Ga direct naar de content

Jrg. 4, editie 204

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: november 26 1919

£
1
9 NOVJii1IBER 1919

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN

Economischp,Statistische

Ben”chten
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID,
FINANCIËN
EN VERKEER

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

4E
JAARGANG

WOENSDAG 26 NOVEMBER 1919

.

No. 204

NHOUD

BIz.
OVER HET BEVORDEREN VAN DE LIEFDE
TOT
DEN ARBEID
(Arbeitsfreudigkeit) door
C.
F. Stork …………..1073
Coöperatie 1 door
Mr. H. J. Romeyn …………….
1076
Tsjecho-Slowakije 1 door
Prof. Dr.
H.
Ii1.ink ……….
1078
Verhoogde Spoorwegtarieven ……………………1080
Roeanda en Oeroendi door
G.
E.
I’Iuffnaget ……….
1081
De Uienst der Oostenrijksche Staatsschulden door
&.Brouwer
1083
Index-cijfers ………………………………..1084
De Rijksmiddelen…………………………….1085
AANTEEKENINGEN:
Post, Telegraaf en Telefoon
in
de Unie van Zuid-Afrika 1086
De Zweedsche scheepvaart ………………….1086
De Duitsche ,,Seedienst” ……………………1087
REGEERINGSMAATREGELEN OP HANDELSCEBIED
…………
1087
MAANDCIJFERS:
Productie der Kolenmijnen ………………….]08
Postchèque en Girodienst …………………….1088 Overzicht der Rijksmiddelen ………………..1088
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
…………….
1089-1096
Geidkoersen.

Effectenbeurzen.
Wisselkoersen.

Goederenhandel.
Bankstaten.

I

Verkeerswezen.

INSTITUUT

VOOR ECONOMISCHE GESCH1IFTEN

Algemeen Secretaris: Mr. 0. W. J. Bruins.

WEEK ELA!) ECONOMISCII-,S’TATISTISC!JE BERICHTEN
Secretaris-Redacteur:
G.
E.
Huffnagel.

Secretariaat: Pieter de Hooghweg lS, Rotterdam.
Aangeteelcende stukken: Bijkantoor Ruige Plaatweg 37.
Telef. Nr. 3000. Tele gr.adres: Economisch Instituut.
Postcheque en girorekening Rotterdam No. 8408.

Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p.

in Nederland f 15,—. Buitenland en Koloniën f 17,-
per jaar. Losse nummers 30 cents.

Leden en donateurs van het Instituut ontvangen het
weekblad gratis.

De verdere publicaties van het Instituut uitgaande
ontvangen de abonné’s, leden en donateurs kosteloos,
voor zoover daaromtrent niet anders wordt beslist.
Advertentiën f 0,35 per regel. Plaatsing bij abonne-ment volgens tarief. Administratie van abonnementen
en advertenties: Nijgh & van Ditmar’s Uitgevers-
illaatschap pij, Rotterdam. Amsterdam, ‘s-Gravenhage.

24 NOVEMBER 1919.

• De stemming op cle -geidmarkt was deze week ver-

deeld. Geld op korten termijn was ruim verkrijgbaar

en ook prolongatiegel-d was niet vaster en noteerde

4 i)Ot. Daarentegen. was particulier disconto moeilijk

onder te brengen, vooral toen bekend werd, dat de

rentevoet, waartoe het schatki-stpapier werd toegewe-

zen, belangrijk hooger was dan de taxatie. Werd aan-

vankelijk nog voor 4 pOt. afgedaan, later was alleen

op ongeveer datzelfde niveau, ni. a
4Y4
pOt. te
1)laatsen.

In totaal werd ingeschreven voor
f 91.317.000,
ter-

wijl werd ‘toegewezen voor
f 81.800.000
aan promes-

sen â
f 991,90
en voor
f 3.072.000
aan biljetten

f1001,57.

*

In den weekstaat van de Nederlan’dsche Bank zijn

geen belangrijke

veranderingen. De binnenlandsche

wissels verminderden met bijna
f 2.000.000
en do he-

leeningen met ruim
8
millioen. Aan ide andere zijde

vermeerderden de rekeningcourantsaldj met ruim

1 millioen en verminderde •de bankbiljettenomloop

met ruim
15
millioen.
*

*
*

.1)e wisselmarkt was de afgeloopen week weder zeer

flauw en bijna alle koersen liepen aanzienlijk terug.

Marken werden dagen lang tu’sschen
5.75
en
5.90
ver-

handeld en bereikten daarmede een nieuw laagte-

iecoed. Daarna kwam er Zaterdag een lichte verbete-

ring, die ook heden nog een poos aanhield, zoodat voor

6,75
verhandeld werd, waarna echter weder een zoo

overwegend aanbod van Duitschen kant ontston-d, dat

de koers weder belangrijk flauwer moest sluiten. Ook
Londen was zeer flauw en werd verhandeld, tot koer-

sen al-s men sedert ‘het sluiten van den wapenetils tand

niet genoteerd -had. Heden ca.
11.73.
Verder was
vooral Skandinavjë sterk teruigloopend. Stockholm

59.10,
Kopenhagen
53.25,
Ohristiania
58.
De finan-

cieele toestand iii Skan’dinavië blijkt het nog lang niet

rooskleurig te zijn. In het ‘laatst van het vorige jaar

en het begin van dit jaar is er op veel te groote schaal

uit Amerika geïmporteerd. Men hoopte ‘hiervoor in

Duitschiand een goeden afnemer te vinden. Door ‘de

sterke daling der Marken en doordat Amerika veel

sneller dan men vermoedde aan Duitschl’and direct is

gaan verkoopen, is men hierin teleurgesteld geworden

en zit men nu met te groots voorraden en een geheel

ontvric-hte betalingsbalans. Daar •ook de speculatie-

woede weder opnieuw zidh uitbrei-dde, heeft -de Zweed-

sche rijksbank zich -genoodzaakt gezien haar disconto-

voet weder te verhoogen en op
7
pOt. te brengen,

daarmede het voorbeeld volgende van de Dee’nsche

bank, -die. reeds de ‘vorige maand tot ver’h’oogin-g moest

Overgaan.

OVER HET BEVORDEREN VAN DE LIEFDE

TOT DEN ARBEID (ARBEITS-

FREUDIGKEIT).

Naar aanleiding der debatten over de achturenwet
in de Tweede Kamer schreef de Hoefijzer-correspon-.

dent van het ,,Algemeeii Handelsblad” in het avond-
blad de’zer courant van Vrijdag 14 -dezer eenige l)e-hartig’enswaavdige dingen. Nadat hij aan de bezwa-
ren van het Eerste Kamerlid Stork tegen dit vets-

1074

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

26
November 1919.

onl;werp en ook aan dien’s opmerking, dat door te

groote en voortdurende verzwaring van den socialen

last, ,,het pleizier ‘in het werk” hij den ondernemer
verdwijnt, recht had doen weervaren, liet hij volgen:

,,Maar nu is er, dunkt ons, toch iets waaraan de heer
Stork ons niet geheel voldoende aandacht lijkt te sèhenken.
Het is zeker noodig, dat den ondernemer zijn kans
01)
winst en zijn pleizier in het werk niet worde ontnomen.
Doch het is evenzeer noodig, dat de arbeiders werken me
voldoende opgewektheid, met eed zekere ,,Arbeitsfreiidig
keit.”
En nu staat het eenmaal zoo, dat een groot deel van de
arbeiders het is een psychisch verschijnsel, dat we reeds
hebben besproken – zeer ontevreden is geworden met zijn
sociale pèsitie en de ,,Arbeitsfreudigkeit” ten eenenmale
mist, die voor een gezond leven van de Maatschappij al even noodig is als die van den ondernemer. Tegenover den ondei-
nemer, die allengs het pleizier in zijn werk gaat verliezen,
staat cle arbeider, die hot rechte pleizier iii zijn werk nog
niet heeft. En het postulat van wat den een tevreden mii
kunnen maken, is juist dat van des anderen ontevredenheid.
De moeilijkheid van dit psychische conflict ligt hierin,
(lat het oordeel van den arbeider en dat van den onderne-
mer ‘i’n tweeërlei denksfeer ligt. De arbeider redeneert van-
uit zijn geloof, de ondernemer vanuit zijn ervaring. De
arbeider
wil
– en meent, .dat cle werkelijkheid vel naar zijn
wil is te verbuigen, de ondernemer
neemt waar
– en be-
weert, dat de werkelijkheid niet naar des anderen wensch is te veranderen. De arbeider laat zijn denken leiden door
het
moeten, de ondernemer door het
kunnen.”

Door ‘deze opmerkig is, wat men van dezen schrij-

ver gewend ‘is, het debat op een hooge.r peil gebracht,

dan waarop het zich meestal beweegt en de vraag,
wat ei- te doen is om d’e ,,Arbeitsfreud:igkeit” van dek

arbeider to
herkrijgen,
,,’die hij in den Gildentijd

bezat”. is wel waard, dat ieder van goeden wil aan,

haar oplossing itracht mede te werken. Zoo kras ais
de .schrijv ei- haar stelde, zal zij wel nôoit bevredigend
zijn ‘te beantwoorden. Afgezien van den rechtmatigen

twijfel of ook in oude, tijden bij niet-begaafden e’n

minjd’er-bevoor.rechten, die er toen ook wel zullen, zijn
geweeit – ‘de ,,Anbei’tsfreud’igkeit” algemeen ware,
is het iederen eeuig’szins nuchteren lezer van Wilhia’rp

Morris’ ‘prachtige boekje: ,,News from now’here” ‘toch

wel ‘duidelijk, ‘dat ide,daar gesohetste ,,Arbeitsfreu.dig-
kait’ in het handwerk van zijn toekomstdroom heiad’s

utopie moet blijven .inhetmoderne bedrijf. Maar toch,

wat kunnen en moeten we doen om ook in de industrie

de lieMe tot deki arbeid te behouden waar die nog
bestaat, aan te wakkeren, waar ze dreigt te verdwijnen,
iii ‘het leven te roepen, waar ze niet bestaat? Het zijn

vragen, die de industirieele leiders van onze dagen niet
maar eens moeten stellen, maar die hun als zij hun
taak ‘goed’ willen venvullen voortdurend ernstig moe-
ton bezighouden. En het moet – dat ‘is dunkt mij de
strkking van ‘sheeren D. W. Stork’s betoog – een
der grootste gevaren geacht worden van de voortdu-
redde propaganda tegen’ de ondernemers, dat hun d’e
hist vergaat – of reods’lang is vergaan als ze vroeger
eledIijts matig was aan die vragen de volstrekt

noodii’ge aandacht te schenken.
Maar ook wie van goeden wille is en zich niet uit
h’et veld ‘laat slaan, omdat natuurlijk optimisme of
plichtsbesef hem daarvan weerhouden, zit, laten wij

het eerlijk bekennen, dikwijls met ‘de handen in het

haar. Voor veel onaangenaam, moeilijk en extra zwaar
werk, ‘dat aan menig ‘bedrijf eigen is, voor het gespe-
cialiseerde ‘of gedifferentieerde werk van menige
andere industrie, ‘schijnt het veel gevergd, liefde te
vragen. En toch is dit ook daar noodig, zal ‘het wdtk
goed gedtan worden en zal de werkman gelukkig zijn
in zij’n werk. Men meene niet, ‘dat hoogstaande vak-

arbeid, iig tegenov.er’stelling tot eenvoudig handwerk,
hetwelk meer intellectueel gevor.mden minderwaard’ig
lijkt, altijd meer liefde vodr den’ arbeid bpwekt. Het

is een gelukkig veelvuldig ,ersdhijnsel, dat eenvou-
d’igen van hart het schijnbaar onbelangrijke verve-
lande, door de .meésten verachte, werk met liefde ‘d’oe
en er door de ‘wijze waarop zij het verrichten, een

zekere bekor.in,g aan weten te geven.

Daartegenover kent ieder werkgever uit zijn prac-

t?Jk de gevallen, dat een bekwaam man in een ‘interes-

sant vak weikzaam op lager of hooger plaats, soms om

iets ‘meer ‘te verdienen, soms uit een gril en vooral,

omdat hij meent een gemakkelijk leventje te kunnen

gaan leiden, met een melk- of ‘groenteka.r gaat kopen,

tapper, slecht winkeliertje of regeering.sambtenaar
vordt Daartegenover zijn ze gelukkig ook niet eld-

zaam, ‘de ‘gevallen d.at een flink werkman met. ‘moeilijk

werl ‘bezig, waarvan hij weet, dat- het er ‘op aan komt

en idat het ‘afgemaakt moet worden, met vreugde vèel
overwerk verricht ‘als dit noodiig is, om zijn taak ‘goed

te verrichten. Dan verdient hij extra en dit ‘is hem

riatuurlijik aangenaam, maar liefde voor het wei-k is
ook voor een groot deel in het spel.

Welke middelen staan ‘den in’dustrieelen leider ten
dienste ter bevorderingvan deze lief’de en welke groote

plichten kan hij in dit ‘opzicht vervullen?

In de eerste plaats ‘trachte’ men de werkplaats en
kantoren, waar zoo vele menschen een groot ‘deel van

hun leven dooi-brengen, in zoover ide eischen van dit

bedrijf het ‘toelaten, zoo ‘aangenaam mogelijk in te
richten. Het is geen nuttel’ooze weel’de, die men aan-
treft in de ‘inrichting en de smaakvolle ‘omgeving der

werkplaatsen van sommige in dit opzicht beroemde

buiten’landsche fabrieken, b.v. van d’e chemische
Mbriek te Leverku’sen in Duitschl’an’d, vbn Port

Su:nlight of Oadbury in Engeland, van de National

Oash R.egister in Amerika, om slechts ‘enkele voor-
beelden te noemen. In dozen geest ‘is oo’k hier te lande

wel wat gedaan, ‘maar men ziet er, om niet weelderig

te
zijn
of te schijnen, tegen op veel te doen. En toch

is hiei-‘door a.rbeidsvreu’gde op te wekken: ,,The fac-
tory in a gar’den” is van .gi-‘oote opvoedende kracht.

In de tweede plaats is, voor zoo’Ter mogelijk, op
aanleg en psychische eigenschappen bij de beroeps-

keuze te letten. Hier moet nog veel gedaan, en he-

laas wegens ge’brek aan geschikt werk en geschikt;e

krachten, wel veel nagelaten’ worden, maar er is, ook

door modische en paed’agogische hulp, in het ‘belang
van ondernemer en werkliodn ‘bei’den langzamerhand

wel met goed gevolg te werken.

In ‘de derde pkats is door onderwijs, door practi-

sche vakopleiding en liet bijbrengen van algemeene

ontwikkeling ‘ontzaglijk veel te doen. Goed vak-

onderwijs, aan één of meer gecombineerde onderne-
mingen verbonden, geeft den meer beg.aafde de kans
om verder te ‘komen dan tot uitoefening van het ge-

wone ‘algemeene “handwerk, maar ook voor ‘den ‘minder

begaafde ‘kan het eengrooten zegen brengen, dat hij

beter leert begrijpen, waarom ook zijn eigen eenvoudig,
dikwijls eentonig werk van belang is als schakel in

het gehèel. Vooral bij bedrijven waar massa-fabricage

of -preductie ‘het werk ‘zelf vervelend of geestdoodend
maken, ‘is het wenscheljk, dat ide werkman eenig ‘in-
zicht heb’be in het bedrijf, om de mooie zijde van dat

bedrijf te waasideeron.

Zoo gaat het :bij elk vak wagr scholing of oefening
verei’scht wordt, maac’ oo’k zelfs bij de ongeschoolden
is het zaak hun wat ‘bij te hrengeo van de iederei’i
medewerker in het groote geheel der productie belang

inboezemende bijzonderheden dier productie. Van de
goede ‘vakschool ‘gaat, men vei-gete dat niet, ook

invloed uit op het gezin van ‘den leerling.
Een bezwaar, dat dikwijls ‘van igoed vakonderwijs

aan ‘bepaalde ondernemingen gegeven, gevoeld woi-‘dr,
is dat jonge werklieden op deze wijze worden opge-
lèid vooi- concurreerende fabrieken, waar ze als werk-

man of in hoogere rangen met open armen ontvangen
worden. Ik ken fabrieken, die daardoor als kveek-
scholen dienst ‘doen- Het gevolg ‘is onaangenaam,
maar men moet het met gelaitenhei’d dragen zoolang

niet ‘door alle : ondèrneminigen vak ‘zekere grootte
fchi’ieksonderwijs verphich.tend kan word en gesteld.
In.tussch,en troosten ‘de ondernemingen met goed
onderwijs zich met het besef, .dat zij in ‘ieder geVal

26 November 1919

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1075

het meest jrofiteereu vn de boven gechest iiitdi-

recto voordeelen.

In de ‘vierde plaats kan men dôar gelenhai.d te
geven in zdbgenaamde opmerkingenbuisen opmerkin-

gh te maken of kleine uit

vinidingen aan te geven

warv.00r prijzen worden uitgeloofd, de a.rbeids’vreu’gde

bevoiideien.

In de vijfde plaats is een middel om arbeidavreugde

op te w’ekken, (lat indien de werkman, – men kan dit

niet altijd voorkoimen zich een nummer voelt mde

werkplaats, hij ‘dit vooral iiiet daarbuiten doe. Het

persoonlijk contact .tussahen leiders en werklieden of

lagere beambten moge veel verloren zijn geraakt en

niet weer ‘te herstellen zijn, de steun in •het gezin,

het medeleven daarmede in dagen van zorg, kan door
versehili enide middelen wo.rden bevordend en daar-
door ikan wonden verhoogd, -dat de werkman, wetend,
dat -de onderneming ziéh interesseert ‘voor zijn lot, zich omgekeerd voor de onderneming en haar werk

interesseert.

Ten zesde…. ten zevende. . . . er. zijn in iedere zaak
allerlei grooite of kleinere middelen aan te wenden.

En eindelijk, ieder onzer doet allerlei vervelend,
dikwijls gees’Udoo.dend werk; we kannen -di t doen
zonder morren, omdat er veel ander weik, intellec-

tueele ontspanning of afwisseling tegenover staat. De
gelegenheid totverpoozing en ontwikkeling buitende

wörk.piaats, in openbare leeszaal, bij voordrachten of
muziek, in bijeenkomsten met vakgenooten, kan er
inhooge ‘mate -toe bijdragen, ‘den lust in het werk zelf
te verhoogen.

Bovenal: .de goede woning:e.0 de aangename omge-
ving daarvan zijn een machtig middel tot verhooging
van het leenegenot en ‘daardoor -tot liet verkrijgen
van ,,ple.izier -in het verk.” We leven helaas in een
tijd, clait de wensch naar een goede woning bijn
a als

hoön klinkt voor zoovelen, die reeds tevreden zouden’
zijn als ze slechts over het allerbescheijdenste tehuis beschikten. En toch, men mag het wbnin.gvraagstuk

terwilie der kosten niet trachten op te lossen in (le
richting van kazernebouw, ‘zooal.s o.a. de ingenieur A. Plate in iij,n bekend artikel en zijn medestanders
in verschillende pidatsen dit bepleiten. Wil men
levensvreugde, dat is ten slotte ook arbei.ds’vreu-gde,
opwekken in het leven der werklieden, dan moet men,
ook al zijn de kosten wat hooger, ook al moet men
rekenen met verbeterde transp.ortmid.deien in de zjch
vèr u itbrei’dende btii.tenwijken der groote steden,
trachten den bouw ‘van eengezinnvon’ingen te bvor-
deren. Dit is een algemeen sociaal, het is-ook een
ondern-emingsbelang, omdat het in het belang van de
werklieden is.

Van. ‘hét voornaamste heb

ik tot dusverre niet ge-
spreken; wat helpt liet ons allerlei middelen, als ik
hoven opsoide, te ‘gébruiken, indien- de voornaamste
voorvanrden niet vervuld worden,’ een loon, .dat zoo
hoog nogelijk wordt opgevoerd, een werktijd, (lie zoo
kot zij als dit in -verband met andere v’oerwaarden
mogelijk en wenschelijk ‘mag woiideii geacht. –

Over ‘den i-njvlodd ‘van hoogeFe bonen, zekerheid van
hestiaa.n, zekerheid van een onbezorgdea ouden dag,
eis •de tijd ivan werken voorbij is, kan ‘ik hier niet
uitweiden. Over de wenschelij,kiheiid bestaat wel geen
verschil van igevoelen, over ide mogelijkheid en de ‘wijze
van uilivoering te spreken, valt buiten het kader dezer.
beschouwing.

Over den werktijd sprekende, ontmoeten wij den
schrijver weder, die mij aanleiding gaf over het door
hem aan ide orde gestelde vraagpunt enkele oipmer-
ki’ugen te makeii.

Zal ‘de kortere werktijd in alle opzichten. ku n.ncn
medewerken tot vermeerdering der arbeidsvreugde?
Aan den eenen kant luidt ook mijn antwoord volmon-
diig bevestigend. Als -de werktijd te lang is, doodt men
zeer zek&’ die vreugde. Maar, voor een oogeniblik ge-heel afzieside van de economische zijde van ‘de vraag,
moet ik .hier wijzen op de fout, die veelal en ook in

de wet Aalberseis gemaakt; dat men allen arbeid over
één kam schéerten idat nién- de ivooideelen eener e-]eidelijk& véi-koting geheel’ uit het -oôg verliest. Ik

zal hierover n-it napléiteû,
wel
echter will iIç er op

wijzen, -dat ‘door dezè uniforme, ploksèlirijg ‘ingevoerde

regeling het prikkelende, het ki-beïdsvreugde ‘ge-

ende gevoel -bij. din werkman is wggeno,men, dat

hij vroeger ‘kon

-bezitten, toen hij door- zijn
eigen

‘grootere inspanning, door grootere bekwaamheid of

vaardigheid liet zelf -mogelijk kch -maken langzamer-
hand tot korteren werktijd te komen. De voordeelen

daarvan. worden veeï.groe-ter voi- hem .-als- hij• ie zich
langzamerhand zelf veroverde of ze met den -onder-

nemer samen. hielp erGer-en, cran nu -de

wet ze hem

in ‘den schoot-werpt. Iedere werlctijdsv-èr-ko.rti-ng, die

ik zelf mocht helpen -tot stand brengen, strekte tot
vreugde van den werkman zoo good als -van ‘den

werk-
ver. Men cijf-ei’e -dat gevoel niet weg, als we over

a-rbeidersvreugde spreken 1

Nu nog -enkele woord-en over ‘de economische zijde

van het vraagstuk, waarbij we net de hier ‘besproken

sociale voo’rdeel-en ten deele in botsing komen. De-ver-
koi-tinig san werk-tijd -is economisch alleen wenneheljk,

‘wellicht alleen mogelijk, indien cle productie niet
achter-uitgaat. Nu weten we wel, ‘dat (le ‘sociali-seereude

coixomen na hun sooiaii-satie nog on,gkende werktijds-

v-erkor-tinigen in petto hebben.
Zelfs
bezadigde mannen
als -de heer Van -der Waertden hebben daarover verras-
kende denkbeelden. Voo-rl’oopig weten de hcdrijfs-
.techuici werktijdswer.korting zonder p.roiducieirermin-

,dering alléén te verkrijigen -door verihoo-gin-g der’-in-ten-
sivitei.t van liet werk, door betere werktuigen, door
betere arbeid:smethoden. En nu is liet een feit, dat
de verbeterde -machine,’ -de verbeterde arbeijdmethoide
– meestal meci van de physieke of psychische Azracht
van -den werkman vergen. Men verkiijgt dus -do werk-
tijdsverkortin.g alleen ten koste van -grootere in-span-
n.ing gedurende den korteren wea-ktijd 1-s ‘dit wei
altijd een -voor-deel? 1-s vooral de, Nederlaii’dsche werk-

man met ij-n langzamer aard -dan de m-eeste buiten-
landers niet met- meer ,,Arbeitsfi’euidi-gkeit” werk-
zaam als hij wat langer werkt en het met minder
inspanning kan af-doen, dan wanneer ‘de werktijd
korter is en dit tempo sneller? Het zijn -vragen, die
ik niet zonder meer in ‘de richting van zeer snelle
arbeijd-sverkorti ng zou-de will en beantwoord en, al – geef
ik toe, ‘da-t de kortere werktijd in sommige gevallen
mogelijk zal blijken waar men nu meen-t -ernstige be-
r.a1
.
.en ‘te moeten maken.

– Er – is eclier een cnflict juist met. hen, die den
kreet van den aeht-u-r-endag het langst en doord’iin-

;gendst hebben doen hoeren, met de woordvoerders der .S. DA.- P. Wie het ‘doel n-astr.eeft, moet -de middelen
• accepteeren en als men werk-tij(lsv-erkortin ifeet be- –
,Jioul van productie wil, moet men deze van betere
organisatie, dus ‘vooral ‘van massapro’c[ucti-e en specia-
l-is-èering van het werk verwachten. In deze richting
heeft -Taylor in

vele opzichten mit vrucht gewerkt.
Zijn -systeem ‘vinid’t echter de meest verbitterde hest.iij-
din’g hij ‘d-e ivakvereenigingsleiders, die hun leden z66
-de’n schrik hebben weten in te bcezemen, -voer alles
• wat Taylor -heet, da-t de werkgever zich wel wachten
zal om -dien naam to noemen., als ‘hij zich -een -der vele
-door- hem gegeven wenken teii. nutte maakt!

, Er is nog iets ander-s -en ‘veel erger-s door cle ‘dik-
wijl’s onbesui-sd-e propaganda igodaan. Men heefst -het-
f-den werkman zoo voortdurend voorgehouden, dat al
zijn -heil ‘in steeds korter werken gelegen is, dat hij
daaiidoor n’iet alleen dikwijls over-dreven gedachten
kreeg over cle
-mogelijkheid
der verkort-ing, maar
,bovendii-en veelal to-t het -begrip is gekomn, (lat alle
,weak uit den booze is en -dathij al’zijn best moet doen,

1
zijn airbeiid zoo gemakkelijk mogelijk op te vatten. Van
.het denlebeeld ,,zegen van den arbeid” is al wel zeoe
weinig osv-ergbleven! Meer dus dan iets anders -is -de
,,Ar-beitsfr-eud-igkei-t”, om voor ‘het laatst het -vreemde
woord te noem-en, onidei’mijnd door ‘zoo al goed be-

1076

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

26 November
1919

doelde, dan toch verkeerd ‘begrepen propaganda van

vele werkmansvrien’den zelf. Men moge hopen, dat ze

ian,gzamerhaaid zail terugkeeren, vooT’loopig is ze tn

gevolge ‘der propaganda bij velen zoek geraakt.

Mijn conclusie is, dat de middelen, die kunnen

leiden tot herkrijging van de lief de tot dan aÏbei,d
allen die weikelijk voor vooruitgang strijden zeer,
ernstig moeten ‘lezighouden. Ook uie in de naatte

toekomst van z.i socialisatie ‘heil, ‘verwacht in som-
Ïni’ge bedrijven, ‘zal zich rekenschap moeten geven van

het feit, dat al wat thans wordt gédaan om de arbeids-.

vreugde te ond’ermijnen,
‘OP
zijn hoofd terecht kan
komen.

Maar vooral zij, ‘die thans de leiding in handen

1eb:ben of hopen te eeriiger tijd ,aan die leiding deel

te nemen, hbben een groo’te taak te vervullen. Zij
zijn er niet om alleen zaken te doen of industrie uit

zuiver hanidls- of ‘technisch oogpunt ‘te drijven. Hun

sociale taak is van groot belanig en wie niet voelt

voor die taak, wie ook niet eenigeimate is opgewassen
tegen ‘de ‘moeilijkheden, aan haai vervulling verbon-

den, ‘hij kan een zeer bekwaam fabrikant of koopman
zijn, als iinid’ustrieel ‘leider doet hij idjfi werk onvol-

c1oeide, als hij niet tracht mede te werken aan de

oplossing ivan het moeilijke probleem, door den hoef-
ijzer-correspondent ‘van het ,,Hande]sbla’d” aan de
orde gesteld.

Bij die oplossing echter – en .dat is ‘het mooie van
liet geval – :
i,5
liet allerminst uitgesloten, dat het
,,plei’zier in ‘liet werk” van den een strijdig zou zijn
met de ,,Arheitsfreudigkei’t” van den ander! C. F. STORK.

COÖPERATIE. 1.

Het schijnt, alsof de coöperatie thans in het centrum

der bel.ng’stelling staat. Zelfs
de
groote bladen dui-‘
ven hunnen lezers er tegenwoordig een en ander over. mede te doelen. Wijdde niet Brusse een viertal maan-

den geleden in de ,,Nieuwe Rotterdamsche Courant”.

een ,,On’dor de meneclien” aan de in Rotterdam ge-‘
vestigde grodte coöperatieve verbruiksvereeniging
Tooruit’gang? In de meeste gevallen blijkt de belang-,

stelling van de per’s echter vooral uit te gaan naar ‘Je
cci sumenteruvereeni’g.ingen en blijkt men, als men over-,
liet nut van coöparatie voor dan ‘tege.nwoo’rdi’gen tijd
spreekt, vooral, ‘dezen nii.eltwe’n oeganisatievorm op het

oog te hebben. Deze veleenigingen zijn dan ook veel,
‘interessanter, ‘zij gaan de duurte ‘immers rechtstreeks,
bestrijden!
Doch ook van de coöperatie wordt in deze wed,

-wat verwacht. De Regeering heeft op haar het oog’
geslagen als medestandster in den strijd, dien zij wil
aanvaarden en bereidt maatregelen voor om de coöpe-

ratie financieel te steunen en daardoor tot grooter
,

‘ontwikkeling te brengen in de hoop ook langs dozen.
weg ‘het .kwaad, waaronder de ‘geheele maatschappij,
gebukt gaat, aan te ‘tasten.

.Deze ‘belangstelling van de zijde derRegeeringi

komt wel laat. Vele van de crisismaa’tregelen, ‘tijdens
den duur van den oorlog genomen, hadden zoo niet,
X
cie bedoeling dan toch liet .gevnlg, dat dc no.rniade ont-
wikkeling der coöperatiie ernstig werd belemmerd.
Wel werd in het algemeen hij de maatregelen door
Rijk en Gemeente genomen de coöperatie niet uitge,

schakeld en werd menigmaal dankbaar gebruik ge-
maakt van cle inrichtingen, door haai in het leven ge-:
roepen, maar vaneen’e bevo!rdering der coöperatie als
zooclasig, van ee.n opneming ha’rer organisatie in het

‘stelsel van lev’ensnriiddelenvoorzienin’g was geen
sprake; integendeel, doorda’t de distributie der regeê-
ringsartikel’en ‘door tusschenkoma’t der gemeentebe-
sturen geschiedde, werden ‘d’e coöperatieve vereeni’gin-
gen van ‘haar natuurlijk centrum, de Coöperatieve
Groothandelsvereeniging de Ha’njdelska’mer te Rotter-‘
dam, afgetrokken, terwijl ‘haar eigen groei door het’
zoogenaamde bevriez’ingssysteem, ‘d.w.’z. dat als gro’nd-
slag voor de distributie van elk artikel ‘de omzet yan
1914 werd aa.n’genomen, werd tegengehouden.

Toch hadden de coöperatieve vereenigingen betei

verdiend. In den aanvang der crisis, toen de prijzen
der èerste l’evensbenoodigdheden met sprongen oplie-

pen, ‘hebben zij door aan de verhooging niet itiede te

doen en aan hare leden niet meer te verkoopen dan
hetgeen ‘dezen getc.ht konden worden onmiddellijk
voor h’un ‘gezin noodig te ‘hebben, een remmenden en

ka],meerenden invloed uitgeoefend. Later, toen de
overheid een’erzijds gedwongen was door het vaststel-

len van maximuJmprjzen aan de zucht tot wiinstmaken van groet- en tuisschenjhandel een breid;ei aan te leg-

gen, anderzijds zelf ‘cle Je’en,smididolenivoorzieuiug
moest ter ‘hand nemen, hebben zij haar ‘door een loyale
medewerking groeten steun verleend.
De besturen der coöperatieve ‘verbruiksveieenigin-

gen hebben gevoeld, dat zij eene soelale functie hadden
te vervullen.

Het optreden van vele winkeliers in den oorlogs-
tijd heeft hij de verbruikers wantrouwen doen ont-

staan en nu na het herstel van den vredestoestand

de lang gehoopte prijsdaling uitblijft, komt dat wan-trouwen tot uiting, doordat ‘de verbruikers zich aan-

eensluiten en trachten zich de middelen tot voorzie-
ning in hunne behoeften langs goedkooperen weg te
verschaffen.

Waarom wordt daartoe ‘het middel der zoogenaa,mde
consiimentenvereenig.ing gekozen?

Ik geloof, .dat daarvoor verschillende redenen zijn
aan te voeren. De voornaamste zal wel zijn de wenseh

om hot beoogde doel, ‘inkoop tegen lageren prijs,

onmiddellijk en rechtstreeks te bereiken.

Aan dien wensch voldoet de coöperaitie in hem

bestaanden tvorm in het algemeen niet. De invloed
van een krachtige coöperatieve vereeniging op de

plaatselijke prijzen is tin normale
tijden
niet te oriidei-
schatten en ‘menigmaal hebben alleen de plannen tot
het oprichten eener verbruiksvereeniging eene prijs-
daling teweeggebracht, ‘doch het is niet te verwach-

ten, dat in dcii tegenwoordi’gcn tijd bij ‘de beperktc
voorraden ‘van het meerenideel dcc artikelen een

prijzenoorlog ‘van do zijde der verbruiksvereeniging met eenige kans van slagen ‘zou kunnen w’orden ge-
s’oer.d. Een verkoopen beneden dan gebruikelijken prijs
ter plaatse, zonder ‘de zekerhei4 de voorraden ge ci,

geld te ‘kuatmen aanvullen en ‘den aangenomen prijs te

kunnen handhaven, zou het doel voorbijschie,ten cii
lietgos der leden benadeelen ton voordeele ‘van line,
die hun inkoopen ‘toevallig gedurende de periode
van
den legen prijs konden doen – afgezien nog ‘van cie
mogelijkheid, ‘dat amAeron dan de leden de ‘vruchten
zouden kunnen plukken, indien cle maatregel van
verkoop ‘tegen lagen prijs niet gepaard gaat met een
scherpe ranrtsoeneerin’g en contrôle, dat alleen aan
leden wordt verkocht.

Rechtstreeks en onmiddellijk kan’ dus de verbruiks-
vereeniging voor hare leden zeer weinig doen. Slaagt
zij er ‘in een ‘voordeehigen koop te sluiten, dan zal
het idaardoor vorwor’ven ‘ocr.dcel tot uitdrukking
komen in het dividend over hot verbruik, dat aan het
einde van het jaar kan worden uitgekeerd. Hierbij
moet echter niet uit het oog verloren wonden, dat
de hooge prijzen’ dor artikelen een prikkel scheppen
tot vervalsching en dat liet een der grondstellinger
der coöperatie ‘is alleen artikelen van goede kwaliteit
te veikoopen. Voorts moet er rekening mede worden
gehouden, dat zij er een eer in stelt haar personeem zoo goed ‘mogelijk te bezolcUgen, zoodat de lastei,
waartegenover zij komt te staan, steeds aangrôeien.

Desniettemin kan de coöperattie een belangrijke
factor worden in den strijd tegen de ‘duurte, al kan zij
dan niet werken op ide wijze, zooal’s zij, ciie zich thans
in ‘verbrutikeysbonden vereenigen, zouden wenscheii.
Deze hebben voor, dat zij in hooMzaaik vcnken met
onbezol:digde krachten en dat l’iun kosten van exploi-
tatie tot een ninimum worden beperkt. Zij koopen
niet meer in dan iij. op ‘grond ‘van de.ontvmtrige.0 bestel-
lingen weten te kunnen afzetten of sluiten, ten behoeve

26 November
1919

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1077

van hun led

oonitracten af met leveranciers, die’
tegenover het voordeel van een grooteren omzet be-
reid zijn wat op ‘hun prijzen te laten vallen. De con-
su’menrtenvereenigingen zijn daarom ook ntiet gebonden

aan bepaalde artikelen; kunnen ‘zij haar doel niet of

niet meer bereiken op het eens gebied, dan gaan zij
tot een ander over. Dit alles stempeit haar tot ee

voonbijgaand verschijnsel. Zij hebben niet de pre-

tentje om een andere organzsa’tie voor het bestaande

stelsel van distributie in de plaats te stellen. Zouden
zij de voorziening van levensbenoodiigdheden voor

hara leden blijvend ter hand moeten nemen, dan zou-

den zij van karakter moeten veranderen en hoe langer
hoe meer dat der coöperatie naderen.

Deze, die wel – althans op het door haar bestre.ken
terrein – een ander distributiesysteem beoogt, zal bij
haar werken haar eigen methodes moeten volgen. De
in’dividuöele verbruiks’vereeniigingen zullen betrekke-
lijk weinig kunnen uitrichten. We] zullen zij als ge-

zêgd wellicht een enkele maal een voordeeligen koop
kunnen ‘doen, die aan here leden door middel van de jaarlijksche w’ins’tdeeli’ng ten goede komt, de eigen-
lijke istrij
,
d tegen de 4duurite kan slechts ter hand ge-

nemen worden door haar groothandeiscentrum, de

Handoiskamer. Deze, dle de gezamenlijke koopkracht
der bij haar aangesloten îvereenigingen vertegen-
.ivoordigt, kan beter dan één enkele vereeniginig

rechtstreeks uit d’e eerste ‘hand koopen en de beste
voorwaarden bediujgen. Wanneer elders beter ken
worden ingekocht ‘dan hier te ‘lande, zal zij tot
import overgaan. In dit opzicht zal zij steun kunnen
ontvangen ‘door de internatiorale samenwerking, die

op cdöperatief gebied is verkregen.

Naarmate ide coöperaitiove gedachte in alle beschaaf-
de landen der wereld veld won, werd meer en meer de
behoefte geoel.d aan internationale aaneensiui’ting. Als uiting van die behoefte kwam in 1895 de Inter-
nationale Coöperatieve Bond ‘tot stand.

Bepaalde d’eze Bond zich aanvankelijk in hoofdzaak
tot cle verspreiding •der coöperatieve gedachte, lang-

zamerha,nd werden ook pogingen in het werk gesteld
tot samenwerking op het g’bied der practijk. V66r den
oorlog hadden de ‘handelsbetrekkingen tuaschen de
coöperatieve organisaties der verschillende landen
reeds een omvang van eenige beteekenis verkregen en
had de Internationale Bond zich tot taak gesteld de
ontwikkeling daarvan stelselmatig te ‘bevorderen.

Het bettaande gebrek aan scheepsruimte en de’
hooge vrach’ten staan ongetwijfeld aan een ‘krachtige w.erkzaamihei’d op dit gebied in den weg, dit
erhin
dert niet, dat het de taa’k is van den coöperatieven
groothandel den zooal niet, verbroken dan toch
tijdelijk verslapten ‘internation’alen band hechter te
maken.

Van nog meer belang is evenwel de bevordering
van de productie’ in eigen land in verband met de
behoeften van het ‘verbruik. Tijdens den oorlog heeft
men allerwegen in de coöperaitie ondervonden, dat zij
in hare ontwikkeling zeer werd belemmerd doordat zij geen voldoende beschikking had over de grond-
stoffen en met name in Engeland heeft men zich tot
.taak gesteld meer dan te voren de ‘zong daarvoor in
verband met de verdere productie ter hand te nemen.
Dit kan op vevsch’illen’de wijzen geschieden.

ri In de meeste landen waar, productie-coöperatie
bestaat, werkt dezo geheel onafhankelijk van de ver-
bruikscoöpeia’tie. Wel heeft laatstgenoemde op menig
gebied zelf de rechts’treek’sche productie ter hand ge-

nomen, doch ‘deze is nog geheel onvoldoende om in
de behoeften der georganiseerde verbruikers te voor-
zien. De coöperatieve productiejvereenigingen werken
echter voor de Vrije markt en stellen z’ich volstrekt
niet tot taak in de eerste plaats aan hare coöpera-
tieve zusters van anderen huize to ileveren.

Dit is. zeer wel te verklaren. De coöperatie is een
kind van den nood. Zij is geboren. uit de behoefte der
economisch ‘zwakkeren, vandaar dat zij niet overal

en ten allen tijde op dezelfde wijze toepassing vindt,
doch zich’ aan’past aan ‘den aard der behoefte,’ waarin

zij heeft te voorzien. Het deel der coöperatieve ver-

een’iging kan
zijn
tegemoet te komen aan de bezwaren

door de ‘leden ondervonden bij de zorg voor hunne

huishouding; zij ‘kan ook haar leden b]J.taan in het

verwerven ‘der middelen van levensonderhoud.’

In het eerste geval ve.renigen de leden zich als

verbruikers, ‘in hot tweede als producenten. De coöpe-

ratieve rereen’igii.ng van producenten heeft ‘ten doel
het inkomen van haar leden te vergrooten, de ver-

hrui,ksvereen’i’ging beoogt door besparing op ‘de uit-

gaven ‘het inkomen van haar leden verder te doen

strekken.

De coöperatieve rverbruik’svereen,iging vraagt voor

haar bestaan niet meer dan overeenstemming in be-
hoef ten van ievensotderhou’d;
1
)’de coöperatieve ver-
eeniging van producenten kan alleen bestaan tus-

hen ‘bero:ep.s- of :bedrijfsgen.00ten. Historisch bestaat

dientengevolge tu’sschen beide geen band, waaruit
evenwel niet volgt, .dait beide niet de vooudeelen van

samenwerking zouden ondervinden.

Meer en meer komt cle wenscheljkheid ‘dier samen-

werking tot erkenning, vooral het n’u’t van vaste be-
trekkingen tussohen landbouwcoöperatie en verbruiks-
coöperatie treedt duidelijk aan het li’ch’t. Evenals
elders worden ook hier ite lande pogingen gedaan om
die betrekkingen tot stand te brengen.
In de rede door Dr. F. E. Possühuma over de taak
van den Zuivelcoöperator in den tegenwooridigen
tijd; ter geiegen.heid van de algemeene vergadering
van ‘den Algemeenen Nederlan’dschetn’ Zuivelbon’d
(A. N. Z.) op 17 September 1.1. te Amsterdam ge-
houden, heeft ‘hij dui’dlijk ‘den plicht van den zuivel-
coöpOrator in ‘het licht gesteld:
2
) ,,
In idde groote maat-
schappij vindt de zuivelcoöper.aitor, naast zijn taak als
staatsburget, ook zijn taak als gewone burger en nu
is het opmerkelijk, .dat in ons land de zuivticoöpera’toi
nog wel eens terug te vinden ‘is als coöperator op een

ander.gobied van den landbouw,, doéh
bijna
nooit in
de verbru.ikscoöperatie voor menschen. Ons land
mka’kt ‘te ‘dien opzichte een groot verschil met een
overigens op het gebied van de landbouwcoöperatie
wel met ons te vergelijken land.
3)
Daar is de zuivel-
côöpera’tor ook lid van een vereen’iging, d’ie voor de
verschaffing van l’evensbhoeften voor den mensch op
coöperatieven grondslag wensc’ht te zorgen. Hir
komt ‘dat bijna nooit voor en toch hecht ook de zuivel-
coöperator in ‘deze zijn taak goed te overwegen. Het
lijdt geen twijfel of in den tegenwoordigen tijd moeten
dë verbruikers en. dus ook de zuivelcoöperatoren, het
vraagstuk der verbruikscoöperabie terdege bekijken.
Ik weet heel goed, dat een ‘groote wisseling van toc-
standen ten plattelande daarvan het gevolg kan zijn
cii dat ‘daarbij personen, die zich ‘tot nu toe als goede
burgers hebben doen kennen, in het gedrang zullen
komen. Dat alles neemt niet weg, dat ten slotte de
verbruiker de ein:d’beslissing moet hebben in zake alles
wat hij met zijn geld voor zijn verbruik koopt en als
die eiuidbesl’issing in ‘de door hem gewerisch’te rich-
ting niet anders is te nemen, dan door het ter hand
nemen der rverbruiksôoöperatie en in manig geval van
de daarbij ‘behoorenide productie, ‘dan kan de zuivel-
coöperator ook ten ‘deze zich niet aan zijn taak ont-
trekken. Ik zou wel willen zeggen, juist ‘het groote
aanstail zuivelcoöperatoren maakt hot dan zeker wen-
,scheljk, zoo niet noodig, dat zij hun gewicht in deze
in de schaal leggen.”

Nog duidelijker schetst spreker de verplichting van

0 De eisch van overeenstemming in godsdienstige of poli-
tieke overtuiging, die hier te lande menigmaal de aanslui-
ting bij een coöperatieve vereeniging beheerscht, is een typisch
Nederlandsch verschijnsel, doch niet inhaerent aan het
karakter der coöperatie.
) Zie het officieel orgaan van genoemder bond d.d.
24
September
1919.
‘) De spreker bedoelt Denemarken.’

1078

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

26 November 1919,

den zuivelcoöperator tegenotver den verbruikscoöpera-

tor in zijn samenwat.’ting aan heit slot, waarin het o.i.
luidt: ,,als gewoon burger zal hij niet alleen hij de

zuivelcoöperatie medewerken, maar waar mogelijk de

coöperatie ook op ander gebied doen bloeien, hij zal

heseff en, dat men niet coöperato.r en speculant tege-

lijkertijd kan zijn.”

Wil men daadwerkelijk d.e duurte bestrijden, dan
moet gestreefd worden naar besparing op het ver-

bruik eenerzijdis, naar vergooting van de productie

an:derzijds. Daartoe is noodig organisatie van het
verbruik en in verband met het georganiseerde vei’-

brui.k organisatie van de productie. De weg daartoe

‘oert door de ver.bruikscoöperatie.
TSJECH 0-SLOWAKIJE. 1.

Uit den smeltkroes der vredesoverweginigan na dec grooten wereldoorlog, hebben.de
Geallieerden in het

hart van Europa een nieuwen Staat erkend, de repü-
bliek
Tsjecho-Slowalcije.
Het ontstaan van dezen
Staat en .de naam, waaronder hij verschijnt, zijn beide

resultaten van het oplaaiend nationaal bewustzijn van

verwante volkengroepen. De politiek der oorlogvoe-

rende partijen heeft de nationaliteitsvraagstukken op

den voorgrond geschoven en getracht die te benutten

voor •de overwinning, n de ‘kleine nationale groepl
trokken partij van deze stroomingen, om tot zelfstan-

digheid te komen. Het Oostenrijksch-Hongaarsche

Rijk,. een bonte samenvoeging van allerlei nationale

el.omen’ten talen en staatsgebieden, werid s/en idie
p0-
litiek het slachtoffer, en daardoor werd uit eenige

deelen van dat rijk de nieuwe Tsjecho-Slowakische

Staat gevormd. De wije, waarop dit geschied is, zul-

len
wij
niet nagaan, maar wij willen èen blik slaan op

het gebied en op de bewoners van ‘den nieuwen Staat,
om diens eigenaardig karakter en de economische

en

nationale verhoudingen te verklaren.

Tsjecho-Slowakije is gevormd uit vier natuurlijke
laniclschappen, 1die, hoewel naast elkauder gelegen,
staatkundig van elkander gescheiden waren. De hoofd-

bewoners echter, die door eigen historie, verschil in
woonplaats en levensomstandigheden van elkauder

afwijken, hebben in taal en andere eigenaar’digheden
veel overeenkomst met eikander, zoodat zij tot één
nationale groep gebracht kunnen worden, welke be.
hoort tot de noordelijke Slaven.
De landschappen, welke TsjechoSlovakije samen-
stellen, werden tot nog toe in staatkundig opzicht
aangeduid als het Konin1crij1 Bohe.men,
liet
Marlc-

graaf schap Mora.vië,
het ‘hertogdom
Silezië
en het

noordwestelijk gedeelte van
Hongarije,
dit laatste

hoofdzakelijk ingenomen door het Hongaarsche Erts-
gebergte en het Tatragebergte. De bevolking van Bo-
hemen behoort voor 63,2 pOt. tot ‘de Slavische
Tsjechen (36,8 püt. zijn Duitschers), in Moravië be-
hooren 71,7 pOt. tot de Slayen, meest Tsjechen, waar-
naast nog 27,6 pOt. ‘der bevolking ‘de Duitsche ‘taal

spreekt; in Oostenrijksch-Silezië behooren 22 pOt.

tot de
Tsjechen,
terwijl 43,9 pOt. tot de Duitschers en
33,2 pOt. tot de Polen gerekend worden.
Het vroeger Hongaarsche gebied, dat men th aas meit dein naam Slowaikije aanjduijdt, is voor een aanuiieJijk gedeelte door Slowaken bewoond, die zeker meer dan 2
millioen zielen uitmaken, terwijl de geheele bevolking
van het n’ieuwe ‘gebied op ongeveer 3 millioen wordt
geschat. Langs den Donau wonen in dit gebied nog
Hongaren. . ..
De naam Tsjecho-Slowakije is gekozen naar de twee
takken ‘der Slavische natie: de Tsjechen en de Slo-
waken, die in genoemde vier ‘gewesten ten getale van
ongeveer 10 millioen zielen voorkomen, terwijl daar
naast nog ongeveer 2,4 millioen bewoners gevonden
worden van Duitsche afkomst, die hun eigen taal en
gewoonten hebben behouden. Naëst ideze beide natio-
naliteiten kpmen hier nog enkele andere nationale
elementen voor, doch die blijven verre-in de minder-
heid.

Guiosm’de landen, hoewel vroeger door Kelten en
andere stammen bevolkt, werden in ‘de zesde eeuw

door Slavische volken binnengetrokken, die hier hun

woonplaats bleven behouden,, terwijl later er zich

Duitschers in deze landen vestigden. Zelfs werd in

de 9e eeuw uit genoemde gewesten en eenige deelen

van Polen het groote Morav-isahe Rijk gegroudvest,

een Slavisch rijk, dat zijn middelpunt had in oostelijk
Moravië en noordwestelij,k
Hongarije.
Dit rijk ging

te gronde door de aanvallen der Hongaren en werd
in 906 gedeeltelijk een buit van dit volk. De overige

gewesten kwamen, na een afwisselen’de geschiedenis,

eindelijk aan •de Habsburgsche kroon. In Bohemen

werd in 1526 door de Tsjechen een Habshurger als

koning gekozen, en hoewel
tijdelijk
weder gescheiden,

werd sedert 1620 Bohemen toch met de Oostenrijksche

kroon verbonden, een lot, dat ook Moravië later tea

deel viel, terwijl het land der Slowaken onder Hon-

garije bleef. –

Na de grooto Fransahe revolutie begon men in
deze landen de herinneringen aan liet verleden wak-

ker te roepen, en met de studie der talen werd het
nationaal bewustzijn opgewekt en een gevoel van

saimenihoorigheid der Tsjëchen en der Slowaken g&
vestigd, een beweging, clie zich richttetegen de heer-
schappij van de Duitsche Oostenrijkers. Sedert 1848

stelden de Tsjechen en de Slowaken ‘hun eischen van

herstel der oude rechten en onafhankelijkheid steeds

krachtiger, en ‘cle laatste groote oorlog, ‘d’ie de natio-
nale beginselen in- de staatkunde erkenning deed vin-

den, gaf hun gelegenheid ‘de vervulling daarvan te

verkrijgen. l)en 28en October 1918 werd de Tsj echo-
Slowakisc’he Staat opgericht, die den 14en November
19 18 op de Nationale Vergadering te Praag tot een
republiek werd verklaard, met Prof. T. G. Maisaryk als
eerste president. ‘De nieuwe Staat telt ongeveer 13
millioen inwoners, waarvan ruim 10,3 mill. Tsjecho-
Slowalen, 2,4 mill. Duitschers en 300.000 leden

van

andere na.-tjionalirteiten, als Palen, Magyaren, Ruthenen

en Joden. In Bohomen, Mo’ravië en Sileziö zijn onge-veer 8,7 mill. Rootmsch-Katholieken en 330.000 Pro-testanten, terwijl er 140.000 Joden gevonden worden.
Omtrent Slowakije zijn geen ‘gelgeveus bekend, doch
men schat het aantal Katholieken aldaar op 75 pOt.

De geschiedenis dezer volken is ontegenzeglijk
van -invloed geweest op hun •karakter. De Tsjechen
hebben meer dan duizend jaren al hun krachten in.
gespannen, om te midden van de Duitschers hun
nationaliteit te bewaren, wat te moeilijker viel, daar
de laatsten, die meer aan de nijverheid en -den handel
zich wij’dden, economisch niet zelden de sterkeren
waren. Dat proces heeft inn de Tsjechen eigenschap-

pen gegeven, die anders aan de Slaven vreemd zijn.
Een zeker wantrouwen tegen vreemden werd hierdoor

bij de Tsjechen opgewekt, dat tot prikkelbaarhaid
leidde, als zij tegenover de Duitschers stonden. Daar-

uit wordt de strijd en tegenstelling -tusschen beide
naties verklaard, ‘die vooral het sterlcst uitkwam in

Boihemen, terwijl ‘clie in Morao’ië minder hevig was.

De Tsjechen hebben de vruchtbaarste landen bezet
en zijn meest landbouwers gebleven in deze landen.

Over hei geheel zijn ‘het arbeidzame lieden, goede sol-
daten en beambten, met natuurlijk verstand begaafd
en ‘met levendige fantasie. De Tsjech leert gemakke-
lijk vreemde talen; hij is ëen vriend van muziek.en

poëzie. De Tsjechen ‘hebben onder de West-Slaven
zich aLtijd gekenmerkt »door hun manhaftigheid en
hunpolitieken zin. Zij gelden van oude tijden af vôor
de minst toegevenden onder de Slaven. De stad in het
midden van hun land, het ‘oude Praag, werd het .cen
trum van hun nationaal leven.

-De Slowaken in het-N.W. van Hongarije, wier taal
een dialect van de Tsjechische taal is, vormen een
echt boerenvolk. Bij Neutra, Presburg en Bors drij-
ven zij wijnbouw, en in het gebergte is veeteelt het

hoofd-bedrijf met kaasproductie. Ook als houtvlotters

doen zij goeden dienst. En velen gaan als kooplieden

26 November 1919

ECONOMISÇH-STATISTISCHE BERICHTEN

1079

SCHETSKAARTJE VÂN SLOWAKIJE.

IV

1

11rwh(.

ITm
sG
h
e
,.
j

V////A
75/ec/a7i

S1owocn,

i$4f

naar de kleine steden en over het land om lijnwâad,

kant, ,muizeval1en enz. iaan de hu1zen te ‘verkoopen. De kleine ‘industrie wordt veel cloor”hen uitgeoefend.
De Slowaken zijn arm, maar werken met vlijt. Zij
zijn een eenvoudig volk, dat hecht aan oude gewoon

ten en zijn kleecling in eere houdt.

*

Boh amen.
Van de vier gedeelten van T.sjecho-Slo-
wakije is Bohemen -niet alleen het. grootste, maar ook

het meest ‘bev’olkte en belangrijkste gewest.
Wij willen die igedeelten ‘kor’telijk de revue doen

passeeren. Bohemen (in het Tsjechisch
Cechy,
spr.

tsjechi) is een door natuurlijke grenswallen afgesloten

gebied. Het ‘land vormt een ruit, in het N.W. be-‘
grensd door ‘de reeks ‘bergketens, die men als Sudeten
kan aanduiden, in het N.W. ‘door het ‘Saksische Erts-
gebergte en in ‘het Z.W. door het Bohemerwoud. Naar

het Z.O. is ide afsluiting het minst volkomen; daar
rijst een plateau van oude gesteenten golvend op tot

(10
BQheem’sch-MoraJvische grenishoogten, waarover
verscheidene goede wegen naar Morav,ië, ‘het Donau-

gebied en de kom van Weein’e’n voeren. De overige ge-
bergten sluiten Bohemen vrij scherp af; alleen in het
noorden kon de Elbe, ‘de hoofdrivier van Bohemen,
zich ‘door het Elbezandsteen-geber-gte langs de rots-
poort bij Tetschen een weg banen, om langs Dresden
de Noord-Duitsche vlakte te bereiken. Te midden van die afsluitingen ‘door gebergten aan

de i’andan ‘voi’mt Behemen een van het N.W. naar
het Z.O. en van het mididen naar de raniden kom’vor-
mig oprijzend heuvelachtig of golvend landschap, dat
in het ‘zuijdoositeri terrasvoom-ijg stijgt, en aan tde
andere
zijden
in ‘hooge ‘berggewesten overgaat.
Wanneer men de voorhistorische ‘bevolking uit den

steentijd, waarvan ‘herinneringen
zijn
overgebleven,
buiten rekening laat, dan ‘kan men als eerste ewo-
ners van dit land de Keltische Bojers beschouwen,
die; volgens Tac’itus’ Germania, tot de eerste eeuw

voor Ohr. ‘hier woonden en waarnaar het land
Bolcens-ia

genoemd werd. De reden, waarom ‘de Bojers van hier
-vertrokken zijn, is niet ‘bekend.
Na ‘dc Boj’ers kwamen hier de Germaa’nsche Mar-
‘komannen, ‘die in ‘de Ge eeuw onzer jaartelling ver-
den verdrongen door Slavische stammen, welke waar-
schijnl’ijk van ‘den Donau over Morav’ië langs de
Morav.ische terrassen naar ‘de rivierdalen van de
Boven-Elbe en haar bijstroomen afdaalden Het wa-ren deze Slaven, naar een ‘aanvoerder Tsjech waar-

schijn’lijk
Tsjechen
genoemd, ‘clie, als landbouwers van

‘nature, ‘d’e ‘vlakke en heuvelaclitige terreinen in het
“ihid’den van Bohemen in gebruik namen, en ‘daar een

‘echten landbouwstaat ‘vestigden. De Tsjechen vorm-
‘den sedert ‘de ‘hoôfdbevolking van ‘het ‘binnenland van

IBohemen tot -op dezen ‘tijd.
De randgebergten van Bohemen waren in den Ho-
mni
e
i
usc
h
en
tijd en veel later nog ‘met ontoegankeljke

wou’den overdekt, •die de ‘door de geschied’schrijvers
aa,nigcdui’de Hercynjische wou’den (Silva Hercynica)
t’
u
it
m
.
aa
kt
en
. Zij vormden ‘nog gedu’rende ‘de ‘middel-
eeuwen een sc’hier onbewoonden ‘breeden gre’n.szoom,
‘waarin de Tsjechen niet doordrongen. Eerst aan het

eind der 12e eeuw werden «deze grensmarken in ge
bruik genomen, toen koning Ottokar 1 Duitsche ‘boe-

‘ren aa,nimoedi’gde ‘zich in die streken te rvestigen. ten
‘einde de onverdeelde vorstelijke en andere woeste

gronden tot o.utginini,ng te brengen, en tevens om als.
‘steden’bouwers. aan ‘den vorst een nachtig tegen,rwiciht te schenken tegen ‘de aanmastigingen -van ‘den Tsjechi-

– schen ‘adel. De -arbeidzame Duitschers waren voor de
kolonisatie dezer woeste streken uitstekend “geschikt,
‘en tegen het eind der 14e eeuw trok een groote
‘sftoom van- Duitschers Bohemen’ ‘binnen, waar zij
‘zich voornamelijk vestigden a&XL ide randen van dat

7
‘lan’d, ‘de ‘boaschen er ‘dunden en ‘deze gewesten in
âultuur brachten.
Door dit proces is Boheme’n een gebied geworden, dat

-‘door ‘twee national-iteiten bevolkt is: door-de Tsjechen
in, het binnenland, en . door de -Du’itschers meest
aan de randen. De Tsjechen ‘hadden nog hun’ ou’de
sociale verhoudingen, welké ‘de edelen als grondbezit-
ters met ‘de boeren als hoorigen op ‘den grond erken_
den; de Duitsc’hers -daarentegen waren Vrije lieden,
niet aan ‘den ‘grond gebonden, die zich vrij konden

verplaatsen. In ‘het hart van Bohemen vond ‘men in
de 13e eeuw, met uitzondering van Praag, nog geen
“versterkte steden. Doch -onder Ottokar II (met den
bijnaam ‘de steden’bouwer), werden de Duitschers ook
tot -het aanleggen van steden gebracht, waar zij vrij
bleven van – de heerlijke rechten -des Tsjechischen
adels; hun eigen rechten -hadden en schepenen kon-
den kiezen.

• De afsluiting van Bohemen ‘door gebergrten gaf ‘dat
‘land beschutting tegen de noor-denwin’den. ‘Het land
– heeft- ‘daardoor in het binnenland een ‘betrekkelijk
zacht -klimaat, mét in den zomer hooge temperatuur,

.1080

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

26 November 1919

en den meesten regenval in Juni en Juli. Van het
midden ‘neemt de ‘temperatuur naar de ‘randen met

de hoogte ‘af. Het ‘klimaat en de ‘bodem’gestel’dheid

maken Bohemen, voornamelijk in de riviierdalen, tot
een zeer vruchtb’aar landbouwgebied. Slechts 3 pOt.

van den bodem ‘is improductief. Ongeveer 50 pOt..

van ‘de oppervlakte is ‘gewijd aan ‘dn akker’bouw; 16
pOt. is grasland,’ 29 pOt. is woud. De bosschen ‘be-

slaan engeveer 1.507.325 H.A., waarvan ‘het grootste
gedeelte uit naa.l’dhou’t testaat.

De landbouw is d’oGr ‘die gesteldheid des lands de

hoof’d’bron van bestaan voor een ‘groot ‘gdeelte ‘der

bevolking. Doch ‘daarnaast biedt ‘dit l’an’d een zoo

grooten rijkdom van andere natuurschatten ‘aan, dat

Bohemen onder •de Oostenrijksche landen een eerst

plaats kon innemen. Overvloed van ‘arbei’dsver.mogen

door het stroomen’d water, een groote rijkdom aan
bossc’hen, talrijke ertsen in den ‘bodem, ‘als zilvr

ijzer, lood, ‘tin, zwavel, graphiet en granaten, verder

aanzienlijke steenkolen- en bruinkolenvelden, een groote
hoeveelheid goed veen voor turf, ‘door dit alles bood
Bohémen een geograp’hisch milieu v’oor krachtige

economische ontwikkeling. W
ere
idb
ei
:
oem
,d zijn de ‘tal-
rijke mi.nera’ie bronnen aan de zui’d’helling van ‘het

Erts’ge’bergte, ‘die ‘hier een soort van zomerresi’dentie
in de badplaatjsen, als Karls’ba’d, Tepliiitz en Gastein,
deden ontstaan.

De grondstoffen, welke de ‘bodem en de landbouw

leveren, hebben het aanzijn ‘gegeven aan een ‘veel-
z.ijid.’i’ge en bloeiende tindustrie. –

De ‘beide n’ationaliteiten, die zich in Bohemen

vestigden, hebben ieder naar hun aard en aanleg een
eigen terrei’n verkregen, ‘dat zij exp.ioiteerden. De

Tsjechen, bewoners van het meest voor ‘landbouw ge
schikte gebied in ‘het midden, ‘hebben zich voorname-
lijk aan ‘den landbouw gehouden. De Duitsc’hers, eerst
als landbouwers to’t ontginning der woeste ran’dstre,

ken in het land ‘geroepen, w’aardoor zij een sober ‘bep

staan ha:d’den, ‘kwamen in ‘den ‘loop der 16e eeuw wel-
dra ‘in een gunstiger conditie, toen de nieuwbegon-

nen mijnbouw
in
‘het Saks’ische Er’tsgebergte, de toe-
nemende ‘beteekenis der glasindustrie in het’ Bohemer-‘ woud en ‘de steeds zich ui’tbreidende linnen- en laken-

weveiij in oostelijk Noord-Bohemen vooral bij de

Duitsch’e bevolking bedrijvigheid en ‘welvaart brach-
ten. En na den dertigj’arigen ‘oorlog wer’d het gebied
der Duitschers in Bohemen sterk uitgebreid.
Duitsc’h-Bohemen ‘beslaat als aaneengesloten ge-
bied tegenwoordig ongeveer 16.311 K.W. (een opper-

vlakte van niet ‘geheel ‘de ‘helft van Nederland), d.i.
on’geveer 31 pOt. van Bohemen, en de Duitsche be-
volkin’g ‘bedraagt 2 milli’oen zielen ‘of’36,7 pOt. van
de igeheele bevolking. Het Dui’tsche gebied met veel

‘nijveihei’d is oier ‘t ‘geheel d’ichter ,bewoond dan'”het

Tsjechische.

De Dui’tschers in B’ohemen, u’it verschillende dec-
len van Du’itschla’nd afkdmstig, ‘vormén geen een-

hei’d van stam, en spreken. verschillende ‘dialecten, die
tot vier groote groepen zijn te breiigën. Door hun
arbei’dszin ihebben ‘zij groote be’teekenis gehad voor
de ontwikkeling ‘der ra’n’cigewesten van Bohemen,

waar ‘zij den ‘soh’ralen”bodem tot ‘ennige landbouw-
productie hebben gebracht. Maar bovenal hebben ‘zij
de producten der natuur weten te gebruiken ‘als

grondstoffen voor ‘ hun handwerks’nijver’heid, ‘die’ den grondslag legde voor ‘de latere industrie van Bohemen.

In ‘het Bohemerwoud zijn ‘de hout-, vlas- en iglas.

industrie ‘steed’s ‘de hoofdbedrjven geweest, waarvan
de eerste ‘bovenaan staat. Het woud leverde de meeste
grondstoffen yoor_onderscheidene bedrijveh: ‘het hout
diende ‘voor de ‘houtbewerking, de ‘glasfabricage, de
potasch en voor de verwarming. De ‘vlas’boer had aan
het bosch ‘de eenigszmn.s ‘vochtige lucht te ‘danken,
welke het vlas er goed doet gedijen. De ko’lenbran,derj, die er ‘vroeger bloeide, ‘is zoo goed als ‘verdwenen.
Een oud neveirbedrijf van den landbouw in het
Bohemerwoud was de vlasbouw ‘met de li’nnenfabri-
cage, en daaraan werd met de ‘schapenteelt de laken-

weverij verbonden. Ook ‘de ‘kantklopperij ‘had in het

Bohemerwou’d een sterke verbreiding, hoewel die
meer werd gevonden in het Ertsgeber’gte. En een
eiigenaardi’ge tak van nijverheid was ‘de bereiding der

Brazilië-tabak, welke in ‘hu’isarbeid werd verwerkt.

Meer omvattend en veelzij’diger was nog de Duit-

sche huisnijverheid in het Ertsgebergte, waar ook de

bevol’king geheel van ‘die in ‘het Bohemerwou’d ver-

schilt. De ‘bewoners van dit gebergte behoorden tot de
armsten van Midden-Europa, ‘die met moeite den

schralen bodem tot ‘de opbrengst van eenig voedsel

hadden gebracht, maar onvoldoende voor hun bestaan.
Het tekort v

uiden zij aan ,d,00r met hun nijverheid
iet’s te verdienen. K’antklopperj, fabricage van mu-

ziekinstrumenten, van parelmoeren knoopen, hand.
schoenen, wapens, speel’goed en stroovlechterij ‘vindt
men hier, evenals ‘breierij. Het noorden van Bohemen

‘was vooral ‘de zetel der liui’sweverij.

Zoo was ‘geheel Duitsch-Bohemen een gebied, waai
in velerlei ‘opzichten ‘de
nijverheid
uitgeoefend wer’d,
en ook ‘de landelijke kunstindu’strie zih eigen’aarctig

had ontwikkeld. Dit gebied maakte daardoor een

sterke ‘tegenstelling ‘met het Tsjechische ‘binnenland,

waar ‘de landbouw de hoof’dbron van ‘bestaan was, en
‘alleen ‘in ‘de steden ‘de industrie ‘werd uitgeoefend.

Vooral ‘door de Du’itsche ‘gewesten was in 1914

Bohemen niet alleen het meest industrierij.ke
gewest
der ‘Duitsche Kroonlanden, maar een ‘der merkwaar-

d’igste i’n’dustriegebieden ‘der ‘geheele aar’de geworden.

In het rvol’gend nummer willen wij een blik ‘slaan
op ‘de tgenwoordige industrie in Bo’hemen.

H. BLINK.

VERHOOGDE SPOOR WEGTARIE VEN.

Dat de zeer groote
stijging
dei transportkosten een
belangrijken schakel vormt in den ‘vi’cieuzen cirkel,
waarin de wereld ‘den laatsten tijd ronddraa’it, mag,
oo’k zonder ‘het rapport der Staatscommissie voor ‘het

dunrte-vraagituk af te wachten, wel ‘als vaatstaande

worden aangenomen.

Het is d’an ook zeer zeker te ‘betreuren, dat, niet-

tegenstaande in Juli van dit jaar, ter veiva’nging van

het gedurende de oorlogsjaren toegepaste stelsel van
oorl’egstoeslagen en eictr.a-heffin’gen,’ werd ‘overgegaan
tot de invoering van ‘definitief verhoogde en in ver-

ban’d met de spoorwegfusie ‘belangrijk vereenvoudigde
tarieven, waarmede ‘geacht mocht worden ‘de op dit
‘gebied zoo wenschelijke stabiliteit ‘te
zijn
hei-kregen,

de ‘spoorwegrnaa’tschappijen thans wederom hebben
moeten besluiten tot eene v’erhooging ‘met 25 pOt.
ever de ‘gebeele’ linie, rwelke voor de g’oederentar.ieven

den eersten November is ingegaan en voor ‘de reizi-
gerrtarieven 1 Decemher ‘zal ingaan.

Te ‘meer ‘bedenkelijk i’s ‘dit, omdat ‘niet valt te ‘ont-

kennen, ‘dat, in tegenstelling met de ‘opdrjvifig der
w,atervracht,ën, ‘de uitkomsten van ‘het ‘spoorwagbedrijf
maar al te zeer tot ‘dcie ver’hoogi’ng ‘nopen, zoodat van
eene verlaging, althans van eene ‘algemeene verlaging
in afz’ienbaren ‘tijd wel ‘geen sprake zal zijn.

Grosso mod’o ‘kan men zeggen dat, met ‘inbegrip van
den nieuwen 25 pOt. toeslag ‘het bestelgoederentarief

thans’ pl.ni. 300 pOt., de stukgoederentarieven pIm.
250 pOt. (voor vee ‘nog ‘aanzienlijk ‘h’ooger, voor de
grootere ‘afstanden zelfs tot 400 500 pOt.), de
wa-
genladingstarieven pl.m. 225 pOt., het normale reizi-
gerstarief pl.m.

190 pOt.,’ de abonnementstarieven
pl.m. 160 pOt. en liet ‘bagiagetarief pi.’m. 250 pOt. van
de gelijkmatige tarieven in 1914 bedragen. Intusschn

zijn.’ deze percentages nog geflatteerd, aangezien, daar-bij geen rekening is igehouden met de tallôoze ‘speciale
tarieven, welke ‘destijds bestonden, doch thans op eene
enkele uitzondering na, zijn afgeschaft.

Behouden zijn alleen een speciaaltarief voor steen-
,(bruin-)kolen, een voor rneststoffen en een voor aarde,

26 November
19.19

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

S.
.

zand, enz., welker prijzei eveneeis pl.m. 225 pot: van

die van ‘vôôr den oorlog bedragen, voor stean,kolen in

vele gevallen nog hoqger wegens de extra reductie,

welke destijds bij aanbieding van eeni’ge wagens tege-
lijk en op ‘de gr.00’tere af’st’an.’clen werd gegeven, terwijl

daarenboven het huidige speciaaJtarief uitsluitend

geldt voor de Limhur,gsehe kolen en niet meer, als

vroeger, ook voor de kolen, welke in de ‘havenplaatsen

ten vervoer naar het binnenland werden aangebracht,

zoodat de vrachtprijs voor ‘deze kolen thans 300 pOt.
en meer bedraagt rva•n dien van v66r den oorlog.

Zoo bedragen tlhans ook de vrac-htprijzen voor aard-.
appelen en voor granen en peu’lvruch’ten, waarvoor des-

tijds speciale tarieven bestonden, 300 pOt. en meer

van die van 1914.

Eene dergelijke verhouding bestaat ook tusschen ‘het
in 1914 bestaande zone-tar.ief voor het vervoer van
beaaine, petroleum, enz., van de havenplaats-en naar

alle ‘andere stations en de thans daarvoor gevorderde

vrachtprijzen.

Tot nog grootere verschillen komt men voor andere

artikelen; zoo bestond een algemeen geldend tarief
voor .stalmest, ‘hetwelk prijzen bood, waarvan de thans

voor het vervoer van dt artikel geldende
prijzen
het

4 of 5-vond vormen; voor compost enz. bestond op het

net van S.Szelfs een zone-tarief, waarvan de thans
in ‘aanmerking komende prijzen het 6, 7 of 8-vond

voimen.
Nevens deze en dergelijke speciale tarieven voor be-

paalde artikslen bestond bij ‘beide spoorwegmaatschap-
pijen een speciaad-tarief, dat voor het vervoer tussehen
de groote Hollan’dscJhe steden en een aantal laatsen
in ‘het Noorden en Zuiden ‘des lands van alle goederen,
hetzij als stukgoed ‘of ‘als wagenlading, eene aanmer-
kelijke, naar de soort ‘der goederen geclassificeerd’e

reductie ‘gaf; ook voor dat vervoer moet thans een
vrachtprijs worden betaald, die vele malen hooger is

dan die van destijds.

Ook ten aanzien van de reizigerstarieven is het
boven gegeven ,,index”-cijfer van 190 pOt. eenigszins

geflatteerd, ‘daar ook hierbij ‘de speciale tarieven, als

dat voor kilometerboekjes en voor •buurtverkeer ‘bui-
ten• rekn’ing zijn gelaten. Van ‘het vroegere buurt-
verkeertarief, dat toch op vele lijnen, waar alle trei-
nen voor buurtverkeer waren toegelaten, als het ware
het normale tarief vormde, ‘bedragen de huidige

vrachtprijzen 250 pOt.

Voiledigheidshalve dient echter vermeld, dat een tweetal personen-tarieven minder dan de bovenver-
mol’de percentages of ‘in het geheel niet zijn verhoogd;
‘het zijn – den geest ‘des tijds typeerend – ‘het werk-
lieden- en het mi.litairtarief; het eerste is betrekkelijk
weinig verhoogd en ‘het laatste, volgens hetwelk ook

officieren buiten dienst reizen, is in het geheel niet
verh’oogd; H.H. militairen reizen nog ‘steeds voor ‘den
halven prijs van het v66r 1911 geldende burgertarief,
dus nog nie’t onaanzienlijk ‘beneden het reizi.gerstarief
hetwelk in genoemd jaar werd ingevoerd.

Indien bij ‘het bovenstaande nog wordt ‘bedacht, ‘dat
ook de zoogenaamde ‘bijkomende ‘kosten, zocals de be-
stel- en afliaalioo’nen, s’baangeld, de,kkleeden!huur, en’z.,
enz., belangrijk zijn verhoogd, dan moet wrden er-
kend, ‘dat ook ten onzent ‘de spoorwegtarieven een ‘be-
langrijken factor ‘vormen in ‘het duurtevraagstak.

Een schrale troost is ‘het, dat men ook eld’er,i ‘den-
zelf’den weg is opgegaan of zal moeten opgaan.

Zoo ‘bedragen- in Duitschlan.d de goederentaTieven

thans pIm. 300 pOt. van liet vr’oegeré normaaltarief
en ‘het huidige personent’arif voor de .4 ‘klassen resp.
485, 266, 245 en 225 pOt. van ‘het reizigerstarief van
v66r den oorlog. Opmerkelijk is, ‘dat België tot dus-
verre op zijne zeer lage spoorwegtarieven slechts een
toeslag van pim. 40 pOt. kef’t.

Over de noodzakelijkheid ‘dezer .tariefver.h’oogingen
in een volgend ‘artikel nog enkele ‘opmerkingen.

Hd.

,ROEANDA EN OEROENDI.

Aan het slot van ‘het artikel: ,,Belgische Aanwin-

sten ‘in idder-Afrika”
i)
waarin’in hoofdzaak gehan-

‘deld werd over ‘de economisch-politieke problemen,

het hart van Afrika ‘betreffende, wer’d ‘de toezeg’ging
gedaan nog eenige econ’omischgcographische bijzon-
derheden over ‘de, beide voormalige Duitsche provin-

cies, waarmede de Belgische Oongostaat vergroot is, te

zullen laten volgen. Alleredrst moet echter een sto-

iende.vergissing ‘hersteld worden, die in ‘het kaartje,

dat ‘het voornoemde ‘artikel ‘begeleidde, gemaakt is.

Zooals de ‘lezer reeds ‘begrepen zal ‘hebben, ‘had in de

verklaring ‘van ‘het schetsje in plaats van Russisch

ebied moeten staan Frausch gebied. Rusland was, het

ligt voör de ‘hand, volgens ‘de nieuwe groepeering in

Afrika ‘geen gebied toebedeeld, zoomin als ‘het bij den
ouden ‘toestand ‘in het donkere werelddeel vertegen-
woordigd was.

De bijzonderheden, ‘die hier over Roea.nda en

Oeroendi volgen, zijn in hoofdzaak geput uit: Prof.
Dr. Hans Meyer, Das Deutsche Koionial.reich, Erster
Ban,d, Er’ster Teil: O,staf’r.iika, ‘het geograpitisch sten-

daardwerk, waarvan in 1914 juist opnieuw een oplaag

*rerscheneh’ was. Het hierbij ‘gevoeg’de kaartje is over-
genomen van de in ‘het voorno’emde ,werk gep],aatste

;;Ver,wal.tuogs- und Verkehrskarte ‘von D,eutsch-Ost-
‘afrika”, op een schaal van 1 : 6.000.000, hier ter repro-
ductie in eene verhouding van 6 : 8 vergroot.
• Het •hoogla’n’d
Rocanda.
‘werd door de Duitsc’hers
bestuurd op een wijze, die met het in Nederiandsch

Oost-Indië gevolgde residen’ten-systeem overeenstem-
ming biedt. In ‘het inlan’d’sche ‘bestuur is ‘niet de dorps-
gemeente de laagste politieke eenheid, maar in over-

eenstemming met het ‘natuurlijk karakter van het.
landschap ‘de door ‘dalen begrensde’ ‘berg of een ‘deel

van een berg. ‘De bezitrechten gelden voor een of
anderen berg, aan welk bezit bepaalde bevoegdheden
en v.erpl’ich’tinjgen’verbonden zijn. De houders van zoo-
dani’ge rechten zijn ‘de ‘hoofden (Watoea’len). Deze
Watoealen komen -steeds uit bepaalde families ‘of clans

voort – men ziet de ‘overeenstemming met de eertij’ds
in Schotland heerschende ‘toestanden – een zeker

aantal hiervan voegt zich ‘samen tot een stam. 0-age-
iïeer 80 pOt. va’n het gewest was in ‘handen van een
24-tal opperhoof’den. De Watoeaien zijn leenmannen

van ‘den ‘vorst (msinga). Het Dni’tsehe bestuur be-
schikte bij verre na niet over ‘de ‘middelen een eigen

bewind in Roeanda ‘te voeren, het erkende dus ‘den
msinga en plaatste ‘daarnaast een regent te Njaru-

genie.
2)

Neder-Roean,da, het zuiidoosteljk gedeelte, geken-
merkt door de ta’llooze meren en meertjes, is eerst wei-
n’i.g geëxpl oreer,d. Anders daarentegen H’oog-Roeanda.

Dit gedeelte ‘begint bij den ‘hinkeroever van den A-kan-
jaru en noordelijker, westwâarts van ‘het Moha’simeer.
Hoog-Roean’d’a is een ‘dichtbevolkt bergland,
°Iio
van
het landschap ijs ‘door akkers, ‘baïnanen-‘beplantingen en,
veewei’deplaatsen ingenomen. Van’daer ‘dan ‘ook dat de wilde dieren, om terecht een ‘beeldspraak te bezi-
gen, op den achtergrond ijii gedrongen. Hoog-Roean-

da behoorde tot ‘de ‘dichtstbewoonde gedeelten van
Du.itsch-Oost’afrika. De ‘bevolking van ‘de geheele pro-
vincie wordt in de officiee,le publicatie ,,Die deutschen
Schutzgeb’iete” 1911/12 opgegeven als 2000.000 .iil-

heemsche ‘kleurlingen, 87 nietinheemsche kleurlingen
en 70 blmiken, waarvan ‘maar 30 Duitschers. Het
allerd’ichtst bezet is het noor’dwestehijk gedeelte
Mlera, de landstreken langs het Kiwumeer en eenige
andere.
In Hoog-Roean’da zoo min als in Neder-Roeauda
bestaan ‘edgenfiijkgezegde ‘dorpen, men treft uitsluitend
geïsoleerde hof’steden aan, die veak meerdere hutten
tellen, waar eene familie saimenwoont. Ln ‘de lage en

Zie vorig nummer.
Wij nemen de Duitsche schrijfwijze over voor eene
gemakkelijke vergelijking met het ‘kaartje.

1082

ECONOMISCH-STATISTISCHE
BERICHTEN

26
November
9
-11

warme gedeelten is de pisang het hooLdvoecIse1, in de
hooge laindtreken boonen, baldten, negerkoren en

erwten. Vleesch wordt bijna niet genruttigd, daar a,l

het vee aan den vorst behoort. De vel,dar:beiid wordt
door man en vrouw gezamenlijk uitgeoefend. De vee-

fokkerij op groote schaal (groot hoornwee, schapen,

geiten) wordt bijna uitsluitend door een bepaalden

stam (Watussi) ‘bedreven en vormt voor then de eenige

bezigheid. Al ,is de ‘veestapel, vergeleken met de tel-

rijke 1)evolkin’g, niet van iuitengewonen omvang te

noemen, zoo zijn de kudden – ‘vooral nadat omtrent

‘het jiaar 1900 de veepest te ‘boven igelcomen werd –
todh zeer neker talrijk.

Natuurlijk staât de fokkerij er nog niet op hoogen

trap van cultivatie, zoo vinden de Watussi het bijv.

nog het nzooist runderen met lange horens te fokken. In economisch
oi,zicht
hadden de groote kud’den
nog slechts een betrekkelijke waarde, vooral ‘omdat de

inlandsche besnolking er ‘afkeerig van is het vee te ver-

koopen, waardoor veelal de wei’degronden overbezet

met vee zijn, eene omstandigheid die ide verbreiding

van besmettelijke veeziekten natuurlijk sterk in •de
hand werkt.

Het Duitsche bestuur had een ‘dienst georganiseerd

Ier bestrijding en keerinig van de veeziekten. Het hier-

voren’ reeds genoemde ‘officieele verslag van het

,,Reichs Kolonialamt” hield nog de mededeeling in,

‘dat eene uitbreiding over het Duitsche gebied van de

wederom in Oeganda en Britsch Oostafrika ende.

m’isch heersehen’d’e runderpest gevreesd werd. Het

wetenschappelijk onderzoek van ideze ziekte heeft nog

niet veel resultaat kunnen opleveren, zoodat ook de
bestrijding ervan eerst in een primair stadium ver-

keert.

Het gekied van de Tsetse ligt buiten de provincies
waarvan hier gesproken• wordt, verliezen van betee-
kenis aan deze infectie komen derhalve niet voor. De’

veterinaire post te Kiga,li stelde daarentegen ‘vast, dat

ni’iltvuur in Rocanda inheemsch is en veelvuldig

voorkomt.

Voor k.leeding worden in het zuiden van Roeanda ‘al
veelvuldig geïmporteerde Euiopeesche stof f en gebe-
naar gelang men meer naar het noorden komt

worden evenwel nog diérenl,ell.en als lichaamebedek-

king ‘gebruikt. Ofschoon in het oosten en noordwesten
goede ijzerertsen gevonden worden, zijn toch ide metale
gebruiksvoorweiipen ‘van inferieure hoedanigheid; in
het algemeen is ‘de ontwikkeling der nijverhe’idspro-
ducten niet groot, waaraan veelal schuld is, dat de i
vrouwen te zeer door oerproductie en zwaar huiswerk

in beslag genomen worden. De vervaardiging van aar-
dewerk wordt als gespecialiseerd handwerk beoefend.
De ambaehtsnijverheid in Oeroendi staat op veel
hooger trap dan in Roeanda. De economische waarde

van Roeanda is volgens Meyer vaak overdreven, al
behoort het tot de beste gedeelten van het voormalig
Duiitseh Oostafrika, niet in het minst door de
strenge ‘stam’discipline, naar K’andt zegt, moet het
echter beschreven worden als ,,ein in seinen Teilen
sehr ungleiches Land, das nur an wenigen Stellen
sehr reich oder sehr arm ist, im ü’bri’gen aber die
verschi’edenen G’rade mssiger Wohihabeniheit auf-
weiat.”
1)

Het uitbuiitenide optreden van uith.eemsohe verkoo-
pers •gaf aanleiding ‘de, beide gewesten, Roeanda en
Oeroendi, eenige malen van het overige gebied af te
sluiten, daarbij was het echter niet
mogelijk
het
smokkelen tegen te gaan. Ruuderhuiden en geitenivel-
•len worden uit de provincies uitgevoerd en daartegen
katoenstoffen,. ‘kralen en ‘koper verhandeld. Dit be-
drijf was ‘hoofdzakelijk in ‘handen van Br’itsch-‘Indiërs,
van wier aanwezigheid en werking wij in het eerste,
gedeelte van deze verhandeling reeds gewag hebben
t

gemaakt. De Oostafrika’ansche hui’d werd op de we-

reldmarkt maar matig gewaardeerd, hetgeen toe te

1)
Bericht über meine Reisen und gesamte Thtigkeit in
Deutsch-Ostafrika
p. 260.

schrijven is aan het ‘drogen ‘der huiden in ‘de bran-

dende zon. Pogingen om de inheemsche bevolking
daarvan af te ‘brengen zijni nog niet met succes be-
kroond. Dc belangrijkste importeur van de runder-

hui’den, afkomstig uit de omgeviin’g ‘van het Victoria-

meer, was Duitschle.n’d zelve, terwijl de geitenvelletjes

in hoofdzaak ‘naar ‘de Vereenigde Staten hun weg
vonden.
1)
De verkeersrichting ‘met ‘de ‘buitenwereld
was sedert de ‘openstelling van de Britsche Oeganda-

baan naar het Victoriarneer gekeerd. Meyer gaat

waarschijnlijk in Zijne verwachtingen wel wat ver, als
hij Hoog-Roea’nda – met zijn klimaat ,,welches durch

den starken Wech,sel der Temperaturen, d’er Luf t-
feuchtigkeit, ‘der Besonnung usw. die Nerven in
Spanzikraft eriaklt und den ganzen Orga.nismuis vor der
Erschiaffung bewahrt” – een aangewezen ‘koio.nisatie-
gebied voor Europeanen noemt.

* *

Oeroendi
sluit aan Roean’da aan, in hoofdzaak

d’aaran gescheiden ‘door ‘de rivier A’kanjaiu. Dit ge-
vest ‘maakt evenzeerdeel uit van het groote plateau
tueschen de meren. In geologisdhen en klimatologi-
schen zin ‘is Oeroendi als
,
eene voortzetting van

Roean’d’a te beschouwen, alleen is ‘bij ‘het ‘zuidelijk
gelegen gewest, door uitschuring, het pla’teaukarakter
meer verloren igegaan. Voor een grondig onderzoek
naar de ‘economisohgeographiscihe eigenschappen van

Oeroendi is nog veel te verrichten overgebleven.
Fauna en flora zijn in deze provincie vrijwel ge-
lijk aan die van Roeanda. Het is graslan,d
,,par excel-
len.ce” –
zooals Meyer zich uitdrukt – van de be-
wou’cling zijn nog maar resten ‘overgebleven. Naar uit
de beschrijving van Baumann
2)
blijkt, vertoont het
landschap aan den van ‘de oostelijke grens komendeti

reiziger een steeds rijker worden’d aanzien. Een welig,
maar monotoon gras’l’aud’sc’hap wordt onderbroken ‘door
ettelijke groene pisangbossch’ages. Op de weiden gra-

zen groote kudden der langhoorni’ge runderen. Het

‘) Zie A. Caloert German East Africa
1917 p. 121;
in
dit werkje vindt men ook talrijke fraaie afbeeldingen van
de voormalige Duitsche kolonie, van het merkwaardige
langhoornig vee, afb.
160.
) Durch Massailand zur Nilquelle, p. 77 v.v.

26 November 1919

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1083

geheele dichtbevolkte gewest geeft een indruk van
welvaart. De ‘binnenlandsche verhoudingen zijn er

echter minder ordelijk dan in Roeanda, aangezien het

gezag van de biunenlandsche overheid minder abso-

luut is. Het meergenoemde regeeringsverslag ver-
meldt een bevolking van 1.500.000 inlandsche kleur-

hagen, 39 uiVheemsche kleurlingen en 52 blanken,

waarvan 30 Du’itschers. De veestapel werd in 1906 ge-

schat op minstens 200.000 runderen en meer dan een

millioen schapen en geiten. Het verslag voor 1911112

spreekt van eene schatting van 300.000 runderen en
2 m’illioen ‘kleinvee. 13,un’dei1hui’den en geitenvellen

vormen ‘dan ook het eenige vermeidenswaardige uit-
voerproduct – al bezit nâtuurlijk ook dit gewest zijn

iirheemsche veld’bewerking – waarvan de afoer over
Udjidji aan het Tanganjikarneer of langs de Oeganda-
baan plaats vond. Om dezelfde redenen als hiervoren

bij Rooanda vermeld, was de toegang tot deze resi-
dentie door het Duitsohe bestuur langen tijd verbo-

den, soms was ‘de afsluiting ook bevolen voor de be-

strijding der veeziekten. De residentshoofdplaats is
Usumbura aan het Tanganjikameer, alwaar een aan-

tal Europeesche en Indische firma’s gevestigd was.

Als Oeioendi eenmaal den toestand heeft bereikt,
waarvan generaal Smuts zeer typeerend zei’de, dat

men niet zoozeer moest sprek.en van de expnsie van

Europa dan wel van de ineenkrimpinig van de aarde
1)

zal naar uit ialle berichten valt af te leiden de voor-
spelling van Kaudt wel in vervulling gaan, dat de rijk-

dommen van het gewest de: ,,hochgespannte Erwar-
tungen eher ü’bertreffen ‘als enttu’schen werden”.

Onder het Duitsehe bewind was reeds begonnen
met den bouw van een spoorweg van Tabora, ‘aan den

spoorweg van Dar es Salam, naar Roean’da. In 1914
werd de aanleg eerst toegestaan, men ‘hoopte daar-
mede den economischen rijkdom van ‘deze g,ewesten

meer aan het overige deel vad ‘de kolonie ten goede
te doen komen en hun eigen opb’ioei ‘te ‘bevorderen.

Baitzer
2)
‘deelt over ‘de nieuiwe lijn mede, dat begin-
nende te Tabora ‘de baan zal loopen door ‘de landschap-
pen Karun’di en Kahama, oostelijk van Korogwe, om-

bui’gen’d naar het noordwesten. Vervolgens wordt het
gewest Tabora verlaten en betreedt ‘de baan het land-
schap Usambiro, ‘daarna liet sultan’aat Ussuw.i. Op
405 K.M. van ‘het uitgangspunt zou ‘op 1550 meter

boven den zeespiegel in het Tawirogebergte ‘cle water-
scheiding ‘tusschen Tan’ganjika- en Victoria-meer over-
schreden worden. Op ‘d’it traject zou’den veel kunstwer-
ken uit te ‘voeren zijn. Vervolgens westwaarts afdalend

naar het Ruwuwu’dal, werden minder groote moeilijk-
heden verwacht. Bij 481 K.M. aan de Kagera-knie had
men den spoorweg willen doen eindigen, van waar ver-

‘der verkeer op de Kagera mogelijk zou zijn. Destij’ds
waren de kosten op 50 ‘millioen mark gestel’d, in 3 ii 4 jaar had men gedacht met den b6uw gereed te zijn. Bij
‘de ‘berekening was aangenomen, dat de ‘met deze lijn
voor het verkeer geopende streken zelf ide ‘kosten in

verloop van tijd weer zouden opbrengen, in de eerste
plaats was daarbij aangenomen een hoofdeljke belas-
ting ‘der bevolking van 3 roepijen. Dr. R. Hennig
vermeldt in zijn laatste chrpniek der Afrikaansche

spoorwegen
3),
dat in 1916 nog 200 K.M. van •deze

lijn gereed ‘kwamen. In hoeverre met den aanleg is
voortgegaan, n’a’dat de Du’itsbhers ter plaatse niet

meer stand hielden, is schrijver dezes niet ‘bekend.

Voor de Belgen zal uit den aard van de zaak weinig
animo bestaan ‘den afvoer van ‘de nieuwgewonneu pro-
vincies ‘in deze richting te zoeken, daarentegen is
westwaarts gericht, door het gebied van den Congo-staat, nog geen sprake van een gemakkelijk te berei-

ken uitgang aan ree.

In Maart 1915 is gereedgekomen ‘de Loekoegabaan,

‘) Voordracht in het Royal-Geographical Society Januari
1918, Journal Maart
1918.
Die Kolooialbahnen
1916, p. 58 v.v.
Weltwirtschaftliches Archiv
1
October
1919, p. 147.

welke zuidelijk van K’oiigolo, aan ‘den Congo, in de

richting der Loekpega-rivier naar ‘het Tanganjika-
moer loopt, zuidelijk van A’lbertville; Usumbura is

van hieruit per schip ti ‘bereiken.
In ‘dit verband valt ook nog te wijzen op ‘het pro-

ject der Oeëlle-baan. Dit plan is safkomstig van
Koning Leopoid II, die ‘aldus Congo en Nijl wilde

verbinden. In 1906 was met Engeland overeengeko-

men het traject te ‘doen loopen van Stanleyville (Fali-

Station) naar Ma’ha’gi aan het Albertmeer (1120 K.M.).

1r is wel sprake van geweest deze ‘baan een ‘schakel in
de K’aap-Kaïro ver’bind.ingshijn te doen zijn. Intus-

schen tot stand gekomen is hier nog niets, wel is ‘de
wensheljkheid van ‘den aanleg in 1914 nog eens door

den Belgischen ‘minister van koloniën Renkin te berde
gebracht, toen w’erd eclhter reeds ‘een zu’ideljker ver-

loop aanbevolen.
Naar de lezer weet, is vanaf ‘de Congorivier ver-

voer, deels te water, deels per spoor, naar de A’tl’an-

tisclie kust mogelijk. Vervoer in deze richting zal

‘echter aanzienlijk kostbaarder zijn dan naar ‘de Oost-

tfr’ileaan’sche kust. Het hi.gt echter voor de hand, •dat
van Belgische zijde toch wel eenige projecten zullen

verschijnen, die de verkeersopenstelling van
Roea.nda

en
Oeroendi op
de hiervoren aangeduie wijze zullen

-zoeken. Te vreezen is evenwel, ‘dat ook ‘ten opzichte

daarvan de – n’aar reeds in het eerste gedeelte van
deze verhandeling gezegd werd – in verscheidene
Engelsche bladen uitgesproken verwachting bewaar-
heid zal worden, dat het koloniseeren van nieuwe ter-

reinen de draagkracht van het zwaar getroffen Bel-

gië zal ‘blijken te boven te gaan. G. E. H.

[Nadat dit ‘artikel geschreven en gezet is, ‘bereikt ons de ,,Wirtschaft.sdienst” van 21 Nov. j.l., waarin
de volgende cijfer’s opgegeven worden voor den door-
voerhandel naar de door België ‘bezette gewesten, in
het jaar 1917/18. Over Des-es-Salam: invoer 36.625

Rp., uitvoer (niet vermeld); over Bukoba: invoer
1.06.190 Rp., uitvoer 164.240 Rp. (hoofdzakelijk hui-
den). ,De uitvoer van hui’den was in het ‘geheele vooi-
malige Duitsche gebied gering iwegens aanwending

tot militair gebruik.]

DE DIENST DER OOSTENRIJKSCHE STAATS-

• SCHULDEN.

Het voor eenige weken in de dagbladen verschenen
i)ericht, dat het Ministerie van Financiën ‘der nieuwe Oostenrijksclie republiek stappen heeft ondernomen
om met de andere betrokken staten tot een voorloopige
regeling betreffende de couponbetaliug der Oosten-

rijksohe staatsschulden te geraken, heeft opnieuw de
aandacht gevestigd op de belangrijkheid, die ook in

ous land ben opzichte ‘van dit feit bestaat. Met nauw-
keurigheid is weliswaar niet na ‘te gaan hoe groot
het

belang bij de Oostenrijksche staatsschulden ‘tea onzent
is, doch wel mag worden aangenonien, dat van het totaal ad i5% xn,illiard kronen aan Oostenrijkscho
staaîtsschulde.n van v66r den oorlog een zeer omvang.

rijk ‘deel hier té lande is ondergebracht. Het is
derhalve een feit van niet te onderschahten beteekenis,

dat officieel cie rentebetaliizg ‘der Oostenrijksehe
staatsschulden niet in gebreke is gebleven, hoewel
practisch en feitelijk een schorsing reeds ‘bijna is in’ge.
treden, hetgeen zich ook weerspiegelt in den koers

der betrokken fondisen.
De werkelijke toestand is thans z66, dat op Duitseh-
Oostenrijk de gansohe last van den rentedienst der
‘schulden van de voormalige Dubbel-monarehie wordt
geladen; primo ‘door enkele bepalingen van het
vredesverdrag, secu,ndo ‘door den onwil ‘der nieuwe
rejiublieken om haar deel ‘van de lasten op zich te
nemen. Indien dan ook de toestand zoo blijven zou
âi’s hij op het oogenbiik is, zou het er voor do houders van Oostenrijksche schuldbrieven bedroevend uitzien.
Du.itsch-Oos’tenrijk ‘toch is feitelijk niet anders dan de
stad Wennen, met een betrekkelijk kleine oppervlakte

1084

ECONOMISCH-STATISTISCHE
BERICHTEN

26 November
1919

• er omheen, zonder noemenswaardige industrie
of
bodemrijkdo’m, waardoor het land in staat zou zijn
aan ide geweldige verplichtingen van het geheele,

vroeger zoo uitgestrekte, rijk te voldoen.

Het moet dan ook als een blijk van uiterst goeden

wil worden opgevat, dat tot op dit oogenblik de

Du’itsch-Oostenrijksche regeer,ing nog steeds is voort-

gegaan met het betalen van ide vervallen coupyns, aan

inwoners van het eigen land niet alleen, doch ook aan

neutrale houders. Weliswaar is deze betaling, ter ver-

mij.ding van het scheppen van precedenten, bestem-
peld met den naam van
,,’inikoop”
der coupons en los-
bar,e stikken,
doch
practiscrh is het hierop neerge-
komen, dart het zoo funes’te sterretje van noodlijdend-

heid tot nu toe voor Oo:stenrijksche fondsen uit de

officieele prijiscourant der Vereeniging voor den

Effectenihanidel is geweer;d. Het was echtei voor een

ieder duidelijk, dat dit ‘tanken niet meer veraf keli
zijn,
wanneer de toestanden onveranderd bleven. En
nog ‘schijnt ‘er ‘geen kentering te zijn gekomen.

Het feit toch, dat d:e Ooa’tenrijksche regeer.ing voor

haar ‘aandeel 25 pOt. vaii het bedrag, dat ‘bij vroegere

v erziliveringen der gou’drentecoupons in Nederland
benoodiigd was, als ze,kerheidsstei.ling van de aanspra-

ken der Nederlandsche houders, voor de op 1 October
1.919 vervallen coupons bij de A’msterdamsohe bank

heeft gedeponeerd, zegt op zichzelven nog niets. Want
tot de betaling zal slechts kunnen wordeh overgegaan,
indien de voile 100 pOt. in ‘het bezit der betalingskan-toren zullen zijn gekomen. En de ontbrekende 75 pOt.

moeten worden aangevuld juist door die Staten, die

lot op dit oo,genblik geen enkel bewijs van tegemoet-
koming aan buitenlandsche houders hebben gegeven.
Men doet ons inziens idan
ook
‘goed geen al, te. groote
verwachtingen omtrent een integrale cou’p’onbetal’in
te koesteren, doch de ‘geste der Duitsch-Oostenrijksehe

regeering te nemen voor hetgeen zij vermoedelijk is
da’t wil zeggen, een u.iting van politiek, ‘drie men als

regel gewend is met de toevoeging ‘van ,,hoogere” te
bestempelen.

Wat toch is ‘t geval. Naar men weet, wordt in het

vredesverdrag weliswaar in principe de pro’-rata-aan-
sprakelijkheid der nieuwe repubii’eken ‘ten opzichte
van de oude Oostenrijktehe schulden aangenomen,.

doch wordt ‘door de valutsbepaliugen pr.acti’sch het

over.groote gedeelte der schuld op Duirtsch-Oostenrijk
geladen. Zelfs indien dus door de jonge republieken,
volkomen zal worden gehandeld ‘in overeenstamming
met het vredestrac’taait, idan nog zou Duitsch-Oo’sten.
rijk’ vermoedelijk niet aan zijn verplichtingen kunnen
voldoen. Dit nu zou waaTschijnljk bij ‘de Enitente

weinig gewicht ‘in de schaal leggen, daar ‘de nieuw-

gevormde staten steeds haar sympathie hebben gehad..
Doch er is één ‘middel, waardoor d•e mogelijkheid van

ngrjpen ton gunste van buitenlan’d’sche houde.r’s
wordt geschapen, nl. wanneer tot deze buitenlan’d.er3
een groot gedeelte ‘van de inwoners ‘der eutente-lan-
den moet worden ‘gerekend. Dit is natuurlijk iets,

waarmede de regeerin’g ‘der Duitsch-Oosteurijksche,

republiek terdege rekening houdt en nu is het opval-
lend, dat juist ten opzichte van de Oostenrjksche
gonsdrente
de maatregel tot deponeering van het pro-
ra’tabedraig der couponbetalingen ijs genomen. Deze
goud’renrte toch ‘is ‘v66r den oorlog een zeer aantrek-kelijk belegginglobj’ect voor Frankrijk geweest en het
rS

iet voldoen van de rentebetaling op ‘deze fondsen zou,
voor

Franische houders een nieuw en niet onbetee’ ,.
kenenid verlies vormen. De naweeën van ‘den oorlog
zouden hierdoor slechts te scherper naar voren komen, én dit in een periode, waarin het onrtb’r’eken der
Rus-
sische reniten dagelijks in Frankrijk sterker wordt
gé’voeld. Het is ‘dan ook te verwachten, ‘dat door de
than’s ‘gevolgde politiek des- Duitsch-Oostenrijksche
regeering de publieke op:inie in Frankrijk zal worden
wakker geroepen en dat op deze wijze een sterke
druk zal worden uitgeoefend op de met de En’teate
bèvrien;de nieuwè republ’ieken, ten einde haar tot het

volbrengen van haar ‘betalinjgsplichten te doen gera-
ken. Weliswaar zou ‘dit natuurlijk slechts voorloopig

voor de goudrente gelden, doch het spreekt vanzelf,
‘dat hiermede het ijs zou zijn ‘gebroken en dat ‘de weg

zou zijn geëffend om ‘ook ten opzicihte van de overige

schuldsoorten tot een onderlinge regeling ‘te komen.

Zooals men ziet is ‘derhalve het deponeeren van het

‘door Duitsch-Oostenrj k verschuldigde rentebedra’g vermoedelijk niets anders dan een energieke poging

om ‘tot een definitieve en algeheele regeling t’e komen

en moet men er niet uit destilieeren, dat een eff ee-
tieve ‘betaling van de rente nu ook binnen afzienbaren
tij’d te ‘verwachten zou zijn.
Dat
het hiertoe zal komen,
lijkt ons zeer waarschijnlijk, al moet, en ‘dit was de

bedoeling, welke voorzat bij ‘het schrijven van deze

regelen, tegen overdreven optimisme worden gewaai
schuwd.

BROUWER.

INDEX-CIJFERS.

De prijsheweginge.n in den groothandel gedurende
de afgeloopen maand hebben einde’ October voor het

meerendeel der artikelen een hoogere noteering ver-

oorzaakt dan aan het einde van de voorafgaande

maand werd geboekt. Hernieuwde stijging van den
katoenprij’s deed het index-cijfer weer een aanzien-
lijken sprong opwaarts maken. Het
totale index

cijfer
is than’s ‘gestegen tot
6795;
‘terwijl
6267
het hoogste
punt was, dat gedurende dan oorlog werd aa.ngetee-
kend, nl. aan ‘het einde van Augustus
191,8.
Het laagste punt, bereikt sedert den wapenstilstand, was
5708,
‘einde Maart.

Hieronder volgt ‘de gebruikelijke – aan ‘de
,,Econo-
mist” ontleende – tabel, waaruit valt te zien, dat,
ofschoon alle groepen bijgedragen hebben ‘tot de ver-
meerd,ering van het index-cijfer in de maand October,
de stijging voornamelijk veroorzaakt is doos- de weef-
stoffengroep.

Data
Granen
en
‘Vlee3ch

Andere
voe-
a’jngs.
en ge-
nolm.

Wed-
stoffen

Dell-
stoffen

Diver-

‘2
olien.
hout.
rubber.
enz.

Totaal
Alge.
meen
Index-
cijfer

Basis ‘(gemidd.
1901-5) . –
500 300
500
400
500
2200 100,0
1 Januari 1914
563
355
642 491 572
2623 119,2
1 April
560
3504
6263
493
567
2597
118,0
1 Juli
5654
345 616
4713
551
2549
115,9
1 October
646
405
6114 472+ 645
2780
126,4
1Januari1915
714
4141
509
476
686+
2800 127,3
1 April
840
427
597 644
797
3305
150,2
t Juli
818
428
601
624 779
3250
147,7
1 October
8094
47011
667
619j
7691
3336 151,6
1 Januari 1916
897
446
731
711+
848+
3634 165,1
1 April

,,
9494 503
796+
851
913
4013
182,4
1
Juli
989
520
794
895
1015
4213
191,5
1 October
1018
5364
937,
8584 1073
4423
201,0
1 Januari 1917
1294
553
1124+
8244 1112
4908 223,0
1 April

,,
1346
6101
1226.
834+
1283
5300
240,9
1 Juli

,,
1432+
652+
1441
841+
1278+
5646 256,6
1 October

,,
1221+
726 15094
822+
1354+
5634
256,1
[Januari1918
1286+
686
1684+ 839+ 1348+
5845 263,2
Einde Jan. ,,
1221+
686 17194 829
1329
5785
262,9
Febr.,,
1235
693
1733
838
1319 5818
264,4
Mrt.

,,
1238
697
1777
836
1319,
5867
266,6
April,,
1244
7444 1760
850
1342+
5941
270,0
Mei

.
1247
7774
17734
849
1369
6016
273,4
Juni
1274 7774 18111
861+
13804
6105
277,5
Juli
1274 7774
1808
889+
1379 6128
278,5
Aug.
12873
775
1920 8894 1395 6267
284,8
Sept. ,,
12464
7793
1929
889 1394
6238
283,5 Oct.
1271 780
1889 8784 13914
6210
282,6
Nov.
,,
1289 7824 1848
903
13894
6212
282,6
Dec,,
1303
7824
18054
866 1337
6094
277,0
Jan.1919
1287
7824
1618
4

828 1335
5851
265,9
Febr,
12884
7824
15964
818
13104
5796
263,8
Mrt.
1285
782l
1502 8443
1294
5708 259,4
April,,
13063
752
15123
9123 12904 5774
262,4
Mei
13103 7764 1643
931
1327
5988
272,2
Juni ,,
1338
800
17414
937 13714
6188
281,3
Juli
13394 8054
18544
10334
1417
6450
293,2
Aug.
1380 8224 18773
1040 1383 6503
295,6
Sept. ,,
1399
8174 19793
1047
1344
6587
299,4 Oct.

,,
1412
838
2123
1064
1358
6795
308,9

26 November 1919

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1085

In .de groep ;,granen en vieesch” waren de noteeria-
gen ‘voor tarwe, :zoowel binnen- ais buiteniancische,

een weinig lager. Haver noteerde aanzienlijk lager,
gerst, aardappelen en rijst daarmitegen h.00ger;

vleesch was onveranderd. Bij de groep anidere voo-
dings- en genotmiddelen” is er een aanmerkelijke

vooruitgang in de th.eeprijzen, daar ide vraag nog

steeds het aanbod overtreft. De kosten van productie
tot aan de markt zijn, volgens de Tea Broker’s Asso-
ciation te Londen, ongeveer 7 d. per pond meer dan

v66r dell oorlog. Bôhalve een kleine veiihoogi’ng in

den koffiepr.ijs zijn er geen veraniderjngen in deze
groep. Suikerprijzen zijn eveneens onveranderd.

Bij de weefstoff en is de katoenprijs sedert het begin
van ide maand gestegen. De Amerikaansche oogst

heeft veel te lijden gehad van de zware regens en ex’ wordt verwacht, dat de kwaliteit beneden het gemid.
doicie zad zijn. Ofschoon de Engeisehe regeering

groote liöeveelheden wol vrijlaat, stijgen ook de wol-prijzen. Vies bloei onveranderd en jute vas iets lager.

[Lennep is echter, na een daling aan het einde van
September, opnieuw opgeloopen als een gevolg van

gebrek aan vrachtruimte en een vastere markt in

Amerika. Bij de groep ,,delfstoffeu” was de voor-
naamste verandering een scherpe rijzing in lood; tin en koper waren ‘daarentegen iets lager. Bij de groep

,4iversen” was Ieder duurder; oliezaden herstelden

zich iets van de daling gedurende ‘de voorafgaande
maand en talk steeg twee punten.

Kleinhandelsprijzen.
De verhoudingscijfers van
verbruiksartikelen, in den handel gebracht door de
Coöperatieve Winkelvereeniging van ,,Eigen Hulp”
te Amsterdam, Haarlem, Arnhem, Utrecht, Leeuwar-

den en ‘s-Gravenhage (voorheen E. H.), welke door
het Centraal Bureau voor de Statistiek
gepubliceerd worden, zijn de navolgende.

ArUkclen
1913 1914
1915
1916 1917
1918
97f)
1919

157
143
160
230



113
116
142 165

123
252 248

Erwten

…….
Gort

……….
Koffie ……..
88
91
100
118 174
167
167
Margarine .
.94
127
99
102 110
122
136
155 155
Soda

……….
83
83
117 267


233 233
Stijfsel

……
103
107
130
157
320 680
447 440
100
100 125
161
179 193
200 200
Stroop

…….
Suiker(basterd) 89
91
105 115 116 120
127
127
11

(melis)
85
89 98
102
103
105
108
108
Thee

………
112 113
116
119
127
119 139
141
Verniicelli ..
121 128
203 207


314
310
Zeep (zachte)
87
87
121
158


396 396
Zout

………
80
80
90 90
110
190 160
160

De prijzen voor het jaar 1893 werden gelijk 100
gesteld.

DE RIJKSMIDDELEN

In dit nummer treft men aan het gebruikelijk
overzicht met bijlagen, ‘van de opbrengst der Rijks-
middelen over de eerste tien maanden van het loo-

pende jaar, vergeleken met de overeenkomistige eijfels
van het vorige jaar.

De oorlogswinst- en verdedi’gingsbela.stingea
brachten tot dusver in totnaj op een bedrag van
f
641.539.343, waarvan
f
479.504.537 op rekening
komt van eerstgenoemde heffing.

Met inbegrip van de opoenten ten behoeve van het
Leeniinigsfonds – bhalve idie op den Suikeraceijns,
welke geene verzwarinlg van belastingdruk medebrach-
ten — is dus in totaal
f
772.868.281 ontvangen uit
belastingheffing, die haren grond vindt in de buiten-
gewone omstandigheden.

De gewone middelen brachten in de afgeloopen
rnaaid
f
33.432.086 op tegen f21.467.422 in October
1918 en ver.toonen mitsd.ieii een vooruitgang van
111.964.664.

De opbrengst der afgeloopen maand overtreft de
raming met het anzienIjk bedrag van
f
14.828.711,

de opbrengst van de eerste negen maanden van 1919
overtreft de raiming met
f
62.465.576, zoodat over de
eerste tien maanden van 1919 de opbrengst de raming
met het aanzienlijk bedrag van
f
77.294.287 te hoven
gaat.

Dit gunstig resultaat is voornamelijk toe te schrij-
von aan een ruimer vloeien over dië tien maanden
van ide inkomstenibelasiting, de diiv’ideird- en tantième-
belastinjg, ide verimogenshelastinig, van de accijnzen op

suiker, gedistilleerd, bier en geslacht, van de zegel-,

registratie-, successie- en invoerrechten, van de belas-

ting op gouden en zilveren werken, het statistiek-

recht, het recht op de mijnen, de domeinen en de
loodsgelden.

Tot de gunstige resultaten over October 1919, in
veiigelijkiinig met October 1918, droegen de zooeven
genoemde middelen – met uitzondering van de

inkomstenbelasting, iden suikeraccijns, ‘den geslacht-
accijns, het recht op de mijnen en de domeinen – bij.

Daarnaast kunnen genoemd worden de grondbelas-
ting, de personeele belasting en den wijnaccijns.

Trager vloeiden naast de inkomstenbelasting ide
suikeraccijns, ide zourtaccijnis, de geslachtaccijns en de
domeinen.

Hte ruimer vloeien van de grond-, personeele-,
dividend- en tantième- en rvermogensbelasting hangt
waarschijnlijk samen met ditinhalen van den achter-
stand bij de vaststelling ‘deî aanslagen en ‘de invorde-
ring hiermede ‘verband houdend.
De meerdere opbrengst van den wijnaceijns kan

*orden toegeschreven aan ‘den grooteren invoer van
wijn.

De hoogere opbrengst van den gedistilleerdaccijns is
een gevolg van de, op 7 April 1919, ingegane accijns-
verhooginig en van eene toeneming der beschikbare
grondstoffen; dit laatste deed waarschijnlijk ook bij
de hoogere opbrengst van den bieraccijna invloed
gelden.

Het ruimer vloeien van de zegelreuhrten zal ook nu
wel voor een groot ideed zijn toe te
schrijven
aan de
met 1 Augustus j.l. in werking getreden wet van

27 Juni 1919 (Staatsblad No. 432) tot wijziging der

Zegelwet 1917, aan de verlevendiging van den Effec-
tenhandel en aan de versc)herping van het toezicht.
De stijging van de opbrengst van het registratie-

recht moet waarschijnlijk woridën toegeschreven aan
de talrijke emissies en overganigen van vast goed.
De belangrijke vooruitgang in de ophrengst van

de suecessierechten is waarschijnlijk toe te schrijven
aan de waardedaling van het geld, waardoor grootere
geldswaaaiden worden nagelaten, geschonken of bij
overlijden overgaan. Voorts doet thans de belangrijke sterfte in ide griepperiode haren invloed gevoelen.

De meeidere opbrengst van de invoerrechten, het
‘statistiekrecht en de loodsgelden vloeit voort uit de
vorlevenidiging van het internationale verkeer, terwijl
boven:dien wat de eerste’ twee ‘middelen ‘betreft, de
sterke prjsstijtginig ‘haren invloed op de ontvangsten
doet gevoelen. –

De toename van de opbrengst der belastin* op
gou?den en zilveren werken is grootendeels toe te
schrijven aan het terugkeeren van meer normale to’e-

standen en aan do toenemende neiging van velen tot
het koopen van weelide-artikelen.

Dat de inkomstenbelasting een lager cijfer aan-
wijst, is uitsluitend het gevolg van de werking der

i
wet op de dividend- en tan.tièmebelas’ting, welke mede-
brengt, idat de rechtspersonen niet meer aan de inkom-
stenbelaistiarg zijn onderworpen. De mindere opbrengst
van den suikeraccijirs houdt verband met een minder
groot verbruik van suiker- en suikerhoudencie spijzen, nu weder andere voedingsmiddelen in voldoende mate
zijn en bovendien de hoogere suikerprijzen, daarop
hun invloed doen gelden.

De lagere opbrengst van den zouitaccijns is een
gevolg ‘van het verbruiken van de groote, gedurende

den oorlog gevormde ‘en veraccijnisde voorraden; die

1086

ECONOMISCH-STAflSTISCHE
BERICHTÉN

26
November 1919

van den geslachtaccijn’s houdt verband met de eeni’gs-

zins lagere vleeschprijzen alsmede met de omstandig-
held, dat het vorige jiar meer vleesdh voor het legei

benoodigd was dan thans.

Wegens gebrek aan ruimte moet de plaatsing van

het slot ivan liet artikel De Inter na t:i o ii al e

Luchtvaartc’onventie, ‘door
Mr. J. F.

Lycicictnia
d
Nyeholt,
tot het volgend nummer worden

uitgesteld.

AANTEEKENINGEN.

Post, Telegraaf en.
Telefoon in de

Unie
van Zuid-Afrika.*).Dernoeiiiikheid

om in een gebied als de Unie van 478.076 vierkante

mijl met een dunne bevolldng (6.872.164, waaronder

een half millioen blanken) toch aan de niet geringe

eischen van een modernen P., T. en T.-‘dienst te vol-

doen, wordt in idit artikel door den schrijver op be-

vattelijke nu bescheiden wijze aangetoond. Nu de

oorlog, die ook in de Unie in verschillende richtingen

een belenimerenden invloed op dan gang van liet he.-

drijf heeft uitgeoefend, tot •ht verledene ‘behoort, is

de tijd gekomen, om naar de meest moderne huipmi.d

delen voor de bevordering izoowel van den post-, als
van den telegraaf- en telefoondienst uit ‘te zien. Voo•

den postdienst is daarbij het oo.g gericht op het

vliegtuig als vervoermiddel der dépêches.. De reus-
aohtige afstanden, die de belangrijkste plaatsen
scheiden, maken liet vliegpostv’raagstuk tot een •vaii

voel .grooter belang ‘dan bij ons. Reeds worden es
niaatschappijen gevormd voor ‘het personen- en goede-

renvervoer per vliegtuig; de daardoor geschapen gele-

genheid zal mede ‘door de posterijen knnnen worden
gebruikt. De postverbindingen ,Pretoria-Durha-n,

Joha d
nnesburg-Kaapsta en Johannesburg-Port Elisa-

both en Oot-Ï.onden zouden bij een geiid.delde snel-
heid van 80 mijl kunnen worden afgelegd achtereei-
volgens in 4, 12 en 8 uur. Voor de verbinding met
hét moederland komen in aanmerking een. Oostelijke

route via Marseille, Napels, Oreta, Egypte, het Nijldal

en Noordelijk Rhod.eisia en een westelijke via Bor-

deaux, Gibraltar, de Sahara, Lagos, Angola en Rho-
desia. In verband met ide meteorologische gesteldheden

schijnt de Oostelijke route (7800 mijl) het gunstigs
voor de reis van Engeland en de Westelijke (7210 mijl)
voor die naar Engeland te zijn. De schrijver verwacihs
de totstandkondng der 1 uch’tpostverbiinding tusschon

Zuiid-Afrika en Engeland binnen niet te langen tijd.
1)

Voor de verbetering van den telegraaf- en. telefoon-

dienst zullen nieuwste methodes toepassing vinden. Iii.
Zuid-Afrika is een nnachineschrifttoestel van het

,,C,reed”-systeem in gebruik. Hierbij worden op het

kantoor ‘van ‘afzending str’ooken papier met Morsetee-
kens geperforeerd en vervolgens in den seingevor
gebracht. Het kantoor van ontvangst krijgt daardoor
een strook met dezelfde perÏoraties. Deze strook laa

kien ‘daarna door een soort schrijfmachine loopen, die
het Morseschrift in gewone schrijfmachineletters over-
zet. Deze wijzè van w’eriken gaat met een snelheid van
100 woorden per minuut. Verder wordt een multiplex-
systeem gebruikt, waarbij gelijktijdig vier berichten
over één draad worden gebracht en een capaciteit van

160 woorden per minuut wordt bereikt. Ook hier is
het belang van een intens gebruik der aauwezigè

geleiffingen wegens de enorme kosten van aan-
leg over ‘de ‘groote afstanden zeer aanzienlijk.
Deze kosten maken tevens ‘de • toepassing van

draadlooze tel’egraafstations, niet slechts langs dè
kust, maar ook in het schraal bevoikte ‘binnenland,
wenschelijk. Hiertoe worden reeds maatregelen over-

*) Ontleend aan: .,Die Toekomstige Ontwikkeling van die
Pos-, Telegraaf- en Telefoondiens van (lie Unie van
Suid-
Afrika,” door Jer. Wilson,
C. W. G.,
Posmeester-Generaal
(Zuid-Afrikaans Journaal van Nijverheid, Sept
1919).
1)
[Vergelijk ,,De Luchtvaartweg CaIro—Kaapstad, pag.
674
v.v. van dozen jaargang. – .Red.]

w6gen. Tot’ nu toe vallen onder het beheer der poste-

rijen ‘nog’ siechtis twee stations te Slangkop en Durba’n.
De draadlooie telefonie zal, medé als gevol,g:van de

te veruachten ‘instelling i’an luahtpost- en passagiern
diensten, zonder twijfel binnenkort toepassing vinden.

De ‘lange afstanden, waarover getelefoneerd moet wor-

den, maakten tot voor kort liet gebruik ‘van buiterige-

woon zwaar koperdubbelidraad ‘noodzakelijk, waardoor

cle weerstand van de lijn wordt gereduceerd. Nadat

voor enkele jaren door het inbrengen in degeleiidin
op bepaalde afstanden van speciale inductiekloss’en do

diameter van de gelei.dTaden reeds aanmerkelijk klei-

ner ‘kon zijn, is in den laatsten tijd eene nieuwe

technische verbetering ‘in uitvoering, ‘die, vooral

indien gecombineerd met het systeem d’er inductie-
klossen, nog meer in ‘die richting doet verwachten en

do iduidelijkhoid der gesprekken zeer ten goede komt.
Verder wordt in de -toepassing van een nieuwe

vinding ‘op het gebied ‘der multiplex-telefon’ie een

welkom middel tot bezuiniging op het draadgebruik
verwacht. Deze uit Amerika overgenomen vinding
maakt het gelijdetij’dd.g voeren van 5 gesprekken langs

én geleiiding ‘mogelijk.
Wat de locale telefonie betreft, zullen te Johan’nes-
‘burg, Kaapstad en Pieter Maritzburg geheel automa-

tische telefooncentrales worden in gericht, waardoor

de aangeslotene in staa’t is zichzelf de geweuscht.o

aansluiting te geven. Terwijl in Amerika door coöper’a’tie van boeren, die

op verre afstanden wonende, onderling een ‘telefoon-
geleiding bouwen, waarin
zij,
samen zijn opgenomen,

een goedkoope aansluiting van de pla’titelandshewoners

aan het hoofdtelefoonnet mogelijk wordt gemaakt, zijn
d’e hoeren ‘in de Z.-A. Unie voor deze wijze van aan-sluiting ‘niet te vinden, aangezien zij elkaars gesprek-ken kunnen medeluisteren. Men is hier dus aangewe-
zen op afzonderlijke aamn’sluiiting van eiken gegadigden

boer. Men gebruikt er een speciaal licht soort mate-

rieel voor. De administratie heft eene geringe vergoe-

ding ‘hiervoor.
Voorts wordt ‘de pl’atitelandspos’tdien.st besproken. Er

zijn 288 wat de schrijver noemt ,,’hoofdpostdien-

sten”, ‘die de communicatie onderihouden tusschen de
belangrijke centra onderling en met het spoorwegnet.

Van deze hoofd,postdiensten gaan voor de eigenlijke
Pl a’ttelandsvoorzien’inig uit 1189 ,,takpostdien’s’ten”.
Deze worden uitgevoerd met motoren, wagens, te
paard, per fiets of te voet. De plattelandspakketpost
is tot nog toe wegens ‘te groote afstanden, slechte

w’egen en ‘de kl’innaatsgesteldheid geen succes geweest.
Voorloopig meent men voor het vervoer van bepaalde
1 andbouwpakketten. speciaal met ame’ltharen en vetten
inhoud, d’e voorkeur aan particulier wegtransport en

vervoer per spoor te moeten geven.
Een ‘typisch staaltje van protectie.geest levert ‘de
oppositie van de Kamers van Koophandel tegen de

invoering van”deii remboursdienst. Zij zijn nl. bang,
dat de groo’te firma’s aan de kust, die
talrijke
geïl-

lustreer.de catalogi over het binnenlahd zenden, op
,,oniillijke” wijze zullen concurrenten tegen ‘de kleine

winkeliers in de binnenlandsche centra.
Ten slotte worden ‘dé bijzonderd diensten genoemd,
waarvoor de posbdien.st than’s zijn bemiddeling geeft
(belastinggaarder ‘voor andere departementen) en waartoe hij zich mettertijd, evenals thans reeds de

Britsche postadministratie, zal leenen (koop- en ver-koop staatseffecten, levensverzekring, eni.).
,
J.O.

De Zweedsche scheepvaart. –
In het

Septembernummer van Swedish-Export treffen we

een artikel aan over ,,Ocean Traffic and Swedish
Transmarine Steamship Lines”. Na een ‘algemeen
overzicht van de groote handelscentra der wereld en

de onderlinge verbinding van deze ‘door scheepvaart-
lijnen wordt een overzicht gegeven van de ontwikke-ling der Zweedsche handelsmarine, hetwelk de ‘volle

‘aandacht waard is.

26 November
1919

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1087

Pas in ht begin. ‘der twintigste eeuw hegonnen z,ich

geregelde Zweedsche sch’eepvaartlijnen over de wereld-

zeeën uit te strekken. In de ernstige internationale
concurrentie was het voor Zweden een gunstige om-
• st

andighei.d, dat het in hout en grondstoffen voor de

industrie belangrijke exportproducten ‘had, terwijl de
toenemende in-dust’rialisatie den import van graan cu

diverse:gr on-dstoffen ‘deed vermeerderen.

J)e eerste -overzeesche verbindingen waren ‘de Zuid-

Afrika-lijn en de Rederiaktiebo’laget Nordstjernan
(Johnson Line) op Argentinië. Beide lijnen waren

creaties, resp. van Lund;gren, reeder uit Gotheu’burg

en Oonsul-Generaal A. J-lrnson. De Zuid-Afrikalijn

‘wordt onderhouden door ‘de T’ransatla-n’bj’sche Stoom-
vaart-Mij., welke een van de grootste Zweedsche reede-

rijen geworden is. Zij onderhoudt tegenwoordig dien-
sten op Zuid-Afrika, Aus’tralië, Perzië, Indië en de

Soenda-eilanden, Mexico, Vereenigde Staten en Sene-
gam’b-ië. Zij vervoerde in 1905 slechts 59.000 t. vr.aclrt,

terwijl ‘de get,r’ansporteer-cle hoeveelheid ‘in 1917

390.000 t. ‘bedroeg. De vloot bestaat uit 50 ‘schepen
van 1000-5900 R.T. inhoud.

G’rooten invloed op den handel van Zweden met Zuid-‘meiika had de Jolnson Line, welke in 1890

opgericht wei»d. Haar vooruitgang onder ‘de leiding

van A. Johnson is nauw verbonden met ‘de exploitatie
der rijke ijzererts-bedd’in.gen in N-orrla.n.d. Sinds 1900

werd ‘het ijzererts reeds op ‘booten ‘der reederij naar
de Ver-eenigde Staten vervoerd. Door ide -opening ‘van

een geregel’den dienst op AT.gentin’ië in 1904 is ‘de
J’ohnson Line tot de tra’nsatlant’ische stoomvaart

ver
bindingen te rekenen. Het succes’ der onderneming

blijkt uit ‘liet feit, ‘dat de Zweedsche export van hout,

papier, cement, ens., naar de La Plata’lan’den en Bra-
zilië, diie in 1900 ongeveer 23.000 Kr. bedroeg, in

1910 reed’s op 6,7 -mi-ilioen Kronen en in 1917 op

17,1 mill’ioen Kronen gestegen was. In 1913 bedroeg
de import van koffie, .graan, lijnzaad, wol, hui’den,

enz., uit die streken 37 -milli’oen Kronen. De motor-
schepen ‘der Johnson Line varen ook reeds ‘door -het

Panamakanaal naar Chili en langs de Pacifickust
tot Cana’da.

De Zweedsch Oôst-Asi’atischo Mij., welke gezamenlijke

diensten met een Deensche en Noorsche ‘maatschappij
op Oost-Azië onderhoudt, werd in 1907 opgericht.

De ‘directe verbinding tu-sschen Zweden en Noord-‘
Amerika kwam in 1912 tot stan’d. Sinds 1914 worden
twee -dienst.en onderhouden, nl. één op de N-oord-At.

lanbi:sche -liavëns en één op Oii’ha en ‘de havens aan -de
Golf van Mexico.

De laatste groote dienst, -dien Lundgren ‘aan ‘de Zweed-
sche -handel-smar-jne -bewees, was de schepping van
een passagiers- en postdienst

op Noord-Amerika. In
1914 kwam de Reder’iaktiebola,gii-t Sverige-Nerdarne.

rika tot stand. Het in Nederland -gekochte ‘dubbel.
schroefstoomschip ,,Stock’holm” ‘vertrok voor -het eerst
in September 1.914 met passagiers uit G-othenburg
naar New York, -on’dr Zweedsehe vlag.

Zoowél de Atlantische al-s ‘de Indische Oceaan wor-

den dus in verschillende richtingen door Zweedsc’he
s-toom’vaartlij’nen ‘doorkruist, terwijl fde Zweedsehe vlag
ook aan de kusten van den Groeten Oceaan vertegen-
woordigd i-s.

De Zweedsdhe overzeesche scheepv’aar’tlijnen zijn
scheppingen van ‘de laatste 15 jaren: tot stan’d geko-

men onder moeilijke buitenlan-dscheconcurrentie, ‘ble-
ken zij in staat te zijn pionierswerk voer ‘den handel
te verrichten.

De Duitsche ,,Seeidienst”. –
In het arti-
kel ,,Aanvallen op Ll’oy’d”s”, pag. 281 van ‘den ja’argang
1918, later in eene -aanteekexiing, pa-g. 1055 van -dien
jaargang, is sprake geweest van den Duitschen ,,See-
dienst”. ,,H a n de l.s b e r’i ch-t-en” bevat thnns de
navolgende mededee1inig over de samenwo-eging van
den ,,Hambzirger Seedienst”
met den
,,Deutsche’n.
Ueberseedierist.”

,’,De Deutsche Ueberseedienst G. za. b. H. Berlin, Krausen-
strasse 38-39 is ontstaan uit een syndicaat, dat zich de
verbeterin,g van den inlichtingendienst in binnenkomende
en uitgaande richting tot doel had gesteld.
,,Dit syndicaat heeft zich in den oorlog gesplitst in de
,,Transocean G. in. b. II.”, die in zeer nauwe betrekking tot
het ,,AusviLrtige Amt” zich vÔör alles toelegde op verbete-
ring van den politieken inlichtingendienst en in cle ,,Deut-
sche Ueberseeclieast G. m. b. F1.”, die het zwaartepunt harer
iierkzaamheid in economische richting zocht.
;,De kringen, die den ,,lJeberseedieast” met een kapitaal
eerst vaii 1,9 millioen Mk., later verhoogd op
5
millioen Mk.,
in het leven geroepen hebben, zijn hoofdzakijk de ,,Rhei-
nisch-Westfii.lïsehe Seh’eriu’dustrïe”, met vdoraan Krupp,
lfngo Stinnes en de groote Hamburgsche export-firma’s. ,De Ueberseedienst 0. m. b. H. is na den oorlog het concen-
tratiepunt geworden van eene serie ondernemingen, die als
hoofddoel hebben het bevorderen van den Duitschen handel
cii industrie, wat, zooals men terecht heeft ingezien, niet
alleen door verbetering van den objectieven inlichtingen.
dienst kan: geschieden. Tot deze ondernemingen behooren de
Deutsche Lichtbild-Gesellscbafft”, waarbij het ,,Leipzige.r
4
essamt” en de ,,Buucl 1)eutscher Verkehrsvereine” sterk
geïnteresseerd zijn; verder de ,,Deutsche Ueberseedienst-
Verlags G. in. b. II.”, die de ,,Eeho”, het orgaan van de
Duitschers in het buitenland, de ,,Export-Revue” en export-
tijdschriften in verscheidene talen uitgeeft. Ook de ,,Ala”
Allgemeine Anzeigen G. in. b. H. kan ‘er bij worden gere.
kend, alhoewel deze eene anderebedrijfsleiding heeft.
,,De ,,Uamburger Seedienst” is eene instelling, die de
Duitsehe scheepvaarts- en scheepsassurantiekringen van
Lloycls onafhankelijk zou maken, feitelijk dus bedoeld als
concurrent van Lloyds. Hierachter staan de reeders, assura-
deurs en exporteurs, terwijl ook de groot-industrie zich voor
de zaak interesseerde. Het is duidelijk, dat door den uitslag van den oorlog- en het sterk verminderen van de Duit,sche
handelsmariue, van de plannen van den ,,Hamburger See-
dienst” niet veel terecht is gekomen. Dit zal ook de- reden
ziju, waarom hij door den ,,lJeberseedienst” is opgezogen.”

REGEERINGSMAATREGELEN OP
HANDELSGEBIED.

U itvoerver’b old en. De Minister van Land-
bouw heeft tot nadere aankondiging dispensatie ver-
leend van de volgende uitv’oerverboden:

met ingang v-an 20 November van het verbod tot
uitvoer van
foezelolie,
vallen-de onder het uitv’oerver.
lyod voor geneesmiddelen, ver!bandmiddelen en de
-grondstoffen ‘daar voor;

met ingang van 22 November van ‘het verbod tot
..
uitvoer van ijzer en staal en -hu’n legeerinigen in elken

vorm, voor oover betr-ef t allen afval van ijzer en staal;
‘met ingang van 20 November van het verbod tot
uitvoer van
cich,orei in eiken, vorm
(daaronder begre-
pen cichoreiw’ortelen) en
peekoffie;
met ingang van 22 November van het verbod tot
uitvoer van
turf,
vallende onder ‘het uitvoer’veribod
van steenkelen, ens.;

niet ingang van 24 November van -het verbod tot
uitvoer van
triplexplaten,
vallende on-der liet uitvoer.
ver-bod voor alle ‘hout; van
staviiol en capsules,
vallende
onder het uitvoerverbod voor tin en tiniegeerinigen, als grondstof en bewe
r
kt,
;
van
wikkelband en pitriet,
val-
len’de onder ‘het ui’tvoerverbo’d voor rotting en van
Haarlensmero iie,
vallende -onder ‘het uitvoerver.bod voor lijnohie, en voor terpentijn, alle harsen, enz.;
-met ingang van 25 November van het verbod tot
-uitvoer van
kacheigianspasta,
vallende onder -het uit-v-oerverbod voor graphiet en daaruit vervaardigde ar-tielen; van breimachinennaiden,;
van
slijpmiddeien
,

(‘al’oxite, -alundum, ama’r’il, car’borund um, corundum en
aIle gelijksoortige ‘slijpmiddelen) en van
bereide taf ei-
mosterd,
vallende ‘onder liet u’itv’oervei’bod voor lijn.
zaad, kool- en raapsaad en andere olieza-den, enz.;
met ingang van 26 November van ‘het verbod. tot
uitvoer van
mout,
vallende onder het uibvoer,r-erbod voor alle producten, afk’onistig vailbaver, tarwe, spelt,
rogge, gerst, .boekweit en m’aï-s.

Uitv-oerzaajz -a,d en. De Mini-ster van Land.
bouw maakt “bekend, ‘dat ‘de voorwa’ardin, waarop zaai-

Particul. mijnen.

Domaniale mijn
42.028
Mijn Laura en Ver-
45.000
Oranje-Nassau
64.036

eeniging ……..

Mijn Willem So-
mijnen ……….

phie …………
15.300

Totaal ….
166.364

38.380

39.938

41.859

36.200

42.500

38.700

73.596

65.350

73.941

20.500
1

15.800

20.000

168.676

163.588

174.500

Totaal aeneraall
294.017 j 297.573
1
289.795 1
307.886–

1

Oct

.Sederl

UCereen-

1

1919

1
Januari

komsilge
1919

1
periode 1918
S

1088

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

26 November
1919

zaden kunnen rworden uitgeoerd, uitsluitend moetei

worden opgevat als beperkende bepalingen, beoogen-

de te voorkomen, dat groote hoeveelheden graan en

zaad onder den naam van zaaizaad zouden worden
uitgevoerd, doch niet om eenigen invloed uit te oefe-

nen op de qualiteit van het uit. te voeren zaad als

zaaizaa’d. –

U i t vee r k aas. Het Zuivelkantoor heeft aan

de exporteurs bericht, dat de uitvoer van de tweede

15 pOt .van den voorraad op 30 Augustus ji. geoor-
loofd is op dezelfde voorwaarden, ‘diie voor den uit-

voer van de eerste 15 pOt. golden. (Zie ‘het overzicht

in No. 198.)

S a -g
0
en pa k m ee 1. Nieuwe maximu-mprijzen’

in groot-, tusichen- en klein’han’del zijn vastgesteld

voor sago en pakmeel. –

M a ï s. Door het Rijksgraan’bureau aangekochte

maIs wordt thans ter bevordering van de meikvoor-

ziening verkrijgbaar gesteld voor melkveehouders in

Noord- en Zuid-Holland en in Utrecht; de prijs is

f
191 per 1000 K.G.

R ij k s k a nt
0
o r voo r k aas. Dit kantoor is

met ingang van 1 December opgeheven.

Voorlichtingsdienst ten behoeve

van ‘den vezelhandel en ‘de veze1-
n ij ve r h e i d. Reeds geruimen tijd zijn plannen

aanhangig tot het instellen van een dergelijken. dienst

hier te lande. Thans is bij K.B. van 13 November be-
noemd tot technisch adviseur van dezen Voorlichtings-

dienst, tevens tijdelijk belast met de leiding daarvan,

Mej. S. van Hoytema, conservatrice bij ‘het gebouw
voor werktuigbouwkunde aan de Technische Uooge-

school te Delft. Aan de plannen is hiermede dus een

begin van uitvoering gegeven.

A r b e i ds w e t. In Staatsblad No. 624
is
afge.

kondigd de wet van 1 November 1919, houdende bepa

lingen tot beperking van den arbeidsduûr in het alge-
meen en tot het tegengaan van gevaarlijken arbeid. ‘

1 n d i s c h t a r i e f. Ingediend is een wetsont-‘
werp tot nadere wijziging van de Indische tariefwet.

MAANDCIJFERS.

PRODUCTIE DER KOLENMIJNEN. *)

(Ontleend aan ,,Maandschrift Centraal Bureau Statistiek”)

POSTCHEQUE EN GIR0DIENsT:

September

October

Aantal
1
Bedrag

Aantal
I
Bedrag

Aantal rekening-
houders op u°.
17.863

18.799
Aantal rekenin-
gen op u°…..
18.498

– .

19.404


Stortingen ……

90.136 41.145.102 100.027

42.752.676

Overschrijvingen

46.729 96.218.227 55.372 101.956.906
Afschrijvingen

54.959 28.640.719, 60.453

29.767.136
Totaal tegoed reke-
ninghouders op
u°.I

1157.302.79311

1169.91 5.924

OVERZIORT DER RIJKSMIDDELEN.

(In Guldens).

Oct

Sedert

Overeen.

1919

1

1 Januari

komstige
1919

periodt 1918

!)irecie
belastingen. –
Grondbelasting
…….760.494 13.811.582 13.355.355
.
Personeele belasting

2.535.437 11.668.220 10.582.716
Inkomstenbelasting

3.643.141 43.453.746 51.956.318
Dividend- en tautidme- belasting
………..1.780.081

8.388.261

Vermogensbelasting

573.685

5.495.139

2.668.092

Accijnzen.

Suiker
……………3.528.964

31.288.953 35.208.732

Wijn
……………..35.156

836.166

1.257.995

Gedistilleerd
………4.073.972 29.357.502 16.127 207

Zout ……………….
174.384

1.225.395

2.436.614

Bier ……………….
191.982

1036.254

976.159

Geslacht
………….1.373.168 11.319.825

9.389.634

Indirecte belastingen.
Zegelrechten …….. .
.2.279.852 1)16.799.605
8
)10.995.248
Registratierechten ..

5.369.202 29.122.478 22.255.934
Successierechten ……..
3.385.994 27.358.596 19.-770.512

Invoerrechten
…………
2.954.329 22.714.332 6.943.950

Gouden en zilveren werken

Belasting ……………
85.708

735.241

67.242

Essaailoon

81

705

71

Statistiekrecht
……….
412.322

3.502.554

880.702

Mijnen …………….
..-

484.729

Donleinen
…………..
204.893

2.840.642

2.467.452

Staatsloterij
..
…………
169.105

625.555

625.298

Jacht en visscherij ..

8305

272042

273.225

toodagelden
…………
161.831

990.517

174.625

Totaal ……….
.33.432.086 _
263.3280391 208.983.267

OPflRNT1N VOOR
HET LEENINGFONDS 1914.

Naam van de

Augustus

September

Mijn

1919
1
1918
1
1919
1
1918

Btaatsmijnen.

,,Wilhelmina”
45.942
51.825
46.286
53.161

,,Emma ……….
.
54.302
59.967
53.569
61.782

,,Uendrik” ……..
..
27.409
17.105 26.352
18.442

Totaal .. ..
127.653 128.897 126.207 133.386

) In tonnen.

Het ,,Maandschrift” teekent bij de cijfers aan:-
zooals uit bovenstaande cijfers blijkt, bleef de pro-

ductiê tot dusver in de meeste maanden beneden die
van 1918 (slechts de maanden Januari, Mei en Juli
gaven een hooger cijfer). In totaal werd de eerste
9 maanden van dit jaar bijna 33.000 ton minder ge-
produceerd dan verleden jaar, terwijl de achterstand

van het eerste halfjaar bijna 57.500 ton bedroeg.

Directe belastingèn.

Grondbelasting
152.427
2.766.392 2.676.120

Pefsoneele belasting
449.927
f
2.080.710
1.900.359
Inkomstenbelasting 1.655.114
19.136.633 20.147.206

Vermogensbelasting
180.600
2.123.952
992.803
Dividend- en tantidme-
587.427
2.768.126
7.041.746
belasting ………..

Lccijnzen.
651.793
61.257.791
251.599
7.031
167.233
f.612.721
Suiker

……………

Gedist. (binn.-enbuitl.) 407.397
2.935.750
426.234
Wijn ……………….

Indirecte belastingen.

Zegelrecht van buitl. elf
46.470 539.260
3.981

Registratierechten ..
2
484

4.138.188
38.776.331
35.052.769
Totaal

BELASTINGEN IN VERBAND
MET DE
BUITEN-
GEWONE ÖMSTANDIGHEDEN.

I
Oct.

1919
Sedert
1 Januari 1919

Oorlogswinstbelasting

9.925.982

147.294.762

Verdedigingsbelasting
Iz

324.098

5.181.692

Verdedigingsbelasting Ib ….

1.132.437

20.360.201

Verdedigingsbelasting II ….

2.761.421

29.107.340

14.143.938

201.943.995

1)

Hieronder begrepen
f
720.135
wegens zegelrecht van
nnta’s van makelaars en commissionnairs in effecten, enz.
(Beursbelasting).

2)
idem
f
4.852.942.

2)
idem
f
1.974.158.

Ned (Disc.Wis
Bank BeI.Binn
i
Vrsch.tn
Bank van Enge
Duitsche Rijksi
Bank van Frani Oostenr. Hong.
Nat.Bank v. Dei Zweedsche Rijk
Bank v. Noorw

Belgische Nat. Bk.
Bank van Spanje..
Bank van Italië
Feder. Res. Bk.NY.
Javasche Bank.

4/1 sedert 1 Juli’15
41/1

,,
1

,,

’15
51/3
19Aug.’14
6

,,
6 Nov.’19
5

,,
23Dec.’14
5

,,
21Aug.’14
5

,,
12 Apr.’15
7

,,
21 Nov.’19
6

,,
13Juni’19
51/1

,,
11Mei ’19
5
21Aug.’19
3
1
/s
1 Oct.’19
5

,,
12Nov.’19
S

,,
10 Jan.’18
3-4

31/1


1 Aug.’09

3
1
/,sedert23 Mrt. ’14

3
29 Jan. ’14
4
5 Febr.’14
3
1
!,
29 Jan. ’14
4
12 Mrt. ’14
5

,,
6Febr.’14
48/,

,, 6

’14
41/,

,,
11

’14
3
1
!1
19

’14
4
30Jan.’14
48/1
24 Sept.’03
5

..
9Mei’14

3
1
13 ,,

1Aug.’09

26 November
1919

ECONOMISCH-STATISTISCHE
BERICHTEN

S;
.

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.

N.B.

beteekent: Cijfers nog niet ontvangen

GELDKOERSEN.

BANKDISCONTO’S.

20
Juli
1914

OPEN MARKT.

Data
Amsterdam
Londen
Part. Berlijn Part. Parijs
Part.
N. York
Cali-
Part.
Prolon-
disconto
gatic
disconto disconto
disc.
monea

22 Nov. ’19
4’/
4
5718
4
1
/s

6-7

8)
17-22 N. ’19
41/t/

t)
4_I/
5/8-6
4_0/

6-12


10-15 ,, ’19
4’18
4_’/,
5/4-6
4
1
/8

6-25
3-8

’19
4
1
/s
4-5
4
5
/8-5’/s
4’/s

6-20

18-23 N. ’18
31/
3
_41/
4

3i/_5
317/,,
4..8/,

584-6
19-24 N. ’17
3/4 45

4_8/8

3_51/

2O-24Ju1i’14
3 ‘/,-‘/,,
2 ‘/_’/
2 ‘/_’/
2
1/_1/
2’/
1 1/_21/,

3)
Noteering van 21 November.
1)
Het particulier dieconto der
gemeentewiusele wa, in de afgeloopen week
5/.I/
pCt. hooger.

WISSELKOERSEN.

WISSELMARKT.

Met uitzondering van Dollars en Zwitsersche Franken
waren alle wisselkoersen gedurende de afgeloopen week weder sterk terugloopend. Londen daalde tot 10,75
‘f
,
en
was heden wederom flauwer. Parijs was eveneens weder sterk
aangeboden en liep tot 27,40 terug; slot iets betei. België
hield zich aanvankelijk weder goed, maar werd later
eveneens in de daling medegetrokken. Marken waren reeds
direct op dec eersten werkdag zeer flauw en bleven bijna
de geheele week in de buurt van 5,75. Alleen Zaterdag
was de stemming iets beter, zoodat een kleine rijziug begon,
die aanvankelijk ook heden nog voortgang maakte. Weenen
was eveneens zeer flauw en werd zelfs voor 1,75 afgedaan, De neutrale wissels waren met uitzondering van Skandi-
navië, weder zooals gewend, tamelijk prijshoudend. Zwit-
serland kon zelfs niet onaanzienlijk verbeteren en noteerde
weder eenig agio. Skandinavië was echter buitengewoon flauw, zoouls hiervoor reeds opgemerkt. Indië onderging
geen verandering. Warschau ca. 5,-, Praag ca.
41/2,
Finland 9,50, Argentinië 115,-.

KOERSEN IN NEDERLAND.

Data
Londen

Parijs
5)
Berlijn
5)
Weenen
5)
Brussel
5$)
New
York”)

17 Nov. 1919..
10.92 27.35
6.05
2.-
30.25
2.668/
4

18

,,

1919..
1042
27.85
6.15 1.95 30.12+
2.66
5
/
19

,,

1919 ..10.83+
27.70
5.97
1.90
30.-
2.66
1
/
20

1919..
10.79
T
8

27.50
.5.82+
1.85
29.75
2.67
8
/4
21

,,

1919..
10.77
27.60
5.95
1.85
29.45
2.67
8
/s
22

,,

1919..
10.75,}
27.60
6.30
1.85


Laagste d.w.’)
10.75
27.30
5.60
1.75
29.20
2.66
Hoogste ,,

,,

)
10.98 27.95
6.40
2.20
30.45
2.678/
4

15Nov. 1919..
10.98 27.70 6.50 2.25
13055
2.66+3
8

,,

1919..
10.99
29.70
7.37+
– 2.65
83155

2.64
Muutpariteit..
12.10+
48.-
59.26
50.41
48.-
2.48
1
/4

5) Noteering te Amsterdam.
5*)
Noteering te Rotterdam.
1)
Particuliere opgave.
1) Noteering van 14 November.
3) idem van 7 November.

D ta
a
Stock.
holm
Kopen-
hagen’l
Chris.
tiania)
I

Zwiiser.
land)
Spanje
1)
Batavia 11
tdegrafisch
17Nov. 1919
61.50 55.60
59.60′
48.20
53.25
1018/
4

18

,,

1919
61.45
55.45
59.45
48.35
53.-
101
3
/4
19

,,

1919
60.50
55.30
59.-
48.60
53.80
101
8
/4
20

1919
60.-
55.-
59.-
48.50
53.25
101
3
/
21

1919
59.60
54.05
58.30 48.40
53.25
101
8
/4
22

1919
59.60
54.-
58.60 48.35
53.20
1018/
4

L’ste d. w.’)
59.40
53.25 57.90
48.-
52.50
101
3
4

H’ste
,,

,,

)
61.75
55.80 59.80
48.60
54.-
101
8
/4
15 Nov. 1919
61.80
55.95 59.85
48.30
52.45
101
8
/
8

,,

1919
62.20
56.35 59.90
47.55
52.-
102
1
/-
1
/, kluntpariteit
66.67 66.67 66.67
48.-
48.-
100
Noteering te Amsterdam.
3)
Particuliere opgave.

KOERSEN TE NEW YORK.

CoMe
Zicht
Zicht
Zicht
Data
Londen
Parijs
Berlijn
Amsierd.

(in
$
(in frs.
(in cents
(in cents
per
£)
P. $)
p.
4
Rm.)
per gld.)

22 Nov…..1919
4.04.50
9.60
nom.
37
8
/
Laagste d.week..
4.03.10
9.57
nom.
37’/É
Hoogste,,

,,

..
4.09.25
9.72
nom.
37
8
!8
15Nov ….. 1919
4.10.75
9.53
corn.
37
1
!,
8

,…..1919
4.14.75
9.03
nom.
37
3
/
Muntpariteit….
4.86.67
5.18ij4
951/4
408/j4

KOERSEN VAN DE VOLGENDE PLAATSEN OP LONDEN.

Plaatsenen
Landen
Noteerings.
eenheden
8Nov.
1919
15
Nov.
1919

Tijdperk
l7–Nov.
9

Laagste Hoogste

22Nov.
1919

Alexandrië..
Piast. p. £
97
8
/8
97
8
/s
97/8
97
8
/8
97
1
/,
•B. Aires
1
)..
d.p.gd.pes.
56
1
/l
56
1
1,
57
59’/8
58
8
18
Calcutta . . . .
sh/d.p.rup.
2/081,, 2/0
5
/io
2/01/
2

2/21/
2

2f2V4
Hongkong

.
id. p. $
4/6
4/8 4/8
1
!2
511
s/i
Lissabon….
d.p.escudo
26/4
25′!,
24 25
24
1
/1
Madrid

….
Peset. p..0
21.15
20.57
20.22 20.40
20.26
‘Montevideo’
d.p.pesô
597/s
61’/4
61
62′!2.
62V4
Montreal.. ..
$ per £
4.32
1
/s
4.28 4.22
4.26
4.23
1
1,
‘R.d.Janeiro.
d.p.u.tilr.
15′
9
!32
16
1
!,,
16
8
!,
17/,,
17
3
!,,
Lires p. £
46.78
49.03 47.00
50.50
48.75
Shanghai

..
sh/d.p.tael
6/7
7/0
6/11
714
7/4

Rome

…….

Singapore . .
id. p. $
2/4
8
/,
2/48/,, 2/46/,,
2/4
3
/8
2140/,,
‘Valparaiso..
d.p.pap.p.
ll
8
/is
11
10″/,t
ii’!,
11
1
/8
Yokohama ..
sh/d.p.yen
215
1
/8
2/5
1
/8
2I4/4
2/6
21 SV,
* Koersen
van
den
dag
voorafgaande aan de data in het hoofd vermeld.
1) Telegrafisch transtert.

GOUD EN ZILVER.

Sedert 29 Juli 1916 worden de dagelijksche ontvangsten
en onttrekkingen van goud door de Bank van Engeland
tijdelijk niet bekend gemaakt.

NOTEERING VAN ZILVER.

Noteering te Londen te New York
22 Nov.
1919 ……..
74
135
15
1919 ……..
67/4
124
8

,,
1919……..
67
123
1
/8
1

•,,
1919 ……..
65’/,
121
8
/8
23 Nov.
1918 ……..
48’/’)
101
1
!8
24 Nov.
1917
.
……..
42″/,,
85’/
20 Juli
1914 ……..
24
16
/is
541/
s

1)
Noteering van 22 November
1918.

N.U.M.

Weekstaat der Nederlandsche (Jitvoermaatschappij.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Buiteni.
Debet
5 pCi.
Credit
Dato
Bankiers
Schat.
Diverse
Schuld-
Diverse
kIstbllj.
reken.1)
brieven
reken.
1)

20 Nov. 1919..
3.498 58.650
1.478 17.166
47.967
13

1919..
3.045
58.650
1.504
17.164
46.524
6

,,

1919..
2.673
58.650
1.490
17.164
46.021
31 Oct.

1919..
5.549
58.650
2.174
17.164
45.557

21 Nov. 1918..
2.079
1

53.200
70.400 14.750
99.173
1) Beide rekeningen omvatten, behalve garantiewi8oels in portefeuille
tot het bedrag der buitenl. schatkistbiljetten. in hoofdzaak
garantiewiseels
in depbt bij de Neci. Bank.

—–

Dis-

buiten

BeIge.

‘””
Data

. ,

reke-

conto s

,v.-Ina.

ningen
ningen
t)
oeiaa,oaar

15Nov.1919

214.000

8 ,, 1919

.

210.000

1919

224.006

11 Oct. 1919 1.591 12.781 185.074 34.618
4 ,, 1919 11.872 14.224 185.001 31.960
27Sept.1919 11,931. 19.966 183.776 18.116
20 ,, 1919 12.239 19.909.180.332 17.296
16Nov.1918 9.190 17.494 82.441 18.786 17Nov.1917 7.156 33.570 71.791 22.671

25Juli 19141 7.259

6.3951 47.934

2.228
1)
Sluirpost der activa.

2) Op de basis
van 2/
5

baar

kings.
metaal- percen.
saldo

lage

89.000 90.750 86.500

87.220

41

84.609

41

83.441

4

83.104

40

60.510

41

55.989

44

4.842
2

44
metaoldekking.


SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Data

.
Metaal
Clrculatiè
Andere
opeischb.
schulden
Disconto’s
Div. rekc-
ningen’),

18 Oct.

1919

..
94
1.618
1.172
1.559
493
11

.
1919

951
1.685 1.066
1.566.
486

4

•,,

1919
.
..
,.
961
1.615
.
1.084
1.552
461
27 Sept. 1919

..
958
.1.504
1.130

.
1.495
301

le
Oct.

1918

..
899
1.554′
2
)
1.235′

1.265
191
20 Oct.

1917

..
569
1.214
906 999
1000

25
Juli

1914

..
645
1.100
1

580
735 396
t)
Sluitpost der activa.
5)
Hiervan
zilverbons
262
dz. gid.

Verschillen met den vorigen weekstaut:
Meer
Mmde,
Disconto’s

……………..

.
1.634.048,77′!,
Buitenlandsche wissels

47.598,-
Beleeningen

…………..
8.575.082,90′!,
Goud

………………..-
Zilver ………………..504.026,64

Bankbiljetten
15.799.555,-
Part. Rek.-Crt. saldo’s

. .

1.189.757,84’/

Voornaamste posten in duizenden’ guldens.

Bank

Andere
Data

Goud

Zilver

biljetten

opeischbarg
schulden

22 Nov.

1919
632.160
5.854
1.033.194
85.564
15

1919

..
632.160
5.350
1.048.994 84.480

8

1919

.
632.167
4.986
1.057.999
83.778
1

1919
632.167 4.955
1.068.074
76.052

25 Oct.

1919

..
632.167 4.907 1.010.411 92.941

18

1919
632.170
4.758
1.0131204
78.893
11

1919

..
632.173
4.662
1.015774
66.600
4

,,

1919

..
632.186
4.807 1.021.460
58.451
27

Sept.

1919

..
..
631.763
5.008
1.000.138
66.693
20

1919

.
..
631.690
4.905 989.558
78.479
13

1919
631.577
5.830
995.715
82.014

6

,,

•1919

. . .
681.587
5.801
1.003.950
66.211,’
635.593
5.823 1.002.879
72730
30 Aug.

1919……

23. Noû.

1918
695.415 ‘8.200 1.081.877
96.217-
24 Nov.

1917

.
692.377
6.883
852.847
63.735

26 Juli

1914

….
162.114
8.228
310.437
6.198

II
1090

ECONOMISCHSTATuITISCHEBERICHTEN

26 November1919

NEDERLANDSCHE BANK.

Verkorte Balans op 22 Nov. 1919.
Activa.

Binnenl.Wis-(H.-bk.

f
93.619.125,05
sels, Prom.,

B.-bk.

,,

462.644,55
enz.in
dise.( Ag.sch.
,,
43.764.044,781!1 137.845.814,381!1

Papier o. h. Buiteni. in
disconto

……………………..

Idem eigen portef..
f
48.559.513,-
Af: Verkocht maar voor
debk.nognietafgel.

,,


48.559.513
Beleeningen
H.-bk.

f157.528.389;71
1
I2
mci. vrsch.
B.-bk.

,,
12.182.880,69


Ag.sch.
,,
88.565.471,04

f258.276.741,44
1
!,

Op Effecten

……f253.202.141,44′!,
Op Goederen en Spec.
,,

5.074.600,-
258.276.741,441!,
Voorschotten a. h. Rijk ……

………

..
13.977.315,24

Munt enMuntmateriaal
Munt, Goud ……
f
5.410.940,-
Muntmat., Goud ..

,.575.749.475,01’12

f632.160.415,01
1
!3
Munt, Zilver, enz..

5.854.045,92
1
/
Muntmat., Zilver
..


638.014.460 94
Effecten
Bel.v.h.Res.fonds..
f

4.521.257,25
id. van ‘/sv.h.kapit.
,,,

3.938.409,621!,
8.459.6613,871!2
Geb. enMeub. der Bank …………….
3.312.000,-
Diverse rekeningen ………………
,,
46.916.554,42

f1.155.362.066,30
Vi

Paisiva.
Kapitaal

………………………
f
20.000.000,
Reservefonds

………………….

..
5.000.000,-
Bankbiljetten in omloop ………….
,,
1.033.194.485,-
Bankassignatiën in omloop ……….

..
2.113.592,37’/
Rekening-Courant saldo’s:
Van het Rijk ….
f


Van anderen

….

,,

83.450.459,32
1
!
83.450.459,32
1
/1

Diverse rekeningen

……………….
,,
11.603.529,60
1
!,

f1.155.362.066,30′!,

Beschikbaar metaalsaldo…………..
f
413.510
:
541,78
‘h
Op de basis van
2/5
metaaldekicing ……
189.758.834,44
‘It
Minder bedrag aan bankbiljetten inomloop
dan waartoe de Bank gerechtigd is
..,,
2.067.552.705,-

Discon to’s
Beschik-.
Dek-
Hiervan
D
0
0
Belee. baar

kings-

lotaal
Schatkist-
ningen
Metaal-
percen-
promessen
80
ao
lage
rechtstreeks

22 Nov. 1919

137.846

75.000

258.277
413.511
57 15

1919

139.480

77.000

266.852
410.062
56
8

1919

153.375

88.000

263.935
408.046
56
1

1919

149.956

86.000

277.271 407.544
56
25Oct. 1919

141.166

85.000

238.945
415.636
58
18

1919

142.813

89.000

227.312
417.741
58
11

1919

127.119

76.000

229.635
419.592
59
4

,,

1919

123.773

69.000

231.681
420.245
59
27 Sept.1919

123.673

61.000

216.579 422.639
60 20

1919

130.927

65.000

211.468
422.222
60
13

1919

136.139

65.000

213.829 421.095
59
6

.,

1919

122.819

50.000

220.151
422.589
60
30Aug.1919

111.649

47.000

236.647
425.494
60

23 Nov. 1918

231.138

146.800

141.874
467.512
60
24Nov.1917

66.631

55.000

91.965 515.027
76

25 Juli 1914

67.947

14.300

61.686
43.521
1
)
54
1)
o
p
de baoio
van
‘/

metaaldekking.

Uit de bekendmaking van den M
i
iii
ster
v a n

b’
i
u a n-
ciën blijkt, dat uitstonden op:

15November
919
I

22November1919

Aan schatkistprosnssen..
f414.380.000,-
f425.380.000,-
waarvan rechtstreeks bij
de Ned. Bank geplaatst
77.000.000,-
75.000.000,-
Aan schatkistbiljetten ..
98.370.000,-
,,

98.370.000,-
Aan zilverbons

………
,,

39.116.825,50
,

39.181.624,-

15
Nov.
1919
413.000
8
,,
1919
408.000
1
,,
1919
417.000

11
Oct.
1919
.
164.647
2.873
91.684

108.163
4
,,
1919
161.046
2.872
289.025

108.415
27
Sept.
1919
157.373
2.898
287.544

97.759
20
,,
1919

……..

156.063
2.794
289.025

90.788

16
Nov.
1918

…….. ……..

120.150
14.471
193.167

88.636
17
Nov.
1917
……..
85.550
16.898 174.535

53.560

25
Juli

……..

1914,

31.907
110.172

1

12.634

Wissels. ,.,,
Beschik-
Dek-

JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Naast de per mail ontvangen gegevens wordende telég
,
rafisch
bekend geworden totaalcijfers der obligo’s en uitzettingen en het beschikbaar metaaisaldo van latere data opgenomen.

1
Andere
Dato

Goud

Zilver

Bank-

opetschb.
biljetten

schulden

26 November 1919

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1091

BUITENLANDSCHE BANKSTATEN.

Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overzicht gegeven

van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten.

BANK VAN ENGELAND.

Voornaamste posten, onder bijvoeging der Currency Notes,

in duizenden pond sterling.

Data
Metaal
Circulatie
Currencu Notes.

Bedrag
Goudd.
Gov. Sec.

19 Nov. 1919
87.965
85.676
*5* ***

12

1919
87.986
85.903
339.648
28.500
321.215
5

,,

1919
88.030
86.030 334.750 28.500
321.333
29 Oct.

1919
88.064
84.455 336.578 28.500
319.379

21 Nov. 1918
75.171
65.223 293.791
28.500
273.032
22 Nov. 1917
55.856
42.472
1
191.944
28.500
165.644

22 Juli 1914

40.164
1
29.317

Data
Gov.
Sec.
Other
Sec.
___________

Public
Depos.
Other
Depos.
Re.
ser’Je

Dek.
kings.
percen-
tage ‘)

19Nov.’19
34.789 80.816
23.268
95.324
20.708
17,49
12

,,

’19
42.515
79.617
22:161
102.760
20.534
16,43
’19
46.226
80.496
19.831 109.863
20.450 15,80
29 Oct. ’19
53.908 80.715 22.753
116.182
22.058
15,88

21 Nov. ’18
61.788
99.880
29.668 142.673
28.398
16,48
22Nov. ’17
58.736
91.958
42.175
122.596 31.834
19,32

22Juli
’14
11.005 33.633
13.735
42.185
29.297
52
5
Is

t)
Verhouding tusochen
Reserve
en
Deposits.

DUITSCHE RIJKSBANK.

Voornaamste posten, onder bijvoeging der Darlehens-
kassenscheine, in duizenden Mark.

Data
Metaal
Daarvan
Goud
Kassen.
scheine
Circu.
laiie

Dek.
king,.
percen.
[Iage’)

7 Nov. 1919
1.113.091
1.092.835 9.458.627 30.975.284
34
31 Oct.

1919
1.1Î3.402
1.093.454
9.402.215
31.028.1328
34
23

1919
1.114.157 1.094.481
9.158.626 30.323.285
34
15

,,

1919
1.114.562
1.095.112
9.083.295 29.986.916
34

7 Nov. 1918
2.578.658 2.550.263 3.187.226
16.959.253
34
7 Nov. 1917
2.522.658
2.404.779
1.014.630
10.403.726
34

23 Juli

1914
1.691.398
1.356.857 65.479
1.890.895
93

t)
Dekking
der circulatle door metaal en Kassenscheine.

Data
Wissel,
Rek. Crt.

D arlehenskossenscheine

Totaal
In kas bij
ulige.
I

de Reichs.
geven
bank

7 Nov. 1919
32.264.906
9.707.802 21.271.100
9.430.500
31 Oct.

1919
34.015.579
12.033.305 21.271.100
9.374.400
23

,,

1919
30.289.185
8.586.524
20.76.200
9.130.700
15

191e
32.513.670
11.063.712
20.792.500
9.056.100

7 Nov. 1918
19.443.590 9.325.904 12.911.700 3.277.400
7 Nov. 1917
11.514.946
5.529.423
6.739.800 1.002.100

23 Juli

1914
750.892 943.964

OOSTENRIJKSCH-HONGAARSCHE BANK.

Voornaamste posten in duizenden Kronen.

Metaal en
Disc, en
Bijzondere
1


Data
buiienl.
6dec.
schuld van
1

Bank.
Rek. Cr1.
goud
ningen
Oo3tenrijk
1

biljetten
saldi
wissels
en Hongarije
1

7Nov.’19
9
325.809
14.506.690 32.954.000
49.809.256
7.502.721
31 Oct.’19
325.475
14.271.649
32954.000
49.403.131
7.641.871
28

’19
325.858
14.270.744
32.524.000
48.320.699
8.920.461 21.

,,

’19 326.696
13.764.365
32.954.000 47.393.195 8.218.308

23Juli’14
1.589.267
954.356

2.159.759 291.270
t)
waarvan
259.963
goud, 8.872 bwtenlandscke goudwissels en
56.974
munt, en muntmateri.aal
zilver.

BANK VAN FRANKRIJK.

Voornaamste posten in duizenden t rancs.

Data
Goud
Waarvan In het
Buitenland
Zilver
Te goed
in het
Buitenland

Buit.gew.
voorsdt.
old. Staat

20 Nov ’19
5.576.574
1.978.278
284.782
25.800.000
13

’19
5.571.271
1.978.278
25.627
256.50.000
6

,,

’19
5.575.841
1.978.278
286.587
847.609
25.65u.000
30 Oct. ’19
5.575.485
1.978.278
287.618 _838.841
25.450.000

21 Nov.’18
5.452.261
2.037.108
318.950 1.492.699
18.300.000
22Nov.’17
5.331.456 2.037.108
248.517
766.119
12.750.000

23Juli ’14
4.104.390

639.620

Wissel,
Uitge.
stelde
WIssels
Belee.
ning
Bankltl.
jeiten

Rek. Crt.
Portt.
culleren

Rek.
Crt.
Staat

.
1.157.634
649.615j
1.308.807
37.426.746 3.028.209
79.039
1.212.297
655.5401.3311.325
37.394.982
3.146.071
44.724
!.
1.395.354
660.185 1.301.946
37.419.174
3.057.415
91.584 1.145.650
667.907
1.295.162
36.973.791
3.106.906
63.398
0
758.732 1.045.209 846.314
30.191.585 2.964.650 274.496 718.843
1.149.173
1.130.35u 22.414.455
2.800.326
52.626
1.541.080

769.400 5.911.910 942.570
400.590

BANQUE NATIONALE DE BELGIQUE.

Voornaamste posten in duizenden trance.

7l
Beleen.
1

7
Btnn.
Rek.
Data
mcl.
van
1

van
wissels
Circu.
Crt.
buitenl.
lsuitenl.
1
prom. d.
en
lotie
saldi
vo,de,.
1
provine.
baleen.
partic.

20Nov.’19
352.103
84.955
480.0110
384.651
4.668.899
2.281.641
13

’19
344.217 84.955
480.000
402.099
4.697.9.33
2.213.150
6

,,

’19 344.020
84.955
480.000
381.380 4.695.051
2.420.874
29Oct. ’19
343.308
87.355
480.000
378.246
4.680.065
2.097.654

Dato

Wissels
Totaal
Depo,ito’s
Waar-
van
Kapitaal

Dek-
king,-
percen-
iage
t
)

Goud.
dekking
circu-
latie

31 Oct.

’19 2.522.902

2.725.555

86.013
47,0
48,7
24

,,

’19 2.450.985

2.729.652

85.863
46,3 47,9
17

,,

’19 2.464.665

2.958.326

85.540
.
46,1
48,3
10

’19 2.400.707

2.643.863

85.391
47,0
49,1

1 Nov.

’18 2.123.019

2.347.692

79.360
51,7 50,9
2Nov.

’17

689.977

1.765.056

64.91
1

71,1
1

78,3
t)
Verhouding tuoschen: den totalen
goudvoorraad.
Zilver etc.. en de
opeischbaye schulden, F R. Notes en
netto deposito’s met
inbkgrip
van
het kapitaal.

PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET

FED. RES. STELSEL;

‘1

oornamste p9sten in duizenden dollars.

Data


Aantal
1

Totaal
.
1

uitgezette
Reserve
hij
de
Totaal
Waarvan
time
banken
1

gelden en
beleggingen
F. R. banka
depo,ito,
deposits

24Oct. ’19
778
15.425.888 1.387.175
13.658.084
2.056.087
17

’19
.

778
15.433.563
1.396.123 13.674.015
2.037.688
10

,,

’19
776
13.297.056 1.369.653 13.699.176
2.027.503
3

’19

775
13.192.688 1.363.400
13.625.827
2.002.305

25 Oct. ’18
749
14.022.210 1.360.662
11.671.211
1.438.992

VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.

FEDERAL RESERVE BANKS.

Voornaamste posten in duizenden dollars.

1

Waaroan
F.R.

Data
Goud
voor dekking
van in
het bui-
Zilver
dc.
Notes in

I

circu.
F. R. Notes
tenland
latie

31 Oct.

’19
2.138.000
1.309924
129.923 67.592
2.752.876
24

’19
2.146.605
1.299.732
132.983 67.956 2.753.457
17

,,

’19
2.128.43
1.308.379
106.917
70.742
2.752 569
10

,,

’19
2.131.328 1.280.816
108.123 70.772
2.741.684

1Nov.

’18
2.052.229
1.213.319
5.829 53.456
2.515.504
2Nov.

’17 1.546.075 613.750
52.500
50.744
1

881.001

1092

ECONOMISCH-STATISTISCHEBERICHTEN,

26 November 1919


EFFECTENBEUR±EN.

qr

Amsterdam, 24 November 1919.

De internationale beurzen hebben gedurende cle achter
ons liggende berichtsperiode een zeer uiteenloopend beeld
te aanschouwen, gegeven. Del markt te Wallstreet bijvoor
;

beeld was voor het grootste gedeelte ongeanimeerd gestemdk
waartegenover andere beurzen vaak zeer opgewekte stem,
mingen te aanschouwen hebben gegeven. Voor N e w Y o r k
waren dezelfde oorzaken overheerschend, als hier ter p1aatse
1

reeds herhaalde keecen is uiteengezet. De financieele toe
stand aan de overzijde van den Oceaan moge dan ôok al
uitermate krachtig en gezond worden genoemd, in de laatste
maanden heeft de speculatie’ zich op zoodanige wijze van
de beschikbare liqnide middelen meester gemaakt, dat voor
de overige eischen van het handels- en economisch verkeeil

niet voldoende kapitaal meer beschikbaar kon worden ge
sf,eld. De Federale en andere banken hebben hare micldelen
voor een zeer groot deel belegd in oorlogsobligaties, hetzijV
uit eigen bezit, hetzij als gevolg van beleening van particuL
heren en instellingen, welke laatste dan weder op hardt
beurt de aldus verkregen gelden aanwendden tot operaties’ ter beurze. Het behoeft dan ook geen verwondering te veki
ken, dat eindelijk hiertegen maatregelen zijn genomen. Dat
de toestand ernstig was geworden, bewijst wel de omstan.’
digheid, dat de National City Bank, die steeds en onder
iedere omstandigheid was voortgegaan ‘met het verstrekkeii,
van gelden aan de beurs voor een termijn van zes n;aanden’
en tegen een vaste rente van 6 pCt. (onafhankelijk van fluc-i
tuaties) deze faciliteit genoodzaakt was in te trekken. ])ati
dit geschiedde door een instelling, die voortdurend blijk7
heeft gegeven van breed inzicht, zoowel in de behoeften vaii’
het gansche land als in die der beurs, geeft te denken. af
Ook de depreciatie van de buitenlandsche valuta’s heeft
de beurs eenigszins verschrikt gemaakt. Het noodzakehijkeC
gevolg toch van de appreciatie van den dollar in vrijwel alle
landen der wereld zal moeten zijn de vermindering van denl export uit de Vereenigde Staten. In de eerste plaats natuur-
lijk zullen luxe-artikelen worden geweerd, zooals thaus( reeds op groote schaal het geval is in Duitschland, docht
indien de opvoering van de waarde van den dollar opf
dezelfde wijze
als
thans doorgaat, zal ook de export van
allerlei andere goederen uit de Vereenigde Staten in ver-
drukking moeten komen. De leidende financiers uit de
kringen der meergemelde National City Bank zijn dan ook
tot de conclusie gekomen, dat het eenige middel om dit-
gevaar te ontgaan; moet worden gevonden in het verstrek-”
ken van groote credieten aan cle Europeesche afnemers, ook i
aan Duitschland, hetwelk dan zonder twijfel weder invloed op de ruimte van de geldmarkt zou moeten hebben. Tegen-
over deze opvatting echter worden opinies gesteld, weIke uitspreken, dat een vermindering van den export eerder t bevorderen zou zijn als een middel, om de ook in de Ver-,
T

eenigde Staten steeds grooter afmetingen aannemende duurt’
met vrucht te bestrijden. Voorloopig heeft het er den schijii
van, of deze laatste opvatting – den -boventoon zal blij
ven
L

voeren, zoodat van een valuta-conferentie, als van verschi1
lende kanten voorgesteld èn bepleit
;
voorloopig wei niet veel
zal kunnen komen.

Bij deze factoren hebben zich nog de arbeidsoniusten ge4,
voegd. Weliswaar nemen de stakingen, zoowel in de meta
als in de steenkolenindustrie, af, wordt aangestuurd op
sluiten van cômpromissen, doch een definitieve oplossing.
is hiermede niet bereikt, daar de arbeidersorganisaties ver
moedelijk de eerste gelegenheid zullen afwachten, om haar
volle eischen doorgevoerd te krijgen.
En ten slotte is daar de toestand van de spoorwegen,
welker financieele positie zeer ongunstig moet worden ge-
noemd. Het door de Regeering toegezegde bedrag als laatste
steun vÖÔr de teruggave der spoorweg-systemen aan de aan
,
,
deelhouders’ moet als ten eenenmale onvoldoende worden –
beschoud’d, zoodat de naaste toekomst er niet al te roos-‘
kleurig uitziet. De betrokken aandeelen hebben dan ook
zeer sterk onder de ongunstige beschouwingen geleden,
meer nog dan de industrieele soorten, die reeds eenigszius
zijn hersteld van den schok, dien zij eenige weken geleden
t
hebben ontvangen. Het zuiveringsproces op economisch ter
t
rein en op ‘het gebied der binnenlandsche en buitenlandsche
politiek, heeft thans ook in de Vereenigde Staten ver’f
scherpte vormen aangenomen. De markt te Wallstreet houdt
er rekening mede, dat dit proces nog wel eenigen tijd voort4 –
gang zal kunnen hebben, wellicht gepaard gaande aan,
onverwachte en lastige verwikkelingen en neemt in verband
hiermede een afwachtende houding aan. Te P a r ij s daarentegen is de beurs meerendeels in opge-
wekte stemming gebleven. Dit bewijzen , ook reeds de

opbrengsten der beursbelasti’dg over het loopende jaar,
waaruit blijkt, dat de omzetten voortdurend grooter zijn
geworden. Deze belasting bedraagt sedert de laatste ver-
hooging (Wet van 15 Juli 1914) Frs. 0,15 voor iedere
I’rs. 1000, behalve voor de Fransche rente, waarvoor de
belasting slechts Frs. 0,0125 ped Frs. 1000 beloopt. De eerste
zeven maanden van 1919 hebben thans reeds meer aan
belasting opgebracht dan het gansche jaar 1918. In de maan-
den Januari—Juli werd nl. ontvangen Frs. 2.655.000;
treedt geen afname in de omzetten in, dan wordt de totale
opbrengst voor het gansche jaar getaxeerd op Frs. 5 mil-
lioen tegen Frs. 2,52 milhioen in 1918, Frs. 2.73 milhioen in 1917, Frs. 2,25 milhioen in 1,916 en Frs. 1,27 mihi. in 1915.

Voor het grootste gedeelte wordt gehandeld in- uiterst
speculatieve waarden als rubber, petroleum, mijnen, enz.,
terwijl hierlegenover Fransche Rente eenigszins wordt ver-
waarloosd.
‘Ie 1. o ii l e n heeft men den terugslag gevoeld van de houding der Amerikaansche markt. Alle Amerikaansche
waarden waren gedrukt en in overeenstemming hiermede
was de tendens op de overige afdeehingen ook niet al te
opgewekt. Een uitzondering hebben rubberwaarclen ge-
-aakt, die na een aanvankelijke reactie weder geheel kônden
monteeren ei; de beriçhtsperiode op een algemeen verhoogd
peil konden vei-Iaten.
Een voornaam onderwerp van beschouwing vormen nog
steeds de fusies in de Engelsche bankwereld. Met de aan-
eersluiting dier diverse instellingen vaii het vorig jaar
scheen de aera van fusies voorloopig te zijn afgesloten.
Dit is thans blijkbaar niet het geval. Barclay’s Bank toch,
de
Op
vier na grootste der vijf groepen, heeft zich thans
aaneengesloten met de Union of Manchester en met de
British Linen Company, welke laatste tot de ,oudste
Schotsche Banken kan worden gerekend, daar de instelling
is opgei-icht in het jaar 1746. De beteekenis van het nieuwe
concern, komt duidelijk naar voren uit de volgende opstel-
liug:
Volge-
stort Reser- Depo-
In millioenen Ponden

kapitaal
ves

sito’s

Barclay’s (midden 1919) ———

8,75

7,— – 281,94
British Linen (einde 1918) ——–1,25

1,25 ,

26,43

Union of Manchester (midden 1919) 0,75

0,53

17,21

De drie banken hebben tezamen 1680 filialen, zoodat
wedef een zeer beteekenende aaneensluiting is verkregen.
,

De beurs te B e r 1 ij n is gedurende het eerste gedeelte der berichtsperiode zeer opgevekt en levendig van stem-
ming geweest, voornamelijk in verband met den verderén
teruggang van de Duitsche valuta. Het waren thans niet
alleen de z.g. ,,’valuta”-waarden, die den boventoon hebben
gevoerd, doch hiernaast traden b.v. aandeelen der Aniline-
en kleurstoffengroepen sterk op den voorgrond. In de eerste
plaats wordt hierin gezien een sterke koopiust van de zijde van het buitenland, dat nog steeds vertrouwen heeft in den
opbloei van de Duitsche nijverheid als geheel en van dit
onderdeel in het bijzonder, secundo echter zijn er thans ook
vele inwoners van Duitschland zelve, die er de voorkeur-
aan geven aandeelen van in hun oog prima ondernemingen te bezitten in plaats van bankbiljetten, die een zeer proble-matieke waarde aantoonen. Vooral nu de met zooveel ver-
langen verwachte valuta-conferentie voorloopig wel niet
zal plaats hebben, heeft men in het eigen land slechts zeer
weinig vertrouwen in de toekomst van de circulatiemiddelen
en doet men zijn best dezedoor andere waarden te substi-
tcteeren. Toch is gedurende de laatste dagen een vrij sterke
depressie ingetreden, voornamelijk in verband met vermoe-
delijk door cle Regeering te nemen maatregelen ten aanzien
van een bemoeilijking van den vrijen handel. In Duitsch-
land wordt het »1. als een voortwoekerend kwaad beschouwd,
dat het buitenland tengevolge van de zeer lage valuta aller:
hei artikelen koopt, waaraan Duitschland in de naaste toe-
komst zelf wellicht de giootste behoefte kan hebben; men
tracht dus door het van hoogerhand bepalen van de ver-
koopprijzen aan het buitenland, hieraan paal en perk te
stellen. Al kan dit wellicht voor de toekomst van het land
goed worden geacht, de naaste gevolgen hiervan zullen te
bemerken zijn in een vermindering yan de handelsomzett’en
op ieder gebied en hiervoor heeft de beurs zich uiterst ge-voehig betoond. Afgescheiden hiervan wordt het de vraag
geacht, of zelfs de te nemen maatregelen wel geheel door-
voerbaar zullen zijn, gezien de gemakkelijkheid, waarmede
via het bezette gebied nog handel kan worden gedreven,.
zoodat men in breede kringen alleen nadeel en geen enkel
voordeel van de aanstaande besluiten verwacht.
Te W ee n e n is ter beurze ook een hernieuwde hausse ingetreden, nu de Kroon een verdere reactie heeft aange-

26 November 1919

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1093

toond. Men is hier echter eenigszins voorzichtiger gewolen,
waar de daling der Oostenrijksche valuta toch geen

al te
groote proporties meer zal kunnen aannemen, zoodat het
gevaar bestaat, dat men ten opzichte van de betrokken
fondsen ook op het hoogtepunt is aangekomen.
T e o ii z en t heeft de markt voor inheemsehe
staats-
fondsen
con zeer kalm verloop gehad. Geen enkel moment
van bijzondere interesse kan hier wôrden vernield. Ook de
a.fdeelirig voor buitenlandsche staatsfondsen heeft weinig belangstelling getrokken. Ondanks• de verbetering yan de
centrale valuta’s bleven Oostenijksclie fondsen op het-
zelfde, of zelfs nog iets lagere peil, terwijl Zuid-Amen-
kaansche soorten in overwegende mate waren aangeboden.
Voor Russische waarden bestond op sommige dagen vrij
groot aanbod, waartegenover geen vraag van eenige betee-
kenis kon worden gesteld. Meestal worden deze waarden dito
ook dooi professioneele beurshanclelaars opgenomen.

18 Nov. 21 No. 24 N
ov•
R
1
g0
I
dolin

5

0
/0
Ned. W. Sch.

.


9l/io
91
0
/11
91’/1.0
41%
0
/0

1916
87’/
87
1
14
86

1/
4

0/

,,

,,

,,

1916
81
79Vio 79
1
/io

1/,o
31%
0/

– –


67/2
67
1
I
67
1
I2

3

O/

– – –
59
‘Is
591/
4

597/8
__ 8/
234
0/o
Cert. N. W. S…..
50 50
l
14
50116
+
u/io
5

0/

Oost-Indië 1915

. . . .
92e/8
92
1
/8
92/
+
1
/2
4

0
/0
Hongarije Goud

– . . –
10/8
10V3
101/
3

4

0
/0
Oostenr.Kronenrente
6/,
6°/16
6
1
1s
8
/8
5

°/o
Rusland 1906

……
24
23
21



3
41%
0/
Iwangorod Dombr..
.
16/1
161l6
15

1/2
4

0
/0
Rusland Cons.

1880
19
17
18’14

8/
4

4

o/o
RusI. bij Hope
&
Co.
20
1
/is
19
1
/j
19
8
/4

4

0
/Servië1895

……..
40
40

434
0/
China Goud 1898
. –
66/8
66
7
/8
60
1
1,

6/8
4

0
/
0
Japan1899

……..
60 60
60
4

0
1
Argentinië Buitenl.

62 52
54 1/
4

78/
4

5

0/

Brazilië

1895
……
57′!,
54
541/8

2
1
/
8

5

.

o/
o

,,

1913

……
51I
50/4

De locale markten hebben een uiterst verdeeld voorko-
1110fl gehad. Vooral de afdeeling voor binuenlandsehe
indnst-i

iecic waarden
heeft groote verschillen te aanschou-
wen gegeven. Terwijl bv. aandeelen Jurgeus sterk -waren
aangeboden op geruchten van een op handen zijnde
1
nieuwe
emissie van caodeelen, waren amuicicelen Philips’ Gloeilampen
Fabrieken tot zeer veel hoogere koersen gevraagd. Geruch-
ten deden de -ronde, dat OJ) deze aandeelen een bonusaa,,deel
iii verhouding tot 100 pOt. van het bezit zal worden gegeven,
terwijl op alle op deze wijze circuleerende anudeelen het
slotd ividemid getouclieerd zal kun non worden. Bevestiging
dieiiaangaa.nde is nog niet verkregen.
De markt voor
cuitnuiwaarden
was bewogen. In den
aanvang der bericlitsperiode werd deze afcléeli-ng gedrukt
door cle algemeen pessimistischme houding, ook voortvloeiende
uit de tendens aan de An,enikaaosclie beurs, doch toen bij
het verder verloop bekend werd, dat do opvordcning van
suiker in Indië tot lagen prijs niet zou worden doorgevoerd
cii dat bovendien cle suikerverkoopon ad
f
32 per picol
geregelden voortgang -hadden, keerde de stemming en werd
een grootere kooplust
in
het leven geroepen. Per saldo
vei-laten dan ook de meeste fondsen de week op,hooger
peil.
Ook de met de •suikercultuur gelieerde
ban/caandeelen
werden in de betere stemming betrokken. Zoo konden
nieuwe aandeelen Nederlandsch Indische Handelsbank vrij
goed monteeron. Daarentegen reageerden cle oude aandeelei,
vermoedelijk in verband met het feit, dat

men de .grootte
van het uit te keeren dividend ietwat had overschat. Aan-
doelen Nederlandsche Handel Maatschappij werden even-
eens tot betere prijzen uit de markt genomen.
Aandeolen in liandolsvennootschappe.n waren verdeeld
van toon. Na eau aanvankelijke reactie kodden enkele moil-
toeren, o.a. aandeelen Compania Merca-ntil Am-géntina, ter-
wijl daarentegen
.
aandeele,i Hollaudscite Transatlantische
Handels-Vereeuiging eenige percenteu miioesten prijsgeven –
De
petroleurnafdeelinçj
heeft vrij sterk gçfluctueerd om- per
saldo op weinig veranderde koersen de berichtsperiode te
verlaten. Alleen voor aaudeeleu Geconsolideerde bedraagt
het verschil een veertiental procenten ten nadeele van de
vorige week. Nadat bekend was geitiaakt, dat van dividend
01) dc aandeelen vermoedelijk niets zou kunnen komen,
konden de aaudeelen aanvankelijk toch nog eenigszins mon-
teeren, in verband met geruchten, dat ecu nieuwe emissie
van aandeelen zou worden doorgevoerd met aanzienlijke
voorkeursrechtei, voor oude aandeelhouders. Toen echter bevetiging van dit bericht uitbleef, werd de verkoopdrang

spoedig te groot, om het koerspeil op liet oude niveau te
knnneu houden. Algemeen neemt men thans aan, dat de
onderscheiden geruchten ten aanzien van dit fonds in den
laatsten tijd op niets anders dan op manipulaties hebben
beu-ust.
Van
tabaksaandeelen
waren de zwaardere soorten vrij
goed gevraagd, zonder dat het nochtans tot groote variaties
of omletten kon komen. Het publiek heeft ook hier een
afwachtende houding aangenomen.
J)e
rubberrna?

kt was
mia een i-eact.ie in het begin dat

be-
richtsperiode vast gestemd, in overeenstemming met dd
tendens te Londen.

18
Nov.21 Nov.
24
Nov.
Mizing
O

Amsterdamsche Bank
– – –
114
191
8
l
191
3
/4
Ned.Handel.Mij.cert.v.aand
220
222’/,
222’12
+
2
1
/3
Rotterd. Bankvereeniging

147
8
/4
14 7/4
147/4
Amst. Superfosfaatfabriek.
145
3
/o
143/
144
– l’/
Van Berkel’s Patent
……
138/
139
1
/2
140
+
P/8
Insulinde Oliefabriek

. – – –
236/,
237
231

Jurgens’ Ver. Fabr. pr.aand.
101′!,
101
101/4

1
/4
Ned. -Scheepsbouw-Mij …..
145
140
141

4
Philips’ Gloeilampenfabriek
7872/
4

849’14
874
+
86
‘/
R: S.
Stokvis
&
Zonen
– . – –
556
1
/1
547
1
!3
558/2
+
2
Vereenigde Blikfabriekei,.

132
128/
4

130/,
– ii!,
Compania MercantilArgent.
266/2
263
1
/2
264/8

2


Cultuur-Mij. d. Vorstenland.
272
280
1
I
278/4
+
68/4
Handeisver. Amsterdam
. –
54
1
/
590
589’/4
+
5’14
Roll.
Trausatl. Handelsver.
117
1
/2
115
1148/4

28/
4

Liede Teves
&.
Stokvis
– . – –
197
198
199/2
+
2
1
/2
VanNierop&Co’s Handel-Mij
180 180
181
+ 1
‘reis
& Co’s
Handel-Mij
– . – –
13
142
147
+
4
Gecons.
Roll.
Petroleum-Mij.
348
3
/t
340
335

138/
4

Kon. Petroleum-Mij.
……
818’/4
819
3
/ 817814

Orion Petroleum-Mij …….
83/4
8 38/
4

822/4
— 1
Steaiia Romana Petr.-Mij.
– –
174
162
166114

71/
4

Amsterdam-Rubber-Mij…..
250°/
4

2542/
4

2521/2
+
Pl4
Nederl.-Rubber-Mij .
…….
117
118 119
+
2
Oost-Java-Rubber-Mij—–
328
325’/4
322’/,

Deli-Maatschappij

……..
486’14
485 487
+ ‘/
Medan-Tabak-Maatschappij.
258
250’/4
253’/

49,
Senembah-Maatschappij

. –
450/1
453
8
/
459’/2
+
9

Do .uImeapvaartafdecling
heeft over het gt.lieel een opti-
muistische houd ing

aangenomen. Ook luer waren ole ver-
adi illen aan va ukelijk ten oug

unste van de
mi
ndeelen, doch
reo-:ls spueiig ontwikkelde zich goede vraag, zoodat de
mmmeste snorten liuk konden verbeteren. -.

18
Nov.
21
Nov.
24

Holland-Amerika-Lijn

– –
481
480’it
4S0’/2

1
1,
11

,,

,,
gem.eig
452’/3
460-
461
+
8’/,


Holland-Gulf.Stoomv.-Mij

304 304
304
Roll.
Alg.
AU.
Stoomv.-Mij
174
1
/2
174
1
/
2

174
1
1,
Hollandsche Stoomboot-Mij
240 238’f4
243
+
3
Jaa-China-Japan-Lijn….
335
33’h
337
1
12
+
2
1
/2
Kon. Hollandsche Lloyd
– –
197
195
192/2
– 41/3
Kon. Ned. Stoomb.-Mij.


236
1
/2
241 249
+
12’/3
Kon. Paketvaart-Mij…..
248
245 248
Maatschappij Zeevaart
– . – –
330
325’/4
345
+
15
Neleri. Scheepvaart-Unie.

303
304’/4
3031/8
±
3/
Nievelt

Goudriaan

……
590
571 574

16
Rotterdamsche Lloyd ——

315
322V
318
1
/
+
38/4
Stoomv..Mij.,,Hihlegersberg”
335
335
335
,Nederland”
– –
365V!
373
371
+
5V,
,,Noordzee”


155
1
/
157
155/4

,,Oostzee’-‘
320
1
/2
326 335
‘ +
14’/,

De
A.-nuci

j/caaicsc/,e
-ina-,-Ict
was overwegend flauw en miste
de belangstelling, waal-op zij
ml
muhers l,iei-

ter heurze wel
aanspraak mag maken. De slotkuersem, zijn vrijwel zonder
uitzondering lager da,i de vorige week


18 Nov. 21
Nov.24

American Car
&
Foundry.
.
143/
143
1
/
141
7
/8
– 2 –

-.
Anaconda Copper

……..
142’/,,
142’/
139
1
,o

3
Un. States Steel Corp…..
1111/,
111/4
11118/82
+
8/83
Atehison

Topeka

……..
97/8
94
1
1,
94V,6

35/,
Southern

Pacific

……..
108’/,
108
106

2/2
Union Pacific
…………
.
1371/
2

135/4
135
1
/
—2
Int.Merc.Marine afgest…..
57
°
/i,
57
56814

prefs.
165
1
h
165
7
/8
165

De
geldmai-kt
bleef kalm,, eii ruim; pm-olongatie dooi-gaaiis
4 pOt.

1094

ECONOMISCH.STA+iSTISCHE BERICHTEN

26 NoveiberI919

GOEDERENHANDEL

GRANEN

25 November 1919.71

In de afgeloopen week is het in vrijwel geheel West:
Europa voor den tijd van het jaar abnormaal koud gcweest
Over schade aan het vintergraan wordt echter niet ge-
klaagd, doch wel hebben vorst en sneeuw den veldarbeid doen
staken. Na enkele dageni’s weer warmer weder ingetreden,
meestal met sterken regenval en wanneer hierop een drogere
tijd volgt, verwacht meli in, Engeland en Frankrijk nog
voldoende gelegenheid te liebbeii om ‘den uitzaai verder uit
te breiden. Het is zeer dc vraag of in dit geval nog veel
tarwe zal worden uitgezaaid. Speciaal in Engeland althans
meent men te mogen aannemen, dat tengevolge van de daii.r
zeer hooge g’erstprjzen en de ontevredenheid der boeren
over den door de regeering vastgesteldeii tarweprijs mee;
aandacht zal worden geschonken aan gerst. Uit Frankrijk
wordt bericht, dat de met tarwe bezaaide oppervlakte vc91
grooter zal zijn dan in het- vorige jaar, hetgeen nie,t c
verwonderen vult, omdat iiitusschen door het ophouden der
vijandelijkheden ‘tooveèl meer land voor bebouwing in aali-
nierking komt.
Iii Engeland. echter schijnt de tijd van cle sterke uitbkei
_-ding van dcci landbouw weder voorbij te zijn. Onder dn
drang der oorlogsomstandigheden was in de laatste oorlogs-
jaren de graa.nopbiengst in Engeland sterk vermeerderd.
Weliswaar tracht de regeering die uitbreiding te hand
lieven, doch de landbouwers schijnen van de noodzakelijkheiJ
daarvan minder doordrongen te zijn en geven niet vol-
doende gevolg aan het sterke aandringen der autoriteiten.
Zooals uit onlangs bekend gemaakte cijfers blijkt, is trou-
weils reeds de opbrengst van den nu afgeloopen oogst in
Engeland zeer tegengevallen en zoow’el van tarwe als ook
van haver en gerst is zij slechts weinig meer geweest dat in de jaren vddr den oorlog. Geringe opbreiigst per H.A.
en gebrek aan werkkrachten zijn daarvan de hoofdoorzaak
geweest..
In Noord-Amerika blijft het weder’ over het algemeen
gunstig, doch ook daar hoort men meer en meer van ver-
iniuderden uitzaai, vooral van tarwe. in Argentiuië heeft
de tarwe iii de afgeloopen week geleden door vorst, speciaal
in het Zuiden en de tarweprijs is daardoor iii dat land
tamelijk gestegen. In de streken, waar lïjn’zaad wordt vc’-

Noteeringen.

Chicago

Buenos Ayres

Data

Tarcoe

Mars

Haver

Tarwe
I
Mars

LlJnzaad
Dec.

Dec.

Dec.

Dec.

Dec.

Febr.

22Nov.’19 226

131
5
/8

721/4

14,85

6,85

24,10

15 ,, ’19 226

127/8

71
7
/8

14,20

6,85

23,65

22Nov.’18 226

127

731/,

11,80

-5,70

21,-.,

22Nov.’17 226

.124

68’/,

11,85
8
) 8,55

14,60′

22 Nov.’16 183
1
/

94’/2

57
5
/8

14,85

10,60

24,80)

20Juli’14 82

‘) 56
1
/s 0
361/i
1)
9,40
2
) 5,38
1
) 13,70
3
)
t)
per Dec. ‘) per Sept.
8)
per Jan.

bouwd, is’de vorst slechts hier en daaropgetrdén en.boven-
dien heeft zij daarclooj het tegenwoordig stadium van het
nog te velde staande lijnzaad weinig schade kunnen aan-
richten. Toch is ook lij.nzaad in Argentinië duurder dan
eene week geleden en wel door i,o.ortdureiide goede vraag uit Noord-Amerika èn Europa, .tpeciaal voor den nieuwen oogst..
Uit Australië komen nog steeds klachten over droogte, die
ten gevolge heeft, dat eene sterke vermindering in deti
tarweoogst wordt verwacht. Zobals wij echter reeds de vorige
week vermeldden, is nog zoveeI tarwe van den vorigen oogst
in Australië overgebleven, dat de verschepingen waarschijn-
lijk voor het gelmeele seizoen op denzelfden voet kunapo
worden voortgezet, ook indien van den nieuwen – oogst
slechts weinig, verkregen wordt.
– De wcreldverschepingen van tarwe waren in cle afgelooson
week van grooten omvang, grooter dan zij geruime’n tijd
zijn gewenst. De mijnwerkersstaking – iii Noord-Amerikaj
waarvan onlangs werd gemeld, dat zij officieel was afge-
loopen, blijkt in werkelijkheid nog lang niet te zijn opge-
heven cii de scheepvaart ondervitidt daarvan nog steeds de
moeilijkheden, in verband hiermede is liet aanbod van
scheepsruitnte voor belading naar Argentinië vermeèrderd,
doch de vrachtenmarkt heeft daarvan niet de gevolgen
ondervonden, omdat liet aanbod nog steeds geringer is dan de vraag. Vei-schepingen naar Argentinië zijn in de laatste
weken steeds ruim. In de week, eindigendeop 18 November,
verlieten 65 beladen schepen de Argentijnsche havens met
200.000 ton graan. De aalavoeren van alle graansoorten
naar clie havens blijven ruim en speciail van de maIs werd
geinéld, dat zij van zeer goede kwaliteit is. De prijs van deze
graansoort is in Argentinië verder gedaald en cle stemming
blijft onzeker met een flauwe tendens. De vooruitzichten
voor den nieuweit oogst zijn nog steeds uitstekend. 1)e hoc-
– veelheid Plata Mais onderweg naar Europa is grôoter dan
zij in langen tijd is geweest en bovendien zijn er in de
meeste landen van West-Europa vele zakeji tot stand geko-
men voor veilading in de eerstkomende maanden. Speciaal
in Engeland bestond reeds cenigen tijd een tekom-t aan maïs,
waardoor andere voèderartikelen, vooral de verschillende
koekensoorteim, zeer vast waren niet goede vraag. Hetzelf cle
geldt in Engeland voor gerst, waarvoor speciaal voor de
betere soorten zeer hooge prijzen worden betaald. Men
brengt dit in verband met den in Engeland zeer hoogen
dollarkoei-s, die import uit Noord-Amerika belemmert. i)eze

Locoprijzen te Rotterdam/Amsterdam.

Soorten.

24 Nov.

t
17
Noo.
1

24 Nov.
1

1919

1

1919

1

1918

– –
Tarwe ………………….-
Rogge (No. 2 Western)




432,
0,-
43

…..


Gerst
(48
Ib. feeding)
440,-
440,-

Haver (38 Ib. white clipped)
23,-
23,50

Mais (La Plata)

………

Lijnkoeken (Noord-Ame-
rika van La Pjata-zaad)
300,-
307,50

Lijnzaad (La Plata) …….
915,-
900,-

AANVOEREN in tons van
:1000
K.G. voor verbruik in Nederland. –

Artikelen.

Rotterdam

17-22 Nov.

SedertOvercenk.
1919

I
Jan.
1919

tijdvak
1918

Amsterdam

17-22 Nov.

Sedert

Overeenk.
1919

1
1
Jan.
1919
1
tijdvak
1918

Totaal

1919

1

1918

Tarwe …………….
Rogge …………….
Boekweit

…………
Mais

…………….
Gerst…………….
Haver …………….
Lijnzaad …………..
Lijnkoek ……………
Tarwemeel …………
Andere meelsoorten

Tarwe ……………
MaIs…………….
Rogge…………….
Tarwemeel …………
Gerst ……………
Haver …………….
Lijnkoeken …………
Andere meelsoorten

10.281
163.740
9.044
ca. 8.900
128.599
2.920
292.339
11.964

15.454

– –
25.653
.


41.107


4.170



– –
4.170

12.673
176.973

ca. 1.314
20.561
4.590
197.534
4.590

71.958



62.353.
.-
134.308

37.430
– —

-.
7.363

44.793

1.329
84.408

ce.

422
25.585

109.993


3.800 61.737
—,

200
61.937.

179
48.018

7.56

37.435
6.068
85.453
6.824

36.636 19.716

16.708
4.286
47.344
24.002

AANVOEREN
in
Loes
van
1000
K.G. voor
het BuiteiIand.


222.637
370.104
1
222.637
370.164

14.372
90.191




14.372
90.191

56.712
5.174
– –
.


‘56.712
5.174

144.506
68.918


8.807
144.506
77.725

62537
25.670


.


62.537 25.870

123.757




123.757



2.412




2.412


119.991
43.254
1


– –
9.810

119.991

52.764

-::

26 November 1919

ECONOMISCH-STATISTiSCHE BERICHTEN

1095

omstandigheid, clie voor sommige importiaaden in nog ste,

kere mate bestaat, blijft iii Amerika reden tot ongerustheid
eil voor de vrees, dat men daar zijn overschot aan graan,
vooral tarwe, waarvan de groote afgeloopen oogst immers,
juist voor export bedoeld was, niet t.ijdig kwijt raakt. Vol-
gens trouwens onvolledige berichten, clie ons juist bereiken,
is aar den handel in Amerika weder cene plaats ingeruimd
bij dcii uitvoer van tarwe. Zeker zal nu de exporthanclel
zijn best doen den uitvoer te vergrooten, doch het is de
vraag of hij tengevolge van den zeer ongunstigen Europee-
sche» koers daarin zal slagen.
Concurrentie uit Rusland en Roemenië behoeft men echter
in Amerika steeds minder te vreezen. Wel is er nog steeds
sprake van groote graanoverschotten uit Zuid-Rusland,
doch enkele booten, clie uit Engeland met verschillende
industrieele producten naar Zuid-Russische havens wareu
verzonden, hebben de terugreis in ballast moeten doen. Uit
Roemenië komen nu weder berichten, dat de tariveopbrengst
tegenvalt. De maïs is er echter van uitstekende kwaliteit en
men blijft rekenen met de mogelijkheid van uitvoer in deii
zomer. De prijs is echter zeer hoog.

Ne dci
– lan d. Aan de Nederlandsche markten blijit
nog steeds mais de graansoort met den grootstea omzet. En
sommige dagen der afgeloopen week zijn daarin zeer belang

rijke zaken gedaan, zooivel in spoedige l)osities, waarvoor
een zeer goede consumptievraag -bestond, als voor latere
afladingen. Gisteren was echter de kooplust zeer gering.
De prijzen blijven echter hoog en zijn ook wat de latere
posities betreft wegens de hooge vracht weinig vatbaar voor vertraging. Voor de andere graansoorten en voeclerartikelen
blijft de afzet rustig met vaste, doch weinig veranderde
prijzen. Lijnzaad echter is weder belangrijk duurder en olie-
slagers zijn bereid veel hoogere prijzen te betalen dan in de
e Igeloopen weken het geval geweest is. Het aanbod is echter
gering en zaken van bela ngi-ijken omvang zijn niet tot stand
gekomen. –

SUIKER.

NOTEERINGEN.-

Londen

1
Am,lerdam

New York

I

Amerk. Data

1

per

Tatea

I

iVhtte Granu-

96%

November

Cubea

Java,

,€,j
Centrifugal4
No.1

fol,.

21 Nov.1919

f

72/—

59/8

7,28
14
,, 1919..

72/—

59/6

7,28
21 Nov. 1918……..

6419

7,28
21Nov.1917…. ,, –

53/9

21 Juli 1914 ……, 1’°/t, 181—

3,28

‘De weersgesteldheid verbeterde in de afgeloopen week,
zoodat weder met de veldwerkzaamheden begonnen kon
wot-den, doch overigens valt omtrent cle verschillende biet-
suikerlanden niet veel nieuws te melden. Iii F r a ii k i

ij k trad de op 1 September ’18 voorgeno-
men verhooging der invoerrechten onlangs in werking; deze
bedraagt op alle suikers frs. 14 per 100 K.G.
De Royal Sugar Commissie» iii E n ge 1 a n d heeft be-
paald, dat in te voeren suikei-, door fabrikanten gekocht
vÔÖr 31 October en geïmporteerd! vÔOr 28 December, niet
in aanmerking zal’ komen bij de berekening van het aan hen uit te keereri rantsoen voor 1920, maar cleze,,vrije”
suiker mag dan ook niet na 27 i)ecember herverkocht
worden.
Pcu-tijen Nederlandsche geraffineerde suiker werden
eenige dagen geledeis spot Londen vet-kocht tot Sh. 118/-.
Noveniiier-afseheep wordt niet Sh. 83/6 f.o.b. genoteerd.
Witte Javasuiker November-afscheep noteerde Sh. 61-/ cii
December 5h. 59/6 f.o.b., terwijl stoomende partijen tot
Sli. 83/-
is
Sh. 83/0 c.i.f. U.K. werden verkocht.
Op J a v a werden verdere partijen 1920 suiker verhan-
deld op basis van
f
32 voor Superieur; cle totale verkoopen
der V.J.P. beloopeit thans ruim 6 millioen picols. Witte
suiker uit dezen oogst ivercl in de tweede hand tot
f
38%
is

f
40 afgedaan.
De verschepingen in October bedroegen 193.000 toiis
tegen 140.000 tons in liet vorige jaar, hetgeen den totalen
afscheep vanaf 1 Januari brengt op 1.500.000 tons tegen
1055.000 totis in 1918.
In A in e r 1 k a blijft cle markt vast en nieuwe oogst
Cubasciikr Maart/April-afscheep werd tot 7%, e. f.o.b. ver-
kocht. Na&r verluidt, zal de nieidve voedselcontrqleur Palmer
dl?n binnenlandischen groothandelprijs ioor alle suiker vast-
stellen op 12 c. per pond.

C u b ii -statistiek:

1919

1918

1917

Ootv. der week tot 8 Nov

12.000

– s

– tolis
Totaal sedert 1 Dec.
‘)
… . . 3.903.788 3.446.000 3.023.720
Werkende fâbrieken 1 – –
Totale export 1 Jan.-11 Oct. 3.312.876 2.844.476 2.814.782
Export U.K. 1 Jan.-4 Oct. 464.112 840.213 802.139
11
,, Frankrijk ,,
,,
148.168 35.298 84.748
Totale voorraad 13 Oct. .. 454.214 348.367

62.168

‘) 1918117/16.

KATOEN.

1′.

Noteeringen voor Loco-Katoen.

(Middling Uplands).

124 Noii.’I91I7 Nov.’l91l0 Nov. I9I25 Nov. I8I24 Nov. I7

New York voor
Ii Middling – – 39,05e 39,65 c 39.80 c 29,75e 30,30 e
New Orleans
C
‘vooi Middling 38.75e 39,50 c 40,50 c 29,75e 28,50 c
Iiverpool voor
1
Middling .. .. 24,95d 24,44d 28,40d 22,48 d’) 22,88
dl)

‘) Good Middling Texas.
‘) 23 November 1917 Good Middling.

Ontvangsten in, en uitvoeren van Amerikaansche bavene.

(In (luizendtallen bkn.)

t
Aug.’19

Overeenkomitige perioden
1

tol
t.

21 Nov.
’19

I918

$917

1
Ontvangsten Gulf-Havens..

2435
1922
1)
2598
Atlant. Havens
1 5
Uitvoer naar Gr. Brittannië
587
1

981
‘t Vasteland.
1588

}

464
548
Japan etc…
61 85

Voorraden
in
duizendtallen
21
Nov. ’19
22
Nov.
I8
23
Nov.

I7

Amerik. havens ……….
1629
1403
1167
Binnenland …………..
1149
1284
996
New York

.

140
104
New Orleans

.

389
255
Liverpool

……………
71 ‘)
228
482

‘) 22 November 1919.
– Marktbericht van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons,

Manchester, d.d. 12 November 1919.

Na Woensdag j.l. een recordprijs bereikt te hebben,
daalde de noteering van Midden -Amerikaansche katoen den
vôlgenden dag ongeveer 50 punten, welk verlies nog niet
weer is ingehaald. De
Priizeli
hebbeli gefluctueerd onder –
den invloed van de kolenwerkstaking in Amerika, het dure
geld

en cle weerberichten. Wat :Liverpool betreft, blijft de
markt zeer vast, terwijl de National Ginners Associatioit
dcii oogst thans op 10.000.000
balen
schat zonder linters.
Berichten uit Alexandrië over den nieuwen oogst zijn gunstig
en hoewel deze op zes millioen cantars wordt geschat, blijft
de markt uog steeds stijgen.

o
De prijzen- van Amerikaanselie garens blijven geregeld in
.dehobgte gaati, geheel onafhankelijk van prijzen van ruwe
katoen. Over het algemeen schijnt er wel te veel verkocht 15 zijn en de kwestie van leveren wordt steeds moeilijker.
De koopers voor binnenlandsche behoefte plaatsen nog steeds
-groote ‘hoéveelheden voor latere levering, terwijl de export-
vraag nog vermeerderd wordt door Indische orders, hoewel
men niet kan begrijpen, waar deze garens vandaan moeten
komen. Er is ook een groote schaarschte aan arbeiders voor
de haspelmachines, zoodat de -levering van bundelgarens zeer
bemoeilijkt wordt cii prijzen daarvan nog verder zijn ge-
stegen. Over liet algemeen zijn alle garens duurder en zijn
grovere gal-ens circa 2 d. en fijne garens, 60cr -b.v. 6 d.
honger ‘dan veertien dageis geleden. Egyptische garens zijn
zelfs 7 d. en meer per ib. gestegen en niettegenstaande dit
lIijft dle vraag nog steeds zeer levendig. Over de doekmarkt valt weinig nieuws te vermelden. De
vraag -is veel gi-ooter dan cle productie, zoodat men voor alle
nieuwe orders zeer lange leveringstermijnen moet vragen.
iierdoor wordt de markt wel wat kalmer, daar dit vele
koopers afschrikt. Fabrikanten in de betere kwaliteiten zijn speciaal sterk bezet, zoodat deze liefst geen verdere orders
boeken. Er zijn reeds verschillende contracten voor levering
in de tweede helft van 1920 afgesloteli en prijzen blijven
zeer vast en stijgen nog geregeld. De vraag komt dan ook
van alle ovezeesche markten en vooral i’aii Indië, waar

-4

1096

ECONOMISCH-STATISTISCHE
BERICHTEN

26 November
1919
1

men de laatste maanden veel te weinig heeft gekocht eunu tracht
zich,
tot eiken prijs te dekken, wat echter dagelijks
moeilijker wordt, zooveI wat prijzen als levering betreft

– 5Nov. 12Nov

5Nov. 12
Liverpoolnoteeringen (loëo)

T.T.opindië ….2/0
1
/s 210/8
F.G.F.Sakellaridis 37,50 39
;
— T.T.opllongkong 4/5
1
/
417

G.F. No. 1 Oomra 16,60 16,35 T.T.opShanghai 6/6

7/0

METALEN.

Loco-Noteeringen te Londen:

Data
Ijzer
cia,.
No.3
i

Koper
1tandard
I
Tin
Lood
Zink

25 Nov. 1919..
nom.
1

97.76
292.12/6
36.101-
48.-/-
18

,,

1919..
nom.
98.1716
283.7/6
34.716
47.-/-
25Nov. 1918..
nom.
122.-!-
295.-‘
40.101-
’52.-/-
23 Nov. 1917..
oom.

Iiio.sI-
262.1716
30.L/_
’52.-1
2
20 Juli

1914.
.
51/4
61.-!-
145.151-
19.-
1

21.101


VERKEERSWEZEN.

1

RIJN VAART.

Gedurende de afgeloopen week waren de aanvoeren ies
minder dan de voorafgaande week. De scheepshuren varieer-
den tussehen 6 en 8 cents per tin. ler dag om in Rotterdam
te laden en 10 en Ii cents per toii per dag om in .A11twerp6
te gaan laden. Tengevolge van het wassende water was het sleeplooh
iets hooger en werd dit genoteerd met 50-centstarief plus
f 1t01f
1,40 p• last.
in Ruhrort was weinig ruimte beschikbaar; er werd een’
vracht betaald van 30 p. per tn per dag. Tengevolge var
de slechte aanvoeren werden echter de laatste dagen der
week geen schepen meer aangenomen, terwijl dm dezelfd.
reden ook voor liotterdam geen kolenschepen meer werden,.
gecharterd. Het sleeploon van Ruhrort naar Mannheim be
droeg Mk. 18/Mk. 21 per ton. Verwacht wordt, dat dit
sleeploon nog éen rijzing zl ondergaan met het oog op het
steeds wassende water en het feit, dat er honderden schepen
te Ruhrort en omstreken op afvaart wacbtei, naar hun
bestemming. Dit zijn schepe, die van Antwerpen en Rt
terdam zijn gekomen en te diep liggen om verder gesleept
te worden en dus op wasseud water gewacht hebben.
Cauber Pegel wees einde der week Meter 2.11 aan.

SCHEEPVAART.

GRAAN.

Data
Petre
gra
Lod
ndenj
R’dam

Odes.,a
Rotte,-
dam

1

Au.
Kust
1

Ver. Staten
San ‘Lorenzo

1 Roil er-
Bruto!
Rott.
j’
Enge.
dom
Kanaal
dam
land

17/22 Nov.

1919


9f
80,-
2)
8/6

1
210/-
2)
65/-
10/15

,,

1919

1

19f75,-
2)8/6
195/-
2
)65/-
18/23 Nov.

1918

1

1

501-

1

225/-
19/24 Nov.

1917

1

1


401-

1

1451-
Juli

1914
lid.
J
713

1
1/11
1
1,
1/11
1
/j
12/-
12/-
KOLEN.

Cardiff

1
Oostk. Engeland

Data


La 1 Rotte,. IGoihen.

I

Bor.

Genua

Port

Plato

deaux

Said

Rivier

dam

burg

17/22 Nov. 1919
60/-
801-
701-
47/6
f
10,-
Kr.40
10/15

,,

1919
60/-
7716
70/-
50/-
,,

10,L
,,

40,-
18123 Nov. 1918
69/-
10113
200/-
851-
15,-

19/24 Nov. 1917
69/-
101/3
200/-
125/-
,,32,50
,,190,-
Juli 1914
fr. 7,—
7/-
713
1416
3/2
41-

DIVERSEN.

Bombat,
Birma Vladivo.
Chili
o
ota
West
West
siock
West
Europa
Europa
West
Europa
(d. z,)
(rijst)
Europa
(salpeter)

17122 Nov.

1919 …T
1301- 1751-

230/-
10115

,,

1919 1201-
175/-

230/-
18123 Nov.

1918….
275/- 500/-

1901-
2601-
5501-

190/-
19/24 Nov.

1917……
Juli

1914..
1416
.
1613
25/-

22/3

0
Per ton stukgoed:
2)
Voor Britsche schepen.
1
,,
2) Voor neutrale schepen onder geallieerd time charter.
4
)Vrij.

-.

Oraan Petro,qrad per q,,aries. van 496 iS,. zwaar, Odema per w,it, Ver. Staten
p/r quar (er van 480 lbo. zwaar.

S
Overige noteeringen per ton van 1015
K.G.

1

1

A-DVETENTIN

P. Cbs & Loèmbrilggen

Zooeven verschenen bij TEULIT’!GS’ UIT-

LEIDEN
GEVERS-MAATSCHAPPIJ, ‘s-Hertdenbosch:

Opgericht i Mei 1766

Sociaal-Economische Geschrifteil,

door Dr. H. F. M. HUIJBERS, Dr. H. H. KNIPPEN-

BERG, Mr. L. G. KORTENH6RST, LJ. 4. H. NIJST,

Sajetten en Wollen
Mr. L. F. A. M. VAN OGTROP, Mr. Dr. ci-i. RAAIJ.

Garens
v
or Hand MAKERS, S. J:, Prof. Dr. ALPH. STEGEIk, J.” VER-

BIEST, D. H. en Mr. T. J. VERSCI-IUUR. –

en Machinebreien

– –

Prijs
f 2,90.

PRACTÏSCH EFFECTENBOEK

Prijs 1 1,25
‘NIJGH& VAN DITMAR’SUITG.-MIJ,R’DAM’

NEDERLANDSCHE HYPOTHEEKBANK TE VEELNDAM

Kapitaal
f
4.000.000,—

Dir

f
Mr. M. J. BOS.

Reserve
f
1.062.309,99
ectie MrR. DOJES
Pandbrieven ruim 37 millioen.

(tijdelijk Directeur). Hypotheken ruim 38 millioen.

‘Koers{ 5 pCt. Pan’dbrieven 00 pCt.
Hypothèekrente vanaf 5V4 pCt.
4

/2

99

119

94

Auteur