Ga direct naar de content

DNB aanbevelingen modernisering arbeidsmarkt: lastiger dan het lijkt

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: augustus 10 2012

De Nederlandsche Bank kwam deze week met twee aanbevelingen voor de arbeidsmarkt:  (i) versoepeling van het ontslagrecht en (ii) verkorting van de WW duur. Over versoepeling van de ontslagbescherming is al heel veel gezegd (voor mijn opvattingen zie hier en hier )maar over de verkorting van de WW duur is tot nu toe weinig discussie in Nederland.  Dat is niet verbazingwekkend want het is een zeer lastig vraagstuk.

Het argument uit het DNBulletin luidt: “Werknemers die hun baan verliezen kunnen tot meer dan drie jaar een WW-uitkering ontvangen. Het verkorten van de WW-duur – bijvoorbeeld naar een jaar – draagt ertoe bij dat werklozen het contact met de arbeidsmarkt niet verliezen en de kans op het vinden van nieuw werk groter wordt.”

Voordat we kunnen vaststellen of dit argument juist is, eerst wat motivatie waarom we WW uitkeringen hebben. De belangrijkste reden is dat werknemers niet van grote inkomensfluctuaties houden en daarom behoefte aan verzekeringen hebben. Vanwege systeemrisico en adverse selection bestaat er geen markt voor dergelijke verzekeringen en is dit een overheidstaak. Zoals bij alle verzekeringen is er ook een moral hazard probleem. Hoge uitkeringen verlagen de zoekinspanning en maken werklozen kieskeuriger.  Wat het probleem van optimale uitkeringen theoretisch lastig maakt is dat werknemers door te sparen ook inkomensschokken kunnen opvangen.  Je kunt je afvragen waarom we werklozen dan niet gewoon een eenmalige uitkering geven op het moment dat ze werkloos worden? Dit is niet optimaal omdat de pechhebbers die langdurig werkloos blijven dan veel slechter af zijn en die wil je juist verzekeren. Shimer  (Chicago) en Werning (MIT) laten hier zien dat als de trade-off tussen moral hazard en verzekeringsbehoefte niet over de tijd verandert dat uitkeringen constant moeten zijn over de tijd. Merk op dat het nut van de werklozen bij constante (optimale) uitkeringen wel daalt over tijd omdat het altijd aantrekkelijker is om wel te werken.

Is het advies van de DNB dan incorrect? Niet noodzakelijk maar het probleem is veel lastiger dan de DNB schetst. In een vervolg paper laten Shimer en Werning namelijk zien dat in sommige gevallen het optimaal is om de uitkeringen te laten dalen over de tijd maar ze geven ook voorbeelden van situaties waarbij uitkeringen juist moeten stijgen met de werkloosheidsduur. Optimale WW uitkeringen zijn niet constant als de trade-off tussen moral hazard en verzekeringsbehoefte niet constant is over de tijd. Dit is het geval als (i) werklozen vaardigheden verliezen of (ii) als ze minder effectief kunnen zoeken naarmate ze langer werkloos zijn (bv omdat het steeds lastiger wordt om banen in de eigen regio te vinden). In het eerste geval daalt de productiviteit van de werknemer over de tijd. Dit leidt er weliswaar toe dat hun reserveringsloon (laagst accepteerbare loon) daalt maar het daalt (voor de gekozen parameterwaarden) niet hard genoeg.  Er is echter ook nog een kracht die pleit voor hogere uitkeringen omdat als je vaardigheden verliest het extra erg is om langdurig werkloos te zijn. Deze kracht is in hun simulaties echter relatief klein. In het tweede geval waarbij langdurig werklozen minder effectief zoeken is het optimaal om uitkeringen te laten stijgen over de tijd. De intuïtie is hier dat de verzekeringsbehoefte sterk toeneemt (ondanks lagere  reserveringslonen neemt de baanvindkans af naarmate je langer werkloos bent) terwijl het moral hazard probleem niet toeneemt over tijd.

Kortom, het probleem is een stuk lastiger dan de DNB schetst. Idealiter zou je ook nog het effect van de uitkeringsduur op baancreatie willen meenemen maar dat maakt het nog lastiger.

 

Auteur

Categorieën