Ga direct naar de content

Dubbel en dwars

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: oktober 25 2000

Dubbel en dwars
Aute ur(s ):
Jonkhoff, W. (auteur)
Ve rs che ne n in:
ESB, 85e jaargang, nr. 4279, pagina 869, 3 november 2000 (datum)
Rubrie k :
Van de redactie
Tre fw oord(e n):

Niet alleen de Nederlandse overheid zat er beteuterd bij na de umts-veilingen. Vorige week maakte KPN bekend de komende twee jaar
zeker 8000 banen te schrappen 1. Als redenen hiervoor werden genoemd de overname van het Duitse telecombedrijf E
-plus en de
verwerving van UMTS-frequenties. Die transacties hebben het bedrijf financieel flink uitgehold en het resulterende gebrek aan
middelen zit de onderneming dwars. Aandelenemissies zijn uit den boze omdat de koers van het aandeel nieuwe diepten verkent.
Gedwongen ontslagen worden niet uitgesloten.
Omdat de Nederlandse overheid een minderheidsbelang in kpn heeft, is het eigenlijk vreemd dat zij KPN niet heeft teruggefloten. De
overheid vindt het blijkbaar goed dat de aankoop van Duitse UMTS-frequenties ten koste gaat van Nederlandse werkgelegenheid. Had
er via de leiding van KPN en onder het ‘good old’ adagium werk, werk, werk geen invloed kunnen worden uitgeoefend om
arbeidsplaatsen te behouden?
Gelukkig niet. Immers, behoud van werkgelegenheid is voor KPN slechts een deelbelang van de werknemers. Belangrijker voor de
onderneming is het toegang verkrijgen tot nieuwe groeimarkten. Het bemachtigen van UMTS-frequenties in Duitsland is daarvoor
belangrijk. Een en ander geldt des te meer omdat KPN aan verplichtingen tot tariefdaling te voldoen heeft. De tarieven voor vaste
telefonie moeten van de OPTA, een agentschap van de overheid, per jaar gemiddeld 5,3 procent omlaag. Dit legt een behoorlijke rem op
de inkomsten. De overheid is voor deze rem derhalve indirect verantwoordelijk.
Het is duidelijk dat er tegengestelde belangen zijn: de overheid als belanghebbende in KPN is een andere overheid dan de overheid die
toezicht houdt op een voormalig staatsbedrijf.
Maar waar ligt dan de invloed van de overheid? In Nederland is het toezicht op beursgenoteerde ondernemingen vormgegeven via een
two-tier structuur: de Raad van Commissarissen bestaat uit relatieve buitenstaanders, de Raad van Bestuur bestaat uit topmanagers. De
overheid kan geen aanspraak maken op een plaats in de Raad van Bestuur van welk bedrijf dan ook. Per definitie kunnen in deze Raad
geen ambtenaren zitting hebben. In de huidige situatie levert het ministerie van V&W maximaal drie van de negen commissarissen. Eén
daarvan wordt in overleg met het ministerie van EZ, één in overleg met het ministerie van Financiën benoemd. Tussen KPN en het
ministerie bestaat de afspraak dat deze commissarissen geen ambtenaren zijn maar onafhankelijke buitenstaanders. Daarbij wacht het
ministerie bij een benoeming op de voordracht uit de Raad van Commissarissen (coöptatie alom). De invloed is derhalve zo indirect dat
het nut ervan niet duidelijk is.
Overigens blijkt uit Amerikaans onderzoek dat ondernemingen met relatief veel buitenstaanders in de ‘Board of Directors’ slechter
presteren in bedrijfseconomisch opzicht. Daarvoor zijn enkele verklaringen. Een belangrijke daarvan is dat een buitenstaander weliswaar
onafhankelijk is maar niet noodzakelijk capabel in bedrijfsspecifieke zin. Bovendien hebben buitenstaanders relatief geringe prikkels voor
goed en efficiënt bestuur 2. Mede om deze redenen kan de overheidsbemoeienis ongewenst worden genoemd. Het zou echter evenmin
wenselijk zijn indien de overheid op een meer directe manier de strategische overwegingen van KPN zou beïnvloeden.
Omgekeerd gaat het niet aan indien een partij die zelf belangen heeft in een bedrijf, dit bedrijf regels omtrent prijszetting oplegt. Je kunt je
afvragen waardoor die regels dan geïnspireerd kunnen zijn. Meer algemeen moet de keuze tussen privatisering en nationalisatie een
heldere zijn. Dus of de aandelen verkopen en de zeggenschap in KPN opzeggen, of het hele bedrijf nationaliseren. Het laatste is niet
opportuun. Blijft over het verkopen van aandelen en invloed. De lage prijs van het aandeel KPN mag hierbij geen belemmering vormen.
Van uitstel kan afstel komen en daarom zou de geplande verkoop zo snel mogelijk moeten plaatsvinden. Bij die verkoop dient
maatschappelijke welvaart en niet de portemonnee van de overheid voorop te staan 3. Dat betekent hier dat het doel goedkope mobiele
en vaste telefonie voor iedere consument moet zijn. Gezien de verwachtingen rond de Nederlandse UMTS-veilingen leek het
maximaliseren van de opbrengst voor de schatkist daar echter doel in plaats van middel.
De overheid als aandeelhouder van KPN is een relict dat net zo oud is als KPN en haar voorgangers tezamen. Dit relict moet worden
geborgen door de gewraakte aandelen van de hand te doen. De overheidsbemoeienis zowel ten aanzien van de prijsregulering als de
bedrijfsstrategie is dubbel en ligt de transitie naar normale marktverhoudingen dwars. Daarbij is de invloed via de Raad van
Commissarissen zo indirect dat de overheid er ook geen echte baten bij kan hebben. Hoog tijd om op te stappen dus

1 Zeker 8.000 banen verdwijnen bij KPN, NRC Handelsblad, 28 oktober 2000.
2 Zie K.J.M. Cremers, Commissarissen van buiten, een gemengde zegen , ESB, 3 september 1999, blz. 624. De hier genoemde
onderzoeken zijn voor de VS waardoor de vergelijking met Nederland wellicht mank gaat door het verschil in corporate governance regime. De ratio voor het minder presteren met relatief veel buitenstaanders blijft echter.
3 Zie hiertoe ook H. Abbink Spaink, Verdeel de ether niet luchthartig! , ESB, 20 oktober 2000, blz. 831-833.

Copyright © 2000 – 2003 Economisch Statistische Berichten (www.economie.nl)

Auteur