen schrijft ons:

De bijeenicomst van werk: gevers en werknemers in de
scheepsbouwindustrie.

Gelijk bekend is door de werkgevers en werknemers
in de scheepsbouwin.dustrie een onderzoek ingesteld

naar de ‘buitenlandsche concurrent,ie en den toestand
in den Engelsehen scheepsbouw. Een rapport is uit-
gebracht en ter bespreking hiervan zijn
partijen
bijeen
gekomen. De conferentie is echter tot veler leedwe-
zen zonder resultaat uiteengegaan. Het onderzoek
heef t ul. aangetoond, dat de toestand van den Brit-
scheii scheepsbouw zoodanig is, dat spoedige hulp-

maatregelen zeer nooclig zijn. De ondernemers hebben

dan ook met nadruk aanvaarding van de aanbevelin-gen bepleit, opdat zij een speciale campagne zouden

kunnen gaan voeren tot het verkrijgen van orders voor
de wintermaanden. In herinnering zij gebracht, dat ten aanzien van de omstandigheden in de industrie
een aantal denkbeelden werd aanbevolen met betrek-
king tot de continuïteit van het ‘werk, de begren’zing
van het arbeiidsveld der leden van verschillende ‘vak-

vereenigmgen, onderlinge verwisseling en vervanging
dezer leden en ‘do uitbreiding van liet stukloon.
Het voornaamste meeningsve.rschil ter conferentie
rees, naar ik verneem, in verband met de verwissel-
baarheid van arbeiders der verschillende vakvereeni-

gingen. Aldus is de oude moeilijkheid herleefd van de
juiste bepaling der grenzen tusschen vakvereeniging

en vakvereeniging. In den scheepsbouw zijn n]. arbei-
‘ders werkzaam uit, verschillende vakken en vakver-
eenigingen, ieder werkende onder eigen voorwaarden,
met zeer scherp ‘omljnde taak en zeer naijverig op hun rechten. Gegeven echter ‘de geest, die door de vakver-
eenigingen tot ‘dusverre met betrekking tot de moei-
lijkheden van de industrie is getoond, mag gehoopt
worden, dat ‘deze bijzonderè moeilijkheid niet onover-
komelijk zal blijken, wanneer de bijeenkomst wordt
hervat. Een an’de:r punt, ten aanzien waarvan men met
‘de vakvereeni.gingen niet tot overeenstemming kon
komen, betrof den financieelen toestand ‘der onder-
nemingen. Het gevoelen is algemeen, na ‘de recente
onthullingen inzake de financiën van Vickers, dat
‘de toestand verre van gnnstig is. De vakvereeni’giugen
zijn echter ontevreden over het gebrek aan gedet’ail-leerde inlichtingen en er heersoht waarschijnlijk een
zekere achterdocht, dat ‘de meer belangrijke gegevens,
die hen in staat zouden stellen een oordeel te vormen
over het concurrentievermogen der ondernemingen,

word en ach tergehoud en. Onder ‘deze omstandigheden
is ‘de bijeenkomst voor ongeveer vijf weken verdaagd
en ‘hoewel dit, gelijk gezegd, wordt betreurd, is er

toch geen neiging om de vooruitzichten als hopeloos
te ‘beschouwen.

Scheepvaarisubsidies.

Er is natuurlijk meer dan én factor verantwoor-
‘(lelijk voor de depressie in de Britsche scheepsbouw
en scheepvaart. Maar niet het minst belangrijk is de
omvang, waarin buitenlandscihe .regeeringen hun na-
tionale :reeders subsid ieeren. Er zijn geen aanwijzin-
gen, ‘dat hiermede zal ivorden opgehouden. In Italië
bijv. wordt thans een groot aantal passagiers- en
vracht,cl icnsten gesubsidieerd en vergroote subsidies
zijn juist ingesteld. Ongeveer 110 geregelde lijnen
worden met suibsidie gedreven en in de meerderheid
der gevallen strekken de subsidies zich over een
periode van twintig jaren uit. Het bedrag van het
subsidie hangt af van wijzigingen in den brandstof-

prijs. De subsidies voor ‘het loopende begrootings5aar
bedragen 192 miUioen lire tegen 150 millioen in

1025. Ten einde verdere hulp van den Staat te ver-
krijgeif zijn rio Italiaansc’he cheepvaartmaatschap

pijen verplicht geweest, groote hoeveelheden tonnage

op stapel te zetten. Dit heeft zich weerspiegeld in

de jongste cijfers van Lloyds Register of Shipping,
dat voor Maart en Juni van dit jaar cijfers te zien
geeft, waardoor dit land direct op Groot-Brittannië
volgt.

Wat ‘de Vereen.igde Staten betreft schijnen er bo-

vendien maar weinig aanwijzingen, dat ‘de Regeering
zich daar uit het soheepvaartbedrijf wil terugtrekken.

De algemeene meening van ‘den Shipping Board is,

‘dat de Regeering als scheepvaarton’dernemer
,
nog ge-
durende eenigen tijd waarschijnlijk noodzakelijk zal
zijn, wanneer ‘de Vereenigde Staten hun 1)Ositie in
‘de hand’elsscheepvaart willen handhaven. Regearings-

steun aan cle particuliere scheepvaart wordt ook in

den een of anderen vorm als noodzakelijk beschouwd,
terwijl er in sommige kringen zeer sterk dë meening
heerscht, dat ‘de Regeering in cle scheepvaart behoort

te blijven, teneinde in tijden van oorlog behoorlijke
transportgelegenheid te verzekeren. Het wordt als zeer
waarsohijniijlc beschouwd, ‘dat ‘de Board liet Congres

zal. aanbevelen, het een of andere subsidie te ver-
leenen.

Samenwerking tussc hen Britsche verzekeraars.

Een in het oog springende trek in ‘de redevoeringen
‘der voorzitters van de Britsche verzekeiingmaatschap-
pijen was ‘dit jaar cle nadruk, ‘dien zij legden
0
1) het
niet-l’oonende lcarakter der zeeverzekering. Er heersch-
te algemeen overeenstemming, ‘dat ‘deze onbevrecli-

gen’de staat van zaken alleen door gemeenschappolijk
optreden der verzekeraars kon worden genezen. Bij
gebrelce hiervan werd ingezien, ‘dat er maar weinig
hoop bestond om ‘deze tak van verzekering op een
winstgevende basis te plaatsen. Vermelding verdient,
dat in ‘de aangegeven richting iets is gebeurd. Op
het oogenblik zijn de Lon’d’ensche en Liverpoolsche
verzekeraars samen bezig de situatie van ‘de casco
markt te verbeteren, daar ‘deze ibeschouwd wordt als
het belangrijkste gedeelte van hun zaken ‘hier te lande.

Dit optreden is niet vruchteloos geweest. Het is ni.
‘de gewoonte van reeclers, op de Lon’densche ‘marlct

hun vloten voor het komende jaar ‘verscheiden maan-
‘den van tevoren ‘te verzekeren en reeds zijn aanzien-
lijke zaken tegen hoogere premies gedaan. In som-
mige gevallen bedraagt het verschil 20 pOt. en meer,
vergeleken ibij het vorige jaar.

AANTEEKENINGEN.

Bevolkingsrubber en arbeiderstekort in Djambi;
de N. 1. A. M.; de emigratiepolitiek der
Indische Regeering.

Bij het Jaarverslag van de Neclerlandsch-Indische
Aardolie Maatschappij over 1925′) is gevoegd een
hoogst ;belangwekkend uittreksel uit de aanteekenin-
gen ‘door ‘het lid van ‘den Raad ‘van Beheer der
N.I.A.M., Ir. Jhr. J. 0. van Reigers’berg Versluys,
opgesteld naar aanleiding van zijn bezoek aan de ter-
reinen der maatschappij in December 1925.

De’hecr v. R. V. beschrijft daarin uitvoerig de
verschillende boorterreinen eii hetgeen ‘daar wordt
verricht, verkeersmoeiljkheden, wegenaanleg en de

andere moeilijkheden, ‘die hij het vestigen van een be-
drijf in ‘de ivil’dernis moeten worden overwonnen. Uit-

voerig gaat hij in op het vraagstuk der beschikbare
werklcrachten, dat veel zwarigheci en oplevert, daar
in Djambi, het arbetdsveld van de N.I.A.M.
de be-
volkingsrubbercuituur, gelijk ‘bekend, een zeer hooge vlucht heeft ‘genomen. De ‘heer v. R. V. schrijft dien-
aangaande:
Op de fabrieken te Placijoe werken 1600 man, op de ter-
reinen (Ier B.RM. in cle residentie Palembang 2900 man.

‘) Tweede Kamer, Zitting 1 925-192e, No. 376.

776

ECONOMISCWSTATISTISCHE BERICHTEN

1 September 1926

Tijdens cle opening van nieuwe terreinen in Djambi heeft
men daar op een sterkte van 1000 man te rekenen. Bij
den LauTeg van cle raffinaderij’der Koloniale aan de Placl-
Joe-rivier werkeii 1200 man. Te Kartapati, het eindpunt ‘ax den spoorweg iaij Paleriibang, zijii uitbreidingswer-
ken nu cler auden , waaraan ook een ige hojiclerden niensehen
‘erken. Ook is een Vrij sterke maoht werkzaam bij den
spoorwegaaufeg in Zuid-PaIeinbang en de kolenmijnen
0
1
)

:Boekit Assam, cii vatIlieer het bericht juist is, dat het
fouveriiemeiit op cle begrooting voor 1927
f
15.000.000 ge-
bracht heeft voor spoorwegaanleg van ei Laliat, zullen
daar weer eenigeduizencieii menschen iioodig worden. Al
do hier genoemde ondeiiemingen en veiken moeten hun
werkvoik betrekken uit deielfde bronnen, ni. de bevolking
van Palembang en van elders afkomstige Javanen, Chi-
neezwi en Maieier.s. In :Djambi is slechts ccci seiiaarsche
bevolking (geschat op 200.000 zielen), die nimmer veel ar-
beid ‘oor anderen hebben verricht. Tot ‘oor eenige jareli
heeft het in de residentie Pa.lenibang nooit aan werkvolk
ontbroken; er was nu cii clan wel eens minder dan ge-
weuscht werd, maar mcii liep toch niet vast. Vandaar dat
iii deze rosidenties, in tegenstellii.ig met
do
Oostkust van
Sumatra en SBorneo, weinig niet oontrnctarl.ieid.ers is ge
werkt, in de laatste jaren ‘zelfs nagenoeg niet. Deze toe-
stand is uit het evenwicht gebraoht door de groote en plot-sel,i i ge stijging van de rubberanarkt.

1

lierop volgen dan enkele beschouwingen over de
inlarcdsche rnbbercultuur en cle hooge bonen, die de

arbeiders daarheen trekken, in verband hiermede

oefent de sohr. critiek op de ‘houding door het
Gou-

vernement
t.o.v.
de emigratie van Java naar Djamhi

ingendmeri. Hij schrijft:
De toeloop van werkvolk komt nagenoeg geheel int stre-
ken, w’aar geen rubber groeit, cii uit cle Straits. Voortclu-
renci wordt door i)jambiërs geprobeerd, koelies uit Java
te werven, ‘doch dit wrdt door het Gouvernement krachtig
belet Onder de gegeven omstandigheden •is dat hoegenaamd
niet .noodig. De arheidsordonnanties zijn ontstaan uit den
wensah, koelies te beshermeu tegen uitbuiting door hun
werkgevers. Echter is iii de streken, waar de bevoikiugs-
rubber ccii ioog-con
.
jiuictunr nieclemaakt, zulk een bescher-
ming volrnaa.kt overbodig, daar niet cle arbeiders afhanke-
lijk zijn van hun patrooic, maar omgekeerd. Aldus wordt door verkeerde toepassing van een goed beginsel den Ja-
vanen belet, daar begeerd en loonend werk te vinden, een
nadeel, dat des te meer drukt, waar door de slechte
oogsten in 1925 in verschillende streken de economische
toestand van de inlandsehe bevolking niet gunstig is.
Wilde men veilig gaan en voorkomen, dat het Gonverne-
nient, wanneer later de rnhberprijzen sterk dalen, ‘zou be-
last worden met clan terugvoer van cle koelies, die men
natuurlijk zonder werk in Djambi niet kan laten, dan zou
het depoi)ee
•ren van een bedrag
Viii)
f
20
a
f
25, bij het

verkrijgen van een reisvergunning, clie moeilijkheid een-
vouchig oplossen. Een bezwaar levert zoon bedrag absoluut
niet op. Voor Chiceezen en Brit,sch-Ind’iërs, die bij binnen-

komst in Indië
f 100
moeten storten, wordt door hun ‘toe-
komstige werkgevers grif dit bedrag betaald.

,,Dat deze hoogcorijurictuur in het algemeen zegen-
rijke gevolgen zal hebben, wordt door niemand be-
weerd”, schrijft de heer v. R. V., die op dit punt
den Directeur van Landbouw tegenover zich vindt
blijkens diens artikel iii het
No.
van 16 December

1925 van dit Weekblad.
Ook
de heer
Smits
gaf op

grond van de .invoercijfers iii het
No.
van 2 Juni 1926

van een tegengestelde opvatting blijk. De ‘heer v.
R.

V. besluit dan zijn opmerkingen als volgt:
Hot spreekt wel vanzelf, dat deze conjunctuur hoogst
nioeilijk is geworden voor oudeanenuingen, die veel werk-
volk noodig hebben. Niet alleen zijn de werkloonen sterk
gestegen en gaan toch nog bij voortduring te menschen
naar elders, maar ook de verhouding tussehen skillecl en un,
skilled labour w’orclt ontwricbt. Tappen op de inlandsche
manier doen cle eenvoudigste. koelies even goed (of slecht)
11

als de beste toekang. Ook komt ‘het volk heel slecht. op.
Vernield werd, dat het volk der aannemers op Boeajaiil
Boeloeh 40 pCt. verzuimt. Een statistiek omtrent het eigen
werkeolk der B.P.M. op de ])jancbi-terreineci, nog buitenj
dat van de geologische brigades en ook buiten dat der
aannemers, bewees in 1925 een verloop per maand van
gemiddeld 12 .pCt. Dit betreft clan nog cle kern; onder het
losse volk, .dat de meercleriieicl uitmaakt, is liet verloop
veel grooter. Bij nieuwe uitgebreide werken in cle wilder-
nis kan liet voorkomen, dat men, om geregeld 250 man op
liet werk to hebben, waarvan er dan nog maar gemiddeld 150 werken, een aanvoer per jaar nooclig heeft van 1000
111
an. – – . . .

Het verloop van volk is zeer onregelmatig, zonder dat
men daarvoor een bepaalde oorzaak kan -noemen. In ‘liet
laatste kwartaal 1925 was liet heel erg in Djambi, in het
eerste kwartaal 1926 verniinderde dit ‘sterk, doch nam het
daarentegen weer bijzonder toe in Palembang. Rust zal er
alleen komen, walineer de ru

bberbeweging eindigt. In de
Straits, waar men niet hetzelfde euvel ‘hard te kampen
heeft, rekent uien, dat deze nog tot 1929, zoo niet langer, zal
aanhouden.
lle
-ii’ ei’kgcn’er.s stellen zich natuurlijk de vraag, wat
er onder de gegeven omstandighedeti te doen is. Zooals
reeds werd vermeld, zij-li er op J ava inensdh

en genoeg, die
wei’k w’enschén elders. Voor cle emigratie van coutractan-
teii naar ‘Dcli is liet aanbod grooter dan er vervoerd kun-
hen ivoi’cleii , l)it is 6000 per niaaiiil.
lAt
December 1925
bracht cle K.P.M., dooi’ liet .in]eggen van extra booten, er
10,000 over. Een toevoer van 2000 man pet’ iiiaand naar
Palembatig cii :Djaniibi zou de toestandeti in korten ti,jd
bela ngrijk verbeteren.
Aanvoer van vrij werkvolk is door de Regeering ver-
boilen en clanclestieue aanvoer wordt krachtig bestreden,
liet aanvoeren van c’ontractkoelies is voor de grootere on-
dernemingen onder Iduropeesch beheer mogelijk, daar deze
aan cle gestelde eischen kunnen voldoen. ,Men ziet er in
Palembang zeer tegen ohi, niet dit werfstelsel weer te be-
gi ii nen, nl aal’ zou er toch wel toe overgaan, wanneer er
een verbetering door verkregen kon worden, die eenigszins
opweegt tegen cle groote onkosten er aan vei’bonclen. De
moeilijkheid toch is, met eonitractanten te werven, maar
deze te behouden. De poeuale sanctie heeft onder normale
omstandigheden in Dcli en elders goed gewerkt, omdat de
relatief weinig talrijke gevallen fvan onwilligheicl tot iver-
ken worden gestraft, waardoor con’tractbreuk 01)
tLi’t.ge-

breitle schaal werd voorkomen. Maar wanneer een geheele
groep c’outraetkoelies aan de verleiding blootstaat weg te
loopen en het aantrekkelijke leven van tapkoelie te gaan
leiden, kan men met strafbepalingen cl&mensclien niet aan
hun verplichtingen hou-den. Bovendien maken de uitge-
breide rubberstreken liet ondoenlijk, daar gedroste con-
tractanten op te sporen. De N.I.A,M. zorgt behoorlijk voor

haar arbeiders, be-
taalt goede bonen, verleent goed logies, geneeskindüge
hulp en zorgt dat doe levensbehoeften tegen normale Placi-
joe-prijzen, ook op te meest afgelegen terreinen, verkrijg

baar zijn. Tegen the attracties van het tappersleven w’eegt
-dit voor de mensehen echter niet op. Men -zal daarom,
S00-

lang
do
rubberboom duurt en geen vrije toevloeiing van

werl volk

uit Java w’ordt toegelaten, moeten rekenen niet toestanden als hiervoren geschetst.. Dit. zal er toe leiden,
zuinig te zijn niet werkvolk. Nieuw’e terreinen openen
geeft cle meeste moeilijkheden, daar -daartoe groote aantal-
len ‘los volk nooclig zijn. Men aal dus alleen moeten gaan
werken op niet meer dan -gewone voorbereiding uitgezochte
terreiuen, gekozen uit eer zoo groot mogelijk aantal geo
logisch volledig verkende. Daartoe is een zoo ver doenlijk
opvoeren van het geologisch onderzoek noodig. Voorts zal men bij de beslissing, waar te gaan boiuu, ook den omvang
val) het daartoe noodige voorbereidende werk hebben te w’egen. Hierdoor zal zonder twijfel mindem vlot kunnen
w’orclen gewerkt dan onder, normale omstandigheden. Zoo-
lang cle rubberboom en cle naweeën daarvan cle arbeids-
markt beheerschen, kan men daar echter niet aan ontko-

men.

Kosten van het levensonderhoud bij arbeiders-

gezinnen te Amsterdam.
1)

in’ le berekening -van het Amster-damsche index-

cijfer heeft een wijziging plaats gevonden. – Het Bu-
reau van Statistiek dier gemeente deelt daaromtren-t

het volgende mede:
Gedurende zes jaren, en wel vu Maart 1920 tot Deceum-
her 1925, werd het int exeijfer der kosten van het levens-
onderhoud voor arbeidersgezinneli berekend uit de prijsstij-
ging of -dalfng der verschillende artikelen en,,diensten”
sclert Maart 1920, terwijl als waardeeringscoëfficiënt van
elke stij-ging of daling het bedrag diende, dat bij een in
laatstgenoemde maand gehouden budget-onderzoek aan ieder
dezer artikelen of diensten uitgegeven werd.
Hoewel in den loop diêr jaren tweemaal een nieuw on-
derzoek, het eene in Maart 1922, het andere in Maart 1924, het bewijs geleverd had, dat deze coëffieiënten hun waarde
als beeld van de levenswijze der arbeiders bleven behouden en hoewel ook de methode in het algemeen aan alle eischen
bleef voldoen, werd toch geleidelijk de wensehelijkheid ge-
i’oelrl’ om te -wijze van berekening en te cijfers, welke hier-
aan ten grondslag liggen, in sommige opzichten te herzien.

1)
Verg. p. 135 in het nummer van 10 Februari 1926.

September
1926

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

777

Dit was o.a. het geval met den post ,,huishuur”; het mee-
rendeel van de gezinnen ni., die aan het onderzoek van
Maart 1920 hebben deelgenomen en nog steeds elke drie
maanden hun huur opgaven, hebben de laatste jaren nieuw-
gebouwde, dus betrekkelijk dure woningen betrokken, waar-
door de nieuwbouw in de berekening een grootere plaats
dreigde te krijgen clati hij in de geheele gemeente in wei

&elijkheid inneemt.
Verder bleek het ton gevolge van de wijzigingen, welke
zich de laatste jaren iii tien aard en de samenstelling van
klceditig en schoeisel hebben voorgedaan, noodig, de lijst
der artikelen, waarvan de prijzen werden bijgehouden, te
herzien, ten einde ze opnieuw aan de werkelijkheid aan te
passen. –
Eindelijk was liet in het algemeen wenschelijk, deze wij-
zigingen aan te grijpen ozo de tot dusver gebruikte waar-
deeringscoëfficiënten, welke gedurende verscheidene jaren
onveranderd vnrdn gebleven, te vervangen tloor die, ver

schaft door een nieuw type-budget, waarin mogelijke ‘er-
inderitigen in dc levenswijze sedert Îvtaart 1920 tot uiting
zouden komen.
Om al deze redenen werd besloten, -de berekening van liet
indexeijfer, te beginnen niet dat van Maart 1926, te wijzi-gen. Wat speciaal het laatste punt betreft, liniE liet Bureau
gelegenheid een type-budget samen te stellen, ontleend aan
de uitkomsten van het onderzoek, van 1 October 1923 tot
30 September :1924 ingesteld bij 212 gezinnen van ver-schil-
londen welstand, waarvan de globale cijfers als bijlage bij
liet Statistisch Maandbericht over November 1925 zijn ge-
publiceerd. Tot de samenstelling van dit type-budget wer-
den cle budgetten gebruikt van cle 72 nrbeidersgezinnen, voorkomende onder de 87 gezinnen, clie cie laagste twee
welstandsgroepen (inkomens tot
f
2400) uitmaken; de
aldus verkregen cijfers leverden de nieuwe coëfficiënteu,
welke van Maart 1926 af als grondslag van iie berekenin-
gen zouden dienen.
Het nieuwe inciexeïjfer nu onderscheidt zich vooral in
tweeërlei opzicht van het vroegere
lo. Dit laatste beru.stte op de uitgaven, iloor 32 gezin-
nen genoteerd gedurende slechts vier weken in Maart 1920,
terwijl aan liet nieuwe
de uitgaven van
72
gezinnen go-
dwrende een vol jaar
(October 1923 tot en met September
1924)
ten grondslag
liggen. De samenstelling van het type-
budget is hierdoor minder onderhevig aan de werking van
liet toeval en (ie cijfers zijn niet alleen geschikt als een
maatstaf van de duurte, doch geven tevens een nauwkeu-
riger beeld van alle uitgaven, die in een gezin in den loop
van een jaar plegen voor te komen.
2o. Daar het type-budget betrekking heeft op (le periode
1 October 1923-30 September 1924 en niet meer, zooals,
vroeger, op Maart 1920, was het we.nsclielijk (leze periode
ook als ,,basis” dci berekeningen, aan te nemen, -d.w.z. deze
periode voor cle vaststelling van het indexcijfer = 100 te
stellen.
Te begiuicen nvet Maart
:1926
wordt dus,
evenals dit

Stijging en
daling in perc.
sedert periode
Voe-
Rest)
Totaal
lJXj23-30j1X124
Index-
ding2)
=
ioo
cijfer

ding

Gemiddelde weke-
lijksche uitgave per
gezinseenheid
4
)10
centen

gedurende
hetaar
1
Oct. 1923-
30

epteniber 1924.
493 608
1104
100
Bedragen in centen,
welke per gezins-
eenheid zouden zijn
uitgegeven, indien besteed

aan

het-
zelfde alsin het jaar
10ct. ’23-30 Se pt?24
in:
Maart

1926…
.
457
5951
1053

7,2

2,1
95,7
Juni

1926….
472 594
1066

4,2
– 2,4
96,8

Brood, beschuit, koek, grutterswaren, melk, kaas, eieren,
vleesch, visch, vetten, suiker, andere kruidenierswaren,
aardappelen, groenten, fruit, dranken, maaltijden b. huis
bereid.
Kleeding, schoeisel, huishuur, brandstof, gas, electri-
citeit, toilet, wasch, schoonmaakartikelen, woninginrichting,
huisraad, fondagelden, contributie, periodieken, rooken, ont-
spanning, spoor, tram, diversen. De herleiding tot gezinseenheden geschiedt aldus, dat
de man geldt voor 1, de vrouw voor 0,91 een kind in het
eerste levensjaar voor 0,15, in het tweede voor 0,2, in het
derde voor 0,3 volwassene en zoo geleidelijk opklimmende
met 0,05 voor
elk leeftijdsjaar.

in Maart 1920 reeds eenmaal het geval was,
een nieuwe
reeks indexcijfers aangevancgen,
ditmaal op de basis van
het jaar October 1923—September 1924 = 100. Om echter
de continuIteit te bewaren met de tot dusver gepubliceerde
reeksen op de basis van het prijsniveau van vSÔr den oorlog
= 100 en op (le basis van Maart 1920 = 100, wordt het
nieuwe in-dexcijfer aan die beide reeksen aangesloten op
deze wijze, dat al-s schakel voor cle aansluiting gebruikt
wordt het gemiddelde vati cle 4 indexcijfers voor de iiiaancleu
1)ecember 1923, Maart, Juni cii Septemben 1924, vallende buien de aleel genoemde l)eriode, zooa.ls deze 4 iuitl-e-x-
cijfers voorkomen zoowel in cle reeks op cie basis vuil v(ör
dc ii oorlog als i ii clie op de basi
S
van iVlla:i it :1920.
Torei,ist’iande tabel geeft het bedrag, dat van 1 October
1,923 tot 30 September 1924 door de 72 gezinileil
POT
eenheid
cii per veck anti elk onderdeel van het budget werd uitge-
geven, alsmede het bedrag, dit in Maart en in Juni 1.926 vol-
ge is cle ii stan cl der in elk iezer
lui
ancien gel cle n de pi ij ze n
per eenheid per week zou zijn uitgegeven, -indieni dezelfde ar-
tikeicn iii dezelfde hoeveelheid waren gekocht en dezelfde chensten wirell genoten als in (Ie periode October 1923 tot
en niet Septeniber 1924. liet resultaat der berekening is
het indexeijfer, dat men ann het einde van de tabel vindt.
Bovengenoemde aan sint iti nig van liet
ii
en we in ilexcijfer
op de oude reeksen niet basis vOOr den oorlog en op clie
i’net basis Maart 1920 geeft de volgende’ tabel

Indexcijfers van de totale kosten van liet levensonderhoud
voor arbeidersgezinnen in de jaren 1911113_Juni 1926,
berekend door aansluiting van de 01) grondslag van de
levenswijze gedurende de periode 1 October 1923-30 Sep-
tember 1924 vastgestelde cijfers aan die op grondslag van
de levenswijze van 1911 en van de levenswijze van Maart 1920.

1911113 …………100

Juni

1923..

173,5
Maart

1920.. 213,7
2)
December

1923.. 177,6
September

1920.. 228,3

Juni

1924.

173,3
(max.)

Gemiddelde December

1921.. 190,4

.1 Oct.’23-30,Sept.’24 176,6
1
)
Juni

1922.. 186,8

Maart

1.926.. 169,0
2)

December

1922.. 176,3
1
Juni

1926.. 170,9
Begin nieuwe reeks. Volgens de methode van 1920 zou dit cijfer 174,2 heb-
ben bedragen, cl.i. 3
0
/0 meer.

Ter toelichting der cijfers zelve diene het voigeitile:
Op de basis October 1.923—September 1924 = 100 be-
draagt: het inclexcijfer voor Maart 1926
95.7
en voor Juni
1926 96,8.
Omgerekenil op cle basis Maart :1920 = 100 be-
draagt het voor Maart 1926
79.0
en voor Juni 1926
80.0
en onigerekend op de basis van de pei’iocle 1911-1913
=
.100 voor Maart 1926
169.0
en voor Juni 1926
170.9.
Om cle vergelijking niet vorige kwartalen mogelijk te
makeit ei’i een onafgebroken reeks te bezitten, aanvaugeitcl
met 1911-1913, loopeud over Maart 1920 en over cle pe-
riode October 1923September 1924 tot thans, had het
Bureau eigenlijk voor cle vijl kwartalen van December 1924
tot en niet December 1925 cle indexcijfers volgens cle nieu-
we methode opnieuw nioeten berekenen. Om het vele werk,
ihat dit zou meebrengen, moest hiervan voi-deu afgezien.
Dit heel t ten gevolge, dat het cijfer over Maart 1926
(169,0) ter lieoordeeling van cle prijsbeweging in het eerste
kwartaal van dit jaar alleen kan worden vergeleken met
het cijfer 177.2 over ])ecentber 1925, dat volgens cle oude methode is berekend. Deze vermindering met ruim 8 pun-
ten is voor een gedeelte het gevolg van de verandering in
iie wijze van berekenen. Om vast te stellen iii welke mate
dit liet geval is, is over Maart 1926 het cijfer tevens vol-
gens cle oude methode berekend. Het bleek toen 174.2 te
zijn, dus eau daling sedert December
te vertoonen met
3 puuten of
1.7
pOt., hoofdzakelijk als gevolg van prijs-vermindering van melk, eieren, bevroren rundvleesch (ta-
riefverlagingcu van 3 Febr. en van 8 Maart jL) en aa.rcl-
tippelen. De daling van 174,2 op 169.0 kan dus beschouwd
worcleti als een gevolg van cle veranclerinig in de methode.
Zij vloeit voort uit een aantal oomzaken: o.a. een zuiverder
berekeninig van cle hiittrstijging, en wel uit de gegevens
van den Wottingdieust omtrent cle huurstijging bij oude
en bij nieuwe arbeider-swoniugen en omtrent cle vet-houding
tussehen ouclbouw en nieuwbouw, welke een lager cijfer
geeft dan de vroegere berekening uit de opgaven der ge-
zinnen zelve; de veranderingen in de kleecling, niet name
het groote gebruik van kunstzijcle, waarbij zich het merk-
waardige verschijnsel voordoet, dat cle daaruit vervaardig-‘
de artikelen goeclkoope-r zijn clan vOOr den oorlog; enkele
veran(ieriugen iii de levenswijze, blijkeucle uit het nieuwe
type-budget (bijv. een gi-ooter verbruik van vleesch, dat
vrij sterk in prijs geilaalcl is), enz.
Bij de beoordeeling van het nieuwe indexcijfer (169.0

778

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 September 1926

basis vdÔr den oorlog, 79.0 basis Maart 1920) zal men dus
met het verschil met het oude (174.2 en 81.5 of 3 pCt.)
rekening moeten houden.
Zooals men weet, wordt bij de samenstelling van het
Amsterclamsche cijfer niet met de belasting rekening gehou-
den. Nu in de inkomsten en ook in de belasting een zekere
stabiliteit is gekomen, zou het type-budget van 1923—’24
wel de gelegenheid bieden om voortaan ook de belasting
i]i .de berekening te betrekken. Met het oog op de continui-
teit wordt dit nagelaten. Evenwel worde opgemerkt, dat
het ook geen invloed van eenige beteekenis op het eiadcijfer
zou hebben als mcii het wel deed. Volgens het type-budget
werd
f
0,41 per eenheid ixr week voor belasting uitgege-
ven, of nog niet 4 pOt. der uitgaven. Eet grootste deel
dier belastinguitgaaf en wel 2 pOt. van het budget, is ge-
meentelijke inkomstenbelasting. Deze is sedert 1923—’24
met 11 pCt. gedaald (de factor van 0,675 is tot 0,6 vsrmin-
derd) ; dat zou dus een vermindering van het indexcijfer
met 0,2 pCt. geven.

Drie jaren Oostenrijksche Nationale Bank.

In de bijlage van het laatste nummer van het ,,Zeit-
schrift für Handeiswissenschaft und Handelspraxis”
wordt door den Directeur der Allgomeine Osteri-eichi-
sche Boden-Oredit-Amstalt, Dr. F. Hönig, een artikel

gepubliceerd over cle lotgevallen der Oostenrijlcsche
Nationale Bank in de eerste drie jaren van haar be-
staan.

Op het eerste jaar drukte, naar do schrijver op-

merkt, de oprichting nog haar stempel. Zoowel mate-
rieel als moreel moest de Banlc gefundeerd worden.

Hierin is men ten volle geslaagd. De valuta wer.d ge-

stabiliseerci, de dekking der biljetten versterlct en aan
.de geldereatie een buitengewone elasticiteit verleend.’
De kroon werd in overeenstemming met de waarde,

welke zij gedurende liet laatste kwartaal van 1922
bijna ononderbroken ter beurze van New York had
gehad, op rond 71.000 voor den dollar gehouden, niet zoo laag, dat de koers nog niet voldoenden prikkel tot

verlcoop van .dev.iezen bood, niet zoo hoog, ‘dat van de
geidzijde uit bewegingen van het prijspeil zouden

hebben kunnen intreden. Op basis van dezen koers
nam de Bank alle haar aangeboden dollar- en pon-

denwissels op. Hierdoor steeg •de circula

tie, doch
verbeterde gelijktijdig de kwaliteit •der dekking en

verkreeg de Bank in toenemende mate de beschikking over middelen om den kronenkoers, indien noodzake-

ljIc, door afgifte van deviezen te verdedigen. Karak-
teristiek voor het eerste jaar is dan ook een snelle
stijging van de gouddeviezen van 114,5 millioen

Schilling
1)
op 7 Januari tot 383,2 millioen op 31 De-
cember. Grootendeels hierdoor bepaald werd de stij

ging der eircuia’tie van 447 tot 777,5 m.illioen.
In 1924 werd de Nationale Bank op de vuurproef
gesteld door de in dat jaar uitbrekende, hevige crisis.

Over •de rol, welke ‘cle Bank toen gespeeld heeft,
schrijft Dr. Hön.ig het volgende:

De Nationale Bank, besloten achter alle deden der
volkshuishouding, welke haar bescherming nooilig hadden,’
en waardig waren te staan, grijpt zoover mogelijk en ere-
diet-politiek toelaatbaar, echter veel verder clan haar plicht
haar voorschrijft, steutiend en lielpenci in, om de crisis te
localiseeren en de schade voor het sparende publiek en het

l)roJl1ctie’e bedrijfsleven zooveel doenlijk te verzachten. In
de baukstaten weerspiegelt zich deze hulp in een scherpe’
stijging der discontoportefeuille en der circulatie. Bijna
gelijktijdig echter begint een daling van den metaal- en’
deviczenvoorraad. Buitenlaucische effectenbezitters bren-
gen hun winsten in veiligheid en trekken daardoor groo-
tere bedragen deviezen terug, dan zij indertijd bij aankoop
der papieren in het land hebben gebracht. Korte credieten
in buitenlandsche valuta worden opgezegd, want de bui-
tenlandsche pers verbreidt, alsof datgene wat werkelijk
l)laats vindt nog niet genoeg w’as, overdreven, ja, van tijd
tot tijd duidelijk kwaaclwilligo ala.rmgeruchton over Oos-
tenrijk. De Nationale Bank moet intra en extra muros
hevige gevechten leveren, doch zij handhaaft zich, door een
rijken deviezeiivoorraad tegen alle gevaren gewapend.
Slechts aarzelend, en meer toegevencl aan den invloed van
het buitenland, (lraait zij ook de renteschroef aan, op

) ].roiien in Schilling omgei-ekend, om vergelijking met
1925 mogelijk te maken.

5 Juni tot 12 pCt., vervolgens, wanneer deze maatregel
volkomen zonder effect blijft, op 13 Augustus tot den
enorm hoogen stand van 15 pOt. ])e Londensehe City,
welke met de eigenaardigheden van de Oostenrijksche geld-
en kapitaalmarkt niet voldoende vertrouwd is, wil de
requisieten van de Fugelsche bankpolitiek op Oostenrijk aangewend zien en raadt uitdrukkelijk ieJere renteverla-
ging af. Nauwelijks tonnen na de verlaging van het dis-
conto op 13 pCt., welke tegen November plaats vondi, cle
beurskoersen een voorbijgaande geringe verbetering, of
reeds schrijft een Londensch blad (Times vait 25 November
1924) (lat de Weensche speculatie weer orgiën viert. Ander-zijds roepen de industrie, oudlernemers zoowel als arbeiders,
terecht om lage rente. Zon woedt de strijd der meeningen
om de politiek der Centrale Bank. Critiek van iederen aard
bevit haar, men laaclt op haar de verantwoordelijkheid voor
iie duurte, beschuldigt haar van ,,credietinflatie” en een’
document van cle verwarring der tijden blijft voor altijd,
wat cle financieele commissie van den Volkenbond (in bij-
lage 1, punt 8 dier Geneefsche protocollen van 15 Septem-
ber 1924) heeft neei-gelegd: de ‘duidelijk 6f onvervulbare 6f
nietszeggende eisch van een liscontopolitiek, welke de
muntstabilite’it ,,niet slechts in verhouding tot het goud,
doch ook in verhouding tot de goederen kan handhaven”.

Het antwoord van presi’dent
Reisch op
‘deze critiek
was volgens den sdhr. ‘het eenige juiste, ni. het aanbod
om af te treden. 1

let werd niet geaccepteerd en na
nauwelijlcs twee maanden begonnen de golven ]calmer
to worden; het moeilijkste was gelukkig ‘doorstaan en
do politiek der Nationale Banlc ha’d zich schitterend
gerechtvaardigd.

De hierboven genoer’de gebeurtenissen weerspie-
gelden zich uiteraard in ‘de weekstaten van de Bank.

Do voorraad gou.’d en goudw.issels daalde tot einde Oc-
tober bijna voortdurend. De ‘discontoportefeuille zwol

van 7 Januari tot 7 Augustus ‘van 124,8 tot 332,9 mii-
hoen Schilling aan, ecu maximumstand in den tijd,
waarin anders ‘de zaken een minimum bere.ilcen, het-
geen ook uit de bankstaten van 1923 blijkt, toen op

denzelfd.en’ ‘dag de wisselportefeuille h.aar minimum-

bedrag van het jaar aarnwees. De kroon bleef te ‘mid-
den van al ‘deze ‘beroeringen het gehee]e jaar stabiel,
vertoonde zelfs geen enkele maal een neiging tot
daling. Een meer ‘doorslaand ‘bewijs’, dat de Bank een

vuurproef heeft ‘doorstaan, acht Dr. Hönig niet m-
gelijk.

In 1925 kreeg ‘dle stabilisatie haar beslag, doordat
de nieuwe munteenhei’d, de Schilling werd ingevoerd,
de ,,Zwangsbewirtsc’haftung” ‘der ‘deviezen afgesdhaft
en de ,goudpari,tei.t als uitsiuiten’de maatstaf voor de
koersvorming van ‘het gel’d werd vastgelegd. Sinds de
‘deviezenvoorschriften zijn nfgoschaft, waarvan men
slechts gunstige uitwerking heeft ondervonden, func-
tionneert ‘de Nationale Bank als een cir,culatieban;k,

‘die haar biljetten ongelimiteerd in goud omwissel’t,
aangezien Schil] ingbiljetten onbeperkt tegen dollars
worden ingewisseld. De ‘dat-de maatregel was de sta-
bilisatie van den Schilling op basis der goudrelatie
(100 ‘dollar = 710,60 Schilling), terwijl ‘de Nationale
Bank tot dusverre aan de koerspari.teit in de verhou-
‘ding van 100 •dlollar = 710,60 s. had vastgehouden.
Derhalve kunnen ‘do schommelingen der Schillingno-
teeringen voortaan zich slechts binnen dle gou’dpunten
bewegen. Opgemerict ‘dient te worden, dat de Schil-
ling tegenover ‘don dollar een agio deed, ‘dat op 22
December 1925 met 3,78
0/00
een maximum bereikte.

Naast deze maatregelen dient vermeld te worden
de terugkeer van de beteekenis van het ‘disconto tot
beheersching van de geldmarkt. De Nat-ionale Bank
was hierbij geenszins passief, doch moest veeleer her-
haaldelijk en met nadruk actief ingrijpen om ‘de na-tuurlijke ontwikkeling te helpen ‘doorbreken en een
aan den toestand van ‘de geidmarkt aangepaste com-
municatie met de opnieuw tot stand gekomen parti-
culiere ‘disconto-markt een’erzijds, met”de door de lan-
den als credietgevers gevraagde rente anderzijds tot
stand te in-en gen.
Wat de ontwikkeling van den •bankstaat in 1925
aangaat, ziet men een verheugende toeneming van den
voorraad goud en gouddeviezen, gevolg van ruime toe-

1 September
1926

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

779

strooming van bui tenlandsche credieten en van ver-
betering ‘der handelsbalans. 1)e cijfers bedr:4geil voor

7 Januari en 31 December 1025 352,1 en 513,9 mii-
lioen Schilling. De wisselportefeuiile heeft, na een
maximum op
7
Januari van 182,4 op 23 September

haar minimum bereikt met 69,3 millioen Schilling en
beliep 31 December vee.r 180,2 millioen. Deze betrek-
kelijk lage
stand,
schrijft Dr. Tiönig, is een verschijn-

sol, dat in den ongunst van den. econornischen toe-

stand, ten dccle echter ook in de vcrpiaatsii.ig van de
vraag naar de particuliere wisselmarkt zijn verklaring

vindt. Overblijfselen van het crisisjaar 1924 worden

niet als wissels opgevoerd, doch onder ,,an’clere activa”
geboekt.
01)
23 Aug. 1926 bedroegen de voorraad goud-
en gouddeviezen 532,1 millioen Schilling, de wissel-
portefeuille 66,4 millioen.

INGEZONDEN STUKKEN.

DE PANDBRIEVEN ONZER HYPOTHEEKBANKEN.

Op blz. 582 van deren jaargang schreef i’k o.a. deze zinsnede: ,,Aan dit
toeval……is
het ‘te ‘danken, dat
de onder ‘drang van ondeskundigen aanvaarde
ver-
plichting
(tot uitlot:ing van een vast deel der pand-
brieven) steeds volledig is kunnen worden nage-
komen”.

Van vacantie terug, bereikt mij de vraag, wie ik
met (.1e klein eeren’d e iii tdrukking ,,ond eskundi gen” wel
zou hebben bedoeld. Ik stel er nu prijs op alsnog
mede te deden, dat – zooals ik schreef – m.i. het

vraagstuk, waarover het ging, er een was, hetwelk
de directie
binnenskamers
tot oplossing moest bren-
gen. Zij is, uit den aard der zaak, de eenige, die
alle
factoren kent; zij is dus de deskundige. Alle anderen
zijn m ..
00(1
eskun digen.

hiermede werd niets kleineerends bedoeld; en de
vraag maakt mij duidelijk, dat ik ‘beter had gedaan
,,buitenstaand en” te schrijven. Immers andere bedoe-
ling had ik niet.
A.
J.
s. VAN LIER.

BOEKAANKONDIGING.

EEN BOEK OVER DE TABAKSCULTUUR

IN NEDERLANDSCH-INDIË.

Een belangwekkend werk is samengesteld door den
Heer J. L. Vleming Jr., Hoofd van den belasting-
accountantsdienst in Ned. Indië, on uitgegeven door
den dienst der Belastingen aldaar. Het bevat talrijke
gegevens over de verschillende wijzen, waarop de

tabakscultuur in Nederlandsch-Indië wordt gedreven,
hetzij door de bevolking op haar eigen gronden, zoo-
als dit op Java en op Sumatra’s Westkust plaats
heeft, hetzij op gehuurde of gepachte gronden zoo-
als in Besoeki, de Vorstenlanden en in Dcli. Voor
allen, die belang stellen in de tabakscultuur in die

gewesten, bevat het werk belangrijke gegevens, vooral
de beschrijving der cultuur door de bevolking op
haar eigen gronden, die van de zoog. vrijman-tabak, op ,Tava en Madoera bevat vele mededeelingen, die
niet bekend waren, zoodat men een beeld krijgt van

deze cultuur, haar uitgestrektheid en haar econo-
mische beteekenis en de gedragingen van de Inland-
sche planters en van de talrijke tusschenpersonen,
die
bij
het opkoopen van de tabak hunne bemiddeling
verleenen, van de voorschotten die worden gegeven,
enz. Men ziet hoe naast en in de plaats van de
kerftabak, die uitsluitend voor Inlandsch gebruik
bestemd is, zich meer en meer de cultuur van kros-
soktabak uitbreidt, die in hoofdzaak naar de mark-
ten in Amsterdam en Rotterdam wordt gezonden.
Zooals uit bijgevoegde statistieken kljkt, is uitge-
strektheid der bevolkingstabak in de laatste jaren
op Java en Madoera steeds toenemende (van 134.126
bouw in 1917 tot 172.757 bouw in 1923 en, na de
gunstige opbrengstcijfers in dit jaar, tot 278.708 in
1924). De waarde van den oogst van kerftabak wordt
op 20 millioen gulden geschat, de waarde van den
krossokoogst is moeilijk te schatten, doch wordt op
ongeveer 15 millioen gulden aangenomen.

0.1
Ook wordt een uitgebreide beschrijving gewijd aan
de bevolkingscultuur van tabak op Sumatra’s West-

kust, waar de productie op 20.000 â 21.000 picol
wordt geraamd.

Naast de tabakscultuur der bevolking op haar

gronden, waarbij de beschikking over het product

aan den Inlandschen planter blijft, wordt uitgebreid

behandeld de cultuur door de bevolking in Besoeki

op gronden, die zij aan de ondernemers heeft ver-

huurd en waarbij dan ook de oogst tegen vooraf

overeengekomen prijzen aan den ondernemer -huurder
wordt ingeleverd. Voor dit doel
zijn,
zooals wordt
meegedeeld, ongeveer 65.000 bouw ingehuurd, waar-

van jaarlijks de helft met tabak beplant wordt. Het

zijn groote oogsten, die hiervan verkregen en in
Holland aangevoerd worden, in 1922, 1923 en 1924
resp. 130.478, 159.993 en 196.388 pakken van 90-
100 KO.
1),
verkocht voor gemiddeld 35, 46 en 443
cent per Y2 KG.

Tenslotte wordt de cultuur behandeld van tabak

op Sumatra’s Oostkust (Deli) gedreven op gronden,

aan de ondernemers door de Sultans in concessie
gegeven op voorwaarden, door het Gouvernement vast-
gesteld, en met behulp van koelies, van China en
Java aangevoerd, een belangrijk gebied, met oogsten

van ongeveer 200.000 pakken (van pim. 78 KG) in
Amsterdam en Rotterdam voor 60 tot 80 millioen
gulden verkocht.

Een zeer lezenswaardig hoofdstuk vormt een be-schrijving van de sigaren- en sigarettenindustrie op

Java. Gemeld wordt hoe een groote fabriek 1.200.000

sigaren per week van 7 werkdagen produceert en
een andere fabriek een miljoen sigaretten per dag.
Ook wordt beschreven de industrie van de strootjes,
die door de Inlandsche bevolking gerookt worden.

Daarbij wordt een fabriek vermeld, of liever een
werkplaats, want alle strootjes worden met de hand
en in huisarbeid vervaardigd, die
jaarlijks
400 milli-
oen strootjes aflevert. De jaarproductie wordt op
134 milliard strootjes geschat.

Interressant is hetgeen hierbij te lezen valt over
de concurrentie, die aan de sigaretten- en strootjes-

industrie wordt aangedaan door goedkoope sigaretten
van in Amerika gewonnen Viiginia-tabak of van in
China geteelde tabak van Virginia-zaad, die door

enkele groote firma’s (Amerikaansche en Chineesche)
in Ned. Indië worden ingevoerd, Een dezer firma’s
is er reeds toe overgegaan niet cle sigaretten maar
de tabak te importeeren ter vermijding van het in-
voorrecht op sigaretten, en de sigaretten op Java
te fabriceeren en wel in een fabriek te Cherihon,
die 250 mIljoen van dergelijke Virgitaia-sigaretten
per maand kan afleveren.

In het werk zijn nog te vinden een uitgebreide
beschrijving van de cultuur en bereiding van de ta-
bak, van den handel in dit artikel, van de verschil-
lende belastingen en heffingen van tabak en tabaks-
fabrikaten,
terwijl
in de bijlagen vele statistieken
betreffende de productie en den uitvoer van tabak,
de landen van bestemming, den invoer van sigaret-
ten, de opbrengst van het uitvoerrecht, enz. enz. zijn
opgenomen en verder afdrukken o.a. van werkcon-
tracten ter Oostkust van Sumatra, grondhuurcon-
tracten en plantovereenkomsten in Besoeki enz. zoo-dat dit werk voor allen, die gegevens zoeken omtrent

de tabakscultuur in N. T. of in het algemeen in dit
product belangstellen, van veel waarde is.

Helaas heeft de schrijver het noodig geoordeeld
om, ofschoon dit werk bedoeld is ter voorlichting
van belastingamhtenaren, ook een paar kwesties te
behandelen, die hiermede niets uitstaande hebben
en een daarvan op een
wijze,
die in dit werk afge-
keurd moeten worden. De Heer Vleming brengt nl.

1)
Bij een totaal oogst van Java-tabak, in Holland van
die oogsten aangebracht, van
329.861
pakken in
1922,
497.050 in
1923
en, voor zoover de gegevens verstrekt zijn,
619.967 pakken in
1924.

780

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 Sèptember 1926

bij de behandeling der Delitabak ook de koeliordon-

nantie en de’poenale sanctie ter sprake en door aan

het standpuiit der tegenstanders veel plaats in te

ruimen, terwijl de voorstanders maar met één zin-
netje aan het woord gelaten worden, en door als

litteratuur over dit onderwerp slechts één brochure

(en welke!) van een tegenstander aan te geven, be-

hoeft men niet te vragen wat de meening van den

schrijver over dit onderwerp is. .Dat de Heer Vleming

tegen een koelieordonnantie met een poenale sanctie
is, is niet ernstig, vooral niet omdat hij blijkbaar

geen andere litteratuur over het onderwerp heeft

geraadpleegd dan de bovenbedoelde brochure, hetgeen

aan zijn oordeel elk gewicht ontneemt, maar dat de

schrijver in dit werk, bestemd voor belastingambte-

naren en gedrukt oj kosten van het Gouvernement,

een zeer eenzijdige en tendeutieuse yoorstelling van de

kwestie der poenale sanctie geeft achten wij ontoe-

laatbaar, vooral nu ditzelfde Gouvernement het in-

stituut dci’ poenale sanctie onlangs met instemming
van den Volksraad heeft goedgekeurd en hestendigd.
H.J.B.

MAANDCIJFERS.

EMISS1ES IN
JULI
1926.

Staatslecniugen

… . …………

f

5.146.875,-
zijnde:.
Dnitschiancl Vrijstaat Beicren $750.000
614
0/
o
obi. A 94
0
/0
.. f1.762.500
Znid-Amer ika
Vereen. Staten v. Brazilië
$1.500.000 6
°/0 obi.
i 90

0/. …………
f
3.384.375

Prov. en Gemeentelijke Leeningen.
,, 29.246.857,50
zijnde:
Ne(lerland
Provincie Zuid-Holland

f
2.000.000 4)4
0/
obi.
a
9.Q7
18
01 ) ……..
f
I.997.500

Cern. Deventer f1.000.000
4%
0
10
obl. k 98
O/..
f
985.000
Gem. Dordrechtf 3.800.000

43
01
old.
a
98)40/0
2)
f
3.752.500
Gemeente ‘s-Gravenhage

f
9.7 14.000 5)4
0
/0
obi.
a
9971
s
010 1)
……..
f
9.701.857,50
Gemeen te Rotterdam
112.000.000.4)4
01
obl.
a
g8
Y4 01
1
)fl1850000
Duitschlcond
,,Arntsverband” Cloppen-
burg (Oldenburg)

f1.000.000 7o1
0
obl. i
96
0/
…………….
f

960.000

Industrieele Ondernemingen …….,,
32.718.750,-
zijnde:
Nederland
Obligatiën Van den Bergh’s Fabrieken

fi7.000.000 5)4o/ obi.
f 99%
0/. ……….
116.957.500
NV. Koninklijke Stoom-
schoenenfabriek A. H.
van Schijndel
f
250.000
6
o/
obi. 5. 99
05, . .. .
f
247.500
NV. ,,Société Anonyme des
Zincs de la Campine”
(N . V.Kempensche Zink-
maatsch.)
f
1.000.000
6
0
/o
obl. & 97
ij
. …..
f
970.000
Duitschland
– Obligatiën
A.G. Siichsische Werke
$ 2.000.000 6)4
0/
obi.
5. 91112
01
0
………..
f
4.575.000
Verein. Stahlwerke. A.G.
R.M. 12.500.000 7
0
/0
hyp. obl.
5.
98 olo •.. .
f
7.350.000
l’ereenigde Staten
Aandeelen
Chrysler Corpor. $10.000
cum, prei. aand. zonder

orn.1yaarde$1075
3
)f 2.618.750

Rubber-Maatschappijen

……….
f
500.000,-
zijnde:
Nederlandsch.Indië
Aandeelen
N. V.

Cultuur-Maatsch. ,Waringin” f 200.000
gen’. aand. 5.250
.°/o.
.
f

500.000

Suikerondernemingen ……….
5.000.000,-
zijnde:
Nederlandach-In dië
A.andeelen
Handeisver. ,,Arnsterdam”
f5.000.000aand 5.10001
0
f 5.000.000

Tabaksondernemingen …………,,
945.000,-
zij ode:
Nederlan dsch-1 ndië
Aandeelen
Holland Langkat Tabak-
Mij:

f

900.000

gew.
aand.

5.

105 %

……
f

945.000

Totaal ….
f
73.557.482,50

8) Deze leening diende geheel voor couversie.
2;
Voor conversie f 3.000.000.
8) Ititroductie ter beurze.

Totaal der emissiesin Januari….
f
124.766.250,-

Februari . .
29.542.250,-

Maart . .. . ,,
21.925.975,-

April . . . . ,,
19.849.750,-
Mei …….
50.022.402,50

Juni …….,,
190.759.500,-
Juli …….,, 73.557.482,50

Algemeen Totaal.
. f 510.423.610,-

Voorts werd in Juli de inschrijving opengesteld op de
volgende obligatieleeningen:
Rente- Emissie-
Guldens voet

koers
Roomsch-K,atholieke

kerkelijke

In-
stellingen

voor

maatschappelijk
werk in Duitscliland (leening groot
$ 600.000 waarvan reeds $ 200.000
geplaatst)…………….
…… 1.000.000
7
o/

971/
E.E.

Zusters

Dominicanessen

te
Speyer

……………………350.000
8 0/
5

108. s/
R.-K.

Vrouwenkliniek

Bethiehem
‘s-Gravenhage ………………130.000
5 0/

9801
Norbertyner Orde te Gödöllo ……800.000
8 0/
5

9401

RIJKSPOSTSPAARBANK.

JULI
1

1924
1

1925
1

1926

f

12.099.276
f

10.778.683f
11.022.133
Terugbetalingen . ..
,,

10.886.880,, 10.701.852,,
11.047.174
Tegoed der inleggers
,, 301.021.467
,, 302.391.252
,, 310.138.141
Nom. bedr. der uitst.
staatsschuldboekjes
,,

44.789.400,, 42.322.800,,
41.898.450

Inlagen …………

Spaarbankboekjes:

op ultimo ………

gegeven
10.198 10.088
9.848

op ultimo ………

Aantal nieuw uit-

betaald
7.703 8.051
7.273
Aantal

geheel

af-

Aantal in omloop
op ultimo
1.961.509
1.975.004 1.997.324

GIRO

OMZET BIJ DE NEDERLANDSOHE BANK.

Juli 1926 Juli 1925

Posten Bedrag
Posten
Bedrag

Voor reke-
ninghouders
62.708
f3.267.462.000
60.995
f
3.038.964.000

waarvan door
de

11.-bank
plaatselijk
46.107
,,2.836.769.000
45.513
,,2.624.358.000

Ter voldoe-
ning van
Rijksbelast.
1.507
,,

12.441.00
1.805
,,

10.361.000

1 ,September 1926

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

781.

POSTOHEQUE EN GIRODIENST.

(In duizenden guÏdens).

Juni 1926 Juni 1925
Aantal
Bedrag
Aantal
Bedrag

Aantal rekenin-
gen op uito.

..
116.633
109.552
Bijschrijvingen
. .
1.139.219 455.447 862.987 316.917
waarvan
Stortingen

.
486.420
90.301
.365.619
63.616
652.799
365.146

253.744
Gegireerd ……
uit and. hoofde.

.




Afschrijvingen
. .
744.467
480.525 549.330
291.230
waarvan
150.320
115.347
101.061
36.349 573.051
365.146

253.774
uit and, hoofde.
21.096
32

Chèques

……..

Gezamenlijk te

Gegireerd ……

goed op uitO.
. .

90.962

348.632
Bedrag ter be-
legging
1)

72.498

63.849
1)
Hiervoor komt uitsiultenij in aanmerking liet saluo-
tegoed der particuliere rekeningen.

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.

N.B.

beteekeiit: Cijfers nog niet ontvangen.

GELDKOERSEN.

OPEN MARKT.

1926 1925
1924

11

1914

28
3-28
Aug.
ug.
16-21
9-14 24-29 25-30
20-24
Aug. Aug.
Aug.
Aug.
Aug.
Juli

Am3lerdam
Partic. disc.
2718
3.11
4
_71
5

2515-
3
1
4

2116-116
3
0
116_4
2118_315
3
1
Ia-Is&
Prolong.
2114
211
2
_3
2-
1
1
21(
4
1(
3

3
1
12
2
1
1e3
21(
4
-3(
4

Londen
Daggeid ..
3-4
35
3I14
,
5
3-4
1
(i
2
3
14-4
2314_311
2

1
3
142
Partic.disc.
4I16-18
40116_I1s

41I2116
4114_113
3.114718
3ij4715
2114_314
Berlijn
Daggeld ..
5612
37
3..511
3
1
12-6
7-9
1
12
– –
Partic.disc.
30-55 d..
.
471
4I
2
-I
8
41I2-I8
451
g

7
51
8
(
56-90 d..
.
421
4

411
5
_31
4

41
4112

.
7318

211-11
Waren-
wechsel.
5112
5_51
43(_5
5
871-9


Ncw York’)
Cali money
5_114

4112-514

411
3
31
4

411
5
511
4

431
4

2-
514
1
3
14

2
1
li
Partic. disc.
3
3
14
331
4
_71
5

1

351’5_314
3115.314
3I8-I4
11

1)
Cali nioney-koers van 27Aug. en daaraan voorafgaande weken
tOn.
Vrijdag.
2)
Koers van 27 Aug.

WISSELKOERSEN.

KOERSEN IN NEDERLAND.

D
a a
New
York ‘)
Londen

Berlijn
•)
Parijs

Brussel
Batai’ia’)
24 Aug. 1926
2.4991,
1
2
.
11
*
59.4
2
*
7.07

6.81+

100%
25

,,

1926
2.49
9
/
12
.
11
*
59.47

7.
1
4*

6.86*

100%
26

,,

1926
2.495,
12.11*

59.51
7.13

6.86*

100i/
27

,,

1926
2.49′
1
/
12
.
1
1*
59.48*
7.16

6.87*

10034
28

1926


– –


30

1926
Laagsted.w.i)

2.4971
-.
12.11*


59.39


(1.97

(.74

1

100
Hoogste d.w’)
2.49y
12.11*

59.52
7.21

1

6.92

100%
23 Aug. 1926
2.49
7
1
12
.
11
*
59.381
7.041

6.76*

100′
16

,,

1926
2.4931
12.11
59.331
6.78*

6.71

100’1
Muntpariteit
2.48%
12.10 59.26
48.-
1
48.-

100
5)
Noteering te Amsterdam.
8*)
Noteering te Rotterdam.
1)
Particuliere opgave.
D
ata
Zal/t-
ser ag
)
d
Weenen
5)
Praag
1)
Boeka-
rest
1)
Milaan
)
Madrid
*0)

24 Aug. 1926
48.18
35.25
7.38 1.14
8.06 38.371
25

1926
48.18 35.25
7.37
1.20
8.20
38.
42
+
26

1926
48.19 35.23 7.38
1.20
8.19
38.25
27

,,

1926
48.18
35.25
7.37 1.20
8.15*

38.20
28

1926


7.38
1.20


30

1926

– –
.


Laagsted.w.i)
48.15 35.10
7.36
1.10
8.-
38.15
Hoogsted.w’)
48.21
35.25
7.40 1.25
8.22*

38.60
23 Aug. 19261
48.18 35.25
7.38
1.17
8.04*

38.55
16

,,

19261
48.16*

35.25
7.37 1.14
8.16 38.05
Muntpariteit
1
48.-
35.-
50.41
48.-
48.- 48.-

) Noteering te Amsterdam.
*5)
Noteering te Rotterdam.
1)
Particuliere opgave.

Data
Stock- holm*) Kopen-
hagen)
1
0
/
•)

f05′)
Buenos-
Aires
1)
Mon
treal
1)

24 Aug. 1926 66.80
66,30

54.70
8.28
10071
8

2.493%
25

,,

1926 66.80
66.30

54.70 6.27
1003%
2.493%
26

,,

1926 66.80
66.30

54.72*

6.28
100%
2.49%
27

,,

1926 66.80
66.30

54.70 6.28
100%
2.49%
28

,;

1926



6.28
100%
2.49%
30

1926






Laagsted.w.i) 66.72
66.20

54.60
6.25
100%
2.494
Hoogste d.wl) 66.85
66.35

54.75 6.30
10111
8

2.50%
23 Aug. 1926 66.80
66.30

54.72*

6.27
100%
2.49
,
4
16

,,

1926 66.75
66.25

54.70
6.26
1002/
8

2.49%
Muntpariteit 68.67
1
66.67

68.67
48.-
105
2.48s1

)
Noteering te Amsterdam.
5*)
Not, te
Rotterdam.
‘)
Part. opgave.

Laatstbekende noteeringeu te Amsterdam
en Rotterdam
op
1
Sept. 1926 voor
teicyrafische
uitbetaling
op:

_____________________
Gulden per
Pari
Koers
Ban
dis-
conto

Europa.
0
10
Londen
*)
£
12.
1
0*
1
2
.11*
5
Berlijn
5)
100
Mark
5
9.
2
6*
59.44t
6
Parijs
5)
100
Franc
48.-
7.19
71
100

..

48.-
6.89
7
Brussel

)

………..
100

..

48._
48.18
31
100
Kronen
50.41′
7
.38*
6
Weenen
‘) ………
100
Schilling
35.-
35.20
7
Boedapest

……..
Mili.
Kronen
90.41
1)

35.-
6
Lei
48.-
1.20
6
Leva
48.-
1.80
10

Zürich
5) …………

Belgrado ……….
J)ivar
48.-
4.40
7

Praag

…………..

Turksch £
10.93
1.35
Athene……. …
Drachme
48.-
2.81
10
Lira

..
..

48.-
8.08*
7

Boekarest

………100
Sofia

………….100

Stamboel

………

Madrid
5)

.100

Peseta
48.-
38.10

.100

Escudo
2.68*
0.12*
9

Milaan
5)

………100

Kopenhagen
5) ..
100
Kronen
66.67
6
6.24*
5
Lissabon
………..
.100

100

,,
66.67
54.70
*
100

,,
66.67
66.76
41
Reickjavik
……..
IJ
100,

sl.Kr.
66.67
55.15

Oslo 5) ……………

100
Zioty
48.-
27._
10
Kovno (Litauen) ,,
100
Lita

..

24.88 24.50
Riga (Letland)

100
Lat
48.-
48._
8

Stockholm
5)

……..

Reval (Estland).
100
Esti. Mk.
0
.
66
*
0.66*
100
Finnmrk.
6.26
6.28
+
Tjerwonets
12.80 12.85

Warschau

……….

Helsingfors

……..

(10
Roebel)
Moskou

…………

100
Gulden
48.40
0.48..
5
Amerika.
New.York
*)
$
2.4875
2.49

Danzig

…………

Canad.
$
2.4875
2.50
Montreal

……….
Mcx.
Dollar
1.22*
Buenos Aires ……
Peso (papier)
1.0568
2

1
.
00
*
La Paz (Bolivia)
.
Boliviano
0.97
,0.89

Mexico

…………
..

Milreis (pap.)
0.8075
8

0.38*
Peso (papier)
0.9080
2

0.30
Bogota (Columbus)
Peso
2.42
2.44*
uito (Ecuador)

.
Sucre
1.21

.
0.
42
*
Per. £
12
.
1
0+
0.80
Montevideo (Urug.)
Peso
2.5725
2.523-
Caracas (Venezuela)
Bolivar
0.4795
0.
4
7*
Gulden
1.-
0.99
Willemstad (Curaij.)
Gulden
1.-
1.01+
San José
(C.
Rica)
Colon
0.6220
0.62*
Peso
0.0415
0.0415
Managua (Nicarag.)
(Jordoba
2
.
4
8*
2.52
San Salvador (Salv.)
Colon
1.2440
1.
24
*
Azië.

Rio
de

Janeiro
……
Valparaiso
……….

Rupee
0.807
0.90*
Gulden
I.C.
]._
1.00*

Lima (Peru)

……..

Calcutta
………..
Batavia

………..
Yen
1,24
1.
2
0*
73

Paramaribo

……..

Dollar
1.34*
Taël
1.74

uatema1a
……….

Straits
Doil.
1.4125
1.41+
Pbil.
Peso
1.214
1.22*
Bangkok
……….
Tical
0.914
1
.1
7*
reheran (Perzië)
.
Kran
0.26

Kobe

………….
Etong Kong

…….

Afrika.

Shanghai

………
Singapore

………

Kaapstad
£
12
.
1
0*
12.07

Ilanilla

…………

Mexandrië ……..

.

Egypt.
£
12.42
12.42
Anstralië.
Melbourne, Sidney

.

en Brisbane

. ..
£
12.10*
12.1.2
ieuw Zeeland
,,
£
19
.
10
*

1) Variteit oer voorm. (JOStenr. KrOOn. ) (ionopeso.
2)
Milreis (.ioucl.
)
Not, te Amsterdam.
*0)
Id. te Rotterdam. Overige not, part. opgave.

782

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 September 1926

KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).

a a
D
i
Londen
Parijs
Berlijn
Arnsterdanz
($perg)
($p.IOOfr.)
($p.IOOMk.)
($p.IOOgld.)

24 Aug.

1926 4,859/,
2,84
23,81
1

40,07
25

,,

1926
4,851
2,861
23,82
40,07
26

,,

1926
4,855/
2,851
23,83
40,06
27

,,

1926
4,853(
2,87
23,833%
40,06
28

,,

1926
4,853%
2
,881 23,82
40,06
30

,,

1926
4,853%
2,89
23,81
40,fl5

31 Aug.

19251
4,8571
16

4,69
23,80
40,29
Muntpariteit.
4,8667
19,30
23,813%
4031

KOERSEN TE LONDEN.

Plaatsen en
Landen
[Noteerings-1
eenheden

i

14Aug.
1
1926

1

21Aug.’
1926

1
LaagstelHoogstel

23128
Aug.
’26
28Aug.
1926

Alexandrië.
.
Piast.
p.0

973%
9714
971
9791
9714

Athene

….
Dr. p.
£
442
4383%
400
437
4343%
Bangkok …
Sh.p.tical
1/103%
1110118
‘/’°Tz
1110
S

1
1
10
5

Budapest
.
..
Pen. p.
£
27.75 27.75 27.60
27.85
27.70
B. Aires’).

.
d. p.
$
4513i32
4571
4551
45’1 45
7
1
11

Calcutta ….
Sh. p. rup.
1/6
1(6 115311.12

1
1

6
1
1
39

1,6
Constantin..
Piast. p.
£
8873%
885 880
900
8923,
Hongkong ..
Sh. p.
$
2:3′
as
2i251
2;2l/
8
212131
l

lie
2/27/
96

Kobe

……
Sh.p.yen
1/112

55
111
1
1/11
1/113%
1/11k
Lissabon
1)
. .
d. per Esc.
..
2
17
1
32

2
17
1
32

2
33
/
84
2′
5
164
2171
III
Mexico . ….
d.per$
24
24
23
25
24
Montevideo
1)
d. per
$ 493%
493%
493/
s

503%
49/8
Montreal7)
..
$
per £’
4.85
6
T’
4.85
4.841/
8
4

1 S
.
55
4.S5 ru
R.d.Janeiro’)
d. per Mil.

719132
719
82
717!
82

1
75/
7
1
/
Shanghai
..
.
Sh. p.tael
2/10
219
6

TT
2/97/
8
2′
11

10′
T3
9,
10

T’2
Singapore.
..
id.
p. $
213
29
1
33

21329
55
327
21/32
214
2/311/
16

Valparaiso
9.
$ p.
39.40
39.40 39.40 39.40 39.40
Warschau
..
ZI. p. £
1

4514
45
44
46
443%
1)
Telegrafisch
transfert.
1)

90 dg.

ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS 8) Londenil
N.York2)
Londen
23 Aug.1926..

28ls/
621/
3

23 Aug. 1926
84/103%
24

,,

1926..

291/
6271
8

24

,,

1926
841103%
25

,,

1926..

2871
9

625/
8

25

,,

1926
8411134
26

,,

1926..

2871
s

623%
26

,,

1926
84/1134
27

,,

1926..

29l1
623%
27

,,

1926
84/11)4 28

,,

1926..

2812/
Is

6231
8

28

,,

1926…..
841113%

29 Aug. 1925..

32131
1

713%
28 Aug. 1925
84/113%

20 Juli

1914..

24I51
5411
9

20 Juli

1914…
84111
1)
in pence
p.
oz.stand.
1)
Foreign
silver in
$c. p.
oz.fine.
3)
in sh.
p.oz.fine

STAND VAN ‘s RIJKS KAS.
De Minister van Financiën maakt bekend:

Vorderingen.

1
15Aug. 1926
23Aug. 1926

Saldo bij de Nederlandsche Bank….
f

2.232.27252

Saldo
b.
d. Bank voor Ned. Gemeenten
305.857,08
f

(5.484.170,58
Voorschot
op
uit.
Juli

1926 aal: de ge-
meenten
op
voor haar door de Rijks- administratie te heffen gemeentelijke
inkomstenbelasting en opcenten
op
23.943.136.79
,,

23.943.136,79
de Rijksinkomsten belisting………..
,,

9.228.215,15
Kasvord.weg. credietverst.a(h. buitenl.
,, ..
143.599.276,48
,,143.212.551,II
Daggeldieeningen

tegel:

onderpand
van Staa:sschuldbrieven

……….
4.0.0.000,-
,,

7.000.000,-

Voorschotten aan de koloniën……….9.280.505,80

Saldo der postrekeningen van Rijks-
16.745.878,45

,,

21.227.893,43
Vordering
op
het Staatsbedrijf der
P.,
con:ptabelen

…………………….

T.

en

T.’) ……
………………..


Id.
op
andere Staatsbedrijven
2)
3.810.348,03
…….
,,

3.810.348,03

Verplichtingen.
1
Voorschot door de Nederl. Bank


f

4.140.174,18
97.105.000.-
m
,,
38.660.000.-

Waarvan direct bij de Ned. Bank


Zilverbons in

omloop
………….

.

,,

14.101.963,-

Schatkistbiljetten in omloop’)………
f

97.105.000,-
Schatkistproessen in omloop ………38.660000,-

Schuld

.
d. Bank
v.
Ned. Gemeenten
7)


ii

Id. a. h. Alg. Burg. Pensioenfonds
2) .,,

18.225.569,70

…3.840.426,-

,,

15.518.696,24
Id. a. h. Staatsbedrijf d.
P., T.
en
T.
2)..,,

46.494.813,56
,,

44.1 l4.l62,O
Id. aan andere Staatsbedrijven
2)

………455.000,-
515.000,-
Id. aan diverse instellingen
2)

……

…3.544.238,42
,,

3.569.976,80
2)
Waarvan
f
12.056.000 vervallende
op 1
Juli 1929.
2)
In rekg.-crt. met
‘s
Rijks ichatkist.

NEDERLANDSCH-INDISCHE VLOTTENDE SCHULD.
De Mi,, ister van Koloniën maakt bekend

21 Aug. 1926
1

28 Aug. 1926

Voorschot uit
‘s
Rijks kas aan N.-Indië
f

122.000,-

f

163.000,-
Indische Schatkistprom. in
omloop ..,,
22.950.000,-
,,23.750.000,-
Voorschot Javasclie Bank aan N.-lndië


Muntbilietten

in

Omloop

……………
34.121.000,-
,,34.094.000,-
Ten voordeele van Ned.-Indië ge.
boekte

beleggingsgelden van het
3.911.000,–
,,

3.427.000,-
Ned.-lnd. muntfonds……… …. ……
Idem van de Ned.-Ind. Postspaarbank.
,,

1.201.000,-
,,

1.149.000,-
/54.597.000,-
/56.240.000,-
Totaal…………………..
Te goed bij de Javache Bank ………7.708
000,-
6.343.000,-
t:sv
In
‘s
Lands Kassen’aaezig
………..
39.856.000,-

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 30 Aug. 1926.

Activa.
Binneni. Wis-1 Hfdbk.
f
28.082.685,72
sels, Prom., Bijbnk. ,,

8.278.583,51
enz.in disc.l Ag.sch. ,, 15,493.368,92 f

51.854.638,15
Papier
o.
h. Buiteni. in disconto

Idem eigen portef..
f
216.217,607,-
Af :Verkochtmaar voor
debk.nognietafgel.


216.217.607,-
Beleensngen
Hfdbk.
f

45.231.440 96
Cl
i
;
e
r
:
r
l

Bijbnk.
,,

11.451.225,48

op
onerp:
Ag.sch.
,,

70.707.480,20

f
127.390.146,64

Op
Effecten…….
f
123.684.046,64
Op Goederen en Spec.
,,

3.706.100,_.. 127.390.146,64
Voorschotten a. h. Rijk
…………….,,
12.485.502,20
Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud
……
f

63.702.175,-
Muntmat., Goud
.. ,,
356.289.573,63

f
419.991.748,63
Munt, Zilver, enz.

27.596.061,73
Muntmat., Zilver
. .

Effecten

,,
447.587.810,36

BeleggingRes.fonds.
f

7.040.755,51
id.van 11
2
v.h. kapit.,,

3.999.542,38
11.040.297,89
Gebouwen en Meub. der Bank
……..,,
5.142.000,-
Diverse

rekeningen
………………,,
47.353.804,24

f
919.071.806,48
Paasiva.
Kapitaal
……………………….
f
20.000.000,-
Reservefonds
……………………,,
7.047.731,06
Bijzondere

reserve
……………….,,
8.800.000,-.
Bankbiljetten in
omloop…………..
838.010.710,-
Bankassignatiën in omloop………..,,
683.953,13
Rek.-Cour.j Het Rijk
f


saldo’s:

I
Anderen,,

37.321.789,90
:17.321.789,90
Diverse

rekeningen
……………….,
7.207.622,39

f
919.071.806,48

Beschikbaar metaalsaldo
………….
f
271.811.307,07
Op de basis van
21

metaaldekking

,,
96.608.016,46
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
ioop
dan waartoe de Bank gerechtigdis

,,
1.359.056.535,-
Voornaamste posten in duizenden guldens.

(?oud Beschikb.
Dek-
Data
Munt

Munimot.

Circulatie
1o4ndere
peischb.
schulden
Metaal- saldo
kin
ga
perc.

30
Aug.
’26
63.702
356.290
838.011 38.006
271.811
51
23

’26
63938
356.290
810.578
53.161
274.799
52
16

,,

’26
64.064 356.290
815.933
55.605
273.132
51
9

,,

’26
64.213
361.336
823.633
49.365
277.710
52
2

’26 64.302
361.336
846.309 56.706
271.940
50
26
Juli

’26 64.615 361.336
814.221
76.081
275.066
51
1 S,1)t.

’25
56.184
358.233 899.192 27.224 251.580
47

25
Juli

’14
65.703 96.410
310.437 6.198
43.521
1
)
54

Totaal
Schatkist-
1 ee-
Papier
Diverse
Data
bedrag
i
disconto’s
promessen
1e
op
hef reke- rechtstreeks
fl
ng__-
bulten!.
ningen
2)

30 Aug. 1926
51.855

127.390
216.218 47.354
23

1926
51.162

132.657 217.241
39.358
16

,,

1926
51.629

132.415
214.879
49.680
9

1926
52.843

130.690
219.494
39.800
2

1926
55.522

146.965
227.400
46.069
26
Juli

1926
54.197

140.451
223.690
43.696

1
Sept. 1925
90.486

148.198
243.104
39.212

25
Juli

19141
67.947 14.300 61.686
20.188
509
1) Op de basis van
2
1
5
metaaldekking.
2)
Sluitpost activa.

SUR1NAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Data
Metaal
1
Circu-

lafze
op
Andere

eischb.
schulden
Discont.
Div.
reke-
ningen’)

24 Juli

1926..
1.072 1.498
887
896
493
17

1926..
1.061
1.543
786
885
410
10

1926..
1.052 1.558
748 860
423
3

,,

1926..
1.022
1.641
762
974
477
26 .Juni

1926..
1.027 1.510
554 972 458

25 Juli

1925..
1.024
1.448
737
1.012 298

5 Juli

1914..
645
1.100
560
735 396
1) Sluitpoal der activa.

1 September 1926

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

783

JAVASCHE BANK.

Voornaamste posten in duizenden guldens. De samengetrok-
ken cijfer8 der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.

Data

1

Goud
1
Zilver
1
Circulatie

21Aug. 1926

231.000

333.500

53.500 153.600
14

1926

231.500

338.500

45.000 154.800
7

1926

227.500

337.000

46.000 150.900

24 Juli 1926 194.794

34.021 335.632

49.983 152.068
17

1926 199.943

33.923 336.723

48.044 157.284
10 ,, 1926 200.024

33.927 338.773

45.666 157.504
3 ,, 1926 200.067

35.186 331.581

43.274 160.739

22Aug.1925 133.523

44.246 315.887

52.502 103.818
23 ,, 1924 150.074

64.288 261.409

99.966 142.738

25 Juli1914 22.057

31.907

110.172

12.634

4.842
5
)

Wissels,

1

Dek-
Data

1
Dis-

buiten

Belee-
1
Diverse 1
conto’s

N.-lnd.
1
ningen
1

reke-
1
kings-
percen-
hfnnlh
1

1
ningen’)
1

21Aug.1926
12110
60
14

1926
118.210

60
7

1926
120.520

59

24Juli1926
11.945
26.334
54.81
65.553
59
17

1926
11.703
25.785 51.240
67.441
61 10

,,

1926
11.817
24.410
53.626 64.899
62
3′

1926
11.529
23.724 47.795
62.185
63

22Aug.1925
18.748
33.480
82.611 61.328
48
23

,,

1924
34.916 26.877
65.674
25.771
59

25 Juli 1914
7.259
6.395
47.934
2.228
44
‘)Sluitpost activa.

1)
Basis
21
metaaldekking.

BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste
posten, onder bijvoeging der Currency Notes, in duizenden ponden sterling.

Data
Metaal
Circuiatfr
I
Bedrag
Currency_Notes
i
Bankbllj.
J
Gov. Sec.

25 Aug. 1926
154.806
140.271
290.751
56.250
239.844
18

,,

1926
154.144
140.553
290.959
56.250
240.214
11

1926
153.868
141.321
294.177 56.250
243.595
4

,,

1926
152.841 142.503
296.993
56.250
246.405
28 Juli

1926
152.127
142.020
293.896 56.250 243.089
21

,,

1926
151.734
141.347
291.981 56.250
241.270

26 Aug. 1925
163.194 144.267
295.086
56.250
244.096

22 Juli

1914
40.164
29.317


ata
Gov.
Other
Public
Other
Dek-
Sec.
Sec.
Depos.
Depos.
Reserve
pe
kings-
rc
.

25 Aug.’26
38.774
73.314 26.118
102.057
34.28
2634
18

,,

’26
31.332
72.219
16.939 104.828 33.341
27/
8

11

,,

’26
36.810
72.196 11.004
112.162
32.296
26K
4

,,

’26
36.340
68.544
8.367
108.492
30.091
25
28 Juli ’26
34.925 68.525
9.727
105.492 29.857
26
21

,,

’26 40.540
69.942 7.612
114.972
30.137
2491,
o

26 Aug.’25
35.414 70.114
21.813
104.218
38.677
30

22 Juli ’14
11.005
33.633
13.735
42.185
29.297
‘ vernuuuing iusscnen rçeserve en ueposus.

BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in millioenen franca.

1
Waarv.
Te goed
Wis-

Waarvan
Belee-
Data
Goud
in het Iztiver
in h
buiteeni]
sels

op het
flingen
buit enl.i
buiten!.

26Aug.’26
5.549
1.864
339
578
5.7411
17
2.198
19

’26
5.549
1.864
339 577
5.968!
19
2.228
12

’26
5.549
1.864 338
579
5.980
19
2.272
5

’26
5.549
1.864
338
579
7.864
24
2.241
29Juli ’26
5.549
1.864 338
577
6.710 24 2.288

27Aug.’25
5.547 1.864
311
578 3.494
12
2.862

23 Juli’14
4.104

640

1.541
8
769

Bult.gew.
Schat-
Diver-
1
Rekg. Courant
Data voorsch.
kist bil-
1

sen
1
Circulatle
Part 1-
1

ajd. Staat
!etten
‘)i
culleren

Staat
________

26Aug.’26
36.450
5.480
4.503
55.147 3.238
92
19

’26
36.950
5.421
4.043
55.659
3.157
8
12

’26 37.300
5.416 4.535
56.271
3.447
15
5

’26
37.850
5.409 3.689
57.259
3.900
36
29 Juli’26
37.450
5.389
.
4.233 56.022 4.326
17

27Aug.’25
27.750
5.099
3.632
44.702 2.387
42

23Juli’14



5.912
943
401

‘)ln disc, genomen wegens voorsch.
v. d.
Staat a.buitenl. regeeringen.

DUITSCHE RIJKSBANK.
Voornaamste oosten in millioenen Reichamark.

Daarvan
Deviezen
Andere
a a
ou
bij bui-
als goud-
wissels
Belee-
teni. circ.
delîking
en
ningen
banken
1)

geldende
cheques

22 Aug. 1926
1.492,8
229,0
384,1
1.065,8
12,4
14

,,

1926
1.492,6
260,4
405,9 1.108,5
10,7
7

,,

1926
1.492,5
260,4 486,9 1.127,0
7,7
31 Juli

1926
1.492,5
260,4
494,8
1.198,8 80,3
23

,,

1926
1.492,5
260,4
308,4 1.130,5 8,3
23 Aug. 1925
1.137,2
97,7
358,4 1.566,5
16,4
30 Juli

1914
1.356,9


750,9 50,2

Door
Data
Effec-
Diverse
Circu.
Rekg.-
Diverse
Rijksb.
ten
Activa
2
)
laffe
Crt.
Passiva
geher-
_____________

disc.

22 Aug. 1926
89,5
866,8 2.756,1 803,5
139,0

14

,,

1926
89,5
813,0
2.861,5
703,0
132,7

7

,,

1926
89,5
721,3
2.971,7
600,5
320,2

31 Juli

1926
89,5
646,5 3.106,5
538,1 116,8

23

,,

1926
89,5
714,4
2.644,9
748,7 129,0

23 Aug. 1925
201,9 683,2
2.292,3
976,8
490,4
489,4
30 Juli

1914
330,8
200,41
1.890,9
944,-
40,0

LÊLÇ
1, 11,
1 flU5., 01, CJ JULI, ICb.
306,8; 246,7; 201; 137,6; 258 miii.

NATIONALE BANK VAN BELGIË.
Voornaamste posten in millioenen franes.

Data
‘n

7sch.ojdSt,

e

-I
Z

26 Aug.’26
359
30
1.507
395
5.200
1.025
9.148
144
19

,,

’26
360
30 1.561
417
5.200
1.025
9.071
208
12

,,

’26
360
30
1.587
438
5.200
1.025
9.108
215
5

,,

’26
360
30
1.518
480 5.200
975
8.993
251
29 Juli’26
361
30
1.919
545
5.200
1.075
8.975 360
22

,,

’26
361 30
1.709 607
5.200
1.075
8.896
599
27Aug.’25
356
30
1.336 316
5.200

7.616
174

VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS. Voornaamste posten in millioenen dollars.

Goudvoorraad
Wettig
Wissels

Data
betaal-
middel,
Totaal

Dekking In he
t’
r-
disc.

.
d.
In de
open
bedrag
F. R.
Notes
Zilver
etc.
member
markt
banks
gekocht

11 Aug.’26
2.837,2
1.503,1
137,4 549,0
231,0
4

,,

’26
2.836,9
1.484,6 139,6
547,6
228,5
28Juli’26
2.850,9
1.486,1
148,3
521,4
211,2
21

,,

’26
2.842,2
1.506,2
147,1
495,4
217,4
14

,,

’26
2.845,4
1.495,1
145,7
514,9
234,2
7

,,

’26
2.806,8
1.376,8
135,2
612,6
237,6
12Aug.

1

25
2.777,6
1.503,4
133,1
538,2 211,7

Data
Belegd
in
U. 5

-:–
:
Notes
1
Totaal

Gestort
i

;;
1

Dek-
1
Al’em.
1

Dek-
Gov.Sec.
in circu-I Kapitaal!
kings-
1
kings-
laffe
1
1

perc.’)

1

perc.2)
___________

11 Aug.’26
365,7
1.682,2
2.267,9
123,1
71,8 75,3
4

’26
370,2
1.678,1
2.269,2
123,0
71,8
75,4
28Juli ’26
369,2
1.671,3
2.261,0
122,7
72,4
76,3
21

’26
383,1
1.680,9
2.254,1
122,6
72,0
76,0
14

’26
391,1
1.707,2
2.286,6
122,8
71,2 74,9
7

’26
375,3
1.737,5
2.279,2
122,8
69,8
73,2
12
.
Aug.’251
328,6

1
1.617,7
2.236,2
115,8
1

72,0
75,5
&uuuvuuiinau
LCgC,IUVCI upeisczioare
Sefluluen:
F. R. Notes en netto deposito.
2)
Verhouding totalen voorraad munt-
materiaal en wettig betaalmiddel tegenover idem.

PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET
FED. RES. STELSEL.
Voornaamste posten in millioenen dollars.

Data
Aantal
banken

Dis-
conto’s
en
beleen.

Beleg-
gingen

‘Reserve
b/tle

banks

1

Totaal
depo-
sito’s
1

Waarvan
time
deposits

4Aug.’26
698
14.075
5.647
1.647
18.748
5.708
28Juli’26
699
13.976
5.652
1.632
18.680
5.691
21

’26
699
13.983
5.664
1.635
18.753
5.689
14

’26
699
14.009
5.655
1.668 18.880
5.685
7

’26
700
14.058
5.653
1.669
18.820
5.655

5 Aug.’251 728
13.309
5.483
1.665 18.083
5.178
Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overzicht
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten.

764

ECONOMISCHSTATISTISCHE BERICHTEN

1 September 1926

EFFECTENBEURZEN.

Amsterdam, 30 Augustus 1926.
13e beurs te
]•,
o ii d e n heeft geen teleurstelling aan deLl dag gelegd over (Ie mislukte Steeukolenoiiderhanclelingen.
Over het algenieeii is de steiimiing daar ter plaatse vast
gel)leVefl, voornLuue1ijk omdat ineei’ ce nieer blijkt, dat de
•1
II
dustiieele olLdCrnelIli ugeii zich goed eten eau te passen
allO de veranderde omstandigheden. Weliswaar is de be-
ieggiiigsmarkt ijiet zeci opgewekt gevest, doch dit client
in de eerste j)]Tats te worden toegescheven aan cle eenigs-
zilis st;i’oeve gehrnarkt. ])e afdeelingen, waar aaiicleeleu,
‘IR
verschillende soort worden verhnnclelcl, is claarente-
gen tamel ijk opgewekt gewesk.
I)e ljeui’s te B ci r 1 ij n heeft zich evenmin sterk met ‘her
n:ogelijke eiiide van de staking in Engeland bezig gehou-
(1011.
N
Vel
is hier een niili of mee
••r scherpe achteruitgang op
te merken geweest, doch deze is niet bepaald geblevén tot
de r.g. rnontaanaandeeen, ‘hetgeen verrnoeclefljk wel het ge-.
‘tl
zou zij.n gt)Veest,
iIILliCfl
cle daling alleen haar oorzaak
hlb:l
gevcHiden in een wijziging vaii

den toestand in Eng-
hfl111.
De reactie, welke zich te i3erlijn over veie afdee]ingen,
heeft verspreid, vond haar oorzaak v&r alles in de gel.d
markt, welke togen het einde der maand minder ruim
is
geworden. Bovendien werd rekening gebonden met het feit
tInt in do laa-tste weken de rijzing zeer groote vormen heeft
aangenomen, ‘ioodat eerder aanleiding werd gevonden tot
realisatie over te gaan. Voorts vond men cle houding va.n
i!.e iondseiiniarkt eenigszin’s kunstmatig, gezien de over-
groote vraag, welke voor de aandeelen der Vereinigte Stahi-
worke heeft bestaan. Deze vraag was zoc omvangrijk, dat
s’echts een uiterst gering percentage kon worden toege
wezen. In liet spectilatieve element, .dat in deze omstandig

.heiil werd aangetroffen, heeft men klaarblijkelijk aanle3ding
gevonden de markt voorzichtig te beschouwen. Groot is de
reactie echter niet gmveest; tegen het einde der beriehts
periode trad een herstel in, lietwelk ‘de koersen van binnen
laudseiie aa.ucleeleii 01) een peil stelde, dat vrijwel overeenz
kwam met dat van veertien dagen geleden. Een uitzoncle-
ring v&rmden blhitenl:uidsche obligaties, iveike voortdurend
ii ruinie mate uit de markt werden genomen.
Te P a r ij s is le markt stil gebleven, mede doordat geen
nieuwe gezichtspunten werden geopend aangaande den
voortgang van het financieel herstel. De een.ige maat-
staf, irelken men kon annleggeui – bij gebrek aan officieele
iuiededeeliugen – was de houding van de buitenlauudsche wis-
selkoersen – welke zoo.goed als onveranderd zijn gebleven
en de weekstaat van de l3ank van Frankrijk.
1

Te N e
w
Y o r k zijn de omzetten ter beurze eenigsziuls
ingekrompen. ElIiei is het, zooals ook op andere beurs’
plaatsen op te merken is geweest, de geldmarkt geworden;
welke een remmenden invloed heeft uitgeoefend. Beursgeld
is in cle achter ons liggende berichtsperiode voor call money
opgeloopen tot 5 pGt. Eliertegenover stond, dat de berich;
ten uit hatude], nijverheid en spoorwegu’ezen gunstig ble-
ven luiden, zoodat de grondtoon toch niet lusteloos is ge-

worden.
T en o ii ze nt was de stemming over liet algemeen
vast. IDe
bcigginysnia.rkt
heeft -geen sporen van vcrmnoeid-
lieid :iangetoond, ondanks hot feit, dat voortdurend’ nieuwe
leeningen atn het publiek worden aangeboden. De meeste
dezer leeningen zijn door liet beleggend publiek goed ont:
vangen ‘:i:lrtOgeuIovei geen reactie voor de oudere obliga-
ties heeft bestaan. Ii pCt. Ne-:l. Werk. Schuld 1922: 106%,
106%, 100%; 4% pOt. NerJ. Werk. Schuld 1917:
lOO,

9/nu;
7 pOt. Ned.-Jncl.iO: t00
13
/, 100%; 5 pOt. Mexico

£
100-1000: i.l% 12,
I.21/s;
5 pOt. MexicoGoud 20-100
15%, 46%, 47; S pOt. Sao Paulo: 105%,
105
11
116.
De
rmcbberuuuarkt
heeft een stijgende i’ichtiig kunneil in
slaan, hoewel de voordeelige koersverschillen – behalve
voor enkle Tninhler conrante anuudeeln – geen krootd
voriuleum hebben aangenomen. Doordat in den aanvang van
de berichtsperiode bovendien eenige reactie plaats heeft gc
vonden, is liet peil aan het einde van de beursweek eerder
iog iets l,eneden dat van het begin, gebleven .J1et voornid
zicht op een reeks vac’:untied:iger heeft overigens tIen ouder

u;enuingslnst geremd. A uuisterclam Iltuublier : :333,
323%,
329
Dcli B3atavia. B,nbher : 266, 260%, 264; Iblessa Biubber : 4G’2
457%, 459; Indische 11iibbe….. 383%, 371%, :377% ; Java
Oaoutchonc: 190, 1SS, :186% ; Kali Telepak: 333%, 322, 325;
Ned.-Ilnd. Rubber & Koffie : 369, 371 ; Padaiug Rubber
36, 327, 323; lidam Tapnnoeli : 159%,
155%,
158; Ser-
hacljadi: 340,
336%,
333; Sumatra Onoutd:bouc: 314, 307%,
317;
Suniatra Rubber: 394%, 391, 392; TjiboeuiTjiping-
pok: 217, 208, 210; Verg. lol. Cultuur Ondernemingen:
183, 130%, 179%.
De
tebaksmwrk.t
hoest een – mcci constant koersverloop
aangetoond. In de eerste plaats hebben de rubbernoteerin-
gen hier invloed uitgeoefend – -doordat vele der voornaam-

ste tnbaksonderneiniuigen direct ofiui-direc’t belang bij de
i’uhbereultuuuir hebben – in de tueede plaats, doordat de
beu’iohten rit fubakskringen vooi’ -de auuustaauude eampaguue
-over het algemeen gunstig luiden. Arendsburg: 565, 570,
575; Dcli Batavia: 461, 464
1
/.–, 462; i)eli Mij.: 422%, 424,
427% ; De Oostkust: 203, 204%, 206% ; Senembali Mij.:
424%, 427, 431%’.
Ook cle
suiker?urccrlet
heeft van een goe-den groncl’tooi:i blijk
gegeven. De meldingen van cle V.J.S.P. hebben hier’ vrij
groo

ten invloe:l uitgeoefend. Niet alleen achtte men het
gtiuustig, dat oogst 1,927 van -de bij de V.J’.S.P.;iauigeslotei
ouudernemingen vlot van de hand wordt gezet, doch ook
de l)rijzen, welke worcleii besteed, worden ter beurze aan-
trekkelijk geacht .. 4 aiideeleui Handelsvereeniging ,,Auister-
dam” hebben
‘LLR
gi’oote omzetten blijk gegeven, -de overige soorten uicren goed gevraagd. Cultuur Mij. der Vorstenlaudeui : 174%, 173%, 175
1
/4 ;
i]Iandelsvereenigiiug
,Amsterdam : 668%, 664, 669% ; Java Cultuur Mij. : 357,
359,
362%’;
Moorman : 462%, 457, 453% ; Ne-:l.-I[uid. Suiker
Unie : 250, 253 ; Poerworedjo : 117
1
/8,
116%; 118% ; Suiker
-Cultuur Mij. : 272 268, 274% ; Tj. Lestcu’i : 246, 242%, 244.
Op de
petrole?ummrafdZeeli?vg
‘hebben al leen aauud cel en RIo-
uiinklïjke eenigszins dle aandacht getrokken. II)e stemming
is hier doorgaans vast geweest, doch -zonder dlat er groote
verschillen te constateeren varen. Er viel vrij ruime bio-
uienlanclsche vraag op te merken, w’aam’tegenover echter
steeds voldoende aanbod voor buitenlandsehe rekening kon
worden gesteld. Blijkbaar wordt een deel van -het enkle
maanden geleden opgenomen bezit thans weder gerealiseerd.
IDe overige -soorten bleven volkomen op den achtergrond. Dor-dtsche Petr.,Incl. Mij.: 374%,
373%,
377
1
/.->; Geconso-
lideerde Roll. Petr. Mij.: 172, 170, 171%; Kon. IPetr Mij.: 389%, 387%., 389% ; Perlak Petroleum: 80, 80%; Peuda-
wa: 44%, 44%, 4334.
Dc
schecpvaartmerlc

t
heel-t een kalm ver-loop gehad. Na-
dat -het bericht omtrent opuienling in cle Nederla.ndseiie
Scheepvaart Unie van de Java-China-Japan Lijn was tegen-
gesproken, 1meft in deze aandeelen eenige reactie plaats
gevonden. Toch waren er zulke ruime koopo-rders, dat het
koersverlies gering is gebleven. Voor aauideelen Koninklijke
Neilerlaiidsche Stoomboot Mij. ontstoncl voorbijgacuid eenige
belangstelling in verband met liet bericht, ‘lat -deze Mij. de
1 Levauutschepen van de r[nlcyonlijn heeft overgenomen.
Holland-Amerika Lijn: 50, 48%,
49%;
Java-China-Japan
Lij-ui : 132%, 129; Kon. Ned. Stoomboot Mij.: 99%, 98, 97%
Neci. Scheepvaart Unie: 183%’, 182%, 182%; Stoomvaart
iMIij. Nederland: 183%, 183%.
In cle afdeeling voôr
Sis,nenlcvucdl.snhe indl’umstrieelc amrdee-
waren liet vrijwel alleen kuiistzijdesoorten, welke cle
t;ti.ida.cht hebben getrokken. De lueftige reactie, welke in de
vorige berichtsperiode plaats -heeft gevonden, heeft klaar-
blijkelijk ruime kooporders in de -markt gebraht – wel-
-licht ten dccle tot dekking van baisseposities – waardoor
de koersen van de -desbetreffende aandeelen aanmerkelijk
konden stijgen. Later trad evenwel weder een lichte reac-
tie in.
De

overige aa.rideelen. uit deze rubriek vnren rustig
van toon, doch als regel niet zeer opgewekt. Centrale
Snikc-r Mij.: 118, 11.9%; Roll. Kunstzijde Ind.: 83, .877/
s
,
85; Jurgens: 1.66%, 1.67, 167%; Madkubee: 1115%; 120,
120%; Ned. Kcibelfabriek: 327, 320, 316,
317%;
Ned.
Kuiistzijdefahriek : 263, 270, 274% ; 1
1
‘hilips.Gloeilamn1ien-
fabriek: 341,
340-34,
341; Vereenigcle J3likïabrieken: 152,
148, 147. – –
Jienkaandeelcn
,’aren vast, in liet bijzonder aancleelen
Koloniale Bank. -in verband met berichten omtrent uit-
breidingen door deze oi:icic-rnemn ing. Amste-r-da-miisohe Bank:
16
3%, .164; Roll. Bank voor Zuid-Amerika: 79%, 79%,
79% ; Incasso Bank: 117%, 118%’; Javasche I3ank:

366,
:365; Koloniale Bank: 2047/, 206%,
21
0
1
/s; Ned.-].nd. 11cm-
d-elsbank: 1.71%, 1.72%’, 17134 ; Nec!. ,l]landel Mij. 157%,
1.59%; 14’dmnsehe i3ankverg.: 71, 71%,
7334;
T’wentsehe
13u.nk 139, 140.
Ook de afdeeling voor
mijnaandecicx
heeft weinig inn-
leid-ing tot opinerkiuigen gegeven. Tegen liet einde der be-
i’iciitsweek is de aandacht een-igszins op cuan-dieclen Eed-
jang Lcbon gevallen Alg. E.xploratie Mij.: :117, 116
3
.118;
Bill iton
:1e
Rubriek : 730 731, 730; i3edjaiig Lebong: 270, 273%, 279; Singkep Tin Mij.: 433, 435, 425.
De
A,mucei’ikaztnsohc mccrk.t
was stil en in overeenstemming
met de aal, wijzingen van Wallstreet een-igszins ii, reactie.
De omzetten ‘hebben echter geen groote vormen aangeno-
uien. Mnem’icaua Snielting & Ref. Cy.:
146%,
143, 141%;
Anaconda Oopper: :10234, 101, 100% (ex div.), Studebaker:
57%, 56
3
/.
1
, 57; Unite-J States – Steel Corp.: 1527/
s
, 147%,
149% ; Atchison Topeca:
147%,
146%, 147
1
/s; Bal-timore &
Ohio: .106, 104%, 104%; Ene: 33, 32%, 32%’; Union Paci-
fic: 159
1
/.-, 158%, 160; Wabash Raihivay: 49
dh
132,
48t/
32
,
491/16.

1 Septeinber 1926

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

785

GOEDERENHANDEL.

GRANEN.

31 Augustus 1926.

Vrijwel deze geheele week heeft de internationale t a r w e-
markt in een zeer kalme stemming verkeerd, hetgeen in
de eerste plaats het gevolg was van de zeer goede Cana-
deesche oogstberichten. Het weder is daar buitengewoon
gunstig geworden voor het binnenhalen der tarwe en spe-
ciaal in de provincie Iv[anitoba zijn te elfder ure de voor

uitzichten nog in sterke mate verbeterd. Toen in de vorige
week reeds cle Mauitoba Free P.ress berichtte, dat de Cana-
deesche tarweopbrengst wel ongeveer zoo groot zou zijn
als in het vorige jaar, terwijl het officieele oogstrapport
van 1 Augustus een achteruitgang raamde van 23 pCt.,
werd aan dit verrassend optimistische bericht niet ten
volle geloof gehecht. Zoo langzamerhand begint het er
echter naar uit te zien, dat de opbrengst werkelijk de
ramiug van 1 Augustus zoo zeer zal overtreffen, dat zij niet
ver verwijderd blijft van het resultaat van het vorige
jaar. Op die groote verbetering in de Canadeesche voor-
uitzichten hebben de Noord-Amerikaansche termijnmark-
ten gereageerd met eene geleidelijke prijsverlaging, die van
23 tot 30 Augustus te Winuipeg S it 6 en te Chicago 336 dollarcent per 60 lbs. heel t bedragen, nadat op den 30en
aan beide termijumarkten eenig herstel had plaats gevon-
den. In Europa had de flauwere houding der NoordAmeri-
kaansche markten het vertrouwen in den tarweprijs en
daarmede den kooplust doen afnemen. Daarbij kwam, dat
deze week de w’ereldverschepiugen van Larwe van ruimen
omvang waren, hetgeen niet slechts het gevolg was van
groote Noord-Amerikaansche verschepingen, doch tevens
van de omstandigheid, dat uit Rusland 122.000 qrs. nieuwe
tarve zijn afgeladen. Deze hervatting der Russische tarwe-
verschepingen •heef t vooral aan de Engelsohe markt nogal
indruk gemaakt, omdat zij eene bevestiging vormt van
de Russische berichten van den laatsten tijd, volgens welke
een vrij aanzienlijk overschot aan tarwe voor uitvoer be-
schikbaar zou zijn. Ook wordt uit cle Vereen.igde Staten be-
richt, dat de oogstresultateu van wintertarwe in Kansas
zeer meevallen en dat het eerstvolgende Washingtonsche
maanclrapport waarschijnlijk weder eene verhooging van (le
tarwe-opbrengst zal bevatten. In het begin der week heeft het dorsclien zoowel yoor zomer- als voor wintertarwe in
de Vereenigde Staten hier en daar nog eenige vertraging
ondergaan door regen, doch later is het weder verbeterd.
Hetzelfde is ook in West-Europa het geval, waardoor nu
het binnenhalen van den oogst in Frankrijk, Engeland en
Duitschlancl beteren voortgang kan maken. Officieele nieu-
we ramingen van de opbrengsten aan broodgraan in Frank-
rijk en Duitschiand, waarnaar algemeen met belangstelling
wordt uitgezien, zijn in verband met de vertraging in den
oogst, veroorzaakt door het slechte weder in Juli en Augus-
tus, nog niet verschenen. Talrijk zijn echter de particuliere
ramingen, welke deze week bekend werden. Voor Frankrijk –
loopen die ramingen uiteen van 2736 tot 33 millioen qrs.,

terwijl in het vorige jaar 41 millioen qrs. tarwe zijn ge-
oogst en het verbruik 44 millioen qrs. heeft bedragen. Nu ditmaal de oogst waarschijnlijk niet meer dan 30 millioen
qrs. zal bedragen, zal Frankrijk zich dus in •de noodzake-
lijkheid bevinden een zeer groot deel van zijn tarwebe-
hoef te door import te dekken. Bezuinigingsmaatregelen zul-
len cle in te voeren hoeveelheden wel wat kunnen beperken,
doch zij zullen niet kunnen verhinderen, dat Frankrijk
zeer veel meer tarwe zal moeten invoeren dan gewoonlijk. –
Reeds zijn de inkoopen in vollen gang en in ons vorige
weekbericht hebben wij reeds vermeld, dat in die week aan-
zienlijke hoeveelheden Noord-Amerikaansche wintertarwe
naar Frankrijk werden verkocht. Deze zaken hadden ook
deze week plaats, doch in geringeren omvang. Van de uit Rusland verscheepte tarwe zijn eenige ladingen eveneens
naar Frankrijk verkocht. Uit Duitschland verneemt men,
dat eenerzijds •de invoeren van nieuw brooclgraan nog zeer
klein zijn en bovendien cle geringe hoeveelheid nieuwe tarwe,
welke wordt ingevoerd, van onbevredigende kwaliteit is,
doch anderzijds schijnt de omvang van den oogst niet be-
ueclen het gemiddeldë te zijn. Er wordt ten minste bericht,
dat de Duitsche tarweopbrengst ongeveer 236 millioen ton
zal bedragen, wat weliswaar 700.000 ton minder is dan in
het vorige jaar, doch overeenkomt met het gemiddelde van
de jaren 1920 tot 1924. Voor rogge zou de opbrengst 6,75
mil.lioen ton bedragen tegen 8,1 millioen ton in 1925, en een gemiddelde van 5,9 millioen ton in de jaren 1920 tot
1924. Bovendien is blijkbaar voor rogge de kwaliteit lang
niet zoo slecht als voor tarwe. Intusscheu wordt tot nog
toe in Du-itschland weinig -rogge en tarwe aangeboden en
de molens zijn genoodzaakt een groot deel hunner behoeften,
vooral ook wegel.is de slechte kwaliteit der eerste aanvoeren
van Duitsehe tai-we, uit het buitenland te betrekken. In
Duitschland bleef men dan ook deze week geregeld taj-we
koopen, ofschoon de vraag wegens de algemeen kalme hou-
‘ding der wereldmarkt vrij wat minder omvangrijk was dan
in de vorige week. Italië onthoudt zich nog steeds zooveel
mogelijk van inkoopen en zal evenals Frankrijk, doch mis-
schien nog in sterkere mate, maatregelen nemen om op den
iuvoer te bezuinigen. Reeds is in Italië een uitmalings-per-
centage van 80 tot 85 pCt. voorgeschreven. In Engeland
is het binnenhalen van den oogst begunstigd door beter
weder en het aanbod van nieuwe tarwe heeft daar aange-
vangen. De beperkte omvang der voorraden, waarover cle
molens beschikken, maakt geregelde inkoopen van buiten-
landsche tarwe in Engeland noodig, doch de omzet was niet
groot. Van andere landen dan Canada, de Vereenigde Sta-
ten en Rusland -is deze week uiterst weinig tarwe ver-scheept. Aan den Donau nemen de aanvoeren wat toe,
doch de kwaliteit van de Roemeensche tarwe is niet best
en de belangstelling daarvoor in West-Europa nog beperkt. Argentinië was deze week nu en dan wat sterker met tarive
aan de markt en aan de Argen-tijnsche termijnmarkten von-
den -dalingen van 15 tot 30 centavos per 100 KO. plaats.
De nieuwe tarwe blijft er daar goed voor staan. Uit Rus-
land zijn cle berichten nog steeds zeer tegenstrijdig, maar

Noteeringen.
Locoprjzen te Rotterdam/Amsterdam.

Chicago
Buenos Aires
Soorten
1

30
Aug.
23
Aug.
31
Aug
Tarwe
Mal’s
Haver
1
Tarwe
Mars
Lijnzaad
Data
1926

1926 1925

Sept.
Sept.
Sept.
Sept.
Sept.
Sept.
Tarwe (Hardwinter II) ..’

14,50
15,-
15,50
28Aug.’261
132k
76iI
36i
12,95′)

6,75
16,701)
Rogge (No. 2 Western)
.
•1

12,-
11,90
11,75
21

,,

’28
136k
78
39%

13,20

6,75
17,25
Mais (La Plat.a)

………
171,-
234,-
28Aug.’25
1559
928
8
8″

/1
13,55
1
)

8.951)
20,251)
Gerst (48 lb. malting)…
.’

195,- 193,-
219,-
28Aug.’24
122’/
1l93
4971
t

14,65

10,20
23,10
Haver (Canada 3)……..

…170,-

1

10,25
10,10
ll,…..
28Aug’23
100
K
8151
8

3711
11,40

8,65
21,45
Lijnkoeken (Noord-Amen-

20Juli’14
82
565/
s

36).
9,40

5,38
13,70
kavanLaPlata.zaad)..1
11,95
12,-
13,90
Lijuzaad (La Plata) …..
363,_
370,- 441,-
1)
per October.
1)
per 100 KG.

9
per 2000 KG.
3)
per 1960
KG.

AANVOEREN in tons van 1000 KG.

Artikelen
22128
Aug.
1926

Rotterdam

Sedert
1 Jan.
1926
Overeenk.
tijdvak
1925

Amsterdam

22j28
Aug.

Sedert
1926

1Jan.
1926
Overeenk.
j tijdvak
1925

Totaal

Tarwe ……………..
Rogge
.
35.375 5.008 1.047.213
806.736 2.610
10.341
1

17.024
1.057.554 823.760
…………….
1
29
184.451
14.440
182.97
17.154
100
1.116

185.567
182.917
Boekweit ………………..
Mais ………………
17.4 71
594.861
446.244

2.477
950
73.448
150
51.223
15.390
668.309
17.304
497.467

Haver ……………..
4.315
1.780
.

3.231

243.058
151.558
132.670
140.753
– –
6.965 4.114
250.023
136.784
Gerst

……………….

Lijuzaad

…………..

..

169.826
129.747

5.026
2.165
158.082
252
43.979
153.723
327.908
141.005 173.726
Lijnkoek

……………

4.760
9.456
169.176
47.569
136.816
82.815

t



169.176
136.816
Tarwemeel

………….
Andere meelsoorten

9.645
3.740

‘312
9.605 12.423
57.174
95.238



9.645
3.740

786

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 SeptemFer 1926

het hlijkt -wel, dat in sommige streken in het Zuiden in ruime mate graan van den nieuwen oogst wordt aange-
voerd. –
Voor r o g g e bestond deze , week goede kooplust, doch
het aanbod uit ZuidOosteljk-Europa alsmede uit Polen is
gering, en slechts weinig zaken werden er gedaan, ofschoon
men in de invoerlanden wel – bereid was stijgende prijzen
te betalen. Uit Noord-Amerika werden de prijzen voor
rogge wel verlaagd, doch tot zaken voor export leidde dat
nog nauwelijks, omdat ook •nu nog het Amerikaansche
prijspeil te hoog isin vergelijking met andere soorten.
In m a 1 s waren
de
zaken ook deze week weinig leven-dig. Spoedige Platamaïs wordt overal in onvoldoende mate
gevraagd en Is goedkooper te koop •dan latere posities. Deze
laatste
.
hebbe.n eenigszins in prijs .gefluctueerd, waarbij in
de laatste dagen cle verschepers tot eene kleine prijscon-
cessie bereid bleken. Veranderingen van beteekenis hebben
c1e prijzen echter de geheele week niet ondergaan en ge-
woonlijk waren de zaken beperkt. In Europeesche soorten is de omzet gering, omdat daarvoor hooge prijzen worden
gevraagd. Gedeeltelijk is dat het gevolg van stijging van
den Roemeenschen wisselkoers. De vooruitzichten voor de nieuwe maïsoogsten ‘in Oost-Europa zijn overal nog steeds
gunstig, doch van zaken •daarin hoort men bij voortduring
zeer weinig. Eenige verbetering ondergaat de vraag in
Noord-Duitschland nu maIs zooveel goedkooper te koop
is dan gerst. In Noord.Amerika was maIs flauw wegens
beter weder voor den oogst.
G e r s t blijft in Duitsohland •nog steeds gemakkelijker
,
te koopen dan maIs en ook deze week weder was de vraag
voor gerst naar de NoordDu•itsche havens vrij goed en ook de Duitsche markten aan den Béneden-Rijn deden geregeld
inkoopen, vooral van Donau en Russische gerst. Aanvan-
keljk was de markt voor gerst zeer vast, doch later •is een iets flauwere stemming ingetreden wegens gemakkelijker
Noord-Ameri.kaansche markten. Evenals voor tarwe valt
de opbrengst in Canada mede en de termijnmarkt in Wint
nipeg is geleidelijk nogal wat gedaald. Uit Rusland is deze
week een flinke hoeveelheid gerst afgeladen, doch de prijzen
die door Rusland en Roemenië voor gerst worden gevraagd,
‘blijven hoog en. eene verlaging, .zooals van Noord-Amerika
is in de uit die landen gevraagde prijzen eigenlijk .niet in
getreden.
In h a v er blijven de zaken klein, hetgeen in overeen-
stemming is met den tijd van het jaar. Uit Engeland werd deze week aanbod van nieuwe haver gemeld, hetgeen cle
vraag naar buitenlandsche soorten nog deed afnemen. Ook
op het vasteland vinden in haver weinig zaken. plaats en
de .daar aanwezige voorraden verminderen slechts. langzaam’,
terwijl nieuwe, zaken nauwelijks voorkwamen. De wereld-
verschepingen van haver waren dan ook deze week zeer
klein.

SUIKER.

De verschillende suikermarkten waren de afgeloopen week
kalm gestemd, zonder dat zich een nieuwe factor voordeed,
welke van invloed op den prijsloop was. –
In A m e r i k a fluctueer’den de prijzen op de termijnmarkt
s(chts weinig alhoewel er groote zaken tot stand kwamen;
alleen voor de maand September waren de,verschillen iets
grooter tengevolge der likwidaties dezer positie, die ten
slotte grif opgenomen werde.n.
De noteeringen te New York hadden het onderstaande
verloop:
Sp. C. Sept. Dec. Jan. Mrt.
Slot voorafgaande week ……2.24 2.43 2.59 2.65 2.67 Opening verslagweek ……….2.24 2.41 2.57 2.63 2.66
Laagste punt verslagweek … 2.24 238 2.55. 2.61 2.63
Slot verslagweek…………..2.24 2.49 2.61 2.64 2.63
De ontvangsten in de Atl havens der V. S. bedroegen
deze week 43.000 tons, de versmeltingen 81.000 tons (tegen
67.000 tons in 1925) en de voorraden 236.000 tons.
In Cubasuiker’ kwameii dagelijks kleine zaken tot stand
tot 2.15/32 d.c. c.&fr. New York ; na eene fractioneele prijs-
daling wer&echter – tengevolge van het gunstig verloop
van de likwidatie der September posities op de termijn-
markt – deze eerste prijs weer betaald. Naar – Europa
beperkten zaken zich tot ladingen Aug/Sept. tot.Sh. 1’117 –
11/9
ci!.
De laatste Cubastatistiek luidt als volgt:

1926

1925

1924

Tons

Tons

Tons
Weekontvangsten tot 21 Aug.

24.638

43.803

34.204
Totaal sedert 1112 tot 2118 .. 4.066.129 4.546.562 3.615.520
Werkende fabrieken

5

1
Weèkexport 21 Augustus ….

103.229

96.858

72.097
Totaleexport sedert 111 t. 2118 3036.594 3.679.777 3.141.212
Totale ‘vorraad 21 Augustus 1.029.537 866.605 474.308

In Engeland waren de fluctuaties op de termijnmarkt
zeer gering en sloten de noteeringen als volgt:

Augustus … . Sh. 13
1
‘6

‘December ……Sh. 141414
September…. . ,, 13/6

Maart ’27 ……,, 14193
October ……,,

13/98%

Mei ’27 ……..,,

15/28%

– De zichtbare voorraden zijn volgens Ozarnikow:

1926

1925

1924
Tons

Tons .. Tons

Duitschland 1 Augustus …

351.000 104.000 277.000
Tsjechoslowakije 1 Augustus 204.000 149.000

58.000
Frankrijk 1 Augustus ……136.000

99.000

58.000
Nederland 1 Juli ……….. 134.000

66.000

57.000
België 1 Juli ……………

.61.000

83.000

39.000
Polen 1 Augustus ……….71.000

58.000

65.000
Engeland 1 Augustus …….398.000 294.000 244.000

Europa.. 1.355.000 853.000 798.000
V.S. Atlant. havens 25 Aug. –

236.000 165.000 115.000
Cuba 21 Augustus ……….1.029.000 867.000

474.000

Totaal .. 2.620.000 1.885.600 1.387.000

• Op Java vonden deze week verdere belangrijke ver-
koopen uit oogst 1927 door de Visp plaats. Ongeveer
143.500 tons werden op basis van
f
16,75 voor Superieur
afgedaan, waarna nog een 16.500 tons verkocht werd tot

f
17,- basis Superieur. De verkoopen uit oogst 1927 door
de Visp zijn hiermede tot ongeveer 800.000 tons gestegen.
Ook uit oogst 1926 werd door de producenten nog wat
Melasse op restant condities geplaatst.
In de tweede hand werd voor eenige postjes disponible
No. 16 en hooger
f
9,94 en daarna
f10,-
betaald.
H i e r te lande bleef de markt de geheele week zeer
kalm gestemd en bewogen prijzen op de termijnmarkt zich
op het volgend niveau

Aug.
f
16s18 á
8%

Maart
f
17°1

8%
Dec. ,, 17.- ,, 118

Zaken waren zeer onbelangrijk en bleven voornamelijk
beperkt tot eenige ruiltransacties.

NOTEERINGEN.

Londen
New
York
White
Java’s

Cubas
Amster-
960
Data


dam per Tates
f.ob. per
96° c.i.f.
Centri-
Aug.
Cubes
,fugals
Nol
Aug. Aug.

kristalsuiker

Sh.
Sh.
$
ets.
basis 99°
31Aug.’26
Geen not.
33:3
1416
12
4,27
.23

,,

’26
f

167/,
33/3
146
111108%
4,24
31Aug.’25
,,

18f
353
1413
12/3
4,40
31
11

‘241
,, 24
44/6
2016

1916
5,53

ruwsuiker
t

basis8ëo
1
4 Juli

‘141
f

1113/82

1

181-


3,26

basis990

1)
Het verschil tusschen ruwsuiker 880 en

f
1 3131

1
krist.suik. 99° is aan te nemen
opf3 p. 100 KG.
KATOEN.

Marktberieht van de Heeren Sir Jacob Bebrens & Sons, Manchester, d.d. 18 Augustus 1926.

Prijzen van Amerikaansche katoen worden thans zeer
beïnvloel door de weerberichten in de’ katoendistricten. Gedurende het laatste gedeelte van de afgeloopen week
daalden prijzen, doch zijn sedert weer iets gestegen, en
toonen weinig verandering bij een week geleden. Egypti.
sche soorten hebben’ zich in ‘sympathie met Amerikaansche
bewogen en voorraden in Alexand.rië zijn ruim’ een mil-
lioen cantars meer dan verleden jaar. Loco verkoopen in
Liverpool bedroegen de afgeloopen week 33.000 balen, het-,
geen aanzienlijk meer •is (lan sedert vele weken het geval
is geweest. .
In de Amerikaansche garenmarkt zijn de ,,basic selling
rates’ Maandag vau kracht geworden en’ nemen- spinners
algemeen een vastere houding aan. In alle klassen van
grove twist en weftgarens, beperkt de omzet zich tot
kleine hoeveelheded voor direct gebruik. Spinners houden
zich aan de ,,basic selling ‘rates”, hetgeen in enkele ge-
vallen, waar het de fijnere nummers betreft, een stijging
van een penny per pond beteekent. De vraag naar ge-‘
twijnde .garens is minder geworden;’ limites van enkele pos
ten voor Indië zijn aanzienlijk lager dan vraagprijzen’
ed
worden niet geaccepteerd. De massameeting van Ameri.
kaansche katoenspinners, welke gisteren gehouden werd en’
door talrijke spinners werd bijgewoond, nam unaniem het
besluit om de noodige stappen te doen voor de oprichting
van de ,,Yarn Association’! met het oog op het vaststellen
van de prijzen van garens van A.merikaansehe., -katoen ge-

1 September 1926

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

787

sponnen. In Egyptische soorten schijnen de ondervindingen
nogal te varieeren; enkele spinners kunnen hunne pro-
ductie wel verkoopen, terwijl anderen daarentegen weinig
vraag vermelden. De vraag beperkt zich hoofdzakelijk naar
garens voor fabricagecloelein.den en doubling wefts worden
weinig verkocht. Voor Indië schijnt nog wat gedaan te zijn
voor enkele bundelgarens, alsook in gewijnde warps voor
merceriseeren, doch naar andere soorten getwijnde garens
bestaat weinig belangstelling.
De cijfers van den ,,Board of Trade” betreffende den
export van katoenen garens in Juli tonnen een daling van
1.681.200 lbs. bij verleden jaar. Duitschiand en Holland
samen zijn circa drie millioen pond lager, terwijl de voor-
nacunste stijging betrekking heeft op Britsch-Indië en
Australië.
De flauwe stemming in de cloekmarkt, waarvan wij in
ons laatste rapport melding maakten, blijft voortduren.
Prijzen zijn bepaald vaster, in verband met de hoogere
garenprjzen, en koopers tonnen geen directe neiging hunne
biedingen voldoende te verhoogen om zaken mogelijk te
maken. Iii enkele gevallen zijn biedingen, welke de vorige
week nog geaccepteerd zouden zijn, te laat gekomen en
teruggewezen voor de noodige verhoogingen. De vraag, die
nog bestaat, schijnt meer te dienen om zich van prijzen op
de hoogte te stellen dan om te koopen. De kolenmoeilijk-
heden blijven een voortdurend beletsel voor den handel; cle
mijnwerkers hebben hunnen vertegenwoordigers gemachtigd
om de onderhandelingen om tot een oplossing te komen,
weer te hervatten en dit is zeker een stap in de goede
richting; in hoeverre deze onderhandelingen echter tot een gunstig einde zullen leiden, is moeilijk te voorspellen.

Manchester, d.d. 25 Augustus
1926.
Prijzen van Amerikaansche katoen bleven vrij vast tot-
dat het Amerikaansche Bureau Rapport per 15 Augustus,
op Maandag ji., gepubliceerd werd. Tegen de algemeene ver-
wachtingen in, werd een conclitieverlies vanaf 1 Augustus
gerapporteerd van 6,3 pCt., tegen een verlies van 3,6 pCt.
gedurende dezelfde periode verleden jaar en 2,5 pCt. twee
jaren geleden. Als waarschijnlijke opbrengst wordt ge-
iioeincl 15.248.000 balen tegen 15.621.000 balen bij de vo-
rige schatting. Ofschoon het conditierapport met 63,6 pCt. beter is dan verleden seizoen (62,00 pCt.), steeg de future-
markt in New York 94 tot 99 punten, terwijl October-futu-
res te Liverpool gisteren 50 punten hooger sloot dan de
middagnoteeririgen op Maandag. De markt was op een
dergelijke stijging niet voorbereid en weinig geneigd zich
aan te passen. Egyptische katoen heeft deze stijging ge-
volgd, niettegenstaande het feit, (lat voorraden in Alexan-
drië bijna negenmaal grooter zijn dan een jaar geleden.
Locoverkooperi in Liverpool bedroegen de vorige week
33.000 balen, waarvan 6400 Peruaansche.
De Amer.ikaansche garenmarkt neemt nog een af wach-
tende houding aan en dit komt thans nog meer tot uiting
dan een week geleden. De stijging van het ruwe materiaal,
veroorzaakt door het ,,bullish” conditierapport van den
nieuwen oogst, hebben zaken tegengehouden. Spinners zijn
algemeen vast gestemd en houden zich aan de ,,basic
rates”. Prijzen stegen gisteren een half penny per pond,
waardoor verkoopen van alle soorten twist en weft zich
slechts tot kleine hoeveelheden voor directe behoefte be-perkten. Hier en daar schijnen echter nog flinke hoeveel-
heden te zijn afgesloten en zijn dit waarschijnlijk contrac-
ten, die de vorige week nog niet geboekt zijn. Ingetwijnde
garens zijn verdere zaken voor het Oosten gedaan, maar
nog meer is tèruggewezen op betere limites. In Fgyptische
garens is de vraag naar cops voor fabricatiedoeleinden min-
der geworden, hoewel er enkele flinke partijen twist ge-
boekt schijnen te zijn. De vraag naar getvijnde garens be-
perkt zich hoofdzakelijk tot speciale soorten en enkele
doubleurs van deze garens zijn nu beter bezet dan eenigen
tijd geleden.
In cle doekmarkt schijnt een periode van afwachten te
zijn ingetreden. Overzeesche koopers nemen een af wach-
tende houding aan om te zien of de prijsstijging zich zal
kunnen handhaven, hoewel er vel enkele aanvragen bin-
nenkomen om de markt te beproeven. Tot nu toe zijn er
geen teekenen die erop wijzen, dat fabrikanten geneigd
zouden zijn lagere prijzen te accepteeren en katoenprijzen,
garenprijzen en de moeilijkheden in de kolenvoorziening
werken er gezamenlijk toe mede om een daling van doek-
prijzen onmogelijk te maken. Verkoopen zijn klein en zelci-
zaam en weinig koopers zijn in de markt, tenzij zij ge-
dwongen zijn hun behoefte te dekken.

18Aug. 25Aug. Oost. koersen. 17Aug. 24Aug.
Liverpoolnoteeringen.

T.T.opBr.-Indië 116 115
F.GF.Sakellaridis 15,70 16,05 TT.opllonkong 21171
s

G.F. No. 1 Oomra.. 6,70 7,10 T.T. 01) Shanghai 219k 219k

Noteering voor Loco-Katoen.

(Middling Upla.nds.)

27 Aug.
1926
1
20 Aug.
1926
13 Aug.
1926
27 Aug.
1925
27 Aug.
1924

New York voor
Middling…
19,05e
18,20e 17,80e
23,05 c
26,40 c
New Orleans voor Middling
18,29 c
17,70e
17,36e
22,25e
24,13 c
Liverpool voor
Middhing…
10,17 d
9,58 d
9,35
cl
12,69
cl
15,45 d

Ontvangsten in- en uitvoeren van Amerikaansche havens.
(In cluizendtallen balen).

1
Aug.’26
Overeenkomst ige periode
tot
20Aug.’26
1925 1924

Ontvangsten Gulf-Havens.
196
179 97
11

Atlant.Havens
)
Uitvoer naar Gr.Brittannië
34
22
34
‘t Vasteland ete
129 123
62
Japan
25
14

Voorraden.
(In duizendtallen balen).

20Aug.’26
Overeenkomstig tijdstip
-‘
1925

1924

Amerik. havens ……….
..568

207

197
Binnenland …………..511

189

154
New York ……………44

40

70
New Orleans …………

121

42

29
Liverpool …………….435

244

150

KOFFIE.

In het begin der afgeloopen week bleef de markt in kalme
stemming verkeeren met enigszins terugloopende termijn-
noteeringen. Later trad echter eene verbetering in en slui-
ten de noteeringen ongeveer onveranderd tegen verleden
week. De aanbiedingen voor prompte verscheping van.
Brazilië varen voor Santos ongewijzigd, (Toch voor Rio
iets lager.
De prijzen van gewoon goed beschreven Superior Santos
op prompte verscheping zijn thans 10016 It 1021- per cwt.
en van dito P.rime 1031- 1. 104/., terwijl zij van Rio type
New-York 7 met beschrijving, prompte verschepiug, be-
di-agen 841.
It
851-.
De noteering voor loco Superior Santos is onveranderd
64 ct. en voor Robusta 58 et., terwijl de omzetten nog
uiterst beperkt b]ijven.
In Palembang Robusta op aflading kwamen, tot weder.
om
iets lagere prijzen, niet onbelangrijke zaken tot stand.
Bij het begin dezer week waren de aanbiedingn echter
wejerom iets hooger, en noteert September-verscheping op
het oogenblik
451%
It 45Y2 per
1
/2 KG., cii., uitgeleverd ge-
wicht, netto contant.
Wegens nationalen feestdag was de termijnmarkt op
31 Augustus gesloten, en volgen daarom hieronder de
noteeringen aan (le Rotterdamsche termijnmarkt van
30 Augustus aan den middag-eau:

Santos-contract

Gemengd Contract
basis
Good

11

basip Santos Good

Sept.j Dec.
1
Mrt.
1
Mei
11
Sept.
1
Dec.
1
11 rt.j Mei

30 Aug.
55h18
53′.

5171
8
55

518% 50

487
s

24

5611
8

53

52

55′,

52
1
/

50

488/
8

17 ,,

56
1
1
8
548%

53/8 513,(

55y
4

52 y,
503/8
48*1
10 ,,

561

538%

52

51
1
1
8

55114 517/
8
50

48;1

De slot-noteeringen te New-York van het aldaar gel-
dende gemengd contract (basis Rio No. 7) varen:

Sept. –

Dec.

Maart
1

Nei

30Aug ……… .$ 18,17

$ 17,45

$ 16,88

$ 16,44
23

………..,, 18,09

,, 17,30

16,65

16,19
16

,……….., 18,20

,, 17,25

16,50

15,95
9

………….18,04

-. 17,04

16,33

15,90
Rotterdam, 31 Augustus 1996.

(Itlededeeliug van cle Vereeniging voor den Goederenhandel
te Rotterdam.)
Ontvangsten uit het binnenland van Brazilië in Balen.

te Rio

te Santos
Dein
Afgeloupen

Sedert Afgeloopen

Sedert
week

1Juli

week

i

1Juli

28 Aug. 1926….. 102.000

803.000

157.000 1.333000
29

,,

1925. .’.. 131.000
1
785.000

147.000
1
1.429.000

788

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 September 1926

Noteeringen en voorraden in Brazilië.

Data te Rio
te Santos

1
1
Wisseikoer
te Rio
op Londen
Voorraad
1 Prijs
Voorraad
1 Prijs
(In Balen)
1
No.7
1
)
(In Balen)
1
No.4
1
)
30 Aug. 1926
318.000
1
23.425 1.041.000
1
25.000
7471
184
23

1926
319.000
23.825
1.105.000125.000
723112
16

,,

1926
301.000 23.825 1.059.000
25.000
79
31 Aug. 1925
261.000
31.325
1.184.000 32.500
611
2

1)
In Reis.

THEE.

De markt blijft stationnair en men is hier in afwachting
van de veiling van 2 September.
Het laat zich aanzien, dat – evenals te Londen – alleen
de goede kwaliteiten de volle belangstelling tot zich zullen trekken, terwijl alle ordinaire en inferieure soorten afbrok-
kelende prijzen te zien zullen geven. Londen gaf die stem-
ming in de afgeloopen week weer, door een over het geheel
gerekend onregelmatig prijsverloop. Waren goede kwalitei-
ten gevraagd en daarvoor de stemming vast, vaak iets hoo-
ger, ordinaire soorten, w’aarvan het aanbod in den laatsten
tijd groc’te afmetingen begint aan te nemen, daarentegen
nfbrokkelend en meerendeels lager in prijs.
Amsterdam, 30 Augustus.

IJZER.

In Engeland duurt de kolenstaking voort en zijn de
omstandigheden voor de ijzer- en staalindustrie dus nog
dezelfde als twee weken geleden. Practisch staat de ruwijzer.
productie stil: 1 Augustus varen nog 8 hoogovens in be-
drijf, in Juli werd slechts 17.900 ton ruwijzer gemaakt
tegenover 539.000 ton in April. De in het vorige bericht
vermelde stijging der prijzen op de Belgische exportmarkt
heeft zich verder voortgezet en is nu vrijwel tot staan ge.
komen, hoewel enkele fabrieken en wel voornamelijk
Luxemburgsche nog eenigermate boven de hieronder ver-
melde notecringen gaan. Mocht het internationale staal-
syndicaat tot stand komen – de besprekingen worden deze
maand te Parijs voortgezet – dan verwacht men een verdere
stijging der prijzen. De Fransche producenten hebben,
niettegenstaande de stijging hunner productiekosten, als
gevolg van de verhooging der goedereutarieven van de spoor.
wegen en van den kooksprijs, de ruwijzerprijzen voor Septem-
ber niet verhoogd.

Noteering in de week van

16122 Aug.123/29
Aug.
24/30 Aug.
1926
1

1926
1

1925

Ruwijzer.
f.o.
b. Micidlesbrough
Sh.
5h.
Sh.
Cleveland Foundry no. 1
931- 931-
731-
3
9016 9016
691-
4
8916
89
1
‘6
681_
Hematite East Coast
Mixed Numbers
.
8216 8216
7516

Wagon clépart Longwy
(Lot haringen)
Frs.
Fra.
Frs.
Moulage P. L. no. 3…
I300,_
600,-
345,-
Semi-phosphoreuse

..
670,-
670,_
365,-

eb Werk Rheinl..Westfalev
Mk. Mk.
Mk.
Gieszereiroheisen no. 1
88.-
88.-
90.-
3
86.-
86.-.–
88.-
93.50
95.50
Hamatit……………93.50

f o.b. Antwerpen
Sh.
Sh.
Sh.
Gieterijruwijzer no. 3
69-70
69-70
62-6319

Walsproducten.
f. o. b. Antwerpen (irjbl.)
Sh. Sh.
100
100

Stafijzer

………….
Plaatijzer 5 mM …….
110
110

3

,……..
120
.
120

METALEN.

Loco-Noteeringen te Londen:

Data
Koper
Stan-
daard

Koper
1
Electro-
lytisch
Tin
Lood
Zink

30 Aug. 1926..
59.51- 67.51-
294.1216
33.-/-
34.716
23

,,

1926..
59.-/-
67.-/-
294.216
32.151-
34.51-
16

,,

1926..
58.151
67.-/-
290.1716
32.716
34.-/..
9

,,

1926..
58.1716
67.216
298.101-
32.151-
34.-/-
31 Aug. 1925..
0 1.17/6
67.716
252._/-
38.1716
36.151-
20 Juli 1914..
61._/-
l45.15f_
19.-/-
21.101-

VERKEERS WEZEN.

VRACHTENMARKT.

Tegen het einde der week zette de reeds verwachte ver-
betering van de Noord-Amerikaanselie graanvrachtenmarkt
in en was hoofdzakelijk merkbaar van Montreal. Van deze haven werd bevrucht tegen de hoogere vracht van 17 cents
per 100 lbs. naar Antwerpen of Rotterdam, 18 oents Ham-
burg. Een ljnboot heeft een partij geboekt naar Rotterdam
direct tegen 17 cents en naar Marseille(Genua[Napels 4/-
per qtr. De Golf van Mexico bleef tamelijk kalm ;de vracht
is 18 cents naar Antwerpen of Rotterdam per September.
De suikermarkt van West-Indië bleef kalm en de eenig.
ste bevrachting, die gedaan wei

d, is een 2200 tonner naar
Marseille tegin 26/6 per September. Er is een beperkte
vraag naar tonnage Cuba/U.K.-Continent tegen 221. Sept.
en Oct.
De North Pacific was de afgeloopen week kalm en er
waren slechts weinig definitieve orders. Naar U.K./Conti-
nent werd 30/- betaald per Sept.fOct.
Ook de markt van de La Plata rivier bleef kalm en
het aantal bevrachtingen is veel minder dan eenigen tijd
geleden. Voor prompt is cle vracht 26/- van de boven La
Plata Lavens naar UK/Continent en 2516 per September.
Per Nov./TDec. is 2116 en Dec.fJan. 22/6 gedaan.
De chilisalpeter vrachtenmarkt bleef levenloos; 1500
tons werden geboekt naar 2 havens Duinkerken/Hamburg
range per 1130 Sept. tegen 14/6, terwijl volle lalingen
alleen aan de markt zijn naar Alexandrië tegen 27/6 per
October.
De Oostelijke markten bleven over het algemeen vast en
het verwachte tekort aan tonnage voor de latere maanden
heeft de vrachten op een iets hooger peil gebracht. Wladi-
wostock was levendig en boekte groote partijen. Per Nov./
Dec/Jan. werd 3113 gedaan naar Rotterdam en/of Hamburg,
3113 RuIl, 32(6 Esbjerg, terwijl per Januari 32/6 is betaald
naar Antwerpen/Rotterdam/Hamburg, optie Scandinavië
3319 of Hull 351-.
Van Java bleef de vraag beperkt tot Oostelijke bestem-
mingen en naar Japan werd per September 43 en 44 sen
per pieol betaald en naar Bombay 12/9 per Sept. Van
Australië was wederom een vaste vraag en van Zuid-Aus-
tralië en Victoria werd bevracht per Dec. en Jan. tegen
4316 tot 43/9, naar gelang van grootte. Van West-Australië
werd voor die positie
mcl.
Febi-uari 401- tot 40/6 gedaan. De kolenmarkt van Zuid-Afrika was levendig en naar Aden
werd 131- per Sept. betaald, naar Colombo 1216 tot 12/9,
Bombay 13/-.
Van de Zwarte Zee werden cle afgeloopen week tamelijk
veel bevrtohtingen gedaan, doch over het geheel zijn cle
vruchten onveranderd gebleven. Naar het Continent werd
1316 betaald met volle opties, echter zonder Denemarken.
De Donau bleef kalm; er is een flink aantal ladingen aan
cle markt, doch de bev.raehters zijn niet bereid de hoogere
vruchten, die door cle reeders worden gevraagd, te betalen.
Van cle Middellandsche Zee zijn de ertsvrachten geste-
gen: Hornillo Bay/otteriIam betaalde 519, Bona/Rotter-
dam 416, Melilla/Calais of Duinkerken 61-, Piraeus/Rotter-
dam 5f-. Ook de fosfaat bevrachters konden met moeite
tonnage krijgen. Een groote boot werd bevracht van Bona
naar Dublin ‘tegen 10/- en een handige boot van Tunis
naar Ipswich •dock tegen 11/73.. De Golf van Biscaye ver-
toonde eenige stijging; er werd 5/- betaald voor een 4000
tonner van Bilbao naar Rotterdam.
De kolenmarkt van Amerika verschafte bijna uitsluitend
vraag voor vroege posities en als gevolg werden deze week
slechts 45 booten naar U.K. bev.raeht. De vruchten bleven
echter practisch gesproken onveranderd.

RIJN VAART.
Week van 22 t/m. 28 Augustus 1926.
De algemeene toestand in Rotterdam onderging geen
wijaiging.
De aanvoeren van erts bleven beneden het middlma-
t/ge, de versohepingn van kolen zeer druk.
De beschikbare scheepsruimte nam eenigszins toe, door-dat cle vraag naar schepen in cle Ruhrhavens verminderde.
Dientengevolge was in Rotterdam de stemming flauwer.
De ertsvrachten bedroegen geniiciclelcl 70 ets. met
1%
en
80 ets. met
4
lostijcl. Vracht voor ruwe producten naar
Maunheim
f
1,80 t f2,- per last.
Het sleeploon varieerde tussehen 30 en 25 ets, tarief.
De waterstand was va.11encl, zoodat naar clan Bovenrijn
eenige omzichtigheici betr. afladen geboden was.
In cle Ruhrhavens werden de verschepiugen minder, ter-
wijl scheepsruimte overvloedig beschikbaar bleef. Hierdoor
viel cle vracht voor exportkoien van Mk. 2,- per ton,
tot Mk. 1,60 per ton met vrij sleepen.

Auteur