7
SEPTEMBER 1932
AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.
Economisch~St
‘
atistische
Ber
‘whten.
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIÈN EN VERKEER
ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART
UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
17E JAAROANG
WOENSDAG 7
SEPTEMBER 1932
No.
871
INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN.
Al.genseen Secretaris: Prof. Mr. Dr.
G.
M. Verrijn Stuart.
ECONOMI$CR-STATISTISCIIE BERICHTEN.
COMMISSIE VAN ADVIES:
Prof. Mr. D. van Blom,; J. van Flasselt; Jhr. Mr. L. II. van
Lennep; Mr. K. P. van der Mandele; Prof. Dr. N. J.
Polak; Mr. Dr. L. F. B. Regout; Dr. E. van Welderen
Baron Ren gers; Prof. Mr. E. R. Ribbias; Jan Schilthuïs;
Mr. Q. J. Terpstra;
Prof.
Mr. F. de Vries.
Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Dr.
G.
Al. Verrijn Stuart. Redacteur-Secretaris: Dr. H. Al. 17. A. van der Valk.
Secretariaat: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.
Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement
volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver-
tenties: Nijgh d van Ditmar N.V., Uitgevers, Rotterdam,
Amsterdam, ‘s- Gravenhage. Postchèque- en giro-rekening No.
145192.
Abonneinentsprijs voor het weekblad franco p. p. in
Nederland f 20,—. Buitenland en Koloniën f 23,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het
Instituut ontvangen het weekblad gratis.
De verdere publicaties van het Instituut uitgaande ont-
vangen de abonnd’s, leden en donateurs kosteloos, voor zoo-
ver daaromtrent niet anders wordt beslist
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatweg.
7 SEPTEMBER 1932.
in den toestand van de geidmarkt kwam wederom
geen verandering. Bij de rnaandswisseling ontstond
eenige vraag naar caligeld; er kon echter gemakkeljl
aan voldaan worden zonder da
–
t er eenige verandering
o.ntstond in den rentevoet van V â % pOt. De geld-
vraag was overigens weder zoo gering, dat de rcne
voor particulier disconto nog opnieuw een kleinig-
held terugliep. Enkele’ posten konden nu zelfs voor
% pOt. worden ondergebracht. De prolongatierente
noteerde weder 1 pOt. (sinds 7 Mei!
* *
Op den weekstaat van De Nederiandsche Bank blijkt
cle post idruienlandsche wissels te zijn gedaald met
f
403:000, terwijl cie heleeningen terugliepen met
bijna f1,7 miili.oen. Het voorschot aan het Rijk,
vorige week groot f 6,2 millioen, heeft plaats gemaakt
‘oor een tegoed in rekening-courant van
f
10,7 mii-
lioen. De post. Papier op het ‘huitenlaiad bleef op ge-
lijke hoogte; de diverse rekeningen onder de activa
der Bank stegen met
f
388.000.
De goud’oorraacI geeft een vermeerdering te zien
van
j
1,4 inillioeti. Daarentegen daalde de zilvervoor-
raad met
j
924.000, zoodat de Post munt en muntma-
teriaal per saldo met
f
503.000 toenam.
Aan cle pass efzijde van cle balans wijst de biljetten-
circulatie een uitbreiding aan van
f
6,6 millioen. De
saldi in rekening-courant van anderen daalden met
f
25 millioen. Het ‘beschikbaar metaalsaldo is met
f
3,5 millioen toegeiolnen; het dekkingspercentage
bedraagt nagenoeg 83 pOt. tegen 82 pOt. de vorige
week.
De
-af,geloopen week zijn de’ Ponden uiteindelijk
vast gebleven: 8.64-8.61%-8.65, terwijl ook voor
Dollars geregelde vraag bleef bestaan, waardoor de
koers van 2.4850 tot 2.4870 verbeterde. Werd de vracht
door de scheepvaartmaatschappijen niet zoo hoog ge-
houden, dan zou het in particuliere bezit zijnde goud,
naar Amerika kunnen afvloeien. Thans is de kans
groot, dat dit weldra naar Frankrijk zal kunnen wor-
den gezonden. De
$75
koers veranderde weinig: .3.46%
_3.4771. Marken ‘bleven zich rond de 59.07 ‘bewegen.
Fransche Francs gezocht: 9.74-9.74
5
/s. Beiga’s eer-
der iets lager: 34.48-34.45. Zwitsersche Fra’ncs bie-
vei aangeboden: 48.18-48.10. Lii’es iets beter: 12.72
—12.75. Peseta’s nog steeds ron’d de 20. Deen.sche
Kronen konden zich weder wat verbeteren: 43.85-
44.60. Oslo onveranderd ca. 43.30, Stockholm 44.40.
Oanadeesche Dollars worden nog steeds gezocht en
noteerden tenslotte 2.24.
Op de termijnmarkt zijn de Ponden op één- en drie-
maanden iets vaster geworden, nl. Vs en % cent onder
kassa. Dollars op deze termijnen waren daarentegen
weder wat lager: 22% en 60 punten onder contant.
Belga’s op één- en. drie-maanden zijn de laatste dagen
weder aange’bodén ‘met 15 en 30 cent disagio.
1aar gouden munten komt weder wat meer vraag;
speciaal Eagles zijn gezocht op koersen, die de 2.48
naderen. Voor gouden baren wordt
f
1.648 geboden.
Marken bankpapier waren slechts moeilijk te krijgen;
de laatste koers was 58.90.
LONDEN, 5 SEPTEMBER 1932.
De geldmarkt, ofschoon gemakkelijker dan de laat-
ste dagen van Augustus, herkreeg toch verleden week
nog niet dien grooten overvloed van vlottend mate-
riaal, dien de markt gedurende Augustus kenmerkte.
liet, ,overnight” money is dan ook nog grooten’deels
tegen % pOt. afgedaan.
‘Di’sconto is beduidend zwakker vooral voor de nieu-
we schatkistpromessen, welke even onder
U/ie
pOt.
werden toegewezen. Bankaccepten noteeren
Uf1
% pOt.
Sterling was heden vrij vast op 8.65-8.65% voor
Guldens.
Het gouvernement heeft nog pim. 150 millioen in
4% War Loan en 4% Schatkist obligaties aflosbaar
gesteld eveneens per denzeifden datum van 1 Decem-
ber, waarop de niet geconverteerde obligaties van de
5 pOt. War Loan terugbetaald mneten worden. De
regeering is dus wel heel zeker, dat zij de benoodigd
gelden gemakkelijk zal kunnen leenen.
692
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 September 1932
IS DE INVOERING VAN EEN MAXIMUM WERKTIJD VAN 40 UUR IN DE WEEK ECONOMISCH EN
MAATSCHÂPPELIJK VERANTWOORD?
In verschillende kringen, wel voornamelijk in clie
cicr werknemers, doch ook bij anderen, wordt tegen-woordig gevoeld voor de invoering van een werktijd
van 40 uren in de week, ter vervanging van de 48-
urige werkweek. Of het de bedoeling is, enkel gedu-
rende den crisistijd, dan wel blijvend, wordt er meest-
al niet bij vermeld. En toch is dat een belangrijk ver-
schil, zooais hieronder, naar ilc hoop, zal blijken.
Waarom wil men clie verdere inkorting van den
werktijd? Vermoedelijk niet omdat men vindt, dat met 48 uur, de grens wordt overschreden van het-
geen de werkman kan presteeren, zonder daarvan
geestelijke of lichamelijke bezwaren te ondervinden.
Maar hoofdzakelijk, zoo niet uitsluitend, omdat men
hoopt
01)
die manier de werkloosheid te kunnen
tegengaan.
Zoo op het eerste gezicht lijkt dat ook zeer voor
de hand liggend. Als 20 werkliedbn in 48 uur een
sloot kunnen graven, zal men voor dat werk 24 werk-
lieden noodig hebben, om het in 40 uur te doen. Zou
men dus altijd maar slooten te graven hebben, dan
zou men door de verkorte werkweek dus 4 man meer werk gegeven hebben. Zou daarbij het uurloon gelijk
gebleven zijn, dan zouden de werklieden door den
verkorten werktijd een kleiner weekloon ontvangen;
doch cle prijs van de sloot bleef gelijk. Eischt men dat
de weekloonen geen vermindering ondergaan, dan
wordt de sloot zooveel duurder, als er meer werklie-
den aan werken.
Dit is alles heel eenvoudig en voor de hand lig-
gend. Doch het werk in de meeste bedrijven is niet
zoo eenvoudig als liet graven van slooten. Men kan
daar gewoonlijk de teruggang in de productie, ver-
oorzaakt door een inkorting van den
werictijd,
niet
ongedaan maken, enkel door meer wericlieden in
d:ienst te stellen. In fafbrieken, althans in de meeste,
doet de machine meestal het eigenlijke werk en be-
dient de wer]dnemer enkel de machine.
In tijden met normale bedrijvigheid, zal dus in
het algemeen, eerst de machine-installatie vergroot
moeten worden, alvorens de fabriek meer werklieden
kan plaatsen.
Alleen in tijden van groote werkloosheid, als wij
thans beleven, w’aarbij de machines in de meeste fa-
hrieken.niet alle bezet zijn, zou het zonder dat kun-
nen. Waar echter de meeste dezer fabrieken thans
toch al geen volle 48 uur in de weelc werken, zal een wettelijke inkorting tot 40 uur vermoedelijk toch niet
noodzaken tot het aannemen van meer werkvolk en
zal men. van den invloed eener tijdelijke 40-urige
werkweek, op de werkloosheid, toch ook geen over-
dreven verwachtingen moeten hebben.
Zou men daarbij weder, zooals vroeger, bij cle
iiL-
voering van de 48 uren week, den eisch stellen, dat
het weekloon van den arbeider niet achteruit mocht
gaan, waardoor dus het product van den arbeid zoo-
veel duurder zou worden, dan rijst wel erg de vraag
of de kortere werkweek niet oorzaak zou worden eener uitbreiding, inplaats van inkrimping van de
werkloosheid.
Want, naar dat een artikel duurder wordt, zal
ook de afzet-mogelijkheid moeilijker worden en daar-
mede het gevaar voor werlcloosheid grooter.
Dat heeft ons geleerd de invoering van de 48-urige
week, waarvan de invloed 0])
de huidige crisis mijns
inziens, door velen wordt onderschat of in het geheel
niet wordt ingezien of begrepen. De invoering van
een maximum werktijd van. 48 uur in de week, bracht
niet alleen loonsverhooging, doch verhinderde tevens
overwerk in tijden van groote vraag.
In alle bedrijven, en door alle tijden heen, heeft
men in de industrie gekend, tijden van groote vraag
en tijden van groote slapte. In het eerste geval werd
de werktijd verlengd en bij slapte verkortte men den
INHOUD:
Blz.
Is
DE INVOERING VAN EEN MAXIMUM WERId’iJD VAN 40
UUR IN DE WEEIC ECONOMISCH EN MAATSCHAPPELIJK
VERANTWOoRD?
door
Ir. A. G. Bosman …………
692
Ordening van het Britsche verkeerswezen door
J. 0.
M
. Broek………………………………….
693
Het cadeaustelsel in Duitsebland door
J.
A.
Coltof
.. 695
De Indische middelen
over Mei
1932 …………….696
BUITENLANDSCHE MEDEWERKING:
De werkverschaffingsplannen van de Duitsche regee.
ring door
Dr. Cari Kramer ………………..
698
AANTEEKENINGEN:
Vooruitzichten van de conjunctuur in de Vereenigde
Staten
………………………………..700
De Amsterdamsche beurs in de laatste drie maanden
703
MAANDCIJFERS:
Indexcijfers van Nederlandsche aandeelen ……..
703
Overzicht van de Indische middelen…………..
704
Rijkspostspaarbank ……………………….
704
Overzicht der opbrengsten van het Staatsbedrijf
der P.T.T….. ………………………….
704
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN …………….
704-710
Geidkoersen. – Wisselkoersen. – Bankstaten. – Goederenhandel.
werktijd. Werlctijclen van 70 uur in cle week, als het
druk was, waren niets buitengewoons. De werklieden
verdienden naar het aantal uren dat gewerkt *erd.
De invoering van een 48-urigen werktijd, heeft in
deze werkmethode verandering gebracht. Kort na den
oorlog kwam de verkorte werktijd, toen de interna-
tionale handel misschien nog niet eens voldoenclen tijd
had gehad, zich geheel aan te passen aan den na-oor-
logschen toestand; maar hij kwam in een tijd van nor-
male drukte in de industrie.
V66r de invoering van cle 48-uren week, was een werlctijd van 56 tot 60 uur in de week heel normaal
te noemen. Maar dan beteeldeude een verkorting tot
48 uur, natuurlijk een belangrijk terugloopen van het
productie-vermogen der verschillende bedrj ven. Im-
mers men Icon in 48 uur niet produceeren wat men
vroeger in 60 uur deed. Veel industrieën zagen door
dle inkorting van den werlctijd hun capaciteit met
een vijfde of zesde gedeelte achteruitgaan. Om de
vroegere capaciteit w’eer terug te krijgen, moesten die
fabrieken worden vergroot. Dat vraagstuk was voor
het eene bedrijf natuurlijk veel moeilijker dan voor
een ander. In enkele kon men volstaan met het bij-
plaatsen van enkele machines. In de textielindustrie
zal het meestal wel niet voldoende geweest zijn er
enkel nieuwe spinbanken of weefgetouwen bij te
plaatsen, doch zal men daarbij een geheele helcelin-
stallati e en verdere voorbereid ingsmachines n ood.i g
gehad hebben.
Weer andere industrieën hadden iveer andere moei-
lijkheden. Maar al waren voor alle de moeilijkheden,
om do verloren capaciteit, door vergrooting weer
terug te
krijgen,
ook verschillend, dit hadden zij alle
gemeen, dat een belangrijk kapitaal moest worden
vastgelegd in gebouwen en machines’; kapitaal dat
feitelijic niets kon opbrengen, omdat het niet diende voor vergrooting van het productie-vermogen, maa’r
dat enkel vastgelegd werd in het bedrijf, om het
productievermogen, dat door den verkorten werktijd verloren gegaan was, weer terug te krijgen. Daar dit
niet alleen in ons land, maar feitelijk over de heele wereld gcheurde, begrijpt men welk reusachtig h
e
drag moest worden geïnvesteerd. Kapitaal dat feite-
lijk onproductief werd belegd, immers de rente van het geïnvesteerde kapitaal, kon enkel worden opge-
bracht dopr een prijsverhooging van het te vervaar-
digen artikel, daar het productie-vermogen alleen tot
7 September 1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
693
het oude peil teruggebracht was en verder niet. Het
was dus min of meer kapitaalverlies, het beteekende
verarming. Door de kapitaalvastlegging werd het
fabrikaat enkel duurder; voor ons land kwam daar
nog een tweede prijsstijging
bij,
doordat de inkor-
ting van den werktijd gepaard ging met een stijg.ing
van het uurloon der werknemers.
Het spreekt vanzelf, dat dergelijke prijsverhoo-
gingen nadeelig moeten werken op de afzetmogelijk-
heid van het fabrikaat.
Toch is, ‘bij de invoering van den verkorten werk-tijd, daar weinig van gebleken; er ontstond, integen-
deel, een grootere bedrijvigheid in haast alle zaken.
Ook dit is gemakkelijk te verklaren, doordat de
uitbreiding die voor allerlei industrieën noodig was, om ze weer op het oude productiepeil terug te bren-
gen, veel extra-werk .gaf. Er moest gbouwd wor-
den. Nieuwe machines vervaardigd, aangeschaft en
geïnstalleerd worden.
En waar de eene industrie altijd weér een afnemer
is van de andere, ontstond zoodoende schijnbaar ‘een
tijd van ‘bloei. Maar het was maar een bloeitijd in
schijn; immers de verhoogde bedrijvighe:id in zaken,
werd niet veroorzaakt door verhoogde welvaart, door
een vergrootte koopkracht der bevolking; neen zij
werd enkel veroorzaakt door een verstoring van het
gewone proces van vraag en aanbod.
Door cle verkorting van den werktijd, was het ge-
woe evenwicht tusschen de vraag en de productie-
mogelijkheid, tijdelijk verbroken.
Toen het kapitaal, noodig voor de uitbreiding van
fabrieken en industrieën, over de geheele wereld ten-slotte geïnvesteerd was, was het met de bloei ook ge-daan en ‘moest een tijd van afnemende vraag komen. Een afname van vraag, ook nog in deharid gewerkt
door den gestegen prijs van het gefabriceerde artikel.
Ook wat de werkloosheid betreft, is de wet op den
maximum werktijd
voor den arbeider niet van ‘belang
ontbloot in zoover de wet de kans om werkloos té wor-
den voor een deel der arbeiders ‘heeft vergroot.
Had de industrie het, v66r invoering der wet, in
haar macht de werklieden in tijden van grootere be-
drijvigheid, langer te laten werken, thans moet op
andere wijze in de wisselende vraag worden voorzien,
en de eenige mogelijkheid daartoe, is te zorgen dat
de inrichting groot genoeg is, om in tijden van groo-
te vraag, ook met een ‘werkweek van 48 uur, aan alle
vraag te kunnen voldoen. Do installatie moet dus niet,
zooais vroeger, ingericht zijn op normale vraag,
want dan zou men, nu langer werktijd uitgesloten is,
‘bij grooter vraag, vastloopen. De inrichting dient dus
groot genoeg te zijn om ook in tijden der grootste
bedrijvigheid, met een ‘werktijd van 48 uur in de
week, aan alle vraag te voldoen. Het noodzakelijk ge-
volg van dezen toestand zal zijn, dat zoodra, na een
tijd van groote vraag, de vraag weer normaal wordt,
een gedeelte der inrichting moet worden ‘stop gezet
en de werklieden, voor de ‘bediening van dat deel be-
noodigd, ontslagen. Dus reeds bij normale vraag in
een bedrijf, ontslag van geschoold personeel. Een ge-
volg van de onmogelijkheid om in
tijden
van tijde-
lijke drukte, langer dan 48 uur te kunnen laten wer-
ken. Het vraagt dus een arbeids-reserve, die uitslui-
tend dienst doet in tijden van groote bedrijvigheid,
doch die verder de gelederen der werkloozen komt
vullen. Zou men nu den werktijd, thans maximaal 48
uur in de week, nog verder inkorten, zooals enkelen
willen, tot 40 uur terugbrengen, dan zal daardoor
het hiervoor geschetste euvel nog grooter worden
:
Dan zal in tijden van opbloei, weder meer kapitaal
moeten worden vastgelegd, in den uitbou’w van f a-
brieken en andere produceerende inrichtingen, enkel
om de productie op peil te houden, dus niet voor
nieuwe productie;
terwijl
de rente van dit onproduc-
tief belegde kapitaal, enkel den prijs van het ver-
vaardigde artikel zal verhoogen.
Daar naast zal weder een grooter aantal werkne-
mers moeten plaats nemen in de arbeids-reserve, die
enkel plaatsing kan vinden in tijden van groote vraag
en’ die daarna veer werkloos wordt.
Het vraagstuk van den korteren of langeren ar-
beidsduur heef t ook zijn sociale zijde. Die heb ik bui-ten ‘beschouwing gelaten, omdat het mij thans te doen was, enkel de economische zijde daarvan te belichten.
Mijn slotconclusie zal moeten luiden, dat een blij-
vende verkorting van den arbeidstijd tot 40 uur in
de week tot resultaat zal hebben:
le. Dat de wereld daardoor weer armer zal worden, omdat op den duur weer nieuw kapitaal onproductief
moet worden vastgelegd.
2e De bestaansmogeljkheid voor iedereen weer
moeilijker zal worden, doordat het product van den
Êtrbeid duurder moet worden.
3e. Dat de arbeidsreserve weer grooter zal moeten
wörden d.w.z. het aantal van hen, die enkel maar in tijden van groote bedrijvigheid werk zullen kunnen
vinden, doch daarna w’eer werkloos worden.
Do koopkracht der bevolking zal weer dalen en’ de
malaise voortduren.
Ir. A.
G.
B0SMAN.
ORDENING VAN HET BRITSCHE VERKEERSWEZEN.
(Het
Rap
port-Salter.)
Allerwege is een kentering te bespeuren in de hou-
ding ten aanzien van •het, tot op heden sterk bevoor-
rechte, verkeer over den weg. Wat in een periode van
schijnwelvaart nog eenigermate gemaskeerd werd, is
thans voor iedereen duidelijk: de spoorwegen, onmis-
baar voor ons huidig voortbrengingsproces, zullen
ten onder gaan, indien niet maatregelen genomen
worden, die aan de onrechtvaardige bevoordeeling
van het wegverkeer een einde maken.
De auto heeft zonder twijfel groot nut voor het ver-
vullen van ‘bepaalde verkeersfuncties; maar ovenzoo
dient de hoogst gewichtige taak van den spoorweg
erkend te worden. Door zorgvuldige studie van de
capaciteit van beide verkeersvormen zal een juister
inzicht verkregen kunnen worden in de meest econo-
mische taakverdeeling tus’schen trein en auto. De
ervaring zal hier uiteraard leermeesteres moeten zijn.
Doch dit alles is toekomstmuziek, zoolang niet de
werkbasis beider verkeersmiddelen zoover doenlijk
gelijk is. Op de grove on’billijkheden, die thans in het
verkeerswezen bestaan, is reeds vaa’k, ook in dit tijd-
schrift, den aandacht gevestigd.
1)
In Engeland heeft deze kwestie reeds lang de volle
aandacht van de regeering. In Augustus 1928 werd
een ,,Royal Oommission on Transport” ingesteld,
welke het complex van vraagstukken, dat met de op-
komst van het autoverkeer samenhangt, in studie
nam. In tegenstelling met de werkwijze van de No-
derlandsche vervoerscommissie-Paijn, legde men zich
toe op een principicele beschouwing van ‘het geheele
verkeerswezen. Het eindrapport van deze commissie,
verschenen in December 1,930, onder den titel van
,,The Co-ordination of Traffic” is dan ook een waar-
clevol document, van fundamenteele ‘beteekenis voor
een begrijpen van moderne verkeerseconomische pro-
blemen.
Twee v6ôrrapporten van de commissie, bevattende voorstellen tot bescherming van de veiligheid op den
weg en tot reglemeuteering van het openbaar perso-
nenvervoer, vormden den grondslag van de in 1930
in werking getreden ,,Road Traff’ic Act”. Het goe-
derenvervoer bleef echter ongeregeld; toch was het
juist op dit gebied, dat de wilde concurrentie de ern-
stigste bedreiging vormde van Engeland’s welvaart.
Immers, door het ,,afroomen” van het goederentrans-
port door de vrachtauto’s, bleven de spoorwegen zit-
ten met de – onvoordeelige – transporten van mas
1)
Zie de artikelen van den heer S. A. Reitsma in
Eco-
nom’isch-S’tatistische Berichten
van 2 Maart en 20 April
ji. en in het. Juli-nummer 1932 van het
Ha.agsche Maand-
blad.
694
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 September 1932
sale goederen; en zelfs werd in clan laatsten tijd ook
hier de super-vrachtauto een medediriger. Eenerzijds
dus: stijgende verliezen voor de spoorwegen, ander-
zijcis: stijgende uitgaven voor wegenonderhoud, alles
tezamen een nationale verspilling.
Het werd duidelijk, dat, wilde men een algeheele
ontwrichting van het goed eren verkeer voorkomen,
een gelijker verdeeling der lasten over spoorwegen en
vrachtauto een eerste vereischte was. Deze o
erwe
gingen gaven den Britschen verkoersminister jl.
April aanleiding tot het bijeenroepen van vertegen-
woordigers van cie spoorwegen en van het wegvervoer,
clie, onder leiding van den velbekenden econoom
Sir Arthur Salter, maatregelen dienden te beramen,
welkezouden leiden tot het scheppen van een ,,faire”
basis voor de concurrentie tusschen rail en weg.
Men zegt wel eens, dat, al ‘staan Britten nog zoo
scherp tegenover elkaar, zij toch altijd tot een ver-
gelijk komen als ze eens rustig om de ronde tafel hun
grieven met elkaar bespreken. Het feit, dat tenslotte
– reeds einde Juli een rapport uitgebracht kon
worden, dat zonder voorbehoud door alle leden dezer
gemengde commissie onderschreven werd, is een goe-
cle illustratie van deze Britsche karaktertrek, doch
tevens een bewijs van de bemi.ddelaarsgaven van voor-
zitter Salter. De conclusies zijn uiteraard het resul-taat van veel geven en nemen van beide zijden. De
unanieme aanvaarding van de uitkomsten geeft het
rapport echter dubbele w’aarde en, met het oog op de
toekomstige regeling in Nederland lijkt het ter zake
d.ienende hier een icort overzicht van den inhoud te
geven.
*
*
liet eerste punt van, bespreking vormde cle bijdra-
gen van de weggebruikers in den aanleg en het on-
cierhoud der wegen. Er werd op gewezen, dat, terwijl
de spoorbaan een monopolistisch karakter heeft, de
auto zijn weg moet deelen met andere gebruikers. Op ciezen grond zou het dus niet eerlijk zijn de autorno-
hilnsten alle icosten van de wegen op te laten ‘brengen.
Tegen over dit ,,gemeen gebruik” (commun i ty use)
staat echter een post, die de commissie aanduidt als
.,].egacy of the past” (erfdeel van het verleden), na-
melijk de som van de aanleg- en onderhoudskosten
van het wegennet uit de vôôr-autoperiode. Beide pos-
ten lcom.en hierirt overeen, dat hun waarde slechts
zeer vaag is te definieeren; na eenige schattingen
kwam men overeen deze beide posten tegen elkaar weg
te schrappen, en de in. totaal te heffen bijdragen van alle mechanisch voortbewogen voertuigen in de we-
genkosten
gelijk
te stellen aan de loopende jaarlijic-
sche uitgaven voor wegenaanleg en onderhoud.
De wegenuitgaven werden ‘berekend op £ 60 mil-
.lioen ‘s jaars. 1-hema kwam aan de orde hoe dit he-
cirag over de verschillende klassen van personen- en
vracht’oertuigen te ‘verdeelen. Zwaarte van het
voertuig, benzineverhruik en snelheid Icunnen als drie
belangrijke criteria gelden ‘oor het maken van een
hôffingsschaal, maar dienen in onderling verband ge-
waardeerd te worden om tot een juiste maatstaf te
komen. Tenslotte werd als basis aanvaard de ,,ton-
mileage”, d.i. het gemiddelde netto draagvermogen
van elke klasse var voertuigen, vermenigvuldigd met
het gemiddelde aantal afgelegde mijlen per jaar, het
laatste geschat aan de hand van uitgebreide gegevens.
Ter correctie ”an onhillijkheden werd tevens reke-
ning gehouden met snelheid en benzineverbruik. Met
behulp van deze criteria werd vervolgens een klassif i-
catie opgesteld, teneinde tot een verdeeling van de
£ 60 millioen te geraken. De slotsom was, dat hiervan
£ 236 millioen (ongeveer
21/2
millioen meer dan
thans) voor rekening moest komen van de vracht-
voertuigen en de rest voor alle andere soorten van
,,,krachtwagens”.
Daarna kon overgegaan worden tot een verdeeling
der wegenlasten over de verschillende vormen van
vrachtvervoer over den weg.
In de eerste plaats werd het billijk geoordeeld, dat
voertuigen, bewogen door stoom, olie of electriciteit
sterker belast zouden worden dan tot nu toe, daar zij
utteraard vrij uitgaan inzake de ‘bestaande benzine-
belasting; verder dient de ‘huidige belastingschaal, die
als hoogste klasse vijf ton eigen gewicht kent, aan-gevuld te worden, daar thans tien-tonswagens even-
veel betalen als vijftons. Het zijn juist de zware (meer dan 4-tons) wagens, die, naar het oordeel van de com-
missie, een schade aan de wdg toebrengen., die vèr uit-‘
gaat ‘boven een ‘belasti.ng, alleen gebaseerd op het aan-.
tal tonmijlen en het benzineverbruik. Deze voertuigen
dienen dus extra ‘belast te worden, waarbij echter
een uitzondering gemaakt moet worden voor denulke,
die in havengebieden dienst doen, daar hier zwaar
vervoer over den weg noodzakelijlc is en, met het oog
op het vericeer, zelfs •gewensehter dan het transport
door een groot aantal kleine eenheden. Voor lichte
vrachtauto’s zal de belasting ook ietwat verlicht kun-
nen worden. Het feit, dat deze categorie die der
zware wagens verre in aantal overtreft, is de recle,
dat, ondanks de sterke verhooging van de heffingen
voor de laatstgenoemde groep,, de totale opbrengst op
slechts £ 2Y2 millioen meer wordt geschat.
Om een indruk te geven van de voorgestelde ver-
zwar’ing der belasting moge genoemd worden die,
welke zal gelden voor een vrachtauto van 5 tot 6 ton,
eigengewicht, op lichtbanden: nu £48, voorgesteld
£108; voor een wagen van 9-10 ton eigenwicht op
luchtbanden, resp. £ 48 en £ 226; idem op massieve
handen, resp. £ 60 en £ 282.
ihierna kwam aan de orde, hoe de vérgaande onge-
lijk’heid, die ‘bestaat tussehen de strikt gereglemen-teerde spoorwègen en het vrijwel ongebonden auto-
vervoer weg te nemen, althans te verminderen. In het bijzonder werd gewezen op het uitgebreide samenstel
van regelen, die ‘billijic en veilig vervoer door de
spoorwegen waarborgen en de belangen van de werlc-
nemers tav. bonen, dienst- en rusttijden beschermen.
De commissie stond dus voor de keuze ôf de regie-
mentering van de spoorwegen te verlichten, dan wel
het wegvervoer aan een strenger toezicht te onder-
werpen. De conclusie was, dat om economische zoo-
wel als sociale redenen het ongewenscht is, de con-
trôle op het spoorwegbedrijf te verminderen, waaruit dus voortvloeide, dat het wegverkeer nadere regeling
behoefde.
De grootste moeilijkheid, die zich hier voordeed, was het onderscheid, dat bestaat tusschen het trans-
port per vrachtauto voor het verplaatsen van eigen
goederen (het z.g. werkverkeer) en het wegvervoer,
dat, zooals de spoorwegen, anderen ‘dient, het eigen-
lijke transportbedrijf dus.
Voor deze beide vormen van goederenvervoer acht
de commissie toezicht op de bonen en arbeidsvoor-
waarden van het personeel en op de geschiktheid van
het materieel noodzakelijk. Door al het goederenver-
vuer per auto (of ander mechanisch voortbewogen
voertuig) afhankelijk te stellen van een vergunning,
zal het mogelijk zijn’ de naleving der ‘betrekkelijke
verordeningen te ‘verzekeren.
Anders staat het met de ‘voorziening inzake een
verkeerseconomisehe regeling. Het werd niet moge-
lijk geacht het werkverkeer vanuit dit gezichtspunt
op gelijke wijze te regelen als het eigenlijke transport-bedrijf; wel zal er streng op toegezien moeten worden,
dat de vrachtauto’s niet tevens zuivere transportdien-
sten verrichten.
Ten aanzien van het eigenlijke transportbedrijf
echter meende men, dat ‘bij het verleenen van een
concessie tevens in het algemeen ‘belang rekening
dient gehouden te worden met de volgende punten:
a.. de mate, waarin reeds door bestaande vervoer-
niiddelen in de ei.sehen van het verkeer wordt ‘voor-
zien;
b.
het gevaar voor te druk of te zwaar verkeer
over den weg, of over ‘bepaalde wegen;
7 September
1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
695
c. verkeersovertredingen van den aanvrager of zijn
personeel en eventueele faillissementen.
Voor het beoorcleelen van deze concessie-aan vragen
ware een. Centrale Adviescommissie te vormen, d:ie den
minister terzijde zou staan in het bepalen van in-
structies voor cle plaatselijke autoriteiten, die belast
zijn met de versti’ekking van concessies. De vergunningen zullen kosteloos verstrekt worden
daar aan alle financiëele verplichtingen van den weg-
gebruiker reeds voldaan is door de hovenheschreven
wegenbelasting. De concessie kan direct ingetrokken
worden ingeval de houder niet aan de gestelde voor-
waarden voldoet. Een extra-numrnerplaat, in kleur
verschillend voor werkverkeer en transportbedrijf zal
aan de wa.gens bevestigd moeten worden. In aanslui-
ting aan deze maatregelen acht de commissie het ge-
wenscht, dat ingevoerd zal worden een soort reis’boek
of -kaart voor elk voertug, waarop gewicht van de
vervoerde lading; werk- en rusttijden van chauffeurs
ed. zaken aangeteekend moeten worden.
Wat de kwestie van het openbaar maken van tarie-
ven betreft, bleek het moeilijk tot een goede oplos-sing te komen. Tenslotte vond men als compromis,
dat de autoriteiten, belast met het uitgeven van con-
cessies, inzage zouden kunnen krijgen van de tarieven,
wanneer hun .dat ter vervulling van hunne taak noo-
clig voorkwam. Het onbevredigende van deze oplos-
sing is klaarblijkelijk direct ingezien, waict in de vol-
gende paragraaf wordt dn verkeersrninistr geadvi-
seerd dese kwestie, in overleg met de te benoemen
Centrale A cl v!escomnriss.i, aan een nader onderzoek
te onderwerpe.
Tenslotte verklaart de commissie zich met nadruk tegen verdere verschuiving van het massale vervoer
van tre.in
naar auto. Evenals de ,,Royal Commission
on Transport” acht zij zulk een verplaatsing econo-
i.sch onverantwoord en stelt voor den verkeersmi-
.nister bevoegdheid te verleenen om het vervoer over
den weg van deze klassen van goederen te verbieden.
Afgezie.0 van dezen maatregel gelooft cle commissie
echter niet, dat het wenschelijk is veel van dergelijke
directe verbodsbepalingen uit te vaardigen. Wanneer
eenmaal een gelijkore werkbasis voor de beide vormen
van verkeer geschapen is, bestaat er reden om te
verwachten, dat de verdere evolutie van het goederen-
vervoer zal gaan in de richting van samenwerking
door een economisch-juiste verdeeling en co-ordina-
tio van functies, in het belang niet alleen van rail-en wegtransport, maar voor ailesv an de nationale
wel vaart.
Als Nederlander siaakt men onwillekeurig een ver-
zuchting, wanneer men dehkt aan den verwoeden ver-
keersstrijd in eigen land. Hier geen regeeringsinitia-
tief, dat beide partijen bij elkaar brengt; geen waar-
cleering :voor elkanders standpunt. Het uit verkeers-
kringen zelf voortgekomen Centraal Comité voor
Economisch Vervoer zag de vetegenwoordigers der
bedrijfsautohouders reeds uittreden nok v66r een
principieele basis voor besprelcing der problemen ge-
legd was. Een hernieuwde strijd staat te wachten, wan-
neer de regeerilg haar passieve houding niet opgêef t.
De commissie-Welter (zie Economisch-Statistische
Berichten van
27 Juli 1932)
heeft eenige voorstellen gedaan ter verbetering van de financieele grondslagen
van het verkeerswezen. Doch wordt het niet
tijd;
nu
de commissie-Patijn in •gbreke is gbleven, hier ook
een soort ,,commissie-Salter” in te stellen?
J. 0. M. BROEK.
HET CADEAUSTELSEL IN DUITSCHLAND.
Den lOden Maart
1932
kwam de ,,Verordnung des
Reichspriisidenten zum Schutze der Wirtschaft” in
het Duitsche Reichsgesetzblatt. De eerste af deeling,
waarvan de voorschriften den lOen Augustus in wer-
king zijn getreden, was gewijd aan een verbod van
cadeaux geven bij den verkoop van goederen. Voordat
het ontwrp tot wet kon worden •geproclameerd, heb-
ben voorstanders en tegenstanders een hef tigen strijd
gevoerd. Wanneer men kennis neemt van de vele arti-
kelen, die over de al of niet toelaatbaarheid van het
cadeaustelsel zijn gepubliceerd, dan moet men dikwijls
den indruk verkrijgen, dat het Duitsche handeisleven
was gesplitst in twee elkaar vijandige kampen, die met alle mogelijke middelen de publieke opinie in
hun richting wenschten te beïnvloeden.
Een Schutzverband für Wertreklame werd opge
richt en als tegenmaatregel werd daarna een Reichs-
ausschusz für das Zugabeverbot in het leven geroe-
Pefl• ,,Man sollte glauben”, zoo merkt de Frankfurter
Ztg. van
30
Juni
1931
op, ,,wir hutten in Deutscic-
land andere Sorgen, als uns über das Für und Wider
der Zugabe einer Porzellanvase oder e.ines vers,iFber-
ten Löffels oder eines Kinderspielzeugs beim Einkauf ei.ner grösseren Ware die Köpfe zu zer.hrechen”.
De nieuwe verordening verbiedt in art. 1 het aan-
bieden en aankondigen van een geschenk bij den ver-
koop van een ander goed. Dit verbod geldt echter
niet voor een zevental uitzonderingen, die alle in het
eerste artikel zijn aangegeven. Een dezer gevallen be-
treft het afsluiten van verzekeringen door de directie
van couranten of tijdschriften ten behoeve van ‘haar
&bonné’s. Blijkbaar hebben wij hier niet te doen met een uitzondering, die wordt gemaakt ten aanzien van
een bepaalde wijze van cadeaux geven, doch veeleer
ten ‘behoeve van een zekeren bedrijfstak. Voorts zijn
de bepalingen van het verbod niet van toepassing
voor alle cadeaux, bestaande uit een geldbedrag, alle
voorwerpen van geringe waarde, en die op duidelijke
wijze van den firmanaam zijn voorzien en alle artike-
len, die tot dezelfde goederensoort ‘behooren als het
gekochte. Vervolgens zijn nog toegestaan, alle voor-
werpen bestaande uit ,,handelsüblichen Zubehör zur
‘ÇT0
oder handelsü’blichen Nebenleistungen”, en ten-
slotte alle artikelen, in plaats van welke de aanbieder
op verlangen van den afnemer een bepaald geldbe-
drag wil uitbetalen.
Het ligt voor de hand, dat art. 1 met zijn vele uit-
zonderingen in de toekomst een vri-i-c’,b.tl),trb bron voor
een groot aantal geschillen zal vormen. Want wat
men onder een ,,geringe waarde” der toegiftartikelen
dient te verstaan, staat evenmin vast als wat kan
worden gerekend onder ,,handelsübliche Zubehör” of
,,handelsüiliche Nebeleistungen”. Bovendien, sluit
deze laatste uitzondering een wijziging jn de door
diverse firma’s verleende novenprestaties uit, daar zij hierdoor immers ‘hun ,,hartdelsübliche” karakter zou-
den verliezen.
Het ontwerp was vergezeld van een uitvoerige me-
rnor.ie van toelichting, waarin werd gewezen op het
toenemende gebruik, cadeaux als reclamemiddel te
benutten. Voorts beroept men zich op een tweetal
argumenten, die door de ,,Vorluiufige Wirtschaftsrat”
in zijn verslag van April
1930
zijn aangegeven, op
grond van welke men wettelijk ingrijpen op dit punt
wenscht te rechtvaardigen, in de eerste plaats het
gevaar van overdrijving, dat aan het stelsel zelve in-
haerent wordt geacht, wijl het als concurrentiemiddel steeds anderen. tot gelijksoortige maatregelen aanlei-
ding zal geven. En vervolgens ‘bestaat de mogelijk-
heid, dat het publiek zeer gemakkelijk een verkeerde
waardeering van het te koopen goed wordt opgedron-
gen, doordat de aandacht van den adspirant-kooper
wordt afgeleid van het te koop gebodene. Daarméde
zijn echter de door de Vorl’dufige Wirtschaftsrat aan-
gegeven argumenten slechts ten deele vermeld, het-
geen ook onmiddellijk opvalt, wanneer men weet, dat
696
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 September 1932
hij tot de conclusie kwam, dat – ofschoon uitwassen,
waartoe ‘het stelsel kan leiden of reeds heeft geleid
met de meeste kracht dienen te worden tegengegaan
– een radicaal verbod van het geven van geschenken,
daarom niet inanmerking komt, wijl een ingrijpen
van overheidswege met het doel om een enkele, in
ruime kringen gebruikte reclamemethode te verbie-
den, alleen dan gerechtvaardigd zou zijn, .wanneer
‘haar principieele oneerlijkheid of voortdurende scha-
delijkheid voor het economisch leven zonder eenige
bedenking zou vaststaan. ,,Das aber ist nach Ilber-
zeugung der groszen Mehrzahl der Mitglieder des
Arbeitsausschusses nicht der Fali gewesen.”
1)
Het is niet van ‘belang ontbloot, hier te wijzen op
eenige argumenten, die van beide zijden in de verga-
deringen dezer commissie ter tafel werden ge’bracht,
daar men ook hier te lande van particuliere zijde
druk bezig is aan het ‘bestudeeren van het cadeaustel-
sel, nadat het rapport van de staatscomissie van
Wijnbergen ) over het algemeen niet in goede aarde
was gevallen
3
). Wat de meening t.a.v. het stelsel hij de diverse groepen in het economisch leven betreft,
kan worden vermeld, dat de Duitsche vakorganisaties
in groothandel en industrie zoowel voor als tegen stemden. Een aantal van ‘hen, die het stelsel in de
praktijk nooit hadden toegepast oordeelde objectief, door geen enkel persoonlijk belang tot hun meeniug
gebracht. Doch over het algemeen werd de scheidings-
lijn der inzichten in hoofdzaak wel aangegeven door
het al of niet belang hebben bij de werking van dit
reclamemiddel, resp. het al of niet toepassen ervan.
Een uitzondering hierop werd gevormd door de ciga-rettenindustrie, die zich nadrukkelijk tot tegenstand-
ster verklaarde, ofschoon zij zelve wel cadeaux geeft.
De argumenten, die men tegen het stelsel te berde
bracht, waren de volgende: de reclame door middel
van cadeaux is als zoodanig verwerpelijk, wijl zij het
doel der reclame nl. het aantoonen van prjswaardig-
heid en qualiteit van het te koop gebodene geenszins
nastreeft. Bovendien beteekent het geven van cadeuax
niet, dat op de kosten van andere reclamemiddelen
wordt bespaard. De consument wordt dan de dupe van
het stelsel, doordat dikwijls de verkoopsprijs van goe-
deren met cadeaux hooger is dan die zonder. Men
wees in dit verband ook op het feit, dat men de ge-
schenken als gratis aankondigde, waarin men een on-
eerlijke wijze van concurrentie zag, daar deze recla-
me, zoo goed als iedere andere, in den kostprijs was
gecalculeerd. Door den vorm van het ‘bonuenstelsel,
zoo beweerde men verddr nog, wordt de verbruiker te
zeer aan één enkele firma gebonden of aan het ge-
bruik van één eflkel goed.
Tegen al deze argumenten werd door de voorstan-
ders van het stelsel aangevoerd, dat het onhillijk was om bij de bestaande concurrentievrijheid, één enkele
vorm van reclame, die op zich zelf zeker niet oneer-
lijk is, te bestrijden door ingrijpen van overheids-
wege. De kosten, die deze reclamevorm met zich
brengt, worden voor een belangrijk deel op die voor
andere propagandamiddelen in mindering gebracht,
zoodat een verhooging van den verkoopsprijs onnoo-
dig is. Als rechtvaardiging voor de cadeaureclame,
speciaal voor het klein- en middelbedrijf, werd de
aandacht gevestigd op het feit, dat juist voor deze
het geschenk het aangewezen middel was, zich ‘in den
al zwaarder wordenden concurrentiestrijd te hand-
haven. Wil het adverteeren in couranten eenig effect
sorteeren, dan eischt zulks groote sommen, dikwijls
grooter dan men in deze bedrijven kan spendeeren.
Van het resultaat is men echter nooit verzekerd. Wel
1)
Zie: Bericht des Arieitsaussdhusses zur Vorberatung
des Gutachtens ilber die wirtschaftlichen Wirkungen des
Zugabewesens. Drucksache Nr.
367,
Berlin, April
1930.
) Verslag Commissie tot onderzoek ‘van het Cadeaustel. sel. Verslagen en mededeelingen van het Dept. van Arbeid,
Handel en Nijverheid,
1929 No. 9.
3)
Zie
om. de kritiek van Prof. Dr.
N. J.
Polak in
Economisch-Statistische Berichten van
25
Dec.
1929.
zijn de kosten van de geschenkreclame absoluut ge-
nomen niet altijd lager, doch hier bestaat het voor-
deel, dat zij in een bepaalde, vooraf te berekenen ver-
houding tot den werkelijken afzet staan., doordat de
kosten der cadeaux ongeveer gelijlçen tred met den
verkoop houden reclameuitgaven en verkoop hebben
de tendenz samen te vallen.
Het verbod van het geven van geschenken ‘bij ver-
koop van andere artikelen beteekent een inbreuk op
de verkeersvrijheid. Deze inbreuk is te meer te be-
treuren door den vorm, waarin zij is geschied. Zij
heeft nl. een enkele soort van reclame getroffen,
waarvan wel bij de uitvoerige discussies zeer duidelijk
is gebleken, dat zij voor de groep der belanghebben-
den van veel grooter ‘heteekenis kan worden geacht
dan haar opheffing voor haar tegenstanders. Het is
onmogelijk te zeggen, dat deze reclame op zich zelf
als concurrentiemiddel onearlijk is en zoolang calcu-
laties van een aantal firma’s op dit punt nog niet
zijn onderzocht – iets wat voor een juist onderzoek
een allereerste eisch is – ‘blijft ‘het nog zeer de vraag,
of de kosten van andere reclamemiddelen, die toch
eveneens een deel van den kostprijs uitmaken, wel
lager zijn. Bovendien heeft men voor Duitschiand
vastgesteld, dat het ‘bedrag, dat jaarlijks aan geschen-
ken wordt besteed, niet meer dan 30 á 60 millioen
R.M. bedraagt, terwijl aan couranten en tijdschrift-
advertenties niet minder dan 800 á 900 millioen R.M.
ten koste werd gelegd.
Dat er bij het cadeaustelsel een aantal uitwasen
bestaan, zal nauwelijks door iemand worden ontkend
en er kan ook niet de minste ‘bedenking ‘bestaan –
en eerst recht niet bij de voorstanders van het stelsel
– deze uitwassen zooveel mogelijk tegen te gaan. Het
is echter verkeerd, wanneer studiecommissies, die met
dit onderwerp zich bezighouden, al 5. priori van de
in principe verkeerde uitwerking van het stelsel zijn
overtuigd. Zulks toch was •het geval met de commis-
sie-Van Wijnbergen, die werd benoemd om , …..het cadeaustelsel en de daaruit voortvloeiênde nadeelen
aan een nader onderzoek te onderwerpen en na te
gaan, welke maatregelen daartegen eventueel zouden
zijn te nemen”. Ook thans is in middenstandskringen
weer een commissie werkzaam, die eveneens de be-
doeling heeft de nadeelen van de cadeaureclame vast
te stellen. Dat het cadeaustelsel echter een reclame-
vorm is, die meer dan alle overige vormen van recla-
me afkeuring verdient, is een conclusie, waartoe menS eerst na een diepgaand objectief onderzoek zal mogen
geraken.
J. A. COLTOF.
DE INDISCHE MIDDELEN OVER MEI 1932.
In de maand Mei bedroeg de opbrengst der lands-
middelen in totaal
f
32.6 millioen tegenover
f
39.-
millioen in dezelfde maand van het vorige jaar. Hier-
door is een totaal middelenopbrengst over de eerste
vijf maanden van 1932 ontstaan van
f
163 millioen,
terwijl in de eerste vijf maanden van 1931
f
195.9
millioen werd ontvangen, een achteruitgang dus van
f
32.9 millioen. De opbrengst der verschillende hoof d-
groepen aan middelen in vergelijking tot de raming
bedroeg in millioenen guldens, respectievelijk:
1/12
5/12
Eerste
vijf
Omschr.
raming
Mei
raming maanden van
1932 1932 1931 1930 1932 1932 1931 1930
Belastingen
26.1 16.3 17.1
23.5 130.3 79.5 88.2 108.3
Monopolies . 6.2
4.2 6.5
7.0
30.8 21.7 27.3 32.1
Producten
. 5.4
2.6 4.8
7.3
27.0 11.7 22.2 28.5
Bedrijven
. . 10.3 . 7.1 7.7
9.6
51.7 37.- 42.9 49.5
Diverse
middelen
4.1
2.4 2.9
4.8
20.4 13.1 15.2 18.2
Totaal.
. 52.0 32.6 39.- 52.2 260.2 163.- 195.8 236.6
Het achterblijven van de middelen in de verslag-
maand, t.o.v. dezelfde maand van het vorig jaar, wordt
veroorzaakt door de groep belastingen met
– f 0.8
millioen, monopolies met
– f
2.3 millioen, produc-
1
.
7 September 1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
697
ten met –
f
2.2 inillioen, bedrijven met –
f
0.6 mii-
lioen en de groep diverse middelen met –
f
0.5 mii-
lioen.
Bij beoordeeling van het achterblijven van het totaal
der middelen t.o.v. de fractioneele jaarraming in de
verslagmaand ten bedrage van
f
19.4 millioen en in
de eerste vijf maanden van 1932 van in totaal
f
97.2
millioen, moet in aanmerking worden genomen dat
verschillende middelen, in hoofdzaak cle kohierbe-
lastingen en de producten, •sommige bedrijven en
eenige middelen van de groep ,,Diversen” zooals
winstaandeelen, mijuconcessies, enz. niet regelmatig
cver een jaar binnenvloeien, doch op onregelmatige
wijze worden betaald.
De verschillen in de opbrengst tusschen de maan-
den Mei 1932 en Mei 1931 en tussc’hen de eerste vijf
maanden van 1932 en 1931 worden bij de verschillen-de middelengroepen in hoofdzaak door de navolgende
afwijkingen veroorzaakt:
Belastingen.
–
Eerste
5
maan-
O.pbreilgst in millioenen guldens den van
1932
Eerste. vijf
meer of minder
Omschrijving
Mei
maanden van
dan
1931
1932 1931
.
1932 1931 1930
+
of –
Invoerrecht
.
4.1
4.7 19.2 23.7 34.1
– 4.5
Uitvoerrecht ..
0.3
0.4 1.4
2.1
4.1
– 0.7
Statistiekrecht
0.2
0.2 1.1
1.5
2.3
– 0.4
Accijnzen …..
3.- 3.2 16.- 16.- 19.7
–
Zegelrecht …..
0.7
0.8 3.4
3.9
1
5.9
– 0.5
Vennootschaps-
belasting
0.4
0.2 3.5
52
7.1
– 1.7
Totaal ….
8.7
9.5 44.6 52.4 73.2
– 7.8
Bij vergelijking van de opbrengst 1932 niet die van
1931 dient er rekening mede te worden gehouden, dat
ingaande 1 Januari 1932 de opcenten op de invoer-
rechten werden verhoogd van 10 tot 2
.
0 en dat vanaf
16 Maart 1932 de opcenten op den
accijns
op benzine
33/ (te voren 20) bedroegen.
Een nadere uitsplitsing van de opbrengst der accijn-
zen leidt tot onderstaande groepeering:
Opbrengst in millioenen guldens
5/12
Omschrijving
Mei
Eerste
5
maanden van
raming
1932 1931
1932 1931 1930
1932
Petroleum
……
0.9
0.9
4.6
4.8
6.1
1
16
Benzine
……..
1.7
1.6
8.6
7.6
8.8
f
Lucifers
……..
0.3
0.6
2.3
3.2
4.3
4.2
Gedistilleerd
0.02
0.07
0.46
0.34
0.5
0.4
Tabak
……….
0.007
0.005
0.035 0.029 0.038
0.04
Bier
………..
–
–
–
–
,
0.05
Totaal ….
3.- 3.2
16.- 16.- 19.7
20.9
De kohierbelastingen bleven in de eerste vijf maan-
den van 1932, zooals uit de hieronder opgenomen ver-
gelijkende specificatie blijkt, met uitzondering van de
personeele belasting, bij de opbrengst van de eerste
vijf maanden van 1931 ten achter:
Opbrengst in millioenen guldens
Omschrijving
Mei
Eerste
5
maanden
v.
1932 1931
1932 1931 1930
Personeele belasting .
0.3
0.3
1.8
1.6
1.6
Inkomstenbelasting
.
3.- 2.7
15.8 16.3 17.4
Vennootschapsbelasting
0.4
0.2
3.5
5.2
7.1
Verponding ………..
0.2
0.3
4.1
5.2
3.-
Landelijke inkomsten
2.1
2.8
6.6
7.-
7.4
Crisisheffing van het
inkomen
0.9
–
1.2
– –
Totaal….
6.9
6.3
33.- 35.3
36.5
In verslagmaand brachten de inkomsten- en ven-
nootschapsbelasting resp.
f
0.3 en 0.2 millioen meer
op dan in Mei 1931. Bij de betaling op inkomsten-
belasting is door de in 1932 ingevoerde wijziging van
de vervaldagén (vermeerdering van het aantal ter-mijnen) een belangrijke i’ersnelling van het tempo
ontstaan, waardoor de fractioneele opbrengstcijfers
over 1932 niet •geheel vergelijkbaar zijn met die over
1931.
De – landelijke inkomsten, nader uitgesplitst, geven het volgende ieeld:
Opbrengst in millioenen guldens
Omschrijving
Mei
Eerste
5
maanden v.
1932 1931 1930
1932 1931 1930
Landr. Java & Madoera
2.- 2.7 3.-
5.6 6.4 6.5
Alle, overige ………
0.1
0.1
0.1
.1.0 0.6
0.9
Totaal……
De
overige bela,suinge’n,
brachten in verslagmaand
f
0.4 millioen op tegen
f
0.8 millioen in dezelfde
maand van 1931, terwijl de totaal-opbrengst over de
eerste vijf maanden van 1932 en 1931 gelijk was en
f
2.3 millioen bedroeg.
De geringere opbrengst in de maand Mei 1932
t.o.v. 1931 van rond 4 ton vindt zijn ooriaak voor-
namelijk in mindere ontvangst ter zake van loterij-
belasting ten bedrage van
f
0.3 millioen en mindere
ontvangsten ter zake van recht vn openbare verkoo-
pingen ad ruim
f
0.1 millioen.
Monopolies.
De monopolies brachten in verslagmaand
f
2.3 mil-
lioen minder op dan in dezelfde maand van 1931,
terwijl de totaal-opbrengst over de eerste vijf maan-
den van 1932
f
5.7 millioen achter -bleef bij die over
de eerste vijf maanden van 1931, welk verschil aldus
is samengesteld:
opium ……….
-f
3.6 millioen
pandhuizen …… -,, 1.5
zout …………-,,0.6
De mindere opbrengsten over verslagmaand be-
droegen:
opium ……….
0.8 millioen
pandhuizen …… -,, 1.3
zout ………… -,, 0.2
Totaal ……….-f-2.3 millioen
Producten
De opbrengst der producten bedroeg in Mei 1932
f
2.6 millioen tegen
f
4.8 millioen over dezelfde
maand in 1931 of
f
2.2 millioen minder, in hoofdzaak
veroorzaakt door de mindere opbrengsten ‘van het
Boschwczen,
van
tin
en van
steenlcolen
ad resp.
f
0.2
millioen,
f
1.2 millioen en
f
0.65 millioen. Het
cctout-
choucbedrijf
bracht in verslagmaand ruim 1 ton min-
der op dan in Mei 1931, waardoor de achterstand in
de eerste vijf maanden van 1932 t.o.v. 1931 steeg tot
ruim 4 ton.
Over de afgeloopen maanden van dit jaar is de
totaal-opbrengst van deze groep
f
10.6 millioen ach-
ter gebleven bij die over dezelfde periode van het
vorige jaar.
Bed’rijven.
De opbrengst van deze middelengroep :bedroeg over
Mei 1932
f
0.5 millioen minder dan in Mei 1931, het-
geen in hoofdzaak veroorzaakt wordt door mindere
opirengst van de P.T.T. en de S.S. ad resp. f0318
millioen en
f
0.541 millioen. De achteruitgang der
opbrengsten van deze groep gedurende de eerste vijf maanden van het jaar 1932 t.o.v. 1931 steeg tot
f
5.9
millioen.
De totaal-opbrengsten der S.S. bleven in de eerste
vijf maanden van dit jaar
f
4.4 millioen achter bij
die over de eerste vijf maanden van 1931. Verdeeld
naar de verschillende lijnen was dit verschil:
Java
…………
f
3.8 millioen
Sum. Westkust …..,, 0.37
Zuid-Sumatra …..,, 0.23
Atjeh-tram ……….0.16
Aan ,,andere ontvangsten” van S.S. werd
f
167.000
meer ontvangen.
Een opgave van de verschillen der opbrengsten der
overige bedrijven t.o.v. het vorige jaar volgt hier-
onder:
2.1
2.8 3.1
6.6 7.- 7.4.
698
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 September 1932
Verschil opbrengst
over cle eerste
5
Verschil opbrengst maanden van
1932
over Mei
1932
t.o.v. clie over de
t.o.v. clie over Mei eerste
5
maanden
1931
van
1931 11avenvezeu
…..
+ f 0.185
m/ni
– f 0.350
m/nl
Baggerdienst
+
0.108 ,,
-,, 0.014
Waterkracht en
Electriciteit +
0.044
,,
+ ,,
0.162
Laudsdrukkerij
…
+ 0.024 ,,
-,, 0.032
DiVerSe middelen.
Deze groep bracht in verslagmaand
f
2.4
millioen
op tegenover.f 2.9 millioen in Mei. 1931. De opbrengst
in de eerste vijf maanden van 1932 bleef
f
2.1 mii-
lioen achter bij die over dezelfde periode van 1931,
hetgeen zijn. oorzaak vindt in het achterblijven van
bijna alle middelen, welke tot deze groep behooren.
Slechts cle opbrengst der sehooigeiden maakt hierop
een gunstige, hoewnl niet zeer belangrijke, uitzonde-
ring. Dif middel bracht in de eerste vijf maanden van
1932
f
2.426 millioen op tegen
j
2.354 millioen in de
eerste vijf maanden van 1931.
Mijnconcessies brachten in verslagmaand
f
0.066
millioen op tegen
j
0.029 millioen in Mei 1931. In cle
eerste vijf maanden van dit jicar werd
f
0.273 mil-
lioen ontvangen tegen
f
0.401 mi.11ioen in de maanden
Januari t/m. Mei van 1931.
De ontvangsten van liet Gevangeniswezen bedroe-
gen in verslagrn aan d f0355 mi ilioen tegenover
f
0.418 millioen in Mei 1931. De ontvangsten over de
eerste vijf maanden bedragen over 1932
f
1.191 mil-
lioen tegenover
f
1.945 millioen in 1931.
De afkoop van lieerendiensten in de huitengewes-
ten bracht in de eerste vijf maanden van dit jaar
f
1.5
millioen op tegen
f
2.3 millioen in dezelfde periode
van 1931.
Het algemeen ierloop der landsmiddelen in het loo-
pend jaar in vergelijking met de drie voorafgaande
jaren moge blijken uit het volgende overzient:
Opbrengst in
nuil
ioenen guldens
Maand
per maand
tfni. cle maand
1929
1930
1931 1932 1929
1930
1931
1932
Januari
.
51.9
53.5
45.5 34.9
51.9
53.5
45.5
34.9
Februari
.
48.9
42.2
35.9 31.1
100.8
95.7
81.4
66.-
1.
1aart
..
.
50.4
43.7
36.9 32.3
151.2 139.4 118.3
98.3
April
. . .
.
51.3 45.1 38.6 32.1
202.4 184.5 156.9 130.4
Siei
…..
53.8
52.3
39.-
32.6
256.2 236.8 195.9 163.-
Juni
. . .
.
61.2 50.4
45.3
317.4 287.2 241.2
JulI
…..
67.0
65.3
49.5
384.4 352.5 290.7
Augustus
62.2 52.5 46.3
446.5 405.0 337.0
September
62.4
59.3
46.2
508.9 464.3 383.2
October
..
71.6
57.2
41.4
580.4 521.5 424.6
November
56.1
46.9
45.6
636.6 568.4 470.2
December
72.2
63.1
49.2
.
708.7
631.5 519.4
BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.
DE WERKVERSCHAFFINGSPLANNEN VAN DE
DUITSCHE REGEERING.
Dr. Cari Kriimer te Berlijn schrijft ons:
De gedachte der werkverschaffing van staatswege
is in Duitschiand niet nieuw. Zij wil zeggen, dat de
Staat of publiekrechtelijke ondernemingen (zgn. Pu-
blic Utilities) in plaats van den particulieren onder-
nemer, d.ie als gevolg van de onzekere ontwikkeling
van het
bedrijfsleven
niet tot groote productieve uit-
gaven kan besluiten, tot die investeeringen overgaat,
welke voor steun van de bedrijvigheid in de productie-
middelindustrieën, zoo mogelijk zelfs voor het inlei-
den van een nieuwen opbloei noodig worden geacht.
In •dezen zin verschaft de Staat in Duitschiand, al-
thans sedert de depressie van 1925f’26, voortdurend
in meerdere of mindere mate. werk, indien men de
plannen tot werkverschaffing tijdens de demobilisa-
tie buiten beschouwing laat. Men zal zi.ch
herinne-
ren, dat er tijdens de ambtsperiode van het kabinet-
Brüning nauwelijks een kwartaal voorbijging, waari
niet een nieuw ,,Ankurbelungsprogr.amm” ontwor-
pen werd. Deze plannen waren evenwel zoo opgesteld,
dat hiervan nauwelijks eenige invloed op de econo-
mische ontwikkeling mocht worden verwacht. De
opdrachten, waarvan in hoofdzaak de ijzerindns-
trie en het bouwbedrijf profiteerden, overtroffen nau-
welijks meerdere honderd mill.ioen R.M.; de finan-ciering vond zoodanig plaats, dat de vereischte mid-
delen ten laste van de Staatsbegrooting kwamen, zon-
dat elke infiationistische tendens werd vermeden.
Van dergelijke werkverschaffi ngsprogramma’s, die
tenslotte slechts als hulpmiddel tot bestrijding van
de crisis konden worden beschouwd, was noch ten
goede noch ten kwade iets essentiëels te verwachten.
Zij waren reeds op den dag van hun aankondiging
vergeten.
Dergelijke programma’s bevredigden reeds lang
niet meer de Duitsche openbar.e meening, die zich met
verrassende snelheid van den grondslag van de kapi-
talistische maatscIaappijbeschouwingen begon af te
wenden. Al waren liet in het •eerst de socialistische
vakvereenigingen, die de gedachte van werkverscliaf-
fing van staatswege niet of zonder inflatorische ere-
dietexpansie onophoudelijk propageerden, zij werd pas
populair door de groote successen van de nationaal-
socialistische beweging, die op haar economisch pro-
gramma de werkverschaffing door middel van ,,pro-
cincti cve credietschepp ing” in het mi dclenp unt stelt.
In liet vlugschrift ,,Wi rtschaf t! i ches Sofortprogramm
der N.S.D.A.P.” (München 1932) staat op ‘blz. 10:
,,Das d urch die A rbei tsios igkei t herbeigeführte
Uebermass der öffentlichen Belastnng verhindert heu-
te jeden Ertrag neuer Arbeiten und neuer Kapital-
arilagen, also auch jede zusiitzliche Betiitigung der
Privatwirtschaft. Die Ertragsfkhigkeit.der Wirt,schaf t
vird. . . . erst dadurch wieder hergesteilt, dass em
grosszügi ges Arbeitsbeschaffungsprogramm in seiner
G;esamtheit durchgeführt und damit gleichzeitig die
Wirtschaf t in ihrem Aufbau neu gestaltet wird. Em
so umfassendes Unternehrnen kann aber nur vom
Staat in Angriff genommen werden.”
Als objecten voor werkverlchaffing w’as hier even-
als in andere dergelijke programma’s voornamelijk
aan de verbetering van den landbouw, het aanleggen
van kanalen en straten, doch ook aan het bouwen van
woningen enz. gedacht. Indien men hierbij voegt, dat
met ,,Neugestaltung” hoofdzakelijk de oriënteering van
hetr bedrijfsleven op de binnenlandsche markt (hera-
grarisatie) met alle handels- en valutapolitieke ge-
volgen wordt bedoeld, dan bevatten deze zinnen de
Icern van de nationaal-socialistische ideeën op econo-
misch gebied.
Het is typeerend voor de huidige politieke en eco-
nomisch-politieke krachtenverdeeling in Duitschianci,
in welken vorm en in welke mate met deze opvattin-
gen en wenschen in de officiëele economische pro-gramma’s rekening wordt gehouden. Het is evenwel
aan geen twijfel onderhevig, dat de economische toe-stand vastberaden optreden vereischt. Het aantal door
de arbeidsbeurzen getelde werkloozen is zelfs in den
zomer nauwelijks tot beneden de 5Y2 millioen gedaald,
bovendien heeft zelfs het officidele statistische bu-
reau erkend, dat dit getal nog met 1-2 millioen men-
schen bij de eigenlijke werkloosheid ten achter iblijft.
Dit zou voor de wintermaanden een leger werkloozen van 8-9 millioen beteekenen, ongèveer een derde van
allen, die hun brood verdienen. Anderzijds blijkt de
vrees meer en meer ongegrond, dat onze handels- en
betalingsbalans en daarmede ons buitenlandsch ore-
diet in hevige matedoor credietexpansie of bevorde-
ring van de binnenlandsche investeering zou kunnen
worden geschaad, omdat beide reeds dermate verwor-
den zijn, dat zelfs de genoemde maatregelen nauwe-
lijks nog belangrijke wijzigingen kunnen teweeg-
brengen.
De vrije goudvoorraad eii de deviezen van de Rijks-
bank bedragen niet meer dan R.M. 350 millioen, rond
een tiende van hun vroeger hoogterecord; het over-
schot van onzen buitenlandschen handel bedroeg in
7 September 1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
699
Juli 1932 nog R.M. 66 millioen tegen R.M. 265 mii-
lioen in Juli 1.931, een achteruitgang, die i.n hoofd-
zaak aan de algemeene verscherping van het protec-
tionisme in het internationale handeisverkeer moet
worden toegeschreven. Deze R.M. 66 millioen zijn
echter niet meer voldoende voor de tr.ansf er van de
loopende verplichtingen uit hoofde van rente en af-
lossing aan het buitenland. En op deze wijze sclijnt
de volgende argumentatie niet onlogisch. Zelfs bij de
meest conservatieve economische politiek is Duitsch-
land niet in staat van zijn buitenlandsche schulden,
zooals het behoort, rente te betalen, deze af te lossen.
of zelfs terug te betalen. Indien dit echter het geval
is, waarom clan niet een economische politiek voeren,
die met de economische nooden van het land en de
opvattingen van breede lagen der bevolking meer
rekening houdt dan de huidige?
In welke mate de bevolking evenwel, voorzooverre
zij überhaupt ten opziche van economische vraagstuk-
ken zelf haar houding bepaalt, juist aan de gedachte
van een omvangrijice werk verschaff ing aandacht
schenkt, blijkt uit een kleine anocc1ote. Toen Dr.
Gereke, de politieke advocaat van cle Duitsche lan:d-
gemeenten, die herhaaldelijk met zeer radicale plan-
nen tot werkverschai.fing met behulp van rentelooze staatssubsidies voor den dkg is gekomen, zijn opvat-
tingen aan de vertegenwoordigers van de politieke
partijen, de bonden en de vakvereeni.gingen kenbaar
maakte, werd hij toegejuicht door bijna alle partijen
van rechts tot links, door de christelijke en de socia-
listische vakvereenigingen, door den Rijksbanier, (le
S.A. en andere vereeuigingen. De gedachte van cle
werkverschaffing verheugt zich in een algemeene po-
pulariteit; de desbetreffende voorstellen van de ver-
schillende groepen verschillen hoogstens in details.
Voorts staat vast, dat dêze plannen ook op verschil-
lencie ministeries, inzonderheid ook door den Rijks-
weer, werden, aangemoedigd. Onder deze omstandig-
heden was ook de regeering .genoodzaalc.t haar houding
ten deze te bepalen. Reeds had de regeering Brüning
in de laatste weken van haar ambtsbezigheden en
plan ontworpen, dat de wedertewerlcstelling van meer-d eré honderdduizenden werkloozen beloofde. Raar val
onderbrak de uitvoering ‘van dit project. De nieuwe
regeer.ing Papen, hoewel in sterkere mate op het par-
ticuliere bedrijfsleven georiënteerd dan haar “oor-
gangster, heeft, nadat de Rijkspresident haar zijn vol-
len steun had toegezegd, de gedachte van de werk-
verschaffing weder ter hand genomen. 1-let leek korten tijd, alsof het plan van Landrat Gereke en
daarmede de gedachte van de vakvereenigingen en
het nationaal-socialisme ineens in een daad zou wor-
den omgezet.
Voordat het echter hiertoe, kon komen, traden cle
tegenstanders van cle werkverschaffing in het strijd-1)erk. Deze tegenstanders bestonden in hoofdzaak uit
le. de industriëele onderneiing en haar politieke
vertegenwoordigers, die zich de verdediging van ITet
standpunt van het I)rticuliere bedrijfsleven ten doel hadden gesteld en 2e. cle Rijksbank en, die kringen
die de huidige politiek van de Rijksbank en de per-
soon van den President steunen. Bij de eerste groep,,
in .het Reichsverband der deutschen Industrie be-
lichaamd, stond de vrees op den voorgrond, dat de
werkverschaffing en daarmede de zich mogelijk daar-
bij aansluitende opbloei met uitschakeling van het
particuliere bedrijfsleven en van
•
de zelfstandige
ondernemers zon plaats hebben. Wellicht was ook de
gedachte van beteekenis, dat cle werkverschaffi.ng,
voorzooverre zij zich in hoofdzaak ‘ tot agrarische ob-
jecten zou bepalen of een verscherping van het land-
bouwprotectionisme zou veroorzaken, hetgeen een ver-
plaatsing van het economisch zwaartepunt van de in-
dustrie naar den landbonw zou kunnen beteekenen.
‘Ook bij de tweede groep, die in den President vak de
Rijksbank, Dr. Luther, haar i nvloeclrijken verdediger vond, mag de vrees voor ,,staatssocialistische experi-
menten” een rol hebben gespeeld; beslissend was
ëchter de niet ongemotiveerde vrees, dat de werk-
verschaffing, indien zij consequent door aanvullende
credieten zou worden gefinancierd, zoo heel gemak-
kelijk een gevaar voor de stabiliteit van het ruilmid-
del zou ‘kunnen worden. Het verlaten van de be-
staande pariteit van de Reichsmark staat echter in
strilcte tegenspraak tot de sedert jaren gehandhaafde
politiek van de Rijksbank.
Zoo min als de bekendmakingen tot dusverre ‘an
de regeering over haar economisch politieke plannen
als definitief kunnen worden beschouwd, zoo lijdt het
toch geen twijfel, dat de tegenstand van industrie en
Rijksbank tegen een omvangrijk werkverschaffings-
programma volgens de plannen van de vakbonden en.
het nationaal-socialisme over het algemeen succes
hebben gehad, tenminste voor de naaste toelconist.
Al mogen dus in den boezem van de regeering aan-
vankelijk verdergaande plannen, die echter niet al-
leen de verkverschaffing, doch ook een hervorming
van dle munt-, handlels- en landbouwpolitiek betro:f-
fen, een punt van bespreking hebben uitgemaakt, zoo
zijn deze plannen in elk geval v66r alles ten gunste
van geheel andere projecten ter zijde gelegd!. De
grond trelckeu van dit regeer in gsprogramma, waarvan
de spoed ige iii tvoring werd aangekondigd, zijn in de
rede van den rjkskanselier Von Papen, clie hij op
28 Augustus te Munster op de bijeenkomst van cle
‘W’estfaalsche boerenbonden hield, neergelegd; zij wer-
dIen sedertdien nog met eenige speciale mecledeelin-
gen aangevuld.
* *
*
Reeds v66r deze rede was als inleiding voor een
grooter programma van actie ‘tot het begin van zooge-
1
naamde openbare werkverschaffing op het gebied van
wegenaanleg, kanalenaanleg, verbeteringen van den
landbouw, huizen reparaties besloten, waar “oor onge-
veer R.M. 135 millioen noodig waren, welker op-
brengst door de Rijksbartk zooveel mogelijk zou wor-
den vergemakkelijkt. Aan deze werkverschaffing
wordt oolc thans nog vastgehouden, zoo mogelijk wordt
ook het plan, om dit bedtag met R.M. 200′ millioen te
verhoogen, die op dezelfde wijze door disconteering
van wissels bij cie Rijlcshanlc zullen moeten worden
opgebracht, llog verder uitgewerkt. ,,Echter”, zoo leest
men in de genoemde rede, ,,is de regeering zich ten
volle bewust, dat zij er nooit in zal slagen ultsluitendl
hierdoor tot de gewenschte vermindering van het
aantal werkloozen te komen. De regeering heeft der-
halve besloten, om door het weder doen opleven van
het particuliere bedrijfsleven te trachten opnieuw
werkkrachten in dienst te doen nemen en het aantal
werkloozen te doen afnemen.”
Het zwaartepunt’ligt op de ontlasting van cle arbeids-
mar!ct door het doen opleven van het particuliere be-
drijfsleven in tegenstelling tot de ,,uitschakeling”
van het particuliere bedrijfsleven bij openbare werk-
verschaffing. Tot dit doel, voor het bereiken waarvan bepaalde objectieve voorwaarden in de verflauwende economische wereldcrisis en in de opeenhooping van
de zëogenaamde behoefte aan herstellingen voor het
onderhoud en de vernieuwing van roerende en on-
roerende goederen in het Duitsche bedrijfsleven moe-
teu bestaan, zullen voornanielijk twee maatregelen
worden genomen.
In de eerste plaats een soort bedeldte belastingver-
laging – men kan oolc van een algemeene steunver-leening spreken – en ten tweede door een loondaling
bij het in dienstnenaen van nieuwe werkkrachten. De
belastingverlaging (of steunverleening) zal op de vol-
gende wijze plaats hébben. Een ieder, die in de pe-
riode van 1 Oct. 1932 tot 30 ‘Sept. 1933 zijn opeisch-
hare omzet-, grond-, bedrijfs- of vervoerbelasting op
het kantoor van den ontvanger betaalt, krijgt als
tegenprestatie beiastingverrekeningsbewijzen (en wel
bij cle omzetbelasting ten bedrage van 50 pOt., bij de
bedrijfsbelasting van 40′ pOt., bij de grondbeiastin van 25 pOt. en hij de vervoerbelasting van 100 pOt.
van het betaalde bedirag), die hij in de jaren 1.934 tot
700
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 September 1932
1938 ter betaling van alle Rijksbelastingen (met uit
zondering van de inkomstenbelasting) kan gebruiken.
Daardoor vermindert zijn belastingdruk in de ge-
noemde jaren aanzienlijk.
Men neemt voorts aan, dat de bezitter zijn ‘belasting-
verrekeningsbewijzen reeds van tevoren op de beurs,
bij de banken of tenslotte bij de Rijksbank zal ver-
koopen of beleenen, zoodat thans reeds zijn beschik-
kingsmacht over contante middelen grooter wordt en
hij in staat wordt gesteld, nieuwe werkkrachten in
dienst te nemen. Verondersteld wordt, dat op deze
wijze belastingverrekeningsbewijzen tot een bedrag van R.M. 1,5 milliard zullen worden gecreëerd. Bo-
vendien zullen nog biljetten tot een bedrag van R.M.
700 millioen aan die ondernemers ter beschikking wor-
den gesteld, die kunnen bewijzen, dat zij meer werk-
krachten in dienst hebben dan vroeger; en wel zal
voor elken nieuwen tewerkgestelde jaarlijks een be-
drag van R.M. 400 in belastingverrekeningsbewijzen
worden betaald. –
Wanneer van het geraamde totaalbedrag van R.M.
2,2 milliard ten volle gebruik gemaakt wordt, het-
geen intussehen zeer twijfelachtig is, dan veronder-
‘stelt men, dat 1,75 millioen menschen opnieuw te
werk kunnen worden gesteld. Teneinde aan de onder-
nemers het opnieuw in dienst nemen nog meer te
vergemakkelijken en om hierin zoo mogelijk veel
werkkrachten te betrekken, werd tenslotte de moge-
lijkheid geopend om bij dreigende stopzetting van het
bedrijf bestaande collectieve contracten op verzoek
van den werkgever, die de bonen wil verlagen, op te
zeggen en ‘bij aanneming van nieuwe werkkrachten
te eischen, dat de arbeiders voor een deel van du
werktijd, namelijk voor het 30ste-40ste werkuur van
elke week, onder het tarief werken. Echter mag hier-
bij het loon voor den individueelen werknemer niet
onder het bestaansminimum dalen en het totale loon-
bedrag, dat de betreffende onderneming betaalt, mag
niet lager zijn dan tevoren.
Als critiek op dit programma moet op de tegen-
spraak worden gewezen, die ligt in het feit, dat het
zich eenerzijds, door de poging em de crisis te over-
winnen door middel van loonsverlaging, op de basis
van de klassieke theorie plaatst, terwijl het anderzijds
met de belastingverrekeningsbewijzen, die een een-
zijdige steunverleening aan de industrie beteekenen,
den grondslag van deze theorie weder verlaat. Ook
valt te vreezen, dat de verordeningen omtrent loon-
korting en opnieuw tewerkstellen van werkkrachten
een zeer kostbaar contrôle-apparaat vereisehen, in-
dien zij niet tot talrijke misbruiken en inzonderheid
tot een bevoordeeling van de grootbedrijven aanlei-
ding willen geven. Het grootste bezwaar geldt echter
het feit, dat het doel van de geheele actie om meer
arbeiders tewerk te stellen, in geenen deele verze-
kerd is; wel kan het project tot een belangrijke op-
leving van de credietmarkten leiden, doch er is geen
waarborg, dat de ondernemer, de hem toevloeiende
middelen ook werkelijk tot indienstneming van nieuwe
werkkrachten zal gebruiken. Hieraan ontbreekt, het-
geen in elk echt werkverschaffingsprogramma on-
misbaar is, de dwang tot het gebruiken van de ter
beschikking gestelde middelen voor het aangewezen
doel.
Bovendien zouden wij willen betwijfelen, of in
tegenstelling tot den landbouw en tot de openbare
bedrijven, die opzettelijk worden verwaarloosd, in de
particuliere industrie zooveel rendabele investeerings-
mogelijkheden ‘bestaan, als tot uitbreiding van het
gewenschte doel noodzakelijk zijn. Wij gelooven der-
halve om de boven uitoengezette redenen niet, dat de
regeering met haar plan een duurzame opleving van
het
bedrijfsleven
zal verkrijgen, een feit, dat voor
de economische welvaart van Duitschland des te
zwaarder drukt, nu andere plannen, die grootere suc-cessen zouden doen verwachten, op het oogenblik als
gevolg van den politieken tegenstand, dien zij ont-
moeten, nog niet uitvoerbaar zijn.
AANTEEKENINGEN.
Vooruitzichten van de conjunctuur in de
Vereenigde Staten.
In de twee laatste nummers van ons weekblad zijn
de conjunctuurpolitieke maatregelen, welke in den
laatsten tijd in de Ver. Staten zijn genomen, reeds
van een bepaalden kant besproken. Sir Arthur Salter heeft er in het nummer van 24 Aug. op gewezen, dat het Amerikaansche experiment in de geldpolitiek op
het oogenblik zijn belangwekkendste phase bereikt,
maar dat het succes ervan voor een groot deel af-
hangt van de algemeen economische vooruitzichten.
Deze laatste worden weer ‘voor een groot deel door politieke en economisch politieke factoren bepaald.
Ook Prof. Condliffe, die zoo juist onder de auspiciën
van den Volkenbond een belangrijk boek over de we-reldconjunctuur heeft geschreven,
1)
ziet in de Arne-
rikaansche crediet- en bankpolitiek goede elementen,
waarvan de uiteindelijke gevolgen weer afhangen van
het vertrouwen, dat het bedrijfsleven zal toonen. In-
tussehen beperken de Amerikaansche maatregelen
zich niet alleen tot de geldzijde, maar tracht de regee-
ring ook van de goederenzijde uit het economisch
leven weer op gang te brengen. Over het geheele com-
plex van conjunctuurpolitieke maatregelen, die in de
Ver. Staten zijn genomen, geeft het Institut für
Konjunkturforschung in zijn weekbericht vin 24
Augustus een uitvoerig exposé. Deze beschouwing
laten wij met goedkeuring van genoemd Instituut
hieronder in haar geheel volgen.
1.
De conjunctuurpoliieke maa.tregelen.
In de conju.nctuurpolitiek, die de Ver. Staten
sedert het uitbreken van de credietcris’is in den herfst
van 1931 voeren, vallen duidelijk twee tendeuzen te
onderscheiden. In de eerste plaats (oprichting van de
National Credit Corp. en de Reconstruction Finance
Corp.) waren de conjunctuurpolitieke pogingen bijna
uitsluitend daarop gericht om door het steunen van
banken en andere ondernemingen de vertrouwenscrisis
te overbruggen en daarmede de dreigende ineenstor-
ting van ‘het geheele credietstelsel te voorkomen;
overigens zou echter het economisch leven, dat steeds
naar een evenwicht tendeert, vanzelf de voorwaarden
voor een herleving van de conjunctuur scheppen.
Behalve tot deze
defensieve
maatregelen nam de
Amerikaansche conj unctuu rpolitiek in de laatste
maanden echter steeds meer haar toevlucht tot gepro-
nonceerde
offensieve
maatregelen, die de krachten tot
herstel van het economisch leven eerder, dan de
dynamica van het bedrijfsleven ‘h’iertoe in staat zou
zijn, zouden opwekken of ten minste versterken. Drie
factoren treden hierbij, op den voorgrond:
De liquiditeit van de ‘banken zou door het schep-
pen van additioneele credieten worden versterkt.
Hierdoor hoopt men een duurzame verruiming van de
geidmarkt en tenslotte ook van de kapitaalmarkt te
verkrijgen.
‘Voor het particuliere
bedrijfsleven
worden – on-
afhankelijk van het bestaande ‘banketelsel – nieuwe
eredietbronnen voor het financieren van productie en
afzet geopend.
Door werkverschaffing en openbare bouwwer-
ken van elke soort zal de werkloosheid reeds v66r het ontwaken van het particuliere nu dernemingsinitiatief
worden verzacht en de productie worden aangemoe-
digd.
a.
Ba.nlcpolitielc.
De liquiditeit der ‘banken werd reeds in Februari
jl. door de O-lass-Steagall Bill versterkt: de discon-
teeringsbevoegdheden van de Federal Reserve banken
werden vergroot (hetgeen wel in de eerste plaats een
maatregel tot steun aan de banken was); door do be-
roegdheid om staatsfondsen als dekking voor de cir-
1)
Zie het artikel ,,])e economische wereidsituatie in Juli
1932″ in Economisch-Statistische Berichten van 31
Aug. ji.
7 September 1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
701
culatie van het Federal Reserve Stelsel te gebruiken,
1)
werd de grondslag gelegd voor de breed opgezette open
markt-politiek
2),
welke de Federal Reserve banken in
de laatste maanden hbben gevoerd en die tot dus-
verre het belangrijkste activum van de Amerikaansche
conjunctuurpolitiek vormt. De in Juli jl. door het
Congres aangenomen wetten hebben hieraan nog nieu-
we belangrijke maatregelen toegevoegd.
Door een aanvulling (Glass-Borah-,,Rider”) op de
Federal Home Loan-Bili werd het recht tot uitgifte
van bankbiljetten van de National Banks
3)
uitge-
breid, hoewel dit recht op zichzelf nog slechts een
overblijfsel is van de valutapolitiek ‘v66r de invoering
van het Federal Reserve Stelsel.
Tot dusverre mochten de National Banks slechts
bankbiljetten tegen onderpand van 2 pOt. staatslee-
ningen bij de schatkist uitgeven. Thans wordt het
dekkingsprivilegb voor den duur van 3 jaren voor
alle staatsobligaties met een nominale rente van ten
minste
31
pOt. toegestaan. Hierdoor worden leenin-
gen ter waarde van ruim $ 3 milliard geschikt tot dek-
king. Daar de National Banks volgens de wet op de
National Banks echter slechts tot het bedrag van haar
aandeelenkapitaal (op 30 Juni 1932: $ 1569 mill.)
bankbiljetten mogen uitgeven en op 30 Juni 1932
reeds voor een bedrag van $ 101 mill. bankbiljetten
van de National Banks in omloop waren, kunnen op
grond van de nieuwe wet ten hoogste nog slechts on-
geveer $870 mill. additioneele biljetten in omloop
worden gebracht. In hoeverre zulks inderdaad zal ge-
schieden, hangt zoowel van de komende credietbe-
hoefte, als van de grootte van de winst af, welke de
National Banks door de uitgifte van bankbiljetten
kunnen verkrijgen.
4)
Op het ‘oogenblik schijnen de
toestanden in dit opzicht gunstig te zijn; volgens een
berekening van de schatkist kunnen zelfs die banken,
die de voor dekking in aanmerking komende obliga-
ties eerst moeten koopen, bij de koersnoteeririg op
20 Juli door uitgifte van bankbiljetten een winst
van rond 2,6 pOt. maken, wanneer zij voor de
verkregen bankbiljetten een •belegging van minstens
6 pOt. vinden. Het zal echter voor veel National
Banks winstgevender zijn om door gebruik te maken
van de nieuwe bevoegdheid tot uitgifte van bank-
biljetten haar schulden bij de Fecleral Reserve banken
te verminderen. Dit komt uit geldpolitiek oogpunt
met een vervanging van ‘bankbiljetten van Federal
De disconteeringsbevoegclheden werden in cle eerste
plaats vergroot, teneinde ook die Member Banks, die over
geen activa bescbikken, welke voor haar volgens de tot nog
toe geldende bepalingen, toetreding tot de Federal Reserve
Ba.nks mogelijk maakten, tot het opnemen van ere-
dieten bij de Reserve Banks in staat te stellen. Door de
uitbreiding van ‘de dekkingsvoorschriften werd de Federal
Reserve Board gemachtigd, voor den duur van een jaar aan
de Federal Reserve Banks toe te staan, voor de dekking
van het, de wettelijk voorgeschreven gouddekkiug van 40
pCt. overtreffend, deel van de bnkbiljettencirculatie ook
staatsfondsen te gebruiken. Tot ‘dusverre moest dit deel
van de circulat’ie, hetzij door disconta’bele handelswissels
‘met een looptijd van ten hoogste
90
dagen of door goud
worden gedekt.
De open marktpolitielc omvat – ruim opgevat – alle
crediettransacties,’ die buiten de disconteeringszaken met de
Member Banks liggen. In dezen zin behoort hiertoe de
aan- en verkoop zoowel van bankaccepten als van staats-
papieren (,,gonvernemeut securities’) en eenige andere
effecten, waarvan de aankoop aan de Federal Reserve
Banks is toegestaan. In enge
ook hier gebruikte – be-
teekenis wordt onder open marktpolitiek echter slechts de
aan- resp. verkoop van staatspapieren begrepen, welke ge-
woonlijk ook verreweg den belangrijksten post van alle
transacties op de open geldmarkt vormt. De gouvernement securities omvatten zoowel kortloopende en middelmatige
(treasury bilis, treasury cert’ificates, treasury notes) als
langloopende (treasury bonds) waarden.
Het aantal National Bauks bedrôeg op
31
Dec.
1931
6.368 (31,9
pCt. van alle banken,
87,9
pCt. van alle klem-
her Banks van het Federal Reserve Stelsel). De National Banks zijn particuliere instellingen.
Reserve Banks door bankbiljetten van de National
Banks oveien.
b. Financiering van productie en. afzet.
Het openen van nieuwe credietbronnen voor het
bedrijfsleven was in zeker opzicht reeds door de op-
richting van de Recon’struction Finance Corp. in Fe-
bruari jl. begonnen; ook deze maatregel werd door de nieuwe wetten uitgebreid:
Een aanvulling op de Emergency Relief and
Oonstruction Act stelt thans ook in de Ver. Staten
het particuliere bedrijfsleven in staat direct •bij het
Centrale Bank Stelsel te disconteeren, op voorwaarde
dat ten minste vijf van de acht leden van den Federal Reserve Board hiertoe toestemming geven en de ere-
dietzoekenden bij de Member Banks, voorzoover is na
te gaan, geen crediet kunnen verkrijgen.
Het recht tot credietverleening van de Rècon-
struction Finauce Corp. is ten gunste van den land-
bouw, en wel inzonderheid ten gunste van de finan-
ciering van zijn uitvoer, aanzienlijk uitgebreid (Emer-
gency Relief and Construction i-ct, Title 11).
Er werden volgens het voorbeeld van het Federal
Reserve stelsel, 8-12 Federal Home Loan Banks
opgericht, die door beleening van hypotheken en der-
gelijke waarden, de markt van onroerende goederen
zal steunen en de bouwbedrjvigheid zal stimuleeren:
het kapitaal van deze banken, ten bedrage van $ 125
millioen, wordt voorloopig door de Reconstruction
Finance Corp. verstrekt.
In dezelfde richting beweegt zich tenslotte cle op-
richting van een bijzondere financieringsmaatschappij
voor grondstoffen (Oommodities Finance Corp.), die
de industrie voor de dekking van grondstoffen ere-
dieten zal verleenen en daarmede de overheveling van
een deel van de nog zeer hooge voorraden uit ‘de han-
den van producenten of van den Federal Farm Board
naar die van de verder verwerkende industrie zal
bevorderen.
c.
Werkverscho.ffing.
De werkverschaffingsplannen zijn vooral uitge-
werkt in de op 20 Juli uitgevaardigde ,,Emergency
Relief and Construction Act” (Wagner-Garner-Bill).
De financieringsplannen van deze wet omvatten in
totaal $ 2.122 millioen.
Van dit bedrag zullen $ 1.8 milliard door de Re-
construction Finance Corp. worden verstrekt; zij
wordt gemachtigd het bedrag van den omloop van
haar obligaties, dat tot dnsverre op $ 1.5 milliard was
gesteld, tot $ 3.3 milliard te verhoogen. De schatkist heeft het recht deze obligaties aan te koopen en zich
de middelen hiervoor te verschaffen door uitgifte van
gouvernement securities, die onlangs weder bij de Fe-
deral Reserve banken werden ondergebracht. Uit de
zoo verkregen middelen zal de Reconstruction Finan-
ce Corp. tot een bedrag van $ 300 millioen leeningen
verstrelcken aan die staten, welke hun sociale maat-
regelen, inzonderheid hun uitgaven voor de werkloos-
heid, op geen andere
wijze
kunnen financieren. De
overblijvende $ 1.5 milliard zullen voor de financie-
ring van openbare werken gebruikt worden, echter
slechts voor die, waarvan . de rente en aflossing uit
eigen opbrengst kunnen worden bestreden (de z.g.
,,self-liquidating projects”).
Bovendien zullen door de schatkist $322 millioen
voor openbare werken worden aangewend. Voor deze
projecten wordt geen rentabiliteit vereischt; een
snelle uitvoering van deze werken schijnt twijfelach-
tig, daar de schatkist slechts in zoo.verre verplicht is
de hiervoor uitgetrokken middelen beschikbaar te
stellen, ‘voorzooverre deze niet voor dekking van an-
dere uitgaven noodig zijn.
II.
De toestand op de crediet’inarlcten..
De credietpolitiek, welke de Federal Reserve ban-
ken sedert het ‘begin van dit jaar voeren, kan, of-
schoon zij niet steeds consequent was, het ontwijfel-
bare succes voor zich opeischen, de ban ‘van de ere-
702
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 September 1932
dietcrisis gebroken en de liquiditeit van het bank-
systeem hersteld en aanzienlijk verbeterd te hebben.
Van 24 Febr, tot 11 Aug. hebben de Federal Reserve
banken door aankoop van staatspapieren $ 1.010 mii-
lioen aan de markt toegevoerd. De credietstroom, die
daarmede in de reservoirs van de banken vloeide, ver-
hinderde allereerst, dat de groote goudverliezen, waar-
aan de Ver. Staten in de laatste maanden door het
wegtrekken van de buîtenlandsche saldi bloot ston-
den (cle monetaire goudvoorraad van de Ver. Staten
verminderde van 6 April tot 15 Juni met $485 mil-
lioen) op de geidmarkt ook slechts den geringsten in-
vloed uitoefende. Bovendien stelde deze credietstroom
de banken in staal haar schulden bij de Federal Re-
serve banken op groote schaal af te lossen en in aan-
sluiting daarop aanzienlijke reserves, die de wettelijke
verplichtingen te boven gingen, te kweeken. Welis-
waar werd deze ontwikkeling in Juni tijdelijk onder-
broken, toen de circulatie, die tot dat tijdstip eenigs-
zins was gedaald, tengevolge van een nieuwe stij-
‘ging van het aantal bankfaillisscmente.n opnieuw
sterk steeg en de Federal Reserve banken – in tegen-
stelling tot de tot dusverre gevolgde politiek – haar
aankoopen op de open markt zoo sterk beperkten, dat
de banken op haar ii qui ci.i te’itreserves moesten terug-
vallen. Het is evenwel een teeken van vergevor-
derdè consolideering, dat zoowel cle gelcikoersen als
de e:ffectenmarkt door deze tijdelijke storing ‘vrijwel
onbeïnvioeci bleven en de liquiditeit van de banken
reeds na korten tijd opnieuw verbeterde.
Deze nieuwe ontspanning van de geidmarkt is ech-
ter nog slechts. in bescheiden omvang aan de open
marktpoiitiek van de Federal Reserve ‘banken..toe te
schrijven. Deze banken hebben in de laatste maanden hewust een zekere terughoudi ng aangenomen en van
29 Juni tot 17 Aug. haar bezit aan staatspapieren
slechts met $ 50 millioen vermeerderd. Deze houding
s door den tegenwoordigen toestand van de crediet-
markt echter volkomen gerechtvaardigd. De geld-
marktverruimende functie, van de open marktpoli-
tiek is namelijk in de laatste weken door een aantal
andere factoren overgenomen, t.w.:
Sedert het ophouden van de buitenlandsch cre-
dietterugtrekkingen zijn. in de Ver. Staten weder
aanzienlijke hoeveelheden goud ingevoerd.
De circulatie daalt weder sedert de overwin-
ning van de ‘bankmoeilijkhecien in Chicago.
De mogelijkheid van credietschepping door de
banken is, tengevolge van de vergrootte bevoegdheid
tot uitgifte van ‘banhbiljetten door de National Baiiks,
van het Centrale ‘banksysteem onafhankelijker ge-
worden.
Van beslissende beteekenis is echter, dat het doel
van de tot dusverre gevolgde open marktpolitiek ook
in zooverre bereikt schijnt te zijn, dat de verruiming van de geidmarkt blijkbaar iangzaniehand ook op de
kapitaainiaj’kt gaat doorwerken. Op de markt voor
vaste rentedragende fondsen heeft begin Juni een tOt
dusverre aanhoudeude oplev i iig plaats gevon den
., en
zelfs de aandeelenkoersen zijn sedert midden Juli –
soms, zelfs met sprongen – gestegen. Weliswaar mag
de ‘beteekeriis van dergelijke bewegingen op korten ter-
mijn niet te hoog worden aangeslagen, maar het is
mogelijk, dat – geheel afgezien van andere storingen
– het streven om ‘bevroren. effectenportefenilles te
liciui.deeren nog tot een terugsiag zal leiden. Met de
voortgaande verbetering van de bankliquiditei t zijn
de belangrijkste ‘voorwaarden daarvoor gegeven, dat
zich althans op de markt voor vaste rentedragende
fondsen een krachtige en’ duurzame hausse ontwik-
Icelt, indien geen nieuwe exogene storingen optreden.
TIJ.
Tendenzen van dc on.twilciceli’ng van cle pro-
ductie.
De productie is daarentegen verder gedaald. Ver-
schijnselen van opleving, die in den laatsten
tijd
hier
en daar waren
0])
te merken, Icunnen een seizoens-
karakter dragen en veranderen derhalve niets aan
de tendens tot teruggang van de conjunctuur. In
tegenstelling tot een algemeen verbreide meening is
deze ontwikkeling echter in geen geval in tegenspraak
met de bovengesehetste opleving der credietmarkten.
Zooalá de ondervinding in vroegere conjunctuur-
perioden bevestigt, pleegt de goederenzijde van het
economisch leven, zelfs in normale tijden, eerst na
eenigen tijd op veranderingen in het credietvolumen
te reageeren, zoodat productie en arbeidsgelegenheid, ook bij een langzame verruiming van de credietmark-
ten voorloopig ten achter kan blijven.
Opleving van de productie uit hoofde van crediet-
politieke maatregelen is namelijk volgens den regel
minder een gevolg ‘van een ontspanning van de geld-
markt dan wel van een toenemende opleving op de
kapitaalmarkt. Dit stadium begint echter de Amen-
kaansche kapitaalmarkt eerst langzamerhand binnen
te treden. Ondanks de jongste koersstijgingen op de
.effectenmarkt is de kapitaalrente tot dusverre nog
zoo hoog, dat zij de door opneming van ered.ïeten te
verkrijgen rentabiliteit in het algemeen nog verre
overtreft.
Ook op ander gebied bergt de dynamiek van het
ho i clig econornisch leven eerder producti eremmen de dan producti.estimuleerende krachten in zich. :Dat geldt
met name ‘voor de ontwikkeling van den afzet van ver-
hruiksgoederen. De werkloosheid en het streven van
de ondernemers loondalingen door te voeren, doen
het inkomen verder afnemen. Het schijnt zelfs, dat
de loondalingen tegenwoordig aanzienlijk grooter zijn
clan de daling van de kosten van het levensonderhoud.
Niet zoo ongunstig zijn daarentegen de vooruitzich-
ten voor een stijging van den afzet tot aanvulling van
de vaak ongewoon lage voorraden. De ontwikkeling
van de credietmarkten en de steeds sterker wordende
tendens tot stabil i seen ing van de grondstoffenprijzen
werken zonder tw’ijfel in deze richting. Daar echter
bij den tegenwoordigen stand van zaken nauwelijks
met een spoedi ge algemeene prijsstijging inzon cl erhei d
niet van fabricaten te rekenen is en daar de omzetten
van den detailhandel voonloopig verder zullen dalen,
zijn de vooruitzichten voor een plotselinge stijging
van de grondstoffenvoorraden bij de producenten voor-
eerst eveneens betrekkelijk gering.
Aan den anderen kant mag niet over het hoofd
worden gezien, dat met de werkverschaffingsplannen
bepaalde factoren gegeven zijn, clie den economischen
kringloop een andere richting kunnen geven dan over-
een zou komen met de zuiver dynamische. Een duur-
zame opleving van de productie waarborgen derge-
‘lijke ,,A nku rbel ungs”-maatregelen slechts dan, wan-
neer de algemeene toestand van de ‘ ondernemin-
gen het overige ‘bedrijfsleven in staat stelt, die prik-
kels op te riemen en voort te zetten, welke van de
productiestijging uitgaan, die door de genoemde
maatregelen in het leven worden geroepen. In de
Ver. Staten schijnen de voorwaarden ‘hiervoor inder-
daad aanwezig te zijn., Vooral stellen de door de ilieu-we wetten uitgebreide bankbevoegdhede.n de Amen-
kaansche conjunctuurpolitiek in staat, zoowel langs
den weg van werkverschaffing als van een systema-tische versterking van de liquiditeit der maatschap-pij, verder te gaan. Onder deze omstandigheden kan
de werkverschaffing bij de tegenwoordige constella-
tie zelfs een ‘belan’grijken steun van het credietpolitieke
verruimingsproees vormen; verkort zij namelijic den
afstand in tijd tusschen een ontspanning
0])
de geld-
markt en een verketering van dc productie, dan draagt
zij hij tot vermindering van het gevaar, dat de activi-
teit op de effectenmarkt door een al te lang uitblij-
ven van herstelsymptomen op cle goederenzijde ontmoe-
digd wordt. Of de onlangs ingevoerde maatregelen
deze werking zullen hebben, zal zeker niet in de laat-
ste plaats afhangen van den omvang en het tempo
van doorvoering, dus van beslissingen, clie in hooge
mate door de ‘politiek worden bepaald.
7 September 1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
703
De Amsterdamsche beurs in de laatste drie
maanden.
1-let hi eron der volgende overzicht van indexcijfers
van
Nederlandsche aandeelen biedt cle gelegenheid bij
het herstel van de beurskoersen nader stil te staan.
Naar alle waarschijnlijkheid zal het achteraf blijken,
dat het laagtepunt van de crisis op de effectenmarkt
reeds achter ons ligt. Weliswaar is er van een alge-
meene opleving in het bedrijfsleven noch in ons land noch in de Ver. Staten sprake, maar hierbij moet niet
uit het oog worden verloren, dat de effectenmarkt
bij vroegere conjunctuurbewegingen bijna steeds den
toon aangaf. liet is te verwachten, dat ook ditmaal
het herstel eenzelfde tendens zal toonen. Evenals de crisis in 1929 op de beurs begon en een periode van
hevige depressie inluidde, kan men thans verwachten,
dat het koersherstel een begin is ‘van een opleving,
de heel langzaam en waarschijnlijk het eerst in de
Ver. Staten zal plaats vinden.
Hoewel de sterke stijging van de beurskoersen in
cle laatste weken zonder twijfel een correctie betee-
kende van de al te sombere perspectieven, ontkomt
men niet aan den indruk, dat de beurs thans wel wat
al te gunstige perspectieven verd isconteert.
intusscheu blijkt uit de cijfers van de
Banli vOOr
Handel en. Scheepva(vrt,
dat op grond van de maan-
clelijksche gemiddelden, het laagste punt in Juni
heeft gelegen. Slechts de blie-, rubber-, suiker- en
theefondsen maakten hierop een uitzondering; het
koerspeil van deze fondsen lag echter in Juni niet
ver, boven het laagtepunt, dat bijv. voor oliewaarden
reeds in December viel. De sterkste koersstijgingeu
zijn bij de rubberfondsen waar te nemen, de geringste
bij de kunstzijdefondsen
t)
Overigens beteekent dit
1.)
Deze fondsen zijn eind Augustus, begin September zeer,
sterk aangetrokken.
niet veel, omdat hoe lager een fonds gedaald is, hoe
meer kans zij in het algemeen op een aanzienlijke ver-
betering biedt.
Dit blijkt o.a. uit de vnlgende tabel, waarop de totale
maximale koersdaling op grond van de gemi4delde
koersen van 1929 is aangegeven en tevens de om-
vang van het herstel, dat sedert het laagste punt
heeft pia.ats gevonden.
iiaxiniale Koers.
Koersstijging
daling sedert
1929
sedert laagste punt
Banken
………..
62
34
Electri.citeit
54
18.
1-landelsond.
……
70
40
industrie
………
80
.
43
Kunstzijde
…….
87
‘
3
Mijnbouw
………
69 25
Olie
………….
72
36
Rubber
………..
94
156
Scheepvaart
86 53
Suiker
………..
79
40
Tabak
…………
81 40
Thee
………….
65 30
01) grond ‘van cle eenmaal per weelc berekende beurs-
waarde blijkt, dat het laagste punt begin Juni is ge-
weest. Het viel volgens de berekeningen van de Bank
voor 1
–
landel en Scheepvaart, die echter uitsluitend
op de koersen van Woensdagen worden uitgevoerd, op
8 Juni. Toen bedroeg de beurswaarde f1.630.725.000,
hetgeen ‘een verlies van f4.447.363.000 beteekende,
vergeleken met het hoogste punt van 1929. Intusschen
bedroeg op 24 Augustu.s jl. de koerswinst reeds weer
meer dan
f
600 millioan, welk •bedrag sindsdien nog
weer aanmerkelijk is gestegen.
MAANDCIJFERS.
Indexcijfers van Nederlandsche aandeelen.
De Bank voor Handel en Scheepvaart te Rotterdam zendt ons onderstaand overzicht:
Indexcij Iers van
12
aandeelengroepen der .Amsterdamsche effectenbeurs.
1)
Banken
Electri-
1
Handels-
1
Kunst-
1
1
citeit
ondern.
Industrie
zijde
Miinbouwj Olie
Rubber
Scheep-
Suiker
1
Tabak
Thee
vaart
Gemiddelde
199
158.3
337.5
168.0
432.7
243.0 268.7
402.0
233.5
125.0
398.4
1930
149.4
257.7
125.6
264.9
87.4
177.2 371.1
110.7
82.6
292.9
1931
118.1
211.8
93.4
167.7
64.5
144.5
209.8
51.8
49.6 181.9
Januari
1931
137.2
220.4
110.9
199.-
57.4
149.1
290.7
75.8
63.5
223.8
Februari
,,
140.7
239.9
117.5
217.5
69.7
167.5
307.3
80.2
65.6
238.4
Maart
,,
143.-
248.6
124.3
223.2
78.9
176.7
288.3
81.4
63.9
243.3
April
,,
139.4
238.4
113.5
207.3
84.4
172.4
253.9
58.5
57.5
219.5
Mei
,,
132.7
222.5
95.1 178.8
76.2
159.6
220.-
50.5
54.3
190.9
Juni
,,
127.5
217.5
89.-
165.1
68.7
150.8
208.6
48.4
53.1
191.3
Juli
,,
126.4
228.8
100.2 168.8
70.6
163.6
218.2
58.5
55.8
208.9
Augustus
,,
113.2
210.9
88.2
151.2
65.-
147.6
194.7
44.4
48._
178.4 September
,,
95.3
190.1
73.6
126.1
60.9
118.9
147.9
31.7
37.3
134._
October
,,
89.1
.181.3
71.7
125.3 49.2 107.8 140.7 32.6
34.7
122.1
November
,,
93.2
184.2
75.4
135.4
48.9
120.1
133.6 32.9
34.9
125.9
December
,,
79.-
158.4 61.5
114.2
44.2
99.5
113.1
26.3
26.7 106.5
Januari
1932
80.5
174.4
63.5
124-
43.5 107.4
118.9
28.2 27.4
108….
Februari
,,
82.8
173.-
65.8 123.2 42.4
110.1 139.2
28.2
27.7
108.7
Maart
,,
81.3
184.7
69.-
122.9
41.7
110.9 149.3
24.2
27…
112.7
April
,,
69.8
166.7
58.8
102.1
34.3
92.4
118.3
13.7
‘
20.1 96.6
Mei
,,
65.-
163.9
52.5
93.5
33.5
86.8
117.8
14.2
19.1
84.5
Juni
,,
59.4
156.1
51.2
88.5
32.3
83.9
118.1
14.1
.
17.3
87.6
Juli
,,
68.3
167.1
63.7
106.1
34.1
92.2
129.1
22.5
21._
105.6
Augustus
,,
79.8 183.5 71.5
126.2
33.2
104.9
1
153.5
35.1
26.4
118._
Schommelingen in het
aandeelen-indexeijfer.
4
Januari
1932
[1.942.518.500
=
100.
4
Januari
100.-
2
Maart
113.7
4
Mei
92.9
6
Juli
97._
13
,,
106.9
9
118.6
11
,
934
13
,,
97._
20
,
107.4
16
,,
113.5
18
92.4
20 98.1 27
,,
105.9
23
,,
‘
105.8
25
90.1
27
102.6
3
Febr.
109.7
30
103.9
1
Juni
86.4
3
Augustus
107.4
10
,,
105.7
6
April
98.3
8
83.9
10
,,
110.9
17
,,
110.9
13
95.9
15
88.1
17
113.6
24
,,
111.-
20
95.1
22
,,
90.5
24
,,
115.7
27
90.-
29
89.6
1)
Men zie
voor de toelichting
op
dit overzicht
het nummer
van
E.-S. B. van
15
Januari
1930,
blz.
64.
487.3
443.2
361.3
357.2
241.6
251.4
274.-
280.5
307.8
292.1
306.2
290.7
299.8
283.4
275.9
251.-
262.4
249.7
254.2
262.9
218.4
247.-
168.7
220.1
174.7
222.2
196.3
237.2
161.3
179.7
173.7
181.4
179.6
178.1
176.3
182.2
111.-
154.-
101.9
157.3
94.7
154.3
120.1
175.6
138.4
200.5
Nadruk verboden.
704
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 September 1932
MAANDCIJFERS.
.
RIJKSPOSTSPAARBANK.
OVERZICHT VAN DE (In
INDISOHE
Guldens).
MIDDELEN.
le vijf
mnd. 1931
MEI
1930
1931
1
1932
Inlagen
. .
.
..
f
12.410.297
f
14.070.858
f
20.517.877
Terugbetalingen
.
,
12.531.504
12.505.847
.
14.O18.919
Tegoed
inleggers
1)
,, 353.552.646 ,, 387.645.968 ., 471.548.556
Omschrijving
Mei
1
1932
1
Ie vijf
1
mnd. 1932
Belâstingen.
13
42
54
Nom. bedr. der uitst.
Invoerr. mci. Landsgoed
4.129
19.151 23.735
staatschuldboekjes’ ,,
42.954.800 ,,
42.789.900 ,,
42.688.450
Uitvoerr. mci. Landsgoed
263
1.391
2.073
Spaarbaukboekjes:
Pachten
..
………….
Accijns op gedistilleerd
.
20
459
340
Nieuw uitgegeven.
.1
10.507
11.185
11.472
– –
Geheel afbetaald ..
8.435
7.576
7.542
,,
,,
bier…………
,,
,,
petroleum
. . .
,,
,,
lucifers
. . .
,,
,,
tabak
2.634
313
7
13.246
2.270
35
12.417 3.207
29
In omloop
1)
……
2.122.722
2.173.032
2.250.930
,.
o
ultimo.
2)
Bovendien
bij
afbetaling van boekjes nog f18.241
wegens rente over verstreken gedeelte loopende jaar.
Andere ontv. I. U. en A
15 81
95
Statistiekrecht
Personeele belasting
232 346 1.064 1.752
1.481
1.6121
OVERZICHT DER OPBRENGSTEN VAN HET
Inkomstenbelasting
2.989 15.781 16.268
STAATSBEDRIJF DER P.T.T.
Vennootschapsbelasting
375 3.470
5.179
JULI 1932.
Vermogensbelasting
Recht van openb. verkoop
–
246
145
740
–
4.141
1.435
3.419
–
5.165
1.382
3.927
Omschrijving
.
Werkelijke
opbrengst
Juli 1932
Meer of minder dan
Juli 1931
Begrooting
Overschr. van vaste goed
237
964 978
Zegelrecht ……………
Recht vsucc. en overgang
Vergunning speeltafels ..
65
.
1
‘245
46
142
42
f
3.148.423
,,
381.604
–
f
3
l
5
.
752
–
,,
94.157
–
–
,,
83.256
474
2.389
2.507
Posterijen
…….
,
1.973.345
–
,,
68.339
–
,, 137.375
Verponding ………….
Bijzondere bel. buitengew.
7
41
54
Telegrafie
…. …
Telefonie ……….
Postchèque- en
5
21
27
Girodienst
…….
540.665
–
,,
94.036
+
,,
82.765
Slachtbelastingen ……..
Landelijke inkomsten….
Belasting op loterijen
2.081
101
6.567 306 6.983
406
Totalen …….
f
6.044.037
f
572.284
–
f
552.543
Hoofdgeld ……………
Motorbelastingi.d.B.Gew.
1
1
STATISTIEKEN EN
OVERZICHTEN.
Opgeheven belastingen
Crisisheffing o. h. inkomen
28
855
72 1.155
93
–
Totaal
GELDKOERSEN.
16.322
79.544
88.196
Monopolies.
Opium excl. opiumfabriek
1.415
7.771 11.326
OPEN MARKT.
1932
1
1931
1930ij
1914
1.650
8.009 9.496
Pandhuizen
………….
Zout ………………..
Totaal….
Producten.
Landscaoutchoucbedrijf
.
Goud en zilver
1.156 5.880 6.521
–
29 Aug./j
22/27
1
15120
131
3Sept.
3 Sept.
Aug.
Aug.
—
Aug.!
Sept.
1/6
II
Sept.
20/24
Juli
.04
810
–
1.246
373
21.660
105
484
3.376
–
4.943 2.770
27.343
134
891
5.039
356
11.275
4.550
Amsterdam
Partic.disc.
114
_1/
3
11
4
_l1
3
1
14.
1
12
11
4
_11
3
5i
5
_31
4
11
3
/
1
–
7
1
318
–
111
Prolong.
–
1
1
1
3
14-1
1
1
12-2
211
4314
Londen
Dage1d…
1
12
-1
1
13’1
1
121
1
11.1
3.31
4
1-2
1
3
14-2
Partic.disc.
314
‘/16’I16
“1ie-le
1
I116_214
41/_51
2I115-1/
4114_314
Berlijn
Daggeld…
–
531_7
5-614
5
1
156
1
13
8
1
1-1
1
2111.611,
–
72
798
151
240 62
____________
11.678
5.627
974
956
141
____________
22.245
5.983
989
794
173
Kina en Thee ………..39
Boschwezen …………..
Banka-tin …………….
Steenkolen ……………
Totaal
….
Bedrijven.
Waterkrcht en Electricit
Landsdrukkerij
MaandeId
5-6′!,
5-6’/i
5-6’J,
5-611,
–
–
–
Part, disc.
411
41!
2
4
1
12
4
1
1
2
77/
$
_931
4
31/
2
11
8
–
1
12
Waren-
wechsel.
5.11,
5_
1
12
5-‘h
5.1/3
8-14
3’/a-
5
j
–
Nea, York
DageId
1
)
2.1/
4
2-‘
21/
4
21/
4
11
/1-j4
2-
3
/4
I’/e2
1
/,
Part,c.d,sc
7j
7
,
7/
7/
g
1
2
–
flavenwezen
…………..
Baggerdienst
………….
Post-,Telegr.-enTel.dienst
Spoor- en Tramwegen
2.089
3.730
11.056
18.250 12.345
22.602
1)
Koers van 2 Sept. en dsaraan voorafgaande weken t/m. Vrijdag.
Totaal
….
WISSELKOERSEN.
T070
37.004
112.886
Diverse middelen.
Winstaandeel ,,Billiton”
KOERSEN IN NEDERLAND.
Data
New
Londen
York
Berlijn
1
Parijs
BrusseilBatavia
Wiostaandeel Jav.Bank..
Afstand van grond
Mijnconcessies
………..
Boeten en verbeurdverkl
Leges en salarissen
Heffingterzakevan geel.
werkovereenkomsten
Opbrengst d. Weeskamers
Kadaster
…………….
Ontv. Gevangeniswezen
Afkoop heerendienst. B.G.
Schoolgelden
………….
Ontv.grooteziekeninricht.
en krankz.-gestichten
IJk van maten en gew
Verk. en verh. van huizen Ontv. waterleidingen
–
102
65 88
40
20 65 30
355 286
471
73
54
161
40
214
248
—
.
1.670
273
451
192
60
362
148 1.191
1.543
2.426
369 226
834
1.99
996
1.180
–
1.832
401
603 173
112
364
162
1.945
2.275
2.354
457
241
976 215
1.072 1.228
30 Aug. 1932
31
,,
1932
1
Sept. 1932
2
,,
1932
3
,,
.
1932
5
,,
1932
Laagste d.w
1
)
Hoogste d.w’)
29 Aug. 1932 22 Aug. 1932
Muntpariteit
2.481
1
,
8
–
2.4851,,
2.48’1,
2.48i11,
2.48%
2.4847
2.48
4
2.4891
2.485I
1
2.4878
8.63
3
,
–
8.61k
8.62J
8.64
8.65k
8.61k
8.66
8.61k
8,59’1
12.1071
59.071
–
59.10
59
.
12
1
59.0%
59.10
59.04
59.1
2
1
59
.
07
1
59.10
59.263
9.741
–
9.741
9.74ï
9.74k
9.74 9.74
9.7q
9.74 9.747
34.47
–
34.471 34.48
34.47
34.461
34.45 34.49 34.50 34.49
34.592
9931,
–
9981
8
99
2
1
8
.99s1,
9931
8
99
993<
99/8
99′,,
100
Data
Zwit-
serland
……___L.
Weenen
Praag
…_2
Boeka-
Milaan
Madrid
___________
30 Aug. 1932
31
1932
48.15
-..
–
7.35
–
1.50
._….
12.721
–
20.-
–
113
998
779
1
S
‘
pt. 1932
48.21
–
7.35
1.50
12.74
20.-
Bakengelden
………….
Loodsgelden
…………..
Allerlei
………………
Totaal
Recapitulatie.
Totaal belastingen
monopolies
producten
……..
bedrijven
……….
diverse middelen..
Totaal generaal….
2
,,
1.932
1932
5
»
1932
Laagste d.w’)
Hoogste d.w’)
29 Aug. 1932 22 Aug. 1932
Muntpariteit
48.17l-
48.16
48.12
48.05
48.21
48.20 48.30
48.12k
–
–
–
–
35.-
– –
35.007
7.36
7.36 7.34
7.32
7.38
7.35 7.35
7.371
1.50 1.50
1.50
–
1.50
1.50 1.50
1.488
12.75
–
1
2.
75
1
12.71 12.77
12.73
12.72k
13.094
20.04
–
2
0.0
2
1
19.95
20.05
1
9.971
20.-
48.52
2.425
16.322
4.221
7.070
..2.572
2.425
13.118
79.544
21.660
11.678
37.004
13.118
15.189
88.196
27.343
22.245
42.886
15.189
32.610
1163.004
195.859
7
September 1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
705
Data
Stock- holm *)jhagen*),
Kopen_I
Oslo’)
1
forsj)
o
Buens-
Aires’)
Mon-
treal’)
30 Aug. 1932
44.45
44.40
43.30
3.70
–
2.22
31
,,
1932
–
–
– –
–
-‘
1 Sept. 1932
44.30 44.40
43.30
3.70
–
2.22%
2
1932
44.40
44.70 43.35
3.70
–
2.23
3
1032
44.20
44.60
43.30 3.70
–
2.23
5
,,
1932
44.50 44.70
43.50
3.70
–
2.24
Laagste d.wl)
44.20
44.-
43.10
3.65
–
2.21
Hoogste d.wl)
44.50
44.70 43.50
3.75
–
2.25%
29 Aug. 1932
44.30
44.25
43.25
3.70
–
2.21
22 Aug. 1932
44.20 45.95
43.15
3.70
–
2.16%
Muntpariteit
66.671
66.671
66.671
6.266
95%
2.4878
-j r’ioieering te iimsierciam.
)
Not, te l
Laatstbekende noteeringen te Amsterdam en Rotterdam op
1 Sept. 1932 voor
telegrafisohe
uitbetaling op:
Gulden per
Pari
Koers
Europa.
ei,
Londen*)
£
12.10
8.64
2
100
Mark
59.26
59.10
5
100
Franc
9.747 9.74k
2
100
Belga
34.59
34.471
*
100 Franc
–
6.891
100
,,
48.-
48.21
2
100 Kronen
–
7.35
5
Weenen ‘) ……-..
100 Schilling
35..-.
35._
6
Berlijn ‘) ………….
Boedapest
…
.
.-.
–
100 Pengö
43.51
43.-
5
Parijs ‘) ………….
Brussel
‘)
………
100 Lei
1.4880
1.471
‘
Luxemburg ……..
Zürich
)…………
100 Leva
3797
1.821
8+
Praag
……………
100 Dinar
4.379 4.40
7
Boekarest
………
Turksch £
10.93
1.
1
71
100 Drachme
3.23
1.60
10
100 Lira
13.09
12.74
5
100 Peseta
48.-
20._
(1
Escudo
2.68
0.07+
6
Kopenhagen’) …-
100 Kronen
66.67
44.40
4
100
,,
66.67
43.30
4
100
,,
66.67
44.30
1
100 IJsl.Kr.
66.67
39.-
100 Zloty
27.91
27.90
7
Kovno (Litauen)
100 Lita
24.88
24.95
7
Sofia
…………….
Reickjavick ………
Riga (Letland) …
100 Lat
48.-
47.00
6-7
Belgrado ………….
Istanbul ………..
Reval (Estland). ..
100 EstI. Kr.
66.67
66.50
5
Athene
………….
Milaan
………..
l00Finnmrk.
6.26k
3.75
6
IvÏadrid
………..
Lissabon .
..-
…….
Tjerwonets
12.80
12.80
Oslo’) ………….
(10 Roebel)
Stockholm’) ……..
Danzig
………-
100 Gulden
48.42
48.40
4
Warschau
……….
Amerika.
New-York
‘)
.
..
.
.-
$
2.4878
2.48k
21
flelsingfors
……..
Moskou
………..
Montreal
………
Canad. $
2.4878
2.21
Mex. Dollar
1.24
0.71
Mexico
………..
Buenos Aires.. .t .-
Peso (papier)
1.0568′
0.64
La Paz (Bolivia) 3)
Boliviano
0.9080
–
Rio de Janeiro.-..
Milreis (pap.)
0.8075
2
0.19*
Valparaiso ………
Peso (papier)
0.30 0.15
8-7
Bogota (Columbia) )
Peso
2.42 2.35
Quito (Ecuador)
Sucre
0.498
–
Sol
0.69
7
0.50
Montevideo (Urug.)
Peso
2.5725
1.10
Caracas (Venezuela)
Bolivar
0.4795
0.37
Gulden
1.-
0.9975
San
José (C. Rica)
Colon
—
–
Guatemala
Quetzal
2.48*
2.481
Willemstad (Curaç.)
Gulden
1.-
1.01
Managua (1′!icar.) 3)
Cordoba
2.48*
–
Lima (Peru)
……..
San Salvador 8)
Colon
1.2440
0.96
Paramaribo
…….
Azië.
Rupee
0.91 0.6
5
+
4
Gulden I.G.
1.-
0.
9
91
4
1
Yen
1.24
0.
5
71
4.38
Calcutta ………..
Dollar
0.58
Taël
0.77
Batavia
………..
Kobe
………….
Straits DolI.
1.4125
1.-
Hongkong
.
………
Shanghai
………
Phil. Peso
1.24
1.27
Singapore
……..
Manilla
……….
Teheran
4)
(Perzië).
Pahlavi
–
7.85
Baht
–
0.80
Bangkok ………..
Afrika. Kaapstad
£
12.10*
11.90
5
Egypt. £
12.42
8.82
Australië.
Alexandrië ………
Melbourne, Sidney
en Brisbane .
£
12.10*
6.89
Nieuw Zeeland . .
.-
£
12.10*
7.86
)
uouapeso.
) Milrels uoua.
Not, te Ajclani.
0v.
not, part. opg.
3) Zichtkoers.
4)
Munteenheid =
Rial (= een Kran.)
KOERSEN TE NEW YORK. (Cablel.
D a a
Londen
($perg)
Parijs
(8p.lOOfr)(‘$p.iOOMk.)($p.IOOgld.)
Berlijn
Amsterdam
30 Aug.
1932
3,47%
3,915,,,
23,78 40,22%
31
,,
1932
3,47
3,92′,
23,78
40,23
1 Sept.
1932
3,4651,
3,92′,,
23,783%
40,2334
2
1932
3,47%
3,92′
8
23,79
40,22%
3
1932
3,4791
t
3,92
23,79
40,21%
5
1932
– – – –
7Sept.
1931
–
–
–
–
Muntpariteit..
4,86
3,9051
8
23.81%
•4081
16
KOERSEN TE LONDEN
Plaatsen en
Landen
Noteerings-
eenheden
20Aug.
1932
27Aug.
1932
29Aug.13 Spt.1932′
LaagsteHoogs1e 3Sept.
1932
Alexandrië..
Piast.
p.
9731
97%
97s,,
9751
8
97%
p.
552%
555
545
575
562 %
Bangkok….
Sh.p.tical
1/10w
I/lO.f
1
/10(.
1/10
g
1110
Budapest …
Pen.p.g
20
20
19
21
20
Athene ……Dr.
Buenos Aires
d. p.$
40%
40%
4034
40%
40%
Calcutte . . . .
Sh. p. rup.
1,631
33
118
7
1
6
1I631
116
5
1
33
10
9
/,
4
Constantin..
Piast.p.0
725 720
720 720 720
Hongkong ..
Sh. p. $
114
7
1
32
11471,
6
114
11471
9
1/4i1,
Kobe
..
..
Sh.
p.
yen
11371
8
1138/
9
1/35/,
1/41,
114
Lissabon….
Escu.p.g
110 110
109%
11034
110
Mexico
….
$per
12.-
12.-
11.80 12.40
12.20
Montevideo .
d.perc
30
30
28
32
30
Montreal …
$ per
£
3.98
3.91
3.85%
3.89%
3.87%
Riod. Janeiro
Shanghai
d. per Mil.
Sh.
tael
5′,
55133 53110
. . .
p.
119’1.
1/9711
1193115
1110%
1/99110
Singapore ..
id. p. $
213
87
1
33
213
27
1
82
213%
213’s1
16
21371
8
Valparaiso
1).
$ per
£
58
58 58
58
58
Warschau ..
ZI. p. £
31
31
30% 30%
31
1)
90 dg.
ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS
8)
Londenl)’N.York2)
Londen
30 Aug. 1932..
1891,
6
28%
30 Aug. 1932….
11818
31
,,
1932..
187e,,
2851
31
,,
1932….
118110
1
Sept. 1932..
1871
1
,
2881,
1
Sept. 1932.. ..
118111
2
,,
1932..
18%
28%
2
,,
1932….
11819
3
,,
1932..
187/,,
28%
3
,,
1932….
11817
5
,,
1932..
18’/,
–
5
,,
1932….
11814
7 Sept.1931..
13
–
7 Sept.1931….
84
1
‘9
27 Juli
1914..
24191,,
59
27 Juli
1914….
84110%
t) in pence p.oz.stand.
2)
Foreign
silver in 3e. p.oz. line.
3)
in sh. p.oz.fine
STAND
VAN ‘s
RIJKS
KAS
Vorderingen.
1
23 Aug. 19321
30 Aug. 1932
Saldo van’s Rijks Schatkist bij De Ne-
f
2.369.167,29
–
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
,,
123.587,40
–
Voorschotten
op
uit.
Juli
1932
aan
de gem. verst, op v. haard. de Rijks-
adm. te heffen gem. Ink. bel, en opc.
3.954.186,16
f
3.954.186,16
Voorschotten- op
uit.
Juli
1932
aan
derlandsche
Bank ……………. …
de gem. verstr. op aan haar uit te
op de Rijksink. bel ………………
….
keeren hoofds. der pers. bel., aand. in
de hoofds. der grondbel. en der gem. fondsbel., alsmede opc. op die belas-
tingen en op de vermogensbelasting
– –
Voorschotten aan Ned.-lndië ………
235.238.006,78
,,242.587.200,90
Id.
aan
Suriname ………. . ……….
…
…
12.656.653,29
,,
12.632.382,64
Id.
aan
Curaçao ………………….
….7.946.056,-
,,
7.874.243,61
Kasvord. weg. credietverst. alh. buiten!
,, 108.857.217,37
,, 109.456.275,16
Daggeldieeningen tegen onderpand
–
–
19.927.782,74
Saldo der
Rijkscomptabelen
postrek.v.
21.515.910,91
,,
,,
Vord. op het Alg. Burg. Pensioenfondsi)
–
Id. op andere Staatsbedrijven
t)
…….
,,
15.576.073,80
Vertr. t. laste der Rijksbegr. kasgeld-
…17.250.137,59
leeningen aan gemeenten (saldo)……
69.863.222,90
,,
66.492.472,90
V_e_r p_Ii c h t i n_ge_n.
Voorschot door de Ned. Bank ing. art.
16 van haar octrooi verstrekt
–
f
6.158.929,17
Schuld a/d Bank v. Ned. Gemeenten
–
,,
104.236,62
Schatkistbiljetten in omloop ………
f265.302.000,-
,,265.252.000,-
Schatkistpromessen in omloop …….
162.900.000,-
Zilverbons
in
omloop ……………..
1.741.769,50
,, 174.830.000,-
Schuld
op
ultimo Juli
1932 aan de
,
,,
1.735.408,-
6.766.683,05
.
….
,,
6.766.683,05.
Schuld aan het Alg. Burg. Pensioenf.t)
….
,,
‘13.721.963,73 ,,
13.643.255,39
gemeenten
enz……………………
Id. aan het Staatsbedrijfd.P.,T.enT.t)
,,
93.166.212,76
,,
83.665.713,14
Id. aan andere Staatsbedrijven’) …..
303.064,17
,,
303.064,17
Id. aan diverse
instellingen
1)
…… …..
……
10.562.858,53
10.584.948,77
‘) In rekg.-crt. met ‘s Rijks Schatkist.
NEDERLANDSCH-INDISCHE
VLOTTENDE
SCHULD.
1
77 A,,
IQ’47
1
q
S,.,’t
l0q9
Betaalmiddelen in ‘a Lands kas
– – –
waaronder Muntbiljetten ………..
….
Verplichtingen:
Voorschot ‘s Rijks kas e. a. Rijksinstell
f242.499.000,-
f248.934.000,-
Schatkistpromessen ………………
,,
11.695.000,-
Schatkistbiljetten
……
………….
…1I.695.000,-
28.415.000,-
…
,,
28.415.000,-
2.494.000,-
,,
2.482.000,-
Muntbiljetten
in
omloop ………….
…..
Schuld aan het Ned.-lnd. Muntfonds
,,
9.318.000,-
,,
9.318.000,-
Idem aan de Ned.-lnd. Postapaarbank
,,
917.000,-
,,
872.000,-
Voorschot van de Javasche Bank …. …
10.410.000,-
,,
10.092.000,-
SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.
Data
Metaal
–
Circu
latie
Andere
opeischb.
schulden
Discont
gfli)
6
Aug.
1932.
.
891
1.302 585
1
968
1
2.344
30
Juli
1932..
892
1.336
549
965
1
2.311
13
,,
1932..
903
1.086
568
970
1
2.312
16
,,
1932..
901
1.144 656 873
1
872
8
Aug.
1931.
880 1.428
526
864
516
5
Juli
1914…
645
1.100
1
560
735
396
‘t
niuitp. oer activa.
706
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7
September
1932
NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 5 September 1932.
Activa.
Binnenl.Wis.ffifdbk.
f
32.298.876,08
sels,Prom.,
Bijbnk. ,,
936.979,39
enz.in disc.Ag.sch. ,,
7.352.188,70
f
40.588.044,17
Papier o. h. Buiten!. in diino
……
Idem eigen portef.
.
f
71.335.835,-
Af :Verkocht maar voor
de bk.nognietafgel.
–
835-
Beleeningen
1
Hfdbk.
f
25.686.667,03
mcl. vrsch.0
ç Bijbnk.
,
5.206.413,82
in rek..crt.1
Ag.scb.
,
50.788.405,82
op onderp.
–
f
81.681.486,67
Op Effecten
……
f
80.547.490,41 Op Goederen en Spec.
1.133.996,26
81.681.486,67
Voorschotten a. h. Rijk …………….,,
–
Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud ……
f
100.690.130,- Muntmat., Goud
..
,,
932.681.194,03
(1.033.371.324,03
Munt, Zilver, enz..
17.895.752,47
Muntmat., Zilver..
,
–
1.051.267.076,50
1
)
Belegging
1/5
kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds
………….. . ……….
..
20.151.178,49
Gebouwen en Meub. der Bank ……..,,
5.000.000,_
Diverse rekeningen ………………,,
15.048.192,88
Staatd.Nederl.(Wetv.27151 32,S.No.221) ,,
19.331.195,17
f
Passiva.
1.304.403.008,88
Kapitaal
……………………….f
20.000.000,-
Reservefonda ……………………,,
3.000.000,-
Bijzondere
reserve
………………,,
5.000.000,-
Pensioenfonds
………………….,,
8.190.087,46
Bankbiljetten in omloop …………..
.,
1.002.765.675,-
Bankassignatiën in omloop
……….
..
45.914,91
Rek.-Cour.
Ç
Het Rijk
p
10.739.459,95
saldo’s:
‘l, Anderen
,,252.525.445,83
263.264.905,78
Diverse
rekeningen ………………
«
2.136.425,73
–
f
1.304.403.008,88
Beschikbaar metaalsaldo
………….f
544.317.503,06
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigd is. ,,
1.360.793.755,-
1
)
Waarvan in het buitenland
f
5.520.302,58.
Voornaamste posten in duizenden
guldens..
Goud
Andre.Beschikb.
D3-
Data
Munt
–
)
Munt
mat,
Circulatie
opeischb.
schulden
Metaal- saldoll
kin
es
perc.
5 Sept. 321100690 932.681
10027661263.311
544.318 83
29 Aug. ‘32100691 931.253
996.1271277.603
5.40.752 82
22
’32 100691 929.859 982.732 287.384 541.462 82
15
’32 100692 922.983 988.044 278.072 535.209 82
8 ,,
’32 100692 921.711
995.654271.119 532.456
82
1
,, ’32 100692 919.957 1015.306 259.518 527.514 81
7 Sept.’31 88.689 569.114 957.064 146.649 249.512 62
25 Juli ’14 65.703 96.410 310.437 6.198 43.521
54
Data
Belee-
nin
gen
‘h”t
discon
to’s rechtstreeks
bu itenl.
ningenl)
5 Sept.1932
40.588
–
81.681 71.336
15.048
29 Aug. 1932
41.081
–
83.376 71.336
14.680
22
1932
43.118
–
84.315
71.336
14.996
15
1932
45.116
–
86.380
71.336
14.743
8
1932
44.480
–
85.228
71.336 14.774
1
1932
45.60
,
4
–
97.048
71.336
16.440
7 Sept. 1931
48.155
–
87.883
229.661
61.422
25 Juli
1914
67.947
–
61.686
20.188
509
– 1)
Sedert den
bankstaat van 4 Jan. 1929
op
de
basis van
2
1
metaal-
dekking.
1
Sluitpost
activa.
JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens. Dc samengetrok-
ken cijfers der laatste wekep zijntelegrafisch ontvangen.
Andere
Beschikb
Data
Goud
Zilver
Circulatie
opeischb.
metaal-
schulden
saldo
3 Spt. 1932
149.180
218.090 33.240
48.648
27Aug.1932
149.410
216.210
36.510
48322
20
,,
1932
149.210
217.840
35.210 47.978
6Aug.1932
103.619
45.744
223.228
33.810 46.549
30 Juli 1932
104.857
45.650
218.754
37.140
48.149
23
1932
104.857
45.274
218.086
35.722 48.608
16
,
1932
104.850
44.816
222.272
32.672
47.648
5 Spt. 1931
100.289
42.583
245.770
31.496
41.966
6 Spt. 1930
138.822
29.484 265.168
36.612
47.593
25 Juli 1914
22.057
31.907
1
110.172
1
12.634
4.842
1
Wissels.
T
1
Diverse
1
Dek-
Data
Dis-
buiten
Belee-
1
reke-
1
kings-
conto’s
N.-Ind.
ningen
1
ningen’)
percen
betaalb.
ta2e
3Spt. 1932
85:900
*5*
59
27Aug.1932
85.310
.
*5*
59 20
,,
1932
88.040
”
59
6 Aug.1932
‘ïGZO
j•j•
41.058
26.251
58
30 Juli 1932
9.553 19.617
40.824
24.221
59 23
1932
9.842
20.468
40.381 23.161
59
16
1932
9.963 20.435
41.331
22.289
59
5 Spt. 1931
9.966
21.911
44.948
31.196
52
6Spt. 1930
9.988
29.775
41.875 45.726
56
25Juli1914
7.259
6.395
75.541 2.228
44
i)
Sluitpost activa.
BANK
VAN ENGELAND.
Voornaamste posten
in duizenden
ponden sterling.
Bankbilj. Bankbilf.
1
Other Securities
Data
Metaal
in
1
in Banking
Disc.and
ecurt tea
I
S
circulatie
Deoartm.
Advances
31 Aug. 1932
139.806
365.287
48.619 12.759 19.083
24
,,
1932
139.596
363.882
49.847
13.266
19.510
17
,,
1932
139.602
365.957
47.771 14.685
18.709
10
1932
139.419
370.819
42.744
15.236 19.338
3
1932
139.400
374.728
35.835 14.314
20.917
27
Juli
1932
138.576
369.286 43.440
15.280
23.768
2 Sept. 1931
135.668
354.976 54.361
7.262
26.678
22 Juli
1914
40.164
29.317
33.633
Data
1
1
00v
,
Sec.
Public
1
Depos.
Other Deposits
1
1
Reserve’
Dek-
kings-
1
Bankers
Other
1
____________
IAccounfsl
1
perc.l)
31 Aug.’32
73149
20.727
79.549
35.4(7
49.519
36
11
1
31
24
,,
’32 71.279
22.203
79.946 34.429
50.714
17
,,
’32
70.164
9.806
89.754 34.464
48.645
38
7
‘
/82
10
,,
’32
70.554
10.668
85.323
34.579
43.600
351
3
,,
’32
75.979
11.491
84.952 36.300
39.672
29
11
1
11
27 Juli ’32
68.771
11.242
88.186 34.561
44.291
33
2 Spt. ’31
53.736
12.925
80
352
51.838 55.892
44).
22Juli ’14
11.005 14.736
42.185
29.297
52
1) Verhouding tusschen Reserve en Deposits.
BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in millioenen franes.
Data
Goud
ZilverI
Te
goed
Wis
in
het
–
Waarv.!
op
het
1
Belee-
I
vohot
buitenl.
sels
buitenll
.
ningen
v.
d. Staat
26Aug.’32
82.239
1.231
3.308 5.549
2.082
2.761 3.200
19
’32
82.202
1.232 3.315
5.092
2.082
2.776 3.200
12
’32
82.226
1.233
3.328
5.101
2.098
2.796 3.200
5
’32
82.179
1.235
3.365
5.101
2.097
2.823
3.200
28Aug.’31
58.563
887
14.255
19.177
13.356
2.729
3.200
23 Juli’14
4.104 640
–
1.541
8
769
–
1
Bons v.
d.
‘
1
Rekg.Courant
Data
zelfSt.
Diver_
1
sen
1)
ilt
1
i
Staat
Zelfst.
Parti-
amort.k.
amort.k.i
culieren
26Aug.’32
6.621
2.123
79.912.
814
1
3.167
23.426
19
’32
6.621
2.253
80.127
1.192
1
3.131
22.555
12
’32
6.621
2.158
80.770
1.201
2.874
22.085
5
,,
’32
6.621
2.332 81.598
1.589
i
2.612 21.240
28Aug.’31
5.065
2.282 78.635
1.571
1
7.899 17.649
23 Juli’14
–
–
5.912
401
1
–
943
1)
Sluitpost
activa.
7
September
1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
707
GOEDERENHANDEL.
GRANEN.
6 September 1932.
in Noord-Amerika hebben de t a r w e-prijzen zich in het
–
begin der afgeloopen week niet kunnen handhaven ophet
iii cle voorafgegane dagen verhoogde prijspeil. De oorzaak
dezer reactie lag in de flauwe houding van verschillende
andere Amerikaansehe goeclereiimarktcn, den beperkten om-
‘vang der Europeesche vraag en bovendien viel de effecten-
markt niet mee. Ook deed de groote Argentijnsehe tarwe-
uitzaai zijn invloed nog gelden. Op 1 September, toen in
vergelijking met 29 Augustus de prijsdaling te Win nipeg
en Chicago ongeveer 2y
2
dollarcent per 60 lbs. bedroeg, was echter het laagste punt der ‘week bereikt, want het
vertrouwen in de prijzen herstelde zich, temeer omdat aan
de Europeesche markt de prijzen zich in tegenstelling met
Noord-Amerika goed hadden kunnen handhaven. Welis-
waar was op het vasteland de vraag nog slecht en be-
paalclen de zaken aich voor het grootste deel tot Engeland,
doch de reactie in de prijzen was daar kleiner dan in de
uitvoerlanden. Bij het herstel, dat in de laatste dagen der
week intrad, speelden cie berichtei:i uit en over den Rus-
sischen oogst, die op de steeds grootere waarschijnlijkheid
van kleine Russische uitvoeren blijven wijzen, een groote
rol. Ook bleken de uitermate gunstige berichten over den
grooten omvang van den Franschen oogit overdreven te
zijn. De offieiëele raming van •den oogst is nu lager dan
het jaarlijksche Fransche tarwegebruik en naast de Rus.
sische berichten heeft ook dit in Amerika tvel eeuigen in-
druk gemaakt, terw’ijl tevens opnieuw vastere stemming
van de andere goeclerennarkten aldaar en de effectenmarkt
een herstel in de hand w’erkten. In Engeland bleef de icia-
tige kooplust voortduren (men kocht daar tot stijgenden
prijs ook weder Duitsche tarw’e), Duitschland toonde wat
meer belangstelling voor Canadeesehe tarwe, evenals Frank-
rijk (al bleven naar beide landen die zaken klein) en Rus-
land bleef zeer karig tarwe aanbieden. De vastere stemming
voor tarwe bleek tevens uit prijsstijging aan de termijn.
markt te Rotterdam en de prijsverhooging van 25 h 30 cent pet 100 KG., in vergelijking met 29 Augustus, clie daar op
5 Septcmber op de wekeiijksche veiling voor Nederlandsche
tarwe werd betaald. Uit Argentinië waren de verschepiu-
gen weder zeer klein en ondanks zijn: grooten oogst hand-
haaft dit voor Canada de kans op goede tarweprijzen. Op
3 September sloot Chicago nog ongeveer
Y
2
, Winnipeg een
cent lager dan op 29 Augustus. Op den 5clen waren ‘beide
markten gesloten, doch de Argentijnsche termijnmarkten
t’aren toen 01) ‘de vaste Europeesche stemming zeer vast en
aa.nnierkelijk hooger. Het slot was er voor tarwe 25 Ii. 35
centavos hoogcr dan een week tevoren,, nadat in het begin
der week nog een verlaging van 10 eentavos had plaats
gevonden.
R o g ge vôlgdc in Amerika de prijsbeweging van tarwe,
doch noch de flauwe markten valt het begin der week,
noch cle latere prijsstijging deden naar Europa cle zaken
in rogge toenemen. Ook i)uitschland Ca Polen verkoopen
slechts weinig, al ondei’gingen ook daar de roggeprijzen
eenige verbetering.
Voor m als was reeds dadelijk de ‘grondtooti der markt
tvat beter, doch tot prijsverhetcring kwam het aanvanke-
lijk niet, omdat in West-Europa liet aanbod van spoeclige
iPlatamaïs nog groot was, Roemenië in verband met aijn
uitstekende oogstvooruitzichten in ruime mate tot lage
prijzen maIs offreerde, de voorraden in de Argentijnsche
havens van zeer grooten omvang zijn en het verbruik in
Nederland eenige vermindering scheen te ondergaan, nu
daar hij het binnenkomen der nieuwe oogsten meer voeder van eigen bodem ‘beschikbaar is. Reeds hebben zich uit de
recente zeer groote aanvoeren van Platameïs te Rotterdam eenige voorraden gevormd, liet bericht van zeer kleine Ar-
gentijnsche verschepingen is echter omtrent het midden der
week het sein geweest voor een algemeene verbetering der
maïsprijzen. De vraag verbeterde, Roemenië vroeg al even-
zeer hoogere prijzen als Argentinië, de viaag verbeterde en
geleidelijk w’erd een wat hodger prijspeil bereikt. In het
bijzonder was dat na eenige vaste Argentijnsche markten
het geval op 5 September, toen in Nederland ondanks groo-
te aanvoeren stijgende prijzen betaald werden voor aan-
•
gekomen en stoomende Platamaïs als ook voor D-onaumaïs
op afladiug. Dat in de tw’eede helft van September de aan-
voeren zeer klein zullen zijn, werkte de vaste stemming
in de hand. Ook Engeland kocht op 5 September veel maIs
en Argentinië was aanmerkelijk hooger. De termijnmarkten
sloten daar voor maIs 20 centavos per 100 KG. honger dan
op 29 Augustus.
G e r s t blijft uit Roemenië ruim aangeboden. De prijzen
zijn in den loop der week tenslotte een kleinigheid geste-
gen, doch nu Duitschiand zoo goed als in ‘het geheel niet
als kooper van gerst optreedt, ging dat niet met veel zaken
gepaard. De lage Roemeensche prijzen hebben tengevolge,
dat in Europa slechts uiterst weinig belangstelling voor
gerst uit Noord-Amerika bestaat, w’aar gerst veel -hooger
genoteerd staat. Dit had daar aanvankelijk een flinke prijs-
dalihg tengevolge, waarop ondanks het ontbreken van
exportzaken later weer een herstel volgde, waarna op 3 Sep-
tember Winnipeg nog 2 cent per 48 lbs. lager sloot dan op
29 Augustus. Ook trouwens voor Douaugerst was de vraag
niet groot, al komen daarin dagelijks ‘wel zaken naar West-
Europa, inclusief Engeland, tot stand. De premie voor
werkelijk stoomende partijen, die voor Donaugerst nog steeds had bestaan, is grootendeels ‘verdwenen, al is de
stooniende hoeveelheid gering. Dit w’ijst op den beperkten
omvang der vraag. Verschepingen uit Rusland zijn nog
steeds zeer klein en ook het verdere aanbod is beperkt tot
vrij wat hoogere prijzen dan van den Donau. Een premie
boven Donaugerst wordt voor Russische gerst geregeld -be-
taald, doch zaken in laatstgenoemde soort worden voorna-
melijk naar Engeland gedaan.
SUIKER.
De afgeloopen week bracht, geen nieuwe gezichtspunten
voor de verschillende suikermarkten. De ramilig valt Dr.
Mikusch betreffende de as. bietoogsten hebben hoegenaamd
geen invloed op de nicirkten gehad. De cijfers brachten dan
ook -geen enkele verrassing.
In A nm e r i k a t’aar raffinadeurs op liet laatst -der voor-
afgaande week nog een flinke post ruwsuiker gekocht had-
den, was gedurende deze week w’einig belangstelling te be-
speuren. –
Op de N e w’-Y o r k se h e termijnmarkt trok het de aan-
dacht dat ‘de September liquidaties op een gegeven dag
gretig opgenomen werden. Overigens was de markt nogal
bom met eerder afbrokkelende noteeringen. liet slot luidde
als volgt: ‘Sept. 1.10; Oct. 1.11; Dec. 1.14; Jan. 1.09 en
Mrt. 1.10, terwijl ‘de laatste notecring voor ‘Spot Centr.
3.18 was.
De ontvangsten in de Atlantische havens der Ver. Staten
bedroegen ‘deze week 43.000 tons, de versmeltingen 58.000
tons tegen 52.500 tons verleden jaar en dle voorraden
261.000 tons tegen 279.500 tous.
In II n ge 1 and bestond maar weinig interesse ‘oor
ruwe suikers zoovel van koopers als van verkoopers zijde.
De L o tid c n s c h e termijnmarkt gaf eveneens geen op-
wekkend beeld te zien. Na fraetionecl afbrokkelen, her-
stel-den de noteeriugen zich aan het slot een kleinigheid.
AANVOEREN in tons
van
100 KG.
–
Rotterdam
Amsterdam
–
Totaal
Artikelen
25 Augl35epf
1
Sedert
Overeenk.
26Aug.13 Sept.
Sedert
Overeenk.
1932
1931
1932
1 Jan.
1932
tijdvak
1931
1932
t Jan.
1932
tijdvak
193l
Tarwe
……………..
14.906
933.577
909.169
–
7.800
15.131
941.377
924.300
Rogge
………………..
438 16.969
216.299
1.743 459
18.712
216.758
Boekweit ……………629
11.
357:339
18.911
–
‘
–
145
357.339
19.056
30.990
940.262 847.483
8.663
237.436
174.612 1.177.698
1.022.095
9.227
260.988
409.895
–
8.535
23.838
269.523
433.733
Haver
……………
–
6.602
128.611
185.017
–
3.241
2.159
131.852
187.176
Maïs ……………….
6.790 200.439
147.980 5.834
282.522
354.067 482.961 502.047
Gerst
……………..
3.390
72.359
74.702
—
50
204 72.409 74.906
Lijnzaad
…………..
Lijnkoek
…………..
405
15.737
66.555
. ‘
40
9.559
19.491
25.296
86.046
Tarwemeel
…………..
Andere meelsoorten
2.178
26.156
27.049
256 8.721
8.582 34.877 35.631
708
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
7 September 1932
De laatste
C u
b a-statistiek is als volgt:
1932
1931 1930
tons tons
tons
l’roductie
……(Raming)
2.700.000 3.122.186 4.671.260
Ontvangsten
………….26.296
28.639
32.867
Totaal
sedert
1/1
……..1.396.141
1.707.544
3.183.431
Verschepingen
………..93.800
74.654
46.47..
Voorraad afscheephavens
.
922.622
1.192.932 1.279.590
Op
J a v a verkocht de
V.I.S.P.
ca.
22.000
tons Supe-
rieur en ca.
6000
tons bruine suiker.
Dr.. Prinsen Geerligs raamt den ditjarigen Java-oogst
op 2.540.000
tons tegen een raming ddo. Maart van
2.450.000
tons. Deze verhooging is veroorzaakt door het feit, dat het gehalte van het riet gebleken is beter te zijn
clan zich aanvankelijk liet aanzien. Terwijl de vroegere
raming gebaseerd was op een rendement van
148.1
quintaal
suiker per H.A. bleek het rendement op
15
Augustus, toen
% van den aanplant verwerkt was, te zijn
153.5
quintaal
suiker per H.A. (basis Superieur).
Iii e r t e 1 a n d e was de markt nauwelijks prjshoudencl.
De noteeringen op de A m s te r d a m s ah e termijnmarkt
bleven practisch ongewijzigd en het slot luidde als volgt:
Dec.
f 6
3
/8,
Mrt.
f 6%,
Mei
f 6
7
18 en Aug.
f 71/8.
KOFFIE.
De markt was in de afgeloopen week vaster gestemd. De
revolutie in Brazilië is nog altijd in vollen gang en er is nog geen enkel bericht ontvangen, waaruit kan worden
afgeleid, dat het einde spoedig kan worden verwacht. In-
tusschen worden de voorraden van Santos koffie overal
kleiner en loopen de prijzen van wat er nog van voorhan-
den is dagelijks hooger. Ook dc andere goezlkoope kwali-teiten, zooals de gewone Centraal-Amerikaansche soortan
en Robusta trekken daardoor in prijs regelmatig aan en
vinden veel meer belangstelling dan enkele ‘weken geleden.
Ook in Amerika is de voorraad van, Santos koffie zeer
geslonken. Aldaar is thans een begin gemaakt met den ver-
koop van een gedeelte van den koffie-voorraad van cle
Fecteral Farm Board. Teneinde verdere prijsopclrijving van
het Santosproduct door te groote vermindering van ‘de be-
schikbare voorraden te voorkomen, had de Farm Board
aanvankelijk aan het Braziliaansche Gouvernement toe-
stemming gevraagd om een grootere- hoeveelheid te mogen
aan de markt brengen dan de circa
62.500
bhlen, welke in-
dertijd bij het sluiten van den koffieftarweruil voor ver-koop per maand vanaf September
1932
waren bestemd.
Hierop is echter van Braailiaansche zijde voorloopig een
afwijzend antwoord ontvangen en op
2
dezer werd bekend,
2.500
balen den vorigen (lag bij inschrijving (waar-
tijk aan ddn firma) te New-York verkocht waren tot
prijzen, loopende van
14.27
tot
14.53
dollarcents per Am.
pond, wat dooreen uitkomt op ongeveer
39%
Ned. ct. per
Y.
K.G. Deze prijs lijkt in elk geval zeer hoog, al moet in aanmerking w’orden genomen, ‘dat bijna de geheele loco-
oorraad van de Farm Board bestaat uit koffie’s van (le
dure sortceriugen. Ook op de termijnmarkt te New-York
maakte ‘de verkoop tot dezan prijs grooten indruk en de
termijnnoteeringen liepen dien dag plotseling
3 h 4
procent
01) tengevolge van levendige indekkingen en van aankoopen
door den handel. Volgens latere berichten heeft Amerika
nogmaals bij de Braziliaansche Regeering aangedrongen op
toestemming tot onmiddellijken verkoop van een tweeden
post.
Volgens bericht van den Braziliaanschen Koffie-Raad
zijn in de afgeloopen week vernietigd
5000
balen Rio en
6000
balen Victoria. Sedert 1 Juli zijn thans, i’oor zoover
bekend, vernietigd
59.000
balen te Santos,
137.000
balen te
Rio,
114.000
balen te Victoria,,
270.000
balen in Sao Paulo
en
13.000
balen op andere plaatsen, tezamen
593.000
balen.
De zeer enkele vrijblijvende kost- en vrachtaanbiedingen
van Santos, voor zoover deze op prompte verscheping via
ean haven in den ‘Staat Rio de Janeiro alhier zijn ont-
vangen, komen thans omgerekend in Hollandsch geld, uit
op ongeveer
3034 Ii 31
ct. per
34
K.G. ko’st en vracht voor
gewoon goed beschreven Superior Santos en op ongeveer
31
1L
32
ct. voor dito Prime. De offertes van Rio komen, om-
gerekend in cents per
34
K.G., thans voor type New-York
7
met beschrijving, prompte verscheping, op ongeveer
23
ct.
kost en vracht.
Nederlandsch-Indië blijft vast gestemd. De noteeringen
in de eerste hand der verschillende Robusta.soorten zijn
wederoni hooger, ‘namelijk:
Palembang Robusta, September-verscheping,
17%
ct.;
Benkoelen Robusta, September-verscheping,
18%
ct.; Mand-
heling Robusta, September-verscheping,
20%
ct.; W.I.B.
STATISTISCH OVERZICH
GRANEN EN ZADEN
ZIUVEL EN EIEREN
MINERALEN
TARWE
79K.G. La
ROGGE
MAIS
GERST
LIJNZAAD
BOTER
ainnier
Ed
S
EIEREN
STEENKOLEN
Westfaalschej
PETROLEUIV
Mid. Contin.
lata
OCO
No. 2 Canada
La Plata
No.3Canada
La Plata
perK.G. 9iaar
Cern. not.
Hollandsche
rude
Rotterdam!
loco
Rotterdam
loco
R’dam/A’dam
loco Rotter-
dam per
loco
R’damlA’dam
Leeuwar-
der Comm.
abrieks-
Eiermijn Roermond
bunherkolen,
onezeefd f.o.b.
33 tirn 339
0
pe)K.G.
per 100 K.G.
per 2000 K.G.
2000 }tG.
per 1960 K.G.
Noteering
kI. mjrnerk
P. 100 St.
Rdamj’darn
per4brel
2)
3)
4)
11.
0
10
11.
0
J0
11.
01
fi.
0
/o
f1.
0′
f1.
010
6.
010
f1.
0
10
f1.
01
$
Olo
1925
17,20
100,0
13,07
5
100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0
2,31
100,0
56.-
100,0
9,18
100,0
10,80 100,0
1.68
100,0
1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4
360,50
77,9
1,98
85,7
43,15
77,1
8,15
88,8
17,90
165,7
1.89
112,5
1927
14.75
85,8
12,47
95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,50
78,4
2,03
87,9
43,30
77,3
7,96
86,7
11,25
104,2′
1.30
77,4
1928
13,47
5
78,3
13,15
1006
226,00
97,7
228,50 96,8
363,00 78,5
2,11
91,3
48,05
85,8 7,99
87,0
10,10
93.5
1.20
71,4
1929
12.25
71,2
10,87
5
83,2
204,00
88,1
179,75
76,2
419,25 90,6
2,05
88,7
45,40
81,1 8,11
88,3
11,40
105,6
1.23 73,2 1930
9,67
5
56,3
6,225
47,6
136,75
59,1
111,75
47,4
356,00 77,0
1,66
7f,9
38,45
68,7
6,72
73,2
11,35
105,1
1.12
66,7
1931
5,55
32,3
4.55
34.8
84,50
36,5
107,25
45,4
187,00
40,4
1,34
58,0
31,30
56,9
5,35
58,3
10,05
93,1
0.58
34,5
lan.
1930
12.67
5
73,7
9,35
71,5
149,25
64,5
151,25
64,1
433,75
93,8
2,00
86,6′
43,95 78,5
7,55 82,2
11,75
108,8
1.21
72,0
l’ebr.
1l,72
68,2
8,175
62,5
139,00
60,0
135,75
57,5
398,50
86,2
2,03 87,9 41.15
‘73,5
6,90
75,2
11,75
108,8
1.11
66,1
Maart
10,90
63.4
7,15
54,7
143,50
62,0
125,00
53,0
390,00 84,3
1,71
74,0 41,25
73,7 5,18 56,4
11,55
106,9
1.11
66,1
April
11,17
65,0
7,625
58,3
180,25
77,8
129,75
55,0
431,00
93,2
1,50
64,9 36,50
65,2
5,16
56,2
11,35
105,1′
1.165
69,3
Mei
10,45
60.8
6,55
50,1
148,50
64,1
114,50
48,5
405,00
87,6
1,44
62,3 37,20
66,4
5,30 57.7
11,35
105,1
1.18
5
70,5 10,05
58,4
5,175
39,6
145,50
62,9
103.75
44,0
385,50
83,4
1,54
66,7
37,-
66,1
5,09 55,4 ‘11,35
105,1
1.185 70,5
j
uni
uli
9,55 55,5
5,825
44,6
157,75
68,1
108,00
45,8
345,75 74,8
1,72
74.5
39,90
71,3
5,99
65,3
11,35
105,1
1.185
70,5
Aug.
,,
9,45 54,9
6,30
48,2
146,00
63,1
116,25
49,3
365,00 78,9
1,58
68,4
40,20
71,8
6,03
65,7
11,35
105,1
1.185
70,5
Sept.
,,
8,40 48,8
5,25
40,2
127,50
55,1
99.00
41,9
318,75 68,9
1,64
71.0
37,55
67,1
7,23 78,8
11,35
105,1
1.185
70,5
Oct.
7,40 43,0
4,625
35,4
112,25
48,5
86,00
36,4
281,25
60,8
1,63
70,6
36,90 65,9
8,60 93,7
11,35
105,1
1.185
70,5
Nov.
,,
7,25
42,2 4,25
32,5
94,50 40,8
82,25 34,9
270,75 58,5
1,58
68,4
36,50
65,2
9,63
104,9 10,90
100,9
0.85
50,6
Dec.
,,
7,07e
41,1
4,30 32.9
96,00 41,5 91,00
38,6
247,75
53,6
1,55 67,1
33,50 59,8
7,97 86,8
10,85
100,5
0.85
50,6
lan.
1931
6,525
37,9
4,-
30,6
84,50 36,5 86,25
36,5 207,50
44,9
1,61
69,7
32,25 57,6
6,63
72,2
10,30
95,4
.0.85
50,6
Ï’ebr.
,
5,775
33,6 3,90
29,8
87,50 37,8 85,75
36,3
206,25
44,6
1,66
71,9
33,80
60.4
6,21
67,6
10,30
95,4
0.85
50,6
Maart
5,625
32,7
4,20
32,1
103.00
44,5
104,75
44,4 214,00
46,3
1,47
63,6 35,00
62,5
4,94
53,8
10,30
95,4
0.66
39,3
April
5,90
34.3
4,425
33,8
112,00
48,4
117,00
49,6
197,75
42,8
1,35
58,4
31,60
56,4
4,20
45,8
10,15
94,0
0.53
31,5
Mei
6,15
35,8
4,975
38,0
95,75
41,4
124,00
52,5
189,00
40,9
1,26
54,5
30,85
55,1
4,075 44,4
10.00
92,6
0.53
31,5
luni
5,75
33,4
5,05
38,6 86,75 37,5
116,50
49,4
191,50
41,4
1,29
55,8
33,50
59,8
4,30
46,8
10,00
92,6
0,34
5
20,5
juli
5,425
31,5 4,70
35,9 84,25 36,4
115,75
49,0 211,00
45,6
1,32
57,1
37,75
67,4 4,40
47,9
10,00
92,6
0.24
14,5
Aug.
4,975
28,9
4,025
30.8 74.50 32,2
119,50
50,6
185,50
40,1 1,30
56,3
36,00
64,3
4,98
54,2
10,00
92,6
0.43
5
25,
Sept.
4,775
27,8
4,27
6
32,7
68,00
29,4
97,00
41,1
164,25
35,5
1.27
55,0 32,25
57,6
5,775
62,9
10,00
92,6
0.56
33,
2
2
Oct.
5,-
29,1
4,475
34,2
68,50 29,6
94,75
40,1
160,25
34,6
1,24
53,7
26,25
46,9
6,275 68,4 9,90
91,7
0.56
33,
Nov.
5,825
33,9
5,475
41,9
81,00
35,0
114,50
48,5
169,75
36,7
1,17
50,6
24,75
44,2
7.07
77,0 9,90
91,7
0.68
40,
Dec.
–
4,925
28,6
4,95
37,9
69,25
29,9
111,25
47,1
145,75
31,5
1,18
51,1
21,40
38,2
5,320
58,0
9,90
91,7
0.71
42,5
Jan.
1932
5,05
29,4
5,075
38,8 71,25
30,8
114,00
48,3
142,50
31,0
.1,16
50,2
25,75 46,0
4,71
51,3
8,25
76,3
0.71
42,5
Febr.
5,30
30,8 5,07
5
38,8 74,00
32,0
108,50
46,0
142,25
30,8
1,34
58,0
27,75
49,6
3,79
41.3
8,25
76,3
0.71
42,5
Maart
5,525 32,1
5,80
44,4
86,75
37,5
118,00
50,0
143,25
31,0
0,98 42,4 23,65
42,2
3,425
37,3
8,35
77,3
0.71
42,5
April
»
5,65
32,7
6,225
47,6
88,75
.
38,3
124,50
52,8
135,25
29,2
0,99
42,9
19,60
35,0
2,775
30,2
8,65
80,1
0.86
51,
Mei
•
Juni
5,60
32,6
30,4 5,30 4,15
40,5
31,7
78,00 80,75
33,7
34,9
116,00 105,75
49,2 44,8
130,25 128,75
28,2
27,8′
0,82
1,11
35,5
48,1
19,65
24,25
35,1
43,3 2,88
3,08
31,4 33,5 8,30
8,25 76,9 76,3 0.86 0.86
51,
5l,
juli
Aug.
5,22
4,90 5,20
28,5
30.2
4,-
4,07 5
306
312
78,75
77,50
34,0
33,5
100,25
98,25
42,5 41,6
129,75
133,00
28,1
28,8
0,88 0,76
38,1
32,9
19,55 17,90
34,9
32,0
3,125
3,72
34,0 40.6 8,10
7,80
75,0
72,2 0.86 0.86
51,
51,
5 Sept.
5,45
31,7
4,20
32,1
78,50
33,9
94,00
39,8
146,00
31,6
0,83
8
35,9
16,5081
29,5
4,70
512
1
7,75 71,8
1
0.86
7
51,
1) Men zie voor de toel. op dezen Staat de nos. van 8 en 15 Aug. 1928
(No. 658
en
659)
pag.
689190
en
709.
2)
Tot Jan. 1931 Hard Winter No. 2.
5)
Tot Jan. 19
Zuid-Russische.
4)
Tot Jan.
1928
Malting; van Jan.
1928
tot
9 Febr. 1931 Arnerican No. 2, van 9 Febr. 1931 tot 23 Mei 1932
6415
K.G. Zuid-Russische.
7 September 1932
ECONOMISCH-STATI9SCHE BERICHTEN
709
f.aq. ilobusta. Septeniber-verscheping, 24 cL, alles pci
.!’ .K.G.,
all,
uitgeleverd gewicht, netto contant.
Ook de steninting aan cle tei’niijuniarkt was vast en dc
noteeritig van i)eceniber is hier
7/
ct. nu clie van dc verder
verwijderde riiaanclen
‘4
iï % ct.
per
‘4
1KG. hooger clan
een week geleden. September noteert nog steeds 24’4 et.
i)ecein’ber staat thans 23, Maart 21%, Mei 21’4 cii Sep-
teniber 21% et. per
‘4
1KG.
De officieele loco-noteering van Superior Satitos is ver-
hoogd van 31’4 ct. op 32’4 ct. en clie van Robusta van
24 ct.
01)
24’4 ct., alles per
‘4
1KG.
De slot-noteeringen te New-York van het aldaar gel-
cleude gemengd contract (‘basis Rio No. 7) waren
Sept..
Dec.
Mrt.
Mei
2 September ………7,25
$6.25
$ 6.-
$ 5.91
29 Augustus
……….. 7.&3
6.06
,,5.81
,,5.74
22 Augustus
…….. ..7,05
6.10
5.90
, 5.80
15 Augustus
……… .. 6.72
6.19
,, 6.02
5.94
De dezer dagei verschenen Statistiek van de Firma G.
:Duuring & Zoon te Rotterdam geeft aan, dat in Augustus
de
aanvoer geweest is als volgt:
1932
1931
1930
hn.
bn.
hn.
in .fkiropa ……………542.000
986.000
648.000
Ver. Staten van Amerika 566.000
862.000
725.000
Totaal ….1.108.000 1.84T000 1.373.000
De Aanvoeren in Europa en in Amerika tezamen gedu-
rende cle eerste acht maanden van het jaar be
–
.lroegen
14.600.000 balen togen 17.908.000 balen in 1931 cii 15.308.000
balen in 1930.
De
Afleveringen in Augustus waren
1932
1931
1930
bu.
hit.
1)11.
in Europa ……………771.000
985.000
853.000
Ver. Staten van Amerika 768.000
761.000
803.000
Totaal ….1.539.000 1.746.000 1.650
De Afleveringen iii- Europa en in Amerika tezemen ge-
durende dc eerste acht niaaji-len van liet jaar waren
14.933.000 balen tegen 16.379.000 balen in 1931 en 14.953.000
balen in 1930.
Vanaf 1 Juli tot 31 Augustus waren de Aanvoeren in
Europa en in Amerika tczaituen 2.371.000 balen tegen
3.748.000 balen in 1931 en 2.929.000 balen in 1930, terwijl
de Afleveringen bedroegen 3.195.000 balen tegen 3.511.000 balen in 1931 en 3.242.000 balen in 1930.
De zichtbare voorraad was
Op
1 September iii Europa
1.992.000 baleii tegen 2.221.000 balen
01)
1 Augustus. In
Amerika bedroeg hij 1.729.000 balen tegen 1.931.000 balen
op 1 Augustus. in Europa en in Amerika tezamen was de
zichtbare voorraad dus op 1 September 3.721.000 balen
tegen 4.152.000 balen op 1 Augustus. Hij bedroeg op 1 Sep-
teitiber 1931 – 4.048.000 balen en
ei
1 September 1930 –
2.650.000 balen.
De zichtbare werelclvoorraad was op 1 September 6.008.000
balen tegen 6.329.000 balen op 1 Augustus en 6.961.000
balen verleden jaar. in ‘deze cijfers zijn niet iegrepeii de
voorraden in liet binnenland van Brazilië, waarvan cle cij-fers van 1 Augustus cii 1 Septeniber iiog niet bekend zijn,
doch clie op 1 September 1931 bedroegen 23.051.000 balen. Rotterdam, 6 September 1932.
THEE.
In cle veiling van Donderdag 1.1. te Anisterclam. gehou-den werden en. 22.000 kn. Necl….udische thee aangeboden.
Lii tegenstelling met veler hoop, dat na de vacantie eenige
opleving zou zijn, te bespeuren, had de veiling een kalm
verloop. Alleen voor blad bestond vrij goede belangstelling,
tot uiting komende in 1 9. 2 ets. hoogere prijzen. Gruis-
thee werd meestal enkele centen lager afgedaan. De totale
iiiiddleiiprijs in entrepôt bedroeg 23 ets, of
‘4
ets. meer
dan in de veiling vôôr (le vaeantie. i)it zegt op zichzelf
niets, daar zulks ook vals de samenstelli
ig
van het aan-
bod afhangt. Er werd vrij veel opgehouden, in hoofdzaak
gruist’hee. De volgende veiling op 15 September a.s. zal een
aanbod van ca. 16.000 kistet te zien geven.
Interessante cijfers heaf t de Vereeniging voor de Thee-cultuur gepubliceerd over den wereld-uitvoer van thee ge-
durende het le halfjaar. Deze bedroeg in totaal 166% mii-
lioen ED. tegen bijna 171 n,illioen KG. in 1931. Opmerke-
lijk is, da.t China 2.5 millioen EG. minder uitvoerde clan
verleden jaar, terwijl ook Japan en Formosa lagere cijfers
te zien geven.
Ztndelijk Br.-lndië voerde
ji
Juli 5.8 miflioen lbs. uit,
VAN GROOTHANDELSPRIJZEN i)
METALEN
.
TEXTIELGOEDEREN
DIVERSEN
ZILVER IJZER
Cleveland
KOPER TIN
LOOD
KATOEN
WOL
gekamde
WOL
gekanide
KOE-
KALK-
cash Londen
per
Foundry No.
3
Standaard
Locopriizen Iocoprijzen Locoprijzen
Middling
locoprijzen
Australische, Australische,
CrossbredColo-
HUIDEN
Gaaf, Open
SALPETER Old. per
Standard
f.o.b.
Middlesbrough
Londen
Londen per
Eng. ton
Londen
per Eng. ton
New-York Merino,
64’s
Av.
loco Bradford
nial Carded,
kop
100 KG.
Ounce
per Eng. ton
pr Eng. ton
per Ib.
per Ib.
SO’s Av. loco
57-61
pnd.
netto
Bradford per Ib.
pence
Oj
Sh.
Oj
£
01
£
0j
1111,1
Ë
Oj
1
$
cts.
0
10
pence
1
0
s
pence
‘to
II.
‘Is
11.
‘lo
32
1
18
100,0
731-
100,0
62.116
100,0
261.171-
100,0
36.816 100,0
23,25
100,0
55,00
I
100,0
29,50
100,0
34,70
100,0
12,-
100,0
28
11
11
6
89,3
8616
118,5
58.11-
93,5
290.1716
31.116
85,3
17,55
75,5
47,25
I
85,9
24,75
83,9
28,46 82,0
11,61
96,8
26
3
14
83,3
731-
100,0
55.141-
89,7
290.4/-
110,8
24.4′-
66,4
17,50
75,3 48,50
88,2
26,50
89,8
40,43
116,5
11,48
95,7
261116
81,1
661-
90,4
63.161-
102,8
227.51-
86,8
21.11-
57,8 20,00
86,0
51,50 93,6 30,50
103,4
47,58
137,1
11,48
95,7
24
7
116
76,2
7016
96,6
75.141-
121,9
203.156
77,8
23.51-
63,8
19,15
82,4
39,-
70,9
25,25
85,6
32,25
92,9
10,60
88,3
17
11116
55,4
671-
91,8
54.131-
88,0
142.51-
54,3
18.116
49,6
13,55
58,3 26,75
48,6
16,25
55,1
25,36
73,1
9,84
82,0
1318
41,6
551-
75,3
36.51-
58,4
110.11-
42,0
12.11- 33,1
8,60
37,0 21,50
39,1
12,00
40,7
18,65
53,7
8,61
71,8
20
15
1,
6
65,3
72/6
–
99,3
71.916
155,1
174.131-
66,7
21.111-
59,4
17,15
73,8
29,50
53,6
19,25
65,3
26,63
76,7
10,11
84,3
20
1
),
–
62,6
7216
99,3
71.1216
115,4
174.41-
66,5
21.41-
58,2
15,45
66,4
28,50 51,8
17,75
60,2
24,50
70,6
10,21
85,1
191/8
59,5
701-
95,9
68.1916
111,1
165.181-
63,4
18.161-
51,6
15,20
65,4
26,25
47,7
16,50
55,9
69,2
10,21
85,1
19
116
61,0
6716
92,5
61.31-
98,5
161.1716
61,8
18.616
50,3
16,45
70,8
27,25
49,5
17,25
58,5
24,13 69,5
10,21
85,1
18
1
°/,,
59,0
6716
92,5
53.9!-
86,1
145.-)-
55,4
17.161-
48,9
16,50
71,0
28,75
52,3
18,00
61,0
26,25 75,6
10,21
85,1
16
1
116
50,0
6716
92,5
50.1,6
80,7
136.416
52,0
17.191-
49,3
14,50
62,4
27,75
50,5
17,50
59,3
26,63
76,7
10,21
85,1
16
49,9
6716
92,5
48.21-
77,5
134.1716
51,5
18.31-
49,8
13,10
56,3
27,00
49,1
16,75
56,8
24,25
69,9
9,18 76,5
I6
4
18
51,0
651-
89,0
47.151- 76,9
135.516
51,7
18.61-
50,2
11,95
.
51,4
27,25
49,5
16,50
55,9
24,88
71,7
9,28
77,3
16″/ii
52,0
6316
87,1
46.6/-
74,6
132.61-
50,5
17.181-
49,1
II,-
47,3 27,00
49,1
15,75
53,4
26,50
76,4 9,39
78,3
16
1
12
51,5
6316
5
87,1
43.-)-
69,3
117.131-
44,9
15.151-
43,2
10,55
45,4
24,50
44,5
14,50
49,2
26,25
75,6 9,49
79,1
16
5
/s
51,9
636
6
87,1 46.816
74,8
113.161-
43,5
15.186
43,7
10,85
46,7
24,00
43,6
13,00
44,1
25,25
72,8
9,70 80,8
16
5
18
51,9
6316
6
87,1
47.616
76,2
115.31-
44,0
15.516
41,9
9,95
42,8
22,50
40,9
12,50
42,4
72,0
9,90 82,6
13
7
18
43,2
6016
82,9
45.716
73,1
116.81-
44,4
14.-16
38,5
10,30
44,3
21,25
38,6
12,00
40,7
24,63 71,0
10,11
84,3
12
1
‘,
38,9
586
80,3
45.116
72,6
1174-16
44,7
13.56
36,4
10,95
47,1
21,75
39,5
12,00
40,7
22,50
64,8
10,21
85,1
13
7
h6 41,8
586
80,3
45.116
72,6
122.11-
46,6
13.36
36,2
10,90
46,9
25,25
45,9
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
85,1
13
1
1s
40,9
586
80,3
42.1516
68,9 113:4/-
43,2
12.101-
34,3
10,25
44,1
24,50
44,5
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
85,1
12
15
1,6
40,3
5816
80,3
39.6;6
63,4
104.171-
40,0
11.1016
31,6
9,40
40,4 23,50 42,7
13,00
44,1
21,75
62,7
10,21
85,1
127;8
40,1
5816
80,3
36.616
58,5
106.216
40,5
11.1116
31,8
9,10
39,1
22,00 40,0
12,50
42,4
19,13
55,1
10,21
85,1
13
1
/,
41,2
5816
80,3
34.141-
55,9
112.516
42,9
12.1516
35,1
9,25
39,8 22,25 40,5
12,50
42,4
20,25
58,4
8,26
68,8
12
1
3116
39,9
5816
80,3
32.151-
52,8
114.19;6
43,9
11.19/6
32,9
7,20
31,0
22,25 40,5
12,00
40,7
18,75
54,0
7,-
58,3
135116
‘
41,4
5516
76,0
30.316
48,6
111.161-
42,7
11.41-
31,1
6,55 28,2
20,00 36,4
11,00
37,3
18,-
51,9
6,50
54,2
13
13
1,6
43,0
461-
63,0
28.216
45,3
101.116
38,6
10.96
28,8
6,30 27,2
19,50
35,5
10,75
36,4
17,50
50,3
6,65
55,4
141/
1
45,1
44)6
61,0
27.1916
45,1
102-/-
39,0
11.51-
30,9
6,40
27,5
19,00
34,5
10,75
36,4
16,75
48,3
6,80
56,7
14
5
/56
44,6
4116
56,8
27.616
44,2
98.17/6
37,8
10.16/-
29,6 6,30 27,2
16,25
29,5
9,00
30,5
—
–
6,95
57,
1371,
43,2
41/6
56,8
27.14/6
44,7
98.18!-
37,8
10.14/-
29,4 6,65 28,6
16,50
30,0
9,00
30,5
11,63
33,5 7,10 59,2
14
43,6
41/6
56,8
26.41-
42,2
99.216
37,9
10.51-
28,1
6,90
29,7
16,25
29,5
9,00
30,5
11,75
33,9
7,25
60,4
13
3
1
4
42,8
44!-
60,3
24.181-
40,1
96.61-
36,8
9.91-
25,9 6,90
29,7
16,50
30,0
8,75
29,7
10,25
29,5
7,40
61,7
13
1
/
40,9
45/-
61,6
23.81
37,7
84.1516
32,4
8.1616
24,2 6,25 26,9
16,50
30,0
9,00
30,5
9,25
26,7
7,40
61,7
12
5
18
39,3
44!-
60,3
21.61-
34,3
89.1316
34,2
8.-/-
22,0 5,80 24,9
15,75
28,6
8,25
28,0
8,88 25,6
7,40
61,7
125/
39,3
441-
60,3
1
20.1216
33,2
1
84.9/-
–
32,3
7.5/-
19,9
5,25 22,6
15,25
27,7
7,75
26,3
9,-
25,9
7,40
61,7
12
3
l,
38,5
426
58,2 19.2/6
30,8
I
90.17/6
34,7
7.3/6
19,7
5,80
24,9
16,00
29,1
8,50
28,8
9,75
28,1
–
–
12
1
1i
39,9
421-
57,5
22.416
35,8
I
101.-/-
38,6
.
7.1716
21,6 7,35 31,6
15,75
28,6
8,25
28,0
12,-
34,6
5,70
47,5
l3
7
j,
41,8
421-
57,5
26.181-
43,3
111.10!-
42,6
9.181-
27,2 8,90
7
38,3
16,25
9
29,5
8,25
9
28,0
5,90 49,2
Western; vanaf Jan.
1928
tot
16
Dec.
1929
American No.
2,
van
16
Dec.
1929
tot
26
Mei
1930 7415
K.G. 1-longaarsche, vanaf
26
Mei’ 1930
tot
23
Mei
1932 74
K.G.
5)
Noteering Schotland
5916.
6)
581-.
7)
3
Sept.
8)2
Sept. 9)1 Sept.
–
el
710 .
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN.
.
7 September 1932
hetgeen belangrijk meer is dan iii het voorafgaande jaar
(4 millioen libs.).
Ceylon’s uitvoer gedurende ddzelfde maand bedroeg niet 20 millioen lbs. ongeveer evenveel als een jaar geleden.
De uitvoer van Noordelijk i3ritseh-inclië over Juli beliep
33.4 inillioen lbs., hetgeen ca. 1 millioen lager is dan een jaar
tevoren. Gedurende het loopende Seizoen (April t/nl. J Liii)
bedroeg cle uitvoer in totaai 61.5 millioen lbs., hetgeen ruim
3 millioen lbs. meer is dan in 1931.
Japan’s uitvoer over Juli ‘bedroeg 1.1 millioen KG., het. geen, iets lager is dan in het voorafgaande jaar!
in tegenstelling met de thee-aaude’eleu op de effecten.
markt blijven de theeprijzen nog zeer laag. Men krijgt
goede tot zeer goede G.O.P.’s (de ‘hoofdsorteering) voor 16
A 17 cts. per hKG., hetgeen nog Stevig verlies-latende prij-
zeil zijn.
Amsterdam, 5 September 1932.
IJZER
In, de positie van Lux 3 ruwijzer kwam in de berichts.
periode weinig verandering; de riotecriug fob. Antwerpen
had nog een lichte neiging tot dalen. Op cle Clevelanciniarkt
zagen de verbruikers in cle optimistische verwachtingen tav. de resultaten der conferentie van Ottawa en het feit, dat de vacauties ten einde liepen, aanleiding om met een
belangrijk aantal aanvragen voor onmiddellijke en zelfs
voor termijn-levering aan ‘cie markt te komen. De stem.
ming op deze markt is dientengevolge beslist iets verbeterd;
Ja cie prijzen werd geen verandering gebracht: C’levelaad
No. 3 noteert 58f6 lot, voor het district en den export en
5516 fot. Falkirk voor afnemers uc Schotland.
Op cle staa.lexportmarkt valt momenteel de gebruike-
lijke, ditmaal min of meer kunstmatig vervroegde, najaars-
opleving te constateeren. De stemming is zeer vast te
noemen; het prijsniveau is in enkele weken tijclsaanmer-
kelijk gestegen: staf ijner noteert 4716 (431-) goud fob. Ant-
w’erpen.
STEENKOLEN.
Naar vermeerdering van de vraag naar kolen wordt met
verlangen uitgezieu; de koopers evenwel vertoonen nog
niet de minste haast zich voor de komende maanden in te
dekken. Voor cokes is de markt wat gunstiger geworden.
In i3elgiii is de contingenteering verscherpt. Tau 1 Octo-
ber af wordt het invoercoutingent vernlindlerdl van 55 pCt.
van den geniiciclelden maauclelijkschen invoer van cle eerste
helft van 1931
01)
45 pCt. Deze maatregel getdt voor alle
importeereude landen.
Naar verluidt bestaat in Frankrijk ‘het voornemen het
inmoereontiugent te vergrooten, teneinde de Fransche
scheepvaart te steunen. Het contingent zal niet 100.000 ton
per maaisci vermeerderd worden op voorwaarde dat 200.000 ton van cie]] gehtelen maa]ldelijkschen invoer met Frausche
schepen zal worden verscheept.
De prijzen nijn:
Northumberlanci Ongezeef’cle …………
f
7.25
Durham Ongezeefcle ………………..
..8.-
Cardiff 2/3 large 113 smails ……………9,70
Schotsche Gezeefde (Prinie Lotluans) ……6,75
Yorkshire gewasschen Sitigies ………..,, 7.50
Westfaaischc Vctförcler …………….’. ,, 8.25
Vlamstukken 1 ………… ..9.-
Smeenootjes ……………..8,75
Gasvlamförder …………….8,25
Gietcokcs …………….. ..11.-
Hollaudsche Eierbriketten …………… ..12.-
alles per tol) van 1.000 TÇG. franco station Rotterdam/Ani- terdam. Ongezeefde bunkerkolen f.o,b .Rotterdam/Amster-
dam
f
7.75. Markt gedrukt.
6 September 1932.
INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN.
Bedrijfsleven en de strijd tegen
de Armoede in Nederland
door Dr. CH.
A.
VAN MANEN.
Prijs
ingenaaid
f
3,-.
Gebonden
f 4,75.
Voor leden der Vereeniging en geabon-
neerden op het Weekblad wordt dit werk,
beschikbaar gesteld tegen den prijs van
/
2,50 ingenaaid en
/
4,- gebonden.
Bestellingen richte men tot het Secretariaat van het
Instituut, Pieter de Uoochweg 122, onder gelijk.
tijdige remise per postwissel of op postchèque- en
girorekening No. 8408, Rotterdam.
Vervolg STATISTISCH OVERZICHT VAN GROOTHANDELSPRIJZEN.
DIVERSEN
KOLONIALE PRODUCTEN
INDEXCIJFERS
Bruto-
=
2
88
VURENHOUT
basis 7″ f.o.b.
RUBBER’)
Standaard
SUIKER KOFFIE
.
THEE
COPRA
gewicht v. d.
buit, handel
,.,
.
–
1/1/
Zweden!
Finland
Ribbed Smoked
Sheets
Witte kristal-
suiker loco
Robusta Locoprijzen
Afi. N.-I. theev.
A’dam gem. pr
.
Ned.-Ind. f.m.s.
per 100 K.G.
Nederland
C’2m
1925-100
0
–
II
per standaard loco Londen
R’damlA’dam
Rotterdam
Java- en Suma-
Amsterdam
____________
van 4.672 M.
per Ib.
per 100 K.G.
le
per
K.G.
tratheep.]/2K0.
In-
Uit-
6
mo
voer
voer
,.
1-
f
(o
Sh.
1
010
11.
Ojo
ets.
010
ets.
01
f
010
1925 159,75
100
2111,625
1100,0
18,75
100,0
61,375
100,0
84,5
100,0 35,875
100,0
100
100
100,0
100,0
1926
153,50
96,1 21-
1
67,4
17,50
93.3
55,375
90,2
94,25
111,5
34,-
94,8
112
128
93,2
92,9
1927
160,50
100,5
116,375
51,6
19,12′
102,0
46,875
76,4
82,75
97,9
32,625
90,9
113
116
95,4 89,5
1928
151,50
94,8
-110,75
30,2
15,85
84,5 49,625 80,9 75,25
89,1
31,875
88,9
118
128
96,4 87,6
1929
146,00
91,4
-/10,25
28,8
13,-
69,3 50,75
82,7
69,25
82,0
27,375
76,3
122
132
91,6 82,6
1930
141,50
88,6
-15.875
16,5
9,60
‘51,2
32
52,1
60,75 71,8
22,625
63,1
124
135
75,5 69,4
1931
110,75
69,3
-/3
8,4
8.-
42,7
25
40,7
42,50 50,3
15,37
5
42,9
117
136
.
62,6,
57,9
Jan.
1930
147,50
93,9
-17,375
20,7
11,675
62,3
35
57,0
60,50 71,6
26,875
74,9
128
136
84,5
76,9
Febr.
147,50
92,3
-18
22,5
11,40
60,8
35
57,0
58,25 68,9
26,375
73,5
112
126
81,3 75,2
Maart
147,50
92,3
-17,625
21,4
10,70
57,1
35
57,0
62,25
73,7
25,25
70,4
125
131
78,7
74,2
April
147,50
92,3
-/7,375
20,7
10,55
56,3
35
57.0
59,50
70,4
26,12
5
72,8
115
127
78,7
72,8
Mei
145,00
90,8
-16,875
19,3
9,80
52,3
34,75
56,6
58
68,6
25,50
71,1 132
132
76,1
72,0
Juni
145,00
90,8
-/6,125
17,2
9,775
52,1
33 53,8.
58
68,6
22,87
5
63,8
131
133
76,1
70,4
juli
»
142,50
89,2
-/5,625
15,8
9,27
5
49,5
31,50
51,3
55,50
65,7
21,75
60,6
138
141
74,2
69,3
Aug.
142,50
89,2
-14,875
13.8
8,50 45,3
29,50
48,1
55,25
65,4
20,-
55,7
129
145
73,5
67,9
Sept.
140,00
87,6
-/4,125
11,6
7,975
42,5
28,25
46,0
59,50
70,4
19,25
53,7
122
126
72,3 65,4
Oct.
132,50
82,9
-/4
11,2
8,62
5
46,0 29 47,3
66,50
78,7
18,15
52,3
128
152
71,6 64,6
Nov.
130,00
81,4
-14,375
12,3
8,75
46,7
29 47,3
68,25
80,8
19,375
54,0
121
.
139
71,0 63,3
Dec.
,,
130,00
81,4
-14,375
12,3
8,20
43,7
29 47,3
66,75
79,0
19,-
53,0
105
129
69,0 61,3
k
n.
1931
125.00
78,2
-14,25
–
11,9
8,20
437
28
45,6
66,25
78,4
18,25
50,9
121
132
.67,7
59,2
br.,,
125,00
78,2
-/3,875
10,9
8,20
43,7
26,25
42,8
53
62,7
18,125
50,7
96
121
67,1
59,4
Maart
125,00
78,2 -13,75
10,5
8,30
44,3
25,50
41,5
45
53,3
18,625
51,9
107
140
66,5
59,1
April
125,00
78,2
-,3,125
8,8
8,57
5
45,7
24,75
40,3
43
50,9
17,50
48,8
110
138′
65,8 58,4
Mei
125,00
78,2
-/3,125
8.8 8,50
45,3
25
40,7
40,25
47,6
15,375
42,9
114
141
65,8
56,8
luni
110,00
68,9
-13,125
8,8
8,57
5
45,7
25,75
42,0
39,50
46.7
14,125
39,4
127
133
64,5 56,8
juli
110,00
68,9
-13
8,4
8,77
5
48,6
27
44,0
38,25
45,3
15,-
41,8
138 153
62,6 55,8
Aug.,,
100,00
62,6
-12,5
7,0 7,90
42,1
25,50
41,5
38,50
45,6
14,125
39,4
122
142
60,6
55,6
Sept.
10000
62,6
-12,375
6,7
7,52
5
40,1
23,75
38,7
37,50
44,4
13,375
37,3
125
146
58,7
58,1
Oct.,,
10000
62,6
-/2,375
6,7
7,55 40,3
23
‘
37,5
37,75
44,7
13,25
36,9
119 146
58,7
58,5
Nov.
100.00
62,6
-12,25 6,3
7,15
38,1
,
23
37,5
37
43,8
13,75
38,3
113 132
58,7
58,8
Dec.,,
82,50
51,6′
-12,25
6,3
6,75 36,0
23
37,5
35
41,4
12,75
35,5
115 114
54,8 58,8
lan.
1932
82,50
51,6
-12,125
6,0 7,35
39,2
23
37,5
32
.
37,9
13,125
36,6
103
107
54,2
58,4
lebr.
82,50
51,6
-/2
5,6 7,05 37,6
23
37,5
30
35,5
14,50
40,4
86
111
53,5
59.8
Maart
70,00
43,8
-11,625
4,6
6,25
,
33,3
23
37,5
31
36,7
14,75
41,1
87
116
52,9 58,3
April
70,00
43,8
-11,5
4,2
5,90 31,5
23
37,5
29,25
34,6
14,-
39,0
89
110
51,6
56,0
Mei
70,00
43,8
-11,5
4,2
5,625
30,0
23,50
38,3
30,25
35,7
13,25
36,9
89
107
51,0
54,0
Juni
70,00
43,8
-11,375
3,9 6,30
33,6
1
24
‘
39,1
28,50
33,7
1
12,375
34,5
101
/
116
50,3
52,5
uli
67,50
42,3
-11,375
3,9
6,70 35,7
1
24
39,1
23,75
28,1
1
12,375
34,5
100
1
112
49,0
53,7
Aug.
63,00
39,4
-11,75
4,9
6,57
5
35,1
j
24
39,1
22,75
26,9
/
12,375
34,5
1
55,3
5 Sept.
60,00
37,6
-12,1875
6,1
6,625
35,3
!
24,50
39,9
23
2
27,2
/
12,75
35,5
5)
Jaar- en maandgem. afger. ôp
0
18 pence.
2)
1
Sept.
N.B. Alle Pondennoteeringen vanaf 21 Sept. zijn op goudbasis omgerekend