Ga direct naar de content

Vitale belangen

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: april 18 1984

Vitale belangen
,,De belangrijkste vraag is niet wat we
aanmoeten met onze economische politiek, maar hoe we het nucleaire tijdperk
kunnen overleven”. Zo ongeveer hoorde
ik Herbert Simon enige tijd geleden een
symposium over besluitvorming openen.
Economen verdoen hun tijd door voorbij
te gaan aan de meest noodzakelijke voorwaarde van het bestaan: overleven is het
meest vitale belang. Zou de grondhypothese van de economie, dat de mens zijn eigenbelang nastreeft, dan niets kunnen bijdragen aan de rationalisatie van het
veiligheidsbeleid?
De reden dat die kruisraketten mij aanvliegen is dat er zo gemakzuchtig standpunten over worden bepaald. Het is een
oer-Hollands debat over morele waarden,
dat we routineus afhandelen: tegen omdat
het slecht is, of voor omdat we dat in een
onbewaakt ogenblik beloofd hebben. Wat
onderbelicht blijft is dat een ethisch oordeel wel een noodzakelijke, maar geen voldoende voorwaarde is voor een verantwoord veiligheidsbeleid. Voor een afgerond oordeel zullen we duidelijkheid moeten scheppen over de strategische en geopolitieke toekomstvisie waarin we al of
niet tot plaatsing overgaan, en daarvoor
deinst de politick terug. Alleen commentatoren komen daar af en toe in de buurt, zoals W.L. Brugsma met zijn poging om,
zonder dat overigens te noemen, het oude
Poolse Rapacki-plan voor een atoomvrij
centraal Europa te actualiseren.
Er is een tijd geweest waarin nucleaire
afschrikking waarschijnlijk een positieve
bijdrage leverde aan de vermindering van
veiligheidsrisico’s. De vraag is of we het
punt van risicominimalisatie inmiddels
niet voorbijgeschoten zijn nu de kans op
een ,,bedrijfsongeval” is toegenomen door
het overmatig groeien van de wederzijdse
vernietigingscapaciteit, het onoverzichtelijk worden van een steeds pluriformer arsenaal en het verkorten van de waarschuwingstijd. Zo ja, dan is de marginale bijdrage van de kruisraket aan onze veiligheid
negatief.
Tegenover Noord-Amerika, WestEuropa en Japan zijn de Russen numeriek,
economisch en technologisch in het defensief; dat is een structurele situatie, waaraan
rekenkunst over slagkrachtequivalenten
niet veel af of toedoet. Daarbij komt dat
die paar onwillige waakhonden in de
Oosteuropese voortuin niet opwegen tegen
al die Chinezen in de achtertuin. Je zult er
maar wonen. Als ik mijn zaken zo slecht
voor elkaar had dat ik een uur zou moeten
zoeken naar een grote Koreaanse Boeing,
open en bloot boven mijn grondgebied, en
daarbij mijn communicatie met de politieke leiding niet voor elkaar kreeg, dan zou
ik ook doodsbenauwd zijn voor een onberekenbare kruisraket met 7 minuten waarschuwingstijd. Een kat in het nauw maakt
rare sprongen. En vertel me niet dat onze
verdediging luchtdicht is. De wereld is
kwetsbaarder dan 20 jaar geleden.
Er zijn zowel strategische als geoESB 2-5-1984

politieke redenen waarom het wenselijk is
dat zowel Russen als Amerikanen hun
troepen en wapens op het eigen grondgebied terugtrekken. We moeten de waarschuwingstijd verlengen en het risico van
een ,,bedrijfsongeval” terugdringen; dat is
de strategische reden. En we moeten, als
Europese buf ferstaten, onze structurele afhankelijkheid van de grote mogendheden
zien te verminderen, dat is de geo-politieke
reden. We moeten, als voorlopig eindstation van een ,,disengagement”, naar een
Oosteuropees Warschaupact (OWP) zonder Rusland, en een Westeuropese defensiegemeenschap (EDO) zonder NoordAmerika, met een niet-aanvalsverdrag tussen OWP en EDO onder RussischAmerikaanse (lange afstands)garantie.
Dat is de agenda voor een nieuw Geneefs
gesprek, niet het gemilimeter over een raket meer of minder. De grote vraag is of
een dergelijk doel de vier partijen nu meer
te bieden heeft dan het Rapacki-plan,
destijds. Dat is de vraag naar ieders
eigenbelang.
De Russen hebben, met de jaren, in Budapest, Praag, Gdansk en Afghanistan,
geleerd dat het geen pure winst is om je wil
op te leggen aan je naaste omgeving. Ze zitten echt niet te springen om een ,,verovering” van West-Europa; dat kunnen ze
niet aan. Ze hebben al hun aandacht nodig
voor de bestuurlijke puinhoop in eigen
huis. Alleen daarom al zouden ze misschien ook wel van de Oosteuropese bufferstaten afwillen, als de geheime Jaltaafspraak om Joegoslavie ,,onafhankelijk
rood” te laten zijn kan worden veralgemeniseerd — dat heeft ten slotte gefunctioneerd, ook na Tito. Maar bovenal zijn ze
bang voor Amerikanen met korte-afstandswapens, en dat helpt.
De Oosteuropese bufferstaten zien de
Russen als bezettingstroepen. Hun leiders
zouden zich – alsnog – kunnen legitimeren door te doen alsof zij ze weggestuurd
hebben (die slag moeten we ze laten), maar
de vraag is of ze daarna de anti-Russische
sentimenten in de hand kunnen houden en
daarmee een interventie vermijden. Jaruzelski en de Paus (vlak die niet uit) hebben
laten zien hoe dat moet; ook zij hebben geleerd van Budapest en Praag.

De Westeuropese bufferstaten lopen in
mijn model aanzienlijk minder kans al dan
niet per ongeluk het slachtoffer te worden
van de grootheidswaan van Rusland of de
Verenigde Staten. Daartoe zullen ze in de
zak moeten tasten voor een geloofwaardige EDO, onder een de facto presidium van
Frankrijk en Engeland als Westeuropese
atoommachten. De zeer wendbare FransEngelse slagkracht, met een vernietigingscapaciteit van 60% van de Europees-Russische steden, verschaft des.street credibility” van een eerstelijns nucleaire afschrikking, met de Amerikaanse lange-afstandsgarantie als tweede lijn. De risico’s vallen
niet weg, ze worden weer hanteerbaar.
De Amerikanen kunnen weg uit de Europese muizenval. Evenals de Russen verliezen ze aan invloed, maar ze verlagen hun
risico. Zullen ze dan hun langeafstandsgarantie wel gestand doen, als de
Russen toch op avontuur gaan? Dat hangt
er van af of West-Europa na een ,,disengagement” te langen leste zijn eigen identiteit
herwint en politiek gezien een interessante
partner wordt. Daartoe moeten we niet alleen regionaal een geloofwaardige defensie
opbouwen, maar ook elders autonoom,
herkenbaar en betrouwbaar staan voor onze vitale belangen. Want een strategisch
disengagement is heel iets anders dan een
neutralistische ,,Alleingang”. We moeten
ons bij voorbeeld weer ,,East of Suez” manifesteren. Het gaat niet aan om te doen of
het openhouden van strategische olieroutes een louter Amerikaanse aangelegenheid
is, schreef de huidige staatssecretaris Bolkestein al jaren geleden in de Volkskrant.
Het is typerend voor de schaal van het Nederlandse strategische denken dat niemand
daarvan nota nam. ,,De kikker in de vijver
weet niet van de zee”, zeggen de Chinezen
dan. Ja, en met die Chinezen moet Europa
een ,,flirtation” beginnen om de Russen
duidelijk te maken dat er iets moois van
zou kunnen komen als ze zouden proberen
ons te Finlandiseren als de Amerikanen
naar huis zijn. Dan laten ze dat wel uit hun
hoofd.
Hoe realiseren we dit allemaal? Laten
we maar eens beginnen Mitterrand te vragen zijn pogingen om een EDG van de
grond te krijgen voort te zetten. Frankrijk
en Engeland in plaats van de Verenigde
Staten aan het hoofd van Europa, is dat
een verbetering? (Zo hoor ik U nog tegenstribbelen). Zeker, want het Franse en Engelse leiderschap is al tientallen jaren in
handen van koude, berekenende kikkers
die van de zee weten. Daar heb je meer aan
dan aan Amerikanen die vriendschap met
hondetrouw verwarren en je daarmee in
moeilijkheden brengen. Ik voor mij voel
mij het veiligst bij een consequente toepassing van de devies van de Franse diplomatie: ,,landen hebben geen vrienden, landen
hebben vitale belangen”.

Auteurs