Ga direct naar de content

Helikoptergeld: waarom het nooit werkt!

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: maart 21 2016

Steeds meer economen stellen voor om de ECB direct nieuw gecreëerd geld te laten storten op de bankrekeningen van Europese burgers. Dit plan wordt QE for the People (QEP) genoemd. Hoewel het plan veelbelovend klinkt, is QEP eigenlijk niets anders dan een belastingverlaging die wordt gefinancierd door kortlopende staatsobligaties.

Het idee helikoptergeld gaat al een tijd mee. Het werd voor het eerst beschreven door Milton Friedman in The Optimum Quantity of Money uit 1969: “Let us suppose now that one day a helicopter flies over this community and drops an additional $1,000 in bills from the sky, which is, of course, hastily collected by members of the community.” Dit komt neer op een centrale bank die geld creëert en dit vervolgens stort op de bankrekeningen van burgers. Friedman gaat er vanuit dat de liquiditeitsbehoefte van burgers na deze storting niet anders is dan voor de storting, waardoor ze zullen proberen hun overtollige liquiditeiten kwijt te raken door goederen te gaan consumeren. Dit zou de inflatie opdrijven. 

De discussie over QEP – ook wel helikoptergeld genoemd – heeft een boost gekregen toen de Britse politicus Jeremy Corbyn de maatregel voorstelde in zijn economisch manifest. Dit deed hij nadat economen als Adair Turner en Willem Buiter het idee van helikoptergeld – oorspronkelijk bedacht door Milton Friedman – weer nieuw leven inbliezen.

Buiter (2014) vult Friedman aan: niet alleen drijft helikoptergeld de inflatie op, ook leidt het niet tot een verplichting aan de kant van de centrale bank/overheid. Hij concretiseert dit door de veranderingen in de budget constraints van huishoudens en de overheid te analyseren bij het toepassen van helikoptergeld. Doordat er geen extra overheidsschuld ontstaat door het helikoptergeld, zou Ricardiaanse equivalentie niet gelden (het effect dat burgers het van de overheid ontvangen geld gaan sparen, omdat ze een belastingverhoging in de toekomst verwachten). De budget constraints van de huishoudens zouden volgens Buiter dus daadwerkelijk ruimer worden door het helikoptergeld. Omdat de huishoudens dan netto meer geld overhouden, is de verwachting dat de consumptie – en daarmee de inflatie – zal toenemen.

Hoewel de plannen voor helikoptergeld ingrijpende effecten beloven, valt te betwijfelen of de onderbouwing van deze voorspelde effecten wel zo stevig zijn als Buiter beweert (The Simple Analytics of Helicopter Money: Why It Works – Always!). Het plan brengt weinig nieuws, omdat het vergelijkbaar is met een door kortlopende staatsobligaties gefinancierde belastingverlaging.

Laat ik beginnen met het punt van Milton Friedman dat het nieuwe geld zal leiden tot inflatie, omdat burgers hun liquiditeitsoverschotten zullen afbouwen door meer te gaan consumeren. Het probleem is dat liquiditeit in de wereld op dit moment – door de lage rente – al zeer hoog is. Sterker nog: het hele idee achter de renteverlagingen was juist om de consumptie aan te jagen, maar dit heeft tot nog toe niet afdoende gewerkt. De verwachting dat meer liquiditeiten zullen helpen lijkt op wensdenken.

Het punt dat Buiter maakt is een stuk interessanter. Hij stelt namelijk dat we met helikoptergeld – binnen het model van de rationele (vooruitkijkende) consument – kunnen ontsnappen aan de lage inflatie doordat de consument gratis geld ontvangt zonder dat de overheid extra schuld hoeft aan te gaan. Buiter ziet een zaak over het hoofd: het betalen van rente op reservebalansen door de centrale bank.

Hoe werkt dit? Laten we bekijken wat er gebeurt als de overheid in totaal 100 euro stort op de rekeningen van de belastingbetalers en dit door de ECB laat financieren. Helikoptergeld vergroot de hoeveelheid reserves in het banksysteem doordat dit geld terecht komt op deposito’s. (Merk op: de overheid kan ook contant geld geven aan de burgers, maar aangezien de meeste transacties plaatsvinden via het bancaire systeem, zal het grootste deel van het geld uiteindelijk op deposito’s bij een bank terecht komen.) Deze reserves zijn een verplichting zijn voor de ECB. De verschillende balansen zouden er dan als volgt uitzien:


Banksysteem

Reserves              +100

Deposito’s            +100


Balans ECB

Staatsobligaties             +100

Reserves Banksysteem  +100

                           
De ECB ontvangt rente van de overheid, maar omdat de winsten van de ECB terugvloeien naar de overheid, leent de overheid gratis geld. We kunnen de schuld ook laten vernietigen door de centrale bank (equivalent aan een directe storting van de centrale bank op de rekeningen van burgers), maar dit komt op hetzelfde neer:

Balans ECB

Staatsobligaties             +100

EV                       -100

 

Reserves Banksysteem  +100


Onder normale omstandigheden, kosten de rentebetalingen op de reservebalansen de ECB netto niets, maar in het geval van helikoptergeld wel. In een ‘normale’ situatie zijn er precies genoeg reserves in het banksysteem om alle banken aan hun reserve-vereisten te laten voldoen. Dit zorgt ervoor dat de ECB (die het monopolie heeft op het creëren van reserves) de korte rente kan bepalen. Het extra helikoptergeld leidt tot overtollige reserves in het banksysteem. Wanneer er teveel reserves zijn, raakt de ECB de controle over de rente kwijt en zakt deze naar nul. Op dit moment is dit geen probleem, aangezien de ECB nu de rente laag wil houden, maar wanneer de inflatie oploopt, is het lastig voor de ECB om de rente te verhogen. Hierdoor zou de oplopende inflatie niet gestopt kunnen worden.

Dit probleem kan worden opgelost door de doelrente op reserves die banken bij de ECB aanhouden te betalen aan het banksysteem. De ECB (en indirect de overheid) zal dan alsnog een korte rente moeten betalen over het verstrekte helikoptergeld. Deze rente is weer vergelijkbaar met de rente op kortlopend staatspapier. Met andere woorden: het is alsnog geen gratis lunch. We hadden net zo goed 100 euro belastingverlaging kunnen financieren met kortlopend staatspapier. De rentebetalingen op reserves die in de toekomst moeten worden gedaan, zorgen dus alsnog voor een verplichting aan de kant van de overheid. Hierdoor steekt Ricardiaanse equivalentie wederom de kop op.

De ECB zou er ook voor kunnen kiezen om de doelrente op reserves niet te gaan betalen, wanneer de inflatie oploopt. In dat geval zou de rente – ondanks de hoge inflatie – op nul procent blijven staan. Niemand verwacht echter dat een centrale bank als de ECB – die bekendstaat om haar inflatiedoelstelling – dit ooit zal doen. Een ander alternatief om de rente onder controle te houden, zou kunnen zijn om de vereiste reserves van banken op te hogen en over deze reserves geen rente te betalen. In dat geval zou er geen rente betaald hoeven worden op overtollige reserves. Een dergelijke handeling is echter equivalent aan een belastingverhoging die wordt geregeld via het bankwezen, aangezien het niet betalen van rente op vereiste reserves gezien kan worden als belastingheffing op banken.

Buiter en de andere gratis geld economen doen alsof er stiekem toch een gratis lunch bestaat, maar zij rekenen zich helaas rijk. De titel van Buiter’s paper had beter kunnen heten: The Simplistic Analytics of Helicopter Money: Why It Works – Or maybe not.



Bas van der Hout is docent macro-economie bij Fontys Eindhoven 

Volg hem op twitter

 

Auteur

Categorieën