Het informatici-tekort
Aute ur(s ):
Smits, W. (auteur)
Delmee, J. (auteur)
Grip, A. de (auteur)
De auteurs zijn werkzaam b ij het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) van de Universiteit Maastricht. (auteur)
Zie voor een uitvoeriger verslag van de onderzoeksresultaten W. Smits, J. Delmee en A. de Grip, De arbeidsmarkt voor informatici, ROA-R1998/2, Maastricht, 1998.
Ve rs che ne n in:
ESB, 83e jaargang, nr. 4149, pagina 344, 24 april 1998 (datum)
Rubrie k :
Monitor
Tre fw oord(e n):
arbeidsmarkt, ict
De arbeidsmarkt voor informatici is krap en zal nog krapper worden.
De werkgelegenheid voor informatici is in de laatste decennia sterk toegenomen. De grootste groei deed zich voor eind jaren tachtig.
Begin jaren negentig is de werkgelegenheid in informatica-beroepen enigszins gestabiliseerd, zoals figuur 1 laat zien, maar vanaf
1994 trekt de groei weer sterk aan. Dat heeft geleid tot een krappe arbeidsmarkt. Deze krapte wordt weerspiegeld in een gunstige
arbeidsmarktpositie van de afgestudeerden van de informatica-opleidingen. Vanaf 1994 ligt, bijvoorbeeld, de werkloosheid onder
recent afgestudeerden uit de richting hbo informatica duidelijk onder het gemiddelde werkloosheidspercentage van afgestudeerde
hbo-ers. Ook werkt men minder vaak onder hbo-niveau en buiten de eigen vakrichting dan gemiddeld. Ten slotte wijzen ook de relatief
hoge lonen op een krappe arbeidsmarkt. Recent afgestudeerde hbo-informatici verdienen gemiddeld Æ’ 3.463 bruto per maand. Dat is
hoog ten opzichte van concurrerende studierichtingen voor informatica-beroepen zoals hbo elektrotechniek (Æ’ 3.378) en hbo
bedrijfskunde (Æ’ 3.273). Het gemiddelde startsalaris voor een hbo’er bedraagt Æ’ 3.288.
Figuur 1. De werkgelegenheid voor informatici, na 1997 prognose
De arbeidsmarkt voor informatici
In Nederland is ongeveer 2% van de werkenden werkzaam in een informatica-beroep. tabel 1 geeft een overzicht van de werkgelegenheid
in verschillende beroepsgroepen binnen het informatica-domein. De grootste beroepsgroep vormen de systeemanalisten, met bijna 50%
van de totale werkgelegenheid. Tot deze groep worden informatica-beroepen op hbo-niveau gerekend die gericht zijn op administratieve
toepassingen zoals bijvoorbeeld informatie- of productieanalisten, systeemontwikkelaars en systeembeheerders. De werkgelegenheid in
deze beroepsgroep is in de periode 1992-1996 sterk gegroeid.
Tabel 1. Ontwikkeling van de werkgelegenheid in de informatica per beroepsgroep
Beroepsgroep
Middelbare beroepen
Programmeurs
aantal werkenden
gem. 1995-1996
51.000
groei
1992-1996
28%
Hogere beroepen
Technisch systeemanalisten
Systeemanalisten
10.000
78.500
Wetenschappelijke beroepen
Elektrotechnici
Informatici
7.000
14.500
Totaal
6%
17%
-13%
6%
161.000
17%
Verder is ruim 30% van de werkenden in het informatica-domein werkzaam als programmeur. Het betreft hier met name beroepen op
middelbaar niveau, met een accent op administratieve toepassingen. Naast programmeurs op middelbaar niveau worden ook
computeroperators en help-desk medewerkers tot deze beroepsgroep gerekend. Deze beroepsgroep kende de afgelopen jaren de sterkste
werkgelegenheidsgroei, tussen 1992 en 1996 bijna 30%.
De werkgelegenheid in de beroepsgroepen technisch systeemanalisten, elektrotechnici en informatici is veel geringer, zij maken
respectievelijk 6%, 4% en 9% van de totale werkgelegenheid in het informatica-domein uit. De twee eerst genoemde beroepsgroepen
omvatten informatica-beroepen op respectievelijk hbo- en wo-niveau die gericht zijn op technische toepassingen. Tot de beroepsgroep
informatici worden met name wetenschappelijke informatica beroepen gerekend waarbij het accent ligt op administratieve toepassingen.
De werkgelegenheidsgroei in al deze beroepsgroepen was de afgelopen jaren duidelijk lager dan bij de systeemanalisten en
programmeurs.
Sectoren
De werkgelegenheid in de informatica concentreert zich voornamelijk in de zakelijke dienstverlening. Andere sectoren waar het
werkgelegenheidsaandeel van informatica-beroepen relatief groot is, zijn het bank- en verzekeringswezen, de handel, de communicatiesector en de elektrotechnische industrie. Ook in de meeste overige bedrijfssectoren is het aandeel van informatici in de totale
werkgelegenheid in de sector overigens wel sterk stijgend.
Opleiding
Opvallend aan de arbeidsmarkt voor informatici is, dat het aandeel van de werkenden met een informatica-opleidingsachtergrond relatief
laag is. Toen de werkgelegenheid in de informatica begon op te komen waren er nog weinig reguliere informatica-opleidingen.
Werkgevers namen daarom veel mensen in dienst die geen specifieke informatica-opleidingsachtergrond hadden. Via aanvullende
cursussen en bedrijfstrainingen werden de vereiste informatica-vaardigheden dan alsnog bijgebracht. Met name om die reden werken er
in de informatica-beroepen mensen met sterk uiteenlopende opleidingsachtergronden.
Het aanbod van mensen met een informatica-opleiding is wel flink toegenomen; op universitair niveau is het bijvoorbeeld de afgelopen
vier jaar bijna verdubbeld. Omdat men voor deze arbeidskrachten minder opleidingskosten hoeft te maken, proberen werkgevers in eerste
instantie zo veel mogelijk om mensen met een informatica-opleidingsachtergrond aan te stellen.
Echter, dit zijn er niet genoeg om aan de toenemende vraag te voldoen. Daarom blijven veel recent afgestudeerden die geen informaticaopleiding hebben afgerond, in informatica-beroepen terecht komen. Het betreft met name mensen met een opleiding in de richting
elektrotechniek op zowel middelbaar, hoger als wetenschappelijk niveau, maar ook mensen met een economische of administratieve
opleidingsachtergrond. Deze mensen ondervinden wel veel vaker aansluitproblemen dan degenen die wel een informatica-opleiding
hebben. Daardoor liggen hun lonen gemiddeld wat lager.
Tekort is structureel
Voor de komende jaren wordt een verdere groei van de werkgelegenheid in de informatica verwacht. Niet alleen de voortschrijdende
informatisering, maar ook de verwachte ‘2000 problematiek’is verantwoordelijk voor de verwachte groei.
tabel 2 geeft de verwachte rekruteringsbehoefte tot 2002 voor de verschillende informatica-beroepsgroepen. Het betreft de behoefte aan
nieuwe personeel als gevolg van zowel de uitbreidingsvraag als de vervangingsvraag. Vanwege de jonge leeftijdsopbouw van
werkenden in de informatica is de vervangingsvraag overigens gering. Door deze lage vervangingsvraag is de rekruteringsbehoefte bij
de meeste informatica-beroepsgroepen toch niet hoger dan in beroepsgroepen buiten de informatica het geval is. Alleen voor de
beroepsgroep systeemanalisten is naar verwachting sprake van een hoge rekruteringsbehoefte.
Tabel 2. Verwachte rekruteringsbehoefte, 1997-2002
Beroepsgroep
aantal
in %a
gemiddeld
jaarlijks %
typering
Middelbare beroepen
Programmeurs
13.600
25%
4,7%
gemiddeld
Hogere beroepen
Technisch systeemanalisten
Systeemanalisten
2.900
30.000
27%
34%
5,2%
6,4%
gemiddeld
hoog
Wetenschappelijke beroepen
Elektrotechnici
Informatici
800
4.500
10%
30%
2,0%
5,6%
laag
gemiddeld
a. rekruteringsbehoefte als percentage van de totale werkgelegenheid in deze beroepsgroep in 1997.
De rekruteringsbehoefte in informatica-beroepen is dan wel niet bijzonder hoog, maar heeft meer nog dan in het verleden betrekking op
personen met een informatica opleiding. Informatica-beroepen worden steeds complexer, zodat een gespecialiseerde opleiding steeds
belangrijker wordt. Daardoor zal met name de vraag naar hoger opgeleiden met een informatica-opleiding sterk toenemen. Het aanbod
van nieuwkomers op de arbeidsmarkt met een informatica-opleiding op hbo- of WO-niveau zal als gevolg daarvan ook de komende jaren
naar verwachting sterk achterblijven bij de vraag. De arbeidsmarktinstroom is weliswaar stijgend maar toch onvoldoende om aan de
eveneens stijgende behoefte aan personen met een informatica-opleidingsachtergrond te voldoen. De huidige tekorten op de
arbeidsmarkt voor informatici zijn dus niet tijdelijk van aard.
De meeste knelpunten als gevolg van het grote tekort aan hoger opgeleide informatici zullen naar verwachting worden ondervonden in
de hogere en wetenschappelijke beroepen in het informatica-domein namelijk de informatici, elektrotechnici, technisch systeemanalisten
en systeemanalisten (zie tabel 3). In de informatica-beroepen op middelbaar niveau, de programmeurs, zullen werkgevers naar
verwachting veel minder knelpunten ondervinden bij het rekruteren van personeel. De knelpunten in de informatica-beroepen zullen zich
vooral voordoen in de sectoren die ook nu relatief veel informatici in dienst hebben: de zakelijke dienstverlening, bank- en
verzekeringswezen, communicatie, handel en de metaal en elektrotechniek.
Tabel 3. Indicator toekomstige knelpunten in de personeelsvoorziening (ITKB), in 2002. Een waarde lager dan 0,94 duidt op
knelpunten in de personeelsvoorziening
Beroepsgroep
ITKB
typering
knelpunten
Middelbare beroepen
Programmeurs
0,94
vrijwel geen
Hogere beroepen
Technisch systeemanalisten
0,90
groot
Systeemanalisten
0,90
groot
Wetenschappelijke beroepen
Elektrotechnici
Informatici
0,89
0,88
groot
zeer groot
Een bijkomend probleem bij de verwachte knelpunten in de personeelsvoorziening in het informatica-domein is dat ook bij andere
opleidingscategorieën die geworven worden voor informatica-beroepen, tekorten zullen optreden. Dat geldt bijvoorbeeld voor veel
technische opleidingstypen zoals hbo en wo elektrotechniek. Dit zal de substitutiemogelijkheden voor werkgevers beperken.
Werkgevers zullen daarom ook de komende jaren grote inspanningen moeten leveren om geschikte kandidaten te vinden. Enerzijds
kunnen zij informatici aantrekken door betere arbeidsvoorwaarden aan te bieden. Anderzijds zullen ze toch personen met een minder
goed aansluitende opleidingsachtergrond moeten blijven rekruteren en door middel van omscholing en bedrijfstrainingen deze
nieuwkomers toch de vereiste vaardigheden bij brengen. Het gaat dan voornamelijk om mensen met een algemene opleidingsachtergrond
(bijvoorbeeld HAVO of VWO voor programmeursfuncties) of mensen met een opleiding in de sociale wetenschappen.
Het vergroten van de wervingsinspanningen in het buitenland zal eveneens weinig soelaas kunnen bieden om de verwachte tekorten aan
informatici te beperken omdat andere landen met soortgelijke problemen kampen, zoals blijkt uit de beschikbare arbeidsmarktinformatie
voor Duitsland en Groot-Brittannië.
Mogelijk heeft het werven van vrouwen voor informatica-beroepen meer effect. In de informatica werken relatief weinig vrouwen. In de
beroepsgroep programmeurs is bijvoorbeeld slechts 13% van de werkenden vrouw en in de beroepsgroep systeemanalisten slechts 12%.
In Duitsland is dat veel meer: maarliefst 23% vrouwen zijn werkzaam in een informatica-beroep. Bedenk daarbij dat vrouwen vaker
opleidingen volgen met iets minder goede arbeidsmarktperspectieven, en het lijkt er op dat het stimuleren van de instroom van vrouwen
in de informatica perspectief kan bieden.
Copyright © 1998 – 2003 Economisch Statistische Berichten (www.economie.nl)