Ga direct naar de content

Naar één Europese effectenmarkt

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: november 30 1988

Naar een Europese effectenmarkt
De vorming van een gemtegreerde
markt in de Europese Gemeenschap
voor eind 1992 heeft de vraag opgeroepen of er in dit kader niet ook een centrale effectenmarkt tot stand zou moeten komen, waar alle vraag en aanbod
van beleggingspapier simultaan bijeen
kan worden gebracht. Op die manier
zouden een optimale liquiditeit en doorzichtigheid van de markt kunnen worden verkregen. Dat betekent niet dat er
een fysieke markt op een centrale
plaats zou moeten komen -de communicatietechnologie is zover voortgeschreden dat een stelsel van open en
efficient met elkaar communicerende
nationale markten mogelijk is. Mijn visie
is dat zo’n centrale Europese effectenmarkt niet alleen wenselijk is, maar zelfs
noodzakelijk met het oog op de concurrentiepositie van de Europese Gemeenschap ten opzichte van met name
de Verenigde Staten en Japan. De huidige fragmentatie van effectenmarkten
is niet in het belang van Europese ondernemingen en beleggers en vormt
een belemmering voor economische
groei en werkgelegenheid in Europa.
Zoals bekend bestaan er momenteel
in Europa nog vele fundamentele verschillen tussen de nationale kapitaalmarkten en de vraag is hoe wij een Europees marktsysteem tot stand kunnen
brengen. Ik wijs er daarbij op dat het niet
om een volledig nieuw begin gaat. Een
aantal Europese multinationals wordt
reeds lang op Europese en zelfs wereldwijde schaal verhandeld door de
grote Internationale banken en effectenhuizen. Goede voorbeelden hiervan
zijn Koninklijke Olie en Unilever. De
voortgaande internationalisering van de
effectenhandel vereist echter dat dit op
gestructureerde wijze voor veel meer
aandelen gaat gelden dan nu nog het
geval is.
Mijns inziens zijn drie aspecten van
cruciaal belang voor de pogingen om te
komen tot een effectenmarkt in Europa.
In de eerste plaats is een moderne, efficiente en betrouwbare technische infrastructuur nodig. Reeds zo’n jaar of
tien geleden is door de EG-beurzen met
vooruitziende blik een begin gemaakt
met het IDIS-project dat tot eerste doel
heeft op Europees niveau te komen tot
een ‘real time’ verspreiding van relevante marktinformatie per satelliet. Dit project is inmiddels in een cruciale fase gekomen. Het is begrijpelijk dat die beurzen die nog niet over voldoende technische faciliteiten en concurrentievermogen denken te beschikken, aarzelen om

ESB 30-11-1988

B.F. Baron van Ittersum

hun markt te openen. Maar aan de andere kant, als wij blijven wachten tot alle
Europese beurzen klaar zijn, zou het
project zeker te laat operationeel zijn.
Daarom ben ik van mening dat het voor
de meer open en ontwikkelde beurzen
van de Gemeenschap, zoals Londen,
Parijs, Amsterdam en misschien Kopenhagen, hoog tijd is geworden om het
initiatief te nemen tot het vormen van de
kern van een efficient en betrouwbaar
Europees inter-markt systeem. Hierbij
kan het tussen de Amerikaanse beurzen succesvol functionerende InterMarket Trading System (ITS) als voorbeeld dienen. Overigens zal een dergelijke Europese aandelenmarkt zich niet
los van de bestaande nationale markten
ontwikkelen. Integendeel, de nationale
markten zullen een essentieel onderdeel blijven vormen van de Europese
markt, terstimulering van zowel binnenlandse als Internationale verhandelbaarheid van hun belangrijkste aandelen en obligaties.
Een tweede aspect vormt de afhandeling van transacties, die in verschillende landen volgens zeer uiteenlopende regels verloopt. De Internationale
Beurzenfederatie (FIBV) is drukdoende
een doelmatige koppeling tussen de nationale clearing-instanties tot stand te
brengen, op basis van een centralisatie
van de bewaarfunctie in de thuismarkt
van het desbetreffende fonds. Er is hiermee ook op Europees niveau dringend
voortgang noodzakelijk, niet alleen om
redenen van efficiency, maar ook om de
risico’s van internationale clearing en
afhandeling van effectentransacties te
minimaliseren.

Een derde zeer belangrijk aspect is
de regelgeving. Hoewel harmonisatie
van regelgeving op Europees niveau
wenselijk is, wil ik hier toch een waarschuwing laten horen. Deze regelgeving moet leiden tot open, betrouwbare,
efficiente en concurrerende markten.
Hiervoor is een aantal geharmoniseerde minimumnormen en regels noodzakelijk. Een Europese regelgeving die
bestaat uit een onwerkbare opeenstapeling van de nationale regels van de
twaalf lidstaten is ongewenst. Dit zou de
totstandkoming van een uniforme markt
eerder belemmeren dan bevorderen.
Regulering van deze internationale
markt is, met andere woorden, een geheel nieuwe opgave die zijn eigen desiderata en grenzen kent. Zie in dit verband ookde huidige Britse reguleringsdiscussie. Effectenbeurzen, als organisaties van marktparticipanten, zullen
actief moeten deelnemen aan de voorbereiding van het regelgevende werk in
Brussel. Dit is noodzakelijk om te verzekeren dat de efficiente werking van de
markt niet beperkt, maar ondersteund
wordt door de regels.
Wat zullen de gevolgen van dit proces
naar een Europese effectenmarkt zijn
voor Amsterdam? Zijn internationale status en activiterten hebben Amsterdam altijd voordeel opgeleverd en ik heb er vertrouwen in dat dit zal kunnen voortduren
als het ‘Europa van 1992’ naderbij komt.
Grote en kleine effectenbemiddelaars,
zowel binnenlandse als buitenlandse,
opereren in Amsterdam in een moderne,
technisch geavanceerde omgeving. De
regelgeving houdt rekening met de vereisten van zowel de professionele als de
particuliere partijen. Als onze nationale
besparingen actief in onze nationale ondernemingen geTnvesteerd worden, zal
Amsterdam de thuismarkt kunnen blijven
voor het verhandelen van deze aandelen
en hiervoor ook buitenlandse beleggers
kunnen blijven aantrekken. Amsterdam
dient zijn positie als meest internationaal
georienteerde markt op het continent te
behouden. Als relatief kleine, open markt
is zij echter extra kwetsbaar voor een verschil in concurrentievoorwaarden, met
name ten opzichte van Londen (beursbelasting!). Op gelijke voorwaarden kan
Amsterdam een actieve rol spelen in het
bevorderen van de samenwerking met
andere Europese beurzen, omdat ik geloof dat het creeren van een Europese
markt voor effecten in ieders belang zal
zijn.

B.F. Baron van Ittersum

1127

Auteur