Ga direct naar de content

Bas Haring en de waarde van melk

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: september 27 2012

Er zijn twee groepen filosofen. De eerste groep probeert zo helder mogelijk te formuleren en de tweede groep  probeert zo onhelder mogelijk te formuleren.  Bas Haring hoort bij de eerste groep. Ik was daarom verheugd dat hij over economie ging schrijven. Gelukkig benadert hij de economie met een open blik en begint hij met de fundamentele vragen in plaats van alleen  te roepen dat economen de crisis niet voorspeld hebben. Vorige week vroeg hij zich af waarom een glas melk zo goedkoop is. Een uitstekende vraag. Ik houd zelf niet van melk maar ben wel bereid 5 euro voor een vers meergranen brood te betalen terwijl bij bakker Hartog de prijs veel lager is. Bas vroeg zich af wat de relatie is tussen prijs en waarde en suggereerde dat ze volgens economen hetzelfde zijn. Dat klopt niet helemaal. Bij prijsvorming gaat het om de marginale koper en de marginale verkoper. Het volgende voorbeeld maakt duidelijk wat we daarmee bedoelen. Stel, je bent een bouwvakker en je wordt gevraagd mee te bouwen aan het nieuwe World Trade Center. De eerste paar verdiepingen gaan lekker maar op een gegeven moment zul je de hoogte onaangenaam gaan vinden. Om je in dienst te houden zal je werkgever een forse premie moeten betalen. Voor mij zou die premie vanaf de 6e verdieping al meer dan een ton per jaar zijn maar er bestaat  ook een Indianenstam die helemaal geen last heeft van hoogtevrees. Zij zullen  geen extra premie vragen. Stel dat er 100 werkloze bouwvakkers zijn zonder hoogtevrees en er zijn slechts 50 man nodig. Dan hoeft de werkgever geen extra premie voor de bijzondere werkomstandigheden te bieden. Echter, als er 101 bouwvakkers nodig zijn, zal de werkgever ook een bouwvakker met hoogtevrees moeten aannemen (in dat geval is dat de marginale werknemer) en die zullen ze een hoger loon moeten bieden. Een zelfde argument kan gemaakt worden voor de marktwaarde van melk en brood. Deze wordt ook niet bepaald door de gemiddelde maar door de marginale koper  en verkoper.

Dit onderscheid tussen de marginale en de gemiddelde (ver)koper is belangrijk. Veel experimenten tonen aan dat de deelnemers aan die experimenten (meestal studenten) niet rationeel handelen en systematische fouten maken. Echter, als we geïnteresseerd zijn in de werking van de wereld buiten het lab,  gaat het niet om de gemiddelde persoon maar om de marginale persoon. Bijvoorbeeld, uit experimenten blijkt dat veel mensen een ingewikkeld veilingontwerp niet goed begrijpen. Echter, bij een veiling van radiofrequenties waarbij veel winst gemaakt kan worden, zullen bedrijven experts  (zoals Eric van Damme)  in dienst nemen. Een ander voorbeeld. Stel dat de nieuwe iPad, 10 miljard extra winst oplevert.  Zelfs als 99% van de beleggers dit nieuws negeert zal deze informatie toch direct door de rest van de beleggers in de prijzen worden vertaald (1 rijke belegger is voldoende om arbitrage te plegen). Kortom, als we de werking van markten willen begrijpen doet het er vaak niet toe dat de meeste mensen hoogtevrees hebben of niet volledig rationeel zijn.

Tot slot.  Ik weet dat er ook talloze geavanceerdere modellen bestaan waarbij irrationele verkopers en kopers wel invloed hebben op de prijzen (zie het onderzoek van de CeNDEF groep in Amsterdam) , waar bubbels ontstaan (zelfs als iedereen rationeel is) of waarbij fricties zorgen voor een wig tussen de prijs en de marginale waarderingen van kopers en verkopers.  Deze vallen buiten het bestek van deze eenvoudige blog maar wellicht kom ik daar in een latere blog op terug.

Auteur

Categorieën