Internetbanken schudden sector op
Aute ur(s ):
Groeneveld, J.M. (auteur)
De auteur is consultant Corporate Strategy van Rab ob ank Nederland. j.m.groeneveld@rn.rab ob ank.nl
Ve rs che ne n in:
ESB, 88e jaargang, nr. 4394, pagina 64, 7 februari 2003 (datum)
Rubrie k :
Tre fw oord(e n):
bankw ezen
Internetbanken zorgen voor dynamiek in de financiële sector. Dit biedt kansen en bedreigingen. De politiek moet traditionele banken
de ruimte geven om te kunnen reageren.
Met regelmaat laaien interessante discussies op over financiële stabiliteit en concurrentie in het retailbankieren. Factoren die in dit
verband steevast worden genoemd zijn de concentratie- graad, verzonken kosten voor nieuwe toetreders, transparantie, en de kosten
verbonden aan het overstappen van de ene bank naar de andere. Onderkend wordt dat de visies van academici, beleidsmakers en
bankiers over deze facetten soms enigszins gekleurd zijn door hun verschillende posities en rollen in het maatschappelijke verkeer.
Aan de hand van een concrete ontwikkeling – de komst van pure internetbanken – zal worden geïllustreerd dat partiële analyses van, en
onvoldoende oog voor de onderliggende dynamiek in het retailbankieren tot discutabele conclusies leiden1. Hierop gebaseerde
beleidsaanbevelingen of maatregelen kunnen in bepaalde gevallen juist de financiële stabiliteit en concurrentie in de financiële
retailmarkten schaden.
Internetbanken
In theorie kunnen internetbanken hogere winsten maken dan conventionele banken doordat zij kantoorloos opereren. Het levert ook
voor de consument financieel voordeel op als internetbanken een deel van hun kostenbesparingen op de overhead gebruiken om
bijvoorbeeld hogere spaarrentes of goedkopere leningen dan traditionele banken te bieden. In de praktijk spelen alleen succesvolle
internetbanken pas na zo’n vijf jaar quitte. De verliezen in de eerste jaren hangen vooral samen met hoge acquisitie-, ict- en
marketingkosten. Bij de acquisitie van klanten zijn internetbanken doorgaans niet zo selectief. Zij proberen vooral door een gunstige
prijsstelling voor simpele bancaire producten als spaarrekeningen, standaardleningen en effectentransacties klanten bij hun primaire
bank weg te lokken. De klanten van internetbanken zijn per definitie dus niet zo loyaal. Internetbanken komen dan ook bedrogen uit als
zij na verloop van tijd denken dat zij op virtuele wijze klantloyaliteit hebben gecreëerd en het prijsverschil met de concurrenten, de
traditionele banken, kunnen verkleinen. De ervaring heeft geleerd dat bij een minder competitieve prijsstelling de niet-loyale klant weer
net zo snel vertrekt als hij gekomen is. De geringe loyaliteit maakt ook direct duidelijk waarom de meeste internetbanken moeite hebben
om ‘cross selling’ te realiseren: als internetbanken hun productassortiment uitbreiden, is het twijfelachtig of bestaande klanten ook meer
producten gaan afnemen. Voor nieuwe producten moeten zij deze klanten ook van hun primaire bank losweken. Dit heeft alleen kans van
slagen als hun prijszetting voor de nieuwe producten blijvend concurrerend is. Na succesvolle lancering van een ‘inbraakproduct’ kan
het productenpalet eventueel met andere doorzichtige en adviesongevoelige producten als beleggingsfondsen of gestandaardiseerde
leningen worden uitgebreid. De lange termijn overlevingskansen van internetbanken zijn goed bij toepassing van een simpel
bedrijfsmodel dat gestoeld is op operationele excellentie. Dit komt er op neer dat internetbanken met de modernste ict-systemen werken
en naar minimale kosten per transactie streven. Dit betekent dat het persoonlijke contact met de klant beperkt moet blijven.
Dynamiek in de sector
Differentiatie en winstmarges
Traditionele banken kunnen vanzelfsprekend niet om internet heen. Klanten willen via verschillende distributiekanalen bediend worden.
Dit is kostbaar. Traditionele banken hebben geen andere keus, want als zij stil blijven zitten raken zij klanten kwijt aan internetbanken, die
de krenten uit de pap halen. Traditionele banken moeten gaan differentiëren in de prijzen en service in de verschillende distributiekanalen
alsmede variaties aanbrengen in regionale bedieningsconcepten. Zo verwachten klanten een hogere rente op hun internetspaarrekening
dan op de ouderwetse spaarrekening2. Het wordt ook moeilijker om de kosten van advies en het kantorennetwerk in de kostprijs van al
hun producten te blijven verdisconteren. Eén van de grootste uitdagingen voor traditionele banken is dan ook om verschillende
distributiekanalen te integreren. Dit kan acceptatie van het internetkanaal vergroten en ook de drempel voor het overstappen naar een
nieuwe dienstverlener verhogen.Internetbanken zorgen dus voor toenemende concurrentie en zetten de winstmarges van traditionele
banken onder druk. Teneinde de spagaat tussen het in stand houden van een kantorennetwerk én het gelijktijdig aanbieden van virtuele
dienstverlening te omzeilen, hebben sommige traditionele banken internetbanken als separate entiteiten in het buitenland opgezet.
Voorbeelden zijn ing Direct en Rabobank.be. Hiermee schieten zij zichzelf immers niet in de voet, maar zijn zij eigenlijk ‘luis in de pels’ van
de daar gevestigde traditionele banken. Toch is het niet zo makkelijk om vaste voet op buitenlandse bodem te krijgen. De geringe
naamsbekendheid in het buitenland kan ook traditionele banken parten spelen.
Nieuwe bedrijfsmodellen
Als conventionele banken hun bedrijfsvoering niet aanpassen, zullen ze het op termijn op verschillende bancaire deelmarkten tegen de
pure internetspelers afleggen. Trends als deregulering, vergroting van de transparantie op de bancaire retailmarkten en een toenemende
internetpenetratie onder de bevolking werken in het voordeel van internetbanken. Bovendien is het internetmodel, de internetbanken die
dit toepassen en de technologie waarop dit is gebaseerd nog relatief jong. De mogelijke leereffecten zijn waarschijnlijk nog niet ten volle
uitgebuit. Marktkrachten dwingen traditionele banken dus hun bedrijfsmodellen aan te passen. Steeds meer klanten maken al de overstap
naar internetbankieren voor het afwikkelen van eenvoudige financiële transacties. In extremo leidt deze ontwikkeling binnen de
traditionele bank tot een opsplitsing in een product- en adviesmodel. Hierbij heeft het traditionele bankkantoor geen (eenvoudige)
producten meer op de schappen, maar is vrijwel alleen nog leverancier van adviesdiensten waarvoor apart zal worden betaald.
Consumenten kunnen eventueel nog wel advies over simpele producten in een bankkantoor krijgen, maar de adviescomponent moet dan
wel apart worden verrekend. Ten aanzien van adviesgevoelige producten eisen klanten ook in toenemende mate ‘echt’ onafhankelijk
advies. Dit betekent dat retailbanken steeds meer producten van derden op de planken zullen moeten hebben liggen, met een verhoging
van de concurrentiedruk als gevolg. Deze trend is mede veroorzaakt door sites als www. independer.nl, waar consumenten terecht
kunnen voor onafhankelijk advies en objectief ‘vergelijkend warenonderzoek’ over financiële producten. Deze sites worden weliswaar
druk bezocht, maar uit Amerikaans onderzoek blijkt dat de zoektocht naar complexere financiële producten op internet in acht van de tien
gevallen in een bankkantoor eindigt. Consumenten gebruiken deze sites voor het verzamelen van informatie om beter beslagen ten ijs te
komen.
Deconstructie waardeketen
Ook is een trend dat retailbanken administratieve processen vanuit kosten- en efficiëntie-oogpunt aan gespecialiseerde spelers
uitbesteden. Dit wordt de deconstructie van de waardeketen genoemd. Kruissubsidiëring van verschillende diensten en producten zal
dan veel minder kunnen worden toegepast, met als bijkomend effect dat de transparantie op de markt voor retailbankdiensten verder zal
toenemen. Tot slot ontwikkelen retailbanken concepten voor het aanbieden van aan financiële producten verwante diensten of het
opzetten van alternatieve distributieformules. Het omgekeerde komt ook steeds meer voor: winkelketens en supermarkten die financiële
producten aanbieden. Voor deze spelers met een goede merknaam en reputatie zijn de verzonken kosten voor toetreding op de financiële
retailmarkten relatief laag.
Reputatie
Traditionele banken staan door de komst van nieuwe spelers als internetbanken zeker niet met de rug tegen de muur. Zij hebben nog
belangrijke immateriële troeven in handen. Door hun doorgaans lange bestaansgeschiedenis hebben zij een sterke reputatie en
naamsbekendheid opgebouwd. Dit is voor veel klanten een belangrijk criterium voor de keuze van een financiële dienstverlener.
Bovendien weerhouden recente problemen bij sommige online spelers menig consument ervan zijn volledige spaartegoed naar een pure
internetbank over te hevelen. Spaartegoeden zijn slechts tot een bepaalde grens – in Nederland tot twintigduizend euro – verzekerd via de
depositogarantieregeling. Daar komt bij dat traditionele banken ook niet volledig met de prijsstelling van internetbanken hoeven mee te
gaan; zij bieden immers een volledigere klant-propositie en daarmee meer gemak voor de consument aan. Op de bancaire retailmarkt
wordt niet alleen op prijs geconcurreerd. Het belang daarvan neemt wel toe.
Beleidsoverwegingen
Concurrentie
De toenemende concurrentie op de bancaire retailmarkten – door de mogelijke opkomst van nieuwe spelers – laat zich moeilijk in macrokengetallen vatten. Voor toezichthoudende instanties en mededingingsautoriteiten impliceert dit dat zij bij de beoordeling hiervan niet
louter kunnen varen op traditionele kengetallen als de concentratiegraad in het Nederlandse bankwezen en dat onderzoek snel veroudert.
Van groot belang is accuraat inzicht in onderliggende meso- en micro-ontwikkelingen binnen én buiten de financiële sector3. Ook moet
de toenemende importantie van buitenlandse ontwikkelingen voor het binnenlandse retailbankieren onderkend worden. Het
bovenstaande zal met enkele voorbeelden geïllustreerd worden. In internationaal opzicht is in ons land sprake van een sterk
geconcentreerde bankensector. Dit hangt samen met het feit dat ons land klein is. Als banken in alle landen dezelfde optimale omvang
zouden hebben, dan is in grotere landen vanzelfsprekend ruimte voor meer levensvatbare banken. De concentratiegraad is daar dan
‘automatisch’ geringer. Een ander voorbeeld betreft de lage toetredingsbarrières voor potentiële (niet-)financiële spelers vergeleken met
enkele jaren geleden. Dit zorgt voor dynamiek in de hele bancaire retailmarkt en een sterk competitieve omgeving. Het feit dat veel nieuwe
– gespecialiseerde – spelers in potentie levensvatbaar zijn, duidt erop dat klanten kieskeurig en prijsgevoelig zijn. Consumenten kopen
hun financiële producten steeds minder bij één aanbieder. Het gaat hen om de beste prijs-kwaliteitsverhouding per product. Illustratief is
dat iedere Nederlander momenteel gemiddeld met 1,8 banken een relatie onderhoudt en dat dit cijfer een opwaartse tendens vertoont.
Rond 1990 deed men gemiddeld met anderhalve bank zaken. De afnemende klantloyaliteit vereist van gevestigde spelers dat zij scherp
blijven. De mondigere en winkelende klant switcht tegenwoordig makkelijker van aanbieder. Van aanbod-gedreven is de sector veel meer
vraaggestuurd geworden.
Ondernemingsvrijheid
Deze trends hebben consequenties voor de omvang en het aantal bankkantoren in een bepaald geografisch gebied, de vereiste
competenties alsmede de omvang van het personeelsbestand. De aard van de activiteiten in bankkantoren zal veranderen. Mede vanuit
hun maatschappelijke verantwoordelijkheid en betrokkenheid zullen traditionele banken evenwel ook in de toekomst simpele producten
en diensten via een fysieke distributiewijze blijven aanbieden. Wel zullen regionale variaties in de fysieke bedieningsconcepten
optreden. Dit hangt bijvoorbeeld samen met verschillen in bevolkingsdichtheden of economische omstandigheden. Al met al tekent zich
blijvende concurrentieachterstand ten opzichte van internetbanken op de markt voor eenvoudige en transparante financiële producten
af. Mochten de keuzes ten aanzien van bedrijfsmodellen en bedieningsconcepten door de politiek worden gestuurd dan komt de
ondernemingsvrijheid van banken in het gedrang. In dat geval worden ‘traditionele’ banken als een soort nutsbedrijven beschouwd,
waarmee het gelijke bancaire speelveld wordt verstoord. Omwille van gezonde concurrentieverhoudingen dient inmenging van de
politiek in het distributiebeleid van banken derhalve beperkt te zijn.
Financiële stabiliteit
De veranderingen in de financiële retailsector en de toenemende concurrentie vestigen terecht de aandacht op de stabiliteit van het
financiële systeem. Er kleven risico’s aan de strategische richtingen die banken in een wereld met vele onzekerheden kiezen. Strategische
heroriëntaties kunnen immers verkeerd uitvallen. Dit kan aanzienlijke financiële en reputatierisico’s voor individuele instellingen met zich
brengen. Hoewel met Bazel-II de kapitaaleisen beter op het risicoprofiel van banken zullen aansluiten, kunnen met name deze strategische
risico’s moeilijk in het nieuwe kapitaalakkoord worden ‘gevangen’4.Er kan worden beweerd dat deze strategische onzekerheidsaspecten
een risico vormen voor de financiële stabiliteit. Het gevaar bestaat immers dat banken allemaal dezelfde richting inslaan danwel zich van
andere banken trachten te onderscheiden door alternatieve, risicovollere strategieën te kiezen. Ook kan men van mening zijn dat
systeemrisico’s toenemen doordat banken zich op nieuwe, onbekende terreinen gaan bewegen om te overleven. Dit is echter een te
eenzijdige en pessimistische voorstelling van zaken. De financiële stabiliteit zal meer in het geding zijn als traditionele retailbanken afzien
van strategische keuzen of vanuit de politiek of toezichtsoptiek hierin worden beknot. Dan zullen zij op de oude voet moeten doorgaan.
Maatschappelijke, economische en (geo)politieke ontwikkelingen vragen om weloverwogen strategische reacties van gevestigde
retailbanken om hun positie veilig te stellen. Door hun gewenste marktpositionering én intrinsieke verschillen in bedrijfsfilosofieën
(bijvoorbeeld primair gericht op het creëren van aandeelhouders- of klantwaarde) reageren individuele retailbanken verschillend op deze
ontwikkelingen. Zonder strategische heroriëntaties verliezen zij voeling met de realiteit en vervreemden zij zich van hun klanten. Dit kan
tot de opkomst van vele nieuwe financiële spelers leiden en verstoort mogelijkerwijs – tijdelijk – de transformatie- en allocatiefunctie van
het financiële bestel. Nieuwe spelers moeten bijvoorbeeld eerst reputatie en vertrouwen opbouwen.
Conclusie
De in dit artikel geschetste tendenties manifesteren zich in een grote marktdynamiek in het retailbankieren, waarvan per saldo positieve
impulsen op de financiële stabiliteit en concurrentie uitgaan. Het is daarom van belang dat deze dynamiek zo min mogelijk door de
politiek wordt verstoord.
1 In het vervolg wordt onder een internetbank een bank verstaan die alleen via directe kanalen, en dan hoofdzakelijk via internet, in een
land actief is. Traditionele banken hebben zowel bankkantoren als een virtueel distributiekanaal. Met retailklanten worden particulieren
en het midden- en kleinbedrijf bedoeld.
2 Tentatieve berekeningen duiden erop dat de netto winst van traditionele banken tenminste tien tot twintig procent lager zal uitvallen
als zij de rentevergoeding op spaarrekeningen met één procent zouden verhogen zonder hun kostenstructuren aan te passen. (Bron:
Rabo Securities, ING Group: ING Direct, picking it just right!, Amsterdam, februari 2002, blz. 9).
3 In het beleid en publicaties worden de binnenlandse balansen, leningen of deposito’s van de drie/vijf grootste banken in procenten
van dezelfde grootheden van het totale bank-wezen vaak als concentratiemaatstaven gebruikt. Zulke macro-kengetallen zeggen echter
niet veel over de dynamiek en concurrentie in de sector.
4 Simpel gezegd bevat het Bazel-II-akkoord voorschriften voor de hoeveelheid kapitaal die banken ter dekking van allerlei risico’s in hun
bedrijf (rente- en marktrisico’s maar ook operationele risico’s) dienen aan te houden. Op deze wijze wordt de stabiliteit van het
internationale financiële systeem gewaarborgd.
Copyright © 2003 Economisch Statistische Berichten (www.economie.nl)