Ga direct naar de content

Antwoorden van Larry Summers

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: november 6 2014

In de ESB van vandaag is er veel aandacht voor seculaire stagnatie. Naast bijvoorbeeld artikelen van Coen Teulings en van Casper de Vries biedt de nieuwste ESB ook een vertaalde en licht ingekorte versie van de KVS Tinbergenlezing van Lawrence Summers op 31 oktober jongstleden. Deze leest u hier (ook als niet-abonnee). Daarnaast stelde ESB Lawrence Summers een aantal vragen, waarvan hieronder acte.

In Nederland loopt er een debat over de vraag hoe technologie verschillende beroepen op verschillende niveaus beïnvloedt. De vraag naar beroepen op middelbaar niveau zouden bijvoorbeeld afnemen en mensen moeten zich in toenemende mate herscholen. Hoe zou de overheid rekening moeten houden met investeringen in immateriële activa zoals kennis?

‘Ik ben helemaal voor het versterken van onderwijs en verbeteren van training on-the-job. Onvermijdelijk zullen er mensen zijn die op een punt in hun leven staan waarop ze het moeilijk vinden geheel nieuwe dingen te doen. In klassieke economische analyse, wanneer je een bouwproject beschouwt, kijk je ook naar de kosten. Hierbij tellen ook de schaduwkosten, om een concept van Tinbergen te gebruiken. Als de werkloosheid hoog is, zijn de schaduwkosten van het niet uitvoeren van een project veel hoger dan bij lage werkloosheid.’

Een meetvraag. Kan het zijn dat we niet weten hoe we investeringen moeten meten tegenwoordig? Er zijn bijvoorbeeld veel bedrijven en mensen die veel investeren in netwerken, vooral zzp’ers. Vergeten we deze investeringen niet mee te tellen? En zou het uitmaken voor het evenwicht tussen investeringen en besparingen?

‘Er zijn zeker soorten uitgaven die we eigenlijk tot investeringen zouden moeten rekenen, waar we dat nu niet doen. Maar dit zou de balans tussen investeringen en besparingen niet veranderen. Want als je de uitgaven zou hercategoriseren als investeringen, dan zou je ook de inkomsten van het bedrijf moeten toekennen aan de winsten en dus besparingen.’

U suggereert investeringen in Europa. Waarom zouden we investeringen geografisch beperken; bijvoorbeeld waarom een brug in Spanje bouwen en niet in Maleisië, ook al zou de brug in Maleisië meer opleveren? (vraag van Thijs Knaap, zie hier)

‘Misschien zou je dat moeten doen, maar de goede berekening van de opbrengst van een brug is ingewikkeld. De mensen die de brug in Spanje zouden bouwen, zijn waarschijnlijk anders werkloos. Daarom zijn er geen maatschappelijke kosten van het bouwen van een bepaalde brug in de zin dat ze iets anders niet kunnen doen. In Maleisië zijn ze dichterbij volledige werkgelegenheid en de relevante – maatschappelijke – kosten van arbeid zijn waarschijnlijk hoger.’

Pleit u voor helikoptergeld?

‘Helikoptergeld is hetzelfde als fiscaal beleid gefinancierd door obligaties, plus een openmarktoperatie. De overheid die geld verdeelt over het publiek is een eenstapsoperatie, maar deze is hetzelfde als een tweestapsoperatie waarin de overheid eerst obligaties verkoopt, geld krijgt en dat gebruikt om de obligaties terug te kopen. Helikoptergeld is dus fiscaal beleid plus quantitive easing. Fiscaal beleid is effectiever, zeker wanneer quantitive easing grotendeels plaatsvindt in investeringen met relatief weinig risico.’

Zou verlaging van de btw een manier zijn om overheidsinvesteringen mee uit te breiden?

‘Over het algemeen worden belastingverlagingen deels geconsumeerd en deels gespaard. Extra overheidsuitgaven worden geheel uitgegeven. Je krijgt dus meer bang for the buck bij overheidsuitgaven. Er is een substantieel structureel probleem bij een overheid met overmatige schuld. Dan kunnen belastingkortingen de betere manier zijn.’

Heeft de actuele werkloosheid een permanente werkloosheid in Europa tot gevolg?

‘Er is een tamelijk sterk bewijs voor hysterese-effecten. Ten eerste, de landen met de diepste recessies hadden de grootste daling van productiepotentieel. Ten tweede is er een bewijs dat de mensen die tijdens de crisis langdurig werkloos waren, zelden weer aan het werk komen. Dit is een empirische wetmatigheid. Wanneer werkloosheid toeneemt, neemt de omvang van langdurige werkloosheid meer dan evenredig toe. Ten derde, mensen die de arbeidsmarkt betreden in een tijd dat de economie sterk is, hebben betere carrières en verdienen twintig jaar later meer dan mensen die de arbeidsmarkt betreden in een tijd dat de economie zwak is. Ten vierde, een deel van wat de economie efficiënter maakt is, is meer churning en re-allocatie doordat mensen van baan wisselen totdat ze ergens goed passen. Tijdens recessies gaat het aantal mensen die banen verlaten en weer worden aangenomen sterk omlaag. Het is overduidelijk een vergissing om te stellen dat er géén hysterese-effecten optreden in de arbeidsmarkt in Europa en ook in Nederland. Op basis van het beschikbare bewijs zou ik stellen dat de inverse van Say’s Law van toepassing is: het gebrek aan vraag creëert een gebrek aan aanbod.’

U stelde bij Room for Discussion aan de UvA dat regulering niet per se goed is, en deregulering niet per se slecht; het is maar net wat de kwaliteit van de regelgeving is. Wat vindt u van de kwaliteit van bankenregelgeving in Europa, en welke regelgeving ontbreekt er momenteel absoluut?

‘Er is de afgelopen vijf jaar wereldwijd enorme vooruitgang geboekt bij de bankenregulering. We hebben echter niet voldoende adequate systemen voor de omgang met malafide bedrijfspraktijken. We nemen geld van bedrijven maar vervolgen geen individuen. Dat vind ik problematisch. Ik maak me ook zorgen om de systemen voor kapitaalmeting. In 2008, toen het financiële stelsel in zulke problemen was, merkten toezichthouders niets op aan kapitaalratio’s. Er zou wat mij betreft meer aandacht moeten zijn voor marktinformatie bij het vaststellen van de hoeveelheid bankkapitaal.’

Auteur

Categorieën