Ga direct naar de content

Arbeidsmarkt en onderwijs

Geplaatst als type:
Gepubliceerd om: september 27 1995

CO

LU

Q

z

o

Arbeidsvolume groeit
Nadat al eerder het aantal banen weer was gaan groeien, is er sinds midden vorig jaar ook een toeneming van de werkgelegenheid,
uitgedrukt in arbeidsjaren. In het eerste kwartaal van dit jaar was het arbeidsvolume van werknemers bijna 60.000 arbeidsjaren groter
dan een jaar eerder; een dergelijke stijging was sinds 1992 niet meer voorgekomen. Het aantal geregistreerde werklozen is in de afgelopen maanden blijven dalen en kwam in het derde kwartaal uit op 453-000, dat is 31.000 minder dan in dezelfde periode van 1994.
Banen vs arbeidsjaren (x l.OOO)

Arbeidsmarkt kuiartaalgemiddelden fx 1.000)

1994
lekw

2 e kw.

1995
l e kw.
2 L “kw.

Banen werknemers

5.896

5.963

5.962

w.v. voltijd
deeltijd
nexibel”

3.679
1.678
539

3.704
1.675
584

3.676
1.701
592

Arbeidsjaren werknemers
Openstaande vacaturesb

4.736

43

4.783
42

4.795
56

55

520

461

778

757

497
826

784

CO
__

Geregistreenle werklozen fit 1OOO)

cQ
Geregistreerde werklozen
Werkloosheidsuitkeringen

a. Uitzendkrachten en werknemers met een variable arbeidsduur.
b. Einde kwartaal.

Banengroei vooral buiten
West-Nederland
Tussen September 1993 en September 1994 kwamen er in heel
Nederland ruim 30.000 banen bij. De meeste provincies droegen bij aan deze groei. Uitzonderingen waren echter Noorden Zuid-Holland en Zeeland.
De werkgelegenheidsgroei in het westen blijft al langer achter
bij het landelijk gemiddelde. Al in de jaren zeventig was er een
lichte daling van het aandeel van de westelijke provincies in
de werkgelegenheid. Deze tendens heeft zich nadien voortgezet. In de periode 1987-1994 was de banengroei het hoogst in
Flevoland, Utrecht, Gelderland en Overijssel. Ook in NoordBrabant lag de banengroei toen boven het landelijk gemiddelde, terwijl de groei in de kustprovincies daaronder bleef.

Aantal banen, 1987 – 1OO
•-•.-120-

– «’•

>Vr

-iV

~f

.«.fJ.-;

Ovwfeepnntades

“”
NMoll»Ha;7.Holl«<,
Zccland

100

198?i

De lage banengroei in het westen gaat de laatste paar jaar samen met een verlies van arbeidsplaatsen in de gemeenten
Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. Deze steden, met samen
ongeveer 15% van de werkgelegenheid in Nederland, verloren
tussen September 1992 en September 1994 bij elkaar 20.000
banen: een daling van ruim 2%. In Den Haag was het verlies
relatief het grootst. Wel kwamen er hier en daar banen bij in
de buurt van de drie grote gemeenten, zoals in Zoetermeer en
in Capelle aan den IJssel. Maar deze groei was kleiner dan het
verlies in de drie grote gemeenten zelf.

Deze pagina is samengesteld door de divisie Sociaal-economische Statistieken van het Centraal Bureau voor de Statistiek.

1994