De-industrialisatie
De economische wetenschap is er eigenlijk pas sinds een eeuw – en wel bij
het optreden van de subjectieve waardeleer – in geslaagd inhoud aan en een
sluitende verklaring voor de begrippen
produktie en produktiviteit te geven. Tot
dan toe was eigenlijk vrijwel uitsluitend
naarfysieke grootheden gekeken. Produktie was slechts dat wat zintuiglijk
waarneembaar en meetbaar was: in
kilo’s, liters, meters, decibellen, geuren smaakintensiteiten. Vandaar dat bij
voorbeeld de handel als zintuiglijk onverklaarbare categorie – fysiek verandert er immers niets – zijn beschermer
met de dieven moest delen: Mercurius.
Uitlopers van dit gebrekkige inzicht
vindt men via de neoklassieke, de Ricardiaanse en de Marxistische scholen
nog tot op heden terug. En dat, terwijl
de enige produktie in economische zin
die van de nutsproduktie is, geheel onverschillig of er fysiek is geproduceerd.
Fysieke produktie is uitsluitend van belang indien en voor zover het tevens de
produktie van nut inhoudt: het is kortom
in het geheel geen economische categorie. Tomaten die worden doorgedraaid en boter die in koelhuizen opgeslagen blijft, vormen geen produktie in
economische zin. Maar wanneer de tomaten in het kratje met een enkele voetbeweging onder de aandacht van de
passerende klant worden gebracht en
gekocht worden, dan is dat wel economische produktie.
Het groeiend inzicht in het wezen van
de produktie – het teweegbrengen van
subjectief nut – is gepaard gegaan met
en wordt deels veroorzaakt door verschuivingen die zich in de maatschappelijke produktie hebben voorgedaan
en nog steeds voordoen. Clark heeft
reeds in 1940 en Fourastie in 1949 gewezen op wat genoemd kan worden de
successieve expansie van de produktiesectoren. In ontwikkelde landen nemen eerst de landbouw en de extractieve activiteiten, vervolgens de Industrie
en ten slotte de dienstensector de leiding bij de groei. Dat proces is goed
waar te nemen in historische statistieken van de werkgelegenheid. In de Verenigde Staten bij voorbeeld is het eerst
de land- en mijnbouw die bijna driekwart
van de werkgelegenheid biedt, vervolgens de Industrie die in de jaren twintig
met bijna veertig procent de leiding
overneemt, waarna ten slotte de sector
van dedienstverteningjnmiddels reeds
sinds enkele decennia, meer dan de
helft van de werkgelegenheid voor zijn
rekening neemt. Soortgelijke ontwikkelingen hebben zich in alle andere hoogontwikkelde landen voorgedaan.
Het lijdt geen twijfel dat het volgende
ESB 16-3-1988
bedrijven in de Westeuropese confectie-industrie maken al tientallen jaren de
ontwerpen, kopen de stoffen en verrichten de marketing, terwijl de feitelijke fysieke produktie buiten, maar dichtbij de
moeilijk voorspelbare modemarkt wordt
verricht in Noord-Afrika, Turkije en achter het Uzeren Gordijn. Voor produkten
die minder snel wisselen, kunnen producenten met lage kosten gevonden
worden op wat grotere afstand van de
markt, bij voorbeeld langs de Stille Oceaan, in Brazilie of in Spaans sprekende
landen. Het maken van het concept, de
styling en het organiseren van de internationale produktie, het assembleren
en het marketen, het marketen en nogmaals het marketen, dat is het wezen
van de IBM’s, de AT & T’s, GM’s en
Ford’s afzonderlijk en voor een gedeelte ook in nauwe samenwerking met
Matsushita, Toshiba, Toyota en sommihoofdstuk in dit wereldscenario zich ge Europese ondernemingen. Het betethans voor onze ogen ontrolt. De indus- kent dat de feitelijke economische protrialisatie is een wereldproces aan het duktie in toenemende mate maar een
worden. K. Ohmae – McKinsey, Japan economische bijzaak wordt, omdat het
– heeft scherpzinnig en uitvoerig ge- technisch produktierisico beheersbaar
schreven overde ‘triad power’-de Ver- is geworden en daarom naar elders en
enigde Staten, Europa en Japan – en met name naar gebieden met lage loonde komende vormen van wereldwijde niveaus kan worden overgedragen.
concurrentie. Hij pleit voor consortia, Dergelijke ontwikkelingen van eigen fywaarin ieder van deze drie delen van de sieke produktie naar het uitbesteden
wereld het zijne bijdraagt vanuit eigen van produktie – loonconfectie bij conkennis en eigen sterkten. Naast de Ver- fectiefabrieken, vervoer bij expeditiebeenigde Staten zou Japan in elektronica drijven – en het steeds meer gebruik
en keramica, en Europa vooral in che- maken van toeleveranciers van ondermie en plastics een rol spelen. Er zou- delen betekenen een Internationale
den zich wereldconsortia moeten vor- herverdeling van de arbeid. In de ontmen – en in feite gebeurt dat al gedeel- wikkelde landen houdt het een daling in
telijk in voorbeelden van auto-industrie van de nationale industriele sector tot computers en bij de produktie van si- door het wegvallen van delen van de fylicon wafers. Zo zouden echt Internatio- sieke produktie – en een toename en
nale produkten tot stand kunnen komen groei van de servicesector. Kort gevoor de werkelijk Internationale wereld zegd, de uitbesteding van fysieke produktiehandelingen van ontwikkelde lanvan consumenten.
De arbeidsverdeling en daarop inha- den naar elders is een zelfde ontwikkekende samenwerking in deze ‘triad’-we- ling als de ontwikkeling naar een dienreld is nauw verbonden met een ande- steneconomie, alleen bezien vanuit een
re arbeidsverdeling: die tussen landen andere hoek.
Het gevolg van deze ontwikkeling
met lage loonkosten en die met hoge.
Thans is reeds veruit het grootste deel van industrieen in de richting van fysiek
van de componenten van vele zeer be- uitgeholde ondernemingen als omhulkende industriele produkten afkomstig sel van creatieve dienstenelementen is
uit Taiwan, de stadsstaten van de Paci- dat het zwaartepunt van de bedrijvigfic, Zuid-Korea, maar ook Porto Rico en heid in de ontwikkelde wereld steeds
het Noorden van Mexico en Brazilie’. De meer verschuift naar de enige creatieve
uitbestedende industriele onderneming en daarom onvervangbare activa waaris wat dit betreft een blijvende en zelfs over wij beschikken: concepten in kensterk in betekenis toenemende zaak. nis, styling en ontwerp, organisatoriDe ‘hollow industrial corporation’ is wel sche capaciteiten en marketing. De
aangehaald als het schrikbeeld van de succesvolle ondernemers zullen diegede-industrialisatie van de Verenigde nen zijn die op deze ontwikkeling weten
Staten, maar het verder toenemen van in te spelen en haar vorm en inhoud wede uitbesteding ligt volstrekt in de lijn ten te geven.
der verwachtingen. Het is bovendien
A.C.R. Dreesmann
niet zo heel veel nieuws. De kop-staartA.C.R. Dreesmann
271