25 NOVEMBER. 1925
AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.
Economi*sch-,Statistische
Berichten
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER
ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINCEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJN VAART
UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
10E JAARGANG
.
WOENSDAG 25 N9VEMBER .1925
.
No. 517
INHOUD.
Blz.
DE ÏNDISOI-IE FINANCIEN 1
door
C.
van denBussohe .. 1034
De Soviets en het Recht door
Prof.
Mr. A. S. Oppenheim 1036
Een uitspraak’ van het iooggerecbtshol betreffende
transacties van Javasujker door
Th.
G.
H. Stibbe . . 1038
Het Jaarverslag der Verzekeingskamer II (Slot) door
Prof. Dr. A. 0. Holwercla, ……………………1040
De toepassing der Kunstzijde in de Textiel-Industrie II
(Slot) door
D. G. Zwartz ……………………1042
De Rijksmiddelen
…………………………….
1044
‘MAANDCIJFERS:
Postchèque en Girodienst ………………….
1045
Rijkspostspaarbank ……………………….
1045
Overzicht der Rijksmiddelen ………………..
1046
STATISTIEEEN EN OVERZIORTEN
…… …….
1046-1052
Geidkoersen.
Bankstaten.
Goederenhandel.
Wisselkoersen.
I
Effectenbeurze n.
Verkeerswezen.
–
INSTITUUT VOOR
ECONOMISCHE
0EECHR1FTEN
Wd. Algemeen
Seoretari8:
Mr. Q.
JJTerpstra.
ECONOMISCH-STATJST1SCJIE BERICHTEN
COMMISSIE VAN ADVIES.
J. van Ha.sselt; Jhr. Mr. L.
H.
van Lennep; Prof. Dr. E. Moresco; Mr. Dr. L. F. H. Regout; Dr. E. van Welderen
Baron Rengcrs; Mr. Q. J. Terpstro; Prof. Mr. F. de Vries.
Gedelegeerde leden: Prof. Mr. D. van Blom;
Prof. Mr. H. R. Ribbius.
Redacteur-Secretaris: D. J. Wan.sink.
Secretariaat: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 3000. Postrekening 8408.
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatweg.
De verdere publicaties van het Instituut uitgaande ont-
vangen de abonné’s, leden en donateurs kosteloos, voor zoo-
ver daaromtrent niet anders wordt beslist.
Abonnementsprijs
voor het weekblad franco p. p.
in
Nederland f 20,—. Buitenland en Koloniën f 25,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het
Instituut
ontvangen
het weekblad gratis.
Advertenties.
f 0,50
per regel. Plaots’ing bij
abonnmeni
volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver-
tenties: Nijgh d van Ditmar’s Uitgevers-Maatschappij, Rot-
terdam, Amsterdam, ‘s-Gravenhage.
24
NOVEMBER
1925.
De meerdere gel’druim.te van de vorafgaande be-
richtsweek was deze week weder geheel verdwenen.
Reeds Dnsdag werd weder 33/s pOt. toegestaan voor
particulier ‘disconto en hoewel daarna de geldmarkt
weder wat gemakkelijker werd, bleven de ‘disconto-
koersen stijf, vooral voor wissels, welke over de jaars-
wisseling heen loopen. Ook prolongatiegeld was duur-
der; geopen.d op 3 pOt., werd aan het einde der week
334 pOt. genoteerd, terwijl gisteren de koers nog ver-
der opliep tot 4 pOt. Alleen caligeld was zeer sterk
en van alle zijde aangboden, zonder eenige vraag
er, tegenover.
* *
*
Op den weekstaat van De Nederlarudsehe Bak ver-
toont de ‘post binnenlaxudsche wissels wederom een,
vermindering, ditmaal ten bedrage van
f
3,8 millioen.
Evenals verleden week is ook thans geen schatkist
papier rechtstreeks bij de Bank ondergebracht; De –
beleeningen liepen van
f
134,2 millioen tot
f
129
nillioen terug. – –
Als gevolg van het in omloop brengen van gouden
tienguldenstukken, waarmede de Bank, zooals bekend,
in
aë
afgeloopen week een aanvang heeft gemaakt, is
de voorraad gouden munt met een klèine f2,7 mii-
– lioen geslonken. Daarentegen geeft de voorraad gou-
den muntmateriaal opnieuw een vermeerdering te
ziek, ditmaal van
f
7,1 millioen. De z’ilvervoorraad
steeg.met een goede
f
200.000. De post papier op het
‘buitenland vei-meerderde met een kleine
f
200.000,
terwijl ‘de •diveiue rekeningen ondér hei actief zich
f
300.000 lager stelden dan verleden week.
De biljettencirculatie daalde met f 18,1 millioen
Het tegoed vasi het
Rijk
en de saldi van anderen ver-
meerderden resp. met
f
6,1 millioen en
f
7,4 millioen.
‘Het beschikbaar motaalsaldo steeg met
–
f
5,6 niillioen.
Het dekkingspercentag’e bedraagt nagenoeg 52.
* *
*
De wisselmarkt had deze weekweder een zeer kalm
verloop; de omzetten waren goed, eerder zelfs groot
te noemen, tegen bijna onveranderlijke koersen. Dol-
lars noteerden aanvankelijk 2,4836, in het laatst der
_week 2,48%; en Ponden bleven vrijwel ‘de geheele
week op 12,0434. De stemming was eerder iets vaster
-dan de vorige week en alleen een daling van den goud-
prijs met 34 penny deed in het midden d’er week nog
weder eenig goud toevloeien. Ook de overige wissel-
koersen bleven vrijwel onveranderd, met uitzondering
van Fransche francs, die het koersavance van de
vorige week weder geheel moesten prijsgeven. Geopend
op 10, werd Zaterdag voor 9,70 afgedaan.
LONDEN, 23
NOVEMBER
1925.
Over het geheel genomen was de toestand in de af-
geloopen berichtsperiode beslist gemakkelijker en
ruimer, zoodat geld ,,over the night” op verschillende
dagen weer â 3 pOt. verkrijgbaar was.
Disconto bleef echter vast en sloot zelfs hooger op
.315/is pOt. De -discontomarkt volgt met “spânning de
,geld- en discontopositie in New York, daar men
voelt, dat het van eene eventueele verhooging van
het discontoniveau -in New York afhangt, of de
,,bankrte” alhier dit jaar nog verhoogd zal moeten
worden.
De dollar werd hier eerder iets -duurder op 4,8434,
Amsterdam onveranderd op 12,0434.
–
1034
ECONOMISCH-STATI’STISCHE BERICHTEN
25 November 1925
DE INDISCHE FINANCIËN.
1.
De -voor.loopige ‘vaststelling van debegr oo’tin’g van
Nederland,sc,h-Indië voor let jaar 1926 ‘biedt eene
goede gelegenheid te trachten, opnieuw een samen-vattend oordeel omtrent den ac’tueelen financicelen
toestand van deze gewesten rte vormen. Daartoe be-• staat wel aanleiding, omdat zeer korten rtijd geleden
die toestand door vele deskundigen met bezorgdheid werd gadegeslagen, veler pennen in beweging bracht
en ‘tot een krachtig ingrijpen van de Overheid heeft
genoopt, terwijl ,thans zoo geheel andere geluiden den
boventoon ‘vormen. –
Wanneer men de sombere uitspraken, welke gezag-
hebbende bladen omstreeks 1922 en 1923 pu.bliceer-
den, legt naast tal van redevoeringen, welke dezen
zomer in den Indischen Volks-raad bij de algemeene
beschouwingen over den fi,.nancieelen ‘toestand wer-
den ‘gevoerd, blijft – -ook indien beide groepen van
oordeelvellingen ‘belaiigrijk worden verzacht – no’g
een zoo ‘diepe klove bestaan tusschen het oordeel van
toen en dat van thans, dat de vraag zich op-dringt,
of in het ‘kort tijdsbestek tu’s’schen die jaren de fin’an-
cieele ‘toestand van Indië inderdaad ‘zoo ‘geheel an
ders is -geworden.
De verbetering van den ‘toestand der Indische geld-
middelen in de laatste jaren is inderdaad zeer ‘be-
i’angrijk en blijikt duidelijk bij eene vergelijking tus-schen ide Lanidsachuld aan ‘het einde der jaren 1921
en 1925 alsmede ,b’ussclien ‘de ontwerpbegrootin’gen,
welke ‘voor ‘de jaren 1922 en 1926 werdén opgesteld.
Op ultimo 1921 ‘bedroeg de ‘geco’nsolideerde schuld
van Nederlan’dsch-Indië
f
530 millioen en de vlot-
tende schuld
f
597 millioen, terwijl op ultimo 1925
de geconsolideer’de ischuld
f
1:105 millioen zal bedra-
gen en ‘de vlotitende schuld völgens voorzichtige ra-
ming de
f 100
millioen niet zal te boven gaan. In -de vier jaren, welke tuesch-en de genoemde data liggen
zal derhalve de totaal-schuld met niet meer dan
f 80
millioen zijn ‘toegenomen, niott’egenstaa.n’dte iii -dat
tijdvak een hedrag van rond
f
235 millioen in wer-
ken van iden buitengewonen dienst zal zijn belegd,
zoodat een feitelijke schuldvermin’d’ering van
f
150
millioen ‘haar beslag heeft ‘gekregen. V-çor -de finan-
ciering ‘van ‘het Lan’d is daarbiji van zeer groot be-
lang, dat de ibuite,nspori-ge vlottende schuld van 1921,
welke positieve govaren voor de waar-devastheid van
‘den gulden in’aloot en in hoog’e mate afbreuk moest’
doen aan -de ‘bewegingsvrijheid ider Regeering, ‘geco’n-
soli’deerd kon ‘worden en ‘than-s – tot een aannemelijk
bedra-g is teruggebracht.
De -on.’twerp-begrooting voor 1922 ‘toonde, toen zij
aan “de Staten-Genêraal, werd voorgelegd-, een tekort,
van
f
190.2 millioen, ‘waarvan
f
119.3 millioen ten
laste van den’ buitengewonen. dienst ‘en
f
9.8 tea laste
van dien der vlootuitbreiding kwamen, zooda,t de ge-
wone idienst een- tekort van
f
61.1 millioen uitwe’es.
Dit rtekort was ‘te bedenkelijker, omdat verschillende
belangrijke Landsmiddelen geraamd waren op bedra
1
gen ‘welke – op het oogeublik -dat de begrootin’g in
werking trad — niet ‘meer als volkoriaexi veilig kon-
den ‘worden beschouwd en voor-al moest het ongerust-
heid wekken, omdat de cijfers der zuivere gewone
Lanid’suitgaven, welke in evenbedoel’de outwerp-be-
grootin’g waren vermeld, sedert 1916 een voortduren-de stijging ‘toonden:
1916..;. f 220
millioen
1920…. f 454
millioen
1917…. ,, 241
1921….
458
1918… ,, 275
1922….
513
1919…. ,, 359
zoodat alle :reden bestond voor de vrees, dat de ont-
vangsten en de : uitgaven vaa den ‘gewonen ‘dienst
steeds verder van elkaar ,zouden ‘geraken. Het Miniaterieel -ontwerp der begrootin’g voor 1926
toqn’t, daar tegenover ‘slechts een
,, tekort van
f
52.2
millio’en, waarvan’
f
45.9 millioenr voor rekening van den buitengewonen 1di6st en
f
7.1 mi-ilioen ten laste
der vloot’uit’brei’ding komen, zoodat’ de gewone dienst
nog een overschot van
f
0.8 millioen laat. De in dit ontwerp opgenomen raming der middelen is in het
algemeen zeer veilig en verschillende posten daarvan
zouden, volgens de vooruitzichten van ‘het oogeubli-k
voor verhooging ‘vatbaar zijn. Ook ‘blijkt uit de voor-
loopige uitkomsten voor 1923 en 1924 en d’e ramin-
gen voor 1925 ‘en 1926, dat van een’e verontrustende
toename der zuivere gewone Lands-uitgaven ‘geen
sprake meer is:
1923…. f 429
millioen
1925…. / 408
millioen
1924…. ,, 397
1926…. ,, 418
De ‘hier ‘gereleveerde fei’ten stellen buiten twijfel,
‘dat een zeer groo’te verbetering van ‘den finaricieelen
toestand is ingetreden.
Aan de vraa’g, -of de thans bestaande toestand in
absohuit-en zin ‘al’s gunstig of -als onbevred-igenid moet
worden beschouwd, moge eene korte ‘uiteenzetting
vooraf gaan van de omstandigheden, -welke die ver-
betesin’g mogelijk maakten en van de maatregelen, waaraan het te danken is, dat zij intrad.
Natuurlijk heeft het algemeen verloop van de eco-
-no-misc’he depressie, ‘welke in het tweede semester van
1920 na een betrekkelijk korte peri-od’e van ongeken-
den ‘voorspoed in In’dië in-trad, ‘het beeld van die
Landsfin-anciën in ‘belangrijke mate beïnvloed, doch
alvorens inader in te gaan op -den invloed van ‘de con-
junctuur op enkele elementen van ‘het bud’get, moge
aan de ‘gevoerde financieele politiek aandacht wor-
den geschonken.
Vooropgesteld wordt ‘daarbij, dat bij eene normale
ontwikkeling der volkshui-shoudin-g het Indisch buci
–
get van jaar tot jaar ihoo,ger.e eindcijfers moet toe-
nen: ‘de -zeer onvolledige en veelal ‘extensieve exploi-
tatie ‘van de hulpbronnen van hot Land en de geringe
ontwikkeling zijner bevolking brengen mede, dat zoo-
wel voor de productie al’s voor ‘de consumptie een
groote uitbreiding ‘mogelijk is. ZQowel het toenemen.
‘der -productie als h-et ontstaan en de igroei van
hoeften -op materieel en cultureel gebied dwingen -tot
ver’breedin’g en verdieping van ‘de Ovenlhei’d-staak, zoo-
dat d-e ontwikkeling van
–
het Land in ‘het al-gemeen
met een stijgend Lan’ds.budget moet samen gaan. Dit is op elchzelf indetis bijzonders, doch er ‘dient op ge-
wezen,, dat zoo-wel de kosten van elk onderdeel van
Overheids-zorg als de bijdragen aan de Landsmidde-
len, per hoofd der bevolking, nog zoo gering zijn, ‘dat
‘de jaarljksch-e groei van het budget, welke uit do
ontwikkeling van Indië voortvloei-t, in verhouding
tot elk ‘vorig jaar telken.s zeer -groot -moet schij’nen,
ook indien de ‘toeneming der -ove-rheidsbemoeiin’g
geenszins ‘te omvangrijk voor de oms-tandig’hedeu is.
D-e aanwezige tendens tot ‘-snelle uitzetting van
‘het ‘budget betreft ‘zoowel de -zijde ‘der uitgaven als
die ‘der ontvangsten en vormde ‘op zichzelf bij de po-gingen tot herstel van het begrootin’gsevensvich-t een
guns’ti’gen factor. Ee.nerzjds bleek -het mogelijk, door
uitbreidin’g van ‘het belastingstelsel, verzwaring ‘van
de bestaande belastingen en meer intensieve heffing
daar-van. de ontvangsten te verruimen, terwijl ander-
zij’ds gelegenheid ‘bestond, ‘de expansie der uitgaven
gedurende een aantal opeenvolgende jaren tegen te
houden.
De &phrëngst der belastingen ‘beliep in de jaren
na 1918: –
1919…. f 169.8
millioen
1923… . / 295.7
millioen
1920…. ,, 198.8
,,
1924
…..,
311.6
1921
…..
327.8
,,
1925….
265.8
1922….
396.0
,,
1926….
274.1
Her iis aan de hand d’er ibesdhi’kbare ‘gegevens niet gemakkelijk, zich een d’uideljic beeld van ‘de beteeke-ni’s dezer verhoogde bel as’tin’gopbren’gst -te vormen.
Ook in Indië heeft het economisch leven sterke
schommelingen -getoond en ook daar hebben enkele
– nauw met de eischen van ‘de oorlogs- en naoor-
‘l-ogsjaren ‘venban’d h-ou,dende – tijdelijke heffingen
gewerkt, terwijl de hervorming van h’et belastings’tel-
-sel ‘achterstanden medebrac-ht, wier ontstaan en ge-
25 November 1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1035
l6delijbo oplossing de belastingopbrengsten -der op-vQlgende jaren in zeer uiteenloopende richting beïn-
vioedden.
Na uitschakeling van de oorloigswinist’belasting le-
vert echter ‘het jaar 1919 een ‘gegeven, dat niet onge-
schikt is om met de ramin’g voor 1926, waarop de
zooeven genoemde storende factoren ‘geen belangrij-
ken invloed meer uitoefenen, te ivorden vergeleken.
Alscian ‘blijkt,, dat tegenover een belasrt,ingopbrengst
van
f
144.7 miljoen voor 1919 een geraamde op-
brengst van
f
274.1 millioen voor 1926 kan worden
gesteld, zoodat na zeven jaren de rtotaal-opbrengst
der belastingen met ongeveer 90 pOt. ‘is ‘toegenomen.
Het is ,n’iet wei mogelijk vast te ‘stellen, welk ge-
cleol’te van deze toename als gevolg van de econo:ml-
sohe ontwikkeling in de jaren na 1919 mag worden
beschouwd, doch het is aan ‘geen twijfel onderhevig,
‘dat het belangrijkste gedeelte daarvan uitvloeisel van
beliustin’gverzwaring is. –
Deze verruiming der middelen was voor het groot-
ste igodeelte in de jaren 1919
tt
1921 voorbereid; in
de daarop volgende jaren heeft ide Indische Regee-
ring Rare opmerkzaam’heid in de voornaamste plaats
aan de ui-tgavenzij’de der •begroQtin’g geschonken en
eene belangrijke verlaging der uivere gewone lands-
uitgavn tot stand gebracht:
Gewone
Daar tegen-
Zuivere
• -Jaar
Lands.
overstaande
gewone
•
uitgaven
ontvangsten Landsuitgaven
Millioenen guldens
•
1921
610
74
536
1922
566
70
496
1923
492
63
429
1924
468
70
398
1925
485
77
408
1926
498
80
418
Voor een klein gedeelte werd dit bereikt ‘door op-
voering van tegenover ‘de uitgaven gestelde ontvang-
sten, •o.m. doordien zooveel mogelijk overgegaan werd
tot verhooginig van ‘vergoedingen, waar het Land voor
bepaalde diensten aanspraak ‘kan. doen ‘gelden, ‘doch
‘de daling ‘der zuivere ‘gewone uitgaven is, zooals ho-
venstaand staatje aantoont, hoofdzakelijk het gevolg
van, vermindering der .uitgaven. De u’it ‘deze cijfers
sprekende bezuiniging kan slechts op haar juiste
waarde worden geschat, indien er rekening mede
wordt ‘gehkuden, ‘dat verschillende soorteit van uitga-
ven -niet voor vermindering vatbaar zijn, ‘doch inte-
gendeel van jaar tot jaar hoogere bedragen vorderen, zoodat voor het bereiken van ‘de sedert 1921 verkre-
gen vermindering der iuivere gewone Lan dsuitgav’en
et
f
118 millioen, heel wat meer dan ‘dit hdrag
mbest worden uitgespaard. IndienT,de belangrijkste
‘derven,bedoe1de: uitgaven buiten beschouwing wor-
‘de ‘elatei, nl. die voor rente en aflossing van schuld
en voor pensioenen, bedragen de overige zuivere ge-
wone uitgaven voor 1919
f
433.4 millioen, voor 1924
,f
214.5 millioen en vobr 1926
f
284.3 millioen, waar-
uit volgt, dat voor •de jaren 1921 tot en met 1924 op
deze uitgaven een besparing van rond 35 pOt is ver-
kregen, terwijl in 1926 de uitgaven 4 pOt. meer zul-len bedragen dan in 1924.
Gaat men nt, ‘hoe deze izeer belangrijke verminde-
ring der land’suitgaven is bereikt, ‘dan bljkV ‘dat daar-
bij eene verlaging van de personeele uitgaven een
belangrijke rol heeft gespeel’d. In de jaren 1920 en volgende werd toch ‘boven de bezoldiging aan alle
Land,sdienaj’en een ‘duu.rtetoeslarg uitbetaald, waar-
mede in 1021 ccii ‘bedrag van -rond
f
80 miuioen ge-
môei’d is ‘geweest. Deze toeslag is geleidelijk vermin-
derd igeworden en ten slobte – tot een totaal van
omstreeks
f
18 miljoen – in. eene algemeene her-
ziening der salarissen, welke in ‘den aanvang van 1925
haar beslag heeft gekregen, opgegaan. Doordien een
geceelte van den -duurtetoeslag ten goed’e kwam aan
personeel bij ‘de monopoli-es, ‘de produeeeren’de dien-
sten en ‘de bedrijven is ‘de vermindering der perso-
neelsuitgaven met rond
f
62 miljoen niet geheel als
‘bezuin.i’ing- op dek ‘gewonen dins-t te bechouwe1,
doch het is aannemelijk, dat van ‘de vermindering der
zuivere gewone uitgaven omstreeks
f
45 millioen uit
de intrelcking van den druurtetoeslag voortvloeit.
Ook ‘heeft een belangrijke vermindering van de
sterkte
–
van het Lan’dspersoneel haar beslag gekregen.
Van ‘groot belang is daarbij eene beperking van de
legerstrkte geweest. Aan -de’zen factor, sa.mengaande
met eene tot het uiterste doorgevoerde versobering
van het leger en de reeds genoemde afschaffing van ‘den duurtetoeslag, is het te ‘danken, dat •de gewone
uitgaven op het hoofd Oorlog van
f
102.1 millioen
in 1921 tot
f
62 mil-lioen in 1026 zijn gedaald.
Het burgerlijk personeel werd evenzeer aanzienlijk
ingekrompen, ‘zooaiis de volgende
cijfers,
ontleend aan
het ,, Statistisch jaaroverzicht voor Ned erlan-dsoh-
Indië 1022123″ toonen:
1914
1919
1923
1924
Hoogere ambtenaren ..
2259
2970
3689
3407
Ambtenaren in middel-
bare betrekkingen .
9033
13147
17210
16948
Lager personeel ……
44739
59370
79696
74340
Deze personeelsinkrimping heeft -bij alle groepen
van uitgaven ‘haren invloed doen gelden, doch zeer
in het bijzonder was ‘dat het ‘geval bij de politioneele
u’i’t’gaven, welke van
f
22.0 millioen in 1921 tot
f
16.7
millioen in 1926 daalden, alsook bij ide uitgaven voor
-de bedrijven. –
Voor, een ‘belangrj’k gedeelte is de vermindering der
gewone ijitgaven voorts gevonden bij den dienst der
burgerlijke openbare werken, waarvoor in 1026 onge-
veer half zooveel wordt bestemd als in 1921 werd
uitgegeven. Wel is ‘deze bezuiniging grootendeels als
een uitstel van ‘den bouw van noodige werken voor
de.0 openbaren dienst, als ‘scholen, kantoren, ‘gevan-
genissen, woningen ens. en van ‘den aanleg van we-gen en ‘bruggen, te beschouwen, doch voor een niet gering gedeelte is zij het ‘gevolg van het streven, de
oprichting van bouwwerken tot ‘het allejnoodzake-
lijkste te beperken en aan ‘deze werken lagere eischen
te stellen, dan te voren wel liet geval was.
Een ander gebied, waarbij. de doorgevoerde ‘bezui-
niging. onmiddellijk uit de specificaties van de out-
werp-begrooting blijkt, is dat van het plaatselijk en
gewestelijk zelfbestuur. Door ‘beperking van de bij-
dragen uit de algemeene middelen aan de zgn. locale
ressorten, -de •gewesten en gemeenteni, is de Lands-
begrooting sedert 1922 rond
f
9 millioen verbeterd
en werden -deze reesorten igedwongen ‘hunne uitgaven
naar mogelijkheid te ‘beperken en in meerdere mate
daarvoor in eigen kring ‘dekking te zoeken.
Het is niet mogelijk en ook niet -nioo’dig, na te gaan
welken invloed de ‘bezuiniging op de vele nog niet
besproken on’derdeelen van het arbeidsveld -der Over-
heid heeft gehad, ‘doch het is voldoende vast te stel-
len, dat ide strenge beperking ‘der credieten voor eIken
dienst en voor elk ‘dianstonderdeel ‘en de intensieve
examinatie van alle begrootin’gsbij dragen allerwege
nar doeltreffender werkivijzen ‘deed omzien en tot
resultaat heeft gehad, dat in een beperkt aan-tal jaren
do kosten der gewone huishouding tot het peil ‘der
daarvoor beschikbare middelen werden teruggebracht.
Dit resultaat is mede voor een ‘belangrijk gedeelte
t’e ‘danken aan de zeer strenge rantsoeneerinig van den
bui’tengewoneu ‘dienst. In de jaren 1917 tot en met
1021 waren de uitgaven ‘voor dien ‘dienst ‘sprongsge-
wijze omhoog -gegaan: 1917
f
40 millioe,n, 1018
f
70
millioen, 1910
f
08 millioen, 1920
f
130 millioen, 1021
f
100 millioen, doordien de verkeersbedrjven (havens,
spoorwegen en post-, telegraaf- en telefoo’n.d ienst)
steeds hoogere eischen voor uitbreiding en vernieu-
w’inig van materiaal stelden en ook op andere ge’bie-
‘den een sterke aandrang tot heb doen van buiteng’e-
wone uitgaven bestond.
Inmiddels ‘drukte – ook voor buitengewone uitga-
ven, die op -den duur volledig rendabel worden – de
rente van de belegde kapitalen onmiddellijk in volle
zwaarte op den gewonen dienst, ‘wiens post voor rente
1036
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
25’November 1925
‘en af.losing van schuld van-
f
203 millioen in 1919
‘ot f44
mi’llioen in 1920 enf 78 miljoen in 1923
steeg, torijl aanvankelijk van eene verruiming van
inkomsten uit clie groote kap itaaisuitgaven zeer wei-nig was te ‘betpeuren. Vanaf 1922 werd de buiteoigewono dienst in hoofd-
zaak beperkt tot ‘de voltooiing van onderhauden wer-
ken en uitvoering van hetgeen tot instandhouding
vafl het bestaande -noodig was, waardoor -de uitgaven
voor dien dienst in 1922 tot
f
92 millioen en in 1923
tot
f
65 miljoen daalden, terwijl in elk der )aren
1924 tot en met, 1926 met omstreeks
f,
41
miljoen zal
worden volstaan.
Op deze wijze is ‘bereikt, dat de rentepost van den
g€nvonen dienst na 1924 slecht,s langzaam behoefde
te stijgen en deze stijging iis buitendien zeer ver-
traagd, doordien de diensten van 1922 tot en ‘met
1925 voornamelijk als gevolg van de invordering van
belastingen over voorafgaande jaren belangrijke over-
schotten leverden, welke tot verminclerinig van de
vlot’ten’de schuld strekten.
Zooals reeds terloops werd ‘opgemerkt, is het ver-
iôop van de conjunctuur mede bevorderlijk geweest
aan de verkregen verbetering van den financieelen
toestand. In het, ‘bijzonder hebben daardoor de over-
schotten van de bedrijven en do produceeren-de dienst-
takken in de jongste jaren hunne vroegere beteeke-
Bis
voor do bestrijding vaa de uitgaven van den ge-
wonen dienst voor een IbAngrijk ‘gedeelte herkregen.
Ook bij •de ‘groepen ,,Producten” ‘en ,,Bedrijven”
houdt de Indische bogrooting tot -dusver uitsluitend
rekening met ‘bruto “ontvangsten, uitgaven en voor-of nadeelige bedrijfsoverscho’tten. Dat op die wijze,
in het bijzonder ten aanzien van bedrijven, waarin
groote kapitalen ijn vastgelegd, slechts een zecr on-
zuiver ‘beeld wordt gegeven van hunne feitelijke- be-
teekenis voor het budget, behoesft nauwelijks betoog
en hierin is reeds jaren geleden ‘aanleiding gevonden
om aan de ‘begrootingsbesc’hei-den commercieel opge-
zette berelceningen met betrekking tot de voornaam-
ste
bedrijven
toe te voegen, terwijl de onlangs door
•den Vol’ksraad behandelde bedrijrrenweb bedoelt, ‘de
op ‘technisch juiste wijze berekende cijfers omtrent
kapitaalaanwas of vermindering en omtrent winst of
verlies dezer
bedrijven
deel van de Laudsbegrooting en
begrootingsreken’ing te doen uitmaken. Een. en ander
neemt niet weg, dat het verloop van de bruto-over-
schotten ‘der ‘kasrekening van de
bedrijven
en produ-
ceerende diensten vsn ‘groote beteekenis voor
.
-den
financieelen toestand van het La:n’d blijft
,
en deze
cijfers vormen voor de beantwoording van d’e vraag,
waaraan ‘de geconstateerde verbetering van den finan-
cieelen toestand is te danken, alleszins bruikbare ‘ge-
geven’s.
De zgn. malaise der jaren 1921,1922 en 1923 bracht mede, dat ‘do afzet van verschillende producten, waar-
bij het Indisch. Gouvernement rec’htstrekscb, belang
lieeft: tin, -steenkolen, ‘hout, cao•utchouc en’s, veel te
wenschen overliet en’ -dat’ daar-voor lage
prijzen
wer-
den behaald, terwij1 daarvan tevens een. uitvloeisel
was, -dat de verkeersbedr-ijven sterk dalende inkomsten
vertoonden, t’erwijl de uitgaven nagenoeg -op pei] ble-
ven of zelfs aanv-nkelij’k nog toenamen. Met ‘het verbeteren van den economischen toestand
in 1924 en 1925 zijn -ook ‘de saldi der producten ‘en
bedrijven door toeneming ‘der ontvangsten en veelal
ook door belangrijke daling der uitgaven zeer veel
gunstiger geworden, zooals uit het volgende overzicht
blijkt. –
Aan -dit overzicht is -een tweetal kolommen toe-
gevoegd om de zeer ‘belangrijke ‘doch tevens uiterst
wisselvallige en voor 1925 en 1926′ opzettelijk laag
geraamde uitkomsten van liet tinbedrijf uit te scha-
kelen. Alsdan blijkt ‘duidelijk, ‘dat de ‘overige produc-
ten en bedrijven, na eene zeer bedenkelijke – i,nzinking
in de jaren 1921 en 1922 zich in -de daar-op volgende
jaren ‘belangrijk ‘herstelden en voor 1925 en 1926 meer
bevredigende bijdragen aan de Landamiddelen zullen
Hiervan
–
Totaal.
saldi’
‘ .
saldi met
van het
uitzonde-,
tin-
ring,
bedrijf
van tin
Millioenen guldens
1920
37.3
10.0 ‘
47.3
19.8
27.5
1921
–
1.7
6.5
28.2
9.2
19.0 1922
23.4
10.8
34.2 –
19.8
14:4
1923
40.8
24.1
64.9
35.6 –
29.3
1924
60.3
33.2
93.5
‘ 49.9
43.6
1925
43.5
31.8
75.3
31.2
44.1
1926 – 446 36.1 – 80.7 31.8 48.9
afdragen. Wel is ‘de invloed ‘van de groote kapi’taals.
uitgaven, voor de havens en de -spoorwegen in ‘het
tijdvak na 1910, waardoor thans uit de algemeene
middelen in den -vorm van rentebetaling ‘der Lands-
schulden een ‘aanzienlijk ‘grooter offer voor haven-
veniwezen en -de spoorwegen wordt gebracht, -dan vroe-
ger het geval was, nog niet teniet gedaan, ‘doch op
zichzelf was de verbetering der overschotten een be-
‘langrijke factor voor ‘het herstel van het budget, dat
niet in -de laatste plaats door de voorafgegane daling
dezer overschotten zoo zeer in moeilijkheden was ge-
komen
– ‘
V. D. BUSSOHE.
(Wordt vervolgd:)
DE S’OVIETS EN EET RECHT.
Remota ïtaque- justitia, quiicl sunt regna
nisi magna Iatrocil]ia. – Augustinus ,,De
civ.itatei Dci” IV, 4.
Er wordt de laatste weken cciie merkwaardige po-
lemiek gevoerd in de Engelsche pers (Financial
Times,’Times, Morning Post ens.). Er zijn daar name-
lijk stemmen ogeg’aa.n, die protesteerden tegen het –
feit, dat het Rusiiéche gouvernement op de Engel-
sche markt groote hoeveelheden petroleum brengt, die
afkomstig zijn k’aiï ii Rusland verbeurd vorkl’aa±de
eigendommen, welke vooi een groot deel aan E’hgel-
sche en andere bu’i-tenlandsche maatschappijen toe-
behoorden. Nadat •clerhaiije – aldus -dergeljke pro-
teseu — de vroegere eigenaren onrechtmatig uit
hunne bezittingen zijn gezet, w-or-dên thins de pro-
ducten van -dcie bezittingen ver önder de reëele
waaide aan den man gebrcht en -dë ,uit’geschudde
eig’eiiaars Tijden andermaal gevoelig –
–
verliezen door-
dat, de piijzeu van hunnë overige producten, afkom-
stig van buiten Rusland ”erkregen concessies,- kunst-
matig worden gedrukt. .
In de ,,Mo’rning’Pos’t” van 11 dezer
–
wordt een&po-
ging gedaan- om de groeiende erohtwaardiging van’
het E’ngelsci’e publiek, te bezweren; Het’:,,Anglo-. Russian ‘parlinmentary Committee” brengt daar hij
monde van ‘den heer W. P. Goates ‘een argument :in
het ‘debet, ‘dat volgens ‘dezen to’tdusverd oor” de inge
zonden-stukkeii-schrijyers wercF verg’eten,, hoewel het
hek-end ‘is aaui
–
den ;,merest
.
tFro
i
;
-,deh’ eersten ‘den
besten heginneling, ,,in forign’ affairs” Dit argu-
ment, dat ovct het hoofd iou zijn- gezien; ‘Tu.iid,t ‘aldiîs:
elke fouve ciiie staat heeft het onwraakbare recht, oi’n
voor
–
iju eigen – gron-dgehi’ed’ de w’etgevin-g te makei
clie hij geweuscht acht oh geen vreeihdoljng. kan
–
zich
hierover beklagen, zoolang die wet even” goed -op eigen
onderd’an’en als op hem wordt toegepast,
Ik vind dit betoog van het ‘Oommittee de aandacht
waard. Niet allereerst ‘omdat ik het op zichz’elf be-
schouwcl van groote ‘beteekenis acht. Maar om-dat hier
eene poging ‘wordt gedaan de houding der Russische
regeering op intennationaalrechteljke gronden goed
te praten; omdat hier nu eens niet wordt betoogd,
dat men ,,maling” heeft aan het geheele bouirgeois-
Europa en eenvoudig wegpakt wat men grijpen kan,
maar,. -onder aanhaling nog wel vn uitspraken van
Engelsche staatslieden van den eersten rang (Coates
citeert Canning en Lloyd George), getracht woidt de
gedragslijn van het Russische gouvernement ‘te, ver-
dedigen ‘met juridische argumenten. Ik neem, aan
genaa-m verrast, van ‘deze
houding
acte en waag op
mijne beurt eene poging, het committee ervan’ tô over-
Saldi
Saldi
Jaar
pro-
bedrijven Samen
ducten
25 November 1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE ;BERICHTEN
1037
tuigop, dat het ietwat laatdunkend aan.gedragerr’argir,
ment den toets der juridische critiek niet kan .dooi-
staan. –
Do theorie, in het ingezonden stuk in de ,,Morning
Post” ontwikkeld, is inderdaad aan eiken begineling
op het gebied van ,,foreign affair&’ bekénd. Maar
men behoeft niet veel meer dan ‘een beginneling te
zijn om te weten, dat deze theorie gedurende eene
lange reeks van jaren èn door de practijk èn door de wetenschap van het internationale recht is gewogen
en te licht bevonden. Geen wonder. De ieei, Idat een
der kenmerken van een staat gelegen is in het hebben
van ,,souvereiniteit”, van ,,onafhankeiijkheid”, van
– om het eens negatief uit te drukken – het
niet
verplicht zijn om aan eene hoogere aarcische macht’
rekening en verantwoording af te leggen van doen en
laten, is. eeuwen oud en wordt ook
01)
den dag van
heden •door niemand geheel ontkend. Maar reeds in
die oude tijden rees bij sommige schrijvers twijfel, of
souvereiniteit nu wel beteekende ,,le droit et le pou-
voir de
tout
faire”. en •er waaen er die erkenden, dat
.,sovereignty was limited by the law of God, the lan’
of nature and the law of nations”. Vooral echter
onder den invloed van absolute monarchen maakte de
meening, dat de staat
alles
mocht doen, niet enkel ten
aanzien van peiuonen en voorwerpen op eigen terri-
toir, maar ook ten aanzien van andere staten en hun
onderdanen, opgang. Merkwaardig en zeker niet toe-
vallig is het verschijnsel, dat deze opvatting der on-
gebreidelde souvereiniteit het langste stand heeft ge-
houden in het Duitschiand van v66r den oorlog. Maar
ook daar kon zij zich niet handhaven. Hoe langer
hoe moer kwam •de beschaafde wereld ‘tot de conclu-
sie, dat ,,la notion absolutiste de la souveraineté con-
duit logiquement â l’oppression t i’intérieur, t lanar-
chie dans les rapports internationaux, partoüt â lit
reconnaissance du ‘droit de Ja foroe et â la justifica-
tion de l’abus de la force”; dat ongelimiteerde souve-
reiniteit vijandig is aan
elke
internationale Organi-
satie, die immers noodzakelijk met zich brengt cciie
zekere zelfbeperki’ng, een ietsje prijsgeven op het ge-
bied der souvereiniteit. Geen ,,Family of Nations”,
geen ,,volkenreclvt” is mogelijk, als niet de leden dier
familie erkennen, dat er bestaat een zekere ,,stan-
dard of civ.ilized justice”, die onve.reenigbaar is met.
de gedachte, dat elk lid van de familie doen kan wat
hij wil. Dit alles is onlangs nog eens weer glashelder
uiteengezet door den Amerikaanschen hoogleeraar
James W. Garner in het Februarinummer van dit
jaar van ,,The American Political Science Review”
en ter wille van ‘den ,,beginneling”
0])
dit terrein, ver-
meld ik in eene noot enkele oudere bronnen waaruit
ik aanhalingen deed en waajin dezelfde gedachte
vodt uitgesproken.
1)
Men kan bovendien precies
dezelfde idee terugvinden in ‘de ontwikkeling van het
interne en het internationale privaa.trecht van elken
beschaafden staat. Reeds meer dan dertig jaar geleden
besliste de hoogste rechter iq Frankrijk, ‘dat zelfs het
uitoefenen van een
recht
tot schadevergoeding kan
leiden, zoo deze uitoefening ,,dégénèro en alius du -,
droit”; het Zwitsersche burgerlijk wetboek (artikel 2)
bepaalt uitdrukkelijk, dat ,,l’abus manifeste d’uu droit
n’est pas protégé par la bi”.
Zoo
weigert ook de
rechter, geroepen om buitenlandsch recht toe te pas-
seri, overal deze toepassing, zoo dikwijls zij met open-,
bare orde en goede zeden in botsing zou komen en
sommige landen hebben reeds dit beginsel uitdrukke-
lijk in hunne wetgeving opgenomen (art. 30 Em-
fühi-ungsgesetz tot-het Duitsche burgerlijk wetboek).
Toen onlangs bijvoorbeeld.— 23 April 1025 – de
rechtbank van Marseille geroepen werd tot de toepas-
sing van het rcht der Soviets, verklaarde zij woor-
delijk:
,,si le fait de la reecynnaissance de jure ne permet
1)
Oppenheim ,,lnternational iaw” Third edition 1, bi.
32,
])upuis ,,L’organisation internationale et la notion cle
souverainete”, bi.
8,
Borchard ,,The diplomatie protection
of citizens abroad?’, bi.
28.
p1us mix
.tr-ibunaiix franaïs cl’ignorer lajgislation d
Gouvernement des Soviets, 11 laisse aux juges leur droit
sôuverain d’apjiidcier, diins les espèoes qui leur sont
soumises, si les clispositions légales dont ii sagirait de
iaire application sont coutraires & l’ordre public; que tel
est le cas du décret de natïona,lisation qui est invoqué
au procès aotuel”. (Journal Clu,net,
1925,
bl.
393)
1)
Gelijke overwegingen hadden reeds eenige jaren
eerder de rechtbank te Rome tot eene zelfde beslissing
gebracht (Olunet LI, bl. 257). Kortom: noem de sou-
vereiniteit van eiken staat, zijne beynegdheid om 4de
wetten te maken en de maatregelen te nemen, die hij
dienstig acht, een
recht,
gij ‘ontkomt niet aan de con-
sequentie, dat ook van dit recht
misbruik
mogelijk is,
dat ook dit recht zijn grenzen heeft en
moet
hebben
wil de wereld, volgens het classieke woord, niet ver-
worden tot een ,,beilum omnium contra omnes”.
Nu moet echter onmiddellijk worden toegegeven,
dat al staat dit alles vast als een paal hoven water, het vraagstuk der souvereiniteit nog niet, nog lang
niet is opgelost. Immers onmiddellijk dringt zich nu
de vraag naar voren: Hoever gaat dan de souverei-
niteit der staten, tot welke grens mogen zij gaan zon-der ‘dat- van ,,abus da droit” kan worden gesproken?
Op deze vraag, voor de practijic van het volkenrecht
stellig van emineut ‘belang, meent de schrijver in de
,,Moi’ning Post” een antwoord te kunnen geven: elke
staat zou bij de uitoefening zijner souvereiniteitsbe-
voegdheden zeer zeker blijven
binnen
wat geoorloofd
is, zoo hij vreemdelingen en nationaben gelijkelijk be-
handelt. Het ware voor de practijk en de theorie van
het volkenrecht
bijna
te wenschen, dat de geachte
schrijver gelijk had toen hij dit eenvoudig -recept op-diende. Men zou dan ten minste eens formule hebben
die houvast gaf in gevallen van twijfel en arbiters of
diplomaten zouden een ,,passepartout” hebben, die
hun heel wat zorgen zou sparen. Maar zoo eenvoudig
is ‘het vraagstuk nu eenmaal niet en van het oogen-
blik af, dat duidelijk werd ingezien, dat ook de almacht
der staten grenzen kent, heeft men begrepen dat niet
kon worden aanvaard de stelling, hoeveel simpeler
deze het probleem ook zou maken, -dat wat een staat
met eigen onderdanen doet, per se ook geoorloofd is
tegenover vreemdelingen. Toen ruim tien jaar gele-
den de vraag ter sprake kwam naar aanleiding van
het door de Italiaansche regeering ingediende wets-
ontwerp tot monopoliseering van het levensverzeke-ringsbedrijf, of de buitenlandsche, in Italië werkende,
maatschappijen hiertegen niets vermochten, enkel en
alleen omdat de wet ook de Itaiiaansche maatschap-
pijen zou treffen, verhief de grootmeester van het
internationale recht uit die dagen, maître Edoua.rd
Olunet, omgeven door de besten onder zijn paladij-
rica (Asser, Anzibotti,
–
Holland, Lyon-Caen enz..),
zijne gezaghebben d e stem. Een staat, zoo schreef hij in.
zijnq beroemde ,,consultation” van 28 Jauari 1912,
,,heeft de macht om binnen zijn eigen grenzen de et-
ten te miskennen waarop de menscheljke sarnenle
viiag berust: hij: kan de :individn.eele vrijheid onder-
drukken, goederen confisqueeen; maar deze almacht
kan hij slechts uitoalenen tegenover eigen onderda-
nen. Tegeno’er vreemdelingen stelt de
interncrtionale
plicht eene grens aa deze willekeur”. ,,L’Ëtat, tout
en se mouvant h sa guise dans la sphère de son in-
dépendance, no pourra léser les droits acquis paz les
étrangers, au cours de la vie normale de cet état”.
Eigen onderdanen, zoo vervolgt hij, hebben ,,avec ou
sans murmure” te gehoorzamen aan de wetten van – hun land. Maar do vreemdeling behoeft niet zonder
meer te verdragen ,,la violation en sa personne des
droits acquis et de la justice élémentaire. En pareille
occurrence, l’état dont il relèye intervi’ent légitime-ment pour empécher une méconnaissance flagrante
de la bi morale”. De Italiaansche regeeriug heeft
zich dan ook wel gewacht het ontwerp te verdedigen
op de gionden, die ons thans in de ,,Morning Post”
1)
[Het desbetreffende vonnis is besproken op p.t,02 in
het
No.
van
16
Sept.
11.
– Bed.]
L033
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
25 November 1925
-als’ .de . ,,rima -elementa” van –i.nterna1i-onaal -recht
worden voorgezet. Zij pleitte, dat haar wet sleöhts
naat -de toekomst
zag
en niemand iets -afnam wat
–
hij
reeds rechtmatig bezat (annuaire de lgisiation étrah-
gère, 1912, bi. 134). Trouwens, ook Olunet en zijn
staf verkoadigdeu al. wederom niets andrs dan wat
voor en na hen, minder weisprekend maar niet min-
çler- klemmend, was gezegd of zou gezegd worden.
Borchard iii zijn staridaardwerk leert nadrukkelijk: dat
,,the ruiès -of international law in this matter fali
,,w-ith particular severity upon those countries where
,,ldw and administration frequently -deviate from and
,,f all below the international standard of civilized
,,justice; for the fact- that their -own .citiz•ens can be
,,compelled to accept-such maladministration is -not. a
,,criterion for the measure -of treatoient which the
.,ajien can demand”; mijn geleerde Engelsche naam-
genoot betoog-te in zijn ,,International Law” (bi. 495
e.v.). hetzelfde; Borchard leert andermaal, in Augus-
tus 1923, aan Zijne leerlingen in ‘de Haagsche acade-
mie van internationaal recht, dat het waarborgen door
een staat aan vreemdelingen van gelijke rechten als
eigen onderdanen ,,ne doit pas être considérô néces-
sairemont comme l”exécution véritable des obligations
internationales” – (Bibliotheca Visseriana III, bi. 6);
Lapra-delle en P-olitis argumeteeren dit standpunt
helder en afdoende (Recueil des arbitrages internatio-
naux II, bi. 218). En wat wellicht op den man van de
p-ractijk grooteren indruk zal mak-en: Vrijwel iedere
taat heeft met de -daad getoond, -dat de door Olunet,
Borchard en tutti quanti verworpen -leer niet de
zijne is. Graaf Derby neemt reeds in 1876 namens
het E-ngelsche gouvernement tegenover Peru het
standpunt in, dat Engelsche onderdanen beschermd
moeten worden ,,contre toute injustice manifeste h
l’étranger” zelfs als deze onrechtvaardigheid conform
de land’swetten plaats vindt. De Vereenigde Staten
houden keer op keer, speciaal aan – de roerige Zuid-Amerikaansche broederen het beginsel voor: ,,that a
,,government can -not appeal to its municipal regula-
,,tions as an answer to ‘demands for the fulfiliment of
,,international -duties” en beroepen zich hierop nog in
1918 tegenover Mexico, in 1924 tegenover Roemenië.
Nederland volgt precies dezelfde lijn als het in 1918
mede protesteert bij dcii vo-lkscommissaris voor bui-
tenlandsche zaken te Petrograd tegen decreten van
annuleering, inbeslagneming euz. In één woord: de
gehèele practijk van het volkenrecht gedurende de
laatste halve eeuw -is een tastbaar bewijs, dat geen
beroep op eigen wetgeving, ook al scheert deze vreem-
deling- en on-de’rdaan over één kam, kan baten, zoo de
behandeling di-e de vreemdeling ondervond strijdt met
fun-dame-nteele rechtsbeginselen. – –
Maar, zoe zal worden tegengeworpen, in-dien dit
inderdaad met de boeken en de feiten in -de hand niet
is te loochenen, hoe is het dan mogelijk, -dat de heer
W. P. Coates zich voor Zijne leer kan beroepen op
Canning en- Lloyd George? Canning – – in Nederland meer bekend door zijn geestige depêche aan -den En-
geischen gezant in Den Haag, waarin hij den Holland-
ders verwijt ,,to give too little and to ask too much”,
dan al’s autoriteit op het gebied van het internationale
recht – sprak, men gelieve -dit- voor alles te .beden-
ken, den.27en Februari 1823, dus meer dan eene eeuw geleden. Wat eene eeuw beteekent in ‘de ontwikkeling
van de theorie en -de practijk van het recht en spe-
ciaal van het volkenrecht, weet niet slechts de ,,be-
ginneiing” maar ook de leek. Maar zelfs als men dit
niet bedenkt, wordt Can-ning’s uitspraak begrijpelijk,
als men de plaats opslaat waar zij- is te vinden (The
parliamentary debates, published und-er the superin-
tendence-of Hansard, VIII, bi. 294). Het blijkt dan
dat hij in the House of Comm-ons in het nauw werd
gedreven -door cciie interpeilatie- over een Engelsch-
man op wien in Frankrijk maatregelen yan politie
waren toegepast. Dat bij ‘dergelijke kwesties een
minister van buitenlan’dsche zaken zich verdedigt met
erop te wijzen, dat dezelfde maatregelen ‘ook op de
Fransche’n
–
zelf worden toegepett, zoü zeîfs in, 1925
te begrijpen en in 1823 niet a.iiders te verwachten zijn.
Lloyd George sprak, het is waar, niet cciie eeuw en
mer geleden, hiaar den 25en Mei 1922. Maar ook
voor de ‘juiste beteekenis zijner woorden lont,- het çle
moeite, niet genoeon te nëmen met de editie-Coates,
maar op te zoeken The parliamentary debateh, fifth
volume of ‘session 1922, House of Commons, bl. 1461
e.v. Wat blijkt dan? Dat waar het citaat Coates op-
houdt, Liod George als volgt doorgaat:
,,But in section 3 (Cannes resolutions) we say that, although a éouhtry bas a ri-ght ‘to do what it chooses
with the property insicle -its owu jurisdiction, stili,
if
it -is seeking cred,iIs from the rest of the world, it must
either restore property or give compensation.”
En een oogenblik later zegt -de eerste minister tot
het Huis: –
,,The view expressed in the Cannes – resolution was
restoration or compensetion,
whidh -is the principle
of
every civilized Government. 1f a Government take land
or property away it, must compensate, but it -bas the
full right to do that.” – – –
M-ij dunkt dat het gevaarlijk is, d-e verbeurdverkla-
ring -zonder toekenning van eenige schadevergoeding
van eigendommen -die aan vreemdelingen toebehooren,
te willen goedpraten -met een beroep op -de Cannes
resolutio’ns of -op -de speech uit -die dagen van Lloyd
George. Beiden, zou ik meenen, steunen met hun niet
te -onderschatten gezag -de stelling, die heden ten ‘dage
bijna een axioma is geworden: dat -de staat, -die tegen-
ver vreemdelingen in strijd handelt met de meest
elementaire rech’tsbegin’selen, zich plaatst buiten den kring -der beschaafde naties, zelfs al kan hij erop wij-
en -dat eigen onderdanen er niet beter aan toe zij-n,
en dat hij -de ‘gevolgen van, dit isolement heeft te. aan-
vaarden. – –
A. S.
OPPENHEJM.
–
EEN UITSPRAAK VAN HET HOOGGERECHTS-
HOF BETREFFENDE TRANACIES –
–
VAN JAVASUIKER.
–
In ver-band met mijne opmerkingen, -clie eene plaats
vonden in -de ,,Economisc’h-Statistische Berichten”
van 26 Augustus 1925 (No. 504), heeft men mijne
aandacht gevestigd op een artikel van -den heer Th.
Ligthart te Batavia, voorkomende in het Weekbericht
van -de Handelsvereeniging te Soerabaya, van 27 -Juni
1925 No. 25 en op -de nogal agressief getinte weer-
legging daarvan in ditzelfde weekblad -dd. 15 Augus-
.tus No. 32, zijdens den heer B. Rulshoff, President
van de Weeskamer te Batavia. – –
De zaak zelve, waarom het ging, komt in het kort
neer op het volgende: –
Door -de Weeskamer te Batavia, als curatrice in het
faillissement van de Handel Maatschappij ,,Java-
Oversea”, was een proces aanhangig gemaakt tegen
de
N.V.
Handel Maatschappij ,,Liong Bie”, met welke
laatste door de ,,Java-Oversea” verschillen-de tra-ns-
– acties in suiker ‘uit den oogst 1921 waren aangegaan.
De ,,J’ava-Oversea” failleerdev66rdat -de levering der
sujker kon plaats hebben en -de contracten bleven
derhalve onuitgevoerd.
Meetclere contracten konden over en weer langs
den weg van compensatie (er bestonden voor Liong
Bie inkoop-, zoowel als verkoopcontracten met de
,,Java-Oversea”) worden afgewikkeld, ‘doch voor de
overblijvende sommeerde Liong Bie de Weeskamer
overeenkomstig art. 36 -der – Faiil.i-ssementsverordening,
Iui-dende: –
,,Indieu eend veclei-keerige overeenkomst teu tijde van
de faillietverldaring, zoovel door den schuldenaar als
door zijne wederpartij in -het geheel niet of slechts ge-
deeltelijk is nagekomen, is -deze laatste bevoegd, de Wees-
kamer te somrneeren binnen acht dagen te verklaren of zij de overeenkomst gestand wil doen. Indien de Wees-
– kamer
zich
daartoe binnen dien -tijd niet bereid ver-
klaart, is cle overeenkomst ontbonden en -kan -de weder.
partij voor sdhaclevergoeding als concurrent-schuldeischer
opkomen; verklaart de Weeska.mer zich daartoe wel be-
25 November 1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1039
reici, dan is zij verplicht bij clie verklaring zekerheid te
st1len voor (le richtige nakoming der overeenkomst.”
De Weskaieer liet ‘deze sommatie onbeantwoord en
sprak op hare beurt Liong Bie aan voor de betaling van het verschil tusschen de contractprijzen en den
marktpri,j.s, geldende op den dag der faillietverkla-
ring, zich daarbij beroepende op art. 37 der Faillis-
semeutsverordening, dat luidt:
,,Inclien in het geval, bedoeld in het vorig artikel, de
levering van
varen,
die op termijn plegen te worden ver-
handeld
(curs. van rnij, S.), bedongen is tegen een vast-
gesteld tijdstip of binnen een bepaalden termijn, en dit
tijclstip invalt of clie termijn verstrijkt na de 1 ai.11ietver-
klaring; wordt de overeenkomst door de. 1 aillietverklaring
ontbonclett en kan de wederpartij van den gefailleerde
zonder meer vôor sohadevergoeding als concurrent-schuld-
eischer opkomen. Lijdt de boedel door de ontbinding
schade, dan is de vederpartij verschuldigd deze te ver-
goeden.”
In hooger beroep bekrachtigde ‘het Hooggerechts-
hof het vonnis in eerste instantie, waarbij Liong Bie
tot bethling aan ‘de Weeskamer werd veroordeeld,
daarbij bij breedvoerig gemotiveerd arrest uitspreken-
cle, dat ‘art. 37 hier van toepassing was,’) aangezien
de onderhavige contraeten als ,,termijniian’del” te be-
schouwen zijn.
De heer Ligthart nu, van oordeel ‘dat het Hof hier
ten onrechte art. 37 (.instede van art. 36) toepasselijk
heeft verklaard, heeft met zijn artikel voornoemd
eene sterk afkeurende critiek op ‘s-Hofs arrest, ge-
leverd, zich daarbij op het standpunt plaatsende, da
dit hoogste Rechtscollege in Nederlandsch-In’dië,
slechts tot ‘ de door hem bestreden uitspraak heeft
kunnen geraken, door eene onvoldoende kennis van
het werkelijke bedrijfsleven, zooals zich dit gaandeweg
heeft ontwikkeld.
Hij
zegt:
,,Ik twijfel er niet aan, dat de heeren Rechters ook in
het bovenstaande geval het goede hebben bedoeld, ze staan
echter zoover buiten de practijk van den handel, dat ze
niet begrepen hebben hoe een onrecht ze begingen.”
en iets verder:
,,Ret is te betreuren, dat onze Rechters zver van
het leven staan, dat voor zulke doodeenvoudige zaken als
de bovenstaande, allerlei ciepzixuiige juridische betoogen
noodig zijn, enz.”,
waarop de heer Hulshoff antwoordt
,;Primo enz,,
Secundo is het een unicum als een niet-jurist – Direc-
teur van de Javasche Bank – zich in het opnbaax op
jiidisch glad ijs waagt met al de daaraan verbonden
kwade kansen.”
Het ligt allerminst in mijne bedoeling om
mij
te
willen mengen in een strijd tusschen de beide schrij-
vers, ‘daar waar zij het juridische terrein z.g. ‘hebben
betreden.
Indien echter de heer Ligthart wil ‘doen uitkomen,
gelijk Zijne bedeling was, dat het arrest van het
Hooggerechtshof – zooals dit is gewezen – gebaseerd
is op eene praemisse, die bij practijkrnenschen ver-
wrondering moet baren, ni. dt in Indië
geregelde ter-
inijnhandel
plaats vindt, zoo sta ik geheel aan Zijne
zijde.
De heer A. Volz wees er in No. 499 van 22 Juli
reeds op dat de uitspraak was ,,in strijd met de tot
dusverre vrijwel algemeen in handelakringen -op Java
gehuidigde opvatting” en dat heeft de heer Ligthait
van zijne zijde niet alleen eveneens zeer nadrukkelijk
naar voren gebracht, doch hij heeft tevens – -en m.i.
terecht – gewezen op ongewenschte gevolgen, die dit
arrest voor den handel kan hebben.
Ook ik sprak in mijn vorig artikel van de ,,compli-
cati-es welke in cle toekomst (tengevolge van ‘deze uit-
spraak) niet zullen uitblijven”. – – –
Wel merkte ik ‘daarbij op, dat, nu deze uit-spraak
er eenmaal is, het niet anders dan logisch kon worden
genoemd en geheel liggend in ‘den gedachtengang van
het arrest, dat de schadeloosstelling zal worden bere-
kend naar de marktwaarde op den ‘dag van het fail-
1)
[Zie p. 621 in het No. van 22 Juli 11. – Red.]
li’ssement, (imers verondeistald werd; dat debena-
deelde partij zich op dien dag kan indekken), ‘doch ik
voegde daaraan tevens toe:
,,Dit alles echter (het berekenen der schadeloosstelling
naar de marktwaarde op den dag van het faillissement)
– ‘hoe mooi
zich
dit ook laat aanhooren – zal in de practijk, waar er in Indië geen beurs bestaat waar
dagelijks marktprijzen officieel worden vastgesteld en er
‘herhaaldelijk weken verstrijken, waarin ‘transacties niet
plaats vinden – ‘tot eindelooze moeilijkheden moeten
leiden.”
De heer Hulshoff geeft blijk van eene andere mee-
ning ten ‘deze en zegt, ‘dat
,,tenzij groote onkunde, onverschilligheid, dan wel koop-
mansinzicht of speculatiezucht een rol- spelen bij de
.wecierpartij van den gefailleerde – waarvan deze de ge-volgen dan ook maar dient te dragen – er geen billijker,
eerlijker en eenvoudiger regeling dan verrekening van
het verschil tusschen oontractprijs en marktprijs van den
dag te bedenken is.” –
Al zou ik hier t’erloops de opmerking willen plaat-
sen, dat het mij toch niet zoo’n voor-de-hand-liggend
,,eenvoudige regeling” ‘voor een koopman lijkt, indien
deze bij het failliet gaam. van Zijne wederpartj, zoo
maar eens plotseling, – -al moge .d’it ‘dan ook een uit-
leggen van gelden van tijdeljken aard zijn – aooals
in oasu, met ‘het peulschilletje -ad
f
1.119.960 over de
brug moet komen, noo zou ik dit punt verder willen
laten rusten, want idaar gaat het ‘ten slotte toch f ei-
teljk niet om; althans voor
mij
niet.
Voor mij ligt des Pud’el’s Kern niet in het arrest
zèlf (‘dat ik zelfs niet eens een diepzinnig juridisch
betoog zou willen noemen, want het’ is voor ‘den leek
zeer’verstaanbaar), ook niet in de vraag, bf er door
deze uitspraak moeilijkheden voor den handel zullen ontstaan, immers ik herhaal, wat: ik ‘op 26 Augustus
schreef, ni.: ,,’de handel heeft deze uitspraak in hoog-
ste instantie slechts te aanvaarden, zonder ,meer”.
Voor snij ligt ide hoofdzaak e
–
lders, en wel in ‘de
praemisse; in de in het arrest voorkomende woorden: ,,voor de.n! geregelden termijnhandel, zooals die zich hier te lande voordoet”.
En ik meen mij onvoorwaardelijk te ‘kunnen scha-
ren aan de zijde van den heer Ligthart, wanneer hij
bedoelt te doen uitkomen, dat ,,geregelde termijuhan-
del” zich iop Java niet voordoet, m.a.w. op Java niet
bestaat.
Het ‘gaat hier niet om een spelen met woorden, als
waarvan het artikel van ‘den heer H. eenigszin,a blijk
geeft, waar door hem wordt aangehaald, dat
—
getuige
S. het woord ,,termijntr’ansacties” heeft ‘gebezigd, zon-
der dat de heer Ligthart ‘in ‘zijn artikel daarover’ is
gevallen.
(Getuige S. verklaar-de: ,,dat officieus het faillis-
sement al te voorzien was, zoodat men voorzichtig was met afd’oeningen eri spciaal met termijntrans-
acties”).
Het betreft hir niet de vraag, ‘of A., ‘dan wel B.
,,immers zelf” van termijn.transacties heeft gesproken
(toen
hij
-zaken op levering bedoelde. S.)
‘Het door het H’oogerechtsh’of bij herhaling gebe-
-zigde woord ,,Ter’mijnhandel” ‘duidt een inder-daa’d
zeer nauw Iceurig vastgelegd begrip aan,
al wil de heer
H. hiervan niet veel weten en slechts de n,iet-inge-
wijde kan h’et’ ‘ntiord ,,termijn” in, ‘deze ‘samen-stelling
vereenzelvigen met de simpele beteekenis:’ ,,meer ver-
wijderd oogeuibl’ik” zonder meer.
Evenmin ‘als beweerd ‘kan ‘worden, dat “mj±i k’le’eî-
maker – ‘die ‘mij verzekert, mij een maand na bestel-
ling -mijne kleeren -te zullen leveren – ,;zaktiz op ter=
mijn” doet, of’ d’at een automobi-elfabrikant die eene
‘order boekt yo’or levering over zes maanden ,,termijn-
handel” ‘drijft, met even weinig recht ‘kan op Java
worden ‘gesproken van. ,,termijnhandei”, .indien daar-mede wrorden bedoeld, aldaar plaatselijk tot stand
ge-
–
komen transacties in ,eenig product.
Men verwarre toch niet leveringszaken, ‘ofschoon de
levering van het verhandelde aan een bepaalde, ver-
wijdehcje tijdsgrens is gebonden, waarbij kooper en
1040
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
25 November 1925
verköoper aan elkaar bekend
zijn
en elkaar het ver-
trouwen i’iebben geschonken voor de .rioht’i.go afwik-
kelinig hunner wederzijdsche verbintenissen, met ,,ter-
inijnlia.n’de’l”, waarbij ‘de kooper, zoonrol als de verkoo-
per, de bevoegdheid heeft om van dc afgesloten zaak,
naar zijne keuze
cciie
werkelijke leveringszaak
te ma-
ken, van effectief product;, dan wel deze te wijzigen
in ccce
verrekeningszaai.
In de Duitsche handelsteranin;ologie bestaan er dan
ook inderdaad
twee
woordefl voor ‘de twee geheel ver-
schillende zaken; bij de eene, de transactie op leve-
ring, waarbij dus levering en ontvangst der ‘goederen
voorop staat, spreekt men van ,,Zeit-Gesohiift”, de
en dere heet ,,Termin-Gesc.hiift”.
Waarom wij nu met het woord ,,termijn]aandel” in
de
technische
beteekenis niets te maken zouden heb-
ben, waar het Hof toch stelt:
maar niettemin ten aanzien daarvan hier te Jan-
,,le gesproken kan, worden van een geregelden lermijn-
handel, gevormt •door ee bijna dagelijks in (lie waren door tusschenkonist van makelaars tot stand komende
koopen en verkoopen, waardoor zoo niet dagelijksehe en
met ccce beursnoteering gelijk staande, dan toch in elk
geval geregelde (? S.) periodieke prijskoersen
1)
ontstaan, welke aan degenen, (lie in die waren handelen en zeer
zeker aan ce makelaars iii ‘ciie waren, ook zonder of? i-
c;ieele noteering zeer goezl bekend zijn.
,,Dat dan ook deze termijnhandel, enz.”
zal velen niet duidelijk zijn en de heer Hulslroff kan
mi. niet volstaan met ie zeggen: ,,wij hebben zooals
gezegd in Indië alleen te maken met de vraag:
pleegt
suiker
0
1
)
tern’vijn te worden verhandeld.”
,,En om zulks in een blad van den Soerabayaschen
,,handel aan te tooneri, ‘zou gelijk staan met het dra-
gen van uilen ‘naar Athene.”
Ik meen dit laatste te moeten betwijfelen en neem aan, dat velen in den lezers.krin’g van .dat blad, ‘het
juist met vreugde zouden hebben begroet-, ind.ien de
heer H. zich de moeite had willen getroosten,
aan te
toonen,
,,dat suiker op termijn
pleegt
te worden ver-
handeld”; niet te Amsterdam of te New York of in
Kamsjatka, doch ‘in Nederlandsoh-Indië.
De heer Ligthart ont.kent dit en ik met hem.
Ten deze lijkt mij het Hof inderdaad onjuist te zijn
1) . ,,
Geregekle periodieke prijskoerseu” lijkt mij niet over-
matig duidelijk uitgedrukt. Is hier de bedoeling wellicht:
waardoor….dan toch in elk geval geregeld en periodiek
prijskoersen ontstaan”? (S.)
voovgel’icht,, aangenomen, ‘dkt liet voorlioht,ing in ho-
voegde i1crinigen heeft gezocht.
Eenige twijfel hieraan moet wel rijzen dooi- fden
aanviau,g van de in ‘het arrest voorkomende overwe-
ging: ,,dat Suiker
–
gelijk den Ilove uit eigen we-
,,tenschap bekend is
(cursiveering van mij, S.) – be-
,,hoort tot ‘die waren, waarin geregeld termijnhandei
,i.n hovengemelden zin wordt gedreven cnz.”
Ware het juist, zo’oals de heer Hulsh.off ‘zegt: ,,Waat-
,,iedereen
in Indië weet, dat suiker’ een artikel is, dat
,,op termijn pleegt te worden verhandeld, (dus .in ,,Ned.-Indië; wel te verstaan! S.) had het Hof dus
,,een zeer gemakkelijke taak door te verklaren, dat in
;,casu art. 37 toepasselijk was,” ‘dan zoude hij gelijk’
hebben gehad in zijne bewering dat ,,iedere leek in
,,Iuudië vooruit kon begrijpen, hoe de uitspraak van
,,ons hoogste rechterlijke college zou luiden enz.”
Thans is m.i. nôch bij
iedereen
in Iadië de veron-
derstelde wetenschap aanwezig, nch mocht
bij
eiken
leek die vooruitaiei’ide ‘blik ‘verondersteld worden.
Waar die overtuiging
bij
meerdere menschen uit
de practij’k ‘dus ‘niet bestaat, en het ‘hier, ook volgens het oordeel van ‘den heer Hulsh’off geene diepzinnige
juridische kwestie geldt – immers elke leek kon de
uitspraak van het Hof als het ware voorspellen –
ware het wellicht ‘de aangewezen weg, op Java mid-
dels een ,,teat oase” eens te doen uitmaken de een-
voudige vraag, als ‘zood’an’i’g, ,,bestaat er in N.ed.-Tndië
een geregelde termijnh’a.ndel in, suiker (resp. .ini an-dere producten ‘al’s koffie, peper, Ba.nkatin, ,rubbei-,
etc.)”.
Dc ‘handel zou met eene rectht’er.iij’ke uitspraak ge-
baat zijn.
TH. (1 F1.
ST1aBC.
Rotterdim, S November 1925.
HET JAAR VERISLA 0 DER VERZEKER 1NO,S’-‘
KAMER.
II
(Slot).
Thans het levensverzekerin.gsbedrijf nader bekij-
kende, moge dit geschieden aan de hand van de Ver-
zamel-Balans en Winst- en Verliesrekening, die de
Verzekeringskarner ons voorlegt. In ‘deze verzmei-
cijfers zijn, daarop lette men ten ‘deze, allerlei usan-
tiën van waardeering van activa en passiva dooreen
gehaspeld. Men krijgt ‘dus een ‘doorsnee-beeld, waar-
boven sommige ver uitsteken, andere ver onder blijven.
Activa.
Verzamel-Balans
1923
der Nederlandscbe Levens- en Voiksverzekeringmaatschappijen.
Passiva.
Obligo op aandeelen en waarborgiondsen
–
-.
.
f
19.5 miii.
,,
152.1
»
1
Geplaatste aandeelen en waarborgfondsen
f
27.8 miii.
,,
14.7
Effecten
………..
…………………….
Schuidbekentenissen aan Gemeenten, en ……..
,,
‘38.7
Reservenvoorgeidbeleggingenafschrjvingsres
,,
3.5
,,
187.1
Premiereserven
eigen
risico ……………….
429.2
Vaste
goederen ……………………….
,,
38.8
,,
Gereserveerde uitkeeringen
………………..
1.6
,,
33.5
,,
Statutaire en extra reserven
…………….
Winstaandeelen der verzekerden …………
,,
0.3
Hypotheken
………………………….
,,
0.8
Andere verplichtingen aan verzekerden
…..
,,
0.1
Beleening
op
polissen ……………………
Prolongatiën
en
beleeninge,n …………….
,,
3.2
..
1.0
..
Gegeven premiereserve depôts in geld
……..
,,
5.5
,,
Agenten en her verzeker i ngsmaatschappijen
.
–
,,
0.4
0.8
,,
Ontvangen premiereserve depôts in geld ……..
(,,
4.1
..
Kas
en
kassiers
……………………..
,
2.5
,,
Crediteuren
………………………….
,
1.2
Bankiers,
Deposito’s ……………………. Andere beleggingen ……………………..
,,
4.3
,,
Personeelfondsen
……………………….
Andere
verplichtingen
………………….
,
7.1
Agenten, Herverz..maatsch., kantoorincasso.
6.3
,’,
..
..
Onverdeelde
winst …………………….
3.3
,,
,
0.9
Renten
en
huren
te goed
…………………
,,
0.9
Tantimes
en
dotaties ………………….
..,,
5.5
,,
0.3
Debiteuren …………………………….
Andere
activa
…………………………
,,
0.1
Dividenden …………………………….
Belastingen
…………………………
–
‘Meubilair
en materieel
………………
….
Oprichtings., exploitatie- en organisatiekosten
0.3
..
..
f
497.7
miii.
f
497.7
miii.
Verzamel-Winst- en Verliesrekening
1923
Verliezen,
der Nederiandsche Levens- en Volksverzekeringmaatschappijen.
.
Winsten.
Uitkeeringen (na aftrek van herverzekering).
f
23.0
miii.
Lij frenten
(
,,
,,
,,
,,
)
,,
7.6
Afkoopen
(
,,
,,
,,
,,
)
,,
8.1
»
Onkosten……………………………
,,
20.2
,,
0.6
,,
2.5
Andere
verliezen
……………………….
Afschrijvingen
….
…………………….
Vermeerd. d premiereserven (na af tr.
v
herverz.)
32.9
Winstsaido
………………………….
.
8.4
Premiën ii. koopsommen (na aftrek van
herverzekering) ………….. . ………..
.
f
79.7
mill.
Interest en huren
…………………….,,
22.4
Andere winsten
……………………..
..,
1.2
f
103.3
miii.
, – –
f
103.3
miii.
25 November 1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1041
–
In de Balans treft, dat onder de passiva de premie-
reserve de hoofdscho’tel is (429,2 millioen). De daar
–
tegenover staande beleggingen zijn in de eerste plaats
hypotheken (187.1 miii.), effecten (152.1 miii.) en de
•daar tusschen in staande leeningen op schuidbeken-
tenis aan Gemeenten, enz. (38.7 miii.). Beleening op
polissen (33.5 miii.) valt als volkomen risico-vrije be-legging (althans dit behoort zoo) buiten beschouwing,
doch van belang zijn de 38.8 mii]. beleggingen in
vaste goederen.
Hierover zegt de Kamer, dat
incourante
vaste goe-
deren – en als zoodanig noemt men de eigen kan-
toorgebouwen – toch eigenlijk niet als belegging
voor de wiskundige reserve kunnen dienen. Dergelijke
beleggingen behooren meer eigenaardig tegenover
,,eigen middelen” te staan, zooais maatschappelijk
kapitaal en Vrije reserves.
Uit de gegeven
cijfers
volgt, dat dit ook in zeer
vele gevallen zoo is, doch de detailcijfers zouden
leeren, dat niet
alle
ondernemingen dit voorzichtige
standpunt huldigen. In zooverre zal het standpunt
der Kamer wei critiek uitlokken en men mag be-
nieuwd zijn naar de argumenten van de tegenstanders.
Niemand kan ontkennen, dat het standpunt der
Kamer voorzichtig is en voorzichtigheid prediken is
der Kamer taak. Toch zij men met dergelijke
alge-meene
uitspraken voor een levend bedrijf als de
levensverzekering terughoudend. Wat vandaag niet past, kan morgen een zegen zijn. Nog niet zoo heel
]ang geleden was het vaste-goederen-bezit het eenige
bezit der in de inflatie ondergegane Duitsche maat-
schappijen en zelfs al waren dit dan eigen kantoren,
dan nog waren deze de plank van waaraf men den
sprong gewaagd heeft ‘het bedrijf opnieuw op te
bouwen.
Algemeene uitspraken worden zoo licht dogma’s en
ons systeem van wettelijk toezicht, dat op vrijheid
doch ‘openbaarheid berust, is ‘door velen juist daarom
zoo verdedigd, omdat dit het ‘dogmatisme buiten de
deur zou houden.
Bij de winst- en verliesrekening treft vooral de
20 millioen onkosten op circa 80 millioen premie. Dat
lijkt op het eerste gezicht veel. En toch is het dit
niet. Men moet nagaan wat daarmede verkregen is.
Ten eerste, circa
34
milliard nieuwe zaken. Ten tweede, de administratie van circa 234 milliard
bestaande verzekeringen en het beheer van •de circa
34 milliard bezittingen.
Onder die verzekeringen zit een groot quantum
voiksverzekering, dat zijn kleine bedragen tegen week-
premie, waarvan de administratie, doch vooral de
incasso (deze premiën moeten aan huis worden opge-
haald) uit den aard van de zaak zeer kostbaar is.
Het winstsaldo ad circa 834 miiiioen is naar ver-
houding gering, vooral als men bedenkt, dat daarvan
nog maar circa 134 miliioeia is uitgekeerd. Het overige
werd in hoofdzaak gebruikt voor versterking van het
bedrijf, terwijl bijna 3 ‘miilioen ‘op nieuwe rekening
werd overgebracht en dus voor een deel evenzeer zal dienèn voor afschrij ving en versterking.
Alles te zamen genomen kan men zeggen, ‘dat het
le’vensverzekeringsbedrijf in ons land het beeld toont
van een zeer omvangrijk en in wezen gezond bedrijf.
* *
*
Dat kan men van het Spaarkasbedrijf niet zeggen.
Zoo goed als het eerste jaarverslag der Verzekerings-
kamer veel op ‘de spaarkassen had aan te merken,
heeft ook ‘dit tweede verslag nog veel opmerkingen.
Technisch staat ‘het spaarkasbedrijf op een laag
plan. De polishouders ‘dragen èn het risico der beleg-
gingen èn het risico van ,de sterfte. Men zou ‘dit be-
drijf uit dien hoofde welhaast een anachronisme kun-
nen noemen.
Ware het niet, dat een goed geoutilleerd spaarkas-
bedrijf het ‘hare ertoe bijdraagt dat kapitaalvorming
plaats’ vindt, dan zou men, naast eenerzijds de spaar-
banken en ‘an’derzijds de levensverzekering, dit bedrijf
gaarne missen. Zoo is er in vele landen met dwingend
staatstoezicht ook geoordeeld; de meesten verbieden
dit •bedrjf. Motief ‘is veelal, dat er historisch twee
voorbeelden van een analoog, zoogenaamd tontine-
bedrijf te vinden zijn, die tevens voorbeelden van uit-
eindelijke mislukking zijn geweest. ‘V66r de Fransche
revolutie vond de overheid langs ‘dezen weg een mid-
del om aan geld te komen, in de vorige eeuw hebben
de Amerikaansche bedrijven het tontine-denkbeeld
aangegrepen om tot ‘hooge winstvoorspiegelingen te
kunnen komen.
Nu bewijst dat nog niet, dat een derde poging even-
eens mislukken moet. Dat het in Frankrijk ten deele al weder tot mislukking voerde, is voor een niet ge-
ring deel aan de inflatie te wijten en bewijst op zich-zelf nog niet veel.
Theoretisch is het principe nit njuist: men
draagt de spaarduiten in een gemeenschappelijken pot
en verdeelt na verloop van een 15 of 20 jaar den in-
houd onder de dan nog levenden. De moderne tontine laat daarnaast een verzekering sluiten, de z.g. contra-
verzekering, waardoor men bij overlijden restjtutie der stortingen krijgt. Deze contraverzekering loopt
niet voor risico’s van de polishouders, maar voor risico
‘ari de onderneming.
Activa.
Verzamel-Balans
1923
der Nederlandsche ‘Spaarkasondernemingen. –
Passiva.
Obligo op aandeelen en waarborgfondsen. ..
–
f
2.65
mili.
Geplaatste Aandeelenkapitaal, Waarborgfonds
f
‘
3.82
milI.
Beleggingen der Vennootschap …………..
Statutaire Reserven, Extra-Reserven,
Beleggingen der Spaarkassen
…………..
,,
25.21
,,
0.72
Kas, Giro, Kassiers, Bankiers …………..
..,,
4.16
,,
0.60
,,
1.17
Renten
en Huren te goed ………………
,
0.03
,,
Administratiereserven ………………….
,,
0.68
Saldi bij Agenten, Kantoorincasso ……….
,,
0.32 Leeningen, Hypotheken o/g., Saldi van Bankiers
0.77
,,
1.21
‘
Premiereserven ………………………….
,,
0.01
..
,,
0.28
,,
.. Reserven voor Geidbelegging
…………..
Saldi
van
agenten
……………………..
Diverse
Crediteuren ……………………
,,
0.24
Andere
activa
……………………….
,,
5.87
,;
..
..
..
Spaartegoed
…………………………
,,
27.11
Nog te ontvangen administratiekosten ——–
Meubilair,
Materieel
………………….
,,
0.11
Andere
Passiva
……………………..
,,
5.97
Debiteuren ……………………………
Kosten van oprichting en uitbreiding
……
,,
0.24
,,
..
Onverdeelde
winst
……………………
,,
0.06
..
..
Verliessaldo
……………. ……………
,,
0.02
..
..
»
0.15
..
..
..f 40.70
mill.
Dividend, Winstaandeelen,’ Tantièmes ………
f
40.70 mill.
Verliezen.
Verzamel-Winst- en Verliesrekening
1923
der Nederlandsche Spaarkasondernemingen.
Winsten.
Uitkeeringen . ………………………….
Renten aan Spaarkassen ……………….
Wi nstuitkeeringcon traverzek. aan Spaarkassen
Herverzekeringspremiën ………………..
Administratiereservén
Onkösten
……………………………
Andere verliezen ………………………
Afschrijvingen ………..
………………..
Vermeerdering der premiereserven ……….
Winstsalclo ………………………………
Premiën contraverzekering ……………..
f
0.61
mili.
Administratieloon
……………………….
1.59
Intrest en huur
………………………,,
0.16
Andere winsten
………………………..
0.27
1042
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
25 November 1925
Een zeer bijzondere moeilijkheid vormt de liquidi-
teit’s-eisch bij de spaarkassen. Na afloop -van ‘den ter-
mijn toch moet het tegoed der kas ineens in contanten
realisee.rbaar zijn. Als men nu leest, dat er spaarkas-
seri zijn, die overwegend, ja zelfs uitsluitend, kerke-
lijke of schoolleeningen nemen, ja zelfs ‘den bouw van
kerken financieren, dan is zulks principieel onjuist te
achten. Andere maken- er in hoofdzaak werk van
spaarbedrijf en hypotheekbedrijf aaneen te koppelen,
wat, naar de opmerking der Verzekeringskamer, leidt
tot vele hypotheken in kleine plaatsen. Ook hier
schuilen groote liquiditeitsgevaren.
Bij de spaarkassen heeft het Staatstoezicht al reeds
in hooge mate zuiveren-d gewerkt. Onder de noodrege-
ling geplaatst zijn nog maar een drietal onbeteeke-
nende, doch slechts 20 zullen het bedrijf voortzetten,
terwijl wij el eens het dubbele aantal in ons land
rijk waren.
– De Verzamelbalans en winst- en verliesrekening
.moge thans het beeld van het spaarkasbedrijf nader
illustreeren. (Zie pag. 1041): De circa 27 millioen spaargelden ‘in het passief der
balans moge ‘de beteekenis voor de kapitaalvorming
verduidelijken. Dit cijfer zal,
bij
normaal verloop, in
de toekomst nog aanzienlijk kunnen toenemen.
In de winst- en verliesrekening is het meest op-
vallend verschijnsel, dat in totaal de voor administra-
tie ontvangen gelden (1.6 ‘millioen) de onkosten ad
1.0 mill.
‘,riet
-diekken. Nu is het kosten-r’is-ico feitelijk
het eenige belangrijke risico, ‘dat
niet op
de hoofden
van •de polishouders neerkomt, doh op de onderne-ming. En juist hier schiet men tekort. Bedenkt men,
dat de Verzamelcijfers den doorsneetoestand aangeven
en dat verschillende ondernemingen in -dit opzicht
niet
te kort komen, dan moeten er andere zijn waar
de toestand verre van rooskleurig is.
Als de Verzekeringskamer en haar toezicht hier tot
goede retuitaten voeren, zal zij inderdaad een zeer be-
langrijken arbeid ten bate van ‘den Nederlandschen
spaarder verricht hebben. Naar tij zegt, is men op den
goden weg.
–
Gelukt het in Nederland een gezofld spaarkasbedrijf
te vestigôn, dan is zulks een zeer ifrteressan’t probleem,
dat ook buiten onze grenzen dë aandacht zal trekken.
Het zal daarom in hooge mate belangrijk zijn, de ont-
wikkeling van dit
bedrijf
in de toekomst •te blijven
volgen.
* *
*
Uit den aard van de. zaak kan hier nIet op alle
details van het verslag, der Verzekeringskamer worden
ingegaan. Volstaan wij met bovenstaande grepen uit
de-veelheid van problemen die aangeroerd worden.
De ‘totaaliri druk is, dat de Verzekeringskamer een
massa arbeid, en daarbij uiterst nuttigen arbeid, ver-
zet heeft. Er wordt hard gewerkt, met beleid en voor
–
zichtigheid, en dit zal ongetwijfeld het Nederlandsche levensverzekeringsbedrij-f, voorzoover ‘dit zulks noo-
dig heeft;- in hooge mate ten goede komen. De Wet
op het Levensverzekeringsbedrjf, is een dier wetten,
waarvoor wij dankbaar kunnen zijn.
–
–
A. 0. HOL WERDA.
DE TOEPASSING DER EUNSTZIJDE IN DE
– TEXTIEL-INDUSTRIE.
–
‘
II (slot).
Weveri.j.
–
–
De weverj stond aanvankelijk
vrij
koel tegenover
de Kunstzijde. Ook hier waren het de moeilijkheden
van het verwerken, welke van grooten invloed waren. Zooals. vanzelf spreekt, waren het de landen met een
ge.vestigde.zijde-in’dustrie, welke het eerst tot het ver-
werken overgingen, daar zoowel de aiibeiders als de
machines hiervoor geschikt waren. Men maakte er
voerings, satijns, brocaats etc. van, over het algemeen
met Kunstzijden inslag en echt zijden ketting. Het
bleek echter spoedig, dat de vermeende moeilijkheden
niet van zoo’n grooten omvang waren, dat integen-
deel ook. arbeiders, welke tot nog toe steeds met
katoen gewerkt hadden, spoedig wenden aan het wer-
ken met Kunstzijde. Ook de machines voor het katoen-
weven ‘behoefden slechts kleine ondergeschikte ver-
anderingen td ondergaan, om voor Kunstzijde gebruikt
te kunnen worden. Spoedig ging men er dus ook in de
katoendistricten toe over, effectdraden, figuurtjes in
Jacquard-weefsels, strepen ete. van Kunstzijde te
maken, waarbij dan de echte zijde of de gemerceri-
seerde katoen vervangen werd. Dat het hier’bij niet
bleef was te verwachten; het verkregen effect was
van dien aard, dat ook het succes van een grootere
toepassing dan bovenstaande met vol -iertrouwen kon
worden tegemoet gezien. De ketting van katoen werd
geheel of
–
gedeeltelijk vervangen, waardoor het uiter-
lijk en daarmede de verkoopswaarde aanmerkelijk ver-
beterd werden. Het zou ondoenlijk zijn ook maar bij
benadering het aantal en soort der artikelen op te
geven, waarbij de Kunstzijde thans in de weverj
gebruikt wordt. Beperken wij ons slechts tot eenige
fancy-goederen als blouse-stoffen, overhemden-stof-
fen, japonstoffen, voerings en gordijnstoffen, bed-
spreien etc. Verder voor sarongs en slendangs, export-
artikelen voor geheel Afrika, Indië, etc. Het aantal variëteiten bij de toepassing in de weve-
rij is zoo mogelijk nog grooter dan in de breierj.
Allereerst bijv. door het gebruik naast elkaar van
Kuustzijde van twee verschillende groepen. Verwerkt
men bijv. in een stuk katoen, Viscose zijde en acetaat-
zijde in ongekleurden toestand, dan zal bij het verven
op de verfbak de katoen het iichtst aanverven, de
viscose-zijde iets donkerder, terwijl de acetaatzijde
niet, of zoogoed als niet gekleurd zal zijn. Hiervoor
moet men weer speciale kleurstoffen gebruiken. Kiest
men deze dan z66, dat zij wel de acetaatzijde en niet
de viscosezijde en katoen of omgekeerd aanverven, dan
kan’ men in één stuk, dat men wit geweven heeft,
meerdere kleuren bereiken. Dit is nog. -uit te breiden,
wanneer men ook nog woh of echte zijde in hetzelfde
stuk verwerkt, die weer anders aanverven dan de
vorengenoem’de en men dus , weer- een andere kleu
kan geven (z.g. cross-dyeing). Deze methode van wer-
ken, waarbij men dus in één stuk, door het gebruik
yan verschillende kleurstoffen verschillende, geheel
uiteenloopende nuances kan bereiken; heeft ontegen-
zeggelijk een groot voordeel. Hierdoor is het nl. mo-
gelijk, dat de weveralles in wit weeft, dus geen voor-
raad behoeft te houden van de verschillende kleur-
combinaties, doch naar’ behoefte de witte stukken in
deze verschillende kl-eurcombinaties kan verven. Ver
der voorkomt hij het verwerken van geverf-de garéns,
wat steeds duurder is, dan het verven in het stuk en
bovendien soms moeilijkheden met zich brengt. In
den laatsten tijd zijn vaak gabardines en molinées
ge-
–
maakt, waarvan de ketting bestond, uit wol, samen-
getwijnd met Kunstzijde. Bij het verven bleef de
Kunstzijde ongekleurd, waardoor men een zeer aardig
effect veikieeg.
Het zou te ver voeren, alle mogelijke variaties op
te sommen, doch uit bijgevoegde grafische voorstel-
ling blijkt duidelijk de enorme toename van het Kunst-
zijdegebruik, zoowel in de katoen- als zijdeweverj.
– Ook de vitrage-industrie heeft kunstzijde goed op-
genomen, zoodat men er thans zeer veel gordijnen
van ziet gemaakt, welke gezocht zijn door hunné mooie
ivoorkleurige tint. Natuurlijk leenen deze er zich
ook voor, om in alle mogelijke lichtechte nuances ge-
verf d te worden.
Band en lint.
Een van de branches, waar de Kunstzijde de andere
textieivezels practisch geheel verdrongen heeft, is de
band- en lintindustrie, en wel speciaal in dat onder-
deel, hetwelk het tres-bau-d, de. soutaches e.d. maakt.
Ook in de elastiekfabricage is de echte zijde bijna
geheel verdrongen, daar het ‘bereikte effect minstens
zöo mooi is en veel minder kosten met zich brengt.
Veelvuldig, ‘höewel in niet zoo grooté mate als voor
het ‘t’resband, is het gebruik van Kunstzijde voor
1913.14.15. I6.17.I8J9.Z0.2L2Z23.24.
25 November 1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1043
VERPUU’ VAN l-ÇUNSTZIdDE IN DE WEVEPkJ
IN DEVEREENIGDE STATEN
1gI
—
I924
(IN i000K
IN DE ZIdDE
–
WVERId
l9I.l4. 15.6. 7.18.1920.21.22-23.
24.
CCTOER 925- D.G.Z.
‘orset- en schoenveters, koordjes en verdere voor
isolatie-doeleinden.
Div erven.
Ten slotte komen wij nog tot eenige kleine ver-
bruikers, te weten o.a. de gloeikousenfabricage; waar-
bij de Ramie door Kunstzijde vervangen kan worden.
Gedurende den oorlog werden ook kardoeszakken
(gebruikt bij de artillerie) van Kunstzijde gemaakt.
Hiervoor werd dan bij voorkeur nitrozijde genomen,
welke bij verbranding de kleinste aschrest achterlaat.
Verder worden alle mogelijke soorten bont-imitaties
van Kunstzijde vervaardigd, zooals hermelijn, astra-
kan enz. enz.
Kunsistroo.
Een product, dat naast de zijde vaak door de Kunst-
zijdefabrieken in den handel gebracht wordt, is het
Kunststroo. Dit is een mooi stijf krakerig en glan-
zend bandje, dat men in alle mogelijke breedten kan
fabriceeren. Het wordt voornamelijk gebruik voor
gevlochten hoeden en verder als stroo-imitatie voor
band, waarbij het vaak te zarnen met Kunstzijde ver-
weven of gevlochten wordt.
Afval.
De afval, welke bij de Kunstzijdefabricage ontstaat
heeft een groote handelswaarde, welker KG.-prijs
hooger is dan van menige katoensoort. Er worden ver-
schillende artikelen direct of indirect uit gefabriceerd.
Voor een groot deel wordt het in de wolspinnerij ge-
bruikt, waar men dezen afval door de wql verwerkt,
zoodat zij na nienging in den wollen draad komt. Deze draden worden dan tot een wollen stof verweven. Zoo-
als
wij
reeds boven zeiden, is het aanvervingsvermo-
gen van Kunstzijde geheel anders dan dat voor wol.
Wordt het bewuste stuk dus geverfd, dan zullen de
Kunstzijdevezels wit blijven, waardoor men het ge-
wenschte effect verkrijgt.
Een ander afzetgebied is de spinnerij, waar de afval
alle bewerkingen van de katoen ondergaat en dan tot
draad versponnen wordt. Deze. draad, welke in uiter-
lijk het midden houdt tusschen een chappe-zijden
1)
draad en een sterk glanzenden wollen draad, heeft dus de.chemische samenstelling der Kunstzijde, zij onder-
scheidt zich echter. hiervan, doordat,zij in plaats. van
1)
Chappe is de draad, we1le’ uit afval-natuurzijde ge-
sponnen wörd.t.
.
uit doorloopende draadjes (buisjes) te bestaan, uit
korte vezels is samengesteld.
Om de groote handelswaarde hebben sommige fa-
brieken er zich speciaal op toegelegd om dezen afval
als zoodanig te fabriceeren, welke dan onder den naam
van ,,Stapelfaser” op •de markt komt. Het is twijfel-
achtig, of de uit zuiveren afval of Stapelfaser gespon-
nen draad een toekomst van belang beschoren is.
,.
Algemeen overzicht.
Na deze besprekingen der toepassingsmogelijkheden
laten wij eenige
cijfrs
van het beloop der wereld-
productie volgen, cle prijzen in verband met echte
zijde en de plaats, welke Nederland als producent. en
afnemer op de wereldmarkt inneemt.
Was in 1896 de totale wereldproductie van Kunst-
zijde nog slechte 600.000 KG., reeds in 1911, .d 15
jaar later, was reeds het tienvoudige, dus 6.000.000
KG. bereikt, terwijl de cijfers voor de jaren 1921-
1925 respectievelijk zijn:
(uitgedrukt icc KG.):
Wereldproductie
Wereldproductie
Productie
Kunstzijde
Echte Zijde
Nederland
1921
19
millioen
30
millioen
0,8 niillioen
1922
32
32
1,1
,,
1923
44
34
1,2
1924
68
,,
31
,,
1,8
1925
., ca.
85
.
ca.
30
ca.
3,2
‘[Jit bovenstaande cijfers blijkt dus de groote toene-
ming van de productie in de laatste 5 jaar, waarbij
in 1923 voor het eerst meer Kunstzijde geproduceerd werd, dan er aan Natuurzijde voortgebracht werd. De
Kunstzijde-ontwikkeling is echter tot nog toê van
geen invloed geweezt op •die der echte
zijde;
integen-
deel de echte zijde is in ‘de laatste jaren duurder dan
ooit.
Wat den prijs der Kunstzijde zelf betreft zien wij, dat deze percentsgewijze reeds veel dichter
bij
den
vooroorlogsprijs staat dan die van Natuurzijde, katoen
of wol. Nemen wij als basis aan, den gemiddelden
prijs van de jaren 1911, 1912, 1913, dan zien wij:
Kunstzijde Zijde
Wol
Katoen
1911j12/13
100
100
100
100
1924
114
10
221 ‘
229
In 1925 is de prijs der Kunstzijde zelfs nog verder
omlaag gegaan, zoodat zij thans
vrijwel
op ‘het voor-
oorlogsche niveau staat.
Onder de rij van producenten is ‘de plaats van Ne-
derland op de Wereldmarkt een zeer goede. Het ge-
maakte product wordt geroemd als zeer egaal in aan-
verving en gelijkmatig in eigenschappen, iets wat de Kunstzijde-verwerker als eerste eisch stelt. Dit blijkt
dan ook wel uit het feit, dat bijv. in Amerika de
Aruhemsche fabriek voor bepaalde deniers voor haar
product meer kan maken dan andere fabrieken, welke
volgens hetzelfde ‘proc6dô werken.
De Nederlandsche fabrieken zijn bovendien sterk
geïnteresseerd in verschillende buitenlandsche onder-
nemingen in italië, Spanje en Frankrijk. Met behulp
van de Maekubee (Arnhem) werd voor’ zeer korten
tijd de British Enka Silk Corp. opgericht. Wat be-
treft de positie van deze fabriek volge hier de ver-
taling van vat een Amerikaansche courant, de ,,Daily
News Record”, hierover onlangs schreef:
• ,,De positie van de Nederlandsche firma’s in Engeland
is anders dan die van andere Coutinentale firma.s, daar
de productieprijs in Holland en Engeland ongeveer ge-
lijk is. Wordt, zooals sommige beweren, het invoerrecht
van de garens afgenomen, dan zullefl .de Hollandsche
firma’s hierdoor geen schade lijden,, doch de andere Con-
tinentiiie firma s uit Duitschiand en Italië (met hunne
lagere productiekoteu in hun’eigen land. D. G. Zv.)
zullen, indien zij zich in Engeland mochten vestigen,
hierdoor een gevoeligen klap krijgen.”
Terwijl de Nederlandsche Kunstzijdeproducenten .zich zoo ondernemend en v,00ruitstrevénd betoonden, waren
de Nederlandsche, fabrikanten, welke voor Kunstzijde’
verwerking in aanmerking komen, eenigszins huiverig
om met het nieuwe artikel te beginnen. Het heeft lan-
gen tijd geduurd, voor
zij
het nut inzagen en zij, in
1044
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
25 November 1925
navolging van het buitnlancl, tot verwerking over-
gingen.
Het vooroordeel tegen het artikel als zoodanig, de
vermeende ongeschiktheid van den arbeider, die aan
katoen of wol, gewend is, en last but not least de
hooge prijs, heeft hen jaren teruggehouden om het
nieuwe artikel te probeeren. Thans echter heeft men
een goed begin gemaakt en worden alom in Twente en
Brabant pioeven genomen op kleinere of grootere
schaal; is het zelfs reeds menigen fabrikant gelukt
artikelen te maken, waarmede hij op de wereldmarkt
voor den dag kan komen en met het buitenland kan
concurreeren. Men heeft ingezien, dat men, ondanks
het prijsverschil met katoen producten verkrijgt,
welke het zeer wel loonend maken om ze te fabricee-
ren, zoodat men thans zoowel in Nederland als in het
buitenland verschillende stoffn ziet, gemaakt in Ne-
derland met Nder1andsche zijde.
‘)
Bovendien biedt het verwerken van Knkstzijde door
katoen- en wolfabrikanten voor hen dit voordeel, dat
zij met een bestaande installatie, dus zonder wijziging
of uitbreiding, een hoogeren omzet kunnen bereiken,
wat natuurlijk de rentabiliteit, van hun bedrijf ten
goede zal komen.
Tot slot:
–
Welke toekomst heft deK unstzijde?
Uit het bovèustaande is duidelijk gebleken, welke
hooge eischen men aan een goede Kunstzijde moet
stellen, om een product te verkrijgen, dat voor een
succesvolle verwerking in aanmerking kan komen.
Verder dat het maken van een dergelijke goede Kunst-
zijdekwaliteit niet het werk is van eenige maanden, maar een resultaat van jarenlange ervaring. Er -zijn
voorbeelden te over van fabrieken, welke het niet
verder brachten, dan laboratoriumproeven en daarna
wegens gebrek aan verderen financieelen steun moes-
ten ophouden. Hieruit blijkt wel, dat het oprichten
van nieuwe fabrieken en zeker van die, welke tech-
nisch geheel buiten het verband der groote concerns
staan, nog niet direct behoeft te beteekenen, dat deze
fabrieken eerlang hun productie op de wereldmarkt
zullen brengen. Tusschen een mooi uitgevoerd pros-
pectus of krantenartikel en het afleveren van prima
garens ligt- voor deze fabrieken een zeer lang en
moeilijke weg, te meer daar de Kunstzijdefabricage
voor een groot deel op empirische grondslagen oerust.
Wij kunnen dan ook wel zeker zijn, dat vele dezer
fabrieken, die van voren af aan moeten beginnen,
onderweg zullen sneven. In de geschiedenis der
Kunatzijdefabrieken vindt men hiervan tal van voor-
beelden. Zoo is er een Engelsche firma, die tot nog
toe reels een kapitaal heeft aangewend, gelijkstaand
met 30 pOt, van de kapitalen der Nederlandsche
firma’s, terwijl zij een productie heeft”bereikt van
slechts 3 pOt. van ‘die der Nederlandsche fabrieken.
Wat thans de kwestie van overproductie betreft:
Geen ingewijde zal zich over eenig groot tijdsverloop
aan een voorspelling durven wagen. Voor de naaste
toekomst mag men er echter zeker van zijn, dat, waar
de ver.werkings-mogeljkheden en afzetgebieden nog zoo talrijk zijn, hiervoor nog geen gevaar bestaat. In-
tegendeel heeft het verwerken van Kunstzijde, te
zamen met andere textieivezels, in menige’ branche een nieuwe opleving gebracht. Het bovengenôèmde
Amerikaan sche blad drukte dit als volgt uit:
,,It is hardly ton strong a statement, to write, that
Rayon combined with Cotton and Wool has saveci the
entire cotton industry, as far as women’s wear is con-
cerned, from disaster.”
en verder:
,,Jt is just as important to style as was the introduc:
tion of Silk itself from the Orient to the Weavers of
Italy and Flanders in the Middie Ages, or the ability to
) Op de Parijsche tentoonstelling is o.a. met veel succes
een damast met Kunstzijden inslag geëxposeerd (volgens
het ontwerp van een bekend Naden, kunstenaar), dat in
een Brabantsohe fabriek vervaardigd was.,
spin Cotton Yarn with machiiies in England in the
Eighteenth Oentury.”
Dat de Kunstrijde echter, zooals men vaak ‘hoort
beweren, cle katoen of eenig ander spinmateriaal ge-
heel verdringen zal, is mi. uitgesloten. Zeker i.s ech-
ter, dat zij, waar de productie thans nog slechts 1 pOt.
is van die van alle spinvezels te zamen, bij een gebruik
naast en te zamen met andere vezelstoffen de toekomst
vol
ertrouven tegemoet mag gaan.
D. G. ZWARTZ.
Arnhem, October 1925.
DE RIJKSMIDDELEN.
In dit nummer treft men aan het gebruikelijke over-
zicht van de opbrengst der Rijksmiddelen over de
maand October 1925, vergeleken met cle overeeiikom-
stige cijfers van October 1924.
De gewone middelen brachten in de afgeloopen
maand
f
40.159.500 op tegen f 40.188.600 in October
1024 en vertoonen mits’dien- een vooruitgang van
f
570.900. De totale ‘opbrengst in de afgeloopen maand
overtrof ‘de raming met een bedrag van
f
5.930.900.
De opbrengst over de eerste tien maanden.van dit
jaar bedroeg
f
17.215.100 meer dan de opbrengst in
hetzelfde tij’dvak van 1924, terwijl d’e raming met een
bedrag van
f
33.070.500 werd overschreden.
In vergelijking met de overeenkomstige maand van
het vorige jaar vertoonden de grondbelasting, ‘de ‘divi-dend- en tantièmebelasting, de vermogensbelasting, de
suiker-, de wijn-, de gedistilleerd-, de zout-, de bier-,
de geslacht- en de tabalcisaccijns, de zegelrechten., cle
regis’tratierechten, de invoerrechten en de doineirien
een honger ophrengstcijfer. Daarentegen brachten min-
der op de personeele belasting, de inkomstenbelasting, de belasting op rijwielen, de belasting op speelkaarten,
de successierechten en de loodsgelden.
In tegenstelling met ‘de twee vorige maanden, toen de grondbelasting eenigszius terugliep, wijst dit mid-
del thans weer een hoogere opbrengst aan. Het ‘surplus
bedraagt
f
36.200 en is aan toevallige omstandigheden
toe te schrijven. De personeele belasting daarentegen
gaf
f
818.600 minder te boeken dan in October 1924. Laat’stbedoeld nadeelig verschil staat evenw’el in ver-
band met de hoogere ontvangsten in ‘de vorige maan-
den des jaars (in het bijzonder in de maand Septem-
ber) dank zij de vluggere invordering verkregen. Ver-
gelijkt men de ontvangsten uit deze bronnen van in-
komst over de eerste 10 maanden van 1924 en 1925,
dan blijkt, ‘dat het loopende jaar een surplus boven
1924 aanwijst van respectieeljk
f
1.474.000 en
.f
2.419.100. Ook ‘de raming werd, gerekend naar de
eerste 1,0 maanden, bij beide belastingen door ‘de op-
brengst “overtroffen; het voordeelig verschil bedroeg
onderscheidenljk
f
2.429.600 en
f
1.480.800.
De inkomstenbelasting vertoonde opnieuw eën lager
dpbrengstcijfer (ditmaal van f10.600). Een bepaalde
reden kan voor ‘dit onbeteokenend verschil echter niet
worden opgegeven. Bij vergelijking van de ontvangsten
uit deze belasting over de eerste 10 maanden van 1924
en 1925 blijkt, dat de opbrengsten zich als volgt over
de verschillende dienstjaren splitsen:
Jan. t.m. Oct.
1924
Jan. t.m.
Oct. 1925
1020/21 ……..f 1.401.700
1921/22 ……….4.500.200
–
1922/23 ……..
13.970.900
‘ f 3.731.300
1923/24 ………,
52.898.300
10.012.200
1924/25 ……….9.564.900
‘,,
52.660.100
1925/26
–
12.133.100
f 82.336.000
f
18.536.700
De opbrengst over de eerste 10 maanden van 1925
blijft ‘dus
f
3.799.300 bij die van hetzelfde tijdvak van
1924 ten achter. ‘Daarentegen werd de raming met
/
7.703.300 overtroffen, Op zichzelf genomen geeft
dit laatste cijfer reden tot tevredenheid, al zal men
goed doen met het trekken van bepaalde conclusies uiterst, voorzichtig te zijn, daar; zooals reeds meer-
malen werd opgemerkt, de snellere invordering en het
25 November 1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1045
scherpere toezicht op den loop van dit middel een
gunstigen invloed hebben uitgeoefend.
De dividend- en taritièmebelasting bracht ditmaal
f 479.300
méér op dan in October
1924.
Het is niet
mogelijk dit verschil toe te lichten. Zooals bekend
komen de baten uit deze belasting op zeer onregelma-
tige wijze binnen; uit de opbrengst van één bepaalde
maand mogen dab ook geen gevolgtrekkingen worden
gemaakt. Beschouwt men evenwel ‘de opbrengst over
het tijdvak Januari t.m. October, dan blijkt het resul-
taat alleszins bevredigend te zijn. De opbrengst over
de eerste 10 maanden van
1924
werd nl. in bedoeld
tijdvak met
f 2.557.100
overschreden, terwijl
10/12
der
raming met niet minder dan
f 5.996.600
werd over-
troffen. Neemt men bovendien nog in aanmerking, dat
de inkomst uit dit middel voor het geheele jaar
1925
op slechts
f 12.000.000
wetd geraamd, dan blijkt, dat
van Januari t.m. October reeds een surplus van
f 3.996.600
boven laatstgemeld bedrag kon worden ge-
boekt.
Evenals de beide vorige maanden liep ‘de vermogens-
belasting vooruit, ditmaal met een bedrag van
f 41.500,
waaraan intusschen niet te veel beteekenis
mag worden gehecht. Vergelijking van de eerste 10
maanden van
1924
en
1925
levert voor het laatste jaar een voordeelig verschil op van
f 265.200;
de snellere
invordering zal. hieraan. wel niet vreemd zijn. De
raming werd echter ni9t bereikt; de opbrengst over
Januari t.m. October bleef nl.
f 414.200
bij de ramirig
tea achter.
De accijnzen bewogen zich alle, zonder eenige uit-
zondering, in stijgende lijn. De suikeraccijns bracht
f 226.200
meer voor de schatkist op, waardoor het
decres der vorige maand weer voor een belangrijk deel
werd geneutraliseerd. De loop van dit middel blijft tot
voldoening stemmen. De wijnaccijns gaf een hoogere
opbrengst van
f 6.700
te zien, waarschijnlijk toe te
schrijven aan het gestadig toenemend verbruik van dit
genotmiddel. De gedistilleerdaccijns klom met
f 53.000,
voor welke toeneming evenwel geen bepaal’de reden
aanwijsbaar is. Over het algemeen genomen blijft dit
middel een slecht figuur op den middelen staat maken; het is de eenige accijns, waarvan ‘de opbrengst over de
eerste 10 maanden van
1925
bij die van het overeen-
komstige tijdvak van
1924
ten achter bleef. Het nadee-
lig verschil bedraagt
f 1.438.100,
terwijl de opbrengst
in eerstgenoemde periode door de raming oor 10
maanden zelfs met
f 3.474.900
werd bverschreden. De
fraude vormt nog steeds een factor vafi ‘beteekenis,
al mag zeker niet worden vergeten, dat ook het gebruik door den hoogen
prijs
en ‘de actie der drankbestrijding
voortdurend blijft afnemen. Het zout leverde een be-
drag van
f 26.300
méér voor de schatkist op, een ge-
volg van de toeueming van het verbruik van binnen-
landsch geraffineerd zout. Voor de stijging van den
hieraccijns (met
f 50.100) ‘is
een bepaalde oorzaak niet
aanwijsbaar, evenmin als voor het ruimer vloeien van
den geslachtsaccijns, die een vooruitgang van
f 12.100
te zien gaf. Bij laatstgenoemden accijns moge er op
worden geweren, dat •de opbrengst over de eerste 10
maanden van
1925
wel die van hetzelfde tijdvak van
1924
te boven ging, d’och een bedrag van
f 254.800
bij
10/12
der raming ten achter bleef. Ten slotte trekt nog
de tabaksaccijns de aandacht, die van
f 1.357.100 op
f 1.69.600
klom en diensvolgens een accres van
f 332.500
vertoonde. De verhoogde opbrengst houdt
verband met de op 1 Januari ii. in werking getreden
accijnsverhoo,ging op sigaretten en rooktabak. De loop
van dit middel in de laatste maanden wettigt het ver-
moeden, ‘dart de totale opbrengst over
1925 op f 18
f 10
millioen kan worden geschat (de ram.ing be-
droeg
f 16.500.000).
De belasting op speelkaarten leverde
f 8200 op
tegen
f 12.700
in October
1924.
De achteruitgang is
vermoedelijk te wijten aan frauduleuzen invoer van
speel’kaarten in de provincie No’or’d-Brabant.
De rijwielbelastin.g bracht nog èen bate van
f 1700
op (in October
1924 f 14.200),
waardoor de totale
opbrengst van het loopende jaar steeg tot
f 6.480.300,
zijnde
f 1.480.300
boven de raming.
Van de middelen, die meer in rech.tstreeksch ver-
band met het zakenleven staan, brachten de zegelrech-
ten
f 218.000
méér op, geheel toe te schrijven sea het
ruimer vloeien van de beursbelasting
(f318.500
meer).
Nog telkens worden nieuwe Ieenin’gen uit’gergeven voor conversie van ‘ou’de leeningen met een honger
rentetype; bovendien valt in den effectenhandel
eenige meerdere bedrijvigheid te constateeren. De re-
gistratierechten vertoonden een accres van
f 50.400,
hetgeen zijn oorzaak in den geregelden’ vooruitgang
van het bedrijfsleven vindt. De invoerrechten stegen
met niet minder dan
f 1.579.800
ten gevolge van de
inwerkingtreding der n’iieuwe Tariefwet op 1 Juli
1925.
Daarentegen daalden de statistiekrechten met
f 14.900 en de ]roodsgelden met f 6100.
Aan deze laat-
ste cijfers behoeven evenwel geen pessimistische be-
se.houwinrgen te worden vastgeknoopt; de opbrengst
van beide middelen over de eerste 10 maanden van
1925
overtrof ‘zoowel de opbrengst van hetzelfde tijd
–
vak van
1924
als de rarming; die van de loodagelden kwam nu reeds
f 348.700
uit boven de- voor het ge-
heele jaar
1925
geraamde opbrengst ad
f 3.000.000.
Ten slotte moge nog worden geweren op de grillige
successierechten, die ditmaal slechts
f 3.633.600
in-
brachten, zijnde
f 1.771.200
minder dan in October
van het vorige jaar; op de domeinen, die
f 98.500
meer te boeken gaven; én op het recht op de mijnen,
dat in October
1924 f 1300
opleverde, doch thans,
waar de heffing vau dit middel is geschorst, niets
meer inbracht.
De inkomsten van het ,,Leeningfon’ds
1914″
bedroe-
gen in de a.fgeloopen mhand
f 9.624.600
(ramiag
f 7.800.000),
tegen
f 9.816.900
in October
1924.
Van
eerstgemeld bedrag was ruim
43,9
ton aan de Verde-
di’gingsbelastingeu te dranken. In de eerste 10 maan-
‘den van
1925
kwam
f 80.930.500
binnen (in hetzelfde
tijdvak van het vorige jaar
f 82.112.600).
Tot ons leedwezen ontbreekt ons in dit nummer de
ruimte tot publicatie van de voortzetting van het
artikel over de N.IJ.M. – Red.
MAANDCIJFERS.
POSTOHEQTJE EN GIRODIENST.
September
1925
October
1925
Aantal
I
Bedrag, Aantal Bedrag
Aantal rekenin-
gen op
ultO.
.. 111.460
112.204
Ontv. stortingen
381.257 60.587.760 444.987 74.893.683
Uitbet. chèques.
117.560 49.570.945 136.483 52.697.966
Bijschrijvingen
.
921.829 374.790.367 1.054.047 378.135.051
waarvan in giro
307.046.352
303.898.872
Afschrijvingen
.
592.448 357.068.006 675.061 :354.872 587
warvan in giro
307.046.352
303.898.872
Gezamenlijk te-
goed op ultO.
.
413.487.468
437.022.246
Belegd
71.892.029
65.424.511
RIJ’KSPOSTSPAARBANK.
OCTOBER
1923
1
1924
1925
Inlagen . ………….
f
10.190.09Of
9.761.939 f
9.927.890
Terugbetalingen …
, 10.535.529,, 11.445.596 ,, 10.857.222
Tegoed der inleggers
op ultimo ………
,,297.632.299 300.856.443 303.236.785
Nom. bedr. der uitst.
staatsschuldboekjes
op ultimo ………..
44.567.150
43.823.800
41.892.200
Spaarbankboekjes:
Aantal nieuw uit-
gegeven
10.676
9.937
10.296
Aantal geheel af-
–
betaald
7.791
9.098
8.085
Aantal in omloop
op ultimo ._ _. ..
1.950.8331
1.966.643
1.981.947
1046
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
25 November 1925
OVERZICHT DER RIJKSMIDDELE
(In Guldens).
Oc1t9eler
Sedert
1
Januari
1925
Overeen-
komstige
periode 1924
Directe belastingen.
1.074.695
18.367.980
16.893.941
Personeele belasting
2.487.249
22,439.163
20.019.511
Inkomstenbelasting
8.397.55 78.536.683 82.335.994
belasting ……..
.
1.357.117
15.996.616 13.439.544
Vermogensbelasting
1.739.434
8.335.813 8.070.653
Accijnzen.
3.475.929
34.870.052
32.142:577
Dividend- en tantième-
64.432
1.929.127 1.801.791
4.653.62?
38.275.093
39.713.151
Grondbelasting ……..
189.719
1.678.882
1.368.522
Wijn ………………
1.289.826 10.484.048 7.257.502
Suiker
……………..
871.886
8.078.505
7.869.164
Gedistilleerd ………..
Zout ………………
1.689.655
15.07.072
13.578.629
Belast, op speelkaarten
8.152
.
74.086
85.341
Bier
………………
Geslacht
…………..
1.728
6.480.327 5.247.228
Tabak……………..
Indirecte belastingen.
Rijwielbelasting ……….
12.087.396
2
19.877.086
8
15.622.373
Zegelrechten ……….
Registratierechten
1.606.134
18.106.051
19.578.211
3.633.613
35.980.505
38.847.761
Invoerreâhten
4.718.614
35.345.807
29.568.500
Gouden en zilver. werken
97.030
823.230
758.998
Essaailoon ………..
106 757
,882
Successierechten ………
Belasting ……………..
382.313 3.513.515
3.460.857
M
ij
nen
…………….
–
..
406.630
545.877
361.270
2.450.514
2.114.927
Statistiekrecht ………..
169.215
625.307
629.704
Domeinen ……………
Jacht
en
visscherij
16.549
..
252.909 255.128
Staatsloterj ………….
Lood8gelden ……….
386.201′
3.348.719
2.930.566
40,759.442 381.355:477
364.140.332
Totaal-Generaal..
1)
Hieronder begrepen
f
641.592 wegens zegelrecflt van
nota’s van makelaars
en
commissionnairs in effecten, enz.
(Beursbelasting).
2)
Idem f4,547.186.
8)
Idem
f
3.028.644.
HEFFINGEN VOOR HET LEENINOFONDS 1914.
,.,
,,
¶9
25
er
Sedert
1
Januari
1925
Overeen
komstige
periode
1924
Verdedigingsbelast. la
521.830
2.499.733
2.387.746
Verdedigingsbelast. Ib
1.602.289
8.241.014 8.038.983
Verdedigingsbelast. II
2.268.061
20.594.673 23.063.277
Opcenten: 213.440 3.693.289
3.392.034
Personeele belasting
547.953 4.457.675
3.876.135
Inkomstenbelasting
2.358.920 22.410.656 24.477.610
Vermogensbelasting
434.859
2.083.806
1.993.735
Dividend- en tanti6me-
Grondbelasting ……..
447.848 5.278.883 4.435.050
695.186
6.974 010
6.428.515
belasting ………….
385.825
360.958
.-
Gedist.(binnenbuitl.)
.65.363
3.827.509 3.971.335
Suiker …………….
Wijn ……………..12.886
Zegelrecht van buitl. eff.
55.993
483.389 287.258
9.624.628
80.930.462
82.712.616
Totaal
SPLITSING VAN DE OPBRENGST DER GROND-, PERSO-
NEELE-, INKOMSTEN- EN VERMOGENSBELASTING SEDERT 1 JANUARI 1925.
Dienstjaren
1
Grond-
belasting
Personeele
belasting
Inkomsten-
1
belasting
Vermogens-
belasting
1920/21
– –
-,
–
167
1921/22
–
–
–
1.681
1922123
–
–
3.731.292
11.754
1923/24 151.896
1.475.519 10.012.164
49.801
1924/25
3.741.701
3.103.997
52.660.074
5.953.831
1925/26
14.474.383 17.859.647 12.133.153
2.318.571
Totalen ..
18.367.980
22.439.163
78.536.683
8.335.811
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
N.B. *** beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.
GELDKOERSEN.
BANKDISCONTO’S.
Ned (Disc. Wissels. 3
3 Oct.’25
Zwits. Nat. Bk. 3
22 Oct. ’25
Bk ‘,Be1.Binn.Eff. 4
3 Oct.’25 N.Bk.v.Denem. 5
7Sept.’25
!
.
Vrsch.inR.C. 5
3 Oct.’25
ZweedscheRbk 4-
80ct. ’25
Javasche Bank . – 4+
2
0
Oct. ’24
Bank v.Noorw. 5
14Sept.’25
Bank van Engeland 4
1 Oct.’25
Bk. v. Tsjecho-
Duitsche Rijksbk. 9
26Feb. ’25
slowakijë. … 7
25 Mrt. ’25
Bank v. Frankrijk 6 9Juli’25 N. Bk. v. O’rijk. 9
3Sept.’25
BelgischeNat.Bnk.
6+
5Nov.’25
N. Bk.v. Hong. 7
22 Oct. ’25
Fed. Res. Bank N.Y.
3+2
6 Feb.’25
Bank v. Italië. 7 17
Juni’25
Bank van Spanje… 5
23Mrt.’23
Z.-Afr.Res.bnk 5
OPEN MARKT.
–
1925
1924 1923 1914
21 Nov
16-21
1
9-14
2-7
17-22
19-24
.
2(1-24
Nov.
Nov.
Nov. Nov. Nov.
Juli
Am,Ierda,’n
.
.
.
Partic. disc.
311
3
3.
112
311_31
331_1/
431
4
.7/
5
33/4_4
3
1
10/
Prolong.
4
331_4
31/4
311
4
.4
411
4
.314
3
1
/3.414
2114314
Londen
Daggeld ..
2
1
12-3
212-3312
2
1
14-4
2
1
1-4
2-4
2-
314
1
3
14-2
Partic. disc.
3151
3I8-
1
I16 3
7
1
8
_15h
5
37/
8
3
11
116.
3
/4
3Z/
5
211
4
_3/
4
Berlijn
Daggeld ..
711-911
7_911
4
7-10
7113101/
–
–
–
Partic. disc. 30-55 d…
6
3
14
6814
6
3
14
6
3
14-7
– –
–
56-90 d..
.
6
3
/4
63/4
63/4
6
3
147
– –
2
1
181/3
Ware n-
wechsel.
8111-3/4
811
3
3/
4
812-
3
14
8114′
7
/8
–
–
–
New
York1)
Cail money
4/2I4
4!2-5/4
41J
5
51/
4
41/
3
51/
4
21/
2
3/4
4i/-5
13/
4
21/
3
Partic. disc.
35/
s
3
1
18
3318
3
5
18
)
Lan money-Koers v. SUIN0v.en aaaraan vooratgaanne wegen
tjm. vriju.
WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.
Data
New
York
0
Londen
•) Berlijn
5)
Parijs
5)
5)
BrussellBatavia’)
17 Nov. 1925
248%
12.04+
59.16
9.92k
11.27
loos/
s
18
1925 2.489
12.0
4
+
59.17
9.97
11.27
1008/
19
1925
2.483/
1
2
.0
4
+
59.19
980
11.27
lOOj
20
1925
2.48ij
3
2
.0
4
+
5
9.19+ 9.88+
11.27
1003/
21
1925
–
12.0
4
+
5919
9.72+
11.27
100ll
23
,,
1925
2.482/
4
12.041
59.21 9.65
11
.
26
+
100j
Laagsted.w.’)
2.487/
1
2.04+
59.14
9.58
11.24
100
1
i
Hoogste d.wl)
2.48l3/
1904+1
59.21 10.02 11.28
lOO’f
16 Nov. 1925
2
.48s/
1
2
.0
4
+
59.16
9.98
11.27
1008/
9
,,
1925
2.48
7
/
12.04
59.15+
9.87
11.2
7
+
100%
Muntpariteit
12.48%
12.10
59.26′
48.-
48.-
j
100
•) Noteering te Amsterdam.
) l’4oteering te scotteraam.
1) Particuliere opgave.
Data
Zwit-
Weenen
Praag
Boeka-IMilaan Madrid
17 Nov. 1925
47.923.
,
35.05
7.36
1.16
9.92 35.40+
18
,,
1925
47.92% 35.05
7.36
1.15
9.93
35.40
19
1925
47.95
.35.05
7.36
1.15 9.91
35.41
20
,,
1925
47.95
‘
35.05
7.36 1.14
9.98 35.39
21
1925
47.95
35.05
7.36 1.15
–
–
23
1925
47.95
35.071/
2
7.36
1.10
10.11
35.40
Laagsted.w.’)
47.873,
,
35.-
7.34
1.05
9.87
35.35
Boogsted.w’)
48.-
35.15
7.38 1.22+
10.15
35.50
16 Nov. 1925
47.92%
35.05
7.36
1.15
10.-
35.441
9
,,
1925
47.90
35.0234
1.36
1.20
9.82 35.48
Muntpariteit
48.- 35.-
50.41
48.-
48.-
48.-
)
Noteering te Amsterdam. ) Noteering te 1
Particuliere opgave.
Data
holm)
Sfock-
I
Kopen_I
hagen5)
Oslo•)
__—–
__
sing-
Buenos.
Aires’)
Mon-
treal
1
)
17 Nov. 1925
66.50
61.90
50.62+
6.26
1035
2.4834′
18
1925
66.50
61.95 50.65
6.26
103%
2.48%
19
1925
66.55
62.-
50.70 6.26
103%
2.48% 20
,,
1925
66.55 61.95 50.75
6.26
1033/
8
2.48%
21
1925
66.52+
61.95 50.75
6.26
1035I
2.48i/,
23
,,
.
1925
66.55-
61.87+
50.70 6.26
103% 2.48%
Laagsted.w.i)
66.40
61.80
50.50
6.25
103/e
9.483/
8
Hoogste d.w’)
86.65.
62.10
52._
6.30
104
2.49
16 Nov. 1925
66.50
62._
50.70
6.27
lÔ3l/
5
2.48%
9
,,
1925
66.45
‘
61.85 50.45
.
6.26
103%
2.48%
Miintpariteit
6687
66.67 66.67
48.-
105
–
2.4834
)
Noteering te Amsterdam.
) ioteering te stotteruam.
1) Particuliere opgave.
25 .November 1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1047
1OERSEN TE NEW YORK. (Cable).
D a a
Londen
($perg)
Parijs
($p.IOQfr.)
Berlijn ($p.IOOMk.) Amsterdam
($p.IOOgld,)
17 Nov.
1925
4,84
11
116
4,01
23,80
40,24
18
,,
1925
4,84k
3,96
23,80
40,23
19
,,
1925
4,84K
3,97
23,80
40,22
20
,,
1925 4,846/
10
3,97
23,80
40;22
21
,,
1925
4,84%
3,89
23,80
40,22
23
–,,.
J925
4,847/
t
,
3,89
23,80
40,21
10 Nov.
19251
4,84
11
/
1
6
3,97
23,80
40,25
Muntpariteit ..
4,8687
19,30′
23,81k
403/
16
Plaatsen en
Landen
Noteerings-
eenheden
7 Nov.
1
1925
14
Nov.
1
16121
Nov.
’25
121
1925
ILaagsteiHoogstel
Nov.
1925
A1xandrië.
.
Piast.
p.0
97M.
97
31
979
i6
97
3s
Bangkok
. . .
Sh. p. tical
1I10′
1/1011
1
11103/
8
111054
1/105/,
B. Aires’). ..
d. p.
$
4611/,,
467/,
46
13
/
16
47
4615/
16
Calcutta
. . .
Sh. p. rup.
1/68/
6
1163/6
1165/32
1167
1
33
116
7
/32
Constantin..
Pihst. p.
£
857M
1525
850 890
88734
Hongkong ..
Sh. p.
$
2.434
2/4
19
1
32
241,
2/5
2143,(
Lissabon’) …
d. per MII.
217/
33
2171
33
2
291te
217132
d. per
$
25
25
24
26
25
Montevideo’)
d per
$
507/,
50?,,
50
51′,,
507/,
Mexico …….
Montreal
. .
$
per
£
4.84
4.84 4.83*
4.84,’
4.84
R.d.Janeiro’)
d. per Slil.
77/16
7
3
,
7
7sf8
7’/8
Shanghai
. . .
Sh. p. tae’l
311
5
/8
311a,.
3/1
3/2
3115/,
Singapore. ..
id. p.
$
2/43/
10
2J48
16
2/41,
214v
2/45!
16
Valparaiso 2)
.
pesop.y,
39.20 38.80
38.80 39.10 39.10
Yokohama
. .
Sb.p.yen
l8
29/
1,815/
16
11813/16
1
1
91
!8
1,9
3
/32
1)
lelegratisch
transtert.
‘)J
ag.
ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS
3)
Londen’)
N.York2)
Londen
16 Nov. 1925..
31i5,
15
6851
8
16 Nov. 1925.
841114
17
,,
1925..
3111/
6
,
68
17
,,
1925
84/l1K
18
,,
1925..
32
681,,
18
1925
84/116/
1
19
1925..
321j,
691
8
19
1925
84111w
20
1925.. 32
69
20
,,
1925 84111l
21
1925..
32′,,,
69%
21
,,
1925
–
22 Nov. 1924.. 333
685/,
21 Nov. 1924…
8917
20Juli
1914..
2465/
16
541/,
20 Juli
1914
84110
1)
in pence p.oz.stand.’) Foreign silver in
ec.
p.oz.fine.
3)
in sh.p. oz.fine.
STAND VAN ‘s
RIJKS KAS.
Vorderingen
1
16 November 1925
1 23November 1925
Saldo bij Nederi. Bank…
f
2.095.210,37
f
9.726.415,15
Saldo bil betaalmeesters..
,,
3.347.042,47 l 2.341.273,39
Saldo ii d. Bank v. Ned.
Gemeenten ………..,,
767.818,76
Voorschot op ult. Oct.1925
aan de gemeenten op –
voor haar door Rijk te
heffen gem. ink.bel. en
.opcentenopRijksink.bel. ,, 65.421.573,55
Voorsch. aan de koloniën ,, 12.714.150,24
Voorsch, a. h. buitenland ,,212.390.741,99
Daggeldleeningen tegen
onderp. v. schatkpapier ,, 11.500.000,-
Voorsch.doordeNed.Bank
f
.
–
f
–
Schatkistbilj. in omloop’)
,,1
61.505.000,-
,,i 61.505.000,-
Schatkistprom. in omloop
,,107.440.000,-
,,107.440.000,-
Waarv. direct bij Ned. Bk.
Zilverbons(met inbegrip v.
de bedragen bij de betaal-
,,
17.620.949,50
16.912.159,-
Door den Postch.- en Giro-
meesters in kas)
………
dienst in
‘s
Rijks Schat-
kist gestort
………..
,,
43.739.149,07
,,
43.779.057,20
1)
Waarvan
1
37.056.000 verva
len
op
of na
1
April
1927.
NEDERLANDSCH-INDISCHE
VLOTTENDE
SCHULD.
121 November 1925
14November 1925
Voorschot uit ‘s Rijks
kas aan N.J. …
… ._ –
f
3.953.000,-
f
696.000,-
md. Scbatk.prom. in om!.
,, 41.150.000,-.
,,
41.150.000, –
Ander Schatkistpapier..
,,
1.750.000,-
,,
1.750.000,-
VoorschJav.Bk.aanN.-I.
,,
8.842.000,-
9.116.000,-
Muntbiljetten in omloop.
,, 35.018.000,-
34.668.000,-
Ten voordeele
v.
N.J. ge-
boekt beleggingsgeldenv.
h. N.J. muntfonds
6.222.000,-
6358.000,..
Idv.dN..I.Postspaarbnkl
99&000,-
1.084.000,-
1 f
94.822.000,-
Totaal
……….f
97.931.000,-
In’s lands kassen aanwez.
,,
–
.
,,
40.066.000,-
•
NEDERLANDSCHE BANK.,
Verkorte Balans op 23 November
1925.
Activa.
Binnen!. Wis-t Hfdbk.
f
33.934 200,27
sels,Prom.,
Bijbnk.,,
14.228.945,91
enz.in
disc.I Ag.sch. ,,
25.670.078,13
f
73.833.224,31
Papier.o. h. Buitenl. in disconto ……..
.
–
Idemeigen portef..
f
244.717.632,-
Af :Verkochtmaar voor
débkfnognietafgel.
–
Beleeningen
244.717.632,-
1
Hfdbk.
f
42.393.793,54
nc1. vrsch.i
Bijbnk. ,,
12.156.881,68
in rek..crt.1 Ag.sch.
74.460.434,22
,,
op onderp.
f
129011.109,44
Op Effecten …….
f
127.381.254,44
Op Goederen en Spec. ,,
1.62985,-
129011.109,44
Voorsclotten a. h. Rijk …… ……….
,,
–
Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud ……
f
56504210,-
Muntmat., Goud
,,403.979.951,14
f
460.484161,14
Munt, Zilver, enz.
•
23498.318,98
Muntmat. Zilver
Effecten
483.982.480,12
BeleggingRes.fonds.
f
6.481.932,79
id. vajn i
5
v. h. kapit.,,
3.996.787,19
10.478.719,98 Gebouwen en Meub. der Bank ……..,,
5.171.000,-
Diverse
rekeningen ………………,,
40.084.030,29
f
987.278 196.14
Pasiva.
Kapitaal ………………………..
f
20.000.000,-
Reservefonds …………………….,,
6.483.597,96
Bijzondere
reserve ………………..,,
12.000.000,-
Bankbi)jetten in omloop …………..
,,
880.326.235,-
Bankasiignatiën in omloop………..
1.272.040,08
Rek-C4ur.
Het Rijk
f
10.891.137,81
‘
saldo’s:
Anderen
,,
43.311.920,90
54.203.058,71
Diverse, rekeningen ……………….,,
12.993264,39
f
987.278.196,14
Beschikbaar metaalsaldo ………….
f
296.259 865,24
Op de basis van
2/
metaaldekking….
,,
109 099.598,48
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop
dtn waartoe de Bank gerechtigd
is. ,.
1.481.299.325,-
1
Voornaamste posten in duizenden
guldens.
23 Nov 1925
73.833
–
129.011
244.718
40084
16
,,
j
1925
77.653
–
131.238
244.536
40.394
9
,,
1925
87.057 3.000
133.783
244.431
40.083
2
1925
93.484
10.000
166.259
244.249
39.486
26 Oct. 1925
90.134
11.000
126.397
243.155
38.551
19
t.,,
1925
90.920
13.000 128.992
243.881 38.762
24 Nov. 19241
143.112
•
6.000
167.817
48.158
129.187
25
juli
19141
67.947
14.300
61.686
20.188
509
i
)
‘Op
de basis van
2
15
metaaldekking.
2)
Sluitpost activa.
SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste nosten in duizenden guldens.
Data
Metaal
c
latie
Andere
opeisChb.
Discont.
10
Oct.
1925..
972 1.762 891
979
248
3
,,
1925..
977
1.788 516 983
341
26 Sept.
1925-
1.002
1.721
596
990
333
19
1925..
1.002
1.686
661
992
255
12
1925…
1.001
1.702
661
982
246
ii
Oct.
1924…
1.120
1.557
934
1.034 369
5 Juli
1914-1
645
1.100
560
735
396
JAVASCHE BANK.
Voornaamste poten in duizenden guldens. De samengetrok-
ken cijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.
Data
Goud
1
Zilver
I
Circulatie opeischb. 1 metaal-
________________ ______
schuldenl saldo.
21Nov.1925
. 1500
342.000
37.000 110.700
14
1925
186.250
344.000
43.500 108.750.
7
1925
186.250
342 000
40.000 109.850
17 Oct. 1925 143.8dl
42.371 335.993
64.425 100.742
10
,,
1925 143.627
42.698 334.154
69.868 106.208
3
,,
1925 132.091
1
43.037
327.775
61.175 98.026
26Sep.tJ925 132.086
43.297 323.832
67.257 97.930
221’ov.1924 159.079
54.816 277.971 109.708 137.048
24Nov.1923 160.070
61.565 259.727 129.399 144.542
25 Juli1914 22.057
31.907
110.172
1
12.834
1
4.842′
Wissels,
1
1
Dek-
Data
–
1
Dis- .
buiten
1
Bejee-
1
Diverse 1
reke-
1
kings-
conto’s
N.-Ind.
1
ningen
1
flingen’)
ht,rnIh
. t
tn
CD
21Nov.1925
–
152.770
49
14
1925
163.310
”
48
7
1925
182.710
”
49
17 Oct. 1925
17.235
28.905
104.262
62.185
47
10
1925
17.388
29.226
107.058
514.245
46
3
1925
17.329
24.650
109.049
59.314
45
26Sept.1925
17.173
29.582
107.102
61.520
45
22Nov.1924
34.749 17.454
94.065 36.818
55
24Nov.1923
37.547
28.629
90.436 36.103
57
25 Juli 1914
7.259
1
6.395
47.934 2.228
44
1)
Sluitpost activa.
2)
Basis
2)
mçtaaldekklng.
BÂNK VAN ENGELAND.
Voornaamste
posten, onder bijvoeging der Currency Notes, in duizenden ponden sterling.
Data
Metaal
Circulatle
Currency Notes
Bedrag
I
BankbilJ.l Oov. Sec.
18 Nov. 1925
147.680 141.203
291.664
56.250 240.439
11
1925
148.058
141.519
292.818
56.250
242.578
4
‘
,,
1925
149.047 141.442
293.480
56.250
242.249
29 Oct.
1925.
150.283 142.979
291.617 56.250
240.327
21
;,
1925
152.741
142.541
291.901 56.250 240.817
14
,,
1925
155.843 143.134
29:4.735
56.250
242.537
19 Nov. 1924
128.497 122.235
285.880
27.0002)
243.042
22 Juli
1914
40.164
29.317
–
–
Data
1
00v.
t
Other
1
Public
1
Other
Reserve
‘Dek-
l
kings-
1
Sec.
1
Sec.
1.
Depos.
Depos
1048
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
25 November 1925
18Nov.’25
40.248 73.062
15.148
106.632 26.227
2134
11
’25
39.403
74.422
13.169 109.199
26.289
213
4
’25
35.269
75.148
14.213 105.801
27.354
22%
28Oct. ’25
30.179
74149
11.106
1i2.615
27.054
23
21
’25
32.379
74.111
9.618
109.1M2
29.950
25
14
’25
28.822
68.229
8.455
109.182 9.618
29
19 N6v. ’24
41.768
75:995 18.978
107.063
26.012
26,64
22 Jüli ’14
11.005
33.633
13.735
42.185
29.297
52s
1)
Verhouding
tusschen Reserve en Deposits.
2)
Gouddekking.
BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in millioenen frhncé.
9’aarv.
Tegoed
Buit. gew. Schat-
Wis-
Data
Ooud
in het
Zilver
in het
voorsch.
kistoil.
se Is
buiten!.
buitenl.
a/d._Staai1jetten
1)
19Nov.’25
5.548
1.864
312 567
31.600
5.1743.393
12
’25
5.548
1.864
311
566
31.350
5.167 3.232
5
.,
’25
5.548
1.864
311
566
31.400
5.161
4.468
29Oct. ’25
5.548
1.864
310 566
29.950
5.148
3.587
22
,,
’25
5.547
1.864
310 565
30.350
5.147
2.796
20Nov.’24
5.545
1.864
304
572
22.900
4.838 4.727
23 Juli’141
4.104
1
–
640
– – –
1.541
Waarvan
Uitge-
Bele
–
Rekg. Courant
Data
op het
stelde
i
n ngen
Circuiatie
Parti-
buiten!.
Wissels
cuilerenl
Staat
19Nov.’25
.
17
6
2.633 47.943
2.485
30
12
’25
17
6
2.666 47.682
2.484
45
5
,,
’25
17
6
2.578
49.011
2.368
16
29 Oct. ’25
15
6
2.596 46.679
2.480
37
22
,,
’25
16
6
2.670
46.599
2.320
45
20Nôv.’24
25
9
2.780
40.530
1.937
17
23 Juli’14
8
–
769
5.912 943
401
1)
in disc, genomen
wegens
voorsch. v. d. Staat
a.buitenl. regeeringen.
DUITSCHE RIJKSBANK.
Voornaamste posten in millioenen Reichsmark.
1
Daarvan
1
L)eviezen
1
Andere
Data
Ooud
1
bij bui-
1
als goud-
1
wissels
Belee-
t
tenl. circ.
I
dekking t
en
ningp.n
banken’)
1
gelden(e
cheques
14 Nov. 1925
1.207,0
98,6
375,3 1.443,0
9,8
7
1
–
,
1925
1.206,9
96,6
361,1
1.474,3
9,8
31 Oct.
1925 1.206,9
126,5
348,3
1.630,1
22,2
23
1925
1.204,7
124,4
323,5 1.311,5
14,0
15
1925
1.204.5
P24,4
306,4 1.483,2
.
28,9
15 Nov. 1924
694,6
240,0
231,5
2.154,8
17,1
30 Juli
1914
1.356,9
1
–
–
750,9 50,2
Data
Effec-
I
Diversel
Circu.
Rekg.-
1
Diverse
I
kijksb.
ten
IActivai,)1
latie
Crt.
Passiva
geher-
_______________
t
disc.
14 Nov. 1925
220,7
845,3 2.558,8
832,7
496,1
686,2
7
,,
1925
220,3
786,4 2.677,6
698,0
462,4
646,2
31 Oct.
1925
219,5
682,1
2.802,9
617,7
452,8
594,8
23
1925
216,9
789,5 2.395,2
814,8
450,5
746,3
15
,,
1925
207,2
698,6 2.493,9
785,8
438,6
607,5
15 Nov. 1924
77,3
1.748,0 1.633,2
749,5
1.705,7
434,4
30 Juli
1914
330,8
1
200,4 1.890,9
1
944,-
40,0
–
1)
Onbelast.
2)
Wo.
Rentenbankscheine 14,7
Nov.,
31, 23, 15 Oct., resp.
407,7; 354,2; 273,8; 410,9; 319,2 miii.
NATIONALE BANK VAN BELGIË.
Voornaamste posten in millioenenfrancs.
Data
,
19Nov.’25
395
85
480
1.018
523
5.200
7.543
152
12
’25
395
85
480
1.021
623
5.200
7.638
199
5
’25
394
85
480
1.110
630
5.200
7.636
306
29 Oct. ’25
394
85
480
1.135
455
5.200
7.653
132
22
’25
392
85
480
1.193
404
5.200
7.622
166
15
’25
390
85
480
1.395
428
5.200
7.749
212
20Nov.’24
358
85
480
1.262
437
5.250
7.599
256
VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS.
Voornaamste posten in millioenen dollars.
Goudvoorraad
Wettig
Wissels
Data
betaal
middel,
disc
Totaal Dekking
1,i
her-
v
d
In dT”
open
bedrag
F.
.
Notes
Zilver
etc.
me;nt;er
markt
banks
gekocht
4Nov.’25
2.772,6
1.382,3
107,7
636,3 342,5
28 Oct. ’25
2.782,5
1.424,9
110,5
590,0
328,7
21
’25
2.778,4
1.453,3
110,9
603,0 293,3
14
’25
2.766,1
1.430,1
103,7
643,5 287,0
7
,,
1
25
2.761,4
1.424,2
101,1
644,0 283,9
30Sept.’25
2.760,0
1.436,1
105,6
633,2 268,3
5 Nov.’24
3.038,8 2.027,3
85,1
j
229,3 234,8
Belegd
Notes
Totaal
Gestort
Goud-
Dek-
Algem.
Dek-
Data
in
U. S.
Gov.Sec.
in circu-
Kapitaal
kings-
I
perc.i) kings-
___________
iutie
perc.’)
4Nov.’25
330,2
1.713,4
2.315,0
116,7
68,7
71,5
28 Oct. ’25
324,8
1.694,8
2.297,3
116,6
69,9
72,5
21
’25
323,8
1.694,9
2.283,9
116,6
69,8
72,6
14
’25
336,2
1.715,5
2.288,2
116,5
69,0
71,7
7
»
’25
324,1
1.701,1
2.283,1
116,5
69,3
71,8
30Sept.’25
342,9
1.685,1
2.268,0
116,4
69,8
72,5
5 Nov.’241 584,9
1.816,8
2.179,0
112,0
76,0
78,2
1)
Verhouding totalen goudvoorraad tegenover opeischbare schulden:
F.
R. Notes en netto deposito.
2)
Verhouding totalen voorraad munt-
materiaal en wettig betaalmiddel tegenover idem.
PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET
FED. RES. STELSEL.
Voornaamste posten in millioenen dollars.
–
Dis-
1
1
Data
Aantal
conto’s
1
Beleg-
IReserve
b
,j/
R
de
Totaal
t
depo-
1
Waarvan
time
banken
en
1
beleen.
gingen
bcnl’s
1.665
sito’s
deposits
28Oct. ’25
723 13.901
5.443
1
18.465
1
5.296
21
,,
’25
723
13.879
5.460
1.643
1
18.464
1
5.290
14
,,
’25
724
13.865
5.462
1.652
1
18.599
1
5.248
7
’25
724 13.817
5.447 1.662
1
18.418
1
5.248
30Sept.’25
725
13.832
5.440
1.649
1
18.423
1
5.234
29 Oct. ’24
743
12.764
5.551
1.646
1
17.903
1
4:782
Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overzicht
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen hankstaten.
25 November1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1049
EFFECTENBEURZEN.
Amsterdam, 23 November 1925.
Ge:lu-reiide ile achter ons liggende week heeft- de beurs
te P a r ij s weder het bekende beeld vertoond: zwakke
houding van Pransche staatsfondsen en obligatiën, stij-
gende koersen van aandeelen en vodral van huitenlaficlsche
oudseu.
Te B c r lij n is de markt buitengewoon ongeanimeerd
geweeet. De koersen hebben over de geheele ]iuie het
laagste punt van het loopende jaar bereikt. De ver-
klaring hiervan is deels in algemeene, deels in bij-
zondere oorzaken te zoeken. Tot de algemeene oor-
zaken behoort de diepe depressie, waari.n.het Duitsche be-
drijfsleven zich nog bevindt, waardoor het rendement op
cle biunenlanlshe aandeelen zoo gering is geworden, dat
dc koersatand langzamerhand wel hiermede in vereen-
stming moet worden gebracht. Voorts is de kapitaal-
kracht van Dnitschlancl dermate afgenomen, dat de groote
kring van spaarders, welke vroeger steeds gereed stond
om ter benrze in te grijpen, thans niet of niet in voldoen-
de mate meer aanwezig is. Tot de bijzondere oorzaken be-
hoeren de moeilijkheden, waarin verschillende windustri
.
eele
ondernemingen zich bevinden. Rierdoor is het bovendien
uioo:lzakelijk geworden, dat groote bedragen zijn vastge-
legd, ten einde een kalme afwikkeling of regeling door
de banken mogelijk te maken, doch waardoor de toch al
reeds beperkte geldmiddelen niet aan het. algemeene be-
drijfsleven ten goede ku uien – komen.
Te L o n d e n is de beurs
wel
iets kalmer geweest, vooral in cle beleggingsafdeeling, als gevolg van de tal-
rijke nieuwe emissies, welke in de afgeloopen berichtsweek
plaats hebben gevonden. Bovendien werd de markt ge-
drukt door de mislukkin.g van enkele loeningen, zooals bijv
die voor rekening van ‘de Goudkust. Ten deelo moet cle
mislukking van deze leening echter worden toegeschreven
aan den te hoogen emissieprije (94 pCt. voor een 4% pCt.
obligatie). Nadat een discontoverhooging door de Bank of
England was uitgebleven is de markt iets vaster van töon
geworden. Wat de aanrleelenrubrieken betreft, hebben voor-
namelijk rubbernancleelen van groote levendigheid blijk ge-
geven. Voorts viel de aandacht op kunstzijdesoorten, welke
echter eerder aangeboden waren, als gevolg van de intro-
cluetie te Londen van aaucleelen Snia Viscosa.
Te N e w Y o r k heeft een weifelende stemming de over-
hand gekregen. De discontoverhoogingen van •de Fwleral
Beserye Banken te Boston, Cleveland en Philadelphia heb-
ben de tiand.icht op de gel.markt gevestigd en tevens cle
gedachte geuekt, dat de Fe:leral Eeserve Bank te New
York ook tot’ ver-hooging van den renitevoet zou overgaan.
Dit is in-middels niet geschied, zoodat het vertrouwen
Weder is teruggekeerd, mede doordat de gewone credieten
hij ‘de Federal Reserve Bank niet bovenmatig zijn geste-
gen. Wel’ schijnt de fon.dsemuiarkt in sterke mate beslag
te hebben gelegd op beschikbare middelen, doch ook deze week hebben zich geen teekenen voorgedaan, waaruit zou kunnen blijken, dat er beleeningen in verontrustende mate
zijn aangezegd. De stemming is ten slotte (lan ook beter
geworden, hoewel ‘eehigszin s onregelmatig.
‘T en onze nt
heeft’de-‘beieggingsrna.rkt,
aooals gewon-
lijk, een rustig ‘verloop gehad. De, prolongatiereuite is ‘wel-
iswaar iets gestegen, doch op de fondsen ui-t’
–
deze afdee-
liug -heeft dit geen effect ‘gehad. Noch voor binnenland-
sclue,- -noch voor biuitenlandsehe’ belegg-insfoiiclsen- zijn ij.-
algingen van beteekenis voorgekomen.’ ii pCt. Ned.’ Werk.
Schuld 1922:’
105
1-
/1,
106, 105i5/16; 4% pCt. Ned. Werk.
Schuld 1917: 98%, 98
15
1;
r7 pCt.’•NecL-Indië: 101%,
101
15
/1a,
101’/uo;’ 5 ‘pOt. Brazilië 1903 £100: 76%, 77,
76%; S pCt.’ Saö Paulo: 1027/
s
, 1021
4
, 103.
Daarentegen waren de aandeelenmaxkteu, althans voor
somnsigw afdeelingen, veel levendiger van toon. In de
eerste plaats was dit het -geval voor
rubberw,cndeelei,
welke
over de gansche linie een krachtige stijging te nansohou-
wei hebben gegeven. De rubberprijs te Londen heeft hier-
toe aanleiding gegeven benevens berichten, volgens welke
groote verkoopen uit oogst 1926 tot zeer winstgevenden
pr;is plaats hebben gevonden. Tegen het einde der be-
zich’tsperiocle en tston’d echter eeeigè aarzeling, waarvoor
bepaald aanwijsbare oorzaken niet zijn te noemen. Vol-
gens sdmmige geruchten ter beurze zouden geldgevers iets
stroever, zijn gewbrden. met het beschikbaar stellen van
prolongatiegeld, indien in het onderpand een belangrijk
percentage rubberfondsen
zou
voorkomen. Iets positiefs is
hieromtrent echter niet bekend geworden. In ieder geval
deed zich eenig aanbod gevoelen, waardoor een gedeelte
van het in de achter ons liggende dagen behaalde koers.
avahee verlorn is gegaan. Amsterdam Rubber: 408
5
/8,
434%, 420%; DelL -BataviaRu•bber: 292, 314, 309%;
Hessa Rubber : 53, 585%, 56134 ; Kali Telepak: 490, 499,
480; Ned.-Indt. Rubbei en , Koffie: 330%, 334, 321%;
R’ciam Tpanoeli:
210%,
244, 236; Serbadjadi:
442%,
455,
445;- Sumatra Caoute,honc: 375, 404%, 382; Tjeboeni Tji-
piuugpok: 1264,
286%,
296.
Ook de
ta.baksrnarkt is
buitengewoon opgewekt geweest,
met name voor certificaten ,,De Oostkust”, velke later
door aancieelen Deli Batavia Tabak_ en acuideeleu Senem-
bali werd
r
n gevolgd. De aanleiding tot de krachtige koers-
verheffing moet hier worden gevonden in de groote mb-
berbelangii, welke cle genoemde maatschappijen bezitten.
Toen laitti op de mnbberafdeeling een reactie intracl, nioes-ten ook op de ta.baksafdeeling de noteeri-ugen een deel van
hun niveau prijsgeven, hoewel de achteruitgang hier veel
beperkter is gebleven. Arendsburg: 560, 587, 590 Dcli
Batavia:420,
464%,
449; Deli Mij.:
410%,
441, 431; de
Oos
–
Fkust:î 247%,’280%, 262%; Senembah: 496%, 531%,
517%.
Suikerdandeelen.
‘hebben gevarieerd met de wisselende
noteei-‘i’ngen voor Cubasuiker te New York. Langzamer-
hand ecfrfem is een -betere ondergrond ontstaan, veoral toen de V.J.S4′. afdoeningen meld-de, welke wederom
f
0,25 per
picol hooer varen dan cle vorige. Hierdoor konden aan-
deden ELV.A., welke aanvankelijk een scherpen koersval
te zien hebben gegeven, zioh bijna geheel weder herstellen,
terwijl de overige soorten de beweging van het hoofdfonds
op een afstand volgden. Cultuur Mij. der Vorstenlanden:
164%,
162,
164%;
Handels Verg. Amsterdam: 626%,
644%, 630; Maron: 275,
264%;
Moorman: 421, 405, 417;
Poerwo-redjo: 1.12, 113%, 112%; Tjepper: 585, 592, 599;
Watoetoel’is Poppoh: 694,
66,
653 (ex div.), 650%.
De
petroleuina.fdeeling
heeft weinig variaties te aan-
schouwen’ gegeven. Aandeeleu Koninklijke Petroleum’ Mij.
bleven ngenoeg onveranderd, al werd de stemming tegen
-het slot vtster. Aandeelen Geconsolideerdo bleven zich
hanclhaveh op het peil, dat door het aanbod tot omwisse-
ling door de Koninklijke Petroleum Mij. op de halve waar-
de van 66n aandeel van laatstgenoemde Mij. minus het
-dividend ‘over 1925 is vastgesteld. Dordtsehe Petr. md. Mij.: 379% 384, 381; Gec. Roll. Petroleum Cy. : 186
5
/s,
189%, 190%; Kon. Petr. Mij.: 404%, 4011, 408%.
,3cheepaartaandeelen
waren nagenoeg verwaarloosd,
doch oudervondên even den invloed van de iets betere om-
standighelen
0:1)
de- vraohtenmarkt. Holland Amerika Lijn:. 62%, 62%, 62%; Java-China Japan Lijn: 11.3, 116, 115%;
Kon. Ne:ij Stoom-boot Mij.: 76%,
7
5%, 76% ; Neci. Soheep-
vaart Unie: 155, 15734 ; Stoomv,aart Mij. Nederland: 169,
168, 169%. –
De
ind1dsta
–
iaele markt bleef over -het algemeen rustig.
Hier çn laar ontstdnil echter eenige belangstelling, o.a.
voor J-urgendaandeelen, welke voörbijgaalici een hooger peil
konden .breikeun Voorts werd de aandacht iii deze aldee-
liug gecooeutreer.d op aandeelen in kun stzijdeondémne-
–
niingen, ilieer in het bij-zonder -op Maekubee, vaaromtrent
vcrluidde,,’ dat opnieuw aa’nkoopen vooi Engeische reke-
ningplaats hebben gevonden. Iii aansluiting hieraan waren
ook ‘de oerige kunstzijdesoor€en opgewèkt gestemdCed-
trale Suiker Mij.: 127, 125% 125
3
/8;’
Hollandsche Kunst
zij-de Industrie: 147,
150%,
147% ; Roll. Mij. t. h.. niakn
v. W. in Gew.’Beton: 188%, 197, 194; Jnrgen: 12h,, 129%,
127.; Maekubee:
164%,
171,
1691e;
‘Ned. Kunst.zijdefabriek:
352, 359; 348,
51%;
Philips Gloeilampen 413%, 463%,
402..
De
.
af-deling voor
,bankaoi
–
ri4eelen
vas verdeeld .Aandee-
1e-it Ilottej-damsche ]lankvemaeuiging reageer-den eenigszins;
daarente
g
en waren de Indische credietaandeelen
:f
ster
–
ler ezoeht.’ Zi vast bleken aande&en Bank Associatie
te zijn. Amstèrdamsohe Biuik 158, 159%; Roll. Bank v.
Zuid-Amerika: 85%, 82%, 84%.; Koloniale Bank: 183%,
181%, 18%, 183; Ned.-In-d. Handels Bank: 147%, 148
15
/la,
148%;,Nd. Handel M %
ij.:
142%,
144,
145%; Rdamsohe
Bankverg.l: 72, 70, 67
5
/8;
Twsntsche Bank: 132, 133.
De uaijivunarkt
was uiterst stil, met geringe variaties; in
iandeelen Redjang Lebong echter ontstond nogal eenig
aanbod, wodsdoor de koers een tiental procenten reageerde.
Alg. Exploratie Mij.: 142%, 137%, 139%; Redjang Le-
hong: 315%, 313, 305; Singkep Tin:
249%,
256,
259%.
De
Ajnrikaansche sfdeeling
was kalm en volgde den –
koersloop te New York. Ainerican Water Works: – 280
(ex dliv.), 290, 285; Anaco
–
n’da Copper: 101
1
/it,
99, 100; StudebakeF: 1472%, 1440, 1435; Uniec1 States Steel Corp:
132%, 129, 130; Bal,tjmore & Ohio: 91, 92%, 91
5
A;
Ene:
36, 7%,
I%;-
Sou-themn Pacifie:, 101%, 102, 101
15
/it
Union Paif-ïc: 145, 146, 144%; Wabash Railway:
40
3
14,
3918/16, 40%.
– De
geidmerkt is
iets stroever -geworden; prolongatie liep
op. van $34 tot
4,
pCt. ,
1050
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
25 Nôvember 1925
GOEDERENHANDEL.
GRANEN. 24
November 1925.
De t a r w e-markt is ook in cle afgeloopen week zeer vast
en levendig gestemd geweest. Een zeer groot aantal ladin-
gen Manitobatarwe werden in de Engelsche- markt ver-
handeld tot stijgende prijzen; zoowel Chicago als Win-
nipeg maakten voortdurend hausse, door het uitzenden
van berichten over oogstsehade, evenwel niet in die lan-
den zelf, doch in Argentinië en Australië. Inderdaad
schijnt de kwaliteit en daardoor ook de kwantiteit in het
ioorden van Argentinië geleden te hebben, terwijl boven-
dien -de eerste clorschresulrtaten tegenvallen.
In Austral/ë is tamelijk algemeen regen gevallen, -doch
dit neemt niet weg, dat cle oogstopbrengst geschat wordt
op 12% millioen qrs. tegen ruini 20% millioen qrs. ver-
leden jaar. Waar zich bovendien een -goede vraag schijnt
to ontwikkelen voor deze tarwe in het verre Oosten, neemt
men aan, dat Au€tralië al zeer weinig tarwe voor Europa
beschikbaar zal hebben. De officieele schatting vati Argen-tinië met 29.440.000 qi-s. tegen een opbrengst van verleden
jaar van 21»29.000 qrs. geeft een aanmerkelijk surplus,
zelfs als men in aanmerking neemt, dat de jongste minder
gunstige berichten in het huidige cijfer waarschijnlijk -niet
verwerkt zijn; ofschoon Rusland vel weer eenige tarwe
aflaadde, is dit toch zoo weinig, dat het op het oogeublik
bijna geen rol speelt, te meer, waar ook de offertes van
Rusland weinig dringend zijn. Vrij algemeen neemt men
aan, dat er van Rusland geen aanzienlijke hoeveelheden
meer zullen komen gedurende het tegenwoordige oogst-
jaar. De minder gunstige berichten betreffende de •tarwe-voorziening van Europa was evenwel reeds eenige weken
bekend én de vraag doet zich voor of men steeds om de-
zelfde redenen den prijs zal kunnen opdrijven. In Chicago liep van 14 tot 21 November de Mei-termijn op van 149
3
/s
tot.158
1
A
en in dezelfde periode liep Mei Winnipeg op van
133% tot 1437/
s
. De markt lijkt nu eenigszins vermoeid
en op den 23sten vond dan ook een reactie plaats, die
Chicago terugbraoht tot 155
3
/4
en Winnipeg tot 141%, beide
voor Mei. De kooplust is de laatste dagen sterk vermin-
tord; ongetwijfeld kan men nu, gezien het feit, dat er in
cle laatste weken tamelijk ruim gekocht is, grootere af in-
dingen verwachten en waar toch verschillende Europeesche
landen meer dan gewoonlijk in hun behoefte vooizien, met hun eigen oogsten, zou een toename van de verschepingen
spoedig tot een verzacliging van de vraag kunnen leiden.
Na de zeer kleine verschepingen van de voorafgaande
week, schijnen de verschepingen van verleden week ruim,
ofschoon zij zeker niet grooter zijn dan in een normaal
jaar in Europa geconsunieerd wordt. Bovendien komen zij
bijna uitsluitend van Noord-Amerika en wel hoofdzakelijk van Canada, dat dus door zijn ,,Wheatpool” de situatie vrij sterk in handen heeft. Indien even*el de ,,Wheatpool’? niet
voUoende tarwe verkoopt, zouden zijn eigen voorraden
spoedig aanzienlijk vermeerderen, aangezien de aanvoeren
in het Westen van Canada zeer ruim zijn. Dit zou voor
-‘ezeifde ,,Wheatpool” een minder gewenschte toestand
ihet zich brengen en het is dan ook niet waarschijnlijk, -dat
iie een verdere stijging der prijzen in de hand zal wer-
ken. Ook op het Continent werd regelmatig tarwe gekocht,
doch slechts op enkele dagen was de omzet van meér be-
teekenis; meestal bepaalde het zich tot het opnemen van
enkele reeds aangekomen of spoedig verwachte partijen.
De Dui-tsche molens, die -nog steeds met credietmoeilijk-heden kampen, koopen slechts mondjesmaat.
Duitsehe tarwe werd evenwel veel minder aangeboden
en voor zoover ze nog koopbaar was, waren de prijzen
zooveel verhoogd, -dat zij buitenlandsche koopers niet meer
jnteresseerden.
Ook m a ï s heeft een vaste week achter -den rug. De
vraag voor spoedig leverbare mais is in bijna alle mirkten
goed. Speciaal wordt voor La Plata maïs zoowel in Enge.
land als in Antwerpen en Holland een premie bet,utld
voor spoe ‘ige levering. De versohepingen vau waren, gezien de-n tijd van het jaar, tamelijk groot, maar
daartegenover stond een aanzienlijke vermindering van
de Zuid-Afrikaansche afladingen, vergeleken bij een week
geleden. De vraag voor deze Zucl-Afrikaansche maï.swas
over het algemeen goed, terwijl boven-dien de mais van de
Balkan meer de aandacht trok, misschien wel het meest,
omdat vei-koopers zich althans voor spoedige aflading
tarugtrokken. Dit hangt voor een groot deel samen met •de
moeite, die de verschepers hebben, scheepsruimtete charteren.
liet gevolg van een en ander is, dat spoedig leverbare maïs
niet overvloetig is aangeboden; wel zijn de prijzen in
Noord-Amerika voort
–
lurencl gedaald, waar-door deze mais
voor aflading in het begin van het volgend jaar de goed-
koopste soort is; maar voor Decembei
–
.aflading zijn de
offertes nog zeer beperkt, aangezien liet overschot van
den ouden oogst zoo gering was, dat er zich nergens voor-raden van een-ige beteekenis -bevinden. In Noord-Amen-
kaansohe mais kwamen wel eenige zaken tot stand, doch
groot is cle kooplust voor de positie, waarin deze maïs
verkrijgbaar was, niet geweest. In het begin van de vorige week verkocht de Balkan aanzienlijke hoeveelheden maïs
te verschepen gedurende April, Mei en Juni van het vol-
gend jaar; vooral Rotterdam kocht hiervan op r-uime
schaal, doch eenige ladingen werden -gehandeld, zij ht tot
aanzienlijk hoogere prijzezi, daar men er op rekent naar
Rotterdam lagere vracht te kunnen arrangeeren. Ook
Scandinavië en België kochten van deze maïssoort, aan-gezien cle prijs zeer laag was. Het gevolg is geweest, dat
de meeste verkoopers zich eenigszins hebben teruggetrok-
ken. De prijzen, (lie de boeren voor deze mais krijgen, is
echter gering, en slechts de behoefte om onmiddellijk voor-
schot in geld te ontvangen heeft hen ertoe gebracht met
deze mais aan de markt te komen.
Terwijl -de stemming voor ge r st vast was en er over
het algemeen betere prijzen betaald werden, ging er weinig
om; zoowel koopars als verkoopers nemen eenigazins een
afwachtende houding aan. Na een aanvankelijke’ verhoo-
ging heeft Noord-Amerika den prijs eenigszins verlaagd.
Het minst fluctueerde h av er; de prijzen bleven vrijwel
onveranderd, niar de handel had niet veel te beteekenen.
Tot ons. leedwezen ontbreekt ons de, ruimte de statistiek
van prijzen en aanvoeren in dit nummer af te drukken.
SUIKER.
NOTEERINGEN
Londen
New York
Amster-
White Java’s 1
Cuba’s
1
96°
Data
damper jTates
1
f.o.b. per
1
96
0
c.Lf.
Centri-
Maart
Cubes1
1
fugals
No.!
Melijuni
1
Nov./Dec.
Sh. Sh. Sh.
$
ets.
32’_
1317
11/3
4,08
32!—
1311
ll/lx
4,18 38 6
1913
221_
–
5.90
60/9
25/3
22_
7,53
181-1
–
1
–
1
3,26
1)
Het verschil tusschen ruwsuitrer 88
0
en
krist.suik.
990
is aan te nemen
op!3
p. 100 Kil
Gedurende cle afgeloopen week waren de verschillende wereldsuikerroarkten, uitgezonderd Java, alwaar de stem-nhing aanhoudend vast bleef, aan nogal groote fluetuaties onderhevig, hoewel de ondertoon vast genoemd mag vor-
den. De oorza.ak dezer fluctuaties kan gezocht worden in de tegenstnijdige opinies omtrent de oogstvooru.itzichten
der twee voornaamste suikerprocluceerende centra, nl. Cuba
en Europa
Voor zoover ten opzichte van Cuba reeds eene raming
gegeven kan worden, is de algemeene indruk dat de a.s.
oo-gst niet veel van den laatsten oogst verschillen zal, die
5.126.000 tons opgebracht heeft.
Wiliett & Gray publiceerden intnsschen hunne eerste
raming van den wereldoogst 1925126 met totaal 24.242.000
ton& tegen eene geraamde opbrengst in 1924125 van
23.590.000 tons, hetgeen een surplus van ongeveer 650.000
tons zou beteekenen. In dit cijfer zullen echter nog her-
haaldelijk wijzigingen aangebracht moeten worden. Voor
den as. Cuba-oogst nemen Willett & Gray een cijfer aan
van 5.150.000 tons.
De noteeringen op de termijnmarkt te New York, zoowel als voor Sp. Centr. bewogen zich nogal op en neer, hetgeen
uit on{lervolgen(le cijfers blijkt:
Sp. C. Dec. Jan. Mrt. Mei
Slot voorafgaande week …….4.15 2.39 2.41 2.48 2.61
Openingvers1agweek ……..4.18 2.37. 2.36 2.45 2.57
Laagste punt verslagweek …. 4.02 2.25 2.29 2.37 2.49
Slot. verslagweek …………4.08 2.30 2.36 2.44 2.56
De ontvangsten in de Atl. havens der V. S. bedroegen
deze week 52.000 tons, de versmeltingen 56.000 tons (tegen
40.000 tons verl. jaar) en de voorrauen 58.000 tons. In Cubasuiker kwamen flinke afdoeningen tot stand we-
gens aanhoudende belangstelling dooi- Raffinadeurs in de
V. S., die voor prompte Cnba.suiker prijzen betaalden op-loopend tot
2
7
1
dc. c. & Ir. Nw York, vaarna piijzen
weer afbrokkelden tot 2% dc. Voor Jaiiva.ri verscheping
wei’d ongeveer Sh. 1114% c.i.L -genoteei-d.
kristalsuiker
basis 99°
23 Nov.’25
f
l7
18
’25
17i,
23
’24
2013
/is
23 ,. ’23
31
ruwsuiker
basis 88°
4 Juli ‘1
f
“
3
/32
basis 99°
f
14’3/
25
November
1925
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1051
De Cu b a-statistiek is als volgt:
1925
1924
1923
Tons
Tons
Tons
Weekontvangsten tot 14 Nov. 29.338 8.863 2.076
Tot. 1 Dec. ’24-14 Nov . …… 4.907.383 3.905.984 3.478.185
Weekexport 14 Nov. ………72.262 33.806 12.167
Totale export 1 Jan.-14 Nov. . 4.525.144 3.820.624 3.415.149
Totale voorraad opl4 Nov. . . 388.544 85.113 63.042
De zichtbare voorraden zijn volgens Czarnikow:
1925
1924
1923
Tons
Tons
Tons
Duitschland 1 Oct………..18.000
2.000 208.000
Tsjechoslowakije 1 Nov.. …..
.388.000 337.000 280.000
Frankrijk 1 Oct ………
…….47.000
47.000
42.000
Nederland 1Oct………….80.000
28.000
16.000
België 1 Oct………………..18.000
11.000
15.000
Engeland 1 Nov……………280.000
118.000
188.000
Europa. . 831.000 543.000 749.000
V.S. Atlant. havens 18 Nov. ..
58.000
31.000
60.000
Cuba 15 Nov. alle havens …. 388.000
85.000
63.000
Totaal
1.277.000 659.000 872.000
Op J a v a werd, na vergeefsche pogingen om lager te-
recht te komen, voor No. 25 &/h. uit oogst 1926
f
9% ge-
bodeii, waartoe cle V.I.S.P. geleidelijk flinke kwarititeiten
afdeden. Voor No. 16 &/h. werd tegelijkertijd
f 8%
en
voor No. 12/14
f
8% betaald. De momenteele stemming
op Java mag zeer vast genoemd worden. Voor disponibele
witte suiker werd
f
9% en voor December o.a.
f
10 be-
taald.
H i e r te 1 a ii .d e fluctueerden de prijzen voor termijn-.
suiker eveneens nogal sterk, hetgeen door onderstaande
cijfers in beeld gebracht wordt:
December
Mei
Augustus
Opening
…………171/
8
181/
8
18
Laagste punt ……..168/
8
167/,
171j,
Slot …………….167/,
17%
De omzet bedroeg deze week ongeveer 10.700 tons.
KATOEN.
Noteering voor Loco-Katoen. (Middling Uplands.)
20Nov.
1925
13Nov.
1
1925
1
6Nov.
1925
1
20Nov.
1924
20Nov.
1
1923
New York voor
Middling
20,80e
20,90c
21,-c
24,20e
‘35,35e
New Orleans
voor Middling
19,31 c
19,85 c 19,82 c
24,25c
34,25 c
Liverpool voor
Middling
.
..
10,60 d
10,58 d
10,49 d 13,72 d
20,62d*)
*) Voor fully middling ouden Standaard.
Ontvangsten in- en uitvoeren van Amerikaansche havens.
(In duizendtallen balen).
1 Aug.’25 Overeenkomstige periode
tot
I
13Nov.’25
1924
1923
Ontvangsten Gulf-Havens.
k4445
Atlant.Havens
3836 3313
UitvoernaarG-r.Brjttannië
785
806
717
‘tVastelandetc.
1
1769 1396
1252
Japan
322
220 219
Voorraden.
(In dulzendtallen balen).
Overeenkomstig tijdstip
13Nov.’25
1
1
1924 1923
Amerik. havens
.
… _. ..
1400
1340
824
Binnenland
1638
1410
1169
New York
44
206
43
New Orleans
427 332
173
Liverpool .
267 235
175
KOFFIE.
De matte stemming, waarvan ‘reeds in het vorig bericht
werd gewag gemaakt, hield ook deze week aan en de prij-
zen voor af lading, zowe1 van Brazilië als van Indië (maar
het meest van Brazilië), liepen verder terug. De wissel-
koers in Brazilië, die door Zijne belangrijke rijzing gedu-
rende de laatste maanden zooveel had bijgedragen tot de
vaste stemming en de stijging der prijzen, doch die sedert
9 dezei van
75/s
gedaald is tot
7
¼ d., bleef niet zonder
invloed op de stemming. Aan de toonaangvende termijn-
markt van New York daalden dan ook naar aanleiding
van een en ander de noteeringen niet onbelangrijk, ter-
wijï aldaar tevens de nadering van de December-liquidatie
en de oabevredigende loco-vraag het hare bijdroegen tot
het af zwakken van cle prijzen. Aan onze termijnmarkt
brqkkelden de prijzen ongeveer
134
è. 2 ct. af
en in loco
veçden in de meeste gevallen de vraagprijzen weliswaar
nie% van beteekenis verlaagd, doch het is duidelijk, dat
onier de bestaande omstandigheden, om koopers te kunnen
ontmoeten, eene concessie moet worden gedaan.
Omtrent den bloei van den volgenden oogst werd dit-
makl feitelijk geen nieuws vernomen, al stemmen dan ook
de meeste berichten hierin overeen, dat de regen, die in
cle llaatste dagen in den Staat Sao Paulo bijna overal in
flinke hoeveelheid gevallen is, op den November-bloei een
gui.stigen invloed heeft. Voor eenigszins betrouwbare
cijfsts betreffende de vermoedelijke opbrengst, is het na-
tuuljk op •het oogenblik nog veel te vroeg en eene raming vai 8 inillioen balen clie, volgens bericht uit Amerika van
het Permanente Comite tot Verdediging van de Koffie
in klen Staat Sao Paulo zou zijn ontvangen, kan dan ook
gevbeglijk buiten beschouwing worden gelaten. e prijzen van gewoon goed beschreven Superior Santos
op prompte verscheping zijn thans ongeveer 99/-
a
101/-
per cwt., en van dito Prime ongeveer 101/- h 1031-, ter-
wijl zij van Rio type New York 7 met beschrijving promte
‘.erscheping, bedragen
7816
A, 80/6 en voor December/Ja-
nuahi-versoheping 781. h 79/6.
1/1
Robusta op aflading ging ook deze week weinig
oni.1 Op het oogenblik zijn de aanbiedingen: Palembang
Robtista Nov./Dec. verscheping, 46% ct; Palembang Ro-
busfa Dee.fJan. verscheping, 46% ct., alles per
34
KG.,
cif., uitgeleverd gewicht, netto contant.
De officieele loco-noteeringen bleven onveranderd 67 ct.
per
34
KG. voor Superior Santos en 58 et. voor Robusta.
De noteer-ingen aan de Rotterclamche termijnmarkt wa-
len aail cie ochtend-call als volgt:
Santos-contract
Gemengd Contract
basis Good
11
basis Santos Good
Dec.
Mrt.
Mei
Sept.
Dec.
Mrt.
Mei
Sept.
24 Nov. 537/,
503(
4834
46
8
/
8
498/,
465/
8
445/, 43%
17
555/
8
5234
5034
4734
5134
488/
8
4634
45f,
8
10
5634
53
51
t/
8
48
7
/,
53
50
48t
8
4634′
3
563,
5334
5134
49%
5334
5334 485/
8
471/,
De slot-noteeringen
te New York van het aldaar geldende gemengd contrant (basis
Rio No.
7)
waren:
Dec.
I
Mrt.
I
Mei
I
Sept.
23
Nov.
……
$
18,73
$
16,25
$
15,83
$
14,90
,,
17,75
17,05 16,63 15,53
16
,……..
,,
18,21
.
17,30
17,-
16,15
9
,……..
2
,……..
,,
18,30
.,.
17,45
17,05
16,15
Rotterdam, 24 November 1925.
THEE.
De markt in de afgeloopen week concentreerde zich we-deroni op de veiling van 19 November. Zooals te verwacli-
ten
was,
had die veiling een zeer va.st verloop en konden
de prijzen gemiddeld 4 h 7 ets. stijgen.
Opmerkelijk was de groote vraag voor de gewone en
miciclensoort kwaliteiten, die dan ook vaak 10 ets. in prijs
konden stijgen, terwijl de ‘betere kwaliteiten niet meer dan prijshoudend waren en soms zelfs lager afgegeven werden
dan in vorige veiling.
Stof thee en kleingruizige thee trokken veel belangstel-
ling van buitenlandsche, voornamelijk Engelsche zijde.
Medegedeeld werd, dat de volgende veiling, die op 10 De-
cember gehouden zal worden, niet meer dan 7000 kisten
zal omvatten. Dit kleine aanbod houdt verband met den
grin.gen aanvoer als gevolg van de groote droogte op
Java.
Waar cle totale Britsch-In’clische thee-oogst op ulto. Juli
nog een vermeerdering toonde ten opzichte van verleden
jaar van 21% niillioen lbs., welke toename op uito. Octo-
ber reeds teruggebracht
was
tot niet meer dan
134 nijl-
lioen lbs., bericht de Indian Tea Association thans, dat
do oogst over de eerste helft van November 0 millioen lbs.
minder is geweest dan in hetzelfde tijdvak van verleden
jaar, zoodat in plicats van een vermeerdering van den
Britsch-Indiscljeh thee-oogst thans reeds een verminde-
ring te con stateeren valt.
Batavia seint eveneens vaste markten met vraag van
verschillende zijden voor oogsten of gedeeltelijke oogsten
van 1926.
Amsterdam, 23 November.
1052
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
25 November 1925
RUBBER.
De vaste stemming bleef gedurende de afgeloopen week nagenoeg onafgebroken aanhouden. De vraag van Amen-
kaansnbe zijde, welke alle posities gold, had een verdere
prijsstijging ten gevolge, terwijl op het hoogere prijsniveau
meer aangeboden werd, hetgeen een aanzienlijken omzet
met zich bracht.
De slotnoteeningen luiden als volgt:
la Crêpe:
einde voorafgaandeweek:
November
291
ct…………….2623. ct.
December
292k ,……………264
–
Januari/Maart 285
…………….252h
24 November 1925.
COPRA.
De markt was gedurende de afgeloopen week aanvan-
kelijk flauw gestemd, doch tegen het slot opnieuw vasten.
Amerika blijft in Singapore koopen, zoodat het aanbod
van Straits f.m.s. hier beperkt is..
De slotnoteeringen zijn:
Nederl.-Ind. Lm.s. stoömend ……….fi. 3584
,, .
,,
,,
November all. …. … , 355/8
,,
,,
December ,…….,, 3534
23 November 1925.
STEENKOLEN.
De willigte, waarvan gedurende de laatste paar weken
aan de Oostkust van Engeland sprake is geweest, behoort
al weer tot het verleden. De prijzen zijn daar, zoowel als
in Cardiiff en in Schotland, eerder aan den flauwen kant.
In (le verschepingen van huisbrandkolen en gebroken cokes
van de Oostkust en Carclifï uit naar de Vereenigde Sta-
ten is een stilstand gekomen en ook van Rotterdam uit
worden geen nieuwe ladingen gerapporteerd. Wanneer de
staking in cle Vereenigde Staten aanhoudt, kan het niet
andërs of deze verschepingen moeten hervat worden. Voor
Westfaalsche kolen wordt allerwege gevoelig lager geno-
teerd dan in den laatsten tijd het geval is geweest.
De prijzen zijn:
Northumberland Ongezeef de ………..
f
10,75
Durham Ongezeefde ……………….. .. 11,25
Card.iff Ongezeefde ……………….. ..12,50
Schötsche Gezeefde …………………,, 10,-
Yorkshire Gewasschen Doubles ……… ..13,-
Westfalsche VetfJrder ……………..,, 10,75
Vetstukken ……………,, 12,75
Smeenootjes …………… .. 12,50
Gasvlamförder … ……… ., 10,75
Gieteokes
…………….,, 15,25
alles per ton van 1000 KG., franco station Rotterdamf
Amsterda.m.
Westfaalsche bunkerkolen f.o.b. Rotterdam/Amsterdam
f
10,—. Markt zonder beweging.
24 November 1925.
VRACHTENMARKT.
De graanvr.achtenmarkt van Noord-Amerika was vastei,
doch de vraag, bleef hoofdzakelijk beperkt tot U. K. In deze
richtiiig werd een •groot aantal bevrachtingen gedaan en
de vrachten vertoonen een lichte stijging. Van de Northern
Range werd bevracht met cancelling-dates tot 31 Decem-
ber tegen 3/- tot 3/134 per qtr. naar gelang van grootte,
met de optie Bor.deaux/Hamburg range in 16n geval tegen
2/9 en Denemarken of Zweden tegen 3/6 in een ander
geval. Naar het Continent werd een boot afgesloten tegen
12 cents per 100 lbs. basis édn haven Antwerpen/Hamburg
range, optie Middellanclsche Zee 16 cents. De St. Lawrence
was minder levendig en er vond slechts 6én bevrachting
plaats van Quebec tegen 3/6 per qtr. Nov./Dec. Montreal/
Griekenland betaalde 25 cents per 100 lbs.
De suikervrachtenmarkt was -tamelijk vast en er bleef
een betrekkelijk goede vraag bestaan naar tonnage pêr
Nov./Dec./Jan. Van Cuba naar U. K./Continent werd 17/3
tot 1813 betaald naar gelang van grootte. Een groote boot gaf de optie New York of Philadelphia tegen 13 cents per
100 lbs., Boston 14 cents, per November.
Na vele weken een levenloos aanzien te hebben gehad
werd deze week van de North Pacific een boot bevracht voor
graan per December naar U. K./Continent tegen 3216, waar-
tegen meerdere afsluitingen kunnen worden gedaan.
Van de River Plate was weer veel vraag naar tonnage,
voor belading tot 20 December. Tegen het einde der week
viel een verdere stijging der vrachten waar te nemen. Boo-
ten tot 6000 tons bedongen 21/3 van Upriver en groote
booten van Bahia Blanca 20/-. Voor nieuwe oogst belading tonnen de bevrachters slechts weinig interesse.
De chilisalpetervraehtenmarkt was kalm en de vraag in
alle richtingen gering. Naar Europa zijn volle ladingen in
de markt per Januari tegen 25/6. Bordeaux/Hamburg ran-
ge, met de optie Denemarken/Zweden/Danzig tegen 28/6.
In ruimte voor partijen is practisch gesproken niets te
doen. Er werd slechts dn partij giboekt, nl. 550 tons per
Nov.fDec. tegen 22/6 naar Liverpool; De meeste Oostelijke markten bleven flauw gestemd. Van
Wiadiwostock is tamelijk veel vraag naar tonnage op basis
van 32/6 naar Ruil, Rotterdam, Hamburg. Een handige
lading van 5000 tons werd geplaatst tegen dit cijfer per
25 Nov./15 Dec. met de Scandinavische optie tegen 1/3
extra. Er werden ook parcels afgesloten voor maandelijk-
sche verscheping, beginnende Maart/April 1926 tot Octo-ber 1926 tegen 26/3 naar. Rotterdam en/of Hamburg (ddn
of twee havens). Per prompt werden van Dalny pa’rcels
geboekt tegen vrachten van 22/6 tot 301- naar Londen/
Rotterdam/Hamburg (twee loshavens). In olie was een b,e-
langrijke verbetering waar te nemen en deeptanks werden
bevracht van Wladiwostock tegen 50/- December, 551- Ja-
‘nuari en 55/- Januari/Februari. Van Dalny vonden tegen
dezelfde vrachten afsluitingen plaats.
Australi is zeer kalm en er gaat slechts weinig om. Er
werd echter een handige December/Januari boot bevracht
van Zuid-Austral ië/VictoriafSydney naar Middellandsche Zee[tJ. K./Coutinent – tegen 42/6, optie Calcutta/Bombay/
Kariiahi tegen 27/6, met de optie belading in West-Aus-
tralië tegen 3819. Van Queensland werden verdere booten
genomen voor suikeriadingen tegen •iets lagere vrachten,
n.l. 42/6 van 3 havens naar 66n 13. K. haven. Van Bombay
naar Duinkerken werd 17/6. betaald voor 5000 tons Man-
ganese per Nov/Dec. Kernels werden bevracht van de
Madraskust naar de Middellandsche Zee/IJ. K./Continent
tegen 27/- per December.
Bunmah was voor nieuwe oogst belading tamelijk def i-
nitief en afsluitingen vonden ‘plaats per Februari en ook
voor Maart naar U. K./Continent met opties op basis van
31/3. De maïsvrachten van Zuid-Afrika zijn ‘opgeloopen en
handige tonnage van ongeveer 5/6000 fons werd bevracht
van Kaapstad/Durban range naar U. K.fContinent tegen
23/6 prompt, 24/3 Dec. Mauritius bevrachtte tonnage van
9750 tons, met 10 December laydays naar Londen, Liver-pool, Greenock tegen 22/6 en ook een boot van 8200 tons
per einde December tegen 23/-.
De Donau bleef levendig op basis van 19/- naar U. K./
Continent. De Zwarte Zee is zonder vraag voor graan.
De markt van de Middeliandsche Zee is vast en er be-
staat meer vraag naar U. K. dan naar het Continent. Bona!
Rotterdam werd gedaan tegen
416,
Garston 6/3, Glasgow
6/3, Benisaf/Ardrossan 6/6. Fosfaat werd gedaan van Bonn
naar Dublin tegen 8/6 en een handige boot van Sfax/Duin-
kerken tegen Frs. 32.
De vrachten van de Golf van Biscaye blijven vast. Af-
sluitingen zijn Bilbao/Middlesboro 7/-, Glasgow 6/9, San-
tanden/Glasgow 7/-, Bilbao/Ardrossan 6/9.
De time-charter vrachtenmarkt is iets levendiger. Groots
lumberv.aart, worden gevraagd voor
booten, geschikt voor
op- en teruglevering in een Atlantische haven den Ver-
eenigde Staten en afsluitingen vonden plaats tegen
$
1 op
deadweight voor 2 en 3 rondreizen.
Van Noord-Amerika vonden geen kolenbevrachtingen
plaats, ofschoon eenige aanvragen in de markt zijn, o.a.
naar Para tegen
$
3,75.
Van Zuid-Wales werd betaald: Rouaan 3/9, Gibraltar 81-,
Genua 9/6, Port Said 10/9, Buenos Aires 14/-, Boston 10/6 en van cle Oostkust van Engeland: Gef le 7/-, Copenhagen
5/1034, Rotterdam 4/-, Genua 9/434, Buenos Aires 13/6.
23 November 1925.
RIJN VAART.
– Week van
15 t/m. 22 November 1925.
De toestand te Rotterdam bleef ongewijzigd. De erts-
vrachen hedrogen gemiddeld fi. 0,2734 met Y, en fi. 0,3734
met
34
iostijd. Naar den Bovenrijn werd gemiddeld Ii. 1,40
per last met verkorten lostijd betaald.
Het sleeploon, in de eerste helft der week 30/32
34
ct.,
liep tengevolge van den mist op tot 45150 ct. tarief.
Tengevolge van het hoogere sleeploon was de animo onder
de particuliere schippers, om leeg naar de Rubrhavens te
varen, minder groot, zoodat scheepsruimte meer dan vol-
doende beschikbaar werd, waardoor de vracht gedrukt bleef.
De waterstand bleef vallende. Naar den Bovenrjn werd
op M. 1,80 afgeladen, terwijl voor groote, diepgaande sche-
pen naar den Benedenrjn voorzichtigheid geboden was.
De beschikbare scheepsruimte in de Ruhrhavens vermin-
derde sterk, waardoor bij veel vraag de stemming vaster
werd en uitzicht werd geopend, dat het vrachtenpeil binnen
enkele dagen een honger niveau zal bereiken.