Ga direct naar de content

Ten geleide

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: december 15 2006

Ten geleide

John Groenewegen
Hoogleraar TU Delft
en gastredacteur dossier Marktwerking

M

arktwerking en marktordening
staan al decennia lang hoog op
de politieke agenda en dat zal
ongetwijfeld ook in de komende
kabinetsperiode het geval zijn. Dat geldt voor
het mededingingsbeleid met betrekking tot de
‘gewone’ sectoren, zoals benzinepompen, boekhandels, fietsenmakers en de advocatuur, maar
in het bijzonder voor de sectoren met een hoog
gehalte van marktfalen en ‘publiek belang’. Dat
zijn de sectoren waar sprake is van natuurlijke
monopolies, collectieve goederen, externe effecten, incomplete markten en informatieasymmetrie, waar traditioneel de overheid een prominente rol speelt. In Europa is in het verleden in
de telecommunicatie, energie, openbaar vervoer
en dergelijke gekozen voor verticaal geïntegreerde overheidsbedrijven, die door ministeries
werden aangestuurd. De public utilities werden
strak van bovenaf geleid en waren over het
algemeen effectief (de dienst werd met grote
zekerheid geleverd), maar niet efficiënt. De
telefoon werkte goed, maar het was even wachten op een aansluiting en de kleur was zwart.
Marktwerking zou leiden tot het verdwijnen van
wachtlijsten, het verruimen van de keuze voor
de consument en bovendien tot voortdurende
innovatie. Omdat het vaak om complexe technische, politieke, economische systemen gaat
en de dienstverlening veelal specifieke publieke
belangen dient, is steeds de vraag aan de orde
hoe de marktwerking zodanig kan worden geordend dat niet alleen private, maar ook publieke
belangen worden gediend. Marktwerking en

marktordening zijn twee kanten van dezelfde
medaille. De indruk bestaat dat de eerste
stappen op weg naar meer marktwerking
sterk ideologisch gekleurd waren. De overheid
moest worden teruggedrongen (deregulering en
privatisering) en liberalisering van de markt zou
concurrentie introduceren, zoals wij die uit de
economische tekstboeken kennen. Er bestond
een bijna grenzeloos vertrouwen in het aanpassingsvermogen van de markt. Er valt momenteel een groeiende weerstand waar te nemen
tegen het verder doorvoeren van marktwerking
in sectoren die traditioneel in overheidshanden
waren. Werknemers voelen zich in hun werkgelegenheid bedreigd (privatisering in openbaar
vervoer), sectoren worden speelbal in handen
van speculanten (energiecrisis in Californië) en
de kosten van toezicht en regulering blijken de
pan uit te kunnen rijzen (toekomstige situatie
in de elektriciteitssector?). Duidelijk wordt
dat de resultaten niet onverdeeld positief zijn
en dat dieper inzicht nodig is in de specifieke
kenmerken van de sectoren alvorens volgende
stappen gezet worden. Voorzichtigheid geboden dus. In dit dossier wordt een groot aantal
sectoren met uiteenlopende karakteristieken
belicht. Sectoren waarmee al enige tijd ervaring is opgedaan, zoals de telecommunicatie
en openbaar vervoer, sectoren die zich in een
turbulente fase bevinden zoals de energie,
gezondheidszorg, en de financiële sector en
sectoren die momenteel een meer gestage
ontwikkeling doormaken, zoals de sociale zekerheid, woningmarkt en de arbeidsmarkt. Ook
sectoren die aan de vooravond staan van de
introductie van meer marktwerking, zoals water
en het onderwijs, komen in dit dossier aan
bod. Experts belichten de marktwerking vanuit
verschillende perspectieven: naast de economie
is er ook aandacht voor de technologie en politiek. Een rijk gekleurd palet waarin niet alleen
wordt terug gekeken, maar ook de stand van
zaken wordt geïnventariseerd en lijnen voor de
(nabije) toekomst worden uitgezet. Ik hoop dat
dit dossier voor u een bron van inspiratie is.

ESB

december 2006

Auteur