Ga direct naar de content

Jrg. 18, editie 933

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: november 15 1933

15 NOVEMBER 1933

AUTEURSRECI-IT VUORBIIJIOLII.’I’iiV.

Eisch-Statistische

Benchten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOÖR’HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJN VAART

0 0
UITGAVE VAN HET NEDERLANDSCH ECONOMISCH INSTITUUT

18 JAARGANG –

WOENSDAG 15 1

NEDERL.4ND$Cj/ ECONOMISCh INSTITUUT.
Curatoren: Iir. G..Visserinq, Voorzitter-; Ir. 4.-Plale, Onder.

Voorzitter; C. E. van der Leeuw, Penningmeester; Mr. W.

M. van Lanschot; E. D. van Walree.

Directeuren: Prof. Air. F. de Vries; Prof. Dr. N. J. Polak;

Prof: Air. Dr. G. Al. Verrij.n Stuart, lflrec!eur.Recretaris.

ECO.VOi!ISCÎ1-STAT,STISCHE BERJCHTÉN.

COMMISSIE VAN ADVIES:

Prof. Air. D. van Blom; J. van ilasselt; Jhr. Air. L. II. van

Lennep; Air. K. P. van der Mandele; Prof. Dr. N. J.

Polak; Air. Dr. t.. F. H. Regout; Dr. E. van Welderen

Baron Rengers; Prof. Mr. II. R. Ribbius; Jan Schiithuis;

Prof. Mr. F. de Vries.

Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Dr.
G. M.
Verrijn Stuart.
R.e(Iuelevr-Secretaris: Dr.
H. M. H.
Â. van der Volk.

• 0
Secretariaat: Pieter de Hoochweg .122, Rotterdam.

0
‘lelefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.

Advertenties .f 0,0 per regel. Plaatsing bij abonnement
volgens tarief.

Administratie van abonnementen en adver-
tenties: Nijgh
d
van Ditmar N.V., Uitgevers, Rotterdam,

ztinsterdam, ‘s-Gravenhage. Postehèque- en giro.rekening No.
192.

Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in

Nederland f 20,—. Buitenland en Koloniën f 23,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Ecnomisch-Stat-istisc1′
Kwartaalbericht f 1.—. Leden en donateurs ontvangen

het weekblad en het Kwartaalbericht gratis en een reductie

op de verdere publicaties.

-ton qeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatweg.

15 NOVEi1BE11 1933.

In de positie van cle geldmarkt kwam weder geener-

lei verandering. De prolongatierente noteerde weder

1 pOt.; particulier disconto
fie
?
716
en caligeld
1%
pOt.
* *
*

De omzetten waren grooter; baren noteerden

f
1.647.75. Er. is de laatste tijden hier ook een handel

in gouden baren ontstaan levering Londen en ook

wel levering Parijs; baren levering Londen noteerden

f
1.648.50. Op de Parijsche goudmarkt worden thans

ook geregeld baren op termijn verhandeld, welke agio

doen. Gezien de ruimte op de Fransche geidmarkt

benutten de Fransche banken dit soort zaken als korte

belegging harer kasmiddelen. H -oeireel hier te lande

voor eenige maanden wel enkele térftiijn-goudtrans-

acties werden afgesloten, schijnt het op het oogenblik

niet mogelijk te zijn deze zaken te doen. Eagles waren

op 2.50% aangeboden, terwijl Sovereigns op 12.25 ge-

zocht waren. Voor gouden tien.tjes werd 10.15 betaald.

– Ook deze week is voor hen, die bij den wisselhandel

lOVEMBER 1933

No. 933

betokken zijn, lang niet gemakkelijk geweest. Hoewel

çle schommelingen niet zoo plotseling waren. als in de

– voorafgaande week en de koersen meer geleidelijk op

en neer gingen, was het toch moeilijk tot- zaken te
komen; slechts in kleine posten konden transacties

worden afgêsloten. De belangstelling concentreerde

zich als gewoônlijk op den
£/$
en £/Frs. koers, welke

beide noteeringen voor het koersverloop op onze wis-

seJmarkt den toon aangeven. De:
£/$
noteering – liep

steeds verder aôhteruit en kwam. op 5.15, zonder dat –

van hooger- -hand werd ingegrepen. Op deze hoogere

rsp. lagere koersen viel er wel meerdere vraag van

dzijde van den handel op te merken, doch men houdt
e. algemeen rekening mede, dat, wanneer deze vraag

sitblijft, – men – in Londen nog hoogere resp. lagere

kersen vodr den Dollar zal zien. Ponden openden

hier op 782; in dén loop van de week bewogen zij

zich tusschen de 7.75 en 7.95, slot 7.95, dus op het.

hoogste punt. Dollars begonnen de week op 1.60 en

liepen tot op 1.53 terug, verbeterden daarna tot 1.56

Om

op 1.54 te sluiten: De koers van den Franschen

Franc in Londen is van 81 op 82 gekomen, na intus-

schen nog een fractie onder de 80 te zijn geweest. Op
82 greep de contrôle in en nam het aangeboden mate-

riaal op, waardoor de noteering iets terugliep –

81.85. Als gewoonlijk vertoonde de koers van den

Franc hier maar weinig verandering – en. 9.70%;

g’isteren trok de koers wat aan en werd 9.70 ge-

noteerd. Marken zijn aanvankelijk teruggeloopen –

van 59.10 tot 59; Vrijdag ontwikkelde zich een flinke

vraag, die bleef aanhouden, waardoor de koers ten-

slotte tot 59.17V2 kon verbeteren. Belga’s onveranderd

rond de 34.58. Zwitsersche F-rancs liepen wat terug

48.04-48.01; zoo ook de Lires 13.06-13.02i. Onder
den invloed van de gebeurtenissen in Spanje waren

Peseta’s steric aangeboden; zij kwamen van 20.75 op

20.45. Kopenhagen was tenslotte 35.45, Oslo 39.90 en

Stockholm 44. De Canadeesche Dollar noteert tegen

den Amerikaanschen Dollar voor het eerst sinds zes jaar-

weer een premie (tegen
£
5.10 en 5.15), waarschijnlijk

wel veroorzaakt door Amerikaansche aankoopen van

Canadeesch goud; hier was de slotnoteering 1.55.

Kabel Indië hooger: 100%.

– Op. de -termijnmarkt waren Ponden op één- en drie-

maanden zeer aangeboden; zij deden tenslotte % resp.

1 c. disagio. Ook Dollars op termijn waren flauwer;

de marge tusschen contant en termijn was resp. 1 en

2 p. ten gunste van den kassa-prijs. Veel aanbod was

er ook van Fransche Francs, levering één- en drie-

maanden, die 2 resp. -5 p. onder cassa noteerden.

Zooals het gewoonlijk -in bewogen dagen gaat, was

het op de gondmarkt drukker.

‘880

CON OMISCH-STATISTISC}]:Ë BERICHTEN

15 November’ 1933
DE STRIJD OVER DEN GOUDEN

STANDAARD.

In den laatsten tijd zijn in verschilleide’ bladen bLe,, ‘±ichten lover dit weekblad verschenen in verband met
een aan de Redactie. toegeschreven actie ten gunste
van het verlaten vân den gouden standaard. Deze be-
richten hielden mede verband met het uittreden van
‘r. L. J. A. Trip uit het Cura1orium van het’Ned-
liLndsch Economisch Instituut, van welk Instituut dit
Weekblad sinds den aanvang,
1
van het loopend jaar eên
orgaan is. Teneinde verder misverstand in deze aan-
gelegenheid te ‘voorkômen; stellen het Curatorium en
-de. Directie van het Nederlandsch – Economisch Insti-
tuut en de Redactie van het weekblad er prijs op, de volgende opmerkingen onder de aandacht der lezers
té brengen.

‘Het weekblad Eëonoiach-Stkti’tisclid Beridhten”
beoogt te zijn

eed’ blad, wiiarhï’ meeni’gen ‘van yer

.schille’nde ‘atrekkin mbg’eu worden ‘uitée.ngezet’.’ Sinds
.de opiichtin’g van ‘het blad, thans bijna achttien jaar
geleden, heeft. de Redactie er bij oortduring naar. ge-
streefd door. het toelaten vhn: een
vrije..
:
flVeeingSUilinp

over,
alle
actueele economische vaagtnkken e in-
richten daaromtrent te. vrhel’der.e,n. ,Stçeds. was zij de
overtuiging tdegedaan, dat slechts op ‘die. wijze de
wetenschap en de economische iolitiek ‘dp waarlijk
vruchtdragende vijze ‘kuidnèn wdep beyôrderd. Het Bestn:ur van het Institliut ‘vdor Economische
Geschriften het ‘Curatörhim en dé Dii’ectié an het
Néderlendsch Econômisch’ Instituut hebbén aan’ de
Redactie van den aanvang af’de vrijheid gelaten, welke
deze voor het verwezenlijken’ van het met het week-

blad beoogde doel hchoefde.
Di.
bet,ecken, uiteaard
niet, dat deze colleges het stceds eejis zijn ,rnet de op-
neming van alle in.het ,weekh1id gepubliceerde arti-

kelen,

De verantwoordelijkheid voor den inhoud der ge
publiceerdé artikelen bérdst .bij d”schrjv’ers
1
daarvan,

die, ook wanneei- áj tot den’ kri±ig der Redactie he-
hooren, deze”ijdriige piegèn te “ondëi”te’ekeneri. De
Redati’e; in d& öest’e plaats
.
h’ét G
e
dèl
eg
éé
rd
e
Lid van

de’ ‘Commisiie. van Advies, ‘draagt de’ verantwoorde-lijkheid voor de’ keuze van’de.in h’etHweekblad te be-

handelen onderwerpen
en
voor de-selectie.
van
cle.’hij-

dragen, die worden geplaatst….

Onder de in bet weekblad,e . b.ndelen, vraagstuk-
ken . valt naar het oordeel der Redactie zeer stellig ok, de door de ..n
:
der5,ched.eu
1dpn gevolgde mone-

tair,e politiek. De Redactie is van meening, dat zonder
een heh’indelirig v in dc geldpolitick en hcoordccling van de and’ére’ onderdeelen der eednomische politiek
een volstrekte onmogelijkheid ordt. Zij heeft dan
ook vddr- e.n tegenstanders van het hier te lande en
elders gevolgde monetaire beleid ‘aan. het woord ge-
laten, ‘en tenslotte ‘iii dit nnmrnei enkele passages

weergegeven uit de desbetreffende rede; van . den Mi-
nister-President in de Tweede Kamer. aarbij wrd

de jarenlange traditie yan .h,et,weekhlad gevolgd.
Uiteraad ka.i’t vQor, het vraagstuk van n
d goudôn

standaard niet’ ‘voortdurend zooveel plaats worden
ingeruimd “Cls
in:
.de laatste weken ,i geschied.; een
enkele disci.tsi’e frioet nog woidén beëindigd, maar
daarmede zal voor het ooge.hhlik “het vraagstuk vol-
doende belicht zijn.
Wannear zicli echter weder”ni’euwe gezichtspunten

v’odrdoen,
‘zod
zal dèRedactie zih hlijven’ stellen
OP
het’ tot dusverre ingenomen sti.ndpunt, dat, het’ week
blad open staat vd’oi- bijdragen van.verscbillend strek-
king,’ welke. ,nitsluitend, zullen, worden. beoordeeld
naar haar za7del’ijken inhoud,
en
niet naar de politie/de

tendentie,
waarvan zij getuigen, zo9lang slechts de
schrijvers zich ‘blijven bewegen binnen het kader der
economische
politiek. Alleen op. , deze wijze zal naar

het oordeel der Redactie het weekblad kunnen vol-
doen aan den eisch van objectieve voorlichting, welke
door de lezers aan het blad mag worden gesteld.

INHOUD.

,
. ,,’


Blz.

De
STRIJD OVER DEN GOUDEN STANI)AARI) …………880

Cubst ende suiker door
Th. Ligt hart ………………
880

liet vagstuk van cle huishuren door
Dr.
H. M. H. A.

van der Valk …………………………………
882

internationale handel en hanclelsbalicns door
C. Kool ..
884

Het niecwe Oosten rijksch-Poolsche h anclelsverdrag door

Jhr. Dn J.C..Mollerus………….

.

……………..
887

DeIndische middelen over 1Mei
1933
.
……………….S88

AANTEEKENINGEN:

,

De Minister-I’resiclent over den gouden standaard..
889

i)e economische toestand in Australië ………….
890

Economisch herstel in (le ,,Sterling Clüb” ……….
891

Nieuwe oriënteering in de liandelspolitiek vali België?
891

Statistiek betreffende de zichtbare suiketvoorraclen
892

MAANDCIJFERS:

Productie der Steenkolen-, J3ruinkolen. en Zout-

mijnen
………………………………..892

Emissies in October
1933 …………………. 892

Overzicht van de Indische middelen …………..
893

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
……. ……… 893-898

Geldkoersen.
– ‘Wisselkoersen. – Bankstaten.

Goederenhandel

CUBA EN DE SUIKÉR.

Het vrije
siiel
dr’ economische krachten is ver-
stoord, de prijsvorming vroeger in hoofdzaak geleid
door vraag en aanbod wordt heheerscht door maat-
regelen, die verschillende Regeeringen nemen, pro-
diictié vindt niet meer plaats daar, waar de omstén-
digheden het gunstigst zijn, ‘maar in de oorden, die
door’ beschermende tarieven worden bepaald. Deze
on-ischakéling ‘in den eéonomischen ontwikkelingsgang
heeft een algemeene verarming veroorzaakt en ze
voert thans verder tot volkomen anarchie. Men
spreekt veel over hét huishodden volgens een vast
plan, men kan echter in de reeksen voorschriften van
de Regeeringen geen lijn onderscheiden en het is
geen wonder,.dat Sir A. Salter in zijn ‘laatste werkje
,,The frainework of an ordered Society” erop wijst,
dat men de economische leiding niet alleen aan de
Ministers laten kan. Deze uitverkorenen zijn te zwaar
belast, ze hebben geen tijd tot rustige ovërweging en
wat ze doen dreigt onze beschaving in een chaos tot vernietiging te brengen.
,,A
modern Minister is ex
of ficio an improviser and an opportunist; and he is
ex of ficio a weary man – perhaps a weary Titan,
bul certainly weary.”

Salter geeft eenige voorbeelden, die ook voor ons,
Nederlanders, leerrijk zijn. Hij wijst op de waanzin-
nige bescherming van ta.rwe en suiker, die ertoe heeft
geleid, dat deze producten thans in de meest onge-
schikte gebieden vorden geteeld (tarwe zelfs op onze
schrale Veluwe), terwijl. de natuurlijke voorthre.ngers
reigen te gronde te gaan. Bepaièn wij onze aandacht
tot suiker dan blijkt, dat cie consument schandelijk veel betalen moet voor een product, dat tevergeefs
tot afhraakprijzen wordt aangeboden, en dat kapita-
len vernietigd worden in landen,- die voor de suiker-
cultuur’ zijn aangewezen. Zouden de Regeeringen het opstellen van een productie’plan overlaten aan nuch-
tere mannen, die den tijd hebben het voor en tegen
van hun voorstellen te overwegen, clan zou. allereerst
vastgesteld worden, dat het na te streven doel volks-
welvaart zou moeten zijn, d.w.z. dat getracht zou
moeten worden de consumptie-goederen in zoo groot
mogelijke hoeveelheden e.n tot zoo laag mogelijkeu
prijs tot de consumenten te brengen. Productie zou
dan weer teruggesteld worden van doel tot middel en

15 November 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

‘881

hiervan zou o.a. het gevolg zijn, dat Nederland dodr
minder bieten te plknten ou meeweikeh de in de
echte suikerlanden belegde kapitalen te redden, en
dat de consumenten zich zouden vergasten aan goed-
koope’ rietsuiker, waardoor de te kwader ure door
•Napoleon ingevoerde biet geleidelijk zou ‘verdwijnen,
behalve op die plaatseii waar de rietsuiker door te
zware vradhten belast zou worden om tegen het locale
product te concurieeren.
Zoover zijn wij nog niet en zoover komen wij in afzienbaren tijd ook niet. Toch gaan er meer stem-
n op die roepen om bestrijding van den suiker
waanzin; In ‘Amérika komt men ondér den indruk
van den oh’degirng yan ‘Cuba
;
waarvoor de Regee-
ruig te’ Washihgton ‘zondér twijfel een zware verant-
‘woordelijkheid draagt’; De volgende woorden zijn tee-
kenend: ‘,,If Prodidenëe hid beèn planning for the
cheiLpet possihie supply 6f sugar for the great popu-
lation which öne day would occupy the United Sta-
tes, it côuld not,’ within the rangè of human know-
ledge, have done better than by placing the Island of
Cuba recisely where it is with the soil, and’ climate
that it possesses.”
1) ‘

Welk ‘belang suiker voor Cuha vertegenwoordigt,
beseft men ht best als men weet, dat in normale
tijden de uitvoeren van dit eilad ohgeveer als ‘volgt
va ren samengesteld:

suiker

………………..
82
pCt.
ruwe tabak ………… ….
7.9
‘bewerkte tabak …………
3.4
u’elasse

……………….
.-

2,7 11

dus ongeveer 84,7 pCt. stamde van de siiikerf’-
brieken.
Wat er van dit land moet worden nu die suiker-
uitvoer meer en iner moet worden ingekrompen en
voor zoover hij nog verkocht worden kan, tot zwaar
verlies latende
prijzen
plaatsing moet vinden, waagt
niemand te voorspellen. Het verbitterde volk is te
hoop geloopen. Aan de kust schijnt het thans rustig,
2)

maar in hët binnenlan(1 woedt de opstand voort. Wat
kunnen de oproerigen echter bereiken? Zij, kunnen ‘ve1 elke week een Regering en een President ver-
slijten, maar daarmede komen zij geen stap vooruit,
zij kunnen het leven door vechtpartijen en stakingen
verder desorganiseeren, daarmede scheppen zij geen
afzbtgebied voor suiker en’ dat is ‘het eenige, ‘.rakr-mede zij te helpen zouden zijn. Het volk begrijpt de
situatie niet, het heeft geën inzicht genoeg om te
weten, waar de schoen wringt, het gaat gebukt onder
zijn misère en die moet het uiten door woest optreden
tegen, zijn leiders. De verwekkers van hun rampspoed
zitten echter elders en zijn onbereikbaar. De honger

Maandblad van de National City J3ank of New-York,
van October
1933.
Dit artikel werd geschreven vÔÔr de relletjes van
8
No-
vember en volgende dagen aanvingen.

drijft’ d’e slachtoffers tot wilde daden, zij staan ‘op
tegen het noodlot en zijn er zich niet van bewust, dat
het hyper-nationalistische streven over heel de wereld
,hun leed voortbrengt. Hun opstand zou een waar-
chuwin-g kunnen zijn voor de diverse Regeeringen
koor hetgeen onvermijdelijk komen moet als het on-

?erstand de liding blijft behouden en blijft voort-
dringen in de richting van autarkie. Men hoort

‘eeds van oproer van de tarweboeren in West-Ame-
1ika en vra;gt zich in stilte af: wie volgt?

Wanneer komt’ de bezinning, wanneer zal men al-
gemeen gaan ‘inzien, dat de ‘ereld te ver ontwikkeld
is oni den landen te ‘veroorloven thans weer den natio-
•/alen weg te betréden en dat samengaan der iiaties
foodig is? Zâl men moeten wachten tot de groote

Republiek, die de Londensche conferentie deed mii-
lukken, niet verder kan en om hulp roept? Dit rijke land is thans bezi’g zichzelf te’ ruineeren, nadat het
door zijn autarkisch streven’ al zooveel goeds bij’ an-
deren. vernietigd heeft. –
19
De politiek van zware bescherming van eigen sui-
ker in de

T
ei
.
. Staten heeft Cuba de moeilijkheden
opgedrongen, die, het, te dragen heeft,” waarbij na-
tuurljk de, houding van vele landen, die een econo-
inisch’ niet te verantwoorden biet- en rietcultuur
,:venschen te houden, het hare heeft gedaan om de
zorgen ,te verzwaren. Aanvankelijk werd Cubasuiker
in Amerika over één kam geschoren met alle import-,’iuikers en yas dus onderhevig aan het algemeen gel-
,dende invoerrecht. Dit recht was niet zuiver fiscaal,
doch licht be’schermend. Zooals te doen gebruikelijk i, werd al spoedig door de rietproducenteii van Loui-
,siana en Florida en door de bietplanters van Cali-
fornië en Ohio op sterkére protectie aangedrongen.
Deze kwam in 1897 toen de Dingley Act het invoer-
recht op’1,68l: cent per pond brâcht.
In 1903 werd een verdrag tusschen Cuba en de
ereenigde S,tat,ni gesloten, waarbij o.a. aan Cuba

‘een prefereutie van ‘?O pCt. op de invoerrechten werd
yerleend. Oubasuiker mocht toen dus binnenkomen
tegen een recht van 1,348 cent. In 1929 werden de
suikerinvoerrechten verhoogd tot 23-4 cent per pond
en voor Cuba werden zij dus automatisch vastgesteld
op
2
cent per pond.

Dit sterk beschermende recht moest leiden tot uit-
breiding véri cle Amerikaansche suikercultuur, zoo-
wel in de Vereenigde Staten zelf als op de eilanden,
‘die tot de Republiek werden ‘gerekend en Vrij moch-

ten invoeren (o.a. Philippijnen, Hawaii, Portorico).
,Op de Amerikaansche suikermarkt kwam dus steeds
eerst de Vrije suiker aan bod, daarna kon Cuba tegen
een preferentieel recht het tekort aanvullen, de prijs
werd echter bepaald door de belaste suiker, zoodat
de consumenten over het totale verbruik 2 cents
extra per pond te betalen kregen. Bij een consump-
tie van 5.800.000 long tons heteekende dit een jaar-

.
n 9
9E-
–‘
0-n
P’0
u-0
00
0.

o


-e

00
4)
4)
0
Q..
0
02
O

‘!

)0-

4)
+
.2

-20-

ce

19.i3/14
18.436.478
9.801.536
53.2
2.597.732
14.1
655.298
3.6
1.150.083
6.2
232.761
JA
1.292.417
6.9
1919120
1g..122.899
2.585.488
.

21 3
3 730 077
308
652 957
54
1.05ó.443
8 7
209.336
1.6
1.336.763
11

1920/21
14.236.266 3.671.575

25.8
3.936:044
27.6′

969.419

,
6.8
1.108.620
7.8
255.843
1.8
1.508.755
10.6
1921/22
17437 4’8
4041852
232 3996387 229
911.190
52
1172589
62
276.000
16
1649610
95
1922123
17.947.528
4:493.562′
25._
3.602.910
’20._’
:
‘615.900
3.3
1.075.548
‘6….

264.000
1.5
1.731.875
9.9
1923/24
19:699:547′
5.057.761
25:7
4.066.642
20.6

‘.787.217
4._
1.175:750
6._
372.332
1.9
1.771.772
9.-
1924125
23.988:789
“7.083.068
“29.5
5.125.970
21.4
‘974.185
4._
1.368.766
5:7
581.064
2.4
2.278.900
9.5
1925126
24.326.642
7.453.293
30.6
4.884.658
20.1
804.439
3.3
1.426.946
,5.9
«436.705
1.8
1.991.390
,

8.2
1926127
24.116.980
6.871.892
28.5
‘4.504.716
18.7
801.246

3.3
1.336.271
5.5

584.238
2.4
2.360.079
9.8′
1927128
26.08L920
8.031.874
30.8-
4.011.717
15.4
965.241

37,
1.551.780
5.9
622.704
2.4
2939.164
11.3
1

928129
27.529.595
8.463.309
‘-30-7 ‘5.156.315
18.7

938.640
,

3.4
1.496.219
5.4

,

740.987.
2.7
2.894.819
.10.5 1929130
21.323.327
8.227.197
30.1


4.671.260
‘17.1
901.713

3.3
1.783.163
6.5
,
773.674
2.8
2,923.010

10.7
1130/31
28.48
2
.460
10.209.882
‘35.8
3.122.186

11.


1.075.688
‘3.8 ‘1.782.315
,

6.3
782.322
2.7
2.798.870
9.8
1931/3226295
803
7436 241
28.3
2602864 99
1.025.217
3 9
1 966 606
7.5
982.776
3 7
2578 797
9.8
1932133
24.077.1001
6.531.163
27.1
1.955.075
.
8.3
‘1256.656
‘5.2
‘1.886.035
7:8
1.050.000
4.4
1.330.988
5.5′

882

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

15 November 1933

lijksche extra uitgave van 260 millioen dollar. Zou
men de invoerrechten vervangen door een accijns van
2 cent, dan zou men het bedrag van 260 millioen
dollar kunnen gebruiken om aan alle producenten
van biet en riet binnen de Vereenigde Staten, dus
met uitzondering van cle eilanden, 7,8 cent per pond
suiker over de hoeveelheid, die ze plegen voort te brcngen, uit te keeren, op voorwaarde, dat zij hun
productie zouden staken. Deze producenten zouden
er dan betcr aan toe zijn, waar de prijzen, die zij
thans bediiige.n in de buurt van 3,5 cent liggen. De
wereld zou welvaren bij deze politiek daar het even-
wicht in de suikerproductie naderbij gehaald zou
worden, in Cuba zou de toestand verbeteren, waar-
door belangrijke Amerikaansche kapitalen gered zou-
den worcleii en een afzetgebied voor nijverheidspro-

ducten, dat nu in vreeselijke armoede zal moeten on-
clergaan, zou gespaard blijven.
De Vereenigde Staten zouden een bedrag aan in-
voerrechten moeten derven, want het land is nog niet
self supporting. Bij cle huidige bescherming bestaat

de kans, dat het dit op den duur zal worden en dan zal de Philippijnsche suikercultuur, die zich onder
de hooge bescherming van het Moeclerland heeft ont-
wikkeld, misschien ook aan verval worden prijsge-

geven om de boeren van God’s own country gelegen-
heid te geven suiker te produceeren.
Het is geen wonder, dat de laatste verhooging van
het invoerrecht veel bestrijders heeft gevonden. De
tegenstanders berekenden, dat de noodzakelijke prijs-

stijging den verbruikers schatten meer zou kosten
dan zij den planters in zou brengen. Hiertegenover
speelde men het oudbakken argument uit, dat de
lagere levensstandaard op Cuba een invoerrecht
rechtvaardigde. Men vergat evenwel, dat een recht,
(lat alleen rekening zou houden niet dit verschil in
levenskosten onvoldoende zou zijn, omdat de natuur-

lijke voordeelen van Cuba dan de Amerikaansche sui-
ker in ieder geval verdrongen zou hebben. Discussie over dit onderwerp had geen zin, want men wilde in
de Tereenigde Staten een eigen suikercultuur en

vroeg niet naar economische rcchtvaardiging, men

wenschte niet te rekenen. Het is alles zôô dwaas, dat als een nuchter meiisch
in het jaar 2000 de geschiedenis van de suikercul-
tuur in de Vcreenigde Staten leest, denken moet dat
hij een sprookje voor zich heeft. En toch – wij heb-ben geen recht tot critiek want ook elders kan. men
zoo groote dwaasheden aanwijzen.

In den staat op de vorige pagina is de ontwikkeling

van ee.nige suikergebieden in tonnen volgens de be-
kende statistieken van Willett & Gray geschilderd.

Het is duidelijk, dat Cuba machteloos staat tegen-
over de beschermde toename in de Amerikaanschc
landen. Roosevelt heeft getracht hulp te bieden door
ecu quota-stelsel. Wat beeft hel echter voor zin Ouha
toe te staan een groote hoeveelheid in te voeren, als
het door de bescherming toch geen kans heeft tot een

eenigszins redeljken prijs meer te verkoopen dan de
consumptie behoeft na het verbruik van de rechten-
vrije suiker? Het contingent, dat Cuha leveren kan,
wordt bepaald door de productie binnen cle Amen-
kaansche grenzen, daaraan kan de macht van geen
President iets veranderen. De Europeesche bietoog-
sten zijn wat verminderd als gevolg van de Chadbour-
ne-overeenkomst, het vasteland van Europa is echter
in hoofdzaak self-supporting en in Engeland hebben
de koloniale suikers een preferentie. Het is onder
deze omstandigheden voor Cuba onmogelijk nieuwe
afietgebieden te vinden, en – wat dan? Het is dui-
delijk, dat de vernietiging van het grootste deel van
de suikercultuur op dit economisch zeer eenzijdig ge-
oriënteerde eiland een ramp is, die moeilijk te over-
komen zal zijn en dat de algeheele ineenstorting niet
uitblijven kan. Een feit is, dat vrijwel alle maat-
schappijen en particulieren, die zich met de suiker-
cultuur bezighouden, in staat van faillissement zijn,
dat het grootste deel van de bevolking geen of zeer
gereduceerde inkomsten heeft, dat de Staat geen be-
lastingen meer ontvangen kan, etc., etc.
Gelukkig ligt Cuba in een tropisch klimaat, zoodat
liet mogelijk moet zijn op den duur het zioodige voed-

sel te gaan produceeren. Voorloopig echter is hon-
gerljden voor velen onvermijdelijk, omdat de exten-
sief werkende, veel grond occupeerende cultures wei-
nig bouwlanci voor cle massa overlieten. 1-loezeer het
eiland in bevolkingsdichtheid ver bij Java achter
staat (Cuba 112,191 vierk. KM. met circa 4 millioen
inwoners, Java 126.803 vierk. KM. met 39.756.913
inwoners) is de verdeeling er z66, dat een groot aan-
tal landbouwers geen stukje grond hebben om in
eigen onderhoud te voorzien, bovendien staat het
oogsten van riet in verscheidene snitten, waardoor

de grond zeer lang in gebruik
blijft,
een snelle om-

zetting tot voedselverbouw in den weg. Voor kleeding
en onderdak heeft men weinig noodig, het is dus mo-

gelijk dat het volk voortbestaat, zij liet ook in een
staat van totale verarming. Hoe het zich uit dien
noodtoestand weer op zal moeten heffen, blijft een

raadsel.
Men mag intusschen niet uit het oog verliezeh, dat
de ondergang van zoo’n volk gevolgen heeft, die zich
tot in ver-verwijderde landen voelbaar maken. Men
denke slechts aan het kapitaalverlies, dat in dit ge-
val in hoofdzaak door Amerika gedragen moet wor-
den, aan cle uitstaande leeningen, die noodlijdend
zijn, aan de scheepvaart, die er geen lading meer
heen behoeft te brengen en. er
evenmin lading vin-

den zal etc. etc.
En dit alles ware te voorkomen geweest, als men
de economische krachten wat meer vrij spel had ge-
laten of als de leiders in deze wereld eenig begrip van samenwerking en van de lijn, waarlangs deze
had moeten gaan, hadden gehad. Th. L.

HET VRAAGSTUK VAN DE HUISHUREN.

In 1923/’24 bedroeg de huishuur 13 pCt. van het
totale budget van arbeidersgezinnen te Amsterdam;
thans is dit percentage 19. Dit ongunstige feit is
niet alleen een gevolg van de stijging van de huis-
huren in de genoemde periode niet 1234. pOt., maar
vooral van de sterke daling van de inkomsten der
arbeiders. De verdergaande daling van de arheidsloo-
nen maakt, dat de huren een steeds druickender last
zullen gaan vormen; reeds thans vormt het feit, dat

bijna
Y
5
van de inkomsten voor betaling van huur

moet worden aangewend, een buitengewoon ongun-
stig verschijnsel. Bedenkt men verder, dat de prijzen
van voedingsmiddelen in de laatste maanden gestegen
zijn en misschien door nieuwe heffingen nog verder
zullen stijgen, dan is het duidelijk, dat nieuwe loons-
verlagingen vooral voor de arbeiders in het vrije be-

drijf, een buitengewone verzwaring heteekenen.
i)

Verlaging van de kosten van levensonderhoud is in

de huidige omstandigheden een absolute noodzaak,
omdat zij de
mogelijkheid
moet openen voor een ver-
dere daling van de bonen, niet alleen, doch zeker in
de eerste plaats, in de heschutte bedrijven, maar ver-

der ook in de onbeschutte
bedrijven.
Indien dit niet

geschiedt, zal de concurrentie niet het buitenland,
Le reeds in vele gevallen onmogelijk is, nog verder
verminderen ten r.adeele van onze geheele volkshuis-
houding. Welken voorsprong enkele van onze groote
concurrenten in dit opzicht op ons hebben, is in het
Economisch-Statistisch Kwartaalbericht No. 11 nog
eens duidelijk belicht. De daling van de kosten van
levensonderhoud, op goudbasis, bedroeg sedert het

1)
De bovengenoemde gegevens zijn berekend uit de
overzichten vali het Bureau der Statistiek van de ge-
meente Amster..lam betreffende de kosten van levenson-
derhoud van arbeidersgezinnen te Amsterdam. in andere
plaatsen zullen de percentages waarschijnlijk anders zijn,
maar de genoemde tendens zal zich zonder twijfel wel over-
al voordoen.

15 November
1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

883

midden van 1931, in Engeland 34, in Japan 55, in de
Ver. Staten 31 en in Nederland slechts lOY2i pOt.
Een aanzienlijke verlaging van de kosten van
levensonderhoud is voor een zeer belangrijk deel af-
hankelijk van een daling van de prijzen van levens-
middelen en van de huren. Deze posten vormen op
het totale budget van arbeidersgezinnen te Amster-

dam resp. 38 en 19 pOt., dus samen ruim de helft.
Over de noodzakelijkheid van de daling van de prij-
zen van agrarische producten, zullen wij thans niet
spreken. Dit vraagstuk vereischt een geheel afzon
derljke behandeling. Daarnaast is echter een verdere
daling van cle huren eveneens dringend noodzakelijk.
Om het huurvraagstuk goed te begrijpen, dient men
zich te realiseeren, dat hierbij in het algemeen drie
partijen zijn geïnteresseerd, t.w. de huiseigenaren, de
hypotheekgevers en de Overheid. De huiseigenaren
dragen echter het risico; zij genieten de winsten,
maar moeten ook de verliezen voor hun rekening ne-men, indien deze zich voordoen. Tot dusverre zijn de
verliezen, die in de laatste jaren op cle voningexploi-
tatie geleden
zijn,
bijna geheel opgevangen door de
huiseigenaren. Immers de huren zijn over het alge-
meen niet onaanzienlijk gedaald, het sterkst natuur-
lijk die van heerenhuizen, het minst die van arbei-
derswoningen
1).
De lasten zijn daarentegen weinig
gedaald, gelijk gebleven en zelfs hier en daar nog ge-
stegen. Deze
stijging
is echter uitsluitend toe te
schrijven aan de gemeentelijke woningpolitiek. De
hypotheekgevers, de andere belangrijke partij, heeft
eveneens een offer gebracht, zij het weliswaar slechts

in zeer geringe mate.
Het is een bekend feit, dat de hypotheekrente in
deze ernstige crisis weinig is gedaald, hetgeen voor
eën deel zijn oorzaak vindt in de deflatie; deze heeft
het wantrouwen vermeerderd en daardoor het aanbod
van hypotheekgelden beperkt. Terwijl op de geld-
markt sedert het uitbreken van de crisis, enkele korte
periodes uitgezonderd, een aanhoudende ontspanning
is ingetreden, heeft zulks op de hypotheekmarkt niet
plaats gevonden. Dit blijkt uit het volgende overzicht:

Hypotheekrente ) Particulier disconto
1929

…………..5.18

4.82
1930

…………..5.13

2.06
1931……………5.06

1.42
1.932

…………..5.02

0.85

) Deze cijfers, ontleend aan het Verslag van de Verzeke-ri.ngskamer in 1932,
stellen de gemiddelde rente van hy-
10
theken va ii cle lcvensverzckeri ngrnaatschappijen voor.

Een aanzienlijke verlaging van de hypotheekrente
zal de tendens tot huurverlaging mede kunnen be-
vorderen. Zal men echter hierop voorshands kunnen
rekenen? Dit hangt allereerst van den geheelen toestand
van de kapitaalmarkt af. Laten wij echter aannemen,
dat de kapitaalrente in Nederland zich in dalende
richting blijft bewegen. In dat geval is het nog niet
zeker of de rente voor hypotheken op huizen wel in
voldoende mate zal dalen. Een antwoord op deze
vraag hangt nauw samen met het feit, of de huurver-
laging uitsluitend door de huiseigenaren zal worden
gedragen, of dat ook de Overheid door verlaging van
de lasten bereid zal zijn hiertoe mede te werken.

Het is zonder meer duidelijk, dat
bij
een eenigszins
belangrijke huurverlaging de waarde van de huizen
zeer sterk zal dalen. Hierdoor zal de overwaarde, die
er thans nog in het meerendeel der gevallen bij ver-
hypotheceerde huizen bestaat, eveneens snel vermin-
deren. Dit kan ertoe leiden, dat de huiseigenaren ge-
heel of bijna geheel onteigend worden, omdat de vaste
eigendommen op deze wijze geheel of bijna geheel ver-

‘) Dat cle gegevens van het Gem. Statitisch Bureau te
Amsterdam nog op huurstijging wijzen, is aan de
wijze
van
berekening toe te schrijven. De nieuwe woningen zijn in
huur gedaald, de oude niet en daar deze laatste overwegen,
geeft het totaalbeeld nog een stijging te zien.

hypotheceerd raken. Indien dc toestand zoo wordt, dan zal de hypothecreute niet langer een weerspie-
geling zijn van de kapitaalrente, maar tevens een
kleinere of grootere risicopremie gaan bevatten.
1)
Van

een ontlasting van den druk op de huiseigenaren zal
dus, in dat geval, zelfs bij dalende kap itaalrente, geen
sprake meer zijn. Weliswaar kan de waarde van we-
rîingen de tendens hebben eenigszins te stijgen,

omdat bij een lagere rente met een grooter bedrag
vordt gekapitaliseerd, maar dit zal, tenzij bij een
zeer sterk gedaalde kapitaalrente, zonder twijfel geen compenseerende werking kunnen uitoefenen.
Wij komen dan ook tot de conclusie, dat een defla-
t.ie
, op deze wijze doorgevoerd, zeker geen afdoende
oplossing kan bieden, omdat de huise.igenaren zich
tot.het uiterste zullen verdedigen om hun hoofd boven
wkter te houden, d.w.z. aan eiken drang tot huurver-
laging krachtig weerstand zullen bieden. Zij zullen
zich weliswaar eenigszins moeten richten naar de
reproductiewaarde, maar ook niet verder. Zoolang
de hypotheekrente niet aanzienlijk, daalt en de vaste
lasten niet verlaagd worden, kan van een zeer aan-zienlijke huurdaling voor arbeiderswoningen geen
sprake zijn.

Hier raken wij het vraagstuk van de overheidspoli-
tiek op het gebied van den woningboi.iw. Wil de Over-
heid medewerken tot verlaging van huren, dan geve
zij zelve het voorbeeld. Niet door middel van kunst-
matige bevoord.eeling van een of andere groep in deti
vorm van het bouwen van nieuwe woningen met be-
hulp van overheidssteun om op deze wijze de huren te
verlagen, maar door vermindering van de lasten, die
op de particuliere woningexploitatie drukken.

Bovendien kan ook gedacht worden aan de moge-
lijkheid om alle baten, die de publieke kassen direct
en indirect uit de exploitatie van woningen door par-
ticulieren genieten, te benutten tot verlaging van de
huurprijzen. Dit denkbeeld, opgeworpen door den
Nederlandschen Bond van Bouwondernemers
2)
ver-
client zonder twijfel de aandacht. Hetzelfde geldt voor
de door dien Bond gedane suggestie om den geldelij-
ken steun te beëindigen, die de bewoners van collec-
tivisatiewoningen genieten, voor zoover die niet on-
ontbeerlijk is in verband met de gezinsinkomsten en
om ondersteuning aan behoeftige gezinnen om te zet-
ten in individueele ondersteuning als huurtoeslag
buy, per huurhon, een en ander met opvoering van de
huren tot het peil van normale woningexploitatie.
3)

Met het oog op de financiëele moeilijkheden der
gemeenten is dit denkbeeld zeker ernstige overweging
waard. Immers, zonder verhooging van cle inkomsten
der gemeenten. is op een verlaging der lasten voors-
hands niet te rekenen. Op dit punt doet zich een van
cle conflicten voor, waartoe de huidige politiek moet

Een dergelijke toestand is thans op kleine schaal
reeds ingetreden. Deze tendens is zich echter aan het ver-
sch erpeli.
In de brochure ,,Roudorn het Huurprobleem”. Opeti
brief aan den Ministerraad.
Over cle bevoorrechting van het collectivisatiestelsel
wordt in den ,,Open Brief” o.a. op het volgende gewezen
de rente van de leeningen is als regel lager gesteld
dan die in het stelsel van particulier initiatief, waarbij in
het oog dient te worden gehouden, dat dit laatste stelsel
rond
25
pCt. van de stichtingskosten zelf moet fourneeren;
de lasten van arnortisatie der leeningen is daarom
minder drukkencl in het stelsel van collectivisatie dan in
dat van particulier initiatief. De veelal gebruikelijke an-
nuïteiten bedragen niet veel meer dan
1%
pOt. aflossingen
der leeningen, terwijl bij gewone hypothecaire beleeningeo 2 pCt. aflossingen als normaal zijn te beschouwen;
deze factoren werken in de huurcalculatie zoodanig
door, dat de huren daardoor veelal bij gelijke stichtings-kosten der woningen rond 20 pCt. lager kunnen worden
gesteld dan in het stelsel van particulier initiatief.
Lagere huren werken voorts door in lagere aanslagen
voor grondbelasting, straatbelasting enz.

884

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

15 November
1933

leiden. Huurverlaging is alsoluut noodzakelijk om de

kosten van levensônderhoud te verminderen. Zooals
wij gezien hebben, is een aanzienlijke verlaging in de

huren niet te bereiken dan bij een sterke vermindering
van de lasten, die op de exploitatie drukken. Verla-

ging van de lasten door de Overheid is thans niet
mogelijk, omdat de begrooting in evenwicht moet
komen; tenzij verdere bezuinigingen worden ingevoerd

of de belastingen worden verhoogd.
Het laatste alternatief is in de huidige omstandig-
heden niet gewenscht de vraag is eerder gerechtvaar-
digd of de belastingen niet reeds tot een te hoog peil

zijn opgevoerd. Het eerste alternatief ligt voor de
hand. Verschillende giootegemeénten verkeeren ech-
tr thans reeds in de noodzakelijkheid om zoo dras-
tisch te bezuinigen, dat het zeer de vraag is, of zij
nog verder willen gaan terwille van de verlaging van

lasten.
Daarom schijnt voorshands alleen een gelijkstelling
van het collectivisatiestelsel met het stelsel van den
particulieren eigeudm een ige uitkomst te kunnen geven. Degeldelijke baten, die hieruit voor de ge-
meenten voortvloeien, zouden kunnén *orden gebruikt
voor een verlaging van de lasten, die op de particu-
liere woningexploitatie drukken. Weliswaar zullen de
huren van de woningen onder het collectivisatiestel-
sel hierdoor stijgen, maar dit is het gevolg van de
opheffing van een niet te handhaven en in wezen on-
economisch stelsel. Aan den anderen kant opent het
de mogelijkheid tot de zoo noodzakelijke verlaging

van de lasten over de geheele linie.
Het zou daarom zonder twijfel. in het algemeen

belang zeer gewenscht
zijn,
indien aan de hevoor-

rechting van het collectivisatiestelsel spoedig een ein-
de kwam en indien de gemeentelijke autoriteiten spoe-
dig tot een verlaging van de lasten van den woning-
bouw overgingen. De starheid, die zich hier open-
baart, is niet te vereenigen met de consequenties,
waartoe de politiek van de regeering moet leiden.
v. d.
V.
INTERNATIONALE HANDEL EN HANDELSBALANS.

In een der voorgaande nummers van Economisch-

Statistische Berichten
1)
heb ik eenige bezwaren kun-
nen ontwikkelen tegen een gebruik van de cijfers
der handelsbalansen zonder daarbij met verschillende
factoren rekening te houden, welke op deze halansen
een beteekenencien invloed uitoefenen.
Inmiddels is wederom een Volkenbondspublicatie
verschenen (Situation Economique Mondiale
1932-

1933),
welke, gecombineerd met reeds eerder uitge-
geven werken van dcii Bond, materiaal verschaft om
den internationalen handel en de handelsbalansen van
verschillende landen nader te belichten. Uitgedrukt in millioenen dollars goud had de totale
internationale handel sedert
1929
een verloop als
tabel 1 aangeeft, waaruit blijkt, dat deze handel in
een tijdruimte van drie jaren
(1929-1932)
met meer
dan 60 pOt. is afgenomen en dat deze daling ook in
1933
verderen voortgang heeft gehad.

Wereidhandel in niillioenen dollais goed

Periode

Bedrag

in procenten

van 1929

1929

.

.

68M41

100
3930

.

.. 55.575

81
1931. .

.

39.769

58
.1932

. .

26.611

39
Jan. t/in Juli 1932

14.359
Jan.
tlm
Juli 1933

12:437

Vragen wij nu hoe het verloop in de afzondërljke
landen. is geweest. Daarbij meen ik-
mij
te mogen be-perken tot de twintig ituden, welke het grootste aan-
deel in den iriternationalen handel hebben gehad in

1)
Zie E.-S. B. No. 927 van 4Oct. ji.

1932.
In tabel II zijn deze landen nu opgenomen,
waarbij rekening is gehouden met de volgende punten:
lo. De basis voor berekening is import en export
in dollars goud.
2o.
De volgorde der landen is genomen naarmate de
daling van den import van
1932,
vergeleken met
1929,

grooter of minder groot is geweest: een lager rang-
nummer beteekent een sterkere daling.
3o.
Bij de raugnummers voor de daling van den
export is bij even sterke daling het laagste rangnum-
nier gegeven aan dat land, dat ook bij import het
laagste rangnumruer had.

Percentueele daling

Rangnumnmers op
1932 ten opzichte

basis vorige
L ii
ii Cl

van 1929

.

kolonmmnen

Import
1
Export

Import
1
Export

Argentimiië

74

64

1

5
Australië

74

55

2

16
Canada

69

60

3

ii
Vereen. Staten

69

69

4

3
Duitschiand ….

65

58

5..

13
Spanje

64

65

6

4
Tsjechoslovakije

63

64

7

6
Italië …………..63

57

8

14
Br.-Indië

61

70

9

2
Zuid-Afrika

60

29

10 .

20
Japan

60

60

ii

12
Engeland

58

64

12

.7
China

57

75

.13

.11
Zweden

56

64

14

8
Denemarken

55

53

15

37
België

53

16

18
Nederland

53

57

17

15
Frankrijk

49

61

18

10
Zwitserland . ..

36

63

19

9
Rusland

21

.

20

19

Uit deze tabej blijkt dus, dat, uitgedrukt in goud-
dollars, de landen met gedeprecieerde munt
bij
im-
I)ort en export een ongunstiger beeld vertoonemi, dan
de goudianden. Groepeeren wij deze namelijk nog eens
afzonderlijk, dan vinden wij:

Ban gnuminers bij import.
1)

Landen met gedepr. munt .. 1, 2,
3, 9,
11, 12, 14,
15.

Goudlanden ………4, 5, 6, 7, 8,
10,
16, 17, 18,
19.

Ban gnummers bij export.
i)

Landen met gedepr. munt . .. 2,
5, 7,
8, 11, 12, 16,
17.

Goudlanden ……… S, 4, 6,
9, 10, 13, 14,
15, 18,
20.
De opvatting, dat depreciatie als een exportpremie
werkt en de tendens heeft import, althans voorloopig,
te remmen, valt bij de in dollars goud omgerekende
cijfers betreffende den internationalen handel niet
duidelijk waar te nemen.
Was dit echter wel het geval, dan zou toch uit deze
gegevens nog geen pro of contra den gouden stan-
daard mogen worden afgeleid. Om. moet voorts bij

een
dergelijke
conclusie namelijk rekening worden ge-
houden met het feit, dat het meerendeel der landen
met gedeprecieerde munt sterker in landbouwrichting
georiënteerd is dan de goudlanden en dat de prijzen
der landbouwproducteneen scherpere prijsdaling Feb-
ben ondergaan dan de industrieproducten. Hetzelfde
gèldt voor de grondstoffen. Omtrent deze laatste geeft
de Volkenbondspublicatie ,,La production mondiale et
les prix
1925-1932″ op
pag. 101 voor enkele landen
duidelijke cijfers.

Prijsdaling in
0
10
tuss6bemi
.1
Jan. ’29 en
1
Jan. ’33.

La n d

Eliondstoffen . Industriepro-

ducten

Vereenigde Staten …………-

49

31
Italië……………………49

33
Canada …………………46

27
Duitschland

29

1.)
De cursief gedrukte rangnummers zijn die van de Ver-
eenigde Staten en van ZuidAfrika, welke
in
1933 den
gouden standaard verlieten.

15 November 1933

ECNOMISCH-STATISISCHEBEIÇHTEN

885

De conclusie, welke uit een
en
ander te trekken
valt, laat zich als volgt samanvatten: De reëele waar-

de der internationaal-geruilde goederen is ten gunste
van de industrielanden geweest en ten nadeele der

landbouwlanden in deze periode.
Bij den groepeering der landen vanuit een ander
gezichtspunt verrijst een nieuw beeld. Bedoeld is hier
de verdeeling der landen over crediteurlauden en debi-
teurlanden.
Passen wij deze verdeeling toe en bezien wij het
saldo van de handelsbalans per halfjaar sedert
1929

voor enkele dezer landen (Situation Econ. mondiale

pg. 313).
Met uitzondering van de Vereen. Staten vertoonen
de crediteurlanden permanent een passieve balans. De

passiviteit neemt tot einde
1931
toe, wordt echter

daarna tengevolge van allerlei crisismaatregelen, in
den vorm van hoogere invoerrechten, contingenteerin.-
gen en daaruit resulteerenden lageren invoer, aanmer-
kelijk verzwakt. De debiteur-landen vertoonen juist

het tegengestelde beeld.
Stellen wij nu voor de landen van deze groepen de
rangnumrners samen voor zoover zij in tabel .11 waren

opgenomen:

Rangnummers bij import.


Debiteurlanden ……………………1,
2, 5, 9.

Crediteurlanden …………..
4, 12, 16, 17., 18, 19.

Rangnummers bij export.
Debiteurlanden …………………..
2, 5, 13, 16.

Crediteurlanden …………….
3, 7, 9, 10, 15, 18.

Ofschoon het aantal in aanmerking genomen landen

te klein is om zekerheid te verschaffen, wekt een en
ander toch het vermoeden, dat de groote activiteit van
de handelsbalansen der debiteurlanden voor een aan-

merkelijk deel zal
zijn
bereikt door beperking van den

import met behulp van deviezenrestricties en derge-
lijke maatregelen; een uitgesproken beeld met betrek-
king tot den export valt aan deze rang-indeeling niet

te ontieenen.
Een vierde factor, welke de handelsbalansen der
diverse landen beïnvloedt, is de autarkische en impe-
riale politiek, die in meerdere landen in steeds ster-

kere mate tot uiting komt. Aan de hand van de Fransche handelsbalans heb ik

in E.-S. B. van
4
October ji. hieromtrent reeds het

een en ander naar voren gebracht.
Merkwaardig in dit verband is ook een statistiek

van de tarweproductie, welke op pagina
83
van ,,Situ-

ation Economique Mondiale” voorkomt (tabel V).
Ofschoon deze cijfers met eenige reserve moeten
worden bekeken, aangezien nI. rekening dient te wor-
den gehouden met het feit, dat de oogst in de over-

zeesche exportgebieden in
1932—’33
tengevolge van de weersomstandigheden zeer slecht is geweest, waar-
tegenover de Europeesche importeerende landen juist
een zeer goeden oogst hadden, wijst toch de geschetste
ontwikkeling in autarkische richting.

Tabel V.

Tarweproductie in niillioeiien schepels.

iLandengroep
to
i.90_’3l
1931_’32 1931_’32

Europ. import.
landen
261
252 268
330
irop. export.
landen
104
119
.123
74
O’erzeesclie exp.
landen
463 463
444
433

Nog duidelijker vinden wij dit, wanneer wij de be-
zaaide oppervlakte van importeerende landen als Zwe-
den en Duitschland over de verschillende jaren ver-

gelijken. Op basis
1926-1930 = 100
vinden wij voor

de achtereenvolgende jaren de onderstaande index-

cijfers:

1929 1930 1931 1932

Zweden

…………..
105,5 119,1 125,5 137,2

Duitschland …………
94,6 105,3 128,1 134,8

Een dergelijke abnormale toeneming valt in geen
der exporteerende landen aan te toonen.
In Duitschiand is dan nu ook reeds een belangrijk
tïrwe-surplus, waarvoor bui tenlandsche afzetgebieden

worden gezocht.
Beïnvloeding van de handelsbalans door autarkische

tendenzen zal ongetwijfeld ook een relatief-sterkere
afname in de geldcijfers dan in de quantitatieve cijfers
moeten veroorzaken. Immers de kosten an bewerking,
meer in het bijzonder het loon, worden binnenslands
gehouden: de quantitatieve ruil zal dus minder sterk
gedaald zijn dan uit de in den aanvang van dit artikel
genoemde geldcijfers, na elimineering .vail, de. prijs-

daling, zou volgen.
In dit verband mag ik nog even herhalen, dat.bij

vergelijking van de eerste acht maanden van
1932
en

1933
de invoer in Frankrijk van industriëèle grond-

stoffen met
741
millioen francs (pl.m..
834-
pOt.) is

toegenomen en van fabricaten met
445
millioen francs

(pl.m.
11.5
pOt.) is afgenomen.
De andere structuurverandering, in casu de im-
periale politiek, blijkt ook zeer duidelijk, wanneer wij
den Britschen import en export over Jan. t/in. Juni

van
1924
en
1933
van de ,,British countries” (domi-
nions, koloniën, enz.) en de ,,Foreign countries” ver-

gelijken.
Import

Export

1924

1933

1924

1

1933

British countries

3 1.36
0
/0

38.78
o/

40.71
/0

44.12
0
/0
Foreign countries 68.64
o/

61.22
o/

59.29
0
/0

55.88
°/0

Totaal . . . . 1 00._
0
/0

100.-
0
/0

100._
0
/0

100.-
0
/0

Resumeerend mogen wij hieruit dus afleiden, dat
de handelsbalans der verschillende landen o.m. be-

Tabel IV.

Saldo der Handelsbalans in dollars goud.

1929
1930
1931
1932
1933

leHalfj.
2eHalfj.
leHalIj. 2ellalfj.
lellalfj.
2ellalfj.
leHalfj.
2eHalfj.
lellalfj.

Debiteurkr9ulen.

±
113
-. 26

32

72
+

30
+
+

90
+

25
+ 49

Australië

…………..
±

15

129

54
+

12

+

68
+

50

+

61

+
20

+
50

Oostenrijk

…………..

72

79

64

56

62

60
..

52

36

29

Duitschiand

…………

154

16
+

32
+
191
+
170

+
414
+
128

+
114


+

68

+
131
+
131
-+
128 105
-4-

30
±

61
+

1
+
+

39

Argentinië ……………….

+

71

5
+

30

30
+

27
+

4
+

34

Crediteurlaod.en.

…..

Britsch-Indië ……………
….
….


40

64
._:.

90

46

16

1

16

25

13

Nieuw-Zeeland

…………..

Frankrijk

…………..
-225

92

166

213

271

190

205

193

240


143

163

158

123

125

109
—105

78
84

België

…………………


56


73

73

103

76

78

95

91

73
Nederland

………………
Zwitserland

……………

903

955

906

974

885

928

515

486

411
Engeland

…………….
Vereenigde Staten ……..
.+
347
+
471

+
224
+
443

+
196
+

94
+
78
+
1.69

+

71

= export overschrijdt import; – = import overschrijdt export)

886

ECÖNOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

15
November 1933

langrijk beïnvloed wordt door de volgende factoren:
lo. Verlaten of handhaven van den gouden stan-
daard.
2o. Verschillend prijsverloop der artikeigroepen.
3o. Positie der landen in het internationaal beta-
lingsverkeer.
4o. Autarkische en imperiale tendenzen.

* *
*

Vragen wij nu, welke invloeden deze factoren bp
de Nederlandsche handelsbalans in de laatste jaren
hebben uitgeoefend.
Berekend op basis dollars goud bedroeg het aandeel
van Nederland in den wereldhandel in procenten uit-
gedrukt:

1929 1930 1931 1932 le halfj. ’32 ie halfj. ’33

Import …..3.11 3.34 3.66 377

4.10

4.01
Export …..2.43 2.61 2.79 2.68

2.89

2.84

(ontleend aan ,,Annuaire Statistique” en ,,Monthly
Bulletins” van den Volkenbond).
De absolute cijfers voor Nederland in gewicht en
guldens voor de overeenkomstigee perioden zijn opge-
nomen in de jaarlijksche en maandelijksche uitgaven
van het Centraal Bureau voor de Statistiek en be-
dragen, afgerond in duizenden tonnen en in mi1-
lioenen guldens:

In’oer

1

Uitvoer

P e r i o d
e
Ge- Waar- Ge- Waar-

wicht de

wicht
1
de

1929 ……………………30.989 2752 16.301

1.989
1930

……………………31.394 2.418 16M06

1.719
1931 ……………………29.899
1.893
16.819

1.312
1932 …………………..24.587 1.299 13.992

846
Jan t!m Juni 1932 ………..11.737

677

6.858

418
Jan t/in Juni 1933 ………..11.055

563

6.247

355

1932 uitgedrukt in
0
/0
van 1929 793
0/
47.2
0/
85:8
0
/0
42.5
0
/0
Jan.Juni ’33 uitgedrukt in
0
/0
van Jan. Juni 1932 ………94.2
0
/0
83.2
o/
o
91.1
0
/0
84.9
01

De conclusies, welke uit deze twee groepen van ge-

gevens te trekken
zijn,
laten zich als volgt samen-

vatten:
lo. Quantitatief heeft onze export vergeleken met

onzen import althans tot einde 1932 een gunstig ver-:
loop gehad.
2o. In waarde uitgedrukt wordt de tot einde 1932
ongunstige verhouding van den export ten opzichte
van den import in 1933 eenigszins hersteld.
3o. De krachtige positie van Nederland in het in-
ternationale verkeer, welke in 1932 (import) en 1931
(export) culmineert, vertoont in 1933 teekenen van
eenige reactie.
Met betrekking tot de vier factoren, aan welke ik
belangri.jken invloed op de handelsbalans toeschreef,
valt nu het volgende te zeggen:
Ad
10.
Gezien de positie in het internationaal ver-
keer, waarbij Nederland naar de waarde, zoowel wat import als export betreft, een bevredigend beeld ver-toont, mag het handhaven van den gouden standaard
met betrekking tot den internationalen handel niet
ongunstig worden beoordeeld (zie ook tabel
II).
Ad
3o.
Gezien het feit, dat de debiteurlanden zich alle inspanning getroosten en
moeten
getroosten om
tot een actieve handelsbalans te komen (zie tabel
IV),
mag het geen verwondering baren, dat het percentage
van den invoer dooi- den uitvoer gedekt in Nederland,
als zijnde een crediteurland, de laatste jaren een da-
lende tendens vertoont, zooals uit de volgende gege-
vens blijkt:

Percentage
van
den invoer gedekt door den uitvoer. (Jan. t/m. Sept.).
1929

1930

1931

1932

1933
73.2

70.7

70.2

64.4

61.9

Ad
4o. Autarkische en imperiale tendenzen hebben

van N6derlandsche zijde de Nederlandschè handels-
balans uitermate weinig beïnvloed.

Betreffende de autarkische tendenzen in het bui-
tenland, die ongetwijfeld zwaar op onzen export heb-
ben gedrukt, valt hier o.m. te denken aan de moeilijk-
heden voor onzen textiel-, kuustzijde-, gloeilampen-,
radio-, landbouw-, tuinbouw- en zuivelexport. Tegen-
over buitenlandsche maatregelen in deze richting is

onzerzijds feitelijk nog geen belangrijke wijziging in
de handelspolitiek gebracht.

Hetzelfde kan gezegd worden van de imperiale
politiek. Ook hier ondervinden wij meer den invloed
van het buitenland, dan het buitenland die van ons
ondervindt. Beschouwen wij in dit verband den han-
del van Nederland met Ned.-Indië.

Handel met Ned.-Indië in duizenden tonnen en in millioenen guldens.

Invoer

1

Uitvoer
Periode

.
1Gewielit
1
Waarde Gewicht
1
Waarde

1929 ……………..360.000 138.000 273 000

172.000
1930 ……………..204.000

92.000 237.000

136.000
1931 …………….

193.000

72.000 170.000

89.000
1932 ……………..173.000

60.000 102.000

47.000
Jan. tin Juni 1932

86.000 28.000 63.000

26.000
Jan. tin Juni 1933

77.000 22.000 35.000

15.000
1932 uitgedrukt in
0
/0
van 1929 ………..48.1 i/

43.2
o/

37.3
0
/0

27.3
0/
Jan. t/m Juni 1933 uit-
gedrukt in
OI
van Jan.

t/in Juni 1932 …. …
89.5
0
/0
78.6
O/

55.6
o/

57.8
0f

Vergelijking van deze percentages met de boven-
staande, waaruit blijkt, dat de handel van Nederland met Nederlandsch-Indië in elk opzicht aanmerkelijk
sterker is teruggeloopen dan die met de geheele
wereld, zal nadere uiteenzetting met betrekking tot
laatstgenoemden factor overbodig maken.

Ad
72o.
Rest nog te bespreken het verschillend prijs-
verloop der artikelgroepen.
Concrete gegevens hieromtrent zijn te ontleenen
aan de Jaarstatistiek van den In-, Uit- en Doorvoer
1932. Berekenen wij den jaarljkschen middenprijs
per KG. voor de belangrijkste artikelgroepen in 1929
en 1932 in guldens bij import en export, dan verkrij

gen wij de volgende tabel:

Middenprijzea in F1.

Invoer

1

Uitvoer

Artik1groep

1932in

1932in
1929 1932
0
/0
van 1929 1932
o/
van

1929

1929

1: Voedingsmiddelen.
ii.
onbew.en hal ibew.
0.154 0.065
42
0.200
0.120
60
0.150
0.090
60
0.404
0.183
45
Onbe’,v.

en

haifbew.
stoffen van

b. fabrikaten

…….

a..plantaardige herk.
0.152
0.082
54
0.166
0.139
84
1). minej-ale herkomst
0.019
0.011
58
0.015 0.009
60
Fabrikaten ……..
0.22010.1631
74
0.317
0.138
44

Merkwaardig is het tegengestelde beeld, dat de be-
rekende percentages van eenerzijds de fabrikaten
(groep ib en 3) en van anderzijds de overige groepen
vertoonen. Immers, terwijl de uitvoér ovèr het alge-
meen een geringere percentueele daling van den mid-
denprjs aanwijst dan de invoer, is deze daling bij
fabrikaten precies omgekeerd en bedraagt voor fabri-
katen (groep 3) 26 pCt. bij import en 56 pOt. bij
export.

In dit verband blijkt bij een nadere analyse van
groep 3, dat de prijzen van verschillende uitgevoerde
producten aanmerkelijk sterker gedaald zijn, dan die
der ingevoerde en dat van enkele belangrijke artike-
len, welke een zeer hooge middenprjs vertoönen en
naar het gewicht een relatief groot aandeel in onzen

15 November 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

887

export vertegenwoordigen, cle
afzet
abnormaal sterk

is afgenomen.
Wat cle prijsdaling der uitgevoerde producten be-
treft, in dit verband valt te denken aan diverse soor-
ten oliën (lijnolie, palmpitolie, cocosolie), welke in
zeer geringe hoeveelheden worden ingevoerd, een be-
langrijk uitvoerproduct vormen en waarvan de prij-
zen tot circa > Y zijn ingezakt. Voorts aan som-
mige textielproducten, welke ook aanmerkelijk zwaar-
der op onzen uitvoer drukken en waarvan de export-
middenprijs daalde tot l â
4.
Met betrekking tot de

artikelen, welke een zeer hoogen middenprijs vertoo
nen, en quantitatief een groot aandeel in onzen export
vertegenwoordigen en naar het gewicht aanmerkelijk
meer dan gemiddeld zijn gedaald, kunnen o.m. g-
noemd worden electrische toestellen (post 1212, 40

püt. daling), idem (post 1050, 45 pOt. daling), stoom-
ketels en stoommachines (90 püt. daling) enz.
Op grond hiervan meen ik aan de vier genoemde
factoren als vijfde nog te moeten toevoegen:
Wijzi-
ging in de soortelijke samenstelling van den interna-

tionalen handel,
waardoor een sterke beïnvloeding

van onze handelsbalans in meer passieve richting
wordt veroorzaakt, in het bijzonder, wanneer wij daar-
bij in aanmerking nemen, dat fabrikaten (groep 3)
naar waarde 43.62 pOt. (in 1929) en 40.24 pOt. (in
1932) van onzen export uitmaken.
Quantitatief hebben de fabrikaten
in totaal
(groep

ib en 3) zich echter bij onzen export relatief uitne-
mend gehandhaafd, bij den import vertoonen zij eer-
der een daling, zooals uit de volgende tabel blijkt.

Percentueel aandeel
in
het totaal-gewicht.

Import

Export
G
r o e p

1929
1
1932

1929
1
1932

V6edingsmidclelen (groep 1h
van tabel
VII) ………….3.27

2.47

5.64
1

545
Fabrikaten (groep
3
van tabel
TII)

………………..

.

..
6.76 15.23 16.81 17.60

Totaal …….
20.03

17.70 22.45 23.05

Nemen wij al deze factoren, welke op zichzelf ten
nadeele van ons land hebben gewerkt, in aanmerking,
dan meen ik te mogen vaststellen, dat de relatieve

positie van Nederland tot het einde der besproken
periode geenszins een onbevredigend beeld vertoont.
Hiermede is evenwel nog niets gezegd met betrek-
king tot de toekomst. Meerdere factoren, die wij deels
wel, deels niet in onze hand hebben en waarvan wij
den toekonistigen invloed niet kunnen voorzien, zul-
len naast de geanalyseerde werken. Een oordeel daar-
omtrent valt dus bezwaarlijk te geven. De cijfers van
onzen export der laatste maanden en meer in het bij-
zonder die van October ji. wettigen echter geen op-
timisme.
C. KooL.

HET NIEUWE OOSTENRIJKSCHPOOLSCHE

HANDELS VERDRAG.

De ontwikkeling der handelsbetrekkiflgen tusschen
Oostenrijk en Polen kan het beste beoordeeld worden
aan de hand van onderstaande cijfers: …..

invoer uit Polen naar Invoer uit Oostenrijk naar

Oostenrijk in 0. Schilling Polen in 0. Schilling

1928
300.771.000
123.056.000
1929
290.768.000
106.096.000
1930
217.782.000
83.430.000
1931
178.219.000
57.986.000
1932
105.829.000
33.358.000
le halfj.

1933
33.865.000

.
21.640.000

Uit deze gegevens blijkt, dat tusschen 1928 en 1932
de waarde van den invoer uit Polen naar, Oostenrijk

met iets meer dan 35, die van den uitvoer van Oos-
tenrijk naar Polen met meer dan 27 procent is ge-
daald. De cijfers over het le halfjaar van 1933 doen
zien, dat de waarde van den invoer uit Polen naar
Oostenrijk circa 32 procent bedraagt van die over
hetzelfde tijdvak van 1932, terwijl de waarde van clan
uitvoer uit Oostenrijk naar Polen over dezelfde tijds-
ruimten 65 procent bedraagt.
Bij herhaling heeft men geprobeerd een handels-
verdrag tusscheu beide landen af te sluiten. De
daarbij te overwinnen moeilijkheden waren in hoofd-
zaak een gevolg van de onmogelijkheid om de Duitsch-
Poolsche handelsbetrekkingen behoorlijk vast te leg-
gen. Voor Polen was dat toch een zaak van het groot-
ste belang niet alleen door de oinvangrijkheid van
het eigen land, maar ook door de oude relaties tus-
schen Duitschland eenerzijds en de Poolsche gebie-
den ven het vroegere Posen en Opper-Silezië ander-
zijds. Deze moeilijkheden en de voortdurende zorg
voor het zoo min mogelijk uithollen der meestbegun-
stigingsclausule dreigden een permanente misluk-king te zullen beteekenen voor de totstandkoming
van een Duitsch-oolsch handelsverdra’g. De toestand veranderde evenwel geheel toen Oos-
tenrijk feitelijk genoodzaakt werd in het bijzonder
aandacht te besteden aan de wanverhouding tusschen
in- en uitvoer ten opzichte van bepaalde landen. Tot
die landen behoorde Polen. Er kwam een Oosten-
rijksch-Poolsche studiecommissie tot stand, die o.m.
tot taak kreeg de vermeerdering van den afzet van
Oostenrijksche producten naar Polen in beschouwing
te nemen. Dank zij dat onderzoek is de uitvoer van
bepaalde Oostenrijksche artikelen naar Polen toege-
nomen, maar daarnaast zijn door die ondrhandelin-
gen de grondslagen gelegd voor de besprekingen over
de totstandkoming van een handeisverdrag. De directe
aanleiding tot meer diepgaande conferenties bestond
door het belang van Polen bij den uitvoer van kolen naar Oostenrijk. In 1931 bedroeg deze uitvoer circa
14 millioen
M
3
.,
of 40 procent van den totalen kolen-
import in Oostenrijk.
Het spreekt vanzelf, dat het veilig-stellen van dit
afzetgebied voor Polen een zeer belangrijke aange-
legenheid was. De bezwaren voor de totstandkoming
van een verdrag zouden waarschijnlijk niet opgeheven
zijn, indien de resultaten van de conferentie van
Stresa geen uitkomst hadden gegeven. Men besloot
tegelijkertijd twee wegen in te slaan. In de eerste
plaats werd daarbij beoogd het sluiten van een han-
delsverdrag op normale basis, daarnaast werd van
gedachten gewisseld over een voorkeurs-verdrag, waar-
van de bepalingen eerst in werking zouden treden,
wanneer daartegen van andere zijden geen gegronde
klachten aangevoerd zouden kunnen worden.

De onderhandelingen over laatstgenoemde over-
eenkomst verliepen vlot, niettegenstaande het vast-
stellen der voorkeurscontingenten vele bezwaren met
zich bracht. De vrees, dat andere bij deze zaak be-
langhebbende staten bezwaren zouden maken tegen
een dergelijke overeenkomst, bleek juist te zijn. Men
hoopte van Oostenrijksche zijde, dat de Economische
Tereldconferentje
te Londen de gelegenheid zou bie-
den om met de vertegenwoordigers der bezwaren-ma-
kende landen overleg te plegen. Dat is niet gelukt.

Meer succes was de andere overeenkomst beschoren.
De belangen van de Oostenrijksche handel en indus-
trie eenerzijds en die van den landbouw anderzijds

hebben overeenstemming weten te bereiken, tengevolge
waarvan het gelukt is om 11 October ji. de bepa-
lingen van het nieuwe verdrag van kracht te doen
worden. Ten deele zijn in dit verdrag een aantal be-
langrijke verminderingen van het Poolsche tarief op-

genomen, waardoor het Oostenrjksche bedrijfsleven
in een gunstiger positie, komt. 1)at is het directe
resultaat voor Oostenrijk. Bovendien is het binnen
afzienbaren tijd mogelijk, dat de ‘Oostenrijks’che export
ook zal gaan profiteeren van de totstandkoming van

888

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN’

15
‘November 1933

handeisverdragen tusschen Polen en Tsjecho-Slowa-
kije, benevens tusschen Polen en Zwitserland. Alles
bijeengenomen kan men van Oostenrijksche zijde te-vreden zijn. Het officieele orgaan der Oostenrijksche
werkgeversorganisatie van
12
October ii. ziet in dezen
ontwikkelingsgang een schrede voorwaarts op het ge-
bied ,,der Bereinigung des handelspolitischen Wirr-

warrs in Mitteleuropa”. Jhr. Dr. J.
C.i1.oLLRUS.

DE INDISCHE MIDDELEN OVER MEI 1933.

In de maand Mei was de opbrengst der landsmid-
delen,
f 32.7
miljoen tegenover
f 32.1
millioen in
dezelfde maand van het vorige jaar, een meer-op-
brengst dus van
f 0.6
millioen. De totaal-middelen-

opbrengst over de eerste vijf maanden van
1933
ad

f 149.3
millioen, bleef echter
f 15
millioen achter bij

die in de eerste vijf maanden van
1932,
welke
f 164.3

millioen bedroeg.
Bij vergelijking van de opbrengsten over Mei dient
echter wel speciale aandacht te worden gegeven aan
de omstandigheid, dat de belasting- en de producten-
groep dit gunstige resultaat hebben. veroorzaakt, zoo-

dat,
gelijk
uit de navolgende toelichting kan blijken,

incidenteele verschuiving van de boekings- en beta-
lingsdata de eenige oorzaak zijn.

Algemeen Overzicht (in miii. gildens).

1/12

5/12

Groep raming

Mei

raming Eerste 5 mud. van

1933 1933
. 1932 1931 1930 1933 1933 1932 1931 1930
Belasting. 21.8 18.2 16.3 17.1 23.5 109.1 78.6 79.5 88.2 108.3
Monopol. 4.5 3.8 4.3 6.6 7.. 22.7 17.6 21.7 27.3 32.1
Producten 3.5 2.6 2.5 4.8 7.3 17.5 10.9 11.8 22.2 28.5 Bedrijven 8.5 5.9 6.7 7.6 9.6 42.4 31.3 38.3 42.9 49.5
Div. midd. 3.4 2.1 2.4 2.9 4.8
17:1
1]._13.] 15.2 18.2

Totaal . 41.7 32.7 32.1 39. 52.3 208.6 149.3 164.3 195.9 236.6
Belastingen.
De meest belangrijke afwijkingen kwamen voor bij

de navolgende groepen.

Niet-/cohierbelastingen.

Opbrengst mmiii. gid.

Omschrijv.

Mei

Eerste 5 maanden

Tariefs-

1933 1932 1933 1932 1931

wijzigingen

Invoerrecht 3.8

4.1

19.5

19.2

23.7

20 ope. vanaf
11J32
50id. 15_6 !32
Uitvoerrecht.0.21
0.26 0.95
1.39
2.1
Acc.oppetrol.0.9
0.9
4.4 4.6 4.8
Acc.opbenz. :1.7
1.7
7.5 8.6
7.6
200pc. vanaf
1_1_’32
33 1/3 jd.
163_’32
Acc.opiucif. 0.27
0.31
1.4
2.3
3.2
Acc. op tabak 0.5
0.007
3.9
0.035
0.029 (vanaf 16Dec.
Slachtbel. •. 0.44
0.47
2.2 2.4
2.5
’32 20o/

v.
d.
Stat. recht.. 0.21
0.23
0.8
.1.1
1.5
kleinhandels-
Zegelrecht.. 0.61
0.74
3.3 3.4 3.9
prijs.)

Totaal.. 8.6
8.7 44.
43.
49.3

Kohierbelastin gen.

De Kohierbelastingen bleven in de verslagperiode,
zooals uit de hieronder opgenomen vergeljke’nde”spe-
cificatie blijkt, met uitzondering van de,
Vennoot-
schapsbelasting
en de
Verponding,,
allen bij
1932
ten

achter.

‘Opbrengst in miilioenen guldens
Mei
Eerste 5 mnd. van
Omschrijving
1933
1932
1931
1933
1932

1931
Personeele belasting
0.31
0.35
0.32
.1.3
1.7

,

1.6
Inkomstenbelasting
en Crisisheffiug ..
2.8 3.8 2.7
12._
16.9

16.3
Vennootschapsbelast.
2.4
0.4
0.2 6.2
‘3.4

5.2
Vérponding

……
1.3
0.2 0.3 4.6
‘4.1

5.2
Landelijke inkomst.
1.8
2.1
2.8 6.4

6.6

7.
7

Vermogensbelasting
0.14

•.

0.7

TotaaI….

8.8 .

6.9

8.3

31.2 32.7 . 35.3

De hooge opbrengst van de vennootschapsbelasting

wordt veroorzaakt door het vlugge verloop van den
aanslag
1933.
De
overige belastingen
brachten in de verslag-
maand
f 0.84
millioen op tegen
f 0.64
millioen in
dezelfde maand van
1932,
terwijl de totaalopbrengst
over de eerstè vijf maanden van
1933
en
1932
res-
pgctievëlijk
f 3.4
‘en,,
f
3.7
millioen bedroeg.
Het recht van openbare verkoopingen, overschrij-
ving van; vaste goederen en oe
accijns
op gedistilleerd
hadden resp.
f
0.467
millioen,
f
0.266
millioen en

,f
0.231
millioen mindere ontvangst dan over de eerste vijf maanden van
1932.
De belasting op loterijen en
die der motorvoertuigen in de Buitengewesten brach-
ten echter, gedurende de maanden Januari tjm. Mei
1933,
resp.
3
ton en ruim
2
ton meer op.
Op
de’ motorvoertuigenlielasting Java en Madoera
werd in Mei alleen gestort in de provincie West-Java,
zoodat het ophrengstcijfer slechts een deel van de
betalingen aangeeft.

Monopolies.

De betalingen hij de monopolies varen in de ver-
slagmaand
f 0.4
inillioen minder dan in Mei
1932,
terwijl de ‘totaalopbrengst in de eerste vijf maanden
van
1933 f 4.1
millioen achterbleef bij die over de-
zelfde periode van
1932..’

5112

, En millioenen guldens
Omschrijving

I’aming

Opbrengst eerste vijf maanden

1933

1933′

1932

19.31

Opiurn ……….7.9

5.4 .

7.8

11.3

Pandhuizen ……’
.8.3

5.8

8.0

9.5

Zout …………6.5

6.5

5.9

6.5

Totaal.. 22.7

17.6

21.7

27.3

Producten.

De exploitatie-ontvangsten van de producten be-
droegén in Mei
1933 t 2.6
millioen tegen
f 2.5 mil-
lioen over dezelfde maand in
1932
of
f 0.1
millioen
meer, terwijl de totaal-opbrengst in de eerste vijf
maanden van
1933
nog
t 0.9
millioen achterbleef bij
die over dezelfde periode van
1932.
Het verschil is aldus sanengesteld:

5112

In millioenen guldens
Omschrijving

raming

Opbrengst eerste 5 maanden
1933 .

1933

1932

1931
Kina en thee •

0.4 ‘

0.137

0.105 .

0.134
Landscaoutchouc-
bedrijf

0.8

0.481

0.546

0.891

Boschwezen ……4.8

2.700,

3.375

5.039
Goud en zilver

0.356

Bankatin ……..8.4

5.463

4.943

11.275

Steenkölen ……3.1

2.142

2.824

4.550

Totaal

17.5

I10.9′

11.8

22.2

Bedrijven.

De exploitatie-ontvangsten voor de bedrijvengroep, verdeeld naar de diverse
bedrijven,
geven het volgen-
de beeld:

(In miilioenen guldens)
512
raming

Eerste 5 maanden

1933

1933

1932

1931

ilavenwezen ….5.4

5._

5.9

6._
Baggerdiehst … •

1.1 ‘ ‘” . . 0.9

” 1.4

‘:
Waterkrachten
‘Eleetriciteit …. .

1.3

.,

1.1

, 1.2

0.8

Landsdrukke’rij ..’ .0.7

0.4 ” 0.5

0.2
P.TT…………

13.-

9.9

11.1 ‘

12.3′
S.S . …………

20.8

13.9 .-. .

18.2

22.6

‘Totaal…. 42.4

31.3 ,

38.3

42.9

De totaal-opbrengsten van ‘de
S.S.
bleven in de
eerste vijf’maanden van dit .jar’
f
4.2
millioen bij
die ovér de eerste vijf maandén van het vorige jaar
ten achter. Verdeeld naar de verschillende lijnen was
dit verschil: ‘

Java ……………..
.f 3.78.
Sum. Westkust …….,,
0.17
Zuid-Sumatra ..;: ..:’.’;;.’0i9
d-Atjetam .. ……..;’:,.OiO

15
November
1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

889

Diverse m,iddelen.

De opbrengst van deze groep was in de eerste vijf
maanden van
1933 f 2.1
millioen minder dan in de
overeenkomstige periode van
1932.
Het achterblijven van de opbrengst over deze periode bij de fractioneele
jaarraming met een bedrag van
f 6.1
millioen en bij
dezelfde periode van
1932
met
f 2.1
millioen werd
veroorzaakt, doordat in de eerste vijf maanden van
het jaar
1933
resp.
f
0.2,
f
0.9,
f 0.3
en
f
0.5 mii-
lioen minder werd ontvangen dan in de overeenkom-
stige periode van
1932 op afstand van grond, aficoop
heerendiensten, schoolgelden
en de groep
,,Allerlei”.
Het algemeen verloop der landsmiddelen in het
loopende jaar in
vergelijking
met de vier voorafgaan-
de jaren moge blijken uit het volgende overzicht:

Opbrengst in millioenen guldens
Maand

per maand

t/m maand
1929 1930 1931 1932 1933 1929 1930 1931 1932 1933
Jan. 51.9 53.5 45.537.2 32.1 51.9 53.5 45.5 37.2 32.1
Febr. 48.9 42.2 35.9 31.3 26.2 100.8 95.7 81.4 68.5. 58.3
Maart 50.4 43.7 36.9 32.- 30.3 151.2 139.4 118.3 100.5 88.5
April 51.3 45.0 38.6 31.7 28.1 202.4 184.3 156.9 132.2 116.6 Mei . 53.8 52.3 39._ 32.1 32.7 256.2 236.6 195.9 164.3 149.3
Juni 61.2 50.4 45.2 35.2

317.4 287.1 241.1 199.5
Juli . 67.- 65.3 48.6 39.7

384.4 352.4 289.7 239.2
Aug. 62.2 52.5 46.2 38.7

446.5 404.9 335.9 278._
Sept. 62.4 59.3 46.1 39._

508.9 464.3 382.0 317._.
Octob. 71.6 57.2 41.7 35.3

580.4 521.5 423.7 352.2
Nov.. 56.1 46.9 44.3 33.7

636.6 568.4 468.. 386.-
Dec… 72.2 63.1 49.2 31.9

708.7 631.5 517.2 417.8
AANTEEKENINGEN.

De Minister-President over den gouden standaard.

In de vergadering van 10 November ji. heeft Mi-
nister Oolijn in zijn begrootingsrede ook over het
vraagstuk van denouden standaard gesproken, zulks
in verband met beschouwingen van de Kamerleden
Albarda, Bierema, Fleskens en Van Houten. De laat-
ste had de opmerking gemaakt, dat de Regeering
,,veel te veel aandacht schonk aan den gaven gulden
en beter deed met te letten op het recht voor de armen
en verdrukten”.
Het Miiiisteriëele antwoord op deze laatste opmer-
king en het betoog, dat. Dr. Oolijn daarop met be-
trekking. tot het geldvraagstuk deed volgen, geven
,
wij
hieronder woordelijk weer:

,,Om voor de arriten en verdrukten iets te kunnen doen, is het behoud van een gezond inutitwezen inderdaad -ndodza-.
kelijk. Bijna altijd is het loslaten van een vast muntwe-
zen, het kappen van het anker, waardoor dat muntwezen
‘.erankerd ligt, ook de oorzaak geweest van een erustige
budgetontwrichting.eu iiiede daardoor de oorzaak van bit-
teien nood voor alle economisch zwakken.
Moet ik de Kamer: ophouden niet daarvan voorbeelden
uit de laatste 15.jaren te noemen? Ik geloof niet, dat het
noodig is. Ieder, die zich eenigermate heeft beziggehouden
met hetgeen in vele landen
01)
dit gebied geschied is, zal,
dunkt mij, deze stelling onvoorwaardelijk onderschrijven.
Wie. de zwakker&n wil beschermen die moet vragen naar
een sluitend budget en naar een gaven gulden en die moet
begrijpen, dat vastheid van het muntwezen, daarvoor een
onafwijsbare voorwaarde is.
– Maar misschien zijn er, indien het niet de heer ‘Albarda
geweest is,. dan anderen, die van oordeel zijn, dat het met.
een
beheerschte
devaluatie, met een beheerschte depre-
ciatie van de munt toch niet zoo erg zou behoeven te loopen
en dat daaraan toch wel zekere voordeelen verbonden
konden zijn. –
Nu is de eerste vraag, die ik dienaangaande stellen moet:
wat is een beheerschte depreciatie van de munt? Waar is
zulk een beheerschte depreciatie ooit -voorgekomen? Zeker
niet in Duitschland; evenmin in Frankrijk of in België,
ook niet in de Scandinavische Staten. Zelfs niet in Enge-land, dat er nog het dichtste bij’ komt en zeker niet in een
van de andere groote landen der wereld, waar op het
oogenblik de munt lijdt aan de bekende ziekte, die men
anduidt met den naam van St. Vitusdans. Beheersching
van depreciatie is overal tot ‘nog toe een mislukking ge-bleken en ik ben er zeker van, dat zij een mislukking zou

zijn in ons land. Reeds nu, na de herhaalde verzekerin-
gen, die door de Regeering en door De Nederlandsche Bank
gegeven zijn, dat de,gouden standaard zal worden gehand-
haafd, reeds nu is het in Nederland niet gemakkelijk om
onze geldbehoeften te dekken. Reeds elke internationale
storing in het geldwezen roept bij ons onmiddellijk reactie
te voorschijn. En dus behoeft men niet te vragen, hoe het
zijn zou, wanneer bij ons inderdaad de gulden werd los-
gelaten van zijn anker. Dan was het uit met de mogelijk-heid van consolidatie van de vlottende schuld en met het
financieren der vlottende schuld zelf. Dan bleef er geen
andere weg over dan naar I)e Nederlandsche Bank te gaan
en
l)aPier
te gaan drukken, om dan hoe langer hoe meer
omlaag te gaan tuimelen. En dan spreek ik nog niet eens
over den economischen kant van de zaak, waarbij Neder-
land, dat nog altijd meer invoeren moet dan het uitvoert,
alles wat het heeft in te voeren zooveel duurder zou moe
ten betalen, ook de grondstoffen voor zijn industrie, be-
iievens belangrijke levensmiddelen. Terwijl de volkomen
– vernietiging misschien van alle spaargelden, lijf renten, en
soortgelijke vormen van uitkeeringen zou plaats vinden.
En dat in de ougegronde hoop, dat uien een daling, een-
maal begonnen, wel stuiten kan op elk oogenblik dat
men wil.
Welke voordeelen worden nu daartegenover gesteld? Over
vermindering van den schuldenlast wordt gesproken als
een van de bereikbare- voordeelen van een devaluatie van
onze munt. ik erken volgaarne, dat voor vele bedrijven
de vaste lasten, de schuldenlast, veel te hoog is geworden.
– De heer Fleskens heeft daarop gewezen, en de heer
Bierema heeft er ook over gesproken. De heer Fleskens
heeft zelfs de pertinente vraag tot de Regeering gericht:
hoe stelt de’ Regeering zich de oplossing van het schulden-
probleem voor, als niet de – weg wordt ingeslagen van
depreciatie van de munt? Die vraag gaat blijkbaar uit van
de gedachte, dat depreciatie wèl onder alle omstandigheden
een oplossing van het schuldenprobleern brengt. Is dat zoo?
Wordt door depreciatie inderdaad de druk van de schuld
altijd verlicht? Wie waarborgt die verlichting van druk?
Wie waarborgt, dat de stijging van de prijzen van goede-
ren gelijken tred zal houden niet de daling van de waarde van de munt? Het jongste exl)eriment 01) dit gebied leert
precies het tegendeel. Men zie slechts naar wat plaats
grijpt in de Vereenigde Staten. 1en waarborg, dat door
depreciatie vermindering van schuldenlast verkregen wordt,
is er zeker niet.
– Maar hoe stelt de Regeering zich dan, zoo vroeg de heer
Fleskens, de oplossing van het schuldenprobleem voor? Ik
geloof, dat het antwoord hierop niet zoo heel moeilijk is.
Schuldeischers, die geld hebben uitstaan, waarvan de ren-
dabiliteit niet meer aanwezig is, zullen hebben te doen,
wat alle andere schuldeischers te doen hebben, zij zullen
moeten afschrijven, of zij zullen met vermindering van
rente genoegen moeten nemen. Wanneer de rendabiliteit van een bedrijf verdwenen is, of sterk verminderd, is het
onvermijdelijk gevolg daarvan, dat- er kapit,aalverlies moet
w’orden genomen, of dat rentevermindering moet intreden.
i)atzelfde zien wij hij alle andere zaken. Wanneer iemand
in den duren tijd een schip heeft laten bouwen, moet op
dat kapitaal worden afgeschreven. Wanneer iemand twee-
maal te veel’ ‘betaald heeft voor zijn huis, dat hij gekocht
heeft enkele ‘jaren geleden, zal hij op dat huis moeten af-
schrijven, gelijk de houder van aandeelen op al zijn aan-
ceelenbezit in schcepvaartmaatschappijen en industriëele
ondernemingen e.d. ook een afschrijving heeft moeten toe-
passen.
Ik geloof, dat het schuldenprobleemn zich geleidelijk zal
oplosseu ‘op dezelfde wijze, als het zich altijd oplost, al
erken ik natuurlijk, dat -de gevolgen daarvan op het oogen-
blik met’ het oog op den grooten omvang, dien de zaak
heeft, veel ernstiger zijn dan in gewone tijden.
,Een tweede voordeel, dat men zich op dit terrein voor-
stelt, is de vergrooting van den export. Ook daarmee is
groote voorzichtigheid geboden. Wij hebben vlimk voor de
hand een zeer mrkvaardig verschijnsel. Het betreft den
import van katoenen goederen op Java. Er zijn behalve
Japan, dat heel veel naar Indië zendt, twee Europeesche
landen, die een bepaald soort van katoenen goederen naar
Java zenden. Het eene land met een volle muntwaarde,
Nederland; het andere land met een gedeprecieerde munt,
Engeland. Nu zou men zeggen, dat Engeland bij den im-
port op Java er beter voor zou moeten staan dan Neder-
land, doch, ,.Mijnheerde.Vooizitter, precies het omgekeerde
ishet geval! Engeland, dat voor zijn export naar Java in
zooveel gunstiger omstandigheden zou verkeeren dan Ne-
derland, is practisch van de markt op Java weg, en ook de
Nederlandsche uitvoer naar Java -is sterk gedaald, -maar

890

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

15 November 1933

hij heeft zich toch veel beter gehandhaafd clan de Engel-
sche export naar Java.
En ook in het algemeen is het bewijs voor clie stelling
niet te leveren. Ik heb hier het verloop van den export
van België, Frankrijk, de Vereenigde Staten, Duitschland,
Engeland en Nederland van de jaren 1.927-1032. De uit-
voer van België daalde in die jaren tot 56,7 püt. van de
waarde, die van Frankrijk daalde tot 35,7 pCt., van de
Vereenigde Staten tot 34 pCt, van Duitschland tot 56,1.
l)Ct., van Engeland tot 50 pCt. en van Nederland tot een cijfer, dat schommelt om de 45 pCt. Daar hebben wij nu
landen, die een sterk gedeprecieerde munt hebben als Bel-
gië en Frankrijk, en daar zien wij, dat België is terugge-
vallen tot 56,7 pCt. en Frankrijk tot 35,7 pCt.; daarentegen
zien wij, dat dc export van een goudiand als J)uitschland tot 56,1 pCt. is teruggevallen. Terwijl een land als Enge-
land, dat den gouden stanclaai-d heeft losgelaten, is terug-
gevallen tot 50 pCt., en cle export van Nederland, dat den
gouden standaard heeft vastgehouden, tot 45 pCt. is terug-
geloopen. Vaste gevolgtrekkingeu voor clan export zijn dus
uit de depreciatie van de munt niet te maken. Voordeelen
van het loslaten van een vaste munt zijn uitermate twij-
felacht.ig, de uadeelen daarvan zijn echter zeker en groot.
Nadeelen, die zelfs tot ranipspoedige gevolgen kunnen lei-
den. Het tenietgaan van alle spaargelden, het tenietgaan
van lijfrenten, het tenietgaan
van
de inkomsten van vele
stichtingen van barmhartigheid, gi-oote onzekerheid in het
economisch leven, een niet sluitende begtooting, moeilijk-
heden in verband niet de voorziening van de gcldbehoeften
van de schatkist, dat is de motiveering voor de Regeering,
waarom zij vasthoudt aan den gouden standaard; de moti-
veering, waarom – en nu hoop ik, dat ik mij niet vergis – de heer Albarda heeft gevraagd. Dat is ook – en dit in
antwoord aan den heer Van Houten – de voorwaarde, om
recht te kunnen doen aan de armen en vei-drukten.”

De economische toestand in Australië.

In het Novenibcrnummer van de ,,Monthiy Review”
van Lloyds Bank komt een belangwekkend artikel
voor van Prof. Douglas Copland van de Universiteit
te Melbourne, getiteld ,,Econorn.ic Adjustment in

Australia”.
De economische politiek van Austraiië, aldus de
schr., laat zich samenvatten in 5 punten, t.w.: 1. ver-
inging van de reëeie bonen op order van het ,,Com-
rnonwealth Arb.itration Court”; 2. vermindering van
overheidsuitgaven en opvoering van inkomsten; 3. ver-
laging van rente op openbare en particuliere schul-
den en van huren en pachten; 4. creclietexpansie van
de centrale bank, zoowel tot het dekken van tijdelijke
deficitten als voor ,,necessary ban works”; 5. waar-
dedaling van de valuta ten einde de betalings-
balans in evenwicht te brengen, steun te verleenen
aan de producenten, die voor uitvoer werken, en het

binnenlandsch prijsniveau op te houden.
Het merkwaardige van de Austral.ische crisispoli-

tiek is wel dit geweest, dat de autoriteiten in dat land
niet hebben gestreefd, hetzij naar een volledige in-
flatie-, hetzij naar een consequente deflatiepolitiek,
doch dat zij de elementen van beiden hebben gecom-
bineerd. Zoo ziet men, dat de hierboven sub 1-3 ge-
noemde punten geheel in de lijn liggen van de hier te
lande door de huidige Regeering gevolgde politiek,
die van de sub 4 en 5 genoemde crisismaatregelen
volstrekt niet weten wil. Vergelijkt men de Australi-
sche politiek met die van President Roosevelt, zoo
ziet men, dat tusschen deze beiden weder een funda-
menteel verschil bestaat, inzonderheid met betrekking
tot de bonen. Dit laatste vormt ook een verschilpunt
met Engeland, waar de loondaling geringer is ge-

weest dan in Australië.
In de combinatie van deze verschillende maatrege-
len ligt volgens Prof. Copland het geheim van de
Australische conjunctuurpolitiek, die volgens den
schrijver tot bevredigende resultaten heeft geleid:
,,The secret of Australia’s attack on the depression
lay in. the
combinalion
(wij cursiveeren) of a coura-geous banking policy with drastic reductions in costs
and government expenditure.” De schr. drukt zich
voorzichtig uit door op te merken, dat hij de Austra-lische politiek niet als de eenige methode beschouwt

om uit de moeilijkheden te komen, doch bijzonder be-
langrijk en voorloopig zeer bevredigend acht hij het
Australische experiment wèl: ,,I do not suggest that
Australian policy is the only way out, but it may
reasonably be claimed, in the light of subsequent
experience, that it has proved to be a way out at a
time when less comprehensive action has not proved
so succesful in some countries.”
Belangwekkend is de wijze, waarop men in Austra-
lië het boonpeil heeft verlaagd. Daarover nam het
,,Cornnionwealth Arbitration Court” in Februari 1931

een bijzonder belangrijke beslissing; het reëele boon
zou voortaan met 10 pCt. worden verlaagd. Prof.
Copland schrijft daarover het vobgdnde:

The Court had for many years adjusted the basic ivage
automatically with quarterly changes in the coat of living.
As the cost of living f cli dui-ing the depression, the basic
iate also fell. In addition, the Court after an exhaustive
cnquiry ordered a reduction for one year of 10 per cent, in
the basic wage. The effect of this reductiou, and of the cost-
of-living adjustment, was to reduce the Commonwealth
basic svage by 30 per cent. between the fourth quarter of
1929 and the fourth quartei’ of 1932. Since that time the
Court has made a slight alteration in its inethod of fixing
the ss’age by accepting as the basis of its adjustments an
index number covering clothing and miscellaneons expen-
diture as well as foodstnffs and house rent, which alone
were covered by the former index number. – It is perhaps
worthy of nota that the Ajbitration Court, which was
thought by many to be an instrument of rigidity in the
economie structure, was the first official body to declare
strongly and adequately in favour of fundamental acijust-
ments iie the economie structure.”

Ook op de verdere bezuinigingsmaatregelen van de
Regeering is deze koers van het Arhitration Cou’rt
van beslissenden invloed geweest. Voor de bijzonder-
heden daarvan moeten wij naar het artikel van Prof.
Copland zelf verwijzen.
Naast vermindering van uitgaven door verlaging

van salarissen etc. en door een meer rationeele inrich-
ting van Overheidsdiensten is Australië er ook in ge-slaagd een zeer succesvolle conversiepolitiek te voe-
ren. Daarmede ging een politiek van credietverrui-
ming, eenerzijds tot het overbruggen van het deficit,
anderzijds ten behoeve van openbare werken, gepaard.
Aan dat alles brengt Prof. Copland hulde. Minder
is hij te spreken over de tariefpolitiek der Regeering,
die verdedigd werd met het doel om de betalingsbalans
voor ontwrichting te behoeden, doch een averechtsch
effect heeft gehad. De schr. merkt daarover het vol-
gende op:

,,J3efore the depiession, imports and exports approxima-
tely balanced, as did also external interest payments and
ovej-seas public horrowing. The depressiou rapidly reduced
the income from exports and destroyed altogethei’ the re-
ceipts from long-term borrowing. Imports were not reduced
proportionately, and efforts ware made to hold the excbange
rate at a point close to panty so that the Australian pound
was over-valued. The Goverument, unfoitunately, resonted
to very heavy inereases in the tariff, in the belief that this
action would correct the external situation. The result has
been a very substantiai inciease in the level of the Aus-
tralian tariff, nn4 the imposition of additional tarif t costs
upon the Australian exporter. This, indeed, is the main
weakness common to depression pohcy in alrnost all coun-
tries. Though Australia aan point to some recent tariff
reduetions and to the climinat.ion of prohibitions and
quotas iniposed duning the clepression, and in this respect
iS
perhaps in advance of most countnies, she has still to
face the uphill task of reducing the tariff to a level that
will not injure the development of the export industries.
The concessioji grauted to British imports on account of
exchange depreciation is an important move in this direc-
tion, because it will effectively rednce the general tariff on
goods in which J3ritish imports predoniinate.”

Tenslotte halen wij nog het volgende aan uit de
conclusie, waarmede Prof. Copland zijn lezenswaardig
betoog besluit:

,,Australian policy in the crisis has been a blending of
reductions in costs, currency depreciation, and credit ex-
pansion. It is still too early to estimate the full resuits

15 November
1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

891

of the policy. Experience so far gained suggests, however,
that the cost reductions alone could not have brought the
satisfactory resuits so far attained. Nor could the depre-
ciation of the currency and the expansion of central bank
credit have brought relief without the confidence stimula-
ted by the bold attack upon costs and the application of
cuts to all costs, including fixed charges. Australia’s econo-
mic system was, perhaps, well suited for such an experi-ment, and the readiness of her people to accept a general
sacrifice made possible a rapid spreading of the loss of
incorne. This, indeed, was •the outstandirig feature of the
middle course between deflation and inflation that Austra-
lia adopted in the depression. Currency depreciation gave
relief to export producers; the reductions in wages, interest
and rent lowered costs of production and brought budget
deficits within manageable limits; and the expansion of
credit provided a useful stimulus to enterprise.”

Men ziet uit dit betoog, dat volgens Australische
opvattingen en volgens de daar te lande opgedane er-
varingen deflatie- en inflatie-politiek niet zoo vol-
komen onvereenigbaar zijn, als veelal wordt gemeend,
mits men slechts de juiste combinatie weet te treffen.

Economisch herstel in de ,,Sterling Club”.

In het laatste nummer van de ,,Monthly Review”
van cle Midland Bank komt eene beschouwing voôr,
getiteld ,,Business Recovery in the Sterling Group”.
In dit artikel wordt gewezen op de geleidelijke ver-
betering, die zich sinds geruimen tijd manifesteert
in de landen, die men ietwat euphemistisch als de
,,sterling club” pleegt aan te duiden. Wij schrijven
opzettelijk: ,,eaphemistisch”; immers, van een eigén-
lijke ,,cluh”, d.v.z. van een groep van landen met
onderling gefixeerde valuta, kan men hier niet spre-
ken; daarvoor zijn de onderlinge koersfluctuaties te groot, zooals een blik op de grafiek, opgenomen op
blz. CXXXI van ons Kwartaalbericht van 25 October
ji. leert, te aanzienlijk.

De Midland Bank neemt ten aanzien van de door
Engeland gevolgde monetaire politiek een standpunt
in, dat men zou kunnen aanduiden met de woorden:
,,dankbaar, doch niet voldaan”. Eenerzijds verheugt zij zich over de stabiliteit, welke de koopkracht van het Pond Sterling, gemeten aan de goederenprijzen,
in de laatste twee jaar heeft vertoond (zie in dit ver-
band de cijfers, vermeld in ons bovengenoemd Kwar-
taalbericht, blz. CXXII en CLV), anderzijds had zij
gaarne een aanmerkelijke stijging van de groothan-
delsprijzen (uitgedrukt in papierponden) gezien. Zoo
verklaart de schrijver van dit bankbericht eenerzijds
niet zonder ingenomenheid, dat ,,sterling provides the
only basis of true monetary stability in the world
today”, doch anderzijds, dat deze stabiliteit sinds Sep-
tember 1931 toch een ,,disappointing result” is, aan-
gezien het toenmalig niveau der groothandelsprijzen
reeds abnormail laag was.

De schrijver opent zijn beschouwingen als volgt:

,,It is now recognized by almost everyone, howevei grud.
gingly by the prophets of doom, that a sustained recovery
in general economie conditions in this country has been
taking place for some time past. This is a matter for much
more than national satisfaction, since Great Britain exer-
cises almost unequalled influence upon the trend of econo-
mic af fairs throughout the world. Notwithstanding that sterling is a pure managed currency, almost completely
divorced from gold for an indefinite period, it provides the
only basis of true monetary stability in the world today;
neither gold nor the dollar can at present provide the same
degree of steadiness in purchasing power as the pound is
shoving and seems likely to maintain, and this statement
need not be taken as in any way detracting from the
desirability of a regulated hardening movement in corn-
rnodïty prices. Further, Great Britain has become the
centre of :a vast area of trade, both national and inter-
national, in currencies based
UPOfl
the pound sterling, so
that on physical lnea.surements done the behaviour of the pound in relation to commodities is perliaps thé strongest
single factor in world conditions, even allowing for the
force of monetary and political disturbances icriéing from
other •parts of the world.”

Na vervolgens een kort overzicht te hebben gegeven
van den gang van zaken in de z.g. sterling groep en
‘na gewezen te hebben op het beloop van den door The
1Economist samengestelden index van de bedrijvigheid
:fl
Engeland, besluit de schr. zijne beschouwing met
de volgende woorden:

,,lf this index is to be relied upon, recovery set in
shortly after our departure from gold and has continued
ver since. The probability is that the mere departure from
1
gold gave a stimulus to enlarged business activity which
was strengthened by the introduction of import duties, and
that the momentum thus piovided, and not entirely extin-
Tg
u
ish
e
d by a restrictive monetary policy in
the
winter of
was translated into a steady movement ivith the
inauguration and determined pursuit of an expansive mo-
netary policy. It is true that the expansive policy has been
lacking in some respects, but evident that it has home
‘good fruit even in the limited form in which it has been put into effect. This, then, we eau regard as at the heart
of the recovely in Great Britain. The stimulus, moreover,
has been conveyed to various countries attached to sterling,
strengthening the effect of local movements working slow-
ly towards revival. At the rate of progress so far recorded
by the
Economi’it’s
index, nearly two years must elapse be-
fore the level of business activity attained in 1929 is res-
tored – the standard even of that relatively prosperous
year can hardly be regarded as satisfactory. Nevertheless,
freedom of monetary action makes the outlook far more
hopeful than it would otherwise be.
The main point which emerges from this survey is that,
since our departure from gold, recovery has been steady
and has been shared in, one after another, by those coun-
tries which, having themselves at different times taken the
same step, have participated in the benefits of a monetary
policy unhampered by more or less fortuitous bonds. The
general avemage of commodity prices in the sterling group
as a whole is now roughly the same as in September 1931.
This, taken by itself, is a disappointing result, since the
average at that time was far too low and is still below
the level which can be designated as healthy, having regard
to debt obligations, intemnal and international, and budget
requirements. Yet how much more satisfactory is even this
record than that of the gold countries, where prices have
fallen by ten to twenty per cent, intensifying their diffi-culties in many directions. There can be no doubt, in the
result, that our departure from gold has paid us already a
handsome dividend; that it has enabled us to follow a mc,-
netary policy well calculated to ijiduce a steady revival of
business; that in consequence it has facilitated recovery
over a very large part of the world; and that its benefits
must in course of time extend to every quarter of the
globe.”

Nieuwe oriënteering in de handelspolitiek van
België?

Dezer dagen verscheen het voorloopig rapport van
cle commissie Theunis over de oriënteering van de Belgische economische politiek. De inhoud van dit
rapport is in bepaalde opzichten zeer belangwekkend.
In de eerste plaats wordt geconstateerd, dat de
vrijhandelspolitiek voor België geen ongunstigen in-vloed heeft gehad, hetgeen
blijkt
uit de omstandig-
heid, dat de achteruitgang van den Belgischen inter-
nationalen handel geringer is geweest dan die van
andere landen, terwijl de handelsbalans geen onguh-
stige wijziging heeft ondergaan. De invoer is onge-
veer proportioneel met den uitvoer afgenomen. De
commissie concludeert derhalve reeds direct, dat de
vrijhandelspolitiek moet worden gehandhaafd, daar
deze het best overeenkomt met de economische struc-
tuur van België.

Hoewel deze conclusie in haar algemeenheid niet
onjuist is te achten, komt het ons echter voor, dat

de ervoor aangevoerde argumenten en cijfers haar
allerminst bevestigen. Immers, het Nederlandsche
tarief van invoerrechten was en is nog steeds lager
dan het Belgische en desondanks nam de Nederland-
sche internationale handel van1929 op 1932 af met
54,6 pCt., de Belgische slechts met 53,9 pCt., terwijl

de daling voor het sterk protectionistische Frankrijk

892

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

15 November 1933

54,2 püt. bedroeg, dat is dus slechts 0,3 pOt. .mer dan

voor België.
De commissie acht het, intusschen, ter afweer van

abnormale concurrentie en tot het ondervangen van
de nadeelen, ontstaan uit de moeilijkheden in – het
internationale betalingsverkeer, gewenscht krachtige
maatregelen te nemen. Deze maatregelen moeten
wor-

den gericht tegen aantasting van de binneulandsche
markt’ en van de exportmogelijkheden. –
Het eerste dient te geschieden door invoerbeperkin-gen (gericht tegen dumping), voorkeur van overheids-
wege aan Belgische producten met vrijwel gelijken
prijs en kwaliteit als buitenlandsche en door het

handhaven van lage kostprijzen.
Het tweede moet volgens de commissie worden be-
reikt door herziening van de ‘handelsverdragen en
door ,,monnâyage des importations” (de aanwending
van de verplichtingen uit invoer van goederen ter

verkrijging van betaling voor den uitvoer).
Ten aanzien van de herziening van de handels-
verdragen merkt de commissie op, dat men niet moet

overgaan tot het sluiten van een tolverbond, daar
dit te groote economische en politieke bezwaren zou
medebrengen. De motiveering hiervan is erg kort en
kan niet voldoende worden geacht, inzonderheid voor
zoover het betreft een toluriie tusschen landen van

ongeveer gelijke economische beteekenis.
De commissie stelt daar tegenover, dat het ge-

wenscht is- het’ systeem van Ouchy (voorwaardelijke
meestbegunstiging) in toepassing te brengen. Daar dit
echter met de, hoewel dikwijls tot bezwaren aanlei-
ding gevende, onvoorwaardelijke meestbegunstigings-
verdragen niet is te vereenigen, moet een formule
worden gevonden, welke het naast elkaar bestaan van
onvoorwaardelijke en voorwaardelijke meesthegun.sti-

gingsverdragen mogelijk maakt. De’ ,,monnayage des iniportations” beoogt hetzelfde
als de Nederiahdsche clearingwet. Deze kan echter
practisch slechts effect hebben tegenover landen ten opzichte waarvan België een passieve handelsbalans
heeft. De commissie stelt hiertoe voor een stelsel van
discrimineerende invoervergunningen, teneinde, zon-
der al te groote belemmeringen aan den binnenland-
scheu handel te veroorzaken, het buitenland te dwin-
gen de maatregelen, welke de betaling van invoer uit
België bemoeilijken, terug te nemen.
Resumeerende komt dit rapport derhalve neer op
het voorstellen van een versterkte actieve handelspo-
litiek, welke reeds in België toepassing vond (ni. in
den vorm van een dubbel tarief van invoerrechten en
van een contingenteeringswet). Voor zoover dat uit
het rapport is te beoordeelen stelt men zich die ver-
sterkte actieve .handelspolitiek voor in den vorm van invoerreglementeering, eer dan in den vorm van ver-
hoogde invoerrechten.

Statistiek betreffende
de zichtbare suikervoor-

raden.

‘J)e -Zichtbare

Voorraden bedragen
volgens
de

laatste
mededeelingen van Czarnikow (in tom)

1933
1932
.

1931
Duitschland

1110

……….
224.000
633.000
629.000
Tsjecho-Slowakije 1110
1.01.000
145.000
232.000
Frankrijk

1/10

………..
130.000 142.000
235.000
Nederland

1/10

………..
109.000
115.000 150.000 België

1110

…………..
44.000
43.000
72.000
Hongarije

1/10

………..
30.000 22.000 20.000
Polen

1/10

……………
141.000
147.000
226.000
U.K.
1110
Geïmp. Suiker
.
229.000
154.000
135.000
1110
Binncnl…..
14.000
,


1.000

Europa…
1.022.000 1.401.000 1.700.000

‘er. Staten alle havens 111.0
348.000
440.000 459.000
Oubaansche havens
1/10

.
619.000 806.000 1.092.000
Cuba binnenland
1/10


1.415.000 1.385.000 1.460.000
Java

1
1
1
0

……………
3.019.000
3.123.000 2.311.000

Totaal ….
6.423.000 7.155.000
7.022.000
Waarvan geblokkeerd …..
1.890.000
3.657.000 2.204.000

MAANDCIJFERS.

PRODTJ OTIE DER STËENKOLEN-, BRUIN-
KOLEN- EN ZOUTMLrNEN.

(Gegevens verstrekt door den Hoofdingenieur der ‘mijnen.)

1. Gezamenlijke Steenkolenmijnen.

Aug.
Jan.jAug.
Jan.fAug.
1933

,
1933 1932

Prod. Steenkolen iu tonnen
.
107Ö.678

8.409.369

8.310.193
Aantal normale werkdagen
.

25′)

203

194

11.
‘Bruinkolenmijn ,,Carisborg”.

Netto-productie in tonnen..

8.5872)

82.331

93.338
Aantal normale werkdagen

165

201

111..
Zoutmijiien. (Kon. N.ed

Zoutindustrie te Boekelo.)
3)

Afgeleverd:
Geraff.

zout …….. (ton)
)
lEndustriezout

……(

)
,


31.513
,40.734
Afvalzout

……….(

,, )
J
J
J
Aantal normale werkdagen

179
205

Aantal arbeiders.

Steenkolen-kolenmijn Zoutmijnen
mijnen

,,Carisborg”

1 Sept.
1933 ………….. 10.846
4
)
6
)
.’
23.075°)


(

1 Sept.
1932 ………….. (11.1114)7)

.24.549°)

85

208

‘) Staatsmijnen Emma, Hendrik, Maurits;
24
Domaniale mijn;
23
Staatsmijn Wilhelmina;
21
Oranje-Nassaumijnen,Willem-Sophia enjulia;
20
Laura.
2
)f6 547
ton ruwe kool.
2.040
ton bruinkoolbriketten. ) In verband met concurrentie-moeilijkheden mogen de productiecijfers
niet meer worden gepubliceerd.
4)
Bovengronds. ) IncI.
2.060
arbeiders
in de nevenbedrijven.
6)
Ondergronds.
7)
Inci.
2.071
arbeiders in de
n even bed rijv en.

EMISSIES IN OCTOBER 1933.

S
taatsleeningen ………………
f
199.000.000,-
zijnde
Nederland
Kou. der Nederlauden
f 200.000.000 4 % obi.
a
9914 % ……….f 199.000.000
Prov. en Gemeentelijke Leeninge.n
1) ,,
3.822.125,-
zijnde:
j
Tedprland
Gem. Arnhem
f2.000.000

4 %
obl.
á 97 % . .. . f 1.940.000
Gem. Den Helder
f 200.000
4’/ %
obl.
D. 100 % ..,,

200.000
Idem
f500.000
4
141%
obl.
á 99141 % ……..
497
.
500

Cern. Voorburg
f 1.215.000
4%
obl.
11 9714f% ..

1.184.625

Kerkelijke Leeningen ………….,,

75.000,-
Nederland …………..f

75.000

Totaal ….
f
202.897.125,-
Bovendien Gem. Haarlem
f 5.086.000 4 %
obl.
S
98 %
voor couversie.

De Kerkelijke Leen.ingen zijn als volgt samengesteld:
Rente- Emissie-

Guldens voet

koers

pCt.

pCt.
Ver. v. voorber. Lager en
M.U.L.O. op Gerefor-
inerden Grondslag,
Amsterdam-Noord …………
25.000

5

100
Geref. Kerk van ‘s-Gravenhage-
50.000
414.

100

in
1933.
Aandeelen
Totaal

f
111.190.325,-
12.250.625,-
1.414.500,-
500.000,-

,,
11.791.500,-
238.000,-

,,
288.000,- 787.500,-

,,
787.500,-

222.000,-

222.000,-
7.020.625,-

7.020.625,-
202.897.125,-

202.897.125,-

f 346.336.700,-
f
1.525.500,-

f 347.862.200,-

Oost………………..

Januari
Februari
Maart
April
Mei …..
Juni
Juli …..
Augustus
September
October

Envissies
Obligatiën
f 111.190.325,-
12.250.625,-
1.414.500,-
• 11.291.500,- f
50.000,-

15 November
1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

893

OVERZICHT VAN DE INDISCHE MIDL)ELEN
(In Guldens).

h


msc rijving
Mei
1933
le

vijf

le

vijf
innd. 1933

mnd. 1932

Belastingen.
22
42

Invoerr.

inc!.

Landsgoed
3.81
.4
19.467
19.151

Uitvoerr.

md.
Landsgoed
211 947
1.391

47
}
228
459

petrol
eum
2.615 11.895 13.246

Pachten

……………..
6

lucifers
2.67
1.380
2.270
485
3.874
35

Andere ontv. T. U. en A.
18
80
81
tabak ………..

208 846
1.064

Personeele belasting
309
1.334
1.750

Inkomstenbel. en

Crisish
2.804
12.042 16.892

Vennootschapsbelasting
2.385
6.213
3.442
Vermogensbelasting
141 721

1.314
4.628
4.140

Recht van opeub. verkoop
58
968
1.434

Accijns op gedistilleerd

….

3.282 3.420

Oversohr. van vaste goed
.156
699 963

Recht v. suec. en overgang
24
177
245

Statistiekrecht

…………

Vergunning speeltafels ..
5
39
46

Verponding

……………

Slachtbelastingen
443
2.180
2.389

Bijzondere bel.

buitengew.

6
34
41

Eloofdgeld

…………….
2
10
21.

Zegelrecht

……………614

Landelijke inkomsten
1.
.765
6.353
6.567

Belasting op loterijen

….
251
604 306

Motorbeiasting id. Bi. Gew.

30
223
1
Opgeheven belastingen
.


1
57
Motorvoertuigenbel. Java en Madoera
235 325

Totaal..
18.213
78.570 79.453
ilïonopolies.
Opium exel. opiumfabriek
1.056
5.351
7.771 1.252
5.751
8.014
1.535
6.462
5.926

Totaal.
. .
3.843
17.564 21.711

l’roducten.

-.
53
137
:105
Landscaoutchoucbedrijf

.
136
481
547
i3oschwezen.

………….
639
2.700
3.375
Goud

en

zilver

……….

1.199 5.463
4.943
570
2.142
2.824

Totaal.
. .
2.597
10.923
11.794
Bedrijven.

Pandihuizen

……………
Zout

…………………

578
4.960
5.897 215
940
1.420

Ki’na en Thee

…………

Waterkraclit en Eleetricit
226
1.145 1.204
Baggerdienst

………….

La.nd.sdrulckerij
80
396 524

Banka-tin

…………….
Steenkolen

…………….

Post-, Telegr.- en Tel.dienst
1.933

..

9.914
11.059
Spoor. en Tramwegen
2.854

.

..

13.922 18.164

lFlaven.wezen

…………..

Totaal.
. .
5.886 31.277
38.268
Diverse snicfdelen.
Wïnstaaudeel ,,Bil.liton’

Winstaandeel Jav. Bank



Afstand van grond
120
1.482
1.670
36
203
273
Boeten

en

verbeurdverki
63
539
451
Leges en salarissen
23
168
192
Heff. t.z.v. gesl. werkover.

10
39
60
Opbrengst d. Weeskamers
75
316 362
22
124
148

Mijneoncessies

………….

Ontv. Gevangeniswezen
281
1.290 1.191
Afkoop heerendienst. B.G.
:196
598
1.543

:E.icIaster

………………

439
2.163 2.426
Outv. ziekeninricht. enz.

.
66
308 369
IJk van maten en gew.

51
223 226
Verk. en verk. va
.n huizen
174 855 835
Ontv -waterleidingen

:.
27
183
199
209
1.019
996

Schoolgelden

……………

9
1.152

..
80 94
513
998
Cood.sSeldn

…………….

Totaal…

2.1
10.975 13.119

Bakengelden

…………..

Allerlei

………………

Recafritulatie.

.

Totaal belastingen

……..
18
.
21
3

monopolie

……..3.843
producten

………
2
.
59
t

bedrijiven

………
diverse middelen

.

5.886
2.125

78.570 17.564
10.923

..
31.277
.
10.975

79.453
21.711 11.794
38.268
13.119

Totaal generaal…. 1 32.664

1 149.309
1
164.345

STATISTIEKEN EN
.
OVERZICHTEN…
BANKDISCONTO’S.

Ned IDisc. Wissels.
2*19Sept.’33

Lissabon

•… 6
13Mrt.’33
Bel.Binn.Eff. 3
19Sept.’33


lVrsch. in R.C. 3
198ept.’33
Londen ……2
30Juni’32
Madrid ……6
26 Oct.’32
Athene ……….7

14Oct.’33
N.-YorkF.R.1. 2
19Oct.’33
Batavia ……….
4*l6Aug.’33

Oslo

……..
3
*
22
Mei’
33

Belgrado

…….. 71
20Juli’31
Parijs

……2*

9Oct.’31
Berlijn

……….4
22 Sept.’32
Praag

……
3*25
Jan.’33
Boekarest……..6

5Apr.’33
Pretoria

….
315
Mei
’33
Brussel
.
……….
3*l3Jan.’32
Rome ……..
3*4Sept.’
33

Budapest ………

17 Oct. ’32
Stockholm

.. 3

1 Juni’33
Calcutta

……..

*
16Feb.’33
Tokio

…. 3.65

2 Juli’33
Dantzig

…….. 3

6Mei’33
Weenen ……5
23Mrt.’33
Helsingfors ……5

4
Sept.’33
Warschau…. 5
26 Oct. ’33
Kopenhagen

•… 3

1Juni ’33
Zwits.Nat.Bk. 2
22 Jan.’31
OPEN MARKT.

1933

11
1932
II
.1931
11
1914

11Nov
1
6111 1 30Oct./1 23128
II
7112 II 9114

20124
Nov.

4Nov.

Oct.

Nov.

Nov. II
1
Juli

Amsterdam
Partic.disc.
31
3j
118_112
3j_I1
1
14_
1
15
l
3
/-2
3
1
1
3
1
Prolong.
1

1
1
1
1 1
‘/,..2
214-j4
Lo,,den
Daggeld…
1
12-I
2
121
‘(2-1
‘(2-1
14-I
4
1
14-5
1
12
13I
4
2
Partic.disc.
11/,
6
_11
9

1611211I8

71-1
23fl
6
..151,
5

111_23/,
55171
411
4
_31
4

Berlijn


Daggeld…
4
1
18-5
1
1
4
1
18-5
1
I2
4
1
I2-6
4
1
14..515
4-514
8-9114

MaandeId
411-6
4
1
/s-6
4
1
12-6
4
1
12-6
4112-5112
8-11
-.
Part, disc.
37j
371
9

371
8

37/
s

3718

8
2
1
1s-‘j,
Warenw. ..
4..I/
.4-
1
1


4-
1
12
4-112
4.114

New York
813

…….

Daggeld
1)
31
4

31
4

3
1
4

3
1
4

111
4

22/
2
-3I
4

18/
4
21/
2

Partic.disc.
5/
1
1218
1
/2
’12
/
8

321
4
_4
.
-.
1)
Koers van 10 Nov. en daaraan voorafgaa de weken
tim.
Vrijdag.

WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.

Data
1

New
Londen
Berlijn
Parijs
Brussel
Batavia
York’)
)
‘.1
‘1
‘)
‘)

7
Nov.
1933
1.59k
7.82%
59.08
9.701
100k
8

,,

1933
1.58y, 7.80%
59.06
9.70*

34.58
100%
9

,,

1933
1.5611,
7.84
59.-
9.70*
34.571
100k
10

,,

1933
1.535,
7.92%
59.12*
9.701
34.60
100%
11,,

1933
1.56ij,
7.89% 59.15
9.70 34.59
100
13

,,

1933
1.54
,
1
8

7.93%
59.16
9.70*

34.59
100%
Laagste d.w’)
1.52%
7.76
58.97*
9.69*
34.52*
99%
Hoogste d.w’)
1.61
7.95
59.20
9.70*
34.62*
100k Muntpariteit
2.4878 12.1070
59.263
9.747
34.592
100

Data
Zwit-
serland
Weenen
Praag
Boeka-
Milaan
Madrid
1)
rest’)

7 Nov. 1933
48.04%

T
13.06
20.721
S

,,

1933
48.04

7.36*
1.49
13.06
20.74
9

,,

1933
48.02%
7.37
1.49
13.05*

20.72
10

,,

1933
48.03

7.37
1.49
13.04
20.60
ii

1933
48.02

7.37 1.49


13

1933
48.03

7.37
1
.
4
8*
13.03*
20.50
Laagste
d.w’)
47.97%
27.75
7.32*
1.45

12.97*
20.32*
Hoogste
d.w1)

48.10
28.-‘
7.40
1.52*

13:10
20.85
Muntpariteit
48.12%
35.007
7.371
1.488
13.094 48.52

Data
Stock- Kopen-!
Oslo’)
1

Hel-
!

sin
Buenos-
1
Mon
holm ‘.)ihagen’,)i
i
1Aires’)

1
treal’)

t

1NOV.

L1363

413.01)

óa.Uó

623.40

3.40

03
j.OI)
1933 40.30.

34.90

39.30

3.45
.1:58

9

,,

1933

40.55

35.10

39.50

..
63
1.58
10


1933 40.90

3 5.4 5

39.85

3.50

63

..
64
1.55
11

,,

1933 40.80

3 5.3 0

39.70

3.50

64
1.57%
13

,,

1933 40.95

35.45-

39.90

3.50

64
1.54
Laagste d.w
1
) 39.95

34:60

38.95

3.40

63
1.52%
Hoogste d.wl) 41.20

35.75

40.15

3.55

64
1.62%
Muntpariteit 1 66.671 66.671 66.671

6.266

955
4

2.4878
Noteering te Amsterdam.
“)
Not, te Rotterdam.
‘) Part.
opgave.
in ‘tlste of 2de
No.
van iedere maand komt een overw;icht
voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.

KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).

D a a
–Londen

Parijs ——-
Berlijn


Amsterdam
(3 per £)
(3p.
IOOfr.)
(3
p.
100 Mk.)
(St,. 100 21d.J

7Nov.

1933

1..


8

1933
4,97%
6,16
37,60
63,65
9

,,

1933
5,12
6,31%
38,52
65,13
10

1933
5,103/,
6,27
38,30
64,65
11

,,

1933
5,09 6,26
38,20
64,65
13

1933 5;16 6,31
-.

38,50
65,05.

14 Nov.

1932
3,333,
6

3,91’s1
6

23,77% 40,14%
Muntpariteit..
4,86
3,905
8

1

23.81%
4031,6

S94

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

15
November 1933

KOERSEN TE LONDEN.

Plaatsen en

1Noteerings-1
Landen

1
eenheden
28
Oct.
1

1933
4Nov.
1933
6111
Nov.
1933

1
LaagstelHoogstel
1
11
Nov
1933

Alexandrië..
Piast.
p.

9774
97
9
7′
9751
9
97
Athene

•…
Dr. p.
£
560
560
540
585 565
Bangkok….
8h. p. tical
1!10
T

s
1110
rs

111 0′
ll
1, 10
Budapest

..
Pen.p.J.
18
18
17
19
18”
Buenos Aires
d. p.$
43%
44’4
43
44%
4334
Calcutta
. . . ,
St,. p. rup.
116 116
1
1
32

11571
8

1161/
16

115
.
1o1
1

Constantin,.
Piast. p.
£
660 650
650 660
660.
Hongkong ..
8h. p.
$
1 5’1
1,5k
15
1154
1,5%
Kobe

…….
Sh. p. yen
11215
1
,,
11271
1
,
112’1
11274
1 23.

1
Lissabon….
Escu. p.
£
105
103
5
18
103
106
10574”
Mexico

….
$
per
£
1674
17.25 16.50 18.75
18.25
Montevideo
.
d. per
£
36
3674
3574 37
36
Montreal

..
$
per
£
4.7911
4.8674
4.87
5.1574
5.06
Riod. Janeiro
d. per Mii.
4s1
s

451
8

3
,
1
8

474
4
Shanghai

..
8h. p. tael
1/3o1
11351
18

113%
114 11374
Singapore ..
id. p.
$
2/4
0
1
32

2
1
43
152
214
21431,,
214
3
1
33

Valparaiso
1).
$
per
£

– –


Warschau

.
ZI. p.
£
2874
2771
8

27%
2811
8

2874

ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS
8)

Londen’)
N.yorki)

Londen
7 Nov. 1933,.

1851,

7 Nov. 1933.,..

129111k
8

,,

1933.,

1874
4171
8

8

1933….

131110
9

,,

1933..

189,’,
4271
5

9

1933,,.

130 10
10

,,

1933..

187/,
4274

10

1933.,,.

129;8
11

,,

1933..

1881
427I

11

1933,.,.

13011)
13

,,

1933,.
4374

13

1933,,,,

12914
14 Nov. 1932..

17
7
18
27

14 Nov. 1932,,..

123121
27 Juli

1914.,

24161,
59

27 Juli

1914….

84,10%
1)
in pence p.oz.stand.
6)
Forelgn
silver in $c. p.oz. fine.
3)
in sh. p.oz.fine
STAND
VAN

RIJKS KAS
Vorderingen.
1

31Oct.1933
7Nov.1933

Saldo van’s Rijks Schatkist bij De Ne-
/

18.045.150,15
/

4.216.201,09
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
133.534,20
66.898,86
Voorschotten op ultimo Sept. 1933 aan

derlandsche

Bank……………….

de gem. verst, op v. haard. de Rijks-
adm. te heffen gem. ink. bel, en opc.
op de Rijksink. bel
Voorschotten op ultimo Sept. 1933 aan
,,

1.555.539,18

de gem. veratrekt op aan haar uit te
keeren hoofds.derpers. bel., aand. in

…………………1.555.539,18

de hoofds. der grondbel. éndergem.
fondabel., alsmede opc. op die belas-
tingen en op de vermogensbelasting
,,

2.372.691,25
,,

2.372.691,25
Voorschotten aan Ned.-lndi8 ………
..,212.831.975,28
,,228.015.461,85
Id. aan

Suriname ………………….
12.685.164,45
12.794.847,94
Id. aan

Curaçao ………………….
,,

5.417.631,56
Kasvord. weg. credietverst. a(h. buitenl
,,

97.108.652.18
.,

96.192.948,45
Saldo der postrek. v. Rijkscomptabelen
35.979.977,28

,,

39.734943,82

…5.415.191,56

,,

9.197.459
1
76
Vord. op andere Staatsbedrijven
8)
…….9.355.120,17
Verstr. t. laste der Rijksbegr. kasgeld- leeningen san gemeenten (saldo)
45.027.570,34
,. 45.057.570,34
V e r
p
Ii c
h
Ii
n ge n.

Schatkistbiljetten in omloop ………
./333.556.000,-
/313.779.000,-
Schatkistpromessen in omloop …….
..190.020.000,-
,, 145.630.000,-
.,

1.423.476,-
Schuld op ultimo Sept. 1933 aan de gem. weg. a. h. uit te keeren hoofda. d. pers.

Zilverbons in omloop
…………….
….1.427.501,-

bel., aand. i. d. hoofds. d. grondb. e. d.
gem. fondsb. alsm. opc. op die bel, en

op de verm. bel …………..
. ……

Schuld aan het Alg. Burg. Pensloenf.1)

,,

12.959.045,41
,,

14.834.173,95
……

Id. aan het Staatsbedrijfd.P.,T.enT.’)

,,102.830. 63,85
..108.257.395,62
Id. aan andere Staatsbedrijven’) ……

20.300.70
,,

35.300,70
Id. san diverse instellingen’) …… …,, 117.972.833,01
,,

17.874.394,47
i
)
In rekg.-crt. met ‘s Rijks Schatkist.

NEDERLANDSCH-INDISCHE VLOTTENDE
SCHULD.
7 Nov. 1933
IS
Nov. 1933
Vorderingen:
/

477.000,-

Betaalmiddelen In
‘S
Lands kas


Sald.o Javasche BanK………………

waaronder Muntbiljetten ………..


Verplichtingen:
Voorschot’s Rijks kase. a. Rijksinstell.
,227.771.000,-
/229.303.000,-

….

1.000.000,-
1.000.000,-
Schatkistbilletten

………………
20 .365.000,-
20.365.000,-
Schatkistpromessen
………………….

Muntbiljetten in omloop

………..
1.142.000,-
1.141.000,-
Schuld aan het Ned.-lnd. Muntfonds.,,
…1.638.000,-
.,

1
436.000,-
Idem aan de Ned.-lnd. Postspaarbank.,,

1.552.000,-
,,

1.769.000,-
Voorschot van de Javasche Bank….

449.000,-

SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Data
Metaal
Circu

latie
i
Andere
hb
opesc.
schulden

1

t
1

scon.
Di
1

IDIv.
rek
1

e-
ningenl)

21 Nov.

1933..
704

1
1.144 585
713
2.342
14

1933..
706

1
1.169 592
713
2.327
7

,,

1933..
706
1.236 564
713
2.347
30 Sept.

1933..
706
1.332
407
718
2.362
23

,,

1933.,
708
1

1.025
427
716
2.311

5 Juli

1914..
645
1.100
560
735 396
otulip. urE at;ttvn.

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans
01)
13 November 1933

Activa.
Binnen!. Wis.1 Hfdbk.
f

26.826.334,92
sels, Prom.,’ Bijbok.
,,

582.067,72
enz.in
disc.I Ag.sch.
,,

4.211.528,44

f
31.619.931,08
Papier
o.
h. Buitenl. in disconto

……,, ……

Idem eigen portef.

f

1.572.500,-
Af: Verkoejitmaar voor de bk.nog niet afgel.


1.572.500,-
Beleenin9en
mci.
vrsch.
Hldbk.
f

98.453.133,441)

in rek.-crt.
Bijbnk.

,

3.968.375 53

op
onderp.
Ag.sch.

,

39.887.013,93

f
142.308.522,90

Op
Effecten

……
f
141.071.612,54
1
)
OpGoedei’enenSpec.
,,

1.236.910,36
142.308.522,901)
Voorschotten a.
h.
Rijk
…………….

..

Munt, Goud
……
f
111.860.830,-
Muntmat., Goud
,. ,,
794.887.134,43

f

906.747.964,43
Munt, Zilver, enz.

26.691.644,69
Muutmat., Zilver.,

,,
933.439.609,12
2
)
Belegging
1
1
6
kapitaal, reserves en pen.
sioenfonds

……………………

..
21.515.422,32
Gebouwen en Meub. der Bank
…….. ..
5.000.000,-
Diverse

rekeningen
………………,,
10.369.556,49
Staat d. Neder!. (Wetv. 27/5,’32,
S. No.
221)
,,
18.331.1 95,17

f
1.164.156.737,08
Passiva.
Kapitaal
………………………..
f
20.000.000,-
Reservefonds
…………………….,,
3.749.272,82
Bijzondere

reserve

………………,,
5.000000,-
Pensioenfonds

………………….,,
8.809.549,68
Bankbiljetten in omloop ……………

,,
902.393.515,_
Bankassignatiën in omloop

……….

..
67.682,68
Rek..Cour.
j
Het Rijk
f

9.936.669,38
saldo’s:

Anderen212.174.336,63
222.111.006,01
Diverse

rekeningen
………………

,,
2.025.710,89

f

1.I64.156.737,08

Beschikbaar metaalsaldo

….
……..
f
484.129.731,21
Minder bedrag aan bankbiljetten in
om-
loop
dan waartoe de Bank gerechtigd
is ,,
1.210.324.327,-
6)
Waarvan aan Nederlandsch-Indië
(Wet van 15 Maart 1933, Staatsblad No. 99)
……..
/
76.424.425,-
2)

Waarvan

in

het buitenland

…………………….
..3.123.745,47

Voornaamste posten in duizenden guldens.

Data
Goud
.
Circulatie
opeischb.
Beschikb.
Metaal-
Dek-
kings
Munt
Muntmat.
schulden
saldo
perc.

13
Nov.
’33 111861 794.887 902.394
222.179 484.130
83
6

,,

’33 111860
784.357
919.180
193.044
477.861
83
25 Juli

’14
65.703
96.410
310.437
6.198 43.521
54

Data bedrag

1
;

n
1

Belee
fin
gen
op
het
reke-
1
dison to’s_
rechtstreeks
1
buiteni. nin
gen’

13
Nov. 19331
3L620
1


.
142.309
1.573
10.370
6

,,

19331
29.293
1

i
143.396
1.573
10.485

25 Juli

1914J
67.947

61.686 20.188
509
‘)Onder de activa.

JAVASCHE BANK.
Andere
!ieschikl
Data
Goud
Zilver
Circulatie
opeischb.
metaal- schulden
saldo

11Nov.’33
2
)
138.340
190.880
19.870
54.040
4

1332)
139.290 189.350
22.640
54.494

14 Oct. 1933
97.928
1

38.402
192.586
20.652
51.035
7

,,

1933
97.929 1

38.708
193.091
20.885
51.047

25 Juli1914
22.057

31.907 110.172
.
12.634
4.842

Wissels,
1′
Diverse
Dek-
Data
buiten
Dis-
Belee-

1
reke- kings-
N.-Ind.
conto’s
ningen
1
nin gen
1)
percen-
_______________
betaalb.
1
fage

11 Nov.’33
2
)
350
73:560
11.430
66
4

1332)
360
73.970
11.280
66

14Oct. 1933
281
14.304
64
9.2911

56.104
7

,,

1933
279
9.266

54.456
13.306
64

25 Juli1914
6.395
7.259

75.541
2.228
44

‘)
Slultpost activa.
2)
Cijfers
telegrafisch ontvangen.

15 November 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

895

BANK VAN ENGELAND.

Bankbilf.
1
Bankbilf. 1_Other Securities
Data

Metaal

in

un Bankingi Disc.and Securitje’
ctrculatie
1
Departm. Advances

8 Nov. 1933 191.813 373.335

77.203

8.466
1
14.611
1

,,

1933 191.758
1
372.197

78.250
1
8.648

14.371

22 Juli 1914 40.164

29.317

33.633

Data

00v.

Public
1
_Other Deposits
1

1
Dek-
Other
1
Reserve’ kings-
Sec.

Depos. Bankers Accountsl

1
perc.
1)

8 Nov.’33 72.788 25.244 91.295
1
40.075 78.4781 50,1
1 ,, ’33

77.021

7.541 1110.644

43.707
1
79.8601 49,1

22 Juli ’14 11.005 14.736

42.185

29.297 52
1)
Verhouding tusschen Reserve en Deposits.
BANK VAN FRANKRIJK.

1
Te goed

Wis

Waarv.l

Belee-

Renteloos
Data
Goud
Zilverl

in h t

sets
bUll:l.
op het
1
ningen
.

l
voorschot
buitenl.l
v.d. Staat

27 Oct. ’33
81.032
1
784
1.285
1

4.861
1.302
2.781 3.200
20

,,

’33
81.786
1
808
1.286
1

4.261
1.331
2.802
3.200

23Juli’14
4.104
640

1.541
8
769

Bonsv.d.1
Diver-
1
1
1

Rekg. Courant
1
Staat
_________________________
Zclfst.
1 Parti-
Data
zelfst.
__sen
1)
Circulatie
amort. k.
____________
Iamort.k.l
culieren

27 Oct. ’33
6.238 2.296
1

81.099
1.741
2.286
17.301 20

,,

’33 6.375
1

2.351
1

80.939
1

1.741
1

2.253 117.715
23 Juli’14


5.912
401

943
) Sluitpost activa.
DUITSCHE RI.IKSBANK..
Daarvan
Devlezen
1

Andere

Data
Goud
bij bui-
als goud-
1

wissels
Belee-
tenl. circ.
dekking
1

en
nïngen
banken
1
)
geldende
1
cheques

7 Nov. 1933
396,5
1
53,9
18,6
3.076,7
1
75,7
31 Oct.

1933
396,0
53,9 18,0
3.146,9
1

143,0

30 Juli

1914
1.356,9


750,9
j

50,2

Data
Effec-
Diverse
Circu-
Rekg.-
1
Diverse
ten
Activa
2
)
latie
Cr1.
Passiva

7 Nov. 1933
318,8
1

552,2
1 1

389,2
222,5
31 Oct.

1933
319,1
614,0
1

3.571,4
1

416,4
226,7

30 Juli

1914
330,8
200,4
1.890,9
944,-
40,0
1) Onbeiast.
2)
Wo.
Rentenbankscheine
7
Nov., 31 Oct. 1933, resp. 30,16
miii.

– NATIONALE BANK VAN BELGIE:

Data

Goud
.
Rekg. Crt.

1933

8 Nov.
12.7151

66
769
65
1
355
40
1
3.449
185
367
2

..
2.713
67
759
65
355
40
3.472
190
327

FEDERAL RESERVE BANKS.

Goudvoorraad
Wissels

Data
Other
cas/J”
2)
Totaal
1
Dekking
1
In her-

1
disc.
v.
d.
1
in de
open
bedrag
F.
R.
Notes member
1
markt
i
banks
1
gekocht

18

Oet.’331
3.592,1
1

2.714,2
229,2
1

215,2
112,8
6,6
11,,’33
3.590,2
2.699,2
119,3

_1
6,9

Belegd
Totaal
1
Gstort
Dek-
GoudAlgem.
1

Dek-
Data
in
u. & Gov.Sec.
incir-
kings-
1

kings-
latie
perc.’)
1
perc.
2
)

18 Oct.’331
2.375,3
2.993,9 1
2.839,2 1
145,5

1
61,5
1

65,5
11

,,

’33
2.344,1
3.008,4
2.785,1 145,6
61,9
65,7
Verhouding totalen goudvoorraad tegenover opelscnoare schulden: F. R. Notes en netto deposito.
2)
Verhouding totalen
voorraad muntmateriaal en wettig betaalmiddel tegenover idem.
,.Other Cash” does not inciude Federal Reserve Notes or a Bank’s
own Federal Reserve
bank
notes.
PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET FED. RES. STELSEL.

Dis-

I
1
lReservel
Totaal
Waarvan
Data
Aantal
conto’s
Beleg-

bil de
1

depo-
1 1

time
banken
en
beleen.
1

gingen

F’
R.
1

banks
1

sito’s
1
deposits

11Oct. ‘331
23
1

8.570

1
7.966
1.894
1

15.867
1

4.477

«
20
1

8.565

1
7.983
1.844
15.797
4.486
Do posten van De Ned. Bank, da Javasche Bank en de Bank of Eng.
land zijn In duizenden, alle overige posten in mlliloenen van de be.
treffende valuta.

GOEDERENHANDEL.

GRANEN.

14 November 1933.

De fluettiaties van den dollarkoers hebben in de afge-loopen week de zaken in Noord-Amerikaansche t a r we
bemoeilijkt. Vooral bij stijgende markten varen koopers
terughoudend, later kwam er icts meer vraag bij een go.
makkelijker stemming. De daling van den dollarkoers had
een verhooging aan de termijnmarkt te Chicago tengevolge.
Winnipeg volgde. De koers voor den Canadeeschen Dollar
is nu hooger dan die der Ver. Staten. Chicago en Winni-
peg waren op 1.1 Nov. gesloten, gisteren trad te Chicago
weder eene verbetering in. Het slot te Chicago Was 5′ dol-
larcents per 60 lbs. hoogei’, te Winnipeg 1
cj
dollarceuts hoo-
ger dan een week geleden. Volgens het laatste regeerings-
rapport wordt de tarwe-opbrengst in Canada geschat op
271.820.000 bushels tegels 282.771.000 in het vorige offi-
cieele rapport. In het vorige jaar bedroeg de laatste schat-
ting 428.514.000 bushels. De particuliere berichten spraken
den laatsten tijd ]eeds van lagere clan de vroegere schat-
tingen. De termijumarkten in Argentinië daalden om-
streeks het midden der week, het slot te Buenos Aires was
18 centavos per 100 KG. lager, te Rosario 40 centavos lager dan een week geleden. In Europa zijn in de afge-
loopen week flinke hoeveelheden tarwe gekocht in Euro-
peesche uitvoerlandemi. Geregeld vonden zaken plaats in
Duitsche tarwe volgens monster, in Hongaarsche en Rus-
sische tarwe. Eenige verbetering der markt was te be-
speuren van betere vraag voor het Verre Oosten, waar voor Argentijusche en Australische tarwe belangstelling bestaat.
Vooral Australische tarwe zal door de voorgenomen ver-
koopen van Amerika sterke concurrentie ondervinden, en
is met tarwe van den nieuwen oogst tot matige prijzen 0:-in
de markt, ook in Europa. Van dat aanbod wordt nog wei-
nig gebruik gemaakt. Vooruitzichten van den nieuwen
tarwe-oogst in Australië zijn niet geheel gunstig.
De stemming aan de r o g g e-markt bleef onveranderd
lusteloos niet voortdurend dringend aanbod en weinig
vraag. Duitsche rogge wordt in de tweede hand zeer laag
aangeboden onder de prijzen, welke door de eerste hand
worden gevraagd. De eerste hand zegt betere prijzen te
maken in Scandinavische landen, in België zijn rogge-
koopers terughoudend, omdat voor den invoer permissies
isoodig zijn, w’aarvau men niet weet, of zij zullen worden
verstrekt. In Nederland heeft de regeeriug 80.000 ton Duit-
sche logge gekocht, en deze omstandigheid houdt koopers
ervan terug inkoopen te doen, vreezende, dat een druk op
cle prijzen zal ontstaan, wanneer clie regeeringsaaukoopen
op de markt zullen komen.
De sterk gestegen prijzen voor disponibele ma ï s, welke
einde der voorafgaande week werden betaald, hebben geen
stand kunnen houden, toen het aanbod vermeerderde, door-
dat eenige pa:rtijen Platamaïs naar hier werden gebracht, welke oorspronkelijk voor andere havens bestemd waren
geweest. Hoewel het aanbod daarvan niet groot was, was
het voldoende om de prijzen voor dadelijk leverbare maïs
verscheidene guldens per last naar omlaag te drukken. Ook
stoomriende partijen werden lager verkocht, toen de koersen
aan de Argentijnsehe termnijnmarkten daalden. De termijn-
niarkt voor inaïs sloot te Buenos Aires 10 centavos per
100 KU. lager, te Rosario 5 centavos lager dan een week
geleden. De droogte in Zuid-Afrika heeft het importeeren
van mais noodig gemaakt, verschillende ladingen Plata-
mais werden verkocht naar Zuid-Afrikaansche havens.

SUIKER.
De stemming op de verschillende suikermarkten was
gedurende de afgeloopen week over het algemeen flauw.
Beiichten omtrent een nieuwe omw’entelingspoging in Cuba veroorzaakten een kleine opleving, welke echter
slechts van zeer korten duur bleek te zijn.
In A in e r i k a, waar het wantrouwen in het welslagen
van Rooseveits economische politiek stijgt, waren hoege-
naamd geen koopers voor ruwsuiker te vinden. Door het
feit, dat houders, mede tengevolge vals de schaarsche aan-
voeren uit Cuba, zeer terughoudend zijn, kon de prijs van
1.30 dc. c. & fr. voor Cubasuiker echtei- gehandhaafd
blijven.
Nadat de N e w-Y o r k s c h e termijnmarkt aanvankelijk
een enkel puntje kon aantrekken, veroorzaakten liquida’
ties en hedge verkoopen een flauw’e stenuning. De slotno-
teeringen luidden 7 t S punten lager dan het slot van de
voorafgaande week als volgt: Dec. 1.24, Jan. – 1.23, Mrt.
1.28 en Mei 1.33, terwijl Spot Centr. de geheele week op
3.30 dc. zijn geweest.
De ontvangsten in de Atlantische havens der Ver. Sta-
ten bedroegen deze week 35.000 tons, de versmeltingen

896

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

15 November;’1933

GRANEN EN ZADEN
TUTINBOUWARTIKELEN
VLEESCH

TARWE
Manitoba
R000E
MAIS.
GERST
64”K
LIJNZAAD
WITTE
KOOL UIEN
BLOEM-
KOOL
RUND-
VLEESCH
VARKENS:
VLEESCH
No. 2 loco
74 K.G. Bahia
Blanca loco
La Plata
loco
La Plata
La Plata
loco
le kwal.
1-5 pond
gewoon
per 100 1(0.
le soort
(versch)
(versch)
Rotterdam!
Amsterdam
R’damlA’dam R’damlA’dam
loco Rotter-
dam/A’dam

R’damiA’dam per 100 1(0.
Broek op
p. 100 st.
Groote-
Oem.v.3kw.
1(0.
pe.100
per 100 KO.
per 100 K.G.
per 100 K.G. per 2000 K.0. per 20001(0.
per 19601(0.
Broek op
Langendijk
broek 5)
Rotterdam
2)
2)
Langendijk
Rotterdam

6.
o
0

Ii.
0
10
f1..
6.
lo
6.
0
10
f
0
/0
f
°J5
f
°/o
1 0
1
0
1

f
!o
1925
17,20
100,0
13,07
5

100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0

1
– –
1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4
360,50
77,9
1
1



1927 14,75
85,8
12,475
95,4
176,00
76,0
237.00
100,4
362,50
78,4
1



1928
13,475
78,3
13,15
100.6
226,00
97,7
228,50 96,8 363,00 78,5
4,55
1

100,0 13,25 100,0 14,80
100,0
93,
100,-
1

77,50 100,-
1929
12,25
71,2
10,875
83,2
204,00
88,1
179,75
76,2
419,25
90,6
7,38
162,4 11;78
88,9
17,23
116,4
96,40
103,7
93,12
5
120,2
1930
9,67
5
56,3
6,225
47,6
136,75
59,1
111,75
47,4
356,00
77,0
2,05
45,1
2,14
16,2
14,22
96,1
108,-
116,1
72,90
94,1
1931′
5,55
32,3.
4,55
34,8 84,50 36,5
107,25
45,4
187,00
40,4
3,06
67,3
1,94
14,6
7,54
50,9
88,-
94,6
48,-
619
1932
5,22
5

30,4
4,626
35,4 77,25 33,4
100,75
42,7
137,00
29,6
1,49
32,8
8,07
60,9
.
9,92
67,0
61,-
65,6
37,50
44
Jan.

1931
6,52
5

37,9
4,-
30,6 84,50 36,5 86,25
36,5 207,50
44,9
3,40
74,8
1,92 14,5
96,
103,2
.

56,-
72,3
Febr.
5,775
33,6
3,90
29,8 87,50 37,8 85,75
36,3 206,25
44,6
3,01
66,2
2,24
16,9
91,
97,8
.

50,
64,3
Maart
.
5,62
5

32,7 4,20
32,1
10300
44,5
104,75
44,4 214,00
46,3 4,72
103,8
3,25
24,5 90,
96,8
51,-
65,6
April
5,90
34,3 4,42
5
.
33,8
112,00
48,4117,00
49,6
197,75
42,8
-.

97,-
104,3
47,-
60,6
Mei


6,15
35,8
4,975
38,0
95,75
41,4
124,00
52,5
189,00
40,9

———————-

.
98,-
105,4
45,-
58,1
Juni


5,75
33,4 5,05 38,6
86,75
37,5
116,50
49,4
191,50
41,4












101,–
108,6
41,-
52,9
juli
5,425 31,5
4,70
35,9
84,25
36,4115,75
49,0
211,00
45,6

1

—-







95,-
102,2
49,-
63,2
Aug.
4,975
28,9
4,025
30,8
74,50 32,2
119,50
50,6
185,50
40,1
.
94,-
101,1
54,-
69,7
Sept.
4,775
27,8
4,27e
32,7
68,00
29,4
97,00
411
164,25
35,5

.
12,21
82,5
84;-
90,3
,

50,-
64,3
Oct.

,,
5,-
.29,1
4,475
34,2
68,50 29,6 94,75
401
160,25
34,6
4,38 29,6
75,-
80,6
49,-
63,2
Nov.

,,
,5,825
33,9
.5,47
41,9
81,00
35,0
114,50
48,5
169,75
36,7
1,52
33,4 5,04
38,1
6,04 40,8
72,-
.77,4
48,-
61,9
Dec.

.,
4,925
28,6 4,95
37,9
69,25
29,9
111,25
47,1
145,75
31,5
1,47
32,3
5,39 40,7
70,-
75,3
43,-
55,3
Jan.

1932
5,05
29,4
5,07
5
388
71,25
30,8
114,00
48,3
142,50
30,8
1,49
32,8 8,69
65,6
70,-
75,3

40,-
51,6
Febr.


5,30
30,8 5,07
5
388
74,00
32,0
108,50
46,0
142,25
30,8
1,28
28,2
8,98 67,8
68,-
73,1
34,-
43,9
Maart

,,
5,525
32.1
5,80
44,4
86,75

.
37,5
118,00
50,0
143,25
31,0
1,68
36,9
12,26
92,6
67,-
72,0
32,-
41,3
April

,,
5,65
32,7
6,22
5

47,6
88,75
38,3
124,50
52,8
135,25
29,2
63,-
67,7
28,-
36,1
Mei
5,60
32,6
5,30
40,5
78,00
33,7
116,00
49,2
130,25
28,2

67,7
26,-
33,5

luni

.
5,225
30,4.
4,15
31,7
80,75
34,9
105,75
44,8
128,75
27,8
67,-
72,0
34,-
43,9
jul.
4,90
28,5
4,-
.30,6
78,75
34,0
100,25
42,5
129,75
28,1

—————–

68,8
.

35,50
45,8
Aug.
5,20
30,2
4,075
31,2
77,50
33,5
98,25
41,6
133,00
28,8
























62,-
66,7

40,50
52,2
Sept.
5,475
31,8 4,20
32,1
78,50
33,9
88,50 37,5
150,75
32,6 9,78
66,1
55,-
59,1
.

42,50
54,8
Oct.

,,
5,25
30,5 3,92
5

30,0
74,50
32,2 79,50
33,7
138,25
29,9
9,81
66,3
51,-
54,8
44,-
56,8
Nov.
4,90
28,5 3,90 29,8
71,25
30,8 79,00
33,5
135,25
29,2
1,06
23.3 4,10 31,0
10,18
68,8
53,-
57,0
46,-
59,3
Dec.
4,725
27.5 3,80
29,1
66,25
28,6 .75,25
31,9
135,00
29,2 0.84
18,5
3,99
30,1
53,–
57,0
46,-
59,3
Jan.

1933
Febr.
4,95
4,775
28,8
3,75
28,7
73,00
31,5
75,25 31,9
136,50
29,5 0.67
14,7
3,38














—–



25,5
50,50
54,3
44,75
57,7
27,8
3,70

28,3
71,00
30,7
74,75
31,7
130,25
28,2
0,60
13,2
2,06



—–










—–





15,5
49,25 53,0
45,-
58,1
Maart
5,05
29,4
3,82
5

29,3
73,50
31,7 76,25 32,3
130,50
28,2
0,61
13,4
1,29
9,7
46,50
50,0
46,-
59,3
April
5,15
29,9
3,75
28,7
72,75
31,4
71,25
30,2
129,50
28,0 49,50 53,2
48,25
62,3
Mei
5,40
31,4
3,775 28,9 70,50
30,5
73,25
31,0
146,75
31,7
52,25
56,2
49,-
63,2
Juni

,,
5,25
30,5
3,55
27,2
66,00
28,5
75,75
32,1
163,25
35.3
51,25
55,1
48,-
61,9
Juli

,,
5.82
5
33,9
3,85
29,4
64,25
27,8
78,00
33,1
176,25
38,1

49,25
53,0
48,50
62,6

Aug.

1
5,30
30,8

3.55

1
27,2 61,25
26,5
67,75
28,7

161,50
34,9





—-











—-






49,-
527
49,25
63,5
Sept.

i
4,95 28,8
3,475
.
26,6
.

61,00
26,3 65,25 27,6
159,00
34,4

——————




—-






9,28
62,7 50,25
54,0
54,-
69,7
Oct.
4,40
25,6
3,-
22,9 60,25

1
26,0
63,50
27,0
141,25
30,5














4,30
29,1
56,25
60,5
54,25
70,0
6 Nov.

1
4,50
26,2 2,85

1
21.8
70,50

1
30,5
59,00
25.0
145,50
31,5
1,25
27,5
2,17
16,4
60,-
8
)
61,5
54,
6
)
69,7
13

..

,

1
4,50
26,2
2,85
21,8
69,00

1
29,8 59,00
25,0
146,00
31,6
1,25
27,5
2,32
17,5
60-
7
)
64,5
54,_7)

69,7
.1) Men zie voor de toelichting op dezen staat de nos. van 8, 15 Aug. 1928, 25 Febr. 1931 en 15 Febr. 1933.
2)
Tot Jan. 1931 Hard Winter No. 2. van Jan. 1931 tc
vanaf 26Mei1930 tot 23 Mei 1932 74 K.G. Zuid-Ruasische; van 23 Mei 1932 tot 2 Oct. 1933 No. 2 Canada.
4)
Tot Jan. 1928 Malting; van Jan. 1928 tot 9 Febr. 193
K
.
G. Zuid-Russische.
5)
De jaren 1929 en 1929 Broek oo Laneendlik. 614 Nnv. 7111 Nov. 852 Nnv. 950 Nnv. 101 t Nnv. 0fl 10Nov.

MINERALEN TEXPIELGOEDEREN
,
-DIVERSEN

STEENKOLEN Westfaalschej
PETROLEUM
BENZINE KATOEN
WOL

WOL
gekamde
KOE-
KALK-
Hollandsche
bunkerkolen,

Mid. Contin.
Cr’ode
Gulf exp
ge arn e
Australische,
HUIDEN
SALPETER
Mjddling
.

locoprijzen

__________.
F. G. F. ‘
Sakella-

-_________

F.
No.
1
-,
onezeetd t.o.b.
tim 33,90
64166
0

$cts. per
eco
!no,
CrossbredColo- nial Carded,
Gaaf, open
kop
Old. per
100
KG.

R damjA’dam
1000
K.G.
per
S.
g.
per barrel
gallon
New-York
rides
.
omra
Liverpool
0

er Ib
P

.
‘8
Av.
loco
57-61 pnd.
netto
per lb.
Liverpool
Bradford per Ib.

6.
%
$
01
$cts.
01
9
cts.
Olo
pence
0
10
pence
01
pence
010

pence
0/
61.
0
16
f1.
O/
1925
10,80
100,0
1.68
100,0
14,86
100,-
23,25
100,0
29,27
100,-
9,35
100,-
55,00
100,0
29,50
100,0
34,70
100,0
12,-
100,0
1926
17,90
165,7
1.89
112,5
13,65
91,9
17,55
75,5
16,24
55,5 6,30 67,4
47,25
85,9
24,75
83,9
28,46 82,0
11,61
96,8
1927
11,25
104,2
1.30
77,4
14,86
100,-
17,50
75,3
16,78
57,3
7,27
77,8
48,50
88,2 26,50 89,8 40,43
116,5
11,48
95,7
1928
10,10
93,5
1.20
71,4
9,98
67,2
20,00
86,0
19,21
65,6
7,51
80,4
51,50
93,6
30,50
103,4
‘47,58
137,1
11,48
95,7
1929
11,40
105,6
123
73,2
10,-
67,3
19,15
82,4
17,05
58,2
6,59 70,5
39,-
70,9 25,25
85,6
32,25
92,9
10,60
88,3
1930
11,35
105,1
1.12

66,7
8,77
59,0
13,55
58,3
12,-
41,0
3,92 41,9 26,75 48,6
16,25
55,1
25,36
73,1
9,84
82,0
1931
10,05
93,1
0.58
34,5
5,04
33,9
8,60 37,0 7,33 25,0
3,08
33,0 21,50
39,1
12,00
40,7
18,65
53,7
8,61
71,8
1932
8,00
74,1
0.81
48,2
4,50
30,3
6,45
27,7
5,21
17,8
3,11
33,3
16,00
29,1
8,50
28,8
11,15
32,1
6,15
51,3
Jan.

1931
10,30
95,4 0.85
50,6
6,08 40,9
10,30
44,3
8,31
28,4
3,09
33,1
21,25
38,6
12,00
40,7
24,63
-71,0
10,11
84,3
Febr.
10,30
95,4
0.85
50,6 6,14
41,3
10,95
47,1
9,58
32,7
3,55 38,0
21,75
39,5
12,00
40,7
22,50
64,8
10,21
85,1
Maart
10,30
95,4 0.66
39,3
6,07
40,9
10,90
46,9 9,70
33,1
3,56
38,1
25,25
45,9
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
85,1
April

,,
10,15
94,0
0.53
31,5 5,66
38,1 10,25
44,1
8,68
29,7
3,31
.
35,4
24,50 44,5
14,50
49,2
22,25
64,1 10,21
85,1
Mei
10,00
92,6
0.535
31,5
5,375

36,2
9,40
40,4
8,18 27,9
3,01
32,2 23,50
42,7
13,00
44,1
21,75
62,7
10,21
85,1
Juni
10,00
92,6
0.34
20,5
424
28,5
9,10
39,1
7,54
25,8
3,01
32,2 22,00 40,0
12,50
42,4
19,13
55,1
10,21
85,1
)uli
10,00
92,6
0.245
14,3
3,40
5

22,9
9,25
39,8 7,73 26,4
3,35 35,8
22,25
40,5
12,50
42,4
20,25
58,4
8,26
68,8
Aug.,,
10,00
92,6
0.43
25,9 3,94 26,5
7,20 31,0 5,94 20,3
2,59
27,7
22,25
40,5
12,00
40,7
18,75
54,0
7,_
58,3
Sept.
10,00
92,6
0.56 33,2
5,50 37,0
6,55 28,2 5,77
19,7
2,59
27,7 20,00 36,4
11,00
37,3
18,-
-51,9
6,50 54,2
Oct.
9,90
91,7
0.56
33,2 4,19
28,2
6,30
27,1
5,82
19,9
2,85 30,5

19,50
35,5
10,75
36,4
17,50
50,3 6,65
55,4
Nov.
9,90
91,7
0.68 4o;4
4,62
31,1
6,40
27,5
5,72
19,5
3,11
33,3
19,00
34,5
10,75
36,4
16,75
48,3 6,80 56,7
Dec.
.

9,90 91,7
0.71
42,3..
5,31
35,7 6,30
27,1
4,98
17,0
2,99
32,0
16,25
29,5 9,00
30,5
– –
6,95
57,9
Jan.

1932
8,25
76,3
0.71
42,3 5,25 35,3
6,65 28,6
5,09
17,4
3,38
36,2
16,50
30,0 9,00
30,5
11,63
33,5
7,10
59,2
Febr.

,
8,25
76,3
0.71
42,3
4,92
5
33,1
6,90
29,7
5,3
1

18,1
3,51
37,6
16,25
29,5 9,00
30,5
11,75
33,9
7,25 60,4
Maart
8,35
77,3
0.71
42,3 4,62
5
31,1
6,90
29,7
5,37
18,3
3,30
35,3
16,50
30,0
8,75
29,7 10,25
29,5 7,40 61,7
April
8,65
80,1

0.86 51,2
4,34 29,2
6,25
26,9
5,08
17,4
3,08
33,0
16,50
30,0
9,00 30,5
9,25
26,7 7,40
61,7
Mei
8,30
76,9
0.86 51,2

4,25
28,6
5,80 24,9 4,57
15,6
2,76
29,5
15,75
28,6 8,25
.

28,0
8,88

25,6
7,40
61,7
-juni
8,25
76,3
0.86

51,2
4,25 28,6 5,25 22,6
4,44
15,2
2,55 27,3
15,25
27,7
7,75

26,3
9,-
25,9
7,40
61,7
Juli
8,10
75,0
0.86
51,2 4,25
28,6
5,80
24,9
4,97
17,0
2,77
29,6

16,00

29,1
8,50
– –
28,8
9,75
28,1


Aug.,,
7,80
72,2
0.86 51,2
4,30 28,9
7,35 31,6
5,71 19,5
3,33 35,6
15,75
28,6
8,25
-28,0
12,-
34,6
5,70 47,5
Sept.
7,75
71,8
0.86
51,2. 4,375
29,4
7,75.
33,3 6,37
21,8
3,64
38,9
16,75
30,5
8,75
29,7
13,75
39,6 5,90
49,2
Oct.,,
7,65
70,8

0.86
51,2 4,45 29,9
6,50


28,0
5,68
19,4
3,16
33,8

15,75
28,6
8.50
28,8
14,-
.
40,3
6,-
50,0

Nov.


7,40
68,5
-.0.86
51,2-

4,60
.

31,0
6,15


26,5
5,16
17,6
3,-
32,1
15,25
27,7
8,25
28,0
12,-
34,6
6,10
50,8
Dec.

,,
7,25
67,1
0.74
5

44,3
4,435

29,8 5,95

25,6
4,73
16.2
2,80
30,0
15,25
27,7
8,00
27,1
.11,50
33,1
6,20 51,7
Jan.

1933
7,05
65,3 0.53
31,5 4,16
28,0
6,15
26,5 5,13
17,5
2,95 31,6
15,75
28,6
8,25
28,0
11,50
33,1
6,30
52,6
Febr.
7,20
66,7 0.38 22,6 3,97
26,7
6,10
26,2
4,98
17,0
2,78
29,7
15,50
28,2
8,25
28,0
10,38
29,9
6,40
53,3
Maarf

.
7,25
67,1
038
22,6
3,87
-.26,1
6,40
27,5
4,97
17,0
2,77
29,6
15,25
27,7 7,75 26.3
10,75
31,0
6,40
53,3
April

,,
7,25
67,1
0.37
22,0 3,67
24,7
6,65
28,6
5,18
17,7
2,68 28,7
15,75
28,6 7,75
26,3
11,25
32,4
6,40
53,3
Mei
7,15
66,2
0.23
5
14,0
2,95
19,9
7,30 31,4
5,60
19.1
3,07
32,8
17,00
30,9.
8,25
28,0
12,25
35,3
6,40
53.3
Juni
7,15
66,2
0.25
6
15,2
3,02
20,3
-7;85


33,8
5,85
20,0
3,25
34,8
18,50
33,6

9,00
30,5
15,75
45,4
6,40
53,3
Juli

7,05
65,3
0.41
24,4
3,33
22,4 7,60


32,7
5,76
19,7
3,20
34,2
20,75
37,7 9,75 33,
1

16,-
46,1
6,40
53,3
Aug.

6,95 64,4
0.37
22,0
3,37 22,7
6,90
29,7
5,39
18,4
2,91
31,1
.

20,75
37,7
.
..9,75
33.-1
.14,75.
–42,5
5,80
48,3
Sept.

6,85
63,4
0.52 31,0
3,50
23,6 6,60 28,4
4,70
16,1
2,54
27,2
21,50
39,1
10,50
35,6
,

15,13
44,1
5,85
48,8

Oct:


6,60
61,1
0.65 38,7
4,04
27,2
6,40
27,5
4,55
15,5
2,48
26,5

20,75
37,7
10,75
36,4
14,50
41,8
5,90
49,2
6 Nov.

,
6,60
611
0.60 35,7
3,84
2
)
25,9
6,10
26,2
4,61
4
)
15,7′
2,46
4
)
26,3
22.00
6
)
40,0

11,00
6
)
37,3
13,75
8
)
39,6 5,95 49,6
3
.

,,

.

,’.
6,70 62,0
0.58
34,5
.
3,72
3
)
25,0
6,25
26,9 4,52
5
)
15,4
2,325)
24,8
23,00
7
)
41,8

11,507)
39,0 5,95
49,6
; jaar- en maanogem. atger. op
1
1
pence. 2) Sp
j
oV
j
3l 10Nov.
4
)1 Nov.
5
)8 Nov.
6)
2 Nov.
7)
9Nov.
8)7
Nov.

15 November1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

897

ZUIVEL EN ÈIEREN
METALEN

___• ‘

.

.

.

BOTER
perKG
.
BOTER
pK.G.
KAAS
Edammer
EIEREN
Gem.iiot
KOPER
Standaard
LOOD
TIN
IJZER
Cleveland
GIETERIJ-
IJZER
ZINK
GOUD
ZILVER

Leeuar-
derComm.
Heffing
Crisis
. . Alkmaar
Fabrieks-
Eiermijn Roermond
Locoprijzen
Londen : .
Locoprijzen
Londen
locoprijzen
Londen per
Foundry No. 3 f.o.b.
III) p.
Locoprijien
Londen
cash
• Londen

Cash
Londen per
Standard
Noteering
Zuivel- Centr.

kaas
ki. mjmerk
100 St.
per Eng. ton per Eng. ton
.,


Eng. jon
.
Middlesb.
perEng.ton
Eng. t. f.o.b.
Antwerpen per
Eng.toxi
per ounce
fine
. Ounce


f1.
Oj
:

5:

:


?r

.
ij
:s:

-;
1
T
010
r
i
1
10
Sh.
ij
jE
0
/0
ah.
O(
oénce
-0
10
1925
2$
lOOO

56,-
100,
9,18
100,0
62.116
100,0
36.816 100,0
2611
7
1

1
100,0
731-
100,0
671-
100,-
3
6
.3/6
100,.
516
100,-
32′(a
100,0.
1926 1,98
85,7
– •
.43 15
77,1
8,15 88,8
58.11-

.
93,5
31.116
853
290.1716
1

111,1
8616
118,5
6818
102,5
34.216
94,3
851-


99,5
28
11
116
89,3
1927
2,03
87,9

4330
77,3
7,96
86,7
55.141-
89,7 24.41- 66,4
290.41-
1110,8
731-
100,0
6416
96,3
28.101-
78,8
851-
99,5
26
1
1′
83,3
1928
2,11
91,3
-•
48,05 85,8
7,99
87,0
63.161-
102,8
21.11-
57,8
227.51-
1

86,8
661-
90,4
6218
93,5
25.516
69,9
851-
99,5
26
1
/16
81,1′
1929
2,05
88,7

45,40
81,1 8,11
88,3
75.141- 121,9
23.51- 63,8
203.1516
77,8
7016
96,6
6819
102,6 24.1716
68,8
851-
99,5 24
7
/16
76,2
1930
1,66
71,9

38;45 68,7
6,72
732
54.131-
88,0
18.116
49,6
142.51-
54,3
671-
91,8
5916
88,8
16.171-
46,6
851-
99,5
17
13
116
55,4
1931
1,34
58,0

31,30 56,9
5,35
583
36.51- 58,4
12.11-
33,1
110.11-
42,0
551-
75,3
4716
70,9
11.1016
31,9
9216
108,2
1331e

41,6
1932
0,94
40,7

22,70
40,5
4,14
451
22.171-
36,8
8.121-
23,6
9721-
37,1
421-
57,5
371-
55,2
9.161-
27,1 1181-
138,0
12
7
18
40,1
Jan.

’31
1,61
69,7
-,.
.32,25
57,6
6,63
722
45.7/6
73,1
14.-/6
38,5
116.8/-
44,4
60/6 82,9
.51(6
‘76,9
12.18/6
35,7
85/-
99,5
I37/
43,2
Febr. ,,
1,66
71,9
33,80
60,4
6,21
67,6
45.116
72,6
13.56
36,4
117•r/6

44,7
5816
.80,3
5017
75,5
12.101-
34,6
851.
99,5
12
14
38,9
Mrt.

,,
1,47
63,6

35,00 62,5 4,94
53,8
45.116
72,6
13.316
36,2
122.1/-
46,6
5816
80,3
48110
‘72,9
12.816
34,3
851-
99,5
13
7
116
41,8 r.
1,35
58,4
.’,-.
31,60 56,4 4,20
45,8
42.1516
68,9
12.101-
34,3
113.41-
43,2
58/6
1
80,3
4916
73,9
11.121-
32,1
851-
99,5
13
1
1
40,9
1,26
54,5

30,85
55,1
407
6

44,4
39.616.
63,4
11.1016
31,6
104.171-
40,0
5816
80,3
481-
71,6
10.13/6
29,5
851-
99,5.
12161
16

40,3
luni
129
55,8
._:.
33,50
59,8
4:30

46,8
36.616.
58,5
11.1116′
31,8
106.216
40,5
5816
80,3
4711
70,3
11.101-
31,8
851-
99,5
127(
40,1
juli
1
32

57,1

37,75
67,4 4,40
47,9
34.141-
55,9
12.1516 35,1
112.516
42,9
5816
80,3
4819
72,8
12.111-
34,7
851-
99,5
13
1
14
41,2
Aug.
1,30
56,3

36,00
64,3
4,98
54,2
32.151-
52,8
11.1916
32,9 114.19/6 43,9
5816
80,3
4719
71,3
11.1416
32,4
851-
99,5
12
1
/16
. 39,9
Sept. ,,
1,27
55,0
.

–‘
32,25
57,6
5,775
62,9
30.3/6
48,6
11.41- 31,1
111.16/-
42,7
55/6
76,0
46/7 69,5
10.19/-
30,3
9113
106,8
13
5
116
41,4
Oct.

,,
1,24
53,7

26,25
46,9
6,27
5

68,4
28.2/6

.
45,3
10.96
28,8 101.1/6 38,6
461-
63,0
4418
66,7 10.7/6
28,7
10613


124,3
1313116
43,0′
Nov.


1,17
. 50,6
-.
24,75
‘ 44,2’
7,07
77,0
27.1916
45,1 11.51-
30,9
102.-!;
39,0
4416
‘61,0
4316
64,9
10.1516
29.6
11019
129,5
141/
2

45,1
Dec.

,,
1,18
51,1

21,40
38,2
5,32
5

58,0
27.616
. 44,2
10.161-
29,6
98.1716
37,8
4116
56,8
4313
64,6
10.216
28,0
122/6 143,3
14116
44,6
Jan.

32
1,16
50,2
,-
25,75
46,0
4,71
51,3
27.1416
44,7
10.141-
29,4
98.181- 37,8
4116
56,8
421-
62,7
10.6/6
28,5
12013
.
140,7
I37/
43,2
Febr. ,,
1,34
58,0

27,75
49,6
3,79
41,3
26.41-
42,2
10.51-
28,1 99.216
37,9
4116
56,8
401-
59,7
10.-!-
27,6
11916
139,9
14
43,6
Mrt.

,,
0,98 42,4
-.
23,65
42,2
3,425
37,3
24.18/-
40,!
9.9/-
25,9
96.6/-
36,8
44/-
60,3
40/-
59,7
9.11/-
26,4
114/-
133,5
13
3
1
4

42,8
Apr.

,
0,99
42,9
.
.-
19,60
35,0
2,77
1

30,2
23.8/-
37,7
8.16/6
24,2
84.15/6
32,4
45/-
61,6
37/6
56,0
9.2/-
25,2
110/3
129,0
13
1
/
40,9
Mei

,,
0,82 35,5

19,65
35,1
2,88
31,4
21.61- 34,3
8.-/-
22,0
89.1316
34,2
441-
60,3
3716
56,0
9.91-
26,1
112/9
132,0
12
5
/
39,3
luni

,,
111
48,!
24,25 43,3 3,08
33,5
20.12/6
33,2
7.5/-
19,9
84.9/-
32,3
44/-
60,3
37/6
56,0
8.13/-
23,9
113/6′
132,7
12
5
18
39,3
juli
Aug. :
096
41,6
0,45
19,55
34,9 3,125
34,0
19.216
30,8
7.316
19,7
.90.1716
34,7
4216
58,2
371-
55,2
8.616
23,0
1161-
1357
12
3
/8
38,5
0,76 32,9
0,58
17,90
32,0
.3,72 40,6
22.4/6
35,8 ‘ 7.1716
21,6
101.-/-
38,6
421-
57,5
3616
54,5
9.1316
26,7
11816
138:6

12
1,3
/16
39,9
Sept. ,,
0,84 36,4
0,65
.19,70
35,2
4,64
50,5 25.81- 40,9
9.1016
26,1 109.916
41,8
421-
57,5
351-
52,2
11.21-
30,7
11819
138,8
13
.40,5
Oct.
0,82 35,5
0,73 25,50
45,5
5,73
62,4
22.516
35,9
8.71-
22,9
105.1316
40,4
411-
56,2
3416
51,5
10.816
28,8
12116 142,1 12
1
/8
38,9
Nov. ,,
0,8!
35,1
0,78 26,50
47,3
6,65
72,4
21.191-
35,4
8.416
22,6
104.716
39,9
401-
54,8
3416
51,5
10.81-
28,7
125/9
147,2
125/e
38,3
Dec.

,,
0,73
31,6
0,85 22,55
40,3
5,125
55,7
19.12/6 31,6
7.9/6
20,5
100.10/6
38,4
39/-
53,4
34/6

51,5
10.7/-
28,6
12519
147,2
11118
35,8
Jan.

’33
0,73 31,6
0,89.
21,75 38,8
4,27 46,7
19.171-
32,0
7.81-
20,3
100.116
38,1
4016
55,5
3416
51,5
9.191-
27,5
12218
143,5
11U/58
.36,4
Febr. ,,
0,65
28,1
0,91
20,60 36,8 4,35
474
20.31-
32,5
7.71-
20,2
104.716
39,9
431-
58,9
341-
50,7
9.151-
27,0
12015
140,8
I1
5
/i
37,2
Mrt.

,
0,53
22,9
gg:

19,40
34,6′
2;8o
305
20.-/6
32,3
7.101-
20,6
104.1813
40,1
431-
58,9
3417
51,6
10.71-
28,6
12015
140,8
12
7
116
38,7
Apr.

,,
0,54
23,4
1;-
18,55
33,1
2,075
22,6
20.1116
33,1
7.1216
20,9
109.17/-
42,0
431-
58,9
3516
.53,0
10.816
28,8
120/1
140,4
12
13
/1
39,9
Mei

,
0,52 22,5
1,-
21,80
38,9
2,49
27,1
23.616
37,6
8.61-
22,9
128.1716
49,2
4116
56,8
36/6
54,5
10.131-
29,4
12316
144,4
1311
4

41,2
Juni

,,
0,52 22,5
1,-‘
23,50
42,0
2,50
27.2 25.71-
40,8
9.4/-
25,3
151.101-
57,9
421-
57,5
371-
55,2
11.1216 32,1
12213+
1 43, 0
13!4
41,2.
Juli


0,55 23.8
1,-‘
18,50
33,0
2,60
28,3
25.161-
41,6
9.21-
25,0
148.116
56,5
4116
56,8
351- ‘
52,2
12.11-
33,3
123110+144,9

127/je
38,7
Aug. ,
0,63 27,3
1,-
18,90
33,8
3,57+

38,9
24.51-
39,1
8.416
22,6
145.31-
55,4
41/-
56,2
351-
52,2
11.71-
31,4
125110
147,2
12


37,4
Sept. ,
0,66
28,6 0,95
18,40
32,9
3,91
42,6
22.1616
36,8
7.16/-
21,4
140.1716
53,8
3916 54,1
3416
51,5
10.1816
30,2
130111
153,1
1116/16
37,2
Oct.

,,
0,68
29,4
0,90,.
19,45.
34,7
4,68
51,0
22.11-
35,5
7.14/-‘
21,1
145.51-
55,5
3916 54,1

.
3416
51,5
10.131-
29,4
13111
153,3
11
7
/
37,0
6 Nov.
0,70
3
)
30,3
‘Ô,90
21,50
15

38,4′
5,40
58,8
20.1016
33,1
7.1016
20,7
143.171-
54,9
3816
52.7
341-
50,7
9.186
27,4
131110
154,2
11131
15

36,8
13
065
9
)
28,1
0,90
2I,-‘
37,5
6,-
65,4
20.1816
33,7
7.14/6
21,2
151.1416
57,9
401-
54,8
341-
50,7
110.116
27,9
129/14
151,0
112
5
116
1

38,3
Sept. 1239 79 K.G. La Plata.
5)
Tot Jan. 1928 Western; vanaf Jan. 1928 tot 16 Dec. 1929 American ‘No. 2. van 16 Dec. 1929 tot 26 Mei 1930 7415 K.G. Hongaarsche
merica’T No. 2, van 9 Febr. 1931 tot 23 Mei 1932 64/5 K.O. Zuid.Russische. Van 23 Mei-19 Sept. 1932 No. 3 Canada. Van 19 Sept. 1932 tot 24 juli 1933 62163

BOUWMATERIALEN
KOLONIALE PRODUCTEN

VURENHOUT

T E E N E N
CACAO
COPRA KOFFIE
.
SUIKER
THEE
INDEXCIJFER

Kolo-
Zwederi/
binnenmuur

buitenmuur
O.F. Accra
Ned.-Ind.
Robusta
Standaard
Ribbed Smoked
Rotterdam
Grond-
nlale
erard


per

,

per

,
50 K3. ci.!.
per 100 1Z.G.
loc,
et

R’dam!A’dam
Java- en Suma
stoffen
,’an 4.672 M.
per 1000 stuks per 1000 stuks
Nederland
‘ Amsterdam
: Der ‘/

K.G.
per
o
.
en

per 100 K.G.
trathee p.1/5K0.
ducten

t
O/
f
Of
f
51
sh.
O/o
f
O/
cts.
O/
5h.
O/
fi.
O/
cts.
51
1925
159,75
100
15,50
100,-
19,-
100,-
4216
100,-
35,875

100,0
61,375
100,0
2/11,625
100,0
18,75 100,0
84,5
100,0
100.0
100.0
1926
153,50
96,1
15,75 101,6 19,50
102,6
491-
115,3
34,-
94,8
55,375 90,2
21-
67,4
17,50
93,3
94,25
111,5
96.0
.

102.6
1927
160,50
100,5
.

14,50
93,5
18,50
97,4
681-
160,0
32,625
90,9
46,875 76,4
116,375
51,6
19,128
102,0
82,75
97,9
875
109.1
1928
151,50
94,8
12,- .
77,4
18,50
97,4
5713
134,9
31,87
5

88,9
49,625 80,9
-110,75
30,2
15,85
84,5
75,25
89,1
‘84.6
97.4
1929
146,00
91,4
14,-
90,3
21,25
111,8
45110
107,9
27,37
5

76,3
50,75
82,7
-110,25
28,8
13,-
69,3 69,25
82,0 .81.9
85.5
1930
141,50
88,6,
12,50
80,6 .
20,75
109,2 34/11
82,2
22,626
63,1
32
52,1
-15,875
16,5
9,60
51,2
60,75
71,8
66.0
64.3
1931
110,75
69,3
10,25′
66,1
20,25
106,6
22/5 52,8
15,375
42,9
’25
40,7
-13
8,4
8,-
42,7
42,50
50,3
46.8 46.8
1932
69,00
43,2 9,25 59,7
15,-
78,9
19/6
45,9
13,-
36,2
24
39,1
-/1,75
4,9 6,32
5

33,7
28,25
33,4
36.1
38.0
Jan.

’31
125.00
78,2
10,-
64,5
‘ 21,-
110,5
26/4
62,0
18,25
50,9 28
45,6
-14,25
11,9
8,20
437
66,25
78,4
53.9
51.4
Febr.
125.00
78,2′
10,-
64,5
21,-
110,5
22/2
52,2
18,125
50,7
26,25
42,8
-13,875
10,9
8,20 43,7
53
62,7 .53.3
50.4
Mrt.,,
Apr.
125,00 125,00
78,2 78,2
10,-
10,50
64,5
21,-
110,5
22/6
52,9
18,625
51,9
25,50
41,5
-13,75
10,5
8,30 44,3
45 43
53,3
52.9 50.7
48.0 41.5
,,
Mei

,,
125,00
78,2
10,50
67,7
67,7

21,-
21,-
110,5
110,5
2217
2110 53,1
49,4
17,50
15,37
5

48,8 42,9
24,75
25 40,3
40,7
-13,125

13,125
8,8 8,8
8,57
5

8,50 45,7
45,3
40,25
50,9 47,6
48.3
45.5
,,
j
uni
110,00
68,9
10,50
67,7
21,-
110,5
.
22
1
4
52,6
14,125
39,4
25,75
42,0


1
3,125
.

8,8
8,57 45,7
39,50
46,7
45.6
48.8
uli

,,
110,00
68,9
10,50
67,7
21,-
110,5
2615
62,2
15,-
41,8
27
44,0

13
8,4
8,77
5

48,6 38,25
45,3
46.6
50.0
Aug.

,,
100,00
62,6
10,50
67,7
21,-
110,5
2418
58,0
14,12
5

39,4
25,50
41,5
-12,5
7,0
7,90
42,1
38,50
45,6
44.7
46.8
Sept.
,,
100,00
62,6
10,50
67,7
19,-
100,-
22
1
7
53,1
13,375
37,3
23,75
38,7

1
2,375
6,7 7,52
5

40,1
37,50
44,4
43.3
44.1
Oct.

,,
100,00
62,6
10,50.
67,7
19,-
100,-
2110
49,4
13,25
36,9
23

.
37,5

1
2,375
6,7
7,55
40,3
37,75
44,7
41.9
43.0
Nov.

,,
100,00
62,6
‘10,50 67,7

19,-
100,-
21
1
2 49,8
13,75
38,3
23 37,5

12,25
6,3
7,15
38,1
37
43,8
.

42.6 42.3
Dec.,,
82,50
51,6
‘.
10;-
.
64,5
18,50
97,4
1813
42,9
12,75
35,5
23
37,5 -12,25 6,3
6.75 36,0 35
41,4
40.0 39.5
Jan.

’32
82,50
51,6
,
10,-
64,5
18,75
98,7
1719
41,8
13,12
5

36,6
23
37,5
-12,125
6,0
7,35
39,2
32
37,9
38.5
39.1
Febr.
,
82,50
51,6
10,-
64,5
18,75
98,7
18/1
42,6
14,50
40,4
23
37,5
-12
5,6
7,05 37,6
30
35,5
38.3 38.3
Mrt.

,
70,00
43,8
9,75
62,6
18,-.
94,7
2119
51,2
14,75
41,1
23
37,5

11,625
4,6
6,25 33,3
31
36,7
37.0
39.1
Apr.

,,
70,00
43,8 9,75
62,6
18,-
94,7
2016
48,2
14,-
39,0
23
37,5 -11,5 4,2 5,90
31,5
29,25
34,6
36.2
38.0
Mei

,,
70,00
43,8 8,50
54,8
15,-
78,9
2016
48,2
13,25
36,9 23,50
38,3
-11,5
4,2
5,625
30,0
30,25
35,7
352
38.1
Juni
70,00
43,8 8,50
54,8
15,-
78,9
20/6
48,2
12,375
34,5
24
39,1

1
1,375
3,9 6,30
33,6
28,50
33,7
34.2
38.7 Juli
.

,
67,50
42,3 8,50
54,8
l5,–
78,9
20/1
47,3
12,375
34,5
24


39,1
-/1,375
3,9 6,70
35,7
23,75
28,1
34.3
37.6
Aug.
63,00
39,4 8,50
54,8
15,

78,9
2017
48,4
12,375
34,5
24
39,1
-11,75
4,9
6,57
5

35,1
22,75
26,9
35.9
37.4
Sept.
60,00
37,6 8,75
56,5
’15,-
78,9
2112
49,8
12,75
35,5
25,25
41,1

/2,125
6,0
6,525
34,8
23,75
28,1
37.8
38.5
Oct.

63,50
39,7
9,

58,1
14,50
76,3
1818
43,9
12,375
34,5 26,50
43,2
-11,75
4,9
6,32
5

33,7
28,50
33,7
38.2
38.7
Nov.
63,50
39,7
9,50
61,3
14,25
75,0
1716
41,2
12,125
33,8
24,50
39,9

/1,75
4,9
5,976
31,3
30,75
36,4
35.3
31.2
Dec.

,
65,00
.
40,7
.10,

64,5
13,75
72,4

1
1714
40,8
11,75
32,8 24
39,1
-11,75
4,9
5,50
29,3
28,25.
33,4
34.0
35.7.
Jan.

’33
70,00
43,8 9,25
59,7
13,50
71,1 16
1
6
38,8
11,50
32,1
24
39,1

1
1,625
4,6
5,375
28,7
25
29,6
33.2
34.1.
Febr.

70,00
43,8
9,25
59,7
13,

68,4
1519
37,1
10,625
29,6 23,75
38,7
-11,5
4,2
5,60
29,9
26,75
31,7
32.1
34.4
Mrt.

,,
70,00
43,8
.9,50
61,3
12,25
64,5
1613
38,2
10,375
28,9
23,50
38,3 -11,5 4,2
6,-
32,0
26,25
31,1
32.4
34.9
Apr.

,,
70,00
43,8
9,75
62,6
12,75
67,1′
1515
36,3
9,50 26,5
23,50
38,3
-11,625
4,6
6,07
5

32,4 27,50

.
32,5
32.8.
34.9
Mei
70,00
43,8 9,50
61,3
12,50
65,8
1616
38,8
9,50 26,5
23
37,5
-12
5,6
6,02
5

32,1
26,50
31,4
34.2

35.0
Juni
72,50
45,4
10,-
64,5
13,-
68,4
1811
42,6
10,-
27,9
22,50 36,6
-12,375
6,7
6,35
33,9
31
36,7
37.2
37.5 Juli

»
75,00
46,9
10,25
66,1
13,-
68,4
1718
41,6
9,475

26,4
22,50
36,6

/2,625
7,4
5,92
5

31,6 33,50
39,6
38.2
37.4
Aug.

,,
75,00
46,9
10,50
67,7
13,-
68,4
16
1
5
38,6
8,75
24,4
20,75
33,8

1
2,625
7,4 5,27
5

28,1
35,25
41,7
36.5
35.6′
Sept.
,,
80,00
50,1
10,50
67,7
12,50
65,8
1415
33,9
8,25 23,0
19,75
32,2
-12,5
7,0
5,37
5

28,7
36,75
43,5
36.7
34.6
Oct.

,,
80,00
50,1
‘10.50
67,7
12,50
65,8
12
1
7
29,6
7,625
21,3
17,75
28,8
-/2,625
7,4
4,90
26,1
42,25
50,0
36.5′
33.4
6 Nov.
80,00
50,1
1218
29,8 8,125
22,6
17
27,7

12,5625
7,2 4.75
25.3
44,25
6
)
52,4
35.9
33.8
13

,,
80,00
50,1
.
12/11
30,4
8,-
22,3
16
26,1
-12,75
7,7
4,62
5

24,7
36.3
33.4
I.B. Alle Pondennoteeringen vanaf 21 Sept.
1
31 zijn op goudbasis omgerekend; de Dollarnoteeringen vanaf 20April’33 zijn in verhouding van de depreclatie
‘an dan
Dollar t.o.v. den Gulden verlaagd.

898

ECONDMIScH.STATISTISCHR.BERICHTEN

15November 1933

49.000 tons tegen 43.000 tons verleden jaar en de voor-
raden 208.000 tpns tegen 151.000 tons.
De laatste C u b a-statistiek is als volgt:
1

1933

1932

1931
toiis

tons

tons
Productie . .. … (Raming) 1.994.528 2.602.864 3.122.186
Ontvangsten ………….21.714

19.197

10.553
Totaal sedert 1/1 ………1.088.100 1.549.284 1.959.563
Verschepingen ………..61.615

59.727

23.427
Voorraad ……………..521.685

727.522

988.732
In E n ge 1 a n d bestond zoo goed als geen belangstel-
ling voor het artikel. Er werd weer een partij Cubasuiker
met r:iffactie geplaatst. Door December liquidaties was de
1 o .n d e ns c h e termijnmarkt bij opening zeer flauw,
heistelde zich eenige dagen later ietwat, doch sloot weer
een fractie lager met de volgende noteeringen: Dec. Sh.
416, Mrt. Sh.
411034,
Mei Sh. 511% en Aug. Sh. 5/4341.
Op ;J a v a werden de limites voor Britsch-Indië wat ver-
laad en wel voor de Westkust met 10 ets, op
f
4.45 en
voor de Oostkust met 5 ets. op
f
4.70. ])e afdoeningen be-
liepen deze week ca. 15.000 tons Superieur en en. 9.000
ton, bruine suiker.
Onze markt was uiterst kalm. De Amsterdam-
s ch e termijnnoteeringen fluctueerden slechts fractioneel
en het slot was dan ook maar
f
lager dan het vorige slot.

KOFFIE.
Gedurende de afgeloopen week bleef de markt in kalme
stemming verkeeren. De kost-
CII
vrachtaanbiedingen van
Santos waren onvei’andetd
A
15 dollarcents lager, terwijl
die van Rio ca. 40 dollarceuts hooger warell. Door de daling
van den dollarkoers komen de Santosprijzen wederom be-
langrijk lagér uit dan een week geleden, die van Rio ech-tei een fractie hooger. Uit de heden bekend gemaakte weekstatistiek van Bra-
zilië is gebleken, dat in de vorige week van Santos naar
Europa verscheept zijn 60.000’balen tegen 66.000 balen in
de week daarv6ôr en naar de Vereenigde Staten 65.000
balen tegen 173.000 balen. Verscheept werden van Rio naar
Europa 19.000 balen tegen 30.000 balen en naar de Ver-
eenigde Staten 18.000 balen tegen 19.000 balen. Als ver-
kocht door Santos worden opgegeven naar Europa 63.000
balén tegen 67.000 balen en naar de Vereenigde Staten
102.000 balen tegen 146.000 balen.
Van 15 tot 31 October werden vernietigd te Santos
338.000 balen, in Sao Paulo 298.000 balen, tezamen 636.000
balen. De geheele hoeveelheid, welke vanaf het begin in
1931 tot 31 October 1933 vernietigd is, bedraagt volgens
officieele opgave van den Nationalen Koffieraad 7.478.000 balen te Santos, 1.530.000 balen te Rio de Janeiro, 633.000
balen te Victoria, 14.088.000 balen in Sao Paulo en 500.000
bIen op verschillende andere plaatsen, tezamen 24.229.000
balen.
‘Bit Rio wordt bericht, dat de tot nu tpe gevolgde koers-
politiek van de Banco do Brazil reeds meerdere malen•
aanleiding heeft gegeven tot het vermoeden, dat genoemde
bank een nieuwen grondslag voor de pariteit van den
Milreis zocht en dat de bedoeling waarschijnlijk zou zijn
om inplaats van den dollar, voortaan liet Engelsche pond als grondslag aan te nemen. Thans zou de bank werkelijk
besloten hebben de tot nu toe aangenomen basis van 12
Milreis per dollar te verlaten en iii het vervolir den koers
vast te stellen op basis van 60 Milreis per Engelsch pond.
Een courantenbericht van enkele dagen geleden meldde,
dat het Nationale Koffie-Departement het plan overweegt
om de helft van alle in Brazilië bestaande koffieboomen op
te ruimen. Deze hoeveelheid boomen, geschat op 1.3 mil-
hard stuks, zou dan aan de eigenaars worden vergoed tegen
500 Milreis per boom, hetgeen bij den koers van heden
Brazilië op ca. 100 millioen gulden zou komen te staan.
Volgens een bericht van de firma Nortz :& Co. te Neii’-
York lijkt het waarschijnlijk, dat de oogsten van ,,mild”
koffie’s in de meeste produceerende landen kleiner zullen
zijn dan verleden jaar, hetgeen wordt afgeleid uit onder-
staande inlichtingen, ‘afkomstig uit de volgende landen
Mexico.-
Tengevolge van hevige regens’ wordt verwacht,
dat de oogst kleiner zal zijn.
Balvador:
De algemeene
verwachting is, dat de oogst de kleinste zal zijn, welke in jaren is voorgekomen, tengevolge van ongunstige weers-
omstandigheden gedurende den bloeitijd. Deze invloed is
zeer plaatselijk; terwijl sommige plantages een vollen oogst
zullen kunnen voortbrengen, wordt van andere verwacht,
dat de opbrengst niet meet- dan 20 % zal zijn van een
normalen oogst. Ï)e opbrengst wordt geschat op 500 ii
600,000 balen tegen 830.000 balen verleden jaar. Guatemala:
De oogst is ongeveer ddn maand te laat. Voortdurende
regens hebben veel schade gedaan, voornamelijk aan de
Bourbon-koffie’s. Verschillende boomen ‘hebben geleden
door te, veel neerslag, waardoor zij hun bladeren hebben verloren en de koffie afgevallen is. ])e kwaliteit is slecht
met een groot percentage kleinboon. De oogst van dit jaar
wordt geschat ongeveel- even groot te zijn als die van
1931132 en van 1932133 (resp. ca
. 614.000 balen en ca,
610.000 balen).
Colum.bia:
Regens schijnen ook geen goed gedaan te hebben aan den Columbia-oogst en ofschoon het
nog onmogelijk is om een juist denkbeeld omtrent de voor-
uitzichten te vormen, ziet het er toch naar uit, dat ‘de
komende oogst kleiner zal zijn dan verleden jaar.
Vene-
zuela:
De nieuwe pogst wordt verwacht ongeveer
.
20
%
•grooter te worden clan verleden jaar.
Haiti:
De nieuwe
oogst wordt geschat 15 11 20 % Tuinder te zullen opbrengen
clan verleden jaar.
Ï)e kost- cii vrachtaaubiedingen van Brazilië zijn op het
oogenblik, onder aftrek van het op ca. 15 dollarcents ge-‘
schatte voordeel van de bijlevet-ing der bekende bonus van
10 %, voor gewoon goed beschreven Superior Santos op
prompte verscheping ongeveer $ 9.40 h 9.65 per cwt. en
voor dito Prime ongeveer $ 9.45
t
9.85, terwijl ‘zij voor Rio
type New-York 7 met beschrijving, prompte verscheping,
bedi-agen $ 8.45 á 8.55. Bij den dollarkoers van heden staan
deze aanbiedingen gelijk met onderstaande prijzen in goud-
dollars:
Santos Superior – $ 5.85 (t 6.-
Piime

– 5.90 11 6.15
11
Rio 7

– ,, 5.30 (t 5.35
wat, in vergelijking met een week geleden, voor Santos
0.20 (t 0.30 gouddollar per cwt. lager is en voor Rio 0.1.0
gouddollar hooger.
i)e prijzen in de eerste hand in Nederlandsch-lndië zijn
onveranderd en kunnen thans worden aangenomen
Op:
Palembang Robusta, November-verscheping, 11% ct.;
Benkoelen Robusta, November-verscheping, 12 ct.; Mand
heling Robusta, November-vei-scheping,
1334
ct.; W.I.B.
faq. Robusta, November-verscheping, 14
3
% ct, alles per
341
K.G., cii, uitgeleverd gewicht, netto contant.
De noteeringen aan de Rotterdamsche termijnmarkt lie-
pen meerendeels % ct. terug. Zij zijn thans voor November
11, December 10% en voor Maart, Mei en Sept. lO
1
/ ct.
De afzet in loco bleef onbevredigend, terwijl de officieele
noteeringen verlaagd werden voor Superior Santos op 17
ct. en voor Robusta op 16 ct.
De slotnoteeringen te New-York waren:
Gemengd conti-act

Santos contract
(basis Rio No. 7)

(basis Santos No. 4)
Dec. Mrt. Mei Sept. Dec. Mrt. Mei Sept.
13 November $5.95 6.12 6.20 6.29 8.36 8.56 8.64 8.83
6 November ,, 5.84 5.95 6.02 6.12 8.21 8.32 8.33 8.57
30 October . 5.82 5.90 5.96 6.08 8.20 8.24 8.26 8.48
23 October . ,, 5.43 5.53 5.59 5.70 7.84 7.93 7.96 8.17
Rotterdam, 1.3 November 1933.

AANVOEREN in tons
van
1000
KG.

Rotterdam
1

Amszeraum
Totaal
Artikelen
51I1
Nov.

Sedert

Overeenk.
5/11
Nov.

Sedert

Overeenk.
1933

1jan.
1933

tijdvak
1932 1933

1 Jin, 1933

tijdvak
1932
1933

1932

24.583
1.390.693 1.274.724

23.685
7.800
1.414.378
1.282.524
Tarwe

……………..
7.517
355.574 431.517

6.669 2.553
362.243
434.070
1.832
20.857

22.798

25
244
20.882
23.042
Mais ………………
13
904.862 1.172.929

177.588
301.786
1.082.450 1.474.715

Rogge

……………….
Boekweit ……………..

13.316
433.318 438.834
40.104
30.911
473.422
469.745
..711

115.718
170.718

1808
3.691
119.526
1.74.409
Lijozaad

………….
383
..
170.873
254.852

198.502
347.082
369.375 601.934

Gerst

……………..
Haver

……………..398

Lijnkoek

……………
4.777
117.807
81.366

200
50
118.007
81.416
Tarwemeel

…………
.
228
16.356
22.118

5.512
11.660
21.868
33.778
Andere meelsoorten
. .
501
46.428
39.421
44
7.873
11.500
54.301
50.921

Auteur