Ga direct naar de content

Economen in de praktijk (1) Hans Stegeman: “Een echte econoom word je pas in de praktijk”

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: maart 9 2018

In het eerste deel van de serie Economen in de praktijk spreekt Rethinking Economics Hans Stegeman. Door zijn werkzaamheden bij de vakbond FNV, het Centraal Planbureau en het economisch bureau van de Rabobank heeft Stegeman jarenlange ervaring als econoom in het veld. Op dit moment werkt Stegeman als Head of Research and Investment Strategy bij Triodos Investment Management, de beleggingstak van de Triodos Bank, terwijl hij ook werkt aan een proefschrift aan de Radboud Universiteit. We bevroegen hem over zijn rol bij de Triodos Bank.

In het kort

In deze blogreeks geeft ESB het woord aan Rethinking Economics. Zij interviewen economen die werkzaam zijn in de praktijk om inzichtelijk te krijgen wat nodig is in economieopleidingen om economen gedegen te equiperen.
Bekijk ook de blogreeks over economen voor de klas.

Kunt u iets vertellen over wat u doet als econoom?

“Naast het leiding geven aan een team en bijwonen van vele vergaderingen en andere ontmoetingen, doe ik als econoom voor ons beleggingsfonds reguliere updates over de macro-economische ontwikkelingen. Dan gaat het over standaard zaken als groeicijfers, en inflatie- en renteverwachtingen. Daarnaast schrijven we diepgaandere studies over verschillende onderwerpen. Wat zijn bijvoorbeeld de relevante ontwikkelingen in de landbouw- en voedselsector vanuit het perspectief van duurzaamheid? Bovenop dit soort vragen lichten we verschillende beursgenoteerde bedrijven door waar mogelijk in belegd gaat worden. We kijken dan naar wat ze doen, en of hun activiteiten bij onze missie passen — of ze effectief bijdragen aan de transitie naar een groene economie.

Wat mij betreft is dit allemaal onderdeel van economie. Wat economie dan precies is, is een lastige vraag om als econoom te beantwoorden. Ik heb zoveel met economen samengewerkt dat je soms niet helemaal meer ziet welk deel van je gedachtes en analyses typisch economisch is, en welke niet. Als je economie definieert als het maximaliseren van welvaart in een context van schaarste, dan kom je denk ik een heel eind.

Let wel: dit kan in sommige situaties over micro-economie gaan, en in andere gevallen juist over grote macro-economische vraagstukken. Economie is per definitie heel breed, maar economie is vooral een lens, een manier om naar de wereld te kijken — nog niet eens zo zeer een instrumenten dat je gebruikt. Dat laatste is een afgeleide daarvan.”

Hoe ziet die lens er bij Triodos Investment Management uit?

“Dat verschilt. Als we ’t hebben over onze beleggingsbeslissingen — moeten we in obligaties of aandelen gaan? — dan is het puur de macro-economische cijfers duiden en proberen te voorspellen. Dat is vrij recht-toe-recht-aan macro-economie: goed cijfers interpreteren en daar een goed verhaal van maken, dan kom je een heel eind. We kijken bij Triodos op dit vlak meer naar de consensus van andere voorspellers. Om een volwaardig macromodel in huis te hebben en te onderhouden is namelijk een behoorlijke club economen nodig. De focus op de consensus voor ons goed genoeg, ook omdat onze beleggingsbeslissingen niet op de korte termijn gericht zijn. Bij Triodos geloven we immers in de langetermijntransitie.

Als we als Triodos-economen kijken naar de buitenwereld en naar beleggen, ziet onze lens er anders uit. Ik probeer dan altijd een heel integrale langetermijnvisie neer te zetten. Dan gaat het niet alleen over economische groei, inflatie en rente op de korte termijn, maar ook over de vraag wat een duurzame samenleving is en hoe je daaraan bij kan dragen. Dan gaat het natuurlijk over heel veel dingen, maar als econoom heb je ’t dan wel vaak over waar het marktfalen, de coördinatieproblemen en de externaliteiten zitten. De standaard economische toolkit werkt dan overigens ook goed.”

Welke rol spelen economen precies bij Triodos?

“Tot een jaar geleden geen. We hebben natuurlijk wel meer economisch geschoolden hier, maar tot voor kort geen mensen die full-time met economie bezig waren. Pas sinds kort hebben we genoeg armslag om mensen aan te kunnen trekken die alleen maar hoeven nadenken over wat de rol van Triodos en wat haar missie is binnen de macro-economische context waarin zij opereert.

Zo is Kees Vendrik aangetrokken als hoofdeconoom en zit ik bij Triodos Investment Management. In mijn rol neem ik nu ook geleidelijk meer economen aan. Ik merk dat dit gewaardeerd wordt; er worden nu vragen gesteld die eerder minder gesteld worden. Er is intern en bij klanten waardering voor onze rol.”

Waar moet een econoom bij Triodos goed in zijn?

“Dat is een lastige vraag. Een ideale econoom is er eigenlijk niet, ook niet voor Triodos. Maar er zijn wel enkele kwaliteiten die een econoom moet hebben om in de praktijk goed te functioneren.

Allereerst moet een econoom de vaardigheden bezitten om in de praktijk goed uit de voeten te kunnen. Dat lijkt wellicht een cliché, maar dat is het niet. Macro-economie is gewoon handwerk — je moet begrippen kennen en weten wat indicatoren eigenlijk zeggen. Wat ik observeer, en zeker bij Rabobank heb ik met veel net afgestudeerde economen gewerkt, is dat je het handwerk op de universiteit niet leert. Studenten krijgen wel geavanceerde econometrische technieken bij micro-vakken, maar basiskennis over hoe precies nationale rekeningen samengesteld zijn ontbreken.

Daarnaast benodigt een goede econoom — in de praktijk maar ook op de universiteit — reflectief vermogen op de normativiteit van zijn of haar eigen aannames. Veel economen stellen metaforisch dat ze loodgieters zijn die problemen fixen; in mijn ogen is dat onjuist. Zelfs de keuze welk onderwerp je bestudeert, en met welk instrumentarium, is een normatieve afweging. Laat staan dat we vervolgens objectief weten welke beleidsinterventie het beste is. Een analyse reflecteert waarden over wat je als econoom belangrijk vindt; economie is geen natuurkunde. Dat is helemaal niet erg, maar je moet ’t expliciet maken. Ook met haar normativiteit is economie namelijk wel degelijk een wetenschap — in tegenstelling tot wat sommigen beweren”.

Tenslotte dient een Triodos-econoom een brede kijk op economie te hebben. Economen die alleen nadenken over marktwerking en externaliteiten, en externaliteiten ook blijven benoemen als externaliteiten en die dus niet als heel belangrijk zien, die moet je dus niet bij Triodos hebben. We zijn bij Triodos hartstikke normatief over wat het doel van economische ontwikkeling zou moeten zijn — wij als economen trekken vervolgens onze gereedschapskist open waarmee we analyseren wat hiervoor nodig is. Door het zo normatief te maken, is dit in ieder geval glashelder. Dat zouden meer economen moeten doen.”

Wat zou er in het economiecurriculum moeten verschuiven om goede praktische economen af te leveren?

“Een aantal dingen. In aanvulling op wat ik net zei, zou er, aanvullend aan geavanceerde micro-economie, meer aandacht besteed moeten worden aan simpele praktische zaken. Zo zou er aandacht moeten zijn voor instituties. Economen die na afstuderen bij een ministerie of bank gaan werken, weten, mede door de dominantie van Amerikaanse tekstboeken, nauwelijks hoe de Nederlandse institutionele context in elkaar zit. Daarnaast is een behandeling van de geschiedenis noodzakelijk. Waarom is Nederland bijvoorbeeld zo schokgevoelig? En hoe zijn we op dat punt gekomen?

Bovendien vind ik aandacht voor verschillende economische scholen belangrijk, zodat je laat zien dat neoklassieke economie niet per definitie de waarheid is. Dit moet standaard onderdeel van het curriculum worden, geen weggestopt keuzevak. Als je dit combineert met geschiedenis van het economisch denken, zie je hoe de economische theorie geëvolueerd is met hoe de economie eruit ziet. Als je dit als student leert herkennen, kan je een visie vormen op welke zaken vandaag belangrijk zijn, en hoe dit bestudeert en aangepakt kan worden. Uiteindelijk moet je het zelf bedenken — je moet economie snappen, maar niet iets opgelegd krijgen. Het opleiden van economen tot kritische, onafhankelijke denkers bereiken we onder andere door verbreding — zonder nuttige elementen van de opleiding af te wijzen zoals ze nu zijn.”

Welke rol kan Triodos spelen in het meer maatschappelijk betrokken maken van het curriculum?

“Het is nu al het geval dat finance-studenten die een honours-programma aan de Erasmus Universiteit volgen cases bij ons doen. Deze richten niet alleen op financiële analyses, maar ook op integrale duurzaamheid. Daarnaast moeten we genoeg naar buiten blijven communiceren over economie, waarmee we economiestudenten kunnen prikkelen. Bovendien rouleren we zeer regelmatig met stagiaires, en geef ik geregeld gastcolleges. Het voorbeeld geven past meer bij Triodos dan anderen de maat nemen. Daar heb je studenten voor nodig die wat kunnen bijdragen.”

Tot slot, wat voor advies zou u economiestudenten mee willen geven?

“Blijf nieuwsgierig, volg je eigen weg, en luister goed naar slimme mensen om je heen. Dat laatste helpt om een goede econoom te worden. Maar blijf ook kritisch op wat je zelf belangrijk vindt. Neem de reflectie op normativiteit mee in hoe je een probleem analyseert en ontrafelt. Een echte econoom wordt je pas als je echt zelf aan de slag gaat, na de studie”.

Auteur

Categorieën