Ga direct naar de content

Input / output

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: november 20 2013

.

ESB Input / output

Input //output
Modelonzekerheid

groot deel af van de specificaties van het econometrisch model. Aangezien deze specificaties
niet alleen empirisch kunnen worden vastgesteld, maar ook door subjectieve economische
opvattingen tot stand komen, zijn de conclusies
van de empirische analyse ook subjectief. De auteurs roepen daarom op om de uitkomsten van
dergelijke modellen zorgvuldig te interpreteren
en daarnaast meer onderzoek te doen naar de invloed van specificatiekeuzes op uitkomsten.

De Haan et al. onderzoeken econometrisch met
gegevens van zeventien landen over de periode
2007–2013 in hoeverre schokken in de opbrengsten van staatsobligaties toe te schrijven zijn aan
veranderende macro-economische variabelen
van landen, zoals economische groei en de staatsschuld. Zij concluderen dat staatsobligaties soms
grote fluctuaties vertonen die niet door de onderliggende macro-economische variabelen kunnen
worden verklaard. De mate waarin de obligaties
over- of ondergewaardeerd zijn ten opzichte van
wat op basis van de macro-economische variabelen voorspeld wordt, hangt daarnaast voor een

Productiviteitsoverdracht

Bedrijven profiteren van de spillover van productiviteit door werknemers die van baan veranderen.
Stoyanov en Zubanov onderzoeken de feitelijke
omvang van dit effect met gegevens over Deense
bedrijven en werknemers over de periode 1995–
2007, en ze vragen zich af welk gedeelte van deze
winst wordt doorgegeven aan werknemers in de
vorm van een hoger salaris. De conclusie is dat
werknemers die van een productiever bedrijf komen de productiviteit van het ontvangende bedrijf
significant verhogen. Dit effect is groter naarmate
het productiviteitsverschil tussen beide bedrijven
groter is. Werknemers die van minder productieve
bedrijven komen, hebben geen significant effect op
de arbeidsproductiviteit. Werknemers ontvangen
gemiddeld zes procent van de productiviteitswinst,
terwijl twee derde van de winst terechtkomt bij de
bedrijven. Dit impliceert dat arbeidsmobiliteit een
relatief goedkope bron van productiviteitswinst
voor minder productieve bedrijven is.

Haan, L. de, J. Hessel en J.W. van den End (2013) Are European sovereign bonds fairly priced? The role of modeling uncertainty. DNB Working Paper, 399.

Herkapitaliseren

Van der Kwaak en Van Wijnbergen
onderzoeken de wisselwerking tussen banken en overheden ten tijde
van financiële crises aan de hand
van een nieuw theoretisch model.
Het model is in staat empirische
verschijnselen zoals de mislukte
Spaanse herkapitalisatie van banken in 2012 te verklaren. Een met
schuld gefinancierde herkapitalisatie van noodlijdende banken
zorgt ervoor dat het risico op een
faillissement van de overheid toeneemt, wat weer zorgt voor een
lagere waarde van staatsobligaties
op bankbalansen, wat de reddingsoperatie kan ondermijnen.
Kwaak, C. van der, en S. van Wijnbergen
(2013) Financial fragility, sovereign de-

Altruïsme

Een prestatiebeloningssysteem dat gebaseerd is
op relatieve prestaties kan in de aanwezigheid van
werknemers met altruïstische eigenschappen leiden
tot een daling van de productiviteit. Hernandez
et al. concluderen dit aan de hand van een laboratoriumexperiment. Als een werknemer onder een
relatieve beloningsstructuur zijn inspanningen
verhoogt, vergroot hij immers niet alleen zijn verwachte bonus, maar verkleint hij tegelijkertijd de
verwachte bonus van zijn collega’s. Uit de resultaten
van het experiment blijkt dat in groepen waarin relatief veel altruïstische mensen zitten en waarin niet
onderling wordt gecommuniceerd de inspanning
gemiddeld met vijftien procent daalt ten opzichte
van een situatie zonder bonus. De sociale voorkeuren van de medegroepsleden hebben geen invloed
op de inspanning van mensen. Met de aanwezigheid van onderlinge communicatie wordt het effect
nog groter, doordat men onderling kan afspreken
een minimum aan inspanningen te leveren.

fault risk and the limits to commercial
Stoyanov, A. en N. Zubanov (2013) Money on the table?

bank bail-outs. Duisenberg School of Fi-

Hernandez, P., D. Minor en D. Sisak (2013) Performance and

Firms’ and workers’ gains from productivity spillovers

nance Discussion Paper, 065 en Tinbergen

relative incentive pay: the role of social preferences. Tinber-

through worker mobility. IZA Discussion Paper, 7702.

Institute Discussion Paper, 179.

gen Institute Discussion Paper, 176.

Schulden

De schulden van Nederlandse gemeenten zijn in het
tweede kwartaal van 2013 toegenomen tot 51 miljard
euro. Dit is een stijging van 14 miljard euro, ofwel 36,7
procent ten opzichte van het tweede kwartaal in 2007.
Het oplopen van de schulden wordt veroorzaakt door

698

37%
Toename schulden

gemeenten sinds 2007

gemeentelijke begrotingstekorten in de afgelopen jaren
als gevolg van teruglopende grondverkopen en stijgende lasten voor bijstandsuitkeringen.
CBS (2013) Schuld gemeenten stijgt tot ruim 50 miljard euro.
CBS Webmagazine, 31 oktober.
Jaargang 98 (4654) 00 maand 2013

Input / output ESB

Pensioenvoorkeuren

Kantarci en Van Soest onderzoeken in hoeverre de
pensioenkeuzes van Amerikaanse ouderen variëren
met financiële prikkels en andere factoren, zoals de
pensioenleeftijd. De enquêterespondenten moesten
scenario’s beoordelen die onderling verschilden in
bijvoorbeeld de hoogte van het pensioeninkomen
en de -leeftijd en het inkomen tijdens een mogelijke
deeltijdpensionering. Uit de resultaten blijkt dat
een daling van het loon met tien procent de kans
om met deeltijdpensioen te gaan met 4,3 procent
verkleint. Daarnaast kiezen oudere werknemers en
mannen vaker voor een direct volledig pensioen op
latere leeftijd. Mensen uit grotere huishoudens kiezen ervoor om relatief later met pensioen te gaan.
Kantarci, T. en A. van Soest (2013) Stated preference analysis of full and partial retirement in the United States. Netspar

Studieadviseur

Een individueel gesprek met een
studieadviseur leidt tot een betere
keuze voor een vervolgopleiding
van middelbare scholieren. Dit
concluderen Borghans et al. aan de
hand van empirisch onderzoek met
gegevens van 4.191 Nederlandse
studenten uit 2004. Studenten
die een gesprek met een studieadviseur of decaan hebben gehad,
geven in een enquête achttien
maanden na het afronden van hun
vervolgopleiding significant vaker
aan tevreden te zijn met hun opleiding. Het gevonden effect is het
sterkst voor mannen en studenten
met laagopgeleide ouders.

Discussion Paper, 038.

Onderzoek

Bedrijven kunnen hun onderzoek en ontwikkelingsactiviteiten (O&O) uitbesteden aan andere
bedrijven om te profiteren van ervaring en kennis
van die andere bedrijven. Het kan echter ook zijn
dat ze O&O juist zelf willen uitvoeren om het weglekken van kennis te voorkomen, of een combinatie
van de twee strategieën gebruiken. Rosa en Mohnen
concluderen op basis van empirisch onderzoek met
gegevens uit de periode 1997–2006 over 125.568
Canadese bedrijven dat deze weinig wisselen van
investeringsstrategie. De opbrengsten van O&O
verschillen niet significant voor de twee pure strategieën, hoewel de opbrengsten van het combineren
van interne en externe O&O in sommige gevallen
wel hoger liggen dan bij de pure strategieën. Een
hogere variantie van de investeringen in O&O, ofwel een minder constante investeringsstroom, gaat
gemiddeld samen met lagere opbrengsten.

Borghans, L., B.H.H. Golsteyn en A.
Stenberg (2013) Does expert advice im-

Prestatiebeloning

De introductie van een relatieve beloningsstructuur bij winkelketens leidt gemiddeld niet tot betere prestaties. Dit komt doordat vestigingen die qua
prestaties ver achterliggen op andere vestigingen
niet reageren op de prikkel, maar alleen vestigingen
die al dicht bij het winnen van een bonus zijn. In
tegenstelling tot wat in eerdere onderzoek wordt
geconcludeerd, leidt de invoering van de relatieve
prestatiebeloning niet tot een significante verbetering van de prestaties op het moment van de introductie van de bonus. Dit alles concluderen Delfgaauw et al. op basis van een veldexperiment met
189 vestigingen van een Nederlandse winkelketen.
Delfgaauw, J., R. Dur, A. Non en W. Verbeke (2013) Dynamic
incentive effects of relative performance pay: a field experiment. IZA Discussion Paper, 7652.

prove educational choice? IZA Discussion
Paper, 7649.

Oneerlijk

Mensen die geboren zijn in 1950
kregen door een beleidswijziging
in 2006 te maken met een slechtere
pensioensregeling vergeleken met
mensen uit 1949. Uit empirisch onderzoek van Montizaan et al. met
gegevens over 4.520 mensen blijkt
dat werknemers uit 1950 hierdoor
minder gemotiveerd zijn op hun
werk, wat kan komen doordat ze
het beleid als oneerlijk ervaren en
daardoor op basis van wederkerigheid minder gemotiveerd zijn. Het
effect is sterker voor mensen die
in de eerste maanden van 1950 zijn
geboren en naarmate men relatief
meer collega’s heeft die niet door
de maatregel zijn getroffen.

Rosa, J.M. en P. Mohnen (2013) Doing R&D in a closed or
open mode: dynamics and impacts on productivity. UNUMERIT Working Paper, 060.

Autonomie

In landen waar mensen meer vertrouwen in de
maatschappij hebben, wordt werknemers gemiddeld meer autonomie gegund in hun werk. Van
Hoorn vindt deze relatie aan de hand van empirisch
onderzoek met gegevens over 189.213 mensen uit
dertig landen over de periode 2002–2010. Dit onderzoek draagt bij aan het begrijpen van de invloed
van culturele eigenschappen zoals maatschappelijk
vertrouwen op gehanteerde managementstijlen en,
als gevolg daarvan, economische uitkomsten zoals
arbeidsproductiviteit.

Montizaan, R., F. Cörvers, A. de Grip en
T. Dohmen (2013) Negative reciprocity

Tussen 2000 en 2012 hebben fietsers gemiddeld veertien
procent meer kilometers afgelegd. Deze stijging komt
volledig voor rekening van de opkomst van de elektrische fiets. Het gemiddelde aantal kilometers op gewone
fietsen bleef vrijwel onveranderd. Inmiddels bezit vijf
Jaargang 98 (4654) 00 maand 2013

cross-national differences in work autonomy. SOM Research

Discussion Paper, 040.

Fietskilometers

Hoorn, A. van (2013) Trust and management: explaining

and retrenched pension rights. Netspar

Report, 015.

14%
Toename fietskilometers
tussen 2000 en 2012

procent van de bevolking een elektrische fiets, en van
de zestigplussers zelfs tien procent. Vooral ouderen zijn
hierdoor meer gaan fietsen.
KiM (2013) Mobiliteitsbalans 2013. Den Haag: Kennisinstituut voor
Mobiliteitsbeleid.

699

Auteur